Jaarverslag 2008 - 2009 Geen enkele vogel houdt zoveel van landbouwers als de boerenzwaluw. En die
liefde blijkt wederzijds: 96% van de bevraagde boeren staat positief tegenover de
Markante resultaten van Natuurpunt Studie aanwezigheid van zwaluwen op hun bedrijf. Meer nog, heel wat boeren houden jaarlijks de aankomstdata bij of noteren het aantal nesten in hun stallen. Boeren zijn trots op ‘hun’ zwaluwen. Natuurpunt gaat dit jaar op zoek naar boeren met
een hart voor zwaluwen, want ondanks de liefde gaat het niet goed met de soort.
V.U.: Willy Ibens • Coxiestraat 11 • 2800 Mechelen • Foto: Marc Herremans
Rapport Niet enkel biologen of doorwinterde groene jongens merken op dat er minder zwaluwen zijn. Draden vol kwetteraars, vliegende acrobaatjes op de boerderij: misschien kunnen we het binnenkort enkel nog in ZOEk DE BV in jOuW ofBuurT! historische natuurdocumentaires in het buitenland beleven. Best jammer, want eigenlijk wil niedE BruinE vuurvlindEr in dE sChijnwErpEr! mand deze ambassadeurs van het boerenland kwijt. natuurgebied Papendel • Begijnendijk • Zondag 3 augustus Enkele cijfers. Eind jaren 90 werd 96% van de PROGRAMMA Vlaamse boerenzwaluwnesten aangetroffen op boerderijen. Op bijna 70% van die boerderijen waren runPLAATS VAN AFSPRAAK deren aanwezig, maar er werd ook gebroed op landbouwbedrijven met varkens (12%), kippen (11%) en MEER INFO paarden (10%). Het gemiddeld aantal nesten lag op drie per boerderij. Varkensstallen scoorden doorgaans aanzienlijk beter en boerderijen zonder vee bleken niet erg in trek. Net omdat de boerenzwaluw bijna een exclusieve boerensoort is, ligt daar wellicht de oorzaak van en de oplossing voor het probleem. En verder…
• 13u-18u: Verken het Papendel op eigen houtje! Een uitgestippelde wandelroute voert je langsheen de allermooiste plekjes tussen Begijnendijk en Tremelo. Vanaf 14u vertellen natuurkenners je op
Rapport Natuur.studie 2010/1 Jaarverslag 2008-2009
een aantal landschapsposten in geuren en kleuren over de bruine vuurvlinder. • 13u30: Toespraak over het belang van lokale biodiversiteit • Ondertekening ‘Charter voor Biodiversiteit’ • Opening van het
Vlindergrime, workshop ‘Vlinders herkennen’, avontuurlijk touwenparcours in de bomen, drijvend muzikaal combo 'Roseroom Swing', verwen jezelf met
een biologisch biertje en een heerlijke pannenkoek in het sfeervolle Natuur. café…
Natuurgebied het Papendel, ingang via de Peuterstraat in 3130 Betekom
(Begijnendijk), in de buurt van het historische Hof van Uythem. Bewegwij-
Wandelleerpad • 14u: Laat je op sleeptouw nemen door een natuurpuntgids en ontdek het boeiende verhaal van het Papendel en de bruine vuurvlinder tijdens een geleide wandeling • 15u: Waterbeestjeswandeling • avonturentocht voor kinderen
zering is voorzien.
• 16u: PIEp.KLEIN zorgt voor de zomerse noot met een frisse mix van kleinkunst, ska & punk
Kom je toch met de wagen, dan kan je je wagen kwijt in de Peuterstraat.
De soortbeschermingsactie omtrent de bruine vuurvlinder kadert in het grotere geheel van de Countdown2010-campagne. Europese leiders engageerden zich om tegen 2010 het verlies aan soortenrijkdom of biodiversiteit een halt
toe te roepen. Ook de gemeente Begijnendijk zet haar schouders onder het initiatief en ondertekent op zondag 3 augustus het Charter voor Biodiversiteit. Voortaan zal Begijnendijk zich dan ook met trots een Countdown2010-gemeente mogen noemen. Wees erbij tijdens de bruine vuurvlinder-happening en beleef dit unieke moment van op de eerste rij!
Alfredo Guillaume • 0496-69 64 10 • Dries Stevens • 0485-44 34 27 • Bruno Wallyn • 016-52 00 55
Warm aanbevolen: fietsen naar het Papendel. Fietsstallingen zijn voorzien.
