Jaarverslag 2005
Het Platform Detailhandel Nederland is een samenwerkingsverband van De Nationale Winkelraad van MKB-Nederland en de Raad Nederlandse Detailhandel
Jaarverslag 2005
INHOUDSOPGAVE VOORWOORD
3
1.
HET PLATFORM DETAILHANDEL NEDERLAND 1.1 De speerpunten 1.2 De Nederlandse detailhandel 1.3 De organisatie 1.4 Manifestatie ‘De consument als motor van de economie’ 1.5 Verkiezing ‘Beste Binnenstad 2005’ 1.6 Werkbezoek met minister-president Balkenende
4 4 4 5 8 9 10
2.
BETALINGSVERKEER 2.1 Actie: “Interpay, we komen even afrekenen” kreeg vervolg 2.2 Winkeliers en banken ondertekenen Convenant Betalingsverkeer 2.3 Maatschappelijk Overleg stimuleert efficiënt betalingsverkeer 2.4 Minder valse eurobiljetten in omloop 2.5 Stickers: Wij accepteren geen verzamelaarsmunten 2.6 Belangrijke ontwikkelingen voor het Europese betalingsverkeer 2.7 Website over betaalterminals beschikbaar
11 11 13 14 15 15 16 16
3. 4.
WINKELCRIMINALITEIT 3.1 Nieuwe afspraken met de overheid 3.2 Overvallen dalen opnieuw in 2005 3.3 Collectieve winkelverboden voor veelplegers 3.4 Foto’s van winkeldieven publiceren 3.5 Waarschuwingsregister interne fraude van start 3.6 Ministerie onderzoekt ondersteuning voor preventieve maatregelen 3.7 Voorkomen van agressie in winkels door burgersurveillance 3.8 Brochure helpt winkelier schade te verhalen op winkeldief BEREIKBAARHEID 4.1 Uitvoering convenant “De bereikbare binnenstad” 4.2 Commissie onderzoekt kosten van gemeentelijke beperkingen 4.3 Uniformeren van venstertijden en voertuigeisen in gemeenten 4.4 Veel aandacht voor parkeerproblematiek bij winkels 4.5 Groningen en Zutphen zijn beste Binnensteden 2005 4.6 Gemeentelijke eisen bevoorrading in top 10 hinderlijke regels 4.7 Den Haag werkt actief aan project Schone Stad 4.8 Europa zet luchtkwaliteit hoog op de agenda
17 17 18 18 19 19 19 20 20
5.
EUROPA 5.1 Belangrijk jaar voor de interne markt betalingsverkeer 5.2 Europees Parlement stelt vragen over winkelcriminaliteit 5.3 Bereikbaarheid winkels ook op de Europese agenda 5.4 Monitoren van relevante ontwikkelingen voor de detailhandel
26 26 26 27 27
6.
SUMMARY
31
21 21 22 23 23 24 25 25 25
Jaarverslag 2005
VOORWOORD Voor u ligt het Jaarverslag 2005 van het Platform Detailhandel Nederland. Sinds 2004 publiceert het Platform zijn jaarverslag. Het Platform Detailhandel Nederland is in 2000 opgericht door de Nationale Winkelraad (NWR) van MKB-Nederland als vertegenwoordiger van de detailhandel in het midden- en kleinbedrijf en de Raad Nederlandse Detailhandel (RND) namens de centraal geleide winkelbedrijven. Het Platform vertegenwoordigt hiermee de totale detailhandel in Nederland. Met een jaarlijkse omzet van ruim 70 miljard euro is de detailhandel de grootste bedrijfstak in Nederland. Er werken ruim 710.000 mensen in meer dan 120.000 winkels. Het Platform behartigt de gezamenlijke belangen van de gehele Nederlandse detailhandel, van de winkel op de hoek tot internationaal werkende grootwinkelbedrijven. Het Platform doet dat op zowel nationaal als Europees niveau. Door het bundelen van kracht en kennis op terreinen als betalingsverkeer, winkelcriminaliteit en bereikbaarheid, zijn we in staat de belangen van de detailhandel krachtig te verdedigen bij de Nederlandse en Europese overheid. Veel overheidsbeslissingen raken de gehele detailhandel tot op het bot. Een eenduidig standpunt en een krachtige behartiging van de belangen van de detailhandel is daarom een absolute noodzaak. De activiteiten van het Platform worden gefinancierd door het Hoofdbedrijfschap Detailhandel (HBD). Het Platform heeft inmiddels op het terrein van de aanpak van winkelcriminaliteit flinke stappen voorwaarts gemaakt. In 2005 was er voor het eerst sprake van een daling van winkelcriminaliteit. Het aantal overvallen nam ten opzichte van 2004 af van 866 naar 776. Die daling is te danken aan betere preventieve maatregelen door de winkelbedrijven en meer samenwerking tussen justitie, politie en bedrijfsleven. Ook op het gebied van het betalingsverkeer boekt het Platform succes. Bij de ludieke actie ‘Interpay, we komen even afrekenen’, werden in maart 2005 ruim 12.000 schadeclaims van boze ondernemers in een vrachtwagen vervoerd naar Interpay. Deze actie zorgde voor een akkoord tussen banken, winkels en horeca. In november 2005 hebben partijen het Convenant Betalingsverkeer ondertekend. Dit Convenant moet een einde maken aan het slepende conflict over de kosten van het elektronisch betalen. Het moet leiden tot een aanzienlijke verlaging van de PINtarieven en het bevorderen van efficiënt en veilig betaalgedrag van de burger in de toekomst. Het Platform zet zich ook actief in voor een goede bereikbaarheid van winkels, voor het winkelende publiek en het bevoorradend verkeer. In de provincie Utrecht is op initiatief van het Platform inmiddels een proefproject opgezet om tot afstemming tussen de lokale overheden en de detailhandel te komen. Wij hopen dat andere regio’s snel het voorbeeld van Utrecht zullen volgen. Sinds mei 2004 heeft het Platform een eigen bureau met als speerpunten: betalingsverkeer, winkelcriminaliteit, bereikbaarheid en Europa. Het Platform heeft op deze terreinen grote vorderingen gemaakt. In geen land wordt zo intensief samengewerkt in de detailhandel als in Nederland. U leest hierover meer in dit jaarverslag.
Platform Detailhandel Nederland Leidschendam, juni 2006
Jaarverslag 2005
1.
HET PLATFORM DETAILHANDEL NEDERLAND
1.1
De speerpunten
Het Platform Detailhandel Nederland heeft als belangrijkste speerpunten: Betalingsverkeer, Winkelcriminaliteit, Bereikbaarheid en Europa. Onderwerpen waar het Platform zich intensief mee bezighoudt, zijn de verlaging van de kosten van het betalingsverkeer, de bereikbaarheid en bevoorrading van de detailhandel en de bestrijding van winkelovervallen en winkeldiefstallen. Met de uitbreiding van de Europese Unie (EU) wordt de invloed van Brussel steeds groter. Het Platform volgt het werkprogramma van de EU nauwlettend om zo vroeg mogelijk te signaleren wat er in Brussel speelt (gaat spelen) en te anticiperen op de effecten hiervan op de detailhandel.
1.2
De Nederlandse detailhandel
In de Nederlandse detailhandel werken bijna 710.000 mensen in 120.000 winkels is daarmee de grootste bedrijfstak in Nederland. De omzet van de detailhandel bedroeg in 2005 71,5 miljard euro. In de hele Europese Unie werken ongeveer 14.6 miljoen mensen in de detailhandel in 3.311.647 ondernemingen met een totale omzet van ongeveer 1.790 miljard euro.
