Jaarverslag Gespreide Beleggingsfonds

Jaarverslag 2014 Gespreide Beleggingsfonds

Gespreide Beleggingsfonds

Inhoudsopgave Gespreide Beleggingsfonds ..................................................................................................................... 3 Algemene informatie............................................................................................................................... 4 Participatieklasse G ............................................................................................................................... 11 Participatieklasse Z ................................................................................................................................ 14 Verslag van de beheerder ..................................................................................................................... 15 Jaarrekening 2014 ................................................................................................................................. 28 Balans ......................................................................................................................................................................... 29 Winst-en-verliesrekening ........................................................................................................................................... 30 Kasstroomoverzicht.................................................................................................................................................... 31 Toelichting .................................................................................................................................................................. 32 Toelichting op de balans ............................................................................................................................................ 35 Toelichting op de winst-en-verliesrekening ............................................................................................................... 42 Overige algemene toelichtingen ................................................................................................................................ 43 Toelichting Participatieklasse G ................................................................................................................................. 48 Toelichting Gespreide Beleggingsfonds voor activering Participatieklassen ............................................................. 51

Overige gegevens .................................................................................................................................. 54 Bijlage(n)................................................................................................................................................ 57 Jaarverslag NN Euro Obligatie Fonds ......................................................................................................................... 57 Jaarverslag NN Global Fund ....................................................................................................................................... 57

2


Jaarverslag 2014

Gespreide Beleggingsfonds Beheerder NN Investment Partners B.V. Schenkkade 65 2595 AS Den Haag Internet: www.nnip.nl

Directieleden NN Investment Partners B.V. C.E.M. Beckers M.C.W. den Hollander M.O. Nijkamp B.G.J. van Overbeek G.A. Roelofs J.W.F. Stoter M.C. Vink

Bewaarder The Bank of New York Mellon SA/NV Strawinskylaan 337 1077 XX Amsterdam

Bewaarmaatschappij NNIP Bewaar Maatschappij III B.V.

Directieleden NNIP Bewaar Maatschappij III B.V. H. Brink F.J.J. van Geel W.A. van Woudenberg

Accountant Ernst & Young Accountants LLP Antonio Vivaldistraat 150 1083 HP Amsterdam

Bankier The Bank of New York Mellon SA/NV Montoyerstraat 46 1000 Brussel België

Transfer Agent The Bank of New York Mellon SA/NV Strawinskylaan 337 1077 XX Amsterdam

3


Jaarverslag 2014

Algemene informatie Algemeen Het jaarverslag van Gespreide Beleggingsfonds bevat naast het jaarverslag van het Fonds zelf ook als bijlage het jaarverslag van de NN Fondsen waarin het Fonds voor meer dan 20% van haar fondsvermogen participeert. Op deze wijze is het mogelijk inzicht te verkrijgen in de feitelijke beleggingen waarin wordt geparticipeerd. Het Fonds heeft geen medewerkers in dienst. Het beheer wordt gevoerd door NN Investment Partners B.V. en beschikt in die hoedanigheid over een vergunning van de Autoriteit Financiële Markten (AFM) uit hoofde van de Wet op het financieel toezicht (Wft). Alle aandelen in NN Investment Partners B.V. worden gehouden door NN Investment Partners International Holdings B.V. en deze beide entiteiten maken deel uit van NN Group N.V. NN Investment Partners B.V. maakt deel uit van NN Investment Partners, een organisatorische eenheid binnen NN Group N.V. NN Investment Partners voert voor de beheerder de beheerhandelingen uit en stelt haar administratieve apparaat ter beschikking aan het Fonds. Binnen NN Investment Partners is een groot aantal beleggingsactiviteiten van NN Group N.V. gebundeld. Tot deze activiteiten behoren onder andere het beheer en de belegging van gelden van beleggingsinstellingen waarvan NN Investment Partners B.V. het beheer voert. Tevens voert NN Investment Partners het beheer en de belegging van gelden van de tot NN Group N.V. behorende verzekeringsmaatschappijen. Voor de beheeractiviteiten wordt, met uitzondering van participatieklasse Z, een managementvergoeding in rekening gebracht.

Doelstelling Gespreide Beleggingsfonds stelt zich ten doel om door middel van actief beheer te komen tot een beter totaal rendement op lange termijn dan de benchmark.

Beleggingsbeleid Gespreide Beleggingsfonds belegt in beginsel voor 40% in vastrentende waarden, hoofdzakelijk luidende in euro’s. Daarnaast kan worden belegd in vastrentende waarden luidende in valuta’s van ontwikkelde en ontwikkelingslanden en kan een deel van de portefeuille worden belegd in staats- en bedrijfsobligaties met een lagere rating dan BBB. Aan deze obligaties is een groter risico en daardoor ook een hogere rente verbonden. Het overige deel van de portefeuille zal hoofdzakelijk wereldwijd worden belegd in aandelen en vastgoedaandelen. Hierbij worden aandelen in de breedste zin van het woord opgevat, daaronder begrepen claims, converteerbare obligaties, winst- en oprichtersbewijzen dan wel opties, warrants ter verkrijging of vervreemding van dergelijke effecten en overige soortgelijke waardepapieren alsmede andere zakelijke waarden en financiële instrumenten met vergelijkbare risico- en rendementkenmerken. Naast vastrentende waarden, aandelen en vastgoed bestaat de mogelijkheid te beleggen in andere beleggingscategorieën zoals bijvoorbeeld grondstoffen. De exacte weging van de verschillende beleggingscategorieën in de portefeuille is afhankelijk van de visie van de beheerder en de daaruit voortvloeiende tactische asset allocatie en is derhalve niet constant. Het bonds heeft de mogelijkheid om de beleggingen zowel direct als indirect – bijvoorbeeld door het aangaan van exposure op de betreffende markten en activa via derivaten of beleggingen in andere beleggingsfondsen – aan te houden. De beheerder streeft ernaar om te beleggen in beleggingsfondsen die in Nederland of Luxemburg zijn gevestigd indien wordt belegd in andere beleggingsfondsen. Gespreide Beleggingsfonds kan gebruik maken van derivaten zoals opties, futures, warrants, swaps en valutatermijncontracten. Deze kunnen worden toegepast voor het afdekken van risico’s en efficiënt portefeuillebeheer. Daarbij kan sprake zijn van hefboomwerking waardoor de gevoeligheid van het fonds voor

4


Jaarverslag 2014

marktbewegingen wordt vergroot. Bij het gebruik van derivaten wordt ervoor zorg gedragen dat de portefeuille als geheel binnen de beleggingsrestricties blijft. Naast het bovenstaande geldt ten aanzien van het beleggingsbeleid van Gespreide Beleggingsfonds het volgende:  het vermogen kan worden belegd in zowel euro's als vreemde valuta's;  indien de beheerder daartoe aanleiding ziet, kunnen risico’s, zoals valutarisico’s, worden afgedekt ten opzichte van de benchmark;  voor zover het vermogen niet is belegd in de hiervoor genoemde financiële instrumenten, bestaat de mogelijkheid om het vermogen te beleggen in bepaalde geldmarktinstrumenten (bijvoorbeeld certificates of deposit en commercial paper), geldmarkt beleggingsfondsen of aan te houden in de vorm van liquide middelen;  extra inkomsten kunnen worden gegenereerd door het aangaan van "repurchase agreements" ("repo's") en "lending transacties" (uitlenen van effecten uit de beleggingsportefeuille).

Benchmark Barclays Euro Aggregate, downgrade tolerant (40%), MSCI World NR (50%) en 10/40 GPR 250 Global Net Index (10%).

Structuur Met ingang van 22 juli 2014 is het Fonds. een beleggingsinstelling als gedefinieerd in artikel 1:1 Wet op het financieel toezicht (Wft) en als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdeel a van de richtlijn beheerders van alternatieve beleggingsinstellingen in de vorm van een beleggingsfonds (fonds voor gemene rekening) met een open end structuur. NN Investment Partners B.V. treedt op als beheerder van het Fonds en beschikt in die hoedanigheid over een vergunning als bedoeld in artikel 2:65 lid 1, aanhef en onderdeel a van de Wft van de Stichting Autoriteit Financiële Markten (AFM). Het Fonds is een fonds voor gemene rekening en heeft derhalve geen rechtspersoonlijkheid. De bewaarmaatschappij is juridisch eigenaar van of juridisch gerechtigd tot het vermogen van het Fonds dat door de beheerder wordt belegd. Alle goederen die deel uitmaken of deel gaan uitmaken van het Fonds zijn respectievelijk worden ten titel van beheer verkregen door de bewaarmaatschappij ten behoeve van de participanten in het Fonds. Verplichtingen die deel uitmaken of deel gaan uitmaken van het Fonds zijn respectievelijk worden aangegaan op naam van de bewaarmaatschappij. De vermogensbestanddelen worden door de bewaarmaatschappij gehouden voor rekening van de participanten. Het Fonds kent een of meer verschillende klassen participaties ( “Participatieklasse” of “Participatieklassen”). De participaties geven per klasse recht op een evenredig aandeel in het vermogen dat aan de betreffende Participatieklasse wordt toegerekend. Participatieklassen binnen het Fonds kunnen onderling verschillen op het vlak van kosten- en vergoedingenstructuur, het minimum bedrag van eerste inleg, eisen aan de hoedanigheid van de beleggers, de valuta waarin de intrinsieke waarde is uitgedrukt, etc.

5


Jaarverslag 2014

Het Gespreide Beleggingsfonds kent op balansdatum de volgende Participatieklasse:  Participatieklasse G  Participatieklasse Z Het fondsvermogen van Participatieklasse Z van het Fonds is kleiner dan € 1.000. Gezien het feit dat de bedragen in het verslag in duizenden euro’s worden opgenomen is van deze participatieklasse beperkte informatie opgenomen in het jaarverslag.

Uitgifte en inkoop van participaties Het Fonds is een open end beleggingsfonds, hetgeen betekent dat het Fonds, behoudens uitzonderlijke situaties, op verzoek van beleggers participaties zal uitgeven ("uitgifte") en gehouden is op verzoek van beleggers participaties te verkrijgen ("inkopen") tegen de participatiewaarde van een participatie vermeerderd of verminderd met de hierna te noemen vaste op- of afslag zoals die voor een betreffende beursdag is vastgesteld. De participatiewaarde van een participatie in het Fonds wordt vermeerderd of verminderd met een vaste op- of afslag ter dekking van de aanen verkoopkosten van ‘fysieke’ beleggingen. Deze vergoeding dient ter bescherming van de zittende participanten en komt ten goede aan het Fonds. Uitgifte is op iedere beursdag mogelijk. Het Fonds zal op verzoek participaties uitgeven.

Fiscale status Het Fonds wordt in Nederland aangemerkt als een fiscaal transparante entiteit en is mitsdien niet onderworpen aan Nederlandse vennootschapsbelasting. Het Fonds is daarmee fiscaal transparant. Om het besloten karakter van het Fonds te waarborgen kan de overdraagbaarheid van de participaties aan bepaalde voorwaarden worden verbonden.

NNIP Principles of Fund Governance De Nederlandse wetgever heeft in artikel 17 lid 5 Besluit gedragstoezicht financiële ondernemingen (Bgfo) het voorschrift opgenomen dat de fondsbeheerder, de (zelfstandige) beleggingsinstelling of de bewaarders daarvan moeten zorg dragen voor onafhankelijk toezicht op de uitvoering van het beleid en de procedures en maatregelen van de organisatie van de fondsbeheerder. Binnen de brancheorganisatie Dufas heeft de sector zich ingezet voor zelfregulering op dit gebied wat geresulteerd heeft in de Dufas Principles of Fund Governance. Hiermee wordt gericht invulling gegeven aan de wettelijke bepalingen voor integere bedrijfsvoering als genoemd in de Wet op het financieel toezicht, waarvan artikel 17 lid 5 Bgfo een nadere uitwerking vormt. Middels de NNIP Principles of Fund Governance geeft NN Investment Partners B.V. invulling aan haar governance beleid. Deze Principles hebben wij gepubliceerd op onze website www.nnip.nl. Zoals in de NNIP Principles of Fund Governance beschreven heeft NN Investment Partners B.V. de externe accountant van de fondsen, Ernst & Young Accountants LLP, als toezichthoudende entiteit aangewezen om de naleving van de Principles of Fund Governance te beoordelen. Deze toezichthoudende entiteit heeft in dit kader, middels een beoordeling via deelwaarnemingen op het bestaan en werking van de ingestelde controlemechanismen, vastgesteld of NN Investment Partners B.V. voldoet aan de NNIP Principles of Fund Governance. Op basis van de uitgevoerde beoordeling heeft deze toezichthoudende entiteit een verslag over 2013 opgesteld, welke besproken is in de directievergadering van NN Investment Partners B.V. d.d. 23 juni 2014. Over 2014 zal deze toezichthoudende entiteit ook een verslag uitbrengen.

6


Jaarverslag 2014

Stembeleid Verantwoording over de bepalingen gericht tot aandeelhouders in het algemeen en institutionele beleggers in het bijzonder in de Nederlandse corporate governance code. Met de invoering in 2004 van de Nederlandse corporate governance code (de ‘Code’) is de aandacht voor corporate governance in Nederland sterk toegenomen. Ondernemingen zijn in toenemende mate aandacht gaan besteden aan het onderwerp goed ondernemingsbestuur. Daarnaast zijn in 2008 ook aanvullende principes en best practices in de Nederlandse corporate governance code opgenomen die specifiek gericht zijn tot institutionele beleggers (IV.4.1 IV.4.3) alsook tot alle aandeelhouders in Nederlandse beursvennootschappen (IV.4.4 – IV.4.6). Van institutionele beleggers wordt onder andere verwacht dat zij een stembeleid publiceren op de website, op grond waarvan het stemrecht wordt uitgeoefend op aandeelhoudersvergaderingen. NN Investment Partners B.V. (‘beheerder’) heeft in haar rol als beheerder van fondsen een eigen stembeleid ontwikkeld op grond waarvan het stemrecht op aandeelhoudersvergaderingen (in en buiten Nederland) wordt uitgeoefend. Dit stembeleid wordt door NN Investment Partners ook gebruikt voor het uitoefenen van het stemrecht op aandeelhoudersvergaderingen namens Belgische – en Luxemburgse beleggingsfondsen. Aangezien de klanten van NN Investment Partners zeer divers zijn en veelal eigen opvattingen hebben over corporate governance, is ons stembeleid zoveel mogelijk gebaseerd op algemeen geaccepteerde best practices. Een voorbeeld hiervan zijn de richtlijnen van het International Corporate Governance Network (ICGN). Bij het uitoefenen van het stemrecht wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met de regelgeving en normen in de landen en sectoren waarin wordt belegd. Het stembeleid dient als een belangrijk raamwerk op basis waarvan wij ons stemrecht uitoefenen, waarbij afwijking van het stembeleid steeds mogelijk is indien, ter discretie van de fondsbeheerder, het collectieve belang van de beleggers in het fonds daarmee is gediend. De beheerder is van oordeel dat bedrijven met aandacht voor goed ondernemingsbestuur, en die bij de bedrijfsvoering de belangen van aandeelhouders en andere relevante stakeholders in ogenschouw nemen, uiteindelijk betere prestaties zullen leveren. Door actief gebruik te maken van het aan de aandelen verbonden stemrecht, kan de beheerder een positieve invloed uitoefenen op de corporate governance van de betreffende ondernemingen. Aandeelhouders kunnen zich bijvoorbeeld uitspreken over de benoeming van nieuwe bestuurders en commissarissen, maar ook over het beloningsbeleid van ondernemingen en wijzigingen van de statuten.

Stemmen voor NNIP fondsen Met het oog op de afweging tussen het belang van beleggers bij de uitoefening van het stemrecht enerzijds en kostenbeheersing en praktische uitvoerbaarheid anderzijds, wordt alleen gestemd op aandelen die worden gehouden in de Nederlandse -, Belgische – en Luxemburgse beleggingsfondsen van NN Investment Partners met meer dan EUR 100 miljoen aan beheerd vermogen in aandelen. Voor de fondsen die aan dit criterium voldoen zal het stemrecht worden uitgeoefend, tenzij de uitoefening van deze rechten niet in het collectieve belang van de beleggers in het fonds wordt geacht of in strijd is met lokale regelgeving. Voor fondsen die vallen onder NNIP's Sustainable Investments Strategy wordt geen minimum omvang criterium gehanteerd, daar deze fondsen specifiek hun duurzame beleid en criteria ook via het stembeleid willen uitvoeren. Daarbij kan bij agendapunten die milieuzaken en sociale aangelegenheden betreffen, het stemgedrag afwijken van het stemgedrag bij de andere fondsen waarvoor wordt gestemd. De beheerder heeft een proxy voting comité aangesteld dat verantwoordelijk is voor het uitoefenen van het stemrecht. Het stemrecht op aandeelhoudersvergaderingen kan elektronisch worden uitgeoefend waarbij de beheerder niet zelf aanwezig is op de vergadering, maar in enkele gevallen wordt er ook voor gekozen om zelf een aandeelhoudersvergadering bij te wonen en daar het woord te voeren. Ook kan het voorkomen dat aan een andere institutionele belegger een volmacht wordt gegeven om namens beheerder het woord te voeren. In enkele landen worden de aandelen door het uitoefenen van het stemrecht op een Algemene Vergadering van Aandeelhouders in depot geblokkeerd en kunnen als gevolg daarvan niet worden verhandeld tot na de vergadering (zgn. blocking markets). In blocking markets zal slechts op 5% van de gehouden aandelen worden gestemd om

7


Jaarverslag 2014

enerzijds wel een signaal af te kunnen geven, maar anderzijds te voorkomen dat ongewenst economisch risico wordt gelopen. Wanneer uitoefening van stemrechten buitensporige kosten met zich mee brengt of praktisch niet of slechts tegen onevenredige inspanning uitvoerbaar is, kan ervan worden afgezien deze uit te oefenen. Voor een beschrijving van het stembeleid en inzicht in het daadwerkelijke stemgedrag zoals dat in het boekjaar 2014 van toepassing was, verwijzen wij naar de website www.nnip.nl.

Nederlandse corporate governance code In de in december 2008 aangepaste Nederlandse corporate governance code zijn, naast het principe en de drie best practice bepalingen (IV.4.1 - IV.4.3) die specifiek gericht zijn tot institutionele beleggers, een principe en een drietal best practice bepalingen opgenomen die zich richten tot alle aandeelhouders in Nederlandse beursvennootschappen (IV.4.4 – IV.4.6). NN Investment Partners past de best practices IV.4.1 - IV.4.6 toe, waarbij wel een voorbehoud wordt gemaakt ten aanzien van best practice IV.4.4. Hierin is vastgelegd dat wanneer een of meerdere aandeelhouders het voornemen hebben de agendering te verzoeken van een onderwerp dat kan leiden tot wijziging van de strategie van de vennootschap, bijvoorbeeld door het ontslag van één of meer bestuurders of commissarissen, het bestuur in de gelegenheid gesteld een redelijke termijn in te roepen om hierop te reageren (de responstijd). NN Investment Partners onderschrijft de best practice bepaling om het agenderingsrecht slechts uit te oefenen nadat de aandeelhouder daarover in overleg is getreden met het bestuur, tenzij dat niet werkbaar is in het kader van het beschikbare tijdsbestek. NN Investment Partners zal wel van geval tot geval beoordelen of zij bereid is de responstijd te respecteren, aangezien de responstijd van maximaal 180 dagen op gespannen voet staat met het wettelijke recht van aandeelhouders om uiterlijk 60 dagen voor de aandeelhoudersvergadering een onderwerp voor de agenda van de aandeelhoudersvergadering aan te dragen.

Verantwoord beleggen NN Investment Partners International Holdings B.V. hecht veel waarde aan verantwoord beleggen en het bieden van klantgerichte oplossingen. Onze strategie voor Verantwoord Beleggen (VB) is gebaseerd op onze beleggingsrichtlijnen en bestaat uit vier pijlers:    

we hanteren de principes voor Verantwoord Beleggen van de Verenigde Naties (UN PRI). we beleggen niet in controversiële wapens. we oefenen het stemrecht op aandelen actief uit in overeenstemming met het belang van onze klanten. we bieden gespecialiseerde duurzame beleggingsfondsen en op maat gemaakte oplossingen voor Verantwoord Beleggen aan.

NN Investment Partners International Holdings B.V. is actief betrokken bij internationale initiatieven, waarbij het belang van een verantwoorde beleggingsaanpak voorop staat.

8


Jaarverslag 2014

Gecommitteerd aan UN PRI – het integreren van ESG NN Investment Partners (NNIP) onderschrijft de principes voor Verantwoord Beleggen van de Verenigde Naties (UN PRI). Deze verzameling van wereldwijde best practices helpt effectenhouders en vermogensbeheerders bij het integreren van milieu- (Environment), sociale (Social) en goed ondernemingsbestuurlijke (Governance) kwesties in de beleggingspraktijk. We zijn ervan overtuigd dat we door het integreren van ESG-factoren in het beleggingsproces rekening kunnen houden met factoren die vaak buiten de traditionele financiële analyse vallen, maar die van grote invloed kunnen zijn op de prestaties op de lange termijn. Op die manier kunnen onze analisten potentiële waarde ontsluiten door het identificeren van mogelijkheden en/of risico's vanuit een ESG-perspectief. Onze fondsmanagers nemen deze vervolgens mee in hun beleggingsbeslissingen. De voor ons belangrijke ESG-factoren zijn onder meer milieubelasting en klimaatverandering, corruptie, mensenrechten, gezondheid en veiligheid en goed ondernemingsbestuur. Deze factoren zijn geïntegreerd in het beleggingsproces voor zowel eigen activa als vermogen van derden, en ze zijn van toepassing op zowel aandelen als bedrijfsobligaties. Voor staatsobligaties geldt een vergelijkbare procedure.

Controversiële wapens en wapenhandel NN Group N.V. neemt positie in tegen controversiële wapenhandel, zoals het beschikbaar stellen van wapens aan VN, EU of VS wapenembargolanden. Daarnaast beschouwt NN Group N.V. anti-persoonslandmijnen, clustermunitie, munitie met verarmd uranium en biologische of chemische wapens als controversiële wapens. NN Group N.V. zal geen beleggingen voor eigen rekening doen in bedrijven die wapens beschikbaar stellen aan VN, EU, of VS wapenembargolanden, of bedrijven die de hiervoor genoemde controversiële wapens produceren, onderhouden of verhandelen. Met uitzondering van index-trackers en expliciete opdrachten van klanten zal NN Group N.V. er, waar juridisch mogelijk en door ons eenzijdig afdwingbaar, voor zorgen dat geld van klanten niet via de door NN Group N.V. beheerde beleggingsfondsen in dergelijke bedrijven wordt geïnvesteerd. NN Group N.V. beschouwt kernwapens ook als controversieel. Kernwapens hebben echter een ander karakter aangezien productie, gebruik en proliferatie sterk is gereguleerd door de internationale gemeenschap. Veel technische bedrijven zijn betrokken bij de kernwapenprogramma's van hun respectievelijke overheden. Om ons standpunt ten aanzien van kernwapens in balans te brengen met de grote betrokkenheid door de private sector, sluit ons beleggingsbeleid investeringen uit in bedrijven die betrokken zijn bij kernwapens en daarbij een duidelijke focus hebben op defensie gerelateerde activiteiten. Ten aanzien van deze bedrijven passen wij dezelfde beperkingen toe als op bedrijven die betrokken zijn bij controversiële wapenhandel en andere controversiële wapens.

Actief stemmen in het belang van onze klanten De fondsen van NNIP worden beheerd met als doel om een optimaal rendement voor onze klanten te behalen, in overeenstemming met de weten regelgeving en het beleggingsbeleid van elk afzonderlijk fonds. We zijn ervan overtuigd dat ondernemingen met een deugdelijk bestuur (corporate governance), die transparant zijn voor hun aandeelhouders en belanghebbenden, naar verwachting betere resultaten boeken op lange termijn. We beschouwen het als onze verantwoordelijkheid om deugdelijk bestuur te bevorderen bij de ondernemingen waarin we beleggen. Een van de manieren om dit te bewerkstelligen is actief gebruik te maken van het aan de aandelen verbonden stemrecht. Bij het uitbrengen van onze stem tijdens aandeelhoudersvergaderingen handelen wij in het beste belang van de economische eigenaars van de aandelen.

9


Jaarverslag 2014

We bieden gespecialiseerde duurzame beleggingsfondsen en oplossingen op maat NNIP streeft ernaar om te voldoen aan de toenemende vraag naar producten die niet alleen goede financiële resultaten genereren, maar ook maatschappelijke en milieudoelstellingen dienen. Dit doen we door nieuwe producten en diensten te blijven ontwikkelen en op de markt te brengen die in deze behoeften voorzien.

We steunen internationale initiatieven Door het ondertekenen van internationale initiatieven onderschrijft NNIP haar ambitie en aanpak op het gebied van verantwoord beleggen. Enkele voorbeelden: 

 

NNIP is sinds 2008 ondertekenaar van de principes voor Verantwoord Beleggen van de Verenigde Naties (UN PRI). Deze verzameling van wereldwijde best practices helpt effectenhouders en vermogensbeheerders bij het integreren van ESG-kwesties in de beleggingspraktijk. NNIP heeft de European SRI Transparency Code van Eurosif ondertekend. Eurosif (European Sustainable Investment Forum) bevordert de transparantie via het gebruik van kwalitatieve beleggingscriteria. NNIP steunt het Carbon Disclosure Project (CDP), een programma dat bedrijven aanspoort om transparanter te zijn op het gebied van hun uitstoot van broeikasgassen.

DUFAS Code Vermogensbeheer NN Investment Partners is lid van de Dutch Fund and Asset Management Association (‘DUFAS’), de brancheorganisatie van de vermogensbeheersector in Nederland. DUFAS behartigt de gemeenschappelijke belangen van deze sector, zowel op het gebied van retail (consumenten) als institutioneel (professionele beleggers). Op 1 oktober 2014 heeft een bijzondere ledenvergadering van DUFAS plaatsgevonden. Tijdens deze vergadering is de tekst van de door DUFAS, in samenwerking met haar leden, opgestelde Code Vermogensbeheer (hierna genoemd: ‘de Code’) unaniem goedgekeurd. De Code geeft antwoord op de vraag wat de klanten van hun vermogensbeheerder mogen verwachten. De Code bestaat uit tien algemene principes, waarbij elk principe is voorzien van een nadere toelichting. Op de website van de beheerder, www.nnip.nl, is toegelicht op welke wijze de principes van de code in 2014 zijn toegepast.

10


Jaarverslag 2014

Participatieklasse G Algemeen Participatieklasse G is een Participatieklasse bestemd voor verzekeraars dan wel premiepensioeninstellingen ten behoeve van vermogensopbouw in het kader van pensioenovereenkomsten op grond van de Pensioenwet. De juridische naam van participaties van Participatieklasse G is gelijk aan de naam van het Fonds met de toevoeging “ – G”, te weten: Gespreide Beleggingsfonds - G. De commerciële naam van participaties van Participatieklasse G is Gespreide Beleggingsfonds.

Kopen en verkopen van participaties Participaties in het Fonds worden uitsluitend aangeboden en verkocht via de Transfer Agent. De Transfer Agent, zijnde The Bank of New York Mellon SA/NV, is ervoor verantwoordelijk om de aanen verkoopopdrachten betreffende participaties in het Fonds zoals die bij haar zijn ingelegd in het orderboek, met inachtneming van de voorwaarden zoals vermeld in het Prospectus en de Voorwaarden, te beoordelen en te accepteren. De ISIN-code van Participatieklasse G is NL0010622874.

Kostenstructuur Managementvergoeding Aan Participatieklasse G wordt een managementvergoeding in rekening gebracht van 0,45% per jaar, te herleiden naar een percentage op dagbasis dat wordt berekend over het totale vermogen van Participatieklasse G aan het einde van iedere dag. Overige kosten Naast bovengenoemde managementvergoeding worden overige kosten ten laste van Participatieklasse G gebracht. Deze overige kosten betreffen reguliere en/of doorlopende kosten alsmede incidentele, buitengewone kosten en betreffen onder andere de kosten van: de administratie, de verslaggeving, de bewaring van de activa, de accountant, het toezicht, het verrichten van betalingen, publicaties, vergaderingen van participanten, gerechtelijke procedures, zgn. fee sharing arrangementen in het kader van securities lending- en cash management activiteiten alsmede externe adviseurs en service providers zoals de Transfer Agent, een en ander voor zover deze kosten in rekening zijn gebracht ten laste van de Participatieklassen. Voor zover deze kosten direct toerekenbaar zijn, worden deze kosten rechtstreeks ten laste van de Participatieklasse G van het Fonds gebracht. Voor zover deze kosten niet direct toerekenbaar zijn, worden deze kosten via een verdeelsleutel ten laste van Participatieklasse G gebracht.

11


Jaarverslag 2014

Kerncijfers – Participatieklasse G Algemeen

Fondsvermogen (x 1.000)

€

Aantal geplaatste participaties (stuks)

2014*

2013

2012

2011

2010

274.109

169.550

180.867

205.666

265.249

12.545.100

8.982.563

10.610.290

13.917

17.524

Participatiewaarde

€

21,85

18,88

17,05

14,78

15,14

Transactieprijs

€

21,82

-

-

-

-

Uitgekeerd dividend per participatie

€

-

-

-

-

-

Netto rendement Participatieklasse

% 8,83 (15,76)

10,73

15,35

-2,37

14,46

Rendement van de benchmark

% 9,06 (17,14)

11,08

14,16

0,27

13,56

Relatief rendement

% -0,23 (-1,38)

-0,35

1,19

-2,64

0,90

2014*

2013

2012

2011

2010

0

4.640

5.480

7.352

8.224

-610

-850

-930

-1.094

-1.235

Waardeveranderingen

23.723

14.287

23.071

-13.083

29.127

Totaal beleggingsresultaat

23.113

18.077

27.621

-6.825

36.116

2014*

2013

2012

2011

2010

0,00

0,48

0,47

0,46

0,44

-0,05

-0,09

-0,08

-0,07

-0,07

Waardeveranderingen

1,82

1,48

1,96

-0,83

1,54


1,77

1,87

2,35

-0,44

1,91

Meerjarenoverzicht in totalen Bedragen x € 1.000 Inkomsten Bedrijfslasten

Meerjarenoverzicht per participatie Bedragen x € 1 Inkomsten Bedrijfslasten

*

De onder 2014 vermelde cijfers hebben betrekking op de periode 11 juli 2014 tot en met 31 december 2014. Het rendement van Participatieklasse G en de benchmark over het kalenderjaar 2014 treft u aan tussen haakjes ( ), direct achter het rendement van de periode.

12


Jaarverslag 2014

Toelichting op de kerncijfers Opgenomen periode en pro forma cijfers Op 11 juli 2014 zijn de participaties in Gespreide Beleggingsfonds omgezet in participaties in Participatieklasse-G van Gespreide Beleggingsfonds. Met ingang van 11 juli 2014 is Participatieklasse-G hiermee actief. De vergelijkende cijfers in het meerjarenoverzicht zijn pro forma en hebben betrekking op Gespreide Beleggingsfonds voor omzetting per 11 juli 2014. De onder 2014 vermelde cijfers hebben betrekking op 31 december respectievelijk op de periode 11 juli 2014 tot en met 31 december 2014. De tussen haakjes opgenomen gegevens hebben betrekking op het kalenderjaar, te weten 1 januari 2014 tot en met 31 december 2014. De onder overige jaren vermelde cijfers hebben betrekking op 31 december respectievelijk de periode 1 januari tot en met 31 december van het betreffende jaar, tenzij anders vermeld.

Participatiewaarde De participatiewaarde van het Fonds zal elke beursdag door de beheerder worden vastgesteld. De waarde van een Participatieklasse G wordt bepaald door de waarde van deze Participatieklasse te delen door het aantal op de dag van vaststelling bij beleggers uitstaande, geplaatste participaties.

Transactieprijs De transactieprijs is gebaseerd op de Participatiewaarde van Participatieklasse G met een vaste op- of afslag ter vergoeding van de aan- of verkoopkosten van de onderliggende ‘fysieke’ beleggingen. Indien geen transactie heeft plaatsgevonden op deze beursdag is de opgenomen transactieprijs gelijk aan de Participatiewaarde.

Netto rendement Het netto rendement van Participatieklasse G van het Fonds is gebaseerd op de participatiewaarde per participatie rekening houdend met (eventuele) dividenduitkeringen. Het relatief rendement betreft het verschil tussen het netto rendement van Participatieklasse G van het Fonds en het rendement van de benchmark.

Gemiddeld aantal participaties Het gemiddeld aantal participaties, zoals dat wordt gebruikt in de berekening van het meerjarenoverzicht per participatie, wordt bepaald als het gewogen gemiddelde van de uitstaande participaties op dagbasis, gebaseerd op het aantal dagen dat de participatie waardebepaling plaatsvindt gedurende de rapportageperiode. Voor de kerncijfers over 2011 en eerder is het gemiddeld aantal participaties gehanteerd, berekend als het gewogen gemiddelde van de uitstaande participaties op kwartaalbasis.

Kerncijfers per participatie De berekening van de kerncijfers per participatie kan door het moment en aantal van toe- en uittredingen in combinatie met volatiliteit in de resultaatsontwikkeling gedurende de verslaggevingsperiode een afwijkend beeld geven wanneer dit wordt vergeleken met de koersontwikkeling per participatie over het jaar.

13


Jaarverslag 2014

Participatieklasse Z Algemeen Participatieklasse Z is een Participatieklasse bestemd voor andere door de beheerder beheerde beleggingsinstellingen dan wel professionele beleggers die (op andere wijze) een vergoeding betalen aan de beheerder zelf of aan een aan de beheerder gelieerde partij voor het beheer van hun vermogen. De juridische en commerciële naam van participaties van Participatieklasse Z is gelijk aan de naam van het Fonds met de toevoeging “ – Z”, te weten: Gespreide Beleggingsfonds – Z.

Kopen en verkopen van participaties Participaties in het Fonds worden uitsluitend aangeboden en verkocht via de Transfer Agent. De Transfer Agent, zijnde The Bank of New York Mellon SA/NV, is ervoor verantwoordelijk om de aanen verkoopopdrachten betreffende participaties in het Fonds zoals die bij haar zijn ingelegd in het orderboek, met inachtneming van de voorwaarden zoals vermeld in het Prospectus en de Voorwaarden, te beoordelen en te accepteren. De ISIN-code van Participatieklasse Z is NL0010622882

Kostenstructuur Managementvergoeding De Beheerder zal aan Participatieklasse Z van het Fonds geen managementvergoeding in rekening brengen. Overige kosten Er worden ten laste van Participatieklasse Z overige kosten in rekening gebracht. Deze overige kosten betreffen reguliere en/of doorlopende kosten alsmede incidentele, buitengewone kosten en betreffen onder andere de kosten van: de administratie, de verslaggeving, de bewaring van de activa, de accountant, het toezicht, het verrichten van betalingen, publicaties, vergaderingen van participanten, gerechtelijke procedures, zgn. fee sharing arrangementen in het kader van securities lending- en cash management activiteiten alsmede externe adviseurs en service providers zoals de Transfer Agent, een en ander voor zover deze kosten in rekening zijn gebracht ten laste van de Participatieklassen. Voor zover deze kosten direct toerekenbaar zijn, worden deze kosten rechtstreeks ten laste van de Participatieklasse Z van het Fonds gebracht. Voor zover deze kosten niet direct toerekenbaar zijn, worden deze kosten via een verdeelsleutel ten laste van Participatieklasse Z gebracht.

Kerncijfers Het fondsvermogen van Participatieklasse Z van het Fonds is gedurende de gehele verslagperiode kleiner dan € 1.000. Gezien het feit dat de bedragen in het verslag in duizenden euro’s worden opgenomen zijn er geen kerncijfers voor deze Participatieklasse opgenomen.

14


Jaarverslag 2014

Verslag van de beheerder Wijziging structuur en namen NN Group NN Group N.V. is een internationale verzekeraar én vermogensbeheerder, actief in meer dan 18 landen. Sinds 2 juli 2014 is NN Group N.V. een beursgenoteerde onderneming, genoteerd aan Euronext Amsterdam. ING Groep N.V. had in 2014 een meerderheidsbelang in NN Group N.V. ING wil meer dan 50% van haar aandelen in NN Group voor 31 december 2015 afstoten en de resterende aandelen voor 31 december 2016. Deze doelstelling komt overeen met het tijdpad dat ING is overeengekomen met de Europese Commissie. NN Investment Partners NN Investment Partners is de vermogensbeheerder van NN Group N.V. Met de verzelfstandiging van NN Group is NN Investment Partners de nieuwe naam van ING IM International. Namen in het jaarverslag 2014 Als gevolg van de hierboven aangegeven wijzigingen zijn de namen van de juridische entiteiten en fondsnamen per 7 april 2015 gewijzigd. In het jaarverslag 2014 zijn de namen zoals deze met ingang van 7 april 2015 gelden opgenomen. Per 7 april 2015 hebben de volgende naamswijzigingen plaatsgevonden: Naam tot en met 6 april 2015

Naam vanaf 7 april 2015

ING Fund Management B.V.

NN Investment Partners B.V.

ING Investment Management (Europe) B.V.

NN Investment Partners International Holdings B.V.

ING Investment Management International

NN Investment Partners

ING Bewaar Maatschappij III B.V.

NNIP Bewaar Maatschappij III B.V.

www.ingim.nl

www.nnip.nl

Genoemde structuur- en naamswijziging heeft geen invloed op het beleggingsbeleid van het Fonds.

15


Jaarverslag 2014

Herstructurering ING beleggingsfondsen Algemeen Op Europees niveau zijn nieuwe regels geïntroduceerd voor beleggingsfondsen, waardoor het nationale toezichtregime is verdwenen en is vervangen door één van de twee Europese toezichtregimes, te weten UCITSregime en AIFMD- regime. In Nederland zijn beide toezichtregimes geïmplementeerd in de Wet op het financieel toezicht. Als gevolg hiervan heeft een herstructurering van de Nederlandse ING beleggingsfondsen plaatsgevonden. De Nederlandse ING beleggingsfondsen zijn omgevormd naar beleggingsfondsen waarop ofwel het UCITS-regime dan wel het AIFMD-regime van toepassing is. Gespreide Beleggingsfonds is per 22 juli 2014 omgevormd naar een beleggingsfonds waarop het AIFMD-regime van toepassing is. AIFMD staat voor ‘Alternative Investment Fund Manager Directive’ (in het Nederlands: Richtlijn inzake beheerders van alternatieve beleggingsinstellingen’). Een beleggingsfonds dat valt onder het AIFMD-regime wordt ook wel aangeduid met ‘AIF’ dat staat voor ‘Alternative Investment Fund’ (in het Nederlands: ‘abi’ dat staat voor ‘alternatieve beleggingsinstelling’).

Wijziging fondsstructuur In verband met de invoering van voornoemde Europese toezichtregimes heeft de Beheerder besloten om verschillende door hem beheerde beleggingsfondsen samen te voegen waardoor een grotere mate van efficiency kan worden bereikt ten opzichte van het zelfstandig laten voortbestaan van die beleggingsfondsen. Op 11 juli 2014 is hiervoor de structuur van het Fonds gewijzigd. Op deze datum zijn Participatieklassen voor het Fonds geïntroduceerd. De participaties geven per klasse recht op een evenredig aandeel in het vermogen van het Fonds dat aan de betreffende Participatieklasse wordt toegerekend. Activering van de Participatieklassen heeft als volgt plaatsgevonden: Participatieklasse-G Participatieklasse-Z

Participaties in Gespreide Beleggingsfonds zijn omgezet in participaties van Participatieklasse-G Participatieklasse-Z is geactiveerd

16


Jaarverslag 2014

Algemene financieel economische ontwikkelingen in 2014 

De wereldeconomie leek in 2014 geleidelijk aan te trekken. De groei komt naar verwachting uit op 2,9%; dit is een lichte verbetering ten opzichte van 2013 (+2,8%). Deze bescheiden versnelling kwam in de eerste plaats door de sterke activiteit in de private sector in de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk. Hier gaven de verbeterende arbeidsmarkt en de welvaartseffecten van de aandelen- en vastgoedmarkten de private bestedingen een impuls.



In Japan en de eurozone stelde de groei juist teleur. De groei in opkomende economieën bleef gematigd. De olieprijs ging omlaag, ondanks oplopende geopolitieke spanningen in het Midden-Oosten en Oekraïne. Dit kwam door zorgen over een verzwakkende vraag en het ruime aanbod.



De wereldwijde inflatie bleef in 2014 onder controle dankzij de lagere energieprijzen en onbenutte capaciteit. De inflatie daalde tot (naar verwachting) 2,7% in 2014 (2,9% in 2013).



De centrale banken speelden in 2014 een hoofdrol. In oktober stopte de Amerikaanse Fed na meer dan vijf jaar met het opkopen van staatsobligaties (‘QE’). Japan breidde haar QE-programma juist uit om de inflatie te stimuleren. De Europese Centrale Bank (ECB) verlaagde het belangrijkste rentetarief tot 0,05% en wil haar balanstotaal met 1 triljoen euro uitbreiden om de groei en de inflatie te stimuleren.



Ook politiek gezien was 2014 roerig. De Schotten stemden in september op een referendum tegen onafhankelijkheid van het VK. In de VS wonnen de Republikeinen een meerderheid in het Congres bij tussentijdse verkiezingen in november en op 14 december behield de Liberaal-Democratische Partij van Abe de meerderheid in het Japanse Lagerhuis. Hierdoor kan hij tot 2018 aanblijven en sneller structureel hervormen.



In diverse belangrijke opkomende landen (zoals India, Zuid-Afrika, Indonesië, Turkije en Brazilië) vonden verkiezingen plaats. Deze zorgden voor hoop op hervormingen die de economische activiteit kunnen stimuleren.



De geopolitieke spanningen laaiden in 2014 op. In maart nam Rusland de Oekraïense regio de Krim in, terwijl pro-Russische separatisten verschillende steden in het oosten van Oekraïne bezetten. In september begonnen de VS en haar bondgenoten in Syrië en Irak met luchtaanvallen op doelwitten van de Islamitische Staat.



Ondanks aanhoudende zorgen om de mondiale groei en geopolitieke spanningen was 2014 gunstig voor beleggers. Een langzaam aantrekkende economische groei, dalende inflatie en soepel monetair beleid zorgden in de financiële markten voor een zoektocht naar rendement. De liquiditeit ging naar (staats)obligaties, aandelen en vastgoed.



De beleggingsrendementen werden in 2014 beïnvloed door valutaschommelingen. De Amerikaanse dollarindex, die de waarde van de dollar afzet tegen een mandje met belangrijke valuta’s, steeg in 2014 naar het hoogste niveau in negen jaar.



In 2014 steeg beursgenoteerd vastgoed 31% in euro’s; de beste performance van alle belangrijke categorieën. Dit was te danken aan de combinatie van lagere obligatierentes bij een bescheiden economische verbetering en aantrekkelijke waarderingen. De aandelenmarkten deden het in 2014 ook goed (+19.5% in euro’s). Dit betekende een voortzetting van de opwaartse trend die in 2009 na de financiële crisis werd ingezet. Aandelen kregen steun van sterke winstcijfers, dividendgroei en een toenemend ondernemersvertrouwen. Vooral Amerikaanse aandelen presteerden goed. Tegen de meeste verwachtingen in daalde de obligatierente in de VS en Duitsland naar nieuwe dieptepunten. In de VS kwam dit door een onverwachte afname van het aanbod vanwege de kleinere



17


Jaarverslag 2014

leenbehoefte van de Amerikaanse overheid en een structureel grote vraag. De lagere rente in Duitsland had te maken met de lage inflatie en zwakke economische activiteit in de eurozone, het vooruitzicht van nieuwe monetaire acties van de ECB om de groei te stimuleren en de zoektocht naar veilige havens in een omgeving die wordt gekenmerkt door geopolitieke onzekerheid. 

Grondstoffen bleven achter door zorgen over een zwakkere vraag en voldoende aanbod. De prijs van ruwe olie daalde in 2014 met 46%.

18


Jaarverslag 2014

Fondsspecifieke ontwikkelingen in 2014 Marktontwikkelingen Begin 2014 vertraagde de wereldwijde economische groei als gevolg van gewijzigde dynamieken in de verschillende regio’s. Terwijl de groei in de meeste ontwikkelde landen herstelde, was er een vertraging in grote opkomende economieën. In de VS bleken de economische indicatoren in januari en februari door het slechte weer en voorraadcorrecties zwakker dan verwacht. De geopolitieke spanningen tussen Rusland en Oekraïne en de spanningen in Irak zorgden voor angst voor de gevolgen in geval van escalatie. De inflatie bleef laag ten opzichte van het historische gemiddelde, als gevolg van lage grondstoffenprijzen en overvloedige capaciteiten. In het derde kwartaal trok de wereldeconomie aan. De verbetering was vooral te danken aan de VS. In de grootste economie ter wereld verdwenen de factoren die aan het begin van het jaar de groei hadden gedrukt. In Japan herstelde de economie van de krimp die volgde op de btw-verhoging op 1 april. De eurozone bleef de zwakke schakel. De hoge werkloosheid, de begrotingsbezuinigingen en een rechtstreekse blootstelling aan de politieke spanningen in Oekraïne drukten de Europese groei. De wereldwijde inflatie bleef matig door aanzienlijk lagere energieprijzen en onbenutte capaciteit.

Gevoerd beleggingsbeleid De verantwoording over het gevoerde beleggingsbeleid is gebaseerd op de brutoperformance van het fonds over het kalenderjaar (1 januari tot en met 31 december 2014). Dit is de performance van het fonds zoals is opgenomen in de paragraaf ‘kerncijfers’, exclusief de kosten voor het beheer van het fonds. Het resultaat van het Fonds was positief, maar bleef over het jaar achter bij de benchmark. Dit ondanks een positieve bijdrage van tactische assetallocatie. Onze voorkeur voor aandelen ten opzichte van vastrentende waarden was de juiste keuze. De inbreng van actief beleid in de onderliggende beleggingsfondsen, waarin het fonds doorbelegt, was echter minder positief. Het NN Global Equity Fund bleef achter bij de benchmark. Ook het NN Global Real Estate Fund wist de eigen maatstaf niet te evenaren. Het NN Euro Obligatie Fonds leverde wel een positieve bijdrage.

Gebruik derivaten in de verslagperiode In de fondsen waarin door het fonds wordt belegd, is gebruik gemaakt van derivaten, waaronder futures, valutatermijncontracten en swaps. Deze werden gebruikt voor het afdekken van risico’s of voor het innemen van actieve posities binnen het kader van de beleggingsrestricties.

Vooruitzichten We verwachten dat de centrale banken in 2015 een belangrijke rol blijven spelen. De lage groei, de lage inflatie en een soepeler beleid van de centrale banken stimuleren de zoektocht naar rendement in de financiële markten. Aandelen en vastgoed zullen volgens ons in 2015 de sterkst presterende beleggingscategorieën zijn. Als logisch doelwit in de zoektocht naar extra rendement deden vastgoedaandelen het in 2014 beter dan de andere beleggingscategorieën. Deze aandelen combineren een aantrekkelijk dividendrendement met een optie op voortzetting van het economisch herstel. We verwachten dat deze ontwikkeling in 2015 zal aanhouden. Een geleidelijke stijging van de rente als gevolg van een economisch herstel is niet per definitie negatief voor de economie. Vastgoedaandelen zijn echter wel gevoelig voor een rentestijging. De volatiliteit kan daarom toenemen als beleggers gaan speculeren op een renteverhoging in de VS.

19


Jaarverslag 2014

Overige aspecten Cash Management In het verslagjaar heeft het fonds gebruik gemaakt van de cash management diensten die door NNIP Asset Management B.V. werden aangeboden en door Liquidity Management Solutions B.V. (LMS) werden uitgevoerd. LMS was een zogenaamd special purpose vehicle op wiens naam de gelden werden aangehouden. LMS was speciaal door NNIP Asset Management B.V. opgericht in het kader van de cash management activiteiten van NNIP Asset Management B.V., had geen personeel, werd uitsluitend gebruikt als bewaarder van het door NNIP Asset Management B.V. op grond van haar cash management activiteiten beheerde vermogen en ontplooide geen andere activiteiten. LMS is op 31 december 2014 ontbonden. Vanaf het tweede kwartaal 2014 vindt cash management plaats door een belegging in het NN Cash Facility Fund zoals in de toelichting op de jaarrekening is opgenomen.

Wijziging samenstelling directie NN Investment Partners B.V. In de verslagperiode is de samenstelling van de directie gewijzigd. Per 1 maart 2014 is de heer A.A.M. van den Heuvel teruggetreden uit de directie. Na de verslagperiode, per 15 april 2015, heeft de volgende wijziging van de samenstelling van de directie plaatsgevonden, De heren D.A. Buggenhout en B.P.O. De Belder zijn teruggetreden uit de directie, per dezelfde datum zijn de heren C.E.M. Beckers, M.C.W. den Hollander, M.O. Nijkamp, B.G.J. van Overbeek, G.A. Roelofs en M.C. Vink toegetreden tot de directie.