Met de energieke steun van
In de tang van Europa Het aantal landbouwbedrijven met runderen is de laatste dertig jaar met bijna de helft verminderd. Opvallend, ook de boerenzwaluw ging er de laatste dertig jaar met bijna de helft op achteruit. Het ene heeft waarschijnlijk wel met het andere te maken. Maar ook de resterende veebedrijven worden minder zwaluwvriendelijk. Op nieuwe, grote, industriële veehouderijen krijgen zwaluwen minder toegang vanwege bedrijfshygiënische of technische aspecten (interne klimaatbeheersing). Gesloten mestopslag leidt tot een drastische afname aan insecten en dus vinden de zwaluwen minder voedsel. Melk- en koelruimtes worden onder druk van Europa en van con-
Zwaluw zoekt boer
nummer 1
Natuur.studie
2010
Foto: Danil Wybo
sumentenorganisaties afgesloten. Koeien in de wei dreigen plaats te maken voor koeien die permanent in een ligboxenstal worden gehouden. En zulke ‘stalkoeien’ hebben heel wat minder insecten om het lijf dan ‘weikoeien’. Voor boeren is het niet altijd eenvoudig. Ze moeten op hun eigen bedrijf op een gezonde manier zoeken naar een evenwicht tussen Europese hygiëneregels en het behoud van de biodiversiteit. Maar het probleem is complexer. De boerenzwaluw leeft daar waar ze insecten vindt: dus ook in de buurt van bosjes, hagen, houtkanten, knotwilgenrijen en beschutte, bloemrijke hooilanden. Vooral aan dat soort kleinschalige landschapselementen en aan plekjes met een groot, divers voedselaanbod ontbreekt het steeds vaker in het Vlaamse agrarische landschap. Gelukkig wordt er tegenwoordig steeds meer aandacht besteed aan erfbeplanting, waarmee men streeft naar een landschappelijke integratie van landbouwbedrijven. Een goede maatregel, maar er zal meer nodig zijn om het tij te doen keren.
Zwaluw versus spuitbus Boeren hebben niets tegen zwaluwen, zoveel is duidelijk. Maar zijn er eigenlijk objectieve voordelen aan zwaluwen op je bedrijf? Dat is moeilijk wetenschappelijk aantoonbaar, maar de rol van de zwaluw als ‘biologische ongediertebestrijder’ mogen we toch benadrukken. Een nest met vijf jongen heeft dagelijks ongeveer 6000 insecten nodig. Per week verslindt een paartje boerenzwaluwen met bedelende jongen 60.000 insecten en naar schatting is een koppeltje in een broedseizoen goed voor één miljoen gevangen insecten. Behoorlijk efficiënt dus. Kan een bedrijf
daardoor insectenvrij worden? Niet echt, maar vermoedelijk streeft een veehouder zo’n zerotolerantie toch niet na. Misschien is er nog een ander ‘hard’ voordeel aan zwaluwen op je erf. Heel wat gemeenten werken actief mee aan ‘Countdown 2010’, een ambitieus project dat poogt om de achteruitgang van de biodiversiteit tegen 2010 te stoppen. Die doelstelling zullen we jammer genoeg niet halen, maar de intentie om er samen ernstig werk van te maken is veelbelovend. Mensen die aan hun huis of in hun stallingen één of meerdere nesten hebben, kunnen hiervoor in sommige gemeenten een aardige subsidie opstrijken. Zal dat de neerwaartse trend van de boerenzwaluwen stoppen? Vast niet, maar het geeft blijk van appreciatie voor mensen die mee helpen een zwaluwvriendelijke omgeving in stand te houden. Hoe het ook zij, enkel als er methodes gevonden worden om boerenzwaluwen (meer) kansen te geven in de industriële veehouderij, kan de soort op lange termijn als algemene broedvogel in Vlaanderen behouden blijven. Anders zal de soort spoedig verdwijnen uit ons landschap, samen met het ‘keuterboerke’. Dat wil toch geen enkele landbouwer? Daarom wil de Boerenbond de actie van Natuurpunt ondersteunen. Ook de landbouw heeft er immers geen enkel belang bij dat de boerenzwaluw verdwijnt uit ons landbouwlandschap.
