2007
Handelsregister Amsterdam, nr. 33231073
Jaarverslag
Jaarverslag 2007
224454
ING Groep N.V. Amstelveenseweg 500, 1081 KL Amsterdam Postbus 810, 1000 AV Amsterdam Telefoon: 020 541 54 11 Fax: 020 541 54 44 Internet: www.ing.com
ING Groep
Het logo van de Forest Stewardship Council (FSC) geeft aan dat het voor dit verslag gebruikte hout uit bossen komt die worden beheerd volgens strikte milieu-, sociale en economische normen.
Aangescherpte strategie om groei te versnellen
ING Groep
www.ing.com
In dit verslag 1.1 Ons profiel Management Kerncijfers ING in het kort Bericht van de voorzitter Aandeelhoudersinformatie
2.1 Geconsolideerde jaarrekening 2 3 4 6 7
1.2 Verslag van de Raad van Bestuur Strategie Financiële hoofdpunten Kapitaalbeheer Risicobeheer Insurance Europe Insurance Americas Insurance Asia/Pacific Wholesale Banking Retail Banking ING Direct Vermogensbeheer Human resources Merkpositionering Verantwoord ondernemen
10 13 16 19 24 28 32 36 40 44 48 52 54 55
1.3 Onze governance Bericht van de Raad van Commissarissen Corporate governance Rapport Stichting ING Aandelen Rapport Stichting Continuïteit ING Artikel 404 Sarbanes-Oxley-wet Remuneratierapport Ondernemingsraden
58 61 71 73 74 76 87
Geconsolideerde balans Geconsolideerde winst-en-verliesrekening Geconsolideerd kasstroomoverzicht Geconsolideerd mutatie-overzicht eigen vermogen Grondslagen voor de geconsolideerde balans en winst-en-verliesrekening Grondslagen voor het geconsolideerd kasstroomoverzicht Toelichting op de geconsolideerde balans Additionele informatie bij de geconsolideerde balans Toelichting op de geconsolideerde winst-en-verliesrekening Gesegmenteerde informatie Toelichting op het geconsolideerd kasstroomoverzicht Risicobeheer Kapitaalbeheer
88 89 90 91 93 110 111 141 163 174 180 181 230
2.2 Vennootschappelijke jaarrekening Vennootschappelijke balans Vennootschappelijke winst-en-verliesrekening Vennootschappelijk mutatie-overzicht eigen vermogen Grondslagen voor de vennootschappelijke balans en winst-en-verliesrekening Toelichting op de vennootschappelijke balans
236 237 238 239 240
2.3 Overige informatie Accountantsverklaring Voorstel voor winstbestemming Bepalingen inzake uitgifte van aandelen
244 245 246
2.4 Additionele financiële informatie RAROC-performance Embedded value Financiële begrippenlijst
247 248 252
ING Groep Jaarverslag 2007
1.1 Ons profiel
Management
Hoofdpunten
Bestuurssamenstelling op 31 december 2007
> Nettowinst 2007 stijgt met 20,1% tot EUR 9.241 miljoen
Raad van Bestuur M.J. Tilmant (55), voorzitter E.F. Boyer de la Giroday (1) (55) drs. D.H. Harryvan (54) J.C.R. Hele (49), chief financial officer mr. C.P.A. Leenaars (1) (46) T.J. McInerney (51) drs. H. van der Noordaa (46) drs. J.V. Timmermans (47), chief risk officer J.M. de Vaucleroy (46) (1)
voorgedragen voor herbenoeming per 22 april 2008
Raad van Commissarissen drs. C.A.J. Herkströter RA (1) (70), voorzitter (tot 1 januari 2008) drs. J.H.M. Hommen (64) (voorzitter, vanaf 1 januari 2008) E. Bourdais de Charbonnière (2) (68), vicevoorzitter drs. H.W. Breukink (57) mr. P.A.F.W. Elverding (59) mw. L. Gross Goldberg (3) (70) dr. C.D. Hoffmann (65) P. Hoogendoorn RA (62) drs. P.C. Klaver (62) W. Kok (69) G.J.A. van der Lugt (67) ir. K. Vuursteen (66) (1)
(2) (3)
afgetreden per 1 januari 2008 voorgedragen voor herbenoeming per 22 april 2008 treedt af per 22 april 2008
Audit Committee* drs. J.H.M. Hommen, voorzitter (tot 1 januari 2008) W. Kok (voorzitter, vanaf 1 januari 2008) dr. C.D. Hoffmann G.J.A. van der Lugt Remuneratie- en Nominatiecommissie* drs. C.A.J. Herkströter RA, voorzitter (tot 1 januari 2008) drs. J.H.M. Hommen (voorzitter, vanaf 1 januari 2008) E. Bourdais de Charbonnière mw. L. Gross Goldberg ir. K. Vuursteen Corporate Governance Committee* drs. C.A.J. Herkströter RA, voorzitter (tot 1 januari 2008) drs. J.H.M. Hommen (voorzitter, vanaf 1 januari 2008) E. Bourdais de Charbonnière mw. L. Gross Goldberg ir. K. Vuursteen * De samenstelling van de commissies werd in januari 2008 gewijzigd. Meer informatie vindt u op pagina 67-69. Mevrouw J. Spero en de heren H. Manwani, A. Mehta en J.P. Tai zijn voorgedragen voor benoeming in de Raad van Commissarissen. De Aandeelhoudersvergadering beslist op 22 april 2008 over deze voordrachten tot benoeming. Meer informatie over de leden van de Raad van Bestuur en over de leden van de Raad van Commissarissen, evenals over de nieuw te benoemen leden, vindt ����������� u op pagina 65-66 en�������� 67-69.
> Risicobeheer en bedrijfsprofiel bescher men ING tegen directe gevolgen van onrust op de kredietmarkt > Goede commerciële groei: nieuwe productie verzekeringsbedrijf stijgt met 38% en groeiNetbancair volume profit in EUR billion zet zich voort 10
6 4
4 2 > Aangescherpte strategische focus 0 op bankieren, beleggen, levens03 04 05 06 verzekeringen en pensioenen NL GAAP IFRS
Net profit netTOWINST in EUR billion in miljarden euro’s
Total assets BALANSTOTAAL in EUR billion in miljarden euro’s
10
1.400
2
07
1.000 6
800 600
4
400 2
200
0
03
04
NL GAAP
05
06
07
0
IFRS
6
6
4
4
2
2
0
03
04
05
NL GAAP
06
07
IFRS
Herbeleggingsindex
Total assets in EUR billion 250
1.400
8
200 1.200
1.000
6
150
800 600 100
4
400
2
50
200 0
0
03
04
NL GAAP
Certificaten ING
05
06
0
07
2005
IFRS MSCI World Insurance
0
8
1.200 8
8
2004
ING Groep Jaarverslag 2007
8
8 > Sterke vermogenspositie door 6 efficiënte kapitaalallocatie
2006
2007
MSCI World Banks
31-12-2007
0
Kerncijfers (op totaalbasis) 2007
2006
2005
2004
2003 (1)
Baten (in miljoenen euro’s) Verzekeringsactiviteiten Bankactiviteiten Totale baten (2)
62.208 14.602 76.587
59.642 14.195 73.621
57.403 13.848 71.120
55.614 12.678 68.171
53.223 11.680 64.736
Bedrijfslasten (in miljoenen euro’s) Verzekeringsactiviteiten Bankactiviteiten Totale bedrijfslasten
5.515 9.967 15.481
5.275 9.087 14.362
5.195 8.844 14.039
4.746 8.795 13.541
4.897 8.184 13.081
125
103
88
465
1.125
6.533 4.510 11.043 1.534 267 9.241
4.935 5.005 9.940 1.907 341 7.692
3.978 4.916 8.894 1.379 305 7.210
4.322 3.418 7.740 1.709 276 5.755
3.506 2.371 5.877 1.490 344 4.043
Cijfers per gewoon aandeel (in euro’s) Nettowinst Dividend Eigen vermogen (in moederbedrijf)
4,32 1,48 17,73
3,57 1,32 17,78
3,32 1,18 16,96
2,71 1,07 12,95
2,00 0,97 10,08
Balans (in miljarden euro’s) Balanstotaal Eigen vermogen
1.313 37
1.226 38
1.159 37
964 28
779 21
9,5% 244% 13,6% 7,39%
9,0% 274% 14,2% 7,63%
9,4% 255% 13,4% 7,32%
10,2% 204% 14,3% 6,92%
14,4% 180% 19,8% 7,59%
60
74
65
49
39
24,2% 20%
23,5% 7%
26,6% 25%
25,4% n.v.t.
21,5% –10%
1.113 14,3% 97%
807 13,3% 91%
805 13,2% 95%
632 12,1% 94%
440 10,9% 98%
68,3% 19,9%
64,0% 19,7%
63,9% 22,6%
69,4% 14,5%
70,1%
637
600
547
492
463
124.634
119.801
116.614
112.195
114.335
Voorzieningen voor debiteurenverliezen bankbedrijf (in miljoenen euro’s) Winst voor belastingen (in miljoenen euro’s) Verzekeringsactiviteiten Bankactiviteiten Totale winst voor belastingen Belastingen Minderheidsbelangen Nettowinst
Kapitaalratio’s Verhouding schuld/eigen vermogen ING Groep Kapitaaldekkingsratio verzekeringsbedrijf Verhouding schuld/eigen vermogen verzekeringsbedrijf Tier 1-ratio bankbedrijf Beurswaarde (in miljarden euro’s) Key performance indicators Rendement op eigen vermogen Stijging nettowinst Verzekeringsbedrijf Waarde nieuwe levenproductie (in miljoenen euro’s) Intern rendement (leven) Combined ratio (schade) Bankbedrijf Kosten/batenverhouding RAROC na belastingen Beheerd vermogen (in miljarden euro’s) Medewerkers (aantal fte’s per jaarultimo) Cijfers volgens NL GAAP (Nederlandse grondslagen voor financiële verslaglegging). (2) Inclusief intercompany-eliminaties. (1)
ING Groep Jaarverslag 2007
1.1 Ons profiel
ING in het kort Underlying profit before tax Insurance Europe
De klant staat centraal bij het aanbieden van onze financiële producten en diensten. Wij willen uitstekende dienstverlening bieden, optimaal gemak en concurrerende prijzen. Dit blijkt ook uit onze missie: onze klanten een toonaangevende dienst- verlening bieden bij hun financiële keuzes voor de toekomst. Ons profiel ING is een wereldwijde financiële instelling die diensten levert op het gebied van bankieren, beleggen, levensverzekeringen en pensioenen. We hebben meer dan 75 miljoen klanten in Europa, de Verenigde Staten, Canada, Latijns-Amerika, Azië en Australië. Op basis van onze kennis en ervaring, onze uitstekende dienstverlening en onze wereldwijde omvang kunnen we de wensen vervullen van een brede klantengroep van particulieren, kleine (familie)bedrijven, grote ondernemingen, instellingen en overheden. Gemeten naar beurswaarde (31 december 2007) is ING een van de 20 grootste financiële instellingen ter wereld. Onze strategie Om te kunnen inspelen op de veranderende voorkeuren van de klant en onze zakelijke slagkracht verder te vergroten, ligt ING’s strategische focus op bankieren, beleggen, levensverzekeringen en pensioenen. We willen particuliere klanten die producten leveren die zij in de loop van hun leven nodig hebben om finan ciële reserves op te bouwen, hun beleggingen te beheren en zich goed en met vertrouwen voor te bereiden op hun pensioen. We willen meer investeren in bancaire distributie en ons daarbij in toenemende mate richten op snelgroeiende markten. Het succes van deze strategie wordt ondersteund door efficiënte herallocatie van ons kapitaal. Het kapitaal dat wij genereren in volwassen markten wordt ingezet in snelgroeiende markten of terug gegeven aan onze aandeelhouders. Met deze strategie blijft ING gericht op het creëren van waarde voor haar aandeelhouders door hen op de langere termijn een hoger totaalrendement te bieden dan het gemiddelde van onze concurrenten. Onze stakeholders ING doet zaken op basis van duidelijk vastgestelde business principles. Bij alles wat wij doen proberen wij zo goed mogelijk rekening te houden met de belangen van klanten, aandeelhouders, medewerkers, zakenrelaties en de samenleving als geheel. Verantwoord ondernemen ING streeft ernaar de winstgevendheid te vergroten op basis van een duidelijke bedrijfsethiek en met respect voor haar stakeholders. Verantwoord ondernemen is een belangrijk onderdeel van de strategie van ING: we nemen ethische, maatschappelijke en milieutechnische overwegingen mee in onze zakelijke besluiten www.ing.com
ING Groep Jaarverslag 2007
Divisies ING 0.0
1010.5
2021.0
0.0
1010.5
2021.0
0.0
1010.5
2021.0
Insurance Europe 0.0 0.0
1010.5 1010.5
2021.0 2021.0
0.0
1010.5
2021.0
0.0
989.5
0.0
1979.0
989.5
1979.0
Insurance Americas 0.0
989.5
1979.0
0.0 0.0
989.5 989.5
1979.0 1979.0
0.0
989.5
1979.0
0.0
989.5
0.0
1979.0
989.5
1979.0
Insurance Asia/Pacific 0.0
989.5
1979.0
0.0 0.0
989.5 989.5
1979.0 1979.0
0.0
989.5
1979.0
0.0
989.5
1979.0
Wholesale Banking 0.0
989.5
1979.0
0.0
989.5
1979.0
0.0 0.0
989.5 989.5
1979.0 1979.0
0.0
989.5
1979.0
Retail Banking 0.0
989.5
1979.0
0.0
989.5
1979.0
0.0
989.5
1979.0
0.0 0.0
989.5 989.5
1979.0 1979.0
ING Direct 0.0
989.5
0.0
989.5
1979.0
1979.0
0.0
989.5
1979.0
0.0
989.5
1979.0
0.0 0.0
989.5 989.5
1979.0 1979.0
0.0
989.5
1979.0
Underlying profit before tax 2007 Insurance Europe 1.840 Underlying profit before tax 2.249 2006 Insurance Europe 2007 Underlying profit 1.840before tax Onderliggende winst 2.249 2006 Insurance Europe 2007 1.840
voor belastingen*
2.249before tax 2006 in miljoen euro’s Underlying profit 2007 Insurance Europe 1.840 Underlying profit before tax 2.249 2006 Insurance Americas 2007 1.840 Underlying profit before tax 2.249 2006 Insurance Americas Underlying profit before tax 2007 2.059 Insurance Americas 2006 1.992 Underlying profit before tax 2007 Insurance Americas 2.059 2006 1.992 2007 2.059 Underlying profit before tax 2006 Insurance Americas 1.992 2007 2.059 2006 Underlying profit 1.992before tax 2007 Insurance Asia/Pacific 2.059 2006 Underlying profit 1.992before tax Insurance Asia/Pacific 576 before tax 2007 Underlying profit 621 2006 Insurance Asia/Pacific 576 before tax 2007 Underlying profit 621 2006 Insurance Asia/Pacific 576 2007 621 before tax 2006 Underlying profit 576 2007 Insurance Asia/Pacific 621 before tax 2006 Underlying profit 576 2007 Wholesale Banking 621 before tax 2006 Underlying profit Wholesale Banking 2007 Underlying 2.399before tax profit 2006 Wholesale Banking 2.525 2007 Underlying profit 2.399before tax 2006 Wholesale Banking 2.525 2007 2.399 2006 Underlying profit 2.525before tax 2007 Wholesale Banking 2.399 2006 Underlying profit 2.525before tax 2007 Retail Banking2.399 2006 Underlying profit 2.525before tax Retail Banking 2.062before tax 2007 Underlying profit 2006 Retail Banking 1.935 2.062before tax 2007 Underlying profit 2006 Retail Banking 1.935 2.062 2007 2006 Underlying profit 1.935before tax 2.062 2007 Retail Banking Underlying profit before tax 2006 1.935 ING Direct 2.062 2007 Underlying profit before tax 2006 ING Direct 1.935 Underlying profit before tax 530 2007 ING Direct 2006 694 Underlying profit before tax 2007 ING Direct 530 2006 694 530 2007 Underlying profit before tax 2006 ING Direct 694 530 2007 * Exclusief Overig verzekerings2006 694 en bankbedrijf. 530 2007 2006 694
Winstbijdrage aan de Groep voor belastingen (onderliggend)
• Hieronder vallen de verzekerings- en vermogensbeheeractiviteiten in Europa. De belangrijkste verzekeringsactiviteiten bevinden zich in Nederland, België, Spanje, Griekenland en Centraal-Europa. In deze landen biedt ING levensverzekeringen aan, met bijzondere aandacht voor pensioenen. In Nederland en België bieden we ook schadeverzekeringen aan.
• Dit onderdeel biedt in Noord- en Latijns-Amerika producten en diensten op het gebied van verzekeren, beleggen, pensioenen en vermogensbeheer aan. Gemeten naar omzet behoort ING in de VS tot de top 10 van pensioen verzekeraars. Op basis van brutopremies zijn we in Canada de grootsteschade verzekeraar. Daarnaast zijn we een toonaangevend pensioen- en levens verzekeringsbedrijf in een aantal Latijns-Amerikaanse landen, waaronder Argentinië, Mexico, Chili, Peru en Brazilië.
• Deze divisie levert levensverzekerings- en vermogensbeheerdiensten en vermogensopbouwdiensten in de regio. We hebben een goede marktpositie in Australië, Hongkong, Japan, Maleisië, Nieuw-Zeeland, Zuid-Korea en Taiwan. Onze activiteiten in China, India en Thailand zijn belangrijke toekomstige groeimarkten.
• Deze divisie verzorgt wereldwijd bankdiensten voor de zakelijke markt. De primaire focus ligt op Nederland en België, waar we een volledig scala aan producten bieden aan bedrijven en instellingen. In andere landen hanteren we een meer selectieve aanpak ten aanzien van klanten en producten. ING Real Estate, de grootste vastgoedvermogensbeheerder in de wereld gemeten naar beheerd vermogen, is ook onderdeel van Wholesale Banking.
• Hieronder vallen de bankdiensten voor particulieren in Nederland en België en de opkomende markten van Polen, Roemenië, Turkije, India en China. Private-bankingdiensten worden aangeboden in Nederland, België, Luxemburg, Zwitserland en in verschillende landen in Azië, Latijns-Amerika en Centraalen Oost-Europa.
• Deze divisie houdt zich bezig met directbankieren voor klanten in Australië, Canada, Frankrijk, Duitsland en Oostenrijk, Italië, Spanje, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten. De belangrijkste producten zijn spaarrekeningen en hypotheken en in toenemende mate beleggingsfondsen en betaalrekeningen.
19% 22%
6% 25% 22% 6%
ING Groep Jaarverslag 2007
1.1 Ons profiel
Bericht van de voorzitter ING toont haar kracht onder moeilijke omstandigheden Beste stakeholder, ING heeft sterk gepresteerd in een voor de financiële sector buitengewoon moeilijk jaar, met een zwakke dollar, een vlakke rentecurve en natuurlijk de onrust op de financiële markten. Ik ben daar zeer tevreden over. We hebben voor onze aandeelhouders een aantrekkelijke winst gerealiseerd. En mede dankzij onze sterke balans, ons grote klanten- bestand en een solide risicobeheer hebben we ons kunnen beschermen tegen de directe invloed van de turbulentie op de markten. Onze nettowinst steeg met 20,1% tot EUR 9.241 miljoen, terwijl de onderliggende nettowinst – de totale winst exclusief de invloed van desinvesteringen en bijzondere posten – met 19,4% toenam. ING heeft de afgelopen jaren systematisch geïnvesteerd in het verbeteren van het risicobeheer. Mede hierdoor is de directe invloed van de turbulentie op de kredietmarkten beperkt gebleven. Op commercieel gebied hebben we het uitstekend gedaan. Ons bankbedrijf liet wederom een sterke volumegroei zien en ING Direct verwelkomde de 20-miljoenste klant, een uitstekende prestatie gezien het feit dat het bedrijf pas 10 jaar bestaat. Ook steeg de omzet in levensverzekeringen sterk in Centraal-Europa, Azië en de VS. Ik geloof stellig dat bedrijven alleen succesvol kunnen zijn als zij de klant centraal stellen. De voorkeur van de klant verandert snel en dit heeft invloed op de financiële sector. Doordat klanten langer leven, vermogender worden en gemakkelijke toegang tot financiële producten verwachten, zien we een sterke toename van de particuliere tegoeden, vooral in opkomende markten. Daarnaast zien we een aanzienlijke verschuiving in de distributie van financiële producten, waarbij banken in toenemende mate het voortouw nemen. Dit biedt uitstekende groeimogelijkheden en ik ben ervan overtuigd dat ING een goede uitgangspositie heeft. We hebben een groot klantenbestand, zijn sterk in product ontwikkeling en hebben een stevige positie in snelgroeiende markten. Ook hebben we ruime ervaring in het ontwikkelen van innovatieve distributiekanalen, zoals het opzetten van de grootste directbank ter wereld. Verder is ING een van ‘s werelds bekendste financiële merken, hetgeen in 2007 werd versterkt door de succesvolle sponsoring van het ING Renault F1-team. Om te kunnen inspelen op de veranderende voorkeuren van de klant en onze zakelijke slagkracht verder te vergroten, hebben we besloten onze strategie te richten op bankieren, beleggen, levensverzekeringen en pensioenen. We willen consumenten de financiële producten leveren die zij in de loop van hun leven nodig hebben om financiële reserves op te bouwen, hun beleggingen te beheren en zich goed en met vertrouwen voor te bereiden op hun pensioen. We zullen meer in bancaire distributieplatformen investeren, onze productkennis op het gebied van vermogens beheer en vermogensvorming verder versterken en ons kapitaal meer gaan inzetten in snelgroeiende markten.
ING Groep Jaarverslag 2007
In lijn met onze aangescherpte strategie hebben we onze investeringen in 2007 al opgevoerd en zijn een omvangrijk acquisitieprogramma gestart. Daarmee konden we onze positie versterken in belangrijke groeimarkten, waaronder Turkije, Zuid-Korea, Thailand en Latijns-Amerika. Daarnaast hebben we een aantal bedrijfsonderdelen verkocht die niet tot onze kern activiteiten behoren, zoals begin 2008 de schadeverzekerings activiteiten in Mexico. Ook zijn we blijven investeren in autonome groei en hebben we de efficiency en het groeipotentieel van ons bedrijf verder verbeterd. In Nederland zijn we bezig om ING Bank en Postbank samen te voegen onder één merknaam. En in België werken we aan verbetering van de dienstverlening voor de particuliere markt. In Centraal-Europa hebben we nieuwe verzekeringsbedrijven en particuliere banken opgezet en we hebben daarnaast belangrijke overeenkomsten gesloten voor bancaire distributie in Griekenland en Maleisië. Ook hebben we aanzienlijk geïnvesteerd in de verdere groei van ING Direct. Het is duidelijk dat we onze strategische initiatieven alleen kunnen ontplooien met goede en toegewijde medewerkers die graag een stapje extra doen voor onze klanten. We hebben veel energie gestoken in het aantrekken en behouden van de beste mensen en zijn er trots op dat we in een toenemend aantal landen worden beschouwd als een van de beste werkgevers. We hechten veel belang aan onze rol in de samenleving en we proberen voortdurend te voldoen aan de hoogste bedrijfsethische normen. Verantwoord ondernemen is volledig ingebed in onze bedrijfsvoering. Op maatschappelijk en milieutechnisch gebied hebben we opnieuw vooruitgang geboekt. ING werd in 2007 CO2neutraal. En persoonlijk ben ik er zeer trots op dat ING en haar medewerkers geld hebben ingezameld om ongeveer 125.000 kinderen één jaar naar school te kunnen laten gaan. Op 1 januari 2008 is de heer Cor Herkströter afgetreden als voorzitter van de Raad van Commissarissen van ING Groep. De heer Jan Hommen is benoemd tot zijn opvolger. Mede namens mijn collega’s in de Raad van Bestuur wil ik mijn bijzondere waardering en dankbaarheid uitspreken voor de bijdrage die Cor Herkströter gedurende de afgelopen negen jaar aan ING Groep heeft geleverd. Zijn bijdrage aan het succes van ING is van grote waarde geweest. Voorts wil ik mevrouw Luella Gross Goldberg bedanken voor haar inspanningen en bijdragen aan ING in de afgelopen jaren. Zij treedt af als lid van de Raad van Commissarissen tijdens de Aandeelhoudersvergadering in april. ING heeft zich gericht op het verbeteren van het aandeelhoudersrendement door een aantrekkelijke dividendverhoging en de inkoop van eigen aandelen voor EUR 5 miljard. Over de afgelopen vier jaar was ons aandeelhoudersrendement 74%, ruim boven het gemiddelde van vergelijkbare ondernemingen. De recente ontwikkelingen waren minder gunstig, wat ook is toe te schrijven aan de financiële markten. Gezien onze sterke positie en de aangescherpte strategie, heb ik vertrouwen in de toekomstige groeimogelijkheden van ons bedrijf.
Michel Tilmant voorzitter Raad van Bestuur
Aandeelhoudersinformatie
€ 26,75
KOERSONTWIKKELING In 2007 daalde de koers van het aandeel ING met 20,4% tot EUR 26,75 ultimo 2007. Gemeten over heel 2007 bleef het ING-aandeel 23,8% achter bij de AEX. Over de vierjaarsperiode 2004-2007 steeg de koers van het aandeel ING met 44,7%.
€ 1,48
DIVIDEND Op 20 februari 2008 heeft ING Groep voorgesteld om over 2007 een totaaldividend uit te keren van EUR 1,48 per (certificaat van een) gewoon aandeel. Dit dividend, dat op 22 april 2008 moet worden goedgekeurd door de jaarlijkse Algemene Vergadering van Aandeelhouders, betekent een stijging van 12% ten opzichte van EUR 1,32 over 2006. Rekening houdend met het interimdividend van EUR 0,66 dat in augustus 2007 werd betaald, zal het slotdividend EUR 0,82 per (certificaat van een) gewoon aandeel bedragen, dat volledig in contanten zal worden uitbetaald.De notering van het ING-aandeel ex-dividend vindt plaats op 24 april 2008. Het slot dividend zal worden betaald op 5 mei 2008 (Euronext Amsterdam by NYSE Euronext) en op 12 mei 2008 (New York Stock Exchange).
74%
TOTAAL AANDEELHOUDERSRENDEMENT Het totale aandeelhoudersrendement van ING was 74% over de vierjaarsperiode 2004-2007 en 37% over de driejaarsperiode 2005-2007.
Aandelenkoers ING ultimo 2007
Voorgesteld dividend per aandeel
Totaal aandeelhoudersrendement 2004-2007
37%
Totaal aandeelhoudersrendement 2005-2007
AA-
RATINGS Creditratings, zoals toegekend door ratingbureaus, zijn indicatoren voor de waarschijnlijkheid van tijdige en volledige terugbetaling van rente en hoofdsom van vastrentende waarden. Zie pagina 9 voor een overzicht van de belangrijkste ratings van ING.
22 april 2008
JAARLIJKSE ALGEMENE VERGADERING VAN AANDEELHOUDERS Op 22 april 2008 zal de jaarlijkse Algemene Vergadering van Aandeelhouders plaatsvinden in het Muziekgebouw aan ’t IJ, Piet Heinkade 1 te Amsterdam. De vergadering is ook te volgen via webcast. De vergaderstukken zijn beschikbaar op de internetsite van ING Groep, www.ing.com. Gedrukte exemplaren van de vergaderstukken kunnen vanaf 26 maart 2008 gratis worden verkregen bij ING Groep N.V., Amstelveenseweg 500, 1081 KL Amsterdam.
S&P-rating voor ING Groep
Jaarlijkse Algemene Vergadering van Aandeelhouders
ING Groep Jaarverslag 2007
1.1 Ons profiel
Aandeelhoudersinformatie (vervolg)
RESERVERINGS- EN DIVIDENDBELEID Het reserverings- en dividendbeleid van ING Groep wordt bepaald door enerzijds de behoefte aan interne financiering en groeimoge lijkheden en anderzijds de dividendverwachtingen van beleggers. Met betrekking tot de interne financieringsbehoefte spelen onder andere de wettelijke solvabiliteitseisen en kapitaalratio’s een rol. Het voldoen aan deze eisen is voor ING Groep van fundamenteel belang. Even belangrijk voor ING Groep zijn de creditratings, die rechtstreeks van invloed zijn op de financieringskosten en dus op de winstgevendheid. De beleggers verwachten van hun kant een dividend dat recht doet aan de behaalde financiële resultaten en dat bovendien een zekere mate van voorspelbaarheid heeft.
Maatschappelijk en geplaatst kapitaal
Jaarlijks na publicatie van de financiële resultaten over de eerste zes maanden van dat jaar, wordt – als voorschot op het uiteindelijke divi dend – een interimdividend beschikbaar gesteld. Dit interimdividend is de helft van het totale dividend over het voorgaande jaar.
Aantallen geplaatste en uitstaande aandelen
In februari 2005 heeft ING haar dividendbeleid als volgt vastgesteld: ING is voornemens dividend uit te keren op basis van de onderlig gende langetermijnwinstontwikkeling, gegeven de invoering van de International Financial Reporting Standards (IFRS) die naar verwachting fluctuaties in de nettowinst teweeg zullen brengen. Begin 2005 is besloten het dividendbeleid te wijzigen en over te gaan tot een dividend volledig in contanten. Beleggers en analisten reageerden hier zeer positief op. ING heeft geen plannen om het dividendbeleid te wijzigen. AANDELENTERUGKOOPPROGRAMMA Op 16 mei 2007 heeft ING een aandelenterugkoopprogramma geïntroduceerd, waarmee over een periode van 12 maanden, te beginnen vanaf juni 2007, gewone aandelen (of certificaten van gewone aandelen) met een totale waarde van EUR 5 miljard worden teruggekocht. Ultimo 2007 waren op basis van dit programma 91,7 miljoen (certificaten van) gewone aandelen teruggekocht voor een totaalbedrag van EUR 2.793 miljoen. Aan het eind van 2007 was ongeveer 55,9% van het terugkoopprogramma afgerond en naar verwachting zal dit programma doorlopen tot juni 2008. BEURSNOTERINGEN De (certificaten van) gewone aandelen ING Groep zijn genoteerd aan de effectenbeurzen van Amsterdam, Brussel, Frankfurt, Parijs, New York (NYSE) en de Zwitserse beurzen. De (certificaten van) preferente aandelen zijn genoteerd aan Euronext Amsterdam by NYSE Euronext. Opties op (certificaten van) gewone aandelen van ING Groep worden verhandeld op de Euronext Amsterdam Derivative Markets en op de Chicago Board Options Exchange.
in miljoenen
Gewone aandelen – maatschappelijk – geplaatst Preferente aandelen – maatschappelijk – geplaatst Cumulatief preferente aandelen – maatschappelijk – geplaatst
in miljoenen
(Certificaten van) gewone aandelen van nominaal EUR 0,24 (Certificaten van) gewone aandelen in eigen bezit Aantal uitstaande (certificaten van) gewone aandelen (Certificaten van) preferente aandelen van nominaal EUR 1,20 (Certificaten van) preferente aandelen in eigen bezit Aantal uitstaande (certificaten van) preferente aandelen
Euronext Amsterdam by NYSE Euronext in euro’s
Hoogste beurskoers Laagste beurskoers Koers ultimo Koers/winstverhouding*
in euro’s
Interimdividend Slotdividend Totaal *
Voorgesteld.
160 140 120 100 80
ING (EUR)
01/05
AEX (EUR)
ING Groep Jaarverslag 2007
04/05
07/05
10/05
01/06
Dow Jones (USD)
04/06
07/06
360 19
360 76
1.080 –
1.080 –
Ultimo 2007
Ultimo 2006
2.226,4
2.205,1
126,8
53,8
2.099,6
2.151,8
16
63
10
–
6
63
2007
2006
2005
34,69 24,38 26,75 6,2
35,95 27,82 33,59 9,4
29,75 20,99 29,30 8,8
Dividendhistorie
180
10/04
720 530
Gebaseerd op de beurskoers ultimo december en de onderliggende nettowinst per gewoon aandeel over het boekjaar.
200
07/04
720 534
*
Index 1 januari 2004 = 100
04/04
Ultimo 2006
Koersen certificaten van gewone aandelen
KOERSVERLOOP van CERTIFICATEN VAN GEWONE AANDELEN ING over VIERJAARSPERIODE� �����������������
01/04
Ultimo 2007
10/06
01/07
04/07
07/07
10/07
01/08
2007
2006
2005
0,66 0,82* 1,48*
0,59 0,73 1,32
0,54 0,64 1,18
BELANGRIJKE DATA in 2008 EN 2009*
GEOGRAFISCHE SPREIDING ING-AANDELEN* in procenten
Verenigd Koninkrijk Verenigde Staten en Canada Nederland België Luxemburg Zwitserland Frankrijk Overige Totaal
25 24 18 11 7 5 5 5 100
25 24 18 11 7 5 5 5 100
* Cijfers 2007, gebaseerd op informatie van verschillende grote depotbanken.
CERTIFICAATHOUDERS MET MINIMAAL 5%-BELANG Op grond van de Wet melding zeggenschap was ultimo 2007 één certificaathouders bekend met een (potentieel) belang in ING Groep tussen 5 en 10%. Dit was AllianceBernstein Corporation. INVESTOR RELATIONS Naast financiële persberichten en andere financiële publicaties geeft ING elk kwartaal het magazine ING Shareholder uit. Via onze Investor Relations-sectie op de website www.ing.com kunt u zich op deze publicatie abonneren. Om op de hoogte te blijven van de persberichten en ander ING-nieuws kunt u zich eveneens via de Investor Relations-sectie op www.ing.com opgeven voor de e-mailservice. BELEGGERS EN FINANCIËLE ANALISTEN KUNNEN CONTACT OPNEMEN MET: ING Groep Investor Relations (IH 07.430) Postbus 810 1000 AV Amsterdam Telefoon: 020 5415460 Fax: 020 5418551 E-mail:
[email protected]
(1)
Registratiedatum voor recht op dividend woensdag 23 april 2008 (NYSE) maandag 28 april 2008 (NYSE Euronext) Notering ING-aandeel ex-slotdividend 2007 donderdag 24 april 2007 (NYSE Euronext en NYSE) Betaalbaarstelling slotdividend 2007 maandag 5 mei 2008 (NYSE Euronext) maandag 12 mei 2008 (NYSE) Publicatie cijfers eerste kwartaal 2008 woensdag 14 mei 2008, 7.30 uur Publicatie cijfers tweede kwartaal 2008 woensdag 13 augustus 2008, 7.30 uur Notering ING-aandeel ex-interimdividend 2008 donderdag 14 augustus 2008 (NYSE Euronext en NYSE) Betaalbaarstelling interimdividend 2008 donderdag 21 augustus 2008 (NYSE Euronext) donderdag 28 augustus 2008 (NYSE) Publicatie cijfers derde kwartaal 2008 woensdag 12 november 2008, 7.30 uur Publicatie cijfers 4e kwartaal 2008/jaarcijfers 2008 woensdag 18 februari 2009 Jaarlijkse Algemene Vergadering van Aandeelhouders dinsdag 28 april 2009
Belangrijkste creditratings voor ING (1)
ING GROEP ING VERZEKERINGEN – kortlopend – langlopend ING BANK – kortlopend – langlopend – financiële kracht
Jaarlijkse Algemene Vergadering van Aandeelhouders dinsdag 22 april 2008, 10.30 uur
Standard & Poor’s
Moody’s
Fitch
AA–
Aa2
AA–
A-1+ AA–
P-1 Aa3
AA–
A-1+ AA
P-1 Aa1 B
Notering ING-aandeel ex-slotdividend 2008 donderdag 30 april 2009 Betaalbaarstelling slotdividend 2008 donderdag 8 mei 2009 (NYSE Euronext) donderdag 15 mei 2009 (NYSE) * Alle data zijn onder voorbehoud.
F1+ AA
De ratings van Standard & Poor’s, Moody’s en Fitch hebben een ‘stable outlook’.
Bovenstaande tabel geeft de creditratings van ING voor de lange termijn weer. Deze ratings zijn uitsluitend gebaseerd op inzichten van de ratingbureaus zelf op het moment dat de rating werd toegekend. Nadere informatie over het belang van een rating kan slechts worden verkregen bij het ratingbureau. Een rating is geen aanbeveling om effecten te kopen, verkopen of aan te houden en alle ratings moeten onafhankelijk van elkaar worden beoordeeld. Er is geen garantie dat een bepaalde creditrating gedurende een gegeven periode van kracht blijft en een creditrating kan op ieder moment worden verlaagd, opgeschort of ingetrokken door een ratingbureau wanneer de omstandigheden dit naar het oordeel van het ratingbureau rechtvaardigen. ING is niet verantwoordelijk voor de nauwkeurigheid of betrouwbaarheid van de ratings.
ING Groep Jaarverslag 2007
10 1.2 Verslag van de Raad van Bestuur
Strategie Aangescherpte strategie om groei te versnellen Kernpunten > Focus op bankieren, beleggen, levensverzekeringen en pensioenen > Particuliere klanten voorzien van producten om financiële reserves op te bouwen, beleggingen te beheren en zich voor te bereiden op hun pensioen > Investeren in bancaire distributie en snelgroeiende markten > Onze basisdiensten blijven verbeteren en vasthouden aan ons sterke kapitaalen risicobeheer
Ondanks de moeilijke omstandigheden in 2007 heeft ING goed gepresteerd, zowel op commercieel gebied als op het gebied van risicobeheer en kapitaalallocatie. Dit illustreert naar onze mening de kracht van onze strategie. We willen profiteren van de veranderende voorkeuren van klanten waarmee de financiële sector wordt geconfronteerd. We willen ons kapitaal versneld inzetten in snelgroeiende markten door ons te richten op bankieren, beleggen, levensverzekeringen en pensioenen. In 2007 hebben we ook kapitaal aan onze aandeelhouders teruggegeven door middel van een aantrekkelijk dividend en een omvangrijk aandelenterugkoopprogramma. GEZONDE BASIS ZORGT VOOR GOEDE PRESTATIES ING heeft in 2007 goed gepresteerd. Het was voor de financiële sector een buitengewoon moeilijk jaar, dat werd gekenmerkt door een zwakke dollar, een vlakke rentecurve en vooral de problemen op de Amerikaanse subprimehypotheekmarkt die zich in de tweede helft van het jaar verspreidden over de gehele financiële markt. Onder deze uitdagende omstandigheden heeft ING een goed commercieel resultaat neergezet. We hebben een solide volume groei gerealiseerd in het bankbedrijf, zoals blijkt uit de stijging van de toevertrouwde middelen bij ING Direct en Retail Banking. Daarnaast zien we een sterke groei in de omzet en de waarde van de nieuwe productie bij onze levensverzekeringsactiviteiten. De onrust op de financiële markten heeft het risicobeheer binnen de financiële sector in de schijnwerpers gezet. ING heeft deze onrust het hoofd kunnen bieden met beperkte directe gevolgen. Al met al zijn we van mening dat onze prestaties over 2007 aantonen dat ons bedrijf in de basis gezond is. NIEUWE STRATEGISCHE RICHTING We zien de voorkeuren van de klant veranderen en de financiële sector moet daarop inspelen. We hebben ervoor gekozen om ons op die gebieden te richten waar, gegeven onze kwaliteiten, voor ons de beste mogelijkheden liggen als financiële dienstverlener. Dit betekent concreet dat we onze strategische focus gaan toespitsen op bankieren, beleggen, levensverzekeringen en pensioenen. We willen onze particuliere klanten voorzien van de producten die zij nodig hebben om hun financiële reserves op te bouwen, hun beleggingen te beheren en zich goed en met vertrouwen voor te bereiden op hun pensioen. Profiteren van de veranderende klantvoorkeuren De voorkeur van de klant verandert en de financiële sector dus ook. Naarmate meer klanten langer leven weten zij dat zij meer zullen moeten sparen om van een comfortabele oude dag te genieten. En over de hele wereld, vooral in opkomende markten, worden mensen steeds rijker. Dit resulteert in een sterke groei van de toevertrouwde middelen. Er is met name een toenemende vraag naar spaar- en beleggingsproducten, hetzij van banken of van verzekeringsmaatschappijen. En aangezien klanten uit vele producten en diensten kunnen kiezen, verwachten zij goede beleggingsprestaties van hun financiële dienstverleners. Tegen deze achtergrond ondergaat de levensverzekeringssector een verschuiving van traditionele naar beleggingsproducten. Hierdoor verschuift de distributie in toenemende mate naar het bankbedrijf. Door de technologische ontwikkelingen krijgen klanten sneller en steeds gemakkelijker toegang tot financiële
ING Groep Jaarverslag 2007
11
producten en vragen alleen advies als zij dat echt nodig hebben. Dit heeft geleid tot een groei van directe distributiekanalen, zoals blijkt uit het succes van de Postbank en ING Direct. Onze expertise en kennis verder uitbouwen ING onderscheidt zich door drie belangrijke kerncompetenties: een breed productassortiment, een grote distributiekracht en een sterke merknaam op de particuliere markt. Onze productkennis blijkt uit de ruime ervaring die wij hebben met het ontwikkelen van spaarproducten, hypotheken, variabele lijfrentes, pensioenen en andere beleggingsproducten. Met ons volledige productassortiment kunnen we onze klanten gedurende hun hele leven bijstaan. We hebben in elke productcategorie voldoende schaalgrootte en wanneer we de tegoeden van de verschillende bedrijfsonderdelen bij elkaar optellen – inclusief Retail Banking en ING Direct – zijn we een van de grootste spaarbanken ter wereld. Onze productontwikkeling wordt ondersteund door de grote kennis en ervaring van onze vermogensbeheerders en het vermogen van onze wholesalebankingactiviteiten om activa te genereren waarin we het geld van onze klanten uitzetten. We hebben een groot kantorennetwerk en een grote distributie kracht, inclusief onze sterke positie in opkomende markten. We bedienen onze 75 miljoen klanten via verschillende distributie kanalen – via internet en bankkantoren, via tussenpersonen en via distributieovereenkomsten met andere marktpartijen. We hebben ons distributiemodel aangepast aan de markt en een naam opge bouwd voor de ontwikkeling van innovatieve bancaire distributie modellen in volwassen en opkomende markten. In sommige markten hebben we een sterk distributienetwerk via tussenpersonen. ING heeft een van ’s werelds meest toonaangevende merken voor financiële dienstverlening opgebouwd. Het vergroten van de naams bekendheid van het ING-merk wereldwijd heeft in de afgelopen jaren een hoge prioriteit gehad. De wereldwijde sponsoring van het ING Renault F1-team en de allereerste wereldwijde merkpositioneringscampagne waren in 2007 zeer succesvol. Door de sponsoring van de F1 is de naamsbekendheid van ING wereldwijd aanzienlijk toegenomen. Daarnaast heeft de sponsoring geresulteerd in veel nieuwe of potentiële commerciële activiteiten. Nieuwe strategische focus Om te kunnen profiteren van de veranderende voorkeuren van de klant en onze zakelijke slagkracht verder te vergroten, hebben we besloten onze strategische focus aan te scherpen richting bankieren, beleggen, levensverzekeringen en pensioenen: – We willen onze particuliere klanten voorzien van de producten die zij tijdens hun leven nodig hebben om hun financiële reserves op te bouwen, hun beleggingen te beheren en zich goed en met vertrouwen voor te bereiden op hun pensioen. – We gaan meer investeren in de uitbreiding van bancaire distributieplatformen. – We gaan in toenemende mate investeren in snelgroeiende markten. Daarbij zal ING eveneens haar productassortiment aanscherpen en zich richten op bepaalde kernproducten en -activiteiten, zoals rekeningen-courant, sparen, hypotheken, beleggingsfondsen, pensioenen, levensverzekeringen, beleggingsgerelateerde verzekeringen en variabele lijfrentes.
Daarnaast willen we onze productontwikkelingskennis verder versterken, onder andere op het gebied van vermogensbeheer. Goed vermogensbeheer is onontbeerlijk om onze strategie tot een succes te maken. Voorts versterken we wereldwijd onze organisatie en beleggingsexpertise om onze klanten optimaal te kunnen bedienen en in toenemende mate producten te ontwikkelen waarin onze vermogensbeheer-, verzekerings- en kapitaalmarktexpertise samenkomt. Ook onze kennis op het gebied van wholesale banking is van fundamenteel belang, vooral om het ingelegde geld van particuliere klanten weer uit te zetten als beleggingen in de economie. Wholesale Banking genereert hoogrenderende activa waarin we het geld van onze klanten kunnen beleggen. Daarnaast hebben we veel expertise op het gebied van risicobeheer en financiële markten. De ontwikkelingen in de afgelopen maanden hebben wederom aangetoond dat het van essentieel belang is zelf activa te kunnen creëren teneinde een gezonde positie van ons bedrijf te handhaven. We gaan ook investeren in de verdere uitbreiding van onze bancaire distributieplatformen. Banken voldoen aan veel behoeftes van de klant met een volledig productassortiment variërend van liquiditeiten tot leningen en beleggingen. Het bankbedrijf is structureel goed gepositioneerd en biedt mogelijkheden om klanten op jonge leeftijd te werven en ze lang aan ons te binden. Daarnaast is bankieren een snelgroeiende sector in opkomende markten, waarvan Turkije een belangrijk voorbeeld is. Ook vindt een gestage en fundamentele verschuiving plaats naar internetbankieren. We onderscheiden ons al op dit gebied en willen dat verder uitbouwen. We gaan meer nadruk leggen op opkomende markten om te kunnen profiteren van hun structurele langetermijngroei. Daarbij steunen we op onze sterke thuismarkt. Vanuit de reeds sterke markt positie in Azië, Centraal-Europa en Latijns-Amerika willen we onze investeringen in deze groeimarkten opvoeren. Al met al gaan we aanzienlijk investeren in autonome groei en aan vullende acquisities. Daarbij gaan we ook onze huidige activiteiten beoordelen in het licht van de aangescherpte strategische focus. Bedrijfsinitiatieven in 2007 We hebben ons investeringsinspanningen in 2007 al opgevoerd en zijn een omvangrijk acquisitieprogramma opgestart dat ons strate gische posities geeft in belangrijke groeimarkten zoals Turkije, Zuid-Korea, Thailand en Latijns-Amerika. Zo hebben we in Turkije Oyak Bank overgenomen en aldus ons klantenbestand uitgebreid met 1,2 miljoen klanten. Daarnaast hebben we een groot belang verworven in TMB, een retailbank in Thailand. Ook zijn we blijven investeren in verbetering van onze productontwikkelingskennis. We hebben pensioenactiviteiten in Latijns-Amerika gekocht, waarmee we toegang hebben verkregen tot meer dan vijf miljoen klanten in vijf aantrekkelijke snelgroeiende markten in die regio. In Zuid-Korea hebben we meer schaalgrootte verkregen door de overname van Landmark Investment Management, de nummer 12 vermogensbeheerder in dat land. Ook hebben we nieuwe variabele lijfrenteproducten geïntroduceerd in Japan, de Verenigde Staten en Europa. In de VS zijn door de overname van NetBank ���������������������������������������������� door ING Direct de toevertrouwde middelen met USD 1,4 miljard gestegen.
ING Groep Jaarverslag 2007
12 1.2 Verslag van de Raad van Bestuur
Strategie (vervolg)
In 2007 hebben we verschillende niet-kernactiviteiten verkocht waaronder RegioBank in Nederland. In België hebben we onze intermediair- en employeebenefitsactiviteiten afgestoten, omdat deze niet voldoende omvang hadden en omdat we verwachten dat het bancaire distributiekanaal in de toekomst sneller zal groeien. ING zal haar verzekeringsproducten in België dan ook blijven verkopen via de eigen bancaire distributiekanalen. Begin 2008 hebben we in lijn met onze strategie onze schadeverzekerings activiteiten in Mexico verkocht. In de volwassen markten hebben we zowel onze efficiency als onze concurrentiepositie verbeterd. We hebben besloten Postbank en ING Bank in Nederland te integreren om zo beter en effectiever tegemoet te komen aan de behoeften van particuliere klanten. Dit is een belangrijke investering en het benadrukt onze sterke betrok kenheid bij de bancaire markt in Nederland. Om in België tegemoet te komen aan de veranderende voorkeuren van de klant zijn we ook daar bezig de dienstverlening en het distributiemodel voor deze particuliere markt te optimaliseren. ING België heeft een programma ontwikkeld om haar groei te versnellen door zich te concentreren op de directe distributiekanalen. En nadat de strate gische focus met succes is aangescherpt en haar kapitaalefficiency en rendementen zijn verbeterd, zijn bij Wholesale Banking nieuwe initiatieven voor groei ontwikkeld. Deze zijn gericht op de Benelux en Centraal-Europa, alsmede op activiteiten in Structured Finance, Financial Markets en ING Real Estate. VOORTGAANDE EFFICIËNTE KAPITAALALLOCATIE We willen verdergaan met efficiënte herallocatie van kapitaal, omdat dat belangrijk is voor een succesvolle uitvoering van de strategie. Het kapitaal dat we genereren in volwassen markten wordt opnieuw ingezet in snelgroeiende activiteiten of teruggegeven aan onze aandeelhouders. Dit proces wordt ondersteund door een actief beheer van onze bedrijvenportefeuille. In 2007 zijn we door gedisciplineerd kapitaalbeheer en solide winstgevendheid van onze activiteiten in staat gebleken onze sterke vermogenspositie te behouden. We hebben de vrije leverage met een derde vergroot en tegelijkertijd onze vermogenspositie gehandhaafd en gezorgd voor maximale financiële flexibiliteit om onze nieuwe strategische doelstellingen te realiseren. Onze ver mogenspositie is onder het nieuwe Basel II-toezichtsregime nog sterker. ING gebruikt haar kapitaaloverschot om acquisities te financieren, dividend uit te keren aan aandeelhouders en aandelen terug te kopen. In juni 2007 is begonnen met een terugkoop programma van EUR 5 miljard en de verwachting is dat dit in juni 2008 zal zijn afgerond. Eind 2007 was 55,9% van het programma voltooid. SOLIDE RISICOBEHEER VOLLEDIG GEÏNTEGREERD In de afgelopen jaren heeft ING systematisch geïnvesteerd in het verbeteren van haar risicobeheer. We hebben een sterke risico beheerfunctie opgebouwd en het risicobeheer volledig geïntegreerd in de dagelijkse praktijk van alle activiteiten en in de strategische planning. Daarmee is het gedachtegoed van solide risicobeheer binnen heel ING ingebed. De onrust op de financiële markten in de afgelopen maanden onderstreept hoe belangrijk goed risicobeheer is. ING heeft de kredietcrisis het hoofd kunnen bieden met beperkte directe gevolgen. Daarnaast ondersteunt
ING Groep Jaarverslag 2007
risicobeheer de bedrijfsonderdelen bij het signaleren van nieuwe commerciële kansen en het verlagen van de financieringskosten en bij strategische beslissingen. CONCLUSIES EN AMBITIES ING heeft in 2007 onder moeilijke marktomstandigheden goed gepresteerd, zoals blijkt uit de uitstekende commerciële prestaties. En met het risicobeheer volledig geïntegreerd op alle niveaus, is ING goed beschermd tegen de ergste gevolgen van de onrust op de markt. Om van de veranderende klantvoorkeuren te kunnen profiteren en onze expertise en kennis verder uit te bouwen, hebben we ervoor gekozen onze strategie aan te scherpen richting bankieren, beleg gen, levensverzekeringen en pensioenen. We willen onze particu liere klanten voorzien van de producten die zij nodig hebben om financiële reserves op te bouwen, hun beleggingen te beheren en zich goed en met vertrouwen voor te bereiden op hun pensioen. We gaan meer investeren in verdere uitbreiding van het bancaire distributieplatform in snelgroeiende markten. In 2007 hebben we al een aantal initiatieven ontwikkeld ter ondersteuning van deze strategie en in 2008 zullen we hiermee doorgaan. Met deze aangescherpte strategie blijft ING zich richten op waarde creatie voor haar aandeelhouders teneinde hen op de langere termijn te belonen met een beter beleggingsrendement dan het gemiddelde van onze vergelijkbare concurrenten in de financiële sector. ADDITIONELE INFORMATIE In het verslag van de Raad van Bestuur is informatie opgenomen over de strategie, financiële hoofdpunten, kapitaalbeheer, risicobeheer, ontwikkelingen binnen de zes divisies van ING, alsmede informatie over vermogensbeheer, personeelszaken, merkpositionering en verantwoord ondernemen. Voor verdere informatie wordt verwezen naar het hoofdstuk over corporate governance (pagina 61-70), dat geacht wordt hier te zijn ingelast.
2
2 0 0
03 03
04 04
05 05
Dutch Dutch GAAP GAAP
06 06
13
0 0
07 07
IFRS IFRS
Financiële hoofdpunten ING toont veerkracht ondanks turbulente markten Total Total assets assets in in EUR EUR billion billion 1,400 1,400 1,200 1,200
8 8 1,000 ING turbulente 1,000heeft in 2007 veerkracht getoond onder 6 6 invloed van de marktomstandigheden waarbij de directe 800 800
krediet- en liquiditeitscrisis beperkt is gebleven. De resultaten 600 4 600 4 en lagere risicostegen door verkoopwinsten op aandelen 400 400 kosten, maar werden negatief beïnvloed2 door de lagere 200 herwaardering van vastgoed en private 2equity. ING heeft 200 sterke commerciële groei laten zien en het rendement 0 0 0 0 03 04 05 06 07 verbeterd. De onder controle en daarnaast 03 04 kosten 05 bleven 06 07 investeerden we in nieuwe groeimogelijkheden. Dutch GAAP IFRS IFRS INGDutch steltGAAP voor het dividend met 12% te verhogen tot EUR 1,48 per aandeel, volledig in contanten uit te betalen. Dividend Dividend
in Bijdrage divisies aan onderliggende winst voor in EUR EUR Contributionbusiness business line2007 2007underlying underlyingprofit profitbefore beforetax tax Contribution belastingen 2007line 1.50 1.50 percentages inin percentages in procenten
8 8
1.25 1.25
InsuranceEurope Europe Insurance InsuranceAmericas Americas Insurance 6 6 InsuranceAsia/Pacific Asia/Pacific Insurance WholesaleBanking Banking Wholesale 4 4 RetailBanking Banking Retail INGDirect Direct ING Totaal Totaal 2
1.00 1.00 0.75 0.75 0.50 0.50 0.25 0.25 0.00 0.00
2
03 03
04 04
05 05
06 06
0 0
07 07
Loans to Bancaire kredietverlening Loans and and advances advances to customers customers in euro’s in miljarden EUR billion
in EUR billion 600 600 500 500
8 8
400 400
6 6
300 300
4 4
200 200
2 2
100 100 0 0
04* 04*
05 05
06 06
07 07
0 0
* Openingsbalans onder IFRS, 1 januari 2005.
Value of new business
Value of newnieuwe business productie verzekeringsbedrijf Waarde in EUR million in miljoenen EUR million in euro’s 1.200 1.200
8 8
1.000 1.000 800 800
6 6
600 600
4 4
400 400
2 2
200 200 0 0
04 04
05 05
06 06
07 07
0 0
19 19 22 22 66 25 25 22 22 66 100 100
GROEPSRESULTATEN De totale nettowinst steeg met 20,1% tot EUR 9.241 miljoen. De onderliggende nettowinst (totale nettowinst exclusief desinvesteringen en bijzondere posten) steeg met 19,4% tot EUR 9.172 miljoen. Dit is inclusief de nettowinst op de verkoop van de belangen in ABN AMRO en Numico van EUR 2.087 miljoen. De winst per aandeel steeg van EUR 3,57 tot EUR 4,32. De onder liggende winst voor belastingen steeg met 12,4%. De hoge belastingvrije winst op aandelenbeleggingen resulteerde in een daling van de effectieve belastingdruk van 19,2% in 2006 naar 13,9% in 2007.
Sterke commerciële groei Hoewel de onrust op de kredietmarkten in de tweede helft van Contribution BusinessLines Linesto to 2006 underlyingprofit profitbefo bef Contribution Business 2006 underlying 2007 de marktomstandigheden bemoeilijkte, bleef de commerEURmillion million EUR ciële groei goed, zowel bijinin het bank- als het verzekeringsbedrijf. De levensverzekeringsactiviteiten in opkomende markten lieten een goede omzet zien, zoals blijkt uit de stijging van de waarde InsuranceEurope Europe Insurance van de nieuwe productie met 57,3% en van de nieuwe verkopen InsuranceAmericas Americas Insurance Insurance Asia/Pacific Insurance Asia/Pacific (genormaliseerde premieproductie op jaarbasis) met 23,1%. Wholesale Banking ING Direct trok in 2007 2,8 miljoen nieuwe klanten aan. Wholesale De porteBanking Retail2006 Banking Retail Banking feuille woonhuishypotheken steeg van EUR 69 miljard ultimo INGDirect Direct ING tot EUR 97 miljard ultimo 2007. De toevertrouwde middelen Total namen met EUR 4,4 miljard af door een daling met EUR Total 14 miljard in het VK. Bij ING Direct in het VK zijn maatregelen genomen om de activiteiten te herpositioneren, onder andere door zich te richten *Underlying Underlyingpre-tax pre-tax profit.Excludes Excludes component ‘Other’ininBanking Bankingand andInsurance. Insurance. component ‘Other’ op minder rentegevoelige*klanten. Deprofit. groei in de volwassen markten komt vooral tot uitdrukking in de Benelux waar de consumptieve kredietverlening met EUR 39 miljard is toegenomen. Hiervan is EUR 12 miljard toe te schrijven aan de overheveling van bij Nationale-Nederlanden afgesloten hypotheken. Verbeterde rendementen ING richt zich op het vinden van de juiste balans tussen groei en rendement teneinde maximale waarde te creëren en heeft voortdurend oog voor efficiënte kapitaalallocatie en discipline in prijsstelling. Het onderliggende naar risico gewogen rendement op kapitaal (RAROC) na belastingen van het bankbedrijf verbeterde van 20,5% tot 22,3%, dankzij lagere belastingtarieven. Het intern rendement op de nieuwe levenproductie verbeterde van 13,3% in 2006 tot 14,3% in 2007. Kosten onder controle Investeren in winstgevende en duurzame toekomstige groei heeft prioriteit bij ING. De bedrijfslasten bleven onder controle, ondanks voortdurende investeringen in nieuwe groei-initiatieven. De totale bedrijfslasten namen met 7,8% toe en de onderliggende bedrijfs lasten (exclusief de invloed van desinvesteringen en bijzondere posten) stegen met 5,9%. De onderliggende kosten/batenverhou ding binnen het bankbedrijf verslechterde van 63,5% in 2006 tot 65,2% door investeringen in groeiactiviteiten. Bij het verzekerings bedrijf namen de kosten in verhouding tot de traditionele leven producten toe van 13,3% in 2006 tot 14,3%. Dit was vooral toe te schrijven aan investeringen in groei-initiatieven in Centraal-Europa en Azië/Pacific. Kosten in verband met beleggingsverzekeringen als percentage van het beheerd vermogen stegen van 0,75% tot 0,76%. Aantrekkelijke stijging van het dividend ING zal aan de Algemene Vergadering van Aandeelhouders op 22 april 2008 voorstellen het totale dividend over 2007 vast te stellen op EUR 1,48 per (certificaat van een) gewoon aandeel, een stijging ten opzichte van EUR 1,32 in 2006. Rekening houdend met ING Groep Jaarverslag 2007
14 1.2 Verslag van de Raad van Bestuur
Financiële hoofdpunten (vervolg)
het interimdividend van EUR 0,66 dat in augustus 2007 werd betaald, zal het slotdividend EUR 0,82 bedragen, dat volledig in contanten zal worden uitgekeerd. Het aandeel ING zal op 24 april 2008 ex-dividend noteren en het dividend zal worden betaald op 5 mei 2008 (NYSE Euronext) en 12 mei 2008 (NYSE).
verslechtering vooral veroorzaakt door de druk op de premies, alsmede door een hoge eenmalige vrijval van schadevoor- zieningen in 2006. Canada rapporteerde een daling van het resultaat door lagere verzekeringstechnische resultaten en een daling van de beleggingswinsten.
Sterke kapitaalpositie De kapitaalpositie van ING Groep bleef goed gedurende 2007. Alle belangrijke kapitaalratio’s voldeden aan hun doelstelling per ultimo 2007. De verhouding schuld/eigen vermogen van ING Groep nam toe tot 9,53%, vergeleken met 9,01% ultimo 2006. De verhouding schuld/eigen vermogen van het verzekeringsbedrijf was ultimo 2007 13,63%, een lichte daling ten opzichte van 14,15% ultimo 2006. De Tier 1-ratio van ING Bank daalde van 7,63% naar 7,39% ultimo 2007. De solvabiliteitsratio (BIS-ratio) van het bankbedrijf daalde van 11,02% naar 10,32%. Onder Basel II was de Tier 1-ratio per 1 januari 2008 ongeveer 9,9% en de BIS-ratio 13,8%. Dit zijn voor lopige getallen aangezien ING Bank pas vanaf het eerste kwartaal 2008 conform Basel II zal rapporteren. De doelstelling voor de Tier 1-ratio van ING Bank onder Basel II blijft onveranderd op 7,20% staan. Bij haar kapitaalbeheer kijkt ING in toenemende mate naar beschikbare financiële middelen (AFR) en economisch kapitaal (EC). De doelstelling is dat de AFR ten minste 120% is van het EC van ING Groep. Ultimo 2007 was de AFR EUR 49,7 miljard vergeleken met EUR 36,0 miljard aan EC na diversificatie, hetgeen resulteerde in een AFR/EC-ratio voor ING Groep van 138%.
Het onderliggende bruto premie-inkomen uit levensverzekeringen nam met 1,1% toe (8,1% exclusief valuta-invloeden), hetgeen met name toe te schrijven was aan de VS, Azië en Centraal- en Overig Europa. Het onderliggende bruto premie-inkomen uit schadeverzekeringen daalde met 2,1% (1,2% exclusief valuta-invloeden), doordat lagere premies in Europa slechts deels konden worden gecompenseerd door hogere premies in Canada en Latijns-Amerika.
Aandelenterugkoop Het aandelenterugkoopprogramma van ING ter grootte van EUR 5,0 miljard verloopt volgens plan en zal naar verwachting in juni 2008 zijn voltooid. Ultimo december 2007 was 55,9% van de terugkoop afgerond. De aandelen die zijn teruggekocht worden in bewaring gehouden tot de goedkeuring is verkregen van de aandeelhouders om deze aandelen in te trekken. Desinvesteringen en bijzondere posten Desinvesteringen resulteerden in een winst na belastingen over 2007 van EUR 407 miljoen, vergeleken met een verlies van EUR 85 miljoen in 2006. De invloed van gedesinvesteerde onderdelen op de totale winst na belastingen bedroeg in 2007 EUR 32 miljoen, ten opzichte van EUR 96 miljoen een jaar eerder. De bijzondere posten bedroegen in 2007 EUR 369 miljoen en hadden betrekking op reorganisatievoorzieningen voor Wholesale Banking en Retail Banking, een voorziening voor de samenvoeging van ING Bank en Postbank, en een afdekkingstransactie op de verkoopprijs van Oyak Bank. De invloed van desinvesteringen en bijzondere posten wordt niet meegenomen in de onderliggende winst. VERZEKERINGSBEDRIJF De totale winst voor belastingen van het verzekeringsbedrijf nam met 32,9% toe. De onderliggende winst voor belastingen (exclusief de invloed van desinvesteringen en bijzondere posten) van het verzekeringsbedrijf steeg met 27,1% tot EUR 6.110 miljoen, vooral door de winst van EUR 2.087 miljoen op de verkoop van het belang van ING in ABN AMRO en Numico. De onderliggende winst voor belastingen van het levenbedrijf nam met 48,3% toe. De levens verzekeringsactiviteiten in de VS, Centraal- en Overig Europa en Latijns-Amerika lieten een sterke winstgroei zien, met name door de gestegen omzet, de groei van het beheerd vermogen en de beleggingswinsten. De onderliggende winst voor belastingen van het schadebedrijf daalde met 22,5%. In Nederland werd deze
ING Groep Jaarverslag 2007
De onderliggende bedrijfslasten van het verzekeringsbedrijf namen met 5,7% toe tot EUR 5.476 miljoen, vooral vanwege kosten voor de aanhoudende groei van de activiteiten van US Wealth Management en in Azië/Pacific en Centraal-Europa. Embedded value en waarde nieuwe productie De embedded value van de levensverzekeringsactiviteiten van ING nam in 2007 vóór dividend en kapitaalinjecties met 17,1% toe tot EUR 32.460 miljoen. Na de dividendbetaling van EUR 5.468 miljoen aan ING Groep bedroeg de embedded value ultimo 2007 EUR 26.993 miljoen. De embedded-valuewinst, een belangrijke maatstaf voor waardecreatie, nam met 41,4% toe tot EUR 2.802 miljoen. De waarde van de nieuwe productie steeg in 2007 met 37,9% tot EUR 1.113 miljoen, hetgeen grotendeels was toe te schrijven aan de bijdrage uit opkomende markten in Azië/Pacific en Centraal- en Overig Europa. De grootste stijging deed zich voor in Centraal- en Overig Europa, door de bijdrage van de Roemeense pensioenactiviteiten van EUR 150 miljoen, en in Noord- en LatijnsAmerika, door de pensioenactiviteiten in de VS en Mexico. Nieuwe omzet, gemeten naar genormaliseerde premieproductie op jaarbasis, steeg met 13,3% tot EUR 7.320 miljoen. Het intern rendement verbeterde van 13,3% over 2006 tot 14,3%. BANKBEDRIJF Ondanks de kredietcrisis en de onrust op de markt bleven de resultaten van de bancaire activiteiten van ING goed, vooral vanwege de commerciële groei bij alle drie divisies. De totale winst voor belastingen van het bankbedrijf daalde met 9,9%. De onderliggende winst voor belastingen (exclusief de invloed van desinvesteringen en bijzondere posten) daalde met 1,7% naar EUR 4.967 miljoen. Hogere resultaten bij Retail Banking en de Corporate Line (Overig) werden tenietgedaan door lagere resultaten bij ING Direct en de productgroepen Financial Markets en Structured Finance van Wholesale Banking. De opbrengsten stegen met 3,5% terwijl de operationele lasten met 6,1% stegen, vooral door investeringen in groei. De risicokosten bleven laag. De onderliggende baten namen met 3,5% toe tot EUR 14.614 miljoen. Het renteresultaat daalde met 2,0% doordat volumegroei teniet werd gedaan door de invloed van de afvlakkende en inverse rentecurves en de toegenomen concurrentie om spaar- en betaaltegoeden. De consumptieve kredietverlening nam met EUR 88,5 miljard, ofwel 20,2%, toe tot EUR 526,3 miljard (balans ING Bank N.V.). De toevertrouwde middelen stegen met EUR 31,4 miljard, ofwel 6,3%, tot EUR 528,2 miljard.
15
De totale rentemarge verkrapte van 1,06% in 2006 naar 0,94%. Provisie-inkomsten stegen met 10,5% door hogere beheervergoedingen, vooral uit beleggingsactiviteiten bij ING Real Estate. Beleggingsopbrengsten stegen met 58,8% door hogere verkoopwinsten op aandelen en hogere huuropbrengsten. De overige baten stegen met 4,0%. De onderliggende bedrijfslasten stegen met 6,1% tot EUR 9.522 miljoen, vooral door investeringen ter ondersteuning van de groei van de bedrijfsactiviteiten, met name bij ING Direct, ING Real Estate en de retailbankingactiviteiten in de opkomende markten. De terugkerende onderliggende bedrijfslasten van de volwassen activiteiten namen met 2,6% toe. De onderliggende kosten/ batenverhouding verslechterde van 63,5% in 2006 naar 65,2% door investeringen in groeiactiviteiten. De onderliggende nettotoevoeging aan de debiteurenvoorziening steeg van EUR 97 miljoen in 2006 tot EUR 125 miljoen. De risicokosten bedroegen 4 basispunten van de gemiddelde naar kredietrisico gewogen activa doordat de bruto toevoeging aan de debiteurenvoorziening van 23 basispunten werd gecompenseerd door een vrijval van 19 basispunten. Over het geheel genomen bleef de kredietportefeuille gezond met een beperkte toename van afboekingen.
VOORUITBLIK De kapitaalpositie van ING is sterk, vooral na de invoering van Basel II, en ING begint 2008 vanuit een sterke positie die bijdraagt aan voortgaande commerciële groei. Naar verwachting zullen de marktomstandigheden voorlopig nog moeilijk blijven, aangezien er nog geen einde is gekomen aan de economische onzekerheid en de marktvolatiliteit. Het creëren van aandeelhouderswaarde blijft van groot belang en ING heeft zich gehouden aan haar aankondiging om het aandeelhoudersrendement te verhogen door een aantrekkelijke stijging van het dividend en het lopende aandelenterugkoop programma van EUR 5,0 miljard.
Het rendement bleef hoog, waarbij het onderliggende naar risico gewogen rendement op kapitaal (RAROC) na belastingen steeg van 20,5% in 2006 tot 22,3%, als gevolg van de lagere belastingdruk. De RAROC voor belastingen bleef gelijk op 26,2%. In de RAROC-berekeningen zijn de actuele risicokosten van 4 basis punten vervangen door de verwachte risicokosten van 25 basis punten, die zijn gebaseerd op de gemiddelde kredietverliezen over de conjunctuurcyclus. BEHEERD VERMOGEN Het beheerd vermogen nam in 2007 met EUR 36,9 miljard (6,1%) toe tot EUR 636,9 miljard. Deze groei is toe te schrijven aan een netto-instroom van EUR 40,4 miljard, waarbij EUR 14,2 miljard af komstig was van Insurance Asia/Pacific, EUR 8,6 miljard van Retail Banking, EUR 8,5 miljard van Insurance Americas en EUR 6,6 miljard van ING Real Estate. Daarnaast zorgde de koersontwikkeling van aandelen en vastrentende waarden voor een bijdrage van EUR 16,2 miljard en was er een positieve invloed van acquisities en desinves teringen ten bedrage van EUR 12,7 miljard. De groei werd teniet gedaan door de negatieve invloed van valutakoersen (vooral de Amerikaanse dollar) van EUR 32,5 miljard. Groei werd voornamelijk gerealiseerd met voor klanten beheerd vermogen, dat met 13,8% toenam tot EUR 460,1 miljard ultimo 2007. Het voor eigen rekening beheerd vermogen daalde met 9,6% naar EUR 176,8 miljard. Dit kwam doordat de netto-instroom en koersontwikkeling van aandelen en vastrentende waarden meer dan teniet werden gedaan door de negatieve invloed van valutakoersen en desinvesteringen.
ING Groep Jaarverslag 2007
16 1.2 Verslag van de Raad van Bestuur
Kapitaalbeheer Sterke vermogenspositie en efficiënte kapitaalallocatie ING streeft ernaar een sterke vermogenspositie te handhaven en kapitaal zo efficiënt mogelijk te alloceren. Daardoor kunnen we de groei bevorderen, het hoofd bieden aan financiële stress-situaties en bijdragen aan het creëren van aandeelhouderswaarde. In 2007 hebben wij onze stevige vermogenspositie verbeterd dankzij de sterke winstgevendheid en een goede bedrijfsvoering. ING heeft het overschot aan kapitaal aangewend voor het financieren van autonome groei, voor overnames, voor de terugkoop van eigen aandelen en voor het uitkeren van een aan trekkelijk dividend. Per saldo heeft ING de vrije leverage met een derde weten te vergroten. Daarmee is de vermogens positie verder verstevigd en is er maximale financiële flexibiliteit om de strategische doelstellingen te realiseren. Vermogenspositie ING Groep N.V. in miljoenen euro’s
Eigen vermogen (in moedermaatschappij) + Hybride kapitaal van ING Groep + Leverage van ING Groep (kernschuld) Totaal kapitalisatie (bank- en verzekeringsbedrijf) –/– Herwaarderingsreserves vastrentend & overig –/– Leverage van ING Groep (kernschuld) (s) Gecorrigeerd vermogen (v) Verhouding schuld/eigen vermogen (s/(s+v)) Economisch kapitaal en beschikbare financiële middelen (AFR) EC ING Groep AFR ING Groep Verhouding AFR/EC
Ultimo 2007
Ultimo 2006
37.208 8.620 4.728 50.556 963 4.728 44.865 9,53%
38.266 7.606 4.210 50.082 3.352 4.210 42.520 9,01%
Gecorrigeerd vermogen (v) Kernschuld (s) Verhouding schuld/eigen vermogen (s/(s+v)) Beschikbaar wettelijk vereist kapitaal (b) Door EU vereist wettelijk kapitaal (w) Kapitaaldekkingsratio (b/w) Buffer voor aandelen en vastgoed (av) Interne kapitaaldekkingsratio (b/(w+av)) Economisch kapitaal en beschikbare financiële middelen (AFR) EC ING Verzekeringen AFR ING Verzekeringen
36.000 49.715 138%
35.500 48.774 137%
Ultimo 2007
Ultimo 2006
27.036 4.267 13,63% 22.965 9.405 244% 6.428 145%
29.123 4.802 14,15% 25.505 9.296 274% 7.101 156%
23.199 22.710
22.410 27.200
Ultimo 2007
Ultimo 2006
23.374 6.397 29.772 11.792 41.564 402.727 7,39% 10,32%
20.058 5.726 25.784 11.445 37.229 337.926 7,63% 11,02%
17.927 31.733
15.876 25.784
Vermogenspositie ING Bank N.V. in miljoenen euro’s
Kern Tier 1 Hybride Tier 1 Totaal Tier 1-kapitaal Overig kapitaal BIS-kapitaal Naar risico gewogen activa Tier 1-ratio BIS-ratio Economisch kapitaal en beschikbare financiële middelen (AFR) EC ING Bank AFR ING Bank ING Groep Jaarverslag 2007
Deze toename is mogelijk gemaakt door nettowinstbijdragen van ING Verzekeringen en ING Bank van respectievelijk EUR 5,6 miljard en EUR 3,6 miljard. Verder is ook de beoogde ratio voor hybride kapitaal bij ING Verzekeringen verhoogd van 15% naar 25%. De vrije leverage nam af door de dividenduitkering aan aandeel houders, de inkoop van eigen aandelen en het saldo van de overnames en desinvesteringen. De belangrijkste kapitaalratio’s lagen eind 2007 binnen hun streefdoel. ING bepaalt die streefdoelen in overeenstemming met de beoogde AA-rating voor ING Groep, ING Bank en ING Verzekeringen. De limiet op de kernschuldratio (kernschuld is schuld die als vermogen wordt doorgeleend aan dochtermaatschappijen) voor ING Groep wordt afgeleid van de geschatte diversificatie tussen ING Bank en ING Verzekeringen. Kernschuldratio’s
Vermogenspositie ING Verzekeringen N.V. in miljoenen euro’s
STERKE VERMOGENSPOSITIE De vermogenspositie van ING Groep is in 2007 solide gebleven. Het gecorrigeerde vermogen steeg van EUR 42,5 miljard naar EUR 44,9 miljard. Het eigen vermogen ging van EUR 38,3 miljard naar EUR 37,2 miljard. De vrije leverage, gedefinieerd als de liquiditeiten die potentieel op het niveau van ING Groep bijeen zouden kunnen worden gebracht als alle kapitaalratio’s aan de doelstelling voldoen, ging omhoog van EUR 3,1 miljard naar EUR 4,8 miljard.
in procenten
Kernschuldratio ING Groep Tier 1-ratio ING Bank Kernschuldratio ING Verzekeringen
Streefdoel Resultaat Streefdoel Resultaat Ultimo 2007 Ultimo 2007 Ultimo 2006 Ultimo 2006
10,0 7,2
9,5 7,4
10,0 7,2
9,0 7,6
15,0
13,6
15,0
14,2
Op de markt is in de loop van het jaar een nader beroep gedaan op niet-achtergestelde schuld (senior debt) en hybride Tier 1-kapitaal voor ING Groep, waarvan de laatste categorie gespiegeld is door geleend aan zowel ING Bank als ING Verzekeringen. Daarnaast is met succes een lower Tier 2-transactie voor ING Bank afgesloten. ING Verzekeringen is het afgelopen jaar geen schulden aangegaan die niet door zakelijke zekerheden waren gedekt en voorrang hadden op andere schuldeisers. De toegang tot de internationale kapitaalmarkten werd in het tweede halfjaar belemmerd door de problemen op de hypotheekmarkt in de Verenigde Staten. Ondanks die crisis heeft ING Groep in oktober 2007 met veel succes een hybride Tier 1-transactie uitgevoerd op de binnenlandse Amerikaanse markt voor particulieren, zij het tegen een hogere renteopslag dan eerder in het jaar nog mogelijk was. PROFITEREN VAN BASEL II In de loop van 2007 is hard gewerkt aan het afronden van de voorbereidingen voor Basel II, dat banken richtlijnen geeft voor het minimaal aan te houden kapitaal om onverwachte verliezen die samenhangen met de financiële en operationele risico’s op te kunnen vangen.
17
Maatstaven voor kapitaalbeheer ING kijkt bij het beheer van haar vermogen steeds vaker naar de beschikbare financiële middelen (AFR) en het gebruikte econo mische kapitaal (EC), beide begrippen uit de interne risicobeheer singsmodellen. Het economisch kapitaal is een maatstaf voor het totale risico dat de onderneming loopt gedurende een tijdshorizon van één jaar en met een betrouwbaarheidsinterval van 99,95%. AFR is gelijk aan de marktwaarde van de activa minus de markt waarde van de verplichtingen, met uitzondering van de door ING uitgegeven hybride leningen, die als vermogen worden aangemerkt.
De Capital Letter gaat verder in op de uitkomsten van recente stresstesten en bevat ook een plan voor onvoorziene gebeurtenissen (positief en negatief). Een overzicht wordt gegeven van de beschikbare instrumenten waarmee vermogen bij ING wordt beheerd. De Capital Letter wordt elk jaar in juni opgesteld, hetgeen samenvalt met het begin van de planningscyclus voor navolgende jaren. Het document is niet openbaar, maar wordt geaccordeerd door de Raad van Bestuur. De informatie wordt beschikbaar gesteld aan de Raad van Commissarissen en de toezichthouders.
Bij ING Bank is, bij het ontbreken van een volledige marktwaarde van de balans plus herwaarderingsreserve, Tier 1-kapitaal de referentie voor AFR. Zowel bij het bank- als het verzekeringsbedrijf moet AFR hoger zijn dan EC. Het EC van ING Groep is gelijk aan het EC van ING Bank plus het EC van ING Verzekeringen minus het diversificatie-effect (10% in het verleden en 15% vanaf 2008) plus eventueel aan ING Groep toegewezen EC. AFR ING Groep is gelijk aan AFR ING Bank plus AFR ING Verzekeringen minus de kern schuld ING Groep. Het streefdoel voor AFR ING Groep is dat het minstens 120% is van EC ING Groep. Het ING-beleid voorziet in een zo flexibele, en derhalve zo centraal mogelijke buffer.
KAPITAALTOEREIKENDHEID De belangrijkste taak van de afdeling Capital Management op Groepsniveau is het beheren, plannen en verdelen van kapitaal binnen ING Groep, ING Bank en ING Verzekeringen, en het uit voeren van alle daarmee samenhangende kapitaalmarkttransacties. Voor ING is het voordeel van gecentraliseerd kapitaalbeheer dat maximale financiële flexibiliteit wordt gecreëerd voor het realiseren van de strategische doelstellingen en het opvangen van financiële stress-situaties, en dat er een goed evenwicht wordt bewaard tussen de diverse eisen van de aandeelhouders, toezichthouders, ratingbureaus en internationale economisch kapitaalmodellen. Aan het begin van ieder jaar worden een financieringsplan en een securitisatieplan opgesteld waarin alle voorgenomen financieringen en andere kapitaalmarkttransacties worden beschreven.
Basel II is van toepassing op ING Bank N.V., ING Investment Management B.V. en hun rechtspersonen. De Tier 1-ratio onder Basel II per 1 januari 2008 is circa 9,9% en de totale BIS-ratio 13,8%. Deze percentages zijn slechts indicatief: ING Bank gaat pas met ingang van het eerste kwartaal van 2008 formeel volgens Basel II rapporteren. De vergelijking met de kapitaalratio’s onder Basel I is echter erg gunstig en vormt een afspiegeling van het gematigde risico in de balans van ING Bank, vooral dankzij de omvangrijke hypotheekportefeuille. Het streven is de kapitaalratio’s de komende jaren terug te brengen naar de bestaande streefdoelen. Het onder Basel II vrijgemaakte Tier 1-vermogen bedraagt circa EUR 7 miljard. ING Bank heeft in 2007 de benodigde stukken voor het interne beoordelingsproces voor de solvabiliteit van ING (pijler 2 van Basel II) bij DNB gedeponeerd. Hierin wordt een overzicht gegeven van de belangrijkste beleidslijnen, procedures en verslagen voor kapitaalbeheer. De deponering vormt de basis voor het toezicht op de solvabiliteit van ING Bank. De nieuwe Wet op het financieel toezicht regelt tevens het benodigde toezicht op financiële conglomeraten. Ook hier heeft ING Bank met de toezichthouder samengewerkt om zeker te stellen dat ING aan alle richtlijnen voldoet. CAPITAL LETTER De hoeksteen van het solvabiliteitsbeoordelingsproces bij ING is de jaarlijkse Capital Letter. Hierin is een analyse opgenomen van de vermogenspositie van ING, de argumenten die de beoogde kapitaalratio’s rechtvaardigen en een prognose van de economische en zakelijke ontwikkelingen. Beoordeeld wordt tevens hoeveel kapitaal het bedrijf in de toekomst nodig heeft. Dit wordt afgezet tegen de verwachte beschikbaarheid van kapitaal op basis van de winstgevendheid en de beschikbare financiële instrumenten voor kapitaalbeheer. De vermogenspositie van ING Groep, ING Bank en ING Verzekeringen wordt in de Capital Letter behandeld vanuit het perspectief van de diverse stakeholders: toezichthouders, aandeelhouders, ratingbureaus en interne risicobeoordeling.
ING wil kapitaal zo efficiënt mogelijk inzetten. Daarom is het van belang dat de bedrijfsonderdelen voldoende prikkels krijgen om kapitaal alleen vast te houden ter dekking van de risico’s in hun activiteiten en dat zij de rest laten doorstromen naar ING Groep. Bedrijfsonderdelen moeten op hun beurt natuurlijk kunnen rekenen op een kapitaalinjectie indien hun activiteiten winstgevend kunnen groeien. Als de beschikbare financiële middelen (kapitaal) het gebruikte economische kapitaal overtreffen, is sprake van vrij vermogen. Veel entiteiten van ING Verzekeringen moeten door restricties van toezichthouders en/of ratingbureaus meer kapitaal aanhouden dan alleen het economische kapitaal. Voor zover het vrije deel van het eigen vermogen echter niet aan restricties is gebonden, kan het elders worden ingezet ter stimulering van winstgevende groei. In 2007 heeft ING Verzekeringen Nederland in totaal EUR 5,8 miljard aan dividend aan de moedermaatschappij ING Verzekeringen uitgekeerd. Per 31 december resteerde er nog een vrij vermogen van EUR 3,5 miljard en een solvabiliteit volgens de EU-richtlijnen van 150% bij ING Verzekeringen Nederland. In 2007 is veel werk verricht aan het beheer van de corporate line (Overig) van ING Verzekeringen. In de corporate line worden kapitaalbeheer- en algemene beheerszaken opgenomen die de controle van de bedrijfsonderdelen overstijgen, zoals kapitaalfinan ciering, top-down afdekkingen en speciale uitgaven die niet direct met de activiteiten samenhangen. Zo is een nieuw beleid voor omrekeningsrisico’s bij vreemde valuta’s goedgekeurd en werd het nieuwe renterisicobeheerbeleid geïmplementeerd. Capital Manage ment heeft in 2007 in totaal voor EUR 6 miljard aan aandelenindex optietransacties uitgevoerd ter bescherming van de waarde van de aandelenbelangen van ING Verzekeringen (daarnaast is ook een aantal aandelenposities van ING Bank afgedekt via de corporate line van ING Bank).
ING Groep Jaarverslag 2007
18 1.2 Verslag van de Raad van Bestuur
Kapitaalbeheer (vervolg)
Bij het afsluiten van levensverzekeringspolissen verkoopt ING Verzekeringen Nederland ook hypotheken. Begin 2007 was er binnen ING Verzekeringen Nederland circa EUR 17 miljard aan hypotheken opgebouwd, waarvan het leeuwendeel bij een hypotheekdochter. Deze entiteit is overgeheveld naar ING Bank, waar de activa goedkoper kunnen worden gefinancierd en de systemen aanwezig zijn voor een actief beheer van het risico van vervroegde aflossing. Door de overdracht is de operationele leverage van ING Verzekeringen aanzienlijk gedaald. Vervolgens zijn nog meer hypotheken direct overgedragen van ING Verzekeringen Nederland aan ING Bank. Hierdoor is liquiditeit ontstaan en is de implementatie van de nieuwe toewijzing van activa vergemakkelijkt. Per saldo is een bedrag van EUR 12 miljard aan hypotheken overgedragen. AANDELENTRANSACTIES Voorzien werd dat zonder nader ingrijpen in 2007 een aanzienlijk overschot aan kapitaal zou worden opgebouwd. Om die reden is besloten tot de terugkoop van eigen aandelen ten bedrage van EUR 5 miljard over een periode van twaalf maanden, vanaf juni 2007. Ultimo 2007 waren 90,7 miljoen aandelen ING teruggekocht voor een totaalbedrag van EUR 2,8 miljard. Het volledige effect van de terugkoop van eigen aandelen na afronding van het programma is naar verwachting een verbetering van de winst per aandeel met circa 7%. Na de terugkoop van preferente aandelen ING van Aegon in 2006 zijn ook de belangen in preferente aandelen ING van zowel Fortis als ABN AMRO teruggekocht. Na deze transactie hebben deze drie belangrijkste aandeelhouders nu al hun preferente aandelen ING terugverkocht aan ING Groep. Capital Management heeft gedurende het afgelopen jaar wederom de delta hedge voor personeelsopties bijgesteld. Aan het begin van 2007 hield ING Groep 52,7 miljoen aandelen aan als afdekking voor personeelsopties; ultimo 2007 waren het er 36,0 miljoen. Door de terugkoop van eigen aandelen, warrants en het delta hedge beleid is het aantal uitstaande aandelen met 52 miljoen afgenomen tot 2.099 miljoen. Aan het eind van 2006 stonden er 17,2 miljoen warrants B uit. Een warrant B geeft de houder het recht om twee gewone aandelen ING Groep te kopen tegen een koers van EUR 24,96 per stuk. In de loop van 2007 zijn 7,9 miljoen warrants uitgeoefend, waarmee 15,8 miljoen nieuwe aandelen op de markt zijn gekomen. Begin januari 2008 zijn de laatste warrants uitgeoefend en kwamen er nog eens ruim 18 miljoen aandelen bij. Na 8 januari 2008 stonden er geen warrants meer uit. KAPITAALMARKTTRANSACTIES Om op rechtmatige wijze het onder Basel I verplicht aan te houden kapitaal te kunnen verlagen, beschikte ING over twee zogenoemde ‘conduits’, buiten de balans gehouden pakketten leningen met zelf verstrekte activa en zelf verzorgde securitisering, genaamd Mane en Simba. Deze posities werden gefinancierd met door activa gedekte kortlopende schuldpapieren. Het van kracht worden van Basel II heeft deze ‘conduits’ grotendeels overbodig gemaakt. Door de toenemende spreads op dit schuldpaper en concurrerender alternatieve financieringen zijn Simba en Mane in het derde kwartaal afgebouwd. Hiermee vond zo’n EUR 6 miljard aan risico gewogen Basel I-activa eind september de weg terug naar ING Bank. ING Groep Jaarverslag 2007
In het eerste halfjaar was Capital Management al begonnen met interne securitisering ter versterking van de toch al omvangrijke liquiditeitsbuffer van ING Bank. Deze leningen van AAA-kwaliteit dienen als onderpand voor liquiditeit. Op die manier is in 2007 EUR 29,3 miljard aan onderpand gecreëerd. ACQUISITIES EN DESINVESTERINGEN Voor het eerst in een aantal jaren was er in 2007 sprake van aanzienlijke overnameactiviteiten. Twee belangrijke transacties werden gedaan: de overname van Oyak Bank in Turkije en de verwerving van de Latijns-Amerikaanse pensioenactiviteiten van Santander. In het totaal was met deze twee overnames circa EUR 2,5 miljard gemoeid. ING Verzekeringen kocht vermogensbeheerder Landmark in Korea, nam nog een extra belang van 5% in ING Life Korea over van Kookmin Bank en nam daarnaast in Nederland pensioenfonds beheerder AZL over. Overnames door ING Bank betroffen onder andere onlinebroker Sharebuilder in de Verenigde Staten, lease activiteiten in Oost-Europa en een belang in TMB in Thailand. 2007 was tevens een druk jaar op het gebied van desinvesteringen: het intermediairkanaal van ING Verzekeringen in België is verkocht, evenals het resterende belang dat ING Verzekeringen nog had in Goudse Verzekeringen. Bij ING Bank zijn de meeste trustactiviteiten verkocht, veranderden RegioBank en Nationale Borg in Nederland van eigenaar en werd ook afstand gedaan van een joint venture in factoring in België. Belangen in SulAmérica in Brazilië en in Bank of Beijing in China zijn beide deels verwaterd door een beursgang. TRANSACTIES CAPITAL MANAGEMENT IN 2007 In 2007 heeft Capital Management de volgende financieringstransacties uitgevoerd: Voor ING Groep N.V. – USD 1.045 miljoen hybride Tier 1-kapitaal in de Amerikaanse retailmarkt met een vaste rente; – USD 1.500 miljoen hybride Tier 1-kapitaal in de Amerikaanse retailmarkt met een vaste rente; – EUR 1.750 miljoen 10-jaars seniorobligatie in de Europese institutionele markt met een vaste rente. Voor ING Bank N.V. – USD 2.000 miljoen lower Tier 2-kapitaal, institutionele eurodollarmarkt met een variabele rente.
19
Risicobeheer Risico’s beheersen en waarde toevoegen Het jaar 2007 werd gekenmerkt door grote turbulentie op de financiële markten. Die nam aan het begin van het jaar de vorm aan van ongerustheid over subprimehypotheken en groeide vervolgens uit tot een algemene liquiditeitscrisis in de bankwereld. Daarmee is het risicobeheer in de hele financiële sector in de schijnwerpers komen te staan. Het effect van de crisis op de winst-en-verliesrekening uit hoofde van risicovolle beleggingen is beperkt. Direct aan de krediet- en liquiditeitscrisis toe te schrijven effect op de winst-en-verliesrekening, vóór belastingen in miljoenen euro’s
3e kw
Amerikaanse subprime RMBS Alt-A CDO’s/CLO’s Monolineverzekeraars Investeringen in SIV’s, ABCP Leveraged finance Totaal
–17 0 –15 0 0 –29 –61
4e kw 3e/4e kw
–47 0 –36 –66 –45 0 –194
–64 0 –51 –66 –45 –29 –255
Subprime RMBS, Alt-A RMBS, uitzettingen CDO’s/CLO’s en herwaarderingen ultimo 2007
Geamorti seerde kostprijs* x EUR mrd
Markt waarde x EUR mrd
Reële markt waarde in %
3,1 28,4 2,0
2,8 27,5 1,9
90,1% 96,7% 93,4%
Amerikaanse subprime RMBS Alt-A RMBS CDO’s/CLO’s Totaal
Herwaar dering voor belastingen via vermogen x EUR mrd
–307 –936 –134 –1.377
* Aankoopprijs +/– amortisaties – cumulatieve waardeverminderingen.
Samenstelling economisch kapitaal per risicocategorie, ING Bank in miljarden euro’s
Kredietrisico (inclusief transferrisico) Marktrisico Niet-financieel risico* Totaal activiteiten bankbedrijf
2007
2006
7.503 7.407 3.017 17.927
7.557 4.816 3.503 15.876
* Niet-financieel risico omvat zowel het operationele risico als het bedrijfsrisico.
Samenstelling economisch kapitaal per risicocategorie, ING Verzekeringen in miljarden euro’s
Kredietrisico (inclusief transferrisico) Marktrisico Verzekeringstechnisch risico Niet-financieel risico* Totaal activiteiten verzekeringsbedrijf
2007
2006
1.021 15.258 3.293 3.627 23.199
1.411 14.555 3.110 3.334 22.410
STANDHOUDEN OP EEN ONRUSTIGE MARKT ING integreert het risicobeheer in de dagelijkse activiteiten en strategische planning van ING. De afgelopen jaren is systematisch geïnvesteerd in de risicobeheerexpertise. De risicobenadering van ING komt tot uitdrukking in de gediversifieerde activiteiten en de samenstelling van de balans. Dankzij een krachtige risicobeheerorganisatie en een sterke liquidi teitspositie heeft ING in 2007 de gevolgen van de problemen op de kredietmarkten en andere financiële markten goed kunnen beheersen. Het beleid van ING voorziet in een goed gediversifieerde portefeuille van hoge kwaliteit. ING heeft hiertoe stringente limieten en beleggingsrichtlijnen opgesteld die zijn gedefinieerd in mandaten voor iedere portefeuille. Beleggings- en handelsbeslissingen zijn gebaseerd op uitgebreid intern onderzoek en niet alleen op gepubliceerde ratings. Vooruitlopend op een mogelijke daling van de markt zijn sommige limieten al vanaf begin 2007 stringenter geworden. ING past bij de hypotheekproductie conservatieve normen toe en heeft zelf geen Amerikaanse subprimehypotheken verstrekt. ING houdt zich ook niet bezig met de ontwikkeling van subprime residential mortgage backed securities (RMBS) of collateralised debt obligations (CDO’s) en heeft geen materiële positie verworven in Amerikaanse op subprime gebaseerde CDO’s/collateralised loan obligations (CLO’s). Wat betreft de Amerikaanse huizenmarkt heeft ING vooral investeringen gedaan in RMBS van hoge kwaliteit. De positie van ING in vermogenscategorieën die in problemen verkeren – subprime en Alt-A (RMBS) (met een risicoprofiel tussen ‘prime’ en ‘subprime’), CDO’s en CLO’s – is derhalve van hoge kwaliteit en heeft niet geleid tot grote waardeverminderingen. Het totale directe negatieve effect op de winst-en-verliesrekening van ING in 2007 (voor belastingen) was EUR 255 miljoen (EUR 61 miljoen in het derde kwartaal en EUR 194 miljoen in het vierde). Het directe effect hangt voor het derde kwartaal samen met posities in beleggingscategorieën die in problemen verkeren alsmede in leveraged finance en voor het vierde kwartaal ook in ‘monoline’ verzekeraars, structured investments vehicles (SIV’s) en asset-backed commercial paper (ABCP). De herwaardering van de risicovolle beleggingscategorieën (Amerikaanse subprime RMBS, Alt-A RMBS en CDO’s/CLO’s) per ultimo 2007 was EUR –1.377 miljoen voor belastingen. Dit wordt geboekt ten laste van het eigen vermogen (na belastingen). Kwalitatief goede ABS-portefeuille De portefeuilles Amerikaanse RMBS, Amerikaanse Alt-A RMBS, CDO en CLO maken deel uit van de asset backed security (ABS) portefeuille van ING. Behalve van hoogwaardige kwaliteit is deze ook goed gediversifieerd dankzij de stringente limieten en beleggingsrichtlijnen die voor iedere portefeuille zijn vastgelegd. De totale ABS-beleggingsportefeuille, die vrijwel volledig bestaat uit voor verkoop aangehouden leningen, had per jaarultimo een omvang van EUR 84 miljard.