20


Jaarverslag 2014

Risico’s bij het deelnemen in beleggingsfondsen Risicoprofiel Beleggen impliceert het aangaan van transacties in financiële instrumenten. Aan het beleggen in het onderhavige fonds en derhalve aan het gebruik van financiële instrumenten zijn zowel financiële kansen als ook financiële risico’s verbonden. De waarde van de beleggingen kan zowel stijgen als dalen en aandeelhouders van het fonds kunnen mogelijk minder terugkrijgen dan zij hebben ingelegd. Een spreiding van de beleggingen zal naar verwachting een dempend effect op deze risico's kunnen hebben. Het huidige risicoprofiel van het fonds wordt nader toegelicht in het prospectus. Het beheersen van risico’s die met beleggen zijn verbonden moet altijd in samenhang worden gezien met de kansen, zoals die tot uitdrukking komen in het rendement. Risicomanagement is daarom niet zozeer het zoveel mogelijk inperken van risico’s als wel het streven naar een optimale verhouding tussen rendement en risico binnen acceptabele limieten.

Voornaamste risicomaatregelen voor het inschatten van de gevoeligheid van het Fonds ten opzichte van de meest relevante risico’s Voornaamste risicomaatregelen voor het inschatten van de gevoeligheid van het Fonds ten opzichte van de meest relevante risico’s omvatten de bruto- en nettohefboomwerking evenals Value-at-Risk. De Value-at-Risk schat het potentiële verlies in dat kan ontstaan binnen een Fonds over een bepaalde tijdshorizon, in normale marktomstandigheden en bij een gegeven betrouwbaarheidsniveau.

Risicobeheersystemen De beheerder maakt gebruik van IT-systemen die vergelijkbaar zijn met de marktstandaard in de financiële markt voor prudent risicomanagement, waarbij ook IT-systemen van externe leveranciers worden gebruikt.

Belangrijkste risico’s bij transacties in financiële instrumenten Onderstaande opsomming bevat een aantal van de belangrijkste risico’s die zich voordoen bij daadwerkelijke transacties in financiële instrumenten. De belangrijkste risicocategorieën, verbonden met transacties in financiële instrumenten, zijn: Prijsrisico’s  Marktrisico Het risico dat de waarde van een financieel instrument kan fluctueren als gevolg van verandering in de marktprijs, ten gevolge van factoren die van toepassing zijn op een individueel instrument dan wel voor een verzameling van instrumenten. Het risico varieert met de volatiliteit van de beleggingen. 

Renterisico Het risico dat de waarde van een financieel instrument kan fluctueren als gevolg van verandering in de marktrente.



Valutarisico Het risico dat de waarde van een financieel instrument kan fluctueren als gevolg van verandering in valutakoersen.

21


Jaarverslag 2014

Krediet- en tegenpartijrisico Beleggers moeten zich ervan bewust zijn dat bij investering in vastrentende waarden kredietrisico wordt genomen. Obligaties en schuldbewijzen uitgegeven door entiteiten met een lage rating hebben over het algemeen meer kredietrisico en kans op wanbetaling dan emittenten met een hogere rating. Als de emittent van obligaties of schuldbewijzen in financiële of economische problemen komt, kan dat de waarde van de obligaties of schuldbewijzen beïnvloeden (uiteindelijk zou de waarde zelfs tot nul gereduceerd kunnen worden). Naast de algemeen heersende trends op de financiële markten, kunnen specifieke ontwikkelingen met betrekking tot een emittent de waarde van een belegging beïnvloeden. Zelfs een zorgvuldige selectie van effecten kan het risico van verliezen niet elimineren als gevolg van een daling van de waarde van de activa van een emittent. Het gebruik van kredietderivaten, indien vermeld in het beleggingsbeleid van het Fonds, kan een kredietrisico betekenen. Indien over-the-counter-derivaten contracten (OTC-derivaten: bilaterale derivaten contracten zonder tussenkomst van een beurs en in bepaalde gevallen in overeenstemming met de geldende wet ook zonder clearinghouse) worden aangegaan, kan het Fonds blootgesteld worden aan risico’s die voortvloeien uit de solvabiliteit van zijn tegenpartijen en hun vermogen om aan de voorwaarden van deze contracten te voldoen. Liquiditeitsrisico Liquiditeitsrisico's kunnen ontstaan wanneer een bepaalde onderliggende belegging moeilijk te verkopen is. Doordat het Fonds in incourante effecten kan beleggen, bestaat het risico dat het Fonds niet de mogelijkheid heeft om financiële middelen vrij te krijgen die nodig kunnen zijn om aan bepaalde verplichtingen te voldoen. Kasstroomrisico Het risico dat toekomstige kasstromen verbonden aan een financieel instrument zullen fluctueren in omvang. Afwikkelingsrisico Het Fonds is gevoelig voor het risico dat een afwikkeling via een betalingssysteem niet plaatsvindt zoals verwacht, omdat de betaling of levering van de financiële instrumenten door een tegenpartij niet, niet op tijd of niet zoals verwacht plaatsvindt. Bewaarnemingrisico Het Fonds loopt het risico van verlies van in bewaring gegeven activa (bewaarnemingsrisico) als gevolg van insolvabiliteit, nalatigheid of frauduleuze handelingen van de (onder)bewaarnemer van die activa. Uitlenen van effecten Effecten kunnen worden uitgeleend. Er geldt geen beperking van het percentage van de effecten dat kan worden uitgeleend. Het Fonds loopt door het uitlenen van effecten een afwikkelingsrisico zoals hierboven omschreven. Naast bovenstaande opsomming kunnen zich ook risico’s voordoen die niet specifiek met het gebruik van financiële instrumenten samenhangen. Het betreft: Wijziging in financiële en fiscale wetgeving Doordat financiële en fiscale wetgeving aan verandering onderhevig zijn, kan een omstandigheid ten tijde van toetreding ten nadele wijzigen.

22


Jaarverslag 2014

Risico verhandelbaarheid In uitzonderlijke situaties kan sprake zijn van verminderde verhandelbaarheid van de rechten van deelneming in het Fonds. Dit kan zich voordoen indien binnen een kort tijdsbestek relatief omvangrijke uittreding uit het Fonds plaatsvindt waardoor er onvoldoende mogelijkheid is, ingegeven door marktomstandigheden, om beleggingen om te zetten in liquide middelen. Dit risico is nauw verwant aan het liquiditeitsrisico. Operationeel risico Het risico dat schade ontstaat als gevolg van tekortschietende interne processen en systemen, menselijke onvoorziene fouten of externe gebeurtenissen. Een uitgebreide beschrijving van de risico’s kunt u nalezen in het Prospectus.

Inzicht in risico’s Het jaarverslag heeft onder meer als functie om inzicht te verschaffen in risico’s die zich ultimo verslagperiode voordoen. Dit inzicht wordt als volgt verkregen:  









In de toelichting op de balans worden de specifieke risico’s ten aanzien van het gebruik van financiële instrumenten weergegeven. Terzake van afgeleide financiële instrumenten zijn, voor zover deze instrumenten onderdeel van de portefeuille op verslagmoment uitmaken, overzichten en specificaties opgenomen waarin relevante informatie is weergegeven. In de toelichting op de balans is informatie opgenomen inzake de hefboomfinanciering. Hefboomfinanciering is de methode waarmee de beheerder de positie van het Fonds met geleend geld of geleende effecten, met een hefboom in de vorm van derivatenposities of anderszins vergroot. In de Toelichting op de Balans is informatie opgenomen met betrekking tot duratie en credit ratings van de portefeuille. De duratie is een maatstaf voor de gevoeligheid van vastrentende portefeuilles voor wijzigingen in de marktrente. Het overzicht Valutapositie dat is opgenomen in de Toelichting op de balans geeft inzicht in de mate waarin de activa en passiva van het Fonds in euro dan wel in andere valuta luiden, met inbegrip van de afgeleide financiële instrumenten, zoals valutatermijncontracten, die daaraan mede sturing geven. Indien het Fonds voor meer dan 20% in een ander beleggingsfonds participeert is tevens informatie opgenomen van dit beleggingsfondsen, waaronder de samenstelling van de beleggingen.

Risicobeheer NN Investment Partners B.V., de beheerder van het Fonds, bewaakt met behulp van een systeem van risicobeheersingsmaatregelen dat het Fonds in het algemeen en de beleggingsportefeuille in het bijzonder voortdurend blijft voldoen aan de randvoorwaarden zoals die in het prospectus zijn vastgelegd, aan de wettelijke kaders en aan de meer fondsspecifieke interne uitvoeringsrichtlijnen. Dergelijke richtlijnen zijn onder meer gesteld ten aanzien van de mate van spreiding van de portefeuille, de kredietwaardigheid van debiteuren, de kwaliteit van marktpartijen waarmede zaken worden gedaan en de liquiditeit van de beleggingen. Zo zal een brede en goede spreiding van de beleggingen naar verwachting een dempend effect hebben op onderkende prijsrisico’s, terwijl selectie op kredietwaardigheidsniveau en limietbewaking de mogelijkheid scheppen om kredietrisico’s te beheersen. Liquiditeitsrisico’s kunnen worden beperkt door hoofdzakelijk in courante, beursgenoteerde effecten te beleggen.

23


Jaarverslag 2014

Het fonds kan door gebruik te maken van afgeleide financiële instrumenten prijsrisico’s zoals valuta- en renterisico’s afdekken of sturen. Tevens bieden deze instrumenten mogelijkheden tot efficiënt portefeuillebeheer bijvoorbeeld bij anticipatie op in- en uitstroom. Bij het gebruik van derivaten wordt ervoor zorg gedragen dat de market exposure van de portefeuille in lijn is met hetgeen bereikt zou kunnen worden zonder gebruik te maken van derivaten. Ter verduidelijking, dit betekent dat deze derivaten kunnen worden toegepast voor zowel het afdekken van risico's, efficiënt portefeuillebeheer als verhoging van het rendement. Hierbij kan ook sprake zijn van hefboomwerking, waardoor de gevoeligheid van het fonds voor marktbewegingen wordt vergroot. Daarnaast zullen derivaten zodanig worden gebruikt dat de portefeuille als geheel binnen de beleggingsrestricties blijft. De bedrijfsvoering van de beheerder, voor zover die van toepassing is op de activiteiten van de beleggingsinstelling, is mede gericht op het beheersen van operationele risico’s. In de paragraaf “Verklaring omtrent de bedrijfsvoering” wordt nader ingegaan op de inrichting van de bedrijfsvoering van de beheerder.

Hefboomfinanciering Hefboomfinanciering is de methode waarmee de beheerder de positie van een Fonds met geleend geld of geleende effecten, met een hefboom in de vorm van derivatenposities of anderszins vergroot. De omstandigheden waaronder een Fonds hefboomfinanciering mag gebruiken, de toegestane soorten en bronnen van hefboomfinanciering en de daarmee gepaard gaande risico’s, eventuele beperkingen op het gebruik van hefboomfinanciering, regelingen voor zekerheden en hergebruik van activa, de maximale hefboomfinanciering, waarvan de beheerder voor het Fonds gebruik kan maken alsmede alle eventuele wijzigingen in de maximale hefboomfinanciering die de beheerder voor het Fonds mag gebruiken en alle eventuele rechten op hergebruik van zekerheden of alle eventuele garanties die in het kader van de hefboomfinancieringsregeling zijn verleend, zijn omschreven in het prospectus van het Fonds. Deze informatie wordt geactualiseerd zodra daartoe aanleiding bestaat. De maximale hefboomfinanciering van het Fonds wordt uitgedrukt als de verhouding tussen de economische positionering van het Fonds en de totale nettovermogenswaarde. De maximale hefboomfinanciering die het Fonds mag gebruiken, wordt uitgedrukt als percentage ten opzichte van de totale nettovermogenswaarde van het Fonds. Dit percentage wordt berekend: i) in overeenstemming met de commitment methode (nettohefboomwerking) en ii) op basis van de som van de nominale waarde van de derivaten (brutohefboomwerking). Voor de nettohefboomwerking worden risico reducerende methodes toegepast zoals saldering of afdekking (in het Engels wordt dit “netting” en “hedging” genoemd) overeenkomstig de vereisten onder de relevante richtlijnen. De maximale hefboomfinanciering berekend volgens de netto-methode houdt rekening met netting en/of hedging terwijl de maximale hefboomfinanciering berekend volgens de bruto-methode geen rekening houdt met eventuele netting en hedging van posities. Ongeacht de gebruikte hefboommethodologie is de berekende hefboomwerking slechts een indicator en geen officiële restrictie. De hefboom in het Fonds kan hoger zijn dan de hefboom die het Prospectus vermeldt, zolang deze in lijn blijft met het risicoprofiel. Afhankelijk van marktbewegingen kan het verwachte niveau van hefboomwerking variëren in de tijd. In geen geval zal het gebruik van derivaten of andere financiële instrumenten tot gevolg hebben, dat de beheerder kan afwijken van het beleggingsbeleid zoals uiteengezet in het prospectus.

24


Jaarverslag 2014

Zodra de hefboomfinanciering 100% overschrijdt, is er sprake van hefboomwerking voor het Fonds. Een hefboomfinanciering van 100% impliceert dat er geen sprake is van hefboomwerking en de economische positionering van het Fonds gelijk is aan de nettovermogenswaarde. De nettohefboom van het Fonds is een van de riscofactoren en geeft derhalve geen volledig beeld van het risicoprofiel van het Fonds. Voor een volledig beeld van het risicoprofiel van het Fonds wordt verwezen naar de beschrijving van het beleggingsbeleid en het risicoprofiel in het prospectus. Het gebruik van derivaten (van onderliggende activa afgeleide financiële instrumenten) veroorzaakt hefboomwerking. Hefboomwerking ontstaat wanneer voor een bescheiden bedrag derivaten worden aangekocht ten opzichte van de kosten van het rechtstreeks verwerven van de onderliggende activa. Hoe groter de hefboom, hoe groter de variatie in de prijs van het derivaat in het geval van een schommeling in de prijs van de onderliggende waarde. De potentie en het risico van een derivaat neemt derhalve dienovereenkomstig toe met een toename van de hefboom. Hierbij moet worden aangemerkt dat derivaten ook voor beter risicobeheer kunnen worden aangewend. Er is geen garantie dat de doelstelling door het gebruik van deze derivaten zal worden gehaald.

25


Jaarverslag 2014

Verklaring omtrent de bedrijfsvoering Algemeen Als beheerder van Gespreide Beleggingsfonds is het, overeenkomstig artikel 115y lid 5 van het Besluit gedragstoezicht financiële ondernemingen (Bgfo), onze verantwoordelijkheid te verklaren dat voor Gespreide Beleggingsfonds wordt beschikt over een beschrijving van de inrichting van de bedrijfsvoering overeenkomstig de in de Wet op het financieel toezicht en de daaraan gerelateerde regelgeving gestelde eisen en dat deze bedrijfsvoering gedurende de verslagperiode van 1 januari 2014 tot en met 31 december 2014 effectief en overeenkomstig de beschrijving heeft gefunctioneerd. Hieronder gaan wij in op de inrichting van de bedrijfsvoering van de beheerder voor zover gericht op de activiteiten van de beleggingsinstelling. De bedrijfsvoering is afgestemd op de omvang van de organisatie en in lijn met bij of krachtens de wet gestelde eisen. Een dergelijke structuur kan geen absolute zekerheid bieden dat zich nooit afwijkingen zullen voordoen, maar is ontworpen om een redelijke mate van zekerheid te verkrijgen over de effectiviteit van de interne beheersingsmaatregelen aangaande de risico's gerelateerd aan de activiteiten van de beleggingsinstelling. De beoordeling van het functioneren en de effectiviteit van de bedrijfsvoering behoort tot de verantwoordelijkheid van de beheerder. Ten aanzien van de opzet van de administratieve organisatie en interne controle (thans ‘bedrijfsvoering’ genoemd) heeft de beheerder het COSO Integrated Framework als uitgangspunt gekozen. Periodiek worden op systematische wijze de significante risico’s bepaald. Het bestaande stelsel van interne beheersingsmaatregelen mitigeert deze risico’s. De beschrijving van de bedrijfsvoering is geëvalueerd en is in lijn met bij of krachtens de wet gestelde eisen. Dit houdt in dat de significante risico’s en interne beheersingsmaatregelen ten aanzien van de relevante processen zijn beoordeeld en geactualiseerd. Aan de beoordeling van de effectiviteit en het functioneren van de bedrijfsvoering wordt in de praktijk op een aantal manieren invulling gegeven. Door middel van performance indicatoren, die zijn gebaseerd op de procesbeschrijvingen en de daarin opgenomen beheersingsmaatregelen, wordt het management periodiek geïnformeerd. Daarnaast is er een incidenten- en klachtenprocedure. In de verslagperiode is het effectieve functioneren van de bedrijfsvoering getest door middel van detailtesten van opzet, bestaan en werking ervan. Dit betreffen generieke testwerkzaamheden die procesmatig zijn uitgevoerd voor de verschillende beleggingsinstellingen waarvoor NN Investment Partners B.V. als beheerder optreedt. Op het niveau van de individuele beleggingsinstellingen kunnen de uitgevoerde testwerkzaamheden daarom verschillen. De testen worden uitgevoerd door de afdeling Operational Risk Management, in overleg met de externe accountant. Hieruit zijn in het kader van de rapportage in deze financiële verantwoording geen relevante bevindingen naar voren gekomen. Rapportage over de bedrijfsvoering Gedurende de verslagperiode hebben wij de verschillende aspecten van de inrichting van de bedrijfsvoering beoordeeld. Bij onze werkzaamheden hebben wij geen constateringen gedaan op grond waarvan zou moeten worden geconcludeerd dat de beschrijving van de opzet van de bedrijfsvoering als bedoeld in artikel 115y lid 5 van het Bgfo niet voldoet aan de vereisten zoals opgenomen in het Bgfo en daaraan gerelateerde regelgeving. Ook is niet geconstateerd dat de maatregelen van interne controle niet effectief en overeenkomstig de beschrijving functioneren. Op grond van het bovenstaande verklaren wij als beheerder voor Gespreide Beleggingsfonds te beschikken over een beschrijving van de bedrijfsvoering als bedoeld in artikel 115y lid 5 van het Bgfo, die voldoet aan de eisen van het Bgfo en verklaren wij met een redelijke mate van zekerheid dat de bedrijfsvoering gedurende de verslagperiode effectief en overeenkomstig de beschrijving heeft gefunctioneerd. Voor het komende jaar verwachten wij geen significante wijzigingen in de opzet van de bedrijfsvoering.

Den Haag, 23 april 2015

26


Jaarverslag 2014


C.E.M. Beckers

M.C.W. den Hollander

M.O. Nijkamp

B.G.J. van Overbeek

G.A. Roelofs

J.W.F. Stoter

M.C. Vink

27


Jaarverslag 2014

Jaarrekening 2014 (Over de periode 1 januari 2014 tot en met 31 december 2014)

28


Jaarverslag 2014

Balans Vóór resultaatbestemming Bedragen x € 1.000

Referentie

31-12-2014

31-12-2013

1

274.295

169.200

274.295

169.200

Uit hoofde van beleggingstransacties

-

100

Overige vorderingen

-

22

-

122

108

453

108

453

Schulden aan participanten

164

156

Overige schulden

130

70

294

226

-186

349

274.109

169.549

274.109

169.549

Beleggingen Beleggingsfondsen

Vorderingen

Overige activa

2

3

Liquide middelen

Kortlopende schulden

4

Uitkomst van vorderingen en overige activa minus kortlopende schulden Uitkomst van activa minus passiva Fondsvermogen

5

29


Jaarverslag 2014

Winst-en-verliesrekening Over de periode 1 januari tot en met 31 december Bedragen x € 1.000

Referentie

2014

2013

2.052

4.640

Waardeveranderingen beleggingen

38.384

14.287

Som der bedrijfsopbrengsten

40.436

18.927

1.158

837

1

13

1.159

850

39.277

18.077

BEDRIJFSOPBRENGSTEN Opbrengsten uit beleggingen Toegerekend direct beleggingsresultaat van ING Basis Fondsen

BEDRIJFSLASTEN Kosten Interest Som der bedrijfslasten Resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening

6

30


Jaarverslag 2014

Kasstroomoverzicht Over de periode 1 januari tot en met 31 december Bedragen x € 1.000

2014

2013

39.277

18.077

-2.052

-4.640

-38.384

-14.287

36

84

-1.123

-766

Aankoop van beleggingen

-201.525

-67.952

Verkoop van beleggingen

136.831

97.787

122

-

-

-85

60

-12

-65.635

28.972

Uitgifte van participaties

114.927

6.128

Inkoop van participaties

-49.731

-35.585

Op- en afslagvergoeding

86

63

Mutatie vorderingen

-

147

Mutatie kortlopende schulden

8

-57

65.290

-29.304

-345

-332

Stand liquide middelen begin verslagperiode

453

785

Stand liquide middelen ultimo verslagperiode

108

453

KASSTROOM UIT BELEGGINGSACTIVITEITEN Resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening Correcties op resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening: Toegerekende directe resultaten ING Basis Fondsen Waardeverandering beleggingen Toegerekende kosten ING Basis Fondsen

Mutatie vorderingen* Mutatie Cash Management Mutatie kortlopende schulden Totale kasstroom uit beleggingsactiviteiten KASSTROOM UIT FINANCIERINGSACTIVITEITEN

Totale kasstroom uit financieringsactiviteiten NETTO KASSTROOM

*

In de getoonde mutatie van de vorderingen is tevens de mutatie van het saldo van vorderingen en schulden als gevolg van de inbreng uit hoofde van samenvoeging opgenomen.

31


Jaarverslag 2014

Toelichting Algemeen De jaarrekening is opgesteld overeenkomstig de door de wetgever opgestelde modellen ten behoeve van de jaarrekening voor beleggingsinstellingen en is in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 BW en de Wet op het financieel toezicht. Op onderdelen zijn in de jaarrekening bewoordingen gehanteerd die afwijken van die modellen, omdat deze beter de inhoud van de post weergeven. Alle bedragen zijn opgenomen in duizenden euro’s tenzij anders vermeld. De verslagperiode van het Fonds loopt van 1 januari tot en met 31 december 2014. Van 1 januari 2014 tot en met 10 juli 2014 betreft dit het Gespreide Beleggingsfonds. Van 11 juli 2014 (datum structuurwijziging) tot en met 31 december betreft dit Participatieklasse G.

Presentatiewijziging Met ingang van het verslagjaar 2014 worden in de toelichting op de balans de waardeveranderingen van de beleggingen gesplitst in gerealiseerde waardeverandering en ongerealiseerde waardeveranderingen. De vergelijkende cijfers zijn dienovereenkomstig aangepast. De gewijzigde presentatie heeft geen effect op het resultaat en het vermogen per rapportagedatum.

Cash Management Het cash management vindt plaats middels een belegging in het NN Cash Facility Fund. Dit fonds belegt zijn vermogen (zowel direct als indirect via beleggingen in andere beleggingsfondsen) in hoofdzaak in al dan niet rentedragende schuldvorderingen, die luiden in euro’s, zoals deposito’s, kortlopende obligaties en geldmarktpapier waaronder certificates of deposit en commercial paper. Deze belegging is opgenomen onder ‘Beleggingsfondsen’ op de Balans en tevens als bijlage bij dit verslag opgenomen.

Waarderingsgrondslagen Alle financiële instrumenten, zoals die in dit verslag onder beleggingen dan wel onder beleggingen met een negatieve waarde zijn gerubriceerd, worden opgenomen in de Balans gedurende de periode dat het economisch risico aan het fonds is toe te rekenen en voor zover aan het instrument een reële waarde is toe te kennen. Alle beleggingen zijn aangehouden voor handelsdoeleinden en zijn gewaardeerd tegen reële waarde met wijzigingen in de reële waarde verantwoord in de winst-en-verliesrekening. Beleggingen worden gewaardeerd op reële waarde. Vaststelling van deze reële waarde vindt plaats op basis van de volgende uitgangspunten: 

Beleggingen in andere NN beleggingsfondsen worden gewaardeerd op de intrinsieke waarde van die(zelfde) dag.

Voor zover beleggingen geen beurs- of andere marktnotering kennen of indien de koersvorming niet representatief wordt geacht (dat kan bijvoorbeeld zijn in tijden van grote volatiliteit op de financiële markten), vindt vaststelling van de waarde door de beheerder plaats. Deze vaststelling wordt verricht met behulp van objectieve en recente marktinformatie en/of met gebruikmaking van algemeen gangbare rekenmodellen.

32


Jaarverslag 2014

Overige, als beleggingen aangemerkte, financiële instrumenten worden gewaardeerd op marktwaarde die wordt afgeleid uit door derden afgegeven marktnoteringen en marktinformatie. Indien voor dergelijke financiële instrumenten geen objectieve marktnotering beschikbaar is, dan worden deze instrumenten gewaardeerd tegen de theoretische waarde die wordt berekend aan de hand van objectieve en breed gedragen rekenkundige modellen en met inachtneming van naar het oordeel van de beheerder voor de betreffende beleggingen gangbare maatstaven. De niet als beleggingen aangemerkte activa en de passiva worden gewaardeerd op nominale waarde. Activa en passiva in vreemde valuta worden omgerekend tegen de per berekeningsdatum geldende wisselkoersen, tenzij de beheerder het in het belang van de gezamenlijke participanten wenselijk oordeelt, uit te gaan van een andere koers. De beheerder kan, indien naar zijn oordeel bijzondere omstandigheden de vaststelling van het fondsvermogen zoals hiervoor omschreven praktisch onmogelijk of kennelijk onredelijk maken, van de grondslagen tot vaststelling van het fondsvermogen afwijken (dat kan bijvoorbeeld zijn in tijden van grote volatiliteit op de financiële markten). Vaststelling van het fondsvermogen zal in dergelijke gevallen geschieden op basis van indices of andere maatschappelijk aanvaardbare waarderingsgrondslagen. Bij het uitlenen van effecten is sprake van tijdelijke overdracht van het juridische eigendom aan derden. Omdat het fonds de indirecte beleggingsresultaten van de uitgeleende effecten behoudt en een vergoeding ontvangt voor eventueel gemiste directe beleggingsopbrengsten, blijven deze effecten gedurende de periode dat zij zijn uitgeleend, onderdeel uitmaken van de beleggingsportefeuille zoals die in de balans en in de samenstelling van de beleggingen wordt gepresenteerd. Alle transacties in vreemde valuta worden verantwoord tegen de op transactiedatum laatst bekende middenkoers.

Grondslagen van resultaatbepaling Bedrijfsopbrengsten en bedrijfslasten worden toegerekend aan de periode waarop deze betrekking hebben. Zowel de gerealiseerde als de niet-gerealiseerde koers- en valutakoersresultaten van beleggingen worden als waardeverandering in de winst-en-verliesrekening verantwoord. Valutakoersresultaten op de overige balansposten worden in de Winst-en-verliesrekening verantwoord onder Valutakoersverschillen op liquiditeiten. Het resultaat van een Participatieklasse is samengesteld uit waardeveranderingen van de beleggingen, de in het boekjaar gedeclareerde dividenden, interest en de opbrengst uit verbruikleen van effecten onder aftrek van aan het boekjaar toe te rekenen kosten. Bij de bepaling van de interest wordt rekening gehouden met de overlopende interest van banktegoeden. De directe opbrengsten en lasten worden voor elke Participatieklasse toegerekend aan het boekjaar waarop zij betrekking hebben.

33


Jaarverslag 2014

Waardeverandering van participaties in ING Basis Fondsen bestaat uit drie componenten, die separaat worden verantwoord.  De waardeverandering uit hoofde van directe beleggingsresultaten, die wordt gevormd door de Som der bedrijfsopbrengsten exclusief Waardeverandering van beleggingen minus de onder Bedrijfslasten opgenomen interestlasten, worden, voor zover niet uitgekeerd, verantwoord in de winst-en-verliesrekening onder Toegerekend direct beleggingsresultaat van ING Basis Fondsen.  De waardeverandering uit hoofde van toegerekende kosten voor die wordt gevormd door de Som der bedrijfslasten minus de interestlasten, wordt verantwoord in de winst-en verliesrekening onder Kosten.  De waardeverandering uit hoofde van toegerekend indirect beleggingsresultaat, die wordt gevormd door zowel de gerealiseerde als de niet-gerealiseerde koers- en valutakoersresultaten op de feitelijke beleggingen, wordt verantwoord in de winst-en-verliesrekening onder Waardeveranderingen beleggingen. Aan- en verkoopkosten van beleggingen worden opgenomen in de kostprijs respectievelijk in mindering gebracht op de verkoopopbrengst van de betreffende beleggingen.

Kasstroomoverzicht Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode. De liquide middelen in het overzicht bestaan uit direct opeisbare banktegoeden inclusief, indien van toepassing, de marginrekeningen uit hoofde van derivatentransacties.

34


Jaarverslag 2014

Toelichting op de balans De opgenomen verloopoverzichten hebben betrekking op de periode 1 januari tot en met 31 december Bedragen x € 1.000

2014

2013

Stand begin verslagperiode

169.200

180.194

Aankopen

201.525

67.952

Verkopen

-136.831

-97.787

Gerealiseerde waardeverandering

17.135

4.640

Ongerealiseerde waardeveranderingen

23.266

14.201

274.295

169.200

1.

Beleggingsfondsen

Stand ultimo verslagperiode

In de verloopstaat ‘Beleggingsfondsen’ zijn mede begrepen de inmiddels afgewikkelde beleggingen in ING Basis Fondsen. Hiervan zijn in de gerealiseerde waardeverandering begrepen (x € 1.000):  

Toegerekend direct beleggingsresultaat van ING Basis Fondsen ad 2.052 (2013: 4.640) Toegerekende kosten ING Basis Fondsen ad -36 (2013: -84)

Overzicht van Beleggingsfondsen Per 31 december 2014 Aantal participaties/aandelen

Naam Fonds NN Cash Facility Fund – Z NN Euro Obligatie Fonds – Z * NN Global Fund – Z * NN Global Real Estate Fund – Z

Intrinsieke waarde in €

Deelnemingspercentage

Waarde x € 1.000

464

1.000,40

0,0%

464

4.431.685

22,10

8,0%

97.962

10.404.092

14,02

60,4%

145.877

1.289.903

23,25

17,1%

29.992

Stand ultimo verslagperiode *

274.295

Nadere informatie van dit fonds is te vinden in het jaarverslag 2014 zoals dit is opgenomen in de bijlage.

Per 31 december 2013 Naam Fonds

Aantal participaties/aandelen

Intrinsieke waarde in €

Deelnemingspercentage

Waarde x € 1.000

1

8,08

0,0%

0

8.242.251

11,99

2,5%

98.848

948.707

17,97

4,4%

17.028

2.703.500

19,73

2,2%

53.324

ING Geldmarkt Basis Fonds ING Global Equity Basis Fonds

ING Onroerend Goed Aandelen Basis Fonds ING Rente Basis Fonds Stand ultimo verslagperiode

169.200

35


Jaarverslag 2014

Risico’s ten aanzien van financiële instrumenten Beleggen impliceert het aangaan van transacties in financiële instrumenten. Aan het beleggen in het fonds en derhalve aan het gebruik van financiële instrumenten zijn zowel kansen als ook risico's verbonden. Het beheersen van risico's die met beleggen zijn verbonden moet altijd in samenhang worden gezien met de kansen, zoals die tot uitdrukking komen in het rendement. Risicomanagement is daarom niet zozeer het zoveel mogelijk inperken van risico's als wel het streven naar een optimale verhouding tussen rendement en risico binnen acceptabele limieten. Het fonds belegt in Beleggingsfondsen. Voor de risico's binnen deze fondsen verwijzen wij naar de jaarrekening van de fondsen.

Marktrisico Het fonds is gevoelig voor waardeverandering van de beleggingen als gevolg van fluctuatie van prijzen in de aandelenmarkten. Daarnaast kunnen ook de prijzen van de individuele aandelen waarin het fonds belegt, fluctueren. Het fonds kan gebruikmaken van derivaten. Deze kunnen worden toegepast voor zowel het afdekken van risico's, efficiënt portefeuillebeheer als verhoging van het rendement. Daarbij kan ook sprake zijn van hefboomwerking, waardoor de gevoeligheid van het fonds voor marktbewegingen wordt vergroot.

Valutarisico Valutarisico is het risico dat de waarde van een financieel instrument kan fluctueren als gevolg van verandering in valutakoersen. Het overzicht Valutapositie geeft inzicht in de mate waarin de activa en passiva van het fonds in euro dan wel in andere valuta luiden, met inbegrip van de afgeleide financiële instrumenten zoals valutatermijncontracten, die daaraan mede sturing geven. Valutapositie De valutapositie is, indien van toepassing, inclusief de valutapositie van (het belang van het fonds ultimo verslagperiode in) de onderliggende Beleggingsfondsen. Een onder valutatermijncontracten opgenomen bedrag geeft het netto bedrag van de afgesloten contracten in de betreffende valuta.

36


Per 31 december 2014 Oorspronkelijke valuta

Jaarverslag 2014

Bruto x € 1.000

Valutatermijncontracten x € 1.000

Netto x € 1.000

Netto in Euro x € 1.000

% Fondsvermogen

EUR

116.349

-

116.349

116.349

42,4

USD

134.301

-

134.301

110.988

40,5

GBP

9.764

-

9.764

12.581

4,6

JPY

1.769.199

-

1.769.199

12.195

4,4

CHF

10.598

-

10.598

8.814

3,2

13.182

4,9

274.109

100,0

Overige valuta’s Totaal Per 31 december 2013 Oorspronkelijke valuta

Bruto x € 1.000

Valutatermijncontracten x € 1.000

Netto x € 1.000

Netto in Euro x € 1.000

% Fondsvermogen

EUR

80.747

-

80.747

80.747

47,6

USD

77.037

-

77.037

55.907

33,0

GBP

8.114

-

8.114

9.752

5,8

JPY

1.347.841

-

1.347.841

9.306

5,5

CHF

6.682

-

6.682

5.452

3,2

8.385

4,9

169.549

100,0

Overige valuta’s Totaal

Het percentage opgenomen onder Overige valuta’s betreft het totaal van alle valuta’s die individueel een belang hebben kleiner dan 2,5% van het fondsvermogen.

37


Jaarverslag 2014

Kredietrisico Kredietrisico is het risico dat voortvloeit uit het feit dat een specifieke tegenpartij tegenover het fonds niet in staat is aan zijn verplichtingen uit hoofde van contracten inzake financiële instrumenten te voldoen. Het fonds belegt direct en indirect via de onderliggende Beleggingsfondsen in obligaties en andere vastrentende waarden. Het bedrag dat het beste het maximale kredietrisico weergeeft bedraagt 98.070. Onderstaande tabel kwantificeert het kredietrisico van de obligaties en andere vastrentende waarden portefeuille naar percentage van het fondsvermogen. Credit ratings van de obligaties en andere vastrentende waarden portefeuille in percentage Per 31 december Ratingklasse

2014

AAA

32,4

AA

18,4

A

11,4

BBB

37,1

Geen rating Totaal

0,7 100,0

De opgenomen credit ratings ultimo 2014 zijn gebaseerd op de verdeling van de portefeuille waarbij, indien in beleggingsfondsen wordt belegd, is doorgekeken naar de onderliggende portefeuille van de beleggingsfondsen. De belegging in het kader van het cash management via NN Cash Facility Fund is hierbij buiten beschouwing gelaten. Deze credit ratings zijn afgeleid van de ratings van S&P, Moody’s en Fitch waarbij de methode is gehanteerd dat per belegging de een na hoogste rating is opgenomen. Indien een bepaalde schuldtitel slechts van één van bovengenoemde ratingbureaus een officiële rating heeft verkregen, dan zal deze rating worden genomen.

Tegenpartijrisico Het fonds loopt in beginsel tegenpartijrisico tot de vermelde bedragen voor alle actiefposten die op de Balans zijn opgenomen. Voor de verschillende activa met een substantieel financieel belang kan het volgende worden toegelicht:  

Voor het tegenpartijrisico met betrekking tot de beleggingen in beleggingsfondsen verwijzen wij naar de jaarrekening van de betreffende beleggingsfonds. Liquide middelen worden aangehouden bij banken met in principe minimaal een investment grade rating.

38


Jaarverslag 2014

Beleggingen naar wijze van waardering Onderstaand is de verdeling van de beleggingsportefeuille ingedeeld naar de wijze van waardering weergegeven: Bedragen x € 1.000

2014

Andere methode

274.295


274.295

Onder ‘Andere methode’ zijn de beleggingen in andere Beleggingsfondsen opgenomen. Deze beleggingen zijn gewaardeerd op de intrinsieke waarde van die(zelfde) dag.

Hefboomfinanciering Onderstaande tabel geeft informatie over het niveau van de hefboomwerking.

Naam Fonds


Maximaal niveau van de netto hefboomwerking Gemiddeld niveau van de netto hefboomwerking

105% (1)

Maximaal niveau van de bruto hefboomwerking Gemiddeld niveau van de bruto hefboomwerking

100% 105%

(2)

100%

Toelichting (1): Het niveau van de nettohefboomwerking wordt bepaald in overeenstemming met de commitment methode waarbij met netting en/of hedging rekening gehouden wordt. (2): Het niveau van de brutohefboomwerking wordt bepaald op basis van de som van de nominale waarde van de derivaten zonder rekening te houden met netting en/of hedging.

39


Jaarverslag 2014

2. Vorderingen Alle vorderingen hebben een resterende looptijd korter dan een jaar tenzij anders vermeld.

Uit hoofde van beleggingstransacties Deze vorderingen ontstaan ten gevolge van het feit dat tussen de verkoopdatum en de datum van ontvangst van de betaling van beleggingstransacties enkele dagen liggen.

Overige vorderingen Onder overige vorderingen kunnen onder meer zijn begrepen verdiende, nog niet ontvangen interest op liquide middelen en overige transitorische posten, eventueel onder aftrek van een noodzakelijk geachte voorziening voor oninbaarheid.

3. Overige activa Liquide middelen Betreft direct opeisbare banktegoeden. Op de banktegoeden wordt op basis van het tarief voor de marktrente interest verkregen.

4. Kortlopende schulden Schulden aan participanten Betreft schulden inzake reeds ingekochte eigen participaties.

Overige schulden Onder overige schulden kunnen onder meer zijn begrepen nog te betalen interest op schulden aan kredietinstellingen, nog te betalen kosten, de waarde van op de eerste beursdag van de volgende periode uit te geven eigen participaties en overige transitorische posten.

40


Jaarverslag 2014

5. Fondsvermogen Over de periode 1 januari 2014 tot en met 31 december 2014 Bedragen x € 1.000

Voor activering Participatieklassen

Klasse G

Totaal

169.550

-

169.550

-268.204

268.204

-


110.277

4.650

114.927


-27.833

-21.898

-49.731


46

40

86

16.164

23.113

39.277

-

274.109

274.109

Mutatieoverzicht fondsvermogen Stand begin verslagperiode Inbreng / Overdracht in verband met structuurwijziging Fonds

Resultaat uit gewone bedrijfsvoering Stand ultimo verslagperiode Over de periode 1 januari 2013 tot en met 31 december 2013 Bedragen x € 1.000

Voor activering Participatieklassen

Totaal

Mutatieoverzicht fondsvermogen Stand begin verslagperiode

180.867

180.867


6.128

6.128


-35.585

-35.585


63

63

18.077

18.077

169.550

169.550

Resultaat uit gewone bedrijfsvoering Stand ultimo verslagperiode

41


Jaarverslag 2014

Toelichting op de winst-en-verliesrekening 6. Bedrijfslasten Kosten De kosten bestaan uit de managementvergoeding, fee sharing security lending en/of cash management, Overige kosten en incidentele kosten. Deze kosten zijn nader toegelicht in de in dit verslag opgenomen toelichting per Participatieklasse.

Interest Betreft de over de verslagperiode verschuldigde interest op schulden aan kredietinstellingen.

42


Jaarverslag 2014

Overige algemene toelichtingen Transactiekosten Bedragen x € 1.000 Ten laste van het fonds gebrachte kwantificeerbare transactiekosten

2014

2013

417

292

Betreft verschuldigde kosten bij het aanen verkopen van beleggingen. De transactiekosten van instrumenten waarbij deze zijn begrepen in de kostprijs van de aankopen respectievelijk de opbrengstwaarde van de verkopen, worden door middel van waardeveranderingen van beleggingen ten laste van het resultaat gebracht. Niet kwantificeerbare kosten, die begrepen kunnen zijn in transacties in afgeleide financiële instrumenten, zijn eveneens niet in bovenstaande bedragen opgenomen. Bij het aanen verkopen van aandelen in Beleggingsfondsen dienen de hiervoor verschuldigde kosten als een vergoeding, die wordt berekend door middel van een procentuele op- dan wel afslag op de intrinsieke waarde, ter dekking van verschuldigde kosten bij het uitvoeren van beleggingstransacties ten gevolge van in- of uitstroom. De kosten hiervoor zijn begrepen in het bovenstaande bedrag. De transactiekosten zijn in relatie tot de beleggingstransacties relatief laag doordat voor transacties in het kader van de herstructurering van de fondsen, zoals opgenomen in het verslag van de beheerder, geen transactiekosten verschuldigd zijn.

Op- en afslagvergoeding Bedragen x € 1.000 Ten gunste van het fonds gebrachte op-en afslagvergoeding

2014

2013

86

63

Betreft aan participatiehouders in rekening gebrachte vergoeding bij aan- of verkoop van participaties in het Fonds. De vergoeding, die wordt berekend door middel van een procentuele op- dan wel afslag op de participatiewaarde, dient ter bescherming van de zittende participatiehouders van het Fonds en komt ten goede aan het Fonds. Deze vergoeding wordt verantwoord in het fondsvermogen. In de verslagperiode bedroeg deze vaste open afslag 0,15% over de participatiewaarde van de participaties. De hoogte van deze vergoeding is bepaald op basis van de reële gemiddelde aanen verkoopkosten met betrekking tot de effecten waarin door het Fonds wordt belegd. Of een opslag dan wel afslag wordt gehanteerd voor deze vergoeding is afhankelijk van de vraag of het Fonds, alle Participatieklassen omvattend, per saldo participaties uitgeeft (hetgeen leidt tot een opslag) of inkoopt (hetgeen leidt tot een afslag). Het eventuele resultaat dat ontstaat doordat feitelijke kosten van het Fonds afwijken van de hierboven genoemde vergoeding, zal toekomen aan dan wel ten laste komen van het Fonds.

43


Jaarverslag 2014

Portfolio Turnover Ratio 2014

2013

72

91

In de portfolio turnover ratio (PTR) wordt de verhouding uitgedrukt tussen de totale omvang van de beleggingstransacties enerzijds en het gemiddeld fondsvermogen anderzijds. De ratio beoogt een indicatie te geven van de omloopsnelheid van de portefeuille van een beleggingsinstelling en is daarmede een maatstaf voor zowel de mate van actief beleggingsbeheer als voor de daaruit voortvloeiende transactiekosten. Indien de berekening leidt tot een negatieve uitkomst is de PTR nihil. Bij de bepaling van de totale omvang van de beleggingstransacties wordt de som van aanen verkopen van beleggingen verminderd met de som van plaatsing en inkoop van participaties. Hierbij zijn alle beleggingscategorieën betrokken met uitzondering van deposito’s. De transacties in verband met de AIFMD-omvorming zijn hierbij buiten beschouwing gebleven. Het gemiddelde fondsvermogen wordt bepaald als het gewogen gemiddelde van het fondsvermogen op dagbasis, gebaseerd op het aantal dagen dat de participatie waardebepaling plaatsvindt gedurende de rapportageperiode. De voor 2014 berekende en gepresenteerde PTR is gebaseerd op de (beleggings)transacties zoals opgenomen in dit jaarverslag. De PTR berekening wordt beïnvloed door de herstructurering van de fondsen zoals in het verslag van de beheerder is vermeld alsmede door het feit dat de (verslag)periode van de participatieklassen niet gelijk is aan een kalenderjaar.

Gelieerde Partijen In het kader van de uitvoering van het beleggingsbeleid van het Fonds kan gebruik worden gemaakt van de diensten van gelieerde partijen. Het betreft onder meer het uitvoeren van beleggingstransacties, het uitzetten en aantrekken van liquide middelen en het aangaan van leningen Deze dienstverlening vindt plaats tegen marktconforme voorwaarden. Gelieerde partijen zijn in dit verband met name vennootschappen en andere onderdelen behorend tot ING Groep N.V. waaronder met name ING Bank N.V. Beleggingstransacties met gelieerde partijen, buiten een effectenbeurs of andere markt in financiële instrumenten om, vinden plaats op basis van een onafhankelijke waardebepaling. Indien een onafhankelijke waardebepaling niet mogelijk is of de beheerder de onafhankelijke waardebepaling niet representatief acht, vindt vaststelling van de waarde plaats door de beheerder op basis van objectieve en recente marktinformatie. In het verslagjaar is gebruik gemaakt van de volgende diensten van gelieerde partijen.  

Het transactievolume met ING Bank N.V. als broker in het boekjaar bedraagt minder dan 5% van het totale volume in het boekjaar. Voor de beheeractiviteiten wordt, met uitzondering van Participatieklasse Z, een managementvergoeding in rekening gebracht. Voor de hoogte van het percentage verwijzen wij naar de informatie per Participatieklasse in dit jaarverslag.

44


Jaarverslag 2014

Retourprovisies, softdollar-arrangementen en commission sharing arrangementen Retourprovisies In de verslagperiode hebben geen specifieke overeenkomsten gegolden inzake retourprovisie en zijn evenmin bedragen uit dien hoofde ten gunste gebracht van de beheerder en/of de bewaarder van de ING Basis Fondsen.

Softdollar-arrangementen Bij de uitvoering van beleggingstransacties wordt gebruik gemaakt van de diensten van brokers. Uitgangspunt van NN Investment Partners B.V. ten aanzien van de keuze voor een broker is "best execution". Bij best execution wordt gestreefd naar de meest aantrekkelijke condities voor elke transactie, gegeven de specifieke omstandigheden. Naast de prijs wordt het volledige dienstenpakket van de broker, zoals de kwaliteit van de uitvoering, bereikbaarheid, kwaliteit van zijn research maar ook de reputatie van de broker zelf in de afweging meegenomen. NN Investment Partners B.V. evalueert op periodieke basis de diensten van de verschillende brokers. Van een softdollar-arrangement is sprake indien een financiële dienstverlener producten, zoals research- en data informatie, ter beschikking stelt aan de beheerder als tegemoetkoming voor het mogen uitvoeren van beleggingstransacties. NN Investment Partners B.V. ontvangt dergelijke informatie van financiële dienstverleners zonder dat daar te allen tijde contractuele afspraken aan ten grondslag liggen.

Commission sharing arrangementen Door het Fonds kan gebruik gemaakt worden van commission sharing arrangementen. Bij gebruik van commission sharing arrangementen is met een broker afgesproken dat de kosten voor onderzoek op beleggingsgebied apart worden gezet van de kosten verbonden aan de executie van orders. Het apart gezette gedeelte voor onderzoek op beleggingsgebied kan de beheerder door de broker laten aanwenden om vergoedingen, verschuldigd voor onderzoek op beleggingsgebied, in te kopen van andere aanbieders die bepaalde expertise hebben opgebouwd in onderzoek op beleggingsgebied. In het verslagjaar is gebruik gemaakt van commission sharing arrangementen in de volgende NN beleggingsfondsen waarin het fonds belegd: Bedragen x € 1.000

Commission sharing 2014

NN Global Real Estate Fund

1

NN Global Fund

2

45


Jaarverslag 2014

Beloningen gedurende de verslagperiode Dit beloningsrapport beschrijft de belangrijkste onderdelen van het beloningsbeleid en de toepassing daarvan binnen NN Investment Partners. Het rapport bevat verder informatie over performance management en Identified Staff. Op de website van NN Investment Partners is nadere verslaglegging op dit gebied te vinden. NN Group hanteert een beloningsbeleid dat van toepassing is op alle medewerkers die werkzaam zijn in alle bedrijfsonderdelen in alle landen. Dit beleid is vastgelegd in het NN Group Remuneration Framework en bevat minimum standaarden, kaders en principes op gebied van belonen en performance management. NN heeft als doel om een duidelijk en transparant beloningsbeleid toe te passen dat gericht is op het aantrekken en behouden van capabele bestuurders, senior specialisten en andere hooggekwalificeerde medewerkers. Het beloningsbeleid ondersteunt de integriteitsdoelstelling van NN Group en stimuleert medewerkers om rekening te houden met de (toekomstige) belangen van onze klanten, de organisatie en andere relevante belanghebbenden. Uitgangspunt van het beloningsbeleid van NN Group is het totale beloningsniveau. Het totale beloningsniveau van medewerkers binnen NN Group wordt regelmatig vergeleken met de beloningsniveaus bij relevante nationale en internationale partijen in de externe markt waarbij gebruik wordt gemaakt van beschikbare data uit diverse bronnen. Er worden duidelijke prestatiedoelstellingen voor de korte en lange termijn gesteld om te waarborgen dat de beloning van medewerkers op een passende manier gekoppeld is aan de prestaties van het individu, de teams en de organisatie. Deze prestatiedoelstellingen zijn in lijn met de bedrijfsstrategie. Voor beleggers zijn de doelstellingen direct gekoppeld aan de prestaties van de fondsen die gemanaged worden, kijkend naar periodes van 1-, 3- en 5 jaar. Hierdoor ontstaat een directe koppeling met de belangen van onze klanten. Bovendien is het beloningsbeleid gericht op prudent risicomanagement (waaronder management van de financiële-, operationele en reputationele risico’s), zodat medewerkers niet aangemoedigd worden om onverantwoorde risico’s te nemen. NN Investment Partners kent een deel van de totale (variabele) beloning toe in Fondsen die door NN Investment Partners worden beheerd, met een uitgestelde eigendomsoverdracht (deferral), zodat de belangen van onze klanten en de belangen van onze medewerkers verder met elkaar in overeenstemming worden gebracht. Dit vindt plaats onder de voorwaarden van het NN Group - Aligned Remuneration Plan (ARP). Binnen het ARP kunnen ook aandelen van NN Group worden toegekend aan medewerkers onder de voorwaarden van het deferral beleid. Het ARP bevat zowel holdback als claw back clausules die kunnen worden toegepast op het moment dat er na toekenning van (variabele)beloning nieuwe feiten aan het licht komen ten aanzien van de geleverde prestaties, de genomen risiso’s, het voldoen aan compliance richtlijnen, of andere relevante zaken. Het beloningsbeleid voor medewerkers die werkzaamheden verrichten voor de Alternative Investment Funds (AIFs) en/of NN Investment Partners B.V. is opgesteld in lijn met (de geest van) alle van toepassing zijnde (inter) nationale wettelijke vereisten, waaronder de Nederlandse Regeling Beheerst Beloningsbeleid (RBB), en de Alternative Investment Fund Managers Directive (AIFMD). NN Investment Partners heeft een Compensation Committee dat (onder andere) verantwoordelijk is voor het ontwerp van het beloningsbeleid en de onderliggende beloningsplannen. De Compensation Committee overziet en controleert tevens het onderhoud van het beloningsbeleid en de uitwerking hiervan met inbegrip van de totale wereldwijde som die besteed word aan de beloning van medewerkers. Daarnaast beoordeelt de Compensation Committee bepaalde individuele beloningsvoorstellen. Het NN Investment Partners Compensation Commitee bestaat uit de CEO, het Hoofd HR en Interne Communicatie, de Chief Financial Officer, de Chief Risk Officer, het Hoofd Legal & Compliance en de Head of Reward (allen werkzaam binnen NN Investment Partners).

