informatiebulletin
VELDSPRAAK Inrichtingsproject bijna klaar!
In dit nummer ●● ●● ●● ●●
●●
●● ●● ●● ●●
Jaargang 17 nummer 2 - 2013
Het was een paar jaar afzien, maar nu kunnen we onze zegeningen tellen. • Het grootste natte heidegebied van Noordwest-Europa heeft er een kleine tweehonderd hectare (beginnende) heide bij • De natuur krijgt weer de nattigheid waar ze zo lang naar verlangd heeft • Een fraai aangeklede geluidswal maakt het stiltegebied stiller • Een state of the art ecoduct verbindt het Dwingelderveld met de natuur aan de andere kant van de snelweg • Een verkeersweg door de hei maakte plaats voor een prachtig fietspad • In extreme natte tijden kan het gebied meer dan een miljoen kuub water opvangen, zodat boeren en burgers stroomafwaarts droge voeten houden Alleen een paar recreatiemaatregelen wachten nog op uitvoering. Lees meer op pagina’s 5-8.
Alles over inrichtingsproject Nieuwe organisatie Nationale Parken Siemen Dijkstra Anserveld als klimaatbuffer Nieuws over project Inrichting Dwingelderveld Broedseizoen 2013 Facelift Oriëntatie centrum Nieuws uit de natuur Agenda
Nieuwe organisatie Nationale Parken in Zuidwest-Drenthe In de vorige Veldspraak schreven we al dat het Rijk de financiering van de Nationale Parken niet meer voor zijn rekening neemt. In Drenthe heeft de provincie die verantwoordelijkheid op zich genomen: Provinciale Staten van Drenthe hebben in februari 2013 besloten een structureel jaarlijks budget beschikbaar te stellen voor de drie Nationale Parken in Drenthe. Ook de verantwoordelijkheid voor de organisatie legt het Rijk bij de partijen in de regio. Een goed moment om die organisatie eens tegen het licht te houden. Bij alle betrokken partijen in Zuidwest-Drenthe leefde al veel langer de wens om het aantal bestuurlijke overlegorganen en stuurgroepen terug te dringen. Het gegeven dat er vanuit het Rijk geen regels meer zijn voor het bestuur van Nationale Parken, was aanleiding om voor het Dwingelderveld en het Drents-Friese Wold een nieuwe vorm te zoeken. De uitkomst is dat er één bestuurlijk platform komt voor beide Parken plus het Holtingerveld. Laatstgenoemd gebied is weliswaar geen nationaal park, maar kan qua omvang, natuur, cultuurhistorische waarde en toeristisch potentieel de vergelijking moeiteloos doorstaan. In het nieuwe platform (werktitel Stuurgroep Regionaal Landschap) zijn de overheden, terreinbeheerders, waterschap, recreatie en landbouw vertegenwoordigd. In deze stuurgroep maken alle partijen samen afspraken om zowel de doelen van de beheer- en inrichtingsplannen te realiseren als de verbindingen in het tussenliggende gebied. Hoe het verder gaat met de ambtelijke structuur, de verschillende projecten en de vorm waarin bewoners en ondernemers bij het overleg worden betrokken, zal de komende tijd duidelijk worden. De Stuurgroep is wel al officieel door Gedeputeerde Staten van Drenthe ingesteld. Gedeputeerde Rein Munniksma is voorlopig voorzitter van de stuurgroep. Catrien Scholten is secretaris van de stuurgroep en daarmee secretaris van zowel Nationaal Park Dwingelderveld als Nationaal Park Drents-Friese Wold.
2
Even voorstellen ‘Mijn naam is Catrien Scholten. Ik werk sinds 1997 bij de provincie Drenthe. Ik heb eerst als projectleider Natuur- en milieueducatie gewerkt. Van 2006 tot en met 2010 was ik secretaris van het Nationaal Park Drents-Friese Wold. In 2011 en 2012 ben ik voor de provincie projectleider geweest voor het opstellen van de beheerplannen Natura 2000 in de
hele provincie. In deze periode is er vooral heel veel energie in de stikstofproblematiek gaan zitten. Sinds 1 mei 2013 ben ik aan de slag om de nieuwe structuur in Zuidwest-Drenthe vorm te geven. Ik denk dat de structuur er nu staat en ik hoop dat we in 2014 samen verder kunnen. In deze tijd van grote bezuinigingen is het belangrijker dan ooit dat we samenwerken. Maar ook dat we over de grenzen van eigen belangen heen durven kijken en nieuwe wegen zoeken. Mocht u vragen of suggesties hebben, dan kunt u me van maandag tot en met donderdag bereiken:
[email protected] of tel. 0592-365726.’
“De nationale parken in ZuidwestDrenthe kennen bijzondere natuur en leveren een essentiële bijdrage aan de plattelandseconomie. De betrokkenheid van de streek bij een nationaal park is van groot belang. Ik denk dat we op deze manier samen kunnen werken aan topnatuur.”