Meten is weten Op 30 en 31 mei start Natuurpunt de campagne ‘Zwaluwen in nesten’ om te sensibiliseren rond de problematiek van de boerenzwaluw en de huiszwaluw. Hoe kan je zwaluwen herkennen? Waarom gaat het er zo slecht mee? Hoe kan je zelf een handje helpen? De actie is – zeker wat de boerenzwaluw betreft – vooral gericht naar de landbouwsector, want zonder veeteelt zijn er geen boerenzwaluwen. Het zou mooi zijn als elke landbouwer die zwaluwen heeft op zijn bedrijf, dat aan ons laat weten via het invulformulier dat eind mei op de website zal staan. Uit die gegevens zullen we kunnen opmaken hoe het in 2009 gaat met de boerenzwaluw. Deze gegevens kunnen we dan vergelijken met degene die we konden inzamelen in 1996 en 1997 – dankzij de vlotte samenwerking met de Boerenbond. Meten is weten, en hoe meer we weten, hoe gerichter we samen werk kunnen maken van een efficiënt soortenbeschermingsplan. Hopelijk kunnen we samen het tij keren. – Dominique Verbelen, Natuurpunt
INFORMATIE – In een folder, in een campagnefilmpje
Foto: Misjel D ecleer
(te bekijken op www.boerenstebuiten.be) en op de zwaluwenwebsite (www.natuurpunt.be/zwaluwen) vindt u heel wat informatie.
40 – Boer&Tuinder, 15 mei 2009
17 oktober 2008
Zoog.flits • • • • • • •
Word lid van de Zoogdierenwerkgroep en abonneer je op Zoogdier! Vergunning voor beschermde zoogdieren Nieuwe folders over ‘kleine zoogdieren in en om huizen' en ‘de hamster' Dé website Zoogdierenbescherming Buitenlanders kunnen zich nu ook registreren voor de Zoog.flits Zoogdieren in de nieuwe jaarboeken van BRAKONA en LIKONA Lachen met zoogdieren...
Word lid van de ZWG en abonneer je op Zoogdier! De Zoogdierenwerkgroep heeft vanaf dit jaar een lidmaatschap ingesteld. Lid word je door je te abonneren op Zoogdier. Dit lidmaatschap houdt allerlei voordelen in, zoals korting op activiteiten van de Zoogdierenwerkgroep.
Marc Herremans, Koen Berwaerts, Gerald Driessens, Robin Guelinckx, Maarten Hens, Ilf Jacobs, Maarten Jacobs, Robert Jooris, Iwan Lewylle, Koen Leysen, Griet Nijs, Roosmarijn Steeman, Frank Van de Meutter, Pieter Van Dorsselaer, Wouter Vanreusel, Wim Veraghtert, Dominique Verbelen, Goedele Verbeylen, Freek Verdonckt, Glenn Vermeersch Een abonnement op Zoogdier is op zich al de moeite waard, want het tijdschrift bevat niet enkel massa's zoogdierennieuws, maar verschijnt sinds dit jaar ook in een mooie nieuwe opmaak en een groter formaat (A4)! We zijn altijd op zoek naar leuke artikeltjes. Dus, heb je zelf een bijzondere zoogdierwaarneming gedaan of een of ander zoogdieronderzoekje, zet de resultaten dan op papier en stuur ze naar
[email protected]. Op de achterzijde van Zoogdier verschijnt de rubriek 'Het moment van...'. Hier presenteren fotografen hun meest geliefde foto en het bijbehorende verhaal. Inzendingen hiervoor zijn ook steeds welkom!
en duizenden onmisbare vrijwilligers Vergunning voor beschermde zoogdieren
De natuur heeft je nodig. En vice versa.
Omdat sommige zoogdieren beschermd zijn, mag je ze niet zomaar zonder vergunning verstoren, in bezit hebben of vervoeren. Daarom heeft Zoogdierenwerkgroep voor haar activiteiten een vergunning gekregen van het Agentschap voor Natuur en Bos. De Zoogdierenwerkgroep coördineert vanaf nu het aanvragen van dergelijke vergunningen voor haar medewerkers en de terugkoppeling van de resultaten naar het ANB. Als je deze vergunning hebt, ben je in orde met de regelgeving voor o.a. het vangen van muizen met live traps, deelname aan onze hazelmuismonitoring, in bezit hebben van braakballen of opgezette dieren en het vervoeren van zieke beschermde dieren naar een opvangcentrum. Wens je ook gebruik te maken van deze vergunning, lees dan de bijkomende informatie op onze website en neem contact op met de Zoogdierenwerkgroep.