46


Jaarverslag 2014

De governance ten aanzien van beloning binnen NN Investment Partners is ingebed in het Governance framework dat geldt binnen NN Group. Als gevolg hiervan worden beloningsvoorstellen en beslissingen die aan bepaalde criteria voldoen ook ter goedkeuring voorgelegd op NN Group niveau. Afhankelijk van de situatie kan dit een goedkeuring zijn door het NN Group Compensation Commitee dat onder andere bestaat uit NN Group eindverantwoordelijken voor de control functions (Finance, Risk, Compliance, HR en Legal), de NN Group Management Board en de Raad van Commissarissen van NN Group waardoor de objectiviteit en onafhankelijkheid van beloningsbeslissingen gewaarborgd wordt. NN Investment Partners heeft Identified Staff geselecteerd in overeenstemming met de Nederlandse RBB (medewerkers met een materiele impact op het risicoprofiel van NN Group). Daarnaast heeft NN Investment Partners Identified Staff geselecteerd op grond van de AIFMD (medewerkers met een materiele impact op het risicoprofiel van de in Nederland gelicenceerde AIF(s) en/of NN Investment Partners B.V.gevestigd in Den Haag). De Identified Staff rollen binnen NN Investment Partners die zijn geselecteerd op basis van de Nederlandse RBB kwalificeren ook allemaal als Identified Staff op grond van AIFMD. In overeenstemming met de ESMA richtlijnen, worden de regels ten aanzien van de beloning van Identified Staff die uitsluitend zijn geselecteerd op basis van de AIFMD toegepast vanaf het jaar 2015 (d.w.z. variabele beloning toe te kennen in 2016). De selectie van Identified Staff rollen op basis van AIFMD wetgeving is volledig uitgevoerd in overeenstemming met de ESMA richtlijnen en de selectiemethodologie en selectiecriteria (zoals nader toegelicht op de NN Investment Partners website) zijn goedgekeurd door het NN Group Compensation Committee. De performance management principes die van toepassing zijn op Identified Staff waarborgen dat er een focus is op: financiële en niet-financiële prestaties, sterk leiderschap, de strategische koers van de organisatie (zowel korte als lange termijn doelstellingen) en de klantbelangen. De performance management principes zijn ondersteunend aan de kernwaarden van de organisatie. De gehanteerde principes creëren ook alignment met het risicoprofiel van de AIF(s). Meer informatie ten aanzien van de algemene performance management principes is te vinden op de website. De beoordeling van de prestaties van Identified Staff en de daaruit voortvloeiende toekenning van variabele beloning vindt plaats tegen de achtergrond van een meerjarenplan. Door middel van een uitgestelde toekenning van variabele beloning aan Identified Staff wordt ervoor gezorgd dat er variabele beloning ‘at risk’ is gedurende de gehele deferral periode. De variabele beloning voor Identified Staff is (onder andere) gekoppeld aan prudent risicomanagement en niet financiële prestatie criteria en er wordt verder rekening gehouden met de prestaties van NN Group, het bedrijfsonderdeel en de individuele medewerker. Voorafgaand aan de eigendomsoverdracht (vesting) van de uitgestelde componenten van variabele beloning wordt rekening gehouden met eventuele feiten die nog niet bekend waren op het moment van toekenning. Hierbij wordt gekeken naar eventuele ongewenste risicovolle gedragingen of overtredingen van interne gedragsregels. De variabele beloning van Identified Staff is gebaseerd op prestaties, risico-gewogen en wordt deels direct, en deels uitgesteld toegekend. De Raad van Commisarissen van NN Group kan besluiten tot neerwaartse aanpassing van de (uitgestelde) componenten van variabele beloning door toepassing van een holdback of een clawback. Meer gedetailleerde informatie ten aanzien van de verschillende beloningscomponenten voor Identified Staff, met inbegrip van de variabele beloning (het uitgestelde deel; de uitsplitsing in Fondsen die gemanaged worden door NN Investment Partners, in aandelen van NN Group, en het deel dat direct betaalbaar is; het schema van eigendomsoverdracht, de retentieperiode, etc.) is te vinden op de website.

47


Jaarverslag 2014

Toelichting Participatieklasse G Resultaatoverzicht Over de periode 11 juli 2014 tot en met 31 december 2014 Bedragen x € 1.000

2014

BEDRIJFSOPBRENGSTEN Waardeveranderingen beleggingen

23.723


23.723

BEDRIJFSLASTEN Kosten

610

Som der bedrijfslasten

610

Resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening

23.113

Vermogensgegevens 31-12-2014 Fondsvermogen (x € 1.000) Aantal geplaatste participaties (stuks) Participatiewaarde (in €)

274.109 12.545.100 21,85

48


Jaarverslag 2014

Kosten Over de periode 11 juli 2014 tot en met 31 december 2014 Bedragen x € 1.000 Managementvergoeding Overige kosten Totale kosten Participatieklasse G

2014 584 26 610

De managementvergoeding van Participatieklasse G van het Fonds bedraagt 0,45% per jaar, te herleiden naar een percentage op dagbasis dat wordt berekend over het totale vermogen van Participatieklasse G aan het einde van iedere dag. De overige kosten betreffen reguliere en/of doorlopende kosten alsmede incidentele, buitengewone kosten van het Fonds en betreffen onder andere de kosten van de administratie, de verslaggeving, de bewaring van de activa, de accountant, het toezicht, het verrichten van betalingen, publicaties, vergaderingen van participanten, gerechtelijke procedures alsmede externe adviseurs en service providers zoals de Transfer Agent, een en ander voor zover deze kosten in rekening zijn gebracht. Er is voor 25 aan incidentele kosten inzake de implementatie van ingrijpende wijzigingen in toepasselijke weten regelgeving zoals toegelicht in het Verslag van de beheerder opgenomen onder waardeverandering beleggingen uit hoofde van toerekening van beleggingen in Beleggingsfondsen. De accountantskosten betreffen voor 15 aan kosten gerelateerd aan de controle van de jaarrekening en 1 aan andere controleopdrachten.

49


Jaarverslag 2014

Lopende kostenratio De Lopende kostenratio betreft een kostenratio waarbij de verhouding wordt uitgedrukt tussen de kosten die in het verslagjaar ten laste van het resultaat zijn gebracht enerzijds en het gemiddelde fondsvermogen van het fonds anderzijds. Bij de berekening van de Lopende kostenratio zijn de kosten die verband houden met de uitvoering van beleggingstransacties niet begrepen in de kosten maar in de kostprijs van de aankopen respectievelijk de opbrengstwaarde van de verkopen. Kosten die zijn verschuldigd door participanten in verband met het toetreden dan wel het uittreden van het fonds blijven in het kader van de Lopende kostenratio buiten beschouwing. Het gemiddelde fondsvermogen wordt bepaald als het gewogen gemiddelde van het fondsvermogen op dagbasis, gebaseerd op het aantal dagen dat de participatie waardebepaling plaatsvindt gedurende de rapportageperiode. 2014 Managementvergoeding

0,45%

Overige kosten

0,08%

Totaal Participatieklasse G

0,53%

De component ‘Overige kosten’ betreft de Overige kosten zoals opgenomen in de paragraaf ‘Kosten’. Tevens zijn hieronder opgenomen kosten die zijn begrepen in de waarde van beleggingsfondsen, niet zijnde ING Basis Fondsen, waarin gedurende het verslagjaar is deelgenomen. De lopende kosten begrepen in de waarde van beleggingsfondsen in de verslagperiode bedraagt voor dit fonds 0,08%. De verslagperiode van Participatieklasse G betreft een periode die afwijkt van een kalenderjaar. De hiervoor opgenomen percentages van de lopende kostenratio zijn herrekend naar percentages op jaarbasis.

50


Jaarverslag 2014

Toelichting Gespreide Beleggingsfonds voor activering Participatieklassen Resultaatoverzicht Over de periode 1 januari 2014 tot en met 11 juli 2014 respectievelijk 1 januari 2013 tot en met 31 december 2013 Bedragen x € 1.000

2014

2013

2.052

4.640

Waardeveranderingen beleggingen

14.661

14.287


16.713

18.927

548

837

1

13

549

850

16.164

18.077

11-07-2014

31-12-2013

31-12-2012

268.204

169.550

180.867

13.368.370

8.982.563

10.610.290

20,06

18,88

17,05

BEDRIJFSOPBRENGSTEN Opbrengsten uit beleggingen Toegerekend direct beleggingsresultaat van ING Basis Fondsen

BEDRIJFSLASTEN Kosten Interest Som der bedrijfslasten Resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening

Vermogensgegevens

Fondsvermogen (x € 1.000) Aantal geplaatste participaties (stuks) Participatiewaarde (in €)

51


Jaarverslag 2014

Kosten Over de periode 1 januari 2014 tot en met 11 juli 2014 respectievelijk 1 januari 2013 tot en met 31 december 2013 Bedragen x € 1.000

2014

2013

532

794

Overige kosten

16

43

Totale kosten

548

837

Managementvergoeding

De overige kosten betreffen reguliere en/of doorlopende kosten alsmede incidentele, buitengewone kosten van het Fonds en betreffen onder andere de kosten van de administratie, de verslaggeving, de bewaring van de activa, de accountant, het toezicht, het verrichten van betalingen, publicaties, vergaderingen van participanten, gerechtelijke procedures alsmede externe adviseurs en service providers zoals de Transfer Agent, een en ander voor zover deze kosten in rekening zijn gebracht.

52


Jaarverslag 2014

Wisselkoersen Onderstaande tabel geeft de belangrijkste wisselkoersen ten opzichte van de Euro weer. Valuta

Afkorting

31-12-2014

31-12-2013

Amerikaanse dollar

USD

1,21005

1,37795

Engelse pond

GBP

0,77605

0,83200

Japanse yen

JPY

145,07895

144,83000

Zwitserse frank

CHF

1,20235

1,22550

Den Haag, 23 april 2015 NN Investment Partners B.V.

53


Jaarverslag 2014

Overige gegevens Bestuurdersbelangen Het totale persoonlijke belang in aantal aandelen en optierechten dan wel nominale waarde bij obligaties dat de bestuurders, zoals zitting hebbend op de genoemde data, in (de beleggingen van) het Fonds hadden per 31 december 2014 en per 31 december 2013 wordt als volgt gespecificeerd: Type

31-12-2014

31-12-2013

Aandelen

294

628

NN (L) AAA ABS - Z CAP EUR*

Indirect belang

8.334

-

NN (L) Liquid EUR - E CAP*

Indirect belang

10.417

10.304

NN Euro Credit Fund - Z*

Indirect belang

8.334

-

NN Euro Obligatie Fonds - P*

Indirect belang

8.334

-

NN Global Fund - P*

Indirect belang

6.250

-

ING Euro Credit Basis Fonds*

Indirect belang

-

6.440

ING Global Equity Basis Fonds*

Indirect belang

-

12.881

ING Rente Basis Fonds*

Indirect belang

-

10.304

Bank of America Corp

*

Het genoemde belang betreft een indirect toegekend economisch belang waarmee de bestuurders via een afspiegeling van alle beleggingsfondsen meedelen in de performance van de beleggingsfondsen.

Resultaatbestemming Het resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening van Participatieklasse G is per balansdatum toegevoegd aan het fondsvermogen.

54


Jaarverslag 2014

Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan: NN Investment Partners B.V.

Verklaring betreffende de jaarrekening Wij hebben de in dit rapport opgenomen jaarrekening 2014 van Gespreide Beleggingsfonds te Den Haag gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december 2014 en de winst-en-verliesrekening over 2014 met de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen.

Verantwoordelijkheid van de beheerder De beheerder van het fonds is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en het resultaat getrouw dient weer te geven, alsmede voor het opstellen van het verslag van de beheerder, beide in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 van het in Nederland geldende Burgerlijk Wetboek (BW) en de Wet op het financieel toezicht. De beheerder is tevens verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als hij noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten.

Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden vallen. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico's dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten. Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van het fonds. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van de door de beheerder van het fonds gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden.

Oordeel betreffende de jaarrekening Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en samenstelling van het vermogen van Gespreide Beleggingsfonds per 31 december 2014 en van het resultaat over 2014 in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 BW en de Wet op het financieel toezicht.

55


Jaarverslag 2014

Verklaring betreffende overige bij of krachtens de wet gestelde eisen Ingevolge artikel 2:393 lid 5 onder e en f BW vermelden wij dat ons geen tekortkomingen zijn gebleken naar aanleiding van het onderzoek of het verslag van de beheerder, voor zover wij dat kunnen beoordelen, overeenkomstig Titel 9 Boek 2 BW is opgesteld, en of de in artikel 2:392 lid 1 onder b tot en met h BW vereiste gegevens zijn toegevoegd. Tevens vermelden wij dat het verslag van de beheerder, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening zoals vereist in artikel 2:391 lid 4 BW. Amsterdam, 23 april 2015

Ernst & Young Accountants LLP

w.g. J.C.J. Preijde RA

56


Jaarverslag 2014

Bijlage(n)

Jaarverslag NN Euro Obligatie Fonds Jaarverslag NN Global Fund

57

Jaarverslag 2014 NN Euro Obligatie Fonds

NN Euro Obligatie Fonds

Jaarverslag 2014

Inhoudsopgave NN Euro Obligatie Fonds ......................................................................................................................... 3 Algemene informatie............................................................................................................................... 4 Aandelenklasse P ................................................................................................................................... 10 Aandelenklasse U .................................................................................................................................. 13 Aandelenklasse G .................................................................................................................................. 16 Aandelenklasse Z ................................................................................................................................... 19 Directieverslag ....................................................................................................................................... 22 Jaarrekening 2014 ................................................................................................................................. 37 Balans ......................................................................................................................................................................... 38 Winst-en-verliesrekening ........................................................................................................................................... 40 Kasstroomoverzicht.................................................................................................................................................... 41 Toelichting .................................................................................................................................................................. 42 Toelichting op de balans ............................................................................................................................................ 45 Toelichting op de winst-en-verliesrekening ............................................................................................................... 58 Overige algemene toelichtingen ................................................................................................................................ 59 Toelichting Aandelenklasse P ..................................................................................................................................... 63 Toelichting Aandelenklasse U .................................................................................................................................... 66 Toelichting Aandelenklasse G .................................................................................................................................... 69 Toelichting Aandelenklasse Z ..................................................................................................................................... 72 Samenstelling van de beleggingen ............................................................................................................................. 75

Overige gegevens .................................................................................................................................. 79 Bijlage(n)................................................................................................................................................ 84 Jaarverslag NN Paraplufonds 4 N.V. ........................................................................................................................... 84

2


Jaarverslag 2014

NN Euro Obligatie Fonds (Subfonds van NN Paraplufonds 4 N.V.)

Directie en Beheerder NN Investment Partners B.V. Schenkkade 65 2595 AS Den Haag Internet: www.nnip.nl




Fund Agent ING Bank N.V. Bijlmerplein 888 1102 MG Amsterdam



3


Jaarverslag 2014

Algemene informatie Algemeen NN Euro Obligatie Fonds (hierna aangegeven als ‘Subfonds’) maakt deel uit van NN Paraplufonds 4 N.V. Het jaarverslag van NN Euro Obligatie Fonds bevat naast het jaarverslag van het Subfonds zelf ook als bijlage het jaarverslag van NN Paraplufonds 4 N.V. Op deze wijze is het mogelijk inzicht te verkrijgen in de feitelijke beleggingen waarin wordt geparticipeerd. Het Subfonds heeft geen medewerkers in dienst. De directie wordt gevoerd door NN Investment Partners B.V., gevestigd te Den Haag. NN Investment Partners B.V. is tevens de beheerder van het Subfonds en beschikt in die hoedanigheid over een vergunning van de Autoriteit Financiële Markten (AFM) uit hoofde van de Wet op het financieel toezicht (Wft). Alle aandelen in NN Investment Partners B.V. worden gehouden door NN Investment Partners International Holdings B.V. en deze beide entiteiten maken deel uit van NN Group N.V. NN Investment Partners B.V. maakt deel uit van NN Investment Partners, een organisatorische eenheid binnen NN Group N.V. NN Investment Partners voert voor de beheerder de beheerhandelingen uit en stelt haar administratieve apparaat ter beschikking aan de Subfondsen. Binnen NN Investment Partners is een groot aantal beleggingsactiviteiten van NN Group N.V. gebundeld. Tot deze activiteiten behoren onder andere het beheer en de belegging van gelden van beleggingsinstellingen waarvan NN Investment Partners B.V. het beheer voert. Tevens voert NN Investment Partners het beheer en de belegging van gelden van de tot NN Group N.V. behorende verzekeringsmaatschappijen. Voor de beheeractiviteiten wordt, met uitzondering van Aandelenklasse Z, een managementvergoeding in rekening gebracht.

Doelstelling NN Euro Obligatie Fonds stelt zich ten doel om door middel van actief beheer te komen tot een beter totaal rendement op lange termijn dan de benchmark.

Beleggingsbeleid NN Euro Obligatie Fonds belegt in hoofdzaak in een gespreide portefeuille van vastrentende waarden en fondsen die beleggen in vastrentende waarden uitgedrukt in euro. Er wordt direct en indirect (via beleggingsfondsen belegd in staats- en bedrijfsobligaties van hoge kwaliteit (met een rating van AAA tot en met BBB- of een gelijkwaardige rating). Het fonds kan maximaal 20% van zijn vermogen beleggen in schuldtitels zonder officiële rating, mits de beheerder daaraan een eigen rating heeft toegekend die tenminste gelijkwaardig is aan de laagste rating zoals hierboven vermeld. Indien beleggingen door marktontwikkelingen op enig moment niet meer minimaal voldoen aan bovengenoemde (minimum) creditrating (door een zgn. downgrade), dan zal de beheerder ernaar streven om dergelijke beleggingen binnen drie maanden te verkopen, tenzij de verkoop van de beleggingen gelet op de marktomstandigheden op dat moment naar inschatting van de beheerder niet in het belang is van beleggers in het fonds. Het fonds heeft de mogelijkheid om de beleggingen zowel direct als indirect – bijvoorbeeld door het aangaan van exposure op de betreffende vastrentende waarden via derivaten of beleggingen in andere beleggingsfondsen – aan te houden.

4


Jaarverslag 2014

NN Euro Obligatie Fonds kan gebruik maken van derivaten zoals opties, futures, warrants, swaps en valutatermijncontracten. Deze kunnen worden toegepast voor het afdekken van risico’s, efficiënt portefeuillebeheer en verhoging van het rendement. Daarbij kan sprake zijn van hefboomwerking waardoor de gevoeligheid van het fonds voor marktbewegingen wordt vergroot. Bij het gebruik van derivaten wordt ervoor zorg gedragen dat de portefeuille als geheel binnen de beleggingsrestricties blijft. Naast het bovenstaande geldt ten aanzien van het beleggingsbeleid van NN Euro Obligatie Fonds het volgende:  het fonds belegt in hoofdzaak in vastrentende waarden luidende in euro’s;  voorzover er in andere valuta’s van ontwikkelde landen wordt belegd, wordt ernaar gestreefd het valuta- en renterisico volledig af te dekken;  voor zover het vermogen niet is belegd in de hiervoor genoemde financiële instrumenten, bestaat de mogelijkheid om het vermogen te beleggen in bepaalde geldmarktinstrumenten (bijvoorbeeld certificates of deposit en commercial paper), geldmarkt beleggingsfondsen of aan te houden in de vorm van liquide middelen;  om een efficiënt beheer van het vermogen te bevorderen, zullen de liquide middelen van NN Paraplufonds 4 N.V. centraal worden beheerd door de beheerder met als oogmerk het verlagen van het risico door middel van diversificatie waarbij tevens gestreefd zal worden naar het behalen van een zo optimaal mogelijk rendement. Door middel van dit zgn. cash management verwacht de beheerder een beter resultaat te kunnen behalen dan wanneer gelden op individuele basis zouden worden beheerd. In dit verband zal gekozen worden voor een belegging in geldmarkt beleggingsfondsen en/of het aanhouden van deposito’s;  extra inkomsten kunnen worden gegenereerd door het aangaan van "repurchase agreements" ("repo's") en "lending transacties" (uitlenen van effecten uit de beleggingsportefeuille).

Benchmark Barclays Euro Aggregate

Structuur Met ingang van 9 juli 2014 is NN Paraplufonds 4 N.V. een instelling voor collectieve belegging in effecten (icbe) in de zin van de Wet op het financieel toezicht (Wft). NN Investment Partners B.V. treedt op als beheerder van een icbe als bedoeld in artikel 1:1 Wft en beschikt in die hoedanigheid over een vergunning als bedoeld in artikel 2:69b lid 1, aanhef en onderdeel a van de Wft van de Stichting Autoriteit Financiële Markten (AFM). NN Paraplufonds 4 N.V. (het ‘Fonds’) is een beleggingsmaatschappij met veranderlijk kapitaal zoals omschreven in artikel 76a van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek met een open end structuur. Het Fonds zal bijzondere omstandigheden uitgezonderd, in beginsel elke beursdag aandelen kunnen uitgeven of inkopen. Het Fonds heeft een zogenaamde paraplustructuur, hetgeen betekent dat de gewone aandelen zijn onderverdeeld in verschillende series aandelen, waarbij elke serie aandelen correspondeert met een afzonderlijk Subfonds. Een Subfonds is een administratief afgescheiden gedeelte van het vermogen van het Fonds waarvoor een separaat beleggingsbeleid wordt gevoerd. In de Wft is vastgelegd dat alle normen die (mede) zijn gericht tot het Fonds ook van toepassing zijn op de Subfondsen. Het in elk Subfonds te storten of daaraan toe te rekenen gedeelte van het vermogen van het Fonds wordt overeenkomstig een specifiek beleggingsbeleid afzonderlijk belegd. Zowel de positieve als de negatieve waardeveranderingen in de beleggingsportefeuille van een Subfonds komen ten gunste respectievelijk ten laste van het desbetreffende Subfonds. Een Subfonds heeft een afgescheiden vermogen waarvoor een wettelijke rangregeling geldt. Hierdoor dient het vermogen van een Subfonds alleen ter voldoening van vorderingen die voortvloeien uit schulden die verband houden met het beheer en het bewaren van het Subfonds en de aandelen in dat Subfonds.

5


Jaarverslag 2014

Een Subfonds is onderverdeeld in één of meerdere Aandelenklassen. De Aandelenklassen binnen een Subfonds kunnen onderling verschillen op het vlak van kosten- en vergoedingenstructuur, het minimum bedrag van eerste inleg, eisen aan de hoedanigheid van de beleggers, de valuta waarin de intrinsieke waarde is uitgedrukt, etc. Het NN Euro Obligatie Fonds kent gedurende de verslagperiode de volgende Aandelenklasse(n):  Aandelenklasse P  Aandelenklasse U  Aandelenklasse G  Aandelenklasse Z

Uitgifte en inkoop van aandelen Het fonds is een open end beleggingsmaatschappij, hetgeen betekent dat de directie van het Fonds, behoudens uitzonderlijke situaties, op verzoek van beleggers (ingekochte) aandelen zal uitgeven en/of vervreemden ("uitgifte") en gehouden is op verzoek van beleggers aandelen te verkrijgen ("inkoop") tegen de transactieprijs van een aandeel zoals die voor een betreffende beursdag is vastgesteld. De transactieprijs van een aandeel in het Fonds is de intrinsieke waarde vermeerderd of verminderd met een vaste op- of afslag ter dekking van de aanen verkoopkosten van ‘fysieke’ beleggingen. Deze vergoeding dient ter bescherming van de zittende aandeelhouders van het betreffende Subfonds en komt ten goede aan het betreffende Subfonds. Uitgifte is op iedere beursdag mogelijk. Het Fonds zal op verzoek aandelen uitgeven. Uitgifte van aandelen van Aandelenklasse P geschiedt onder de afhandelingsvoorwaarden zoals gebruikelijk op de effectenbeurs van Euronext Amsterdam by NYSE Euronext. Uitgifte van aandelen van Aandelenklassen U, G en Z geschiedt onder de afhandelingsvoorwaarden zoals bepaald in de tussen ING Paraplufonds 4 N.V. en Euroclear Nederland, gevestigd te Amsterdam ter zake gesloten overeenkomst.

Vennootschapsbelasting & dividendbelasting Het Subfonds maakt onderdeel uit van NN Paraplufonds 4 N.V. dat de status heeft van een vrijgestelde beleggingsinstelling (VBI) zoals bedoeld in artikel 6a van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969. Op grond van de status van vrijgestelde beleggingsinstelling in de zin van artikel 6a van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 zal het Fonds zijn vrijgesteld van de heffing van vennootschapsbelasting over de door haar behaalde resultaten indien aan bepaalde voorwaarden (open end karakter, collectief beleggen, beleggen in financiële instrumenten met toepassing van risicospreiding) wordt voldaan. Dividenden uitgekeerd op buitenlandse beleggingen zullen veelal onderworpen zijn aan een bronbelasting in het betreffende land. Ook rentebetalingen kunnen onderworpen zijn aan een buitenlandse bronbelasting. Buitenlandse en Nederlandse bronbelasting die is ingehouden ten laste van het Fonds kan niet worden teruggevraagd of verrekend. De vrijgestelde beleggingsinstelling kan in beginsel geen gebruik maken van de Nederlandse verdragen ter voorkoming van dubbele belastingheffing. Buitenlandse bronbelasting zal dus in de regel niet kunnen worden verlaagd en/of teruggevraagd. Het Fonds is vrijgesteld voor de inhouding van dividendbelasting op al haar uitkeringen indien en voor zover zij een dividenduitkering doet. Bij de overheveling van ING Euro Obligatiefonds van NN Paraplufonds 1 N.V. naar NN Paraplufonds 4 N.V. zijn specifieke afspraken gemaakt met de belastingdienst over de in dit fonds aanwezige met dividendbelasting beclaimde reserves. Op basis van deze afspraak met de belastingdienst zal het fonds de betreffende reserves in een periode van 5 jaar als dividend uitkeren onder inhouding van dividendbelasting.

6


Jaarverslag 2014



we hanteren de principes voor Verantwoord Beleggen van de Verenigde Naties (UN PRI) we beleggen niet in controversiële wapens we oefenen het stemrecht op aandelen actief uit in overeenstemming met het belang van onze klanten we bieden gespecialiseerde duurzame beleggingsfondsen en op maat gemaakte oplossingen voor Verantwoord Beleggen aan



7


Jaarverslag 2014





 


8


Jaarverslag 2014


9


Jaarverslag 2014

Aandelenklasse P Algemeen Aandelenklasse P is een beursgenoteerde aandelenklasse bestemd voor particuliere (niet professionele) beleggers. De juridische naam van aandelen van Aandelenklasse P is gelijk aan de naam van het Subfonds met de toevoeging “ – P”, te weten: NN Euro Obligatie Fonds - P. De commerciële naam van aandelen van Aandelenklasse P is NN Euro Obligatie Fonds.

Kopen en verkopen van aandelen Aandelen van Aandelenklasse P kunnen worden gekocht en verkocht door tussenkomst van een bank of andere financiële onderneming, die intermediair is in de zin van de Wet giraal effectenverkeer. Uitgifte en inkoop van aandelen is op iedere dag waarop de effectenbeurs van Euronext Amsterdam by NYSE Euronext is geopend – hierna te noemen: beursdag – mogelijk. Het Fonds is met ING Bank overeengekomen dat deze laatste vennootschap als Fund Agent zal fungeren. De Fund Agent is ervoor verantwoordelijk de aanen verkoopopdrachten zoals die zijn ingelegd in het beursorderboek met betrekking tot Aandelenklasse P van het Subfonds, met inachtneming van de voorwaarden zoals vermeld in het prospectus, te beoordelen en te accepteren. Het handelssymbool van de notering is NNEOF. De ISIN-code van Aandelenklasse P is NL0006311797.

Kostenstructuur Managementvergoeding Aan Aandelenklasse P wordt een managementvergoeding in rekening gebracht van 0,40% (tot en met 31 december 2013: 0,75%) per jaar, te herleiden naar een percentage op dagbasis dat wordt berekend over het totale vermogen van Aandelenklasse P aan het einde van iedere dag. Vaste Overige Kostenvergoeding Vanaf 1 januari 2014 wordt naast bovengenoemde managementvergoeding aan Aandelenklasse P een vaste vergoeding, de Vaste Overige Kostenvergoeding (“VOK”), in rekening gebracht van 0,10% per jaar, te herleiden naar een percentage op dagbasis dat wordt berekend over het totale vermogen van Aandelenklasse P aan het einde van iedere dag. Deze vaste vergoeding dient ter vergoeding van reguliere en/of doorlopende kosten zoals de kosten van de administratie, de verslaggeving, de bewaring van de activa, de accountant, het toezicht, de eventuele beursnotering, het verrichten van betalingen, publicaties, vergaderingen van aandeelhouders, gerechtelijke procedures, zgn. fee sharing arrangementen in het kader van securities lending- en cash management activiteiten alsmede externe adviseurs en service providers zoals in voorkomende gevallen de Fund Agent. De VOK staat vast in die zin dat de Beheerder alle feitelijke kosten die de VOK eventueel zullen overtreffen voor zijn rekening zal nemen met uitzondering van de kosten in de volgende alinea genoemd. Daartegenover heeft de Beheerder in voorkomende gevallen het recht om de VOK te behouden, indien de feitelijke kosten lager blijken te zijn dan de ontvangen VOK. In aanvulling op de VOK kunnen incidentele, buitengewone kosten die verband houden met bijvoorbeeld de implementatie van ingrijpende wijzigingen in toepasselijke weten regelgeving en/of als gevolg van onvoorziene omstandigheden ten laste worden gebracht van het resultaat van Aandelenklasse P van het Subfonds. Deze kosten bedragen maximaal 0,02% van het gemiddelde vermogen op jaarbasis.

10


Jaarverslag 2014

Kerncijfers – Aandelenklasse P Algemeen

Eigen vermogen (x 1.000)

€

Aantal geplaatste aandelen (stuks)

2014*

2013**

2012

2011

2010

692.782

626.061

730.324

734.464

819.679

17.036.557

15.996.957

18.660.865

20.116.008

22.205.049

Intrinsieke waarde per aandeel

€

40,66

39,14

39,14

36,51

36,91

Transactieprijs

€

40,60

39,08

39,08

36,57

36,86

Uitgekeerd dividend per aandeel

€

1,04 (2,66)

1,02

1,48

1,31

1,27

Netto rendement Aandelenklasse

%

7,97 (11,52)

2,64

11,54

2,52

3,77


%

7,67 (11,10)

2,73

11,19

3,24

2,18

Relatief rendement

%

0,30 (0,42)

-0,09

0,35

-0,72

1,59

2014

2013**

2012

2011

2010

Inkomsten

10.170

20.592

23.893

32.683

35.779

Bedrijfslasten

-2.604

-5.283

-5.833

-6.314

-6.542

Waardeveranderingen

43.468

3.015

58.821

-7.096

1.935


51.034

18.324

76.881

19.273

31.172

2014

2013**

2012

2011

2010

Meerjarenoverzicht in totalen Bedragen x € 1.000

Meerjarenoverzicht per aandeel Bedragen x € 1 Inkomsten

0,61

1,14

1,28

1,50

1,60

-0,16

-0,29

-0,31

-0,29

-0,29

Waardeveranderingen

2,62

0,17

3,15

-0,32

0,09


3,07

1,02

4,12

0,89

1,40

Bedrijfslasten

*

**

Het rendement van Aandelenklasse P en de benchmark wordt getoond over de periode 1 april 2014 tot en met 31 december 2014. Het rendement van Aandelenklasse P en de benchmark over het kalenderjaar 2014 treft u aan tussen haakjes ( ), direct achter het rendement van de periode. Op moment van bepaling van de laatste intrinsieke waarde van Aandelenklasse P per 30 november 2013. Getoonde rendementen over 2013 betreffen de periode van 1 januari 2013 tot en met 30 november 2013.

11


Jaarverslag 2014

Toelichting op de kerncijfers Opgenomen periode en pro forma cijfers Per 30 november 2013 is ING Beleggingsfondsen Paraplu N.V. (“Verdwijnende Vennootschap”) (juridisch) gefuseerd met ING Paraplufonds 1 N.V. (“Verkrijgende Vennootschap”). ING Euro Obligatie Fonds, Subfonds van ING Beleggingsfondsen Paraplu N.V. is hierbij opgegaan in ING Euro Obligatie Fonds, Subfonds van ING Paraplufonds 1 N.V. Vervolgens is per 1 april 2014 ING Euro Obligatie Fonds overgeheveld van ING Paraplufonds 1 N.V. naar ING Paraplufonds 4 N.V. De vergelijkende cijfers in het meerjarenoverzicht zijn pro forma en hebben betrekking op het Subfonds van ING Beleggingsfondsen Paraplu N.V. Per 7 april 2015 zijn de namen van het Subfonds en de Paraplu aangepast zoals aangegeven in de paragraaf ‘Wijziging structuur en namen’ in het Directieverslag. De onder 2014 vermelde cijfers hebben betrekking op 31 december respectievelijk op de periode 1 april 2014 tot en met 31 december 2014. De tussen haakjes opgenomen gegevens hebben betrekking op het kalenderjaar, te weten 1 januari 2014 tot en met 31 december 2014. De onder overige jaren vermelde cijfers hebben betrekking op 31 december respectievelijk de periode 1 januari tot en met 31 december van het betreffende jaar, tenzij anders vermeld.

Transactieprijs De transactieprijs betreft de transactiekoers waartegen op de eerste beursdag van de volgende verslagperiode aanen verkopen in aandelen van Aandelenklasse P van het Subfonds zijn afgewikkeld. Deze transactieprijs is gebaseerd op de intrinsieke waarde van het aandeel met een vaste op- of afslag ter vergoeding van de aan- of verkoopkosten van de onderliggende ‘fysieke’ beleggingen. Indien geen transactie heeft plaatsgevonden op deze beursdag is de opgenomen transactieprijs gelijk aan de intrinsieke waarde.

Netto rendement Het netto rendement van Aandelenklasse P van het Subfonds is gebaseerd op de intrinsieke waarde per aandeel rekening houdend met (eventuele) dividenduitkeringen. Het relatief rendement betreft het verschil tussen het netto rendement van Aandelenklasse P van het Subfonds en het rendement van de benchmark.

Gemiddeld aantal aandelen Het gemiddeld aantal aandelen, zoals dat wordt gebruikt in de berekening van het meerjarenoverzicht per aandeel, wordt bepaald als het gewogen gemiddelde van de uitstaande aandelen op dagbasis, gebaseerd op het aantal dagen dat de intrinsieke waardebepaling plaatsvindt gedurende de rapportageperiode. Voor de kerncijfers over 2011 en eerder is het gemiddeld aantal aandelen gehanteerd, berekend als het gewogen gemiddelde van de uitstaande aandelen op kwartaalbasis.

Kerncijfers per aandeel De berekening van de kerncijfers per aandeel kan door het moment en aantal van toe- en uittredingen in combinatie met volatiliteit in de resultaatsontwikkeling gedurende de verslaggevingsperiode een afwijkend beeld geven wanneer dit wordt vergeleken met de koersontwikkeling per aandeel over het jaar.

12


Jaarverslag 2014

Aandelenklasse U Algemeen Aandelenklasse U is een aandelenklasse bestemd voor aan de beheerder gelieerde verzekeraars ten behoeve van vermogensopbouw in het kader van zgn. unit linked beleggingsverzekeringen. De juridische naam van aandelen van Aandelenklasse U is gelijk aan de naam van het Subfonds met de toevoeging “ – U”, te weten: NN Euro Obligatie Fonds - U. De commerciële naam van aandelen van Aandelenklasse U is NN Rente Fonds.

Kopen en verkopen van aandelen Aandelen van Aandelenklassen U kunnen worden gekocht en verkocht door tussenkomst van een intermediair. De Transfer Agent, zijnde The Bank of New York Mellon SA/NV, is ervoor verantwoordelijk om de aanen verkoopopdrachten betreffende aandelen van de Aandelenklassen U zoals die bij haar zijn ingelegd in het orderboek, met inachtneming van de voorwaarden zoals vermeld in het prospectus, te beoordelen en te accepteren. De ISIN-code van Aandelenklasse U is NL0010622247.

Kostenstructuur Managementvergoeding Aan Aandelenklasse U wordt een managementvergoeding in rekening gebracht van 0,21% (tot 9 juli 2014: 0,24%) per jaar, te herleiden naar een percentage op dagbasis dat wordt berekend over het totale vermogen van Aandelenklasse U aan het einde van iedere dag. Per 9 juli 2014 is het percentage managementvergoeding verlaagd van 0,24% naar 0,21%. Deze verlaging houdt verband met het laten vervallen van de distributievergoeding (zgn. “rebate”) die was verdisconteerd in de managementvergoeding van de ten behoeve van Nationale-Nederlanden als gelieerde verzekeraar beheerde aandelenklassen. Een en ander sluit aan bij de systematiek die, gelet op het in Nederland geldende provisieverbod, wordt gehanteerd bij de distributie van de door NN Investment Partners B.V. beheerde (zgn. “zero rebate”) retail fondsen/aandelenklassen. Overige kosten Naast bovengenoemde managementvergoeding worden overige kosten ten laste van Aandelenklasse U gebracht. Deze overige kosten betreffen reguliere en/of doorlopende kosten alsmede incidentele, buitengewone kosten en betreffen onder andere de kosten van: de administratie, de verslaggeving, de bewaring van de activa, de accountant, het toezicht, het verrichten van betalingen, publicaties, vergaderingen van aandeelhouders, gerechtelijke procedures, zgn. fee sharing arrangementen in het kader van securities lending- en cash management activiteiten alsmede externe adviseurs en service providers zoals de Transfer Agent, een en ander voor zover deze kosten in rekening zijn gebracht ten laste van de Aandelenklassen. Voor zover deze kosten direct toerekenbaar zijn, worden deze kosten rechtstreeks ten laste van de Aandelenklasse U van het Subfonds gebracht. Voor zover deze kosten niet direct toerekenbaar zijn, worden deze kosten via een verdeelsleutel ten laste van Aandelenklasse U gebracht.

13


Jaarverslag 2014

Kerncijfers – Aandelenklasse U Algemeen


€


2014*

2013

2012

2011

2010

440.705

377.849

299.109

308.749

341.480

20.733.429

19.871.095

16.177.012

18.723.377

21.344.906


€

21,26

19,02

18,49

16,49

16,00

Transactieprijs

€

21,22

-

-

-

-

-

-

-

-

-

Uitgekeerd dividend per aandeel Netto rendement Aandelenklasse

%

6,73 (11,78)

2,84

12,13

3,07

4,32


%

6,38 (11,10)

2,17

11,19

3,24

2,18

Relatief rendement

%

0,35 (0,68)

0,67

0,94

-0,17

2,14

Bedragen x € 1.000

2014

2013

2012

2011

2010

Inkomsten

5.453

9.417

10.268

13.286

16.123

-760

-800

-828

-831

-952

Waardeveranderingen

22.810

-889

25.331

-2.823

1.882


27.503

7.728

34.771

9.632

17.053

2014

2013

2012

2011

2010

Meerjarenoverzicht in totalen

Bedrijfslasten


0,26

0,60

0,59

0,66

0,68

-0,04

-0,05

-0,05

-0,04

-0,04

Waardeveranderingen

1,10

-0,06

1,46

-0,14

0,08


1,32

0,49

2,00

0,48

0,72

Bedrijfslasten

*

Het rendement van Aandelenklasse U en de benchmark wordt getoond over de periode 12 mei 2014 tot en met 31 december 2014. Het rendement van Aandelenklasse U en de benchmark over het kalenderjaar 2014 treft u aan tussen haakjes ( ), direct achter het rendement van de periode.

14


Jaarverslag 2014

Toelichting op de kerncijfers Opgenomen periode en pro forma cijfers Op 12 mei 2014 zijn de participaties in Nationale-Nederlanden Rente Fonds omgezet in aandelen in AandelenklasseU van ING Euro Obligatie Fonds (per 7 april 2015 gewijzigd in NN Euro Obligatie Fonds). Met ingang van 12 mei 2014 is Aandelenklasse-U hiermee actief. De vergelijkende cijfers in het meerjarenoverzicht zijn pro forma en hebben betrekking op Nationale-Nederlanden Rente Fonds. De onder 2014 vermelde cijfers hebben betrekking op 31 december respectievelijk op de periode 12 mei 2014 tot en met 31 december 2014. De tussen haakjes opgenomen gegevens hebben betrekking op het kalenderjaar, te weten 1 januari 2014 tot en met 31 december 2014. De onder overige jaren vermelde cijfers hebben betrekking op 31 december respectievelijk de periode 1 januari tot en met 31 december van het betreffende jaar, tenzij anders vermeld.

Transactieprijs De transactieprijs betreft de transactiekoers waartegen op de eerste beursdag van de volgende verslagperiode aanen verkopen in aandelen van Aandelenklasse U van het Subfonds zijn afgewikkeld. Deze transactieprijs is gebaseerd op de intrinsieke waarde van het aandeel met een vaste op- of afslag ter vergoeding van de aan- of verkoopkosten van de onderliggende ‘fysieke’ beleggingen. Indien geen transactie heeft plaatsgevonden op deze beursdag is de opgenomen transactieprijs gelijk aan de intrinsieke waarde. Het pro forma opgenomen fonds had geen transactieprijs.

Netto rendement Het netto rendement van Aandelenklasse U van het Subfonds is gebaseerd op de intrinsieke waarde per aandeel rekening houdend met (eventuele) dividenduitkeringen. Het relatief rendement betreft het verschil tussen het netto rendement van Aandelenklasse U van het Subfonds en het rendement van de benchmark.



15


Jaarverslag 2014

Aandelenklasse G Algemeen Aandelenklasse G is een aandelenklasse bestemd voor verzekeraars dan wel premiepensioeninstellingen ten behoeve van vermogensopbouw in het kader van pensioenovereenkomsten op grond van de Pensioenwet. De juridische naam van aandelen van Aandelenklasse G is gelijk aan de naam van het Subfonds met de toevoeging “ – G”, te weten: NN Euro Obligatie Fonds - G. De commerciële naam van aandelen van Aandelenklasse G is Obligatiefonds.

Kopen en verkopen van aandelen Aandelen van Aandelenklassen G kunnen worden gekocht en verkocht door tussenkomst van een intermediair. De Transfer Agent, zijnde The Bank of New York Mellon SA/NV, is ervoor verantwoordelijk om de aanen verkoopopdrachten betreffende aandelen van de Aandelenklassen G zoals die bij haar zijn ingelegd in het orderboek, met inachtneming van de voorwaarden zoals vermeld in het prospectus, te beoordelen en te accepteren. De ISIN-code van Aandelenklasse G is NL0010622254.

Kostenstructuur Managementvergoeding Aan Aandelenklasse G wordt een managementvergoeding in rekening gebracht van 0,24% per jaar, te herleiden naar een percentage op dagbasis dat wordt berekend over het totale vermogen van Aandelenklasse G aan het einde van iedere dag. Overige kosten Naast bovengenoemde managementvergoeding worden overige kosten ten laste van Aandelenklasse G gebracht. Deze overige kosten betreffen reguliere en/of doorlopende kosten alsmede incidentele, buitengewone kosten en betreffen onder andere de kosten van: de administratie, de verslaggeving, de bewaring van de activa, de accountant, het toezicht, het verrichten van betalingen, publicaties, vergaderingen van aandeelhouders, gerechtelijke procedures, zgn. fee sharing arrangementen in het kader van securities lending- en cash management activiteiten alsmede externe adviseurs en service providers zoals de Transfer Agent, een en ander voor zover deze kosten in rekening zijn gebracht ten laste van de Aandelenklassen. Voor zover deze kosten direct toerekenbaar zijn, worden deze kosten rechtstreeks ten laste van de Aandelenklasse G van het Subfonds gebracht. Voor zover deze kosten niet direct toerekenbaar zijn, worden deze kosten via een verdeelsleutel ten laste van Aandelenklasse G gebracht.

16


Jaarverslag 2014

Kerncijfers – Aandelenklasse G Algemeen


€


2014*

2013

2012

2011

2010

57.685

68.996

87.178

87.173

120.331

2.715.054

3.629.397

4.716.180

5.287.544

7.522.973


€

21,25

19,01

18,48

16,49

16,00

Transactieprijs

€

21,21

-

-

-

-

-

-

-

-

-


%

6,71 (11,76)

2,84

12,12

3,07

4,31


%

6,38 (11,10)

2,17

11,19

3,24

2,18

Relatief rendement

%

0,33 (0,66)

0,67

0,93

-0,17

2,13

2014

2013

2012

2011

2010

866

2.508

2.906

4.578

5.343

-128

-218

-239

-288

-320

Waardeveranderingen

3.505

-159

7.233

-1.248

372


4.243

2.131

9.900

3.042

5.395

2014

2013

2012

2011

2010



0,26

0,60

0,59

0,66

0,68

-0,04

-0,05

-0,05

-0,04

-0,04

Waardeveranderingen

1,07

-0,04

1,47

-0,18

0,05


1,29

0,51

2,01

0,44

0,69

Bedrijfslasten

*

Het rendement van Aandelenklasse G en de benchmark wordt getoond over de periode 12 mei 2014 tot en met 31 december 2014. Het rendement van Aandelenklasse G en de benchmark over het kalenderjaar 2014 treft u aan tussen haakjes ( ), direct achter het rendement van de periode.

17


Jaarverslag 2014

Toelichting op de kerncijfers Opgenomen periode en pro forma cijfers Op 12 mei 2014 zijn de participaties in Obligatiefonds omgezet in aandelen in Aandelenklasse-G van ING Euro Obligatie Fonds (per 7 april 2015 gewijzigd in NN Euro Obligatie Fonds). Met ingang van 12 mei 2014 is Aandelenklasse-G hiermee actief. De vergelijkende cijfers in het meerjarenoverzicht zijn pro forma en hebben betrekking op Obligatiefonds. De onder 2014 vermelde cijfers hebben betrekking op 31 december respectievelijk op de periode 12 mei 2014 tot en met 31 december 2014. De tussen haakjes opgenomen gegevens hebben betrekking op het kalenderjaar, te weten 1 januari 2014 tot en met 31 december 2014. De onder overige jaren vermelde cijfers hebben betrekking op 31 december respectievelijk de periode 1 januari tot en met 31 december van het betreffende jaar, tenzij anders vermeld.

Transactieprijs De transactieprijs betreft de transactiekoers waartegen op de eerste beursdag van de volgende verslagperiode aanen verkopen in aandelen van Aandelenklasse G van het Subfonds zijn afgewikkeld. Deze transactieprijs is gebaseerd op de intrinsieke waarde van het aandeel met een vaste op- of afslag ter vergoeding van de aan- of verkoopkosten van de onderliggende ‘fysieke’ beleggingen. Indien geen transactie heeft plaatsgevonden op deze beursdag is de opgenomen transactieprijs gelijk aan de intrinsieke waarde. Het pro forma opgenomen fonds had geen transactieprijs.

Netto rendement Het netto rendement van Aandelenklasse G van het Subfonds is gebaseerd op de intrinsieke waarde per aandeel rekening houdend met (eventuele) dividenduitkeringen. Het relatief rendement betreft het verschil tussen het netto rendement van Aandelenklasse G van het Subfonds en het rendement van de benchmark.