* Niet-financieel risico omvat zowel het operationele risico als het bedrijfsrisico.
De ABS-portefeuille bestaat hoofdzakelijk uit ABS-leningen met een AAA-rating (89%) of een AA-rating (10%). Niet-gerealiseerde winsten/(verliezen) op voor verkoop aangehouden (vastrentende) effecten, inclusief mortgage backed securities (MBS), worden verantwoord in de herwaarderingsreserve in het eigen vermogen, tenzij er aanwijzingen bestaan voor een bijzondere waardevermin dering. In dat geval wordt de negatieve herwaarderingsreserve direct verantwoord in de winst-en-verliesrekening. Daarnaast ING Groep Jaarverslag 2007
20 1.2 Verslag van de Raad van Bestuur
Risicobeheer (vervolg)
bevatten kredieten aan particulieren, die worden verantwoord tegen geamortiseerde kostprijs, EUR 13 miljard aan Europese asset-backed producten, met een marktwaarde van circa 100% en een gemiddelde kredietbeoordeling van AAA. Beperkte positie in Amerikaanse subprimehypotheken De Amerikaanse subprime RMBS-positie is van relatief hoge kwaliteit. ING heeft een zeer beperkte positie in de Amerikaanse subprime RMBS-markt en verstrekt zelf geen subprimehypotheken. Beleg gingsbeslissingen zijn gebaseerd op uitgebreid intern onderzoek. De positie in Amerikaanse subprime RMBS bedroeg aan het einde van het jaar EUR 2,8 miljard, 0,2% van het balanstotaal. De subprime RMBS-portefeuille was aan het eind van het jaar reëel gewaar deerd: 90,1% van de kostprijs. Het jaar werd afgesloten met een negatieve herwaardering voor belastingen op Amerikaanse sub prime RMBS van EUR 307 miljoen. De bijzondere waardeverminde ringen en handelsverliezen kwamen per saldo uit op EUR 64 miljoen (EUR 17 miljoen in het derde kwartaal en EUR 47 miljoen in het vierde). Eind 2007 had 96,0% van de portefeuille een rating van AA of hoger. In het vierde kwartaal hebben de ratingbureaus van slechts EUR 31 miljoen aan leningen de kredietbeoordeling naar beneden bijgesteld. Hoogwaardige Alt-A-portefeuille Alt-A-hypotheekleningen zijn reguliere woonhypotheken in de Amerikaanse markt die vaak worden ondergebracht in RMBS. Ondanks het wijdverbreid voorkomen van Alt-A RMBS bestaat er niet één standaarddefinitie voor deze categorie. ING heeft over het algemeen een ‘brede’ definitie van Alt-A RMBS gehanteerd. Volgens die brede definitie moet een RMBS ten minste aan één van de volgende kenmerken voldoen: een verhouding leningen/ waarde van 70-100%, een FICO score tussen de 640 en 730, en wat wordt omschreven als ‘beperkte’ documentatie (dat wil zeggen, minder stringente eisen aan het persoonlijk inkomen en/of vermogenscontrole) van 50% of meer van de leninghouders in de portefeuille. De positie van ING volgens die brede definitie bedroeg EUR 27,5 miljard per 31 december 2007, 2,1% van het balans totaal. Het aandeel van ING Direct hierin was EUR 23,6 miljard. ING Direct hanteert een engere definitie voor Alt-A RMBS. In dat geval dient de Alt-A RMBS aan alle drie de criteria tegelijk te voldoen: een gemiddelde FICO-score van meer dan 730, een verhouding leningen/waarde van minder dan 70% en een ‘beperkte’ documentatie van minder dan 50% wordt uitgesloten van Alt-A. Conform deze engere definitie kwam de positie van ING per ultimo 2007 uit op EUR 9,7 miljard. Gemiddeld genomen heeft ING Direct een kwalitatief hoogwaardige Alt-A RMBS portefeuille met een verhouding leningen/waarde van 71% en een gemiddelde FICO-score van 723. Meer dan 99% van de portefeuille heeft een AAA-rating. Standard & Poor’s schat de gemiddelde kredietverbetering (credit enhancement) op Alt-A RMBS met AAA-rating op circa 7,5%. De Alt-A RMBS portefeuille van ING Direct kent daarentegen een gemiddelde kredietverbetering van 12%. De gemiddelde kredietverbetering van ING Direct kan acht maal de huidige pijplijnverliezen in de onderliggende Alt-A hypotheken opvangen. Het jaar werd afgesloten met een negatieve herwaardering voor belastingen van EUR 936 miljoen. In het vierde kwartaal hebben de ratingbureaus de kredietbeoordeling naar beneden bijgesteld van EUR 10 miljoen van de Alt-A RMBS portefeuille van ING. Op de Alt-A RMBS portefeuille zijn geen bijzondere waarde ING Groep Jaarverslag 2007
verminderingen of handelsverliezen genomen. ING blijft de RMBSportefeuille zeer nauwlettend volgen en bewaakt deze structureel op het niveau van afzonderlijke leningen. CDO’s en CLO’s De positie van de Groep in CDO’s en CLO’s bedroeg aan het einde van 2007 per saldo EUR 1,9 miljard, ofwel 0,1% van het balans totaal. De bijzondere waardeverminderingen en handelsverliezen op CDO’s/CLO’s kwamen per saldo uit op EUR 51 miljoen (EUR 15 miljoen in het derde kwartaal en EUR 36 miljoen in het vierde). Eind 2007 werd de portefeuille gewaardeerd op 93,4% van de kostprijs, met een negatieve herwaardering voor belastingen van EUR 134 miljoen. In deze herwaardering zijn beperkte investeringen in CDO’s op basis van Amerikaanse subprimehypotheken begrepen ten bedrage van circa EUR 15 miljoen aan het eind van 2007. Leveraged finance De positie van ING in leveraged finance is beperkt en de transacties bevinden zich in diverse stadia van syndicaatsvorming en onder handeling. Aan het eind van 2007 had ING een leveraged financepijplijn van EUR 2,3 miljard, ofwel 0,2% van het balanstotaal, verdeeld over 13 transacties. De bestaande normen, die vanaf het eerste kwartaal van 2007 zijn aangescherpt, en de limieten op leverage hebben gezorgd voor een verwaarloosbare omvang van mezzaninefinancieringen en kredietverlening die aan beperkende clausules gebonden is. Wholesale Banking heeft in het derde kwartaal een geringe afwaardering van EUR 29 miljoen genomen in verband met de daling van de reële waarde gedurende de periode tussen het aangaan van de lening en het uitzetten bij syndicaatspartners. Monolineverzekeraars ING Groep heeft een beperkte positie in zogenoemde monoline verzekeraars. De directe positie van ING in dergelijke monolines is verwaarloosbaar. Wel is er sprake van een indirecte positie: EUR 3,5 miljard, oftewel 0,3% van het balanstotaal is verzekerd bij diverse monolineverzekeraars hetzij in de vorm van embedded guarantees (wrapped bonds) ofwel via kredietderivaten. Een ver andering in de kredietwaardigheidsbeoordeling van een monoline verzekeraar (en als gevolg daarvan in de reële waarde van het actief) is van invloed op het vermogen (niet-gerealiseerde verliezen) in dergelijke obligatieleningen. De onderliggende ‘wrapped bonds’ in de portefeuille van voor verkoop aangehouden effecten worden als onderdeel van het gebruikelijke kredietbeoordelingsproces bewaakt. Eind 2007 waren op deze leningen geen bijzondere waardeverminderingen genomen. De kredietbeoordeling van monolines had het vierde kwartaal een negatief effect van EUR 66 miljoen op de winst-en-verliesrekening van ING. Dit hield verband met de neerwaartse bijstelling van de kredietwaardigheid van een monolineverzekeraar, waardoor EUR 630 miljoen aan onderliggende activa in de handelsportefeuille van Wholesale Banking niet langer beschermd was. Verwaarloosbaar effect op liquiditeit ING heeft een sterke balans en een solide vermogenspositie. De financieringsbasis van ING is gunstig: toevertrouwde middelen zijn goed voor 61% van de totale financiering. Zowel particuliere deposito’s (36%) als deposito’s van bedrijven (25%) vormen een relatief stabiele bron van financiering. Onze financieringskosten zijn onverminderd laag. In de vastrentende markt worden onze sterke balans en ons gunstige risicoprofiel beloond.
21
De aanpak van het liquiditeitsbeheer bij ING vereist een aanzienlijk overschot aan liquide activa, grondig geteste noodplannen en het nauwlettend volgen van de marktontwikkelingen. Door de bezorgdheid over de Amerikaanse subprimehypotheken tekende zich in 2007 een aantal liquiditeitsproblemen af in de markt: het werd moeilijker om in de secundaire markt door activa gedekt kortlopene schuldpapieren (ABCP) door te rollen, de creditspreads namen toe en de looptijden werden korter. Sinds het begin van de problemen in de markten in augustus 2007 is het Liquidity Crisis Committee van ING, overeenkomstig het liquiditeitsbeleid van ING, regelmatig bijeengekomen. Onder het voorzitterschap van de chief risk officer (CRO) bespreekt dit comité behalve over de liquiditeit van ING ook over het financieringsprofiel. Het comité bestaat verder uit de CFO, alle belangrijke treasurers van ING Groep, het hoofd Market Risk Management en het hoofd Corporate Communications & Affairs. ING houdt de liquiditeitsstrategie en marktontwikkelingen dagelijks scherp in de gaten. In 2007 zijn omvangrijke buffers aan liquiditeiten aangehouden. De noodplannen lagen klaar, maar dankzij de aanhoudend solide liquiditeitspositie was het niet nodig hier een beroep op te doen. Aanhoudende volatiliteit op de financiële markten Als gevolg van de aanhoudende en ongekende volatiliteit op de wereldwijde financiële markten in de afgelopen kwartalen zijn er negatieve herwaarderingen op onze beleggingsportefeuille doorgevoerd, die consequenties hebben gehad voor ons eigen vermogen. Daarnaast hebben we te maken met bepaalde afwaarderingen en overige verliezen die ten laste zijn gebracht van de winst-en-verliesrekening. Dit is vooral het gevolg van waardeverminderingen op onze uitzettingen in gestructureerde beleggingsproducten die zijn gerelateerd aan de Amerikaanse hypotheekmarkt, waaronder risicovolle hypotheken (subprime), Alt-A residential mortgage-backed securities (RMBS), collateralised debt obligations (CDO’s) en collateralised loan obligations (CLO’s), garanties van monolineverzekeraars, structured investment vehicles (SIV’s) en overige beleggingen. In veel gevallen zijn de markten voor dergelijke instrumenten niet langer liquide. Voorts is de prijsstelling verslechterd en de onzekerheid met betrekking tot waarderingen toegenomen wegens situaties die verband houden met de kredietwaardigheid van tegenpartijen en andere factoren. De waardering van dergelijke instrumenten is een complex proces dat gepaard gaat met de beoordeling van markttransacties, prijsstellingsmodellen, oordeel van het management en andere factoren. De waardering wordt ook beïnvloed door externe factoren, zoals de onderliggende betalingsachterstanden op hypotheken, de rente, beslissingen van ratingbureaus en waardering van onroerend goed. Hoewel we onze uitzettingen binnen deze beleggingscategorieën voortdurend volgen, is het ons, in het licht van de voortdurende marktomstandigheden en de daaruit voortvloeiende onzekerheden wat betreft waarderingen, niet mogelijk de zekerheid te geven dat we geen verdere, toekomstige negatieve effecten zullen ervaren op ons eigen vermogen of onze winst-en-verliesrekening uit dergelijke activa. CONCURRENTIEVOORDEEL OPBOUWEN ING Risk Management heeft als doel het creëren van een duurzaam concurrentievoordeel door het volledig integreren van risicobeheer in de dagelijkse bedrijfsactiviteiten en de strategische planning van ING. De waarborging van solvabiliteit, ratings en liquiditeit houdt in dat de producten en portefeuilles op de juiste
manier worden gestructureerd, geaccepteerd, geprijsd, goedgekeurd en beheerd, en dat de interne en externe richtlijnen worden nageleefd. Behalve door transparante informatie over de risico’s van ING wordt de volledige integratie van het risicobeheer in de dagelijkse bedrijfs activiteiten en de strategische planning van ING gerealiseerd door een risicostrategie die de weerslag vormt van de algehele strategie en risicotolerantie van de Groep. ING heeft de afgelopen jaren systematisch geïnvesteerd in het verbeteren van het risicobeheer. Dit is noodzakelijk gezien de toenemende eisen van beleggers, de verder aangescherpte wet- en regelgeving, de steeds complexere technologie en de voortgaande ontwikkeling van de secundaire markten. Na jaren van gerichte investeringen in mensen en technologie waren eind 2007 bij ING circa 4.500 medewerkers in dienst die zich volledig op risicobeheer toeleggen. In april 2007 heeft ING met de benoeming van Koos Timmermans tot chief risk officer in de Raad van Bestuur gekozen voor een nog sterkere focus op risicobeheer. De beslissing om deze functie af te splitsen van de rol van chief financial officer is ingegeven door de groeiende complexiteit en het toenemende belang van zowel de risico- als de finance-functie binnen ING. Deze aparte rol voor risicobeheer op het niveau van de Raad van Bestuur biedt de zekerheid dat risico een belangrijke component vormt van de beslissingen van het management. De risicotolerantie, oftewel de bereidheid van de Groep om risico te lopen, wordt vastgelegd door de Raad van Bestuur en gemeten aan de hand van drie maatstaven: earnings-at-risk (EaR) en capital-at-risk (CaR), die beide worden gemeten aan de hand van het nieuwe risk dashboard, alsmede economisch kapitaal. Het is aan het management van de divisies om binnen de vast gestelde risicogrenzen maximale waarde te realiseren, terwijl Risk Management het feitelijke risicoprofiel aan de hand van de risicotolerantie bewaakt en controleert. ING hanteert een risicoraamwerk dat ervoor moet zorgen dat de risicotolerantie binnen de hele Groep wordt gecommuniceerd en nageleefd. Dit raamwerk bestaat uit drie verdedigingslinies: de divisies, die primair de verantwoordelijkheid hebben voor het dagelijks beheer, Risk Management, dat risicolimieten opstelt en risico toezicht uitvoert, en ten slotte de Groepsafdeling Corporate Audit Services, die een onafhankelijke beoordeling uitvoert van de opzet en werking van de interne controle op de risico’s van ING’s activiteiten. Risk dashboard In september 2007 is het risk dashboard geïntroduceerd als nieuw instrument waarmee de Raad van Bestuur concentraties van risico’s kan signaleren en eventuele acties kan inzetten om de risico’s te verminderen. Het risk dashboard biedt een overzicht van de risico’s in alle bank- en verzekeringsactiviteiten. Hiermee wordt bereikt dat het gelopen risico overeenkomt met de risicotolerantie van de Groep. ING kan hiermee strategische beslissingen baseren op vergelijkbare risicomaatstaven en kapitaal zo efficiënt mogelijk toewijzen. Het risk dashboard is een uniek eigen product van ING waarover jaarlijks zal worden gerapporteerd. Een volledige toelichting op het risk dashboard is te vinden in de risicoparagraaf van de jaarrekening. Maatstaven voor risicotolerantie De risicotolerantie wordt bij ING aan de hand van drie maatstaven uitgedrukt, namelijk earnings-at-risk (EaR), capital-at-risk (CaR) en economisch kapitaal. Earnings-at-risk is de maatstaf van de ING Groep Jaarverslag 2007
22 1.2 Verslag van de Raad van Bestuur
Risicobeheer (vervolg)
potentiële daling van de winst onder IFRS in vergelijking met de verwachte winst, bij een gematigd stress-scenario van 1 op 10 en bij uitblijven van risicoverminderend ingrijpen door het management. Intern wordt de uitkomst afgezet tegen de IFRSwinstprognose voor het komende jaar. De EaR geeft op die manier een indicatie van de kwaliteit van de winst. Het totale risicotolerantieniveau voor ING Groep daalde in 2007 naar 31% in vergelijking met 32% over 2006. Deze daling was het gevolg van een sterkere stijging van de winst dan de EaR. De EaR van ING Bank speelt een bepalende rol in de totale EaR van ING Groep, hoofdzakelijk vanwege het krediet- en transferrisico. Meer informatie over earnings-at-risk vindt u in de risicoparagraaf van de jaarrekening. Capital-at-risk is de potentiële daling van de huidige nettovermo genswaarde (op basis van reële waarde) in de balans in het komen de jaar in vergelijking met de verwachte waarde, bij een gematigd stress-scenario van 1 op 10 en bij uitblijven van risicoverminderend ingrijpen door het management. Het CaR-cijfer wordt doorgaans vooral overheerst door ING Verzekeringen en betreft met name het renterisico in verband met langlopende garanties aan klanten en het aandelenrisico. Het totale risicotolerantieniveau voor ING Groep, uitgedrukt in capital-at-risk/beschikbare financiële middelen, ging in 2007 omhoog naar 21% (17% in 2006) doordat het CaR sneller groeide dan de beschikbare financiële middelen. Meer informatie over capital-at-risk vindt u in de risicoparagraaf van de jaarrekening. Economisch kapitaal betreft het kapitaal dat gezien de beoogde AA-kredietrating van ING Groep nodig is om onverwachte ver liezen in ernstige stress-situaties op te vangen. Het economisch kapitaal van ING Groep steeg naar EUR 36,0 miljard in 2007 (2006: EUR 35,5 miljard), waarbij rekening wordt gehouden met het diversificatievoordeel van de combinatie bankieren en verzekeren en een aan de Groep toegerekend risicokapitaal boven op de gepubliceerde economisch kapitaal-cijfers voor het bank- en verzekeringsbedrijf. Het economisch kapitaal van ING Bank nam toe met 13% tot EUR 17,9 miljard als gevolg van de groei van de activiteiten en de overname van Oyak Bank. Bij ING Verzekeringen was er sprake van een meer bescheiden groei tot EUR 23,2 miljard (2006: EUR 22,4 miljard). De lichte stijging was vooral te danken aan modelaanpassingen en de overname van pensioenactiviteiten in Latijns-Amerika. De risicomaatstaven van ING Groep betreffen de belangrijkste aspecten op basis van de ernst van de gebeurtenissen (normale versus extreme situaties) en van prestatiemaatstaven waar risico kan optreden (waarde ten opzichte van winst). EaR en CaR zijn vanuit het perspectief van de aandeelhouder belangrijke maatstaven omdat zij inzicht bieden in het niveau van het risico dat ING op zich neemt. Vanuit het perspectief van de obligatiehouder is economisch kapitaal daarentegen belangrijker, omdat dit fungeert als het vermogen waarmee onder extreme omstandigheden verliezen moeten worden opgevangen. ING NEEMT AFGEWOGEN RISICO’S Het nemen van afgewogen risico’s vormt onderdeel van de bedrijfsvoering van ING. Net als andere financiële dienstverleners ziet ING zich geconfronteerd met een aantal risico’s in de vorm van krediet-, rente-, vastgoed-, aandelen-, verzekeringstechnisch en liquiditeitsrisico. Daarnaast zijn er aan zakendoen ook operationele, informatie-, veiligheids- en compliancerisico’s verbonden. ING Groep Jaarverslag 2007
Kredietrisico is het risico van verlies door het in gebreke blijven van een debiteur (inclusief emittenten van obligaties) of tegenpartij van ING. Het kredietbeleid van ING is gericht op het aanhouden van een internationaal gediversifieerde krediet- en obligatieportefeuille. Dat ING in veel landen en in diverse valutagebieden actief is, brengt tevens een inherent renterisico met zich mee. Er bestaat een natuur lijke en structurele diversificatie van de rentepositie, met name in het eurogebied en in de Verenigde Staten. Dit wordt verder onder steund door een actieve diversificatie in diverse valuta’s en door maandelijkse afdekking en rebalancing. Het bank- en verzekerings bedrijf zorgen samen ook voor een inherent diversificatievoordeel. De bank- en verzekeringsactiviteiten van ING krijgen bij een neergaande markt ook te maken met vastgoedrisico. Deze positie is echter beperkt door een sterk gediversifieerde portefeuille van vastgoedbezittingen. Concentraties in specifieke regio’s worden bewaakt en actief beheerd. ING Real Estate, de grootste vastgoed vermogensbeheerder ter wereld, loopt vooral vastgoedrisisco met de financiering, ontwikkeling en het beheer van vastgoedfondsen. Vastgoedrisico zorgt daarnaast voor diversificatie van het totale risicoprofiel door de beperkte correlatie tussen vastgoed en andere typen risico. Het aandelenrisico wordt indien opportuun verminderd door afdekkingsprocessen (hedging). Het verzekeringsrisico, dat bestaat uit een combinatie van actuariële en verzekeringstechnische risico’s (sterfterisico, langlevenrisico, arbeidsongeschiktheidsrisico, tegenvallende schadeontwikkeling op motorrijtuigen- of inboedelverzekeringen etc.), wordt beheerst door via herverzekeringen concentraties tegen te gaan. In het verzekeringsbedrijf worden op bepaalde terreinen, zoals terrorisme en vergoedingen in de gezondheidszorg, ook zaken uitgesloten of beperkt. Liquiditeitsrisico is het risico dat ING Bank of een van haar dochterondernemingen niet op het gewenste moment tegen redelijke kosten aan haar financiële verplichtingen kan voldoen. Een aanzienlijk deel van de activa wordt aangehouden in contanten of liquide marktinstrumenten die, waar nodig, voor liquiditeit kunnen zorgen. ING heeft voor liquiditeit een apart risicoraamwerk ontwikkeld dat een volgorde aangeeft waarin de liquiditeit zou moeten worden gegenereerd. ING staat via de relatie met klanten, het productaanbod, de ITinfrastructuur en de dagelijkse activiteiten elke dag bloot aan operationele, informatie- en beveiligingsrisico’s. Operationele, informatie- en beveiligingsrisico’s worden beheerst met behulp van een gezamenlijk systeem waarmee niet alleen de risico’s in de activiteiten van ING worden gesignaleerd, gemeten en bewaakt maar waarmee ook de controle van die risico’s wordt geregeld. In 2007 is dit systeem verder ontwikkeld en zijn de verantwoor delijke risicofuncties geïntegreerd in één functielijn door heel ING. RISICOBEHEER CREËERT WAARDE Risicobeheer komt de aandeelhouders van ING direct ten goede in de vorm van een efficiënte kapitalisatie, lagere risico- en financie ringskosten en ondersteuning van de groei. Dit alles tezamen stelt ING beter in staat om meer economische winst te genereren. De kapitaalkosten worden teruggedrongen door in nauwe samen werking met ratingbureaus en toezichthouders te werken aan de afstemming van de kapitaalvereisten en de risico’s, waardoor het benodigde kapitaal wordt verlaagd. De financieringskosten worden
23
laag gehouden doordat de kapitaalmarkt ING beloont voor haar conservatieve risicoprofiel. Risicokosten worden verlaagd door het minimaliseren van de verliezen en het stimuleren van de risicodiver sificatie. Door de spreiding over al deze verschillende terreinen zijn de risico’s en de kapitaalvereisten lager. Voor de diverse bedrijfsonderdelen is het ook een voordeel dat zij deel uitmaken van een internationaal gediversifieerde groep. Risk Management helpt bij het verlagen van de financieringskosten, het toepassen van de nieuwste risicobeheerinstrumenten en -vaar digheden en bij het verlagen van het strategisch risico, zodat de bedrijfsonderdelen zich op hun kernexpertise kunnen toeleggen. Uiteindelijk worden onze divisies daarvan concurrerender in hun specifieke markten. Goed risicobeheer is ook goed voor de groei. Met behulp van risico meting signaleert ING de portefeuilles die economische waarde opleveren. Risicobeheer helpt niet alleen de economisch meest winstgevende gebieden op te sporen, maar ook activiteiten die achterblijven en die in sommige gevallen moeten worden verkocht. NALEVING VAN WET- EN REGELGEVING Van financiële instellingen wordt door toezichthouders, overheids instanties, aandeelhouders, ratingbureaus, klanten en andere par tijen nauwlettend in de gaten gehouden of deze voldoen aan de relevante wet- en regelgeving, normen en verwachtingen. Bancaire en verzekeringstoezichthouders alsmede overige toezichthoudende instanties binnen Europa, de Verenigde Staten en elders toetsen de activiteiten van financiële instellingen en zien erop toe dat er integer en op efficiënte, ordelijke en transparante wijze zaken wordt gedaan. ING wil aan de normen en verwachtingen van regelgevende autoriteiten en andere belanghebbenden voldoen door een aantal initiatieven en activiteiten te ontplooien, zoals controle van informatie over rekeninghouders, betalingsprocessen en overige transacties op de naleving van de wet- en regelgeving over witwassen, verboden transacties met landen die sancties opgelegd hebben gekregen, omkoperij en corruptie. Het (gezien worden als) niet naleven van de toepasselijke wet- en regelgeving en standaarden door ING zou onder andere kunnen resulteren in het opschorten of intrekken van de vergunning van ING, het op schorten of beëindigen van orders, (bestuurlijke) boetes, strafmaat regelen of andere disciplinaire maatregelen, die een belangrijke negatieve invloed kunnen hebben op de reputatie en financiële positie van ING. De primaire focus van ING is deze compliancedoelstellingen als good practice te ondersteunen via de ING Business Principles en het Groepsbeleid. ING Bank N.V. is in gesprek met haar Nederlandse toezichthouder, De Nederlandsche Bank (DNB) aangaande transacties met personen in landen die onderhevig zijn aan sancties opgelegd door de EU, de VS en andere autoriteiten. Deze gesprekken hebben ING Bank ertoe aangezet om transacties met partijen die onderhevig zijn aan deze sancties te evalueren. In verband met deze evaluatie en daarmee samenhangende gesprekken heeft ING Bank op zich genomen om een mondiale implementatie van versterkte compliance- en risicobeheerprocedures te voltooien en de implementatie van dergelijke procedures op een voortdurende basis te controleren, zoals opgedragen door DNB. ING Bank blijft ook in gesprek met de autoriteiten in de VS en in andere jurisdicties betreffende deze aangelegenheden en het is op dit moment niet mogelijk een voorspelling te doen over de uitkomsten hiervan.
Een van de belangrijkste prioriteiten van 2007 was de verdere verankering van het Groepsbrede beleid voor financieel-econo mische criminaliteit in nauwe samenwerking met het management. De internationale uitrol van dit aangescherpte beleid ging behalve met strikte ‘Ken uw klant’-programma’s en due diligence van klanten ook gepaard met het gebruik van de modernste techno logie voor de toetsing van klanten en transacties. Als gevolg van onze frequente beoordeling van alle onder nemingen vanuit economisch, strategisch en risicoperspectief heeft ING Bank N.V. haar representative office op Cuba gesloten en wordt de Netherlands Caribbean Bank, die nu een 100% dochter onderneming is, opgeheven. Bovendien heeft ING besloten dat wegens zakelijke redenen het zaken doen met nader omschreven landen dient te worden beëindigd, hetgeen inhoudt dat ING geen nieuwe relaties met klanten uit deze landen zal aangaan terwijl we zijn begonnen om bestaande relaties met deze landen te beëindigen. Momenteel worden Myanmar, Noord-Korea, Soedan, Syrië, Iran en Cuba tot deze landen gerekend. Teneinde het bedrijf te helpen om te gaan met de toenemende wet- en regelgeving en sanctiewetten (wetgeving van de EU, VN en VS inzake witwassen en de financiering van terroristen) is in 2007 binnen Corporate Compliance verder een gespecialiseerde Sanctions Desk opgezet. In 2007 is ook gewerkt aan de compliancebewustwording en het inzicht in compliance onder de medewerkers. De Raad van Bestuur heeft er daarbij op gewezen dat duurzame en winstgevende groei alleen mogelijk is met effectief compliancebeheer. Speciale compliance-teams zijn opgezet om de divisies te helpen compliance te verankeren in de bedrijfsactiviteiten en er zijn uitgebreide bewustwordingsprogramma’s van start gegaan ter versterking van het compliancebewustzijn. De teams fungeren als kanaal voor opleiding, coaching, communicatie en de uitwisseling van ervaringen. De capaciteit en expertise van Corporate Compliance zijn verhoogd met onder andere een groei van het aantal medewerkers met 55% en de oprichting van een centraal team dat zich toelegt op beleid en procedures inzake financieel-economische criminaliteit en witwassen. ING heeft in 2007 een Compliance Programme Office in het leven groepen met als doel te bouwen aan een cultuur waarin compliance een integraal onderdeel vormt van ‘hoe wij bij ING zaken doen’. Ter vergroting van het compliance-bewustzijn is vanuit de Raad van Bestuur een communicatieprogramma gestart voor de gehele onderneming. BIJDRAGEN AAN COMMERCIËLE KANSEN De turbulentie op de financiële markten van 2007 onderstreepte de noodzaak van solide risicobeheer in moeilijke tijden. Sinds ING in 2006 begon de risicofunctie te versterken, heeft Risk Management een aanzienlijke ontwikkeling doorgemaakt. Deze verandering benadrukt het belang van de rol van Risk Management, niet alleen als de partij die die vinger aan de pols houdt, maar vooral ook als partner die de divisies ondersteunt bij het creëren van waarde voor de aandeelhouders. Samen met de divisies werkt Risk Management aan het signaleren van nieuwe zakelijke kansen, het verlagen van de financieringskosten en het ondersteunen van strategische beslissingen.
ING Groep Jaarverslag 2007
24 1.2 Verslag van de Raad van Bestuur
Insurance Europe Goede resultaten met solide waardecreatie Kernpunten
Winst-en-verliesrekening (onderliggend) 2007
2006
mutatie
10.253 1.726
9.854 1.702
4,0% 1,4%
1.840
2.249
–18,2%
2.300
2.362
–2,6%
in miljoenen euro’s
> Goede financiële resultaten onder moeilijke omstandigheden > Solide waardecreatie in CentraalEuropa onderstreept door succesvolle start van Roemeens pensioenfonds > Sterke distributiepositie op de volwassen Beneluxmarkt biedt concurrentievoordeel > Actief kapitaalbeheer zorgt voor stijging kapitaalefficiency
Premie-inkomen Bedrijfslasten Onderliggende winst voor belastingen Totale winst voor belastingen*
* Totale winst voor belastingen is deUnderlying winst voor belastingen inclusief profit before tax desinvesteringen en bijzondere posten. in percentages
Kerncijfers
Underlying profit before tax in percentages
Waarde nieuwe levenproductie (in miljoenen euro’s) Intern rendement Embedded value levensverzekeringen (in miljoenen euro’s)
2007
2006
400 15,8%
219 14,9%
14.156
16.103
5,9
5,9
Economisch profit kapitaal (in miljarden euro’s) Underlying before tax in percentages Insurance Europe ONDERLIGGENDE WINST VOOR BELASTINGEN
Underlying profit before tax in procenten in percentages
Overig ING
19% 81%
Insurance Europe Overig ING
19% 81%
Geographical breakdown of premium income in percentages Geographical breakdown of premium income in percentages Insurance Europe Overig ING
19% 81%
Insurance Europe
19%
Overig ING 81% GEOGRAFISCHE SPREIDING PREMIE-INKOMEN
Geographical in procenten breakdown of premium income in percentages
Nederland
Geographical breakdown of premiumBelgië income in percentages Centraal- en
64% 12%
6.595 1.223
Overig Europa* 24% 2.435 Nederland 64% 6.595 Totaal 100% 10.253 België 12% 1.223 en * BCentraalulgarije, Griekenland, Hongarije, Polen, Overig Europa* 2.435 Roemenië, Rusland, Slowakije,24% Spanje en Totaal 100% 10.253 Tsjechië.
ING Groep Jaarverslag 2007
Nederland België Centraal- en Overig Europa* Nederland Totaal België
64% 12%
6.595 1.223
24% 64% 100% 12%
2.435 6.595 10.253 1.223
Centraal- en Overig Europa* Totaal
24% 100%
2.435 10.253
25
Insurance Europe levert een aanzienlijke bijdrage aan de winst en de waarde van ING Groep. In 2007 boekte zij solide financiële resultaten door efficiencyverbetering en optima lisatie van haar distributiekanalen in de Benelux, door een versnelde groei in Centraal-Europa en door het verbeteren van ING’s positie als gespecialiseerde aanbieder van beleggings- en pensioendiensten in heel Europa.
Ontwikkelingen per land De onderliggende winst voor belastingen in Nederland daalde met 24,4% naar EUR 1.445 miljoen, hoofdzakelijk door lagere winsten en herwaarderingen op vastgoed- en private-equitybeleggingen in 2007, alsmede de aanzienlijke vrijval van voorzieningen voor arbeidsongeschiktheid in 2006, na de invoering van nieuwe wetgeving voor langdurige arbeidsongeschiktheid.
FINANCIËLE ONTWIKKELINGEN De onderliggende winst voor belastingen van Insurance Europe daalde in 2007 met 18,2% naar EUR 1.840 miljoen (levenbedrijf 15,7%; schadebedrijf 25,4%). De gunstige resultaten van het levenbedrijf in België en Centraal- en Overig Europa konden de lagere resultaten in Nederland niet geheel compenseren. Deze werden beïnvloed door lagere winsten en herwaarderingen op vastgoed- en private-equitybeleggingen. De totale winst voor belastingen (inclusief desinvesteringen) daalde in 2007 licht met 2,6% naar EUR 2.300 miljoen, als gevolg van de winst van EUR 418 miljoen uit de verkoop van de Belgische intermediair- en employeebenefitsactiviteiten in september 2007.
In België steeg de onderliggende winst voor belastingen met 8,5% tot EUR 64 miljoen doordat een daling bij het schadebedrijf vanwege natuurschades begin 2007 en een versterking van de schadevoorziening voor arbeidsongeschiktheid ruimschoots werden gecompenseerd door hogere resultaten bij het levenbedrijf.
Het onderliggende premie-inkomen nam met 4,0% toe tot EUR 10.253 miljoen, vooral dankzij hogere levenpremies in België en Centraal- en Overig Europa. Bij Centraal-Europa hield de stevige groei van de levenpremies aan, ook al was in een aantal markten de groei trager dan in 2006. Dit was het gevolg van markt volatiliteit in het tweede halfjaar van 2007. In België is de groei van de levenpremies vooral te danken aan het succes van de beleggingsproducten met een hoog winstdelingspotentieel. Het premie-inkomen in Nederland daalde licht als gevolg van de tariefherziening van direct ingaande lijfrentes en de druk op de tarieven voor schadeverzekeringen. De onderliggende bedrijfslasten stegen met 1,4%. De lichte daling in Nederland van 1,6% werd meer dan gecompenseerd door een stijging van 15,9% in Centraal- en Overig Europa. Dit is grotendeels toe te schrijven aan de hogere aanloopverliezen bij de levensverzekeringsactiviteiten in Rusland en het verplichte pensioenfonds in Roemenië. De lasten in Nederland werden teruggedrongen dankzij aanhoudende inkrimping van het personeelsbestand en de afboekingen op software. De vrijval van voorzieningen voor employee-benefits was in 2007 gelijk aan die voor 2006. De waarde van de nieuwe productie (WNP) steeg flink met 82,6% tot EUR 400 miljoen en de nieuwe premieproductie op jaarbasis (APE) nam met 21,3% toe tot EUR 969 miljoen, vooral dankzij hogere verkopen in Centraal- en Overig Europa. De succesvolle start van het verplichte Roemeense pensioenfonds resulteerde in EUR 150 miljoen aan WNP en EUR 108 miljoen aan nieuwe premieproductie in 2007. Exclusief het nieuwe pensioenfonds steeg de WNP in de regio Centraal-Europa met 31,5%. Exclusief een kapitaalverschuiving van de Nederlandse verzekerings onderdelen naar moedermaatschappij ING Verzekeringen steeg de embedded value van de levensverzekeringsactiviteiten in Europa met 21,3% tot EUR 19.533 miljoen. Dit was het gevolg van de sterke groei van de WNP en gunstige beleggingsrendementen, die de desinvestering in België in ruime mate compenseerde. Inclusief de kapitaalverschuiving daalde de embedded value met 12,1% naar EUR 14.156 miljoen.
Ondanks hogere investeringen van EUR 23 miljoen in nieuwe activiteiten in Rusland en Roemenië, steeg de onderliggende winst voor belastingen van Centraal- en Overig Europa met 17,7% tot EUR 332 miljoen. De winsttoename is vooral toe te schrijven aan de levenactiviteiten en de daaraan verwante vermogensbeheeractiviteiten. Het hogere resultaat van het levenbedrijf was hoofdzakelijk te danken aan de sterke verkopen in de gehele regio door de strategie voor versnelde groei. De Nederlandse levensverzekeringssector ziet zich geconfronteerd met klachten van polishouders over de kosten en transparantie van beleggingsproducten. Voor meer details wordt u verwezen naar pagina 156. HOOFDPUNTEN Insurance Europe is actief op de volwassen Beneluxmarkt en op de groeimarkten in Centraal- en Oost-Europa, waarbij zij zich sterk richt op levensverzekeringen en pensioenen. In de hele regio wordt een aantal trends steeds duidelijker. Allereerst leven mensen in Europa, net als in veel andere delen van de wereld, langer dan welke vorige generatie dan ook. Als gevolg hiervan zullen verzekeraars zich in toenemende mate moeten richten op het verzekeren van langlevenrisico door beleggings- en pensioenoplossingen te bieden die de klant helpen het vermogen op te bouwen en te beheren dat nodig is om een lange pensioentijd te financieren. Ten tweede wordt het onderscheid tussen ge standaardiseerde verzekeringsproducten en adviesintensieve producten steeds duidelijker. Hierbij wordt de bancaire en directe distributie steeds belangrijker ten koste van het intermediaire kanaal. Ten derde wordt steeds meer druk op premievolumes en -marges gelegd door de hogere eisen op het gebied van trans parantie en de sterkere concurrentie. Agressieve prijsstrategieën om marktaandeel te verwerven worden daarbij door sommige concurrenten niet geschuwd. Insurance Europe speelt op deze trends in met op de verschillende markten toegespitste strategieën. Op de volwassen markten van de Benelux, die een bescheiden groei vertonen, richt ING zich op efficiencyverbetering en optimalisatie van de distributie. In de zich snel ontwikkelende markten van Centraal-Europa richt zij zich op versnelde groei. In alle regio’s profiteert Insurance Europe van de kansen die ontstaan doordat mensen steeds ouder worden en weet zij haar positie te versterken.
ING Groep Jaarverslag 2007
26 1.2 Verslag van de Raad van Bestuur
Insurance Europe (vervolg)
Deze benadering versterkt het groeiprofiel van Insurance Europe. Een en ander wordt onderbouwd door actief kapitaalbeheer binnen ING Groep, waarbij kapitaal opnieuw wordt ingezet in regio’s (snelgroeiende markten), producten (pensioendiensten) en distributiekanalen (voornamelijk bank en direct) met de beste groeimogelijkheden. Optimalisering van de verzekeringsactiviteiten in de Benelux… In de Benelux concentreert ING zich op het verbeteren van de kosten- en kapitaalefficiency, op actief beheer van haar porte feuille, het vergroten van de klanttevredenheid en het benutten van haar positie in de verschillende distributiekanalen. Dit zijn in de Benelux essentiële factoren voor behoud van de winstgevend heid van de verzekeringsactiviteiten. …door het verbeteren van de kostenefficiency Nationale-Nederlanden (NN) heeft aanzienlijke vooruitgang geboekt bij het verbeteren van haar kostenefficiency. De afgelopen drie jaar is het personeelsbestand met 1.200 fte’s teruggebracht. Belangrijke wijzigingen in regelgeving (zoals de Nederlandse Pensioenwet) hebben geleid tot een tijdelijke stijging van het aantal externe medewerkers. Die waren nodig om aan ver wachtingen van klanten en regelgevende instanties te voldoen. Dit heeft de resultaten van het kostenefficiencyprogramma over het geheel enigszins gedrukt. De komende jaren kunnen grote kostenbesparingen worden gerealiseerd door standaardisatie en rationalisatie van de bestaande IT-applicaties, aangezien een groot deel van de kostenbesparingen IT-gerelateerd is. …het verbeteren van kapitaalefficiency Om de kapitaalefficiency te verbeteren hebben de Nederlandse verzekeringsonderdelen in de loop van 2007 EUR 5,8 miljard dividend betaald aan de moedermaatschappij, ING Verzekeringen. Dit was inclusief EUR 5,0 miljard aan kapitaaloverschot. Naar verwachting zal deze kapitaalverschuiving de winst (voor belastingen) van ING Verzekeringen Nederland met ongeveer EUR 250 miljoen per jaar verminderen. Dit alles was een direct gevolg van een onderzoek naar het beheer van de vorderingen en verplichtingen dat in de loop van 2007 werd uitgevoerd. Hieruit kwam tevens de aanbeveling naar voren om de strategische kapitaalallocatie te veranderen door de uitstaande posities in aandelen en in Nederlandse woninghypotheken terug te brengen en de positie in vastrentende langetermijnbeleggingen te vergroten. In mei 2007 is NN begonnen met de overdracht van haar hypo theken aan ING Bank en in 2008 zal de overdracht van woning hypotheken van NN en RVS aan ING Bank worden afgerond. …door actief portefeuillebeheer In 2007 werden de intermediair- en employeebenefitsactiviteiten van ING België verkocht aan P&V Verzekeringen. ING gaat door met de verkoop van levens- en schadeverzekeringsproducten in België via haar eigen retailbankkanalen (ING Bank en Record Bank). Verwacht wordt dat dit distributiekanaal in de toekomst een steeds grotere rol zal gaan spelen en een groei zal doormaken die boven het gemiddelde in de sector ligt. In Nederland heeft NN besloten een aantal contracten met bedrijfstakpensioenfondsen die een marginale opbrengst hebben te staken. Dit leidt tot het vrijkomen van economisch kapitaal en een stijging van de opbrengsten. Tegelijkertijd versterkt de overname van AZL, die begin 2007 werd voltooid, de positie van ING in Nederland als geïntegreerde dienstverlener voor pensioenfondsen. Geïntegreerde dienst
ING Groep Jaarverslag 2007
verlening, waaronder fiduciair vermogensbeheer en uitstekende administratieve diensten, is van essentieel belang om mandaten te verkrijgen van ondernemingspensioenfondsen, die in toenemende mate activiteiten uitbesteden. ...door het verbeteren van de klanttevredenheid NN blijft goede vooruitgang boeken met het verbeteren van de klanttevredenheid, hetgeen tot uitdrukking is gekomen in de stijging van klanttevredenheid in elk segment waarin NN actief is. Dit bleek uit het onafhankelijke jaarlijkse prestatieonderzoek onder Nederlandse verzekeringsbedrijven. …en door te profiteren van de solide distributiekracht Met toegang tot onafhankelijke tussenpersonen (NN), eigen tussen personen (RVS) en retailbanken (ING Bank en Postbank) heeft ING een goede positie om te profiteren van trends, zoals toenemende bancaire distributie en het duidelijke onderscheid tussen gestan daardiseerde verzekeringsproducten en adviesintensieve producten. Als onderdeel van deze multidistributiestrategie zijn NN en RVS samen begonnen met het aanbieden van persoonlijk financieel advies aan werknemers van zakelijke klanten van NN. RVS heeft reeds de belangstelling gewekt van meer dan 2.000 werkgevers en heeft in 2007 met dit concept al ongeveer EUR 6 miljoen aan omzet gegenereerd. Voor gestandaardiseerde schadeproducten wordt distributie via banken steeds belangrijker, zoals blijkt uit de succes volle start van de verkoop van NN-autoverzekeringen door ING Bank België. Hiervan zijn er per eind 2007 meer dan 9.000 verkocht. Als gevolg van de heroriëntatie bij het eigen distributiekanaal van NN zal haar werkgebied verschuiven van particuliere naar zakelijke klanten, waarbij de nadruk ligt op het verlenen van kwalitatief hoog waardige advisering. Postbank Verzekeringen bleef succesvol met haar strategie, die zich richt op verkoop via internet, kostenbesparing door middel van eenvoudiger operationele processen en het conso lideren van de sterke positie op de hypotheekgerelateerde verzeke ringsmarkt. Zo is de verkoop van overlijdensrisicoverzekeringen in 2007 met 60% gestegen. Het verbeterde woonhuisverzekerings product van de Postbank heeft geleid tot een stijging met 50% van de verkoop van woonhuisverzekeringen ten opzichte van 2006, hetgeen 25% heeft bijgedragen aan de totale omzetstijging. Versnelde groei in Centraal-Europa Centraal-Europa kent een aanhoudend hoge economische groei. Dit maakt het, mede gezien de lage penetratiegraad van levens verzekeringen en een gunstige demografie, tot een groeimarkt voor levensverzekeringen en pensioenen. Bij Insurance Central Europe was sprake van een grote stijging van de waarde van de nieuwe productie en er deed zich wederom een gestage groei voor in premies, kapitaalinstroom bij pensioenfondsen en winst. ING was een van de eerste bedrijven die actief werden in de regio. Vanaf de start van de activiteiten begin jaren negentig is autonoom een embedded value gecreëerd van EUR 3,9 miljard. De aanhoudend goede resultaten van ING in de regio zijn gebaseerd op de succesvolle implementatie van een groeistrategie op basis van vier speerpunten: verbreding van de distributiebasis, uitbreiding van het productaanbod, het opzetten van nieuwe bedrijven en verbetering van de operationele efficiency. In Centraal-Europa vormen eigen verzekeringsadviseurs op dit moment het belangrijkste distributiekanaal. ING is doorgegaan met haar programma om de doelmatigheid van dit kanaal te verbeteren. Dit heeft geleid tot een stijging van de productiviteit
27
in 2007 met meer dan 20%. De verkooporganisatie wordt primair beoordeeld op waardecreatie en klantbehoud. Tegelijkertijd verbreedt ING haar distributie door samenwerkingsverbanden aan te gaan met lokale tussenpersonen en banken. Zo was ING Hongarije, in samenwerking met twee lokale banken, succesvol met de verkoop van levenhypotheken. In Griekenland is ING een exclusieve 10-jarige distributiesamenwerking aangegaan met de Piraeus Bank, een van de meest toonaangevende banken van het land. Directe distributie van eenvoudige, gestandaardiseerde producten wordt selectief ontwikkeld ter stimulering van de verkoop van meer adviesgevoelige producten. In 2007 werd verdere vooruitgang geboekt met de uitbreiding van het productaanbod. In Roemenië, Hongarije, Polen en Slowakije worden eenvoudige verzekeringsproducten ontwikkeld waarmee ING ook producten verkoopt aan lagere inkomensgroepen. …en het opzetten van nieuwe bedrijfsonderdelen ING heeft in 2007 twee nieuwe bedrijven opgericht in CentraalEuropa: een levensverzekeringsmaatschappij in Rusland en een verplicht pensioenfonds in Roemenië. In juli werd in Rusland de eerste levensverzekeringspolis verkocht. De Russische levens verzekeringsmarkt biedt grote kansen, al staat zij nog in de kinderschoenen en zal er op lange termijn nog veel werk moeten worden verzet. De eerste prioriteit is het werven en opleiden van een verkoopapparaat van eigen agenten. Daarnaast is ING alert op kansen om distributieovereenkomsten met banken te sluiten. De Roemeense regering heeft in september 2007 voor werk nemers de verplichting ingesteld om een pensioen op te bouwen. Om een groot marktaandeel te veroveren heeft ING Roemenië een vliegende start gemaakt met het werven en opleiden van een groot flexibel verkoopapparaat, met in totaal ongeveer 40.000 verkooppunten. Deze inspanningen hebben duidelijk hun vruchten afgeworpen met eind 2007 al meer dan 1 miljoen nieuwe klanten en een marktaandeel van meer dan 30%. Hiermee zijn alle concurrenten ruimschoots voorbijgestreefd.
CONCLUSIES EN AMBITIES Insurance Europe heeft haar solide prestaties in 2007 voortgezet, zowel op het gebied van winst als van waardecreatie. In de toekomst zal dit bedrijfsonderdeel blijven inspelen op nieuwe trends in de verzekeringssector, in het bijzonder op veranderende behoeften van klanten, de overgang naar een meervoudige distributieaanpak, grotere concurrentie en de stijgende behoefte aan kostenefficiency. Door de aanhoudende druk op volumes en marges zal in de Benelux de nadruk blijven liggen op kosten besparingen, teneinde de prijzen aantrekkelijk te houden en de klanttevredenheid te vergroten. ING zal het accent in toenemende mate verschuiven naar pensioenen en levensverzekeringen en zal, binnen het kader van haar multidistributiestrategie, de distributie via banken uitbreiden. In Centraal-Europa wil ING haar toonaangevende positie vergroten door haar strategie van versnelde groei op basis van vier speerpunten. De inspanningen om samenwerkingsverbanden met banken en onafhankelijke tussenpersonen aan te gaan zullen in 2008 worden opgevoerd en het verkoopapparaat van eigen adviseurs zal verder worden geprofessionaliseerd. Er zullen producten voor de opkomende middenklasse worden ontwikkeld, evenals producten om het vermogen te behouden van klanten wier polissen begin jaren negentig werden afgesloten. ING bestudeert de mogelijkheden om levensverzekerings- en pensioenproducten te verkopen op de grote Turkse markt, waarbij zij wil profiteren van ING’s recente overname van Oyak Bank in Turkije. Teneinde schaalgrootte te creëren en voordeel te behalen uit de groeiende economieën in Centraal-Europa zal ING alert blijven op kansen om meer nieuwe activiteiten in Centraal-Europa op te zetten en op kansen voor nieuwe samenwerkings overeenkomsten voor distributie en aanvullende acquisities. In lijn met de focus van ING op beleggings- en pensioenoplossingen in heel Europa, zal de introductie van beleggingskoopsommen op zowel bestaande als nieuwe markten worden voortgezet.
Ten slotte is Insurance Central Europe begonnen met een grootschalig Lean Six Sigma-programma waarin 40 projecten zijn opgenomen ter verbetering van de operationele efficiency en de dienstverlening aan klanten. Beleggings- en pensioenoplossingen in heel Europa De laatste jaren heeft ING Investment Management Europe een sterke winststijging laten zien. Ondanks uitstroom in Nederland was in 2007 sprake van autonome groei in distributie voor derden en in activiteiten voor eigen rekening, in het bijzonder door de sterke omzet bij Bank Slaski in Polen. De nettoresultaten werden positief beïnvloed door de winstgevende batengroei. ING IM wordt nader besproken in het hoofdstuk Vermogensbeheer op pagina 49. ING heeft tevens in Spanje (eind maart) en Hongarije (juli) beleggingskoopsommen (SPVA’s) geïntroduceerd. Deze hebben voor EUR 173 miljoen bijgedragen aan de premiegroei. Het betreft hier langetermijnspaarproducten die de kans om te profiteren van het stijgingspotentieel van aandelenbeleggingen combineert met de zekerheid van een beleggingsgarantie. Hierdoor is dit een aantrekkelijk product voor klanten die sparen voor hun pensioen.
ING Groep Jaarverslag 2007
28 1.2 Verslag van de Raad van Bestuur
Insurance Americas Zakendoen steeds gemakkelijker maken Kernpunten
Winst-en-verliesrekening (onderliggend) in miljoenen euro’s
> Voor vijfde jaar op rij hogere winst voor belastingen > Goede resultaten in de VS ondanks moeilijke omstandigheden > Toonaangevende posities in Latijns-Amerika
Premie-inkomen Bedrijfslasten Onderliggende winst voor belastingen Totale winst voor belastingen*
2007
2006
mutatie
23.537 2.519
24.118 2.490
–2,4% 1,2%
2.059
1.992
3,4%
2.152
1.992
8,0%
* Totale winst voor belastingen is de winst voor belastingen inclusief desinvesteringen en bijzondere posten.
Kerncijfers
Underlying profit before tax in percentages
Underlying profit before tax in percentages 2007
Waarde nieuwe levenproductie (in miljoenen euro’s) Intern rendement Embedded value levensverzekeringen (in miljoenen euro’s)
270
167
11,8%
10,3%
10.633
10.272
6,5
6,0
Underlying before tax Economischprofit kapitaal (in miljarden euro’s) in percentages Insurance Americas ONDERLIGGENDE WINST VOOR BELASTINGEN
Underlying in procenten profit before tax in percentages
> Autonome groei, maar ook groei via overnames
2006
Overig ING
22% 78%
Insurance Americas Overig ING
22% 78%
Insurance Americas Overig ING
22% 78%
Insurance Americas
22%
Overig ING 78% GEOGRAFISCHE SPREIDING PREMIE-INKOMEN in procenten
VS 79% 18.677 Canada 12% 2.788 Latijns-Amerika* 9% 2.072 Totaal 100% 23.537 VS 79% 18.677 * Betreft Mexico, Chili en Peru; ING’s joint venture in Brazilië is een minderheidsbelang en isChili daarom inbegrepen. Canada 12% joint2.788 * Betreft Mexico, enniet Peru; ING’s Latijns-Amerika* 9% 2.072 venture in Brazilië is een minderheidsbelang enTotaal is daarom niet inbegrepen. 100% 23.537 * Betreft Mexico, Chili en Peru; ING’s joint venture in Brazilië is een minderheidsbelang en is daarom niet inbegrepen.
VS 79% 18.677 Canada 12% 2.788 Latijns-Amerika* 9% 2.072 Totaal 100% 23.537 VS 79% 18.677 * Betreft Mexico, Chili en Peru; ING’s joint venture in Brazilië is een minderheidsbelang en is daarom niet inbegrepen. Canada 12% 2.788 Latijns-Amerika* 9% 2.072 Totaal 100% 23.537 * Betreft Mexico, Chili en Peru; ING’s joint venture in Brazilië is een minderheidsbelang en is daarom niet inbegrepen.
ING Groep Jaarverslag 2007
29
De winst voor belastingen en de waarde van de nieuwe levenproductie van Insurance Americas stegen in 2007 voor het vijfde jaar op rij, ondanks moeilijke marktomstandigheden. Deze goede prestatie komt vooral door betere resultaten bij alle bedrijfsonderdelen in de VS en de zeer goede resultaten bij de levensverzekeringsactiviteiten in Latijns-Amerika. Insurance Americas heeft haar strategie in de loop van het jaar verder aangescherpt en zich geconcentreerd op snelgroeiende markten, waaronder de markt voor beleggings-, levensverzekerings- en pensioenproducten in de VS en Latijns-Amerika. Dankzij de overname van LatijnsAmerikaanse pensioenactiviteiten is ING uitgegroeid tot marktleider. Hiermee heeft ING een stevig fundament gelegd onder de verdere uitbreiding van haar activiteiten in de regio. FINANCIËLE ONTWIKKELINGEN De onderliggende winst voor belastingen van Insurance Americas steeg met 3,4% tot EUR 2.059 miljoen ondanks moeilijke omstandigheden op de financiële markt in de VS en ongunstige valuta-invloeden. Het resultaat werd ook beïnvloed door lagere schadewinsten in Canada en Mexico, als gevolg van lagere verzekeringstechnische resultaten. Exclusief valuta-invloeden steeg de onderliggende winst voor belastingen met 11%, vooral dankzij sterke resultaten in de VS en Latijns-Amerika. Het premie-inkomen van Insurance Americas nam met 2,4% af naar EUR 23.537 miljoen. Exclusief valuta-invloeden steeg het premie-inkomen echter met 6,0% dankzij hogere omzet bij het leven- en schadebedrijf in alle landen. Het premie-inkomen van het levenbedrijf en het schadebedrijf steeg met respectievelijk 6,6% en 3,0%, beide exclusief valutainvloeden. In de Verenigde Staten nam het premie-inkomen met 6,7% toe, vooral dankzij een hogere omzet van variabele lijfrentes en pensioenproducten, die gedeeltelijk teniet werd gedaan door lagere premies uit lijfrentes met een vaste uitkering. De recordverkoop aan variabele lijfrentes in de VS was grotendeels te danken aan LifePay Plus, een variabele lijfrente met een minimum gegarandeer de uitkering, die in augustus 2007 werd geïntroduceerd. De leven premies in Latijns-Amerika stegen met 3,8%, dankzij meer collectie ve verzekeringen in Mexico en een hogere omzet van lijfrentes in Chili. Dit compenseerde ruimschoots de lagere verkoop van lijfrentes in Mexico als gevolg van de kwakkelende marktomstandigheden. In Canada stegen de schadepremies met 2,7% dankzij een toename van het aantal verzekerde risico’s. Dit werd gedeeltelijk tenietgedaan door lagere gemiddelde premietarieven. Het premie-inkomen van het schadebedrijf in Latijns-Amerika nam toe met 3,4% door hogere premie-inkomsten uit zorgverzeke ringen in Chili en Mexico, waarmee een lagere omzet van het schadebedrijf in Mexico werd tenietgedaan. De bedrijfslasten in Noord- en Latijns-Amerika stegen met 1,2% tot EUR 2.519 miljoen, ofwel 9,2%, exclusief valuta-invloeden. Deze stijging houdt verband met de overname van de pensioen- en lijfrenteactiviteiten in Latijns-Amerika, een hogere verkoop, strate gische investeringen in technologie en distributie, alsmede auto nome groei van de activiteiten, met name in de Verenigde Staten. Levensverzekeringen De onderliggende winst voor belastingen van het levenbedrijf steeg met 19,1% tot EUR 1.572 miljoen, ofwel 29,9%, exclusief valuta-invloeden. In de VS steeg de onderliggende winst voor
belastingen met 12,7% tot EUR 1.356 miljoen, ofwel 23,2%, exclusief valuta-invloeden. De nettobeleggingsopbrengsten, inclusief een winst van EUR 21 miljoen uit de verkoop van een minderheidsbelang, droegen EUR 83 miljoen bij aan de winstgroei in de VS. Rentegerelateerde winsten hebben de kredietgerelateerde verliezen en waardeverminderingen, voortvloeiend uit de krediet crisis, ruimschoots gecompenseerd. Het resultaat is ook inclusief EUR 3 miljoen aan een positieve, aan de aandelenmarkt gerela teerde, versnelde afschrijving van acquisitiekosten en versterking van de voorzieningen voor beleggingsgaranties, die zijn gedaald met EUR 52 miljoen ten opzichte van 2006. Exclusief beleggingsopbrengsten steeg de onderliggende winst voor belastingen van het levenbedrijf met 5,5% tot EUR 1.316 miljoen, ofwel 15,0%, exclusief valuta-invloeden. De toename van de provisiebaten was vooral toe te schrijven aan een hoger beheerd vermogen dat verband houdt met basispensioendiensten en variabele lijfrentes alsmede hogere beleggingsopbrengsten uit alternatieve activa, maar werd deels tenietgedaan door hogere operationele kosten. In de Verenigde Staten stegen de bedrijfslasten met 10,4% (exclusief valuta-invloeden) door hogere verkopen, uitbreiding van de distributiecapaciteit, groei van de bestaande activiteiten, investe ringen in technologie en hogere reorganisatie- en salariskosten. De onderliggende winst voor belastingen van het levenbedrijf in Latijns-Amerika steeg met 84,6% tot EUR 216 miljoen dankzij een beter verzekeringstechnisch resultaat binnen de gehele regio en beleggingswinsten in Mexico. De Latijns-Amerikaanse bedrijfs lasten stegen met 19,0%, of 28,2%, exclusief valuta-invloeden, vooral dankzij de integratie van de nieuwe pensioenactiviteiten alsmede de stijging van de operationele kosten en groei van de activiteiten in Mexico. De embedded value van de levenproductie van Insurance Americas steeg met 3,5% tot EUR 10.633 miljoen, dankzij een sterke verkoop en gunstige operationele variaties, ondanks ongunstige valuta fluctuaties en negatieve financiële variaties door zwakke aandelen beurzen in de tweede helft van 2007. De waarde van de nieuwe productie steeg met 61,7% tot EUR 270 miljoen, dankzij positieve ontwikkelingen in zowel de Verenigde Staten als Latijns-Amerika. De waarde van de nieuwe productie over 2006 stond onder druk door een stijging van de disconteringsvoet, latente reserves bij de Amerikaanse individuele levensverzekeringsactiviteiten en gewijzigde aannames in Mexico. In de VS steeg de waarde van de nieuwe productie met 48,3% tot EUR 215 miljoen, dankzij productvernieuwingen en distributie-initiatieven in de individuele levenverzekerings- en variabele lijfrentesegmenten, alsmede sterke institutionele verkopen in de tweede helft van 2007. De waarde van de nieuwe productie in Latijns-Amerika steeg met 154,5% tot EUR 56 miljoen, vooral dankzij hogere volumes en rendementen bij het pensioenbedrijf in Mexico, inclusief EUR 10 miljoen uit over genomen pensioenactiviteiten. Het intern rendement van Insurance Americas nam met 150 basis punten toe tot 11,8%, wat blijk geeft van solide verbeteringen binnen de gehele regio. In de VS is het intern rendement van de individuele levensverzekeringsactiviteiten aanzienlijk verbeterd, dankzij een hogere omzet waardoor de kostenefficiency ver beterde alsmede dankzij de oplossing die is gevonden voor het aanhouden van niet-economische reserves.
ING Groep Jaarverslag 2007
30 1.2 Verslag van de Raad van Bestuur
Insurance Americas (vervolg)
Schadeverzekeringen De onderliggende winst voor belastingen van het schadebedrijf daalde in 2007 met 27,4% naar EUR 487 miljoen, ofwel 24,5%, exclusief valuta-invloeden, door lagere resultaten in Canada en Latijns-Amerika. De autonome groei van de Canadese activiteiten bleef in 2007 onverminderd sterk, maar de winstgevendheid was aanzienlijk lager dan in 2006. Het lagere verzekeringstechnische resultaat, waarin de aanhoudende verslechtering binnen de branche tot uitdrukking komt, en de verliezen op beleggingen lagen hieraan ten grondslag. De verzekeringstechnische resultaten daalden in 2007 door verslechtering van de markt voor autoverzekeringen en hogere verliezen op opstalverzekeringen. Terwijl de beleggings activiteiten hogere rente- en dividendopbrengsten genereerden, zorgden de teleurstellende omstandigheden op de kapitaalmarkten voor beleggingsverliezen op schuldpapier. ING Canada blijft een voorsprong behouden op de concurrentie als het gaat om combined ratio’s, omzet en rendement. De onderliggende winst voor belastingen in Latijns-Amerika daalde met 74,2% naar EUR 17 miljoen door lagere verzekeringstechnische resultaten in Chili en Mexico, die slechts gedeeltelijk werden tenietgedaan door de sterke resultaten bij de zorgactiviteiten in Brazilië. Mexico boekte EUR 39 miljoen aan verlies voor belastingen, vooral dankzij hogere claims als gevolg van brand- en natuurschade en de versterking van de voorziening voor autoverzekeringen. ING deed begin 2008 twee strategische desinvesteringen. In januari kondigde ING de verkoop aan van haar zorgactiviteiten in Chili aan Said Group en Linzor en in februari 2008 de verkoop aan van haar Mexicaanse schadeverzekeringsactiviteiten aan AXA. De bedrijfslasten van het schadebedrijf bedroegen EUR 790 miljoen, een stijging van 2,6%, exclusief valuta-invloeden, waarbij de stijgingen in Canada gedeeltelijk teniet werden gedaan door lagere bedrijfslasten in Mexico. HOOFDPUNTEN ING is in 2007 doorgegaan met het veranderen van haar positio nering in de regio. Insurance Americas wil een toonaangevende aanbieder zijn van beleggings-, pensioen-, lijfrente-, vermogens beheer- en levensverzekeringsproducten in heel Noord- en Latijns-Amerika. Insurance Americas is zich daarbij blijven richten op groei van de omzet en de winst door in te spelen op de product- en distributie mogelijkheden die de vergrijzing van de bevolking in de VS en de toenemende welvaart in Latijns-Amerika bieden. Dankzij de toonaangevende positie van ING in de VS op het gebied van pensioenen en variabele lijfrentes, steeg de winst op dat terrein over 2007 met 46%. US Retirement Services is marktleider wat betreft winst, aantal pensioenplannen en aantal deelnemers. Bij US Variable Annuity zorgden een goede verkoop van nieuwe producten, een tarief gericht op het vasthouden van klanten en verbeterde distributie voor een sterke toename van het beheerd vermogen. Dit staat inmiddels op bijna USD 50 miljard. 2007 was een erg goed jaar voor de vermogensbeheer- en verzekeringsactiviteiten in de VS. Er was sprake van sterke groei bij de beleggingsfondsen en een stijging van de omzet in institutioneel vermogensbeheer. Daarnaast steeg de omzet van nieuwe levensverzekeringen met meer dan 49% door de introductie van nieuwe beleggings- en overlijdensrisicoverzekeringen. Deze goede resultaten werden geboekt ondanks de moeilijke ING Groep Jaarverslag 2007
omstandigheden op de krediet- en aandelenmarkten, onrust op de markt door problemen rond de subprimehypotheken en sterke concurrentie in het algemeen. In de tweede helft van 2007 kondigde ING de overname aan van de pensioenactiviteiten van Banco Santander in Argentinië, Chili, Colombia, Mexico en Uruguay voor EUR 1,15 miljard. Samen met de bestaande pensioenactiviteiten van ING in Latijns-Amerika wordt ING daarmee de op een na grootste pensioenfondsbeheerder in dit deel van de wereld en een belangrijke speler op de LatijnsAmerikaanse markten voor pensioenen en vermogensvorming. Met de overname is het beheerd pensioenvermogen van ING meer dan verdubbeld tot EUR 40 miljard. US Wealth Management blijft goed presteren In de VS kende ING een gestage groei door sterke marktposities in pensioenen en lijfrentes en een brede distributiecapaciteit. ING is in de VS een van de belangrijkste aanbieders van pensioen producten met vaste premie voor mkb-bedrijven, onderwijsinstel lingen, ziekenhuizen en overheidsinstanties. ING richt zich op alle bedrijven en instellingen, maar de nadruk ligt op segmenten met het grootste groeipotentieel: personeel in het mkb en in het onderwijs, en dan met name docenten en medewerkers in het basis- en voortgezet onderwijs. In de zakelijke markten concentreert ING zich op pensioenregelingen met vaste premie voor bedrijven met 500 of minder medewerkers. Dit is de sector met het hoogste groeipotentieel in werkgelegenheid. Bovendien is de penetratiegraad hier erg laag: slechts 30% van de werkgevers heeft een pensioenregeling voor de eigen medewerkers. Ook de onderwijsmarkt biedt uitstekende groeiperspectieven voor ING. Recente veranderingen in de wetgeving inzake de verkoop van pensioenregelingen aan docenten en medewerkers van onderwijsinstellingen – de eerste in bijna 40 jaar – pakken waarschijnlijk gunstig uit voor ING. De nieuwe wetgeving, die eind 2008 in werking treedt, legt de fiduciaire verantwoordelijkheden bij de instellingen zelf. Zij zullen voortaan zelf zo aantrekkelijk mogelijke pensioenregelingen moeten sluiten voor hun medewerkers. Dat betekent dat die instellingen waarschijnlijk ook behoefte krijgen aan advisering om aan hun verplichtingen te kunnen voldoen. De financiële instellingen die de beste ondersteuning bieden, zullen naar verwachting ook de meeste overeenkomsten binnenhalen. ING heeft een goede reputatie en expertise op het gebied van de uitvoering van pensioenplannen. Verder zullen de komende tien tot vijftien jaar 2,4 miljoen 50-plussers in het onderwijs met pensioen gaan. Zij krijgen behoefte aan producten en diensten waarmee ze hun opgebouwde pensioen optimaal te gelde kunnen maken. Deze docenten zullen worden vervangen door ongeveer hetzelfde aantal nieuwkomers, die nog moeten starten met hun eigen pensioenregeling. Deze jonge mensen zullen naar verwachting onlinetoegang willen hebben tot beleggingsproducten. ING werkt momenteel aan mogelijkheden om zowel de 50-plussers die met pensioen gaan als de 20-plussers die de markt gaan betreden van dienst te kunnen zijn. De invoering van de Pension Protection Act in 2006 leidt ten slotte waarschijnlijk tot een toename van nieuwe pensioenovereenkomsten bij zowel ING als bij andere financiële dienstverleners. Onder deze wet nemen medewerkers automatisch deel aan een bedrijfs pensioenregeling, tenzij zij expliciet aangeven dat niet te willen.
31
Aanhoudend goede omzet variabele lijfrentepolissen in de VS Na de introductie van ING LifePay Plus in augustus steeg de omzet van lijfrentepolissen met variabele uitkering in de tweede helft van 2007 tot recordhoogte. ING LifePay Plus is uiterst populair bij beleggers en financieel adviseurs. Variabele lijfrentes voor particulieren bleven een belangrijke pijler onder de omzet en netto-instroom van US Wealth Management in 2007. US Wealth Management heeft zeer brede, gediversifieerde distributie kanalen met toegang tot ruim 200.000 onafhankelijke distributie punten, zoals wirehouses (de grote zakenbanken), onafhankelijke tus senpersonen, banken, medewerkers en directe verkoop aan de klant. Stevige verbetering bij US Insurance US Insurance boekte een aanmerkelijk hogere omzet en winst, vooral dankzij de geslaagde introductie van nieuwe beleggings- en overlijdensrisicoverzekeringen. Dit leidde tot een stijging van het premie-inkomen en het aantal polissen. Het aantal polissen van US Retail Life groeide van 30.930 in 2006 tot 83.344 in 2007. Hierdoor daalden ook de gemiddelde kosten per polis. Dat is goed voor de klanten en goed voor de winstgevendheid van ING. De kracht van het merk ING blijft in de VS een goed verkoopargu ment, zowel voor tussenpersonen als voor klanten. Mede dankzij extra investeringen in het merk in de tweede helft van 2007 is de omzet van alle bedrijfsonderdelen in de VS verder gestegen. ING Investment Management Americas Ook in 2007 heeft het vermogensbeheer van ING IM Americas goede omzetcijfers gerealiseerd. Vooral in de tweede helft van het jaar werden nieuwe fondsen geïntroduceerd, ondanks de minder gunstige marktomstandigheden. Verder legde ING IM Americas meer nadruk op verbetering van het portefeuillebeheer om zowel toekomstige als bestaande klanten beter van dienst te kunnen zijn. ING IM Americas presteerde ook goed met alternatieve beleggingen, zoals private-equityactiviteiten, commanditaire vennootschappen en hedgefondsen. Ook de divisie Institutional Markets – begin 2008 omgedoopt tot ING Financial Products – genereerde veel nieuwe omzet. Bij de retailactiviteiten van ING IM Americas zorgde de succesvolle campagne ‘Going Global’ voor een instroom in 2007 van EUR 945 miljoen. Er werden diverse nieuwe internationale fondsen geïntroduceerd, zoals ING Asia Pacific Real Estate en ING European Real Estate. Ook waren er twee nieuwe closed-end fondsen: ING Asia Pacific High Dividend Equity Income Fund en het ING International High Dividend Equity Income Fund. Hiermee steeg het totale vermogen van de closed-end fondsen tot ruim EUR 3,3 miljard. Bij alle nieuwe fondsen wordt gebruik gemaakt van de beleggingskennis en regionale expertise van ING om mondiale maatoplossingen voor beleggers te ontwikkelen. Topposities ING in Latijns-Amerika Dankzij de overname van activiteiten in Latijns-Amerika klom ING in vijf landen naar topposities in de pensioenmarkt. In zowel Mexico als in Chili werd ING de nummer drie in de sector. In Argen tinië, Colombia en Uruguay kwam ING in de top 5. In Peru was ING met een marktaandeel van iets meer dan 35% al de nummer één in de pensioenmarkt. Alles bij elkaar is ING nu de op een na grootste pensioenfondsbeheerder in Latijns-Amerika. Dit biedt een stevige basis voor de verdere uitbreiding van onze activiteiten.
ING heeft een duurzaam en op groei gericht platform voor de activiteiten in Latijns-Amerika. Aantrekkelijke macro-economische en demografische ontwikkelingen leiden hier tot een toenemende vraag naar pensioen- en levensverzekeringsproducten en andere financiële producten. De regionale pensioenexpertise van ING en het solide lokale management van de overgenomen pensioenbedrijven staan samen garant voor een soepele integratie en maximale groeikansen. Prijzen Begin 2008 won ING in de VS de Process Excellence Award van de International Quality & Productivity Centre voor de invoering van het efficiencyprogramma Six Sigma. Dankzij dit programma kunnen efficiencymaatregelen van USD 44 miljoen in 100 projecten worden doorgevoerd. Deze projecten zijn gericht op verbetering van de processen en inkomsten, alsmede op het terugdringen van de kosten. Begin 2008 won ING in de VS ook de Catalyst Award, een prijs voor initiatieven ter bevordering van vrouwen in topposities. Volgens de jury dankt ING de prijs aan haar homogene bedrijfs cultuur, wat heeft geleid tot een stijging van het aantal vrouwen in hogere managementlagen. CONCLUSIES EN AMBITIES ING boekte in 2007 in de VS goede resultaten en legde door de overname van Latijns-Amerikaanse pensioenactiviteiten een stevige basis voor groei in die regio. ING zal zich blijven concentreren op verdere investeringen in de groei van de beleggings-, levensverzeke rings- en pensioenactiviteiten. De kernactiviteiten van ING staan er goed voor en bieden een prima uitgangspositie om dit doel te realiseren. In de VS staat de pensionering van grote aantallen babyboomers voor de deur. Zij houden zich steeds intensiever bezig met sparen voor hun oude dag. In 2020 zal twee derde van het belegbaar vermogen in de VS in handen zijn van babyboomers. Deze onge kende hoeveelheid geld (USD 44.000 miljard) biedt unieke kansen voor financiële dienstverleners met voldoende schaalgrootte. Ondernemingen als ING, met toonaangevende posities op het gebied van pensioenregelingen en variabele lijfrentes en met een breed scala aan beleggingsgaranties, zijn hierbij flink in het voordeel. Steeds meer pensioengerechtigden en vutters zijn op zoek naar gegarandeerde bescherming van hun vermogen. In de VS blijven we streven naar autonome groei van de omzet en de winst, maar ook op groei door overnames. Overnames zullen worden gezocht op het terrein van Amerikaanse pensioendiensten, variabele lijfrentes en vermogensbeheer, naast pensioen- en levensverzekeringsactiviteiten in Latijns-Amerika. ING zal de behoeften van de klant centraal blijven stellen, of het nu gaat om eindgebruikers, tussenpersonen, werkgevers namens wie wij de regelingen uitvoeren, of andere zakelijke partners. Dat betekent dat we steeds sneller innovatieve productoplossingen moeten ontwikkelen en onze klantenservice en technologieën moeten blijven verbeteren. Zo willen we onze belofte inlossen om zakendoen met ING steeds gemakkelijker te maken.
ING Groep Jaarverslag 2007
32 1.2 Verslag van de Raad van Bestuur
Insurance Asia/Pacific Goed gepositioneerd om te profiteren van groei in regio Kernpunten
Winst-en-verliesrekening (onderliggend) 2007
in miljoenen euro’s
> Markt in Azië/Pacific blijft sterk groeien > Aanwezig in de juiste markten voor winstgevende langetermijngroei > Goed voor bijna de helft van de totale waarde van de nieuwe productie van ING
2006
mutatie
Premie-inkomen 12.632 12.136 Bedrijfslasten 1.115 965 Totale winst voor belastingen 576 621 Onderliggende winst voor Underlying profit before tax belastingen* 636 in percentages576
4,1% 15,5% –7,2% –9,4%
* Totale winst voor belastingen is de winst voor belastingen inclusief desinvesteringen en bijzondere posten.
Kerncijfers
Underlying profit before tax in percentages
Waarde nieuwe levenproductie (in miljoenen euro’s) Intern rendement Embedded value levensverzekeringen (in miljoenenprofit euro’s)before tax Underlying in percentages Economisch kapitaal (in miljarden euro’s)
2007
2006
442 16,8%
421 16,8%
2.204
1.343
Insurance Asia/Pacific Overig ING
7,0
ONDERLIGGENDE WINST VOOR BELASTINGEN
7,5
6% 94%
Underlying profit before tax in procenten in percentages
Insurance Asia/Pacific Overig ING
6% 94%
> Verdere versterking bankdistributie Insurance Asia/Pacific Overig ING
6% 94%
Insurance Asia/Pacific 6% GEOGRAFISCHE SPREIDING PREMIE-INKOMEN Overig ING in miljoenen euro’s
94%
Insurance Asia/Pacific Japan 37% Taiwan 24% Zuid-Korea 29% Australië/Nieuw-Zeeland 2% OverigAsia/Pacific Azië* 8% Insurance Totaal 100% Japan 37%
4.693 3.010 3.607 275 1.047 12.632 4.693
Taiwan 24% Zuid-Korea 29% Australië/Nieuw-Zeeland 2% Overig Azië* 8% Totaal 100%
3.010 3.607 275 1.047 12.632
* China, Hongkong, India, Maleisië en Thailand.
* China, Hongkong, India, Maleisië en Thailand.
* China, Hongkong, India, Maleisië en Thailand.
Insurance Asia/Pacific Japan 37% Taiwan 24% Zuid-Korea 29% Australië/Nieuw-Zeeland 2% Insurance Asia/Pacific Overig Azië* 8% Japan 37% Totaal 100% Taiwan 24% * China, Hongkong, India, Maleisië en Thailand. Zuid-Korea 29% Australië/Nieuw-Zeeland 2% Overig Azië* 8% Totaal 100% * China, Hongkong, India, Maleisië en Thailand.
ING Groep Jaarverslag 2007
4.693 3.010 3.607 275 1.047 4.693 12.632 3.010 3.607 275 1.047 12.632
33
In geen enkele andere regio is de economische groei en de groei van vermogens zo groot als in Azië. Insurance Asia/Pacific is goed gepositioneerd om te profiteren van de mogelijkheden voor verdere groei. Insurance Asia/Pacific levert een belangrijke bijdrage aan de waardecreatie voor ING en is sterk aanwezig in de regio met een uitgebreid productassortiment en meervoudige distributiekanalen.
en individuele beleggingsproducten, gecombineerd met behoud van bestaande polissen. Het innovatieve product van ING Australië, OneCare (een overlijdensrisicoverzekering met een eenmalige uitkering en een arbeidsongeschiktheidsregeling) blijft aan kop in de verkoopcijfers. De bedrijfslasten namen toe met 14,4% als gevolg van gestegen lasten door hogere volumes, zoals bij beleggingsbeheer, marketingkosten en hogere overdrachtsbelasting.
FINANCIËLE ONTWIKKELINGEN De onderliggende winst voor belastingen daalde met 7,2% naar EUR 576 miljoen, vergeleken met EUR 621 miljoen in 2006. Hogere winsten in Zuid-Korea en Australië werden meer dan tenietgedaan door een winstdaling in Japan. Exclusief Japan steeg de onderliggende winst voor belastingen met 18,7%. Gedurende 2007 bleef Insurance Asia/Pacific investeren in de verdere uitbreiding van de activiteiten, met name in de sterk groeiende markten van China, India en Thailand.
In Japan daalde de onderliggende winst voor belastingen met 84,6%, ofwel EUR 132 miljoen, van EUR 156 miljoen in 2006 naar EUR 24 miljoen, vooral door de volatiliteit op de markt voor variabele lijfrentes, en een afboeking van EUR 24 miljoen op de collectieve levensverzekeringen (COLI), gekoppeld aan een CDO. De markt voor beleggingskoopsommen liep terug; dit kwam vooral door de invoering van nieuwe toezichtsregels, waarbij distributeurs van financiële producten, zoals beleggingsfondsen en beleggingskoopsommen, zijn geconfronteerd met aangescherpte complianceprocedures. De markt werd tevens negatief beïnvloed door afgenomen consumentenvertrouwen als gevolg van de aanhoudende marktvolatiliteit. Ondanks deze ontwikkelingen bleef de verkoop op peil van het product Smart Design 1-2-3, dat in de tweede helft van 2007 werd geïntroduceerd. ING behield haar top 3-marktpositie. Hoewel collectieve levensverzekeringen opnieuw beïnvloed werden door nieuwe richtlijnen voor belastingaftrek, is ING goed gepositioneerd voor de verschuiving naar meer beschermde collectieve levensverzekeringsproducten in die markt. Het totale premie-inkomen daalde met 5%. De bedrijfslasten namen met 6,6% toe, vooral door hogere marketingkosten.
Aan de batenkant nam het bruto premie-inkomen toe met 4,1% tot EUR 12.632 miljoen. Hoger premie-inkomen in Australië, ZuidKorea en Taiwan werden deels tenietgedaan door lagere premies in Japan. In de meeste overige landen binnen de regio Azië/Pacific werd in lokale valuta een dubbelcijferige groei van het premieinkomen gerealiseerd. Het beheerd vermogen steeg met 17,9% en bedroeg ultimo 2007 EUR 99 miljard, vooral dankzij Japan, China, India en Taiwan. In Japan haalde het ING Funds Japan een groot mandaat binnen van EUR 1,5 miljard voor geselecteerde effectenfondsen van Nomura. In Taiwan is het beheerd vermogen van de beleggingsactiviteiten ten opzichte van een jaar geleden meer dan verdubbeld tot EUR 1,4 miljard, dankzij de overname van de vermogensbeheeractiviteiten van ABN AMRO in het vierde kwartaal van 2006. De onderliggende bedrijfslasten stegen met 15,5% tot EUR 1.115 miljoen door gestegen volumes en de focus op het versterken van de organisatie en infrastructuur, alsmede investeringen in het opzetten van nieuwe activiteiten. De waarde van de nieuwe productie (WNP) van Insurance Asia/Pacific bedroeg EUR 442 miljoen, een stijging van 5,0% ten opzichte van 2006, vooral dankzij Taiwan, Australië en Overig Azië. In Zuid-Korea en Japan was de WNP lager. De cijfers over 2007 zijn beïnvloed door een verandering in de gehanteerde WNPmethodologie voor nieuwe activiteiten in China, India en Thailand. Dit houdt in dat opstartverliezen niet meer worden meegenomen in de WNP, hetgeen in 2007 een positief effect had van EUR 16 miljoen. Het intern rendement bleef onverminderd gunstig op 16,8%, gelijk aan 2006. Ondanks lagere financiële variaties en wijzigingen in de aannames voor de bedrijfslasten steeg de embedded value van de levensverzekeringsactiviteiten van EUR 1.343 miljoen in 2006 naar EUR 2.204 miljoen ultimo 2007. Ontwikkelingen per land In Australië en Nieuw-Zeeland steeg de onderliggende winst voor belastingen in 2007 met 33,5%, ofwel EUR 54 miljoen, van EUR 161 miljoen in 2006 tot EUR 215 miljoen. Dit was vooral het gevolg van een toename van het beheerd vermogen, beleggingsopbrengsten en eenmalige verkoopwinsten van EUR 11 miljoen. Het premie-inkomen van het levenbedrijf steeg met 19,6%, ofwel EUR 45 miljoen, van EUR 230 miljoen in 2006 tot EUR 275 miljoen in 2007 dankzij nieuwe verkopen van levensverzekeringsproducten
In Zuid-Korea steeg de onderliggende winst voor belastingen met 14,1%, ofwel EUR 37 miljoen, van EUR 263 miljoen in 2006 tot EUR 300 miljoen. Dit was vooral vanwege de groei van de omzet van beleggingsgerelateerde producten en premies uit bestaande polissen, alsmede een eenmalige dividenduitkering van EUR 10 miljoen op aandelenbeleggingsfondsen die in het vierde kwartaal van 2007 werd geconsolideerd. Het premie-inkomen steeg met 11,9%, ofwel EUR 383 miljoen, van EUR 3.224 miljoen in 2006 tot EUR 3.607 miljoen, grotendeels vanwege de verkoop van beleg gingsgerelateerde producten. Door de groei van de activiteiten stegen de bedrijfslasten met 29,1%, ofwel EUR 57 miljoen, van EUR 196 miljoen in 2006 tot EUR 253 miljoen. Evenals in 2006 realiseerde ING in Taiwan in 2007 een winst van nul door versterking van de reserves die nodig is door de aanhoudend lage rente in dat land. In totaal bedroeg de versterking van de reserves in 2007 EUR 110 miljoen ten opzichte van EUR 182 miljoen in 2006. ING’s strategie in Taiwan is gericht op het verhogen van de verkoop en de waarde van de nieuwe productie door het vergroten van de omzet via eigen adviseurs en van het aandeel van minder kapitaalintensieve beleggingsgerelateerde producten. Daarnaast zijn er productgroepen die hogere marges genereren zoals ongevallen- en ziektekostenverzekeringen. In lijn met deze strategie stegen de nieuwe verkopen met 56,8% van EUR 271 miljoen in 2006 tot EUR 425 miljoen. De waarde van de nieuwe levenproductie nam met 17,4% toe van EUR 155 miljoen in 2006 tot EUR 182 miljoen. Het intern rendement stond op 20,0%. In Overig Azië steeg de onderliggende winst voor belastingen van levensverzekeringsactiviteiten van EUR 33 miljoen in 2006 tot EUR 34 miljoen, deels dankzij de nieuwe verkopen van beleggingskoopsommen in Maleisië. De nieuwe activiteiten in China, India en Thailand boekten verliezen doordat ING bleef investeren in toeING Groep Jaarverslag 2007
34 1.2 Verslag van de Raad van Bestuur
Insurance Asia/Pacific (vervolg)
komstige groei en winstgevendheid. ING Vysya Life in India blijft werken aan verbetering van haar distributienetwerk, waaronder agenten en verkoopkantoren. ING’s joint ventures op het gebied van levensverzekeringen in China kregen toestemming om kantoren te openen in de provincies Anhui en Jiangsu. Inmiddels is ING in tien Chinese provincies actief, met een bevolkingsaantal van in totaal 136 miljoen inwoners. HOOFDPUNTEN De economie in Azië is ook in 2007 harder gegroeid dan in andere regio’s. Ook de welvaart is toegenomen. Naar verwachting zullen hierdoor de levensverzekeringsactiviteiten in Azië de komende jaren sneller groeien dan in andere regio’s, zowel door in te spelen op de vermogensopbouw van de vergrijzende bevolking, als door spaarregelingen op te zetten voor mensen wier besteedbaar inkomen toeneemt. Insurance Asia/Pacific is goed gepositioneerd om te profiteren van deze langetermijngroeikansen, voortbouwend op de sterke positie die zij reeds heeft in bestaande markten. ING is een sterke speler in de markt voor financiële dienstverlening in de regio Azië/Pacific en is daar op dit moment, gemeten naar genormaliseerde nieuwe premieproductie op jaarbasis (annual premium equivalent, APE), de op een na grootste internationale levensverzekeraar. De APE is de som van de reguliere jaarlijkse premies van de nieuwe levenproductie plus 10% van de koopsom premies van de nieuwe levenproductie in het desbetreffende jaar. ING heeft momenteel 12 levenbedrijven in tien markten en is een toonaangevende speler in de grote markten van Australië, NieuwZeeland, Japan, Zuid-Korea en Taiwan. Daarnaast heeft ING een goede uitgangspositie voor groei in de zich snel ontwikkelende grote en middelgrote markten van India, China, Maleisië en Thailand. Gemeten naar beheerd vermogen behoort ING tot de top drie van regionale vermogensbeheerders met activiteiten in 13 markten. Insurance Asia/Pacific zal blijven investeren in groei, zowel door overnames als door autonome groei. In 2007 fuseerde ING Investment Management Korea met het onlangs overgenomen Landmark Investment Management en staat hiermee in Zuid-Korea op een tiende plaats als vermogensbeheerder. De verschuiving van vastrentende producten naar beleggingspro ducten en de sterke groei van distributie via banken bieden kansen waar ING haar voordeel mee kan doen. De strategische prioriteiten van ING sluiten naadloos aan op deze ontwikkelingen. ING blijft gericht op versterking van de distributiekanalen, introductie van nieuwe, winstgevende producten, versterking van de organisatie, vergroting van de operationele efficiency, verbetering van de naams bekendheid en schaalvergroting bij de vermogensbeheeractiviteiten. Versterking meervoudige distributiekanalen ING verkoopt haar levensverzekeringsproducten in de regio Azië/Pacific via eigen adviseurs, banken, directe kanalen en diverse innovatieve alternatieve kanalen. De eigen adviseurs leveren de grootste omzet, maar de distributie via banken groeit gestaag. ING werkt voortdurend aan mogelijkheden om de distributie te verbreden en de efficiency van bestaande kanalen te vergroten. In Hongkong, India, Maleisië, Zuid-Korea en Taiwan heeft ING een groot netwerk aan eigen adviseurs. ING Life Korea heeft een toonaangevend model voor distributie via eigen agenten. Dat model is ook in Taiwan een succes aan het worden. De goede
ING Groep Jaarverslag 2007
prestaties van ING Life Korea zijn toe te schrijven aan een selectieve werving, uitstekende opleidingen en voortdurende sturing op prestaties. In Taiwan en India versterkte ING in 2007 het netwerk van eigen adviseurs. Dit resulteerde in Taiwan in een recordomzet en in India in een aanzienlijke stijging van het aantal kantoren en adviseurs tot respectievelijk 270 en 51.000 eind 2007 (2006: 90 kantoren; meer dan 26.000 adviseurs). Hierdoor heeft ING, ondanks sterke concurrentie, toch haar marktaandeel weten te vergroten. In Australië heeft ING haar distributienetwerk versterkt en door de overname van Financial Services Partner Group (FSP) 139 adviseurs aan haar bestand toegevoegd. Deze maatschappij is de op twee na grootste intermediair van Australië, met meer dan 250.000 klanten. Dankzij deze overname heeft ING Australië thans het op een na grootste niet-gebonden adviseursnetwerk van het land, met zo’n 1.500 adviseurs. De overname biedt belangrijke groei- en synergiemogelijkheden. Groeiend belang bancaire distributie Ook al zijn de eigen adviseurs momenteel het sterkste distributie kanaal, toch blijft ING ook andere kanalen ontwikkelen, met name het bankkanaal. In Maleisië is een exclusieve distributieovereen komst gesloten met Public Bank, dat een distributienetwerk heeft van 241 kantoren in het gehele land en 15 commerciële kantoren in Hongkong. De verkoop via de kantoren van Public Bank ging in januari 2008 van start met de introductie van een 3-jaars beleggingsgerelateerde lijfrente, met een garantie op een minimumrendement. In India werd de distributie via ING Vysya Bank verder uitgebreid en in Thailand is een exclusieve bancaire distributieovereenkomst getekend met TMB, de nummer vijf van het land, volgend op de acquisitie door ING van een 30%-belang in deze bank. ING biedt haar bankpartners een totaaloplossing, inclusief ondersteuning op het gebied van marketing. Een van onze sterkste punten is ons inzicht in en kennis van zowel bankieren als verzekeren en hoe die twee elkaar kunnen versterken. ING heeft een aanzienlijk belang in drie banken: Bank of Beijing in China, ING Vysya Bank in India en TMB in Thailand. Verder hebben we joint ventures en samenwerkingsverbanden met een groot aantal andere banken en effectenhuizen in de regio. Het samenwerkingsverband met ANZ in Australië en Nieuw-Zeeland blijft succesvol. Daarnaast is ING een nieuw samenwerkings verband aangegaan met China Construction Bank (Asia) in Hongkong en Public Bank in Maleisië en Hongkong. In Zuid-Korea tekende ING distributieovereenkomsten met de tweede en derde bank van het land, respectievelijk Shinhan en Woori. In Japan, de op een na grootste levensverzekeringsmarkt ter wereld, werkt ING samen met meer dan 40 banken en effectenhuizen. Het aantal banken waar ING in de regio mee samenwerkt is gestegen tot meer dan 200. Hierdoor telt het distributienetwerk ruim 16.000 kantoren. Ook werd een additioneel belang van 5,1% in ING Life Korea gekocht van onze partner Kookmin Bank. ING blijft voortdurend op zoek naar andere, innovatieve distributie kanalen naast banken en eigen adviseurs. Zo worden in Zuid-Korea verzekeringen verkocht via de megasupermarkten van Tesco en leverde de directe onlineverkoop van eenvoudige levensverzekeringsproducten zoals OneCare Express in Australië positieve resultaten op. Ook OneAnswer, dat in Australië particulieren beleggingsdiensten aanbiedt, laat aanhoudend snelle groei zien.
