Jaarverslag 2012
Inhoudstafel 1. Voorwoord ……….……. ...................................................................... p 2 2. Voorstelling van de voorziening ........................................................... p 3 2.1. Erkenning en doelgroep 2.1.1. Organigram 2.1.2. Statutaire organen 2.2. Huisvesting 2.2.1 Caloes 2.2.2 Kindervilla & Kibis 2.2.3 Wiezelo & Wiebis 2.2.4 Klein Heiken 2.2.5 Biest 2.2.6 Heide 2.2.7 Hof van Delft 2.2.8 Rozemaai 2.2.9 Centrale huis 2.3. Visie 2.4. Waarden 2.5. Werking en behandeling
3. Werking en evoluties in 2012………………………………………….p 16 3.1. Inleiding 3.2. Realisaties in 2012 3.2.1. op het vlak van huisvesting 3.2.2. op het vlak van de organisatie 3.3. Projectgroepen 3.3. Evoluties binnen de organisatiestructuur 3.4. Sponsorprojecten
4. Statistische gegevens………………………………………………….. p 19 4.1. Aanmeldingen 4.2. Opnames 4.3. Ontslag
4.4. 4.5. 4.6. 4.7.
Gemiddelde verblijfsduur Populatie 2011 Begeleide uitgroei Bezettingsgraad 2011
5. Personeel………………………………………………………………. p 25 5.1. Organisatie
5.2. 5.3. 5.4. 5.5.
Sociaal overleg Ziekteverzuim Personeelsverloop Personeelsbestand op 31/12/2011
6. Opleiding en vorming…………………………………………………p 30
1
1.
Voorwoord
De ambitie van dit jaarverslag is om een zicht geven op de grote lijnen van de werking in 2012. Traditiegetrouw vindt u eerst een korte algemene beschrijving van onze voorziening, zodat de lezer, die Begeleidingscentrum Dennenhof niet zo goed kent, zijn weg beter kan terugvinden in het materiaal dat daarna volgt. 2012 is vooral gekleurd door finalisatie van ons masterplan en de vele bewegingen in het werkveld. Deze hebben geleid naar twee bijkomende erkenningen: GES+ en laag frequente mobiele vervolghulp. Hiermee is de beweging van zorgvernieuwing in ons centrum definitief van start gegaan. Een beweging die allicht de komende jaren niet zal stilvallen.
De trend van de voorbije jaren, dat behandelingen korter worden, blijft zich doorzetten. De oprichting van een aanmeldingsteam in 2011 helpt alvast de organisatie van versnelde intake en opname deels opvangen. Personeelsmatig zetten de bewegingen van vervrouwelijking en meer deeltijdse arbeidscontracten zich verder. Gecombineerd met een nog steeds groeiend volume aan bijkomende vrijstelling van arbeidsprestaties op basis van leeftijd, stelt onze organisatie voor een grote uitdaging om de continuïteit van de dientsverlening te garanderen. Het stelt ons ook voor de uitdaging om medewerkers voldoende betrokken te houden bij ons centrum. Er gebeuren te veel zaken tijdens de afwezigheidsdagen van de deeltijdse medewerkers waardoor het voor hen niet evident is om de rode draad vast te houden.
We zouden graag uw vragen of bemerkingen willen kennen. Daarvoor kan u ons bereiken: Tel : 03/647.06.55 E-mail:
[email protected]
2
2.
Voorstelling van de voorziening
2.1. Erkenning en doelgroep Begeleidingscentrum Dennenhof, is een Medisch Pedagogisch Instituut (MPI), ten laste van het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap (VAPH), erkend als internaat voor de opvang, begeleiding en behandeling van 90 kinderen en jongeren met gedrags- of emotionele stoornissen. Hiervoor dient de jongere ingeschreven te zijn bij het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap en is een attest noodzakelijk van de Provinciale Evaluatie Commissie (kortweg PEC) Onze doelgroep bestaat uit zowel jongens als meisjes, die bij opname tussen 5 en 16 jaar oud zijn. Ze hebben een diagnose gedrags- en/of emotionele stoornissen die, gespecifieerd in de DSM-IV, op één of een combinatie van volgende categorieën neerkomt: -
Leerstoornissen Communicatiestoornissen Pervasieve Ontwikkelingsstoornissen Aandachtstekortstoornissen en gedragsstoornissen Overige stoornissen van de zuigelingenleeftijd, of adolescentie.
De vereiste behandeling is meestal langdurig en intensief. De kinderen en jongeren zijn normaal tot zwaknormaal begaafd. Binnen de erkenning van onze doelgroep hebben we twee van deze plaatsen omgezet naar plaatsen met een GES+ erkenning. D.w.z. dat deze twee plaatsen worden voorbehouden voor jongeren die uitstromen uit de gesloten gemeenschapsvoorziening van Mol. Begeleidingscentrum Dennenhof heeft tevens een erkenning om jongeren die uitstromen uit ons eigen centrum op een laagfrequente manier mobiel te begeleiden tot aan hun 25 jaar.
3
2.1.1.
Organigram
4
algemene vergadering
raad van bestuur
directeur kwaliteitscoördinator preventieadviseur
onderdirecteur
hoofd technische dienst technisch medewerkers ___________________ onderhoud centraal
psychiaters
speltherapeut ____________
administratief medewerkers
teamverantwoordelijke
groepschef
hoofdopvoeder -------------------team 1
teamverantwoordelijke
maatschappelijk werker
hoofdopvoeder -------------------team 2
groepschef
hoofdopvoeder -------------------team 3
teamverantwoordelijke
maatschappelijk werker
hoofdopvoeder -------------------team 4
hoofdopvoeder -------------------team 5
groepschef
hoofdopvoeder -------------------team 6
teamverantwoordelijke
maatschappelijk werker
dagondersteuning
groepschef
hoofdopvoeder -------------------team 7
teamverantwoordelijke
maatschappelijk werker
hoofdopvoeder -------------------team 8
groepschef
hoofdopvoeder -------------------team 9
maatschappelijk werker
hoofdopvoeder -------------------team 10
5
2.1.2.
Statutaire organen
Raad van Bestuur Voorzitter Dhr. Herman Hendrickx Penningmeester Dhr. Patrick Van Rossum Secretaris Dhr. Emiel Huysmans Leden: Dhr. Yvan Bruneel Dhr. Reijniers Pieter Dhr. De Roeck Pieter Mevr. Janssens Hilde Mevr. Leonie Post
Algemene Vergadering Voorzitter Dhr. Herman Hendrickx Leden: Dhr. Patrick Van Rossum Dhr. Emiel Huysmans Dhr. Herman Beersmans Dhr. Yvan Bruneel Dhr. Luc Henkens Mevr. Christel Haast Dhr. Dirk Peeters Dhr. Jan Devillé Mevr. Leonie Post
Mevr. Pia Verschuere Dhr. Marc Frederickx Dhr. Johan Vandervelden Mevr. Veerle Van Assche Dhr. Erwin Papen Mevr. Hilde Janssens Dhr. Pieter De Roeck Dhr. Reijniers Pieter Mevr. Birgit Van Opstal
6
2.2. Huisvesting In 1977 heeft Begeleidingscentrum Dennenhof gekozen voor een volledig gedecentraliseerde setting, dit om pedagogische redenen. Onze 10 leefgroepen zijn ondergebracht in huizen-in-de-rij, in een grote regio ten noorden van Antwerpen. De huizen zijn groot en gerieflijk en zijn zodanig gelegen dat een maximale integratie in de buurt mogelijk is. De kinderen en jongeren die er verblijven beschikken voor het overgrote deel over een eigen slaapkamer. Een team van doorgaans 5 of 6 opvoed(st)ers en een huishoudster zorgen voor de dagelijkse zorg, opvang en begeleiding. Sinds enkele jaren bestaat het team opvoeders uit voltijdse opvoeders en deeltijdse opvoeders. Omdat bij de indeling van de jongeren over deze leefgroepen rekening wordt gehouden met een aantal factoren, hebben deze leefgroepen/huizen stilaan een eigen typerend therapeutisch klimaat ontwikkeld. Hierna volgt een korte beschrijving van deze huizen, met inbegrip van enkele van deze ‘eigenheden’ per huis. 2.2.1.
