7
Inhoud
Inhoud Voorwoord 5 Inleiding: karakteristieken van de vennootschapsbelasting
19
1 Wie is onderworpen aan de vennootschapsbelasting? 27 1.1 Toepassingsvoorwaarden 27 1.1.1 Rechtspersoonlijkheid 27 A Belgische vennootschappen 27 B Uitgesloten van rechtspersoonlijkheid 28 C Buitenlandse vennootschappen 29 1.1.2 Fiscale woonplaats in België 29 1.1.3 Exploitatie van een onderneming of winstgevende 30 verrichtingen 30 1.2 Uitgesloten rechtspersonen 31 1.2.1 Onvoorwaardelijk uitgesloten rechtspersonen 31 1.2.2 Voorwaardelijk uitgesloten rechtspersonen 31 1.2.3 Verenigingen zonder winstoogmerk met toegelaten verrichtingen 32 A Alleenstaande of uitzonderlijke verrichtingen 32 B Het beleggen van fondsen ingezameld binnen de statutaire opdracht 32 C Verrichtingen die slechts bijkomstig op nijverheids-, handels- of landbouwverrichtingen betrekking hebben of niet volgens nijverheids- of landbouwmethoden worden uitgevoerd 32 1.3 Schematisch denkschema 34 1.4 Bijzondere gevallen 35 1.4.1 De landbouwvennootschap 35 1.4.2 De vennootschap met sociaal oogmerk 35 1.4.3 BPost 35 1.4.4 OFP’s 35 2 De aangifteprocedure in de vennootschapsbelasting 36 2.1 Aanslagjaar en boekjaar 36 2.2 Begin en einde van de belastingplicht 37 2.3 De aangifteplicht 37 2.3.1 Aangifteformulier en verplichte bijdragen 37 2.3.2 Elektronische aangifte vennootschapsbelasting via Biztax 38 2.3.3 Aangiftetermijn 40 2.3.4 Geldigheid van de aangifte 41 2.3.5 Bewijskracht van de aangifte 41 2.3.6 Sancties i.v.m. de aangifte 41 3 Vaststelling van de belastbare grondslag 3.1 Indeling van de winst volgens bestemming A Correcties op het niveau van de kosten en opbrengsten B Correcties op het niveau van de resultaatverwerking 3.2 Belastbare basis via de acht bewerkingen 3.3 Synthese 3.4 Forfaitaire minimumgrondslag
42 42 42 43 44 44 46
4 De aftrekbare beroepskosten van vennootschappen 4.1 Voorwaarden voor aftrekbaarheid 4.1.1 Band met de beroepswerkzaamheid
47 47 47
8
Inhoud
4.1.2 Tijdens het belastbaar tijdperk gedaan of gedragen A Moment van aftrek B Gebruik van overlopende rekeningen voor kosten 4.1.3 Om belastbare inkomsten te verkrijgen of te behouden 4.1.4 Bewijs van de echtheid en het bedrag van de kosten 4.2 Overzicht van de voornaamste soorten beroepskosten 4.3 Kosten met betrekking tot onroerende goederen A Betaalde huurwaarborg B Betaling van huurgelden aan bedrijfsleiders 4.4 Intresten van leningen 4.4.1 Beperking van de aftrekbaarheid 4.4.2 Onbeperkt aftrekbare intresten 4.4.3 Intresten betaald aan buitenlanders in belastingparadijzen 4.4.4 Intresten betaald aan bedrijfsleiders 4.4.5 In te houden roerende voorheffing 4.4.6 Oefening 4.5 Bezoldigingen van werknemers 4.5.1 Formele verantwoordingsvoorwaarde 4.5.2 Voorziening voor vakantiegeld 4.6 Bezoldigingen van bedrijfsleiders 4.6.1 Aftrekbaarheid van de bezoldigingen 4.6.2 Formele verantwoordingsvoorwaarde 4.6.3 Bestuurdersvergoedingen betaald aan vennootschappen 4.7 Kosten om voordelen van alle aard te verschaffen 4.7.1 Formele verantwoordingsvoorwaarde A Algemene regel B Afwijking 4.7.2 Verstrekking van voordelen zonder beroepsrelatie 4.8 Kosten eigen aan de werkgever 4.8.1 