01_10 k Jaap Eikelboom met pensioen k ‘Mam, ik zit in de problemen’ k Campagne ’Ga gewoon door!’ >
- - - - - - - Rotterdams Onderwijs Magazine
Opvoeden doen we samen
k Al-Ghazali naar team met visie
Rapcultuur op school uit den boze
RDMcampus officieel geopend
januari _ nr. 01 _ jaargang 33
van de redactie
Pabo’s moeten meer Het Rotterdamse scholenveld is niet tevreden over de Rotterdamse pabo’s. Zij moeten meer leraren afleveren, zij moeten meer vwo’ers aantrekken, zij moeten hun niveau omhoog brengen en zij moeten ’doelgroepstudenten’ (allochtonen) beter vasthouden. Het werd dus tijd om de koppen bij elkaar te steken. Dat gebeurde 12 november op de studiemiddag ’Het Rotterdamse onderwijs zoekt u’. Lees het verslag op pagina 6 en 7. Aan de andere kant worden de Rotterdamse inspanningen landelijk ten voorbeeld gesteld. Zo wordt in het boek ’Regionale platforms onderwijsarbeidsmarkt; samen werken in de praktijk’ het project ’Meer allochtone docenten voor Rotterdam’ genoemd als effectief middel tegen het lerarentekort. Lees het op pagina 7.
agenda
c 12 januari (start) ROTTERDAM
cursus Musical: hoe werkt dat? www.skvr.nl 13 januari (start) ROTTERDAM
basiscursus Grimmen, kostumeren & spelen www.skvr.nl
Vak
studiemiddag (H)erkennen van kindermishandeling www.cedgroep.nl
Beleid
6 Studiemiddag onderwijsarbeidsmarkt > ‘Meer niveau en specialisaties op de pabo’ 7 Rotterdam is goed in werven allochtone leraren 8 Kind en Onderwijs enthousiast over terugdringen bureaucratie rond ROB-gelden 10 JOC-lid > Anton Molenaar 11 Reflexies
13 januari ROTTERDAM
13 Kaliber Kompas > werkwijze om je te professionaliseren 14 Mijn vak > Hans Jongerius van pabo Thomas More: ‘We hebben te gekke studenten’ 16 Schoolschaak-koepel Erasmus > ‘Schaken ontwikkelt de geest’
20 januari ROTTERDAM
studiemiddag ADHD www.cedgroep.nl 25 januari ROTTERDAM
∏
Reflexies: Ouderbetrokkenheid www.stichtingreflex.nl
Er is ook een Rotterdamse pabo die ‘te gekke studenten’ heeft. Dat lezen we in het interview van de serie ’Mijn vak’ met biologiedocent Hans Jongerius van pabo Thomas More. Op pagina 14 en 15 licht hij een tipje van de sluier op over de manier waarop hij en zijn collega’s met veel enthousiasme het onderwijsvak aanleren. Dat levert tevreden afgestudeerden op, weten we uit menig aflevering van ’Mijn vak’.
inhoud
(zie ook pagina 11)
29 januari UTRECHT
studiedag English? Sure enough! (po) www.earlybirdie.nl 3 februari BUSSUM
conferentie Verrassend Passend www.cedgroep.nl 17 februari (start) ROTTERDAM
colofon Rotterdams Onderwijs Magazine voorlichtings- en opinieblad voor onderwijs, educatie, vorming, opleiding en training in Rotterdam. Gratis voor personeel van voorscholen, primair en voortgezet onderwijs in Rotterdam. 33e jaargang -- nr.1 -- januari 2010 ISSN 1386-2863 -- Verschijnt tien keer per jaar -- Oplage 8100 Losse nummers € 5,50 Abonnement € 55,- (opzeggingen vóór 1 november) Uitgave Stichting de Meeuw Redactie Ineke Ginjaar, Lidija Konijnendijk-Schrage, Marian Mulder, Hanneke van Trirum, Willem Bijl (hoofd- en eindredactie) Redactie-adres Postbus 61055 -- 3002 HB Rotterdam -- telefoon 010 4863022 -fax 010 4866455 -- e-mail
[email protected] Grafische vormgeving Trichis Vormgeving BNO -- Rotterdam Foto cover Jan van der Meijde Druk Goos -- Ouderkerk aan den IJssel © Stichting de Meeuw
4 maart (start) UTRECHT
21 Plan voor eindexamen in januari geschrapt 22 Aanpak meisjesbesnijdenis > ‘Ouders zijn zich van geen kwaad bewust’ 23 Schoolmeubilair en boeken voor Surinaamse kinderen 23 Grafisch Lyceum Rotterdam start met leerlingbemiddeling 24 Meldcode Huiselijk geweld > ‘Je kan nu niet meer denken: laat ik het even aankijken’ 26 Ik leer voor... rijn- en binnenvaart > ‘Je verveelt je nooit’ 28 Afronding Opvoeddebatten > ‘Biedt tegenwicht aan straatcultuur’ 28 Speelgoedbank in school
verkorte opleiding zorgcoördinator mbo www.sbo.nl/cursussen
f
School
29 RDM Campus officieel geopend 29 Scholieren gamen voor goed doel 32 DocentTalent > Arie van Nierop
22 maart ROTTERDAM
Reflexies: Taal www.stichtingreflex.nl 22, 23 en 24 maart LUNTEREN
12_ ‘MAM, IK ZIT IN DE PROBLEMEN’ Voorstelling Chica Chica brengt heftige zaken in de klas O
Leerling
cursus Werkhoudings- en gedragsproblemen in po www.transfergroep.nl
4_ AFSCHEID VAN MENEER JAAP EIKELBOOM Een markant onderwijsbestuurder gaat met pensioen R
20_ SHALISA Voorbeeldfiguur campagne ’Ga gewoon door!’ R
30_ AL-GHAZALI Van ‘elk voor zich’ naar een team met een visie O
+ plus 2_Agenda 18/19_Talent in Beeld 34_Geflitst 36_Veldwerk
studieconferentie Taal, rekenen, passend onderwijs www.poraad.nl
01 | 10 --- Rotterdams Onderwijs Magazine
|3
Beleid v Jaap Eikelboom: ‘Ik had al snel door dat het Rotterdamse onderwijs meer zou kunnen bereiken als het met één stem zou spreken.’ foto Jan van der Meijde
tekst Ronald Buitelaar
Onderwijsbestuurder Jaap – voor velen meneer – Eikelboom gaat op 1 maart van dit jaar met pensioen. Daarop vooruitlopend legde hij op 1 januari al zijn vertegenwoordigende functies neer. Het ROM zocht de markante bestuurder op en hinkstapte met hem door de recente Rotterdamse onderwijsgeschiedenis. > ‘MENEER’ JAAP EIKELBOOM
ccccccccccccccc Een markant ccccccccccccccc onderwijsbestuurder ccccccccccccccc ccccccccccccccc gaat met pensioen ccccccccccccccc J
aap Eikelboom stond met voormalig adjunct-directeur Theo Nelen van BOOR aan de wieg van FOKOR, de koepelorganisatie die namens alle Rotterdamse schoolbesturen als vertegenwoordigend orgaan optreedt. Ook bouwde hij stichting PCBO uit tot een schoolbestuur met ruim dertig scholen voor basis- en speciaal onderwijs. Verder was hij gesprekspartner van vijf opeenvolgende wethouders van onderwijs en in het kader van het Rotterdams Onderwijs Beleid (ROB) voorzitter van de programmacommissie Financiën en Materiële Zaken. Ook maakte hij van nabij de transformatie mee van de gemeentelijke dienst Onderwijs, Jeugdzaken en Vormingswerk, via de Dienst Stedelijk Onderwijs naar Jeugd, Onderwijs en Samenleving en was hij actief in tal van andere, zoals hij het zelf vaak noemt, gremia. Genoeg activiteiten voor werkweken van zeventig tot tachtig uur en een chronisch gebrek aan vrije tijd. Toch kijkt hij met genoegen terug en zegt hij niet bang te zijn voor het beruchte zwarte gat.
Verdiensten Begonnen als salarisadministrateur bij wat later stichting PCBO werd, bouwde Jaap Eikelboom als administrateur de ooit
4|
Rotterdams Onderwijs Magazine --- 01 | 10
bezwaren nergens gehoor vinden: ‘Stop alsjeblieft met het realiseren van mfa’s (multifunctionele accommodaties). Het is bouwen op drijfzand. Hoe kun je nu zoveel voorzieningen bij elkaar zetten, die allemaal afhankelijk zijn van overheidsfinanciering? Neem het sociaal cultureel werk. Het is niet denkbeeldig dat de geldstroom daar de komende
‘PCBO is toch een beetje mijn kindje’
kleine schoolvereniging uit tot een groot en professioneel geleide onderwijsstichting. Het is maar een van zijn vele verdiensten. Een andere is de oprichting van FOKOR, een niet meer weg te denken orgaan in het Rotterdamse onderwijs dat ervoor zorgt dat de Rotterdamse onderwijsbesturen met één stem spreken als er overlegd moet worden met bijvoorbeeld de overheid.
Precies op tijd Wie denkt dat deze ontwikkelingen vooral gericht waren op machtsvorming doet Eikelboom tekort. Als hij vertelt over de wijze waarop hij vergaderingen voorzit, wordt duidelijk wat hem drijft: ‘Ik ben geen technisch voorzitter, maar bereid elke vergadering nauwgezet met directeur of secretaris voor, begin precies op tijd en stel van tevoren een eindtijd vast, zodat er niet eindeloos kan worden gesproken. Een werkwijze waarvoor ik waardering krijg omdat er altijd iets bereikt wordt.’
Beleidsmakend Resultaat boeken – het lijken sleutelwoorden in zijn ’oeuvre’. Bij PCBO zag hij in dat het besturen van een complexe organisatie niet samenging met een almaar uitdijend vrijwil-
ligersbestuur. Hij wist er de handen op elkaar te krijgen voor een klein, maar professioneel bestuur. Wat het plaatselijke onderwijsbeleid betreft, had hij al vroeg door dat het Rotterdamse onderwijs meer zou kunnen bereiken als het met één stem zou spreken en zich beleidsmakend in plaats van beleidsvolgend zou opstellen.’
Tutoyeren Dat er in het verlengde van dergelijke ontwikkelingen formele overlegsituaties in het leven werden geroepen doet hem wel eens verlangend terugdenken aan de tijd waarin ambtenaren nog niet elk dossier hoefden terug te koppelen en gewoon ja of nee mochten zeggen. Een tijd waarin hij zaken deed met Theo Pompen, hoofd Bijzonder Onderwijs van de gemeentelijke dienst Onderwijs, Jeugdzaken en Vormingswerk.
Eikelboom: ‘Ik ben met meneer Pompen heel wat keren bij Gedeputeerde Staten geweest voor een beroepszaak. De ene keer won hij. De andere keer ik. Niemand die daar moeilijk over deed. Na een aantal jaar waren we zo met elkaar vertrouwd dat we tijdens een borrel besloten dat het maar eens afgelopen moest zijn met het u zeggen. Voortaan zouden we elkaar bij de voornaam noemen. Op voorwaarde dat als een van ons de ander zou bedriegen het tutoyeren tot het verleden zou behoren. Het is altijd bij Theo en Jaap gebleven.’
vijf kinderen voornamelijk alleen opgevoed en zich daarnaast tot zelfstandig gevestigd keramiste ontwikkeld. Zelf heb ik naast lezen en het voordragen van gedichten geen hobby’s. Het zal voor ons beiden dus best wennen zijn.’ Toch zegt hij zich geen zorgen over zijn toekomst te maken: ‘Ik ga er niet naar op zoek, maar er zal best wel iets langskomen.’ Dat ‘iets’ moet zich overigens wel buiten het Rotterdamse onderwijs afspelen. Dat vindt hij belangrijk: ‘Als je niet meer in de dagelijkse praktijk actief bent bestaat het gevaar dat je niet langer serieus wordt genomen.’
Bedreigend
Multifunctionele accommodaties
Dat zijn vele activiteiten een flinke wissel hebben getrokken op zijn privéleven lijkt hij geaccepteerd te hebben. Wel is hij er zich van bewust dat zijn ‘thuiskomst’ in zekere zin ‘bedreigend’ kan zijn: ‘Mijn vrouw heeft onze
En dan – we staan al op het punt om afscheid van elkaar te nemen – wil hij op de valreep nog iets kwijt. Het zit hem duidelijk hoog, omdat hij het gevoel heeft dat zijn
jaren afgeknepen gaat worden. En wat te denken van de peuterspeelzalen? Zullen die niet langzamerhand allemaal moeten wijken voor de kinderopvang? Uiteindelijk zal het er volgens mij op neerkomen dat de scholen in die accommodaties met de exploitatiekosten blijven zitten. Een situatie waarbij afbraak op de loer ligt.’
Poëtisch citaat Afbraak – het moet een gruwel zijn voor een onderwijsbestuurder, die altijd bezig geweest is met bouwen. Soms letterlijk door alle schoolgebouwen van PCBO uitgebreid te laten renoveren of zo nodig te laten vervangen door nieuwbouw. Soms figuurlijk door tijdens een studiereis naar Kaap–Verdië de fundamenten voor FOKOR te leggen. Het is dan ook niet verwonderlijk dat deze onderwijsarchitect zijn dierbaarste ’erfenis’ – stichting PCBO – slechts met moeite kan loslaten: ‘Het is toch een beetje mijn kindje’. Met een van zijn bekende poëtische citaten sluit hij het interview af: ‘Alle goede spreuken zijn reeds op de wereld, men verzuimt slechts om ze toe te passen.’
