JONGEREN EN MOBILITEIT
Een onderzoek naar het jongerenperspectief op mobiliteit: typering van doelgroepsegmenten, waarden en motivaties en mobiliteitsgedrag. Aanknopingspunten voor beleid en interventies.
Amsterdam 9 november 2015
JONGEREN EN MOBILITEIT In opdracht van: G4 (Amsterdam, Rotterdam, Den Haag, Utrecht), Stedelijk netwerk Brabantstad/B5 (Breda, Eindhoven, Helmond, ‘s-Hertogenbosch en Tilburg), Stadsregio Amsterdam, Provincie Gelderland, Provincie Limburg, Provincie Noord-Brabant, Provincie Overijssel, Provincie Utrecht, Provincie Zuid-Holland, Gemeente Amersfoort, Gemeente Enschede
Amsterdam 9 november 2015 YGW001/Eks/0018.01
INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING
7
5. AAN DE SLAG
66
Aanleiding en doel van dit onderzoek
7
Wat kun je met het segmentatiemodel?
66
Een vijftal kernvragen
8
Toepassing in twee soorten cases
68
Aanpak onderzoek
10
Praktische aanknopingspunten per segment
70
2. ACHTERGRONDEN
16
6. REFLECTIE OP DE VIJF KERNVRAGEN
74
Verkeers- en mobiliteitsgedrag
16
Welk vervoermiddel heeft de voorkeur?
74
Verklarende factoren
18
Wat verklaart verschil in gedrag?
75
Wat leren we over toekomstig gedrag?
76
3. HET SEGMENTATIEMODEL
28
Hoe zit het met jongeren en verkeersveiligheid? 78
Totstandkoming van het model
28
Van welke mobiliteitsproblemen liggen jongeren
Eerste algemene uitkomsten
31
wakker?79
Een korte typering van de segmenten
35 COLOFON81
4. UITGEBREID VOORSTELLEN
39
Statusgerichte levensgenieters (28%)
39
Onbevangen verkeersdeelnemers (14%)
43
Behoedzame soloreizigers (26%)
47
Pragmatische bewegers (21%)
51
Onafhankelijke idealisten (11%)
55
Inzoomen op etniciteit en stedelijkheid
58
Mobiliteitsgedrag per segment
60
Jongeren en mobiliteit
5
1. INLEIDING Over dit onderzoek
Aanleiding en doel van dit onderzoek
gros van de jongeren of zijn er grote verschillen
Dé jongere bestaat niet. Ook niet als het gaat om
onderling? En in hoeverre is culturele afkomst een
mobiliteit. De verschillen binnen de leeftijdsrange
factor om rekening mee te houden?
van 12 tot en met 24 jaar zijn enorm. Dat heeft te maken met leeftijd an sich, maar ook met
We maken allerlei beleidskeuzes en nemen
verschillen in mogelijkheden. Heb je bijvoorbeeld
investeringsbeslissingen op het gebied van
wel of geen rijbewijs? En beschik je over een
infrastructuur, vervoer, verkeersveiligheid en
scooter of auto? Dan zijn er ook verschillen in
mobiliteitsdiensten, die tot ver in de toekomst
omgeving, bijvoorbeeld tussen de stad en het
hun uitwerking hebben. Daarbij zijn jongeren als
platteland. En niet te vergeten de invloed van
verkeersdeelnemers niet of nauwelijks in beeld.
ouders, die met de jaren afneemt. Of belangrijke
Zowel onze planningscultuur als de politiek worden
life events, zoals gaan studeren, uit huis gaan en de
in elk geval niet gedomineerd door de jongere
eerste baan.
generaties. Hooguit door planners en bestuurders
“Jongeren zijn -als verkeersdeelnemers- niet of nauwelijks in beeld.”
die vroeger ook jong zijn geweest. En hoe scherp wij trends ook zien - bijvoorbeeld de afname van autogebruik en de verschuivende balans tussen leven, werken en reizen - we hebben de behoefte
Elke jongere verkeersdeelnemer heeft eigen
om de doelgroepen van de toekomst beter te
motivaties, eigen gedragsintenties, en
leren kennen. Dit onderzoek - een initiatief van
communiceert op een eigen manier. Een betere
Goudappel Coffeng en YoungWorks in opdracht
aansluiting daarop geeft ons als professionals in
van diverse betrokken opdrachtgevers - geeft daar
mobiliteit meer grip op de keuzes voor vandaag
invulling aan.
en morgen. Bovendien zijn er juist nu heel veel vragen. Welke kansen biedt de deeleconomie voor mobiliteit? Hoe ontwikkelen de voorkeuren voor de auto zich? Is de afname van het autogebruik onder
“Betere aansluiting op jongeren als doelgroep biedt professionals meer grip op de keuzes voor vandaag en morgen!”
jongeren tussen 18 en 29 jaar een hype of juist een groeiende trend? Geldt die hype of trend voor het
Jongeren en mobiliteit
7
Een vijftal kernvragen
en op hoe jongeren reizen? Gaan zij bijvoorbeeld
Op mobiliteitsgebied doen zich allerlei praktische
minder, meer of anders reizen?
en beleidsmatige vragen voor. De bij dit onderzoek betrokken overheden en experts stelden een
2. Wat verklaart verschil in gedrag?
veelheid aan relevante vragen. Dat totale
Hoe hangen subgroepen en -culturen samen met
palet kunnen we samenvatten met een vijftal
ruimtelijke, infrastructurele en sociaaleconomische
kernvragen:
kenmerken? Bestaan er grote verschillen tussen allochtone en autochtone jongeren? En als die
1. Vervoermiddelkeuze: welk vervoermiddel heeft de voorkeur? 2. Mobiliteitsgedrag: wat verklaart verschil in gedrag? 3. De toekomst van mobiliteit: wat leren we over toekomstig gedrag? 4. Jongerenthema’s: van welke mobiliteitsproblemen liggen jongeren wakker?
verschillen er zijn, wat betekenen die dan voor de grote steden? Welke invloed hebben aspecten als status, economische crisis, duurzaamheid en gezondheid op het mobiliteitsgedrag van jongeren? Wie beïnvloeden jongeren bij hun mobiliteitskeuze en op welke manier? Wat is de rol van ouders en vrienden? Wat is de invloed van de overheid op het mobiliteitsgedrag van jongeren?
5. Verkeersveiligheid: hoe zit het met jongeren en verkeersveiligheid?
3. Wat leren we over toekomstig gedrag? Wat is de mobiliteitsbehoefte over bijvoorbeeld
1. Welk vervoermiddel heeft de voorkeur?
tien jaar in onze stad? Neemt mobiliteit van
Welke factoren beïnvloeden de vervoermiddelkeuze
jongeren binnen Nederland werkelijk af? Staat
bij jongeren? Zijn dat - bijvoorbeeld - status,
hier al dan niet een groei van internationale
plezier, rijbewijsbezit, geld, duurzaamheid, tijd,
mobiliteit tegenover? Wat is de invloed van
relatie, werk, gezondheid of woonomgeving? Is de
veranderende omstandigheden en life events op
vervoermiddelkeuze van jongeren sterk afhankelijk
het mobiliteitsgedrag van jongeren? Hoe zien zij
van motief en afstand? En hoe flexibel en
zelf de toekomst van hun mobiliteitsgedrag? Welke
beïnvloedbaar zijn jongeren in het maken van die
invloed verwachten zij bijvoorbeeld van de opkomst
keuzes? En wat is de invloed van gebruik van ICT en
van de deeleconomie en klimaatverandering?
sociale media op activiteitenpatronen van jongeren 8
Jongeren en mobiliteit
4. Van welke mobiliteitsproblemen liggen
ervaart dat er slachtoffers vallen in het verkeer.
jongeren wakker?
In alle gevallen hebben we echter behoefte aan
Zijn de huidige verkeersproblemen - zoals drukte en
meer kennis van jongeren als doelgroep en de
vertraging op de weg en in het OV - wel werkelijk
context waarbinnen jongeren zich bewegen.
een probleem voor jongeren? En is dat van invloed
verkeersveiligheid? Hoe beleven jongeren de verkeersveiligheid? En hoe beoordelen zij hun eigen gedrag en dat van anderen? Welke invloed heeft gebruik van sociale media en ICT op de verkeersveiligheid? We willen weten hoe we jongeren nog beter kunnen bereiken met mobiliteitscampagnes. Kortere en langere termijn vragen Een deel van de vragen heeft betrekking op
Operationeel
5. Hoe zit het met jongeren en
Strategisch
op de keuzes die zij maken?
Beleidskeuzes Beslissingen
Gedragsbeïnvloeding
Korte termijn
Lange termijn
langere termijnkeuzes, als ruimtelijke ontwikkeling en mobiliteitsbeleid. Dat past in een context van
Figuur 1.1: Typen keuzes voor beleid rond mobiliteit van jongeren.
steden die infrastructureel ‘af zijn’ en aandacht vragen voor slim beheer en gebruik van de ruimte en de voorzieningen. Anderzijds gaat het om korte termijnkeuzes, die vragen opwerpen over gedragsbeïnvloeding, campagnevorming en verkeersveiligheid. Dat past in een context van ‘Maak van de nul een punt!’; de groeiende beweging in Nederland die niet als vanzelfsprekend
Jongeren en mobiliteit
9
Aanpak onderzoek
Stap 1: Trendanalyse
Om de vragen te beantwoorden en onze
We vormden ons allereerst in de trendanalyse een
achtergrondkennis van jongeren als doelgroep
aangescherpt beeld van de trends die jongeren
te ontwikkelen, richt dit onderzoek zich op het
bezighouden. Hoe ziet de belevingswereld van
verzamelen van inzichten op vijf niveaus:
jongeren eruit en wat zijn de ontwikkelingen daarin? Wat is de invloed van trends als participatie
1. Trends in mobiliteitsgedrag van jongeren
(het zelf opzetten van evenementen, zelf
2. Inzicht in achterliggende motivaties en
deelnemen in co-creatie), sharification (het delen
waarden van jongeren
van diensten en producten) en het altijd-online-zijn?
3. Segmentering van jongeren in doelgroepen
Welke ontwikkelingen zien we rond jongeren en
4. Mobiliteitsgedrag van doelgroepsegmenten
deelautomobiliteit (wel een rijbewijs maar geen
onder jongeren
auto), toename van (E-)fietsgebruik en digitale
5. Aanbevelingen voor beleid voor korte en lange termijn
mobiliteit (sociale netwerken als vervanging voor fysieke ontmoetingen)?
Stap 4: Koppeling met MPN
Stap 1: Trendanalyse Stap 3: Segmentering Stap 2: Focusgroepen
Figuur 1.2: Stappen doorlopen in onderzoek.
10
Jongeren en mobiliteit
Stap 5: Aanbevelingen voor beleid
De trendanalyse bestaat uit een verkenning van
Stap 3: Segmentering (kwantitatief onderzoek)
relevante wetenschappelijke publicaties, recente
De focusgroepen hebben ons geleerd welke
artikelen en gesprekken met toonaangevende
aspecten en eigenschappen (dimensies) een
experts in Nederland, zowel gericht op
rol spelen. Kwantitatief onderzoek resulteerde
jongerencultuur als op mobiliteit.
daaropvolgend in een segmentatiemodel dat jongeren indeelt naar hun houding ten aanzien van
Stap 2: Focusgroepen (kwalitatief onderzoek)
mobiliteit. Het model is geconstrueerd aan de hand
De trendanalyse geeft grip op die ontwikkelingen
van waardenstellingen, waarmee de houding van
die de belevingswereld van jongeren bepalen en
jongeren ten aanzien van mobiliteit is bepaald.
inzicht in trends en trendbreuken voor mobiliteit. Dit was een belangrijke basis voor onze verkennende
In totaal zijn 1.581 jongeren bevraagd in de leeftijd
gesprekken met jongeren.
van 15 tot en met 24 jaar. De leeftijdsgroep van 12 tot en met 14 jaar is niet langer meegenomen in dit
In deze kwalitatieve fase achterhaalden we in
deel van het onderzoek. Uit kwalitatief onderzoek
veertien verkennende gesprekken met jongeren
bleek dat jongeren uit deze leeftijdsgroep nog te
welke motivaties zij hebben ten opzichte van
weinig eigen waardenpatronen hebben ontwikkeld
mobiliteit. De twee hoofddoelen waren:
als het gaat om verkeer en vervoer. Bij de
1. Inzicht krijgen in mobiliteitsgedrag, zoals
steekproeftrekking is rekening gehouden met de
welke vervoermiddelen gebruiken jongeren en
‘Gouden Standaard’. Dit houdt in dat de spreiding
waarom? Vanuit welke motivaties maken zij
statistisch correct is over geslacht, opleidingsniveau,
keuzes?
leeftijd, etniciteit, woonsituatie, stedelijkheid en
2. Input voor kwantitatief onderzoek.
provincies.
Uitkomsten uit deze kwalitatieve fase geven concrete input om de waardenoriëntaties scherp te kunnen formuleren, zodat we de best denkbare segmentatie kunnen opbouwen.
Jongeren en mobiliteit
11
Op basis van de enquêteresultaten is een
Stap 5: Aanbevelingen voor beleid voor korte en
segmentatiemodel opgesteld, waarbij de
lange termijn
belangrijkste verschillen tussen jongeren
Het resultaat van het onderzoek is een
(segmentering) en overeenkomsten (clustering
segmentering in vijf subgroepen. Voor elk van
binnen één segment) geanalyseerd zijn. Aan
deze groepen kunnen we uitspraken doen over
de hand van de achterliggende kenmerken van
de wijze waarop zij kunnen worden betrokken en
respondenten, kunnen we een goede inkleuring
benaderd. Daarnaast hebben we een stappenplan
geven van de jongerensegmenten. Dat heeft
ontwikkeld voor het betrekken c.q. benaderen van
geresulteerd in een levendige en persoonlijke
de verschillende groepen en types.
beschrijving van elk van de segmenten. Stap 4: Koppeling met MobiliteitsPanel Nederland (gedrag) De enquêteresultaten zijn gekoppeld aan het MobiliteitsPanel Nederland (MPN), opgezet door Goudappel Coffeng, de Universiteit Twente en het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid van het Ministerie van Infrastructuur & Milieu. De jongeren uit het MPN zijn door middel van een segmenterings-vragenlijst gekoppeld aan de verschillende segmenten. Zo ontstaat een schat aan extra informatie over het concrete mobiliteitsgedrag van elk van de verschillende segmenten. De jongeren in het MPN hebben dagboekjes bijgehouden waarin ze hun reisgedrag beschrijven.
12
Jongeren en mobiliteit
Leeswijzer Dit rapport is geschreven voor professionals in het veld van verkeer, vervoer en mobiliteit. In hoofdstuk 2 lees je achtergronden en trends als het gaat om jongeren en mobiliteit. In welk opzicht zijn de doelgroep en de wereld waarin zij zich verplaatsen in beweging? Hoofdstuk 3 neemt je vervolgens mee in de segmentatie van de groep. Hoe zijn we tot een segmentatiemodel gekomen en welke jongerensegmenten kunnen we onderscheiden? Vervolgens geven we een eerste indruk van de doelgroepsegmenten. In hoofdstuk 4 stellen we elk segment persoonlijk aan je voor. Wie zijn zij? Wat vinden zij? En hoe reizen zij? In hoofdstuk 5 beschrijven we vervolgens de manier waarop je deze nieuwe kennis van jongeren als doelgroep kunt toepassen: in verschillende typen vragen. Daarnaast schetsen we concrete aanknopingspunten en do’s en don’ts per segment. In hoofdstuk 6 ten slotte, reflecteren we op de vijf belangrijkste gestelde onderzoeksvragen. Meer achtergrondinformatie is beschikbaar bij de opstellers van dit rapport.
Jongeren en mobiliteit
13
VERKENNING
2. ACHTERGRONDEN Trends in jongeren en mobiliteit
Voordat we ingaan op het model, schetsen we in
Ook zijn ze gevoeliger voor groepsdruk en hebben
dit hoofdstuk een overzicht van belangrijke trends
ze minder zelfcontrole en overzicht. Naarmate
en ontwikkelingen rond jongeren en mobiliteit.
jongeren ouder worden, neemt de gevoeligheid
Hiervoor maken we gebruik van inzichten uit studies
voor thrills af en nemen zelfcontrole en overzicht
die eerder zijn gedaan. In deze studies worden
steeds verder toe. Dit heeft alles te maken met
soms andere leeftijdsgrenzen gehanteerd dan die
de lichamelijke en geestelijke ontwikkeling die
van 15-24 jaar zoals we die in dit onderzoek hebben
jongeren doormaken. Het puberbrein is volop in
aangehouden.
ontwikkeling. Dit rijpingsproces loopt door tot een jaar of 251. Mede door die hersenontwikkeling
▪▪ Mobiliteit onder jongeren neemt af met ruim 20% in 15 jaar. ▪▪ Meer jongeren in de stad, waar ze minder
ontstaat vermeende onkwetsbaarheid (‘mij overkomt toch niets’) en verhoogde impulsiviteit (‘niet denken, maar doen’).
reizen. ▪▪ Life events hebben grote invloed op mobiliteit. ▪▪ Delen en duurzaamheid populair bij kleine groep.
