Instructieboek: Schoonmaken Voor de Mpower - coach
Juni 2014
Mpower - coach Instructieboek
Versie 0.1
Bladzijde 2
Inhoud: Inhoud
blz. 3
Mpower-coach
blz. 5
Thema schoonmaken
blz. 6, 7
Module 0: Beginnen met schoonmaken blz.
blz. 8
Module 1: Stoffen
blz. 9,10
Module 2: Schoonmaken met een sopje
blz. 11,12
Module 3: Stofzuigen
blz. 13, 14
Module 4: Dweilen
blz. 15, 16
Module 5: De huiskamer schoonmaken
blz. 17, 18
Module 6: De keuken schoonmaken
blz. 19, 20
Module 7: De badkamer schoonmaken
blz. 21, 22, 23
Module 8: De slaapkamer schoonmaken
blz. 25, 26
Mpower - coach Instructieboek
Versie 0.1
Bladzijde 3
Mpower - coach Instructieboek
Versie 0.1
Bladzijde 4
Mpower-coach
Wanneer een cliënt wil leren schoonmaken is het prettig dat hij daar ondersteuning bij krijgt. En wel van iemand die dicht in de buurt woont en een klik met de cliënt heeft. Dit kan een buurvrouw, een oom, broer, zus, vader, moeder of een vrijwilliger zijn. Een Mpower-coach hoeft dus geen begeleider te zijn. Jij als coach Het is fijn dat jij als coach de tijd hebt om met de cliënt één of meerdere keren in de week te oefenen. Je bent de helpende hand bij het schoonmaken. Je ondersteunt de cliënt in zijn zelfstandigheid. De ene cliënt heeft meer hulp nodig dan de andere. Als het mogelijk is, laat je zoveel mogelijk zelf doen. Fouten maken is niet erg. Van fouten leer je. Benoem wat goed gaat en geef complimenten. Leren is leuk. Maak er een leuk gezamenlijk uurtje van. Let op dat het voor de cliënt niet te lang is. Als je ziet dat de cliënt moe wordt, maak je de activiteit af en ga je een ander keer verder. Mensen die moe zijn leren niet meer. Soms oefen je maar een kwartiertje. Ga niet het werk overnemen, zodat de cliënt kijkt hoe jij alles schoonmaakt. Je kunt natuurlijk wel een ander deel van de kamer schoonmaken. Je hoeft niet steeds te kijken hoe de cliënt schoonmaakt. Dit voelt ook niet fijn, maar houdt het wel in de gaten. Je kunt met vragen altijd terecht bij de begeleider van de cliënt. Op de website van Mpower ( www.mpower.nu ) staat een filmpje over hoe het Mpower computerprogramma werkt.
Mpower - coach Instructieboek
Versie 0.1
Bladzijde 5
Thema ‘Schoonmaken’
Het thema ‘Schoonmaken’ bestaat uit 3 verschillende vormen van leren. 1 E-learning: Dit is leren op de computer. De cliënt logt in op de computer en opent de module waarmee hij wil beginnen. Het is fijn om een module samen te doen. Dan weet je waar de cliënt mee bezig is en kun je de vragen beter beantwoorden. Als de cliënt hulp nodig heeft, blijf je de e-learning samen doen. Start met Module 0. Na module 0 kunnen jullie samen een keuze maken welke module jullie gaan behandelen. Hierin is geen vaste volgorde. 2 Werkboek: In het werkboek vind je de werkbladen. Daar staan ook vragen over dat onderwerp uit de e-learning. Het werkboek is van de cliënt. Hij gaat het geleerde in zijn eigen situatie toepassen d.m.v. de werkbladen. Ook hier kan hij ondersteuning vragen. Start met module 0. Bij werkblad A. ‘Wat doe je zelf al?’ op bladzijde 8 en 9 van het werkboek vult de cliënt een schema in. Dit helpt bij het maken van een keuze voor de eerstvolgende module waarmee de cliënt aan de slag gaat. De verschillende modulen hoeven niet in vaste volgorde te worden gemaakt. Als een cliënt al kan stoffen, sla je de module stoffen over. Het is verstandig om eerst met de technieken te beginnen en daarna met de verschillende ruimtes.
Mpower - coach Instructieboek
Versie 0.1
Bladzijde 6
3 Oefenen: Na de e-learning en het werkboek komt het oefenen. De oefeningen staan in deze coachinstructie. Door het geleerde ook echt te doen kan de cliënt de theorie in de praktijk brengen. Spreek samen met de cliënt precies af wat er geoefend gaat worden. Wat ga je oefenen? Oefen je alleen? Oefenen jullie samen? Wanneer ga je oefenen? Oefen niet te lang. Het moet leuk blijven. Oefen in de eigen omgeving van de cliënt. Kies voor een plek waar de cliënt straks ook zelf gaat schoonmaken. De ene cliënt zal wat vaker moeten oefenen dan de andere. Dat is niet erg. Als het niet wil lukken maak je de oefening wat eenvoudiger. In de coachinstructie staan ook vragen die je kunt stellen tijdens het oefenen. Door vragen te stellen weet je of de cliënt begrijpt waarom hij op deze manier schoonmaakt. Als je begrijpt wat je doet kun je het beter onthouden. Benoem wat goed gaat en maak complimenten. Veel complimenten maken het schoonmaken leuk. Belangrijk: Als de cliënt bv zelfstandig kan stoffen. Rooster dit dan samen in, zodat hij regelmatig blijft stoffen. Het is zonde als jullie over een ½ jaar weer opnieuw moeten beginnen met oefenen. In het werkboek zit een los rooster. Hier kun je de activiteiten invullen. Veel succes!