Siemen Dijkstra tekent veranderend Dwingelderveld
Het landschap van het Dwingelderveld is de grootste inspiratiebron van grafisch kunstenaar Siemen Dijkstra. Hij tekent er al zowat zijn hele leven. De afgelopen jaren extra intensief, naar aanleiding van de grote veranderingen die het gebied doormaakt. Het resultaat is een flinke stapel tekeningen en aquarellen, die zijn afgedrukt in het pas verschenen boek ‘Dwingelderveld in transit’. Veldspraak zocht hem op.
Holtveen: “Dat moest weer veen worden, en dat was ook goed, maar voor mij was de ingreep wel een hard gelag. Op een plek waar ik altijd alleen was verscheen nu opeens een graafmachine.” Dezelfde gemengde gevoelens heeft hij bij de recente veranderingen door het inrichtingsproject. Ze vormden de aanleiding om de landschappen van het Dwingelderveld nog uitvoeriger in beeld vast te leggen. “Anderhalf jaar lang ben ik iedere week, soms bijna iedere dag, het veld ingetrokken om te tekenen.” De tekeningen waren onlangs te zien op een expositie in Galerie Wildevuur in Hooghalen en zijn afgedrukt in een boek. Ze vormen geen aanklacht tegen de herinrichting van het gebied: “Ik begrijp het plan wel, op veel punten ben ik het er ook mee eens. Maar het gaat mij wel aan het hart als landschappen waar ik aan gehecht ben in korte tijd zo drastisch veranderen. Ik word altijd geraakt door het bestaande landschap, dat is ook wat ik wil laten zien. Dan is het elke keer weer een schok als bijvoorbeeld een boom weg moet voor een andere visie op het landschap. In de loop van de jaren ben ik landschappen gaan archiveren. Door de voortdurende veranderingen is de urgentie om landschappen te tekenen voor mij alleen maar groter geworden.” “Ik ben dus ook nog lang niet klaar met het Dwingelderveld. Ik wil nu ook zien hoe de ontwikkelingen uitpakken. Het Dwingelderveld zit in mijn genen.”
Siemen Dijkstra is vooral bekend door zijn kleurenhoutsneden van landschappen. Hoewel hij ook landschappen elders in binnen- en buitenland vastlegde, keert het Dwingelderveld steeds terug als onderwerp van zijn werk. “Wat ik als kunstenaar geworden ben, heeft alles te maken met dit gebied”, vertelt hij. “Hier liggen mijn wortels, hier maakte ik mijn eerste tekening toen ik elf was, van een jeneverbesstruweeltje bij Kraloo. Ik herinner me nog hoe ik op een zandduintje zat – de plek is nu veel meer begroeid – en dat het begon te onweren toen ik naar huis ging.” Na een intermezzo van tien jaar in de stad Groningen keerde Siemen terug naar het landschap van zijn jeugd, dat vanaf toen ook de basis werd van zijn werk. Sinds jaar en dag woont en werkt hij aan de rand van Dwingeloo. Hij maakte mee hoe het gebied door natuurontwikkeling veranderde. Het begon bij het
CH O K R E V UIT
T
Het boek ‘Dwingelderveld in transit’ is te koop in boekhandels in de regio. Het is gebonden in een harde omslag en kost 35 euro. De hoogwaardige afdrukken van de tekeningen en aquarellen zijn aangevuld met persoonlijke teksten. De galerie van Siemen Dijkstra en keramiekkunstenares Elysia Verhoeven is vanaf 1 maart weer geopend op woensdag t/m zaterdag van 13.00 tot 17.00 uur (in januari en februari alleen op afspraak). Het adres is Lheeweg 10b, 7991 AM, Dwingeloo. Meer informatie op www.siemendijkstra.nl 3
Anserveld als klimaatbuffer De afgelopen jaren is er heel wat gebeurd op het Dwingelderveld. Het Noordenveld is afgegraven en heringericht, er verrees een geluidswal langs de A28 en er kwam een ecoduct. Daarnaast zijn maatregelen genomen om in het Dwingelderveld veel extra water op te kunnen vangen na extreme neerslag. Ook in het Anserveld direct ten zuidwesten van het Nationaal Park wordt daaraan gewerkt. Hier komt namelijk een zogenaamde klimaatbuffer, zodat het water ook hier de ruimte krijgt als dat nodig is. Het Anserveld ligt ten zuidwesten van het Dwingelderveld. Het is grotendeels in eigendom van Natuurmonumenten; een klein deel is in eigendom van particulieren. Het gebied grenst aan het Dwingelderveld en heeft de functie natuur. Daar verandert niks aan, maar er komt nog een functie bij: als het nodig is, krijgt het water ook hier de ruimte. En soms is die ruimte voor water hard nodig, want door de klimaatverandering krijgen we vaker te maken met extreme weersomstandigheden. Een voorbeeld zijn de hevige regenbuien die er in 1998 toe leidden dat stukken land en straten van Meppel blank kwamen te staan. Om het risico van dergelijke wateroverlast in lager gelegen gebieden te verkleinen is het Dwingelderveld al geschikt gemaakt om in extreme omstandigheden zo’n 1,2 miljoen kubieke meter water tijdelijk op te vangen. Een indrukwekkende hoeveelheid, maar nog niet voldoende om aan de verwachte
4
behoefte aan tijdelijke waterberging in deze omgeving te voldoen. Daarom wordt nu ook het Anserveld geschikt gemaakt voor het opvangen van water na extreme regenval. Dergelijke opvanggebieden worden ‘klimaatbuffers’ genoemd. Maatregelen In totaal kan in het Anserveld en directe omgeving 285.000 kubieke meter water geborgen worden. Om de klimaatbuffer te realiseren, worden verschillende maatregelen getroffen. Zo worden er sloten en watergangen gedempt en een slenkstructuur aangelegd. Aan de westkant van het gebied komt een verhoging die dienst doet als kade. Verder worden delen van het Anserveld afgeplagd waardoor er minder fosfaten in de grond achterblijven. Op die voedselarme grond kan de heide weer gaan groeien, zodat het heide oppervlak groter wordt. Veranderingen voor de recreant? Tijdens de werkzaamheden kun je als wandelaar in het gebied af en toe een graafmachine zien, maar dat is van korte duur. De wandel- en fietspaden zijn direct na de werkzaamheden weer vrij toegankelijk. En er wordt een wandelpad verhoogd, waardoor dit ook bij het natter worden van het gebied gebruikt kan worden door recreanten. Naar verwachting is de klimaatbuffer eind 2014 klaar.