18


Jaarverslag 2014

Aandelenklasse Z Algemeen Aandelenklasse Z is een aandelenklasse bestemd voor andere door de beheerder beheerde beleggingsinstellingen dan wel professionele beleggers die (op andere wijze) een vergoeding betalen aan de beheerder zelf of aan een aan de beheerder gelieerde partij voor het beheer van hun vermogen. De juridische en commerciële naam van aandelen van Aandelenklasse Z is gelijk aan de naam van het Subfonds met de toevoeging “ – Z”, te weten: NN Euro Obligatie Fonds - Z.

Kopen en verkopen van aandelen Aandelen van Aandelenklassen Z kunnen worden gekocht en verkocht door tussenkomst van een intermediair. De Transfer Agent, zijnde The Bank of New York Mellon SA/NV, is ervoor verantwoordelijk om de aanen verkoopopdrachten betreffende aandelen van de Aandelenklassen Z zoals die bij haar zijn ingelegd in het orderboek, met inachtneming van de voorwaarden zoals vermeld in het prospectus, te beoordelen en te accepteren. De ISIN-code van Aandelenklasse Z is NL0010622262.

Kostenstructuur Overige kosten Er worden ten laste van Aandelenklasse Z overige kosten in rekening gebracht. Deze overige kosten betreffen reguliere en/of doorlopende kosten alsmede incidentele, buitengewone kosten en betreffen onder andere de kosten van: de administratie, de verslaggeving, de bewaring van de activa, de accountant, het toezicht, het verrichten van betalingen, publicaties, vergaderingen van aandeelhouders, gerechtelijke procedures, zgn. fee sharing arrangementen in het kader van securities lending- en cash management activiteiten alsmede externe adviseurs en service providers zoals de Transfer Agent, een en ander voor zover deze kosten in rekening zijn gebracht ten laste van de Aandelenklassen. Voor zover deze kosten direct toerekenbaar zijn, worden deze kosten rechtstreeks ten laste van de Aandelenklasse Z van het Subfonds gebracht. Voor zover deze kosten niet direct toerekenbaar zijn, worden deze kosten via een verdeelsleutel ten laste van Aandelenklasse Z gebracht.

19


Jaarverslag 2014

Kerncijfers – Aandelenklasse Z Algemeen


€


2014*

2013

2012

2011

2010

1.228.010

2.419.274

2.545.707

2.631.592

3.036.807

55.553.702 122.610.142 132.972.149 154.491.967 184.209.625


€

22,10

19,73

19,14

17,03

16,49

Transactieprijs

€

22,07

-

-

-

-

-

-

-

-

-


%

6,88 (11,52)

3,06

12,39

3,33

4,57


%

6,38 (11,10)

2,17

11,19

3,24

2,18

Relatief rendement

%

0,50 (0,42)

0,89

1,20

0,09

2,39

2014

2013

2012

2011

2010

15.586

78.157

87.345

122.899

135.540

-442

-1.338

-1.068

-454

-315

Waardeveranderingen

64.351

-2.848

213.475

-31.395

9.435


79.495

73.971

299.752

91.050

144.660

2014

2013

2012

2011

2010



0,27

0,62

0,61

0,69

0,70

-0,01

-0,01

-0,01

0,00

0,00

Waardeveranderingen

1,13

-0,02

1,50

-0,18

0,05


1,39

0,59

2,10

0,51

0,75

Bedrijfslasten

*

Het rendement van Aandelenklasse Z en de benchmark wordt getoond over de periode 12 mei 2014 tot en met 31 december 2014. Het rendement van Aandelenklasse Z en de benchmark over het kalenderjaar 2014 treft u aan tussen haakjes ( ), direct achter het rendement van de periode.

20


Jaarverslag 2014

Toelichting op de kerncijfers Opgenomen periode en pro forma cijfers Op 12 mei 2014 zijn de participaties in ING Rente Basis Fonds omgezet in aandelen in Aandelenklasse Z van ING Euro Obligatie Fonds (per 7 april 2015 gewijzigd in NN Euro Obligatie Fonds). Met ingang van 12 mei 2014 is Aandelenklasse Z hiermee actief. De vergelijkende cijfers in het meerjarenoverzicht die zijn gebruikt zijn pro forma en hebben betrekking op ING Rente Basis Fonds. In het vermogen van ING Rente Basis Fonds waren ook de belangen van de beleggingen opgenomen welke bij omzetting naar de nieuwe structuur niet zijn omgezet in Aandelenklasse Z. Hierdoor zijn voor de stand van het eigen vermogen de vergelijkende cijfers van 2013 en eerder niet geheel vergelijkbaar met de stand per 31 december 2014. De onder 2014 vermelde cijfers hebben betrekking op 31 december respectievelijk op de periode 12 mei 2014 tot en met 31 december 2014. De tussen haakjes opgenomen gegevens hebben betrekking op het kalenderjaar, te weten 1 januari 2014 tot en met 31 december 2014. De onder overige jaren vermelde cijfers hebben betrekking op 31 december respectievelijk de periode 1 januari tot en met 31 december van het betreffende jaar, tenzij anders vermeld.

Transactieprijs De transactieprijs betreft de transactiekoers waartegen op de eerste beursdag van de volgende verslagperiode aanen verkopen in aandelen van Aandelenklasse Z van het Subfonds zijn afgewikkeld. Deze transactieprijs is gebaseerd op de intrinsieke waarde van het aandeel met een vaste op- of afslag ter vergoeding van de aan- of verkoopkosten van de onderliggende ‘fysieke’ beleggingen. Indien geen transactie heeft plaatsgevonden op deze beursdag is de opgenomen transactieprijs gelijk aan de intrinsieke waarde. Het pro forma opgenomen fonds had geen transactieprijs.

Netto rendement Het netto rendement van Aandelenklasse Z van het Subfonds is gebaseerd op de intrinsieke waarde per aandeel rekening houdend met (eventuele) dividenduitkeringen. Het relatief rendement betreft het verschil tussen het netto rendement van Aandelenklasse Z van het Subfonds en het rendement van de benchmark.



21


Jaarverslag 2014

Directieverslag Wijziging structuur en namen NN Group NN Group N.V. is een internationale verzekeraar én vermogensbeheerder, actief in meer dan 18 landen. Sinds 2 juli 2014 is NN Group N.V. een beursgenoteerde onderneming, genoteerd aan Euronext Amsterdam. ING Groep N.V. had in 2014 een meerderheidsbelang in NN Group N.V. ING wil meer dan 50% van haar aandelen in NN Group voor 31 december 2015 afstoten en de resterende aandelen voor 31 december 2016. Deze doelstelling komt overeen met het tijdpad dat ING is overeengekomen met de Europese Commissie. NN Investment Partners NN Investment Partners is de vermogensbeheerder van NN Group N.V. Met de verzelfstandiging van NN Group is NN Investment Partners de nieuwe naam van ING IM International. Namen in het jaarverslag 2014 Als gevolg van de hierboven aangegeven wijzigingen zijn de namen van de juridische entiteiten en fondsnamen per 7 april 2015 gewijzigd. In het jaarverslag 2014 zijn de namen zoals deze met ingang van 7 april 2015 gelden opgenomen. Per 7 april 2015 hebben de volgende naamswijzigingen plaatsgevonden: Naam tot en met 6 april 2015


ING Euro Obligatie Fonds


ING Paraplufonds 4 N.V.

NN Paraplufonds 4 N.V.







www.ingim.nl

www.nnip.nl

Genoemde structuur- en naamswijziging heeft geen invloed op het beleggingsbeleid van het Subfonds.

22


Jaarverslag 2014

Herstructurering ING beleggingsfondsen Algemeen Op Europees niveau zijn nieuwe regels geïntroduceerd voor beleggingsfondsen, waardoor het nationale toezichtregime is verdwenen en is vervangen door één van de twee Europese toezichtregimes, te weten UCITSregime en AIFMD- regime. In Nederland zijn beide toezichtregimes geïmplementeerd in de Wet op het financieel toezicht. NN Paraplufonds 4 N.V. is per 9 juli 2014 omgevormd naar een beleggingsfonds waarop het UCITS-regime van toepassing is. UCITS staat voor ‘Undertakings for Collective Investment in Transferable Securities’ (in het Nederlands: ‘icbe’ dat staat voor ‘instelling voor collectieve belegging in effecten’). Deze omvorming naar UCITS heeft in meerdere stappen plaatsgevonden. De belangrijkste stappen voor (de Subfondsen van) NN Paraplufonds 4 N.V. zijn:

Oprichting NN Paraplufonds 4 N.V. NN Paraplufonds 4 N.V. is op 26 september 2013 opgericht. De verslagperiode van NN Paraplufonds 4 N.V. loopt van 26 september 2013 (oprichtingsdatum) tot en met 31 december 2014.

Overheveling Per 1 april 2014 is ING Euro Obligatie Fonds overgeheveld van ING Paraplufonds 1 N.V. naar ING Paraplufonds 4 N.V. Hierbij zijn de betreffende aandelen in het kapitaal van ING Paraplufonds 1 N.V. ingetrokken tegen gelijktijdige uitgifte van een gelijk aantal (nieuwe) aandelen door ING Paraplufonds 4 N.V. (rechtstreeks) aan de aandeelhouders van ING Paraplufonds 1 N.V., wier aandelen zijn ingetrokken, een en ander als uitkering in natura verband houdende met de intrekking van de desbetreffende aandelen in het kapitaal van ING Paraplufonds 1 N.V. Van terugbetaling van het nominale bedrag van de ingetrokken aandelen is derhalve geen sprake. Bij de overheveling is de ruilverhouding zodanig dat voor één aandeel in een Subfonds van ING Paraplufonds 1 N.V. één aandeel in het Subfonds van ING Paraplufonds 4 N.V. is toegekend. Deze ruilverhouding is reëel aangezien de aandeelhouders van de betreffende aandelen in het kapitaal van ING Paraplufonds 1 N.V. na de overheveling tot exact dezelfde onderliggende waarden economisch gerechtigd zijn. Per 7 april 2015 zijn de namen van het Subfonds en de Paraplu aangepast zoals aangegeven in de paragraaf 'wijziging structuur en namen' in het Directieverslag.

Inbreng Fondsen voor Gemene rekening (“FGR Fondsen”) Diverse klantgroepen belegden niet in de paraplufondsen, maar via een fonds voor gemene rekening (FGR). Een FGR heeft geen rechtspersoonlijkheid, zulks in tegenstelling tot een beleggingsmaatschappij met veranderlijk kapitaal. Een fonds voor gemene rekening kent naast een beheerder en participanten (beleggers) ook een bewaarder. In verband met de invoering van de genoemde Europese toezichtregimes heeft de Beheerder besloten om verschillende door hem beheerde beleggingsfondsen samen te voegen waardoor een grotere mate van efficiency kan worden bereikt ten opzichte van het zelfstandig laten voortbestaan van die beleggingsfondsen.

23


Jaarverslag 2014

In verband hiermee zijn op 12 mei 2014 de participaties in FGR fondsen omgezet in aandelen in een aandelenklasse van een Subfonds. Hierbij zijn de FGR-fondsen geliquideerd gevolgd door een uitkering in natura aan de participanten van de FGR in de vorm van aandelen in de aandelenklasse die bestemd is voor de betreffende klantgroep. De betreffende aandelenklasse is daarmee vanaf 12 mei 2014 actief. Voor NN Euro Obligatie Fonds betreft het de volgende omzetting:   

Participaties in National-Nederlanden Rente Fonds zijn omgezet in aandelen van Aandelenklasse-U Participaties in Obligatiefonds zijn omgezet in aandelen van Aandelenklasse-G Participaties in ING Rente Basis Fonds zijn omgezet in aandelen van Aandelenklasse-Z

Participatie in ING Basis Fondsen Voor de herstructurering participeerde NN Euro Obligatie Fonds in ING Rente Basis Fonds. In het ING Rente Basis Fonds vonden de feitelijke beleggingen plaats in de zin van aanen verkopen van (beursgenoteerde) effecten/financiële instrumenten. In de verslagperiode zijn, in verband met de UCITS-omvorming, de beleggingen en financiële rechten en verplichtingen van ING Rente Basis Fonds overgegaan naar het NN Euro Obligatie Fonds.

Fiscale gevolgen overheveling per 1 april 2014 Op basis van het geldend fiscale recht is bij de Overheveling van de Subfondsen voor de heffing van de verschillende belastingen geen sprake van een overheveling van de Subfondsen van NN Paraplufonds 1 N.V. naar de target paraplufondsen, maar van een vervreemding van de aandelen in NN Paraplufonds 1 N.V. gevolgd door een aankoop van aandelen in de target paraplufondsen. Fiscaal bezien, zijn de Subfondsen van de Overdragende Vennootschap door de overheveling van Subfondsen geliquideerd. De Subfondsen zijn dan ook opgehouden belastbare winst te genieten. Teneinde te bewerkstelligen dat NN Paraplufonds 1 N.V. de status van fiscale beleggingsinstelling behoudt, hebben de Subfondsen, die zijn overgeheveld, de voor uitdeling beschikbare winst, inclusief de zogenoemde afrondingsreserve, aan de aandeelhouders uitgekeerd. Uitkering van zowel de uitdelingsverplichting over de periode 1 januari 2013 tot en met 30 november 2013 (datum fusie) als de uitdelingsverplichting in verband met overheveling per 1 april 2014 heeft in maart 2014 plaatsgevonden. Deze uitkering heeft derhalve plaatsgevonden voor overheveling naar NN Paraplufonds 4 N.V., als onderdeel van NN Paraplufonds 1 N.V.

24


Jaarverslag 2014

Algemene financieel economische ontwikkelingen in 2014 































25


Jaarverslag 2014

leenbehoefte van de Amerikaanse overheid en een structureel grote vraag. De lagere rente in Duitsland had te maken met de lage inflatie en zwakke economische activiteit in de eurozone, het vooruitzicht van nieuwe monetaire acties van de ECB om de groei te stimuleren en de zoektocht naar veilige havens in een omgeving die wordt gekenmerkt door geopolitieke onzekerheid. 


26


Jaarverslag 2014

Fondsspecifieke ontwikkelingen in 2014 Marktontwikkelingen Het jaar 2014 is voor vastrentende beleggers per saldo zeer gunstig verlopen. De wereldeconomie liet tekenen van verbetering zien, vooral door de sterke activiteitsgraad in de VS en het VK. In Japan en de eurozone viel de groei wat tegen. In opkomende markten bleef de groei gematigd. De olieprijs daalde naar aanleiding van zorgen om een zwakke vraag bij een ruim aanbod. De centrale banken speelden in de verslagperiode een belangrijke rol. De Amerikaanse Federal Reserve (Fed) stopte na meer dan vijf jaar met het opkopen van staatsobligaties. De Bank of Japan breidde haar kwantitatieve versoepeling aanzienlijk uit. De Europese Centrale Bank (ECB) maakte bekend dat ze haar balanstotaal met 1 triljoen euro zal uitbreiden om de groei en de inflatie structureel naar een hoger niveau te brengen. De ECB zal dit doen door middel van het opkopen van gedekte obligaties. Eind 2014 bedroeg de Duitse tienjaarsrente 0,54%, versus 1,93% op 31 december 2013. De Amerikaanse tienjaarsrente stond eveneens onder druk, maar deze daalde minder, mede omdat de financiële markten al anticipeerden op rentestijgingen van de Fed in 2015. De euro daalde naar het laagste punt in twee jaar versus de dollar. Dit kwam doordat de economische prestaties en het monetaire beleid tussen Europa en de VS steeds verder uiteenliepen.

Gevoerd beleggingsbeleid De verantwoording over het gevoerde beleggingsbeleid is gebaseerd op de bruto performance van het Subfonds over het kalenderjaar (1 januari 2014 tot en met 31 december 2014). Deze bruto performance betreft de performance van het Subfonds zoals is opgenomen in de paragraaf kerncijfers exclusief de kosten die gemaakt zijn voor het beheer van het Subfonds. Gedurende de verslagperiode hebben we de rentegevoeligheid (duratie) van de portefeuille aangepast op basis van onze rentevisie. Dit was licht voordelig voor de performance. De curvepositionering en de positionering in staatsobligaties van de perifere eurolanden pakten zeer goed uit. We namen gedurende het jaar meerdere actieve overwogen posities in obligaties uit Italië en Spanje in. Ook de beleggingen in bedrijfsobligaties pakten goed uit. Gedurende het jaar hadden we meerdere actieve overwogen posities in zeer solide bedrijfsleningen en obligaties met onderpand (ABS). Deze actieve posities hebben er per saldo toe geleid dat de portefeuille het gedurende het jaar 0,98% beter heeft gedaan dan de benchmark.

Gebruik derivaten in de verslagperiode Het Subfonds maakte gebruik rentefutures, swaps,valutatermijntransacties en kredietderivaten om tegen gunstigere voorwaarden posities in te nemen en af te dekken en om de portefeuille bij te sturen binnen de beleggingsrestricties van het Subfonds.

27


Jaarverslag 2014

Vooruitzichten Ons basisscenario gaat uit van een lichte versnelling van de wereldwijde economische groei. Dit zal vooral het gevolg zijn van de veerkrachtige Amerikaanse economie, een herstel van de wereldwijde industriële productie en een impuls voor de eindvraag dankzij de scherpe daling van de wereldwijde energieprijzen. Een risico is de mogelijke monetaire verkrapping in de VS (en de gevolgen voor de internationale kapitaalstromen). De lage maar versnellende wereldwijde nominale groei, de lage inflatie en een soepeler beleid van de wereldwijde centrale banken stimuleren de zoektocht naar rendement in de financiële markten. We gaan voor de komende jaren uit van een zeer geleidelijk herstel van de rentes (tienjarige Duitse obligatierentes) vanaf de historisch lage niveaus. Het anticiperen op en de aankondiging van nieuwe maatregelen door de ECB heeft bijgedragen aan een aanzienlijke daling van de euro ten opzichte van de dollar.

28


Jaarverslag 2014

Overige aspecten Introductie rebate vrije ING beleggingsfondsen Met ingang van 1 januari 2014 is de vergoeding aan derden bij Aandelenklasse P welke uit de managementvergoeding werd doorgegeven voor door hen verrichte distributie-inspanningen afgeschaft. Dit betekent dat de managementvergoeding voor deze aandelenklasse is verlaagd van 0,75% naar 0,40%. Tevens is in het kader van transparantie naast de verlaging van de managementvergoeding een Vaste Overige Kostencomponent (VOK) geïntroduceerd van 0,10% per jaar, die dient ter vergoeding van de reguliere en/of doorlopende kosten.

Cash Management In het verslagjaar heeft het Subfonds gebruik gemaakt van de cash management diensten die door NNIP Asset Management B.V. werden aangeboden en door Liquidity Management Solutions B.V. (LMS) werden uitgevoerd. LMS was een zogenaamd special purpose vehicle op wiens naam de gelden werden aangehouden. LMS was speciaal door NNIP Asset Management B.V. opgericht in het kader van de cash management activiteiten van NNIP Asset Management B.V. had geen personeel, werd uitsluitend gebruikt als bewaarder van het door NNIP Asset Management B.V. op grond van haar cash management activiteiten beheerde vermogen en ontplooide geen andere activiteiten. LMS is op 31 december 2014 ontbonden. Vanaf het tweede kwartaal 2014 vindt cash management plaats door belegging in geldmarkt beleggingsfondsen en/of het aanhouden van deposito’s zoals in de toelichting op de jaarrekening is opgenomen.

Wijziging samenstelling directie NN Investment Partners B.V. Bij de oprichting van NN Paraplufonds 4 N.V. op 26 september 2013 bestond de directie van NN Investment Partners B.V. (“de directie”) uit de volgende leden: de heren D.A. Buggenhout, A.A.M. van den Heuvel, M.C.W. den Hollander en J.W.F. Stoter. In de verslagperiode is de samenstelling van de directie gewijzigd. Per 7 oktober 2013 is de heer M.C.W. den Hollander teruggetreden uit de directie, per dezelfde datum is de heer B.P.O. De Belder toegetreden tot de directie. Per 1 maart 2014 is de heer A.A.M. van den Heuvel teruggetreden uit de directie. Na de verslagperiode, per 15 april 2015, heeft de volgende wijziging van de samenstelling van de directie plaatsgevonden, De heren D.A. Buggenhout en B.P.O. De Belder zijn teruggetreden uit de directie, per dezelfde datum zijn de heren C.E.M. Beckers, M.C.W. den Hollander, M.O. Nijkamp, B.G.J. van Overbeek, G.A. Roelofs en M.C. Vink toegetreden tot de directie.

29


Jaarverslag 2014

Risico’s bij het deelnemen in beleggingsfondsen Risicoprofiel Beleggen impliceert het aangaan van transacties in financiële instrumenten. Aan het beleggen in het onderhavige Subfonds en derhalve aan het gebruik van financiële instrumenten zijn zowel financiële kansen als ook financiële risico’s verbonden. De waarde van de beleggingen kan zowel stijgen als dalen en aandeelhouders van het Subfonds kunnen mogelijk minder terugkrijgen dan zij hebben ingelegd. Een spreiding van de beleggingen zal naar verwachting een dempend effect op deze risico's kunnen hebben. Het huidige risicoprofiel van het Subfonds wordt nader toegelicht in het prospectus. Het beheersen van risico’s die met beleggen zijn verbonden moet altijd in samenhang worden gezien met de kansen, zoals die tot uitdrukking komen in het rendement. Risicomanagement is daarom niet zozeer het zoveel mogelijk inperken van risico’s als wel het streven naar een optimale verhouding tussen rendement en risico binnen acceptabele limieten.


Belangrijkste risico’s bij transacties in financiële instrumenten Onderstaande opsomming bevat een aantal van de belangrijkste risico’s die zich voordoen bij daadwerkelijke transacties in financiële instrumenten. De belangrijkste risicocategorieën, verbonden met transacties in financiële instrumenten, zijn: Prijsrisico’s  Marktrisico Het risico dat de waarde van een financieel instrument kan fluctueren als gevolg van verandering in de marktprijs, ten gevolge van factoren die van toepassing zijn op een individueel instrument dan wel voor een verzameling van instrumenten. Het risico varieert met de volatiliteit van de beleggingen. 





Krediet- en tegenpartijrisico Beleggers moeten zich ervan bewust zijn dat bij investering in vastrentende waarden kredietrisico wordt genomen. Obligaties en schuldbewijzen uitgegeven door entiteiten met een lage rating hebben over het algemeen meer kredietrisico en kans op wanbetaling dan emittenten met een hogere rating. Als de emittent van obligaties of schuldbewijzen in financiële of economische problemen komt, kan dat de waarde van de obligaties of schuldbewijzen beïnvloeden (uiteindelijk zou de waarde zelfs tot nul gereduceerd kunnen worden). Naast de algemeen heersende trends op de financiële markten, kunnen specifieke ontwikkelingen met betrekking tot een emittent de waarde van een belegging beïnvloeden. Zelfs een zorgvuldige selectie van effecten kan het risico van verliezen niet elimineren als gevolg van een daling van de waarde van de activa van een emittent.

30


Jaarverslag 2014

Het gebruik van kredietderivaten, indien vermeld in het beleggingsbeleid van het Subfonds, kan een kredietrisico betekenen. Indien over-the-counter-derivaten contracten (OTC-derivaten: bilaterale derivaten contracten zonder tussenkomst van een beurs en in bepaalde gevallen in overeenstemming met de geldende wet ook zonder clearinghouse) worden aangegaan, kan het Subfonds blootgesteld worden aan risico’s die voortvloeien uit de solvabiliteit van zijn tegenpartijen en hun vermogen om aan de voorwaarden van deze contracten te voldoen. Concentratierisico Het beleggen op basis van een bepaald geografisch gebied, specifieke sectoren, thema's of producten kan tot een concentratie van beleggingen in deze bepaalde geografische gebieden, specifieke sectoren, thema's of producten leiden. Het Subfonds zal daardoor met name gevoelig zijn voor ontwikkelingen in deze bepaalde geografische gebieden, specifieke sectoren, thema's of producten. Liquiditeitsrisico Liquiditeitsrisico's kunnen ontstaan wanneer een bepaalde onderliggende belegging moeilijk te verkopen is. Doordat het Subfonds in incourante effecten kan beleggen, bestaat het risico dat het Subfonds niet de mogelijkheid heeft om financiële middelen vrij te krijgen die nodig kunnen zijn om aan bepaalde verplichtingen te voldoen. Kasstroomrisico Het risico dat toekomstige kasstromen verbonden aan een financieel instrument zullen fluctueren in omvang. Afwikkelingsrisico Het Subfonds is gevoelig voor het risico dat een afwikkeling via een betalingssysteem niet plaatsvindt zoals verwacht, omdat de betaling of levering van de financiële instrumenten door een tegenpartij niet, niet op tijd of niet zoals verwacht plaatsvindt. Bewaarnemingrisico Het Subfonds loopt het risico van verlies van in bewaring gegeven activa (bewaarnemingsrisico) als gevolg van insolvabiliteit, nalatigheid of frauduleuze handelingen van de (onder)bewaarnemer van die activa. Uitlenen van effecten Het Fonds loopt het risico dat de wederpartij de uitgeleende of verkochte effecten niet terug kan leveren. Het Fonds probeert dit risico te beheersen door onderpand te krijgen van de wederpartijen. Het Fonds loopt verder het risico dat de wederpartij geen aanvullend onderpand kan geven, als dit bijvoorbeeld door marktomstandigheden nodig is. Als het Fonds onvoldoende onderpand heeft, loopt het Fonds risico op zijn wederpartij. Het onderpand kan dan minder waard zijn dan de uitgeleende effecten. Als het Fonds dan het onderpand verkoopt en de wederpartij het verschil tussen de waarde van het onderpand en de uitgeleende effecten niet kan bijbetalen, leidt het Fonds een verlies. Dit leidt er dan toe dat het Fonds minder winst of zelfs verlies maakt. Naast bovenstaande opsomming kunnen zich ook risico’s voordoen die niet specifiek met het gebruik van financiële instrumenten samenhangen. Het betreft: Wijziging in financiële en fiscale wetgeving Doordat financiële en fiscale wetgeving aan verandering onderhevig zijn, kan een omstandigheid ten tijde van toetreding ten nadele wijzigen. Risico verhandelbaarheid In uitzonderlijke situaties kan sprake zijn van verminderde verhandelbaarheid van de rechten van deelneming in het Subfonds. Dit kan zich voordoen indien binnen een kort tijdsbestek relatief omvangrijke uittreding uit het Subfonds plaatsvindt waardoor er onvoldoende mogelijkheid is, ingegeven door marktomstandigheden, om beleggingen om te zetten in liquide middelen. Dit risico is nauw verwant aan het liquiditeitsrisico.

31


Jaarverslag 2014

Operationeel risico Het risico dat schade ontstaat als gevolg van tekortschietende interne processen en systemen, menselijke onvoorziene fouten of externe gebeurtenissen. Een uitgebreide beschrijving van de risico’s kunt u nalezen in het Prospectus en het Supplement.

Inzicht in risico’s Het jaarverslag heeft onder meer als functie om inzicht te verschaffen in risico’s die zich ultimo verslagperiode voordoen. Dit inzicht wordt als volgt verkregen:  













In de toelichting op de balans worden de specifieke risico’s ten aanzien van het gebruik van financiële instrumenten weergegeven. Het opgenomen overzicht Samenstelling van de beleggingen biedt informatie inzake de mate van spreiding van beleggingen op het gebied van zowel regio en valuta als per individuele naam, alsmede inzake rentepercentage en resterende looptijd per belegging in geval van vastrentende beleggingen en geeft daarmede onder meer een indicatie van prijsrisico’s. Terzake van afgeleide financiële instrumenten zijn, voor zover deze instrumenten onderdeel van de portefeuille op verslagmoment uitmaken, overzichten en specificaties opgenomen waarin relevante informatie is weergegeven. In de toelichting op de balans is informatie opgenomen inzake de hefboomfinanciering. Hefboomfinanciering is de methode waarmee de beheerder de positie van het Subfonds met geleend geld of geleende effecten, met een hefboom in de vorm van derivatenposities of anderszins vergroot. In de Toelichting op de Balans is informatie opgenomen met betrekking tot duratie en credit ratings van de portefeuille. De duratie is een maatstaf voor de gevoeligheid van vastrentende portefeuilles voor wijzigingen in de marktrente. Het overzicht Valutapositie dat is opgenomen in de Toelichting op de balans geeft inzicht in de mate waarin de activa en passiva van het Subfonds in euro dan wel in andere valuta luiden, met inbegrip van de afgeleide financiële instrumenten, zoals valutatermijncontracten, die daaraan mede sturing geven. Indien het Subfonds effecten uitleent wordt in de Toelichting op zowel de Balans als de W&V nadere informatie verstrekt waarmee inzicht wordt verkregen in de specifieke risico’s en de beheersing van die risico’s. Indien het Subfonds voor meer dan 20% in een ander beleggingsfonds participeert is tevens informatie opgenomen van dit beleggingsfonds, waaronder de samenstelling van de beleggingen.

Risicobeheer NN Investment Partners B.V., de beheerder van het Subfonds, bewaakt met behulp van een systeem van risicobeheersingsmaatregelen dat het Subfonds in het algemeen en de beleggingsportefeuille in het bijzonder voortdurend blijft voldoen aan de randvoorwaarden zoals die in het prospectus zijn vastgelegd, aan de wettelijke kaders en aan de meer fondsspecifieke interne uitvoeringsrichtlijnen. Dergelijke richtlijnen zijn onder meer gesteld ten aanzien van de mate van spreiding van de portefeuille, de kredietwaardigheid van debiteuren, de kwaliteit van marktpartijen waarmede zaken worden gedaan en de liquiditeit van de beleggingen. Zo zal een brede en goede spreiding van de beleggingen naar verwachting een dempend effect hebben op onderkende prijsrisico’s, terwijl selectie op kredietwaardigheidsniveau en limietbewaking de mogelijkheid scheppen om kredietrisico’s te beheersen. Liquiditeitsrisico’s kunnen worden beperkt door hoofdzakelijk in courante, beursgenoteerde effecten te beleggen. Het fonds kan door gebruik te maken van afgeleide financiële instrumenten prijsrisico’s zoals valuta- en renterisico’s afdekken of sturen. Tevens bieden deze instrumenten mogelijkheden tot efficiënt portefeuillebeheer bijvoorbeeld bij anticipatie op in- en uitstroom. Bij het gebruik van derivaten wordt ervoor zorg gedragen dat de market exposure van

32


Jaarverslag 2014

de portefeuille in lijn is met hetgeen bereikt zou kunnen worden zonder gebruik te maken van derivaten. Ter verduidelijking, dit betekent dat deze derivaten kunnen worden toegepast voor zowel het afdekken van risico's, efficiënt portefeuillebeheer als verhoging van het rendement. Hierbij kan ook sprake zijn van hefboomwerking, waardoor de gevoeligheid van het fonds voor marktbewegingen wordt vergroot. Daarnaast zullen derivaten zodanig worden gebruikt dat de portefeuille als geheel binnen de beleggingsrestricties blijft. De bedrijfsvoering van de beheerder, voor zover die van toepassing is op de activiteiten van de beleggingsinstelling, is mede gericht op het beheersen van operationele risico’s. In de paragraaf “Verklaring omtrent de bedrijfsvoering” wordt nader ingegaan op de inrichting van de bedrijfsvoering van de beheerder.

Hefboomfinanciering en Value-at-Risk Hefboomfinanciering is de methode waarmee de beheerder de positie van een Subfonds met geleend geld of geleende effecten, met een hefboom in de vorm van derivatenposities of anderszins vergroot. In de toelichting op de balans is vermeld of de commitment, relatieve Value-at-Risk of absolute Value-at-Risk methode gebruikt wordt, dit in overeenstemming met de relevante ESMA Guidelines 10-788. Voor Subfondsen die de commitment methode gebruiken mag de totale economische blootstelling niet groter zijn dan 200% van de Net Asset Value van het Subfonds. Als voor het Subfonds de relatieve Value-at-Risk-benadering of de absolute Value-at-Risk-benadering wordt gebruikt, dan is de verwachte maximale hefboomfinanciering vermeld. Daarnaast wordt voor Subfondsen waar de relatieve Value-at-Risk-benadering wordt gebruikt ook de betreffende benchmark (referentieportefeuille) vermeld. De verwachte maximale hefboomfinanciering van het Subfonds wordt uitgedrukt als de verhouding tussen de economische positionering van het Subfonds en de totale nettovermogenswaarde. De maximale hefboomfinanciering die het Subfonds mag gebruiken, wordt uitgedrukt als percentage ten opzichte van de totale nettovermogenswaarde van het Subfonds. Dit percentage wordt berekend: i) in overeenstemming met de commitment methode (nettohefboomwerking) en ii) op basis van de som van de nominale waarde van de derivaten (brutohefboomwerking). Voor de nettohefboomwerking worden risico reducerende methodes toegepast zoals saldering of afdekking (in het Engels wordt dit “netting” en “hedging” genoemd) overeenkomstig de vereisten onder de relevante richtlijnen. De maximale hefboomfinanciering berekend volgens de netto-methode houdt rekening met netting en/of hedging terwijl de maximale hefboomfinanciering berekend volgens de bruto-methode geen rekening houdt met eventuele netting en hedging van posities. Ongeacht de gebruikte hefboommethodologie is de berekende hefboomwerking slechts een indicator en geen officiële restrictie. De hefboom in het Subfonds kan hoger zijn dan de hefboom die het prospectus vermeldt, zolang deze in lijn blijft met het risicoprofiel en de Value-at-Risk limiet. Afhankelijk van marktbewegingen kan het verwachte niveau van hefboomwerking variëren in de tijd. In geen geval zal het gebruik van derivaten of andere financiële instrumenten tot gevolg hebben, dat de beheerder kan afwijken van het beleggingsbeleid zoals uiteengezet in het prospectus. Zodra de hefboomfinanciering 100% overschrijdt, is er sprake van hefboomwerking voor het Subfonds. Een hefboomfinanciering van 100% impliceert dat er geen sprake is van hefboomwerking en de economische positionering van het Subfonds gelijk is aan de nettovermogenswaarde. De nettohefboom van het Subfonds is een van de riscofactoren en geeft derhalve geen volledig beeld van het risicoprofiel van het Subfonds. Voor een volledig beeld van het risicoprofiel van het Subfonds wordt verwezen naar de beschrijving van het beleggingsbeleid en het risicoprofiel in het prospectus.

33


Jaarverslag 2014

Het gebruik van derivaten (van onderliggende activa afgeleide financiële instrumenten) veroorzaakt hefboomwerking. Hefboomwerking ontstaat wanneer voor een bescheiden bedrag derivaten worden aangekocht ten opzichte van de kosten van het rechtstreeks verwerven van de onderliggende activa. Hoe groter de hefboom, hoe groter de variatie in de prijs van het derivaat in het geval van een schommeling in de prijs van de onderliggende waarde. De potentie en het risico van een derivaat neemt derhalve dienovereenkomstig toe met een toename van de hefboom. Hierbij moet worden aangemerkt dat derivaten ook voor beter risicobeheer kunnen worden aangewend. Er is geen garantie dat de doelstelling door het gebruik van deze derivaten zal worden gehaald.

34


Jaarverslag 2014

Verklaring omtrent de bedrijfsvoering Algemeen Als beheerder van NN Euro Obligatie Fonds is het, overeenkomstig artikel 121 van het Besluit gedragstoezicht financiële ondernemingen (Bgfo), onze verantwoordelijkheid te verklaren dat voor NN Euro Obligatie Fonds wordt beschikt over een beschrijving van de inrichting van de bedrijfsvoering overeenkomstig de in de Wet op het financieel toezicht en de daaraan gerelateerde regelgeving gestelde eisen en dat deze bedrijfsvoering gedurende de verslagperiode van 26 september 2013 tot en met 31 december 2014 effectief en overeenkomstig de beschrijving heeft gefunctioneerd. Hieronder gaan wij in op de inrichting van de bedrijfsvoering van de beheerder voor zover gericht op de activiteiten van de beleggingsinstelling. De bedrijfsvoering is afgestemd op de omvang van de organisatie en in lijn met bij of krachtens de wet gestelde eisen. Een dergelijke structuur kan geen absolute zekerheid bieden dat zich nooit afwijkingen zullen voordoen, maar is ontworpen om een redelijke mate van zekerheid te verkrijgen over de effectiviteit van de interne beheersingsmaatregelen aangaande de risico's gerelateerd aan de activiteiten van de beleggingsinstelling. De beoordeling van het functioneren en de effectiviteit van de bedrijfsvoering behoort tot de verantwoordelijkheid van de beheerder. Ten aanzien van de opzet van de administratieve organisatie en interne controle (thans ‘bedrijfsvoering’ genoemd) heeft de beheerder het COSO Integrated Framework als uitgangspunt gekozen. Periodiek worden op systematische wijze de significante risico’s bepaald. Het bestaande stelsel van interne beheersingsmaatregelen mitigeert deze risico’s. De beschrijving van de bedrijfsvoering is geëvalueerd en is in lijn met bij of krachtens de wet gestelde eisen. Dit houdt in dat de significante risico’s en interne beheersingsmaatregelen ten aanzien van de relevante processen zijn beoordeeld en geactualiseerd. Aan de beoordeling van de effectiviteit en het functioneren van de bedrijfsvoering wordt in de praktijk op een aantal manieren invulling gegeven. Door middel van performance indicatoren, die zijn gebaseerd op de procesbeschrijvingen en de daarin opgenomen beheersingsmaatregelen, wordt het management periodiek geïnformeerd. Daarnaast is er een incidenten- en klachtenprocedure. In de verslagperiode is het effectieve functioneren van de bedrijfsvoering getest door middel van detailtesten van opzet, bestaan en werking ervan. Dit betreffen generieke testwerkzaamheden die procesmatig zijn uitgevoerd voor de verschillende beleggingsinstellingen waarvoor NN Investment Partners B.V. als beheerder optreedt. Op het niveau van de individuele beleggingsinstellingen kunnen de uitgevoerde testwerkzaamheden daarom verschillen. De testen worden uitgevoerd door de afdeling Operational Risk Management, in overleg met de externe accountant. Hieruit zijn in het kader van de rapportage in deze financiële verantwoording geen relevante bevindingen naar voren gekomen. Rapportage over de bedrijfsvoering Gedurende de verslagperiode hebben wij de verschillende aspecten van de inrichting van de bedrijfsvoering beoordeeld. Bij onze werkzaamheden hebben wij geen constateringen gedaan op grond waarvan zou moeten worden geconcludeerd dat de beschrijving van de opzet van de bedrijfsvoering als bedoeld in artikel 121 van het Bgfo niet voldoet aan de vereisten zoals opgenomen in het Bgfo en daaraan gerelateerde regelgeving. Ook is niet geconstateerd dat de maatregelen van interne controle niet effectief en overeenkomstig de beschrijving functioneren. Op grond van het bovenstaande verklaren wij als beheerder voor NN Euro Obligatie Fonds te beschikken over een beschrijving van de bedrijfsvoering als bedoeld in artikel 121 van het Bgfo, die voldoet aan de eisen van het Bgfo en verklaren wij met een redelijke mate van zekerheid dat de bedrijfsvoering gedurende de verslagperiode effectief en overeenkomstig de beschrijving heeft gefunctioneerd. Voor het komende jaar verwachten wij geen significante wijzigingen in de opzet van de bedrijfsvoering.

35


Jaarverslag 2014


C.E.M. Beckers


M.O. Nijkamp

B.G.J. van Overbeek

G.A. Roelofs

J.W.F. Stoter

M.C. Vink

36


Jaarverslag 2014

Jaarrekening 2014 (Over de periode 26 september 2013 tot en met 31 december 2014)

37


Jaarverslag 2014


Referentie

31-12-2014

Obligaties

1

1.358.953

Beleggingsfondsen

2

883.242

Futures

3

11.331

Interest Rate Swaps

4

12.913

Verkochte kredietderivaten

5

4.214

Beleggingen

2.270.653 Vorderingen

6

Te vorderen interest

21.842

Vorderingen op aandeelhouders

185

Overige vorderingen

247 22.274

Overige activa

7

Liquide middelen

23.989

Cash Management

130.176 154.165

Beleggingen met negatieve marktwaarde Futures

3

7.398

Interest Rate Swaps

4

1.940 9.338

38


Bedragen x € 1.000 Kortlopende schulden

Jaarverslag 2014

Referentie

31-12-2014

8

Schulden aan aandeelhouders

1.301

Collateral

16.650

Overige schulden

621 18.572

Uitkomst van vorderingen en overige activa minus kortlopende schulden Uitkomst van activa minus passiva Eigen vermogen Geplaatst kapitaal Agioreserve

157.867 2.419.182

10 19.208 2.255.193

Overige reserves

-17.494

Onverdeeld resultaat

162.275 2.419.182

39


Jaarverslag 2014

Winst-en-verliesrekening Over de periode 26 september 2013 tot en met 31 december 2014 Bedragen x € 1.000

Referentie

2014

BEDRIJFSOPBRENGSTEN Opbrengsten uit beleggingen

11

Interest

24.204

Toegerekend direct beleggingsresultaat van ING Basis Fondsen Waardeveranderingen beleggingen Overige resultaten

7.647 134.134

12

Resultaat Cash Management

45

Overige bedrijfsopbrengsten

179

Som der bedrijfsopbrengsten BEDRIJFSLASTEN Kosten Interest Som der bedrijfslasten Resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening

166.209 13 3.930 4 3.934 162.275

40


Jaarverslag 2014

Kasstroomoverzicht Over de periode 26 september 2013 tot en met 31 december 2014 Bedragen x € 1.000

2014

KASSTROOM UIT BELEGGINGSACTIVITEITEN Resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening

162.275

Correcties op resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening: Toegerekende directe resultaten ING Basis Fondsen Waardeverandering beleggingen Toegerekende kosten ING Basis Fondsen

-7.647 -134.134 132 20.626


-3.076.206


795.098

Mutatie vorderingen*

139.353

Mutatie Cash Management Mutatie kortlopende schulden Totale kasstroom uit beleggingsactiviteiten

-130.176 17.271 -2.234.034

KASSTROOM UIT FINANCIERINGSACTIVITEITEN Uitgifte van aandelen

2.841.125

Inkoop van aandelen

-567.342


618

Uitgekeerd dividend

-17.494

Mutatie vorderingen

-185

Mutatie kortlopende schulden Totale kasstroom uit financieringsactiviteiten NETTO KASSTROOM Stand liquide middelen begin verslagperiode Stand liquide middelen ultimo verslagperiode *

1.301 2.258.023 23.989 23.989


41


Jaarverslag 2014

Toelichting Algemeen De jaarrekening is opgesteld overeenkomstig de door de wetgever opgestelde modellen ten behoeve van de jaarrekening voor beleggingsinstellingen en is in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 BW en de Wet op het financieel toezicht. Op onderdelen zijn in de jaarrekening bewoordingen gehanteerd die afwijken van die modellen, omdat deze beter de inhoud van de post weergeven. Alle bedragen zijn opgenomen in duizenden euro’s tenzij anders vermeld. NN Paraplufonds 4 N.V. is 26 september 2013 opgericht. De verslagperiode van het Subfonds loopt van 26 september 2013 (oprichtingsdatum) tot en met 31 december 2014. De aandelenklassen binnen het Subfonds zijn op de volgende data gestart:  

Aandelenklasse P: Aandelenklasse U, G en Z:

1 april 2014 12 mei 2014

Samenvoeging beleggingen ING Basis Fondsen In de verslagperiode zijn de beleggingen en financiële rechten en verplichtingen vanuit de ING Basis Fondsen overgegaan naar het Subfonds. In de verloopoverzichten van de beleggingen is dit verwerkt in de regel ‘Inbreng vanuit samenvoeging’ respectievelijk ‘Uittreding uit hoofde van samenvoeging’.

Cash Management Om een efficiënt beheer van het vermogen te bevorderen, zullen de liquide middelen van NN Paraplufonds 4 N.V. centraal worden beheerd door de Beheerder met als oogmerk het verlagen van het risico door middel van diversificatie waarbij tevens gestreefd zal worden naar het behalen van een zo optimaal mogelijk rendement. Door middel van dit zgn. cash management verwacht de beheerder een beter resultaat te kunnen behalen dan wanneer gelden op individuele basis zouden worden beheerd. In dit verband zal gekozen worden voor een belegging in geldmarkt beleggingsfondsen en/of het aanhouden van deposito’s.

Waarderingsgrondslagen Alle financiële instrumenten, zoals die in dit verslag onder beleggingen dan wel onder beleggingen met een negatieve waarde zijn gerubriceerd, worden opgenomen in de Balans gedurende de periode dat het economisch risico aan het fonds is toe te rekenen en voor zover aan het instrument een reële waarde is toe te kennen. Alle beleggingen zijn aangehouden voor handelsdoeleinden en zijn gewaardeerd tegen reële waarde met wijzigingen in de reële waarde verantwoord in de winst-en-verliesrekening. Beleggingen worden gewaardeerd op reële waarde. Vaststelling van deze reële waarde vindt plaats op basis van de volgende uitgangspunten:    

obligaties en andere vastrentende waarden worden gewaardeerd tegen ultimo verslagperiode laatst bekende biedkoers. beleggingen in andere NN beleggingsfondsen worden gewaardeerd op de intrinsieke waarde van die(zelfde) dag. futures worden gewaardeerd op marktwaarde. De marktwaarde wordt bepaald aan de hand van de notering op een beurs of een andere gereguleerde markt. interest rate swaps worden gewaardeerd op marktwaarde, die is gebaseerd op de contante waarde van de verwachte kasstromen, onder aftrek van op de balansdatum eventueel verdiende respectievelijk verschuldigde interest.

42




Jaarverslag 2014

kredietderivaten worden gewaardeerd op marktwaarde. De marktwaarde wordt bepaald aan de hand van de theoretische prijs, berekend met behulp van data uit actieve markten.

Voor zover beleggingen geen beurs- of andere marktnotering kennen of indien de koersvorming niet representatief wordt geacht (dat kan bijvoorbeeld zijn in tijden van grote volatiliteit op de financiële markten), vindt vaststelling van de waarde door de beheerder plaats. Deze vaststelling wordt verricht met behulp van objectieve en recente marktinformatie en/of met gebruikmaking van algemeen gangbare rekenmodellen. Overige, als beleggingen aangemerkte, financiële instrumenten worden gewaardeerd op marktwaarde die wordt afgeleid uit door derden afgegeven marktnoteringen en marktinformatie. Indien voor dergelijke financiële instrumenten geen objectieve marktnotering beschikbaar is, dan worden deze instrumenten gewaardeerd tegen de theoretische waarde die wordt berekend aan de hand van objectieve en breed gedragen rekenkundige modellen en met inachtneming van naar het oordeel van de beheerder voor de betreffende beleggingen gangbare maatstaven. Ontvangen en gegeven zekerheden worden, afhankelijk van de aard van de zekerheden, als volgt verantwoord:  Ontvangen zekerheden in de vorm van cash in verband met derivatentransacties en het uitlenen van effecten worden als Collateral op de balans opgenomen onder Kortlopende schulden.  Gegeven zekerheden in de vorm van een margin account bij futures worden op de balans opgenomen onder Liquide middelen. De niet als beleggingen aangemerkte activa en de passiva worden gewaardeerd op nominale waarde. Activa en passiva in vreemde valuta worden omgerekend tegen de per berekeningsdatum geldende wisselkoersen, tenzij de beheerder het in het belang van de gezamenlijke participanten wenselijk oordeelt, uit te gaan van een andere koers. De beheerder kan, indien naar zijn oordeel bijzondere omstandigheden de vaststelling van het fondsvermogen zoals hiervoor omschreven praktisch onmogelijk of kennelijk onredelijk maken, van de grondslagen tot vaststelling van het fondsvermogen afwijken (dat kan bijvoorbeeld zijn in tijden van grote volatiliteit op de financiële markten). Vaststelling van het fondsvermogen zal in dergelijke gevallen geschieden op basis van indices of andere maatschappelijk aanvaardbare waarderingsgrondslagen.

Alle transacties in vreemde valuta worden verantwoord tegen de op transactiedatum laatst bekende middenkoers.

Grondslagen van resultaatbepaling Bedrijfsopbrengsten en bedrijfslasten worden toegerekend aan de periode waarop deze betrekking hebben. Zowel de gerealiseerde als de niet-gerealiseerde koers- en valutakoersresultaten van beleggingen worden als waardeverandering in de winst-en-verliesrekening verantwoord. Valutakoersresultaten op de overige balansposten worden in de Winst-en-verliesrekening verantwoord onder Valutakoersverschillen op liquiditeiten. Het resultaat van een Aandelenklasse van elk Subfonds is samengesteld uit waardeveranderingen van de beleggingen, de in het boekjaar gedeclareerde dividenden, interest en de opbrengst uit verbruikleen van effecten onder aftrek van aan het boekjaar toe te rekenen kosten. Bij de bepaling van de interest wordt rekening gehouden met de overlopende interest van banktegoeden. De directe opbrengsten en lasten worden voor elke Aandelenklasse van elk Subfonds toegerekend aan het boekjaar waarop zij betrekking hebben. Waardeverandering van participaties in ING Basis Fondsen bestaat uit drie componenten, die separaat worden verantwoord. 