Bewijslast 4.8.2 Forfaitaire vergoedingen A Verplaatsingskosten met auto, motorfiets of bromfiets B Forfaitaire vergoeding voor dienstreizen in België C Forfaitaire vergoeding voor dienstreizen in het buitenland 4.9 Loonbonussen voor werknemers 4.10 Werkgeversbijdragen voor aanvullende verzekeringen 4.10.1 Aanvullende verzekering ten voordele van de werknemers A Formele voorwaarden voor de aftrekbaarheid van premies B Begrenzing aan de aftrekbaarheid 4.10.2 Aanvullende verzekering ten voordele van de bedrijfsleiders A Wettelijke aftrekbaarheidsvoorwaarden voor de premies B Begrenzing van de aftrekbaarheid C Klassieke bedrijfsleidersverzekering D Externe IPT E Interne IPT 4.11 Pensioenen toegekend aan gewezen personeelsleden 4.12 Commissies en erelonen betaald aan derden A Wanneer moet een fiche 281.50 worden opgesteld? B Wanneer moet er geen fiche 281.50 worden opgesteld? C Buitenlandse genieters D Praktische richtlijnen voor de vermeldingen op de fiches 4.13 Afschrijvingen 4.13.1 Afschrijfbare basis 4.13.2 Fiscaal aanvaarde afschrijvingsmethoden A Lineaire afschrijvingsmethode B Degressieve afschrijvingsmethode (art. 64 WIB92) C Afschrijving naar wens D De verdubbelde lineaire afschrijving 4.13.3 Gebruikelijke afschrijvingspercentages
50 50 51 52 53 54 54 54 55 55 55 56 57 57 58 58 59 59 60 61 61 61 63 63 64 64 64 65 65 65 66 66 66 67 67 68 68 68 69 69 69 69 70 70 71 71 72 72 73 74 74 75 76 76 77 77 80 81 81
9
Inhoud
A Materiële vaste activa B Immateriële vaste activa C Bindend karakter van het toegepaste percentage 4.13.4 Begin en einde van de afschrijvingen A Begin B Einde 4.13.5 Bijkomende aankoopkosten 4.13.6 Afschrijvingsexcedenten 4.13.7 Afschrijvingstekorten 4.13.8 Afschrijvingen op de herwaarderingen van vaste activa 4.14 Waardeverminderingen 4.15 Vennootschapsbijdrage 4.16 Uitgaven in het kader van een pc-bonus 4.17 Oefeningen 5 De belastbare reserves 5.1 Overzicht van de belaste reserves 5.2 Beweging van de belaste reserves 5.3 De zichtbare reserves 5.3.1 Belastbare reserves in kapitaal en de belastbare uitgiftepremies A Belang van het gestorte kapitaal B Kapitaalverhogingen C Kapitaalverminderingen 5.3.2 Belastbaar gedeelte van de herwaarderingsmeerwaarden A Boekhoudkundige bepalingen B Fiscaal regime C Herwaardering na verkrijging om niet D Bijkomende mogelijkheden E Verkoop van geherwaardeerde activabestanddelen 5.3.3 Wettelijke reserve, beschikbare reserves en onbeschikbare reserves 5.3.4 Overgedragen winst of verlies 5.3.5 Belastbare voorzieningen 5.3.6 Andere in de balans vermelde reserves 5.3.7 Andere belastbare reserves 5.4 De onzichtbare of verdoken reserves 5.4.1 Onderwaarderingen van activa A Afschrijvingsexcedenten B Rechtstreeks in kosten geboekte activa C Belastbare waardeverminderingen D Onderwaardering van de voorraad E Onderwaardering van vorderingen F Onderwaardering van de overlopende actiefrekeningen G Gratis verworven activa 5.4.2 Overwaarderingen van passiva A Overschatting van leveranciersschulden B Overdreven waarborg- of garantieverplichtingen C Andere overwaarderingen van passiva 5.5 Aanpassingen van de begintoestand van de belastbare reserves A Meerwaarden