Jaarverslag en -rekening 2012
Wedeka Bedrijven Electronicaweg 29 9503 GA Stadskanaal Postbus 194 9500 AD Stadskanaal Telefoon Fax E-mail Internet
0599-692000 0599-696241
[email protected] www.wedeka.nl
2
JAARVERSLAG en -REKENING 2012
Inhoud
Hoofdstuk 1 Bericht van het Dagelijks Bestuur
Hoofdstuk 2 Programmaverantwoording 2.1
Algemeen
2.2
Sociaal beleid
2.3
Marketing- en productiebeleid en innovatie
2.4
Financieel beleid
Hoofdstuk 3 Verplichte paragrafen 3.1
Weerstandsvermogen
3.2
Onderhoud kapitaalgoederen
3.3
Financiering
3.4
Verbonden partijen
3.5
Bedrijfsvoering
Hoofdstuk 4 Jaarrekening 4.1
Balans per 31 december 2012
4.2
Programmarekening
4.3
Kasstroomoverzicht
4.4
Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling
4.5
Toelichting op de balans
4.6
Toelichting op de programmarekening
4.7
Toelichting op het kasstroomoverzicht
4.8
Overige gegevens
4.9
Vaste activa
4.10 Controleverklaring van de onafhankelijke accountant 4.11 Sisa-verantwoordingsbijlage
3
4
Hoofdstuk 1
Bericht van het Dagelijks Bestuur
Het verslagjaar 2012 was een bewogen jaar vol tegengestelde bewegingen. De eerste vier maanden stonden volledig in het teken van de invoering van de Wet Werken naar Vermogen per 1 januari 2013 en de effecten van verdere doorvoering van de kortingen op de rijkssubsidie. Samen met de betrokken gemeenten is alle energie besteed aan de vormgeving van de aangekondigde herstructurering, hetgeen resulteerde in het gezamenlijke Transitieplan, dat eind april bij het ministerie werd ingediend. Vlak voor de vaststelling van de WWNV in de Tweede Kamer sneuvelde het kabinet en verdween het Transitieplan in de spreekwoordelijke la. Tegelijkertijd werd een forse – en succesvolle – lobby ontwikkeld om de uitzonderlijke positie van Oost-Groningen voor het voetlicht te brengen en aandacht te vragen voor de ingrijpende en vrijwel onoplosbare gevolgen van inhoudelijke veranderingen en substantiële kortingen op de rijkssubsidie. Deze lobby is, na bekendwording van het Regeerakkoord, weer onvervaard voortgezet en is vooralsnog bekroond met een aangenomen motie, waarin de specifieke positie van Oost-Groningen wordt onderkend. Als gevolg van de voorgenomen invoering van de WWNV werd noodgedwongen besloten om met ingang van 1 april geen arbeidsovereenkomsten voor onbepaalde tijd meer aan te bieden aan sw-medewerkers met een aflopend derde termijns contract ….. een ingrijpende en verstrekkende maatregel. In juni werd duidelijk dat als gevolg van het Kunduz-akkoord ook de voorgenomen kortingen en de herstructureringsmiddelen waren vervallen. Mede hierom werd het eerder genomen besluit over de tijdelijke contracten door vier van de vijf gemeenten in de tweede helft van het jaar voorlopig opgeschort. Na bekendwording van het Regeerakkoord in oktober werd al snel duidelijk dat de opvolger van de WWNV, de zogenaamde Participatiewet, opnieuw alle hens aan dek betekent voor onze regio en dat het uitstel van executie voorbij was. Immers, de inhoudelijke veranderingen gaan onverminderd door, daarbij ondersteund door de invoering van een quotumregeling, die ons gebied maar beperkt soelaas zal bieden en de kortingen worden weliswaar uitgesmeerd, maar zijn uiteindelijk even funest. Dit te meer, omdat de eerder beschikbare herstructureringsmiddelen zijn verdampt. Nu de kruitdampen enigszins zijn opgetrokken, kan helaas slechts geconcludeerd worden dat er sprake is geweest van een jaar vertraging, maar dat de trein verder hetzelfde spoor volgt. Ondanks alle perikelen en de voortdurende recessie is het boekjaar 2012 relatief goed afgesloten. De begroting kende een verwacht tekort van € 2.421.000,- en het jaar werd afgesloten met een tekort van € 988.000,-. Dit is aanzienlijk (€ 1.433.000,-) beter dan voorzien en op hoofdlijnen als volgt te verklaren: - de netto-opbrengsten zijn slechts € 60.000,- lager dan geraamd - de bedrijfslasten zijn € 1.255.000,- lager dan voorzien - het negatieve subsidieresultaat (de bron van het kwaad) is € 238.000,- minder. Bijkomend voordeel hiervan is dat de reserve minder snel terugloopt dan verwacht en nu nog € 3.948.000,- bedraagt. Een op zichzelf respectabel bedrag, maar gezien de gewijzigde begroting 2013 en de voorliggende plannen, een druppel op een gloeiende plaat, die helaas slechts tot de conclusie kan leiden dat de bodem in zicht is …..
5
Een veelbewogen jaar dus, dat de opmaat vormt voor een zware tijd, waarin aan de ene kant nog veel onzekerheid is, maar aan de andere kant steeds duidelijker wordt dat de sociale werkvoorziening in de huidige vorm zijn langste tijd heeft gehad en met de invoering van de Participatiewet een onomkeerbaar proces wordt ingegaan. Het zal het uiterste vergen van bestuurders, directie en medewerkers om daarin voor onze regio de beste weg te vinden.
Jan-Willem van de Kolk Voorzitter 1 maart 2013
6
Hoofdstuk 2
Programmaverantwoording
2.1 ALGEMEEN Het uiteindelijk resultaat over 2012 is, ondanks de voortwoekerende recessie, aanzienlijk beter dan verwacht en een meevaller voor de resterende reserve. Het tekort is € 1.433.000,lager en uitgekomen op € 988.000,-. Nog steeds helaas een tekort, maar gezien de structurele subsidiekorting in 2011 van ruim € 2,5 miljoen, zeker acceptabel te noemen. Belangrijkste oorzaak voor de meevallende uitkomst wordt gevormd door de veel lagere bedrijfslasten (€ 1.255.000,-) dan geraamd … gevolg van wederom goede kostenbeheersing en het wegschrapen van de laatste vetrandjes. Zoals uit de programmarekening onder 4.2 zonneklaar blijkt, wordt het op zich positieve bedrijfsresultaat volkomen overvleugeld door het negatieve subsidieresultaat van € 4,3 miljoen. Een subsidieresultaat dat de komende jaren alleen maar negatiever zal worden door de aangekondigde kortingen van ongeveer € 500,- per s.e. per jaar voor de komende 6 jaar … Aangezien de programmarekening, zoals gebruikelijk, voorzien is van een uitvoerige toelichting, zal hier slechts in hoofdlijnen op worden ingegaan. Ondanks de voortgaande economische malaise en de toenemende bezuinigingsdruk, zijn de totale opbrengsten vrijwel op het geraamde niveau uitgekomen en vergelijkbaar met het voorgaande jaar. Daarbij moet wel aangetekend worden dat in lijn met bovenstaande Groen en Industrie achter bleven en de winst bij Trajecten en in mindere mate bij Kringloop en Milieu werd behaald. De opbrengsten van Industrie staan al een aantal jaren onder druk; eerst (en nog steeds) als gevolg van verschuiving naar lage lonen landen en de laatste drie jaar vooral als gevolg van de diepe recessie, waardoor het aanbod op zich al een probleem is en het prijsniveau door de steeds kleinere vijver met meer vissers, bedroevend is geworden. De opbrengst bleef dan ook € 300.000,- achter bij de begroting en € 100.000,- bij de realisatie in 2011, waarbij als positieve kanttekening geldt dat de achterstand met name in het eerste halfjaar werd opgelopen en het tweede halfjaar, evenals het begin van 2013, mede door het aantrekken van een aantal nieuwe klanten, een positiever beeld te zien gaf. Feit blijft dat, ook als deze positieve ontwikkeling zich door zou zetten, het al een prestatie is als het voor 2013 in deze gestelde doel gehaald wordt. Ook de groenbedrijven bleven, zij het in lichtere mate, achter (€ 114.000,-) bij de begroting; dit heeft, zoals vaker aangegeven, alles te maken met een krimpende en onder druk staande markt en voortgaande gemeentelijke bezuinigingen. In een periode van vijf jaar zijn de opbrengsten uit groen al ruim € 800.000,- gedaald! En lijkt het einde nog niet in zicht. De opbrengsten van Trajecten zijn nog € 100.000,- hoger uitgekomen dan de realisatie in het voorgaande jaar. Dit komt vooral door de goede afspraken met de betrokken gemeenten over de TDC’s en doordat de detacheringsopbrengsten, ondanks het ongunstige klimaat, op niveau zijn gebleven. Zoals al gememoreerd heeft een goede kostenbeheersing, in samenhang met tijdig ingrijpen, een grote bijdrage geleverd aan het wezenlijk lagere verlies. Uiteraard wordt dit beleid doorgezet en is er ook bij de begrotingswijziging 2013 nog weer gesneden, maar het kent ook zijn grenzen.
7
Alhoewel de negatieve ontwikkeling van het subsidieresultaat zich volgens de Participatiewet langzamer zal voltrekken dan eerder voorzien, lijkt het toch vooral uitstel van executie …. De ruimte aan de kosten en de opbrengstenkant zijn immers absoluut onvoldoende om de toenemende tekorten op te vangen, terwijl de bodem van de reserve in zicht is!
2.2 SOCIAAL BELEID 2.2.1 PERSONEELSBELEID De gemeenten voeren de regie over het lokale arbeidsmarktbeleid, waaronder de Wet op de Sociale Werkvoorziening. In de praktijk betekent dit met name dat er aandacht besteed wordt aan de plaatsingen en de wachtlijst. Wedeka Bedrijven is voortdurend in gesprek met gemeenten om invulling te geven aan het lokale en regionale arbeidsmarktbeleid. Het streven is dat zoveel mogelijk mensen zodanig actief blijven dat de afstand tot de arbeidsmarkt kleiner wordt of gelijk blijft. Dit komt tot uiting in de activiteiten in de Trainingsen Diagnose Centra (TDC), in diverse trajecten en projecten zoals Activering Wachtlijst en + het 60 -project via Wedeka B.V. Daarnaast zijn er ook regelmatig contacten met het UWV, hetgeen ook tot diverse trajecten heeft geleid. In 2012 zijn als gevolg van bezuinigingen op de reïntegratiebudgetten bij de gemeenten de wachtlijstdienstverbanden binnen Wedeka B.V. grotendeels verdwenen. Tegelijkertijd is samenwerking met de gemeenten verder geïntensiveerd. Zo is het aantal medewerkers van de gemeenten die zijn gehuisvest binnen onze organisatie in Veendam en Stadskanaal verder uitgebreid. Het TDC concept heeft in 2012 verder vorm gekregen en zal in 2013, mede dankzij financiële steun van het provinciaal bestuur, op Oost-Groninger schaal worden doorontwikkeld. In 2012 ging de Wet Werken Naar Vermogen (WWNV) als gevolg van de val van het kabinet in april niet door. Daarvoor in de plaats komt nu de Participatiewet. In 2013 zal de politieke besluitvorming over de Participatiewet plaats vinden. Dan zal definitief duidelijk worden wat dit voor de gemeenten en voor Wedeka Bedrijven gaat betekenen. In 2012 daalde de totale wachtlijst van 506 naar 390 personen. De gemiddelde wachtduur steeg in alle gemeenten, met als uitschieter de gemeente Vlagtwedde met een wachtduur van 43,5 maand. De oorzaak ligt in het feit dat er ook in 2012 in Vlagtwedde als gevolg van het dalende volume niemand geplaatst kon worden vanaf de wachtlijst. Er is veel aandacht voor scholing en ontwikkeling. Binnen Wedeka zijn afspraken gemaakt over het ontwikkeltraject dat nieuwe medewerkers doorlopen. Veel medewerkers volgen het 1 AKA -traject, waarin er door Wedeka Bedrijven nauw wordt samengewerkt met het Noorderpoort. Het biedt veel medewerkers de mogelijkheid om een diploma te behalen en zich verder te ontwikkelen. Het totale ziekteverzuim in 2012 was 15,5%. Dit betekent een daling van 1,3% ten opzichte van 2011 (16,8%). De daling van het verzuim is opmerkelijk en wordt in verband gebracht met de onzekerheid rondom de Wsw. Het voorkomen en beheersen van het ziekteverzuim blijft een belangrijk punt van zorg voor de organisatie. Er wordt voortdurend aandacht besteed aan de preventie van ziekteverzuim en het verbeteren van het ziekteverzuimbeleid.
1
8
AKA – Arbeidsmarkt geKwalificeerd Assistent, een MBO-1 opleiding
Er is in 2012 veel aandacht besteed aan psychosociale arbeidsbelasting. Zo is er een protocol agressie en geweld opgesteld, worden er interventieteams ingericht en is er gestart met de training agressiepreventie en –hantering. 2.2.2 (HER)INDICATIE EN WACHTLIJST Algemeen De indicatiestelling voor de Wsw wordt sinds 1 januari 2005 uitgevoerd door het UWV Werkbedrijf. Het UWV Werkbedrijf beslist over: het wel of niet behoren tot de doelgroep van de Wsw; de arbeidshandicapcategorie (matig of ernstig); de geldigheidsduur van de indicatie. Daarnaast adviseert het UWV Werkbedrijf in de indicatiestelling over de eventuele aanpassingen die noodzakelijk zijn voor het verrichten van arbeid en of betrokkene in aanmerking komt voor Begeleid Werken. Bij elke indicatie beoordeelt het UWV Werkbedrijf of de cliënt in staat is om begeleid te werken bij een reguliere werkgever. Indien Begeleid Werken vanwege de aard en de ernst van de handicap niet reëel is, ziet het UWV Werkbedrijf af van een positief advies Begeleid Werken. Met ingang van 1 januari 2008 is de geldigheidsduur van de (her)indicatie gewijzigd. Het UWV Werkbedrijf kan een minimale geldigheidsduur van 1 jaar en een maximale geldigheidsduur van 50 jaar toekennen. In de praktijk worden de meeste termijnen tussen 5 en 10 jaar vastgesteld. Wachtlijst Vanaf 1 januari 2008 worden personen die niet beschikbaar zijn voor een Wswdienstverband geplaatst op de passieve wachtlijst; plaatsingen in een Wsw-dienstverband zijn alleen mogelijk vanaf de actieve wachtlijst. De taakstelling over twee jaar wordt berekend aan de hand van het aantal geïndiceerden per gemeente exclusief de personen op de passieve wachtlijst. De totale wachtlijst telde ultimo 2012 390 personen en is ten opzichte van het voorgaande jaar fors gedaald. Een daling van 116 personen oftewel 23%. Daarentegen is de passieve wachtlijst gestegen van 79 naar 101 personen.
Borger-Odoorn Menterwolde Stadskanaal Veendam Vlagtwedde Totaal
Totaal 2011 51 41 217 128 69 506
Waarvan passief 3 5 29 35 7 79
Totaal 2012 35 43 139 105 68 390
Waarvan passief 8 13 32 38 10 101
9
Het aantal personen op de wachtlijst, ingedeeld naar wachttijd, ziet er per 31-12-2012 als volgt uit: Borger- Menterwolde Stadskanaal Veendam Vlagtwedde Totaal Odoorn Wachtduur korter dan 1 jaar 1 tot 2 jaar 2 tot 3 jaar 3 tot 5 jaar Langer dan 5 jaar Totaal
7 11 13 3 1 35
10 12 11 8 2 43
30 29 61 13 6 139
28 28 28 11 10 105
5 9 12 24 18 68
80 89 125 59 37 390
De gemiddelde wachtduur in maanden van de personen die eind 2012 op de wachtlijst staan bedraagt per gemeente:
Borger-Odoorn Menterwolde Stadskanaal Veendam Vlagtwedde
2011 21,6 19,4 22,8 23,9 34,3
2012 24,9 25,4 25,7 26,3 43,3
Door de geringe plaatsingsmogelijkheden in 2012 in de meeste deelnemende gemeenten, is de gemiddelde wachtduur toegenomen. Bij de gemeente Vlagtwedde is sprake van de hoogste stijging van de gemiddelde wachtduur.
