Inhoudsopgave 1 Bestuurlijke samenvatting De bestuurlijke opdracht in Wat hebben wij in 2006 bereikt

Inhoudsopgave 1 Bestuurlijke samenvatting .................................................................................. 2 1.1 De bestuurlijke opdracht in 2006 ................................................................. 2 1.2 Wat hebben wij in 2006 bereikt ................................................................... 3 1.3 Wat hebben wij in 2006 gedaan .................................................................. 3 1.4 Bestemming exploitatieresultaat 2006......................................................... 5 1.5 Opbouw van de verslaglegging ................................................................... 6 2 Kostensoorten.................................................................................................... 7 2.1 De rekening naar kosten en opbrengsten.................................................... 7 2.2 Toelichting op kosten en opbrengsten......................................................... 8 2.2.1 Toelichting op lasten ............................................................................ 9 2.2.2 Toelichting op baten........................................................................... 13 3 Beleidsvelden, producten en projecten............................................................. 17 3.1 Planvorming .............................................................................................. 17 3.2 Aanleg en onderhoud waterkeringen......................................................... 21 3.3 Inrichting en onderhoud van watersystemen ............................................. 23 3.4 Bouw en Exploitatie zuiveringstechnische werken..................................... 27 3.5 Vergunningen en handhaving Keur ........................................................... 27 3.6 Beheersing van lozingen ........................................................................... 28 3.7 Heffing en Invordering............................................................................... 29 3.8 Bestuur en communicatie.......................................................................... 35 3.9 Grondwater ............................................................................................... 36 3.10 Investeringsprojecten Watersystemen en Waterkeringen ...................... 38 3.10.1 Algemeen........................................................................................... 38 3.10.2 Investeringen in watersystemen......................................................... 38 3.10.3 Overige investeringen in het watersysteem ........................................ 40 3.10.4 Investeringen in waterkeringen .......................................................... 41 4 Financiële paragraaf ........................................................................................ 42 4.1 Rekeningsaldo 2006 ................................................................................. 42 4.2 Financiële positie en weerstandsvermogen............................................... 43 4.2.1 Reserves en voorzieningen................................................................ 43 4.2.2 Weerstandsvermogen ........................................................................ 44 4.2.3 Treasuryparagraaf.............................................................................. 45 5 Ondersteunende producten en diensten........................................................... 48 5.1 Producten en diensten .............................................................................. 48 5.2 Bedrijfseigen investeringen ....................................................................... 52 6 Balans 2006 ..................................................................................................... 54 6.1 Balans....................................................................................................... 54 6.2 Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling .................................. 56 6.3 Toelichting op de balans per 31 december 2006....................................... 58 6.3.1 Toelichting activa ............................................................................... 58 6.3.2 Toelichting passiva............................................................................. 60 6.3.3 Niet uit de balans blijkende verplichtingen/rechten ............................. 66 7 Accountantsverklaring ...................................................................................... 68 8 Bijlagen Jaarrekening en –verslag 2006........................................................... 70

1

Bestuurlijke samenvatting

1.1

De bestuurlijke opdracht in 2006

In de begroting 2006 is uitgegaan van: •

Geen kostenstijging van het bestaand beleid. Deze richtlijn gold ook al in 2004 en 2005.

•

Het in uitvoering nemen van de nota visie en strategie.

•

Het verwerken van nieuwe externe en interne ontwikkelingen in de begroting.

•

Het doorvoeren van een pakket van bezuinigingsmaatregelen met een omvang van 1,5 mln., waarbij: o de interne kosten teruggedrongen worden; o de uitvoering van het beleid zoals verwoord in het integraal waterbeleidsplan en de nota visie en strategie op aanvaardbare wijze getemporiseerd wordt; o er ruimte resteert voor de doorontwikkeling van de organisatie: hiervoor is een bedrag van 300.000,- opgenomen.

In de begroting was een gemiddeld stijgingspercentage van de waterschapslasten opgenomen van 2,43% (6,5% waterbeheersingsomslag, -53,6% waterkeringsomslag en 3,64% Wvo-heffing). Beleidsopgaven voor het jaar 2006. Bij de voorbereiding van de begroting 2006 is een reeks van thema’s de revue gepasseerd. Met deze thema’s zijn wij in 2006 voortvarend aan de slag gegaan.Het betreft: •

Het opstellen van een G(ewenst) G(rond-) en O(ppervlaktewater) R(egime) in de pilotgebieden Sarsven/ De Banen en Mariapeel.

•

Het bekend maken van ons beleid. Gebleken is dat een deel van ons beleid onvoldoende bekend is. Het betreft beleid dat door onze rechtsvoorgangers is opgesteld en door ons waterschap en door WBL wordt uitgevoerd.

•

In 2006 is het Integraal Waterbeheersplan (IWBP) van ons waterschap aangekomen op de helft van zijn looptijd aangekomen. In de afgelopen jaren zijn er een aantal ontwikkelingen geweest die bijstelling van het in het plan opgenomen beleid noodzakelijk maken. Genoemd kunnen worden de inzichten in de consequenties van Waterbeheer 21 Eeuw, stedelijke waterplannen maar ook in de interactie tussen watersysteem en waterketen, de nota strategie en visie. Genoeg redenen om het IWBP en het daarop geënte Meerjaren InvesteringsPlan (MIP) tegen het licht te houden en eventueel bij te stellen.

•

De organisatieontwikkeling. De ambtelijke organisatie dient tot een meer omgevingsgerichte organisatie worden omgevormd.

Waterschap Peel en Maasvallei

2

Jaarrekening en jaarverslag 2006

1.2

Wat hebben wij in 2006 bereikt

In de begroting 2006 is vormgegeven aan de koers die met de Nota Visie en strategie voor waterbeheer in Noord- en Midden Limburg is uitgezet. Het Algemeen bestuur heeft haar verantwoordelijkheid genomen en keuzes gemaakt die enerzijds de ambitie van het Waterschap instandhouden, maar anderzijds ook getuigen van de bestuurlijke wens om de kosten zo laag mogelijk te houden. Leidraad hierbij was: concentreer je op je kerntaken; doe waar je goed in bent, doe de goede dingen en doe deze dingen goed. Wij hebben via het organisatieontwikkeltraject de in deze opdracht doorklinkende focus verder vormgegeven in de Voorjaarsnota en de Begroting 2007. Hiermee hebben wij bereikt dat er een transparante begrotingsdiscussie is gevoerd, waarbij het Algemeen bestuur duidelijk haar wensen heeft kenbaar gemaakt. Voortvloeiend uit de GGOR-pilots is het nieuw Limburgs Peil ontstaan. De pilots hebben ons het inzicht gegeven dat wij op een andere meer interactieve manier met onze omgeving moeten communiceren, zodat wij samen met de streek resultaten kunnen boeken en ons gebeid tot ontwikkeling kunnen brengen. De pilots hebben ons geleerd dat waterconservering van groot belang is voor ons gebied. De opgedane inzichten worden in 2007 doorvertaald in de prioritering van het MIP. Door het vaststellen van de nieuwe keur hebben wij de mogelijkheid gecreëerd voor onze burgers om meer dan in het verleden gebruik te maken van de mogelijkheid om rond de beek te recreëren. Ook onderhouden wij nog uitsluitend de beken, die ons eigendom zijn en die van belang zijn voor de taakuitvoering van het waterschap. De bewustzijnsontwikkeling in onze organisatie dat wij verschillende rollen en taken hebben en dat wij vanuit die rollen en taken willen samenwerken om zo het maximaal mogelijke in ons gebied te realiseren heeft een grote ontwikkeling doorgemaakt. In 2007 zal dan ook alle aandacht gericht zijn op het vormgeven van deze ontwikkeling.

1.3

Wat hebben wij in 2006 gedaan

Waterkering Nu de waterkeringen de primaire status hebben gekregen, zijn de eisen waar onze dijken aan moeten voldoen verzwaard. Om aan deze eisen te kunnen voldoen, volgen wij meer dan in het verleden de ontwikkelingen in het Maasdal en toetsen wij plannen van derden, die consequenties kunnen hebben voor Maaskaden. Wij hebben het bestrijdingsplan Maashoogwater geactualiseerd en de logistieke consequenties van de hogere en langere dijken in beeld gebracht. Het beleidsteam waterkering is getraind in het oefenen met het calamiteitenplan en het bestrijdingsplan. In 2007 wordt een team waterkering opgericht, waarin de zorg voor en de organisatie van waterkering wordt ondergebracht. Op deze wijze dragen wij zorg voor een adequate bescherming van onze burgers.

GGOR Wij willen het grondgebruik zoveel mogelijk in overeenstemming brengen met de randvoorwaarden die het watersysteem stelt. Door beïnvloeding van de ruimtelijke ordening


3


proberen wij ervoor te zorgen dat de juiste functie op de juiste plaats terechtkomt. In 2006 hebben wij twee pilots uitgevoerd, Mariapeel en Peelrestanten Midden-Limburg. Samen met de streek hebben wij bepaald wat voor soort maatregelen de verdroging tegengaan en maatschappelijk haalbaar en betaalbaar zijn. Wij hebben gezien dat deze wijze van samenwerken loont. De voorgestelde maatregelen zijn goed voor natuur én landbouw.

Tungelroyse Beek In 2006 hebben wij de tweede fase van het project Tungelroyse beek afgerond: vier deel trajecten van de beek zijn in 2005 en 2006 succesvol gesaneerd en heringericht. Deze combinatie van tegelijkertijd schoonmaken en opnieuw inrichten is uniek in Nederland. De beek en de oevers zijn schoner, de stromingsdiversiteit is toegenomen en er is nieuw leven in en rond de beek te zien en te horen. Rondom de afsluiting van deze fase hebben wij een symposium georganiseerd waarbij wij onze kennis en ervaringen hebben gedeeld met onze partners.

OAS De OAS-Venray is afgerond. De studie over de RWZI Venlo is in concept gereed. Ook hebben wij een eerste concept opgeleverd van de “beleidsuitgangspunten OAS”. In deze notitie formuleren wij de randvoorwaarden voor de lozingen van de keten op het watersysteem en de beleidsmatige randvoorwaarden voor het beheer van de keten. Wij gebruiken de verzamelde informatie als input voor de maatregelen die wij nodig achten voor de uitvoering van de Kaderichtlijn water.

WB21 Wij hebben een aantal manifeste overlastknelpunten in beeld gebracht en onze aandacht gericht op het samen met de provincie Limburg de visievorming voor het gebiedsproces in 2007 rond te krijgen.

Ibrahym Ter ondersteuning van het KWR en WB21-proces hebben wij een modelinstrumentarium opgesteld om de knelpuntenberekeningen en de normeringsvraagstukken te kunnen doorrekenen. Wij zijn hiervoor een samenwerking aangegaan met TNO en Alterra en hebben met onze vernieuwende aanpak de pers gehaald.

Keur Wij hebben een nieuwe Keur vastgesteld. Hierdoor hoeven voor tertiaire watergangen geen vergunningen meer te worden verleend. Daar waar mogelijk delen wij ons water en werkpaden met onze omgeving.

Herprioritering MIP Het MIP is ingedeeld in lopende projecten, integrale projecten en WB21 projecten en overige projecten. Overige projecten worden alleen uitgevoerd indien er binnen het jaarlijks


4


gemiddelde van

5,5 mln. ruimte ontstaat.

Organisatieontwikkeling Het organisatieontwikkelingstraject verloopt via vier sporen: •

Het doelenspoor, gericht op het creëren van focus in de organisatie en het verbeteren van de aansturing van de organisatie door bestuur en management.

•

Het processenspoor, gericht op het beschrijven en sturen van het werk op de werkvloer (werkprocessen).

•

Het leiderschap- en cultuurspoor, gericht op het verbeterd leiderschap en het creëren van een cultuur die effectief en efficiënt werken zoveel mogelijk ondersteunt.

•

Het communicatie, trainingen opleidingenspoor, gericht op de ondersteuning van de overige drie sporen en het creëren van draagvlak voor het totale traject.

Onder invloed van het doelenspoor hebben wij een nieuwe Voorjaarsnota en begroting opgeleverd. Door een themabenadering en doelstellingen te introduceren is in één oogopslag duidelijk voor welke opgave wij als waterschap staan en hoe wij die opgave willen realiseren. De eerste resultaten hiervan zijn merkbaar geweest bij de begrotingsbehandeling. Gewerkt is aan de totstandkoming van een bedrijfsvoeringsfilosofie en een dashboard, waarin de doelstellingen worden doorvertaald naar kritische succesfactoren, maatstaven en meetbare indicatoren en kerncompetenties, waarmee de organisatie gestuurd gaat worden. In het processenspoor zijn de processen van de organisatie benoemd en zijn de primaire processen beschreven. In het cultuur- en leiderschapspoor is de aandacht uitgegaan naar training van het managementteam, zodat zij voorbereid zijn op hun taak om de organisatie te begeleiden in het doormaken van de gewenste verandering en het aanleren van de gewenste cultuur. Op diverse plekken in de organisatie is merkbaar dat er meer aandacht voor doelen, effectiviteit en efficiency wordt gewerkt. Voorbeelden hiervan zijn: de verhoging van de productiviteit bij OBT, de introductie van de projecttool bij NWV en het maken van startnotities door BOA.

1.4

Bestemming exploitatieresultaat 2006

Het rekeningsaldo 2006 bedraagt 1.434.647 waarvan nog een bedrag bestemd moet worden van 929.647. Omdat de reserves en voorzieningen volgens de afgesproken normering op peil zijn, wordt het rekeningsresultaat gestort in de bestemmingsreserve dekking toekomstige exploitatie. Deze wordt dusdanig ingezet dat toekomstige tariefsstijgingen zoveel mogelijk beperkt kunnen worden. de

Tot en met de 3 bestuursrapportage 2006 was een rekeningsaldo verwacht van ruim 600.000. Door onder andere de lagere kapitaallasten, personeelslasten en goederen en diensten van derden alsook het hogere dividend 2006 van de Nederlandse Waterschapsbank, is het rekeningsaldo 2006 hoger uitgevallen.


5


de

Vooruitlopend op het definitieve jaarrekeningsaldo 2006 zijn er bij de vaststelling van de 3 bestuursrapportage 2006 een aantal bestemmingsbesluiten genomen. Vanuit het rekeningsaldo 2006 worden de volgende middelen vrijgemaakt: •

de

285.000 voor uitvoering van de 2

tranche GGOR;

•

120.000 voor ontwikkeling van diverse beleidsnotities afdeling Beleid, Onderzoek en Advies;

•

100.000 voor het ontwikkelen van software datavalidatie afdeling Beleid, Onderzoek en Advies.

Rekening houdende met het voorgaande is nog een bedrag te bestemmen van Het voordelig rekeningsaldo van

1.434.647 is opgebouwd als volgt:

•

resultaat bedrijfsvoering 2006

•

nagekomen baten en lasten t/m 2005

1.5

929.647.

1.754.855 voordelig; 320.208 nadelig.

Opbouw van de verslaglegging

De verslaglegging 2006 vindt plaats in de vorm van het voorliggend stuk dat zowel de jaarrekening met bijlagen omvat als een jaarverslag. Daarbij is qua opbouw aansluiting gezocht bij de begroting 2006. De indeling ziet er als volgt uit: •

Hoofdstuk 1 presenteert de bestuurlijke opdracht en de verantwoording van het exploitatieresultaat op hoofdlijnen.

•

Hoofdstuk 2 presenteert de cijfers op kosten- en opbrengstensoorten, waar nodig voorzien van een toelichting.

•

Hoofdstuk 3 gaat beleidsmatig in op de ontwikkelingen binnen de beleidsvelden en – producten in 2005.

•

Hoofdstuk 4 is een financiële paragraaf waarin onder andere het gevoerde financieel beleid en beheer aan de orde komen.

•

Hoofdstuk 5 verantwoordt de ondersteunende producten en de bedrijfseigen investeringen.

•

Hoofdstuk 6 omvat de balans met toelichting.

In de “Bijlagen jaarrekening en -verslag 2006”, die deel uitmaken van de vaststelling van de jaarrekening, zijn de wettelijk verplichte bijlagen opgenomen.


6


2 2.1

Kostensoorten De rekening naar kosten en opbrengsten

Voor de analyse van het resultaat vindt u hieronder de rekeningcijfers op kostensoortenniveau. Met deze tabel is het ook niet meer nodig om in hoofdstuk 3 (jaarrekening volgens BBP-systematiek) bij elk beleidsveld en -product cijfermatige toelichtingen te herhalen. Daardoor komt het accent van hoofdstuk 3 meer op de beleidsmatige verantwoording te liggen. Naast de rekening naar beleidsvelden blijft de rekening naar kostensoorten een comptabele verplichting. Rekening 2005

Prim.begroting 2006

Begroting 2006 incl wijz

Jaarrekening 2006

01.Externe rentelasten

1.494.466

1.673.536

1.473.536

1.347.220

02. Interne rentelasten

240.732

409.945

263.110

263.110

2.857.817

3.355.320

3.355.320

2.981.411

Kostensoort

03. Afschrijvingen van activa 04. Vervroegde afschrijving t.l.v. algemene reserve 41. Rente en afschrijvingen

0

0

1.069.503

1.069.503

4.593.015

5.438.801

6.161.469

5.661.244

01. Salarissen huidig personeel en bestuurders

6.559.191

6.696.507

6.485.491

6.145.986

02. Sociale lasten

1.252.440

1.330.452

1.330.226

1.097.609

03. Uitkering aan huidig personeel en bestuur

3.129

2.500

2.500

6.640

426.427

701.490

417.260

323.989

05. Personeel van derden

98.833

200.000

217.177

293.268

06. Uitkering aan voormalig personeel en bestuurders

26.851

56.550

118.903

142.295 8.009.787

04. Overige personeelslasten

8.366.871

8.987.499

8.571.557

01. Duurzame gebruiksgoederen

42. Personeelslasten

368.100

418.134

397.134

392.037

02. Overige gebruiks- en verbruiksgoederen

322.104

413.074

337.004

250.617

03. Energie

290.357

289.405

298.405

343.854

04. Huur en rechten

268.355

314.560

294.560

272.525

07. Verzekeringen

154.004

157.453

157.453

156.316

94.471

95.525

45.260

-48.918

1.740.954

1.795.946

1.525.346

1.150.133

08. Belastingen 09. Onderhoud door derden 10. Overige diensten door derden

2.360.037

1.940.907

2.417.614

2.442.992

43. Goederen en diensten van derden

5.598.382

5.425.004

5.472.776

4.959.556

10a. Kosten waterschapsbedrijf Limburg

26.151.698

27.259.960

27.259.960

27.259.960

10b. Verevening opbrengsten wvo met wro

-270.493

43a. Goederen en diensten WBL

25.881.205

27.259.960

0

0

27.259.960

27.259.960

10c. Kosten grondwatertaken

339.412

754.139

792.929

652.739

43c. Kosten grondwatertaken

339.412

754.139

792.929

652.739

02. Bijdragen aan overheden

27.500

20.000

0

21.367

03. Bijdragen aan overigen

22.284

63.601

43.601

34.180

49.784

83.601

43.601

55.547

838.784

0

3.096.207

3.554.028

44. Bijdragen aan derden 01. Toevoeging aan voorzieningen/reserve 02. Onvoorzien 45. Toevoegingen aan voorzieningen en onvoorzien JAARREKENINGSALDO Totaal van de lasten kostensoorten


7

0

128.595

665.137

0

838.784

128.595

3.761.344

3.554.028

2.149.777

0

0

1.434.647

47.817.230

48.077.599

52.063.636

51.587.508


Kostensoort

Rekening 2005

Prim.begroting 2006

Begroting 2006 incl wijz

Jaarrekening 2006

Baten/inkomsten 01. Externe rentebaten

88.738

0

0

63.690

02. Interne rentebaten

232.856

343.253

214.580

214.580

03. Dividenden en bonusuitkeringen

1.365.331

1.001.478

1.001.478

1.369.043

81. Financiële baten

1.686.925

1.344.731

1.216.058

1.647.313

01. Baten i.v.m. salarissen/soc.lasten

34.024

0

0

4.452

82. Personeelsbaten

34.024

0

0

4.452

01. Verkoop van grond

21.256

10.000

10.000

136.016

03. Verkoop van overige goederen

1.600

0

0

150

04. Opbrengsten uit grond en water

1.761

0

0

64

0

0

0

517

05. Huuropbrengsten uit overige eigendommen 06. Diensten voor derden

1.182.167

1.034.115

1.034.115

901.304

83. Goederen en diensten aan derden

1.206.784

1.044.115

1.044.115

1.038.051 3.771.683

660.335

718.264

3.763.471

02. Bijdrage van overigen

01. Bijdragen van overheden

29.416

0

0

0

84. Bijdragen van derden

689.751

718.264

3.763.471

3.771.683

01. Waterschapsbelastingen opbrengsten gebouwd

8.144.145

8.307.419

8.307.419

8.360.126

01. Waterschapsbelastingen opbrengsten ingezetenen

3.946.593

3.737.662

3.737.662

3.737.680

01. Waterschapsbelastingen opbrengsten ongebouwd 01. Waterschapsbelastingen opbrengsten wvo

2.883.262

2.958.748

2.958.748

2.959.085

26.431.000

27.865.716

27.865.716

27.863.109

01. Nagekomen baten en lasten t/m 2004

531.389

0

01.Afsluiting belastingjaren t/m 2003

-275.218

45.Kwijtschelding

-442.000

-438.276

-438.276

-463.000

45.Oninbaar

-209.000

-211.100

-211.100

-215.000

41.285.389

42.220.169

42.220.169

41.966.782

1.621.951

140.970

140.970

178.594

25.653

926.363

1.995.866

1.842.699

03. Geactiveerde lasten

1.266.753

1.682.987

1.682.987

1.137.934

86. Interne verrekeningen

2.914.357

2.750.320

3.819.823

3.159.227

47.817.230

48.077.599

52.063.636

51.587.508

85. Waterschapsbelastingen 01. Onttrekkingen aan voorzieningen 02. Onttrekkingen aan reserves

Totaal van de baten kostensoorten

De stijging van de begrotingsomvang ten opzichte van de primitieve begroting wordt met name veroorzaakt door het zichtbaar maken van de ontvangst en bestemming van de staatssecretarisgelden (ca 3 miljoen) en de vervroegde afschrijving ten laste van de reserves (ca 1,1mln).