Jaarverslag 2005
1.3
De organisatie
Het Bestuur van het Platform Detailhandel Nederland bestaat uit de volgende leden: H.H. van der Geest
co-voorzitter
Namens de NWR
P.E. Hamming
co-voorzitter
Namens de RND
A.D. Boer
Namens de RND
H. van den Broek
Namens de RND
M.A. Estourgie
Namens de NWR
A.J. van Hoof
Namens de NWR
J.J. Meerman
Namens de NWR
F.K. De Moor
Namens de RND
Henk Kok
waarnemer
Directeur RND
Kees Verhoeven
waarnemer
Secretaris NWR
M.J. Roos
algemeen secretaris
Platform Detailhandel Nederland
In de Stuurgroepen Betalingsverkeer, Winkelcriminaliteit, Bereikbaarheid en Europa nemen deskundigen vanuit de bij de NWR en RND aangesloten brancheverenigingen en bedrijven deel. Hiermee beschikt het Platform over informatie uit de praktijk. De samenstelling van de Stuurgroepen is als volgt: BETALINGSVERKEER: H. van den Broek
voorzitter
Namens de RND
J.P.M. Burgering
Namens de NWR
P. Hoogstraaten
Namens de NWR
J.F.A. van Hout
Namens de NWR
A. van der Horst
Namens de RND
H. Kok
Namens de RND
R. Mol
Namens de RND
M. Peters
Namens de RND
E.J. Prins
Namens de NWR
M. Streuer
Namens de NWR
K.R. Woltjer
Namens de RND
M.T. Osten-Offers
waarnemer
Namens het HBD
Jacques Stuart
secretaris
Platform Detailhandel Nederland
H.H. van der Geest
voorzitter
Namens de NWR
M.E.J.M. Broekman
Namens de NWR
J.P.M. Burgering
Namens de NWR
E.W.J. IJzerman
Namens de NWR
J. Keppel
WINKELCRIMINALITEIT:
Namens de RND
A.L.C.M. Maas
Namens de RND
E.J. Prins
Namens de NWR
P.C. Walraven
Namens de RND
M.J. van Zon
Namens de RND
H.J.M. Kaptein
waarnemer
Namens het HBD
Sander van Golberdinge
secretaris
Platform Detailhandel Nederland
Jaarverslag 2005
BEREIKBAARHEID: A.D. Boer
voorzitter
Namens de RND
S. van Amesfoort
Namens de NWR
D. Avis
Namens de RND
M.A.T.J. van der Borg
Namens de RND
W.J. Drost
Namens de NWR
Th. Heemskerk
Namens de RND
R.J.L.M. Nicolaas
Namens de RND
S. van der Linden
Namens de NWR
F. Veenema
Namens de NWR
K. Verhoeven
Namens de NWR
P.C. Walraven
Namens de RND
Rogier Brinkhof
secretaris
Platform Detailhandel Nederland
voorzitter
Namens de NWR
EUROPA: A.J. van Hoof
A.H. van Arenthals-Kramer-Freher
Namens de NWR
M.A. Estourgie
Namens de NWR
P.E.H. Hoogstraaten
Namens de NWR
H. Kok
Namens de RND
J. Molema
Namens de RND
M. Peters
Namens de RND
U. Schröder
Namens de NWR
R.F.M. van der Weerd
Namens de NWR
Gerald Enting
secretaris
Platform Detailhandel Nederland
De bezetting van het bureau is als volgt: Anouk Achterberg
PR & Communicatie
Rogier Brinkhof
secretaris Bereikbaarheid
Gerald Enting
secretaris Europa
Sander van Golberdinge
secretaris Winkelcriminaliteit
Joeri van der Have
beleidsmedewerker Europa
Marina Jansen
secretaresse
Theo Roos
algemeen secretaris
Jacques Stuart
secretaris Betalingsverkeer
Jaarverslag 2005
Onderstaande brancheverenigingen zijn via de NWR of de RND aangesloten bij het Platform: • ADN - AGF Detailhandel Nederland • ANKO - Koninklijke Algemene Nederlandse Kappersorganisatie • AVVN - Algemene Vereniging van Naaimachinehandelaren • BODEPA - Bond van Detaillisten in de Parfumeriehandel • CBW - Centrale Branchevereniging Wonen • DIBEVO - Landelijke Organisatie van Ondernemers in de Dibevo-branche • GEBRA - Belangenorganisatie voor Ondernemers in de Gemengde Branche en de Speelgoedbranche • KNDB - Koninklijke Nederlandse Drogisten Bond • KNS - Koninklijke Nederlandse Slagersorganisatie • MITEX - Brancheorganisatie voor de mode, schoenen en sportdetailhandel • NBb - Nederlandse Boekverkopersbond • NBOV - Nederlandse Brood- en Banketbakkers Ondernemers Vereniging • NETEX - Nederlandse Vereniging van Textielreinigers • NJU - Nederlandse Juweliers- en Uurwerkenbranche • NOVAKA - Nederlandse Vereniging van Ondernemers-Vakhandelaren in Kantoorinrichtingen en Administratiemiddelen • NPMB - Nederlandse Piano- en Muziekinstrumentenbond • NSO - Brancheorganisatie voor de Tabaksdetailhandel • NSV - Nederlandse Schoenmakers Vereniging • NUVO - Nederlandse Unie van Optiekbedrijven • NVDO - Nederlandse Video Detaillisten Vereniging • NVGD - Nederlandse Vereniging van Grammofoonplaten Detailhandelaren • NVT - Nederlandse werkgeversvereniging van groen- en tuincentra • PSB - Vereniging PostorderSpecifieke Bedrijven • SlijtersUnie • SNF - Stichting Nederlandse Fotovakhandel • UFON - Unie van Filiaal- en Franchise Optiekbedrijven Nederland • Uneto-VNI, ondernemersorganisatie voor de installatiebranche en de technische detailhandel • Vakcentrum Beroepsorganisatie van Levensmiddelendetaillisten • VBW - Centrale Vereniging Bloemendetailhandel • VDB - Vereniging van Drogisterij- en parfumerie Bedrijven • VDN - Vereniging Drankenhandel Nederland • VGL - Vereniging van Grootwinkelbedrijven in Levensmiddelen • VGS - Vereniging van Grootwinkelbedrijven in Schoenen • VGSB - Vereniging van Grootwinkelbedrijven in Speciale Branches • VGT - Vereniging van Grootwinkelbedrijven in Textiel • VGW - Vereniging van Grootwinkelbedrijven in de Wonenbranche • VWDHZ - Vereniging van Winkelketens in de Doe Het Zelf Branche
Jaarverslag 2005
1.4
Manifestatie ‘De consument als motor van de economie’
In september 2005 organiseerde het Platform Detailhandel Nederland de jaarlijkse Manifestatie. Het thema van deze manifestatie was: ‘De consument als motor van de economie’. De detailhandel is de belangrijke banenmotor van de economie. Door een gebrek aan vertrouwen in de economie, houdt de consument de hand op de knip. De spaarpotten zijn nog nooit zo goed gevuld geweest. Wie kan de burger overhalen om weer in de buidel te tasten en de banenmotor in een hogere versnelling te laten draaien? Het kabinet heeft wat dat betreft de afgelopen jaren geen gelukkige hand gehad. De ene onheilsboodschap na de andere is door het kabinet over de burgers heen gekomen. Zelfs de grootste optimist moet hierbij wel het vertrouwen in de economie zijn verloren. Het Platform had de Staatssecretaris van Economische Zaken (EZ), mevrouw Karien van Gennip, uitgenodigd om hierop haar visie te geven. In haar reactie gaf zij aan: ‘Laat de ondernemer ondernemen. De overheid moet zorgen voor een klimaat waarin de ondernemer zich kan ontplooien, vernieuwingen kan doorvoeren en kan groeien. Het kabinet werkt er hard aan om het ondernemers gemakkelijker te maken. Onlangs tijdens een werkbezoek aan
Jaarverslag 2005
Blokker werd mij nog weer eens benadrukt hoe belangrijk het verminderen van de administratieve lastendruk voor bedrijven is’. De Manifestatie in 2005 was de vijfde presentatie van het Platform. Eerdere Manifestaties waren ‘Veilig werken en winkelen’, ‘Veilig en efficiënt betalen’, ‘Een vitale binnenstad bereikbaar?’ en ‘Europa en de detailhandel: Werk aan de Winkel’.
1.5
Verkiezing: Beste Binnenstad 2005
Tijdens de Manifestatie in september 2005 heeft het Platform Detailhandel Nederland de prijzen ‘Beste Binnenstad 2005’ uitgereikt. De winnaars werden gekozen in twee categorieën: grote steden en middelgrote steden. De verkiezing werd samen met het Platform Binnenstadsmanagement en het Hoofdbedrijfschap Detailhandel (HBD) georganiseerd. De bekendmaking werd ingeleid door Pim van den Berg (straat-o-loog). Hij liet zijn licht schijnen op de zeven genomineerde steden, waarbij hij een vergelijking maakte met winkelgebieden in een aantal omringende landen. De gemeente Groningen won de titel beste grote binnenstad van 2005 en de gemeente Zutphen is verkozen tot de beste middelgrote binnenstad van 2005. De jury bestond uit deskundigen uit het bedrijfsleven en de Ministeries van Economische Zaken, Justitie en Verkeer & Waterstaat. De jury heeft Groningen met de titel Beste Binnenstad 2005 beloond omdat het een complete stad is waar het goed winkelen, uitgaan, werken, studeren en wonen is. De authentieke uitstraling in combinatie met deze veelzijdigheid maakt de binnenstad voor bezoekers verrassend. Gemeente, ondernemers en eigenaren zijn zich bewust van deze kwaliteiten en trekken tegelijkertijd samen op om het ‘Groningengevoel’ en de kwaliteit van de binnenstad te verbeteren. Zutphen is door de jury gekozen als Beste Binnenstad 2005, vanwege de verborgen schoonheid met historie aan de IJssel die tegelijkertijd bruist van vitaliteit. De jury prijst de binnenstad doordat de stad een extra impuls geeft op sociaal- economisch en fysiek vlak, onder het motto ‘Vitale Stad’. Om het belang en de positie van de binnenstad extra onder de aandacht te brengen is de verkiezing ‘Beste Binnenstad’ voor de tweede keer gehouden. De jury heeft de binnensteden in de volle breedte beoordeeld met als factoren bereikbaarheid, veiligheid, verblijfsklimaat, vestigingszaken en samenwerking tussen detailhandel en gemeente. In 2003 won ’s-Hertogenbosch de verkiezing ‘Beste Binnenstad’ en Sneek kreeg een eervolle vermelding. In 2007 wordt de verkiezing opnieuw gehouden.
10
Jaarverslag 2005
1.6
Werkbezoek met minister-president Balkenende
Een aantal Bestuursleden van het Platform Detailhandel Nederland heeft tijdens een werkbezoek op 2 maart 2005 in Den Bosch een ronde tafel gesprek gevoerd met minister-president Balkenende. De speerpunten van het Platform; betalingsverkeer, winkelcriminaliteit, bereikbaarheid en Europa kwamen aan bod. Premier Balkenende toonde veel interesse in de sector en beloofde de aandachtspunten mee te nemen en te bespreken met de verantwoordelijke ministers.
Jaarverslag 2005
2.
