Verschijnt 14-daags, uitgez. juli en aug. Afgiftekantoor Hasselt 1
11 januari 2001
7
nr 1 * twaalfde jaargang
Interview met minister Marleen Vanderpoorten
België-Belqique P.B. 3500 Hasselt 1 12/39
NIEUWS
Op 6 december 2000 werd het contract tussen K.U.Leuven Research & Development en IBM ondertekend voor de commercialisering van het softwarepakket ACLIPS, kort voor ‘A Capacity and L ead Time Integrated Procedure for Scheduling’. Deze software maakt het mogelijk om doorlooptijden in productie op een realistische manier te schatten. De ontwikkeling van de software vloeit voort uit de Franz Edelman Award-competitie waaraan de professoren Nico Vandaele (UFSIA) en Marc Lambrecht (K.U.Leuven) als finalist hebben dee lgenomen. De software zal als een APS, of Application Service Provider, op de markt gebracht worden. Het bedrijf Spicer Off-Highway Products Division uit Brugge fungeerde als pilootproject. Op de foto v.l.n.r.: professor Vandaele, Philippe Guillaume van IBM, professor Lambrecht en professor Koenraad Debackere, directeur van K.U.Leuven R&D.
Hedwige Nuyens volgt Anne Vleminckx op als Directeur Financiële Diensten. Nuyens, een juris te, komt van de ABN Amro Bank, waar ze hoofd was van de kredietafdeling in België. In ‘99 werd Nuyens door Marie-Claire verkozen tot ‘Vrouw in de Onderneming’. Naar aanleiding daarvan interviewde Campuskrant haar in nr. 8 van 1999, te vinden in het archief op de K.U.L euven-website.
Op de klanken van de universiteitsbeiaard werden op 8 december 575 kaarsen aangestoken, die samen het logo van het feestjaar vormden. Rector Oosterlinck ontstak om halfzes de eerste kaars en gaf het vuur door aan 575 personeelsleden en studenten. Rechtstreekse aanleiding voor deze feeërieke beelden was de ondertekening door Paus Martinus V van de Stichtingsbul van onze universiteit, op 9 december precies 575 jaar geleden.
Verschijningsdata Campuskrant 2001
Op 14 december vierde het ICRI, het Interdisciplinair Centrum voor R echt en Informatica, zijn tiende verjaardag met een feestelijke receptie. Het ICRI verzorgt sinds 1990 wetenschappelijk onderzoek, onderwijs, opleiding en consultancy-opdrachten over thema’s die zich op het kruis punt van recht en informatica bevinden, en is uitgegroeid tot het leidinggevende Belgische onderzoekscentrum in dit domein. Op de foto, met het huldeboek in handen, zien we onder meer professor Jos Dumortier, directeur van het ICR I, professor Marc Vervenne, vice-rector Humane Wetenschappen en decaan Frans Vanistendael van de Rechtsfaculteit.
2 CAMPUSKRAN T 11.1 .2001
AB= met alumnibijlage
8 23 mei (woensdag!) 15 mei (dinsdag!)
16 29 november (AB) 21 november
Nr. Verschijningsdatum Teksten indienen vóór
9 7 juni (AB) 30 mei
17 13 december 5 december
2 25 januari 17 januari
10 21 juni 13 juni
3 8 februari (AB) 31 januari
11 30 augustus (AB) 22 augustus
4 22 februari 14 februari
12 20 september 12 september
5 15 maart (AB) 7 maart
13 4 oktober (AB) 26 september
6 19 april (AB) 11 april
14 25 oktober 17 oktober
7 10 mei 2 mei
15 15 november 7 november
Bijdragen dienen ons de dag van de d eadline te bereiken, vóór 12u sti pt. Suggesties voor artikels of interviews zijn welkom op het redactieadres, minstens één week voor de deadline. De vaste bijdragen voor kalenders e n vacante mandaten worden twee dagen voor elke deadline ingewacht bij de betrokken diensten.
NIEUWSFLITS
Leuvense ‘antihelden’ winnen Castar
11 januari 2001
Vincent Rijmen en Joan Daemen van ESAT gaan naar huis met de Castar-trofee 2000 van De Standaard, Radio 1 en Canvas. Met de Castar-trofee voor de markantste persoonlijkheid van het afgelopen jaar willen de organisatoren de man of vrouw huldigen die op cultureelmaatschappelijk, politiek of economisch vlak een opmerkelijke - positieve - bijdrage heeft geleverd. De laureaat van de Castar-trofee wordt aangewezen door het publiek. Andere genomineerden waren Steve Stevaert, Marianne Dupon, de Antwerpse politiecommissaris Luc Lamine en Jan Hoet. Deze laatste omschreef Rijmen en Daemen als de ‘antihelden’ onder de genomineerden. Zij ontwikkelden immers de nieuwe beveiligingsstandaard Rijndael waarmee de Amerikaanse overheid het vertrouwelijke computer- en internetverkeer van de V.S. zal beveiligen. De V.S. verkozen hun voorstel boven de inzendingen van reuzen als Deutsche Telekom en IBM. De uitreiking van de trofee, een kunstwerk van Jan F abre, werd uitgezonden op Canvas op Oudejaarsavond 2000. Een interview met Vincent Rijmen kan je lezen in Campuskrant nr. 14/2000.
Campuskrant
Veertiendaags tijdschrift van de K.U.L euven Redactie
Ine Van Houdenhove (hoofdredacteur), Ludo Meyvis, Wouter Verbeylen Redactiesecretariaat
Véronique Limbourg t(016)32 41 8 4
[email protected] Redactieadres
Dienst Communicatie Oude Markt 13 3000 Leuven t(016)32 41 8 4 f(016)32 40 1 4
[email protected] Internetadres
http://www.kuleuven.ac.be/ck/ Aan dit nummer werkten mee
Steven Cleeren, Tamara Deca, Karl Hendrickx, Anne-Mie Jaspers, Nadia Koeck, André Mellaerts, Geert Op de Beeck, Is abel Penne, Klaartje Proesmans, Lieve Quaegebeur
Rechtenstudent laureaat internationale prijs
Leopold Schellekens, laatstejaarsstudent rechten, heeft begin december de Fettweis-prijs voor gerechtelijk privaatrecht gewonnen, de belangrijkste prijs binnen dat vakgebied. Schellekens verblijft momenteel aan de universiteit van het Duitse Heidelberg in het kader van een Erasmusuitwisseling. Hij zal d ie universiteit ook vertegenwoordigen voor de Europese René Cassinprijs voor mensenrechten, georganiseerd door het Europees Hof voor de Rechten van de Mens in Straatsburg.
Stuurgroep Campuskrant
Ronny Vandenbroele (voorzitter), Jan Bauwens, Jan De Vuyst, Jan Elen, Erik Gobin, Chloé Heerman, Els Heylen, Bernard Himpens, Isabel Penne, Paul Thurman, Jos Vaesen, Jan Verhaeghe Vormgeving
7
Total Design Belgium
Gesprek met minister Vanderpoorten
Foto’s
Centrum Vredesethiek ‘Ambassadeur voor de Vrede’
Pax Christi Vlaanderen kende op 21 december aan het Centrum voor Vredesethiek, verbonden aan onze universiteit, de titel van Ambassadeur voor de Vrede toe. Het Centrum werd in 1986 opgericht door de professoren Roger Burggraeve en Johan De Tavernier, en verricht fundamenteel ethisch en theologisch onderzoek naar de thema’s van oorlog en vrede, geweld en tolerantie, kwaad en verzoening. De titel wordt jaarlijks toegekend aan personen of groepen die zich in Vlaanderen op consequente en herkenbare wijze inzetten voor vrede.
Rob Stevens, Fabrice Kada Cartoons
Joris Snaet
5 Rector Oosterlinck blikt vooruit
Covertekening
Joris Snaet
Overwegingen bij de millenniumwende
Reclameregie
6 Personeelsbeleid op nieuwe wegen
Véronique Limbourg, t(016)32 41 8 4
Personeelsdirecteur Bert Overlaet
Oplage
40.000
8 Internetnieuws
Drukwerk
Studenten steunen Turkse hongerstakers ...
Twintig studenten van de Sociale Raad hielden op 21 december een symbolische hongerstaking in de levende kerststal op de Grote Markt. Daarmee betuigden ze hun steun aan de Turkse gevangenen die op 20 oktober een hongerstaking begonnen tegen het rigide regime in de Turkse gevangenissen. Eerder die week had de Turkse overheid de hongerstaking met geweld gebroken, wat de rechtstreekse aanleiding vormde voor de Leuvense solidariteitsactie. ... en Brusselse sans-papiers
Achttien asielzoekers uit de Brusselse Begijnhofkerk vonden voor de kerstvakantie een weekje onderdak in het studentenhuis Inamo in de Halfmaartstraat. De asielzoekers werden dakloos toen de Begijnhofkerk eind november afbrandde, en verbleven sindsdien onder meer aan de VUB en de ULB. De situatie in het gemeenschapshuis, dat plots 31 bewoners telde in plaats van 13, was niet langer dan een week vol te houden, aangezien de meeste studenten tijdens de kerstvakantie naar huis gingen of examens moesten voorbereiden. De zoektocht naar permanent onderdak voor de sans-papiers moest dus worden verdergezet.
Concentra Uitgeversmaatschappij NV, Hasselt
9 Leven na de universiteit
Geert Robberecht, manager van La Petite Bande
Verantwoordelijke uitgever
Ronny Vandenbroele Oude Markt 13 3000 Leuven
10 Patroonsfeest 2001
Gesprek met twee eredoctores
Copyright artikels
Artikels uit deze editie - of delen ervan - kunnen overgenomen worden mits toestemming van de redactie.
10 De werkplek
Magazijnier André Van Geel
Het volgende nummer verschijnt op 25 januari. Bijdragen - verslagen van raden, nieuwe publicaties, kalenders, korte, informatieve stukjes dienen ons te bereiken vóór woensdag 17 januari, 12u stipt. Suggesties voor artikels en interviews zijn welkom op het redactieadres.
11 Vormingskrant 15 Onderwijsvernieuwing aan de K.U.L euven
UNISONO scherpt muzikaal gehoor aan 16 Cultuur 17 Samenwerking met industrie resulteert in leerstoel
Geneesmiddel voor chronische darmaandoeningen 18 K.U.Leuven 575 jaar
Tentoonstelling Oriëntalia 19 Alumni 20 Ontwikkelingssamenwerking in Viëtnam
Gratis bussen tot einde academiejaar
De studenten van de K.U.Leuven, de Katholieke Hogeschool Leuven en Groep T kunnen nog minstens tot het einde van het academiejaar gratis met de bus rijden. Dat besliste het Leuvense schepencollege tijdens de kerstvakantie. Het proefproject met de gratis buspasjes, dat in september van start ging, blijkt een succes. Bij de studenten van de K.U.Leuven ligt het busgebruik bijna tien keer hoger dan vorig jaar. Met de beslissing van het schepencollege staan nu alle partners van het project - de Stad Leuven, de K.U.Leuven, de hogescholen en De Lijn achter een verlenging tot eind juni. Het terugdringen van het autoverkeer is de voornaamste reden waarom de stad aan het project meewerkt.
Boeren in een karstlandschap 21 Taaltip 22 Ad valvas 24 De denktank 24 K.U.Leuven werkte mee aan prestigieus project
Zandraketgenoom ontcijferd
11.1.2001 C A M P U S K R A N T
3
NIEUWS
Professor Christiaan Plets ontving op 18 november een eredoctoraat van de Southeast University van Jiangyin City, in de Volksrepubliek China. Het eredoctoraat werd overhandigd door Wang Shengquan, de president van de Medical School, en werd hem toegekend voor de ‘promotion of understanding between Chinese and Western neurosurgical colleagues’. Professor Plets heeft zich de voorbije drie jaar ingezet voor een wetenschappelijke en organisatorische ondersteuning van de dienst Neurochirurgie van het Universitair Ziekenhuis van Jiangyin City.
Op 11 december hield de VAPwerkgroep Vrouw & Universiteit haar jaarlijkse studiedag met als thema ‘Gelijke kansen en diversiteit in het nieuwe personeelsbeleid van de K.U.L euven’. Professor Mieke Verloo van de K.U.Nijmegen leidde het thema in, waarna een panel van beleidsverantwoordelijken er dieper op inging. De relevantie van het thema voor onze universiteit mocht blijken uit de opkomst: mannelijke personeelsleden krijgen blijkbaar opvallend minder kansen om aan dergelijke studiedagen deel te ne men. Achtergrondinfo vindt u op de website http://www.asro.kuleuven.ac.be /vrouw/ Op de foto coördinatoren Ann Heylighen (l.) en professor Sabine Van Huffel.
Fons Verplaetse, Eregouverneur van de Nationale Bank van B elgië, gaf op 6 december een lezing op uitnodiging van het studentencomité Economische Wetenschappen en de Kring voor Internationale Betrekkingen. Onder de titel ‘ Van Ecu tot Euro, of de queeste naar de eenheidsmunt’ schetste Verplaetse in een uur tje het moeizame parcours dat hiertoe moest worden afgelegd, langs grote begrotingstekorten en een hoge staatsschuld. Nadien stelde het publiek gerichte vragen, onder meer over het catastrofale budgettaire beleid eind jaren ‘70 en over het gebrek aan democratische schraging in België bij de ratificering van het Verdrag van Maastricht.
LEZERSBRIEF
Krakaustraat Op 19 december organiseerde het Steunpunt Werkgelegenheid, Arbeid en Vorming een studiedag in het V laams Parlement naar aanleiding van de tiende verjaardag van het Steunpunt en van zijn Nieuwsbrief. Op de studiedag, met als thema ‘Implodeert de beroepsbevolking vanaf 2015?’, werden ook de bevindingen van het nieuwe Jaarboek over de arbeidsmarkt in Vlaanderen voorgesteld. Daarin voorspelt het Steunpunt dat, met een ongewijzigd beleid, de Vlaamse beroepsbevolking tussen 2000 en 2010 met 100.000 personen zal stijgen. Daarna volgt een ommekeer met een daling van 250.000 personen tegen 2030. De oorzaak van die implosie ligt in het verdwijnen van de ‘babyboomgeneratie’ na 2010. De onderzoekers van het Steunpunt stellen als remedie een immigratiepolitiek voor of een v erhoging van de activiteitsgraad bij de be volking ouder dan 50. Vanaf 1 januari 2001 heeft het Steunpunt, een Leuvens initiatief, zijn interuniversitaire invalshoek geïnstitutionaliseerd, en heeft het een vaste financieringsbasis verworven door zijn erkenning door de Vlaamse Regering. Het was dan ook Renaat Landuyt, Vlaams Minister van Werkgelegenheid, die de studiedag afsloot met een blik op recente en toekomstige evoluties op de arbeidsmarkt. Een verslag van de studiedag en info over het Steunpunt vindt u op de website http://www.kuleuven.ac.be/stwav.
4 C AMP U SKRAN T 1 1 . 1 . 2001
Met veel interesse las ik in de l aatste Campuskrant uw artikeltje over Krakau, dat zindert van bewondering. Iedereen die met Krakau in contact komt of het geluk heeft gehad er rond te slenteren, wordt door die stad gecharmeerd. Leuven heeft echter nog een reden te meer om voor Krakau een zekere sympathie te koesteren. Vele Leuvenaars weten niet dat er reeds in de vroege Middeleeuwen commerciële relaties met Krakau bestonden. Ook aan de universiteit blijkt men dat niet te weten. Zo zijn sommige burelen van de universitaire administratie gelegen in de Krakenstraat, waarvan de oorsprong van de naam ligt in het feit dat op die plaats reeds van 1262 een familie de Cracovia (van Craeckhoven) haar handelskantoor had. Tussen Leuven en Krakau waren de handelsbetrekkingen hoofdzakelijk gericht op het leveren van laken in ruil voor pelsen uit de oostlanden. Dit alles staat te lezen in wat Alfons Meulemans schreef in een artikel over de Oude Markt en haar zijstraten. Van deze studie, die destijds verscheen in de uitgaven van de kring, is thans een heruitgave in voorbereiding. Paul Reekmans Geschied- en Oudheidkundige Kring voor Leuven en Omgeving
NIEUWS
Rector Oosterlinck blikt vooruit
Overwegingen bij de millenniumwende
gemeenschapsgevoel dan aan het eigenbelang.” “We hebben als gemeenschap de taak om de verlangens van het individu te stroomlijnen met de noden van de groep. Dat kunnen we, maar dan moeten we op nogal resolute wijze durven afstappen van een reeks oude geplogenheden. Uiteraard zeg ik daarmee niet dat er vroeger geen ruimte was voor goede werkomstandigheden, alleen werd dat meer overgelaten aan de d aadkracht van het lokale diensthoofd. Soms lukte dat, soms ook niet.” “In mijn openingstoespraak heb ik geprobeerd om dat nieuwe HRM-model te benaderen volgens de ideeën van het duurzaam ondernemen. Daarin wordt binnen de organisatie expliciet een sleutelpositie gegeven aan de people. Je moet die tekst er maar eens op nalezen, dan zal je merken dat heel veel ideeën zó eenvoudig zijn, maar dat ze nog làng niet gerealiseerd zijn.”
Ludo Meyvis Blauwdruk
In zijn korte toespraak tijdens de kerstreceptie voor het academisch personeel raakte rector André Oosterlinck een reeks belangrijke thema’s aan. Hieronder gaat hij op een aan tal daarvan wat nader in. “Ik heb bewust geen lange toespraak willen geven. Op zo’n receptie komen mensen eerst en vooral voor elkaar, en niet om te luisteren naar een uiteenzetting van drie kwartier. Maar enkele gedachten heb ik toch willen meegeven.” Ambitieuze doelstellingen
“Ik heb het onder meer gehad over de uitdagingen die ons te wachten staan, uitdagingen die voortvloeien uit krachten die we zelf niet in de hand hebben. Ik bedoel hier natuurlijk de golf van internationalisering en europeanisering, die nu écht wel voor de deur staat. De overheid is zich daar gelukkig goed van bewust, en ik stel bijvoorbeeld bij minister Vanderpoorten een duidelijke bereidheid vast om die europeanisering regelgevend maar vooral faciliterend te begeleiden. De overheid kan dienstverlenend en omkaderend optreden, maar de inhoudelijke veranderingen zullen van onszelf moeten komen. Nog te veel collega’s zien de Bologna- en Sorbonne-akkoorden als een hoofdzakelijk technische aangelegenheid, gericht op het vergelijkbaar maken van opleidingen en diploma’s, onder meer via de invoering van een bachelor-masterstructuur. Dat is natuurlijk een belangrijke component, maar het gaat veel verder. De teksten van Bologna en de Sorbonne zijn heel ambitieus. Ze willen vormgeven aan een e chte Europese onderwijsruimte. Het Europese axioma van vrij verkeer van goederen en diensten moet ook in universitaire aangelegenheden gelden. Dat betekent concreet dat studenten en docenten zonder al te veel moeilijkheden in andere landen van de Europese Unie moeten kunnen studeren en werken. En dàt betekent dan weer d at we terechtkomen in een situatie waarin internationale concurrentie zéér reëel zal zijn. Het komt er dus op aan ons te wapenen om die concurrentie aan te kunnen. Dat zal een sterk toegenomen alertheid en flexibiliteit vragen van ieder van ons.” ”In die nieuwe context zou het bijvoorbeeld niet uitgesloten zijn dat buitenlandse universiteiten onze jongeren actief gaan werven met aanlokkelijke programma’s, studiebegeleiding, financieringsmogelijkheden, noem maar op. De binding tussen de universiteit en haar Vlaamse achterban zal verkleinen - hoewel we dat ook weer niet mogen overdrijven: onze belangrijkste recruteringsbasis blijft natuurlijk Vlaanderen. Niettemin wordt de vraag dus: over welke argumenten beschikken we om onze positie in Vlaanderen te behouden, en onze positie in Europa te versterken? En hoe rijmen we dat met ons eigen principe van democratische toegankelijkheid? Daarmee bedoel ik dat de hele Bologna-operatie, die uiteraard tot de nodige rationaliseringen van ons Vlaams universitair landschap zal leiden, niét mag uitmonden in een verkapte vorm van besparing. De middelen die vrijkomen door een meer rationele indeling van ons landschap, zullen broodnodig zijn om onze universiteiten in het nieuwe Europa overeind te houden.”
