M aandag 26 juli, Samen met Zamira ga ik naar Tirana. We gaan om half tien weg. Het is bewolkt en ik denk dat we vandaag regen krijgen. Na drie weken volop zon, zou een bui regen een verademing zijn. We gaan naar het bureau van gezondheid. Hier moeten we de gezondheidverklaringen van het personeel ophalen. Als we dat gedaan hebben gaan we naar de markt om fruit te kopen voor de kinderen. We halen appels, peren, nectarines en meloen. We brengen alles naar de auto en gaan naar Nila. Nila woont samen met haar man en twee zoons in het centrum van Tirana. Zij is de schoonzus van Zamira. Bij haar willen we de auto parkeren. Het is moeilijk om in Tirana een parkeerplaats te vinden. We willen fruit brengen bij de straatkinderen. Dus zijn we blij met deze parkeerplek. Nila is gelukkig thuis, zij is naaister en heeft thuis een kamertje waar ze kleding maakt. Ze is blij dat we er zijn. Er is op dit moment geen elektriciteit dus heeft ze wel even tijd voor een praatje. Één van de zoons is Eraldi, hij verzorgt voor Herman het papierwerk voor de hulptransporten. Hij zorgt ervoor dat alle aanvragen binnen zijn voordat het transport komt. Gebeurt dit niet dan mag de vrachtwagen niet van het douaneterrein af en hebben wij een probleem. Gelukkig is dit bij ons niet het geval. De mensen van de douane zeggen dat wij één van de weinigen zijn die alles netjes voor elkaar hebben. Ik vertel Eraldi dat er in augustus weer een transport komt, dan kan hij er vast rekening mee houden. Op het moment als wij naar de straatkinderen willen gaan barst het noodweer los. Het begint heel hard te regen en onweren. Heerlijk eindelijk regen, maar we kunnen nu niet weg, het regent te hard dus moeten we wachten tot de regen is opgehouden, of wat minder zodat we met een paraplu toch naar de straatkinderen kunnen. Het blijft echter drie uur lang noodweer. Als de regen eindelijk is opgehouden gaan we weg. Alle straten staan blank. De riolering is niet zo best hier. Het water kan geen kant op en wij lopen op onze slippers door de plassen naar de straatkinderen. Daar aangekomen is er geen kind meer te bekennen. We moeten het fruit maar bewaren voor de volgende keer. We gaan de auto ophalen, zeggen Nila gedag en gaan terug naar huis.
Om zes uur gaan we naar M ihajas. Het gezin van Fadil. Rowena het dochtertje van Fadil heeft een hartafwijking. Bij ons vorige bezoek in mei hebben we met hem afgesproken dat hij met haar naar het ziekenhuis moest gaan en alle onderzoeken die nodig waren moest laten doen. Voor deze onderzoeken hadden wij hem geld gegeven. Vorige week heeft zij haar laatste onderzoek gehad en ik wil graag de uitslag van de onderzoeken weten. Fadil vertelt dat het hart niet goed pompt en dat daarom het bloed niet goed circuleert. Tot nog toe heeft medicatie niet geholpen. Tot november moet ze iedere maand een injectie, en voorlopig moet ze onder controle blijven. Over twee jaar wil de dokter nog een
keer alle onderzoeken doen om te kijken of er vooruitgang is. Zo niet dan moet ze geopereerd worden. De moeder is erg verdrietig, het valt niet mee voor haar .Een man die geen werk heeft . Drie kleine kinderen om voor te zorgen. Een huis dat volgens mij op instorten staat. En dan ook nog een kind met een hartafwijking. Ver van de buitenwereld dus ook geen dokter in de buurt. Ik weet niet wat ik moet zeggen . Gelukkig hebben we eten voor dit gezin meegenomen, zodat er weer wat eten op de plank is en voor even één zorg minder. Ik neem afscheid van dit gezin. De moeder huilt in mijn armen, en ik huil met haar mee. Ik beloof haar dat ik volgende week terug kom en dat ik haar zal helpen zoveel als kan . M et medicijnen, kleding en eten. Ook zeg ik haar dat ik zal bidden voor haar en haar gezin .Lieve mensen in Nederland als u deze nieuwsbrief leest wilt u dan dit gezin in uw gebed gedenken.