De waardeverandering uit hoofde van directe beleggingsresultaten, die wordt gevormd door de Som der bedrijfsopbrengsten exclusief Waardeverandering van beleggingen minus de onder Bedrijfslasten

43






Jaarverslag 2014

opgenomen interestlasten, worden, voor zover niet uitgekeerd, verantwoord in de winst-en-verliesrekening onder Toegerekend direct beleggingsresultaat van ING Basis Fondsen. De waardeverandering uit hoofde van toegerekende kosten die wordt gevormd door de Som der bedrijfslasten minus de interestlasten, wordt verantwoord in de winst-en-verliesrekening onder Kosten. Voor Aandelenklasse P maken de toegerekende kosten onderdeel uit van de Vaste Overige Kostenvergoeding en worden deze kosten derhalve niet aanvullend ten laste van het resultaat gebracht. De waardeverandering uit hoofde van toegerekend indirect beleggingsresultaat, die wordt gevormd door zowel de gerealiseerde als de niet-gerealiseerde koers- en valutakoersresultaten op de feitelijke beleggingen, wordt verantwoord in de winst-en-verliesrekening onder Waardeveranderingen beleggingen. De waardeverandering uit hoofde van toegerekend indirect beleggingsresultaat, die wordt gevormd door zowel de gerealiseerde als de niet-gerealiseerde koers- en valutakoersresultaten op de feitelijke beleggingen, wordt verantwoord in de winst-en-verliesrekening onder Waardeveranderingen beleggingen.

De toerekening aan elk van de componenten vindt gedurende de verslagperiode plaats op basis van het dagelijks van toepassing zijnde deelnemingspercentage in de ING Basis Fondsen. Aan- en verkoopkosten van beleggingen worden opgenomen in de kostprijs respectievelijk in mindering gebracht op de verkoopopbrengst van de betreffende beleggingen.


44


Jaarverslag 2014

Toelichting op de balans De opgenomen verloopoverzichten hebben betrekking op de periode 26 september 2013 tot en met 31 december 2014 Bedragen x € 1.000 1.

2014

Obligaties en andere vastrentende waarden

Stand begin verslagperiode Inbreng vanuit samenvoeging Aankopen Verkopen c.q. aflossingen Gerealiseerde waardeveranderingen Ongerealiseerde waardeveranderingen Stand ultimo verslagperiode

1.187.532 600.055 -499.268 9.234 61.400 1.358.953

In de Samenstelling van de beleggingen die onderdeel uitmaakt van deze toelichting zijn de individuele obligaties en andere vastrentende waarden vermeld die ultimo verslagperiode in de portefeuille zijn opgenomen. Bedragen x € 1.000 2.

2014

Beleggingsfondsen

Stand begin verslagperiode Inbreng vanuit samenvoeging

-1.352.474

Aankopen

2.472.577

Verkopen

-282.731

Gerealiseerde waardeveranderingen

129.485


-83.615


883.242

In de verloopstaat ‘Beleggingsfondsen’ zijn mede begrepen de inmiddels afgewikkelde beleggingen in ING Basis Fondsen. Hiervan zijn in de gerealiseerde waardeverandering begrepen (x € 1.000):  

Toegerekend direct beleggingsresultaat van ING Basis Fondsen ad 7.647 Toegerekende kosten ING Basis Fondsen ad -132

45


Jaarverslag 2014

Overzicht van Beleggingsfondsen Per 31 december 2014 NN Euro Obligatie Fonds

Aantal aandelen

Intrinsieke Deelnemingswaarde in € percentage

Waarde x € 1.000

NN (L) Flex European ABS - Z Cap EUR

13.277

5.061,44

24,4%

67.203

NN (L) AAA ABS – Z Cap EUR

44.068

5.074,92

22,5%

223.642

NN Covered Bond Fund – Z

16.581.513

13,16

23,9%

218.137

NN Euro Credit Fund – Z

38.000.866

9,85

24,5%

374.259


883.241

Overzicht van derivaten Bedragen x € 1.000 3.

2014

Futures

Stand begin verslagperiode Inbreng vanuit samenvoeging Expiratie Gerealiseerde waardeveranderingen

-87 -14.076 14.163


3.933


3.933

46


Bedragen x € 1.000 4.

Jaarverslag 2014

2014

Interest Rate Swaps

Stand begin verslagperiode

-

Inbreng vanuit samenvoeging

2.760

Sluiten van posities

1.901

Gerealiseerde waardeveranderingen Ongerealiseerde waardeveranderingen Stand ultimo verslagperiode 5.

-653 6.965 10.973

Verkochte kredietderivaten

Stand begin verslagperiode Inbreng vanuit samenvoeging

827

Openen van posities

3.574

Sluiten van posities

-924

Gerealiseerde waardeveranderingen Ongerealiseerde waardeveranderingen Stand ultimo verslagperiode

97 640 4.214

47


Jaarverslag 2014

Risico’s ten aanzien van financiële instrumenten Beleggen impliceert het aangaan van transacties in financiële instrumenten. Aan het beleggen in het fonds en derhalve aan het gebruik van financiële instrumenten zijn zowel kansen als ook risico's verbonden. Het beheersen van risico's die met beleggen zijn verbonden moet altijd in samenhang worden gezien met de kansen, zoals die tot uitdrukking komen in het rendement. Risicomanagement is daarom niet zozeer het zoveel mogelijk inperken van risico's als wel het streven naar een optimale verhouding tussen rendement en risico binnen acceptabele limieten.

Marktrisico Het fonds is gevoelig voor waardeverandering van de beleggingen als gevolg van fluctuatie van rentestanden en prijzen in de vastrentende markten. Daarnaast kunnen ook de prijzen van de individuele obligaties en andere vastrentende waarden waarin het fonds belegt, fluctueren. Het fonds kan gebruikmaken van derivaten. Deze kunnen worden toegepast voor zowel het afdekken van risico's, efficiënt portefeuillebeheer als verhoging van het rendement. Daarbij kan ook sprake zijn van hefboomwerking, waardoor de gevoeligheid van het fonds voor marktbewegingen wordt vergroot. Inzicht in deze risico’s in het verslag kan als volgt worden verkregen: 





 

Het overzicht Samenstelling van de beleggingen biedt informatie betreffende de mate van spreiding van beleggingen per individuele naam per valuta alsmede inzake rentepercentage en resterende looptijd per belegging. Tevens is in de Samenstelling van de beleggingen de verdeling naar land opgenomen. Een overzicht van de per ultimo verslagperiode uitstaande bedragen uit hoofde van het gebruik van Valutatermijncontracten is opgenomen in de Valutapositie zoals opgenomen bij de toelichting van het valutarisico. Het fonds heeft voor het gebruik van futures zekerheden ontvangen in de vorm van een margin account. De hoogte van de margin account is opgenomen in de toelichting op de Overige Activa. Onderbouwing van de future-contracten en de bijbehorende exposure is nader toegelicht in de paragraaf ‘Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen’. Onderbouwing van de derivatencontracten per ultimo verslagperiode en de bijbehorende exposure is nader toegelicht in de paragraaf ‘Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen’. Derivatentransacties worden met een geselecteerde groep van financiële instellingen afgesloten. Deze financiële instellingen hebben in principe minimaal een investment grade rating. Voor vorderingen langer dan drie maanden uit hoofde van deze transacties wordt cash collateral als zekerheid ontvangen, dit wordt op de balans onder Vorderingen Collateral verantwoord.

48


Jaarverslag 2014

Opbouw van de obligaties en andere vastrentende waarden portefeuille naar resterende looptijd Per 31 december 2014 Korter dan 1 jaar

Tussen 1 en 5 jaar

Tussen 5 en 10 jaar

Langer dan 10 jaar

Geen looptijd

Totaal

Obligaties en andere vastrentende waarden

-

557.084

465.997

335.872

-

1.358.953

Futures

-

436.699

-372.968

171.718

-

235.449

Interest Rate Swaps

-248.421

140.914

96.543

21.937

-

10.973

Totaal

-248.421

1.134.697

189.572

529.527

-

1.605.375

In bovenstaand overzicht zijn de exposurewaarden van de derivatenposities opgenomen, verdeeld naar de resterende looptijd. Duratie ultimo verslagperiode De duratie van de obligaties en andere vastrentende waarden portefeuille inclusief derivaten, voor zover in de portefeuille opgenomen, bedraagt ultimo verslagperiode 6,20. Deze waarde is vastgesteld volgens de effective duratie (effective duration) methode. De effective duration is een maatstaf voor de gevoeligheid van de prijs van een obligatie op een verandering van de rentestand, rekening houdend met de aan de obligatie verbonden opties. (embedded options).

Valutarisico Valutarisico is het risico dat de waarde van een financieel instrument kan fluctueren als gevolg van verandering in valutakoersen. Het overzicht Valutapositie geeft inzicht in de mate waarin de activa en passiva van het fonds in euro dan wel in andere valuta luiden, met inbegrip van de afgeleide financiële instrumenten zoals valutatermijncontracten, die daaraan mede sturing geven. Valutapositie De valutapositie is, indien van toepassing, inclusief de valutapositie van (het belang van het fonds ultimo verslagperiode in) de onderliggende Beleggingsfondsen. Een onder valutatermijncontracten opgenomen bedrag geeft het netto bedrag van de afgesloten contracten in de betreffende valuta. Per 31 december 2014 Oorspronkelijke valuta EUR Overige valuta's Totaal

ValutatermijnBruto contracten x 1.000 x 1.000 2.420.195

-

Netto x 1.000

Netto x € 1.000

% Fondsvermogen

2.420.195

2.420.195

100,0

-1.013

0,0

2.419.182

100,0


49


Jaarverslag 2014

Kredietrisico Kredietrisico is het risico dat voortvloeit uit het feit dat een specifieke tegenpartij tegenover het fonds niet in staat is aan zijn verplichtingen uit hoofde van contracten inzake financiële instrumenten te voldoen. Het fonds belegt direct en indirect via de onderliggende Beleggingsfondsen in obligaties en andere vastrentende waarden. Het bedrag dat het beste het maximale kredietrisico weergeeft bedraagt 2.676.097. Onderstaande tabel kwantificeert het kredietrisico van de obligaties en andere vastrentende waarden portefeuille naar percentage van het fondsvermogen. Credit ratings van de obligaties en andere vastrentende waarden portefeuille in percentage Per 31 december Ratingklasse

2014

AAA

32,6

AA

18,5

A

11,4

BBB

36,8

Geen rating

0,7

Totaal

100,0

De opgenomen credit ratings ultimo 2014 zijn gebaseerd op de verdeling van de portefeuille waarbij, indien in beleggingsfondsen wordt belegd, is doorgekeken naar de onderliggende portefeuille van de beleggingsfondsen. Deze credit ratings zijn afgeleid van de ratings van S&P, Moody’s en Fitch waarbij de methode is gehanteerd dat per belegging de een na hoogste rating is opgenomen. Indien een bepaalde schuldtitel slechts van één van bovengenoemde ratingbureaus een officiële rating heeft verkregen, dan zal deze rating worden genomen. Kredietderivaten Het fonds gebruikt kredietderivaten om het kredietrisico te managen. Het fonds heeft kredietderivaten verkocht waarmee het kredietrisico is verhoogd. Per 31 december 2014 heeft het fonds de volgende verkochte kredietderivaten in portefeuille: Per 31 december 2014

Omschrijving

Afloopdatum

Nominale waarde x € 1.000

Waarde x € 1.000

20-12-2019

233.220

4.214

Verkochte kredietderivaten Itraxx European Investment Grade Totaal

4.214

50


Jaarverslag 2014

Uitlenen van effecten Effecten kunnen worden uitgeleend. Er geldt geen beperking van het percentage van de effecten dat kan worden uitgeleend. Het fonds loopt door het uitlenen van effecten een afwikkelingsrisico zoals hierboven omschreven onder kredietrisico. Op balans datum zijn geen obligaties en andere vastrentende waarden in bruikleen gegeven.


 

Beleggingen in effecten zijn gedeponeerd bij de Bank of New York Mellon SA/NV die de custody rol vervult. (Transacties in afgeleide) financiële instrumenten zijn afgesloten met een geselecteerde groep van financiële instellingen met in principe minimaal een investment grade rating. Voor vorderingen langer dan drie maanden uit hoofde van deze transacties is cash collateral als zekerheid ontvangen. Voor het tegenpartijrisico met betrekking tot de beleggingen in beleggingsfondsen verwijzen wij naar de jaarrekening van het betreffende beleggingsfonds. Liquide middelen worden aangehouden bij banken met in principe minimaal een investment grade rating.

Beleggingen naar wijze van waardering Onderstaand is de verdeling van de beleggingsportefeuille naar de wijze van waardering weergegeven: Bedragen x € 1.000 Afgeleid van genoteerde marktprijzen Netto-contante-waardeberekening Andere methode Stand ultimo verslagperiode

2014 1.362.886 10.973 887.456 2.261.315

Onder ‘Andere methode’ zijn onder meer de beleggingen in andere Beleggingsfondsen opgenomen. Deze beleggingen zijn gewaardeerd op de intrinsieke waarde van die(zelfde) dag. Tevens bevat ‘Andere methode’ de beleggingen die worden gewaardeerd aan de hand van een dienst die data leveranciers leveren onder de naam ‘evaluated price service’. Deze dienst houdt in dat deze data leveranciers, op basis van meerdere bronnen, in de markt nagaan wat de meest reële prijs voor de betreffende beleggingsinstrumenten is. Op basis van de opgegeven prijs door de data leveranciers wordt door het Subfonds de waardering van deze instrumenten vastgesteld.

51


Jaarverslag 2014

Beleggingen naar verhandelbaarheid Onderstaand is de verdeling van de beleggingsportefeuille naar verhandelbaarheid weergegeven: Bedragen x € 1.000

2014

Officieel genoteerd

1.362.886

Overig * Stand ultimo verslagperiode *

898.429 2.261.315

Dit betreft alle beleggingen welke niet in de andere categorieën vallen. Hierin kunnen onder andere begrepen zijn: rechten van deelneming in andere beleggingsinstellingen, deposito’s bij kredietinstellingen en OTCderivaten.

52


Jaarverslag 2014

Hefboomfinanciering Value-at-Risk Onderstaande tabel geeft informatie over het niveau van de hefboomwerking en de Value at Risk (VaR).

Naam paraplufonds


Naam Subfonds


Wereldwijde economische blootstelling

Relative VaR Approach

Referentieportefeuille

Barclays Euro Aggregate

Informatie over de Value at Risk (VaR): Wettelijke limiet

200%

Gebruikte VaR methode

Parametric

Laagste VaR

100,9%

Hoogste VaR

147,6%

Gemiddelde VaR

129,7%

Historische datareeks

3 maanden

Frequentie van de rendementsbepaling

1 dag

Vervalfactor

0,94

Tijdshorizon

1 maand

Betrouwbaarheidsniveau

99%

Verwacht niveau van de netto hefboomwerking Gemiddeld niveau van de netto hefboomwerking

200% (1)

Verwacht niveau van de bruto hefboomwerking Gemiddeld niveau van de bruto hefboomwerking

114,9% 300%

(2)

123,4%

Toelichting (1): Het niveau van de nettohefboomwerking wordt bepaald in overeenstemming met de commitment methode waarbij met netting en/of hedging rekening gehouden wordt. (2): Het niveau van de brutohefboomwerking wordt bepaald op basis van de som van de nominale waarde van de derivaten zonder rekening te houden met netting en/of hedging.

53


Jaarverslag 2014


Te vorderen interest Betreft verdiende, nog niet ontvangen interest op beleggingen.

Vorderingen op aandeelhouders Betreft nog te ontvangen betalingen van aandeelhouders inzake reeds uitgegeven eigen aandelen.

Overige vorderingen Onder overige vorderingen kunnen onder meer zijn begrepen vorderingen inzake nog via afdrachtvermindering met de Nederlandse belastingdienst te verrekenen ingehouden bronbelasting, verdiende, nog niet ontvangen interest op liquide middelen en overige transitorische posten, eventueel onder aftrek van een noodzakelijk geachte voorziening voor oninbaarheid.

7. Overige activa Liquide middelen Betreft direct opeisbare banktegoeden, inclusief een margin-account ad 23.860 inzake afgesloten future-contracten. Gedurende de looptijd van de future-contracten staat de margin-account niet volledig ter vrije beschikking. Het beklemde gedeelte bedraagt 19.564. De hoogte van de margin-account varieert al naar gelang de onderliggende waarde wijzigt.

Cash Management Betreft een vordering uit hoofde van dienstverlening op het gebied van cash management. Dit bedrag bestaat ultimo verslagperiode uit beleggingen in geldmarkt beleggingsfondsen.

8. Kortlopende schulden Schulden aan aandeelhouders Betreft schulden inzake reeds ingekochte eigen aandelen.

Collateral Betreft ontvangen cash collateral uit hoofde van derivatentransacties.

Overige schulden Onder overige schulden kunnen onder meer zijn begrepen nog te betalen interest op schulden aan kredietinstellingen, nog te betalen kosten, de waarde van op de eerste beursdag van de volgende periode uit te geven eigen aandelen en overige transitorische posten.

54


Jaarverslag 2014

9. Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen Futures Per 31 december 2014 zijn de volgende future-contracten met bijbehorende exposure- en contractwaarden in de portefeuille opgenomen. Uitstaande future-contracten ultimo verslagperiode Omschrijving Aantal Contract grootte

Valuta

Prijs

Expiratie datum

Exposure x € 1.000

Waarde x € 1.000

EURO-BOBL FUTURE Mar15

3.352

100.000

EUR 130,28

6-mrt-15

436.699

2.273

EURO BUXL 30Y BND Mar15

1.108

100.000

EUR 154,98

6-mrt-15

171.718

6.609

Euro-BTP Future Mar15

954

100.000

EUR 135,60

6-mrt-15

129.362

1.514

Euro-OAT Future Mar15

464

100.000

EUR 147,22

6-mrt-15

68.310

935

EURO-BUND FUTURE Mar15 -3.661

100.000

EUR 155,87

6-mrt-15

-570.640

-7.398


3.933

Interest Rate Swaps Per 31 december 2014 zijn de volgende swap contracten met bijbehorende contractwaarden in de portefeuille opgenomen. Uitstaande nominale bedragen (x € 1.000) naar looptijd ultimo verslagperiode Looptijd in jaren Vast – variabel 1)

Variabel – Vast 2)

EUR Eén jaar of korter Van één jaar tot vijf jaar Langer dan vijf jaar Totaal EUR

41.000

-

-

136.344

5.720

113.529

46.720

249.873

1) Fixed interest door het fonds te betalen, floating interest door het fonds te ontvangen. 2) Floating interest door het fonds te betalen, fixed interest door het fonds te ontvangen.

Kredietderivaten De exposure en contractwaarden van de kredietderivaten per 31 december 2014 zijn opgenomen in de toelichting op het kredietrisico.

55


Jaarverslag 2014

10.Eigen vermogen Over de periode 26 september 2013 tot en met 31 december 2014 Bedragen x € 1.000

Klasse P

Klasse U

Klasse G

Klasse Z

Totaal

-

-

-

-

-

Uitgifte van aandelen

3.579

4.531

748

15.619

24.477

Inkoop van aandelen

-172

-384

-205

-4.508

-5.269

3.407

4.147

543

11.111

19.208

-

-

-

-

-


689.358

447.589

73.782

1.605.919

2.816.648

Inkoop van aandelen

-33.736

-38.635

-20.899

-468.803

-562.073

213

101

16

288

618

655.835

409.055

52.899

1.137.404

2.255.193

Geplaatst kapitaal Stand begin verslagperiode

Stand ultimo verslagperiode Agioreserve Stand begin verslagperiode

Op- en afslagvergoeding Stand ultimo verslagperiode

56



Jaarverslag 2014

Klasse P

Klasse U

Klasse G

Klasse Z

Totaal

-

-

-

-

-

Dividend

-17.494

-

-

-

-17.494


-17.494

-

-

-

-17.494

-

-

-

-

-


51.034

27.503

4.243

79.495

162.275


51.034

27.503

4.243

79.495

162.275

692.782

440.705

57.685

1.228.010

2.419.182

Overige reserves Stand begin verslagperiode

Onverdeeld resultaat Stand begin verslagperiode

Totaal eigen vermogen

De nominale waarde per aandeel ultimo verslagperiode bedraagt voor alle aandelenklassen van het Subfonds € 0,20. De agioreserve is niet vrij uitkeerbaar aan aandeelhouders voor dat gedeelte van de reserve dat dient te worden beschouwd als wettelijke reserve. Dit gedeelte is gelijk aan de som van de Overige reserves en het Onverdeelde resultaat, mits deze som negatief is. De uitgifte en inkoop van aandelen in Aandelenklasse Z zijn in 2014 relatief hoog. Op 12 mei 2014 zijn ING Basis Fondsen toegetreden tot Aandelenklasse Z van het Subfonds. In verband met de herstructurering van de ING beleggingsfondsen is de positie van deze ING Basis Fondsen omgezet naar een positie van een ander ING Fonds.

57


Jaarverslag 2014

Toelichting op de winst-en-verliesrekening 11.Opbrengsten uit beleggingen Interest Betreft interestbaten op beleggingen.

12.Overige resultaten Overige bedrijfsopbrengsten Onder Overige bedrijfsopbrengsten zijn onder meer begrepen de over de verslagperiode verdiende interest op liquide middelen alsmede voor een vergoeding van de toegerekende kosten van de belegging in Beleggingsfondsen. Deze toegerekende kosten zijn opgenomen in de (on)gerealiseerde waardeveranderingen Beleggingsfondsen en worden vergoed voor een aandelenklasse met een VOK aangezien deze kosten zijn begrepen in de VOK van de betreffende aandelenklasse.

Resultaat Cash Management Betreft het bruto resultaat van cash management activiteiten zoals die per saldo voor rekening en risico van het Subfonds zijn uitgevoerd. Eventuele vergoedingen in het kader van ‘fee sharing’ zijn opgenomen onder ‘Kosten’.

13.Bedrijfslasten Kosten De kosten bestaan uit de managementvergoeding, de Vaste Overige Kostenvergoeding (VOK), fee sharing security lending en/of cash management, Overige kosten en incidentele kosten. Deze kosten zijn nader toegelicht in de in dit verslag opgenomen toelichting per aandelenklasse.


58


Jaarverslag 2014

Overige algemene toelichtingen Transactiekosten Bedragen x € 1.000 Ten laste van het Subfonds gebrachte kwantificeerbare transactiekosten

2014 462

Betreft verschuldigde kosten bij het aanen verkopen van beleggingen. De transactiekosten van instrumenten waarbij deze zijn begrepen in de kostprijs van de aankopen respectievelijk de opbrengstwaarde van de verkopen, worden door middel van waardeveranderingen van beleggingen ten laste van het resultaat gebracht. Niet kwantificeerbare kosten, die begrepen kunnen zijn in transacties in afgeleide financiële instrumenten, zijn eveneens niet in bovenstaande bedragen opgenomen. Bij het aanen verkopen van aandelen in Beleggingsfondsen dienen de hiervoor verschuldigde kosten als een vergoeding, die wordt berekend door middel van een procentuele op- dan wel afslag op de intrinsieke waarde, ter dekking van verschuldigde kosten bij het uitvoeren van beleggingstransacties ten gevolge van in- of uitstroom. De kosten hiervoor zijn begrepen in het bovenstaande bedrag. De transactiekosten zijn in relatie tot de beleggingstransacties relatief laag doordat voor transacties in het kader van de herstructurering van de fondsen, zoals opgenomen in het directieverslag, geen transactiekosten verschuldigd zijn.


2014 618

Betreft aan aandeelhouders in rekening gebrachte vergoeding bij aan- of verkoop van aandelen in het Subfonds. De vergoeding, die wordt berekend door middel van een procentuele op- dan wel afslag op de intrinsieke waarde, dient ter bescherming van de zittende aandeelhouders van het Subfonds en komt ten goede aan het Subfonds. Deze vergoeding wordt verantwoord in de agioreserve. In de verslagperiode bedroeg deze vaste open afslag 0,15% over de intrinsieke waarde van de aandelen. De hoogte van deze vergoeding is bepaald op basis van de reële gemiddelde aanen verkoopkosten met betrekking tot de effecten waarin door het Subfonds wordt belegd. Of een opslag dan wel afslag wordt gehanteerd voor deze vergoeding is afhankelijk van de vraag of het Subfonds, alle Aandelenklassen omvattend, per saldo aandelen uitgeeft (hetgeen leidt tot een opslag) of inkoopt (hetgeen leidt tot een afslag). Het eventuele resultaat dat ontstaat doordat feitelijke kosten van het Subfonds afwijken van de hierboven genoemde vergoeding, zal toekomen aan dan wel ten laste komen van het Subfonds.

59


Jaarverslag 2014

Portfolio Turnover Ratio 2014 52 In de portfolio turnover ratio (PTR) wordt de verhouding uitgedrukt tussen de totale omvang van de beleggingstransacties enerzijds en het gemiddeld eigen vermogen anderzijds. De ratio beoogt een indicatie te geven van de omloopsnelheid van de portefeuille van een beleggingsinstelling en is daarmede een maatstaf voor zowel de mate van actief beleggingsbeheer als voor de daaruit voortvloeiende transactiekosten. Indien de berekening leidt tot een negatieve uitkomst is de PTR nihil. Bij de bepaling van de totale omvang van de beleggingstransacties wordt de som van aanen verkopen van beleggingen verminderd met de som van uitgifte en inkoop van aandelen. Hierbij zijn alle beleggingscategorieën betrokken met uitzondering van deposito’s. De transacties in verband met de UCITS-omvorming zijn hierbij buiten beschouwing gebleven. Het gemiddelde eigen vermogen wordt bepaald als het gewogen gemiddelde van het eigen vermogen op dagbasis, gebaseerd op het aantal dagen dat de intrinsieke waardebepaling plaatsvindt gedurende de rapportageperiode. De voor 2014 berekende en gepresenteerde PTR is gebaseerd op de (beleggings)transacties zoals opgenomen in dit jaarverslag. De PTR berekening wordt beïnvloed door de herstructurering van de fondsen zoals in het directieverslag is vermeld alsmede door het feit dat de (verslag)periode van de aandelenklassen niet gelijk is aan een kalenderjaar.

60


Jaarverslag 2014

Gelieerde Partijen In het kader van de uitvoering van het beleggingsbeleid van het Subfonds kan gebruik worden gemaakt van de diensten van gelieerde partijen. Het betreft onder meer het uitvoeren van beleggingstransacties, het uitzetten en aantrekken van liquide middelen, het aangaan van leningen, het uitvoeren van de hoofdbetaalfunctie en de functie van listing-agent. Deze dienstverlening vindt plaats tegen marktconforme voorwaarden. Ook de Fund Agent (ING Bank) is een gelieerde partij. De dienstverlening van de Fund Agent vindt eveneens plaats tegen marktconforme voorwaarden. Gelieerde partijen zijn in dit verband met name vennootschappen en andere onderdelen behorend tot ING Groep N.V. waaronder met name ING Bank N.V. Beleggingstransacties met gelieerde partijen, buiten een effectenbeurs of andere markt in financiële instrumenten om, vinden plaats op basis van een onafhankelijke waardebepaling. Indien een onafhankelijke waardebepaling niet mogelijk is of de beheerder de onafhankelijke waardebepaling niet representatief acht, vindt vaststelling van de waarde plaats door de beheerder op basis van objectieve en recente marktinformatie. In het verslagjaar is gebruik gemaakt van de volgende diensten van gelieerde partijen.  







Het transactievolume met ING Bank N.V. als broker in het boekjaar bedraagt minder dan 5% van het totale volume in het boekjaar. ING Bank fungeert voor Aandelenklasse P als Fund Agent. De Fund Agent is er voor verantwoordelijk om de aanen verkoopopdrachten zoals die zijn ingelegd in het beursorderboek met betrekking tot Aandelenklasse P van het Subfonds. De kosten van deze dienst zijn onderdeel van de VOK. NNIP Fund Management heeft o.a. ING Bank aangesteld als niet-exclusieve distributeur van Aandelenklassen P en Aandelenklassen N van de Subfondsen in Nederland. De afspraken met betrekking tot het aanbieden en verkopen van Aandelenklassen P en N van de Subfondsen zijn in beginsel vastgelegd in een distributieovereenkomst tussen NNIP Fund Management en de distributeur. De afspraken betreffen o.a. de verplichtingen van de distributeur inzake informatieverschaffing aan beleggers en toezichthouders. De kosten van deze dienst zijn onderdeel van de VOK. Gedurende het verslagjaar heeft het fonds gebruik gemaakt gebruik maken van de cash management diensten die door NNIP Asset Management B.V. werden aangeboden en door Liquidity Management Solutions B.V. (LMS) werden uitgevoerd. LMS was een zogenaamd special purpose vehicle op wiens naam de gelden werden aangehouden. LMS was speciaal door NNIP Asset Management opgericht ter ondersteuning van de cash management activiteiten van NNIP Asset Management B.V. LMS is inmiddels geliquideerd. Het fonds ontving een vergoeding voor de tegoeden die het fonds bij LMS aanhield, waarop beheer-, administratie- en outperformance vergoedingen in mindering werden gebracht. Voor de beheeractiviteiten wordt, met uitzondering van Aandelenklasse Z, een managementvergoeding in rekening gebracht. Voor de hoogte van het percentage verwijzen wij naar de informatie per Aandelenklasse in dit jaarverslag.

61


Jaarverslag 2014



Commission sharing arrangementen Door het Subfonds kan gebruik worden gemaakt van commission sharing arrangementen. Bij gebruik van commission sharing arrangementen is met een broker afgesproken dat de kosten voor onderzoek op beleggingsgebied apart worden gezet van de kosten verbonden aan de executie van orders. Het apart gezette gedeelte voor onderzoek op beleggingsgebied kan de beheerder door de broker laten aanwenden om vergoedingen, verschuldigd voor onderzoek op beleggingsgebied, in te kopen van andere aanbieders die bepaalde expertise hebben opgebouwd in onderzoek op beleggingsgebied. In het verslagjaar heeft het Subfonds geen gebruik gemaakt van commission sharing arrangementen.

62


Jaarverslag 2014

Toelichting Aandelenklasse P Vermogensmutatieoverzicht Over de periode 26 september 2013 tot en met 31 december 2014 Bedragen x € 1.000 Stand begin verslagperiode

2014 -


692.937

Inkoop van aandelen

-33.908

Op- en afslagvergoeding Dividend

213 -17.494 641.748

Inkomsten uit beleggingen Overige inkomsten Beheerkosten Overige kosten

10.007 163 -2.016 -588 7.566

Waardeveranderingen van beleggingen Stand einde verslagperiode

43.468 692.782

Vermogensgegevens 31-12-2014 Eigen vermogen (x € 1.000) Aantal geplaatste aandelen (stuks) Intrinsieke waarde per aandeel (in €)

692.782 17.036.557 40,66

63


Jaarverslag 2014

Kosten Over de periode 26 september 2013 tot en met 31 december 2014 Bedragen x € 1.000

2014


2.016

Vaste Overige Kostenvergoeding

504

Overige kosten Totale kosten Aandelenklasse P

82 2.602

De managementvergoeding voor Aandelenklasse P van het Subfonds bedraagt 0,40% per jaar, te herleiden naar een percentage op dagbasis dat wordt berekend over het totale vermogen van Aandelenklasse P aan het einde van iedere dag. Vanaf 1 januari 2014 is er een totale Vaste Overige Kostenvergoeding (VOK) van Aandelenklasse P geïntroduceerd van 0,10% per jaar, te herleiden naar een percentage op dagbasis dat wordt berekend over het totale vermogen aan het einde van iedere dag. Dit bedrag is inclusief de via ING Basis Fonds toegerekende kosten. Voor zover van toepassing zijn in de VOK tevens opgenomen de kosten die zijn begrepen in de waarde van beleggingsfondsen en de fee sharing kosten van security lending en/of cash management. De Overige kosten zijn de Overige kosten die tot en met 31 december 2013 aan het Subfonds werden toegerekend. De overige kosten betreffen reguliere en/of doorlopende kosten alsmede incidentele, buitengewone kosten van het Subfonds en betreffen onder andere de kosten van de administratie, de verslaggeving, de bewaring van de activa, de accountant, het toezicht, het verrichten van betalingen, publicaties, vergaderingen van aandeelhouders, gerechtelijke procedures alsmede externe adviseurs en service providers zoals de Transfer Agent, een en ander voor zover deze kosten in rekening zijn gebracht. Deze kosten zijn inclusief de via de belegging in de ING Basis Fondsen toegerekende kosten. Tevens zijn onder Overige kosten incidentele kosten opgenomen ad 60 inzake de implementatie van ingrijpende wijzigingen in toepasselijke weten regelgeving zoals nader toegelicht in het Directieverslag. Tevens is voor 22 aan incidentele kosten opgenomen onder waardeverandering beleggingen uit hoofde van toerekening van beleggingen in Beleggingsfondsen. Het aan Aandelenklasse P toe te rekenen bedrag accountantskosten 2014 is begrepen in de Vaste Overige Kostenvergoeding en betreft voor 5 aan kosten gerelateerd aan de controle van de jaarrekening en 1 aan andere controleopdrachten.

64


Jaarverslag 2014

Lopende kostenratio De Lopende kostenratio betreft een kostenratio waarbij de verhouding wordt uitgedrukt tussen de kosten die in het verslagjaar ten laste van het resultaat zijn gebracht enerzijds en het gemiddelde eigen vermogen van het fonds anderzijds. Bij de berekening van de Lopende kostenratio zijn de kosten die verband houden met de uitvoering van beleggingstransacties niet begrepen in de kosten maar in de kostprijs van de aankopen respectievelijk de opbrengstwaarde van de verkopen. Kosten die zijn verschuldigd door aandeelhouders in verband met het toetreden dan wel het uittreden van het fonds blijven in het kader van de Lopende kostenratio buiten beschouwing. Het gemiddelde eigen vermogen wordt bepaald als het gewogen gemiddelde van het eigen vermogen op dagbasis, gebaseerd op het aantal dagen dat de intrinsieke waardebepaling plaatsvindt gedurende de rapportageperiode. 2014 Managementvergoeding

0,40%

Overige kosten

0,11%

Totaal Aandelenklasse P

0,51%

De component ‘Overige kosten’ betreft de Vaste Overige Kostenvergoeding en Overige kosten zoals opgenomen in de paragraaf ‘Kosten’.

65


Jaarverslag 2014

Toelichting Aandelenklasse U Vermogensmutatieoverzicht Over de periode 26 september 2013 tot en met 31 december 2014 Bedragen x € 1.000 Stand begin verslagperiode

2014 -


452.120

Inkoop van aandelen

-39.019


101 413.202

Inkomsten uit beleggingen Overige inkomsten

5.437 16

Beheerkosten

-603

Bewaarkosten

-10

Overige kosten

-147 4.693


22.810 440.705

Vermogensgegevens 31-12-2014 Eigen vermogen (x 1.000) Aantal geplaatste aandelen Intrinsieke waarde per aandeel

440.705 20.733.429 21,26

66


Jaarverslag 2014


2014


603

Overige kosten

157

Totale kosten Aandelenklasse U

760

De managementvergoeding van Aandelenklasse U van het Subfonds bedraagt 0,21% (tot en met 9 juli 2014: 0,24%) per jaar, te herleiden naar een percentage op dagbasis dat wordt berekend over het totale vermogen van Aandelenklasse U aan het einde van iedere dag. De overige kosten betreffen reguliere en/of doorlopende kosten alsmede incidentele, buitengewone kosten van het Subfonds en betreffen onder andere de kosten van de administratie, de verslaggeving, de bewaring van de activa, de accountant, het toezicht, het verrichten van betalingen, publicaties, vergaderingen van aandeelhouders, gerechtelijke procedures alsmede externe adviseurs en service providers zoals de Transfer Agent, een en ander voor zover deze kosten in rekening zijn gebracht. Deze kosten zijn inclusief de via de belegging in de ING Basis Fondsen toegerekende kosten. Onder Overige kosten zijn incidentele kosten opgenomen ad 33 inzake de implementatie van ingrijpende wijzigingen in toepasselijke weten regelgeving zoals nader toegelicht in het Directieverslag. Tevens is voor 14 aan incidentele kosten opgenomen onder waardeverandering beleggingen uit hoofde van toerekening van beleggingen in Beleggingsfondsen. De accountantskosten betreffen voor 3 aan kosten gerelateerd aan de controle van de jaarrekening en 1 aan andere controleopdrachten.

67


Jaarverslag 2014


0,22%

Overige kosten

0,08%

Totaal Aandelenklasse U

0,30%

De component ‘Overige kosten’ betreft de Overige kosten zoals opgenomen in de paragraaf ‘Kosten’. Tevens zijn hieronder opgenomen kosten die zijn begrepen in de waarde van beleggingsfondsen, niet zijnde ING Basis Fondsen, waarin gedurende het verslagjaar is deelgenomen. De lopende kosten begrepen in de waarde van beleggingsfondsen in de verslagperiode bedraagt voor dit fonds 0,01%. De verslagperiode van Aandelenklasse U betreft een periode die afwijkt van een kalenderjaar. De hiervoor opgenomen percentages van de lopende kostenratio zijn herrekend naar percentages op jaarbasis.

68


Jaarverslag 2014

Toelichting Aandelenklasse G Vermogensmutatieoverzicht Over de periode 26 september 2013 tot en met 31 december 2014 Bedragen x € 1.000 Stand begin verslagperiode

2014 -


74.530

Inkoop van aandelen

-21.104


16 53.442


863 3

Beheerkosten

-104

Bewaarkosten

-1

Overige kosten

-23 738


3.505 57.685


57.685 2.715.054 21,25

69


Jaarverslag 2014


2014

Managementvergoeding Overige kosten Totale kosten Aandelenklasse G

104 24 128

De managementvergoeding van Aandelenklasse G van het Subfonds bedraagt 0,24% per jaar, te herleiden naar een percentage op dagbasis dat wordt berekend over het totale vermogen van Aandelenklasse G aan het einde van iedere dag. De overige kosten betreffen reguliere en/of doorlopende kosten alsmede incidentele, buitengewone kosten van het Subfonds en betreffen onder andere de kosten van de administratie, de verslaggeving, de bewaring van de activa, de accountant, het toezicht, het verrichten van betalingen, publicaties, vergaderingen van aandeelhouders, gerechtelijke procedures alsmede externe adviseurs en service providers zoals de Transfer Agent, een en ander voor zover deze kosten in rekening zijn gebracht. Deze kosten zijn inclusief de via de belegging in de ING Basis Fondsen toegerekende kosten. Onder Overige kosten zijn incidentele kosten opgenomen ad 5 inzake de implementatie van ingrijpende wijzigingen in toepasselijke weten regelgeving zoals nader toegelicht in het Directieverslag. Tevens is voor 2 aan incidentele kosten opgenomen onder waardeverandering beleggingen uit hoofde van toerekening van beleggingen in Beleggingsfondsen. De accountantskosten betreffen voor nihil aan kosten gerelateerd aan de controle van de jaarrekening en 1 aan andere controleopdrachten.

70


Jaarverslag 2014


0,24%

Overige kosten

0,07%

Totaal Aandelenklasse G

0,31%

De component ‘Overige kosten’ betreft de fee sharing en Overige kosten zoals opgenomen in de paragraaf ‘Kosten’. Tevens zijn hieronder opgenomen kosten die zijn begrepen in de waarde van beleggingsfondsen, niet zijnde ING Basis Fondsen, waarin gedurende het verslagjaar is deelgenomen. De lopende kosten begrepen in de waarde van beleggingsfondsen in de verslagperiode bedraagt voor dit fonds 0,01%. De verslagperiode van Aandelenklasse G betreft een periode die afwijkt van een kalenderjaar. De hiervoor opgenomen percentages van de lopende kostenratio zijn herrekend naar percentages op jaarbasis.

71


Jaarverslag 2014

Toelichting Aandelenklasse Z Vermogensmutatieoverzicht Over de periode 26 september 2013 tot en met 31 december 2014 Bedragen x € 1.000 Stand begin verslagperiode

2014 -


1.621.538

Inkoop van aandelen

-473.311


288 1.148.515


15.544 42

Bewaarkosten

-27

Overige kosten

-415 15.144


64.351 1.228.010


1.228.010 55.553.702 22,10

72


Jaarverslag 2014


2014

Overige kosten

440

Totale kosten Aandelenklasse Z

440

De overige kosten betreffen reguliere en/of doorlopende kosten alsmede incidentele, buitengewone kosten van het Subfonds en betreffen onder andere de kosten van de administratie, de verslaggeving, de bewaring van de activa, de accountant, het toezicht, het verrichten van betalingen, publicaties, vergaderingen van aandeelhouders, gerechtelijke procedures alsmede externe adviseurs en service providers zoals de Transfer Agent, een en ander voor zover deze kosten in rekening zijn gebracht. Deze kosten zijn inclusief de via de belegging in de ING Basis Fondsen toegerekende kosten. Onder Overige kosten zijn incidentele kosten opgenomen ad 91 inzake de implementatie van ingrijpende wijzigingen in toepasselijke weten regelgeving zoals nader toegelicht in het Directieverslag. Tevens is voor 38 aan incidentele kosten opgenomen onder waardeverandering beleggingen uit hoofde van toerekening van beleggingen in Beleggingsfondsen. De accountantskosten betreffen voor 9 aan kosten gerelateerd aan de controle van de jaarrekening en 1 aan andere controleopdrachten.

73


Jaarverslag 2014

Lopende kostenratio De Lopende kostenratio betreft een kostenratio waarbij de verhouding wordt uitgedrukt tussen de kosten die in het verslagjaar ten laste van het resultaat zijn gebracht enerzijds en het gemiddelde eigen vermogen van het fonds anderzijds. Bij de berekening van de Lopende kostenratio zijn de kosten die verband houden met de uitvoering van beleggingstransacties niet begrepen in de kosten maar in de kostprijs van de aankopen respectievelijk de opbrengstwaarde van de verkopen. Kosten die zijn verschuldigd door aandeelhouders in verband met het toetreden dan wel het uittreden van het fonds blijven in het kader van de Lopende kostenratio buiten beschouwing. Het gemiddelde eigen vermogen wordt bepaald als het gewogen gemiddelde van het eigen vermogen op dagbasis, gebaseerd op het aantal dagen dat de intrinsieke waardebepaling plaatsvindt gedurende de rapportageperiode. 2014 Overige kosten

0,07%

Totaal Aandelenklasse Z

0,07%

De component ‘Overige kosten’ betreft de fee sharing en Overige kosten zoals opgenomen in de paragraaf ‘Kosten’. Tevens zijn hieronder opgenomen kosten die zijn begrepen in de waarde van beleggingsfondsen, niet zijnde ING Basis Fondsen, waarin gedurende het verslagjaar is deelgenomen. De lopende kosten begrepen in de waarde van beleggingsfondsen in de verslagperiode bedraagt voor dit fonds 0,01%. De verslagperiode van Aandelenklasse Z betreft een periode die afwijkt van een kalenderjaar. De hiervoor opgenomen percentages van de lopende kostenratio zijn herrekend naar percentages op jaarbasis.

74


Jaarverslag 2014

Samenstelling van de beleggingen Per 31 december 2014 Onderstaande samenstelling van de beleggingen geeft de obligaties en andere vastrentende waarden portefeuille in detail. Nominaal x 1.000

Percentage

EUR

28.025

4,000

BELGIUM KINGDOM 03/28/2017

30.563

EUR

7.121

4,000


8.301

EUR

11.230

5,500


17.117

EUR

8.757

5,000


13.845

EUR

1.968

4,250


2.973

EUR

3.724

3,250


3.937

EUR

7.177

3,750


8.608

EUR

7.992

4,250


10.050

EUR

7.290

4,250


9.331

EUR

25.181

4,500

BONOS Y OBLIG DEL ESTADO 01/31/2018

28.172

EUR

45.037

5,400


59.009

EUR

30.753

4,800


39.392

EUR

7.300

6,000


10.589

EUR

7.420

4,000


8.612

EUR

3.100

5,500


3.945

EUR

7.550

5,500


8.512

EUR

2.927

5,900


4.120

EUR

6.704

5,750


9.889

EUR

12.498

4,700


16.789

EUR

29.104

4,250


31.135

EUR

12.754

4,300


14.883

EUR

7.000

4,850


8.543

EUR

39.678

4,400


49.376

EUR

2.765

5,150


3.712

EUR

8.379

2,500

BUNDESREPUB. DEUTSCHLAND 01/04/2021

9.591

EUR

47.056

1,750


52.431

EUR

9.291

4,750


13.919

EUR

47.420

0,250

BUNDESSCHATZANWEISUNGEN 03/11/2016

47.621

EUR

10.050

4,500

BUONI POLIENNALI DEL TES 02/01/2018

11.212

EUR

37.684

4,500


43.364

EUR

32.282

3,750


33.668

EUR

5.000

3,750


5.744

EUR

24.628

3,500


26.898

Valuta

Naam

Waarde x € 1.000

75


Jaarverslag 2014

Nominaal x 1.000

Percentage

EUR

10.994

5,250


12.298

EUR

6.811

3,750


7.843

EUR

45.355

4,750


56.389

EUR

4.043

5,000


5.376

EUR

4.915

4,750


5.983

EUR

11.916

5,000


15.781

EUR

9.126

4,750


11.831

EUR

10.836

3,500


11.704

EUR

48.863

5,250


65.032

EUR

14.504

3,375

CAISSE D'AMORT DETTE SOC 04/25/2021

17.191

EUR

15.908

4,375

CAISSE D'AMORT DETTE SOC 10/25/2021

20.144

EUR

14.036

3,625

EUROPEAN INVESTMENT BANK 03/14/2042

20.566

EUR

30.908

3,500

FRANCE (GOVT OF) 04/25/2020

36.256

EUR

13.905

5,500


21.583

EUR

23.293

4,500


36.508

EUR

17.572

4,250


19.689

EUR

9.000

3,750


10.552

EUR

6.905

2,500


7.794

EUR

19.172

5,750


31.936

EUR

5.453

4,000


7.826

EUR

12.702

1,000


13.169

EUR

47.415

0,250

GERMANY FED REP 06/10/2016

47.654

EUR

114.490

0,000

GERMANY FEDERAL REPUB OF 09/16/2016

EUR

20.680

5,125

INSTITUT CREDITO OFICIAL 01/25/2016

21.689

EUR

18.575

4,500

IRISH TREASURY 04/18/2020

22.388

EUR

2.211

5,400

IRISH TREASURY 03/13/2025

3.050

EUR

4.959

4,375

LAND NORDRHEIN-WESTFALEN 04/29/2022

6.316

EUR

1.031

3,750

NETHERLANDS GOVERNMENT 01/15/2042

1.588

EUR

5.300

1,750

NETHERLANDS GOVERNMENT 07/15/2023

5.832

EUR

7.911

4,350

REPUBLIC OF AUSTRIA 03/15/2019

9.349

EUR

4.834

4,150


7.424

EUR

10.286

3,650


12.710

EUR

7.401

1,950


8.025

EUR

1.534

3,150


2.139

EUR

6.195

6,250


10.136

EUR

1.752

3,625

SLOVAKIA GOVERNMENT BOND 01/16/2029

2.142

EUR

2.169

3,000

SLOVAKIA GOVERNMENT BOND 02/28/2023

2.519

Valuta

Totaal

Naam

Waarde x € 1.000

114.690

1.358.953 Waarde x € 1.000

76


Aandelen in Beleggingsfondsen Futures Interest Rate Swaps Verkochte kredietderivaten Totaal van beleggingen

Jaarverslag 2014

883.242 3.933 10.973 4.214 2.261.315

77


Jaarverslag 2014

Landenverdeling Per 31 december 2014 Onderstaande tabel geeft de verdeling weer naar land van vestiging van de emittent. Land

Waarde x € 1.000

% Fondsvermogen

Spanje

318.368

13,2

Italië

313.124

12,9

Duitsland

292.222

12,1

Frankrijk

222.648

9,2

België

104.723

4,3

Overige landen (belangen<2%)

107.868

4,5

1.358.953

56,2

Totaal


78


Jaarverslag 2014

Overige gegevens Bestuurdersbelangen Het totale persoonlijke belang in aantal aandelen en optierechten dan wel nominale waarde bij obligaties dat de bestuurders, zoals zitting hebbend op de genoemde datum, in (de beleggingen van) het Subfonds hadden per 31 december 2014 wordt als volgt gespecificeerd: Type

31-12-2014

NN (L) AAA ABS - Z CAP EUR*

Indirect belang

8.334

NN (L) Liquid EUR - E CAP*

Indirect belang

8.334

NN Euro Credit Fund - Z*

Indirect belang

8.334

NN Euro Obligatie Fonds - P*

Indirect belang

8.334

Bij oprichting van het NN Paraplufonds 4 N.V. had het Subfonds geen beleggingen. Derhalve zijn er geen belangen aan het begin van het boekjaar opgenomen. *


Voorgestelde resultaatbestemming Aan de komende Algemene Vergadering zal worden voorgesteld om voor Aandelenklasse P een bedrag ad € 1,04 per aandeel ten laste van de Overige reserves als dividenduitkering beschikbaar te stellen. Uitkering van het dividend van Aandelenklasse P heeft op 7 augustus 2014 en 3 november 2014 als interim dividend plaatsgevonden. Het niet als dividend uit te keren deel van het resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening van Aandelenklasse P zal worden toegevoegd aan de Overige reserves. Bij de overheveling van ING Euro Obligatiefonds van ING Paraplufonds 1 N.V. naar ING Paraplufonds 4 N.V. zijn specifieke afspraken gemaakt met de belastingdienst over de in dit fonds aanwezige met dividendbelasting beclaimde reserves. Hierdoor heeft deze uitkering plaatsgevonden onder aftrek van 15% dividendbelasting. Voor Aandelenklasse U, G en Z zal worden voorgesteld om het resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening ten gunste van de Overige reserves van de betreffende aandelenklasse te brengen.