Nieuws over project Inrichting Dwingelderveld Ecoduct: ruim baan voor dieren Op 29 oktober wijdde gedeputeerde Rein Munniksma het nieuwe ecoduct over de A28 officieel in. Een paar dagen later maakten bijna vijfhonderd omwonenden gebruik van de gelegenheid een kijkje te nemen op het ecoduct en de ‘toevoerstroken’. Een kans die voorlopig niet weer komt, want het ecoduct is nu het exclusieve domein van de dieren.
Het ecoduct zelf was al een tijd klaar. De laatste maanden voor de inwijding is nog hard gewerkt aan de inrichting van de toegangsstroken aan de westen oostkant. Aan de oostkant is de met meststoffen verrijkte bovenlaag van het grasland afgegraven, aan de westkant is de jonge bosaanplant op voormalige landbouwgrond gekapt. Aan beide zijden zijn slenken en poelen gegraven. De voedselarme grond die hierbij vrijkwam is als laag over het ecoduct gebracht. Ook bovenop het ecoduct zijn poelen aangelegd. Over de hele strook is heideplagsel verspreid. De strook zal bestaan uit grotendeels open heidelandschap. Grazende koeien zullen het gebied openhouden. Zij blijven binnen een raster, dat voor andere (wilde) dieren makkelijk passeerbaar is. De randen van het ecoduct en van de hellingen aan weerszijden zijn voorzien van een beplanting van struiken en lage bomen, die het ecoduct visueel afschermen van de omgeving. Om insecten en andere kleine dieren te helpen hun weg te vinden is op het ecoduct een rij boomstronken gelegd. Er zijn camera’s geplaatst om te registreren hoe dieren van het ecoduct gebruik maken. Om dezelfde reden zullen regelmatig sporen worden geteld. De start is veelbelovend: al tijdens de bouw van het ecoduct stonden reeën klaar om het te gebruiken. Ook vos, haas en konijn hebben al sporen achter gelaten en aan de rand van het ecoduct zijn dassensporen gevonden. Verder zijn er al verschillende soorten vlinders gezien.
Dankzij het ecoduct zijn het Dwingelderveld en het Terhorsterzand weer met elkaar verbonden. De komende jaren wordt gewerkt aan de ecologische verbinding met natuurgebieden verder naar het oosten, zoals het Scharreveld. Vanwege de beperkte middelen krijgt deze verbinding een sober karakter.
Veentje hersteld In de noordoostelijke hoek van het Dwingelderveld, vlakbij de toegangszone naar het ecoduct, liggen drie veentjes op een rij. Het middelste daarvan is indertijd bij de verdubbeling van de A28 gedempt met stobben. Intussen was het veranderd in een bult begroeid met berken. Na onderzoek van de bodem bleek het nog mogelijk om dit veentje te herstellen; er was nog een laagje veen aanwezig. Het herstelwerk is vervolgens in het inrichtingsproject meegenomen. Nu is het weer een laagte die zich vult met water.
5
Geluidswal: nu groen, straks paars
© Parklaan Landschapsarchitecten
De geluidswal is bijna af. De laatste stap is het uitrijden van heideplagsel uit het Dwingelderveld over het zuidelijke gedeelte. De wal geeft de voorbijrazende automobilisten straks een beeld van het landschap dat zich erachter bevindt: bos in het noorden, heide in het zuiden. De afwerking van het zuidelijke deel had de meeste voeten in de aarde. De afgegraven landbouwgrond uit het Noordenveld die de kern van de wal vormt, is veel te rijk aan voedingsstoffen om er heide op te laten groeien; dat was immers ook de reden om die grond daar te verwijderen. Daarom is er eerst een laag lemig zand over aangebracht. Deze laag is vervolgens bespoten met een mengsel met graszaad. Een soort cellulose die moet voorkomen dat de nog onbegroeide zandlaag meteen zou wegspoelen. Het ontkiemende gras neemt die rol vervolgens over.