“Deze jaarwisseling was tegelijk ook een eeuw- en zelfs een millenniumwisseling. Ik denk dat er moeilijk een beter moment denkbaar is om ernstig werk te maken van een reeks ingrijpende trendbreuken. Ik weet het wel, je moet nooit iets willen herstellen als het niet stuk is, maar ik denk dat onze universiteit nog bijzonder veel ruimte voor verbetering bevat. Daarmee zeg ik geen kwaad woord over de inzet van ons personeel. Die is zeer groot. Maar het komt er op aan d at die inzet een aanzet moet worden, namelijk naar de hoogkwalitatieve Europese universiteit van de toekomst. Dat is iets dat je uiteraard niet kunt of mag laten afhangen van elk afzonderlijk individu. Zoiets moet je kanaliseren. Geleidelijk aan, maar al op redelijk korte termijn, moeten er daarom een reeks blauwdrukken op tafel komen om onze universiteit haar plaats te bezorgen in de 21ste eeuw. Sommige beleidsinstrumenten zijn de fase van de blauwdruk al lang voorbij. Denk maar aan de informatietechnologie, met het CWIS en SAP. Denk ook aan de gemoderniseerde beheerstechnieken voor het UZ. Op dit ogenblik werken we een blauwdruk uit voor een HRM. Ook onze echte kernactiviteiten, onderwijs en onderzoek, moeten op diezelfde moderne leest geschoeid worden. Op onderwijsvlak lopen een reeks bekende optimaliseringsinitiatieven, van docentenopleiding via semesterexamens tot begeleide zelfstudie. Op onderzoeksvlak hadden we al een goed werkend, competitief en productief systeem, zowel wat betreft de selectie van onderzoeksprojecten als wat de opvolging aangaat. Ook op het vlak van valoriseringsmogelijkheden wordt een tandje bijgestoken.” “Ik voorzie voor de komende jaren zeer ingrijpende wijzigingen. Wie na 10 of 20 jaar opnieuw in Leuven zou komen, zou de universiteit waarschijnlijk niet meer herkennen. Dat is niet erg. Ik zou het echter onvergeeflijk vinden wanneer die persoon ook de kwaliteit van ons universitair werk niet meer zou terugvinden. En om die kwaliteit te garanderen in de sit uatie die zich aandient, dààrom moeten we nu al het nodige doen.” De kersttoespraak van de rector vindt u op http://www.kuleuven.ac.be/admin/rd/niv3pbis/nieuwjaarswens.htm
Benoemd of onderscheiden
Drie wegen
“Ik verwacht zeer veel van dr ie wegen om de europeanisering voor te bereiden. Ten eerste moeten we snel werk maken van een reeks man agementinstrumenten. De tijd is voorbij dat een universiteit bestond uit een eindeloze reeks eilandjes, die ieder hun eigen toekomst beredderden. Ik bedoel daarmee niet dat er een centralistische universiteit moet komen - integendeel maar wel dat het centrale bestuur zich veel meer dan vroeger actief met beleid zal moeten bezig houden, in plaats van met beheer. Om dat beleid uit te bouwen, hebben we boordtabellen nodig, cijfers, meetinstrumenten.” “Ten tweede verwacht ik bijzonder veel van het opzetten van netwerken, in de eerste plaats met de partners uit de eigen omgeving, dus met andere Vlaamse universiteiten en hogescholen, maar ook grensoverschrijdend. En een derde weg, en wellicht het moeilijkst te realiseren, is een snelle mentaliteitswijziging op decentraal niveau. De individuele prof speelt een vitale rol in het nieuwe landschap, veel meer dan het centrale bestuur van de universiteit. Als d ie individuele prof dus de boot mist, hebben we problemen.”
Prof. Erik De Corte, gewoon hoogleraar aan het Departement Pedagogische Wetenschappen, werd benoemd tot titularis van de binnenlandse Francqui-leerstoel (academiejaar 2000-2001) aan de Faculté de Psychologie et des Sciences de l’Education van de Université de Liège. Het openingscollege zal gegeven worden op 7 februari.
Gemeenschap
Prof. Joseph Peuskens, MD, alg emeen en medisch directeur U.C. S t.-Jozef Kortenberg en buitengewoon hoogleraar aan de Faculteit Geneeskunde, ontving op 28 oktober 2000 op het Congress of the Association of European Psychiatrists (EAP) te Praag de Lundbeck Prize for Research voor de inspanningen in het kader van de opleidingsprogramma’s jaarlijks georganiseerd door het Belgian College of Neuropsychopharmacology and Biological Psychiatry (BCNBP).
“Een ander belangrijk thema uit mijn kersttoespraak had precies met onze mentaliteit te maken. Ik heb verwezen naar een heel geslaagd interview met kardinaal Danneels, die sprak over het dominante ik-gevoel, ten nadele van het wij-gevoel. Als universiteit, als katholieke universiteit, mogen wij daar niet aan toegeven. Het zou een verzieking van het leefklimaat betekenen. Vertaald als beleidsprincipe beschouw ik dit als een mooie verwoording van de nood aan een nieuw HRM-beleid. Wie spreekt over een wij-gevoel, spreekt over solidariteit, het toekennen van een groter gewicht aan het
Prof. Bart De Stroo per, hoofddocent aan de Faculteit Geneeskunde, mocht van de Vereniging voor Experimentele en Klinische Neurowetenschappen (EKN) de prijs voor neurologisch onderzoek ontvangen voor zijn baanbrekend werk in de zoektocht naar de behandeling van dementie. Prof. Jozef Lauweryns, em. gewoon hoogleraar aan de Faculteit Geneeskunde, werd in november 2000 verkozen tot Tweede Ondervoorzitter van de Koninklijke Academie voor Geneeskunde voor België. Prof. Paul Lijnen, hoogleraar aan de Faculteit Geneeskunde, werd door de Council on High Blood Pressure Research verkozen tot International Fellow. Ir. Filip Oosterlinck, verbonden aan het Departement Chemische Ingenieurstechnieken van de Faculteit Toegepaste Wetenschappen, ontving de Student Award van de Soc iety of Plastics Engineers (SPE) Benelux voor zijn eindwerk over de stroming van polymeren onder hoge druk, uit gevoerd onder promotorschap/begeleiding van de professoren Paula Moldenaers en Jan Vermant. De uitreiking van de prijs vond plaats ter gelegenheid van de beurs ‘ Kunststoffen 2000’ te Eindhoven (Nederland).
Prof. Cyriel Van Assche, emeritus gewoon hoogleraar aan de Faculteit Landbouwkundige en Toegepaste Biologische Wetenschappen, werd in aanwezigheid van de academische overheid en meerdere ministers benoemd tot erelid van de Universiteit van Turijn (Italië) vanwege zijn wetenschappelijk werk in de tuinbouw, vooral op het gebied van bodemmoeheid en grondontsmetting.
11.1.2001 C A M P U S K R A N T
5
NIEUWS
Personeelsbeleid op nieuwe wegen Ludo Meyvis
Professor Bert Overlaet heeft een ietwat ongebruikelijke academische carrière. In 1985 behaalde hij zijn doctoraat in de psychologie, met een verhandeling over groepsdynamiek. Daarna combineerde hij een halftijdse universitaire loopbaan met de job van management consultant, gespecialiseerd in teambuilding, communicatietraining, probleemoplossing, veranderings- en f usiemanagement. Na 1 4 jaar in het Departement Psychologie kwam hij in 1993 bij ETEW de richting Organisatie & Personeelsbeleid versterken. En onlangs werd hij benoemd tot Algemeen Directeur Personeel van onze universiteit. Hij praat gedreven, maar beredeneerd. No nonsense, met gezond verstand, met oog voor gezonde vernieuwing. “Vernieuwend denken is ook wel nodig. Laten we eerlijk zijn: het personeelsbeleid van de K.U.Leuven was tot nu toe vooral personeelsadministratie. Dat is en blijft belangrijk, maar er is natuurlijk veel meer nodig om van een e cht Human Resources-management te kunnen spreken. Mijn aanstelling tot Algemeen Directeur Personeel moet je vooral zien als eerste aanzet tot de creatie van zo’n beleid. Ik zie mijn eigen functie als die van ambassadeur van het personeel, en ik beschouw het als mijn taak om personeelszaken actief onder de aandacht van de universitaire autoriteiten te houden. De creatie van een echt HR-beleid is geen eenmalige ingreep, maar een voortdurend levend houden en concretiseren van de intentie om zorg te dragen voor je medewerkers.” Complex statuut
“Er zijn diverse redenen om precies nù extra aandacht aan HRM te be steden. Eerst en vooral beschouwt de academische overheid het als een prioriteit. Dat is niet verwonderlijk. Voor het eerst scheppen een aantal nieuwe decretale bepalingen de wettelijke ruimte om een eigen Leuvens HRM-beleid uit te werken. Daarbij maken de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt en binnen het universitaire landschap zo’n uitbouw zonder meer logisch - en noodzakelijk.” “Uiteraard bouw je zo’n beleid niet zomaar op. Ons personeelsstatuut is bijzonder complex. We zijn een niet-hiërarchische structuur, waarin consensus vaak de regel is. De faculteiten hebben een grote zelfstandigheid. Daar tegenover staat het centrum, d at een bepaalde algemene lijn wil realiseren. Verder zijn we aan de ene kant een privé-werkgever, maar daarnaast zijn we gebonden aan een reeks sp elregels van de overheid. We hebben een heleboel verschillende statuten, elk met eigen regels van pensioenregeling, ziekteverzekering enzovoort. Die statuten variëren van het ambtenarenstatuut van de vaste ZAP’ers tot het strikte privé-statuut van het ATP. Het personeel bestaat bovendien uit een relatief kleine vaste kern - vastbenoemd ZAP en ATP op onbepaalde duur - en een grote groep van tijdelijken, zoals assistenten, BAP’ers, gastdocenten enzovoort. Het is duidelijk dat je al die uiteenlopende statuten niet met eenzelfde personeelsbeleid moet benaderen. Er moet aandacht zijn voor de diversiteit aan medewerkers, zodat iedereen zich gewaardeerd kan voelen en de kans krijgt om een eigen bijdrage te leveren. De uitdaging voor een organisatie als de K.U.L euven bestaat er dus in t e komen tot een globaal evenwicht tussen de noden van de diensten, de wensen van het individu en de nood aan een gelijke behandeling van iedereen.”
Die nieuwe dienst wordt, inclusief het Academisch Dossier, ondergebracht in het oude jezuïetenklooster in de Parijsstraat, waar de drukkerij van de Boerenbond gevestigd was.” “Dat zijn belangrijke ingrepen, ook al blijft het redelijk ver van de individuele medewerker. Maar ook op andere vlakken staat er één en ander te gebeuren. Tegen het einde van 2002 moet bijvoorbeeld de evaluatie van het ZAP rond zijn. Momenteel draait de voorbereiding daarvan op volle toeren. Het Gebu en de Academische Raad bespreken op dit ogenblik een raamnota, waarna we die zullen terugkoppelen naar de faculteiten. Tegen de zomer moeten de procedures voor deze evaluaties klaar zijn.” “Verder werken we aan een ni euwe benadering van de loopbaanstr uctuur voor het ATP. Op de kerstreceptie werd daarover een nieuwe CAO ondertekend. Deze CAO past onze regels aan aan de nieuwe decretale vrijheid. Inzake loopbaanstructuur blijven er 4 niveaus bestaan - die nu A tot D worden genoemd -, maar er komt een grotere flexibiliteit. Zo wordt men bij aanwerving bijvoorbeeld ingeschaald in een bepaald niveau op basis van h et diploma of - en dat is het nieuwe - op basis van een equivalent aan ervaring. Ook voor het verdere verloop van de car rière hoeft het diploma niet meer alléén determinerend te zijn. Het decreet geeft ons dus meer vrijh eid inzake promotie, maar voorziet bijvoorbeeld ook de mogelijkheid van demotie, wat ons meer mogelijkheden geeft om in disfunctionele situaties een oplossing te vinden die aanvaardbaar is voor de dienst en voor het betrokken personeelslid. De nu afgesloten CAO is maar een eerste stap, en we bespreken nu met de werknemersvertegenwoordiging over hoe we al deze mogelijkheden concreet gaan benutten.” “Belangrijker dan regels of procedures is de nieuwe spirit die ik in ons personeelsbeleid wil doen groeien. In het verleden werden er door een misplaatst soort academische schroom vaak zaken op hun beloop gelaten, of kwamen omgekeerd veelbelovende personen vaak in een demotiverende situatie terecht. Dat mag niet. Dat kan je op verschillende manieren verhelpen. Je kan bijvoorbeeld evaluaties écht laten meetellen in het verloop van de carrière, negatief via demotie mét remediëring - want anders kweek je alleen maar frustraties - en positief via een soepeler promotiebeleid of via loonsverhoging. Loonsverhoging hoeft niet noodzakelijk gepaard te gaan met een hogere graad. Het nieuwe decreet voorziet ook voor de hogere graden een dubbele loonschaal. Natuurlijk kunnen we op dat vlak geen wonderen doen. De financiële beperkingen van onze begroting zullen ook in de toekomst wel blijven bestaan. Maar het decreet schept formeel nieuwe ruimte om financiële incentives te ontwikkelen.” Uitdagingen
“Ik wil ook streven naar meer coaching, echte begeleiding. En meer opleidingen. Is het eigenlijk niet kras dat een instelling die haar bestaansreden vindt in het geven van opleidingen, op dat vlak vrij weinig doet voor haar eigen personeel?” “Mensen hebben nood aan uitdagingen. Anders krijg je verkalking, of ‘ervaringsconcentratie’, waardoor mensen zodanig met hun job vergroeien dat ze ‘alles al wel gezien hebben’. Als je dat toelaat, berokken je nadeel aan je eigen personeel en aan je organisatie als geheel. Intellectuele uitdagingen aan je p ersoneel geven is een belangrijk element van aantrekking, zeker in de huidige situatie, waarin ons ATP-personeel in grote mate aan het ver-universitairen is. Die hou je niet geïnteresseerd als je hen geen inhoudelijk uitdagende job geeft.” “Personeelsbeleid is het strategisch hart van onze universiteit. Uit mijn contacten tijdens de laatste maanden heb ik geleerd dat dit stilaan op de verschillende niveaus en plaatsen begint door te dringen. Nu ja, sommigen zullen zeggen: ‘Beter laat dan nooit’. Ik wil uiteraard niet beweren dat de universiteit vroeger slecht met haar personeel omging. Overal waar verantwoordelijken aandacht hebben en zorg dragen voor hun medewerkers, krijgt p ersoneelsbeleid bestalte. Ik wil er het mijne toe bijdragen om de bestaande individuele initiatieven vanop het centrale niveau te ondersteunen en te systematiseren. Ik besef wel dat je niet alles in een handomdraai kunt realiseren, maar toch, het is hóóg tijd. De wijzigingen in ons universitair landschap, met de europeanisering die voor de deur staat, en de druk vanuit de arbeidsmarkt zorgen voor een heel acute nood om de wagen in beweging te zetten.”
Reorganisatie en evaluatie
“Op dit ogenblik ben ik de spo ren aan het uitzetten. Daar is misschien op heel korte termijn nog niet zoveel van te merken, maar je moet eerst een weg hebben voor je kunt rijden. Een prioriteit blijft natuurlijk de correcte werking van de eigen systemen. In de zomer schakelen we over op een nieuwe manier van betaling van de salarissen, via SAP. Dat moet vlekkeloos verlopen. Verder zijn we bezig met het samenvoegen van de huidige twee personeelsdiensten tot één gemeenschappelijke nieuwe dienst, voor ATP én AP.
6 CAMP U SKRAN T 1 1 . 1 . 200 1
Op de ATP-kerstreceptie werd een nieuwe CAO ondertekend, die de loopbaanstructuur van het ATP flexibeler maakt.