Caloes
In september 2009 hebben we dit huis in gebruik genomen voor 10 jongens en meisjes van 5 tot 12 jaar. Deze uitbreiding is een eerste stap die we zetten om voor de regio Antwerpen en ten zuiden van Antwerpen ook een aanbod te doen voor de doelgroep kinderen gedrags- en emotionele stoornissen. De kinderen lopen school in de directe omgeving van de leefgroep. Hierdoor kan de tijd die nodig is voor schoolvervoer behoorlijk worden beperkt. Het ruime huis biedt de kinderen een aangepaste en huiselijke omgeving waarin structuur, stimulering van de ontwikkeling, veiligheid en persoonlijke zorgtrajecten centraal staan. Berchem als locatie maakt dat de leefgroep zeer bereikbaar is voor ouders, vlotte tram- en busverbindingen en goed bereikbaar met de auto. Dit werkt stimulerend voor onze gezinsgerichte werking.
Adres:Marie-Josélaan, 11 – Berchem
7
2.2.2.
Kindervilla/Kibis
In beide aanpalende leefgroepen verblijven zowel jongens als meisjes met leeftijden van 5 tot 12 jaar; zij lopen bijna allen school in BLO type 3 (via onze tuin komen we direct op de speelplaats). De leefwereld is aangepast aan de leeftijd van de kinderen met een sterke behoefte aan structuur. Er is een actieve programmering: veel spelmateriaal, grote tuinen, knutselruimte, lectuur… Veel belang wordt gehecht aan fysieke en materiële zorg, een positief lichaamsgevoel en goede schoolattitudes. Adres : De Rentfort, 13/15 - Schilde.
2.2.3.
Wiezelo & Wiebis
In beide aanpalende huizen verblijven jongens en meisjes. De meisjes kunnen verblijven tot 21 jaar, de jongens verhuizen na het beëindigen van de lagere school naar een andere leefgroep of andere voorziening. De leefwereld biedt voor de ‘kleintjes’ veel sfeer, zorg, continuïteit en actieve programmering: grote tuin met klimrek, knutselruimte, aparte speelruimte met ruim aanbod aan spelmateriaal en spellen. Voor de pubermeisjes is er veel aandacht voor buitenhuisclubs, schoolse opvolging, sociale vaardigheden en vrijetijdsbesteding. Van groot belang zijn fysieke en materiële zorg en een positief lichaamsgevoel. Adres : Wiezelo, 3A - Gooreind-Wuustwezel
Zijaanzicht met speelkoer
Tuin en veranda
8
2.2.4. Klein Heiken De samenstelling van de leefgroep van deze eenwoonst is vrijwel identiek aan de vorige dubbelwoonst, zowel qua samenstelling als qua eigen accenten. Grote materiele en lichamelijke zorg en veel aandacht voor sfeer en warmte zijn een handelsmerk van dit huis. Adres : Klein Heiken, 163 - Kapellen.
Frontaal en lateraal zicht
Achteraanzicht met tuin
2.2.5. Biest Puber- en adolescentengroep voor beneden gemiddeld begaafde jongens. De leefwereld is aangepast aan de mogelijkheden van de jongens (qua materiële inrichting, huisreglement, taalgebruik), met de bedoeling deze omgeving begrijpelijk en voorspelbaar te maken. Er is een ruim aanbod van aantrekkelijke activiteiten en veel aandacht voor sfeer en het concrete. Veel belang wordt gehecht aan een aangepaste schoolkeuze en haalbare beroepsvorming. Gezien de ‘multipele handicap’ vraagt deze groep jongens extra aandacht. Adres : Biest 54, - Wuustwezel
Vooraanzicht
Achteraanzicht
9
2.2.6. Heide In een mooie vrijstaande woning verblijven normaalbegaafde puber- en adolescente jongens. Er wordt veel aandacht besteed aan een groepsstructuur, waarin de individuele jongere evenwel zijn plaats vindt. Daarnaast is er ruimte voor accenten op studiegebied, werk, sport, ontspanning, clubactiviteiten en actieve kampen. De jongeren worden maximaal gestimuleerd in het ontwikkelen van sociale vaardigheden, ter voorbereiding van ofwel een kamertraining, ofwel een zelfstandig bestaan. Adres : Begonialaan, 2 - Heide-Kalmthout.
Zij-en vooraanzicht
Tuin en achteraanzicht
2.2.7. Hof-van-Delft Puber- en adolescentengroep voor jongens, normaal begaafd. Accent ligt op groepsleven, schoolwerk en begeleiding, clubleven en respect voor het individu. Aandacht voor schoolse opvolging, sociale vaardigheden, zelfstandigheidsontwikkeling, vrijetijdsbesteding (ook buitenshuis), weekendwerk. Adres: Hof van Delftlaan, 6 - Ekeren
Vooraanzicht
Achteraanzicht
10
2.2.8. Rozemaai Kamertrainingsproject voor jongens en meisjes vanaf 16 jaar. De jongeren worden op een systematische manier voorbereid op de meerderjarigheid en het eventueel alleen wonen. Dit behelst verschillende aspecten: school, werk, zorg voor zichzelf en de omgeving, sociale en relationele vaardigheden, opnemen van verantwoordelijkheid, technische vaardigheden, vrijetijdsbesteding, budgetbeheer,…
Adres : Cornelius Broeckxstraat, 2 - Ekeren-Antwerpen Vanuit dit huis kunnen 3 jongeren doorschuiven naar één van onze 3 studio’s (gelegen naast de huizen Klein Heiken, Heide en Hof van Delft). Deze jongeren worden gerekruteerd uit de ‘kamertraining’, zijn minstens 18 jaar oud, en worden verder begeleid door hun oorspronkelijke begeleider (traject). Inhoud van de begeleiding: verdere voorbereiding op een zelfstandig bestaan, grote aandacht voor budgettering, administratieve formaliteiten en externe contacten. Eens de jongere de studio heeft verlaten is er nog een periode nabegeleiding mogelijk.
11
2.2.9. Centrale huis Op deze plaats zijn de ondersteunende diensten ondergebracht. Volgende medewerkers kan je hier bereiken: - psychiaters - teamverantwoordelijken - maatschappelijk werkers - groepchefs - project- en ondersteunend medewerker - preventie adviseur - kwaliteitscoördinator - speltherapeute - administratieve medewerkers - technische medewerkers - onderdirecteur - directeur Dit is ook de plaats waar de intake en de meeste oudergesprekken plaats vinden.
