jaarverslaggeving 2013

jaarverslaggeving 2013

Stichting Onderwijs Midden-Limburg -41203-

Jaarverslaggeving 2013 Ministerie OCW Roermond, mei 2014

Inhoudsopgave A Toelichting op onderdelen van het jaarverslag A1 A2 A3

Samenvatting Bestuursverslag Doelen & resultaten Verslag Raad van Toezicht

2 5 26 31

B Jaarrekening 2013 B1 B2 B3 B4 B5

B6 B7 B8

B9 B10

Grondslagen Balans 2013 Stichting Onderwijs Midden-Limburg Staat van baten en lasten 2013 Stichting Onderwijs Midden-Limburg Kasstroomoverzicht 2013 Toelichting op de onderscheiden posten van de balans 2013 Algemene toelichting Materiële vaste activa Vorderingen Liquide middelen Eigen vermogen Voorzieningen Langlopende schulden Kortlopende schulden Niet uit de balans blijkende verplichtingen Verbonden partijen Toelichting op de onderscheiden posten van de staat van baten en lasten 2013 Rijksbijdragen OCW Overige overheidsbijdragen Overige baten Bijzondere baten Personele lasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige instellingslasten Bijzondere lasten Financieel resultaat Wet Normering Topinkomens Kengetallen

36 40 42 43 44 44 45 45 46 47 48 48 49 51 52 52 52 52 53 54 54 55 55 56 57 58

C Overige gegevens C1 C3

Controleverklaring Bestemming van het exploitatieresultaat

62 64

D Bijlagen D1 D2 D3

Gegevens van de stichting Gedeclareerde kosten en nevenactiviteiten CvB Jaarcijfers Samenwerkingsverband 52.01

66 67 68

Toelichting op onderdelen van het jaarverslag

A

1

Samenvatting In deze samenvatting worden de highlights van de Jaarrekening 2013 grafisch weergegeven: Herkomst van middelen Rijksbijdragen Overige overheidsbijdragen Overige baten Ouderbijdragen Bijzondere baten

64.577.754 310.199 2.289.608 831.729 619.678

94,1% 0,5% 3,3% 1,2% 0,9%

Rijksbijdragen Overige overheidsbijdragen Overige baten Ouderbijdragen Bijzondere baten

Besteding van middelen Personele lasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige instellingslasten Bijzondere lasten

57.246.732 3.266.531 2.989.087 5.554.023 56.692

83,4% 4,8% 4,4% 8,1% 0,1%

Personele lasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige instellingslasten Bijzondere lasten

2

Leerlingen per 1 oktober 2013 Connectcollege BC Broekhin Mundiumcollege Sg. St. Ursula

1.759 2.205 2.220 2.144

Connectcollege BC Broekhin Mundiumcollege Sg. St. Ursula

Werkkapitaal Eigen vermogen Voorzieningen Langlopend vreemd vermogen Subtotaal Vastgelegd in vaste activa (ex. leerboeken) Werkkapitaal

2013 25.259.485 1.893.858 45.786 27.199.129 22.475.116 4.724.014

2012 25.376.729 1.812.571 45.796 27.235.096 20.896.477 6.338.619

2011 28.458.993 1.617.236 45.816 30.122.045 21.246.073 8.875.972

 10.000.000  9.000.000  8.000.000  7.000.000  6.000.000  5.000.000  4.000.000  3.000.000  2.000.000  1.000.000  ‐ 2013

2012

2011

3

Solvabiliteit 2013 25.259.485 36.234.089 70%

Eigen vermogen Totaal vermogen Solvabiliteit

2012 25.376.729 36.258.454 70%

2011 28.458.993 38.861.538 73%

74% 73% 72% 71% 70% 69% 68% 67% 2013

2012

2011

Liquiditeit 2013 11.989.458 9.034.959 1,33

Vlottende activa Kortlopende schulden Liquiditeit

2012 13.767.980 9.023.358 1,53

2011 17.615.465 8.739.493 2,02

 2,50

 2,00

 1,50

 1,00

 0,50

 ‐ 2013

2012

2011

4

A.1 BESTUURSVERSLAG

leerlingen gekend worden en niet ondergaan in anonimiteit.

1. Missie

Leer- en oefenplaats voor later Naast de zorg voor goed onderwijs neemt de school ook de uitdaging aan om leerlingen te begeleiden naar volwassenheid. Daar hoort mondigheid bij, maar ook verantwoordelijkheid. Leerlingen moeten zelfstandig deel gaan uitmaken van de maatschappij en daaraan positief gaan bijdragen. De school is daarvoor een leer- en oefenplaats.

In het meerjarenbeleidsplan 2010-2014 zette SOML de eerste stappen om te komen tot een nieuwe missie. Het traject om te komen tot een nieuwe missie is in 2011 afgerond. Het College van Bestuur heeft de missie na een uitvoerige consultatieronde vastgesteld, de Raad van Toezicht heeft deze goedgekeurd en de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad heeft instemming verleend. De missie laat zich in één zin vangen: “Plaats voor alle leerlingen, ruimte voor veelvormigheid” De volledige missie tekst: Uitnodigend en kansen biedend De SOML-scholen in Midden-Limburg geven onderwijs met aandacht en respect voor de levensbeschouwelijke en maatschappelijke waarden zoals die leven in Nederland en met onderkenning van de verscheidenheid daarin. Het zijn open scholen, uitnodigend naar álle leerlingen die het basisonderwijs gevolgd hebben. Elk van de scholen heeft een ander onderwijsaanbod en een eigen onderwijsklimaat. Gezamenlijk bieden de scholen vrijwel alle opleidingsmogelijkheden en vakkenpakketten/specialisaties die mogelijk zijn. De banden tussen de scholen zijn hecht en gebouwd op onderlinge solidariteit en gezamenlijke verantwoordelijkheid. SOML is daarmee flexibel en ook toegerust om in te spelen op toekomstige vragen en verwachtingen van ouders en leerlingen. Daarnaast werken SOML-scholen samen om de maatschappelijke verantwoordelijkheid voor het welzijn en opleidingskansen van de Midden-Limburgse jeugd in al haar verscheidenheid waar te maken. Dat doen de scholen niet alleen: er wordt actief samengewerkt met andere organisaties in de onderwijs- en zorgketen en met het bedrijfsleven.

Ontwikkeling van een professionele cultuur SOML-medewerkers spelen daarbij met hun persoon een belangrijke rol. De vraag aan hen om zich authentiek op te stellen en voorbeeldgedrag te tonen, wordt daarmee gerechtvaardigd. Goede leraren zijn een belangrijke hulpbron voor het succes van leerlingen. Daarom investeert SOML voortdurend in kwaliteit van de leraren. SOMLmedewerkers maken zich een professionele houding eigen. Leidinggevenden besteden aan die ontwikkeling van een professionele cultuur systematisch aandacht en sturen daarop.

Kwaliteitsverbetering Het onderwijs aan de SOML-scholen voldoet aan hoge kwaliteitsnormen. Kwaliteitsverbetering betekent: beter inspelen op verschillen in individuele leerstijl en een sterke focus van leraren op hoe leerlingen leren. De scholen laten hun resultaten zien en staan open voor de buitenwereld. Ouders vinden in de SOML-scholen altijd een aanspreekpunt. De interne kleinschaligheid binnen de SOML-scholen garandeert dat

5

2. Organisatie

De samenstelling van het College van Bestuur was als volgt:

2.1 Juridische organisatie

Voorzitter: Dhr. ir. C.B. Hoefnagel Lid: Dhr. drs. M.J.H.M. Kikken

SOML is een bestuur met scholen voor katholiek en algemeen bijzonder onderwijs. Het bestuur heeft de bijzondere opdracht de identiteit voor zowel de katholieke als de algemeen bijzondere scholen te bewaken. In de statuten van de stichting is hieraan nadere uitwerking gegeven. De stichting is bij het ministerie bekend met het bevoegd gezagnummer 41203. Bij de Kamer van Koophandel staat zij geregistreerd met nummer 12041226

Het College van Bestuur werkt op basis van een onderlinge taakverdeling. Portefeuilles zijn niet strikt gescheiden om de brede integrale verantwoordelijkheid te kunnen dragen als College van Bestuur. De loonkosten van het College van Bestuur (incl. pensioen en werkgeverslasten): Dhr. C.B. Hoefnagel

€ 136.201 (2013) € 131.075 (2012)

Dhr. M.J.H.M. Kikken

€ 137.466 (2013) € 29.663 (2012)

2.2 College van Bestuur Het College van Bestuur is het bevoegde gezag van de vier scholengemeenschappen van SOML en richt zich vooral op het beleid op bovenschools niveau, hetgeen tot uitdrukking komt in het meerjarenbeleidsplan van de stichting en in de daaruit afgeleide jaarlijkse beleidskaders die het College van Bestuur opstelt voor de schooldirecties.

Relevante nevenfuncties en gedeclareerde onkosten van het College van Bestuur zijn terug te vinden in Bijlage D7.

Het College van Bestuur handelt conform de Code Goed Onderwijsbestuur, zoals deze door de VO-raad is opgesteld en in werking is getreden per 1 augustus 2011.

SOML kent de volgende organisatorische indeling:

6

2.3 Raad van Toezicht Het verslag van de Raad van Toezicht is terug te lezen in onderdeel A.3 Verslag Raad van Toezicht. Met ingang van 2013 is dhr. J.W.F.M. Knapen de voorzitter van de Raad van Toezicht, na het aftreden van mevr. J.A.M. van Schaik – Veltman. Daarnaast is dhr. F.L.J. van Vloten toegetreden als lid tot de Raad van Toezicht met ingang van derde kwartaal van 2013. Dhr. van Vloten is vanuit zijn professionele achtergrond het lid binnen de Raad met de juridische portefeuille. De samenstelling en bezoldiging van de Raad van Toezicht in 2013: Dhr. drs. J.W.F.M. Knapen Voorzitter € 8.050 (2013) € 2.000 (2012) Dhr. Knapen was in 2012 lid Raad van Toezicht Mevr. M.E. Wouterlood-van Pijlen secretaris € 1.500 (2013) € 2.000 (2012) Mevr. Wouterlood maakt gebruik van de regeling vrijwilligersvergoeding in 2013. Dhr. drs. N.C.J. Hoenen lid € 4.600 (2013) € 2.000 (2012) Dhr. drs. J.M. Dijkman lid € 3.450 (2013) € 2.000 (2012) Dhr. mr. F.L.J. van Vloten Lid € 1.725 (2013) € - (2012) Per 1 januari 2013 geldt een nieuwe regeling voor commissariaten. De nieuwe regeling houdt in dat de goedkeuring, waarbij btwheffing achterwege blijft indien men niet meer dan vier commissariaten bekleedt, komt te vervallen en dat aan de hand van de gebruikelijke criteria voor btwondernemerschap en aan de hand van de feitelijke situatie moet worden bepaald of sprake is van ondernemerschap van de commissaris. Bij één commissariaat is in beginsel al sprake van ondernemerschap voor de btw en dient de commissaris btw te voldoen over de ontvangen commissarisbeloning.

Afhankelijk van de feitelijke situatie kan samenloop van btw-heffing en loonheffing optreden. Hoofdregel is namelijk dat de arbeidsverhouding van toezichthouders bij wetsfictie geldt als een dienstbetrekking in fiscale zin. Dit betekent dat de onderwijsinstelling over de beloning voor de toezichthoudende werkzaamheden loonbelasting/premie volksverzekeringen dient in te houden en af te dragen en de inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet moet vergoeden. Het gaat hierbij om het bedrag van deze vergoeding exclusief omzetbelasting. Met ingang van het derde kwartaal 2013 ontvangen de leden van de Raad van Toezicht een vergoeding die overeenkomt met de leidraad van de Vereniging van Toezichthouders in Onderwijsinstellingen (VTOI) 2.4 Scholen van SOML SOML bestaat uit de volgende scholengemeenschappen: BC Broekhin Connect College Locatie Roermond Unit havo/vwo Locatie Swalmen/ Unit vmbo Reuver Mundium Sg. St. College Ursula Lyceum Schöndeln Locatie Horn Mavo Roermond Locatie Heythuysen Niekée, NT2 De scholen fungeren als relatief autonome, resultaatverantwoordelijke eenheden. De voorzitter centrale directie fungeert als eindverantwoordelijk schoolleider. Per locatie is de locatiedirecteur de eerst aangewezen verantwoordelijke, die de dagelijkse leiding van de school en uitvoering van het schoolplan heeft. In onderdeel A.3 staan de gerealiseerde doelstellingen van de scholen weergegeven.

7

3. Governance Met de Raad van Toezicht heeft in 2013 een dialoog plaatsgevonden over de verdere professionalisering van bestuur en toezicht. Dit zal in 2014 leiden tot het invullen van een intern toezichtkader. SOML is gestart om de inhoud van de verschillende reglementen en protocollen op het gebied van omgangsvormen en integer handelen in kaart te brengen. Dit moet leiden tot integratie van de verschillende documenten en daarmee een beter overzicht voor de betrokken medewerkers en andere stakeholders. In het kader van de externe klachtenprocedure is de regeling bijgesteld en is er een externe vertrouwenspersoon benoemd.

4. Gevoerd beleid Jaarlijks stelt het bestuur een beleidskader op, waarin het meerjarenbeleidsplan verder is uitgewerkt. In het beleidskader worden op de verschillende beleidsdomeinen doelstellingen geformuleerd. Deze doelstellingen hebben een doorvertaling in de jaarbeleidsplannen van de scholen en vormen de basis voor een beleidsrijke invulling van de meerjarenbegrotingen. 4.1 Kwaliteitszorg In 2012 startte SOML met de ontwikkeling van een dashboard met sturingsinformatie. Dit dashboard is geënt op het model van Balanced Scorecard.

Kernpunten hierbij zijn de focus op ontwikkelgerichte organisatie, het proces van transitie naar meer persoonlijk leren en de gezamenlijk gebruikte instrumenten (MMP) en indicatoren. De dialoog binnen de scholen tussen de scholen wordt door de werkgroep aan de hand van thema’s bevorderd. 4.2 Samenwerking onderwijssector Opleidingsinfrastructuur voor leraren Met het consortium van samenwerkende lerarenopleidingen (4FF) zijn voorlichtingsactiviteiten over het nieuwe opleidingsconcept georganiseerd. Vier leraren van SOML zijn in schooljaar 2013-2014 daadwerkelijk gestart met de eerstegraadsopleiding. In schooljaar 20132014 startte 5 leraren aan deze vorm van eerstegraadsopleidingen. VAVO VAVO biedt jongeren die vastlopen in het regulier VO een tweede kans om alsnog een diploma te halen. VAVO is voortgekomen uit het volwassenen onderwijs. SOML heeft met ROC Gilde Opleidingen en ROC Leeuwenborg overeenkomsten op bestuursniveau waarin de plaatsing van leerlingen is geregeld. Bij aanvang van het schooljaar 2013-2014 zijn er 46 leerlingen die gebruik maken van een VAVO regeling. In het schooljaar 2012-2013 waren dit 55 leerlingen.

Deze eigen ontwikkeling, vanuit eigen overzichten komen tot een dashboard, heeft SOML in 2013 gestaakt, omdat bleek dat het te arbeidsintensief was en de gegevens niet volledig betrouwbaar. In het vervolg daarop is een oriëntatie gestart op wat er extern beschikbaar is. Met ingang van 2014 zal SOML starten met het Magister Management Platform (MMP). MMP is een tool die onder andere de kwaliteitskaart van de Onderwijsinspectie real-time weergeeft vanuit diverse dimensies. Na de introductie van MMP zal SOML verder onderzoeken hoe ook personele en financiële gegevens kunnen worden toegevoegd aan deze set van sturingsinformatie.

Samenwerkingsverband VO / Passend Onderwijs Binnen het Samenwerkingsverband is een dekkend zorgaanbod het doel. De scholen richten hun aandacht met name op de verdere invulling van het basiszorgarrangement en het school specifieke zorgarrangement. Het samenwerkingsverband richt zich op het gezamenlijk zorgaanbod dat de basiszorg op school overstijgt.

Parallel aan dit traject startte de werkgroep Kwaliteit aan de herijking van de visie op kwaliteitszorg en de afstemming van de uitvoering hiervan binnen de stichting.

In 2013 zijn de statuten opgesteld voor deze nieuw op te richten rechtspersoon. Met de medezeggenschapsraden zijn er afspraken gemaakt over de opzet van een ondersteuningsplanraad en hebben er

Ten behoeve van de invoering van Passend Onderwijs met ingang van 1 augustus 2014 is gestart om met partners uit het speciaal onderwijs het nieuwe Samenwerkingsverband 31.02 op te richten .

8

verkiezingen plaatsgevonden. Tevens is er een bestuur samengesteld. Dhr. Martens, voorzitter centrale directie Mundiumcollege, zal die functie combineren met het voorzitterschap van het dagelijks bestuur van het Samenwerkingsverband. Het bestuur bestaat verder uit: Mevr. Geenen-Coenen, secretaris Dhr. Verbruggen, penningmeester Het nieuwe samenwerkingsverband kent ook een model Raad van Toezicht. Namens SOML is Dhr. Kikken, lid CvB SOML benoemd. Het bestaande Samenwerkingsverband heeft in 2013 haar activiteiten ook voorbereid op de transitie naar Passend Onderwijs. D8 Jaarcijfers 2013 Samenwerkingsverband 52.01. Voortijdig schoolverlaters Het aantal voortijdig schoolverlaters is opnieuw verder gedaald. In 2011-2012 (basis voor bekostiging in 2013) was het aantal voortijdig schoolverlaters 162. In het schooljaar 2010-2011 was dit aantal 192. Hierbij moet worden opgemerkt dat dit aantal inclusief de leerlingen 78 van Mundiumcollege. Mundiumcollege kent door de locatie NT2 een hoog verloop. De leerlingen van NT2 zijn vaak minder dan een volledig schooljaar ingeschreven op school. Locatie NT2 verzorgt onder andere het onderwijs voor alleenstaande minderjarige asielzoekers en nieuwkomers in Nederland. Het intensiveren van het overleg met alle belanghebbenden waarin de aanpak van voortijdig schoolverlaten wordt besproken is een van de redenen waardoor het aantal is gedaald. Overige samenwerkingen Voor het beroepsonderwijs in Limburg (VOMBO-HBO) is een gezamenlijk Techniekplan opgesteld en gepresenteerd aan de Provincie Limburg om in aanmerking te komen voor aanvullende subsidie voor de ontwikkeling van de voorgestelde programmalijnen. Een subsidie voor de eerste fase van het plan is verstekt. Een overleg is gestart met de participanten in de Keyport (een triple helix samenwerkingsverband voor de regio die 7 gemeenten in Midden-Limburg bestrijkt) regio met als doel het realiseren van een marktgerichte aansluiting van onderwijs en arbeidsmarkt en revitalisering van de regionale economie.