2.2.3 PERSONEELSBEZETTING Plaatsingsbeleid De gemeenten hebben door middel van het opstellen van wachtlijstverordeningen de mogelijkheid gekregen doelgroepenprioriteit toe te passen. De gemeenten Menterwolde en Veendam hebben een wachtlijstverordening vastgesteld. Beide gemeenten hebben besloten om bij plaatsingen voorrang te geven aan geïndiceerden met een indicatie Begeleid Werken, indien er een BW-werkplek beschikbaar is. Indien er geen wachtlijstverordening is opgesteld wordt er geplaatst volgens het FIFO systeem (First In - First Out). In- en uitstroom De gemiddelde personeelsbezetting in 2012 was 1.810,9 s.e.’s. Met ingang van 1 januari 2008 wordt er geen subsidie ontvangen voor personen die geen loon ontvangen indien er bijvoorbeeld sprake is van ziekte langer dan 2 jaar. Voor 2012 levert dit een correctie op van 10,1 s.e.’s; daardoor is de uiteindelijke realisatie 1.800,8 s.e.’s. De budgettoewijzing voor 2012 was 1.812,4 s.e.’s. Er zijn in 2012 in totaal 190 personen aangenomen, terwijl er tevens 190 personen uit dienst zijn gegaan.
10
De in- en uitstroom van personen met een Wsw-dienstverband / BW-contract in 2012 Saldo
In stroom
31-12-‘11 2012
Uit stroom
VUT/ pens. WIO
Vrije bedrijf overig*
2012
Aantal Totaal personen 311212 31-12-‘12
fte’s
Gecorr. Budget gemidd. toewijzing realisatie s.e.’s s.e.'s
Borger-Odoorn
193
20
19
3
0
0
16
194
169,4
169,3
168,8
Menterwolde
150
9
18
2
2
0
14
141
126,4
135,8
136,3
Stadskanaal
742
99
68
10
7
1
50
773
682,4
689,4
695,7
Veendam
488
47
50
7
4
0
39
485
413,8
430,0
436,0
Vlagtwedde
333
5
16
7
3
0
6
322
287,2
298,4
297,4
86
10
19
4
2
0
13
77
73,1
78,0
78,2
1.992
190
190
33
18
1
138
1.992
1.752,3
1.800,8
1.812,4
Buitengemeenten Totaal
*Onder overige redenen vallen o.a. overlijden, ontslag en beëindiging tijdelijk dienstverband. De instroom van 190 personen bestaat voor 41 personen uit verhuizingen. Omvang en samenstelling van het personeelsbestand Personeelsbezetting Wsw-personeel per 31-12-2011 en 31-12-2012
Stand 31-12-2011 Stand 31-12-2012
Mannen Vrouwen 1.419 (71,2%) 573 (28,8%) 1.390 (69,8%) 602 (30,2%)
Totaal 1.992 1.992
Personeelsbezetting Wsw-personeel per deelnemende gemeente per 31-12-2012
Borger-Odoorn Menterwolde Stadskanaal Veendam Vlagtwedde Buitengemeenten Totaal incl. slapers Slapers Netto excl. slapers
Personen Fte’s 194 169,4 141 126,4 773 682,4 485 413,8 322 287,2 73,1 77 1.992 1.752,3 7,6 1.744,7
S.e.´s 174,3 131,4 701,7 430,0 293,7 75,4 1.806,6 7,9 1.798,7
Slapers zijn medewerkers die na twee jaar ziekte geen loon meer ontvangen, maar nog wel meetellen in de personeelsstanden.
11
Personeelsbezetting ambtelijk personeel per 31-12-2011 en 31-12-2012
Wedeka Wedeka B.V. WedekaBaanderij Subtotaal Gedetacheerd Subtotaal Wachtgelder Totaal
Aantal personen 31-12-2011 100 14 10 124 - 9 115 1 116
Fte’s
95,2 12,7 8,4 116,3 - 5,7 110,6 0,7 111,3
Aantal personen 31-12-2012 96 11
Fte’s
10 117 - 9 108 1 109
8,4 110,2 - 5,7 104,5 0,7 105,2
91,7 10,1
De bezetting van de ambtelijke formatieplaatsen per 31-12-2012 is ten opzichte van 31-12-2011 gedaald met 7 personen resp. 6,1 fte’s. Dit wordt veroorzaakt door een verlaging van de ambtelijke bezetting van 4 personen en 3 personen minder in Wedeka B.V. (2012 11 personen en 2011 14 personen). Het aantal personeelsleden dat (gedeeltelijk) gedetacheerd is, is gelijk gebleven met 9 personen. Dienstverbanden Wsw-personeel Het aantal personen met een Wsw-dienstverband is gelijk gebleven per het einde van het jaar (in 2011 en 2012 waren 1.992 personen in dienst). Het aantal fte’s is met 13,7 afgenomen (1.766,0 fte’s per 31-12-2011 ten opzichte van 1.752,3 fte’s per 31-12-2012). Wsw-personeelsleden naar salarisschaal per 31-12-2012 (exclusief Begeleid Werken) Loonschaal Min. loon A B1 B2 C1 C2 D1 D2 E F G H I Totaal
12
In personen 2010 124 22 370 265 481 314 223 83 45 28 30 7 1 1.993
In personen 2011 143 23 349 256 477 311 219 88 42 31 29 9 1 1.978
In personen 2012 185 21 344 257 455 306 215 85 44 29 28 9 1 1.979
Leeftijdsopbouw Wsw-personeel per 31-12-2012 Leeftijd < 20 20-30 30-40 40-50 50-60 60-65 Totaal
2011 aantal 0 195 309 578 687 223 1.992
2011 in % 0,0 % 9,8 % 15,5 % 29,0 % 34,5 % 11,2 %
2012 aantal 0 192 303 574 669 254 1.992
2012 in % 0,0 % 9,6 % 15,2 % 28,8 % 33,6 % 12,8 %
2.2.4 PERSONEELSONTWIKKELING Divisie Trajecten In 2012 zijn binnen en vanuit de Divisie Trajecten de volgende activiteiten verricht: Detacheringen Eind december 2012 waren er 237 personen vanuit de afdeling Detacheringen aan het werk bij een externe reguliere werkgever. Ten opzichte van 2011 is dit een daling van 13 personen (5,2%). Tegelijkertijd was er een minimale groei van de opbrengst ten opzichte van 2011 doordat de netto toegevoegde waarde met 0,3% steeg. Opgemerkt moet worden dat er vanuit de diverse vestigingen van Wedeka ongeveer 40 Wsw-medewerkers gedetacheerd worden. Vanwege praktische overwegingen (bijvoorbeeld detacheren vanuit het groenbedrijf naar opdrachtgevers van het groenbedrijf) vindt de plaatsing en begeleiding vanuit de vestigingen plaats en niet door de afdeling Detacheringen. Daarnaast wordt er regelmatig en in toenemende mate een verzoek gedaan bij de vestigingen, zowel Industrie als Groen, om extra personeel te plaatsen bij onze opdrachtgevers als gevolg van extra aanbod van werk, met name in de verpakking- en kartonnage-industrie. Afdelingen binnen de Industrie of Groen functioneren op die manier als een soort reserve waaruit Wsw-medewerkers tijdelijk extern gedetacheerd kunnen worden. De schoonmaakinkomsten zijn gelijk gebleven ondanks de bezuinigingen in het onderwijs vanwege de vermindering (krimp) van het aantal leerlingen, wat direct gevolgen heeft voor de te besteden gelden voor de schoonmaak van de scholen. Ondanks het feit dat door opzeggingen het aantal permanent gedetacheerde medewerkers daalde, zijn er ook een aantal projecten gestart waar Wsw-medewerkers extern werken: het nieuwe gebouw van Compaen wordt door Wedeka schoongemaakt en de OV-bureaus in Veendam en Stadskanaal worden eveneens bemenst door Wedeka-medewerkers. Individuele detachering liep dus wat terug, maar tijdelijke detacheringen en het extern werken in projecten namen toe. In een tijd van grote crisis en afnemende werkgelegenheid zorgt Wedeka er daardoor toch voor dat de beweging van binnen naar buiten verder doorgezet wordt en de begroting wordt gehaald! Het gemiddelde ziekteverzuim (1e + 2e jaar) ging in 2012 fors naar beneden, naar 12,9% ten opzichte van 16,7% in 2011. 13
TDC Stadskanaal In 2012 is het Training- en Diagnose Centrum (TDC) aan de Electronicaweg 5 in Stadskanaal verder uitgebreid. Binnen het TDC werken gemeente, Wedeka en het Noorderpoort intensief samen om uitkeringsgerechtigden te diagnosticeren en te trainen door ze binnen de infrastructuur van Wedeka te laten werken. Na de verbouw en de inrichting van het TDC in het najaar van 2011 is in 2012 gewerkt aan verbetering van het aanbod en intensivering van de samenwerking met de gemeenten Stadskanaal en Borger-Odoorn. Het TDC-programma van werken en trainen duurt gemiddeld drie maanden. Tijdens of na afronding van het programma stroomt men uit naar betaald werk, dagopleidingen, werkervaringsplekken of wordt men teruggemeld naar de gemeente als blijkt dat een toekomst, gericht op werk niet mogelijk is. Heeft men voldoende capaciteiten om aan het werk te gaan, maar nog geen werkplek bij een werkgever, dan wordt men geplaatst binnen de infrastructuur van Wedeka Bedrijven. Bij de plaatsing wordt rekening gehouden met persoonlijke en plaatsingsmogelijkheden. Het programma is in 2012 aangepast. Naast het werken op de TDC-afdeling hebben klanten deelgenomen aan voorlichtingen, CV-trainingen, sollicitatietrainingen, vakgerichte trainingen (schoonmaak), basistrainingen (houding, gedrag) en de banenbeurs. In 2013 worden de onderdelen training en diagnose geïntensiveerd. Klantmanagers, accountmanagers en consulenten gaan in een periode van 2 tot 4 weken klanten intensief trainen, begeleiden en coachen. Docenten van het Noorderpoort en het Drenthe College worden ingezet voor het aanleren van basis-vaardigheden en het afnemen van vaardigheidstesten. We gaan werken met het ePortfolio (zie ook tekst ePortfolio) en accountmanagers zullen op vaste momenten aanwezig zijn in het TDC voor de bemiddeling naar reguliere banen. In 2012 zijn vanuit de gemeenten Stadskanaal en Borger-Odoorn 779 klanten geplaatst in het TDC. Hiervan zijn 367 klanten (47%) uitgestroomd naar betaald werk, een dagopleiding, trajecten gericht op inburgering, loondispensatie of ondernemerschap, gestopt (geen uitkering) of teruggemeld naar de gemeente omdat werken nu nog geen optie is. Eind december 2012 waren 412 klanten (53%) actief in het TDC-traject. Zij zijn aan de slag gegaan met het TDC-programma, werken binnen de infrastructuur van Wedeka Bedrijven of zijn werkzaam op een werkervaringsplek bij diverse werkgevers. ePortfolio Het ePortfolio is een middel om werkervaring te kunnen vastleggen, beheren en te tonen. Het ePortfolio gaat een loopbaan lang mee. Het gaat om ervaringen met leren en werken in brede zin. Het ePortfolio is meer dan een curriculum vitae. Het ePortfolio brengt namelijk alle gegevens van de klant bijeen die een overzicht geven van de (werk)ervaring. Dit overzicht kan als bewijslast dienen voor de competenties waarover de klant beschikt. Met het ePortfolio is alle mogelijke informatie over de werkervaring, competenties, kennis, vaardigheden, ambities, motivatie en persoonlijke ontwikkelingsplannen van een betrokkene beschikbaar en zichtbaar. In 2012 hebben 70 werknemers van Wedeka Bedrijven deelgenomen aan de pilot ePortfolio in het kader van het sociale innovatieproject ´van binnen naar buiten´. Op basis van deze bevindingen wordt het instrument ePortfolio het komende jaar voor Wsw-medewerkers en TDC-klanten ingezet. Het vullen van het ePortfolio gebeurt onder begeleiding van een ePortfoliobegeleider. Medewerkers van de gemeenten Stadskanaal, Veendam en Wedeka Bedrijven hebben een training gevolgd om als ePortfoliobegeleider TDC-klanten en 14
medewerkers van Wedeka Bedrijven te kunnen adviseren en begeleiden bij het samenstellen van hun ePortfolio. Door mensen de beschikking te geven over een ePortfolio hebben ze de mogelijkheid zich te profileren en eigen initiatieven te tonen. Bij loopbaanstappen kan men sneller en beter worden ondersteund op basis van de vastgelegde gegevens. Iedereen die een ePortfolio heeft, kan door consulenten Begeleid Werken, detacheringsconsulenten en accountmanagers gevonden worden voor bemiddeling naar externe werkplekken. TDC Veendam Vanaf 1 januari 2012 is het TDC Veendam van start gegaan op de lokatie van de Kringloop Veendam. Vanuit hier werken de werkcoaches/klantmanagers van de gemeente en de trajectbegeleiders van Wedeka Bedrijven integraal op de TDC-wijze volgens het model dat al eerder in Stadskanaal is ingevoerd. In Veendam is men tijdens het programma van 13 weken geplaatst op een afdeling van de Kringloop of binnen BAS (Buurt Aanpak Service), Wedeka Industrie of de vestiging Groen & Infra. Dit is mede afhankelijk van de affiniteit en de beroepswens. Daarnaast volgt men de CV-training, sollicitatietraining en/of training in schoonmaak en horeca via het project “Lekker Mee”. Indien uitstroom niet op korte termijn mogelijk is, blijft men op deze werkplek binnen de infrastructuur van Wedeka Bedrijven. Vanuit het TDC Veendam zijn mensen, in overleg met de gemeente, in een AKA-project schoonmaak geplaatst. Deelnemers hieraan zijn op verschillende lokaties werkzaam na een basistraining schoonmaak te hebben gevolgd binnen het Kringloopbedrijf. In maart 2013 doet deze groep examen. In november 2012 is er een AKA-opleiding groen gestart waarin een combinatie van WWBdeelnemers en Wsw-werknemers is gevormd. In de wintermaanden volgt men extra theorie en vanaf maart 2013 worden de mensen vanuit de WWB intensief bemiddeld naar regulier werk. Bezetting TDC Veendam In 2012 zijn er 214 nieuwe aanmeldingen geweest voor de voorlichting, waarvan er 52 personen niet zijn verschenen. Hiervan hebben 28 afgezien van een uitkering. Er vonden 8 personen werk binnen de aanvraagtermijn van de uitkering. De andere 16 kregen een traject buiten het TDC aangeboden of zagen alsnog van een uitkering af. De totale bezetting van het TDC in 2012 was 623 personen. Hiervan zijn er 412 (66%) uitgestroomd vanuit het TDC naar o.a. betaald werk, werkervaringsplaatsen, een dagopleiding, vrijwilligerswerk, verhuizing etc. Eind december waren er 211 personen (34%) actief in het TDC, werkzaam binnen de infrastructuur van Wedeka Bedrijven of werkzaam in een extern project. Wajong project: ook de Wajong doet mee In 2011 zijn 22-Wajongers gestart met een intensief traject met als doel uitstroom naar de reguliere arbeidsmarkt, dit met inzet van extra financiële middelen vanuit het actieplan jeugdwerkloosheid. Het project in de intensieve vorm is medio september 2012 afgebouwd. De resultaten waren 2 duurzame uitplaatsingen naar regulier werk, waarbij jobcoaching door Wedeka Bedrijven plaatsvindt. In december 2012 zijn er nog 3 lopende stagetrajecten bij externe werkgevers. Drie andere deelnemers zijn alsnog in de Wsw gekomen (met arbeidscontract) en volgen een traject binnen het project Begeleid Werken. De andere deelnemers zijn middels een LWO (leer-/werkovereenkomst) werkzaam binnen de infrastructuur van Wedeka Bedrijven. 15