JAARVERSLAG 2 0 0 8 - 2 0 0 9
nemingen.be
w.waar
ww
Natuurgegevens van vrijwilligers vormen een belangrijke bron van informatie voor het natuurbehoud, en worden al vele jaren verzameld en gebruikt voor verspreidingsatlassen, Rode Lijsten, MER’s, enz. Vooraleer echter de observaties van individuele waarnemers in zo’n document terecht kunnen komen, zijn er heel wat hindernissen te overwinnen. Eerst moet de waarnemer opgeleid zijn (of zichzelf opgeleid hebben) om soorten correct op naam te brengen. Daarna moet hij/zij de reflex hebben om een observatie ook te noteren. Tenslotte moeten deze gegevens ook nog actief worden doorgegeven en op de juiste plaats terechtkomen. En daar schuilde vaak de moeilijkheid. Als vrijwilliger werd je vroeger gevraagd sommige gegevens via post, andere via mail door te sturen, voor sommige bestond er een online systeem (met voor elke soortengroep een andere website met bijhorend paswoord), en voor een heleboel soortengroepen was er gewoon geen eenvoudig toegankelijke plaats om je gegevens te bezorgen. Bovendien waren dit meestal effectief plaatsen waar je gegevens kon ‘aanleveren’ met niet altijd een grote meerwaarde voor de waarnemer. Wat er in Vlaanderen ontbrak, was dus een centrale invoerplaats voor al deze informatie die bovendien ook voldoende feed-back gaf aan de waarnemers zelf. We geloven bij Natuurpunt sterk in ‘natuur voor iedereen’ en dus bij Natuurpunt Studie ook in ‘natuurinformatie van, voor en met iedereen’. Toen van de Nederlandse Stichting Natuurinformatie de vraag kwam tot samenwerking, werd na rijp beraad dan ook besloten hier op in te gaan. Zo moesten we het warme water niet volledig zelf heruitvinden, want de Stichting Natuurinformatie had jarenlange ervaring met het Nederlandse Waarneming.nl. We kregen de kans om veel inspraak te hebben in de volledig nieuwe programmatuur die men voor Waarneming.nl net aan het ontwikkelen was. Zo konden we, na enkele maanden testen en aanpassen aan de Belgische situatie, onmiddellijk met een stabiel product naar buiten treden. Toen op 15 mei 2008 de website www.waarnemingen.be van start ging, kwam die lancering voor sommigen wat onverwacht, maar het vulde meteen ook een duidelijke leemte op, want het systeem bleek al snel een schot in de roos. Het aantal gebruikers nam pijlsnel toe, en eind december 2009, na goed anderhalf jaar waren er al 5.000 verschillende waarnemers geregistreerd; en elke dag komen er nog nieuwe bij.
Groei van het aantal waarnemingen uit Vlaanderen ingevoerd op www.waarnemingen.be: (links) totaal aantal; (rechts) gemiddeld aantal per dag voor elke maand.
42
Aangezien al deze informatie onmiddellijk raadpleegbaar is, worden de waarnemingen ook massaal bekeken. Elke week komen gemiddeld 5.000 verschillende mensen op de website en het valt op dat de bezoekers lang blijven, gemiddeld bijna 5 minuten! Ook de multimediabestanden vallen in de smaak, verschillende foto’s van de Sneeuwuil in de Uitkerkse Polders werden meer dan 1.000 maal bekeken. Www.waarnemingen.be heeft er dus op anderhalf jaar tijd voor gezorgd dat het debiet aan geregistreerde en beschikbare natuurwaarnemingen aanzienlijk is verhoogd. Dit omdat het voor waarnemers gemakkelijker en sneller is geworden om waarnemingen te melden én omdat de online feedback ervoor zorgt dat iedereen kan zien dat het zin heeft zijn waarnemingen aan ‘het collectief’ toe te voegen. Er worden nu ook waarnemingen van meer algemene soorten doorgegeven, én van soortgroepen waarvoor vroeger geen of geen goed toegankelijke databank beschikbaar was. Daarenboven vormt www.waarnemingen.be voor een heleboel natuurliefhebbers een motivatie om nu voor de eerste keer ook zelf waarnemingen te registreren. Velen zijn ook met terugwerkende kracht oudere waarnemingen aan het invoeren die tot dusver nooit waren doorgegeven. De openbaarheid van het systeem waarbij niet-gevoelige soorten voor iedereen zichtbaar zijn en de mogelijkheid tot het toevoegen van foto’s en geluiden om een waarneming te documenteren, zorgt - samen met een systeem van administrators die de waarnemingen nakijken - voor een uitgebreide controle op fouten, met een snelle terugkoppeling naar de waarnemer. Snelle bevraging komt goed van pas bij twijfelgevallen omdat de waarneming dan nog vers in het geheugen ligt en er eventueel nog op het terrein om bevestiging kan gezocht worden. Het zorgt ook voor een veel directere feedback tussen waarnemer en ‘specialisten’, of tussen waarnemers onderling, wat eigenlijk neerkomt op een grote digitale leergemeenschap. Www.waarnemingen.be zorgt zo ook voor een (h)echt waarnemerscollectief in Vlaanderen.