4.3 Onderwijsbeleid Persoonlijk Leren Het werk en vakgebied is continu aan verandering onderhevig. Technologische ontwikkelingen; verandering van de leerlingenpopulatie; passend onderwijs en het dalende aantal leerlingen in Midden-Limburg zijn ontwikkelingen die in de komende jaren een grote rol zullen gaan spelen in de manier waarop SOML het onderwijs wil vormgeven. In 2013 werd hierop een visie geformeerd met de titel “persoonlijk leren”. Leren is een begrip dat door iedere leerling op een eigen manier ingevuld wordt. Talenten, mogelijkheden, voorkennis en persoonlijke interesses zijn begrippen die iedere leerling en ieder leerproces uniek maken. Het succes van leren is daarom sterk afhankelijk van de individuele leerling en zijn/haar leerproces. De doelstelling voor SOML is om de leerling te onderwijzen, sturen en begeleiden in zijn eigen leerproces. Binnen persoonlijk leren wordt gestreefd naar vrijheid en ruimte voor iedere leraar en iedere leerling om dit onderwijsleerproces naar de maat, het niveau, de snelheid en de persoonlijke vraag van de leerling in te richten. Daarom is de doelstelling geformuleerd om in 2020 persoonlijk leren op iedere locatie integraal ingevoerd te hebben. De manier waarop wordt bepaald door de keuzes die elke individuele locatie van SOML daarin wil maken. Een projectteam is gestart om de eerste fase van het project (tot einde schooljaar 20142015) de ontwikkelprojecten van iedere locatie (broedplaatsen) te observeren, faciliteren en ondersteunen. Na de eerste fase wordt gekeken of de volgende resultaten in de broedplaats, in meer of mindere mate, zijn behaald: - Een persoonlijke leerroute op maat voor elke leerling - Betere leerresultaten voor leerlingen - Lagere kosten om het onderwijs te organiseren - Rendementsverbetering - Kwaliteit moet aangetoond kunnen op worden op basis van daartoe geschikt instrumentarium - Waar mogelijk aansluiten bij landelijke ontwikkelingen. Op landelijk niveau participeert SOML in de stuurgroep Gepersonaliseerd Leren van

9

scholen die experimenteren met een adaptief leerplatform. SOML steunt actief het streven van de VO-raad om de regie te nemen in de ontwikkelingen van digitale leermiddelen en adaptieve leerplatforms. Vrijeschool SOML wil recht doen aan diversiteit en tekent daarom voor een divers onderwijsaanbod. Met de vereniging voor Vrijeschoolonderwijs Midden-Limburg is derhalve een convenant getekend voor de start van een Vrijeschoolafdeling bij BC Broekhin met ingang van het schooljaar 2013-2014. BC Broekhin is gestart met een klas van 31 leerlingen. Uit het convenant: “Vooralsnog wordt op het BC Broekhin het zevende en achtste leerjaar volgens het vrijeschool concept aangeboden. Het BC Broekhin zal zich tot het uiterste inspannen om een naadloze overgang van de leerlingen naar een daarop volgend leerjaar te bewerkstelligen. Dit kan zowel de vervolgopleiding binnen het reguliere BC Broekhin zijn, als de omliggende scholen voor het voortgezet onderwijs volgens het vrijeschool concept. Daarbij is de ontwikkeling van doorstroomprocedures een belangrijk aandachtspunt voor de kwartiermaker /afdelingsleider” VMBO Binnen SOML bestaan er al een aantal doorlopende leerlijnen vmbo-mbo. In het kader van het Techniekplan worden deze verdiept en in aantal uitgebreid. Ook de andere sectoren zijn in gesprek over dergelijke samenwerkingen. In dit kader past het samenwerkingstraject tussen het ROC en SOML met betrekking tot de praktijkopleiding Bouw, deze samenwerking startte in 2013 bij locatie Sg. St. Ursula Heythuysen. Voor een goede aansluiting van het VMBOonderwijs bij de economische activiteiten in de regio (retail, horeca, leisure) zijn de mogelijkheden onderzocht voor versterkt Duits of Tweetalig Onderwijs Duits in het VMBO. SOML Investeringsagenda 2013 was het laatste jaar van de SOML Investeringsagenda 2011-2013. Met de Investeringsagenda heeft SOML extra middelen ingezet om een impuls te geven aan taal- en rekenkunde. Daarnaast zijn er extra middelen besteed aan de ontwikkeling van ICT competenties voor medewerkers. De

opbrengsten van de Investeringsagenda worden in 2014 geëvalueerd. Examenresultaten 2012-2013 School Eindexamenresultaat 2012-2013 BC Broekhin 94,7% Connect College 93,1% Mundium College 91,0% Sg. St. Ursula 93,8% SOML 93,3% Schooltype VWO HAVO VMBO-T VMBO-G VMBO-K VMBO-B SOML

Eindexamenresultaat 2012-2013 93,8% 91,1% 93,1% 92,4% 94,4% 98,7% 93,3%

Eindexamenresultaten SOML: 93,4% 92,9% 92,4%

Er zijn geen incidenten geweest die van invloed zijn geweest op het proces van de examens of die de betrouwbaarheid van het examenresultaat hebben beïnvloed. SOML hanteert hiervoor strikte procedures die op schoolniveau worden uitgevoerd. 4.4 Personeelsbeleid Teamleiders Ten behoeve van het versterken van de rol van de teamleider zijn er in 2013 Development Centers gehouden. In persoonlijke ontwikkelplannen leggen teamleiders de nadruk op de ontwikkeling van drie competenties: sturen, empoweren en plannen & organiseren. Na de Development Centers is een voorstel uitgewerkt voor schooloverstijgende professionaliseringsactiviteiten, onder meer gericht op het werken volgens de principes van duurzaam leiderschap.

10

Verder heeft SOML gekozen voor versterking van de positie en de verantwoordelijkheden van de teamleiders in de scholen. Dit heeft gevolgen voor de inrichting van de managementstructuur. Besluitvorming hierover zal in 2014 plaatsvinden.

Gemiddeld aantal FTE 2013:

21%

8% DIR en MAN OP

Strategische HRM In het Bestuursakkoord VO wordt aandacht gevraagd voor de rol van strategische HRM binnen de onderwijsorganisaties. SOML heeft per 2013 een Strategische HRadviseur benoemd. Deze functionaris is gestart met de inventarisatie van onderwerpen met een hoge urgentie. In 2014 wordt een beleidskader HRM opgesteld. Thema’s die in de inventarisatie een prominente plaats hebben gekregen: -

Strategische personeelsplanning Bezetting van sleutelposities Proces van werving & selectie Ontwikkeling van medewerkers Talentmanagement Kwaliteitszorg

OOP

71%

Leeftijdsverdeling: 1%

3%

15 tot 25 jaar 25 tot 35 jaar

16%

35%

35 tot 45 jaar 21%

45 tot 55 jaar 55 tot 65 jaar

24%

65+

Verdeling man-vrouw: Maatwerk In 2013 zijn afspraken gemaakt met individuele medewerkers over vervroegd beëindigen van het dienstverband (project Individuele arrangementen). Het betreft maatwerkoplossingen voor personele knelpunten. Voorwaarden voor de maatwerkoplossing is dat dit past binnen het rechtmatigheidskader dat SOML hierbij hanteert: de oplossing moet leiden tot een besparing op de school. In totaal is € 296.610 uitgegeven aan individuele arrangementen. De besparing, die gespreid is over meerdere jaren, bedraagt ongeveer € 1,8 mln. De besparingsomvang is bepaald op basis van de inverdieneffecten over de periode tot de aowdatum. Gemiddeld aantal FTE 2013 60 DIR en MAN 570 OP 187 OOP

49% 51%

Man Vrouw

Functiemix ultimo 2013:

17% 45% 38%

LB LC LD

4.5 Gezondheidsbeleid Het verzuimpercentage van SOML in 2013 is 4,02%. Dat is iets hoger dan in 2012 maar lager dan de jaren daarvoor. De verzuimfrequentie is 1,28. Dat betekent een flinke daling ten opzichte van de voorgaande jaren want toen was de verzuimfrequentie 1,46 of hoger.

11

De verzuimcijfers van SOML zijn al jaren lager dan het gemiddelde in het VO. Hoewel de landelijke cijfers over 2013 nog niet bekend zijn is de verwachting dat de verzuimcijfers van SOML ook in 2013 onder het gemiddelde van het VO blijven. Verzuimpercentages SOML 2003-2013: 6 5,5 5 4,5 4 3,5 3

Om nauw aan te sluiten bij onderwijsinnovaties, zoals Persoonlijk Leren, maar ook te zorgen voor een goede afstemming met het primair proces is een groep onderwijsontwikkelaars ICT belast met de alignement tussen het onderwijs en IT. De onderwijsontwikkelaars krijgen opdrachten vanuit het projectteam Persoonlijk Leren en vanuit de Regiegroep ICT.

2013

2012

2011

2010

2009

2008

2007

2006

2005

2004

2003

4.7 Financieel beleid

4.6 ICT In het kader van het SOML ICT beleidskader zijn vijf deelplannen gedefinieerd: -

hoogte kunnen zijn van de geldende afspraken en ontwikkelingen.

ICT infrastructuur ICT organisatie SOML brede applicaties Beleid, regels en afspraken ICT & onderwijs

Met betrekking tot de infrastructuur is in 2013 een Europese aanbesteding doorlopen die heeft geleid tot een overeenkomst met IT Workz. IT Workz zal in 2014 de migratie uitvoeren naar de nieuwe situatie waarbij SOML gebruik maakt van een hybride cloud voor de gehele ICT infrastructuur. De ICT organisatie is vormgegeven middels een structuur van: ICT manager, centrale ICT consulenten en decentrale technische onderwijsassistenten ICT. Hiermee ontstaat er e e een ondersteuningslijn van 1 tot en met 3 lijn e ondersteuning, waarbij de 3 lijn de externe leverancier is. Voor het deelplan SOML brede applicaties is onderzocht welke applicaties in aanmerking komen voor centrale regie en implementatie. Op basis van een overeengekomen prioritering worden deze applicaties vanaf 2014 opgepakt. Nieuwe afspraken, procedures en procesbeschrijvingen worden bijgehouden in een ICT handboek. Dit dynamische naslagwerk wordt op het intranet van SOML geplaatst, zodat alle medewerkers op de

Bekostigingsmodel SOML heeft de uitgangspunten voor een nieuw te introduceren intern bekostigingsmodel vastgesteld. Het bekostigingsmodel gaat uit van het solidariteitsbeginsel, waarbij invloeden die door school niet te beïnvloeden zijn (denk aan BAPO-omvang) bovenschools worden gedragen. Scholen houden op deze wijze een budget over dat bestaat uit te besteden netto fte’s. Over de niet-beïnvloedbare kostenfactoren kan (gezamenlijk) centrale regie worden gevoerd. Het directieberaad zal sterker moeten toezien op gezamenlijke afstemming, daar waar dat tot op heden altijd tot de verantwoordelijkheid behoorde van een individuele locatie. De introductie van het bekostigingsmodel wordt in 2014 voorafgegaan door een pilotperiode. WKR Per 1 januari 2013 past SOML de werkkostenregeling (WKR) toe. De beschikbare fiscale ruimte bedroeg in 2013 € 611.725 hiervan is € 327.896 benut via de WKR. Eind 2013 is de WKR geëvalueerd en zijn aan het WKR-regime toegevoegd de fietsregeling en de premie aanvullende verzekering ZVW. Deze beide regelingen zullen met ingang van 2014 worden toegepast in de WKR. Fusie met Stg. Via Aurea De besturen van SOML en stichting Via Aurea zijn in 2013 overeengekomen om te komen tot een juridische fusie. Via Aurea deed in 2013 een schenking ter grootte van € 1.000.000 aan SOML. Het doel van deze schenking was de materiële instandhouding van het onderwijs. SOML heeft deze middelen aangewend voor enkele

12

huisvestingsingrepen en ten behoeve van investeringen in het project Persoonlijk Leren. Na de schenking is de omvang van het vermogen van Via Aurea beperkt tot materieel vast actief en een saldo liquide middelen. Gezien de beperkte toegevoegde waarde van de stichting in de toekomst is er besloten om een fusie aan te gaan met SOML. Deze fusie zal in 2014 zijn beslag krijgen. Voor SOML zal dit leiden tot een toename van de materiële vaste activa en het eigen vermogen. Na de fusie zal SOML met het weerstandsvermogen opnieuw iets boven de 40% uitkomen. Ook na fusie zijn de kengetallen, met uitzondering van het weerstandsvermogen in lijn met de bandbreedtes die landelijk gelden voor financiële kengetallen. 4.8 Facilitair beleid Ingaande maart 2013 is middels een Europese aanbesteding de schoonmaakdienst gegund aan Temco Services. De introductie van het nieuwe schoonmaakbedrijf is succesvol verlopen. SOML heeft in de afgelopen jaren meerdere malen problemen ondervonden in het nakomen van de afspraken door de schoonmaakdiensten. Als gevolg daarvan is e Temco inmiddels de 3 partij binnen vijf jaar. In navolging op de pilot die in 2012 is gehouden zijn alle meerjarenonderhoudsplanningen ingebracht in een nieuw Facilitair managementinformatiesysteem. In de nabije toekomst zal dit systeem ook gebruikt gaan worden voor de organisatie van huisvestings-, contracten- en middelenbeheer. In het kader van de verplichting tot Europese aanbesteding zijn de volgende trajecten doorlopen: Trajecten Europese Aanbesteding Gegund Per 01-03-2013 Schoonmaak Gegund Per 01-01-2014 ICT infrastructuur OnderPer 01-05-2014 ICT hardware handen

5. Huisvesting 5.1 Strategisch Huisvestingsplan Verhuizing NT2 Locatie NT2 van het Mundiumcollege is met ingang van augustus 2013 verhuisd van Baexem naar Roermond. In de jaren 90 verzorgde de locatie vrijwel uitsluitend onderwijs voor vluchtelingen gehuisvest in de genoemde AZC’s. In de loop der jaren verschoof de noodzakelijke aandacht steeds meer naar nieuwkomers die met een geldige verblijfsstatus naar Nederland zijn gekomen. De laatste jaren is ook het aantal hoog opgeleide (jong) volwassenen die ten behoeve van studie of beroep het staatsexamen Nederlands dienen af te leggen, sterk toegenomen. In dit kader onderhoudt de school nauwe contacten met het in Utrecht gevestigde University Assistance Fund (UAF) dat deze mensen begeleidt en voor hen opleidingsplaatsen zoekt en deels financiert met studieleningen. Juist vanwege deze grotere diversiteit binnen de doelgroep en de daarmee samenhangende vergroting van het voedingsgebied van de school, was een verhuizing naar Roermond van grote betekenis. Medegebruik Sg. St. Ursula Locatie Heythuysen heeft in 2013 succesvol een medegebruiker gevonden voor het gebouw in Heythuysen. De praktijkopleiding Bouw zal vierkante meters gaan gebruiken die de locatie aan overcapaciteit heeft. Gericht op de toekomstige overcapaciteit zullen nog andere medegebruikers moeten worden gezocht. In de meerjarenbegroting heeft de school dit als taakstellende opdracht opgenomen. Ook locatie Horn heeft een dergelijke opdracht opgenomen in de meerjarenbegroting. Ook zij zoeken in eerste instantie naar medegebruik van het gebouw en hebben als alternatief het demoveren van een deel van het gebouw. Verhuizing Swalmen naar Reuver In 2012 besloot SOML om de onderwijsactiviteiten van BC Broekhin Swalmen volledig te verhuizen naar BC Broekhin Reuver (gemeente Beesel). Met de gemeente Beesel is een intentieverklaring getekend voor een voorbereidingsfase gericht op uitbreiding van de huisvesting van BC Broekhin in Reuver vanaf augustus 2015. Daaropvolgend zijn in samenwerking met de

13

gemeente scenario’s verkend voor de verhuizing van de leerlingen en medewerkers. In 2014 worden deze plannen verder geconcretiseerd en zal definitieve besluitvorming hieromtrent bij zowel de gemeente als SOML plaatsvinden.

De gemeenteraad heeft op 26 september 2013 ingestemd om SOML een voorschot te verstrekken ter grootte van € 583.000.

Verduurzaming Lyceum Schöndeln SOML en de gemeente Roermond streven ernaar om de plannen rondom de revitalisering van het gebouw van Lyceum Schöndeln op te nemen in het Collegeprogramma na de gemeenteraadsverkiezingen van 2014. In voorbereiding daarop hebben zowel de gemeenteraad en het College van B&W zich ter plekke uitvoerig laten informeren over de huidige staat van het gebouw en de plannen die SOML heeft.

6. Planning & Control

Een intentieverklaring om te komen tot de realisatie van die plannen is in 2013 voorbereid en zal in 2014 worden ondertekend. 5.2 Afhandeling Asbestsanering Connectcollege Naar aanleiding van een asbestinventarisatie is in 2012 gebleken dat bij Connectcollege locatie Populierlaan een grootscheepse asbestsanering moest plaatsvinden. SOML heeft daarop in 2012 een desinvestering gepleegd ter grootte van € 1.336.036. In 2013 is de sanering definitief afgerond en is gestart met de herinrichting van het gesaneerde deel. De totale uitgaven van de sanering en de herinrichtingen bedragen € 1.915.000 in 2013. SOML heeft, om aanspraak te kunnen maken op vergoeding van de kosten van sanering en herinrichting reeds in 2012 een spoedaanvraag ingediend bij de gemeente Echt-Susteren. Naar aanleiding van die aanvraag is er op ambtelijk niveau diverse malen overleg geweest en hebben externe experts van de gemeente gerapporteerd over de verdeling van de kosten van de asbestsanering. Voorafgaand aan de definitieve standpuntbepaling door de gemeente zal er in 2014 nog een overleg moeten plaatsvinden over de inhoud van die rapportage. SOML is het namelijk niet eens met de conclusies die de experts van de zijde van de gemeente trekken.

Dit voorschot is door SOML als bijzondere baten verwerkt in de jaarrekening 2013.

6.1 Ontwikkelingen In 2012 zette SOML de eerste stappen op het gebied van het ontwikkelen van IT-control, de ontwikkeling van een informatiedashboard en het opzetten van een control framework. IT-control is in 2013 verder ontwikkeld door onder andere het opzetten van een ICT organisatie (zie ook 4.6) en het maken van een start voor een handboek ICT. In het handboek wordt beleid, afspraken, procedures en processen verzameld. Zodra de ICTorganisatie functioneert zoals nu is gepland, zal de ICT-manager vanuit zijn rol toetsen of het handboek ook wordt nageleefd. Na de migratie van het ICT-infrastructuur zal hier een control framework voor worden opgezet, zodat gericht en gepland gecontroleerd kan worden. De ontwikkeling van het dashboard is ondergebracht bij de werkgroep Kwaliteit (zie ook 4.2). In de werkgroep wordt gekeken hoe, vanuit een integrale kijk op kwaliteit, het dashboard kan worden opgezet. Een eerste nieuwe stap die daarin is gezet is de introductie van Magister Managementplatform (MMP). SOML heeft in 2013 niet de gewenste stappen kunnen zetten op het gebied van de interne controles. Naast de reeds bestaande controles zou er een framework voor rechtmatigheidscontroles worden opgezet en geïmplementeerd in de planning & controlcyclus. Op het personeelsterrein heeft SOML de controles uitgebreid met hoog frequente checks van de standenregisters.

