Jaargang: 1 Nr.: 3 Datum: 22 juli 2003 In deze uitgave:
◊ Bloedafname in de kliniek ◊ Tip voor Mirador gebruikers! ◊ Endocrinologisch laboratorium ◊ Klinisch chemisch laboratorium ◊ Bloedafnamepunt nieuwe (klinische) patiënten ◊ Promoties Bijlage: Bloedafname bij volwassenen
BLOEDAFNAME IN DE KLINIEK Omdat er nog al wat vragen zijn vanuit de kliniek aan de laboratoriummedewerkers, hebben we de regels van de bloedafname nog eens even op een rijtje gezet: Er mag geen bloed worden afgenomen uit een arm waar een infuus in zit. Reden: uitslagen worden sterk verlaagd/ verhoogd door menging met infuusvloeistof. Bijvoorbeeld: een patiënt heeft een infuus met 0.9% natriumchloride (met een natrium en een chloride concentratie van 154 mmol/l). Hierdoor worden de natrium- en de chlorideuitslag verhoogd, terwijl de overige uitslagen sterk verlaagd zijn door de verdunning. Ook het lang (minstens 10 minuten) stilzetten van een infuus is geen optie. De uitslagen zijn dan wel correct, maar er bestaat een grote kans dat het infuus sneuvelt. Er mag niet in een arm geprikt worden waar een waaknaald in zit. Wanneer door een medewerker bloed wordt afgenomen in de desbetreffende arm, kan door de stuwing van de stuwband de waaknaald sneuvelen. Hierdoor kan deze niet meer gebruikt worden in geval van nood. Er mag niet geprikt worden in een hematoom. Het afnemen van bloed op een plek van een hematoom kan resulteren in een vals
verhoogde waarde bij alle op eiwit gebaseerde bepalingen en cellulaire elementen (LD, ASAT, ALAT etc.) De bloedafname op zich heeft ook een aantal regels: Zo is de buisvolgorde erg belangrijk, naast contaminatie door de anticoagulantia kan er ook intravasale stolling optreden hetgeen resulteert in afwijkende uitslagen. Aan deze kwartaalkrant is een bijlage toegevoegd waarin is vermeld in welke volgorde de buizen moeten worden afgenomen. Een voorbeeld van een verkeerde afname: Er moet bloed afgenomen worden voor stolling, hematologie en chemie (een blauwe, paarse en een lichtgroene buis). De gekozen volgorde bij de afname is paars, groen, blauw. De (mogelijke) gevolgen: Het is mogelijk dat K3EDTA (Kalium Ethyleen Di-chloride Tetra-Azijnzuur) uit de paarse buis de afnamenaald contamineert en in de groene buis terechtkomt. Deze contaminatie kan leiden tot een vals verhoogde kalium concentratie en een vals verlaagde calcium en magnesium concentratie (door complexvorming met EDTA). Om contaminatie met heparine te voorkomen mag de buis voor stolling niet na een heparinebuis worden afgenomen. Echter een buis voor stolling mag nooit als eerste worden afgenomen, want bij het aanprikken komt wondvocht vrij waardoor de stollingstijden verkort kunnen worden.