01 | 10 --- Rotterdams Onderwijs Magazine
|5
Beleid T PETER VAN DEURSEN RVKO
ONDERWIJSASSISTENT MINDER WELKOM
Ondanks het personeelstekort zijn onderwijsassistenten steeds minder welkom op scholen. Hoe valt dat te rijmen, vroeg Marion Klapwijk, branchedirecteur onderwijs en welzijn bij het Albeda College. Rotterdamse scholen zetten doorgaans alleen nog onderwijsassistenten in wanneer zij hun studie voortzetten op de pabo. En die is maar voor een kleine groep bereikbaar. Klapwijk: ‘Mijn deelnemers hikken aan tegen de reken- en taaltoets. Dit jaar is voor het eerst de instroom gedaald vanwege het beeld onder mbo’ers dat de pabo voor hen niet haalbaar is. De meesten gaan nu pedagogiek en sociaal-pedagogische hulpverlening doen. Ik heb het over meer dan honderd studenten per jaar. Als deze mensen eenmaal zijn ontmoedigd, zijn ze daarna niet meer terug te winnen.’ ‘De goeden zijn welkom,’ was de reactie van een aantal mensen uit het primair onderwijs. Een directeur: ‘Het gaat vaak om mensen met een taalachterstand. We moeten vaker tegen bepaalde mensen zeggen: doe het niet.’ Een collega: ‘Ook voor onze peuterspeelzalen willen wij alleen mensen hebben met een goede taalbeheersing.’
010 4537524
[email protected]
Rotterdam is goed in werven allochtone leraren
> STUDIEMIDDAG ONDERWIJSARBEIDSMARKT
cccccccccccccccccc ‘Meer niveau en cccccccccccccccccc specialisaties op de pabo’ cccccccccccccccccc tekst Marijke Nijboer
Door meer specialisatiemogelijkheden in te voeren op de pabo, kun je daar mogelijk meer jongens én vwo’ers naar toe trekken. En als basisscholen hun deuren openen voor stagiaires met een hoofddoek of een kleurtje, zullen er ook meer allochtone leerkrachten komen. Dat waren een paar conclusies tijdens de studiemiddag ’Het Rotterdamse onderwijs zoekt u’ op 12 november.
O
p de studiemiddag, die was georganiseerd door de programmacommissie Personeel Plus PO van het Rotterdams Onderwijsbeleid, gingen decanen, directeuren, bestuurders en studenten uit het basisonderwijs, voortgezet onderwijs, mbo en van de Rotterdamse pabo’s volop met elkaar in discussie. De hoofdvraag was hoe de pabo’s meer ‘doelgroepstudenten’ kunnen aantrekken en vasthouden. Dagvoorzitter Peter van Deursen: ‘In Rotterdam is 50 procent van de leerlingen allochtoon en dat geldt maar voor een heel gering deel van de leerkrachten.’ Een vrouw namens één van de discussiegroepen: ‘Het is vreemd dat in deze regio zo moeilijk stageplekken zijn te vinden voor mensen met een hoofddoek, een donkere huid of een piercing. Daar moet je twee keer zo hard voor lopen. Ik voel daar plaatsvervangende schaamte over.’ Velen vonden dat het niveau van de pabo omhoog moet. Zo trek je meer vwo’ers en andere studenten met niveau, en lever je uiteinde-
6|
Rotterdams Onderwijs Magazine --- 01 | 10
Huppelen
lijk betere leerkrachten af. Rotterdam zou een academische pabo moeten krijgen. Pabo Thomas More biedt deze opleiding, maar voor het academische onderdeel moeten studenten naar Leiden.
Middenweg Van Deursen voerde vorig jaar 71 gesprekken met potentiële leerkrachten. ‘Daarvan kozen er 62 voor groep 4, 5 of 6. Mensen zeiden dat ze zich niet toegerust voelen voor de kleuters of groep 7 en 8, omdat de opleiding zo breed is. Ik schrok, want de vacatures zitten juist vaak dáár. Ze kiezen allemaal de veilige middenweg.’ Een basisschooldirecteur: ‘Ik heb mijn eigen personeel gevraagd wat ze van hun opleiding vonden. Zij zeiden dat er vooral veel werd geknipt en geplakt. Er wordt nauwelijks gestimuleerd dat mensen boeken lezen.’ Anderen zeiden echter dat de pabo’s al verbeteringen hebben doorgevoerd. Een andere basisschooldirecteur vond dat de scholen mede-verantwoordelijk moeten zijn voor een betere beroepsopleiding. ‘Wij zijn een opleidingsschool. Elke leerkracht is gecertificeerd coach. Het is belangrijk dat je als docent stagiaires professioneel kunt begeleiden. Laat dat niet doen door een sufferd die al dertig jaar op dezelfde manier lesgeeft.’
Het project ’Meer allochtone docenten voor Rotterdam’ wordt in een boekje van het Sectorbestuur Onderwijsarbeidsmarkt (SBO) genoemd als effectief middel tegen het lerarentekort.
Dan de jongens: hoe trek je ze aan en hoe hou je ze vast? In het eerste jaar haken ze massaal af, dus moet je ze dat jaar laten stagelopen waar ze willen, vond Van Deursen. Een schooldirecteur: ‘Voor jongens is het sowieso belangrijk dat ze kunnen kiezen voor de onder- of bovenbouw. Als je een jongen die naar de bovenbouw wil bij de kleuters plaatst, verlies je hem voorgoed.’ Een collega: ‘Zelf moest ik destijds huppelen in de kring. Dat soort nonsens, mensen, daar knappen jongens op af.’
Rotterdam zou een academische pabo moeten krijgen Iemand opperde: breng de opleiding tot leraar lichamelijke opvoeding terug, en bied ook specialisaties in vakgebieden als aardrijkskunde, geschiedenis, ict en management. ‘Je zou zulke mensen met gebruik van de functiemix kunnen bombarderen tot leerkracht-specialist.’ Over veel onderwerpen waren de meningen verdeeld. Zo ook over de vraag of je mensen breed moet opleiden, of juist moeten laten specialiseren in de onder- of bovenbouw. Een pabostudente: ‘Je moet juist overal stage lopen. Groep 8 kan reuze meevallen.’ Een directeur echter: ‘Je hebt typische onder- en bovenbouwmensen. Zo is het nu eenmaal.’
‘Meer allochtone docenten voor Rotterdam’ is een project van de drie pabo’s en de lerarenopleiding in de stad. Het SBO is hier enthousiast over omdat alle deelnemende scholen de resultaten en leerpunten onderling uitwisselen en ook beschikbaar stellen aan andere scholen. Een van de problemen waar Rotterdam aan werkt, is de voor allochtonen vaak moeizame overgang van mbo naar hbo, vertelt onderwijsmanager Lia Lugthart van de pabo van de Hogeschool Rotterdam. ‘We werven met drie pabo’s samen op mbo’s, maar het trieste is dat de angst voor de landelijke reken- en taaltoets heel veel mbo-kandidaten uitfiltert. Daarom laten we mbo’ers sinds vorig jaar wekelijks een dagdeel lessen op de pabo volgen. Het komend jaar breiden we dat uit met meer studenten en dat moet uitmonden in een kop/voetklas.’ Lugthart laat in het boekje van het SBO ook zien dat ideeën die in eerste instantie goed lijken, in de praktijk kunnen tegenvallen. Een voorbeeld is solliciteren via introvoice, een ingesproken boodschap van ongeveer een minuut met daarbij een foto als aanvulling op het gebruikelijke curriculum vitae. ‘Dat biedt potentiële stagescholen een blik voorbij de hoofddoek. Maar de studenten mopperden enorm. Dat was een behoorlijke teleurstelling, maar ook leerzaam. Pabo InHolland heeft na onze ervaring besloten hier geen energie in te steken. Wij weten nu dat, hoe mooi een oplossing ook lijkt, we eerst moeten kijken wat voor ons en onze studenten wel en niet werkt.’ Het boekje ’Regionale platforms onderwijsarbeidsmarkt; samen werken in de praktijk’ kan gratis worden gedownload van www.onderwijsarbeidsmarkt.nl (Publicaties).
Ook op Rotterdamse voorscholen werken steeds meer allochtone leerkrachten.
01 | 10 --- Rotterdams Onderwijs Magazine
|7
Beleid T PIETER VAN KEULEN bureau@kinden onderwijsrotterdam.nl
vorm: het bestuur gaf in eigen huis een presentatie voor medewerkers van JOS, de programmacommissie ISO, de eigen raad van toezicht en andere, geïnteresseerde schoolbesturen. Leerkrachten vertelden hoe programma-onderdelen in de praktijk uitpakken. Er ontstond dialoog. Het streven was om een veilige sfeer te creëren, waarin ook kon worden verteld wat er níet goed loopt. ‘Als de sfeer opbouwend is, kun je met de billen bloot.’
tekst Marijke Nijboer cartoon Ad Oskam
Natuurlijk moet je verantwoording afleggen over hoe subsidiegeld is besteed – maar moet dat nou echt zoveel tijd kosten? Schoolbestuur Kind en Onderwijs Rotterdam stelde die vraag en mocht vervolgens als eerste meedoen aan een proef waarbij de papierwinkel drastisch werd beperkt. ‘We kunnen nu beter inspelen op de veranderende behoeften van leerlingen.’
Arrestatieteam Neem de basisscholen van Kind en Onderwijs in de wijk Het Lage Land in Prins Alexander. Hier zette het bestuur brede schoolgelden in om de taalachterstand zoveel mogelijk weg te werken. ‘Dat is niet voldoende uit de verf gekomen. Wat blijkt: autochtone gezinnen trekken weg. Daarvoor
010 4125101 www.kindenonderwijs rotterdam.nl
‘Dan kunnen je leerkrachten daar ook mee aan de slag. Tijdens de verantwoording vertelde een juf van ons dat in haar buurt regelmatig een arrestatieteam optreedt. Dat heeft een enorme impact op kinderen, dus besteedt zij daar in de klas aandacht aan. We proberen ons continu te richten op wat de kinderen nodig hebben.’
Grote winst ‘JOS wil de administratieve last rond het subsidieproces graag minimaliseren,’ zegt Frank
ccccccccccccccccccccccccccccccc Minder papierwerk, meer aandacht voor leerlingen ccccccccccccccccccccccccccccccc > VERANTWOORDING SUBSIDIEGELD
‘D
e verantwoording over onze activiteiten die vielen onder het Rotterdams Onderwijsbeleid (ROB) kostte veel tijd en energie,’ vertelt Pieter van Keulen, lid van het college van bestuur van Kind en Onderwijs. ‘Wij wilden onze scholen daarvan graag bevrijden.’ Van Keulen en bestuursvoorzitter Arie de Bruin sneden dit onderwerp aan bij de ROB-programmacommissie ISO. Daar ontstond het idee om een ’schoolbestuurlijke proeftuin’ op te zetten. Kind en Onderwijs Rotterdam mocht bij wijze van experiment op een eenvoudiger manier verantwoording afleggen. Waar scholen normaal gesproken individueel geld aanvragen en de besteding achteraf verantwoorden, gebeurde dat nu door het bestuur. ‘Wij hebben tegen onze directeuren gezegd: bedenk wat je wil en zet het op één A-viertje. Onze scholen vermelden ook in hun schoolplan wat ze in het kader van het ROB doen. Dat is wel zo transparant.’
8|
Rotterdams Onderwijs Magazine --- 01 | 10
in de plaats krijgen wij kinderen met een zwaardere problematiek, onder wie witte achterstandskinderen en vluchtelingenkinderen met traumatische ervaringen. We zien meer ontwikkelingsachterstanden, leerstoornissen en geestelijk geweld. Die sloot geld is dus wel degelijk nodig, maar voor een ander doel. We zullen ons allereerst moeten richten op het sociale welzijn en de veiligheid van
Billen bloot Van Keulen: ‘De gemeente en de besturen hebben elk een eigen lijn. Dat moet er één worden; per slot werken we samen aan Rotterdam. Het ROB draait om het wegwerken van achterstand bij taal en rekenen en de sociaal-emotionele ontwikkeling; doelen die het bestuur ook nastreeft. Wij dienen nu één aanvraag voor al onze scholen in bij JOS. Zo kunnen de scholen optimaal met kinderen bezig blijven.’
‘Wij dienen nu één aanvraag voor al onze scholen in bij JOS’ Kind en Onderwijs startte in augustus 2008 onder dit nieuwe bewind. Andere schoolbesturen overwegen om zich bij deze proef aan te sluiten. De verantwoording-oudestijl gebeurde helemaal op papier. Kind en Onderwijs Rotterdam bedacht een andere
de kinderen. Die hebben behoefte aan een lieve juf en niet te grote klassen.’ Eén van de belangrijkste lessen die Kind en Onderwijs Rotterdam trekt uit de proeftuin: je moet je doelen kunnen bijstellen als de behoeften van je leerlingen veranderen. Van Keulen:
Bremer van JOS. ‘Met deze proef boeken we op dat punt grote winst, bij de scholen én de gemeente.’ De nieuwe werkwijze past volgens hem goed bij de nieuwe, gebiedsgerichte benadering van de gemeente. ‘Positief is ook het gesprek tussen JOS en de scholen over de inzet van de gemeentelijke subsidies. Die zijn bedoeld om specifieke problemen aan te pakken en resultaat te boeken. Dat vraagt om een dialoog, gericht op het realiseren van oplossingen.’ De dialoog wordt ook ingezet bij het zoeken naar de juiste vorm voor het zichtbaar maken van de resultaten. ‘Daar gaan we volgend schooljaar in de praktijk mee verder.’ Van Keulen: ‘Als je je doelen niet helder genoeg formuleert, werkt het systeem niet. En voor het bereiken van sommige doelen zul je jaren nodig hebben. Maar dat gold ook in het oude systeem.’ Uiteindelijk zullen alle besturen overgaan op het nieuwe verantwoordingsregime.
01 | 10 --- Rotterdams Onderwijs Magazine
|9
Beleid
cccccccccc ‘Ik heb ongelofelijk cccccccccc veel respect voor cccccccccc de Rotterdamse cccccccccc leerkrachten’ cccccccccc
T ANTON MOLENAAR
[email protected] 010 4173945
Je hebt de portefeuille cultuur. Betekent dat dat je je ver houdt van het onderwerp onderwijs? ‘Nee, ik heb er zeer zeker wel meningen en gedachten over. Ik geloof bijvoorbeeld dat veel leerlingen zitten te schreeuwen om het klassikale systeem. Vooral leerlingen met een Turkse of Marokkaanse achtergrond. Die zijn van huis uit gewend aan orde en structuur en het klassikale systeem maakt het voor hen veel makkelijker om goed te functioneren. Maar ik zie het ook bij mijn eigen kinderen. Die willen gewoon les in plaats van al dat gefröbel. Zorg dat het onderwijs de basics goed en degelijk voor z’n rekening neemt en breng vakken als muziek en filosofie, die ik ook erg belangrijk vind, onder in de brede school. Waar ik trouwens een groot voorstander van ben.’