35
Invoering van nieuwe producten In de meeste markten is sprake van een verschuiving naar beleg gingsgerelateerde levensverzekeringsproducten. In Japan betekende de succesvolle introductie van de nieuwe beleggings koopsom Smart Design 1-2-3 in september 2007 dat ING haar marktaandeel kon behouden, ondanks de negatieve invloed van de invoering van nieuwe toezichtsregels in Japan. In Zuid-Korea en Taiwan groeide de omzet van beleggingsgerelateerde producten en lijfrentes. In Taiwan was dit te danken aan een gerichte inspanning om de dienstverlening te verbeteren. In Nieuw-Zeeland werd het pensioenproduct KiwiSaver met succes geïntroduceerd. ING Nieuw-Zeeland is inmiddels marktleider op dit terrein, met meer dan 65.000 klanten en 3.000 werkgevers die zich hebben aangemeld voor het pensioenspaarplan waaraan men vrijwillig kan deelnemen. En in Australië werd eind 2007 een begin gemaakt met de verkoop via ING Direct van een levensverzekeringsproduct van ING Australië, dat gekoppeld is aan een hypotheek. De eerste resultaten zijn veelbelovend. Versterking organisatie Een van de topprioriteiten in 2007 was de uitbreiding en verbetering van de organisatie, met speciale nadruk op werving, management ontwikkeling en opleidingen. Mede door de sterke economische groei in Azië is een enorme vraag ontstaan naar talentvolle mede werkers. Personeelsbeleid blijft een belangrijke prioriteit en ING investeert in de verbetering van langetermijnbonusregelingen om talent aan te trekken en vast te houden. Vergroting operationele efficiency Op operationeel niveau wil ING de vruchten plukken van schaal voordelen door verdere standaardisering van de belangrijkste processen en systemen. Inmiddels is gestart met de regionale invoering van vereenvoudigde processen en een groot aantal efficiencyprojecten. Insurance Asia/Pacific blijft, geheel in lijn met het beleid van ING Groep, werken aan de verbetering van het operationele risico- en kostenbeheer. Zo leidde de nadruk op efficiency in Taiwan bijvoorbeeld al tot een winstgevende groei van de nieuwe productie. Ook de implementatie van het compliancebeleid van ING Groep heeft nog steeds topprioriteit.
In 2007 werd ook een kantoor geopend in Dubai in de Verenigde Arabische Emiraten. In eerste instantie zal ING IM zich richten op de zes Golfstaten Saoedi-Arabië, de Verenigde Arabische Emiraten, Koeweit, Oman, Qatar en Bahrein. Verder werden in diverse markten verschillende nieuwe fondsen geïntroduceerd. De performance van de fondsen was bevredigend: over de periode december 2006-december 2007 presteerde 68% van de INGfondsen, gemeten naar activa, beter dan de benchmarks. Zie het hoofdstuk Vermogensbeheer op pagina 50 voor meer details. CONCLUSIES EN AMBITIES Insurance Asia/Pacific heeft haar ambities in 2007 gerealiseerd. De eigen adviseurs verbeterden hun productiviteit, er werden belangrijke distributieovereenkomsten gesloten met banken en de omzet kreeg een nieuwe impuls. Dit resulteerde in een stijging van 18,7% van de onderliggende winst voor belastingen, exclusief Japan, waar de resultaten negatief beïnvloed zijn door de toegenomen marktvolatiliteit. Inclusief Japan daalde de onderliggende winst voor belastingen met 7,2% naar EUR 576 miljoen. Het totale intern rendement bleef onverminderd gunstig op 16,8% en zowel de APE als de waarde van de nieuwe levenproductie namen toe. De succesvolle uitvoering van onze strategie in deze regio ligt ten grondslag aan de goede financiële resultaten. In de komende periode zal steeds meer nadruk liggen op beleg gingsgerelateerde verzekeringsproducten aangezien de vraag naar deze producten stijgt. We zullen klanten een groter product assortiment aanbieden, dat is toegesneden op hun individuele behoeften. Distributie via eigen adviseurs blijft belangrijk en zal voortdurend worden verbeterd. Verder zullen meer initiatieven worden ontplooid ter versterking van de overige distributiekanalen, vooral het bancaire kanaal, maar ook de directe en alternatieve kanalen.
Vergroting naamsbekendheid In 2007 is met succes gewerkt aan vergroting van de naamsbekend heid. Met de F1-evenementen in Australië, China, Japan en Maleisië en de sponsoring van de AFC Asian Cup van de Aziatische voetbal bond bereikte ING in de regio een publiek van bijna 500 miljoen mensen. Hierdoor verkreeg ING waardevolle zakelijke contacten en groeide de naamsbekendheid, met name in Maleisië, Zuid-Korea en Thailand. ING Investment Management in Azië/Pacific ING Investment Management is in Azië/Pacific een toonaangevende vermogensbeheerder en beheert zowel eigen levens verzekeringsportefeuilles als gelden van externe klanten. In 2007 lag de nadruk op uitbreiding van de activiteiten. Recente overnames, zoals Landmark Investment Management in ZuidKorea, zorgden voor schaalvergroting.
ING Groep Jaarverslag 2007
36 1.2 Verslag van de Raad van Bestuur
Wholesale Banking Inspelen op de wens van de klant Kernpunten
Winst-en-verliesrekening* (onderliggend) 2007
in miljoenen euro’s
> Stevig resultaat onder moeilijke marktomstandigheden > Genereert hoogwaardige activa en is belangrijke bron van markt- en risico-expertise > Spraakmakende transacties illustreren dienstverlening en expertise > Efficiënt gebruik kapitaal om groei te stimuleren
2006
mutatie
Totale baten 5.860 5.804 Bedrijfslasten 3.576 3.400 Toevoeging aan voorzieningen Underlying profit before tax voor debiteurenverliezen –115 –121 in percentages
1,0% 5,2%
2.399 2.261
Onderliggende winst voor belastingen Totale winst voor belastingen**
2.525 2.481
–5,0% –8,9%
* Inclusief ING Real Estate, dat onder Wholesale Banking valt. ING Real Estate wordt nader besproken in het hoofdstuk Vermogensbeheer, samen met ING Investment Management. profit before tax ** Totale winst voor belastingen is deUnderlying winst voor belastingen inclusief in percentages desinvesteringen en bijzondere posten.
Kerncijfers (onderliggend) Underlying profit before tax in percentages
2007
2006
Wholesale Banking 20,3% RAROC na belastingen Overig ING Economisch kapitaal (in miljarden euro’s) 7,8
25% 20,6% 75% 8,1
ONDERLIGGENDE WINST VOOR BELASTINGEN
Underlying in procenten profit before tax in percentages
Wholesale Banking Overig ING
25% 75%
Product lines, based on underlying profit before tax in percentages
Wholesale Banking Overig ING
25% 75%
Product lines, based on underlying profit before tax in percentages
Wholesale Banking
25%
Overig ING 75%OP ONDERLIGGENDE PRODUCTGROEPEN, GEBASEERD Product based on underlying profit WINST lines, VOOR BELASTINGEN
before tax euro’s in miljoenen in percentages
ING Groep Jaarverslag 2007
General Lending & PCM Structured Finance Leasing & Factoring Financial Markets Product lines, based on underlying Overig profit before tax ING Real Estate in percentages Totaal
29% 17% 9% 15% 2% 28% 100%
696 409 220 354 56 664 2.399
29% 17% 9% 15% 2% 28% 100%
696 409 220 354 56 664 2.399
General Lending & PCM Structured Finance Leasing & Factoring Financial Markets Overig ING Real Estate Totaal
29% 17% 9% 15% 2% 28% 100%
General Lending & PCM Structured Finance Leasing & Factoring Financial Markets Overig 696 ING Real Estate 409 Totaal 220 354 56 664 2.399
General Lending & PCM Structured Finance Leasing & Factoring Financial Markets Overig ING Real Estate Totaal
29% 17% 9% 15% 2% 28% 100%
696 409 220 354 56 664 2.399
37
Wholesale Banking heeft in 2007 goede resultaten behaald ondanks moeilijke marktomstandigheden en aanzienlijke turbulentie op de financiële markten. Door ons te concen treren op de behoeften van klanten en op producten met een hoge toegevoegde waarde, met name op de thuismarkten, is winstgevende groei gerealiseerd. Andere speerpunten waren terugdringing van kosten, efficiënter gebruik van kapitaal en stimulering van de groei. Als totaalbank in de Benelux en met een groeiende rol als aanbieder van gespecialiseerde producten in de opkomende markten kon Wholesale Banking onder erg moeilijke omstandigheden toch goed presteren. FINANCIËLE ONTWIKKELINGEN De onderliggende winst voor belastingen van Wholesale Banking daalde met 5,0% naar EUR 2.399 miljoen. Hogere winsten werden geboekt bij General Lending, Payments & Cash Management (PCM), Leasing & Factoring, alsmede bij ING Real Estate en Overige Wholesaleproducten. De onderliggende winst van Structured Finance daalde met 20,6% naar EUR 409 miljoen, inclusief een verlaging van EUR 29 miljoen op het leveraged finance book in het derde kwartaal van 2007. De winst van Financial Markets daalde met 30,5% naar EUR 354 miljoen. De crisis in de subprimehypo thekenmarkt en aanverwante zaken hadden in het vierde kwartaal van 2007 een negatief effect van EUR 106 miljoen op de winst voor belastingen van Financial Markets. Inclusief de voorzieningen die in 2007 als bijzondere posten zijn opgenomen en het effect van het afstoten van Williams de Broë en Deutsche Hypothekenbank in 2006, daalde de totale winst voor belastingen met 8,9% naar EUR 2.261 miljoen. De totale onder liggende baten stegen met 1,0% tot EUR 5.860 miljoen, vooral dankzij ING Real Estate en Overige Wholesaleproducten, terwijl de baten bij Financial Markets met 11,2% daalden. De onderliggende bedrijfslasten bleven onder controle en kwamen 5,2% hoger uit op EUR 3.576 miljoen. Het snelgroeiende ING Real Estate nam 2,8%-punt van deze stijging voor haar rekening. De onderliggende kosten/batenverhouding steeg van 58,6% in 2006 naar 61,0%. De risicokosten waren in 2007 opnieuw negatief. De nettovrijval van de voorziening voor debiteurenverliezen bedroeg in 2007 EUR 115 miljoen, vergeleken met EUR 121 miljoen in 2006. De brutotoevoeging bleef laag, wat blijk geeft van de goede kwaliteit van de kredietportefeuille. De nettovrijval in 2007 is gelijk aan zeven basispunten van de gemiddelde naar kredietrisico gewogen activa en daarmee ongewijzigd vergeleken met 2006. Het onderliggende naar risico gewogen rendement op kapitaal (RAROC) na belastingen van Wholesale Banking daalde van 20,6% in 2006 naar 20,3%. Het gemiddelde economische kapitaal daalde met 4,6% naar EUR 7,8 miljard als gevolg van modelaanpassingen. Alle productgroepen presteerden boven ING’s rendementsdoel stelling van 12%, met uitzondering van General Lending & PCM, waarvan de RAROC na belastingen steeg van 7,3% in 2006 tot 9,7%. De inspanningen om doelmatiger te werken zullen worden voort gezet, met als doel verbetering van de kosten/batenverhouding vóór 2010 tot 55%. Daarnaast zal het naar risico gewogen rende ment op kapitaal worden verhoogd. In 2007 werd een aantal initiatieven ondernomen om de groei te bevorderen en de bedrijfs lasten terug te dringen. Voorzieningen van in totaal EUR 139 miljoen voor belastingen werden als bijzondere posten genomen
en zijn niet meegenomen in het onderliggende resultaat. De waarde van de portefeuille van ING Real Estate steeg met 18,2% tot EUR 107,2 miljard. Dit is te danken aan de sterke groei van de kredietportefeuille met 42,0% tot EUR 32,1 miljard. De onderliggende winst voor belastingen van ING Real Estate kwam 5,2% hoger uit op EUR 664 miljoen. De winst voor belastingen van ING Investment Management steeg 13,9% tot EUR 156 miljoen. De winst van de beleggingsportefeuille nam met 31,2% toe tot EUR 261 miljoen, dankzij hogere gerealiseerde verkoop winsten en wijzigingen in de marktwaarde van beleggingen. De winst van het onderdeel Finance steeg met 16,9% tot EUR 214 miljoen. De winst van het onderdeel Development nam af van EUR 112 miljoen in 2006 naar EUR 33 miljoen, doordat in 2006 sprake was van een aantal uitzonderlijk hoge winsten uit de verkoop van afgeronde projecten. De RAROC na belastingen van ING Real Estate daalde van 40,1% in 2006 naar 32,7%. HOOFDPUNTEN Wholesale Banking vervult een spilfunctie binnen ING door via een aantal kanalen, waaronder general lending, leasing en structured finance, nieuwe activiteiten en winstgevende groei te genereren. Wholesale Banking is tevens het belangrijkste kenniscentrum binnen ING voor balansbeheer, waaronder kapitaal- en liquiditeitenbeheer. In 2007 zijn de klantrelaties versterkt en is een aantal spraak makende transacties afgesloten. Ook zijn de kosten verlaagd en de opbrengsten door efficiënter gebruik van kapitaal verbeterd. ING verzorgt in meer dan 40 landen wholesalebankingdiensten voor (middelgrote) bedrijven en financiële instellingen. In Nederland en België is ING een bank met een uitgebreid diensten- en product assortiment, variërend van cashmanagement tot bedrijfsfinancieringen. ING verzorgt daarnaast een breed scala aan diensten in Polen, Roemenië en andere markten in Centraal- en Oost-Europa. In andere landen is het productaanbod en klantbereik van Wholesale Banking selectiever, maar in alle gebieden wil ING groei stimuleren door toonaangevende bankdiensten en -producten aan te bieden. Volumegroei General Lending & PCM Zowel bij General Lending als bij PCM groeiden de volumes het afgelopen jaar door gezamenlijke inspanningen in de Benelux en groei-initiatieven in Centraal- en Oost-Europa. Deze volumestijgingen werden echter grotendeels tenietgedaan door de voortdurende druk op de prijsstelling als gevolg van hevige concurrentie. In de tweede helft van het jaar nam die druk enigszins af. Kredietverlening fungeert in alle regio’s als startproduct voor het aantrekken van klanten en voor cross-selling van hoogwaardige producten. De focus ligt hier onverminderd op optimalisatie van het kapitaal om aldus de waardecreatie te verhogen. Hieronder valt onder andere de zogenoemde originateto-distribute-strategie, waarbij aangegane leningen vóór einde van de looptijd worden doorverkocht. Bij PCM stegen de volumes door grotere transacties en door ver lenging van belangrijke contracten. Schaalgrootte wordt steeds belangrijker en Europese bedrijven vertrouwen hun cashmanage ment steeds vaker toe aan slechts een beperkt aantal financiële instellingen, waaronder ING. Wholesale Banking richt zich in deze markt op bepaalde klantsegmenten, zoals grote pensioenfondsen, verzekeraars, financiële instellingen en middelgrote bedrijven. ING sleepte in 2007 een aantal omvangrijke mandaten voor het
ING Groep Jaarverslag 2007
38 1.2 Verslag van de Raad van Bestuur
Wholesale Banking (vervolg)
cashmanagement van grote institutionele klanten in de wacht. ING heeft de nodige voorbereidingen getroffen voor de Single Euro Payments Area (SEPA), die op 28 januari 2008 in werking is getreden. ING heeft met diverse klanten overeenkomsten getekend voor omvangrijke SEPA-diensten. Ook de komende jaren zal daarom weer fors in PCM worden geïnvesteerd. Sterke vraag naar Structured Finance Voor Structured Finance was het over het geheel genomen een goed jaar doordat bij de meeste productcategorieën sprake was van grote vraag en goede inkomstengroei. De enige uitzondering was Leveraged Finance waar de markten in de tweede helft grotendeels tot stil stand kwamen door de onrust op de internationale kredietmarkten. Daardoor zijn de financieringskosten gestegen en is de institutionele vraag afgenomen. Op de langere termijn zal naar verwachting de prijsstelling van leningen veranderen op een manier die Structured Finance ten goede kan komen. Het volume aan internationale handels- en exportfinancieringen voor onze belangrijkste multinationale klanten groeide. Verder was ook bij een aantal andere producten sprake van een zeer goede prestatie, zoals bij asset based finance, financieringen van natuurlijke hulpbronnen en van telecommunicatie, hetgeen forse transactieprovisies opleverde. Vooruitlopend op een economische vertraging heeft ING bij leveraged finance vroeg in het jaar de kredietlimieten aangescherpt. Toen de kredietmarkten in augustus in het slop raakten, had ING een bedrag uitstaan van EUR 2,3 miljard, verdeeld over 14 transacties. Sindsdien is ING uit een aantal syndicaten gestapt. Ook de markt voor syndicaatsleningen was slap. Het zwaartepunt lag vooral bij syndicaatvorming waarbij het risico en de inkomsten over een grotere groep partners worden verdeeld. Al met al stonden de provisies onder druk. Structured Finance heeft ambitieuze plannen om haar marktpositie te versterken. Het aantal medewerkers is in 2007 flink uitgebreid om diverse grote initiatieven van de grond te krijgen. Ook voor 2008 is verdere groei voorzien. Nieuw zijn onder andere een projectadviesteam op het gebied van natuurlijke hulpbronnen in Londen. Verder is het aantal medewerkers toegenomen bij het team syndicaatleningen in Nederland, in Centraal- en Oost-Europa, bij het luchtvaartteam en bij de nieuwe vestiging in Dubai. Solide groei bij Leasing & Factoring Leasing & Factoring boekte een forse toename van zowel het volume als van de baten. Dit was, ondanks enige druk op de marges, te danken aan de solide groei in general leasing, alsmede aan de cross-selling van diensten aan zakelijke klanten. ING Lease is de op vier na grootste internationale leasemaatschappij in Europa. De portefeuille van General Leasing groeide met 18,3% tot EUR 15,3 miljard, dankzij expansie in Nederland, Italië, het Verenigd Koninkrijk en Centraal-Europa. De vloot van ING Car Lease groeide, vooral in de Benelux en Centraal- en Oost-Europa, waar de focus op zakelijke klanten vruchten begint af te werpen. ING Lease is in Nederland marktleider en heeft de samenwerking met het Nederlandse netwerk van ING Bank geïntensiveerd. Wholesale Banking heeft in het tweede kwartaal van 2007 het belang van 50% in International Factors Belgium aan KBC verkocht en de klanten overgedragen aan ING Commercial Finance Benelux N.V., een nieuwe volle dochter van ING. De volumes bij Factoring stegen door groei in Nederland en België aangezien ING zich richt op versterking van de positie in de thuismarkten. ING Groep Jaarverslag 2007
In 2007 zijn Autoplan in Frankrijk en Appleyard in het Verenigd Koninkrijk verder geïntegreerd in de organisatie van ING Car Lease. In Italië heeft Leasing zakelijke activiteiten ontplooid via General Lease en Car Lease. In Centraal-Europa is ING in zes landen actief op het gebied van leasing en factoring. De volumegroei liep hier in de dubbele cijfers. Roemenië en Polen tekenden voor de sterkste groei. ING Lease Oekraïne is begin december van start gegaan en is vanaf 1 januari 2008 volledig operationeel. In Hongarije heeft ING Lease overeenstemming bereikt over de aankoop van Citileasing, waarmee EUR 150 miljoen aan de portefeuille wordt toegevoegd en ING tot de top 10 in dat land gaat behoren. Sterke punten Financial Markets uitbouwen Klant- en productactiviteiten hebben in het teken gestaan van onze doelstelling om risicovolle activiteiten, zoals handel voor eigen rekening, terug te dringen. Financial Markets blijft zoeken naar mogelijkheden voor cross-selling, ook in opkomende markten. De baten daalden als gevolg van veel lagere handelsinkomsten door moeilijke marktomstandigheden. Er werd verlies geleden op de handel voor eigen rekening en de kredietmarktactiviteiten. Deze verliezen werden deels gecompenseerd door de goede prestaties van andere activiteiten. ING biedt klanten hedgingoplossingen voor rente- en valutabewegingen en boekt op de volwassen markten sterke resultaten met staatsobligaties en treasuryactiviteiten. Financial Markets heeft daarnaast meer zaken gedaan met middelgrote bedrijven. In de opkomende markten krijgt ING steeds meer voeten aan de grond, met name op de geld- en valutamarkten. ING is mede syndicaatsleider voor een 23-jaars inflatiegebonden obligatie in Griekenland, hetgeen de sterke positie van ING op de markt voor staatsobligaties illustreert. Financial Markets heeft ook de Trade and Development Bank van Mongolië bijgestaan bij de uitgifte van een obligatielening in dollars. Dit was de eerste keer dat Mongolië een lening in buitenlandse valuta uitgaf. In het vierde kwartaal heeft Financial Markets een ambitieuze strategie aangekondigd om de klantbenadering en het productenpakket nog verder te verbeteren. De snelgroeiende opkomende markten bieden veel mogelijkheden. We verwachten dat een groot deel van de omzetgroei zal voortvloeien uit expansie in deze gebieden. We willen tot de top 5 behoren in door ons geselecteerde markten of producten door optimaal gebruik te maken van onze geografische spreiding, onze grote naamsbekendheid, zakelijke expertise en reputatie. Tegelijkertijd blijven we ons met onze producten richten op onze thuismarkten waar we uniek gepositioneerd zijn en nieuwe groeiinitiatieven willen verkennen. ING Real Estate grootste ter wereld ING Real Estate kende weer een jaar van solide groei. Het beheerd vermogen nam met 10% toe, de kredietportefeuille met 42% en de ontwikkelingsportefeuille met EUR 3 miljard. Vanwege de spreiding van activiteiten kon ING Real Estate de onrust op de financiële en vastgoedmarkten goed het hoofd bieden. ING Real Estate Investment Management heeft haar productaanbod uitgebreid met nieuwe beleggingfondsen. ING Real Estate Finance realiseerde een verdere internationale spreiding. ING Real Estate Development bleef zich richten op Europa en versterkte de positie als projectontwikkelaar. In het hoofdstuk over Vermogensbeheer vindt u meer informatie op pagina 50.
39
Spraakmakende transacties in 2007 Wholesale Banking heeft in 2007 een aantal belangrijke deals kunnen afsluiten die een goede indicatie geven van klantgerichtheid en expertise. Zo adviseerde Corporate Finance in januari de Van Gansewinkel Groep bij een openbaar biedingsproces, dat eindigde met de verkoop van de onderneming aan de private-equityfirma’s CVC en KKR. In april sleepte ING een adviesmandaat bij Akzo Nobel in de wacht in verband met inkoop van eigen aandelen voor een bedrag van EUR 1,6 miljard. ING stond in juli KPN bij in verband met de overname van Getronics. Corporate Finance kon KPN met succes van advies dienen over vier openbare biedingen op het IT-concern met een ondernemingswaarde van EUR 1,2 miljard. Twee maanden later was ING een van drie banken die KPN voorzag van een lening ter waarde van EUR 1,25 miljard voor standby- en algemene bedrijfsdoeleinden. De besten dige relatie met KPN blijkt ook uit de keuze voor Debt Capital Markets van ING als medesyndicaatsleider voor een vijfjaars- obligatielening van EUR 1,25 miljard. In september heeft ING als een van vier medesyndicaatsleiders gewerkt voor General Electric Capital Corporation aan een transactie met een omvang van EUR 2 miljard. Dit was de grootste lening in euro’s ooit door GECC uitgegeven. Daarnaast heeft ING diverse andere grote transacties binnengehaald, waaronder financiering voor een geïntegreerde energieaanbieder in Indonesië en een vastgoedconcern in Oekraïne. ING is aan het eind van het jaar opgetreden als adviseur van Vedior in verband met het voorgenomen openbare bod op Randstad. Uit deze belangrijke transactie met een omvang van EUR 3,5 miljard ontstaat, als de overname slaagt, de op een na grootste onderneming op het gebied van HR-diensten ter wereld. Kosten beheersen Wholesale Banking probeert de kosten te beheersen zonder de groeimogelijkheden te belemmeren. Dat de kosten in 2007 zijn gestegen, hing samen met de groei van ING Real Estate, de hogere compliancekosten en investeringen in Structured Finance, Financial Markets, Leasing en PCM (voorbereidingen voor SEPA). In 2007 hebben we diverse initiatieven voor kostenbeheersing genomen. Wholesale Banking heeft tevens gewerkt aan herstruc turering van het kredietverleningsproces, waardoor het aantal fte’s is teruggedrongen. Verder heeft ING in 2007 de zogenoemde Global Lending Operating and Business Environment (GLOBE) ingevoerd. Hiermee wil ING de zakelijke kredietverlening verbeteren en het aantal producten stroomlijnen. Ook kunnen zo de productie- en administratiekosten omlaag, worden controle en compliance versterkt en wordt de klant per saldo beter bediend.
de kosten/batenverhouding omlaag brengen en het naar risico gewogen rendement op kapitaal verhogen. ING heeft besloten per 1 januari 2008 middelgrote bedrijven in de thuismarkten over te dragen van Wholesale Banking naar Retail Banking. Door die overdracht komen de desbetreffende bankonder delen van ING in Nederland, België, Polen en Roemenië onder één management en gaan ze onder één merk opereren. Wholesale Banking heeft een nieuwe aanpak voor klantbenadering ingevoerd met als doel de kwaliteit van het accountmanagement te verbeteren en voorrang te geven aan producten met een hoge toegevoegde waarde. De wereldwijde introductie van één merknaam is een belangrijke onderscheidende factor waarmee Wholesale Banking sterke klant relaties kan opbouwen en behouden. In de thuismarkt ontstaan nieuwe kansen nu ABN AMRO is overgenomen door een consortium bestaande uit Fortis, Royal Bank of Scotland en Banco Santander. Onze positie als totaalbank onder één merk geeft ING een sterke basis om het marktaandeel te vergroten. Naleving van wet- en regelgeving Wholesale Banking blijft investeren in het zorgvuldig naleven van wet- en regelgeving zodat we concurrerend kunnen blijven en onze klanten laten zien dat we aan de hoogst mogelijke normen voldoen. We werken aan de voorbereiding van Basel II (het her ziene Kapitaalakkoord) en MiFID (Richtlijn betreffende markten voor financiële instrumenten) en blijven ervoor zorgen dat we bij al onze activiteiten voldoen aan de hoogste normen, zodat we onze uitstekende reputatie kunnen behouden. CONCLUSIES EN AMBITIES Ondanks de moeilijke marktomstandigheden in 2007 heeft Wholesale Banking zich goed staande gehouden en goede resul taten geboekt door zich met name in de thuismarkten te richten op producten met een hoge toegevoegde waarde. Daarnaast hebben we de kosten teruggedrongen, efficiënter gebruik gemaakt van kapitaal en de groei actief gestimuleerd. Wholesale Banking levert binnen de Groep nog steeds de grootste bijdrage aan de winst. Het heeft een duidelijk afgebakende focus en de ambitie om een totaalbank te zijn in de Benelux, om elders gespe cialiseerde producten aan te bieden en om de positie in de opko mende markten te versterken. Daarnaast is Wholesale Banking een belangrijke bron van expertise op het gebied van balansbeheer. Wholesale Banking heeft prioriteiten gesteld om verder te kunnen groeien, zodat onder moeilijke marktomstandigheden een voor sprong op de concurrentie kan worden behaald en behouden. Behalve naar verhoging van de efficiëntie, streeft Wholesale Banking ook naar verdere verbetering van de kosten/batenverhouding. ING zet op belangrijke productgebieden meer kapitaal in voor groei, zodat aantrekkelijke rendementen kunnen worden behaald.
Investeren ten bate van groei Wholesale Banking blijft investeren in bestaande en nieuwe producten met het oog op verbetering van rendementen en winstgevende groei. Groei-initiatieven – met name bij Structured Finance, Financial Markets en ING Real Estate – richten zich op gebieden die voor ING het meeste rendement opleveren. Naar verwachting zullen deze initiatieven de groei van winst en opbrengsten versnellen, ING Groep Jaarverslag 2007
40 1.2 Verslag van de Raad van Bestuur
Retail Banking Investeren in efficiency en groei Kernpunten
Winst-en-verliesrekening (onderliggend) in miljoenen euro’s
> Samenvoeging van Postbank en ING Bank betekent forse investering in Nederlandse markt > Overname Oyak Bank geeft ING een sterke basis in Turkije > Aanhoudend sterke groei in Polen, Roemenië en India
Totale baten Bedrijfslasten Toevoeging aan voorzieningen voor debiteurenverliezen
2007
2006
mutatie
6.396 4.162
6.086 3.990
5,1% 4,3%
172
161
Onderliggende winst voor belastingen
2.062
1.935
6,6%
Totale winst voor belastingen*
1.783
1.935
–7,9%
* Totale winst voor belastingen is de Underlying winst voor belastingen inclusief profit before tax desinvesteringen en bijzonder posten. in percentages
Kerncijfers (onderliggend)
RAROC na belastingen Economisch kapitaal (EUR miljard)
2007
2006
39,5% 3,9
32,0% 4,1
ONDERLIGGENDE WINST VOOR BELASTINGEN
Underlying profit before tax in procenten in percentages
Retail Banking Overig ING
22% 78%
> Private Banking profiteert wereldwijd van toenemende welvaart Retail Banking
22%
Samenstelling voor belastingen Overig ING onderliggende winst 78% in miljoenen euro’s
Nederland België Polen Overig* Totaal
2007
1.548 341 110 63 2.062
* Met name de retailbankingactiviteiten in Roemenië, Oekraïne, India (ING Vysya Bank), Private Banking Azië en Noord- en Latijns-Amerika, ING Card, ING Trust, en ING-belangen in Bank of Beijing, TMB Bank en Kookmin Bank.
ING Groep Jaarverslag 2007
41
Retail Banking behaalde goede resultaten in 2007, vooral bij hypotheken en sparen. Er zijn ingrijpende maatregelen genomen om de efficiency op de volwassen markten te verbeteren en om de snelgroeiende markten in Centraal- en Oost-Europa en Azië te betreden. Nu de finan ciële dienstensector steeds meer wordt bepaald door veranderende consumentenvoorkeuren, snelle technologische verandering en mondialisering, wil Retail Banking wereldwijd de toon zetten met het bieden van gemak in bankieren. FINANCIËLE ONTWIKKELINGEN De onderliggende winst voor belastingen van Retail Banking steeg met 6,6% tot EUR 2.062 miljoen. Door sterke groei bij de meeste producten kon de invloed worden gecompenseerd van de moeilijke marktomstandigheden gekenmerkt door inverse rentecurves en toegenomen concurrentie. De totale winst voor belastingen daalde met 7,9%, vanwege een reorganisatievoorziening in 2007 van EUR 310 miljoen. Hiervan was EUR 299 miljoen bestemd voor het samenvoegen van Postbank en ING Bank in Nederland. Dit werd gedeeltelijk gecompenseerd door een winst van EUR 32 miljoen uit de verkoop van RegioBank. De onderliggende baten stegen met 5,1% tot EUR 6.396 miljoen dankzij de sterke groei van bijna alle producten. Daarbij bleef de invloed beperkt van de overdracht van hypotheekportefeuilles van ING Verzekeringen naar Retail Banking, de verkoop van de RegioBank en de overdracht van een mkb-portefeuille in Polen van Wholesale Banking naar Retail Banking. Exclusief deze aspecten en exclusief de winst van EUR 44 miljoen uit de verkoop van het Belgische Banksys, was de batenstijging 4,7%. De totale onderliggende bedrijfslasten stegen met 4,3% tot EUR 4.162 miljoen, vooral door investeringen in commerciële groei in Polen, India, Roemenië en in de privatebankingactiviteiten in Azië. De onderliggende kosten/batenverhouding verbeterde licht van 65,6% tot 65,1%. De toevoeging aan de voorzieningen voor debiteurenverliezen steeg van EUR 161 miljoen in 2006 tot EUR 172 miljoen door hogere risicokosten in Nederland die vooral gerelateerd zijn aan een specifieke mkb-portefeuille. De toevoeging als percentage van de naar gemiddelde kredietrisico gewogen activa daalde licht van 17 basispunten in 2006 naar 16 basispunten, als gevolg van sterke groei van de activiteiten. Het onderliggende naar risico gewogen rendement op kapitaal (RAROC) na belastingen verbeterde van 32,0% in 2006 tot 39,5%. Dit is te danken aan hogere naar risico gewogen resultaten, gecom bineerd met lager economisch kapitaal. De RAROC na belastingen verbeterde binnen alle regio’s. Het gemiddelde economisch kapi taal daalde met 4,2% naar EUR 3,9 miljard. Dit kwam doordat aanpassingen van de methodologie, in overeenstemming met Basel II, de sterke commerciële groei en de overdracht van portefeuilles compenseerden. Ontwikkelingen per land In Nederland steeg de onderliggende winst voor belastingen van Retail Banking met 9,8% tot EUR 1.548 miljoen, vooral door volumegroei bij bijna alle producten. De portefeuille woning hypotheken in Nederland nam met 16,8% toe tot EUR 116,1 miljard, mede dankzij de overdracht van EUR 11,5 miljard van ING Verzekeringen. Dit werd gedeeltelijk tenietgedaan door de verkoop van RegioBank. Exclusief deze veranderingen steeg de onderliggende winst voor belastingen met 8,1% en de inkomsten
met 3,8%. De bedrijfslasten daalden met 0,4% dankzij efficiencyverbeteringen en lagere compliancekosten. De risicokosten stegen van 17 basispunten van de gemiddelde naar kredietrisico gewogen activa in 2006 tot 20 basispunten. In België daalde de onderliggende winst voor belastingen met 28,7% naar EUR 341 miljoen, vooral vanwege 6,6% lagere inkomsten en 3,4% hogere lasten. De daling van de inkomsten kwam vooral door margedruk vanwege de toegenomen concurrentie, terwijl klanten het accent verlegden van variabel sparen naar termijndeposito’s met lagere marges. Ook was er het effect van een winst in 2006 uit de verkoop van het belang in Banksys van EUR 44 miljoen. De gemiddelde totale tegoeden van particuliere klanten groeiden met 10%. De bedrijfslasten stegen met 3,4%, gedeeltelijk als gevolg van verfijning in de allocatie van kosten (tussen Wholesale Banking en Retail Banking) en enkele eenmalige posten. De risicokosten daalden van een nettotoevoeging van acht basispunten van de gemiddelde naar kredietrisico gewogen activa in 2006 naar een nettotoevoeging van zes basispunten in 2007. De onderliggende winst voor belastingen van de retailbanking activiteiten van ING Bank Slaski steeg met 124,5% tot EUR 110 miljoen. Dit was vooral te danken aan sterke volumegroei en de overdracht van mkb-bedrijven van Wholesale Banking naar Retail Banking. Exclusief deze ontwikkeling steeg de winst voor belastingen met 94,7%. De aangepaste onderliggende baten stegen met 31,0%, wat gedeeltelijk teniet werd gedaan door 18,1% hogere bedrijfslasten door sterke commerciële groei en investeringen in het kantorennetwerk. De nettovrijval uit de voorziening voor debiteurenverliezen steeg naar EUR 12 miljoen, vergeleken met een nettovrijval van EUR 5 miljoen in 2006. Dit laat zien dat het kredietrisicobeheer in Polen aanzienlijk is versterkt. De overige retailbankingactiviteiten rapporteerden een onder liggende winst voor belastingen van EUR 63 miljoen, tegenover een verlies van EUR 2 miljoen in 2006. Dit was vooral het gevolg van hogere resultaten in India en van de privatebankingactiviteiten in Azië, alsmede het hogere dividend van Kookmin Bank. Dit werd gedeeltelijk tenietgedaan door hogere investeringen in nieuwe activiteiten in Roemenië en Oekraïne. ING Private Banking profiteerde van de economische groei in Azië. De privatebankingactiviteiten in Azië worden steeds belangrijker en dragen bijna 30% bij aan het resultaat van Private Banking en maken 20% uit van de vermogensbasis. Het totale beheerd vermo gen van Private Banking groeide met 14,9% tot EUR 68,0 miljard, terwijl de onderliggende winst voor belastingen, die is opgenomen in de regionale resultaten, met 8,7% steeg tot EUR 263 miljoen. HOOFDPUNTEN Retail Banking is actief in de Benelux en in de snelgroeiende economieën van Centraal- en Oost-Europa en Azië. Een aantal trends valt op: allereerst de mate waarin technologie overal de distributie van financiële diensten aan particulieren verandert. Zo is internet inmiddels het belangrijkste distributiekanaal voor eenvoudige standaardproducten. Verder zien we dat de vergrijzing van de bevolking, vooral in de volwassen markten, de vraag naar producten voor ouderen doet toenemen. Ten derde groeit in de opkomende economieën de middenklasse sterk, waardoor daar de vraag naar financiële diensten toeneemt.
ING Groep Jaarverslag 2007
42 1.2 Verslag van de Raad van Bestuur
Retail Banking (vervolg)
Nieuwe retailstrategie in België In navolging van de nieuwe retailstrategie in Nederland, gaat ING België een nieuw kantoorconcept invoeren met meer nadruk op internetbankieren en geautomatiseerde kasdiensten. De huidige 794 kantoren worden omgebouwd tot een netwerk van 242 kantoren met een compleet dienstenpakket en 552 kleinere kantoren met geautomatiseerde zelfbedieningskasfuncties en toegang tot onlinebankdiensten. Naar verwachting zal de dienstverlening Efficiency essentieel in volwassen markten hierdoor efficiënter worden, de advisering aan de klanten verbeIn de Benelux richt ING zich op het verbeteren van de efficiency en teren en de winst in 2012 met EUR 100 miljoen zijn gestegen. Het op het beginsel: ‘eerst internet, dan advies indien nodig’. De klant aantal fte’s zal over een periode van vijf jaar door natuurlijk verloop beter bedienen met eenvoudiger producten en redelijke prijzen, met 850 afnemen. Ook heeft ING in België de ING Lion Account en meer kansen scheppen voor groei en efficiencyverbetering: geïntroduceerd, een onlinerekening-courant. Het is voor het eerst dit zijn de speerpunten van de nieuwe strategie voor Retail Banking dat een grote bank in België een kosteloze bankrekening aanbiedt. in Nederland en België. Hiermee is ING beter toegerust om de Eind 2007 was 18% van alle nieuwe rekeningen een Lion Account. concurrentie het hoofd te bieden. Een ander voorbeeld was de introductie van een website voor autoverzekeringen: www.ingauto.be. Op deze site kunnen klanten Belangrijk groei-initiatief in Nederland binnen enkele minuten hun premie berekenen en een autoverze In mei 2007 kondigde ING aan dat de Postbank en ING Bank worden kering afsluiten.Het aantal mensen dat gebruik maakt van de samengevoegd. Dat leidt tot een van de grootste retailbanken in online Home’Bank steeg in 2007 sterk (zo´n 20% ten opzichte van Nederland, met meer dan acht miljoen particuliere en 600.000 2006). Inmiddels regelt ongeveer de helft van onze Belgische zakelijke klanten. Door deze integratie kan ING haar dienstklanten zijn financiële zaken vanachter de computer. verlening verbeteren en de bedrijfsvoering nog efficiënter laten verlopen. De nieuwe combinatie gaat vanaf 2009 onder het INGRecord Bank, de tweede bank van ING in België, biedt spaar- en merk van start. Het bedrijfsmodel is gebaseerd op het succesvolle beleggingsproducten aan via tussenpersonen, alsmede leningen concept voor thuisbankieren van de Postbank, aangevuld met de via verschillende distributiekanalen. In 2007 kon Record Bank de professionele adviesbenadering van ING Bank. Naar verwachting vruchten plukken van de geslaagde integratie van de diverse zal de integratie vanaf 2009 een positief effect hebben op de kleinere bedrijven die de afgelopen jaren zijn overgenomen. winst. Het aantal fulltimemedewerkers zal over een periode van vijf jaar met 2.500 worden teruggebracht. ING zal hierbij de betrokken Focus op snelgroeiende markten medewerkers zo veel mogelijk van ‘werk naar werk’ helpen. ING is goed gepositioneerd in de belangrijke Centraal-Europese markten Roemenië en Polen en de Aziatische markten China en Internetbankieren groeit sterk in Nederland. Drie miljoen internet India. ING wil verder groeien in die regio’s door belangen te nemen klanten maken regelmatig gebruik van de onlinediensten van de in banken en nieuwe, eigen bedrijven te starten. ING richt zich met Postbank. In 2007 kwamen er 440.000 nieuwe internetklanten name op landen met een groot inwoneraantal en een sterk bij. Uit onderzoek blijkt dat klanten gemiddeld drie maal per week groeiend nationaal inkomen, waardoor daar de financiële dienstgebruik maken van onlinebankdiensten. Ook de internetsite van verlening snel zal groeien. Voorbeelden zijn Turkije en Thailand. ING Bank, Mijn ING Bank.nl, trok in 2007 meer klanten: 150.000 Het is ons doel dat snelgroeiende markten de komende drie jaar nieuwe klanten brachten het totaal op 350.000. De toegang tot de een toenemend aandeel zullen hebben in de winst van Retail website Mijn Postbank.nl kampte in 2007 een aantal keer met een Banking. Dit vergt omvangrijke investeringen, waarbij we ook storing, maar er is aanzienlijk geïnvesteerd om de toegang en de willen inspelen op de vraag naar eenvoudige, onlineproducten. functionaliteit in 2008 en 2009 te verbeteren. In Polen ontwikkelt ING Bank Slaski een kantorennetwerk om Om haar positie op de hypotheekmarkt te versterken, heeft de de distributie te versterken. Deze kantoren zijn afgeleid van het Postbank fors geadverteerd voor producten die leiden tot verlaging Self’Bankmodel van ING Roemenië, dat is gebaseerd op internet van maandelijkse hypotheeklasten. Hierdoor is het aantal bankieren en geautomatiseerde kasfuncties. Eind 2007 bestond aanvragen via de directe kanalen van de Postbank met 16% het netwerk van ING Bank Slaski uit iets meer dan 400 kantoren. gestegen. ING Bank brengt via advertentiecampagnes haar Daaronder zijn 75 franchisekantoren, waarvan er 29 in 2007 hun adviesdiensten onder de aandacht. deuren openden. Door haar sterkere positie in particuliere deposi to’s bereikte ING Bank Slaski hierin eind 2007 een marktaandeel Na de introductie van de Postbank Winkels in Nijmegen en van 9,4%. Het is de belangrijkste distributeur van ING-beleggingsRotterdam, werd in Den Haag een derde winkel geopend. De fondsen in Polen. Eind 2007 was haar marktaandeel in beleggingswinkels kenmerken zich door laagdrempeligheid en geavanceerde fondsen 5,8%. ING Bank Slaski is van plan haar marktaandeel in apparatuur waarmee klanten transacties zelf kunnen uitvoeren. hypotheken in de lokale valuta te vergroten. Zij is gestart met het Klanten kunnen hun bankzaken online-afhandelen, of zich onlineaanbieden van hypotheken via tussenpersonen die bekend persoonlijk laten adviseren. Onderzoek toont aan dat klanten erg staan om geautomatiseerde processen en snelle beslissingen. enthousiast zijn. De winkels, waar dagelijks gemiddeld 300 klanten binnenlopen, voldoen aan de toenemende vraag naar advies over In Roemenië is het concept voor zelfbedieningsbanken zeer succes complexe producten en vertrouwelijke financiële aangelegenvol. Na de introductie in september 2004 is het aantal Self’Bankheden. Het interieurontwerp van de winkels werd bekroond met kantoren gegroeid tot 148. In 2007 kwamen er 230.000 nieuwe een prestigieuze internationale prijs. klanten bij, waarmee het streefgetal van 500.000 klanten per eind 2007 ruimschoots is overtroffen. ING speelt in op deze trends. In de Benelux voegt ING bedrijfsonderdelen samen om de kosten te verlagen en distributiekanalen te verbeteren. Op de snelgroeiende markten wil ING profiteren van haar expertise op het gebied van producten, diensten en distributie. Hierdoor hebben we onze activiteiten verder kunnen uitbreiden: meer klanten, meer vestigingen en meer winst, vooral in Roemenië, Polen en India.
ING Groep Jaarverslag 2007
43
In India heeft ING een belang van 44% in ING Vysya Bank. De strategie richtte zich in 2007 vooral op een verbeterde productiviteit van de kantoren en op klantenwerving door middel van nieuwe kantoren en geldautomaten. Het aantal internetklanten nam toe van 90.000 tot 145.000. ING Vysya Bank kreeg van de Reserve Bank of India toestemming om 56 nieuwe kantoren te openen en nog eens 100 geldautomaten te installeren. De bank groeit sneller dan de retailmarkt als geheel; zo nam de totale markt toe met 12,8%, terwijl tegoeden bij ING Vysya Bank groeiden met 14,1%. Op het moment dat de Chinese Bank of Beijing in september een spectaculair debuut maakte op de effectenbeurs van Shanghai, had ING er al een belang in van 19,9%. ING kocht geen aandelen bij deze beursgang, zodat het belang van ING verminderde tot 16,07%. Daarmee zijn we nog steeds de grootste aandeelhouder. Als gevolg van de beursgang vertienvoudigde de marktwaarde van ons belang tot ongeveer EUR 2 miljard. Bank of Beijing zal het verworven kapitaal gebruiken om verdere uitbreiding in China te financieren. In 2007 werden kantoren gevestigd in Tianjin en Shanghai. Andere resultaten waren de introductie van een credit- card in nauwe samenwerking met ING Card en de verbeterde distributie van verzekeringsproducten van ING. Nieuwe groei-initiatieven In 2007 ondernam ING een aantal belangrijke groei-initiatieven. Een daarvan was de overname van de Turkse Oyak Bank, die verder zal gaan onder het ING-merk. ING heeft 100% van de aandelen verworven voor een bedrag van EUR 1,9 miljard en een koers/boek waardeverhouding van 2,75 op het eigen vermogen ultimo 2007. Turkije is qua nationaal inkomen de 17e economie van de wereld en verwacht wordt dat de economische groei zich zal voortzetten. Oyak Bank heeft een marktaandeel van ongeveer 3% en biedt een volledig productassortiment aan de 1,3 miljoen particuliere klanten. De bank bedient 13.500 klanten in het midden- en kleinbedrijf en heeft 365 bankkantoren verspreid over Turkije. Met Oyak Bank heeft ING een goede basis voor de distributie van verzekerings-, beleggings- en pensioenproducten. Het ligt in de bedoeling dat ING het netwerk gaat uitbreiden tot 450 kantoren en ook in andere distributiekanalen gaat investeren. Ook Oekraïne is een aantrekkelijk land voor bankdiensten voor particulieren. De economie maakt een snelle groei door en naar verwachting zal het inkomen per hoofd van de bevolking flink toenemen. ING heeft er voorbereidingen getroffen voor de invoering van zelfbedieningsbanken naar Roemeens model. Het streven is om voor medio 2008 ongeveer 20 kantoren te openen. In Azië is Thailand een van de belangrijkste groeimarkten. In december rondde ING daar de overname af van een 30% belang in TMB voor een bedrag van circa EUR 460 miljoen. Met deze transactie kan ING haar aanwezigheid op de snelgroeiende Aziatische markt versterken. Met een totaal vermogen van ongeveer EUR 14 miljard, meer dan 5 miljoen klanten en 472 kantoren behoort TMB tot de grootste banken van Thailand. De bank biedt een breed assortiment producten en diensten en heeft een groot volume aan particuliere deposito’s. Zij richt haar kredietverlening op zowel het midden- en kleinbedrijf als op grote ondernemingen. PRIVATE BANKING ING Private Banking is goed gepositioneerd om te profiteren van de wereldwijde groei van particuliere vermogens. Met private
bankingactiviteiten op de thuismarkt (België en Nederland) en elders (Zwitserland en Azië) heeft ING een stevig platform voor verdere groei. In de Benelux benut ING haar distributiekanalen voor zowel de particuliere als de zakelijke klanten voor onshoreactiviteiten. Voor het bewerken van opkomende markten zijn speciale teams opgezet. Europa In de Benelux profiteerde ING Private Banking van de Europese spaarrichtlijn, die de effecten van de Belgische fiscale amnestie van 2006 bestendigt. In België kon ING gebruik maken van bestaande distributiekanalen voor particuliere en zakelijke klanten. In Zwitserland worden goede resultaten behaald; de activiteiten vormen een basis voor verdere uitbreiding in Centraal- en Oost-Europa. Azië Azië levert de grootste bijdrage aan de winstgroei van ING Private Banking. De bevolking en het vermogen per hoofd van de bevolking groeien in een hoger tempo dan in Europa. In India en China zijn de privatebankingactiviteiten uitgebreid via de bestaande netwerken voor particuliere en zakelijke klanten van ING Vysya Bank, respectievelijk Bank of Beijing. ING blijft hier kapitaal inzetten voor versnelling van de autonome groei. ING Private Banking wil haar beheerd vermogen in de komende vijf jaar snel uitbreiden en streeft ernaar een van de twintig grootste marktpartijen van de wereld te worden via vergroting van de naamsbekendheid, verbetering van de klantrelatie en bevordering van nieuwe, innovatieve investeringsplatformen. CONCLUSIES EN AMBITIES Retail Banking heeft in 2007 goede resultaten behaald, vooral binnen de productcategorieën hypotheken en sparen. In 2007 zijn belangrijke initiatieven genomen om de efficiency te verbeteren en de groei te stimuleren. De nieuwe strategie voor Nederland en België is gericht op een hogere efficiency en een lager kostenniveau. Zodoende kan de winstgroei op de lange termijn zeker worden gesteld. Alle aandacht is gericht op het uitvoeren van deze strategie in 2008. ING heeft de activiteiten voor middelgrote klanten in haar thuismarkten per 1 januari 2008 overgeheveld van Wholesale Banking naar Retail Banking. Door deze maatregel kunnen de lokale bankorganisaties in Nederland, België, Polen en Roemenië onder één management en één merknaam opereren. In Centraal- en Oost-Europa en in Azië heeft ING verder kunnen uitbreiden. In Polen en Roemenië werden de bestaande posities uitgebouwd en in Oekraïne zijn voorbereidingen getroffen om nieuwe activiteiten op te zetten. De overname van Oyak Bank geeft ING een goede basis op de belangrijke Turkse groeimarkt. Het belang van 30% in TMB in Thailand stelt ING in staat haar aanwezigheid op de snelgroeiende Aziatische markt te vergroten, ook met privatebankingactiviteiten. Private Banking heeft in 2007 goed gepresteerd, met name in Azië. De ambitie is om in de komende drie jaar het aandeel van de groeimarkten in de totale winst van Retail Banking verder te vergroten. ING blijft zoeken naar mogelijkheden voor interessante overnames of het opzetten van nieuwe bedrijven.
ING Groep Jaarverslag 2007
44 1.2 Verslag van de Raad van Bestuur
ING Direct Bankieren makkelijk maken Kernpunten
Winst-en-verliesrekening (onderliggend) 2007
2006
mutatie
2.196 1.598
2.233 1.482
–1,7% 7,8%
68
57
530
694
–23,6%
530 691 Underlying profit before tax
–23,3%
in miljoenen euro’s
> Mijlpaal bereikt: meer dan 20 miljoen klanten wereldwijd > Totale saldo van particuliere klanten gestegen met EUR 35 miljard tot EUR 310 miljard > Aanhoudende investeringen in geografische spreiding en verbreding van het productaanbod
Totale baten Bedrijfslasten Toevoeging aan voorzieningen voor debiteurenverliezen Onderliggende winst voor belastingen Totale winst voor belastingen*
* Totale winst voor belastingen is de voor belastingen inclusief in winst percentages desinvesteringen en bijzonder posten.
Kerncijfers (onderliggend)
RAROC na belastingen Economisch kapitaal (EUR miljard)
2007
2006
14,3% 2,8
11,8% 3,2
ONDERLIGGENDE WINST VOOR BELASTINGEN
Underlying in procenten profit before tax in percentages
ING Direct Overig ING
6% 94%
> Hypotheken stevig verankerd als tweede kernproduct ING Direct 6% Onderliggende winst voor belastingen Overig ING
ING Groep Jaarverslag 2007
94%
in miljoenen euro’s
2007
2006
mutatie
Canada (1997) Spanje (1999) Australië (1999) Frankrijk (2000) Verenigde Staten (2000) Italië (2001) Duitsland (2002) Verenigd Koninkrijk (2003) Oostenrijk (2004) Japan Totaal
0 55 84 46 78 49 367 –120 –9 –22 530
62 55 86 34 85 43 332 19 –22 – 694
n.v.t. 0% –2,3% 35,3% –8,2% 14,0% 10,5% n.v.t. n.v.t. n.v.t. –24%
45
ING Direct is ook in 2007 blijven investeren in het ontwik kelen van activiteiten en het uitbreiden van haar product aanbod. Het was een moeilijk jaar voor de onderneming. De renteontwikkeling, de stevige concurrentie en de herpositionering van ING Direct UK hadden alle hun uit werking op de winst. Het totale saldo van particuliere klanten steeg met EUR 35 miljard (exclusief valutainvloeden) tot EUR 310,1 miljard, opgestuwd door een productie van eigen hypotheken tot een recordhoogte van EUR 29 miljard. FINANCIËLE ONTWIKKELINGEN ING Direct is ondanks moeilijke marktomstandigheden blijven investeren in versterking van de commerciële groei, via geografische expansie en de introductie van nieuwe producten. De rentecurves bleven in alle valutazones vlak of invers, terwijl de concurrentie om spaartegoeden toenam, aangezien veel banken geconfronteerd werden met liquiditeitskrapte en gestegen financieringskosten op de zakelijke markt. Onder deze omstandigheden daalde de onder liggende winst voor belastingen met 23,6% naar EUR 530 miljoen, vergeleken met EUR 694 miljoen in 2006. Inclusief de invloed van de desinvestering van Degussa Bank, die eind 2006 werd verkocht, daalde de totale winst voor belastingen met 23,3%. De totale onderliggende baten daalden in 2007 met 1,7% naar EUR 2.196 miljoen door een 8,1% lager renteresultaat. De rente marge verkrapte van 0,89% in 2006 naar 0,75%. Dit is het gevolg van de hogere tarieven van de centrale banken in de euro-, Britse pond- en Australische dollar-zones en de toegenomen concurrentie om spaartegoeden. Het totale saldo van particuliere klanten steeg met EUR 28 miljard (of EUR 35 miljard exclusief valuta-invloeden) tot EUR 310,1 miljard eind 2007. Dit is inclusief een bedrag van EUR 5,3 miljard uit acquisities in het vierde kwartaal. De provisiebaten namen toe dankzij een verdere groei van fondsen die niet in de balans zijn opgenomen. De beleggingsinkomsten en overige inkomsten stegen met EUR 104 miljoen, mede dankzij hogere verkoopwinsten uit de verkoop van obligaties en leningen en gestegen netto-inkomsten uit handelsactiviteiten. Dit werd gedeeltelijk tenietgedaan door een afwaardering van EUR 29 miljoen op door activa gedekt kortlopend schuldpapier (ABCP) in Canada in het vierde kwartaal van 2007. De totale bedrijfslasten stegen met 7,8% tot EUR 1.598 miljoen door het aantrekken van extra personeel om de groei binnen hypo theken en betaalrekeningen op te vangen, de voorbereidingen voor de entree van ING Direct op de Japanse markt (aanloopkosten EUR 22 miljoen), de consolidatie van Sharebuilder in de VS en de kosten gemoeid met de herpositionering van het bedrijf in het Verenigd Koninkrijk. De onderliggende kosten/batenverhouding steeg van 66,4% in 2006 tot 72,8% in 2007. De operationele kosten (exclusief marketingkosten) als percentage van het totale saldo van particuliere klanten steeg tot 0,37%, vergeleken met 0,36% in 2006. Het aantal fulltimemedewerkers steeg van 7.565 in 2006 naar 8.883. De toevoeging aan de voorziening voor debiteurenverliezen steeg van EUR 57 miljoen naar EUR 68 miljoen als gevolg van de toegenomen omvang van de hypothekenportefeuille. Dit was gelijk aan negen basispunten van de gemiddelde naar kredietrisico gewogen activa, vergeleken met zeven basispunten in 2006.
Het onderliggende naar risico gewogen rendement op kapitaal (RAROC) na belastingen verbeterde van 11,8% in 2006 tot 14,3%. Dit is toe te schrijven aan lagere belastingen dankzij een actieve belastinglatentie in Duitsland. De RAROC voor belastingen daalde van 19,4% naar 17,7%, voornamelijk dankzij een lagere naar risico gewogen winst, waarmee de daling van het gemiddelde economisch kapitaal met 14% van EUR 3,2 miljard in 2006 naar EUR 2,8 miljard als gevolg van verbeteringen in de RAROC- methodologie teniet werd gedaan. Ontwikkelingen per land De winst van ING Direct is vooral toe te schrijven aan de bedrijfsonder delen in Duitsland, Australië, de VS, Spanje, Italië en Frankrijk. In Duitsland steeg de winst voor belastingen met 11% van EUR 332 miljoen in 2006 tot EUR 367 miljoen. Frankrijk en Italië rapporteer den stijgingen van 35% respectievelijk 14%, hetgeen neerkomt op EUR 46 miljoen respectievelijk EUR 49 miljoen. De winst voor belastingen in Spanje bleef onveranderd op EUR 55 miljoen, terwijl de winst voor belastingen in Australië licht daalde met 2% naar EUR 84 miljoen. In de VS bedroeg de winst voor belastingen EUR 78 miljoen, een daling van 8% vergeleken met 2006. In het Verenigd Koninkrijk boekte ING Direct een verlies voor belastingen van EUR 120 miljoen, vergeleken met een winst van EUR 19 miljoen over 2006. Dit is vooral te wijten aan een nettouitstroom van 39% van spaargelden van klanten die gevoelig zijn voor renteverschillen. De winst voor belastingen van ING Direct Canada daalde als gevolg van een lager renteresultaat door een afwaardering van EUR 29 miljoen op door activa gedekt kort lopend schuldpapier (ABCP) in het vierde kwartaal van 2007. HOOFDPUNTEN Gestart in 1997 als innovatieve financiële dienstverlener, vierde ING Direct dit jaar haar tiende verjaardag als ’s werelds grootste directbank. In elk van de negen landen waar zij actief is, is het de grootste directbank. Doelstelling is om wereldwijd de populairste bank voor particulieren te worden. ING Direct wil bankieren voor haar klanten eenvoudiger maken. ING Direct biedt eenvoudige, transparante bankproducten en combineert lage kosten met een uitstekende service via directe kanalen. De lage kostprijs kan worden gehandhaafd door het gebruik van gestandaardiseerde, geavanceerde IT-systemen en de afwezigheid van een kantorennetwerk. Het merk ING Direct heeft in alle negen vestigingslanden een sterke positie. In de meeste van deze markten is de ‘geholpen’ naamsbe kendheid hoger dan 80%. Recent onderzoek heeft aangetoond dat gemiddeld 91% van de klanten ING Direct graag bij vrienden, familieleden en collega’s aanbeveelt. Waardecreatie ING Direct is in 2007 blijven investeren in waardecreatie op de lange re termijn, waarbij groei op drie manieren wordt gerealiseerd: door een toename van het aantal klanten bij de bestaande vestigingen, door geografische uitbreiding en door in te spelen op meer behoef ten van klanten. Die ontwikkeling deed zich voor in ieder van onze vier belangrijkste productcategorieën: sparen (ons hoofdproduct), hypotheken (een stabiele productlijn met gezonde winstmarges), betaalrekeningen (ter ‘verdieping’ van de relatie met de klant) en beleggingsproducten (als goede aanvulling op sparen).
ING Groep Jaarverslag 2007
46 1.2 Verslag van de Raad van Bestuur
ING Direct (vervolg)
In het toch moeilijke renteklimaat heeft ING Direct zich meer gericht op hypotheken dan op de groei van spaargelden. Echter sparen blijft het hoofdproduct voor het aantrekken van klanten. Geografische uitbreiding ING Direct USA heeft haar activiteiten in 2007 verbreed naar nieuwe stedelijke agglomeraties: Miami, Seattle en Houston. De onderneming is al actief in New York, Philadelphia, Boston, Los Angeles, San Francisco, Baltimore, Washington, Phoenix, Atlanta en Chicago. Verdere geografische uitbreiding in de VS ligt voor de hand. Er worden voorbereidingen getroffen voor het betreden van de Japanse spaarmarkt, die EUR 4.900 miljard groot is. In 2007 ontving ING Direct een voorlopige bankvergunning van de Japanse toezichthouder. De onderneming is in afwachting van een definitieve bankvergunning.
potentiële hypotheekklanten de status van hun aanvraag kunnen volgen. Een ander voorbeeld is Duitsland, waar het papierwerk rond hypotheken tot een minimum is teruggebracht. Het efficiencyprogramma ‘Simplify ING-DiBa’ vereenvoudigt het aanvraagproces, waardoor soms al binnen drie uur over een hypotheekaanvraag kan worden beslist. De nieuwe ‘Rata Costante’ – een oversluiting van hypotheken met vaste betaaltermijnen en een variabele looptijd – wordt aangeboden door ING Direct Italië. Klanten worden uitgenodigd over te stappen van hun huidige hypotheekverschaffer naar ING Direct. We kwamen met dit product na een wetswijziging van de Italiaanse overheid en hebben ons goed gepositioneerd als hypotheekexpert. ING Direct Australia werd door onafhankelijke tussenpersonen verkozen tot de op een na beste hypotheekverschaffer in de markt.
Gerichte overnames in de VS en Duitsland De autonome groei werd in september aangevuld met de aankoop van NetBank, de oudste internetbank in de VS, voor USD 14 miljoen. Hiermee breidde ING Direct haar klantenbestand nog eens met 104.000 klanten uit, met USD 1,4 miljard aan spaargelden. NetBank biedt aantrekkelijke vooruitzichten en kostensynergie voor ons Amerikaanse bedrijfsonderdeel. Met de aankoop van de onlineeffectenmakelaardij van de Amerikaanse ShareBuilder Corporation voor USD 220 miljoen in november kwamen er voor ING Direct USA nog eens 744.000 klanten en USD 2 miljard aan beheerd vermogen bij.
Betaalrekeningen Betaalrekeningen werden in 2007 geïntroduceerd in Spanje en de VS, en in het derde kwartaal geherintroduceerd in Duitsland. Dat leverde 598.000 nieuwe rekeningen op, wat het totaalaantal rekeningen per jaarultimo op 853.000 brengt. Betaalrekeningen zijn een belangrijke productcategorie, omdat zij de mogelijkheid bieden voor intensieve contacten met klanten en voor het onder de aandacht brengen van andere producten. We zijn van plan om in 2008 in drie andere landen betaalrekeningen te introduceren.
ING-DiBa Duitsland kocht een hypotheekportefeuille van EUR 3,9 miljard met de bijbehorende klantenrechten van Hypo Real Estate Bank AG. De portefeuille van de in München gevestigde bank omvat 39.000 particuliere klanten met een gemiddeld uitstaand saldo van EUR 110.000.
Beleggingsproducten ING Direct heeft in 2007 haar assortiment particuliere beleggings producten uitgebreid. ING Direct Frankrijk en ING Direct UK introduceerden in augustus gegarandeerde beleggingsproducten, in navolging van eerdere introducties in Spanje en Duitsland. In de VS werd ShareBuilder aangekocht ter uitbreiding van ons aanbod van effectenbemiddeling en beleggingsproducten.
Verder ontwikkelen van vier belangrijkste productcategorieën Voor verdere groei van haar activiteiten heeft ING Direct haar inves teringen opgevoerd tot een totaal van EUR 354 miljoen ���������� ten koste van de kortetermijnwinst��������������������������������������� . We zullen blijven investeren in hypo theken alsmede in betaalrekeningen en beleggingsproducten. Hypotheken De eigen hypotheekproductie steeg tot recordhoogte, met een nettogroei van EUR 29 miljard (exclusief valuta-invloeden), waardoor de totale portefeuille woninghypotheken – inclusief gekochte portefeuilles – aan het eind van het jaar op EUR 97 miljard kwam. Meer dan 50% van alle toevertrouwde middelen van ING Direct bestond in 2007 uit rechtstreeks (door onszelf) of via tussenpersonen afgesloten woninghypotheken. Door onszelf verstrekte hypotheken leveren ons een grotere marge op dan obligaties of hypothekenpakketten die zijn gekocht van andere financiële instellingen. ING Direct is thans de grootste verstrekker van nieuwe particuliere hypothecaire leningen in Duitsland en behoort voor het eerst ook tot de grotere aanbieders in de VS. In al onze bedrijfsonderdelen hebben we onze procedures vereenvoudigd en streven we naar hoge kwaliteit en snelle dienstverlening. Dit zijn immers dé onder scheidende factoren in een zeer competitieve marktomgeving. Een voorbeeld is de introductie van een onlinehulpmiddel – de Unmortgage Application Tracker in Canada – waarmee
ING Groep Jaarverslag 2007
Voor het derde achtereenvolgende jaar noemde het vooraanstaan de Duitse financiële tijdschrift Focus-Money ING-DiBa als ‘Best Investment Fund Bank’, voor haar toonaangevende kortingen op de kosten van beleggingsfondsen. ING Direct UK Door de brede beschikbaarheid van tariefvergelijkingstabellen en een actieve consumentenpers zijn spaarders in het Verenigd Koninkrijk meer dan in andere landen gevoelig voor rente verschillen. De rentestijgingen van de Bank of England sinds augustus 2006 werden niet meteen verwerkt in rentevergoedingen van ING Direct UK. Dat maakte ze minder aantrekkelijk voor klanten met hoge saldi. Zodoende werd ING Direct UK geconfronteerd met een uitstroom van spaargelden (EUR 11 miljard exclusief valuta-invloeden). Diverse acties waren nodig om deze ontwikkeling te keren, bij het management, in de prijsstelling en op het gebied van marketing. De rentevergoeding op de particuliere spaarrekening werd opgetrokken, dichterbij het rentepercentage van de Bank of England. Daarnaast werden marketinginitiatieven ondernomen om saldi te behouden, klanten terug te winnen en nieuwe klanten aan te trekken. Door deze maatregelen is de uitstroom van saldi sterk teruggelopen van EUR 5,1 miljard in het derde kwartaal naar EUR 0,6 miljard in het vierde kwartaal. Als gevolg van deze maatregelen zijn kortetermijnverliezen ontstaan die in 2008 gestaag zullen afnemen door het
47
geleidelijk herprijzen van onze activa. Sinds 1 januari 2008 heeft ING Direct UK een nieuwe CEO. Bankieren makkelijk maken Klanten waarderen ‘eenvoud’, evenals concurrerende tarieven. Om de gewenste eenvoud te waarborgen in al onze producten, processen, diensten en systemen, proberen we altijd vanuit de klant te denken. Onze ambitie om ’s werelds populairste bank voor particulieren te worden, zal onze organisatie ontegenzeggelijk groter en complexer maken. Om toch de nodige aandacht te houden voor de klant is in 2007 bij elk bedrijfsonderdeel de functie van Customer Advocate ingevoerd. Deze heeft tot taak om intern de belangen van de klant te behartigen, het contact met klanten te versimpelen, hun wensen te peilen en aan te geven hoe we het beste aan de wens van de klant kunnen blijven voldoen. Mensen staan centraal Bankieren is vooral mensenwerk en onze medewerkers spelen een cruciale rol in het uitvoeren van onze strategie. We steken veel tijd en energie in de kwaliteit van ons personeel, dat ook in 2007 weer is toegenomen van 7.565 fte’s ultimo 2006 tot 8.883 fte’s aan het eind van 2007. Het is zaak onze sterke ondernemingsgeest te koesteren die een belangrijke basis voor ons succes vormt. Een van de middelen die we daarvoor hebben, is ons Business Management Programma, dat al door meer dan 600 managers is gevolgd. De cursus geeft hen inzicht in onze belangrijkste succesfactoren, zoals onze bedrijfscultuur en strategie, en biedt hen alle ruimte om internationaal te netwerken. Internationale mobiliteit Onderdeel van ons personeelsbeleid is dat we medewerkers de moge lijkheid geven in andere landen te werken. Dat doen we met kortdurende uitzendingen (van maximaal drie maanden) en uitzendingen voor langere duur (van één tot drie jaar); beide namen gestaag in aantal toe, een ontwikkeling die zich, naar verwachting, ook in 2008 zal voordoen. Geavanceerde IT-systemen Internetbeveiliging is zeer belangrijk voor onze klanten. We streven er daarom naar om de risico’s zoveel mogelijk te beperken. We ge bruiken alleen bewezen technologie. We delen intern best practices om de productontwikkeling te optimaliseren. Adequate IT is cruciaal voor onze concurrentiekracht. ING Direct streeft altijd naar de hoogst mogelijke betrouwbaarheid in de sector en een vlekkeloze dienst verlening aan onze klanten. In 2007 zijn we blijven investeren in systemen om ze flexibel, kosteneffectief en uiterst veilig te houden.
Erkenning in de sector We zijn blij met de erkenning van de markt: ING-DiBa Duitsland werd door het vakblad Euro tot ‘Beste Duitse Bank’ uitgeroepen; de dienstverlening van ING-DiBa Oostenrijk werd in een vooraan staand Oostenrijks onderzoek in de top drie geclassificeerd en ING Direct Australië kwam in het nationale blad Global Customer Satisfaction als nummer één uit de bus. CONCLUSIES EN AMBITIES ING Direct is al tien jaar actief en weet voortdurend een sterke commerciële groei te realiseren. Voor ING Direct was 2007 een jaar vol uitdagingen. De vlakke rentecurve, de felle concurrentie en de benodigde herpositionering van ING Direct UK hadden invloed op onze winst. Het Verenigd Koninkrijk en de investeringen in groei buiten beschouwing gelaten, steeg de winst met 7%. Groei blijft het onderliggende thema van ons streven om ’s werelds populairste bank voor particulieren te worden. Op dit punt hebben we goede vooruitgang geboekt. We hebben 2,8 miljoen nieuwe klanten verwelkomd, wat het totaal wereldwijd bracht op meer dan 20 miljoen klanten. ING Direct is blijven investeren in het uitbreiden van de activiteiten en het vergroten van haar productaanbod. We houden onder moeilijke marktomstandigheden onverminderd vast aan onze groei strategie. We breiden uit via activiteiten, zoals in de VS – waar we nog veel mogelijkheden zien – en per productlijn: sparen, hypo theken, betaalrekeningen en beleggingsproducten. De meeste aandacht zal uitgaan naar uitbreiding van het hypotheekbedrijf, betaalrekeningen en beleggingsproducten. In 2008 zullen we in nog eens drie landen betaalrekeningen introduceren, terwijl we in Duitsland, Spanje en de VS verdere groei verwachten. De hevige concurrentie op het gebied van sparen zal aanhouden. Andere banken doen erg hun best meer particuliere saldi aan te trekken om hun kredietverlening te kunnen uitbreiden. Wij willen passende spaarrentes bieden en ons asset- en liabilitymanagement goed afstemmen op onze prijsstrategie. De richting die ING Direct kiest zal altijd worden bepaald door de belangen van de klant. Dat geeft immers de meeste kans onszelf te ontwikkelen tot de populairste bank voor particulieren ter wereld.
Aantal klanten, totaal toevertrouwde middelen, woninghypotheekportefeuille, niet in de balans opgenomen fondsen, marktposities aantal klanten x 1000, toevertrouwde middelen, woninghypotheekportefeuille en niet in de balans opgenomen fondsen in miljarden euro’s; marktpositie per jaarultimo
Canada Spanje Australië Frankrijk Verenigde Staten Italië Duitsland Verenigd Koninkrijk Oostenrijk Totaal
2007
Klanten 2006
1.526 1.624 1.316 716 6.524 937 6.124 1.137 357 20.262
1.491 1.455 1.414 626 4.629 792 5.703 1.099 302 17.511
Toevertrouwde middelen 2007 2006
13,9 12,9 12,0 12,9 41,3 14,2 58,5 22,3 3,5 191,5
12,3 13,0 11,2 12,3 36,0 14,0 57,2 36,3 3,5 195,9
Woninghypotheekportefeuille 2007 2006
13,2 6,5 18,3 – 17,9 3,3 35,9 1,9 – 97,0
9,5 4,8 15,4 – 12,5 1,8 25,0 0,1 – 69,0
Niet in de balans opgenomen fondsen 2007 2006
0,2 1,9 – 1,5 1,8 0,4 12,9 – 0,0 18,8
0,2 1,5 – 1,2 0,3 0,4 11,0 – 0,0 14,6
Markt- positie* 2007
7e** 9e** 6e 9e*** 17e 7e 6e 11e 7e
* Marktpositie in particuliere toevertrouwde middelen in lokale bancaire markt. ** Positie ultimo november 2007. *** Positie ultimo september 2007.
ING Groep Jaarverslag 2007
48
Assets under management by business line in percentages
1.2 Verslag van de Raad van Bestuur
Vermogensbeheer Kernpunten > Groei totaal beheerd vermogen van ING Investment Management, ING Real Estate en ING Private Banking met 6,1% tot EUR 637 miljard > Een van ’s werelds 20 grootste vermogensbeheerders op basis van totaal beheerd vermogen > Weer een jaar van solide groei bij ING Real Estate > Snelle expansie ING Private Banking
ING Groep Jaarverslag 2007
Assets under management by business line in percentages Insurance Europe Insurance Americas Insurance Asia/Pacific Wholesale Banking Retail Banking ING Direct Assets underVERMOGEN management PER by business line BEHEERD DIVISIE Totaal in percentages in miljoenen euro’s Insurance Europe
24% 33% 16% 11% 15% 1% 100%
154,5 213,2 98,7 67,4 93,8 9,3 636,9
24%
154,5
Insurance 33% Assets underAmericas management by client213,2 catagory Insurance Asia/Pacific 16% 98,7 in percentages
Insurance Europe Insurance Americas Insurance Asia/Pacific Wholesale Banking Retail Banking ING Direct Totaal
Wholesale Banking 11% 67,4 24% 154,5 Banking Retail 15% 93,8 33% 213,2 ING Direct 1% 9,3 16% 98,7 Totaal 100% 636,9 11% 67,4 15% 93,8 1% 9,3 100% Assets 636,9 under management by client catagory
in percentages Insurance Europe
24%
154,5
BEHEERD KLANTCATEGORIE Insurance Americas 33% 213,2 Assets underVERMOGEN management PER by client catagory in miljoenen euro’s Insurance Asia/Pacific 16% 98,7 in percentages Wholesale Banking Retail Banking ING Direct Totaal
11% 15% 1% 100%
67,4 93,8 Verzekeringspolishouders 19% 9,3 Institutionele klanten 24% 636,9 Particuliere klanten 18% Privatebankingklanten 11% Interne klanten 28% Totaal 100%
Assets under management by client catagory in percentages
Verzekeringspolishouders 19% Institutionele klanten 24% Particuliere klanten 18% Privatebankingklanten 11% Interne klanten 28% Totaal 100%
Verzekeringspolishouders 19% Institutionele klanten 24% Particuliere klanten 18% Privatebankingklanten 11% 122,4 klanten Interne 28% 153,3 Totaal 100% 116,4 68,0 176,8 636,9
Verzekeringspolishouders 19% Institutionele klanten 24% Particuliere klanten 18% Privatebankingklanten 11% Interne klanten 28% Totaal 100%
122,4 153,3 116,4 68,0 176,8 636,9
122,4 153,3 116,4 68,0 176,8 636,9
122,4 153,3 116,4 68,0 176,8 636,9
49
Voor de succesvolle uitvoering van de strategie van ING Groep is een eersteklas vermogensbeheerder nodig. Vermogensbeheer is een kerncompetentie van ING en wordt uitgevoerd door ING Investment Management (de voornaamste vermogensbeheerder van ING), ING Real Estate en ING Private Banking. Met ING IM heeft ING een belangrijke internationale positie dankzij de brede en gediversifieerde mix van producten met een sterke performance. In 2007 heeft ING IM een belangrijke bijdrage geleverd aan het totale resultaat van ING Groep. Voor ING Real Estate was ook 2007 weer een jaar van sterke groei, terwijl ING Private Banking opnieuw nieuwe klanten heeft kunnen aantrekken. FINANCIËLE ONTWIKKELINGEN Het beheerd vermogen nam in 2007 toe met EUR 36,9 miljard (6,1%) tot EUR 636,9 miljard, vooral dankzij een netto-instroom van EUR 40,4 miljard. Hiervan nam Insurance Asia/Pacific EUR 14,2 miljard voor haar rekening, Retail Banking EUR 8,6 miljard, Insurance Americas EUR 8,5 miljard en ING Real Estate EUR 6,6 miljard. Koersveranderingen van aandelen en vastrentende waarden droegen EUR 16,2 miljard bij en de positieve invloed van acquisities en desinvesteringen bedroeg EUR 12,7 miljard. De groei werd tenietgedaan door de negatieve invloed van wisselkoersen (vooral de Amerikaanse dollar) van EUR 32,5 miljard. Het overgrote deel van de groei werd gerealiseerd bij het voor externe klanten beheerd vermogen, dat met 13,8% steeg tot EUR 460,1 miljard per jaarultimo. Het voor interne klanten beheerd vermogen nam met 9,6% af naar EUR 176,8 miljard. ING INVESTMENT MANAGEMENT ING IM wil tot de top 10 van vermogensbeheerders behoren. In de drie regio’s waar ING IM actief is (Europa, Noord- en LatijnsAmerika en Azië/Pacific) is zij met het realiseren van deze ambitie al een eind gevorderd. Deze regio’s verzorgen alle een breed arsenaal innovatieve beleggingsoplossingen voor het uitgebreide netwerk van interne en externe klanten van ING. Onze strategie is gericht op wereldwijde distributie van deze succesvolle beleggings strategieën door nauwe samenwerking tussen de regio’s. Op die manier kunnen we onze schaalgrootte en beleggingsexpertise optimaal benutten, terwijl we onze ontwikkelcapaciteit efficiënt kunnen inzetten voor onze klanten, waar ook ter wereld. Waar we mogelijkheden zien, ontwikkelen we alternatieve beleggingen en gestructureerde oplossingen. Een van de belangrijkste prioriteiten van ING IM is om in beheerd vermogen sneller te groeien dan de markt door verdere versterking van de samenwerking met de ING-onderdelen en door het benut ten van kansen voor externe klanten. Tevens streeft ING IM naar een betere beleggingsperformance voor haar klanten door expertise op het gebied van risicobeheer bij ING maximaal in te zetten. Daarnaast werken we aan uitbreiding van onze ITinfrastructuur. We richten ons op zowel autonome groei als op acquisitiemogelijkheden. Goede beleggingsresultaten In 2007 heeft ING IM een solide beleggingsresultaat behaald. Gemeten over een periode van drie jaar vertoonde 77% van de beleggingsfondsen een betere beleggingsperformance dan de benchmark. Ten opzichte van vergelijkbare fondsen eindigde 60% van de beleggingsfondsen in het hoogste of op een na hoogste kwartiel van de markt, op basis van een periode van drie jaar.
Daarnaast heeft het ratingbureau Morningstar aan 14 fondsen de hoogste waardering, vijf sterren, en aan 53 fondsen de op een na hoogste waardering van vier sterren toegekend. De beleggings fondsen met vijf of vier sterren vertegenwoordigden bij elkaar EUR 21,4 miljard, ofwel 35% van het totaal beheerd vermogen. ING IM heeft het voor externe klanten beheerde vermogen met EUR 23,2 miljard zien toenemen tot een totaal van EUR 232,2 miljard. ING oogstte wederom succes met de strategie waarbij de sterke internationale beleggingscapaciteiten optimaal worden benut om op regioniveau kansen te scheppen voor zowel de particuliere als de institutionele belegger. Nu de rente daalt, neemt onder klanten de vraag naar een goed rendement toe. In Europa boekte ING IM een instroom van EUR 172 miljoen in op totaalrendement gebaseerde obligatiestrategieën. Verder leverde de nauwe samen werking tussen ING IM Europe en ING IM Asia/Pacific circa EUR 2,2 miljard aan beheerd vermogen op in vastrentende man daten in Japan. De internationale ontwikkeling van een aantal toon aangevende beleggingsstrategieën heeft geleid tot een regionale en regio-overschrijdende omzet van EUR 4,3 miljard. In alle regio’s profiteerde ING IM van het sterke wereldwijde productaanbod in combinatie met een goede lokale klantgerichte focus. De groei van alternatieve beleggingscategorieën in combinatie met de behoeften van de klanten van ING IM zorgde ervoor dat dit gedurende het jaar flink in de belangstelling bleef staan. Pomona Capital, het private-equitybedrijf van ING IM, introduceerde zijn eerste ‘fund of funds’ in de regio Azië/Pacific. ING IM kan verder ook haar voordeel doen bij de groeiende internationale activiteiten van ING op het gebied van vermogens vorming. Behalve de schaalgrootte en kostenvoordelen van een omvangrijke beleggingsportefeuille voor eigen rekening, kunnen strategieën voor een effectief beheer van pensioenrisico worden toegepast op institutionele en particuliere producten en distributie kanalen van derden. Hierbij kan worden gedacht aan ALM (asset liability management) en LDI (liability-driven investing), alsmede onze ervaring met variabele lijfrentepolissen. Europa ING IM Europe liet in 2007 een sterke autonome groei zien van het voor externe klanten beheerd vermogen dankzij voortgaande verkoop van goed presterende bestaande producten, de intro ductie van nieuwe producten en de trend naar een open architec tuur. Onze activiteiten in Centraal-Europa vertoonden wederom een sterke omzet van EUR 1,25 miljard, met name bij ING Bank Slaski in Polen. Daarnaast hebben wij een nieuwe markt betreden met de overname van Oyak Bank in Turkije door ING Groep. Op productgebied hield de interesse in onze hoogrenderende strategieën aan, met een goede instroom dankzij een sterk driejaars track-record. Er was ook hernieuwde belangstelling voor ons Money Market-product. In 2007 heeft ING IM Europe verder ook de Multi-Asset Group opgericht. Het doel van deze groep is om de beleggingskansen in alle vermogenscategorieën beter te benutten. Die Multi-Asset Group introduceerde bijvoorbeeld het ING Opportunity Aandelenfonds, dat zeer succesvol was met een omzet van EUR 147,9 miljoen. Dit fonds wil door middel van een superieure verdeling over alle beleggingscategorieën het rendement verhogen door binnen de categorieën gebruik te
ING Groep Jaarverslag 2007
50 1.2 Verslag van de Raad van Bestuur
Vermogensbeheer (vervolg)
maken van uiteenlopende strategieën (stijl, omvang, regio’s). Ter versterking van onze schaalgrootte en slagkracht op de Euro pese pensioenmarkt hebben ING IM en Nationale-Nederlanden de overname afgerond van AZL, een onafhankelijke dienstverlener voor pensioenfondsen in Nederland. Noord- en Latijns-Amerika ING IM Americas bleef niet alleen groeien op bestaande belangrijke terreinen, maar richtte zich ook op nieuwe kansen met aanzienlijk groeipotentieel. De omzetcijfers voor vermogens beheer waren onverminderd sterk en ondanks de moeilijke markt omstandigheden in met name de tweede helft van 2007 heeft ING IM Americas nieuwe fondsen geïntroduceerd. De Multi-Asset Structured & Solutions Group speelde in op de groei van de markt voor gepensioneerden en de behoefte van beleggers aan inkomen na pensionering, door nog eens twee nieuwe fondsen met een van tevoren vastgestelde einddatum (target date funds) toe te voegen aan een palet van oplossingen voor reeds gepensioneerde deelnemers. Aan de retailkant zorgde de succesvolle ‘Going Global’ campagne van ING IM Americas voor een aanzienlijke instroom van EUR 945 miljoen. Diverse nieuwe fondsen kwamen het internationale arsenaal versterken, waar onder het ING Asia Pacific Real Estate Fund en het ING European Real Estate Fund, naast twee nieuwe closed-end fondsen, het ING Asia Pacific High Dividend Equity Income Fund en het ING International High Dividend Equity Income Fund. Met de intro ductie van deze laatste twee fondsen is het totaal beheerd vermogen in closed-end fondsen van ING IM uitgekomen op meer dan USD 3,3 miljard. Alle nieuwe beleggingsfondsen maken gebruik van de uiteenlopende beleggingsdeskundigheid en regioexpertise van ING, waarmee internationale maatoplossingen voor beleggers worden gecreëerd. Bij ING IM Institutional Markets nam het bedrijfsvolume toe doordat de creditspreads toenamen en de marktomstandigheden het tweede halfjaar gunstiger werden. In Latijns-Amerika haalde ING met de overname van het pensioen bedrijf van Banco Santander EUR 3,3 miljard aan beheerd vermogen binnen. Azië/Pacific ING IM Asia/Pacific bleef ook in 2007 een sterke autonome groei van het beheerd vermogen realiseren in alle landen waarin activiteiten worden ontplooid. Dit is te danken aan de instroom van institutionele en particuliere klanten en aan de beleggingsprestaties. ING IM behield haar positie in de top 3 van grootste buitenlandse vermogensbeheerder van de regio. In China steeg het beheerd vermogen uit ING’s 33,3%-belang in de China Merchant Fund Company tot EUR 2 miljard als gevolg van een sterke instroom. In India steeg het beheerd vermogen fors van EUR 1,22 miljard in 2006 tot EUR 1,74 miljard in 2007. In Taiwan haalde ING IM diverse institutionele onshore-aandelenmandaten binnen, met een totale waarde van EUR 257 miljoen. In Australië werd via institutionele beleggers EUR 203 miljoen aan verbeterde producten voor liquiditeitsbeheer toegevoegd. In Hongkong bedroeg de netto-instroom in aandelen- en vastgoedfondsen in 2007 in totaal EUR 385 miljoen.
ING Groep Jaarverslag 2007
De succesvolle introductie van Global Yield Maximiser, met een beheerd vermogen van EUR 102 miljoen ultimo 2007, was het resultaat van de nauwe samenwerking tussen ING IM Australia en ING Private Banking in Azië. Het China Access Fund kende even eens een succesvolle introductie, die EUR 80 miljoen opbracht. Voorspoedig was ook de joint venture met China Merchant Bank: in China werd een Core Value-fonds geïntroduceerd waarmee EUR 1,55 miljard werd binnengehaald. ING Funds Malaysia tekende opnieuw voor een record in de sector: het ING Baraka Capital Protected Fund bracht EUR 106,4 miljoen op en schoot daarmee ruim de eerste uitgifte van EUR 42,4 miljoen voorbij. Het fonds is hiermee uitgegroeid tot het grootste closed-end fonds met vermogensbescherming van het land. Om de marktpositie te versterken en schaalgrootte te realiseren heeft ING IM op 30 augustus 2007 in Zuid-Korea het volledig eigendom verworven van Landmark Investment Management Company Ltd (Landmark). Deze onderneming is per 1 oktober 2007 officieel samengevoegd met ING Investment Management Korea, Ltd. Resultaat van de fusie was een positie als de tiende vermogensbeheerder van Zuid-Korea, met een beheerd vermogen van EUR 8,27 miljard ultimo 2007. Prijzen en onderscheidingen ING IM Americas ontving in 2007 wederom de Best Shareholder Relations Award voor een serie niet-Amerikaanse closed-end fondsen. Deze onderscheiding wordt toegekend door een panel van toonaangevende closed-end fondsanalisten op Wall Street. In het International Investment Manager Report van de Financial Reporting Council voor 2007 kwam ING IM op de derde plaats van gerenommeerde internationale fondsbeheerders in de Verenigde Staten voor vermogende particulieren. In Europa viel het ING (L) Renta Funds Emerging Markets Debt HC in de prijzen als het Best Fund Five Years – Sector Fixed Income Global Emerging Markets bij de onderscheidingen voor 2007 van S&P Switzerland. Het ING (L) Invest European Food & Beverages werd uitgeroepen tot Best Fund over past Five Years Equity – Sector Non-Cyclical Consumer Goods and Services bij de Lipper Awards in Luxemburg en Zwitserland, en tot Best Fund in 1 Year – Sector Consumer Goods bij de S&P Switzerland 2007 Awards. Doelstellingen en ambities ING IM vervult een sleutelrol binnen ING en heeft wereldwijd sterke mogelijkheden voor groei. Wij blijven onze internationale deskundigheid en beleggingstalent inzetten om onze interne en externe klanten van dienst te zijn met een eersteklas beleggingsperformance. Door de samenwerking met andere delen van de organisatie heeft ING een uitstekende uitgangspositie voor het ontwikkelen van nieuwe producten, waarbij vermogensbeheer, verzekeringen en kapitaalmarkten worden gecombineerd tot oplossingen voor zowel particuliere als institutionele klanten. Hierdoor loopt ING voorop bij het profiteren van een belangrijke groeitrend.
51
ING REAL ESTATE Voor ING Real Estate was 2007 wederom een jaar van solide groei. De toename van het beheerd vermogen met 10% op jaarbasis werd gerealiseerd ondanks de zwakkere dollar. De kredietporte feuille groeide met 42% en de portefeuille vastgoedontwikkeling met 17%. Ultimo 2007 was de totale portefeuille van ING Real Estate met 18,2% gegroeid tot EUR 107,2 miljard ten opzichte van 2006 en lag de winst voor belastingen 5,2% hoger op EUR 664 miljoen. Na een langdurige periode van vastgoedrendementen in de dubbele cijfers keerde in 2007 het tij. De rendementen gingen weer terug naar normalere niveaus. De voordelen van goed gespreide activiteiten werden vooral in de tweede helft van het jaar zeer duidelijk. De groei van vastgoedbeleggingen was lager, maar nog steeds positief. Ook begonnen de wisselvallige aandelenmarkten hun sporen te trekken bij beursgenoteerde vastgoedbedrijven. ING Real Estate Finance speelde in op de veranderende marktomstandigheden en wist daarmee een sterke winstgroei te realiseren. ING Real Estate Investment Management ING Real Estate Investment Management breidde haar product aanbod uit met op toegevoegde waarde gerichte beleggingsproducten en nieuwe fondsen als het China Opportunity Fund en het Iberian Value-Added Fund. Ook ging ING Real Estate verder op het ingeslagen acquisitiepad. Noemenswaardige transacties waren onder andere de Apple 2-hotelportefeuille in de Verenigde Staten en een tweetal winkelobjecten in Japan. Begin 2008 is een transactie met het ABP aangekondigd inzake de KFN-kantorenportefeuille. De Nederlandse KFN-kantorenportefeuille met een omvang van EUR 1,6 miljard zal worden beheerd door twee fondsen van ING Real Estate. Resultaten en dienstverlening aan klanten bleven een centraal thema en 69% van de fondsen realiseerde een outperformance ten opzichte van de benchmark op naar beleggingen gewogen basis. ING Real Estate heeft in 2007 op de behoeften van beleggers ingespeeld met elf nieuwe fondsen; 150 nieuwe beleggers en 23 aparte mandaten zijn binnengehaald.
groep belanghebbenden vereisen. ING Real Estate Development concentreerde zich daarnaast op duurzaamheid en verbetering van de onderzoekscapaciteiten. De activiteiten werden nog verder uitgebreid met de opening van een nieuwe vestiging in Roemenië in 2007 en de acquisitie in januari 2008 van de Franse vastgoed ontwikkelaar Geo-de. Ambities Hoewel 2007 was ingeschat als voorlopig even het laatste jaar van uitzonderlijke resultaten, blijft de vraag van beleggers en lening nemers sterk. De groei is weliswaar bescheidener, maar ING Real Estate heeft dankzij het gediversifieerde bedrijfsmodel een goede uitgangspositie om de huidige crisis in de vastgoedmarkten het hoofd te kunnen bieden. ING PRIVATE BANKING ING Private Banking is uitstekend gepositioneerd om te profiteren van de wereldwijde groei van het privé-vermogen van particulie ren. ING Private Banking groeit snel. In 2007 was die groei afkom stig uit alle regio’s. De onderliggende winst voor belastingen steeg met 8,7% tot EUR 263 miljoen. Die toename werd in belangrijke mate veroorzaakt door een sterke groei van het beheerd vermogen, met name in Azië. Het streven is om het beheerd vermogen de komende vijf jaar in hoog tempo te laten groeien. ING Private Banking wil internatio naal tot de top 20 gaan behoren door de naamsbekendheid te vergroten, de klantenbinding te versterken en nieuwe, innovatieve beleggingsproducten te introduceren. Zie voor meer informatie over Private Banking het hoofdstuk Retail Banking op bladzijde 40.