NIEUWS
“De horizon is Europa”
Minister Vanderpoorten en de toekomst van het onderwijs Ludo Meyvis
De lift van het Kabinet van de Minister voor Onderwijs en Vorming aan de Koning Albert II-laan klinkt een bee tje futuristisch. Tijdens de tocht naar de zevende verdieping word je enigszins onverwacht geconfronteerd met elektronisch kikkergekwaak. Groene invloed in het beleid? Minister Marleen Vanderpoorten heeft een drukke d ag. “Ja, veel r ecepties. Dat hoort er ook bij. Je bouwt een band uit met je medewerkers en collega’s, en op de eerste werkdag na Nieuwjaar kom je dan niet om de recepties heen.” Of we dus maar snel ter zake willen komen. Individualistisch
“Ik ben nu anderhalf jaar minister, en het blijft enorm boeiend. Je komt terecht in een wereld waarin zoveel op het spel staat, en waarin je een beleid moet uitstippelen waarin met zovele belangen rekening gehouden wordt. Binnen mijn materie neemt het universitair onderwijs een heel eigen plaats in - hoewel je dat natuurlijk van elk onderwijsniveau kunt zeggen. Het meest frappante kenmerk? Dat je onverwacht veel rekening moet houden met reacties van de afzonderlijke instellingen, of zelfs met reacties van individuele personen. Zeker op institutioneel niveau bestaat de niet altijd werkbare neiging om te individualistisch te denken, zonder voldoende rekening te houden met het algemeen belang. Als je aan de één iets geeft, krijg je dadelijk vragen van de anderen. Dat maakt beleid inzake universiteiten soms complexer dan leerplichtonderwijs - en wat mij betreft ook complexer dan nodig is. Maar daar staat dan weer tegenover dat de universiteiten als sector mondiger zijn. Academici zijn het gewend hun verzuchtingen, wensen enzovoort te verwoorden, mondeling zowel als schriftelijk. Je komt dus vrij snel te weten waar een bepaald schoentje knelt, en je spreekt dadelijk op hetzelfde technische niveau.” “Een voorbeeld van dat individualisme? Iedereen is het in theorie wel eens over de dringende noodzaak om ons universitaire landschap te rationaliseren, maar dat inzicht wordt nog veel te weinig vertaald in de daadwerkelijke bereidheid om in het eigen huis orde op zaken te stellen. Niet iedereen moet alles willen aanbieden. In Vlaanderen bestààn geen afstanden, waardoor het argument van ‘we moeten in onze eigen regio toch óók die of die studierichting hebben’ eigenlijk geen hout snijdt. Ik probeer dergelijke vragen niet af te wimpelen, maar ik wil ze w el laten rijpen. Vaak zie je dan van zelf een soort filterproces op gang komen. Wat écht nodig is, blijft over, en wat ingegeven is door andere overwegingen, verdwijnt weer wel.” Tendensen
“In plaats van die individuele uitbreidingen is het veel belangrijker dat er echt een begin gemaakt wordt met structurele onderlinge samenwerking, waardoor je bijvoorbeeld aan de ene universiteit ingeschreven bent, maar zonder problemen ook college kunt lopen aan een andere universiteit. Of d at onderzoeksprojecten geconcentreerd worden. Het heeft geen zin dat iedereen zich uit de naad werkt om grootschalige projecten toch maar binnen eigen muren te halen. De horizon is niet ‘de andere universiteiten van Vlaanderen’, maar wel Europa. Universiteiten beweren vaak dat ze heel internationaal denken. Op wetenschappelijk vlak klopt dat misschien wel, maar institutioneel kijken ze vaak niet verder dan de buren. Dat is verkeerd, gevaarlijk en contraproductief. De europeanisering van ons landschap is veel dichterbij dan sommigen blijkbaar menen. De Bologna- en Sorbonne-akkoorden zijn hun fase van concretisering ingetreden. De impact gaat veel verder dan alleen maar de grotere transparantie in academische graden of in opleidingsstructuren. Het gaat er om dat we in een ruimte terechtkomen waarin concurrentie echt reëel zal worden. Als onze Vlaamse universiteiten zich nù niet openstellen voor wat er te gebeuren staat, komen we te laat.” “De nieuwe transnationale universiteit, de constructie waarin het LUC en de universiteit van Maastricht zullen opgaan, is een mooi voorbeeld van de synergieën die mogelijk worden. Ik denk dat ons land daarmee een ondubbelzinnig signaal geeft aan de andere lidstaten - maar het zou verkeerd zijn wanneer onze eigen universiteiten de inspiratie van dat voorbeeld zouden negeren.” “Als vertegenwoordiger van het beleid heb ik natuurlijk te maken met verschillende koepelorganisaties. Ik heb daar de beste verstandhouding mee. Alleen valt het me soms op dat er een verschil is tussen wat een koepel zegt en wat er aan de basis leeft. De oude ideologische breuklijnen van ons land vind je veel meer terug aan de top dan aan de basis. Scholen discussiëren zelden over ideologische standpunten. Netvervaging is voor hen een realiteit, geen twistpunt. Bij vakbonden of schoolnetten ligt dat anders. Ik moet als minister natuurlijk oor hebben voor beide geledingen. Toch lijkt dat fenomeen me nogal opvallend. Specifiek voor het hoger onderwijs stel ik vast dat ook daar de netvervaging gelukkig steeds meer veld wint. Ik vind dat een positieve evolutie.”
Problemen en mogelijkheden
“Het hoger onderwijs heeft zijn eigen specifieke problemen. Heel belangrijk vind ik de nood aan een optimalere voorbereiding. Veel studenten weten nauwelijks waaraan ze beginnen. Hun belangrijkste informatiebron zijn hun leraren, maar die spreken vaak op basis van hun ervaring van zoveel jaar geleden. Er is nood aan één aansp reekpunt voor onderwijsgebonden informatie. Nu staat alles nog te veel los van elkaar, waardoor je onduidelijkheden in het leven roept.” “Een ander punt waar ik mij op concentreer is drempelverlaging naar het hoger onderwijs. Nog te vaak stel je vast dat financiële overwegingen te veel jongeren beletten tot volle ontplooiing te komen. Daardoor laat je kansarmoede toe. Een deel van het probleem kan je allicht oplossen door het systeem van studiebeurzen en de financiering daarvan te herzien. Maar met geld los je niet alles op. Neem bijvoorbeeld de taalachterstand bij veel - en steeds meer - migrantenjongeren, die daardoor uiteraard minder kans maken om door te stromen naar de universiteit. Om daar wat aan te doen, heb je een ander lager onderwijs nodig. Alleen daar kan je op grote schaal die achterstand wegwerken. Maar foto: Rob Stevens daarvoor heb je meer mensen en meer mogelijkheden nodig. Binnen één legislatuur kan je zoiets niet helemaal oplossen, wat echter niet wil zeggen dat we er niet naar moeten streven. Ik geloof bijvoorbeeld dat speciale taalklassen heel remediërend kunnen werken.” “Op onderzoeksvlak is er een duidelijke herverdeling van de verantwoordelijkheid gekomen. Collega Van Mechelen is bevoegd voor de sfeer van het toegepast onderzoek, wat trouwens goed aansluit bij het departement Economie, waarvoor hij bevoegd is. Mijn departement is bevoegd voor fundamenteel onderzoek. Op dat vlak zijn we werk aan het maken van een herinrichting van de financiering, mét behoud van de intensieve inhaalbeweging die door de vorige regering ingezet is. Het F WO wordt grondig hervormd, met de inzapping van een groep F WO’ers als opvallende actie. We zorgen ook voor een meer optimaal financieringskader, wat betekent dat een reeks kleinere financieringsbronnen onder een meer globale structuur gevat zullen worden. Ook de institutionele omkadering van het toegepast onderzoek krijgt heel veel aan dacht, zoals je op verschillende plaatsen kunt lezen in de Beleidsbrief die ik samen met collega Van Mechelen opgesteld heb. Maar dergelijk onderzoek kan alleen gedijen als er een stevige basis van fundamenteel onderzoek is. Om d at te kunnen garanderen, moeten we zorgen voor een personeelsstatuut dat aantrekkelijk genoeg is om te voorkomen dat onze meest getalenteerde onderzoekers weggekocht worden door de industrie - of door buitenlandse universiteiten.” Geen politiek beest
“Er zijn nog hele reeksen andere problemen. De gender-onevenwichten zijn in de universiteiten nog làng niet van de baan, om maar iets te noemen. Op dat vlak geloof ik niet in een botte-bijlaanpak. Ik denk dat het veel zinniger is een goede inventarisering van de behoeften op te stellen, en dan te zorgen voor een kader waarin het evenwicht tussen man en vrouw alle kansen krijg t. Andere kwesties zijn bijvoorbeeld het vinden van een evenwicht tussen de nood aan autonomie bij de onderzoeker, en de nood aan toezicht vanwege de overheid. Of het zoeken van een financieel haalbare inschakeling van de beste elektronische media in het onderwijs en het onderzoek.” “Onderwijs is een bijzonder boeiende materie, en ik leer nog elke dag - in niet geringe mate dankzij mijn medewerkers. Het is begeesterend werk, maar anderzijds ben ik geen politi ek beest. Ik wil niet, zoals Herman de Croo, tot mijn honderdste in de politiek staan. Er zijn ook nog andere dingen in het leven. En vergeet niet dat ik ook een belangrijke taak te vervullen heb in mijn thuisstad, Lier. Ik geloof dus niet dat ik in een zwart gat zou vallen, als deze job ten einde zou lopen.” Een aantal beleidsdocumenten rond onderwijs en vorming bereikt u via http://www.vlaanderen.be/ned/sites/regering/index.html
11.1.2001 C A M P U S K R A N T
7
NIEUWS
Bibliografie op nieuwe wegen
Het Web of Science Ludo Meyvis Wie wel eens ernstig bibliografisch gewerkt heeft, kent ze wel uit de bibliotheek. De Citation Indexes, een muur groot, gedrukt in sub-telefoonboek-lettertype, onderverdeeld in Arts & Humanities, Sciences en Social Sciences, zijn zowat hét schoolvoorbeeld van een modern, veelzijdig bibliografisch instrument. Alleen waren al die volumes bijzonder arbeidsintensief in het gebruik ... De citatie-indexen zijn voortaan via het Web te bevragen. Dat heet dan het Web of Science (WoS). Een ambitieuze titel misschien, maar het gaat dan ook om een heuse mastodont, waarmee je zowat 25 miljoen bibliografische verwijzingen ter beschikking hebt - en in één keer kunt raadplegen. De citatie-indexen en dus ook het WoS verschillen van de k lassieke bibliografische bronnen in die zin dat ze inzicht bieden in de bronnen die een bepaalde auteur gebruikt heeft. Ze indexeren dus de referenties die gediend hebben bij het schrijven van een artikel - geen boeken. Op die manier wordt het mogelijk de genese van een bepaald artikel na te gaan, en is het ook mogelijk om, als je eenmaal een artikel kent, meteen een hele reeks verwante bronnen te vinden. De kwaliteit van het gevonden materiaal hangt natuurlijk af van het citeergedrag van de betrokken auteur. Bijzonder interessant is dat je meteen ook kunt weten hoe vaak een bepaald artikel geciteerd wordt. Dat geeft vaak een goede indicatie van de
Nieuwe portalsite voor studenten
Adfundum blijft nuchter Ludo Meyvis Als u de Favorieten van uw browser van wat nieuw bloed wil voorzien, is http://www.adfundum.be een goede tip. Geen dank, als het goed is zeggen we het ook. Adfundum is een site die ontstaan is uit het seminarie Communicatietechnologie, onder leiding van professor Dirk De Grooff. De site werkt snel en handig, en is bijzonder toegankelijk en gevarieerd. Er wordt duidelijk op de studentenbevolking gemikt, maar dat wil niet zeggen dat de informativiteit van de site e ronder lijdt, integendeel. Je vindt er bedenkingen over het semesterexamen, maar ook zoekertjes. Je kunt er terecht voor tips over het restaurant van de week, maar ook voor toegang tot de belangrijkste zoekmachines. Een bijzonder merkwaardig onderdeel vonden we bij de Experts, waar een kleine 40 deskundigen de meest heikele vragen beantwoorden. De waaier van problemen waar studenten zoal mee worstelen, is kennelijk vrij groot. Lore is expert in het versieren, Annelies in de daaropvolgende relatieproblemen, en Karel is een groot kenner der liefde. Geronimo weet alles van wiskunde en
waarde van een arti kel. Bovendien werk je op deze manier van ouder naar nieuwer materiaal. Zoeken in het WoS is zeer eenvoudig. Je geeft (eventueel) aan welke index(en) je wil gebruiken, je beperkt (eventueel) het resultaat in de tijd, en tikt de gewenste auteur en/of het gezochte thema in. Bij die laatste aanpak zoek je niet alleen naar titelwoorden, maar ook naar toegekende trefwoorden en zelfs op de abstract van het opgenomen materiaal. De a bstracts van de treffers zijn trouwens met een eenvoudige klik beschikbaar. Het antwoord kan met een druk op de knop uitgebreid worden via related records. Daardoor vind je, geordend naar grootste aantal gemeenschappelijke bronnen, artikels die hoogstwaarschijnlijk hetzelfde onderwerp behandelen, zélfs al zou daarvan niet noodzakelijk iets blijken in de titel. De vele mogelijkheden van het WoS opsommen is onbegonnen werk - maar dat is ook niet nodig. Even de zeer toegankelijke interface verkennen volstaat om aan te voelen hoe groot de diepgang van dit prachtige instrument is. http://www.bib.kuleuven.ac.be/bib/elektronisch/oz/wos.htm
quantummechanica - alleen werden er op die vlakken nog geen vragen gesteld. Er zijn experts rond fietsherstelling, aquariumonderhoud, hardware en html, en er is natuurlijk ook Ellen, die als luisterend oor fungeert. De chat-afdeling werkt prima, zij het met vrij rudimentaire mogelijkheden. Navraag bij kenners, die luisteren naar namen als Dillinger, Obi of Spliff, leert dat deze component aan uitbreiding toe is. Je kunt deelnemen aan polls, en zelfs aan een heuse Miss Ad Fundum wedstrijd. Er wordt helaas ook gedreigd met een Mister-verkiezing. Wij hebben daar esthetische bezwaren tegen. Wij hebben met genoegen de Gspot verkend. Daar worden toevallig aangetroffen leden uit de Leuvense studentenpopulatie te kijken gezet terwijl ze zich bezighouden met kerstkoopjes, het dragen van multifunctionele mutsen of het inventief inzetten van het nieuwe millennium. Een site moet het hebben van zijn bezoekers. Wat ons betreft, bent u niet goed wijs als u Adfundum niet regelmatig van een klikje voorziet. Het is een prettige, degelijke, frisse jonge site, zoals we er graag veel meer zouden zien. http://www.adfundum.be
Nieuw op het web
Wekelijkse E-Nieuwsbrief In deze Campuskrant zoekt u misschien tevergeefs naar de cult uurkalenders of de ATP-vacatures, of is u de sterk ingekorte rubriek Ad Valvas opgevallen. Sinds 1 januari vindt u op de K.U.L euven-website immers een gloednieuw wekelijks informatiekanaal, de K.U.Leuven ENieuwsbrief. Bedoeling is dat alle diensten, faculteiten, departementen of andere geledingen van de K.U.Leuven hierin hun nieuws of aankondigingen plaatsen die dringend of actueel zijn.