Onderzoeken laten verder zien dat jongens het vaker dan meisjes niet zo belangrijk vinden zich aan de regels te houden. Ook voelen jongens zich relatief minder verantwoordelijk voor de veiligheid van anderen, en vinden ze het minder erg om onder invloed aan het verkeer deel te nemen2. Daar
Verkeers- en mobiliteitsgedrag
komt bij dat jongeren, naarmate ze ouder worden, steeds grotere afstanden gaan
Risicogedrag in het verkeer
afleggen. Daarbij krijgen ze
Adolescenten, jongeren tussen de 10 en 24
nieuwe vervoermiddelen tot
jaar, gedragen zich in het verkeer riskanter dan
hun beschikking, waarmee ze
andere leeftijdsgroepen. We zien vooral dat jonge
nog ervaring moeten opdoen.
adolescenten (pubers van 10 tot 17 jaar) zich meer
Door veel aan het verkeer
aangetrokken voelen tot gevaarlijke uitdagingen.
deel te nemen en letterlijk
1 2
16
Nelis & Van Sark, Puberbrein Binnenstebuiten, 2013. SWOV, Factsheet Riskant verkeersgedrag onder pubers, 2012.
Jongeren en mobiliteit
‘kilometers te maken’, ontwikkelen jongeren hun
Auto als bestuurder
-27%
Auto als passagier
-19%
Trein
31%
Bus/Tram/Metro
-5%
Bromfiets/Snorfiets
-46%
Fiets
-16%
leren van nieuwe kennis en vaardigheden en dus
Lopen
-27%
in hoge mate veranderbaar ofwel plastisch. Simpel
Overig
-29%
gesteld worden jongeren steeds minder risicovolle
Totaal
-21%
vaardigheden in voertuigbediening. Daar horen ook essentiële hogere ordevaardigheden bij, zoals risicoperceptie. Hersenonderzoek laat zien dat verbindingen - die nodig zijn voor vaardigheden steeds sterker worden als je die regelmatig oefent. Het brein van jongeren is optimaal toegerust tot het
verkeersdeelnemers naarmate ze meer aan het verkeer deelnemen. Cijfers over verkeersongelukken laten tegelijk wel zien dat dit enige tijd met een verhoogd risico gepaard gaat.
Tabel 2.1: Verschil in aantal verplaatsingen bij jongvolwassenen (18-29 jaar) per dag naar vervoerswijze, 1995-20093.
Als we inzoomen op de keuze van het vervoermiddel, dan zien we dat deze afname zich
Mobiliteitsgedrag van jongeren
voordoet bij alle vervoerwijzen, met uitzondering
We zien dat de mobiliteit van jongeren in Nederland
van de trein. Het gaat dus niet alleen om de auto,
net als in het buitenland, afneemt. Zowel het aantal
maar ook het fietsgebruik is afgenomen. Een
verplaatsingen als het aantal kilometers is flink
verklaring voor de toename van het treingebruik
afgenomen. Tussen 1995 en 2009 is het aantal
is mogelijk te vinden in het feit dat jongeren meer
verplaatsingen van jongeren in de leeftijd tussen
reizen voor hun studie, doordat ze langer thuis
de 18 en 24 jaar met 22% afgenomen en het aantal
wonen of op meerdere plekken studeren. Uit cijfers
kilometers met 8%. Dat zijn flinke percentages.
van het KiM blijkt dat studenten een kwart voor
Het gaat hierbij trouwens vooral om mannen, bij
hun rekening nemen van alle openbaar vervoer
vrouwen daalt ook het aantal verplaatsingen, maar
kilometers, wat in belangrijke mate gevoed wordt
is het aantal kilometers nog licht toegenomen als
door de OV-studentenkaart.
gevolg van toenemende arbeidsparticipatie.
3
OVG/MON, bewerking KiM, 2012.
Jongeren en mobiliteit
17
Tussen 1995 en 2009 is het rijbewijsbezit onder de
Verklarende factoren
Nederlandse bevolking toegenomen van 80 naar
We zien dus kortom dat de mobiliteit van jongeren
84%: geen spectaculaire groei. De toename voltrok
in Nederland afneemt. Maar hoe komt dat? Welke
zich met name onder jongeren van 18 tot 24 jaar
ontwikkelingen maken dat jongeren minder
en onder ouderen boven de 50 jaar. Bij personen
reizen? En blijft dat zo? En wat is de invloed van
tussen 25 en 29 jaar is een lichte afname waar te
technologische en maatschappelijke ontwikkelingen
nemen.
op hoe jongeren reizen?
In vergelijking met het buitenland is de afname
Bij verklarende factoren kunnen we
van automobiliteit in Nederland minder groot. Dit
onderscheid maken tussen situationele factoren
komt omdat het aandeel autokilometers onder
(zoals woonomgeving, langer studeren,
jongvolwassenen hier altijd al lager lag; een gevolg
arbeidsmarktparticipatie) en verandering in attitude,
van de OV-studentenkaart en het hoge fietsaandeel
zoals een minder positief beeld van de auto5.
in Nederland. Ter vergelijking: een Nederlandse
Uiteraard is dit niet helemaal los van elkaar te zien.
jongere in het landelijk gebied maakt nog minder
4
autokilometers dan een Amerikaanse jongere in
Fontier Group & NJPIRG, Why Young People Are Driving Less and What It Means for Transportation Policy, 2012 5 KiM, Niet autoloos, maar auto later, 2014.
een stedelijk gebied4. Verplaatsingen Man
Kilometers Vrouw
Man
18 - 24
25 - 29
18 - 24
25 - 29
18 - 24
25 - 29
18 - 24
25 - 29
1995
3,3
3,6
3,4
3,7
43
54
36
34
2000
2,9
3,2
3,1
3,4
42
52
36
36
2005
2,7
3
2,8
3,1
42
49
37
37
2009
2,4
2,8
2,8
3,1
35
46
37
37
-27%
-22%
-19%
-15%
-19%
-11%
4%
8%
Tabel 2.2: Verandering in aantal verplaatsingen en kilometers jongeren 1995-20095.
18
Vrouw
Jongeren en mobiliteit
Jongeren die in het landelijk gebied wonen met
Jongeren in de stad maken veel minder kilometers
weinig openbaar-vervoervoorzieningen ontwikkelen
In Nederland is een landelijke trek naar de stad van
een andere attitude over het openbaar vervoer dan
de gehele bevolking waar te nemen. Het grootste
jongeren die vlakbij een IC-station wonen. Dan heeft
deel hiervan zijn jongeren, meer dan de helft van
dat indirect ook invloed op hun mobiliteitsgedrag.
de jongeren woont nu in steden (figuur 2.1) en de verwachting is dat deze trend zich doorzet. Dit
Minder jongeren, behalve in de stad
heeft invloed op de mobiliteit. Een jongere die in
De eerste verklaring waarom de mobiliteit van
het landelijk gebied woont, maakt gemiddeld 20%
jongeren afneemt is heel simpel: er zijn minder
meer kilometers per dag dan een jongere in de stad
jongeren. Nam in de afgelopen jaren het aandeel
en maar liefst twee keer zoveel autokilometers.
jongeren in de totale bevolking al af, de komende
In de stad zijn mensen eerder geneigd om zich te
jaren is de verwachting dat het aantal jongeren
verplaatsen met de fiets, het regionale OV of de
in absolute zin zelfs gaat afnemen. In 2025 zijn er
trein.
100.000 tieners minder dan nu. Dat is een afname
6
van 5% . In sommige regio’s gaat het zelfs om een 6
CBS, Webmagazine, ‘Aantal tieners daalt komende 10 jaar, maar stijgt in Randstad’, 1 oktober 2014. 7 OVG 1995 / OviN 2010.
afname van meer dan 15%. In een aantal steden, 2010
1995
vooral in de Randstad, zien we het aantal jongeren nog wel groeien. Dit komt door jongeren die naar de steden trekken om daar te werken of te studeren. Ook zien we hogere geboortecijfers in de
29%
35% 44%
steden, vooral bij vrouwen met een niet-westerse achtergrond. Minder jongeren betekent ook dat jongeren een minder grote bijdrage leveren aan de ontwikkeling van de mobiliteit. Toch is dit maar een deel van de verklaring. De cijfers uit de inleiding zijn de gemiddelde afname per persoon en laten dus
56% 17% 20%
sterk stedelijk
matig stedelijk
ruraal
Figuur 2.1: Veranderende woonomgeving jongvolwassenen7.
zien dat er meer aan de hand is.
Jongeren en mobiliteit
19
Maar ook binnen steden zijn verschuivingen
jongeren dat studeert niet meer heel erg toeneemt.
zichtbaar. In de afgelopen twintig jaar is het
Het nieuwe leenstelsel kan zelfs leiden tot een
aantal autokilometers van jongeren in steden met
afname.
wel 40% afgenomen. In diezelfde periode is de automobiliteit in landelijk gebied nog met 10%
Later een vaste baan, een vaste relatie en
gegroeid. Er speelt dus meer dan alleen trek naar
kinderen
de stad.
Het aantal jongeren van 25 jaar met een vaste
1995 2011
baan is afgenomen van 56% in 2004 naar 38% in
Mannen
Vrouwen
7.300
3.800
Werkende
1.100
600
Lerende
jeugdwerkloosheid als gevolg van de crisis en meer
6.500
3.700
Werkende
flexibele arbeidsrelaties8. Van alle 15- tot 24-jarigen
1.200
800
Lerende
2014. Dit komt omdat jongeren langer studeren,
Tabel 2.3: Verschil in aantal autokilometers bij jongvolwassenen (18-29 jaar) per jaar tussen een werkende en een lerende3.
maar heeft ook te maken met een hogere
is 11,7% werkloos en bij migrantenjongeren is dit zelfs meer dan 23,7%9. De participatie van jongvolwassen vrouwen op de arbeidsmarkt is in de afgelopen jaren gestabiliseerd op ongeveer 80%; deze groep was een van de belangrijkste oorzaken
Een werkende jongere gebruikt de auto drie
voor de groei van mobiliteit onder jongvolwassenen
keer vaker dan een student
in de jaren negentig. Twintigers beginnen ook
Het aantal studerende jongeren is in de afgelopen
later aan samenwonen, het kopen van een huis
tien jaar met maar liefst 40% toegenomen, terwijl
en het krijgen van kinderen. In tegenstelling tot
het aantal werkenden met 20% is afgenomen.
wat je misschien zou verwachten zijn het vooral de
Dit is van grote invloed op de mobiliteit. Een
laagopgeleide jongeren en allochtone jongeren die
jongere die werkt, legt twee tot drie keer zoveel
zich minder zijn gaan settelen in de afgelopen jaren.
autokilometers af als een jongere die nog
Zij zijn het gedrag - dat hoogopgeleide jongeren al
studeert. Pas als jongeren gaan werken, neemt de
eerder lieten zien - gaan kopiëren.
(auto)mobiliteit sterk toe. De verwachting is dat gezien de demografische ontwikkelingen het aantal
20
Jongeren en mobiliteit
8
Het dynamische leven van de twintigers, CBS en Nationale Jeugdraad, 2015. 9 Cijfers CBS Statline, 4e kwartaal 2014.
40 35 30 25 20 15 10 5 0 18 - 24 jaar in 1995 Auto
23 - 29 jaar in 2000 Trein
38 - 34 jaar in 2005
Bus/Tram/Metro
Fiets
32 - 38 jaar in 2009 Lopen
Figuur 2.2: Kilometers per persoon per dag naar vervoerwijze voor de leeftijdscohorten 18-24 jaar in 1995 en vervolgens elke vijf jaar10.
Deze life events zijn vaak van grote invloed op de
ieder geval zijn deze life events een belangrijk
mobiliteit. We zien dat jongvolwassenen tussen
moment om op in te spelen in beleid, aangezien
hun 24e en 30e vaak een flinke sprong maken
dat ook de momenten zijn waarop mensen hun
in hun (auto)mobiliteit als gevolg van genoemde
mobiliteitspatroon tegen het licht houden.
gebeurtenissen. De afvlakking van mobiliteit onder
10
OVG/MON 1995-2009, bewerking Peter Jorritsma et al, 2012.
jongeren kan dus een uitgesteld effect zijn, doordat bepaalde life events steeds later plaatsvinden. In
Jongeren en mobiliteit
21
Allochtone jongeren fietsen minder en zijn
Als we kijken naar de auto, dan zien we dat Turkse
positiever over de auto
jongeren juist vaker in het bezit zijn van een
Allochtone jongeren gebruiken het openbaar
auto in vergelijking tot de autochtone bevolking,
vervoer vaker dan autochtone jongeren, in de grote
terwijl jongeren van Marokkaanse, Surinaamse
steden maar liefst drie keer zo vaak. Fietsgebruik
en Antilliaanse afkomst minder vaak een auto
is veel hoger onder de autochtone jongeren (in
hebben, al gaan deze laatste percentages over
de leeftijd 12 t/m 25 jaar 84% minimaal één keer
de bevolkingsgroepen in het algemeen, en niet
per maand, bij allochtone jongeren schommelt dit
specifiek over jongeren.
percentage rond de 40%). Dat allochtone jongeren minder fietsen heeft diverse redenen. Zo blijkt uit
Invloed van social media nog moeilijk te
onderzoek dat de fiets bij allochtone jongeren een
bepalen
slecht imago en lage status heeft11. Op stellingen als
Jongeren zijn opgegroeid met internet. Nederland is
‘fietsen past bij mij’ reageren autochtone jongeren
hierin een van de koplopers in de wereld. Ruim 90%
bijvoorbeeld veel positiever dan Marokkaanse,
van de jongeren maakt intensief gebruik van sociale
Surinaamse en Turkse jongeren (75% tegenover
media. Het is niet ongewoon om 24 uur per dag
gemiddeld 36%). Het is opvallend dat de tweede
online en bereikbaar te zijn. Sociale technologieën
generatie allochtonen negatiever is over fietsen
en netwerken, met name social media, zijn een
dan de eerste generatie allochtonen. En als ze dan
integraal deel van het leven van jongeren. Ze zijn
wel fietsen, zijn ze eerder geneigd om als reden
in eerste instantie van essentieel belang om in
aan te geven ‘dat het niet anders kan’. Voor veel
contact te blijven met vrienden (het grootste deel
jonge vrouwen van Turkse
van de tijd die ze online zijn, wordt besteed aan
en Marokkaanse afkomst is
sociale interactie), maar ook als nieuwsvoorziening
fietsen niet populair, omdat het
en om jezelf te oriënteren op het marktaanbod. Een
als gevaarlijk wordt gezien of
duidelijke ontwikkeling is dat jongeren social media
niet past bij hun cultuur. Toch
integreren met dagelijkse handelingen: ze maken
lijkt het erop dat als je naar
gebruik van talloze apps om het leven makkelijker
het gedrag kijkt de verschillen
of leuker te maken.
minder groot worden.
22
Jongeren en mobiliteit
11
De kloof blijft, maar is minder groot; een onderzoek naar het verplaatsingsgedrag van etnische minderheden. Colloquium Vervoersplanologisch Speurwerk , E. Niepoth, 2004.
Het is trouwens niet zo dat er een enorm verschil is
wordt. Je hoeft immers niet meer naar je vrienden
tussen jongeren en de leeftijdsgroepen daarboven
te rijden om contact met ze te hebben. Aan de
in het internetgebruik. De groep van 25 tot 40
andere kant kunnen virtuele contacten ook fysiek
jaar maakt al bijna net zoveel gebruik van het
contact stimuleren. Uit tijdsbestedingsonderzoek
internet en ook de groep tot 65 jaar is zeer actief op
van het Sociaal Cultureel Planbureau blijkt dat
internet. Jongeren gebruiken het internet wel meer
jongeren die veel van internet en de computer
voor spelletjes en videochatten ook vaker. E-mail
gebruik maken minder gebruik maken van de auto
gebruiken ze juist minder.
(figuur 2.3), maar of dit komt doordat ze de auto laten staan, of omdat ze liever online zijn is de
Doordat jongeren allerlei mogelijkheden hebben om
vraag. Mogelijk speelt hier ook weer het verschil
virtueel contact te leggen, wordt soms wel gesteld
tussen wel- en niet-werkende jongeren een rol.
dat (auto)mobiliteit voor hen minder noodzakelijk
12
Sociaal Cultureel Planbureau, 2011.