2.2

Toelichting op kosten en opbrengsten

Deze paragraaf geeft een korte toelichting op de exploitatiebegroting naar kostensoorten. In het kader van het BBP is de kostensoortenoptiek minder belangrijk geworden. Vandaar meer de nadruk op de beleidsvelden en de beleid- en ondersteunende producten. In hoofdstuk 3 vindt u dan ook meer de inhoudelijke toelichting terwijl in dit hoofdstuk de toelichting vooral cijfermatig is.


8


2.2.1

Toelichting op lasten

Rente en afschrijvingen De totale netto investeringen in 2006 bedroegen

5,2 miljoen (2005:

10,75 miljoen, 2004:

9,2) miljoen. Het bedrag 2006 is lager omdat in 2004 en 2005 een aantal investeringen in het waterschapshuis plaatsgevonden. In 2004 heeft namelijk de terugkoop van het pand van de Waterlandstichting plaatsgevonden en in 2005 de uitbreiding van het waterschapshuis. Afschrijvingen Een lager investeringstempo dan geraamd verklaart de niet gebruikte financiële ruimte ten opzichte van begroting inclusief wijzingen. Doordat investeringen in uitgaventempo achterblijven bij de begrotingsplanning, zijn de werkelijke afschrijvingslasten lager dan begroot. Tot en met 2006 was de investeringsplanning netto (na aftrek van subsidies) ca. 34 miljoen terwijl de realisatie ca. 25 miljoen bedraagt. Het verschil van ca. 9 miljoen netto heeft betrekking op lagere investeringen van ca 4,9 mln voor aanleg en verbetering watersysteem (projecten), ca 1,3 miljoen investeringen waterkering en ca 2,8 miljoen op overige investeringen waaronder bedrijfseigen investeringen. Projecten 2006 Het niet benutten van de investeringsplanning aanleg en verbetering van watersystemen 2006 ligt in de lijn van de verwachting. Om een gelijkmatige en evenwichtige stijging van de lasten te bewerkstelligen wordt in de begroting uitgegaan van een gemiddelde investering van 5,5 miljoen per jaar. In 2006 is bij de feitelijke programmering een invulling voorzien van een netto investering van 3,2 miljoen waarvan uiteindelijk 2,9 miljoen is gerealiseerd. Ten opzichte van de in de begroting opgenomen investering 2006 (5,5mln) is 2,6 miljoen minder geïnvesteerd. In 2006 is een boekwaarde van 385.000 afgeboekt vanwege een onrendabele investering (Wateraanvoerplan Groote Peel). De totale niet gebruikte financiële ruimte van de afschrijvingslasten is uitgekomen op ca 0,37 miljoen. Op basis van de jaarrekening 2006 zal bij de begrotingsvoorbereiding 2008 de investeringsplanning nader tegen het licht gehouden worden om planning en werkelijkheid dichter bij elkaar te brengen. Vervroegde afschrijving Conform het begrotingsbesluit 2006 heeft er een vervroegde afschrijving plaatsgevonden om een structurele besparing te kunnen realiseren van ca. 200.000. De afboeking is geschied ten laste van de saldi/egalisatiereserve waterkwantiteit. (Zie ook toelichting op de inkomsten onder onttrekkingen reserves). Rente Een logisch gevolg van het achterblijven van investeringen op de planning is dat het aantrekken van geldleningen ofwel de financieringsbehoefte ook naar de toekomst verschuift. Hierdoor is het in 2006 niet nodig geweest om geldleningen af te sluiten en zijn er incidentele de rentevoordelen ontstaan. In de Bestuursrapportage van het 3 kwartaal 2006 is hierop ingespeeld door de externe rentelasten met

200.000 te verlagen.


9


De interne rentelasten zijn lager uitgevallen dan oorspronkelijk begroot. Deze betreffen een rentevergoeding aan de reserves en voorzieningen per 1 januari, omdat deze gebruikt kunnen worden voor de interne financiering. Omdat de werkelijke stand van de reserves en voorzieningen per 1 januari 2006 (= 5,3mln.) lager was dan in de begroting 2006 (geraamd 8,2 mln.), is ook de rentevergoeding aan de reserves en voorzieningen lager uitgevallen. Oorzaak hiervan is de latere ontvangst van de ruim 3 mln. van de staatssecretaris vanwege de nadeelcompensatieprocedure i.k.v. waterkeringsonderhoud. Deze middelen zijn pas medio de

april 2006 ontvangen. Via de Bestuursrapportage van het 3 aangepast.

kwartaal is de begroting hierop

Omslagrente De omslagrente geeft inzicht in de gemiddelde financieringskosten per geïnvesteerde euro van alle tot op heden gedane investeringen (ook oude afgesloten investeringen waarop nog wel wordt afgeschreven). De omslagrente bedroeg in 2006 4,07% ten opzichte van 4,74% in 2005. De gemiddelde financieringskosten zijn in 2006 verder naar beneden gebracht. Personeelslasten De geraamde/verantwoorde bestuurs- en personeelslasten betreffen alle lasten die verband houden met het huidig en voormalig bestuur en personeel. Hiertoe behoren het salaris met vaste toelagen, de uitkeringen en pensioenen ten behoeve van voormalig personeel en de daarop betrekking hebbende sociale lasten en de uitgaven die voortvloeien uit diverse vergoedingsregelingen. De totale personeelslasten zijn ca. opzichte van de gewijzigde begroting 2006.

562.000 lager uitgevallen ten

Salarissen huidig personeel en bestuurders De begroting 2006 is gebaseerd op een formatie van 147,23 fte. Omdat we 4 fte niet zouden invullen, gingen we in financiële zin uit van een formatie van 143,23. Per 31 december 2006 is werkelijk 136,30 fte ingevuld. Doordat de invulling in 2006 lager was dan begroot zijn de salariskosten in de jaarrekening lager uitgevallen. Sociale lasten De niet benutte financiële ruimte 2006 bedraagt 232.617. Dat de sociale lasten lager zijn dan begroot komt doordat een aantal premies in 2006 zijn verlaagd. Van invloed zijn geweest premieverlagingen voor de WAO, pensioenen en heeft ook de invoering van de nieuwe zorgwet tot lagere werkgeverslasten geleid. Daarnaast is er een voordeel van 24.000 ontstaan uit afrekeningen van voorgaande jaren. De begroting 2007 is gebaseerd op het lagere premieniveau 2006 waardoor er sprake is van een incidenteel voordeel. Personeel van derden De kosten “personeel van derden” betreffen inhuur van derden voor vervanging van personeel bij o.a. zwangerschapsverlof en ziekte of tijdelijke inhuur in geval van onderbezetting en dergelijke. De hogere kosten zijn binnen het totaal budget voor personeelslasten opgevangen.


10


Overige personeelslasten De financiële ruimte is niet volledig benut vanwege lagere kosten voor collectieve opleidingen, ontwikkeling en uitvoering van personeels- en arbobeleid. Ook de budgetten voor overige personeelslasten zoals reiskosten van decentrale afdelingen zijn niet volledig benut. Daarnaast zijn een aantal oude posten afgewikkeld met betrekking tot onder andere de in het verleden vervallen pc-privé regeling. Uitkeringen aan voormalig personeel en bestuurders Door hogere verplichtingen wegens wachtgelden en pensioenen alsmede verrekeningen op basis van overeengekomen regelingen zijn de kosten hoger uitgevallen dan geraamd.

Goederen en diensten van derden De niet benutte ruimte op deze kostensoort bedraagt ten opzichte van de gewijzigde begroting bedraagt afgerond 513.000. Overige gebruiks- en verbruiksgoederen De lagere kosten worden voornamelijk veroorzaakt door lagere kosten voor onderhoudsmaterialen voor het waterschapshuis, communicatiemiddelen (drukwerk) en aanschaffingen/verbruik door de afdelingen. Energiekosten Deze zijn hoger uitgevallen door prijsstijgingen en een hoger verbruik. Belastingen Het waterschap is op basis van de eigen Omslagverordening vrijgesteld van waterschapsheffingen. Desondanks zijn aanslagen 2004 en 2005 opgelegd en betaald. Na correctie hiervan is het teveel betaalde terugbetaald. De raming 2006 is in de de bestuursrapportage 3 kwartaal bijgesteld. Met de terugbetaling zijn feitelijk inkomsten gevormd. Huren en pachten Met het oog op de nieuw te bouwen multifunctionele hoogwaterloods is ervan uitgegaan dat tijdelijke opslagcapaciteit gehuurd zou moeten worden om de hoogwater bestrijdingsmaterialen onder te kunnen brengen. Achteraf is dit niet nodig gebleken waardoor de kosten lager zijn uitgevallen dan geraamd.

Onderhoud door derden De niet benutte financiële ruimte ten opzichte van de gewijzigde begroting op deze kostensoorten bedraagt afgerond 375.000. Lagere kosten van onderhoud aan hard-/en software, lagere onderhoudskosten van waterkeringen, watergangen en stuwen zijn daar de oorzaak van. In de begroting 2007 zijn diverse budgetten structureel verlaagd waardoor het voordeel een incidenteel karakter heeft.


11


Vereveningsregeling wvo met Waterschap Roer en Overmaas (WRO) Doordat het aantal vervuilingseenheden (v.e.’s) over geheel Limburg en specifiek in WRO- en WPM-gebied naar verwachting niet af zal wijken van de oorspronkelijke prognose 2006, blijft verrekening op basis van de vereveningsovereenkomst tussen beide waterschappen achterwege. Kosten projectteam grondwater Een lumpsum-financiering van het projectteam grondwater zorgt voor een gesloten exploitatie. Dit houdt in dat alle exploitatielasten en -baten met betrekking tot de grondwatertaak onderling worden verrekend. Voor- of nadelen komen daarom niet ten laste van de algemene exploitatie. De ontvangen vergoeding van de provincie Limburg voor 2006 bedroeg 718.264. De directe uitgaven in 2006 bedroegen 652.739. Alle verschillen tussen de ontvangen vergoeding en de uitgaven (directe uitgaven én doorberekeningen) worden verrekend met de egalisatievoorziening grondwater. Bijdrage aan derden Bijdrage aan overheden Het verantwoorde bedrag betreft een nagekomen last met betrekking tot een gemeentelijk waterplan. Het algemeen bestuur heeft bij besluit van 26 april 2000 samen met het bestuur van het Zuiveringsschap Limburg deze bijdrage toegezegd. Bijdrage aan derden De onderschrijding wordt veroorzaakt door een lagere bijdrage aan het projectbureau Maas voor de Kaderrichtlijn Water. Toevoegingen voorzieningen/reserves De toevoegingen aan de voorzieningen vinden plaats op basis van bestuursbesluiten of de wettelijke verplichting tot het vormen van een voorziening. Gedane toevoegingen: •

toevoeging egalisatievoorziening kosten grondwater 261.455 vanwege verrekening grondwaterproducten en het gesloten en budgettair neutrale karakter daarvan;

•

toevoeging aan de voorziening afkoppeling regenwater

•

toevoeging aan voorziening vervolgingskosten oude belastingjaren (t/m 2003) vanwege financiële verplichting 90.000 jegens het Waterschapsbedrijf;

•

51.000;

verplichte toevoeging aan de voorziening pensioenen wachtgeldverplichtingen voormalige bestuurders

106.366 in verband met toekomstige verplichtingen.

Daarnaast is het bedrag van 3.045.207 uit de nadeelcompensatieregeling Maaswerken conform de begrotingsbesluitvorming 2006 verwerkt: •

263.000 naar saldi/egalisatiereserve waterkering;

•

400.000 naar de bestemmingsreserve hoogwaterbestrijding;


12


•

500.000 naar de saldi/egalisatiereserve waterkwantiteit;

•

445.454 naar een bestemmingsreserve ter dekking kapitaallasten Maaskades;

•

1.391.546 naar een bestemmingsreserve ter demping van de tarieven waterkering.

Met het voorgaande is een bedrag bestemd van

3 miljoen. De uiteindelijke vergoeding is,

vanwege een hogere rentevergoeding, hoger uitgekomen en is toegevoegd aan de saldi/egalisatiereserve waterkering. Normaliter vinden stortingen in reserves plaats uit bestemming van het resultaat. Omdat het hier gaat om specifieke gelden met een specifieke bestemming (dus niet ontstaan uit algemene middelen) heeft administratieve verwerking van de stortingen al plaatsgevonden. Onvoorzien De post onvoorzien is een begrotingspost waarmee ruimte wordt gereserveerd voor de dekking van onvoorziene uitgaven. Daarnaast worden met deze post de resultaten van de bestuursrapportage verrekend omdat de begroting administratief altijd in evenwicht moet zijn. Bij opmaak van de jaarrekening valt de niet benutte begrotingsruimte vrij ten gunste van het rekeningsaldo.

2.2.2

Toelichting op baten

Financiële baten De hogere baten zijn het gevolg van het uitzetten van tijdelijk overtollige liquide middelen en een hogere verwachte uitkering van dividend op de aandelen van de Nederlandse Waterschapsbank. Nederlandse Waterschapsbank De winst na belastingen 2006 van de waterschapsbank bedroeg 97,7 miljoen. Verantwoord is een dividend van 678,08 per aandeel (zelfde als 2005 en 2004). Geraamd was 496,03. De dividenduitkering op 2.019 aandelen is daardoor bijna 370.000 hoger dan geraamd. Naast het ontvangen dividend zijn er deposito’s en is er

58.248 aan rentebaten ontvangen vanwege uitgezette

5.442 rentecompensatie ontvangen over terugontvangen bedragen.

Personeelsbaten Het betreffen inkomsten uit hoofde van verhaal van personeelskosten op uitkeringsinstanties (UWV). Deze baten waren niet geraamd. Goederen en diensten voor derden Door het afstoten van watergangen en levering van cultuurgronden zijn extra inkomsten uit grondverkopen binnen gekomen. Deze hogere inkomsten hebben geen structureel karakter. Naast hogere inkomsten uit grondverkopen zijn de opbrengsten uit diensten voor derden lager gebleken zoals de inkomsten uit leges en vergoedingen voor de bediening van actieve kunstwerken en stuwen. Daarnaast zijn de debiteuren oude jaren afgewaardeerd (tot en met 2003) waardoor er ten opzichte van de raming een nadeel is ontstaan van 58.921.


13


Bijdrage derden De bijdrage van overheden betreft de ontvangst van de provincie Limburg in de vorm van de lumpsum-financiering voor het projectteam grondwatertaken ( 718.264) en de voorziene ontvangst van de Nadeelcompensatie Maaswerken van 3.045.207. Daarnaast is er een extra bijdrage van 8.212 bij Rijkswaterstaat geclaimd die betrekking had op oude jaren. (nagekomen bate). De laatste veroorzaakt het verschil tussen de jaarrekening en de gewijzigde begroting. Opbrengst waterschapsbelastingen Omschrijving taak/categorie

Belastingopbrengsten 2006 Jaarrekening Primitieve begroting Realisatie t/m Jaarrekening 2005 2006 31-dec-06 2006 (=eindprognose)

Kwantiteit: Gebouwd: belastbare Woz eenheden Ingezetenen Ongebouwd (herleide ha.)

11.565.915 153.642 54.288

12.040.785 154.413 54.268

11.959.427 155.015 51.115

12.040.785 154.413 54.268

Kering: Gebouwd: belastbare Woz eenheden Ingezetenen Ongebouwd (herleide ha.)

1.017.724 12.849 14.559

1.059.509 12.913 14.559

1.022.956 12.910 13.715

1.059.509 12.913 14.559

580.000

580.000

593.798

580.000

Kwaliteit: Vervuilingseenheden/Wvo-opbrengsten Totale opbrengsten per categorie: Gebouwd Ingezetenen Ongebouwd Verontreinigingsheffing Kwijtschelding/oninbaar Totaal van de categoriën

8.144.145 3.946.593 2.883.262 26.431.000 651.00040.754.000

8.307.419 3.737.662 2.958.748 27.865.716 649.37642.220.169

8.292.175 3.751.360 2.786.893 28.526.039 389.06642.967.401

Opbrengst belastingen 2006 De begrote aantallen zijn voor de meeste onderdelen gelijk aan de prognose (beste inschatting) van de jaarrekening. De reden hiervan is dat de aantallen en bedragen gezien moeten worden als een taakstelling voor het Waterschapsbedrijf om die bedragen voor het waterschap te innen. Alleen wanneer er gedurende het jaar significante verschillen ontstaan (zoals in 2005 het geval was met het aantal vervuilingseenheden) wordt de eindprognose aangepast. •

Bruto opbrengst waterbeheersing

•

Bruto opbrengst waterkering

•

Bruto opbrengst verontreinigingsheffing 27.863.109

14.341.877 715.014

• Kwijtschelding en oninbaar Totaal waterschapsbelasting

- 678.000 + 42.242.000

Stand van zaken per 31 december 2006 Per 31 december 2006 hebben we voor 43.356.500 (=101,1% van begroting) aan aanslagen opgelegd door middel van een definitieve of voorlopige aanslag. Daarvan is per 31 december 2006 41.886.600 daadwerkelijk ontvangen (voor correctie van de


14


8.360.126 3.737.680 2.959.085 27.863.109 678.00042.242.000

kwijtscheldingen), zijnde 96,6%. De aanslagoplegging bij de zogenaamde “meet”-bedrijven vindt in eerste aanleg plaats op basis van geschatte vervuilingswaarden. Pas na afloop van het heffingsjaar volgt een definitieve aanslag. Per 31 december zijn nog geen definitieve aanslagen opgelegd. Kwijtschelding/oninbaarheid 2006 Per 31 december 2006 bedroeg het kwijtgescholden bedrag over 2006 361.500. De verwachting is dat uiteindelijk een bedrag van 463.000 over 2006 wordt kwijtgescholden. Over 27.600 zijn oninbaarheidsbesluiten genomen. De prognose oninbaar ( 215.000) blijft op grond van de huidige inzichten ongewijzigd. Per saldo stond per 31 december 2006 een nog met het Waterschapsbedrijf te verrekenen bedrag open van circa 1.081.000. Afwikkeling oude belastingjaren We wikkelen de oude jaren af via de balans. Dit heeft geen invloed op het rekeningsresultaat 2006, tenzij er sprake is van afwijkingen ten opzichte van in eerdere jaarrekeningen verantwoorde opbrengsten of lasten. In het laatste geval dienen er nagekomen baten en lasten verantwoord te worden. Afsluiting belastingjaren tot en met 2003 Met de afboeking van de terugbetaling aan Stichting Het Limburgs Landschap ( 119.898) en de afboeking van oninbaar geachte posten ( 155.320) worden de oude belastingjaren tot en met 2003 definitief afgesloten. Omdat de getroffen voorziening niet toereikend is voor de afboeking (in de balans) is in de jaarrekening een extra bedrag van 275.218 als nadeel verantwoord. Interne verrekeningen Onttrekkingen Een aantal kosten in onze exploitatie halen we uit de speciaal gevormde voorzieningen. De onttrekkingen aan voorzieningen betreffen wachtgelden en pensioenen voormalig bestuurders ad 96.942 (begroot 83.503). Daarnaast is een bedrag van 81.652 (begroot: 22.067) uit de egalisatievoorziening grondwater gehaald. In de begroting 2006 was ook rekening gehouden met de Iza-premieverplichting voor niet-actieven 35.400. Deze verplichting is echter met het invoeren van het nieuwe zorgstelsel komen te vervallen en dus is de vorming en het halen van de kosten uit de voorziening niet nodig. Het halen/dekken van kosten uit voorzieningen vind plaats op basis van werkelijk gemaakte kosten. Onttrekkingen reserves Raming was opbouw is:

1.995.866. In de jaarrekening blijkt het bedrag

1.842.699 te zijn waarvan de

•

het halen van de kapitaallasten maaskades uit de ontvangen vergoeding Nadeelcompensatie Maaswerken 48.347 (geraamd 151.515);

•

tempering van de tarieven waterkering uit de ontvangen vergoeding Nadeelcompensatie Maaswerken 463.848 (geraamd 463.848);


15


•

Het halen van de extra afschrijvingskosten waterkwantiteit (geraamd 1.069.503);

•

Het halen van de incidenteel hogere WBL- bijdrage uit de saldi/egalisatiereserve waterkwaliteit vanwege hogere energiekosten 261.000 (geraamd 261.000);

•

Compensatie van de organisatie-inzet voor de reconstructie vanwege dekking uit bestaande budgetten.