8
CAMP U SKRAN T 1 1 . 1 . 200 1
De E-Nieuwsbrief en Campuskrant werken vanaf nu complementair. In de E-Nieuwsbrief vindt u iedere week de volledige evenementenkalenders, vacatures en andere aankondigingen, heet van de naald. In ruil daarvoor biedt Campuskrant u vanaf dit nummer (nog) meer artikels, interviews en achtergrondinformatie. De K.U.Leuven E-Nieuwsbrief kan u aanklikken op webpagina http://www.kuleuven.ac.be /kuleuven/ news_ nl. htm
LEVEN NA DE UNIVERSITEIT
Manager van La Petite Bande
Geert Robberechts Wouter Verbeylen
strument, en dat klinkt niet altijd even mooi. Natuurlijk komt zo’n ‘laboratoriuminstelling’ soms in conflict met de markt. Want op zo’n moment krijgt het publiek in feite geen afgewerkt product van ons, en dus proberen we daarover zoveel mogelijk te communiceren. In de trant van: ‘Dit kan je verwachten’, en ‘Hier maak je de geboorte mee van die nieuwe techniek.’” Wilde dromen
Leuven dient al enkele jaren als uitvalsbasis voor La Petite Bande. Het internationaal vermaarde orkest staat of valt met dirigent Sigiswald Kuijken. Maar ook met manager Geert Robberechts, dertiger en alumnus musicologie van onze universiteit. Hij mist geen enkele voorstelling, en verdedigt de - soms controversiële - laboratoriuminstelling van het orkest met vuur. “Het publiek moet daarin opgevoed worden.” “Ik kom niet uit een muzikale familie. Wij hadden thuis wel de typische klassieke platen, de Negende van Beethoven, de Bolero, de Notenkrakerssuite. En ik was een groot liefhebber van symfonische rock - Yes, Pink Floyd, Genesis en die toestanden. Toen ik veertien was, leerde ik opera kennen, en dan vooral Verdi. Misschien niet evident op die leeftijd, maar het leuke aan opera is dat het dramatisch is - er zit een verhaal in, het loopt vaak slecht af, en dat heeft toch een zekere aantrekkingskracht voor een veertienjarige. Ik ben toen piano beginnen volgen, en later ook zang.” “Eigenlijk wilde ik bioloog worden. Maar toen ik aan de humaniora afstudeerde, besefte ik plots dat ik dan al mijn tijd in mijn studie zou moeten steken. Bij muziek had ik meer kans om wat meer vrije tijd te hebben - een tamelijk opportunistische keuze dus. Ik wou Lemmensinstituut beginnen, maar ik buisde grandioos voor het toelatingsexamen omdat ik eenvoudigweg niet ver genoeg stond. Het alternatief was muziekwetenschap, en toen kwam ik tot de vaststelling dat dat écht mijn ding w as. Ik was wild enthousiast van die mix van kunstgeschiedenis en muziek.” Leerschool
“Tijdens mijn licentiaatsjaren organiseerde ik al één en ander, waaronder een opvoering van het Requiem van Mozart, en zo ben ik langz aam vertrouwd geraakt met de kneepjes van het ‘organisatorische’ vak. Ik heb nooit het gevoel gehad dat ik echt bewuste keuzes heb moeten maken om in mijn huidige job terecht te komen. Mijn pianolerares was een vriendin van Sigiswald Kuijken, en die zocht iemand om een aantal periodes per jaar de concerten van zijn strijkkwartet te organiseren. Zo heb ik een aantal jaren kunnen warmdraaien in een klein project. En van het één kwam het ander. Ik ben nog journalist geweest bij De Morgen, in de tijd d at Fred Brouwers er redacteur cultuur was. Fred werd intendant van het Nationaal Orkest, het ‘huisorkest’ van de Filharmonische Vereniging, en toen men daar iemand zocht voor de publicaties, dacht Fred automatisch aan mij. Ik schrijf ontzettend graag, en het was een droom om met niets anders bezig te zijn .” “Inmiddels had ik Sigiswald Kuijken heel goed leren kennen door dat werk voor zijn kwartet. En toen ik door de nieuwe directie van de Filharmonische Vereniging bedankt werd voor bewezen diensten, dacht Sigiswald: ‘Die kan ik gebruiken voor La Petite Bande!’ En dus ben ik hier begonnen. Want zo’n kans kreeg ik niet meer, om met zulke fantastische mensen samen te werken.” “Ik ben nu de manager van het orkest - ik sta in voor de verkoop van de concerten. Ik reis zelf altijd mee met het orkest, want de verkoop gaat het gemakkelijkst als je de mensen ziet. En als je net een goed concert hebt gebracht, dan zijn de o rganisatoren het meest geneigd om te praten over de toekomst. Natuurlijk hebben we een aantal vaste contacten in bepaalde landen, maar het blijft knokken.” Laboratorium
“Het leuke aan dit werk is dat er een grote wisselwerking bestaat tussen Sigiswald, zijn vrouw en mijzelf. Bij sommige orkesten neemt de dirigent de eerste beslissingen, en daarna moet het management de rest klaren. Maar hier is er een grote wisselwerking tussen de dirigent en den bureau. Je kan je afvragen of ik mijn studie nodig had voor dit vak, aangezien ik uiteindelijk toch ‘maar’ voor de organisatie insta. Maar in die discussies met Sigiswald is het toch erg belangrijk dat ik weet waarover hij spreekt. Dan voelt hij zich veilig.” Wat is er zo bijzonder aan La Petite Bande? “Zo’n dertig jaar geleden heeft Sigiswald Kuijken aan de hand van traktaten en tekeningen de barokke manier om viool te spelen opnieuw uitgezocht. Daar was men in Nederland zo van onder de indruk, d at hij een docentschap aangeboden kreeg, en zo is het langzaam gegroeid. La Petite Bande was het eerste barokorkest - niet alleen in Vlaanderen, maar wereldwijd - dat consequent volgens de oude technieken wilde spelen. Er zijn wel gelijkaardige initiatieven, maar La Petite Bande is het enige orkest dat er altijd zo r igoureus de techniek bij betrekt.” “Dat speelt ons soms parten. Onze baroktrompettist heeft nu het type instrument gebouwd zoals Bach het zou gewild hebben. Daar was geen enkel exemplaar van bewaard gebleven, het is gereconstrueerd aan de hand van een aantal beschrijvingen en een paar afbeeldingen. Hij moet nu d ie techniek weer ontdekken, maar ondertussen geven we al wel concerten met dat in-
“Maar dat blijkt niet altijd te werken. Eind juni speelden wij het openingsconcert op een prestigieus festival in Granada, met de Brandenburgse Concerten. Het tweede Concert heeft een verschrikkelijk moeilijke trompetpartij. Dat werd rechtstreeks op televisie uitgezonden, de minister van Cultuur was aanwezig, en dan komt er zo’n trompet af. Men was een beetje geschandaliseerd - en niet zonder reden, vind ik.” “Het is inmiddels wel aanvaard dat Bach in zijn wildste dromen geen Beethoven- of Mahlerorkest wilde. En een oorspronkelijke uitvoering komt die muziek natuurlijk ook enkel ten goede. Het klinkt natuurlijker, zoals met de Hohe Messe, die we een half jaar hebben laten draaien. Normaal werd die altijd met groot koor uitgevoerd, maar in de eerste barokgolf, vanaf de jaren ‘50, heeft men dat koor beperkt tot ten hoogste twintig man. Dan is er een hele strijd losgebarsten, want Bach zou in feite geen koor gewild hebben, maar enkel vier solisten, en soms, zoals in de Hohe Messe, acht solisten. Natuurlijk, het publiek moet daarin opgevoed worden. Want dat is niet meer de Bach die we kennen, waarin de melodieën komen bovendrijven. De polyfonie wordt veel duidelijker, en je krijgt een veel groter geheel van instrumentisten en zangers: de solisten staan tussen het orkest, en passen hun klank aan de instrumenten aan. Het wordt een veel boeiender gebeurtenis.” Zootje ongeregeld
Is het toeval dat de Belgische scene het internationaal zo goed doet? “Jij zegt ‘Belgisch’, maar je moet eigenlijk ‘Vlaams’ zeggen. In Nederland is de oude muziek-beweging in de jaren ‘50 opgekomen, met mensen als Gustav Leonhardt. Dat verliep allemaal heel georganiseerd, en dat creëerde een aantal kansen, maar tegelijkertijd drukte het ook een aantal initiatieven dood. Waarschijnlijk ligt de oorzaak van ons succes in het feit dat het hier in België niet goed georganiseerd was. De muzikantenwereld was een zootje ongeregeld. Tot drie jaar geleden was er werkelijk niets geregeld - de overheid steunde projecten die van geen kanten in orde waren met de sociale zekerheid. In die grote grijze zone vonden een beetje eigengereide muzikanten een voedingsbodem om eigen initiatieven uit de grond te stampen. En nu zie je, als je alles een beetje laat sudderen en in het wilde weg laat groeien, dat dat toch zijn vruchten afwerpt. Het is dus in z ekere mate toeval waarin de nonchalance van de Vlaamse overheid een handje heeft toegestoken.” Speel je zelf nog? “Nee, dat is gedaan - geen tijd meer. Ik heb nooit leren improviseren, en daardoor is de band met het instrument verloren gegaan. Spelen wordt dan een bron van ergernis. Ik ben ook niet jaloers op de muzikanten. Ieder zijn job. Als een concert gedaan is, vind ik h et wel fantastisch hoe de muzikanten die muziek tot leven hebben gebracht. Dat is iets wonderbaarlijks. Men vraagt mij vaak of ik dat niet beu word, zo tien, vijftien keer hetzelfde programma na elkaar te horen, maar in feite is het elke keer weer anders.” “Ik blijf dit werk doen zolang het kan. Ik denk dat ik dan het beste van deze sector wel gehad heb. Ik heb dan kunnen werken voor een internationaal project op zijn hoogtepunt, waarvan de baas een goede vriend is.” La Petite Bande speelt dit seizoen nog twee keer in de Leuvense Stadsschouwburg (t(016)222 113): vrijdag 26/2 (Londense Symfonieën van Haydn en Concertaria’s van Mozart) en woensdag 4/4 (Stabat Mater van Haydn en Vesperae de Confessore van Mozart). De s tudenten zijn uitgenodigd op de generale repetities voor deze concerten, resp. op 22/1-25/1 en op 26/3, telkens om 20u in de Minnepoo rt. Om 19.15u geeft Sigiswald Kuijken een inleiding. Kaarten aan 150 fr., t(011)610 510.
11.1.2001 C A M P U S K R A N T
9
NIEUWS
Eredoctoraten 2001 (2)
Elizabeth Nabel en Robert Steadward
gedaan, maar ik vond het schitterend om een afdeling te kunnen uitbouwen. In het voorjaar van 1999 werd mijn echtgenoot directeur van het Vaccine R esearch Center van de National Institutes of Health, in het kader van een groot onderzoeksprogramma tegen Aids. We zijn verhuisd naar Washington DC, waar ik wetenschappelijk directeur werd van het National Heart, Lung and Blood Institute van de NIH, en waar ik ook mijn eigen onderzoekslab heb. Mijn werk is gedeeltelijk coördinerend, gedeeltelijk klinisch-wetenschappelijk.” “Onderzoek is het hoofdthema van mijn leven, ook privé. Mijn man en ik prijzen ons gelukkig dat we ook die passie samen kunnen delen. En zelfs mijn drie kinderen zijn er blijkbaar door bezeten. Christopher, mijn oudste zoon, zei toen hij vijf w as dat hij geen heart doctor wilde worden, want dat was alleen voor meisjes. In plaats daarvan zou hij cell doctor worden ...”
Ludo Meyvis
Robert Steadward
Elizabeth Nabel
“Ik ben geboren in White Bear Lake, een klein dorpje in Minnesota, VS, in 1952 . Aanvankelijk studeerde ik klinische psychologie, aan het St. Olaf College, Northfield, Minnesota. Daarna trok ik naar New York, waar ik een jaar medische ethiek studeerde. Daar raakte ik geïnteresseerd in geneeskunde, en ik schreef me in aan Cornell University. Belangstelling voor wetenschappen zit in de familie. Mijn vader was biochemicus, mijn broer apotheker. Ikzelf zou de eerste dokter in de familie worden.” “Ik was vooral geboeid door klinisch onderzoek. Die koppeling tussen wetenschappelijk werken en patiëntenzorg vind ik ideaal. Mijn specialistenopleiding deed ik in Har vard, waar ik me begon toe te spitsen op de cardiologie, meer bepaald de etiologie van de bloedvaten. De subspecialisatie van de vasculaire biologie begon toen, begin jaren ‘80, aan zijn opmars. In die periode leerde ik ook mijn man kennen. Hij is viroloog, en werkte onder meer bij dr. David Baltimore, een Nobelprijswinnaar aan het MIT.” “We werden beiden aangesteld aan de University of Michigan in Ann Arbor. De t weede helft van de jaren ‘80 was voor cardiologen zeer boeiend, omdat toen een doorbraak bereikt werd in het domein van de antitrombolytica, waar onder meer professor Collen van de K.U.Leuven werkelijk baanbrekend werk geleverd heeft. Ik richtte me vooral op patiënten met restenose-verschijnselen, het opnieuw optreden van blokkering in de bloedvaten een aantal maanden na een medicinale of angioplastische ingreep angioplastie is het inbrengen van een ballonnetje in het dichtgeslibde bloedvat.” “Mijn man was intussen bezig met moleculair-biologisch onderzoekswerk op virussen. Het was een bijzonder mooie ervaring om zijn genetische technieken te kunnen toepassen bij patiënten met vaatziekten.” “In 1997, na tien jaar onderzoekswerk, werd ik directeur van de afdeling Cardiologie aan de University of Michigan. Ik heb die job maar een goed jaar
“Mijn jeugd heb ik doorgebracht in Eston, in Saskatchewan, Canada, waar ik geboren ben in 1946. Ik heb gestudeerd aan de University of Alberta, en behaalde mijn Ph.D. aan de University of Oregon. Die studie ging over gehandicaptensport, meer bepaald over rolstoelpatiënten. De aandacht voor gehandicapten heeft me gedurende mijn hele verdere loopbaan niet meer losgelaten, noch in mijn wetenschappelijk werk, noch in mijn bestuurlijke functies. Sportbeoefening vind ik een prachtige manier om gehandicapten niet langer als recipiënten van liefdadigheid te zien, maar als volwaardige leden van de samenleving.” “Ik werd professor aan de universiteit van Alberta, in Edmonton, Canada, en in 1978 stond ik aan de wieg van The Steadward Centre, dat sindsdien is uitgegroeid tot een toonaangevend onderzoeks- en dienstverleningscentrum voor gehandicapten. Aan de universiteit van Alberta richtte ik mee het Adapted Physical Education-programma op, een programma lichamelijke opleiding bestemd voor personen met een lichamelijke handicap.” “Ik heb sterk geijverd voor de oprichting van het International Paralympic Committee op 22 september 1989. H et IPC, waarvan ik de voorzitter ben, is de op één na grootste sportorganisatie ter wereld. Het is gevestigd in Bonn, waar ik dus ook een groot deel van mijn tijd doorbreng. Zoals je weet, is het IPC de draaischijf van de gehandicaptensport, en we organiseren elk jaar de Paralympics. Vorig jaar waren we in Sydney aan de elfde editie toe. We werken zeer nauw samen met het Internationaal Olympisch Comité. Ik denk dat mijn verkiezing tot lid van het IOC van grote betekenis geweest is voor de erkenning van de w aarde van gehandicaptensport.” “Mijn wetenschappelijk werk richt zich onder meer op de zuurstofvoorziening van spieren bij personen met een kwetsuur aan de r uggengraat, de beleving van sport door multiple sclerosepatiënten, de begeleiding van gehandicapte atleten die hun sportcarrière beëindigen, enzovoort. Het werk van mijn team en mezelf is vooral toegepast van aard, en het is altijd gericht op de verbetering van de levenskwaliteit van gehandicapten. Samen met mijn werk voor het IPC neemt dat het gros van mijn tijd in beslag. En die is schaars: ik slaap zelden meer dan vier of vijf uur per nacht, en zowat 120 dagen per jaar ben ik op reis ... De weinige vrije tijd die ik heb, breng ik het liefste door bij mijn gezin, mijn vrouw Laura en mijn t wee dochters. Hobby’s? Tja, voor zover het kan. Ik golf graag, ik vis en j aag, als ik de tijd vind, en ik ski. Of ik luister naar country-andwestern muziek.” “Het eredoctoraat van de K.U.Leuven verraste me. Uiteraard voelde ik me zeer v ereerd. Ik beschouw het als een belangrijke erkenning voor datgene waar ik mijn leven mee vul, namelijk ertoe bijdragen dat gehandicapten integraal deel uitmaken van onze samenleving. Sport kan daar zeer sterk toe bijdragen.”
DE WERKPLEK
Waar komt het papier vandaan waarop jaarlijks duizenden examens worden afgelegd? De potloden die voor een multiple choice-examen worden uitgedeeld of de stoelen en tafels die tijdens de inschrijvingsperiode in de Hal staan? Die worden niet ingeslagen in de papier- of meubelwinkel om de hoek, wel in het centraal magazijn. Daar is André Van Geel al 35 jaar actief, eerst als schrijnwerker en sinds 1971 als magazijnier. “Wij zorgen er eigenlijk voor dat ‘de grote winkel’ van de universiteit draaiende wordt gehouden. Je kan het zo gek niet bedenken of het wordt hier verkocht. Van cursusblokken over wc-papier tot en met antwoordapparaten. En het assortiment breidt steeds verder uit. Toen ik hier als magazijnier begon, konden we de boel nog georganiseerd krijgen met zijn tweeën. Maar die tijd is al lang voorbij. Momenteel werken hier vijf magazijniers, die elk zo’n beetje hun eigen specialiteit hebben. Door mijn achtergrond als schrijnwerker leg ik mij vooral toe op alles wat met hout en verf te maken heeft, maar als het echt druk is, moet ik ook iemand verder kunnen helpen die kantoorspullen zoekt. Maar na 35 jaar dienst is dat geen probleem meer. Je weet met je ogen dicht waar alles ligt en hoe je je werk moet indelen.” “Het is hier hard werken, maar ik heb in de afgelopen jaren ook heel wat afgelachen. Je ziet hier namelijk wat passeren. Zo was er eens een p rof die niet content was met het wc-papier en die hier drie keer persoonlijk is komen reclameren. Soms is het achteraf ook verschieten, hoor. Je kan namelijk niet aan iemands gezicht zien of hij een prof is of niet. Zelfs de vorige rector, Dillemans, heeft ons eens een bezoekje gebracht. Hij k wam samen met zijn zoon kantoorspullen kopen. Amai, dat was afzien, zeg. Het waren net twee kleine kinderen in een snoepwinkel. Ze begonnen maar van alles uit de rekken te halen zonder dat ik de tijd kreeg om een bonneke te maken. En je kan dan moeilijk zeggen dat ze overal moeten afblijven, hè. Maar jij zit achteraf wel met de gebakken peren als uwe stock niet meer klopt.” “Eigenlijk is dat wel één van de plezantste kanten van onze job, die sociale contacten met de mensen. Proffen, familie van personeel, studenten ... iedereen die op één of andere wijze aan de K.U.Leuven verbonden is, kan bij ons terecht. Zowel voor privé-aankopen als voor professionele doeleinden. Veel studenten zijn daar nog niet van op de hoogte, ze kennen ons vooral van onze gratis uitleendienst voor podia, stoelen en tafels. Veel zeggen doen ze eigenlijk niet, want ze staan hier meestal nog met een kater van de vorige avond. Maar dat hoort erbij, zeker? Ik zal het in ieder geval allemaal erg missen, als ik over een paar jaar met pensioen ga ...” (Tamara D eca)
10 C A M P U S K R A N T 1 1 . 1 . 2 0 0 1
ONDERWIJSVERNIEUWING
UniSono scherpt muzikaal gehoor aan
Vaardigheidstraining op niveau Anne-Mie Jaspers Dat de OOI*-projecten onlosmakelijk verbonden zijn met de hedendaagse technologieën, zal u onderhand wel duidelijk zijn. Dat ze geenszins de traditionele colleges willen vervangen, is een t weede understatement. Dat ze niet alleen je intellect, maar ook je gehoor kunnen v erscherpen, is toch even iets nieuws. Professor Mark Delaere, verbonden aan de afdeling Musicologie, ontwikkelde samen met projectmedewerker Peter Swinnen een computerprogramma voor auditieve vorming. Do: a deer ...
Stel: je bent student musicologie maar je kan geen toon thuisbrengen. Misschien een wat kras uitgangspunt, maar het is plausibel dat niet alle studenten musicologie een even perfect gehoor hebben voor klanken en klankkleuren of ritmische en melodische structuren - om nog maar te zwijgen van analyse, harmonie en contrapunt. Voor wie vreest van studie te moeten veranderen wegens een ‘auditieve achterstand’, is er nu de oplossing: UniSono. UniSono is, kort samengevat, een programma voor gehoorvorming, een onmisbare vaardigheid voor studenten musicologie en muziek. Het beoogt drie doelen: ondersteuning geven bij het ex cathedra-lessenpakket, interactie stimuleren tussen student en leerstof, en daarbovenop een aanvullend individueel zelfstudieprogramma bieden.
Noteren en identificeren
De ontwikkeling van het programma zit momenteel in de tweede fase. In een eerste fase (UniSono 1), reeds eerder besproken in Campuskrant nr. 5/99, werd een programma ontwikkeld om ritmische en melodische structuren met een toenemende moeilijkheidsgraad te identificeren en te noteren. In de t weede fase (UniSono 2) wordt een computerprogramma ontwikkeld voor auditieve analyse in de ruimere zin van het woord. Voor het eerst wordt hier verder ‘gehoord’ dan het traditionele dictee-onderricht, waarin trouwens UniSono 1 een onmisbare basis gevonden heeft. Fase twee biedt de student de mogelijkheid die opgedane kennis effectief toe te passen bij actieve muziekbeluistering, auditieve analyse en muziekanalyse. U wordt stil bij het lezen van deze termen? Een praktisch voorbeeld dan. V ia UniSono kan je stemmen en muziekinstrumenten leren herkennen door enkele ervan te versterken. Je kan verschillende stijlen leren identificeren, fouten opsporen door audiosignalen aan een partituur op het beeldscherm te koppelen. Het is hierbij uiteraard de bedoeling dat de student uit zijn of haar schulp kruipt: muzikale structuren worden auditief voorgesteld, en de student noteert of interpreteert ze. Vervolgens vergelijkt het programma de opgave met de genoteerde versie of interpretatie: eerst auditief, dan in genoteerde vorm, telkens met mogelijkheid tot correctie. UniSono worldwide?
Dit project zou wel eens aardig wat opschudding kunnen gaan veroorzaken. Momenteel is het programma in dr ie participerende instellingen - de K.U.Leuven, het Lemmensinstituut en het Koninklijk Muziekconservatorium van Brussel - beschikbaar op vier multimediale pc’s. UniSono 1 draait proef in vier pilootscholen uit het Deeltijds Kunstonderwijs - zeg maar de gemeentelijke muziekscholen en -academies. Deelname aan de internetsite MusicWeb is in bespreking. Als alles goed gaat, komt UniSono wereldwijd ter beschikking te staan van alle geïnteresseerde instellingen. Hou de oren gespitst! *Onderwijsgerichte Projecten voor Onderzoek, Ontwikkeling en Implementatie
NIEUWS
De driejaarlijkse Prijs Universiteit Derde Leeftijd werd op 5 december uitgereikt aan professor Chris Gastmans van het Interfacultair Centrum voor Biomedische Ethiek en Recht. Deze prijs, voor het eerst uitgereikt in 1997, wordt toegekend aan een vulgariserend wetenschappelijk werk dat een thema behandelt omtrent de problematiek van de ‘derde leeftijd’ in ruime zin. Gastmans kreeg de prijs voor zijn studie ‘Ouderenzorg - Een ode aan het alled aagse. Maaltijdzorg als ethische casus’.