NATUURPUNT STUDIE
Waar die waarnemers aanvankelijk in totaal een paar honderd waarnemingen per dag meldden, lag dat eind 2009 al op zo’n 5.000 - 6.000 waarnemingen per dag voor België. Zo’n 70-80 % hiervan is afkomstig uit Vlaanderen. In totaal waren er eind 2009 niet minder dan 1,77 miljoen waarnemingen geregistreerd. Waarnemingen komen uit het ganse land, maar er zijn wel duidelijk regio’s met meer en regio’s met minder waarnemingen dan gemiddeld. Dat zal zowel liggen aan de verschillen in soortenrijkdom tussen de landschappen, als aan de ruimtelijke spreiding van de waarnemers. Maar elke dag komen er waarnemers bij, zodat de meeste ‘gaten’ snel worden opgevuld.
Veel waarnemers hebben in www.waarnemingen.be intussen het ideale instrument gevonden om al hun waarnemingen te archiveren. Dat is niet alleen leuk voor de persoonlijke ontplooiing, maar het levert ook meer en betere gegevens op om het natuurbehoud in Vlaanderen te voeden met cijfers. En daarvoor doen we het natuurlijk ook allemaal!
!!!
kt aan alle waarnemers !!!!!
edan
B
43
JAARVERSLAG 2 0 0 8 - 2 0 0 9
www.waarnemingen.be: diversiteit troef Vogels waren altijd al de eerste en meest toegankelijke diergroep om te bestuderen. Www.waarnemingen.be toont aan dat vogels nog steeds de meest populaire soortgroep vormen voor het grootste deel van de natuurliefhebbers. Er waren natuurlijk altijd ook al specialisten van deze of gene ongewerveldengroep, en die worden in www.waarnemingen.be nu ook duidelijker zichtbaar. Wellicht mede daardoor zijn er meer en meer mensen die hun interesseveld ook naar andere soortgroepen verbreden. Zo nemen fervente vogelaars nu ook steeds vaker andere soortgroepen onder de loep. Aanvankelijk waren dat meestal dagvlinders, planten of libellen, maar de laatste jaren zijn er steeds meer onder hen die hun blik ook verruimen naar minder eenvoudige groepen zoals nachtvlinders, loopkevers of wilde bijen. De beschikbaarheid van goed leesbare en mooi geïllustreerde veldgidsen is hier ongetwijfeld niet vreemd aan. Maar ook de nieuwe evoluties in de digitale wereld hebben hier sterk toe bijgedragen. Een massa informatie en beeldmateriaal is vrij beschikbaar via internet. Mensen houden elkaar snel op de hoogte via mail en sms, en voor fervente vogelaars bestaat er al enige tijd een waarschuwingssysteem via beeper en ondertussen GSM. Online-gemeenschappen zoals mailinglists en forums dragen hier ook toe bij. Niet alleen bevatten ze een schat aan informatie, maar ze stimuleren ook het onderlinge enthousiasme en het helpen van elkaar. Met een inhoudelijke en structurele ondersteuning van het Natuur.forum wil Natuurpunt Studie deze trend mee stimuleren (zie bijdrage elders). Ook www.waarnemingen.be bouwt verder op die trend. Het nieuwe aan dit systeem is niet alleen dat de gegevens centraal verzameld zijn, en heel openbaar, maar ook dat ze geïllustreerd kunnen worden met foto- en geluidsbestanden van specifieke waarnemingen. Zo onstaat een sociale controle op correctheid én een leergemeenschap voor de nieuwe waarnemer. Zo wordt het voor velen mogelijk om soorten correct op naam te brengen waar de zoektocht voorheen al te vaak snel zou gestrand zijn indien geen handboek of specialist in de buurt was. De duizenden foto’s (intussen al 97.000 eind 2009) vormen eveneens een rijke bron van informatie.