Dinsdag 27 juli, Als ik wakker word, merk ik al gauw dat het weer een dag met regen wordt. Samen met Zamira doe ik wat kantoorwerk. Ook moeten we de papieren van de tandarts in orde maken. Dit is een project van de werkgroep uit Friesland. Ik zorg er voor dat dit ook gebeurt. M orgen komt de tandarts met zijn vrouw om eerst de interne kinderen te checken en de fluor te geven. Daarna zal hij de kinderen van de dagopvang checken. Voor deze kinderen is het hard nodig dat de tandarts komt, de gebitten zin er niet uit en hebben waarschijnlijk nog nooit een tandenborstel gezien. Laat staan dat ze bij de tandarts geweest zijn. Hierna gaan we met de kinderen het verhaal van David en zijn schapen vertellen. Daarna maken we een kleurplaat over deze geschiedenis. De kinderen vinden het altijd leuk om te kleuren en knutselen. M aar wanneer er schapen moeten worden uitgeknipt brouwen ze er niets van. Ze weten niet eens hoe of ze een schaar moeten vasthouden. We helpen ze met het uitknippen van de schapen, plakken ze op de kleurplaten en klaar zijn ze. En zoals u ziet zijn ze allemaal mooi geworden. Na het knutselen gaan we een spel doen. Een aantal kinderen worden gesminkt en zijn in dienst van de koning. Ze moeten de koning precies na doen wat hij zegt. Op het laatst zegt de koning dat diegene moet gaan zitten. Ondertussen heeft iemand een natte spons op de stoel gelegd. Eindresultaat een natte broek tot grote hilariteit van alle kinderen. Hierna doen we blindemannetje. Iemand krijgt een blinddoek voor en moet raden wie er voor hem of haar staat. Simpele spelletjes maar het zorgt voor heel veel plezier. Voor we het weten is het tijd om te eten. Iedereen moet zijn handen gaan wassen en aan tafel gaan zitten. De kinderen zitten aan de tafels en stoelen die voorheen in Voor Anker stonden. Het is een leuk gezicht om al die kleine kinderen op deze stoelen te zien zitten. Voorheen stonden hier lange schooltafels en leek het hier meer op een
klaslokaal Nu met de tafels en stoelen van Voor Anker is het een echte eetkamer geworden. Na het eten gaan alle kinderen naar bed om een uurtje te slapen. De kleintjes slapen binnen 5 minuten zo moe zijn ze.
De hele middag ben ik samen met Zamira in het magazijn aan het werk. Aangezien we meer kleine kinderen hebben moeten er spelletjes en puzzels worden uitgezocht. Het is een mooie dag om in het magazijn te werken. Het regent bijna de hele dag. Ook is het een stuk frisser het scheelt zeker een graad of 8. Om vijf uur stoppen we, morgen ruimen we de rest van het magazijn op.
Woensdag 28 juli, Vanmorgen moeten we alles klaarmaken voor het bezoek van de tandarts. De tandarts komt vanmiddag laten zien hoe de kinderen moeten tanden poetsen. De interne kinderen poetsen twee keer per dag hun tanden. Voor hen is dit al heel gewoon.. M aar de kinderen van de dagopvang hebben geen tandenborstel. Vanaf vandaag komt daar verandering in. We kijken in het magazijn voor tandenborstels en bekers. We schrijven de naam van het kind op de beker en zetten er een tandenborstel in. Nu is het wachten op de tandarts. Ik maak best lange dagen . In het kinderhuis draai ik gewoon met het personeel mee. Ik help mee met de spelletjes, maar ook met andere dingen zoals wassen en strijken. Tussen door naar Tirana voor de straatkinderen, of naar één of ander bureau voor de juiste documenten. En natuurlijk niet te vergeten het bezoeken van de gezinnen. Het is heel leuk om op bezoek te gaan bij de kinderen thuis. M aar ik kan u wel vertellen dat er in de gezinnen van onze kinderen heel veel armoede heerst. Als we bij de gezinnen zijn, hebben we een bloknoot bij ons. Hier schrijven we de namen van de gezinnen en uit hoeveel personen dit gezin bestaat. Zodat we ook voor de andere kinderen kleding kunnen brengen. Vaak hebben de ouders meerdere kinderen thuis alleen ouder. We kunnen natuurlijk niet alle kinderen in ons huis opnemen, dat zouden er veel te veel zijn. We hebben gekozen voor de jongere kinderen vanaf drie jaar. Voor de moeders is dit een hele zorg minder. Ik hoor iedere dag hoe blij ze zijn dat wij voor hun kinderen zorgen. De moeders werken op het land, en met een klein kind wordt dit lastig. Nu ze bij ons zijn gaat het allemaal wat makkelijker. Ze hebben in ieder geval hun handen vrij. Om drie uur komt de tandarts samen met zijn vrouw. Alle kinderen zitten gespannen te wachten. Ze weten niet wat er gaat gebeuren, Edlira de vrouw van de tandarts stelt de kinderen op hun gemak en legt de kinderen uit hoe belangrijk het is om hun tanden goed te poetsen. De kinderen vinden het