79


Jaarverslag 2014

Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan: NN Investment Partners B.V. en de aandeelhouders van NN Euro Obligatie Fonds

Ons oordeel Wij hebben de jaarrekening 2014 van NN Euro Obligatie Fonds (de beleggingsentiteit), Subfonds van NN Paraplufonds 4 N.V., te Amsterdam gecontroleerd. Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van NN Euro Obligatie Fonds op 31 december 2014 en van het resultaat over de periode 26 september 2013 tot en met 31 december 2014 in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 van het in Nederland geldende Burgerlijk Wetboek (BW) en met de Wet op het financieel toezicht. De jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december 2014, de winst-en-verliesrekening over de periode 26 september 2013 tot en met 31 december 2014 en de toelichting met een overzicht van de belangrijke grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen.

De basis voor ons oordeel Wij hebben onze controle uitgevoerd volgens het Nederlands recht, waaronder ook de Nederlandse controlestandaarden vallen. Onze verantwoordelijkheden op grond hiervan zijn beschreven in de sectie Onze verantwoordelijkheden voor de controle van de jaarrekening. Wij zijn onafhankelijk van de (beheerder van de) beleggingsentiteit zoals vereist in de “Verordening inzake de onafhankelijkheid van accountants bij assurance-opdrachten (ViO)” en andere voor de opdracht relevante onafhankelijkheidsregels in Nederland. Verder hebben wij voldaan aan de “Verordening gedrags- en beroepsregels accountants (VGBA)”. Wij vinden dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel.

Materialiteit Afwijkingen kunnen ontstaan als gevolg van fraude of fouten en zijn materieel indien redelijkerwijs kan worden verwacht dat deze, afzonderlijk of gezamenlijk, van invloed kunnen zijn op de economische beslissingen die gebruikers op basis van deze jaarrekening nemen. De materialiteit beïnvloedt de aard, timing en omvang van onze controlewerkzaamheden en de evaluatie van het effect van onderkende afwijkingen op ons oordeel. Op basis van onze professionele oordeelsvorming hebben wij de materialiteit voor de jaarrekening als geheel bepaald op € 48.383.000. De materialiteit is gebaseerd op 2,0% van het eigen vermogen per 31 december 2014. Wij houden ook rekening met afwijkingen en/of mogelijke afwijkingen die naar onze mening voor de gebruikers van de jaarrekening om kwalitatieve redenen materieel zijn. Wij zijn met de directie van NN Investment Partners B.V. (de beheerder van de beleggingsentiteit) overeengekomen dat wij tijdens onze controle geconstateerde afwijkingen boven € 2.419.000 rapporteren alsmede kleinere afwijkingen die naar onze mening om kwalitatieve redenen relevant zijn.

80


Jaarverslag 2014

De kernpunten van onze controle In de kernpunten van onze controle beschrijven wij zaken die naar ons professionele oordeel het meest belangrijk waren tijdens onze controle van de jaarrekening. De kernpunten van onze controle hebben wij met de beheerder van de beleggingsentiteit gecommuniceerd, maar vormen geen volledige weergave van alles wat is besproken. Wij hebben onze controlewerkzaamheden met betrekking tot deze kernpunten bepaald in het kader van de jaarrekeningcontrole als geheel. Onze bevindingen ten aanzien van de individuele kernpunten moeten in dat kader worden bezien en niet als afzonderlijke oordelen over deze kernpunten.

Bestaan en waardering van beursgenoteerde beleggingen Het eigen vermogen van de beleggingsentiteit is voor een belangrijk deel belegd in beursgenoteerde beleggingen. Deze beleggingen zijn in belangrijke mate bepalend voor de financiële resultaten van de beleggingsentiteit. Wij schatten het risico op een materiële fout in deze beleggingen lager in, mede omdat de beleggingen bestaan uit liquide, beursgenoteerde titels waarvoor een genoteerde prijs op een actieve markt beschikbaar is. Echter vanwege de omvang van de beleggingen in relatie tot de jaarrekening als geheel, zijn de beursgenoteerde beleggingen een post met grote impact op onze controle. Uitgevoerde werkzaamheden Onze controlewerkzaamheden ten aanzien van bestaan en waardering van de beursgenoteerde beleggingen bestonden onder andere uit:  het kennisnemen en testen van de interne beheersmaatregelen bij de beheerder, inclusief relevante algemene IT-beheersmaatregelen rondom processen inzake transactie verwerking, corporate actions, reconciliatie van beleggingen en portefeuille waardering. Hierbij hebben wij voor uitbestede processen mede gebruik gemaakt van onafhankelijke rapportages inzake de opzet, bestaan en werking van relevante beheersmaatregelen bij de beheerder en andere betrokken partijen;  het afstemmen van de waardering van de in de jaarrekening verantwoorde beursgenoteerde beleggingen met minimaal één onafhankelijke prijsbron;  het afstemmen van bestaan en eigendom van de in de jaarrekening verantwoorde beleggingsportefeuille met de rechtstreeks door ons ontvangen externe confirmatie van de bewaarder. De uitvoering van deze werkzaamheden heeft niet geleid tot significante bevindingen ten aanzien van bestaan of waardering van de beleggingen. Bestaan, eigendom en waardering van beleggingen in beleggingsfondsen Het eigen vermogen van de beleggingsentiteit is voor een belangrijk deel belegd in beleggingsfondsen die worden gewaardeerd op basis van een opgave van de intrinsieke waarde van NN Investment Partners B.V. per 31 december 2014. Deze beleggingen zijn in belangrijke mate bepalend voor de financiële resultaten van de beleggingsentiteit. Wij schatten het risico op een materiële fout in deze beleggingen lager in, als gevolg van het feit dat wij over gecontroleerde cijfers per 31 december 2014 beschikken van de betreffende beleggingsfondsen. In samenhang met de materialiteit voor het geheel van de jaarrekening, beschouwen wij deze beleggingen als aandachtsgebied met grote impact op onze controle.

81


Jaarverslag 2014

Uitgevoerde werkzaamheden Onze controlewerkzaamheden ten aanzien van bestaan en waardering van de beleggingen in beleggingsfondsen bestonden onder andere uit:  aansluiting vaststellen van de door NN Investment Partners B.V. gehanteerde prijzen met gecontroleerde jaarrekeningen van de beleggingsfondsen over boekjaar 2014 of vaststellen van de aansluiting met de gecontroleerde intrinsieke waarde berekening per 31 december 2014;  het afstemmen van bestaan en eigendom van de in de jaarrekening verantwoorde beleggingen in beleggingsfondsen van NN Investment Partners B.V. met de participantenadministratie van de beheerder. De uitvoering van deze werkzaamheden heeft niet geleid tot significante bevindingen ten aanzien van bestaan, eigendom of waardering van de beleggingen in beleggingsfondsen.

Verantwoordelijkheden van de beheerder voor de jaarrekening NN Investment Partners B.V. voert als directie het beheer van NN Euro Obligatie Fonds. De beheerder van de beleggingsentiteit is verantwoordelijk voor het opmaken en het getrouw weergeven van de jaarrekening en voor het opstellen van directieverslag, beide in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 BW en met de Wet op het financieel toezicht. In dit kader is de beheerder verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing die de beheerder noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fouten of fraude. Bij het opmaken van de jaarrekening moet de beheerder afwegen of de beleggingsentiteit in staat is om haar werkzaamheden in continuïteit voort te zetten. Op grond van genoemd verslaggevingsstelsel moet de beheerder de jaarrekening opmaken op basis van de continuïteitsveronderstelling, tenzij de beheerder het voornemen heeft om de beleggingsentiteit te liquideren of de activiteiten te beëindigen of als beëindiging het enige realistische alternatief is. De beheerder moet gebeurtenissen en omstandigheden waardoor gerede twijfel zou kunnen bestaan of de beleggingsentiteit haar activiteiten in continuïteit kan voortzetten, toelichten in de jaarrekening.

Onze verantwoordelijkheden voor de controle van de jaarrekening Onze verantwoordelijkheid is het zodanig plannen en uitvoeren van een controleopdracht dat wij daarmee voldoende en geschikte controle-informatie verkrijgen voor het door ons af te geven oordeel. Onze controle is uitgevoerd met een hoge mate maar geen absolute mate van zekerheid waardoor het mogelijk is dat wij tijdens onze controle niet alle fouten en fraude ontdekken. Wij hebben deze accountantscontrole professioneel kritisch uitgevoerd en hebben waar relevant professionele oordeelsvorming toegepast in overeenstemming met de Nederlandse controlestandaarden, ethische voorschriften en de onafhankelijkheidseisen. Onze controle bestond onder andere uit:  het identificeren en inschatten van de risico’s dat de jaarrekening afwijkingen van materieel belang bevat als gevolg van fouten of fraude, het in reactie op deze risico’s bepalen en uitvoeren van controlewerkzaamheden en het verkrijgen van controle-informatie die voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel. Bij fraude is het risico dat een afwijking van materieel belang niet ontdekt wordt groter dan bij fouten. Bij fraude kan sprake zijn van samenspanning, valsheid in geschrifte, het opzettelijk nalaten transacties vast te leggen, het opzettelijk verkeerd voorstellen van zaken of het doorbreken van de interne beheersing;  het verkrijgen van inzicht in de interne beheersing die relevant is voor de controle met als doel controlewerkzaamheden te selecteren die passend zijn in de omstandigheden. Deze werkzaamheden hebben niet als doel om een oordeel uit te spreken over de effectiviteit van de interne beheersing van de beleggingsentiteit;

82






 

Jaarverslag 2014

het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en het evalueren van de redelijkheid van schattingen door de beheerder en de toelichtingen die daarover in de jaarrekening staan; het vaststellen dat de door de beheerder gehanteerde continuïteitsveronderstelling aanvaardbaar is. Tevens het op basis van de verkregen controle-informatie vaststellen of er gebeurtenissen en omstandigheden zijn waardoor gerede twijfel zou kunnen bestaan of de beleggingsentiteit haar activiteiten in continuïteit kan voortzetten. Als wij concluderen dat er een onzekerheid van materieel belang bestaat, zijn wij verplicht om aandacht in onze controleverklaring te vestigen op de relevante gerelateerde toelichtingen in de jaarrekening. Als de toelichtingen inadequaat zijn, moeten wij onze verklaring aanpassen. Onze conclusies zijn gebaseerd op de controle-informatie die verkregen is tot de datum van onze controleverklaring. Toekomstige gebeurtenissen of omstandigheden kunnen er echter toe leiden dat een beleggingsentiteit haar continuïteit niet langer kan handhaven; het evalueren van de presentatie, structuur en inhoud van de jaarrekening en de daarin opgenomen toelichtingen; en het evalueren of de jaarrekening een getrouw beeld geeft van de onderliggende transacties en gebeurtenissen.

Wij communiceren met de beheerder van de beleggingsentiteit onder andere over de geplande reikwijdte en timing van de controle en over de significante bevindingen die uit onze controle naar voren zijn gekomen, waaronder eventuele significante tekortkomingen in de interne beheersing. Wij bevestigen aan de beheerder dat wij de relevante ethische voorschriften over onafhankelijkheid hebben nageleefd. Wij communiceren ook met de beheerder over alle relaties en andere zaken die redelijkerwijs onze onafhankelijkheid kunnen beïnvloeden en over de daarmee verband houdende maatregelen om onze onafhankelijkheid te waarborgen. Wij bepalen de kernpunten van onze controle van de jaarrekening op basis van alle zaken die wij met de beheerder hebben besproken. Wij beschrijven deze kernpunten in onze controleverklaring, tenzij dit is verboden door wet- of regelgeving of in buitengewoon zeldzame omstandigheden wanneer het niet vermelden in het belang van het maatschappelijk verkeer is. Amsterdam, 23 april 2015



83


Jaarverslag 2014

Bijlage(n)

Jaarverslag NN Paraplufonds 4 N.V.

84

Jaarverslag 2014 NN Global Fund

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Inhoudsopgave NN Global Fund ....................................................................................................................................... 3 Algemene informatie............................................................................................................................... 4 Aandelenklasse P ................................................................................................................................... 12 Aandelenklasse I .................................................................................................................................... 16 Aandelenklasse G .................................................................................................................................. 19 Aandelenklasse Z ................................................................................................................................... 22 Directieverslag ....................................................................................................................................... 25 Jaarrekening 2014 ................................................................................................................................. 37 Balans ......................................................................................................................................................................... 38 Winst-en-verliesrekening ........................................................................................................................................... 39 Kasstroomoverzicht.................................................................................................................................................... 40 Toelichting .................................................................................................................................................................. 41 Toelichting op de balans ............................................................................................................................................ 44 Toelichting op de winst-en-verliesrekening ............................................................................................................... 50 Overige algemene toelichtingen ................................................................................................................................ 51 Toelichting Aandelenklasse P ..................................................................................................................................... 55 Toelichting Aandelenklasse I ...................................................................................................................................... 58 Toelichting Aandelenklasse G .................................................................................................................................... 61 Toelichting Aandelenklasse Z ..................................................................................................................................... 64

Samenstelling van de beleggingen ........................................................................................................ 67 Overige gegevens .................................................................................................................................. 72 Bijlage(n)................................................................................................................................................ 77 Jaarverslag NN Paraplufonds 1 N.V. ........................................................................................................................... 77

2

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

NN Global Fund (Subfonds van NN Paraplufonds 1 N.V.)

Directie en Beheerder NN Investment Partners B.V. Schenkkade 65 2595 AS Den Haag Internet: www.nnip.nl




Fund Agent NN Bank N.V. Bijlmerplein 888 1102 MG Amsterdam



3

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Algemene informatie Algemeen NN Global Fund (hierna aangegeven als ‘Subfonds’) maakt deel uit van NN Paraplufonds 1 N.V. Het jaarverslag van NN Global Fund bevat naast het jaarverslag van het Subfonds zelf ook als bijlage het jaarverslag van NN Paraplufonds 1 N.V. Het Subfonds heeft geen medewerkers in dienst. De directie wordt gevoerd door NN Investment Partners B.V., gevestigd te Den Haag. NN Investment Partners B.V. is tevens de beheerder van het Subfonds en beschikt in die hoedanigheid over een vergunning van de Autoriteit Financiële Markten (AFM) uit hoofde van de Wet op het financieel toezicht (Wft). Alle aandelen in NN Investment Partners B.V. worden gehouden door NN Investment Partners International Holdings B.V. en deze beide entiteiten maken deel uit van NN Group N.V. NN Investment Partners B.V. maakt deel uit van NN Investment Partners, een organisatorische eenheid binnen NN Group N.V. NN Investment Partners voert voor de beheerder de beheerhandelingen uit en stelt haar administratieve apparaat ter beschikking aan de Subfondsen. Binnen NN Investment Partners is een groot aantal beleggingsactiviteiten van NN Group N.V. gebundeld. Tot deze activiteiten behoren onder andere het beheer en de belegging van gelden van beleggingsinstellingen waarvan NN Investment Partners B.V. het beheer voert. Tevens voert NN Investment Partners het beheer en de belegging van gelden van de tot NN Group N.V. behorende verzekeringsmaatschappijen. Voor de beheeractiviteiten wordt, met uitzondering van Aandelenklasse Z, een managementvergoeding in rekening gebracht.

Doelstelling NN Global Fund stelt zich ten doel om door middel van actief beheer te komen tot een beter totaal rendement op lange termijn dan de benchmark.

Beleggingsbeleid NN Global Fund belegt zijn vermogen in hoofdzaak wereldwijd in aandelen. De beleggingen zijn wereldwijd gespreid over regio’s, landen en sectoren. Het fonds heeft de mogelijkheid om de beleggingen zowel direct als indirect – bijvoorbeeld door het aangaan van exposure op de betreffende financiële instrumenten via derivaten of beleggingen in andere beleggingsfondsen – aan te houden. NN Global Fund kan gebruik maken van derivaten zoals opties, futures, warrants, swaps en valutatermijncontracten. Deze kunnen worden toegepast voor het afdekken van risico’s en efficiënt portefeuillebeheer. Daarbij kan sprake zijn van hefboomwerking waardoor de gevoeligheid van het fonds voor marktbewegingen wordt vergroot. Bij het gebruik van derivaten wordt ervoor zorg gedragen dat de portefeuille als geheel binnen de beleggingsrestricties blijft.

4

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Naast het bovenstaande geldt ten aanzien van het beleggingsbeleid van NN Global Fund het volgende:  belegd zal worden in verschillende valuta;  indien de beheerder daartoe aanleiding ziet, kunnen risico’s, zoals valutarisico’s, worden afgedekt ten opzichte van de benchmark;  voor zover het vermogen niet is belegd in de hiervoor genoemde financiële instrumenten, bestaat de mogelijkheid om het vermogen te beleggen in bepaalde geldmarktinstrumenten (bijvoorbeeld certificates of deposit en commercial paper), geldmarkt beleggingsfondsen of aan te houden in de vorm van liquide middelen;  om een efficiënt beheer van het vermogen te bevorderen, zullen de liquide middelen van NN Paraplufonds 1 N.V. centraal worden beheerd door de beheerder met als oogmerk het verlagen van het risico door middel van diversificatie waarbij tevens gestreefd zal worden naar het behalen van een zo optimaal mogelijk rendement. Door middel van dit zgn. cash management verwacht de beheerder een beter resultaat te kunnen behalen dan wanneer gelden op individuele basis zouden worden beheerd. In dit verband zal gekozen worden voor een belegging in geldmarkt beleggingsfondsen en/of het aanhouden van deposito’s;  extra inkomsten kunnen worden gegenereerd door het aangaan van "repurchase agreements" ("repo's") en "lending transacties" (uitlenen van effecten uit de beleggingsportefeuille);  het fonds zal in totaal niet meer dan tien procent van het beheerde vermogen beleggen in rechten van deelnemingen in andere beleggingsinstellingen.

Benchmark MSCI World (Net)

Structuur Met ingang van 9 juli 2014 is NN Paraplufonds 1 N.V. een instelling voor collectieve belegging in effecten (icbe) in de zin van de Wet op het financieel toezicht (Wft). NN Investment Partners B.V. treedt op als beheerder van een icbe als bedoeld in artikel 1:1 Wft en beschikt in die hoedanigheid over een vergunning als bedoeld in artikel 2:69b lid 1, aanhef en onderdeel a van de Wft van de Stichting Autoriteit Financiële Markten (AFM). NN Paraplufonds 1 N.V. (het ‘Fonds’) is een beleggingsmaatschappij met veranderlijk kapitaal zoals omschreven in artikel 76a van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek met een open end structuur. Het Fonds zal bijzondere omstandigheden uitgezonderd, in beginsel elke beursdag aandelen kunnen uitgeven of inkopen. Het Fonds heeft een zogenaamde paraplustructuur, hetgeen betekent dat de gewone aandelen zijn onderverdeeld in verschillende series aandelen, waarbij elke serie aandelen correspondeert met een afzonderlijk Subfonds. Een Subfonds is een administratief afgescheiden gedeelte van het vermogen van het Fonds waarvoor een separaat beleggingsbeleid wordt gevoerd. In de Wft is vastgelegd dat alle normen die (mede) zijn gericht tot het Fonds ook van toepassing zijn op de Subfondsen. Het in elk Subfonds te storten of daaraan toe te rekenen gedeelte van het vermogen van het Fonds wordt overeenkomstig een specifiek beleggingsbeleid afzonderlijk belegd. Zowel de positieve als de negatieve waardeveranderingen in de beleggingsportefeuille van een Subfonds komen ten gunste respectievelijk ten laste van het desbetreffende Subfonds. Een Subfonds heeft een afgescheiden vermogen waarvoor een wettelijke rangregeling geldt. Hierdoor dient het vermogen van een Subfonds alleen ter voldoening van vorderingen die voortvloeien uit schulden die verband houden met het beheer en het bewaren van het Subfonds en de aandelen in dat Subfonds.

5

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Een Subfonds is onderverdeeld in één of meerdere Aandelenklassen. De Aandelenklassen binnen een Subfonds kunnen onderling verschillen op het vlak van kosten- en vergoedingenstructuur, het minimum bedrag van eerste inleg, eisen aan de hoedanigheid van de beleggers, de valuta waarin de intrinsieke waarde is uitgedrukt, etc. Het NN Global Fund kent gedurende de verslagperiode de volgende Aandelenklasse(n):  Aandelenklasse P  Aandelenklasse I  Aandelenklasse G  Aandelenklasse Z

Uitgifte en inkoop van aandelen Het fonds is een open end beleggingsmaatschappij, hetgeen betekent dat de directie van het Fonds, behoudens uitzonderlijke situaties, op verzoek van beleggers (ingekochte) aandelen zal uitgeven en/of vervreemden ("uitgifte") en gehouden is op verzoek van beleggers aandelen te verkrijgen ("inkoop") tegen de transactieprijs van een aandeel zoals die voor een betreffende beursdag is vastgesteld. De transactieprijs van een aandeel in het Fonds is de intrinsieke waarde vermeerderd of verminderd met een vaste op- of afslag ter dekking van de aanen verkoopkosten van ‘fysieke’ beleggingen. Deze vergoeding dient ter bescherming van de zittende aandeelhouders van het betreffende Subfonds en komt ten goede aan het betreffende Subfonds. Uitgifte is op iedere beursdag mogelijk. Het Fonds zal op verzoek aandelen uitgeven. De directie van het Fonds kan de uitgifte van aandelen weigeren indien door uitgifte van aandelen het Fonds niet langer zou voldoen aan een of meer van de vereisten om te worden aangemerkt als fiscale beleggingsinstelling als bedoeld in artikel 28 van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 (de "FBI-criteria"). Uitgifte van aandelen van Aandelenklasse P geschiedt onder de afhandelingsvoorwaarden zoals gebruikelijk op de effectenbeurs van Euronext Amsterdam by NYSE Euronext. Uitgifte van aandelen van Aandelenklassen I, G en Z geschiedt onder de afhandelingsvoorwaarden zoals bepaald in de tussen NN Paraplufonds 1 N.V. en Euroclear Nederland, gevestigd te Amsterdam ter zake gesloten overeenkomst.

Vennootschapsbelasting & dividendbelasting Het Subfonds maakt onderdeel uit van NN Paraplufonds 1 N.V. dat de status heeft van fiscale beleggingsinstelling zoals bedoeld in artikel 28 Wet op de vennootschapsbelasting 1969. Op grond van de status van fiscale beleggingsinstelling in de zin van artikel 28 van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 zal het bijzondere tarief van 0% van de vennootschapsbelasting van toepassing zijn, indien NN Paraplufonds 1 N.V. onder meer voldoet aan de jaarlijkse uitdelingsverplichting. De uitdelingsverplichting houdt in dat de, per Subfonds bepaalde, voor uitdeling beschikbare winst binnen acht maanden na het einde van het boekjaar aan de aandeelhouders wordt uitgekeerd in de vorm van dividend.

6

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Het Subfonds is in beginsel verplicht 15% dividendbelasting in te houden over de uit te keren dividenden, en af te dragen aan de Belastingdienst. Dividenden die ten laste van de algemene reserve worden uitgekeerd zijn in beginsel voor het volledige bedrag onderworpen aan inhouding van dividendbelasting. Dividenden die uitgekeerd worden ten laste van het fiscaal erkende kapitaal, waartoe ook de fiscale herbeleggingsreserve behoort, zijn vrijgesteld van dividendbelasting. Het Subfonds kan op de door haar af te dragen dividendbelasting een vermindering toepassen ter grootte van de ten laste van het Subfonds ingehouden Nederlandse dividendbelasting en buitenlandse bronheffing. De vermindering ten aanzien van buitenlandse bronbelasting is beperkt voor zover er Nederlandse rechtspersonen die vrijgesteld zijn van vennootschapsbelasting danwel buitenlandse lichamen in het Subfonds participeren die op grond van de Nederlandse wet danwel een regeling- of verdrag ter voorkoming van dubbele belasting recht hebben op een vermindering of teruggaaf van Nederlandse dividendbelasting.


Stembeleid Verantwoording over de bepalingen gericht tot aandeelhouders in het algemeen en institutionele beleggers in het bijzonder in de Nederlandse corporate governance code. Met de invoering in 2004 van de Nederlandse corporate governance code (de ‘Code’) is de aandacht voor corporate governance in Nederland sterk toegenomen. Ondernemingen zijn in toenemende mate aandacht gaan besteden aan het onderwerp goed ondernemingsbestuur. Daarnaast zijn in 2008 ook aanvullende principes en best practices in de Nederlandse corporate governance code opgenomen die specifiek gericht zijn tot institutionele beleggers (IV.4.1 IV.4.3) alsook tot alle aandeelhouders in Nederlandse beursvennootschappen (IV.4.4 – IV.4.6). Van institutionele beleggers wordt onder andere verwacht dat zij een stembeleid publiceren op de website, op grond waarvan het stemrecht wordt uitgeoefend op aandeelhoudersvergaderingen. NN Investment Partners B.V. (‘beheerder’) heeft in haar rol als beheerder van fondsen een eigen stembeleid ontwikkeld op grond waarvan het stemrecht op aandeelhoudersvergaderingen (in en buiten Nederland) wordt uitgeoefend. Dit stembeleid wordt door NN Investment Partners ook gebruikt voor het uitoefenen van het stemrecht op aandeelhoudersvergaderingen namens Belgische – en Luxemburgse beleggingsfondsen.

7

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Aangezien de klanten van NN Investment Partners zeer divers zijn en veelal eigen opvattingen hebben over corporate governance, is ons stembeleid zoveel mogelijk gebaseerd op algemeen geaccepteerde best practices. Een voorbeeld hiervan zijn de richtlijnen van het International Corporate Governance Network (ICGN). Bij het uitoefenen van het stemrecht wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met de regelgeving en normen in de landen en sectoren waarin wordt belegd. Het stembeleid dient als een belangrijk raamwerk op basis waarvan wij ons stemrecht uitoefenen, waarbij afwijking van het stembeleid steeds mogelijk is indien, ter discretie van de fondsbeheerder, het collectieve belang van de beleggers in het fonds daarmee is gediend. De beheerder is van oordeel dat bedrijven met aandacht voor goed ondernemingsbestuur, en die bij de bedrijfsvoering de belangen van aandeelhouders en andere relevante stakeholders in ogenschouw nemen, uiteindelijk betere prestaties zullen leveren. Door actief gebruik te maken van het aan de aandelen verbonden stemrecht, kan de beheerder een positieve invloed uitoefenen op de corporate governance van de betreffende ondernemingen. Aandeelhouders kunnen zich bijvoorbeeld uitspreken over de benoeming van nieuwe bestuurders en commissarissen, maar ook over het beloningsbeleid van ondernemingen en wijzigingen van de statuten.

Stemmen voor NNIP fondsen Met het oog op de afweging tussen het belang van beleggers bij de uitoefening van het stemrecht enerzijds en kostenbeheersing en praktische uitvoerbaarheid anderzijds, wordt alleen gestemd op aandelen die worden gehouden in de Nederlandse -, Belgische – en Luxemburgse beleggingsfondsen van NN Investment Partners met meer dan EUR 100 miljoen aan beheerd vermogen in aandelen. Voor de fondsen die aan dit criterium voldoen zal het stemrecht worden uitgeoefend, tenzij de uitoefening van deze rechten niet in het collectieve belang van de beleggers in het fonds wordt geacht of in strijd is met lokale regelgeving. Voor fondsen die vallen onder NNIP's Sustainable Investments Strategy wordt geen minimum omvang criterium gehanteerd, daar deze fondsen specifiek hun duurzame beleid en criteria ook via het stembeleid willen uitvoeren. Daarbij kan bij agendapunten die milieuzaken en sociale aangelegenheden betreffen, het stemgedrag afwijken van het stemgedrag bij de andere fondsen waarvoor wordt gestemd. De beheerder heeft een proxy voting comité aangesteld dat verantwoordelijk is voor het uitoefenen van het stemrecht. Het stemrecht op aandeelhoudersvergaderingen kan elektronisch worden uitgeoefend waarbij de beheerder niet zelf aanwezig is op de vergadering, maar in enkele gevallen wordt er ook voor gekozen om zelf een aandeelhoudersvergadering bij te wonen en daar het woord te voeren. Ook kan het voorkomen dat aan een andere institutionele belegger een volmacht wordt gegeven om namens beheerder het woord te voeren. In enkele landen worden de aandelen door het uitoefenen van het stemrecht op een Algemene Vergadering van Aandeelhouders in depot geblokkeerd en kunnen als gevolg daarvan niet worden verhandeld tot na de vergadering (zgn. blocking markets). In blocking markets zal slechts op 5% van de gehouden aandelen worden gestemd om enerzijds wel een signaal af te kunnen geven, maar anderzijds te voorkomen dat ongewenst economisch risico wordt gelopen. Wanneer uitoefening van stemrechten buitensporige kosten met zich mee brengt of praktisch niet of slechts tegen onevenredige inspanning uitvoerbaar is, kan ervan worden afgezien deze uit te oefenen. Voor een beschrijving van het stembeleid en inzicht in het daadwerkelijke stemgedrag zoals dat in het boekjaar 2014 van toepassing was, verwijzen wij naar de website www.nnip.nl.

8

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Nederlandse corporate governance code In de in december 2008 aangepaste Nederlandse corporate governance code zijn, naast het principe en de drie best practice bepalingen (IV.4.1 - IV.4.3) die specifiek gericht zijn tot institutionele beleggers, een principe en een drietal best practice bepalingen opgenomen die zich richten tot alle aandeelhouders in Nederlandse beursvennootschappen (IV.4.4 – IV.4.6). NN Investment Partners past de best practices IV.4.1 - IV.4.6 toe, waarbij wel een voorbehoud wordt gemaakt ten aanzien van best practice IV.4.4. Hierin is vastgelegd dat wanneer een of meerdere aandeelhouders het voornemen hebben de agendering te verzoeken van een onderwerp dat kan leiden tot wijziging van de strategie van de vennootschap, bijvoorbeeld door het ontslag van één of meer bestuurders of commissarissen, het bestuur in de gelegenheid gesteld een redelijke termijn in te roepen om hierop te reageren (de responstijd). NN Investment Partners onderschrijft de best practice bepaling om het agenderingsrecht slechts uit te oefenen nadat de aandeelhouder daarover in overleg is getreden met het bestuur, tenzij dat niet werkbaar is in het kader van het beschikbare tijdsbestek. NN Investment Partners zal wel van geval tot geval beoordelen of zij bereid is de responstijd te respecteren, aangezien de responstijd van maximaal 180 dagen op gespannen voet staat met het wettelijke recht van aandeelhouders om uiterlijk 60 dagen voor de aandeelhoudersvergadering een onderwerp voor de agenda van de aandeelhoudersvergadering aan te dragen.


we hanteren de principes voor Verantwoord Beleggen van de Verenigde Naties (UN PRI) we beleggen niet in controversiële wapens we oefenen het stemrecht op aandelen actief uit in overeenstemming met het belang van onze klanten we bieden gespecialiseerde duurzame beleggingsfondsen en op maat gemaakte oplossingen voor Verantwoord Beleggen aan



9

NN Global Fund

Jaarverslag 2014





 


10

NN Global Fund

Jaarverslag 2014


11

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Aandelenklasse P Algemeen Aandelenklasse P is een beursgenoteerde aandelenklasse bestemd voor particuliere (niet professionele) beleggers. De juridische naam van aandelen van Aandelenklasse P is gelijk aan de naam van het Subfonds met de toevoeging “ – P”, te weten: NN Global Fund - P. De commerciële naam van aandelen van Aandelenklasse P is NN Global Fund.

Kopen en verkopen van aandelen Aandelen van Aandelenklasse P kunnen worden gekocht en verkocht door tussenkomst van een bank of andere financiële onderneming, die intermediair is in de zin van de Wet giraal effectenverkeer. Uitgifte en inkoop van aandelen is op iedere dag waarop de effectenbeurs van Euronext Amsterdam by NYSE Euronext is geopend – hierna te noemen: beursdag – mogelijk. Het Fonds is met ING Bank overeengekomen dat deze laatste vennootschap als Fund Agent zal fungeren. De Fund Agent is ervoor verantwoordelijk de aanen verkoopopdrachten zoals die zijn ingelegd in het beursorderboek met betrekking tot Aandelenklasse P van het Subfonds, met inachtneming van de voorwaarden zoals vermeld in het prospectus, te beoordelen en te accepteren. Het handelssymbool van de notering is NNGLF. De ISIN-code van Aandelenklasse P is NL0006311805.

Kostenstructuur Managementvergoeding Aan Aandelenklasse P wordt een managementvergoeding in rekening gebracht van 0,60% (tot en met 31 december 2013: 1,20%) per jaar, te herleiden naar een percentage op dagbasis dat wordt berekend over het totale vermogen van Aandelenklasse P aan het einde van iedere dag. Vaste Overige Kostenvergoeding Vanaf 1 januari 2014 wordt naast bovengenoemde managementvergoeding aan Aandelenklasse P een vaste vergoeding, de Vaste Overige Kostenvergoeding (“VOK”), in rekening gebracht van 0,10% per jaar, te herleiden naar een percentage op dagbasis dat wordt berekend over het totale vermogen van Aandelenklasse P aan het einde van iedere dag. Deze vaste vergoeding dient ter vergoeding van reguliere en/of doorlopende kosten zoals de kosten van de administratie, de verslaggeving, de bewaring van de activa, de accountant, het toezicht, de eventuele beursnotering, het verrichten van betalingen, publicaties, vergaderingen van aandeelhouders, gerechtelijke procedures, zgn. fee sharing arrangementen in het kader van securities lending- en cash management activiteiten alsmede externe adviseurs en service providers zoals in voorkomende gevallen de Fund Agent. De VOK staat vast in die zin dat de Beheerder alle feitelijke kosten die de VOK eventueel zullen overtreffen voor zijn rekening zal nemen met uitzondering van de kosten in de volgende alinea genoemd. Daartegenover heeft de Beheerder in voorkomende gevallen het recht om de VOK te behouden, indien de feitelijke kosten lager blijken te zijn dan de ontvangen VOK. In aanvulling op de VOK kunnen incidentele, buitengewone kosten die verband houden met bijvoorbeeld de implementatie van ingrijpende wijzigingen in toepasselijke weten regelgeving en/of als gevolg van onvoorziene omstandigheden ten laste worden gebracht van het resultaat van Aandelenklasse P van het Subfonds. Deze kosten bedragen maximaal 0,02% van het gemiddelde vermogen op jaarbasis.

12

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

13

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Kerncijfers – Aandelenklasse P Algemeen


€


2014*

2013**

2012

2011

2010

1.134.996

965.639

852.951

771.001

890.414

15.117.798

14.728.861

15.058.361

15.528.731

16.406.209


€

75,08

65,56

56,64

49,65

54,27

Transactieprijs

€

74,96

65,46

56,56

49,72

54,35


€

1,17

1,02

0,90

0,74

0,96


%

16,60 (16,20)

17,68

16,04

-7,16

19,64


%

20,78 (19,65)

20,73

14,75

-1,84

20,14

Relatief rendement

%

-4,18 (-3,45)

-3,05

1,29

-5,32

-0,50

2014

2013**

2012

2011

2010

Inkomsten

24.408

22.902

24.591

22.118

18.821

Bedrijfslasten

-8.273

-10.671

-10.459

-10.240

-9.374

Waardeveranderingen

144.199

138.458

106.447

-81.316

130.587


160.334

150.689

120.579

-69.438

140.034

Bedragen x € 1

2014

2013**

2012

2011

2010

Inkomsten

1,65

1,53

1,63

1,33

1,21

-0,56

-0,71

-0,69

-0,62

-0,61

9,73

9,27

7,04

-4,90

8,50

10,82

10,09

7,98

-4,19

9,10

Meerjarenoverzicht in totalen Bedragen x € 1.000

Meerjarenoverzicht per aandeel

Bedrijfslasten Waardeveranderingen Totaal beleggingsresultaat *

**

Het rendement van Aandelenklasse P en de benchmark wordt getoond over de periode 30 november 2013 tot en met 31 december 2014. Het rendement van Aandelenklasse P en de benchmark over het kalenderjaar 2014 treft u aan tussen haakjes ( ), direct achter het rendement van de periode. Op moment van bepaling van de laatste intrinsieke waarde van Aandelenklasse P per 30 november 2013. Getoonde rendementen over 2013 betreffen de periode van 1 januari 2013 tot en met 30 november 2013.

14

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Toelichting op de kerncijfers Opgenomen periode en pro forma cijfers Per 30 november 2013 is ING Beleggingsfondsen Paraplu N.V. (“Verdwijnende Vennootschap”) (juridisch) gefuseerd met ING Paraplufonds 1 N.V. (“Verkrijgende Vennootschap”). ING Global Fund, Subfonds van ING Beleggingsfondsen Paraplu N.V. is hierbij opgegaan in ING Global Fund, Subfonds van ING Paraplufonds 1 N.V. De vergelijkende cijfers in het meerjarenoverzicht zijn pro forma en hebben betrekking op het Subfonds van ING Beleggingsfondsen Paraplu N.V. Per 7 april 2015 zijn de namen van het Subfonds en de Paraplu aangepast zoals aangegeven in de paragraaf ‘Wijziging structuur en namen’ in het Directieverslag. De onder 2014 vermelde cijfers hebben betrekking op 31 december respectievelijk op de periode 30 november 2013 tot en met 31 december 2014. De tussen haakjes opgenomen gegevens hebben betrekking op het kalenderjaar, te weten 1 januari 2014 tot en met 31 december 2014. De onder overige jaren vermelde cijfers hebben betrekking op 31 december respectievelijk de periode 1 januari tot en met 31 december van het betreffende jaar, tenzij anders vermeld.

Rendement van de Benchmark In de verslagperiode is de benchmark gewijzigd (zie Directieverslag). Het opgenomen rendement van de benchmark betreft een samengesteld rendement van de oude en nieuwe benchmark.

Transactieprijs De transactieprijs betreft de transactiekoers waartegen op de eerste beursdag van de volgende verslagperiode aanen verkopen in aandelen van Aandelenklasse P van het Subfonds zijn afgewikkeld. Deze transactieprijs is gebaseerd op de intrinsieke waarde van het aandeel met een vaste op- of afslag ter vergoeding van de aan- of verkoopkosten van de onderliggende ‘fysieke’ beleggingen.

Netto rendement Het netto rendement van Aandelenklasse P van het Subfonds is gebaseerd op de intrinsieke waarde per aandeel rekening houdend met (eventuele) dividenduitkeringen. Het relatief rendement betreft het verschil tussen het netto rendement van Aandelenklasse P van het Subfonds en het rendement van de benchmark.



15

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Aandelenklasse I Algemeen Aandelenklasse I is een aandelenklasse bestemd voor gekwalificeerde beleggers zoals gedefinieerd in de Wft dan wel een op enig moment daarvoor in de plaats tredend ander wettelijk begrip, waarvoor een eerste minimum inleg geldt van € 100.000, waarbij de ingelegde bedragen, waardedalingen daargelaten, nimmer minder dan gemeld bedrag zullen bedragen. De juridische naam van aandelen van Aandelenklasse I is gelijk aan de naam van het Subfonds met de toevoeging “ – I”, te weten: NN Global Fund - I. De commerciële naam van aandelen van Aandelenklasse I is NN Institutional Global Equity Fund.

Kopen en verkopen van aandelen Aandelen van Aandelenklassen I kunnen worden gekocht en verkocht door tussenkomst van een intermediair. De Transfer Agent, zijnde The Bank of New York Mellon SA/NV, is ervoor verantwoordelijk om de aanen verkoopopdrachten betreffende aandelen van de Aandelenklassen I zoals die bij haar zijn ingelegd in het orderboek, met inachtneming van de voorwaarden zoals vermeld in het Prospectus, te beoordelen en te accepteren. De ISIN-code van Aandelenklasse I is NL0010623278.

Kostenstructuur Managementvergoeding Aan Aandelenklasse I wordt een managementvergoeding in rekening gebracht van 0,41% per jaar, te herleiden naar een percentage op dagbasis dat wordt berekend over het totale vermogen van Aandelenklasse I aan het einde van iedere dag. Overige kosten Naast bovengenoemde managementvergoeding worden overige kosten ten laste van Aandelenklasse I gebracht. Deze overige kosten betreffen reguliere en/of doorlopende kosten alsmede incidentele, buitengewone kosten en betreffen onder andere de kosten van: de administratie, de verslaggeving, de bewaring van de activa, de accountant, het toezicht, het verrichten van betalingen, publicaties, vergaderingen van aandeelhouders, gerechtelijke procedures, zgn. fee sharing arrangementen in het kader van securities lending- en cash management activiteiten alsmede externe adviseurs en service providers zoals de Transfer Agent, een en ander voor zover deze kosten in rekening zijn gebracht ten laste van de Aandelenklassen. Voor zover deze kosten direct toerekenbaar zijn, worden deze kosten rechtstreeks ten laste van de Aandelenklasse I van het Subfonds gebracht. Voor zover deze kosten niet direct toerekenbaar zijn, worden deze kosten via een verdeelsleutel ten laste van Aandelenklasse I gebracht.

16

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Kerncijfers – Aandelenklasse I Algemeen


€


2014*

2013

2012

2011

2010

289.544

279.483

233.473

1.938.156

2.613.771

3.087.090

3.354.071

3.257.542

29.958.193

37.084.455


€

93,79

83,33

71,67

64,70

70,48

Transactieprijs

€

93,65

-

-

-

-

Uitgekeerd dividend per aandeel** €

0,00 (2,77)

1,68

3,95

1,27

1,23


%

15,49 (16,42)

18,83

17,21

-6,46

20,55


%

16,78 (19,50)

21,20

14,05

-2,38

19,53

Relatief rendement

%

-1,29 (-3,08)

-2,37

3,16

-4,08

1,02


2014

2013

2012

2011

2010

Inkomsten

3.670

5.977

36.503

58.312

53.264

-909

-1.216

-5.539

-9.490

-9.365

Waardeveranderingen

38.672

38.855

215.176

-235.247

409.143


41.433

43.616

246.140

-186.425

453.042

Bedragen x € 1

2014

2013

2012

2011

2010

Inkomsten

1,13

1,81

2,05

1,71

1,53

Bedrijfslasten

-0,28

-0,37

-0,31

-0,28

-0,27

Waardeveranderingen

11,86

11,79

12,09

-6,90

11,73


12,71

13,23

13,83

-5,47

12,99


Bedrijfslasten


*

**

Het rendement van Aandelenklasse I en de benchmark wordt getoond over de periode 12 mei 2014 tot en met 31 december 2014. Het rendement van Aandelenklasse I en de benchmark over het kalenderjaar 2014 treft u aan tussen haakjes ( ), direct achter het rendement van de periode. Het opgenomen bedrag onder Uitgekeerd dividend per aandeel in 2014 betreft het dividend dat is uitgekeerd vóór activering van de aandelenklasse op 12 mei 2014.

17

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Toelichting op de kerncijfers Opgenomen periode en pro forma cijfers Op 12 mei 2014 zijn de participaties in ING Institutioneel Global Equity Fonds omgezet in aandelen in Aandelenklasse-I van ING Global Fund (per 7 april 2015 gewijzigd in NN Global Fund). Met ingang van 12 mei 2014 is Aandelenklasse-I hiermee actief. De vergelijkende cijfers in het meerjarenoverzicht zijn pro forma en hebben betrekking op ING Institutioneel Global Equity Fonds. De onder 2014 vermelde cijfers hebben betrekking op 31 december respectievelijk op de periode 12 mei 2014 tot en met 31 december 2014. De tussen haakjes opgenomen gegevens hebben betrekking op het kalenderjaar, te weten 1 januari 2014 tot en met 31 december 2014. De onder overige jaren vermelde cijfers hebben betrekking op 31 december respectievelijk de periode 1 januari tot en met 31 december van het betreffende jaar, tenzij anders vermeld.

Transactieprijs De transactieprijs betreft de transactiekoers waartegen op de eerste beursdag van de volgende verslagperiode aanen verkopen in aandelen van Aandelenklasse I van het Subfonds zijn afgewikkeld. Deze transactieprijs is gebaseerd op de intrinsieke waarde van het aandeel met een vaste op- of afslag ter vergoeding van de aan- of verkoopkosten van de onderliggende ‘fysieke’ beleggingen. Het pro forma opgenomen fonds had geen transactieprijs.

Netto rendement Het netto rendement van Aandelenklasse I van het Subfonds is gebaseerd op de intrinsieke waarde per aandeel rekening houdend met (eventuele) dividenduitkeringen. Het relatief rendement betreft het verschil tussen het netto rendement van Aandelenklasse I van het Subfonds en het rendement van de benchmark.



18

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Aandelenklasse G Algemeen Aandelenklasse G is een aandelenklasse bestemd voor verzekeraars dan wel premiepensioeninstellingen ten behoeve van vermogensopbouw in het kader van pensioenovereenkomsten op grond van de Pensioenwet. De juridische naam van aandelen van Aandelenklasse G is gelijk aan de naam van het Subfonds met de toevoeging “ – G”, te weten: NN Global Fund - G. De commerciële naam van aandelen van Aandelenklasse G is Internationale Aandelen Fonds.

Kopen en verkopen van aandelen Aandelen van Aandelenklassen G kunnen worden gekocht en verkocht door tussenkomst van een intermediair. De Transfer Agent, zijnde The Bank of New York Mellon SA/NV, is ervoor verantwoordelijk om de aanen verkoopopdrachten betreffende aandelen van de Aandelenklassen G zoals die bij haar zijn ingelegd in het orderboek, met inachtneming van de voorwaarden zoals vermeld in het prospectus, te beoordelen en te accepteren. De ISIN-code van Aandelenklasse G is NL0010623286.

Kostenstructuur Managementvergoeding Aan Aandelenklasse G wordt een managementvergoeding in rekening gebracht van 0,55% per jaar, te herleiden naar een percentage op dagbasis dat wordt berekend over het totale vermogen van Aandelenklasse G aan het einde van iedere dag. Overige kosten Naast bovengenoemde managementvergoeding worden overige kosten ten laste van Aandelenklasse G gebracht. Deze overige kosten betreffen reguliere en/of doorlopende kosten alsmede incidentele, buitengewone kosten en betreffen onder andere de kosten van: de administratie, de verslaggeving, de bewaring van de activa, de accountant, het toezicht, het verrichten van betalingen, publicaties, vergaderingen van aandeelhouders, gerechtelijke procedures, zgn. fee sharing arrangementen in het kader van securities lending- en cash management activiteiten alsmede externe adviseurs en service providers zoals de Transfer Agent, een en ander voor zover deze kosten in rekening zijn gebracht ten laste van de Aandelenklassen. Voor zover deze kosten direct toerekenbaar zijn, worden deze kosten rechtstreeks ten laste van de Aandelenklasse G van het Subfonds gebracht. Voor zover deze kosten niet direct toerekenbaar zijn, worden deze kosten via een verdeelsleutel ten laste van Aandelenklasse G gebracht.

19

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Kerncijfers – Aandelenklasse G Algemeen


€


2014*

2013

2012

2011

2010

182.602

181.183

177.696

195.048

251.455

1.534.946

1.770.644

2.060.019

2.634.021

3.163.862


€

118,96

102,33

86,26

74,05

79,48

Transactieprijs

€

118,78

-

-

-

-


€

-

-

-

-

-


%

15,39 (16,26)

18,63

16,49

-6,83

20,14


%

16,78 (19,50)

21,20

14,05

-2,38

19,53

Relatief rendement

%

-1,39 (-3,24)

-2,57

2,44

-4,45

0,61


2014

2013

2012

2011

2010

Inkomsten

2.301

4.177

4.903

5.209

5.160

-731

-1.034

-1.083

-1.251

-1.336

Waardeveranderingen

24.708

27.641

25.198

-21.344

40.393


26.278

30.784

29.018

-17.386

44.217

Bedragen x € 1

2014

2013

2012

2011

2010

Inkomsten

1,43

2,21

2,16

1,60

1,55

Bedrijfslasten

-0,45

-0,55

-0,48

-0,43

-0,40

Waardeveranderingen

15,34

14,64

11,11

-7,10

12,14


16,32

16,30

12,79

-5,93

13,29


Bedrijfslasten


*

Het rendement van Aandelenklasse G en de benchmark wordt getoond over de periode 12 mei 2014 tot en met 31 december 2014. Het rendement van Aandelenklasse G en de benchmark over het kalenderjaar 2014 treft u aan tussen haakjes ( ), direct achter het rendement van de periode.

20

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Toelichting op de kerncijfers Opgenomen periode en pro forma cijfers Op 12 mei 2014 zijn de participaties in Internationale Aandelenfonds omgezet in aandelen in Aandelenklasse-G van ING Global Fund (per 7 april 2015 gewijzigd in NN Global Fund). Met ingang van 12 mei 2014 is Aandelenklasse-G hiermee actief. De vergelijkende cijfers in het meerjarenoverzicht zijn pro forma en hebben betrekking op Internationale Aandelenfonds. De onder 2014 vermelde cijfers hebben betrekking op 31 december respectievelijk op de periode 12 mei 2014 tot en met 31 december 2014. De tussen haakjes opgenomen gegevens hebben betrekking op het kalenderjaar, te weten 1 januari 2014 tot en met 31 december 2014. De onder overige jaren vermelde cijfers hebben betrekking op 31 december respectievelijk de periode 1 januari tot en met 31 december van het betreffende jaar, tenzij anders vermeld.