Adres: Van Praetlei, 173 – Merksem
12
2.3. Visie Begeleidingscentrum Dennenhof wil een voorziening zijn die een degelijke residentiële opvang biedt aan kinderen en jongeren die, omwille van ernstige gedrags- en/of emotionele problemen, tijdelijk niet in hun oorspronkelijke context kunnen verblijven. Vanuit het systeemtheoretisch denkmodel proberen wij de werking zo goed mogelijk te laten aansluiten bij : -
de algemene maatschappelijke context, de perceptie en beleving van de relevante context, de perceptie en beleving van de individuele jongere.
Begeleidingscentrum Dennenhof wil de kwaliteit van begeleiding en behandeling van de jongere en zijn gezin zo hoog mogelijk houden, door enerzijds oog te hebben voor de dagelijkse concrete zorg en anderzijds belang te hechten aan reflectie en sterk inhoudelijk theoretische kennis. Om dit te verwezenlijken wil het begeleidingscentrum zich ook profileren als een goed beheerde voorziening op financieel, materieel en personeelsvlak. Financiële zekerheid, goede woon- en werkomstandigheden en een gezonde organisatie, zijn garanties voor een kwalitatief goede zorg; bovendien worden ook de zorgverstrekkers goed ‘verzorgd’. Op vlak van personeelsbeleid wil Begeleidingscentrum Dennenhof een organisatie zijn die, vanuit een helder operationeel kader, zijn personeelsleden op alle niveaus appelleert tot het nemen van verantwoordelijkheid, autonoom handelen en creatief denken. Door het personeel veel ruimte te bieden tot ontplooiing, stimuleren we onze medewerkers om zich maximaal te ontwikkelen en zo te kunnen blijven streven naar een steeds beter hulpverleningsaanbod. Tot slot wil het begeleidingscentrum actief zijn binnen de regio om een goede samenwerking te realiseren met andere voorzieningen.
13
2.4. Waarden Begeleidingscentrum Dennenhof staat een aantal waarden en normen voor, die niet altijd uitdrukkelijk omschreven staan, doch wel tot uiting komen in de werking. We sommen de voornaamste op : -
Pluralisme: zowel de bestuursorganen als het personeel zijn vrij in hun geloofs-, relationele en maatschappelijke keuzes in de privé-sfeer, mits een correcte hantering in de werksfeer. De ouders of de jongeren maken eigen keuzes m.b.t. geloof, schoolkeuze en andere ‘gebruiken’ voor zover deze hanteerbaar zijn in de leefgroepen. De overtuiging, die in het gezin van oorsprong van de jongere heerst, wordt actief gerespecteerd en ondersteund.
-
Maatschappelijke visie: maatschappelijk situeert het centrum zich in een deels alternatieve, deels conformerende positie. Alternatief zijn onze opvattingen over het instellingswezen : gedecentraliseerd, kleinschalig, ruime autonomie. Conformerend is onze opvatting dat delinquente normen niet getolereerd worden. We volgen daarin de wetgeving.
-
Tolerantie: er zijn verschillende ‘waarheden’ ; niemand kent de enige waarheid of heeft altijd gelijk. Begeleidingscentrum Dennenhof heeft respect voor het ‘anderszijn’ en vermijdt om in verwerpingsspiralen terecht te komen, zowel naar de jongeren, ouders als naar de medewerkers. Positieve waardering, appél doen op gezonde en sterke kanten van elkaar, worden hierbij sterk aangemoedigd.
-
Evenwicht: tussen bevorderen van individuele, persoonlijke groei enerzijds en maatschappelijke integratie anderzijds.
-
Systeemvisie: vanuit het besef van onderlinge beïnvloeding (zowel intern als extern), loyaliteit en gedeelde verantwoordelijkheid is deze systeemvisie de leidraad in de werking met onze cliënten.
-
Deskundigheid: aan het (pedagogisch) personeel wordt grote deskundigheid gevraagd op het vlak van orthopedagogische expertise van de doelgroep, kennis van diagnostiek, aangevuld door specifieke psychotherapeutische opleidingen.
-
Autonomie: zowel voor de jongere als het ouderlijke milieu wordt een zo groot mogelijke autonomie nagestreefd, rekening houdend met de mogelijkheden én met respect voor de integriteit van anderen.
-
Sekse-onderscheid: mannen en vrouwen doen hetzelfde werk; rolonderscheid wordt niet gemaakt.
-
No nonsense: in een complex werkveld met een massa aan problemen verkiest het begeleidingscentrum een pragmatische aanpak te hanteren.
14
2.5. Werking en behandeling Kort na de opname wordt een behandelingsplan ‘op maat gesneden’. De behandeling is langdurig, intensief en multidisciplinair, wat betekent dat de behandeling van het kind of de jongere en de begeleiding van zijn leefcontext wordt opgesteld en uitgevoerd door een team waaraan de kinderpsychiater, de psycholoog/pedagoog, maatschappelijk assistent en opvoeders meewerken. Deze behandeling steunt voornamelijk op drie belangrijke pijlers :
2.5.1. Leefgroepbehandeling In een groot en degelijk huis-in-de-rij in ‘gewone’ woonwijken wordt de dagelijkse zorg van de jongere behartigd. De lichamelijke, emotionele, cognitieve en sociale ontwikkeling van het kind/jongere wordt constant gevolgd en gestimuleerd. We besteden hierbij extra zorg aan respect voor intimiteit en veiligheid, aanpaste taken, activiteiten en schoolbegeleiding. Elk kind of jongere krijgt een aandachtsopvoeder toegewezen, die een sleutelrol vervult in de individuele begeleiding van het kind of jongere. In de leefgroep leer je samenleven. Om hierin ondersteuning te bieden, maken we gebruik van een duidelijke structuur, die we laten variëren in functie van de behoeften van de kinderen en jongeren in de leefgroep. De leefgroep is dan ook een veilige oefenruimte om sociale vaardigheden onder de knie te krijgen. Naast de gemeenschappelijke noemer van deze basisstructuur, heeft elke leefgroep nog eigen accenten, afhankelijk van de toegewezen kinderen; zie hoger in de tekst onder paragraaf 2.2. 2.5.2. Gezinsgerichte werking Vanuit een systeemtheoretisch model (zie ook hoger) wordt gezocht naar een ideaal opvoedingsbeheer tussen ouders en voorziening. De ouders worden beschouwd als levensbelangrijke personen voor het kind en worden als dusdanig benaderd. We reiken mogelijkheden aan om zoveel mogelijk bij te dragen tot de ontplooiingskansen van de jongere, rekening houdend met de mogelijkheden en/of beperkingen van de ouders of leefcontext. We streven naar een zo intens mogelijk contact met het thuismilieu. Gezinsbegeleiding en/of gezinstherapie kan, waar aangewezen. 2.5.3. Individuele therapie Indien de indicaties hiervoor aanwezig zijn, wordt onder supervisie van de kinderpsychiater voor sommige kinderen een individuele therapie gestart; meestal bij de interne therapeuten, soms bij externe. 2.5.4. Schoolbegeleiding Samen met de ouders wordt een aangepaste school gezocht, waarbij volgende factoren belang hebben : - de mogelijkheden om met moeilijk gedrag om te kunnen - de mogelijkheden qua vordering van schoolse kennis - de nabijheid van de leefgroep - de continuïteit (van schoolkeuze). De voorkeur gaat uit naar het gewoon onderwijs; naarmate de ernst van de gedragsproblemen kan het criterium ‘gedragshantering’ de bovenhand halen op de criteria IQ en schoolse kennis. De teamverantwoordelijke (psycholoog of orthopedagoog) introduceert de jongere, volgt op en ondersteunt, dit laatste zowel naar de leerkrachten als naar de opvoeders.