allemaal reuze interessant en als ze vraagt bij wie ze het voor moet doen, willen ze allemaal wel. Ze doet bij verschillende kinderen voor hoe er gepoetst moet worden. Hierna krijgen alle kinderen hun beker met tandenborstel en mogen ze zelf gaan poetsen. Zamira zegt dat er vanaf vandaag ieder dag gepoetst gaat worden. Hierna checkt de tandarts de kinderen en vult de kaarten in. Er acht kinderen met problemen waar echt wat aan gedaan moet worden. Hiervoor moeten we naar de tandarts zijn kliniek. We willen echter eerst met de ouders praten en toestemming vragen of wij met ze naar de tandarts mogen gaan. Ik zeg Oni ( de tandarts) dat ik hem later bel om een afspraak te maken. Als dit allemaal klaar is krijgen de kinderen die de leeftijd hebben een fluorbehandeling. Om zes uur gaat de tandarts weg. Er heeft geen één kind gehuild, dat heeft die goed gedaan. Om half zeven worden de kinderen opgehaald en gaan weer naar huis. Tijdens de vakantie komen de kinderen ’s morgens om negen uur en gaan ‘avonds om half zeven weer naar huis. Als de scholen weer beginnen zal de tijd aangepast worden. Dit zal waarschijnlijk van half acht in de morgen tot zeven uur in de avond worden. Als alle kinderen weer weg zijn, doen we nog wat spelletjes met de kinderen die dag en nacht bij ons zijn.
Donderdag 29 juli, Vanmorgen ben ik samen met Alba en Timmi naar het treinstation geweest. We hadden brood en pruimen bij ons. Titina en Camela vliegen mij zoals gewoonlijk om mijn hals. Gevolgd door nog twee andere kinderen. We delen de boterhammen uit en geven alle kinderen een pruim. Ook de kleine Anna krijgt een boterham en een pruim. Anna is twee jaar en vernoemd naar mij. De moeder van Anna is Tasha, haar hebben we veel geholpen toen zij ziek was. We zijn vaak met haar naar het ziekenhuis geweest voor controles en scans. Zij heeft een schildklierafwijking en slikt daar medicijnen voor. Op dit moment gaat het aardig goed met haar en is ze zwanger van haar dertiende kind. Waar ze al die kinderen huist ik weet het niet, het krotje waar ze in wonen heeft maar één kamer en één tweepersoons matras op een paar planken. .Over de hygiëne maar niet gesproken. Ik wil er niet te diep over nadenken hoe deze mensen leven. Ik denk niet dat de kinderen schoon gaan slapen. M isschien dat ze eens per week een fles water over zich heen krijgen, maar echt schoon worden ze er niet van, want zeep hebben ze niet. De haren van de kinderen is net touw en zit vol met klitten. Borstelen of kammen doen ze niet. Hier en daar zie ik grote flessen water staan, en ik vraag waar ze dat water halen. Verderop in de straat is een winkeltje met een kraan buiten. Van de eigenaar van de winkel mogen ze af en toe water halen . M aar wat heb je aan een paar flessen water als je een gezin hebt dat bestaat uit veertien
personen. Een troosteloos bestaan daar op het treinstation. Kinderen die niet naar school gaan, en de straat op gestuurd worden om te bedelen. M annen die doelloos rondhangen en de hele dag aan de raki (jenever) zitten die betaald is van het geld dat de kinderen met bedelen verdiend hebben en aan pa moeten afgeven. Jonge jongens die de afvalcontainers langs gaan om de lege blikjes er uit te vissen. En zo wat verdienen. Acht lekë per kilo. Dit is ongeveer 5 eurocent. Niet echt een baan waar je rijk van wordt. M oeders die de afvalcontainers langs gaan om te kijken of er nog wat eetbaars te vinden is, zodat er weer een kindermond gevuld kan worden. M isschien denkt u dat dit een beetje overdreven is allemaal maar ik verzeker u dat dit reality live is voor hen. En ik denk niet dat hier gauw verandering in komt.
