Inspectieblad uitvoeren initiële inspectie
Inspectieblad uitvoeren initiële inspectie Initiële inspectie Een brandbeveiligingssysteem bestaat uit: – een brandbeveiligingsinstallatie; – gestuurde brandbeveiligingsvoorzieningen (stuurfuncties); – bouwkundige/mechanische voorzieningen, voor zover er een direct verband is met de afgeleide doelstelling(en); – organisatorische maatregelen, voor zover er een direct verband is met de afgeleide doelstelling(en). Deze onderdelen worden bij de initiële inspectie beoordeeld. Inspecties vinden met een bepaalde steekproefgrootte plaats. Voorafgaande aan de initiële inspectie kan er aandacht worden gevraagd voor aspecten die dynamisch zijn, zoals veranderend gebruik of opslag, verbouwingen, aanpassingen in de indeling, organisatie, brandmeldingen, ongewenste meldingen, storingen en beschadigingen. Door derden te verzorgen documenten Zie voor de benodigde documenten voor het uitvoeren van een inspectie van het brandbeveiligingssysteem art. 7.3 van het CCV inspectieschema brandbeveiliging – Inspectie brandbeveiligingssysteem (VBB-BMI-OAI-RBI) op basis van afgeleide doelstellingen, laatste versie1: – het basisontwerp; – het detailontwerp; – de vanuit de aangewezen norm/standaard verplichte documenten; – (indien relevant) het geldig installatiecertificaat incl. opleverdocumenten; – (indien relevant) het geldig onderhoudscertificaat incl. beheerdocumenten. Voorbereiding van de inspectie door de opdrachtgever Om de inspectie te kunnen uitvoeren is het belangrijk dat de volgende zaken vooraf worden zeker gesteld. Algemeen – het logboek is compleet en de documenten geven de actuele status weer; – de opleverrapportage(s) zijn compleet; – het brandbeveiligingssysteem is gereed voor inspectie; – alle ruimten zijn toegankelijk; – alle opslag is beoordeelbaar, zoals door het openen van dozen; – alle bouwkundige scheidingen zijn beoordeelbaar, visueel en/of door middel van certificaten; – begeleiding is aanwezig die de centrale(s) kan bedienen en stuurfuncties kan overbruggen; – begeleiding is aanwezig met communicatiemiddelen (portofoons, telefoons) om signaleringen op centrales en panelen te kunnen doorgeven aan de inspecteur; – goedgekeurd klimmateriaal (trap, ladder, steiger, hoogwerker, etc.) is aanwezig; – de gebruikers zijn ingelicht over overlastgevende activiteiten (zoals sturingen), en wanneer en hoe lang zij plaatsvinden. Specifiek sprinklersysteem – het is mogelijk droge-, deluge- en/of gecommandeerde systemen functioneel te beproeven. Na de beproeving is assistentie voor het aftappen van het systeem vereist; – achtergrondgegevens zijn beschikbaar, zoals: – datasheets met binnen de goedkeur toegestane projectie en toepassingsgebieden; – certificaten en technische gegevens van de toegepaste componenten; – attesten en technische gegevens van kabel met functiebehoud; 1
Zie http://www.r2b.nl/informatie/downloads/
Inspectieblad uitvoeren initiële inspectie
– –
gevarenzone-indeling bij explosiegevaar/berekeningen bij gebruik intrinsiekveilig materiaal; – gegevens over de opgeslagen goederen; het testen van ITC’s, en het afvoeren van het daarbij vrij komende water, is mogelijk.