1.069.503 uit de saldi/-egalisatiereserve

0 (geraamd

50.000)

Specifieke onttrekkingen aan bestemmingsreserves ter dekking van specifieke kosten vinden plaats op basis van werkelijk gemaakte kosten. Wanneer het gaat om een “algemeen” dekkingsmiddelen wordt onttrokken op basis van de raming. Geactiveerde lasten De geactiveerde lasten betreffen de inzet van personeel die geboekt zijn op investeringsprojecten. Het betreffen enkel uren van de afdeling Nieuwe Werken en Vergunningen. De werkelijke geactiveerde lasten wijken aanzienlijk af van de raming 2006. Oorzaak hiervan is dat uren voor projectvoorbereiding waarvoor nog geen formeel project is opengesteld, verantwoord worden in de reguliere exploitatie terwijl deze als te activeren kosten waren geraamd. Daarnaast zijn de uren van de grondverwervers in de exploitatie verantwoord in plaats van op projecten. Door de verschuiving komen nu uren ten laste van de exploitatie terwijl in de begroting was aangenomen dat deze ten laste van projecten zouden kunnen worden gebracht. In de begroting 2007 hebben we hieraan extra aandacht besteed en de naar investeringsprojecten door te belasten kosten naar beneden bijgesteld.


16


3

Beleidsvelden, producten en projecten

Dit hoofdstuk hebben we voor wat betreft de producten onderverdeeld in de volgende beleidsvelden. De projecten presenteren we in paragraaf 3.10 investeringsprojecten dat in dit hoofdstuk is opgenomen. Nr.

Beleidsveld

2.1

Planvorming

2.2

Aanleg en onderhoud van waterkeringen

2.3

2005 Rekening

2006 Begroting

2006 Begr.incl wijz

2006 Rekening

2006 WPM

2006 WBL

1.504.910

1.790.972

2.105.357

1.722.272

1.609.050

113.222

611.324

722.323

769.587

881.502

881.502

0

Inrichting en onderhoud watersystemen

10.494.935

10.869.943

12.019.121 11.117.241 11.117.241

0

2.4

Bouw en beheer zuiveringstechnische werken

21.238.889

22.320.299

22.321.354 22.321.354

2.5

Vergunningverlening en handhaving keur

620.896

944.828

1.039.932

2.6

Beheersing van lozingen

1.582.004

1.664.930

2.7

Heffing en invordering

2.930.587

2.8

Bestuur en communicatie

0

22.321.354

750.349

750.349

0

1.673.789

1.674.143

71.319

1.602.824

2.787.294

2.790.128

2.771.336

20.763

2.750.573

2.216.888

2.342.619

2.259.819

2.280.064

1.912.413

367.651

660.335 -660.335

873.331 -873.331

873.331 -873.331

811.010 -811.010

811.010 -811.010

0 0

Overige niet product gerelateerd Totaal beleidsvelden

-2.064.821 39.135.612

-1.223.039 42.220.169

-2.758.918 -2.986.125 -3.090.461 42.220.169 40.532.136 13.272.176

104.336 27.259.960

Interne rentebaten Dividend / ov.opbr. Diensten voor derden/bijdragen derden Geactiveerde lasten Onttrekking reserves / voorzieningen Rekeningresultaat Totaal exploitatie

232.856 1.542.126 1.842.502 1.266.753 1.647.604 2.149.777 47.817.230

343.253 1.001.478 1.762.379 1.682.987 1.067.333 0 48.077.599

214.580 214.580 1.001.478 1.437.185 4.807.586 4.809.734 1.682.987 1.137.933 2.136.836 2.021.293 0 1.434.647 52.063.636 51.587.508

Grondwaterbeheer Dekkingsmiddelen grondwater

3.1

Planvorming

Nr.

Beleidsproduct

1 2

Eigen plannen Plannen van derden Totaal

1.

Eigen plannen

Rekening 2005 907.406 597.504 1.504.910

Begroting 2006 1.054.621 736.351 1.790.972

Begr.2006 incl.wijz 1.262.069 843.288 2.105.357

Rekening 2006 1.003.176 719.096 1.722.272

WPM 2006 889.954 719.096 1.609.050

Integraal waterbeheersplan Vooruitlopend op het aflopen van de geldigheid van het Integraal Waterbeheersplan, eind 2007 zijn wij in de tweede helft van 2006 begonnen met de evaluatie van het huidige plan, ondermeer om zicht te krijgen op de opgave voor de periode 2008/2009.


17


WBL 2006 113.222 113.222

Thema- en gebiedsgerichte uitvoeringsplannen Gewenste Grond- en Oppervlaktewaterregime Wij willen het grondgebruik zo veel mogelijk in overeenstemming brengen met de randvoorwaarden die het watersysteem stelt. Door beïnvloeding van de ruimtelijke ordening proberen wij ervoor te zorgen dat de juiste functie op de juiste plaats terecht komt. Een belangrijk instrument daarbij is het gewenste gronden oppervlaktewaterregime dat wordt neergelegd in Nieuw Limburgs Peil. Dit ontwikkelen wij in vier delen voor het gehele beheersgebied. In 2006 hebben wij twee pilotgebieden vrijwel afgerond: Mariapeel e.o. en het gebied van de Peelrestanten Midden-Limburg. Één van de vragen die de pilots opgeworpen heeft, is of het in de toekomst nog wel zinvol is om het instrument van vergunningverlening te handhaven voor het reguleren van beregeningen. Om deze en andere consequenties uit de pilots vast te kunnen stellen heeft de provincie in 2006 een zgn. Taskforce ingesteld. Uiteraard nemen wij de bevindingen van deze Taskforce mee in het verdere verloop van Nieuw Limburgs Peil. Het bestuur heeft het projectplan Nieuw Limburgs Peil in november 2006 vastgesteld. Waterbeheer 21e eeuw In 2006 hebben wij samen met de provincie de beleidsontwikkeling rond dit thema verder opgepakt. Dit heeft ondermeer geleid tot concept-uitgangspunten om in 2007 de definitieve normering van oppervlaktewater te kunnen uitvoeren. Behalve voor Nieuw Limburgs Peil, ontwikkelen wij het IBRAHYM-instrumentarium i.s.m. de onderzoeksinstituten TNO en Alterra, ook voor deze normering. In 2006 zijn wij begonnen met het omzetten van alle gegevens van ons oppervlaktewatersysteem naar IBRAHYMinvoer waarmee hydraulische berekeningen kunnen worden uitgevoerd. Het betreft de landmeetkundige gegevens die de afgelopen twee jaar zijn verzameld t.b.v. het Project Inventarisatie Primaire Wateren. Dit proces loopt in 2007 nog voluit door. Europese Kaderrichtlijn Water (KRW) Ten behoeve van de Europese Kaderrichtlijn water (KRW) hebben wij in 2006 verdere voorbereidingen getroffen, die in 2007 uiteindelijk moeten leiden tot een zgn. voorkeursscenario voor het Maasstroomgebied. Zo zijn we gestart met het opstellen van zgn. MEP/GEP-karakteriseringen die aangeven welke ecologische doelen per waterlichaam gerealiseerd moeten worden. Ook is een globale Maatschappelijke Kosten-Baten Analyse (MKBA) uitgevoerd op Maasstroomgebiedsniveau om de na te streven ambitie te kunnen bepalen en hebben wij voorbereidingen getroffen om de vereiste monitoring te kunnen uitvoeren. In de praktijk heeft het proces een zeer grote dynamiek die deels niet kan worden beïnvloed door ons zelf. Ondanks het feit dat wij inzetten op inzet van minimale capaciteit in externe werkgroepen e.d., heeft de KRW 2x zoveel inzet gevraagd dan begroot in 2006. Optimalisatiestudies Afvalwater Systeem Om de waterketen te optimaliseren en beter af te stemmen op de eisen van het watersysteem (o.a. KRW) voeren wij i.s.m. WBL en met de gemeenten Optimalisatie Studies


18


Afvalwaterketen (OAS) uit. Hierin onderzoeken wij voor het afstroomgebied van een rioolwaterzuiveringsinstallatie (RWZI) optimalisatiemogelijkheden van de gehele waterketen (riolering, transportsysteem en RWZI) tegen de laagste maatschappelijke kosten, afgestemd op de eisen vanuit het watersysteem. De OAS-Venray is inmiddels afgerond en bestuurlijk teruggekoppeld met de gemeente. De studie over de RWZI Venlo is in concept gereed. We zijn voortvarend aan de weg aan het timmeren en lopen hiermee met de planning en inhoudelijke afstemming met de Kaderrichtlijn Water voorop in Nederland. Eind 2006 hebben wij een eerste concept opgeleverd van de “Beleidsuitgangspunten OAS”, mede op basis van de pilot-Venray. In deze notitie formuleren wij de randvoorwaarden voor de lozingen vanuit de keten op het watersysteem en de beleidsmatige randvoorwaarden voor het beheer van de keten. e

In het 4 kwartaal van 2006 is tijdens een themabijeenkomst het Algemeen Bestuur geïnformeerd over de OAS studies en de aanvullende eisen die aan rioolwateroverstorten zullen worden gesteld o.a. voor het realiseren van de doelen van de Kaderrichtlijn Water. Hier werd tevens de Maasnota gepresenteerd Flora- en faunawet Wij zijn in 2006 gestart met het in beeld brengen van de consequenties van Gedragscode Flora- en Faunawet. Deze activiteiten leveren begin 2007 verspreidingskaarten van de relevante beschermde soorten in ons beheersgebied, en leiden tot de benodigde aanpassingen in het onderhoudsplan, alsmede werkinstructies voor de andere werkzaamheden. Vanwege de late vaststelling van deze gedragscode door de Minister van LNV, zullen deze activiteiten ook in 2007 nog doorlopen (april 2007). Uitwerking beleidsnotities In het kader van het ontwikkelen van eigen beleid zijn wij begonnen met de ontwikkeling van de beleidsnotitie’s venherstel, beekherstel, blauw-groene diensten, recreatief en zakelijk medegebruik, wateraanvoer en peilbeheer en de uitwerking van de thema’s waterbodembeheer en stedelijk waterbeheer. 2. Plannen van derden Strategische plannen van derden In 2006 zijn minder strategische plannen ter beoordeling ontvangen dan voorzien. We hebben een reactie gegeven op het nieuwe Provinciaal Omgevingsplan Limburg. Tevens hebben we deelgenomen aan een aantal integrale reconstructieprojecten met de insteek om de belangen van WPM te waarborgen (o.a. Heukelomse beek, Lob van Gennep, Kasteelse bossen, Aalsbeek). Waterpanels Er zijn meerdere bestuurlijke en ambtelijke waterpanels georganiseerd in 2006: een ambtelijk waterpanel waarin de resultaten van het klanttevredenheidsonderzoek watertoets zijn gepresenteerd aan de gemeenten. Twee bestuurlijke waterpanels betreffende “waterwethouders”; en een ambtelijk en bestuurlijk waterpanel met als insteek de


19


Kaderrichtlijn Water en het gebiedsproces hiervan om te komen tot een stroomgebiedsbeheerplan in 2009.

Overige plannen van derden Watertoets We hebben de doelstelling om 200 wateradviezen af te handelen gerealiseerd. In 2006 zijn 239 wateradviezen verstrekt in 100 uur minder dan begroot (2600 uur). Dit komt neer op 10 uur gemiddeld per wateradvies (uitgangspunt bij het jaarplan was 13 uur per advies). Verwacht wordt dat dit kengetal wel zal toenemen omdat de minder omvangrijke gevallen via de ondergrens worden afgevangen, en meer omvangrijke aanvragen resteren. Deze ondergrens watertoets is medio 2006 van kracht geworden nadat hierover met gemeenten was gesproken op een ambtelijk waterpanel. In 2006 zijn er 295 watertoetsen binnengekomen, waarvan 195 in de eerste helft van het jaar en 100 in de tweede helft. In de tweede helft van 2006 zijn er minder watertoetsen ontvangen mede als gevolg van het hanteren van de ondergrens, en omdat het voorlichtingsmateriaal haar vruchten begint af te werpen. In totaal zijn 239 wateradviezen (en 29 pré-adviezen) afgegeven. Dit op basis van plannen die in 2006 en 2005 zijn binnengekomen. Behandelde grote wateradviezen die genoemd kunnen worden, zijn bedrijventerrein Trade Port Noord in Venlo, glastuinbouwgebied Californië en woonwijk De Afhang Horst aan de Maas. In deze plannen is gezamenlijk met de initiatiefnemer gerealiseerd dat er waterneutraal wordt gebouwd.

Aanvraag uit

Werkvoorraad per 1-1-06

2005*

28

2006 Totaal

28

Ontvangen

Onder ondergrens

Definitieve adviezen

Werkvoorraad per 31-12-06

25

3

295

9

214

72

295

9

239

75

* registratie is gestart medio 2005 Uit dit overzicht blijkt dat de werkvoorraad watertoetsen enigszins is toegenomen. Dit lijkt vooralsnog niet structureel, aangezien de introductie van de ondergrens tot een daling van het aantal aanvragen leidt. Wij blijven dit nauwlettend volgen. De aanvragen uit 2005 die nog niet geheel waren afgehandeld op 31 december 2006 hebben te maken met de doorlooptijd van die specifieke gevallen en het eventueel in de ijskast geraken van die projecten bij de gemeenten. Gemeentelijke Rioleringsplannen In 2006 werden vijf GRP’s verwacht. Drie zijn er (Helden, Meerlo-Wanssum en Weert) daadwerkelijk ontvangen in 2006. De gemeenten geven in de gemeentelijke rioleringsplannen aan hoe ze aan de basisinspanning gaan voldoen en op welke termijn, zodat de vuilemissie naar beken wordt gereduceerd.


20


Gemeentelijke waterplannen Op het gebied van waterplannen is rekening gehouden met de plannen van de gemeenten Bergen, Sevenum, Weert en Gennep. We hebben deze gezamenlijk met de gemeenten opgestart of afgerond zoals Weert. Dit plan is in december 2006 in de gemeenteraad vastgesteld. Het concept waterplan is in 2006 aan het dagelijks bestuur voorgelegd. Het Waterplan Gennep is ambtelijk afgerond en wordt in 2007 bestuurlijk vastgesteld, zowel bij gemeente als waterschap. Het beleidsmatige deel van Waterplan Bergen is eveneens afgerond. Voor waterplan Sevenum is in overleg met ons een plan van aanpak opgesteld en de gemeente heeft dit aanbesteed. In november 2006 heeft het dagelijks bestuur een evaluatie van waterplannen besproken en een verdere strategie voor de toekomst bepaald. Overig Een evaluatie is afgerond met betrekking tot het uitzettingsbeleid van bevers. Door het uitvoeren van beekherstelmaatregelen werken wij mee aan het succes van dat uitzetbeleid. Daarnaast is een protocol afgerond dat dienst doet voor de Flora- en Faunawet.

3.2

Aanleg en onderhoud waterkeringen

Nr.

Beleidsproduct

3

Beheerinstrumenten waterkeringen Aanleg en onderhoud van waterkeringen Dijkbewaking en calamiteitenbestrijding Totaal

4 5

Rekening 2005 51.048

Begroting 2006 136.167

Begr.2006 incl.wijz 142.570

Rekening 2006 218.526

WPM 2006 218.526

387.439

354.771

355.725

374.062

374.062

172.837

231.385

271.292

288.914

288.914

611.324

722.323

769.587

881.502

881.502

In 2006 is onderzocht hoe de organisatie van de waterkeringszorg vorm moet krijgen. Dit heeft geleid tot team waterkering en veiligheid binnen de afdeling nieuwe werken en vergunningverlening. Het team bestaat uit vier formatieplaatsen: twee bestaande functies en twee nieuwe functies. 3. Beheersinstrumenten waterkeringen De Wet op de waterkering is per 1 januari 2006 ook voor ons waterschap van toepassing. Alle kaden langs de Maas die nu op de legger van waterkeringen staan, worden daarmee als dijk/primaire waterkering aangemerkt. Dit leidt tot een taakverzwaring voor het waterschap. Doelstelling voor 2006, maar ook 2007, is om te komen tot een adequate legger en een beheerregister. De prioriteit lag bij de totstandkoming van de legger. Een geheel nieuwe legger, die voldoet aan de eisen in de Provinciale Verordening waterkering, voor de niet opgehoogde waterkeringen is in concept gereed. Het betreft 51 van de in totaal 78 kilometer aangelegde waterkering. Deze legger dient nog de vaststellingsprocedure te doorlopen hetgeen naar verwachting medio 2007 zal plaats vinden. Nadat De Maaswerken de verhoogde waterkeringen hebben overgedragen zal in 2008 zal de legger compleet worden.


21


WBL 2006

0

Het opstellen van de legger heeft dermate veel capaciteit gevraagd, waardoor er in 2006 nog geen werkzaamheden aan het beheerregister hebben plaats gehad. In 2007 zal worden gestart met een plan van aanpak. 4. Aanleg en onderhoud van waterkeringen Verhoging en verlenging Maaskaden De Maaswerken werkt aan de verhoging van de maaskaden in Roermond, Venlo, Gennep en Mook en Middelaar. Het waterschap stuurt op de bestekken en houdt toezicht op de uitvoering. •

De groene kaden in deze gemeenten zijn op enkele kleine trajecten na gereed.

•

De betonnen en demontabele voorzieningen zijn nog niet gereed. De voorbereiding van deze trajecten door De Maaswerken vergt aanzienlijk meer tijd dan gepland. De uitvoering van deze trajecten is nu voorzien voor 2007 met een uitloop naar begin 2008.

Ontwikkelingen in het Maasdal. Nu de waterkeringen primaire status hebben gekregen dient het waterschap ontwikkelingen in het Maasdal te toetsen op mogelijke consequenties voor de Maaskaden. In 2006 zijn de volgende plannen getoetst: •

de aanleg van een nevengeul bij Blitterswijck (gemeente Meerlo-Wanssum);

•

de aanleg van een nevengeul bij Aijen-Well (gemeente Bergen);

•

de aanleg van een nevengeul bij Lomm (gemeente Arcen en Velden).

De nevengeul bij Lomm is inmiddels in uitvoering; de planvorming voor de overige plannen is nog niet afgerond. Onderhoud waterkering De verhoging en verlenging van dijken in Venlo en Gennep-Mook en Middelaar hebben gevolgen voor de werkzaamheden die het waterschap nu en in de toekomst verricht. Deze gevolgen zijn in beeld gebracht en er is actie op ondernomen. Het betreft: •

Het actualiseren bestrijdingsplan Maashoogwater, zodanig dat tijdens de werkzaamheden aan de dijken het plan altijd actueel is.

•

De logistieke consequenties van de hogere en langere dijken zijn in beeld gebracht en vertaald in een nieuw logistiek plan. Hieruit blijkt dat met name de toegenomen hoeveelheid demontabele wand de bouw van een nieuwe hoogwaterloods noodzakelijk maakt.

•

Besloten is om een nieuwe hoogwaterloods te bouwen (Tradepost West in Venlo) en is een programma van eisen opgesteld.

•

Het beleidsteam is getraind in het oefenen met het calamiteitenplan en het bestrijdingsplan Maashoogwater. Gebleken is dat onze bestrijdingsplannen een te beperkte scope hebben en dat onze aandacht voor andere dan hoogwater gerelateerde calamiteiten te kort schiet. Op basis hiervan is besloten deze ontbrekende kennis in te vullen en te borgen in onze organisatie. Deze werkzaamheden worden in 2007 uitgevoerd door de nieuw aan te trekken


22


medewerker calamiteitenzorgsysteem.De onderhoudstoestand van de circa 77 kilometer dijken voldoen aan de vereiste kwalificaties. •

De onderhoudstoestand van de circa 77 kilometer dijken voldoen aan de vereiste kwalificaties. Het onderhoud is uitgevoerd conform planning met die restrictie dat er minder directe kosten zijn gemaakt in verband met onderhoud derden omdat de eigen dienst dit heeft kunnen uitvoeren binnen de bestaande capaciteit.

•

Punt van aandacht was de uitbreiding van de konijnenpopulatie Voor het hoogwaterseizoen 2006/2007 zijn de ontstane burchten opgegraven en is het betreffend dijklichaam (in Venlo) hersteld.

5. Dijkbewaking en calamiteitenbestrijding •

In 2006 heeft het Maaspeil niet geleid tot in werking treden van de fasering van het bestrijden van het Maashoogwater.

•

Conform planning is al het materieel gecontroleerd op onvolkomenheden. Tijdens deze controle bleek een groot aantal afsluiters administratief niet verwerkt te zijn zodat niet alle afsluiters elk jaar gecontroleerd zijn. Dit is gecorrigeerd.

•

Voor het hoogwaterseizoen kregen de 250 vrijwillige kadewachters conform planning trainingen en instructies.. Iedere kadewacht heeft een goede en herkenbare jas van het waterschap gekregen. Ook is de vergoeding verhoogd naar 50,- p.p.

•

In de begroting was een post van 25.000 voorzien voor tijdelijke opslag nieuw materieel. De Maaswerken hebben vertragingen in de uitvoering van werkzaamheden aan de kaden opgelopen zodat deze post niet is aangesproken.

3.3

Inrichting en onderhoud van watersystemen

Nr.