15
3.
Werking en evoluties in 2013
Hier lichten we een aantal topics meer uitgebreid toe of blijven we stilstaan bij één of meerdere aspecten in onze werking. 2012 is vooral gekleurd door de vele veranderingen die in voorbereiding zijn gezet op sectoraal vlak. Veranderingen die op termijn een verregaande invloed hebben op onze werking. 3.1.Intersectorale toegangspoort Sinds meer dan 10 jaar wordt er gewerkt aan een integrale jeugdhulp. Hierbij is het de bedoeling dat verschillende sectoren via een toeleidingskanaal een zo geschikt mogelijk hulpverleningsaanbod kunnen aanbieden. De ultieme droom moet zijn dat er slechts een sector overblijft nml. Jeugdhulp. Deze droom is nog veraf, maar er is vastgelegd dat in 2014 de intersectorale toegangspoort een feit moet zijn. In 2013 zal er al een half jaar proef gedraaid worden in een nog af te spreken regio. Om dit te kunnen realiseren zijn alle betrokken overlegorganen op scherp gesteld om de nodige voorbereidingen te treffen. Zo dient het hulpverleningsaanbod terug in modules te worden gegoten, met als doel het aanbod overzichterlijker te maken. 3.2. Masterplan Begeleidingscentrum Dennenhof heeft zijn masterplan gefinaliseerd in 2012. De rechtstreekse aanleiding voor dit plan is dat onze huizen dringend aan rennovatie toe zijn. Verschillende zijn na 30 jaar uitgeleefd. We hebben er voor gekozen om dit op basis van omgevingsanalyse en gewijzigde hulpverleningsinzichten zo breed mogelijk te bekijken. Het plan De kerngedachte is dat we ons verder specialiseren in waar we goed in zijn: aanbieden van begeleiding en opvang van kinderen en jongeren met gedrags- en emotionele stoornissen in en met hun context! Om ons verder te specialiseren en in het kader van zorgvernieuwing dienen we andere werkvormen te ontwikkelen voor onze doelgroep naast onze huidige residentiële opvang. In eerste instantie: dagondersteuning binnen de huidige werking, begeleid zelfstandig wonen, thuisbegeleiding, dagondersteuning voor jongeren die niet opgevangen worden binnen onze residentie. Andere uit te bouwen werkvormen kunnen zijn: rechtstreeks toegankelijke vroegbegeleiding, informatiecentrum, diagnosecentrum, gesloten hulpverleningscentrum. We ontwikkelen drie locaties waar we drie leefgroepen vestigen en een kamertrainingscentrum. Dit kadert in: - het realiseren van een betere regionale spreiding van de hulpverlening voor onze doelgroep. We vullen de leemte Turnhout en ten zuiden van of Antwerpen op. - Hierdoor kunnen opvoedersuren efficiënter worden ingezet. - Op elke campus moet elke leeftijdscategorie kunnen worden opgevangen (5 – 18 jaar) in horizontaal gestructureerde groepen. Al of niet gemengd werken in groepen dient nog verder uitgeklaard te worden. Op deze manier pogen we de onthechting deels op te vangen die we nu structureel zelf in onze werking inbouwen. Herlocalisatie groepen: Al onze leefgroepen zullen worden gelocaliseerd op drie locaties, waarbij we per locatie drie groepen een nieuwe woonst krijgen. Enkel het kamertrainingscentrum zal een afzonderlijke locatie krijgen. Elke leefgroep behoudt zijn autonomie en eigenheid. Enkel de nachturen zullen gedeeld worden met elkaar. We proberen sector overschrijdende initiatieven te realiseren. Realisatietijd: Tussen de 4 en 15 jaar. Afhankelijk van opportuniteiten worden onderdelen sneller of trager gerealiseerd en kunnen locaties wijzigen.
16
We hebben de keuze gemaakt locatie per locatie te realiseren. De grootste nood lijkt zich te situeren in Antwerpen of ten zuiden van Antwerpen, dit proberen we dan ook eerst te realiseren. 3.3. GES+ Eind 2011 ontvingen we een bijkomende erkenning om twee van onze 90 bedden om te bouwen naar twee GES+ bedden. Deze bedden zijn voorbehouden voor jongeren die in de gemeenschapsvoorziening verblijven en moeilijk toewijsbaar zijn aan een MPI, maar die toch nood hebben aan een dergelijke hulpverleningsvorm. Bij de start van het nieuwe schooljaar in 2012 zijn in deze vorm twee opnames gebeurd. De realisatie van zulk een opname volgt een volledig ander parcours. Gezien de moeilijkheidsgraad en de complexiteit van deze dossiers bekomen we extra middelen voor deze twee plaatsen. Tevens kunnen er in deze dossiers hulpverleningstrajecten worden uitgeschreven los van de bestaande regelgeving. Er wordt ook vanuit gegaan dat deze trajecten niet door een voorziening kunnen worden gerealiseerd. Dat de kennis en kunde van verschillende voorzieningen te gelijkertijd en ten gepaste tijde moet aangewend worden. Dankzij de flexibiliteit in de GES+ regelgeving is het dan ook mogelijk zonder al te veel grenzen de zorg te delen samen met een andere hulpverlener. Dit past volledig in de zorgvernieuwing zoals we deze omschrijven in ons masterplan. 3.4.Harrera Als rechtstreeks gevolg van onze GES+ erkenning dienden we versneld op zoek te gaan naar uitbreiding van onze dagondersteuning. Uitbreiding met personeel, openingsuren, eigen locatie en een eigen teamverantwoordelijke. We hebben op het einde van het jaar Harrera opgericht. We realiseren hiermee de functie van dagondersteuning als een volwaardige afzonderlijke specialisatie in ons aanbod. De dienst heeft onderdak gevonden bij de zorgboerderij De Meander in Kapellen en heeft een bijkomende halftijdse begeleider gekregen. De twee halftijdse begeleiders garanderen ondersteuning gedurende de schooldagen. De ondersteuning bestaat uit enerzijds eigen activiteiten op de zorgboerderij en anderzijds externe projecten. Hiermee realiseren we alvast een stukje van ons masterplan. 3.5.Laag frequente vervolghulp In 2012 hebben we Begeleidingscentrum Dennenhof ingeschreven in de beweging om laagfrequente mobiele vervolghulp aan te bieden aan jongeren/ouders als de residentiële hulp stopt. Deze hulp mag worden aangeboden tot de leeftijd van 25 jaar. Ze heeft tot doel om die jongeren, die na hun verblijf in onze voorziening nog hulp nodig hebben en wensen, bij te staan in hun verdere groei naar zelfstandigheid en de toeleiding naar de volwassenhulpverlening te bevorderen als dit gewenst is. De effectieve opstart heeft in 2013 plaats. Ook hiermee wensen we in te schrijven op de beweging van zorgvernieuwing in de sector. 3.6.Persoonsvolgende financiering Het VAPH heeft op het einde van het jaar aangekondigd dat het een systeem van persoonsvolgende financiering wil uitwerken in 2013. Op basis van de beperkte informatie die hier over gekend is nemen wij het standpunt in (samen met de andere minderjarige voorzieningen in de sector) dat de realisatie hiervan bij minderjarigen veel minder evident is dan bij meerderjarigen.