3
Uren per week
2,5 2 1,5 1 0,5 0 12-17 jaar
18-29 jaar
30-39 jaar
Weinig internet- en computergebruik
40-59 jaar
> 60 jaar
Veel internet- en computergebruik
Figuur 2.3: Automobiliteit in uren per week (y-as) naarmate van internet- en computergebruik12
Jongeren en mobiliteit
23
Het nieuwe werken wint terrein
komt niet naar voren dat jongeren de auto een
Het nieuwe werken en studeren, tijd- en
stuk minder aantrekkelijk zijn gaan vinden. De
plaatsonafhankelijk, wint langzaam terrein. Zeker de
conclusies uit ons onderzoek sluiten hierbij aan. Met
lager opgeleide jongeren hebben vaak
de smartphone heeft de auto er qua statussymbool
beroepen waarbij werken vanuit huis niet tot de
wel een concurrent bij gekregen, maar de auto blijft
mogelijkheden behoort. In het onderwijs nemen
nog steeds belangrijk. In figuur 2.4 is te zien dat
weblectures en MOOC’s (Massive Open Online
de smartphone onder de jongste groep jongeren
Courses) snel toe in gebruik. Desondanks blijft voor
belangrijker is dan de auto, maar dat naarmate
studenten het sociale en gezelligheidsaspect van
men ouder wordt de auto het overneemt van de
belang. Leren behelst meer dan kennisoverdracht en
smartphone.
vraagt samenwerking tussen studenten onderling en tussen studenten en docenten. Het onderlinge
Veel jongeren halen nog steeds direct hun rijbewijs
verkeer op school/universiteit weegt nog steeds op
en daarmee is het rijbewijsbezit bij jongeren de
tegen het gemak van thuis online lessen volgen.
afgelopen vijftien jaar constant gebleven. Jongeren geven aan dat ze graag een auto zouden willen,
Auto niet langer de heilige koe?
of het voor zich zien dat ze in de toekomst een
Uit gedane onderzoeken in Nederland en België
auto hebben, maar de financiën staan dat niet 13
KiM, survey onder Nederlanders van 17 jaar en ouder, 2013.
100%
% blenagrijk/meest belangrijk
90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0% 17-24 jaar
TV
24
25-29 jaar
30-39 jaar 40-49 jaar 50-59 jaar 60-65 jaar 66 jaar en ouder
Mobiele telefoon/smartphone
Jongeren en mobiliteit
Computer/laptop
Auto
Figuur 2.4: Belang van producten in het dagelijks leven13.
toe (niet auto nu, maar auto later). Doordat ze
te rijden vanwege het milieu, terwijl dit voor de
langer thuis wonen hebben ze vaak wel een auto
oudere leeftijdsgroepen veel hoger ligt.
van bijvoorbeeld ouders tot hun beschikking. Uit onderzoek in België blijkt dat de redenen waarom
Jongeren delen vaker hun spullen
jongeren nog steeds graag een auto willen hebben
De snelgroeiende deeleconomie combineert
meer praktisch van aard zijn en misschien iets
traditionele manieren van uitwisselen met
minder te maken hebben met status. Onderzoek
moderne technologie, en biedt daarmee steeds
van het KiM laat tegelijkertijd zien dat meer dan de
meer mogelijkheden om zelf het heft in handen te
helft van de jongeren vindt dat een auto iets zegt
nemen. Online platformen faciliteren bijvoorbeeld
over iemands status in de samenleving .
doelgericht contact in de buurt, en maken het
13
mogelijk om op een makkelijke en snelle manier Duurzaamheid
je tent, auto, 3Dprinter, boormachine, skills, of
We zijn ons steeds bewuster over wat we kopen
maaltijd met anderen te delen. De kern van de
en consumeren. Kwaliteit van het leven voor de
deeleconomie is slimmer gebruik maken van
volgende generaties, natuur- en milieubewust
wat er al is. Iedereen wint: mensen verbinden
leven, sociale rechtvaardigheid, duurzaamheid
versterkt sociale cohesie en daarnaast wordt het
en maatschappelijk verantwoord ondernemen
milieu minder belast. Je portemonnee deelt ook
worden steeds belangrijker. ‘Groen’ heeft niet
mee in de pret, want je hoeft minder uit te geven
langer een geitenwollensokken-imago, maar is
om hetzelfde voor elkaar te krijgen en kunt geld
hip & happening onder jonge early adopters. Maar
verdienen aan wat je al bezit, maar niet altijd
nog lang niet alle jongeren zijn bewust bezig
gebruikt. Volgens onderzoek eind 2013 deelt 90%
met duurzaamheid. Uit eerder onderzoek van
van de Nederlanders wel eens spullen en diensten,
YoungWorks naar jongeren en duurzaamheid blijkt
vooral in het eigen sociale netwerk. 6% gebruikt
dat vooralsnog een kleine groep jongeren (circa 15%
hiervoor websites en apps, jongeren van 18 – 34 jaar
van de jongeren van 12 tot en met 18 jaar) op een
doen dat meer dan 35+ers (n=1035)15. Op het gebied
bewuste en eigenzinnige manier groene idealen
van autodelen blijkt dat jongeren iets meer open
nastreeft . Uit het onderzoek van het KiM blijkt dat
staan voor autodelen dan oudere generaties16.
14
slechts 22% van de jongeren aangeeft minder auto 14
13 KiM, survey onder Nederlanders van 17 jaar en ouder, 2013. YoungMentality en duurzaamheid. Praktische handvatten voor het communiceren met jongeren in de NME-sector. 15 NCDO, Nederlanders en de deeleconomie. 2013. 16 KiM, survey onder Nederlanders van 17 jaar en ouder, 2013.
Jongeren en mobiliteit
25
JONGERENSEGMENTEN
3. HET SEGMENTATIEMODEL Algemene eerste indrukken
Hoe denken jongeren over verkeer en vervoer?
we jongeren gevraagd wat er volgens hen moet
Welke vervoermiddelen zijn populair bij hen? En
verbeteren op het gebied van verkeer en vervoer.
hoe verplaatsen zij zich dagelijks? In dit hoofdstuk introduceren we het segmentatiemodel voor
Met behulp van een clusteranalyse kwam
jongeren en mobiliteit. We laten zien hoe het model
vervolgens naar voren dat de jongeren, op basis van
tot stand is gekomen en behandelen de eerste
hun scores op de dimensies, zijn onder te verdelen
algemene uitkomsten.
in vijf segmenten. Deze vijf groepen kijken allemaal op een andere manier naar mobiliteit. Voordat we
Totstandkoming van het model
deze vijf typen jongeren introduceren, delen we de
Om erachter te komen hoe jongeren denken
eerste algemene uitkomsten.
over verkeer en vervoer, hebben we een aantal stappen doorlopen. Uit de trendanalyse en de focusgroepen met jongeren destilleerden we
1.
acht relevante factoren of dimensies die een rol
2. OV vermijden
spelen bij mobiliteit, die we hebben vertaald naar
3. Status/uiterlijk
47 waardenstellingen over mobiliteit. Het kader
4. Voorkeur auto
geeft de dimensies weer. Op de volgende pagina’s
5. Aandacht veiligheid
zijn de 47 waardenstellingen te vinden. Naast
6. Persoonlijke ruimte en controle
de waardenstellingen hebben we vragen met
7.
betrekking tot achtergrond en mobiliteitsgedrag
8. Voorkeur samen reizen
opgenomen, bedoeld om de segmenten zo goed mogelijk te kunnen beschrijven. Deze vragen gaan bijvoorbeeld in op sociaal-demografische variabelen, maar ook op de houding ten aanzien van bepaalde vervoermiddelen en hoe vaak ze bepaalde vervoermiddelen gebruiken. Ook hebben
28
Jongeren en mobiliteit
Voorkeur fietsen
Milieubewustzijn
#
Stelling
% eens
1
Ik wil van tevoren precies weten hoe lang ik onderweg ben
69%
2
Ik ga veel liever op de fiets, scooter, auto dan met het OV
55%
3
Ik wil niet afhankelijk zijn van het OV voor mijn dagelijkse vervoer
56%
4
Een eigen auto hebben staat voor vrijheid
74%
5
Ontspannen reizen is belangrijker dan ergens zo snel mogelijk zijn
42%
6
Als ik onderweg ben, wil ik me zo min mogelijk inspannen
39%
7
Bij routes waarvoor ik veel moet overstappen vermijd ik het OV
45%
8
Ik krijg van reizen met het OV vaak stress
28%
9
Als het even kan reis ik samen met vrienden
56%
10
Ook als het extra tijd kost reis ik liever samen met iemand anders
39%
11
Als ik (later) een scooter of auto koop, zorg ik ervoor dat ie er wel echt mooi uitziet
49%
12
Een auto is voor mij gewoon een ding om van A naar B te komen
56%
13
Het uiterlijk van een auto of scooter zegt veel over iemands smaak en gevoel voor stijl
43%
14
Bij aankoop van een auto of scooter vind ik het imago van het merk belangrijk
31%
15
Als ik onderweg ben vind ik veiligheid belangrijker dan snelheid
70%
16
Ik vind dat er meer aandacht moet zijn voor verkeersveiligheid
57%
17
Als ik onderweg ben erger ik me aan de roekeloosheid van andere weggebruikers
64%
18
Ik voel me wel eens kwetsbaar in het verkeer
53%
19
In het verkeer houd ik me altijd aan de regels
51%
20
Ik vind het meestal heerlijk om op de fiets te zitten
52%
21
In een auto kom je helemaal tot rust: je draait je eigen muziek en doet je eigen ding
55%
22
Onderweg zijn is leuk, omdat je dan verder niks hoeft
34%
23
Soms rijd ik zomaar een beetje rond, zonder dat ik echt ergens heen moet
17%
24
Ik fiets zo veel mogelijk zodat ik fit en gezond blijf
41%
25
Door te bewegen onderweg (bijvoorbeeld fietsen) werk ik aan mijn gewicht
49%
26
Ik stoor me vaak aan de drukte in het OV
62%
Jongeren en mobiliteit
29
#
Stelling
27
Ik vind het vervelend als je in het OV te dicht op andere mensen staat of zit en je geen
% eens 75%
eigen ruimte hebt 28
Van hoge snelheid krijg ik een kick: hoe harder, hoe beter
22%
29
Omdat het beter is voor het milieu kies ik als het even kan liever voor de fiets of OV, dan
29%
voor een scooter en auto 30
Ik vind het niet erg om meer geld uit te geven aan vervoer als dat beter is voor het milieu
20%
31
Ik vind het belangrijk dat auto's in de toekomst minder vervuilend worden
73%
32
Waar ik woon is het OV goed geregeld
56%
33
Ik vermijd het OV zo veel mogelijk, want ik heb geen zin in al dat gedoe
25%
34
Ik vind het OV veel te duur
75%
35
Van ergens naartoe fietsen kan ik echt genieten
47%
36
Ik zie de fiets puur als een praktisch vervoermiddel, het maakt me helemaal niks uit hoe
59%
hij er uitziet 37
Ik pak alleen de fiets als het mooi weer is
24%
38
Een elektrische fiets (of E-bike) is iets voor ouderen
53%
39
Als ik 30 jaar ben, heb ik zeker een eigen auto
75%
40
Ik pak het liefst de auto om ergens naartoe te gaan
39%
41
Ik vind het beter als mensen af en toe een auto lenen of huren, in plaats van dat iedereen
29%
zijn eigen auto bezit 42
Ik vind het prima om geld te steken in een mooier vervoermiddel (bijv. een fiets, scooter
41%
of auto) 43
Door technologische vooruitgang zijn er over 10 jaar minder problemen in het verkeer
35%
44
Ik verwacht dat er in Nederland over 10 jaar meer vervuiling is door verkeer en vervoer
40%
45
Over een paar jaar zal ik door meer online mogelijkheden (bijv. online shoppen of online
31%
studeren) minder gaan reizen (naar bijv. winkels of onderwijsinstellingen) 46
Door internet zie ik mijn vrienden vaker in het echt
24%
47
Door internet weet ik beter waar en wanneer iets leuks te doen
79%
Tabel 3.1: Waardenstellingen met het percentage van de jongeren dat het eens was met de stelling 30
Jongeren en mobiliteit
Eerste algemene uitkomsten
uit naar een vervoermiddel dat snel, goedkoop
Dé jongere bestaat niet als het gaat over verkeer en
en gemakkelijk is. Naast deze praktische factoren
vervoer. We zien grote onderlinge verschillen. Het
spelen uiteenlopende waarden een rol bij de
beeld dat jongeren hebben van verkeer en vervoer
mobiliteitskeuzes van jongeren. De voornaamste
wordt voor een groot deel ook gevormd door
waarden zijn: aandacht voor veiligheid, status/
persoonlijke ervaringen. Een jongen die dagelijks de
uiterlijk, persoonlijke ruimte en comfort, voorkeur
reis van en naar school met de fiets aflegt, denkt
voor samen reizen en milieubewustzijn. Het
anders over verkeer en vervoer dan een meisje
verschilt sterk per jongere welke waarden dominant
dat ook regelmatig kiest voor tram of bus. Maar
zijn. De een vindt het uiterlijk en imago van een
ook negatieve ervaringen, zoals een ongeluk met
scooter of auto belangrijker dan de ander. Evengoed
de fiets of een onveilige situatie in het OV, kunnen
zijn er waarden die de meerderheid van de
sterk van invloed zijn op beelden die jongeren
jongeren tussen de 15 en 24 jaar belangrijk vindt,
hebben bij verkeer en vervoer. Naast persoonlijke
zoals aandacht voor veiligheid en persoonlijke
ervaringen is de levensfase ook sterk van invloed.
ruimte. Uit het onderzoek blijkt dat 70% van de
Met de leeftijd nemen de mogelijkheden toe.
jongeren veiligheid belangrijker vindt dan snelheid.
Een 20-jarige student in de stad heeft veel meer
Bijna 75% vindt het vervelend als andere mensen
mobiliteitskeuzes dan
in het OV te dichtbij staan en in hun persoonlijke
een 15-jarige die nog
ruimte komen. Een grote meerderheid (64%) kan
thuis woont en meer
zich verder behoorlijk ergeren aan de roekeloosheid
afhankelijk is van zijn
van andere weggebruikers.
ouders. De fiets is het meest populaire en gebruikte Jongeren zijn behoorlijk doelmatig of praktisch in
vervoermiddel onder jongeren. Fietsen is praktisch
de mobiliteitskeuzes die ze maken. Belangrijke
en goedkoop. Daarnaast staat de fiets ook symbool
factoren bij de keuze voor een vervoermiddel zijn
voor vrijheid. Lichaamsbeweging en frisse lucht
reistijd, kosten en gemak. Bijna alle jongeren
zorgen voor een goed gevoel. Bovendien is het
(90%) vinden het bijvoorbeeld zeer belangrijk om
een sociaal vervoermiddel: jongeren fietsen vaak
altijd op tijd te komen. Daarom gaat hun voorkeur
samen.
Jongeren en mobiliteit
31
Vanuit de behoefte aan vrijheid zijn jongeren verder
jongeren ruimte voor verbetering. De grootste
ook heel positief over reizen met de auto. Zo wil
nadelen die jongeren noemen, zijn: de hoge kosten,
75% graag op zijn of haar 30e een eigen auto en is
te kleine persoonlijke ruimte, de afhankelijkheid
82% zeer positief over zelf autorijden. De auto staat
van dienstregelingen en vertragingen. Drie op de
voor onafhankelijkheid en biedt de flexibiliteit om
vier jongeren vindt het OV in Nederland te duur
overal heen te gaan. De mate waarin het uiterlijk
en wil graag dat de overheid de tarieven verlaagt.
van het vervoermiddel belangrijk is, verschilt dan
Opvallend is dat jongeren die weinig met het OV
weer sterk. De helft koopt het liefst een auto of
reizen, wat kritischer zijn over het OV dan jongeren
scooter met een mooi uiterlijk. De andere helft
die hier wel veel gebruik van maken. Hier geldt het
hecht minder waarde aan status en uiterlijk en
adagium: Onbekend maakt onbemind.
ziet de auto of scooter vooral als een praktisch middel om van A naar B te komen. Een derde van
Milieubewustzijn en duurzaamheid spelen slechts
de jongeren vindt het imago van het automerk
bij een kleine, wat oudere groep jongeren (22-24
belangrijk bij de aankoop.
jaar) een rol bij de mobiliteitskeuze. Slechts een op de vijf jongeren is bereid meer geld uit te geven
Een op de vier jongeren vermijdt het OV het liefst.
aan vervoer dat beter is voor het milieu. Zij kiezen
Driekwart is daarentegen redelijk positief over
bijvoorbeeld liever voor de fiets dan voor de scooter.
reizen met de bus, metro en/of trein, al zien alle
Hoewel het thema duurzaamheid dus weinig lijkt te
100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
32
Jongeren en mobiliteit
Figuur 3.1: Voorkeur vervoermiddelen
100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
Figuur 3.2: Belang van bepaalde kenmerken van vervoermiddelen
leven bij huidige mobiliteitskeuzes, vindt een grote
elektrische auto worden nog weinig gebruikt onder
groep (73%) het wel belangrijk dat auto’s in de
jongeren, maar hebben wel degelijk potentieel.
toekomst veel minder vervuilend worden. Minder
Ongeveer een op de twee jongeren vindt de
dan een derde (31%) van alle jongeren verwacht
elektrische fiets zowel iets voor jongeren als voor
dat er - als gevolg van digitalisering in de vorm
ouderen en staat er voor open.
van online shoppen en online studeren - minder gereisd wordt. Ook denkt 25% van de jongeren
We vroegen jongeren tot slot aan welke thema’s
dat mobiliteit toeneemt als gevolg van intensiever
de overheid meer aandacht moet besteden. Hier
contact met hun vrienden op social media.
volgen hun antwoorden:
Elektrische vervoermiddelen zoals de e-bike of 1.