Beleidsproduct

6

Beheerinstrumenten watersystemen Aanleg, verbetering en onderhoud van watersystemen Baggeren van waterlopen en saneren van waterbodems Beheer hoeveelheid water Calamiteitenbestrijding watersysteem Monitoring watersystemen Totaal

7 8 9 10 11

Rekening 2005 251.590



Rekening 2006 138.499

WPM 2006 138.499

8.265.813

8.371.445

9.025.469

8.598.073

8.598.073

0

5.421

6.369

231

231

466.759

384.286

716.803

729.506

729.506

34.057

97.001

85.302

64.996

64.996

1.476.716

1.601.446

1.838.648

1.585.936

1.585.936

10.494.935

10.869.943

12.019.121 11.117.241 11.117.241

6. Beheersinstrumenten watersystemen Waterakkoorden Het Waterakkoord voor de MiddenLimburgse en Noordbrabantse kanalen (WATAK-MLNBK) is in een beheersfase terechtgekomen en vereist slechts een geringe inspanning (kostenverrekening jaarlijkse ingelaten en doorgevoerde hoeveelheden). Op het gebied van


23


WBL 2006

0

baggeren van de Noordervaart wordt overlegd met Rijkswaterstaat. De voorbereiding van een waterakkoord met Waterschap Aa en Maas is niet ter hand is genomen. De noodzaak hiertoe is niet urgent. Beheerregister en legger watersystemen Het beheerregister is sterk afhankelijk van welke situaties vergunnings- of meldingsplichtig zijn en welke activiteiten langs onze watersysteem worden ontplooid. Op dit moment is het beheerregister marginaal gevuld. In 2006 is gestart met het opstellen van beleidsregels in het kader van vergunningverlening, toezicht en handhaving (VTH). Deze regels zullen in 2007 worden aangeboden, waarna een plan van aanpak met betrekking tot het beheerregister kan worden opgesteld. Hierbij zal de komst van een nieuw GIS programma (IRIS) in 2008 een belangrijke rol gaan spelen. In 2006 zijn 382 vergunningen en keurontheffingen gevraagd tegen 541 in 2005. Als gevolg hiervan zijn ook de inkomsten uit leges met ca. 36.000,- lager uitgevallen. Er is in 2006 ondanks de beperkte bezetting geen noemenswaardige achterstand ontstaan bij de behandeling van vergunningen en keurontheffingen. 7. Aanleg, verbetering en onderhoud watersystemen Aanleg en verbetering watersysteem Voor een uitgebreide toelichting op de aanleg en verbetering van watersystemen verwijzen wij naar paragraaf 3.10.2. Onderhoud watersysteem Uitvoering van de onderhoudwerkzaamheden aan de 1966 km waterlopen is op een dusdanige wijze gebeurd dat te allen tijde het doorstroomprofiel en het bergingsvermogen heeft voldaan aan de waterhuishoudkundige randvoorwaarden; e.e.a. binnen de planning. Er is in 2006 zeer kritisch gekeken naar de werkzaamheden van aannemers. Dit heeft geleid tot een herbezinning op de uit te voeren werkzaamheden van aannemers. Een aantal trajecten zijn daardoor minder of niet uitgevoerd. Tevens heeft waterschapspersoneel meer werk uitgevoerd. Dit heeft geleid tot een overschrijding van man- en tractie-uren. Per saldo heeft dit een besparing van 150.000 op de directe kosten opgeleverd. Naast het reguliere werkpakket, maaionderhoud en infrastructureel onderhoud, heeft er een ontwikkeling plaatsgevonden op het vlak van beheer waterpeilen, ontwikkeling ecologische potenties watersystemen, waterconservering, handhaving en de adviesfunctie binnen het gebied van herinrichting. Verder zijn de maaiplannen gestructureerd en geüniformeerd. Onderhoud kunstwerken In 2006 zijn de te renoveren stuwen geïnventariseerd en is de communicatie over wateraanvoer gestructureerd. De digitalisering en dataverwerking van grondwaterpeilen en stuwinstellingen in het OnderhoudsManagementSysteem (OMS) heeft in afwijking op de planning een vertraging opgelopen. De stamgegevens voor grondwaterputten en stuwfasering zitten voor 100% in het systeem. Het stuwenboek is nog niet geheel conform wens geïmplementeerd in het OMS. De planning om alle gegevens met betrekking tot beheer


24


en onderhoud van stuwen peilgegevens in 2006 in te brengen in het OMS is voor 60% gerealiseerd. Muskus- en beverrattenbestrijding Bij de vangsten van muskus- en beverratten heeft het waterschap de landelijke vangstnorm ruim gehaald. De landelijke norm is 0,25 muskusrat en 0,03 /0,05 beverrat per uur. Wij hebben 0,18 muskusratvangsten en 0,03 beverratvangsten per uur gerealiseerd. Het doel is om de muskusratpopulatie beheersbaar te houden en de beverrat uit te roeien. Naarmate de populatie afneemt, worden ook minder ratten per uur gevangen. Meldingen

au juli gu se stu s pt em be ok r to no be ve r m de be ce r m be r

80 70 60 50 40 30 20 10 0 ja nu ar i fe br ua ri m aa rt ap ril m ei ju ni

aantal meldingen

m eldingen 2006

tijd

In de zomerperiode is een meldpiek waar te nemen. Oorzaak is de droge periode in juni en juli met meldingen betreffende vissterfte, blauwalgen en laag waterpeil. In augustus hadden we te maken met een natte periode waardoor er meldingen betreffende wateroverlast en een te hoog waterpeil kwamen. Ondanks de natte periode en het aantal meldingen hebben er zich geen daadwerkelijke problemen voorgedaan in het watersysteem. In september zijn, met name vanuit regio zuid, verschillende meldingen omtrent het maaibeleid binnengekomen. In november is daarover een regionale informatieavond georganiseerd. Dit was het gevolg van het feit dat er een herbezinning is geweest op de uit te voeren werkzaamheden van de aannemerij. Uit deze herbezinning is gebleken dat een aantal trajecten minder of niet meer uitgevoerd hoefden te worden. Samen met de neerslag in augustus heeft dit tot enige commotie geleid in het zuiden van ons beheersgebied. Naar aanleiding hiervan is in november 2006 een informatieavond georganiseerd.


25


8. Baggeren van waterlopen en saneren van waterbodems Bijdragen aan derden voor baggeren Door bij te dragen aan het verwijderen van verontreinigde bagger in stedelijk gebied, verbeteren wij de waterkwaliteit en –kwantiteit en het ecologisch functioneren van stadswateren.Dit doen wij op basis van een gemeentelijk baggerplan. Ondanks het feit dat wij gemeenten hier met name bij het opstellen van een gemeentelijk waterplan en de watertoets toe proberen aan te zetten, leggen gemeenten geen prioriteit bij het opstellen en de uitvoering van baggerplannen. Wij blijven de baggerproblematiek in het kader van de watertoets en gemeentelijke waterplannen onder de aandacht brengen bij gemeenten. Tevens bereiden wij ons voor op de komende nieuwe wetgeving op het gebied van waterbodems. Een actuele sanering betreft de waterbodemsanering Tungelroysebeek, die gecombineerd met de herinrichting van de Tungelroysebeek wordt uitgevoerd. In 2006 hebben we fase 2 afgerond. De komende jaren zullen fase 3 en 4 worden afgerond, waarmee de gehele loop van de Tungelroyse beek zal zijn gesaneerd. 9. Beheer hoeveelheid water Van de 895 waterregulerende kunstwerken in het systeem vindt conform planning inspectie en verstelling van de stuwstanden plaats. Dit gebeurt in drie fasen wat betekent dat er jaarlijks minimaal 2.685 keer een inspectie en/of verstelling van het waterregulerend kunstwerk heeft plaatsgevonden. 2006 kenmerkte zich door een grillig neerslagpatroon met een piek in augustus. Na augustus bleef de neerslaghoeveelheid achter bij de jaargemiddelden voor die tijd. Daarmee bleef een aantal stuwfaseringen achterwege, waardoor minder uren dan gepland besteed zijn aan deze taak. 10. Calamiteitenbestrijding watersystemen Geen bijzonderheden. 11. Monitoring watersystemen In het algemeen hebben wij de reguliere werkzaamheden (het verrichten van metingen en analyseren daarvan), die de hoofdmoot vormen van dit product, volgens plan uitgevoerd. Op basis van de meetgegevens hebben wij een wederom verbeterde onderzoeksrapportage ‘Blik op het Watersysteem’ uitgebracht die zowel bij het algemeen bestuur als extern de nodige belangstelling heeft gewekt. Voorts zijn de rapporten Strategische Monitoring, evaluatie uitgevoerde beekherstelprojecten en 2de fase ‘morfologische monitoring’ vastgesteld. Eind 2006 zijn wij ook het project ‘Datastromen op orde’ gestart. Hiermee leggen wij een stevig fundament voor verbetering van onze informatiearchitectuur op het gebied van meetgegevens en de kwaliteitszorg/datavalidatie. Het project voorziet in het inbouwen van het informatiesysteem Delft-FEWS (WL | Delft-hydraulics). Door een bredere opzet dan aanvankelijk gepland en samenwerking met waterschap Aa en Maas, is de ontwikkeling eind


26


2006 pas gestart. Met dit project lopen wij voorop in Nederland. De extra kosten worden ondermeer gecompenseerd door het later aanstellen dan gepland van een databeheerder voor dit project. Een aantal projectmatige activiteiten die voortvloeiden uit de onderzoeksvisie ‘van meten naar weten’ is vooralsnog niet ter hand genomen in 2006. Zo hebben wij de opzet van een gedetailleerd onderzoeksplan en de opzet van de beleidsmonitor (die beoogt het beleid over een meetperiode van 4 jaar te evalueren) nog niet opgepakt. De oorzaak ligt in een andere prioriteitstelling met name a.g.v. een grotere inzet bij de Kaderrichtlijn Water en Nieuw Limburgs Peil en vanwege een onderbezetting bij het team Onderzoek.

3.4

Bouw en Exploitatie zuiveringstechnische werken

Nr.

Beleidsproduct

12

Getransporteerd afvalwater Gezuiverd afvalwater Verwerkt slib Totaal

13 14

Rekening 2005 4.979.171

Begroting 2006 5.347.318

Begr.2006 incl.wijz 5.375.125

Rekening 2006 5.375.125

11.299.236 4.960.482 21.238.889

13.103.591 3.869.390 22.320.299

13.283.186 13.283.186 3.663.043 3.663.043 22.321.354 22.321.354

WPM 2006

WBL 2006 5.375.125

13.283.186 3.663.043 0 22.321.354

12. /13. Getransporteerd afvalwater en Gezuiverd afvalwater Voor de verantwoording op dit product verwijzen wij naar de jaarrekening van WBL. 14. Verwerkt slib Voor de verantwoording op dit product verwijzen wij naar de jaarrekening van WBL.

3.5

Vergunningen en handhaving Keur

Nr.

Beleidsproduct

22 23

Keur Vergunningen en keurontheffingen Handhaving keur Totaal

24

Rekening 2005 7.326 354.942

Begroting 2006 68.110 390.378

Begr.2006 incl.wijz 81.108 484.524

Rekening 2006 39.553 369.244

WPM 2006 39.553 369.244

258.628 620.896

486.340 944.828

474.300 1.039.932

341.552 750.349

341.552 750.349

22. Keur De nieuwe keur is medio 2006 vastgesteld. In de nota Visie en Strategie is de verwachting opgenomen dat de nieuwe Keur tot een besparing van 100.000 structureel zal leiden. De doelstelling was geen vergunningen meer te verstrekken voor 600 km secundaire watergangen. In 2006 is echter besloten deze doelstelling te beperken tot tertiaire watergangen en secundaire watergangen niet te verkopen. •

Per 01-01-2006 is 1 fte (structureel) komen te vervallen, overeenkomend met ca. 100.000,-.


27


WBL 2006

0

•

Alleen tertiaire watergangen komen in aanmerking voor verkoop. Op deze watergangen is de Keur niet meer van toepassing, zodat voor 300 km geen besluiten

•

Door minder aanvragen waren de legesinkomsten ca. 36.000,- lager dan geraamd en zijn minder productieve uren geschreven op de genoemde beleidsproducten.

op vergunningaanvragen hoeven te worden genomen.

Per saldo is bezuinigd en geen noemenswaardige achterstand ontstaan bij de afhandeling van de vergunningaanvragen en overige keurontheffingen. Op basis van de in 2006 vastgestelde Keur was de doelstelling in 2006 om nieuwe beleidsregels te formuleren op het gebied van vergunningverlening, toezicht en handhaving (VTH) voor een efficiëntere en eenduidigere vergunningverlening. Door o.a. interne capaciteitsproblemen is in het verslagjaar alleen begonnen met een plan van aanpak. Wel hebben we in 2006 de beleidsregel m.b.t. de bergingsvoorzieningen opgesteld. 23. Vergunningen en keurontheffingen Vanaf 2006 is m.b.t. de vergunningverlening 1 fte structureel komen te vervallen en zijn 2 fte tijdelijk niet ingevuld in afwachting van de ontwikkelingen met de Waterwet en de Omgevingswet. Door beperkte externe inhuur hebben we er voor gezorgd dat de vergunningaanvragen toch grotendeels binnen de wettelijke normen kunnen worden behandeld en dat we de in het verleden opgetreden achterstand niet verder laten oplopen. Wel heeft het niet invullen van de 2 fte ertoe geresulteerd dat we geen controle meer uitvoeren op het juist nakomen van de vergunde werkzaamheden en afspraken. In 2006 zijn 382 vergunningen en overige keurontheffingen aangevraagd. De openstaande werkvoorraad bedroeg op 1 januari 2006 80 aanvragen en op 31 december 2006 87 aanvragen, waarvan 18 uit de jaren 2000 t/m 2005. Deze hebben betrekking op lastige situaties, zoals lozingen en aanpassingen Keur.

3.6

Beheersing van lozingen

Nr.

Beleidsproduct

25

Wvo-vergunningen en meldingen Hanhaving wvo Rioleringsplannen Aanpak diffuse emissies derden Totaal

26 27 28

Rekening 2005 514.732



Rekening 2006 493.015

WPM 2006

873.661 148.906 44.705

966.222 154.629 50.964

966.049 156.498 58.227

966.049 162.678 52.401

18.918 52.401

1.582.004

1.664.930

1.673.789

1.674.143

71.319

De activiteiten die gericht zijn op dit beleidsveld voert de afdeling Beleid, onderzoek en Advies (subsidies lozingen en Aanpak diffuse emissies derden) en de unit Vergunningen en handhaving van het waterschapsbedrijf Limburg. De volgende prestaties hebben we verricht.


28


WBL 2006 493.015 966.049 143.760 1.602.824

25. /26. WVO-vergunningen en meldingen, en handhaving WVO Voor de verantwoording op dit product verwijzen wij naar de Jaarrekening van WBL. 27. Rioleringsplannen Subsidies Lozingen Om gemeenten te stimuleren verhard oppervlak af te koppelen conform het IWBP en POL, is in 2002 de bijdrageregeling “Verantwoord afkoppelen regenwater” door de toenmalige drie Limburgse waterschappen en het Provinciaal bestuur vastgesteld. Deze regeling heeft een looptijd tot en met 2006. In 2005 heeft het dagelijks bestuur besloten de regeling niet te verlengen. In 2006 zijn tien nieuwe aanvragen behandeld. Hiervan is voor vijf projecten daadwerkelijk een bijdrage uitgekeerd. Een gemeente heeft een aanvraag weer ingetrokken. In de voorziening is eenmalig 51.000 extra gestort zodat de drie aanvragen die voor 1 juni zijn ingediend gehonoreerd kunnen worden. Het provinciaal bestuur heeft eveneens een extra bedrag gereserveerd. Wij zullen na realisatie van het project het geld aan betreffende gemeenten uitkeren. De aanvraag die na 1 juni is ingediend, is afgewezen. 28. Aanpak diffuse emissies derden Stimulering derden aanpak diffuse emissies Voor dit product waren geen heldere doelen geformuleerd. Wel was opgenomen in het jaarplan dat het gaat om het verbeteren van de waterkwaliteit en het (sneller) halen van de waterkwaliteitsdoelstellingen. Hieraan is deels invulling gegeven met het adviseren van de gemeente Venlo in Duurzaam OnkruidBestrijding (DOB) en bijv. waterkwaliteitsadvisering bij peilgestuurde drainage. Inmiddels wordt duidelijk dat de geleverde inspanning op dit product onvoldoende is om alle landelijke en regionale ontwikkelingen afdoende te volgen en in te voeren. Ook de waterschapsrol als agendasteller komt nog onvoldoende van de grond. Een notitie wordt voorbereid waarin onze rolinvulling van de waterkwaliteitstaak verder wordt uitgewerkt.

3.7

Heffing en Invordering

Nr.

Beleidsproduct

29 30

Belastingheffing Invordering Totaal

Rekening 2005 2.164.404 766.183 2.930.587

Begroting 2006 2.056.068 731.226 2.787.294

Begr.2006 incl.wijz 2.059.087 731.041 2.790.128

Rekening 2006 2.041.104 730.232 2.771.336

WPM 2006 19.077 1.686 20.763

De activiteiten die gericht zijn op dit beleidsveld heeft de unit Waterschapsheffingen van het Waterschapsbedrijf Limburg uitgevoerd (zie hiervoor de Jaarrekening van het Waterschapsbedrijf Limburg).


29


WBL 2006 2.022.027 728.546 2.750.573

29. /30 Belastingheffing en invordering Waterschapsbelastingen stand van zaken inning en heffing per 31 december 2006 Soorten belastingen 1. Waterschapsomslag kwantiteit 2. Waterschapsomslag waterkering 3. Verontreinigingsheffing (WVO) Belastingplichtigen per soort belasting met kengetallen 2006

Waterkwantiteit Categorie

Maatstaf

Gebouwd

Woz-eenheden ( 2.500)

Ongebouwd

Hectares (werkelijk)

Ingezetenen

Huishoudens

Aantallen (x 1.000): Begroting 2006 Realisatie Rekening 2006 incl. wijz t.m. 31-12-2006 (eindprognose) 12.040,8 11.959,4 12.040,8 98,6

95,0

98,6

153,6

155,0

153,6

Waterkering Categorie

Maatstaf

Gebouwd


Ongebouwd

Hectares (werkelijk)

Ingezetenen

Huishoudens

Aantallen (x 1.000): Begroting 2006 Realisatie Rekening 2006 incl. wijz t.m. 31-12-2006 (eindprognose) 1.059,5 1.023,0 1.059,5 3,9

3,5

3,9

12,9

12,9

12,9

Waterkwaliteit Categorie

Maatstaf

Aantallen (x 1.000): Begroting 2006 incl. wijz

Huishoudens Vervuilingseenheden Bedrijven Vervuilingseenheden

Realisatie Rekening 2006 t.m. 31-12-2006 (eindprognose)

385 195

390 204

Ontwikkeling in de belastingmaatstaven Omdat het tarief in enig jaar een vast gegeven is wordt de uiteindelijke belastingopbrengst bepaald door de feitelijke ontwikkeling in de belastingmaatstaven. Hierna is per taak aangegeven hoe die ontwikkeling in de afgelopen jaren is geweest.


30


385 195

Waterkwantiteit Categorie

Maatstaf

Gebouwd


Ongebouwd

Hectares Klasse 1 Klasse 2 Klasse 3

Ingezetenen

huishoudens

Aantallen (x 1.000): 2002

2003

2004

2005

2006

8.671,9

8.852,5

8.874,7

11.565,9

12.040,8

5,0 29,5 64,0

5,0 29,5 64,4

5,0 29,5 64,3

5,0 29,5 64,1

5,0 29,5 64,1

151,1

152,1

152,9

153,6

154,4

Waterkering Categorie

Maatstaf

Gebouwd


Ongebouwd

Hectares Klasse 1 Klasse 2 Klasse 3

Ingezetenen

huishoudens


2003

2004

2005

773,2

778,9

780,9

1.017,7

1.059,5

0,2 3,6 -

0,2 3,7 -

0,2 3,7 -

0,2 3,7 -

0,2 3,7 -

12,4

12,7

12,8

12,8

12,9

Waterkwaliteit Categorie

Maatstaf


2005

2006

389 210

388 192

385 195

Huishoudens Vervuilingseenheden Bedrijven Vervuilingseenheden

Belastingheffing en inning jaar 2006 Omdat verantwoording in de jaarrekening plaatsvindt op basis van het stelsel van baten en lasten, worden niet de werkelijk ontvangen bedragen (kasbasis) verantwoord, maar de beste inschatting van de vermoedelijke einduitkomst. Na de aanslagoplegging kunnen er zich nog 5 jaren wijzigingen voordoen in de belastingopbrengsten. Het belastingjaar 2006 wordt dus uiterlijk in 2011 definitief afgesloten. Tot dat moment wordt het belastingjaar 2006 gevolgd en vinden er eventuele bijstellingen plaats in volgende jaarrekeningen. Die bijstellingen vinden meestal plaats via de balans.