BETALINGSVERKEER
Winkeliers hebben het maar druk met de ontwikkelingen in het betalingsverkeer: PINnen, chippen, creditcardbetalingen, vervalste bankbiljetten, verzamelaarsmunten, kassasystemen, betaalautomaten en nog veel meer facetten. Het is niet alleen in het belang van de detailhandel, maar ook in het maatschappelijk belang dat het betalingsverkeer veilig en efficiënt verloopt. Het Platform Detailhandel Nederland heeft met de Vereniging Nederlandse Petroleum Industrie en Koninklijk Horeca Nederland een coalitie gevormd om als gezamenlijke toonbankinstellingen een vuist te maken. De gezamenlijke toonbankinstellingen zijn zeer actief op het terrein van betalingsverkeer. Hierdoor is ook de afgelopen jaren een grotere bewustwording ontstaan binnen ondernemingen als het gaat om het belang van betalingsverkeer. De samenwerking die is ontstaan en de betrokkenheid van de toonbankinstellingen laat richting de politiek, de overheid, de banken en overige belangenorganisaties duidelijk zien hoe de gezamenlijke toonbankinstellingen betrokken zijn bij het betalingsverkeer. Het jaar 2005 stond geheel in het teken van het Convenant Betalingsverkeer. In november 2005 is een handtekening gezet onder deze overeenkomst die een einde maakt aan een lange strijd die de detailhandel heeft gevoerd tegen de hoge PINtarieven. Eén van de afspraken uit het Convenant Betalingsverkeer is dat de banken een korting geven van tenminste één cent op het tarief van de PIN-transacties. Daarnaast hebben banken 10 miljoen euro gestort in een fonds ter bevordering van een maatschappelijk efficiënt betalingsverkeer. Sinds de ondertekening van het Convenant heeft de detailhandel al regelmatig met de banken aan tafel gezeten om gezamenlijke plannen te ontwikkelen om een efficiënter maatschappelijk betalingsverkeer te stimuleren.
2.1
Actie: “Interpay, we komen even afrekenen” kreeg vervolg
11
12
Jaarverslag 2005
Op 14 maart 2005 werd de eerste stap richting het Convenant gezet. De heer Henk van den Broek, voorzitter Betalingsverkeer van het Platform, heeft die dag namens de Nederlandse winkelbedrijven met een enorme vrachtwagen vol 12.000 schadeclaims bij Interpay in Utrecht overhandigd. De belangstelling van de media en de politiek waren groot. Na de ludieke actie “Interpay, we komen even afrekenen” volgde al snel een formeel overleg tussen de banken en de detailhandel. De actie van 14 maart lag nog vers in het geheugen en leverde voldoende gespreksstof. Partijen concludeerden dat een snelle oplossing geboden was voor de ontstane situatie. Na een zorgvuldige voorbereiding werd een onderhandelingsdelegatie samengesteld door de gezamenlijke toonbankinstellingen. Advocatenkantoor Boekel de Nerée zorgde voor de juridische ondersteuning en er werd een klankbordgroep voor de onderhandelaars geformeerd.
In juni is het onderhandelaarsakkoord voorgelegd aan de deelnemende organisaties, dat vervolgens op 8 juni op Schiphol getekend werd door de heren Dolf Collee, namens de gezamenlijke banken, en de heer Henk van den Broek, namens de gezamenlijke toonbankinstellingen. Daarna is het onderhandelaarsakkoord verder uitgewerkt in een uitgebreide intentieverklaring, die de inhoud van het beoogde Convenant Betalingsverkeer omvatte. Op 15 juni hebben de betrokken partijen de gezamenlijke intentieverklaring tijdens een bijeenkomst in het Rosarium in Amsterdam getekend. In de zomer van 2005 hebben betrokken partijen het Convenant Betalingsverkeer verder uitgewerkt; het wegwerken van juridische onzekerheden, het maken van duidelijke afspraken en het respecteren van de Mededingingswet. Vervolgens is het Convenant Betalingsverkeer voorgelegd aan de Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa), met het verzoek een informele zienswijze af te geven.
Jaarverslag 2005
Op 14 november 2005 heeft de NMa de informele zienswijze op het Convenant Betalingsverkeer gepubliceerd. De NMa stelde in deze informele zienswijze dat het Convenant niet in strijd is met de Mededingingswet. Het Convenant Betalingsverkeer kon worden getekend.
2.2
Winkeliers en banken ondertekenen Convenant Betalingsverkeer
Op 17 november 2005 hebben Interpay, de Nederlandse banken en de belangenbehartigers van de winkeliers, horeca en benzinestations (de toonbankinstellingen) tijdens een speciale bijeenkomst bij De Nederlandsche Bank in Amsterdam het Convenant Betalingsverkeer 2005 ondertekend. In het Convenant is een kortingsregeling van tenminste één eurocent per PINtransactie voor alle ondernemers overeengekomen. Daarnaast is afgesproken dat gewerkt gaat worden aan het ontwikkelen van plannen voor een efficiënter en veiliger betalingsverkeer voor ondernemers en consumenten.
Met het Convenant werken partijen aan een efficiënter en veiliger maatschappelijk betalingsverkeer voor ondernemers en consumenten. Dit kan door ondernemers een oplossing te bieden voor problemen uit het verleden en gezamenlijk plannen te ontwikkelen voor de toekomst. Het eerste exemplaar van het Convenant werd overhandigd aan de minister van Financiën, Gerrit Zalm. Minister Zalm benadrukte in zijn toespraak dat dit een uitstekend voorbeeld is van de overheid die in veel gevallen het oplossen van problemen kan overlaten aan de eigen verantwoordelijkheid van burgers en ondernemers. Naast de ondertekening is de website www.pinconvenant.nl gelanceerd. Deze website beantwoordt de meest gestelde vragen over wat het Convenant Betalingsverkeer betekent voor ondernemers. De website wordt onderhouden door het Platform. De hoofdlijnen van het Convenant zijn: • een korting van één eurocent per PINbetaling voor alle ondernemers. Deze korting geldt met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2005. Banken kunnen op individuele basis een hogere korting verlenen. Daar tegenover zullen klachten en claims over te hoge PINtarieven worden ingetrokken; • het gezamenlijk ontwikkelen van innovatieve plannen om efficiënt betaalgedrag van consumenten en ondernemers te bevorderen. Over de uitwerking van de plannen zullen partijen het Maatschappelijk Overleg Betalingsverkeer informeren; • een fonds van 10 miljoen euro, ter financiering van maatregelen die de efficiëntie van het betalingsverkeer verder zullen vergroten. Het fonds wordt beschikbaar gesteld door de banken. Het zal in goed overleg worden beheerd en besteed door het Platform Detailhandel Nederland en de Nederlandse Vereniging van Banken, die
13
14
Jaarverslag 2005
gezamenlijk het stichtingsbestuur vormen. Henk van den Broek (Bestuurslid van het Platform) is voorzitter van het stichtingsbestuur. Het fonds wordt gebruikt voor bijvoorbeeld campagnes, die moeten leiden tot bewuster betaalgedrag door consument en ondernemers. Daardoor gaan de maatschappelijke kosten van het betalingsverkeer omlaag en wordt de veiligheid ervan vergroot. “Met het convenant rekenen we af met het verleden en is een basis gelegd voor een constructieve samenwerking in de toekomst.” aldus Henk van den Broek, hoofdonderhandelaar namens de ondernemers. De gezamenlijke toonbankinstellingen en de banken hebben een team geformeerd van vertegenwoordigers die plannen ontwikkelen ter stimulering van een maatschappelijk efficiënter betalingsverkeer. Dit Convenantteam zal in 2006 regelmatig bijeenkomen.
Het fonds van 10 miljoen euro wordt beheerd door de Stichting Bevorderen Efficiënt Betalen (BEB). De heer Henk van den Broek is de voorzitter van de stichting. Plannen die in aanmerking komen, worden door dit fonds gesteund. Het fonds en de stichting worden beheerd door de detailhandel en de banken. Bestuur stichting BEB: H. van den Broek
voorzitter
Platform Detailhandel Nederland
J.J. Meerman
bestuurslid
Platform Detailhandel Nederland
M.W.J. Hinssen
bestuurslid
Nederlandse Vereniging van Banken
H. van der Noorda
penningmeester
Nederlandse Vereniging van Banken
J.P.M. Burgering
fondsmanager
2.3
Maatschappelijk Overleg stimuleert efficiënt betalingsverkeer
Het Platform Detailhandel Nederland beslist in het Maatschappelijk Overleg Betalingsverkeer (MOB) mee over een efficiëntere en veiligere inrichting voor het (toonbank)betalingsverkeer. Het MOB is een overlegorgaan dat is ingesteld door het ministerie van Financiën om overleg tussen stakeholders in het betalingsverkeer te stimuleren. Binnen het MOB werken de gezamenlijke toonbankinstellingen met elkaar samen. De detailhandel heeft zitting in het bestuur van het MOB dat onder voorzitterschap staat van De Nederlandsche Bank. Ook in de werkgroepen vindt overleg plaats over de ontwikkelingen in het betalingsverkeer op het gebied van techniek, efficiëntie, veiligheid, toegankelijkheid en bereikbaarheid. In het MOB werd in 2005 aandacht besteed aan: • De overstapservice van banken • De collectieve ontheffing venstertijden geld- en waardevervoer • Het micro-onderzoek toonbankbetaingsverkeer
Jaarverslag 2005
• • • • • • • •
De De De De De De De De
15
efficiencyverbetering laagwaardige betalingen distributie van nieuwe bankbiljetten in Nederland voorlichting rond valse euro’s identiteitsfraude EMV-migratie migratie naar Internet Protocol oplossingsrichtingen bereikbaarheid bankdiensten verbetering gebruiksvriendelijkheid betaalautomaten
2.4
Minder valse eurobiljetten in omloop
Het aantal valse eurobiljetten in Nederland is in 2005 voor het tweede achtereenvolgende jaar licht gedaald. Onderschept en geregistreerd zijn vorig jaar 25.022 valse biljetten, twee procent minder dan de 25.526 valse biljetten van 2004. In 2004 nam het totale aantal valse biljetten ten opzichte van 2003 ook met twee procent af. In de gehele eurozone daalde het totale aantal valse eurobiljetten met ruim twee procent naar 579.000. Het aantal valse biljetten blijft daarmee laag ten opzichte van het aantal echte biljetten in omloop. In december 2005 waren er 10,4 miljard biljetten in omloop. In totaal daalde het geregistreerde aantal valse eurobiljetten met tweeënhalf procent naar ongeveer 579.000, (293.000 in het eerste halfjaar en 286.000 in het tweede half jaar). Het aantal valse biljetten blijft daarmee laag ten opzichte van het aantal echte biljetten in omloop. Percentage van het aantal aangetroffen vervalsingen, eerste halfjaar 2005 € 5
€ 10
€ 20
€ 50
€ 100
€ 200
€ 500
Nederland
1%
1%
8%
64%
11%
8%
7%
Eurozone
1%
6%
16%
62%
9%
5%
1%
Bron: De Nederlandsche Bank (DNB)
Percentage van het aantal aangetroffen vervalsingen, tweede halfjaar 2005
€ 5
€ 10
€ 20
€ 50
€ 100
€ 200
€ 500
Nederland
0%
2%
8%
77%
6%
4%
3%
Eurozone
1%
6%
28%
56%
5%
2%
2%
Bron: De Nederlandsche Bank (DNB)
Eurobiljetten zijn uitgerust met een groot aantal echtheidskenmerken die de consument en winkelier in staat stellen vervalsingen van echte biljetten te onderscheiden. Eurobiljetten kunnen snel worden gecontroleerd door met de hand en het blote oog te kijken, te kantelen en te voelen. Daarbij moet altijd naar meer kenmerken worden gekeken en verdachte biljetten dienen goed te worden vergeleken met een echt biljet. Bij twijfel over de echtheid van een biljet kunnen winkeliers en consumenten contact opnemen met de politie of de bank.