11.1.2001 C A M P U S K R A N T
15
CULTUUR
Breek je week met een UUR KULtUUR Pop met Sarah
Zopas verscheen haar tweede album Starlite Diner, opgenomen in Florida. Sarah De Koster, 19 en afkomstig uit het Leuvense, won in 1997 de VTM-soundmixschow met haar versie van You oughta know van Alanis Morissette. EMI Records Belgium bood haar meteen een contract aan. Haar eerste album (1999) bevatte vlotte popsongs en werd met veel enthousiasme door media en publiek onthaald. De eerste single uit deze plaat, True love is tough, werd een dikke radiohit en Sarah werd al snel tot het kruim van de Belgische muziekscene gerekend. Op haar nieuwe cd pakt Sarah uit met een nieuwe look and sound - een album vol vlotte pop- en rocksongs die haar promoveren tot het beste wat ons land momenteel te bieden heeft. UUR KULtUUR geeft je de kans jezelf daar gratis - van te o vertuigen. Woensdag 24 januari, 13u, STUCzaal, E. Van Evenstraat 2d. Elk UUR KULtUUR is gr atis.
“Surprized and happy” was Meg St uart, die op 20 december met haar dansgezelschap Damaged Goods de jaarlijkse Cultuurprijs van de K.U.L euven in ontvangst kwam nemen. In haar dankwoord werd ze nostalgisch over haar periode in Leuven, waar “het publiek openstaat voor radicale kunst”. “Het klimaat in Vlaanderen opent deuren waarvan ik niet eens wist d at ze bestonden”, en waarachter het talrijk opgekomen publiek tijdens de prijsuitreiking een kijkje mocht ne men. In Campuskrant 17/2000 verscheen een interview met St uart.
16 C A M P U S K R A N T 1 1 . 1 . 2 0 0 1
Op 16 december vond in een overvolle STUCzaal de prijsuitreiking plaats van ‘Leuven Kort Vir tueel’. De competitie verbonden aan het jaarlijkse kortfilmfestival - dat dit jaar tijdelijk verhuisde naar cyberspace - leverde zes winnaars op. In de categorieën animatiefilm, videoclip en fictiefilm werd telkens een publieksprijs en een juryprijs uitgereikt, elk goed voor 20.000 f r. Juryleden waren dit jaar onder meer Dominique Deruddere, Barbara Sarafian en Stany Crets. Nog tot eind januari kan je ‘ Leuven Kort Virtueel’ bezoeken op http://www.kortfilmfestival.com en http://breedband.telenet.be.
ONDERZOEK
Samenwerking faculteit en industrie bekroond met leerstoel
Geneesmiddel voor chronische darmaandoeningen Ine Van Houdenhove
Het aantal mensen dat lijdt aan een chronische darmaandoening zoals de ziekte van Crohn of colitis ulcerosa stijgt alarmerend. Maar er is ook goed ni euws: recent werd een medicijn ontwikkeld dat voor veel patiënten een uitkomst betekent. Het team van professor Paul Rutgeerts leverde een belangrijke bijdrage tot het onderzoek. Colitis ulcerosa en de ziekte van Crohn zijn de meest voorkomende inflammatoire darmziekten - kortweg IBD, afkorting van inflammatory bowel diseases. Bij de ziekte van Crohn kan het hele maag-darmstelsel aangetast raken, over meerdere lagen heen, bij colitis ulcerosa blijven de ontstekingen beperkt tot het slijmvlies van de dikke darm. Samen treffen de ziekte van Crohn en colitis ulcerosa in ons land zowat één op 200 mensen, en dat cijfer neemt steeds toe. Volgens professor Rutgeerts, verbonden aan de afdeling gastro-enterologie, gaat het om beschavingsziekten, waarvan de oorzaak nog steeds volslagen onbekend is: “We vermoeden dat de basis voor de aandoeningen wordt gelegd in de vroege jeugd - al komen de symptomen pas veel later aan de oppervlakte -, en wellicht spelen naast voeding ook klimaat- en milieufactoren een rol.” “Inflammatoire darmaandoeningen zijn niet dodelijk, maar de symptomen hebben wel een drastische impact op de levenskwaliteit van de patiënt: buikpijn, diarree, bloedverlies ... Soms worden ook andere organen aangetast, met oog-, huid- of gewrichtsproblemen tot gevolg. Bovendien heeft de ziekte vaak een verminkend verloop: veel patiënten moeten meerdere operaties ondergaan en soms is het zelfs nodig
om een stoma te plaatsen.” Zowel de ziekte van Crohn als colitis ulcerosa zijn ongeneeslijk en tot voor kort konden de ontstekingen enkel bedwongen worden met medicijnen die ernstige nevenwerkingen hebben. Recent is er echter veel inzicht gegroeid in het ontstaan van IBD. Blijkbaar gaat het om een onevenwicht tussen ontstekingsbevorderende eiwitten en ontstekingswerende stoffen, waardoor vervolgens darmletsels ontstaan. Het belangrijkste ontstekingsbevorderende eiwit is de zogenaamde tumor necrosis factor (TNF). En precies daartegen hebben de firma’s Centocor en Schering-Plough een antistof weten te ontwikkelen, die bij de meeste patiënten zeer goed aansl aat. Het middel - anti-TNF - is inmiddels geregistreerd en goedgekeurd, maar het wordt nog niet terugbetaald. Rutgeerts: “De firma stelt het daarom gratis ter beschikking van wie het echt nodig heeft. Voorlopig worden enkel die patiënten behandeld bij wie andere behandelingen niet aanslaan of te veel nevenwerkingen kennen, niet alleen vanwege de kostprijs maar ook omdat er nog niet voldoende bekend is over de effecten op langere termijn. Ook moet het medicijn nog worden verfijnd: op dit moment wordt gebruik gemaakt van efimere antistoffen die voor 75% menselijk eiwit zijn, maar nog 25% muizengedeelte bevatten. Omdat het lichaam van de patient daar dan weer antistoffen tegen aanmaakt, wordt er gewerkt aan de ontwikkeling van antistoffen die louter van menselijke oorsprong zijn.” Omdat de onderzoeksgroep van professor Rutgeerts sterk heeft bijgedragen tot de ontwikkeling van anti-TNF, sponsort Schering-Plough sinds mei vorig jaar een leerstoel met Rutgeerts als titularis. Rutgeerts: “De toekomst van IBD-patiënten mag er dan al een stuk rooskleuriger uitzien dankzij de ontwikkeling van anti-TNF, er blijft nog heel wat werk te doen. Hoofddoel is nog steeds om de oorzaak van IBD te achterhalen. Dat onderzoek is uiteraard multidisciplinair. In samenwerking met het CME wordt de genetische component van IBD onderzocht - in de B elgische populatie zijn tot nu toe al t wee perceptibiliteitsloci ontdekt die voorbeschikken tot inflammatoire darmaandoeningen. Ook met de dienst voor klinische immunologie wordt samengewerkt: de afweermechanismen die aan de grondslag liggen van het ontstaan van IBD worden daar bestudeerd. En ook microbiologie, bacteriologie en pathologische ontleedkunde dragen hun steentje bij tot het onderzoek.” Op 26 en 27 jan uari heeft aan de Faculteit Geneeskunde, Onderwijs en Navorsing, een internationaal symposium plaats over ‘Biological therapies in IBD’, info: t(016)34 42 25 o f 34 42 18
Patroonsfeest met Händel Op 2 februari wordt het Patroonsfeest ‘s avonds feestelijk afgesloten met een concert in de Sint-Jan-de-Doperkerk. Het kamerkoor Musa Horti, het kamerorkest van het Koninklijk Conservatorium van Brussel en sopraan Greta De Reyghere brengen onder leiding van Peter Dejans de Coronation Anthems en het Laudate Pue ri van G.F. Händel. De Coronation Anthems bestaan uit vier feestelijke kroningsmotetten die Händel schreef ter gelegenheid van de kroning van George II en zijn g emalin Caroline in Westminster Abbey in 172 7. Eén van deze motetten, Zadok the Priest, werd sindsdien uitgevoerd tijdens alle kroningen van Engelse monarchen. Hoewel deze vier motetten niet de eerste zijn in hun genre met een instrumentale begeleiding, hebben ze toch door hun stijl en hun monumentale karakter een sterk innoverende invloed gehad op de Engelse kroningsmuziek. Daarnaast brengt het kamerorkest een werk van Corelli, gevolgd door Händels Laudate Pueri voor koor, sopraan en orkest uit 170 7. De concertante schrijfwijze en de grote vocale virtuositeit in dit motet illustreren de invloed die Händel onderging van de Itali aanse muziek. Met de K.U.L euven heeft het 30 zangers sterke kamerkoor Musa Horti een speciale band. Dirigent Peter Dejans leidde in de jaren ‘80 drie jaar lang het Leuvens Universitair Koor en dirigeerde ook reeds de Capella Academica. Bovendien zijn de meeste zangers ex-LUK-leden. Vrijdag 2 februari, 20.30u, Sint-Jan-de-Doperkerk, Groot Begijnhof. Kaarten aan 300 f r./250fr. (personeel, alumni K.U.Leuven) of 200 fr. (studenten), te verkrijgen bij Cultuurcoördinatie, Oude Markt 13, t(016)32 41 40, of aan de kassa.
11.1.2001 C A M P U S K R A N T
17
JUBILEUMVIERING
Gezamenlijke tentoonstelling K.U.L euven en UCL
Orientalia (1) Ludo Meyvis
De tentoonstelling Orientalia maakt deel uit van de J ubileumviering van onze universiteit. Ze wordt georganiseerd door de K.U.L euven en de UCL, en ze kan bezocht worden van 1 februari tot 31 maart. Maar niet in Leuven, en al e venmin in Louvain-la-Neuve. “Nee, dat klopt”, zegt professor Jan Roegiers, samen met Ignace Vandevivere (UCL) de coördinator van het geheel. “Als thuisbasis hebben we de Nassaukapel van de Koninklijke Bibliotheek in Brussel gekozen. Dat heeft zo zijn redenen. We wilden eerst en vooral aantonen dat de twee Leuvens perfect kunnen samenwerken, en dan nog wel op het niveau van de bibliotheek, die tijdens de splitsingsperiode toch zo vaak dé twistappel bleek. We wilden aan de buitenwereld tonen dat de samenwerking nu perfect verloopt. We hebben geopteerd voor Brussel, om op die manier echt naar buiten te treden. Je bereikt in Brussel nu eenmaal een ander, veel internationaler publiek dan in Leuven.” Zeerovers
“Je zou je kunnen afvragen waarom we precies voor een oosterse tentoonstelling gekozen hebben. Dat hebben we voor een deel zeker gedaan om te verrassen. Wéér eens een tentoonstelling over het Leuvense humanisme zou iets teveel déjà-vu zijn. Door de oriëntalistiek in de kijker te stellen, hebben we willen aantonen dat ook dit studieterrein een onverwacht rijke geschiedenis te bieden heeft, soms zelfs uiterst pittoresk - of wat dacht je van een L euvense prof die te maken krijgt met Barbarijse zeerovers? We hebben met deze tentoonstelling ook willen aangeven dat Leuven al eeuwenlang een open blik op de wereld heeft.” “De aandacht voor ‘het Oosten’ begon in Leuven met de studie van het Hebreeuws in het Collegium Trilingue van Erasmus. Dat leidde al snel tot belangstelling voor andere Semitische talen. Tot het einde van de 16de ee uw was Leuven werkelijk hét centrum voor de studie van het Oosten. In de 17de en 18de eeuw verwaterde het niveau, in die zin dat de studie van de oosterse talen louter ten dienste stond van de exegese. In de 19de ee uw won de meer belangeloze wetenschappelijke interesse weer terrein, en werd de blik naar het verdere Oosten gericht. Omstreeks 1840 werd de studie van het Sanskriet en van het Avestisch aangevat, en tegen het einde van de 19de ee uw startte men met de studie van het Chinees.” “In al die jaren had de oosterse boekencollectie natuurlijk een redelijke omvang bereikt. De E erste Wereldoorlog deed bijzonder veel verloren gaan, maar bracht tegelijk ook een nieuw elan op gang. De brand van de bibliotheek plaatste Leuven in de internationale belangstelling. In Japan was een comité actief dat een zeer omvangrijke, waardevolle en vooral zeer doordacht samengestelde boekenschenking voorbereidde. In 1928 werd die aan onze universiteit overgedragen. Na de splitsing verhuisde die collectie in haar geheel naar de UCL.” Inspiratie
“In 1936 werd het Instituut voor Oriëntalistiek opgericht. Daardoor werden alle oosterse studierichtingen binnen één structuur gebracht. Dat Instituut werkte op heel hoog niveau. Vergeet bijvoorbeeld niet dat een werkelijk wereldvermaarde boeddholoog als Etienne Lamotte hier zijn thuisbasis had. H et Instituut richtte zich bewust op het moderne trio - onderzoek, onderwijs en dienstverlening -, met onderzoek als voedingsbodem. Het succes van het Instituut werkte katalyserend voor de aanpak binnen de humane wetenschappen, op een manier die vergelijkbaar is met de uitstraling van h et Carnoy-instituut voor de biologische wetenschappen.” “De tentoonstelling eindigt rond de periode van de splitsing van onze universiteit. De K.U.Leuven richtte zich daarna meer op de studie van het Verre
Kalender Congressen tot maart Vijfjaarlijkse vervolmakingscyclus. Ontwikkelen van de sociale zekerheid 1995-2000, prof. D. Simoens, Fac. Rechtsg., Inst. voor Sociaal Recht, t(016)32 54 00 11-12/1 Studiebijeenkomst: De autoriteit van Aristoteles in de Middeleeuwen en de Renaissance, prof. C. Steel en drs. P. De Lee mans, Hoger Instituut voor Wijsbegeerte i.s.m. het Center for Medieval and Renaissance Natural Philosophy van de K.U.Nijmegen, t(016)32 63 28 19/1 Extra workshop Slikstoornissen. Diagnostiek van slikstoornissen. Therapie van slikstoornissen, Fac. Geneeskunde, Lic. Logope die en Audiologie i.s.m. de dienst N.K.O., Gelaat- en Halschirurgie en het Centrum voor Slikstoornissen, A. Goeleven, E. Manders, J. Wouters m.m.v. E. Dejaeger, t(016)33 23 42 19-20/1 Joint Meeting with the Multidisciplinary Plain Center: Acute and chronic pain management in the 3rd millennium, Fac. Geneeskunde, Anesthesiologie, prof. E. Vandermeersch, t(016)34 42 70
vervolg op pagina 20
De Jubileumviering 575 jaar K.U.Leuven wordt georganiseerd in samenwerking met:
18 C A M P U S K R A N T 1 1 . 1 . 2 0 0 1
ALUMNI
Koepelnieuws
men: wetenschapsbeoefening aan de oude Universiteit 8 feb., dr. J. Papy, Van Erasmus tot Lipsius: humanisten te Leuven 22 feb., prof. E. Lamberts, Rector De Ram: het begin van de katholieke identificatie van de Universiteit 8 maart, drs. M. Derez, Rector Ladeuze en de Eerste Wereldoorlog 22 maart, prof. L. Vos, Van Rodenbach tot Paul Goossens: anderhalve eeuw Vlaamse Studentenbeweging
Programma Universiteit Derde Leeftijd
16 jan., prof. K. Malfliet (Fac. Soc. Wetenschappen - Inst. Europees Beleid), Hoe ver kan Europa oostwaarts reiken? 23 jan., prof. A. Vandevelde (H.I.W. - Centrum Economie en Ethiek), De legitimiteit van internationale humanitaire interventies 30 jan., prof. L. Berlage (Fac. T.E.W. - Dep. Economie), Globalisatie: winnaars en verliezers 6 feb., prof. K. Demyttenaere (Fac. Geneeskunde - Afd. Psychiatrie), Nieuwe voortplantingstechnieken en de repercussies voor het individu 13 feb., prof. I. Bossuyt (Fac. Letteren - Afd. Musicologie), De jonge Mozart 20 feb., prof. L. B ouckaert (H.I.W. - Centrum voor Economie en Ethiek), Bedrijfsethiek en democratie 27 feb., prof. W. Van Gerven (Fac. Rechtsgeleerdheid), Behoorlijk bestuur in de Europese Unie 6 maart, prof. L. Vos (Fac. Letteren - Afd. Geschiedenis Nieuwste Tijd), De maatschappelijke rol van de geschiedschrijving 13 maart, prof. H. Roeffaers (Fac. Letteren UFSIA - Afd. Germaanse Talen), Universiteit: een vorming van de hele mens 20 maart, prof. W. Robberecht (Fac. Geneeskunde - Afd. Neurologie), Genen en z enuwen. Erfelijkheid in de neurologie 27 maart, prof. R. Torfs (Bijz. fac. Kerkelijk Recht), Het Vaticaan 17 april, prof. K. Kesteloot (Fac. Geneeskunde - Afd. Ziekenhuis- en Verplegingswetenschappen), Economische hervormingen in de gezondheidszorg. Ethische keuzes 24 april, prof. F. Vandenbroucke (Fac. Sociale Wetenschappen - Dep. Sociologie), Pensioenen nu en morgen: het pensioenbeleid toegelicht 8 mei, mevr. L. Verboven (Lic. Germaanse Filologie), Hildegard von Bingen: het geïnspireerde geweten van de 12de eeuw 15 mei, prof. W. Clarysse (Fac. Letteren - Afd. Geschiedenis van de oudheid), Ptolomeïsch Egypte. Een multiculturele maatschappij met twee gezichten (Promotiezaal) 22 mei, prof. em. M. Janssens (Fac. Letteren), Humor in de Nederlandse Letterkunde: van Bredero tot Toon Hermans Alle lezingen vinden - tenzij anders vermeld - plaats in de Grote Aula van het Maria-Theresiacollege, Sint-Michielsstraat 6. Aanvang 1 4.15u / einde 16.15u. Info: Alumni Lovanienses v.z.w., Atrechtcollege, Naamsestraat 63, 3000 L euven, t(016)32 40 01 Universiteit Derde Leeftijd - Bijzondere Cyclus Geschiedenis
Naar aanleiding van het feestjaar van de universiteit wordt er een bijzonder cyclus lessen georganiseerd over ‘Markante figuren en feiten uit de geschiedenis van de Leuvense Universiteit’. 11 jan., prof. J. Roegiers, Inleiding tot het thema - drs. M. Nelissen, Kanunniken en stedelingen: de stichting van de Universiteit te Leuven 25 jan., dr. S. Vanden Broecke, Vesalius en zijn e rfgena-
Info: Alumni Lovanienses v.z.w., Atrechtcollege, Naamsestraat 63, 3000 L euven, t(016)32 40 01 Reizen met Alumni
Vanwege de zeer moeilijke politieke situatie in het Midden-Oosten wordt de tweede Alumnireis naar Syrië en Jordanië uitgesteld tot een later te bepalen datum. Deze beslissing werd genomen uit bezorgdheid voor de veiligheid van de reizigers. Een tweede reden is de sterk verhoogde kostprijs - +20 % in vergelijking met de eerste reis - veroorzaakt door de dure Amerikaanse dollar. Deze reis wordt dus uitgesteld maar zeker niet afgelast. Indien er voldoende belangstelling bestaat, zou deze uitgestelde reis kunnen worden vervangen door een culturele reis naar Turkije van een tweetal weken in mei 2001. Een volgende bestemming op het Alumni-reisprogramma is Tanzania voor wie houdt van fauna en flora, eind november / begin december 2001. Voorinschrijvingen voor deze reizen: secretariaat Alumni Lovanienses, Atrechtcollege, Naamsestraat 63, 3000 Leuven, f(016)32 40 90 Bedrijfslidmaatschap Alumni Lovanienses
Bedrijven kunnen een bedrijfslidmaatschap van Alumni Lovanienses aangaan. Zo’n bedrijfslidmaatschap biedt volgende voordelen: - advertentiepakket t.w.v. 45.000 f r. in de publicaties van Loopbaanbegeleiding - lidmaatschapsvoordelen van alumnikoepel voor 3 personeelsleden van het bedrijf - op de internethomepage van Alumni L ovanienses en/of Plaatsingshulp kan een directe link naar het bedrijf opgenomen worden - prioritaire behandeling van plaatsingshulpvragen: zeer snelle behandeling van aanvragen adreslijsten voor vacatures (uitzonderlijk doorsturen per fax) - keuze van standplaats op de Jobinformatiedag - faciliteren van contacten met faculteiten en universitaire diensten Uw bedrijf kan van d eze voordelen genieten door storting van 100.000 f r. op rekeningnummer 000-0136526-47 van Alumni Lovanienses v.z.w., Atrechtcollege, Naamsestraat 63, 3000 Leuven. Voor meer info: t(016)32 40 02. Alumni Lovanienses dankt Bayer Antwerpen, bedrijfslid 2001.