SOML heeft de gemeente verzocht om een voorschot uit te keren, aangezien SOML tot op heden alle kosten voor de sanering en herinrichting heeft gedragen.

14

De externe accountant signaleerde in 2012 de volgende tekortkomingen, waarvan de status in 2013 de volgende is: Tekortkomingen 2013 2012   1. Procedures van de administratieve processen ten aanzien van de personeels- en salarisadministratie zijn nog niet beschreven   2. Facturatie van ouderbijdragen vindt niet altijd tijdig plaats   3. Geen zichtbare controle op de juiste en volledige verwerking van salarismutaties   4. Centrale coördinatie en organisatie rondom leerlingregistraties  reeds gerapporteerd in 2012 en nog in ontwikkeling  reeds gerapporteerd in 2012, geen voortgang  opgevolgde controlebevinding Ad. 1 De procedures ten aanzien van de personeels- en salarisadministratie (PSA) zijn in concept herschreven. SOML heeft de voorkeur gegeven aan het opvoeren van de interne controles op het gebied van PSA en zal in 2014 de procedures formeel vastleggen in een handboek administratieve organisatie PSA Ad. 2 In 2013 heeft hierop geen actie plaatsgevonden, omdat SOML de aansluiting zoekt bij het brede ICT-project. In 2014 zal SOML het hele proces van facturatie van de ouderbijdragen uniformeren in een volledige digitale aanpak. Ad. 3 Zoals reeds vermeld, is in 2013 de controle op de PSA vergroot met hoog frequente controles op de standenregisters. Ad. 4 Ook voor de coördinatie rondom de leerlingregistraties geldt dat SOML aansluit bij de ontwikkelingen van het ICT-project. Een van de deelprojecten is het project SOML brede applicaties. Magister, waarin de leerlingregistraties plaatsvinden, heeft daarbij de hoogste prioriteit gekregen. 6.2 Groeiambitie SOML streeft naar een niveau van interne beheersing dat overeenkomt met management control. Management control is het geheel van

maatregelen dat moet waarborgen dat de strategie en de achterliggende doelstellingen van SOML op beheerste wijze bereikt kunnen worden. Het systeem dat door het management gebruikt wordt om de activiteiten van SOML te beheersen wordt management control systeem genoemd. Het is een systeem van planning en beheersing waarmee de leiding (CvB, Centrale Directie, Locatie Directie ) van SOML instrumenten heeft om de doelstellingen te realiseren.” Een goede balans tussen management control en duurzaam leiderschap wordt bereikt doordat SOML de nadruk legt op het middellange en lange termijn denken, waarbij continuïteit van de organisatie belangrijker is dan het nemen van een snelle korte termijn winst. De voornaamste verbetermogelijkheden om door te groeien in de beheersomgeving naar managementcontrole zijn: Verdere bewustwording bij schooldirecteuren van het belang van Managementinformatie en het verder verbeteren van de kwaliteit van de prognoses (Financieel Leiderschap). Het interne controleplan concreet uitwerken en verankeren in de planning & control cyclus en dit plan ook volledig ten uitvoer brengen. Uniformeren van de leerlingadministraties. 6.3 Risicomanagement Risicomanagement is in de loop van de jaren verankerd in de planning & controlcyclus van SOML. Een volgende stap die hierin gezet kan worden is dat benoemde risico’s ook gedurende het boekjaar worden geëvalueerd en niet enkel op het moment dat het risicoprofiel wordt opgesteld. Op deze manier kan risicomanagement ook een plek krijgen in de managementrapportage en kunnen risico’s tijdig worden herkend (of zelfs worden geactualiseerd). De scholen hebben goed inzichtelijk welke risico’s aanwezig zijn, welke mogelijke impact dit risico heeft en welke maatregelen eventueel nodig zijn om de risico’s te beperken. Deze maatregelen worden vertaald in de begroting en gecheckt ten tijde van de managementrapportage. Het gezamenlijke risicoprofiel van 2013 heeft een risicosom van € 3,4 miljoen. Een daling van € 0,9 miljoen ten opzichte van 2012. Met name de risico’s van de thema’s Personeel en Organisatie zijn lager ingeschat door de

15

schoolleiding. Dit als gevolg van de toenemende zekerheid over het halen van de doelstellingen rondom de functiemix en de inschatting van schoolleiders dat werkdruk een minder groot risico is. De leiding doet deze inschatting nadat dit ook is gemeten bij het personeel van enkele locaties en de investeringen die worden gedaan op het gebied van bevorderen van de professionele cultuur. De voornaamste risico’s zijn de categorieën: Leerlingen Dalende bekostiging per leerling. Leerlingen in de grensgebieden van het voedingsgebied. Leerlingdaling demografisch. Personeel Toenemende gemiddelde leeftijd (latere uitstroom, beperking instroom, verzuim). Boventalligheid. Effecten op personeel door bezuinigingen.

1%

3%

Leerlingen Onderwijskwaliteit

21%

32%

Personeel Organisatie

8%

Huisvesting

32%

3%

Inventaris ICT

16

7. Leerlingen 7.1 Aantallen SOML leerlingaantallen van 2008 t/m 2018:

SOML leerlingaantal 2013 (01-10-2012):

17

7.2 Ontwikkelingen Op basis van de actuele inschrijvingen heeft SOML de prognose voor de komende jaren voor de leerlingaantallen (opnieuw) naar boven bijgesteld.

2014 2015 2016 2017

Prognose 2012 8.340 8.446 8.249 8.030

Prognose 2013 8.432 8.499 8.355 8.147

SOML profiteert hierbij sterk van de profilering van de scholen, voorbeelden hiervan zijn Vrijeschool, Koersplan en Syntheseklassen. Hierdoor kiezen leerlingen uit de grensgebieden van het SOML voedingsgebied momenteel voor SOML-scholen en kan de demografische daling vooralsnog tegen worden gegaan door een groei van het marktaandeel. Cijfers van DUO schetsen de volgende ontwikkeling van het leerlingaantal: 8499

2015 SOML

7963

2015 DUO

6865

6512

6368

2020 DUO

2025 DUO

2030 DUO

8. Financiële situatie 2013 8.1 Exploitatieresultaat 2013: realisatie vs. Begroting Exploitatieresultaat Begrotingsresultaat Afwijking

€ - 117.244 € - 1.374.356 € 1.257.112

Grootste afwijkingen begroting / realisatie Afgerond + € 2.174.000 1. Rijksbijdragen OCW - € 985.000 2. Personele lasten - € 425.000 3. Afschrijflasten - € 463.000 4. Overige instellingslasten + € 331.000 5. Overige baten + € 563.000 6. Bijzonder resultaat +€ 62.112 7. Overige Totaal € 1.257.112

Ad 1 Als gevolg van het Nationaal Onderwijsakkoord dat in het najaar van 2013 is gesloten heeft SOML extra Rijksbijdragen ontvangen die niet begroot waren. SOML heeft een éénmalige ophoging van de personele lumpsum ontvangen ter grootte van € 1.856.000. Naast de eenmalige lumpsum vergoeding is er een bedrag ontvangen voor het behoud van jonge docenten in het onderwijs. De hoogte van deze vergoeding bedroeg € 575.000. Naast de ophoging van de Rijksbijdragen is er in 2013 ook een verrekening geweest van de uitkeringslasten, vanwege het feit dat er landelijk meer uitkeringslasten zijn geweest dan waar rekening mee is gehouden in het voorschot van OCW. Hierdoor zijn de Rijksbijdragen € 200.000 lager dan begroot. Ad 2 De personele kosten wijken fors af van de begroting. Dit kent meerdere oorzaken: - Hogere inzet van personeel. Gedurende het jaar is ongeveer 9 FTE meer personeel ingezet dan begroot. SOML heeft haar taakstelling niet gehaald. Voor een deel vanwege de hogere vervangingskosten. Het vervangen van personeel is, ondanks het lage verzuimcijfer van SOML, in grotere mate gebeurd dan verwacht. De normen van de onderwijstijd leiden ertoe dat er sneller wordt vervangen dan in het verleden. De meerkosten voor de hogere inzet van personeel bedroegen ongeveer € 600.000 SOML heeft diverse maatregelen getroffen om meer sturing aan te brengen op het uitgeven van FTE’s. - SOML kende in 2013 meer detacheringen dan begroot. Het uitbesteden van arbeidskracht is een mooie oplossing om flexibel om te kunnen gaan met werkgelegenheid. De meerkosten van detachering bedroegen ongeveer € 200.000. - De kosten voor het eigen risicodragerschap van de WW en WAO uitkeringen bedroegen in 2013 € 250.000. Deze kosten zijn niet in de begroting opgenomen, aangezien deze ten laste van de reserves (solidariteitsfonds SOML) worden gebracht.

18

Ad 3 Vanwege het besluit dat SOML heeft genomen om het onderwijs van BC Broekhin Swalmen te verhuizen naar de locatie in Reuver wordt de boekwaarde van het gebouw in Swalmen versneld afgeschreven. De afschrijving voor het gebouw bedroeg in 2013 ruim € 316.000.

SOML, een voorschot verstrekt ter grootte van € 583.000. Naast het voorschot van gemeente EchtSusteren is er een bedrag van € 36.678 ontvangen van gemeente Roermond, eveneens voor een asbestkwestie (bij Mavo Roermond).

Daarnaast is onder andere de afschrijving op de nieuwe investeringen in het gebouw van Connectcollege hoger dan begroot. Ook de investeringen in ICT-middelen en daarmee het afschrijvingsbedrag in 2013 zijn ongeveer € 40.000 hoger dan begroot.

In 2013 maakte SOML nog voor € 56.692 aan kosten als gevolg van de sanering. Deze kosten worden aangemerkt als bijzondere kosten.

Ad 4 De overige instellingslasten zijn hoger dan begroot door een aantal kostenposten: - Automatiseringskosten, door het toenemen van het aantal ICTmiddelen (meer dan begroot) neemt ook de kosten voor licenties toe. De afwijking ten opzichte van de begroting is € 95.000. - De kosten van activiteiten georganiseerd door de scholen zijn € 173.000 hoger dan begroot. Deels door een te lage inschatting ten tijden van de begroting, deels door hogere uitgaven gedurende het schooljaar. Deze kosten worden ongeveer voor de helft gedekt door hogere ouderbijdragen. - De kosten van het boekenfonds zijn ongeveer € 95.000 hoger dan begroot. - Resterend zijn er kleinere kostenposten die gezamenlijk € 100.000 meer zijn dan begroot. Voorbeelden hiervan zijn contributiekosten, verbindingskosten en reprokosten. Ad 5 De hogere overige baten zijn ook toe te schrijven aan meerdere oorzaken zoals een afrekening van voorgaande schooljaren voor de nieuwe opleiding Art & Design, hogere detacheringsbijdragen (zie ook hogere detacheringskosten) en hogere ouderbijdragen (zie ook hogere kosten activiteiten en boekenfonds) Ad 6 De bijzondere baten hebben betrekking op de asbestsanering van Connect College. Tot op heden heeft SOML alle kosten aangaande de sanering en de herinrichting van het gesaneerde voorgeschoten, terwijl SOML niet verantwoordelijk is voor alle kosten. Van de gemeente Echt-Susteren is er, op verzoek van

Per saldo is er voor € 563.000 aan bijzonder resultaat geboekt ten gunste van het exploitatieresultaat van 2013. 8.2 Exploitatieresultaat 2013: 2013 vs. 2012 Resultaat 2013 Resultaat 2012 Afwijking

€ - 117.244 € - 3.082.264 € - 2.965.020

Grootste afwijkingen 2013/ 2012 Afgerond € 1.988.000 1. Rijksbijdragen € 379.000 2. Overige baten € 610.000 3. Personele lasten € 417.000 4. Afschrijvingen € 255.000 5. Overige instellingslasten € - 725.000 6. Bijzonder resultaat € 40.020 7. Overige Totaal € 2.925.000 Ad 1 De Rijksbijdragen zijn hoger vanwege het Nationaal Onderwijsakkoord waarin, zoals bij paragraaf 8.1 ad 1 reeds gemeld, eenmalige middelen zijn toegekend ( € 2.431.000). Anderzijds is er de verhoging van de uitkeringslasten ( € - 200.000). De reguliere lumpsum vergoeding is ondanks het hogere leerlingaantal in vergelijking met 2012 lager. OCW voerde een bezuiniging door in de vorm van een korting op de lumpsum van 0,91% (+/- 400.000). Ad 2 De overige baten zijn hoger dan in 2012 vanwege de hogere ouderbijdragen (meer leerlingen, maar ook meer kosten gemaakt voor activiteiten), daarnaast zijn er ook meer opbrengsten uit detacheringen. Tenslotte is er in 2013 € 167.000 ontvangen van Stichting Via Aurea ten behoeve van de ontwikkeling van het project Persoonlijk Leren van SOML.

19

Overige middelen die Stichting Via Aurea beschikbaar stelde zijn als investeringssubsidie gesaldeerd met de investeringen die daarvoor zijn gepleegd. De hoogte van deze bijdrage is € 240.000 in 2013. Ad 3 De kosten voor lonen en salarissen dalen met € 383.000, gelijk aan de daling van het gemiddeld aantal FTE met 7 ten opzichte van 2012 Daarentegen stijgen de pensioenpremies (van 24,10% naar 25,40%) hetgeen gelijk is aan een kostenstijging van ruim € 700.000. Naast de premiestijging zijn er in 2013 uitkeringen gedaan aan individuen in het kader van de Individuele Arrangementen. Dit bedroeg ongeveer € 300.000. Ad 4 De afschrijvingen voor het gebouw van BC Broekhin Swalmen zijn in 2013 € 175.000 hoger dan in 2012. In 2013 werd een heel jaar versneld afgeschreven terwijl in 2012 slechts 5 maanden versneld werden afgeschreven. Daarnaast is de afschrijflast op ICT middelen € 160.000 hoger dan in 2013. De uitbreidingsinvesteringen op het gebied van ICT doen zich op allerlei fronten voor. Voorbeelden hiervan zijn de experimenten met de iPadklassen, maar ook het in grote getalen beschikbaar stellen van devices aan medewerkers. Ad 5 De toename van ICT devices leidt ook een toename van de kosten voor automatisering en licenties. In 2013 bedraagt deze toename € 97.000. Verder is er een stijging van de kosten voor activiteiten georganiseerd door de scholen Deze kosten zijn in 2013 € 158.000 hoger dan in 2012 Ad 6 De afwijking van het bijzonder resultaat heeft alles te maken met de voortgang van de sanering van de asbest bij Connect College en de daaropvolgende herinrichting. In 2012 boekte SOML als bijzondere lasten € 1.401.526, in 2013 slechts € 56.692. In 2013 boekt SOML als bijzondere baten € 619.678. Het verschil met 2012 is dat in 2013 geen extra kosten zijn geboekt, maar wel baten. De impact hiervan is afgerond € 1.965.000

8.3 Vermogenspositie Het exploitatieresultaat van € -117.244 wordt via resultaatsbestemming ten lasten van diverse onderdelen van het eigen vermogen gebracht: € 349.168 Exploitatiereserve algemeen € - 103.565 Bestuursfonds Exploitatiereserve € 245.603 algemeen De onttrekking aan het Bestuursfonds is het saldo van de opbrengsten van de nietgegarandeerde renteopbrengsten verminderd met de kosten van HR-adviseur, die op projectbasis is aangesteld. Verder zijn de kosten van de leiderschapsontwikkeling van teamleiders ten lasten gebracht van het Bestuursfonds. Egalisatiereserve Boekenuitleen Bapo/ seniorenverlof Bestemmingsreserves

€ € € €

- 49.553 - 41.754 - 271.540 - 362.847

De egalisatiereserve is verder afgeboekt. Deze is gekoppeld aan investeringssubsidies die in het verleden zijn verkregen voor investeringen in de materiële vaste activa. Het gebruik van VO-content door de scholen wordt ten laste van de bestemmingsreserve boeken uitleen gebracht. VO-content wordt door SOML beschouwt als één van de alternatieven voor het gebruik van traditionele leermiddelen Het gebruik van flexbapo en seniorenverlof bedroeg € 271.540. Dit is ten laste gebracht van de bestemmingsreserve bapo/ seniorenverlof. Samengevat: Exploitatiereserve alg. Bestemmingsreserves Mutatie eigen vermogen

€ € €

245.603 - 362.847 - 117.244

Het weerstandsvermogen van SOML zakt van 38,39% naar 36,94%. Niet een daling van het eigen vermogen, maar de stijging van de baten, door de eenmalige bijdragen van DUO, zijn de oorzaak voor de verdere daling van het weerstandsvermogen. SOML heeft in er in 2010 reeds beleid op gezet om het weerstandsvermogen te laten zakken onder de signaleringswaarde van 40%. In die opdracht is SOML nu geslaagd. Vanaf

20

Ook de kapitalisatiefactor daalt. De daling van 32.1% naar 30% is eveneens, echter van minder grote invloed dan op het weerstandsvermogen, ingegeven door de eenmalige Rijksbijdragen, maar wordt ook veroorzaakt door de toename van de investeringen in de gebouwen (Connect College , Sg. St. Ursula Heythuysen), waardoor het totaal vermogen in verhouding kleiner is. De bufferfunctie daalt van 4,1% naar 3,6% (de grenswaarde is 5%). Deze daling houdt ook weer verband met de eenmalige Rijksbijdragen en de toename in de investeringen van de gebouwen. De impact van deze Rijksbijdragen is ongeveer 1%. De verwachting is dat de bufferfunctie in 2014 ook lager is dan 5%.

Miljoenen

Ontwikkeling nominale waarde eigen vermogen  32  30  28  26  24  22 2009 2010 2011 2012 2013 8.4 Kasstroom en financieringsbehoefte In 2013 is er sprake van een negatieve kasstroom van € 2.120.450. Alle kosten en investeringen zijn gefinancierd met eigen vermogen. SOML kent geen vreemd vermogen voor het voldoen aan financiële verplichtingen. De daling van de liquide middelen wordt grotendeels veroorzaakt door de investeringen in materiële vaste activa € 5.020.690. De investeringen in de herinrichting van Connect College zijn daarbij de grootste uitgavenpost (€ 1.360.000 investering materiële vaste activa, € 555.737 aan overige gevolgkosten, zoals tijdelijke huisvesting, extra schoonmaakkosten en kleine aanschaf van materialen).

De ontwikkeling van liquide middelen door de jaren heen: 20 Miljoenen

2014 koerst SOML op het stabiliseren van het weerstandsvermogen.