Uitkijkpunt op de geluidswal Nu de geluidswal zelf klaar is, rest als laatste actie nog de bouw van een uitkijkpunt bovenop de geluidswal. Het uitkijkpunt komt op het zuidelijke deel van de wal, op de plek waar de Holtveenslenk bij de snelweg uitkomt. Bezoekers krijgen hier een prachtig uitzicht over het Dwingelderveld. Parklaan Landschapsarchitecten maakte het ontwerp en Architectenbureau Dé Architect uit Assen werkte het ontwerp uit. Blikvanger wordt een grote stalen schapenkop, het beeldmerk van het Dwingelderveld. Via een stalen trap bereikt de wandelaar het uitzichtpunt. Op het moment van schrijven is de aanbesteding nog aan de gang, maar rond de jaarwisseling starten als het goed is de werkzaamheden. De planning is dat het uitkijkpunt in het voorjaar 2014 voor publiek toegankelijk is.
6
Helaas is door een enorme bui begin november de leemlaag verzadigd met water en delen zijn afgespoeld. Als het weer droog is, zal de leemlaag worden hersteld. Daarna wordt heideplagsel aangebracht. De heideplantjes uit het plagsel doen er langer over om op te groeien, maar zullen het uiteindelijk winnen van het gras. Heide is namelijk domweg beter aangepast aan een voedselarme bodem. De geluidswal oogt dus de eerste jaren groen, maar zal uiteindelijk paars kleuren.
Kraloërweg is zandweg met fietspad De voormalige asfaltweg Lhee-Kraloo is veranderd in een zandweg met een betonnen fietspad. Waar pad en weg natte slenken in de heide kruisen, zijn in het fietspad twee houten vlonders gemaakt. De zandweg is ter hoogte van de slenken voorzien van beton, waar het water gewoon overheen loopt. In natte tijden rijdt het (schaarse) verkeer hier dus door een laagje water, terwijl fietsers en wandelaars droge banden en voeten houden. De weg is niet meer toegankelijk voor gemotoriseerd verkeer. Een ontheffing voor recreatief verkeer met een personenauto kan men aanvragen bij de gemeente Westerveld. De gemeente verleent ook ontheffingen voor verkeer per bromfiets over het fietspad (met name van belang voor enkele jongeren die in Hoogeveen schoolgaan). Het fietspad wordt in noordwestelijke richting doorgetrokken over de Oude Hoogeveensedijk tot aan Astron. De asfaltweg wordt nog vervangen door een zandweg. Het is een van de recreatieve planonderdelen die door de juridische procedures vertraging hebben opgelopen. Dit geldt eveneens voor de aanleg van een pad voor mensen met een beperking.
Water kan zijn gang gaan Het voorlopige sluitstuk van het inrichtingswerk was de demping van ‘leiding 20’. Zo noemde men de diepe afwateringssloot die het Dwingelderveld doorkruiste. De leiding is indertijd bij de ontginning van het Noordenveld gegraven om het landbouw gebied te ontwateren. Aan de verdroging van de heide die daarvan het gevolg was, is nu een einde gekomen. De natuurlijke situatie is hersteld; voortaan zoekt het water weer zijn eigen kronkelende weg door de slenken. De waterstand gaat omhoog. Er waren twee redenen waarom deze demping pas nu in de planning stond. Allereerst moest de bovengrond worden afgegraven en afgevoerd. En pas nadat alle transporten hadden plaatsgevonden kon de asfaltweg worden verwijderd. Anders bestond het risico dat andere werkzaamheden, zoals de aanleg van het fietspad met vlonders, letterlijk in het water waren gevallen.
Aan de demping van leiding 20 gingen andere watermaatregelen vooraf. Zo gingen al eerder alle kleinere slootjes in het Noordenveld dicht. Verspreid over het heidegebied zijn onopvallende stuwtjes geplaatst, die het water de eerstkomende jaren een beetje helpen zijn weg te vinden. Veel opvallender zijn de driehoekige stuwen aan de randen van het gebied. Die zorgen ervoor dat in het Dwingelderveld nog eens heel veel extra water tijdelijk kan worden opgevangen in periode met extreme neerslag.