2006

31


Categorie Omslag gebouwd Omslag ongebouwd Omslag ingezetenen

Primitieve Begroting Jaarrekening begroting 2006 2006 incl. wijz 2006 8.307.419 8.307.419 8.360.126 2.958.748 2.958.748 2.959.085 3.737.662 3.737.680 3.737.662

Totaal omslag 2006

15.003.829

15.003.829

15.056.891

Wvo heffing huishoudens Wvo heffing bedrijven

18.495.400 9.370.316

18.495.400 9.370.316

18.495.100 9.368.009

Totaal Wvo 2006

27.865.716

27.865.716

27.863.109

Totaal belastingheffing 2006

42.869.545

42.869.545

42.920.000

Stand afrekening Eindprognose WBL 2006 2006 Opgelegde heffingen (voorlopig) 43.356.467 42.920.000 Ontvangen heffingen 41.886.631 Oninbaar verklaard 27.583 215.000 Kwijtschelding 361.483 463.000 Openstaand/nog te ontvangen 1.080.770

Verwerking in de jaarrekening 2006 Zoals hiervoor aangegeven worden de eindprognoses in de exploitatie verwerkt. In de waterschapsbalans staat als nog te ontvangen van belastingdebiteuren 2006 een bedrag opgenomen van 673.236. De stand van de opgenomen voorzieningen omvatten voor kwijtschelding en oninbaar per 31 december 2006 tezamen 288.934 Het verschil met de stand van de afrekening van WBL (zie bijlagenboek) wordt veroorzaakt doordat in de afrekening met WBL bedragen zijn opgenomen die in 2007 zijn verrekend terwijl de balansen sluitingsdatum in de jaarrekening voor WPM 31 december 2006 is. Daarnaast is het bedrag in de kolom “stand afrekening WBL 2006” het bedrag dat op basis van het reeds opgelegde kohier, nog verschuldigd is aan het waterschap. In de jaarrekening wordt uitgegaan van het totaal op te leggen kohier (ten opzichte van de eindprognose, rekening houdend met het eventueel nog niet opgelegde kohieren).


32


Belastingheffing en inning jaar 2005 Belastingheffing 2005: Categorie

Jaarrekening

Omslag gebouwd Omslag ongebouwd Omslag ingezetenen

2005 8.144.145 2.883.262 3.946.593

Eindprognose 2005 dd 31-12-2006 8.144.145 2.883.262 3.946.593

Totaal omslag 2005

14.974.000

14.974.000


17.681.160 8.749.840

17.681.160 8.749.840

Totaal Wvo 2005

26.431.000

26.431.000


41.405.000

41.405.000

Inning van de belastingen 2005:

Stand afrekening Eindprognose WBL 2006 2005 Opgelegde heffingen (voorlopig) 41.710.407 41.405.000 Ontvangen heffingen 40.561.497 Oninbaar verklaard 72.372 209.000 Kwijtschelding 463.404 442.000 Openstaand/nog te ontvangen 613.134

Verwerking in de jaarrekening 2006 Zoals eerder aangegeven worden de eindprognoses in de exploitatie verwerkt. Omdat de eindprognoses ten opzichte van de jaarrekening 2005 niet zijn gewijzigd, hoeven er geen extra lasten of baten verantwoord te worden ten laste of ten gunste van het rekeningsaldo 2006. Afwikkeling vind plaats via de balans. In de waterschapsbalans staat als nog te ontvangen van belastingdebiteuren 2005 een bedrag opgenomen van 323.601. De opgenomen voorzieningen omvatten voor kwijtschelding en oninbaar per 31 december 2006 tezamen 115.224. Het verschil met de stand van de afrekening van WBL (zie bijlagenboek) wordt veroorzaakt doordat in de afrekening met WBL bedragen zijn opgenomen die in 2007 zijn verrekend terwijl de balansen sluitingsdatum in de jaarrekening voor WPM 31 december 2006 is. Daarnaast is het bedrag in de kolom “stand afrekening WBL 2005” het bedrag dat op basis van het reeds opgelegde kohier, nog verschuldigd is aan het waterschap. In de jaarrekening wordt uitgegaan van het totaal op te leggen kohier (dus ook het nog niet opgelegde kohier wordt meegenomen).


33


Belastingheffing en inning jaar 2004 Belastingheffing 2004: Categorie Omslag gebouwd Omslag ongebouwd Omslag ingezetenen

Jaarrekening Eindprognose 2004 2004-2005 dd 31-12-2006 7.938.737 7.938.737 2.808.377 2.808.377 3.856.886 3.856.886

Totaal omslag 2004

14.604.000

14.604.000


17.326.000 9.353.000

17.326.000 9.353.000

Totaal Wvo 2004

26.679.000

26.679.000


41.283.000

41.283.000

Inning van de belastingen 2004: Stand afrekening Eindprognose WBL 2004 2004 op 31-12-2006 Opgelegde heffingen (voorlopig) 41.501.303 41.283.000 Ontvangen heffingen 40.718.216 Oninbaar verklaard 110.714 323.000 Kwijtschelding 392.150 402.000 Openstaand/nog te ontvangen 280.223

Verwerking in de jaarrekening 2006 Zoals eerder aangegeven worden de eindprognoses in de exploitatie verwerkt. Omdat de eindprognoses ten opzichte van de jaarrekening 2005 niet zijn gewijzigd, hoeven er geen extra lasten of baten verantwoord te worden ten laste of ten gunste van het rekeningsaldo 2006. Afwikkeling vindt plaats via de balans. In de waterschapsbalans staat als nog te ontvangen van belastingdebiteuren 2004 een bedrag opgenomen van 75.719. De opgenomen voorzieningen omvatten voor kwijtschelding en oninbaar per 31 december 2006 tezamen 222.136. Het verschil met de stand van de afrekening van WBL (zie bijlagenboek) wordt veroorzaakt doordat in de afrekening met WBL bedragen zijn opgenomen die in 2007 zijn verrekend terwijl de balansen sluitingsdatum in de jaarrekening voor WPM 31 december 2006 is. Daarnaast is het bedrag in de kolom “stand afrekening WBL 2005” het bedrag dat op basis van het reeds opgelegde kohier, nog verschuldigd is aan het waterschap. In de jaarrekening wordt uitgegaan van het totaal op te leggen kohier (dus ook het nog niet opgelegde kohier wordt meegenomen).


34


Belastingheffing en inning oude heffingsjaren (2003 en eerder) Omslag+WVO oude jaren 893.300

Stand per 1 januari 2006 Ontvangen heffingen Oninbaar/kwijtschelding St. Limburgs Landschap Afboeking/Afsluiting oude jaren Openstaand/nog te ontvangen

82.912401.875119.898155.320133.295

Verwerking in jaarrekening 2006 Alle posten met betrekking tot 2003 en vorige jaren zijn volledig afgewikkeld in de jaarrekening 2006. Als gevolg van afwijkingen op eerdere prognoses kan het afsluiten van die periode niet alleen binnen de balansposten plaatsvinden en zijn er twee posten die van invloed zijn op het rekeningsaldo 2006. 119.898 (Stichting Het Limburgs Landschap) en

155.320 (afboeking oude debiteuren)

worden verantwoord onder “opbrengst waterschapslasten” onderdeel “afsluiting belastingjaren t/m 2003”. Na ontvangst van het nog te vorderen bedrag op WBL ad

133.295

worden de oude belastingjaren (t/m 2003) definitief afgesloten. Resumé voor balans wpm Openstaande belastingvorderingen balans wpm 2006 673.236 2005 323.601 2004 75.719 oude jaren 133.295 Voorziening oninbaar

2006 2005 2004 oude jaren

Voorziening kwijtschelding 2006 2005 2004 oude jaren

3.8

Bestuur en communicatie

Nr.

Beleidsproduct

31 32

Bestuur Externe communicatie Totaal


Rekening 2005 1.915.254 301.634 2.216.888

187.417 136.628 212.286 101.517 21.4049.850 -

Begroting 2006 2.096.414 246.205 2.342.619

35

Begr.2006 incl.wijz 2.031.821 227.998 2.259.819

Rekening 2006 2.082.393 197.671 2.280.064

WPM 2006 1.714.742 197.671 1.912.413


WBL 2006 367.651 367.651

31. Bestuur Het algemeen bestuur vergaderde vijf keer. Er werden 31 besluiten genomen. In 2006 hebben provinciale staten het waterschapsreglement gewijzigd. Hierdoor werd het mogelijk om een vijfde dagelijks bestuurslid uit het algemeen bestuur te benoemen. 32. Externe communicatie De hoofdpunten in 2006 waren gericht op het beter uitdragen van ons werk naar de stakeholders. We hebben hiervoor met name kritisch gekeken naar de externe communicatiemiddelen (digitaal en doelgroepgericht), de perscommunicatie geprofessionaliseerd. De activiteiten die hierbij horen zijn:

3.9

•

Communicatieplannen/-adviezen, majeure ontwikkelingen GGOR en KRW.

•

Doorontwikkeling internet (elektronische dienstverlening). Hiervoor is een start gemaakt met de visie en het meerjarenplan. Er wordt samengewerkt met andere waterschappen voor één content managementsysteem.

•

Het opheffen waterschapspagina in huis-aan-huisblad en opstarten en uitgeven digitale nieuwsbrieven.

•

Het organiseren van een congres rondom de oplevering van Tungelroyse beek fase 2

•

Het aanpassen van het draaiboek communicatie bij hoogwater.

•

Het ontwikkelen van een huisstijlhandboek.

•

Het doorvoeren van de Wet openbaarheid van bestuur en openbaar geven van besluitenlijsten van het Dagelijks Bestuur.

•

Het uitgeven van de tv-serie “Water” op de provinciale tv-zender L1.

•

Het te woord staan van pers rondom droogte, hitte, zwemwaterkwaliteit.

•

Het organiseren van kade-avonden, een informatieavond voor LLTB over peilbeheer, en een bestuurlijk waterpanel.

•

Het maken van een persprotocol.

Grondwater

Het beleidsveld grondwater is in 2005 ontstaan, vanwege de overdracht van een aantal operationele grondwaterbeheertaken naar het waterschap. De gedelegeerde taken zijn vastgelegd in het delegatiebesluit grondwatertaken en het mandaatbesluit grondwaterregister d.d. 29 maart 2005. Daarmee heeft de overdracht van de taken drie maanden later plaats gevonden dan gepland: 1 april 2005 in plaats van 1 januari 2005.


36


Realisatie vergunningverlening en handhaving grondwaterbeheer in 2006.

Gepland op jaarbasis

omschrijving taaknummer

0 0 15 11 0 5 100 50 1900 50 190 11 15 35 0

Vergunningen landbouw Vergunningen landbouw Vergunningen overige onttrekkingen Vergunningen overige onttrekkingen Vergunningen overige onttrekkingen Gedoogbeschikkingen Meldingen landbouw Meldingen overig Beheren OWL register Beheren register meldingen Toezicht verg./meldingen landbouw Toezicht vergunningen overig Toezicht meldingen Strafrechtelijk optreden grondwaterwet* Bestuursrechtelijk optreden grondwaterwet

2382

Realisatie Totaal 2006 0 0 15 12 0 5 104 54 1858 54 194 12 3 33 0

2344

Vergunningverlening Grondwaterbeheer Binnen het beheerproduct vergunningen is er een indeling in landbouwkundige onttrekkingen en overige onttrekkingen. T.a.v. de landbouwkundige onttrekkingen waren er in 2006 118 vergunningen gepland. Hiermee is geen aanvang gemaakt vanwege het ontbreken van een beleidskader (GGOR). Bij de derde Marap was duidelijk dat dit ook niet in 2006 zou plaatsvinden en is de planning op dit punt bijgesteld. Binnen de overige vergunningen (bronneringen, sportvelden en industrie) heeft er een verschuiving en toename plaatsgevonden van vergunningen industrie (5 gepland en 0 verleend) naar vergunningen voor sportvelden (5 gepland en 15 verleend) en bronneringen (1 gepland en 11 verleend). De e

geplande aantallen zijn bij de 3 Marap bijgesteld. Het bijhouden van het deelregister overige meldingen en landbouwkundige onttrekkingen e

vergde eveneens minder werk is ook bij de 3 Marap bijgesteld van 90 meldingen naar 50 meldingen respectievelijk van 144 naar 100 meldingen voor landbouwkundige onttrekkingen. Redenen waren minder wijzigingen in de landbouwkundige onttrekkingen en een afname in bronneringen door onder meer een droog jaar en minder activiteiten die voortvloeien uit de aanleg van de A73. Handhaving Grondwaterbeheer e

In 2006 heeft er in het 4 kwartaal van 2006 een veldinventarisatie plaatsgevonden waarbij ook conform planning 190 landbouwkundige onttrekkingslocaties zijn bezocht. De 11 geplande inspecties ten aanzien van vergunningen overige onttrekkingen hebben plaatsgevonden. Van de geplande 45 inspecties bij meldingen overige onttrekkingen zijn er drie uitgevoerd. Reden hiervoor was om minder te controleren op meldingen en een latere start van de handhaving dan oorspronkelijk gepland. Inspecties op meldingen moeten bij voorkeur plaatsvinden tijdens de bronnering. Het repressief toezicht bleef ook enigszins


37


achter t.o.v. gepland en daarom is de planning t.a.v. het aantal strafrechtelijke acties aangepast van 50 naar 35 acties en het aantal bestuursrechtelijke acties van 2 naar 0.

3.10 Investeringsprojecten Watersystemen en Waterkeringen 3.10.1 Algemeen In deze paragraaf worden de investeringsprojecten voor de watersystemen en waterkeringen, de zogenaamde primaire producten, toegelicht. De bedrijfseigen investeringen worden behandeld in hoofdstuk 5 Ondersteunende producten en diensten. Het onderdeel Projecten watersystemen en waterkeringen bestaat uit twee projectenlijsten: •

Watersystemen: aanleg en verbetering watersystemen: aanleg en verwerving onderhoud van waterlopen en kunstwerken voor de passieve waterbeheersing inclusief alle kwaliteitsmaatregelen in oppervlaktewater en voorzieningen verwante belangen die daarin worden getroffen.

•

Waterkeringen: aanleg waterkeringen: het aanleggen en het aanpassen van het waterkerend vermogen van de waterkeringen die in beheer zijn bij het waterschap.

3.10.2 Investeringen in watersystemen In het IWBP (2004-2007) is voor de planperiode een netto investering van ca 22,0 miljoen (= exclusief wateraanvoer Groote Peel) opgenomen ter verbetering van watersystemen. Als randvoorwaarde is hierbij gesteld dat de gemiddelde jaarlijkse netto-investering de 5,5 miljoen niet mag overstijgen. De geraamde doelrealisatie in de IWBP-periode is enkele malen aangepast. Met name op het gebied van venherstel/verdrogingsbestrijding zijn de doelstellingen naar beneden bijgesteld. De bijgestelde, huidige doelrealisatie en de realisatiegegevens over 2006 zijn opgenomen in onderstaande tabel. Maatregelcategorie uit IWBP

Huidige inschatting

Realisatie 2006

Realisatie 2006 bruto

Realisatie 2006 netto

doelrealisatie Beekherstel Venherstel en verdrogingsbestrijding Waterbodems Waterconservering Water aan- en afvoer Waterretentie Rioleringsbeleid/diffuse bronnen

64,8 km

15,3 km

3.127.961

836.115

3 vennen 50 ha.

0 ha

11.104

4.762

9 km

50 ha

89.896

41.544

44.614 ha 7,4 km 37 ha 160 km

7,5 km 131 stuwen 0,5 km 7 ha

689.306 353.995 1.592.048 767.782

261.716 83.080 1.356.646 359.399

6.619.362

2.930.532

Bedrijfseigen investeringen

In 2006 was netto 3.205.804,-- geraamd voor het MIP en is er netto gerealiseerd voor een bedrag van 2.930.532,-- ( afwijking van 275.272,-- = 9 %). Het bedrag is voor een groot deel besteed aan het afronden van projecten. Projecten die we in 2006 hebben afgerond, zijn: •

Herinrichting Neerpeelbeek,


38


•

Omleiding Bovenloop Vreewaterlossing fase II,

•

Inrichtingsplan Elsbeek,

•

Herinrichting Groote Molenbeek, traject Meerlo-Wanssum,

•

Herinrichting Stadsniers,

•

Waterplan IJzeren Man,

•

Eeuwselseloop,

•

Stuwvoorzieningen district 4,

•

Regenwaterbuffer.

Overige belangrijke projecten waaraan we in 2006 hebben gewerkt zijn: •

Tungelroysebeek,

•

Herinrichting Neerpeelbeek;

•

Inrichtingsplan Elsbeek;

•

Herinrichting Groote Molenbeek, traject Meerlo-Wanssum

•

Blakterbeek.

•

Eeuwselseloop, Stuwvoorzieningen district 4,

•

Aquaplanning Swalm fase 1a

•

Regenwaterbuffer Leunen

In totaal zijn ongeveer 15,3 km beekherstel afgerond, 50 ha verdroging bestreden, 7,5 km beek gesaneerd, 0,5 km watertoevoer en 7 ha waterretentie gerealiseerd. Eveneens zijn 131 stuwen geplaatst t.b.v. waterconservering. Ten behoeve van de projecten, inclusief strategische grondaankoop, zijn 42 koop- en 19 verkoopovereenkomsten gesloten. In bijlage 9b is een overzicht opgenomen van de afgesloten en lopende projecten van 2006. Een belangrijk hoogtepunt in 2006 was het symposium rondom de Tungelroyse beek. Tijdens dit symposium heeft staatssecretaris Van Geel zijn bewondering uitgesproken over wijze waarop het waterschap saneringen en herinrichting van beken aanpakt. In 2006 is een nieuwe prioriteringssystematiek vastgesteld en toegepast in het MIP. Alle projecten uit het IWBP, de bekende integrale projecten en de WB21 maatregelen zijn daarbij getoetst, waarna aan ieder project een prioriteit is gekoppeld volgens de systematiek. Hieruit is een groslijst ontstaan van projecten met een indeling van projecten die voor 2014 en na 2014 zullen worden uitgevoerd. Dit tweede deel zal worden ingezet wanneer in het eerste deel ruimte ontstaat. Het projectstatuut is in 2006 geëvalueerd, aangepast en opnieuw vastgesteld. Belangrijkste wijzigingen waren: •

Projectorganisatie is meer onderdeel van de lijnorganisatie.

•

Kosten grondverwerving t.l.v. strategische grondverwerving (totdat projectkrediet is vrijgegeven).

•

Verduidelijking van taken, verantwoordelijkheden en processen binnen een project.

Met betrekking tot de financiering van het herstelprogramma heeft zich een aantal wijzigingen voorgedaan in zowel de rijksregelingen als ook de Europese regelingen. De rijksregelingen gericht op het landelijk gebied zijn samengevoegd tot een regeling, namelijk het


39


Investeringsfonds Landelijk Gebied (ILG). Deze regeling is per 1 januari 2007 van kracht. In het kader van ILG moeten provincies zevenjaarscontracten sluiten met het Rijk. Voor 2006 had het waterschap het voornemen om een convenant te sluiten met de provincie. In 2006 is ambtelijk en bestuurlijk overleg gevoerd over de invulling van het onderdeel water in het provinciaal meerjarenprogramma (pMJP). Over de invulling daarvan is in 2006 geen overeenstemming bereikt waardoor er ook nog geen prestatiecontract met de provincie is afgesloten. Eind 2006 heeft de provincie Limburg dit pMJP, en de daaraan gekoppelde subsidieverordening en heeft Provincie Limburg een bestuursovereenkomst gesloten met het Rijk voor wat betreft de doelen in dit pMJP en de beschikbare Rijksmiddelen. In 2007 worden de onderhandelingen met de provincie voortgezet.

3.10.3 Overige investeringen in het watersysteem Grondbeleid In onderstaande tabel is een overzicht van grondverwerving. Item

Aankoop Aantal overeenkomsten

Projecten Legger OnderhoudsPaden Strategische grondvoorraad Sec. & Tert. waterlopen Overig Totaal

Verkoop Aantal Aantal ha overeen komsten

Aantal ha

Koopsom

Schadeloosstelling

Verkoop bedrag

22 1 -

26.56.72 0.08.63 -

653.022 1.370 -

820,00 -

12 1 -

13.17.17 0.06.09 -

264.584 787 -

20

26.38.39

926.688

44.397,16

7

7.24.25

213.682

-

-

-

-

10*

1.78.90

33.453

43

53.03.74

1.581.080

45.217,16

3 33

3.16.37 25.42.78

4.140,00** 516.646

Opmerkingen bij tabel: * Van de tien overeenkomsten hebben er drie betrekking op secundaire waterlopen. ** Eén levering, groot 3.14.39 ha, heeft betrekking op voormalige speciewingebieden t.b.v. aanleg kaden, waarbij met Rws/Maaswerken de afspraak is gemaakt dat deze gronden t.z.t. om-niet aan de Maaswerken doorgeleverd worden. Rws heeft de waterschapsaaankoop in 1996/1997 gefinancierd.

De vermelde bedragen zijn exclusief overdrachten.

66.000 overdrachtskosten t.b.v. 72 notariële

In 2006 zijn geen pachtovereenkomsten ontbonden. In 2006 is het beleid vastgesteld dat tertiaire watergangen (en nabije gronden) actief worden ingebracht in de reconstructie, maar dat het waterschap zich passief zal opstellen voor wat betreft tertiaire watergangen. Voor de overige watergangen is het beleid niet gewijzigd. Slechts enkele maanden is een wezenlijke belangstelling getoond voor het overnemen van tertiaire watergangen..


40


3.10.4 Investeringen in waterkeringen In 2006 zijn conform besluitvorming de kosten met betrekking tot de Maaskades (1995-2006) na aftrek van ontvangen subsidies, als investering opgevoerd waardoor vanaf 2006 wordt afgeschreven. Uitgegaan is van een totaal op te voeren investeringsbedrag van 1.818.181. Het totale investeringsbedrag na aftrek van subsidies, is na de afrekening in 2006, uitgekomen op 510.795. In komende begrotingen zal met het lagere bedrag rekening worden gehouden. Omdat de kapitaallasten de eerste jaren uit een bestemmingsreserve worden gedekt, verloopt een en ander budgettair neutraal.