ING Real Estate Finance Voor ING Real Estate Finance was 2007 een zeer sterk jaar: de kredietportefeuille groeide waardoor de inkomsten stegen, en de risicokosten bleven zeer laag. Internationaal is ING Real Estate Finance verder gediversifieerd, terwijl het in Nederland marktleider bleef. Bijna de helft van de kredietverlening vindt buiten Nederland plaats, vergeleken met 35% in 2006. De marktomstandigheden waren later in het jaar gunstig en ING Real Estate Finance profiteerde van de terughoudendheid van kredietverschaffers en breidde de portefeuille uit. Verder is in 2007 een veranderingsprogramma ingezet dat ING Real Estate Finance in staat moet stellen de leidende rol in vastgoedleningen te behouden. ING Real Estate Development Het onderdeel Development van ING Real Estate bleef zich op Europa richten en versterkte de positie als projectontwikkelaar. Belangrijke herontwikkelings- en stadsherstelprojecten in Amsterdam, Hamburg en Hull boekten vooruitgang. Dit zijn projecten die sterke relaties en een gedeelde visie van een grote
ING Groep Jaarverslag 2007
52 1.2 Verslag van de Raad van Bestuur
Human Resources Focus op sterk leiderschap en betrokkenheid medewerkers Kernpunten > Topmanagers beoordeeld op behalen van zakelijke doel stellingen en leidinggevende kwaliteiten > Toegenomen internationale mobiliteit > Verbeterd profiel op de internationale arbeidsmarkt > Jonge talenten vervullen sleutelrol in bouwen van bruggen tussen bedrijfsonderdelen
Steeds vaker blijkt dat er een verband bestaat tussen sterk leiderschap, betrokken medewerkers en aandeelhouders waarde. Ondernemingen met mensgerichte managers en toegewijde medewerkers boeken de grootste successen. Daarom hecht ING veel waarde aan vakkundige en prestatie gerichte medewerkers. In 2007 heeft HR de vaardigheden van ING-managers verder versterkt en de betrokkenheid onder medewerkers geprobeerd te vergroten. LEIDERSCHAP EN TALENTMANAGEMENT ING wil groeien, en in de wetenschap dat de strijd om talent steeds heviger wordt, hebben we aanzienlijke investeringen gedaan om ons imago als aantrekkelijke werkgever over de hele wereld te verbeteren. De ING Employer Brand, dat ING als ‘werk geversmerk’ in de arbeidsmarkt positioneert en dat in 2006 is geïntroduceerd, is in alle landen ingevoerd. Eind 2007 functio neerde het goed en de eerste resultaten zijn veelbelovend. Het aantal afgestudeerden dat bij ING solliciteert is toegenomen, evenals het aantal mensen dat de vacaturesites van de ING-web sites bezoekt. Op diverse belangrijke markten, vooral in Europa, blijkt uit onderzoeken naar ‘de beste werkgever’ dat de waar dering voor ING flink is gestegen. Daarnaast is het profiel van ING verbeterd dankzij initiatieven gericht op jonge academici uit alle landen, zoals het ING International Graduate Programme (IIGP). In 2007 was het hoofdthema van het IIGP Unleash your talent. 173 talenten uit meer dan 30 landen namen hieraan deel. Veel deelnemers waren betrokken bij internationale projecten met als doel kennisuitwisseling; deze projecten ondersteunen het internationale mobiliteitsbeleid voor medewerkers dat begin 2007 werd ingevoerd. Deze initiatieven hebben ertoe bijgedragen dat we belangrijke talenten hebben kunnen aantrekken en behouden. Ook hebben ze onze naams bekendheid aanzienlijk vergroot, in aanvulling op de sponsoring van de Formule 1. De afdeling Human Resources (HR) van ING Groep is bezig met het wereldwijd invoeren van een methode om talenten te scouten en te ontwikkelen. In 2007 werd de Enhanced Talent Definition ingevoerd. Dit zijn criteria om de prestaties, het potentieel en de ambities van medewerkers te beoordelen. Dit wordt ondersteund door de ING Business School, waar de focus wederom lag op de strategische thema’s van ING, en waar de aandacht tevens verschuift van het trainen van individuele vaardigheden naar het optimaliseren van de zakelijke resultaten en teamprestaties. BETROKKEN MEDEWERKERS De strategie van HR richtte zich in 2007 vooral op leidinggevend gedrag dat de betrokkenheid van medewerkers vergroot. In verband hiermee worden de 200 topmanagers binnen ING nu ook beoordeeld op hun leidinggevende kwaliteiten, naast de vele andere gebruikelijke beoordelingscriteria zoals het behalen van zakelijke doelstellingen. Hiermee geeft ING een duidelijk signaal af dat zij mensgericht management belangrijk vindt. Internationale mobiliteit De internationale mobiliteit binnen ING groeit en voor huidige en potentiële hogere managers wordt het steeds belangrijker dat zij hier flexibel op inspringen. Sinds 1 januari 2007 bestaan er bij ING verschillende vormen van internatioale overplaatsingen. Interne uitwisselingen zijn in de afgelopen drie jaar met 50% toegenomen.
ING Groep Jaarverslag 2007
53
Betrokken bij overnames en desinvesteringen In 2007 vonden er diverse overnames en desinvesteringen plaats. HR was nauw betrokken bij deze processen. ING verwelkomt de nieuwe collega’s en vindt het belangrijk dat bij fusies de verschil lende ondernemingsculturen samensmelten zodat een gezamen lijke koers ontstaat. HR gaat haar activiteiten op dit gebied verder ontwikkelen. Diversiteit in de praktijk Ook diversiteit is belangrijk bij de ontwikkeling van ons talent. ING wil dat de medewerkers in etnische en culturele zin een afspiegeling vormen van ons zeer gevarieerde klantenbestand, zodat we beter begrijpen wat de klant wil. Er zijn in 2007 diverse programma’s opgezet en algemene diversiteitsdoelstellingen opgesteld. De Diversiteitsraad van ING heeft nieuwe begeleidings programma’s ontwikkeld en ondersteunt verschillende diversiteitsnetwerken.
Versterking van HR Ter ondersteuning van de bedrijfsdoelstellingen van ING heeft de afdeling HR zich in 2007 geconcentreerd op het verbeteren van een aantal ondersteunende activiteiten, zoals IT-dienstverlening en managementinformatie. Een doorbraak was de toegang tot het ING Learning Centre, een onlineplatform voor onderwijsdoelen, dat nu voor alle ING’ers ter wereld toegankelijk is. Ter verbetering van de HR-managementinformatie heeft HR ING Groep toegang gekregen tot de gegevens uit de HR-systemen van alle bedrijfsonderdelen. HR zorgt er ook voor dat zij betrokken is bij mogelijke acquisities en desinvesteringen om aangesloten te zijn en in alle fasen toegevoegde waarde te bieden. Daarnaast wordt HR steeds vaker betrokken bij het beheersen van compliancerisico’s.
In 2007 kregen drie diversiteitsteams de opdracht om binnen 100 dagen specifieke doelen te realiseren die ING helpen bij het versterken van het wereldwijde leidinggevende potentieel. De drie teams ontwikkelden initiatieven om op hogere management niveaus diversiteit te stimuleren en om mensen tussen het hoofd kantoor en de regio’s onderling uit te wisselen.
Verbetering inzetbaarheid medewerkers in Nederland Halverwege 2007 zijn afspraken in de CAO opgenomen waarmee de persoonlijke ontwikkeling en de inzetbaarheid van de in Nederland werkende ING’ers worden verbeterd. ING is de eerste Nederlandse werkgever die dit doet. Deze afspraak met de vakbonden houdt in dat er een bepaald bedrag door ING beschikbaar wordt gesteld waarmee de medewerkers hun inzetbaarheid kunnen vergroten.
Prestaties meten en verbeteren ING is doorgegaan met de organisatiebrede invoering van de Winning Performance Culture (WPC), die in 2005 werd geïntro duceerd. WPC zet de standaard voor het soort bedrijf dat ING wil zijn: een cultuur waarin gezamenlijke normen en waarden, ideeën en werkwijzen leiden tot uitstekende bedrijfsresultaten. In 2005 werd ook de WPC-scan geïntroduceerd. Dit is een online onderzoek dat een momentopname biedt van de belangrijkste elementen van onze prestatiecultuur. Dit onderzoek laat het verschil zien tussen de gewenste prestatiegerichte cultuur en de feitelijke situatie.
CONCLUSIES EN AMBITIES HR richt zich op het ondersteunen van de bedrijfsdoelstellingen van ING. Daarbij staan onderwerpen als het ontwikkelen van leiderschap en betrokkenheid van medewerkers hoog op de agenda. Om ons profiel als zeer aantrekkelijke werkgever voor getalenteerde mensen te behouden, werkt ING aan de verbetering van haar Employer Brand (‘werkgeversmerk’). HR blijft zich inzetten voor mensgericht leiderschap, omdat succes van ons bedrijf afhankelijk is van de inzet van onze medewerkers. Ook streeft HR naar het evalueren en verbeteren van processen om de prestaties te verbeteren.
In 2007 is de aanpak van de WPC-scan verbreed. Dit resulteerde in de deelname van meer dan 37.000 medewerkers. Uit de scan kwam duidelijk naar voren dat de betrokkenheid van de mede werkers bij ING hoger is dan bij de meeste internationale be drijven. Positief waren vooral de mate waarin de functie past bij de medewerker, het geloof in de toekomst van de organisatie, het gevoel dat men gewaardeerd wordt en het vertrouwen in het hoger management. Verbeterpunten waren de interne communicatie, de erkenning van persoonlijke successen en de carrièremogelijkheden. De resultaten zijn aan alle bedrijfs onderdelen gecommuniceerd en hebben bijna overal geleid tot opleidings- en veranderprogramma’s. De afdelingen HR en Interne Communicatie van ING Groep hebben samen het WPC-kader vertaald in concrete programma’s, waarover intensiever is gecommuniceerd. Voorbeelden zijn ‘Stel uitdagende en gezamenlijke doelen’ (gezamenlijke richting), ‘Neem je verantwoordelijkheid en zorg ervoor dat dingen gebeuren’ (prestatiegerichte uitvoering) en ‘Zorg dat onze mensen betrokken zijn, daag ze uit en ontwikkel ze op de juiste manier’ (menselijk kapitaal).
ING Groep Jaarverslag 2007
54 1.2 Verslag van de Raad van Bestuur
Merkpositionering Merk opbouwen en activiteiten uitbreiden Kernpunten > Bouwen aan één wereldwijd ING-merk > Eerste wereldwijde reclame campagne om naamsbekend heid te vergroten > Marketingprogramma’s rond F1 brengen ING-bedrijfsonderdelen wereldwijd samen en leiden tot veel nieuwe activiteiten > Aanhoudende ambitie om het voor onze klanten makkelijker te maken hun financiën te beheren
Met inmiddels 75 miljoen klanten in meer dan 50 landen bouwt ING aan een van de sterkste merken voor particuliere financiële dienstverlening ter wereld. Cruciaal hierbij is de toenemende wereldwijde bekendheid van ons merk. 2007 was ING’s eerste jaar als hoofdsponsor van het ING Renault F1-team. Hierdoor is de zichtbaarheid en de naams bekendheid van de onderneming in de wereld aanzienlijk toegenomen en dat leverde veel nieuwe klanten op. TOONAANGEVEND MERK IN FINANCIELE DIENSTVERLENING Trends geven aan dat consumenten steeds ouder en welvarender worden en in toenemende mate verantwoordelijk zijn voor de finan ciering van hun pensioen. Tegelijkertijd maken de huidige marktom standigheden duidelijk wat consumenten willen van hun financiële dienstverlener: betrouwbaarheid, expertise en gebruiksgemak. ING heeft in 2007 het motto ‘ING maakt het de klant gemakkelijk’ verder uitgewerkt en ontwikkeld tot een van de belangrijkste onder scheidende factoren voor ING. In de laatste tien jaar hebben we aanzienlijke vooruitgang geboekt met het ontwikkelen van ING van ‘een huis van merken’ naar één wereldwijd merk voor financiële dienstverlening. In 2007 hebben we ons erop gericht het ING-merk wereldwijd een consistente uitstraling te geven: één logo, één dominante kleur (oranje) en een wereldwijde reclamecampagne. We groeien geleidelijk naar een onderscheidend, internationaal merk: één onderneming, één merknaam. Daarom is in 2007 het belangrijke besluit genomen om de Nederlandse retailbankingactiviteiten volgend jaar samen te brengen onder het ING-merk. Deze initiatieven zijn van groot belang voor het stimuleren van klantenbinding. Hierdoor kunnen we ons onderscheiden van onze concurrenten, de beste mede werkers aantrekken en een gezamenlijke bedrijfscultuur ontwikkelen. F1-SPONSORING: GESLAAGDE MERKPOSITIONERING ING’s eerste jaar in de F1 was ook het startschot voor onze aller eerste, wereldwijde reclamecampagne. Advertenties op TV, in de gedrukte media en op internet, alsmede het hoofdsponsorschap van het ING Renault F1-team en de reclame op de racecircuits, hebben de naamsbekendheid onder de doelgroep in de markten waarin ING actief is aanzienlijk vergroot, namelijk van 69% tot 74%. De grootste stijging in naamsbekendheid deed zich voor in Centraal- en Oost-Europa en in Azië. Dit zijn belangrijke regio’s voor onze groeistrategie. Daarnaast is de positieve perceptie van ING met 25% toegenomen en onder niet-klanten gaf 29% aan van plan te zijn om binnen het jaar zaken te gaan doen met ING. Bedrijfsonderdelen hebben het belang ontdekt van de merk- positioneringsactiviteiten rond F1 om inkomsten en commerciële groei te realiseren. In totaal hebben 42 gerichte acties plaatsgevonden, zoals de promotieactiviteiten van ING Direct waardoor 100.000 nieuwe rekeningen werden geopend. Ook zijn F1-thema creditcards uitgegeven en advertentiecampagnes gestart op de particuliere markt met tienduizenden nieuwe verkoopkansen als resultaat. WERELDWIJDE MERKAMBITIE Het blijft onze ambitie om het onze klanten makkelijker te maken hun financiën te beheren. Hierbij bouwen we voort op klanten onderzoeken uit 2007, die aantonen dat ING wat betreft gemak beter presteert dan haar concurrenten. We willen onze toeganke lijkheid verder verbeteren, de verwerkingssnelheid vergroten en zo onze klanten duidelijke en transparante informatie bieden.
ING Groep Jaarverslag 2007
55
Verantwoord ondernemen Weer een stap vooruit Kernpunten > ING wordt CO2-neutraal > Kantoren in de VS en Nederland gebruiken groene stroom > Succesvolle ING-actie ‘Plant a Tree’ > Interne financieringsrichtlijnen openbaar gemaakt > Chances for Children-programma overtreft verwachtingen
Verantwoord ondernemen is een integraal onderdeel van de activiteiten van ING. We streven naar winst op basis van een gezonde bedrijfsethiek, met respect voor onze belangrijkste stakeholders, waarbij wet- en regelgeving en ethische normen volledig worden nageleefd. Als internationale financiële dienstverlener speelt ING een belangrijke maatschappelijke rol. Wij streven ernaar de financiële en maatschappelijke verwachtingen van stakeholders ten opzichte van ING waar te maken. Zowel direct (via onze kantoren) als indirect (via onze dienstverlening) hebben wij invloed op de samenleving en het milieu. In 2007 hebben we opnieuw vooruitgang geboekt bij het realiseren van onze doelstellingen op de vier terreinen waarop onze strategie voor verantwoord onder nemen is gericht: het effect van onze producten en diensten op de samenleving en het milieu, onze medewerkers, ontwikkeling van de gemeenschap en directe invloed op het milieu. KLIMAATVERANDERING Klimaatverandering wordt wereldwijd gezien als een van de grootste bedreigingen van onze planeet. ING vindt dat zij een rol moet spelen bij het aanpakken van dit probleem. In februari 2007 ondertekende ING de ‘Joint Statement by the Global Roundtable on Climate Change; the Path to Climate Sustainability’. Deze Rondetafel conferentie was een initiatief van het Earth Institute van de Universi teit van Columbia in de VS. Hierbij hebben meer dan 100 belangrijke stakeholders en deskundigen onderzocht op welke wetenschappe lijke, technologische en economische kernpunten overeenstemming mogelijk is voor het opstellen van publiek beleid inzake klimaat verandering. ING is sinds de oprichting in 2004 lid van dit platform. CO2-neutraal ING heeft ondernemingsbreed actie ondernomen en is in 2007 ‘CO2-neutraal’ geworden. Hiermee is de directe schadelijke invloed op het milieu verder afgenomen. ING is erin geslaagd haar netto CO2-uitstoot tot nul terug te brengen met energiezuinige maat regelen, door groene stroom af te nemen en met uitbreiding van het lopende compensatieprogramma. De meeste van onze bedrijfsonderdelen zijn gestart met het invoeren of verbeteren van energiebesparingsprogramma’s. Voorts is ING in al haar kantoren in de VS, Nederland en diverse andere landen overgestapt op groene stroom. Dit houdt in dat een aanzienlijk deel van de in 2007 door ING gebruikte energie afkomstig was van alternatieve bronnen, zoals wind- en waterkracht. De resterende CO2-uitstoot werd gecompenseerd door de herbeplanting en herstel van 600 hectare aangetast tropisch regenwoud in Maleisië. ING-actie ‘Plant a Tree’ Om medewerkers te betrekken bij het bevorderen van een schoner milieu, werd een wereldwijd bewustwordingsprogramma ‘ING Plant a Tree’ opgezet. Dit was de uitkomst van de toenemende wereld wijde belangstelling van ING’ers voor het milieu. De campagne maakt de gezamenlijke betrokkenheid van medewerkers bij de zorg voor het milieu nog tastbaarder. De aftrap van de campagne door bestuurs voorzitter Tilmant vond op 18 maart 2007 plaats in Maleisië. De keuze voor Maleisië was een logisch gevolg op het al bestaande aanplantprogramma voor bomen in een van de tropische regen wouden van dat land als tegenwicht voor ING’s mondiale CO2-uitstoot. Bedrijfsonderdelen kunnen hun eigen ‘Plant a Tree’actie opzetten.
ING Groep Jaarverslag 2007
56 1.2 Verslag van de Raad van Bestuur
Verantwoord ondernemen (vervolg)
Australisch Green Team Verschillende bedrijfsonderdelen hebben initiatieven ontplooid om het milieubesef te vergroten en de effecten van ING op het milieu te verkleinen. In maart 2007 heeft het Green Team van ING Australië deelgenomen aan ‘The Australian Conservation Foundation’s Earth Hour’. De verlichting in het ING-gebouw in Sydney ging een uur lang uit. Hierna volgde een lezing over klimaat verandering, gepresenteerd door een van de klimaatprojectteams van Al Gore. Best in class In 2007 werd ING in een rapport van het Carbon Disclosure Project (CDP) uitgeroepen tot best in class voor het aanpakken van klimaatverandering. ING werd wederom opgenomen in de Climate Leadership Index (CLI), waarin 68 van de FTSE-500 ondernemingen staan die een vooraanstaande positie innemen vanwege hun aanpak van klimaatverandering. Duurzame producten ING is zich sterk bewust van de effecten van haar producten en diensten op de samenleving en het milieu. Bepaalde trends, zoals klimaatverandering en vergrijzing, brengen niet alleen risico’s met zich mee voor ING, maar ook kansen. Zo heeft ING een groot aantal duurzame producten en diensten ontwikkeld, waaronder het nieuwe aanbod in 2007 van ING Car Lease, ING Real Estate, ING Investment Management en andere bedrijfsonderdelen. Specifieke voorbeelden van dit aanbod zijn maatschappelijk verantwoorde beleggingsfondsen en -diensten, microfinanciering en Ecolease voor autoleasing. ING’s duurzaam beheerd vermogen steeg met EUR 2.792 miljoen. ING Real Estate onderkent de noodzaak om te investeren in bouw projecten die de negatieve effecten van de bebouwde omgeving verkleinen en zet zich in voor een toekomst waarin duurzaamheid een tweede natuur is bij alles wat we ontwikkelen, in eigendom hebben en beheren. De belangrijkste aanjagers van duurzaamheid zijn lagere kosten voor energieverbruik, afvalverwijdering en waterverbruik, en de roep van huurders en beleggers om duur zame bouwoplossingen. Een aantal bedrijfsonderdelen van ING Real Estate maakt zich sterk voor integratie van duurzaamheid in de bedrijfsactiviteiten. ING Real Estate in Australië maakt zich sterk voor duurzaamheid door beleggingsfondsen te ontwikkelen en deel te nemen aan activiteiten en programma’s om de gevolgen voor het milieu van de fondsen van ING Real Estate te verkleinen. Een voorbeeld hiervan is het ING Office Fund (IOF) in Australië. Het IOF valt onder de Australian Building Greenhouse Rating-regeling (ABGR); het heeft actieplannen ingevoerd voor energie, water en afval. Zo zijn in een aantal gebouwen waterbegrenzers, toiletten met dubbele spoelsystemen en waterbesparende kranen ingevoerd. Dit leverde een waterbesparing op die gelijk was aan de inhoud van 500 privézwembaden. Voorts zijn door afvalvermindering en een recyclingsprogramma 1.300 volgroeide bomen behouden door papier te recyclen in plaats van het naar de vuilstortplaats te brengen. Ook is het energieverbruik met circa 20% afgenomen. Kredietverleningsbeleid nu openbaar De afgelopen jaren heeft ING beleid geformuleerd voor verantwoord ondernemen dat dient als leidraad voor al ons handelen. Het belangrijkst zijn de ING Business Principles,
ING Groep Jaarverslag 2007
onze gedragscode. Zij gelden voor ING Groep, haar dochteronder nemingen en bedrijfsonderdelen, en voor elke medewerker wereldwijd. Op basis van de ING Business Principles is een aantal inhoudelijke beleidsregels ingevoerd die leidend zijn voor onze dagelijkse activiteiten. Voorbeelden hiervan zijn de Mensenrechten verklaring van ING, de ING-Milieuverklaring en de ING-Klokken luidersregeling voor klachten en onregelmatigheden. In onze bedrijfsonderdelen worden milieu- en maatschappelijke (Environmental and Social Risk, ‘ESR’) beleidsregels gebruikt om financiële en reputatierisico’s te beheersen en om onze klanten te helpen bij het nemen van meer verantwoordelijkheid op het gebied van maatschappij en milieu. Hiertoe heeft ING Investment Management een wereldwijd beleid voor stemgedrag opgesteld en het ING-beleid met betrekking tot de defensie-industrie uitgevoerd. Zij biedt haar klanten tevens diensten aan op het gebied van duurzaam vermogensbeheer. Om dezelfde redenen heeft Wholesale Banking een groot aantal beleidsregels geïmplementeerd die als leidraad dienen bij dienstverlening aan haar klanten. Voorbeelden van ESR-beleidsregels zijn het Bosbouw & Plantages Sectorbeleid, het Beleid inzake Naleving van Mensenrechten en Milieu en het Beleid inzake Dierproeven. De Equator Principles maken een belangrijk deel uit van de ESR-beleidsregels en zijn een maatstaf voor de financiële sector om milieu- en maatschappelijke risico’s in projectfinanciering te beheersen. Deze beginselen zijn in juni 2003 geïntroduceerd en in 2006 herzien. Ongeveer 50 banken en financiële instellingen hebben de Equator Principles aangenomen. Elk project dat binnen de reikwijdte van de beginselen valt, wordt beoordeeld op mogelijke maatschappelijke en milieurisico’s. Onze interne richtlijnen voor financieringsproducten zijn in 2007 openbaar gemaakt en kunnen worden ingezien op de website van ING. Hoe belegt ING geld van klanten? Als ING voor klanten belegt, worden bepaalde milieu-, ethische en maatschappelijke beginselen toegepast. In 2007 is een website ‘live’ gegaan waarop een en ander in detail wordt besproken. De website is ontwikkeld om het standpunt van ING toe te lichten over ethische, milieu- en maatschappelijke aspecten en geeft een overzicht van waar ING voor staat en hoe we het geld van onze klanten beleggen. Zie www.ingandyourmoney.com Medewerkers opleiden Het nemen van verantwoorde zakelijke beslissingen moet in het gedrag van onze medewerkers zijn verankerd. Verantwoord onder nemen maakt daarom deel uit van onze opleidingsprogramma’s voor medewerkers en ons curriculum voor leiderschapsontwikkeling. Zo werd een van de dagen in het ‘ING International Graduate Programme’, een drie weken durende opleiding voor pas aange nomen afgestudeerden, gewijd aan het onderwerp verantwoord ondernemen. Verantwoord ondernemen is tevens opgenomen in de introductiecursus voor alle nieuwe medewerkers van Wholesale Banking. Zo’n 80% van de teams die betrokken zijn bij transacties en/of opdrachten waarop de ESR-beleidsregels van toepassing zijn, heeft deelgenomen aan een speciaal opleidingsprogramma. Ook op de ING Business School zit verantwoord ondernemen in diverse cursussen in het lesprogramma. In 2008 zal ING haar opleidings programma voor verantwoord ondernemen verder ontwikkelen en uitbreiden.
57
BETROKKENHEID BIJ DE SAMENLEVING We vinden het belangrijk om een positieve bijdrage te leveren aan de samenleving. Wij vinden dat structurele hulp het meest effectief is om de financiële situatie van de meest behoeftige mensen te verbeteren. Ook denken we dat het betrekken van medewerkers bij gemeenschapsontwikkeling goed is voor onze bedrijfscultuur en resultaten. Het ING Chances for Children-programma (CfC) is ondernemings breed opgezet samen met UNICEF en gericht op het werven van fondsen voor basisonderwijs in Brazilië, Ethiopië en India. Het doel ervan is de vooruitzichten van kinderen te verbeteren door ze een opleiding te bieden. Aan het begin van 2007 is als doel gesteld om 115.000 kinderen naar school te sturen, in overeenstemming met het aantal medewerkers bij ING. We moedigen elke medewerker aan om een kind financieel te steunen. Dit initiatief is enthousiast ontvangen en aan het eind van het jaar konden in totaal 125.000 kinderen een jaar lang naar school. Op haar beurt verdubbelt ING de bijdragen van haar medewerkers en geeft vrije tijd om vrijwilligerswerk te doen. Veel medewerkers willen graag als vrijwilliger een bijdrage aan de samenleving leveren. Naast het CfC-programma kent ING diverse andere programma’s. Enkele voorbeelden van vrijwilligerswerk zijn de bouw van huizen op de Filippijnen, de samenwerking met scholen in Nederland, het verstrekken van maaltijden aan ouderen in de VS en het inzamelen van speelgoed voor weeskinderen in Mexico. Een ander voorbeeld zijn ING’s microfinancieringsactiviteiten: zo verstrekt ING Vysya Bank in India kredieten aan arme mensen die via gewone financiële instellingen geen lening kunnen afsluiten. Hierdoor zijn mensen in staat om hun familie te onderhouden. Ook heeft het een positief effect op de lokale economie. We werken samen met Oikocredit, een van ’s werelds grootste niet-commerciële microkredietinstellingen, en INGspecialisten worden aangemoedigd hun expertise gedurende enkele weken in te zetten voor lokale projecten. Tot slot werkt ING nauw samen met autoriteiten en financiële instellingen om hun financiële kennis te delen met landen die onze expertise goed kunnen gebruiken. Wereldwijd wordt geld geschonken aan goede doelen. In Nederland, bijvoorbeeld, is ING de hoofd sponsor van het Rijksmuseum, het Koninklijk Concertgebouworkest en de Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten. Binnen de gehele onderneming hebben verschillende onderdelen initiatieven ontplooid binnen hun eigen gemeenschap. CONCLUSIES EN AMBITIES ING blijft haar strategie voor verantwoord ondernemen verder ontwikkelen en streeft ernaar deze nog meer te verankeren binnen ING en in het gedrag van haar medewerkers. We willen meer duurzame producten ontwikkelen. Onze website geeft een overzicht van initiatieven en ontwikkelingen (www.ing.com/cr).
PERFORMANCEMETING ING heeft in 2007 acht Key Performance Indicators voor verslag legging over verantwoord ondernemen vastgesteld. Deze indica tors zijn rechtstreeks gekoppeld aan ons beleid voor verantwoord ondernemen en worden binnen ING toegepast om de prestaties op dit terrein te meten. Key Performance Indicators (1) Ultimo 2007 Ultimo 2006
Equator Principles Aantal beoordeelde projecten 85 46 Duurzaam beheerd vermogen (in miljoenen euro’s) 2.792 2.206 Klanttevredenheidsindex (2) 71,2% n.b.* Gegenereerde economische waarde (in miljoenen euro’s) Balanstotaal 1.312.510 1.226.307 Kapitaal en reserves 37.208 38.266 Totale baten 76.587 73.621 Winst voor belastingen 11.043 9.940 Nettowinst 9.241 7.692 Personeelslasten: salarissen 5.696 5.492 Personeelslasten: overig 2.565 2.426 Betrokkenheid medewerkers (3) 77% n.b.* Diversiteit % vrouwen lid van de internationale ���������� Management Council 10,2% 7,3% ING Chances for Children Aantal kinderen met toegang tot onderwijs 124.634 52.000 Groene energie KWH (x 1000) aan elektriciteit, ingekocht door ING, betrokken uit duurzame bronnen 259.780 102.000 Accountantskantoor Ernst & Young heeft de betrouwbaarheid van de KPI’s van 2007 gecontroleerd en die van 2006 beoordeeld. (2) Tevredenheidscores zijn gebaseerd op de American Customer Satisfaction Index (ACSI)-methode, aangepast voor de financiële dienstverleningssector en gebaseerd op een combinatie van vragen die te maken hebben met algehele (klant)tevredenheid en de ideale dienstverlener. Deze score is niet-marktgewogen. (3) De index voor de betrokkenheid van medewerkers is het percentage INGmedewerkers dat heeft aangegeven er trots op te zijn bij ING te werken. Onderzoek is uitgevoerd door Kenexa (april 2007). * n.b.= niet beschikbaar (1)
AMSTERDAM, 17 MAART 2008 DE RAAD VAN BESTUUR
ING Groep Jaarverslag 2007
58 1.3 Onze governance
Verslag van de Raad van Commissarissen
De Raad van Commissarissen en de Raad van Bestuur hebben in 2007 tijdens hun reguliere en additionele vergaderingen verschillende belangrijke kwesties besproken waaronder de strategie. De commissies van de Raad van Commissarissen bespraken een reeks aan onderwerpen waarover zij de Raad van Commissarissen hebben geadviseerd, zoals de kwartaalresultaten, de offerte van de externe accountants, IT, corporate governance en het personeelsbeleid.
ALGEMEEN De Raad van Commissarissen heeft in 2007 negen keer vergaderd. Gedurende het jaar waren slechts vier leden één keer niet aanwezig bij de vergadering. Het Audit Committee vergaderde zes keer, de Remuneratie- en Nominatiecommissie drie keer en het Corporate Governance Committee twee keer. Tijdens deze vergaderingen was geen enkel lid afwezig. Er heeft een Kennisdag van de Raad van Commissarissen plaats gevonden, een dag vol presentaties en discussies over verschillende belangrijke onderwerpen, inclusief over structured finance en variabele lijfrentes. In samenwerking met de Autoriteit Financiële Markten is tijdens de Kennisdag een workshop over compliance georganiseerd. Vergaderingen Raad van Commissarissen De strategie van ING was een veelvuldig terugkerend onderwerp tijdens de vergaderingen van de Raad van Commissarissen, vooral de groeistrategie in het licht van de toenemende consolidatie van financiële instellingen in Europa. Zoals elk jaar heeft de Raad van Commissarissen in januari een volledige dag vergaderd over de strategie en het middellange termijnplan (MTP) van ING inclusief de daaraan gerelateerde risico’s. In het MTP staan de plannen van de divisies en de financiële doelstellingen voor elk van hen, alsmede die voor de Groep als geheel. De Raad van Commissarissen besprak ING’s ambitie om zich te concentreren op waardecreatie en groei en op het verbeteren van de prestatiecultuur, in het besef dat de externe omgevingsfactoren minder gunstig zouden kunnen zijn dan in 2006 het geval was. Het MTP is in detail besproken en goedgekeurd door de Raad van Commissarissen. Tijdens deze vergadering is ook het commentaar van beleggers op de prestaties van ING over 2006 besproken. In februari werden de jaarcijfers 2006 besproken, waaronder de desbetreffende rapportages van de externe accountants. Tijdens deze vergadering is tevens de conceptagenda van de Algemene Vergadering van Aandeelhouders besproken en goedgekeurd. Eind 2006 en in de eerste maanden van het jaar is er gesproken over een mogelijke samenvoeging van de activiteiten van ING met ABN AMRO. Er hebben verkennende gesprekken plaatsgevonden, maar zonder resultaat. In mei, augustus en november werden de respectieve kwartaal resultaten besproken. De resultaten waren elk kwartaal goed, ondanks de crisis op de financiële markten in het tweede halfjaar. In het resultaat over het tweede en het derde kwartaal is tevens een grote verkoopwinst meegenomen, voornamelijk vanwege de verkoop van aandelen ABN AMRO en Numico. In januari en mei stond de toekomst van de retailbankingactiviteiten van ING in Nederland op de agenda van de Raad van Commissarissen. In één geïntegreerde bank zal het beste van ING Bank en Postbank worden samengevoegd. De Raad van Commissarissen heeft dit plan uitgebreid besproken, inclusief de mogelijke personeelsinkrimping en de gevolgen voor de informatiesystemen, en vervolgens haar goedkeuring uitgesproken. In mei werd het aandelenterugkoopprogramma besproken en goedgekeurd en werd de Aandeelhoudersvergadering geëvalueerd.
ING Groep Jaarverslag 2007
59
In mei en november werd de beoordeling door de Raad van Bestuur aangaande de toereikendheid en effectiviteit van het risicobeheer en de controlesystemen van ING besproken, inclusief de aanzienlijke veranderingen die hierin zijn doorgevoerd. Het management van Nationale-Nederlanden gaf tijdens de vergadering in augustus een presentatie aan de Raad van Commissarissen over de ontwikkelingen bij Nationale-Nederlanden en de belangrijkste toekomstige uitdagingen. Tijdens deze vergadering werden ook de ING Insiderregeling alsmede de Regeling Financiële Instrumenten ING goedgekeurd. Deze richtlijnen moesten worden aangepast aan veranderingen in de Nederlandse wetgeving. De voorgestelde verandering in de accountantsstructuur werd besproken tijdens de Algemene Vergadering van Aandeelhouders 2007. Zowel Ernst & Young (E&Y) als KMPG werden uitgenodigd een offerte uit te brengen voor de financiële controle van ING Groep N.V. en al haar dochtermaatschappijen. Na voorbereidende besprekingen in de vergaderingen van het Audit Committee in augustus en september, werd tijdens de commissarissenvergadering van oktober de selectie van de externe accountant besproken. Hoewel Ernst & Young en KPMG beide volledig gekwalificeerd zijn om de controle van ING Groep N.V. en haar dochterondernemingen uit te voeren, heeft de Raad van Commissarissen besloten om E&Y met ingang van 2008 te benoemen tot exclusieve externe accountant. Deze benoeming zal worden voorgelegd aan de Algemene Vergadering van Aandeelhouders 2008. Op verzoek van de Raad van Commissarissen is tijdens de vergadering in november de herstructurering van de IT-systemen binnen ING in Nederland besproken. Deze bespreking vond tevens plaats in het kader van de integratie van Postbank en ING Bank in Nederland. Daarnaast werden tijdens deze vergadering de geactualiseerde reglementen van de Raad van Bestuur en de Raad van Commissa rissen goedgekeurd. Gedurende de reguliere interne vergaderingen van de Raad van Commissarissen werd het proces rond de offertes van de externe accountants en de opvolging van de voorzitter van de Raad van Commissarissen besproken. Daarnaast is de samenstelling van de referentiegroep, op basis waarvan de beloning van de Raad van Bestuur plaatsvindt, herzien, evenals de beloningsvoorstellen voor de leden van de Raad van Bestuur. Tijdens de jaarlijkse interne vergadering van de Raad van Commissa rissen in november werd het functioneren van de Raad van Com missarissen, zijn commissies en de individuele leden besproken, alsmede de conclusies die daaruit konden worden getrokken. Dit werd gedaan in het licht van het profiel en de samenstelling van de Raad van Commissarissen. Daarnaast werden het functioneren van de Raad van Bestuur en de prestaties van de individuele leden van de Raad van Bestuur besproken. Vergaderingen Audit Committee Het Audit Committe heeft zes keer vergaderd: vier keer om de jaaren kwartaalresultaten te bespreken en twee keer om de halfjaaren jaarresultaten op basis van de Amerikaanse waarderings grondslagen te bespreken. De bevindingen en aanbevelingen van de interne en externe accountants inzake de interne controle werden besproken. Ernst & Young en KPMG hebben beide een
offerte opgesteld voor de accountantscontrole van ING Groep N.V. en haar dochterondernemingen op basis van door het Audit Com mittee goedgekeurde selectiecriteria. Beide accountantskantoren gaven in september een presentatie aan het Audit Committee en in oktober werd op basis daarvan het advies aan de Raad van Commissarissen goedgekeurd. Andere belangrijke onderwerpen in 2007 waren compliance en IT-risico. Er werden presentaties gegeven over deze onderwerpen alsmede over de EU-richtlijn betreffende markten voor financiële instrumenten (MiFID) en de crisis op de financiële markten. Andere onderwerpen die tijdens deze vergaderingen werden besproken waren risico, governance, kapitaalbeheer en het aandelenterugkoopprogramma. De volatili teit van de resultaten in Japan en de toereikendheid van de reserves in Taiwan werden eveneens veelvuldig besproken. Vergaderingen Remuneratie- en Nominatiecommissie In januari zijn nieuwe kandidaten voorgedragen voor benoeming in de Raad van Bestuur en de Raad van Commissarissen door de Algemene Vergadering van Aandeelhouders in 2007. De Remune ratie- en Nominatiecommissie besprak tijdens haar vergaderingen de toekomstige samenstelling van de Raad van Commissarissen en haar commissies. De zoektocht naar nieuwe kandidaten voor de Raad van Commissarissen werd voortgezet. De prestaties over 2006 voor het kortetermijn- en langetermijnbonusplan van de leden van de Raad van Bestuur werden besproken aan de hand van de prestatiecriteria voor de Groeps- en de individuele doelstellingen. Het voorstel aan de volledige Raad van Commissarissen inzake de variabele beloning voor 2006 werd goedgekeurd. De beloningsstructuur van de Raad van Bestuur over 2007 werd besproken alsmede de aanpassing van de referentiegroep voor beloningen en prestaties als gevolg van de overname van ABN AMRO. Vergaderingen Corporate Governance Committee In het Corporate Governance Committee is de agenda voor de Algemene Vergadering van Aandeelhouders 2007 besproken, waarin een voorstel voor wijziging van de Statuten was opgeno men. Verder zijn de herziene versies van het Reglement van de Raad van Bestuur en de Raad van Commissarissen besproken, inclusief de herziene reglementen van de commissies van de Raad van Commissarissen. De belangrijkste verandering was de introductie van bijzondere richtlijnen voor ad-hoc commissies. De geactualiseerde reglementen zijn gepubliceerd op de website van ING. Er is in het Committee ook gesproken over de mogelijk heid van elektronisch stemmen tijdens de Algemene Vergadering van Aandeelhouders door aandeelhouders die niet bij de verga dering aanwezig zijn. De conclusie was dat elektronisch stemmen nog niet geïntroduceerd kan worden tijdens de Algemene Verga dering van Aandeelhouders van 2008. Wel zijn de aanbevelingen overgenomen om de ontwikkelingen op het gebied van elektro nisch stemmen nauwlettend in de gaten te houden. Samenstelling van de Raad van Bestuur In april 2007 is Cees Maas, vicevoorzitter en chief financial officer, afgetreden als lid van de Raad van Bestuur. De Algemene Vergadering van Aandeelhouders heeft de benoeming goedgekeurd van John Hele tot chief financial officer en van Koos Timmermans tot chief risk officer. Voor Eric Boyer de la Giroday en Eli Leenaars eindigt de eerste benoemingstermijn van vier jaar na de Algemene Vergadering van Aandeelhouders 2008. Zij zijn voorgedragen voor
ING Groep Jaarverslag 2007
60 1.3 Onze governance
Verslag van de Raad van Commissarissen (vervolg)
herbenoeming voor een volgende termijn van vier jaar. Gegevens over de leden van de Raad van Bestuur treft u aan op pagina 65-66. Samenstelling van de Raad van Commissarissen Paul van der Heijden is na de Algemene Vergadering van Aandeel houders in april 2007 afgetreden. Hoewel Cor Herkströter en Luella Gross Goldberg in 2007 zouden zijn afgetreden wegens het bereiken van de leeftijd van 70 jaar hebben beiden ermee inge stemd langer aan te blijven om een evenwichtige samenstelling in de Raad zeker te stellen. Claus Dieter Hoffmann en Wim Kok werden beiden herbenoemd tot lid van de Raad van Commis sarissen. Henk Breukink, Peter Elverding en Piet Hoogendoorn zijn benoemd tot nieuwe leden. Karel Vuursteen volgde in april 2007 Paul van der Heijden op als lid van de Remuneratie- en Nominatie commissie en het Corporate Governance Committee. Cor Herkströter is per 1 januari 2008 afgetreden als lid en voorzitter van de Raad van Commissarissen. Jan Hommen is hem opgevolgd als voorzitter van de Raad van Commissarissen en Wim Kok is Jan Hommen opgevolgd als voorzitter van het Audit Committee, beiden per 1 januari 2008. Om die reden zal Wim Kok niet in 2008 aftreden, maar in 2009. Nadat zij een jaar langer is aangebleven, zal Luella Gross Goldberg aftreden na de Algemene Vergadering van Aandeelhouders in 2008. Aftreden Cor Herkströter Cor Herkströter werd in 1998 benoemd tot lid van de Raad van Commissarissen en werd in 1999 voorzitter. Hij was een belangrijke sparringpartner voor de voorzitters van de Raad van Bestuur gedu rende een periode van sterke groei waarin verschillende grote acquisities werden gedaan. Zijn eigen ervaringen als CEO zijn van grote waarde geweest voor het besluitvormingsproces binnen de Raad van Commissarissen en de ontwikkeling van de groeistrategie binnen ING. Hij was zeer betrokken bij het bedrijf en heeft een grote bijdrage geleverd aan de succesvolle ontwikkeling daarvan in een veranderende omgeving. Hij heeft van de Raad van Commissarissen een sterk team gemaakt dat de Raad van Bestuur kon uitdagen en ondersteunen. Zowel de Raad van Commissarissen als de Raad van Bestuur is de heer Herkströter veel dank verschuldigd voor zijn aanzienlijke en waardevolle bijdrage aan ING gedurende de afgelopen jaren en voor de manier waarop hij de Raad van Commissarissen meer dan acht jaar heeft voorgezeten. De Raad van Commissarissen zal vier kandidaten voordragen voor benoeming: mevrouw Joan Spero, de heer Harish Manwani, de heer Aman Mehta en de heer Jackson Tai. Meer informatie hierover in de oproepcirculaire voor de Aandeelhouders vergadering op www.ing.com. Deze voorgenomen benoemingen zijn goedgekeurd door De Nederlandsche Bank.
Aftreden Luella Gross Goldberg Luella Gross Goldberg kwam in 2001 in de Raad van Commis sarissen. Op dat moment was zij lid van de Board of Directors van ReliaStar, een Amerikaanse verzekeringsmaatschappij die door ING is overgenomen. Luella Goldberg was de eerste commissaris afkomstig uit de Verenigde Staten en heeft diepgaande kennis van de Amerikaanse markten. Ze heeft tevens een belangrijke bijdrage geleverd aan de Remuneratie- en Nominatiecommissie door haar kennis van de Amerikaanse beloningsstructuren en -niveaus, en haar begrip voor de gevoeligheden op dat gebied in Europa. Zowel de Raad van Commissarissen als de Raad van Bestuur wil mevrouw Gross Goldberg bedanken voor haar inzet en bijdrage aan ING gedurende de afgelopen jaren en de wijze waarop zij haar rol in de Raad van Commissarissen heeft vervuld. Jaarrekening en dividend De Raad van Bestuur heeft de jaarrekening opgesteld en deze met de Raad van Commissarissen besproken. De jaarrekening zal als onder deel van het jaarverslag ter goedkeuring worden voorgelegd aan de Algemene Vergadering van Aandeelhouders. Het voorgestelde dividend over 2007 bedraagt EUR 1,48 per (certificaat van een) gewoon aandeel. Rekeninghoudend met een interimdividend van EUR 0,66 bedraagt het slotdividend EUR 0,82, dat zal worden uitgekeerd in contanten. Waardering voor de Raad van Bestuur en de medewerkers De Raad van Commissarissen wil de leden van de Raad van Bestuur bedanken voor de uitstekende prestaties in 2007. De Raad van Bestuur heeft zich vooral gericht op de groeistrategie van ING. Het beleid van de leden van de Raad van Bestuur op het gebied van risicobeheer is van grote waarde gebleken tijdens de moeilijke omstandigheden op de financiële markten in de tweede helft van het jaar. De Raad van Commissarissen wil ook graag haar waardering uitspreken voor de 125.000 medewerkers van ING die zich allen hebben ingezet voor de belangen van klanten, aandeelhouders en overige stakeholders. ADDITIONELE INFORMATIE Voor meer informatie, zie het hoofdstuk Corporate Governance (pagina 61-70) en het Remuneratierapport (pagina 76-86), die geacht worden hier te zijn ingelast.
Gegevens over de leden van de Raad van Commissarissen en de voorgedragen leden treft u aan op pagina 67-69. Momenteel kan slechts één lid van de Raad van Commissarissen (Piet Hoogendoorn) worden aangemerkt als ‘niet-onafhankelijk’ zoals gedefinieerd in bestpracticebepaling III.2.1 van de Nederland se Corporate Governance Code. De heer Hoogendoorn wordt niet als onafhankelijk beschouwd gezien zijn positie bij Deloitte Touche Tohmatsu tot 1 juni 2007 en de belangrijke relatie van dit bedrijf met ING.
ING Groep Jaarverslag 2007
AMSTERDAM, 17 MAART 2008 DE RAAD VAN COMMISSARISSEN
61
Corporate governance
Dit hoofdstuk beschrijft de wijze waarop de Nederlandse Corporate Governance Code (‘code-Tabaksblat’) binnen ING Groep N.V. (ING Groep) wordt toegepast en geeft informatie over kapitaal en zeggenschap, de Raad van Bestuur, de Raad van Commissarissen en de externe accountants.
RECENTE ONTWIKKELINGEN Nieuwe wetgeving Nederland heeft in 2007 de Europese richtlijn inzake overnamebiedingen geïmplementeerd. Als gevolg van de implementatie kunnen Nederlandse beursgenoteerde ondernemingen ervoor kiezen zich niet te beschermen tegen overnames. Als ondernemingen kiezen voor de ‘onbeschermde status’, dienen ze in hun statuten op te nemen dat (1) het gebruik van beschermingsmaatregelen steeds eerst ter goedkeuring dient te worden voorgelegd aan de Algemene Vergadering van Aandeelhouders, of (2) dat een aandeelhouder die als gevolg van een openbaar bod een belang van 75% of meer heeft verworven, bevoegd is om op korte termijn na de afronding van het bod wijzigingen aan te brengen in de samenstelling van de raad van commissarissen en de raad van bestuur . ING Groep heeft al een eigen beschermingsconstructie tegen overnames: het recht van Stichting Continuïteit ING om cumulatief preferente aandelen te verwerven. Deze constructie bestaat al sinds 1991 en er is momenteel geen aanleiding om die veranderen. Deelname aandeelhouders Op de Algemene Vergadering van Aandeelhouders in 2007 was 36,7% van alle (certificaten van) gewone aandelen vertegenwoordigd. Dat was de eerste keer dat de drempel van 35% werd overschreden. Deze drempel is als voorwaarde gesteld voor het heroverwegen van de positie van de Stichting ING Aandelen. Een belangrijke oorzaak van deze grote opkomst was een wetswijziging die het mogelijk maakte de registratiedatum voor de Algemene Vergadering van Aandeelhouders vast te stellen op 30 dagen voor de vergadering (voorheen was dat zeven dagen). De registratiedatum is de datum waarop aandeelhouders die aan de stemming in de Algemene Vergadering van Aandeelhouders willen deelnemen, aandelen of certificaten van aandelen moeten bezitten. ING Groep zal in 2008 de registratiedatum wederom op het maximum van 30 dagen voor de Algemene Vergadering van Aandeelhouders stellen. Elektronisch stemmen Als gevolg van een tijdens de Algemene Vergadering van Aandeelhouders 2007 genomen besluit zijn de statuten zodanig gewijzigd dat aandeelhouders en certificaathouders die niet persoonlijk kunnen deelnemen aan een Algemene Vergadering van Aandeelhouders, met behulp van real-time elektronisch stemmen via internet (‘e-voting’) toch hun stemrecht kunnen uitoefenen. Onderzocht is of al een internettoepassing voor e-voting bestaat. Een dergelijke toepassing zou moeten voldoen aan strenge veiligheidseisen ten aanzien van geautoriseerde toegang, identificatie en validering en de technologie zou robuust genoeg moeten zijn om ongewenste activiteiten te voorkomen. Helaas blijkt zo’n toepassing nog niet te bestaan. Bovendien ontdekte men dat een internettoepassing die aan dergelijke technische eisen zou voldoen, nog steeds niet geschikt zou zijn voor een efficiënt, grensoverschrijdend e-votingproces gezien het gebrek aan internationale wetgeving inzake e-voting en het feit dat aandelen of certificaten momenteel worden gehouden door tussenkomst van effectenbewaarders in verschillende jurisdicties.
ING Groep Jaarverslag 2007
62 1.3 Onze governance
Corporate governance (vervolg)
Dialoog met aandeelhouders Beleggers zijn in 2007 in de gelegenheid gesteld vragen te stellen over agendapunten voor de Algemene Vergadering van Aandeelhouders. Dat zal ook in 2008 weer mogelijk zijn. Aandeelhouders en certificaathouders kunnen hun vragen indienen via de website van ING Groep (www.ing.com). Deze vragen zullen op www.ing.com worden beantwoord. Afschaffing preferente aandelen A en B In 2006 kocht ING Groep de certificaten van preferente aandelen A die werden gehouden door Aegon en in 2007 gebeurde hetzelfde met de certificaten van preferente aandelen A die werden gehouden door Fortis en ABN AMRO. Alle onderliggende preferente aandelen A werden ingetrokken. ING Groep wil de resterende zes miljoen preferente aandelen A afschaffen door deze aandelen of de certificaten daarvan in te kopen en in te trekken of door die preferente aandelen A in te trekken met terugbetaling. Dit zal worden besproken tijdens de Algemene Vergadering van Aandeelhouders in 2008 (agendapunt 15). Indien de Algemene Vergadering van Aandeelhouders hiermee instemt, zullen als gevolg hiervan alle preferente aandelen A worden ingetrokken. Alle dan nog uitstaande aandelen in het kapitaal van ING Groep, zullen dan stemrecht hebben dat evenredig is aan hun economische waarde, zoals aanbevolen in bepaling IV.1.2 van de Nederlandse Corporate Governance Code. Aangezien ING Groep geen aanleiding ziet tot het uitgeven van preferente aandelen A of preferente aandelen B in de nabije toekomst, zullen deze aandelen uit de statuten en de administratievoorwaarden worden verwijderd. Aan de Algemene Vergadering van Aandeelhouders in 2008 zal een voorstel worden gedaan om de statuten dienovereenkomstig te wijzigen.
–
–
–
–
–
CORPORATE-GOVERNANCECODES Naleving code-Tabaksblat ING Groep neemt voor haar corporate-governancestructuur de code-Tabaksblat als uitgangspunt. De corporate-governancestructuur van ING Groep, zoals beschreven in het boekje ‘De Nederlandse Corporate Governance Code – de implementatie door ING van de code-Tabaksblat voor deugdelijk ondernemingsbestuur’, is op 26 april 2005 goedgekeurd door de Algemene Vergadering van Aandeelhouders. Dit betekent dat ING wordt geacht de code volledig na te leven, hoewel dit niet voor alle best-practicebepalingen van de code-Tabaksblat volledig geldt. Dit boekje is beschikbaar op de website van ING Groep (www.ing.com) en is uitgebreid met een update van de wijze waarop ING de code-Tabaksblat sinds 2005 heeft toegepast. Voor 2007 gelden de volgende afwijkingen van de code-Tabaksblat: – De heer M.J. Tilmant, die vóór 1 januari 2004 is benoemd tot lid van de Raad van Bestuur, blijft benoemd voor onbepaalde tijd en behoudt de met hem overeengekomen vertrekregeling, die de hoogte van een jaarsalaris overschrijdt (best-practice bepaling II.1.1 en II.2.7), aangezien bestaande contractuele overeenkomsten niet eenzijdig kunnen worden gewijzigd. – Bij leden van de Raad van Bestuur die al voor hun benoeming tot de Raad van Bestuur in dienst waren van ING wordt rekening gehouden met bestaande rechten ten aanzien van ontslagvergoedingen. Hun vertrekregeling kan derhalve hoger
ING Groep Jaarverslag 2007
–
–
–
zijn dan het in de code-Tabaksblat genoemde maximum (bestpracticebepaling II.2.7). Leden van de Raad van Bestuur mogen aandelen die zonder financiële tegenprestatie aan hen zijn toegekend, binnen de periode van vijf jaar waarin zij die aandelen niet mogen vervreemden, verkopen om de loonbelasting over het onvoorwaardelijk geworden recht op die aandelen te betalen (best-practicebepaling II.2.3); dit om te voorkomen dat de ingehouden loonbelasting in de desbetreffende maand hoger is dan het brutosalaris in diezelfde maand. Informatie over de prestatiecriteria voor het variabele deel van de beloning van leden van de Raad van Bestuur wordt alleen openbaar gemaakt voor zover deze niet koers- of concurrentiegevoelig is (best-practicebepaling II.2.3, II.2.10 en II.2.11). Leden van de Raad van Bestuur mogen onder dezelfde voorwaarden als voor alle andere medewerkers van ING Groep gebruikmaken van de bank- en verzekeringsdiensten die dochtermaatschappijen van ING Groep in hun gewone bedrijfsuitoefening aanbieden. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om diensten waarbij het aspect van kredietverlening van ondergeschikte betekenis is, zoals bij creditcards en debetstanden in rekening-courant (best-practicebepaling II.2.8, II.3.2 en II.3.3). Deze uitzonderingen worden toegestaan vanwege hun ondergeschikte belang. Indien een lid van de Raad van Commissarissen niet aan de onafhankelijkheidscriteria van de code-Tabaksblat zou voldoen, mag de Raad van Commissarissen onder bepaalde omstandigheden, zoals een familie- of arbeidsrelatie (bestpracticebepaling III.2.2), toch dat lid als onafhankelijk beschouwen. Het gaat hierbij enkel om situaties van nietonafhankelijkheid die van ondergeschikt belang zijn. De wettelijk vereiste tweede kandidaat bij een bindende voordracht voor benoeming tot de Raad van Commissarissen hoeft in verband met de verwachte afschaffing van de wettelijke eis noch aan de onafhankelijkheidscriteria van de code-Tabaksblat noch aan de profielschets voor de Raad van Commissarissen te voldoen (best-practicebepaling III.2.2 en II.3.1). De heer J.H.M. Hommen, die tijdens de Algemene Vergadering van Aandeelhouders in 2005 is benoemd tot lid van de Raad van Commissarissen, heeft commissariaten bij beursgenoteerde ondernemingen die volgens de code-Tabaksblat voor meer dan vijf tellen (best-practicebepaling III.3.4). Hij is per 1 januari 2008 benoemd tot voorzitter van de Raad van Commissarissen. Per die datum heeft hij meer dan vijf commissariaten. De Raad van Commissarissen heeft dit goedgekeurd in verband met de voorgenomen beëindiging van zijn functie als voorzitter van de Raad van Commissarissen van TNT N.V. zodra een geschikte opvolger voor hem is gevonden. De heer Hommen is voornemens om in elk geval uit de Raad van Commissarissen van TNT N.V. terug te treden tijdens de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van die vennootschap in 2009. De Raad van Commissarissen mag in bijzondere omstandigheden afwijken van de algemene regel dat een commissaris niet langer dan twee opeenvolgende termijnen van vier jaar zitting mag hebben in de Raad van Commissarissen (bestpracticebepaling III.3.5). ING Groep heeft een gecombineerde Remuneratie- en Nominatiecommissie in plaats van een afzonderlijke
63
–
–
–
–
–
–
remuneratiecommissie en nominatiecommissie (bestpracticebepaling III.5.1). De Remuneratie- en Nominatiecommissie staat onder voorzitterschap van de voorzitter van de Raad van Commissarissen (best-practicebepaling III.5.11), zodat hij direct en in een vroeg stadium bij dit belangrijke onderwerp is betrokken. De Raad van Commissarissen is bevoegd om bij transacties met een familielid waarbij volgens de code-Tabaksblat een tegenstrijdig belang kan ontstaan, toch te besluiten dat er geen sprake is van een belangenconflict. Dat geldt wanneer de relatie is gebaseerd op een ontbonden huwelijk waarbij situaties kunnen bestaan waarin de familierelatie (niet langer) van belang is (best-practicebepaling III.6.1). Transacties met commissarissen of natuurlijke personen of rechtspersonen met minimaal 10% van de aandelen van ING Groep waarbij sprake is van aanzienlijke tegenstrijdige belangen, worden gepubliceerd in het jaarverslag, tenzij (i) dit in strijd is met de wet, (ii) publicatie niet mogelijk is vanwege het vertrouwelijke, koersgevoelige of concurrentiegevoelige karakter van de transactie en/of (iii) de informatie zo concurrentiegevoelig is dat publicatie schadelijk zou kunnen zijn voor de concurrentiepositie van ING Groep (bestpracticebepaling III.6.3 en 6.4). Leden van de Raad van Commissarissen mogen op in de sector gebruikelijke voorwaarden gebruikmaken van de bank- en verzekeringsdiensten die dochtermaatschappijen van ING Groep in hun gewone bedrijfsuitoefening aanbieden. Daaronder vallen onder andere diensten waarbij het aspect van kredietverlening van ondergeschikte betekenis is, zoals bij creditcards en debetstanden in rekening-courant (bestpracticebepaling III.7.4). Deze uitzonderingen zijn toegestaan vanwege hun ondergeschikte belang. Het stemrecht op de preferente aandelen A is gebaseerd op hun nominale waarde (best-practicebepaling IV.1.2), aangezien dit stemrecht niet eenzijdig kan worden veranderd. Indien van de Algemene Vergadering van Aandeelhouders een notarieel proces-verbaal wordt opgesteld, krijgen aandeelhouders niet de gelegenheid op het verslag van de vergadering te reageren (best-practicebepaling IV.3.8), aangezien dit in strijd is met de wetgeving dienaangaande.
Afwijkingen van de code-Tabaksblat door de Stichting ING Aandelen worden gerapporteerd in haar verslag (zie pagina 71). Voorschriften NYSE Volgens de beursvoorschriften van de New York Stock Exchange (‘NYSE’) is ING Groep als buitenlandse beursgenoteerde onderne ming verplicht aan te geven op welke belangrijke punten haar eigen praktijken inzake corporate governance afwijken van de NYSE-voorschriften die door Amerikaanse beursgenoteerde onder nemingen worden gehanteerd. Een overzicht van wat naar onze mening de belangrijkste verschillen zijn tussen onze corporategovernancepraktijken en de voor Amerikaanse ondernemingen geldende corporategovernanceregels van NYSE is beschikbaar op de website van ING Groep (www.ing.com).
KAPITAAL EN AANDELEN Kapitaalstructuur, aandelen Het maatschappelijk kapitaal van ING Groep bestaat uit gewone aandelen, preferente aandelen A, preferente aandelen B in vijf series en cumulatief preferente aandelen. Wanneer hierna verwezen wordt naar aandelen, worden daarmee zowel gewone aandelen als preferente aandelen bedoeld, tenzij anders aangegeven. Momenteel zijn alleen gewone aandelen en preferente aandelen A geplaatst. Een recht tot het nemen van cumulatief preferente aandelen is verleend aan de Stichting Continuïteit ING (zie pagina 73). Van het totale geplaatste kapitaal bestaat 97% uit gewone aandelen en 3% uit preferente aandelen A. De cumulatief preferente aandelen dienen ter bescherming van de zelfstandigheid, de continuïteit en de identiteit van ING Groep tegen invloeden die in strijd zijn met de belangen van de vennootschap, haar bedrijfsvoering en de bedrijfsvoering van haar dochterondernemingen en alle stakehol ders (bijvoorbeeld in geval van vijandige overnames). De gewone aandelen en de preferente aandelen worden uitsluitend gebruikt voor de financiering van de vennootschap. Alle aandelen luiden op naam en zijn niet beursgenoteerd. Certificaten van aandelen Ruim 99% van de geplaatste gewone en preferente aandelen is in handen van de Stichting ING Aandelen (‘de Stichting’). Tegenover deze aandelen geeft de Stichting certificaten aan toonder uit. Deze certificaten zijn beursgenoteerd (zie pagina 8 voor een overzicht van de effectenbeurzen). Een certificaat kan zonder enige beperking worden omgewisseld voor het onderliggende aandeel. Hiervoor kunnen administratiekosten in rekening worden gebracht. Het bestuur van de Stichting ING Aandelen bestaat uit zes leden die allen onafhankelijk zijn van ING Groep. In het bestuur zitten geen medewerkers van ING Groep of leden van de Raad van Commissarissen. Het bestuur benoemt zijn eigen leden, zonder dat daarvoor de goedkeuring van ING Groep is vereist. Het bestuur van de Stichting rapporteert over de eigen activiteiten door middel van een jaarlijks verslag, dat is opgenomen op pagina 71-72 van dit jaarverslag. Uitgifte van aandelen Het maatschappelijk kapitaal van ING Groep vormt het statutaire maximum voor het geplaatste kapitaal. Voordat nieuwe aandelen boven dit maximum kunnen worden uitgegeven, dient eerst het maatschappelijk kapitaal te worden verhoogd door middel van een statutenwijziging. Een statutenwijziging treedt pas in werking na het verlijden van een notariële akte van statutenwijziging en een voorafgaande verklaring van geen bezwaar van de minister van Justitie. In de statuten van ING Groep is het maatschappelijk kapitaal, omwille van de flexibiliteit, op het wettelijk toegestane maximum gesteld. De uitgifte van aandelen geschiedt bij besluit van de Algemene Vergadering van Aandeelhouders, die deze bevoegdheid kan delegeren. Elk jaar wordt de Algemene Vergadering van Aandeelhouders gevraagd de bevoegdheid tot het uitgeven van nieuwe aandelen of voor het verlenen van rechten tot het nemen van nieuwe aandelen, al dan niet met voorkeursrecht, te delegeren aan de Raad van Bestuur.
ING Groep Jaarverslag 2007
64 1.3 Onze governance
Corporate governance (vervolg)
De aan de Raad van Bestuur gedelegeerde bevoegdheid is als volgt beperkt: – in tijd: de bevoegdheid wordt gedelegeerd voor een periode van anderhalf jaar; – in aantal: voor de uitgifte van gewone aandelen geldt een maximum van 10% van het geplaatste kapitaal, of 20% bij een fusie of overname; – in zeggenschap: besluiten van de Raad van Bestuur voor de uitgifte van nieuwe aandelen dienen te worden goedgekeurd door de Raad van Commissarissen. Elke overschrijding van bovengenoemde beperkingen voor de uitgifte van aandelen dient vooraf te worden goedgekeurd door de Algemene Vergadering van Aandeelhouders. Overdracht van aandelen en certificaten Voor overdracht van aandelen is een akte tussen overdrager en verkrijger vereist. Elke overdracht dient altijd eerst door ING Groep te worden erkend, tenzij ING Groep zelf partij is bij de overdracht. Volgens de statuten zijn er geen beperkingen ten aanzien van de overdracht van gewone aandelen, preferente aandelen A en preferente aandelen B. De overdracht van cumulatief preferente aandelen dient wel vooraf te worden goedgekeurd door de Raad van Bestuur. In de statuten en administratievoorwaarden zijn geen beperkingen opgenomen voor de overdracht van certificaten. ING Groep is niet op de hoogte van het bestaan van enige overeen komst tot beperking van de overdracht van gewone aandelen, preferente aandelen A of certificaten. Inkoop eigen aandelen ING Groep kan uitstaande aandelen en certificaten weer terugkopen. Ook al komt deze bevoegdheid toe aan de Raad van Bestuur onder goedkeuring van de Raad van Commissarissen, inkoop is pas mogelijk na voorafgaande machtiging door de Algemene Vergadering van Aandeelhouders. Volgens de Nederlandse wet is deze machtiging geldig voor een periode van achttien maanden. De Algemene Vergadering van Aandeelhouders krijgt elk jaar het verzoek machtiging te verlenen voor het inkopen van eigen aandelen door de Raad van Bestuur. De Raad van Bestuur dient zich bij het terugkopen van aandelen te houden aan de in de machtiging vastgelegde koersmarges: – voor gewone aandelen: niet lager dan één eurocent en niet hoger dan de hoogste koers op NYSE Euronext Amsterdam by NYSE Euronext op de datum van de inkoopovereenkomst of de voorafgaande dag waarop deze beurs open is; – voor preferente aandelen A: niet lager dan één eurocent en niet hoger dan 130% van het op een dergelijk aandeel gestorte bedrag (inclusief agio) of 130% van de hoogste koers op NYSE Euronext Amsterdam by NYSE Euronext op de datum van de inkoopovereenkomst of de voorafgaande dag waarop deze beurs open is. Structuur aandeelhouders Informatie over beleggers die op grond van de Wet op het financieel toezicht (of de voorloper van deze wet) hebben gemeld een belang in ING Groep te hebben is vermeld op pagina 9. ING Groep is niet op de hoogte van het bestaan van beleggers die een belang van 10% of meer in de vennootschap hebben.
ING Groep Jaarverslag 2007
STEMRECHT OP AANDELEN EN CERTIFICATEN Stemrecht op aandelen Aan elk aandeel is het recht verbonden een stem uit te brengen tijdens de Algemene Vergadering van Aandeelhouders. Overeen komstig de Nederlandse wet is het stemrecht proportioneel aan de nominale waarde van de aandelen. Dat betekent dat elk gewoon aandeel (en, indien geplaatst, elk preferent aandeel B), dat een nominale waarde heeft van EUR 0,24, wettelijk recht geeft op één stem en elk preferent aandeel A (en, indien geplaatst, elk cumulatief preferent aandeel), dat een nominale waarde heeft van EUR 1,20, op vijf stemmen. Daartegenover lijkt de code-Tabaksblat (bestpracticebepaling IV.1.4) te impliceren dat, wanneer dergelijke aandelen worden geplaatst, het stemrecht op voor financierings doeleinden geplaatste preferente aandelen proportioneel zou moeten zijn aan de beurskoers. Op 31 december 2007 waren de beurs koersen van gewone aandelen en preferente aandelen A respectie velijk EUR 26,75 en EUR 2,94. Als gevolg van de voorgenomen afschaffing van de preferente aandelen A zal worden voldaan aan best-practicebepaling IV.1.4 van de code-Tabaksblat. In de statuten zijn geen stemrechtbeperkingen opgenomen van welk soort aandelen van ING Groep dan ook. ING Groep is niet op de hoogte van het bestaan van overeenkomsten waarin het stemrecht op welke soort aandelen dan ook is beperkt. Stemrecht op certificaten Hoewel aan de certificaten formeel geen stemrecht is verbonden, hebben certificaathouders in de praktijk hetzelfde stemrecht als aandeelhouders. De Stichting ING Aandelen zal, onder bepaalde voorwaarden, een stemvolmacht toekennen aan een houder van certificaten van gewone aandelen respectievelijk preferente aan delen, zodat de certificaathouder, namens de Stichting, het stem recht kan uitoefenen dat is verbonden aan het aantal aandelen van de desbetreffende soort dat overeenkomt met het aantal certificaten van aandelen van die soort die door de desbetreffende certificaat houder worden gehouden. Certificaathouders kunnen dit stem recht geheel naar eigen inzicht uitoefenen. Certificaathouders die niet aan de Algemene Vergadering van Aandeelhouders deelnemen, kunnen de Stichting een bindende steminstructie geven. De Stichting heeft het uitbrengen van een stem vereenvoudigd door stemmen op afstand en stemmen via internet mogelijk te maken. De Stichting kent onder de volgende voorwaarden een stemvolmacht toe aan houders van certificaten aan toonder: – De desbetreffende certificaathouder moet hebben aangegeven dat hij of zij voornemens is de Algemene Vergadering van Aandeelhouders bij te wonen, met inachtneming van de bepalingen van de statuten van ING Groep. – Het is de desbetreffende certificaathouder toegestaan de aan hem of haar toegekende bevoegdheden door middel van een stemvolmacht over te dragen, mits de desbetreffende certificaathouder de Stichting hiervan op de hoogte heeft gesteld met inachtneming van de daarvoor geldende door de Stichting vast te stellen termijn voorafgaande aan de aanvang van de Algemene Vergadering van Aandeelhouders. Voor aandelen waarvoor de Stichting geen stemvolmacht aan certificaathouders heeft verleend en waarvoor zij ook geen steminstructies heeft ontvangen, bepaalt de Stichting zelf hoe wordt gestemd. Op grond van de administratievoorwaarden is de Stichting bij het uitbrengen van haar stem statutair verplicht de
65
belangen van alle certificaathouders te behartigen, ongeacht of zij wel of niet op de Algemene Vergadering van Aandeelhouders aanwezig zijn, en daarbij rekening te houden met de belangen van ING Groep, de ondernemingen van ING Groep en haar groeps maatschappijen en alle overige stakeholders van ING Groep en wel op zodanige wijze dat al deze belangen zo goed mogelijk worden gewogen en gewaarborgd. De hierboven beschreven certificering en de rol van de Stichting dienen om te voorkomen dat tijdens een Algemene Vergadering van Aandeelhouders een kleine minderheid van aanwezige certificaathouders, die vanwege de afwezigheid van andere partijen toevalligerwijs de meerderheid vormt, beslissingen kan nemen die uitsluitend in hun eigen belang zijn. Voornemen tot opheffing Stichting ING Aandelen De Raad van Bestuur en de Raad van Commissarissen zijn voornemens de Stichting op te heffen en de certificering van aandelen af te schaffen zodra het aantal stemmen op gewone aandelen en certificaten van gewone aandelen, inclusief stemvolmachten en exclusief de stemmen die door de Stichting ING Aandelen worden uitgebracht, tijdens de Algemene Vergadering van Aandeelhouders, gedurende drie opeenvolgende jaren minimaal 35% is van het totale aantal stemmen dat op de gewone aandelen kan worden uitgebracht. In 2005 werd 26% van het totale aantal stemmen uitgebracht. In 2006 was dat 28% en in 2007 36,7%. De Raad van Bestuur streeft ernaar de doelstelling van drie jaar minimaal 35% te halen en nodigt certificaathouders, met name institutionele beleggers, uitdrukkelijk uit hun stemrecht in de Algemene Vergadering van Aandeelhouders uit te oefenen. Bijzondere rechten Aan geen enkel aandeel kunnen, in het kader van artikel 10 van de EU-richtlijn over het openbaar overnamebod, bijzondere rechten worden ontleend. Voorstellen van aandeelhouders/certificaathouders In verband met de omvang en beurswaarde van ING Groep kunnen voorstellen voor agendapunten voor de Algemene Vergadering van Aandeelhouders alleen worden ingediend door aandeelhouders en certificaathouders die een gezamenlijk belang van 0,1% van het geplaatste kapitaal vertegenwoordigen of die samen, op basis van de koersen op Euronext Amsterdam by NYSE Euronext, een beurswaarde van minstens EUR 50 miljoen vertegenwoordigen. In verband met de voor stemmen op afstand geldende termijnen dienen voorstellen voor agendapunten uiterlijk 50 dagen voor de dag van de vergadering schriftelijk te worden ingediend. Correct ingediende voorstellen worden opgenomen op de agenda van de Algemene Vergadering van Aandeelhouders. RAAD VAN BESTUUR Benoeming en ontslag Leden van de Raad van Bestuur worden gekozen uit een door de Raad van Commissarissen op te stellen bindende voordracht en benoemd door de Algemene Vergadering van Aandeelhouders. Op deze voordracht dienen voor elke vacature de namen van minimaal twee kandidaten te staan. Als dat niet het geval is, is de voordracht niet-bindend. De Algemene Vergadering van Aandeelhouders kan het bindend karakter aan de voordracht ontnemen bij meerderheid van stemmen, welke meerderheid minimaal een derde van het geplaatste kapitaal vertegenwoordigt.
Kandidaten voor benoeming in de Raad van Bestuur moeten voldoen aan de deskundigheids- en betrouwbaarheidseisen zoals vastgelegd in de Wet op het financieel toezicht. Leden van de Raad van Bestuur kunnen te allen tijde worden geschorst of ontslagen bij meerderheidsbesluit van de Algemene Vergadering van Aandeelhouders. Een besluit tot schorsing of ontslag van leden van de Raad van Bestuur dat niet door de Raad van Commissarissen is voorgesteld, dient door minimaal een derde van het geplaatste kapitaal te worden gesteund. Taak Raad van Bestuur De Raad van Bestuur is verantwoordelijk voor het bestuur van de vennootschap. Hieronder valt het verwezenlijken van de doelen en resultaten van de vennootschap en het vaststellen van de strategie en het beleid. De Raad van Bestuur is tevens verantwoordelijk voor het dagelijkse bestuur van de vennootschap en haar divisies (Insurance Europe, Insurance Americas, Insurance Asia/ Pacific, Wholesale Banking, Retail Banking en ING Direct). De organisatie, bevoegdheden en werkwijze van de Raad van Bestuur zijn vastgelegd in een door de Raad van Commissarissen goed gekeurd reglement. Dit reglement is beschikbaar op de website van ING Groep (www.ing.com). Profielschets Raad van Bestuur De Raad van Commissarissen heeft een profielschets opgesteld die als basis dient voor het selecteren van leden van de Raad van Bestuur. De profielschets is in 2005 besproken tijdens de Algemene Verga dering van Aandeelhouders. Het document is beschikbaar op het hoofdkantoor van ING Groep en op de website van ING Groep (www.ing.com). Remuneratie en effectenbezit De gegevens over de remuneratie van de leden van de Raad van Bestuur inclusief aan hen toegekende aandelen en/of optierechten, alsmede nadere informatie daarover, zijn opgenomen in het Remuneratierapport (zie pagina 76). Het is leden van de Raad van Bestuur toegestaan (certificaten van) aandelen in de vennootschap in bezit te hebben als langetermijnbelegging. Op transacties in deze aandelen is de Insiderregeling van ING Groep van toepassing. Deze regeling is beschikbaar op de website van ING Groep (www.ing.com). Nevenfuncties/belangenverstrengeling Ter voorkoming van mogelijke belangenverstrengeling hanteert ING Groep het beleid dat leden van de Raad van Bestuur geen commissariaten bij beursgenoteerde ondernemingen buiten ING accepteren. De enige uitzondering hierop op dit moment is een commissariaat van de heer J. de Vaucleroy bij Delhaize Groep in België. Hij vervulde deze functie al voor zijn benoeming tot de Raad van Bestuur van ING Groep. Transacties met (mogelijke) belangenverstrengeling Gegevens over relaties die de leden van de Raad van Bestuur als particuliere klanten met dochtermaatschappijen van ING Groep hebben, worden niet openbaar gemaakt, met uitzondering van informatie over aan hen verstrekte leningen (zie pagina 82). In al deze gevallen handelt ING Groep overeenkomstig de bestpracticebepalingen van de code-Tabaksblat.
ING Groep Jaarverslag 2007
66 1.3 Onze governance
Corporate governance (vervolg)
GEGEVENS LEDEN RAAD VAN BESTUUR M.J. Tilmant, voorzitter (1952 – Belgische nationaliteit, man, benoemd in 1998, gaat in 2012 met pensioen) De heer Tilmant heeft een diploma Bedrijfskunde van de Universi teit van Leuven. Hij heeft ook een diploma Europese Studie van de Universiteit van Leuven. De heer Tilmant begon zijn carrière bij Morgan Guaranty Trust Company in New York. In 1992 trad hij in dienst van Bank Brussel Lambert (BBL), waar hij in 1997 werd benoemd tot voorzitter van het Directiecomité. Na de overname van BBL door ING in 1998 werd hij in mei 2000 benoemd tot vicevoorzitter van de Raad van Bestuur van ING Groep en in april 2004 tot voorzitter. Vijf stafafdelingen rapporteren direct aan de heer Tilmant: Corporate Legal Department, Corporate Human Resources, Corporate Development, Corporate Communications & Affairs en Corporate Audit Services. E.F. Boyer de la Giroday (1952 – Belgische nationaliteit, man, benoemd in 2004, benoemingstermijn eindigt in 2008) Na het behalen van zijn diploma commercieel ingenieur aan de Vrije Universiteit van Brussel en een master’s degree in Business Admini stration aan de Wharton School, University of Pennsylvania, begon de heer Boyer zijn carrière in 1978 bij Citibank. In 1984 trad hij in dienst van Bank Brussel Lambert, die in 1998 werd overgenomen door ING. Hij bekleedde verschillende managementfuncties op het gebied van kapitaalmarkten, treasury en corporate en investment banking. In april 2004 werd hij benoemd tot lid van de Raad van Bestuur van ING Groep. Hij is verantwoordelijk voor Wholesale Banking en ING Real Estate. Drs. D.H. Harryvan (1953 – Nederlandse nationaliteit, man, benoemd in 2006, benoemingstermijn eindigt in 2010) De heer Harryvan behaalde zijn doctoraal economie aan de Erasmus Universiteit Rotterdam, met als hoofdvak financiën. In 1979 trad hij in dienst van ING als management trainee bij Nationale-Nederlanden in Rotterdam. Voor zijn benoeming tot lid van de Raad van Bestuur van ING Groep in 2006 bekleedde hij diverse managementfuncties in de Verenigde Staten, Canada en Nederland en was hij chief financial officer/chief risk officer en lid van het Global Management Team van ING Direct. De heer Harryvan is verantwoordelijk voor ING Direct. J.C.R. Hele, CFO (1958 – Canadese nationaliteit, man, benoemd in 2007, benoemingstermijn eindigt in 2011) De heer Hele studeerde in 1980 af aan de University of Waterloo, Canada, met een bachelor’s degree in wiskunde. In 2003 trad hij in dienst van ING. Hij was vanaf 2006 deputy chief financial officer van ING Groep. Daarvoor was hij general manager en chief insurance risk officer verantwoordelijk voor insurance risk management wereldwijd en actuaris van de Groep. Voor zijn indiensttreding bij ING vervulde hij diverse functies bij Crown Life in Canada, Merill Lynch in de Verenigde Staten en bij Worldinsure, Bermuda. De heer Hele is verantwoordelijk voor Group Capital Management, Group Tax, Group Finance and Control, Group Finance Bank en Group Finance Insurance.
ING Groep Jaarverslag 2007
Mr. C.P. Leenaars (1961 – Nederlandse nationaliteit, man, benoemd in 2004, benoemingstermijn eindigt in 2008) De heer Leenaars studeerde rechten aan de Katholieke Universiteit Nijmegen, heeft een LLM van het European University Institute in Florence (Italië) en studeerde aan de Harvard Business School in Boston. Na een stageperiode bij ABN AMRO trad hij in 1991 in dienst van ING. Hij vervulde diverse managementfuncties, waaronder die van voorzitter van ING Polen en ING LatijnsAmerika. In april 2004 werd hij benoemd tot lid van de Raad van Bestuur van ING Groep. Hij is verantwoordelijk voor Retail Banking en Private Banking, alsmede voor Operations/IT en Corporate Operations en Information Services. T.J. McInerney (1956 – Amerikaanse nationaliteit, man, benoemd in 2006, benoemingstermijn eindigt in 2010) De heer McInerney behaalde zijn bachelor’s degree aan Colgate University (Hamilton, New York) en zijn master’s degree in business administration aan de Tuck School of Business, Dartmouth College (Hanover, New Hampshire). Hij begon zijn carrière in 1978 bij Aetna Financial Services, dat in 2000 door ING werd overgenomen. Hij was chief executive officer van de verzekeringsactiviteiten van ING in de Verenigde Staten in welke hoedanigheid hij tevens verantwoordelijk was voor ING Mexico. De heer McInerney is nu verantwoordelijk voor Insurance Americas, ING Investment Management Americas en de wereldwijde coördinatie van ING Investment Management. Drs. H. van der Noordaa (1961 – Nederlandse nationaliteit, man, benoemd in 2006, benoemingstermijn eindigt in 2010) De heer Van der Noordaa behaalde zijn doctoraal bestuurskunde aan de Universiteit Twente. Na een carrière in retailbanking bij ABN AMRO, trad hij in 1991 in dienst van ING waar hij diverse managementfuncties bekleedde. Voordat hij in 2006 werd benoemd tot lid van de Raad van Bestuur was hij chief executive officer van de Retail-divisie van ING Nederland, verantwoordelijk voor Postbank, ING Bank en RVS. Hij is verantwoordelijk voor Insurance Asia/Pacific en ING Investment Management Asia/Pacific. Drs. J.V. Timmermans, CRO (1960 – Nederlandse nationaliteit, man, benoemd in 2007, benoemingstermijn eindigt in 2011) De heer Timmermans behaalde in 1986 zijn doctoraal economie aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Tot 1991 was hij werkzaam bij ABN AMRO op het gebied van derivaten. Voordat hij in dienst trad bij ING in 1996 was hij in Ierland gestationeerd voor IBM’s Europese treasury. Vanaf maart 2006 was de heer Timmermans deputy chief risk officer. Daarvoor was hij hoofd Corporate Market Risk Management. De heer Timmermans is verantwoordelijk voor de risicoafdelingen inclusief compliance. J.M. de Vaucleroy (1961 – Belgische nationaliteit, man, benoemd in 2006, benoemingstermijn eindigt in 2010) De heer de Vaucleroy studeerde rechten aan de Katholieke Universiteit Leuven en behaalde zijn master’s degree in business law aan de Vrije Universiteit van Brussel. In 1986 trad hij in dienst van Bank Brussel Lambert (BBL), die in 1998 door ING werd overgenomen. Voor zijn benoeming tot lid van de Raad van Bestuur in 2006 was hij Group president van ING Retail bij US
67
Financial Services. Hij is nu verantwoordelijk voor Insurance Europe en ING Investment Management Europe. Samenstelling Raad van Bestuur De Raad van Commissarissen zal bij de Algemene Vergadering van Aandeelhouders op 22 april 2008 de heren E.F. Boyer de la Giroday en C.P. Leenaars voordragen voor herbenoeming in de Raad van Bestuur. RAAD VAN COMMISSARISSEN Benoeming en ontslag Leden van de Raad van Commissarissen worden uit een door de Raad van Commissarissen op te stellen bindende voordracht benoemd door de Algemene Vergadering van Aandeelhouders. Op de voordracht dienen voor elke vacature de namen van minimaal twee kandidaten te staan. Als dat niet het geval is, is de lijst niet-bindend. De Algemene Vergadering van Aandeelhouders kan het bindende karakter aan de voordracht ontnemen bij meerderheid van stemmen, welke meerderheid minimaal een derde van het geplaatste kapitaal vertegenwoordigt. Kandidaten voor benoeming tot de Raad van Commissarissen moeten voldoen aan de deskundigheids- en betrouwbaarheids eisen zoals vastgelegd in de Wet op het financieel toezicht. Leden van de Raad van Commissarissen kunnen te allen tijde worden geschorst of ontslagen bij meerderheidsbesluit van de Algemene Vergadering van Aandeelhouders. Een besluit tot schorsing of ontslag van leden van de Raad van Commissarissen dat niet door de Raad van Commissarissen zelf is voorgesteld, dient door minimaal een derde van het geplaatste kapitaal te worden ondersteund. Taak Raad van Commissarissen en zijn commissies De Raad van Commissarissen heeft tot taak toezicht te houden op het beleid van de Raad van Bestuur en op de algemene gang van zaken bij de vennootschap en haar ondernemingen en de Raad van Bestuur te adviseren. De Raad van Commissarissen telt drie vaste commissies: het Audit Committee, de Remuneratie- en Nominatiecommissie en de Corporate Governance Commissie. De organisatie, bevoegdheden en werkwijze van de Raad van Commissarissen zijn vastgelegd in een reglement. Daarnaast zijn afzonderlijke reglementen opgesteld voor het Audit Committee, de Remuneratie- en Nominatiecommissie en de Corporate Governance Commissie. Deze reglementen zijn beschikbaar op de website van ING Groep (www.ing.com). Hieronder volgt een korte beschrijving van de drie commissies. Het Audit Committee ondersteunt de Raad van Commissarissen bij het toetsen van de betrouwbaarheid van de financiële verslag geving van ING Groep N.V., ING Verzekeringen N.V. en ING Bank N.V., het toetsen van de naleving van alle vereisten op het gebied van wet- en regelgeving, en het toetsen van de onafhankelijkheid en het functioneren van de interne en externe accountants van ING. De Remuneratie- en Nominatiecommissie adviseert de Raad van Commissarissen onder andere over de samenstelling van de Raad van Commissarissen en de Raad van Bestuur, de beloning van de leden van de Raad van Bestuur en de aandelen- en aandelenoptie plannen voor het topmanagement, inclusief de Raad van Bestuur.
De Corporate Governance Commissie ondersteunt de Raad van Commissarissen bij het toezicht op en de evaluatie van de corporate governance van ING en de rapportage daarover in het jaarverslag en aan de Algemene Vergadering van Aandeelhouders en adviseert de Raad van Commissarissen over verbeteringen. Profielschets Raad van Commissarissen De Raad van Commissarissen heeft een profielschets opgesteld die wordt gebruikt als basis voor haar eigen samenstelling. De profielschets werd in 2005 besproken tijdens de Algemene Vergadering van Aandeelhouders. Het document is beschikbaar op het hoofdkantoor van ING Groep en op de website van ING Groep (www.ing.com). Gezien de ervaring van oud-leden van de Raad van Bestuur en de waardevolle bijdrage die zij kunnen leveren aan de Raad van Commissarissen is, mede in het licht van de omvang van de Raad van Commissarissen en het brede scala aan activiteiten van ING, besloten dat oud-bestuurders kunnen worden benoemd tot lid van de Raad van Commissarissen van ING. Daarbij geldt de beperking dat per zes commissarissen niet meer dan één oud-bestuurder van ING lid van de Raad van Commissarissen mag zijn. Bovendien dient hierbij een wachtperiode van minimaal één jaar na terugtreding uit de Raad van Bestuur in acht te worden genomen voordat men tot lid van de Raad van Commissarissen kan worden benoemd. Een voormalig lid van de Raad van Bestuur kan niet tot voorzitter van de Raad van Commissarissen worden benoemd. Een voormalig lid van de Raad van Bestuur kan na benoeming tot commissaris ook worden benoemd tot lid van een van de commissies van de Raad van Commissarissen. Een benoeming tot voorzitter van een commissie is echter uitsluitend mogelijk minimaal vier jaar na aftreden als lid van de Raad van Bestuur. Herbenoeming commissarissen Leden van de Raad van Commissarissen treden af tijdens de eerste Algemene Vergadering van Aandeelhouders na het verstrijken van een zittingsperiode van vier jaar. Doorgaans treedt men bovendien af, zonder dat herbenoeming mogelijk is, tijdens de jaarlijkse Algemene Vergadering van Aandeelhouders die wordt gehouden in het jaar dat men zeventig wordt. Het rooster van aftreden staat op de website van ING Groep (www.ing.com). Leden van de Raad van Commissarissen kunnen doorgaans twee keer voor een periode van vier jaar worden herbenoemd. Dit gebeurt op basis van een voorstel van de Raad van Commissarissen aan de Algemene Vergadering van Aandeelhouders. Nevenfuncties/belangenverstrengeling Leden van de Raad van Commissarissen wordt gevraagd een overzicht te geven van alle andere commissariaten en bezoldigde (neven)functies die zij vervullen. Deze (neven)functies mogen niet strijdig zijn met de belangen van ING Groep. Het is de verantwoor delijkheid van de individuele leden van de Raad van Commissaris sen en van het Corporate Governance Committee om ervoor te zorgen dat de verplichtingen als commissaris naar behoren worden vervuld en dat deze niet worden beïnvloed door eventuele andere functies die de betrokkene buiten de Groep vervult. Transacties met (mogelijke) belangenverstrengeling Gegevens over relaties die de leden van de Raad van Commissarissen als particuliere klanten met dochtermaatschappijen van ING Groep hebben, worden niet openbaar gemaakt, met uitzondering van informatie over aan hen verstrekte leningen (zie pagina 85). ING Groep Jaarverslag 2007
68 1.3 Onze governance
Corporate governance (vervolg)
Onafhankelijkheid Jaarlijks wordt de leden van de Raad van Commissarissen gevraagd na te gaan of de afhankelijkheidscriteria van de code-Tabaksblat niet van toepassing zijn en dit schriftelijk te bevestigen. Op basis van deze criteria kunnen alle leden van de Raad van Commissarissen, met uitzondering van de heer P. Hoogendoorn RA, per 31 december 2007 als onafhankelijk worden beschouwd. Leden van de Raad van Commissarissen op wie de afhankelijkheidscriteria van de codeTabaksblat niet van toepassing zijn en leden van de Raad van Com missarissen voor wie wel een of meer van die criteria van toepassing zijn maar kunnen motiveren waarom dit geen aantasting vormt van hun onafhankelijkheid, worden als onafhankelijk beschouwd. Beloning en effectenbezit De beloning van de leden van de Raad van Commissarissen wordt vastgesteld door de Algemene Vergadering van Aandeelhouders en is onafhankelijk van de resultaten van de vennootschap. Meer informatie over de beloning vindt u in het Remuneratierapport op pagina 84-85. Het is leden van de Raad van Commissarissen toegestaan (certificaten van) aandelen in de vennootschap in bezit te hebben als langetermijnbelegging. Zie pagina 85 voor een overzicht. Op alle transacties in (certificaten van) aandelen ING Groep en beursgenoteerde opties ING Groep door leden van de Raad van Commissarissen is de ING Insiderregeling van toepassing. Deze regeling is beschikbaar op de website van ING Groep (www.ing.com). GEGEVENS LEDEN RAAD VAN COMMISSARISSEN Drs. C.A.J. Herkströter RA, voorzitter (tot 1 januari 2008) (1937 – Nederlandse nationaliteit, man, benoemd in 1998, afgetreden op 1 januari 2008) Voorzitter van de Remuneratie- en Nominatiecommissie en het Corporate Governance Committee (tot 1 januari 2008). Voormalig president-directeur van de N.V. Koninklijke Nederlandsche Petroleum Maatschappij en voorzitter van het Comité van Directeuren van de Koninklijke/Shell Groep. Overige functies: voorzitter Raad van Commissarissen Koninklijke DSM N.V. (beursgenoteerde onderneming); lid Raad van Advies Robert Bosch GmbH; voorzitter Maatschappelijke Raad van Advies Tinbergen Instituut; emeritus hoogleraar Internationaal Management, Universiteit van Amsterdam; voorzitter Raad van Advies Koninklijke NIVRA; lid Comité Capital Market, Autoriteit Financiële Markten, Amsterdam. Drs. J.H.M. Hommen (voorzitter vanaf 1 januari 2008) (1943 – Nederlandse nationaliteit, man, benoemd in 2005, zittingsperiode eindigt in 2009) Voorzitter van het Audit Committee tot 1 januari 2008; lid van het Audit Committee tot 24 januari 2008. Voorzitter van de Remuneratieen Nominatiecommissie en het Corporate Governance Committee (vanaf 1 januari 2008). Voormalig vicevoorzitter Raad van Bestuur en chief financial officer van Koninklijke Philips Electronics N.V. Overige functies: voorzitter Raad van Commissarissen Reed Elsevier en TNT N.V. (beursgenoteerde ondernemingen); voorzitter Raad van Commissarissen Academisch Ziekenhuis Maastricht en TiasNimbas Business School; lid Raad van Commissarissen Campina B.V.
ING Groep Jaarverslag 2007
E. Bourdais de Charbonnière, vicevoorzitter (1939 – Franse nationaliteit, man, benoemd in 2004, zittingsperiode eindigt in 2008) Lid van de Remuneratie- en Nominatiecommissie en het Corporate Governance Committee. Voormalig directeur van JPMorgan en chief financial officer van Michelin. Overige functies: voorzitter Raad van Commissarissen Michelin en lid Raad van Commissarissen Thomson (beursgenoteerde ondernemingen). Lid Raad van Commissarissen van Oddo et Cie; American Hospital of Paris en Associés en Finance. Drs. H.W. Breukink (1950 – Nederlandse nationaliteit, man, benoemd in 2007, zittingsperiode eindigt in 2011) Lid van het Corporate Governance Committee (vanaf 24 januari 2008). Voormalig directielid van F&C en directeur F&C Nederland (vermogensbeheerder). Vicevoorzitter VastNed Offices/Industrial (vastgoedfonds) en commissaris F&C hedge funds, Ierland (beursgenoteerde ondernemingen). Overige functies: toezichthoudend bestuurder van Heembouw Holding B.V. en B&S Vastgoed Nederland N.V. Mr. P.A.F.W. Elverding (1948 – Nederlandse nationaliteit, man, benoemd in 2007, zittingsperiode eindigt in 2011) Lid van het Audit Committee (vanaf 24 januari 2008). Voormalig voorzitter Raad van Commissarissen van Koninklijke DSM N.V. en voormalig vicevoorzitter Raad van Commissarissen van De Nederlandsche Bank N.V. Overige functies: voorzitter Raad van Commissarissen van Océ N.V. (beursgenoteerde onderneming); lid Raad van Commissarissen van SHV Holdings N.V.; Voorzitter Raad van Toezicht van Universiteit Maastricht en lid Raad van Toezicht transnationale Universiteit Limburg. Mw. L. Gross Goldberg (1937 – Amerikaanse nationaliteit, vrouw, benoemd in 2001, laatste zittingsperiode eindigt in 2008) Lid van de Remuneratie- en Nominatiecommissie en het Corporate Governance Committee (tot 24 januari 2008). Voormalig lid van de Raad van Commissarissen van ReliaStar Financial Corp. Overige functies: lid Raad van Commissarissen van TCF Financial Corporation, Hormel Foods Corporation en Communications Systems Inc. (beursgenoteerde ondernemingen). Lid Raad van Advies Carlson School of Management, Universiteit van Minnesota; bestuurslid Minnesota Orchestra; lid (emerita) College van Bestuur Wellesley College; lid College van Bestuur University of Minnesota Foundation. Dr. C.D. Hoffmann (1942 – Duitse nationaliteit, man, benoemd in 2003, zittingsperiode eindigt in 2011) Lid van het Audit Committee (tot 24 januari 2008). Lid van het Corporate Governance Committee (vanaf 24 januari 2008). Voormalig chief financial officer van Robert Bosch GmbH. Overige functies: managing partner H+H Senior Advisors, Stuttgart; voorzitter Raad van Commissarissen EnBW AG (beursgenoteerde onderneming). Lid Raad van Commissarissen van Bauerfeind AG en de Boer Structures Holding B.V.; voorzitter Charlottenklinik Foundation (ziekenhuis); voorzitter Vereinigung der Freunde Universiteit van Stuttgart.
69
P. Hoogendoorn RA (1945 – Nederlandse nationaliteit, man, benoemd in 2007, zittingsperiode eindigt in 2011) Lid van het Audit Committee (vanaf 24 januari 2008). Voormalig voorzitter Raad van Bestuur van Deloitte Touche Tohmatsu en CEO van Deloitte in Nederland. Voormalig voorzitter van Koninklijke NIVRA. Drs. P.C. Klaver (1945 – Nederlandse nationaliteit, man, benoemd in 2006, zittingsperiode eindigt in 2010) Lid van de Remuneratie- en Nominatiecommissie (vanaf 24 januari 2008). Voormalig voorzitter van de Raad van Bestuur van SHV Holdings N.V. Overige functies: lid Raad van Commissarissen SHV Holdings N.V. en Dura Vermeer Groep N.V.; Jaarbeurs Holding B.V. en Durma Vermeer Groep N.V. Voorzitter Raad van Commissarissen Dekker Hout Groep B.V.; voorzitter van het Bestuur African Parks Foundation; voorzitter Raad van Toezicht Hogeschool voor de Kunsten Utrecht.