18 16 14 12 10 2009

2010

2011

2012

2013

9 Treasury De stichting handelt volgens het treasurystatuut opgesteld in 2009 dat voorziet in de regeling “beleggen en belenen door instellingen voor onderwijs en onderzoek 2010”. In 2013 kwam de treasurycommissie eenmaal bij elkaar. In die bijeenkomst is besloten om te kiezen voor een nieuwe spaarvariant. Dit besluit is ingegeven door het feit dat het de (lokale) Rabobank niet langer is toegestaan om maatwerk varianten aan te bieden op het gebied van spaarrekeningen. Het inmiddels ingebedde treasurybeleid van de stichting leidt tot actief liquiditeits- en vermogensbeheer. De directe opbrengst van het scherpe liquiditeitsbeheer leverde SOML in 2013 € 25.000 extra rentebaten op. SOML heeft per 31-12-2013 de volgende beleggingen uitstaan: Belegging

Bedrag

Vervaldatum

Rabo deposito 3,25% Rabo deposito 3,25% Rabo deposito 3,25% Rabo vaste termijn 3,8%

€ 4.000.000

20-12-2016

€ 2.000.000

20-12-2016

€ 1.000.000

20-12-2016

€ 3.000.000

01-09-2014

21

10 Continuïteitsparagraaf 10.1 Toekomstige beleidsontwikkelingen SOML start in 2014 met het opstellen van een nieuw meerjarenbeleidsplan voor de periode 2015-2019. In de dat plan zullen onder andere de volgende thema’s een belangrijke rol krijgen: Onderwijs De ontwikkeling van het onderwijs is dé belangrijkste doelstelling van SOML de komende jaren. In 2015 eindigt de projectfase van het project Persoonlijk Leren. In 2015 maakt SOML de balans op voor wat betreft de opbrengsten die voortkomen uit de broedplaatsen van de individuele scholen. Deze opbrengsten worden getoetst aan de doelstellingen die SOML heeft geformuleerd (zie ook paragraaf 4.3). Het aansluiten bij de belevingswereld van het kind om zo hogere onderwijskwaliteit te realiseren én het zoeken naar een meer efficiënte wijze van bedrijfsvoering van het primair proces zijn de hoofddoelen voor SOML in de nabije jaren. Financiën Het financieel beleid van de stichting is vastgelegd in een beleidsnotitie en omvat het treasurybeleid, vermogensbeleid, risicomanagementbeleid en het reguliere financiële beleid. De komende jaren zal SOML daaraan toevoegen beleid beschreven op het gebied van vastgoed, gezien de ontwikkelingen van de strategische huisvesting van de stichting. In het verlengde daarvan zal ook het financieringsbeleid aandacht vragen. SOML financiert alle kosten voor going concern en projecten tot op heden uit eigen vermogen. De vraag is of dit in de nabije toekomst zo moet blijven. Tenslotte zal SOML, om de beschreven ambitie kracht bij te zetten, ook het “in control” beleid beschrijven: Wat zijn voor SOML de criteria voor in control? Waaruit blijkt dat SOML in-control is? HRM In het kader van goed werkgeverschap, de inspanningsverplichting voortkomend uit het Bestuursakkoord VO en de niet geringe taakstelling tot formatiereductie zal SOML de komende jaren HRM verankeren in het takenpakket van de lijnverantwoordelijken in de organisatie, ondersteund met expertise van de stafdienst van SOML. In paragraaf 4.4 zijn de belangrijkste thema’s rondom HRM reeds

beschreven. In 2014 wordt het HRbeleidskader vastgesteld waarin deze thema’s terugkomen. Huisvesting SOML heeft reeds geïnvesteerd in het ontwikkelen van een visie op strategische huisvesting. Deze visie tot op heden een middellange termijn scope. SOML wenst de komend jaar dat perspectief te verleggen naar de lange termijn. De prognose is dat SOML in 2030 ongeveer 20% minder leerling heeft te huisvesten. Hierop dienen adequate maatregelen getroffen te worden op het gebied van vastgoed, maar ook in het onderwijsaanbod in de regio. Bij het ontwikkelen van de lange termijn visie op onderwijshuisvesting betrekt SOML sterk de buitenwereld. SOML wil verbindingen leggen met vervolgonderwijs en het bedrijfsleven hoe mogelijke onderdelen van het vervolgonderwijs in de regio zelf kunnen worden uitgevoerd. Bedrijven zijn geïnteresseerd in leerlingen uit de regio, die na onderwijs plek krijgen in het bedrijf. SOML speelt in op die plekken waar ondernemers gaten ervaren. Hierin wordt ook gezocht naar perspectief voor de leerlingen in (garantie voor) werk, in een boeiende contextrijke leeromgeving. Maar ook kansen in ontwikkelperspectief worden gemaximaliseerd door nieuwe werkwijzen in persoonlijk leren / gepersonaliseerd leren. Dit motiveert de leerling voor gediplomeerde uitstroom en vervolgonderwijs. SOML kiest vanuit haar onderwijsvisie en visie op haar werkgebied voor investering in: - Sterke ‘centra voor beroepsopleidingen’, door verbinding voorzieningen SOML, MBO (Gilde Opleidingen) en bedrijven. - ‘Platforms voor hoger onderwijs’, samen met partners in HBO en WO (nationaal en internationaal) op locaties voor HAVO en VWO. ICT SOML heeft gekozen voor de introductie van een hybride cloudoplossing. De implementatie naar deze omgeving vindt plaats in 2014. Naast het technische deel wijzigt SOML de organisatorische kant van de ICT ook in zijn geheel. De belangrijkste wijziging die SOML in 2014 doorvoert is dat de ondersteuning voor ICT in het onderwijs op school blijft, maar alle technische ondersteuning op centraal niveau wordt gebundeld en buitenshuis belegd bij een externe leverancier.

22

Naast de infrastructurele ontwikkelingen ziet SOML in de ontwikkeling van digitale leermiddelen een belangrijke verandering. Gemetadateerde leermiddelen zijn een belangrijke voorwaarde om op gepersonaliseerde wijze onderwijs aan te bieden. SOML participeert op landelijk niveau in een stuurgroep die hierin ontwikkelt. Organisatie-ontwikkeling In 2014 start SOML met de herpositionering van de teamleiders. Teamleiders krijgen een stevige positie als middenmanagement van de organisatie: dicht op het primair proces in de lijn met de locatie directie. Verder zal een werkgroep zich buigen over de gewenste managementstructuur van SOML voor de komende jaren. De structuur moet passen bij de filosofie van integrale verantwoordelijkheid van leidinggevenden en tevens flexibiliteit bieden richting de toekomst waarin ook de managementomvang moet inkrimpen.

600,0 400,0 200,0 0,0 2014

2015 DIR

2016 OP

2017

2018

OOP

De terugloop van de formatie kan deels worden opgevangen met natuurlijk verloop, deels met het beëindigen van tijdelijke dienstverbanden en deels door het beëindigen van vaste dienstverbanden. SOML inventariseert in 2014 hoe deze verhoudingen liggen voor de nabije jaren, om vervolgens de juiste stappen te zetten. SOML streeft naar zoveel mogelijk behoud van werkgelegenheid.

De wijze van bedrijfsvoering en de positie van de ondersteunende organisatie zal vanaf 2014 ook aandacht vragen in het kader van wijze waarop deze ondersteuning servicegericht en efficiënt kan worden verricht. 10.2 FTE prognoses SOML staat voor de opdracht om, conform de meerjarenbegroting 2014-2018 de formatie terug te dringen. Het afstemmen van de formatie met de bekostiging is ingegeven door enerzijds het duurder worden van de salariskosten per FTE in relatie tot bekostiging per leerling en anderzijds door de daling van het aantal leerlingen. FTE’s 2013 DIR OP OOP

2014

60 570 187

58 562 177

2015

2016

58 540 170

54 518 161

2017

52 496 159

2018

52 484 156

Leerlingen 2013

8328

2014

8432

2015

8499

2016

8355

2017

8147

2018

7992

23

10.3 Meerjarenprognose balans 31-12-2013 Materiële vaste activa Gebouwen & terreinen Inventaris & apparatuur Machines & installaties Leerboeken

Vorderingen Debiteuren Kortlopende vordering op OCW Overlopende activa

Liquide middelen Banken Kasmiddelen

Voorzieningen

Langlopende schulden Kortlopende schulden Crediteuren Belastingen en sociale verzekeringen Pensioenen Overige schulden Overlopende passiva

Investeringen Gebouwen en terreinen ICT Inventaris Machines Leermiddelen

31-12-2015

31-12-2016

31-12-2017

31-12-2018

15.698.944 5.184.942 1.591.230 1.769.516 24.244.632

15.586.105 5.337.186 1.783.833 1.824.364 24.573.492

14.861.182 4.667.395 1.700.037 1.660.609 22.931.592

14.377.925 4.007.874 1.533.504 1.495.244 21.457.282

13.743.614 3.466.372 1.382.710 1.413.420 20.049.216

13.536.009 4.470.727 1.281.373 1.355.823 20.687.397

8.643 173.734 1.411.732 1.594.109

8.643 173.734 1.270.559 1.452.935

10.000 160.000 1.143.503 1.313.503

10.000 160.000 1.029.152 1.199.152

10.000 160.000 926.237 1.096.237

10.000 160.000 833.612 1.003.612

10.379.618 15.731 10.395.349

8.431.678 15.000 8.446.678

11.523.944 15.000 11.538.944

12.814.924 15.000 12.829.924

14.033.510 15.000 14.048.510

14.526.612 15.000 14.541.612

36.234.089

34.473.106

35.784.039

35.486.359

35.193.963

36.232.622

31-12-2016

31-12-2017

31-12-2018

31-12-2013 Eigen Vermogen Algemene reserve Bestemmingsreserve

31-12-2014

31-12-2014

31-12-2015

21.215.347 4.009.613 25.224.960

20.459.213 3.691.244 24.150.457

22.204.709 3.540.966 25.745.675

22.273.413 3.469.726 25.743.139

22.261.658 3.396.949 25.658.607

22.065.155 3.357.047 25.422.202

1.893.858

1.843.858

1.823.858

1.850.858

1.882.858

1.910.858

45.786

44.746

46.726

45.934

44.791

43.939

1.307.170

1.300.000

1.300.000

1.300.000

1.300.000

1.300.000

2.361.885 883.032 3.089.454 1.427.944 9.069.485

2.246.248 839.799 2.689.964 1.358.032 8.434.044

2.162.412 808.455 2.589.567 1.307.346 8.167.780

2.061.229 770.626 2.468.397 1.246.174 7.846.427

1.986.065 742.525 2.378.385 1.200.731 7.607.707

1.942.701 726.313 3.712.095 1.174.514 8.855.623

36.234.089

34.473.105

35.784.039

35.486.358

35.193.963

36.232.622

2014 1.211.000 783.000 601.000 425.000 887.000

2015 466.000 480.000 89.000 160.000 664.000

2016 496.000 440.000 92.000 78.000 648.000

2017 360.000 480.000 94.000 70.000 659.000

2018 810.000 45.000 73.000 80.000 652.000

De wijze van financiering van de investeringen wordt toegelicht in paragraaf 8.4 Kasstroom en Financieringsbehoefte. Het toekomstige huisvestingsbeleid wordt toegelicht in hoofdstuk 5 Huisvesting. De mutaties in de reserves zijn de mutaties als gevolg van de toekomstige exploitatieresultaten en de afbouw van de bestemmingsreserve BAPO.

24

10.4

Meerjarenprognose staat van baten & lasten 2014

Baten Rijksbijdragen Overige overheidsbijdragen Overige baten Ouderbijdragen Bijdragen uit eigen activiteiten

Lasten Personele lasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige instellingslasten

Saldo financiele baten en lasten Exploitatiesaldo

Aantal leerlingen/ bruto fte dir Aantal leerlingen/ bruto fte op Aantal leerlingen/ bruto fte oop Verhouding op/oop Kosten per fte op Rijksbekostiging per leerling

€ €

2015

2016

2017

2018

64.212.911 227.148 1.085.988 931.230 1.097.853 67.555.130

65.380.505 185.047 699.213 954.727 996.460 68.215.952

62.337.187 115.310 646.634 935.884 940.730 64.975.745

60.891.036 115.310 621.414 911.466 920.730 63.459.956

59.668.477 115.310 621.280 889.249 900.730 62.195.046

57.272.368 3.622.021 3.029.873 5.002.871 68.927.132

55.713.762 3.500.765 2.978.062 4.977.411 67.170.001

54.214.456 3.228.675 2.899.740 4.932.909 65.275.781

53.150.116 3.051.431 2.699.027 4.941.414 63.841.987

52.254.597 2.881.618 2.692.322 4.900.413 62.728.950

297.499

297.499

297.499

297.499

297.499

-1.074.503

1.343.450

-2.536

-84.532

-236.405

143,25 15,00 53,47 3,57 71.161 € 7.615 €

145,62 15,72 56,42 3,59 73.261 € 7.571 €

153,69 16,10 58,97 3,66 74.898 € 7.461 €

154,24 16,42 58,50 3,56 76.025 € 7.474 €

153,49 16,50 58,38 3,54 75.626 7.466

25

A.2 DOELEN & RESULTATEN Connect College Doelen Start onderwijsinnovatie naar gepersonaliseerd onderwijs bij VWO 2-3 is succesvol verlopen. Doordat de school onderwijskundig volop in ontwikkeling is vragen leraren steeds vaker zelf om professionalisering en maken daarbij gebruik van de aanwezige kennis bij collega’s in de school. Nadat de asbest verwijderd is er kans gezien de school opnieuw te herinrichten volgens de onderwijsvisie van de school. Deze herinrichting is op de begane grond van het gebouw aan de Populierlaan nagenoeg voltooid.

Resultaten Leraren, leerlingen en ouders geven aan dat deze manier van werken en leren verbreed moet worden in de school. Er bestaan inmiddels vier lerende netwerken in de school. Het professionaliseringsaanbod sluit steeds beter aan bij de professionaliseringsvraag die ontstaat bij leraren in de groep. Doordat er een variëteit aan leerruimten is ontstaan worden onderwijsleerprocessen anders georganiseerd in de school. De school ontwikkelt zich hierdoor naar een leeromgeving waarin diversiteit en maatwerktrajecten volop kansen krijgen.

Speerpunten 2014: - . Verbetering van de resultaten vanwege de meer op maat gestuurde aanpak bij leerlingen. Leraren zijn in staat hun lessen te ontwerpen waardoor diversiteit in aanpak, leermiddelen en werkvormen gegarandeerd is. Het RLC zal hierin ondersteuning en professionalisering aanbieden. Schoolbreed onderzoek naar lessen van 40 en 80 minuten, om op die manier diversiteit in werken en leren en onafhankelijkheid bij leraren en leerlingen te vergroten.

Sg. St. Ursula Doelen Leerlingen: - Aantal VSV-leerlingen is gehalveerd t.o.v. 0506.

-

Alle leerlingen van de voorexamenklassen hebben deelgenomen aan de Cito-rekentoets.

-

De schoolleiding verantwoordt zich in de kwartaalrapportages over de voortgang van de voorgenomen doelstellingen in jaarbeleidsplan 2013 naar College van Bestuur en (P)MR.

Onderwijs: - Het aantal brugklasleerlingen dat wordt bevorderd naar G2 is toegenomen.

-

Ten behoeve van het ondersteuningsplan van het SWV VO 31.02 heeft de school voor beide locaties een ondersteuningsprofiel opgesteld

Resultaten - In het ijkjaar 2005-2006 telde Ursula 37 voortijdig schoolverlaters. Aan het einde van het schooljaar 2011-2012 bedroeg het aantal voortijdig schoolverlaters 18 leerlingen. - Alle leerlingen van de voorexamenklassen hebben inderdaad deelgenomen aan de Citorekentoets. Sommige leerlingen hebben daarbij gebruik gemaakt van de herkansingsmogelijkheid. - Het jaarbeleidsplan SSU 2013 is opgedeeld in vier kwartaalbeleidsplannen en per kwartaal werd in een kwartaalrapportage verslag gedaan over de voortgang van de doelstellingen naar het College van Bestuur en de (P)MR. Dit gebeurde steeds op het moment dat de schooldirectie beschikte over de financiële kwartaalrapportages, omdat deze hier integraal onderdeel van uitmaken. -

Aan het einde van het schooljaar 2011-2012 gingen 12 brugklasleerlingen naar 2 gymnasium. Aan het einde van het schooljaar 2012-2013 waren dat 26 leerlingen. - Het ondersteuningsprofiel van SG Sint Ursula is schoolbreed uitgewerkt en na een positief verkregen advies van de medezeggenschapsraad op beide locaties besproken met alle geledingen.

26

-

Per 1 augustus 2013 wordt afscheid genomen van de ELO It’s Learning en wordt overgestapt op de ELO van Magister

Personeel: - Functiemix: gebruik maken van LD- en LC beoordelingskader binnen Bardo

-

Met het ziekteverzuim en –frequentie blijven we in het gouden kwadrant: een ziekteverzuimpercentage lager dan 3,5% en een verzuimfrequentie lager dan 1,50.

-

Per locatie zijn de verbeteracties n.a.v. het tevredenheidsonderzoek uitgevoerd.

- Op 1 augustus 2013 is Ursula op beide locaties overgestapt naar de ELO van Magister. Uitsluitend gedurende het schooljaar 2013-2014 kunnen alleen alle docenten nog gebruik maken van It’s Learning om bepaalde zaken over te hevelen naar de nieuwe ELO. - Ursula heeft een beoordelingskader LC ontwikkeld analoog aan het SOMLbeoordelingskader LD. Beide zijn in het kader van de functiemix vertaald naar een presentatieportfolio binnen het digitaal bekwaamheidsdossier Bardo. - Het SOML Jaarverslag Verzuim 2013 vermeldt dat beide locaties van Sint Ursula zich opnieuw – voor het vierde opeenvolgende jaar- bevinden in het zogeheten Gouden Kwadrant. Het verzuimpercentage van SOML over 2013 bedraagt 4,02 %. Ursula noteert over hetzelfde jaar 2,63%. De verzuimfrequentie van SOML over 2013 bedraagt 1,28%. Ursula noteert over hetzelfde jaar 1,10%. - Op beide locaties zijn de voorgenomen verbeteracties naar aanleiding van het tevredenheidsonderzoek uitgevoerd.In de locatie Horn waren de verbeterpunten: - Streven naar een transparante organisatie met persoonlijke aandacht; - Teambuilding: een gedragen didactischpedagogische opdracht voor de aan ons toevertrouwde leerlingen, passend binnen de schoolbrede missie en visie en een overlegstructuur waarbij alle teamleden hun inbreng kunnen hebben en fvoor hun inbreng gewaardeerd worden. - Een efficiënte organisatie zonder afvinkcultuur. In de locatie Heythuysen waren de verbeterpunten: - Heldere communicatie - Mensen doen er toe - Meer ingaan op eigen initiatief: ruimte en vertrouwen geven en nemen

Speerpunten 2014: Met ingang van 1 augustus 2014 is het schoolterrein op beide locaties rook- en alcoholvrij Het aantal iPadklassen is op beide locaties uitgebreid van 1 naar 3, in totaal derhalve 6 Er is een principebesluit genomen m.b.t. inhuizing van de Ortolaan in de locatie Heythuysen Door middel van de kwartaalrapportages tonen de schooldirecties aan in hoeverre de doelstellingen betreffende passende zorg en passend onderwijs zijn gerealiseerd. Ursula is op 1 september 2014 officieel opleidingschool geworden en zal daarvoor: - de schoolprakticumdocenten een opleiding laten volgen - de opleidingsdocenten een coachopleiding laten volgen - actief deelnemen aan de learning communitys van AOSL (Academische OpleidingsScholen Limburg) en Fontys. De Ursula-begroting 2014 is sluitend evenals de staat van baten en lasten over 2014.