Nog uit te voeren Enkele maatregelen uit het inrichtingsplan wachten nog op uitvoering, omdat de gemeente Westerveld pas onlangs een vergunning heeft verleend. De vertraging is het gevolg van de uitspraak van de Raad van State in 2012, die het nieuwe bestemmings plan van de gemeente nietig verklaarde. Daardoor moesten vergunningen voor de verschillende planonderdelen opnieuw worden aangevraagd in het kader van de heel oude, nu opnieuw geldende bestemmingsplannen. De verlening van deze vergunningen doorliep ook weer een juridische procedure met de mogelijkheid van bezwaar. De volgende planonderdelen konden daardoor nog niet worden gerealiseerd: ● parkeerplaatsen ten noorden van de heide (Achter ’t Zaand) en aan de zuidkant (bij Kraloo); ● verhard pad voor mindervaliden bij Achter ’t Zaand en omgeving schaapskooi; ● aanleg voorde en omvormen asfaltweg naast het nieuwe fietspad aan de Kraloërweg. Deze werkzaamheden zullen na de winter alsnog plaatsvinden.
Hier doen we het voor Het Dwingelderveld is het grootste natte heidegebied van Noordwest-Europa. Het is een thuis voor heel wat kenmerkende planten- en diersoorten van natte heide. Voor al deze soorten is de uitbreiding en vernatting van de heide goed nieuws! Een paar voorbeelden. Klokjesgentiaan De klokjesgentiaan is de parel van de natte heide. Zijn diepblauwe bloemen maken van de zomer een feest. Ze zijn te zien op afgeplagde stukjes, langs randen van paden en aan de randen van heideplassen. Ecologisch is de klokjesgentiaan belangrijk als waardplant van het gentiaanblauwtje, een zeldzaam heidevlindertje. 7
Adder Drenthe is binnen Nederland een bolwerk van de adder, het Dwingelderveld is op zijn beurt een bolwerk in Drenthe. Hier vindt de adder de gevarieerde heide waar hij van houdt. Tip: wie adders wil zien, maakt de meeste kans op mooie voorjaarsdagen, als ze zich op open plekken laten opwarmen door de zon. Witte snavelbies De witte snavelbies is op zichzelf een onopvallend plantje. Maar als ergens witte snavelbiezen groeien, dan zijn het er meteen veel. En samen vormen al die dunne stengels en kleine witte bloempjes best een mooi gezicht. Vooral te zien in hoogveenslenken en venranden.
Watersnip Van een doodgewone broedvogel is de watersnip in Nederland in hoog tempo veranderd in zorgenkindje. In de natte heide van het Dwingelderveld weet dit steltlopertje met zijn buitensporig lange snavel zich nog goed te handhaven. Hier is het gemekker van de ‘hemelgeit’ in het voorjaar nog regelmatig te horen. Heideblauwtje Het vrolijke gefladder van heideblauwtjes hoort bij de zomer. Het heideblauwtje is een van de kenmerkende heidevlinders waarvoor het Dwingelderveld erg belangrijk is. Bijna al die vlindersoorten zijn landelijk in meer of mindere mate bedreigd. Struikhei en dophei behoren tot zijn waardplanten.
Willem Urlings: ‘Genieten’ Willem Urlings, voorzitter bestuurscommissie Dwingelderveld
‘Het is een prachtige zonnige herfstzondag als ik geniet van de herfsttooi, de eindeloze zichtlijnen en de struwelen van het Dwingelderveld. Het geronk van de machines is verstomd, de transporten van 600.000 ton zand naar de geluidswal zijn voorbij, de laatste sporen van menselijk ingrijpen in dit prachtig stuk natuur van 3.700 hectare zijn door weer menselijk ingrijpen verdwenen, de schaapherder en zijn kudde zijn heer en meester, een wandelaar strekt de benen, een vogelaar fotografeert verwonderd, het geluid van de A28 is ver weg. Er is hard gewerkt door de aannemer en zijn mensen, de laatste stuwen en vlonders worden in het landschap ingepast. De geluidswal plooit zich in het landschap. Bomen en struiken gaan in een winter8
slaap. Er is heide geplagd en gezaaid. Het volgend voorjaar zullen we voor het eerst ook daar de pracht van nieuwe natuur ontwaren. Je bent wel poëtisch, zult u zeggen. Dat klopt. Maar als u ook een keer de weidsheid en pracht van dit terrein verkent met de fiets of de benenwagen, of ook met ontheffing langzaam rijdend in uw auto, dan zult u dat ook voelen. En dat is naast de ontwikkeling van robuuste natuur altijd de doelstelling geweest van alle partijen in dit project: bewoners en gasten mogen ervan genieten. Het was inderdaad een hele klus, maar wat was en is het de moeite waard. Als ook de oostkant in het Spier-Moraine-gebied voor de flora en de fauna, de agrariërs en de bewoners van Spier kan worden afgewerkt – en daar werken we hard aan, hoewel daarvoor de middelen nog niet helemaal zeker zijn – mogen alle noeste werkers, maar mag vooral u genieten van dit grootse project. Drenthe heeft er een erfgoed bij.’