Goedkoper OV
39%
2.
Beter OV: vaker op tijd en meer ruimte
16%
onderweg 3.
Aanpak van asociale medeweggebruikers
13%
4.
Verkeersveiligheid & veilige inrichting van
10%
de ruimte
5.
Duurzaamheid: meer elektrische auto’s en
7%
fietsen 6.
Meer autowegen en minder files
6%
7.
Meer ruimte voor de fiets en betere
4%
fietspaden 8.
Hogere maximumsnelheden op autowegen
3%
Tabel 3.2: Belangrijkste thema’s waar de overheid (volgens jongeren) aandacht aan moet besteden Jongeren en mobiliteit
33
Behoedzame soloreiziger 26%
Statusgerichte levensgenieter 28%
Onbevangen verkeersdeelnemer 14%
Onafhankelijke idealist 11%
Figuur 3.3: Jongerensegmenten.
Pragmatische beweger 21%
Een korte typering van de segmenten
keuze. Ze staan zeer positief tegenover autorijden
Met behulp van een clusteranalyse gebaseerd
en vinden het gezellig om samen te reizen. Zo
op de 47 waardestellingen kunnen vijf typen
nu en dan is snelheid even belangrijker dan
jongeren onderscheiden worden: Statusgerichte
verkeersveiligheid en trappen ze het gaspedaal in.
levensgenieters, Onbevangen verkeersdeelnemers,
Het OV wordt liever vermeden, omdat Statusgerichte
Behoedzame soloreizigers, Pragmatische bewegers
levensgenieters behoefte hebben aan persoonlijke
en Onafhankelijke idealisten. Gebaseerd op ons
ruimte. Ook zijn ze in vergelijking met anderen
kwantitatieve onderzoek is gebleken dat jongeren
minder positief over de fiets. Onder dit type
in Nederland vooral Statusgerichte levensgenieters
jongeren vallen vooral veel jonge jongeren (15-18
of Behoedzame soloreizigers zijn. Onafhankelijke
jaar) die nog thuis wonen.
idealisten zijn minder vertegenwoordigd. Hierna geven we een korte beschrijving van de vijf typen
Onbevangen verkeersdeelnemers (14%)
jongeren en de dimensies die hen onderscheiden.
Onbevangen verkeersdeelnemers hebben geen
In het volgende hoofdstuk wordt elk van de typen
uitgesproken positieve of negatieve mening
uitgebreider aan je voorgesteld en geven we een
ten opzichte van verkeer en vervoer. Reizen
beschrijving van bijbehorende kenmerken en
beschouwen ze vooral als een noodzakelijke
bijzonderheden. Ook komen de jongeren zelf aan
activiteit. Alleen reizen of samen met een vriend;
het woord.
het maakt ze niet echt uit. Als ze maar aankomen op hun bestemming. Ze staan relatief positief
Statusgerichte levensgenieters (28%)
tegenover reizen met het OV en ervaren in de bus
Goedkeuring vanuit de omgeving is voor deze groep
of trein weinig stress. Bij hun vervoermiddelkeuze
erg belangrijk. Daarom hechten ze bij de aankoop
speelt veiligheid of milieubewustzijn geen grote
van een vervoermiddel veel
rol. Het uiterlijk en imago van een scooter of auto
waarde aan het merk en het
vinden ze wel belangrijk; deze moet er mooi
uiterlijk. Daarbij houden deze
uitzien. Ook onder dit type jongeren vallen vooral
jongeren geen rekening met
jonge jongeren (15-18 jaar) die nog thuis wonen bij
de meest milieuvriendelijke
hun ouders.
17
17
Het percentage betreft het aandeel van het segment onder Nederlandse jongeren van 15 t/m 24.
Jongeren en mobiliteit
35
Behoedzame soloreizigers
maar ook enigszins roekeloos en onveilig in het
(26%)
verkeer. Snelheid is voor hen vaak belangrijker
Behoedzame soloreizigers
dan veiligheid. Ze staan wel wat meer open voor
vinden het prettiger om alleen
milieuvriendelijke oplossingen rond vervoer. Ze
te reizen dan met anderen. Ze
geven niet snel meer geld uit aan vervoer als
willen graag controle hebben
dat beter is voor het milieu, maar vinden het wel
over hun reis en vinden onafhankelijkheid en
belangrijk dat toekomstige auto’s minder vervuilend
betrouwbaarheid belangrijke waarden. Daarom
worden. Onder dit type jongeren vallen vaker
heeft de auto vaak hun voorkeur. Deze jongeren zijn
stedelijke jongeren.
niet uitgesproken negatief over het OV, maar als het even kan vermijden ze het OV vanwege de grote
Onafhankelijke idealisten (11%)
afhankelijkheid en dienstregeling. Deze jongeren
Een milieubewuste houding ten opzichte
houden zich meestal aan de verkeersregels. Ze
van verkeer en vervoer kenmerkt dit
kunnen zich ergeren aan roekeloze weggebruikers.
type jongere. Onafhankelijke idealisten
Status en uiterlijk van een vervoermiddel zijn
kiezen dan ook graag voor het meest duurzame
voor dit type jongeren minder van belang bij de
vervoermiddel, ook al kost dit hen soms wat extra
keuze voor een vervoermiddel. Ze staan verder
inspanning. De fiets is favoriet, maar ook met het
neutraal tegenover het duurzaamheidsaspect van
OV wordt gereisd. Het liefst vermijden ze de auto.
vervoermiddelen.
Onafhankelijke idealisten hebben een voorkeur voor alleen reizen. Dit komt onder andere doordat
36
Pragmatische bewegers (21%)
ze graag controle hebben over de reis en de
Pragmatische bewegers reizen graag in het
route die ze afleggen. Deze jongeren kunnen zich
gezelschap van vrienden, en dan het liefst op de
snel ergeren aan roekeloos rijgedrag van andere
fiets. Want ze sporten en bewegen graag. Het OV
verkeersdeelnemers. Ook voelen ze zich wel eens
wordt liever vermeden doordat het stressvol is. Het
kwetsbaar. Daarom verkiezen ze veiligheid boven
uiterlijk of het imago van een vervoermiddel is niet
snelheid. Onder dit type jongeren vallen vaker
belangrijk voor dit type. Als het hen maar van A
hoogopgeleide (wo), vrouwelijke studenten (22-24
naar B brengt. Ze zijn niet alleen praktisch ingesteld,
jaar).
Jongeren en mobiliteit
oneens
neutraal
eens
oneens
neutraal
eens
oneens
neutraal
eens
oneens
neutraal
eens
oneens
neutraal
eens
oneens
neutraal
eens
oneens
neutraal
eens
oneens
neutraal
eens
Voorkeur fiets
OV vermijden
Status/uiterlijk
Voorkeur auto
Aandacht veiligheid
Afkeer drukte OV
Milieubewustzijn
Voorkeur samenreizen
Statusgerichte levensgenieter
Onbevangen verkeersdeelnemer
Pragmatische bewegers
Onafhankelijke idealist
Behoedzame soloreiziger
Figuur 3.4: Verdeling van segmenten over de acht dimensies.
Jongeren en mobiliteit
37
38
Jongeren en mobiliteit
4. UITGEBREID VOORSTELLEN Vijf segmenten jongeren
In dit hoofdstuk stellen we eerst de vijf segmenten
ook erg belangrijk voor dit type jongere. Ook
uitgebreid voor. Vervolgens gaan we dieper in op
rondom verkeer en vervoer willen ze zich graag
de uitkomsten en kijken we per segment naar het
onderscheiden. Bij de aankoop van een nieuwe
mobiliteitsgedrag en of er een verschil is tussen
scooter of auto kijken ze vooral naar het uiterlijk
attitude en gedrag.
en het imago van het merk. ‘Ziet het er mooi uit? Is het merk bekend? Is het een ‘limited edition?’,
Statusgerichte levensgenieters (28%)
hoor je ze dan denken. Je zult dit type niet zo snel op een tweedehands Puch zien rijden door de
“Ik wil later wel een Porsche: ik houd van snelheid
stad, maar wel op een luxe Vespa. Statusgerichte
en mooie wagens. Fietsen doe ik bijna nooit, want
levensgenieters geven dan ook vaker geld uit aan
ik neem liever mijn scooter. Dat gaat een stuk
vervoer dan andere segmenten. Dat komt niet
sneller en het is ook nog eens relaxter reizen.“
alleen doordat ze duurdere merken kopen, maar
- Milan, 19 jaar, mbo
ook vanuit hun behoefte aan gemak en comfort. Met de auto of scooter reizen is nou eenmaal
Dit ben ik
duurder dan met de fiets.
De Statusgerichte levensgenieters laten graag zien wie ze zijn en wat ze hebben. Vragen als
Naast hun hang naar status heeft deze groep
‘Hoe kan ik opvallen?’ of ‘Hoe word ik populair?’
een grote behoefte aan vrijheid, ook wanneer ze
vinden ze belangrijk. De meningen van anderen
zich verplaatsen. Dit type reist veel liever met de
en de goedkeuring vanuit hun omgeving is dan
eigen auto want dat geeft hen een gevoel van
De Statusgerichte levensgenieters in cijfers: ▪▪
Meer meisjes (meisjes 55%, jongens 45%).
▪▪
Relatief meer 15- tot 18-jarigen (37%) dan 19- tot 21-jarigen (32%) en 22- tot 24 jarigen (31%).
▪▪
Geen grote verschillen in opleidingsniveau.
▪▪
Meer grootstedelijke jongeren.
Jongeren en mobiliteit
39
onafhankelijkheid. Ook houden ze ervan om zo nu en dan het gaspedaal in te trappen voor de kick. Op die momenten is snelheid even belangrijker dan de verkeersveiligheid. Een overvolle trein,
“Later wil ik een mooie auto waar iedereen naar kijkt als je langs een vol terras rijdt. Met een auto kan ik doen wat ik wil.” - Florine, 17 jaar, mbo
vertragingen of vaak moeten overstappen, vinden Statusgerichte levensgenieters stressvol en daarom
Dit vind ik nu
vermijden ze het OV, als het even kan. Dat gevoel
De auto is veruit het populairste vervoermiddel
hebben ze natuurlijk niet als ze met hun eigen auto
voor Statusgerichte levensgenieters, omdat het
reizen. Ze zijn sceptisch ten opzichte van initiatieven
symbool staat voor vrijheid. Overal naartoe kunnen
om auto’s te delen; het is nieuw voor hen en het
gaan wanneer jij dat zelf wilt! Dat vinden ze fijn.
roept veel vragen op rondom schade, veiligheid,
Vrijwel iedereen, 88% in deze groep, wil op zijn of
betrouwbaarheid.
haar 30e een eigen auto bezitten en dan het liefst een mooie Audi of snelle sportwagen waarmee
Statusgerichte levensgenieters zijn echte
ze aanzien verwerven. In dat opzicht zijn ze vrij
maximizers. Ze willen graag alles uit het leven
conservatief in hun kijk op vervoer. Ze vinden een
halen wat erin zit en genieten in het hier en nu,
auto vooral relevant bij hun eerste baan of als ze
liefst met anderen. Daarom houden ze van plezier
gaan samenwonen en een kind krijgen: praktisch
wanneer ze onderweg zijn. Niets is zo gezellig
voor het vervoeren van spullen, naar werk of voor
als met een groep vrienden in de auto stappen
vakantie. Nadelen aan autobezit zoals de hoge
en ergens heenrijden. De reis van A naar B wordt
kosten worden nauwelijks gezien of ervaren door
vooral gezien als een sociale activiteit en maar
deze jongeren.
liefst 80% reist liever samen dan alleen. Daarbij
40
houdt dit type geen rekening met de meest
Het OV vermijdt de Statusgerichte levensgenieter als
milieuvriendelijke vervoerkeuze. Duurzaamheid
het even kan. Vooral het gevoel van afhankelijkheid,
en het milieu zijn voor deze jongeren niet echt
en niet overal heen kunnen gaan, vinden ze
belangrijk. Opvallend is tegelijk dat 70% aangeeft
stressvol. Desondanks zijn ze nu nog vaak in de
het belangrijk te vinden dat auto’s in de toekomst
bus, tram of trein te vinden, vaak puur uit noodzaak
minder vervuilend worden.
om van en naar school, studie of werk te komen.
Jongeren en mobiliteit
Daarbij wil 75% wil daarbij van tevoren weten hoe
Dat lijkt me zo relaxed! Spontaan weekendjes weg
lang hij of zij onderweg is. Deze groep stoort zich
met mijn vrienden, naar het strand of even naar een
het meest aan grote drukte in het OV en 86% vindt
andere stad. Nu moet ik bijna altijd met de trein of
het vervelend om te dicht op andere mensen te
bus op pad en dat is niet handig. Zeker niet als je
staan of zitten, waardoor je ‘geen eigen ruimte’
’s avonds na het uitgaan weer terug naar huis moet.
hebt. De fiets kiezen ze wat minder vaak. Slechts 1
Dan staan er van die lange rijen bij de bushalte
op de 5 fietst zo veel mogelijk om gezond te blijven.
met dronken mensen. Zwaar irritant. Daarom ben
Ongeveer 1 op de 3 jongeren zegt de fiets alleen te
ik nu alvast mijn rijbewijs aan het halen, zodat ik
pakken bij mooi weer.
binnenkort kan rijden.”
Dit doe ik
Gemak
▪▪ Ik behoor tot de meest mobiele jongeren.
“Als ik naar school ga, dan pak ik bijna altijd mijn
▪▪ Ik maak het meest gebruik van bus, tram en
Vespa-scooter. Fietsen doe ik liever niet, ook al
metro. ▪▪ Ik fiets minder vaak, gebruikt het vaakst de scooter.
woon ik maar 10 minuten van mijn school vandaan. Ik ben wel een beetje lui denk ik, maar dat maakt me niks uit. Bij een scooter hoef je zelf niet veel te
▪▪ Ik ben veel op reis voor mijn studie.
doen en dat is toch handig als je moe bent van een
▪▪ Ik reis het meest om iets leuk te doen of
lange dag op school? Ik zou niet snel het OV pakken
familie en vrienden te zien.
omdat het beter is voor het milieu. Dat boeit me niet zoveel. Ik denk niet dat er iets verandert als ik
Personalia/quotes
minder of niet op mijn scooter rijd.”
Naam: Florine Leeftijd: 17 jaar
Drukte
Opleiding: mbo
“Waar ik me echt aan kan storen zijn van die mensen in de bus of tram die te dicht op je gaan
“Later wil ik een mooie luxe Audi of Mini Cooper.
staan. Daarom vermijd ik liever de spits zodat het
Zo’n auto waar iedereen naar kijkt als je langs een
niet zo druk is. Het fijne aan een eigen auto is dat
vol terras rijdt. Met een auto kan ik doen wat ik wil.
niemand in je persoonlijke space zit.”
Jongeren en mobiliteit
41
42
Jongeren en mobiliteit
Onbevangen verkeersdeelnemers (14%)
kiezen ze de fiets. Ondanks het feit dat deze groep geen uitgesproken voorkeur heeft voor een bepaald
“Eerlijk gezegd maakt het mij niet zoveel uit of het
vervoermiddel, kiezen ze vaak vanuit praktische
OV goedkoper wordt. Ik zit toch weinig in de trein.”
overwegingen. Wat is de snelste of goedkoopste
- Hannah, 22 jaar, MBO
manier om ergens te komen? Reizen is vooral een noodzakelijke verplaatsing om op je bestemming
Dit ben ik
aan te komen.