27

Mundiumcollege (LS = Lyceum Schöndeln, MR = Mavo Roermond, NI = Niekée, NT= NT2) Doelen Resultaten Leerlingen: - Beter omgaan met verschillen tussen leerlingen, in de brugklas met name gericht op onderbouwing van het ontwikkelingsperspectief per leerling, op de afdeling HAVO met name gericht op algemene studievaardigheden en op de afdeling VWO met name gericht op het geven van meer keuzes aan leerlingen (LS). - Beter omgaan met verschillen: met de ontwerpgroep Mavo Roermond is een nieuw concept opgesteld, waarbij leerlingen meer keuzemogelijkheden en verantwoordelijkheid voor het eigen onderwijsleerproces krijgen. De school verhoogt zo hun activiteit en motivatie (MR) - De directie van Niekée en de Centrale Directie van Mundiumcollege en Connect College ontwikkelen een visiestuk Agora, het volledig gepersonaliseerde leerconcept van SOML (NI).

-

Daar waar mogelijk zal de locatie onderwijs aan niet-leerplichtigen die voorbereid willen worden op staatsexamen Nt2 I en II en andere vakken ten behoeve van studie of beroep, verder uitbouwen (NT)

Onderwijs: - Revitaliseren van ons gebouw blijft een belangrijk doel, enerzijds om leerlingen en medewerkers en leerlingen een werkplek te bieden die voldoet aan moderne standaarden, anderzijds om persoonlijk leren beter te kunnen faciliteren (LS). -

De nadruk bij het onderwijsleerproces is komen te liggen bij de transitie Mavo Roermond, Persoonlijk Leren, Passend onderwijs (MR)

-

De laatste fase is afgerond van het mboprogramma Art & Design (NI).

- Teams van medewerkers zijn, onder leiding van de afdelingsleiders, verantwoordelijk gemaakt voor het bereiken van de hiernaast genoemde doelen (LS).

- Alle medewerkers zijn bij het transitieproces betrokken en werken nieuwe taakopdrachten voor leerlingen uit (MR)

Deze visie vormde de basis voor een ontwikkelgroep (SOML-breed) , die in augustus 2013 van start ging om het Agoraconcept verder vorm te geven. In augustus 2014 start de Agora-opleiding, waardoor ook havo- en vwo-leerlingen hun weg naar Niekée weten te vinden. Kenmerken van Agora: werelden ipv vakken, heterogeen van vmbo tot en met gymnasium, tweetalig, digitaal, andere leeromgeving, volledig gepersonaliseerd (NI). - De toestroom van niet-leerplichtigen is sinds de verhuizing sterk toegenomen. De tweede helft 2013 heeft er een inventarisatie van onderwijs behoeften bij deze groep plaatsgevonden. De uitbouw van curriculum zal in 2014 verder gestalte krijgen (NT). - Vele (maatschappelijke) partijen zijn doordrongen van de noodzaak om ons gebouw te revitaliseren. Er is een link gelegd tussen deze noodzaak en de maatschappelijke meerwaarde die Lyceum Schöndeln kan scheppen voor de regio Roermond (LS). - Bij de transitie zijn de conclusies uit de enquêtes onder alle leerlingen, ouders en medewerkers van 2012-2013 het uitgangspunt geweest. De transitie is in fase 1: bewust worden en plannen (MR) - Dit heeft geresulteerd in voor Nederland unieke leeromgeving, die model kan staan voor alle denkbare manieren van persoonlijk leren. De leeromgeving van de toekomst, met als speerpunten, de driedeling: 1. Atelier voor praktijk. 2. Atelier voor presentation, reflectation en relaxation. 3. Atelier voor theoretische, digitale studie. Dit alles in een ambiance die verbeelding, verrassing en out of the box hoog in het vaandel heeft (NI).

28

-

De locatie is verhuisd naar een centrale plek in Roermond in een vleugel van het gebouw van Gilde Opleidingen aan de Kasteel Hillenraedtstraat (NT).

Personeel: - De schoolleiding stuurt op de afgesproken resultaten, niet op de wijze waarop die resultaten bereikt moeten worden: professionele ruimte (LS). - Alle medewerkers hebben via hun Bardodossier een planning in de gewenste ontwikkelingsrichting gemaakt (MR)

-

Naast dat de bereikbaarheid aanmerkelijk is verbeterd, kan er nu gebruik gemaakt worden van een adequaat schoolgebouw, met een moderne digitale infrastructuur. Het welbevinden van leerlingen en docenten is toegenomen (NT).

-

Nieuwe projecten worden aangestuurd volgens de filosofie van professionele ruimte. We zien dat teams de geboden ruimte invullen (LS). De mate waarin medewerkers hun competenties behaald hebben bepaalt de fasering in de gezamenlijke ontwikkelingsrichting (MR)

-

Speerpunten 2014: - Successen in het omgaan met verschillen tussen leerlingen, terwijl we blijven uitgaan van professionele ruimte van alle lagen in de school (inclusief leerlingen!). Concrete afspraken met de gemeente Roermond over de revitalisering van het gebouw (LS). - De nieuwe Mavo Roermond 2014-2015 staat in de steigers: via vakgroepoverleg gaat ieder medewerker er mee aan de slag: de transitie wordt gerealiseerd in samenhang met Persoonlijk Leren en Passend Onderwijs (MR) - Algemeen beleid is dat de onderwijsvernieuwende impulsen ook spin off zullen hebben binnen heel SOML en ook voor onderwijzend Nederland (NI). - Verbreding onderwijsaanbod voor met name de niet-leerplichtigen (NT).

29

BC Broekhin (Rmnd = BC Broekhin Roermond, S/R = BC Broekhin Swalmen/ Reuver) Doelen Resultaten Leerlingen: - Verbetering van onderwijskwaliteit (Rmnd)

-

Verbetering van onderwijskwaliteit (S/R)

-

Opstroom en doorstroomkansen zijn verbeterd (Rmnd)

-

Opstroom en doorstroomkansen zijn verbeterd (S/R)

-

Aandacht voor opvoeding en zorg (Rmnd)

-

Aandacht voor opvoeding en zorg (S/R)

- Het kwaliteitsprogramma toetsing leidt tot structurele feedback op onderwijsaanbod bij docenten (Rmnd) - Middels een andere didactische aanpak wordt er meer opbrengst-gericht (OGW) gewerkt (S/R) - Er is aantoonbaar meer opstroom van de onderbouwklassen. Jaarlijks stromen 15% extra aan leerlingen op van de voorexamenklassen naar examenklassen (Rmnd) - Er is aantoonbaar meer opstroom van de onderbouwklassen. De doorstroom vanuit de mavo-havo klas naar BCBR is groter. (S/R) - De kernwaarde: “behandel een ander zoals je zelf ook graag behandeld wilt worden” is bij ieder personeelslid bekend. Er is voor de leerlingen de zorg die nodig is naar behoefte met aantoonbaar goed resultaat (Rmnd). - Elke leerkracht handelt naar de 5 kernwaarden van onze school. De 5 kernwaarden van onze school zijn bij leerlingen, ouders en omgeving bekend (S/R).

Onderwijs: - Herkenbare visie (Rmnd)

-

-

-

Vaardigheden, Sociaal-emotionele ontwikkeling en LOB (Rmnd) - Vrijeschool ontwikkeld tot volwassen onderwijsafdeling (Rmnd) Personeel: - Professionalisering van personeel (Rmnd)

-

-

-

-

Professionalisering van personeel (S/R)

-

-

Visiegerichtheid personeel

-

De visie op onderwijs is geherdefinieerd en herkenbaar in de school (Rmnd). LOB heeft in de bovenbouw een structurele plek (Rmnd). Een succesvolle doorontwikkeling van het tweede leerjaar is voorbereid (Rmnd). Docenten professionaliseren zich op het differentiëren / excelleren / onderzoeken (Rmnd) Leidinggevenden professionaliseren zich op niveau’s aansluitend bij assessmentuitslagen (Rmnd) Docenten professionaliseren zich in de didactiek van de verlengde instructie (S/R) Docenten werken opbrengstgericht (S/R) Ieder personeelslid is bekend met de visie en heeft een bijdrage kunnen leveren aan de discussie.

Speerpunten 2014: - Alle professionals denken mee over differentiëren/excelleren/onderzoeken en de bijdrage die zij daaraan kunnen leveren (Rmnd + S/R) - Alle professionals denken na over flexibiliseren van onderwijs en de kansen door samenwerking (Rmnd) - Alle professionals krijgen kwalitatieve en kwantitatieve feedback op het functioneren in relatie tot de leerlingen (Rmnd + S/ R) - Alle professionals handelen binnen de kaders van de visie (S/ R)

30

A.3 VERSLAG RAAD VAN TOEZICHT Inleiding De Raad van Toezicht heeft kennis genomen van het verslag van het College van Bestuur en de goedkeuring aan de jaarrekening 2013 verleend. De Raad van Toezicht heeft haar eigen functioneren en het functioneren van het bestuur, mede in het licht van voortdurende interne en landelijke inhoudelijke discussies, geëvalueerd. Hoofdpunten uit haar activiteiten zijn in dit hoofdstuk samengevat. De Raad van Toezicht heeft het bestuur geadviseerd om haar verslag na het bestuursverslag in het jaarverslag op te nemen om hiermee uit te dragen dat het beleid van de organisatie in eerste instantie door het bestuur wordt ontwikkeld en dat de Raad hierop kritisch toeziet en met het bestuur in dialoog treedt. Interne en externe inhoudelijke discussies In het jaarverslag 2012 stelt de Raad van Toezicht dat zij heeft geconstateerd dat de interne processen van optimalisering van werkprocessen binnen Bestuur en Toezicht van SOML in lijn liggen met wat “De agenda voor de toekomst - 10 lessen uit incidenten” (VTOI) voorstaat. In 2013 is een vervolg gegeven aan de interne dialoog die in 2012 is gestart. De Raad van Toezicht heeft zich daarbij laten inspireren door hetgeen aan de orde is gesteld op landelijke bijeenkomsten zoals de VOdiscussiebijeenkomst “Goed Bestuur”, de “Dag van het Toezicht 2013” en de ronde tafelconferenties georganiseerd door het Zijlstracentrum. De dialoog die binnen SOML is gevoerd in diverse samenstellingen heeft uiteindelijk geleid tot het onderschrijven van de Zijlstraverklaring en een eerste verzameling van ingrediënten voor een SOML-toezichtkader. De voorzitter heeft daarnaast nog deelgenomen aan een ontmoeting tussen drie voorzitters van Colleges van Bestuur en drie voorzitters van Raden van Toezicht in de regio, waarbij over diverse aspecten van bestuur en toezicht van gedachten is gewisseld. Ook is deelgenomen aan de VTOIledenraadpleging die heeft plaats gevonden in de routing op weg naar een nieuw onderhandelingsakkoord bestuurders cao-VO.

Taken van het interne toezicht De Raad van Toezicht houdt integraal toezicht en is gericht op het dienen van het belang van SOML. Daarnaast ligt er ook nog de taak om te fungeren als klankbord voor het College van Bestuur door mee te denken en zijn kennis en expertise daartoe ter beschikking te stellen. Ook heeft de Raad van Toezicht de rol van werkgever voor het College van Bestuur. Al de hierboven vermelde taken zijn tot uitvoering gebracht. Samenstelling van de Raad van Toezicht Na het aftreden van mevr. J.A.M. van Schaik – Veltman is op 1 januari 2013 het voorzitterschap overgenomen door dhr. J.W.F.M. Knapen. Daarnaast is dhr. F.L.J. van Vloten toegetreden als lid tot de Raad van Toezicht met ingang van derde kwartaal van 2013. Vanaf 1 september heeft de raad bestaan uit de volgende leden: dhr. drs. J.W.F.M. Knapen Voorzitter Functie Lid remuneratiecommissie Speciaal toezicht op belang algemeen. bijzonder onderwijs Raad van Toezicht Op voordracht van 01-09-2009 Benoeming d.d. 01-09-2015, eenmaal Aftreden d.d. herbenoembaar mw. M. Wouterlood - van Pijlen Secretaris Functie Lid auditcommissie GMR Op voordracht van 01-12-2008 Benoeming d.d. 01-12-2014, eenmaal Aftreden d.d. herbenoembaar

31

dhr.drs. J.H. Dijkman Algemeen lid Functie Lid remuneratiecommissie Raad van Toezicht Op voordracht van 01-01-2011 Benoeming d.d. 01-01-2014, Aftreden d.d. tweemaal herbenoembaar dhr. drs. N.C.J. Hoenen Algemeen lid Functie Lid auditcommissie Speciaal toezicht op belang katholiek onderwijs Raad van Toezicht Op voordracht van 01-06-2009 Benoeming d.d. 01-06-2015, eenmaal Aftreden d.d. herbenoembaar dhr.mr. F.L.J. van Vloten Algemeen lid Functie Op voordracht van Benoeming d.d. Aftreden d.d.

Raad van Toezicht 01-09-2013 01-09-2019, tweemaal herbenoembaar

Binnen de Raad van Toezicht zijn naast de algemene bestuurlijke expertise van de leden de volgende specifieke expertises vertegenwoordigd: onderwijskundige, financiële en juridische deskundigheid en deskundigheid op het gebied van personeelsbeleid, arbeidsomstandigheden en organisatieontwikkeling. In de afgelopen verslagperiode zijn de volgende documenten vastgesteld: - Procedure inzake kostendeclaraties College van Bestuur. - Voorstel honorering Raad van Toezicht volgens VTOI-normen; - Procedure inzake kostendeclaraties Raad van Toezicht - Eerste verzameling van ingrediënten voor het toezichtkader SOML Verslag van toezichthoudende activiteiten in 2013 Overleg met het College van Bestuur De Raad van Toezicht heeft in 2013, viermaal met het College van Bestuur vergaderd. Voorafgaande aan elke vergadering heeft overleg plaats gevonden tussen de voorzitter van de Raad van Toezicht en het College van Bestuur. De voorzitter van de Raad van

Toezicht is verder ook het aanspreekpunt geweest voor het College van Bestuur voor zich tussentijds ad hoc voordoende aangelegenheden. De Raad van Toezicht is door het College van Bestuur geïnformeerd door middel van kwartaalrapportages over de voortgang van het beleid en andere zaken van belang en door mededelingen van het College van Bestuur op de vergaderingen. Voor de toelichting van twee bijzondere beleidsontwikkelingen , ICT en HRM, is door de Raad gesproken met de betreffende specialisten uit de SOML-organisatie. Samen met het College van Bestuur is in 2013 een extra studiedag voorbereid in het kader van het opstellen van een SOML-toezichtkader. De Raad van Toezicht heeft in 2013 aan de volgende stukken goedkeuring verleend: - de jaarrekening over 2012; - de begroting 2013 - 2015 en de meerjarenbegroting 2014 – 2018 Wat de meerjarenbegroting betreft heeft de Raad van Toezicht benadrukt dat vanaf 2015 het streven naar een maximale begrotingsconsistentie uitgangspunt dient te zijn. Daarnaast lijkt het steeds meer een opgave om in control te blijven. De Raad heeft dan ook steun gegeven aan het streven van het College van Bestuur College van Bestuur om hier extra maatregelen te treffen. Naast reguliere beleidsplannen en rapportages is ook uitvoerig van gedachten gewisseld over de asbestkwestie die speelt bij het Connect-College in Echt-Susteren, huisvestings-plannen, risicoprofielen van de scholen en de ICT-infrastructuur. Van de individuele expertises van leden van de Raad van Toezicht is duidelijk ook gebruik gemaakt. Mw. Wouterlood en dhr. Knapen hebben in het kader van het uitoefenen van toezicht een informatief gesprek gevoerd met een vertegenwoordiging van de GMR. Naast de vergaderingen met het College van Bestuur is de Raad van Toezicht ook als toehoorder of anderszins aanwezig geweest bij de vergadering van de aan SOML gelieerde Stichting Via Aurea, Stichting Scholenservice en de Vereniging Midden Limburg.

32

Andere activiteiten In 2012 is een aantal vergaderingen buiten aanwezigheid van het College van Bestuur belegd. Voorafgaande aan elke vergadering samen met het College van Bestuur heeft de Raad van Toezicht intern vooroverleg gevoerd. In dit overleg zijn onderwerpen besproken als het bestuurs-functioneren, het eigen functioneren en actuele ontwikkelingen. Als uitvloeisel van wat in de statuten onder artikel 11, lid 6, is bepaald, heeft op 13 november 2013 de heer Knapen een gesprek gevoerd met wethouder van Onderwijs van de gemeente Roermond. Het onderwerp van gesprek betrof de wijze van uitvoering van het toezicht op het behartigen van belangen van het algemeen bijzonder onderwijs. Dit bezoek is gecombineerd met een gesprek door het College van Bestuur met de wethouder onderwijs. . In 2013 hebben leden van de Raad van Toezicht twee bijeenkomsten bijgewoond die zijn georganiseerd door de Vereniging van Toezichthouders in het Onderwijs. Activiteiten van de auditcommissie De Raad van Toezicht beschikt over een auditcommissie waarin de heer Hoenen (registeraccountant) en mevrouw Wouterlood zitting hebben. In het verslagjaar is de auditcommissie 3 maal bij elkaar gekomen. Tweemaal is overleg gevoerd met de accountant over de jaarrekening. Bij de jaarrekening van 2012 is een goedkeurende verklaring afgegeven door PWC. Conform het advies dat de auditcommissie heeft uitgebracht heeft de Raad van Toezicht goedkeuring gegeven aan jaarrekening en begroting. Eveneens is de eventuele herbenoeming van de accountant aan de orde geweest. In de vergadering van 21 maart 2013 is, na advisering door de auditcommissie, door de Raad van Toezicht akkoord gegaan met een verlenging van het contract van de accountant voor twee jaren. Voor een goede beeldvorming van welke problemen door Centrale Directieleden worden ervaren, zijn op verzoek van de auditcommissie, na ruggespraak met de gehele Raad van Toezicht, twee voorzitters van

Centrale Directies aangeschoven bij een bijeenkomst van de auditcommissie en College van Bestuur. Het aanzitten heeft plaats gevonden en is door de auditcommissie als uiterst verrijkend voor de beeldvorming ervaren. Activiteiten van de remuneratiecommissie In de remuneratiecommissie van de Raad van Toezicht hebben de heer Knapen en de heer Dijkman zitting . De remuneratiecommissie voert namens de Raad van Toezicht, als werkgever, de gesprekken met de leden van het College van bestuur die op het functioneren en de bezoldiging van het College van Bestuur betrekking hebben. Gedurende de verslagperiode hebben met de bestuurders van SOML meerdere gesprekken plaats gevonden inzake invulling en uitvoering van gestelde taken. In het bijzonder is aandacht gegeven aan de evaluatie van de inwerkperiode van het nieuwe lid van het College van Bestuur en aan de stroomlijning van de procedure rondom de functionerings- en beoordelingsgesprekken. Met de voorzitter, als ook met het lid van het College van Bestuur, hebben twee gesprekken plaats gevonden gericht op de taakstelling, het aanbrengen van persoonlijke accenten, de evaluatie en de beloning. De gesprekken hebben plaats gevonden in de maand april en december van 2013. In een van de gesprekken is ook van gedachten gewisseld over de vele managementmutaties die komende jaren binnen de organisatie op stapel staan. Slot en vooruitblik Terug kijkende op het afgelopen jaar stelt de Raad van Toezicht het volgende vast: SOML is een complexe en dynamische organisatie. Het College van Bestuur toont zich bewust van stand van zaken wat de kwaliteit op alle fronten betreft. Het College van Bestuur beweegt zich heel duidelijk ook binnen een breed netwerk van externe contacten. Deze contacten versterken het zicht op de stand van zaken binnen de eigen organisatie middels illustratieve benchmarkgegevens. De Raad van Toezicht stelt met tevredenheid vast dat met de benoeming van dhr. Kikken tot lid van het College

33

-

-

van Bestuur het College duidelijk is versterkt. Reacties uit de organisatie ondersteunen die vaststelling. De interne dialogen binnen en tussen Raad van Toezicht en College van Bestuur hebben in 2013 ingrediënten opgeleverd welke deel zullen gaan uitmaken van een SOML-toezichtplan. Onderwijskundige ontwikkelingen, in het bijzonder die in de richting van “gepersonaliseerd leren”, valt in positieve zin op. De Raad van Toezicht constateert dat met groot enthousiasme, op alle fronten, wordt gewerkt aan de verdere vormgeving. Ervaringskennis binnen dit onderwerp wordt ook duidelijk gedeeld met derden.