Specifiek schuimbijmenging aan sprinklersystemen – het testen en meten van de schuimbijmenging is mogelijk; – het testen van ITC’s, en het afvoeren van het daarbij vrij komende water, is mogelijk; – achtergrondgegevens zijn beschikbaar, zoals: – datasheets met binnen de goedkeur toegestane projectie en toepassingsgebieden; – technische gegevens van de toegepaste componenten en schuimconcentraat; – analyserapporten van het schuimconcentraat; – MSDS’en en ADR-classificatie van de opgeslagen goederen. Specifiek blusgassysteem – proefblussing (indien vereist): – het houden van een proefblussing is mogelijk; – het meten van de blusgasconcentratie is mogelijk – meetapparatuur is aanwezig; – hervullen van de cilinders is geregeld; – veiligheid ten aanzien van aanwezige personen is geborgd; – achtergrondgegevens zijn beschikbaar, zoals: – technische gegevens van de toegepaste componenten; – het rapport van de doorfantest; – afpers- en doorblaasrapporten. Specifiek blusschuimsysteem – het testen en meten van de schuimbijmenging is mogelijk; – er wordt rekening gehouden met het treffen van voorzieningen om tijdens een life-test de werking van het systeem volledig te kunnen waarnemen; – het testen van ITC’s, en het afvoeren van het daarbij vrij komende water, is mogelijk; – achtergrondgegevens zijn beschikbaar, zoals: – datasheets met binnen de goedkeur toegestane projectie en toepassingsgebieden; – technische gegevens van de toegepaste componenten en schuimconcentraat; – analyserapporten van het schuimconcentraat; – MSDS’en en ADR-classificatie van de opgeslagen goederen; – een schriftelijke verklaring van opgeslagen goederen. Specifiek sproeisysteem – het is mogelijk deluge-systemen functioneel te beproeven. Na de beproeving is assistentie voor het aftappen van het systeem vereist; – achtergrondgegevens zijn beschikbaar, zoals: – datasheets met binnen de goedkeur toegestane projectie en toepassingsgebieden; – certificaten en technische gegevens van de toegepaste componenten; – attesten en technische gegevens van kabel met functiebehoud; – gevarenzone-indeling bij explosiegevaar/berekeningen bij gebruik intrinsiekveilig materiaal; – gegevens over de opgeslagen goederen. Specifiek watermistsysteem – het is mogelijk droge-, deluge- en/of gecommandeerde systemen functioneel te beproeven. Na de beproeving is assistentie voor het aftappen van het systeem vereist; – achtergrondgegevens zijn beschikbaar, zoals: – datasheets met binnen de goedkeur toegestane projectie en toepassingsgebieden; – certificaten en technische gegevens van de toegepaste componenten; – attesten en technische gegevens van kabel met functiebehoud; – gevarenzone-indeling bij explosiegevaar/berekeningen bij gebruik intrinsiekveilig materi-
Inspectieblad uitvoeren initiële inspectie
–
aal; – gegevens over de opgeslagen goederen; het testen van ITC’s, en het afvoeren van het daarbij vrij komende water, is mogelijk.
Specifiek brandmeldsysteem en ontruimingsalarmsysteem – achtergrondgegevens zijn beschikbaar, zoals: – indien andere dan puntmelders worden toegepast: de projectierichtlijnen van de fabrikant; – certificaten en technische gegevens van de toegepaste componenten; – attesten en technische gegevens van kabel met functiebehoud; – gevarenzone-indeling bij explosiegevaar/berekeningen bij gebruik intrinsiekveilig materiaal; – alle specifieke testmiddelen (bijv. teststok, testgas, föhn, testlamp, testsleuteltje) zijn aanwezig; – alle materialen en middelen zijn aanwezig om proefbranden te kunnen