© An De Wilde
De mogelijkheid om in één scherm alle soortengroepen te kunnen melden, de in het systeem opgenomen volledige soortenlijsten, de hulp bij twijfelgevallen en de openbare beschikbaarheid van de veelheid aan waarnemingslocaties en beeldmateriaal zijn een stimulans gebleken voor veel mensen om intensiever aan natuurstudie te doen en om soorten van meer diverse soortengroepen op naam te (leren) brengen.
44
Door dit alles is de diversiteit aan gemelde soorten in www.waarnemingen.be fascinerend hoog, hoewel vogelwaarnemingen nog steeds 60% van de meldingen uitmaken. In totaal werden al bijna 2 miljoen waarnemingen van meer dan 9.000 verschillende soorten bijeengebracht. Dat zijn zowel ‘klassieke’ groepen als dagvlinders en planten, maar evenzeer andere.
Aantal waarnemingen per soortgroep
Aantal soorten per soortgroep
www.waarnemingen.be: evoluties en projecten
NATUURPUNT STUDIE
Zo heeft het enthousiasme rond het nachtvlinderonderzoek ertoe geleid dat deze soortenrijke groep qua aantal waarnemingen reeds op de tweede plaats staat (zie bijdrage elders) en zijn er vele tienduizenden waarnemingen van vliegen, muggen, kevers, mieren, wespen en bijen.
Www.waarnemingen.be is in de eerste plaats ontwikkeld voor toevallige, ‘losse’ waarnemingen. Dat zijn alle waarnemingen die zonder een specifieke vraagstelling of methode gebeurden zonder specifieke zoekinspanning, dus zowel tijdens een wandeling, vanuit de living of tijdens verplaatsingen naar het werk. Losse waarnemingen zijn vanouds de belangrijkste bron van informatie voor de opmaak van verspreidingsatlassen en Rode Lijsten. In veel gevallen zijn losse waarnemingen ook de enige beschikbare informatie uit bepaalde gebieden of over bepaalde soorten. Ze zijn en blijven dus een bijzonder waardevolle bron van kennis over de natuur. Wanneer vele losse waarnemingen bij elkaar gelegd worden, kan bijvoorbeeld de soortenrijkdom of de inventarisatiegraad worden berekend. Met www.waarnemingen.be kunnen nu voor de eerste keer ook waarnemingen van verschillende soortengroepen eenvoudig samen worden geanalyseerd, zodat nieuwe vraagstellingen mogelijk worden. Met GIS toepassingen kunnen nieuwe variabelen berekend worden zoals de waarnemersdichtheid, de zoekinspanning, de verhouding tussen algemene en zeldzame soorten, de biodiversiteit over soortengroepen heen enz. Dit kan worden
45
JAARVERSLAG 2 0 0 8 - 2 0 0 9
gebruikt om kaarten te maken die de kans op aan- of afwezigheid op basis van een soort voorspellen, rekening houdend met de mate waarin een gebied onderzocht is of met de aanwezigheid van andere soorten. Dit soort analyses plannen we in de volgende jaren meer en meer. Naarmate de databank verder groeit, nemen de mogelijkheden van dit soort analyses toe. Sommige vraagstellingen kan je echter moeilijk oplossen met losse waarnemingen alleen. Een zekere afwezigheid vaststellen bijvoorbeeld. Ook veranderingen in populatiegroottes opvolgen of aantallen vergelijken tussen gebieden is moeilijker omdat niet elk jaar of in elk gebied op dezelfde manier met dezelfde inspanning gezocht of geteld wordt. Telprojecten waarin cijfers verzameld worden volgens een duidelijk omschreven methode kunnen dan ook vaak meer betrouwbare informatie opleveren over trends met minder (tijds)inspanning of rekenwerk. In Vlaanderen liepen en lopen al een heel aantal van die meer gestandaardiseerde telprojecten. Denk maar aan de watervogeltellingen, het ABV-project voor broedvogels, de adoptiehokken binnen de dagvlinderatlas, de PTT wintertellingen van vogels, enz. De meeste van die projecten hadden al voor het ontstaan van www.waarnemingen.be een eigen databank en dataportaal. Voor die projecten verwijzen we via Telmee.be door naar de bestaande systemen. Maar ook www.waarnemingen.be kan voor bepaalde doelen een hulpmiddel zijn om op meer projectmatige manier gegevens te verzamelen.