JEUGD, ONDERWIJS EN CULTUUR (JOC). WIE ZIJN DE LEDEN VAN DEZE COMMISSIE? HOE DENKEN ZIJ OVER HET ONDERWIJS IN ROTTERDAM? WAARVOOR ZETTEN ZIJ ZICH IN? RAADSLID ANTON MOLENAAR IS ELFDE IN DE REEKS.
tekst Trea van Vliet
Waarom ben je eigenlijk in de raad gegaan? ‘Fortuyn zei altijd dat in de raad gewone mensen moesten zitten. Naast de notaris dus ook de straatveger. Dat was ik met hem eens. Als politiek een beroepsgroep op zich wordt, raakt het politieke systeem los van de maatschappij. Dan moeten wereldvreemde politici gaan onderhande-
len met veel slimmere ondernemers en krijg je dat vastgoedjongens of horecaondernemers het beleid bepalen en dat mag niet. Dat risico loop je veel minder als politici met hun poten in de modder staan, als politici mensen zijn die uit eigen ervaring weten wat het is om een bedrijf te runnen of om op de straat te werken of om zorg te verlenen aan iemands bed.’
‘Zou ik geen islamitische scholen toestaan. Want wat is nou belangrijker, integratie of apartheid? Ik vind dat de overheid zou moeten zeggen: iedereen is welkom, maar je draait mee in het bestaande systeem. Dat doen de meeste migranten trouwens ook, die pakken de westerse manier van denken op. Het gaat alleen om een deel van de Turken en Marokkanen die dat niet doen en de overheid zou dat niet moeten stimuleren door islamitische scholen toe te staan. Als je als overheid wilt dat mensen integreren, moet je consequent zijn en nee durven zeggen tegen mensen.’
Doe je dat zelf ook?
JOC DOSSIER NAAM ‘Anton Molenaar, raadslid voor Leefbaar Rotterdam.’ LEEFTIJD ‘51. Klopt, ik hoor vaak dat ik er jonger uitzie. Vroeger vond ik dat vervelend, maar sinds m’n 45ste vind ik het juist wel weer leuk...’ NAAST JE RAADSLIDMAATSCHAP ‘Heb ik een souvenirszaak in Amsterdam, tegenover het Centraal Station. Kan eigenlijk niet hè, een Rotterdammer die zijn geld verdient in Amsterdam. Het kwam langs, tien jaar terug, en ik ben erin gerold. Het is leuk, want je hebt altijd blije mensen in je winkel, en leerzaam, want al die verschillende nationaliteiten staan op een andere manier in je winkel. Britten en Amerikanen zijn altijd hoffelijk, Duitsers zijn krenterig en mensen uit India willen van alles de prijs weten, ook al kopen ze niks. Overigens verkoop ik er geen spullen van Ajax!’ EEN DOCENT VAN VROEGER DIE ONVERGETELIJK IS ‘Meneer Brekelmans, van m’n middelbare school. Die rookte voor de klas een pakje Caballero per uur, dat kon toen allemaal nog. Dat vond ik zeer indrukwekkend.’
10 |
Rotterdams Onderwijs Magazine --- 01 | 10
vakliteratuur
WILLEN = KUNNEN = DOEN KWALITEITSZORG IN HET PRIMAIR ONDERWIJS
Als je iets mocht en kon veranderen, dan... DE GEMEENTERAAD VAN ROTTERDAM KENT EEN COMMISSIE
mmm
‘Ik zit niet zo op de dossiers waar ik voor groepen mensen moet beslissen, maar ik weet heel goed dat uiteindelijke beslissingen niet altijd voor iedereen aangenaam kunnen zijn. Ik zit bij de vrijmetselarij en probeer richtlijnen als ’Luistert en oordeelt niet’ en ’Zoek wat mensen verenigt en niet wat hen verdeelt’ heel serieus te nemen. Maar er is een spanningsveld, want als politicus moet je uiteindelijk je stem bepalen en een beslissing nemen. En wat van mens tot mens wel kan, pakt soms heel anders uit als je over een groep mensen of over de hele maatschappij moet beslissen. Dat is een heel andere wijze van beslissen. Zelf moet ik vooral bepalen wie wel of geen subsidie krijgt. Het is daarbij voor mij een heiligheid dat ik puur op de cijfers oordeel en daar wil ik heel consequent in zijn. Anders kan ik mezelf niet meer serieus nemen.’
Heb je een boodschap voor de Rotterdamse leerkrachten? ‘Ik heb ongelofelijk veel respect voor ze. Net zoals ik vind dat eigenlijk iedereen vier jaar volksvertegenwoordiger zou moeten zijn, vind ik ook dat iedereen een tijdje voor de klas zou moeten staan. Om te weten wat het is, om te weten hoe belangrijk het is. En ik ga er niet over maar ik vind beslist dat de salarissen in het onderwijs beter zouden mogen.’
v Anton Molenaar: ‘Ik zit bij de vrijmetselarij en probeer richtlijnen als ’Luistert en oordeelt niet’ en ’Zoek wat mensen verenigt en niet wat hen verdeelt’ heel serieus te nemen.’ foto Jan van der Meijde
Cees Vos Dit boek van Cees Vos geeft schoolleiders en leraren aanwijzingen om hun kwaliteitszorg op een praktische wijze vorm te geven. De lezer krijgt antwoord op twee vragen: wat wordt er van scholen verwacht en hoe krijgt een school dit voor elkaar? Het gaat niet om ingewikkelde zaken, eerder om willen, om een bepaalde mentale instelling. Schoolleiders die echt werk willen maken van kwaliteitszorg zullen hierin slagen (kunnen). Deze uitgave ondersteunt hen bij het denken en doen, en helpt hen om ideeën over kwaliteitszorg in actie(s) om te zetten (doen). Meer informatie op www.vangorcum.nl.
Discussiëren in Onderwijsmuseum Sinds vorig jaar draait er weer een ‘onderwijscafé’ in het Nationaal Onderwijsmuseum. Stichting Reflex organaniseert er onderwijsdiscussies onder de naam Reflexies. Komend half jaar staan drie bijeenkomsten geprogrammeerd: op 25 januari over ouderbetrokkenheid, op 22 maart over taal en op 31 mei over studiekeuzes en aansluiting. Iedereen die betrokken is bij jeugd, opvoeding en onderwijs is – na aanmelding – welkom van 17.00 tot 19.30 uur. Elke Reflexie heeft vier programmapunten; achtereenvolgens een paneldiscussie onder leiding van Frans van der Hilst, een gesproken column door Ton van Notten, een cultureel intermezzo en een netwerkborrel. Meer informatie en aanmeldingen: www.reflexies.nl
01 | 10 --- Rotterdams Onderwijs Magazine
| 11
Vak T THEATERGROEP SIBERIA 010 2409846
tekst Edith van Gameren
x Senna Gourdon en Nathalie Biermanns; ‘Als er maar één persoon is die we hiermee helpen, zijn we tevreden.’ foto’s Hans Hordijk
Thorbecke College, tweede klas, vierde lesuur. De tassen gaan open, boeken en schriften komen op tafel. Dan grijpt de docent in: ‘Jongens, pak alleen even je agenda en schrijf op dat de SO naar volgende week verschuift’. Lichte verwarring bij de leerlingen. En wie zijn die twee meiden?
info@theatergroep siberia.nl www.theatergroep siberia.nl
T
ess blijkt een nieuwe leerling. Van haar vorige school getrapt. De ander is Imra, nieuw op school omdat ze is verhuisd. Zo begint de voorstelling Chica Chica van Theatergroep Siberia. Een voorstelling die in de klas gespeeld wordt en waar de leerlingen een aandeel in hebben. Maar dat komt later. Voorlopig zijn de leerlingen nog even te verbaasd. Al snel ontspint zich een heftig debat tussen de luidruchtige, zelfbewuste Tess en de rustige Imra, die elkaar niet kennen. Of toch wel? Imra blijkt Tess bij de Mediamarkt gezien te hebben net toen haar vriendje een iPod in Tess’ tas liet glijden. Het heeft Tess in de problemen gebracht. Nu Tess weet dat Imra haar onschuld kan bevestigen, kijkt ze anders naar haar. Onder haar hoofddoekje blijkt ze bovendien niet zo ‘achterlijk’ te zijn. Ook Imra heeft haar fantasieën en geheimen. Over de ‘verhuizing’ bijvoorbeeld... in werkelijkheid is ze weggepest op haar vorige school vanwege haar hoofddoek. Grote, heftige vragen komen boven. Waar sta je voor? Wat geloof je? Wie vertrouw je? Tess blijkt diep in de ellende te zitten.
Geen smoezen Dat is het moment dat Tess en Imra de klas erbij betrekken. Wat sms je aan je moeder wanneer je met zo’n verhaal naar de politie gaat? De klas is het snel eens. Geen smoezen over bijles of ‘even naar een vriendin’, voor de draad ermee. ‘Mam ik zit in de problemen. Ben naar het politiebureau.’ Dat komt in het bericht te staan.
‘Mam, ik zit in de problemen’
> THORBECKE COLLEGE
Voorstelling Chica Chica brengt heftige zaken in de klas Haar ’vriend’ Boas met zijn vette auto leent haar uit aan anderen. Nu Boas is opgepakt, voelt Tess zich meer alleen dan ooit maar ze is er ook blij mee: even rust. Imra wil dat Tess met haar verhaal naar de politie gaat. Tess twijfelt... naar de politie betekent dat ook haar moeder het hele verhaal zal horen.
12 |
Rotterdams Onderwijs Magazine --- 01 | 10
De twee actrices praten verder met de klas. Wanneer vertrouw je iemand voldoende om zo’n verhaal te vertellen? Hoe goed ken je een ander? Hoe ga jij om met seks? Wanneer ben je daar klaar voor? De klas reageert openhartig. De een vindt dat je met 16 wel de verantwoordelijkheid voor een kind kunt dragen – mocht het mis gaan – de ander dat je pas klaar bent voor seks als je getrouwd bent. Opvallend weinig gegiebel, niemand wordt uitgelachen. De voorstelling wordt gespeeld door de actrices Senna Gourdou en Nathalie Biermanns. ‘De reacties zijn soms een beetje ongemakkelijk’, zegt Senna na afloop in de kleedkamer. ‘Het gaat over ’enge’ onderwerpen en belangrijke beslissingen. Ik denk dat er veel van blijft hangen bij de kinderen, juist omdat we het in de klas brengen, het komt dichtbij.’ ‘Kinderen hebben soms dingen meegemaakt waarvan zíj denken dat ze normaal zijn’, vult Nathalie aan. ‘Dit stuk kan hen aan het denken zetten. Als er maar één persoon is die we hiermee helpen, ben ik tevreden.’ In het voorjaar gaat Theatergroep Siberia een nieuwe serie Chica Chica spelen. De voorstelling is te boeken voor uiteenlopende niveaus en leeftijden.
Gratis Kompassen Kaliber Kompas is een werkwijze voor leerkrachten in het primair onderwijs om zich te professionaliseren. Zij leren om zichzelf doelen te stellen en stapsgewijs te bepalen welke kennis en vaardigheden ze nodig hebben om die doelen te bereiken. Er zijn nu vier ’kompassen’ beschikbaar: Kompas Taal, Kompas Rekenen, Kompas Sociale competentie en burgerschap en Kompas Ouderbetrokkenheid. Het materiaal, inclusief het draaiboek voor de directie, is voor Rotterdamse basisscholen gratis aan te vragen bij
[email protected]. Lees ook ’Kaliber Kompas op De Hoeksteen’ in het ROM van juni/juli/augustus 2009, op pagina 20 en 21. Zie ook: www.cedgroep.nl > primaironderwijs > burgerschap-en-sociale-competentie
mmm
vakliteratuur
IK KAN HET NIET! OVER FAALANGST Carolijn de Beij Veel kinderen kampen met faalangst. Ze zijn bang om fouten te maken en gaan daarom steeds meer situaties vermijden. Daardoor krijgen ze niet de gelegenheid om te ervaren dat hun angst meestal onterecht is. En zo krijgen ze niet de kans een gezond zelfbeeld op te bouwen. Dit boek van Carolijn de Beij gaat over Falerie, die van een ’spiegoloog’ leert hoe zij kan omgaan met haar faalangst. Ze leert hoe ze haar paniekgedachten kan omzetten in helpende gedachten, waardoor ze spannende situaties met meer zelfvertrouwen tegemoet gaat. Dan ziet ze dat ze veel dingen best goed kan, en dat fouten niet rampzalig zijn. Meer informatie op www.boekscout.nl > boekwinkel.
01 | 10 --- Rotterdams Onderwijs Magazine
| 13
Mijn Vak
tekst Anne-Marie Plasschaert
Als Hans Jongerius met zijn studie biologie begint, staat hem voor ogen kinderen het belang van de natuur te laten zien. Nu hij al twintig jaar pabo-studenten wegwijs maakt in het natuuronderwijs, glundert hij: ‘Wat is er mooier dan toekomstige leerkrachten te leren wat het belang is van onze aarde en bezig te zijn met mijn vakgebied.’
T HANS JONGERIUS Pabo Thomas More
k Hans Jongerius: ‘Ik heb echt respect voor de jongens en meiden hier. Dat ze voor het onderwijs kiezen. En ook als je ziet hoe enorm ze hun best doen om de verplichte examens te halen.’ foto’s Jan van der Meijde
010 4657066
E
r heerst een serene rust in het gebouw van Thomas More, de dag-studenten zijn een hele week op stage. ‘Ze gaan natuurlijk elke week een dag, maar ze gaan ook per periode een hele week naar de basisschool. Ze maken dan andere lessen mee en zien dat kinderen veranderen in de loop van de week’, zegt Hans Jongerius (54) terwijl hij me met enthousiasme rondleidt door het schoolgebouw. ‘Eigenlijk hebben we gewoon een schooltje.’ We lopen door de aula – wordt ook voor lessen gebruikt, het lokaal handvaardigheid, het muzieklokaal en langs de gezellige binnentuin met vijver waar de terrasstoeltjes tonen hoe het hier zomers bevolkt is met studenten.
