Jonge Europese burgers trekken ten strijd in Syrië: Wat denken de Ulema en imams hierover?
We worden geconfronteerd met een complexe situatie: jonge Europese burgers, met name jonge Belgische moslims die besluiten om hun familie en vrienden, scholen en plaatsen van opleiding, hun buurten en steden te verlaten om deel te nemen aan een gewapend conflict in verre landen. Als de zaak waarvoor ze willen vechten - namelijk de val van de dictatuur - een rechtvaardige zaak is voor regeringen, beleidsmakers, Europese staten, is de rekrutering van deze jongeren gevreesd op verschillende niveaus. Hun beslissing om een oorlog te beginnen wordt eerst waargenomen door sommige
media
als
een
teken
van
radicalisering
binnen
de
moslimgemeenschap die in Europa woont, welke wordt toegekend aan een radicalisering van extremistisch religieus discours. Hun terugkeer na het conflict wordt meer gevreesd dan hun vertrek. Gevreesd wordt dat deze jongeren de agenda van extremistische groeperingen zullen behartigen aan welke kant ze vechten, wat de relaties met hun mede-Europeanen zal bemoeilijken. Wat moeten we doen? 1
Gezien de complexiteit van de situatie, kunnen de Ulema en imams alleen het falen van onze samenleving betreuren om deze jonge idealisten een andere horizon te bieden dan hun toevlucht tot wapens zonder te weten tot welk resultaat dit conflict, waartoe ze zich verbinden, zal leiden. Deze jonge mensen zijn onder meer slachtoffers van enkele mislukkingen van een samenleving die niet altijd haar basis van gelijkheid, rechtvaardigheid en waardigheid. Zonder het delen van de verantwoordelijkheid voor dit falen, zullen we niet in slagen samen te werken om dit pijnlijke hoofdstuk in de geschiedenis van ons samen-leven te beëindigen. Wij houden eraan de inspanningen die reeds werden geleverd om een dergelijke toestand te voorkomen, toe te juichen. Van onze kant, wensen we bij deze gelegenheid ons engagement te uiten aan diegenen die met een niet aflatende inzet proberen onze jongeren te ontraden tot gewapende conflicten toe te treden onder de vlag van een groep waarbij ze toegeven aan impulsen die de toekomst van ons samenleven kunnen schaden in een multireligieus en multicultureel Europa. Het is onze morele plicht om het evenwicht tussen onze religieuze overtuigingen en de eisen van ons lidmaatschap van het Europees burgerschap te vinden. Daartoe herinneren we eraan dat de boodschap van de islam aan de hele wereld, voor moslims en niet-moslims, een boodschap van genade is. God 2
spreekt in de Koran tot de profeet Mohammed, vrede en heil zij met hem, zeggende: "Wij hebben u slechts gezonden als een barmhartigheid voor de wereld." Al-Anbiya '21 / 107. Aangenomen wordt dat de barmhartige handeling naar elkaar een belangrijke handeling is. De Koran spoort ons ondubbelzinnig aan onze verschillen van geslacht en ras te overstijgen om elkaar te leren kennen: "O jullie mensen! Wij hebben u uit een man en een vrouw geschapen. Wij hebben u tot volkeren en naties gemaakt, zodat u elkander moogt kennen. Voorwaar, de meest edele van jullie bij God is degene die wint in vroomheid. God is alwetend, Hij is bekend met alles. "Al-Hujurat 49/13. Elkaar kennen is inderdaad een morele plicht. Het is niet genoeg om een uiterlijke openheid te tonennaar een ander; men moet echte stappen zetten om de ander te leren kennen, wetende dat God alwetend is en onze diepste bedoelingen en zielenroerselen kent. Het woord "Islam" is afgeleid van dezelfde stam als het woord "silm" of vrede. Dit woord en zijn derivaten worden meer dan 150 keer in de Koran vermeld, terwijl het woord "harb" of oorlog slechts vier keer wordt genoemd en gekoppeld aan een welbepaalde context. Er is geen gebaar dat mooier en expressiever is als het gebaar gemaakt door de moslim na het einde van elk gebed. Buiten de gebedsruimte, de ruimte waar we proberen te communiceren met het goddelijke, spreekt de moslim het woord "salam" 3