41


4 Financiële paragraaf 4.1

Rekeningsaldo 2006

Het saldo van de jaarrekening 2006 bedraagt te specificeren: •

Waterkwantiteit

•

Waterkering

1.434.647 voordelig en is als volgt naar taak 1.148.436 positief 52.659 positief

• Waterkwaliteit Totaal saldo jaarrekening 2006

233.552 positief 1.434.647 positief

Dit saldo is uit te splitsen naar: •

Rekeningsresultaat 2006

1.754.855 positief

• Nagekomen baten en lasten t/m 2005 Totaal

320.208 nadelig 1.434.647 positief

Voor een specificatie van het resultaat naar taak verwijzen wij u naar het bijlagenboek.

Samenvatting resultaat 2006 Saldo begroting 2006 inclusief wijzigingen

0

Lasten Afschrijvingskosten Externe rentelasten Personeelslasten Goederen en diensten van derden Kosten projectteam grondwater Bijdrage aan derden Toevoegingen voorzieningen/onvoorzien

373.909 126.316 561.770 513.220 140.190 11.946 207.316

Voordeel Voordeel Voordeel Voordeel Voordeel Nadeel Voordeel

Totaal lasten

1.910.775 Voordeel

Baten Ontvangen rente (m.n. op uitgezette deposito' s) Dividend Nederlandse Waterschapsbank Uitkeringen/vergoedingen ontvangen van uitkeringsinstanties Goederen en diensten aan derden Bijdragen van derden Belasting opbrengsten 2006 Nagekomen baten; belastingopbrengsten voorgaande jaren Onttrekkingen voorzieningen in verband met dekking lasten Onttrekkingen reserves Geactiveerde lasten Totaal baten Totaal saldo jaarrekening 2006


63.690 367.565 4.452 6.064 8.212 21.831 275.218 37.624 153.167 545.053

Voordeel Voordeel Voordeel Nadeel Voordeel Voordeel Nadeel Voordeel Nadeel Nadeel 476.128 Nadeel Voordeel

42

1.434.647


4.2

Financiële positie en weerstandsvermogen

4.2.1

Reserves en voorzieningen

Het totaal van de reserves en voorzieningen bedroeg per 1 januari 2006 december 2006 is dit 8,65 mln.

Verkorte staat reserves en voorzieningen

5,26 mln. Per 31

Getallen x 1.000 Stand Vermeer1-1-2006 deringen

Verminderingen

Stand 31-12-2006

Eigen vermogen Saldi/ egalisatiereserve waterkwantiteit Saldi/ egalisatiereserve waterkering Saldi / egalisatiereserve waterkwaliteit

1.608 -193 2.126

1.780 299 106

1.231 -6 347

2.157 112 1.885

Bestemmingsreserves Totaal eigen vermogen (a)

786 4.327

3.271 5.456

803 2.375

3.254 7.408

936

711

405

1.242

5.263

6.167

2.780

8.650

Voorzieningen (b) Totaal reserves en voorzieningen (a+b)

De vermeerderingen hebben betrekking op: •

bestemming van het rekeningsresultaat 2005 ( 2.149.777);

•

bestemming van de ontvangen gelden Nadeelcompensatie Maaswerken 3.045.207);

•

storting voorziening grondwater ( 291.377);

•

de vorming van een voorziening ( 90.000) voor de financiële afwikkeling van vervolgingskosten (t/m 2003) met WBL;

•

rentetoevoeging t.l.v. de exploitatie (interne financieringskosten

•

benodigde herverdelingen tussen reserves en voorzieningen op basis van de nota reserves en voorzieningen en overige besluitvorming (o.a. begrotingsbesluitvorming 2006) alsmede verplichte stortingen in voorzieningen om die op de vereiste omvang te krijgen.

(

263.110);

De verminderingen hebben betrekking op: •

Onttrekking toegerekende rente ten gunste van de exploitatie ( 214.580);

•

het uit de saldi-/egalisatiereserve halen van vervroegde afschrijvinglasten; ( 1.069.503) ten gunste van de exploitatie conform begrotingsbesluitvorming 2006;

•

het uit de saldi-/egalisatiereserve halen van de incidenteel hogere energiekosten WBL ( 261.000);

•

uitgaven in het kader van afkoppeling regenwater van het rioleringsstelsel 273.030);

•

ter dekking van kosten van grondwatertaken het uit de voorziening halen van middelen ( 81.653);

•

uitgaven (bufferstroken) ten laste van de reserve Thema- en gebiedsgerichte plannen ( 9.608);

•

uitgaven ten laste van de voorziening Woz-kosten vangnetregeling ( 42.925);


43

(


•

het uit de voorziening halen van wachtgelden pensioenverplichtingen voormalig bestuurders ten gunste van de exploitatie ( 96.942);

•

uitgaven in verband met ondersteuning gebiedscommissies reconstructie ( 60.000);

•

benodigde herverdelingen tussen reserves en voorzieningen en overige op basis van de nota reserves en voorzieningen en uitvoering van begrotingsbesluitvorming 2006.

Op basis van de vastgestelde nota reserves en voorziening vindt herijking/toetsing van reserves en voorzieningen plaats bij het opmaken van de jaarrekening en de begroting. Voor een specificatie verwijzen we naar de balans met toelichting en het bijlagenboek. In het overzicht hebben we de bestemming van het resultaat 2006 nog niet meegenomen, omdat daarover nog eerst besluitvorming moet plaatsvinden. De bestemmingsreserve dekking toekomstige exploitatie bedroeg per 31 december 2006 949.778.

4.2.2

Weerstandsvermogen

In juli 2005 heeft het algemeen bestuur de nota reserves en voorzieningen Waterschap Peel en Maasvallei vastgesteld. De in deze nota opgenomen voorstellen tot herijking van reserves en hebben we op basis van de jaarrekening 2006 geactualiseerd. In de Nota reserves en voorziening is een norm opgenomen voor de gewenste hoogte van de saldi-egalisatiereserves met als streefniveau 7,5% van de nettokosten per taak, binnen een bandbreedte van 5%-10%. Getallen x Saldi-/egalisatiereserve

1.000

Kwantiteit

Kering

Kwaliteit

13.193

1.175

27.891

Gewenste stand Bij 5%

660

59

1.395

Bij 7,5% (=streefnorm)

989

88

2.092

1.319 2.157

118 112

2.789 1.885

Netto kosten rekening 2006

Bij 10% Stand 31-dec-2006

Saldi-/egalisatiereserve waterkwantiteit De saldi-/egalisatiereserve komt boven de vastgestelde bandbreedte uit. •

Om een sluitende begroting 2006 te bereiken met een beperkte kostenstijging voor de taak waterkwantiteit, is besloten een bedrag van circa 1,2 miljoen aan de saldi/egalisatiereserve waterkwantiteit te onttrekken om “oude” investeringen af te boeken. Op deze wijze konden we de kapitaallasten in de begroting 2006 en meerjarenraming verlagen. Om de ten doel gestelde besparing te realiseren hebben we uiteindelijk 1.069.503 uit de reserve gehaald.


44


•

Daarnaast is besloten om uit de saldi-/egalisatiereserve waterkwantiteit een bedrag te halen van 383.000 om een aantal wettelijk voorgeschreven voorzieningen te vormen met betrekking tot wachtgeld-/pensioenen IZA- verplichtingen voormalig bestuurders. Vanwege de invoering van het zorgstelsel heeft de vorming van een voorziening IZA-verplichtingen voormalig bestuurders achterwege kunnen blijven. Het definitieve bedrag dat we uit de reserve hebben gehaald is uitgekomen op 113.321 omdat we het resterende deel vrijgemaakt hadden uit het jaarrekeningsaldo 2005.

Uit het overzicht blijkt dat de saldi-/egalisatiereserve op basis van de netto kosten 2006, de 10% overstijgt. In 2007 wordt de reserve aangepast. Om te voorkomen dat we nu op basis van de jaarrekening (=verleden) gaan afromen en vervolgens bij de begroting 2008 concluderen dat we weer extra toe moeten gaan voegen, gaan we bij het afromen uit van de kostenontwikkeling in de begroting 2008. In de begroting 2008 zullen we een en ander toelichten. Saldi-/egalisatiereserve waterkering De saldi-/egalisatiereserve waterkering bevindt zich binnen de vastgestelde bandbreedte. Dit geldt ook wanneer we de omvang afzetten tegen de netto kosten van de taak waterkering in begroting 2007. Bij de vaststelling van de begroting 2006 hebben we besloten om een gedeelte van de te ontvangen Nadeelcompensatie Maaswerken, in te zetten voor het op peil brengen van de saldi-/egalisatiereserve waterkering. Dit is dan ook in het verslagjaar gedaan. Saldi-/egalisatiereserve waterkwaliteit De omvang van de saldi-/egalisatiereserve waterkwaliteit valt binnen de vastgestelde bandbreedte. Ook afgezet tegen de netto kosten van de taak kwaliteit in de begroting 2007, voldoet deze reserve aan de toetsingsnorm. Financiering Het bedrag van de reserves en voorzieningen hebben we geheel aangewend ten behoeve van de financiering van investeringen. Alleen aan die reserves en voorzieningen waarbij koopkrachtbehoud gewenst is, wordt rente toegevoegd ten laste van de exploitatie. Netto komt dit neer op slechts 2% rentekosten. Bij 100% financiering met vreemd geld zouden de rentekosten aanmerkelijk hoger zijn. Indien de reserves en/of voorzieningen echter aangewend moeten worden, betekent dit een forse stijging van de rentelasten. Er moet dan vreemd geld (in de vorm van een geldlening) worden aangetrokken, waarvan de rentekosten (die aanmerkelijk hoger zijn) wel volledig ten laste van de exploitatie komen. Paragraaf 4.2.3 gaat hier nader op in.

4.2.3

Treasuryparagraaf

Wet Fido De Wet financiering decentrale overheden ( wet Fido) heeft kortweg gezegd tot doel het bevorderen van een solide financiering en kredietwaardigheid van de decentrale overheden, waartoe ook het waterschap behoort. Om die doelstelling te kunnen toetsen, hanteert de wet twee instrumenten: •

de kasgeldlimiet ten behoeve van de beperking van het renterisico op korte ( 1 jaar) financiering.


45


•

de renterisiconorm ten behoeve van de beperking van het renterisico op lange ( > 1 jaar) financiering.

Kasgeldlimiet en de liquiditeitspositie De kasgeldlimiet geeft de grens aan tot welk bedrag lagere overheden hun activiteiten met korte middelen mogen financieren. Voor waterschappen is die limiet bepaald op 23% van het begrotingstotaal. Op basis van de begroting gold voor 2006 een kasgeldlimiet van 11,1 miljoen. Elk kwartaal wordt de gemiddelde kortgeld schuld van de betreffende maanden getoetst aan de limiet. Wanneer twee achtereenvolgende kwartalen de kasgeldlimiet wordt overschreden, is sanering van de korte schuldpositie wettelijk verplicht. De rekening-courantsaldi bedroegen per 1 januari 2006 2006 geen vaste geldlening af hoeven te sluiten.

96.000 negatief. We hebben in

Onze liquiditeitspositie gedurende het jaar 2006 is hierna weergegeven. Hierbij is de stand van de rekening courant bij de Nederlandse Waterschapsbank (onze hoofdrekening) als uitgangpunt genomen. MAAND 1 Januari 1 Februari 1 Maart 1 April 1 Mei 1 Juni 1 Juli 1 Augustus 1 September 1 Oktober 1 November 1 December 31 December

Stand rekening courant Waterschapsbank 102.3863.926.6265.542.3602.441.973976.8178.211.345 8.049.204 1.529.133 11.928.443 12.322.060 2.666.686 4.682.603 4.622.842

De negatieve stand gedurende enkele maanden aan het begin van ieder jaar wordt veroorzaakt doordat de eerste waterschapsbelastingen pas aan het einde van het eerste kwartaal binnen beginnen te komen. De exploitatie wordt de eerste maanden tijdelijk uit de rekeningcourant “voorgefinancierd”. Daarnaast worden de investeringen zo lang mogelijk uit de rekening-courant gefinancierd vanwege de lage rente. Op het einde van het verslagjaar bedroeg het totale rekening-courant tegoed 4.625.433 (Waterschapsbank en overige). Ten opzichte van het begin van het jaar is onze liquiditeitspositie verbeterd. In 2006 hebben we drie maal een deposito uitgezet, variërend tussen de Totaal heeft dit ruim 58.000 aan rente opgeleverd.


46

3 en

10 miljoen.


Bedrag

Uitgezet bij

Ingangsdatum

10.000.000,00 Fih/Erhvervsbank Copenhagen 5.000.000,00 Landsbanki Islands HF Amsterdam 3.000.000,00 Landsbanki Islands HF Amsterdam

28-7-2006 5-10-2006 5-10-2006

Vervaldatum 28-8-2006 6-11-2006 5-12-2006

Renterisiconorm Uitgangspunt van de renterisiconorm is het streven naar een spreiding van looptijden van langgeldleningen met het oog op een beperking van renterisico' s. Het bedrag aan aflossingen en het leningsbedrag dat in aanmerking komt voor renteherziening mag in het betreffende jaar de rente risiconorm niet overschrijden. Voor alle decentrale overheden is de rente risiconorm bepaald op 20% van de vaste schuld per 1 januari. Voor ons betekent dat 20% van 33.532.427 = 6.706.485. Het in 2006 afgeloste bedrag op vaste geldleningen bedroeg 1.818.150 en blijft ruim binnen de norm.


47


5 Ondersteunende producten en diensten 5.1

Producten en diensten

De ondersteunende producten en diensten vormen de smeerolie voor de organisatie. Het zijn middelen om doelen van hoge kwaliteit te kunnen realiseren; doelen die het bestuur voor ogen heeft naar de buitenwacht en doelen die de organisatie intern voor ogen heeft. Hierbij onderscheiden we vijftien “beheersproducten”. Navolgende tabel maakt inzichtelijk welke dat zijn en welke bedragen daarmee gemoeid zijn. De gemaakte kosten op de beheersproducten (kostenplaatsen) worden doorberekend naar de beleidsvelden en – producten (kostendragers) en zijn verwerkt in de cijfers van hoofdstuk 3. .De rekening v.w.b. de ondersteunende producten sluit met een positief saldo van ruim 900.000,-- ten opzichte van de gewijzigde begroting en met ruim 500.000,-- t.o.v. de oorspronkelijke begroting. De verschillen tussen begroting en wijzigingsbegroting zijn verantwoord in ieder bestuursvoorstel tot aanpassing van de betreffende begrotingspost. Onder de tabel leest u per product een beknopte toelichting. De high-lights in het verslagjaar zijn in beeld gebracht en de verschillen tussen de gewijzigde begroting en de rekening zijn onderbouwd. Vervolgens worden de bedrijfseigen investeringen benoemd.

Ondersteunende beheerproducten

Rekening

Begroting

Begr. incl.

Rekening

2005

2006

wijz. 2006

2006

1

Centraal management

359.193

261.592

557.187

578.968

2

Organisatiebeleid en –beheer

154.889

198.706

169.606

99.391

3

Personeelsbeleid en –beheer

317.486

199.222

283.249

273.966

4

Kwaliteitszorg-, arbeidsomstandigheden- en

108.766

153.868

124.867

75.473

milieuzorgbeleid en –beheer (KAM) 5

Interne voorlichting

105.173

150.727

128.560

128.768

6

Algemeen- bestuurlijke en -juridische

250.854

275.088

263.934

282.853

ondersteuning 7

Concerncontrol en financieel beleid

161.609

149.902

149.902

169.798

8

Meerjarenraming en begroting

84.310

105.155

117.145

72.496

9

Management- en bestuursrapportages

38.543

63.578

63.578

26.807

10

Financiële informatieverwerking en -voorziening

497.200

366.960

326.676

431.676

11

Jaarstukken

86.963

121.190

113.662

83.165

12

Informatiebeleid en automatisering

603.399

628.465

662.254

594.206

13

Centrale (geo)grafische informatie

812.208

807.095

854.221

601.732

14

Huisvesting

1.329.055

1.607.583

1.627.342

1.337.897

15

Interne faciliteiten: receptie, dienstauto’s en tractie

2.036.641

2.212.898

2.256.489

2.035.696

Totaal

6.946.289

7.302.029

7.698.672

6.792.892

1. Centraal management In 2006 is het organisatieontwikkelingstraject opgestart. Een extern bureau ondersteunt ons bij deze ontwikkeling. De organisatieontwikkeling verloopt via 4 sporen, het doelenspoor, het


48


processenspoor, het leiderschap en cultuurspoor en het communicatie en opleidingenspoor. In het kader van het doelenspoor is de voorjaarsnota en de begroting gewijzigd van opzet. Er wordt een dashboard ontwikkeld om te sturen op hoofdlijnen en een bedrijfsvoeringsfilosofie. Zowel het dashboard als de bedrijfsvoeringfilosofie worden voor de zomer van 2007 opgeleverd. Het op orde hebben van onze werkprocessen is het doel van het processenspoor. Hiermee kan de kwaliteit van de dienstverlening verbeterd worden en wordt gestuurd op efficiency. Het processenspoor kent een doorlooptijd van ongeveer een jaar. Dat betekent dat in het najaar van 2007 alle processen zijn beschreven en is er ruimte voor verbetering. In het kader van het leiderschaps- en cultuurspoor wordt een opleiding gegeven aan het management. Cultuur krijgt in het werkoverleg aandacht. De communicatie over deze organisatieontwikkeling heeft veel aandacht. In het werkoverleg via nieuwsbrieven en het spoorboekje wordt het traject met bestuur en de medewerkers besproken. 2. Organisatiebeleid- en beheer Rode draad in het verslagjaar was het organisatieontwikkelingstraject. De (uren)kosten van de coördinator P&O, als trekker van het cultuur- en leiderschapsspoor komen t.l.v. dit traject. Het traject heeft een dusdanige claim op het team P&O gelegd, dat afronding van de beoogde startnotitie Integriteit eerst in 2007 zal plaatsvinden. De geplande voorbereiding van de invoering van Fuwater (functiewaarderingsysteem) is niet van start gegaan omdat dit nog niet past in het organisatie-ontwikkeltraject. De kosten van het organisatieontwikkeltraject komen niet ten laste van het product organisatiebeleid- en beheer. Een en ander leidt tot een positief saldo van ruim 70.000,-- op dit beheersproduct. 3. Personeelsbeleid- en beheer Zestien vacatures zijn ingevuld en de zestien nieuwe medewerkers zijn na introductie in 2006 aan de slag gegaan. Een dynamisch personeelsbeleid noodzaakt tot regelmatige aanpassing of vernieuwing van kaders, handvaten op het gebied van personeelsbeleid. Daarnaast zijn nieuwe kaders vastgesteld De informatievoorziening naar het management is verbeterd met het realiseren van een toegang tot het personeelsinformatiesysteem Persmaster. De kwaliteit

van dienstverlening is verder verhoogd in de vorm van een grotere toegankelijkheid van regelingen en formulieren via intranet. Al met al zijn enerzijds meer arbeidskosten gemaakt; anderzijds is bespaard op vacaturemeldingen door deze op internet te plaatsen. Per saldo is op dit product ruim 9.000,-- minder uitgegeven. 4. Kwaliteitszorg-, Arbeidsomstandigheden- en milieuzorgbeleid en –beheer Het Arbobeleidsplan is opgesteld en vastgesteld; een risicoinventarisatie en –evaluatie heeft het daglicht gezien en er is een aangepast ziekteverzuimbeheersingsbeleid ontwikkeld en gecommuniceerd met het personeel. De concepten van het Bedrijfshulpverleningsplan en het Ontruimingsplan zijn besproken met het MT en de Ondernemingsraad. Afronding hiervan wordt voorzien in het eerste kwartaal van 2007. Per saldo is op dit product bijna 50.000,- minder uitgegeven. De helft hiervan komt op het conto geneeskundige dienstverlening. De rest betreft een efficiënter urengebruik en een scherpe inkoop van bedrijfshulpverleningscursussen.


49


5. Interne voorlichting Interne communicatie heeft het afgelopen jaar veel aandacht gehad. Hieronder is een samenvatting van de activiteiten die we op dit gebied ontplooid hebben. •

Communicatieplan organisatieontwikkelingtraject.. Ook is er een concreet actieplan bij gemaakt. Er is inmiddels een nieuwsbrief voor dit onderwerp.

•

Vernieuwing intranet: in april nieuwe site gelanceerd.

•

Communicatieonderzoek en monitoring; de interne communicatie is onderzocht.

•

Interne communicatie: naar aanleiding van het onderzoek zijn er voorstellen gedaan voor verbetering aan de leidinggevenden voor goed werkoverleg.

•

Het uitgeven van het personeelsblad waterwerk.