Wijziging samenstelling Raad van Commissarissen De heer drs. C.A.J. Herkströter is op 1 januari 2008 teruggetreden uit de Raad van Commissarissen. Mevrouw L. Gross Goldberg zal na de Algemene Vergadering van Aandeelhouders 2008 aftreden. De heer W. Kok wordt in 2008 70 jaar, maar zal een jaar langer aanblijven om een evenwichtige samenstelling van de Raad van Commissarissen te waarborgen. Hij treedt af na de Aandeelhoudersvergadering van 2009. Aan de Algemene Vergadering van Aandeelhouders 2008 worden vier nieuwe kandidaten voor benoeming voorgesteld: mevrouw J. Spero (geboren in 1944, Amerikaanse nationaliteit), de heer H. Manwani (geboren in 1953, Indiase nationaliteit), de heer A. Mehta (geboren in 1946, Indiase nationaliteit) en de heer J. Tai (geboren in 1950, Amerikaanse nationaliteit). Meer informatie vindt u in de oproepcirculaire voor de Algemene Vergadering van Aandeelhouders 2008, beschikbaar op de website van ING Groep (www.ing.com). WIJZIGINGEN IN ZEGGENSCHAP
W. Kok (1938 – Nederlandse nationaliteit, man, benoemd in 2003, zittingsperiode eindigt in 2010) Lid van het Audit Committee; voorzitter van het Audit Committee vanaf 1 januari 2008. Voormalig minister van Financiën en ministerpresident van Nederland. Overige functies: non-executive director Royal Dutch Shell plc; lid Raad van Commissarissen TNT N.V. (beursgenoteerde ondernemingen); lid Raad van Commissarissen KLM N.V.; voorzitter Raad van Commissarissen Anne Frank Stichting; voor-zitter Raad van Commissarissen Het Nationale Ballet, Amsterdam; lid Raad van Commissarissen Het Muziektheater, Amsterdam; lid Raad van Commissarissen Rijksmuseum, Amsterdam; voorzitter Raad van Commissarissen Nederlands Kanker Instituut – Antoni van Leeuwenhoek Ziekenhuis; lid bestuur Stichting Start. G.J.A. van der Lugt (1940 – Nederlandse nationaliteit, man, benoemd in 2001, zittingsperiode eindigt in 2009) Lid van het Audit Committee. Voormalig voorzitter van de Raad van Bestuur van ING Groep N.V. (tot zijn pensionering in mei 2000). Overige functies: voorzitter Raad van Commissarissen Siemens Nederland N.V. en Stadsherstel Amsterdam N.V.; vicevoorzitter Raad van Commissarissen Universitair Medisch Centrum Groningen; penningmeester Vereniging Natuurmonumenten; lid Raad van Advies Siemens Pensioenfonds, München. Ir. K. Vuursteen (1941 – Nederlandse nationaliteit, man, benoemd in 2002, zittingsperiode eindigt in 2010) Lid van de Remuneratie- en Nominatiecommissie (vanaf 24 januari 2008). Voormalig voorzitter van de Raad van Bestuur van Heineken N.V. Overige functies: lid Raad van Commissarissen Akzo Nobel N.V., TomTom N.V. en Henkel KGaA (beursgenoteerde ondernemingen). Lid Raad van Beheer Heineken Holding N.V.; lid Raad van Advies CVC Capital Partners; voorzitter Wereld Natuurfonds Nederland; voorzitter Stichting Concertgebouwfonds; Lid Raad van Toezicht Nyenrode Foundation.
Wettelijke vereisten Ingevolge de Wet op het financieel toezicht zijn verklaringen van geen bezwaar vereist van de minister van Financiën voor het verwerven en houden van een deelneming van 10% of meer in ING Groep en voor het uitoefenen van het aan die deelneming verbonden zeggenschap. Op basis van wetgeving betreffende indirecte wijziging van zeggenschap in de verschillende jurisdicties waarin dochtermaatschappijen van ING Groep opereren, kan voor de verkrijging van een aanmerkelijk belang in ING Groep toestem ming van of kennisgeving aan de lokale wetgevende autoriteiten zijn vereist. ‘Change of control’-clausules in belangrijke overeenkomsten ING Groep is niet partij bij enige materiële overeenkomst die in werking treedt, of wordt gewijzigd of beëindigd, bij een wijziging van de zeggenschap over ING Groep als gevolg van een openbaar bod, zoals omschreven in artikel 5:70 van de Wet op het financieel toezicht. Dochterondernemingen van ING Groep N.V. kunnen gebruikelijke change of control-clausules hebben opgenomen in contracten die verband houden met hun verschillende bedrijfsactiviteiten, zoals joint-ventureovereenkomsten, letters of credit en andere kredietfaciliteiten, herverzekeringscontracten alsmede future- en optiecontracten. Na wijziging van zeggenschap bij ING Groep N.V. (al dan niet als gevolg van een openbaar bod) kunnen dergelijke contracten worden aangepast of beëindigd, resulterend in bijvoorbeeld een verplichte overdracht van het belang in de joint venture, vervroegde terugbetaling van verschuldigde bedragen, verlies van kredietfaciliteiten of herverzekeringsdekking en liquidatie van uitstaande future- of optieposities Afvloeiingsregelingen leden Raad van Bestuur De arbeidsovereenkomsten met de leden van de Raad van Bestuur voorzien in een afvloeiingsregeling die in werking treedt op het moment dat de overeenkomst wordt beëindigd in verband met een openbare bieding zoals omschreven in artikel 5:70 van de Wet op het financieel toezicht. De hoogte van de vergoeding staat los van het feit of de beëindiging van de overeenkomst verband houdt met een openbare bieding.
ING Groep Jaarverslag 2007
70 1.3 Onze governance
Corporate governance (vervolg)
WIJZIGING VAN DE STATUTEN De statuten van ING Groep N.V. kunnen worden gewijzigd bij besluit van de Algemene Vergadering van Aandeelhouders mits aangenomen met een meerderheid van twee derde van de uitgebrachte stemmen tijdens een vergadering waarbij twee derde van het geplaatste kapitaal aanwezig of vertegenwoordigd is. Voor een dergelijk besluit van de Algemene Vergadering van Aandeel houders is een voorstel van de Raad van Bestuur vereist, dat dient te zijn goedgekeurd door de Raad van Commissarissen. EXTERNE ACCOUNTANTS Ernst & Young Accountants (Ernst & Young) en KPMG Accountants N.V. (KPMG) zijn benoemd tot externe accountants van ING Groep. Ernst & Young is verantwoordelijk voor de controle van de jaarreke ningen van ING Groep N.V. en ING Verzekeringen N.V.; KPMG is verantwoordelijk voor de controle van de jaarrekening van ING Bank N.V. De externe accountants, Ernst & Young en KPMG, nemen deel aan de bijeenkomsten van het Audit Committee. Tijdens de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 27 april 2004 is aan Ernst & Young de opdracht verleend om de financiële gegevens van ING Groep N.V. over de boekjaren 2004 tot en met 2007 te controleren, hierover aan de Raad van Bestuur en de Raad van Commissarissen te rapporteren en een verklaring af te leggen over de jaarrekening van ING Groep N.V. Verder dient Ernst & Young met ingang van 31 december 2007 de effectiviteit van de interne controle op de financiële verslaglegging te controleren en daarover te rapporteren. In 2006 kwam de Raad van Commissarissen op voorstel van het Audit Committee en de Raad van Bestuur tot de conclusie dat het efficiënter is om de controle van de jaarrekeningen van ING Groep N.V. en haar dochtermaatschappijen bij één accountantskantoor onder te brengen in plaats van twee. Als gevolg daarvan werd zowel Ernst & Young als KPMG in 2007 uitgenodigd tot het indienen van een offerte voor de controle van de jaarrekeningen van ING Groep N.V. en al haar dochtermaatschappijen. Dit heeft ertoe geleid dat aan de Algemene Vergadering van Aandeelhouders in 2008 zal worden voorgesteld om Ernst & Young met ingang van 2008 te benoemen tot enige externe accountant voor ING Groep en haar dochterondernemingen. ING is KPMG erkentelijk voor de uitstekende manier waarop de rol als externe accountant van ING Bank N.V. jarenlang is vervuld. Na een periode van maximaal vijf jaar van accountantscontrole van de jaarrekeningen van ING Groep N.V., ING Verzekeringen N.V. dan wel ING Bank N.V. worden de eerstverantwoordelijke partner en de voor de controle van de audits verantwoordelijke partner van het externe accountantskantoor vervangen door andere partners van het desbetreffende externe accountantskantoor. Het Audit Committee doet in dezen aanbevelingen aan de Raad van Commis sarissen onder andere op basis van een jaarlijkse evaluatie van de geleverde diensten. In lijn hiermee werd de eerstverantwoordelijke partner van Ernst & Young na de eindejaarscontrole 2006 vervangen. De rotatie van andere bij de accountantscontrole van de jaarrekeningen van ING betrokken partners is afhankelijk van de toepasselijke wetgeving omtrent onafhankelijkheid. Aan de externe accountants kunnen tijdens de Algemene Vergadering van Aandeelhouders vragen worden gesteld over hun verklaring omtrent de jaarrekeningen.
ING Groep Jaarverslag 2007
De externe accountants nemen derhalve deel aan die vergadering en mogen de aandeelhouders toespreken. Ernst & Young en KPMG mogen alleen met toestemming van het Audit Committee audit- en niet-audit-gerelateerde diensten aan ING Groep en haar dochtermaatschappijen aanbieden. Het Audit Committee verleent jaarlijks vooraf algemene goedkeuring voor bepaalde soorten auditdiensten, audit-gerelateerde diensten, belastingadviezen en niet-audit-gerelateerde diensten van de externe accountants van ING. Diensten waarvoor het Audit Committee niet vooraf algemene goedkeuring heeft gegeven, mogen door de externe acountant niet worden verleend dan na specifieke goedkeuring van het Audit Committee op aanbeveling van het lokale management. Het Audit Committee stelt tevens het maximale jaarlijkse bedrag vast dat voor dergelijke vooraf goedgekeurde diensten mag worden uitgegeven. De besteding van de vooraf goedgekeurde bedragen wordt gedurende het hele jaar door de externe accountants kantoren en ING bewaakt. De externe accountant geeft het Audit Committee een volledig en gedetailleerd overzicht van alle aan ING geleverde diensten, inclusief alle bijbehorende vergoedingen. Dit overzicht wordt periodiek in de loop van het jaar door het Audit Committee geëvalueerd. Meer informatie over het beleid van ING ten aanzien van de onaf hankelijkheid van de externe accountant is te vinden op de website van ING Groep (www.ing.com). In 2007 en 2006 zijn voor audit- en (niet-)audit-gerelateerde diensten van Ernst & Young Accountants en KPMG Accountants N.V. de volgende vergoedingen uitbetaald: Vergoedingen Ernst & Young en KPMG (1) in miljoenen euro’s
Auditvergoedingen Audit-gerelateerde vergoedingen Vergoedingen voor belastingadviezen Overige vergoedingen Totaal (1)
Alle bedragen zijn exclusief btw.
2007
2006
61 7 5 2 75
63 4 4 3 74
71
Rapport Stichting ING Aandelen
Het onderstaande rapport is opgesteld overeenkomstig het bepaalde in artikel 15 van de Administratievoorwaarden voor aandelen op naam van ING Groep N.V.
Ingevolge haar statuten heeft de Stichting ING Aandelen tot doel: a. Het behartigen van de belangen van de houders van (certificaten van) aandelen in het kapitaal van ING Groep N.V., mede met het oog op (i) de belangen van de vennootschap zelf, (ii) die van de ondernemingen die door de vennootschap en de met de vennootschap in een groep verbonden vennootschappen in stand worden gehouden en (iii) alle overige bij de vennootschap betrokkenen, op zodanige wijze dat deze belangen zo goed mogelijk worden gewogen en gewaarborgd. b. Het verwerven en administreren van op naam luidende gewone en preferente aandelen waarvoor certificaten aan toonder zijn uitgegeven. c. Het bevorderen van de informatie-uitwisseling tussen de vennootschap enerzijds en de certificaathouders en aandeelhouders van de vennootschap anderzijds. d. Het bevorderen en organiseren van de werving van stemvolmachten van andere aandeelhouders dan de Stichting zelf alsmede gerichte stemvolmachten en/of steminstructies van certificaathouders. Het bestuur heeft in het verslagjaar 2007 drie keer vergaderd. Op 4 april 2007 kwam het bestuur bijeen om het jaarverslag 2006 te bespreken en de Aandeelhoudersvergadering van 24 april 2007 voor te bereiden. Voorafgaand aan deze bestuursvergadering besprak de Stichting met de Raad van Bestuur en de Raad van Commissarissen van ING Groep de activiteiten en prestaties van de vennootschap over het jaar 2006, op basis van het persbericht d.d. 15 februari 2007 omtrent de jaarcijfers 2006. Kort voor de Aandeelhoudersvergadering op 24 april 2007 kwam het bestuur bijeen ter bespreking van de resultaten van de stemvolmachten en om een voorlopig standpunt te bepalen ten aanzien van de onderwerpen op de agenda. De laatste vergadering werd gehouden op 3 december 2007. Hier kwam opnieuw de samenstelling van het bestuur aan de orde, werd de beslissing genomen om de administratievoorwaarden te wijzigingen en werden voorts de recente ontwikkelingen op het gebied van corporate governance besproken. De wijzigingen in de administratievoorwaarden zijn het gevolg van de wetswijziging van 20 oktober 2006 om boek 2 van het Burgerlijk Wetboek aan te passen in het kader van het bevorderen van het gebruik van elektronische hulpmiddelen in verband met besluitvorming door juridische entiteiten. Voorafgaande aan de vergadering van 3 december 2007 besprak de Stichting met de Raad van Bestuur en de Raad van Commissarissen van ING Groep de activiteiten en prestaties van de vennootschap over de eerste negen maanden van 2007, zoals gepubliceerd op 7 november 2007. De Stichting ING Aandelen organiseert de werving van stemvolmachten van aandeelhouders anders dan van de Stichting zelf en van specifieke stemvolmachten en/of steminstructies van certificaathouders. Het bestuur acht het van belang dat zo veel mogelijk certificaathouders en aandeelhouders hun stem uitbrengen.
ING Groep Jaarverslag 2007
72 1.3 Onze governance
Houders van certificaten in Nederland, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten kunnen gebruik maken van stemmen op afstand. Tijdens de Aandeelhoudersvergadering van 2007 was 36,7% van het totaal geplaatste kapitaal vertegenwoordigd (exclusief de stemrechten op preferente aandelen). De Stichting stemde voor de resterende certificaten van aandelen. De Stichting stelt zich op het standpunt dat het afschaffen van certificering zal worden overwogen zodra de vertegenwoordiging van gewone aandeelhouders en certificaathouders ten minste 35% is van het totale aantal op gewone aandelen uit te brengen stemmen (exclusief meervoudig stemrecht op preferente aandelen) gedurende drie opeenvolgende jaren. Dit percentage werd in 2007 voor het eerst behaald. Volgens haar statuten dient de Stichting te stemmen in het belang van alle certificaathouders. Dat wil zeggen ook in het belang van de meerderheid van de certificaathouders die geen steminstructies hebben gegeven en rekening houdend met de belangen van ING en de andere stakeholders. Hierdoor bevordert de Stichting dat op een transparante wijze het stemrecht op alle aandelen wordt uitgeoefend en voorkomt zij tevens dat een minderheid van aandeelhouders een toevallige meerderheid van de stemmen op een algemene vergadering zou kunnen inzetten ten nadele van de belangen van de op dat moment niet aanwezige of vertegenwoordigde beleggers. Zoals gebruikelijk was het bestuur op de aandeelhoudersvergadering aanwezig en beantwoordde diverse vragen. De Stichting stemde ook op die aandelen waarvoor geen steminstructie was ontvangen voor alle agendapunten. Per 31 december 2007 vertegenwoordigden de in administratie genomen gewone aandelen een nominaal bedrag van EUR 534.183.417,12. Daartegenover zijn 2.225.764,238 certificaten van EUR 0,24 uitgegeven. Gedurende het verslagjaar zijn per saldo 21.363.919 certificaten van gewone aandelen uitgegeven. De vermeerdering kwam als volgt tot stand: Bij: uitoefening warrants omzetting aandelen in certificaten Af: omzetting certificaten in aandelen
Samenstelling Bestuur Het bestuur van de Stichting is momenteel als volgt samengesteld: ir. J.J.M. Veraart (voormalig voorzitter Raad van Bestuur HBG, diverse commissariaten en andere nevenfuncties); mr. H.J. Blaisse (advocaat en vennoot bij Blaisse); dr. P. Frentrop (hoofd Corporate Governance APG Vermogensbeheer); drs. C.J. van den Driest (voormalig voorzitter Raad van Bestuur Koninklijke Vopak N.V, diverse commissariaten en andere nevenfuncties); de heer H.J. Hazewinkel, RA (voorzitter Raad van Bestuur Koninklijke Volker Wessels Stevin N.V., diverse commissariaten en andere nevenfuncties). Op de website van de Stichting (www.stichtingingaandelen.nl) staat een profielschets alsmede een overzicht van alle relevante nevenfuncties van de bestuursleden. De jaarlijkse vergoeding bedraagt voor de voorzitter van de Stichting EUR 25.000 en EUR 20.000 voor de overige bestuursleden. De kosten voor proxy voting bedroegen in het verslagjaar EUR 65.153,75. De Stichting heeft de mogelijkheid certificaathouders te raadplegen in een aparte vergadering. Hiervan werd in het verslagjaar geen gebruik gemaakt. Certificaathouders worden uitgenodigd de Aandeelhoudersvergadering bij te wonen en daar zelf hun belangen te behartigen. De werkzaamheden verbonden aan de administratie van de aandelen worden verricht door het Administratiekantoor van het Algemeen Administratie- en Trustkantoor BV te Amsterdam.
15.783.588 5.585.939 5.608
Per 31 december 2007 zijn voor een nominaal bedrag van EUR 19.212.562,80 preferente aandelen A in administratie genomen, waartegenover 16.010.469 certificaten van nominaal EUR 1,20 zijn uitgegeven. De preferente aandelen A die oorpronkelijk door Fortis en ABN AMRO werden gehouden, zijn ingekocht en gedeeltelijk ingetrokken. Het resterende deel van de preferente aandelen A in eigen bezit van de vennootschap zal in 2008 worden ingetrokken. De heer drs. C.J. van den Driest is met ingang van 4 april 2007 benoemd als bestuurslid en de heer H.J. Hazewinkel RA met ingang van 3 december 2007. De heer ir. J.J. Veraart en de heer dr. P. Frentrop zijn herbenoemd als bestuurslid met ingang van 13 mei 2007 respectievelijk 1 juli 2007. Overeenkomstig het bepaalde in artikel 7, lid 8 van de
ING Groep Jaarverslag 2007
statuten, werden de voorgenomen benoemingen aangekondigd in NRC Handelsblad en de Officiële Prijscourant.
De contactgegevens van de Stichting ING Aandelen zijn: Mw. mr. J.C.M. van Hulten, MBA Telefoon: 020 5418864 E-mail:
[email protected] AMSTERDAM, 17 MAART 2008 Bestuur Stichting ING Aandelen
73
Rapport Stichting Continuïteit ING
De Stichting Continuïteit ING werd opgericht op 22 januari 1991 en is gevestigd te Amsterdam. Op 23 juni 2003 is de voormalige naam Stichting Cumulatief Preferente Aandelen ING Groep statutair gewijzigd in Stichting Continuïteit ING.
Tussen de Stichting Continuïteit ING en ING Groep N.V. is een call-optie-overeenkomst gesloten die de Stichting het recht geeft cumulatief preferente aandelen ING Groep N.V. te verwerven tot een maximum van 900 miljoen cumulatief preferente aandelen. Voor het verwerven van cumulatief preferente aandelen door de Stichting geldt de beperking dat het totale geplaatste kapitaal van ING Groep N.V., onmiddellijk na plaatsing van cumulatief preferente aandelen, voor niet meer dan een derde uit cumulatief preferente aandelen bestaat. Indien vervolgens nieuwe, andere dan cumulatieve preferente, aandelen worden uitgegeven, kan de Stichting weer gebruikmaken van bovengenoemd recht met inachtneming van de in de vorige zin genoemde beperking. Bij het nemen van cumulatief preferente aandelen dient ten minste 25% van de nominale waarde van die aandelen te worden gestort. Het bestuur van de Stichting kwam in 2007 een keer bijeen en wel op 4 april. De vergadering die normaliter in december wordt gehouden, is uitgesteld tot 28 januari 2008. De samenstelling van het bestuur is momenteel als volgt: mr. A.C. Metzelaar, dr. ir. W. van Vonno en prof. mr. S.C.J.J. Kortmann, die met ingang van 13 mei 2007 werd herbenoemd. De heer mr. A.P. Timmermans is op 1 januari afgetreden als voorzitter en als bestuurslid vanwege het bereiken van de statutaire leeftijdsgrens. Het bestuur zal zijn opvolger binnen afzienbare tijd benoemen. AMSTERDAM, 17 MAART 2008 Bestuur Stichting Continuïteit ING
ING Groep Jaarverslag 2007
74 1.3 Onze governance
Artikel 404 Sarbanes-Oxley-wet Doelmatige interne beheersing van de financiële verslaggeving Vanwege de beursnotering aan de New York Stock Exchange is ING Groep verplicht te voldoen aan de regels van de Securities & Exchange Commission (SEC, de Amerikaanse Commissie van Toezicht op het effecten- en beurswezen), zoals vastgelegd in artikel 404 van de Sarbanes-Oxley-wet, ofwel SOX 404. Op grond van deze regels dienen de CEO (de voorzitter van de Raad van Bestuur) en CFO van ING Groep jaarlijks verslag uit te brengen en een verklaring af te leggen over de doelmatigheid van de interne beheersing binnen ING Groep van de financiële verslaggeving. Daarnaast dienen de externe accountants een verklaring af te leggen over de doelmatigheid van de interne beheersing binnen ING Groep van de financiële verslaggeving Interne beheersing van de financiële verslaglegging vond al plaats vóór de invoering van SOX 404. Op grond van de SOX 404-regels dient het management echter de doelmatigheid daarvan aan te tonen. Dit vereist een meer geformaliseerde aanpak van de uitvoe ring van onze taken. ING Groep hanteert al langere tijd business principles en strakke principes voor bedrijfsprocessen, waaraan alle medewerkers zich dienen te houden. SOX 404-activiteiten worden conform de bestuursstructuur georganiseerd en vereisen de betrok kenheid van het hogere kader binnen de gehele onderneming. Op basis van de SOX 404-aanpak is ING in staat een ongekwalifi ceerde verklaring af te geven, waarin vastligt dat de interne beheer sing van de financiële verslaggeving doelmatig is per 31 december 2007. De SOX 404-verklaring van de Raad van Bestuur is hieronder opgenomen, gevolgd door de verklaring van de externe accountant.
Verklaring van de Raad van Bestuur over de interne beheersing van de financiële verslaggeving De Raad van Bestuur is verantwoordelijk voor het inrichten en hand haven van een adequate interne beheersing van de financiële verslag geving. De interne beheersing binnen ING Groep van financiële verslaggeving krijgt haar beslag in een proces dat onder toezicht staat van onze voornaamste uitvoerende en financiële functionaris sen. Dit proces verschaft een redelijke mate van zekerheid over de betrouwbaarheid van de financiële verslaggeving en de opstelling van de jaarrekening in overeenstemming met algemeen aanvaarde grondslagen voor de financiële verslaggeving. Onze interne beheersing van de financiële verslaggeving is gebaseerd op beleid en procedures die: – Betrekking hebben op het voeren van een administratie die in redelijk detail een juist en getrouw beeld geeft van de transacties en beschikking over de activa van ING. – Een redelijke mate van zekerheid verschaffen dat transacties worden vastgelegd op zodanige wijze als noodzakelijk is voor de opstelling van de jaarrekening conform algemeen aanvaarde grondslagen voor financiële verslaggeving en dat onze ont vangsten en uitgaven alleen geschieden met de goedkeuring van onze managers en directeuren. – Een redelijke mate van zekerheid verschaffen over het voor- komen of tijdig opsporen van ongeautoriseerde verwerving en gebruik van of beschikking over onze activa die een materieel effect op onze jaarrekening zouden kunnen hebben. Door de inherente beperkingen van de interne beheersing van de financiële verslaggeving kunnen onjuistheden niet altijd worden voorkomen of opgespoord. Daarnaast lopen inschattingen van de verwachte doelmatigheid voor de toekomst het risico dat de beheer sing door veranderende omstandigheden ontoereikend wordt, of dat de mate van naleving van het beleid of de procedures verslechtert. De Raad van Bestuur heeft de doelmatigheid van de interne beheer sing van de financiële verslaggeving per 31 december 2007 beoor deeld. De Raad van Bestuur heeft bij die beoordeling gebruikgemaakt van toetsingen op basis van de criteria van de Committee of Sponsoring Organizations of the Treadway Commission (COSO) in Internal Control – Integrated Framework. Op basis van de beoor deling van Raad van Bestuur en die criteria is de Raad van Bestuur tot de slotsom gekomen dat de interne beheersing van de finan ciële verslaggeving per 31 december 2007 doelmatig was. Onze externe accountant heeft de interne beheersing van de financiële verslaggeving per 31 december 2007 gecontroleerd en heeft daarover een rapport uitgebracht dat op pagina 75 is opgenomen. AMSTERDAM, 17 MAART 2008 Michel Tilmant voorzitter Raad van Bestuur John Hele chief financial officer
ING Groep Jaarverslag 2007
75
Rapport van de externe accountant Aan de Aandeelhouders, de Raad van Commissarissen en de Raad van Bestuur van ING Groep N.V. We hebben de interne beheersing van de financiële verslaggeving van ING Groep N.V. per 31 december 2007 gecontroleerd op basis van criteria zoals die zijn vastgesteld in ‘Internal Control – Integrated Framework’, uitgegeven door de Committee of Sponsoring Organizations of the Treadway Commission (de COSO-criteria). Het is de verantwoordelijkheid van het bestuur van ING Groep N.V. te zorgen voor een effectieve interne beheersing van de financiële verslaggeving en voor de beoordeling van de effectiviteit van de interne beheersing van de financiële verslaggeving zoals deze is opgenomen in bijbehorende Verklaring van de Raad van Bestuur over de interne beheersing van de financiële verslaggeving. Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de interne beheersing van de financiële verslaggeving van de onderneming op basis van onze controle.
onderhevig aan het risico dat die maatregelen ontoereikend worden als gevolg van veranderde omstandigheden, of de mate waarin voldaan wordt aan het beleid of de procedures verslechtert. Naar ons oordeel is de interne beheersing van de financiële verslaggeving van ING Groep N.V. per 31 december 2007 op basis van de COSO-criteria in alle materiële opzichten effectief. Tevens hebben wij in overeenstemming met de standaarden van de Public Company Accounting Oversight Board (United States) de geconsolideerde balans per 31 december 2007 en de geconso lideerde winst-en-verliesrekening, het geconsolideerde kasstroom overzicht en het geconsolideerde mutatieoverzicht eigen vermogen over 2007 van ING Groep N.V gecontroleerd. Op 17 maart 2008 hebben wij daarbij een goedkeurende accountantsverklaring verstrekt. AMSTERDAM, 17 MAART 2008 ERNST & YOUNG ACCOUNTANTS
Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met de standaarden van de Public Company Accounting Oversight Board (United States). Dienovereenkomstig zijn wij verplicht de controle zodanig te plannen en uit te voeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat er in alle materiële opzichten sprake is geweest van effectieve interne beheersing van de financiële verslaggeving. Onze controle omvatte onder meer het verwerven van inzicht in de interne beheersing van de financiële verslaggeving, het beoordelen van het risico dat er sprake is van een materiële tekortkoming, het testen en het evalueren van de opzet en werking van het interne beheerssysteem op basis van het vastgestelde risico en het verrichten van alle overige werkzaamheden die wij gezien de omstandigheden noodzakelijk achtten. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel. De interne beheersing van de financiële verslaggeving van een onderneming is een proces dat is gericht op het verkrijgen van een redelijke mate van zekerheid omtrent de betrouwbaarheid van de financiële verslaggeving en de opstelling van de externe jaarrekening overeenkomstig algemeen aanvaarde grondslagen voor financiële verslaggeving. De interne beheersing van de financiële verslaggeving van een onderneming heeft betrekking op haar beleid en proce dures die (1) relevant zijn voor het voeren van een administratie die, met een redelijke mate van detaillering, een juist en getrouw beeld geeft van de transacties en de beschikking over de activa van de onderneming; (2) een redelijke mate van zekerheid bieden dat transacties zodanig worden vastgelegd dat de jaarrekening kan worden opgesteld in overeenstemming met algemeen aanvaarde grondslagen voor financiële verslaggeving en dat de ontvangsten en uitgaven van de onderneming uitsluitend worden verricht met goedkeuring van het bestuur van die onderneming; en (3) een redelijke mate van zekerheid bieden dat ongeoorloofde verwerving en aanwending van, dan wel beschikking over activa van de onderneming die van materiële invloed zou kunnen zijn op de jaarrekening, wordt voorkomen dan wel tijdig wordt gesignaleerd. Vanwege haar inherente beperkingen zal de interne beheersing van de financiële verslaggeving niet alle onjuistheden kunnen voorkomen of signaleren. Daarnaast zijn schattingen omtrent de effectiviteit van de beheersingsmaatregelen in de toekomst
ING Groep Jaarverslag 2007
76 1.3 Onze governance
Remuneratierapport
Dit hoofdstuk behandelt de remuneratie van de Raad van Bestuur en de Raad van Commissarissen. Het remuneratiebeleid werd op 27 april 2004 goedgekeurd door de Algemene Vergadering van Aandeelhouders. In 2006 is de pensioenregeling van de Raad van Bestuur gewijzigd in lijn met de door de Aandeelhoudersvergadering goedgekeurde wijziging van het remuneratiebeleid. De herziene pensioenregeling voor de Raad van Bestuur staat beschreven op pagina 78. Er zijn in 2007 geen wijzigingen op dit beleid doorgevoerd, waardoor de goedkeuring door de Algemene Vergadering van Aandeelhouders nog steeds van toepassing is. Dit hoofdstuk begint met een beschrijving van het algemene remuneratiebeleid voor het topmanagement, gevolgd door de remuneratie voor de Raad van Bestuur over 2007 en de beloningsstructuur voor 2008. Daarnaast is informatie opgenomen over leningen en voorschotten aan de leden van de Raad van Bestuur en de Raad van Commissarissen alsmede over certificaten van aandelen ING Groep die door de leden van deze twee raden worden gehouden.
ALGEMEEN REMUNERATIEBELEID VOOR TOPMANAGEMENT Achtergrond De belangrijkste doelstelling van het remuneratiebeleid is om de onderneming in staat te stellen gekwalificeerde en ervaren managers aan te trekken en te behouden. Het beloningspakket bevordert een prestatiegerichte cultuur die de doelstellingen van ING in lijn brengt met die van haar stakeholders. ING beloont prestaties op basis van vooraf vastgestelde, uitdagende, meetbare en beïnvloedbare doelstellingen voor de korte en de lange termijn. Het remuneratiebeleid van ING is gebaseerd op vijf belangrijke principes die binnen het hele bedrijf gelden. Deze principes zijn: – Het totale beloningsniveau wordt vergeleken met de beloning in relevante markten waarin ING talent aantrekt in concurrentie met andere bedrijven. – ING streeft naar een totale beloning op het mediaanniveau van de relevante markten, waarbij alleen in geval van uitzonderlijke prestaties boven het mediaanniveau zal worden beloond. – Het beloningspakket bestaat onder andere uit variabele componenten (kortetermijn- en langetermijnbonussen) zodat de remuneratie van het topmanagement is gekoppeld aan de prestaties van ING op de korte en de lange termijn. – Om de effectiviteit van het kortetermijnbonusplan te bevorderen worden aan het begin van ieder jaar duidelijke, meetbare en uitdagende doelstellingen vastgesteld. – Bij de langetermijnbonus gaat het om de strategische doel stellingen voor de langere termijn en om het gelijkschakelen van de belangen van het management met die van de aan deelhouders. Een groot aantal managers van ING neemt aan het langetermijnbonusplan deel om de gemeenschappelijke focus op het totaalresultaat van ING te waarborgen. Beloningsstructuur De beloningsstructuur van ING bestaat uit drie basiscomponenten: – vast of basissalaris, de gegarandeerde totale jaarlijkse beloning; – een kortetermijnbonus in geld, gerelateerd aan de prestaties in het afgelopen jaar; – een langetermijnbonus in de vorm van aandelenopties en/of prestatieaandelen, gerelateerd aan de prestaties over verscheidene jaren en toekomstgericht. Naast het basissalaris en participatie in het bonusplan genieten het topmanagement en de leden van de Raad van Bestuur dezelfde aanvullende arbeidsvoorwaarden als de meeste vergelijkbare medewerkers van ING Groep, zoals het gebruik van een bedrijfsauto, bijdragen in bedrijfsspaarregelingen en, indien van toepassing, vergoedingen voor expatriates. Basissalaris Het basissalaris van de leden van de Raad van Bestuur moet toereikend zijn om hooggekwalificeerde managers, die nodig zijn om de bedrijfsdoelstellingen te realiseren, te kunnen aantrekken en behouden. Bij de besluitvorming over de hoogte van basissalarissen kijkt de Raad van Commissarissen naar ervaring, achtergrond, verantwoordelijkheden, prestaties en leidinggevende capaciteiten van de voorzitter en de leden van de Raad van Bestuur. Om te waarborgen dat het niveau van het basissalaris in lijn is met de relevante markten waarin ING talent zoekt, toetst de Raad van Commissarissen jaarlijks het basissalaris van de leden van de Raad van Bestuur.
ING Groep Jaarverslag 2007
77
Kortetermijnbonusplan Het kortetermijnbonusplan vormt een belangrijk onderdeel van ING’s prestatiegerichte cultuur. De kortetermijnbonus wordt uitgekeerd in geld. De bonus die kan worden behaald bij prestaties conform de doelstelling is een percentage van het basissalaris. Dit percentage is gebaseerd op een vergelijkingsonderzoek naar gangbare niveaus in de externe markten waarbinnen ING opereert en op interne doel stellingen. In 2007 zijn ten aanzien van het kortetermijnbonusplan voor de leden van de Raad van Bestuur en het topmanagement (de top 200) drie financiële parameters gebruikt om de resultaten op Groepsniveau vast te stellen. Deze financiële parameters zijn: onder liggende nettowinst, onderliggende bedrijfslasten en economische winst/embedded-valuewinst (exclusief financiële variaties). De kwantitatieve elementen van deze doelstellingen worden beschouwd als koers- en concurrentiegevoelige informatie en worden daarom niet openbaar gemaakt. De combinatie van deze financiële parameters levert ons inziens een juiste afspiegeling van de totale prestaties van ING op. Bij het vaststellen van de uiteindelijke bonus weegt elke component even zwaar. De drie prestatiedoelstellingen worden door de Raad van Commissarissen aan het begin van iedere beoordelingsperiode vast gesteld. Bij de kortetermijnbonus kan de feitelijke uitbetaling in een willekeurig jaar variëren van 0 tot 200% van het doelstellingsniveau. Behalve op financiële doelstellingen is de kortetermijnbonus deels gebaseerd op individuele prestaties, gerelateerd aan voor iedere topmanager vooraf vastgestelde meetbare doelstellingen. Deze doel stellingen hangen samen met de specifieke verantwoordelijkheden van de verschillende leden van de Raad van Bestuur en worden vastgesteld en beoordeeld door de Raad van Commissarissen. De Raad van Bestuur stelt de doelstellingen vast voor het topmanage ment. Voor deze bestuurslaag, die direct aan de Raad van Bestuur rapporteert, ligt het accent op individuele prestaties, aangezien hun verantwoordelijkheid primair bij de bedrijfsonderdelen ligt. Kortetermijnbonus: relatieve belang van het Groepsresultaat en individuele resultaat
Raad van Bestuur Topmanagement bedrijfsonderdelen Topmanagement Groep
Groepsresultaat
Individueel resultaat
70% van totale bonus
30% van totale bonus
15% van totale bonus
85% van totale bonus
30% van totale bonus
70% van totale bonus
Langetermijnbonusplan Het langetermijnbonusplan van ING bestaat uit zowel aandelenopties als prestatieaandelen. Langetermijnbonussen worden toegekend om de belangen van het topmanagement gelijk te schakelen met die van de aandeelhouders en om het topmanagement voor een langere periode aan ING te binden. De langetermijnbonus wordt toegekend met een evenredige verdeling naar marktwaarde over aandelen opties en prestatieaandelen. Het langetermijnbonusplan is op 27 april 2004 tijdens de Algemene Vergadering van Aandeel houders besproken en goedgekeurd. De aandelenopties van ING hebben een totale looptijd van tien jaar en een wachttijd van drie jaar, waarna ze de resterende zeven jaar uitgeoefend kunnen worden. Na drie jaar mogen de opties worden uitgeoefend, mits de optiehouder nog in dienst van ING is.
De uitoefenprijs van de aandelenopties is gelijk aan de beurskoers van het ING-aandeel op Euronext Amsterdam by NYSE op de datum van toekenning. Voor leden van de Raad van Bestuur is de datum van toekenning een bepaalde dag in de eerste open periode na de Algemene Vergadering van Aandeelhouders. Prestatieaandelen worden voorwaardelijk toegekend. Het aantal aandelen dat aan het einde van een beoordelingsperiode van drie jaar onvoorwaardelijk wordt toegekend, is afhankelijk van het to tale rendement van ING voor aandeelhouders over drie jaar (koers winsten op aandelen en herbelegde dividenden die aandeelhouders in die periode ontvangen), gerelateerd aan het totale rendement van een vooraf gedefinieerde referentiegroep van vergelijkbare ondernemingen. De criteria voor het samenstellen van deze refe rentiegroep zijn: a) vergelijkbaar en relevant geacht door de Raad van Commissarissen, b) vergelijkbaar met ING’s huidige activiteiten portefeuille (bankieren, verzekeren en vermogensbeheer) en ING’s geografische spreiding, c) wereldwijd actief, d) beursgenoteerd met een substantieel aantal vrij verhandelbare aandelen. Op basis van deze criteria bestaat de referentiegroep, die in 2004 is samengesteld, uit de volgende bedrijven: – Citigroup, Fortis, Lloyds TSB (bank/verzekeringsbedrijven); – ABN AMRO, Bank of America, BNP Paribas, Banco Santander, Credit Suisse, Deutsche Bank, HSBC (banken); – Aegon, AIG, Allianz, Aviva, AXA, Prudential UK, Hartford Financial Services, Munich Re (verzekeringsbedrijven); – Invesco (vermogensbeheerder). Doordat ABN AMRO uit de referentiegroep is verdwenen, heeft de Raad van Commissarissen besloten dat deze zal worden vervangen door UniCredito Italiano. Dit besluit is gebaseerd op een diepgaand afwegingsproces van bovenstaande objectieve criteria voor de samenstelling van de referentiegroep. De plaats van ING binnen deze groep bedrijven op basis van het totale rendement voor aandeelhouders is bepalend voor het uitein delijke aantal aandelen dat aan het einde van de beoordelingsperiode van drie jaar vrijkomt. Het aantal prestatieaandelen dat aan het begin van elke periode van drie jaar in eerste instantie werd toegekend, is gebaseerd op een middenpositie voor ING. Dit aantal stijgt of daalt (lineair) op basis van de positie van ING’s totale rendement voor aandeelhouders na de beoordelingsperiode van drie jaar, zoals weergegeven in onderstaande tabel: Aantal aandelen toegekend na elke beoordelingsperiode van drie jaar, gerelateerd aan referentiegroep Positie ING
1–3 4–8 9 – 11 12 – 17 18 – 20
Aantal aandelen
200% Tussen 200% en 100% 100% Tussen 100% en 0% 0%
Vóór aanvang van iedere nieuwe beoordelingsperiode van drie jaar wordt de referentiegroep opnieuw bezien door de Raad van Commissarissen. De prestatiebeoordeling zelf zal aan het einde van iedere periode van drie jaar door een onafhankelijke derde partij worden uitgevoerd.
ING Groep Jaarverslag 2007
78 1.3 Onze governance
Remuneratierapport (vervolg)
Het is de leden van de Raad van Bestuur niet toegestaan om certificaten van aandelen, verkregen door het aandelenoptie- en prestatieaandelenplan binnen een periode van vijf jaar na toeken ning te verkopen. Het is deze deelnemers slechts toegestaan een deel van hun aandelen te verkopen op het moment van onvoor waardelijke verkrijging teneinde de belasting over het gevestigde recht te betalen. Aandelen verkregen uit de uitoefening van opties mogen alleen binnen een periode van vijf jaar na toekenning van de opties worden verkocht teneinde de belasting over het uitgeoefende recht te betalen. Beloningsniveaus Ieder jaar vindt een analyse van het beloningsniveau plaats op basis van een referentiegroep van ondernemingen. Deze groep werd in 2003 samengesteld en is een mix van Europese financiële instellingen en in Nederland gevestigde multinationals. Deze referentiegroep is een afspiegeling van het type bedrijf en de omgeving waarin ING opereert. ING concurreert met deze bedrijven om toptalent. De volgende bedrijven maken deel uit van deze groep: ABN AMRO, Aegon, Ahold, AXA, BNP Paribas, Credit Suisse, Fortis, KPN, Royal Bank of Scotland en Société Générale. Door het verdwijnen van ABN AMRO en de natuurlijke ontwikkeling van de bedrijven in de referentiegroep, heeft de Raad van Commissarissen de samenstelling van deze groep herzien. De samenstelling van de aangepaste referentiegroep is gebaseerd op een diepgaande afweging waarbij objectieve criteria zijn toegepast. Hierbij is rekening gehouden met de veranderde omgeving waarin ING opereert en het type bedrijf. De Raad van Commissarissen heeft besloten een uitsluitend financiële, Europese referentiegroep samen te stellen, die met ingang van het beloningsjaar 2009 effectief wordt. Deze groep bestaat uit: Aegon, Allianz, AXA, Banco Santander, Barclays, BNP Paribas, Credit Suisse, Deutsche Bank, Fortis, HSBC, Royal Bank of Scotland, Société Générale, UniCredito Italiano en Zurich Financial Services. In overeenstemming met het algemene beloningsbeleid van ING heeft de Raad van Commissarissen zich gericht op uitbreiding van de variabele (prestatiegerichte) beloningscomponenten. Hierdoor zijn de salarissen van de leden van de Raad van Bestuur geleidelijk over een periode van vier jaar opgetrokken naar het mediane niveau van de referentiegroep. Dit is gerealiseerd door het beoogde niveau van zowel de korte als de langetermijnbonus te verhogen. Op deze manier is de toekomstige beloning directer gekoppeld aan de prestaties op de korte en de lange termijn. Als gevolg hiervan is de samenstelling van het beloningspakket bij het behalen van de doelstellingen evenredig verdeeld over de componenten (1/3 basissalaris, 1/3 kortetermijnbonus en 1/3 langetermijnbonus). De evenredige verdeling van de variabele beloning zorgt ervoor dat de focus zowel op de korte als op de lange termijn gericht is. Pensioenen leden Raad van Bestuur Tijdens de Algemene Vergadering van Aandeelhouders op 25 april 2006 is besloten tot een wijziging van het remuneratiebeleid van de Raad van Bestuur met betrekking tot de pensioenregeling. De herziene pensioenregeling is van toepassing op alle leden van de Raad van Bestuur ongeacht het moment van benoeming, met uitzondering van de heren Hele, McInerney en Maas (gepensio neerd op 1 juni 2007). De herziene pensioenregeling is niet van toepassing op de heer Maas, aangezien hij geboren is vóór 1 januari
ING Groep Jaarverslag 2007
1950, waardoor hij blijft deelnemen aan de vorige pensioenrege ling voor de Raad van Bestuur, die gebaseerd is op een vaste uitkering. Aangezien de heren Hele en McInerney deelnemen aan een Amerikaanse pensioenregeling, is de herziene pensioenrege ling ook op hen niet van toepassing. De pensioenen van de Raad van Bestuur zijn nu gebaseerd op beschikbare premie en zijn door middel van een contract bij Nationale-Nederlanden Levensverzeke ring Maatschappij N.V. verzekerd. Met ingang van 2006 zijn de leden van de Raad van Bestuur verplicht zelf een deel van hun pensioenpremie te betalen. De arbeidsovereenkomst wordt in geval van pensionering van rechtswege beëindigd op de eerste dag van de maand waarin de persoon in kwestie 65 jaar wordt (‘standaardpensionering’). De pensioengerechtigde leeftijd is veranderd ten opzichte van voorgaande jaren (leeftijd was 60) als gevolg van een wijziging in het Nederlandse belastingstelsel. Arbeidsovereenkomst voor nieuw benoemde bestuursleden De arbeidsovereenkomst voor leden van de Raad van Bestuur benoemd na 1 januari 2004 bepaalt dat zij worden benoemd voor een periode van vier jaar (de benoemingsperiode) en biedt de mogelijkheid tot herbenoeming door de Algemene Vergadering van Aandeelhouders. In het geval van een onvrijwillige beëindiging van hun dienstverband hebben leden van de Raad van Bestuur recht op een veelvoud van hun basissalaris als lid van de Raad van Bestuur, met behoud van hun bestaande rechten. Deze rechten overschrijden in voorkomende gevallen in geringe mate de vertrekregeling volgens de Nederlandse Corporate Governance Code, dat wil zeggen niet meer dan twee keer het basissalaris (eerste benoemingstermijn) of één keer het basissalaris (in alle overige situaties). Aangezien bestaande contracten niet eenzijdig kunnen worden aangepast, blijven leden van de Raad van Bestuur die vóór 2004 zijn benoemd voor onbepaalde tijd aan. Voor hen geldt in geval van onvrijwillige beëindiging van het dienstverband een vertrek regeling van drie jaar basissalaris. De opzegtermijn van leden van de Raad van Bestuur is drie maanden voor de werknemer en zes maanden voor de werkgever.
79
REMUNERATIE RAAD VAN BESTUUR 2007 Basissalaris Raad van Bestuur 2007 Het basissalaris voor de leden van de Raad van Bestuur is voor 2007 bevroren, net als in 2004, 2005 en 2006. Kortetermijnbonusplan Raad van Bestuur 2007 Voor 2007 werd de kortetermijnbonus bij het behalen van de doelstellingen vastgesteld op 100% van het individuele basissalaris van de leden van de Raad van Bestuur. De uiteindelijk uit te keren bonus is afhankelijk van het realiseren van een aantal financiële doelstellingen van de Groep en van specifieke individuele kwalitatieve en kwantitatieve doelstellingen voor elk lid van de Raad van Bestuur. De totale kortetermijnbonus is voor 70% gebaseerd op de onderliggende nettowinst, de onderliggende bedrijfslasten en de economische winst/embedded-valuewinst (exclusief financiële variaties) van de Groep, en voor 30% op individuele doelstellingen die aan het begin van het jaar door de voorzitter van de Raad van Bestuur zijn vastgesteld en zijn goedgekeurd door de Remuneratie- en Nominatiecommissie van de Raad van Commissarissen. Begin 2008 heeft de Remuneratie- en Nominatiecommissie de feitelijke resultaten van ING beoordeeld ten opzichte van de doelstellingen voor 2007. Over 2007 heeft ING gemiddeld de drie financiële doelstellingen van de Groep overtroffen, wat resulteert in een score van 136% van de doelstelling voor deze component. De score voor de individuele prestaties van de Raad van Bestuur was gemiddeld 182%. De externe accountant van ING heeft beoor deeld in welke mate de doelstellingen, zowel voor de Groep als individueel, zijn gerealiseerd. Het Audit Committee was betrok ken bij de beoordeling van de onderliggende financiële gegevens. Langetermijnbonusplan Raad van Bestuur 2007 Voor het langetermijnbonusplan van de Raad van Bestuur wordt gebruik gemaakt van twee instrumenten: aandelenopties en prestatieaandelen. Zoals eerder aangegeven heeft de Raad van Bestuur een identiek plan aangenomen voor het gehele topmanagement van ING. Dit betekent dat ongeveer 7.000 managers aan een soortgelijk plan deelnemen.
aandelen dat aan de Raad van Bestuur wordt toegekend op basis van het langetermijnbonusplan 2007 is onderhevig aan goed keuring door de aandeelhouders. De toekenning van opties, prestatieaandelen en voorwaardelijke aandelen aan de individuele leden van de Raad van Bestuur is opgenomen in de tabel betreffende de langetermijnbonus op pagina 81. De heer McInerney krijgt voorwaardelijk aandelen toegekend op hetzelfde moment waarop de langetermijnbonus wordt toegekend. Deze voorwaardelijke aandelen worden vier jaar na toekenning 100% onvoorwaardelijk onder de voorwaarde dat er op dat moment nog steeds sprake is van een actief dienstverband. Deze toekenning vormt onderdeel van het arbeidscontract van de heer McInerney teneinde zijn totale beloning af te stemmen op de markt voor topmanagers in de Verenigde Staten. Het aantal toegekende voorwaardelijke aandelen is opgenomen in de tabel betreffende de langetermijnbonus op pagina 81. De uitoefenprijs van de opties is gelijk aan de openingskoers van het aandeel ING Groep op 15 mei 2008 op de Euronext Amsterdam by NYSE Euronext. De prestatieaandelen worden begin 2008 voor waardelijk toegekend; het definitieve aantal zal afhangen van de positie binnen de referentiegroep na afloop van de periode van drie jaar (2008-2010), gebaseerd op de prestatie/bonusschaal zoals hiervoor aangegeven. De prestatieaandelen die in 2005 zijn toegekend, worden in 2008 onvoorwaardelijk, na een beoordelingsperiode die liep van 2005 tot en met 2007. Het uiteindelijke resultaat van 71% is gebaseerd op de 13e plaats die ING op basis van het totale aandeelhouders rendement inneemt in de referentiegroep. Dit resultaat is vastge steld door een onafhankelijke derde partij. De externe accountant van ING heeft de betreffende berekening getoetst. Voor de leden van de Raad van Bestuur die in 2005 prestatieaandelen toegekend hebben gekregen, zal in mei 2008 het definitieve aantal prestatieaandelen worden toegewezen. Voor de overige top managers aan wie voor de periode 2005-2008 prestatie- aandelen zijn toegekend, geldt dat deze aandelen in maart 2008 onvoorwaardelijk worden.
Voor 2007 werd de waarde van de langetermijnbonus bij het be halen van de doelstellingen vastgesteld op 100% van het indivi duele basissalaris van de leden van de Raad van Bestuur. De uitein delijk toe te kennen langetermijnbonus is afhankelijk van de prestatie op het Groepselement van het kortetermijnbonusplan en varieert van 50% van de doelstelling (wanneer het Groepselement van de korte termijnbonus 0% is) tot 150% (wanneer het Groepselement van de kortetermijnbonus 200% is). Aangezien de kortetermijnbonus over 2007 met betrekking tot de Groepsdoelstellingen uitkwam op 136%, is de toegekende langetermijnbonus 118% van de doelstelling. Het aantal opties en prestatieaandelen wordt vastgesteld op basis van de referen tiekoers per 31 december 2007 (EUR 26,79) en een berekening van de marktwaarde van aandelenopties en prestatieaandelen (gebaseerd op een waarderingsmodel). Het maximum aantal opties, prestatieaandelen en voorwaardelijke
ING Groep Jaarverslag 2007
80 1.3 Onze governance
Remuneratierapport (vervolg)
Remuneratie in contanten van de leden van de Raad van Bestuur 2007
2006
2005
Michel Tilmant Basissalaris Kortetermijnbonus Totale beloning in contanten
1.289 2.001 3.290
1.289 2.299 3.588
1.289 1.520 2.809
Eric Boyer de la Giroday Basissalaris Kortetermijnbonus Totale beloning in contanten
850 1.319 2.169
850 1.477 2.327
850 945 1.795
Dick Harryvan (1) Basissalaris Kortetermijnbonus Totale beloning in contanten
634 842 1.476
423 710 1.133
John Hele (2) (3) Basissalaris Kortetermijnbonus Totale beloning in contanten
412 621 1.033
Eli Leenaars Basissalaris Kortetermijnbonus Totale beloning in contanten
634 956 1.590
634 1.102 1.736
Tom McInerney (1) (3) Basissalaris Kortetermijnbonus Totale beloning in contanten
946 1.425 2.371
690 1.157 1.847
Hans van der Noordaa (1) Basissalaris Kortetermijnbonus Totale beloning in contanten
634 956 1.590
423 710 1.133
Koos Timmermans (2) Basissalaris Kortetermijnbonus Totale beloning in contanten
423 637 1.060
Jacques de Vaucleroy (1) Basissalaris Kortetermijnbonus Totale beloning in contanten
634 956 1.590
423 710 1.133
Cees Maas (4) Basissalaris Kortetermijnbonus Totale beloning in contanten
291 438 729
697 1.244 1.941
bedragen in duizenden euro’s
De heren Harryvan, McInerney, Van der Noordaa en De Vaucleroy zijn met ingang van 25 april 2006 benoemd tot lid van de Raad van Bestuur. De bedragen voor deze leden geven de beloning weer die zij in hun hoedanigheid van lid van de Raad van Bestuur hebben ontvangen. De cijfers voor 2006 geven dus een gedeeltelijk jaar als lid van de Raad van Bestuur weer. (2) De heren Hele en Timmermans zijn met ingang van 24 april 2007 benoemd tot lid van de Raad van Bestuur. De bedragen voor deze leden geven de beloning weer die zij in hun hoedanigheid van lid van de Raad van Bestuur hebben ontvangen. De cijfers voor 2007 geven dus een gedeeltelijk jaar als lid van de Raad van Bestuur weer. (3) De heren Hele en McInerney ontvangen hun salaris in Amerikaanse dollars. Het jaarsalaris in dollars wordt omgerekend in euro’s tegen de gemiddelde koers in dat jaar. (4) De heer Maas is met ingang van 24 april 2007 teruggetreden uit de Raad van Bestuur en op 1 juni 2007 met pensioen gegaan. De cijfers voor dit lid geven de beloning weer tot de laatste dag van zijn dienstverband. De cijfers voor 2007 geven dus een gedeeltelijk jaar weer. Naast zijn basissalaris heeft de heer Maas in 2007 een eenmalige betaling in het kader van zijn pensionering ontvangen van EUR 727 duizend. (1)
634 705 1.339
697 806 1.503
D . e beloning in contanten van voormalige leden van de Raad van Bestuur die niet in deze tabel zijn opgenomen, was in 2007 nihil en bedroeg in 2006 EUR 3.412 duizend en in 2005 EUR 5.068 duizend.
ING Groep Jaarverslag 2007
81
Langetermijnbonus van de leden van de Raad van Bestuur marktwaarde in duizenden euro’s
(1)
2007
2006
Michel Tilmant Aantal opties Aantal prestatieaandelen Marktwaarde langetermijnbonus (2)
132.054 31.293 1.521
Eric Boyer de la Giroday Aantal opties Aantal prestatieaandelen Marktwaarde langetermijnbonus (2)
87.066 20.632 1.003
87.138 18.230 1.143
Dick Harryvan (3) Aantal opties Aantal prestatieaandelen Marktwaarde langetermijnbonus (2)
64.967 15.396 748
43.347 9.069 569
John Hele (4) Aantal opties Aantal prestatieaandelen Marktwaarde langetermijnbonus (2)
42.228 10.007 486
Eli Leenaars Aantal opties Aantal prestatieaandelen Marktwaarde langetermijnbonus (2)
64.967 15.396 748
65.021 13.603 853
Tom McInerney (3) (5) Aantal opties Aantal prestatieaandelen Voorwaardelijk toegekende aandelen Marktwaarde langetermijnbonus (2)
96.875 22.957 54.312 2.571
70.695 14.790 37.633 2.201
Hans van der Noordaa (3) Aantal opties Aantal prestatieaandelen Marktwaarde langetermijnbonus (2)
64.967 15.396 748
43.347 9.069 569
Koos Timmermans (4) Aantal opties Aantal prestatieaandelen Marktwaarde langetermijnbonus (2)
43.312 10.264 499
Jacques de Vaucleroy (3) Aantal opties Aantal prestatieaandelen Marktwaarde langetermijnbonus (2)
64.967 15.396 748
Cees Maas (6) Aantal opties Aantal prestatieaandelen Marktwaarde langetermijnbonus
2005 Langetermijnbonussen worden toegekend in het jaar volgend op het verslagjaar. Het plan voorziet in een combinatie van opties en voorwaardelijke prestatieaandelen gebaseerd op een 50/50-verdeling van de waarde. De verhouding tussen opties en prestatieaandelen varieert ieder jaar als gevolg van de marktwaardeberekening en de 50/50-verdeling in waarde. Op basis van de berekening van de marktwaarde voor het prestatiejaar 2007 is de verhouding tussen opties en prestatieaandelen 4,22:1 (2006: 4,78:1, 2005: 5,6:1). Het maximum aantal opties en prestatieaandelen toe te kennen aan de leden van de Raad van Bestuur zal ter goedkeuring worden voorgelegd aan de Algemene Vergadering van Aandeelhouders. (2) De marktwaarde van de langetermijnbonus geeft de geschatte marktwaarde weer op de datum van toekenning, op basis van een marktwaardeberekening. De waardeberekening van aan de leden van de Raad van Bestuur toegekende opties en prestatieaandelen geschiedt jaarlijks op de laatste handelsdag van het betreffende jaar waarin de prestatie is geleverd en wordt niet aangepast aan huidige marktwaarden. (3) De heren Harryvan, McInerney, Van der Noordaa en de Vaucleroy zijn met ingang van 25 april 2006 benoemd tot lid van de Raad van Bestuur. De bedragen voor deze leden geven de beloning weer die zij in hun hoedanigheid van lid van de Raad van Bestuur hebben ontvangen. (4) De heren Hele en Timmermans zijn met ingang van 24 april 2007 benoemd tot lid van de Raad van Bestuur. De bedragen voor deze leden geven de beloning weer die zij in hun hoedanigheid van lid van de Raad van Bestuur hebben ontvangen. (5) De heer McInerney ontvangt voorwaardelijke aandelen op dezelfde datum van toekenning als de andere langetermijnbonussen. Deze voorwaardelijke aandelen worden vier jaar na toekenning 100% onvoorwaardelijk mits er op dat moment nog steeds sprake is van een actief dienstverband. Deze toekenning vormt onderdeel van het arbeidscontract van de heer McInerney teneinde zijn totale beloning af te stemmen op de markt voor topmanagers in de Verenigde Staten. (6) Aangezien de heer Maas in 2007 is afgetreden als lid van de Raad van Bestuur heeft hij de marktwaarde van zijn langetermijnbonus over 2006 in contanten ontvangen in plaats van in opties en prestatieaandelen. (1)
132.163 108.200 27.650 19.300 1.734 1.160
71.400 12.800 765
53.200 9.500 571
43.347 9.069 569
0 0 938
58.600 10.500 628
De marktwaarde van de langetermijnbonussen van voormalige leden van de Raad van Bestuur die niet in bovenstaande tabel zijn opgenomen was in 2007 en 2006 nihil en bedroeg in 2005 EUR 2.150 duizend.
ING Groep Jaarverslag 2007
82 1.3 Onze governance
Remuneratierapport (vervolg)
Informatie over de opties en het verloop gedurende het boekjaar van door de leden van de Raad van Bestuur gehouden opties per 31 december 2007
aantal opties
Michel Tilmant
Openstaand per 31 december Toegekend 2006 in 2007
21.000 14.000 21.000 14.000 41.250 82.600 108.200 132.163
Eric Boyer de la Giroday
2.000 10.000 4.000 3.000 4.000 17.800 53.400 71.400 87.138
Dick Harryvan
13.125 12.250 6.000 8.800 13.060 46.802
John Hele
24.200 5.700 39.173 31.896 46.592
Eli Leenaars
3.300 10.000 22.400 31.000 7.850 9.654 6.436 41.700 53.200 65.021
Tom McInerney
40.000 91.400 125.200 153.550 260.425 213.325 125.879
Hans van der Noordaa
13.125 8.900 6.000 15.000 11.195 46.802
Koos Timmermans
10.500 6.000 8.800 6.530 35.443
ING Groep Jaarverslag 2007
Niet geacOpen- Uitge- cepteerd of staand per oefend verlopen in 31 december Uitoefenin 2007 2007 (1) 2007 prijs in euro’s
21.000 14.000 21.000 14.000 41.250 82.600 108.200 132.163 2.000 10.000 4.000 3.000 4.000 17.800 53.400 71.400 87.138 13.125 12.250 6.000 8.800 13.060 46.802 24.200 5.700 39.173 31.896 46.592 3.300 10.000 22.400 31.000 7.850 9.654 6.436 41.700 53.200 65.021 40.000 91.400 125.200 153.550 260.425 213.325 125.879 13.125 8.900 6.000 15.000 11.195 46.802 10.500 6.000 8.800 6.530 35.443
29,39 29,50 12,65 12,55 17,69 21,67 32,75 33,10 26,10 28,30 35,80 28,60 12,55 17,69 21,67 32,75 33,10 29,39 12,65 18,71 23,28 32,77 33,10
Uitoefenprijs in US dollars
Expiratie datum 11 mrt 2012 11 mrt 2012 3 mrt 2013 3 mrt 2013 14 mei 2014 13 mei 2015 12 mei 2016 17 mei 2017 28 mei 2009 3 apr 2010 15 mrt 2011 27 mei 2012 3 mrt 2013 14 mei 2014 13 mei 2015 12 mei 2016 17 mei 2017 11 mrt 2012 3 mrt 2013 15 mrt 2014 30 mrt 2015 23 mrt 2016 17 mei 2017
21,64 17 nov 2013 18,71 23,28 32,77 32,19 25,25
15 mrt 2014 30 mrt 2015 23 mrt 2016 22 mrt 2017 1 apr 2009
27,28 3 apr 2010 31,96 15 mrt 2011 25,72 11 mrt 2012 12,55 18,75 18,71 21,67 32,75 33,10
3 mrt 2013 15 mrt 2014 15 mrt 2014 13 mei 2015 12 mei 2016 17 mei 2017
31,96 15 mrt 2011 25,72 11 mrt 2012 13,70 3 mrt 2013 18,71 23,28 32,77 33,10 29,39 12,65 18,71 23,28 32,77 33,10 29,39 18,71 23,28 32,77 32,19
15 mrt 2014 30 mrt 2015 23 mrt 2016 17 mei 2017 11 mrt 2012 3 mrt 2013 15 mrt 2014 30 mrt 2015 23 mrt 2016 17 mei 2017 11 mrt 2012 15 mrt 2014 30 mrt 2015 23 mrt 2016 22 mrt 2017
83
Informatie over de opties en het verloop gedurende het boekjaar van door de leden van de Raad van Bestuur gehouden opties per 31 december 2007 (vervolg) Openstaand per 31 december Toegekend 2006 in 2007
aantal opties
Jacques de Vaucleroy
7.000 20.000 7.634 61.110 114.950 100.352 70.657
Cees Maas
(1)
35.000 35.000 41.250 51.200 58.600
Niet geacOpen- Uitge- cepteerd of staand per oefend in verlopen in 31 december Uitoefen2007 2007 (1) 2007 prijs in euro’s
7.000 20.000 7.634 61.110 114.950 100.352 70.657 35.000 35.000 41.250 51.200 58.600
Uitoefenprijs in US dollars
26,10 28,30
28 mei 2009 3 apr 2010
13,70 18,71 23,28 32,77 33,10 29,39 12,65 17,69 21,67 32,75
Expiratie datum
3 mrt 2013 15 mrt 2014 30 mrt 2015 23 mrt 2016 17 mei 2017 11 mrt 2012 3 mrt 2013 14 mei 2014 13 mei 2015 12 mei 2016
Niet geaccepteerd op datum toekenning of verlopen per expiratiedatum.
Pensioenlasten De onderstaande tabel toont de pensioenlasten van de individuele leden van de Raad van Bestuur. Pensioenlasten van de leden van de Raad van Bestuur (1) bedragen in duizenden euro’s
Michel Tilmant Eric Boyer de la Giroday Dick Harryvan (2) John Hele (3) (4) Eli Leenaars Tom McInerney (2) (4) Hans van der Noordaa (2) Koos Timmermans (3) Jacques de Vaucleroy (2) Cees Maas (5) (6)
2007
2006
2005
874 566 324 72 348 286 267 166 267 1.386
689 439 206
685 482
270 297 170
255
170 448
482
Ter wille van de vergelijkbaarheid zijn de pensioenlasten herberekend volgens IAS 19, waarbij van algemene aannames is uitgegaan voor de jaren 2005-2007. (2) De heren Harryvan, McInerney, Van der Noordaa en de Vaucleroy zijn met ingang van 25 april 2006 benoemd tot lid van de Raad van Bestuur. De bedragen van deze leden geven de pensioenlasten weer in hun hoedanigheid van lid van de Raad van Bestuur. (3) De heren Hele en Timmermans zijn met ingang van 24 april 2007 benoemd tot lid van de Raad van Bestuur. De bedragen van deze leden geven de pensioenlasten weer in hun hoedanigheid van lid van de Raad van Bestuur. (4) De pensioenlasten van de heren Hele en McInerney zijn omgerekend van Amerikaanse dollars in euro’s tegen de gemiddelde koers van dat jaar. (5) De heer Maas is op 24 april 2007 afgetreden als lid van de Raad van Bestuur en is per 1 juni 2007 met pensioen gegaan. De bedragen over 2007 geven de pensioenlasten weer voor het gedeelte van het jaar tot en met de laatste dag van zijn arbeidsovereenkomst. (6) De regeling voor vervroegd uittreden geldt tot de leeftijd van 65 en gedurende de periode van vervroegd uittreden voorziet de regeling in het opbouwen van aanvullende pensioenrechten tot aan het moment van pensionering op de leeftijd van 65 jaar. De pensioenlasten geven de additionele invloed van IFRS weer, alsmede de kosten die verband houden met de financiering van de pensioenrechten van de heer Maas die gedurende de periode tot aan zijn 65e levensjaar worden opgebouwd. Deze dienen door de onderneming te worden verantwoord in het jaar waarin de heer Maas met pensioen is gegaan. (1)
De pensoenlasten van voormalige leden van de Raad van Bestuur die niet in bovenstaande tabel zijn opgenomen, waren in 2007 nihil en bedroegen in 2006 EUR 4.506 duizend en in 2005 EUR 1.184 duizend.
ING Groep Jaarverslag 2007
84 1.3 Onze governance
Remuneratierapport (vervolg)
Leningen en voorschotten aan de leden van de Raad van Bestuur Onderstaande tabel geeft een overzicht van de leningen en voorschotten verstrekt aan leden van de Raad van Bestuur die op 31 december 2007, 2006 en 2005 openstonden. Deze leningen zijn verstrekt onder de normale bedrijfsuitoefening en onder voorwaarden die regulier gelden voor personeelsleden in het algemeen. De Raad van Commissarissen heeft de leningen goedgekeurd. Leningen en voorschotten aan leden van de Raad van Bestuur OpenOpenstaand staand per Gemiddelde per Gemiddelde 31 december rentevoet Aflossingen 31 december rentevoet 2007
marktwaarde in duizenden euro’s
Eric Boyer de la Giroday Dick Harryvan John Hele Hans van der Noordaa Koos Timmermans Jacques de Vaucleroy Cees Maas (1)
24 227 635 930 380 180
4,3% 3,5% 5,6% 4,4% 4,6% 5,5%
Openstaand per Gemiddelde Aflossingen 31 december rentevoet 2006
4 200
12
28 427
4,3% 3,9%
930
4,4%
192 446
5,5% 4,0%
3
Aflossingen 2005
31
4,3%
446
4,0%
17
De heer Maas is per 1 juni 2007 gepensioneerd.
(1)
(Certificaten van) aandelen ING Groep gehouden door leden van de Raad van Bestuur De leden van de Raad van Bestuur zijn gerechtigd (certificaten van) aandelen ING Groep te houden als langetermijnbelegging. Onderstaande tabel toont het aandelenbezit van de leden van de Raad van Bestuur. Aandelen ING Groep gehouden door leden van de Raad van Bestuur aantal aandelen
Michel Tilmant Tom McInerney (1) Eric Boyer de la Giroday Dick Harryvan John Hele Eli Leenaars Hans van der Noordaa Koos Timmermans Jacques de Vaucleroy Cees Maas (2)
ING Groep Jaarverslag 2007
2007
2006
2005
24.764 127.694 7.126 2.000 2.300 5.628 2.000 2.000 27.740
7.764 64.527
7.764
7.764
7.764
De aandelen van de heer McInerney betreffen ADR’s. Tevens heeft hij 2.239 aandelen in een zogenoemd Leverage Stock Fund. (2) De heer Maas is op 1 juni 2007 gepensioneerd. (1)
3
85
REMUNERATIESTRUCTUUR RAAD VAN BESTUUR 2008 De Raad van Commissarissen heeft kennis genomen van de aanbevelingen van de commissie-Frijns en zal de aanbevelingen in overweging nemen tijdens de evaluatie in 2008. Beleid voor 2008 Ten aanzien van het remuneratiebeleid voor 2008 blijft de Raad van Commissarissen voortbouwen op het beleid dat in 2003 werd ingevoerd en waarbij een prestatiegerichte bedrijfscultuur wordt bevorderd. De afgelopen zes jaar is het totale beloningspakket van de Raad van Bestuur geleidelijk naar de gangbare beloningsniveaus binnen de referentiegroep toegegroeid door een verhoging van de doelstellingsniveaus (als percentage van het basissalaris) van zowel de kortetermijnbonus als de langetermijnbonus. Uit een analyse blijkt dat er over het algemeen sprake is van stijgingen in de markt, waardoor druk kan ontstaan op het beloningsniveau. Basissalaris Raad van Bestuur 2008 Ieder jaar wordt er een marktanalyse uitgevoerd om zeker te stellen dat het salaris marktconform is. Voor 2008 heeft de Raad van Commissarissen besloten het niveau van het basissalaris met 5% te verhogen voor alle leden van de Raad van Bestuur, met uitzondering van de heer McInerney, die op basis van een Amerikaanse beloningsstructuur werkzaam is. Kortetermijnbonus Raad van Bestuur 2008 Het doelniveau van de kortetermijnbonus van 100% van het basis salaris blijft voor 2008 gehandhaafd. De feitelijke uitbetaling kan variëren van 0% tot 200% van de bonus bij het behalen van de doel stelling, wat overeenkomt met 0% tot 200% van het basissalaris.
REMUNERATIE RAAD VAN COMMISSARISSEN Remuneratie De jaarlijkse remuneratie van de leden van de Raad van Commissarissen is als volgt: voorzitter: EUR 75.000, vicevoorzitter EUR 65.000 en overige leden EUR 45.000. Voorts ontvangt ieder lid een onkostenvergoeding. Voor de voorzitter en vicevoorzitter bedraagt deze EUR 6.810; voor de overige leden EUR 2.270. Voor de commissies is de remuneratie als volgt: voorzitter van de Audit Committee EUR 8.000, leden van het Audit Committee EUR 6.000; voorzitters van de overige commissies van de Raad van Commissarissen EUR 7.500, leden van de overige commissies van de Raad van Commissarissen EUR 5.000. Naast deze vaste vergoe ding ontvangen de commissieleden een vergoeding voor elke vergadering die zij bijwonen. Voor de voorzitter van het Audit Committee is deze vergoeding EUR 2.000 per vergadering en voor de leden EUR 1.500. Voor de voorzitters en leden van de overige commissies bedraagt deze vergoeding EUR 450 per vergadering. De remuneratie en vergoeding voor het bijwonen van de vergaderingen van een commissie wordt niet uitgekeerd aan de voorzitter en vicevoorzitter van de Raad van Commissarissen indien zij van een van de commissies lid zijn. De tabel op pagina 86 geeft een overzicht van de remuneratie, onkostenvergoeding en de vergoeding voor het bijwonen van vergaderingen per lid van de Raad van Commissarissen voor 2007 en voorgaande jaren.
De samenstelling van de kortetermijnbonus voor 2008 is gelijk aan die voor 2007: 70% wordt bepaald aan de hand van vooraf opgestelde financiële prestatiemaatstaven voor ING Groep en 30% op basis van de individuele prestatiedoelstellingen die voor ieder lid van de Raad van Bestuur zijn opgesteld en goedgekeurd door de Raad van Commissarissen. De Raad van Commissarissen heeft besloten dat de financiële criteria voor de kortetermijnbonus voor 2008 wat betreft het Groeps resultaat de volgende zijn: de onderliggende nettowinst per aandeel, de onderliggende bedrijfslasten en de economische winst/ embedded-valuewinst (exclusief financiële variaties). Langetermijnbonus Raad van Bestuur 2008 De Raad van Commissarissen zal het percentage van de langetermijnbonus bij het behalen van de doelstellingen handhaven op 100% van het basissalaris (hetzelfde doelstellingspercentage als de kortetermijnbonus). Dit percentage kan variëren van 50% tot 150% van de doelstelling (tussen 50% en 150% van het basissalaris). De structuur voor de langetermijnbonus voor 2008 blijft gelijk aan die voor 2004 (de totale toegekende waarde zal worden verdeeld over aandelenopties en prestatieaandelen). Net zoals in 2007 zal de Raad van Commissarissen eind 2008 het totale aantal aan de leden van de Raad van Bestuur toe te kennen aandelenopties en prestatieaandelen gerelateerd aan de langeter mijnbonus vaststellen, op basis van de mate waarin de drie vooraf vastgestelde financiële doelstellingen zoals gedefinieerd in het kortetermijnbonusplan van 2007 zijn behaald.
ING Groep Jaarverslag 2007
86 1.3 Onze governance
Remuneratierapport (vervolg)
Remuneratie van de (voormalige) leden van de Raad van Commissarissen bedragen in duizenden euro’s
Cor Herkströter Eric Bourdais de Charbonnière (1) Henk Breukink (2) Peter Elverding (3) Luella Gross Goldberg Claus Dieter Hoffmann Jan Hommen (4) Piet Hoogendoorn (5) Piet Klaver (6) Wim Kok Godfried van der Lugt Karel Vuursteen Paul van der Heijden (7)
2007
2006
2005
82 72 35 20 60 62 67 28 47 62 62 56 20
75 70
68 65
52 56 57
44 49 24
33 51 56 43 52
39 40 39 43
De vergoeding voor voormalige leden van de Raad van Commissa rissen die niet in deze tabel zijn opgenomen bedroeg in 2007 nihil, EUR 33.000 in 2006 en EUR 138.000 in 2005. Voorstel tot wijziging van de beloningsregeling van de Raad van Commissarissen Op de agenda van de Algemene Vergadering van Aandeelhouders 2008 staat de beloning van de Raad van Commissarissen, en meer specifiek een additionele vergoeding voor de extra tijd die nodig is indien een internationale reis moet worden gemaakt om de vergadering bij te wonen. De huidige beloningsstructuur is niet competitief in die situaties waar aanzienlijk meer tijd wordt gevraagd van de individuele commissaris dan voor het bijwonen van een vergadering in het land waar hij woonachtig is. Voorgesteld wordt om de beloning voor de Raad van Commissarissen per 1 mei 2008 als volgt te wijzigen: een additionele vergoeding van EUR 2.000 zal worden betaald voor iedere bijgewoonde vergadering van de Raad van Commissarissen of commissievergadering als de vergadering wordt gehouden in een ander land dan waar de commissaris woonachtig is, of een additionele vergoeding van EUR 7.500 zal worden betaald voor iedere bijgewoonde vergadering van de Raad van Commissarissen of commissievergadering waarvoor een intercontinentale reis moet worden gemaakt.
lid vanaf april 2004; vicevoorzitter vanaf februari 2005. De vergoeding over 2005 geeft een gedeeltelijk jaar als vicevoorzitter weer. (2) lid vanaf april 2007. De vergoeding over 2007 geeft een gedeeltelijk jaar als lid van de Raad van Commissarissen weer. (3) lid vanaf augustus 2007. De vergoeding over 2007 geeft een gedeeltelijk jaar als lid van de Raad van Commissarissen weer. (4) lid vanaf juni 2005. De vergoeding over 2005 geeft een gedeeltelijk jaar als lid van de Raad van Commissarissen weer. (5) lid vanaf juni 2007. De vergoeding over 2007 geeft een gedeeltelijk jaar als lid van de Raad van Commissarissen weer. (6) lid vanaf april 2006. De vergoeding over 2006 geeft een gedeeltelijk jaar als lid van de Raad van Commissarissen weer. (7) gepensioneerd vanaf april 2007. De vergoeding over 2007 geeft een gedeeltelijk jaar als lid van de Raad van Commissarissen weer. (1)
Leningen en voorschotten aan leden van de Raad van Commissarissen Per 31 december 2007 en 2006 stonden er geen leningen en voorschotten aan leden van de Raad van Commissarissen open. Per 31 december 2005 bedroeg het totaal aan openstaande leningen en voorschotten aan de Raad van Commissarissen EUR 1,6 miljoen, met een gemiddelde rente van 4,7%. Dit bedrag betrof een lening aan een voormalig lid van de Raad van Commissarissen. Certificaten van aandelen en aandelenopties gehouden door leden van de Raad van Commissarissen Het is de leden van de Raad van Commissarissen toegestaan certificaten van aandelen ING Groep als langetermijnbelegging te houden. Onderstaande tabel toont de aantallen gehouden door de leden van de Raad van Commissarissen. Leden van de Raad van Commissarissen bezaten ultimo 2007 geen ING-opties.
(Certificaten van) aandelen ING Groep, gehouden door leden van de Raad van Commissarissen aantal aandelen
Cor Herkströter Luella Gross Goldberg (1) Piet Klaver Karel Vuursteen
ING Groep Jaarverslag 2007
2007
2006
2005
1.616 6.814 7.430 1.510
1.616 6.814 5.430 1.510
1.616 6.814 0 1.510
De aandelen die worden gehouden door mevrouw Gross Goldberg zijn ADR’s.
(1)
87
Ondernemingsraden
Centrale Ondernemingsraad per 1 januari 2008 Rob Eijt, voorzitter Paul de Widt, secretaris Bernard Wempe, plv. voorzitter René van der Linden, plv. secretaris Goof Bode, Bernardt Bodt, Hans de Boer, Ron Brands, Hans van den Brink, Anneke Dalger, Petra Delhez, Rudi van Doorn, Winie den Hartog, Thea van der Heide, Piet Hoekstra, Alex Hoogendoorn, Hans de Jong, Aad Kant, Ben van Kessel, Maarten Kramer, Rinus Koster, Jan Kuijper, Frans Rose, Rob de Winter, Paul Zoet Europese Ondernemingsraad per 1 januari 2008 Mathieu Blondeel, voorzitter, België Mirjam Busse, secretaris, Nederland Adriana Dumitrescu, plv. voorzitter, Roemenië Marcel Koopman, plv. secretaris, Nederland Jean-Claude Van Den Abeele, Freddy Dekerf, Jean Pierre Lambert, Dirk Verstrepen, België Norbert Lucas, Thomas Meder, Duitsland Sebastien Barthe, Hervé Laurent, Frankrijk Maria Tapini Orianou, Griekenland Laszlo Szabo, Hongarije Alan Maher, Ierland Arsène Kihm, Denis Richard, Luxemburg Hans van den Brink, Jeffrey Dinsbach, Thea van der Heide, Ben van Kessel, Gerlinde Korterink, Maarten Kramer, Michel Tromp, Paul Zoet, Nederland Mieczyslaw Bielawski, Mariusz Cieslik, Jaroslaw Szczesny, Polen Gregorio Tejedor Mingo, Araceli Rodriguez, Spanje Mike Sharman, Verenigd Koninkrijk Thomas Wipf, Zwitserland
ING Groep Jaarverslag 2007
88 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Geconsolideerde balans van ING Groep per 31 december
bedragen in miljoenen euro’s
ACTIVA Liquide middelen 1 Bankiers 2 Financiële activa tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat 3 – activa voor handelsdoeleinden – beleggingen voor risico van polishouders – niet-handelsderivaten – geclassificeerd als activa tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat Beleggingen 4 – beschikbaar-voor-verkoop – tot einde looptijd aangehouden Kredieten 5 Herverzekeringscontracten 17 Deelnemingen 6 Beleggingen in onroerend goed 7 Gebouwen en bedrijfsmiddelen 8 Immateriële vaste activa 9 Overlopende acquisitiekosten 10 Overige activa 11 Totaal activa EIGEN VERMOGEN Eigen vermogen (moedermaatschappij) 12 Minderheidsbelangen Totaal eigen vermogen
2007
2006
12.406 48.875
14.326 39.868
193.213 114.827 7.637
193.977 110.547 6.521
11.453
6.425
275.897 16.753 552.964 5.874 5.014 4.829 6.237 5.740 10.692 40.099 1.312.510
293.921 17.660 474.437 6.529 4.343 6.974 6.031 3.522 10.163 31.063 1.226.307
37.208 2.323 39.531
38.266 2.949 41.215
21 7.325 66.995 27.058 265.712 166.972 525.216
215 6.014 78.133 29.639 268.683 120.839 496.680
VREEMD VERMOGEN Preferente aandelen 13 Achtergestelde leningen 14 Uitgegeven schuldbewijzen 15 Overige leningen 16 Verzekerings- en beleggingscontracten 17 Bankiers 18 Toevertrouwde middelen 19 Financiële verplichtingen tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat 20 – verplichtingen voor handelsdoeleinden – niet-handelsderivaten – geclassificeerd als verplichtingen tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat Overige schulden 21 Totaal vreemd vermogen
148.988 6.951
127.975 4.934
13.882 43.859 1.272.979
13.702 38.278 1.185.092
Totaal eigen en vreemd vermogen
1.312.510
1.226.307
De referenties verwijzen naar de toelichting, beginnend op pagina 111, die onderdeel uitmaakt van de jaarrekening.
ING Groep Jaarverslag 2007
89
Geconsolideerde winst-en-verliesrekening van ING Groep voor de jaren eindigend op 31 december bedragen in miljoenen euro’s
Rentebaten uit de bancaire activiteiten Rentelasten uit de bancaire activiteiten Renteresultaat uit de bancaire activiteiten 34 Bruto premie-inkomen 35 Opbrengst beleggingen 36 Resultaat uit verkoop van groepsmaatschappijen Bruto provisiebaten Provisielasten Provisie-inkomen 37 Herwaarderingsresultaat niet-handelsderivaten 38 Netto handelsresultaat 39 Resultaat deelnemingen 6 Overige baten 40 Totaal baten Bruto verzekeringstechnische lasten Verzekeringstechnische lasten gerelateerd aan risico voor polishouders Herverzekeringsdeel Verzekeringstechnische lasten 41 Mutatie voorzieningen voor dubieuze debiteuren 5 Overige bijzondere waardeverminderingen 42 Personeelskosten 43 Overige rentelasten 44 Overige bedrijfslasten 45 Totale lasten
2007
2007
76.749 –67.773
2006
2006
59.170 –49.978 8.976 46.818 13.352 430
7.693 –2.866
2005
9.192 46.835 10.907 1 6.867 –2.551
4.827 –561 1.119 740 885 76.586
9.067 45.758 10.434 390 5.845 –2.098
4.316 89 1.172 638 471 73.621
3.747 47 426 541 710 71.120
51.818
53.065
54.594
–1.079 –1.906
–2.702 –2.175
–5.074 –2.400
Winst voor belastingen Belastingen 46 Winst (voor minderheidsbelangen) Verdeling: Aandeelhouders van de moedermaatschappij Minderheidsbelangen
2005
48.176 –39.109
48.833 125 –3 8.261 1.102 7.225 65.543
48.188 103 27 7.918 1.016 6.429 63.681
47.120 88 76 7.646 969 6.327 62.226
11.043
9.940
8.894
1.535 9.508
1.907 8.033
1.379 7.515
9.241 267 9.508
7.692 341 8.033
7.210 305 7.515
bedragen in euro’s
2007
2006
2005
Winst per gewoon aandeel toe te schrijven aan aandeelhouders van de moedermaatschappij 47 Verwaterde winst per gewoon aandeel 47 Dividend per gewoon aandeel 48
4,32 4,28 1,48
3,57 3,53 1,32
3,32 3,32 1,18
De referenties verwijzen naar de toelichting, beginnend op pagina 163, die onderdeel uitmaakt van de jaarrekening.
ING Groep Jaarverslag 2007
90 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Geconsolideerd kasstroomoverzicht van ING Groep voor de jaren eindigend op 31 december bedragen in miljoenen euro’s
Winst voor belastingen Aanpassingen voor
– afschrijvingen – overlopende acquisitiekosten en VOBA – vermeerdering verzekeringstechnische voorzieningen en beleggingscontracten – mutatie voorzieningen voor dubieuze debiteuren – overige
Betaalde belastingen Mutaties in
– bankiers, niet terstond opeisbaar (te vorderen) – activa voor handelsdoeleinden – niet-handelsderivaten – overige financiële activa tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat – kredieten – overige activa – bankiers, niet terstond opeisbaar (verschuldigd) – toevertrouwde middelen – verplichtingen voor handelsdoeleinden – overige financiële verplichtingen tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat – overige schulden Netto kasstroom uit operationele activiteiten Investeringen en verstrekkingen – groepsmaatschappijen – deelnemingen – voor-verkoop-beschikbare beleggingen – tot einde looptijd aangehouden beleggingen – beleggingen in onroerend goed – gebouwen en bedrijfsmiddelen – activa uit operationele lease-overeenkomsten – beleggingen voor risico van polishouders – overige beleggingen Desinvesteringen en aflossingen – groepsmaatschappijen – deelnemingen – voor-verkoop-beschikbare beleggingen – tot einde looptijd aangehouden beleggingen – beleggingen in onroerend goed – gebouwen en bedrijfsmiddelen – activa uit operationele lease-overeenkomsten – beleggingen voor risico van polishouders – overige beleggingen Netto kasstroom uit investeringsactiviteiten 51 Uitgifte achtergestelde leningen Aflossing achtergestelde leningen Uitgifte leningen en schuldbewijzen Aflossing leningen en schuldbewijzen Uitgifte van gewone aandelen Inkoop eigen aandelen Uitgifte eigen aandelen Uitgekeerd dividend Netto kasstroom uit financieringsactiviteiten Netto kasstroom 52 Liquiditeiten begin van het jaar Implementatie IAS 32/39 Koersverschillen vreemde valuta op liquiditeiten Liquiditeiten eind van het jaar 53
2007
2006
2005
11.043 1.382 –1.338
9.940 1.298 –1.317
8.894 1.278 –1.141
26.494 125 –3.897 –1.347 –8.690 2.997 261
17.689 103 –4.778 –1.739 3.117 –48.168 –179
21.250 88 –1.282 –1.398 –720 –29.925 2.596
–4.878 –75.501 –6.534 15.414 28.640 20.916
3.930 –59.800 1.218 1.925 47.521 38.821
–2.193 –62.709 –7.551 19.405 62.089 13.442
44 6.577 11.708
2.405 –2.416 9.570
8.398 3.568 34.089
–3.215 –1.221 –284.006
–2.358 –449 –295.086
–876 –575 –1.393 –54.438 –316 1.012 1.049 281.198 822 309 151 417 47.136 13 –13.933
–1.588 –568 –1.164 –44.116 –250 490 459 271.983 1.343 1.294 292 402 37.945 51 –31.320
–250 –858 –260.769 –1.030 –1.156 –540 –991 –41.781 –164 703 1.058 218.847 245 1.030 483 391 34.464 13 –50.305
1.764 455.629 –464.982 397 –3.446 846 –3.039 –12.831 –15.056
865 –600 304.228 –283.728 5 –1.422 373 –2.716 17.005 –4.745
1.901 –177 237.340 –229.498 114 –303 55 –2.461 6.971 –9.245
–1.795
3.335
40 –16.811
–385 –1.795
11.588 692 300 3.335
In de Liquiditeiten per 31 december 2007 van EUR –16.811 miljoen zijn Liquide middelen opgenomen van EUR 12.406 miljoen. Verwezen wordt naar toelichting 53 ‘Liquiditeiten’. De referenties verwijzen naar de toelichting, beginnend op pagina 180, die onderdeel uitmaakt van de jaarrekening. ING Groep Jaarverslag 2007
91
Geconsolideerd mutatie-overzicht eigen vermogen van ING Groep voor de jaren eindigend op 31 december Eigen vermogen (moederReserves maatschappij)
bedragen in miljoenen euro’s
Aandelenkapitaal
Agioreserve
Balans per 1 januari 2005
634
8.525
14.910
–104
–191
Implementatie IAS 32/39 en IFRS 4 Ongerealiseerde herwaardering na belastingen Overgeheveld naar winst of verlies (gerealiseerd) Mutatie kasstroomhedgereserve Overgeheveld naar verzekeringsverplichtingen en overlopende acquisitiekosten Aandelengerelateerde beloningen Koersverschillen vreemde valuta Bedragen rechtstreeks verantwoord in het eigen vermogen Winst
Veranderingen in de samenstelling van de groep Dividend (1) Uitoefening van warrants en opties Balans per 31 december 2005
530
9 8.343
Ongerealiseerde herwaardering na belastingen Overgeheveld naar winst of verlies (gerealiseerd) Mutatie kasstroomhedgereserve Overgeheveld naar verzekeringsverplichtingen en overlopende acquisitiekosten Aandelengerelateerde beloningen Koersverschillen vreemde valuta Bedragen rechtstreeks verantwoord in het eigen vermogen Winst
Veranderingen in de samenstelling van de groep Dividend (2) Inkoop/uitgifte eigen aandelen Uitoefening van warrants en opties Balans per 31 december 2006
530
5 8.348
Ongerealiseerde herwaardering na belastingen Overgeheveld naar winst of verlies (gerealiseerd) Mutatie kasstroomhedgereserve Overgeheveld naar verzekeringsverplichtingen en overlopende acquisitiekosten Aandelengerelateerde beloningen Koersverschillen vreemde valuta Overige herwaarderingen Bedragen rechtstreeks verantwoord in het eigen vermogen Winst
Veranderingen in de samenstelling van de groep Dividend (3) Inkoop/uitgifte eigen aandelen Uitoefening van warrants en opties Mutaties in minderheidsbelangen Balans per 31 december 2007 (1) (2) (3)
4
391
534
8.739
Minderheidsbelangen
Totaal
24.069
3.481
27.550
4.398
4.103
–1.386
2.717
2.514 –663 764
2.514 –663 764
–32
2.482 –663 764
–89 63 1.217 3.806
–89 63 1.217 3.806
17 14 –1
–72 63 1.231 3.805
7.210 11.016
7.210 11.016
305 304
7.515 11.320
–710 –2.461 27.863
–2.461 9 36.736
–710 –2.461 9 38.425
–1.096 –759 –696
–1.096 –759 –696
–8 –1
–1.104 –760 –696
820 100 –1.335 –2.966
820 100 –1.335 –2.966
–3 2 –70 –80
817 102 –1.405 –3.046
7.692 4.726
7.692 4.726
341 261
8.033 4.987
–2.681 –520
1.034 –35
29.388
–2.681 –520 5 38.266
1.034 –2.716 –520 5 41.215
–1.135 –3.186 –925
–1.135 –3.186 –925
–109
–1.244 –3.186 –925
1.132 104 –1.381
1.132 104 –1.381
5
–5.391
–5.391
23 31 –50
1.137 104 –1.358 31 –5.441
9.241 3.850
9.241 3.850
267 217
9.508 4.067
–2.999 –2.304
–2.999 –2.304 395
–745 –40
27.935
37.208
–745 –3.039 –2.304 395 –58 39.531
1.689
2.949
–58 2.323
2004 slotdividend van EUR 0,58 per gewoon aandeel en 2005 interimdividend van EUR 0,54 per gewoon aandeel. 2005 slotdividend van EUR 0,64 per gewoon aandeel en 2006 interimdividend van EUR 0,59 per gewoon aandeel. 2006 slotdividend van EUR 0,73 per gewoon aandeel en 2007 interimdividend van EUR 0,66 per gewoon aandeel. ING Groep Jaarverslag 2007
92 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Geconsolideerd mutatie-overzicht eigen vermogen van ING Groep (vervolg)
2007 bedroegen de latente belastingen over ongerealiseerde herwaarderingen geboekt in 2007 EUR 1.451 miljoen (2006: In EUR 1.339 miljoen). Voor verdere informatie over latente belastingen wordt verwezen naar toelichting 21 ‘Overige schulden’. De reserves bestaan uit de herwaarderingsreserve van EUR 4.937 miljoen (2006: EUR 9.453 miljoen; 2005: EUR 11.206 miljoen), de reserve koersverschillen vreemde valuta van EUR –1.354 miljoen (2006: EUR –473 miljoen; 2005: EUR 668 miljoen) en overige reserves van EUR 24.352 miljoen (2006: EUR 20.408 miljoen; 2005: EUR 15.989 miljoen). De mutaties van deze reserves worden toegelicht in toelichting 12 ‘Eigen vermogen (moedermaatschappij)’. Voor informatie over de implementatie van IAS 32/39 en IFRS 4 wordt verwezen naar de paragraaf ‘Implementatie van IAS 32, IAS 39 en IFRS 4’ aan het einde van de paragraaf ‘Grondslagen voor de geconsolideerde balans en winst-en-verliesrekening’.