Transactieprijs De transactieprijs betreft de transactiekoers waartegen op de eerste beursdag van de volgende verslagperiode aanen verkopen in aandelen van Aandelenklasse G van het Subfonds zijn afgewikkeld. Deze transactieprijs is gebaseerd op de intrinsieke waarde van het aandeel met een vaste op- of afslag ter vergoeding van de aan- of verkoopkosten van de onderliggende ‘fysieke’ beleggingen. Het pro forma opgenomen fonds had geen transactieprijs.

Netto rendement Het netto rendement van Aandelenklasse G van het Subfonds is gebaseerd op de intrinsieke waarde per aandeel rekening houdend met (eventuele) dividenduitkeringen. Het relatief rendement betreft het verschil tussen het netto rendement van Aandelenklasse G van het Subfonds en het rendement van de benchmark.



21

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Aandelenklasse Z Algemeen Aandelenklasse Z is een aandelenklasse bestemd voor andere door de beheerder beheerde beleggingsinstellingen dan wel professionele beleggers die (op andere wijze) een vergoeding betalen aan de beheerder zelf of aan een aan de beheerder gelieerde partij voor het beheer van hun vermogen. De juridische en commerciële naam van aandelen van Aandelenklasse Z is gelijk aan de naam van het Subfonds met de toevoeging “ – Z”, te weten: NN Global Fund - Z.

Kopen en verkopen van aandelen Aandelen van Aandelenklassen Z kunnen worden gekocht en verkocht door tussenkomst van een intermediair. De Transfer Agent, zijnde The Bank of New York Mellon SA/NV, is ervoor verantwoordelijk om de aanen verkoopopdrachten betreffende aandelen van de Aandelenklassen Z zoals die bij haar zijn ingelegd in het orderboek, met inachtneming van de voorwaarden zoals vermeld in het prospectus, te beoordelen en te accepteren. De ISIN-code van Aandelenklasse Z is NL0010623294.

Kostenstructuur Overige kosten Er worden ten laste van Aandelenklasse Z overige kosten in rekening gebracht. Deze overige kosten betreffen reguliere en/of doorlopende kosten alsmede incidentele, buitengewone kosten en betreffen onder andere de kosten van: de administratie, de verslaggeving, de bewaring van de activa, de accountant, het toezicht, het verrichten van betalingen, publicaties, vergaderingen van aandeelhouders, gerechtelijke procedures, zgn. fee sharing arrangementen in het kader van securities lending- en cash management activiteiten alsmede externe adviseurs en service providers zoals de Transfer Agent, een en ander voor zover deze kosten in rekening zijn gebracht ten laste van de Aandelenklassen. Voor zover deze kosten direct toerekenbaar zijn, worden deze kosten rechtstreeks ten laste van de Aandelenklasse Z van het Subfonds gebracht. Voor zover deze kosten niet direct toerekenbaar zijn, worden deze kosten via een verdeelsleutel ten laste van Aandelenklasse Z gebracht.

22

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Kerncijfers – Aandelenklasse Z Algemeen


€


2014*

2013

2012

2011

2010

241.412

3.986.276

4.051.709

5.322.611

6.684.277

17.217.722 332.387.378 402.890.801 619.898.067 729.302.834


€

14,02

11,99

10,06

8,59

9,17

Transactieprijs

€

14,00

-

-

-

-


€

-

-

-

-

-


%

15,81 (16,91)

19,25

17,12

-6,32

20,82


%

16,78 (19,50)

21,20

14,05

-2,38

19,53

Relatief rendement

%

-0,97 (-2,59)

-1,95

3,07

-3,94

1,29


2014

2013

2012

2011

2010

Inkomsten

3.030

88.565

130.819

136.801

126.848

-118

-1.746

-2.178

-1.221

-561

Waardeveranderingen

32.465

591.942

682.638

-566.833

1.035.359


35.377

678.761

811.279

-431.253

1.161.646

Bedragen x € 1

2014

2013

2012

2011

2010

Inkomsten

0,17

0,26

0,26

0,20

0,18

-0,01

-0,01

0,00

0,00

0,00

Waardeveranderingen

1,80

1,72

1,34

-0,85

1,43


1,96

1,97

1,60

-0,65

1,61


Bedrijfslasten


Bedrijfslasten

*

Het rendement van Aandelenklasse Z en de benchmark wordt getoond over de periode 12 mei 2014 tot en met 31 december 2014. Het rendement van Aandelenklasse Z en de benchmark over het kalenderjaar 2014 treft u aan tussen haakjes ( ), direct achter het rendement van de periode.

23

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Toelichting op de kerncijfers Opgenomen periode en pro forma cijfers Op 12 mei 2014 zijn de participaties in ING Global Equity Basis Fonds omgezet in aandelen in Aandelenklasse-Z van ING Global Fund (per 7 april 2015 gewijzigd in NN Global Fund). Met ingang van 12 mei 2014 is Aandelenklasse-Z hiermee actief. De vergelijkende cijfers in het meerjarenoverzicht die zijn gebruikt zijn pro forma en hebben betrekking op ING Global Equity Basis Fonds. In het vermogen van ING Global Equity Basis Fonds waren ook de belangen van de beleggingen opgenomen welke bij omzetting naar de nieuwe structuur niet zijn omgezet in Aandelenklasse-Z. Hierdoor zijn voor de stand van het eigen vermogen de vergelijkende cijfers van 2013 en eerder niet geheel vergelijkbaar met de stand per 31 december 2014. De onder 2014 vermelde cijfers hebben betrekking op 31 december respectievelijk op de periode 12 mei 2014 tot en met 31 december 2014. De tussen haakjes opgenomen gegevens hebben betrekking op het kalenderjaar, te weten 1 januari 2014 tot en met 31 december 2014. De onder overige jaren vermelde cijfers hebben betrekking op 31 december respectievelijk de periode 1 januari tot en met 31 december van het betreffende jaar, tenzij anders vermeld.

Transactieprijs De transactieprijs betreft de transactiekoers waartegen op de eerste beursdag van de volgende verslagperiode aanen verkopen in aandelen van Aandelenklasse Z van het Subfonds zijn afgewikkeld. Deze transactieprijs is gebaseerd op de intrinsieke waarde van het aandeel met een vaste op- of afslag ter vergoeding van de aan- of verkoopkosten van de onderliggende ‘fysieke’ beleggingen. Het pro forma opgenomen fonds had geen transactieprijs.

Netto rendement Het netto rendement van Aandelenklasse Z van het Subfonds is gebaseerd op de intrinsieke waarde per aandeel rekening houdend met (eventuele) dividenduitkeringen. Het relatief rendement betreft het verschil tussen het netto rendement van Aandelenklasse Z van het Subfonds en het rendement van de benchmark.



24

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Directieverslag Wijziging structuur en namen NN Group NN Group N.V. is een internationale verzekeraar én vermogensbeheerder, actief in meer dan 18 landen. Sinds 2 juli 2014 is NN Group N.V. een beursgenoteerde onderneming, genoteerd aan Euronext Amsterdam. ING Groep N.V. had in 2014 een meerderheidsbelang in NN Group N.V. ING wil meer dan 50% van haar aandelen in NN Group voor 31 december 2015 afstoten en de resterende aandelen voor 31 december 2016. Deze doelstelling komt overeen met het tijdpad dat ING is overeengekomen met de Europese Commissie. NN Investment Partners NN Investment Partners is de vermogensbeheerder van NN Group N.V. Met de verzelfstandiging van NN Group is NN Investment Partners de nieuwe naam van ING IM International. Namen in het jaarverslag 2014 Als gevolg van de hierboven aangegeven wijzigingen zijn de namen van de juridische entiteiten en fondsnamen per 7 april 2015 gewijzigd. In het jaarverslag 2014 zijn de namen zoals deze met ingang van 7 april 2015 gelden opgenomen. Per 7 april 2015 hebben de volgende naamswijzigingen plaatsgevonden: Naam tot en met 6 april 2015


ING Global Fund

NN Global Fund

ING Paraplufonds 1 N.V.








www.ingim.nl

www.nnip.nl

Genoemde structuur- en naamswijziging heeft geen invloed op het beleggingsbeleid van het Subfonds.

25

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Herstructurering ING beleggingsfondsen Algemeen Op Europees niveau zijn nieuwe regels geïntroduceerd voor beleggingsfondsen, waardoor het nationale toezichtregime is verdwenen en is vervangen door één van de twee Europese toezichtregimes, te weten UCITSregime en AIFMD- regime. In Nederland zijn beide toezichtregimes geïmplementeerd in de Wet op het financieel toezicht. NN Paraplufonds 1 N.V. is per 9 juli 2014 omgevormd naar een beleggingsfonds waarop het UCITS-regime van toepassing is. UCITS staat voor ‘Undertakings for Collective Investment in Transferable Securities’ (in het Nederlands: ‘icbe’ dat staat voor ‘instelling voor collectieve belegging in effecten’). Deze omvorming naar UCITS heeft in meerdere stappen plaatsgevonden. De belangrijkste stappen voor (de Subfondsen van) NN Paraplufonds 1 N.V. zijn:

Oprichting NN paraplufonds 1 N.V. NN Paraplufonds 1 N.V. is op 26 september 2013 opgericht. De verslagperiode van NN Paraplufonds 1 N.V. loopt van 26 september 2013 (oprichtingsdatum) tot en met 31 december 2014.

Fusie Per 30 november 2013 is ING Beleggingsfondsen Paraplu N.V. (“Verdwijnende Vennootschap”) (juridisch) gefuseerd met ING Paraplufonds 1 N.V. (“Verkrijgende Vennootschap”). Bij deze Fusie heeft de Verkrijgende Vennootschap het gehele vermogen van de Verdwijnende Vennootschap verkregen onder algemene titel en is de Verdwijnende Vennootschap opgehouden te bestaan. ING Global Fund, Subfonds van ING Beleggingsfondsen Paraplu N.V. is hierbij opgegaan in ING Global Fund, Subfonds van ING Paraplufonds 1 N.V. Bij deze Fusie zijn aandelen, elk nominaal groot € 0,20 in het kapitaal van de Verkrijgende Vennootschap toegekend aan de aandeelhouders van de Verdwijnende Vennootschap. De ruilverhouding van de aandelen bij deze fusie is zodanig dat voor één aandeel van de Verdwijnende Vennootschap één aandeel in de Verkrijgende Vennootschap is toegekend. Deze ruilverhouding is reëel aangezien de aandeelhouders van de Verdwijnende Vennootschap na de Fusie tot exact dezelfde onderliggende waarden economisch gerechtigd zijn. Per 7 april 2015 zijn de namen van het Subfonds en de Paraplu aangepast zoals aangegeven in de paragraaf ‘Wijziging structuur en namen’ in het Directieverslag.

Inbreng Fondsen voor Gemene rekening (“FGR Fondsen”) Diverse klantgroepen belegden niet in de paraplufondsen, maar via een fonds voor gemene rekening (FGR). Een FGR heeft geen rechtspersoonlijkheid, zulks in tegenstelling tot een beleggingsmaatschappij met veranderlijk kapitaal. Een fonds voor gemene rekening kent naast een beheerder en participanten (beleggers) ook een bewaarder. In verband met de invoering van de genoemde Europese toezichtregimes heeft de Beheerder besloten om verschillende door hem beheerde beleggingsfondsen samen te voegen waardoor een grotere mate van efficiency kan worden bereikt ten opzichte van het zelfstandig laten voortbestaan van die beleggingsfondsen.

26

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

In verband hiermee zijn op 12 mei 2014 de participaties in FGR fondsen omgezet in aandelen in een aandelenklasse van een Subfonds. Hierbij zijn de FGR-fondsen geliquideerd gevolgd door een uitkering in natura aan de participanten van de FGR in de vorm van aandelen in de aandelenklasse die bestemd is voor de betreffende klantgroep. De betreffende aandelenklasse is daarmee vanaf 12 mei 2014 actief. Voor NN Global Fund betreft het de volgende omzetting:   

Participaties in ING Institutioneel Global Equity Fonds zijn omgezet in aandelen van Aandelenklasse-I Participaties in Internationale Aandelenfonds zijn omgezet in aandelen van Aandelenklasse-G Participaties in ING Global Equity Basis Fonds zijn omgezet in aandelen van Aandelenklasse-Z

Participatie in ING Basis Fondsen Voor de herstructurering participeerde NN Global Fund in ING Global Equity Basis Fonds. In het ING Global Equity Basis Fonds vonden de feitelijke beleggingen plaats in de zin van aanen verkopen van (beursgenoteerde) effecten/financiële instrumenten. In de verslagperiode zijn, in verband met de UCITS-omvorming, de beleggingen en financiële rechten en verplichtingen van ING Global Equity Basis Fonds overgegaan naar het NN Global Fund.

Fiscale gevolgen NN Paraplufonds 1 N.V. heeft de status van fiscale beleggingsinstelling zoals bedoeld in artikel 28 van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969. Dit betekent dat NN Paraplufonds 1 N.V. onderworpen is aan een vennootschapsbelastingtarief van 0%. Aan de status van fiscale beleggingsinstelling zijn enkele voorwaarden verbonden. Een van deze voorwaarden is dat de voor uitdeling beschikbare winst binnen acht maanden na het einde van het boekjaar aan de aandeelhouders wordt uitgekeerd. ING Beleggingsfondsen Paraplu N.V. is als verdwijnende rechtspersoon bij de fusie opgehouden te bestaan. Om de status van fiscale beleggingsinstelling tot de fusiedatum te behouden dient de voor uitdeling beschikbare winst van ING Beleggingsfondsen Paraplu N.V. aan de aandeelhouders te worden uitgekeerd. Onder voorwaarden kan deze verplichting worden doorgeschoven naar de verkrijgende rechtspersoon, NN Paraplufonds 1 N.V. Deze rechtspersoon treedt dan met betrekking tot al hetgeen in het kader van de fusie is verkregen in de plaats van ING Beleggingsfondsen Paraplu N.V. Dit betekent ook dat de aanwezige afrondingsreserve niet hoeft te worden uitgekeerd en samen met de herbeleggingsreserve wordt doorgeschoven naar NN Paraplufonds 1 N.V. Uitkering van de voor uitdeling beschikbare winst van NN Global Fund tot fusiedatum heeft in maart 2014 plaatsgevonden zoals vermeld in de Overige gegevens onder ‘Voorgestelde resultaatbestemming’.

27

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Algemene financieel economische ontwikkelingen in 2014 































28

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

leenbehoefte van de Amerikaanse overheid en een structureel grote vraag. De lagere rente in Duitsland had te maken met de lage inflatie en zwakke economische activiteit in de eurozone, het vooruitzicht van nieuwe monetaire acties van de ECB om de groei te stimuleren en de zoektocht naar veilige havens in een omgeving die wordt gekenmerkt door geopolitieke onzekerheid. 


29

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Fondsspecifieke ontwikkelingen in 2014 Marktontwikkelingen 2014 was wederom een uitstekend jaar voor wereldwijde aandelen. De aantrekkende economische groei (vooral in de VS), de voortgaande stimulering door centrale banken in Europa en Japan en een significante verzwakking van de euro versus de Amerikaanse dollar zorgden voor een sterk resultaat in euro’s. De volatiliteit op de aandelenmarkten nam wel toe door de onrust in Oekraïne en het Midden-Oosten, onzekerheid over de timing van de afbouw van monetaire verruiming in de VS en de sterke daling van de olieprijs. De VS behaalde in 2014 het hoogste rendement, terwijl Europa achterbleef bij de andere regio’s. Door de grote daling van de olieprijs waren energieaandelen de grote verliezers op de beurs, terwijl farmacieaandelen de beste resultaten lieten zien.

Gevoerd beleggingsbeleid De verantwoording over het gevoerde beleggingsbeleid is gebaseerd op de brutoperformance van het Subfonds over het kalenderjaar (1 januari tot en met 31 december 2014). Dit is de performance van het Subfonds zoals is opgenomen in de paragraaf ‘kerncijfers’, exclusief de kosten voor het beheer van het Subfonds. In de sterk opgaande aandelenmarkt van 2014 bleef het fonds achter bij de benchmark door een negatief resultaat van de aandelenselectie. De allocatie naar sectoren was gunstig voor het relatieve rendement, met dank aan een onderweging van de onder druk staande energiesector (+0,7%) en een overwogen positie in de technologiesector (+32,2%). Het meest nadelig was de aandelenselectie in de financiële sector. Het Japanse Sumitomo Mitsui (-17%) daalde doordat kredietexpansie uitbleef en de rentemarges onder druk bleven staan. Daarnaast daalde het Russische bankaandeel Sberbank (-62%) sterk vanwege de internationale sancties tegen Rusland. Het niet beleggen in Apple (+59%) pakte nadelig uit, omdat beleggers enthousiast reageerden op het nieuws over de iPhone 6 en iWatch. De selectie in de farmaciesector was positief dankzij goede resultaten van de Amerikaanse bedrijven Mylan (+48%), Celgene (+51%) en UnitedHealth Group (+55%). Gedurende het jaar breidden we onder meer de posities in de goed presterende biotechsector uit en kochten we aandelen in American Airlines en Delta Airlines. Luchtvaartmaatschappijen in de VS profiteren van de aantrekkende Amerikaanse economie en de lage olieprijs. Verder hebben we onze posities in de energiesector en in financiële bedrijven in opkomende landen verkleind vanwege het verslechterende sentiment.

Gebruik derivaten in de verslagperiode Het Subfonds maakte in het kalenderjaar geen gebruik van derivaten.

Vooruitzichten We blijven gematigd positief over de vooruitzichten voor aandelen. Positieve factoren zijn de aantrekkende economie in de VS, de voortdurende monetaire stimulering van centrale banken in Europa en Japan en de lagere grondstoffenprijzen, die voor de meeste bedrijven en consumenten gunstig zijn. Verder zijn de balansen van bedrijven gezond. Daarnaast blijven de aandelenwaarderingen aantrekkelijk ten opzichte van veel andere beleggingscategorieën. We verwachten wel dat de volatiliteit op de markten hoger zal blijven door speculaties over de acties van centrale banken, sterkere valutaschommelingen en de nog steeds aanwezige onrust in het MiddenOosten en Oekraïne.

30

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Overige aspecten Introductie rebate vrije ING beleggingsfondsen Met ingang van 1 januari 2014 is de vergoeding aan derden bij Aandelenklasse P welke uit de managementvergoeding werd doorgegeven voor door hen verrichte distributie-inspanningen afgeschaft. Dit betekent dat de managementvergoeding voor deze aandelenklasse is verlaagd van 1,20% naar 0,60%. Tevens is in het kader van transparantie naast de verlaging van de managementvergoeding een Vaste Overige Kostencomponent (VOK) geïntroduceerd van 0,10% per jaar, die dient ter vergoeding van de reguliere en/of doorlopende kosten.

Cash Management In het verslagjaar heeft het Subfonds gebruik gemaakt van de cash management diensten die door ING Asset Management B.V. werden aangeboden en door Liquidity Management Solutions B.V. (LMS) werden uitgevoerd. LMS was een zogenaamd special purpose vehicle op wiens naam de gelden werden aangehouden. LMS was speciaal door ING Asset Management B.V. opgericht in het kader van de cash management activiteiten van ING Asset Management B.V., had geen personeel, werd uitsluitend gebruikt als bewaarder van het door ING Asset Management B.V. op grond van haar cash management activiteiten beheerde vermogen en ontplooide geen andere activiteiten. LMS is op 31 december 2014 ontbonden. Vanaf het tweede kwartaal 2014 vindt cash management plaats door belegging in geldmarkt beleggingsfondsen en/of het aanhouden van deposito’s zoals in de toelichting op de jaarrekening is opgenomen.

Wijziging benchmark in Net benchmarks In de verslagperiode is de zgn. Total Return (TR) benchmark van Aandelenklasse P vervangen door zgn. Net benchmarks. Reden is dat met introductie van nieuwe aandelenklassen binnen een Subfonds voor alle aandelenklassen binnen één en hetzelfde Subfonds dezelfde benchmark zal worden gehanteerd. Een Net (netto) benchmark gaat uit van de koersontwikkeling van de in de betreffende index vertegenwoordigde aandelen en houdt rekening met de herbelegging van netto dividenden. Een Total Return benchmark neemt naast bedoelde koersontwikkeling de uitgekeerde bruto dividenden mee. In beide gevallen wordt ervan uitgegaan dat de dividenden worden herbelegd in de aandelen waarop de dividenden zijn uitgekeerd. Het beleggingsbeleid alsmede de wijze van uitvoering daarvan zijn als gevolg hiervan als zodanig niet gewijzigd.

Wijziging samenstelling directie NN Investment Partners B.V. Bij de oprichting van NN Paraplufonds 1 N.V. op 26 september 2013 bestond de directie van NN Investment Partners B.V. (“de directie”) uit de volgende leden: de heren D.A. Buggenhout, A.A.M. van den Heuvel, M.C.W. den Hollander en J.W.F. Stoter. In de verslagperiode is de samenstelling van de directie gewijzigd. Per 7 oktober 2013 is de heer M.C.W. den Hollander teruggetreden uit de directie, per dezelfde datum is de heer B.P.O. De Belder toegetreden tot de directie. Per 1 maart 2014 is de heer A.A.M. van den Heuvel teruggetreden uit de directie. Na de verslagperiode, per 15 april 2015, heeft de volgende wijziging van de samenstelling van de directie plaatsgevonden, De heren D.A. Buggenhout en B.P.O. De Belder zijn teruggetreden uit de directie, per dezelfde datum zijn de heren C.E.M. Beckers, M.C.W. den Hollander, M.O. Nijkamp, B.G.J. van Overbeek, G.A. Roelofs en M.C. Vink toegetreden tot de directie.

31

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Risico’s bij het deelnemen in beleggingsfondsen Risicoprofiel Beleggen impliceert het aangaan van transacties in financiële instrumenten. Aan het beleggen in het onderhavige Subfonds en derhalve aan het gebruik van financiële instrumenten zijn zowel financiële kansen als ook financiële risico’s verbonden. De waarde van de beleggingen kan zowel stijgen als dalen en aandeelhouders van het Subfonds kunnen mogelijk minder terugkrijgen dan zij hebben ingelegd. Een spreiding van de beleggingen zal naar verwachting een dempend effect op deze risico's kunnen hebben. Het huidige risicoprofiel van het Subfonds wordt nader toegelicht in het prospectus. Het beheersen van risico’s die met beleggen zijn verbonden moet altijd in samenhang worden gezien met de kansen, zoals die tot uitdrukking komen in het rendement. Risicomanagement is daarom niet zozeer het zoveel mogelijk inperken van risico’s als wel het streven naar een optimale verhouding tussen rendement en risico binnen acceptabele limieten.


Belangrijkste risico’s bij transacties in financiële instrumenten Onderstaande opsomming bevat een aantal van de belangrijkste risico’s die zich voordoen bij daadwerkelijke transacties in financiële instrumenten. De belangrijkste risicocategorieën, verbonden met transacties in financiële instrumenten, zijn: Prijsrisico’s  Marktrisico Het risico dat de waarde van een financieel instrument kan fluctueren als gevolg van verandering in de marktprijs, ten gevolge van factoren die van toepassing zijn op een individueel instrument dan wel voor een verzameling van instrumenten. Het risico varieert met de volatiliteit van de beleggingen. 





Concentratierisico Het beleggen op basis van een bepaald geografisch gebied, specifieke sectoren, thema's of producten kan tot een concentratie van beleggingen in deze bepaalde geografische gebieden, specifieke sectoren, thema's of producten leiden. Het Subfonds zal daardoor met name gevoelig zijn voor ontwikkelingen in deze bepaalde geografische gebieden, specifieke sectoren, thema's of producten.

32

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Liquiditeitsrisico Liquiditeitsrisico's kunnen ontstaan wanneer een bepaalde onderliggende belegging moeilijk te verkopen is. Doordat het Subfonds in incourante effecten kan beleggen, bestaat het risico dat het Subfonds niet de mogelijkheid heeft om financiële middelen vrij te krijgen die nodig kunnen zijn om aan bepaalde verplichtingen te voldoen. Kasstroomrisico Het risico dat toekomstige kasstromen verbonden aan een financieel instrument zullen fluctueren in omvang. Afwikkelingsrisico Het Subfonds is gevoelig voor het risico dat een afwikkeling via een betalingssysteem niet plaatsvindt zoals verwacht, omdat de betaling of levering van de financiële instrumenten door een tegenpartij niet, niet op tijd of niet zoals verwacht plaatsvindt. Bewaarnemingrisico Het Subfonds loopt het risico van verlies van in bewaring gegeven activa (bewaarnemingsrisico) als gevolg van insolvabiliteit, nalatigheid of frauduleuze handelingen van de (onder)bewaarnemer van die activa. Uitlenen van effecten Het Fonds loopt het risico dat de wederpartij de uitgeleende of verkochte effecten niet terug kan leveren. Het Fonds probeert dit risico te beheersen door onderpand te krijgen van de wederpartijen. Het Fonds loopt verder het risico dat de wederpartij geen aanvullend onderpand kan geven, als dit bijvoorbeeld door marktomstandigheden nodig is. Als het Fonds onvoldoende onderpand heeft, loopt het Fonds risico op zijn wederpartij. Het onderpand kan dan minder waard zijn dan de uitgeleende effecten. Als het Fonds dan het onderpand verkoopt en de wederpartij het verschil tussen de waarde van het onderpand en de uitgeleende effecten niet kan bijbetalen, leidt het Fonds een verlies. Dit leidt er dan toe dat het Fonds minder winst of zelfs verlies maakt. Naast bovenstaande opsomming kunnen zich ook risico’s voordoen die niet specifiek met het gebruik van financiële instrumenten samenhangen. Het betreft: Wijziging in financiële en fiscale wetgeving Doordat financiële en fiscale wetgeving aan verandering onderhevig zijn, kan een omstandigheid ten tijde van toetreding ten nadele wijzigen. Risico verhandelbaarheid In uitzonderlijke situaties kan sprake zijn van verminderde verhandelbaarheid van de rechten van deelneming in het Subfonds. Dit kan zich voordoen indien binnen een kort tijdsbestek relatief omvangrijke uittreding uit het Subfonds plaatsvindt waardoor er onvoldoende mogelijkheid is, ingegeven door marktomstandigheden, om beleggingen om te zetten in liquide middelen. Dit risico is nauw verwant aan het liquiditeitsrisico. Operationeel risico Het risico dat schade ontstaat als gevolg van tekortschietende interne processen en systemen, menselijke onvoorziene fouten of externe gebeurtenissen. Een uitgebreide beschrijving van de risico’s kunt u nalezen in het Prospectus en het Supplement.

33

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Inzicht in risico’s Het jaarverslag heeft onder meer als functie om inzicht te verschaffen in risico’s die zich ultimo verslagperiode voordoen. Dit inzicht wordt als volgt verkregen:  







In de toelichting op de balans worden de specifieke risico’s ten aanzien van het gebruik van financiële instrumenten weergegeven. Het opgenomen overzicht Samenstelling van de beleggingen biedt informatie inzake de mate van spreiding van beleggingen op het gebied van zowel regio en valuta als per individuele naam, alsmede inzake rentepercentage en resterende looptijd per belegging in geval van vastrentende beleggingen en geeft daarmede onder meer een indicatie van prijsrisico’s. Terzake van afgeleide financiële instrumenten zijn, voor zover deze instrumenten onderdeel van de portefeuille op verslagmoment uitmaken, overzichten en specificaties opgenomen waarin relevante informatie is weergegeven. Het overzicht Valutapositie dat is opgenomen in de Toelichting op de balans geeft inzicht in de mate waarin de activa en passiva van het Subfonds in euro dan wel in andere valuta luiden, met inbegrip van de afgeleide financiële instrumenten, zoals valutatermijncontracten, die daaraan mede sturing geven. Indien het Subfonds effecten uitleent wordt in de Toelichting op zowel de Balans als de W&V nadere informatie verstrekt waarmee inzicht wordt verkregen in de specifieke risico’s en de beheersing van die risico’s.

Risicobeheer NN Investment Partners B.V., de beheerder van het Subfonds, bewaakt met behulp van een systeem van risicobeheersingsmaatregelen dat het Subfonds in het algemeen en de beleggingsportefeuille in het bijzonder voortdurend blijft voldoen aan de randvoorwaarden zoals die in het prospectus zijn vastgelegd, aan de wettelijke kaders en aan de meer fondsspecifieke interne uitvoeringsrichtlijnen. Dergelijke richtlijnen zijn onder meer gesteld ten aanzien van de mate van spreiding van de portefeuille, de kredietwaardigheid van debiteuren, de kwaliteit van marktpartijen waarmede zaken worden gedaan en de liquiditeit van de beleggingen. Zo zal een brede en goede spreiding van de beleggingen naar verwachting een dempend effect hebben op onderkende prijsrisico’s, terwijl selectie op kredietwaardigheidsniveau en limietbewaking de mogelijkheid scheppen om kredietrisico’s te beheersen. Liquiditeitsrisico’s kunnen worden beperkt door hoofdzakelijk in courante, beursgenoteerde effecten te beleggen. Het fonds kan door gebruik te maken van afgeleide financiële instrumenten prijsrisico’s zoals valuta- en renterisico’s afdekken of sturen. Tevens bieden deze instrumenten mogelijkheden tot efficiënt portefeuillebeheer bijvoorbeeld bij anticipatie op in- en uitstroom. Bij het gebruik van derivaten wordt ervoor zorg gedragen dat de market exposure van de portefeuille in lijn is met hetgeen bereikt zou kunnen worden zonder gebruik te maken van derivaten. Ter verduidelijking, dit betekent dat deze derivaten kunnen worden toegepast voor zowel het afdekken van risico's, efficiënt portefeuillebeheer als verhoging van het rendement. Hierbij kan ook sprake zijn van hefboomwerking, waardoor de gevoeligheid van het fonds voor marktbewegingen wordt vergroot. Daarnaast zullen derivaten zodanig worden gebruikt dat de portefeuille als geheel binnen de beleggingsrestricties blijft. De bedrijfsvoering van de beheerder, voor zover die van toepassing is op de activiteiten van de beleggingsinstelling, is mede gericht op het beheersen van operationele risico’s. In de paragraaf “Verklaring omtrent de bedrijfsvoering” wordt nader ingegaan op de inrichting van de bedrijfsvoering van de beheerder.

Hefboomfinanciering en Value-at-Risk In overeenstemming met de relevante ESMA Guidelines 10-788 gebruikt dit Subfonds de commitment methode voor het bepalen van de totale economische blootstelling.

Verklaring omtrent de bedrijfsvoering

34

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Algemeen Als beheerder van NN Global Fund is het, overeenkomstig artikel 121 van het Besluit gedragstoezicht financiële ondernemingen (Bgfo), onze verantwoordelijkheid te verklaren dat voor NN Global Fund wordt beschikt over een beschrijving van de inrichting van de bedrijfsvoering overeenkomstig de in de Wet op het financieel toezicht en de daaraan gerelateerde regelgeving gestelde eisen en dat deze bedrijfsvoering gedurende de verslagperiode van 26 september 2013 tot en met 31 december 2014 effectief en overeenkomstig de beschrijving heeft gefunctioneerd. Hieronder gaan wij in op de inrichting van de bedrijfsvoering van de beheerder voor zover gericht op de activiteiten van de beleggingsinstelling. De bedrijfsvoering is afgestemd op de omvang van de organisatie en in lijn met bij of krachtens de wet gestelde eisen. Een dergelijke structuur kan geen absolute zekerheid bieden dat zich nooit afwijkingen zullen voordoen, maar is ontworpen om een redelijke mate van zekerheid te verkrijgen over de effectiviteit van de interne beheersingsmaatregelen aangaande de risico's gerelateerd aan de activiteiten van de beleggingsinstelling. De beoordeling van het functioneren en de effectiviteit van de bedrijfsvoering behoort tot de verantwoordelijkheid van de beheerder. Ten aanzien van de opzet van de administratieve organisatie en interne controle (thans ‘bedrijfsvoering’ genoemd) heeft de beheerder het COSO Integrated Framework als uitgangspunt gekozen. Periodiek worden op systematische wijze de significante risico’s bepaald. Het bestaande stelsel van interne beheersingsmaatregelen mitigeert deze risico’s. De beschrijving van de bedrijfsvoering is geëvalueerd en is in lijn met bij of krachtens de wet gestelde eisen. Dit houdt in dat de significante risico’s en interne beheersingsmaatregelen ten aanzien van de relevante processen zijn beoordeeld en geactualiseerd. Aan de beoordeling van de effectiviteit en het functioneren van de bedrijfsvoering wordt in de praktijk op een aantal manieren invulling gegeven. Door middel van performance indicatoren, die zijn gebaseerd op de procesbeschrijvingen en de daarin opgenomen beheersingsmaatregelen, wordt het management periodiek geïnformeerd. Daarnaast is er een incidenten- en klachtenprocedure. In de verslagperiode is het effectieve functioneren van de bedrijfsvoering getest door middel van detailtesten van opzet, bestaan en werking ervan. Dit betreffen generieke testwerkzaamheden die procesmatig zijn uitgevoerd voor de verschillende beleggingsinstellingen waarvoor NN Investment Partners B.V. als beheerder optreedt. Op het niveau van de individuele beleggingsinstellingen kunnen de uitgevoerde testwerkzaamheden daarom verschillen. De testen worden uitgevoerd door de afdeling Operational Risk Management, in overleg met de externe accountant. Hieruit zijn in het kader van de rapportage in deze financiële verantwoording geen relevante bevindingen naar voren gekomen. Rapportage over de bedrijfsvoering Gedurende de verslagperiode hebben wij de verschillende aspecten van de inrichting van de bedrijfsvoering beoordeeld. Bij onze werkzaamheden hebben wij geen constateringen gedaan op grond waarvan zou moeten worden geconcludeerd dat de beschrijving van de opzet van de bedrijfsvoering als bedoeld in artikel 121 van het Bgfo niet voldoet aan de vereisten zoals opgenomen in het Bgfo en daaraan gerelateerde regelgeving. Ook is niet geconstateerd dat de maatregelen van interne controle niet effectief en overeenkomstig de beschrijving functioneren. Op grond van het bovenstaande verklaren wij als beheerder voor NN Global Fund te beschikken over een beschrijving van de bedrijfsvoering als bedoeld in artikel 121 van het Bgfo, die voldoet aan de eisen van het Bgfo en verklaren wij met een redelijke mate van zekerheid dat de bedrijfsvoering gedurende de verslagperiode effectief en overeenkomstig de beschrijving heeft gefunctioneerd. Voor het komende jaar verwachten wij geen significante wijzigingen in de opzet van de bedrijfsvoering.

35

NN Global Fund

Jaarverslag 2014


C.E.M. Beckers


M.O. Nijkamp

B.G.J. van Overbeek

G.A. Roelofs

J.W.F. Stoter

M.C. Vink

36

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Jaarrekening 2014 (Over de periode 26 september 2013 tot en met 31 december 2014)

37

NN Global Fund

Jaarverslag 2014


Referentie

31-12-2014

1

1.820.651

Beleggingen Aandelen

1.820.651 Vorderingen

2

Te vorderen dividend

2.158

Overige vorderingen

1.173 3.331

Overige activa

3

Liquide middelen

581

Cash Management

25.949 26.530

Kortlopende schulden

4

Schulden aan aandeelhouders

855

Overige schulden

1.103 1.958

Uitkomst van vorderingen en overige activa minus kortlopende schulden Uitkomst van activa minus passiva Eigen vermogen Geplaatst kapitaal Agioreserve

27.903 1.848.554

6 7.392 1.207.407

Overige reserves

370.333

Onverdeeld resultaat

263.422 1.848.554

38

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Winst-en-verliesrekening Over de periode 26 september 2013 tot en met 31 december 2014 Bedragen x € 1.000

Referentie

2014

BEDRIJFSOPBRENGSTEN Opbrengsten uit beleggingen

7

Dividend

17.644

Toegerekend direct beleggingsresultaat van ING Basis Fondsen

15.560

Uitleenvergoeding

75

Waardeveranderingen beleggingen Overige resultaten

240.044 8

Valutakoersverschillen op liquiditeiten

95

Resultaat Cash Management

5

Overige bedrijfsopbrengsten

30

Som der bedrijfsopbrengsten BEDRIJFSLASTEN Kosten Interest Som der bedrijfslasten Resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening

273.453 9 10.029 2 10.031 263.422

39

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Kasstroomoverzicht Over de periode 26 september 2013 tot en met 31 december 2014 Bedragen x € 1.000

2014

KASSTROOM UIT BELEGGINGSACTIVITEITEN Resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening

263.422

Correcties op resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening: Toegerekende directe resultaten ING Basis Fondsen Waardeverandering beleggingen

-15.560 -240.044

Valutakoersverschillen op liquiditeiten

-95

Toegerekende kosten ING Basis Fondsen

252 7.975


-1.964.318


282.063

Mutatie vorderingen*

113.625

Mutatie Cash Management

-25.949

Mutatie kortlopende schulden Totale kasstroom uit beleggingsactiviteiten

1.103 -1.585.501

KASSTROOM UIT FINANCIERINGSACTIVITEITEN Uitgifte van aandelen

1.833.832

Inkoop van aandelen

-231.921

Op- en afslagvergoeding Uitgekeerd dividend Mutatie kortlopende schulden Totale kasstroom uit financieringsactiviteiten NETTO KASSTROOM Valutakoersverschillen op liquiditeiten Mutatie liquide middelen Stand liquide middelen begin verslagperiode Stand liquide middelen ultimo verslagperiode *

370 -17.149 855 1.585.987 486 95 581 581


40

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Toelichting Algemeen De jaarrekening is opgesteld overeenkomstig de door de wetgever opgestelde modellen ten behoeve van de jaarrekening voor beleggingsinstellingen en is in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 BW en de Wet op het financieel toezicht. Op onderdelen zijn in de jaarrekening bewoordingen gehanteerd die afwijken van die modellen, omdat deze beter de inhoud van de post weergeven. Alle bedragen zijn opgenomen in duizenden euro’s tenzij anders vermeld. NN Paraplufonds 1 N.V. is 26 september 2013 opgericht. De verslagperiode van het Subfonds loopt van 26 september 2013 (oprichtingsdatum) tot en met 31 december 2014. De aandelenklassen binnen het Subfonds zijn op de volgende data gestart:  

Aandelenklasse P: 30 november 2013 Aandelenklasse I, G en Z: 12 mei 2014

Samenvoeging beleggingen ING Basis Fondsen In de verslagperiode zijn de beleggingen en financiële rechten en verplichtingen vanuit de ING Basis Fondsen overgegaan naar het Subfonds. In de verloopoverzichten van de beleggingen is dit verwerkt in de regel ‘Inbreng vanuit samenvoeging’ respectievelijk ‘Uittreding uit hoofde van samenvoeging’.

Securities lending Het Fonds maakt gebruik van securities lending technieken om extra inkomsten voor het Fonds te genereren. Securities lending is het uitlenen van effecten van het Subfonds. Het Subfonds leent dan de effecten uit aan een wederpartij. Deze wederpartij dient dezelfde effecten in de toekomst weer (terug) te leveren aan het Fonds. Om de effecten van het Subfonds te mogen lenen, betaalt de wederpartij een vergoeding aan het Subfonds. Deze vergoeding is extra opbrengst die het Subfonds ten goede komt. Het Subfonds beperkt het risico door aan de wederpartij onderpand te vragen. Dit onderpand kan bestaan uit geld en/of effecten. Met de securities lending activiteiten genereert het Subfonds extra opbrengsten. Het grootste deel van deze opbrengsten komt ten goede aan het Subfonds. Een deel van de opbrengsten wordt gebruikt om de kosten van de securities lending activiteiten te dekken. De verdeling is als volgt:    

85% van alle opbrengsten van securities lending activiteiten gaan naar het Subfonds; Goldman Sachs International Bank is de zgn. securities lending agent. De vergoeding voor Goldman Sachs International Bank bedraagt 8% van de opbrengsten. De beheerder assisteert Goldman Sachs International Bank bij het aangaan van de securities lending transacties. De vergoeding voor de beheerder bedraagt 4% van de opbrengsten; De beheerder houdt toezicht op de securities lending activiteiten. De vergoeding aan de beheerder hiervoor bedraagt 3% van de opbrengsten;

Voor Aandelenklasse P maken de vergoedingen aan Goldman Sachs respectievelijk de beheerder (“fee sharing”) deel uit van de Vaste Overige Kostenvergoeding (“VOK”).

41

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Cash Management Om een efficiënt beheer van het vermogen te bevorderen, zullen de liquide middelen van NN paraplufonds 1 N.V. centraal worden beheerd door de Beheerder met als oogmerk het verlagen van het risico door middel van diversificatie waarbij tevens gestreefd zal worden naar het behalen van een zo optimaal mogelijk rendement. Door middel van dit zgn. cash management verwacht de beheerder een beter resultaat te kunnen behalen dan wanneer gelden op individuele basis zouden worden beheerd. In dit verband zal gekozen worden voor een belegging in geldmarkt beleggingsfondsen en/of het aanhouden van deposito’s.

Waarderingsgrondslagen Alle financiële instrumenten, zoals die in dit verslag onder beleggingen dan wel onder beleggingen met een negatieve waarde zijn gerubriceerd, worden opgenomen in de Balans gedurende de periode dat het economisch risico aan het fonds is toe te rekenen en voor zover aan het instrument een reële waarde is toe te kennen. Alle beleggingen zijn aangehouden voor handelsdoeleinden en zijn gewaardeerd tegen reële waarde met wijzigingen in de reële waarde verantwoord in de winst-en-verliesrekening. Beleggingen worden gewaardeerd op reële waarde. Vaststelling van deze reële waarde vindt plaats op basis van de volgende uitgangspunten: 

Aandelen worden gewaardeerd tegen ultimo verslagperiode laatst verhandelde koers.

Voor zover beleggingen geen beurs- of andere marktnotering kennen of indien de koersvorming niet representatief wordt geacht (dat kan bijvoorbeeld zijn in tijden van grote volatiliteit op de financiële markten), vindt vaststelling van de waarde door de beheerder plaats. Deze vaststelling wordt verricht met behulp van objectieve en recente marktinformatie en/of met gebruikmaking van algemeen gangbare rekenmodellen. Overige, als beleggingen aangemerkte, financiële instrumenten worden gewaardeerd op marktwaarde die wordt afgeleid uit door derden afgegeven marktnoteringen en marktinformatie. Indien voor dergelijke financiële instrumenten geen objectieve marktnotering beschikbaar is, dan worden deze instrumenten gewaardeerd tegen de theoretische waarde die wordt berekend aan de hand van objectieve en breed gedragen rekenkundige modellen en met inachtneming van naar het oordeel van de beheerder voor de betreffende beleggingen gangbare maatstaven. Ontvangen en gegeven zekerheden worden, afhankelijk van de aard van de zekerheden, als volgt verantwoord:  Ontvangen zekerheden in een andere vorm dan cash worden niet in de balans opgenomen. Informatie hierover is opgenomen in de paragraaf “Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen”. De niet als beleggingen aangemerkte activa en de passiva worden gewaardeerd op nominale waarde. Activa en passiva in vreemde valuta worden omgerekend tegen de per berekeningsdatum geldende wisselkoersen, tenzij de beheerder het in het belang van de gezamenlijke participanten wenselijk oordeelt, uit te gaan van een andere koers. De beheerder kan, indien naar zijn oordeel bijzondere omstandigheden de vaststelling van het fondsvermogen zoals hiervoor omschreven praktisch onmogelijk of kennelijk onredelijk maken, van de grondslagen tot vaststelling van het fondsvermogen afwijken (dat kan bijvoorbeeld zijn in tijden van grote volatiliteit op de financiële markten). Vaststelling van het fondsvermogen zal in dergelijke gevallen geschieden op basis van indices of andere maatschappelijk aanvaardbare waarderingsgrondslagen. Bij het uitlenen van effecten is sprake van tijdelijke overdracht van het juridische eigendom aan derden. Omdat het fonds de indirecte beleggingsresultaten van de uitgeleende effecten behoudt en een vergoeding ontvangt voor eventueel gemiste directe beleggingsopbrengsten, blijven deze effecten gedurende de periode dat zij zijn uitgeleend, onderdeel uitmaken van de beleggingsportefeuille zoals die in de balans en in de samenstelling van de beleggingen wordt gepresenteerd.

42

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Alle transacties in vreemde valuta worden verantwoord tegen de op transactiedatum laatst bekende middenkoers.

Grondslagen van resultaatbepaling Bedrijfsopbrengsten en bedrijfslasten worden toegerekend aan de periode waarop deze betrekking hebben. Dividenden op beleggingen worden als opbrengst verantwoord op het tijdstip dat de koers van het desbetreffende fonds ex-dividend noteert. Zowel de gerealiseerde als de niet-gerealiseerde koers- en valutakoersresultaten van beleggingen worden als waardeverandering in de winst-en-verliesrekening verantwoord. Valutakoersresultaten op de overige balansposten worden in de Winst-en-verliesrekening verantwoord onder Valutakoersverschillen op liquiditeiten. Het resultaat van een Aandelenklasse van elk Subfonds is samengesteld uit waardeveranderingen van de beleggingen, de in het boekjaar gedeclareerde dividenden, interest en de opbrengst uit verbruikleen van effecten onder aftrek van aan het boekjaar toe te rekenen kosten. Bij de bepaling van de interest wordt rekening gehouden met de overlopende interest van banktegoeden. De directe opbrengsten en lasten worden voor elke Aandelenklasse van elk Subfonds toegerekend aan het boekjaar waarop zij betrekking hebben. Waardeverandering van participaties in ING Basis Fondsen bestaat uit drie componenten, die separaat worden verantwoord. 





De waardeverandering uit hoofde van directe beleggingsresultaten, die wordt gevormd door de Som der bedrijfsopbrengsten exclusief Waardeverandering van beleggingen minus de onder Bedrijfslasten opgenomen interestlasten, worden, voor zover niet uitgekeerd, verantwoord in de winst-en-verliesrekening onder Toegerekend direct beleggingsresultaat van ING Basis Fondsen. De waardeverandering uit hoofde van toegerekende kosten voor Aandelenklassen P (tot 31 december 2013), I, G en Z die wordt gevormd door de Som der bedrijfslasten minus de interestlasten, wordt verantwoord in de winst-en verliesrekening onder Kosten. Voor Aandelenklassen P (vanaf 1 januari 2014) maken de toegerekende kosten onderdeel uit van de Vaste Overige Kostenvergoeding en worden deze kosten derhalve niet aanvullend ten laste van het resultaat gebracht. De waardeverandering uit hoofde van toegerekend indirect beleggingsresultaat, die wordt gevormd door zowel de gerealiseerde als de niet-gerealiseerde koers- en valutakoersresultaten op de feitelijke beleggingen, wordt verantwoord in de winst-en-verliesrekening onder Waardeveranderingen beleggingen.

De toerekening aan elk van de componenten vindt gedurende de verslagperiode plaats op basis van het dagelijks van toepassing zijnde deelnemingspercentage in de ING Basis Fondsen. Aan- en verkoopkosten van beleggingen worden opgenomen in de kostprijs respectievelijk in mindering gebracht op de verkoopopbrengst van de betreffende beleggingen.


43

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Toelichting op de balans De opgenomen verloopoverzichten hebben betrekking op de periode 26 september 2013 tot en met 31 december 2014 Bedragen x € 1.000 1.

2014

Aandelen

Stand begin verslagperiode Inbreng uit hoofde van samenvoeging

1.603.805

Aankopen

278.939

Verkopen

-225.201

Gerealiseerde waardeveranderingen

-11.472


174.580


1.820.651

In de Samenstelling van de beleggingen die onderdeel uitmaakt van deze toelichting zijn de individuele aandelen vermeld die ultimo verslagperiode in de portefeuille zijn opgenomen. Bedragen x € 1.000

2014

Participaties in ING Basis Fondsen Stand begin verslagperiode Uittreding uit hoofde van samenvoeging

-1.720.761

Aankopen

1.685.379

Verkopen

-56.862

Waardeverandering u.h.v. toegerekend direct beleggingsresultaat

15.560

Waardeverandering u.h.v. toegerekend indirect beleggingsresultaat

76.936

Waardeverandering u.h.v. toegerekende kosten Stand ultimo verslagperiode

-252 -

44

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Risico’s ten aanzien van financiële instrumenten Beleggen impliceert het aangaan van transacties in financiële instrumenten. Aan het beleggen in het fonds en derhalve aan het gebruik van financiële instrumenten zijn zowel kansen als ook risico's verbonden. Het beheersen van risico's die met beleggen zijn verbonden moet altijd in samenhang worden gezien met de kansen, zoals die tot uitdrukking komen in het rendement. Risicomanagement is daarom niet zozeer het zoveel mogelijk inperken van risico's als wel het streven naar een optimale verhouding tussen rendement en risico binnen acceptabele limieten.

Marktrisico Het fonds is gevoelig voor waardeverandering van de beleggingen als gevolg van fluctuatie van prijzen in de aandelenmarkten. Daarnaast kunnen ook de prijzen van de individuele aandelen waarin het fonds belegt, fluctueren. Het fonds kan gebruikmaken van derivaten. Deze kunnen worden toegepast voor zowel het afdekken van risico's, efficiënt portefeuillebeheer als verhoging van het rendement. Daarbij kan ook sprake zijn van hefboomwerking, waardoor de gevoeligheid van het fonds voor marktbewegingen wordt vergroot. Inzicht in deze risico’s in het verslag kan als volgt worden verkregen: 

Het overzicht Samenstelling van de beleggingen biedt informatie betreffende de mate van spreiding van beleggingen per individuele naam per valuta. Tevens is in de Samenstelling van de beleggingen de verdeling naar land opgenomen.