Vogelbroed seizoen 2013 Door het koude voorjaar kwam het broedseizoen 2013 pas laat op gang. Uiteindelijk lukte het Joop Kleine toch weer om zijn broedvogelrondes door het gebied te maken. Na uitwerking van de gegevens bleek hij ongeveer 17.400 broedvogelparen te hebben geteld, verdeeld over 117 soorten. Dat is het laagste broedvogelaantal sinds 1992, waarschijnlijk onder meer als gevolg van enkele opeenvolgende koude winters. Diverse vroeg broedende soorten lieten een afname zien, bijvoorbeeld blauwe reiger, winterkoning, roodborsttapuit, zwarte mees en geelgors. Het slechte muizenjaar zorgde voor lage aantallen van buizerd, torenvalk en ransuil en paren met jongen moesten met een lantaarntje worden gezocht. Ook de stand van de geoorde fuut liet een flinke afname zien. Dat hangt waarschijnlijk samen met de sterke afname bij de kokmeeuw. Geoorde futen broeden namelijk graag in kokmeeuwkolonies, waar ze relatief veilig zijn tegen belagers.
Gelukkig was het niet allemaal kommer en kwel. Het kraanvogelpaar slaagde er ook dit jaar in één van de twee uit het ei gekropen jongen groot te brengen. Ook een paar roodhalsfuten was succesvol met drie jongen. Verder werden territoria van roerdomp (1) en porseleinhoen (3) gevonden. Grauwe gans, Canadese gans en nijlgans nemen nog steeds in aantal toe in het gebied. Dat was, onder andere dankzij de ontgraving van het Noordenveld, ook het geval bij kleine plevier (29 paar), kievit (69) en boomleeuwerik (64). Nachtzwaluw, wielewaal, boomklever en appelvink zitten ook nog steeds in de lift, terwijl raven jaarrond aanwezig zijn. ‘Het wordt zo onderhand tijd voor een broedpoging’, aldus Joop Kleine.
Foto’s Hans van der Meulen
9
S p ro k k elw ark
wordt gebruikt door een groep (amateur‑)astronomen en radioamateurs, verenigd in de stichting CAMRAS (C.A. Muller Radio Astronomie Station). Zij onderhouden de telescoop met donaties en sponsorbijdragen. Daarnaast gebruikt CAMRAS het monument om jongeren enthousiast te maken voor sterrenkunde en techniek.
Peter Pasman met pensioen Peter Pasman is afgezwaaid als secretaris van het Nationaal Park Dwingelderveld. Pasman was betrokken bij de instelling van het Nationaal Park en was er vervolgens ruim twintig jaar secretaris van. Hij heeft er veel aan bijgedragen dat het Park in de streek erkenning vond. De kroon op het werk was het inrichtingsproject en de aanleg van het ecoduct. Er was dan ook geen beter en meer symbolisch afscheidsgebaar denkbaar dan het persoonlijk afgraven van de laatste kuub grond uit het Noordenveld op 11 juni. Bedankt Peter! Radiotelescoop staat er weer prachtig bij Het Dwingelderveld is weer wat mooier geworden. Dit keer eens niet door de inspanningen van de beheerders van Natuurmonumenten en Staatsbosbeheer, maar door werk aan de radiotelescoop. Dit meet instrument, dat al sinds 1956 in het gebied prijkt, is gerestaureerd, en staat er nu weer blinkend bij. De telescoop, eigendom van Astron en rijksmonument,
Openhaardhout Staatsbosbeheer heeft weer openhaardhout uit het Dwingelderveld ‘op stam’ verkocht. De kopers zullen deze winter zelf de bomen vellen. Zoals altijd was er veel belangstelling voor. Het verkochte hout bestaat voornamelijk uit Amerikaanse eik, inlandse eik, berk, grove den en lariks. De bomen worden om verschillende redenen gekapt. Bijvoorbeeld voor het vrijzetten van vennen, veentjes, heide en jeneverbessen. Of om het aandeel van uitheemse boom soorten (waaronder Amerikaanse eik) in het bos terug te dringen. Verder worden dode bomen en bomen met veel dood hout langs wegen en paden geveld in verband met de veiligheid van de bezoekers. Werk aan routes In de winter vindt onderhoud plaats aan de vele routes in het Dwingelderveld. De routes worden gecontroleerd en waar nodig worden paaltjes vervangen en wordt er gesnoeid. Enkele routes zijn hier en daar wat aangepast vanwege de resterende werkzaamheden voor het inrichtingsproject. Ook de storm van 29 november heeft gezorgd voor overlast op routes. Deze wordt zo snel mogelijk weggenomen. In het bos zullen veel van de omgewaaide bomen blijven liggen. Vrijwilligers Staatsbosbeheer Staatsbosbeheer heeft een groep enthousiaste vrijwilligers die het leuk vinden om in de natuur te werken. Ze doen nuttig werk zoals het onderhoud van natuur terreintjes. Ze helpen met het verwijderen van boompjes op heidevelden, kleinschalig plaggen van heide, onderhoud van recreatieve voorzieningen en het geven van excursies. Lijkt dit u ook leuk om te doen? Staatsbosbeheer kan nog steeds vrijwilligers gebruiken. Bel met tel. (0521) 596600.