op aandelen (art. 192, § 1 WIB92) B Terugneming van vroegere belaste waardeverminderingen op aandelen C Meerwaarden op personenwagens D Terugbetalingen en regularisaties van niet-aftrekbare belastingen E Opname van gestort kapitaal bij kapitaalverminderingen om de boekhoudkundige verliezen aan te zuiveren F Vrijstelling tax shelter erkende audiovisuele werken G Gewestelijke premies en kapitaal- en intrestsubsidies H Definitieve vrijstelling van opbrengst uit schuldkwijtschelding via WCO 5.6 Oefeningen
82 82 84 84 84 86 86 87 87 87 88 88 89 90 93 94 94 95 95 95 96 97 99 99 99 101 101 102 102 104 104 105 105 106 106 106 110 112 112 114 114 116 116 116 118 118 118 119 122 123 125 125 128 129 132 134
10
Inhoud
6 De vrijgestelde reserves 6.1 Overzicht 6.2 Waardeverminderingen op handelsvorderingen 6.2.1 Definitief verloren vorderingen 6.2.2 Waarschijnlijke verliezen op handelsvorderingen A Fiscale vrijstellingsvoorwaarden B Boekhoudkundige en fiscale verwerking C Speciaal geval: kwijtgescholden schuld via WCO 6.3 Voorziening voor risico’s en kosten A Fiscale vrijstellingsvoorwaarden B Boekhoudkundige en fiscale verwerking C Toepassingsgevallen 6.4 Uitgedrukte niet-verwezenlijkte meerwaarden A Fiscale vrijstellingsvoorwaarde: onaantastbaarheidsvoorwaarde B Drie uitzonderingen op de vrijstelling C Afschrijvingen op geherwaardeerde activa D Uitgedrukte meerwaarden door wijziging van de muntpariteit E Niet-uitgedrukte niet-verwezenlijkte meerwaarden 6.5 Vrijgestelde verwezenlijkte meerwaarden andere dan de gespreid te belasten A Monetair gedeelte van de verwezenlijkte meerwaarde B Meerwaarden door belastingvrije fusie, splitsing, omzetting C Meerwaarden op aandelen ingevolge een intra-Europese aandelenruil D Verwezenlijkte meerwaarden op aandelen E Verwezenlijkte meerwaarden op personenwagens 6.6 Gespreid te belasten verwezenlijkte meerwaarden A Toepassingsgebied B Wederbeleggingsverplichting C Gespreid taxatiestelsel D Boekhoudkundige verwerking E Formulier 276K F Voorbeelden G Deel van de meerwaarde gespreid belasten H Vervreemding van een herbeleggingsactief I Verdeling bij fusie en splitsing J Overzicht van de belastbaarheid van verwezenlijkte meerwaarden 6.7 Verwezenlijkte meerwaarden op bedrijfsvoertuigen 6.8 Verwezenlijkte meerwaarden op binnenschepen 6.9 Verwezenlijkte meerwaarden op zeeschepen 6.10 Investeringsreserve A Begunstigde vennootschappen B Berekening van de investeringsreserve C Onaantastbaarheidsvoorwaarde D Bijkomende begrenzing voor de komende jaren E Investeringsverplichting en behoudingsverplichting F Formaliteiten G Latere belastbaarheid van de reserve H Nalatigheidsintresten 6.11 Tax shelter erkende audiovisuele werken 6.12 Andere vrijgestelde bestanddelen 6.12.1 Kapitaalsubsidies A Boekhoudkundige behandeling B Fiscale behandeling 6.12.2 20 % van kosten gemeenschappelijk woon-werkvervoer 6.12.3 20 % extra aftrek voor kosten van beveiliging 6.12.4 20 % extra aftrek voor kosten van bedrijfsfietsen 6.12.5 20 % extra aftrek voor kosten van elektrische wagens 6.12.6 Oude investeringsreserve (aanslagjaar 1982) 6.12.7 Vrijgestelde voorziening voor sociaal passief 6.12.8 Technische voorzieningen van verzekeringsondernemingen