Voor de naaste toekomst dienen zich onderwerpen aan die opnieuw alle inzet zullen vragen. Om enkele min of meer willekeurige onderwerpen te noemen: de vele managementmutaties; aandacht voor krimp; verdere voortgang binnen het risicomanagementsysteem; verdere voortgang binnen begrotingsconsistentie; huisvesting; stakeholderbeleid, maar ook het verdere professionalisering van bestuur en toezicht. De Raad van Toezicht, dhr. drs. J.W.F.M. Knapen (voorzitter) mevr. M. E. Wouterlood-van Pijlen (secretaris) dhr.drs. J.H.M. Dijkman dhr. drs. N.C.J. Hoenen dhr.mr. F.L.J. van Vloten

34

Jaarrekening 2013

B

35

B1 Grondslagen Algemeen De jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de wettelijke bepalingen van Titel 9 Boek 2 BW en de stellige uitspraken van de Richtlijnen voor de jaarverslaggeving, die uitgegeven is door de Raad voor de Jaarverslaggeving. Deze bepalingen zijn van toepassing op grond van de Regeling Jaarverslaggeving Onderwijs. Tevens worden de richtlijnen van de Wet op het Voortgezet Onderwijs nageleefd. Activa en passiva worden gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs- of vervaardigingsprijs. of de actuele waarde. Indien geen specifieke waarderingsgrondslag is vermeld, vindt waardering plaats tegen de verkrijgingsprijs. In de jaarrekening zijn alle aangesloten scholen opgenomen 16PE Connect College 17GT Sint Ursula 14PS BC Broekhin 03XF Mundiumcollege Daarnaast zijn het College van Bestuur en de Stafdienst in de jaarrekening opgenomen. De gehanteerde grondslagen van waardering en van resultaatbepaling zijn ongewijzigd ten opzichte van het voorgaande jaar. Met ingang van 1 januari 2013 is de wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) van toepassing. Verbonden partijen Als verbonden partij worden aangemerkt alle rechtspersonen waarover overheersende zeggenschap, gezamenlijke zeggenschap of invloed van betekenis kan worden uitgeoefend. Ook rechtspersonen die overwegende zeggenschap kunnen uitoefenen worden aangemerkt als verbonden partij. Ook de statutaire directieleden, andere sleutelfunctionarissen in het management van de instelling en nauwe verwanten zijn verbonden partijen. Transacties van betekenis met verbonden partijen worden toegelicht voor zover deze niet onder normale marktvoorwaarden zijn aangegaan. Hiervan wordt toegelicht de aard en de omvang van de transactie en andere informatie die nodig is voor het verschaffen van het inzicht. Kasstroom overzicht Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode. De geldmiddelen in het kasstroomoverzicht bestaan uit de liquide middelen en depoito's met een looptijd van langer dan 3 maanden. Kasstromen in vreemde valuta zijn omgerekend tegen een geschatte gemiddelde koers. Koersverschillen op geldmiddelen worden afzonderlijk in het kasstroomoverzicht getoond. Ontvangsten en uitgaven uit hoofde van interest zijn opgenomen onder de kasstroom uit operationele activiteiten. Stelselwijzigingen In 2013 hebben zich geen stelselwijzigingen voorgedaan. Schattingswijzigingen In 2013 heeft zich een schattingswijziging voorgedaan bij de bepaling van de voorziening jubileagratificatie. De nieuwe uitgangspunten zijn nader beschreven in de toelichting van de voorziening in de toelichting op de balans.

36

Schattingen Om de grondslagen en regels voor het opstellen van de jaarrekening te kunnen toepassen, is het nodig dat de leiding van de instelling over verschillende zaken zich een oordeel vormt, en dat de leiding schattingen maakt die essentieel kunnen zijn voor de in de jaarrekening opgenomen bedragen. Indien het voor het geven van het in art. 2:362 lid 1 BW vereiste inzicht noodzakelijk is, is de aard van deze oordelen en schattingen inclusief de bijbehorende veronderstellingen opgenomen bij de toelichting op de betreffende jaarrekeningposten. Materiële vaste activa De materiële vaste activa worden gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs plus bijkomende kosten, verminderd met de toegepaste lineaire afschrijvingen op basis van de verwachte economische levensduur en de eventuele restwaarde. De gebouwen zijn geactiveerd middels de componentenbenadering, waarbij een actiefpost op de balans wordt onderverdeeld in componenten, afhankelijk van de verschillende gebruiksduur, dan wel de levensduur. De activeringsgrens voor ICT apparatuur bedraagt € 500, voor Meubilair € 500 en voor alle overige activa € 2.000. Als afschrijvingstermijnen worden de volgende catetorieën gehanteerd: Bouwkundig Bouwkundig algemeen 40 jaar Bouwkundig algemeen 20 jaar Bouwkundig algemeen 15 jaar Bouwkundig algemeen 10 jaar Bouwkundig glas 20 jaar Bouwkundig dak 40 jaar Werktuigbouwkundig voorzieningen 20 jaar Electrotechnische voorzieningen 40 jaar Electrotechnische voorzieningen 15 jaar Infra 40 jaar Infra 10 jaar Vaste voorzieningen 20 jaar Inventaris Meubilair 20 jaar Meubilair 10 jaar Inrichting ruimtes 20 jaar Inventaris kantoor (geen meubilair) 10 jaar Zonwering, gordijnen, jaloezieën 15 jaar Kantoorinventaris (geen meubilair) 10 jaar Gymnastiektoestellen vast 20 jaar Gymnastiektoestellen los 10 jaar Muziekinstrumenten 10 jaar Audiovisuele apparatuur 8 jaar Machines en installaties Machines 20 jaar Machines 15 jaar Witgoed 10 jaar Inbraakinstallaties, airco, … 10 jaar Gereedschappen en toebehoren 15 jaar Gereedschappen en toebehoren 10 jaar Vervoersmiddelen 8 jaar ICT Notebooks leerlinggebruik 3 jaar Notebooks leerlinggebruik 4 jaar Servers, workstations, beamers, notebooks 5 jaar ICT infrastructuur 5 jaar Software 3 jaar

37

Leermiddelen Boeken Boeken

2 jaar 5 jaar

Er wordt rekening gehouden met de bijzondere waardeverminderingen die op balansdatum worden verwacht. Indien het niet mogelijk is de realiseerbare waarde voor het individuele actief te bepalen, wordt de realiseerbare waarde bepaald van de kasstroomgenererende eenheid waartoe het actief behoort. Van een bijzondere waardevermindering is sprake als de boekwaarde van een actief hoger is dan de realiseerbare waarde; de realiseerbare waarde is de hoogste van de opbrengstwaarde en de bedrijfswaarde. Vorderingen Vorderingen worden bij eerste verwerking gewaardeerd tegen de reële waarde van de tegenprestatie. Handelsvorderingen worden na eerste verwerking gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs. Voorzieningen wegens oninbaarheid worden in mindering gebracht op de boekwaarde van de vordering Bij aanwezigheid van objectieve aanwijzingen voor bijzondere waardeverminderingen bepaalt SOML de omvang van het verlies uit hoofde van de bijzondere waardeverminderingen, en verwerkt dit direct in de staat van baten en lasten. Liquide middelen Liquide middelen bestaan uit kas, banktegoeden en direct opeisbare deposito’s. Rekeningcourantschulden bij banken zijn opgenomen onder schulden aan kredietinstellingen onder kortlopende schulden. Liquide middelen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde. Eigen vermogen Het eigen vermogen bestaat uit algemene reserves en bestemmingsreserves. Hierin is tevens een segmentatie opgenomen naar publieke en private middelen. De bestemmingsreserves zijn reserves met een beperktere bestedingsmogelijkheid, welke door het bestuur is aangebracht. Voor een verdere toelichting van het vermogen wordt verwezen naar de jaarrekening. Voorzieningen Voorzieningen worden gevormd voor in rechte afdwingbare of feitelijke verplichtingen die op de balansdatum bestaan, waarbij het waarschijnlijk is dat een uitstroom van middelen noodzakelijk is en waarvan de omvang op betrouwbare wijze is te schatten. De voorzieningen (m.u.v. jubileumvoorziening) worden gewaardeerd tegen de beste schatting van de bedragen die noodzakelijk zijn om de verplichtingen per balansdatum af te wikkelen. De jubileumvoorziening is gebaseerd op de uitkeringen voor de komende 5 jaren. Voorheen werd dit gewaardeerd op een vast bedrag per medekwerker. De voorzieningen zijn gewaardeerd volgens de contante waarde rekening houdend met een disconteringsvoet van 4% en een indexering van 2% per jaar en uitgaande van het huidige salarisniveau. Langlopende leningen Langlopende schulden worden bij de eerste verwerking gewaardeerd tegen reële waarde. Vervolgwaarderingen geschieden volgens de waardebepaling van de contante-waarde methode. Resultaatbepaling De baten en lasten worden toegerekend aan het boekjaar waarop ze betrekking hebben. Winsten worden slechts genomen voor zover zij op balansdatum zijn verwezenlijkt. Verliezen en risico's die hun oorsprong vinden voor het einde van het verslagjaar, worden in acht genomen, indien zijn voor het vaststellen van de jaarrekening bekend zijn geworden.

38

Opbrengsten Rijksbijdragen worden als baten verantwoord in de staat van baten en lasten in het jaar waarop de toekenning betrekking heeft. Exploitatiesubsidies worden als bate verantwoord in de staat van baten en lasten in het jaar waarin de gesubsieerde kosten zijn gemaakt, opbrengsten zijn gederfd of worden verantwoord als het waarschijlijk is dat deze worden ontvangen en de instelling de condities voor ontvangst kan aantonen. Personeelsbeloningen Lonen, salarissen en sociale lasten worden op grond van de arbeidsvoorwaarden verwerkt in de staat van baten en lasten voor zover ze verschuldigd zijn aan werknemers. Pensioenen De instelling heeft alle pensioenregelingen verwerkt volgens de verplichtingenbenadering. De over het verslagjaar verschuldigde premie wordt als last verantwoord. Afschrijvingen Activa worden vanaf het moment van ingebruikname afgeschreven over de verwachte toekomstige gebruiksduur van het actief. Over terreinen wordt niet afgeschreven. Financiele instrumenten en risicobeheersing Rente- en kasstroomrisico De instelling loopt renterisico over de rentedragende vorderingen (met name onder financiële vaste activa, effecten en liquide middelen). Deposito's zijn vastgelegd met verschillende looptijden. Met betrekking tot de vorderingen worden geen financiële derivaten met betrekking tot renterisico gecontracteerd en enkel belegd in financiële producten met een A-rating. Kredietrisico De instelling heeft geen significante concentraties van kredietrisico.

39

B2 Balans 2013 Stichting Onderwijs Midden-Limburg Activa (na resultaatsbestemming) 31-12-2013 Materiële vaste activa Gebouwen & Terreinen Inventaris & apparatuur Machines & installaties Leerboeken

15.698.944 5.184.942 1.591.230 1.769.516

Totaal vaste activa

Vorderingen Debiteuren Kortlopende vordering op OCW Overlopende activa

31-12-2012

15.032.978 4.626.797 1.236.702 1.593.996 24.244.632

22.490.473

24.244.632

22.490.473

8.643 173.734 1.411.732

182.976 1.069.205 1.594.109

Liquide middelen Banken Kasmiddelen

10.379.618 15.731

1.252.181

12.499.391 16.408 10.395.349

12.515.799

Totaal vlottende activa

11.989.458

13.767.980

Totaal activa

36.234.089

36.258.454

40

Passiva 31-12-2013 Eigen Vermogen Algemene reserve Bestemmingsreserve

21.612.719 3.646.766

Voorzieningen Voorzieningen Langlopende schulden Overige langlopende schulden Kortlopende schulden Crediteuren Belastingen en premies sociale verzekeringen Schulden terzake van pensioenen Overige schulden Overlopende passiva

Totaal passiva

31-12-2012 21.367.116 4.009.613

25.259.485

25.376.729

1.893.858

1.812.571

45.786

45.796

1.309.121

1.462.411

2.361.885 883.032 3.052.978 1.427.942

2.329.865 825.795 3.028.363 1.376.924 9.034.959

9.023.358

36.234.088

36.258.454

41

B3 Staat van baten en lasten 2013 Stichting Onderwijs Midden-Limburg 2013 Baten Rijksbijdragen OCW Ov. Overheidsbijdr Overige Baten Bijzondere baten Totaal baten

64.577.754 310.199 3.121.337 619.678

Lasten Personele lasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Ov. Instellingslasten Bijzondere lasten Totaal lasten

57.246.732 3.266.531 2.989.087 5.554.024 56.692

2012 62.590.013 253.369 2.741.983 -

68.628.968

Saldo baten en lasten

Begroting 2013 62.403.915 286.583 2.790.265 -

65.585.365

56.636.253 2.849.482 2.996.333 5.298.636 1.401.526 69.113.066

56.261.329 2.841.517 3.087.579 5.091.194 69.182.230

484.098-

Financiële baten en lasten Financiële baten 366.854 Financiële lasten -

65.480.763

67.281.619

3.596.865-

514.601 -

1.800.856-

426.500

Totaal financiele baten en lasten

366.854

514.601

426.500

Resultaat uit gewone bedrijfsvoering

117.244-

3.082.264-

1.374.356-

Exploitatieresultaat

117.244-

3.082.264-

1.374.356-

42

B4 Kasstroom 2013 2013 Kasstroom uit operationele activiteiten Exploitatieresultaat

117.244-

Afschrijvingen Mutaties voorzieningen Mutaties werkkapitaal - vorderingen - kortlopende schulden

2012 3.082.264-

3.266.531 81.287

341.92711.603

2.849.482 195.335

195.455 283.864 330.324-

479.319

2.900.250 Kasstroom uit investeringsactiviteiten Materiële vaste activa (investeringen)

5.020.690-

441.872

4.093.8815.020.690-

Kasstroom uit financieringsactiviteiten Mutatie overige langlopende schulden

10-

Mutaties liquide middelen Beginstand liquide middelen Mutatie liquide middelen Eindstand liquide middelen

4.093.881-

2010-

20-

2.120.450-

3.652.029-

12.515.799 2.120.450-

16.167.828 3.652.02910.395.349

12.515.799

43

B5 Toelichting op de onderscheiden posten van de balans 2013 Algemeen Activiteiten De activiteiten van Stichting Onderwijs Midden-Limburg bestaan voornamelijk uit dienstverlening op het gebied van voortgezet onderwijs Materiële vaste activa Materiële vaste activa gefinancierd met eigen middelen Bij Connect College heeft de herinrichting van de vleugels A, B en D plaatsgevonden, als gevolg van de asbestsanering die in 2012 is uitgevoerd. De herinrichting had een investeringswaarde ter grootte van € 1.410.973,-. NT2 is in 2013 verhuisd van gemeente Leudal naar gemeente Roermond. De investeringen gemoeid met die verhuizing bedroegen € 214.395,-. Sg. St. Ursula Heythuysen heeft een renovatie van de kleedruimtes uitgevoerd. De investering, mogelijk gemaakt met middelen beschikbaar gesteld door stg. Via Aurea, bedroeg € 250.014,Ook in 2013 ziet SOML een stijging in de investeringen in ICT-middelen. Het meerendeel van de € 957.981,- geinvesteerd in ICT betreft uitbreidingsinvesteringen. Denk hierbij aan devices voor medewerkers, leerlingen, WIFI netwerken, en randapparatuur voor digitaal lesgeven). Gebouwen & Terreinen

Inventaris & apparatuur

21.105.380

8.140.910

2.352.169

4.428.559

36.027.018

Afschrijvingen t/m 2012

6.072.402

3.514.113

1.115.466

2.834.563

13.536.545

Investeringen 2013

1.904.647

1.506.127

551.759

1.058.157

5.020.690

Afschrijvingen 2013

1.238.681

947.983

197.231

882.637

3.266.531

Verkrijgingswaarde t/m 2012

Machines & Leermiddelen Installaties

Totaal

Desinvesteringen 2013

-

-

-

-

-

Desinvest.afschrijvingen 2013

-

-

-

-

-

Boekwaarde 31-12-2013

15.698.944

5.184.942

1.591.230

Investeringen excl leermiddelen

Investeringen leerboeken

5.000.000

 2.000.000

4.000.000

 1.500.000

3.000.000

1.769.516

24.244.632

 1.000.000

2.000.000  500.000

1.000.000

 ‐

0 2013

2012

2011

2010

2013

2012

2011

2010

OZB-waarde en verzekerde waarde OZB-waarde gebouwen en terreinen: € 62.180.000 per peildatum 01-01-2012 De OZB-waarde is inclusief de gesubsieerde gebouwen. De verzekerde waarde is niet bekend, omdat de verzekeringsplicht bij de gemeenten berust.