uitvoeren (inclusief draagbare blusmiddelen). Standaard werkwijze bij inspectie Algemeen De inspectie vindt op de volgende manieren plaats: – administratief: zijn de vereiste documenten aanwezig, actueel en correct; – visueel; – functioneel; – metingen; – eventueel specifieke beproevingen (proefbranden, proefblussing, etc.). Voorafgaande aan de inspectie zal de inspecteur deze werkwijze toelichten en in overleg een planning maken. Als er redenen zijn om van de standaard werkwijze af te wijken (bijv. bij overlast gevende stuurfuncties) kan dit worden bekendgemaakt en wordt daar rekening mee gehouden. De inspectiepunten uit het inspectieschema worden aangehouden. Het is de inspecteur niet toegestaan om zonder toestemming van (de vertegenwoordiger van) de opdrachtgever de inspectie gedeeltelijk uit te voeren. Na afloop van de inspectie worden de resultaten van de inspectie medegedeeld en toegelicht. Onder voorbehoud van de interne controle, wordt eveneens de eindconclusie bekendgemaakt. Voorbeelden sprinklersysteem – visueel: – beoordelen opslag; – processen; – aanwezigheid, staat en projectie van componenten en transmissiewegen; – beoordelen van functiebehoud tracés (bij voorkeur tijdens een tusseninspectie indien in gebruiksfase moeilijk toegankelijk); – bouwkundige scheidingen; – inspecteren van een waterreservoir (tank of kelder) voordat deze met water wordt gevuld (bij voorkeur tijdens een tusseninspectie); – inspecteren van een aansluiting op open water met groffilter/bezink- en zuigput voordat deze in gebruik wordt genomen (bij voorkeur tijdens een tusseninspectie); – inspecteren van in te storten leidingen voordat deze in beton worden gestort (tusseninspectie vereist); – inspecteren van de vereiste brandscheidingen tussen beveiligd en onbeveiligd gebied (aangezien niet alle onderdelen na montage zichtbaar zijn, gebeurt dit bij voorkeur tijdens een tusseninspectie); – beoordelen van installatiewerk boven plafonds voordat ze worden gesloten (bij voor-
Inspectieblad uitvoeren initiële inspectie
keur tijdens een tusseninspectie); beoordelen van specifieke beveiligingsoplossingen in monumentale gebouwen of gebouwen met erfgoed (bij voorkeur tijdens een tusseninspectie indien in gebruiksfase moeilijk toegankelijk). functioneel: – goede werking van opnemers tot en met de panelen; – gestuurde brandbeveiligingsinstallaties en alarmcentrales; – sturingen; – alarmen; metingen: – watervoorziening; – doorlooptijden van signalen; – capaciteit van de energievoorziening. –
–
–
Voorbeelden blusgassysteem – visueel: – beoordelen opslag; – processen; – bouwkundige scheidingen; – functioneel: – goede werking van opnemers, sturingen, alarmen en voorzieningen; – metingen: – inhoud van de blusgascilinders; – ruimten; – proefblussing: indien noodzakelijk wordt de concentratie en de standtijd door middel van een proefblussing vastgesteld. Voorbeelden blusschuimsysteem – visueel: – beoordelen opslag; – processen; – bouwkundige scheidingen; – inspecteren van een waterreservoir (tank of kelder) voordat deze met water wordt gevuld (bij voorkeur tijdens een tusseninspectie); – inspecteren van een aansluiting op open water met groffilter/bezink- en zuigput voordat deze in gebruik wordt genomen (bij voorkeur tijdens een tusseninspectie); – inspecteren van in te storten leidingen voordat deze in beton worden gestort (tusseninspectie vereist); – inspecteren van de vereiste brandscheidingen tussen beveiligd en onbeveiligd gebied (aangezien niet alle onderdelen na montage