ING Groep Jaarverslag 2007
93
Grondslagen voor de geconsolideerde balans en winst-en-verliesrekening van ING Groep VASTSTELLING JAARREKENING De geconsolideerde jaarrekening van ING Groep N.V. (ING Groep) voor het jaar eindigend op 31 december 2007 is vastgesteld door de Raad van Bestuur op 17 maart 2008. ING Groep N.V. is opgericht en gevestigd in Amsterdam. De primaire activiteiten van ING Groep worden beschreven in paragraaf 1.1 ‘ING in het kort’. ALGEMENE GRONDSLAGEN ING Groep past de International Financial Reporting Standards toe zoals aanvaard binnen de Europese Unie (‘EU’). IFRS 7 ‘Financial Instruments Disclosure’ is van toepassing per 1 januari 2007. Gedurende het jaar is IFRIC 11 ‘Group and Treasury Share Transactions’ van kracht geworden. Deze recent gewijzigde standaarden en interpretaties hebben geen materieel effect gehad op vermogen en resultaat. ING Groep heeft geen enkele nieuwe International Financial Reporting Standard of interpretatie vervroegd toegepast. De International Financial Reporting Standards (zoals aanvaard binnen de EU) bevatten een aantal opties voor het bepalen van de grond slagen voor financiële verslaggeving. De grondslagen zoals toegepast door ING, inclusief de keuzes die daarbij zijn gemaakt, zijn beschre ven in de paragraaf ‘Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling’. In dit document wordt de term ‘IFRS-EU’ gebruikt om te verwijzen naar International Financial Reporting Standards zoals aanvaard binnen de EU inclusief de keuzes die ING Groep heeft gemaakt met betrekking tot de opties toegestaan onder International Financial Reporting Standards zoals aanvaard binnen de EU. Zoals toegestaan onder IFRS-EU past ING Groep IAS 32, IAS 39 en IFRS 4 toe vanaf het boekjaar beginnend op 1 januari 2005. Voor de verandering in de waarderingsgrondslagen per 1 januari 2005 wordt verwezen naar de paragraaf ‘Implementatie van IAS 32, IAS 39 en IFRS 4’ aan het einde van de paragraaf ‘Grondslagen voor de geconsolideerde balans en winst-en-verliesrekening van ING Groep’. Zoals toegelicht in ‘Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling’ en in toelichting 23 ‘Derivaten en hedge accounting’ maakt ING Groep bij het afdekken van renterisico’s gebruik van de EU ‘carve-out’ in IFRS voor reëlewaardehedges op portefeuilleniveau (macrohedges). VERANDERINGEN IN WAARDERINGSGRONDSLAGEN EN PRESENTATIE Per 1 januari 2007 is het niveau waarop de toereikendheidstoets op de verzekeringstechnische voorziening wordt uitgevoerd geëvalueerd aangepast naar het segmentniveau. Dit is het niveau waarop de bedrijfsprestaties worden beoordeeld en de resultaten van bedrijfsonderdelen worden gerapporteerd. Voorheen werd op basis van een zo goed mogelijke inschatting, met een betrouwbaarheidsniveau van 50%, vastgesteld of een tekort bestond bij een business unit. Wanneer dit het geval was werd dit tekort onmiddellijk verwerkt in de winst-en-verliesrekening. Volgens de nieuwe methode wordt op basis van een zo goed mogelijke inschatting, met een betrouwbaarheidsniveau van 50%, vastgesteld of een tekort bestaat bij een business unit en als geen er compenserende bedragen aanwezig zijn bij de andere business units binnen het segment dan wordt dit tekort direct verwerkt in de winst-en-verliesrekening. Deze verandering in methode heeft geen effect op het vermogen en resultaat van de jaren opgenomen in deze jaarrekening. De presentatie van, en sommige begrippen gebruikt in de balans, de winst-en-verliesrekening, het kasstroomoverzicht, het mutatieoverzicht eigen vermogen en bepaalde toelichtingen zijn gewijzigd om additionele en relevantere informatie te verstrekken. Bepaalde vergelijkende cijfers zijn aangepast aan de huidige presentatie. BELANGRIJKSTE WAARDERINGSGRONDSLAGEN ING Groep heeft bepaald welke waarderingsgrondslagen het belangrijkst zijn voor haar bedrijfsactiviteiten en de interpretatie van haar resultaten. Bij het toepassen van deze belangrijkste waarderingsgrondslagen dienen complexe of subjectieve keuzes en inschattingen te worden gemaakt. Het betreft de regels voor het vaststellen van de verzekeringstechnische voorzieningen en overlopende acquisitiekosten, het vaststellen van de voorzieningen voor dubieuze debiteuren, het bepalen van reële waardes van financiële activa en passiva en de personeelsbeloningen. Deze onderwerpen zijn van fundamenteel belang voor het bepalen van de vermogenspositie en de bedrijfsresultaten van ING Groep. Hierbij worden situaties beoordeeld, gebaseerd op financiële gegevens en informatie die in de tijd aan verandering onder hevig zijn. Het hanteren van andere aannames of financiële gegevens kan tot significant andere uitkomsten leiden. Voor een nadere beschouwing van deze waarderingsgrondslagen wordt verwezen naar de betreffende toelichting op de geconsolideerde jaarrekening en naar de onderstaande informatie in de paragraaf ’Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling’. VERZEKERINGSTECHNISCHE VOORZIENINGEN, OVERLOPENDE ACQUISITIEKOSTEN EN VALUE OF BUSINESS ACQUIRED (VOBA) Het vormen van de verzekeringstechnische voorzieningen, overlopende acquisitiekosten (ook wel deferred acquisition costs, ‘DAC’) en VOBA is een proces dat van nature is omgeven met onzekerheden. In dit proces worden aannames gedaan met betrekking tot factoren als rechterlijke uitspraken, wetswijzigingen, sociale, economische en demografische trends, inflatie, beleggingsrendementen, gedrag van polishouders en andere factoren en, voor levensverzekeringen, aannames met betrekking tot de ontwikkeling van sterfte en invaliditeit. Significante aannames met betrekking tot genoemde factoren zoals de ontwikkeling van rente, sterfte en invaliditeit, claims schadeverze keringen, beleggingsrendementen op aandelen en vastgoed, vreemde valuta en aannames voor de toereikendheid zoals voorzieningen voor levensverzekeringsverplichtingen kunnen een materieel effect hebben op het resultaat. ING Groep Jaarverslag 2007
94 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Grondslagen voor de geconsolideerde balans en winst-en‑verliesrekening van ING Groep (vervolg)
Het gebruik van andere aannames voor deze factoren zou een materieel effect kunnen hebben op de verzekeringstechnische voorzieningen en verzekeringstechnische lasten. Veranderingen in aannames kunnen op den duur leiden tot veranderingen in de verzekeringstechnische voorzieningen. Verder kunnen sommige van deze aannames op korte termijn fluctueren. Daarbij worden de voorzieningen voor levensverzekeringsverplichtingen verminderd met de overlopende acquisitiekosten en VOBA regelmatig op toereikendheid getoetst. In de test wordt de bestaande voorziening vergeleken met de beste op dat moment beschikbare inschatting van factoren zoals rechterlijke uitspraken, wetswijzigingen, sociale, economische en demografische trends, inflatie, beleggings rendementen, gedrag van polishouders en andere factoren en ontwikkelingen met betrekking tot sterfte en invaliditeit. Het gebruik van andere aannames in de test kan leiden tot een andere uitkomst. De verzekeringstechnische voorzieningen bevatten ook het effect van afgegeven minimale garanties begrepen in bepaalde levens- verzekeringen. Dit effect is afhankelijk van het verschil tussen de potentiële minimale uitkeringen en het totale opgebouwde bedrag, verwachte sterfte en het percentage van afkopen. Bij het bepalen van de potentiële minimale uitkeringen wordt ook gebruik gemaakt van aannames met betrekking tot factoren zoals inflatie, beleggingsrendementen, gedrag van polishouders, ontwikkeling van sterfte en invaliditeit en andere factoren. Het gebruik van andere aannames voor deze factoren zou een materieel effect kunnen hebben op de verzekeringstechnische voorzieningen en verzekeringstechnische lasten. Zie de paragraaf ‘Risicobeheer’ voor een gevoeligheidsanalyse van verzekeringstechnische posten, rente, aandelen, vreemde valuta en vastgoed op netto winst en eigen vermogen. Deze gevoeligheidsanalyses zijn gebaseerd op veranderingen in veronderstellingen die het management op balansdatum redelijk acht. VOORZIENINGEN VOOR DUBIEUZE DEBITEUREN De voorzieningen voor dubieuze debiteuren worden bepaald op basis van een ’incurred loss’ model. Voor het bepalen van de hoogte van de voorzieningen voor dubieuze debiteuren (bijzondere waardevermindering) wordt gebruik gemaakt van de nodige schattingen gebaseerd op beoordelingen van het management van het risico in de portefeuille, huidige economische omstandigheden, geleden verliezen in de laatste jaren en trends in krediet, bedrijfstak en geografische concentraties. Veranderingen in dit soort schattingen en analyses kunnen leiden tot wijzigingen in de voorzieningen voor dubieuze debiteuren over de perioden. Het vaststellen van een bijzondere waardevermindering en het bepalen van de realiseerbare waarde is een van nature met onzekerheden omgeven proces waarbij gebruik wordt gemaakt van diverse aannames en omstandigheden, zoals de kredietwaardigheid van de tegen partij, de verwachte toekomstige kasstromen, beurskoersen en verwachte verkoopprijzen. Toekomstige kasstromen in een portefeuille van financiële activa, die collectief op portefeuilleniveau worden beoordeeld op bijzondere waardevermindering, worden geschat op basis van de contractueel overeengekomen kasstromen en historische ervaringen met krediet verliezen op activa met gelijkwaardige kredietkenmerken. De historische ervaringen met kredietverliezen worden aangepast voor recent waargenomen ontwikkelingen om de effecten van de huidige marktomstandigheden weer te geven die nog niet in de historische erva ring met kredietverliezen tot uitdrukking zijn gekomen en om effecten te elimineren van omstandigheden die niet langer actueel zijn. De recent waargenomen ontwikkelingen kunnen veranderingen bevatten met betrekking tot werkloosheidcijfers, prijzen van vastgoed en handelsgoederen. De methodologie en aannames voor het schatten van toekomstige kasstromen worden regelmatig herzien om mogelijke verschillen tussen geschatte en werkelijke verliezen te beperken. REËLE WAARDEN VAN FINANCIËLE ACTIVA EN PASSIVA De reële waarden van financiële activa en passiva worden bepaald aan de hand van beurskoersen als deze beschikbaar zijn. Marktprijzen worden verkregen van onafhankelijke handelaren/marktpartijen, effectenmakelaars en beursmakelaars. Over het algemeen worden financiële activa gewaardeerd tegen de biedprijs en financiële passiva tegen de laatprijs. In het geval dat posities tegen middenkoers worden gewaardeerd, wordt een correctie op de reële waarde berekend. Aanvullende correcties kunnen nodig zijn vanwege beperkte liquiditeit of verouderde data omdat bepaalde financiële instrumenten niet frequent worden verhandeld. Voor bepaalde financiële activa en passiva, is geen beurskoers beschikbaar. Voor deze financiële activa en passiva wordt de reële waarde bepaald met behulp van waarderingstechnieken. Deze waarderingstechnieken variëren van netto contante waardeberekening tot waarderings modellen waarbij rekening wordt gehouden met relevante prijsfactoren waaronder marktprijzen van de onderliggende instrumenten waaraan gerefereerd wordt, marktparameters (volatiliteiten, correlaties, kredietwaardigheid) en cliëntgedrag. Alle gebruikte waarderings technieken worden intern beoordeeld en goedgekeurd. De meeste gegevens die in deze waarderingstechnieken worden gebruikt worden dagelijks gevalideerd. Waarderingstechnieken zijn van nature subjectief. Het vaststellen van de reële waarde van bepaalde financiële activa en passiva is dan ook in belangrijke mate afhankelijk van inschattingen. Waarderingstechnieken bevatten diverse veronderstellingen met betrekking tot prijsfactoren. Het gebruik van andere waarderingtechnieken en aannames zou tot schattingen van reële waarden kunnen leiden die materieel afwijken.
ING Groep Jaarverslag 2007
95
Prijstesten worden uitgevoerd om vast te stellen of het waarderingsproces heeft geleid tot de juiste reële waarde van de positie en of deze waarderingen correct tot uitdrukking zijn gekomen in de winst-en-verliesrekening. Het doel van deze prijstesten is het minimaliseren van het mogelijke risico op economische verliezen veroorzaakt door materieel onjuiste of verkeerd gebruikte modellen. Zie toelichting 33 ‘Reële waarde van financiële activa en passiva’ voor de wijze waarop reële waarden van financiële instrumenten worden bepaald. PERSONEELSBELONINGEN Groepsmaatschappijen zijn met een groot deel van hun binnenlandse en internationale medewerkers verschillende defined benefit plans (toegezegde pensioenregelingen) overeengekomen. De voorziening voor defined benefit plans is de contante waarde van de pensioenverplichtingen op balansdatum verminderd met de reële waarde van de beleggingen, aangepast voor niet-verantwoorde resultaten en kosten met betrekking tot verstreken dienstjaren. De voorziening voor defined benefit plans wordt bepaald aan de hand van interne en externe actuariële modellen en berekeningen. De pensioenverplichtingen worden berekend in overeenstemming met de projected unit credit method. Inherent aan deze actuariële modellen is het gebruik van aannames met betrekking tot disconteringsvoeten, stijgingspercentage van toekomstige salarissen en beloningsniveaus, sterftecijfers, trends in kosten voor gezondheidszorg, consumenten prijsindex en verwacht beleggingsrendement. De aannames worden jaarlijks geactualiseerd en zijn gebaseerd op beschikbare marktinformatie en beleggingsrendementen uit het verleden. De actuariële aannames kunnen aanmerkelijk verschillen met de werkelijke resultaten vanwege veranderingen in marktomstandigheden, economische en sterftetrends en andere aannames. Iedere verandering in deze aannames kan een aanzienlijke invloed hebben op de hoogte van de voorziening voor defined benefit plans en de toekomstige pensioenlasten. Verschillen tussen het verwachte en werkelijke rendement op beleggingen door veranderingen in actuariële aannames en aanpassingen van ervaringscijfers worden niet in de winst-enverliesrekening verantwoord, tenzij het totaal van de cumulatieve wijzigingen buiten een bandbreedte van 10% van de grootste van de verplichting uit hoofde van de regeling óf de reële waarde van de bijhorende beleggingen valt. Het deel dat buiten de bandbreedte valt, wordt ten gunste of ten laste van de winst-en-verliesrekening gebracht over het verwachte gemiddeld resterend aantal dienstjaren van de deelnemers. Zie toelichting 21 ‘Overige schulden’ voor de gewogen gemiddelden van de belangrijkste actuariële veronderstellingen met betrekking tot de pensioenverplichtingen en overige verplichtingen uit hoofde van vergoedingen na uitdiensttreding. GRONDSLAGEN VOOR WAARDERING EN RESULTAATBEPALING GRONDSLAGEN VOOR CONSOLIDATIE ING Groep (‘de Groep’) omvat ING Groep N.V.,ING Verzekeringen N.V., ING Bank N.V. en alle andere groepsmaatschappijen. De geconsolideerde jaarrekening van ING Groep omvat de jaarrekeningen van ING Groep N.V. en alle maatschappijen waarin ING Groep of direct of indirect overheersende zeggenschap heeft middels het bezit van meer dan de helft van de stemrechten, danwel waarin ING Groep zeggenschap heeft om het operationele en financiële beleid te sturen, via onder andere de volgende situaties: – de macht om de meerderheid van de bestuurders te benoemen of te ontslaan; – op grond van de statuten of een overeenkomst zeggenschap verkrijgt over het operationele en financiële beleid; en – krachtens een overeenkomst met andere investeerders zeggenschap verkrijgt over meer dan de helft van de stemrechten. Toelichting 28 ‘Belangrijkste dochterondernemingen’ bevat een lijst met de belangrijkste dochterondernemingen. Het bestaan van potentiële stemrechten die direct uitoefenbaar of converteerbaar zijn worden in overweging genomen bij de beoordeling of een onderneming beschikkingsmacht heeft over een andere onderneming. Voor belangen in beleggingsfondsen wordt bij het bepalen of ING overheersende zeggenschap heeft rekening gehouden met ING’s financiële belang voor eigen rekening en de rol van ING als fondsbeheerder. De bedrijfsresultaten en het nettovermogen zijn opgenomen in de winst-en-verliesrekening en de balans vanaf het moment dat overheer sende zeggenschap is verkregen tot het moment dat geen sprake meer is van overheersende zeggenschap. Bij verkoop wordt het verschil tussen de verkoopprijs minus de direct toe te rekenen transactiekosten, en het nettovermogen verwerkt in het resultaat. Alle intercompany transacties, saldi en ongerealiseerde winsten of verliezen op groepstransacties worden geëlimineerd. Waarderings- grondslagen van groepsmaatschappijen worden waar nodig aangepast om ze in overeenstemming te brengen met die van de Groep. De rapportagedata van groepsmaatschappijen zijn in het algemeen hetzelfde als die van ING Groep N.V. Er zijn geen materiële restricties voor het uitkeren van gelden van groepsmaatschappijen naar ING Groep N.V. ING Groep past proportionele consolidatie toe op haar aandeel in joint ventures. Bij de proportionele consolidatie worden activa en passiva, baten en lasten en kasstromen naar evenredigheid van het belang opgenomen. Resultaten op transacties met joint ventures worden in de winst-en-verliesrekening verantwoord voor het belang van andere deelnemers in de joint venture. Als ING Groep activa van de joint venture koopt, wordt het aandeel van ING Groep in de winst van de joint venture op die verkoop pas verantwoord als de activa zijn (door)verkocht aan een derde. Verliezen op vlottende activa of bijzondere waardeverminderingen van vaste activa worden direct verantwoord in de winst-en-verliesrekening. ING Groep Jaarverslag 2007
96 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Grondslagen voor de geconsolideerde balans en winst-en‑verliesrekening van ING Groep (vervolg)
GEBRUIK VAN SCHATTINGEN EN AANNAMES Bij het opstellen van een jaarrekening is het gebruik van schattingen en veronderstellingen noodzakelijk. Deze schattingen en veronderstel lingen zijn van invloed op de gerapporteerde omvang van de activa en het vreemd vermogen, de omvang van de voorwaardelijke verplichtingen per balansdatum en de gerapporteerde baten en lasten over het boekjaar. De werkelijke uitkomsten kunnen afwijken van deze schattingen. Het proces van vaststellen van aannames is omgeven door interne controle procedures en autorisaties en daarbij wordt gebruik gemaakt van interne en externe onderzoeken, statistieken met betrekking tot de bedrijfstak, omgevingsfactoren en trends en toezichtsvereisten. GESEGMENTEERDE INFORMATIE Een bedrijfssegment is een onderdeel van de Groep dat goederen voortbrengt of diensten verleent met een rendement- en risicoprofiel dat afwijkt van die van andere bedrijfssegmenten. Een geografisch segment is een onderdeel van de Groep dat producten verkoopt of diensten verleent in een geografisch gebied dat een van andere geografische gebieden afwijkend rendement- en risicoprofiel heeft. De geografische analyses zijn gebaseerd op de locatie van het kantoor waar de transacties zijn geïnitieerd. De bedrijfssegmenten zijn de primaire segmentatiebasis van ING Groep, de geografische segmenten vormen de secundaire segmentatiebasis. ANALYSE VAN HET VERZEKERINGSBEDRIJF Wanneer bedragen in verband met het verzekeringsbedrijf worden gesplitst in ‘leven’ en ‘schade’, dan worden de verzekeringen voor ziekte en invaliditeit begrepen onder ‘leven’ als deze in wezen levensverzekeringen zijn. VREEMDE VALUTA Functionele valuta en rapporteringsvaluta Balansposten van elke groepsmaatschappij worden gewaardeerd in de valuta van de economische omgeving waarin de entiteit voornamelijk haar bedrijfsactiviteiten uitoefent (de functionele valuta). De geconsolideerde jaarrekening is opgesteld in euro, de functionele valuta en rapporteringsvaluta van ING Groep N.V. Transacties en balansposten Transacties in vreemde valuta worden bij de eerste verwerking omgerekend naar de functionele valuta tegen de koers die geldt op de transactiedatum. Koersverschillen die optreden bij de afwikkeling van deze transacties dan wel bij de omrekening van monetaire posten in vreemde valuta worden verantwoord in de winst-en-verliesrekening, behalve als deze onderdeel uitmaken van een kasstroomhedge of een hedge van een netto-investering in buitenlandse bedrijfsonderdelen waarbij koersverschillen worden verantwoord in het eigen vermogen. Voor niet-monetaire posten die worden gewaardeerd tegen reële waarde waarbij de waardemutaties in het resultaat worden verant woord, worden koersverschillen verantwoord als onderdeel van deze waardemutaties. Omrekening naar rapporteringsvaluta gebeurt voor deze posten gelijktijdig met de bepaling van de reële waarde. Voor niet-monetaire posten waarbij waardemutaties in het eigen vermogen worden verantwoord worden koersverschillen in de herwaarderingsreserve in het eigen vermogen verwerkt. Koersverschillen in de winst-en-verliesrekening worden in het algemeen opgenomen in Netto handelsresultaat. Onder toelichting 39 ‘Netto handelsresultaat’ zijn de bedragen uiteengezet die zijn opgenomen in de winst-en-verliesrekening. Koersverschillen die betrekking hebben op de verkoop van schuldbewijzen en aandelen beschikbaar-voor-verkoop worden als een inherent onderdeel beschouwd van de gerealiseerde resultaten en verantwoord onder Opbrengst beleggingen. Zoals hieronder toegelicht bij Groepsmaatschappijen worden koersverschillen uitgesteld in het eigen vermogen en verwerkt in het resultaat bij verkoop van de groepsmaatschappijen. Onder toelichting 12 ‘Eigen vermogen (moedermaatschappij)’ zijn de bedragen uiteengezet die zijn opgenomen in de winst-enverliesrekening. Groepsmaatschappijen De activa, passiva, baten en lasten van groepsmaatschappijen met een andere functionele valuta dan de rapporteringsvaluta worden als volgt omgerekend: – Activa en passiva worden omgerekend tegen de slotkoers per balansdatum; – Baten en lasten worden omgerekend tegen gemiddelde koersen. Indien dit gemiddelde geen redelijke benadering is van verwerking tegen de koersen op transactiedatum, worden baten en lasten omgerekend tegen de koersen op transactiedatum; – Het resulterende omrekeningsverschil wordt in een aparte reserve in het eigen vermogen verwerkt. Bij consolidatie worden valutakoersverschillen op monetaire posten die onderdeel uitmaken van een netto-investering in buitenlandse bedrijfsonderdelen verantwoord in het eigen vermogen. Tevens worden van schulden en andere posten die zijn aangemerkt als afdekkingsinstrumenten van een dergelijke investering de koersverschillen in het eigen vermogen verwerkt. Bij verkoop van een buitenlands bedrijfsonderdeel wordt het aan dit bedrijfsonderdeel gerelateerde deel van de reserve valutakoersverschillen in het resultaat verantwoord als onderdeel van het resultaat op verkoop. Goodwill en aanpassingen van de reële waarde die het gevolg zijn van acquisities van buitenlandse entiteiten worden gezien als activa en passiva van het buitenlandse bedrijfsonderdeel en verwerkt tegen de vastgestelde koers op balansdatum.
ING Groep Jaarverslag 2007
97
REËLE WAARDEN FINANCIËLE ACTIVA EN PASSIVA De reële waarden van financiële instrumenten die worden verhandeld op actieve markten, zoals verhandelbare derivaten, effecten in de handelsportefeuille en effecten beschikbaar voor verkoop, zijn gebaseerd op beurskoersen per balansdatum. Voor financiële activa wordt de biedprijs gehanteerd, voor financiële passiva is dat de laatprijs. De reële waarde van financiële instrumenten die niet worden verhandeld op actieve markten wordt bepaald met behulp van waarderingstechnieken. De Groep gebruikt hiervoor verschillende methoden en hanteert veronderstellingen gebaseerd op de marktomstandigheden per balansdatum. In toelichting 33 ‘Reële waarde van activa en passiva’ zijn de grondslagen voor de bepaling van de reële waarden van de financiële instrumenten opgenomen. DERIVATEN EN HEDGE ACCOUNTING Derivaten worden bij eerste verwerking gewaardeerd tegen de reële waarde op het moment van het aangaan van het contract. Na eerste verwerking wordt het derivaat gewaardeerd tegen reële waarde. Reële waarden worden gebaseerd op beurskoersen of op waarderingtech- nieken waarbij gebruik wordt gemaakt van kasstroommodellen en optiewaarderingsmodellen. Derivaten met een positieve marktwaarde worden als activa gepresenteerd, derivaten met een negatieve marktwaarde als passiva. Bepaalde contracten die dienen om bescherming van kredieten tegen kredietrisico te kopen of te verkopen, zoals credit default swaps zijn juridisch gezien derivaten, maar worden verantwoord als financiële garanties. Als het derivaat onderdeel uitmaakt van een afdekkingsrelatie worden de waardemutaties anders verantwoord dan wanneer dit niet het geval is. Daarnaast is ook het soort afdekking van invloed op de verwerking. Derivaten kunnen door de Groep worden aangemerkt als afdekking van de reële waarde van een actief of verplichting of van een vastgesteld deel daarvan (reëlewaardehedge), afdekking van toe komstige kasstromen die toe te rekenen zijn aan een actief of verplichting of een verwachte transactie (kasstroomhedge), of afdekking van een netto-investering in buitenlandse bedrijfsonderdelen. Alleen indien aan bepaalde criteria is voldaan wordt hedge accounting voor deze afdekkingstransacties toegepast. Bij het afsluiten van afdekkingstransacties documenteert ING Groep de relatie tussen het afdekkingsinstrument en het afgedekte instrument, de doelstellingen ten aanzien van risicobeheer en de strategie bij het aangaan van de afdekkingstransactie, alsook de gebruikte methode ter beoordeling van de effectiviteit van de afdekkingstransactie. De Groep documenteert ook de beoordeling of de afdekking bij zowel het aangaan van de transactie als gedurende de transactie effectief is in het bereiken van compensatie van aan het afgedekte risico toe te rekenen veranderingen in reële waarde of kasstromen. Bij het afdekken van renterisico’s maakt ING Groep gebruik van de EU ‘carve-out’ in IFRS voor reële waarde hedges op portefeuilleniveau. De EU ‘carve-out’ maakt het mogelijk om een groep van derivaten (gedeeltelijk) onderdeel uit te laten maken van een hedge en neemt bepaalde beperkingen met betrekking tot het hedgen van deposito’s en het niet geheel hedgen van risico’s weg. Door gebruik te maken van de EU ‘carve-out’ kunnen deposito’s onderdeel worden gemaakt van een hedgerelatie en is er alleen sprake van ineffectiviteit als het bedrag aan kasstromen in een bepaald tijdsinterval (timebucket) onder het in de hedgerelatie aangewezen bedrag valt. Bepaalde, in contracten besloten, derivaten worden gewaardeerd als een apart derivaat als geen nauw verband bestaat tussen de economische kenmerken en risico’s van het in een contract besloten derivaat en die van het basiscontract, als het basiscontract niet tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat is gewaardeerd en als een afzonderlijk instrument met dezelfde kenmerken zou voldoen aan de definitie van een derivaat. Deze in een ander contract besloten derivaten worden gewaardeerd tegen reële waarde waarbij waardemutaties in het resultaat worden verwerkt. Deze waardering vindt plaats wanneer de Groep een contract aangaat. Het later opnieuw beoordelen van het contract vindt alleen plaats wanneer een wijziging in de contractvoorwaarden optreedt, welke de verwachte kasstromen aanzienlijk beïnvloedt. Reëlewaardehedges Samen met de waardemutaties van het afgedekte instrument die zijn toe te rekenen aan het afgedekte risico, worden de waardemutaties van een derivaat dat onderdeel uitmaakt van een reëlewaardehedge verantwoord in de winst-en-verliesrekening. Als de afdekkingsrelatie niet langer voldoet aan de criteria voor hedge accounting, wordt de cumulatieve aanpassing van het afgedekte instrument in het geval van rentedragende waardepapieren geamortiseerd over de resterende looptijd van de afdekkingsrelatie of direct verantwoord zodra het afgedekte instrument niet langer in de balans wordt opgenomen. Voor instrumenten anders dan rentedragende waardepapieren wordt de cumulatieve aanpassing van het afgedekte instrument pas verwerkt in het resultaat op het moment dat het afgedekte instrument niet langer in de balans is opgenomen. Kasstroomhedges Het effectieve deel van de reële waardemutaties van een derivaat dat onderdeel uitmaakt van een kasstroomhedge wordt verwerkt in het eigen vermogen. Het ineffectieve deel van de waardemutaties wordt onmiddellijk verantwoord in het resultaat. Het in het eigen ver mogen opgebouwde deel van de waardemutaties wordt gelijktijdig met de resultaatverantwoording van het afgedekte instrument in het resultaat verantwoord. Als een afdekkingsinstrument afloopt of wordt verkocht, of als de afdekkingstransactie niet langer voldoet aan de ING Groep Jaarverslag 2007
98 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Grondslagen voor de geconsolideerde balans en winst-en‑verliesrekening van ING Groep (vervolg)
criteria voor hedge accounting, blijft het cumulatieve deel van de waardemutaties in het eigen vermogen opgenomen. Pas als de verwachte transactie in het resultaat wordt verwerkt, worden de waardemutaties uit het eigen vermogen gehaald en in het resultaat verwerkt. Als een verwachte transactie niet langer waarschijnlijk is, wordt het cumulatieve deel van de waardemutaties meteen uit het eigen vermogen gehaald en verantwoord in het resultaat. Hedge van een netto-investering in buitenlandse bedrijfsonderdelen Hedges van een netto-investering in een buitenlands bedrijfsonderdeel worden op dezelfde wijze verwerkt als kasstroomhedges. Dat deel van de waardemutaties dat gerelateerd is aan het effectieve deel van de hedge wordt verantwoord in het eigen vermogen. Het ineffectieve deel wordt verantwoord in het resultaat. Als het buitenlandse bedrijfsonderdeel wordt verkocht, worden de in het eigen vermogen opgebouwde waardemutaties in het resultaat verwerkt. Niet-handelsderivaten die niet voldoen aan de criteria voor hedge accounting Derivaten die wel worden gebruikt als onderdeel van het risicobeheer van de Groep, maar die niet voldoen aan de criteria voor hedge accounting, worden verantwoord als niet-handelsderivaten. Niet-handelsderivaten worden gewaardeerd tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat. FINANCIËLE ACTIVA In de balans opnemen van financiële activa De aankoop of verkoop van financiële activa tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat, geclassificeerd als aangehouden tot einde looptijd of financiële activa beschikbaar voor verkoop die volgens standaard marktconventies worden afgewikkeld, worden, verwerkt op de datum waarop de Groep zich verbindt om het actief te kopen of te verkopen. Leningen en vorderingen worden verwerkt op de afwikkeldatum, de datum dat de Groep het actief ontvangt of levert. Niet langer in de balans opnemen van financiële activa Financiële activa worden niet langer in de balans opgenomen als de Groep niet langer recht heeft op de kasstromen van het actief of wanneer de Groep nagenoeg alle risico’s en voordelen verbonden aan het actief heeft overgedragen. Als de Groep noch nagenoeg alle risico’s en voordelen heeft overgedragen, noch heeft behouden, wordt een financieel actief niet langer in de balans opgenomen, in geval de Groep geen beschikkingsmacht over het actief meer heeft. Bij overdracht van een financieel actief waar de Groep nog wel de beschik kingsmacht over het actief heeft, blijft het actief in de balans opgenomen. De mate waarin de Groep onderhevig is aan veranderingen in de waarde van het actief is hierin bepalend. CLASSIFICATIE VAN FINANCIËLE INSTRUMENTEN Financiële activa tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat Financiële activa tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat bestaan uit twee categorieën: financiële activa in de handels- portefeuille en andere financiële activa die door het management zijn aangewezen en zijn geclassificeerd als financiële activa tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat, waaronder beleggingen voor risico van de polishouders. Financiële activa worden geclas- sificeerd als reële waarde met waardemutaties door het resultaat als deze worden aangehouden voor handelsdoeleinden of als deze activa als zodanig zijn geclassificeerd door de Groep. Classificatie door de Groep vindt alleen plaats als dit een asymmetrie in de waardering vermindert, of als de gerelateerde activa en verplichtingen op basis van hun reële waarde worden beheerd. Beleggingen voor risico van de polishouders zijn beleggingen waarvoor alle waardemutaties worden gecompenseerd door aanpassingen van de verzekeringstechnische voorzieningen. De transactiekosten worden bij de eerste verwerking verantwoord in de winst-en-verliesrekening. Rentebaten op Schuld bewijzen en Leningen en vorderingen geclassificeerd als activa tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat zijn opgenomen in Rentebaten en Opbrengsten beleggingen in de winst-en-verliesrekening met gebruikmaking van de effectieverentemethode. Dividend baten van Aandelen geclassificeerd als activa tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat zijn opgenomen in Opbrengst beleggingen en worden over het algemeen verwerkt als het dividend is vastgesteld. De veranderingen in de reële waarde van alle financiële activa geclassificeerd tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat zijn opgenomen in Netto handelsresultaat. Beleggingen in effecten Beleggingen (inclusief leningen die genoteerd zijn op een actieve markt) worden ofwel geclassificeerd als aangehouden tot einde looptijd ofwel beschikbaar voor verkoop en worden bij de eerste verwerking verantwoord tegen reële waarde vermeerderd met de transactiekosten. Effecten en leningen die genoteerd zijn op een actieve markt, en die een vaste looptijd hebben, worden geclassificeerd als aangehouden tot einde looptijd als de Groep de intentie en de mogelijkheid heeft om de effecten aan te houden tot het einde van de looptijd. Effecten in de beleggingsportefeuille en verhandelbare leningen die worden aangehouden voor een onbepaalde tijd en kunnen worden verkocht als gevolg van liquiditeitsbehoefte, veranderingen in de rente, valutakoersen en aandelenkoersen, worden geclassificeerd als beschikbaar voor verkoop. Financiële activa beschikbaar voor verkoop Financiële activa die beschikbaar zijn voor verkoop worden bij eerste verwerking verantwoord tegen reële waarde, vermeerderd met de transactiekosten. Voor schuldbewijzen die beschikbaar zijn voor verkoop wordt het verschil tussen kostprijs en nominale waarde geamortiseerd over de resterende looptijd. Rentebaten worden verantwoord met gebruikmaking van de effectieverentemethode. Voor verkoop beschikbare financiële activa worden verantwoord tegen reële waarde. Rentebaten op Schuldbewijzen beschikbaar voor verkoop
ING Groep Jaarverslag 2007
99
zijn opgenomen in de Rentebaten en de Opbrengsten beleggingen in de winst-en-verliesrekening met gebruikmaking van de effectieverentemethode. Dividendbaten op Aandelen beschikbaar voor verkoop zijn opgenomen in Opbrengst beleggingen en worden over het algemeen verwerkt als het dividend is vastgesteld. Ongerealiseerde waardemutaties worden verantwoord in het eigen vermogen. Bij verkoop van de stukken wordt de cumulatieve waardemutatie in het resultaat verantwoord onder Opbrengst op beleggingen. Voor bijzondere waardeverminderingen van financiële activa beschikbaar voor verkoop wordt verwezen naar de paragraaf Bijzondere waarde verminderingen. Beleggingen in schuldbewijzen gevoelig voor vooruitbetalingen, zoals ‘Interest-Only’ en ‘Principal-Only’ coupons, worden over het algemeen geclassificeerd als beschikbaar voor verkoop. Tot einde looptijd aangehouden beleggingen Financiële activa, niet zijnde derivaten, met vaste of bepaalde vergoedingen en vaste looptijd waarvoor de Groep de intentie en mogelijk heid heeft om deze tot het einde van de looptijd aan te houden en die zijn geclassificeerd als tot einde looptijd aangehouden belegging en worden bij eerste verwerking verantwoord tegen reële waarde vermeerderd met de transactiekosten. Na eerste verwerking worden deze verantwoord tegen geamortiseerde kostprijs gebruikmakend van de effectieverentemethode, verminderd met bijzondere waarde verminderingen. Rentebaten op Schuldbewijzen aangehouden tot het einde van de looptijd zijn opgenomen in de Rentebaten in de winst-en-verliesrekening met gebruikmaking van de effectieverentemethode. Leningen en vorderingen Leningen en vorderingen zijn financiële activa, niet zijnde derivaten, met vaste of bepaalde vergoedingen die niet genoteerd staan op een actieve financiële markt. Deze worden bij de eerste verwerking verantwoord tegen reële waarde vermeerderd met de transactiekosten. Na eerste verwerking worden deze gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs gebruikmakend van de effectieverentemethode, verminderd met bijzondere waardeverminderingen. Leningen en vorderingen zijn opgenomen in de balansposten Liquide middelen, Bankiers, Kredieten en Overige activa. Rentebaten op Leningen en vorderingen zijn opgenomen in de Rentebaten en de Opbrengsten beleggingen in de winst-en-verliesrekening met gebruikmaking van de effectieverentemethode. Gerealiseerde resultaten op beleggingen Gerealiseerde resultaten op beleggingen worden bepaald als het verschil tussen de verkoopopbrengst en de (geamortiseerde) kostprijs. Voor aandelen wordt de kostprijs bepaald door middel van een gewogen gemiddelde per portefeuille. Voor schuldbewijzen wordt de kostprijs bepaald op individueel niveau. Kredietrisicobeheer classificatie Met betrekking tot de toelichtingen op het kredietrisicobeheer, zoals opgenomen in de paragraaf Risicobeheer, volgt de classificatie de karakteristieken van het kredietrisicobeheer van het instrument. De relatie tussen de risicoclassificaties en de bovenstaande classificaties wordt hieronder uitgelegd: – Kredietverleningsrisico ontstaat wanneer ING een lening verstrekt aan een cliënt of garanties afgeeft uit naam van de cliënt en heeft hoofdzakelijk betrekking op de balansclassificatie Kredieten en kredietverplichtingen met betrekking tot off balance sheet items, bijvoorbeeld financiële garantiestellingen; – Beleggingsrisico bestaat uit het risico van in gebreke blijven dat is verbonden aan de beleggingsportefeuille van ING en welke hoofd zakelijk betrekking heeft op de balansclassificatie Beleggingen (beschikbaar-voor-verkoop en aangehouden-tot-eind-looptijd); – Geldmarktrisico ontstaat wanneer ING korte termijn deposito’s plaatst bij een tegenpartij om zo het liquiditeitsoverschot te beheersen en heeft hoofdzakelijk betrekking op de balansclassificatie Bankiers; – Pre-settlement risico ontstaat wanneer de tegenpartij bij een transactie in gebreke blijft voor dat afwikkeling heeft plaatsgevonden en ING het contract moet vervangen met een transactie met een andere tegenpartij tegen de dan geldende marktprijs (welke mogelijk minder gunstig is). De classificatie van pre-settlement risico heeft hoofdzakelijk betrekking op de balanspost Financiële activa tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat (zoals handelsactiva en niet-handelsderivaten); – Settlement risico ontstaat wanneer waarden worden gewisseld (fondsen, instrumenten of basisproducten) voor dezelfde of verschillen de waarderingsdata en betaling is nog niet vastgesteld of verwacht totdat ING haar deel van de transactie heeft betaald of geleverd. Settlement risico heeft hoofdzakelijk betrekking op de balansclassificatie Financiële activa met waardemutaties in het resultaat (zoals handelsactiva en niet-handelsderivaten) en Beleggingen (beschikbaar-voor-verkoop en aangehouden-tot-eind-looptijd). SALDERING FINANCIËLE ACTIVA EN FINANCIËLE VERPLICHTINGEN Financiële activa en verplichtingen worden gesaldeerd en in de balans gepresenteerd voor het nettobedrag als de Groep het juridisch afdwingbare recht tot gesaldeerde en simultane afwikkeling heeft en de intentie heeft het actief en de verplichting gesaldeerd of simultaan af te rekenen. LENEN EN UITLENEN VAN EFFECTEN Verkochte effecten met een overeenkomst tot wederinkoop (‘repos’) blijven in de balans opgenomen. De gerelateerde verplichting is opgenomen in de juiste balanspost. Dit kan zijn onder Bankiers, Overige leningen of Toevertrouwde middelen. Effecten gekocht met een overeenkomst tot wederverkoop (‘reverse repos’) worden gepresenteerd onder de balanspost Bankiers of Kredieten. Het verschil tussen de verkoopprijs en de prijs waartegen zal worden ingekocht wordt verantwoord als interest over de looptijd van de overeenkomst met behulp van de effectieverentemethode.
ING Groep Jaarverslag 2007
100 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Grondslagen voor de geconsolideerde balans en winst-en‑verliesrekening van ING Groep (vervolg)
VOORZIENINGEN VOOR DUBIEUZE DEBITEUREN De Groep beoordeelt regelmatig en op elke balansdatum of voor een financieel actief of een portefeuille van financiële activa objectief bewijs bestaat dat sprake is van een bijzondere waardevermindering. Er is slechts sprake van een bijzondere waardevermindering, die als verlies wordt verantwoord, wanneer objectieve indicatoren van bijzondere waardevermindering bestaan als gevolg van een of meerdere gebeurtenissen na verkrijging van het actief, maar vóór balansdatum, die een betrouwbaar te schatten invloed hebben op de verwachte toekomstige kasstromen van het financieel actief of de portefeuille van financiële activa. Onder andere worden de volgende omstandigheden beschouwd als objectieve indicatoren van bijzondere waardevermindering voor een financieel actief of een portefeuille van financiële activa: – De debiteur is failliet verklaard, heeft hier aanvraag toe gedaan of is in vergelijkbare bescherming gesteld waardoor het terugbetalen onmogelijk wordt of wordt vertraagd; – De debiteur heeft al bepaalde tijd een betalingsachterstand voor het terugbetalen van de hoofdsom, rente of provisies; – De debiteur verkeert in significante financiële moeilijkheden en deze omstandigheden hebben een negatieve invloed op toekomstige kasstromen van de vordering; – De vordering is geherstructureerd om andere dan commerciële redenen. ING heeft in verband met de financiële moeilijkheden concessies gedaan om economische of juridische redenen en dit resulteert in een daling van de verwachte toekomstige kasstromen; – Historische ervaring, aangepast voor recent waargenomen ontwikkelingen, is een indicator dat er sprake is van een bijzondere waardevermindering voor een deel van een portefeuille van activa, ondanks dat samenhangende omstandigheden die fungeren als indicatoren voor bijzondere waardeverminderingen nog niet zijn opgemerkt door de kredietrisicosystemen van de Groep. De Groep beschouwt mogelijke toekomstige gebeurtenissen niet als een objectieve indicator en die worden dan ook niet gebruikt voor de bepaling of sprake is van een bijzondere waardevermindering van een financieel actief of een portefeuille van financiële activa. Bij de bepaling van de bijzondere waardevermindering worden de toekomstig verwachte kasstromen geschat op basis van de contractueel overeengekomen kasstromen en de historische ervaring ten aanzien van kredietverliezen op activa met gelijkwaardige kredietkenmerken. De historische ervaring wordt aangepast voor recent waargenomen ontwikkelingen om de effecten van de huidige marktomstandigheden weer te geven die nog niet in de historische ervaring tot uitdrukking zijn gekomen en om effecten van omstandigheden die niet langer actueel zijn te elimineren. Verliezen verwacht op basis van toekomstige gebeurtenissen, ongeacht de waarschijnlijkheid, worden niet verantwoord. De Groep beoordeelt eerst of sprake is van bijzondere waardevermindering op individueel niveau voor individueel significante financiële activa en vervolgens op individueel of portefeuilleniveau voor financiële activa die niet individueel significant zijn. Als geen sprake is van een bijzondere waardevermindering op individueel niveau wordt het betreffende actief opgenomen in een portefeuille van financiële activa met een overeenkomstig kredietrisico en wordt op portefeuilleniveau beoordeeld of sprake is van bijzondere waardevermindering. Activa waarvoor op individueel niveau een bijzondere waardevermindering bestaat of blijft bestaan worden niet in een beoordeling op portefeuilleniveau betrokken. Als voor een financieel actief dat wordt gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs een bijzondere waardevermindering is vastgesteld, wordt deze waardevermindering bepaald als het verschil tussen de boekwaarde van het actief en de contante waarde van de verwachte toekomstige kasstromen (exclusief toekomstige kredietverliezen die nog niet zijn opgetreden), verdisconteerd tegen het oorspronkelijk effectieve rendement van het actief. De boekwaarde van het actief wordt verlaagd door middel van een voorziening (Voorziening voor dubieuze debiteuren) die ten laste van het resultaat wordt gevormd onder Mutatie voorzieningen voor dubieuze debiteuren. Voor activa met een variabele rentevoet is de disconteringsfactor gelijk aan het huidige effectieve rendement op het actief. Voor de (collectieve) beoordeling van eventuele bijzondere waardeverminderingen op portefeuilleniveau worden financiële activa gegroepeerd op basis van overeenkomstige kredietrisico’s. Deze factoren zijn relevant voor de inschatting van verwachte toekomstige kasstromen voor portefeuilles van activa omdat deze indicatief zijn voor de mate waarin de debiteur in staat is om alle voor de desbetreffende activa contractueel overeengekomen bedragen te voldoen. De collectieve beoordeling van bijzondere waardeverminderingen bevat de toepassing van een ‘loss confirmation period’ met betrekking tot de waarschijnlijkheidsberekening op wanbetaling. De ‘loss confirmation period’ is een concept dat rekening houdt met het feit dat er een bepaalde periode zit tussen het moment dat indicatoren voor bijzondere waardeverminderingen zich voor doen en het moment dat deze worden meegenomen in de kredietrisicosystemen van de Groep. De toepassing van de ‘loss confirmation period’ zorgt er zo voor dat bijzondere waardeverminderingen die zich al wel hebben voorgedaan maar nog niet als dusdanig zijn geïdentificeerd, in voldoende mate worden meegenomen in de Voorzieningen voor dubieuze debiteuren van de Groep. Hoewel het concept ‘loss confirmation period’ inherent onzekerheid in zich heeft, maakt de Groep gebruik van schattingen op basis van sub-portefeuilles (bijvoorbeeld grote, middelgrote en kleine ondernemingen en detailhandelportefeuilles). Hierbij wordt rekening gehouden met factoren als de frequentie waarmee klanten, deeluitmakend van de sub-portefeuille, kredietrisico gevoelige informatie toelichten en de frequentie waarmee ze worden beoordeeld door de accountmanagers van de Groep. Over het algemeen stijgt de frequentie naarmate de klant groter is. ‘Loss confirmation periods’ zijn gebaseerd op historische ervaring en worden gevalideerd, en aangepast waar nodig, door regelmatige back-testing zodat recente ervaringen en actuele gebeurtenissen in deze worden meegenomen. Als een vordering definitief niet meer kan worden geïncasseerd, wordt deze afgeboekt ten laste van de gerelateerde voorziening voor dubieuze debiteuren. Vorderingen worden afgeboekt nadat aan alle noodzakelijke procedures is voldaan en het definitieve kredietverlies is bepaald. Bedragen die alsnog worden geïncasseerd nadat een vordering is afgeboekt worden in mindering gebracht op de voorzienin gen voor dubieuze debiteuren en worden verwerkt in de winst-en-verliesrekening.
ING Groep Jaarverslag 2007
101
Indien in een toekomstige periode het bedrag van de bijzondere waardevermindering afneemt en die afname gerelateerd is aan gebeurtenissen die zijn opgetreden nadat de bijzondere waardevermindering werd verantwoord (zoals een verbetering in de kredietwaardigheid van de debiteur), wordt de waardevermindering teruggeboekt ten gunste van de winst-en-verliesrekening. BIJZONDERE WAARDEVERMINDERINGEN OVERIGE FINANCIËLE ACTIVA De Groep beoordeelt op elke balansdatum of er voor een financieel actief of een portefeuille van financiële activa objectief bewijs is dat er sprake is van een bijzondere waardevermindering. In het specifieke geval van aandelenbeleggingen geclassificeerd als beschikbaar voor verkoop wordt een significante of langdurige daling van de marktwaarde onder de kostprijs in de beoordeling meegenomen als indicator voor een mogelijke bijzondere waardevermindering. Indien er sprake is van bijzondere waardevermindering voor activa geclassificeerd als beschikbaar voor verkoop wordt het cumulatieve verlies bepaald als het verschil tussen kostprijs en de huidige reële waarde, verminderd met eventueel eerder verantwoorde bijzondere waardeverminderingen overgeboekt van de herwaarderingsreserve in het eigen vermogen naar de winst-en-verliesrekening. Bijzondere waardeverminderingen op aandelenbeleggingen kunnen niet worden teruggeboekt via de winst-en-verliesrekening. Bijzondere waardeverminderingen op vastrentende waarden worden teruggeboekt via de winst-en-verlies rekening indien de waardevermindering is afgenomen als gevolg van gebeurtenissen die zijn opgetreden nadat de bijzondere waardevermindering werd verantwoord. DEELNEMINGEN Deelnemingen zijn entiteiten waarin ING Groep invloed van betekenis heeft, maar geen overheersende zeggenschap. In het algemeen is er sprake van invloed van betekenis bij een aandelenbezit tussen de 20% en 50% van de stemrechten, maar ook als de Groep invloed kan uitoefenen op het operationele en financiële beleid, via onder andere de volgende situaties: – vertegenwoordiging in de Raad van Bestuur; – betrokkenheid bij het besluitvormingsproces; en – gemeenschappelijk managementpersoneel. Deelnemingen worden bij eerste verwerking verantwoord tegen kostprijs en daarna volgens de vermogensmutatiemethode. In de post deelnemingen, verminderd met eventuele bijzondere waardeverminderingen, is ook de bij acquisitie betaalde goodwill begrepen. Onder de vermogensmutatiemethode worden de resultaten van de deelneming na verkrijging verantwoord in de winst-en-verliesrekening van ING Groep. Wijzigingen in de reserves van de deelneming na het moment van verkrijging worden verwerkt in de reserves van ING Groep. De verkrijgingsprijs van de deelneming wordt aangepast voor deze resultaten en wijzigingen in reserves. Indien de waardering van de deelneming nihil is geworden, worden geen verdere verliezen meer verantwoord, tenzij de Groep verplichtingen is aangegaan of al betalingen voor de deelnemingen heeft verricht. Ongerealiseerde winsten op transacties tussen de Groep en deelnemingen worden geëlimineerd voor het belang van de Groep in die deelneming. Ongerealiseerde verliezen worden ook geëlimineerd, behalve als deze het gevolg zijn van verliezen op vlottende activa of bijzondere waardeverminderingen van vaste activa. Waarderingsgrondslagen van deelnemingen worden waar nodig aangepast om ze in overeenstemming te brengen met die van de Groep. De rapporteringsdata van alle materiële deelnemingen zijn consistent met de rapporteringsdatum van de Groep. Voor belangen in beleggingsfondsen wordt bij het bepalen of ING significante invloed heeft rekening gehouden met ING’s financiële belang voor eigen rekening en de rol van ING als fondsbeheerder. BELEGGINGEN IN ONROEREND GOED Beleggingen in onroerend goed worden gewaardeerd tegen reële waarde waarbij waardemutaties in de winst-en-verliesrekening worden verwerkt. Bij verkoop wordt het verschil tussen de verkoopopbrengst en de boekwaarde in het resultaat verantwoord. De reële waarden van beleggingen in onroerend goed zijn gebaseerd op recente taxaties uitgevoerd door onafhankelijke gekwalificeerde taxateurs. Elk jaar wordt voor ieder onroerend goed intern een taxatierapport opgesteld of dit wordt door een onafhankelijk externe taxa teur gedaan. Bij interne waardebeoordeling wordt gebruik gemaakt van indexatie. De index is gebaseerd op de resultaten van externe taxaties uitgevoerd in die periode. Markttransacties en verkopen van onroerend goed door de Groep, worden gebruikt als onderdeel van de procedure ter toetsing van de indexatiemethodologie. Al het onroerend goed wordt minimaal eens in de 5 jaar onafhankelijk getaxeerd. GEBOUWEN EN BEDRIJFSMIDDELEN Onroerend goed voor eigen gebruik Onroerend goed voor eigen gebruik wordt gewaardeerd tegen reële waarde op balansdatum. Stijgingen in reële waarde boven de kost prijs worden verantwoord in de herwaarderingsreserve in het eigen vermogen. Dalingen in reële waarde worden verantwoord in het eigen vermogen voor zover hiermee eerdere stijgingen ongedaan worden gemaakt. Alle andere dalingen in reële waarde worden in de winst-en-verliesrekening verantwoord. Stijgingen die een eerdere daling verantwoord in het resultaat ongedaan maken, worden ook in het resultaat verantwoord. Afschrijvingen worden gebaseerd op de reële waarde en de geschatte economische levensduur (meestal 20 tot 50 jaar). Afschrijvingen worden op lineaire basis berekend. Bij verkoop wordt het deel van de herwaardering dat is gerelateerd aan het verkochte onroerend goed overgeheveld naar de overige reserves.
ING Groep Jaarverslag 2007
102 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Grondslagen voor de geconsolideerde balans en winst-en‑verliesrekening van ING Groep (vervolg)
De reële waarde van gebouwen en terreinen is gebaseerd op recente taxaties door onafhankelijke gekwalificeerde taxateurs. Uitgaven na de eerste verwerking van het onroerend goed worden geactiveerd als het waarschijnlijk is dat de toekomstige voordelen aan de Groep zullen toevloeien en de kosten op betrouwbare manier kunnen worden bepaald. Onroerend goed in ontwikkeling Onroerend goed in ontwikkeling (inclusief beleggingen in onroerend goed) worden gewaardeerd tegen de tot en met balansdatum gemaakte directe kosten vermeerderd met de rente en de ontwikkelings- en begeleidingskosten van de Groep, verminderd met eventuele bijzondere waardeverminderingen. Onroerend goed aangehouden voor verkoop Onroerend goed aangehouden voor verkoop bestaat uit onroerend goed verkregen uit faillissementen en ontwikkeld onroerend goed waarvoor geen specifieke overeenkomst met een derde partij is afgesloten. Onroerend goed aangehouden voor verkoop wordt gewaar deerd tegen kostprijs of lagere realiseerbare waarde. In de kostprijs zijn rentekosten begrepen. De realiseerbare waarde is de geschatte verkoopprijs onder normale voorwaarden, verminderd met de relevante variabele verkoopkosten. Als de realiseerbare waarde lager is dan de boekwaarde wordt een bijzondere waardevermindering in het resultaat verantwoord. Onroerend goed in ontwikkeling ten behoeve van derden Onroerend goed in ontwikkeling ten behoeve van derden waarvoor nog geen specifieke afgesloten overeenkomst is, wordt gewaardeerd tegen de tot en met balansdatum gemaakte directe kosten vermeerderd met de bouwrente en de ontwikkelings- en begeleidingskosten van de Groep, verminderd met eventuele bijzondere waardeverminderingen. Winst wordt verantwoord op basis van de ‘completed contract’ methode (op de datum van voltooiing van het onroerend goed). Bij onroerend goed in ontwikkeling ten behoeve van derden waar een specifiek contract met een derde is afgesloten, wordt de winst verantwoord naar rato van de verrichte prestaties bij de uitvoering van het werk (‘percentage of completion’ methode). Bedrijfsmiddelen Bedrijfsmiddelen worden gewaardeerd tegen kostprijs minus cumulatieve afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen. De kostprijs wordt lineair afgeschreven over de economische levensduur van het actief. In het algemeen is de economische levensduur voor computers is 2 tot 5 jaar, en voor inventaris 4 tot 10 jaar. Onderhoudskosten worden verantwoord in de winst-en-verliesrekening. Waardeverhogende uitgaven worden geactiveerd en afgeschreven. Activa onder operationele lease-overeenkomsten Activa onder operationele lease-overeenkomsten waarbij ING optreedt als lessor worden gewaardeerd tegen kostprijs minus cumulatieve afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen. De kostprijs van de activa wordt lineair afgeschreven over de looptijd van de lease overeenkomst. Zie ook de paragraaf ‘Lease-overeenkomsten’. Verkopen Bij verkoop van gebouwen en bedrijfsmiddelen, inclusief activa onder operationele lease-overeenkomsten wordt het verschil tussen de verkoopopbrengst en de boekwaarde verantwoord in de winst-en-verliesrekening. Rentelasten Rentelasten met betrekking tot de financiering van de vervaardiging van een kwalificerend actief worden geactiveerd voor de periode die benodigd is om het actief te vervaardigen en gereed te maken voor gebruik. LEASE-OVEREENKOMSTEN De Groep als huurder (lessee) De lease-overeenkomsten die ING Groep afsluit zijn voornamelijk operationele leases. Het totaal van de onder de lease-overeenkomsten betaalde bedragen wordt lineair in het resultaat verantwoord over de looptijd van de overeenkomst. Als er betalingen aan de verhuurder (lessor) worden verricht in verband met het voortijdig beëindigen van de lease-overeenkomst, worden deze onmiddellijk als last in de winst-en-verliesrekening verantwoord. De Groep als verhuurder (lessor) Voor activa onder een financiële lease-overeenkomst wordt de contante waarde van de leasetermijnen in de balans opgenomen onder Kredieten of Bankiers. Het verschil tussen de nominale waarde van de vordering en de contante waarde wordt verantwoord in de winsten-verliesrekening als niet-verdiende financiële lease-opbrengsten. De lease-inkomsten worden zodanig in het resultaat verwerkt dat een constant perioderendement ontstaat, berekend over de resterende netto-investering. Voor activa onder een operationele leaseovereenkomst worden de activa gepresenteerd als Activa onder operationele lease-overeenkomsten.
ING Groep Jaarverslag 2007
103
ACQUISITIE VAN GROEPSMAATSCHAPPIJEN, GOODWILL EN OVERIGE IMMATERIËLE VASTE ACTIVA Goodwill Acquisities van ING Groep worden verantwoord volgens de ‘purchase’ methode, waarbij de kostprijs van de acquisities wordt toegerekend aan de reële waarde van de verkregen activa, verplichtingen en niet in de balans opgenomen verplichtingen. Goodwill, zijnde het verschil tussen de kostprijs van de acquisitie (inclusief overgenomen schulden) en het aandeel van ING Groep in de reële waarde van de verkregen activa, verplichtingen en niet in de balans opgenomen verplichtingen op de acquisitiedatum, wordt geactiveerd als immaterieel vast actief. De resultaten van de activiteiten van de overgenomen vennootschappen worden opgenomen in de winst-en-verliesrekening vanaf de datum waarop zeggenschap is verkregen. Goodwill wordt alleen geactiveerd voor acquisities die na de implementatiedatum van IFRS-EU (1 januari 2004) hebben plaatsgevonden. In overeenstemming met de overgangsbepalingen van IFRS worden acquisities van voor die datum niet aangepast. Goodwill en intern gegenereerde immateriële vaste activa gerelateerd aan deze acquisities zijn ten laste van het eigen vermogen gebracht. Voor de beoordeling of bijzondere waardeverminderingen zijn opgetreden wordt goodwill toegerekend aan kasstroomgenererende eenheden. Deze kasstroom genererende eenheden stellen het laagste niveau voor waarop goodwill intern wordt beheerst. De beoordeling wordt jaarlijks uitgevoerd, of zoveel vaker als er aanwijzingen zijn voor bijzondere waardeverminderingen. Bij de beoordeling wordt de boekwaarde van de kasstroom genererende eenheid (inclusief goodwill) vergeleken met de realiseerbare waarde. De realiseerbare waarde is de hoogste van de opbrengst waarde en de bedrijfswaarde. Correcties in de reële waarde van overgenomen activa en passiva op de overnamedatum die worden geconstateerd voor het einde van het eerste verslagjaar na de overname leiden tot een aanpassing van de goodwill. Correcties die op een later moment worden geconstateerd worden verwerkt als een bate of een last. Echter, het in de balans opnemen van actieve belastinglatenties na acquisitiedatum wordt ook na het einde van het eerste verslagjaar na de overname verantwoord als een aanpassing op de goodwill. Bij verkoop van groepsmaatschappijen wordt het verschil tussen de verkoopopbrengst en de kostprijs (inclusief goodwill) en ongerealiseerd resultaat (inclusief het bedrag aan reserve voor koersverschillen vreemde valuta dat hiervoor is opgenomen in het eigen vermogen) verantwoord in de winst-en-verliesrekening. Software Gekochte of intern gegenereerde software voor eigen gebruik wordt gewaardeerd tegen kostprijs minus cumulatieve afschrijvingen en eventuele bijzondere waardeverminderingen. De software wordt lineair afgeschreven over de economische levensduur, normaal gesproken niet meer dan drie jaar. De afschrijvingslast is opgenomen onder de Overige bedrijfslasten. Value of business acquired (VOBA) De actiefpost VOBA bestaat uit de contante waarde van de toekomstige kasstromen begrepen in de verzekeringscontracten van een over genomen bedrijf en vertegenwoordigt het verschil tussen de reële waarde van de verzekeringsverplichtingen en de boekwaarde. VOBA wordt op een soortgelijke wijze afgeschreven als overlopende acquisitiekosten zoals beschreven in de paragraaf Overlopende acquisitiekosten. Overige immateriële vaste activa Overige immateriële vaste activa worden geactiveerd en geamortiseerd over de economische levensduur, over het algemeen tussen de drie en tien jaar. Immateriële vaste activa met een eeuwige levensduur worden niet geamortiseerd. OVERLOPENDE ACQUISITIEKOSTEN De actiefpost overlopende acquisitiekosten bestaat uit de verwervingskosten van verzekeringscontracten en beleggingsverzekeringen die worden geactiveerd en afgeschreven. De geactiveerde kosten, die samenhangen met de productie van nieuwe verzekeringscontracten en prolongaties, bestaan voornamelijk uit provisies, polisuitgiftekosten en andere afsluitkosten. Overlopende acquisitiekosten worden afgeschreven over de looptijd van de onderliggende contracten. Voor traditionele levensverzekeringscontracten, bepaalde typen flexibele levensverzekeringscontracten en schadeverzekeringscontracten worden de overlopende acquisitiekosten afgeschreven over de premiebetalingsperiode, op dezelfde wijze waarop premieverantwoording plaatsvindt. Voor andere typen beleggingsverzekeringen worden de overlopende acquisitiekosten afgeschreven over de looptijd van de polis, gebaseerd op de verwachte toekomstige resultaten. De afschrijving en de overlopende actiefpost worden gecorrigeerd wanneer de veronderstellingen omtrent verwachte huidige en toekomstige winsten worden bijgesteld. De veronderstellingen worden aan het eind van iedere verslagperiode herzien. Ten aanzien van de overlopende acquisitiekosten inzake beleggingsverzekeringen veronderstelt ING een fondsgroei, die voor de korte en de lange termijn gelijk is. Een opwaartse/neerwaartse bijstelling van de resultaatverwachting – bijvoorbeeld als gevolg van een verbeterd/verslechterd beleggingsklimaat en een mutatie in het beheerd vermogen – kan resulteren in een lagere/hogere afschrijving van de overlopende acquisitiekosten om de afschrijving met betrekking tot het verleden en de toekomstige jaren te corrigeren. Dit wordt aangeduid als ‘DAC unlocking’. De resultaten uit hoofde van ‘DAC unlocking’ worden in de winst-enverliesrekening verantwoord in de periode waarin de unlocking plaatsvindt. Van overlopende acquisitiekosten worden bij activering beoordeeld of ze realiseerbaar zijn. Daarna worden overlopende acquisitiekosten samen met verzekeringtechnische voorzieningen en VOBA getest. De toereikendheidstoets wordt beschreven onder ‘Verzekerings-, herverzekerings- en beleggingscontracten’.
ING Groep Jaarverslag 2007
104 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Grondslagen voor de geconsolideerde balans en winst-en‑verliesrekening van ING Groep (vervolg)
Voor bepaalde producten worden de overlopende acquisitiekosten via het eigen vermogen aangepast voor de impact van de ongerealiseerde resultaten op gerelateerde beleggingen. BELASTINGEN Winstbelasting bestaat uit latente en acute belastingen. Winstbelastingen worden in de winst-en-verliesrekening verantwoord tenzij de belasting betrekking heeft op posten die direct in het vermogen worden verantwoord. In dit laatste geval wordt ook de belasting in het vermogen verantwoord. Belastinglatenties Belastinglatenties worden opgenomen voor alle tijdelijke verschillen tussen de boekwaarde en de fiscale waarde, waarbij wordt uitgegaan van belastingtarieven die zijn vastgesteld per balansdatum en die naar verwachting zullen gelden in de periode waarin de actieve belastinglatenties worden gerealiseerd of passieve belastinglatenties worden afgewikkeld. Actieve en passieve belastinglatenties worden niet verdisconteerd. Actieve belastinglatenties worden alleen opgenomen indien het waarschijnlijk is dat in de nabije toekomst fiscale winsten zullen worden gerealiseerd ter compensatie van deze tijdelijke verschillen. Voor tijdelijke verschillen tussen de boekwaarde en fiscale waarde van inves teringen in groepsmaatschappijen en deelnemingen worden belastinglatenties opgenomen, behalve als de Groep het tijdstip kan bepalen waarop deze tijdelijke verschillen aflopen en als het waarschijnlijk is dat deze verschillen niet zullen aflopen in de nabije toekomst. In de toekomst verrekenbare fiscale verliezen worden alleen opgenomen indien verwacht wordt dat in de nabije toekomst fiscale winsten zullen worden gerealiseerd ter compensatie van deze verliezen. Waardemutaties van beleggingen geclassificeerd als beschikbaar voor verkoop en waardemutaties van derivaten die onderdeel zijn van een kasstroomhedge worden onder aftrek van latente belastingen in het eigen vermo gen verantwoord. Bij realisatie wordt de waardemutatie tegelijkertijd met de actieve of passieve belastinglatentie verantwoord in het resultaat. FINANCIËLE VERPLICHTINGEN Preferente aandelen met een vast dividend of met een door de aandeelhouder afdwingbare mogelijkheid tot aflossing worden geclassificeerd als financiële verplichtingen. Dividenden op preferente aandelen worden als rentelasten in de winst-en-verliesrekening verantwoord gebruik makend van de effectieverentemethode. Leningen worden bij eerste verwerking tegen de reële waarde verantwoord na aftrek van transactiekosten. Na eerste verwerking worden leningen tegen geamortiseerde kostprijs verantwoord; ieder verschil tussen opbrengst na aftrek van transactiekosten en de aflossingswaarde wordt verantwoord in de winst-en-verliesrekening over de looptijd van de lening op basis van de effectieverentemethode. Bij inkoop van eigen schuldbewijzen door de Groep, worden deze in de balans gesaldeerd met de verplichting. Het verschil tussen de boekwaarde van de verplichting en het betaalde aankoopbedrag wordt verantwoord in de winst-en-verliesrekening. Financiële passiva tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat bestaan uit twee categorieën: financiële passiva in de han delsportefeuille en andere financiële passiva die door het management zijn aangewezen en geclassificeerd als financiële passiva tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat. Aanwijzing door het management zal alleen voorkomen als dit een inconsistentie in waarderingsgrondslagen wegneemt of als samenhangende activa en passiva worden beheerd op basis van reële waarde. Alle overige financiële passiva zijn tegen geamortiseerde kostprijs gewaardeerd. Financiële garantie contracten zijn contracten die vereisen dat de uitgever de houder voor een bepaald bedrag schadeloos stelt voor een verlies dat zich heeft voorgedaan omdat een specifieke debiteur niet aan zijn verplichtingen voldoet, conform de voorwaarden van een schuldbewijs. Zulke financiële garanties worden bij eerste verwerking tegen reële waarde verantwoord en vervolgens gewaardeerd tegen de waarde van de verdisconteerde verplichting onder de garantie of hogere waarde bij eerste verwerking verminderd met het bedrag van het reeds verantwoorde resultaat onder de garantie. VERZEKERINGS-, HERVERZEKERINGS- EN BELEGGINGSCONTRACTEN Verzekeringstechnische voorzieningen Verzekeringspolissen met een significant verzekeringsrisico worden als verzekeringscontracten gepresenteerd. Verzekeringstechnische voorzieningen geven de verwachte toekomstige uitbetalingen weer uit hoofde van aanspraken op leven- en schadeverzekeringsuitkeringen, inclusief de kosten die verband houden met deze uitkeringen. De waardering van sommige verzekeringscontracten weerspiegelt de actuele marktveronderstellingen. Voorziening voor levensverzekeringen De technische voorziening voor levensverzekeringen wordt berekend op basis van een prudente prospectieve actuariële methode, rekening houdend met de voor de lopende verzekeringsovereenkomsten gestelde voorwaarden. Methodologieën van verschillende business units kunnen verschillen door lokale toezichtsvereisten en lokale gebruiken. Om de verzekeringstechnische voorzieningen voor levensverzekeringen te bepalen worden diverse aannames gedaan, ondermeer inzake sterfte, arbeidsongeschiktheid, kosten, beleggingsrendement en afkopen. De gebruikte aannames in verband met levensverzekeringen, inclusief overlijdensrisicoverzekeringen, zijn gebaseerd op zo goed mogelijke inschattingen, rekening houdend met marges voor nadelige
ING Groep Jaarverslag 2007
105
afwijkingen. Deze aannames worden gedaan op de ingangsdatum van de polis en blijven constant gedurende de looptijd van de polis, behalve in geval van gebleken ontoereikendheid. Verzekeringstechnische voorzieningen voor ‘universal life’ producten, ‘unit-linked’ producten en overige beleggingsverzekeringen worden gewaardeerd tegen de fondswaarde. Bepaalde beleggingsverzekeringen bevatten een gegarandeerde minimumuitkering bij overlijden en/of op de einddatum. Bij het berekenen van de verzekeringstechnische voorziening worden deze gegarandeerde minimumuitkeringen in overweging genomen, rekening houdend met het verschil tussen de potentiële minimumuitkering en de fondswaarde, het verwachte overlijdensrisico en afkoop. De nog niet geamortiseerde rentekortingen op ‘periodieke premies’ contracten en ‘premie ineens’ contracten worden in mindering ge bracht op de Voorziening levensverzekeringsverplichtingen. Rentekortingen verleend gedurende het jaar worden geactiveerd en daarna afgeschreven in lijn met het verwachte ‘inbaarheids’-patroon. Deze afschrijvingen worden verantwoord in de winst-en-verliesrekening. Voorziening voor niet-verdiende premies en lopende verzekeringsrisico’s De voorziening wordt berekend naar evenredigheid van de nog niet verstreken risicotermijnen. Voor verzekeringen met een stijgend risico met leeftijdsonafhankelijke premietarieven wordt bij vaststelling van de voorziening rekening gehouden met dit risico. Eveneens worden voorzieningen gevormd ter dekking van schaden in verband met lopende verzekeringsovereenkomsten die hoger kunnen zijn dan de niet-verdiende premies en de nog te ontvangen premies met betrekking tot deze overeenkomsten. Voorziening voor te betalen schaden De voorziening voor te betalen schaden wordt berekend op individuele basis of op basis van ervaringgegevens. Er zijn ook voorzieningen gevormd voor schades die zich wel reeds hebben voorgedaan maar die nog niet zijn gemeld en voor de kosten van afhandeling van toe komstige schades. De voorziening voor te betalen schade wordt ieder jaar op toereikendheid getoetst met gebruikmaking van standaard actuariële technieken. Bovendien worden zogenaamde ‘IBNR’ (Incurred But Not Reported) voorzieningen aangehouden om de kosten te dekken van schades die zich wel reeds hebben voorgedaan maar die nog niet zijn gemeld aan ING. Latente winstdelingsverplichtingen Voor verzekeringsproducten met discretionaire winstdeling wordt een latente winstdelingsverplichting opgenomen voor het volledige bedrag van ongerealiseerde resultaten op de daaraan gerelateerde beleggingen. Bij realisatie wordt de latente winstdelingsverplichting voor ongerealiseerde resultaten tegengeboekt en wordt een latente winstdelingsverplichting gevormd voor het deel van de gerealiseerde resultaten op de daaraan gerelateerde beleggingen op basis van de verwachte winstdeling aan polishouders. De latente winstdeling wordt verminderd met de werkelijke winstdeling die wordt toegerekend aan polishouders. Technische voorziening voor levensverzekeringen voor risico van polishouders De technische voorzieningen voor levensverzekeringen voor risico van polishouders zijn voor gesepareerde beleggingsdepots berekend overeenkomstig de voorziening voor levensverzekeringsverplichtingen. Voor verzekeringen voor risico van polishouders worden de technische voorzieningen in het algemeen gewaardeerd op de boekwaarde van de daarmee samenhangende beleggingen. Herverzekeringscontracten Herverzekeringspremies, provisies, schade-uitkeringen, alsmede voorzieningen die betrekking hebben op herverzekering worden op dezelfde wijze verantwoord als de oorspronkelijke contracten waarvoor ze zijn afgesloten. De Groep blijft aansprakelijk jegens haar polishouders voor het herverzekeringsgedeelte waarvoor de herverzekeraars niet aan hun verplichtingen kunnen voldoen. Dientengevolge worden voorzieningen opgenomen voor als oninbaar beschouwde herverzekeringsontvangsten. Toereikendheidstoets De voorziening voor levensverzekeringsverplichtingen verminderd met niet geamortiseerde rentekortingen, de overlopende acquisitie kosten en VOBA (de netto-verzekeringsverplichtingen) wordt regelmatig door elke business unit op toereikendheid getoetst. De toets houdt rekening met huidige schattingen van alle contractuele en gerelateerde kasstromen en met toekomstige ontwikkelingen. Opbrengsten van beleggingen worden meegenomen overeenkomstig de verantwoording in het resultaat. Wanneer voor een business unit op basis van een zo goed mogelijke inschatting met een betrouwbaarheidsniveau van 50% is vastgesteld dat een tekort bestaat en geen compensabele bedragen aanwezig zijn bij andere business units binnen het segment, dan wordt dit tekort direct verwerkt in de winst-en-verliesrekening. Als bij een business unit de netto-verzekeringsverplichtingen niet toereikend zijn bij toepassing van een voorzichtig betrouwbaarheidsniveau van 90%, maar er zijn compenserende bedragen bij andere business units van ING Groep, dan is het de business unit toegestaan om maatregelen te treffen ter versterking van de netto-verzekeringsverplichtingen over een periode van maximaal de verwachte resterende duur van de polissen. Indien er geen compenserende bedragen zijn bij andere business units van ING Groep, dan wordt ieder tekort bepaald met een betrouwbaarheidsniveau van 90% onmiddellijk verantwoord in de winst-en-verliesrekening. Als de netto-verzekeringsverplichtingen adequaat zijn met een betrouwbaarheidsniveau van boven de 90%, wordt geen vermindering van de netto-verzekeringsverplichtingen verantwoord. ING Groep Jaarverslag 2007
106 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Grondslagen voor de geconsolideerde balans en winst-en‑verliesrekening van ING Groep (vervolg)
Beleggingscontracten Verzekeringscontracten zonder discretionaire winstdeling die geen significant verzekeringsrisico dragen onder de grondslagen van de Groep worden gepresenteerd in de balans als Beleggingscontracten. Voorzieningen voor verplichtingen voor beleggingscontracten zijn gewaar deerd op geamortiseerde kostprijs op basis van de effectieverentemethode (inclusief bepaalde initiële acquisitiekosten) of reële waarde. OVERIGE VERPLICHTINGEN Personeelsverplichtingen – pensioenverplichtingen Groepsmaatschappijen zijn met hun medewerkers verschillende pensioenregelingen overeengekomen. De regelingen zijn in het algemeen gefinancierd door premies aan verzekeringsmaatschappijen of fondsen op basis van periodieke actuariële berekeningen. De Groep heeft pensioenregelingen op basis van vaste toezeggingen (defined benefit plans) en pensioenregelingen waarbij het pensioen is gebaseerd op de door groepsmaatschappijen gestorte bedragen (defined contribution plans). Een defined benefit plan is een regeling waarbij de uitkering aan de gepensioneerde werknemer wordt vastgelegd, rekeninghoudend met factoren als leeftijd, dienstjaren, en salaris. De voorziening voor defined benefit plans is de contante waarde van de pensioenverplichtingen op balansdatum verminderd met de reële waarde van de beleggingen, aangepast voor niet-verantwoorde resultaten en kosten met betrekking tot verstreken dienstjaren. De pensioenverplichtingen worden jaarlijkse berekend door interne en externe actuarissen in overeenstemming met de ‘projected unit credit method’. De verwachte waarde van de activa in de pensioenverplichting wordt berekend met gebruik van het verwachte rendement op beleggingen. Verschillen tussen het verwachte en het werkelijk rendement op de beleggingen alsmede actuariële wijzigingen worden niet in de winsten-verliesrekening verantwoord, tenzij het totaal van deze cumulatieve verschillen en wijzigingen buiten een bandbreedte van 10% van de grootste van de verplichting uit hoofde van de regeling óf de reële waarde van de bijbehorende beleggingen valt. Het deel dat buiten de bandbreedte valt, wordt ten gunste of ten laste van de winst-en-verliesrekening gebracht over de resterende dienstjaren van de deelnemers. In overeenstemming met de overgangsbepalingen van IFRS, is op de implementatiedatum van IFRS-EU de bandbreedte op nul gezet. Onder defined contribution plans betaalt de Groep premies aan gemeenschappelijke of particuliere pensioenfondsen of verzekerings maatschappijen op een verplichte, contractuele of vrijwillige basis. De Groep heeft geen verplichting om verdere betalingen te verrichten nadat de premies zijn betaald. De premies worden verantwoord als personeelskosten wanneer ze verschuldigd zijn. Vooruitbetaalde premies worden in de balans als actiefpost opgenomen voor zover sprake is van terugbetaling door het fonds of van verrekening met in de toekomst verschuldigde premies. Verplichtingen uit hoofde van vergoedingen na uitdiensttreding Sommige groepsmaatschappijen verstrekken vergoedingen aan bepaalde medewerkers en voormalige medewerkers met betrekking tot medische verzorging. Het recht op deze vergoedingen is vaak onder de voorwaarde dat de werknemer in dienst blijft tot aan de pensioen- gerechtigde leeftijd en onder de voorwaarde dat een minimum aantal dienstjaren is verstreken. De verwachte kosten van deze regelingen worden verantwoord over de periode dat de werknemer in dienst is met gebruikmaking van dezelfde methodologie als bij defined benefit plans. Overige voorzieningen Een voorziening is een verplichting waarvan de omvang of het moment van afwikkeling onzeker is. Een voorziening wordt in de balans opgenomen als de Groep een uit het verleden voortvloeiende verplichting heeft, het waarschijnlijk is dat voor de afwikkeling ervan een uitstroom van middelen noodzakelijk is en er een betrouwbare schatting van kan worden gemaakt. Voorzieningen worden verdisconteerd wanneer de tijdswaarde van het geld een materieel effect heeft bij gebruikmaking van een bruto disconteringsvoet. Het bepalen van de hoogte van de voorziening is van nature omgeven door onzekerheden waarbij inschattingen met betrekking tot de omvang en het tijdstip van toekomstige kasstromen worden gemaakt. Reorganisatievoorzieningen bevatten vergoedingen voor het uitdienst treden van personeel als de Groep concrete voornemens heeft om conform een gedetailleerd formeel plan bestaande dienstverbanden te beëindigen zonder dat er nog een redelijke mogelijkheid bestaat dit terug te draaien. Daarnaast bevat de voorziening vergoedingen als gevolg van regelingen voor aanmoediging van vrijwillige uitdiensttreding. VERWERKING VAN OPBRENGSTEN Bruto premie-inkomen Premies uit hoofde van levensverzekeringsproducten worden als inkomsten verantwoord wanneer deze verschuldigd zijn door de polishouder. Bruto premie-inkomen uit hoofde van schadeverzekeringen wordt naar rato verantwoord gedurende de periode van de polisdekking. Ontvangsten uit hoofde van beleggingscontracten worden niet verantwoord als bruto premie-inkomen. Rente Rentebaten en rentelasten worden in de winst-en-verliesrekening verantwoord gebruikmakend van de effectieverentemethode. De effectieverentemethode is een methode voor het berekenen van de geamortiseerde kostprijs van een financieel actief of financiële verplichting en van de allocatie van rentebaten en rentelasten over de relevante periode. De rentevoet waarbij de contante waarde van de verwachte kasstromen over de looptijd van het financieel instrument, of waar van toepassing een kortere periode, precies gelijk is aan de boekwaarde van het financieel actief of financiële verplichting, is de effectieve rente. Bij de berekening van de effectieve rente houdt de Groep rekening met alle contractuele bepalingen van het financiële instrument (zoals bijvoorbeeld vervroegde aflossing), maar niet met ING Groep Jaarverslag 2007
107
toekomstige verliezen als gevolg van oninbaarheid. In de berekening worden alle provisies en andere contractuele kasstromen meegenomen die onderdeel uitmaken van de effectieverentemethode evenals transactiekosten, agio en disagio. Als een financieel actief of een groep van financiële activa is afgeschreven als gevolg van een bijzondere waardevermindering, worden rentebaten verantwoord met behulp van de rentevoet die is gebruikt om de hoogte van de bijzondere waardevermindering te berekenen. Alle rentebaten en rentelasten van handelsposities en niet-handelsderivaten worden verantwoord in de winst-en-verliesrekening. Mutaties in de ’zuivere reële waarde’ worden verantwoord onder Netto handelsresultaat. Commissies en provisies Commissies en provisies worden in de winst-en-verliesrekening verantwoord in de periode waarin de diensten zijn geleverd. Bereidstellings provisie op leningen waarvan wordt verwacht dat de leningsovereenkomst tot stand komt, wordt samen met andere direct gerelateerde kosten geactiveerd en behandeld als een aanpassing van de effectieve rente. Consortiumprovisie wordt verantwoord in het resultaat wan neer de syndicaatvorming is voltooid en de Groep geen deel van de leningen zelf heeft genomen, dan wel leningen heeft die dezelfde effectieve rente hebben als de andere consortiumleden. Commissies en provisies uit hoofde van het voeren van onderhandelingen ten behoeve van een transactie van een derde partij zoals de koop van aandelen of andere effecten of de (ver)koop van een bedrijfsonder deel, worden in het resultaat verantwoord als de transactie tot stand is gekomen. Vergoedingen voor het beheren van portefeuilles wor den verantwoord in de periode waarin de diensten zijn geleverd, gebaseerd op het onderliggende contract. Vergoedingen voor vermogens beheer die samenhangen met beleggingsfondsen worden verantwoord in de periode waarin de diensten zijn geleverd. Hetzelfde principe wordt gehanteerd voor continu over de perioden heen verleende diensten zoals vermogensbeheer, financiële planning en bewaring. Ontvangen en betaalde provisies tussen banken voor betalingsverkeer worden geclassificeerd als provisiebaten en -lasten. Lease-inkomsten De opbrengsten uit operationele lease-overeenkomsten worden gelijkmatig verantwoord over de looptijd van de lease-overeenkomst. Leasetermijnen ontvangen uit hoofde van financiële lease-overeenkomsten waar ING de lessor is worden opgedeeld in een rentedeel (verantwoord in het resultaat als renteopbrengst) en een aflossingsdeel. VERWERKING VAN LASTEN Lasten worden in de winst-en-verliesrekening verwerkt wanneer deze zich voordoen of bij een vermindering van het economisch potentieel, verband houdend met een afname van een actief of een toename van vreemd vermogen, heeft plaatsgevonden waarvan de omvang op betrouwbare wijze kan worden vastgesteld. Aandelengerelateerde beloningen Kosten voor aandelengerelateerde beloningen worden verantwoord gedurende de levering van de prestaties van de werknemers. Een over eenkomstige toename in eigen vermogen wordt verantwoord bij een aandelengerelateerde beloning die wordt afgerekend in aandelen. Een verplichting wordt opgenomen bij een aandelengerelateerde beloning afgerekend in contanten. De aan deze transactie gerelateerde kosten worden geclassificeerd als personeelskosten. Vóór 2007 verstrekte ING Groep over het algemeen aandelengerelateerde beloningen die af gerekend werden in aandelen. Vanaf 2007 verstrekt ING Groep over het algemeen aandeelgerelateerde beloningen die afgerekend worden in contanten. De reële waarde van aandelengerelateerde beloningen afgerekend in aandelen wordt op de datum van verstrekking bepaald. De reële waarde van aandelengerelateerde beloningen afgerekend in contanten wordt op elke balansdatum bepaald. NETTOWINST PER GEWOON AANDEEL De nettowinst per gewoon aandeel wordt berekend op basis van het gewogen gemiddeld aantal uitstaande gewone aandelen. Bij de berekening van het gewogen gemiddeld aantal uitstaande gewone aandelen worden de volgende overwegingen in aanmerking genomen: – het totaal aantal uitgegeven gewone aandelen wordt verminderd met de eigen aandelen die door groepsmaatschappijen worden aangehouden; – de berekening is gebaseerd op gemiddelden per dag; – warrants worden in aanmerking genomen vanaf de dag waarop deze worden uitgeoefend. De verwaterde nettowinst per aandeel wordt berekend alsof de aan het eind van het boekjaar uitstaande opties en warrants aan het begin van het boekjaar zijn uitgeoefend. Tevens wordt verondersteld dat de na uitoefening van de opties en warrants ontvangen op brengsten door ING Groep worden gebruikt om eigen aandelen tegen de gemiddelde beurskoers gedurende het boekjaar in te kopen. De toename van het aantal aandelen als gevolg van de uitoefening van warrants en opties wordt opgeteld bij het gemiddeld aantal aandelen dat wordt gebruikt bij de berekening van de nettowinst per aandeel. Opties uit aandelengerelateerde beloningen worden voor de berekening van de verwaterde winst per aandeel als gewone opties meegenomen hoewel deze nog voorwaardelijk zijn. De opties worden meegenomen vanaf de datum van verstrekking. Opties uit aandelengerelateerde beloningen die prestatieafhankelijk zijn, worden als voorwaardelijke aandelen meegenomen omdat de uitgifte van deze aandelen niet alleen afhangt van het verstrijken van de tijd. FIDUCIAIRE ACTIVITEITEN De Groep houdt of plaatst namens individuele personen, trusts, pensioenmaatschappijen en andere instellingen activa in haar rol van trustee of in andere fiduciaire rollen. Deze activa zijn niet opgenomen in de geconsolideerde jaarrekening omdat dit geen activa zijn van de Groep. ING Groep Jaarverslag 2007
108 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Grondslagen voor de geconsolideerde balans en winst-en‑verliesrekening van ING Groep (vervolg)
IMPLEMENTATIE VAN IAS 32, IAS 39 EN IFRS 4 Vanaf 2004 past ING Groep ‘IFRS-EU’ toe. Echter in overeenstemming met IFRS 1 heeft ING Groep IAS 32, IAS 39 en IFRS 4 geïmplementeerd per 1 januari 2005. De belangrijkste verschillen tussen de onder Dutch GAAP toegepaste grondslagen en IFRS-EU zoals toegepast vanaf 1 januari 2005 voor financiële instrumenten en verzekeringscontracten zijn hieronder weergegeven. Effect van IAS 32/39 en IFRS 4 bedragen in miljoenen euro’s
Per 1 januari 2005
Voor-verkoop-beschikbare schuldbewijzen Verzekeringstechnische voorzieningen Derivaten/hedge accounting/reële waarde optie Kredieten Voorziening voor dubieuze debiteuren Participaties (venture capital) Overige Belastingen Rubricering eigen vermogen instrumenten – eigen vermogen IFRS-EU effect of resultaat en eigen vermogen
9.922 –3.126 –977 465 623 90 –35 –2.460 –399 4.103
Rubricering eigen vermogen instrumenten – belang van derden Belang van derden in het eigen vermogen Totaal effect
–1.442 56 2.717
Voor-verkoop-beschikbare schuldbewijzen Onder IFRS-EU worden beursgenoteerde schuldbewijzen die geen deel uitmaken van de handelsportefeuille en ook niet worden aangehouden tot het einde van de looptijd gewaardeerd tegen reële waarde. De waardemutaties worden ten laste dan wel ten gunste van de herwaarderingsreserve in het eigen vermogen gebracht, terwijl gerealiseerde resultaten in het resultaat worden verantwoord. Onder Dutch GAAP werden deze instrumenten tegen geamortiseerde kostprijs verantwoord. Gerealiseerde resultaten werden geamortiseerd over de resterende looptijd. Verzekeringstechnische voorzieningen Onder IFRS-EU worden bepaalde contracten die geen significant verzekeringsrisico bevatten verantwoord als beleggingscontracten die worden gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs of reële waarde. Voor verzekeringscontracten met discretionaire winstdeling wordt onder IFRS-EU een latente winstdelingsverplichting aan polishouders opgenomen voor het volledige bedrag van ongerealiseerde resultaten van de aan het contract gerelateerde beleggingen. Bovendien wordt een latente winstdelingsverplichting aan polishouders opgenomen voor andere verschillen tussen Dutch GAAP en IFRS-EU op 1 januari 2005. Daar waar de amortisatie van overlopende acquisitiekosten over de looptijd van de polissen is gebaseerd op de verwachte toekomstige resultaten, wordt de amortisatie onder IFRS-EU via het vermogen aangepast om het effect weer te geven dat realisatie van ongereali seerde beleggingsopbrengsten zou hebben gehad. Derivaten Onder IFRS-EU worden alle derivaten gewaardeerd tegen reële waarde, inclusief de derivaten die besloten zijn in andere contracten. Onder Dutch GAAP werden derivaten aangehouden ter dekking van eigen posities gewaardeerd conform het afgedekte instrument, hetgeen meestal waardering tegen kostprijs inhield. Gerealiseerde resultaten werden over de resterende looptijd afgeschreven. Hedge accounting Onder IFRS-EU worden voor derivaten die onderdeel uitmaken van een kasstroomhedge of van een hedge van een netto-investering in buitenlandse bedrijfsonderdelen de waardemutaties in het vermogen verantwoord. Verantwoording in de winst-en-verliesrekening van deze waardemutaties vindt plaats in dezelfde periode als waarin het afgedekte instrument in het resultaat wordt verantwoord. Voor reëlewaardehedges wordt het afgedekte instrument op reële waarde gewaardeerd voor zover dit het afgedekte risico betreft. De waardemutaties worden verantwoord in het resultaat. Deze waardemutaties compenseren (deels) de waardemutaties opgenomen in de winst-en-verliesrekening van het derivaat dat als afdekkingsinstrument dient. Onder Dutch GAAP werden derivaten aangehouden ter dekking van eigen posities gewaardeerd conform het afgedekte instrument, hetgeen meestal waardering tegen kostprijs inhield.
ING Groep Jaarverslag 2007
109
Reële waarde optie Als alternatief voor hedge accounting kunnen financiële activa en passiva worden gewaardeerd tegen reële waarde waarbij alle waardemutaties in de winst-en-verliesrekening worden verantwoord. De reële waarde optie wordt ook toegepast op bepaalde financiële passiva die worden gebruikt voor market-makingactiviteiten. Kredieten Zowel onder IFRS-EU als onder Dutch GAAP worden kredieten gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs. Onder IFRS-EU worden bepaalde kosten en provisies geactiveerd en geamortiseerd terwijl deze onder Dutch GAAP direct in het resultaat werden verantwoord (bijvoorbeeld afsluitprovisies op hypotheken). De amortisatie van agio en disagio is onder IFRS-EU gebaseerd op de effectieve-rentemetho de terwijl deze onder Dutch GAAP lineair werden geamortiseerd. Gerealiseerde resultaten worden onder IFRS-EU in het resultaat verantwoord. Onder Dutch GAAP werden deze geamortiseerd over de resterende looptijd (bijvoorbeeld bepaalde boeterentes op hypotheken). Voorzieningen voor dubieuze debiteuren Onder IFRS-EU worden de voorzieningen voor dubieuze debiteuren bepaald aan de hand van een nieuwe methodologie die gebaseerd is op een strikte interpretatie van een ‘incurred loss model’. De toepassing van de IFRS-EU methodologie heeft ervoor gezorgd dat het bedrag van algemene voorzieningen voor dubieuze debiteuren is gedaald. Deze voorzieningen waren gevormd vanwege bepaalde subjectieve aspecten en schattingen in het kredietbeoordelingsproces die niet tot uitdrukking komen in de voorzieningen voor individuele posten. Participaties (venture capital) Onder Dutch GAAP werden participaties gewaardeerd tegen kostprijs of lagere marktwaarde. Onder IFRS-EU worden participaties gewaardeerd op reële waarde. Aandelen Onder Dutch GAAP werden negatieve herwaarderingen alleen in het resultaat verantwoord als dit een bijzondere waardevermindering was als gevolg van een verslechtering van de financiële positie van de uitgevende instantie. Onder IFRS-EU worden bijzondere waarde verminderingen ook veroorzaakt door een belangrijke of duurzame waardedaling onder de kostprijs. Dit had geen effect op het groeps vermogen op de datum van transitie naar IFRS-EU. Rubricering eigen vermogen instrumenten Onder Dutch GAAP werden preferente aandelen en zogenaamde ‘trust preferred securities’ gerubriceerd als eigen vermogen in overeenstemming met hun juridische vorm. Onder IFRS-EU moeten deze instrumenten worden verantwoord als verplichtingen. Belastingen De latente belastingen zijn aangepast naar aanleiding van de bovenstaande verschillen tussen Dutch GAAP en IFRS-EU.
ING Groep Jaarverslag 2007
110 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Grondslagen voor het geconsolideerd kasstroomoverzicht van ING Groep Het kasstroomoverzicht wordt opgesteld volgens de indirecte methode, waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen kasstromen uit operationele, investerings- en financieringsactiviteiten. Bij de netto kasstroom uit operationele activiteiten wordt de winst voor belasting gecorrigeerd voor posten in de winst-en-verliesrekening en mutaties in balansposten die niet daadwerkelijk leiden tot kasstromen in het boekjaar. Ten behoeve van het kasstroomoverzicht zijn onder liquide middelen posten begrepen die op het moment van verkrijgen een looptijd hebben korter dan drie maanden. Daaronder zijn begrepen tegoeden bij centrale banken die ter vrije beschikking staan, leningen en voorschotten aan banken, kortlopend overheidspapier en schulden aan banken. Beleggingen kwalificeren als liquide middelen als deze zonder beperkingen kunnen worden gerealiseerd voor een vaststaand bedrag en niet onderhevig zijn aan materiële risico’s van waardevermindering. Kasstromen luidend in vreemde valuta worden omgerekend naar de functionele valuta door middel van de valutakoers op de dag dat de kasstroom plaatsvindt. De netto kasstroom met betrekking tot kredieten heeft slechts betrekking op transacties die voortvloeien uit daadwerkelijke betalingen en ontvangsten. De toevoegingen aan de voorzieningen voor dubieuze debiteuren die in mindering zijn gebracht op de balanspost Kredieten zijn gecorrigeerd op de winst voor belasting en zijn separaat opgenomen in het kasstroomoverzicht. Het verschil tussen de in het kasstroomoverzicht opgenomen netto kasstroom en de mutatie van de in de balans opgenomen liquiditeiten is het gevolg van valutakoersverschillen en is afzonderlijk opgenomen als onderdeel van de aansluiting tussen de netto kasstroom en de balansmutatie van de liquiditeiten.