Identificatiefiche Alumni Lovanienses alumninummer:..................................................................... naam:.................................................................................. (meisjesnaam voor gehuwde dames) voornaam:............................................................................ (officiële voornaam, geen roepnaam) geboortedatum:.................................................................... Adresgegevens Alumnus straat + nr:........................................................................... postcode:...........gemeente:................................................... landcode:...........land:.......................................................... tel:....................................................................................... fax:..................................................................................... e-mail:................................................................................. (geeft toelating om dit e-mailadres op te nemen in het e-mailadressenbestand op internet) Partner Alumnus naam:.................................................................................. voornaam:............................................................................ diploma K.U.Leuven:............................................................. Studiegegevens Alumnus beginjaar KULAK:................................................................ beginjaar K.U.Leuven:........................................................... promotiejaar:........................................................................ diploma 1:........................................................................... diploma 2:........................................................................... specialisatie 1:..................................................................... specialisatie 2:..................................................................... Huidige werkkring Alumnus firma 1:............................................................................... straat + nr:........................................................................... postcode:...............gemeente:............................................... landcode:...............land:...................................................... telefoon:............................................................................... fax:..................................................................................... e-mail:................................................................................. functie:................................................................................. firma 2:............................................................................... straat + nr:........................................................................... postcode:................gemeente:.............................................. landcode:................land:..................................................... telefoon:............................................................................... fax:..................................................................................... e-mail:................................................................................. functie:................................................................................. Bent u bereid om werkzoekende studenten en/of alumni te informeren over uw werkterrein ? Ja 0 Neen 0
Sedes Sapientiae als pin
De Sedes Sapientiae, symbool van de K.U.Leuven, is als zilveren pin verkrijgbaar voor 250 fr. Te koop op het Alumnisecretariaat of door overschrijving van 250 f r. op rekeningnummer 000-0136526-47 van Alumni L ovanienses v.z.w., Atrechtcollege, Naamsestraat 63, 3000 Leuven.
Terug te bezorgen aan Alumni Lovanienses v.z.w., Atrechtcollege, Naamsestraat 63, 3000 Leuven, f(016)32 41 90. U vindt deze fiche ook op de internetpagina’s van Alumni Lovanienses, http://www.kuleuven.ac.be/alumni/
Kringnieuws Colloquium V.W.N.I.L.
De Vereniging voor Wiskundigen, Natuurkundigen en Informatici Lovanienses organiseert op zaterdag 3 februari om 10.30u een colloquium in samenwerking met de Faculteit Wetenschappen. Professor Michel Mayor van de universiteit van Genève zal een lezing verzorgen over Extrasolar Planetary Systems. Professor Mayor is de ontdekker van de eerste planeet buiten ons zonnestelsel, en heeft sinds 1995 substantieel bijgedragen tot de ontdekking en studie van in totaal een veertigtal dergelijke planeten. Op 2 februari wordt hem daarom een doctoraat
honoris causa aangeboden door de K.U.Leuven. Aansluitend op de lezing is er een receptie. Info en inschrijvingen: Walter Lauriks, t(016)32 72 15,
[email protected], http://www.kuleuven.ac.be/vwnil/
11.1.2001 C A M P U S K R A N T
19
NIEUWS
Ontwikkelingssamenwerking in Vietnam
Boeren in een karstlandschap Steven Cleeren
In haar opdrachtsverklaring verbindt de universiteit zich ertoe door ‘kennisontwikkeling en -overdracht bij te dragen tot de verrijking van wetenschap en cultuur, in Europa en in de wereld’. In concreto betekent dit onder meer dat zij wereldwijd bij tientallen projecten voor ontwikkelingssamenwerking betrokken is. Eén daarvan is het Vibekap-project in Vietnam. Campuskrant sprak met geoloog Rudy Swennen en pedagoog Jan Masschelein, bezielers van het project. “Ons project probeert inzicht te krijgen in de ingewikkelde materie van de watervoorziening in Noordwest-Vietnam. De complexiteit van die problematiek vereist de expertise van mensen uit zowel de exacte als de humane disciplines. Enerzijds trachten geologen, geografen, speleologen, hydrologen en bio-ingenieurs het onvoorspelbare waterverloop in kaart te brengen. Anderzijds wordt het watergedrag ook bepaald door de manier waarop de lokale bevolking met het water omspringt. Dat aspect is voer voor pedagogen en antropologen. Door er de natuurlijke én de sociale factoren bij te betrekken, hopen we het waterbeheer in die streek te optimaliseren”. “De wisselwerking tussen verschillende factoren blijkt uit de kettingreactie die op gang gebracht wordt door het karstlandschap: water sijpelt in de ondergrond, er ontstaan tekorten en de bevolking compenseert die door berghellingen te cultiveren. Maar daardoor krijg je ontbossing en bodemerosie, zodat het sediment de ondergrondse kanalen doet dichtslibben en overstromingen veroorzaakt. Bovendien kunnen er spanningen ontstaan tussen lokale gemeenschappen: de activiteiten stroomopwaarts bepalen immers de omstandigheden stroomafwaarts. De interdisciplinaire aanpak was dus noodzakelijk voor het welslagen van het project.” “Die interdisciplinariteit was er ook aan V ietnamese kant. We hadden al enkele jaren contacten met het Research Institute on Geology and Mineral Resources. Een partner in de sociale sector hebben we gevonden in het Institute for Human Studies. Die laatste samenwerking verliep uiteraard wat stroever. Exacte wetenschappers delen over de hele wereld in principe hetzelfde referentiekader en jargon. Binnen het sociale luik is dat veel minder evident; het sociaal onderzoek in Vietnam wordt vaak nog gestuurd vanuit centrale bestuursorganen, wat de interactie natuurlijk bemoeilijkt. Wij stonden bijvoorbeeld veel meer open voor de inbreng van de lokale boeren en hun cultur ele betekenisgeving. Het zou belachelijk zijn om bemoederend dingen trachten te realiseren die geen prioriteit zijn voor de bevolking.” Permanente interactie
“Ik denk dat je de samenwerking hoe dan ook als een voortdurend onder-
vervolg van pagina 18
Oosten, de UCL meer op die van het oude Christelijke Oosten - zonder dat de andere gebieden veronachtzaamd werden.” “De tentoonstelling biedt natuurlijk een overzicht van de ontwikkeling van de studie van het Oosten, maar bevat daarnaast ook een hele reeks stukken van museum-kwaliteit. O ngeveer de helft van de tentoonstelling is gewijd aan de Japanse collectie. Die berust weliswaar in de UCL, maar het zwaartepunt van de studie van het Japans ligt in Leuven. Verder vind je unieke stukken, zoals een door - toen nog - kroonprins Hirohito persoonlijk aan de universiteit geschonken vaas. Er zijn handschriften, oude drukken, prenten, personalia, noem maar op. Het geheel leidt ertoe dat wat opgezet is als een stuk gemeenschappelijke universiteitsgeschiedenis, eigenlijk even goed bekeken kan worden als een tocht doorheen één van de boeiendste luiken van de cult uurgeschiedenis.” In de volgende 4 nummers van Campuskrant zullen de verschillende luiken van Orientalia kort worden belicht en geïllustreerd. De tentoonstelling kan bezocht worden van 1 februari tot 31 maart in de Nassaukapel van de Koninklijke Bibliotheek van België, Kunstberg, 1000 Brussel, van maandag tot zaterdag, telkens van 12 tot 16.30u. De toegang is gratis, en een uitvoerige catalogus is beschikbaar. Meer info vindt u op http://www.orientalia.org.
20 C A M P U S K R A N T 1 1 . 1 . 2 0 0 1
handelingsproces moet zien. In permanente interactie probeer je de voorstellingen en verwachtingen van de verschillende cultur en met elkaar in gesprek te brengen. Als pedagoog probeer je dus niet de bevolking ‘op te voeden’, maar de communicatie- en beslissingsstructuur in de lokale dorpen in kaart te brengen. Je vraagt je af welke culturele en andersoortige kennis ingezet wordt bij het waterbeheer, hoe mensen leren omgaan met problemen. Vervolgens probeer je daar een positieve impact op te hebben. De veldmissies zijn in dat opzicht bijzonder verrijkend. Je bent zeer geconcentreerd bezig in omstandigheden die niet altijd even luxueus zijn, maar die de communicatie wel bevorderen en intenser maken.” “De belangrijkste concrete realisatie van het project is de installatie van een Karst Research Center. In dat instituut wordt de opgedane knowhow bewaard en uitgebouwd, om Vietnam maar ook andere partners - ten goede te komen. Organisaties als Unicef en Fauna & Flora International hebben al laten weten dat ze gebruik willen maken van onze resultaten. Daarnaast is er de omschrijving van allerlei initiatieven, waarvan de concrete verwezenlijkingen ons budget te buiten gaan. Ik denk daarbij aan het aanleggen van waterleidingen of het inrichten van een informatieve show cave. De kosten van de uit voering worden dan gedragen door organisaties met meer financiële armslag.” “Aan pedagogische kant proberen we vooral een reflectie op te zetten over onze activiteiten en een gesprek te organiseren tussen alle betrokkenen. Zo hebben we bijvoorbeeld een lokale werkgroep gevormd die onder meer een video maakt over de plaatselijke problemen. We proberen dus ook de bevolking bij de oplossingen te betrekken, anders is het natuurlijk vechten tegen de bierkaai.” Vibekap op het Web: http://www.vub.ac.be/vibekap
TAALTI P
Gelukkige verjaardag! Karl Hendrickx
Onze Alma Mater bestaat 575 jaar. U kunt niet beweren dat u dat nog niet wist, want het hele academiejaar wordt dit uitgebreid herdacht met allerlei activiteiten en onlangs prijkte er nog een grote verjaardagstaart op de titelbladzijde van deze Campuskrant. In al dat feestgedruis wordt iemand die bezorgd is om de taalkwaliteit, wel eens door twijfels overvallen, want in al het enthousiasme over deze gebeurtenis is de ene taalfout na de andere te horen. De K.U.L euven bestaat 575 jaar en daarom wordt de universiteit gevierd tijdens dit academiejaar. Neen hoor! Je kunt de universiteit immers niet vieren. Je kunt zelfs de jarige niet vieren. Vieren doe je met feesten (je viert feest, letterlijk): Kerst en Nieuwjaar vieren, vaderdag vieren. Vader zelf vier je dus niet, die zet je in de bloemetjes. Onze universiteit mag dus - terecht uitgebreid in de bloemetjes gezet worden. Dan, zult u zeggen, vieren we toch niet de universiteit zelf, maar dan vieren we gewoon haar 575e verjaardag. Ook dat zou ik afraden: stichtingsdata en andere gebeurtenissen vier je niet, maar herdenk je. Geef toe, Wapenstilstand vieren klinkt toch wat luguber. We herdenken dus de 575e verjaardag van de stichting van de K.U.Leuven. Gelukkige verjaardag!
Heel specifiek gebeurde dat op 9 december, want op die dag in 1425 kwam de stichting van de universiteit tot stand. Op 9 december verjaart de K.U.Leuven dus? Neen, een persoon kan niet verjaren, tenzij in het dialect. Een zaak bij de rechtbank verjaart en wordt dan niet meer vervolgd. De K.U.L euven was jarig op 9 december, als je je zo al zou willen uitdrukken. Gelukkige verjaardag! Proficiat! Ook dat laatste klinkt voor sommigen - fijnslijpers of taalgevoeligen - een beetje gek. Proficiat is immers een Latijns woord, afkomstig van het werkwoord proficere, dat ‘baten’ betekent. De conjunctiefvorm proficiat betekent in feite ‘moge het baten’ en het is eigenlijk moeilijk in te zien hoe een verjaardag iemand baat kan brengen. Voor sommigen zal het veeleer omgekeerd zijn: dat jaartje erbij brengt juist weinig baat. Een diploma, of een nieuwe job daarentegen kunnen heel wat baat brengen: proficiat dus met je diploma, je nieuwe job, je nieuwe huis. Hier past beter: gelukgewenst, of wat chiquer: gefeliciteerd! Al bij al blijft het wel heel indrukwekkend: 575 jaar is niet niks. Zo’n ouderdom bereiken is niet voor elke instelling weggelegd. Ouderdom? Ja, het kan hier wel, maar het klinkt wel alsof de K.U.Leuven een archeologische vondst is. Ouderdom wijst inderdaad op een erg hoge leeftijd of een heel langdurig bestaan en past dus goed bij oude gesteenten, maar de K.U.L euven heeft onmiskenbaar te veel vitaliteit om al te spreken van een ouderdom van 575 jaar. Degenen onder ons die een jaartje ouder worden, zullen het u dus ook niet in dank afnemen als u eventjes vermeldt dat zij de ouderdom van, zeg maar, 62 jaar bereiken. Leeftijd is daar neutraler en minder gekleurd. Het klinkt wel affectvol, maar taalkundig ook niet erg correct, om te gaan beweren dat de K.U.L euven de leeftijd van 575 jaar bereikt heeft. Een personificatie is altijd mooi, maar hier zullen we het maar op 575 jaar bestaan houden. Maar laat al die taalkundige waarschuwingen vooral de feestvreugde niet bederven: vandaar nogmaals van harte een gelukkige verjaardag en ad multos annos!
A D VA LVA S
Kalender K.U.Leuven 2001
Dat de Katholieke Universiteit Leuven een rijke historische achtergrond heeft, zal u niet verwonderen. In het jaar 2025 bestaat onze universiteit 600 jaar. Gedurende de volgende 25 jaar gaan we aan de hand van onze kerstkaar-
ten en kalenders trachten u een beeld te schetsen van deze zes eeuwen geschiedenis. Elk jaar zullen we een periode van 25 jaar belichten. Telkens kiezen we als ankerpunt een ets of schilderij met een thema dat relevant is voor die periode. Zo zal u na 25 jaar over een unieke collectie posters en kerstkaarten beschikken die de geschiedenis van de K.U.Leuven visueel weergeven. Dit jaar is het centrale thema uiteraard de stichting van de universiteit in 1425. Om dit te illustreren hebben we een miniatuur gekozen uit één van de fraaiste privilegeboeken van onze universiteit. Deze miniatuur verbeeldt de vijf faculteiten en Paus Martinus V, de stichter van de universiteit.
Bestelbon kalender - Net zoals vorig jaar wordt de kalender gratis aangeboden aan het personeel van de K.U.Leuven. - Indien u nog exemplaren wenst, kan u onderstaande bestelbon invullen. - De kalender kost 150 fr. per stuk. - Bestellen kan door deze bestelbon terug te sturen naar de Dienst Communicatie, Oude Markt 13, 3000 Leuven, f(016)32 40 1 4, of elektronisch, via de webpagina http://www.kuleuven.ac.be/admin/rd/niv3pbis/kalender.htm. - U kan uw be stelling afhalen op de Dienst Communicatie, tussen 10-12u en 14-16u. Naam: Faculteit/Dienst: Adres: E-mailadres: Telefoonnummer: Facturatie-adres: Wenst ........................... kalender(s) te bestellen aan 150 f r. Totaal bedrag: ......... x 150 f r. = ............... fr.
11.1.2001 C A M P U S K R A N T
21
A D VA LVA S
Opdracht: assistentie verlenen bij onderwijs en onderzoek in de richting Internationaal zakenwezen; hulp bij begeleiden van eindverhandelingen in deze richting; supervisie van examens; waarnemen van ombudsfuncties.
http://www.kuleuven.ac.be/
Vacatures AAP en BAP Vacante mandaten van assisterend en bijzonder academisch personeel voor het academiejaar 2000-2001, 14de lijs t.