‘We hebben te gekke studenten’ ‘NATUUR NATUURLIJK’, ZEGT HANS JONGERIUS ONMIDDELLIJK ALS HET GAAT OM WAAR HIJ ZICH IN ZIJN VRIJE TIJD MEE BEZIGHOUDT.
‘Ik woon samen met mijn vrouw in een mooi huis in Heukelum aan de Linge. We hebben een grote tuin en een boomgaardje. En we hebben beesten: een hond, kippen, een koe, en ik houd bijen.’ In de weekenden trekt de natuurliefhebber er geregeld met zijn vrouw op de tandem op uit. Vaak vogels kijken. Wat Jongerius betreft, blijft zijn leven op deze wijze doorgaan tot hij over twaalf jaar met pensioen gaat, want hij houdt van zijn werk en woont in een prachtige omgeving. Hij hoopt wel meer tijd te krijgen voor het onderzoek met studenten naar ’misconcepten’ een onderdeel aan het einde van het tweede jaar. ‘Het gaat dan om denkbeelden die kinderen hebben, bijvoorbeeld dat als de zon ondergaat en de sterren verschijnen aan de donkere hemel, dat er dan een gordijn rond de wereld is dicht gedaan.’
14 |
Rotterdams Onderwijs Magazine --- 01 | 10
Boven in het lokaal natuuronderwijs staan de proefjes voor het groepje van de pabo-studenten van die avond al opgesteld. Jongerius legt uit hoe het natuuronderwijs is opgebouwd. ‘Je krijgt hier op de verschillende onderdelen van het natuuronderwijs les op drie niveaus. De theorie wordt aangereikt op het niveau van de studenten; ze moeten bijvoorbeeld geen vis zeggen tegen een walvis. Maar ze leren ook te denken op het kind-niveau, bijvoorbeeld lieve dieren, enge dieren, aaibare dieren. Tenslotte oefenen ze in hoe je het vakinhoudelijke kunt overbrengen. Dat doen we in het vakatelier.’
Levend konijn De bevlogen docent legt met glinsterende ogen uit hoe er voortdurend wordt gependeld tussen het vakinhoudelijke, zelf oefenen en voorbereiden, en uitvoeren op de stageschool. ‘Zo doen wij dan voor hoe je les kunt geven met bijvoorbeeld een levend konijn in de klas. We bespreken na met de studenten over wat er goed gaat of minder goed, of wat fout kan gaan. Dan krijgen ze een opdracht mee om een week later zelf uit te voeren in de klas. Ook dat wordt weer besproken, waarna ze er op de basisschool mee aan de slag gaan. Of we halen een klas kinderen van een basisschool hier uit de buurt naar binnen. We gaan ook naar alle kinderboerderijen in Rotterdam, naar Blijdorp. We hebben goed contact met de educatieve centra daar en de stu-
denten krijgen weer opdrachten, bijvoorbeeld een speurtocht maken voor Blijdorp. Voor techniek halen we mensen van bijvoorbeeld een chemisch bedrijf binnen, waarna de studenten op de basisschool een techniek-ochtend of dag organiseren. Datzelfde geldt voor het thema ’schoolomgeving’. Voor de toetsing vullen de mentoren op school dan een beoordelingsformulier in. Het is een hele zinvolle manier van werken, want de studenten doen er enorm veel praktijkervaring mee op en de scholen zijn blij omdat ze hier vaak niet genoeg tijd voor hebben.’
Respect De bijzonder praktische werkwijze en de ‘sfeer van een schooltje’ bij Thomas More zijn precies de belangrijke punten die alle oudstudenten die in de loop van de tijd in deze serie aan het woord zijn geweest, zo aanspreekt. Omgekeerd complimenterend zegt Jongerius: ‘We hebben te gekke studenten. Dat kan ik niet genoeg benadrukken omdat er zo vaak wordt gezegd: ze kunnen niks, zeker die meiden van het mbo. Maar ik heb echt respect voor de jongens en meiden hier. Dat ze voor het onderwijs kiezen. En ook als je ziet hoe enorm ze hun best doen om de verplichte examens te halen.’ Voor studenten die moeite met een vak hebben, zijn er bijspijkeruren. ‘Maar we beginnen ook altijd met een stage in de middenbouw, zodat ze hun kennis weer op kunnen frissen en zelf ook oefenen met rekenen en taal. Al die negatieve geluiden zijn niet terecht. Ik voel me soms gewoon trots bij de diploma-uitreiking, of als ik studenten bezig zie met een opdracht of in de praktijk.’
01 | 10 --- Rotterdams Onderwijs Magazine
| 15
Vak T TEUN KOOREVAAR 010 4820575
[email protected] www.schoolschaak koepelerasmus.nl
tekst Ronald Buitelaar
De schoolschaakkoepel Erasmus wil de (virtuele) plek worden waar alle initiatieven rond schaken op scholen samenkomen. De koepel werd in december 2008 gelanceerd en heeft inmiddels al flink wat initiatieven ontplooid. Laatste wapenfeit: De inzet van het digitale schoolbord bij schaaklessen.
> SCHOOLSCHAAKKOEPEL ERASMUS
h Om de schaaklessen zo levendig mogelijk te houden, stimuleert de schoolschaakkoepel de inzet van het digitale schoolbord.
‘Schaken ontwikkelt de geest’ O
m maar direct enkele vooroordelen weg te nemen, schaken is niet elitair, vereist geen bovengemiddelde intelligentie en is niet alleen een sport voor mannen. Om met dat laatste te beginnen. Arianne Grootendorst is er het bewijs van. Als kind was ze schaakkampioen op de basisschool. Tegenwoordig verzorgt de leerkracht van een onderbouwgroep van de Ds. J.J. Buskesschool in Zevenkamp na schooltijd schaaklessen. Grootendorst benadrukt dat schaken voor iedereen leuk is: ‘Als je enthousiast bent en wilt leren schaken, kun je er zoveel plezier aan beleven. Schaken traint je geheugen, leert je concentreren, sterkt je wil en stimuleert de fantasie.’
Judit Polgár Grootendorst verwijst naar Judit Polgár, de uit Hongarije afkomstige, sterkste vrouwelijke schaker ooit: ‘Ik ben het helemaal met Polgár eens als ze zegt dat schaken de geest ontwikkelt. Kinderen leren hoe ze met winst en
16 |
Rotterdams Onderwijs Magazine --- 01 | 10
verlies moeten omgaan. Leren strategieën ontwikkelen en inzicht krijgen in het denken en handelen van anderen. Zaken die niet alleen nuttig zijn bij het schaken, maar ook in de klas en daarbuiten van pas kunnen komen.’
Jonge aanwas Het zijn geluiden, die Teun Koorevaar, voormalig voorzitter van de Rotterdamse Schaakbond en tegenwoordig ’trekker’ van
de schoolschaakkoepel Erasmus als muziek in de oren klinken: ‘Het is fijn om te horen dat de meerwaarde van schaken op scholen herkend wordt. Omdat we al langere tijd zien dat er te weinig jonge aanwas voor de schaaksport is, zijn we ons gaan beraden op manieren waarop we het schaken onder de aandacht van de jeugd kunnen brengen. En dan kom je al snel bij scholen terecht. Als dat daar dan zo wordt opgepakt, is dat natuurlijk fijn.’
Stappenmethode Door geïnteresseerde scholen van gratis schaakpakketten en desgewenst ook van instructeurs te voorzien, zorgt de schaakkoepel ervoor dat de drempel om met schaaklessen te beginnen zo laag mogelijk is. Koorevaar: ‘We maken gebruik van de ’Stappenmethode’. Een didactisch verantwoorde methode om te leren schaken, die nationaal en internationaal al zo’n vijfentwintig jaar gebruikt wordt. Wat instructeurs betreft, hebben we de beschikking over (voormalige) onderwijsmensen, maatschappelijk werkers, (pabo)studenten en schakers, die kosteloos door ons worden opgeleid en ondersteund.’
Digitaal schoolbord Om de schaaklessen zo levendig mogelijk te houden, stimuleert de schoolschaakkoepel de inzet van het digitale schoolbord. Een ontwikkeling die in het onderwijs met instemming wordt verwelkomd. Grootendorst: ‘Vroeger gebruikten we het magneetbord, maar het digitale schoolbord spreekt de kinderen veel meer aan. Het werkt sneller, is speelser en biedt oneindig veel mogelijkheden. Bovendien kennen de meeste leerlingen het bord al van de ‘gewone’ lessen en zijn ze er vaak al heel vertrouwd mee.’
Achterstandswijken Voor scholen die nog twijfelen of schoolschaken iets voor hun leerlingen is, hebben zowel Koorevaar als Grootendorst maar één advies: ‘Gewoon doen, je zult eens zien hoe leuk het is en hoe enthousiast de kinderen zijn.’ Koorevaar: ‘We zijn bereid om langs te komen en proeflessen te verzorgen en roepen vooral scholen in achterstandswijken op om zich bij ons te melden. Onze ervaring leert dat leerlingen op deze scholen supergemotiveerd zijn om te leren schaken.’
v ’Schaken traint je geheugen, leert je concentreren, sterkt je wil en stimuleert de fantasie.’ foto’s Jan van der Meijde
01 | 10 --- Rotterdams Onderwijs Magazine
| 17
De uitslag
Talent in beeld
Beeldende kunst 1e prijs City College St. Franciscus 2e prijs Auris College 3e prijs Wartburg College 4e prijs Accent PrO Hoogvliet
foto’s Jan van der Meijde tekst Ronald Buitelaar
Mode 1e prijs Melanchthon Prinses Irene 2e prijs Wolfert van Borselen 3e prijs Grafisch Lyceum
Dans 1e prijs Geref. Scholengemeenschap Randstad 2e prijs Accent PrO Hoogvliet 3e prijs LMC PrO Huismanstraat 4e prijs Noordrand College - Hazelaarweg
d
Muziek 1e prijs Grafisch Lyceum 2e prijs Comenius College 3e prijs Nieuw Zuid - Olympiaweg 4e prijs Marnix Gymnasium 5e prijs LMC PrO Talingstraat
Theater 1e prijs Wolfert van Borselen 2e prijs Hildegardis Mavo 3e prijs Cosmicus College
De 1e prijs-winnaars ontvingen uit handen van wethouder Rik Grashoff (Participatie, Cultuur en Milieu) een geldprijs voor extra workshops voor de school en mogen zich vanaf nu ’Ster aan de Maas’ noemen. De organisatie - in het kader van de Europese Jongerenhoofdstad Your World - van de interscolaire competitie Sterren aan de Maas was in handen van Jeugd, Onderwijs en Samenleving (JOS) van de gemeente Rotterdam.
De finale van Sterren aan de Maas 2009 op 1 december in het Nieuwe Luxor theater ligt achter ons. Wat een doorslaand succes. Wat een energie. Wat een talenten. En wat een beloften. Juryvoorzitter en directeur van het Luxor Theater, Rob Wiegman, vatte het in zijn slotwoord op treffende wijze samen: ‘Dit was voor het eerst dat ik op dit podium amateurs gezien heb die dicht in de buurt van professionals kwamen. Ik ben er zeer van onder de indruk. Ik wist niet dat we in Rotterdam over zo‘n grote verscheidenheid aan talenten beschikken.’ In een bijna vier uur durende en voortdenderende rollercoaster van beeld en geluid was het intens meelevende publiek getuige van een niet aflatende stroom aan talentenvolle leerlingen uit het hele Rotterdamse voortgezet onderwijs. Daaronder hors categorie optredens van zes leerlingen van 18 |
Rotterdams Onderwijs Magazine --- 01 | 10
de Wolfert van Borselen, de dansgroep Dance2B van de Gereformeerde Scholengemeenschap Randstad, danseres Nasha Lopez van LMC praktijkonderwijs Huismanstraat en de hardcore punk band Onnodig Krassen van het Grafisch Lyceum. Chapeau, chapeau, chapeau! Een kwaliteit die door de vakjury herkend werd en gekenschetst werd met termen als ‘absolute super fantastic’, ‘indringende boodschap’, ‘superstrak’, ‘authentiek en superspannend’, ‘absolute topquality’, ‘origineel, ontroerend en onschuldig’en ‘absoluut topniveau’. Als de journalist zich een persoonlijke favoriet mag permitteren: ‘I ‘ve seen the future of Dutch rock and roll and it ‘s name is ‘Verborgen Krassen’. Vooruit mannen. Dit jaar Luxor. Volgend jaar Lowlands.’
T Signaleer ook talent voor ‘Talent in beeld’. Mail naar
[email protected]
01 | 10 --- Rotterdams Onderwijs Magazine
| 19
Leerling tekst Ineke Westbroek
tekst Martin van den Bogaerdt
Met mbo-2 zijn je mogelijkheden beperkt. Dat leuke supermarktbaantje, wil je dat echt voor de rest van je leven? ‘Doorleren’, adviseert Shalisa (20), voorbeeldfiguur van de campagne ‘Ga gewoon door!’ Zij weet waarover ze praat. De gevolgen van verkeerde keuzes ondervond zij aan den lijve. v Shalisa: ‘Nu zeg ik tegen iedereen die een vervolgopleiding zoekt: bezoek ze, vraag, vergelijk.’ foto Petja Buitendijk
Wolfert Dalton Hillegersberg is een van de scholen die sinds drie jaar meedoet aan de pilot voor een extra eindexamenmoment in januari. Staatssecretaris Marja van Bijsterveldt van OCW maakte onlangs bekend dat er na de pilot mee wordt gestopt. Het is te duur en omslachtig.
DE CAMPAGNE
Onderzoek wijst uit dat 6000 jonge Rotterdammers met een mbo-2diploma werk willen zoeken of twijfelen over hun vervolgopleiding. Om hen te stimuleren door te leren, startten JOS, SoZaWe, Albeda College en Zadkine de campagne ’Ga gewoon door!’. Met filmpjes en spotjes bij jongerenmedia en de website www.gagewoondoor.nl worden jongeren gewezen op het belang van doorleren.