De juiste volgorde moet zijn: rood (weggooien), groen, blauw, groen en als laatste paars. Pieter de Boer (senior kernanalist, KCL)
TIP VOOR MIRADOR GEBRUIKERS ! Veel Mirador gebruikers bellen naar het lab omdat zij niet weten, hoe zij in Mirador ZIS opmerkingen zichtbaar kunnen maken. In Mirador worden de uitslagen in een formaat weergegeven dat op het Excel spreadsheet lijkt. Als bij een aanvraag of een uitslag een opmerking is ingevoerd, is in de betreffende cel (kolom) links boven een paars hoekje zichtbaar (net zoals bij een “opmerking” in Excel). Door met de rechtermuisknop in de cel te klikken wordt de tekst van de opmerking op het scherm weergegeven. Marie Lomecky
ENDOCRINOLOGISCH LABORATORIUM Het Endocrinologisch Laboratorium neemt in de maanden juli en augustus een aantal nieuwe methoden in gebruik. Vitamine B12 Uit de methodevalidatie van vitamine B12 blijkt, dat tussen de oude en de nieuwe waarden een lineaire correlatie bestaat over het hele bereik. Helling en intercept zijn zodanig dat de referentiewaarden voor de vitamine B12 ongewijzigd kunnen blijven. Incidenteel kunnen iets lagere waarden dan voorheen gevonden worden. Folaat Bij de folaat bepaling is ook een goede correlatie gevonden, maar de nieuwe waarden zijn ca. 25% lager dan de oude waarden. Uit de externe kwaliteitscontrole gegevens blijkt, dat de nieuwe waarden beter overeen komen met die va andere laboratoria. De referentiewaarden van de folaat bepaling blijven voorlopig ongewijzigd. Medio augustus start een studie op grond waarvan het aanpassen van de referentiewaarden zal geschieden. CA 15.3 en CA 125 Begin augustus worden nieuwe methoden voor de bepaling van CA 15.3 en CA 125 in gebruik genomen. De oude methoden zijn uit de productie genomen en vanaf augustus 2003 niet meer leverbaar. De nieuwe methoden maken gebruik van de Fujirebo antilichamen (voorheen Centocor). Uit de methodevalidatie van beide markers blijkt, dat tussen de oude en de nieuwe waarden een goede correlatie bestaat over het hele bereik; de profielen na therapie kwamen
in de geteste patiënten goed overeen. Voor de beide methoden worden op dit moment referentiewaarden opnieuw bepaald en zonodig aangepast. Met de nieuwe methode van CA 15.3 worden ca 10% lagere waarden gevonden. Met de nieuwe methode van CA 125 worden ca 30% lagere waarden gevonden. Externe kwaliteitscontrole laat zien, dat de nieuwe methode beter overeenkomt met de verwachte medianen. Voor beide methoden geldt, dat voor de individuele patiënten veel grotere verschillen mogelijk zijn. Vanaf einde 2002 zijn monsters bewaard. Indien nodig is het meestal mogelijk om de monsters met de nieuwe methode te laten herhalen. Omdat bij de nieuwe methoden andere reagentia (antilichamen) worden gebruikt kunnen in individuele patiënten in principe verschillen in waarden worden gevonden. Gedurende een aantal maanden worden nieuwe uitslagen in ZIS voorzien van een opmerking. Voor meer informatie over deze wijzigingen of als u de informatie hebt gemist, neem contact op met het Endocrinologisch Laboratorium, tel. 020-44 42617. Marie Lomecky, coördinerend hoofdanalist en Rien Blankenstein, hoofd afdeling
KLINISCH CHEMISCH LABORATORIUM Extra bepalingen Vanuit de kliniek en de polikliniek worden vaak telefonisch extra bepalingen aangevraagd bij een eerder ingezonden aanvraag, de zogenaamde “aantoe-bepalingen”. Deze “aantoe-bepalingen” kunnen altijd doorgebeld worden op telefoonnummer 43876, zowel overdag als in de avond en nacht. Overdag zal een medewerker van onze administratie uw verzoek in ontvangst nemen, ’s avonds en ’s nachts een medewerker van het citolaboratorium. Troponine Sinds de troponine bepaling over is gegaan naar de nieuwe chemie-apparatuur is het niet meer nodig om een extra heparinegelbuis af te nemen. Alle bepalingen kunnen nu uit één heparinegelbuis bepaald worden. Insturen van aanvraagformulieren voor bloedafname Aanvraagformulieren voor bloedafname voor de volgende dag kunnen niet met de telelift verstuurd worden, omdat er op het laboratorium zelf geen telelift aanwezig is.