10
Vlinderzomer 2013 De lange warme zomer was goed voor grote aantallen dagvlinders. Zo overspoelde een invasie van oranje luzernevlinders Nederland vanuit het zuiden. Ook in en rond het Dwingelderveld waren ze te zien, onder meer in de vlindertuin bij het bezoekerscentrum. Andere warmteminnende soorten als gele luzernevlinder, koninginnenpage en keizersmantel doken eveneens op, en de kleine vos was opvallend talrijk. In het Dwingelderveld deden ook verscheidene kenmerkende soorten het goed. Zo vlogen er veel heideblauwtjes op de heide, waren gentiaanblauwtje en veenbesblauwtje op de bekende plekken aanwezig en werden ook dit jaar weer een paar kommavlinders gezien. Er is echter niet alleen goed nieuws: van de vroeger vrij algemene heivlinder werd in 2013 geen enkele waarneming meer bekend.
Nachtvlinders Ook dit jaar heeft IVN Westerveld weer gekeken naar nachtvlinders. Als altijd leverde dat heel veel soorten op met een grote verscheidenheid aan vormen en kleuren. Elk jaar worden er weer nieuwe en soms zeldzame soorten ontdekt, dit jaar bijvoorbeeld het karmozijnrood weeskind en de berkentandvlinder. Op een aantal avonden was iedereen welkom. Deze avonden trokken veel belangstelling. Zo kwamen er op de avond bij het bezoekerscentrum vijftig mensen af. Ook komend jaar zullen er weer nachtvlinderavonden worden georganiseerd.
kieskeurig in de keuze van haar groeiplaats: alleen vennen met voedselarm, helder water en een schone zandbodem komen in aanmerking.
Topjaar waterlobelia De waterlobelia bloeide dit jaar massaal in het Koelevaartsveen; het ongekende aantal van ruim zevenduizend bloeiende planten werd er geteld! En dat is heel goed nieuws, want het Koelevaartsveen is een van de weinige plekken in Nederland (en een van de twee plekken in Drenthe) waar deze zeldzame en bedreigde waterplant voorkomt. De waterlobelia is erg
Kinderen creatief met hout IVN Westerveld organiseerde op 6 oktober in het Dwingelderveld een dag voor kinderen met als thema ‘plakken met plakken’. Bij de werkschuur van Staatsbosbeheer waren ongeveer vijftig kinderen creatief bezig met schijfjes hout en andere natuurlijke materialen. Zo maakten ze bijvoorbeeld kettingen, rupsen en uilen, die ze natuurlijk zelf als aandenken mee naar huis konden nemen. Eten uit de natuur Ruim negentig kinderen uit de gemeente De Wolden deden op 9 oktober mee met de onderwijsdag over voeding. Nadat wethouder Lammers de middag officieel had geopend, konden ze aan de
slag met eten uit de natuur. Ze hebben pannenkoeken gebakken boven een houtskoolvuur, gekeken bij de imker en honing geproefd; ze konden ruiken aan poep van dieren en water opzuigen als een boom. Na afloop kon je aan de gezichten van de kinderen aflezen hoe leuk ze het vonden, zo’n dagje school in het Dwingelderveld.
Oriëntatiecentrum Spier krijgt facelift Het Oriëntatiecentrum bij Spier is afgelopen jaar van binnen flink veranderd. De verbeteringen zijn onmiskenbaar, maar de opknapbeurt is nog niet af: “Onze eerste prioriteit was weer open te gaan en te draaien. Komend voorjaar willen we klaar zijn”, vertelt vestigingsmanager Martin Matser van Van der Valk Spier, dat de exploitatie van het centrum in 2012 overnam. Het interieur van het centrum is volledig verbouwd. Zo is de vroegere scheiding tussen het oriëntatieen het horecagedeelte letterlijk verdwenen door de tussenwand weg te halen. Een nieuw raam zorgt voor meer licht en uitzicht. Er is een nieuwe keuken aangebracht, waarvoor hout uit de directe omgeving is gebruikt. Hout uit de buurt krijgt straks een nog prominentere plek in het centrum, vertelt Martin Matser: “We hebben een meubelmaker uit Dwingeloo gevraagd nieuwe meubels te maken van lokaal hout.
Dat hout ligt nu te drogen. Ook het terras gaan we opnieuw inrichten. Staatsbosbeheer zorgt voor de verdere invulling van het oriëntatiegedeelte en aangepaste bewegwijzering.” Van der Valk is blij dat het de kans kreeg om de exploitatie over te nemen nadat eigenaar Staatsbosbeheer de samenwerking met Alescon had beëindigd. Niet dat het bedrijf er financieel wijzer van wordt, integendeel, aldus Matser: “Het kost ons alleen maar geld. Ons streven is dat de opbrengsten uit de horeca-exploitatie een zo groot mogelijk deel van de kosten dekken. Het zou al heel mooi zijn als we uiteindelijk ongeveer quitte kunnen spelen.” Het belang van Van der Valk ligt op een ander vlak: “Wij vinden het centrum een aanvulling voor het gebied rond het hotel. Door van het oriëntatiecentrum iets moois te maken voegen we waarde toe aan de entree van het Nationaal Park. En daar profiteren we als hotel ook van.” 11
Agenda Deze agenda bevat activiteiten in de periode december-maart. Het complete programma van excursies en andere georganiseerde activiteiten in het Dwingelderveld vindt u op de website www. np-dwingelderveld.nl en in de gratis Natuurkrant die onder meer in de bezoekerscentra verkrijgbaar is. Aanmelden en informatie over de activiteiten: Bezoekerscentrum Dwingelderveld, Benderse 22, 7963 RA Ruinen, tel. 0522-472951. Het Bezoekerscentrum is ook vertrekpunt of locatie van de hier vermelde activiteiten.
