INTAKE hoe bereid je je auditie voor spel en zang voor?

INTAKE – hoe bereid je je auditie voor spel en zang voor? Voor de auditie bij de opleidingen Artiest - Theater en Artiest - Musical van het ROC Tilburg dien je een tweetal opdrachten (A en B) thuis al voor te bereiden. Hieronder vind je die opdrachten en dat wat je dient te doen. Lees de opdracht goed en veel succes met je voorbereiding! A Opdracht zangauditie – Opleiding THEATER Voor de zangauditie bereid je één lied voor uit onderstaande verplichte lijst. Je zingt het lied uit je hoofd met pianobegeleiding. Bladmuziek en pianist zijn aanwezig. Meisjes kiezen uit:   

“Hartslag” van Ruth Jacott “Vlieg met me mee” van Trijntje Oosterhuis “Inspiratie” van Mathilde Santing

Jongens kiezen uit:   

“Liefs uit Londen” van Bløf “Toen ik je zag” van Hero (Anthony Kamerling) “Beauty & the brains” van Nielson

A Opdracht zangauditie – Opleiding MUSICAL Voor de zangauditie bereid je 2 songs voor uit onderstaande verplichte lijst. Hiervan bereid je voor: 1 Nederlandstalig lied èn 1 Engelstalig lied. Je zingt dus 2 musicalsongs uit je hoofd. Bladmuziek, pianist en begeleiding zijn aanwezig. Meisje kiezen uit: Nederlandstalig  “Heel alleen” uit Les Misérables  “Inspiratie” uit Joe de Musical (Mathilde Santing) Engelstalig  “Hopelessly devoted to you” uit Grease (Olivia Newton-John)  “The winner takes it all” uit Mamma Mia Jongens kiezen uit: Nederlandstalig  “Bij mij moet je zijn” uit Tarzan  “Waarom, God” uit Miss Saigon Engelstalig  “Sandy” uit Grease (John Travolta)  “Oh what a beautiful morning” uit Oklahoma!

Intake & auditie opleiding Artiest Theater en de opleiding Artiest Musical

Pagina 1 van 7

B Opdracht auditiemonologen – opleiding Theater en Musical Voor de monoloogauditie vragen we je één van onderstaande monologen uit te kiezen en voor te bereiden. Daarmee bedoelen we dat je de monoloog uit je hoofd leert en gaat spelen. -

Ben je een jongen? Kies dan uit de monologen voor mannen ( 5 en 6) of uit de monologen voor man of vrouw! (1 en 2) Ben je een meisje? Kies dan uit de monologen voor vrouwen (3 en 4) of uit de monologen voor man of vrouw! (1 en 2)

Om je op weg te helpen: bedenk wie je bent, waar je bent en wat er met je aan de hand is. Waarom vertel je dit verhaal aan het publiek? We verwachten tijdens de monoloogauditie dat je de monoloog voor ons kan presenteren. Dat houdt in dat je de gehele tekst verstaanbaar laat horen en overbrengt bij het publiek. Wij kijken naar jouw presentatie en gaan vervolgens nog even kort met je werken om te kijken hoe je met onze feedback aan de slag gaat. Dus kies eerst een monoloog uit en ga aan de slag.

Monologen: 1 Voor man of vrouw: Schrijver: Tjitske Jansen Uit: Vind je mij opwindend? Titel: Sneeuwwitje En wie heeft er aan Sneeuwwitje gevraagd of ze gelukkig was? Wie heeft dat bedacht? Gelukkig? Omdat ze met een prins mocht trouwen? Denk je dat je daar gelukkig van wordt? Natuurlijk zei ze ja. Wat had ze anders moeten zeggen. Had ze bij die dwergen moeten blijven? Het zou me niets verbazen als dat “ja” niet anders was dan een kuchje. Als er een stukje appel loskomt, moet je meestal wel even kuchen. En op dat kuchje reageerden de prins en de dwergen met luid gejuich: ‘Ze zegt jaaaaaa!’ Die prins was gewoon een man, hoor. En Sneeuwwitje was toevallig wel het mooiste meisje van de wereld. Dat willen alle mannen wel, dat het mooiste meisje van de wereld naast ze loopt. Dat mocht ze doen: naast hem lopen. Mooie behaatjes aantrekken. De hele dag in dure jurken over de marmeren vloeren lopen. Leuk. Niet te veel zeggen. Sssht…. De prins wilde het beeld bewaren van die Sneeuwwitje in die glazen kist. “O, wat is ze mooi.. Als jij je mond houdt, kan ik geloven, dat jij bent, zoals ik wil dat jij bent. Wat ben je mooi!” En wat had die prins te bieden? Behalve behaatjes en jurken en marmeren vloeren en kaviaar en oesters en chinese vazen en.. Hij ging nooit naast haar zitten alleen maar om naast haar te zitten. En als ze soms heel voorzichtig iets probeerde te zeggen, reageerde hij verbaasd: ‘Maar Sneeuwwitje toch. Je hoeft toch niks te zeggen? Je hebt alles. En je hebt mij.’ Ja. Ze had alles. En ze had hem. En wat dan nog?