6 . Algemeen-, bestuurlijke en juridische ondersteuning Het team bjz voorziet de afdelingen en bestuur van advies en ondersteuning, inclusief coördinatie rond vergaderingen van het dagelijks bestuur, commissies en algemeen bestuur. Bijzonder speerpunt vormt de –tweewekelijkse- kwaliteitstoets van de bestuursstukken. De voorbereidingen van de bestuursverkiezingen 2008 zijn gestart. De bezwarencommissie heeft zich in het verslagjaar gebogen over vier bezwaarschriften (allen reiskostenregeling woonwerkverkeer) en advies uitgebracht. De commissie nadeelcompensatie heeft twee zaken in behandeling genomen waarvan één aan het einde van het verslagjaar nog in behandeling. De productkosten zijn met bijna 19.000,-- overschreden. Ruim 17.000,-- daarvan zijn advieskosten van de commissie nadeelcompensatie. Hangende het onderzoek komen de commissiekosten tijdelijk t.l.v. de post externe advisering binnen het product bestuurlijke en juridische zaken. Na advisering komen die kosten t.l.v. het product waar de bron ligt van de “schadeclaim”. In het verslagjaar is de slepende procedure betreffende de Nadeelcompensatieregeling met het ministerie van Verkeer en Waterstaat inzake de Maaskaden tot een goed einde gekomen met de ontvangst van 3,2 mln. In de loop van het jaar heeft zich een nieuwe gerechtelijke procedure aangediend betreffende de WOZ-vangnetregeling waarbij ruim tien gemeenten betrokken zijn. 7. Concerncontrol en financieel beleid De kostenoverschrijding op dit product van ca. 20.000 houdt verband met een grotere uren inzet op dit product met name met betrekking tot de inzet van de financieel consulenten richting budgethouders en leidinggevenden. Een en ander hangt voor een deel samen met de invoering van het nieuwe financieel systeem, anderzijds met de zich ontwikkelende informatievraag uit de organisatie. 8. Meerjarenraming en –begroting De definitieve begroting 2007 is anderhalve maand eerder dan gebruikelijk vastgesteld. Deze is op een nieuwe leest geschoeid en voorafgegaan door een voorjaarsnota. Met name het karakter en inrichting van de voorjaarsnota, in combinatie met het nieuwe financieel systeem en het zo efficiënt mogelijk inrichten van werkprocessen, hebben bijgedragen aan de kwaliteitswinst. De meevaller van ruim 44.000 wordt veroorzaakt door inzet uren van een tijdelijk medewerker in het proces die t.l.v. van een krediet worden gebracht en dus niet van de exploitatie.


50


9. Management- en bestuursrapportages In 2006 is overgegaan van een rapportage per triaal naar een rapportage per kwartaal. Om de informatieontsluiting naar budgethouders efficiënter te kunnen laten plaatsvinden is de rapportagetool business object ingericht en geïntroduceerd. Deze tool beantwoordt aan de vraag van de budgethouders en leidinggevenden. Inzet van deze tool heeft ertoe geleid dat volstaan kon worden met minder ondersteuningsuren vanuit financiën dan geraamd. Dit veroorzaakt de kostenonderschrijding op dit product met ca. 37.000. 10. Financiële informatieverstrekking- en voorziening Per 1 januari 2006 is het nieuwe financiële systeem Coda operationeel. In het eerste kwartaal van 2006 is de rapportagetool business objects geïmplementeerd. Met behulp van de inzet van de tijdelijk medewerker hebben naast de werkzaamheden in het kader van het nieuwe systeem, de dagelijkse werkzaamheden van de financiële administratie plaats kunnen vinden. Achterstanden zijn achterwege gebleven. De kostenoverschrijding op dit product van circa 105.000 houdt verband met de extra ureninzet als gevolg van de invoering van de nieuwe systemen door de eigen medewerkers. Betreffende de leges is een invorderingsbeleid vastgesteld. 11. Jaarstukken De jaarstukken 2005 zijn in het verslagjaar tijdig opgeleverd en de accountantswerkzaamheden zijn hernieuwd aanbesteed. De meevaller van ruim 30.000,-- wordt veroorzaakt door de inzet van een tijdelijk medewerker in het proces die t.l.v. van een krediet worden gebracht en dus niet van de exploitatie. 12. Informatiebeleid en automatisering Er is een beleidsgroep Informatievoorziening opgericht, bestaande uit vertegenwoordigers van de vier afdelingen en gericht op het verbeteren van de ICT-functie op organisatieniveau. De in het verslagjaar opgestelde visies ICT en Gegevensbeheer zijn leidend voor het nog vast te stellen Informatiebeleidsplan. Het waterschap heeft in samenwerking met waterschap Roer en Overmaas een blauwdruk ontwikkeld voor de toekomstige ICT-infrastructuur die nodig is om de implementatie van IRIS1 en IBRAHYM2 goed te laten verlopen. De samenwerking leidt tot zowel financiële als inhoudelijke voordelen. Ruim 68.000,-- is minder uitgegeven op dit product. 13. Centrale (geo)grafische informatie In de loop van 2006 is gestart met de voorbereidingen voor het omzetten van het bestaande geografisch informatiesysteem GIS-ZES naar IRIS. Per saldo is ruim 252.000,- minder uitgegeven dan begroot. Ruim 139.000,-- daarvan betreft lagere kapitaallasten; bijna 44.000,-- zijn minder besteed aan arbeidsuren en ruim onderhoud van software.

69.000,-- is bespaard aan

14. Huisvesting Begin 2006 is de nieuwe kantoorvleugel in gebruik genomen die geheel in de stijl van het bestaande kantoor is gebouwd. De post huisvesting laat een positief saldo zien van ruim 289.000,--. Ruim 128.000,-- betreft lagere kapitaallasten voor het kantoor. Verder leverden het kantooronderhoud, inventaris en mobiele telefonie tezamen een voordeel van bijna 1 IRIS = integraal resultaatgericht informatiesysteem 2 IBRAHYM = integraal beheersgebieddekkend regionaal hydrologisch modelinstrumentarium


51


88.000. Ruim 73.000,-- is minder ten laste van de loodsen gekomen, waarvan ruim de helft kapitaallasten. Met ingang van het verslagjaar is een Meerjarenonderhoudsplan opgesteld en zijn gelden in de vorm van een voorziening onderhoud gereserveerd. 15. Interne faciliteiten In 2006 is het Facilitair Beleidsplan opgesteld en zijn verdere maatregelen getroffen om de doelmatigheid van de dienstverlening verder te vergroten. Enkele feiten: wij hebben ruim 8.800 bezoekers ontvangen en ruim 20.000 telefoongesprekken zijn via de centrale doorverbonden. Uit veiligheidsoverwegingen is een bezoekersregistratie ingevoerd. Bij de bodedienst zijn bijna 1.500 maal ruimten gereserveerd voor vergaderingen; de (kantoor)dienstauto’s zijn ruim 640 maal in gebruik gegeven. Alle medewerkers hebben toegang tot het documentair informatiesysteem Corsa gekregen, waarmee de dienstverlening verder is uitgebreid en werkvoorraad voor iedereen in beeld blijft. Vanaf het vierde kwartaal wordt inkomende post gescand, zodat documenten via Corsa kunnen worden geprint. Ook is gestart met een meer efficiënte registratiemethode. In het verslagjaar zijn ruim 6.000 poststukken ontvangen. Op het product Interne faciliteiten is per saldo ruim

220.000,-- minder uitgegeven dan

begroot. Ruim 166.000 betreft tractie, met name als gevolg van minder kapitaallasten. Voor het wagenpark is daarnaast een meevaller ontstaan van ruim 20.000,-- hoofdzakelijk onderhoudskosten en verzekeringen. Tot slot is ruim 34.000,-- minder uitgegeven aan interne faciliteiten, waarvan tweederde deel kapitaallasten en de rest grotendeels arbeidsuren.

5.2

Bedrijfseigen investeringen

a. Kantooruitbreiding Het project is afgerond en afgesloten op ruim

3.932.000 zijnde een overschrijding met

49.000. Uitbreiding van de telefooncentrale, een netwerkkoppeling, uitbreiding t.b.v. Essent en de extra inrichting(skosten) van de binnentuin zijn debet aan de overschrijding. b. Vervanging bureaustoelen en vloerbedekking Gekoppeld aan de kantooruitbreiding zijn in de “oudbouw” de bureaustoelen en vloerbedekking vervangen. Hiermee is kwaliteit en eenheid voor het gehele kantoor geschapen. Het project is sluitend met het gevoteerde krediet van 186.000 afgrond en afgesloten. c.

Afsluiten archief De afsluiting van het archief van het waterschap Peel en Maasvallei, als rechtspersoon t.m. 2003, is voorspoedig afgerond inclusief het geheel op orde hebben van het statisch archief. Van het beschikbare krediet van

15.800 is ruim

7.900,-- niet besteed.

d. Voicelogging Met de realisatie van dit project kunnen telefoongesprekken in geval van calamiteiten worden opgenomen, waardoor de afhandeling en verwerking van berichten doelmatiger kan plaatsvinden. Het project is met succes afgesloten. e. Aanschaf CorsaWebZ Dit project is niet uitgevoerd vanwege software- en digitaliseringsontwikkelingen. Het


52


budget wordt beschikbaar gehouden voor de aanschaf van Corsa-DMS in 2007. f.

Procesgang functiewaardering In het verslagjaar is de bezwarenprocedure betreffende de definitieve vaststelling van de tijdelijke functiewaarderingen (ten gevolge van de wijziging van het waterschapsbestel per 2004) afgerond. Daarbij is externe ondersteuning ingehuurd. Van het gevoteerde budget van 31.000 is onherroepelijk.

22.000 besteed. De uitspraken in bezwaar zijn inmiddels

g. Vervanging AS400\voorziening automatisering Dit project wordt in 2007 uitgevoerd. h. Informatieverstrekking GIS Van het gevoteerde krediet van 91.000 is ruim 48.000 ingezet voor afronding van de invoering GIS-ZES en invoering geo-loket. In het geraamde budget van 191.000 was een bedrag van 100.000 opgenomen voor het project Legger Waterkeringen. Dit project is overgedragen aan de afdeling Nieuwe werken en vergunningen. Het project is binnen die afdeling gefinancierd zodat er per saldo een overschot van 143.000,- is. Het project is met succes afgesloten. i.

Inventarisatie basisgegevens WB21 e

De eerste fase van dit project is in het verslagjaar afgerond; de 2 fase is gestart. De afdelingen gebruiken dagelijks de in de database opgenomen gegevens. j.

Centraliseren meettaken Het krediet van 65.000 is besteed aan de aanschaf van meetapparatuur voor de inventarisatie van basisgegevens WB21, maar wordt ook gebruikt voor landmeetkundige werkzaamheden. Het project is met succes afgesloten.

k.

PC-netwerkvervangingen 2006 Het project is binnen het krediet met succes afgesloten.

l.

ICT-ontwikkelingen Van de geraamde investering van 50.000. is bijna 18.000,-- besteed aan startwerkzaaamheden ter voorbereiding voor het omzetten van GIS-ZES naar IRIS. Het project wordt na vaststelling van het Informatiebeleidsplan afgesloten.

m. Implementatie informatiebeveiliging In de computerruimte is de airconditioning aangepast en zijn de toegangsdeuren voorzien van extra beveiligde sloten. De kosten hiervan zijn verantwoord op de hulpkostenplaats Huisvesting. Het project is met succes afgesloten. n. Financieel systeem Het nieuwe systeem is met succes geïntroduceerd waarbij de gestelde doelstellingen zijn gerealiseerd. Van het krediet van 275.000 is 209.000 besteed. o. Inhuur regulier werk financieel systeem De eigen medewerkers hebben zoveel als mogelijk de invoering van het nieuwe financieel systeem verzorgd. Van het begrote bedrag van 90.000,-- is 77.000,-- in het verslagjaar uitgegeven aan uitbesteed werk om de “winkel” gewoon open te houden.


53


6 6.1

Balans 2006 Balans

BALANS

Rekening 31-12-2006

ACTIVA

PER

Rekening 31-12-2005

Vaste activa Immateriële vaste activa Materiële vaste activa Financiële vaste activa

332.201 37.032.172 247.724

Totaal Vaste Activa Voorraden

1.258.518 35.761.499 247.724 37.612.097

37.267.741

2.614

3.664

Vlottende activa Vorderingen en overlopende activa Liquide middelen

3.781.461 4.625.433

Totaal Vlottende Activa

Balanstotaal


54

8.177.661 6.383 8.406.894

8.184.044

46.021.605

45.455.449


31 DECEMBER 2006

PASSIVA

Rekening 31-12-2006

Rekening 31-12-2005

4.154.324 1.434.647 3.253.654

3.540.963 2.149.777 622.570

Eigen vermogen Algemene reserves Resultaat dienstjaar Bestemmingsreserves Totaal Eigen Vermogen

8.842.625

6.313.310

Voorzieningen

1.242.157

1.098.630

31.714.276

33.532.426

Langlopende schulden Vlottende Passiva Kortlopende schulden Overlopende passiva

2.542.819 1.679.728

Totaal Vlottende Passiva

Balanstotaal


55

3.085.872 1.425.211 4.222.547

4.511.083

46.021.605

45.455.449


6.2

Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling

Algemene uitgangspunten Toerekeningsbeginsel In de jaarrekening is het stelsel van baten en lasten gehanteerd. De baten en lasten van het boekjaar hebben we in de jaarrekening opgenomen, onverschillig of zij tot ontvangsten dan wel uitgaven in dat boekjaar hebben geleid. Realisatiebeginsel Baten worden pas opgenomen voor zover zij daadwerkelijk zijn verwezenlijkt. Bestendige gedragslijn De toegepaste grondslagen voor waardering en resultaatbepaling

zijn, tenzij anders vermeld in de toelichting, niet gewijzigd ten opzichte van het voorgaand boekjaar. Resultaatonafhankelijke afschrijvingen

De afschrijvingen en waardeverminderingen van activa zijn onafhankelijk van het resultaat in aanmerking genomen.

Waardering tegen

Eventuele extra afschrijvingen zijn nader toegelicht. De activa, passiva, opbrengsten en kosten zijn gewaardeerd

historische kosten

tegen verkrijgingsprijs of vervaardigingsprijs en waar nodig verminderd met ontvangen subsidies c.q. bijdragen van derden en jaarlijkse afschrijvingen. De verkrijgingsprijs omvat zowel de inkoopprijs als de bijkomende kosten. De vervaardigingsprijs omvat de aanschafkosten van de verbruikte stoffen plus de overige kosten die aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend.

Resultaatbepaling Afschrijvingssystematiek vaste activa

De vaste activa zijn lineair afgeschreven op basis van de verwachte toekomstige gebruiksduur. Investeringen waarvoor in het verleden bestemmingsreserves zijn gevormd, zijn direct afgeschreven ten laste van de betreffende reserve. De eerste afschrijving (gemiddeld half jaar) van bedrijfseigen investeringen, hebben plaatsgevonden in het jaar van gereedkomen. Alle andere activa zijn voor het eerst afgeschreven in het jaar volgend op de daadwerkelijke

Rente vaste activa

investering. Over de boekwaarde van de investeringen per 1 januari, is de volledige rente toegerekend. Het rentepercentage is bepaald aan de hand van de berekening van het omslagpercentage. Over investeringen in de loop van het jaar is gemiddeld een halfjaar

Rente reserves

rente toegerekend. Aan de reserves wordt rente toegerekend conform de vastgestelde nota reserves en voorzieningen. Daar waar koopkrachtbehoud gewenst is wordt rente toegevoegd aan de reserves. In alle ander gevallen wordt de toegerekende rente weer onttrokken ten gunste van de exploitatie (interne rentebaten)


56


Rente voorzieningen

Aan de voorzieningen is rente toegerekend volgens dezelfde systematiek als bij de reserves. De toegerekende rente wordt vervolgens weer onttrokken aan de voorzieningen tenzij de omvang van de voorziening is berekend op basis van de nettocontante waarde.

Waardering Immateriële vaste

De immateriële vaste activa zijn gewaardeerd tegen

activa

verkrijgingsprijs of vervaardigingsprijs.

Materiële vaste activa

De materiële vaste activa zijn eveneens gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs of vervaardigingsprijs. De opgenomen financiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs. De vlottende activa zijn opgenomen tegen verkrijgingsprijs. In het algemeen is dit de nominale waarde.

Financiële vaste activa Vlottende activa Liquide middelen

Liquide middelen zijn gewaardeerd op basis van nominale waarde.

Voorzieningen

Voorzieningen zijn gevormd tegen concrete of specifieke risico’s en verplichtingen die op de balansdatum werkelijk bestaan en zijn

Langlopende schulden

gewaardeerd tegen het nominale bedrag daarvan. Schulden zijn gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs. Gewoonlijk is

Vlottende passiva

dit de nominale waarde. De vlottende passiva zijn gewaardeerd tegen de nominale waarde.

Afschrijvingsmethodiek Voor investeringen zijn de navolgende afschrijvingstermijnen gehanteerd. Omschrijving

Afschrijvingstermijn

Civielbouwkundige werken

25 jaar

Electro-mechanische werken

15 jaar

Waterstaatkundige werken

30 jaar

Gebouwen

30 jaar

Automatisering

5 jaar

Inventaris

10 jaar

Immateriële activa

< 10 jaar

Tractiemiddelen

< 10 jaar

Gronden waarop installaties of gebouwen zijn gesitueerd zijn niet afgeschreven. Alleen op basis van een goede motivering kunnen we van deze termijnen afwijken.


57


6.3 6.3.1

Toelichting op de balans per 31 december 2006 Toelichting activa

Immateriële vaste activa Verloop in 2006

Extra Boekwaarde afschrijvingen per 01-01-2006 2006

uitgaven in verband met afsluiten van geldleningen kosten van onderzoek en ontwikkeling

161.138 651.953

kosten bestuursverkiezingen

445.427

161.138 599.327

1.258.518

Totaal immateriële vaste activa

afschrijvingen Boekwaarde 2006 per 31-12-2006

760.465

9.369

43.257

156.483

288.944

165.852

332.201

Voor een nadere specificatie verwijzen we naar de “Staat van materiële, immateriële en financiële vaste activa” (bijlage 4a) Materiële vaste activa Extra Boekwaarde afschrijvingen per 01-01-2006 2006

Verloop in 2006

gronden vervoermiddelen en werktuigen overige bedrijfsmiddelen kantoren en centrale werkplaatsen waterkeringen watergangen en kunstwerken gemalen ten behoeve van waterkwantiteitsbeheer

783.740 886.312 1.366.585 7.897.247 65.588 23.725.535 193.112

Totaal materiële vaste activa

34.918.119

245.656 3.402 59.980 309.038

Boekwaarde Investeringen afschrijvingen 2006 2006 per 31-12-2006 386.157 316.032 951.168 183.435 548.451 2.853.407

5.238.650

229.588 326.061 384.971 52.845 1.805.380 16.714

1.169.897 972.756 1.746.036 7.695.711 561.194 24.770.160 116.418

2.815.559

37.032.172

Voor een nadere specificatie wordt verwijzen we naar de Staat van materiële, immateriële en financiële vaste activa” (bijlage 4a) Verloop in 2006

Saldo per 1-1-2006

Saldo per 31-12-2006

aandelenkapitaal Nederlandse Waterschapsbank

247.724

247.724

Totaal financiële vaste activa

247.724

247.724

Financiële vaste activa De financiële vaste activa betreft de deelname in het aandelenkapitaal van de NWB. De deelname per 31 december 2006 is als volgt gespecificeerd: 1.737 aandelen A ad. 115 nominaal; 100% gestort 129 aandelen A ad. 115 nominaal; 200% gestort 153 aandelen B ad. 460 nominaal, waarop 26% gestort

_____________ 247.724

Totaal aandelenpakket


199.755 29.670 18.299

58


Het jaarlijks dividend van de Nederlandse Waterschapsbank is bij de ontvangst ervan als een bate aangemerkt en verantwoord in de exploitatie. Aangezien de feitelijke waarde van de aandelen hoger is dan de boekwaarde i.c. nominale waarde, is er sprake van een stille reserve. De 1.866 aandelen A van het waterschap bedragen 3,7% van het totaal aantal geplaatste aandelen A (50.478). De 158 aandelen B van het waterschap bedragen 1,8% van het totaal aantal geplaatste aandelen B (8.511). Vlottende activa Specificatie vorderingen en overlopende activa

Saldo per 1-1-2006


debiteuren algemeen debiteuren kohieren aan derden verstrekte geldleningen overige vorderingen en overlopende activa

3.388.766 2.014.105 107.132 2.667.658

3.144.458 579.558 40.303 17.142

Totaal overige vorderingen en overlopende activa

8.177.661

3.781.461

Toelichting op de afwikkeling in 2007 Debiteuren algemeen

De openstaande vorderingen ad. 3.144.458 zijn van algemene aard. Eind maart 2007 was hiervan nog te ontvangen 2.520.000 hoofdzakelijk bestaande uit de volgende vorderingen: e

bijdrage in kader van cofinanciering WaterConservering 2 generatie dividend 2006 bijdrage in grondverwervingskosten subsidie afrekening diverse projecten in kader van GeBeVe regeling voorschotbijdrage in kader van Tungelroysebeek fase 2 afrekeningen in kader van watertoevoer 2003 t/m 2006 voorschotbijdrage in kader van Waterplan IJzeren Man

20.000 1.369.000 93.000 41.000 113.000 200.000 21.000

voorschotbijdrage in kader van OWL uitvoering grondkosten herinrichting Oostrumsebeek

144.000 63.000

afrekening muskus- en beverrattenbestrijding 2006 diverse leges vergunningen 2004 t/m 2006

365.000 50.000

diverse overige vorderingen

41.000 __________ 2.520.000

Totaal Debiteuren kohieren Dit betreffen openstaande vorderingen van de werkelijk opgelegde aanslagen waterschapsbelastingen. Openstaande belastingvorderingen per 31 december De voorziening voor kwijtscheldingen per 31 december De voorziening voor oninbaarverklaringen per 31 december


59

1.205.851 89.962 536.330 __________ 579.558


Eind maart 2007 moesten we van de openstaande belastingvorderingen nog een bedrag ontvangen van 790.000 bestaande uit: belastingvorderingen 2004 belastingvorderingen 2005

356.000 233.000

belastingvorderingen 2006

201.000 ___________ 790.000

Aan derden verstrekte geldleningen Betreft bevoorschotting aan deelnemers in het kader van secundaire arbeidsvoorwaarden. Overige vorderingen en overlopende activa Deze post is per 31 december 2006 als volgt gespecificeerd: Terug te vorderen waarborgsom depotbedrag voor postale diensten Vooruitbetalingen ten behoeve van 2007 in kader van: o onderhoud software 11.000 o kosten abonnementen 4.000

2.000

__________ 15.000 __________ 17.000

Totaal

Liquide middelen De liquide middelen bestaan uit contanten en tegoeden bij bankinstellingen, te weten: Specificatie Kas Deutsche Bank Goch NWB Rabo ING

Saldo per 1-1-2006 rekening 3607900-00 rekening 6367.56602 rekening 1077.26777 rekening 6537.52660

Totaal liquide middelen


909 3.331 2.143 -

488 1.538 4.622.842 500 65

6.383

4.625.433

Bij de rekening-courantrekening van de NWB geldt een kredietmaximum van 11.347.000 Bij de overige bankinstellingen hebben we geen afspraken gemaakt over kredietfaciliteiten. Medio 2006 is bij de ING bank een nieuwe rekening courant geopend. Per 1 januari 2007 is de rekening bij de Deutsche Bank Goch opgeheven.