De Onbevangen verkeersdeelnemer hecht niet veel waarde aan mobiliteit en heeft niet een heel
Onbevangen verkeersdeelnemers staan erg neutraal
uitgesproken mening over vervoermiddelenkeuze.
tegenover mobiliteitskeuzes en tegenover de
Het thema is low interest in hun belevingswereld.
waarden die we ze in het licht van dit onderzoek
Ze laten zich minder leiden door sterke waarden en
hebben voorgelegd. Wat verder opvalt, is dat ze
meer door praktische overwegingen en gedrag van
redelijk relaxed denken over mobiliteit. Slechts 16%
anderen in hun omgeving. Dat maakt deze groep
ervaart stress tijdens hun reis in het OV. 80% mijdt
flexibel en meer beïnvloedbaar.
het OV bijvoorbeeld niet vanwege drukte. De helft vindt het geen probleem om dagelijks afhankelijk
Omdat zij vaak nog thuis wonen, maken zij
te moeten zijn van het OV. Ze hechten tot slot veel
nog weinig bewuste en individuele keuzes
minder belang aan persoonlijke ruimte en rust
rondom verkeer en vervoer. Verder zijn hun
tijdens hun reis; slechts 35% vindt dat belangrijk.
keuzemogelijkheden nog vrij beperkt. Meestal De Onbevangen verkeersdeelnemers in cijfers: ▪▪ Meer jongens (jongens 59%, meisjes 41%). ▪▪ Relatief meer jonge jongeren (15- t/m 18-jarigen, 37%), en minder 19- t/m 21-jarigen (30%) en 22- t/m 24 jarigen (33%). ▪▪ Geen grote verschillen in opleidingsniveau. ▪▪ Relatief gelijke verdeling van stedelijke en landelijke jongeren.
Jongeren en mobiliteit
43
Comfort vinden ze een overbodige luxe: je zult dit
Dit vind ik nu
type dan ook niet gauw in de eersteklas van de
Onbevangen verkeersdeelnemers hebben geen
trein zien reizen. Alleen reizen of samen met een
voorkeur voor één soort vervoermiddel. Ze zijn
vriend, het maakt ze niet echt uit. Als ze maar
vooral praktisch en doelmatig ingesteld. Of het
aankomen op hun bestemming. Ook maken zij
nu de fiets, de auto of het OV is; deze jongeren
zich nauwelijks zorgen over verkeersveiligheid of
reizen er allemaal wel eens mee. Voor hen
roekeloze weggebruikers. ‘Het komt wel goed’ of
is het vooral belangrijk dat je aankomt op je
‘mij overkomt niks’, zullen ze eerder denken.
bestemming. Voor de jonge groep (15 t/m 18 jaar) zijn de keuzemogelijkheden uiteraard nog vrij
Milieuvriendelijke vervoerkeuzes staan nog ver af van deze groep en worden niet gemaakt. Slechts 1 op de
beperkt. Vooral de fiets en de
“Prima om af en toe met het OV te scooter worden gebruikt. Ook gaan, zolang ik maar niet drie keer is de invloed van ouders nog moet overstappen.” - Boris, 17 jaar, havo aanzienlijk bij deze jongere
5 (18%) is bereid meer geld uit
groep. Zij brengen hun kind
te geven aan milieuvriendelijker vervoer. Ze maken
geregeld met de auto en manen hun kind zich
zich ook minder druk om vervuiling in de toekomst:
veilig te gedragen in het verkeer, ook al vinden
slechts 32% van hen verwacht dat Nederland over
die kinderen dat zelf niet zo belangrijk. De invloed
10 jaar meer vervuild is dan nu door verkeer en
van ouders neemt geleidelijk af naarmate ze wat
vervoer.
ouder worden en ook op zichzelf gaan wonen. De wat oudere jongeren (18 t/m 24 jaar) hebben meer
Bij de aankoop van een auto of scooter zullen ze
keuzemogelijkheden en gebruiken naast de fiets
wel eerder kiezen voor een mooi model of een
ook wat vaker de auto.
bekend merk, want ze zijn redelijk gevoelig voor meningen vanuit hun omgeving. Een mooie scooter of auto levert meer status op, denken ze.
44
Jongeren en mobiliteit
Dit doe ik
nieuwe is heel duur, bijna € 2.500,- of zo. Ik twijfel
▪▪ Ik ben de minst mobiele groep.
nog tussen een Peugeot Django of een Scomadi
▪▪ Ik maak het meest gebruik van de fiets
Turismo Leggera, maar weet het nog niet zeker.
▪▪ Ik gebruik bus, tram en metro het minst.
Ze zijn allebei heel mooi en staan in de top-10 van
▪▪ Ik reis vaker om familie en vrienden te zien
meest populaire scooters van 2015. Dat vind ik wel
of iets leuks te doen.
vet!”
▪▪ Ik maak het minst gebruik van het internet. OV Personalia/quotes
“Ik reis niet zo vaak met de bus of trein, maar
Naam: Boris
soms moet je gewoon met het OV. Ik vind het wel
Leeftijd: 17 jaar
duur hoor in Nederland. Als ik in de trein zit, kijk ik
Opleiding: HAVO 4
meestal naar buiten of luister ik wat muziek. Prima om af en toe te doen, zolang ik maar niet drie keer
“Als ik ’s avonds naar mijn voetbaltraining ga, dan
moet overstappen. Wat ik echt asociaal vind, zijn
brengen mijn ouders mij meestal met de auto. Dat
van die reizigers die hun tas naast zich op de lege
gaat wel zo gemakkelijk. Als ze allebei niet kunnen,
stoel zetten. Het maakt toch niet zo veel uit om
fiets ik erheen in 25 minuten. Ik vind het zelf niet
naast een vreemde te zitten?”
erg om in het donker terug te moeten fietsen, maar mijn ouders willen graag dat ik dan samen met iemand terugfiets. Dat vinden ze veiliger. Dat hoeft voor mij niet. Er gebeurt tóch nooit iets raars onderweg en ik fiets sneller als ik alleen ben dan met iemand erbij.” Scooter “Ik ben van plan om binnenkort een scooter te kopen, want dan ben ik sneller op de voetbalclub of in de stad. Een tweedehands wordt het, want een
Jongeren en mobiliteit
45
46
Jongeren en mobiliteit
Behoedzame soloreizigers (26%)
Zij willen bijvoorbeeld graag weten hoe lang hun treinreis duurt, of er vertraging is en hoe laat ze
“Ik erger me aan agressieve weggebruikers in het
aankomen op hun eindbestemming. Of ze pakken
verkeer of mensen die niet goed opletten. Of aan te
hun eigen auto, waar ze hun lievelingsmuziek
drukke, warme bussen. Ik heb een keer iemand zien
kunnen draaien. Daarnaast reizen deze jongeren
flauwvallen.” - Annika, 20 jaar, HBO
liever alleen dan met vrienden. Slechts 21% geeft aan liever samen met vrienden te reizen
Dit ben ik
dan alleen. Af en toe reizen ze wel eens met het
De Behoedzame soloreiziger hecht in zijn of haar
OV, omdat het dan efficiënter is. Zeker tijdens
leven een grote waarde aan vrijheid. Het zijn
de drukke spits ergeren ze zich dan al snel aan
zelfstandig ingestelde jongeren die met plezier
andere medereizigers die te dicht op hen komen
eigen beslissingen maken. ‘Want dan heb je
staan of zitten. Ook een vertraagde trein, warme
controle over het eindresultaat’, denken ze. Onder
bus of seinstoring veroorzaakt veel stress bij deze
dit type vallen de wat meer ondernemende
groep. Daarom verkiezen zij allemaal hun eigen
jongeren die bijvoorbeeld al een eigen bedrijfje
vervoermiddel boven het OV.
runnen. Ze maken van alle jongeren het meest gebruik van internet om allerlei praktische zaken
Behoedzame soloreizigers zijn nauwelijks
te regelen zonder daarvoor de deur uit te hoeven.
statusgevoelig en hechten weinig waarde aan het
Ook ten aanzien van verkeer en vervoer heeft deze
uiterlijk of imago van hun vervoermiddel. Of ze
groep een sterke voorkeur voor controle en vrijheid.
nu rijden in een nieuwe of tweedehands auto, dat
De Behoedzame soloreizigers in cijfers: ▪▪ Relatief iets meer meisjes (meisjes 53%, jongens 47%). ▪▪ Grotendeels oudere jongeren (22- t/m 24 jarigen, 48% en 19- t/m 21 jarigen, 36%). ▪▪ Geen grote verschillen in opleidingsniveau. ▪▪ Relatief gelijke verdeling van stedelijke en landelijke jongeren.
Jongeren en mobiliteit
47
maakt ze niks uit. Zolang de auto maar veilig is en
Dit vind ik nu
goed werkt. Deze houding sluit goed aan bij hun
Behoedzame soloreizigers hebben een heel
grote aandacht voor verkeersveiligheid. Ze houden
sterke voorkeur voor de auto boven andere
zich van alle types uit het segmentatiemodel het
vervoermiddelen. Zij hebben vaker hun rijbewijs dan
vaakst aan de verkeersregels en driekwart (76%)
de andere types uit het segmentatiemodel en rijden
vindt veiligheid veel belangrijker dan snelheid.
ook vaker auto. De auto voldoet namelijk aan hun
64% zegt zich altijd aan de regels te houden. Ze
behoefte aan vrijheid en biedt hen rust, veiligheid
ergeren zich dan ook sterk aan weggebruikers die
en een grote persoonlijke ruimte. Deze jongeren
roekeloos rijden of die zich niet aan verkeersregels
zullen, wanneer mogelijk, hun eigen vervoermiddel
houden. Dit type zal niet snel onder invloed achter
verkiezen boven het OV. Ze staan niet heel negatief
het stuur kruipen of meerijden met iemand die
tegenover reizen met de bus, trein, tram of metro,
teveel gedronken heeft. Hun houding ten opzichte
maar vermijden deze vervoermiddelen liever als dat
van milieuvriendelijk vervoer is licht positief. Ze
kan. Vooral het gevoel van een verlies aan controle
zullen niet snel meer geld uitgeven aan vervoer
en ruimte delen met veel andere mensen vinden ze
dat beter is voor het milieu, maar driekwart (74%)
vervelend. Maar liefst 82% vindt het OV te duur. Als
van hen vindt het wel belangrijk dat auto’s in de
ze wel met het OV reizen, houden ze via handige
toekomst minder vervuilend worden. Slechts 1 op
apps op hun telefoon, zoals 9292.nl of de NS-app,
de 5 (21%) kiest voor de fiets of het OV omdat dat
scherp in de gaten of er vertragingen zijn en hoe
milieuvriendelijker is dan de auto.
hun reis verloopt. Ten aanzien van de fiets zijn ze redelijk praktisch ingesteld. Dit vervoermiddel moet
“Als het kan kies ik voor het rustigste moment om te reizen en vermijd ik de drukke spits.”
het gewoon doen, maar hoeft er niet mooi uit te
- Jelle, 23 jaar, hbo
op een degelijk klassiek model. Ze staan minder
zien. Je zult dit type jongere niet gauw op een snelle ‘fixed gear bike’ zien rondrijden, maar eerder open voor concepten om auto’s te delen.
48
Jongeren en mobiliteit
Muziek luisteren Dit doe ik
“Ik gebruik de auto om naar mijn werk te rijden,
▪▪ Ik maakt het meest gebruik van de auto.
maar in het weekend vind ik het heerlijk om er op
▪▪ Ik fiets het minst.
uit te gaan. Rustig naar het strand rijden of even
▪▪ Ik leg de grootste afstanden af.
familie opzoeken. Lekker een muziekje aan en in
▪▪ Ik reis het meest voor werk.
mijn eentje kilometers maken. Daar word ik erg
▪▪ Ik maakt het meest gebruik van internet
gelukkig van. Zolang er op de weg maar geen slome mensen rijden of van die opgefokte types die gaan bumperkleven.”
Personalia/quotes Naam: Jelle Leeftijd: 23 jaar
Stiltezone
Opleiding: HBO
“Soms moet ik mijn auto laten staan en pak ik de trein. Ik zorg er dan wel voor dat ik weet hoe laat
“Ik heb op mijn achttiende gelijk mijn rijbewijs
de trein vertrekt en kijk of er vertragingen zijn. Wat
gehaald. In de eerste twee jaar reed ik altijd met
ik heel handig vind, is dat je via de app van de NS
de Volkswagen Polo van mijn ouders en spaarde ik
kunt zien of het druk is in de trein. Zolang het kan,
voor mijn eigen auto. Een half jaar geleden heb ik
kies ik voor het rustigste moment om te reizen en
de auto van mijn oma gekocht voor een goede prijs.
vermijd ik de drukke spits. Al die mensen die je dan
Ze gebruikte hem toch niet meer. Ik ben er erg blij
tegenkomt: daar word ik echt gestrest van. Ik zoek
mee. Het is een rode vierdeurs Peugeot met weinig
altijd de stiltezone op en probeer me af te sluiten
kilometers op de teller. Welk model? Dat is voor mij
van de omgeving. Het liefst reis ik met de eerste
totaal onbelangrijk, zolang de auto maar goed rijdt.
klas, maar ja, dat is te duur.”
Ik zou nu niet zonder kunnen. Ik kan gaan en staan waar ik wil. Dat is zo relaxed!”
Jongeren en mobiliteit
49
50
Jongeren en mobiliteit
Pragmatische bewegers (21%)
fietsen zijn. Snelheid is voor hen vaak belangrijker dan veiligheid. Aan veiligheid en verkeersregels
“Als ik elke dag de bus of tram zou nemen, zou ik
besteden ze het minste aandacht van alle types uit
me lui voelen. Ik vind fietsen gewoon fijn en houd
het segmentatiemodel: slechts 35% houdt zich aan
niet van de drukte in de bus.” - Joep, 16 jaar, VWO
de regels. Daarnaast ergeren ze zich het minst aan andere roekeloze weggebruikers, mogelijk omdat
Dit ben ik
zij zelf ook wat roekelozer zijn in het verkeer dan de
Pragmatische bewegers hebben een enthousiaste
gemiddelde weggebruiker.
levensinstelling. Het zijn behoorlijk actieve types. Ze sporten en bewegen graag. Ze fietsen veel omdat
Pragmatische bewegers zijn nauwelijks
het plezierig is om buiten te bewegen en omdat ze
statusgevoelig en vinden het uiterlijk of imago
zich er fitter door voelen. 61% fietst zo veel mogelijk
van hun vervoermiddel niet echt belangrijk. 65%
om fit en gezond te blijven. Daarbij reist driekwart
ziet een auto vooral als een praktisch hulpmiddel
als het even kan liever met vrienden, omdat ze dat
om ergens te komen of om er spullen en mensen
gezelliger vinden dan alleen. Deze jongeren zijn
mee te vervoeren. Ze kunnen zich net als de
ook echte doeners die graag dingen uitproberen en
Behoedzame soloreizigers bovenmatig ergeren aan
het avontuur opzoeken. Daarbij nemen ze geregeld
een te kleine persoonlijke ruimte in het OV. Over
risico’s en verleggen ze grenzen; bijvoorbeeld met
het milieu zijn Pragmatische bewegers niet heel
een opgevoerde scooter. Maar denk vooral ook aan
uitgesproken, maar ze staan wel wat meer open
gebruik van hun mobiele telefoon terwijl ze aan het
voor milieuvriendelijke oplossingen rond verkeer
De Pragmatische bewegers in cijfers: ▪▪ Relatief gezien iets meer meisjes (meisjes 52%, jongens 48%). ▪▪ Relatief meer 22- t/m 24 jarigen (37%) dan 15- t/m 18-jarigen (35%) en 19- t/m 21 jarigen (28%). ▪▪ Vaker hoger opgeleid (VWO/WO). • Meer grootstedelijke jongeren.