44

Vorderingen 31-12-2013 Debiteuren Vordering OCW bekostiging Ministerie OCW Te vorderen rente Te vorderen personele opbrengsten Te vorderen overige opbrengsten Te vorderen energiekosten Te vorderen bijdrage gemeenten Te vorderen premie WAO/WIA Vooruitbetaalde VAVO vergoeding Vooruitbetaalde premie IPAP Vooruitbetaalde huisvestingskosten Vooruitbetaalde contributies Vooruitbetaalde reprokosten Vooruitbetaalde verzekeringskosten Vooruitbetaalde scholingskosten Vooruitbetaalde ICT kosten RC. Stg. Scholenservice RC. Stg. Via Aurea Diversen Overlopende activa

31-12-2012 8.643

173.734

182.976

173.734 45.670 178.719 22.714 80 132.672 214.581 102.462 103.151 97.639 6.805 13.923 10.656 35.802 210.986 20.847 215.026

182.976 125.595 148.019 45.579 10.429 10.000 147.670 99.362 1.537 12.275 29.923 22.142 6.795 217.269 576 30.495 161.539

1.411.732 1.594.109

1.069.205 1.252.181

De vordering OCW heeft betrekking op leerlinggebonden financiering die nog te ontvangen is van het ministerie van OCW. De te vorderen personele opbrengsten hebben grotendeels betrekking op nog te ontvangen bedragen van detacheringsopbrengsten. De vooruitbetaalde ICT kosten hebben betrekking op software-licenties. De bijdrage van de gemeenten bestaat uit enerzijds nog een te ontvangen huurvergoeding en anderzijds een tegemoetkoming in de kosten m.b.t. schadegevallen. De vordering premie WAO/ WIA is een eenmalige restitutie van te veel afgedragen premie. De vooruitbetaalde huisvestingskosten hebben betrekking op vooruitbetaalde huur. Liquide middelen Bankrekeningen Deposito Girorekeningen Kas Kruisposten

31-12-2013 31-12-2012 379.618 2.499.391 10.000.000 10.000.000 15.731 16.134 274 10.395.349 12.515.799

De liquide middelen zijn direct opvraagbaar, met uitzondering van de gelden in deposito. Zie paragraaf 9 van het Bestuursverslag voor de looptijden van de deposito's. In B4 Kasstroomoverzicht is de ontwikkeling van het saldo Liquide Middelen gespecificeerd.

45

Eigen Vermogen Saldo per Bestemming 31-12-2012 resultaat boekjaar Algemene reserves Exploitatiereserve algemeen Bestuursfonds Subtotaal

Mutaties 2013

Saldo per 31-12-2013

20.219.068 1.148.048 21.367.116

349.168 103.565245.603

-

20.568.236 1.044.483 21.612.719

159.400 245.555 2.539.691 974.728 90.239 4.009.613

49.55341.754271.540362.847-

-

159.400 196.002 2.497.937 703.188 90.239 3.646.766

Totaal eigen vermogen

25.376.729

117.244-

-

25.259.485

Publiek eigen vermogen Exploitatiereserve algemeen Bestuursfonds Egalisatiereserve Bapo/seniorenverlofreserve Overige bestemmingsreserves Subtotaal

20.219.068 1.148.048 245.555 974.728 90.239 22.677.638

349.168 103.56549.553271.54075.490-

-

20.568.236 1.044.483 196.002 703.188 90.239 22.602.148

159.400 2.539.691 2.699.091

41.75441.754-

-

159.400 2.497.937 2.657.337

25.376.729

117.244-

-

25.259.485

Bestemmingsreserves Onderwijsontwikkeling Mundium Egalisatiereserve Boekenuitleen Bapo/seniorenverlofreserve Overige bestemmingsreserves Subtotaal

Privaat eigen vermogen Onderwijsontwikkeling Mundium Boekenuitleen Subtotaal Totaal eigen vermogen Ontwikkeling eigen vermogen

30.000.000 29.000.000 28.000.000 27.000.000 26.000.000 25.000.000 24.000.000 23.000.000 2009

2010

2011

2012

2013

Algemene reserve Het resterende saldo uit personele en materiele exploitatie verloopt via deze reserve. Per saldo wordt € 245.603 aan de algemene reserve toegevoegd.

Bestuursfonds Ten laste van het bestuursfonds zijn gebracht de salariskosten van de HR-adviseur. Daarnaast zijn de kosten van leiderschapsontwikkeling van teamleiders ten laste van het fonds gebracht. Ten gunste van het bestuursfonds is gebracht het resultaat uit liquiditeitsbeheer ter grootte van € 25.354. 46

Bestemmingsreserve boekenuitleen Bestemmingsreserve boekenuitleen Vastgelegd in boeken

2.497.937 1.769.516 728.421

Algemene reserve Vastgelegd in materiële vaste activa

21.612.719 22.475.116 862.397-

Bestemmingsreserve Bapo/ seniorenverlof Kosten betrekking hebbende op de de gespaarde Bapo en seniorenverlof zijn ten laste van deze bestemmingsreserve gebracht. In 2013 is er ongeveer € 150.000 meer gespaarde Bapo opgenomen. dan in 2012. Naar verwachting is deze bestemmingsreserve binnen 4 jaar uitgeput. Voorzieningen Voorzienng jubileumgratificatie

Stafdienst/CvB BC Broekhin Connectcollege Sg. St. Ursula Mundium College Totaal

Saldo per 31-12-2012 8.549 123.427 93.833 106.246 123.216 455.271

Dotatie 2013 2.922 34.063 2.42179.387 87.959 201.910

Onttrekking 2013 32.825 4.960 24.085 34.075 95.945

Overige Mutaties -

Saldo per 31-12-2013 11.471 124.665 86.452 161.548 177.100 561.236

Van de voorziening jubileumgratificatie heeft € 105.204 een kortlopend karakter (< 1 jaar). SOML heeft een schattingswijziging doorgevoerd. Tot 2013 werd voor de voorziening gerekend met een bedrag van € 550,- per FTE voor de bepaling van de voorziening. Met ingang van 2013 wordt de voorziening bepaald aan de hand van een nauwkeurige bepaling van de jubilea in de komende 5 jaar. Indien de schattingswijziging niet van toepassing was zou de voorzieining € 450.000 zijn geweest. Voorziening levensfasegericht personeelsbeleid Saldo per 31-12-2012 Mundium College 169.738 BC Broekhin 158.133 Connectcollege 116.400 Sg. St. Ursula 98.055 Totaal 542.325

Dotatie 2013 36.932 5.497 43.380 32.449 118.258

Onttrekking 2013 20.166 9.587 69 9.551 39.374

Overige Mutaties -

Saldo per 31-12-2013 186.503 154.042 159.711 120.953 621.209

Aan de voorziening levensfasegericht personeelsbeleid wordt voor het eerst onttrokken met ingang van schooljaar 2013-2014. Er wordt pas weer gedoteerd op het moment dat een individu de voorziening heeft opgemaakt. Voorziening spaarverlof

Stafdienst/CvB Mundium College BC Broekhin Connectcollege Sg. St. Ursula Totaal

Saldo per 31-12-2012 78.603 107.116 147.789 107.119 322.768 763.395

Dotatie 2013 1.878 8.110 6.347 7.696 26.372 50.403

Onttrekking 2013 1.680 13.628 74.150 65.518 154.976

Overige Mutaties -

Saldo per 31-12-2013 78.801 101.598 79.986 114.815 283.622 658.822

47

Van de voorziening spaarverlof heeft € 23.587 een kortlopend karakter (<1 jaar). Voorziening opfrisverlof Saldo per Dotatie Onttrekking Overige 31-12-2012 2013 2013 Mutaties BC Broekhin 22.264 437 Sg. St. Ursula 29.316 575 Totaal 51.580 1.012 -

Saldo per 31-12-2013 22.701 29.891 52.592

Van de voorziening opfrisverlof heeft € - een kortlopend karakter (<1 jaar). Langlopende schulden

Kluisjes Mundium College Kluisjes BC Broekhin Totaal waarborgsommen

Saldo per 31-12-2012 4.642 41.154 45.796

Aflossing 2013 1.160 1.160

Toevoeging 2013 1.150 1.150

Saldo per 31-12-2013 4.632 41.154 45.786

De langlopende schulden hebben allemaal betrekking op ontvangen waarborgsommen ontvangen van leerlingen voor het gebruik van de kluisjes. Kortlopende schulden Crediteuren Ministerie OCW Loonheffing/sociale lasten Af te dragen BTW Belastingen & premie sociale verzekering Schulden terzake pensioenen Te betalen vakantietoelage Te betalen netto loonkosten VO-SVO/Passend onderwijs Accountantskosten Overige schulden Vooruitontvangen schoolbijdragen Vooruitontvangen bedragen Te betalen huurlasten Te betalen energielasten Te betalen schoonmaakkosten Overige subs. OCW geoormerkt Overige subs. OCW niet geoorm. RC. Stg. Scholenservice RC. Stg. Via Aurea Overige Overlopende passiva

31-12-2013 1.309.121 2.358.953 2.932 2.361.885 883.032 2.506.452 18.099 504.034 24.394 3.052.978 487.223 233.337 127.497 124.948 270.265 184.673 1.427.942 9.034.959

31-12-2012 1.462.411 2.329.865 2.329.865 825.795 2.527.226 7.827 468.372 24.938 3.028.363 443.092 78.723 32.918 9.847 125.000 483.130 204.215 1.376.924 9.023.358

De overige subsidie OCW niet geoormerkt heeft betrekking op de bekostiging maatschappelijk stage en VSV en wordt in bijlage G verder gespecificeerd. De geoormerkte subsidie OCW heeft betrekking op de bekostiging van een zij-instromer. De vordering op het Orthopedagogisch Didactisch Centrum (OPDC) is gesaldeerd met de schuld aan het Samenwerkingsverband VO/SVO.

48

B6 Niet uit de balans blijkende verplichtingen Lease Volvo Car Lease (onderdeel van Axus Nederland B.V.) Looptijd: 48 maanden Ingangsdatum: 09-08-2012 Jaarlijkse verplichting: € 10.928 Mercedes- Benz Looptijd: 33 maanden Ingangsdatum: 10-08-2012 Jaarlijkse verplichting: € 17.239 Afvalinzameling van Gansewinkel Looptijd: 36 maanden Ingangsdatum: 01-11-2011 Jaarlijkse verplichting: € 52.060 Copiers Ricoh (MAVO Roermond) Looptijd 72 maanden Ingangsdatum 01-09-2008 Jaarlijkse verplichting: € 38.534

Ricoh (Broekhin Roermond) Looptijd 72 maanden Ingangsdatum 01-03-2009 Jaarlijkse verplichting € 64.785

Xerox (Connect College) Looptijd 60 maanden Ingangsdatum 31-07-2015 Jaarlijkse verplichting: € 8.638 Océ - Canon Looptijd 60 maanden (Stafdienst) Ingangsdatum: 14-05-2012 Jaarlijkse verplichting: € 2.745 Looptijd 58 maanden (Lyceum Schöndeln + NT2) Ingangsdatum 01-07-2012 Jaarlijkse verplichting: € 14.784 Looptijd 56 maanden (Niekée) Ingangsdatum 01-09-2012 Jaarlijkse verplichting: € 46.403 Looptijd 55 maanden (SG Ursula) Ingangsdatum 01-10-2012 Jaarlijkse verplichting: € 81.232 Huurverplichtingen Via Aurea, gymzaal Heinsbergerweg 184 te Roermond Looptijd: onbepaald Ingangsdatum 01-01-1992 Jaarlijkse verplichting: € 36.886 Via Aurea, sportterrein Heinsbergerweg te Roermond Looptijd: onbepaald Ingangsdatum 01-01-2003 Jaarlijkse verplichting: € 14.972

49

Via Aurea, gebouw stafienst/CvB Heinsbergerweg 180 te Roermond Looptijd: onbepaald Jaarlijkse verplichting: € 20.012 Gilde Opleidingen, Kasteel Hillenraedstraat 1 te Roermond (200 m2 tbv NT2) Looptijd: 5 jaar Ingangsdatum 01-08-2013 Jaarlijkse verplichting: € 149.425 BC Broekhin huurt jaarlijks de sporthal van Swalmen en Reuver. Looptijd: schooljaar Jaarlijkse verplichting: variabel, afhankelijk van het aantal gebruiksuren.

50

B7 Verbonden partijen Overige verbonden partijen Naam

Juridische vorm

Stichting Scholenservice Stichting

Statutaire zetel

Code activiteiten

Roermond

4

Eigen vermogen 31-12-2013 € -

Resultaat 2012-2013 €

-

Art 2:403 BW Deelname %

Consolidatie %

Nee

0%

0%

0%

0%

Stichting Scholenservice is niet opgenomen in de consolidatie van SOML vanwege het geringe financiële belang.

Stichting Via Aurea

Stichting

Roermond

4

€

2.666.437 €

-354.967 Nee

Stichting Via Aurea is niet opgenomen in de consolidatie van SOML vanwege het feit dat het College van Bestuur niet de overwegende zeggenschap kan uitoefenen in het bestuur van stichting Via Aurea. Stichting Via Aurea heeft een rekening-courant schuld bij SOML van € 20.847,- per 31-12-2013 In 2013 is het voorgenomen besluit genomen om de stichtingen Via Aurea en SOML te laten fuseren. De fusie zal plaatsvinden in 2014 en is ingegeven vanwege het feit dat er sprake is van verwevenheid. Gelet op voornoemde verwevenheid tussen de stichtingen en het feit dat beide stichtingen beogen om voortgezet onderwijs In Midden-Limburg te verzorgen en te ondersteunen, achten de besturen van de stichtingen het efficiënt en transparant om deze doelstelling vanuit één stichting te organiseren en de middelen van beide stichtingen daarvoor in te zetten. Aldus vervalt de noodzaak om een extra stichting en de daarbij behorende separate oplevert. administratie en back office in stand te houden, hetgeen naar verwachting tijdwinst en besparingen . Vanwege het feit dat Via Aurea geen personeel in dienst heeft, is een juridische ook relatief eenvoudig en zonder personele consequenties door te voeren

51

B6 Toelichting op de onderscheiden posten van de staat van baten en lasten 2013 Rijksbijdragen OCW 2013 2012 58.119.238 56.192.227 6.458.517 6.397.786 64.577.754 62.590.013

Rijksbijdragen OCW Overige subsidies OCW

Ondanks een hoger leerlingaantal was de reguliere bekostiging lager dan in 2012 als gevolg van een verlaging van de GPL. Eind 2013 het het ministerie, voortkomend uit het Nationaal Onderwijsakkoord, extra middelen beschikbaar gesteld. SOML ontving € 1.856.000 voor de eenmalige ophoging van de personele lumpsum vergoeding. Tevens ontving SOML € 575.000 voor de regeling behoud jonge leerkrachten. Anderszijds werd de verrekening van de uitkeringslasten € 200.000 hoger, een vermindering van de baten. De overige subsdidies zijn, dankzij het hogere leerlingaantal, hoger dan in 2012. In bijlage G worden de aanvullende doelsubsidies OCW verder gespecificeerd. Overige overheidsbijdragen 2013 310.199 310.199

Gemeentelijke bijdragen Overige

2012 253.369 253.369

Ondanks dat vanaf medio 2012 geen huurvergoeding meer van Gemeente Roermond voor NT2 is ontvangen, is dankzij een eenmalige uitkering van de Gemeente Leudal deze bijdrage toch hoger dan voorgaand boekjaar. Gemeente Leudal heeft eenmalig uit het Gemeentefonds een vergoeding gekregen voor het jaar dat NT2 officieel in de gemeente stond ingeschreven. Overige baten 2013 831.729 251.896 704.675 917.227 140.318 275.492 3.121.337

Schoolbijdragen Verhuur onroerende zaken Detachering personeel Overige opbrengsten personeel Overige opbrengsten materieel Overige

2012 704.064 221.437 236.507 1.154.008 221.202 204.765 2.741.983

Alle detacheringsopbrengsten zijn vanaf 2013 gerubriceerd bij Detachering Personeel. In 2012 stonden er nog detacheringsopbrengsten in de rubriek Overige opbrengsten personeel. Stg. Via Aurea heeft in 2013 eenmalig middelen beschikbaar gesteld voor de ontwikkeling van het project Persoonlijk Leren. Deze middelen, ter grootte van € 167.000,- zijn gerubriceerd bij Overige opbrengsten personeel. De schoolbijdragen betreft de (vrijwillige) ouderbijdragen, maar ook vergoedingen voor excursies, activieiten en de aanschaf van extra lesmaterialen. Bijzondere baten 2013 Bijzondere baten Asbestsanering Mavo Roermond Asbestsanering Connect College

2012

36.678 583.000

619.678

-

52

SOML heeft alle kosten met betrekking tot de asbestsanering en de herinrichting van ConnectCollege tot op heden voorgeschoten. Op verzoek van SOML heeft de gemeente Echt-Susteren een voorschot ter hoogte van € 583.000 uitbetaald. Gemeente Roermond betaalde € 36.678 ter vergoeding van gemaakte kosten van een (kleine) asbestsanering bij Mavo Roermond Personele lasten 2013 39.290.821 4.492.033 10.704.002 54.486.856

Lonen en salarissen Sociale lasten Pensioenlasten Lonen en Salarissen Nascholen VAVO vergoeding Uitzendkrachten/detachering Overige Dotatie voorziening Jaareffect stelselwijziging Overige personeelslasten Uitkeringen

2012 39.674.696 4.452.006 9.690.279 53.816.981

509.916 280.664 900.702 1.171.790 113.680 -

587.583 435.649 628.564 1.164.359 219.543 2.976.753 216.87657.246.732

3.035.698 216.42656.636.253

Lonen en salarissen naar kostendrager 31-12-2013 31-12-2012 6.097.795 5.724.740 39.479.293 39.495.492 8.909.769 8.596.749 54.486.856 53.816.981

Directie OP OOP

Ontwikkeling FTE's

Ontwikkeling lonen en salarissen

900

56000000 54000000

880

52000000 860

50000000 48000000

840

46000000 820

44000000 42000000

800 2008

2009

2010

2011

2012

2013

2008

2009

2010

2011

2012

2013

De afwijking van de pensioenlast wordt veroorzaakt door de premiestijging van 24,10% in 2012 naar 25,40% in 2013 van het werkgeversdeel. Daarnaast stijgen ook de premies voor VPL (vroeg pensioen) en de premie AOP (arbeidsongeschiktheidspensioen), zij het marginaal. De impact van deze pensioenstijging is ruim € 700.000. Het resterende deel van de afwijking wordt veroorzaakt door de uitkeringen van ABP pensioen aan indivduën in het kader van het project Individuele Arrangementen. Zowel het werkgevers- als werknemersdeel van het pensioen is benoemd bij Pensioenlasten. De post uitzendkrachten/detachering laat een stijging zien van ca € 272.000. In 2012 zijn de salariskosten van personeelsleden die gedetacheerd zijn naar het OPDC onder de reguliere salariskosten verwerkt, in 2013 staan deze op de grootboekkaart detachering, € 318.000. Inhuur van uitzendkrachten is in 2013 met € 200.000 afgenomen. Daarnaast is de inhuur bij derden toegenomen. De kostenpost VAVO vergoeding laat een forse daling zien als gevolg van het feit dat er in 2013 minder VAVO-leerlingen zijn.