Keuzedoolhof
∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏ Shalisa, voorbeeldfiguur ∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏ campagne ’Ga gewoon door!’ ∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏ E
en naaimachine had zij nooit van dichtbij gezien. Toch moest ze erachter. Shalisa had zich de modeopleiding ietsje anders voorgesteld. ‘Heel naïef’, zegt de mbo-studente nu. ‘Via Internet gaf ik me te snel op. Niet uitgezocht of het bij me past. Open dagen vond ik overbodig. Nu zeg ik tegen iedereen die een vervolgopleiding zoekt: bezoek ze, vraag, vergelijk.’
Tante Na de afgebroken mode-opleiding werkte Shalisa een jaar in de kledingzaak van haar tante: ‘Ik deed steeds hetzelfde werk’, vertelt zij, ‘maar wilde me juist verder ontwikkelen. ‘Ik wilde altijd al schoonheidspecialiste worden, maar die opleiding kan je alleen op niveau 3 volgen en daarvoor was mijn vooropleiding te laag.’ Daarom koos Shalisa als tussenstap voor de opleiding Helpende Welzijn, die mooi aansluit op de vervolgopleiding Schoonheidsspecialiste.
20 |
Rotterdams Onderwijs Magazine --- 01 | 10
Met het diploma op zak begon de zoektocht naar een vervolgopleiding. Dwalen in een doolhof aan keuzes voor Shalisa, die uiteindelijk besloot haar roeping te volgen. Zij liet zich inschrijven voor de opleiding Schoonheidsspecialiste aan het Albeda College en is inmiddels ijverig aan de studie. Zij streeft naar niveau 4: ‘Daar leer ik wat ik wil: mensen met een probleemhuid helpen. Uiteindelijk wil ik naar de hbo-opleiding voor huidtherapeut.’
Blog Voor iemand met niveau 2 liggen de banen niet voor het oprapen, zeker niet in tijden met een krappe arbeidsmarkt. ‘Het is belangrijk om je kennis te verbreden, zodat je je eigen kansen kunt creëren’, houdt Shalisa scholieren voor op de campagnewebsite. Op haar eigen blog geeft zij adviezen en beschrijft zij haar ervaringen met haar studie en de keuzes waarmee zij ooit worstelde. Anderen behoeden voor haar fouten vormde een belangrijke drijfveer om zich op te geven als voorbeeldfiguur voor de campagne. ‘Ik werd geko-
‘Uiteindelijk wil ik naar de hbo-opleiding voor huidtherapeut’ zen vanwege mijn ervaringen met stukken schrijven op internet’, vermoedt Shalisa, die het onderwijs erop wil wijzen hoe moeilijk het is om als zestienjarige voor je toekomst te kiezen: ‘Je weet nog niet wie je bent. Je overziet niet alle mogelijkheden. Mijn school deed wel aan voorlichting, maar veel te oppervlakkig. Ook werd ik weinig gestimuleerd.’ Volgens Shalisa moeten scholen veel meer tijd besteden aan begeleiding van leerlingen naar vervolgopleidingen: ‘Ik wilde de kaderberoepsgerichte leerweg volgen, die aansluit op mbo-3, maar ik moest naar de basisberoepsgerichte leerweg. Als ik mijn niveau 3 heb, ga ik die leraren beslist mijn diploma laten zien!’ ∏
Plan voor eindexamen in januari geschrapt Teamleider bovenbouw Robert Beuzenberg van Wolfert Dalton Hillegersberg zegt dat bij hem op school ongeveer 75 procent van de examenkandidaten voor het extra examenmoment in januari kiest. ‘Onze school ziet vooral een meerwaarde in de kansen die aan leerlingen geboden worden door de examens in het examenjaar te spreiden.’ Ook Van Bijsterveldt is op zich positief over de resultaten van de pilot, alleen is volgens haar de praktische uitvoerbaarheid te lastig. Zo zouden er bij landelijke invoering duizenden extra examinatoren nodig zijn, moeten er landelijke afnamepunten komen en twee keer zoveel centrale examens dan nu moeten worden gemaakt. Al met al zou dat 50 miljoen euro extra per jaar gaan kosten, en dat geld heeft de staatssecretaris er niet voor over. Logisch, vindt Beuzenberg: ‘Het geld kan maar eenmaal uitgegeven worden en in deze tijd van economische crisis kan ik me een aantal zaken voor de geest halen die een hogere prioriteit hebben.’ Het kostenaspect wordt in de brief pas als tweede reden genoemd om het plan te schrappen. ‘De eerste reden is dat de evaluatie heeft uitgewezen dat te weinig leerlingen in januari al doorstromen naar het mbo, hbo en universiteit. Het is jammer dat deze reden wordt genoemd, want de opdracht waarmee de pilotscholen aan het werk gingen, was om te onderzoeken of het afnemen van verschillende examenmomenten voor de scholen te realiseren was’, aldus Beuzenberg. Wolfert Dalton Hillegersberg en de andere pilotscholen kunnen de proef nog tot en met 2011 voortzetten, omdat ze anders ten aanzien van hun leerlingen niet aan gewekte verwachtingen kunnen voldoen.
01 | 10 --- Rotterdams Onderwijs Magazine
| 21
Leerling T NICOLINE HOOS Stichting de Meeuw 010 4863022
[email protected]
> AANPAK MEISJESBESNIJDENIS
∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏ ‘Ouders zijn zich van ∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏ geen kwaad bewust’ ∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏ tekst Ineke Westbroek
‘Als ik van de zomer naar Somalië ga, laat ik gelijk mijn dochter besnijden.’ Een Somalische moeder vertelt dit terloops op het schoolplein aan een Marokkaanse moeder, die schrikt en licht de leerkracht in. Wat kan die eraan doen..? In dit soort gevallen kunnen professionals in onderwijs en jongerenwerk een beroep doen op het team van voorlichters over vrouwelijke genitale verminking, opgezet door Stichting de Meeuw.
H
oewel meisjesbesnijdenis sinds 2006 strafbaar is, worden volgens een schatting van de Raad voor de Volksgezondheid in Nederland jaarlijks minimaal 50 meisjes besneden, waarvan de meesten afkomstig uit Afrikaanse landen. Om ouders uit risicolanden, zoals Somalië, Mali en Soedan bewust te maken dat meisjesbesnijdenis een vorm van mishandeling is, organiseert Stichting de Meeuw sinds vorig jaar een pilot met voorlichtingsbijeenkomsten en huisbezoeken.
Signalen herkennen Tijdens de bijeenkomsten leren professionals die met kinderen en jongeren werken hoe zij signalen van meisjesbesnijdenis kunnen herkennen. Leerkrachten en kinderwerkers die in hun praktijk merken dat in een gezin plannen bestaan om een dochter te
22 |
Rotterdams Onderwijs Magazine --- 01 | 10
laten besnijden, kunnen via De Meeuw een huisbezoek aanvragen. Zo’n gezin krijgt dan bezoek van een voorlichter met dezelfde culturele achtergrond. Dit jaar werden 20 voorlichtingsbijeenkomsten en 131 huisbezoeken georganiseerd.
Denken dat het erbij hoort Hoe merk je dat een meisje het risico loopt te worden besneden? ‘Lastig’, vindt voorlichter Adrienn Vegh. ‘Van de buitenkant is het niet te zien’, verklaart de geneeskundestudent die 6 jaar voorlichting geeft, waarvan 4,5 jaar aan professionals, ’leerkrachten moeten daarom alert zijn op dingen die kinderen en ouders op school vertellen. Het kan zijn dat een moeder iets opvalt, zoals die Marokkaanse moeder die hoorde van de plannen voor een besnijdenis tijdens een vakantie in Somalië.’
Hoort bij vrouw-zijn Ouders zijn zich van geen kwaad bewust, ervaart Hriti Asghedom, die huisbezoeken aflegt bij Somalische gezinnen met plannen om dochters te laten besnijden. In haar vroegere praktijk als verloskundige in Somalië merkte zij hoe vanzelfsprekend vrouwen leren leven met klachten veroorzaakt door besnijdenis, zoals moeilijke bevallingen, moeilijk plassen en pijn bij vrijen: ‘Voor hen hoort dat nu eenmaal bij het vrouw-zijn. Hun moeders, zussen en vriendinnen hebben hetzelfde.’
Vertrouwensband Het vergt tijd om ouders te overtuigen van de ongewenstheid van meisjesbesnijdenis. Tijdens de eerste huisbezoeken gaan de gesprekken vooral over de praktische kanten van wonen in Nederland. Pas wanneer er een vertrouwensband groeit, brengt de voorlichter voorzichtig het onderwerp ’besnijdenis’ ter sprake. ‘Als je dezelfde achtergrond hebt, weet je hoe je dat het beste kunt doen’, zegt Asghedom, die ouders nooit veroordeelt vanwege hun voornemen: ‘In het land van herkomst gelden onbesneden meisjes als onrein waardoor zij geen man kunnen krijgen. Dat wil je niet voor je dochter. Ik leg uit dat het in Nederland anders is en dat de Koran vrouwenbesnijdenis niet voorschrijft, zoals zij vaak denken.’ ∏
h Blije gezichten van Surinaamse leerlingen achter Nederlandse schooltafels. foto SHPS
Schoolmeubilair en boeken voor Surinaamse kinderen Op 16 november doopte wethouder Peter Lamers van Onderwijs voor het stadhuis de 25e zeecontainer van het Schoolhulpproject Suriname. Dat deed hij samen met leerlingen van de Oscar Romeroschool.
Vijfentwintig zeecontainers met schoolmeubilair en boeken – totale lengte 300 meter – zijn in de periode augustus 2007 tot november 2009 vanuit Rotterdam naar Suriname verscheept. Welgeteld 9.138 kinderen op 82 lagere scholen hebben nu goede tafels en stoelen. Ook dit jaar gaan er weer tien containers overzee. Uiteindelijk moeten tweehonderd Surinaamse lagere scholen voorzien zijn van passende ’leerlingsetjes’, computers en boeken – overtollig materiaal van scholen in Zuid Holland dat nog in goede staat verkeert. Tientallen vrijwilligers verzorgen het transport en de selectie van het materiaal. De stichting maakt gebruik van vrachtauto’s van de Roteb en opslagruimte van het Ontwikkelings Bedrijf Rotterdam (OBR). De zusterorganisatie in Paramaribo, de Stichting voor de Scholen van Suriname, zorgt voor de verdeling van de goederen over de diverse scholen. Het zeetransport is kostbaar, een container kost € 4100. Met acties en donaties komt het geld bij elkaar. Zo hebben de leerlingen van bassisschool De Bosweide in Ridderkerk onlangs een sponsorloop gehouden.
Grafisch Lyceum Rotterdam start met leerlingbemiddeling Het vmbo voor Vormgeven en Media, onderdeel van het Grafisch Lyceum Rotterdam (GLR), is onlangs gestart met leerlingbemiddeling. Leerling-bemiddelaars zien er op toe dat ruziemakende schoolgenoten gezamenlijk tot een oplossing komen. In de praktijk is gebleken dat jongeren over meer oplossingsvermogen beschikken dan volwassenen denken. Door de introductie van leerlingbemiddeling hoopt het GLR dat conflicten eerder worden gemeld en daardoor sneller worden opgelost. Leerling-bemiddeling is géén hulpverlening: de bemiddelaars hoeven conflicten niet op te lossen, te analyseren of een eigen mening te geven. Leerlingen kiezen zelf of zij gebruik willen maken van een leerling-bemiddelaar. Voorlopig worden de leerling-bemiddelaars ingezet in de eerste twee leerjaren.
01 | 10 --- Rotterdams Onderwijs Magazine
| 23
Leerling T MADELEINE VAN NOORDT Basisschool Het Pluspunt
[email protected]
tekst Renate Rothstegge
Rotterdam kent sinds 2007 de Meldcode Huiselijk Geweld. Een stappenplan dat aangeeft wat je als professional moet doen bij een vermoeden van huiselijk geweld of kindermishandeling. De CED-Groep helpt scholen bij het implementeren van de meldcode.
MARYSE BOLHUIS CED-Groep
[email protected] 010 4071514 www.huiselijkgeweld. rotterdam.nl
> MELDCODE HUISELIJK GEWELD
∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏ ‘ J e kan nu niet ∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏ meer denken: ∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏ ∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏ laat ik het even ∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏ aankijken’ ∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏
Veertig basisscholen b Basisscholen die de Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling hebben ondertekend, kregen begin november voor groep 7 en 8 de voorstelling ’Weg’ van theatergroep Siberia aangeboden. Deze voorstelling is gebaseerd op de gelijknamige jeugdroman over kindermishandeling. Op 11 en 12 januari wordt het stuk opnieuw gespeeld voor leerlingen uit de eerste klas van het vo. Voor meer informatie of aanmelding:
[email protected]. foto’s Jan van der Meijde
24 |
Effectieve gesprekken Wel belangstelling voor, maar nog weinig concrete vraag is er naar een training waarbij je leert effectieve gesprekken te voeren met ouders over hun kind. Bolhuis: ‘Dit is een zeer lastig onderwerp en meestal is het niet nodig dat het hele team een dergelijke training doet.’
Inschrijven Klap van moeder Een dergelijk gesprek hoeft geenszins onaangenaam te zijn. Van Noordt: ‘Een kleuter vertelde in de groep dat ze een klap van haar moeder had gekregen. De leidster besprak dit voorval met de directie en besloot vervolgens alleen een gesprek met moeder te hebben. Ze vertelde haar wat haar kind verteld had. De moeder reageerde zeer positief. Ze was blij dat de school zo alert optrad.’
Vermoeden
Gesprekken met ouders
Sinds de introductie van de meldcode is er op het Pluspunt meer over kindermishandeling gepraat en zijn er ook meer gesprekken met ouders gevoerd dan daarvoor, constateert Van Noordt. ‘Je kan nu niet meer denken: laat ik het even aankijken. Bij het geringste vermoeden van kindermishandeling moet je erover praten, of dat nu met een directielid of met een schoolmaatschappelijk werker is. Daarna kan het besluit vallen om wel of niet met de ouders te gaan praten.’