140 140 141 141 141 142 143 144 144 145 146 147 149 149 150 150 151 151 152 154 155 156 157 157 158 158 159 162 163 163 164 167 167 167 168 169 172 174 175 175 176 181 181 183 184 184 184 185 189 189 189 190 192 194 194 195 195 196 196
11
Inhoud
6.12.9 Voorraadactualisering door erkende diamanthandelaars 6.13 Oefeningen 7 Verworpen uitgaven 7.1 Overzicht 7.2 Niet-aftrekbare belastingen 7.2.1 Overzicht van de niet-aftrekbare belastingen 7.2.2 Niet-aftrekbare belastingen uit de boekhouding A Belastingen op het resultaat van het boekjaar B Belastingen op het resultaat van vorige boekjaren C Voorziening voor belastingen en de betwisting van een aanslag D Praktische werkwijze 7.2.3 Niet-aftrekbare belastingen buiten de boekhouding: FBB 7.2.4 Aftrekbare belastingen 7.2.5 Oefeningen 7.3 Gewestelijke belastingen, heffingen en retributies 7.4 Geldboeten A Principe B Uitzonderingen C Terugbetaling van boeten 7.5 Niet-aftrekbare pensioenen, kapitalen, werkgeversbijdragen en -premies 7.5.1 Niet-aftrekbare pensioenbijdragen A Principe B De 80 %-grens bij de aftrek van premies C Voorbeeld van 80 %-beperking D De 100 %-grens E Onbeperkt aftrekbare bijdragen 7.5.2 Niet-aftrekbare pensioenen A Principe B De 80 %-grens bij pensioenuitkeringen 7.5.3 Oefeningen 7.6 Niet-aftrekbare autokosten A Aftrekbaar percentage B Bedoelde voertuigen C Niet-geviseerde personenwagens D Bedoelde kosten E Niet-beoogde kosten F Autokosten eigen aan de werkgever G Doorgefactureerde autokosten H Voordelen van alle aard wegens privégebruik van firmawagens I Meer- en minderwaarden J Ontvangen schadevergoedingen K CO2-taks op firmawagens L Kosten van verdelers van nieuwe wagens M Kosten van vervangwagens N Onredelijke autokosten O Oefeningen 7.7 Autokosten ten belope van een gedeelte van het voordeel van alle aard A Berekening van het voordeel van alle aard sinds 2012 B Géén 17 % op de eigen bijdrage C VAA in PB of het voordeel betalen/boeken op debet van de RC? 7.8 Niet-aftrekbare receptiekosten A Principe B Administratieve uitzonderingen C Doorgefactureerde receptiekosten D Oefening 7.9 Kosten van relatiegeschenken A Principe B Uitzonderingen
196 197 201 201 202 202 204 204 206 208 210 211 211 212 214 215 215 216 217 218 218 218 218 223 225 225 226 226 226 227 227 228 229 230 231 231 232 233 233 237 238 238 238 238 239 239 242 242 243 244 244 244 246 246 246 247 247 248
12
Inhoud
C Relatiegeschenken en voordelen van alle aard D Oefening 7.10 Niet-aftrekbare restaurantkosten A Principe B Bewijs C Uitzonderingen D Schrapping administratieve toleranties E Terugbetaalde restaurantkosten eigen aan de werkgever F Doorgefactureerde restaurantkosten G Oefening 7.11 Kosten van niet-specifieke beroepskleding A Principe B Specifieke beroepskleding C Voordelen van alle aard D code 034-1209 op de aangifte 7.12 Overdreven intresten 7.13 Intresten voor een gedeelte van bepaalde leningen A Principe B Regeling t/m 30 juni 2012 C Regeling vanaf 1 juli 2012 7.14 Toegekende abnormale of goedgunstige voordelen A Principe B Bedoelde abnormale of goedgunstige voordelen C Hoedanigheid van de verkrijger