2.5
Stickers: Wij accepteren geen verzamelaarsmunten
In 2005 zijn door het Platform Detailhandel Nederland stickers ontwikkeld met daarop naast de tekst ‘Wij accepteren geen biljetten van 100, 200 en 300 euro’ ook de tekst ‘Wij accepteren geen verzamelaarsmunten’. Het Platform heeft in 2005 veelvuldig aandacht gevraagd voor het probleem van de verzamelaarsmunten. De munten zorgen voor grote verwarring en onduidelijkheid bij winkeliers en consumenten. Door de grote hoeveelheid
Wij accepteren geen biljetten van 100, 200, 500 euro en verzamelaarsmunten www.platformdetailhandel.nl
16
Jaarverslag 2005
herdenkingsmunten is niet duidelijk wat de ‘echte’ euromunten zijn. Daarnaast vervuilen de munten de kassalades, verstoren de munten de betalingen en zorgen de munten voor extra afhandelingskosten bij de bank en het waardetransport.
2.6
Belangrijke ontwikkelingen voor het Europese betalingsverkeer
In 2005 hebben belangrijke ontwikkelingen voor SEPA en EMV plaatsgevonden. Deze onderwerpen zijn van grote invloed op het toekomstige betalingsverkeer. SEPA staat voor de Single Euro Payments Area en heeft als Europese doelstelling een interne markt voor betalingen te creëren waarbij de buitenlandse betalingen gelijkwaardig zijn aan de binnenlandse betalingen. Het Platform Detailhandel Nederland heeft zich in 2005 ingezet voor een betalingsmarkt dat voldoet aan de huidige eisen van de Nederlandse markt, waarbij de bereikte efficiëntie niet verloren mag gaan binnen een Europees gemiddelde. De kosten van betalingsverkeer zijn voor de detailhandel hoog en moeten zoveel mogelijk worden verlaagd. SEPA ontwikkelt zich verder in 2006. Het Platform blijft hameren op een interne markt voor betalingen dat voor de Nederlandse detailhandel een vooruitgang betekent. Naast de ontwikkeling van SEPA wordt EMV in de komende jaren uitgerold. EMV is de chip die de magneetstrip op de betaalpas gaat vervangen. Winkeliers zijn in 2005 ingelicht over de EMV-migratie door een brochure van het Platform. De brochure “Betaalpassen: van strip naar chip” staat op de website van het Platform: www.platformdetailhandel.nl
2.7
Website over betaalterminals beschikbaar
De markt van betaalterminals is onvoldoende bekend bij de winkeliers van Nederland. Bovendien zijn veel technologische veranderingen op komst. Het HBD heeft de website www.betaalterminal.nl ontwikkeld om betaalterminals objectief met elkaar te kunnen vergelijken en kennis te nemen van huidige en toekomstige veranderingen. De website werd in 2005 veelvuldig bezocht en geraadpleegd.
Jaarverslag 2005
3.
WINKELCRIMINALITEIT
Criminaliteit zorgt voor veel onrust op de winkelvloer. Hoewel overvallen op winkels zijn afgenomen, zijn ze nog steeds fors in aantal. Bovendien worden de overvallen steeds gewelddadiger. De schade bij winkeliers en hun winkelpersoneel als gevolg van geweld en agressie in winkels is groot. Ook winkeldiefstal is een gigantisch probleem; de totale schadepost van winkeldiefstal bedraagt voor de detailhandel bijna 500 miljoen euro per jaar. De totale kosten van winkelcriminaliteit bedraagt meer dan 700 miljoen euro. De kosten voor preventieve maatregelen komen daar nog bovenop, ruim 250 miljoen euro. De aanpak van winkelcriminaliteit is daarom van groot belang.
3.1
Nieuwe afspraken met de overheid
Op 8 november 2005 is het Convenant Aanpak Winkelcriminaliteit Deel II ondertekend in winkelcentrum Leidsenhage. Het Convenant is ondertekend door de ministers Donner (Justitie), Remkes (Binnenlandse Zaken), Staatssecretaris Van Gennip (Economische Zaken) en beide co-voorzitters van het Platform Detailhandel Nederland, de heren Hamming en Van der Geest. De ondertekening en het daaropvolgende winkelbezoek hadden grote belangstelling van de media. Het Convenant heeft als doel om de winkelcriminaliteit in 2008 met twintig procent terug te dringen. Om dit te bereiken zijn tien harde afspraken gemaakt met de betrokken ministeries. Zo wordt de overvalcoördinator van de politie, waarmee de detailhandel al twee jaar succesvol samenwerkt, opnieuw voor twee jaar aangesteld. Het Keurmerk Veilig Ondernemen (KVO) van het HBD wordt geëvalueerd en zal in de komende jaren worden uitgebreid. De ministeries en het Platform streven naar een uitbreiding van het verbod op rooftassen. Dit verbod wordt in verschillende gemeenten al succesvol toegepast. Ook het verhalen van de schade door winkelcriminaliteit wordt vereenvoudigd en aan de aanpak van fraude wordt de komende jaren extra aandacht besteed.
17
18
Jaarverslag 2005
3.2
Overvallen dalen opnieuw in 2005
Het Platform Detailhandel Nederland constateert dat de preventieve maatregelen van veel winkels effect hebben. Het aantal overvallen op winkelbedrijven is in 2005 met twaalf procent gedaald. De afgelopen jaren hebben winkels fors geïnvesteerd in preventieve maatregelen zoals beveiligde kluizen, camerasystemen en trainingen. Opvallend is dat steeds meer overvallen op winkels mislukken en dat de gemiddelde buit bij een overval sterk is afgenomen. De detailhandel werkt nauw samen met de landelijke overvalcoördinator van de politie. Maandelijks worden analyses gemaakt van overvallen op winkels. Op basis hiervan worden preventieadviezen gemaakt. Overvallen kunnen hiermee worden voorkomen.
Overvallen
2005
2004
2003
Supermarkt
136
127
105
25
29
40
Juwelier Tabakszaken
59
81
71
159
184
209
Slijterij
19
25
37
Videotheek
50
55
59
Kleding
25
29
60
Drogisterij
41
29
52
Telefoonwinkel
25
39
41
Overigen
237
268
270
Detailhandel
776
866
944
Benzinestation
Overvallen in de detailhandel
3.3
Bron: LORS / DNRI
Collectieve winkelverboden voor veelplegers
Het Platform Detailhandel Nederland heeft in 2005 extra aandacht gevraagd voor de aanpak van veelplegers. Zestig procent van alle winkelcriminaliteit wordt gepleegd door een relatief kleine groep veelplegers die voor erg veel overlast zorgt. Het collectieve winkelverbod is in 2005 in een aantal winkelcentra ingevoerd. Bij een collectief winkelverbod worden misdragingen van veelplegers bijgehouden. Het gaat hierbij om diefstal, overval, geweld, vernieling
Jaarverslag 2005
19
en bedreiging van winkelpersoneel. Op het moment dat een crimineel drie keer in de fout is gegaan, wordt een collectief winkelverbod uitgereikt. Dit winkelverbod geldt voor de periode van een jaar. Alle winkels in het gebied kunnen meedoen aan het initiatief. Zij maken dit kenbaar via eens sticker op de deur of winkelpui. Bij een collectief winkelverbod wordt vaak nauw samengewerkt met de politie en het Openbaar Ministerie.
Het Platform pleit voor het invoeren van een landelijk winkelverbod. Dit winkelverbod moet worden gekoppeld aan een landelijke database. Winkeliers krijgen toegang tot dit systeem waarmee zij hun medewerkers kunnen informeren over bekende veelplegers. Het systeem kan ook worden gekoppeld aan camera’s met gezichtsherkenning. In Engeland wordt al jaren met dit systeem gewerkt. In Engelse winkelcentra heeft dit geleid tot een daling van de winkelcriminaliteit met meer dan vijftig procent.