ING Groep Jaarverslag 2007
111
Toelichting op de geconsolideerde balans van ING Groep bedragen in miljoenen euro’s, tenzij anders aangegeven ACTIVA 1 LIQUIDE MIDDELEN Liquide middelen 2007
2006
8.376 3.664 366 12.406
10.511 3.563 252 14.326
2007
Nederland 2006
2007
Internationaal 2006
2007
Totaal 2006
Leningen en voorschotten aan banken Liquide middelen, rekening-courant en overige tegoeden
14.451 1.065 15.516
4.660 285 4.945
31.339 2.033 33.372
31.751 3.176 34.927
45.790 3.098 48.888
36.411 3.461 39.872
Voorziening voor dubieuze debiteuren
–11 15.505
4.945
–2 33.370
–4 34.923
–13 48.875
–4 39.868
Tegoeden bij centrale banken Kasgelden en banktegoeden Daggeldleningen van het verzekeringsbedrijf
2 BANKIERS Bankiers
Onder Bankiers zijn per 31 december 2007 mede opgenomen vorderingen in verband met effecten die zijn verkregen met een overeenkomst tot wederverkoop uit hoofde van bancaire activiteiten ten bedrage van EUR 2.472 miljoen (2006: EUR 2.249 miljoen) en activa die worden aangehouden uit hoofde van finance-leasecontracten ten bedrage van EUR 232 miljoen (2006: EUR 277 miljoen). De niet-achtergestelde vorderingen bedragen per 31 december 2007 EUR 48.705 miljoen (2006: EUR 39.774 miljoen) en de achtergestelde vorderingen EUR 170 miljoen (2006: EUR 94 miljoen). Er zijn geen vorderingen op bankiers waarvan de voorwaarden een materieel effect zouden kunnen hebben op de omvang, timing en zekerheid van de geconsolideerde kasstromen van ING Groep. Voor informatie over significante concentraties wordt verwezen naar de paragraaf ‘Risicobeheer’. 3 FINANCIËLE ACTIVA TEGEN REËLE WAARDE MET WAARDEMUTATIES DOOR HET RESULTAAT Financiële activa tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat
Activa voor handelsdoeleinden Beleggingen voor risico van polishouders Niet-handelsderivaten Geclassificeerd als activa tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat
2007
2006
193.213 114.827 7.637
193.977 110.547 6.521
11.453 327.130
6.425 317.470
Activa voor handelsdoeleinden per soort
Aandelen Schuldbewijzen Derivaten Leningen en vorderingen
2007
2006
11.112 37.345 28.592 116.164 193.213
14.717 38.287 22.514 118.459 193.977
In de balanswaarde per 31 december 2007 zijn aandelen begrepen die zijn uitgeleend of verkocht met overeenkomst tot wederinkoop ten bedrage van respectievelijk EUR 4 miljoen (2006: EUR 13 miljoen) en nihil (2006: nihil). In de balanswaarde per 31 december 2007 zijn schuldbewijzen begrepen die zijn uitgeleend of verkocht met overeenkomst tot wederinkoop ten bedrage van respectievelijk EUR 386 miljoen (2006: EUR 42 miljoen) en EUR 629 miljoen (2006: EUR 4.303 miljoen).
ING Groep Jaarverslag 2007
112 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Toelichting op de geconsolideerde balans van ING Groep (vervolg)
Beleggingen voor risico van polishouders per soort
Aandelen Schuldbewijzen Leningen en vorderingen Overig
2007
2006
106.061 7.398 122 1.246 114.827
102.775 7.100 59 613 110.547
In 2007 zijn geen van de aanpassingen in de reële waarde van de Leningen en vorderingen opgenomen onder de Beleggingen voor risico van polishouders, welke toe te schrijven is aan de aanpassingen van het kredietrisico van de financiële activa (2006: nihil) of cumulatief (2006: nihil). De reële waarde van de kredietderivaten opgenomen in de activa voor handelsdoeleinden om het kredietrisico te mitigeren is EUR –7 miljoen (2006: nihil) en de aanpassing van deze reële waarde is EUR –7 miljoen (2006: nihil). De verkrijgingsprijs van de beleggingen voor risico van polishouders bedraagt per 31 december 2007 EUR 105.625 miljoen (2006: EUR 98.863 miljoen). Beleggingen in beleggingsfondsen met als onderliggende beleggingen aandelen, obligaties, derivaten en onroerend goed zijn begrepen in aandelen. Niet-handelsderivaten per soort
Derivaten aangehouden voor: – reële waardehedges – kasstroomhedges – een hedge van een netto-investering in buitenlandse bedrijfsonderdelen Overige niet-handelsderivaten
2007
2006
1.952 3.417
1.080 3.617
281 1.987 7.637
3 1.821 6.521
Geclassificeerd als activa tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat
Aandelen Schuldbewijzen Leningen en vorderingen Overig
2007
2006
306 8.774 428 1.945 11.453
193 4.744 306 1.182 6.425
Geen van de aanpassingen, noch cumulatief, in de reële waarde van de Leningen en de vorderingen opgenomen onder Geclassificeerd als activa tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat, is toe te schrijven is aan de aanpassing van het kredietrisico van de financiële activa gedurende 2007 (2006: nihil). De reële waarde van de kredietderivaten opgenomen in de niet-handelsderivaten aangehouden om het kredietrisico op de schuldbewijzen te mitigeren is EUR –10 miljoen (2006: EUR –2 miljoen) en de aanpassing van deze reële waarde is nihil (2006: nihil). Per 31 december 2007 zijn onder de Activa voor handelsdoeleinden vorderingen opgenomen ten bedrage van EUR 114.897 miljoen (2006: EUR 118.053 miljoen) welke betrekking hebben op overeenkomsten tot wederverkoop. In Overig zijn alternatieve beleggingen en limited partnerships opgenomen.
ING Groep Jaarverslag 2007
113
4 BELEGGINGEN Beleggingen per soort
Beschikbaar-voor-verkoop – aandelen – schuldbewijzen
Tot einde looptijd aangehouden – schuldbewijzen
2007
2006
19.947 255.950 275.897
18.225 275.696 293.921
16.753 16.753
17.660 17.660
292.650
311.581
Verloop in beleggingen – beschikbaar-voor-verkoop en tot einde looptijd aangehouden Aandelen beschikbaar-voor-verkoop
Balanswaarde begin van het jaar Investeringen Afschrijving Overhevelingen Wijzigingen in de samenstelling van de groep Ongerealiseerde herwaarderingen (Terugboeking van) bijzondere waardeverminderingen Desinvesteringen en aflossingen Koersverschillen vreemde valuta Balanswaarde eind van het jaar
Schuldbewijzen beschikbaar-voor-verkoop
Tot einde looptijd aangehouden
Totaal
2007
2006
2007
2006
2007
2006
2007
2006
18.225 7.788
16.466 6.395
18.937
–294
289.241 281.452 –309 –249
17.660
512
275.696 275.497 –181 –1.417
311.581 283.285 –240 –905
324.644 287.847 –309 –433
–536
–26
–2.903
–9.653
–3.439
–9.679
3.379
1.956
–6.284
–5.177
–2.905
–3.221
–53
–42
–133
36
–186
–6
–9.093
–5.782
–272.106
–266.200
–822
–1.342
–282.021
–273.324
–275
–448
–12.219
–13.445
–26
–45
–12.520
–13.938
19.947
18.225
255.950
275.696
16.753
17.660
292.650
311.581
–59 110
Opgenomen in overhevelingen beleggingen beschikbaar-voor-verkoop en tot einde looptijd aangehouden Aandelen beschikbaar-voor-verkoop
Naar/van beschikbaarvoor-verkoop Naar/van Kredieten Naar/van reële waarde met waardemutaties door het resultaat Naar/van deelnemingen Naar/van Overige vorderingen/ Overige schulden
Schuldbewijzen beschikbaar-voor-verkoop
2007
2006
2007
2006
21 –1
49
–21 –6
–12 –122
52 438
–118 –197
–1.386
–164
2 512
–28 –294
–4 –1.417
49 –249
Tot einde looptijd aangehouden 2007
2006
110 110
Totaal 2007
2006
–7
37 –122
–1.334 438
–282 –197
–2 –905
131 –433
De reclassificatie van Schuldbewijzen beschikbaar-voor-verkoop naar Financiële activa tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat heeft betrekking op schuldbewijzen, welke aangehouden worden als belegging tegenover verzekeringscontracten waarbij huidige marktveronderstellingen zijn geïmplementeerd in de waardering van deze verzekeringscontracten.
ING Groep Jaarverslag 2007
114 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Toelichting op de geconsolideerde balans van ING Groep (vervolg)
Aandelen beschikbaar-voor-verkoop naar verzekerings- en bancaire activiteiten
Verzekeringsactiviteiten Bancaire activiteiten
2007
Beursgenoteerd 2006
14.082 3.309 17.391
14.376 1.093 15.469
2007
Totaal 2006
1.951 805 2.756
16.322 3.625 19.947
16.327 1.898 18.225
Tot einde looptijd aangehouden 2007 2006
2007
Totaal 2006
115.944 156.759 272.703
124.163 169.193 293.356
Niet-beursgenoteerd 2007 2006
2.240 316 2.556
Schuldbewijzen naar verzekerings- en bancaire activiteiten Beschikbaar-voor-verkoop 2007 2006
Verzekeringsactiviteiten Bancaire activiteiten
115.944 140.006 255.950
124.163 151.533 275.696
16.753 16.753
17.660 17.660
In de balanswaarde per 31 december 2007 zijn aandelen begrepen die zijn uitgeleend of verkocht met overeenkomst tot wederinkoop ten bedrage van respectievelijk EUR 13 miljoen (2006: EUR 20 miljoen) en nihil (2006: nihil). In de balanswaarde per 31 december 2007 zijn schuldbewijzen begrepen die zijn uitgeleend of verkocht met overeenkomst tot wederinkoop ten bedrage van respectievelijk EUR 4.114 miljoen (2006: EUR 2.119 miljoen) en EUR 38.214 miljoen (2006: EUR 37.804 miljoen). Geleende schuldbewijzen worden niet in de balans opgenomen en bedragen per 31 december 2007 EUR 170 miljoen (2006: EUR 460 miljoen). Beleggingen in verband met de verzekeringsactiviteiten met een gecombineerde boekwaarde van EUR 69 miljoen (2006: EUR 43 miljoen) genereerden geen inkomen gedurende 2007. 5 KREDIETEN Kredieten naar verzekerings- en bancaire activiteiten 2007
2006
27.576 528.540 556.116 –3.152 552.964
37.606 440.375 477.981 –3.544 474.437
2007
Nederland 2006
2007
Internationaal 2006
2007
Totaal 2006
Polisbeleningen Leningen met hypothecaire zekerheid Particuliere leningen Overig
54 8.532 2.851 378 11.815
55 18.335 3.736 507 22.633
3.414 8.772 2.602 1.003 15.791
3.511 9.539 913 1.047 15.010
3.468 17.304 5.453 1.381 27.606
3.566 27.874 4.649 1.554 37.643
Voorzieningen voor dubieuze debiteuren
–14 11.801
–12 22.621
–16 15.775
–25 14.985
–30 27.576
–37 37.606
Verzekeringsactiviteiten Bancaire activiteiten Eliminaties
Kredieten per soort – verzekeringsactiviteiten
ING Groep Jaarverslag 2007
115
Kredieten per soort – bancaire activiteiten 2007
Nederland 2006
2007
Internationaal 2006
2007
Totaal 2006
Leningen aan of gegarandeerd door de overheid Leningen met hypothecaire zekerheid Leningen gegarandeerd door kredietinstellingen Overige particuliere leningen Overige zakelijke leningen
14.678 141.314 1.951 6.975 105.017 269.935
16.450 120.753 2.088 6.484 93.988 239.763
8.961 132.614 591 17.784 100.643 260.593
9.503 87.458 320 16.422 89.547 203.250
23.639 273.928 2.542 24.759 205.660 530.528
25.953 208.211 2.408 22.906 183.535 443.013
Voorzieningen voor dubieuze debiteuren
–654 269.281
–733 239.030
–1.334 259.259
–1.905 201.345
–1.988 528.540
–2.638 440.375
Kredieten naar niet-achtergestelde en achtergestelde vorderingen – bancaire activiteiten
Niet-achtergestelde vorderingen Achtergestelde vorderingen
2007
2006
527.344 1.196 528.540
439.850 525 440.375
Onder Kredieten zijn per 31 december 2007 mede opgenomen vorderingen in verband met effecten die zijn verkregen met een overeenkomst tot wederverkoop uit hoofde van bancaire activiteiten ten bedrage van EUR 4.569 miljoen (2006: EUR 1.554 miljoen). Geen van de leningen heeft voorwaarden die een materieel effect zouden kunnen hebben op de omvang, timing en zekerheid van de geconsolideerde kasstromen van ING Groep. Vorderingen uit hoofde van financiële lease-overeenkomsten die opgenomen zijn onder Kredieten en Bankiers, kunnen als volgt worden geanalyseerd: Vorderingen uit hoofde van financiële lease-overeenkomsten
Looptijd van bruto-investeringen uit hoofde van financiële lease-overeenkomsten – korter dan 1 jaar – langer dan 1 jaar en korter dan 5 jaar – langer dan 5 jaar
Niet-verdiend inkomen uit hoofde van financiële leaseovereenkomsten Netto-investeringen in financiële lease-overeenkomsten Looptijd van netto-investeringen uit hoofde van financiële lease-overeenkomsten – korter dan 1 jaar – langer dan 1 jaar en korter dan 5 jaar – langer dan 5 jaar
Inbegrepen in Bankiers Inbegrepen in Kredieten
2007
2006
6.473 8.448 3.753 18.674
4.641 8.061 3.346 16.048
–3.109 15.565
–2.684 13.364
5.337 7.060 3.168 15.565
3.943 6.813 2.608 13.364
232 15.333 15.565
277 13.087 13.364
In de voorzieningen voor dubieuze debiteuren is per 31 december 2007 EUR 33 miljoen (2006: EUR 47 miljoen) opgenomen als voorziening voor oninbare vorderingen uit hoofde van financiële lease-overeenkomsten. Geen van de financiële lease-overeenkomsten heeft een materieel effect op de omvang, timing en zekerheid van de geconsolideerde kasstromen van ING Groep.
ING Groep Jaarverslag 2007
116 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Toelichting op de geconsolideerde balans van ING Groep (vervolg)
Voorzieningen voor dubieuze debiteuren naar zekerheid – bancaire activiteiten 2007
Leningen gegarandeerd door de overheid Leningen met hypothecaire zekerheid Leningen gegarandeerd door kredietinstellingen Overige particuliere leningen Overige zakelijke leningen
De balanswaarde eind van het jaar is inbegrepen in – Bankiers – Kredieten
Nederland 2006
2007
Internationaal 2006
2007
Totaal 2006
2 177 6 408 1.316 1.909
1 299 14 555 1.132 2.001
2 273 6 765 1.596 2.642
4 1.905 1.909
13 1.988 2.001
4 2.638 2.642
Bancaire activiteiten 2007 2006
2007
Totaal 2006
2.679 95 –963 60 133 –20 47 2.031
3.360 –101 –695 86 107 –69 –9 2.679
96 11 181 377 665
357 280 733
1 203 3 374 755 1.336
11 654 665
733 733
2 1.334 1.336
96
Verloop van de voorzieningen voor dubieuze debiteuren Verzekeringsactiviteiten 2007 2006
Balanswaarde begin van het jaar Wijzigingen Afboekingen Ontvangen op reeds afgeboekte kredieten Toename van voorzieningen voor dubieuze debiteuren Koersverschillen vreemde valuta Overige mutaties Balanswaarde eind van het jaar
37 –3 –11 1 8 –1 –1 30
47 –4 4 –2 –8 37
2.642 98 –952 59 125 –19 48 2.001
3.313 –101 –691 86 103 –67 –1 2.642
Veranderingen in de Voorzieningen voor dubieuze debiteuren welke betrekking hebben op verzekeringsactiviteiten zijn opgenomen onder Opbrengst beleggingen. Veranderingen in de Voorzieningen voor dubieuze debiteuren welke betrekking hebben op de bankactiviteiten zijn opgenomen als een afzonderlijk item in de winst-en-verliesrekening.
ING Groep Jaarverslag 2007
117
6 DEELNEMINGEN Deelnemingen
2007
TMB Public Company Limited ING Dutch Office Master Fund C.V. ING Winkels Basisfonds ING Industrial Fund Australia Lionbrook Property Partnership ING Woningen Basisfonds Q-Park N.V. ING Real Estate Asia Retail Fund Property Fund Iberica ING Retail Property Fund Australia Lion Properties Fund Lion Industrial Trust B.V. Petroleum Maatschappij ‘Moeara Enim’ ING Re Nordic Property Fund ING Vastgoed Kantoren C.V. ING PF Brittanica Lion Value Fund ING Vastgoed Winkels C.V. ING Office Fund Australia Retail Property Fund France Belgium (RPFFB) ING Logistics Property Fund Europe Property Fund Central Europe ING Retail Property Partnership Southern Europe ING Property Fund Central and Eastern Europe ING Vastgoed Woningen C.V. Overige deelnemingen met invloed van betekenis
Reële waarde Percentage beursgenodeelne- teerde deelming (%) nemingen
30 24 24 18 28 25 19 46 30 29 5 9 30 22 10 20 33 10 6 15 25 25 23 23 10
303
69
Balanswaarde
Totaal activa
481 348 333 303 295 237 191 189 185 150 147 142 130 104 103 93 92 86 83 81 78 73 66 66 56 902 5.014
16.028 1.718 1.617 3.124 1.243 1.116 3.911 791 1.959 958 4.502 3.001 461 1.089 1.033 864 423 870 2.134 1.597 574 649 1.150 761 557
Totaal vreemd vermogen
15.002 257 209 1.338 176 112 2.914 399 1.331 399 1.666 1.157 623 7 402 143 8 763 1.069 263 358 857 478 1
Totaal baten
Totaal lasten
180 202 192 411 –60 135 458 29 313 179 660 387 19 70 124 –7 76 130 443 304 76 119 111 40 68
436 24 22 168 27 48 403 2 188 100 155 106 2 47 34 42 14 19 152 189 31 41 78 39 15
Overige deelnemingen met invloed van betekenis vertegenwoordigt een groot aantal deelnemingen met een balanswaarde van minder dan EUR 50 miljoen. De cumulatieve bijzondere waardeverminderingen bedragen EUR 29 miljoen (2006: EUR 4 miljoen). Voor de bovenstaande deelnemingen met een aandelenbezit van minder dan 20% van de stemrechten is sprake van invloed van betekenis door de combinatie van ING’s financiële belang voor eigen rekening en de rol van ING als fondsbeheerder.
ING Groep Jaarverslag 2007
118 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Toelichting op de geconsolideerde balans van ING Groep (vervolg)
Deelnemingen Reële waarde Percentage beursgenodeelne- teerde deelming (%) nemingen
2006
Vesteda Lionbrook Property Partnership ING Winkels Basisfonds ING Woningen Basisfonds Property Fund Iberica Lion Properties Fund Lion Industrial Fund ING PF Brittanica ING Industrial Fund Australia ING Global Fund Gables RE Trust – Permanent/Bridge equity ING Retail Property Fund Australia Q-Park N.V. B.V. Petroleum Maatschappij ‘Moeara Enim’ ING Korea Property Investments ING Vastgoed Winkels C.V. ING Office Fund Australia ING Logistic Property C.V. ING Convent Garden Retail Property Fund France Belgium (RPFFB) ING Vastgoed Woningen C.V. Overige deelnemingen met invloed van betekenis
25 30 25 25 30 5 10 20 12 10 6 29 19 33 15 10 6 25 32 15 10
157
62
Balanswaarde
Totaal activa
810 355 311 227 186 144 142 115 165 56 45 124 166 141 32 80 60 74 59 63 54 934 4.343
4.610 1.276 1.326 990 1.792 3.904 2.495 1.093 1.685 600 1.646 744 1.995 2.901 458 803 1.548 552 318 1.096 541
Totaal vreemd vermogen
1.371 106 80 84 1.160 1.049 1.080 522 617 40 805 321 1.120 2.475 248 4 627 255 130 678
Totaal baten
Totaal lasten
362 214 212 93 319 567 327 162 250 179 279 66 95 52 30 146 272 90 76 142 71
51 20 9 8 175 155 100 59 53 4 147 21 86 6 31 11 69 29 9 60 9
Verloop van deelnemingen
Balanswaarde begin van het jaar Investeringen Wijzigingen in de samenstelling van de groep Overheveling van/naar beleggingen Herwaarderingen Resultaat deelnemingen Ontvangen dividend Desinvesteringen Bijzondere waardeverminderingen Koersverschillen vreemde valuta Balanswaarde eind van het jaar
2007
2006
4.343 1.222 934 –438 –155 765 –224 –1.296 –25 –112 5.014
3.622 449 152 197 41 638 –174 –511 –3 –68 4.343
Het Resultaat deelnemingen van EUR 765 miljoen en de Bijzondere waardeverminderingen van EUR –25 miljoen zijn in 2007 opgenomen in de winst-en-verliesrekening in Resultaat deelnemingen (EUR 740 miljoen). 7 BELEGGINGEN IN ONROEREND GOED Verloop van beleggingen in onroerend goed
Balanswaarde begin van het jaar Investeringen Wijzigingen in de samenstelling van de groep Overheveling van/naar Onroerend goed in eigen gebruik Overheveling van/naar Overige activa Reële waarde-aanpassingen winst/verlies Desinvesteringen Koersverschillen vreemde valuta Balanswaarde eind van het jaar
ING Groep Jaarverslag 2007
2007
2006
6.974 878 –2.919 –60 13 168 –309 84 4.829
5.031 1.588 1.497 44 175 –1.293 –68 6.974
119
In 2007 hebben de Wijzigingen in de samenstelling van de groep vooral betrekking op de deconsolidatie van de Vastgoedfondsen als gevolg van de afname van ING’s belang in deze fondsen. Beleggingen in onroerend goed naar verzekerings- en bancaire activiteiten
Verzekeringsactiviteiten Bancaire activiteiten
2007
2006
1.302 3.527 4.829
3.310 3.664 6.974
Het totale bedrag aan huuropbrengsten dat is verantwoord in de winst-en-verliesrekening 2007 is EUR 402 miljoen (2006: EUR 434 miljoen). Het totale bedrag aan voorwaardelijke leasebetalingen dat verantwoord is in de winst-en-verliesrekening 2007 is EUR 14 miljoen (2006: EUR 14 miljoen). Het totale bedrag aan directe bedrijfskosten (inclusief kosten van reparatie en onderhoud) met betrekking tot beleggingen in onroerend goed die over 2007 huuropbrengsten genereerden was EUR 64 miljoen (2006: EUR 168 miljoen). Het totale bedrag aan directe bedrijfs kosten (inclusief kosten van reparatie en onderhoud) met betrekking tot beleggingen in onroerend goed die over 2007 geen huurop brengsten genereerden was EUR 20 miljoen (2006: EUR 32 miljoen). Taxatie van beleggingen in onroerend goed gedurende de laatste vijf jaar, getaxeerd door onafhankelijke gekwalificeerde taxateurs (in percentages) taxatiejaar
2007 2006 2005 2004 2003
64 36 0 0 0 100
8 GEBOUWEN EN BEDRIJFSMIDDELEN Gebouwen en bedrijfsmiddelen per soort
Onroerend goed in eigen gebruik Bedrijfsmiddelen Activa uit operationele lease-overeenkomsten
2007
2006
2.069 1.270 2.898 6.237
2.034 1.312 2.685 6.031
Onroerend goed in eigen gebruik naar verzekerings- en bancaire activiteiten
Verzekeringsactiviteiten Bancaire activiteiten
2007
2006
599 1.470 2.069
694 1.340 2.034
ING Groep Jaarverslag 2007
120 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Toelichting op de geconsolideerde balans van ING Groep (vervolg)
Verloop in onroerend goed in eigen gebruik 2007
2006
Balanswaarde begin van het jaar Investeringen Wijzigingen in de samenstelling van de groep Herrubricering van/naar Beleggingen in onroerend goed Herrubricering van/naar Andere activa Afschrijvingen Herwaarderingen Terugboeken van bijzondere waardeverminderingen Desinvesteringen Koersverschillen vreemde valuta Balanswaarde eind van het jaar
2.034 85 29 60 59 –39 –60 14 –84 –29 2.069
2.271 68 –14 –44 –4 –64 76 4 –221 –38 2.034
Bruto boekwaarde per 31 december Cumulatieve afschrijvingen per 31 december Cumulatieve bijzondere waardeverminderingen per 31 december Netto boekwaarde
2.943 –708
2.883 –669
–166 2.069
–180 2.034
693 19 –79 633
612 82 –1 693
Herwaarderingsreserve Balanswaarde begin van het jaar Waardeverandering gedurende het jaar Vrijval gedurende het jaar Balanswaarde eind van het jaar
De kost- of aanschafprijs bedraagt EUR 2.310 miljoen (2006: EUR 2.190 miljoen). De verkrijgingsprijs verminderd met de cumulatieve afschrijvingen zou EUR 1.602 miljoen (2006: EUR 1.521 miljoen) bedragen. Taxatie van onroerend goed in eigen gebruik gedurende de laatste vijf jaar, getaxeerd door onafhankelijke gekwalificeerde taxateurs (in percentages) taxatiejaar
2007 2006 2005 2004 2003
39 19 26 4 12 100
Verloop van bedrijfsmiddelen Informatieverwerkende apparatuur 2007 2006
Balanswaarde begin van het jaar Investeringen Wijzigingen in de samenstelling van de groep Desinvesteringen Afschrijvingen Bijzondere waardeverminderingen Koersverschillen vreemde valuta Overige mutaties Balanswaarde eind van het jaar Bruto boekwaarde per 31 december Cumulatieve afschrijvingen per 31 december Cumulatieve bijzondere waardeverminderingen per 31 december Netto boekwaarde
ING Groep Jaarverslag 2007
283 177 10 –24 –164 –1 –3 3 281
314 157 –7 –9 –177
Inrichting, installaties en andere bedrijfsmiddelen 2007 2006
2007
Totaal 2006
–6 11 283
1.029 309 16 –44 –216 –1 –17 –87 989
1.002 343 –1 –63 –222 –1 –26 –3 1.029
1.312 486 26 –68 –380 –2 –20 –84 1.270
1.316 500 –8 –72 –399 –1 –32 8 1.312
1.763 –1.481
1.499 –1.216
2.950 –1.959
2.729 –1.699
4.713 –3.440
4.228 –2.915
–1 281
283
–2 989
–1 1.029
–3 1.270
–1 1.312
121
Verloop van activa uit operationele lease-overeenkomsten
2007
2.671 1.396
Auto’s 2006
Balanswaarde begin van het jaar Investeringen Wijzigingen in de samenstelling van de groep Desinvesteringen Afschrijvingen Koersverschillen vreemde valuta Balanswaarde eind van het jaar
–417 –720 –44 2.886
2.116 1.146 417 –400 –617 9 2.671
Bruto boekwaarde per 31 december Cumulatieve afschrijvingen per 31 december Netto boekwaarde
5.177 –2.291 2.886
3.938 –1.267 2.671
Overige geleasde activa 2007 2006
14 2
–4
54 18 –46 –2 –10
12 70 –58 12
2007
2.685 1.398
Totaal 2006
14
–417 –724 –44 2.898
2.170 1.164 371 –402 –627 9 2.685
39 –25 14
5.247 –2.349 2.898
3.977 –1.292 2.685
Afschrijvingen van activa uit operationele lease-overeenkomsten worden verantwoord in de winst-en-verliesrekening onder Overige baten en zijn in mindering gebracht op de baten uit operationele lease-overeenkomsten. Geen van de afzonderlijke operationele lease-overeenkomsten zou een materieel effect kunnen hebben op de omvang, timing en zekerheid van de geconsolideerde kasstromen van ING Groep. De Groep verhuurt activa aan derden middels operationele lease-overeenkomsten. De minimaal te ontvangen toekomstige leasebetalingen uit hoofde van onherroepelijke operationele lease-overeenkomsten bedragen: Minimale te ontvangen toekomstige leasebetalingen naar looptijd
Korter dan 1 jaar Langer dan 1 jaar en korter dan 5 jaar Langer dan 5 jaar
2007
2006
1.048 1.844 6 2.898
926 1.754 5 2.685
ING Groep Jaarverslag 2007
122 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Toelichting op de geconsolideerde balans van ING Groep (vervolg)
9 IMMATERIËLE VASTE ACTIVA Verloop van immateriële vaste activa Value of business acquired 2007 2006
Balanswaarde begin van het jaar Aankopen Geactiveerde kosten Afschrijvingen Bijzondere waardeverminderingen Effect van ongerealiseerde herwaarderingen in het eigen vermogen Wijzigingen in de samenstelling van de groep Koersverschillen vreemde valuta Verkopen Balanswaarde eind van het jaar Bruto boekwaarde per 31 december Cumulatieve afschrijvingen per 31 december Cumulatieve bijzondere waardeverminderingen per 31 december Netto boekwaarde
2.641 93
2.986 107
–229
–175
2007
Goodwill 2006
305 2.040
173 169
2007
Software 2006
2007
Overig 2006
377 215 124 –221
408 194
199 170
94 59
–200
–18
–8
–14
–10
–1
2007
Totaal 2006
3.522 2.518 124 –468
3.661 529
–15
–10
32
18
–383
32
18
25
–5
–28
–21
9
–6
390
61
396
29
–261
–290
–71 –1
–10 –6
–5 –13
–9
–18
–7
–355 –14
–316 –6
2.301
2.641
2.245
305
472
377
722
199
5.740
3.522
2.946
3.057
2.245
305
1.379
1.049
766
224
7.336
4.635
–645
–416
–878
–657
–43
–25
–1.566
–1.098
2.301
2.641
–29 472
–15 377
–1 722
199
–30 5.740
–15 3.522
2.245
305
Afschrijving van software en overige immateriële vaste activa is inbegrepen in de winst-en-verliesrekening in de post Overige bedrijfslasten. Afschrijving van value of business acquired is inbegrepen in Verzekeringstechnische lasten. De aankopen in 2007 met betrekking to Goodwill hebben voor EUR 1.818 miljoen hoofdzakelijk betrekking op de aankoop van Landmark, de Latijns Amerikaanse pensioenactiviteiten van Santander, Oyak Bank en Sharebuilder Corporation. De aankopen in 2007 met betrekking tot Overig hebben voor EUR 390 miljoen hoofdzakelijk betrekking op de aankoop van de Latijns Amerikaanse pensioenactiviteiten van Santander en Oyak Bank. Dit is in toelichting 29 ‘Aankoop en verkoop van maatschappijen’ toegelicht. 10 OVERLOPENDE ACQUISITIEKOSTEN Verloop van overlopende acquisitiekosten Beleggingscontracten 2007 2006
Balanswaarde begin van het jaar Geactiveerd Afschrijvingen ‘Unlocking’ Effect van ongerealiseerde herwaarderingen in het eigen vermogen Wijzigingen in de samenstelling van de groep Koersverschillen vreemde valuta Verkoop van portefeuilles Balanswaarde eind van het jaar
ING Groep Jaarverslag 2007
83 31 –12
71 25 –11
–1
–2
101
83
Levensverzekeringen 2007 2006
9.645 2.766 –1.266 –28
9.043 2.544 –1.178 –11
43
43
–938 –39 10.183
–812 16 9.645
Schadeverzekeringen 2007 2006
435 257 –274
–5 10 –15 408
490 259 –255
–43 –16 435
2007
Totaal 2006
10.163 3.054 –1.552 –28
9.604 2.828 –1.444 –11
43 –5 –929 –54 10.692
43 –857 10.163
123
Voor flexibele beleggingsverzekeringen bedraagt de groeiveronderstelling voor het berekenen van de afschrijving van de Overlopende acquisitiekosten voor 2007 6,6% bruto en 5,6% na aftrek van vergoedingen voor vermogensbeheer (2006: 7,6% bruto en 6,1% na aftrek van vergoedingen voor vermogensbeheer). 11 OVERIGE ACTIVA Overige activa per soort
Herverzekeringen en ����������������������������� vorderingen ����������������� uit ������������� verzekeringen Latente belastingvorderingen Onroerend goed aangehouden voor verkoop Onroerend goed in ontwikkeling voor derden Terug te vorderen vennootschapsbelasting Overlopende rente en huren Overige overlopende activa Pensioenactiva Overige vorderingen
2007
2006
3.664 2.723 2.993
4.105 1.872 2.243 96 1.222 14.535 1.167 251 5.572 31.063
974 17.818 1.099 439 10.389 40.099
Een toelichting op latente belastingvorderingen en pensioenactiva is begrepen in de toelichting 21 ‘Overige schulden’. In de bovenstaande tabel zijn activa tegen geamortiseerde kostprijs opgenomen welke vallen onder de IAS 39-classificatie ‘Leningen en vorderingen’. Deze bedragen EUR 8.844 miljoen en zijn opgenomen in Overlopende rente en huren hierboven. In 2007 is voor nihil aan rentelasten geactiveerd met betrekking tot onroerend goed in ontwikkeling voor derden (2006: EUR 2 miljoen). Herverzekeringen en vorderingen uit verzekeringen
Vorderingen uit directe verzekeringen op – polishouders – tussenpersonen Vorderingen uit herverzekeringen
2007
2006
2.211 283 1.170 3.664
2.390 239 1.476 4.105
2007
2006
530
367
48 2.415 2.993
58 1.818 2.243
3.104
2.328
–111 2.993
–85 2.243
Onroerend goed aangehouden voor verkoop
Voor verkoop aangehouden onroerend goed Overige: – onroerend goed verkregen uit faillissementen – onroerend goed ontwikkeld voor verkoop
Bruto boekwaarde per 31 december Cumulatieve bijzondere waardeverminderingen per 31 december Netto boekwaarde
ING Groep Jaarverslag 2007
124 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Toelichting op de geconsolideerde balans van ING Groep (vervolg)
EIGEN VERMOGEN 12 EIGEN VERMOGEN (MOEDERMAATSCHAPPIJ) Eigen vermogen (moedermaatschappij)
Aandelenkapitaal Agioreserve Herwaarderingsreserve Reserve voor koersverschillen vreemde valuta Overige reserves Eigen vermogen (moedermaatschappij)
2007
2006
2005
534 8.739 4.937 –1.354 24.352 37.208
530 8.348 9.453 –473 20.408 38.266
530 8.343 11.206 668 15.989 36.736
De herwaarderingsreserve, de reserve deelnemingen (opgenomen in Overige reserves) en de reserve voor koersverschillen vreemde valuta zijn niet vrij uitkeerbaar. De Overige reserves bevatten op 31 december 2007 een bedrag van EUR 566 miljoen (2006: EUR 566 miljoen; 2005: EUR 583 miljoen) aan kapitaal en reserves van Regio Bank N.V. (de voormalige Stichting Regio Bank) dat niet vrij uitkeerbaar is. Aandelenkapitaal Aantal X1.000
Maatschappelijk aandelenkapitaal Aandelenkapitaal in portefeuille Geplaatst aandelenkapitaal
Gewone aandelen (nominale waarde EUR 0,24) Bedrag
2007
2006
2005
2007
2006
2005
3.000.000 773.555 2.226.445
3.000.000 794.907 2.205.093
3.000.000 795.066 2.204.934
720 186 534
720 190 530
720 190 530
Verloop in geplaatst aandelenkapitaal Gewone aandelen (nominale waarde EUR 0,24) Aantal X1.000 Bedrag
Geplaatst aandelenkapitaal per 1 januari 2005
2.204.720
530
Uitgifte van aandelen Geplaatst aandelenkapitaal per 31 december 2005
214 2.204.934
530
Uitgifte van aandelen Uitoefening Warrants B en opties Geplaatst aandelenkapitaal per 31 december 2006
96 63 2.205.093
530
Uitgifte van aandelen Uitoefening Warrants B en opties Geplaatst aandelenkapitaal per 31 december 2007
5.569 15.783 2.226.445
1 3 534
In mei 2007 heeft ING een plan bekend gemaakt om een terugkoopprogramma te starten om zo de (certificaten op de) gewone aandelen, welke een totale waarde van EUR 5 miljard hebben, terug te kopen over een periode van 12 maanden, aanvangend in juni 2007. Tijdens 2007 zijn in totaal 90,7 miljoen (certificaten van) gewone aandelen teruggekocht tegen een gemiddelde prijs van EUR 30,49 en voor een bedrag van EUR 2,8 miljard. Dit houdt een realisatie van ongeveer 56% van het terugkoopprogramma in. Ingekochte aandelen zijn opgenomen in de tabel Verloop eigen aandelen op pagina 127. Gewone aandelen Alle aandelen staan op naam. Er zijn geen aandeelbewijzen uitgegeven. Aandelen kunnen worden overgedragen door middel van een akte van overdracht na goedkeuring door de Raad van Bestuur van ING Groep. De nominale waarde van de gewone aandelen is EUR 0,24. Het maatschappelijk kapitaal van ING Groep bedraagt 3.000 miljoen aandelen, waarvan er per 31 december 2007 2.226 miljoen zijn uitgegeven en volgestort.
ING Groep Jaarverslag 2007
125
Certificaten van gewone aandelen en preferente aandelen Meer dan 99% van de gewone aandelen en preferente aandelen is in bezit van de Stichting ING Aandelen. In ruil voor deze aandelen heeft de Stichting certificaten aan toonder uitgegeven van gewone aandelen, respectievelijk preferente aandelen. De certificaten zijn genoteerd aan verschillende aandelenbeurzen. Certificaten kunnen zonder beperking worden omgewisseld in (niet-genoteerde) aandelen van de betreffende categorie. De certificaathouder heeft het recht op de dividendbetalingen en uitkeringen die corresponderen met de dividenden en uitkeringen die zijn ontvangen door de Stichting voor een aandeel uit de betreffende categorie. Daarnaast is de certificaathouder gerechtigd om de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van ING Groep bij te wonen en daar het woord te voeren, zowel in persoon als bij volmacht. Een certificaathouder die de Algemene Vergadering van Aandeelhouders bijwoont is gerechtigd om namens de Stichting stemrecht uit te oefenen, naar eigen inzicht, voor het aantal aandelen dat correspondeert met het aantal gehouden certificaten van de betreffende categorie. Een certificaathouder die de Algemene Vergadering van Aandeelhouders niet bijwoont, in persoon of bij volmacht, heeft het recht om een bindende stemaanwijzing te geven aan de Stichting voor het aantal aandelen dat correspondeert met het aantal gehouden certificaten van de betreffende categorie. Concentratie van houders van certificaten van aandelen Op 31 december 2007 hield AllianceBernstein Corporation een belang tussen 5% en 10% van de certificaten (van gewone aandelen) van ING Groep N.V. Certificaten van gewone aandelen gehouden door ING Groep Per 31 december 2007 hielden ING Groep of haar dochtermaatschappijen EUR 126,8 miljoen (2006: 53,8 miljoen; 2005: 38,7 miljoen) certificaten van gewone aandelen van ING Groep N.V. met een nominale waarde van EUR 0,24. Deze zijn ingekocht als onderdeel van het aangekondigde terugkoopplan in 2007 en om het risico in verband met de aan de leden van de Raad van Bestuur en de overige werknemers toegekende optierechten af te dekken. Beperkingen uitkering dividend ING Groep N.V. en haar Nederlandse groepsmaatschappijen zijn gebonden aan wettelijke beperkingen ten aanzien van het dividend dat aan de aandeelhouders mag worden uitgekeerd. In het Burgerlijk Wetboek is de beperking opgenomen dat dividend alleen mag worden uitgekeerd voor zover het eigen vermogen van de onderneming groter is dan de som van (i) het bedrag van het gestorte en opgevraagde deel van het aandelenkapitaal en (ii) de reserves die krachtens de wet moeten worden aangehouden. Aanvullend zijn enkele groepsmaatschappijen gebonden aan de beperkingen ten aanzien van de omvang van de uitkeringen die in de vorm van dividend of op een andere wijze aan de moedermaatschappij mogen plaatsvinden. Voorts bestaan in bepaalde landen, in aanvulling op de beperkingen met betrekking tot minimumkapitaal en solvabiliteitsvereisten van regelgevende instanties in het land waarin de groepsmaatschappijen actief zijn, andere beperkingen. Warrants B In 1998 heeft ING Groep N.V. de uitgifte van maximaal 17.317.132 warrants B goedgekeurd, waarvan 17.220.200 warrants zijn uitge geven. Op 31 december 2007 stonden 9.266.097 warrants B uit (2006: 17.157.891; 2005: 17.189.554). Houders van warrants B hebben het recht om certificaten van gewone aandelen ING Groep N.V. te verkrijgen tegen een van tevoren vastgestelde prijs: 1 warrant B geeft recht op 2 certificaten van aandelen. Houders van warrants B mochten hun recht naar eigen inzicht uitoefenen maar niet later dan 5 januari 2008. Op 31 december 2007 werden 601.356 warrants B (2006: nihil; 2005 nihil) gehouden door groepsmaatschappijen van ING Groep. De sluitingsdatum voor het uitoefenen van warrants B was 5 januari 2008. De uitoefenprijs van warrants B was EUR 49,92 voor 2 certificaten van aandelen. Verloop in herwaarderingsreserve
2007
Balanswaarde begin van het jaar Ongerealiseerde herwaarderingen na belasting Overgeheveld naar resultaat (gerealiseerd) Mutaties in de kasstroomhedgereserve Overgeheveld naar verzekeringsverplichtingen / overlopende acquisitiekosten Balanswaarde eind van het jaar
HerHerwaarwaarderings- deringsreserve reserve beleggingen onroerend beschikbaargoed voor-verkoop
468 –29
7.629 –1.508 –3.186
Kasstroomhedgereserve
1.356
–925 439
1.132 4.067
431
Totaal
9.453 –1.537 –3.186 –925 1.132 4.937
ING Groep Jaarverslag 2007
126 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Toelichting op de geconsolideerde balans van ING Groep (vervolg)
Verloop in herwaarderingsreserve
2006
Balanswaarde begin van het jaar Ongerealiseerde herwaarderingen na belasting Overgeheveld naar resultaat (gerealiseerd) Mutaties in kasstroomhedgereserve Overgeheveld naar verzekeringsverplichtingen / overlopende acquisitiekosten Balanswaarde eind van het jaar
Herwaarderingsreserve onroerend goed
460 8
468
Herwaarderingsreserve beleggingen beschikbaarvoor-verkoop
8.700 –1.087 –804
820 7.629
Kasstroomhedgereserve
2.046
Totaal
–690
11.206 –1.079 –804 –690
1.356
820 9.453
Verloop in herwaarderingsreserve
2005
Balanswaarde begin van het jaar Implementatie IAS 32/39 en IFRS 4 Ongerealiseerde herwaarderingen na belasting Overgeheveld naar resultaat (gerealiseerd) Mutaties in kasstroomhedgereserve Overgeheveld naar verzekeringsverplichtingen / overlopende acquisitiekosten Overige herwaarderingen Balanswaarde eind van het jaar
Herwaarderingsreserve onroerend goed
382 53
Herwaarderingsreserve beleggingen beschikbaarvoor-verkoop
875 6.256 2.095 –663
25 460
–89 226 8.700
Kasstroomhedgereserve
Totaal
764
1.257 7.538 2.148 –663 764
2.046
–89 251 11.206
1.282
Verloop in reserve voor koersverschillen vreemde valuta
Balanswaarde begin van het jaar Implementatie IAS 32/39 en IFRS 4 Ongerealiseerde herwaarderingen na belasting Overgeheveld naar resultaat (gerealiseerd) Valutakoersverschillen Balanswaarde eind van het jaar
2007
2006
2005
–473
668
500 –228 –1.153 –1.354
194
–184 –556 489
–1.335 –473
919 668
Verloop in overige reserves
2007
Balanswaarde begin van het jaar Winst voor de periode Ongerealiseerde herwaarderingen na belasting Mutatie eigen aandelen Dividend Personeelopties en aandelenplannen Overige Balanswaarde eind van het jaar
ING Groep Jaarverslag 2007
Reserve ingehouden winsten
20.700 8.894
Reserve deelnemingen Eigen aandelen
1.181 347
–1.436
Overige reserves
–37 –98
–2.304 –2.826 104 153 27.025
–173 –153 1.202
–3.740
–135
Totaal
20.408 9.241 –98 –2.304 –2.999 104 24.352
127
Verloop in overige reserves
2006
Balanswaarde begin van het jaar Winst voor de periode Ongerealiseerde herwaarderingen na belasting Mutatie eigen aandelen Dividend Overige Balanswaarde eind van het jaar
Reserve ingehouden winsten
Reserve deelnemingen
16.262 6.972
608 720
Eigen aandelen
Overige reserves
–868
–13 –124
–520
Totaal
15.989 7.692 –124 –520 –2.681 52 20.408
–2.534
–147
20.700
1.181
–48 –1.436
100 –37
Reserve ingehouden winsten
Reserve deelnemingen
Eigen aandelen
Overige reserves
Totaal
608
–563
Verloop in overige reserves
2005
Balanswaarde begin van het jaar Implementatie IAS 32/39 en IFRS 4 Winst voor de periode Mutatie eigen aandelen Dividend Overige Balanswaarde eind van het jaar
13.792 –2.584 7.210 –2.461 305 16.262
608
–868
–13 –13
13.837 –2.584 7.210 –305 –2.461 292 15.989
2007
2006
Bedrag 2005
2007
2006
Aantal 2005
1.436 2.505 –201
868 1.030 –462
563 381 –76
53.859.235 79.652.109 –6.751.515
38.722.934 30.858.427 –15.722.126
3.740
1.436
868
126.759.829
53.859.235
–305
Verloop in eigen aandelen
Balanswaarde begin van het jaar Gekocht Aandelengerelateerde beloningen Overige Balanswaarde eind van het jaar
29.787.165 13.013.029 –3.203.303 –873.957 38.722.934
Preferente aandelen worden gepresenteerd onder het vreemd vermogen. Zie toelichting 13 ’Preferente aandelen’.
ING Groep Jaarverslag 2007
128 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Toelichting op de geconsolideerde balans van ING Groep (vervolg)
VREEMD VERMOGEN 13 PREFERENTE AANDELEN ING Groep preferente aandelen Preferente aandelen zijn onderverdeeld in 2 categorieën: preferente aandelen ‘A’ en preferente aandelen ‘B’. Het maatschappelijk kapitaal preferente aandelen van ING Groep N.V. bedraagt 100 miljoen preferente aandelen ‘A’, met een nominale waarde van EUR 1,20 waarvan er per 31 december 2007 16.012.839 zijn uitgegeven, en 1.000 miljoen preferente aandelen ‘B’ met een nominale waarde van EUR 0,24, die niet zijn uitgegeven. De enige mutatie in uitstaande preferente aandelen wordt hieronder besproken onder Inkoop preferente aandelen. Preferente aandelen mogen alleen tegen tenminste de nominale waarde worden uitgegeven. Preferente aandelen gaan vóór gewone aandelen voor wat betreft de rechten op dividend en verdeling bij liquidatie van ING Groep N.V., maar zijn achtergesteld ten opzichte van de cumulatief preferente aandelen. Houders van preferente aandelen ‘A’ en ‘B’ hebben gelijke rechten. Als de winst of het bedrag dat beschikbaar is voor uitkering aan de houders van preferente aandelen niet toereikend is voor een volledige uitkering, dan ontvangen deze houders een uitkering evenredig aan het bedrag dat zij zouden hebben ontvangen bij een volledige uitkering. De preferente aandelen ‘A’ en ‘B’ zijn niet cumulatief en de houders daarvan zullen in volgende jaren niet gecompenseerd worden voor een tekort in een vorig jaar. Volgens de statuten van ING Groep N.V. kunnen preferente aandelen worden ingetrokken. Preferente aandelen ‘A’ Het dividend op preferente aandelen ‘A’ is gelijk aan een percentage, berekend over het bedrag (inclusief agio) waarvoor de preferente aandelen ‘A’ oorspronkelijk waren uitgegeven. Dit percentage wordt berekend aan de hand van het rekenkundig gemiddelde van het gemiddelde effectieve rendement van de 5 langst lopende Nederlandse staatsleningen, zoals berekend door een door de Raad van Bestuur aangewezen ‘Calculating Agent’ voor de laatste 20 handelsdagen voorafgaand aan de dag waarop de eerste preferente aandelen ‘A’ zijn uitgegeven, of als dat het geval zou zijn, vooraf gaand aan de dag waarop het dividendpercentage is aangepast. Het aldus vastgestelde percentage kan met maximaal een 0,5 procent punt worden verhoogd of verlaagd, afhankelijk van de marktomstandigheden op dat moment, al naar gelang de Raad van Bestuur met goedkeuring van de Raad van Commissarissen beslist. Het dividend op preferente aandelen ‘A’ is voor de periode tot 1 januari 2014 vastgesteld op EUR 0,1582 per jaar. Daarna zal het dividendpercentage opnieuw worden aangepast (en daarna elke 10 jaar) aan het gemiddelde effectieve rendement van de 5 langstlopende Nederlandse staatsleningen op dat moment. Preferente aandelen ‘A’ mogen alleen worden ingetrokken als per preferent aandeel ‘A’ het bedrag (inclusief agio) waarvoor de preferente aandelen ‘A’ oorspronkelijk waren uitgegeven verminderd met de nominale waarde van de aandelen kan worden uitgekeerd. Bij liquidatie van ING Groep zal, indien mogelijk, het bedrag (inclusief agio) waarvoor de preferente aandelen ‘A’ oorspronkelijk waren uitgegeven op ieder preferent aandeel ‘A’ worden uitgekeerd. Inkoop preferente aandelen In 2007 heeft ING 57.016.572 (2006: 24.051.039) (certificaten van) preferente aandelen ‘A’ ingekocht tegen een gemiddelde prijs van EUR 3,64 per aandeel totaalbedrag van EUR 207,5 miljoen (2006: EUR 3,72 per aandeel voor een totaalbedrag EUR 89,5 miljoen). De preferente aandelen ‘A’ zijn teruggekocht van Fortis en ABN AMRO. Dit is hieronder toegelicht. In juli 2007 heeft ING bekend gemaakt dat overeenstemming bereikt was met Fortis Insurance over de terugkoop van 28.172.583 preferente aandelen ‘A’ van ING tegen een prijs van EUR 3,618175 per aandeel of voor een totaalbedrag van EUR 101.933.336. Na deze inkoop zijn de preferente aandelen ingetrokken. In oktober 2007 heeft ING bekend gemaakt dat overeenstemming bereikt was met ABN AMRO over de terugkoop van 28.843.989 preferente aandelen ‘A’ van ING Groep. De transactie was uitgevoerd in twee tranches. Op 15 oktober 2007 zijn 18.843.989 preferente aandelen ‘A’ teruggekocht tegen een prijs van EUR 3,65 per aandeel of voor een totaalbedrag van EUR 68.780.560. Na deze inkoop zijn deze preferente aandelen ingetrokken. Op 24 december 2007 zijn aanvullend 10.000.000 preferente aandelen ‘A’ ingekocht tegen een prijs van EUR 3,68 per aandeel of voor een totaal bedrag van EUR 36.800.000. Geen van deze 10 miljoen preferente aandelen is inge trokken per 31 december 2007 en zijn daarom opgenomen in het aantal geplaatste preferente aandelen ‘A’ per 31 december 2007. Echter in februari 2008 zijn al deze preferente aandelen ingetrokken.
ING Groep Jaarverslag 2007
129
Cumulatief preferente aandelen De nominale waarde van de cumulatief preferente aandelen is EUR 1,20. Het maatschappelijk kapitaal cumulatief preferente aandelen van ING Groep N.V. bedraagt 900 miljoen cumulatief preferente aandelen. Deze zijn niet uitgegeven. De cumulatief preferente aandelen gaan voor de preferente aandelen betreffende de rechten op dividend en verdeling bij liquidatie van ING Groep N.V. Het dividend op cumulatief preferente aandelen zal gelijk zijn aan het percentage berekend over het verplicht gestorte of nog te storten bedrag. Dit percentage is gelijk aan het gemiddelde van de Euro OverNight Index Average (EONIA), berekend door de Europese Centrale Bank. Dit percentage wordt gedurende het boekjaar waarover de uitkering geschiedt gewogen naar het aantal dagen waarvoor deze van toepassing was, verhoogd met 2,5 procentpunt. Voor zover de uit te keren winst niet toereikend is om het hierboven genoemde dividend volledig uit te keren, zal het tekort indien moge lijk worden onttrokken aan de reserves. Voor zover het uit te keren dividend niet aan de reserves kan worden onttrokken, zullen de winsten van de volgende jaren eerst worden gebruikt om het tekort te compenseren voordat een uitkering mag plaatsvinden op aandelen uit een andere categorie. Volgens de statuten van ING Groep N.V. kunnen cumulatief preferente aandelen worden ingetrokken. Bij het intrekken van de cumulatief preferente aandelen en bij liquidatie van ING Groep N.V. zal het op de cumulatief preferente aandelen gestorte bedrag worden terugbe taald samen met het tekort aan dividend van voorgaande jaren, voor zover dit tekort niet reeds is gecompenseerd. 14 ACHTERGESTELDE LENINGEN Achtergestelde leningen Interest percentages
7,375% 6,375% 5,140% 5,775% 6,125% 4,176% Variabel 6,200% Variabel 7,200% 7,050%
Uitgiftejaar
2007 2007 2006 2005 2005 2005 2004 2003 2003 2002 2002
Nominaal bedrag Vervaldag in originele valuta
Eeuwigdurend Eeuwigdurend Eeuwigdurend Eeuwigdurend Eeuwigdurend Eeuwigdurend Eeuwigdurend Eeuwigdurend Eeuwigdurend Eeuwigdurend Eeuwigdurend
USD USD GBP USD USD EUR EUR USD EUR USD USD
1.500 1.045 600 1.000 700 500 1.000 500 750 1.100 800
Balanswaarde 2007
2006
988 690 810 674 462 497 937 330 682 726 529 7.325
885 752 515 497 926 368 669 811 591 6.014
Achtergestelde leningen bestaan uit eeuwigdurende achtergestelde obligatieleningen uitgegeven door ING Groep N.V. Deze obligatie leningen zijn uitgegeven om hybride kapitaal voor ING Verzekeringen N.V. en Tier-1 vermogen voor ING Bank N.V. te verwerven. Onder IFRS-EU worden deze leningen geclassificeerd als verplichtingen, voor wettelijke vereisten met betrekking tot solvabiliteit worden deze obligatieleningen beschouwd als kapitaal. Deze leningen zijn door ING Groep N.V. doorgeleend als achtergestelde leningen aan ING Bank N.V. en ING Verzekeringen N.V. op dezelfde voorwaarden als de oorspronkelijke obligatieleningen. Het aantal achtergestelde obligatieleningen dat op 31 december 2007 door groepsmaatschappijen werd gehouden bedraagt 3.504 en had een balanswaarde van nihil (2006: nihil met een balanswaarde van nihil).
ING Groep Jaarverslag 2007
130 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Toelichting op de geconsolideerde balans van ING Groep (vervolg)
15 UITGEGEVEN SCHULDBEWIJZEN De uitgegeven schuldbewijzen betreffen obligaties en andere geëmitteerde schuldbewijzen met een vaste of van de rentestand afhankelijke rente, zoals depositocertificaten en accepten uitgegeven door de Groep, voor zover niet achtergesteld. De uitgegeven schuldbewijzen zijn exclusief de schuldbewijzen die gepresenteerd worden als Financiële verplichtingen tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat. ING Groep heeft geen schuldbewijzen uitgegeven onder andere voorwaarden dan zoals van toepassing in de normale bedrijfsuitoefening. De looptijden van de uitgegeven schuldbewijzen is als volgt: Looptijden uitgegeven schuldbewijzen 2007
2006
Schuldbewijzen met een vaste rente Korter dan 1 jaar Langer dan 1 jaar en korter dan 2 jaar Langer dan 2 jaar en korter dan 3 jaar Langer dan 3 jaar en korter dan 4 jaar Langer dan 4 jaar en korter dan 5 jaar Langer dan 5 jaar Totaal schuldbewijzen met een vaste rente
35.182 4.156 1.738 2.057 2.374 5.870 51.377
49.692 1.475 2.914 1.824 3.140 5.155 64.200
Schuldbewijzen met een variabele rente Korter dan 1 jaar Langer dan 1 jaar en korter dan 2 jaar Langer dan 2 jaar en korter dan 3 jaar Langer dan 3 jaar en korter dan 4 jaar Langer dan 4 jaar en korter dan 5 jaar Langer dan 5 jaar Totaal schuldbewijzen met een variabele rente
7.204 487 989 1.847 1.140 3.951 15.618
4.637 238 413 1.086 2.611 4.948 13.933
Totaal uitgegeven schuldbewijzen
66.995
78.133
Per 31 december 2007 had ING Groep voor een bedrag van EUR 6.974 miljoen (2006: EUR 29.335 miljoen) aan ongebruikte kredietfaciliteiten beschikbaar, inclusief ‘commercial paper borrowings’ met betrekking tot Uitgegeven schuldbewijzen. 16 OVERIGE LENINGEN Overige leningen naar resterende looptijd 2007
Achtergestelde leningen van groepsmaatschappijen Preferente aandelen van groepsmaatschappijen Leningen o/g Leningen van kredietinstellingen
2008
2009
2010
2011
2012
Daarna
Totaal
66
542
1.052
429
1.632
9.942
13.663
4.791 1.340 6.197
1.054 2 1.598
1.306 353 2.711
1.019 279 1.727
168 1.800
1.014 1.284 785 13.025
1.014 9.454 2.927 27.058
2007
2008
2009
2010
2011
Daarna
Totaal
34
200
366
1.227
2.276
9.488
13.591
4.927 3.749 8.710
489 1.103 1.792
304 357 1.027
1.188 280 2.695
1.138 164 3.578
1.132 854 363 11.837
1.132 8.900 6.016 29.639
Overige leningen naar resterende looptijd 2006
Achtergestelde leningen van groepsmaatschappijen Preferente aandelen van groepsmaatschappijen Leningen o/g Leningen van kredietinstellingen
De Achtergestelde leningen van groepsmaatschappijen betreffen kapitaalobligaties en onderhandse leningen die zijn achtergesteld bij alle lopende en toekomstige verplichtingen van ING Bank N.V. of Postbank N.V.
ING Groep Jaarverslag 2007
131
Preferente aandelen van groepsmaatschappijen bestaan uit ‘non-cumulative guaranteed Trust Preference Securities’, die zijn uitgegeven door 100%-dochterdeelnemingen van ING Groep N.V. Deze effecten kennen een prioriteitsrecht bij liquidatie van een bepaald bedrag plus opgelopen interest en onbetaald dividend. Dividenden met betrekking tot deze effecten worden verantwoord in de winst-enverliesrekening als rentelasten. Deze effecten hebben geen stemrecht. 17 VERZEKERINGS- EN BELEGGINGSCONTRACTEN EN HERVERZEKERINGSCONTRACTEN De voorzieningen voor verzekerings- en beleggingscontracten, exclusief herverzekering (dat wil zeggen de voorziening voor rekening van ING) wordt bruto opgenomen in de balans onder Verzekerings- en beleggingscontracten en herverzekeringscontracten. Verzekerings- en beleggingscontracten, herverzekeringscontracten Voorziening exclusief herverzekering 2007 2006
Herverzekeringscontracten 2007 2006
Verzekerings- en beleggingscontracten 2007 2006
70.149 54.645 1.601
78.772 52.914 2.956
4.481 175 5
4.930 187 5
74.630 54.820 1.606
83.702 53.101 2.961
100.753 227.148
97.304 231.946
639 5.300
651 5.773
101.392 232.448
97.955 237.719
Voorziening niet-verdiende premies en lopende risico’s
2.564
2.631
99
156
2.663
2.787
Voorziening gemelde schades Voorgedane schades, nog niet gemeld (IBNR) Voorziening voor te betalen schaden
5.051 1.121 6.172
5.503 1.148 6.651
475
600
475
600
5.526 1.121 6.647
6.103 1.148 7.251
302 236.186
176 241.404
5.874
6.529
302 242.060
176 247.933
9.520 14.132 23.652
7.505 13.245 20.750
9.520 14.132 23.652
7.505 13.245 20.750
259.838
262.154
265.712
268.683
Voorziening levensverzekeringen zonder winstdeling Voorziening levensverzekeringen met winstdeling Voorziening voor (uitgestelde) winstdeling en kortingen Voorziening voor verzekeringen voor risico van polishouders Voorziening levensverzekeringen
Overige technische voorzieningen Totaal technische voorzieningen Beleggingscontracten Beleggingscontracten voor risico van polishouders Totaal voorzieningen voor beleggingscontracten Verzekerings- en beleggingscontracten
5.874
6.529
Verloop in voorziening levensverzekeringen Voorziening exclusief herverzekering 2007 2006
Herverzekeringscontracten 2007 2006
Verzekerings- en beleggingscontracten 2007 2006
231.946 –3.475 228.471
225.351 83 225.434
5.773 2 5.775
6.638 23 6.661
237.719 –3.473 234.246
231.989 106 232.095
Voorzieningen lopend boekjaar
27.224
28.863
139
1.525
27.363
30.388
Mutatie in latente winstdelingsverplichting
–1.546
–1.241
–1.546
–1.241
–21.933 6.794 5.612 2 –9.525
–13.166 4.791 2.702 –21 –5.694
–82 –40
–366 18
–122
–348
–22.015 6.754 5.612 2 –9.647
–13.532 4.809 2.702 –21 –6.042
–15.583 –1.893 227.148
–15.874 458 231.946
–501 9 5.300
–535 –1,530 5.773
–16.084 –1.884 232.448
–16.409 –1.072 237.719
Balanswaarde begin van het jaar Wijzigingen in de samenstelling van de groep
Voorziening voorgaande boekjaren: – uitkeringen aan polishouders – rente-aanwas – herwaarderingen voor risico van polishouders – effect van veranderingen in andere aannames
Koersverschillen vreemde valuta Overige mutaties Balanswaarde eind van het jaar
In de Wijzigingen in de samenstelling van de groep is EUR 4.017 miljoen welke verband houdt met de verkoop van de portefeuille in relatie tot de verkoop van de Belgische broker en de personeelsbeloningen verzekeringenactiviteiten zoals toegelicht in toelichting 29 ‘Aankoop en verkoop van maatschappijen’.
ING Groep Jaarverslag 2007
132 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Toelichting op de geconsolideerde balans van ING Groep (vervolg)
Indien de voorziening voor levensverzekeringen wordt verdisconteerd, ligt de disconteringsvoet tussen 2,9% en 6,0% (2006: 2,9% en 6,8%). De disconteringsvoet is gebaseerd op gewogen gemiddelden. ING heeft in 2004 een deel van haar levensverzekeringsactiviteiten overgedragen aan Scottish Re door middel van een medeverzekeringscontract. Deze activiteiten blijven opgenomen onder de Voorziening levensverzekeringen. De activa van dit medeverzekeringscontract zijn opgenomen onder de Herverzekeringscontracten. Voor zover herverzekeraars niet aan hun verplichtingen uit hoofde van deze contracten kunnen voldoen, blijft ING Groep aansprakelijk ten opzichte van polishouders voor het herverzekerde deel. Er worden dan ook voorzieningen gevormd voor vorderingen uit hoofde van herverzekeringen waarvan de ontvangst niet waarschijnlijk wordt geacht. De markt voor herverzekering van levensverzekeringen is in hoge mate geconcentreerd, hetgeen het spreiden van risico’s bemoeilijkt. Om het risico op aanzienlijke verliezen uit hoofde van insolvabele herverzekeraars te minimaliseren, evalueert ING Groep de financiële positie van haar herverzekeraars en bewaakt zij de concentratie van risico’s uit hoofde van gemeenschappelijke geografische gebieden, activiteiten of economische kenmerken van de herverzekeraar. Per 31 december 2007 bedroeg de totale herverzekeringsblootstelling, inclusief herverzekeringscontracten en Vorderingen uit herverzekeringen (zoals opgenomen onder de overige activa), EUR 7.044 miljoen (2006: EUR 8.005 miljoen). Dit is na aftrek van de voorziening voor oninbare herverzekeringen van EUR 5 miljoen (2006: EUR 6 miljoen). Verloop in voorziening niet-verdiende premies en lopende risico’s Voorziening exclusief herverzekering 2007 2006
Balanswaarde begin van het jaar Wijzigingen in de samenstelling van de groep
Geboekte premies Verdiende premies gedurende het jaar Koersverschillen vreemde valuta Overige mutaties Balanswaarde eind van het jaar
Herverzekeringscontracten 2007 2006
2.631 –194 2.437
2.835 –9 2.826
156 3 159
258
5.780 –5.701 15 33 2.564
5.994 –5.929 –245 –15 2.631
306 –326 –10 –30 99
Verzekerings- en beleggingscontracten 2007 2006
258
2.787 –191 2.596
3.093 –9 3.084
339 –377 –22 –42 156
6.086 –6.027 5 3 2.663
6.333 –6.306 –267 –57 2.787
Verloop in voorziening voor te betalen schaden Voorziening exclusief herverzekering 2007 2006
Balanswaarde begin van het jaar Wijzigingen in de samenstelling van de groep
Toevoegingen – lopend boekjaar – vorige boekjaren – rente-aanwas voorzieningen
Betaalde schaden en schadebehandelingskosten – lopend boekjaar – vorige boekjaren
Koersverschillen vreemde valuta Overige mutaties Balanswaarde eind van het jaar
ING Groep Jaarverslag 2007
Herverzekeringscontracten 2007 2006
6.651 –667 5.984
8.202 –4 8.198
600 –18 582
1.389
3.356 –282 32 3.106
3.261 –525 54 2.790
78 14
124 –18
92
1.747 1.343 3.090
1.569 1.458 3.027
84 88 6.172
–381 –929 6.651
Verzekerings- en beleggingscontracten 2007 2006
7.251 –685 6.566
9.591 –4 9.587
106
3.434 –268 32 3.198
3.385 –543 54 2.896
–42 151 109
33 388 421
1.705 1.494 3.199
1.602 1.846 3.448
–14 –76 475
–93 –381 600
70 12 6.647
–474 –1.310 7.251
1.389
133
ING Groep heeft per 31 december 2007 een voorziening van EUR 66 miljoen (2006: EUR 66 miljoen) opgenomen voor op milieu- en asbestclaims uit het verzekeringsbedrijf. Bij het vormen van de voorziening voor te betalen schaden en lasten voor schade aanpassing voor asbestgerelateerde ziekte en het opruimen van giftig afval neemt de Groep de huidige bekende feiten en de huidige status van de desbetreffende wet in beschouwing. Voorzieningen zijn gevormd voor IBNR schaden en voor bekende schaden (inclusief kosten van de gerelateerde rechtzaken) als genoeg informatie beschikbaar is om een specifieke verzekeringspolis aan te wijzen en de Groep de voorziening redelijk kan schatten. Bovendien worden de voorzieningen regelmatig herzien. De vrijval van voorzieningen van voorgaande jaren in 2006 is veroorzaakt door positieve verzekeringsresultaten in verschillende business units, voornamelijk in Nederland vanwege veranderingen in wettelijke bepalingen voor invaliditeit, gunstige resultaten en veranderingen in de methode van het treffen van voorzieningen. Canada profiteerde van een gunstige schadeontwikkeling bij motorverzekeringen. Indien de voorziening voor levensverzekeringen wordt verdisconteerd, ligt de disconteringsvoet tussen 3,8% en 4,3% (2006: 3,0% en 4,0%) op basis van gewogen gemiddelden. Verloop in verplichtingen uit hoofde van beleggingscontracten 2007
2006
Balanswaarde begin van het jaar Wijzigingen in de samenstelling van de groep
20.750 –277 20.473
18.633 –42 18.591
Voorzieningen lopend boekjaar
12.890
8.432
–9.697 408 576 –8.713
–6.667 344 948 –5.375
–1.147 149 23.652
–1.021 123 20.750
Voorzieningen voorgaand boekjaar – betalingen aan contracthouders – rente-aanwas – waardeveranderingen van beleggingen
Koersverschillen vreemde valuta Overige mutaties Balanswaarde eind van het jaar Bruto schade-ontwikkeling
Schatting van cumulatieve schades: Aan het einde van het tekenjaar 1 jaar later 2 jaar later 3 jaar later Schatting van de cumulatieve schades Cumulatieve betalingen Effect van discontering Opgenomen verplichtingen
Tekenjaar 2007
2004
2005
2006
Totaal
2.773 2.428 2.228 2.169 2.169
3.010 2.856 2.703
2.678 2.623
3.007
2.703
2.623
3.007
10.502
–1.638 531 –55 476
–1.929 774 –66 708
–1.588 1.035 –84 951
–1.052 1.955 –131 1.824
–6.207 4.295 –336 3.959 2.688 6.647
Verplichtingen opgenomen voor voorgaande tekenjaren Totaal bedrag opgenomen in de balans
ING Groep maakt gebruik van de uitzondering in IFRS-EU om de bruto schade-ontwikkeling niet te presenteren voor de jaren voorafgaand aan 1 januari 2004 (de overgang op IFRS-EU) omdat het praktisch niet haalbaar is deze informatie te verkrijgen.
ING Groep Jaarverslag 2007
134 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Toelichting op de geconsolideerde balans van ING Groep (vervolg)
18 BANKIERS Bankiers betreft niet-achtergestelde schulden aan banken, voor zover niet in de vorm van schuldbewijzen. Per 31 december 2007 zijn onder Bankiers verplichtingen opgenomen uit hoofde van tijdelijk verkochte effecten met een overeenkomst tot wederinkoop ten bedrage van EUR 29.604 miljoen (2006: EUR 23.627 miljoen). Bankiers per soort
Niet-rentedragend Rentedragend
2007
Nederland 2006
2007
Internationaal 2006
2007
Totaal 2006
3.527 72.257 75.784
2.696 52.817 55.513
3.580 87.608 91.188
1.035 64.291 65.326
7.107 159.865 166.972
3.731 117.108 120.839
19 TOEVERTROUWDE MIDDELEN Toevertrouwde middelen
Spaargelden Creditsaldi van rekeninghouders Zakelijke deposito’s Overig
2007
2006
275.127 161.204 86.151 2.734 525.216
283.147 147.695 62.628 3.210 496.680
2007
Nederland 2006
2007
Internationaal 2006
2007
Totaal 2006
15.100 192.808 207.908
13.734 181.976 195.710
3.905 313.403 317.308
2.704 298.266 300.970
19.005 506.211 525.216
16.438 480.242 496.680
Toevertrouwde middelen per soort
Niet-rentedragend Rentedragend
Cliënten hebben ING Groep geen middelen toevertrouwd onder andere voorwaarden dan zoals van toepassing in de normale bedrijfs uitoefening. Per 31 december 2007 zijn onder Toevertrouwde middelen tevens verplichtingen opgenomen uit hoofde van tijdelijk verkochte effecten met een overeenkomst tot wederinkoop ten bedrage van EUR 3.725 miljoen (2006: EUR 870 miljoen). Spaargelden betreffen de saldi van spaarrekeningen, spaarboekjes, spaardeposito’s en termijndeposito’s van particulieren. De te betalen rente op spaargelden, voor zover contractueel is overeengekomen dat deze op de spaarrekening wordt bijgeschreven, is eveneens onder deze balanspost opgenomen. 20 FINANCIËLE VERPLICHTINGEN TEGEN REËLE WAARDE MET WAARDEMUTATIES DOOR HET RESULTAAT Financiële verplichtingen tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat
Verplichtingen voor handelsdoeleinden Niet-handelsderivaten Geclassificeerd tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat
2007
2006
148.988 6.951
127.975 4.934
13.882 169.821
13.702 146.611
Verplichtingen voor handelsdoeleinden per soort
Aandelen Schuldbewijzen Toevertrouwde middelen Derivaten
ING Groep Jaarverslag 2007
2007
2006
12.271 10.301 97.857 28.559 148.988
20.732 9.045 77.245 20.953 127.975
135
Niet-handelsderivaten per soort
Derivaten aangehouden voor: – reële waardehedges – kasstroomhedges – hedges van een investering in buitenlandse bedrijfsonderdelen Overige niet-handelsderivaten
2007
2006
958 3.188
606 1.696
352 2.453 6.951
7 2.625 4.934
Geclassificeerd tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat
Schuldbewijzen Toevertrouwde middelen Overig
2007
2006
10.902 756 2.224 13.882
10.642 603 2.457 13.702
In 2007 is de aanpassing in de reële waarde van de financiële verplichtingen tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat, welke toe te schrijven is aan de aanpassing van het kredietrisico van die verplichting, ongeveer EUR 20 miljoen. Het bedrag dat ING Groep contractueel verplicht is te betalen op vervaldatum aan de houders van de financiële verplichtingen tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat is EUR 13.845 miljoen. Per 31 december 2007 zijn onder de Verplichtingen voor handelsdoeleinden schulden opgenomen voor EUR 86.759 miljoen (2006: EUR 67.114 miljoen) met betrekking tot overeenkomsten tot wederinkoop. 21 OVERIGE SCHULDEN Overige schulden per soort
Latente belastingverplichtingen Te betalen vennootschapsbelasting Pensioenverplichtingen en overige personeelsverplichtingen na dienstverband Overige personeelsverplichtingen Overige belastingen en premies sociale verzekeringen Depots van herverzekeraars Opgelopen rente Nog te betalen kosten Nog te betalen bedragen aan effectenmakelaars Nog te betalen bedragen aan polishouders Reorganisatie en overige voorzieningen Verplichtingen uit hoofde van aandelengerelateerde beloningen Onroerend goed in ontwikkeling ten behoeve van derden Overig
2007
2006
3.432 877
4.042 923
657 355 1.123 427 13.606 2.744 114 2.283 1.400
1.208 247 1.147 462 10.556 2.353 238 3.105 1.055
7 284 16.550 43.859
5 12.937 38.278
Bij uitkering van een dividend is ING verplicht dividendbelasting van 15% in te houden. Onder de Overige personeelsverplichtingen zijn de verplichtingen uit hoofde van vakantiedagen, jubileumuitkering en arbeidsonge schiktheid opgenomen. Onder Overig zijn overlopende passiva per jaareinde opgenomen genomen welke betrekking hebben op de normale bedrijfsvoering en welke niet afzonderlijk materieel zijn. Latente belastingverplichtingen en vorderingen worden berekend voor alle tijdelijke verschillen volgens de periodetoerekeningsmethode, met gebruikmaking van de op de Groep van toepassing zijnde belastingpercentages in de landen waarin de groep belastingplichtig is.
ING Groep Jaarverslag 2007
136 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Toelichting op de geconsolideerde balans van ING Groep (vervolg)
Verloop in latente belastingverplichtingen Mutaties Mutaties Wijzigingen verantwoord verantwoord in de Netto in het eigen in het samenstelling verplichting vermogen resultaat van de groep 2006
Beleggingen Financiële activa en verplichtingen tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat Overlopende acquisitiekosten en VOBA Fiscale egalisatiereserve Afschrijvingen Verzekeringstechnische voorzieningen Overige voorzieningen Vorderingen Kredieten Fiscaal compensabele verliezen Overig
Opbouw: – latente belastingverplichtingen – latente belastingvorderingen
Koersverschillen vreemde valuta
Overig
Netto verplichting 2007
1.375
–1.243
213
–17
56
–126
258
119 3.201 3 28 –1.490 –1.081 196 102 –909 626 2.170
–40 3
82 151 8 –26 339 –174 –128 –7 –26 27 459
–11
–2 –312
–5
1 93 109 –2 –1 76 3 21
8 4 4 –12 71 –210 33 –3 –59 –9 –299
156 3.047 15 –11 –871 –1.146 100 96 –932 –3 709
3 116 238 5 –15 –767 –1.700
–28 1 1 117 58
3.432 –2.723 709
4.042 –1.872 2.170
De mutaties van latente belastingen verantwoord in het eigen vermogen in 2006 bevatten een latente belastingschuld van EUR –1.583 miljoen met betrekking tot ongerealiseerde herwaarderingen, EUR –242 miljoen gerelateerd aan kasstroomhedge reserve, EUR 486 miljoen gerelateerd aan verzekeringscontracten en overlopende acquisitiekosten en nihil gerelateerd aan aandelengerelateerde beloningen. Deze items zijn in bovenstaande tabel respectievelijk onder Beleggingen en Verzekeringstechnische voorzieningen opgenomen. Andere kosten met betrekking tot latente belastingen zijn opgenomen in de winst-en-verliesrekening. Latente belastingen met betrekking tot fiscaal compensabele verliezen
Totaal fiscaal compensabele verliezen Fiscaal compensabele verliezen niet aangemerkt als een latente belastingvordering Fiscaal compensabele verliezen aangemerkt als een latente belastingvordering Gemiddeld belastingpercentage Latente belastingvordering
2007
2006
3.814
3.977
–688
–953
3.126
3.024
29,8% 932
30,1% 909
Latente belastingvorderingen worden opgenomen voor voorwaartse verliescompensatie en fiscale verrekeningsmogelijkheden voor zover realisatie waarschijnlijk wordt geacht. Bij het bepalen van de hoogte van de latente belastingvordering is rekening gehouden met de onzekerheid omtrent realisatie. De expiridatiedatum van de fiscaal compensabele verliezen is per 31 december als volgt: Totaal fiscaal compensabele verliezen naar expiratiedatum Niet aangemerkt als latente belastingvordering 2007 2006
Tot een jaar Vanaf een jaar tot vijf jaar Vanaf vijf jaar tot tien jaar Vanaf tien jaar tot twintig jaar Onbeperkt
ING Groep Jaarverslag 2007
64 176 230 71 147 688
16 156 47 247 487 953
Aangemerkt als latente belastingvordering 2007 2006
41 249 610 1.010 1.216 3.126
30 424 347 1.045 1.178 3.024
137
Verloop van reorganisatie en overige voorzieningen 2007
Reorganisaties 2006
335
Balanswaarde begin van het jaar Wijzigingen in de samenstelling van de groep Toevoegingen Rentelast Vrijval Onttrekkingen Koersverschillen vreemde valuta Overige mutaties Balanswaarde eind van het jaar
507 9 –62 –175 –3 8 619
356 –6 96 3 –49 –174 –1 110 335
2007
Overig 2006
2007
Totaal 2006
825 4 269 4 –36 –238 –15 –93 720
1.055 60 866 9 –211 –394 –10 25 1.400
1.181 –2 365 7 –85 –412 –16 17 1.055
720 60 359 –149 –219 –7 17 781
Per 31 december 2007 is in de voorziening voor reorganisaties EUR 252 miljoen opgenomen voor de herstructurering van de retailactiviteiten van Postbank en ING Bank en EUR 100 miljoen voor de wereldwijde herstructurering van Wholesale. De looptijd van de voorziening voor reorganisaties is over het algemeen niet langer dan 5 jaar. Onder de Overige voorzieningen is een voorziening opgenomen voor het verlies van EUR 129 miljoen welke betrekking heeft op de verkoop van NRG, zoals toegelicht in toelichting 29 ‘Aankoop en verkoop van maatschappijen’. Over het algemeen hebben de Overige voorzieningen een korte looptijd. De bedragen begrepen onder Overige voorzieningen zijn gebaseerd op de beste schattingen omtrent omvang en tijdstip van de verwachte toekomstige kasstromen benodigd om de verplichting af te wikkelen. Pensioen- en overige personeelsverplichtingen na dienstverband ING Groep is in de belangrijkste landen waar zij actief is, met haar medewerkers pensioenregelingen op basis van vaste toezeggingen (‘defined benefit plans’) overeengekomen. Deze regelingen hebben veelal betrekking op alle medewerkers en leiden tot vergoedingen die gebaseerd zijn op het loon en het aantal dienstjaren van medewerkers op hun pensioengerechtigde leeftijd. Sommige plannen kennen een vorm van indexatie. Voor een aantal plannen wordt indexatie toegewezen door het management, voor andere plannen hangt dit af van de toereikendheid van de activa. Jaarlijks wordt zoveel premie aan de fondsen afgedragen als nodig is ter financiering van de bestaande verplichtingen die in overeenstemming met de locale wettelijke vereisten zijn berekend. Pensioenregelingen in andere landen zijn in overeenstemming met de relevante lokale regelgeving met betrekking tot beleggingen en de mate van financiering. ING Groep verstrekt overige vergoedingen aan bepaalde medewerkers en voormalige medewerkers. Deze vergoedingen hebben voornamelijk betrekking op ziektekosten en kortingen op ING producten voor medewerkers en voormalige medewerkers. Enkele groepsmaatschappijen hebben een pensioenregeling waarbij het pensioen is gebaseerd op de door deze groepsmaatschappijen gestorte bedragen (‘defined contribution plans’). Deze pensioenregelingen leiden niet tot de opname van een voorziening, maar tot opname van een kortlopende schuld in het geval er een verschil bestaat tussen het tijdstip van betaling en afrekening. Het over 2007 verantwoorde bedrag was EUR 68 miljoen (2006: EUR 45 miljoen). Samenvatting van pensioenverplichtingen en overige personeelsverplichtingen
2007
Verplichtingen uit hoofde van ‘defined benefit plans’ Reële waarde van de beleggingen
Niet-verantwoorde kosten verstreken dienstjaren Niet-verantwoorde actuariële winsten/ (verliezen)
– Overige schulden – Overige activa
14.499 14.708 –209
Pensioenverplichtingen 2006 2005
15.758 14.361 1.397
15.782 12.937 2.845
–3
Personeelsverplichtingen na dienstverband anders dan pensioenen 2007 2006 2005
2007
2006
Totaal 2005
15.997 14.361 1.636
16.223 12.937 3.286
220
239
441
220
239
441
14.719 14.708 11
4
10
–6
1
10
–6
198 –14
–687 710
–1.778 1.067
8 232
–2 247
–27 408
206 218
–689 957
–1.805 1.475
425 –439 –14
961 –251 710
1.067
232
247
408
232
247
408
1.208 –251 957
1.475
1.067
657 –439 218
1.475
ING Groep Jaarverslag 2007
138 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Toelichting op de geconsolideerde balans van ING Groep (vervolg)
Actuariële winsten en verliezen voor pensioenverplichtingen bevatten per 31 december 2007 een bedrag van EUR –789 miljoen aan ervaringsaanpassingen op activa (2006: EUR –180 miljoen; 2005: EUR 873 miljoen) en een bedrag van EUR 83 miljoen aan ervaringsaanpassingen op de verplichtingen (2006: EUR –163 miljoen; 2005: EUR 116 miljoen). In 2006 zijn een aantal plannen geherrubriceerd van Overige schulden naar Pensioenverplichtingen. Deze herrubricering heeft geen effect op de totale pensioenverplichting. De herrubricering is in de regel Wijzigingen in de samenstelling van de Groep en overige wijzigingen in de onderstaande tabellen opgenomen. Verloop van verplichtingen uit hoofde van ‘defined benefit plans’ Personeelsverplichtingen na dienstverband anders Pensioenverplichtingen dan pensioenen 2007 2006 2007 2006
Balanswaarde begin van het jaar Jaarlast Rentelast Werkgeversbijdrage Werknemersbijdrage Uitkeringen Actuariële winsten en verliezen Kosten met betrekking tot verstreken dienstjaren Wijzigingen in de samenstelling van de groep en overige wijzigingen Effect van inkrimping of afrekeningen Koersverschillen vreemde valuta Balanswaarde eind van het jaar Bestaand uit: – Gedekt door onderliggende beleggingen – Niet gedekt door onderliggende beleggingen
15.758 408 739
15.782 417 703
239 11 13
2 –556 –1.727 –83
–22 –493 –1.199 18
–13 –8
207 –32 –217 14.499
727 –6 –169 15.758
–11 220
4 –147 –15 239
14.441 58 14.499
15.675 83 15.758
220 220
239 239
–11
441 13 11 1 5 –44 –25 –5
Voor 2008 bedragen de geschatte afschrijvingen van nog niet in de winst-en-verliesrekening verantwoorde kosten met betrekking tot verstreken dienstjaren en actuariële winsten en verliezen respectievelijk nihil en nihil.
ING Groep Jaarverslag 2007
139
Verloop van reële waarde van beleggingen van pensioenregelingen Pensioenverplichtingen 2007 2006
Balanswaarde begin van het jaar Verwachte rendement op activa Werkgeversbijdrage Werknemersbijdrage Uitkeringen Actuariële winsten en verliezen Wijzigingen in de samenstelling van de groep en overige wijzigingen Koersverschillen vreemde valuta Balanswaarde eind van het jaar
14.361 869 816 6 –540 –789
12.937 820 776 5 –476 –180
176 –191 14.708
597 –118 14.361
De werkelijke opbrengsten van de beleggingen bedragen EUR 80 miljoen (2006: EUR 613 miljoen). Uitbetaling van als activa verantwoorde vorderingen aan ING Groep wordt niet verwacht in 2008. Beleggingsbeleid pensioenen De voornaamste financiële doelstelling van het ING Employee Benefit Plan (het plan) is het veiligstellen van de pensioenuitkeringen vande deelnemers. De belangrijkste doelstelling van het financiële management van het plan is daarom het bevorderen van stabiliteit en, voor zover van toepassing, verbetering van de dekkingsgraad (d.w.z. de ratio tussen de marktwaarde van de beleggingen en de verplichtingen). Met het beleggingsbeleid voor de beleggingsportefeuille van het plan (het fonds) wordt een evenwicht gezocht tussen de eis om rendement te behalen en de noodzaak de risico’s te beheersen. De samenstelling van de beleggingen wordt gezien als het belangrijkste mechanisme om de opbrengst en risico structuur van het fonds te optimaliseren teneinde de financieringsdoelstellingen van het fonds te behalen. Voor de verschillende categorieën van activa wordt de gewenste samenstelling bepaald. Binnen deze categorieën wordt bijzondere aandacht gegeven aan een evenwichtige verdeling tussen industrieën, geografische spreiding, rentegevoeligheid, afhankelijkheid van economische groei, valuta en andere factoren die het rendement bepalen. De beleggingen worden beheerd door professionele vermogensbeheerders. De vermogensbeheerders zijn gebonden aan strikte mandaten en worden aan de hand van bepaalde criteria beoordeeld. Door de beheerders wordt onder andere aandacht gegeven aan het beperken van concentraties in beleggingen, de beleggingstijl en de afhankelijkheid van bepaalde actieve beleggingsstrategieën. Regelmatig wordt de samenstelling van de beleggingen beoordeeld. In het algemeen zal de samenstelling van de beleggingen worden aangepast aan de voorgenomen samenstelling als individuele portefeuilles hun minimum of maximum bereiken. Fondsbeleggingen naar type Doelstelling allocatie
Aandelen Schuldbewijzen Overig
Percentage van fondsbeleggingen
Gewogen gemiddelde verwachte lange termijn rendement
2008
2007
2006
2007
2006
34 53 13 100
33 52 15 100
37 52 11 100
8,1 4,7 6,5 6,2
8,1 5,2 7,1 6,5
Per 31 december 2007 zijn onder Aandelen voor EUR 5 miljoen (0,1% van de fondsbeleggingen) aandelen ING Groep begrepen (2006: EUR 14 miljoen, 0,1% van de fondsbeleggingen). Onder Overige is voor een bedrag van nihil (0,0% van de activa) onroerend goed opgenomen dat op 31 december 2007 in gebruik was door ING Groep (2006: nihil, 0,0% van de fondsbeleggingen). Vaststelling van de Verwachte Return on Assets Een belangrijk onderdeel van de financiële planning is de veronderstelling voor beleggingsrendement (Return On Assets, ROA). De ROA wordt minstens een maal per jaar vastgesteld, hierbij rekening houdend met de samenstelling van de beleggingsmix, historische rendementen op de diverse beleggingscategorieën van het fonds, en de huidige economische situatie. Op grond van deze factoren wordt aangenomen dat de beleggingen van het fonds een gemiddeld rendement voor de lange termijn zullen behalen. Deze schatting is gebaseerd op een gewogen gemiddeld rendement, na aftrek voor administratiekosten en externe beleggingskosten. Voor schattingsdoeleinden wordt verondersteld dat op de lange termijn de samenstelling van de beleggingen consistent zal zijn met de huidige samenstelling. Veranderingen in de samenstelling van de beleggingen kunnen van invloed zijn op de gerapporteerde pensioenlasten, de dekkingsgraad van het plan en de noodzaak voor toekomstige stortingen.