Weer terug in M usqheta zijn de kinderen net aan het eten. Ik maak foto’s van de kinderen leuk voor Voor Anker. Ik zal ze aan Agonda geven, dan kan zij ze in de kapsalon hangen dan kunnen de bewoners zien hoe leuk het is om al die kinderen aan die tafels en stoelen te zien zitten waar zij ook aangezeten hebben. De kinderen zijn al een stuk veranderd sinds ze bij ons in de dagopvang zitten. Ze zijn veel vrijer geworden en zien er een stuk beter uit. Neem nu Xhina toen ik haar voor het eerst bij haar thuis zag, leek het net een kind wat op het treinstation thuishoort. En nu nog maar een maand late ziet ze er een stuk beter uit kijkt u zelf maar naar de foto’s. Als de kinderen aan het eten zijn kun je merken dat ze van arme families komen. Alle borden gaan leeg en ze lusten alles.
Na het eten weer hetzelfde ritueel. Alleen nu tandenpoetsen voordat ze hun middag dutje gaan doen .Als alle kinderen in bed liggen help ik mee met de was en strijk. M orgen ga ik ons eigen huis schoonmaken. Herman, Elske en Annemarie zijn onderweg en hopen vrijdagnacht hier te zijn. Er moet nog een cake gebakken worden dus genoeg te doen nog. Voor vandaag zit het er weer op.
Donderdag 29 juli en vrijdag 30 juli Onze reis per auto naar Albanie. Donderdagmorgen sta ik vroeg op en ga ik naar de garage om nog wat papierwerk te doen en het stokje over te dragen aan Ole. Daarna ga ik naar huis om de auto in te pakken. Niet alleen onze privé spullen moeten mee, maar ook nog diverse dingen waarom Anne-Lise heeft gevraagd. Dit zijn vooral spullen voor de kinderbijbelweek en wat medicijnen. Tijdens mijn laatste bezoek aan Albanie heb ik mijn koffer achter gelaten zodat ik alleen maar een kartonnen doos nodig heb voor wat broeken, blouses en ondergoed. Dan komen onze dochter Elske en haar vriendin Annemarie Westland met hun bagage. U wilt het niet weten, of zij beiden gingen emigreren. Alleen al het aantal paar schoenen wat beiden met zich meenamen. M aar goed, dit schijnt bij meisjes zo te horen. Nadat ik wat broodjes had klaargemaakt voor onderweg vertrokken wij donderdagmiddag om één uur richting Albanie. Eerst ging ik nog even langs bij onze dochter Helle, haar man Chris en hun kinderen M aartje en Gijs. Zij waren juist vanmorgen teruggekomen van hun vakantie uit Oostenrijk. Na een praatje en een kopje koffie gingen wij nu echt op weg. Via Arnhem, Oberhausen, Keulen, Frankfurt gingen wij richting Neurenberg. Hier stopten wij om onze benen te strekken en om wat te eten. Tegen zevenen gingen wij verder richting Oostenrijk. We namen de afslag Regensburg richting Passau, de grens met Oostenrijk. Bij de grens kochten wij een Eurovignet voor Oostenrijk en Slovenië. Na nog wat door gereden te hebben stopten wij diep in Oostenrijk bij een benzinepomp op een parkeerplaats. Wij dronken nog een kop koffie en gingen wat slapen. De eerste duizend kilometer zat er op. Alles was voorspoedig gegaan. Vrijdagmorgen om half vier werd ik wakker en besloot verder te rijden. Via Graz de grensplaats met Slovenië ( hier loopt een 10 kilometer lange autobaan onder de stad door ) de reden wij richting Zagreb. Zagreb ligt op de grens met Kroatië. Nu krijgen wij een prachtige autobaan van ongeveer 550 kilometer lang welke ons leidt vis split, een stukje Bosnië, Dubrovnic naar de grens met M ontenegro. Ondertussen is het wel noodweer met het nodige onweer. Iedereen rijdt niet harder dan 40 kilometer per uur en veel auto’s stoppen dan ook langs de weg. Als het noodweer over is genieten Elske en Annemarie van het laatste stuk lang de kust van Kroatië. Om half twee staan wij aan de grens met M ontenegro, We hebben er 2125 kilometer