3.4
Foto’s van winkeldieven publiceren
De uitwisseling en het gebruik van gegevens en beeldmateriaal, als preventieve maatregelen, staan nog in de kinderschoenen. Het Platform Detailhandel Nederland wil dat hierin verandering komt. In 2005 is in verschillende korpsen geëxperimenteerd met de uitwisseling van gegevens en beeldmateriaal van winkeldieven. De resultaten met dergelijke pilots waren positief. Zowel winkeliers als politie ervaren dit als een goede stap in de strijd tegen winkelcriminaliteit. Het Ministerie van Economische Zaken heeft recent een subsidie verstrekt aan de gemeente Utrecht voor een project waarbij politie, justitie, gemeente en winkeliers onderling foto’s uitwisselen ten behoeve van gezichtsherkenning. De eerste resultaten van dit project waren gunstig en de preventieve werking is groot. Het Platform pleit dan ook voor een landelijke invoering.
3.5
Waarschuwingsregister interne fraude van start
Op 16 juni 2005 is Waarschuwingsregister interne fraude van start gegaan. Dit register vormt een aanvullende preventieve maatregel voor de aanpak van personeelsfraude. Als een medewerker steelt of op een andere manier de winkelier oplicht wordt daarvan, na aangifte, een notitie gemaakt. Deze wordt (gecodeerd) opgenomen in een centraal register. Met behulp van het waarschuwingsregister kunnen winkeliers de integriteit van sollicitanten nagaan en voorkomen dat fraudeurs opnieuw schade aanrichten. Jaarlijks zorgt interne fraude voor circa 200 miljoen euro schade in de detailhandel. Het College Bescherming Persoonsgegevens (CBP) heeft in 2004 goedkeuring gegeven voor het instellen van een waarschuwingsregister. Na een periode van ontwikkeling en zorgvuldig testen is het waarschuwingsregister toegankelijk gemaakt voor de gehele detailhandel. Het toezicht en het beheer van het waarschuwingsregister wordt uitgevoerd door de Stichting Fraude Aanpak Detailhandel onder voorzitterschap van mr. A.H. Korthals.
3.6
Ministerie onderzoekt ondersteuning voor preventieve maatregelen
Het Ministerie van Economische Zaken heeft in 2005 onderzoek gedaan naar de mogelijkheden voor fiscale ondersteuning van ondernemingen met betrekking tot preventieve maatregelen. Het ministerie heeft onderzocht in hoeverre het financieel haalbaar is om een dergelijk fiscale ondersteuning te geven. Het ministerie schrijft aan de Tweede Kamer dat zij de beide onderzochte opties financieel onhaalbaar acht. Tevens vraagt het ministerie zich af of met de invoering van een dergelijke regeling sprake is van een
20
Jaarverslag 2005
substantieel resultaat. Preventie heeft veel prioriteit gekregen in de nieuwe afspraken met de overheid. Het is voor veel ondernemingen niet meer mogelijk om al deze investeringen op te brengen. In België werkt men al enige jaren met een extra fiscale aftrek voor investering in preventie voor kleinere ondernemingen. De keten is immers zo sterk als de zwakste schakel. Het beveiligingsniveau moet hoger. Het Platform Detailhandel Nederland maakt zich sterk voor de invoering van een stimuleringsregeling om investeringen in preventiemaatregelen voor ondernemers te vergoeden. Het Platform heeft alle kamerleden opgeroepen om de motie van het kamerlid Van der Vlies te ondersteunen.
3.7
Voorkomen van agressie in winkels door burgersurveillance
Nederland is het enige land in Europa waar winkelbedrijven niet mogen werken met burgersurveillance. Uit proeven is gebleken dat deze vorm van surveillance vaak agressie voorkomt. Daarnaast geeft het winkeliers de mogelijkheid om winkeldiefstal te voorkomen. Het Platform Detailhandel Nederland heeft dit opvallende verschil bij een aantal Tweede Kamerfracties onder de aandacht gebracht. Het Platform wil dat winkels indien nodig kunnen werken met surveillance in burger. De huidige bureaucratie en administratieve lasten bij het aanvragen van een vergunning maken het onmogelijk om te werken met burgersurveillance.
3.8
Brochure helpt winkelier schade te verhalen op winkeldief
Het Platform Detailhandel Nederland heeft in 2005 de brochure “Schadevergoeding bij winkelcriminaliteit; kosteloos schadeverhalen door voegen” voor winkeliers ontwikkeld. De procedure voor het verhalen van schade is zeer bureaucratisch en praktisch onbruikbaar. Daarom weet de winkelier vaak niet hoe hij hier aan moet beginnen. De crimineel komt er vaak, zonder dat hij de schade moet vergoeden, goed vanaf. De brochure helpt winkeliers om zelf stap voor stap kosteloos de schade te verhalen. Het Platform heeft een dringende oproep aan de overheid gedaan om tot een snelle aanpassing van wetgeving te komen, zodat de procedure wordt vereenvoudigd en criminelen kunnen rekenen op forse schadeclaims.
Jaarverslag 2005
4.
BEREIKBAARHEID
De bereikbaarheid voor consumenten en bevoorradend verkeer is van cruciaal belang voor winkels. Klanten en goederen moeten bij de winkel kunnen komen. De bereikbaarheid van de winkel heeft directe invloed op de economische prestaties van de winkels en de gebieden waar deze winkels gevestigd zijn. Het Platform Detailhandel Nederland heeft zich in 2005 ook gericht op het parkeren. De consument moet snel, goedkoop en veilig bij winkels kunnen parkeren. Voor auto’s, maar ook voor fietsers moeten er voldoende mogelijkheden zijn. Dankzij Europese regelgeving krijgt het onderwerp luchtkwaliteit een steeds prominentere plek op de agenda. Gemeenten zullen de komende jaren met nieuwe regelgeving komen om de luchtkwaliteit te verbeteren. Een groot aantal bouwplannen wordt al tegengehouden door de Raad van State, omdat niet aan de Europese normen wordt voldaan. Gemeenten dienen vervolgens een actieplan te maken om de overschrijding van de normen tegen te gaan. Zij zullen daarbij ook kijken naar het vrachtverkeer en dus de winkelbevoorrading. Uitgangspunt voor het Platform is het verbeteren van de bereikbaarheid van onze winkels. Bereikbaarheid van de winkels is noodzakelijk voor het voortbestaan van de detailhandel. Inzet voor de detailhandel is de vitaliteit van de steden.
4.1
Uitvoering convenant “De bereikbare binnenstad”
Eind 2003 heeft het Platform Detailhandel Nederland in een Convenant met minister Peijs van Verkeer en Waterstaat afspraken gemaakt om de winkels in de binnensteden bereikbaar te houden. Afgesproken is dat er een Nationaal kader Stedelijke Distributie, een regionale pilot en 3 brancheprojecten zullen komen. Het bedrijfsleven is verantwoordelijk voor de brancheprojecten, V&W voor het Nationaal kader en de organisaties zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor de regionale pilot. In 2005 zijn deze afspraken verder uitgewerkt. Net als in 2004 heeft het Platform een prominente rol
21
22
Jaarverslag 2005
gespeeld in de uitvoering van de afspraken van het convenant “De bereikbare binnenstad”. De door de minister ingestelde onafhankelijke Commissie Stedelijke Distributie is in 2005 een onderzoek naar de kosten van de vele gemeentelijke beperkingen gestart. De regionale pilot in Utrecht heeft een inventarisatie van regelgeving in de regio Utrecht afgerond en aanbevelingen gedaan. In Den Haag heeft het project Schone Stad geleid tot minder verkeer in de stad door efficiëntere bevoorrading. In 2006 wil het Platform dat alle afspraken uit het Convenant zijn uitgevoerd en wordt bekeken of nieuwe afspraken noodzakelijk zijn. Deze zouden in een tweede convenant moeten worden vastgelegd.
4.2
Commissie onderzoekt kosten van gemeentelijke beperkingen
In 2005 is de Commissie Stedelijke Distributie een onderzoek gestart. Dankzij de inzet van het Platform Detailhandel Nederland is de gehele detailhandel vertegenwoordigd in de Commissie. Het onderzoek zal in de eerste helft van 2006 gereed zijn. Het Platform wil weten wat de totale distributiekosten zijn die in 2005 werden veroorzaakt door gemeentelijke beperkingen, welk gedeelte hiervan was te voorkomen èn hoe de gemeentelijke beperkingen zich hebben ontwikkeld ten opzichte van het verleden. Deze vragen worden in het onderzoek meegenomen. Het Platform houdt zich intensief bezig met het leveren van input aan de Commissie. Om meer politieke aandacht voor het onderwerp te krijgen en het nationale belang van de stedelijke distributie voor het voetlicht te brengen, heeft het Platform in april 2005 een werkbezoek voor de Commissie Stedelijke Distributie georganiseerd. Tijdens het werkbezoek heeft het Platform zijn plannen en activiteiten toegelicht en is een beroep gedaan op de politiek om bij te dragen aan een betere bereikbaarheid van onze winkels. De detailhandel zelf doet veel om de winkels bereikbaar te houden, maar een groot deel van de problemen wordt veroorzaakt door overheden, zowel lokaal, regionaal als landelijk. In september 2005 zijn verschillende leden van de Commissie Stedelijke Distributie bij het Platform aanwezig geweest om uitleg te geven over hun onderzoek en hun plannen voor 2006 toe te lichten. Dit was een uitstekende mogelijkheid om de wensen van het Platform kenbaar te maken.
In december 2005 heeft de Commissie Stedelijke Distributie – inmiddels onder leiding van de heer Sakkers – haar eerste producten openbaar gemaakt. De resultaten werden aangeboden aan minister Peijs van Verkeer en Waterstaat. Er is een Voorbeeldenboek gemaakt, waarin succesvolle voorbeelden op het gebied van stedelijke distributie staan beschreven. In dit boek was ook aandacht voor het pilot-project in Utrecht en het Schone Stad-project in Den Haag, twee projecten waarbij het Platform nauw is betrokken. Hiernaast is een instrument ontwikkeld waarmee de verschillende belangen van alle belanghebbenden in beeld komen. Tot slot is een maatschappelijk en economisch kosten en batenmodel gepresenteerd, waardoor van te voren te zien is wat voor gevolgen bepaalde maatregelen hebben. In 2006 moet een Nationaal Kader voor stedelijke distributie worden ontwikkeld en zal de Commissie met een slotadvies aan de minister komen.