Pagina 2 van 7

2 Voor man of vrouw: Schrijver: Gijsje Kooter Uit: Moeders & Dochters Titel: Als ik er niet ben, dan kom ik eraan Toen ik op de kleuterschool zat, ging mijn moeder werken En dan zei ze tegen mij: het kan zijn Dat als jij naar huis komt tussen de middag Dat ik er dan nog net niet ben Maar dan kom ik eraan En dan kwam ik thuis En dan was mamma er niet En dan moest ik heel erg huilen En dan zij ze: (Als ze dan twee minuten later binnen was waarschijnlijk, wat voor mij een uur duurde) Maar ik had toch gezegd Als ik er niet ben Als ik er niet ben, kom ik eraan En dan moest ik nog harder huilen, omdat ik dat vergeten was Dat ze dat tegen me gezegd had En dat herhaalde zich Iedere dag En toen is mijn moeder weer gestopt met werken En ik kan me nog wel herinneren dat ik moest huilen Maar ik kan me niet herinneren of dat Ik denk dat het wel echt was Maar dat weet ik niet zeker Of ik niet ergens het besef had Dat ik dat gewoon gebruikt heb Dat ik het gewoon niet alleen aankon Ook van later herinner ik me Dat ik het gewoon ontzettend saai vond Als mamma er niet was als ik uit school kwam Even dat moment van thuiskomen En even ontvangen worden Dat was voor mij heel erg belangrijk Terwijl daarna ga je toch helemaal je eigen gang


Pagina 3 van 7

3 Voor een vrouw: Schrijver: Ineke Schwartz Uit: Monologen over de liefde Titel: Uit het oog, niet uit het hart Je bent heel straight. Daarom zal ook ik er geen doekjes om winden. Eerlijk gezegd vind ik je reactie nogal teleurstellend. Sorry, schrijf je – sorry dat je zo laat hebt geantwoord. Je hebt lieve herinneringen aan de hei, aan onze wandelingen door de stad en aan liefdevolle mailtjes. Maar je weet niet goed wat te zeggen na zo’n tijd en in zo’n ander leven. Ik kan dat eigenlijk niet goed begrijpen. Ik koester onze vriendschap juist. Met innigheid denk ik aan je slimheid, je sprankelen, de ideeën die we samen genereerden, het plezier, je innemende lach, onze intimiteit en de vele, met praten doorgebrachte nachten. Bij jou was ik niet op mijn hoede. Voor mij ben jij een vertrouwde, een geliefde voor altijd. Als ik eenmaal geraakt ben, mijn hart heb geopend, dan gaat dat nooit meer voorbij. Dat verandert door tijd nog omstandigheden. Droevig ben je dat juist ik nu ernstig ziek moest worden. Je wilt graag op de hoogte gehouden worden. Dat voelt niet goed. Het is de makkelijkste weg: jij blijft passief, ik informeer. Alsof je zegt: ik wil geen moeite doen. Ik ben teleurgesteld, gekwetst. Ik mis je.