op zitten. Dit betekend dat ik nog 275 kilometer heb te gaan naar mijn Anne-Lise, naar onze eindbestemming. We besluiten om door te rijden. Onze eerste opzet was om een nacht over te blijven in Kroatië zodat beide dames wat konden zwemmen en gedurende de avond wat konden genieten en zien van de zo prachtige Adratische kust. Redelijke wijs mochten wij er van uit gaan dan wij de laatste 275 kilometer wel in vier tot vijf uur zouden rijden. Wij zouden dan om zes uur op onze eindbestemming zijn. Na dit te hebben besloten begonnen de problemen. De grenscontrole om Kroatië uit te komen duurde ongeveer anderhalf uur. Zo ook de paspoort controle om M ontenegro binnen te komen duurde anderhalf uur. Een en al auto’s met personen welke tijdens hun vakantie op bezoek gingen naar families in Albanië, Servië, M acedonië en Bulgarije. Het merendeel van deze mensen werken in het buitenland en gaan eens per jaar op familiebezoek tijdens hun vakantie. Later hoor je dan dat juist dit weekend het drukste weekend van het jaar was. Eenmaal beide grenzen gepasseerd gingen wij op weg naar de boot overgang naar het vaste land. Na een half uur konden wij overvaren en hadden nog 225 kilometer te gaan. Ondertussen was het wel zes uur en een weg terug was er niet meer. Het zou onverantwoord zijn geweest om te overnachten in M acedonië of Albanië. Van de boot naar de grensovergang met Albanie was ongeveer 75 kilometer, maar wat een drukte op de weg. Van de 75 kilometer welke wij hadden te gaan in M ontenegro hebben wij 50 kilometer in de file gestaan. Dit hield in dat wij pas om half elf aan de grens met Albanie stonden. Je hebt diverse grensovergangen om Albanië binnen te komen en ik zag de lange wachttijden alweer voor mij. Daar oom Herman niet voor één grens te vangen is besloot ik om de vrij onbekende grensovergang M uriqan te nemen. Ik had wel eens gehoord dat deze grensovergang vaak wordt gebruikt door wat minder correcte personen. Deze grensovergang wordt vaak genomen om o.a. gestolen auto’s. Ook verlaten hier veel Albanezen zonder geldige papieren Albanie om in het Buitenland werk te vinden. Na wat mensen de weg gevraagd te hebben kwamen wij hoog over de bergen aan bij de grensovergang in M uriqan. De weg over de bergen naar de grens was nu niet bepaald een weg om in het donker te rijden, echter wel de moeite waard. Bij de grens stonden er maar vier auto’s voor ons en we waren er dus ook zo doorheen. Zonder dat de douane onze auto had gecontroleerd en naar onze paspoorten had gevraagd reden wij voor dat wij het wisten in Albanië. Vanwege de vele ongelukken welke er in Albanie gebeuren hebben wij de laatste 125 kilometer rustig aan gereden. Bij avond en nacht rijden in Albanie is geen pretje en blijft
gevaarlijk Geen verlichting, opengebroken wegen en uiteraard tijdens het rijden de portieren van de auto op slot. Eindelijk om half één kwamen wij in M ushqeta aan. Na een kop koffie en wat met elkaar gepraat te hebben gingen wij naar bed, want moe waren wij. Achteraf gezien hadden wij in Kroatië moeten overnachten. Eigenlijk onverantwoord om 21 uur achter het stuur te zitten. Des temeer blij en dankbaar dat wij veilig en wel op onze eindbestemming mochten aankomen.
Zaterdag 31 juli, Om half zeven staan wij op, Elske en Annemarie slapen wat uit en dat is na de lange en vermoeide reis wel te begrijpen ook. Nadat ik met Anne-Lise heb gegeten gaan wij beiden onze eigen weg. Anne-lise gaat naar beneden naar het kindertehuis. Zelf ga ik naar de lagere school om te zien of de renovatie al vordert. Tijdens de veertien dagen dat ik niet in Albanië was is er een hoop werk verzet. Van bijna alle klaslokalen zijn de muren gestukadoord en het houtwerk is geschilderd. Nu rest het nog om de muren van de klaslokalen en de muren aan de buitenkant van de school te witten. Volgende week hoop ik de toiletten te betegelen en het water in de toiletten aan te leggen voor het doorspoelen van de toiletten. Dan nog het terrein rondom de school opruimen en eind augustus de school opnieuw in te richten met tafels, stoeltjes, schoolborden en kasten. Al deze spullen zullen mee komen met het transport eind augustus. Half in de middag komen wij beiden bijna tegelijkertijd weer thuis. Anne-Lise uit het kindertehuis en ik van de school. Ik ga nog wat voedsel kopen voor een arm gezin welke wij zondagmiddag hopen te bezoeken. Het is bijna weer maandag
en dan hoopt Anne-Lise haar nieuwsbrief van de afgelopen week weer te versturen. Terwijl Anne-Lise nog wat foto’s in haar nieuwsbrief zet, zet ik nog wiellager in Anne-Lise haar autootje. Een goed rijdende, betrouwbare en veilige auto is o zo belangrijk in een land als Albanië. Aan het eind van de dag lopen wij nog wat over het terrein en maken met deze en gene een praatje. Daarna drinken wij nog een bak koffie en gaan slapen.