Jaarverslag 2005
4.3
Uniformeren van venstertijden en voertuigeisen in gemeenten
In 2005 is in de Bestuursregio Utrecht (BRU) een pilot van start gegaan. Het Platform Detailhandel Nederland is hiervan één van de initiatiefnemers en is hierbij actief betrokken. Het Platform is vertegenwoordigd in de Stuurgroep van het project en in het deelproject Afstemming Regelgeving. Het Platform heeft de start van het project aangegrepen om zijn ongenoegen te uiten over de lappendeken van gemeentelijke regelgeving op het gebied van venstertijden en voertuigeisen. Dit heeft geleid tot veel media-aandacht en Kamervragen. De pilot bestaat uit drie deelprojecten: 1. Het ontwikkelen van een kwaliteitsnet goederenvervoer, gericht op een optimale doorstroming van het bevoorradend verkeer; 2. Afstemming van gemeentelijke regelgeving; 3. Straatmanagement, waarbij per winkelstraat afspraken gemaakt moeten worden om de leefbaarheid en de doorstroming te verbeteren.
De belangrijkste doelstelling van het Platform is het uniformeren van gemeentelijke regelgeving op het gebied van venstertijden en voertuigeisen. Eind 2005 zijn er in Utrecht aanbevelingen gedaan. Het Platform heeft deze aanbevelingen beïnvloed. In 2006 moeten de eerste aanbevelingen worden overgenomen. Voor de detailhandel is van belang dat het ‘Utrechtse model’ kopieerbaar is naar de rest van het land.
4.4
Veel aandacht voor parkeerproblematiek bij winkels
De parkeerproblematiek is in 2005 door het Platform Detailhandel Nederland op de agenda gezet. De Nationale Parkeertest 2005 van het Platform heeft veel aandacht voor dit onderwerp gegenereerd bij de media, de gemeenten en de parkeerbranche. In de parkeertest is onderzocht hoe het is gesteld met de tarieven, de veiligheid en de bereikbaarheid van ruim dertig parkeergelegenheden in Nederland. De aanleiding voor het onderzoek was dat de detailhandel zich ernstige zorgen maakt over parkeergelegenheden bij winkelgebieden. Consumenten moeten de weg naar de winkelcentra kunnen blijven nemen. Uit de parkeertest bleek dat de tarieven soms buiten proportie zijn, dat veel parkeergelegenheden op veiligheidsgebied verbeterd kunnen worden en dat de bereikbaarheid gemakkelijker kan worden door betere parkeerverwijssystemen. Er moet tijdig aangegeven worden of, waar en hoeveel parkeerplekken er zijn.
23
24
Jaarverslag 2005
Gemeenten en parkeerbedrijven wordt in het onderzoek aanbevolen de parkeertarieven te bevriezen om weer meer mensen naar de binnensteden te trekken. Verder moet het parkeerbeleid een vast onderdeel zijn van het detailhandelsbeleid van een gemeente. Tot slot wordt gepleit voor een parkeerregime, waar het gedurende een bepaalde tijd – bijvoorbeeld anderhalf uur – mogelijk is om gratis te parkeren. In het kader van de gemeenteraadsverkiezingen is de Nationale Parkeertest naar alle gemeenten gestuurd met het advies om de aanbevelingen over te nemen. Met de parkeerexploitanten is een overleg gestart.
4.5
Groningen en Zutphen zijn beste binnensteden 2005
Bij de verkiezing van de Beste Binnenstad 2005, welke door het Platform Detailhandel Nederland samen met het Platform Binnenstadsmanagement en het HBD werd georganiseerd, was bereikbaarheid één van de belangrijkste criteria. Bij de selectie van de steden is ook gelet op de bereikbaarheid van de winkels voor personen. Steden met gratis bewaakte fietsenstallingen in de centra hadden duidelijk een streepje voor. Tijdens de verkiezing is ook aandacht besteed aan de bereikbaarheid per auto en per openbaar vervoer. In de categorie (middel)grote steden heeft Groningen gewonnen. In de categorie kleinere steden Zutphen. De uitreiking werd gehouden tijdens de jaarlijkse Manifestatie in perscentrum Nieuwspoort in Den Haag. Er was veel aandacht van pers en politiek.
4.6
Gemeentelijke eisen bevoorrading in top 10 hinderlijke regels
De Commissie Stevens heeft een top 10 van hinderlijke regels samengesteld. De kosten veroorzaakt door uiteenlopende gemeentelijke eisen aan winkelbevoorrading door vrachtwagens, zoals venstertijden en milieueisen, is in deze top 10 opgenomen.
Jaarverslag 2005
Het Platform Detailhandel Nederland eist meer afstemming tussen gemeenten. De commissie is ingesteld door staatssecretaris Van Gennip van Economische Zaken om geluiden van ondernemers op te vangen en een top 10 samen te stellen van kosten die door ondernemers als het meest hinderlijk worden ervaren. Het kabinet wordt aanbevolen met deze regelgeving als eerste aan de slag te gaan. Vooral het feit dat het voor de commissie onvoldoende is dat het knelpunt “in behandeling is” of “dat eraan wordt gewerkt” en het dus ambtelijk gezien geen knelpunt meer is, stemt het Platform tevreden. In de eerste helft van 2006 wordt een reactie van het Kabinet verwacht. Dit is een extra steun in de rug om op korte termijn landelijke uniforme regels voor stedelijke distributie af te dwingen.
4.7
Den Haag werkt actief aan project Schone Stad
In Den Haag zet het Platform Detailhandel Nederland zich actief in voor het Schone Stad-project, dat is gericht op het verminderen van voertuigbewegingen in de stad op het gebied van de bevoorrading van winkels en de afvalinzameling. Het Platform is vertegenwoordigd in de Werkgroep Bevoorrading en de Stuurgroep van dit project. In 2006 wordt gestart met pilots op het gebied van het bundelen van goederen en zal worden geprobeerd het gebied waar de spelregels gelden uit te bereiden. In 2005 is hiervoor het voorbereidende werk verricht.
4.8
Europa zet luchtkwaliteit hoog op de agenda
Door Europese regelgeving is het onderwerp luchtkwaliteit in 2005 hoog op de agenda gekomen. Gemeenten waar de Europese normen worden overschreden, dienen plannen te maken om de luchtkwaliteit te verbeteren. Het Platform Detailhandel Nederland vreest dat de kosten van de bevoorrading door deze nieuwe milieuregelgeving zullen stijgen. Daarnaast bestaat het gevaar van een wildgroei van gemeentelijke regelgeving, zoals die er reeds is op het gebied van de venstertijden en de voertuigeisen. Het Platform heeft daarom ingezet op een actieve rol van de Commissie Stedelijke Distributie bij deze problematiek. De Commissie gaat zich er in 2006 intensief mee bemoeien. Het Platform heeft zijn zienswijze in 2005 op verschillende manieren kenbaar gemaakt. Zowel in de pers als richting de ministeries van VROM en Verkeer en Waterstaat heeft het Platform zijn ideeën over nieuwe regelgeving duidelijk gemaakt. Verder is er intensief contact met de verschillende vervoerdersorganisaties geweest. Tot slot heeft het Platform in Brussel actie ondernomen. De Europese Commissie heeft een voorstel gedaan om tot een nieuwe Richtlijn te komen om de schone lucht te bevorderen. Het Platform heeft op dit voorstel gereageerd en voert tevens actie binnen EuroCommerce, de Europese koepelorganisatie voor winkeliers.
25
26
Jaarverslag 2005
5.
EUROPA
Het Platform Detailhandel Nederland volgt het werkprogramma van de Europese Unie nauwlettend om in een zo vroeg mogelijk stadium te signaleren wat er in Brussel speelt en gaat spelen, en te anticiperen op de effecten hiervan op de Nederlandse detailhandel. Het overheidsbeleid ten aanzien van de vier speerpunten van het Platform (bereikbaarheid, winkelcriminaliteit, betalingsverkeer en Europa) wordt niet langer of in Den Haag of in Brussel bepaald, maar in beide. Het Platform is daarom zowel in Nederland als in Brussel actief om de belangen van de Nederlandse detailhandel te behartigen.
5.1
Belangrijk jaar voor de interne markt betalingsverkeer
In december 2005 heeft de Europese Commissie een richtlijn gepresenteerd die een interne markt voor betalingsverkeer tot stand moet brengen. Doel van de richtlijn is om grensoverschrijdende betalingen, met behulp van een creditcard, een debetkaart, een elektronische bankoverschrijving of een automatische afschrijving even gemakkelijk, goedkoop en veilig te maken als binnenlandse betalingen. De richtlijn stelt nationale betaalmarkten open voor alle geschikte aanbieders waarbij gelijke concurrentievoorwaarden worden gewaarborgd. De richtlijn dient tevens als rechtsgrondslag voor de Single Euro Payment Area (SEPA). SEPA is een initiatief van de banken om alle technische belemmeringen uit de weg te ruimen die een interne markt voor betalingsverkeer in de weg staan. Uiterlijk in 2010 zou de interne markt voor betalingsverkeer een feit moeten zijn. Dit onderwerp is een speerpunt van het Platform Detailhandel Nederland. In vergelijking met de rest van Europa heeft Nederland een efficiënt, veilig en voordelig betalingsverkeer. Dit moet zo blijven. Voorkomen moet worden dat bij de ontwikkeling van Europese betaalproducten het Europese gemiddelde de norm wordt, en dat de Nederlandse detailhandel duurder uit is voor minder. Tevens mogen winkeliers niet gedwongen worden om bepaalde betaalproducten te accepteren, en dienen extra en niet geplande investeringen, in bijvoorbeeld betaalterminals, te worden voorkomen. In 2005 heeft het Platform samengewerkt met EuroCommerce om de belangen van de winkeliers te verdedigen, en dit zal in 2006 worden voortgezet.