Zondagmiddagwandeling: het hele jaar door, iedere zondag van 14.00 tot 15.30 uur. Startpunt bezoekerscentrum Dwingelderveld. Een heerlijke wandeling met een vrijwillige boswachter. Lange winterwandeling: zaterdag 28 december om 10.00 uur vanaf het informatiecentrum Lhee onder leiding van een boswachter. U bent terug bij het startpunt om ongeveer 14.00 uur. Nieuwjaarswandeling met lunch: vrijdag 3 januari, van 11.00 tot 15.00 uur; begin en aankomst bezoekerscentrum Dwingelderveld; Voorjaarswandeling met lunch: vrijdag 21 en 28 februari, van 11.00 tot 15.00 uur; begin en aankomst bezoekerscentrum Dwingelderveld. Bosexcursie: zaterdag 22 februari 2014 vanuit het informatiecentrum Lhee. De wandeling begint om 10.00 uur en duurt tot 14.00 uur.
Bezoekerscentrum Dwingelderveld Openingstijden: van 1 oktober tot 1 april van woensdag t/m zondag 10.00-17.00 uur. Van 1 april tot 1 oktober en in alle schoolvakanties op maandag t/m zondag 10.00-17.00 uur. Benderse 22 7963 RA Ruinen (0522) 47 29 51
Kunst op zondag in bezoekerscentrum De eerste zondag van de maanden november 2013 t/m april 2014 (5 januari, 2 februari, 2 maart, 6 april). Tijd: 13.00-16.00 uur. Expositie en verkoop van kunstwerken, demonstraties, werk in uitvoering, en laagdrempelige activiteiten voor jong en oud, zoals etsjes maken, een natuurschilderijtje en nog veel meer. Onder leiding van Maria Mink, afgewisseld door Harm Echten, beiden kunstenaar in Ruinen. Winteravondlezingen in Dwingelderveld In Bezoekerscentrum Dwingelderveld worden in februari en maart nog twee Winteravondlezingen gehouden. De lezing van donderdag 13 februari is er een voor vogelliefhebbers. Dan komt Ronald Popken van Natuurmonumenten zijn licht laten schijnen over een vogelsoort die velen aanspreekt: de kraanvogel. De serie lezingen wordt b esloten op donderdag 27 maart. Het onderwerp voor die lezing wordt binnenkort vermeld op de website: www.np-dwingelderveld.nl De Winteravondlezingen worden georganiseerd door het Nationaal Park Dwingelderveld en zijn gratis. Het bezoekerscentrum is op beide avonden geopend vanaf 19.15 uur. De lezingen beginnen om 19.30 uur en duren, inclusief een korte pauze, tot 21.30 uur. In verband met beperkte plaatsruimte is aanmelding vooraf nodig. Dat kan via een telefoontje aan het bezoekerscentrum: 0522-472951.
Informatiecentrum Lhee Openingstijden: dagelijks 10.00-17.00 uur (in de winterperiode tot 16.30 uur). Achter ‘t Zaand 1 7991 NG Dwingeloo (0521) 59 66 00 Oriëntatiecentrum Spier Openingstijden: Pasen tot de herfst vakantie dagelijks 10.00-17.00 uur. Verder alleen in het weekend of op afspraak voor groepen. Oude Postweg 12 9417 TG Spier Vragen over de horeca: Hotel van der Valk, (0593) 56 48 00 Vragen over het Dwingelderveld: Staatsbosbeheer, (0521) 59 66 00
en/of ingelderveld : Volg het Dw m op twitter tru en sc er het Bezoek ld ve er @Dwingeld ldervld @BCDwinge ert lb rA 8e @Bosw
Colofon Dit informatiebulletin is een uitgave van Nationaal Park Dwingelderveld en verschijnt twee keer per jaar in een oplage van 11.500. Redactieadres Secretariaat Nationaal Park Dwingelderveld Postbus 122 9400 AC Assen (0592) 36 57 26 E-mail:
[email protected] Internet: www.np-dwingelderveld.nl Redactie Henk van den Brink (eindredactie), Albert Henckel, Marieke Molendijk, Catrien Scholten, Axel Wiewel Foto’s Hans Dekker, Albert Henckel, Hans van der Meulen, Jaap van Roon, Axel Wiewel Grafische verzorging Docucentrum provincie Drenthe © 2013 Nationaal Park Dwingelderveld Nederland heeft 20 nationale parken
12