Project “Lekker Mee” Het in november 2011 gestarte project “Lekker Mee” is per 1 december 2012 beëindigd, omdat de STAR, als eigenaar van het gebouw, een meer marktconforme huurprijs wilde en tevens aangaf dat de energielasten hoger waren dan verwacht. Hierdoor was het voor Wedeka Bedrijven financieel niet mogelijk om verantwoord door te gaan. Het project als zodanig was in de periode mei tot oktober succesvol wat betreft de omzetresultaten, alsmede de uitstroom van deelnemers naar een vervolgtraject in de horeca. De aanmeldingen voor een BBL-horecatraject zijn achter gebleven, er zijn 3 deelnemers aangemeld. Deze zijn echter wel allemaal in een horeca vervolgtraject geplaatst bij reguliere werkgevers. De andere deelnemers (8) aan het project, vaak met een grote afstand tot de reguliere arbeidsmarkt, hebben zich zonder uitzondering goed ontwikkeld en zijn inmiddels werkzaam op werkervaringsplekken. Een (klein) gedeelte van de horeca-activiteiten vindt inmiddels plaats binnen het OV-bureau. Wedeka Bedrijven verzorgt hier de kaartverkoop voor bus en trein en de informatievoorziening. Naast een vaste Wsw-medewerkster zijn er steeds twee deelnemers vanuit het TDC of vervolgtraject werkzaam. +
60 -project Het vanaf 2007 lopende 60+-project van de gemeenten Veendam, Stadskanaal, Vlagtwedde en Borger-Odoorn, waarin mensen met een WWB-uitkering tot hun pensioengerechtigde leeftijd een arbeidscontract binnen Wedeka B.V. hebben en daarin een maatschappelijke vorm van arbeid verrichten, kent nog 39 personen. Onderverdeeld: Borger-Odoorn Stadskanaal Veendam Vlagtwedde
12 12 1 14
De gemeente Pekela participeert hierin via het contract met Wedeka Bedrijven. De uitvoering wordt gedaan door de personeels-bv van Synergon. De Doorstart De Doorstart is een samenwerkingsproject van het Noorderpoort, het Samenwerkingsverband Voortgezet Onderwijs Groningen en Wedeka Bedrijven. Vroegtijdige schoolverlaters uit het voortgezet onderwijs worden bij de Doorstart opgevangen, getraind, geschoold en zo mogelijk weer teruggeplaatst in het regulier onderwijs. Voor de Doorstart verzorgt Wedeka Bedrijven de arbeidstraining. In 2004 is een kleine werkafdeling op locatie gestart. Vanaf 2010 is het Noorderpoortcollege op dezelfde locatie gestart met een rebound-voorziening van het MBO. Deze voorziening werkt samen met de Doorstart en maakt gebruik van alle voorzieningen van de Doorstart, waaronder arbeidstraining. Wedeka Bedrijven heeft in 2012 voor de begeleiding van de leerlingen van de Doorstart twee fulltime medewerkers ingezet. Persoonlijke ontwikkelingsplannen (POP) Alle Wsw-werknemers van Wedeka Bedrijven gaan bij hun indiensttreding een ontwikkeltraject in. Hierbij wordt men zoveel mogelijk aangemeld voor een passende opleiding. Men wordt zo spoedig mogelijk na de indiensttreding voorzien van een Persoonlijk Ontwikkelingsplan, waarin de ontwikkelingsdoelstellingen geformuleerd worden. De doorstroom en ontwikkeling van de werknemers wordt op deze manier gestimuleerd. Het POP is gekoppeld aan het functioneringsgesprek. We onderscheiden werk- en ontwikkelingsPOP’s. 16
Het werkPOP is geïntegreerd in het functioneringsgespreksformulier. Komt het tot een ontwikkelingsPOP dan wordt er een aanvullend formulier ingevuld waarbij er dieper wordt ingegaan op de ontwikkeling van de medewerker. Begeleid Werken (BW) Voor de gemeenten Stadskanaal, Veendam, Menterwolde en Borger-Odoorn heeft Wedeka Bedrijven de uitvoering van Begeleid Werken zelf ter hand genomen. Voor de uitvoering van Begeleid Werken is samenwerking gezocht met een twee externe partijen (Case consultancy en Workconnection). Binnen Begeleid Werken zijn er in de gemeente Veendam 3 Begeleid Werken-banen beëindigd, in de gemeente Stadskanaal zijn er 2 nieuwe Begeleid Werken-banen gerealiseerd. Eind 2012 hebben 13 mensen een Begeleid Werken-contract. Deze Begeleid Werken-contracten zijn als volgt verdeeld:
Borger-Odoorn Menterwolde Stadskanaal Veendam Buitengemeenten
2010 1 1 8 4 1 15
2011 1 7 4 2 14
2012 1 9 1 2 13
Opleiding & vorming In 2012 valt de verheugende ontwikkeling te constateren dat door ontwikkelingen in het regulier onderwijs een toenemend deel van de Wsw-werknemers deelneemt aan reguliere (vak)opleidingen. Door deze ontwikkeling neemt de mogelijkheid toe om Wsw-werknemers uit te rusten met een landelijk erkend diploma. Dit heeft mede tot gevolg dat er meer cursussen worden uitbesteed aan externe reguliere opleidingsinstellingen. De samenwerking met diverse opleidingsinstellingen is in 2012 dan ook geïntensiveerd. De uitbesteding van reguliere opleidingen vindt in nauwe samenwerking plaats met Wedeka opleidingen. In 2012 hebben 85 deelnemers een regulier (vak)diploma behaald. In 2012 zijn we van start gegaan met een aantal bijzondere projecten. Als gevolg van de invoering van het Protocol Agressie & Geweld is besloten om voor alle werkleiders en begeleidend personeel binnen Wedeka een training agressiepreventie en -hantering aan te bieden. De training wordt gegeven in samenwerking met Lentis. Zoals bekend zijn wij sinds 2006 in samenwerking met het Noorderpoort gestart met de uitvoering van een landelijk erkende AKA-beroepsopleiding niveau 1. Om flexibel te kunnen reageren op veranderingen is vanaf 1 januari 2012 gekozen voor de invoering van een zgn. AKA-carrousel model. Volgens dit model kan een aspirant deelnemer tijdens het lopende schooljaar op verschillende momenten instromen en vervolgens starten met de opleiding. Eind 2012 volgden 46 personen het AKA-traject volgens het carrousel model. In 2012 zijn we definitief gestopt met het geven van interne kaderopleidingen. Hiervoor in de plaats zijn de kaderopleidingen B.B.L Helpende Zorg & Welzijn niveau 2 (lagerkader) en B.B.L. Medewerker Maatschappelijke Zorg niveau 3 (middenkader) gekomen. De uitvoering van de kaderopleidingen ligt bij het ROC Noorderpoort in nauwe samenwerking met Hollands Werk. De externe keuze past binnen de opleidingsvisie van Wedeka om werknemers zoveel mogelijk een landelijk erkend (vak)diploma te laten behalen. In 2012 hebben 20 personen de kaderopleiding succesvol afgerond met een landelijk erkend diploma.
17
In de groensector worden in nauwe samenwerking met AOC Terra/TerraNext reguliere vakopleidingen gegeven. Uitgangspunt blijft functiegerichte trainingen in combinatie met leren op de werkvloer. Op dit moment volgen 26 personen een B.B.L. vakopleiding groen. Lezen, schrijven, rekenen, de zelfredzaamheid bevorderen en het verbeteren van de sociale vaardigheden door educatieve scholing is voor een grote groep kwetsbare medewerkers zeer belangrijk. Op dit moment volgen 85 personen een educatief traject bij het Noorderpoort. Voor zowel de industrie- als voor de groensector vormt het voldoen aan de wettelijke eisen en veiligheidseisen een vast onderdeel van het opleidingsbeleid. Als gevolg hiervan zijn de gecertificeerde opleidingen zoals BHV, licentie gewasbescherming, veilig werken met motorkettingzaag, HACCP, veilig werken met de hoogwerker, ADR, EHBO, NEN 3140 en VCA verplichte stoffen gevolgd door diverse medewerkers. In 2012 zijn er 739 cursusplaatsen gerealiseerd. Het betreft 695 opleidingen voor personen met een Wsw-dienstverband en 44 opleidingen voor personen met een ambtelijk dienstverband. Afdelingsoverleg Het afdelingsoverleg vindt (minimaal) twee keer per jaar plaats. De standaardagenda wordt in februari (informatie over juli tot en met december van het voorafgaande jaar) en in augustus (informatie over januari tot en met juni) verspreid. Er is een standaardagenda om de leidinggevenden zo goed mogelijk te ondersteunen bij het voeren van het afdelingsoverleg. Op deze agenda staan actuele cijfers en onderwerpen. De leidinggevende kan ervoor kiezen om zelf een agenda op te stellen, de standaardagenda te gebruiken of punten toe te voegen aan de standaardagenda. Onderwerpen die onder andere aan de orde kwamen tijdens het afdelingsoverleg waren : o Ziekteverzuim o Wet werken naar vermogen o Tekenbeet o Ziekte van Lyme o Werktijdenregeling o Fitness via de werkgever o Wijzigingen verlofregelgeving o Functioneringsgesprekken o Protocol agressie en geweld o Spaarverlof Functioneringsgesprekken Medewerkers tot en met schaal C2 krijgen eens per vijf jaar een functioneringsgesprek, alle overige medewerkers krijgen eens per twee jaar een functioneringsgesprek. De gesprekken worden verspreid over het jaar uitgezet, vanuit de personeelsadministratie wordt bewaakt of de gespreksformulieren terugkomen. Er wordt tevens een koppeling gelegd met het persoonlijk ontwikkelingsplan (POP). Bij een ontwikkelpop worden er aparte afspraken gemaakt met de personeelsconsulent over het te volgen traject. Functiebeschrijving en –waardering In het jaar 2012 is zijn er nog enige functies gewaardeerd. Aangezien het functiebouwwerk gereed is valt er niet veel meer te beschrijven en te waarderen. De functiewaarderingscommissie gaat vanaf 2012 ook voor Synergon aan de slag. In september 2012 is hiermee gestart. 18
2.2.5 VEILIGHEID, GEZONDHEID, WELZIJN EN MILIEU Verzuimpreventie en verzuimbegeleiding In 2012 is het totale ziekteverzuim met 1,3% gedaald van 16,8% naar 15,5%. Het is een opmerkelijke daling, die vooral in de periode van januari tot en met september 2012 is gerealiseerd. Helaas zagen wij aan het eind van 2012 een duidelijke stijging. 20,0%
18,4% 16,8% 16,5%15,8%15,7%16,2%16,3%15,8% 15,5% 15,4% 15,3%16,1% 15,0% 14,2% 10,0%
Ziekteverzuim
5,0% 0,0% 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012
De oorzaak van de daling van het verzuim is vaak moeilijk te duiden aangezien er sprake is van diverse factoren, die het verzuim beïnvloeden. Mogelijke oorzaken zijn de onzekerheid binnen de sociale werkvoorziening en het gegeven dat veel tijdelijke contracten niet meer zijn omgezet naar een vast contract. Dit brengt bij veel medewerkers veel onrust met zich mee. Het ziekteverzuim blijft een belangrijk aandachtspunt. Wedeka Bedrijven bepaalt zoveel mogelijk zelf de regie met betrekking tot de verzuimbegeleiding. De directe verantwoordelijkheid ligt bij de leidinggevende. Deze leidinggevende gaat ook mee naar het spreekuur van de verzuimmanager, op deze manier kan veel onduidelijkheid worden voorkomen en kunnen veel zaken direct worden kortgesloten. Er is veel aandacht voor communicatie rondom ziekteverzuim. Op beleidsniveau functioneert de Arbostuurgroep. Vanuit de Ondernemingsraad wordt de signalerende rol ingevuld door de VGW-commissie. Op operationeel niveau kent Wedeka het sociaal medisch team en het ziekenoverleg. Binnen Wedeka Bedrijven zijn er diverse deskundigen werkzaam die zich bezighouden met het ziekteverzuim en de arbeidsomstandigheden. De verzuimmanager fungeert als schakel tussen de arbodienst en de organisatie. Hij houdt spreekuren op de diverse vestigingen. De specialist Poortwachter/WIA/WAO bewaakt de voortgang van de langdurig zieken. Andere deskundigen zijn de veiligheidskundige, de arbeidskundige, de bedrijfsmaatschappelijk werkster en de personeelsconsulent. Voor begeleiding vanuit de arbodienst wordt gebruik gemaakt van twee bedrijfsartsen van de arbodienst. Zij houden spreekuur op de vestigingen van Wedeka Bedrijven in Veendam, Stadskanaal en Ter Apel. Eind 2012 heeft er een wisseling plaatsgevonden van bedrijfsartsen. De arbodienst Achmea Vitale is in 2012 overgenomen door Zorg van de Zaak Netwerk. Achmea Vitale werkt nu onder de naam Arbo Vitale. Wedeka Bedrijven wordt ondersteund door een volgsysteem voor ziekteverzuim, Mens en Werk in Beeld. Aangezien dit systeem in 2013 gaat verdwijnen is ervoor gekozen om vanaf 1 december 2012 dit onderdeel onder te brengen in Compas. Tevens worden vanaf deze datum de agenda’s van de bedrijfsartsen en de verzuimmanager door de personeelsadministratie beheerd. Bedrijfsmaatschappelijk werk Het bedrijfsmaatschappelijk werk heeft een eerstelijnsfunctie, dit houdt in dat het rechtstreeks toegankelijk is voor de medewerkers van Wedeka Bedrijven. Het 19
bedrijfsmaatschappelijk werk is met name gericht op individuele hulpverlening. Tevens levert het bedrijfsmaatschappelijk werk een belangrijke bijdrage aan het voorkomen en terugdringen van het ziekteverzuim. Er zijn veel contacten met diverse hulpverleningsinstanties. Vaak is er sprake van gecombineerde problematiek. De vragen die binnenkomen bij bedrijfsmaatschappelijk werk zijn vaak gericht op financiële problematiek, privé-problemen en/of problemen in de werksfeer. Bedrijfsmaatschappelijk werk heeft ook een belangrijke taak in het ‘de weg wijzen’ en doorverwijzen van mensen naar instanties en voorzieningen en het verduidelijken van regelgeving. Loonbeslagen In 2012 was er sprake van 234 loonbeslagen verdeeld over 146 medewerkers. In 2011 waren het 277 loonbeslagen. Het betreft zowel loonbeslagen voor Wedeka Bedrijven en enkele voor Wedeka B.V. Het aantal loonbeslagen is gedaald doordat, voordat er sprake is van loonbeslag, meer personeelsleden hulp buiten de deur zoeken en hun financiën laten regelen en/of onder bewindvoering zijn geplaatst.
Aantal loonbeslagen 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012
211 238 320 359 293 281 296 425 413 277 234
Aantal personeelsleden met loonbeslagen 99 109 140 148 130 128 153 192 (80 bv) 197 (39 bv) (14 bv) 151 ( 9 bv) ( 5 bv) 146 ( 4 bv)
Totaal aantal personeelsleden (ultimostand) 1.822 1.883 1.949 1.956 1.919 1.884 1.928 2.220 (incl. Wedeka B.V.) 2.153 (incl. Wedeka B.V.) 2.055 (incl. Wedeka B.V.) 2.029 (incl. Wedeka B.V.)
