Instructieboek ‘Koken’ Voor de Mpower-coach
juni 2014
Mpower-coach Instructieboek
Versie 1.2014
blz. 2
Inhoud: Inhoudsopgave
blz. 3
Mpower-coach
blz. 5
Thema ‘koken’:
blz. 7
Module 0: Beginnen met koken
blz. 9
Module 1: Wat ga je maken
blz. 11
Module 2: Een goede werkplek maken
blz. 15
Module 3: Je tijd indelen
blz. 19
Module 4: Materialen veilig gebruiken
blz. 23
Module 5: Koken van aardappels
blz. 29
Module 6: Koken van pasta
blz. 33
Module 7: Koken van groentes
blz. 37
Module 8: Bakken van vlees
blz. 41
Module 9: De keuken opruimen
blz. 45
Mpower-coach Instructieboek
Versie 1.2014
blz. 3
Mpower-coach Instructieboek
Versie 1.2014
blz. 4
Mpower-coach
Wanneer een cliënt wil leren koken is het prettig als hij daar ondersteuning bij krijgt. En wel van iemand die dicht in de buurt woont en een klik met de cliënt heeft. Dit kan een buurvrouw, een oom, broer, zus, vader, moeder of een vrijwilliger zijn. Een Mpower-coach hoeft dus geen begeleider te zijn. Jij als coach Het is fijn dat jij als coach de tijd hebt om met de cliënt één of meerdere keren in de week te oefenen. Je bent de helpende hand bij het koken. Je ondersteunt de cliënt in zijn zelfstandigheid. De ene cliënt heeft meer hulp nodig dan de andere. Als het mogelijk is, laat je hem zoveel mogelijk zelf doen. Fouten maken is niet erg. Van fouten leert men. Benoem wat goed gaat en geef complimenten. Leren is leuk. Maak er een leuk gezamenlijk uurtje van. Let op dat het voor de cliënt niet te lang is. Let op dat het voor de cliënt niet te lang is. Als je ziet dat de cliënt moe wordt, maak je de activiteit af en ga je een ander keer verder. Mensen die moe zijn leren niet meer. Soms oefen je maar een kwartiertje. Ga niet het werk overnemen, zodat de cliënt kijkt hoe jij kookt. Je kunt natuurlijk wel een deel van een kook taak doen, bijvoorbeeld het snijwerk. Je hoeft niet steeds op de vingers van de cliënt te kijken als hij kookt. Dit voelt ook niet fijn voor hem, maar houdt het wel in de gaten. Je kunt met vragen altijd terecht bij de begeleider van de cliënt. Op de website van Mpower ( www.mpower.nu ) staat een filmpje over hoe het Mpower computerprogramma werkt.
In verband met de leesbaarheid van deze handleiding hebben we gekozen voor de hij-vorm.
Mpower-coach Instructieboek
Versie 1.2014
blz. 5
Mpower-coach Instructieboek
Versie 1.2014
blz. 6
Thema ‘Koken’
Het thema ‘koken’ bestaat uit 3 verschillende vormen van leren. 1 E-learning: Dit is leren op de computer. Met dit programma leert de cliënt de basiskennis van koken. De cliënt logt in op de computer en opent de module waarmee hij aan de slag wil. Het is fijn om een module samen te doen. Dan weet je waar de cliënt mee bezig is en kun je de vragen beter beantwoorden. Als de cliënt hulp nodig heeft, blijf je de e-learning samen doen. Op de website www.mpower.nu vind je ook een hulpfunctie mocht iets niet helemaal duidelijk zijn in de e-learning. Start met Module 0. Daarna kunnen jullie samen een keuze maken welke module jullie gaan maken. Hierin is geen vaste volgorde. 2 Werkboek: In het werkboek vind je de werkbladen. Daar staan de vragen over het onderwerp uit de e-learning. Het werkboek is van de cliënt. Hij gaat het geleerde in zijn eigen situatie toepassen d.m.v. de werkbladen. Ook hier kan de cliënt ondersteuning vragen. Start met module 0. Bij werkblad A. ‘Wat doe ik al zelf?’ op bladzijde 8 en 9 van het werkboek vult de cliënt een schema in. Dit helpt bij het maken van een keuze voor de eerstvolgende module waarmee de cliënt aan de slag gaat. De verschillende modulen hoeven niet in vaste volgorde te worden gemaakt. Als een cliënt al aardappels kan koken, sla je de module over aardappels over. 3 Oefenen: Na de e-learning en het werkboek komt het oefenen. De oefeningen staan in deze coachinstructie. Door het geleerde ook echt te doen kan de cliënt de theorie in de praktijk brengen. Spreek samen met de cliënt precies af wat er geoefend gaat worden.
Mpower-coach Instructieboek
Versie 1.2014
blz. 7
Wat gaan jullie oefenen? Oefen de cliënt alleen? Oefenen jullie samen? Wanneer gaan jullie oefenen? Oefen niet te lang. Het moet leuk blijven. Oefen in de eigen omgeving van de cliënt. Kies voor een plek waar de cliënt straks ook zelf gaat koken. De ene cliënt zal wat vaker moeten oefenen dan de andere. Dat is niet erg. Als het niet wil lukken maak je de oefening wat eenvoudiger. Als je ziet dat de cliënt de vaardigheid beheerst, dan ga je door naar de volgende stap of module. Belangrijk: Als de cliënt bv zelfstandig aardappels heeft leren koken, rooster dit dan samen in, zodat hij regelmatig aardappels blijft koken. Het is zonde als jullie over een ½ jaar weer opnieuw moeten beginnen met oefenen. In de coachinstructie staan ook vragen die je kunt stellen tijdens het oefenen. Door vragen te stellen weet je of de cliënt begrijpt waarom hij op deze manier kookt. Als je begrijpt wat je doet kun je het beter onthouden. Benoem wat goed gaat en maak complimenten. Veel complimenten maken het koken leuk.
