Jeugdzorg in Gelderland september 2011
Voor u ligt het derde infoblad 2011. In dit infoblad zijn de actuele cijfers over de ontwikkelingen en prestaties in de Gelderse jeugdzorg kort weergegeven. Tevens wordt geïnformeerd over de voortgang van het Afsprakenkader Jeugdzorg 2010-2011. In het infoblad worden de cijfers toegelicht en zijn enkele cijfers over het regionale gebruik van jeugdzorg opgenomen. Belangrijkste conclusies Ontwikkelingen en trends in de Gelderse jeugdzorg • In het tweede kwartaal van 2011 zijn ongeveer 1.550 eerste indicatiebesluiten jeugdhulpverlening genomen. Bijna 800 cliënten hebben een indicatiebesluit ontvangen voor
uitsluitend ambulante jeugdzorg (zonder verblijf of pleegzorg) in het vrijwillig kader. Het aantal kinderen met een Ondertoezichtsstelling (OTS) is met ongeveer 2% gestegen ten opzichte van het vorige kwartaal (tabel 1).
• Het aantal kinderen dat provinciale jeugdzorg ontvangt, is ongeveer gelijk gebleven: ruim 4.900 kinderen.
• In de afgelopen jaren is een lichte verschuiving in het zorggebruik zichtbaar. Meer
jeugdigen krijgen uitsluitend ambulante hulp en verhoudingsgewijs zijn er minder jeugdigen in dagbehandeling of in een residentiële voorziening.
Wachttijden in de toegang naar de Gelderse jeugdzorg • De netto-wachtlijst > 9 weken voor provinciale jeugdzorg stijgt ten opzichte van het eerste
kwartaal 2011, maar daalt ten opzichte van een jaar geleden. Op 1 juli staan er 117 jeugdigen op de netto-wachtlijst (tabel 2). Een stijging van de wachtlijst op einde van het tweede kwartaal komt vaker voor als gevolg van seizoensinvloeden.
• Bij de landelijk werkende instellingen staan 28 Gelderse kinderen op de wachtlijst. • Er zijn geen wachtlijsten in de jeugdbescherming.
• Op 1 juli is er geen wachtlijst bij het Advies– en Meldpunt Kindermishandeling (AMK) van Bureau Jeugdzorg Gelderland (figuur 4).
• De gemiddelde doorlooptijd voor een indicatiestelling bij Bureau Jeugdzorg is gelijk gebleven in het eerste half jaar van 2011 (57 dagen).
• De gemiddelde doorlooptijd van de melding bij een vermoeden van kindermishandeling tot het einde van het onderzoek bedraagt 75 dagen. Het AMK Gelderland voldoet hiermee aan de landelijke norm van 75 dagen (tabel 4 en 5). Voor uitgebreide info over de
Voortgang Afsprakenkader Jeugdzorg 2010-2011
jeugdzorg:
• In Gelderland wordt in twee regio’s (in de regio Noord-Veluwe en in de gemeenten
www.gelderland.nl/jeugdzorg
Nijmegen en Wijchen) geëxperimenteerd met het leveren van ambulante jeugdzorg zonder voorafgaande indicatiestelling door Bureau Jeugdzorg Gelderland. De eerste ervaringen in
Meer informatie Angelique van Middendorp, programma-adviseur Jeugd P&C, WSC T (026) 359 81 02,
[email protected]
de twee regio’s zijn bemoedigend en geven voldoende vertrouwen en aanleiding ook in de andere regio’s mogelijkheden te creëren voor experimenten.
• In zes Gelderse regio’s is subsidie verleend voor de implementatie van het basiskader ‘Begeleiding en ondersteuning na jeugdzorg’.
• Overige afspraken en/of activiteiten zijn inmiddels afgerond of in uitvoering genomen.