17
Algemeen merken we op dat binnen het VAPH alle wijzigingen ontstaan in functie van meerderjarigen. De meerderjarigen zijn binnen het agentschap ook de grootste groep van zorgvragers. De gevolgen en haalbaarheid voor minderjarigen worden pas bekeken nadat de beslissingen zijn genomen in functie van de meerderjarigen. Het dynamische karakter van hulpverlening bij minderjarigen wordt steevast niet gevat. 3.7. Vormingsbeleid Het bestaande vormingsbeleid is herschreven. Er is duidelijkheid gekomen welke vormingen per functiegroep verplicht dienen gevolgd te worden en welke facultatief. Hiermee willen we ons kwaliteitsniveau verhogen en op een hoger niveau houden. Hiermee doen we ook een eerste aanzet om vast te leggen wat medewerkers inhoudelijk minimaal aan inzichten moeten hebben. Ook het besluitvormingsproces in wie wat mag/moet volgen is hiermee gestroomlijnd.
3.4. Sponsorprojecten Een gift van Dierickx Leys Effectenbank heeft ons geholpen om ons te helpen een start te maken met vernieuwing van het wagenpark voor onze leefgroepen.
18
4.
Statistische gegevens over de opgenomen jongeren in 2012
4.1. Aanmeldingen Het is niet meer mogelijk om, zoals we tot hiertoe deden, een overzicht van de aanmeldingen van het voorbije jaar weer te geven. De essentiële wijziging is dat er geen wachtlijsten meer bestaan op voorzieningsniveau, maar dat er op niveau van het VAPH voor gans Vlaanderen een centrale registratie zorg (CRZ) is. Elke persoon met een zorgvraag wordt geregistreerd op deze centrale wachtlijst door een contactpersoon. De zorgvrager wordt, op basis van een aantal criteria (o.a. urgentiecodes), ingedeeld in prioriteitengroep 1 of 2, waarbij groep 1 de meest dringende zorgvragen zijn. De voorzieningen maken een keuze, aan de hand van een aantal criteria (bvb.leeftijd, geslacht, regio enz.), uit de centrale kandidatenlijst. Er dient in de eerste plaats opgenomen te worden uit de hoogste prioriteitengroep. Na motivatie wordt een opname uit een lagere prioriteitengroep aanvaard. Begin 2012 is in Begeleidingscentrum Dennenhof een aanmeldingsteam geïnstalleerd bestaande uit de onderdirecteur, een maatschappelijk werker en de medewerker jongerenadministratie. Het aanmeldingsteam is het eerste contact voor de aanmelder/verwijzer bij het opvragen van relevante informatie en het verduidelijken van de beslissing inzake opnames. Dit team maakt een selectie uit mogelijke kandidaten en legt de opgevraagde verslaggeving voor aan de kinderpsychiaters, die beoordelen of er een adequaat aanbod kan geboden worden aan de zorgvrager vanuit Begeleidingscentrum Dennenhof.
19
4.2. Opnames In de loop van 2012 zijn 18 kinderen/jongeren opgenomen, waarvan 14 jongens (incl. 1 heropname) en 4 meisjes. Wat betreft de ‘plaatsers/verwijzers’ van deze 18 jongeren verwijzen we naar volgende tabel: Verwijzers opnames Comité Bijzondere Jeugdzorg (CBJ) Jeugdrechtbank (JRB) Kinderpsychiatrie Onbekend MPI OBC CCG CKG Totaal
Aantal 1 1 5 4 1 3 2 1 18
De gemiddelde leeftijd bij opname van deze 18 jongeren bedroeg : - voor de jongens 11 jaar, - voor de meisjes 10 jaar en 10 maanden. Het jongst opgenomen meisje was 6 jaar en 10 maanden, de jongst opgenomen jongen 4 jaar en 8 maanden. Het oudst opgenomen meisje was 14 jaar en 6 maanden, de oudst opgenomen jongen 18 jaar.
4.3. Ontslag In de loop van 2012 hebben 20 kinderen/jongeren de voorziening verlaten, waarvan 70 % terugkeerden naar het ouderlijk milieu. Gemiddeld waren ze 14 jaar en 9 maanden op het moment van vertrek. Onderstaande tabel geeft een verder overzicht waar deze jongeren naartoe gingen:
Plaats Ouderlijk milieu Jongerenwelzijn Zelfstandig gaan wonen Andere voorziening Totaal
Aantal 14 2 3 1 20
20
4.4. Gemiddelde verblijfsduur De gemiddelde verblijfsduur van de opgenomen jongeren geven we weer volgens drie methodes. 1) Van de 87 jongeren, die op 31 december 2012 in onze voorziening verbleven, was de gemiddelde verblijfsduur op dat moment 2 jaar en 9 maanden, ongeveer zoals in 2011. De jongere die op dat ogenblik het langst in Dennenhof verbleef was er 12 jaar en 4 maanden. Op 31.12.2012 verbleven er 64 jongens en 23 meisjes in Begeleidingscentrum Dennenhof. 2) Een overzicht van de vertrekkers van de laatste 3 jaren (01.01.2010 t/m 31.12.2012) geeft volgend beeld: in totaal 64 jongeren verlieten (50 jongens en 14 meisjes) ons centrum in die periode: - gemiddelde verblijfsduur: 3 jaar en 1 maand - hoogste verblijfsduur: 13 jaar en 6 maanden - laagste verblijfsduur: 8 maanden - gemiddelde leeftijd bij vertrek: 14 jaar en 10 maanden Vaststellingen: de hoogste verblijfsduur, de gemiddelde verblijfsduur en de gemiddelde leeftijd bij vertrek zijn grotendeels hetzelfde gebleven t.o.v. 2011. 3) Bekijken we de vertrekkers over een referteperiode van 10 jaar (01.01.2003 t/m 31.12.2012). Over deze periode hebben we 184 behandelde ‘dossiers’ bekeken: - gemiddelde verblijfsduur: 3 jaar en 7 maanden - er is geen relevant verschil in verblijfsduur tussen (139) jongens en (45) meisjes - de gemiddelde leeftijd bij opname (van deze vertrekkers) bedraagt 11 jaar en 10 maanden. - de gemiddelde leeftijd bij vertrek bedraagt 14 jaar en 10 maanden.
Algemene conclusies: - De laatste jaren duurt de opname gemiddeld korter. - De gemiddelde leeftijd zowel bij opname als bij vertrek blijft stabiel t.o.v. de vorige jaren.