De rector van de K.U.L euven maakt bekend dat de onderstaande mandaten vacant worden gesteld. Als u wil solliciteren voor één van deze functies, dient u hiervoor C3-formulieren te gebruiken. Deze kan u aanvragen op de Dienst Academisch Personeel, Krakenstraat 3, 3000 L euven, t(016)32 40 88 of op het administratief secretariaat van de faculteit. Deze formulieren, één exemplaar per kenmerk, moeten voor 25 januari 2001 teruggestuurd worden naar de rector, per adres: Dienst Academisch Personeel, Krakenstraat 3, 3000 Leuven. Als u zich voor meer dan één mandaat kandidaat stelt, dient u een lijst bij te voegen waarin u de vacatures waarvoor u solliciteert in volgorde van voorkeur klasseert. Deze lijst wordt enkel aan de decaan van de faculteit bezorgd. Om in aanmerking te komen, dienen de kandidaten zich tijdens hun universitaire studies bij voorkeur onderscheiden te hebben. Als u solliciteert voor de functie van doctor-assistent, dient u een gedetailleerd curriculum met geactualiseerde publicatielijst en een omstandige omschrijving van het voorgestelde onderzoeksproject bij te voegen. Faculteit Rechtsgeleerdheid Kenmerk: 00200114 - 50005372 Functie: 100% assistent, Afdeling Strafrecht, Strafvordering en Criminologie, vanaf heden voor 2 jaar, hernieuwbaar Diploma: licentiaat criminologische wetenschappen Opdracht: onderzoek en onderwijs in de sector van de jeugdcriminologie.
Kenmerk: 00200114 - 50003618 Functie: 100% assistent, Monitoraat, vanaf heden voor 1 jaar Diploma: licentiaat economische wetenschappen/toegepaste economi sche wetenschappen, handelsingenieur, handelsingenieur in beleidsinformatica Opdracht: assistentie en hulp bij begeleiding bij de colleges Economie; medewerking aan het monitoraat economie van de Faculteit Economische en Toegepaste Economische Wetenschappen; supervisie van examens; waarnemen van ombudsfuncties; assistentie bij SID en infodagen. Kenmerk: 00200114 - 50015867 Project: FWO nr. G.0198.01 Functie: 100% wetenschappelijk medewerker, Departement Toegepaste Economische Wetenschappen, vanaf heden voor 2 jaar, 1 x hernieuw baar Diploma: licentiaat economische wetenschappen/toegepaste economi sche wetenschappen, handelsingenieur, handelsingenieur beleidsinformatica, GGS Toegepaste Economische Wetenschappen, MBA, burgerlijk ingenieur, licentiaat wiskunde, Master in Statistics Opdracht: onderzoek in functie van het project ‘Sequentieel experimenteel ontwerp: van robuuste naar optimale ontwerpen’; supervisie van examens; waarnemen van ombudsfuncties.
Faculteit Sociale Wetenschappen Kenmerk: 00200114 - 50009125 Functie: 50% assistent, Afdeling Internationale Betrekkingen, vanaf heden voor 2 jaar, hernieuwbaar Diploma: licentiaat politieke en sociale wetenschappen met eventueel specialisatie in internationale betrekkingen of in politieke economie Opdracht: ondersteuning bij onderwijs (vb. geven van seminaries); onderzoek rond internationale politieke economie; voorbereiden doctoraat. Kenmerk: 00200114 - 50017530 Project: FWO nr. G.0160.98 Functie: 100% wetenschappelijk medewerker, Instituut voor Europees Beleid, vanaf heden tot 31 december 2001 Diploma: licentiaat politieke en sociale wetenschappen (eventueel een ander universitair diploma uit de humane wetenschappen); goede methodologische basis, o.m. kennis van SAS Opdracht: ondersteuning bij de afwerking van het lopend FWO-V project.
biologische achtergrond verwacht. Kenmerk: 00200114 - 50017583 Project: FWO nr. G.0193.00 Functie: 100% bursaal, Afdeling Theoretische Fysica, vanaf heden voor 2 jaar Diploma: licentiaat natuurkunde, licentiaat wiskunde, natuurkundig ingenieur Opdracht: wetenschappelijk onderzoek i.v.m. theoretische en wiskundige natuurkunde; mogelijkheid voorbereiden doctoraat. Kenmerk: 00200114 - 50017584 Functie: 100% wetenschappelijk medewerker, Instituut voor Sterrenkunde, vanaf heden voor 2 jaar Diploma: licentiaat of doctor in de (astro)fysica, wiskunde, burgerlijk ingenieur Opdracht: instrument-wetenschapper voor het Photoconductor Array Camera and Spectrometer (PACS) instrument voor de Far-Infrared Space Telescope (FIRST). Kenmerk: 00200114 - 50017585 Functie: 100% wetenschappelijk medewerker, Instituut voor Sterrenkunde, vanaf heden voor 2 jaar Diploma: doctor in de wetenschappen, specialiteit astrofysica Opdracht: calibratie-wetenschapper voor het Photoconductor Array Camera and Spectrometer (PACS) instrument voor de Far-Infrared Space Telescope (FIRST). Kenmerk: 00200114 - 50017586 Functie: 100% wetenschappelijk medewerker, Instituut voor Sterrenkunde, vanaf heden voor 2 jaar Diploma: licentiaat of doctor in de (astro)fysica, wiskunde, informatica, burgerlijk ingenieur Opdracht: data-analyse-wetenschapper voor het Photoconductor Array Camera and Spectrometer (PACS) instrument voor de Far-Infrared Space Telescope (FIRST). Faculteit Landbouwkundige en Toegepaste Biologische Wetenschappen Kenmerk: 00200114 - 50017625 Project: PODO II - EV/01/14C Functie: 100% wetenschappelijk medewerker, Departement Landbeheer, vanaf heden voor 46 maanden Diploma: bio-ingenieur land- en bosbeheer, landbouwkunde Opdracht: ruimtelijke en procesmodellering van broeikasgasfluxen van terrestrische ecosystemen, met toepassing op België; voorbereiding doctoraat; hulp bij begeleiding eindwerken; het onderzoek gebeurt in samenwerking met de UCL en de FSAEGembloux.
Faculteit Psychologie en Pedagogische Wetenschappen Kenmerk: 00200114 - 50009521 Functie: 50% doctor-assistent, Afdeling Strafrecht, Strafvordering en Criminologie, vanaf 1 februari 2001 voor 1 jaar Diploma: licentiaat criminologische wetenschappen, titel van doctor in de criminologische wetenschappen Opdracht: assistentie bij werkcolleges, voorbereiding en begeleiding van de stages binnen de afstudeerrichting ‘Gerechtelijke geestelijke gezondheidszorg’; wetenschappelijk onderzoek naar het effect van herstelbemiddeling; medewerker (bureau) Permanente Onderwijscommissie criminologische wetenschappen + werkgroep ‘semex’.
Faculteit Geneeskunde Kenmerk: 00200114 - 50017531 Project: FWO nr. G.0327.01 Functie: 80% wetenschappelijk medewerker, Afdeling Ontwikkelings- en Differentiële Psychologie, vanaf 1 maart 2001 tot 31 december 2003 Diploma: doctor in de psychologie Opdracht: studie van individuele verschillen in woede/irritatie in concrete alledaagse situaties met hulp van een experience sampling methode.
Faculteit Wetenschappen Faculteit Economische en Toegepaste Economische Wetenschappen Kenmerk: 00200114 - 50003484 Functie: 50% assistent, Departement Toegepaste Economische Wetenschappen, vanaf heden voor 2 jaar, hernieuwbaar Diploma: licentiaat economische wetenschappen/toegepaste economi sche wetenschappen, handelsingenieur, handelsingenieur in beleidsinformatica, GGS economische wetenschappen/toegepaste economische wetenschappen, MBA
Kenmerk: 00200114 - 50007018 Functie: 100% assistent, Afdeling Vergelijkende Fysiologie en Morfologie der Dieren, vanaf heden voor 2 jaar, hernieuwbaar Diploma: licentiaat biologie/biochemie, bio-ingenieur Opdracht: verzorgen practica dierkunde specifiek het practicum ‘Immunologische biotechnologie’ in de licenties; voorbereiden doctoraat i.v.m. neuronale plasticiteit van het visueel systeem bij de volwassen kat; hiertoe is een grondige kennis van en eventueel praktijkervaring met moleculaire biologische technieken noodzakelijk; er wordt een grondige neuro-
SCID), prom. prof. G. Opdenakker.
Doctoraten
13 dec.: Paul Campling, Landbouwkundige en Toegepaste Biologische Wetenschappen, Landform Analysis for Rainfall-Runoff Modelling, prom. prof. J. F eyen.
5 dec.: Zhanju Liu, Geneeskunde, Mucosal T Cell and Macrophage Activation in Inflammatory Bowel Disease and Immune Target Treatment in Colitic Scid Mice, prom. prof. J. Ceuppens en prof. K. G eboes.
13 dec.: Henk De Smaele, Letteren, ‘Omdat we uwe vrienden zijn’. Religie en partij-identificatie (1884-1914), prom. prof. E. Lambe rts.
7 dec.: Paul Dierick, Psychologie en Pedagogische Wetenschappen, Cliëntperceptie van therapeutische factoren in groepspsychotherapie en groeigroepen: een structureel en vergelijkend onderzoek, prom. prof. G. Lietaer.
14 dec.: Siegfried Denys, Landbouwkundige en Toegepaste Biologische Wetenschappen, Process Calculations for Design of Batch High Hydrostatic Pressure Processes Without and With Phase Transitions, prom. prof. M. Hendrickx.
11 dec.: Ruth Loos, Geneeskunde, Mitochondriale ontkoppelingsproteïnen (UCP’s): Moleculaire en genetische aspecten, prom. prof. R. Vli etinck.
14 dec.: Nathalie Dupré, Letteren, Per un’epica del quotidiano. Modalità cognitive e discorsive della frontiera in ‘Danubio’ di Claudio Magris, prom. prof. F. Musarra.
11 dec.: Kathleen Verreth, Geneeskunde, Aanvullende sociale verzekeringen. Arbeidsmobiliteit en aanvullende pensioenen in België en de Europese Unie: Een sociaalrechtelijke benadering, prom. prof. B. Van Buggenhout.
14 dec.: Georg Klein, Geneeskunde, De bicarbonaatbuffer in fysiologische oplossingen, prom. prof. E. Van Kerckhove.
12 dec.: Philppe Van den Steen, Geneeskunde, Common Gamma Chain Deficiency and X-Linked Severe Combined Immunodeficiency (X-
Kenmerk: 00200114 - 50017532 Project: Fonds A. & J. Forton Functie: 100% bursaal, Afdeling Fysiologie, vanaf heden voor 2 jaar, + eventueel hernieuwing Diploma: arts, bio-ingenieur, apotheker, licentiaat biochemie/scheikunde/biologie/natuurkunde/biomedische wetenschappen Opdracht: wetenschappelijk onderzoek betreffende de regeling van het Cystic Fibrosis Transmembrane conductance regulator (CFTR) chloridekanaal.
15 dec.: Istvan Ballai, Wetenschappen, Nonlinear Resonant Slow MHD Waves in the Solar Atmosphere, prom. prof. M. Goossens. 15 dec.: Filip Dosselaere, Landbouwkundige en Toegepaste Biologische
Wetenschappen, Tryptophan Biosynthesis in Azospirillum Brasilense: Molecular Characterization and Role in Indole-3-Acetic Acid Production, prom. prof. J. Vanderleyden. 18 dec.: Daniela Cucu, Geneeskunde, The Epithelial Extracellular Calcium Sensing Receptor, prom. prof. W. Vandriessche. 18 dec.: Ann Don Porto Carero, Geneeskunde, Biologische effecten van radio-frequentie golven, prom. prof. B. Nemery. 18 dec.: Peter Goris, Rechtsfaculteit, Op zoek n aar de krijtlijnen van een sociaal rechtvaardige veiligheidszorg, prom. prof. L. Walgr ave. 18 dec.: George Kombara, Godgeleerdheid, The Holistic Concept of Human Being in Indian Traditions. A Philosophical-Theological Approach to the Christian Pr esence and Praxis in India, prom. prof. K. Depoortere. 18 dec.: Francis Tuerlinckx, Psychologie en Pedagogische Wetenschappen, Enkele uitbreidingen en toepassingen van modellen uit de itemresponstheorie en het diffusiemodel, prom. prof. P. De Boeck. 18 dec.: Yves Vermeulen, Chemische interacties tussen vloeibare fasen en refractaire materialen bij het continu gieten van staal, prom. prof. P. Wollants en prof. B. Blanpain.
vervolg op pagina 23 22 C A M P U S K R A N T 1 1 . 1 . 2 0 0 1
A D VA LVA S
Publicaties
Humane Wetenschappen I. Bossuyt, De Missae breves (VWV 233-236) van Johann Sebastian Bach, Peer, Alamire, 2000, 90 p. + 60 p. muziekbijlage. De tot op heden ten onrechte minder bekende Missae breves worden grondig besproken als typevoorbeelden van Lutherse liturgische muziek en als hoogstaande composities, waarin zowel de ‘stile antico’, geïnspireerd op de renaissancepolyfonie (Palestrina en de Vlaamse polyfonisten), als de ‘stile moderno’ of de uit Italië geïmporteerde concerterende barokstijl exemplarisch worden toegepast. Alle onderdelen van de vier Missae breves (de tien koorfragmenten en de twaalf solistische aria’s) worden geanalyseerd op basis van uit gebreide muziekvoorbeelden, zodat de lezer een inzicht krijgt in de d iverse vocale genres uit de barok, de eigentijdse structuren en het toen algemeen geldende muzikale organisatiesysteem. Tevens wordt aandacht besteed aan de zogenaamde ‘parodie’ of de bewerking van vroegere composities, een in de barok courant principe dat Bach in deze Missae breves op ingenieuze wijze toepast. Deze publicatie is bedoeld voor kenner en liefhebber: een lees-, luister- en studiegids voor de musicoloog, de uitvoerende musicus, de student én de geïnteresseerde lezer-luisteraar. Ten behoeve van deze laatste is een appendix opgenomen met de basisbegrippen van de muziektheorie. Met dit boek wordt een model aangereikt voor een verdere exploratie van het vocale oeuvre van Bach. F. Cockx en P. Tytgat, Holebi’s in beweging. Praten over homoseksualiteit in onderwijs en vormingswerk, ISBN 90-334-4629-4, Leuven, Acco, 2000, 103 p., 650 fr. Homoseksualiteit raakt stilaan uit de taboesfeer. Maar vaak zijn opvoeders, vormingswerkers, leerkrachten of ouders nog onvoldoende vertrouwd met dit onderwerp en weten zij niet goed hoe dit aan te pakken. Deze uitgave biedt hen heldere en kritische achtergrondinformatie over homoseksualiteit en behandelt een aantal vaak gehoorde uitspraken over homo’s, lesbiennes en biseksuelen. De in formatie wordt aangeboden in de educatieve werkvorm van het stellingenspel, die het mogelijk maakt om een boeiende dialoog met de deelnemers aan te gaan. Bovendien is het overzichtelijke werkstramien zo weergegeven dat het gemakkelijk als transparant kan worden gebruikt.
R. De Bondt, Met vrije handen in markten en organisaties, ISBN 90-2094182-8, Tielt, Lannoo, 2000, 2 16 p. In Met vrije handen geeft de auteur ons een rondleiding in de wereld van de economie. Op toegankelijke wijze leert hij ons de bomen door het bos te zien. Hij steunt daarbij op recente wetenschappelijke inzichten en bevindingen en illustreert alles met vele metaforen en voorbeelden. Vanzelfsprekend gaat hij ook in op de grondige veranderingen die de wereld vandaag doormaakt: de digitale economie voorziet de onzichtbare en zichtbare handen immers van een verbeterd brein, waardoor zij de zaken anders kunnen aanpakken en organiseren. L. Dequeker, Het sacrament van mirakel. Jodenhaat in de Middeleeuwen, ISBN 90-5826-081-X, Leuven, Davidsfonds, 2000, 133 p., 795 f r. Deze boeiende historische studie toont aan het zogenaamde eucharistisch wonder van de bloedende hosties nooit heeft plaatsgevonden. Lichtgelovigheid en godsdienstijver joegen onschuldige joden de dood in. Of waren het financiële belangen van de clerus, geënt op sluimerende antijoodse gevoelens? De glasramen, schilderijen en wandt apijten in de historische kathedraal vertellen tot op vandaag het verhaal van de hostieschennis. Dit boek is een vrijmoed ige en kritische bevraging van de M iddeleeuwen. Een vreselijk getuigenis van misplaatste geloofsijver. W. D’Hulster, G. Descamps, W. Govaerts, H. K iekens, P. Michielsens, P. Proost, R. Rydan t, J. Saveyn, R. Vandenberghe en J.P. Verhaeghe, De innoverende kracht van de school, ISBN 90-334-4667-7, L euven, Acco, 2000, 224 p., 850 fr. De overheid hecht een groot belang aan de autonomie van de plaatselijke school. Maken scholen wel gebruik van deze unieke kans om zelf te bepalen ‘wat we met ons onderwijs willen’? Leveren ze ook het bewijs over een degelijk concept te beschikken? Vier auteurs beschrijven het vernieuwingswerk van hun school, vier spreken vanuit het zogenaamde middenkader (begeleiding, koepel en inspectie). De visie van een be leidsverantwoordelijk mag ook hier niet ontbreken. En ten slotte wordt een kritischwetenschappelijke visie ontwikkeld op het geheel van de innoverende krachten binnen een school. G. Herweyers en K. Stulens, Statistiek met een grafisch rekentoestel. ICT in het wiskundeonderwijs, ISBN 90-334-4597-2, Leuven, Acco, 2000, 160 p., 790 fr. Binnen het wiskundeonderwijs komt de integratie van de Informatie- en Communicatietechnologie (ICT) het meest tot haar recht in de statistiek. In dit boek gebruiken de auteurs het grafische rekentoestel TI-83 (Plus) met zijn uitgebreide statistische mogelijkheden. Statistische begrippen die vroeger moeilijk toegankelijk waren, worden geïllustreerd met honderden plaatjes, die eenvoudig en snel te produceren zijn. Dit leidt tot meer inzicht en is een uitnodiging om actief aan statistiek te doen. De theorie maakt plaats voor de praktijk. De combinatoriek en de kansrekening worden beperkt tot een korte aanloop naar de statistiek. Simulatie van experimenten speelt een centrale rol. Veel aandacht gaat ook naar de snelle grafische analyse van reële data en de toepassing van belangrijke statistische technieken zoals toetsen van hypothesen en regressie.