Percentage loonbeslagen ten opzichte van het personeelsbestand 20,0%
19,1%19,2% 18,4% 16,4% 15,3%14,9%15,4% 15,0% 13,5% 12,6% 11,6% 11,5% 10,0%
Loonbeslagen
5,0% 0,0% 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012
Het aantal loonbeslagen in verhouding tot het personeelsbestand is in 2012 gedaald ten opzichte van 2011. Het komt dagelijks voor dat medewerkers om hulp vragen in verband met financiële problemen. Bij financiële problemen is het uitgangspunt dat medewerkers zoveel mogelijk worden doorverwezen naar externe instanties. 20
Uit preventieve overwegingen wordt door Wedeka Bedrijven al gedurende vele jaren de mogelijkheid geboden aan het personeel om bepaalde kosten op het salaris te laten inhouden, zoals bijvoorbeeld huur en energie. Aangezien de financiële problemen de laatste tijd steeds omvangrijker zijn geworden en financiële hulpverlening specifieke deskundigheid vereist is ervoor gekozen om geen nieuwe vrijwillige inhoudingen op het salaris meer te laten plaatsvinden en medewerkers door te verwijzen naar externe instanties. Iedereen heeft de vrije keuze om te bepalen of en waar financiële hulp en ondersteuning wordt gezocht. Risico-inventarisatie en –evaluatie (RI&E). In 2012 zijn de RI&E’s opgesteld voor Industrie Ter Apel en voor Groen & Infra Ter Apel (gedeeltelijk). Er is een nieuwe digitale methodiek geïntroduceerd voor het maken van de RI&E’s. Op deze wijze kunnen de RI&E’s sneller worden opgesteld, is het gemakkelijk om ze bij te stellen en zijn ze gemakkelijker te raadplegen. Projecten Projecten die in het jaar 2012 zijn verricht: - de EHBO'ers zijn bijgeschoold; - er is algemene informatie verspreid over tekenbeten en de ziekte van lyme via het afdelingsoverleg zodat medewerkers beter geïnformeerd zijn; - er zijn VCA-cursussen gegeven voor uitvoerende medewerkers en leidinggevenden. - er zijn diverse werkplekonderzoeken verricht en aanpassingen gedaan. Daar waar nodig is er voorlichting en instructie gegeven met betrekking tot ergonomisch werken; - er is een pilottraining gegeven voor bhv; - er zijn ontruimingsoefeningen gedaan; - er is voortgegaan met het houden van veiligheidsaudits in de groenvoorziening. Ongevallen Alle gemelde ongevallen worden onderzocht. De bedoeling is om een goed beeld te krijgen van wat er is gebeurd, duidelijkheid te krijgen omtrent alle oorzaken die bijgedragen hebben aan het ongeval, zodat er verbeteringen kunnen worden doorgevoerd voor de toekomst. In 2012 zijn er 23 ongevallen gemeld, waarvan 22 met ziekteverzuim als gevolg. Er is in 10 gevallen een bezoek aan het ziekenhuis gebracht. Van deze ongevallen is 1 ongeval gemeld bij de Arbeidsinspectie, dit ongeval is nader onderzocht door de Arbeidsinspectie. Met het verzuim ten gevolge van ongevallen waren 1.009 werkdagen gemoeid. Arbostuurgroep De Arbostuurgroep vergaderde in 2012 vijf keer, iedere keer met een afvaardiging van de VGW-commissie. Onderwerpen waar aandacht aan werd besteed waren onder andere: - werkwijze en afstemming met de arbodienst; - de ontwikkeling van de ziekteverzuimcijfers; - risico-inventarisatie en -evaluatie; - periodieke geneeskundige onderzoeken; - ongevallen; - bedrijfshulpverlening en EHBO; - sancties 2011; - ontruimingsplannen en -oefeningen; - wachttijden spreekuur bedrijfsarts; - psychosociale arbeidsbelasting (PSA); - spreekuur verzuimmanager (deelname door werkleiding); - veiligheid en risico’s gedetacheerde werkplekken; - werkzaamheden Hooghoudt; - organisatie spreekuren bedrijfsartsen; - protocol agressie en geweld; 21
-
procedure bij agressie; interventieteams; training agressiepreventie en –hantering; incidentenregister; STAR; ziekteverzuimvolgsysteem (mens en werk in beeld) en overgang naar Compas.
2.2.6 OVERLEG EN MEDEZEGGENSCHAP Verkiezingen OR Op 18 april 2012 zijn er OR-verkiezingen geweest voor de Industrie en de Kringloopbedrijven. Bij de Kringloopbedrijven was helaas geen kandidaat beschikbaar. Bij Industrie Oosterkade stopte een OR-lid, hier kwam een nieuw OR-lid voor in de plaats. Bij Industrie Veendam bleef de bezetting hetzelfde, bij Industrie Electronicaweg werd afscheid genomen van één lid en werd de vacature ook weer ingevuld. Bij Industrie Ter Apel werd er één ORplaats ingevuld, daarnaast bleef er een vacature bestaan. Bij Groen en Infra zijn tussentijdse vacatures ingevuld. Bij Groen en Infra Stadskanaal bleef de bestaande bezetting hetzelfde. Bij Groen & Infra Ter Apel werd de vacature ingevuld door een nieuw OR-lid. Bij Groen & Infra Veendam vertrok de voorzitter van de ondernemingsraad. Deze OR-plek werd overgenomen door een OR-lid, dat was overgeplaatst vanuit Kringloop & Milieu naar Groen & Infra Veendam. Het voorzitterschap werd medio 2012 overgenomen door een OR-lid van Industrie Ter Apel. Een toeleiding naar medezeggenschap De OR secretaris geeft de vooropleiding naar de invulling van OR-kandidaat, de training ‘een toeleiding naar de medezeggenschap’. Deze training is bedoeld voor medewerkers die overwegen zich verkiesbaar te stellen voor de Ondernemingsraad. In deze training krijgen de deelnemers inzicht in de Wet op de ondernemingsraad, de werkwijze van de OR en hun taken en bevoegdheden. Er wordt een tipje van de sluier opgelicht over de strategie van Wedeka en de OR en er wordt aandacht besteed aan hoe men vanuit het individu kan groeien naar een team. De training geeft medewerkers een beeld hoe het OR-werk eruit ziet en helpt ze voor zichzelf na te gaan of het OR-werk bij ze past. De training heeft een stimulerend effect op het aanbod van kandidaten. Vergaderingen In 2012 heeft de Ondernemingsraad vier keer vooroverleg gevoerd (in eigen kring) en vier keer overleg met de directeur (overlegvergadering). Voorafgaand aan de overlegvergaderingen heeft het DB van de OR agenda-overleg met de directeur, waarbij na afloop van het officiële gedeelte tijd is voor informele zaken. Omdat er één keer in het kwartaal wordt vergaderd, vindt regelmatig informeel overleg plaats tussen het DB van de OR en de directeur om te voorkomen dat informatie te laat of achterhaald is. In het verslagjaar was dat vijf keer. Er is in het verslagjaar twee keer informeel overleg geweest met de directeur en de gehele Ondernemingsraad. Eén keer binnen Wedeka en eén keer tijdens de training van de OR op een externe locatie. Naast de algemene gang van zaken was er ruimte voor allerlei zaken die op dat moment speelden. Naast deze officiële, en vanuit de WOR verplichte overleggen, heeft de OR in eigen kring overleg over allerlei onderwerpen waar men langer bij stil wil staan of meer informatie voor nodig heeft om tot een agendapunt te komen. Aandachtspunten In de overlegvergaderingen is aandacht geschonken aan de periodieke bedrijfsrapportages, zoals bestands- en resultatenoverzichten. Daarnaast zijn er eenmalige rapportages zoals de begroting, het jaarverslag of bijzondere investeringen. Agendapunten waren onder meer het personeelsbeleid, ziekteverzuimrapportages, Arbo, RI&E, de modernisering van de SW en 22
rapportages van de arbeidsinspectie. Ook werd er aandacht besteed aan de volgende specifieke onderwerpen:vervolgtrajecten AKA, opleidingen, sanctiebeleid, afdelingsoverleg, PSA (psychosociale arbeidsbelasting), werkzaamheden, andere doelgroepen, herstructureringsplannen i.v.m. de WWNV en de werktijdenregeling 2013. Uitgelicht De WWNV heeft vorig jaar geleid tot een stevige discussie binnen Wedeka Bedrijven, omdat invoering daarvan verregaande consequenties had voor het personeel en de organisatie. Door de val van het kabinet ging de WWNV van tafel. Helaas leidde dit voor een aantal mensen tot beëindiging van het derde tijdelijke dienstverband. Er worden geen vaste dienstverbanden meer aangegaan. Er bestaat nog steeds onzekerheid omdat het nieuwe kabinet met een nieuwe wet komt, de Participatiewet. Hoe de Participatiewet er in 2013 exact uit zal komen te zien is nog niet met zekerheid vast te stellen. Inmiddels is al wel gebleken dat de Participatiewet voor een groot deel lijkt op de WWNV en dat de gevolgen voor het personeel vergelijkbaar zijn. OR en POCNN Het POCNN staat voor provinciaal ondernemingsraden contact Noord Nederland. Dat zijn vertegenwoordigers van de ondernemingsraden uit Groningen, Friesland en Drenthe. De doelstelling van het platform is, naast het uitwisselen van informatie, het optimaliseren van medezeggenschap. Eén keer per jaar wordt er een themadag georganiseerd voor alle OR-leden waarbij ook de directeuren worden uitgenodigd. Actuele thema’s zoals loondispensatie of ontwikkelinstrumenten binnen de SW zijn dan onderwerp van gesprek. OR en ORSW ORSW staat voor ondernemingsraden Sociale werkvoorziening. Een landelijk platform waarbij het idee van het POC in een brede kring is getrokken met uiteindelijk het doel om gehoord te worden door de politiek in Den Haag. Zeker met de roerige tijd die op ons staat te wachten in 2013 hoopt het platform voet aan de grond te krijgen bij het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. OR en GO In het verslagjaar zijn geen zaken besproken die zowel op de agenda van de OR als die van het GO behoorden. Ook dit jaar is er geen bijeenkomst geweest met het GO. De OR stelt door middel van het versturen van de agenda de vakorganisaties en de GO-leden op de hoogte van de ontwikkelingen binnen het bedrijf. Cliëntenraad De nieuwe Wet sociale werkvoorziening is er sinds januari 2008. Eén van de zaken die daarin is geregeld is dat gemeenten ervoor moeten zorgen dat Wsw-ers kunnen meepraten en meedenken over de uitvoering van de Wsw in hun woonplaats. Dat heet cliëntenparticipatie. Er is een verordening opgesteld waarin de gemeenten hebben besloten dat er één cliëntenraad is voor geheel Wedeka Bedrijven. De gemeenten worden vertegenwoordigd door de directeur van Wedeka Bedrijven. De cliëntenraad bestaat normaliter uit een onafhankelijk voorzitter, een secretaris en 9 leden vanuit de verschillende deelnemende gemeenten (Stadskanaal 3 leden, Veendam 3 leden, Vlagtwedde 2 leden, Menterwolde 1 lid en Borger-Odoorn 1 lid). Alhoewel er zowel wachtlijst-kandidaten als medewerkers met een dienstverband kunnen plaatsnemen in de cliëntenraad, bestaat de cliëntenraad momenteel uitsluitend uit medewerkers met een Wsw-dienstverband. Vanuit de gemeenten Menterwolde en Borger-Odoorn zit er geen vertegenwoordiging in de cliëntenraad. Vanuit de gemeente Veendam is er één vacature. 23
De cliëntenraad heeft in 2012 twee keer vergaderd. Belangrijk onderwerp van gesprek was de mogelijke gevolgen van de nieuwe Participatiewet.
2.3 MARKETING- EN PRODUCTIEBELEID EN INNOVATIE De sw-sector heeft nu en de komende jaren te maken met forse bezuinigingen als gevolg van een afnemend sw-volume en kortingen op de rijkssubsidie. Immers, het kabinet is van mening dat in het kader van de Participatiewet het aantal sw’ers teruggebracht moet worden van 90.800 naar 30.000. De potentiële en huidige werknemers zullen zoveel mogelijk bij reguliere werkgevers een baan moeten vinden. Het kabinet wil dit stimuleren met een mobiliteitsbonus en een quotumregeling, waarbij iedere werkgever met meer dan 25 personeelsleden verplicht wordt een medewerker met afstand op de arbeidsmarkt aan te nemen. Alleen de 30.000 werknemers die aangewezen zijn op beschut werk binnen, kunnen binnen het sw-bedrijf – afhankelijk van de keuzes van de gemeenten - werkzaam blijven. Om uitvoering aan dit beleid te geven, zal de komende tijd een fors deel van de huidige Wsw-ers via het Trainings & Diagnose Centrum gescreend worden om zodoende te bepalen welke werknemers geschikt zijn om extern te gaan werken. Ook de gemeenten zelf kunnen hier een grote rol in spelen door enerzijds Wsw-medewerkers als gedetacheerden in hun organisaties op te nemen en anderzijds door binnen hun contracten met leveranciers en andere opdrachtnemers “social return of investment” op te nemen. Dit houdt in dat de gemeenten de organisaties verplichten om medewerkers van Wedeka als gedetacheerden in hun organisatie op te nemen als ze het contract willen uitvoeren. Om de beweging van binnen naar buiten verder te bevorderen zal de komende periode nauwere samenwerking met reguliere werkgevers georganiseerd worden. Deze PPSconstructies (Publiek Private Samenwerking) zullen naar verwachting plaats vinden in de schoonmaak-, groen en metaalsector. Wedeka zelf zal zich in ieder geval blijven richten op de eenvoudige verpakkings- en assemblage werkzaamheden die zowel door de werknemers, die aangewezen zijn op beschut werken, als de werknemers die nog niet regulier zijn geplaatst, binnen moeten worden uitgevoerd. Daarnaast is de directie van Wedeka, samen met de aangesloten gemeenten, bezig om zoveel mogelijk werkzaamheden bij Wedeka Bedrijven onder te brengen. De betrokken gemeenten hadden in het Transitieplan er voor gekozen om Wedeka in de toekomst te laten voortbestaan, zij het in afgeslankte vorm, als breed leer-werkbedrijf voor de hele onderkant van de arbeidsmarkt. Dit houdt in dat er in de toekomst naast de reguliere Wsw-werknemers ook mensen met behoud van uitkering en eventueel mensen met loondispensatie in de organisatie werkzaam zullen zijn. Op dit moment wordt gewacht op de nadere uitwerking van de Participatiewet.
24
2.4 FINANCIEEL BELEID Voor 2012 had Wedeka een verlies begroot van € 2.421.000,-. Het is echter gelukt het jaar af te sluiten met een tekort van € 988.000,-. Dit is dus € 1.433.000,- beter dan voorzien. Op hoofdlijnen is dit verschil als volgt te verklaren: de netto opbrengsten zijn € 60.000,- lager dan geraamd; de bedrijfslasten zijn € 1.255.000,- lager dan voorzien; het negatieve subsidieresultaat is € 238.000,- lager dan geraamd. In vergelijking met de begroting zijn de opbrengsten bij de Divisies Industrie en Groen & Infra lager dan voorzien. Door de aanhoudende recessie is voor de Divisie Industrie het steeds moeilijker om voldoende werk met een goede opbrengst te krijgen. De opbrengsten bij de Divisie Groen & Infra dalen voornamelijk door bezuinigingen van gemeenten. De opbrengsten bij de Kringloop- en Milieubedrijven en bij de Divisie Trajecten zijn hoger dan begroot. Bij vrijwel alle kostensoorten zijn de werkelijke kosten lager dan begroot en ook gedaald ten opzichte van het vorige verslagjaar. Nog steeds wordt veel aandacht besteed aan kostenbeheersing en ook dit jaar blijkt dit weer zijn vruchten af te werpen. Ook de geleidelijke afbouw van het ambtelijke personeelsbestand en een terughoudend investeringsbeleid dragen bij aan dit succes. Door minder personeel dan begroot maar door een hogere subsidie per s.e. is de rijkssubsidie (toevallig) gelijk aan het geraamde bedrag. Het bedrag per Wsw subsidie-eenheid (dit is een full-time medewerker, waarbij rekening is gehouden met de arbeidshandicap) is voor het eerst sinds jaren gestegen. Ten opzichte van 2011 is de subsidie omhoog met gegaan met € 181,- per s.e. In de Contouren van de Participatiewet, die nog door de Tweede Kamer moet worden goedgekeurd, staat dat de rijkssubsidie per s.e. in de jaren 2014 tot 2019 jaarlijks zal afnemen met € 500,- per s.e. Daarnaast moet het sw-personeelsbestand volgens de plannen van het ministerie sterk worden afgebouwd van 90.800 s.e.’s naar 30.000 s.e.’s. Deze afname moet worden gerealiseerd door vanaf 1 januari 2014 geen nieuwe mensen in de sw aan te nemen en daarnaast zoveel mogelijk mensen met een arbeidshandicap buiten het schap bij reguliere werkgevers onder te brengen. Aangezien de sw-bedrijven in Oost-Groningen 4 maal zo groot zijn dan elders in Nederland en er in de regio een relatief dunne economie is, zal het onmogelijk zijn om voor voldoende grote aantallen sw-medewerkers een baan op de reguliere arbeidsmarkt te vinden. Hierdoor zal minder uitstroom plaatsvinden dan aangenomen en wenselijk, waardoor de kortingen op de subsidie forse tekorten zullen genereren, die door de aangesloten gemeenten onmogelijk kunnen worden gedragen. De gemeenten in Oost-Groningen en de werkvoorzieningschappen Synergon en Wedeka hebben dan ook de handen ineengeslagen om in Den Haag te lobbyen voor een “status aparte”, waarbij er rekening wordt gehouden met de specifieke en afwijkende situatie in Oost-Groningen.