21
4.5. Populatie 2012 In de loop van 2012 hebben in totaal 107 jongeren geheel of gedeeltelijk verbleven in onze voorziening; waarvan 82 jongens (of 76,64 %) en 25 meisjes (of 23,36 %). Uit volgende tabel inzake geografische spreiding (o.b.v. de officiële woonplaats) blijkt dat 44,86 % van deze jongeren afkomstig zijn uit Groot-Antwerpen (incl.Antwerpen). Ruim 97 % komt uit de provincie Antwerpen. Woonplaats Antwerpen Groot-Antwerpen (excl.Antw) Provincie Antwerpen(excl.voorg.) Andere provincies Totaal:
Aantal 21 27 56 3 107
Percentage 20 % 25 % 52 % 3%
Wat betreft de plaatsende instanties van deze jongeren verwijzen we naar volgende tabel: Jeugdrechtbank Comité voor Bijzondere Jeugdzorg Ouders TOTAAL
36 32 39 107
4.6. Begeleide uitgroei Dit systeem biedt de mogelijkheid om jongeren – na hun vertrek uit de voorziening – nog enkele maanden verder te begeleiden, met een maximum van 6 maanden. Deze begeleiding stopt als duidelijk wordt dat de verdere opvang (meestal in het ouderlijk milieu) zonder hulp van ons centrum lukt. Anderzijds bestaat de mogelijkheid dat de jongere, indien aangewezen, terugkeert naar de residentiële opvang van Begeleidingscentrum Dennenhof. BEGELEIDE UITGROEI 2011 Start in 2012 met vertrek in 2012 uit Dennenhof Start in 2012 en voortzetting in 2013 Totaal
AANTAL 3 2 5
22
4.7. Bezettingsgraad 2012 Onderstaande tabel geeft een maandelijks overzicht van de gemiddelde bezetting (op een erkenning van 90) met volgende toelichtingen: - kolom 2: de gemiddelde aanwezigheden per maand in getallen (aantal jongeren) - kolom 3: de gemiddelde aanwezigheden per maand in procenten t.o.v. de erkenning (90) - kolom 4: gemiddelde procentuele aanwezigheid tijdens weekends en vakanties. Maand Januari Februari Maart April Mei Juni Juli Augustus September Oktober November December
Bezetting/maand/dagen 89.06 88.00 87.35 87.00 86.97 85.63 81.94 85.61 88.33 88.32 89.13 87.55
%/maand 98.96% 97.78% 97.06% 96.57% 96.54% 95.05% 90.95% 95.03% 98.05% 98.04% 98.93% 97.18%
% we/vakanties 39.11% 38.02% 39.09% 42.95% 41.71% 41.35% 47.85% 48.39% 41.55% 41.27% 40.43% 35.58%
Tijdens heel 2012 bedroeg de gemiddelde bezetting 87.07 plaatsen of 96.65 % rekening houdend met de erkenning van 90.
23
Tijdens weekends en vakantieperiodes bedroeg de gemiddelde bezetting over het hele jaar 40.01% Een vergelijking met voorgaande jaren levert volgend resultaat: Bezetting / jaar / dagen % / jaar % we / vakanties 2002 76.09 98.80 38.10 % 2003 75.05 97.50 38.81 % 2004 73.28 95.20 42.34 % 2005 75.07 97.10 38.70 % 2006 75.61 96.10 40.96 % 2007 77.60 97.00 41.31 % 2008 (jan-aug) 76.22 95.30 40.77 % 2008 (sep-dec) 82.83 92.00 37.25 % 2009 81.58 91.40 38.25 % 2010 85.70 95.10 33.50 % 2011 86.33 95.92 40.01% 2012 87.07 96.65 42.35%
Conclusies: -
De gemiddelde bezetting tijdens weekends en vakantiedagen is gestegen t.o.v. 2011. We stellen hierbij een trend vast dat de vraag voor weekendopvang daalt en die voor vakantieopvang explosief stijgt. Door de aanhoudende trend dat plaatsingen steeds korter worden, stijgt het aantal vertrekkers en opnames wat maakt dat de realiteit ingewikkelder is dan de cijfers doen vermoeden. Het groot aantal intakes en opnames, het goed onthalen en opvangen van nieuwe jongeren en het begeleiden van jongeren die weggaan, vraagt alles samen een grote inspanning van alle betrokken personeelsleden. In dit verband is onze intake- en opnameprocedure aangepast.
24
5.
Personeel
5.1. Organisatie Cijfers en feiten over arbeidsduurvermindering: In 2012 hebben medewerkers recht op: - 495.2 uren bijkomend conventioneel verlof (35+); - 7399 uren vrijstelling van arbeidsprestaties (VAP) (vanaf 45 jr); - in totaal betekent dit een stijging van 1455 uren t.o.v 2011. De gemiddelde dienstanciënniteit van de opvoeders is terug gestegen. Een verklaring hiervoor is o.a. dat er geen enkele vervanging van bruggepensioneerden, door jongere medewerkers heeft plaatsgevonden. Toch blijft nog een grote groep opvoeders over in de leeftijdscategorie (45 jaar en ouder), die in aanmerking komt voor vrijstelling van arbeidsprestaties. Positieve kant van de medaille: medewerkers blijven graag werken in Begeleidingscentrum Dennenhof, de opgebouwde ervaring blijft binnen het begeleidingstehuis, medewerkers blijven langer aan de slag in de sector. Negatieve kant van de medaille : de druk om de continuïteit gegarandeert te houden stijgt. Hoe meer uren VAP, hoe meer deeltijdse medewerkers, hoe moeilijker organiseren.
5.2. Sociaal overleg Comité ter preventie en bescherming van werknemers (CPBW) Op basis van wat er het sterkste leeft bij de medewerkers zijn volgende punten weerhouden in het jaaractieplan: - stress, - brandveiligheid (brandevacuatieoefeningen), - bescherming van de werknemers tegen geweld, - chemische (schoonmaakproducten). Voor elk van deze punten worden de acties vastgelegd om te bepalen op welke manier we medewerkers beter kunnen beschermen tegen de specifieke risico’s.
Syndicale delegatie Volgende onderwerpen zijn besproken: - vereenvoudiging van het huishoudelijk reglement, - sociale verkiezingen, - vastleggen van brugdagen, - goedkeuring éénmalige middelen Sociale Maribel
25
5.3. Ziekteverzuim Categorie Opvoeders Logistiek Anderen TOTAAL
Totaal aantal per Totaal aantal Aantal dagen Totaal aantal Gemiddeld aantal soneelsledenen ziektedagen arbeidsongeval dagen dagen per ‘kop’ 63 901 51 952 15,1 dagen 24 809 2 811 33,8 dagen 26 139 0 139 5.3 dagen 113 1849 53 1902 16,8 dagen
Toelichtingen bij de tabel: Onderaan in de derde kolom vind je het totale aantal ziektedagen (1849) zonder arbeidsongeval; in de vijfde kolom onderaan (1902) inclusief arbeidsongevallen. Waar personeelsleden in de loop van het jaar vervangen zijn, hebben wij deze samen als één ‘kop’ geteld, dit om geen al te ingewikkelde tabellen te moeten maken. Zwangerschappen zijn geen ziekte en dus in deze statistiek niet opgenomen. Conclusies en interpretaties: Het aantal ziektedagen is gestegen tov 2011 (van 13,4 naar 16,8 dagen = zelfde als in 2010). Net zoals vorig jaar is het aantal dagen arbeidsongevallen meer dan gehalveerd.