NULWAARNEMINGEN Zo werd er de mogelijkheid ingebouwd om in het kader van projecten rond bepaalde soorten nulwaarnemingen toe te voegen. Een nulwaarneming is enkel informatief als op een bepaalde manier geteld wordt. Bv. voor de Sleedoornpage kan een nulwaarneming betekenen dat na een half uur zoeken op sleedoornstruwelen geen eitjes werden vastgesteld. Door die nulwaarnemingen samen met positieve waarnemingen op een kaart te zetten, verschijnt rondom het verspreidingsgebied een zone met rode hokken waar de soort tot nu toe nog niet werd waargenomen (zie figuur). Van zodra in een hok een positieve waarneming wordt verricht, kleurt het hok blauw. Zo wordt het verschil duidelijk tussen zones waar de soort niet voorkomt, en zones waar niet gezocht werd. Ook voor Klapekster, Rosse vleermuis en Iepenpage werden reeds zo’n projectschermen aangemaakt. Projectwaarnemingen van de Sleedoornpage tonen zowel de aanwezigheid (blauwe hokken) als vastgestelde afwezigheden (rode hokken).
46
Ons drukke wegverkeer zorgt ongewild voor veel dode dieren. Om de problematiek van deze verkeersslachtoffers beter in kaart te brengen, werd het project ‘Dieren onder de wielen’ uitgewerkt, een samenwerking tussen de Vlaamse overheid, Natuurpunt en Vogelbescherming Vlaanderen. Voor de technische kant van dit verhaal werd beroep gedaan op www.waarnemingen.be en werd een projectscherm aangemaakt. In dit projectscherm kunnen verkeersslachtoffers gemeld worden zoals in het hoofdscherm, maar kan heel wat bijkomende informatie worden ingevuld over het type weg en de ligging en toestand van het verkeersslachtoffer. Een andere nieuwigheid is dat kan gezocht worden op straatnaam om snel de locatie te kunnen aanduiden. Het raadpleegscherm toont een top-10 van meest gemelde soorten en statistieken over de gemelde slachtoffers. De verzamelde cijfers zullen worden gebruikt om de problematiek beter te documenteren en om de belangrijkste knelpunten in in het Vlaamse wegennet in kaart te brengen. Het projectscherm is te raadplegen via www.dierenonderdewielen.be of via het menu Projecten in www.waarnemingen.be.
ZIE ZO ZOOGDIER Ook voor de eerste Zoogdierentelling die de Zoogdierenwerkgroep van Natuurpunt organiseerde werd beroep gedaan op www.waarnemingen.be.
NATUURPUNT STUDIE
DIEREN ONDER DE WIELEN
Via een vereenvoudigd invoerscherm met foto’s, kunnen waarnemingen van verschillende soorten tegelijk worden doorgeven. Zo wordt het ook voor een breed publiek eenvoudig om een konijn of egel te melden. Tijdens het telweekend in oktober 2009 resulteerde dit in 767 waarnemingen. Maar het scherm bleef ook actief na het telweekend, zodat er een instapscherm beschikbaar blijft voor beginnende zoogdierenwaarnemers die er ook links naar de zoogdierenwerkgroep vinden. Het projectscherm is te raadplegen via www.ziezozoogdier.be of via het menu Projecten in www. waarnemingen.be.
REGIOSCHERMEN Www.waarnemingen.be is een nationale website, waarin alle Belgische natuurwaarnemingen op één plaats meldbaar én raadpleegbaar zijn. Dat is de kracht van het systeem, want waarnemers kunnen op één plaats terecht voor alle informatie. Maar veel natuurstudieliefhebbers zijn toch in de eerste plaats geïnteresseerd in welke bijzonderheden er in hun eigen buurt werden opgemerkt. Ook het verenigingsleven van werkgroepen en afdelingen speelt zich op een meer lokale schaal af.