Belangrijkste ontwikkelingen en trends in de Gelderse jeugdzorg Aantal jeugdigen stabiliseert rond ruim 4.900 jeugdigen In de periode 2007 tot begin 2010 is het aantal kinderen in zorg met ongeveer 40%
toegenomen. Gedurende 2010 is er een lichte afname zichtbaar. In het eerste kwartaal 2011 is het aantal jeugdigen in zorg weer gestegen tot ruim 4.900 en daarna gelijk gebleven. Bijna de helft van de jeugdigen ontvangt momenteel ambulante hulp als zwaarste zorg en ruim
een kwart (29%) ontvangt pleegzorg. Een kwart van de jeugdigen is langer dan twee jaar in provinciale jeugdzorg.
De zorg die jeugdigen ontvangen wordt
onderverdeeld naar vier
zorgvormen: ambulante
hulp, pleegzorg, daghulp en residentiële zorg.
Deze volgorde wordt
aangemerkt van licht
(ambulant) naar zwaar (residentieel).
In- en uitstroom In het tweede kwartaal van 2011 zijn er bijna 750 nieuwe cliënten met zorg gestart. Het
merendeel van de cliënten (84%) doet voor het eerst een beroep op jeugdzorg. De rest heeft eerder (maar langer dan een half jaar geleden) provinciale jeugdzorg ontvangen. Voor 830 cliënten is de zorg afgesloten. De gemiddelde hulpduur van de cliënttrajecten bij
de zorgaanbieders is in het afgelopen jaar ongeveer gelijk gebleven. Uit cijfers blijkt dat
ongeveer de helft van de jeugdigen die zijn uitgestroomd uitsluitend ambulante hulp heeft ontvangen.
van de jeugdigen die zijn uitgestroomd uitsluitend ambulante hulp heeft ontvangen.
Tabel 1 Aantal kinderen met een Jeugdbeschermingsmaatregel, stand per kwartaaleinde 2009-2011 2009-1 2009-2 2009-3 2009-4 2010-1 2010-2 2010-3 2010-4 2011-1
2011-2
Aantal OTS-pupillen
2.790
2.842
2.828
2.896
2.798
2.785
2.746
2.767
2.646
2.696
Voogdij-pupillen apart
315
333
375
356
358
402
416
381
402
412
van OTS
Wachttijden in de toegang naar jeugdzorg Daling netto-wachtlijst (> 9 weken) voor provinciale jeugdzorg Op de netto-wachtlijst staan jeugdigen die langer dan 9 weken wachten op de start van de
geïndiceerde jeugdzorg (na afgifte van het indicatiebesluit van Bureau Jeugdzorg) en die nog geen vorm van jeugdzorg ontvangen. Aan het einde van het tweede kwartaal 2011 zijn de
wachtlijsten voor het zorgaanbod wat toegenomen, wat als gevolg van de seizoensinvloeden vaker voorkomt. Ten opzichte van een jaar geleden is de netto-wachtlijst gedaald. Op
1 juli 2011 zijn er 117 jeugdigen die langer dan 9 weken wachten voordat de eerste hulp
begint. Bijna de helft van de wachtenden (49%) die nog geen zorg ontvangen, wachten op ambulante hulp. Een vijfde wacht op een plek in een residentiële setting en 14% wacht op dagbehandeling. 17% is in afwachting van een plaatsing in een pleeggezin.