uit terwijl hij draait van rechts naar links. Vanuit een symbolisch oogpunt toont dit gebaar aan dat met het einde van het gebed we in vrede zijn met de wereld om ons heen. Niemand herhaalt het woord vrede overdag meer dan het de moslim met zijn vijf islamitische gebeden. In elk gebed moet dit woord minstens 8 maal worden herhaald. En de profeet van de islam voegt hieraan toe: "De moslim is degene die aan de andere het kwaad van zijn tong en zijn hand spaart (salima: afgeleid van het woord vrede en betekent onder andere "veilig en gezond maken"). " Deze inleiding is nodig om te herinneren aan een fundamentele waarheid, namelijk dat de islam, net als in andere religies trouwens, de plicht om te werken aan vrede voorwaar zwaarder weegt dan alle andere inspanningen. "Voor wie een onschuldige ziel doodt," zegt de Koran, " is het alsof hij alle mensen doodde, en voor wie één enkele ziel redt, is het alsof hij de hele mensheid redde" . 5/32. Op basis van deze fundamentele principes die in de eerste plaats de inspanning van degenen die werken aan het behoud van het leven waarderen, is het moeilijk om juridische rechtvaardiging te vinden voor elk gewapend conflict dat kan leiden tot het verlies van zelfs één onschuldig leven. Een duidelijke lezing van de Koran openbaart dat de verzen die de gevechten aanmoedigen duidelijk zijn gekoppeld aan een historische 4
context. Deze uit de context halen om een bereidheid om te doden of te sterven te rechtvaardigen behoort niet tot de leefregels van de islam. Betrokken raken bij een gewapend conflict, terwijl men onder de invloed van een impuls is, leidt tot een verlies van de menselijke ziel. Sprekend over Kaïn en Abel, vertelt de Koran ons dit: "Zijn ziel bracht hem ertoe zijn broer te doden. Hij vermoordde hem dus en werd een van de verliezers. " 5/30. Het is het verlies van de ziel, dat op de loer ligt voor diegenen die het wagen in het grote spel van de dood, dat de oorlog is, zonder de nodige tijd en afstand te nemen om eerst de mogelijkheden van vrede uit te putten en zich te bevragen over de gegrondheid van hun motivaties. Helaas, de verwarring die in het sociologische en psychologische klimaat woedt draagt bij tot het verkwanselen van vele basisbegrippen van de islam. Het concept "Jihad" is, onder anderen, bijna synoniem met "hevig gevecht van iedereen tegen iedereen" of zelfs terroristische activiteiten in sommige geesten. In principe is de Jihad in de eerste plaats een strijd tegen zichzelf, een inspanning om zijn ziel te buigen naar de eisen van rechtvaardigheid. Met betrekking tot de andere connotaties van de term, wanneer ze gepaard gaan met een daad van oorlog, is het geen oorlog die bepaald, verklaard of ondernomen wordt door individuen, kleine groepen, of een organisatie. Zelfs in het geval van eerlijk gevecht, is het zich inlijven in het geschil onderworpen aan regels en zeer sterke voorwaarden. Traditie vertelt ons
5
dat een man naar de Profeet kwam om toestemming te vragen voor deelname aan de jihad. De Profeet vroeg hem : "Heb je nog levende verwanten? ". De man antwoordde: "ja." De profeet zei: "Uw jihad is om het welzijn van je ouders te garanderen." (Hadith in Bukhari). Moslims die in Europa leven worden geconfronteerd met de uitdaging van het combineren van geloof en verbondenheid. Verschillen van geloof mogen op geen geval hun lidmaatschap aan het Europese burgerschap belemmeren, dat wordt gekenmerkt door religieuze diversiteit. Daarom is het hun verantwoordelijkheid, evenals andere burgers, om te