47
JAARVERSLAG 2 0 0 8 - 2 0 0 9
Om die lokale werking te stimuleren en een identiteit te geven werden regioschermen ontwikkeld. Dat zijn lokale versies van www.waarnemingen.be (niet voor één natuurgebied maar wel voor een ruimere regio of werkingsgebied). Ze hebben de meeste functies van het hoofdsysteem, maar tonen enkel de waarnemingen die binnen de grenzen van het werkingsgebied van de lokale werkgroep of afdeling liggen. Deze schermen gebruiken dezelfde achterliggende databank, dus alle waarnemingen die ingevoerd worden via het regioscherm komen ook in www.waarnemingen.be en worden ook nationaal zichtbaar. Nuttig voor de lokale werkgroep is dat ook de waarnemingen uit hun regio ingevoerd via het nationale scherm (bv. van van waarnemers die geen lid zijn van de lokale werkgroep maar wel een waarneming uit de regio hebben gemeld) in dit lokale werkgroepscherm zichtbaar zijn. Alle functies en statistieken in het regioscherm hebben betrekking op de gegevens uit het werkingsgebied. Dat opent nieuwe mogelijkheden. Zo zijn ook de overzichten van statistieken, fenologie of gebieden volledig toegespitst op de regio. Je kan dus opzoeken wanneer de eerste Wielewaal in jouw streek werd gemeld. Voor de eerste waarneming in heel België moet je zoeken op www.waarnemingen.be. Nuttig weetje: wanneer je in een regioscherm eigen waarnemingen of die van een andere waarnemer bekijkt, zie je ook enkel een selectie van hetgeen waargenomen werd binnen de regio. Dus iemands eerste Boerenzwaluw in een regioscherm is zijn/haar eerste waarneming binnen dit gebied, hoewel hij/zij elders in België misschien al vroeger op het jaar een zwaluw meldde. Je kan ook een overzicht opvragen van alle waarnemers, gebieden en waargenomen soorten in het werkingsgebied. Regioschermen zijn op zichzelf staande websites met een uniek adres (bv. http://vwgnovl.waarnemingen.be). Maar ze kunnen ook ingebouwd worden in de website van de afdeling of werkgroep (bv. www.natuurstudiegroepdijleland.be/waarnemingen.htm) Elk regioscherm heeft een of meerdere regiomoderatoren die het wel en wee van dit scherm opvolgen. Zij kunnen ook mee de waarnemingen in het werkingsgebied nakijken en van commentaar voorzien. Meestal zijn dit de lokale natuurstudieverantwoordelijken. Zij kunnen ook het werkingsgebied instellen, nieuwsberichten plaatsen en belangrijk, de lokale waarnemingen exporteren. Zo kunnen alle gegevens ook netjes toegevoegd worden aan de databank of het archief van werkgroep, gebied of afdeling. Binnen een regioscherm kan ook de regionale zeldzaamheid worden aangepast, zodat bepaalde soorten tóch op de homepage verschijnen, ook al staan ze nationaal niet als zeldzaam ingesteld. Zo kan wat er wel en niet op het scherm verschijnt worden aangepast aan de lokale situatie en interesses. Gebruikers kunnen zich lid maken van een werkgroep door in hun profiel onder ‘Mijn waarnemingen.be > Lidmaatschappen’ de werkgroep te selecteren. Hiermee geef je aan dat je geassocieerd bent met deze werkgroep, en geef je toelating aan de regiomoderatoren om jouw gegevens mee goed- of af te keuren. Later zal een lidmaatschap waarschijnlijk nog extra mogelijkheden bieden.
48
1. Log uit en maak een nieuwe gebruikersnaam aan op naam van de werkgroep. Gebruik deze werkgroep-gebruikersnaam niet om in te loggen. 2. Stuur een mailtje naar
[email protected] met volgende gegevens: - de naam van de werkgroep - de afkorting die je wil gebruiken voor het webadres (bv. taxandria.waarnemingen.be) - de naam van minimaal één en maximaal twee regiomoderatoren die als gebruiker bekend zijn in waarnemingen.be - een globale aanduiding van het werkingsgebied van je werkgroep Met deze gegevens wordt dan een regioscherm geactiveerd waarna de regiomoderatoren het werkingsgebied precies kunnen instellen en de instellingen van het werkgroepscherm regelen. Voor de regiomoderatoren is een aparte handleiding beschikbaar.
NATUURPUNT STUDIE
Een eigen regioscherm? Een vijftigtal werkgroepen heeft intussen reeds een regioscherm. Werkgroepen die ook een regioscherm willen activeren, volgen onderstaande procedure:
Regioscherm ingebed in de webstek van Natuurstudiegroep Dijleland
49