Tabel 2 Overzicht aantal wachtenden > 9 weken provinciaal zorgaanbod (exclusief wachtenden LWI’s) 1-1-2008
1-1-2009
1-1-2010
1-7-2010
1-1-2011
1-4-2011 1-7-2011
1.362
905
526
425
327
323
437
798
417
385
295
231
241
320
564
488
141
130
96
82
117
Jeugdigen die > 9 weken wachten (brutowachtlijsten) Jeugdigen die al vorm jeugdzorg ontvangen Jeugdigen die > 9 wkn moeten wachten tot eerste hulp begint (nettowachtlijsten)
Landelijk is de norm voor wachten gesteld op maximaal 9 weken. Conform het provinciaal
Beleidskader Jeugd 2009-2012 is de inzet in 2011 dat Gelderse cliënten zoveel mogelijk binnen 6 weken starten met de zorgtrajecten. De vermindering van de wachttijd wordt gefaseerd
ingevoerd. Voor 2011 is het streven dat de maximale wachttijd van het zorgaanbod niet langer dan 7 weken bedraagt. Dit geldt momenteel voor tweederde van de cliënten. De wachttijd
ontwikkelt zich helaas ongunstig in het tweede kwartaal ten opzichte van het vorige twee kwartalen. Het aandeel langdurig wachtenden is iets gestegen en het aandeel jeugdigen
waarvoor de zorg binnen vier weken start, is afgenomen ten opzichte van het einde van het
vorige kwartaal. Er zijn 31 kinderen die langer dan een half jaar op de wachtlijst staan en op
1 juli 2011 nog geen vorm van geïndiceerde jeugdzorg ontvangen. Uit de beschikbare cijfers is niet te achterhalen of deze jeugdigen elders in zorg zijn of hulp ontvangen.
Wachttijden worden niet alleen veroorzaakt door capaciteitsproblemen. Soms duurt de start
van de zorg langer vanwege afstemmingsvraagstukken en/of motivatieproblemen; soms wil een gezin, op eigen verzoek, wachten of is er meer tijd nodig om een geschikt pleeggezin te vinden. Wanneer duidelijk is dat de geïndiceerde zorg niet tijdig beschikbaar zal zijn,
kunnen cliënten indien gewenst gebruikmaken van een alternatief aanbod, veelal in de vorm van ambulante begeleiding. Sinds enige jaren zien wij bij verschillende zorgaanbieders voor de zomer een toename van de wachtlijsten ontstaan. Navraag bij zorgaanbieders leert dat
dit vaak vrijwillig wachtenden in de zomervakantie zijn en wachtenden op groepsaanbod of cursussen die na de zomervakantie starten.
Tabel 3 Aantal cliënten in zorg en het aantal wachtenden (bruto en netto) per zorgaanbieder naar zorgvorm, > 9 weken peildatum 1-7-2011 wachtlijst per zorgvorm
Zorgaanbieder aantal
Pleegzorg
wachtlijst totaal
jeugdigen Ambulant
in zorg bruto netto bruto netto bruto netto bruto netto bruto netto
Daghulp
Residentieel
CWZW
213
4
3
1
1
Entréa
1.434
114
13
15
1
15
2
17
234
7
6
-
-
1
1
Lindenhout
1.999
62
17
33
7
15
Lijn5 Nové
200
8
4
-
-
816
23
13
16
13
Joozt
Pactum
Totaal
1
4
3
1
161
17
11
3
19
10
2
24
7
138
33
5
1
7
3
20
8
16
5
28
10
86
41
Trajectum 74 2 2 - - 10 5 - - 12 7 Gelderland totaal*
*
4.910
219
57
62
20
62
16
87
24
De som van het aantal wachtenden per instelling is hoger dan het totaalcijfer voor Gelderland. In het Gelderland totaalcijfer gaat het om ‘unieke cliënten’. Dubbeltellingen zijn eruit gehaald. Bij bijvoorbeeld Joozt ontvangt een deel van de kinderen op de nettowachtlijst wel zorg van een andere instelling in afwachting van de start van de zorg bij Joozt.
Bij de landelijk werkende instellingen wachtten op 1 juli 28 Gelderse kinderen langer dan
negen weken op zorg. Het betreft 12 jeugdigen bij Hoenderloo Groep en 16 jeugdigen bij de SGJ. Doorlooptijd indicatiestelling Bureau Jeugdzorg gestabiliseerd Het aantal kinderen dat langer dan twee weken wacht op de start van een indicatietraject (wachtlijst voordeur Bureau Jeugdzorg) is in de eerste helft 2011 toegenomen (van 42 per 1 januari 2011 naar 65 per 1 juni 2011). In vijf van de acht regio’s zijn er overigens geen wachtenden.