Pagina 4 van 7

4 Voor een vrouw: Schrijver: Pim Leeuwenkamp Uit: Monologen van Hoop Titel: Heksenwaag (regieaanwijzingen zijn verwijderd) Ik heb een hekel aan heksen en heksen hebben een hekel aan mij. Ze doen wel alsof ze me aardig vinden, maar ik prik dwars door hun gegoochel heen. ‘Je vader heeft mij zoveel over jou verteld. Fijn hè, dat we elkaar eindelijk eens in het echt ontmoeten. Jij en ik gaan vast hele dikke vriendinnen worden.’ Papa, die stomkop, heeft niet door dat het gegoochel is. Van hem moet ik ze allemaal een eerlijke kans geven. Eerlijke kans.. mijn reet. Weet je wat voor een eerlijke kans heksen in de middeleeuwen kregen? Ze bonden een flinke steen aan je been en gooiden je zo de rivier in. Bleef je drijven, dan was je een heks. Zonk je, dan was je dat niet. Zo moet je heksen aanpakken. Vanavond gaan we weer ’s bij eentje eten. Dit zou haar weleens kunnen zijn, volgens papa. De grootste heks van allemaal, ja. Mama zegt ook dat papa nog nooit zo diep gezonken is. Ik wil niet dat papa zinkt. Die heks moet zinken. Ik heb gezien hoe ze papa behekst heeft, stond er met mijn neus bovenop. Een drankje Een lachje Een kaasje Een muziekje Een kusje En poef. Weg was ie. Weg. Alsof ie er nooit was geweest. Maar ik ga hem redden. En ik weet ook hoe. Als ze blijft drijven, dan is ze een heks. Zinkt ze, dan is ze dat niet.


Pagina 5 van 7

5 Voor een man: Schrijver: Sofie Tseng Uit: Monologen van Hoop Titel: Stampen op een babykonijn. Ik ben negen en mijn konijn heeft een nestje En één daarvan die heeft een wondje Ik weet niet hoe hij daaraan komt Dat wondje gaat infecteren En dat infecteren wordt heel naar Snotterend, alsof het verkouden is Maar soms is de dierenarts zonde, zegt mijn moeder En iets over de ‘natuurlijke weg’ Ik kan een kommetje maken van mijn handen En dan past dat babykonijn er precies in Een klein, snotterend babykonijn in jonge jongenshanden Ik haal hem voorzichtig uit zijn kool En leg hem zo, vanuit dat kommetje, zachtjes in het gras Ik stamp Dood Makkelijk, eigenlijk Maar mijn voet gaat niet meer omhoog Ik weet wat ik heb gedaan Dat daar onder mijn zool een babyoor zit, en een babystaart Maar ik durf hem niet meer omhoog te doen En die voet op dat konijn, die wordt heel heet Konijnen die hebben niet eens een geluid Die zeggen helemaal niks Ik trap op het babykonijn en het konijn zegt niks Dat maakt het alleen maar erger Ik sta daar twee uur Dan maakt mijn moeder mijn veters los En draagt ze me terug naar binnen Mijn schoen nog op het babykonijn Ik kan alles Ik kan alles


Pagina 6 van 7

6 Voor een man: Schrijver: Kamiel van der Laan Uit: Monologen van Hoop Titel: Freunden? (regieaanwijzingen staan schuin gedrukt) Steef (19) en zijn mobiele telefoon. Het gaat goed vandaag! Dank aan Walbert Eiffel. Walbert is Duits. Hij vroeg me: Freunden? Ik heb ‘ja’ gezegd. Was ik jarige vorige week. En ik hoefde er niet eens cola of chips voor in huis te halen. Het was een feest op Facebook. 1095 felicitaties van 1095 echte vrienden. Mijn moeder was de eerste, precies om middernacht. Het gaat goed! Vandaag heb ik mijn elfhonderste Facebookvriend toegevoegd. Walbert. Zijn verzoek. En ik heb het gecheckt: Met een nieuwe app. Van al mijn vrienden… Steefs telefoon tingelt. Een tweet verschijnt. …heb ik de meeste vrienden. Hij leest. Lacht. Mamma. Sinds ze WhatsAppt hebben we veel beter contact. ‘Lvrd zal ik je A10 zo opwarmen?’ (A10 spreek uit: eten) Steef denkt na, haalt zijn schouders op. Nieuwe Facebookupdate. Nieuwe update van Willem. Fijn voor hem dat er in ziekenhuizen zo snel internet is. Z’n moeder. ’t is uitgezaaid. Ik ben er voor hem Hij kan mij altijd Appen. Ooit droomde ik van vijf vrienden. Of drie, of twee.


Pagina 7 van 7

INTAKE hoe bereid je je auditie voor spel en zang voor?

Recommend Documents