53

Bezoldiging bestuurders (zie ook bijlage H) Naam Dhr. C.B. Hoefnagel Functie Voorzitter CvB 2013 2012 Duur dienstverband 1-1 / 31-12 1-1 / 31-12 Belastbaar loon 106.371 102.512 Pensioenen 29.831 26.162 Voorziening t.b.v. beloning betaalbaar op termijn Uitkering i.v.m. beëindiging van het dienstverband Totaal 136.202 128.674

Bezoldiging Raad van Toezicht Naam Dhr. J.W.F.M. Knapen Mevr. M.E. Wouterlood-v. Pijlen Dhr. J.M. Dijkman Dhr. N.C.J. Hoenen Dhr. F.L.J. van Vloten

Functie Voorzitter Secretaris Lid Lid Lid

Dhr. M.J.H.M. Kikken Lid CvB 2013 2012 1-1 / 31-12 1-10 / 31-12 109.461 23.226 28.005 6.436 137.466

Periode 1-1 / 31-12 1-1 / 31-12 1-1 / 31-12 1-1 / 31-12 1-7 / 31-12

29.662

Bezoldiging 8.050 1.500 3.450 4.600 1.725

Afschrijvingen Gebouwen Machines en installaties Inventaris en apparatuur Boeken boekenfonds

2013 1.238.681 197.231 947.983 882.637 3.266.531

2012 955.078 180.268 775.964 938.172 2.849.482

De versnelde afschrijving van het gebouw in Swalmen is in 2013 ca € 175.000 hoger dan in 2012, vanwege het feit dat er in 2013 voor het eerst een vol boekjaar is afgeschreven. Daarnaast is er in 2013 voor ongeveer € 160.000 meer afgeschreven op ICT middelen. Huisvestingslasten Huur Klein onderhoud en exploitatie Energie en water Schoonmaakkosten Heffingen Overige huisvestingslasten

2013 260.855 564.839 1.068.493 1.012.720 29.425 52.755 2.989.087

2012 319.822 677.297 1.030.248 872.924 45.984 50.058 2.996.333

In 2013 startte SOML met afname van de dienstverlening van Temco services voor het schoomaak. In de aanbesteding die hieraan is vooraf gegaan heeft SOML ingestoken op meer kwaliteit. Dat heeft geresulteerd in een hogere prijs dan in 2012.

54

Overige instellingslasten 2013 1.007.103 835.117 1.116.234 910.396 548.054 1.137.121 5.554.024

Administratie, beheer en bestuur Inventaris en apparatuur Leer- en hulpmiddelen Activiteiten Overige Verdelingen Kosten boekenuitleen

2012 949.574 767.112 1.046.864 868.562 552.091 1.114.433 5.298.636

Uitgaven m.b.t. automatisering en software en licenties zijn wederom flink gestegen, ditmaal met € 97.000. De afschrijflasten op de leermiddelen dalen daarintegen. Tevens zijn de uitgaven van de vakgroepen en activiteiten in 2013 gestegem met € 158.000 ten opzichte van 2012. Accountantskosten De accountantskosten bedroegen: 2013 49.316 3.357 52.673

Controle werkzaamheden Advies en administratieve ondersteuning

2012 43.583 1.085 44.668

Het betreft hier de kosten gefactureerd in 2013 (resp. 2012). De toename van de controle werkzaamheden worden veroorzaakt door de verzwaring van het controleprotocol en extra controles ten aanzien van de bekostigingscontrole. Bijzondere lasten 2013 Bijzondere lasten Asbestsanering Mavo Roermond Asbestsanering Connect College

2012

56.692

65.490 1.336.036 56.692

1.401.526

De bijzondere lasten hebben voor Connect College betrekking op een restbedrag met betrekking tot de asbestsanering (€ 56.692,-). Het restant heeft betrekking op de herinrichtingskosten als gevolg van de saneringswerkzaamheden. De gemeente Echt-Susteren en SOML zijn over de financiële afwikkeling nog in overleg. Medio 2014 vindt de afrekening hieromtrent plaats. De bijzondere lasten van Mavo Roermond hebben eveneens betrekking op sanerings- en herstelwerkzaamheden na het aantreffen van asbest. De afrekening met de gemeente Roermond heeft hierover reeds volledig plaatsgevonden.

55

Financieel resultaat 2013 Financiële baten Rente baten Overige financiële baten

2012

366.854

514.601 366.854

Ontwikkeling liquide middelen

Ontwikkeling renteopbrengst

.

514.601

20.000.000

800.000 750.000 700.000 650.000 600.000 550.000 500.000 450.000 400.000 350.000 300.000

18.000.000 16.000.000 14.000.000 12.000.000 10.000.000 8.000.000 2009

2010

2011

2012

2013

2009

2010

2011

2012

2013

56

B9 Wet Normering Topinkomens Bij de samenstelling van de in deze paragraaf opgenomen verantwoording uit hoofde van de WNT zijn de Beleidsregels toepassing WNT d.d. 27 februari 2014, inclusief de wijzigingen van 12 maart 2014, van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties als uitgangspunt gehanteerd.

Dienstbetrekking (D) of op interim-basis (I)

Periodieke betaalde beloningen/ gratificatie

FTE

D of I

2013

1 1

D D

103.131 106.221 209.352

D D D D D

1.500 3.450 4.600 8.050 1.725 19.325

Ingangsdatum Duur Taakomvang dienstverband dienstverband 2013 in dagen

Bestuurders Dhr. C.B. Hoefnagel Dhr. M.J.H.M. Kikken

1-8-2008 1-10-2012

365 365

1-12-2008 1-1-2011 2-6-2009 1-9-2009 1-9-2013

365 365 365 365 122

Belastbare variabele/ vaste beloning

Bonus betalingen / gratificatie

Ontvangen Uitkering pensioen wegens bijdragen / bel. beeindiging betaalbaar op van het termijn dienstverband

2013

2013

2013

3.240 3.240 6.480

0 0 0

29.831 28.005 57.836

0 0 0

0 0 0 0 0 0

0 0 0 0 0 0

0 0 0 0 0 0

0 0 0 0 0 0

Toezichthouders Mevr. M.E. Wouterlood - van Pijlen Dhr. J.M. Dijkman Dhr. N.C.J. Hoenen Dhr. J.W.F.M. Knapen Dhr. F.L.J. van Vloten

SOML herkent de door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in zijn kamerbrief d.d. 27 februari 2014 onderkende uitvoeringsproblemen met betrekking tot externe niet-topfunctionarissen. In lijn met paragraaf 6 van de (gewijzigde) Beleidsregels toepassing WNT legt SOML geen verantwoording af over over externe niet-topfunctionarissen. In het kader van de WNT heeft SOML in 2013 geen functionarissen in dienst gehad waarvan het belastbaar jaarloon uitsteegd boven de vastgestelde voor de instelling van toepassing zijnde normbedragen.

57

B10 Kengetallen 2013

2012

Performance Solvabiliteit 1 Solvabiliteit 2 Liquiditeit (current ratio) Liquiditeit (quick ratio) Rentabiliteit Weerstandsvermogen

0,70 0,75 0,18 1,33 -0,17% 36,61%

0,70 0,75 0,14 1,53 -4,66% 38,39%

Kapitalisatiefactor Transactiefunctie Financieringsfunctie Bufferfunctie

29,8% 13,1% 13,1% 3,6%

32,1% 13,7% 14,4% 4,1%

Overige financiële kengetallen Overheidsbaten / Totale baten

94,55%

95,82%

Personeelslasten / Totale lasten Afschrijvingen/ Totale lasten Huisvestingslasten / Totale lasten Overige lasten / Totale lasten

82,83% 4,73% 4,32% 8,04%

81,87% 4,12% 4,33% 7,66%

Totale lasten per leerling Personele lasten per leerling Afschrijvingen per leerling Huisvestingslasten per leerling Overige lasten per leerling

8.299 6.874 392 359 667

8.391 6.869 346 363 643

Totale opbrengst per leerling Rijksbijdrage per leerling Ov. Overheidsbijdrage per leerling Overige bijdrage per leerling

8.241 7.754 37 375

7.955 7.591 31 333

Totale lasten per FTE Personele lasten per FTE Afschrijflasten per FTE Huisvestingslasten per FTE Overige lasten per FTE

83.510 69.172 3.947 3.612 6.711

82.936 67.896 3.416 3.592 6.352

Leerling/ FTE Leerling per directie Leerling per OP Leerling per OOP (incl. stafdienst)

135,35 14,35 44,80

129,67 14,16 43,82

Personele lasten: Gedurende het jaar 2013 waren 827,6 werknemers in dienst op basis van een volledig dienstverband (2012: 834,2). Hiervan waren geen werknemers werkzaam buiten Nederland (2012: 0)

58

Kengetallen in beeld Leerlingen per 01 oktober 3000

2500

2000 Reeks1

Reeks2

Reeks3

Reeks4

1500

1000

500

0 2007

2008

2009

2010

2011

2012

2013

Gemiddeld aantal FTE per jaar 1000,00 900,00 800,00 700,00

185,89

188,16

188,83

192,17

188,09

600,00

OOP

500,00

OP DIR

400,00 580,18

582,43

588,89

601,92

589,95

61,53

63,58

64,24

64,43

62,93

2013

2012

2011

2010

2009

300,00 200,00 100,00 0,00

Lasten per rubriek

Personeelslasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige lasten

59

Uitleg kengetallen Solvabiliteit Solvabiliteit is het vermogen van een bedrijf om aan zijn verplichtingen tegenover zijn vermogensverschaffers te voldoen. De solvabiliteit wordt uitgedrukt in een solvabiliteitskengetal Solvabiliteit 1 eigen vermogen gedeeld door totaal vermogen. Solvabiliteit 2 eigen vermogen en voorzieningen gedeeld door totaal vermogen. Current Ratio De Current Ratio is een kengetal voor het meten van de liquiditeit van de onderneming. De Current Ratio geeft aan tot op welke hoogte de kortlopende schulden terugbetaald kunnen worden met op korte termijn beschikbare bezittingen van de onderneming. Current ratio vlottende activa excl.liquide middelen gedeeld door kortlopende schulden Quick Ratio De Quick Ratio is een kengetal voor het meten van de liquiditeit van de onderneming. De Quick Ratio geeft aan tot op welke hoogte de kortlopende schulden terugbetaald kunnen worden met op korte termijn beschikbare bezittingen van de onderneming, waarbij de voorraden buiten beschouwing worden gelaten. Quick ratio vlottende activa incl. liquide middelen gedeeld door kortlopende schulden Rentabiliteit De rentabiliteit is de winstgevendheid van een onderneming in verhouding tot de omzet, het eigen vermogen, of het totale vermogen. Rentabiliteit resultaat uit gewone bedrijfsvoering gedeeld door totale baten uit gewone bedrijfsvoering Weerstandsvermogen Het weerstandsvermogen presenteert de toegestane omvang van financiële reserves gebaseerd op het eigen vermogen. De ondergrens is 10% , de bovengrens 40% tenzij verklaarbaar over/- onderschreden. Weerstandsvermogen eigen vermogen gedeeld door totale baten uit gewone bedrijfsvoering Leerlingen/ FTE De verhouding leerling/ FTE gaat uit van de gemiddelde bezetting van het laatste kwartaal van het kalenderjaar. Dit cijfer geeft aan hoeveel leerlingen er zijn per categorie respectievelijk Directie, Onderwijspersoneel en Onderwijs ondersteunend personeel. Kapitalisatiefactor De kapitalisatiefactor geeft een indicatie van in hoeverre het bestuur de middelen inzet voor het onderwijsproces. Kapitalisatiefactor Totaal kapitaal -/- gebouwen en terreinen gedeeld door de totale baten uit gewone bedrijfsvoering Transactiefunctie De transactiefunctie vervult de liquiditeit die vereist is voor een soepele bedrijfsvoering, en die de instelling in staat stelt om aan alle lopende ver-plichtingen te voldoen. Transactiefunctie Kortlopende schulden/ totale baten uit gewone bedrijfsvoering Financieringsfunctie De financieringsfunctie geeft aan hoeveel vermogen het bestuur nodig heeft voor de financiering van haar investeringen Financieringsfunctie Aanschafwaarde overige materiële vaste activa/ totale baten uit gewone bedrijfsvoering Bufferfunctie De mate waarin het bestuur vermogen heeft om risico's op te vangen. Bufferfunctie Kapitalisatiefactor -/- Transactiefunctie -/- Financieringsfunctie

60

Overige gegevens

C

61

C1 Controleverklaring Controleverklaring van de onafhankelijk accountant Aan: Het College van Bestuur en de Raad van Toezicht van Stichting Onderwijs Midden-Limburg. Verklaring betreffende de jaarrekening Wij hebben de in dit verslag opgenomen jaarrekening 2013 van Stichting Onderwijs Midden-Limburg te Roermond gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december 2013 en de staat van baten en lasten over 2013 met de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen. Verantwoordelijheid van het bestuur Het bestuur van de scholen is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en het resultaat getrouw dient weer te geven, in overeenstemming met de Regeling jaarverslaggeving onderwijs en de Beleidsregels toepassing Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT), alsmede voor het opstellen van het jaarverslag, in in overeenstemming met de Regeling jaarverslaggeving onderwijs. Het bestuur is tevens verantwoordelijk voor de financiële rechtmatigheid van de in de jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties. Dit houdt in dat deze bedragen in overeenstemming dienen te zijn met de wet- en regelgeving opgenomen bepalingen. Het bestuur is voorts verantwoordelijk voor een zodanige in de relevante interne beheersing als het bestuur noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening en de naleving van die relevante wet- en regelgeving mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten. Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle, als bedoeld in artikel 18, lid 3 van het Bekostigingsbesluit W.V.O. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden en het onderwijscontroleprotocol OCW/ EZ 2013 en de Beleidsregels toepassing WNT, exclusief het Controleprotocol WNT. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico's dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten. Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan alsnemde in het kadervan de financiële rechtmatigheid voor de naleving van die relevante wet- en regelgeving, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van de stichting. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en de gebruikte financiële rechtmatigheidscriteria en van de redelijkheid van de door het bestuur van de stichting gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden. Oordeel betreffende de jaarrekening Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van Stichting Onderwijs Midden-Limburg per 31 december 2013 en van het resultaat over 2013 in overeenstemming met de Regeling jaarverslaggeving onderwijs en de Beleidsregels toepassing WNT.

62

Voorts zijn wij van oordeel dat de in deze jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties over 2013 voldoen, in alle van materieel belang zijnde aspecten, aan de eisen van financiële rechtmatigheid. Dit houdt in dat de bedragen in overeenstemming zijn met de in de relevante wet- en regelgeving opgenomen bepalingen, zoals vermeld in paragraaf 2.3.1 Referentiekader van het onderwijscontroleprotocol OCW/EZ 2013. Verklaring betreffende overige bij of krachtens de wet geldende eisen Ingevolge artikel 2:293, lid 5 onder e en f van het BW vermelden wij dat ons geen terkortkomingen zijn gebleken naar aanleiding van het onderzoek of het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, overeenkomstig Titel 9 Boek 2 van het BW is opgesteld, en of de in artikel 2:392, lid 1 onder b tot en met h van het BW vereiste gegevens zijn toegevoegd. Tevens vermelden wij dat het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening zoals vereist in artikel 2:391, lid 4 van het BW. Tenslotte vermelden wij dat het jaarverslag voldoet aan de in de relevante wet- en regelgeving opgenomen bepalingen, zoals vermeld in paragraaf 2.2.5 Jaarverslag van het onderwijscontroleprotocol OCW/EZ 2013.

Eindhoven, 15 mei 2014 Origineel ondertekend door: PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. Drs. T.A.G. van Boxtel RA

63

C3 Bestemming van het exploitatieresultaat Algemeen Het exploitatieresultaat van Stichting Onderwijs Midden-Limburg bedraagt

€

117.244-

De bestemming van dit saldo is als volgt: Algemene reserves Exploitatiereserve algemeen Bestuursfonds Subtotaal

349.168 103.565245.603

Bestemmingsreserves Egalisatiereserve Boekenuitleen Bapo/seniorenverlofreserve Subtotaal

49.55341.754271.540362.847-

Exploitatieresultaat

117.244-

64

Bijlagen

D

65

D1 Gegevens van de stichting Bestuursnummer Naam Instelling

41203 Stichting Onderwijs Midden-Limburg

Adres Postadres Postcode/ Plaats Telefoon E-mail Website

Heinsbergerweg 180 Postbus 975 6040 AZ Roermond 0475-322324 [email protected] www.soml.nl

Contactpersoon Functie Telefoon E-mail

Dhr. W.A. Lichtleitner Controller/ Hoofd financiële zaken 0475-322324 [email protected]

Brin 03XF 14PS 16PE 17GT

Mundiumcollege BC Broekhin Connectcollege Sg. St. Ursula

66

D2 Gedeclareerde onkosten & nevenactiviteiten College van Bestuur Gedeclareerde onkosten Dhr. C.B. Hoefnagel Dhr. M.J.H.M. Kikken

€ 235,10 Reiskosten binnenland (brandstof) € 105,00 Reiskosten binnenland (voor officiële indiensttreding)

Nevenactiviteiten Dhr. C.B. Hoefnagel Lid Raad van Toezicht Stichting PON te Tilburg Lid Regiegroep Leermiddelenbeleid VO-raad Lid bestuur stichting Schoolinfo te Utrecht Lid ledenadviesraad VO-Raad Dhr. M.J.H.M. Kikken Voorzitter stichting Tophandbal Zuid-Limburg Voorzitter stichting Beheer Tophandbal Zuid-Limburg Lid Raad van Toezicht Samenwerkingsverband 31.02 Lid regionale stuurgroep Jeugd en Alcohol Lid werkgroep ring onderwijs Limburg Olympische Ambitie Lid comité van aanbeveling Stichting Explore Lid van Raad van Advies Fontys Hogeschool Lid begeleidingscommissie VOION Secretaris bestuur Lionsclub Beek-Geulmond

D3 Jaarcijfer 2013 Samenwerkingsverband 52.01 2013 Baten OCW Zorgbudget OCW Reboundvoorziening Bijdragen participanten/gemeente Bijdrage Passend Onderwijs/ Herstart/ Op de rails

479.256 197.588 216.731 54.303

Totaal baten

Lasten OPDC Zorgbudget aan participanten PCL afrekening 2013/2012 - 2011 Diversen

488.604 244.500 201.442 246.679 947.878

573.605 250.000 94.543 82.423

Totaal lasten

1.181.225

685.973 250.000 27.638 40.705 1.000.571

1.004.316

52.693-

Saldo baten en lasten Financiële baten en lasten Financiële baten Financiële lasten

2012

-

176.909

-

Totaal financiële baten en lasten

-

Resultaat uit gewone bedrijfsvoering

52.693-

-

176.909