25
Hoofdstuk 3
Verplichte paragrafen
3.1 WEERSTANDSVERMOGEN De algemene reserve is het lopende boekjaar verlaagd met een bedrag van € 1.104.000,naar € 4.936.000,-. De afname betreft het negatieve exploitatieresultaat uit 2011. Gezien het risicoprofiel zou Wedeka Bedrijven, volgens haar accountant, over een algemene reserve moeten beschikken van 10% van de exploitatieomvang. In absolute bedragen zou dit een algemene reserve van ruim € 6 miljoen betekenen. In 2012 is een negatief resultaat gerealiseerd van € 988.000,- en het voorstel is om dit bedrag, ondanks het risicoprofiel van Wedeka, af te boeken van de algemene reserve. Daarmee komt de algemene reserve uit op bijna € 4 miljoen. Hieruit kan nog het verwachte tekort van 2013 en een gedeelte van het verwachte tekort van 2014 worden gedekt. In 2014 zal Wedeka voor het resterende gedeelte van het verwachte tekort een beroep moeten doen op de deelnemende gemeenten.
3.2 ONDERHOUD KAPITAALGOEDEREN Het onderhoud aan de kapitaalgoederen van Wedeka Bedrijven wordt door de Technische Dienst deels in eigen beheer uitgevoerd en deels uitbesteed aan externe bedrijven of specialisten. Het onderhoud kan worden uitgesplitst naar diverse vormen: - het werktuigbouwkundig onderhoud; - elektrotechnisch onderhoud; - bouwkundig onderhoud. Voor registratie en herkenning van de productiemiddelen wordt een middelen beheerssysteem gehanteerd. Middels dit systeem worden onder meer onderhoudsfrequenties, wettelijke keuringen, inspecties en machinegegevens geregistreerd.
3.3 FINANCIERING Algemene ontwikkelingen Via de Wet financiering decentrale overheden (Wet Fido) is de treasury van gemeenten en overheidslichamen geregeld. Treasury is het sturen en beheersen van, het verantwoorden over en het toezicht houden op de financiële vermogenswaarden, de financiële geldstromen, de financiële posities en de hieraan verbonden risico’s. Ingevolge de wet heeft Wedeka een treasurystatuut opgesteld en is in de begroting en jaarrekening een financieringsparagraaf opgenomen, waarin verantwoording over het treasurybeleid wordt afgelegd.
26
Treasurybeheer Wedeka heeft een, wat het treasurybeheer aangaat, laag risicoprofiel doordat de rentepercentages van de meeste langlopende leningen voor langere tijd vast liggen, geen gebruik wordt gemaakt van derivaten en de gelduitzettingen gering zijn. In dit jaarverslag zijn opgenomen: a. een toetsing van de netto vlottende schuld aan de wettelijk toegestane kasgeldlimiet; b. toetsing van de renterisico’s van de vaste schuld aan de vastgestelde renterisiconorm; c. een weergave van de kredietrisico’s; d. een financieringsoverzicht van de opgenomen geldleningen en de rentegevoeligheid hiervan. Ad. a. Kasgeldlimiet De kasgeldlimiet is een bedrag ter grootte van een (vastgesteld) percentage van het totaal van de begroting van Wedeka. Deze wordt getoetst aan de netto vlottende schuld. De netto vlottende schuld per kwartaal is het gemiddelde van de netto vlottende schuld op de laatste dag van iedere maand in het desbetreffende kwartaal. In het volgende overzicht wordt de omvang van de vlottende schuld per kwartaal getoetst aan de wettelijke norm.
Omschrijving (bedragen x € 1.000,-)
1e kw
2e kw
3e kw
4e kw
Omvang van de begroting per 1 januari (= grondslag)
66.739
66.739
66.739
66.739
1 Toegestane kasgeldlimiet In procenten van de grondslag In een bedrag
8,20% 5.473
8,20% 5.473
8,20% 5.473
8,20% 5.473
2 Omvang vlottende korte schuld Opgenomen gelden korter dan 1 jaar Schuld in rekening-courant Gestorte gelden door derden korter dan 1 jaar Overige geldleningen niet zijnde vaste schuld
1.255 -
1.197 -
918 -
887 -
3 Vlottende middelen Contante gelden in kas Tegoeden in rekening-courant Overige uitstaande gelden korter dan 1 jaar
11 60 2.626
12 668 2.639
14 188 2.652
9 140 2.665
- 1.442 5.473 6.915
- 2.122 5.473 7.595
- 1.936 5.473 7.409
- 1.927 5.473 7.400
4 Toets kasgeldlimiet a. Totaal netto vlottende schuld (2-3) b. Toegestane kasgeldlimiet (1) c. Ruimte (+) c.q. overschrijding (-) (b-a)
27
Ad. b. Renterisiconorm Het overzicht hierna brengt de renterisico’s voor de vaste schuld in relatie tot de renterisiconorm in beeld. De renterisiconorm is een bedrag ter grootte van een percentage van het begrotingstotaal.
Omschrijving (bedragen x € 1.000,-)
2009
2010
2011
2012
674 -
972 259 713 665 665 665
169 116 53 616 53 53
10 122 - 112 566 - 112 - 112
(8x9)
65.088 20,0% 13.018
67.910 20,0% 13.582
66.779 20,0% 13.356
66.739 20,0% 13.348
(10-7)
13.018
12.917
13.303
13.460
Basisgegevens 1a Renteherziening op vaste schuld o/g 1b Renteherziening op vaste schuld u/g 2 Netto renteherziening op vaste schuld (1a-1b) 3a Nieuwe aangetrokken vaste schuld 3b Nieuwe verstrekte lange leningen 4 Netto nieuw aangetrokken vaste schuld (3a-3b) 5 Betaalde aflossingen 6 Herfinanciering (laagste van 4 en 5) 7 Renterisico op vaste schuld (2+6) Renterisiconorm 8 Omvangbegroting 9 Het bij min.regeling vastgestelde % 10 Renterisiconorm Toets renterisiconorm 11 Ruimte (+) c.q. overschrijding (-)
Ad. c. Kredietrisico Wedeka kent geen ongedekte risico’s die voortvloeien uit de mogelijkheid op een waardedaling van de vorderingspositie ten gevolge van het niet (tijdig) na kunnen komen van de verplichting van de tegenpartij als gevolg van insolvabiliteit of deficit.
Ad. d. Financiering Door middel van onderstaand overzicht wordt inzicht gegeven in de samenstelling, de grootte en de rentegevoeligheid van de opgenomen leningen.
Omschrijving (bedragen x € 1.000,-)
Bedrag
Gemiddeld percentage
Invloed op gemidd. perc.
Stand per 1 januari Nieuwe leningen Omzetting lening St. Baanderij Reguliere aflossingen Vervroegde aflossingen Rente-aanpassing (oud percentage) Rente-aanpassing (nieuw percentage) Stand per 31 december
5.872 10 - 1.151 - 566 4.165
4,0% 0,0% 0,0% 4,6%
0,0% 1,0% - 0,1%
28
4,9%
3.4 VERBONDEN PARTIJEN Wedeka B.V. Wedeka Bedrijven is enig aandeelhouder van de besloten vennootschap Wedeka B.V. Voor inwoners van de deelnemende gemeenten die voor de Wwb (Wet werk en bijstand) in aanmerking komen worden maatschappelijke banen en leer-/werktrajecten bij diverse organisaties verzorgd. De vennootschap fungeert in formele zin als werkgever; de betaalde lonen worden door de gemeenten vergoed terwijl eventuele inleenvergoedingen weer ten gunste van de gemeenten komen. Daarnaast worden in de B.V. enkele dienstverbanden verloond van medewerkers die bij Wedeka Bedrijven en gelieerde organisaties zijn gedetacheerd.
Wedeka B.V. Geconsolideerde balans per 31 december 2012 (bedragen x € 1,-)
Vorderingen Liquide middelen Rekening-courant Wedeka Bedrijven Overlopende activa
Totaal
31-12-2012
31-12-2011
151.966
277.916
Eigen vermogen
41.701
51.589
Resultaat 2012 Resultaat 2011
754.072
755.202
27.998
59.971
975.737
1.144.678
31-12-2012
31-12-2011
28.749
25.967
899 2.782
Kortlopende schulden
103.251
86.915
Overlopende passiva
842.838
1.029.014
Totaal
975.737
1.144.678
Toelichting De activa en passiva zijn gewaardeerd op de nominale waarde. De liquide middelen staan vrij ter beschikking. Het resultaat over 2011 is aan de algemene reserve toegevoegd. Wedeka B.V. is 100% eigenaar van de Combo's Utrecht, 's-Hertogenbosch en Rotterdam B.V. De activiteiten van de Combo's zijn gestaakt.
Vaststelling Vastgesteld op 15 februari 2013.
J.A. Mug Directeur
E. Fissering Commissaris
Werkstad-Baanderij Op 1 oktober 2009 heeft er een bestuurlijke fusie plaatsgevonden met Stichting Baanderij en Werkstad B.V. “in liquidatie” (de bv is 100% dochtermaatschappij van de stichting). De Raad van Commissarissen van de stichting bestaat uit de leden van het Dagelijks Bestuur van Wedeka Bedrijven; de directie van Wedeka Bedrijven treedt op als Raad van Bestuur van de stichting. De liquidatie van de bv, waartoe de raden op 10 augustus 2010 hebben besloten, is in 2012 afgerond.
29
3.5 BEDRIJFSVOERING Investeringsbeleid Naast de normale investeringen in gebouwen, installaties, inventarissen, etc. worden de investeringen bepaald door de eisen, die de markt stelt aan Wedeka Bedrijven. Dit betreft zowel wijzigingen van werkzaamheden als efficiency- en kwaliteitsverbeteringen bij bestaande werkzaamheden. Het is daarom in de begroting niet mogelijk om alle voorgenomen investeringen per actief te benoemen, omdat veelal de ontwikkeling van de markt wordt gevolgd en een aantal keren per jaar Wedeka wordt geconfronteerd met niet voorziene vervangingsinvesteringen. In de begroting wordt dan ook volstaan met het noemen van de geraamde totaal benodigde investeringsbedragen per soort investering, omdat per soort investering verschillende afschrijvingstermijnen worden toegepast. Voorafgaand aan een investering dient een rendementsberekening te worden opgesteld. Aan de hand van deze berekening wordt door de directeur beoordeeld of de geplande investering kan worden goedgekeurd. Hierbij wordt ook beoordeeld of de investering past binnen de in de goedgekeurde begroting geraamde investeringsbedragen. Door de bezuinigingen op de rijkssubsidie zal er terughoudend worden omgegaan met grote investeringen. Informatisering en automatisering De informatievoorziening binnen Wedeka is met name gericht op het ondersteunen van de bedrijfsprocessen. Hiervoor is hard- en software aanwezig voor de informatiesystemen ten behoeve van logistiek, financieel en personeel. De informatievoorziening kenmerkt zich door degelijkheid en bedrijfszekerheid. Om de continuïteit van al deze systemen te waarborgen zijn er aanpassingen en investeringen uitgevoerd in zowel hard- als software. Het betreft onder meer vervanging en uitbreiding van pc’s, servers en back-upfaciliteiten alsmede het optimaliseren van de toegang tot centrale servers vanuit de vestigingen (o.a. terminalserver). Op het gebied van software is er o.a. gewerkt aan de verdere invoering en uitbreiding van het HRM-pakket Compas (m.n. ziekte- en verzuimregistratie, trajecten- en verlofadministratie). Op langere termijn moet er worden bezien of de aanwezige software voor logistiek moet worden vervangen. Dit is mede afhankelijk van de benodigde logistieke informatie en de in de toekomst gevoerde productieprocessen bij Wedeka. Ook moet er rekening worden gehouden met de continuïteit en onderhoudsmogelijkheden van de aanwezige logistieke software en de hiervoor benodigde hardware.
30
Organisatiestructuur Algemeen Bestuur
Dagelijks Bestuur Raad van Advies
Directie
Ondernemingsraad
Personeelsmanagement
Financiën & Control
Bedrijfskundige Zaken
Inkoop
Technische Dienst
Commercie
Divisie Industrie
Divisie Groen & Infra
Divisie Trajecten
WI Oosterkade
GI Stadskanaal
WI Electronicaweg
Trajectbegeleiding
GI Ter Apel
Detacheringen
WI Ter Apel
GI Veendam
WI Veendam
Kringloop & Milieu
31
Hoofdstuk 4
Jaarrekening
4.1 BALANS PER 31 DECEMBER 2012 (x € 1.000,-) Activa
2012
2011
Vaste activa Immateriële vaste activa Materiële vaste activa Financiële vaste activa
112 8.888 184
144 9.128 234
Totaal
9.184
9.506
Vlottende activa Voorraden Uitzettingen Liquide middelen Overlopende activa
686 2.852 2.561 363
758 2.939 4.406 161
Totaal
6.462
8.264
15.646
17.770
Totaal generaal
32
Passiva
2012
2011
4.936 1.151 - 988
6.040 - 1.104
Totaal
5.099
4.936
Vaste schulden Leningen o/g
4.165
5.872
Vlottende passiva Crediteuren Overige schulden Rekening-courant Wedeka B.V. Overlopende passiva
1.011 3.956 754 661
1.421 3.954 755 832
Totaal
6.382
6.962
15.646
17.770
Eigen vermogen Algemene reserve Bestemmingsreserve KL Stadskanaal Resultaat
Totaal generaal
Opgemaakt 25 maart 2013
Vastgesteld 27 mei 2013
J.A. Mug, directeur
J.W. v.d. Kolk, voorzitter
H. Rozema, hoofd F&C
J.F.A. Alberts, secretaris
33
4.2 PROGRAMMAREKENING (x € 1.000,-) Omschrijving
Begroting 2012
Omzet Voorraadmutaties Bruto bedrijfsopbrengsten Kosten grondstoffen
20.580 9 20.589 3.082
Bedrijfsopbrengsten
2011 21.025 72 20.953 3.308
17.567
Overige pers.kosten Wsw Salariskosten ambtelijk personeel Afschrijvingen Rentelasten Dienstverlening derden Overige bedrijfskosten Diverse lasten Diverse baten Buitengewone lasten
17.507
17.645
938
902
852
7.188 1.547 325 361 5.063 15 45 51
6.838 1.370 163 286 4.634 98 -151 48
7.164 1.451 162 144 4.708 102 - 186 49
Bedrijfslasten Bedrijfsresultaat (+ = winst) Rijksbijdragen Loonkosten Wsw-personeel Begeleid Werken
2012
15.443
14.188
14.446
2.124
3.319
3.199
46.751 - 50.996 300
46.751 - 50.900 158
46.914 - 51.058 159
Subsidieresultaat (- = verlies)
- 4.545
- 4.307
- 4.303
Resultaat uit gewone bedrijfsvoering
- 2.421
-
988
- 1.104
Afwikkeling resultaat 2011 / 2010 Toevoegingen aan algemene reserve Onttrekking aan algemene reserve Onttrekking bestemmingsreserve KLSK
2.421 -
- 1.104
59 59
Resultaat na bestemming (- = verlies)
34
-
-
-
1.104 -
-
988
- 1.104
4.3 KASSTROOMOVERZICHT (x € 1.000,-) Omschrijving Herkomst van middelen Afschrijvingen Desinvesteringen Aflossingen leningen fiets- fitnessprojecten (u/g) Opname geldleningen (o/g) Mutatie algemene reserve Dotatie bestemmingsreserve KL Stadskanaal (KLSK) Nog te bestemmen resultaat 2012 Totaal herkomst (A)
Besteding van middelen Investeringen Waarborgsom PostNL Verstrekking leningen fiets- fitnessprojecten (u/g) Omzetting lening St. Baanderij in bestemmingsreserve KLSK Aflossing geldleningen (o/g) Bestemming resultaat 2011-2010
2012
2011
1.370 85 172 10 - 1.104 1.151 - 988 696
1.451 79 153 169 59 - 1.104 807
1.183
792 9 116
122 1.151 566 - 1.104
Totaal besteding (B)
616 59 1.592
1.918
Mutatie van het financieringsoverschot (A-B)
- 1.222
-
785
Voorraden Uitzettingen Liquide middelen Overlopende activa Mutatie vlottende activa (C)
72 87 - 1.845 202 - 1.802
94 - 779 - 108 - 162 - 1.143
Crediteuren Overige schulden Rekening-courant Wedeka B.V. Overlopende passiva Mutatie vlottende passiva (D)
-
-
-
410 2 1 171 580
-
356 80 375 293 358
Mutatie in het werkkapitaal (C-D)
- 1.222
-
785
(- = afname)
35
4.4 GRONDSLAGEN VOOR WAARDERING EN RESULTAATBEPALING INLEIDING Ter bevordering van een juiste interpretatie van de jaarrekening worden in deze paragraaf de grondslagen toegelicht waarop de financiële verslaggeving is gebaseerd. Het uitgangspunt is het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten 2004 (BBV). Algemene grondslagen voor het opstellen van de jaarrekening De waardering van de activa en passiva en de bepaling van het resultaat vinden plaats op basis van historische kosten. Tenzij bij de betreffende balanspost anders vermeld, worden de activa en passiva opgenomen tegen nominale waarde. Voor zover het BBV niet anders voorschrijft, zijn de lasten en baten toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben. Winsten worden slechts genomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verliezen en risico’s die hun oorsprong vinden voor het einde van het verslagjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden.