Niet iedereen kan of wil dit soort gesprekken met ouders voeren. ‘Dat hoeft ook niet. Zo lang we op school een aantal mensen hebben, leerkrachten, intern begeleiders, die dit willen en kunnen, is het goed.’ Op het Pluspunt is de meldcode inmiddels vrij goed ingeburgerd. ‘We zijn echt goed op weg, maar het moet een terugkerend item zijn, een onderwerp waar we steeds weer aandacht voor hebben.’
Rotterdams Onderwijs Magazine --- 01 | 10
‘Quickscan onontbeerlijk als vertrekpunt’ geweld of kindermishandeling? Is er een protocol? Is de meldcode kindermishandeling bekend? Zijn de leerkrachten in staat met ouders gesprekken te voeren over kindermishandeling? Scholen kiezen vervolgens vaak voor trainingen of workshops, waarbij het team handvatten krijgt aangereikt.’
B
asisschool Pluspunt was betrokken bij de ontwikkeling en de implementatie van de meldcode, daarbij geholpen door de CED-Groep. Allereerst werd een ’quickscan’ uitgevoerd, waarmee de school de stand van zaken in kaart bracht. Madeleine van Noordt: ‘Het bleek dat we als school vrij actief waren, maar dat er grote verschillen waren tussen de leerkrachten. Verder kwam naar voren dat er bij de leerkrachten veel behoefte was aan een workshop over het herkennen van kindermishandeling. Zoveel zelfs dat er uiteindelijk twee sessies nodig waren om iedereen deel te kunnen laten nemen. Van tevoren dacht een aantal mensen: dat merk je toch, als een kind mishandeld wordt? Blauwe plekken ziet iedereen, maar waaraan merk je dat een kind verwaarloosd wordt? Of getuige is van geweld tussen ouders? Een echte eye-opener was ook dat kinderen die zich altijd heel lief gedragen ook slachtoffer van kindermishandeling kunnen zijn. Daar moet je alert op zijn. Dat geldt ook voor kinderen met een zeer angstig gedrag.’
Projectleider Meldcode Huiselijk Geweld, Maryse Bolhuis van de CED-Groep: ‘We hebben tot nu toe op veertig basisscholen geholpen met het implementeren. Scholen kunnen kiezen uit zes opties die gericht zijn op bewustwording, het vergroten van kennis en het verbeteren van vaardigheden. De keuze die scholen maken, is sterk afhankelijk van wat ze al weten en doen. Veelgevraagd is de quickscan: Hoe ga je als school om met vermoedens van huiselijk
BREED INITIATIEF
De GGD Rotterdam Rijnmond, het Openbaar Ministerie, politie, hulpverleningsinstanties en gemeentelijke diensten werken in Rotterdam nauw samen om huiselijk geweld te stoppen. In 2007 is de Meldcode Huiselijk Geweld ontwikkeld, een stappenplan ten behoeve van alle professionals die werken met kinderen of gezinnen. Ook schoolbesturen ondertekenden de code en gaven daarmee aan dat hun scholen voortaan volgens dit stappenplan zullen handelen. Uitgebreide informatie over beleid, de meldcode, praktische tips, het downloaden van brochures, en meer is te vinden op www.huiselijkgeweld.rotterdam.nl
Op basis van de opgedane ervaringen wordt het CED-aanbod vanaf dit jaar meer geïndividualiseerd en gestandaardiseerd. Bolhuis: ‘Op het grootste deel van het aanbod moeten leerkrachten voortaan inschrijven. Het is lang niet altijd nodig of wenselijk dat alle leerkrachten van een school een bepaalde training volgen. Wat voor het hele team wél interessant blijft, zijn een algemene informatiebijeenkomst en de quickscan. Met name dat laatste blijft onontbeerlijk als vertrekpunt voor het verdere traject.
Huisverbod Verder willen we een map maken voor scholen, waarin antwoord gegeven wordt op concrete vragen. Een school krijgt bijvoorbeeld van de politie te horen dat de vader van één van de kinderen een huisverbod heeft gekregen. Hoe ga je daar als school in de praktijk mee om? Wat doe je als vader op de stoep staat om zijn kind op te halen? In de map moeten dergelijke situaties eenvoudig op te zoeken zijn.’ ∏
01 | 10 --- Rotterdams Onderwijs Magazine
| 25
Leerling T WIM DE BOOM afdelingsdirecteur VMBO Scheepvaart en Transport College
tekst Ineke Westbroek
Overal in Nederland herleven de ’ambachtsscholen’. Deze opleidingen moeten leerlingen binnen de poort houden door ze gelijk aan de slag te laten gaan met een vak dat ze ligt. In Rotterdam staat een vakinstelling die door de jaren heen heeft vastgehouden aan vakonderwijs: Het Scheepvaart- en Transport College (STC). De komende maanden aandacht voor deze school, die zijn tijd vooruit was. We beginnen met de opleiding Rijn- en Binnenvaart, die leerlingen praktisch en theoretisch voorbereidt op werken aan boord van een binnenvaartschip of een viskotter.
x Pieter den Dulk: ‘Je ziet van alles wat je niet dagelijks ziet zoals bergen en havenbuurten.’ foto Petja Buitendijk
V
DOORSTROMEN OF DIRECT AAN DE SLAG
De opleiding Rijn- en Binnenvaart aan het Scheepvaart en Transport College leidt via de Basis Beroepsgerichte Leerweg (BBL) en de Kader Beroepsgerichte Leerweg (KBL) op tot de functie van matroos aan boord van een Rijn- of binnenvaartschip. Voor beide leerwegen biedt de school leerwegondersteuning (LWOO) aan. De opleiding wordt gegeven aan de Locaties Waalhaven in Zuid en Lloydstraat in Noord. Leerlingen krijgen les in praktijk en theorie, waarbij regelmatig vaartochten worden gemaakt op de instructievaartuigen van de school. Verspreid over twee jaar lopen leerlingen elf weken praktijkstage op een binnenvaartschip van het STC. Aan het eind van de opleiding doen leerlingen examen in binnenvaartvakken en algemene vakken. Gediplomeerden kunnen direct aan de slag, of doorstromen naar een mbo-opleiding Rijn- en Binnenvaart, of één van de andere opleidingen die het STC biedt. Het vmbo-diploma levert studieduurverkorting op in de mbo-opleiding kapitein Rijn- en binnenvaart. Om de opleiding aan te laten sluiten op de beroepspraktijk, onderhoudt het STC nauwe contacten met het bedrijfsleven.
oor Pieter den Dulk (16) is het elke dag weer een hele tocht met het openbaar vervoer, van zijn ouderlijk huis in Scheveningen tot aan de school aan de Waalhaven. Maar hij heeft het ervoor over. ‘Spannend’, noemt de vierdejaarsleerling zijn opleiding tot matroos op een Rijn- of binnenvaartschip, ‘leuker dan de hele dag naar een beeldscherm turen.’ De vele vaartochten op de opleidingsschepen van het STC zijn vol avontuur, of het nou om een tocht door de provincie gaat, of om een grote Rijnvaart. Spectaculair vindt hij de Rijnvaarten en de tochten naar Antwerpen: ‘Je ziet van alles wat je niet dagelijks ziet zoals bergen en havenbuurten.’ Aan boord wisselen leerlingen van rol. ’Je bent kok, kapitein of hofmeester’, somt Pieter op, ‘maar iedereen wil natuurlijk kapitein zijn, want de opleiding draait om varen.’
Roeibootjes Vaartochten door rivieren en kanalen in Nederland zijn voor Pieter niet minder uitdagend dan buitenlandse reizen. Zijn voorkeur gaat uit naar kanalen, waarvan het Amsterdam-Rijnkanaal bij hem favoriet is. ‘Vanwege die sluizen met maar 10 centimeter ruimte’, beschrijft hij enthousiast zijn voorkeur,
∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏ ∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏ Ik leer voor... rijnen binnenvaart ∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏ 26 |
Rotterdams Onderwijs Magazine --- 01 | 10
[email protected] www.stc-r.nl
‘iedere keer spant het erom of het goed gaat. Je moet heel nauwkeurig manoeuvreren.’ Behendigheid leert hij ook tijdens de roeioefening die op het programma staat. In de Waalhaven tegenover de school voeren Pieter en zijn klasgenoten een denkbeeldige reddingsactie uit, waarbij zij roeibootjes losmaken, denkbeeldige drenkelingen redden en door de haven varen.
Heftig De Scheveningse Pieter, stammend uit een vissersgeslacht, hoefde nooit na te denken over zijn beroepskeuze. Als klein kind al wist hij het zeker: hij gaat de familietraditie voortzetten. Na afronding van zijn opleiding voor matroos wil hij naar de Visserijschool, een opleiding van het STC in Katwijk. ‘Mijn vader en opa vinden het leuk dat ik als enige van mijn broers en zussen dit beroep kies’,
‘Je verveelt je nooit’ vertelt Pieter, voor wie de keuze niet meer dan logisch was: ’Ik heb heel vaak meegevaren op de garnalenkotter. Dat geeft allerlei heftige belevingen met het bovenhalen van de garnalen. Je kan zomaar overboord slaan. Op zee heb je altijd je vrijheid en je verveelt je nooit.’ ‘De opleiding geeft een goede voorbereiding op de Visserijschool’, verwacht Pieter, terwijl hij snel en handig een dik stuk touw splitst en zes dunne strengetjes knoopt. ‘Die moet om een bolder heen, waaraan je een schip vasthoudt’, legt hij tussendoor uit. ‘Met dit soort technieken doe ik straks mijn voordeel in de visserij. Als je op een binnenschip kunt varen, kun je het ook op een viskotter.’ ∏
01 | 10 --- Rotterdams Onderwijs Magazine
| 27
Leerling T HENK KLEIJ Stichting de Meeuw
> AFRONDING OPVOEDDEBATTEN
[email protected]
‘Biedt tegenwicht aan straatcultuur’ tekst Ineke Westbroek Zorgen dat je kind goed voorbereid naar school gaat. Regelmatig contact houden met school over zijn/haar vorderingen. Het goede voorbeeld voorleven, door zelf respectvol met anderen om te gaan. Allemaal vanzelfsprekendheden rond opvoeding, voortgekomen uit de opvoeddebatten in het kader ’Opvoeden doen we samen!’ Vanzelfsprekendheden die zinloos zijn zolang school en ouders geen tegenwicht kunnen bieden aan de straatcultuur, waarschuwt de Rotterdamse socioloog Iliass El Hadioui, die onderzoek deed naar de relatie school, ouders en straat.
‘F
ock it, ebhoofd, opjenssen!’ Docenten schrikken al niet meer van dit soort kreten. De straatcultuur dreigt op school gemeengoed te worden. Machomannetjes schelden op elkaar en op hun leraren, behandelen meisjes als gebruiksvoorwerp, maar eisen wel van iedereen ‘respect’. De straatcultuur is de school binnengedrongen, met zijn eigen normen die frontaal botsen met die van school en thuis. ‘Met etnische en culturele achtergronden heeft dit niets te maken,’ benadrukt El Hadioui, ‘naast school en thuis is de peergroup op straat de derde opvoeder geworden, die meer invloed op jongeren uitoefent dan ouders en leerkrachten.‘
Gezichtsverlies Om tegenwicht te bieden aan deze derde opvoeder moeten docenten volgens El Hadioui leren omgaan met straatcultuur op school: ‘Zij moeten zich bijvoorbeeld bewust worden dat jongeren die opgroeien met straatcultuur gezichtsverlies bij de peergroup erger vinden dan straf. Dat vergt een andere benadering.’ Introduceren van de rapcultuur op school, met verheerlijking van criminaliteit en minachting voor vrouwen, vindt El Hadioui uit den boze: ‘Organiseer dan liever een lagerhuisdiscussie, met dezelfde battle-elementen als een rapwedstrijd.’ Om op stedelijk niveau het hoofd te bieden aan de onwenselijke elementen van straatcultuur, pleit de socioloog voor een integrale
aanpak van gemeente, onderwijs en welzijn, om een alternatief voor de straatcultuur te ontwerpen: ‘Goede elementen van straatcultuur op sportief gebied zijn bruikbaar. Projecten die daarmee werken, zijn nu nog te geïsoleerd.’
Coalities Samen met El Hadioui werkt Stichting de Meeuw aan zo’n aanpak waarbij leerkrachten, jongerenwerkers, jongeren en hun ouders coalities vormen om alternatieven voor straatcultuur in de praktijk te brengen. Bij het vinden van voldoende financiering wordt de aanpak komend jaar in proefgebieden uitgeprobeerd. De bedoeling is dat El Hadioui het proces volgt, zodat hij het op wetenschappelijk verantwoorde wijze kan bijsturen, waarmee er een voor de hele stad bruikbare methodiek ontstaat. Annette Diender, vanuit De Meeuw betrokken bij de ontwikkeling van de methodiek, ziet mogelijkheden: ‘Bijvoorbeeld in de brede school. Met dit concept zijn veel activiteiten te bedenken die jongeren van de straat houden, zoals sport en positieve vormen van rap. Maar voor dit alles zijn financiers nodig. Die zijn we aan het zoeken.’
Speelgoedbank in school
Koninklijk bezoek op Heijplaat. Willem-Alexander heeft daar op 29 oktober de RDM Campus officieel geopend. Waar de befaamde SS Rotterdam, onderzeeërs en vele andere zeeschepen van de helling rolden, is nu een modern centrum voor onderwijs en bedrijfsleven gerealiseerd.
RDM Campus officieel geopend tekst Martin van den Bogaerdt foto Tineke de Lange Betekende RDM vroeger Rotterdamse Droogdok Maatschappij, de afkorting staat tegenwoordig voor Research Design & Manufacturing. De karakteristieke machinehal – waar honderden Rotterdammers in de wederopbouw met opgestroopte mouwen aan de draaibanken stonden – en het directiegebouw van de oude scheepswerf zijn vanaf 2007 grondig verbouwd. Vorig schooljaar is het onderwijsgedeelte van het zogenoemde Innovation Dock al in gebruik genomen door het Albeda College en Hogeschool Rotterdam. Met de afronding afgelopen najaar van het bedrijvengedeelte en de officiële opening door de kroonprins is de campus op Heijplaat volledig in gebruik genomen. Op de RDM Campus werken mbo- en hbo-onderwijs samen onder één dak. Daarnaast wordt samengewerkt met de innovatieve en creatieve industrie, die hier bedrijfsruimte kan huren. Er is op de campus ook ruimte te huur voor bijvoorbeeld vergaderingen en congressen. Zo vierde het Opleidings- en Ontwikkelingsfonds Metaalbewerking (OOM) er in november het 25-jarig bestaan met een jubileumcongres. De ontwikkeling van de RDM Campus is mede mogelijk gemaakt door Havenbedrijf Rotterdam. Meer informatie staat op www.rdmcampus.nl.