Valutarisico Valutarisico is het risico dat de waarde van een financieel instrument kan fluctueren als gevolg van verandering in valutakoersen. Het overzicht Valutapositie geeft inzicht in de mate waarin de activa en passiva van het fonds in euro dan wel in andere valuta luiden, met inbegrip van de afgeleide financiële instrumenten zoals valutatermijncontracten, die daaraan mede sturing geven. Valutapositie Een onder valutatermijncontracten opgenomen bedrag geeft het netto bedrag van de afgesloten contracten in de betreffende valuta. Per 31 december 2014 Bruto x 1.000

Valutatermijncontracten x 1.000

Netto x 1.000

Netto x € 1.000

% Fondsvermogen

USD

1.445.455

-

1.445.455

1.194.542

64,6%

EUR

194.383

-

194.383

194.383

10,5%

GBP

108.903

-

108.903

140.330

7,6%

CHF

134.418

-

134.418

111.796

6,0%

JPY

15.197.137

-

15.197.137

104.751

5,7%

102.752

5,6%

1.848.554

100,0%

Oorspronkelijke valuta

Overige valuta's Totaal


Kredietrisico

45

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Kredietrisico is het risico dat voortvloeit uit het feit dat een specifieke tegenpartij tegenover het fonds niet in staat is aan zijn verplichtingen uit hoofde van contracten inzake financiële instrumenten te voldoen. Het fonds belegt direct in aandelen en is als gevolg hiervan niet blootgesteld aan een significant kredietrisico. Uitlenen van effecten Effecten kunnen worden uitgeleend. Er geldt geen beperking van het percentage van de effecten dat kan worden uitgeleend. Het fonds loopt door het uitlenen van effecten een afwikkelingsrisico zoals hierboven omschreven onder kredietrisico. Op balansdatum is voor een bedrag ad 6.156 aan aandelen in bruikleen gegeven bij een derde partij. Hiervoor heeft het fonds zekerheden ontvangen in de vorm van staatsleningen, uitgegeven door G10 landen (exclusief Italië en Japan). Conform contract bedraagt op balansdatum de waarde van de gestelde zekerheden tenminste 105% van de waarde van deze in bruikleen verstrekte aandelen tegen de slotkoersen van de vorige beursdag. Deze zekerheden zijn niet in de balans opgenomen.


Beleggingen in effecten zijn gedeponeerd bij de Bank of New York Mellon SA/NV die de custody rol vervult. Liquide middelen worden aangehouden bij banken met in principe minimaal een investment grade rating.

Beleggingen naar wijze van waardering Onderstaand is de verdeling van de beleggingsportefeuille ingedeeld naar de wijze van waardering weergegeven: Bedragen x € 1.000

2014

Afgeleid van genoteerde marktprijzen

1.820.651


1.820.651

Beleggingen naar verhandelbaarheid Onderstaand is de verdeling van de beleggingsportefeuille ingedeeld naar verhandelbaarheid: Bedragen x € 1.000

2014

Officieel genoteerd

1.820.651


1.820.651

46

NN Global Fund

Jaarverslag 2014


Te vorderen dividend Betreft gedeclareerde, nog niet ontvangen dividenden.

Overige vorderingen Onder overige vorderingen kunnen onder meer zijn begrepen vorderingen inzake nog via afdrachtvermindering met de Nederlandse belastingdienst te verrekenen ingehouden bronbelasting, verdiende, nog niet ontvangen interest op liquide middelen en overige transitorische posten, eventueel onder aftrek van een noodzakelijk geachte voorziening voor oninbaarheid.

3. Overige activa Liquide middelen Betreft direct opeisbare banktegoeden. Op de banktegoeden wordt op basis van het tarief voor de marktrente interest verkregen.

Cash Management Betreft een vordering in het kader van cash management. Dit bedrag bestaat ultimo verslagperiode uit beleggingen in geldmarkt beleggingsfondsen.

4. Kortlopende schulden Schulden aan aandeelhouders Betreft schulden inzake reeds ingekochte eigen aandelen.

Overige schulden Onder overige schulden kunnen onder meer zijn begrepen nog te betalen interest op schulden aan kredietinstellingen, nog te betalen kosten, de waarde van op de eerste beursdag van de volgende periode uit te geven eigen aandelen en overige transitorische posten.

5. Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen Collateral lending posities Het collateral uit hoofde van security lending is als volgt: Per 31 december Bedragen x € 1.000

2014

Marktwaarde uitgeleende stukken

6.156

Marktwaarde collateral in stukken

6.464

Percentage collateral

105,00%

47

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

6. Eigen vermogen Over de periode 26 september 2013 tot en met 31 december 2014 Bedragen x € 1.000

Klasse P

Klasse I

Klasse G

Klasse Z

Totaal

-

-

-

-

-


3.243

725

340

4.901

9.209

Inkoop van aandelen

-219

-108

-33

-1.457

-1.817

3.024

617

307

3.444

7.392

-

-

-

-

-


675.293

293.735

174.212

293.901

1.437.141

Inkoop van aandelen

-74.245

-46.287

-18.224

-91.348

-230.104

257

46

29

38

370

601.305

247.494

156.017

202.591

1.207.407

Geplaatst kapitaal Stand begin verslagperiode

Stand ultimo verslagperiode Agioreserve Stand begin verslagperiode

Op- en afslagvergoeding Stand ultimo verslagperiode

48

NN Global Fund


Jaarverslag 2014

Klasse P

Klasse I

Klasse G

Klasse Z

Totaal

-

-

-

-

-

Uit resultaatverdeling voorgaande verslagperiode

387.482

-

-

-

387.482

Dividend

-17.149

-

-

-

-17.149


370.333

-

-

-

370.333

-

-

-

-

-


160.334

41.433

26.278

35.377

263.422


160.334

41.433

26.278

35.377

263.422

1.134.996

289.544

182.602

241.412

1.848.554

Overige reserves Stand begin verslagperiode

Onverdeeld resultaat Stand begin verslagperiode

Totaal eigen vermogen

De nominale waarde per aandeel ultimo verslagperiode bedraagt voor alle aandelenklassen van het Subfonds € 0,20. De agioreserve is niet vrij uitkeerbaar aan aandeelhouders voor dat gedeelte van de reserve dat dient te worden beschouwd als wettelijke reserve. Dit gedeelte is gelijk aan de som van de Overige reserves en het Onverdeelde resultaat, mits deze som negatief is. Onder ‘Uit resultaatverdeling voorgaande verslagperiode’ is opgenomen het saldo van de Overige reserves en Onverdeelde resultaat van Aandelenklasse P over de periode 1 januari 2013 tot en met 30 november 2013 zoals dit is doorgeschoven bij de fusie per 30 november 2013. In het kasstroomoverzicht is dit bedrag verwerkt onder ‘Uitgifte van aandelen’. De uitgifte en inkoop van aandelen in Aandelenklasse-Z zijn in 2014 relatief hoog. Op 12 mei 2014 zijn ING Basis Fondsen toegetreden tot Aandelenklasse Z van het Subfonds. In verband met de herstructurering van de ING beleggingsfondsen is de positie van deze ING Basis Fondsen omgezet naar een positie van een ander ING Fonds.

49

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Toelichting op de winst-en-verliesrekening 7. Opbrengsten uit beleggingen Dividend Onder dividend zijn opgenomen de verdiende bruto contante dividenden onder aftrek van niet-terugvorderbare buitenlandse bronbelasting en de vergoeding voor gemiste directe beleggingsopbrengsten bij uitgeleende aandelen. Tevens kan hieronder opgenomen zijn de verrekening via afdrachtvermindering van Nederlandse en buitenlandse bronbelasting, die uit hoofde van de status van fiscale beleggingsinstelling van het Subfonds bij de Nederlandse belastingdienst mogelijk is.

Uitleenvergoeding Betreft de bruto opbrengst die is gegenereerd met het uitlenen van effecten aan derden.

8. Overige resultaten Overige bedrijfsopbrengsten Onder overige bedrijfsopbrengsten kunnen onder meer zijn begrepen de over de verslagperiode verdiende interest op liquide middelen en overige niet op beleggingen verdiende interest.

Resultaat Cash Management Betreft het bruto resultaat van cash management activiteiten zoals die per saldo voor rekening en risico van het Subfonds zijn uitgevoerd. Eventuele vergoedingen in het kader van ‘fee sharing’ zijn opgenomen onder ‘Kosten’.

9. Bedrijfslasten Kosten De kosten bestaan uit de managementvergoeding, de Vaste Overige Kostenvergoeding (VOK), fee sharing security lending en/of cash management, Overige kosten en incidentele kosten. Deze kosten zijn nader toegelicht in de in dit verslag opgenomen toelichting per aandelenklasse.


50

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Overige algemene toelichtingen Transactiekosten Bedragen x € 1.000 Ten laste van het Subfonds gebrachte kwantificeerbare transactiekosten

2014 506

Betreft verschuldigde kosten bij het aanen verkopen van beleggingen. De transactiekosten van instrumenten waarbij deze zijn begrepen in de kostprijs van de aankopen respectievelijk de opbrengstwaarde van de verkopen, worden door middel van waardeveranderingen van beleggingen ten laste van het resultaat gebracht. Niet kwantificeerbare kosten, die begrepen kunnen zijn in transacties in afgeleide financiële instrumenten, zijn eveneens niet in bovenstaande bedragen opgenomen. Bij het aanen verkopen van aandelen in Beleggingsfondsen dienen de hiervoor verschuldigde kosten als een vergoeding, die wordt berekend door middel van een procentuele op- dan wel afslag op de intrinsieke waarde, ter dekking van verschuldigde kosten bij het uitvoeren van beleggingstransacties ten gevolge van in- of uitstroom. De kosten hiervoor zijn begrepen in het bovenstaande bedrag. De transactiekosten zijn in relatie tot de beleggingstransacties relatief laag doordat voor transacties in het kader van de herstructurering van de fondsen, zoals opgenomen in het directieverslag, grotendeels geen transactiekosten verschuldigd zijn.


2014 371

Betreft aan aandeelhouders in rekening gebrachte vergoeding bij aan- of verkoop van aandelen in het Subfonds. De vergoeding, die wordt berekend door middel van een procentuele op- dan wel afslag op de intrinsieke waarde, dient ter bescherming van de zittende aandeelhouders van het Subfonds en komt ten goede aan het Subfonds. Deze vergoeding wordt verantwoord in de agioreserve. In de verslagperiode bedroeg deze vaste open afslag 0,15% over de intrinsieke waarde van de aandelen. De hoogte van deze vergoeding is bepaald op basis van de reële gemiddelde aanen verkoopkosten met betrekking tot de effecten waarin door het Subfonds wordt belegd. Of een opslag dan wel afslag wordt gehanteerd voor deze vergoeding is afhankelijk van de vraag of het Subfonds, alle Aandelenklassen omvattend, per saldo aandelen uitgeeft (hetgeen leidt tot een opslag) of inkoopt (hetgeen leidt tot een afslag). Het eventuele resultaat dat ontstaat doordat feitelijke kosten van het Subfonds afwijken van de hierboven genoemde vergoeding, zal toekomen aan dan wel ten laste komen van het Subfonds.

51

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Portfolio Turnover Ratio 2014 20 In de portfolio turnover ratio (PTR) wordt de verhouding uitgedrukt tussen de totale omvang van de beleggingstransacties enerzijds en het gemiddeld eigen vermogen anderzijds. De ratio beoogt een indicatie te geven van de omloopsnelheid van de portefeuille van een beleggingsinstelling en is daarmede een maatstaf voor zowel de mate van actief beleggingsbeheer als voor de daaruit voortvloeiende transactiekosten. Indien de berekening leidt tot een negatieve uitkomst is de PTR nihil. Bij de bepaling van de totale omvang van de beleggingstransacties wordt de som van aanen verkopen van beleggingen verminderd met de som van uitgifte en inkoop van aandelen. Hierbij zijn alle beleggingscategorieën betrokken met uitzondering van deposito’s. De transacties in verband met de UCITS-omvorming zijn hierbij buiten beschouwing gebleven. Het gemiddelde eigen vermogen wordt bepaald als het gewogen gemiddelde van het eigen vermogen op dagbasis, gebaseerd op het aantal dagen dat de intrinsieke waardebepaling plaatsvindt gedurende de rapportageperiode. De voor 2014 berekende en gepresenteerde PTR is gebaseerd op de (beleggings)transacties zoals opgenomen in dit jaarverslag. De PTR berekening wordt beïnvloed door de herstructurering van de fondsen zoals in het directieverslag is vermeld alsmede door het feit dat de (verslag)periode van de aandelenklassen niet gelijk is aan een kalenderjaar.

Gelieerde Partijen In het kader van de uitvoering van het beleggingsbeleid van het Subfonds kan gebruik worden gemaakt van de diensten van gelieerde partijen. Het betreft onder meer het uitvoeren van beleggingstransacties, het uitzetten en aantrekken van liquide middelen, het aangaan van leningen, het uitvoeren van de hoofdbetaalfunctie en de functie van listing-agent. Deze dienstverlening vindt plaats tegen marktconforme voorwaarden. Ook de Fund Agent (ING Bank) is een gelieerde partij. De dienstverlening van de Fund Agent vindt eveneens plaats tegen marktconforme voorwaarden. Gelieerde partijen zijn in dit verband met name vennootschappen en andere onderdelen behorend tot ING Groep N.V. waaronder met name ING Bank N.V. Beleggingstransacties met gelieerde partijen, buiten een effectenbeurs of andere markt in financiële instrumenten om, vinden plaats op basis van een onafhankelijke waardebepaling. Indien een onafhankelijke waardebepaling niet mogelijk is of de beheerder de onafhankelijke waardebepaling niet representatief acht, vindt vaststelling van de waarde plaats door de beheerder op basis van objectieve en recente marktinformatie. In het verslagjaar is gebruik gemaakt van de volgende diensten van gelieerde partijen.  



Het transactievolume met ING Bank N.V. als broker in het boekjaar bedraagt minder dan 5% van het totale volume in het boekjaar. ING Bank fungeert voor Aandelenklasse P als Fund Agent. De Fund Agent is er voor verantwoordelijk om de aanen verkoopopdrachten zoals die zijn ingelegd in het beursorderboek met betrekking tot Aandelenklasse P van het Subfonds. De kosten van deze dienst zijn onderdeel van de VOK. NNIP Fund Management heeft o.a. ING Bank aangesteld als niet-exclusieve distributeur van Aandelenklasse P van de Subfondsen in Nederland. De afspraken met betrekking tot het aanbieden en verkopen van Aandelenklasse P van de Subfondsen zijn in beginsel vastgelegd in een distributieovereenkomst tussen NNIP Fund Management en de distributeur. De afspraken betreffen o.a. de verplichtingen van de distributeur inzake informatieverschaffing aan beleggers en toezichthouders. De kosten van deze dienst zijn onderdeel van de VOK.

52

NN Global Fund







Jaarverslag 2014

Gedurende het verslagjaar heeft het fonds gebruik gemaakt gebruik maken van de cash management diensten die door NNIP Asset Management B.V. werden aangeboden en door Liquidity Management Solutions B.V. (LMS) werden uitgevoerd. LMS was een zogenaamd special purpose vehicle op wiens naam de gelden werden aangehouden. LMS was speciaal door NNIP Asset Management opgericht ter ondersteuning van de cash management activiteiten van NNIP Asset Management B.V. LMS is inmiddels geliquideerd. Het fonds ontving een vergoeding voor de tegoeden die het fonds bij LMS aanhield, waarop beheer-, administratie- en outperformance vergoedingen in mindering werden gebracht. Het Subfonds heeft gebruik gemaakt van securities lending technieken om extra inkomsten voor het Subfonds te genereren. Hierbij houdt de beheerder toezicht op de securities lending activiteiten. De vergoeding aan de beheerder hiervoor bedraagt 3% van de opbrengsten. Voor de beheeractiviteiten wordt, met uitzondering van Aandelenklasse Z, een managementvergoeding in rekening gebracht. Voor de hoogte van het percentage verwijzen wij naar de informatie per Aandelenklasse in dit jaarverslag.

53

NN Global Fund

Jaarverslag 2014



Commission sharing arrangementen Het Subfonds heeft in het verslagjaar gebruik gemaakt van commission sharing arrangementen. Bij gebruik van commission sharing arrangementen is met een broker afgesproken dat de kosten voor onderzoek op beleggingsgebied apart worden gezet van de kosten verbonden aan de executie van orders. Het apart gezette gedeelte voor onderzoek op beleggingsgebied kan de beheerder door de broker laten aanwenden om vergoedingen, verschuldigd voor onderzoek op beleggingsgebied, in te kopen van andere aanbieders die bepaalde expertise hebben opgebouwd in onderzoek op beleggingsgebied. Het bedrag opgebouwd in het verslagjaar aan commission sharing arrangementen voor het Subfonds bedraagt 2 hetgeen geheel door het Subfonds is besteed.

54

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Toelichting Aandelenklasse P Vermogensmutatieoverzicht Over de periode 26 september 2013 tot en met 31 december 2014 Bedragen x € 1.000 Stand begin verslagperiode

2014 -


678.536

Inkoop van aandelen

-74.464


257

Uit resultaatverdeling voorgaande verslagperiode

387.482

Dividend

-17.149 974.662


24.324 84

Beheerkosten

-7.073

Overige kosten

-1.200 16.135


144.199 1.134.996

Vermogensgegevens 31-12-2014 Eigen vermogen (x € 1.000) Aantal geplaatste aandelen (stuks) Intrinsieke waarde per aandeel (in €)

1.134.996 15.117.798 75,08

55

NN Global Fund

Jaarverslag 2014


2014


7.073

Vaste Overige Kostenvergoeding

1.017

Overige kosten

181

Totale kosten Aandelenklasse P

8.271

De managementvergoeding voor Aandelenklasse P van het Subfonds bedraagt 0,60% (tot en met 31 december 2013: 1,20%) per jaar, te herleiden naar een percentage op dagbasis dat wordt berekend over het totale vermogen van Aandelenklasse P aan het einde van iedere dag. Vanaf 1 januari 2014 is er een totale Vaste Overige Kostenvergoeding (VOK) van Aandelenklasse P geïntroduceerd van 0,10% per jaar, te herleiden naar een percentage op dagbasis dat wordt berekend over het totale vermogen aan het einde van iedere dag. Dit bedrag is inclusief de via ING Basis Fonds toegerekende kosten. Voor zover van toepassing zijn in de VOK tevens opgenomen de kosten die zijn begrepen in de waarde van beleggingsfondsen en de fee sharing kosten van security lending en/of cash management. De Overige kosten zijn de Overige kosten die tot en met 31 december 2013 aan het Subfonds werden toegerekend. De overige kosten betreffen reguliere en/of doorlopende kosten alsmede incidentele, buitengewone kosten van het Subfonds en betreffen onder andere de kosten van de administratie, de verslaggeving, de bewaring van de activa, de accountant, het toezicht, het verrichten van betalingen, publicaties, vergaderingen van aandeelhouders, gerechtelijke procedures alsmede externe adviseurs en service providers zoals de Transfer Agent, een en ander voor zover deze kosten in rekening zijn gebracht. Deze kosten zijn inclusief de via de belegging in de ING Basis Fondsen toegerekende kosten. Tevens zijn onder Overige kosten incidentele kosten opgenomen ad 127 inzake de implementatie van ingrijpende wijzigingen in toepasselijke weten regelgeving zoals nader toegelicht in het Directieverslag. Het aan Aandelenklasse P toe te rekenen bedrag accountantskosten 2014 is begrepen in de Vaste Overige Kostenvergoeding en betreft voor 11 aan kosten gerelateerd aan de controle van de jaarrekening en 2 aan andere controleopdrachten.

Lopende kostenratio De Lopende kostenratio betreft een kostenratio waarbij de verhouding wordt uitgedrukt tussen de kosten die in het verslagjaar ten laste van het resultaat zijn gebracht enerzijds en het gemiddelde eigen vermogen van het fonds anderzijds. Bij de berekening van de Lopende kostenratio zijn de kosten die verband houden met de uitvoering van beleggingstransacties niet begrepen in de kosten maar in de kostprijs van de aankopen respectievelijk de opbrengstwaarde van de verkopen. Kosten die zijn verschuldigd door aandeelhouders in verband met het toetreden dan wel het uittreden van het fonds blijven in het kader van de Lopende kostenratio buiten beschouwing. Het gemiddelde eigen vermogen wordt bepaald als het gewogen gemiddelde van het eigen vermogen op dagbasis, gebaseerd op het aantal dagen dat de intrinsieke waardebepaling plaatsvindt gedurende de rapportageperiode. 2014*

2014**

56

NN Global Fund

Jaarverslag 2014


0,65%

0,60%

Overige kosten

0,11%

0,11%

Totaal Aandelenklasse P

0,76%

0,71%

Lopende kosten verslagperiode* Het percentage managementvergoeding betreft een samenstelling van het percentage dat gold van 30 november 2013 tot en met 31 december 2014 (1,20%) en het percentage dat gold van 1 januari 2014 tot en met 31 december 2014 (0,60%) De component ‘Overige kosten’ betreft de Vaste Overige Kostenvergoeding en Overige kosten zoals opgenomen in de paragraaf ‘Kosten’.

Lopende kosten kalenderjaar** De component ‘Overige kosten’ betreft de Vaste Overige Kostenvergoeding en incidentele kosten zoals opgenomen in de paragraaf ‘Kosten’.

57

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Toelichting Aandelenklasse I Vermogensmutatieoverzicht Over de periode 26 september 2013 tot en met 31 december 2014 Bedragen x € 1.000 Stand begin verslagperiode

2014 -


294.460

Inkoop van aandelen

-46.395


46 248.111


3.653 17

Beheerkosten

-762

Bewaarkosten

-13

Overige kosten

-134 2.761


38.672 289.544


289.544 3.087.090 93,79

58

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Kosten Over de periode 26 september 2013 tot en met 31 december 2014 Bedragen x € 1.000 Managementvergoeding

2014 762

Fee sharing

3

Overige kosten

144

Totale kosten Aandelenklasse I

909

De managementvergoeding van Aandelenklasse I van het Subfonds bedraagt 0,41% per jaar, te herleiden naar een percentage op dagbasis dat wordt berekend over het totale vermogen van Aandelenklasse I aan het einde van iedere dag. De overige kosten betreffen reguliere en/of doorlopende kosten alsmede incidentele, buitengewone kosten van het Subfonds en betreffen onder andere de kosten van de administratie, de verslaggeving, de bewaring van de activa, de accountant, het toezicht, het verrichten van betalingen, publicaties, vergaderingen van aandeelhouders, gerechtelijke procedures alsmede externe adviseurs en service providers zoals de Transfer Agent, een en ander voor zover deze kosten in rekening zijn gebracht. Deze kosten zijn inclusief de via de belegging in de ING Basis Fondsen toegerekende kosten. Onder Overige kosten zijn incidentele kosten opgenomen ad 31 inzake de implementatie van ingrijpende wijzigingen in toepasselijke weten regelgeving zoals nader toegelicht in het Directieverslag. Onder fee sharing zijn de vergoedingen opgenomen in het kader van securities lending en cash management LMS. De accountantskosten betreffen voor 3 aan kosten gerelateerd aan de controle van de jaarrekening en 1 aan andere controleopdrachten.

Lopende kostenratio De Lopende kostenratio betreft een kostenratio waarbij de verhouding wordt uitgedrukt tussen de kosten die in het verslagjaar ten laste van het resultaat zijn gebracht enerzijds en het gemiddelde eigen vermogen van het fonds anderzijds. Bij de berekening van de Lopende kostenratio zijn de kosten die verband houden met de uitvoering van beleggingstransacties niet begrepen in de kosten maar in de kostprijs van de aankopen respectievelijk de opbrengstwaarde van de verkopen. Kosten die zijn verschuldigd door aandeelhouders in verband met het toetreden dan wel het uittreden van het fonds blijven in het kader van de Lopende kostenratio buiten beschouwing. Het gemiddelde eigen vermogen wordt bepaald als het gewogen gemiddelde van het eigen vermogen op dagbasis, gebaseerd op het aantal dagen dat de intrinsieke waardebepaling plaatsvindt gedurende de rapportageperiode.

59

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

2014 Managementvergoeding

0,41%

Overige kosten

0,07%

Totaal Aandelenklasse I

0,48%

De component ‘Overige kosten’ betreft de fee sharing en Overige kosten zoals opgenomen in de paragraaf ‘Kosten’. De verslagperiode van Aandelenklasse I betreft een periode die afwijkt van een kalenderjaar. Het hiervoor opgenomen percentage van de lopende kostenratio is herrekend naar een percentage op jaarbasis.

60

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Toelichting Aandelenklasse G Vermogensmutatieoverzicht Over de periode 26 september 2013 tot en met 31 december 2014 Bedragen x € 1.000 Stand begin verslagperiode

2014 -


174.552

Inkoop van aandelen

-18.257


29 156.324


2.289 12

Beheerkosten

-641

Bewaarkosten

-8

Overige kosten

-82 1.570


24.708 182.602


182.602 1.534.946 118,96

61

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Kosten Over de periode 26 september 2013 tot en met 31 december 2014 Bedragen x € 1.000 Managementvergoeding

2014 641

Fee sharing Overige kosten Totale kosten Aandelenklasse G

2 88 731

De managementvergoeding van Aandelenklasse G van het Subfonds bedraagt 0,55% per jaar, te herleiden naar een percentage op dagbasis dat wordt berekend over het totale vermogen van Aandelenklasse G aan het einde van iedere dag. De overige kosten betreffen reguliere en/of doorlopende kosten alsmede incidentele, buitengewone kosten van het Subfonds en betreffen onder andere de kosten van de administratie, de verslaggeving, de bewaring van de activa, de accountant, het toezicht, het verrichten van betalingen, publicaties, vergaderingen van aandeelhouders, gerechtelijke procedures alsmede externe adviseurs en service providers zoals de Transfer Agent, een en ander voor zover deze kosten in rekening zijn gebracht. Deze kosten zijn inclusief de via de belegging in de ING Basis Fondsen toegerekende kosten. Onder Overige kosten zijn incidentele kosten opgenomen ad 19 inzake de implementatie van ingrijpende wijzigingen in toepasselijke weten regelgeving zoals nader toegelicht in het Directieverslag. Onder fee sharing zijn de vergoedingen opgenomen in het kader van securities lending en cash management LMS. De accountantskosten betreffen voor 2 aan kosten gerelateerd aan de controle van de jaarrekening en 1 aan andere controleopdrachten.

62

NN Global Fund

Jaarverslag 2014


2014 Managementvergoeding

0,55%

Overige kosten

0,07%

Totaal Aandelenklasse G

0,62%

De component ‘Overige kosten’ betreft de fee sharing en Overige kosten zoals opgenomen in de paragraaf ‘Kosten’. De verslagperiode van Aandelenklasse G betreft een periode die afwijkt van een kalenderjaar. Het hiervoor opgenomen percentage van de lopende kostenratio is herrekend naar een percentage op jaarbasis.

63

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Toelichting Aandelenklasse Z Vermogensmutatieoverzicht Over de periode 26 september 2013 tot en met 31 december 2014 Bedragen x € 1.000 Stand begin verslagperiode

2014 -


298.802

Inkoop van aandelen

-92.805


38 206.035


3.013 17

Bewaarkosten

-11

Overige kosten

-107 2.912


32.465 241.412


241.412 17.217.722 14,02

64

NN Global Fund

Jaarverslag 2014


2014

Fee sharing

2

Overige kosten

116

Totale kosten Aandelenklasse Z

118

De overige kosten betreffen reguliere en/of doorlopende kosten alsmede incidentele, buitengewone kosten van het Subfonds en betreffen onder andere de kosten van de administratie, de verslaggeving, de bewaring van de activa, de accountant, het toezicht, het verrichten van betalingen, publicaties, vergaderingen van aandeelhouders, gerechtelijke procedures alsmede externe adviseurs en service providers zoals de Transfer Agent, een en ander voor zover deze kosten in rekening zijn gebracht. Deze kosten zijn inclusief de via de belegging in de ING Basis Fondsen toegerekende kosten. Onder Overige kosten zijn incidentele kosten opgenomen ad 25 inzake de implementatie van ingrijpende wijzigingen in toepasselijke weten regelgeving zoals nader toegelicht in het Directieverslag. Onder fee sharing zijn de vergoedingen opgenomen in het kader van securities lending en cash management LMS. De accountantskosten betreffen voor 2 aan kosten gerelateerd aan de controle van de jaarrekening en 1 aan andere controleopdrachten.

65

NN Global Fund

Jaarverslag 2014


2014 Overige kosten

0,07%

Totaal Aandelenklasse Z

0,07%

De component ‘Overige kosten’ betreft de fee sharing en Overige kosten zoals opgenomen in de paragraaf ‘Kosten’. De verslagperiode van Aandelenklasse Z betreft een periode die afwijkt van een kalenderjaar. Het hiervoor opgenomen percentage van de lopende kostenratio is herrekend naar een percentage op jaarbasis.

66

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Samenstelling van de beleggingen Per 31 december 2014 Onderstaande samenstelling van de beleggingen geeft de aandelenportefeuille in detail. Valuta

Aantal

USD

290.674

HKD

4.200.800

USD

Naam

Waarde x € 1.000

ADOBE SYSTEMS INC

17.464

AIA GROUP LTD

19.317

117.457

AIR PRODUCTS & CHEMICALS INC

14.000

EUR

202.038

AIRBUS GROUP NV

8.354

TRY

2.099.662

AKBANK T.A.S.

6.428

USD

108.050

ALLEGION PLC-W/I

4.952

EUR

125.389

ALLIANZ SE-REG

17.222

USD

563.756

ALTRIA GROUP INC

22.955

USD

455.241

AMERICAN AIRLINES GROUP INC

20.177

USD

450.511

AMERICAN ELECTRIC POWER

22.607

USD

396.616

AT&T INC

11.010

EUR

945.198

AXA SA

18.153

PHP

2.905.100

BRL

625.965

USD

1.347.982

BANK OF AMERICA CORP

19.929

GBP

4.728.675

BARCLAYS PLC

14.837

USD

873.913

BARRICK GOLD CORP

EUR

185.023

BAYERISCHE MOTOREN WERKE AG

16.610

USD

58.781

BIOGEN IDEC INC

16.490

USD

682.405

BLACKSTONE GROUP LP/THE

19.078

GBP

3.534.980

BP PLC

18.721

USD

119.911

CALIFORNIA RESOURCES CORP

USD

715.090

CARNIVAL CORP

26.788

USD

257.981

CELGENE CORP

23.848

USD

237.713

CHECK POINT SOFTWARE TECH

15.435

HKD

1.192.000

CHINA RESOURCES ENTERPRISE

2.063

USD

576.613

CIA DE MINAS BUENAVENTUR-ADR

4.556

CHF

186.288

CIE FINANCIERE RICHEMON-REG

13.758

USD

1.137.537

CISCO SYSTEMS INC

26.148

USD

784.723

CITIGROUP INC

35.091

USD

565.197

COMCAST CORP-CLASS A

27.096

USD

423.119

CVS HEALTH CORP

33.677

AYALA LAND INC

1.809

BANCO DO BRASIL S.A.

4.626

7.764

546

67

NN Global Fund

Valuta

Jaarverslag 2014

Aantal

USD

347.076

SGD

1.583.000

USD

Naam

Waarde x € 1.000

CYTEC INDUSTRIES INC

13.243

DBS GROUP HOLDINGS LTD

20.337

474.166

DELTA AIR LINES INC

19.275

EUR

478.917

DEUTSCHE BANK AG-REGISTERED

11.966

USD

842.291

EMC CORP/MA

20.701

USD

128.585

FOMENTO ECONOMICO MEX-SP ADR

USD

699.210

FREEPORT-MCMORAN INC

13.498

USD

1.437.736

GENERAL ELECTRIC CO

30.025

USD

259.894

GILEAD SCIENCES INC

20.245

USD

145.010

GOLDMAN SACHS GROUP INC

23.228

USD

40.152

GOOGLE INC-CL A

17.608

USD

34.606

GOOGLE INC-CL C

15.054

MXN

1.143.554

GRUPO FINANCIERO BANORTE-O

9.354

5.206

USD

354.685

HALLIBURTON CO

11.528

USD

232.215

HESS CORP

14.166

USD

234.982

HONEYWELL INTERNATIONAL INC

19.404

GBP

2.552.057

HSBC HOLDINGS PLC

20.014

USD

317.606

INGERSOLL-RAND PLC

16.638

JPY

536.500

JAPAN TOBACCO INC

12.307

USD

673.071

JP MORGAN CHASE & CO

34.809

USD

252.609

KELLOGG CO

13.661

JPY

45.900

KEYENCE CORP

17.024

EUR

78.636

LINDE AG

12.126

USD

510.967

MARATHON OIL CORP

11.946

USD

125.622

MEDIVATION INC

10.341

USD

693.983

MERCK & CO. INC.

32.570

USD

416.074

METLIFE INC

18.599

USD

808.168

MICROSOFT CORP

31.023

MITSUBISHI UFJ FINANCIAL GRO

18.993

JPY

4.146.700

USD

665.680

MYLAN INC

31.011

CHF

499.354

NESTLE SA-REG

30.297

USD

262.439

NETAPP INC

USD

340.551

NICE SYSTEMS LTD-SPONS ADR

14.255

USD

303.164

NIKE INC -CL B

24.089

CHF

445.886

NOVARTIS AG-REG

34.248

USD

568.939

NUANCE COMMUNICATIONS INC

6.709

USD

299.778

OCCIDENTAL PETROLEUM CORP

19.970

8.990

68

NN Global Fund

Valuta

Jaarverslag 2014

Aantal

Naam

Waarde x € 1.000

USD

836.523

ORACLE CORP

USD

782.101

PETROLEO BRASILEIRO-SPON ADR

USD

1.389.195

PLN

79.269

USD

440.554

PPL CORP

13.227

USD

413.099

PROCTER & GAMBLE CO/THE

31.097

GBP

1.283.293

PRUDENTIAL PLC

24.672

USD

314.703

QUALCOMM INC

19.331

EUR

460.564

REED ELSEVIER NV

GBP

682.350

RIO TINTO PLC

26.378

CHF

146.387

ROCHE HOLDING AG-GENUSSCHEIN

32.861

KRW

10.072

SAMSUNG ELECTRONICS CO LTD

10.049

USD

304.508

SENSATA TECHNOLOGIES HOLDING

13.189

EUR

199.048

SIEMENS AG-REG

18.661

GBP

761.312

SSE PLC

15.912

NOK

896.541

SUBSEA 7 SA

7.565

BRL

332.960

SUL AMERICA SA - UNITS

1.336

JPY

802.400

SUMITOMO MITSUI FINANCIAL GR

24.197

USD

1.032.097

TAIWAN SEMICONDUCTOR-SP ADR

19.089

USD

325.122

TARGET CORP

20.396

EUR

1.483.227

TELEFONICA SA

17.680

HKD

1.209.100

TENCENT HOLDINGS LTD

14.496

EUR

442.370

TOTAL SA

18.810

JPY

615.300

TOYOTA MOTOR CORP

32.055

USD

421.987

TRANSOCEAN LTD

6.392

EUR

282.239

UNILEVER NV-CVA

9.212

USD

302.806

UNITEDHEALTH GROUP INC

25.297

EUR

258.988

VINCI SA

11.787

USD

341.884

WALT DISNEY CO/THE

26.612

USD

478.787

WEATHERFORD INTERNATIONAL PLC

USD

891.399

WELLS FARGO & CO

USD

151.141

WESCO INTERNATIONAL INC

GBP

1.142.163

USD

340.275

Totaal van beleggingen

PFIZER INC POWSZECHNY ZAKLAD UBEZPIECZE

31.088 4.718 35.762 8.963

9.138

4.530 40.384 9.519

WPP PLC

19.795

YUM! BRANDS INC

20.486 1.820.651

69

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Landenverdeling Per 31 december 2014 Onderstaande tabel geeft de verdeling weer naar land van vestiging van de emittent. Land

Waarde x € 1.000

% Fondsvermogen

1.045.009

56,6

Verenigd Koninkrijk

147.894

8,0

Zwitserland

122.086

6,6

Japan

104.576

5,7

Duitsland

76.584

4,1

Frankrijk

48.749

2,6

275.753

14,9

1.820.651

98,5

Verenigde Staten

Overige landen (belangen<2,5%) Totaal

70

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Wisselkoersen Onderstaande tabel geeft de belangrijkste wisselkoersen ten opzichte van de Euro weer. Valuta

Afkorting

31-12-2014

Amerikaanse dollar

USD

1,21005

Braziliaanse real

BRL

3,21655

Engelse pond

GBP

0,77605

Filippijnse peso

PHP

54,12855

Hong Kong dollar

HKD

9,38375

JPY

145,07895

Mexicaanse peso

MXN

17,83585

Noorse kroon

NOK

9,07240

Poolse zloty

PLN

4,29810

Singapore dollar

SGD

1,60345

Turkse lira

TRY

2,82880

KRW

1.330,02649

CHF

1,20235

Japanse yen

Zuid Koreaanse won Zwitserse frank


71

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Overige gegevens Bestuurdersbelangen Het totale persoonlijke belang in aantal aandelen en optierechten dan wel nominale waarde bij obligaties dat de bestuurders, zoals zitting hebbend op de genoemde datum, in (de beleggingen van) het Subfonds hadden per 31 december 2014 wordt als volgt gespecificeerd:

Bank of America Corp NN Global Fund - P*

Type

31-12-2014

Aandelen

294

Indirect belang

6.250

Bij oprichting van het NN Paraplufonds 1 N.V. had het Subfonds geen beleggingen. Derhalve zijn er geen belangen aan het begin van het boekjaar opgenomen. *


Voorgestelde resultaatbestemming Aan de komende Algemene Vergadering zal worden voorgesteld om ten laste van de Overige reserves onderstaande bedragen per aandelenklasse als dividenduitkering beschikbaar te stellen: Aandelenklasse P Aandelenklasse I Aandelenklasse G Aandelenklasse Z

€ 15.658.000 € 1.520.000 € 788.000 € 1.882.000

Het dividendbedrag per aandeel zal kort voor de Algemene Vergadering worden voorgesteld. De uitkering zal geschieden onder inhouding van 15% dividendbelasting. Het niet als dividend uit te keren deel van het resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening zal worden toegevoegd aan de Overige reserves van de betreffende aandelenklasse. Tevens wordt voorgesteld om het doorgeschoven dividend over de periode 1 januari 2013 tot en met 30 november 2013 zoals hieronder is weergegeven vast te stellen. ING Global Fund, Subfonds van ING Beleggingsfondsen Paraplu N.V. (“Verdwijnende Subfonds”) is per 30 november 2013 gefuseerd met ING Global Fund, Subfonds van ING Paraplufonds 1 N.V. (“Verkrijgende Subfonds”). De voor uitdeling beschikbare winst over de periode 1 januari 2013 tot en met 30 november 2013 van het Verdwijnende Subfonds is doorgeschoven naar het Verkrijgende Subfonds. Het doorgeschoven dividend over de periode 1 januari 2013 tot en met 30 november 2013 is op 27 maart 2014 (datum ex-dividend) als interim-dividend ten laste van de Overige reserves uitgekeerd op Aandelenklasse P. Deze uitkering bedroeg € 1,17 per aandeel en is uitgekeerd onder aftrek van 15% dividendbelasting.

72

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan: NN Investment Partners B.V. en de aandeelhouders van NN Global Fund

Ons oordeel Wij hebben de jaarrekening 2014 van NN Global Fund (de beleggingsentiteit), Subfonds van NN Paraplufonds 1 N.V., te Amsterdam gecontroleerd. Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van NN Global Fund op 31 december 2014 en van het resultaat over de periode 26 september 2013 tot en met 31 december 2014 in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 van het in Nederland geldende Burgerlijk Wetboek (BW) en met de Wet op het financieel toezicht. De jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december 2014, de winst-en-verliesrekening over de periode 26 september 2013 tot en met 31 december 2014 en de toelichting met een overzicht van de belangrijke grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen.

De basis voor ons oordeel Wij hebben onze controle uitgevoerd volgens het Nederlands recht, waaronder ook de Nederlandse controlestandaarden vallen. Onze verantwoordelijkheden op grond hiervan zijn beschreven in de sectie Onze verantwoordelijkheden voor de controle van de jaarrekening. Wij zijn onafhankelijk van de (beheerder van de) beleggingsentiteit zoals vereist in de “Verordening inzake de onafhankelijkheid van accountants bij assurance-opdrachten (ViO)” en andere voor de opdracht relevante onafhankelijkheidsregels in Nederland. Verder hebben wij voldaan aan de “Verordening gedrags- en beroepsregels accountants (VGBA)”. Wij vinden dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel.

Materialiteit Afwijkingen kunnen ontstaan als gevolg van fraude of fouten en zijn materieel indien redelijkerwijs kan worden verwacht dat deze, afzonderlijk of gezamenlijk, van invloed kunnen zijn op de economische beslissingen die gebruikers op basis van deze jaarrekening nemen. De materialiteit beïnvloedt de aard, timing en omvang van onze controlewerkzaamheden en de evaluatie van het effect van onderkende afwijkingen op ons oordeel. Op basis van onze professionele oordeelsvorming hebben wij de materialiteit voor de jaarrekening als geheel bepaald op € 36.971.000. De materialiteit is gebaseerd op 2,0% van het eigen vermogen per 31 december 2014. Wij houden ook rekening met afwijkingen en/of mogelijke afwijkingen die naar onze mening voor de gebruikers van de jaarrekening om kwalitatieve redenen materieel zijn. Wij zijn met de directie van NN Investment Partners B.V. (de beheerder van de beleggingsentiteit) overeengekomen dat wij tijdens onze controle geconstateerde afwijkingen boven € 1.848.000 rapporteren alsmede kleinere afwijkingen die naar onze mening om kwalitatieve redenen relevant zijn.

73

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

De kernpunten van onze controle In de kernpunten van onze controle beschrijven wij zaken die naar ons professionele oordeel het meest belangrijk waren tijdens onze controle van de jaarrekening. De kernpunten van onze controle hebben wij met de beheerder van de beleggingsentiteit gecommuniceerd, maar vormen geen volledige weergave van alles wat is besproken. Wij hebben onze controlewerkzaamheden met betrekking tot deze kernpunten bepaald in het kader van de jaarrekeningcontrole als geheel. Onze bevindingen ten aanzien van de individuele kernpunten moeten in dat kader worden bezien en niet als afzonderlijke oordelen over deze kernpunten. Bestaan en waardering van beursgenoteerde beleggingen Het eigen vermogen van de beleggingsentiteit is voor een belangrijk deel belegd in beursgenoteerde beleggingen. Deze beleggingen zijn in belangrijke mate bepalend voor de financiële resultaten van de beleggingsentiteit. Wij schatten het risico op een materiële fout in deze beleggingen lager in, mede omdat de beleggingen bestaan uit liquide, beursgenoteerde titels waarvoor een genoteerde prijs op een actieve markt beschikbaar is. Echter vanwege de omvang van de beleggingen in relatie tot de jaarrekening als geheel, zijn de beursgenoteerde beleggingen de post met de grootste impact op onze controle. Uitgevoerde werkzaamheden Onze controlewerkzaamheden ten aanzien van bestaan en waardering van de beursgenoteerde beleggingen bestonden onder andere uit:  het kennisnemen en testen van de interne beheersmaatregelen bij de beheerder, inclusief relevante algemene IT-beheersmaatregelen rondom processen inzake transactie verwerking, corporate actions, reconciliatie van beleggingen en portefeuille waardering. Hierbij hebben wij voor uitbestede processen mede gebruik gemaakt van onafhankelijke rapportages inzake de opzet, bestaan en werking van relevante beheersmaatregelen bij de beheerder en andere betrokken partijen;  het afstemmen van de waardering van de in de jaarrekening verantwoorde beursgenoteerde beleggingen met minimaal één onafhankelijke prijsbron;  het afstemmen van bestaan en eigendom van de in de jaarrekening verantwoorde beleggingsportefeuille met de rechtstreeks door ons ontvangen externe confirmatie van de bewaarder. De uitvoering van deze werkzaamheden heeft niet geleid tot significante bevindingen ten aanzien van bestaan of waardering van de beleggingen.

Verantwoordelijkheden van de beheerder voor de jaarrekening NN Investment Partners B.V. voert als directie het beheer van NN Global Fund. De beheerder van de beleggingsentiteit is verantwoordelijk voor het opmaken en het getrouw weergeven van de jaarrekening en voor het opstellen van directieverslag, beide in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 BW en met de Wet op het financieel toezicht. In dit kader is de beheerder verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing die de beheerder noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fouten of fraude. Bij het opmaken van de jaarrekening moet de beheerder afwegen of de beleggingsentiteit in staat is om haar werkzaamheden in continuïteit voort te zetten. Op grond van genoemd verslaggevingsstelsel moet de beheerder de jaarrekening opmaken op basis van de continuïteitsveronderstelling, tenzij de beheerder het voornemen heeft om de beleggingsentiteit te liquideren of de activiteiten te beëindigen of als beëindiging het enige realistische alternatief is. De beheerder moet gebeurtenissen en omstandigheden waardoor gerede twijfel zou kunnen bestaan of de beleggingsentiteit haar activiteiten in continuïteit kan voortzetten, toelichten in de jaarrekening.

74

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Onze verantwoordelijkheden voor de controle van de jaarrekening Onze verantwoordelijkheid is het zodanig plannen en uitvoeren van een controleopdracht dat wij daarmee voldoende en geschikte controle-informatie verkrijgen voor het door ons af te geven oordeel. Onze controle is uitgevoerd met een hoge mate maar geen absolute mate van zekerheid waardoor het mogelijk is dat wij tijdens onze controle niet alle fouten en fraude ontdekken. Wij hebben deze accountantscontrole professioneel kritisch uitgevoerd en hebben waar relevant professionele oordeelsvorming toegepast in overeenstemming met de Nederlandse controlestandaarden, ethische voorschriften en de onafhankelijkheidseisen. Onze controle bestond onder andere uit:  het identificeren en inschatten van de risico’s dat de jaarrekening afwijkingen van materieel belang bevat als gevolg van fouten of fraude, het in reactie op deze risico’s bepalen en uitvoeren van controlewerkzaamheden en het verkrijgen van controle-informatie die voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel. Bij fraude is het risico dat een afwijking van materieel belang niet ontdekt wordt groter dan bij fouten. Bij fraude kan sprake zijn van samenspanning, valsheid in geschrifte, het opzettelijk nalaten transacties vast te leggen, het opzettelijk verkeerd voorstellen van zaken of het doorbreken van de interne beheersing;  het verkrijgen van inzicht in de interne beheersing die relevant is voor de controle met als doel controlewerkzaamheden te selecteren die passend zijn in de omstandigheden. Deze werkzaamheden hebben niet als doel om een oordeel uit te spreken over de effectiviteit van de interne beheersing van de beleggingsentiteit;  het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en het evalueren van de redelijkheid van schattingen door de beheerder en de toelichtingen die daarover in de jaarrekening staan;  het vaststellen dat de door de beheerder gehanteerde continuïteitsveronderstelling aanvaardbaar is. Tevens het op basis van de verkregen controle-informatie vaststellen of er gebeurtenissen en omstandigheden zijn waardoor gerede twijfel zou kunnen bestaan of de beleggingsentiteit haar activiteiten in continuïteit kan voortzetten. Als wij concluderen dat er een onzekerheid van materieel belang bestaat, zijn wij verplicht om aandacht in onze controleverklaring te vestigen op de relevante gerelateerde toelichtingen in de jaarrekening. Als de toelichtingen inadequaat zijn, moeten wij onze verklaring aanpassen. Onze conclusies zijn gebaseerd op de controle-informatie die verkregen is tot de datum van onze controleverklaring. Toekomstige gebeurtenissen of omstandigheden kunnen er echter toe leiden dat een beleggingsentiteit haar continuïteit niet langer kan handhaven;  het evalueren van de presentatie, structuur en inhoud van de jaarrekening en de daarin opgenomen toelichtingen; en  het evalueren of de jaarrekening een getrouw beeld geeft van de onderliggende transacties en gebeurtenissen. Wij communiceren met de beheerder van de beleggingsentiteit onder andere over de geplande reikwijdte en timing van de controle en over de significante bevindingen die uit onze controle naar voren zijn gekomen, waaronder eventuele significante tekortkomingen in de interne beheersing. Wij bevestigen aan de beheerder dat wij de relevante ethische voorschriften over onafhankelijkheid hebben nageleefd. Wij communiceren ook met de beheerder over alle relaties en andere zaken die redelijkerwijs onze onafhankelijkheid kunnen beïnvloeden en over de daarmee verband houdende maatregelen om onze onafhankelijkheid te waarborgen.

75

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Wij bepalen de kernpunten van onze controle van de jaarrekening op basis van alle zaken die wij met de beheerder hebben besproken. Wij beschrijven deze kernpunten in onze controleverklaring, tenzij dit is verboden door wet- of regelgeving of in buitengewoon zeldzame omstandigheden wanneer het niet vermelden in het belang van het maatschappelijk verkeer is. Amsterdam, 23 april 2015



76

NN Global Fund

Jaarverslag 2014

Bijlage(n)

Jaarverslag NN Paraplufonds 1 N.V.

77

Jaarverslag Gespreide Beleggingsfonds

Recommend Documents