5.2
Europees Parlement stelt vragen over winkelcriminaliteit
Het Platform Detailhandel Nederland heeft regelmatig vruchtbare ontmoetingen met Nederlandse europarlementariërs. In 2005 zijn op verzoek van het Platform schriftelijke vragen gesteld aan de Europese Commissie over winkelcriminaliteit. Uit het antwoord blijkt dat Europa zich in toenemende mate bezighoudt met tal van vormen van georganiseerde en ongeorganiseerde criminaliteit, maar dat winkelcriminaliteit als
Jaarverslag 2005
zodanig nog niet door de EU wordt opgepakt. Ook ontbreken nog betrouwbare statistieken over de omvang van winkelcriminaliteit in de EU-25. Het Platform wil dat daar verandering in komt. In de eerste plaats wil het Platform dat Europa internationale bendes die zich schuldig maken aan winkelcriminaliteit hard aanpakt. Daarnaast moet Europa een rol spelen bij het uitwisselen van best practices. Tot slot dient de EU een jaarlijkse criminaliteitsmonitor op te stellen waarin statistieken over winkelcriminaliteit in alle lidstaten zijn opgenomen. Het Platform start in 2006 een Europese werkgroep winkelcriminaliteit om deze ideeën uit te werken.
5.3
Bereikbaarheid winkels ook op de Europese agenda
Het Platform Detailhandel Nederland heeft er in 2005 voor gezorgd dat EuroCommerce het onderwerp bereikbaarheid heeft opgepakt. Dit heeft geresulteerd in een brochure getiteld “Rethinking Transport Policy for more Choice and Sustainability in the EU”. In deze brochure geeft EuroCommerce haar visie op de uitdagingen die Europa staan te wachten op het gebied van transport. Naast bereikbaarheid wordt ingegaan op onderwerpen als het wegvervoer, vervoer per spoor en over water, tolheffing, belastingen en concurrentie in de transportketen. De brochure dient als basis voor verdere lobbyactiviteiten richting Europees Parlement, de Europese Commissie en de lidstaten. Dit is nodig omdat de EU zich nadrukkelijk bezighoudt met tal van transportonderwerpen. Ook bereikbaarheid zal in toenemende mate een Europees onderwerp worden. Daarbij valt te denken aan voertuigeisen, geluidsnormen, luchtkwaliteit, tolheffing en vervoersplannen voor grote steden.
5.4
Monitoren van relevante ontwikkelingen voor de detailhandel
Een kerntaak van het Platform Detailhandel Nederland in Brussel is het monitoren van alle voor de Nederlandse detailhandel relevante ontwikkelingen in Europa. Het Platform publiceert (twee)wekelijks een speciale nieuwsbrief getiteld Brussel Deze Week. Deze nieuwsbrief is in 2005 dertig keer verschenen. De acht belangrijkste onderwerpen die het Platform in 2005 heeft gemonitord volgen hieronder: 1. Textiel, kleding en schoenen: toenemend protectionisme Eén van de meest in het oog springende gebeurtenissen van 2005 is de textielcrisis gedurende de zomermaanden van 2005. Als gevolg van maatregelen van de Europese Commissie om de textielimport uit China een halt toe te roepen werden tientallen miljoenen kledingstukken vastgehouden bij de douane. Deze kledingstukken waren door winkeliers reeds besteld en betaald. Voor de detailhandel dreigde hierdoor een schadepost van honderden miljoenen euro’s. Als gevolg van een sterke gezamenlijke lobby in Brussel, met veel zichtbaarheid in de media, slaagde de detailhandel erin deze kledingstukken vrijgegeven te krijgen. Een financiële strop werd hiermee voorkomen. In 2005 is de Europese Commissie met een antidumping onderzoek gestart naar schoenen uit China en Vietnam. Dit onderzoek is er gekomen na klachten van Europese schoenproducenten dat schoenen uit China en Vietnam met dumping worden ingevoerd met schade voor de Europese producenten als gevolg. EuroCommerce is het hier resoluut mee oneens. Mocht de Europese Commissie overgaan tot het nemen van antidumping-maatregelen dan zal dat grote gevolgen hebben voor de prijzen van schoenen en dus voor winkeliers en hun consumenten. Dit dossier is dan ook één van de speerpunten van het Platform Detailhandel Nederland en EuroCommerce. 2. Europese Commissie heeft plannen voor stedelijk milieu gelanceerd Het Platform Detailhandel Nederland is ongelukkig met het idee dat de Europese Commissie in 2005 heeft gelanceerd om lokale autoriteiten actieplannen voor duurzaam stadsvervoer op te laten stellen. Het Platform strijdt namelijk al jaren tegen de wildgroei aan gemeentelijke regels. De consequenties van deze wildgroei is dat de kosten van de bevoorrading van winkels en de negatieve gevolgen voor het milieu veel hoger zijn dan nodig. De grote verscheidenheid aan maatregelen in diverse gemeenten maakt een efficiënte ritplanning onmogelijk, de inzet van middelen en kosten zijn daardoor onevenredig hoog. Het effect hiervan is onder meer terug te vinden in de belading van voertuigen. Het aantal benodigde voertuigen voor dezelfde bevoorrading stijgt. Er moet zo snel mogelijk een Nationaal Kader voor stedelijke distributie komen. Wat het Platform niet wil is dat dit Nationale
27
28
Jaarverslag 2005
Kader door de Europese Commissie in de wielen wordt gereden. Het Platform is het dan ook oneens met de Commissie dat de lokale autoriteiten op eigen houtje plannen voor duurzaam stadsvervoer dienen te ontwikkelen. Het Platform streeft naar minder regelgeving, maar als er toch regels komen dan moet er uniformiteit zijn.
3. Onderzoek naar kartelpraktijken in de banksector Eurocommissaris Kroes heeft in 2005 een onderzoek ingesteld naar eventuele kartelpraktijken in de banksector. Het vermoeden bestaat dat de banken zich niet houden aan de mededingingsregels. De Commissie is bezorgd over het feit dat consumenten nog onvoldoende kunnen profiteren van concurrerende en geïntegreerde financiële markten. Als voorbeeld wijst de Commissie op de grote verschillen in prijzen van bankproducten tussen de lidstaten. De Commissie merkt op: in the area of payment card schemes there seem to be substantial differences in domestic interchange fees and merchant service charges. In eerste instantie zal het onderzoek zich toespitsen op betaalkaarten. Ook zal gekeken worden naar zaken als markttoegang, infrastructuur voor betalingsverkeer en de keuzevrijheid die consumenten en de detailhandel hebben (de kwestie van de overstapkosten bijvoorbeeld). Het onderzoek, dat in 2006 afgerond moet zijn, kan leiden tot specifieke en concrete maatregelen om een einde te maken aan concurrentiebeperkende praktijken. Het Platform Detailhandel Nederland volgt de ontwikkelingen nauwlettend. 4. Europese Commissie presenteert strategie voor luchtkwaliteit De Europese Commissie heeft in 2005 een strategie gelanceerd om de luchtkwaliteit in Europa te verbeteren. De strategie zou er toe moeten leiden dat in 2020 het jaarlijkse aantal sterfgevallen als gevolg van luchtvervuiling veertig procent lager ligt dan in 2000. De Commissie schat dat er momenteel elk jaar 370.000 mensen overlijden aan de gevolgen van luchtvervuiling. Ook wil de Commissie de schade die luchtvervuiling toebrengt aan bossen en andere ecosystemen significant terugdringen. Bijzonder schadelijk voor de volksgezondheid zijn de zogenaamde fijne stofdeeltjes (particulate matter, PM). Naast de reeds bestaande PM 10 introduceert de Commissie PM 2,5. Dit zijn stofdeeltjes in de lucht met een doorsnede van 2,5 micrometer. De Commissie stelt niet alleen limieten aan de hoeveelheid PM 2,5 waaraan de bevolking blootgesteld mag worden, ook zullen de lidstaten de hoeveelheid PM 2,5 terug moeten dringen met twintig procent in 2020. Met name voor stedelijke gebieden zal het een uitdaging zijn om deze normen te halen. De strategie voor luchtkwaliteit zal een grote impact hebben op de detailhandel. Auto’s en vrachtwagens zullen schoner moeten worden, en het vervoer over de weg zal worden ontmoedigd. Daarnaast zal de richtlijn luchtkwaliteit mogelijk een groot effect hebben op binnensteden en bouwprojecten. De richtlijn zal in 2006 worden behandeld door het Europees Parlement en de lidstaten en is één van de speerpunten van het Platform Detailhandel Nederland. 5. Europese Commissie komt met nieuw voorstel consumentenkrediet De Europese Commissie heeft in 2005 een nieuw voorstel ingediend voor een richtlijn voor consumentenkrediet. Het voorstel past in het streven van de Commissie om de interne markt te vervolmaken. Zowel vragers als aanbieders van consumentenkrediet zouden niet gehinderd moeten en mogen worden door de verschillen in regelgeving tussen de lidstaten. De huidige Europese wetgeving ten aanzien van consumentenkrediet dateert uit 1987, en is sterk verouderd. De Commissie had al eens een voorstel voor een nieuwe richtlijn gedaan, in september 2002 om precies te zijn, maar dat voorstel kon op weinig enthousiasme rekenen in het Europees Parlement. De belangrijkste kenmerken van het voorstel zijn: • De richtlijn dekt enkel kredieten van maximaal 50.000 euro. • Hypotheken vallen buiten het bereik van de richtlijn. • Het huidige voorstel laat meer ruimte aan de lidstaten om de wetgeving aan hun specifieke nationale situatie aan te passen. Het beginsel van de wederzijdse erkenning moet er vervolgens voor zorgen dat de interne markt niet wordt belemmerd.