Het streven in Gelderland is binnen drie weken een indicatie van Bureau Jeugdzorg Gelderland te krijgen. In het tweede kwartaal van 2011 wordt 40% van de eerste indicaties door Bureau
Jeugdzorg Gelderland binnen 3 weken na aanmelding gesteld. Gemiddelde doorlooptijd van
aanmelding tot indicatie bedraagt 57 dagen. Dit is vergelijkbaar met het voorgaande kwartaal. Tabel 4 Gemiddelde doorlooptijd eerste indicaties (van aanmelding tot indicatie) Bureau Jeugdzorg Gelderland, 2009-2011-1
2009-1 2009-2 2009-3 2009-4 2010-1 2010-2 2010-3 2010-4 2011-1 2011-2
BJz Gelderland
60
68
55
57
51
46
47
57
57
57
Geen wachtlijst bij het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling Figuur 4 Wachtlijst AMK Gelderland januari 2007 juli 2011 50 40 30 20 10
wachtlijst (aantal gezinnen) Gemiddelde wachttijd tussen melding en start onderzoek (in werkdagen)
jul-11
apr-11
jan-11
okt-10
jul-10
apr-10
jan-10
okt-09
jul-09
japr-09
jan-09
okt-08
jul-08
apr-08
jan-08
okt-07
jul-07
apr-07
jan-07
0
437
117
De norm van de gemiddelde doorlooptijd bij het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling van de start tot het einde van het onderzoek is in 2009 teruggebracht van dertien tot tien
weken. Samen met de vijf dagen die staan voor het besluit tot onderzoek komt de maximale doorlooptijd uit op 75 dagen. Het AMK Gelderland voldoet aan de landelijke norm.
Volgens Bureau Jeugdzorg Gelderland heeft het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling te maken met steeds complexere problemen en meer eisen aan de kwaliteit van het onderzoek
(risico-taxaties, meer terugkoppeling naar ketenpartners). Daardoor staat er grote druk op de normtijd voor een onderzoek.
Tabel 5 Gemiddelde doorlooptijd onderzoeken Advies- en Meldpunt Kindermishandeling Gelderland, 2009-2011 2009-1 2009-2 2009-3 2009-4 2010-1 2010-2 2010-3 2010-4 2011-1 2011-2 AMK Gelderland
72
68
68
73
75
79
70
71
74
75
Afsprakenkader Jeugdzorg 2010-2011: Voortgang in Gelderland Eind 2009 hebben de provincies en de drie stadsregio’s met het Rijk afspraken gemaakt over de gezamenlijke aanpak voor de jeugdzorg in 2010 en 2011. Deze zijn vastgelegd in het Afsprakenkader Jeugdzorg 2010-2011. Met het Afsprakenkader willen provincies en het Rijk een trendbreuk in de jeugdzorg realiseren. Preventie en lichtere zorg moeten
meer accent krijgen. Daarnaast moet er meer efficiency in de tweedelijns, zwaardere zorg komen. Veel afspraken zijn in Gelderland al belegd in het Beleidskader Jeugd 2009-2012
en het Uitvoeringsprogramma Jeugd 2011 en met gemeenten vastgelegd in de regionale Convenanten Jeugd 2009-2012 en regionale uitvoeringsprogramma’s.
Eén van de afspraken uit het Afsprakenkader is dat het mogelijk wordt ambulante jeugdzorg te leveren zonder voorafgaande indicatie van Bureau Jeugdzorg. Lichte vormen van zorg
worden hierbij onder regie van gemeenten aangeboden. Op de provinciale website vindt u de relevante documenten over de Experimenten jeugdzorg zonder indicatie.