Omdat er ook dit jaar enkele mensen (zeer) lang afwezig waren wegens ongevallen en/of medische ingrepen, brengen we in volgende tabel een beeld van het kort ziekteverzuim, m.a.w. periodes van maximum 30 dagen. Dit geeft trouwens een beter beeld van de last die dit veroorzaakt aan een organisatie: periodes tot 30 dagen vallen binnen het gewaarborgd maandloon en zijn dus – qua subsidiëring – niet vervangbaar.
Categorie
Opvoeders Logistiek Anderen TOTAAL
Totaal aantal personeelsleden 63 24 26 113
Totaal aantal Gemiddeld ziektedagen aantaldagen per ‘kop’ 497 7,88 282 11,75 134 5,1 913 8,07
Conclusies en interpretaties: Arbeidsongevallen hebben we uit de tabel verwijderd omdat deze onmiddelijk vervangbaar zijn. - Opvallend is het grote aantal korte ziektes in de categorie logistiek. Gemiddeld 4 dagen “per kop” meer tov van 2011. Deze functiegroep bestaat uit medewerkers waarvan de gemiddelde leeftijd 51 jaar is. Door de aankoop van ergonomische kuismaterialen bij Boma hopen we de fysieke belasting van de medewerkers te verminderen. - Kort ziekteverzuim bij de opvoeders stijgt licht (0,27%) en bij de anderen zakt het licht (0,8%).
26
5.4. Personeelsverloop In de loop van 2012 hebben volgende personeelsleden de voorziening verlaten: - 1 opvoedster heeft ontslag gegeven - 1 groepschef heeft ontslag genomen. - 12 tijdelijke personeelsleden (voor vervanging of tijdelijke contracten) hebben de voorziening verlaten. - 1 huishoudster heeft haar contract niet verlengd na de proefperiode. Vaststelling: Niemand is afgelopen jaar met brugpensioen gegaan. Het aantal tijdelijke- en vervangingscontracten stijgt van 7 naar 12. Wat een logisch gevolg is van meer deeltijdse medewerkers, als die dienen te vervangen worden, dan is dit door een deeltijds vervangingscontract.
5.5.
Personeelsbestand op 31 december 2012 1 voltijds 1 voltijds 2 voltijds 1 voltijds 3 voltijds 3 voltijds
1 voltijds 1 voltijds 10 voltijds 27 voltijds 1 voltijds 2 voltijds 2 voltijds
4 deeltijds 1 deeltijds 1 deeltijds 2 deeltijds 1 deeltijds 1 deeltijds 3 deeltijds 26 deeltijds 5 deeltijds 14 deeltijds
1 1 2 5 1 4 5 1 1 1 4 10 53 1 7 16 113
4 leden directie-comité 5 teamverantw. 1 speltherapie 4 groepschefs 5 maatsch. ass. 1 kwal.coördinator 1 pro. en ond. med.
Centrale diensten 26
Directeur Onderdirecteur Psychiater Psycholoog – pedagoog Speltherapie Groepschef Sociale dienst Kwaliteitscoördinator Project en ondersteunend med. Boekhouder Administratie Hoofdopvoeders Opvoeders Hoofd technische dienst Technische dienst Huishoudelijk personeel
5 administratie 63 opvoeders 8 technische dienst 16 huishoudsters
Vaststellingen: Het aandeel van deeltijdse werknemers bedraagt 52.2 %. Het aantal deeltijdse werknemers is dus voor de eerste keer gestegen tot een meerderheid binnen Begeleidingscentrum Dennenhof. Het aantal werknemers is in 2012 gestegen van 105 naar 113. Dit komt door: * een extra psychiater * een extra opvoederscontract tot op het einde van het kalenderjaar vanwege vele ziektes * 4 extra opvoeders aangenomen * 1 opvoeder die is vervangen en naar de technische ploeg is gegaan * een extra huishoudster voor Caloes, * en dus meer deeltijdse medewerkers
27
Verhouding man/vrouw
Onderstaande tabel toont aan dat er in Begeleidingscentrum Dennenhof 68.1 % vrouwen werken, wat een zeer kleine stijging betekent t.o.v. 2011 met 0.5 %. Bij de opvoeders is 60.3% vrouw en bij het onderhoudspersoneel is dit 100%. Op de centrale diensten werken slechts 19.2% mannen. Man 1 2 0 1 1 0 0 0 25 6 0 36
Directie / Psychiaters Teamverantwoordelijken Speltherapie Sociale Dienst Opvoeder- groepschefs Kwaliteitscoördinator Project- en onderst. Med. Administratie Opvoeders Technische ploeg Onderhoudspersoneel totaal
Vrouw 3 3 1 4 3 1 1 5 38 2 16 77
Totaal 4 5 1 5 4 1 1 5 63 8 16 113
Dienstanciënniteit en leeftijd Onder dienstanciënniteit verstaan we: het aantal jaren in Begeleidingscentrum Dennenhof gewerkt of anders gezegd een loyaliteitsindex. Onderstaande tabel geeft, op 31/12/12: - op de eerste rij de gemiddelde dienstanciënniteit van het volledige personeel - op de tweede rij de gemiddelde dienstanciënniteit van de opvoeders - op de derde lijn de gemiddelde leeftijd van het volledige personeel - op de vierde lijn de gemiddelde leeftijd van de opvoeders De kolommen tonen een vergelijking sinds 2002.
Gemiddelde dienstanciënnite it geheel Dennenhof Gemiddelde dienstanciënnite it van de opvoeders Gemiddelde leeftijd van het volledige personeel Gemiddelde leeftijd van de opvoeders
2002
2003
2004
2005
2006
2007
10,71 jaar
11,26 jaar
11,61 jaar
11,99 jaar
12,82 jaar
13,12 jaar
10,3 jaar
10,71 jaar
10,92 jaar
11,04 jaar
11,65 jaar
11,51 jaar
_
_
_
_
43,19 jaar
38,17 jaar
37,91 jaar
38,55 jaar
39,20 jaar
40,18 jaar
2008 11,81 jaar
10,82 jaar
42,34 jaar
40,98 jaar
38,94 jaar
36,95 jaar
2009
2010
2011
11,31 jaar
10,16 jaar
11.27 jaar
10,55 jaar
9,47 jaar
9.87 jaar
41,24 jaar
43,44 jaar
41,93 jaar
37,58 jaar
37,08 jaar
37,84 jaar
28
Opmerking: Bij de opvoeders is de leeftijd van de vrouwen gemiddeld 34,80 jaar en de mannen 42,55 jaar . Beide personeelsgroepen zijn gemiddeld licht gestegen in leeftijd. Overzicht barema‘s van het opvoedend personeel 2012 Hoofdopvoeders
A1 opvoeders
Klasse B2A
Klasse B2B
Klasse B3
Totaal
10
37
14
1
1
63
In totaal zijn er 74.6 % opvoeders (incl. hoofdopvoeders) met een bachelorniveau. Dit is een procentuele stijging met 1.7%. T.o.v. 2010 is: - het aantal opvoeders met een bachelorniveau met 4 gestegen; - het aantal opvoeders in de klasse B2A, B2B en Klasse B3 hetzelfde gebleven; - het aantal hoofdopvoeders bleef eveneens status quo op 10. - Het aantal werknemers met een bachelorniveau is gestegen met 4 Algemene conclusies -
-
Het personeelsverloop wat betreft vaste medewerkers is laag in 2011. Er zijn echter meer vervangingsen tijdelijke contracten gebruikt, dit kan een ander gevoel bij de medewerkers hebben teweeggebracht. Het aandeel vrouwelijke werknemers binnen heel het begeleidingscentrum blijft nagenoeg status quo. Ook het aandeel van deeltijdse werknemers blijft verder stijgen (meer dan de helft 52.2%). De gemiddelde leeftijd van alle personeel is gedaald. Dit komt omdat er meer mensen in dienst zijn tov vorig jaar die onder de gemiddelde leeftijd zitten. De gemiddelde leeftijd van de opvoeders is licht gestegen.