van het voordeel D Voorrang van artikel 54 op artikel 26 WIB E Voorrang van art. 49 op artikel 26 WIB92 F Oefeningen 7.15 Sociale voordelen A Principe B Niet-aftrekbare sociale voordelen C Aftrekbare sociale voordelen D Oefening 7.16 Voordelen uit maaltijd-, sport-, cultuur- of ecocheques A Voordelen uit maaltijdcheques B Voordelen uit sport- en cultuurcheques C Voordelen uit ecocheques 7.17 Liberaliteiten 7.18 Waardeverminderingen en minderwaarden op aandelen A Principe B Uitzonderingen C Oefening 7.19 Terugnemingen van vroegere vrijstellingen 7.20 Werknemersparticipaties 7.21 Vergoeding ontbrekende coupon 7.22 Kosten tax shelter erkende audiovisuele werken 7.23 Gewestelijke premies en kapitaal- en intrestsubsidies 7.24 Niet-aftrekbare betalingen aan belastingparadijzen 7.25 Andere verworpen uitgaven 7.25.1 Kosten voor jacht, visvangst, yachten of andere pleziervaartuigen en lusthuizen A Principe B Uitzondering 7.25.2 Kosten die op onredelijke wijze de beroepsbehoeften overtreffen 7.25.3 Intresten, retributies en prestatievergoedingen betaald aan belastingplichtigen in een belastingparadijs 7.25.4 Steekpenningen 7.26 Globale oefening op de verworpen uitgaven 8 Uitgekeerde dividenden 8.1 Belastbare dividenden
249 250 250 250 250 251 252 252 253 254 255 255 255 256 256 257 257 257 258 259 260 260 261 261 262 263 264 264 264 265 268 272 273 274 276 277 278 278 278 279 283 283 284 287 288 288 288 289 289 289 290 291 291 292 292 296 297
13
Inhoud
8.1.1 Gewone dividenden (code 050-1301) 297 A Voordelen toegekend aan aandelen en winstbewijzen 297 B Terugbetalingen van maatschappelijk kapitaal, uitgiftepremies en winstbewijzen 300 C Intresten van voorschotten 301 8.1.2 Uitgekeerde dividenden bij de verkrijging van eigen aandelen (code 051-1302) 308 8.1.3 Uitgekeerde dividenden bij de gedeeltelijke verdeling van het vermogen
(code 052-1303)
308
(code 053-1304)
309
8.1.4 Uitgekeerde dividenden bij de gehele verdeling van het vermogen 8.2 Tarief van de RV voor uitgaande dividenden 8.2.1 Basistarief = 25 %, 21 %, 15 % of 10 % 8.2.2 Vrijstelling van RV via Moeder-dochterrichtlijn 8.3 De 4 % bijkomende heffing 8.4 Oefeningen
309 309 310 311 312
9 Eerste bewerking: vaststelling van de fiscale winst/het fiscale verlies 9.1 Negatief fiscaal resultaat 9.2 Positief fiscaal resultaat
315 315 316
10 Tweede bewerking 10.1 Werkelijk resultaat uit de zeescheepvaart waarvoor de winst wordt vastgesteld op basis van de tonnage 10.2 Werkelijk resultaat uit activiteiten waarvoor de winst niet wordt vastgesteld op basis van de tonnage 10.3 Aftrekbeperking 10.3.1 Geviseerde bestanddelen 10.3.2 Resterend resultaat (code 077/078-1430) 10.3.3 Cijfervoorbeelden 10.3.4 Relatieve werking van het aftrekverbod 10.3.5 Oefeningen 10.4 Omdeling van de winst naar oorsprong 10.4.1 Principe 10.4.2 Rol van de dubbelbelastingverdragen 10.4.3 Belang van het geografische onderscheid A Inkomsten uit landen zonder dubbelbelastingverdrag B Inkomsten behaald of verkregen in landen waarmee België wel een verdrag heeft afgesloten tot vermijding van dubbele belasting 10.4.4 Omdeling van de winst naar oorsprong A Bepalen van belastbare winst of verlies per land B Onderlinge verliescompensatie 10.5 Oefening op tweede bewerking