Jongeren en mobiliteit
51
en vervoer. Ze geven niet snel meer geld uit aan
de aspecten van even lekker buiten zijn en
vervoer als dat beter is voor het milieu, maar vinden
lichaamsbeweging spreekt ze erg aan.
het wel belangrijk dat toekomstige auto’s minder vervuilend worden. Ook kiest een groot deel van
Deze jongeren gebruiken ook
deze jongeren eerder voor de fiets of het OV dan
wel eens de trein of andere
voor de scooter of auto omdat het een duurzamere
vervoermiddelen. Tegenover het
vervoerskeuze is. Deze groep laat zich minder leiden
OV staan ze redelijk neutraal.
door het weer: slechts 12% zegt de fiets alleen te
Vanuit een duurzame gedachte
pakken bij mooi weer.
zullen ze zo nu en dan bewust voor de bus of trein kiezen, in plaats van de auto of scooter. 40% staat
Dit vind ik nu
er hierbij voor open om een auto te lenen of te
Pragmatische bewegers hebben een sterke voorkeur
huren. Verder gebruiken ze het OV alleen als het
voor de fiets boven andere vervoermiddelen.
efficiënt is om ergens te komen, niet als ze ook
Pragmatische overwegingen overheersen hierbij:
nog eens vaak moeten overstappen. Dat vinden ze
70% ziet zijn of haar fiets als een praktisch vervoermiddel om ergens te komen. De fiets is heilig, zeker in de
niet plezierig. Ze ergeren zich daarnaast
“Soms fiets ik weleens door behoorlijk aan te drukke coupés of rood, want ik haat dat onnodige warme bussen waarin je zij-aan-zij staat. wachten bij een stoplicht.” - Sadiye, 22 jaar, hbo
ruimte en bewegingsvrijheid van een
stad, waar deze jongeren ook vaker wonen. Eigenlijk
auto wel prettig. Verder zien ze niet zo veel extra
doen ze zo veel mogelijk met de fiets. Weer of geen
voordelen aan de auto boven de fiets. Het is puur
weer. Een fiets is goedkoop, snel en ook nog eens
een praktisch middel om lange afstanden mee af te
gezonder dan welk ander vervoermiddel dan ook.
leggen. Slechts 15% van deze groep vindt het imago
Sommige van deze fietsfanaten hebben naast hun
van een auto- of scootermerk belangrijk en slechts
stadsfiets ook een wielrenfiets of mountainbike
een derde (36%) vindt het belangrijk dat die auto of
voor sportieve activiteiten. Dan trekken ze er in
scooter er mooi uitziet.
het weekend met een vriend op uit om kilometers te maken en calorieën te verbranden. Vooral
52
Om die reden vinden ze de persoonlijke
Jongeren en mobiliteit
Wielrennen Dit doe ik
“Ik ben van plan om een wielrenfiets te kopen
▪▪ Ik maak het meest gebruik van de fiets.
zodat ik in het weekend kan gaan toeren. De natuur
▪▪ Ik gebruik de trein het minst.
rondom Utrecht is erg mooi en je hebt er zelfs
▪▪ Ik leg vooral korte afstanden af.
een paar heuveltjes. Ik verheug me erop dat ik
▪▪ Ik reis het meest voor school en studie.
binnenkort lekker in de frisse buitenlucht fiets en ook wat calorieën verbrand. Wie weet doe ik over een jaar wel mee met een wielerronde.”
Personalia/quotes Naam: Sadiye Leeftijd: 22 jaar Opleiding: HBO “Ik vind het heerlijk om door de stad te racen op mijn fiets. Even nergens aan denken en de wind in je gezicht voelen. Zelfs in de regen vind ik het lekker. Soms rijd ik wel eens door rood op een kruispunt waar ik elke dag langskom, want ik haat dat onnodige wachten bij het stoplicht. Ik woon vlakbij een museum en daar staan vaak rijen toeristen voor de deur. Af en toe snijd ik voor de grap een nietsvermoedende toerist af. Dan moeten ze maar opletten! Als ik ver weg moet zijn dan leen ik de auto van mijn vriend. Dan reis ik wel het liefst samen met een vriendin, want dat is veel gezelliger. In de trein zit ik ook weleens maar dan liever niet rond het spitsuur, want dat is echt te druk.“
Jongeren en mobiliteit
53
54
Jongeren en mobiliteit
Onafhankelijke idealisten (11%)
een duurzame houding. Ze geven meer geld uit aan ‘schoon’ vervoer en verkiezen de fiets of het
“Ik hoef in Nederland niet in een Range Rover
OV boven de auto en de scooter. Dit type zal ook
rond te rijden, dat slurpt veel benzine. Ik houd van
niet snel een eigen auto aanschaffen. Slechts 45%
het milieu en de aarde en ik wil dat niet verder
verwacht rond het 30e levensjaar een eigen auto
verpesten.” - Anne, 20 jaar, HBO
te hebben. Ze lenen liever een auto of huren er een via een sociaal platform zoals Snappcar of Car2Go.
Dit ben ik Onafhankelijke idealisten zijn vaker wat ouder
Status of uiterlijk van een vervoermiddel vinden
en hoger opgeleid. En zoals de naam al verklapt
zij nauwelijks belangrijk. Althans dat zeggen
zijn zij de meest idealistische jongeren uit het
ze zelf: want een duurzaam vervoermiddel of
segmentatiemodel. Het is tevens de kleinste groep
een elektrische scooter geeft natuurlijk net zo
uit het model. Deze jongeren kijken meer naar de
goed status. Je bent toch nét even anders dan
toekomst dan andere types uit het model en willen
de standaard. Verkeersveiligheid staat voor hen
hun steentje bijdragen aan het verbeteren van de
voorop. Dit type jongere bekritiseert andere
wereld. Daarom is duurzaamheid een belangrijk
verkeersdeelnemers die zich niet aan de regels
thema voor ze. Dit type loopt bijvoorbeeld vaker in
houden of roekeloos rijden. Zelf verkiezen ze
gerecyclede kleding, doet aan afvalscheiding en/
veiligheid boven snelheid, omdat ze zich weleens
of heeft een rekening bij de Triodos Bank. Ook op
kwetsbaar voelen in het verkeer.
het gebied van verkeer en vervoer vertonen ze
De Onafhankelijke idealisten in cijfers: ▪▪ Meer meisjes (meisjes 64%, jongens 36%). ▪▪ Grotendeels oudere jongeren (22 t/m 24 jaar, 46%; 19 t/m 21 jaar: 30%; 15 t/m18 jaar: 24%). ▪▪ Vaker hoger opgeleid (HBO/WO). ▪▪ Meer grootstedelijke jongeren.
Jongeren en mobiliteit
55
50% van de Onafhankelijke idealisten heeft een
geven voor een duurzamer vervoermiddel. Deze
voorkeur voor alleen reizen. Dit komt onder andere
types zijn van alle groepen het meest positief over
doordat ze graag controle hebben over de reis en
de opkomst van elektrische vervoermiddelen zoals
de route die ze afleggen. 82% wil bijvoorbeeld
de E-bikes, E-scooters en hybride auto’s. Ze vinden
graag weten hoe lang ze onderweg zijn. Alleen kun
het beter als mensen meer carpoolen of auto’s gaan
je de reis gemakkelijker bepalen dan met meerdere reizigers. Ook vinden deze jongeren het prettig als ze comfort
lenen of huren. Dat is
“Toen ik laatst plekken vrij had in de auto heb beter dan dat iedereen ik via Facebook twee mensen gevonden. Dat zelf een eigen auto scheelt in benzinekosten, is beter voor het aanschaft. milieu en het is ook gezellig natuurlijk” - Janneke, 24 jaar, WO
en bewegingsvrijheid
Ze staan positief
ervaren. Daarom ervaren ze vaak stress en irritaties
tegenover reizen met het OV, maar zouden graag
als ze met het OV reizen. Ook vinden ze het OV
zien dat de prijzen van hun OV-reizen dalen.
veel te duur en willen ze graag dat de overheid de
71% vindt het OV nu te duur. Volgens hen zou de
prijzen verlaagt. Daarbij bedoelen ze vooral de trein.
overheid veel meer kunnen doen om Nederlanders
In de eigen stad fietsen ze wel, maar voor grotere
te stimuleren om meer met het OV te reizen. Bijna
afstanden is de trein een goed alternatief.
iedereen in deze groep (97%) vindt het belangrijk dat auto’s in de toekomst duurzamer worden.
Dit vind ik nu
Deze groep is ook kritischer over zowel brom- als
Onafhankelijke idealisten hebben een heel sterke
snorfiets. 42% denkt verder dat technologie gaat
voorkeur voor de fiets als vervoermiddel. Hiermee
helpen om vervoer in de toekomst duurzamer te
maken ze ook de meeste verplaatsingen. De fiets
maken.
staat voor hen symbool voor vrijheid: de fiets is heel duurzaam en geeft je verder een goed gevoel doordat je beweegt en in de frisse lucht bent. Verder onderscheidt deze groep zich doordat 80% veiligheid belangrijker vindt dan snelheid. Bijna de helft (47%) is bereid meer geld uit te
56
Jongeren en mobiliteit
milieu en ook nog eens goedkoper en efficiënter. Dit doe ik
In Japan heb je al een zelfrijdende metro die op
▪▪ Ik maakt het meest gebruik van de trein.
magneten zweeft. Die gaat heel hard en rijdt
▪▪ Ik fiets en loop ook vaak.
perfect op tijd. Waarom krijgen wij die niet in
▪▪ Ik gebruik de auto het minst.
Nederland?”
▪▪ Ik maak de meeste verplaatsingen en kilometers. ▪▪ Ik maak veel gebruik van internet.
Deeleconomie “Vorig jaar gingen we naar het ‘Melt’ festival in Duitsland. Toen zijn we met een groep vrienden vertrokken uit Amsterdam en hadden we nog twee
Personalia/quotes
plekken vrij in onze auto. We plaatsten een oproep
Naam: Janneke
op de Facebookpagina van Melt en al snel wilden er
Leeftijd: 24 jaar
twee mensen meerijden met ons. Dat scheelt weer
Opleiding: WO
in benzinekosten, is beter voor het milieu en het is ook gezellig natuurlijk. Ik vind dat meer mensen
“Waarom is het OV zo duur in Nederland? Daar
zouden moeten delen met elkaar.”
kan ik me echt boos om maken! Het zou voor veel mensen aantrekkelijker worden als de prijzen van bustickets en treinkaartjes worden verlaagd. Nu pakken mensen sneller de auto om ergens heen te rijden, terwijl dat vaak niet eens de snelste manier van reizen is.” Magneettrein “Waarschijnlijk rijdt het OV in Nederland pas over 15 jaar automatisch en zonder machinist of chauffeur. In China rijden al van die magneettreinen van het vliegveld naar de stad. Dat is zóveel beter voor het
Jongeren en mobiliteit
57
Inzoomen op stedelijkheid en etniciteit
leeftijd geldt: hoe ouder hoe idealistischer en hoe behoedzamer. De groep tussen 15 en 18 jaar is nog
Etniciteit
meer bezig met status als het gaat om mobiliteit.
De figuren op deze en de volgende pagina geven
Hoogopgeleide jongeren zijn vaker idealistischer
inzicht in de verdeling van de segmenten voor de
en ook vaker Pragmatische beweger. Allochtone
kenmerken geslacht, leeftijd, opleidingsniveau,
jongeren zijn wat statusgerichter dan autochtone
autochtoon versus allochtoon en stedelijk versus
jongeren. In de stad wonen meer Onafhankelijke
landelijk. Wat opvalt als je kijkt naar geslacht is dat
idealisten, buiten de stad meer Statusgerichte
vrouwen zowel vaker Statusgerichte levensgenieter
levensgenieters.
zijn als Onafhankelijke idealist. Wat betreft
Autochtoon versus allochtoon Allochtoon
36%
Autochtoon
28%
0%
58
18%
10%
18%
14%
20%
30%
26%
40%
50%
8%
21%
60%
Statusgerichte levensgenieter
Onbevangen verkeersdeelnemer
Pragmatische bewegers
Onafhankelijke idealist
Jongeren en mobiliteit
20%
70%
80%
11%
90%
Behoedzame soloreiziger
100%
Figuur 4.1: Verdeling over de segmenten voor respectievelijk allochtone en autochtone achtergrond
Verdieping voor de vier grote steden
levensgenieters en de Onafhankelijke idealisten
Voor de vier grote steden (G4) hebben we
sterker zijn vertegenwoordigd in de G4. Hieruit zou
aanvullend onderzoek verricht onder jongeren in
geconcludeerd kunnen worden dat jongeren uit de
de grote steden . De stad lijkt minder een plek
steden een sterkere mening hebben over mobiliteit.
voor mensen die behoedzaam willen reizen. Ook
Het relatief hogere aandeel allochtonen en hoog
mensen met een onbevangen mening ten opzichte
opgeleiden in de vier grote steden ten opzichte van
van verkeer vind je er weinig in vergelijking
heel Nederland is hier mogelijk een verklaring voor.
18
met de uitkomsten voor heel Nederland.
18 Elke MPN-deelnemer vult elk jaar een 3-daags dagboekje met verplaatsingsgegevens in).
Daartegenover staat dat de Statusgerichte G4 versus Nederland Landelijk
28%
Totaal G4
14%
33%
0%
10%
20%
26%
7%
30%
40%
21%
17%
50%
20%
60%
Statusgerichte levensgenieter
Onbevangen verkeersdeelnemer
Pragmatische bewegers
Onafhankelijke idealist
70%
11%
Figuur 4.2: Verdeling van de segmenten over de G4 versus Nederland
23%
80%
90%
100%
Behoedzame soloreiziger
Jongeren en mobiliteit
59
Mobiliteitsgedrag per segment
Statusgerichte levensgenieters en
Aanvullend op de landelijk uitgevoerde
Onafhankelijke idealisten het meest mobiel
enquête is een koppeling gemaakt met het
In de figuren 4.4 en 4.5 is te zien hoe de dagelijkse
Mobiliteitspanel Nederland (=MPN). In dit panel
mobiliteit er voor elk van de segmenten uitziet.
zitten 616 respondenten in de leeftijd van
Statusgerichte levensgenieters en Onafhankelijke
15 tot 24 jaar. Deze jongeren hebben ook de
idealisten zijn het meest mobiel, zowel qua
vragenlijst met waardenstellingen ingevuld en
verplaatsingen als afgelegde afstanden.
zijn ingedeeld naar de vijf segmenten. Doordat
Onafhankelijke idealisten gebruiken heel vaak de
we van elke jongere in het MPN ook weten hoe
trein en lopen ook relatief veel. De Statusgerichte
zijn of haar mobiliteitsgedrag er uitziet, kunnen
levensgenieters gebruiken relatief vaak de bus,
we per segment ook iets zeggen over het
tram en metro. Zij reizen het meest voor school.
verplaatsingsgedrag18. Komen voorkeuren en gedrag overeen of zien we juist verschillen en hoe kunnen
Pragmatische bewegers maken veel verplaatsingen,
we dat verklaren?
maar over het algemeen over kortere afstanden. Zij gebruiken vaker de fiets. Bij de Behoedzame
De verdeling over de segmenten in het MPN is iets
soloreizigers is het precies andersom. Zij maken
anders dan in de enquête. Het meest opvallende
minder verplaatsingen, maar vaak wel over grote
is dat we onder de jongeren uit het MPN meer
afstanden en gebruiken duidelijk het meest de auto.
Onbevangen verkeersdeelnemers en minder
Zij zijn het vaakst onderweg voor werk.
Pragmatische bewegers Vergelijkingzien. met Mobiliteitspanel Nederland (=MPN) Enquête
28%
31%
MPN
0%
60
14%
10%
20%
26%
21%
23%
30%
40%
22%
50%
60%
Statusgerichte levensgenieter
Onbevangen verkeersdeelnemer
Pragmatische bewegers
Onafhankelijke idealist
Jongeren en mobiliteit
11%
15%
70%
80%
Figuur 4.3: Vergelijking van de verdeling van de segmenten op basis van de enquête en het MPN
9%
90%
Behoedzame soloreiziger
100%
150 140 130 120 110 100 90 80 70 60 50
Aantal verplaatsingen per persoon per dag
Aantal kilometers per persoon per dag
Figuur 4.4: Dagelijkse mobiliteit per segment (indexcijfers ten opzichte van totaal)
Onafhankelijke idealist
13%
14%
Pragmatische beweger Behoedzame reiziger Onbevangen verkeersdeelnemer
28%
Statusgerichte levensgenieter 0% Auto
Trein
10%
20%
30%
Bus, tram en metro
12%
52%
5%2% 11%
25%
10% 4%
31%
6% 6%
44%
40%
50%
Fiets
7% 7%
32%
17% 60% Lopen
3% 9% 2%
59%
5% 4%
20%
21%
45%
4%
70%
80% 90% 100%
Overig
Figuur 4.5: Vervoerwijzekeuze per segment
Jongeren en mobiliteit
61
Gedrag en attitude vallen vaak samen, maar
lijkt op een gedwongen huwelijk. Zodra ze zijn
niet altijd
afgestudeerd en het zich financieel kunnen
Onafhankelijke idealisten lopen en fietsen veel en
veroorloven zullen ze waarschijnlijk voor de auto
maken vaak gebruik van de trein en juist weinig van
kiezen. De Onbevangen verkeersdeelnemers
de auto, hetgeen overeenkomt met hun voorkeuren.
staan redelijk neutraal tegenover het openbaar
Tegelijkertijd is het wel een groep die erg mobiel
vervoer, maar maken er heel weinig gebruik van.
is. De Statusgerichte levensgenieters zijn niet zo
Ze fietsen daarentegen heel veel, terwijl ze daar na
positief over het openbaar vervoer, maar maken
de Statusgerichte levensgenieter naar verhouding
er wel veel gebruik van, waarschijnlijk omdat ze
het minst positief over zijn. De Behoedzame
vaker nog iets jonger zijn en nog geen rijbewijs
soloreizigers staan positief tegenover de fiets, maar
hebben, het openbaar vervoer gratis is en ze vaak
maken er niet veel gebruik van. Mogelijk omdat hun
langere afstanden reizen om naar hun school of
verplaatsingsafstanden te lang zijn. De E-fiets kan
universiteit te gaan. Hun openbaarvervoergebruik
voor hen een uitkomst zijn.