De ideeën in dit boek beperken zich niet tot het gebruik van de T I-83. Ze zijn ook toepasbaar voor de TI-89 of de TI-92 Plus met statistische flashapplicatie of voor een degelijk statistisch softwarepakket. P. Kevers, Koningen en profeten. Bijbelverhalen van David tot de ballingschap, ISBN 90-334-4596-4, Leuven, Acco, 2000, 127 p., 595 fr. Koningen staan in de bijbel zelden in een gunstig daglicht. Het gaat vaak om oorlogsstokers die misbruik maken van hun macht. Zodra in Israël het verlangen naar een koning opduikt, klinkt dan ook de kritische stem van de profeten. Volgens de profetische auteurs van de bijbelboeken Samuël en Koningen moest het avontuur van het koningschap wel uitlopen op de louterende ballingschap. In dit boek lezen we deze verhalen zoals ze bedoeld zijn: niet als geschiedschrijving, maar als profetie. Ze vertellen een geschiedenis die geen verleden wordt, maar actueel blijft en de toekomst opent. Overlegcentrum voor Christelijke Ethiek, Ethische perspectieven, ISSN 07 78-6069, 10de jg., juli 2000. M. Reynders en F. Tiradritti , Kunstschatten uit Egypte, ISBN 90-5826072-0, Leuven, Davidsfonds, 2000, 416 p., 2.980 fr. Dit boek vertelt het fantastische verhaal van de dynastieën langs de Nijl. Vierduizend jaar voor Christus ontstond op de vruchtbare oevers de eerste Egyptische eenheidsstaat. Onder de hoge bescherming van zonnegod Ra volgden farao’s elkaar op. Kunst en cultuur bereikten een indruk wekkend peil. Speciaal voor dit boek werden de mooiste Egyptische kunstvoorwerpen gefotografeerd door een internationaal gereputeerd fotograaf. Befaamde egyptologen uit de hele wereld verzorgden de begeleidende teksten. Voor de lezer-kijker begint een adembenemende reis. Naar het hart van een verloren beschaving. A. Vandevelde (red.), Over vertrouwen en bedrijf , ISBN 90-334-4638-3 , Leuven, Acco, 2000, 1 47 p., 895 fr. Wederkerigheid behoort tot de kern van onze spontane ethische intuïtie. De verwachting van wederkerigheid ligt aan de basis van zo wel de economische ruil als de meer in formele logica van de gift. Wederkerigheid en persoonlijke integriteit vormen samen de basis voor het vertrouwen dat anderen in ons stellen. Als mensen voortdurend hun voorzorgen moeten nemen om zich in te dekken tegen mogelijk bedrog vanwege hun partners, dan wordt het samenleven aanzienlijk bemoeilijkt. Daarnaast is het institutionele vertrouwen een belangrijk element geworden in de economische competitie tussen staten. Met corrupte partners doet men liever geen zaken. In dit boek g aan economen en filosofen op zoek naar de voorwaarden voor een redelijk vertrouwen. Dit houdt het midden tussen blind, ongemotiveerd vertrouwen enerzijds en automatische vergelding bij het breken van a fspraken anderzijds.
vervolg van pagina 22 19 dec.: Filip Boen, Psychologie en Pedagogische Wetenschappen, Reactions To Membership in a Low-Status Group: A Social Psychological Perspective, prom. prof. Norbert Vanbeselaere. 19 dec.: Sam Depauw, Sociale Wetenschappen, Cohesie in de parlementsfracties van de regeringsmeerderheid. Een vergelijkend onderzoek in België, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk (1987-97), p rom. prof. W. Dewachter. 19 dec.: Koen De Rid der, Letteren, ‘A Pear-Tree Legacy of Love’ - The Belgian CICM Mission in Gansu (1878-1922), prom. prof. W. Vande Walle. 19 dec.: Conny Kenens, Wetenschappen, Organic Contamination in the Integrated Circuit Proc essing: Controlled by and for Time-of-Flight Secondary Ion Mass Spectrometry, prom. prof. L. H ellemans en prof. W. vandervorst. 19 dec.: Tinne Tuytelaars, Toegepaste Wetenschappen, Local, In variant Features for Registration and Recognition, prom. prof. L. Van Gool 20 dec.: Jan Beyers, Sociale Wetenschappen, Het maatschappelijk draagvlak van het Europees beleid en het einde van de permissieve consensus. Een empirisch onderzoek over politiek handelen in een meerlagig politiek stelsel, prom. prof. F. Delmartino. 20 dec.: Thomas Hantschel, Toegepaste Wetenschappen, Scanning Probes for Nanometer Scale Characterization of Semiconductor Structures, prom. prof. W. Vandervorst en prof. L. Hellemans. 20 dec.: Nancy Huyghebaert, Economische en Toegepaste Economische Wetenschappen, The Capital Structure of Business Start-Ups, prom. prof. L. Van de Gucht. 20 dec.: Diederik Jacques, Landbouwkundige en Toegepaste Biologische Wetenschappen, Analysis of Water Flow and Solute Transport at the Field-Scale, prom. prof. J. Feyen. 20 dec.: Julia Nieto, Wetenschappen, Identification and Characterization of Neuropeptides From the Central Nervous System of the White Shrimp, Penaeus vannamei, prom. prof. L. Schoofs. 20 dec.: Trui Steen, Sociale Wetenschappen, Krachtlijnen voor een nieuw personeelsbeleid in de Vlaamse gemeenten. Een studie naar de sturing en implementatie van veranderingsprocessen bij de overheid, prom. prof. A. Hondeghem. 20 dec.: Chris Van den Haute, Geneeskunde, Axonal Transport, prom.
prof. F. Van Leuven. 20 dec.: Gert Verschraegen, Sociale Wetenschappen, De maatschappij zonder eigenschappen. Systeemtheorie, sociale differentiatie en moraal, prom. prof. R. L aermans. 21 dec.: Susan Hogg, Wetenschappen, Channeled Implantation of Rare Earth Ions Into Si: Fundamental Aspects and Silicide Formation, prom. prof. A. Vantomme. 21 dec.: Bart Janssens, Letteren, ‘Maximus Confessor, Ambigua ad Thomam en Epistula secunda ad eundem’: kritische editie met Nederlandse vertaling en aantekeningen, prom. prof. P. Van Deun. 21 dec.: Michel Meulders, Psychologie en Pedagogische Wetenschappen, Probabilistische featuremodellen voor psychologische frequentiegegevens: Een Bayesiaanse benadering, prom. prof. P. De Boeck. 21 dec.: Nico Scheerlinck, Landbouwkundige en Toegepaste Biologische Wetenschappen, Uncertainty Propagation Analysis of Coupled and NonLinear Heat and Mass Transfer Models, prom. prof. B. N icolaï. 22 dec.: Anja Declercq, Sociale Wetenschappen, De complexe zoektocht tussen orde en chaos. Een sociologische studie naar de differentiatie in de institutionele zorgregimes voor dementerende ouderen, prom. prof. F. Lammertyn. 22 dec.: Qiang Hao, Landbouwkundige en Toegepaste Biologische Wetenschappen, Study on the Enzymic Activities of Ribosome-Inactivating Proteins and the Implementations of Their Biological Activities, prom. prof. W. Peumans. 22 dec.: Jan Pickery, Sociale Wetenschappen, Applications of Multilevel Analysis in Survey Data Quality Research. Random Coefficient Models for Respondent and Interviewer Effects, prom. prof. G. Loosveldt. 22 dec.: Kristof Uytterhoeven, Rechtsgeleerdheid, De staat van de transseksuele persoon. Rechtsvergelijkende analyse en proeve van oplossing naar Belgisch recht, prom. prof. P. Senaeve. 22 dec.: Hilde Van den Bulck, Sociale Wetenschappen, De rol van de publieke omroep in het project van de moderniteit. Een analyse van de bijdrage van de Vlaamse publieke televisie tot de creatie van een nationale cultuur en identiteit (1953-1973), prom. prof. L. Van Poecke.
5 jan.: Yi Miao, Geneeskunde, Experimental Research on Radiofrequency Tissue Ablation as an Alternative in Cancer Therapy, prom. prof. G. Marchal. 10 jan.: Pieter Leyssen, Geneeskunde, Five Times Ebola, prom. prof. E. De Clercq. 11 jan.: Maureen Moerenhout, Geneeskunde, Ecto-Nucleotidases: A Family Reunion, prom. prof. B. Himpens.
In memoriam De universitaire gemeenschap neemt afscheid van: Klara Van Aelst, studente 3de jaar bio-ingenieur, geboren te Heusden op 17 augustus 1978 en overleden te Heusden op 9 december 2000. John Waterschoot, emeritus gewoon hoogleraar en eredecaan van de Faculteit Economische en Toegepaste Economische Wetenschappen, geboren te Antwerpen op 19 januari 1920 en overleden te Koksijde op 9 december 2000. Kas Deprez, deeltijds hoofddocent aan het Departement Linguïstiek, Faculteit Letteren, geboren te Lauwe op 3 januari 1945 en overleden te Leuven op 17 december 2000. Renaat Van Elslande, emeritus hoofddocent aan de Faculteit Lichamelijke Opvoeding en Kinesitherapie, geboren op 21 januari 1916 en overleden op 21 december 2000.
4 jan.: Stefaan Colpaert, Geneeskunde, Immunologische aspecten van inflammatoire darmziekten, prom. prof. J. Ceuppens.
11.1.2001 C A M P U S K R A N T
23
STUDENTEN
De Denktank In deze rubriek legt Campuskrant allerlei vragen - van technische, socio-economische, politieke, ethische en filosofische aard - voor aan een denktank van Bijzonder Wijze Mannen en Vrouwen van de K.U.Leuven. Aarzel niet om ook uw vragen en problemen op te sturen naar De Denktank, Campuskrant, Oude Markt 13, Leuven.
de bijtende kou en regen inderhaast een tentenkamp hadden opgetrokken. Sommige kortzichtige zeurpieten noemden dat een schande, wij daarentegen zeggen: een prima idee om de aanpassing naar onze welvaartsstaat niet meteen al te bruusk te laten verlopen! En dat was nog maar het begin, want wie toeg elaten wordt mag bovendien binnenkort naar Hengelhoef. Of naar het al even legendarische vakantiecentrum Zon en Zee. “Maar niet in het tropisch zwembad of de sauna!”, voegde minister Vande Lanotte daar meteen aan toe. “Tenzij ze cash in dollars betalen, natuurlijk. Vluchtelingen die lid zijn van de B ond van Grote en Jonge Gezinnen, CJP of de Socialistische Vooruitziende Vrouwen kunnen wel korting krijgen.” Enfin, destijds vroegen wij ons af hoe allerhande
De Denktank ontving de laatste weken een stapel vragen over het asielbeleid. “Graag hadden we van jullie een dui delijk standpunt over de opvang van de asielzoekers gehoord”, schreef ons bijvoorbeeld Rudy Delaforterie uit Kessel-Lo. Als leden van De Denktank mogen wij zelfs de allermoeilijkste problemen van deze tijd niet uit de weg gaan. En dus behoort het inderdaad ook tot onze universitaire taak om een wetenschappelijk verantwoord standpunt in te nemen over de opvang van asi elzoekers in ons land. En ons oordeel luidt ondubbelzinnig: België doet het de laatste tijd uitstekend! Mensen die overal ter wereld tentenkampen, Artsen Zonder Grenzen, dictatoriale bureaucraten en ander onheil ontvluchtten konden in ons land bijvoorbeeld persoonlijk hun aanvraag komen indienen bij het ministerie van Binnenlandse Zaken. Alwaar ze voor de gesloten deur (de ambtenaren van dienst hadden waarschijnlijk net toevallig een vrij weekend) in een complete chaos werden opgevangen door diezelfde Artsen Zonder Grenzen. Die bovendien tegen
NIEUWS
K.U.Leuven werkte mee aan wetenschappelijke primeur
Zandraketgenoom zonder gaten Nadia Koeck
Een internationale groep wetenschappers, onder wie onderzoekers van het L aboratorium voor Gentechnologie van de K.U.Leuven, zorgde voor een wetenschappelijke mijlpaal door voor het ee rst de volledige genetische code, het genoom, van een plant in kaart te brengen. De Leuvense onderzoekers vormden, onder meer, de ‘problem solving unit’ van dit p roject; zij vulden letterlijk en figuurlijk de gaten in de genoomsequentie op en schreven zo mee een belangrijk stuk geschiedenis van de plant.
maffiose mensenhandelaars er in verre buitenlanden steeds maar weer in slaagden België aan kandidaatvluchtelingen als een waar vakantieparadijs voor te stellen. Een grove maar blijkbaar hardnekkige fabel, die dank zij deze maatregel vast en zeker definitief de wereld zal worden uitgeholpen. Want wie - zoals wij - ooit eens een aantal dagen in dat verdomde Hengelhoef of Zon en Zee heeft doorgebracht, zal moeten toegeven: liever te voet naar Kosovo of onder een vrachtwagen naar
menselijk genoom telt circa 3 miljard ‘letters’ en 23 chromosomen. Het genoom van de zandraket biedt dus een relatief eenvoudig model dat het mogelijk moet maken om nu ook complexere planten te gaan bestuderen, zoals bijvoorbeeld landbouwgewassen. Alle planten beschikken namelijk over een vergelijkbare set van genen. Met de genetische code van de zandrak et als een soort stafkaart in de hand zal men veel sneller bepaalde genen in andere planten kunnen terugvinden, bijvoorbeeld het gen dat ervoor zorgt dat een graangewas in drogere omstandigheden kan groeien. Eén van de toe passingen die uiteindelijk kunnen voortvloeien uit de kennis van dit plantengenoom is dan ook het verbeteren van gewassen via onder meer genetische manipulatie. Professor Robben benadrukt dat het plantengenoom niet enkel op landbouwkundig, maar ook op biomedisch vlak belangrijk is: “Men heeft namelijk in de zandraket een aantal genen teruggevonden die een tegenpool hebben in de mens en daar geassocieerd worden met het ontstaan van bepaalde ziekten. Door na te g aan hoe deze genen in de plant functioneren, hoopt men te kunnen leren wat er bij de mens verkeerd gaat.” De Leuvense inbreng
Een genetische stafkaart
In december 2000 werd via persconferenties in Europa, Japan en de Verenigde Staten en via de publicatie van de onderzoeksresultaten in het topvakblad Nature bekendgemaakt dat voor de allereerste keer de volledige genoomsequentie van een plant ontrafeld werd. Volgens de professoren Guido Volckaert en Johan Robben van het Laboratorium voor Gentechnologie ligt de kwaliteit van dit plantengenoom bijzonder hoog door de grote betrouwbaarheid - de foutenmarge zou de kleinste zijn van de tot nu gekende genomen - en de volledigheid van de sequentie. De plant in kwestie is de Arabidopsis thaliana, een wijdverspreid onkruid dat bij ons gewoon zandraket heet. De keuze voor de zandraket als experimenteel model is geen toeval: de plant is klein, groeit snel en heeft in vergelijking met andere planten een redelijk beperkt en eenvoudig genoom: de totale DNA-sequentie is een opeenvolging van ‘slechts’ 115 miljoen ‘letters’ een combinatie van de vier DNA-nucleotiden G, A, T en C. Deze 115 miljoen ‘letters’ beschrijven de naar schatting 25.500 genen die vervat zitten in de vijf chromosomen van elke cel van dit plantje. Ter vergelijking: het
Het Laboratorium voor Gentechnologie stapte halfweg de jaren negentig in het project, toen definitief besloten werd om het volledige genoom te analyseren. Op dat moment was het duidelijk dat men een aantal problematische DNA-gebieden zou moeten uitklaren. Een probleem kan bijvoorbeeld ontstaan wanneer de sequentieanalyse van een DNA-fragment op twee verschillende plaatsen in de wereld een verschillend resultaat oplevert. Aan het laboratorium werd uiteindelijk in meer dan zestig gevallen gevraagd om dergelijke tegenstrijdige resultaten uit te klaren door de sequentie rechtstreeks op het genoom te verifiëren. Andere probleemgebieden in het plantengenoom waarvoor de hulp van het Laboratorium voor Gentechnologie werd ingeroepen, waren de zogenaamde
24 C A M P U S K R A N T 1 1 . 1 . 2 0 0 1
Tsjetsjenië dan nòg eens zo’n vakantie te moeten ondergaan. En wij hadden tijdens ons verblijf daar die dolgedraaide buurtbewoners dan nog niet eens tegen. Persoonlijk vinden wij dan ook dat onze regering op de ingeslagen weg moeten voortgaan. Daarom hebben wij met onze Denktank-studiegroep Internationale Betrekkingen nog een aantal mogelijke opvanglocaties gescreend en we moeten zeggen: er vallen nòg prima zaken te doen. Bobbejaanland, bijvoorbeeld. We zijn ervan overtuigd dat Bobbejaan Schoepen - zoals bekend zelf destijds uit het Wilde Westen naar de Stille Kempen gevlucht - prima voor de opvang van de asielzoekers zou zorgen. En met de nodige animatie op zijn tijd: nu eens wat gejodel, dan weer een pakkend liedje over Het Duivenkot, Bobbejaan kan het allemaal. Of wat dacht u van opvang in Bokrijk, waar menig Vlaamse lemen hut er nu gewoonweg onbewoond bijstaat. Kan onze regering dààr geen asielzoekers in onderbrengen? Bovendien heeft Bokrijk het enorme voordeel dat vluchtelingen daar meteen een flink stuk van onze geschiedenis kunnen opnemen. En ze kunnen er ter plaatse ook allerlei voor de arbeidsmarkt nuttige ambachten leren. We denken hierbij onder andere aan v aardigheden als glasblazen, honing slingeren, touwdraaien, graan dorsen en pottenbakken. Qua inburgering kan dat naar onze bescheiden mening wel tellen. Er zullen uiteraard ook asielzoekers zijn die dat allemaal niet zien zitten. Hen kunnen wij helaas maar één raad geven: vrienden, vlucht uit België voor het te laat is. Namens De Denktank, Prof. V. De Baere (hoofd studiegroep Internationale Betrekkingen) en G. Op de Beeck (secretaris-klerk)
gaps - letterlijk gaten - in de gehele DNA-sequentie waarvoor standaardtechnieken geen oplossing bieden. Het laboratorium heeft zich ontwikkeld tot specialist in de zogenaamde gap filling, het opvullen van de gaten in de puzzel. Robben: “Bij de sequentieanalyse van het genoom komt het soms voor dat de sequentielezing onverwachts stopt en dat geen aansluiting gevonden wordt met de daaropvolgende sequentie. Dan is er een gap. Wij hebben methodes ontwikkeld waardoor we toch kunnen doorlezen.” Het onderzoeksteam slaagde erin meer dan twintig dergelijke gaten, weerbarstige stukken DNA-sequentie, te dichten. Volckaert: “Ons laboratorium heeft zich sinds zijn ontstaan rond 1980 altijd toegespitst op nauwkeurigheid en volledigheid met andere woorden, geen gaps - in genoomsequentieprojecten.” Naast hun rol als de probleemoplossers in dit genoomproject hebben de onderzoekers van het Laboratorium voor Gentechnologie ook een deel van de gewone standaard sequentiebepaling, de routine sequencing, voor hun rekening genomen. In totaal heeft het laboratorium een kleine procent van het hele Guido Volckaert (l.) en Johan Robben, met zandraket
plantengenoom bepaald: van de 1 15 miljoen letters die het genetisch plan van de zandraket beschrijven, heeft het laboratorium er ongeveer 1 miljoen ontcijferd, wat voor een klein academisch laboratorium een hele prestatie genoemd mag worden. Meer info: http://www.agr.kuleuven.ac.be/dp/logt/logt.htm en http://www.nature.com/genomics