318
11 Derde bewerking: aftrek van niet-belastbare bestanddelen 11.1 Aftrek van de bij verdrag vrijgestelde winst 11.2 Aftrek van vrijgestelde giften A Vrijstellingsvoorwaarden B Erkende instellingen C Maximaal aftrekbaar bedrag 11.3 Vrijstelling aanvullend personeel A Berekening van de personeelsaangroei B Terugname van een vroeger verleende vrijstelling C Te vervullen formaliteiten 11.4 Vrijstelling voor bijkomend personeel kmo A Beoogde vennootschappen B Beoogde personeelsleden C Berekening van de personeelsaangroei en de vrijstelling D Terugname van de vrijstelling E Praktisch werkschema
319 321 321 322 322 323 327 327 328 328 329 329 329 329 330 330 333 334 336 336 337 337 337 339 340 340 341 342 342 343 343 344 346 347
14
Inhoud
F Toepassing 11.5 Vrijstelling stagebonus 11.6 Aftrek van andere niet-belastbare bestanddelen 11.7 Volgorde van aanrekening 11.8 Oefeningen
348 349 350 350 351
12 Vierde bewerking: aftrek van DBI en VRI 12.1 Aftrek van definitief belaste inkomsten (DBI) 12.1.1 Aftrekprincipe 12.1.2 Beoogde inkomsten 12.1.3 Voorwaarden voor de DBI-aftrek A De deelnemingsvoorwaarde B De taxatievoorwaarde 12.1.4 Aftrekbaar bedrag A Aftrekpercentage = 95 % B Aftrekpercentage = 100% C Basisbedrag 12.2 Aftrek van vrijgestelde roerende inkomsten (VRI) A Bedoelde inkomsten B Aftrekbaar bedrag 12.3 Uitoefening van de aftrek als DBI en VRI A In beginsel aftrekbaar bedrag (art. 204 WIB92) B Uitsluiting van de aftrek C Beperking van de aftrek in functie van de verworpen uitgaven 12.4 Schematische werkwijze 12.5 Overdraagbaarheid van DBI-overschotten 12.5.1 Wet: overdracht voor dividenden uit E.E.R.-landen 12.5.2 DBI-overdracht volgens administratieve zienswijze 12.5.3 Overzicht 12.5.4 Aanrekeningsvolgorde 12.5 Volgorde van aftrek bij buitenlandse winsten 12.6 Cijfervoorbeeld 12.8 Oefening
354 355 355 356 356 356 358 366 366 366 366 368 368 368 369 369 369 369 371 371 372 372 373 374 374 375 381
13 Vijfde bewerking: aftrek voor octrooi-inkomsten 13.1 Doelstelling 13.2 Beoogde inkomsten 13.3 Berekening van de octrooi-aftrek 13.3.1 Vergoedingen uit licenties op octrooien 13.3.2 Vergoedingen begrepen in de verkoopprijs – eigen exploitatie 13.3.3 Verminderingen van de berekeningsbasis 13.4 Niet-overdraagbaarheid 13.5 Formaliteit 13.6 Uitgewerkt voorbeeld 13.7 FBB op buitenlandse octrooi-inkomsten
382 382 383 384 384 385 385 386 386 387 387
14 Zesde bewerking: aftrek voor risicokapitaal 14.1 Toepassingsgebied 14.2 Cumulatie met de investeringsreserve 14.3 Berekeningswijze 14.3.1 Boekhoudkundig eigen vermogen als vertrekpunt 14.3.2 Eerste correctie: aandelen 14.3.3 Tweede correctie: buitenlandse vaste inrichtingen 14.3.4 Derde correctie: buitenlandse onroerende goederen 14.3.5 Vierde correctie: ‘vermogensbesmettende activa’ 14.3.6 Vijfde correctie: herwaarderingsmeerwaarden, kapitaalsubsidies, belastingkrediet en voorraadactualisering 14.3.7 Zesde correctie: wijzigingen in de loop van het boekjaar 14.4 Notionele rentevoet
388 388 389 389 390 391 392 392 392 396 397 399
15
Inhoud