Vergelijking met andere leeftijdsgroepen Als we jongeren van 15-24 jaar vergelijken met andere leeftijdsgroepen, dan zien we dat ze even mobiel zijn als de werkzame beroepsbevolking. Wel gebruiken ze veel vaker het openbaar vervoer en de fiets en lopen ze minder vaak en maken ze minder gebruik van de auto.
62
Jongeren en mobiliteit
+
-
+
0
Gebruik trein
Gebruik auto
+
-
-
-
Waardering trein
Waardering auto
+
+
0
Gebruik fiets
Gebruik bus, tram en metro
+
-
+
0
-
-
-
Waardering fiets
Waardering bus, tram en metro Statusgerichte levensgenieter
Onbevangen verkeersdeelnemer
Pragmatische bewegers
Onafhankelijke idealist
+
0
Behoedzame soloreiziger
Figuur 4.6: Waardering versus gebruik vervoermiddelen Jongeren en mobiliteit
63
PRAKTISCHE PRAKTISCHE TOEPASSING TOEPASSING
5. AAN DE SLAG
Werken met de verschillende types
Wat kun je met het segmentatiemodel?
Stap 2: Koersbepaling
Hiervoor heb je kennis gemaakt met het
Formuleer relevante doelstellingen. Welk resultaat
segmentatiemodel en de vijf types. In dit hoofdstuk
wil je halen? Welk doelgedrag hoort daarbij? Welke
laten we zien hoe partijen en organisaties rondom
rol spelen jongeren in het halen van de gestelde
verkeer en vervoer dit model kunnen toepassen. We
doelen? En op welke types wil je je dan richten?
introduceren hierna een stappenplan met vier fasen,
Grofweg kun je kiezen voor twee strategieën:
die organisaties kunnen doorlopen om het model
▪▪ Verdieping/focus: meer focus op types waar het
effectief te gebruiken.
meeste potentieel ligt voor gewenst gedrag. ▪▪ Verbreding: een strategie waarbij je nieuwe
Je kunt het segmentatiemodel inzetten als een
richtingen of proposities ook op een of meer-
instrument waarmee je stap voor stap te werk gaat.
dere nieuwe doelgroepen richt die je nu nog
Van een analyse van je huidige aanpak tot een
onvoldoende aanspreekt of weet te bereiken.
optimalisatie daarvan in de toekomst. Stap 1: Terreinverkenning
We stimuleren gebruikers van het model om een
Stap 2: Koersbepaling
goede balans te vinden tussen ambitie en realisme.
Stap 3: Koerswijziging
Durf je doelgroep te vergroten, maar stel jezelf
Stap 4: Terreinwinst
tegelijk wel de vraag of je die ambities ook kunt waarmaken. Kun je de Behoedzame soloreiziger ook
Stap 1: Terreinverkenning
echt enthousiast maken voor het OV? En kun je de
Breng in kaart wat de situatie is. Wat is de
Statusgerichte levensgenieter
vraag? Welke gedragingen zie je? Wat verklaart
daadwerkelijk ontmoedigen
de situatie? Wat is de context? Welk beleid
bij het aanschaffen van een
wordt gevoerd? Koppel deze informatie aan de
eigen auto?
mobiliteitsvoorkeuren van de vijf types. Hoe sluit de Behoedzame soloreiziger aan op de vraag? Wat vinden Onafhankelijke idealisten in deze context belangrijk? Betrek doelgroepsegmenten actief in een participatie- en/of co-creatieproces.
66
Jongeren en mobiliteit
Stap 3: Koerswijziging
Stap 4: Terreinwinst
In deze fase ga je de koersbepaling omzetten in
In deze laatste fase ga je evalueren. Heeft de
een koerswijziging: voorgenomen veranderingen
koerswijziging ertoe geleid dat jongeren andere
implementeren. Denk bijvoorbeeld aan een
mobiliteitskeuzes gaan maken of nieuw gedrag
voorlichtingscampagne, waarin de voordelen
laten zien? Hoe waarderen de gekozen segmenten
van fietsen en het OV worden uitgelicht. Of de
het alternatief? Wie trek je aan en wie niet? Maak
introductie van nieuwe diensten.
gebruik van beschikbare onderzoeksbronnen, bijvoorbeeld door een lokale verdichting van het MobiliteitsPanel Nederland voor jouw onderzoeksgebied. Of bevraag jongeren uit jouw stad of regio en deel ze in naar doelgroep met behulp van de segmenteringsvragenlijst.
Pre-trip: Mobiliteitsgedrag/keuzegedrag
On-trip: Verkeersgedrag
Jongeren en mobiliteit
67
Toepassing in twee soorten cases
Veel beleidsvragen hebben betrekking op
De aangescherpte kennis over doelgroepsegmenten
mobiliteitsgedrag. Voorbeelden daarvan zijn:
kun je in twee categorieën cases toepassen. De
▪▪ Hoe zorgen we dat het OV na de studie aantrek-
eerste categorie betreft mobiliteitsgedrag of
kelijk blijft?
keuzegedrag: door onderzoekers ook wel pre-
▪▪ Hoe bevorderen we samen reizen?
trip gedrag genoemd. De tweede categorie is
▪▪ Hoe krijgen we jongeren op de elektrische fiets
verkeersgedrag onderweg: on-trip gedrag genoemd.
of aan de deelauto of uit de spits?
Hoe zorgen we dat het OV na de studie aantrekkelijk blijft? ▪▪ Statusgerichte levensgenieters zijn het minst geneigd voor het openbaar vervoer te kiezen. Zet niet te veel energie op deze groep. Een OV-abonnement als onderdeel van een leasecontract kan wel interessant zijn. Luxe vormen van vraagafhankelijk OV zijn ook kansrijk. ▪▪ Behoedzame soloreizigers reizen liever niet met het openbaar vervoer, maar door ze te ontzorgen kan je ze wel verleiden. Ze willen graag goede reisinformatie en betrouwbare verbindingen. Ze houden niet van drukte (stiltecoupé’s en dalurenabonnement). ▪▪ Pragmatische bewegers zijn gevoelig voor de voordelen van de combinatie van fiets en trein, aangezien ze de fiets al hoog waarderen. Ze zijn ook wel bereikbaar voor prijsargumenten. Bied ze na de studie een voordelig eerste-baan-abonnement aan. ▪▪ Onafhankelijke idealisten zullen uit zichzelf al voor het openbaar vervoer kiezen. Bij hen gaat het vooral om het benadrukken van de maatschappelijke voordelen van reizen met het openbaar vervoer en het bevestigen dat ze het ‘goede’ doen. ▪▪ Onbevangen verkeersdeelnemers staan open voor de praktische voordelen van het openbaar vervoer, mits het een reëel alternatief is. Een uitprobeer-abonnement tegen een aantrekkelijke prijs zullen ze zeker interessant vinden.
68
Jongeren en mobiliteit
Vragen gericht op verkeersgedrag zijn vaak gerelateerd aan verkeersveiligheidsthema’s, zoals: ▪▪ Door rood rijden / gevaarlijk oversteken. ▪▪ Niet fietsen in winkelstraten.
▪▪ Bellen en sms-en tijdens de reis / social media gebruik. ▪▪ (A-)sociaal gedrag in het openbaar vervoer of op de weg.
▪▪ Veilig fietsen naar school.
▪▪ Rekening houden met ouderen en kinderen.
▪▪ Drank en drugs in het verkeer / uitgaansverkeer.
▪▪ Ruimte geven aan zwaar landbouwverkeer. ▪▪ Pestgedrag onderweg.
Hoe beperken we het aantal jonge fietsers dat door rood rijdt en gevaarlijk oversteekt? ▪▪ Onafhankelijke idealisten en Behoedzame soloreizigers vertonen al het gewenste gedrag. Zij geven het goede voorbeeld vanuit het oogpunt van veiligheid en sociaal wenselijk gedrag. ▪▪ Statusgerichte levensgenieters rijden het meest door rood; vooral op drukke momenten als dat zichtbaar is. Zet voor deze groep vooral in op sociale beïnvloeding. Maak wachten leuk! ▪▪ Pragmatische bewegers rijden ook veel door rood. Vooral als het rustiger is, maar ook als op snelheid nog net een gaatje kan worden gevonden. Ze zoeken fysieke uitdaging. Ze zijn wel ontvankelijk voor een positieve benadering en helpende informatie over grenzen en veiligheid. ▪▪ Onbevangen verkeersdeelnemers zijn in dit geval vooral volgers. Hun gedrag valt samen met het referentiegedrag. Laat vooral het goede voorbeeld zien. ▪▪ Algemene koers: de Statusgerichte levensgenieter en Pragmatische beweger vragen een positieve benadering. Heb het vooral over groen, niet over rood. ▪▪ Uit co-creatie met de doelgroep: voer campagne met bike-/wait-huggers. Quality-wacht-tijd.
Jongeren en mobiliteit
69
Praktische aanknopingspunten per segment
Kijk nog eens naar de beschrijvingen van do’s
Om goed te kunnen inspelen op de waarden van
en don’ts die we hier per type geven. Welke
je doelgroep en de types waar je je op richt, is
beelden laat je zien? Welke professionals,
vernieuwing op twee niveaus belangrijk: Welke
rolmodellen en situaties beeld je af? Vaak creëer je
verhalen vertel je? In hoeverre beantwoord je de
voorlichtingsmateriaal niet voor één specifiek type
centrale vraag van de types waar je je op richt?
uit het model: zorg er dan voor dat verschillende beelden verschillende types aanspreken.
1. Statusgerichte levensgenieter: Hoe kan ik mijzelf profileren met verkeer en vervoer? 2. Onbevangen verkeersdeelnemer: Hoe verplaats ik mij op een gemakkelijke manier? 3. Behoedzame soloreiziger: Op welke manier heb ik veel controle over mijn reis en een zo groot mogelijke persoonlijke ruimte? 4. Pragmatische beweger: Hoe en met welk vervoermiddel verplaats ik mij efficiënt van A naar B? 5. Onafhankelijke idealist: Op welke manier draag ik het meest bij aan een betere wereld?
70
Jongeren en mobiliteit
Statusgerichte levensgenieters Aanknopingspunten ▪▪ Met opgeheven hoofd, bied nieuwe status aan dit type. ▪▪ Kaders veranderen: wet en regelgeving als reactie op overtuigende drijfveren. ▪▪ Sociale omgeving inzetten en sociale norm veranderen: wat vindt de groep? ▪▪ Rolmodellen inzetten waar ze naar opkijken. ▪▪ Fun theory: gedrag/ handelingen leuker maken/ koppelen aan puntensysteem. Do’s: ▪▪ Speel in op sociale drijfveer. ▪▪ Maak gebruik van rolmodellen en ken status toe aan gewenst gedrag of modaliteit. ▪▪ Bied comfort en luxe. ▪▪ Maak deze groep bewust van kosten: hoeveel geld houd je over als je geen auto hebt? ▪▪ Deze groep verwacht een goede service qua reizigersinformatie en dienstverlening.
Don’ts: ▪▪ Deze groep kun je niet verleiden tot ander gedrag met argumenten als duurzaamheid, want daar maken ze zich minder druk om. ▪▪ Verwacht geen snelle veranderingen van deze wat conservatieve groep; zet in op ‘life events’.
Onbevangen verkeersdeelnemers Aanknopingspunten ▪▪ Door onbevangenheid is deze groep flexibel en redelijk beïnvloedbaar. ▪▪ Flexibiliteit betekent ook dat gedragsveranderingen een tijdelijk karakter kunnen hebben. ▪▪ Deze groep is gevoelig voor wat anderen doen. ▪▪ Dit type wil vooral functionele informatie. Do’s: ▪▪ Zet in op flexibel reisgedrag. ▪▪ Laat zien hoe anderen reizen; bijvoorbeeld met het OV. ▪▪ Zet in op ambassadeurs en mond-totmondreclame. ▪▪ Bied concrete informatie: Hoe snel kom ik ergens? En wat kost me dat?
Don’ts: ▪▪ Deze groep kun je niet verleiden tot ander gedrag met argumenten als duurzaamheid, want dat interesseert ze minder en ze hebben er minder kennis over. ▪▪ Verwacht geen hoge mate van betrokkenheid.
Jongeren en mobiliteit
71
Behoedzame soloreizigers Aanknopingspunten ▪▪ Kernvraag: met welk vervoer heb ik de meeste controle, rust en de grootste persoonlijke ruimte? ▪▪ Hecht een grote waarde aan vrijheid. ▪▪ Maakt zelfstandig keuzes op basis van aangereikte informatie. Zoekt informatie. ▪▪ Status en zichtbaarheid zijn niet relevant. ▪▪ Verkeersveiligheid is een belangrijk aspect. Do’s: ▪▪ Laat deze jongeren op jonge leeftijd ervaringen opdoen met alternatieven voor de auto. ▪▪ Laat deze groep zien wat je allemaal kan doen om reizen met het OV prettiger en relaxter te maken (oordopjes, laptop, leesboek, deodorant). ▪▪ Laat met concrete rekenvoorbeelden zien wat het OV kost in vergelijking met alternatieven.
Don’ts: ▪▪ Val deze groep niet lastig met dure vervoermiddelen, als E-scooters of luxe fietsen. ▪▪ Maak geen keuzes voor deze groep; bied ze vooral de ruimte om zelf te kiezen
Pragmatische bewegers Aanknopingspunten ▪▪ Kernvraag: Hoe kom ik het snelst van A naar B met de fiets? Hoe verplaats ik mij het meest efficiënt? ▪▪ Sporten en bewegen zijn belangrijke aspecten in het leven. ▪▪ Risico’s en grensverleggende activiteiten zijn leuk! ▪▪ Status en zichtbaarheid zijn niet relevant. ▪▪ Zij geven niet snel meer geld uit aan vervoer. Do’s: ▪▪ Maak voor deze groep de voordelen van fietsen nog meer inzichtelijk. Denk aan gezondheidseffecten en kostenbesparingen. ▪▪ Promoot het OV via het actieve voor- en natransport. ▪▪ Maak deze jongeren bewust van de relatief hoge risico’s die ze als fietser lopen. ▪▪ Deze groep is bovengemiddeld positief over car-sharing en andere concepten. ▪▪ Benadruk bij deze groep het belang om je aan de regels te houden. 72
Jongeren en mobiliteit
Don’ts: ▪▪ Benader deze groep niet met negatieve aandacht. Zet juist in op enthousiasme.
Onafhankelijke idealisten Aanknopingspunten ▪▪ Kernvraag: Heeft het betekenis wat ik doe? Hoe draag ik het meeste bij aan een betere wereld? ▪▪ Status of uiterlijk is nauwelijks belangrijk. ▪▪ Tegelijkertijd is duurzaamheid een belangrijk thema. Dat heeft wel status. ▪▪ Alleen reizen en controle zijn relevant, evenals comfort en bewegingsvrijheid. ▪▪ Kansen voor elektrische (schone) technologie. Do’s: ▪▪ Laat dit type jongere zien wat de impact is van hun eigen vervoer. Denk aan de CO2-vergelijking op 9292.nl. Hiermee kunnen zij ook anderen meer overtuigen van het belang van duurzaam gedrag. ▪▪ Bied deze groep veel informatie, bijvoorbeeld rond het gebruik van het OV. ▪▪ Besteed vooral aandacht aan de intelligentie van oplossingen of alternatieven. ▪▪ Zet in op de statusgevoeligheid van duurzaamheid; bijvoorbeeld in de uitstraling van of de communicatie over vervoersalternatieven.
Don’ts: ▪▪ Voorkom al te veel generaliseren. Deze groep wil onafhankelijk zijn en blijven.