In het Afsprakenkader Jeugdzorg 2010-2011 staan ook kwantitatieve prestaties. Opgenomen
is dat aan alle kinderen de zorg wordt geboden die nodig is, waarbij aan kinderen bij wie de veiligheid in het geding is en kinderen in crisissituaties direct de geïndiceerde zorg wordt geboden.
• In Gelderland zijn er afspraken over snelle inzet van spoedeisende zorg en het leveren van interne crisisoplossingen tussen Bureau Jeugdzorg en de Gelderse jeugdzorginstellingen.
• De werkwijze rond de inzet van de Gelderse spoedeisende zorg functioneert goed. Aan
alle 404 cliënten met een spoedbesluit (periode juli 2010-juli 2011) is binnen 24 uur zorg geboden.
• Op 1 juli 2011 kregen van de in totaal 145 kinderen op de netto-wachtlijst 4 kinderen van 3 gezinnen bij 2 jeugdzorginstellingen geen noodzakelijke adequate zorg. Inmiddels wordt
in alle gevallen wel voorzien in een bepaalde vorm van zorg voor deze kinderen en/of gezin en is er geen sprake meer van onverantwoord wachten. Met betreffende instellingen wordt overleg gevoerd om te vernemen hoe dergelijke situaties de komende periode worden voorkomen.
Regionale cijfers Gelderse jeugdzorg, kwartaal 2-2011 Aantal aanmeldingen, geaccepteerde cliënten en aantal eerste indicaties per regio, kwartaal 2-2011 Regio
Aanmeldingen
Geaccepteerde
Aantal eerste
cliënten
indicatiebesluiten
Achterhoek
449
377
308
Arnhem
752
453
233
92
60
43
Nijmegen
479
330
225
Noordwest-Veluwe
253
196
170
Oost-Veluwe
319
233
211
Rivierenland
330
268
169
Midden-IJssel
West-Veluwe Totaal
293
225
195
2.967
2.142
1.554
Toelichting: U ziet het aantal aanmeldingen bij Bureau Jeugdzorg Gelderland in het tweede kwartaal van 2011, uitgesplitst naar regio. Het gaat hier om alle soorten aanmeldingen, waaronder informatie-aanvragen, consulten, spoedeisende aanmeldingen en meldingen voor het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling. Op een aanmelding volgt een acceptatiebesluit of worden cliënten terugverwezen naar het voorliggende veld. Een acceptatiebesluit leidt tot een indicatietraject en een indicatietraject kan leiden tot een indicatiebesluit. In de rechterkolom staat het aantal eerste indicatiebesluiten dat is afgegeven in het eerste kwartaal. In alle stappen kan een cliënt worden terugverwezen naar het lokale veld. Soms trekken cliënten zich terug omdat een andere oplossing is gevonden. Ook kan het voorkomen dat wordt overgestapt naar een ondertoezichtstelling of een besluit spoedeisende zorg. Aantal jeugdigen in provinciale jeugdzorg (totaalcijfer), waarvan aantal jeugdigen met ambulante zorg als zwaarste zorg per regio, op peildatum 1 juli 2011 Regio
aantal jeugdigen in
aantal jeugdigen met ambulante zorg
provinciale jeugdzorg
als zwaarste zorgvorm in abs. aantallen
Achterhoek
in procenten op totaal
627
274
44%
1.099
516
47%
Midden-IJssel
160
37
23%
Nijmegen
815
482
59%
Noordwest-Veluwe
340
136
40%
Oost-Veluwe
576
242
42%
Rivierenland
435
252
58%
Arnhem
West-Veluwe Totaal
557
208
36%
4.910*
2.325
47%
Toelichting: U ziet het aantal jeugdigen (uitgesplitst naar regio) dat op 1 juli 2011 provinciale jeugdzorg ontvangt van één van de Gelderse zorgaanbieders. In de middelste kolom is het aantal jeugdigen opgenomen dat momenteel alleen ambulante zorg (als zwaarste zorgvorm) ontvangt. * de regionale cijfers tellen niet op tot het Gelders totaalcijfer.