14.5 Aftrekbewerking 14.6 Overdraagbaarheid 14.7 Aftrekvolgorde 14.8 Aftrekverbod 14.9 Double dip operaties 14.10 Oefeningen
399 400 401 401 402 402
15 Zevende bewerking: aftrek van vorige verliezen 406 15.1 Principe 406 15.2 Bewijs van vorige verliezen 407 15.3 Door de bedrijfsleiders ten laste genomen verliezen 407 15.4 Verliesaftrek ingeval van controlewijziging 407 15.5 Verliesaftrek en verkregen abnormale of goedgunstige voordelen 408 15.6 Vennootschappen met buitenlandse inkomsten 409 A Principe van aanrekening 409 B Dubbele verliescompensatie 412 15.7 Beperkte verliesrecuperatie bij Belgische belastingvrije reorganisaties en inbrengverrichtingen 420 A Aftrekbeperking van de verliezen van een overnemende vennootschap/inbrengverkrijgende vennootschap 421 B Overdrachtregeling van de verliezen van een overgenomen vennootschap naar de overnemende vennootschap 421 C Overgedragen verliezen van een vennootschap die belastingvrij een tak inbrengt 421 D Definitie van fiscale nettowaarde 421 15.8 Uitbreiding van de regeling inzake verliesverrekening 422 15.9 Oefeningen 424 16 Achtste bewerking: investeringsaftrek 16.1 In aanmerking komende activa 16.2 Uitgesloten investeringen 16.3 Eenmalige investeringsaftrek A Gewone eenmalige investeringsaftrek B 3 % eenmalige aftrek voor herbruikbare verpakkingen C 13,5 % eenmalige investeringsaftrek D 20,5 % eenmalige investeringsaftrek E 30 % eenmalige investeringsaftrek 16.4 Gespreide investeringsaftrek A Gewone gespreide investeringsaftrek B 20,5 % gespreide investeringsaftrek 16.5 Overzicht van de percentages 16.6 Overdracht of buitengebruikstelling van de actiefbestanddelen A Eenmalige investeringsaftrek B Bijkomende gespreide investeringsaftrek 16.7 Overdraagbaarheid van de investeringsaftrek 16.8 Gebruik van de overgedragen investeringsaftrek A Beperking van het te benutten bedrag van de overgedragen aftrek B Verlies van de overgedragen investeringsaftrek 16.9 Te vervullen formaliteiten A Algemeen B Specifieke formaliteiten voor de verhoogde aftrek 16.10 Oefeningen
426 426 427 428 429 429 429 430 432 432 432 432 433 434 434 435 435 435 435 435 436 436 436 437
17 Beperking van de fiscale aftrekken 17.1 Bestanddelen van het resultaat waarop de aftrekbeperking van toepassing is 17.2 Verval van fiscale aftrekken bij wijziging in de controle van een vennootschap A Begrip ‘controle’ B Rechtvaardiging
438 438 439 439 440
16
Inhoud
18 Tarief van de vennootschapsbelasting 18.1 Basistarief 18.2 Verminderd basistarief 18.2.1 Algemene regel 18.2.2 Uitsluitingen van het verminderde basistarief A Financiële vennootschappen B Vennootschappen in het bezit van andere vennootschappen C Vennootschappen met te hoge dividenduitkering D Vennootschappen met onvoldoende bedrijfsleidersbezoldigingen E Vennootschappen uit een groep met een coördinatiecentrum F Beleggingsvennootschappen 18.2.3 Vermeldingen op de aangifte 18.3 Bijzondere tarieven van art. 216 WIB92 18.4 Tarief van 25 % op meerwaarden op aandelen 18.5 Exit tax tarief van 16,5 % 18.6 Afzonderlijk belastbare landbouwsteun 18.7 Afzonderlijke aanslag van 300 % 18.7.1 Afzonderlijk karakter van de aanslag 18.7.2 Geviseerde uitgaven en inkomsten A Niet-verantwoorde kosten B Niet-verantwoorde voordelen van alle aard C Verdoken meerwinsten D Betaalde steekpenningen 18.7.3 Sanctie of strafsanctie? 18.8 Aanvullende heffing erkende diamanthandelaars 18.9 Eenmalige aanslag van 1,75 % op pensioenvoorzieningen 18.10 Oefeningen