Patiënten vroegtijdig naar huis Aanvraagformulieren voor bloedafname tijdens de ochtendronde worden daags tevoren naar het laboratorium gestuurd. Regelmatig blijkt dat de patiënt alsnog ontslagen wordt, met als resultaat dat laboratoriummedewerkers tevergeefs naar de patiënt zoeken. Wij verzoeken u dit telefonisch aan het laboratorium door te geven, zodat we de aanvragen kunnen verwijderen en niet voor niets langskomen. Glucoseaanvragen Glucoseaanvragen anders dan nuchter, 10.00 uur en 15.00 uur moeten altijd telefonisch aangevraagd worden, tijdens kantooruren via tracer *013 en buiten kantooruren via telefoonnummer 43876. BLOEDAFNAMEPUNT NIEUWE (KLINISCHE) PATIENTEN: SNELLERE UITSLAG VOOR AANVRAGERS EN LOGISTIEKE VERBETERING VOOR PATIENT EN MEDEWERKERS AFDELING KLINISCHE CHEMIE Binnen het VUmc is er van oudsher een traditie dat de afdeling Klinische Chemie de bloedafname verzorgt. Voor de poliklinische patiënten is hiervoor een afnamepunt ingericht, uiteraard gehuisvest in de polikliniek, met een wachtruimte. Het idee dat hieraan ten grondslag ligt is dat een poliklinische patiënt over het algemeen mobiel is en in staat is om naar het afnamepunt toe te komen. De patiënt meldt zich aan het loket, krijgt een volgnummer, neemt plaats in de wachtruimte en wordt binnengeroepen. Gegevens worden gecontroleerd en het benodigde materiaal wordt afgenomen. Voor kinderen is er een kindvriendelijk ingericht bloedafnamepunt op de kinderpoli. Na bloedafname mogen de kinderen een cadeautje uitzoeken uit de grabbelton om het leed te verzachten! Echter, bloedafname bij nieuwe klinische patiënten was tot voor kort lastige materie. Patiënten die voor opname geprikt moesten worden bleken meermaals niet te vinden als de analist aan het bed verscheen. Ook was het lastig voor onze medewerkers om precies op de afgesproken tijd op de juiste afdeling te zijn, omdat de bloedafname wel eens meer tijd vergt dan voorzien. Dit alles resulteerde in zoektochten, patiënten die onnodig lang aan het bed gekluisterd waren totdat onze analisten geweest waren, of het achterlaten van de buizen en gegevens bij de afdeling zodat de bloedafname door de verpleging verzorgd moest worden en het bloed naar het laboratorium gebracht moest worden. Om nu tegemoet te komen aan deze knelpunten is in
het tweede kwartaal van 2003 een bloedafnamepunt ingericht in de kliniek, dat iedere dag open is van 10.15-12.15 uur, en speciaal bedoeld is voor nieuwe, klinische patiënten. Het afnamepunt kliniek is voorzien van een wachtruimte, is centraal gelegen, en ook nog eens tegenover de Radiologie, waar nieuwe patiënten zich moeten vervoegen voor pré-operatief onderzoek. Indien patiënten niet in staat zijn zelfstandig naar het afnamepunt toe te komen, is er natuurlijk alsnog de mogelijkheid dat deze patiënt aan het bed geprikt wordt. Dit zijn immers ook niet de patiënten die ‘verdwenen’ zijn als de analist aan het bed verschijnt. In juli 2003 is naar aanleiding van gesprekken met aanvragers, medewerkers van de afdeling Klinische Chemie en Radiologie en patiënten gebleken dat deze maatregel tot gevolg heeft dat de arts sneller kan beschikken over de uitslag en dat het nieuwe afnamepunt eenvoudig te vinden is voor patiënten, die op hun beurt weer eenvoudig te vinden zijn door onze medewerkers! Dit initiatief sluit naar wij verwachten aan bij de thema’s patiëntenlogistiek en –tevredenheid, die vanaf 2004 centraal zullen staan. Myrthe van Nugteren