zichtbaar zijn, gebeurt dit bij voorkeur tijdens een tusseninspectie); – beoordelen van installatiewerk boven plafonds voordat ze worden gesloten (bij voorkeur tijdens een tusseninspectie); – beoordelen van specifieke beveiligingsoplossingen in monumentale gebouwen of gebouwen met erfgoed (bij voorkeur tijdens een tusseninspectie indien in gebruiksfase moeilijk toegankelijk); – functioneel: – goede werking van opnemers; – sturingen; – alarmen; – metingen: – watervoorziening; – schuimbijmenging. Voorbeelden sproeisysteem – visueel: – beoordelen opslag;
Inspectieblad uitvoeren initiële inspectie
– – –
–
–
processen; aanwezigheid, staat en projectie van componenten en transmissiewegen; beoordelen van functiebehoud tracés (bij voorkeur tijdens een tusseninspectie indien in gebruiksfase moeilijk toegankelijk); – bouwkundige scheidingen; – inspecteren van een waterreservoir (tank of kelder) voordat deze met water wordt gevuld (bij voorkeur tijdens een tusseninspectie); – inspecteren van een aansluiting op open water met groffilter/bezink- en zuigput voordat deze in gebruik wordt genomen (bij voorkeur tijdens een tusseninspectie); – inspecteren van in te storten leidingen voordat deze in beton worden gestort (tusseninspectie vereist); – inspecteren van de vereiste brandscheidingen tussen beveiligd en onbeveiligd gebied (aangezien niet alle onderdelen na montage zichtbaar zijn, gebeurt dit bij voorkeur tijdens een tusseninspectie); – beoordelen van installatiewerk boven plafonds voordat ze worden gesloten (bij voorkeur tijdens een tusseninspectie); – beoordelen van specifieke beveiligingsoplossingen in monumentale gebouwen of gebouwen met erfgoed (bij voorkeur tijdens een tusseninspectie indien in gebruiksfase moeilijk toegankelijk). functioneel: – goede werking van opnemers tot en met de panelen; – gestuurde brandbeveiligingsinstallaties en alarmcentrales; – sturingen; – alarmen; metingen: – watervoorziening; – doorlooptijden van signalen; – capaciteit van de energievoorziening.
Voorbeelden watermistsysteem – visueel: – beoordelen opslag; – processen; – aanwezigheid, staat en projectie van componenten en transmissiewegen; – beoordelen van functiebehoud tracés (bij voorkeur tijdens een tusseninspectie indien in gebruiksfase moeilijk toegankelijk); – bouwkundige scheidingen; – inspecteren van een waterreservoir (tank of kelder) voordat deze met water wordt gevuld (bij voorkeur tijdens een tusseninspectie); – inspecteren van een aansluiting op open water met groffilter/bezink- en zuigput voordat deze in gebruik wordt genomen (bij voorkeur tijdens een tusseninspectie); – inspecteren van in te storten leidingen voordat deze in beton worden gestort (tusseninspectie vereist); – inspecteren van de vereiste brandscheidingen tussen beveiligd en onbeveiligd gebied (aangezien niet alle onderdelen na montage zichtbaar zijn, gebeurt dit bij voorkeur tijdens een tusseninspectie); – beoordelen van installatiewerk boven plafonds voordat ze worden gesloten (bij voorkeur tijdens een tusseninspectie); – beoordelen van specifieke beveiligingsoplossingen in monumentale gebouwen of gebouwen met erfgoed (bij voorkeur tijdens een tusseninspectie indien in gebruiksfase moeilijk toegankelijk). – functioneel: – goede werking van opnemers tot en met de panelen; – gestuurde brandbeveiligingsinstallaties en alarmcentrales; – sturingen; – alarmen; – metingen:
Inspectieblad uitvoeren initiële inspectie
– – –
watervoorziening; doorlooptijden van signalen; capaciteit van de energievoorziening.