BALANS Immateriële en materiële vaste activa De (im-)materiële vaste activa worden gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs verminderd met de afschrijvingen en waardeverminderingen die naar verwachting duurzaam zijn. De afschrijvingsduur van de kosten van het oversluiten van geldleningen (boeterentes) is maximaal gelijk aan de looptijd van de betreffende leningen. Op grond wordt niet afgeschreven. Voor het overige vindt afschrijving plaats op basis van een vast percentage van historische aanschafprijs. De meest gebruikte afschrijvingstermijnen bedragen in jaren zijn: Gronden en terreinen Voorziening aan terreinen Gebouwen Installaties Machines Inventarissen Vervoermiddelen
niet van toepassing 20 40 20/10 10/5 10 7
Financiële vaste activa In deze rubriek worden kapitaalverstrekkingen en leningen aan deelnemingen en overige verbonden partijen verantwoord. Waardering vindt plaats op basis van de verkrijgingsprijs verminderd met eventuele duurzame waardeverminderingen; afschrijving vindt niet plaats. De uitgeleende gelden zijn opgenomen tegen de leningsbedragen verminderd met de aflossingen.
36
Voorraden De grondstoffen worden gewaardeerd tegen standaard verrekenprijzen gebaseerd op de gemiddeld betaalde inkoopprijs. Verschillen tussen de verrekenprijs en betaalde inkoopprijs worden als bedrijfsresultaat verantwoord. Waardering van de voorraden halffabrikaat en gereed product vindt plaats tegen de fabricagekostprijs of indien lager tegen de verkoopprijs. Incourante voorraden zijn afgewaardeerd tot marktwaarde. Het onderhanden werk wordt gewaardeerd op basis van het bestede materiaalverbruik en de mensuren tegen de verwachte netto uuropbrengst, onder aftrek van de bedragen die reeds aan opdrachtgevers in rekening zijn gebracht. Uitzettingen De uitzettingen (vorderingen) worden gewaardeerd tegen de nominale waarde. De vorderingen zijn waar mogelijk en wenselijk verzekerd bij een kredietverzekeringsmaatschappij; vorderingen op natuurlijke personen die niet voor eigen rekening een bedrijf uitoefenen en vorderingen op overheidsinstellingen (Rijk, provincie en gemeente) zijn daarbij uitgesloten. Vorderingen op failliete debiteuren zijn afgewaardeerd voor zover deze niet verzekerd zijn; deze afwaardering wordt statisch bepaald op basis van de geschatte inningskansen. Liquide middelen De liquide middelen zijn tegen nominale waarde opgenomen en omvatten bank-, giro- en kassaldi. Rekening-courant Wedeka B.V. Het saldo in rekening-courant is tegen de nominale waarde opgenomen. Overlopende activa De overlopende activa worden gewaardeerd tegen de nominale waarde. Eigen vermogen De algemene reserve is gevormd uit de exploitatieoverschotten tot en met 2010 en is sinds 2011 bestemd ter dekking van de exploitatietekorten. Na de liquidatie van Werkstad B.V. is het via Stichting Baanderij uitgeleende kapitaal in 2012 omgezet in de bestemmingsreserve Kringloop Stadskanaal ten behoeve van de exploitatie van de (ver-)nieuwbouw daarvan. Met ingang van 2013 wordt jaarlijks een bedrag aan deze reserve onttrokken ten gunste van de exploitatierekening. In de begroting 2013 is een onttrekking geraamd van € 50.000,-. Op basis hiervan is de reserve voor 23 jaar toereikend. Vaste schulden De vaste schulden worden gewaardeerd tegen de nominale waarde verminderd met de reeds gedane aflossingen. Het betreft schulden met een looptijd langer dan een jaar, inclusief de aflossingsverplichtingen voor het volgende jaar. Vlottende passiva De vlottende passiva worden gewaardeerd tegen de nominale waarde. Deze verplichtingen omvatten de binnen één jaar vervallende schulden. Niet opgenomen zijn jaarlijkse verplichtingen van vergelijkbaar volume die verband houden met arbeidskosten zoals vakantiegelden.
37
PROGRAMMAREKENING Omzet De omzet is de opbrengst van aan derden geleverde goederen en diensten (exclusief omzetbelasting) en onder aftrek van kortingen. Voorraadmutaties De voorraadmutaties hebben betrekking op de voorraad gereed product. Kosten grondstoffen Dit betreft de kosten van grondstoffen, halffabrikaten en uitbesteed werk. De grondstoffen en halffabrikaten worden berekend op basis van vaste verrekenprijzen. Lonen Wsw-werknemers Hieronder wordt verstaan het bruto bedrag van de uitbetaalde lonen, eindejaarsuitkering, vakantiegelden, pensioenpremies en sociale lasten voor Wsw-werknemers. Ziekengelden / WAO-uitkeringen Dit betreft de over het kalenderjaar van de bedrijfsvereniging te ontvangen uitkeringen op e grond van de Ziektewet (ZW) en de te ontvangen WAO-uitkeringen i.v.m. het 2 jaar arbeidsongeschiktheid. Overige personele kosten Wsw Hieronder worden verstaan de reiskosten en eigen bijdragen voor woon-werkverkeer en overige personele kosten zoals kosten arbodienst, opleidingen en werkkleding. Salariskosten ambtelijk personeel Hieronder wordt verstaan de over het jaar verschuldigde salarissen, de in het verslagjaar betaalde vakantiegelden, eindejaarsuitkering, pensioenpremies en de daarmee samenhangende sociale lasten zoals ZVW-premies. Overige bedrijfskosten De overige bedrijfskosten worden berekend op basis van historische kosten. Rentelasten / baten De rentekosten bestaan uit de rentelast van de langlopende geldleningen en de in rekeningcourant opgenomen gelden. De rentebaten hebben betrekking op de van banken ontvangen rente voor tegoeden in rekening-courant. Rijksbijdragen De rijksbijdragen betreffen de subsidies zoals die door de gemeenten van het Rijk worden ontvangen en aan Wedeka Bedrijven worden doorbetaald.
KASSTROOMOVERZICHT Dit overzicht sluit aan bij de mutaties van de balansposten in vergelijking met het voorgaande jaar.
38
4.5 TOELICHTING OP DE BALANS (x € 1.000,-) VASTE ACTIVA 2012 Immateriële vaste activa Boekwaarde per 1 januari Afschrijvingen Boekwaarde per 31 december
-
144 32 112
2011
-
176 32 144
De immateriële vaste activa hebben betrekking op de boeterentes die in 1994, 1998, 1999 en 2003 zijn betaald in verband met vervroegde aflossing van langlopende leningen o/g.
Materiële vaste activa Boekwaarde per 1 januari Saldo investeringen / desinvesteringen Afschrijvingen Boekwaarde per 31 december
9.128 1.098 - 1.338 8.888
9.834 713 - 1.419 9.128
Verhouding afschrijvingen / gemiddelde boekwaarde
14,9 %
15,0 %
De belangrijkste investeringen betreffen de uitbreidingen en renovatie van Kringloop Stadskanaal (per ultimo 2012 € 571.000,- besteed), hard- en software(licenties), heaters WI Ter Apel, inrichting loods Spoorweg GI Veendam alsmede (vervangings-)investeringen in (vracht-)auto’s, tractoren en diverse machines.
Financiële vaste activa Boekwaarde per 1 januari Saldo investeringen / desinvesteringen Aflossingen Boekwaarde per 31 december
-
234 122 172 184
-
262 125 153 234
De (des-)investeringen en aflossingen betreffen de leningen aan het personeel in het kader van de fiets- en fitnessprojecten. In deze rubriek zijn aandelen in Wedeka B.V. gewaardeerd op € 0,45.
VLOTTENDE ACTIVA Voorraden Grondstoffen Halffabrikaten Gereed product Diverse voorraden
478 46 152 10 686
556 47 141 14 758
39
De omlooptijd van de gemiddelde voorraden bedraagt in dagen: - grondstoffen - halffabrikaten - gereed product
2012
2011
161 109 69
178 177 72
De lagere omlooptijd van de halffabrikaten betreft de vestiging WI Ter Apel en WI Veendam.
Uitzettingen Debiteuren: - tot 2 maanden oud - ouder dan 2 maanden Subtotaal debiteuren Diversen
Incassotermijn debiteuren in dagen Nog openstaand bedrag per 1 maart (na afwaardering)
2.725 115 2.840
2.733 154 2.887
12 2.852
52 2.939
36 145
36 105
In verband met de economische situatie is het totaal van de debiteurenvorderingen sinds 2009 met € 50.000,- afgewaardeerd.
Liquide middelen Banken Kassen
2.553 8 2.561
4.395 11 4.406
33 218 112 363
39 91 31 161
De liquide middelen staan vrij ter beschikking.
Overlopende activa Nog te ontvangen bedragen Vooruitbetaalde bedragen Diversen
De nog te ontvangen bedragen betreffen ondermeer beheersvergoedingen van Wedeka B.V. en voor derden verrichte diensten. Vooruitbetaalde bedragen zijn vooral verzekeringspremies en kosten voor onderhoudscontracten en huren voor 2013. De post diversen omvat € 96.000,- rijksbijdragen Wsw 2012 die in de loop van de komende maanden met de (eigen) deelnemende gemeenten wordt afgerekend.
40
EIGEN VERMOGEN Algemene reserve Saldo 1 januari Onttrekking Saldo per 31 december
2012
2011
6.040 1.104 4.936
5.981 59 6.040
Het resultaat over 2011 is ten laste van de algemene reserve gebracht.
Bestemmingsreserve Kringloop Stadskanaal Saldo 1 januari Toevoeging Saldo per 31 december
1.151 1.151
De bestemmingsreserve is gevormd uit de kapitaaluitkering na liquidatie van Werkstad B.V. Met ingang van 2013 wordt jaarlijks een bedrag aan de reserve onttrokken ten behoeve van de exploitatie van de (ver-)nieuwbouw van KL Stadskanaal. Deze exploitatiebijdrage is voor 2013 begroot op € 50.000,-
VASTE SCHULDEN Leningen o/g Saldo leningen banken per 1 januari Saldo leningen overige (St. Baanderij) per 1 januari Opname lening St. Baanderij Omzetting lening St. Baanderij Aflossingen leningen banken Saldo per 31 december
4.731 1.141 10 - 1.151 - 566 4.165
5.347 972 169 -
616 5.872
De onderhandse lening van St. Baanderij is conform de besluitvorming bij de liquidatie van Werkstad B.V. omgezet in een bestemmingsreserve ten behoeve van de (ver-)nieuwbouw van KL Stadskanaal. Het eindsaldo is inclusief de aflossingsverplichting van € 1.928.000,- voor volgend jaar.
VLOTTENDE PASSIVA Crediteuren Omvang per 31 december
Overige schulden Te verrekenen met personeel Sociale premies Omzetbelasting Loonheffing Nog te betalen kosten
1.011
1.421
100 131 728 1.659 1.338 3.956
112 124 664 1.665 1.389 3.954 41
Te verrekenen met personeel betreft met name nog te betalen lonen en salarissen.
In de nog te betalen kosten zijn de volgende posten begrepen: - gemeenten, s.e. taakstelling 2009 - gemeenten, s.e. taakstelling 2010 - gemeenten, s.e. taakstelling 2011 - gemeenten, s.e. taakstelling 2012 - gemeenten, rechtmatigheid - kwaliteitstraject Divisie Groen & Infra - verlofrechten gepensioneerden - transitorische rente leningen o/g - energiekosten - Cao ambtelijk personeel 1% inzake 2011
2012
2011
130
83 131 233
327 100 306 62 112 86
100 306 171 123 40 73
De gemeentelijke posten s.e. taakstelling hebben betrekking op de onderrealisatie van het aantal personen (s.e.’s) waarvoor rijksbijdragen zijn ontvangen. Zie verder de paragrafen 4.6 / 4.8 toelichting op de programmarekening en de overige gegevens.
Rekening-courant Wedeka B.V. Saldo per 31 december
754
755
Via de rekening-courant worden wederzijdse vorderingen en schulden tussen Wedeka Bedrijven en Wedeka B.V. verrekend.
Overlopende passiva Nog te ontvangen facturen Vooruitontvangen Onderhanden werk Rijksbijdragen buitengemeenten Diversen
37 84 182 76 282
42 96 426
661
832
268
Nog te ontvangen facturen heeft betrekking op de levering van goederen, zowel op voorraad als rechtstreeks ten behoeve van de productie-orders. Vooruitontvangen bedragen en het onderhanden werk betreffen vooral nog uit te voeren werkzaamheden door met name de groenbedrijven en Trajectbegeleiding. Het saldo rijksbijdragen buitengemeenten betreft het totaal van de bevoorschotting van de rijksbijdragen over 2012 die na de rechtmatigheidscontrole met de buitengemeenten en andere werkvoorzieningschappen afgerekend wordt. De post diversen tot slot omvat met name nog af te wikkelen ziekengelden / WAOuitkeringen en bijdragen inzake het Arbeidstrainingscentrum in Veendam.