Scholieren gamen voor goed doel Het geweld in Sudan laat de jongeren niet koud. Eind vorig jaar handelden scholieren van het Marnix Gymnasium, tijdens de serious game ’Markt voor Vrede 4.1’, in aandelen die gerelateerd zijn aan het vredesproces in Zuid-Sudan. In het online aandelenspel worden de jongeren niet geïnformeerd over de problematiek, maar ontdekken ze zelf spelenderwijs wat er allemaal aan de hand is. In het spel draait het om slim handelen in de veiligheid en ontwikkeling in Zuid-Sudan. Aan de hand van de nieuwsberichten kunnen de scholieren een inschatting maken hoe het staat met het vredesproces en welke aandelen populair zullen worden. Wie het nieuws goed in de gaten houdt, kan slim handelen en credits verdienen. Spelers die de juiste aandelen van de wekelijkse peiling in handen hebben, krijgen extra credits en voor de beste deelnemers en school zijn er prijzen. Kijk voor meer informatie kijk op www.marktvoorvrede.org en www.eurosvoorvrede.nl.
Eind vorig jaar opende Stichting Speelgoedbank in basisschool Eben Haëzer de eerste speelgoedbank van Rotterdam. Ouders kunnen daar met hun kind één keer per maand gratis speelgoed komen uitzoeken. De initiatiefnemers, Ursula van Meurs, Suzanne Potuijt en Annemarieke den Heijer, willen arme ouders in de gelegenheid stellen hun kinderen van speelgoed te voorzien. Bedrijven kunnen onverkocht speelgoed doneren en particulieren kunnen gebruikt, maar nog goed speelgoed bij de stichting afleveren. Meer informatie bij Suzanne Potuijt en op www.speelgoedbank-rotterdam.nl.
28 |
Rotterdams Onderwijs Magazine --- 01 | 10
Prins Willem-Alexander laat zich informeren.
01 | 10 --- Rotterdams Onderwijs Magazine
| 29
ISO-School T STEEF VAN DER HORST Basisschool Al-Ghazali
tekst Marijke Nijboer
Een periode met veel directeurswisselingen zorgde voor onrust op basisschool Al-Ghazali. Het teamgevoel was verdwenen. Met behulp van ISO worden nu gezamenlijke doelen geformuleerd en wordt de professionaliteit van het team verder versterkt.
v Momenten uit de feestelijke opening van het gerestaureerde pand aan de van Lennepstraat, op 4 november. foto’s Al-Ghazali
010 4152167
[email protected]
> AL-GHAZALI
Van ‘elk voor zich’ naar een team met een visie
De CED-Groep is in huis gehaald om vorm te geven aan opbrengstgericht werken. Leerkrachten leren om aan de hand van de resultaten van kinderen strategieën uit te zetten. Omdat het begrijpend lezen te wensen overlaat, heeft de school een nieuwe taalmethode uitgekozen.
Leerpleinen
A
l-Ghazali in Spangen startte 23 jaar geleden als de eerste islamitische basisschool van Nederland. De betrokkenheid van team en ouders was groot. Op haar hoogtepunt had de school 360 leerlingen. De afgelopen jaren kreeg Al-Ghazali echter te maken met maar liefst vier directeurswisselingen in relatief korte tijd. Elke nieuwe directeur had z’n eigen ideeën over waar het heen moest met de school. Dat demotiveerde het team en kostte de school veel leerlingen. Op dit moment telt de school er 175. Toen Steef van der Horst anderhalf jaar geleden als vijfde nieuwe directeur binnenkwam, kende het team geen samenhang meer. ‘Iedereen had zich in z’n eigen klas teruggetrokken. Men sprak over elkaar in plaats van met elkaar. Het ziekteverzuim was hoog. Mijn voorganger had ook alle ouders de school uitgestuurd.’ Zijn komst bracht opnieuw onrust. Van der Horst besefte dat hij vertrouwen moest winnen. ‘Je moet de inzet van mensen koesteren, ook al pakt het niet altijd goed uit. Je moet
30 |
Rotterdams Onderwijs Magazine --- 01 | 10
fragmentarisch.’ Het streven is om gezamenlijke doelen te stellen en iedereen daarbij te betrekken, en het team in staat te stellen om hier naar toe te werken. Het versterken van de sociaal-emotionele veiligheid krijgt prioriteit. ‘Van daaruit gaan mensen zich opensteleen draai aan de werkwijze geven, maar wel met oog voor het verleden van de school.’ Van der Horst houdt veel team- en individueel overleg. ‘Communicatie is de drager. Mijn boodschap is: je bent niet alleen, we zijn een team.’
Te fragmentarisch Zelf heeft de directeur geen onderwijsbevoegdheid. Hij was gedurende 27 jaar manager in de gezondheidszorg en daarna vijf jaar lang directeur op een vrije school in Zoetermeer. ‘Directeur zijn draait mijns inziens om het leiding geven en managen. Daar ben ik redelijk goed in. Ik heb wel enige pedagogische achtergrond, maar ik zie de leerkrachten als de professionals.’ Met behulp van ISO (zie kader) werken hij en zijn team nu aan verbetering van de onderwijskwaliteit. De school heeft niet het predikaat ’zwak’ en valt onder het reguliere basisarrangement van de inspectie. Maar het kan wel beter. Van der Horst: ‘De leerkrachten hebben veel in huis, maar als het gaat om de organisatie is hun blik vaak nog te
Al-Ghazali zet in op veilige leeromgeving len. Dat moment hebben we met leerkrachten bereikt. Nu kunnen we dat doorgeven aan onze leerlingen.’ Ook structuur is belangrijk. ‘Thuis ontbreekt het daar nog wel eens aan. Daarom bieden wij binnen onze poorten zoveel mogelijk duidelijkheid.’
Vaders De school heeft twee enthousiaste ouderconsulenten die ouders weten te motiveren voor cursussen en opvoeddebatten. In die debatten, die worden georganiseerd met behulp van Stichting de Meeuw, speelt Van der Horst bewust een zichtbare rol. ‘Wij willen vaders graag meer betrekken bij hun kinderen. Ik licht vaders voor over de mensvisie die wij als school hebben, en hoop hen ook enthousiast te maken voor de opvoeding van hun kind.’
Leerkrachten worden getraind om door middel van observatie van elkaar te leren. Ook leerlingen worden beter geobserveerd. Zij kunnen per vak les krijgen op drie verschillende niveau’s. De school wil meer vraaggericht gaan werken. Van der Horst heeft daarom ook tevredenheidsonderzoeken ingesteld onder medewerkers, leerlingen en ouders. Vorige maand verhuisde Al-Ghazali van een tijdelijk onderdak naar het verbouwde hoofdgebouw aan de Van Lennepstraat. Daar hebben alle parallelgroepen leerpleinen die zij samen delen. ‘Kinderen kunnen er samen werken, elkaar aanvullen en zo hun talenten beter benutten.’ Van der Horst begrijpt het verzet dat hij soms ontmoette. ‘Er is hier lang niets gedaan aan deskundigheidsbevordering. Maar inmiddels zijn de mensen in beweging, en dan moet je doorgaan.’ f
ISO-SCHOOL
Scholen die van de inspectie het predicaat ’risicovol’ of ’zeer zwak’ hebben gekregen en zijn aangemerkt als ISO-school, krijgen een twee- tot vierjarig traject op maat waarbij stap voor stap wordt toegewerkt naar verbetering. Per school verschillen de knelpunten en elke ISO-school doorloopt dan ook een uniek proces. 01 | 10 --- Rotterdams Onderwijs Magazine
| 31
School
Docent Talent tekst Ronald Buitelaar
IN DEZE PORTRETTENREEKS AANDACHT VOOR DE WIJZE WAAROP ONDERWIJSMENSEN OMGAAN
V
oordat Arie van Nierop (59) vorig jaar april leerkracht werd van een bovenbouwgroep van basisschool De Kleine Prins in Het Lage Land werkte hij tientallen jaren in het (voortgezet) speciaal onderwijs. Het liefst had hij er zijn onderwijscarrière ook afgesloten maar de dagelijkse files braken hem teveel op. Hij noemt het speciaal onderwijs een ‘mooie’ vorm van onderwijs omdat er met kleine stapjes en één op één betrokkenheid toch vooruitgang geboekt kan worden: ‘Met aandacht en liefde kun je zoveel bereiken.’
32 |
Rotterdams Onderwijs Magazine --- 01 | 10
arie.van.nierop@ kleineprins.nl
MET HUN EIGEN TALENTONTWIKKELING. DEZE KEER ARIE VAN NIEROP, EEN LEERKRACHT DIE DE MOTIVATIE VAN ZIJN LEERLINGEN MET FILMEN HOOG WEET TE HOUDEN.
h ‘Een opstel schrijven is natuurlijk veel leuker als er een kans is dat jouw verhaal verfilmd gaat worden.’ foto’s uit de collectie van Arie van Nierop (rode jas)
‘Het ging me nooit om de prijzen’
T ARIE VAN NIEROP 010 4202099
middags al tot de ontdekking dat er niets was blijven hangen. Dat veranderde toen ik de verhalen liet naspelen en op film zette. Toen bleken mijn leerlingen de vertelling nog wel paraat te hebben.’
Motiveert Heavy Toch heeft hij geen spijt van zijn overstap van speciaal naar regulier onderwijs: ‘De eerste maanden waren wel heavy, maar ik heb er geen spijt van. Omdat ook deze school sterk gericht is op de individuele ontwikkeling van kinderen voel ik me hier prima thuis.’
Amateurfilmer Van Nierop weet zijn leerlingen te motiveren door hen een verfilming van hun prestaties in het vooruitzicht te stellen. Hij doet dat al vele jaren en boekt er, naar eigen zeggen, goede resultaten mee: ‘De leerresultaten zijn aantoonbaar omhoog gegaan.’ In zijn vrije tijd ontwikkelde Van Nierop zich tot een amateurfilmer die al menig nationale en internationale prijs in de wacht sleepte. Toch ging het hem nooit om de prijzen: ‘Ik had het meeste aan de jurybeoordelingen. Daarmee kon ik me verbeteren.’
Bijbelverhaal Zijn liefde voor het filmen stamt uit de tijd dat hij zijn eerste Zenith dubbel acht camera kon aanschaffen: ‘Ik was twaalf en dat cameratje paste nog net binnen mijn budget.’ Zijn ‘ontdekking’ dat film prima in het onderwijsleerproces kan worden ingezet, deed hij op een zmlk vso-school: ‘Ik vertelde elke morgen een bijbelverhaal, maar kwam ’s
Het is een werkwijze die hij, enigszins aangepast, nog steeds hanteert: ‘Ik merk dat het leerlingen buitengewoon motiveert als ik ze in het vooruitzicht stel dat hun inspanningen beloond worden met het maken van een film. Een opstel schrijven is natuurlijk veel leuker als er een kans is dat jouw verhaal verfilmd gaat worden.’
Dvd Dat zijn aanpak niet onopgemerkt bleef, werd duidelijk toen er ook uit andere klassen verzoeken kwamen om ‘iets met film’ te doen. Van Nierop: ‘Andere groepen wilden net als groep acht aan het einde van het jaar een dvd meekrijgen met hun verfilmde presentaties, verhalen en optredens. Met als gevolg dat dit jaar ook groep zeven een eigen dvd tegemoet kan zien.’
Krachten bundelen Daarnaast werkt de bovenbouw van de vestiging van De Kleine Prins in Het Lage Land momenteel aan een project waarbij drie leraren hun krachten bundelen. Van Nierop: ‘We gaan zes tot acht weken met leerlingen werken aan een film die geheel door hen verzorgd wordt. Een collega neemt de dramakant voor zijn rekening, ik de verfilming en een andere collega de muziek. We maken gebruik van ieders sterke kanten, zodat er een mooi resultaat kan ontstaan.’ f
01 | 10 --- Rotterdams Onderwijs Magazine
| 33
G geflitst!
hoe is het toch met... tekst Ronald Buitelaar
...de schoolsportverenigingen Ook benieuwd hoe het verder ging met mensen of ontwikkelingen waar het Rotterdams Onderwijs Magazine eerder over schreef? In deze rubriek duiken we het archief in en zoeken we uit wat er na publicatie van het verhaal gebeurde.