29
6.
Opleiding en vorming
De meeste programma’s van opleidingen, en zeker de langdurige, lopen bijna altijd over schooljaren. Vermits een jaarverslag over kalenderjaren gaat, kan dit een enigszins vertekend beeld geven. We geven een overzicht per functiecategorie. We geven het detail in uren, omdat we menen dat dit het meest correcte beeld geeft. Pedagogische begeleidend personeel: Langdurige psychotherapeutische opleiding: aantal pers.
aantal uren
Totaal
Ontwikkelings- en ouderbegeleiding
1
45.5
45.5
Ontwikkelingsbegeleiding, ouderbegeleidinig en opvoedingsondersteuning
1
1
1
Totaal:
46.5
Meerdaagse opleidingen: aantal pers.
aantal uren
Totaal
Perspectiefplan 2020: een inclusieve samenleving in 2020
1
14
14
Initiatie in systeemtheoretisch denken
18
26
468
Agressiehantering/basistraining
1
16
16
Second international Conference Nonviolent Resistance Stress en burnout
1
15
15
1
26
26
Congres
1
16
16
Leiding geven
1
39
39
Praten met kinderen: spelen, spreken en doen
1
14
14
Perspectiefplan 2020: een inclusieve samenleving in 2020 Coaching
1
14
14
1
14
14
Totaal:
636
Interne opleidingen: aantal pers.
aantal uren
Totaal
Teamdag Kibis
9
7
63
Teamdag Kindervilla
8
7
56
2 Teamdagen Biest
9
13
117
Teamdag Caloes
9
7.5
67.5
Teamdag Heide
9
4
36
Totaal:
339.5
30
Studiedagen, workshops en symposia: aantal pers.
aantal uren
Totaal
Kinderen en jongeren van de lange omvaart
1
6.5
6.5
Symposium Samen Sterk: naar een gedeelde zorg voor kinderen met specifieke noden Kopp-kinderen, kinderen van ouders met psychiatrische problemen Lasergamen
1
8
8
1
7
7
8
1
8
Geboeid door zorg
2
3.5
7
Oefen je gelukkig
1
7
7
Werken aan werk
2
3
6
Infomoment
3
3
9
God is dad
6
3.5
21
Inzagerecht
1
3.5
3.5
Pilootproject digitale handelingsplanning/dossiers
2
2
4
Agressie in leefgroepen
6
6.5
39
Second International Conference Nonviolent Resistance De draad tussen cliënt en begeleider
2
7.5
15
2
5
10
Naar een betere samenwerking voor jongeren die in het onderwijs uit de boot dreigen te vallen Nieuwe gezinnen, nieuwe wetten
2
8
16
3
6.5
19.5
Geweldloos verzet en nieuwe autoriteit
24
3
72
Categorie 14-OBC werkgroep
1
5
5
Genetisch neurologische aandoeningen
1
3
3
Internet en moderne communicatiemiddelen
1
2
2
Kinderpsychiatrie in beweging: multiculturaliteit en migratie Preventieve maatregelen en onderzoek bij residentieel opgenomen patiënten Krachtgericht sociaal werk
1
8.5
8.5
1
3
3
1
3
3
Jongeren leren omgaan met geld
2
7
14
Opleiding smartgames
1
4.5
4.5
Rots en water
1
3
3
Raad van Beheer
1
2.5
2.5
The neurobiology of mindfulness
1
2.5
2.5
Geweld op school: bescherming van de integriteit van het kind-school en onderwijs Seksueel gedrag in het buitengewoon onderwijs
1
7.6
7.6
1
6
6
Voorbereiding maatschappelijk debat
1
7.6
7.6
Werken als psychiater in MPI categorie 14
1
2
2
PP2020 en ondernemend netwerken
1
7.5
7.5 31
Vergadering
1
2
2
Basiscursus ecologische schoonmaak
11
3
33
Totaal:
375.2
Administratief personeel: aantal pers. 2
aantal uren 14
Klantentools
1
15
15
Handelings(on)bekwaam, hoezo?
1
7
7
Basiscursus ecologische schoonmaak
1
3
3
E-salsa
Totaal 28
Totaal:
53
Onderhoudspersoneel:
Module DTA 1: diagnose voor technieken in auto’s Basiscursus ecologische schoonmaak
aantal pers. 1
aantal uren 7
Totaal
13
3
39
7
Totaal:
46
Totaaloverzicht: Totaal aantal uren: Psychotherapeutische opleidingen
46.5
Meerdaagse opleidingen
636
Interne opleidingen
339.5
Studiedagen, workshops, symposia
375.2
Administratief personeel
53
Onderhoudspersoneel
58 Totaal:
1492.2
Vergelijking met voorgaande jaren (in dagen) :
32
Jaar
Aantal dagen
2002
275
Aantal uren Procentuele toename/afname Status quo
2003
206
Afname met 25%
2004 2005
290 213,5
Stijging met 40% Afname met 26%
2006
237
Stijging met 13%
2007 2008
258,5 151
1003
Stijging met 9% Afname met 42%
2009
Niet verrekend
1765
Stijging met 76%
2010 2011 2012
Niet verrekend Niet verrekend Niet verrekend
2066.25 1482 1508.2
Stijging met 17% Afname met 28.3% Stijging met 1.7%
Vaststellingen Er is bijna een status quo in vergelijking met vorig jaar. Dit jaar zijn er bijna geen uren gegaan naar langdurige opleidingen. Bij de meerdaagse opleidingen merken we een verschil van 84 uren. Er zijn veel meer medewerkers die de initiatie systeemtheoretisch denken hebben gevolgd dan vorig jaar. De afname van uren bij deze categorie heeft te maken met het feit dat de voor alle opvoeders verplichte basiscursus agressiehantering verschoven is naar voorjaar 2013. Er is een toename van opleidingen: “initiatie in systeemtheorie” die door alle opvoeders gevolgd moet worden. We merken een toename van 173 uren bij de studiedagen, workshops en symposia. Er is een inspanning geleverd om vaker 1-daagse opleidingen te doen. De initiatie “geweldloos verzet en nieuwe autoriteit” hebben veel personeelsleden gevolgd. De bedoeling is om deze visie op termijn te implementeren in onze werking. Dit jaar is er een basiscursus ecologisch schoonmaken georganiseerd die past binnen de vernieuwde visie rond schoonmaken binnen Dennenhof. Deze cursus zorgt voor een stijging van opleidingen bij het onderhoudspersoneel.
33