Voorbeelden brandmeldsysteem – visueel: – aanwezigheid, staat en projectie van componenten en transmissiewegen; – inspecteren van de vereiste brandscheidingen tussen beveiligd en onbeveiligd gebied (aangezien niet alle onderdelen na montage zichtbaar zijn, gebeurt dit bij voorkeur tijdens een tusseninspectie); – beoordelen van de projectie van automatische melders in specifieke situaties (bij voorkeur tijdens een tusseninspectie indien in gebruiksfase moeilijk toegankelijk); – beoordelen van de noodzaak van automatische melders boven verlaagde plafonds (bij voorkeur tijdens een tusseninspectie indien in gebruiksfase moeilijk toegankelijk); – inventariseren en beoordelen van ruimten waar ongewenst alarmen kunnen ontstaan (bij voorkeur tijdens een tusseninspectie); – beoordelen van installatiewerk boven plafonds voordat ze worden gesloten (bij voorkeur tijdens een tusseninspectie); – beoordelen van functiebehoud tracés (bij voorkeur tijdens een tusseninspectie indien in gebruiksfase moeilijk toegankelijk); – beoordelen van specifieke beveiligingsoplossingen in monumentale gebouwen of gebouwen met erfgoed (bij voorkeur tijdens een tusseninspectie indien in gebruiksfase moeilijk toegankelijk); – functioneel: – de goede werking van melders tot en met de panelen; – gestuurde brandbeveiligingsinstallaties en alarmcentrales; – metingen: – doorlooptijden van signalen; – luchtsnelheden; – capaciteit van de energievoorziening; – proefbranden: indien noodzakelijk wordt de prestatie-eis brandgrootte door middel van proefbranden vastgesteld. Voorbeelden ontruimingsalarmsysteem – visueel: – aanwezigheid, staat en projectie van componenten en transmissiewegen; – inspecteren van de vereiste brandscheidingen tussen beveiligd en onbeveiligd gebied (aangezien niet alle onderdelen na montage zichtbaar zijn, gebeurt dit bij voorkeur tijdens een tusseninspectie); – beoordelen van installatiewerk boven plafonds voordat ze worden gesloten (bij voorkeur tijdens een tusseninspectie); – beoordelen van functiebehoud tracés (bij voorkeur tijdens een tusseninspectie indien in gebruiksfase moeilijk toegankelijk); – beoordelen van specifieke beveiligingsoplossingen in monumentale gebouwen of gebouwen met erfgoed (bij voorkeur tijdens een tusseninspectie indien in gebruiksfase moeilijk toegankelijk); – functioneel: – activering en aansturing ontruimingsalarminstallatie; – metingen: – geluidsniveaus van het omgevingsgeluid en het ontruimingssignaal.
Door R2B te verzorgen documenten De uitkomst van de inspectie wordt vastgelegd in een inspectierapport. Het inspectierapport heeft een conclusie. Als aan alle voorwaarden is voldaan, wordt bij een positieve conclusie het inspectiecertificaat afgegeven.
Inspectieblad uitvoeren initiële inspectie
Het Inspectieplan wordt zo nodig aangevuld met de beschikbare gegevens. De door R2B vervaardigde documenten worden (digitaal) verstrekt aan de opdrachtgever. Op verzoek van de opdrachtgever worden de inspectierapporten tevens verzonden aan overige betrokkenen. Tusseninspectie Tijdens de installatiewerkzaamheden kunnen wij een tusseninspectie uitvoeren om vroegtijdig vast te stellen of de verlangde uitvoeringskwaliteit wordt gerealiseerd. Zekerheid over de belangrijke uitvoeringspunten voorkomt onduidelijkheid en vertragingen tijdens de initiële inspectie. Daarnaast kan het zijn dat bepaalde locaties of installatieonderdelen in een latere fase niet meer of niet op een eenvoudige wijze geïnspecteerd kunnen worden. Bijvoorbeeld omdat de locatie niet bereikbaar is of dat er een destructief onderzoek noodzakelijk is om het betreffende onderdeel te kunnen inspecteren. De tusseninspectie wordt uitgevoerd op basis van de inspectietabellen voor een initiële inspectie. Van een tusseninspectie wordt een inspectieverslag opgesteld. Het verslag geeft aan wat geïnspecteerd is en wat de bevindingen zijn. Het verslag geeft geen conclusie. Nieuwe/ontbrekende gegevens worden toegevoegd aan het Inspectieplan en/of het inspectierapport. Herinspectie Indien een inspectie niet heeft geleid tot een positief oordeel, kan een herinspectie worden uitgevoerd. Een herinspectie vindt plaats conform de procedure van de initiële inspectie, waarbij de inspectieactiviteit zich primair richt op de eerder geconstateerde afwijkingen en eventuele tussentijdse veranderingen.