6.3.2

Toelichting passiva

Eigen vermogen Reserves vormen het eigen vermogen van het waterschap en zijn te onderscheiden naar algemene reserves en bestemmingsreserves.


60


Algemene reserves Specificatie

Saldo per

Exploitatie

mutaties

Saldo per

1-1-2006

resultaat 2005

2006

31-12-2006

saldi / egalisatiereserve waterkwantiteit saldi / egalisatiereserve waterkering saldi / egalisatiereserve waterkwaliteit

1.608.235 193.4882.126.210

1.200.000

650.659304.792 240.766-

2.157.576 111.304 1.885.444

Totaal algemene reserves

3.540.957

1.200.000

586.633-

4.154.324

Tot de algemene reserves hebben we gerekend alle reserves, niet zijnde een bestemmingsreserve. De algemene reserve hebben we in principe bestemd als algemene buffer voor eventuele rekeningtekorten en als algemeen weerstandsvermogen voor het waterschap. Voor een nadere specificatie verwijzen we naar de “Staat van reserves en voorzieningen” (bijlage 2) Toelichting in de omvang van en mutaties in de algemene reserves:

Saldi / egalisatiereserve waterkwantiteit Naast een deel van het voordelig exploitatieresultaat van het jaar 2005 ad 1.200.000 hebben we tevens 500.000 toegevoegd uit de ontvangen Nadeelcompensatie Maaswerken. Tevens hebben we een overboeking ad. 113.321 gedaan ten gunste van de voorziening pensioenverplichtingen voormalig bestuurders en 1.069.502 extra afgeschreven op oude investeringen. De toegerekende rente ad 80.412 en de vrijval ad van de exploitatie 2006 gebracht.

48.247 hebben we per saldo ten laste

Saldi / egalisatiereserve waterkering De toegerekende negatieve rente ad 9.674 en de vrijval ad. 5.805 hebben we per saldo ten laste van de exploitatie 2006 gebracht. Voor het op niveau brengen van deze reserve hebben we vanuit de Nadeelcompensatie Maaswerken 308.661 toegevoegd (inclusief de meer ontvangen rentederving).

Saldi / egalisatiereserve waterkwaliteit Als gevolg van hogere energiekosten WBL hebben we aan de reserve 261.000 onttrokken conform de begroting. De toegerekende rente ad 106.311 en de vrijval ad. 86.077 hebben we per saldo ten gunste van de exploitatie 2006 gebracht.

Resultaat dienstjaar

1.434.647

Het voordelig resultaat van de totale bedrijfsvoering komt ten gunste van het eigen vermogen. Voor de totstandkoming van het jaarresultaat verwijzen we naar hoofdstuk 4 paragraaf 4.1.


61


Bestemmingsreserves Specificatie

Saldo per

Exploitatie

mutaties

Saldo per

1-1-2006

resultaat 2005

2006

31-12-2006

Afkoppelfonds regenw.beb.gebied (WPM aandeel) Nadeelcompensatiegelden hoogwater Bestrijding hoogwater Afschrijving automatisering Dekking toekomstige exploitatie Kosten Reconstructie Thema en gebiedsgerichte plannen Limburg brede projecten

284.445 338.125 110.000 29.453 23.627

Totaal bestemmingsreserves

785.650

136.5151.324.349 400.000 949.778 60.0009.608-

949.778

1.518.226

Onder een bestemmingsreserve verstaan we een reserve waaraan vooraf een specifiek benoemde bestemming is gegeven. Het bestuur is echter vrij om daarvoor een ander doel aan te wijzen. Voor een nadere specificatie verwijzen we naar de “Staat van reserves en voorzieningen” (bijlage 2). Toelichting in de omvang van en mutaties in de bestemmingsreserves

Afkoppelfonds regenwater bestaand bebouwd gebied Betreft voorziening ter dekking van de bijdrageregeling voor gemeenten die in bestaand bebouwd gebied de regenwaterafvoer afkoppelen van het riool. De toegerekende rente ad 14.222 hebben we ten gunste van de exploitatie 2006 gebracht. Aan bijdrages hebben we 273.030 aan gemeenten verstrekt. Het waterschapsaandeel bedraagt hiervan 50% zijnde

136.515.

Nadeelcompensatie Maaswerken Als gevolg van politieke besluitvorming zullen van rijkswege minder maatregelen worden genomen binnen het profiel van de Maas. Hierdoor wordt het waterschap geconfronteerd met hogere jaarlijkse kosten in verband met het uitvoeren van extra maatregelen. Zonder die verminderde rijksmaatregelen zou het waterschap lagere exploitatiekosten hebben gehad.. Ter compensatie van de hogere onderhoudskosten in de toekomst hebben we uit het totaal van de ontvangen nadeelcompensatie 1.882.207 toegevoegd aan de bestemmingsreserve. Conform begroting hebben we, ten gunste van de exploitatie 2006, onttrokken ten behoeve van tariefverlaging waterkeringsheffing 463.848 en tevens 48.349 ten behoeve van de dekking van kapitaallasten voortvloeiende uit de Maaskade investeringen. Het surplus aan rentevergoeding ad. 45.661 is toegevoegd aan de saldi/egalisatiereserve waterkering. Bestrijding hoogwater Conform begroting hebben we vanuit de nadeelcompensatie Maaswerken, toegevoegd aan de reserve.

400.000

Afschrijving automatisering De in het verleden opgebouwde bestemmingsreserve zetten we in ten behoeve van vervangingsinvesteringen in het kader van automatisering. De toegerekende rente ad


62


147.930 1.324.349 400.000 338.125 949.778 50.000 19.845 23.627 3.253.654

16.906 hebben we ten gunste van de exploitatie 2006 gebracht. Dekking toekomstige exploitatie Vanuit het voordelig exploitatieresultaat van het jaar 2005 hebben we aan deze nieuwe bestemmingsreserve.

949.777 toegevoegd

Kosten reconstructie Betreft bijdrage aan het werkapparaat van de gebiedscommissies reconstructie voor 2006. De toegerekende rente ad 5.500 hebben we ten gunste van de exploitatie 2006 gebracht. De werkelijke bijdrages aan de gebiedscommissies hebben 60.000 bedragen. Thema en gebiedsgerichte plannen Betreft uitvoering van de algemene taakstelling vanuit het IWBP. De toegerekende rente ad 1.473 hebben we ten gunste van de exploitatie 2006 gebracht. De werkelijke bijdrages hebben 9.608 bedragen. Limburgbrede projecten Betreft toegezegde bijdrages voor het afkoppelen van stedelijk water en het aanpakken door derden van diffuse bronnen. De toegerekende rente ad 1.181 hebben we ten gunste van de exploitatie 2006 gebracht. Voorzieningen Specificatie

Saldo per

mutaties

Saldo per

1-1-2006

2006

31-12-2006

Grondwaterbeheer Wachtgeld voormalig bestuur Pensioenverplichtingen voormalig bestuur WOZ kosten vangnetregeling Vervolgingskosten t/m 2003 Afkoppelfonds regenw.beb.gebied (bijdr.derden)

320.890 175.173 67.237 100.000 272.250

209.724 67.671190.416 30.34790.000 85.515-

Totaal voorzieningen

935.550

306.607

Er is sprake van een voorziening wanneer er een onderliggende verplichting of een te kwantificeren risico aanwezig is. Het bestuur is niet vrij om een ander doel aan te wijzen. De voorziening moet van voldoende omvang zijn gelet op het doel. Voor een nadere specificatie verwijzen we naar de “Staat van reserves en voorzieningen” (bijlage 2) Toelichting in de omvang van en mutaties in de voorzieningen

Grondwaterbeheer In het kader van het delegatiebesluit grondwatertaken en het mandaatbesluit grondwaterregister verleent de provincie jaarlijks een financiële bijdrage in de kosten verbonden aan de gedelegeerde taken. Van de ontvangen lumpsum ad 718.264 hebben we na dekking van de kosten in 2006 aan de voorziening 209.724 toegevoegd.


63


530.614 107.502 257.653 69.653 90.000 186.735 1.242.157

De toegerekende rente ad

16.045 hebben we ten gunste van de exploitatie 2006 gebracht.

Wachtgelden voormalig bestuurders Op basis van de Uitkerings- en pensioenverordening waterschapsbestuurders hebben voormalige voorzitters en overige bestuursleden recht op een eigen uitkering of eigen pensioen. De wachtgelden van de voormalige bestuursleden c.q. nagelaten betrekkingen hebben we in de exploitatierekening verantwoord. Met ingang van 2006 is een voorziening verplicht ter grootte van de toekomstige wachtgeldverplichting. De werkelijk uitgekeerde wachtgelden ad. 72.378 hebben we onttrokken aan deze voorziening en ten gunste gebracht van de exploitatie 2006. Voor het op niveau houden van de voorziening hebben we ten laste van de exploitatie een toevoeging gedaan van 4.707. De toegerekende rente ad

8.759 hebben we ten gunste van de exploitatie 2006 gebracht.

Pensioenverplichtingen voormalig bestuurders Op basis van de Uitkerings- en pensioenverordening waterschapsbestuurders zijn de pensioenen van de voormalige bestuursleden c.q. nagelaten betrekkingen in de exploitatierekening verantwoord. Met ingang van 2006 is een voorziening verplicht ter grootte van de toekomstige pensioenverplichting. De werkelijk uitgekeerde pensioenen ad. 24.564 hebben we onttrokken aan deze voorziening en ten gunste gebracht van de exploitatie 2006. Voor het op niveau houden van de voorziening hebben we, conform begroting, een toevoeging gedaan ad. 113.321 ten laste van de saldi/egalisatiereserve en ten laste van de exploitatie een toevoeging van 101.659. De toegerekende rente ad 3.362 hebben we ten gunste van de exploitatie 2006 gebracht. WOZ kosten vangnetregeling De toegerekende rente ad. 5.000 hebben we ten gunste van de exploitatie 2006 gebracht. We hebben 12.577 toegevoegd en gemeenten.

42.925 onttrokken wegens WOZ afrekeningen

Vervolgingskosten belastingjaren t/m 2003 In 2006 heeft een inhaaloperatie plaatsgevonden van de nog openstaande vorderingen over de heffingsjaren 1995-2003. Vooruitlopend op de finale afwikkeling hiervan hebben we ten laste van de exploitatie 2006 een bedrag ad. 90.000 aan de voorziening toegevoegd. Afkoppelfonds regenwater bestaand bebouwd gebied Betreft voorziening ter dekking van de bijdrageregeling voor gemeenten die bestaand bebouwd gebied qua regenwater afkoppelen van het riool. Ter stimulering van de afkoppeling van regenwater is ten laste van de exploitatie 2006 51.000 toegevoegd aan de voorziening. De toegerekende rente ad 13.613 hebben we ten gunste van de exploitatie 2006 gebracht. Aan bijdrages hebben we 273.030 aan gemeenten verstrekt. Het aandeel derden bedraagt hiervan 50% zijnde 136.515.


64


Langlopende schulden Specificatie

Saldo per 1-1-2006

Aflossingen 2006


door NWB verstrekte leningen door BNG verstrekte leningen

33.532.426 -

1.818.150-

31.714.276 -

Totaal langlopende geldleningen

33.532.426

1.818.150-

31.714.276

De aflossingen bestaan uitsluitend uit reguliere aflossingen en dienen als kortlopende schuld aangemerkt te worden. Op de langlopende schuld per 31-12-2006 wordt in 2007 1.818.150 afgelost en dat deel kan derhalve ook aangemerkt worden als kortlopende schuld (<1jr). Het restantbedrag per 31 december 2006 betreft vier vaste geldleningen. Voor een nadere specificatie van de langlopende schulden verwijzen we naar bijlage 1. Vlottende passiva Specificatie kortlopende schulden en overlopende passiva

Saldo per 1-1-2006


algemene crediteuren overige kortlopende schulden overlopende passiva negatieve banksaldi

1.649.624 1.333.862 1.425.211 102.386

1.575.002 967.817 1.679.728 -

Totaal kortlopende schulden en overlopende passiva

4.511.083

4.222.547

Toelichting op de afwikkeling in 2007

Algemene crediteuren De openstaande schulden zijn van algemene aard. Van de algemene crediteuren was eind maart 2007 nog

919.000 (60%) niet betaald /

afgewikkeld. Het betreft voornamelijk nog niet afgedane nota’s in kader van: Wateraanvoer 2005 en 2006 Inrichten waterinformatiesysteem

195.000 - 119.000

Reconstructie / Gebiedsprogramma’s Organisatieontwikkeling

- 111.000 - 77.000

Advisering en implementatie GGOR Hydrobiologisch meetprogramma Detacheringskosten Watermacrofaunaonderzoek

-

Muskusrattenbestrijding 2006 Analysekosten waterkeringen

- 26.000 - 24.000

Stuwenplan Diverse overige nota’s

- 23.000 - 149.000 _________ 919.000

Totaal


65

60.000 47.000 32.000 29.000 27.000


Overige kortlopende schulden Betreft algemene gelden.Eind maart 2007 hebben we alles nagenoeg afgehandeld. Overlopende passiva De belangrijkste posten per 31 december 2006 specificeren we als volgt: Nog niet verschenen rente vaste geldleningen Nog te betalen gereserveerd vakantiegeld t/m 2006

1.311.958 260.581

Nog te betalen resultatendeling 2006 Overige nog te ontvangen en vooruit ontvangen nota’s

49.313 57.876 ____________ 1.679.728

Totaal

6.3.3

Niet uit de balans blijkende verplichtingen/rechten

Verplichtingen aan (gewezen) bestuurders. Op basis van de Uitkerings- en pensioenverordening waterschapsbestuurders hebben voormalige voorzitters en overige bestuursleden recht op een eigen uitkering of eigen pensioen. De pensioenen en wachtgelden van de voormalige bestuursleden c.q nagelaten betrekkingen hebben we in de exploitatierekening verantwoord. Vanwege regelgeving dient Met ingang van 2006 is een voorziening verplicht ter grootte van de toekomstige verplichting. Voor een specificatie verwijzen we naar de “Staat van reserves en voorzieningen” (bijlage 2). Overzicht per 31 december 2006 van de toekomstige verplichtingen: Verplichting per 31-12-2006

Voorziening per 31-12-2006

wachtgelden voormalig bestuur pensioenen voormalig bestuur

107.502 257.653

107.502 257.653

Totaal verplichtingen voormalig bestuur

365.155

365.155

Verlofrechten werknemers Voor de verlofrechten vormen we geen afkoopvoorziening, omdat we het beleid hanteren dat verlof opgenomen/opgemaakt moet worden en dus niet in geld wordt gecompenseerd. Leasecontracten wagenpark Per 31 december 2006 vallen 48 auto’s onder het leasecontract. Het contract heeft nog een waarde van afgerond 150.000. Verplichtingenadministratie Op basis van de Verordening op de organisatie van het financieel beheer is, met betrekking tot de inkoopprocedure, een aangegane bestelling als verplichting vastgelegd. Eind maart 2007 bedraagt het totaal bedrag van de in 2006 aangegane verplichtingen nog circa 744.000.


66


De belangrijkste opdrachten betreffen: Integraal modelinstrumentarium Noord-Midden Limburg Bijdrage stimuleringsregeling afkoppelen regenwater Termijn nieuwbouw hoogwaterloods Inrichtingsplan Tungelroysebeek fase 3 Herinrichting Eckeltsebeek fase 2 Uitvoeringsprogramma Oostrumsche beek Herinrichting Oude Graaf fase 1 Aquaplanning Swalm fase 1 Regenwaterbuffer Leunen Herinrichting zijtak Schelkensbeek Inrichtingsplan Tungelroysebeek fase 2 Diverse overige verplichtingen Totaal

134.000 337.000 35.000 26.000 22.000 20.000 18.000 30.000 17.000 16.000 11.000 78.000 __________ 744.000

Vangnetregeling WOZ 1999-2002 Per 31 december 2006 lopen nog een aantal beroepsprocedures met betrekking tot de vangnetregeling Wet Woz. Het waterschap draagt als afnemer van Woz gegevens bij in de kosten die de gemeenten redelijkerwijs moeten maken voor het inventariseren en beheren van de Woz gegevens. Verwacht wordt dat de uitspraken in beroep (in 2007) in het voordeel van het waterschap zullen zijn.


67


7 Accountantsverklaring Aan het Algemeen Bestuur van Waterschap Peel en Maasvallei Accountantsverklaring Opdracht Wij hebben de in dit rapport opgenomen jaarrekening 2006 van Waterschap Peel en Maasvallei te Venlo, bestaande uit de balans per 31 december 2006, de exploitatierekening naar kosten- en opbrengstsoorten over 2006, de kostenverdeelstaat 2006 en de

exploitatierekening naar kostendragers over 2006 met de bijbehorende toelichtingen, gecontroleerd. Verantwoordelijkheid van het Dagelijks Bestuur

Het Dagelijks Bestuur van Waterschap Peel en Maasvallei is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die de financiële positie en de baten en lasten getrouw dient weer te geven in overeenstemming met de comptabiliteitsvoorschriften waterschappen. Deze verantwoordelijkheid omvat onder meer: het ontwerpen, invoeren en in stand houden van een intern beheersingssysteem relevant voor het opmaken van en getrouw weergeven in de jaarrekening van de financiële positie en de baten en lasten, zodanig dat deze geen afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten bevat, het kiezen en toepassen van aanvaardbare grondslagen voor financiële verslaggeving en het maken van schattingen die onder de gegeven omstandigheden redelijk zijn. Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle als bedoeld in artikel 109, tweede lid van de Waterschapswet. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht. Dienovereenkomstig zijn wij verplicht te voldoen aan de voor ons geldende gedragsnormen en zijn wij gehouden onze controle zodanig te plannen en uit te voeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat.

Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De keuze van de uit te voeren werkzaamheden is afhankelijk van de professionele oordeelsvorming van de accountant, waaronder begrepen zijn beoordeling van de risico’s van afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten. In die beoordeling neemt de accountant in aanmerking het voor het opmaken van en getrouw weergeven in de jaarrekening van de financiële positie en de baten en lasten relevante interne beheersingssysteem, teneinde een verantwoorde keuze te kunnen maken van de controlewerkzaamheden die onder de gegeven omstandigheden adequaat zijn maar die niet tot doel hebben een oordeel te geven over de effectiviteit van het interne beheersingssysteem van het waterschap. Tevens omvat een controle onder meer een evaluatie van de aanvaardbaarheid van de toegepaste grondslagen voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van schattingen die het Dagelijks Bestuur van het Waterschap Peel en Maasvallei heeft gemaakt, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening.


68


Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel. Oordeel

Naar ons oordeel geeft de jaarrekening van Waterschap Peel en Maasvallei een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van de financiële positie per 31 december 2006 en van de baten en lasten over 2006 in overeenstemming met de grondslagen voor financiële verslaggeving volgens de comptabiliteitsvoorschriften waterschappen. Maastricht, 7 mei 2007 Ernst & Young Accountants, namens deze,

w.g. J.G.K. van der Zanden RA


69


8 Bijlagen Jaarrekening en –verslag 2006 De bijlagen zijn in afzonderlijk boekwerk opgenomen.

BIJLAGE 1

STAAT VASTE GELDLENINGEN 2006

BIJLAGE 2

STAAT VAN RESERVES EN VOORZIENINGEN 2006

BIJLAGE 3

STAAT VAN PERSONEELSLASTEN 2006

BIJLAGE 4

STAAT VASTE ACTIVA 2006

BIJLAGE 5

BEREKENING RENTE-OMSLAGPERCENTAGE 2006

BIJLAGE 6

KOSTENVERDEELSTAAT 2006 VAN KOSTENSOORT NAAR KOSTENDRAGER (TAAK)

BIJLAGE 7

REKENING 2006 VAN BELEIDSVELD NAAR KOSTENDRAGER (TAAK)

BIJLAGE 8

STAAT VAN HERKOMST EN BESTEDING VAN MIDDELEN 2006

BJLAGE 9

PROJECTENOVERZICHT NIEUWE WERKEN 2006 AFGERONDE EN LOPENDE PROJECTEN 2006

BIJLAGE 10

AFREKENING WATERSCHAPSHEFFINGEN T/M 2006


70


Inhoudsopgave 1 Bestuurlijke samenvatting De bestuurlijke opdracht in Wat hebben wij in 2006 bereikt

Recommend Documents