Veel succes!
Mpower-coach Instructieboek
Versie 1.2014
blz. 8
0. Beginnen met koken
Module 0 ‘Beginnen met koken’ bestaat uit 3 verschillende vormen van leren. Begin met de e-learning ( www.mpower.nu ) bij 0. ‘Beginnen met koken’. Maak vervolgens de werkbladen en daarna zelf oefenen. Doel: De cliënt maakt kennis met het thema ‘koken’. De cliënt weet: - waarom het goed is om zelf eten te maken. - wat hij al kan en nog kan leren. (werkboek blz. 8 en 9) - met welke module hij gaat beginnen. (werkboek blz. 8 en 9)
E-learning: 1. Waarom zelf koken? 2. Koken: wat doe je vooraf? 3. Koken: hoe doe je dat? 4. Koken: wat doe je daarna?
Werkboek: Maak de volgende werkbladen: blz. 8 en 9 ‘Wat kan ik al zelf?’ blz. 10 ‘Hoe ga ik beginnen?’
Mpower-coach Instructieboek
Versie 1.2014
blz. 9
Mpower-coach Instructieboek
Versie 1.2014
blz. 10
1. Wat ga je koken
Module 1 ‘Wat ga je koken’ bestaat uit 3 vormen van leren: Begin met de e-learning ( www.mpower.nu ) bij 1. ‘Wat ga je koken’ Maak vervolgens de werkbladen en daarna zelf oefenen. Doel: De cliënt weet: - welk recept voor hem begrijpelijk is. - wat de symbolen in een recept betekenen. - dat voor 1, 2 of meer personen aangepaste hoeveelheden nodig zijn. - wat een juiste portie voor één persoon is. - dat te veel en te vet eten niet gezond is. - dat variatie in eten gezond voor je is. De cliënt kan: - het voor hem best werkbare recept kiezen. - het juiste recept vinden voor het juiste aantal personen.
E-learning: Maak op de computer de volgende stappen van de e-learning. 1.1 Recept kiezen 1.2 Recept lezen
Werkboek: Maak het werkblad 1A ‘Een recept lezen’ op bladzijde 12 en 13. Voordat je begint aan de oefeningen vul je bladzijde 16 ‘oefenen’ van het werkboek in.
Oefenen: Pak verschillende soorten recepten (staan achter in het werkboek van de cliënt.) Laat de cliënt kiezen met welk recept hij het beste kan werken. Laat de cliënt uit leggen hoe je het recept maakt. Laat de cliënt benoemen wat de ingrediënten zijn. Als het recept goed wordt begrepen kunnen jullie het gebruiken voor het koken. Zo niet, ga dan op zoek naar andere recept-vormen. Jullie kunnen ook zelf een recept aanpassen met zelfgemaakte foto’s.
Mpower-coach Instructieboek
Versie 1.2014
blz. 11
Schrijf op wat de cliënt lekker vindt en eventueel zelf in de toekomst wil leren maken. Stop de recepten in een eigen map. Vragen die je tijdens het oefenen kunt stellen: Kun je recepten met alleen tekst lezen? Kun je recepten met tekeningen lezen? Vind je recepten met foto’s duidelijk? Wat heb je nodig bij het recept? Welke ingrediënten? Welke kookspullen? Welke stapjes staan er in het kookrecept (werkwijze)? Wat doe je eerst en wat doe je daarna? Wat vind je lekker? (lijstje staat in het werkboek blz. 12) Wat wil je graag leren koken? Wat wil je graag leren bakken?
Mpower-coach Instructieboek
Versie 1.2014
blz. 12
E-learning:
Maak op de computer de volgende stappen in de e-learning. 1.3 Gezond eten maken 1.4 De juiste hoeveelheid koken
Werkboek:
Maak het werkblad 1B. ‘Hoeveel ga je koken’ op bladzijde 14 en 15. Voordat je begint aan de oefeningen vul je bladzijde 16 ‘oefenen’ van het werkboek in.
Oefenen:
Pak een recept en kijk samen voor hoeveel eters dit gerecht bedoeld is. Kijk samen of het recept is geschreven voor het aantal eters waarvoor de cliënt wil gaan koken. Zo niet, kijk dan samen hoe jullie ervoor kunnen zorgen dat het aantal wel klopt. Misschien kan de cliënt dit zelf of heeft hij daar hulp bij nodig. Pas de recepten aan. Maak samen een lijst met begrippen en symbolen uit de kookrecepten die niet duidelijk zijn voor de cliënt. (Dit kan op een lege bladzijde achter in het werkboek.) Jullie kunnen hier meteen uitleg bij zoeken. Of jullie kunnen wachten tot jullie meerdere modules van koken hebben gemaakt. Misschien komen jullie het antwoord dan vanzelf tegen. Vragen die je tijdens het oefenen kunt stellen: Weet jij voor hoeveel eters dit recept is? Kun je dit recept alleen voor jezelf maken? Heb je dan genoeg? Of heb je dan te veel? Wanneer dit recept voor te veel personen is moet je het omrekenen. Hoe doe je dat? Kun je dat zelf? Wat is één portie? Wat is voor jou een juiste portie? Hoe is het gegaan? Hoe ga je verder? Als de module klaar is vul je bladzijde 17 van het werkboek in. Waar ben je gebleven? Vul achter in het werkboek in bij welke module, werkblad of oefening de cliënt gebleven is (blz. 80.)
Mpower-coach Instructieboek
Versie 1.2014
blz. 13
Mpower-coach Instructieboek
Versie 1.2014
blz. 14