PROMOTIES vrijdag 26 september 2003 Bart A. Westerman Basic helix-loop-helix transcription factor syntagms in the placenta and in lung malignancies. promotor: prof.dr. M.A. Blankenstein copromotor: dr. C.B.M. Oudejans woensdag 15 oktober 2003 May Lee Tjoa Early markers of trophoblast function for the identification of high-risk pregnancies. promotor: prof.dr. M.A. Blankenstein prof.dr. J.M.G. van Vugt copromotor: dr. C.B.M. Oudejans dr. I.J. van Wijk
BLOEDAFNAME BIJ VOLWASSENEN (Voor details: zie aanvraagformulier)
Nummering is tevens afname volgorde
1 Stolbuis met gel (SG)
(5ml):
2 Stolbuis (SB)
(7ml):
(Buis bevat stollingsactivator) (Buis alleen direct na afname mengen)
(Buis bevat geen antistollingsmiddel) (Buis na afname niet mengen)
Bestemd voor:
Bestemd voor:
♦ ♦ ♦
Klinisch chemisch laboratorium Endocrinologisch laboratorium (zie ook 6) Klinische Immunologie
Bewaartermijn: 14 dagen
3 Citraatbuis (CI)
Apotheek (zie ook 6) Medische Microbiologie en Infectiepreventie Bloedbank Externe bepalingen
Bewaartermijn: Afdelings afhankelijk
(4.5 ml):
(De citraatbuis mag nooit als eerste worden afgenomen, neem dus eventueel eerst een stolbuis af en gooi deze weg. Buis bevat NATRIUMCITRAAT als antistollingsmiddel. Buis volledig vullen!) (Buis na afname goed, maar voorzichtig mengen) Bestemd voor: ♦ ♦ ♦ ♦ ♦
♦ ♦ ♦ ♦
4 Heparinebuis met gel (HG)
(3ml):
(Buis bevat HEPARINE als antistollingsmiddel) (Buis na afname goed, maar voorzichtig mengen)
Bestemd voor:
Stolling PT APTT Fibrinogeen Fibronectine
♦
Alle “routine” chemie bepalingen
Bewaartermijn: 3 dagen
Bewaartermijn: Overgebleven materiaal wordt niet bewaard
5 Heparinebuis (HB)
(7ml):
(Buis bevat HEPARINE als antistollingsmiddel) (Buis na afname goed, maar voorzichtig mengen)
6 EDTAbuis (EK)
(3ml):
(Buis bevat KALIUM-EDTA als antistollingsmiddel) (Buis na afname goed, maar voorzichtig mengen) Bestemd voor:
Bestemd voor: ♦ ♦ ♦ ♦
♦ ♦ ♦ ♦ ♦
Ammoniak - na afname op ijs CO-Hb en Met-Hb Bicarbonaat Vitamine B1
Bewaartermijn: Overgebleven materiaal wordt niet bewaard
7 Fluoridebuis (LB)
(2ml):
(Buis bevat FLUORIDE als antistollingsmiddel. FLUORIDE remt tevens de glycolyse). (Buis na afname goed, maar voorzichtig mengen)
Lactaat Glucose
Bewaartermijn: 3 dagen
8 Bezinkingsbuis (CB)
(5ml):
(Buis bevat CITRAAT als antistollingsmiddel. Buis volledig vullen!) (Buis na afname goed, maar voorzichtig mengen) Bestemd voor:
Bestemd voor: ♦ ♦
Alle hematologische bepalingen met uitzondering van de BSE ACTH - na afname op ijs PTH Cyclosporine Serotonine
- na afname op ijs - na afname op ijs (alleen voor testen)
Bewaartermijn: Overgebleven materiaal wordt 3 dagen bewaard
♦
BSE
Bewaartermijn: Overgebleven materiaal wordt niet bewaard © klinische chemie, VU medisch centrum
09-10-02