Mpower - coach Instructieboek
Versie 0.1
Bladzijde 7
0. Beginnen met schoonmaken Beginnen met schoonmaken bestaat uit 3 verschillende vormen van leren. Start met de e-learning. ( www.mpower.nu ) Dan de werkbladen en daarna zelf oefenen. Doel: De cliënt maakt kennis met het thema “ Schoonmaken” - weet waarom het goed is om zelf schoon te maken. - weet wat hij al kan en nog kan leren (werkboek blz 8 en 9). - weet met welke taak hij gaat beginnen (werkboek blz 8 en 9).
E-learning: 1. 2. 3. 4.
Waarom moet je schoonmaken? Waarom moet je opruimen? Hoe maak je schoon? Welke ruimtes maak je schoon?
Werkboek: blz 8 en 9 “Wat kan je al zelf?” blz 10 “Hoe ga je beginnen?”
Mpower - coach Instructieboek
Versie 0.1
Bladzijde 8
1. Stoffen
Stoffen bestaat uit 3 verschillende vormen van leren. Start met de e-learning. ( www.mpower.nu ) Dan de werkbladen en daarna zelf oefenen. Doel: De cliënt weet waarom hij moet stoffen. - weet welk doekje of plumeau hij kan gebruiken om af te stoffen. - weet de volgorde van stoffen. - weet wanneer hij de stofdoek in de was moet doen. - weet waar hij zijn stofdoek of plumeau kan opruimen.
E-learning: 1. 2. 3. 4.
Gebruik je een stofdoek of plumeau? Welke spullen stof je af? Waar begin je met stoffen? Hoe ruim je alles op?
Werkboek: Stoffen blz. 12, 13
Oefeningen: Kijk samen met de cliënt welke spullen hij kan gebruiken om te stoffen. Als het nodig is, koopt de cliënt een stofdoek en of plumeau. Spreek af wat er afgestoft gaat worden. Zet de spulletjes opzij, zodat je goed kunt stoffen! Spreek de volgorde van stoffen af. Oefen met stoffen. Spreek een geschikte plaats af waar de stofdoek uitgeklopt kan worden. Spreek een plaats af waar de stofdoek en plumeau opgeruimd kan worden.
Mpower - coach Instructieboek
Versie 0.1
Bladzijde 9
Vragen die je tijdens het oefenen kunt stellen: Welke stofdoek of plumeau ga je gebruiken? Hoe weet je of er gestoft moet worden? Waarom moet je stoffen? Hoe vaak moet je stoffen? Waar begin je met stoffen? En wat stof je daarna? Waar klop jij je stofdoek uit? Wanneer doe jij je stofdoek in de was? Waar ruim jij je stofdoek op? Welke dag ga jij stoffen? Vul bladzijde 14 “Oefenen” van het werkboek in. Hoe is het gegaan? Hoe ga je verder? Vul nu bladzijde 15 van het werkboek in. Waar ben je gebleven? Vul op de laatste bladzijde van het werkboek in bij welke module, werkblad of oefening de cliënt gebleven is.
Mpower - coach Instructieboek
Versie 0.1
Bladzijde 10
. 2. Schoonmaken met een sopje
Schoonmaken met een sopje bestaat uit 3 verschillende vormen van leren. Start met de e-learning. ( www.mpower.nu ) Dan de werkbladen en daarna zelf oefenen. Doel: De cliënt kan alle spullen pakken die hij nodig heeft om schoon te maken met een sopje. - weet hoeveel water en schoonmaakmiddel hij nodig heeft. - weet hoe heet het water moet zijn. - weet welke ruimtes met een vochtige doek worden schoongemaakt en Waarom? - weet welke oppervlakten nat kunnen worden schoongemaakt. - weet waar hij de schoonmaakspullen kan opruimen. 1. 2. 3. 4.
E-learning: Wanneer gebruik je een sopje? Welke schoonmaakspullen heb je nodig? Hoe maak je een sopje? Hoe ruim je alles weer op?
Werkboek: Schoonmaken met een sopje blz. 18 en 19. Oefeningen: Kijk samen welke spullen je kunt gebruiken om een sopje te maken. Als het nodig is koopt de cliënt een emmer, een doekje, een spons en schoonmaakmiddelen. Oefen met het maken van een sopje. Bekijk samen de schoonmaakmiddelen en spreek af welk schoonmaakmiddel de cliënt gebruikt voor de badkamer/keuken. Bekijk samen wat de cliënt met een vochtig doekje kan schoonmaken. Oefen het uitwringen van een doekje. Oefen het schoonmaken met een vochtig doekje. Kies samen een plek waar de schoonmaakspullen worden opgeruimd.
Mpower - coach Instructieboek
Versie 0.1
Bladzijde 11
Vragen die je tijdens het oefenen kunt stellen: Welke schoonmaakmiddelen ga je gebruiken? Welk doekje ga je gebruiken? Hoe vaak moet je schoonmaken met een vochtig doekje? Welke dag ga jij schoonmaken met een sopje? Waar maak jij je sopje? Hoe vol doe jij je emmer? Waarom? Hoe warm moet het water zijn? Waar zet jij je emmer neer? Welk schoonmaakmiddel gebruik jij voor de keuken / badkamer? Hoe nat moet je doekje zijn? Waar gooi jij je sopje weg? Waar ruim jij je emmer op? Waar laat jij je doekje drogen? Wanneer doe jij je vochtig doekje in de was? Welke dag ga jij schoonmaken met een sopje? Vul bladzijde 20 “Oefenen” van het werkboek in. Hoe is het gegaan? Hoe ga je verder? Vul nu bladzijde 21 van het werkboek in. Waar ben je gebleven? Vul op de laatste bladzijde van het werkboek in bij welke module, werkblad of oefening de cliënt gebleven is
Mpower - coach Instructieboek
Versie 0.1
Bladzijde 12