Jaarverslag 2005
• De kosten van het krediet worden overal volgens dezelfde methode berekend. Dit maakt het makkelijker om kredieten met elkaar te vergelijken. • De richtlijn bevat een lijst met informatie die aan consumenten moet worden verstrekt. • De consument krijgt veertien dagen de tijd om onder het contract uit te kunnen. • De consument mag de lening ook eerder afbetalen. • Als de aankoop van het betreffende product alsnog niet door gaat, dan mag de kredietovereenkomst verbroken worden. De lidstaten en het Europees Parlement moeten nog instemmen met het voorstel. Een akkoord wordt in 2006 verwacht. Het Platform Detailhandel Nederland zal dit dossier nauwlettend volgen. 6. Europa voert strijd op tegen namaakproducten De Europese Commissie heeft in 2005 een pakket maatregelen voorgesteld in de strijd tegen namaakproducten en piraterij. De maatregelen hebben betrekking op betere wetgeving en controle, betere samenwerking tussen de douane en het bedrijfsleven (met name in de logistieke keten) en het versterken van de internationale samenwerking. In 2004 is het aantal onderschepte namaakproducten toegenomen met twaalf procent ten opzichte van 2003, en met duizend procent ten opzichte van 1998. De Commissie is niet alleen bezorgd over deze trend, maar ook over de aard van de nagemaakte producten. Namaakproducten die schadelijk kunnen zijn voor de volksgezondheid, zoals levensmiddelen en medicijnen, nemen in kwaliteit en kwantiteit toe. 7. Europese Commissie wil energieverbruik terugdringen De Europese Commissie wil binnen vijftien jaar het energieverbruik in Europa terug brengen met twintig procent. Mocht dat lukken, dan zou de Europese energierekening 60 miljard euro lager uitvallen. Het mes snijdt volgens de Commissie aan twee kanten: door de noodzakelijke investeringen in technologie en innovatie neemt Europa een voorsprong op de rest van de wereld en Europa draagt bij aan het behalen van de Kyoto-doelstellingen. De Commissie zet haar plannen uiteen in het zogenaamde Groenboek inzake energie-efficiëntie. Een Groenboek is eigenlijk een brainstormdocument, bedoeld om een discussie aan te zwengelen, en bevat dus geen concrete wetsvoorstellen. In 2006 zal de Commissie vervolgens met een concreet actieplan komen. Relevante maatregelen voor de detailhandel zijn: • Investeringen in Onderzoek & Ontwikkeling, waaronder de schone en veilige auto. • De lidstaten dienen jaarlijks een energie-efficiëntie plan op te stellen waarin specifieke maatregelen dienen te staan om het energieverbruik terug te dringen. • Met belastingmaatregelen worden bepaalde gedragingen aangemoedigd of juist ontmoedigd. • In januari 2006 is de richtlijn “energieprestatie van gebouwen” in werking getreden. Volgens deze richtlijn dienen nieuwe en te renoveren gebouwen van meer dan 1000 m_ een bepaalde energieprestatie te leveren. Ook zal bij de bouw, verkoop of verhuur van een gebouw met een vloeroppervlakte van meer dan 50 m_ een energieprestatie-certificatie moeten plaatsvinden. De Commissie wil de richtlijn uitbreiden in de zin dat bij alle renovaties (dus ook ≤ 1000) minimumeisen aan de energieprestatie worden gesteld. Dit is met name relevant voor veel winkelbedrijven. • Verdergaande eisen inzake etikettering van en informatieverplichtingen bij elektrische huishoudelijke apparaten. • Op het gebied van transport wordt gedacht aan: - belastingverlaging voor schone voertuigen - het weren van verontreinigende voertuigen uit stadscentra - specifieke certificatie en technische normen voor schone voertuigen - het stimuleren van vervoer over water en per spoor - heffingen op het gebruik van infrastructuur in de bebouwde kom, zoals in het centrum Londen, al is niet helemaal duidelijk of de Commissie met wetgeving wil komen, of dat de Commissie slechts best practices wil uitwisselen. De focus van de Commissie lijkt zich langzaam te verschuiven van afval naar energie. Het Platform Detailhandel Nederland en EuroCommerce zullen de ontwikkelingen op de voet blijven volgen.
29
30
Jaarverslag 2005
8. Europa streeft naar vermindering administratieve lasten De vermindering van de administratieve lasten voor het bedrijfsleven en het verbeteren en vereenvoudigen van regelgeving is één van de topprioriteiten van de EU. In 2005 heeft de Europese Commissie 222 richtlijnen en verordeningen voorgedragen die in de komende jaren vereenvoudigd gaan worden. Ook wil de Commissie een sectorbeleid gaan voeren. De automobielsector, afval en bouw zijn de sectoren die als eerst aan de beurt zijn. Later zal het sectorbeleid worden toegepast op de dienstensector. Daarnaast wordt vanaf 2005 veel aandacht besteed aan de manier waarop een wet tot stand komt. Elk wetsvoorstel dient gepaard te gaan met een effectentoetsing waarin wordt aangegeven wat het effect van het wetsvoorstel is op de administratieve lasten voor het bedrijfsleven. De Nederlandse detailhandel juicht de Europese initiatieven om de administratieve lasten voor het bedrijfsleven te verminderen toe, maar benadrukt dat het uiteindelijk gaat om concrete resultaten. Het beleid is pas succesvol als de winkeliers daadwerkelijk merken en voelen dat de administratieve rompslomp drastisch is verminderd. Boodschap van het Platform Detailhandel Nederland is: 1. Als het doel is om het leven van winkeliers gemakkelijker te maken, betrek de winkeliers daar dan ook zo veel mogelijk bij. Voorkom paternalisme. 2. De Nederlandse detailhandel is voorstander van een Europees sectorbeleid voor de detailhandel. 3. Op Europees niveau dienen naast kwalitatieve ook kwantitatieve doelstellingen te worden geformuleerd. 4. Nederland moet af van de hinderlijke gewoonte om nationale wetgeving strenger te maken dan de Europese norm. Hiermee prijzen we ons zelf uit de markt. Nationale koppen dienen te verdwijnen. 5. Mocht het gezegde onder 4) in bepaalde gevallen niet mogelijk of wenselijk zijn, dan moet dat duidelijk aan worden gegeven in het desbetreffende wetsvoorstel. Uit een wetsvoorstel dat door de Nederlandse regering wordt ingediend moet blijken wat nationaal en wat Europees is. Met andere woorden, maak de kop inzichtelijk.
Jaarverslag 2005
6. SUMMARY ANNUAL REPORT OF THE DUTCH RETAIL PLATFORM
The year 2005 has been an excellent performance year of the Dutch Retail Platform. The Platform is a collaboration of the Council of Shops (small and medium-sized retailers) and the Dutch Retail Council (large retail enterprises). The Platform has four main focus points: improvement of payment traffic, combat of retail crime, improvement of transport accessibility and keeping track of developments in the European Union. In all these areas there have been major accomplishments initiated and coordinated by the Platform. In March a meeting took place between the Platform and the Dutch Prime Minister. It was a fruitful meeting and the Prime Minister promised to take the focus points of the Platform into account while discussing future policy. In September the yearly Manifestation of the Platform has taken place. The theme was “Consumers as promoter of the Economy”. The State Secretary of Economic Affairs held a speech at the Manifestation and stated that the Dutch Government is making major efforts to support a healthy business climate. Every two years the Platform gives an award for Best City Centre of the Netherlands. This year two cities were chosen, Groningen in the category for large cities and Zutphen in the category for medium-sized cities.
Payment traffic In November the Payment Traffic Agreement with the Dutch government has been established. After massive action of the Platform and its members, costs of payment traffic were reduced and a fund was founded for stimulating efficient payment traffic.
Retail crime In November the Platform signed an agreement with the Dutch government to combat retail crime. The aim is to reduce retail crime by 20 percent by the year 2008. Prevention is another important issue in the combat against crime. In coordination with the Dutch police force there has been a decline in the number of robberies that have taken place last year. More efforts that are made are a restrainment order applicable for repetitive criminals, publishing pictures of criminals and a warning system for internal fraud.
31
32
Jaarverslag 2005
Accessibility In 2005 the agreement for the improvement of accessibility city centres signed with the Ministry of Transport has been further developed. There has been made an agreement to develop a National Framework for Urban Distribution. In several cities local initiatives have improved the accessibility. Another major focus point of the Platform is the harmonization of local government rules for supply of the retail stores and the demands for transport traffic. The Platform has performed a National Parking test. Parking lots were examined for safety, accessibility and tariffs. The test generated a lot of media attention.
Europe In Europe this year a discussion was started to establish a Single Euro Payments Area. This is to create a common market for payment traffic. The Platform follows this discussion closely. Especially because the Netherlands has a very efficient system and Dutch retailers should not be forced into a more expensive European payment area. On request of the Platform questions have been tabled in the European Parliament about retail crime. The European Commission answered that although more and more attention is being paid towards organized and unorganized cross-border crime, so far retail crime has not yet received much attention. The Platform urges the European Commission to pay more attention for solving retail crime. Besides aggregating international attention for specific issues concerning the retail branch the Platform monitors all kinds of different issues in the European Union. Examples are the shoe tariff fines, air quality, and reducing administrative costs.
32
Platform Plaza, Overgoo 11 Postbus 262, 2260 AG Leidschendam Telefoon 070 320 23 45, Fax 070 327 87 97 e-mail [email protected] website www.platformdetailhandel.nl