42
4.6 TOELICHTING OP DE PROGRAMMAREKENING (x € 1.000,-) Begroting 2012
2012
2011
1.415 865 1.149 1.565 4.994
1.413 805 1.020 1.439 4.677
1.374 851 1.100 1.453 4.778
78 460 410 948
86 554 376 1.016
110 499 404 1.013
3.175 1.975 1.950 7.100
3.086 2.065 1.835 6.986
3.203 2.107 1.825 7.135
2.310 2.215 4.525
2.597 2.231 4.828
2.494 2.225 4.719
17.567
17.507
17.645
Omvang fte’s (= volledige dienstverbanden) per groep Divisie Industrie 795,0 Kringloop & Milieu 67,0 Divisie Groen & Infra 612,0 Divisie Trajecten 234,0 Stafafdelingen 31,0 Totaal (excl. Begeleid Werken) 1.739,0
804,2 65,6 613,8 224,3 28,3 1.736,2
806,8 59,7 634,2 226,8 29,6 1.757,1
Toegevoegde waarde per fte (in euro’s) Divisie Industrie Kringloop & Milieu Divisie Groen & Infra Divisie Trajecten Staf- en ondersteunende afdelingen Totaal (gemiddeld, excl. Begeleid Werken)
5.816 15.488 11.382 21.525 10.084
5.922 16.968 11.250 20.807 10.042
Toegevoegde waarde Divisie Industrie WI Oosterkade WI Electronicaweg WI Ter Apel WI Veendam
Kringloop & Milieu KL Gasselternijveen KL Stadskanaal-Ter Apel KL Veendam
Divisie Groen & Infra GI Stadskanaal GI Ter Apel GI Veendam
Divisie Trajecten Trajectbegeleiding Detacheringen
Totaal toegevoegde waarde
6.282 14.149 11.601 19.338 10.102
43
De totale toegevoegde waarde is € 60.000,- lager dan het gebudgetteerde bedrag, waarbij het aantal fte’s 3 meer is dan begroot. Ten opzichte van het voorgaande verslagjaar is de netto toegevoegde waarde € 138.000,lager. Deze daling wordt veroorzaakt door een lagere opbrengst uit de Divisies Industrie en Groen en Infra, de Divisie Trajectbegeleiding daarentegen behaalde een hogere opbrengst als het jaar ervoor. Bij Wedeka hebben de afgelopen jaren mensen gewerkt vanuit een traject. Dit personeel is niet opgenomen in de genoemde aantallen fte’s. Divisie Industrie De toegevoegde waarde van de Divisie Industrie is ten opzichte van 2011 met een bedrag van € 101.000,- afgenomen tot € 4.677.000,-. Ten opzichte van de begroting blijft de realisatie € 317.000,- achter. Door de aanhoudende economische recessie is het steeds moeilijker om genoeg en goed renderend werk te vinden. Het aanbod van collega sw-bedrijven en andere loonverpakkers op de markt wordt steeds groter waardoor de prijzen en dus de opbrengsten op een relatief laag niveau blijven. Kringloop & Milieu De opbrengsten van Kringloop & Milieu waren het afgelopen jaar € 68.000,- hoger dan begroot. Ten opzichte van 2011 is de opbrengst met € 3.000,- gestegen. Door met name minder aanbod van afgedankte goederen van particulieren is de opbrengst ten opzichte van het vorige boekjaar nagenoeg gelijk gebleven. Divisie Groen & Infra Bij deze divisie zijn de opbrengsten € 114.000,- lager dan gebudgetteerd en ook ten opzichte van 2011 is de opbrengst gedaald met een bedrag van € 149.000,-. De gemeenten hebben minder geld beschikbaar, waardoor er minder werk wordt uitbesteed of het werk wordt uitbesteed tegen een lagere prijs. Ten opzichte van boekjaar 2009 zijn de groenopbrengsten al gedaald met een bedrag van € 789.000,-. Een bijkomend probleem van het verlies van opdrachten is het om alle medewerkers werk te kunnen blijven bieden, want in een krimpende markt is het moeilijk is om vervangend werk te vinden. Divisie Trajecten De opbrengsten voor Trajectbegeleiding zijn € 287.000,- hoger uitgekomen dan geprognosticeerd en € 103.000,- hoger dan de opbrengst in het jaar ervoor. Met de gemeenten zijn Trainings- en Diagnose Centra opgezet in Stadskanaal en Veendam. Hier worden inwoners met een Wwb- of Wajong-uitkering getest en getraind door trajectbegeleiders van Wedeka en trajectbegeleiders van de gemeenten. De aangesloten gemeenten betalen aan Wedeka een vergoeding voor gebruik van de medewerkers en gebruik van de infrastructuur. De detachering opbrengsten zijn nagenoeg gelijk gebleven aan de gerealiseerde opbrengsten in 2011. Ten opzichte van de begroting zijn de opbrengsten € 16.000,- hoger uitgekomen dan begroot.
44
Overige personele kosten Wsw Reiskosten woon-werk Bedrijfsgeneeskundige zorg Opleidingskosten Vermindering loonheffing onderwijs Werkkleding Overige personele kosten Wsw Totale overige personele kosten Wsw
Begroting 2012
2012
2011
354 155 150 209 211 277 938
324 163 235 306 197 289 902
343 139 152 266 217 267 852
-
-
-
Ten opzicht van boekjaar 2011 zijn de reiskosten voor woon-werkverkeer gedaald met een bedrag van € 19.000,-. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt doordat er 21 fte’s minder zijn verloond dan in het vorige boekjaar. De kosten bedrijfsgeneeskundige zorg zijn gestegen door extra inzet van uren door de bedrijfsarts. De opleidingskosten zijn hoger dan begroot, hier staat tegenover dat er meer afdrachtkorting voor onderwijs is geclaimd.
Salariskosten ambtelijk personeel Salariskosten Wedeka Baanderij Salariskosten actief ambtelijk personeel Salariskosten doorberekend uit Wedeka B.V. Subtotaal salariskosten Doorber. salarisk. gedetacheerd personeel Overige ambtelijke personele kosten Totaal salariskosten
546 6.452 484 7.482 - 509 215 7.188
515 6.191 431 7.137 - 481 182 6.838
543 6.402 464 7.409 - 460 215 7.164
Personeel Wedeka Baanderij Aantal actieve ambtenaren Wedeka Bedrijven Personeel in dienst Wedeka B.V. Subtotaal ambtelijk personeel Gedetacheerde ambtenaren Totaal aantal ambtenaren (gemiddeld)
8,43 93,77 8,68 110,88 - 6,48 104,40
8,43 93,37 8,19 109,99 - 5,68 104,31
8,43 95,08 8,95 112,46 - 5,68 106,78
1:16,9
1:16,8
1:16,6
Verhouding actief ambtelijk : Wsw-personeel (fte’s incl. Begeleid Werken)
45
Het totaal van de salariskosten ambtelijk personeel is € 350.000,- lager dan begroot. De belangrijkste verschillen zijn: - in 2012 is er een nieuwe cao voor het ambtelijk personeel afgesloten. De vorige cao liep af op 1 april 2011, waardoor er een reservering voor een terugwerkende kracht betaling was opgenomen. De cao stijging ging echter in per 1 januari 2012 waardoor deze reservering kan vrijvallen. + € 72.500,- vrijval voorziening verloftegoeden 2011 + 131.000,- minder incidentele betalingen, overige afwijkingen zoals 0,09 fte minder dan begroot, lagere overige ambtelijke personele kosten, salderend + 57.000,(+ = voordeel)
De overige ambtelijke personele kosten betreffen onder andere de reiskosten woon/werkverkeer, studiekosten en kosten FPU-gemeenten. Ten opzichte van 2011 zijn de kosten FPU-gemeenten overigens met € 30.000,- gedaald.
Afschrijvingen Afschrijving vaste activa
Begroting 2012
2012
2011
1.547
1.370
1.451
De afwijking ten opzichte van de begroting is ontstaan doordat diverse begrote investeringen nog niet, op een andere wijze, of later in het jaar zijn uitgevoerd dan geraamd.
Rentelasten Rentelasten leningen o/g Rentelasten / baten
325 325
216 - 53 163
248 - 86 162
De daling van de rentelasten leningen o/g is het gevolg van een lager gemiddeld rentepercentage en een lagere schuldpositie van de langlopende leningen. De rentebate betreft de rente deposito. Verder was er in 2011 nog sprake van een eenmalige rentebate over terugontvangen omzetbelasting en aanzienlijk hogere opbrengsten rente rekening-courant.
Dienstverlening derden Lasten dienstverlening derden
361
286
De kosten voor het externe personeel zijn lager dan gebudgetteerd, voornamelijk door hogere opbrengsten uit dienstverlening voor derden.
46
144
Overige bedrijfskosten Huur- en leasekosten Onderhoudskosten Energiekosten Belastingen en verzekeringen Indirecte productiekosten Algemene kosten
Begroting 2012
2012
2011
445 1.545 1.301 357 507 908 5.063
405 1.390 1.311 318 391 819 4.634
404 1.449 1.310 313 431 801 4.708
De overige bedrijfskosten zijn € 74.000,- lager dan in 2011 en € 429.000,- lager dan gebudgetteerd. Dit valt als volgt te verklaren. De huur- en leasekosten vallen lager uit dan begroot. Voor de nieuwbouw van de kringloopwinkel in Stadskanaal is de grond en het gebouw gekocht. Dit gebouw werd voorheen gehuurd maar door de overname is deze huur weggevallen, waardoor de huurkosten lager uitkomen dan begroot. Door een verschraling van werkzaamheden in vooral de industriële vestigingen zijn er minder machines nodig, waardoor er op onderhoudskosten een besparing kan worden gerealiseerd. Het budget voor energiekosten is ongeveer conform de begroting gerealiseerd. Bij belasting en verzekeringen vallen de kosten voor de verzekeringen lager uit dan verwacht. Dit komt onder meer door gunstiger polisvoorwaarden op de brandverzekering en een ontvangen bonus op de kredietverzekering. De werkelijke indirecte productiekosten liggen € 116.000,- lager dan begroot. Dit is gerealiseerd door minder gebruik van hulpstoffen in met name industriële vestigingen en minder aanschaf van kleine gereedschappen. De algemene kosten zijn € 89.000,- lager dan gebudgetteerd. Besparingen worden onder andere gerealiseerd op verkoopkosten, kantoorbenodigdheden, kantinekosten en bedrijfsafval. De telefoonkosten en magazijn-/expeditiekosten laten een overschrijding van het budget zien.
Diverse lasten Afwikkeling schades Herwaarderings- en prijsverschillen Incourante voorraden / voorraadverschillen Resultaat oninbare vorderingen Overige diverse lasten
15 15
23 35 9 31 98
52 7 28 3 12 102
Naast het eigen risico bij diverse schades zijn via deze post ook niet gedekte schades afgewikkeld. De incourante voorraden en voorraadverschillen hebben betrekking op correcties in de voorraadadministratie en afwaardering van goederen waarvan wij verwachten dat deze niet meer gebruikt kunnen worden.
47
Begroting 2012
Diverse baten Verkoopres.grondst./prijs- en herwaard.verschillen Diverse diensten Wedeka B.V. Afwikkeling diverse schades Boekverlies / winst desinvesteringen Omzetbonussen Overige baten
30 15 45
2012
2011
25 22 21 1 22 60 151
36 58 14 21 18 39 186
De baten wegens diverse diensten Wedeka B.V. worden ieder jaar lager door de afnemende activiteiten in de B.V.
Buitengewone lasten Buitengewone lasten
51
48
49
0,70
0,70
0,70
Rijksbijdragen Subsidie via gemeente Borger-Odoorn Subsidie via gemeente Menterwolde Subsidie via gemeente Stadskanaal Subsidie via gemeente Veendam Subsidie via gemeente Vlagtwedde Subsidie via buitengemeenten Afwikkelingsverschil Totaal rijksbijdragen
4.348 3.511 17.920 11.230 7.660 2.082 46.751
4.394 3.525 17.902 11.161 7.739 2.027 3 46.751
4.502 3.610 17.405 11.317 7.969 2.109 2 46.914
Gemiddeld aantal s.e.'s (incl. Begeleid Werken) Rijksbijdragen per s.e. (in euro’s)
1.815,0 25.758
1.800,8 25.961
1.821,3 25.758
Aantal fte’s
Dit betreft de kosten van één wachtgelder.
De systematiek van de bevoorschotting door het Rijk is enige jaren geleden gewijzigd. De rijksbijdragen worden door de gemeenten ontvangen en doorbetaald aan Wedeka Bedrijven. De bijdrage die daarin is begrepen voor (oud-)inwoners uit onze gemeenten die nu bij andere schappen werkzaam zijn, wordt door Wedeka aan die andere schappen doorbetaald. Daarnaast ontvangt Wedeka de rijksbijdragen van buitengemeenten voor onze werknemers die (voorheen) in de buitengemeenten woonden. Door het Rijk is voor 2012 € 25.939,- per arbeidplaats (s.e.) beschikbaar gesteld. Het iets hogere kengetal komt doordat in 2012 de stimuleringsuitkering Begeleid Werken is uitgekeerd (basisjaar 2010). 48
Begroting 2012
2012
Loonkosten Wsw Lonen Wsw Ontvangen ziekengelden / WAO-uitkeringen Totale loonkosten Wsw
50.996
51.062 - 162 50.900
-
Aantal fte's (excl. Begeleid Werken) Loonkosten per fte (in euro’s)
1.739,0 29.325
1.736,2 29.317
1.757,1 29.058
2011
51.233 175 51.058
De werkelijke loonkosten zijn € 96.000,- lager dan gebudgetteerd. Voordelige afwijkingen: - Er zijn 2,9 fte’s minder verloond dan begroot - lagere werkgeverslasten door meer WW-franchise - lagere werkgeverslasten ten gevolge van de spaarloonregeling, de fietsregeling, uitruil reiskostenvergoedingen en een afwijkende WW-franchise - meer ontvangen ziekengeld/WAO-uitkeringen Nadelige afwijkingen: - hoger gemiddeld loonniveau (1.738 i.p.v 1.739) - meer betaalde pensioenpremie - meer betaald overwerk, verlofuren en vervangingstoeslagen - minder ontvangen ziekengeld - minder seniorenverlof, verzuim en ouderschapsverlof - minder korting in verband met 2e ziektejaar - overige verschillen
Begeleid Werken Lasten Begeleid Werken
300
€ 85.000,76.000,90.000,20.000,-
€ 29.000,26.000,37.000,11.000,24.000,42.000,6.000,-
158
159
In de begroting 2012 is de doelstelling opgenomen om 23 fte’s te plaatsen via Begeleid Werken. In werkelijkheid zijn gemiddeld 11,5 fte’s geplaatst. De kosten van deze regeling bestaan uit een loonkostensubsidie die wordt betaald aan de werkgever waar deze mensen in dienst zijn en begeleidingskosten. De begeleiding wordt uitgevoerd in eigen beheer en verantwoord bij de ambtelijke salariskosten.
49
4.7 TOELICHTING OP HET KASSTROOMOVERZICHT Algemeen In het kasstroomoverzicht worden de wijzigingen in de balansposten weergegeven waarmee men inzicht krijgt in de geldstromen gedurende het verslagjaar. Daarbij worden ook vaak de onderstaande begrippen gebruikt.
Financieringstructuur (x € 1.000,-)
2012
2011
Boekwaarde vaste activa
9.184
9.506
Eigen vermogen Vaste schulden Financieringsmiddelen
5.099 4.165 9.264
4.936 5.872 10.808
Financieringsoverschot
80
1.302
Mutatie van het financieringsoverschot (- = afname)
- 1.222
-
785
Dit overzicht geeft aan in hoeverre de vaste activa zijn gefinancierd met langlopende financieringsmiddelen. Door de verdere afname van het financieringsoverschot nadert de omvang van de langlopende middelen het niveau van de vaste activa.
Werkkapitaal Het werkkapitaal is het verschil tussen de vlottende activa en de vlottende passiva; het is één van de kengetallen waarin de mate van liquiditeit wordt uitgedrukt (het vermogen om op korte termijn aan direct opeisbare verplichtingen te voldoen). Met de afname van het financieringsoverschot is ook het werkkapitaal met hetzelfde bedrag afgenomen. Zie verder de toelichting op de balans.
Vermogenspositie In tegenstelling tot de liquiditeit geeft de vermogenspositie aan in hoeverre de onderneming op langere termijn aan haar verplichtingen kan voldoen. Deze solvabiliteit kan worden uitgedrukt als de verhouding van de totale activa (balanstotaal) tot het vreemde vermogen (vaste schulden plus vlottende passiva). Ondanks het exploitatietekort over 2012 is het weerstandsvermogen toegenomen van 138,5% tot 148,3%. Dit komt door de omzetting van de lening van St. Baanderij in een bestemmingsreserve, de reguliere aflossingen van de langlopende geldleningen (o/g) en een afname van kortlopende schulden.
50
4.8 OVERIGE GEGEVENS Rijksbijdragen De via de gemeenten ontvangen rijkssubsidie wordt door het Rijk niet eerder definitief vastgesteld dan nadat het ministerie de uitvoering van de wet heeft getoetst. Het Rijk baseert zich ondermeer op de assurance-rapporten (accountantsverklaringen rechtmatigheidscontrole) en de Sisa-verantwoordingen (zie ook paragraaf 4.10). Daarom heeft de rijksbijdragen zoals verantwoord in de programmarekening een voorlopig karakter. De in 2006 gevormde voorziening rechtmatigheid ad € 100.000,- is voldoende ter dekking van eventuele correcties en sancties. Het Rijk heeft de bijdragen voor 2009 definitief vastgesteld. De bevoorschotting die wij voor 2009 van de gemeenten hebben ontvangen is met de gemeenten afgerekend. In 2011 is een vernieuwde verantwoordingssystematiek richting het CBS en het Rijk ingevoerd met de naam Sisa tussen mede-overheden. De vaststelling van de rijksbijdragen door het Rijk vindt sindsdien één jaar later dan gebruikelijk plaats; de rijksbijdragen over 2010 worden in 2013 door het Rijk vastgesteld.
Niet in de balans opgenomen verplichtingen De verplichting uit hoofde van aangegane huur- en leaseovereenkomsten bedraagt voor 2013 ruim € 415.000,-. Het betreft met name de huur van de panden/loods van de kringloopvestigingen in Gasselternijveen, Stadskanaal, Ter Apel en Veendam (tevens GI Veendam, looptijd tot oktober 2019).
51
Overig
Machines, installaties, inventarissen
0
-354
9.626
-93
0
-261
0
0
43
2.940
783
4.318
Gebouwen
Vervoermiddelen
1.398
144
Grond, terreinen
Immateriele vaste activa
Boekwaarde 1-1-2012 Bruto Best.res.