waken over de vrede, stabiliteit en harmonie in deze samenleving. En de Koran is er om hen te herinneren aan een fundamenteel gebod: "God verbiedt u niet te verontschuldigen en eerlijk te behandelen hen die u niet hebben bevochten vanwege je geloof en die je niet verbannen hebben uit uw huizen, God houdt van degenen die billijk zijn. " Al-Mumtahanah 60/8. Zo, is het nutteloos om een rechtvaardiging te zoeken in de Koran om afstand te nemen ten opzichte van niet-islamitische medeburgers. De moslim heeft de morele plicht om te communiceren met alle segmenten van de maatschappij waarin hij leeft, in overleg met anderen, ongeacht hun kleur, ras, religie of andere,
om
het
gemeenschapsleven
te
versterken,
met
volledige
inachtneming van wetten, deze wetten die het toelaten om hem in de eerste plaats, het recht te verlenen om anders te zijn. Het is billijk om de belangen
6
van de hele samenleving te beschermen, om het burgerschap te integreren om het te verrijken, in plaats van in elkaar gedoken gruwel te spuiten over de ander. De Koran beveelt ons: "Help elkander bij het uitvoeren van goede daden en vroomheid en niet in zonde en overtreding." Al Maida 4/2 Om onze niet aflatende inzet voor de principes van samenleven te benadrukken hebben we ervoor gekozen om ons te concentreren op de fundamentele beginselen van onze godsdienst, waarbij aan anderen de keuze wordt gelaten om te kiezen hoe het proces van radicalisering van onze jeugd in te dijken. Echter, kunnen we er niet aan verhelpen, uiting te geven aan onze diepe overtuiging dat hoe meer liefde we geven aan deze jonge mensen, die worden bewogen door het ideaal hun leven te offeren voor een geloof, hoe meer ze bereid zullen zijn zich te integreren in de samenleving en een positieve bijdrage zullen leveren aan haar voorspoed. Het is dringend nodig om alle middelen te implementeren om alle vormen van onrecht en ongelijkheid te bestrijden, om alle inspanningen te combineren om de welig tierende islamofobie te stoppen die deze jongeren aan een vernietigend stigma onderwerpen. Inderdaad, dit radicalisering verschijnsel dient ons allen te interpelleren met betrekking tot de plaats van de islam in onze maatschappij en de herwaardering van de geloofspraktijk. Deze gebeurtenissen moeten ons aanzetten om ons beleid ten aanzien van de moslimgemeenschap te herzien 7
en te ijveren deze uit haar sociologisch en ingebeeld getto te halen waar zij verschanst is, de moslims een waardige plaats in de hoedanigheid van burgers in onze maatschappij te waarborgen, deze uit te rusten met eerbiedwaardige gebeds- en onderwijsgelegenheden, de invoering van opleidingscentra voor religieuze leiders in de hand te werken die in staat zijn losgeslagen jongeren te begeleiden bij de leer en de praktijk van hun godsdienst, het openbaar onderwijs te verbeteren om het falen op school een halte toe te roepen en gelijke kansen te versterken. Laten we ons nu verenigen opdat deze jongeren zichzelf niet zouden beschouwen als aan hun lot overgelaten.
8
Europese Raad van de Marokkaanse Ulemas Raad der Islamitische Theologen van België Liga der Imams van België Le Rassemblement des Musulmans de Belgique [Vereniging van Moslims van België] Unie der Moskeeën van Brussel Unie der Moskeeën Provincie Antwerpen Unie der Moskeeën Limburg Unie der Moskeeën Oost-Vlaanderen Unie der Moskeeën West-Vlaanderen Unie der Moskeeën Vlaams-Brabant Unie der Moskeeën Luik Unie der Moskeeën Waals-Brabant Islamic Relief Ligue d'Entraide Islamique [Islamitische hulpliga] Unie van de Islamitische eredienstbedienaars van België Vereniging van de Imams van Erkende Moskeeën Islamitisch en Cultureel Centrum West-Vlaanderen Federatie van de verenigingen van de Islamleerkrachten
9