Jongeren en mobiliteit
73
6. REFLECTIE OP DE VIJF KERNVRAGEN Met dit onderzoek hebben we een belangrijke
heeft een positief beeld van deze vervoerwijzen.
stap gezet naar het beter begrijpen hoe jongeren
Op nummer 3 komt de trein, maar die wordt door
in Nederland kijken naar mobiliteit. We bieden
maar 47% positief gewaardeerd. Naast praktische
handreikingen voor beleid en wakkeren het denken
overwegingen maken vooral autonomie en vrijheid
over de mobiliteit van morgen aan. We kijken
de fiets en auto aantrekkelijk. Voor de auto, maar
ernaar uit om deze inzichten verder in de praktijk
ook de scooter, geldt dat de helft van de jongeren
te brengen. Zo verrijken we het mobiliteitsbeleid
het belangrijk vindt dat de auto of scooter er
gericht op jongeren.
goed uitziet. De andere helft ziet het vooral als een praktisch vervoermiddel. De auto heeft als
Aan het begin hebben we onszelf vijf kernvragen
statussymbool misschien iets ingeboet maar is als
gesteld. Welke inzichten heeft het onderzoek op
heilige koe zeker nog niet begraven. Ook al is het
deze vragen opgeleverd?
gebruik van de auto door jongeren nu nog laag, dat wil niet zeggen dat ze hem in de toekomst
Welk vervoermiddel heeft de voorkeur?
niet toch gaan gebruiken. Jongeren hebben soms
Ook voor jongeren is mobiliteit vrij praktisch.
een verwrongen beeld van de kosten van de auto,
Reistijd, kosten en gemak zijn factoren die hoog
doordat ze nu vaak gemakkelijk gebruik maken
scoren onder jongeren in de keuze die ze maken
van de auto van ouders. Alleen de Onafhankelijke
voor een bepaald vervoermiddel. De fiets en
idealisten hebben een duidelijke afkeer van de auto.
de auto zijn met afstand de meest populaire
Zij zijn de enige groep voor wie duurzaamheid een
vervoermiddelen. Meer dan 80% van de jongeren
rol speelt in hun mobiliteitskeuze.
Jongeren denken het meest positief over de fiets, daarna de auto, daarna de trein
74
Jongeren en mobiliteit
Een deel van de jongeren kan echt genieten van
etniciteit, enzovoort. Voor jongeren is vooral het
het fietsen. Vooral van de meisjes horen we: ‘Het is
verschil tussen werken en niet-werken groot,
fijn om buiten te zijn en goed voor je gezondheid.’
zeker als je kijkt naar het autobezit en -gebruik.
Het openbaar vervoer staat er bij een deel van de
Een jongere die werkt, maakt gemiddeld vijf keer
jongeren goed op. Een op de vier jongeren vermijdt
zoveel autokilometers dan
het liefst het openbaar vervoer (te druk, te duur, te
een jongere die niet werkt.
vies en te onbetrouwbaar). Een ruime meerderheid
Jongeren maken zich ook druk
van de jongeren staat neutraal of redelijk positief
over de kosten van mobiliteit,
tegenover reizen met het openbaar vervoer, maar
vooral van het openbaar
ook zij vinden wel dat de huidige kwaliteit en
vervoer.
vooral ook de prijs te wensen overlaat. Tegelijk maken veel jongeren gebruik van het openbaar
Naast sociaal-demografische factoren speelt ook
vervoer. Er lijkt sprake te zijn van een gedwongen
de context een rol. In de stad heb je nu eenmaal
huwelijk. De scooter is een splijtzwam. Een kwart
de keuze uit meer vervoermiddelen en liggen
van de jongeren - de meer statusgerichte groep - is
bestemmingen dichter bij elkaar. En als een jongere
erg positief over de scooter, terwijl de rest van de
op het platteland een sterke voorkeur heeft voor
jongeren eigenlijk niks van de scooter moet hebben.
de trein, dan houdt het toch echt op als die niet
En dan is er nog samen reizen. Meer dan de helft
beschikbaar is. Waar je woont en waar je naartoe
van de jongeren vindt dat fijn. Terwijl er ook een
moet, bepaalt de keuzes die je hebt. In de stad
grote groep jongeren belang hecht aan voldoende
neemt het autogebruik onder jongeren af, terwijl
persoonlijke ruimte tijdens het reizen.
het buiten de stad juist nog toeneemt. Het langer studeren en de trek naar de stad lijken de meest
Wat verklaart verschil in gedrag?
bepalende factoren die de afname van de mobiliteit
Er is niet één verklaring voor iemands reisgedrag.
verklaren onder jongeren in de afgelopen 15 jaar.
Dat geldt ook voor jongeren. Verschillende factoren spelen een rol. In de eerste plaats zijn dat
Tot slot spelen de waarden en attitudes die we
sociaal-demografische factoren, zoals inkomen,
in dit onderzoek centraal hebben gesteld een
leeftijd, opleiding, huishoudensamenstelling,
belangrijke rol. Jongeren die status, duurzaamheid
Jongeren en mobiliteit
75
of gezondheid belangrijk vinden, laten dit
geconfronteerd met allerlei nieuwe mobiliteitsopties
doorwerken in hun mobiliteitskeuzes. Van de
en nieuwe vrienden. Dat kan van invloed zijn op
vijf groepen zijn sommige heel uitgesproken
zijn of haar waarden en attitudes. Aangezien je in
in hun waarden en attitudes over mobiliteit
de stad meer keuze hebt, zou het kunnen zijn dat
(Statusgerichte levensgenieters, Onafhankelijke
het daar makkelijker is om te reizen op basis van
idealisten en Behoedzame soloreizigers), terwijl
je voorkeuren. Voor beleid is het van belang om
anderen pragmatischer zijn. De groepen met
altijd te kijken naar een combinatie van context en
sterke voorkeuren zijn moeilijk te bewegen iets te
waardengebonden oplossingen. De elektrische fiets
doen wat indruist tegen hun waarden. Aan de andere kant is het juist voor deze groepen duidelijker waarmee je ze kunt verleiden of waar je ze op kunt
is in dit verband een interessante
Life events zijn cruciale momenten om mobiliteitsgedrag te beïnvloeden. Dan is er immers even geen gewoontegedrag.
aanspreken. We hebben niet
case. Dit lijkt voor jongeren in het landelijke gebied een ideale oplossing, maar alleen met fietssnelwegen en een aantrekkelijke verkoopprijs zul
de indruk dat waarden en attitudes van jongeren
je het niet redden. De elektrische fiets heeft een
over de hele linie sterk aan het veranderen zijn
stoffig imago bij een deel van de jongeren. Zo kan
- zoals wel wordt gesuggereerd – wel zien we
het zijn dat ze - zelfs als het in hun context een hele
duidelijk dat jongeren verschillend denken over
praktische oplossing is – die E-bike toch liever links
mobiliteit. Opvallend is de ontwikkeling in de grote
laten liggen.
steden waar de uiteinden van het spectrum sterker zijn vertegenwoordigd door meer Statusgerichte
Wat leren we over toekomstig gedrag?
levensgenieters en meer Onafhankelijke idealisten.
De toekomst is niet te voorspellen en toch is er niets leukers dan erover na te denken. Jongeren
76
Je kunt niet zeggen welke van de drie elementen
doen dat ook. Daar komt trouwens best een
(sociaal-demografische factoren, context en
traditioneel beeld uit naar voren. Jongeren vinden
waarden en attitudes) belangrijker is. Ze werken
de auto nog steeds aantrekkelijk. Driekwart van
ook op elkaar in. Als een jongere naar de stad
de jongeren denkt dat ze een eigen auto hebben
gaat om te studeren, dan wordt die jongere
als ze 30 jaar zijn. Ze beginnen wel steeds later
Jongeren en mobiliteit
aan de auto, vooral als gevolg van langer studeren
voor wie autodelen financieel aantrekkelijk is - zien
en later settelen. Demografische ontwikkelingen
we een positieve houding tegenover autodelen.
en ontwikkelingen in het leenstelsel en de
Jongeren nieuwe dingen laten uitproberen om
OV-studentenkaart zorgen er mogelijk voor dat
bekendheid te vergroten, is altijd een zinvolle
de groep studerende jongeren niet meer gaat
strategie.
toenemen en zelfs gaat afnemen. Een ander cruciaal element is de trek naar de stad. Als jongeren
Ook de zelfrijdende auto kan op scepsis rekenen.
in de stad blijven wonen - wat op dit moment
Jongeren denken dat dit nog lang gaat duren en
de verwachting is - dan zullen ze waarschijnlijk
maken zich zorgen over de veiligheid. Ook vindt een
vasthouden aan een mobiliteitspatroon met meer
deel het jammer dat ze dan zelf niet meer aan het
OV en fiets en minder auto. Zelf geven ze ook aan
stuur zitten. Of we hiermee de conclusie moeten
dat de auto in de stad zeker niet altijd praktisch is.
trekken dat deze ontwikkelingen langzamer zullen
Life events, zoals verhuizen, kinderen krijgen en
gaan, is de vraag. Tegenover de mobiele telefoon
de eerste baan, zijn cruciale momenten waarop
stonden we aanvankelijk ook niet positief, maar die
jongeren hun mobiliteitsgedrag opnieuw afwegen.
heeft in no-time de wereld veroverd. Als nieuwe
Hier spelen we beleidsmatig nog steeds te weinig
ontwikkelingen echt hun nut bewijzen, dan kan
op in, terwijl jongeren dan veel beïnvloedbaarder
het straks toch snel gaan. Tegenover het algemene
zijn. Er is dan immers even geen gewoontegedrag.
beeld van wat voorzichtige jongeren staat dan ook
De conservatieve blik van jongeren zien we ook
weer de kleine groep van ‘early adopters’, die zich
terug in hoe ze kijken naar nieuwe ontwikkelingen.
wel interesseert voor de nieuwste ontwikkelingen.
Het delen van auto’s wordt argwanend bekeken. Onder vrienden? Ja, dat kunnen ze zich nog wel
Een duurzaam mobiliteitssysteem
voorstellen. Maar je auto uitlenen aan een vreemde
en elektrische auto’s zijn elementen
is toch echt een stap te ver. Bedenk ook: voor een
die de meeste jongeren absoluut
groot deel zijn autodeelsystemen nog redelijk
zien gaan komen. Alleen lijkt de
onbekend voor jongeren, en daarmee onbemind.
bereidheid om daar nu al aan bij
Onder wat oudere en hoogopgeleide jongeren in
te dragen (of iets voor op te geven) bij de meeste
de stad - die bekend zijn met de mogelijkheden en
jongeren niet heel groot.
Jongeren en mobiliteit
77
het leven van jongeren, maar tegelijk denken de
Hoe zit het met jongeren en verkeersveiligheid?
meeste jongeren dat dit nooit in de plaats komt van
Jongeren maken zich opvallend druk over
fysiek contact. Het is heel duidelijk en/en, waarbij
verkeersveiligheid. Ruim 70% van de jongeren
ze nog steeds de grootste waarde toekennen
vindt veiligheid belangrijker dan snelheid. Het is
aan elkaar persoonlijk ontmoeten. Maar ook voor
een generatie die beschermd is opgevoed. Veel
onderwijs en voor winkelen geldt dat ze liever op
jongeren ergeren zich aan asociaal verkeersgedrag
pad gaan, dan het achter de PC te doen. Er ontstaan
van anderen, al geeft een deel aan dat ze zelf ook
wel allerlei nieuwe wisselwerkingen. Jongeren
zeker niet de braafste zijn. Er is een kleine groep
maken via sociale media nieuwe vrienden op
die houdt van snelheid in het verkeer. Zij zoeken
andere plekken in het land. Die ontmoeten ze dan
risico’s daarom soms bewust op. Jongeren die een
later weer fysiek.
ongeluk hebben gehad, reageren daar verschillend
Social media en ICT zijn een integraal deel van
op. De een past zijn gedrag structureel aan, terwijl Als we kijken naar de toekomst, dan is het ook
de ander de schuld buiten zichzelf legt.
interessant om te weten of de waarden en attitudes constant zijn. We zien dat de waarden en attitudes
Drank en drugs zijn ook zeker een probleem
van mensen zich vooral ontwikkelen als ze jong
onder jongeren in het verkeer, maar dat is geen
zijn en het brein nog in ontwikkeling is. Dat loopt
thema dat uit de groep zelf komt. Veiligheid wordt
ongeveer door tot het 25e jaar. Daarna zijn waarden
overigens breed opgevat. Als we doorvragen dan
en attitudes meer constant. Hoe deze zich uiten,
blijkt het soms ook om sociale veiligheid te gaan:
hangt uiteraard weer af van de context. Iemand
bijvoorbeeld in het openbaar vervoer of samen
die sterk op duurzaamheid georiënteerd is, kiest
op de fiets naar huis na het uitgaan. Bevorderen
tijdens zijn studententijd ongetwijfeld voor de fiets
van verkeersveilig gedrag van jongeren zelf houdt
en het openbaar vervoer. Maar rijdt hij of zij op
vooral verband met ervaring opdoen. Hoe vaker ze
zijn 35e - met een drukke baan en een gezin - in
iets doen, hoe meer dat went en hoe minder dat
een elektrische auto? Wellicht! Als de mondiale
mis gaat. Een rijbewijs is in dat licht zeker geen
energiecrisis straks een hoogtepunt bereikt, zal dit
eindpunt, maar vooral het beginpunt van leren
van invloed zijn op de waarden en attitudes van een
rijden.
hele maatschappij. 78
Jongeren en mobiliteit
Van welke mobiliteitsproblemen liggen jongeren wakker?
geen thema. Ze maken nog niet zoveel gebruik
Mobiliteit is voor jongeren geen thema waar ze zich
de file. Met de fiets - waar jongeren veel gebruik
echt zorgen over maken. Tegelijkertijd reizen ze wel
van maken - hoeft er wat hen betreft niet zoveel
elke dag. Daarbij lopen ze - letterlijk en figuurlijk
te gebeuren. En ook het stimuleren van duurzame
- tegen dingen aan. In de vakwereld krijgen
vervoerwijzen heeft voor de meeste jongeren geen
files vaak de meeste aandacht als het gaat over
hoge prioriteit.
van de auto en staan dus ook nog niet zo vaak in
bereikbaarheid. Voor jongeren zijn files echter (nog)
De volgende twee opgaven vinden jongeren volgens het onderzoek wél belangrijk: ▪▪ Kwaliteit en betaalbaarheid van het OV Het belangrijkste aspect waar jongeren over vallen in het OV, is de prijs. Het uitbreiden van de OVstudentenkaart voor jongeren in het MBO lijkt in dit verband een interessante keuze. De onvrede komt misschien ook voort uit het ongenoegen over de kwaliteit. Veel jongeren klagen over overvolle bussen en vertragingen. Het gevaar ligt op de loer dat vervoerders jongeren ‘for granted’ nemen. Als je hen niet aan je weet te binden, is de kans groot dat ze later het openbaar vervoer links laten liggen. Gezien de hoge waardering voor de fiets is het promoten van de combinatie fiets en openbaar vervoer een kansrijke richting onder jongeren. ▪▪ Verkeersveiligheid en asociaal verkeersgedrag Ook verkeersveiligheid en asociaal verkeersgedrag scoren hoog als thema’s waarvan jongeren vinden dat de overheid ze moet aanpakken. De oplossing zien ze trouwens minder in het verbeteren van de infrastructuur, maar vooral in het beïnvloeden van het gedrag.
Jongeren en mobiliteit
79
COLOFON Initiatief en uitvoering
Goudappel Coffeng, YoungWorks
Opdrachtgevers
G4 (Amsterdam, Rotterdam, Den Haag, Utrecht), Stedelijk netwerk Brabantstad/B5 (Breda, Eindhoven, Helmond, ‘s-Hertogenbosch en Tilburg), Stadsregio Amsterdam, Provincie Gelderland, Provincie Limburg, Provincie Noord-Brabant, Provincie Overijssel, Provincie Utrecht, Provincie Zuid-Holland, Gemeente Amersfoort, Gemeente Enschede
Datum publicatie 9 november 2015
Kenmerk YGW001/Eks/0018.01
Auteurs Sander van der Eijk, Thomas Straatemeier (Goudappel Coffeng) Joris Schuurman, Yvonne van Sark (YoungWorks) Met medewerking van Robert van Ossenbruggen (CustomerCentral)
Copyright Nets uit deze rapportage mag worden overgenomen zonder bronvermelding. Aan de inhoud van de rapportage kunnen geen rechten worden ontleend. Eventuele rechthebbenden op gebruikt beeldmateriaal dienen contact op te nemen met de uitgever.
YoungWorks en Goudappel Coffeng verkenden voor een 11-tal geïnteresseerde overheidspartijen het jongerenperspectief op mobiliteit. Welke waarden en motivaties hebben jongeren als het gaat om verkeer, vervoer en verplaatsen? Welke segmenten jongeren zien we? Wat zijn hun waarden? En welk mobiliteitsgedrag hoort daarbij? Dat biedt aanknopingspunten voor het activeren van die (groepen) jongeren, voor beleid of concrete interventies! Het onderzoek is uitgevoerd in 2014 en 2015.
Goudappel Coffeng is mobiliteitsexpert. YoungWorks is doelgroepspecialist.
Amsterdam 9 november 2015