442 442 443 443 443 443 445 447 448 450 450 451 451 452 452 452 453 453 454 454 456 458 461 461 462 462 463
467 19 Verrekening van voorheffingen en voorafbetalingen 19.1 Stadia in de berekening van de vennootschapsbelasting: overzicht 468 19.2 Principe van de verrekenbaarheid van voorheffingen 469 470 19.3 Verrekening van niet-terugbetaalbare voorheffingen 19.3.1 Fictieve roerende voorheffing 470 19.3.2 Forfaitair gedeelte van de buitenlandse belasting (FBB) 470 A FBB voor buitenlandse royalties 471 B FBB voor buitenlandse octrooi-inkomsten 471 C FBB voor buitenlandse intresten 472 D Verenigbaarheid van het Belgische FBB-regime met de dubbelbelastingverdragen 475 19.4 Belastingkrediet voor onderzoek en ontwikkeling 476 A Beoogde investeringen 476 B Keuzestelsel 476 C Eenmalig of gespreid belastingkrediet 476 D Belastingbesparing 477 E Overdraagbaarheid van het belastingkrediet 478 F Terugbetaalbaarheid van het niet-verrekende belastingkrediet 478 G Twee overgangsregelingen: omzetting van investeringsaftrek naar belastingkrediet 479 H Te vervullen formaliteiten 479 I Boeken van het belastingkrediet 479 J Controlewijziging 479 K Invloed op de notionele intrestaftrek 480 L Keuzeprobleem: investeringsaftrek of belastingkrediet? 480 M Terugbetaling belastingkrediet 480 N Oefening 481 19.5 Verrekening van de terugbetaalbare roerende voorheffing 481 A Verrekenbaar bedrag 481 B Beperkingen op de verrekenbaarheid van roerende voorheffing 482 19.6 Voorafbetalingen 483
17
Inhoud
19.6.1 Jonge kleine vennootschappen 19.6.2 Vennootschappen die boekhouden volgens kalenderjaar A Vervaldagen van de voorafbetalingen B Belastingvermeerdering bij ontoereikende voorafbetalingen 19.6.3 Vennootschappen die hun boekhouding niet per kalenderjaar voeren A Boekjaar van twaalf maanden B Boekjaar van meer dan twaalf maanden C Boekjaar van minder dan twaalf maanden wegens aanvang van de activiteit D Boekjaar van minder dan twaalf maanden als gevolg van een gewijzigde afsluitdatum van het boekjaar of afsluiting van de vereffening 19.7 Oefeningen
484 484 484 485 487 487 487 488 489 490
20 Bescheiden, opgaven en inlichtingen 20.1 Verplichte bescheiden en opgaven 20.2 Aangifteplicht m.b.t. betalingen aan belastingparadijzen
491 491 491
21 Liquidatie van de vennootschap 21.1 Aangifteplicht 21.2 Bepaling van de belastbare grondslag A Belastbare winst B Uitgekeerd dividend 21.3 Berekening van de belastbare grondslag A Vaststelling van de beweging van de reserves B Vaststelling van de uitgekeerde dividenden C De notionele intrestaftrek voor een vennootschap in vereffening 21.4 Berekening van de belastingen 21.5 Roerende voorheffing 21.6 Simulatie 21.7 Met ontbinding en vereffening gelijkgestelde verrichtingen 21.8 Uitgewerkt voorbeeld 21.9 Oefening
494 494 495 495 496 497 497 497 498 498 499 499 499 501 504
22 Globale oefening 1
505
23 Globale oefening 2
515