4.9 VASTE ACTIVA (x € 1.000,-)
9.272
43
2.847
783
4.057
1.398
144
Netto
1.183
629
279
235
36
4
0
Investeringen
-337
-44
-95
-198
0
0
0
252
0
95
155
2
0
0
Desinvesteringen Bruto Tb afschr.
-85
-44
0
-43
2
0
0
Saldo
-1.391
-765
-203
-356
-35
-32
21
5
16
Afschrijvingen Bruto Best.res.
-1.370
0
-760
-203
-340
-35
-32
Netto
9.333
628
2.454
772
4.000
1.367
112
-333
0
-88
0
-245
0
0
Boekwaarde 31-12-2012 Bruto Best.res.
9.000
628
2.366
772
3.755
1.367
112
Netto
4.10 CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan het Algemeen Bestuur van Wedeka Bedrijven Verklaring betreffende de jaarrekening Wij hebben de jaarrekening 2012 van de gemeenschappelijke regeling Wedeka Bedrijven gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december 2012 en de programmarekening en de financiële rechtmatigheidsverantwoording over 2012 met de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen. Verantwoordelijkheid van het Dagelijks Bestuur Het Dagelijks Bestuur van Wedeka Bedrijven is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen, het resultaat en de financiële rechtmatigheid getrouw dient weer te geven, alsmede voor het opstellen van het jaarverslag, beide in overeenstemming met het in Nederland geldende Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten. Het Dagelijks Bestuur is tevens verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als het noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten. Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden en het Besluit accountantscontrole provincies en gemeenten. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico’s dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten. Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van de gemeenschappelijke regeling. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van de door het Dagelijks Bestuur van de gemeenschappelijke regeling gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. De bij onze controle toegepaste goedkeuringstolerantie bedraagt voor fouten 1% en voor onzekerheden 3% van de totale lasten. Deze goedkeuringstolerantie is door het Algemeen Bestuur van de gemeenschappelijke regeling vastgesteld. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden.
Oordeel Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van Wedeka Bedrijven per 31 december 2012 en van het resultaat en van de financiële rechtmatigheid over 2012 in overeenstemming met het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten. Verklaring betreffende andere wettelijke voorschriften en/of voorschriften van regelgevende instanties Ingevolge artikel 213 lid 3 onder d Gemeentewet vermelden wij dat het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening. Groningen, 25 maart 2013 AKSOS Accountants B.V. namens deze
w.g. drs. M. Bruinsma RA
54
4.11 SISA-VERANTWOORDINGSBIJLAGE
Assurance-rapport Afgegeven ten behoeve van de gemeenschappelijke regeling Wedeka Bedrijven en de betreffende gemeenten Opdracht en verantwoordelijkheden Wij hebben onderzocht of de bijgevoegde verantwoordingsinformatie Wsw 2012 van de gemeenschappelijke regeling Wedeka Bedrijven te Stadskanaal de Wsw-indicatoren over het jaar 2012 juist weergeeft in overeenstemming met de voorwaarden zoals vastgelegd in Handreiking Verantwoording Wsw over het jaar 2011 en 2012 van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. De verantwoordingsinformatie is opgesteld onder verantwoordelijkheid van het bestuur van de gemeenschappelijke regeling. Het is onze verantwoordelijkheid een assurance-rapport inzake de verantwoording te verstrekken. Werkzaamheden Wij hebben ons onderzoek verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse Standaard 3000, "Assurance-opdrachten anders dan opdrachten tot controle of beoordeling van historische financiële informatie". Dienovereenkomstig dienen wij ons onderzoek zodanig te plannen en uit te voeren, dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de verantwoordingsinformatie Wsw 2012 geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een assurance-opdracht omvat onder meer een onderzoek door middel van deelwaarnemingen van relevante gegevens. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen assurance-informatie voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel. Oordeel Naar ons oordeel geeft de verantwoordingsinformatie Wsw 2012 van de gemeenschappelijke regeling Wedeka Bedrijven te Stadskanaal de Wsw-indicatoren over het jaar 2012 in alle van materieel belang zijnde aspecten juist weer in overeenstemming met de voorwaarden zoals vastgelegd in de Handreiking Verantwoording over het jaar 2011 en 2012 van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Beperking in gebruik en verspreidingskring De verantwoordingsinformatie Wsw 2012 van Wedeka Bedrijven betreffende de Wswindicatoren over het jaar 2012 is opgesteld voor de gemeenten Aa en Hunze, Assen, Bellingwedde, Borger-Odoorn, Coevorden, Delfzijl, Den Helder, Emmen, Gouda, Groningen, Hoogeveen, Hoogezand-Sappemeer, Leek, Menterwolde, Oldambt, Ooststellingwerf, Pekela, Schiedam, Stadskanaal, Tynaarlo, Veendam, Vlagtwedde en Zoetermeer met als doel Wedeka Bedrijven in staat te stellen te voldoen aan de Handreiking Verantwoording over het jaar 2011 en 2012 van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Hierdoor is de verantwoordingsinformatie Wsw 2012 betreffende de Wsw-indicatoren over het jaar 2012 mogelijk niet geschikt voor andere doeleinden. Ons assurance-rapport is derhalve uitsluitend bestemd voor Wedeka Bedrijven en de betreffende gemeenten en dient niet te worden verspreid aan of te worden gebruikt door anderen. Groningen, 21 maart 2013 Deloitte Accountants B.V. w.g. P. Rienks RA
55
Bijlage: Verplichte rapportage inzake SiSa Op grond van het Besluit accountantscontrole decentrale overheden, artikel 5, lid 4, rapporteren wij in dit rapport over de fouten en onzekerheden van de specifieke uitkeringen die in 2012 vallen onder SiSa. Wij doen dit middels een tabel, die ook moet worden opgenomen als er geen fouten of onzekerheden geconstateerd zijn. Wij hebben de controle op deze regelingen uitgevoerd op basis van de door u opgemaakte SiSa-bijlage en de nota verwachtingen accountantscontrole SiSa 2012. Per regeling wordt aangegeven of, en zo ja welke, financiële fouten of onzekerheden zijn geconstateerd:
Specifieke uitkering G1B
56
Fout of
Financiële omvang in
Toelichting
onzekerheid
euro’s
fout/onzekerheid
Wet Sociale Werkvoorziening
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
Totaal
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
ĞƉĂƌƚĞŵĞŶƚ
^t
^ƉĞĐŝĨŝĞŬĞ ƵŝƚŬĞƌŝŶŐ
EƵŵŵĞƌ
,ŝĞƌŽŶĚĞƌƉĞƌƌĞŐĞůĠĠŶ ŐĞŵĞĞŶƚĞ;ĐŽĚĞͿƐĞůĞĐƚĞƌĞŶĞŶŝŶĚĞ ŬŽůŽŵŵĞŶĞƌŶĂĂƐƚĚĞ ǀĞƌĂŶƚǁŽŽƌĚŝŶŐƐŝŶĨŽƌŵĂƚŝĞǀŽŽƌĚŝĞ ŐĞŵĞĞŶƚĞŝŶǀƵůůĞŶ
dŽƚĂĂů
ϬϬϯϰͲůŵĞƌĞ Ϯ ϬϭϬϲͲƐƐĞŶ ϯ ϬϬϬϳͲĞůůŝŶŐǁĞĚĚĞ ϰ ϭϲϴϭͲŽƌŐĞƌͲKĚŽŽƌŶ ϱ ϬϭϬϵͲŽĞǀŽƌĚĞŶ ϲ ϬϬϭϬͲĞůĨnjŝũů ϳ ϬϰϬϬͲĞŶ,ĞůĚĞƌ ϴ ϬϭϭϰͲŵŵĞŶ ϵ ϬϱϭϯͲ'ŽƵĚĂ ϭϬ ϬϬϭϰͲ'ƌŽŶŝŶŐĞŶ ϭϭ ϬϭϭϴͲ,ŽŽŐĞǀĞĞŶ ϭϮ ϬϬϭϴͲ,ŽŽŐĞnjĂŶĚͲ^ĂƉƉĞŵĞĞƌ ϭϯ ϬϬϮϮͲ>ĞĞŬ ϭϰ ϬϬϴϬͲ>ĞĞƵǁĂƌĚĞŶ ϭϰ ϭϵϴϳͲDĞŶƚĞƌǁŽůĚĞ ϭϱ ϬϭϭϵͲDĞƉƉĞů ϭϲ ϭϴϵϱͲKůĚĂŵďƚ ϭϳ ϬϬϴϱͲKŽƐƚƐƚĞůůŝŶŐǁĞƌĨ ϭϴ ϬϳϲϱͲWĞŬĞůĂ ϭϵ ϬϲϬϲͲ^ĐŚŝĞĚĂŵ ϮϬ ϬϬϯϳͲ^ƚĂĚƐŬĂŶĂĂů Ϯϭ ϭϵϬϬͲ^ƵĚǁĞƐƚ&ƌLJƐůĂŶ Ϯϭ ϭϳϯϬͲdLJŶĂĂƌůŽ ϮϮ ϬϬϰϳͲsĞĞŶĚĂŵ Ϯϯ ϬϬϰϳͲsůĂŐƚǁĞĚĚĞ Ϯϰ ϬϲϯϳͲŽĞƚĞƌŵĞĞƌ
ĂƌĚĐŽŶƚƌŽůĞŶ͘ǀ͘ƚ͘ ϭ ϭϲϴϬͲĂĞŶ,ƵŶnjĞ
,ĞƚŽƉĞŶďĂĂƌůŝĐŚĂĂŵǀĞƌĂŶƚǁŽŽƌĚƚ ŚŝĞƌƉĞƌŐĞŵĞĞŶƚĞŽǀĞƌŚĞƚĚĞĞůǀĂŶĚĞ ƌĞŐĞůŝŶŐĚĂƚŝŶϮϬϭϮĚŽŽƌŚĞƚŽƉĞŶďĂĂƌ ůŝĐŚĂĂŵŝƐƵŝƚŐĞǀŽĞƌĚ͘
KƉĞŶďĂĂƌůŝĐŚĂĂŵŽ͘Ő͘ǀ͘tŐƌ;^ŝ^Ă ƚƵƐƐĞŶŵĞĚĞŽǀĞƌŚĞĚĞŶͿ
tĞƚƐŽĐŝĂůĞǁĞƌŬǀŽŽƌnjŝĞŶŝŶŐ;tƐǁͿ
'ϭ tĞƚƐŽĐŝĂůĞǁĞƌŬǀŽŽƌnjŝĞŶŝŶŐ;tƐǁͿ
:ƵƌŝĚŝƐĐŚĞ ŐƌŽŶĚƐůĂŐ
sĞƌĂŶƚǁŽŽƌĚŝŶŐƐŝŶĨŽƌŵĂƚŝĞtƐǁϮϬϭϮ
KŶƚǀĂŶŐĞƌ
ϯ͕ϴϳ Ͳ Ͳ Ͳ ϭϱ͕ϵϬ ϭ͕ϭϭ Ͳ Ϭ͕ϱϲ ϭ͕ϬϬ ϭ͕ϬϬ Ϭ͕ϰϰ ϭ͕ϬϬ Ͳ Ͳ Ͳ ϭϮ͕ϴϮ Ͳ ϯ͕ϬϬ Ͳ ϱ͕ϳϴ Ͳ ϱϴ͕ϭϴ Ͳ Ͳ ϰϲ͕ϵϰ ϭϳ͕ϯϬ Ͳ
ĂƌĚĐŽŶƚƌŽůĞZ
ϭϱ͕Ϭϰ Ͳ Ϯ͕Ϯϱ ϱ͕Ϯϱ ϭϲϵ͕Ϯϳ Ͳ Ͳ Ͳ ϭϰ͕Ϯϱ Ͳ ϭ͕ϬϬ Ͳ ϰ͕ϬϬ ϭ͕ϭϭ Ͳ ϭϯϱ͕ϳϲ Ͳ ϰ͕ϴϬ ϭ͕ϬϬ Ϯϵ͕ϯϮ Ͳ ϲϴϵ͕ϯϬ Ͳ Ͳ ϰϮϵ͕ϵϵ ϯϬϲ͕Ϯϱ Ͳ
ĂƌĚĐŽŶƚƌŽůĞZ Ͳ Ͳ Ͳ Ͳ ϭ͕Ϯϱ Ͳ Ͳ Ͳ Ͳ Ͳ Ͳ Ͳ ϭ͕ϭϭ Ͳ Ͳ Ͳ Ͳ Ͳ Ͳ ϭ͕ϬϬ Ͳ ϳ͕ϭϲ Ͳ Ͳ ϭ͕ϴϮ ϳ͕ϴϲ Ͳ
ĂƌĚĐŽŶƚƌŽůĞZ
,ĞƚƚŽƚĂĂůĂĂŶƚĂůŐĞƌĞĂůŝƐĞĞƌĚĞďĞŐĞůĞŝĚ ǁĞƌŬĞŶƉůĞŬŬĞŶǀŽŽƌŐĞŢŶĚŝĐĞĞƌĚĞ ŝŶǁŽŶĞƌƐŝŶϮϬϭϮ͕ƵŝƚŐĞĚƌƵŬƚŝŶ ĂƌďĞŝĚƐũĂƌĞŶ
Ϯ͘ϰϳϰ͕ϬϬ ϭϲϴ͕ϴϵ ϭ͘ϴϬϴ͕ϱϵ ϮϬ͕ϮϬ
ϭϱ͕ϱϬ ϭ͕ϬϬ ϯ͕Ϯϱ ϴ͕Ϯϱ Ϯϯϰ͕Ϯϱ ϭ͕Ϯϱ Ϯ͕ϬϬ Ͳ ϭϬ͕Ϯϱ Ͳ ϭ͕ϬϬ Ͳ ϱ͕Ϯϱ ϭ͕Ϯϱ ϭ͕Ϯϱ ϭϵϬ͕Ϯϱ Ͳ ϱ͕Ϯϱ ϭ͕ϬϬ ϯϭ͕ϱϬ Ͳ ϵϰϳ͕ϱϬ ϭ͕ϬϬ Ͳ ϲϬϰ͕Ϯϱ ϰϬϳ͕ϳϱ ϭ͕ϬϬ
ĂƌĚĐŽŶƚƌŽůĞZ
/E/dKZE ,ĞƚƚŽƚĂĂůĂĂŶƚĂůŐĞŢŶĚŝĐĞĞƌĚĞŝŶǁŽŶĞƌƐ ,ĞƚƚŽƚĂĂůĂĂŶƚĂůŝŶǁŽŶĞƌƐĚĂƚŝƐ ,ĞƚƚŽƚĂĂůĂĂŶƚĂůŐĞƌĞĂůŝƐĞĞƌĚĞ ƉĞƌŐĞŵĞĞŶƚĞĚĂƚĞĞŶĚŝĞŶƐƚďĞƚƌĞŬŬŝŶŐ ƵŝƚŐĞƐƚƌŽŽŵĚƵŝƚŚĞƚ ĂƌďĞŝĚƐƉůĂĂƚƐĞŶǀŽŽƌŐĞŢŶĚŝĐĞĞƌĚĞ ŚĞĞĨƚŽĨŽƉĚĞǁĂĐŚƚůŝũƐƚƐƚĂĂƚĞŶ ǁĞƌŬŶĞŵĞƌƐďĞƐƚĂŶĚŝŶϮϬϭϮ͕ƵŝƚŐĞĚƌƵŬƚ ŝŶǁŽŶĞƌƐŝŶϮϬϭϮ͕ƵŝƚŐĞĚƌƵŬƚŝŶ ďĞƐĐŚŝŬďĂĂƌŝƐŽŵĞĞŶĚŝĞŶƐƚďĞƚƌĞŬŬŝŶŐ ŝŶĂƌďĞŝĚƐũĂƌĞŶ ĂƌďĞŝĚƐũĂƌĞŶ ĂůƐďĞĚŽĞůĚŝŶĂƌƚŝŬĞůϮ͕ĞĞƌƐƚĞůŝĚ͕ŽĨ ĂƌƚŝŬĞůϳǀĂŶĚĞǁĞƚƚĞĂĂŶǀĂĂƌĚĞŶŽƉ ϯϭĚĞĐĞŵďĞƌϮϬϭϮ