In 2006 won Schoolsportvereniging Katendrecht, als eerste van de huidige veertien schoolsportverenigingen, een Rotterdamse OSKAR. Het ROM belde met Gwenda Tromp, projectleider bij Rotterdam Sportsupport en vroeg haar hoe het er met de schoolsportverenigingen voorstaat. Om nog even het geheugen op te frissen. Wat is een schoolsportvereniging? ‘Leerlingen kunnen direct na schooltijd en in de nabijheid van school sporten. Ze krijgen les van clubtrainers, worden na een aantal proeftrainingen lid van de sportvereniging en spelen uiteindelijk mee in de reguliere competitie, terwijl de trainingslocatie in de wijk blijft.’ Gingen er deuren open na het winnen van de OSKAR? ‘Het is zeker zo dat de aandacht die de media aan ons schonken voor meer bekendheid heeft gezorgd in het onderwijs.’ Welke sporten zijn favoriet? ‘Voetbal blijft een topper, maar dans en atletiek zijn ook sterk in opkomst.’ Is er een geheim achter het succes? ‘Voor een succesvolle opzet is het van groot belang dat we terug kunnen vallen op vakleerkrachten gymnastiek. Zij worden bij het opzetten van een schoolsportvereniging voor 12 uur per week als coördinator ingezet. Zij kennen de wijk, de school, de ouders en de leerlingen en zijn daardoor van grote waarde.’ Knelpunten? ‘Het vinden van goede trainers blijft moeilijk. We vragen ook best wel wat van die mensen. Ze moeten tussen vier en zes uur beschikbaar om buiten hun eigen wijk trainingen te verzorgen en liefst in het bezit zijn van didactische, pedagogische en organisatorische kwaliteiten. Dat is nogal wat.’ Nog leuke spin-offs te melden? ‘In de Beverwaard hebben een aantal moeders een voetbalteam gevormd en in Schiemond gaan moeders volleyballen. Verder zijn de eerste tafeltennistalenten gespot en hebben we bij karate een Nederlands kampioene, die via de schoolsportvereniging kennis gemaakt heeft met de sport. Toch is het kweken van kampioenen slechts een bijkomende zaak. Centraal staat het met plezier kennismaken met sport en het toeleiden naar een vereniging.’ De eerste schoolsportverenigingen ontstonden op Zuid en werden daar mogelijk gemaakt door de stimulans van Het Pact op Zuid. Er zijn er daar nu acht. Lees meer over de schoolsportvereniging in het ROM van januari 2006 (schoolsportvereniging Katendrecht). Zie ook www.schoolsportvereniging.nl
T Uw reactie naar
: Na 14 jaar taalles
Zestig procent van de eerstejaars studenten aan de universiteit schrijft ‘onmiddelijk’ in plaats van ‘onmiddellijk’. Ook denkt ruim veertig procent dat ‘niets weerhoud je ervan’ goed gespeld is.
De Telegraaf, 27 november 2009
: Ribbels en dimmers
In Rotterdam is vandaag een nieuwe school geopend voor slechtziende en blinde kinderen. Alles is speciaal voor hen gemaakt. Zo ligt er bijvoorbeeld noppenzeil bij de ingang. Dat geeft aan dat er een deur aankomt. Op de trappen zit een gele streep voor de kinderen die nog iets kunnen zien en ribbels voor blinde leerlingen. Dan weet iedereen hoe je moet lopen. Ook de lokalen zijn aangepast. In de klassen zitten er bijvoorbeeld dimmers op de lichtknoppen, want slechtziende kinderen kunnen meestal niet goed tegen licht. Hoe donkerder het is, hoe meer zij kunnen zien.
Jeugdjournaal, 30 november 2009
: Luxe boven milieu
Toen de jongeren hoorden dat je veel geld bespaart met het ’s nachts uitschakelen van je computer was een veelgehoorde reactie: ‘Dat betalen mijn ouders toch!’ Danielle van de Bos (22) gaf een verklaring voor de meerderheid die de lifestyle belangrijker vindt dan zijn grote voetafdruk: ‘Ik leef liever in luxe dan dat ik me druk maak over het milieu.’ De resultaten worden door het promotieteam als zeer verrassend beschouwd. ‘Je zou toch denken dat jongeren veel met het milieu bezig zijn omdat het om hun toekomst gaat. Maar het lijkt er op dat duurzaamheid geen hip begrip is.’
persbericht Your World, 18 november 2009
: Bonuscultuur in onderwijs
Leraren moeten een bonus krijgen als ze goed presteren. Die prestaties kunnen worden beoordeeld door leerlingen, andere leraren en managers. Ook de prestaties van leerlingen zullen een rol spelen. De beoordeling van leraren door leerlingen, collega’s en leidinggevenden moet volgens de Onderwijsraad niet zonder gevolgen blijven. Die gevolgen kunnen negatief zijn, variërend van verplichte bijscholing tot ontslag. Of positief, door middel van een prestatiebonus of doorgroeimogelijkheden.
NRC Handelsbald, 13 november 2009
: Verzuipen in problemen
Met de inzet van 35 extra gezinscoaches en twee sociale interventieteams – kosten 7,3 miljoen euro – wil de gemeente bij gezinnen orde op zaken stellen. ‘Als je verzuipt in de problemen – werkloosheid, schulden, geen dak boven je hoofd, drank, drugs – dan loopt het thuis ook niet zo lekker meer. Je hebt wel wat anders aan je hoofd dan je post openen en je kinderen stimuleren hun huiswerk te maken,’ weet wethouder Peter Lamers (CDA, jeugd). ‘En daar zijn de kinderen dus de dupe van.’
AD, 10 november 2009
: Driewerf hoera voor Erasmus
De Rotterdam School of Management, Erasmus University heeft een zevende plaats veroverd in de ranking van business schools van het Aspen Institute. De top 100 ranking is de conclusie van een onderzoek ’Beyond Grey Pinstripes’ (BGP) 2009-2010. In dit onderzoek worden business schools niet alleen gewaardeerd op reputatie en examenscores, maar ook aan de hand hoe goed de scholen hun studenten voorbereiden voor de milieukundige, sociale en ethische vraagstukken in het hedendaagse bedrijfsleven. In deze lijst van 100 business schools bezet RSM de eerste plaats op de Europese lijst. Daarnaast heeft zij de tweede plaats op de internationale ’buiten de Verenigde Staten’-lijst.
Nieuwsbank, 9 november 2009
: Als jehova’s
Groep 4 is de meest vooruitgeschoven post van de revolutie die zich vier jaar geleden op De Provenier heeft voltrokken. De moeders van de eerste vijf witte kinderen bundelden zich tot het zogenoemde ’ouderinitiatief’ en bleven andere witte kinderen werven. ‘Ze hebben ongelofelijk gelobbyd, als jehova’s gewoon’, zegt Sonja Deutz, een van de twee directeuren van De Provenier. Ieder volgend schooljaar schreven zich meer witte kinderen in. Inmiddels zijn het er een stuk of vijftig, van de honderdzeventig leerlingen in totaal. Van de drie kleutergroepen (groep 1 en 2 gecombineerd) is zelfs veertig procent wit. In de ’pre-revolutie’ groepen vijf tot en met acht is nog vrijwel iedereen allochtoon.
Intermediair, 28 oktober 2009
: Weg met straattaal
De Minhaj Juniors bestaan uit vijf vrijwilligers die zich actief inzetten voor de jeugd in de Tarwewijk. Dit doen ze met activiteiten waaraan de kinderen niet alleen plezier beleven, maar waarvan ze ook nog wat opsteken. Goed gedrag wordt beloond, slecht gedrag wordt gestraft. ‘Als ze goed doen, krijgen ze goeds terug’, legt Zeeshan Nawaz uit. ‘Eén keer schelden en ze hoeven niet meer terug te komen. Het is net als wanneer je een beloning voor een goed rapport krijgt.’ Arfan Khan, een van de vrijwilligers: ‘We praten ook gewoon Nederlands met elkaar. Zo leren ze normaal Nederlands en geen straattaal-Nederlands.’
De Echo, 21 oktober 2009
: Huiswerkhulp gevraagd
Uit onderzoek blijkt dat in het voortgezet onderwijs 9 procent van de leerlingen behoefte heeft aan huiswerkbegeleiding, maar daar geen gebruik van maakt omdat het aanbod ontbreekt. In de bovenbouw van het basisonderwijs gaat het om 24 procent. Uitgangspunt blijft dat de school verantwoordelijk is voor de huiswerkbegeleiding maar dat de bemiddelende rol van de gemeente wordt versterkt via de schoolcontactpersonen.
B & W berichten, 13 oktober
het op ambtelijk niveau onvoldoende waargemaakt. Dit ben ik in onderwijsland ook al tegengekomen. Ik heb er een hekel aan. Afspraak is afspraak is voor mij een heilig principe. Je maakt keuzes met elkaar en dan doen we dat ook, zonder door te schieten in starheid.’
Leonard Geluk in Back Stage, oktober 2009
: Onze God en jullie God
De reformatorische en islamitische scholengemeenschappen in Rotterdam gaan de dialoog aan om te ontdekken wat zij als minderheden in de samenleving voor elkaar kunnen betekenen. Het eerste overleg tussen de Ibn Ghaldoen en het reformatorische Wartburg College mondt mogelijk uit in een uitwisselingsprogramma tussen beide scholen: islamitische scholieren vertellen op de reformatorische school over hun geloof en cultuur, en leerlingen van de reformatorisch school gaan naar de Ibn Ghaldoen.
Nederlands Dagblad, 30 oktober 2009
: Kind achterna
Duizenden allochtone ouders die het Nederlands niet beheersen, gaan op taalles op de school van hun kind. De cursussen, vaak een initiatief van de scholen zelf, zijn een succes. Dat blijkt uit onderzoek van het instituut voor multiculturele ontwikkeling Forum.
Nu.nl, 28 november 2009
: Flinke inhaalslag
In het hoger onderwijs hebben studenten met een niet-westerse achtergrond een stevige inhaalslag gemaakt. Zo is het aandeel van Turks- en Marokkaans-Nederlandse jongeren dat deelneemt aan het hoger onderwijs de afgelopen 10 jaar bijna verdubbeld tot circa 40 procent. Ook de instroom van Surinaams-Nederlandse en Antiliaans-Nederlandse jongeren in het hoger onderwijs is verbeterd of op een relatief hoog niveau gebleven (respectievelijk 49 procent en 52 procent).
Integratiebrief minister Van der Laan, 17 november 2009
: Fragiel
Ook ondersteunt de overheid ouders die zelf initiatieven nemen om scholen en klassen te mengen. Maar de praktijk laat zien dat deze ouderinitiatieven fragiel en vaak niet duurzaam zijn. Zo kunnen ouders die het initiatief nemen hierin alleen komen te staan tegenover andere witte ouders, of geen aansluiting vinden bij ouders met een niet-westerse achtergrond. Uiteindelijk kan het ertoe leiden dat het initiatief onvoldoende navolging vindt, de menging niet tot stand komt en de betreffende ouders hun kind ook naar een ’witte’ school sturen.
Integratiebrief minister Van der Laan, 17 november 2009
: Ja zeggen en nee doen
‘Ik heb als wethouder veel ruimte gekregen om het onderwijs verder te brengen. Meer lesuren voor leerlingen die het nodig hebben bijvoorbeeld. Ingewikkeld vond ik de cultuur van ja zeggen en nee doen. Ik heb er wakker van gelegen dat je iets afspreekt en vervolgens wordt
: Kind is licht
Een kind is geen vat dat je vol moet gieten, maar een licht dat je aan moet steken.
Plato, 367 v.Chr.
[email protected] 34 |
Rotterdams Onderwijs Magazine --- 01 | 10
01 | 10 --- Rotterdams Onderwijs Magazine
| 35
v veldwerk : Maaike Kleisterlee Groepsleerkracht eindgroep Horeca – VSO Herenwaard
Wat was je zelf voor leerling? Ik was vrij rustig, precies en braaf. Was altijd als eerste op het schoolplein en durfde pas op de pabo voor het eerst te ’spijbelen’. Waarom ben je in het onderwijs gaan werken? Ik ben het onderwijs ’ingerold’ door met mijn vriendinnen naar de pabo te gaan. Na mijn eerste stage was ik ’verkocht’. Dit was wat ik wilde.
tekst Ronald Buitelaar foto Jan van der Meijde Het is dat ze destijds niet van reizen hield anders had Maaike Kleisterlee na haar middelbare schooltijd en met de kennis van nu wellicht elders in de wereld een bestaan opgebouwd. Het werd de pabo en daarna het onderwijs aan zeer moeilijk lerenden. Vanaf het begin werk, waarin ze het ‘waanzinnig’ naar haar zin heeft. Grappig detail: Ze deelt haar huidige lokaal met haar eigen juf van de lagere school. Tegenwoordig kan ze niet wachten totdat ze weer op reis kan en heeft ze een droom: ‘Werken met verstandelijk gehandicapten in een ontwikkelingsland als Zuid–Afrika.’
Je mooiste moment? De keer dat we met de horecagroep de catering voor de deelgemeente IJsselmonde verzorgden. Honderdtwintig bezoekers, die feilloos bediend werden door mijn leerlingen. Geweldig! Je absolute dieptepunt? De treurige omstandigheden waarin veel leerlingen moeten opgroeien. Overschatting, gebrek aan acceptatie, een onstabiele thuissituatie. Dat zijn zaken die me raken. Zijn er zaken in het (Rotterdamse) onderwijs, die je zou willen veranderen? Het altijd en eeuwige tekort aan goede invalkrachten. Ik zou onderwijsmensen graag uitleggen hoe leuk en bijzonder dit werk is. Meer of minder aandacht voor rekenen en taal? Op rekengebied zou er, mits praktisch toepasbaar, best een tandje bij kunnen. Wat taal betreft zou de woordenschat van veel leerlingen groter mogen zijn. Waar zou je in bijgeschoold willen worden? Omdat er zoveel op je af komt zou ik beter willen leren omgaan met mijn tijd. Wat is je mening over de taakbelasting in het onderwijs? Ik ben hier naast leerkracht onder andere ook nog maatschappelijk werker, plaatsvervangend ouder en politieagent. Zegt dat genoeg? Zijn er zaken die je aan beleidsmakers en politici kwijt zou willen? Het is een prima ontwikkeling dat onze leerlingen in 2011 voor de sectoren groen, horeca en schoonmaak landelijk erkende certificaten gaan ontvangen. Ik hoop dat het werkveld betrokken wordt bij het vaststellen van de eindtermen. Wij kennen de doelgroep als geen ander. Voel je beroepstrots? Ja, natuurlijk. Het is mooi dat we hier gezamenlijk werken aan het vergroten van de zelfstandigheid van onze leerlingen en prachtig dat leerlingen ons ook na het verlaten van de school nog weten te vinden. Niet alleen voor hulp, maar ook om te laten zien hoe goed ze terecht zijn gekomen. Wat is je persoonlijke onderwijswens? Ik wil me blijven inzetten voor kinderen voor wie het niet vanzelfsprekend is dat ze een plaatsje in de maatschappij kunnen veroveren. Nog tips voor (aankomende) leerkrachten? Blijf optimistisch. Benader leerlingen met een gezonde dosis humor. Uiteindelijk gaat het om het welbevinden van het kind. De rest is bijzaak!
T Tip jezelf of een ander voor Veldwerk! Mail naar
[email protected]