ING Groep Jaarverslag 2007
140 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Toelichting op de geconsolideerde balans van ING Groep (vervolg)
Gewogen gemiddelden van belangrijkste actuariële veronderstellingen in % per jaar per 31 december
Pensioenverplichtingen
Disconteringsfactor Verwachte salarisontwikkeling (exclusief verhogingen uit hoofde van promoties) Trendmatige ontwikkeling van medische kosten Consumentenprijsinflatie
Personeelsverplichtingen na dienstverband anders dan pensioenen
2007
2006
2007
2006
5,60
4,80
5,70
5,40
2,80
2,75
2,10
2,00
3,20 7,00 2,30
3,50 6,10 2,25
Deze veronderstellingen zijn gewogen gemiddelden naar grootte van de pensioenverplichtingen. De veronderstellingen met betrekking tot de salarisontwikkeling, rentedisconteringsfactoren en andere pensioenaanpassingen geven de specifieke omstandigheden in het desbetreffende land weer. Een stijging van 1% van de veronderstelde trendmatige ontwikkeling van medische kosten voor toekomstige jaren zou op 31 december 2007 hebben geresulteerd in een additionele verplichting van EUR 4 miljoen (2006: EUR 2 miljoen) en nihile stijging van de lasten voor het jaar (2006: nihil). Een daling van 1% van de trendmatige ontwikkeling van medische kosten voor toekomstige jaren zou op 31 december 2007 hebben geresulteerd in een vrijval van de verplichtingen van EUR 4 miljoen (2006: EUR 2 miljoen) en nihile daling van de lasten voor het jaar (2006: nihil). Toekomstige kasstromen Voor 2008 is de verwachte afdracht voor de pensioenregelingen EUR 633 miljoen (2007: EUR 904 miljoen). De toekomstige uitkeringen, in lijn met de toekomstige dienstjaren, zijn als volgt: Uitkeringen
2008 2009 2010 2011 2012 Jaren 2013-2017
ING Groep Jaarverslag 2007
Pensioenverplichtingen
Personeelsverplichtingen na dienstverband anders dan pensioenen
437 466 498 514 526 2.239
9 9 10 10 10 75
141
Additionele informatie bij de geconsolideerde balans van ING Groep bedragen in miljoenen euro’s, tenzij anders aangegeven 22 ACTIVA EN PASSIVA NAAR CONTRACTUELE LOOPTIJD Activa en passiva naar contractuele looptijd
2007
ACTIVA Liquide middelen Bankiers Financiële activa tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat – activa voor handelsdoeleinden (1) – beleggingen voor risico van polishouders (2) – niet-handelsderivaten – geclassificeerd als activa tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat Beleggingen – beschikbaar-voor-verkoop – tot einde looptijd aangehouden Kredieten Herverzekeringscontracten Immateriële vaste activa Overlopende acquisitiekosten Overige activa Activa zonder vaste looptijd (3) Totaal activa VREEMD VERMOGEN Preferente aandelen Achtergestelde leningen Uitgegeven schuldbewijzen Overige leningen Verzekerings- en beleggingscontracten Bankiers Toevertrouwde middelen Financiële verplichtingen tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat – verplichtingen voor handelsdoeleinden (1) – niet-handelsderivaten – geclassificeerd als verplichtingen tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat Overige schulden Totaal vreemd vermogen
Minder dan 1 maand
1-3 maanden
3-12 maanden
1-5 jaren
12.406 25.939
5.736
8.705
6.591
Looptijd Langer niet van dan 5 jaar toepassing
Totaal
12.406 48.875
1.904
403
115
758
2.651
3.708
193.213 114.827 2
1.504
610
1.894
1.999
5.043
403
11.453
4.184 232 131.610 21 2
7.016 287 17.234 36 4
13.267 1.093 26.654 308 111
71.107 8.504 93.545 307 391
135.992 6.637 280.738 2.725 1.120
44.331
14.399
2.771
15.838
4.195
2.845
190.700
33.809
68.628
189.290
440.712
275.897 16.753 552.964 5.874 5.740 10.692 40.099 16.080 1.312.510
3.183 2.477 4.112 10.692 51 16.080 389.371
21 7.325
193.213 114.827 7.637
21 7.325 66.995 27.058 265.712 166.972 525.216
22.277 434 1.855 117.179 463.995
13.899 4.847 3.907 28.758 23.988
6.210 916 10.712 12.935 26.864
14.787 7.059 33.854 6.862 8.369
9.822 13.802 97.244 1.238 2.000
255
317
521
2.937
2.921
148.988 6.951
873 14.292 621.160
771 4.920 81.407
2.395 12.067 72.620
5.912 6.420 86.200
3.931 2.844 133.802
13.882 3.316 43.859 277.790 1.272.979
118.140
148.988
Activa en passiva voor handelsdoeleinden worden in bovenstaande tabel gepresenteerd als Looptijd niet van toepassing omdat deze worden aangehouden voor speculatieve doeleinden op korte termijn. De contractuele looptijd is in het algemeen meer dan 5 jaar. Beleggingen voor risico van polishouders worden beheerd ten behoeve van de polishouders op basis van reële waarde. Alhoewel individuele instrumenten een vervaldatum hebben (of niet) welke afhankelijk is van hun aard, heeft dit geen impact of de liquiditeitpositie van ING. (3) In activa zonder vaste looptijd zijn begrepen: – gebouwen en bedrijfsmiddelen – beleggingen in onroerend goed – deelnemingen. Gezien de aard van de Activa zonder vaste looptijd bestaan deze voornamelijk uit activa welke na meer dan 12 maanden terugbetaald zullen worden. (1)
(2)
ING Groep Jaarverslag 2007
142 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Additionele informatie bij de geconsolideerde balans van ING Groep (vervolg)
Activa en passiva naar contractuele looptijd
2006
ACTIVA Liquide middelen Bankiers Financiële activa tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat – activa voor handelsdoeleinden (1) – beleggingen voor risico van polishouder (2) – niet-handelsderivaten – geclassificeerd als activa tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat Beleggingen – beschikbaar-voor-verkoop – tot einde looptijd aangehouden Kredieten Herverzekeringscontracten Immateriële vaste activa Overlopende acquisitiekosten Overige activa Activa zonder vaste looptijd (3) Totaal activa VREEMD VERMOGEN Preferente aandelen Achtergestelde leningen Uitgegeven schuldbewijzen Overige leningen Verzekerings- en beleggingscontracten Bankiers Toevertrouwde middelen Financiële verplichtingen tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat – verplichtingen voor handelsdoeleinden (1) – niet-handelsderivaten – geclassificeerd als verplichtingen tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat Overige schulden Totaal vreemd vermogen
Minder dan 1 maand
1-3 maanden
3-12 maanden
1-5 jaren
Langer dan 5 jaar
14.326 19.742
5.441
2.619
7.277
4.789
140
126
314
2.263
3.672
187
420
1.435
874
3.509
6.399 87 107.295 23
7.522 154 13.919 60
11.626 563 23.795 440 71
76.959 7.683 84.601 571 143
148.254 9.173 241.539 2.281
9.365
1.801
10.167
8.309
922
157.564
29.443
51.030
188.680
414.139
Looptijd niet van toepassing
14.326 39.868
193.977 110.547 6
26.946 4.475 3.556 15.094 15.374
9.803 1.837 11.677 10.879 16.690
13.701 9.987 34.003 4.077 12.197
10.103 10.704 103.524 539 4.595
93
95
331
1.786
2.591
617 8.562 569.889
581 714 66.835
2.081 5.117 58.415
6.285 6.300 88.336
4.138 1.229 137.423
43.161 3.288 3.154 3.308 10.163 499 17.348 385.451
113.596
127.975 38
ING Groep Jaarverslag 2007
293.921 17.660 474.437 6.529 3.522 10.163 31.063 17.348 1.226.307
215 6.014 78.133 29.639 268.683 120.839 496.680
127.975 4.934
13.702 16.356 38.278 264.194 1.185.092
Activa en passiva voor handelsdoeleinden worden in bovenstaande tabel gepresenteerd als Looptijd niet van toepassing omdat deze worden aangehouden voor speculatieve doeleinden op korte termijn. De contractuele looptijd is in het algemeen meer dan 5 jaar. (2) Beleggingen voor risico van polishouders worden beheerd ten behoeve van de polishouders op basis van reële waarde. Alhoewel individuele instrumenten een vervaldatum hebben (of niet) welke afhankelijk is van hun aard, heeft dit geen impact of de liquiditeitpositie van ING. (3) In activa zonder vaste looptijd zijn begrepen: – gebouwen en bedrijfsmiddelen – beleggingen in onroerend goed – deelnemingen. Gezien de aard van de Activa zonder vaste looptijd bestaan deze voornamelijk uit activa welke na meer dan 12 maanden terugbetaald zullen worden. (1)
193.977 110.547 6.521 6.425
215 6.014 17.580 2.636 2.327 90.250 447.824
Totaal
143
23 DERIVATEN EN HEDGE ACCOUNTING Gebruik derivaten en hedge accounting Zoals ook beschreven in de paragraaf ‘Risicobeheer’, maakt ING Groep gebruik van derivaten (met name renteswaps en ‘cross currency interest rate swaps’) om economisch gezien risico’s af te dekken. Deze hedges maken onderdeel uit van de beheersing van verschillende portefeuilles van activa en passiva en van de beheersing van structurele posities. Doelstelling is om het totale risicoprofiel terug te brengen door posities in te nemen met een risicoprofiel tegengesteld aan dat van een oorspronkelijke positie. Met het afdekken van risico’s wordt beoogd de kosten die gepaard gaan met het verkrijgen van vreemd vermogen te reduceren en marktrisico’s als gevolg van structurele risicoposities in rentegevoeligheid en andere risico’s te beperken. Daarnaast worden risico’s afgedekt die samenhangen met uitstaande hypotheekoffertes in de retailmarkt en rentemarges tussen bestaande activa en passiva. De verwerking van deze transacties in de jaarrekening hangt af van de activa en passiva waarvan de risico’s worden afgedekt en van het wel of niet voldoen aan de hedge accounting criteria onder IFRS-EU. De verwerking van derivaten die voldoen aan de hedge accounting criteria onder IFRS-EU is afhankelijk van de afgedekte activa of passiva en van het toegepaste hedge accounting model. Onder IFRS-EU zijn drie hedge accounting modellen mogelijk: reële waarde hedges, kasstroomhedges en hedges van netto-investeringen in buitenlandse bedrijfsonderdelen. Deze worden hieronder besproken. De waarderingsgrondslagen voor de hedge accounting modellen worden bespro ken in de paragraaf Grondslagen voor de geconsolideerde balans en winst-en-verliesrekening van ING Groep. Om voor hedge accounting onder IFRS-EU in aanmerking te komen, moet aan bepaalde strikte criteria worden voldaan. Bepaalde hedges die vanuit het oogpunt van risicobeheer effectief zijn, kwalificeren niet voor hedge accounting onder IFRS-EU. De waardemutaties van derivaten die niet in aanmerking komen voor hedge accounting worden in de winst-en-verliesrekening verantwoord. De hieruit voort vloeiende schommelingen in het resultaat worden soms tegengegaan door de afgedekte activa en passiva te classificeren als activa of passiva tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat. Wanneer hedge accounting onder IFRS-EU wordt toegepast bestaat de mogelijkheid dat gedurende de hedge deze niet meer als hedge classificeert en dat hedge accounting moet worden beëindigd, zelfs wanneer de hedge vanuit economisch perspectief effectief te noemen is. Hierdoor kunnen deze hedges resultaatschommelingen veroorzaken welke vanuit een economisch gezichtspunt niet verwacht zouden worden. Voor de rente- en valutaderivaten geven de nominale of contractuele bedragen van deze instrumenten alleen een indicatie van de nominale waarde van de openstaande transacties per balansdatum. Het nominale bedrag is geen indicatie van het werkelijke risico dat per 31 december wordt gelopen. Om het kredietrisico te beheren gebruikt ING Groep kredietderivaten, waaronder ‘credit default swaps’ en ‘total return swaps’ om bescherming te kopen of te verkopen tegen kredietrisico’s in lening-, beleggings- of handelsportefeuilles. Met betrekking tot kredietderivaten wordt hedge accounting niet toegepast. Verwerking reële waarde hedges Reële waarde hedges binnen ING Groep bestaan voornamelijk uit renteswaps en ‘cross currency interest rate swaps’ die voor vastrentende instrumenten bescherming bieden tegen wijzigingen in reële waarde als gevolg van wijzigingen in de rentestand. Winsten en verliezen op derivaten onder reële waarde hedges worden verantwoord in de winst-en-verliesrekening. Het deel van de waardemutaties van het afgedekte instrument dat betrekking heeft op het afgedekte risico worden tevens in de winst-en-verliesrekening verantwoord. Hierdoor wordt per saldo alleen het ineffectieve deel van de hedge in de winst-en-verliesrekening verantwoord. In 2007 heeft ING Groep een bedrag van EUR 697 miljoen (2006: EUR 41 miljoen) verantwoord als veranderingen in reële waarde van derivaten in reële waarde hedges. Dit bedrag wordt deels gecompenseerd door een bedrag van EUR 663 miljoen (2006: EUR –8 miljoen) verantwoord als wijziging in reële waarde van activa en passiva die deel uitmaken van reële waarde hedges. Dit heeft geresulteerd in een resultaat van EUR 34 miljoen (2006: EUR 49 miljoen) verantwoord als het ineffectieve deel van reële waarde hedges. Op 31 december 2007 bedroegen de derivaten die onderdeel uitmaken van reële waarde hedges EUR 994 miljoen (2006: EUR 474 miljoen). Dit bedrag wordt in de balans gepresenteerd als EUR 1.952 miljoen (2006: EUR 1.080 miljoen) aan positieve reële waarden onder de activa en EUR 958 miljoen (2006: EUR 606 miljoen) aan negatieve reële waarden onder de passiva. Bij het afdekken van renterisico’s maakt ING Groep gebruik van de EU ‘carve-out’ in IFRS voor reële waarde hedges op portefeuilleniveau. De EU ‘carve-out’ maakt het mogelijk om een groep van derivaten (gedeeltelijk) onderdeel uit te laten maken van een hedge en neemt bepaalde beperkingen weg met betrekking tot het hedgen van deposito’s en het niet geheel hedgen van risico’s (onder-hedgen). Door gebruik te maken van de EU ‘carve-out’ kunnen deposito’s onderdeel worden gemaakt van een hedgerelatie en is er alleen sprake van ineffectiviteit als het bedrag aan kasstromen in een bepaalde periode onder het in de hedgerelatie aangewezen bedrag valt. Kasstroomhedges Kasstroomhedges bestaan voornamelijk uit (forward) renteswaps en ‘cross currency interest rate swaps’ die worden gebruikt om ING Groep te beschermen tegen fluctuaties in kasstromen uit hoofde van rente van niet-handelsportefeuilles die variabel rentend zijn of die in de toekomst worden geherfinancierd of worden herbelegd. De bedragen en timing van de kasstromen worden voor elke portefeuille van activa en passiva geschat op basis van contractuele voorwaarden en andere relevante factoren waaronder vervroegde aflossingen en wanbetaling. Deze kasstromen betreffen zowel rente als aflossing. Het totaal van deze kasstromen vormt de basis voor het bepalen van het nominale bedrag dat onderhevig is aan renterisico en deel uit maakt van de kasstroomhedge.
ING Groep Jaarverslag 2007
144 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Additionele informatie bij de geconsolideerde balans van ING Groep (vervolg)
Winsten en verliezen op het effectieve deel van de derivaten die onderdeel zijn van kasstroomhedges worden verantwoord in het eigen vermogen. De rentestromen van de derivaten worden in dezelfde periode in de winst-en-verliesrekening als rente verantwoord als de rente van de afgedekte positie. Winsten en verliezen op het ineffectieve deel van de derivaten worden verantwoord in het resultaat. In 2007 heeft ING Groep een bedrag van EUR –925 miljoen (2006: EUR –690 miljoen) (na belasting) in het eigen vermogen verantwoord als veranderingen in reële waarde van derivaten in kasstroomhedges. Daardoor bedroeg de kasstroomhedge reserve in het eigen vermo gen per 31 december 2007 EUR 463 miljoen (2006: EUR 1.819 miljoen) bruto en EUR 431 miljoen (2006: EUR 1.356 miljoen) na latente belastingen. Dit bedrag fluctueert met de reële waarde van de derivaten in de kasstroomhedges en wordt in het resultaat verantwoord over de looptijd van de afgedekte posities als rentebaten of rentelasten. De kasstroomhedgereserve heeft betrekking op een groot aantal derivaten en afgedekte posities met verschillende looptijden. Voor verzekeringen lopen deze tot 40 jaar en voor de bank tot 21 jaar, met de grootste concentraties voor verzekeringen van 20 tot 25 jaar en voor de bank van 5 tot 10 jaar. Het ineffectieve deel van de winsten en verliezen op derivaten in kasstroomhedges verantwoord in het resultaat bedroeg in 2007 EUR –9 miljoen (2006: EUR –7 miljoen). Op 31 december 2007 bedroegen de derivaten die onderdeel uitmaken van kasstroomhedges EUR 229 miljoen (2006: EUR 1.921 miljoen). Dit bedrag wordt in de balans gepresenteerd als EUR 3.417 miljoen (2006: EUR 3.617 miljoen) aan positieve reële waarden onder de activa en EUR 3.188 miljoen (2006: EUR 1.696 miljoen) aan negatieve reële waarden onder de passiva. Per 31 december 2007 en 31 december 2006 stonden geen niet-handelsderivaten die onderdeel zijn van de kasstroomhedge uit. Onder renteopbrengsten en rentekosten op niet-handelsderivaten is respectievelijk EUR 2.317 miljoen (2006: EUR 3.440 miljoen) en EUR 2.042 miljoen (2006: EUR 3.097 miljoen) verwerkt met betrekking tot derivaten gehanteerd bij kasstroomhedges verwerkt. Hedges van netto-investeringen in buitenlandse bedrijfsonderdelen Hedges van netto-investeringen in buitenlandse bedrijfsonderdelen bestaan uit derivaten (valuta forwards en swaps) en andere financiële instrumenten zoals leningen in vreemde valuta die worden gebruikt om bescherming te bieden tegen valutarisico gerelateerd aan buitenlandse deelnemingen. Winsten en verliezen op het effectieve deel van de derivaten die onderdeel zijn van hedges van netto-investeringen in buitenlandse bedrijfsonderdelen worden verantwoord in het eigen vermogen. Als de deelneming wordt verkocht, valt het gerelateerde deel van de reserve vrij in het resultaat. Winsten en verliezen op het ineffectieve deel van de derivaten worden verantwoord in het resultaat. Op 31 december 2007 bedroegen de derivaten die onderdeel uitmaken van hedges van netto-investeringen in buitenlandse bedrijfsonderdelen EUR –71 miljoen (2006: EUR –4 miljoen). Dit bedrag wordt in de balans gepresenteerd als EUR 281 miljoen (2006: EUR 3 miljoen) aan positieve reële waarden onder de activa en EUR 352 miljoen (2006: EUR 7 miljoen) aan negatieve reële waarden onder de passiva. Per 31 december 2007 bedroeg de reële waarde van de uitstaande niet–handelsderivaten die onderdeel zijn van de hedge van de nettoinvesteringen in de buitenlandse bedrijfsonderdelen EUR –1.318 miljoen (2006: EUR –1.520 miljoen). Niet-handelsderivaten die onderdeel zijn van de hedgeinstrumenten bestaan hoofdzakelijk uit leningsovereenkomsten. Het ineffectieve deel van derivaten en niet-handelsderivaten die onderdeel zijn van hedges van netto-investeringen in buitenlandse bedrijfsonderdelen verantwoord in het resultaat bedroeg in 2007 EUR –14 miljoen (2006: EUR –12 miljoen).
ING Groep Jaarverslag 2007
145
24 MAXIMALE KREDIETRISICO Het maximale kredietrisico voor ING Groep per 31 december 2007 en 2006 is als volgt: Maximale kredietrisico
Liquide middelen Bankiers – leningen en voorschotten aan banken – liquide middelen, rekening-courant en overige tegoeden Activa voor handelsdoeleinden – schuldbewijzen – leningen en vorderingen – derivaten Niet-handelsderivaten Geclassificeerd als activa tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat Schuldbewijzen beschikbaar-voor-verkoop Schuldbewijzen tot einde looptijd aangehouden Kredieten – polisbeleningen – leningen aan of gegarandeerd door de overheid – leningen met hypothecaire zekerheid – leningen gegarandeerd door kredietinstellingen – particuliere leningen – overige particuliere leningen – overige zakelijke leningen – overig Herverzekeringscontracten Herverzekering en verzekeringsvorderingen Overig Maximaal kredietrisico uit de balans blijkend Niet uit de balans blijkende kredietverplichtingen: – verplichtingen – Verzekeringen – garanties – Verzekeringen – verdisconteerde wissels – Bank – garanties – Bank – onherroepelijke accreditieven – Bank – overige – Bank – onherroepelijke faciliteiten Maximaal kredietrisico niet uit de balans blijkend Maximaal kredietrisico
2007
2006
12.406
14.326
45.790
36.411
3.098
3.461
37.345 116.164 28.592 7.637
38.287 118.459 22.514 6.521
11.453 255.950 16.753
6.425 275.696 17.660
3.468 23.638 290.933 2.528 5.453 24.204 204.528 1.351 5.874 3.664 10.389 1.111.218
3.566 25.951 235.812 2.402 4.649 22.141 181.939 1.517 6.529 4.105 5.572 1.033.943
4.477 173 1 19.018 11.551 350 100.707 136.277
4.636 319 3 17.297 8.456 623 90.384 121.718
1.247.495
1.155.661
Het maximale kredietrisico voor de verschillende balansposten is de betreffende balanswaarde. Voor niet uit de balans blijkende verplichtingen is dit het maximale bedrag dat uitbetaald zou kunnen worden. Ontvangen zekerheden zijn hierbij niet in beschouwing genomen. De wijze waarop ING het kredietrisico beheerst en voor dat deel de blootstellingen aan kredietrisico bepaald is uiteengezet in de paragraaf Risicobeheer.
ING Groep Jaarverslag 2007
146 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Additionele informatie bij de geconsolideerde balans van ING Groep (vervolg)
25 ACTIVA NIET TER VRIJE BESCHIKKING Niet ter vrije beschikking staande activa bestaan voornamelijk uit rentedragende waardepapieren die tot meerdere zekerheid dienen voor bij De Nederlandsche Bank en andere banken opgenomen gelden en worden voorts aangehouden in verband met marginaccount- verplichtingen en overige wettelijke vereisten. Activa niet ter vrije beschikking kunnen als volgt worden onderverdeeld naar zekerheidsstelling: Activa niet ter vrije beschikking Toevertrouwde middelen en uitgegeven schuldbewijzen 2007 2006
1.601 130
Beleggingen Kredieten Bankiers Overige activa
3.816 5.547
2.686 548 8 3.700 6.942
2007
Bankiers 2006
3.803 781 1.596 652 6.832
4.483 2 1.100 1.016 6.601
Overige voorwaardelijke verplichtingen 2007 2006
403 6 141 550
590 96 7 532 1.225
2007
Totaal 2006
5.807 911 1.602 4.609 12.929
7.759 646 1.115 5.248 14.768
Onder Bankier zijn de gelden van De Nederlandsche Bank en andere banken opgenomen. ING Bank N.V. had op 31 december 2007 de verplichting om een reserve bij De Nederlandsche Bank aan te houden met een maandsgemiddelde van EUR 5.676 miljoen (2006: EUR 5.295 miljoen). Op 31 december 2007 bedroeg deze reserve EUR 1.375 miljoen (2006: EUR 4.076 miljoen). De activa niet ter vrije beschikking, in bovenstaande tabel, hebben geen voorwaarden anders dan de zekerheidsstelling welke afzonderlijk significant zijn. 26 VOORWAARDELIJKE VERPLICHTINGEN EN TOEZEGGINGEN ING Groep is betrokken bij activiteiten waar risico’s aan zijn verbonden die niet of niet volledig in de geconsolideerde balans tot uitdrukking komen. Om in de behoefte van haar klanten te voorzien, biedt ING Groep kredietgerelateerde financiële producten aan. Dit betreft ook de traditionele kredietgerelateerde ‘off-balance sheet’ instrumenten. Voorwaardelijke verplichtingen en toezeggingen
Verzekeringsactiviteiten Verplichtingen Garanties
Bancaire activiteiten Voorwaardelijke verplichtingen van – verdisconteerde wissels – garanties – onherroepelijke accreditieven – overig
Onherroepelijke faciliteiten
2007
2006
4.477 173 4.650
4.636 319 4.955
1 19.018 11.551 350 30.920
3 17.297 8.456 623 26.379
100.707 136.277
90.384 121.718
Garanties betreffen zowel kredietvervangende als niet-kredietvervangende garanties. Kredietvervangende garanties zijn door ING Groep verstrekte garanties met betrekking tot door derden aan klanten verleende kredieten. Naar verwachting zullen de meeste garanties aflo pen zonder dat daarop aanspraak wordt gemaakt en zullen dientengevolge geen toekomstige kasstromen veroorzaken. De garanties zijn over het algemeen kortlopend van aard. Behalve de garanties die begrepen zijn in de voorwaardelijke verplichtingen, heeft ING Groep ook garanties afgegeven als deelnemer in collectieve garantieregelingen die zijn opgezet op initiatief van landelijke bedrijfstakorganisa ties, of die verplicht zijn voorgeschreven door de overheid in bepaalde landen. Onherroepelijke accreditieven garanderen hoofdzakelijk betalingen aan derden voor binnenlandse en buitenlandse handelstransacties in het kader van de financiering van goederenzendingen. Het kredietrisico dat ING Groep loopt is beperkt aangezien de verzonden goederen bij deze transacties als onderpand dienen en de transacties kort van duur zijn. Overige voorwaardelijke verplichtingen zijn geaccepteerde wissels opgenomen met een korte looptijd. Ook zijn onder de Overige voorwaardelijke verplichtingen verplichtingen opgenomen die voortvloeien uit de reguliere vastgoedactiviteiten. Hieronder vallen de verplichtingen uit projectontwikkeling en bouwcontracten. Geen van deze verplichtingen is afzonderlijk significant.
ING Groep Jaarverslag 2007
147
Onherroepelijke faciliteiten bestaan voornamelijk uit onherroepelijke kredietfaciliteiten die zijn toegezegd aan zakelijke klanten, maar waarop nog geen beroep is gedaan. Veel van deze faciliteiten zijn toegezegd voor een vastgestelde tijdsduur en tegen een variabel rentepercentage. Het kredietrisico en renterisico dat ING Groep loopt bij deze transacties is beperkt. Voor het merendeel van de on herroepelijke kredietfaciliteiten waarop geen beroep is gedaan, is zekerheid gesteld in de vorm van onderpand of contra-garanties van de overheid en vrijgestelde organen onder de solvabiliteitsrichtlijnen. Onder onherroepelijke faciliteiten worden tevens de toezeggingen opgenomen tot het aankopen van nog door overheden en private instellingen uit te geven effecten. Toekomstige huurverplichtingen uit hoofde van operationele leasecontracten 2008 2009 2010 2011 2012 Jaren na 2012
213 206 185 170 156 339
27 SPECIAL PURPOSE ENTITIES EN SECURITISATIES Securitisaties ING als originator Om het kredietrisico op bepaalde activa te verlagen maakt ING gebruik van synthetische securitisaties. Bij synthetische securitisaties sluit ING een kredietderivaat af met een ‘Special Purpose Entity’ (SPE). Onder dit contract koopt ING bescherming tegen kredietrisico op bepaalde hypothecaire leningen en leningen verstrekt aan het midden- en kleinbedrijf. De SPE dekt dit kredietrisico vervolgens af door ‘credit linked notes’ uit te geven. Als gevolg van deze transacties heeft ING een groot deel van het kredietrisico op deze portefeuilles afgewenteld op investeerders. In het algemeen hebben deze investeerders alleen verhaalsrecht op de activa van de SPE en niet op de activa van ING Groep. Na securitisatie blijven deze activa opgenomen op de balans van ING Groep onder Kredieten. Activa onder synthetische securisatieprogramma’s
Leningen aan het midden- en kleinbedrijf Asset backed securities Zakelijke leningen Leningen met hypothecaire zekerheid Totaal
2007
2006
8.946
8.859 7.126 4.851 7.978 28.814
430 6.488 15.864
Het opheffen van twee conduits in 2007 heeft een daling van de Activa onder securitisatieprogramma’s veroorzaakt van EUR 10.968 miljoen. ING als sponsor van een ‘multi-seller conduit’ In het kader van haar normale werkzaamheden, ondersteunt ING Groep haar relaties bij het verkrijgen van financieringsmiddelen door het opzetten van transacties waarbij vorderingen van deze relaties of andere financiële activa worden verkocht aan een SPE. Om deze aankopen te financieren geeft de SPE in de markt ‘asset-backed commercial papers uit. ING Groep als administrateur, ondersteunt deze transactie door deze te structureren, door het verlenen van administratieve en operationele diensten en door het verstrekken van financieringsfaciliteiten. ING Groep ondersteunt de commercial paper uitgiftes door de SPE’s korte termijn liquiditeitsfaciliteiten te verschaffen. Deze faciliteiten zijn bedoeld om tijdelijke verschillen tussen vraag en aanbod in de markt voor commercial paper op te vangen. Zodra deze liquiditeits faciliteit door de SPE gebruikt wordt, loopt ING Groep het normale kredietrisico. In een aantal gevallen verstrekt ING Groep naast de gewone liquiditeitsfaciliteiten tevens aanvullende liquiditeitsfaciliteiten, waarbij ING Groep tot op zekere hoogte het kredietrisico dat aan de commercial paper uitgifte verbonden is, overneemt. Hieruit kunnen kredietverliezen voortvloeien. Verder garandeert ING Groep tot een beperkt bedrag, in geval van een Program Wide Credit Enhancement, aan de investeerders in het commercial paper alle overblijvende verliezen binnen de SPE. Deze verschillende faciliteiten hebben elk een eigen risicoprofiel. Zij worden slechts aan de SPE verstrekt nadat de bij ING Groep gebruikelijke beoordeling heeft plaatsgevonden ten aanzien van kredietrisico en liquiditeitsrisico. Voor het verlenen van deze diensten en het ter beschikking stellen van faciliteiten worden marktconforme commissies in rekening gebracht. De verstrekte reguliere korte termijn liquiditeitsfaciliteiten en de aanvullende liquiditeitsfaciliteiten zijn verantwoord onder de onherroepelijke faciliteiten.
ING Groep Jaarverslag 2007
148 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Additionele informatie bij de geconsolideerde balans van ING Groep (vervolg)
Collateralised debt obligations (CDO)-transacties Ten behoeve van CDO-transacties gebruikt ING Groep SPE’s. Bij een standaard CDO-transactie wordt een SPE gebruikt om een samenstel van effecten met een rating uit te geven, die worden gedekt door overdraagbare schuldinstrumenten. Naast investeren in CDO’s vervult ING vaak meerdere rollen in deze transacties: – ING arrangeert de transactie, zet de SPE op, verwerft de activa die aan de SPE worden verkocht en verkoopt de CDO aan investeerders; – ING is verantwoordelijk voor het beheer van de activa in de SPE waarbij het beheer geschiedt op basis van strikte voorwaarden zoals verwoord in de statuten van de SPE. ING Groep ontvangt een marktgerelateerde vergoeding voor het opzetten en verkopen van CDO’s aan investeerders. Het totaal van deze vergoeding is niet significant. ING als investeerder ING investeert in schuldpapier uitgegeven door securitisatie SPE’s als onderdeel van haar beleggingsactiviteiten. Voor sommige securitisatieprogramma’s houdt ING beperkte posities aan in de rol van market maker. Daarnaast investeert ING door kredietbescherming te verkopen door middel van kredietderivaten. Andere entiteiten ING Groep is ook betrokken bij SPE’s die worden gebruikt in bijvoorbeeld structured finance en leasetransacties. Beleggingsfondsen ING als fondsbeheerder en belegger ING lanceert nieuwe beleggingsfondsen waarin ING bij oprichting optreedt als fondsmanager en enige investeerder. Daarna worden derden gezocht die willen investeren in het fonds waardoor het aandeel van ING wordt teruggebracht. In het algemeen houdt ING een bescheiden aandeel in het fonds aan. ING als fondsbeheerder ING treedt op als fondsbeheerder voor verschillende fondsen. Beheerprovisies die hiervoor in rekening worden gebracht zijn marktconform. In het algemeen treedt ING voor deze fondsen op in een fiduciaire rol en neemt daarom deze fondsen niet op in de geconsolideerde jaarrekening. 28 BELANGRIJKSTE DOCHTERONDERNEMINGEN De belangrijkste dochterondernemingen van ING Groep zijn als volgt: Dochterondernemingen onderdeel van het verzekeringsbedrijf ING Verzekeringen N.V. Nederland ING Verzekeringen Nederland N.V. Nederland ING Vastgoed Belegging B.V. Nederland Nationale-Nederlanden Levensverzekering Maatschappij N.V. Nederland Nationale-Nederlanden Schadeverzekering Maatschappij N.V. Nederland Parcom Ventures B.V. Nederland Postbank Levensverzekering N.V. Nederland Postbank Schadeverzekering N.V. Nederland RVS Levensverzekering N.V. Nederland RVS Schadeverzekering N.V. Nederland Movir N.V. Nederland ING Zivotna Poistovna a.s. Slowakije ING Nationale-Nederlanden Polska S.A. Polen ING Nationale-Nederlanden Polska Powszechne Towarzystwo Emerytaine S.A. Polen ING Asigurari de Viata S.A. Roemenië ING Greek Life Insurance Company S.A. Griekenland ING Greek General Insurance Company S.A. Griekenland ING Nationale-Nederlanden Magyarorszagi Biztosito Rt. Hongarije Nationale Nederlanden Vida, Compañia de Seguros y Reaseguros S.A. Spanje Nationale Nederlanden Generales, Compañia de Seguros y Reaseguros S.A. Spanje ING Canada Inc. Canada Belair Insurance Company Inc. Canada ING Insurance Company of Canada Canada
ING Groep Jaarverslag 2007
149
ING Novex Insurance Company of Canada ING America Insurance Holdings, Inc. ING International Insurance Holdings, Inc. ING Life Insurance and Annuity Company ING North America Insurance Corporation Lion Connecticut Holdings Inc. ReliaStar Life Insurance Company ReliaStar Life Insurance Company of New York Security Life of Denver Insurance Company ING USA Annuity and Life Insurance Company ING Seguros de Vida S.A. ING Afore S.A. de C.V. Seguros Comercial America S.A. de C.V. ING Life Insurance Company (Japan) Limited ING Life Insurance Company (Korea) Limited ING Life Insurance Company of America ING Australia Holdings Limited ING Australia Pty Limited ING Re (Nederland) N.V.
Canada Verenigde Staten Verenigde Staten Verenigde Staten Verenigde Staten Verenigde Staten Verenigde Staten Verenigde Staten Verenigde Staten Verenigde Staten Chili Mexico Mexico Japan Zuid Korea Verenigde Staten Australië Australië Nederland
Dochterondernemingen onderdeel van de bancaire activiteiten ING Bank N.V. Nederland ING Bank Nederland N.V. Nederland Bank Mendes Gans N.V. Nederland ING Lease Holding B.V. Nederland ING Corporate Investments B.V. Nederland ING Vastgoed Management Holding B.V. Nederland InterAdvies N.V. Nederland Nationale-Nederlanden Financiële Diensten B.V. Nederland ING Commercial Finance B.V. Nederland Postbank N.V. Nederland Postbank Groen N.V. Nederland Westland Utrecht Hypotheekbank N.V. Nederland ING België N.V. België ING Bank Slaski S.A. Polen ING Bank Deutschland A.G. Duitsland ING Financial Holdings Corporation Verenigde Staten ING Middenbank Curaçao N.V. Nederlandse Antillen ING Vysya Bank Ltd. India ING Direct N.V. Canada, Duitsland, Spanje, Australië, Frankrijk, Verenigde Staten, Italië, Verenigd Koninkrijk Oyak Bank A.S. Turkije
ING Groep Jaarverslag 2007
150 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Additionele informatie bij de geconsolideerde balans van ING Groep (vervolg)
29 AANKOOP EN VERKOOP VAN MAATSCHAPPIJEN De initiële verwerking van de reële waarde van de nettoactiva van de gedurende het jaar verkregen onderneming is alleen een voorlopige bepaling per 31 december 2007 aangezien het overnamemoment vlakbij het einde van het boekjaar ligt. Verder zal de analyse van de medebepalende factoren welke betrekking hebben op goodwill pas uitgevoerd worden wanneer de definitieve waarden zijn vastgesteld. De initiële verwerking dient binnen een jaar na de acquisitiedatum, in overeenstemming met IFRS 3, voltooid te zijn. De grondslagen, procedures en het risicomanagement van de verkregen ondernemingen zullen in lijn gebracht worden met die van ING in 2008. Aankoop van meest significante maatschappijen in 2007 Latijns-Amerikaanse pensioenactiviteiten Landmark van Santander
Algemeen Belangrijkste branche Datum van acquisitie
Verzekeringen
Verzekeringen
Oyak Bank
Sharebuilder Corporation
Bank
Bank
Totaal
31 juli 2007 4 december 2007 31 december 2007 15 november 2007 100%
100%
100%
100%
Aankoopprijs Aankoopprijs Acquisitiekosten Aankoopprijs in contanten
255 2 257
692 8 700
1.903 2 1.905
152 1 153
3.002 13 3.015
Overgenomen liquiditeiten Uitgaande kasstroom bij aankoop (2)
29 228
28 672
75 1.830
12 141
144 2.871
29
28 86
75 1.332 4.824 508
12
144 1.418 4.839 508
Percentage verkregen stemrecht
Activa Liquiditeiten Beleggingen Kredieten Bankiers Financiële activa tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat Immateriële vaste activa Diverse overige activa Vreemd vermogen Verzekerings- en beleggingscontracten Bankiers Toevertrouwde middelen Diverse overige passiva Netto activa Minderheidsbelangen Verkregen netto activa Geactiveerde goodwill (1) Winst sinds datum van acquisitie Baten als acquisitie plaats had gevonden bij aanvang boekjaar Winst als acquisitie plaats had gevonden bij aanvang boekjaar (3)
18
520 154 85
41 236 474
15
2 80
563 390 657
51 58
500 632 5.369 834 1.184
500
47
182 191
632 5.369 601 888
47
191
888
58
1.184
208
501
1.015
94
1.818
1
8
–1
8
15
209
38
262
4
46
–2
128
80
Goodwill verantwoord op kleine acquisities bedraagt EUR 222 miljoen waardoor het totale bedrag aan goodwill EUR 2.040 miljoen bedraagt. Zie ook toelichting 9 ‘Immateriële vaste activa’. In de ingaande en uitgaande kasstromen van maatschappijen in het kasstroomoverzicht zijn ingaande en uitgaande kasstromen begrepen van individueel immateriële verkopen en vastgoedportefeuilles in aanvulling op de hier gepresenteerde kasstromen. (3) De schatting van de winst over het hele jaar van de aangekochte onderneming is gebaseerd op lokale verslaggevingsregels. (1)
(2)
ING Groep Jaarverslag 2007
151
Acquisities geëffectueerd in 2007 In september 2007 heeft ING EUR 20 miljoen betaald om haar belang in ING Piraeus Life (de joint venture tussen ING en Piraeus Bank) uit te breiden van 50% naar 100%. In april 2007 heeft ING een 100% belang gekregen in AZL, een onafhankelijke verstrekker van management service activiteiten op het gebied van pensioenfondsen, voor EUR 65 miljoen. In juli 2007 heeft ING bekend gemaakt dat zij tot een overeenstemming was gekomen om het volledige eigendom te verwerven in Landmark Investment Co Ltd, de op elf na grootste vermogensbeheerder van Korea. De betaalde aankoopprijs voor Landmark was EUR 255 miljoen. In november 2007 heeft ING 100% van Sharebuilder Corporation, een effectenmakelaarsbedrijf in Seattle gekocht voor EUR 152 miljoen om het retailinvestmentproductenaanbod en de geografische spreiding in de Verenigde Staten uit te breiden. In november en december 2007 heeft ING de Latijns-Amerikaanse pensioenactiviteiten van Banco Santander in Mexico gekocht voor 349 miljoen, in Colombia voor EUR 88 miljoen, in Uruguay voor EUR 20 miljoen en in Argentinië voor EUR 235 miljoen. De pensioenactiviteiten in Chili zijn gekocht in januari 2008 voor EUR 450 miljoen. De totale kosten van de transactie bedroegen ongeveer EUR 1.142 miljoen. In december 2007 heeft ING de afronding van de aankoop van 100% van de aandelen van Oyak Bank voor een bedrag van EUR 1.903 miljoen bekend gemaakt. Oyak Bank is de een toonaangevende bank in de Turkse markt en biedt een volledig aanbod van bankdiensten met een focus op retail banking. Bij de aankoop is een goodwill verantwoord van EUR 1.015 miljoen. Tussen de boekwaarde van de verkregen netto activa direct voor de transactie en hun reële waarde bestond geen significant verschil. De jaarwinst (voor afschrijvingen van de immateriële vaste activa, uit hoofde van purchase accounting) over 2007 was ongeveer EUR 80 miljoen. Er is geen winst of verlies verwerkt in de nettowinst van 2007 van ING Groep. Verkoop van meest significante maatschappijen in 2007 Belgische verzekeringsactiviteiten via tussenpersonen en inzake Employee benefit
ING Trust
ING Regio B.V.
Verzekeringen
Bank
Bank
Verkoopopbrengst Verkoopopbrengst Opbrengst in contanten
777 777
25 25
51 51
853 853
Liquiditeiten in verkochte groepsmaatschappij Ingaande kasstroom bij verkoop (1)
11 766
25
51
11 842
Algemeen Belangrijkste branche
Activa Liquiditeiten Beleggingen Kredieten Financiële activa tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat Diverse overige activa Vreemd vermogen Verzekerings- en beleggingscontracten Toevertrouwde middelen Diverse overige passiva Eigen vermogen % verkocht Netto activa verkocht Winst/verlies op verkoop
Totaal
11 4.622 301
4
1.156
11 4.622 1.461
350 463
10
110
350 583
178 494 100 494
–4 18 100 18
2.052 –811 25 100 25
418
7
26
5.075
5.075 2.052 –637 537 537 451
In de ingaande en uitgaande kasstromen van maatschappijen in het kasstroomoverzicht zijn ingaande en uitgaande kasstromen begrepen van individueel immateriële verkopen in aanvulling op de hier gepresenteerde kasstromen.
(1)
ING Groep Jaarverslag 2007
152 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Additionele informatie bij de geconsolideerde balans van ING Groep (vervolg)
Verkopen geëffectueerd in 2007 In juni 2007 heeft ING haar belang in Nationale Borg, een gespecialiseerde verstrekker van garanties, verkocht aan Hal Investments B.V. en Egeria. ING heeft in juli 2007 ING Trust verkocht aan het management en aan Foreman Capital, een onafhankelijke investeringsmaatschappij in Nederland. De verkoop is onderdeel van de strategie van ING om te focussen op de kernactiviteiten van de bank- en verzekerings activiteiten en vermogensbeheer. In juli 2007 heeft ING haar totale belang in ING Regio B.V. een dochtermaatschappij van Regio Bank N.V. verkocht aan SNS REAAL voor EUR 50,5 miljoen. Dit resulteerde in een winst van EUR 26 miljoen. Dit onderdeel voerde het grootste deel van de activiteiten van Regio Bank uit. De juridische entiteit Regio Bank N.V. zelf maakte geen onderdeel uit van de transactie. In september 2007 heeft ING haar Belgische verzekeringsactiviteiten via tussenpersonen en inzake Employee benefit aan P&V Verzekeringen verkocht voor EUR 777 miljoen. Deze verkoop resulteerde in een winst van EUR 418 miljoen. Bekendgemaakte en verwachte verkopen in 2008 In december 2007 heeft ING bekendgemaakt dat tot een overeenstemming was gekomen om NRG (een onderdeel dat zich bezig houdt met herverzekeringsactiviteiten) te verkopen aan Berkshire Hathaway. De verkoop van ongeveer EUR 300 miljoen resulteerde in een verlies van ongeveer EUR 129 miljoen. Voor het verwachte verlies is een voorziening opgenomen. De nettoactiva van NRG bedroegen per 31 december 2007 EUR 397 miljoen. De afzonderlijke significante activa en passiva bestaan respectievelijk uit beleggingen voor een bedrag van EUR 578 miljoen en technische voorzieningen voor een bedrag van EUR 194 miljoen. In februari 2008 heeft ING bekend gemaakt dat overeenstemming bereikt was met AXA over de verkoop van een deel van haar activiteiten in Mexico, te weten Seguros ING SA de CV en haar dochtermaatschappijen, voor een prijs van ongeveer EUR 1,0 miljard. Volgens voorwaarden van de overeenkomst zal ING de ondernemingen overdragen die bestaan uit de schadeverzekeringsactiviteiten met betrekking tot bezittingen, P&C en auto en de Health & Life-verzekeringsonderdelen, haar Health Maintenance Organisation (ISES) en haar Bonding-activiteiten. Deze verkoop is onder voorbehoud van goedkeuring van de toezichthoudende organen. Deze goedkeuring wordt verwacht in de loop van 2008 en zal ING in staat stellen zich te focussen op de groeiende bestaande Mexicaanse activiteiten uit hoofde van pensioen- (Afore) en lijfrenteverzekeringen. Seguros ING SA de CV en haar dochtermaatschappijen zijn opgenomen in het segment Insurance Americas in toelichting 49 ‘Primaire Segmentatie – Bedrijfssegmenten’.
ING Groep Jaarverslag 2007
153
Aankoop van meest significante maatschappijen in 2006 ABN AMRO Asset Management (Taiwan) Ltd
Appleyard
Summit REIT
Algemeen Belangrijkste branche
Verzekeringen
Bank
Bank
Datum van acquisitie
27 oktober 2006
1 juli 2006
5 oktober 2006
100%
100%
56%
Aankoopprijs Aankoopprijs Aankoopprijs in contanten
65 65
110 110
2.132 2.132
2.307 2.307
Overgenomen liquiditeiten Uitgaande kasstroom bij aankoop (2)
19 46
110
2.132
19 2.288
Percentage verkregen stemrecht
Activa Liquiditeiten Beleggingen Bankiers Financiële activa tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat Diverse overige activa
23 2 1 2 332
Totaal
2.132
23 2.134 1
793 34
795 366
73 2.886 754 2.132
238 129 2.952 754 2.198
Vreemd vermogen Bankiers Diverse overige passiva Netto activa Minderheidsbelangen Verkregen netto activa
4 24
238 52 42
24
42
Geactiveerde goodwill (1)
41
54
Winst sinds datum van acquisitie Baten als acquisitie plaats had gevonden bij aanvang boekjaar
–1
1
8
8
2
33
131
166
95
Goodwill verantwoord op kleine acquisities bedraagt EUR 74 miljoen waardoor het totale bedrag aan goodwill EUR 169 miljoen bedraagt. Zie ook toelichting 9 ‘Immateriële vaste activa’. (2) In de ingaande en uitgaande kasstromen van maatschappijen in het kasstroomoverzicht zijn ingaande en uitgaande kasstromen begrepen van individueel immateriële verkopen en vastgoedportefeuilles in aanvulling op de hier gepresenteerde kasstromen. (1)
In juli 2006 heeft ING 100% van Appleyard Vehicles Contracts, een autoleasebedrijf in Groot Brittannië, gekocht. De kostprijs bedroeg EUR 110 miljoen. In oktober 2006 heeft ING 56% van Summit Real Estate Investment Trust (Summit REIT) gekocht voor een bedrag van EUR 2.132 miljoen. Summit REIT bezit een portefeuille van industrieel onroerend goed van hoge kwaliteit verspreid over de belangrijkste markten van Canada. In oktober 2006 kocht ING voor EUR 65 miljoen 100% van de geregistreerde beleggingsinstelling ABN Amro Asset Management (Taiwan) Ltd. De aankoop versterkt de bestaande positie van ING als grootste vermogensbeheerder in Taiwan.
ING Groep Jaarverslag 2007
154 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Additionele informatie bij de geconsolideerde balans van ING Groep (vervolg)
Verkoop van meest significante maatschappijen in 2006 Deutsche Williams de Broë Hypothekenbank AG
Algemeen Belangrijkste branche
Degussa Bank
Totaal
Bank
Bank
Bank
Verkoopopbrengst Verkoopopbrengst Opbrengst in contanten
19 19
275 275
195 195
489 489
Liquiditeiten in verkochte groepsmaatschappij Ingaande kasstroom bij verkoop (1)
19
11 264
27 168
38 451
27
228 14
11 9.556 16.884 5.928
2.334 187
38 9.556 19.446 6.129
5 27
3.280 747
162 163
3.447 937
64
2.439 8.984 24.541 442 84% 370
198 2.184 286 205 100% 205
2.701 11.168 25.025 659
Activa Liquiditeiten Beleggingen Kredieten Bankiers Financiële activa tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat Diverse overige activa Vreemd vermogen Bankiers Toevertrouwde middelen Diverse overige passiva Eigen vermogen % verkocht Netto activa verkocht
198 12 100% 12
587
In de ingaande en uitgaande kasstromen van maatschappijen in het kasstroomoverzicht zijn ingaande en uitgaande kasstromen begrepen van individueel immateriële verkopen in aanvulling op de hier gepresenteerde kasstromen.
(1)
In juni 2006 verkocht ING haar effectenmakelaarskantoor in Groot Brittannië Williams de Broë Plc voor EUR 22 miljoen. De verkoop is onderdeel van de strategie van ING Groep om zich op kernactiviteiten te richten. Het resultaat van de verkoop is nog onderhevig aan aanpassingen. In september 2006 verkocht ING haar 87,5% belang in Deutsche Hypothekenbank AG, een beursgenoteerde hypotheekbank in Duitsland. De verkoop is onderdeel van de strategie van ING om zich op haar kernactiviteiten te richten. De verkoop resulteerde in een verlies van EUR 83 miljoen. In december 2006 verkocht ING haar belang in Degussa Bank, een onderdeel van ING DiBa gespecialiseerd in het MKB. De verkoop resulteerde in een verlies van EUR 23 miljoen.
ING Groep Jaarverslag 2007
155
Totale aankoop of verkoop van maatschappijen in 2005
Algemeen Belangrijkste branche Aankoopprijs Aankoopprijs Liquide middelen in verkregen/verkochte entiteit Kasstroom bij koop/verkoop Activa Beleggingen Kredieten Bankiers Diverse overige activa Vreemd vermogen Verzekerings- en beleggingscontracten Bankiers Toevertrouwde middelen Diverse overige passiva Eigen vermogen Minderheidsbelangen Verkregen/verkocht aandeel in eigen vermogen
Verkoop van Baring Asset Management
Verkoop van Life of Georgia
Bank
Verzekeringen
181
663
235
898
98
181
663
118 353
118 1.016
1.809
151
1.535 819 286 216
2.196 1.419 696
1.809 2.196 1.419 696
1.503 7 1.384 1.231 83
151
7 1.384 1.231 234
68 2.470 910 863
306
1.503 68 2.470 910 1.169
83
151
234
863
306
1.169
Acquisitie van Eural
Acquisitie van New Zealand
Bank
Verzekeringen
83
98
83
1.535 819 286 65
Totaal acquisities
Totaal verkopen
In februari 2005 heeft ING Groep internet service provider Freeler verkocht aan KPN. Het resultaat behaald met de verkoop bedroeg EUR 10 miljoen. In maart 2005 heeft ING Groep zijn aandeel in ING Bank Slaski teruggebracht van 87,77% naar 75% door aandelen op de beurs te verkopen. Met het verminderen van het aandeel in ING Bank Slaski voldoet ING Groep aan de vereisten zoals die in 2001 gesteld zijn door de Poolse toezichthouder. ING Groep heeft niet de intentie om het aandeel van 75% in ING Bank Slaski verder te verminderen. In maart 2005 heeft ING Groep een belang van 19,9% in Bank of Beijing verworven. De waarde van de transactie bedroeg EUR 166 miljoen. Bank of Beijing is de op een na grootste ‘city commercial bank’ in China en de op twee na grootste bank in Beijing. In maart 2005 heeft ING Groep de verkoop afgerond van Barings Asset Management aan MassMutual Financial Group en Northern Trust Corp. Het resultaat behaald met de verkoop bedroeg EUR 254 miljoen. In mei 2005 heeft ING Groep Life Insurance Company of Georgia verkocht aan een dochter van Prudential PLC’s, Jackson National Life Insurance Company. Het verlies op deze transactie bedroeg EUR 32 miljoen na belasting. In juni 2005 vormde ING Groep een private equity joint venture ter verwerving van Gables Residential Trust, een in de Verenigde Staten gevestigde vastgoed beleggingstrust. Gables Residential Trust is ontwikkelaar, aannemer, eigenaar en manager van hoogwaardige woningen. ING zal USD 400 miljoen inbrengen in het vermogen ter financiering van de transactie. De onderneming wordt beheerd door ING Clarion, een 100%-deelneming van ING Groep. In juni 2005 heeft ING Groep van Commercial Finance het 50%-belang in NMB-Heller’s Nederlandse en Belgische factoring activiteiten verworven. De factoring activiteiten zijn ondergebracht in een nieuwe onderneming die actief is onder de naam ING Commercial Finance. GE Commercial Finance heeft ING’s 50%-belang verworven in het Duitse onderdeel van NMB-Heller, Heller GmbH. Beide transacties zijn met terugwerkende kracht per 1 januari 2005 geëffectueerd. In augustus 2005 heeft ING Groep een portefeuille van onroerend goed in de UK overgenomen van Abbey National. De aankoopprijs bedroeg EUR 1,7 miljard. De portefeuille is verdeeld tussen verschillende beleggingsrekeningen. In oktober 2005 heeft ING Groep Eural NV gekocht van Dexia Bank Belgium. Gedurende 2006 zal Eural fuseren met Record Bank, een onderdeel van ING België.
ING Groep Jaarverslag 2007
156 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Additionele informatie bij de geconsolideerde balans van ING Groep (vervolg)
In november 2005 heeft ING Groep zijn aandeel in Austbrokers Holding verkocht door de aandelen naar de beurs te brengen. Austbrokers is een van de meest vooraanstaande assurantiemakelaars in Australië. Het besluit tot verkoop van deze activiteiten is een gevolg van de verkoop van ING’s 50%-belang in de verzekeraar QBE Mercantile Mutual aan QBE in 2004. In december 2005 heeft ING Groep Arenda Holding BV verkocht aan ZGB, een Nederlandse particuliere investeringsmaatschappij. Arenda is een aanbieder van consumptieve kredieten. 30 JURIDISCHE PROCEDURES Vennootschappen behorende tot ING Groep zijn betrokken bij rechtszaken en arbitrageprocedures, zowel in Nederland als in een aantal andere landen, die betrekking hebben op claims door en tegen deze vennootschappen die voortkomen uit de normale bedrijfsuitoefening, inclusief de activiteiten als verzekeraar, kredietverschaffer, werkgever, belegger en belastingplichtige. In een aantal van deze procedures worden grote of onbepaalde bedragen geëist. Hoewel het niet mogelijk is de uitkomst van lopende of dreigende juridische procedures te voorspellen of te bepalen, is de Raad van Bestuur van mening dat het onwaarschijnlijk is dat de uitkomst hiervan materiële nadelige gevolgen zal hebben voor de financiële positie of bedrijfsresultaten van ING Groep. Een van de juridische procedures betreft een schadeclaim van de Mexicaanse kunstmestfabrikant Fertinal tegen ING Comercial América (nu genaamd Seguros ING S.A. de C.V., hierna Seguros), een 100% dochter van ING Groep. Fertinal eiste een bedrag van EUR 204 miljoen (USD 300 miljoen), de maximale dekking onder de verzekeringpolis voor Fertinal’s mijnbouwactiviteiten. Een rechter in Mexico heeft in het voordeel van Fertinal besloten. Tegen deze beslissing werd beroep aangetekend bij het Hof in Mexico, dat de veroordeling heeft verlaagd naar een bedrag van EUR 64 miljoen (USD 94 miljoen) plus rente. Tegen deze beslissing werd beroep aangetekend door alle betrokken partijen. Het beroep van Seguros werd verworpen en de beslissing van het Hof voor wat betreft de hoogte van het verschul digde bedrag is bekrachtigd. Seguros heeft het verschuldigde bedrag en de rente aan het rechtscollege betaald waarmee de procedure is afgerond. Naast de schadeclaim van Fertinal is Seguros ook betrokken in een aantal klachten en rechtszaken met betrekking tot de resultaten van een aantal rentegevoelige levensverzekeringsproducten. Seguros voert zowel in de Fertinal zaak als in deze verweer; momenteel kunnen we echter de definitieve uitkomst niet voorspellen. In november 2006 kreeg de kwestie rondom, onder andere, de kosten berekend aan klanten door de verzekeringsbranche met betrek king tot beleggingsverzekeringen, beleggingspolissen en beleggingshypotheken de aandacht van de Nederlandse media, de Nederlandse toezichthouder en consumentenorganisaties. De Nederlandse verzekeringsbranche (inclusief dochters van ING Groep N.V., met name Nationale-Nederlanden) verkocht deze producten via intermediairs of direct aan klanten. In juli 2007 is een zogenaamde collectieve procedure aangespannen tegen Nationale-Nederlanden met betrekking tot deze producten. In deze procedure wordt geen bedrag aan schadevergoeding gevorderd, maar wordt de rechter gevraagd om vast te stellen dat Nationale-Nederlanden incomplete of misleidende informatie met betrekking tot kosten en risico’s aan klanten verschafte. Zulke juridische procedures kunnen ook tegen andere dochters van ING Groep N.V. aangespannen worden. De verzekeringsbranche en consumentengroeperingen zijn in gesprek om te komen tot een minnelijke oplossing. Begin maart 2008 publiceerde de Ombudsman Financiële Dienstverlening zijn aanbeveling voor een branchebrede oplossing. Deze aanbeveling is niet bindend voor de betrokken partijen. Hoewel ING ervan overtuigd is dat steeds is voldaan aan de toepasselijke wetten en regelgeving met betrekking tot consumentenrechten en consumentenbescherming, zullen de Nederlandse verzekeringsmaatschappijen van ING de aanbeveling aanvaarden. Een voorziening is genomen om bij te dragen aan deze mogelijke oplossing. Aangezien consumentenorganisaties kritiek hebben op de aanbeveling en de polishouders niet formeel akkoord zijn gegaan met de voorgestelde oplossing, is het moeilijk te voorspellen wanneer en hoe de kwestie zal worden opgelost. Net als vele andere bedrijven, fondsen voor gemene rekening, effectenbemiddelaars, aanbieders van effectenproducten en verzekerings bedrijven, hebben verschillende onderdelen van ING informele en formele verzoeken om informatie ontvangen van verschillende over heidsinstanties en zelf-regulerende organisaties in verband met onderzoeken naar transacties in beleggingsfondsen, beloning, belangen conflicten, mededingingsbeperkende activiteiten, overdracht van verzekeringsrisico en verkooppraktijken. ING beantwoordt deze verzoeken en werkt aan het oplossen van deze kwesties met de toezichthouders. We menen dat de kwesties die tot nu toe zijn geïdenti ficeerd niet duiden op een structureel probleem in de betrokken ING ondernemingen en dat de uitkomst van de onderzoeken niet materieel zullen zijn voor ING Groep. Vanwege de geografische spreiding van haar activiteiten kan ING op ieder moment onderworpen zijn aan belastingcontroles in talrijke jurisdicties. Hoewel ING meent dat zij adequaat voorzieningen heeft opgenomen voor alle belastingposities, kan de uiteindelijke uitkomst van deze controles leiden tot verplichtingen die afwijken van de opgenomen bedragen.
ING Groep Jaarverslag 2007
157
31 JOINT VENTURES Joint ventures worden als volgt proportioneel geconsolideerd in de geconsolideerde jaarrekening: Belangrijkste joint ventures 2007
Eigendom (%)
Activa
Passiva
Baten
Lasten
51 50 49 51 50
9.735 159 412 128 150 10.584
9.252 126 394 14 117 9.903
474 205 231 44 42 996
348 203 228 33 36 848
Eigendom (%)
Activa
Passiva
Baten
Lasten
51 50 49 51 50
8.617 168 292 132 136 9.345
8.266 137 279 28 106 8.816
402 219 167 38 37 863
295 220 166 29 36 746
ING Australia Ltd Postkantoren B.V. KB Life Insurance Company ING (NZ) Ltd Pacific-Antai Life Insurance Company Ltd Totaal Belangrijkste joint ventures 2006
ING Australia Ltd Postkantoren B.V. KB Life Insurance Company ING (NZ) Ltd Pacific-Antai Life Insurance Company Ltd Totaal
32 VERBONDEN PARTIJEN Bij het uitoefenen van haar bedrijfsactiviteiten gaat ING Groep transacties aan met verbonden partijen. Partijen worden als verbonden beschouwd wanneer één partij de mogelijkheid heeft om invloed van betekenis uit te oefenen bij het nemen van financiële of operationele beslissingen door de andere partij. Transacties hebben plaatsgevonden op marktconforme voorwaarden en bestaan uit het leveren van diensten, leasen, overdrachten door middel van financieringsovereenkomsten en het verstrekken van garanties en zakelijke onderpanden. Transacties met joint ventures en deelnemingen
Vorderingen Schulden Garanties uitgegeven ten behoeve van derden Ontvangen opbrengsten Betaalde kosten
2007
Joint ventures 2006
2007
Deelnemingen 2006
336 85
267 85
885 94 20
846 57 4
16 58
14 64
213 32
154 1
ING Verzekeringen N.V. 2007 2006
2007
ING Bank N.V. 2006
Transacties met ING Verzekeringen N.V. en ING Bank N.V.
Vorderingen Schulden Ontvangen opbrengsten Betaalde kosten
2.315
2.604 35
8.137 201
6.190 121
112
120 5
619 228
367 33
Transacties met bestuurders (Raad van Bestuur en Raad van Commissarissen) en pensioenfondsen zijn transacties met verbonden partijen. Deze transacties worden verder toegelicht in het Remuneratierapport in het jaarverslag en in toelichting 21 ‘Overige schulden’.
ING Groep Jaarverslag 2007
158 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Additionele informatie bij de geconsolideerde balans van ING Groep (vervolg)
Beloning bestuurders en commissarissen bedragen in duizenden euro’s
Basissalaris en kortetermijnbonus Pensioenlasten Uitkeringen bij pensionering Marktwaarde van de langetermijnbonus Totale beloning
2007
Raad van Bestuur 2006
16.898 3.334 1.222 9.072 30.526
18.250 3.113 4.082 8.576 34.021
Raad van Commissarissen 2007 2006
2007
Totaal 2006
18.828 3.113 4.082 8.576 34.599
673
578
673
578
17.571 3.334 1.222 9.072 31.199
Gemiddelde rentevoet 2007 2006
2007
Aflossingen 2006
216 216
20 20
Leningen aan bestuurders en commissarissen bedragen in duizenden euro’s
Raad van Bestuur Totaal
Openstaand per 31 december 2007 2006
2.376 2.376
2.023 2.023
4,8%
4,3%
Het totaal aantal opties op aandelen ING Groep N.V. aandelen die worden gehouden door de leden van de Raad van Bestuur bedraagt op 31 december 2007 2.744.887 (2006: 2.176.641). De leden van de Raad van Bestuur hielden op 31 december 2007 201.252 aandelen ING Groep (2006: 80.055). Een deel van deze aandelen wordt gehouden in een trust. De leden van de Raad van Commissarissen hielden per 31 december 2007 17.370 aandelen ING Groep N.V. (2006: 15.370). Er zijn geen significante voorzieningen voor dubieuze vorderingen gevormd of kosten gemaakt die hiermee verband houden, en afzonderlijk materieel zijn.
ING Groep Jaarverslag 2007
159
33 REËLE WAARDEN VAN FINANCIËLE ACTIVA EN PASSIVA De volgende tabel geeft inzicht in de geschatte reële waarde van de financiële activa en passiva van ING Groep. Een aantal balans posten is niet in deze tabel opgenomen, omdat zij niet voldoet aan de definitie van een financieel actief of passief. Het totaal van de hieronder weergegeven reële waarden geeft niet de onderliggende waarde van ING Groep weer en moet derhalve niet als zodanig worden geïnterpreteerd. Reële waarden van financiële activa en passiva Geschatte reële waarde 2007 2006
Financiële activa Liquide middelen Bankiers Financiële activa tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat – activa voor handelsdoeleinden – beleggingen voor risico van polishouders – niet-handelsderivaten – geclassificeerd als activa tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat Beleggingen – beschikbaar-voor-verkoop – tot einde looptijd aangehouden Kredieten Overige activa (1)
Financiële passiva Preferente aandelen Achtergestelde leningen Uitgegeven schuldbewijzen Overige leningen Beleggingscontracten Beleggingscontracten voor risico van polishouders Bankiers Toevertrouwde middelen Financiële verplichtingen tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat – verplichtingen voor handelsdoeleinden – niet-handelsderivaten – geclassificeerd als activa tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat Overige schulden (2) (1)
(2)
2007
Balanswaarde 2006
12.406 48.461
14.326 39.861
12.406 48.875
14.326 39.868
193.213 114.827 7.637
193.977 110.547 6.521
193.213 114.827 7.637
193.977 110.547 6.521
11.453
6.425
11.453
6.425
275.897 16.354 546.358 32.970 1.259.576
293.921 17.494 474.922 25.379 1.183.373
275.897 16.753 552.964 32.970 1.266.995
293.921 17.660 474.437 25.379 1.183.061
21 6.731 66.555 32.595 9.520 14.132 167.365 522.859
215 6.439 78.265 31.052 7.505 13.245 121.680 496.077
21 7.325 66.995 27.058 9.520 14.132 166.972 525.216
215 6.014 78.133 29.639 7.505 13.245 120.839 496.680
148.988 6.951
127.975 4.934
148.988 6.951
127.975 4.934
13.882 35.724 1.025.323
13.702 29.656 930.745
13.882 35.724 1.022.784
13.702 29.656 928.537
verige activa bevatten geen actieve belastinglatenties, onroerend goed aangehouden voor verkoop, onroerend goed in ontwikkeling ten behoeve van derden O en pensioenbeleggingen. Overige schulden bevatten geen passieve belastinglatenties, pensioenvoorzieningen, verzekeringstechnische voorzieningen, onroerend goed in ontwikkeling ten behoeve van derden, aandelengerelateerde beloningen andere voorzieningen en overige belastingen en sociale lasten.
De geschatte reële waarden vertegenwoordigen de bedragen, bepaald op basis van de beste inschatting, waarvoor de financiële instru menten op balansdatum op een reële economische basis tussen goed geïnformeerde en bereidwillige partijen hadden kunnen worden verhandeld (‘at arm’s length’). De reële waarde van financiële activa en passiva is gebaseerd op marktprijzen, voor zover deze beschikbaar zijn. Daar waar geen markten zijn waar actief wordt gehandeld in deze financiële instrumenten, zijn diverse technieken ontwikkeld om de reële waarde van deze instrumenten te benaderen. Deze technieken zijn subjectief van aard en maken gebruik van diverse veronder stellingen met betrekking tot de relevante prijsfactoren. Veranderingen in deze veronderstellingen kunnen de geschatte reële waarden significant beïnvloeden. Dit kan tot gevolg hebben dat de weergegeven reële waarden geen goede benadering zijn van de directe opbrengstwaarde. Daarnaast is de berekening van de geschatte reële waarde gebaseerd op de marktomstandigheden op een bepaald moment en is daarom mogelijk geen goede benadering van de toekomstige reële waarden. De volgende methoden en veronderstellingen zijn door ING Groep gebruikt om de geschatte reële waarde van de financiële instrumenten te bepalen.
ING Groep Jaarverslag 2007
160 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Additionele informatie bij de geconsolideerde balans van ING Groep (vervolg)
Financiële activa Liquide middelen De boekwaarde van de liquide middelen wordt geacht een redelijke benadering te zijn van de reële waarde. Bankiers De reële waarden van de vorderingen op banken zijn over het algemeen gebaseerd op genoteerde marktprijzen of wanneer deze niet genoteerd zijn dan worden deze geschat op basis van de contante waarde van de verwachte toekomstige geldstromen, gebruik makend van de interestvoet die op de markt geldt voor vorderingen met dezelfde karakteristieken. Niet-handelsderivaten De reële waarde van de niet-handelsderivaten is gebaseerd op genoteerde marktprijzen als deze beschikbaar zijn. Voor beleggingen welke niet actief verhandeld worden wordt de reële waarde gebaseerd op interne waarderingstechnieken. Financiële activa tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat De reële waarde van financiële activa tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat is gebaseerd op beurskoersen. Voor activa waarvoor geen beurskoers beschikbaar is, wordt gebruik gemaakt van interne waarderingstechnieken. Beleggingen De reële waarde van aandelen is gebaseerd op beurskoersen of, indien niet genoteerd, op geschatte marktwaarden door gebruik te maken van beurskoersen van soortgelijke effecten. De reële waarden van schuldbewijzen zijn gebaseerd op de beurskoersen, voorzover deze beschikbaar zijn. De reële waarden van effecten waarin niet actief gehandeld wordt zijn geschat door gebruik te maken van waarden die zijn verkregen van private rating-bedrijven dan wel door de contante waarde te bepalen van de verwachte toekomstige geldstromen, gebruik makend van de huidige marktrente zoals deze van toepassing is gezien het rendement, de kredietwaardigheid en de looptijd van de belegging. Kredieten De boekwaarde van kredieten waarvan de waarde regelmatig wordt herzien en het kredietrisico niet in belangrijke mate is gewijzigd, wordt geacht een redelijke benadering te zijn van de reële waarde. De reële waarden van de overige leningen zijn geschat op basis van de contante waarde van de verwachte toekomstige geldstromen, gebruik makend van de interestvoet die op dit moment geldt voor leningen aan leners met eenzelfde risicoprofiel. De reële waarden van hypothecaire leningen zijn geschat door rekening te houden met aflossingsgedrag en door het bepalen van de contante waarde van de toekomstige geldstromen, gebruik makend van de interestvoet die op dat moment geldt voor soortgelijke leningen aan leners met eenzelfde risicoprofiel. De reële waarden van de polisbeleningen met een vaste rente zijn geschat door het bepalen van de contante waarde van de geldstromen, gebruik makend van de interestvoet die geldt voor op dit moment uitgegeven polisbeleningen inzake soortgelijke polissen. Ten behoeve van de berekening worden leningen met dezelfde karakteristieken bij elkaar opgeteld. De reële waarden van polisbeleningen met een variabele rente is bij benadering gelijk aan de boekwaarde. Overige activa De boekwaarde van de overige activa wijkt niet materieel af van de reële waarde. Financiële passiva Achtergestelde leningen De reële waarde van achtergestelde leningen is geschat op basis van de contante waarde van de geldstromen, gebruikmakend van de interestvoet die geldt voor soortgelijke instrumenten. Beleggingscontracten De reële waarden die zijn gerelateerd aan de beleggingscontracten voor risico van de onderneming, zijn geschat door de contante waarde van de geldstromen te bepalen, gebruik makend van de interestvoet die op dit moment van toepassing is op soortgelijke contracten met een resterende looptijd die overeenkomt met die van de betreffende contracten. De reële waarden die zijn gerelateerd aan de beleggingscontracten voor risico van de polishouder komen over het algemeen overeen met de reële waarden van de onderliggende activa. Bankiers De reële waarden van de schulden aan banken zijn over het algemeen gebaseerd op genoteerde marktprijzen of wanneer deze niet genoteerd zijn dan worden deze geschat op basis van de contante waarde van de toekomstige geldstromen, gebruik makend van de interestvoet die op dit moment van toepassing is op schulden aan banken met vergelijkbare voorwaarden. Toevertrouwde middelen De boekwaarden van de deposito’s van klanten en overige deposito’s zonder overeengekomen looptijden worden geacht een redelijke benadering te zijn van de reële waarde. De reële waarde van de overige deposito’s met overeengekomen looptijden zijn geschat op basis
ING Groep Jaarverslag 2007
161
van de contante waarde van de toekomstig geldstromen, gebruik makend van de interestvoet die op dit moment van toepassing is op deposito’s met eenzelfde resterende looptijd. Financiële verplichtingen tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat De reële waarde van financiële verplichtingen tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat is gebaseerd op beurskoersen. Voor verplichtingen waarvoor geen beurskoers beschikbaar is worden interne waarderingstechnieken gebruikt. Uitgegeven schuldbewijzen en overige leningen De reële waarden van uitgegeven schuldbewijzen en overige leningen zijn over het algemeen gebaseerd op de genoteerde marktprijzen of wanneer deze niet genoteerd zijn worden deze geschat op basis van de contante waarde van de toekomstige kasstromen, gebruik makend van de huidige marktrente die van toepassing is op de interest, kredietkwaliteit en looptijd. Overige schulden De boekwaarde van de overige schulden wijkt niet materieel af van de reële waarde. De reële waarden van financiële instrumenten gewaardeerd tegen reële waarde zijn als volgt bepaald: Toegepaste methoden voor bepaling reële waarden van financiële activa en passiva
2007
Activa Activa voor handelsdoeleinden Beleggingen voor risico van polishouders Niet-handelsderivaten Financiële activa tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat Beleggingen beschikbaar-voor-verkoop
Vreemd vermogen Verplichtingen voor handelsdoeleinden Niet-handelsderivaten Financiële verplichtingen tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat Beleggingscontracten (voor contracten op reële waarde)
Gerelateerd WaarderingsWaarderingsaan methode op methode niet op gepubliceerde basis van markt basis van markt prijsnotering informatie informatie
Totaal
122.448 111.723 6.928
70.279 2.976 693
486 128 16
193.213 114.827 7.637
5.012 204.838 450.949
4.608 69.306 147.862
1.833 1.753 4.216
11.453 275.897 603.027
75.131 6.234
73.841 620
16 97
148.988 6.951
7.723
6.159
12.074 101.162
2.058 82.678
13.882
113
14.132 183.953
WaarderingsWaarderingsmethode op methode niet op basis van markt basis van markt informatie informatie
Totaal
Toegepaste methoden voor bepaling reële waarden van financiële activa en passiva
2006
Activa Activa voor handelsdoeleinden Beleggingen voor risico van polishouders Niet-handelsderivaten Financiële activa tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat Beleggingen beschikbaar-voor-verkoop
Vreemd vermogen Verplichtingen voor handelsdoeleinden Niet-handelsderivaten Financiële verplichtingen tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat Beleggingscontracten (voor contracten op reële waarde)
Gerelateerd aan gepubliceerde prijsnotering
150.986 109.465 2.611
42.718 813 2.671
273 269 1.239
193.977 110.547 6.521
4.343 219.967 487.372
1.036 73.230 120.468
1.046 724 3.551
6.425 293.921 611.391
87.374 1.833
40.601 2.672
429
127.975 4.934
10.914
2.788
13.235 113.356
46.061
13.702 10 439
13.245 159.856 ING Groep Jaarverslag 2007
162 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Additionele informatie bij de geconsolideerde balans van ING Groep (vervolg)
Gerelateerd aan gepubliceerde prijsnoteringen In deze categorie zijn financiële instrumenten opgenomen waarvan de reële waarde direct wordt bepaald op basis van gepubliceerde noteringen in een actieve markt. Een financieel instrument wordt beschouwd als genoteerd in een actieve markt als de genoteerde prijs eenvoudig en regelmatig beschikbaar is van een beurs, handelaar, broker, branchegroep, prijsinstelling of toezichthoudende instelling en als deze prijzen de actuele en regelmatig voorkomende markttransacties, op basis van marktcondities, weergeven. Deze categorie bevat verder instrumenten waarvoor een model is gebruikt om de reële waarde te bepalen in plaats van het gebruik van extern beschikbare genoteerde prijzen, maar waarvoor een genoteerde prijs beschikbaar is en de uitkomst van het model regelmatig geëvalueerd wordt in relatie tot deze genoteerde prijs, wat resulteert in geen of alleen een insignificante afwijking van de genoteerde prijs. Verder zijn ook financiële instrumenten in deze categorie opgenomen waarvan de prijs volgens marktgebruik gebaseerd is op een enkele gepubliceerde verbandhoudende koers (bijvoorbeeld een genoteerde rentecurve in geval van een eenvoudig rentederivaat). Bepaalde overeenkomsten tot wederverkoop (‘reverse repos’) met een zeer korte looptijd (bijvoorbeeld een aantal dagen), waarvan de waardering is gebaseerd op actuele prijzen bij uitgifte en bij vervallen, zijn opgenomen in deze categorie omdat hun waardering zeer objectief is en gebaseerd op gegevens van een derde partij. In 2006 werden deze gepresenteerd als Waarderingsmethode niet op basis van marktinformatie (per 31 december 2006: EUR 37.229 miljoen), omdat toen geen rekening werd gehouden met marktinformatie welke op korte termijn beschikbaar zou komen. Om consistent te zijn met de classificatie in 2007 zijn de vergelijkende cijfers over 2006 gereclassificeerd. Waarderingsmethode op basis van marktinformatie In deze categorie zijn financiële instrumenten opgenomen waarvan de reële waarde bepaald wordt met behulp van een waarderingstechniek (een model), waarbij inputs worden gehanteerd van een actieve markt of welke waarneembaar zijn in de markt. Wanneer bepaalde inputs in het model niet waarneembaar zijn in de markt, maar alle significante inputs zijn dat wel, dan wordt dit instrument nog steeds geclassificeerd in deze categorie, ervan uitgaande dat de impact van deze elementen op de totale waardering niet-significant zijn. In deze categorie zijn ook items opgenomen waarvan de waarde is afgeleid van genoteerde prijzen of vergelijkbare instrumenten, maar waarvoor de prijzen (meer dan niet-significant) zijn aangepast aan de andere waarneembare externe marktgegevens. Waarderingsmethode niet op basis van marktinformatie In deze categorie zijn financiële activa en passiva opgenomen waarvan de reële waarde is bepaald met behulp van een waarderingstechniek (een model) en waarbij voor meer dan een niet-significant deel van de input ten behoeve van de totale waardering niet waarneembaar is in de markt. Het totale bedrag van veranderingen in reële waarde verantwoord in het resultaat dat is geschat met behulp van waarderingsmethoden, voor methoden niet op basis van marktinformatie, is EUR 74 miljoen (2006: EUR 19 miljoen). Gevoeligheid van reële waarden Indien de gebruikte veronderstellingen in de waarderingsmethoden die niet gebaseerd zijn op recente transacties in de markt zouden worden vervangen door redelijke alternatieven, zou dit geen significante impact hebben op de reële waarden of op het eigen vermogen en resultaat.
ING Groep Jaarverslag 2007
163
Toelichting op de geconsolideerde winst-en-verliesrekening van ING Groep bedragen in miljoenen euro’s, tenzij anders aangegeven 34 RENTERESULTAAT UIT DE BANCAIRE ACTIVITEITEN Renteresultaat bancaire activiteiten
Rentebaten op leningen Rentebaten op leningen waarbij sprake is van een bijzondere waardevermindering Totale rentebaten op leningen
2007
2006
2005
26.390
21.970
18.912
–26 26.364
13 21.983
–23 18.889
Rentebaten op beleggingen beschikbaar-voor-verkoop Rentebaten op tot einde looptijd aangehouden beleggingen Rentebaten op handelsportefeuille Rentebaten niet-handelsderivaten Overige rentebaten Rentebaten uit de bancaire activiteiten
7.397
6.989
5.989
736 32.443 6.190 3.619 76.749
755 21.414 5.231 2.798 59.170
639 15.237 5.658 1.764 48.176
Rentelasten op deposito’s bij banken Rentelasten op toevertrouwde middelen Rentelasten op uitgegeven schuldbewijzen Rentelasten op achtergestelde leningen Rentelasten op verplichtingen voor handelsdoeleinden Rentelasten op niet-handelsderivaten Overige rentelasten Rentelasten uit de bancaire activiteiten
5.131 18.563 3.648 1.167 29.383 6.115 3.766 67.773
3.559 15.107 3.173 1.132 18.821 5.159 3.027 49.978
2.371 11.960 2.911 1.126 13.369 5.821 1.551 39.109
8.976
9.192
9.067
in percentages
2007
2006
2005
Rentemarge
0,94
1,06
1,16
Renteresultaat uit de bancaire activiteiten Rentemarge
In 2007 heeft de toename van het gemiddeld balanstotaal geresulteerd in een groei van het renteresultaat met EUR 753 miljoen (2006: EUR 1.040 miljoen; 2005: EUR 1.214 miljoen). De verkrapping van de rentemarge met 12 basispunten heeft in 2007 geresulteerd in een afname van het renteresultaat met EUR 1.051 miljoen. In 2006 heeft een verkrapping van de marge van 10 basispunten geresulteerd in een afname van EUR 867 miljoen van het renteresultaat. In 2005 heeft een verkrapping van de marge van 6 basispunten geresulteerd in een afname van EUR 345 miljoen van het renteresultaat. 35 BRUTO PREMIE-INKOMEN Bruto premie-inkomen
Bruto premie-inkomen levensverzekeringen Bruto premie-inkomen schadeverzekeringen
2007
2006
2005
40.732 6.086 46.818
40.502 6.333 46.835
39.145 6.613 45.758
Het bruto premie-inkomen is opgenomen vóór aftrek van afgegeven herverzekerings- en retrocessiepremies. Onder premie-inkomen zijn geen ontvangen premies voor beleggingscontracten opgenomen, hiervoor wordt ‘deposit accounting’ toegepast. Effect van herverzekering op geboekte premies 2007
2006
Schade 2005
2007
2006
Leven 2005
2007
2006
Totaal 2005
Geboekte bruto premies Geboekte bruto ontvangen herverzekeringspremies Totaal geboekte bruto premies
6.062 24 6.086
6.279 54 6.333
6.556 57 6.613
39.170 1.562 40.732
38.838 1.664 40.502
37.644 1.501 39.145
45.232 1.586 46.818
45.117 1.718 46.835
44.200 1.558 45.758
Afgegeven herverzekeringspremies
–306 5.780
–339 5.994
–526 6.087
–1.968 38.764
–2.004 38.498
–2.031 37.114
–2.274 44.544
–2.343 44.492
–2.557 43.201
ING Groep Jaarverslag 2007
164 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Toelichting op de geconsolideerde winst-en-verliesrekening van ING Groep (vervolg)
Effect van herverzekering op verdiende schadepremies 2007
2006
2005
Verdiende bruto premies Verdiende bruto ontvangen herverzekeringspremies Totaal verdiende bruto premies
6.003 24 6.027
6.248 58 6.306
6.712 57 6.769
Afgegeven herverzekeringspremies
–326 5.701
–377 5.929
–636 6.133
36 OPBRENGST BELEGGINGEN Opbrengst beleggingen naar verzekerings- en bancaire activiteiten 2007
Opbrengst uit beleggingen in onroerend goed Dividend opbrengsten
Opbrengst uit beleggingen in schuldbewijzen Opbrengst uit leningen – particuliere leningen – leningen met hypothecaire zekerheid – polisbeleningen – overig Opbrengst uit beleggingen in schuldbewijzen en leningen Resultaat op verkoop schuldbewijzen (Terugboeking van) bijzondere waardeverminderingen op schuldbewijzen beschikbaar-voor-verkoop Resultaat en bijzondere waardeverminderingen op schuldbewijzen
Verzekeringsactiviteiten 2006 2005
2007
252 70 322
Bancaire activiteiten 2006 2005
2007
2006
Totaal 2005
332 820 1.152
318 688 1.006
400 550 950
80 750 830
184 604 788
206 479 685
6.857
6.359
5.757
6.857
6.359
5.757
76 1.313 215 323 8.784
200 1.640 212 345 8.756
259 1.695 223 406 8.340
200 1.640 212 363 8.774
259 1.695 223 418 8.352
–9
–56
245
138
–76
36
34
–57
–85
–20
279
81
93
2.975
772
511
330
134 84 218
194 71 265
18 18
12 12
76 1.313 215 323 8.784
93
60
129
37
305
–133
36
34
60
–4
73
339
149
171
3.305
921
682
Resultaat op verkoop van aandelen Bijzondere waardeverminderingen op aandelen beschikbaar-voor-verkoop Resultaat en bijzondere waardeverminderingen op aandelen
–36
–25
–46
–17
–17
–45
–53
–42
–91
2.939
747
465
313
132
126
3.252
879
591
Veranderingen in reële waarde van beleggingen in onroerend goed Opbrengst beleggingen
75 12.543
108 10.379
143 9.912
93 809
67 528
59 522
168 13.352
175 10.907
202 10.434
Verzekeringsactiviteiten 2006 2005
2007
Bancaire activiteiten 2006 2005
2007
2006
Totaal 2005
746 1.049 1.304 2.165 1.247 1.182 7.693
704 1.064 1.163 1.804 1.158 974 6.867
645 905 699 2.207 625 764 5.845
37 PROVISIE-INKOMEN Bruto provisiebaten 2007
Betalingsverkeer Effectenbedrijf Assurantiebedrijf Beheervergoeding Makelaarscourtage en advieskosten Overig
ING Groep Jaarverslag 2007
1.124 1.025 1.014 364 3.527
992 860 951 270 3.073
584 1.420 473 119 2.596
746 1.049 180 1.140 233 818 4.166
704 1.064 171 944 207 704 3.794
645 905 115 787 152 645 3.249
165
Provisiekosten 2007
Betalingsverkeer Effectenbedrijf Assurantiebedrijf Beheervergoeding Makelaarscourtage en advieskosten Overig
686 182 673 85 1.626
Verzekeringsactiviteiten 2006 2005
2007
Bancaire activiteiten 2006 2005
2007
2006
Totaal 2005
140 347 551 392 626 495 2.551
56 264 250 825 266 437 2.098
144 370
140 347
56 264
250 686 260 54 1.250
230 5 491 1.240
204 2 420 1.113
139 6 383 848
144 370 686 412 678 576 2.866
Verzekeringsactiviteiten 2006 2005
2007
Bancaire activiteiten 2006 2005
2007
2006
Totaal 2005
551 188 624 75 1.438
38 HERWAARDERINGSRESULTAAT NIET-HANDELSDERIVATEN Herwaarderingsresultaat niet-handelsderivaten 2007
Veranderingen in reële waarde derivaten: – reële waarde hedges – kasstroomhedges (ineffectief deel) – hedges van netto investeringen in buitenlandse bedrijfsonderdelen (ineffectief deel) – overige niet-handelsderivaten Netto resultaat op niet-handelsderivaten Verandering in reële waarde van activa en passiva (afgedekte instrumenten) Herwaarderingen op activa en verplichtingen geclassificeerd als tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat (exclusief handelsportefeuille) Netto herwaarderingsresultaat
–227 –5
–162
87
924 –4
203 –7
–425 –1
697 –9
41 –7
–338 –1
–14 –753 –999
–12 –85 –259
–16 –152 –81
36 956
391 587
296 –130
–14 –717 –43
–12 306 328
–16 144 –211
223
211
–98
–886
–203
467
–663
8
369
89 –687
–48
–179
56 126
–247 137
–111 226
145 –561
–247 89
–111 47
Verzekeringsactiviteiten 2006 2005
2007
Bancaire activiteiten 2006 2005
2007
2006
Totaal 2005
–1.901 575 2.445 1.119
–645 402 1.415 1.172
744 291 –609 426
39 NETTO HANDELSRESULTAAT Netto handelsresultaat 2007
Resultaat uit handelsportefeuille effecten Valutaresultaat Overig
246 174 –50 370
159 120 –7 272
84 –87 9 6
–2.147 401 2.495 749
–804 282 1.422 900
660 378 –618 420
Resultaat uit handelsportefeuille effecten bevat de resultaten uit ‘market making’ voor effecten zoals overheidspapier, aandelen, obligaties uitgegeven door bedrijven, geldmarktproducten en rentederivaten zoals swaps, opties, futures en termijncontracten. Valutaresultaat bevat resultaten uit contante transacties en termijntransacties, opties, futures en resultaten uit de omrekening van activa en verplichtingen luidende in vreemde valuta. Het deel van het netto handelsresultaat voor het jaar 2007 dat betrekking heeft op effecten uit de handelsportefeuille die op 31 december nog op de balans stonden bedraagt EUR –60 miljoen (2006: EUR –121 miljoen; 2005: EUR 7 miljoen). De meerderheid van de risico’s uit valuta- en effectenhandel is economisch afgedekt door derivaten. Het resultaat uit effectenhandel wordt deels gecompenseerd door deze derivaten. Het resultaat uit deze derivaten bedraagt EUR 408 miljoen (2006: EUR 1.662 miljoen) en is begrepen in Overig.
ING Groep Jaarverslag 2007
166 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Toelichting op de geconsolideerde winst-en-verliesrekening van ING Groep (vervolg)
40 OVERIGE BATEN Overige baten 2007
Netto baten uit operationele lease Overig
Verzekeringsactiviteiten 2006 2005
305 305
–5 –5
149 149
2007
Bancaire activiteiten 2006 2005
79 501 580
66 410 476
72 489 561
2007
2006
Totaal 2005
79 806 885
66 405 471
72 638 710
De netto baten uit operationele lease bestaan uit opbrengsten van EUR 803 miljoen (2006: EUR 691 miljoen; 2005: EUR 627 miljoen) afschrijving van EUR 724 miljoen (2006: EUR 626 miljoen; 2005: EUR 555 miljoen) en overige bedrijfslasten van nihil (2006: nihil; 2005: nihil). 41 VERZEKERINGSTECHNISCHE LASTEN Verzekeringstechnische lasten
Bruto verzekeringstechnische lasten Beleggingsbaten voor risico van polishouders Herverzekeringsdeel Verzekeringstechnische lasten
2007
2006
2005
51.818 –1.079 –1.906 48.833
53.065 –2.702 –2.175 48.188
54.594 –5.074 –2.400 47.120
2007
2006
2005
1.968 28.877 –1.749
2.004 26.234 –1.705
2.031 22.129 –1.625
11.979 1.098 457 424 43.054
13.420 1.083 439 801 42.276
14.650 1.060 364 2.214 40.823
306 3.589 –157 79 13 979 –50 4.759
339 3.848 –470 65 –209 1.043 –71 4.545
526 4.343 –775 –46 –49 1.012 –52 4.959
19 16
31 64
53 17
985 1.020
1.272 1.367
1.268 1.338
48.833
48.188
47.120
Verzekeringstechnische lasten per soort
Levensverzekeringslasten Herverzekering en retrocessiepremies Bruto uitkeringen Herverzekeringsdeel Mutatie in overige technische voorzieningen voor eigen rekening Acquisitiekosten inzake verzekeringsactiviteiten Overige verzekeringstechnische lasten Winstdeling en kortingen
Schadeverzekeringslasten Herverzekering en retrocessiepremies Bruto schaden voor eigen rekening Herverzekeringsdeel Mutatie in de voorziening voor niet-verdiende premies Mutatie in de voorziening voor te betalen schaden Acquisitiekosten inzake verzekeringsactiviteiten Overige verzekeringstechnische lasten
Lasten uit beleggingscontracten Acquisitiekosten inzake beleggingscontracten Winstdeling en kortingen Overige wijzigingen in de verplichting voor beleggingscontracten
ING Groep Jaarverslag 2007
167
Winstdeling en kortingen
Uitkeringen uit hoofde van rente of verzekeringstechnisch resultaat Winsttoekenningen in de vorm van bijschrijvingen Lasten uit latente winstdeling
2007
2006
2005
–133 411 146 424
458 369 –26 801
1.824 379 11 2.214
In de Verzekeringstechnische lasten is in 2007 EUR 4.275 miljoen begrepen aan betaalde en verschuldigde provisies (2006: EUR 4.141 miljoen; 2005: EUR 3.956 miljoen) met betrekking tot verzekeringsactiviteiten. De afschrijvingskosten van de overlopende acquisitiekosten bedroegen in 2007 EUR 1.552 miljoen (2006: EUR 1.444 miljoen; 2005: EUR 1.475 miljoen). De Verzekeringstechnische lasten over 2007 bevatten een bedrag van EUR 110 miljoen (2006: EUR 181 miljoen; 2005: EUR 220 miljoen) met betrekking tot het versterken van de reserves in de divisie Insurance Asia/Pacific zoals beschreven onder Gesegmenteerde informatie. Beleggingsbaten en herwaarderingen op beleggingen voor risico van polishouders van EUR 1.079 miljoen (2006: EUR 2.702 miljoen; 2005: EUR 5.074 miljoen) worden niet verantwoord onder Opbrengst beleggingen en herwaarderingen op activa en verplichtingen geclassificeerd als tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat, maar zijn begrepen onder Verzekeringstechnische lasten tezamen met een gelijk bedrag aan verandering van de voorziening voor verzekeringen voor risico van polishouders. In 2004 heeft ING door middel van een medeverzekeringsovereenkomst een deel van de levensverzekeringsactiviteiten aan Scottish Re overgedragen. ING heeft voor deze transactie in 2004 een verlies verantwoord in de Verzekeringstechnische lasten voor een bedrag van EUR 160 miljoen. Dit verlies geeft de vermindering weer van de hieraan gerelateerde overlopende acquisitiekosten. Daarnaast zal een bedrag van EUR 240 miljoen worden afgeschreven over de looptijd van de onderliggende contracten, te beginnen in 2005 en geleidelijk afnemend naar mate de contracten aflopen. Het bedrag aan afschrijving bedroeg in 2007 EUR 15 miljoen (2006: EUR 32 miljoen; 2005: EUR 34 miljoen). De cumulatieve afschrijvingen bedroegen EUR 81 miljoen (2006: EUR 66 miljoen; 2005: EUR 34 miljoen). 42 OVERIGE BIJZONDERE WAARDEVERMINDERINGEN Overige bijzondere waardeverminderingen en terugboekingen daarvan verantwoord in het resultaat Bijzondere waardeverminderingen 2007 2006 2005
Gebouwen en bedrijfsmiddelen Onroerend goed in ontwikkeling ten behoeve van derden Overige immateriële vaste activa Overig
2 41 15 58
1 19 10 3 33
82
Terugboekingen van bijzondere waardeverminderingen 2007 2006 2005
–14 –43
–4
–4 –61
–2 –6
–27
21 103
–27
2007
2006
–12 –2 15 –4 –3
–3 19 10 1 27
Totaal 2005
55 21 76
Bijzondere waardeverminderingen op Kredieten worden verantwoord onder Mutatie voorzieningen voor dubieuze debiteuren. Bijzondere waardeverminderingen op beleggingen worden verantwoord onder Opbrengst beleggingen. 43 PERSONEELSKOSTEN Personeelskosten 2007
Salarissen Lasten met betrekking tot pensioenen en andere personeelsverplichtingen Sociale lasten Aandelengerelateerde beloningen Overige personeelskosten
Verzekeringsactiviteiten 2006 2005
2007
Bancaire activiteiten 2006 2005
2007
2006
Totaal 2005
2.050
2.012
2.038
3.646
3.480
3.286
5.696
5.492
5.324
48 201 54 484 2.837
79 196 54 457 2.798
143 214 36 470 2.901
159 466 73 1.080 5.424
206 444 58 932 5.120
256 444 33 726 4.745
207 667 127 1.564 8.261
285 640 112 1.389 7.918
399 658 69 1.196 7.646
Onder, Aandelengerelateerde beloningen zijn voor een bedrag van EUR 110 miljoen (2006: EUR 109 miljoen; 2005: EUR 63 miljoen) aandelengerelateerde beloningen opgenomen die worden afgerekend in aandelen en voor een bedrag van EUR 17 miljoen (2006: EUR 4 miljoen; 2005: EUR 6 miljoen) aandelengerelateerde beloningen die worden afgerekend in contanten.
ING Groep Jaarverslag 2007
168 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Toelichting op de geconsolideerde winst-en-verliesrekening van ING Groep (vervolg)
Pensioen- en andere personeelskosten
2007
Kosten huidig dienstjaar Kosten verstreken dienstjaren Rentelasten Verwachte opbrengsten op beleggingen Amortisatie van ongerealiseerde kosten verstreken dienstjaren Amortisatie van ongerealiseerde actuariële resultaten Effect van inkrimping of afrekening Overig Defined benefit plans Defined contribution plans
Pensioenkosten 2006 2005
Personeelskosten na dienstverband anders dan pensioenen 2007 2006 2005
2007
2006
Overig 2005
2007
2006
Totaal 2005
408
417
477
11
13
42
–13
23
32
406
453
551
–86 739
18 703
192 643
13
–1 11
40
–1 9
1 7
5 35
–87 761
18 721
197 718
–869
–820
–710
–22
–869
–820
–732
–5
–5
33
22
–32 –68 139
–149
–411
240
323
68 207
45 285
76 399
–5
29
22
–32 –62 127
–6 334
–5
4 –12 590
–147 –7 12
–396
4
–3
35
47
1 –129
–314
Remuneratie van Senior Management, Raad van Bestuur en Raad van Commissarissen De informatie aangaande aandelen gerelateerde beloningsregelingen en de beloning van leden van de Raad van Bestuur en leden van de Raad van Commissarissen is opgenomen in het Remuneratierapport in het jaarverslag. Deze informatie maakt onderdeel uit van de gecontroleerde jaarrekening. Optie- en aandelenregeling ING Groep heeft optierechten op aandelen ING en voorwaardelijke rechten op certificaten van aandelen optierechten toegekend aan een aantal leidinggevende functionarissen (leden van de Raad van Bestuur, alsmede directeuren en overige door de Raad van Bestuur aangewezen functionarissen), aan alle medewerkers van ING Groep in Nederland en aan een aanzienlijk aantal medewerkers in het buitenland. Het doel van de optie- en aandelenregeling is, naast het bevorderen van een duurzame groei van ING Groep, het aantrekken, behouden en motiveren van leidinggevende functionarissen en medewerkers. ING Groep koopt eigen aandelen in op het moment dat de opties worden toegekend om te voldoen aan haar verplichtingen die uit de bestaande optieregeling voortvloeien om het positierisico met betrekking tot de betreffende opties af te dekken (een zogenaamde delta hedge). Per 31 december 2007 worden 36.028.881 eigen aandelen (2006: 52.722.755; 2005: 38.722.934) gehouden in verband met de optieregeling tegenover 76.888.553 uitstaande opties (2006: 74.175.909; 2005: 85.128.950). Hiermee zijn de toegekende optierechten afgedekt (delta hedged), rekening houdend met de volgende factoren: uitoefenprijs, beurskoers, de zero-coupon rentevoet, dividend rendement, verwachte volatiliteit en het gedrag van medewerkers. Op vooraf vastgestelde tijdstippen wordt bekeken of het afdekken nog voldoende effectief is. In maart 2008 zullen aandelen uitgegeven worden in verband met de toekenning van aandelenregelingen. Het aantal uit te geven aandelen is afhankelijk van de TSR-classificatie van ING. Verwezen wordt naar het Renumeratierapport wat is opgenomen in het jaarverslag (pagina 76 tot en met 86). Verplichtingen uit hoofde van aandelenregelingen worden niet afgedekt. De verplichtingen uit hoofde van deze regelingen zullen worden voldaan door middel van uitgifte van aandelen. Op 15 maart 2007 zijn 5,2 miljoen aandelen uitgegeven met betrekking tot het onvoorwaardelijk worden van aandelenregelingen. Optierechten hebben een looptijd van vijf of tien jaar. Optierechten die niet binnen deze periode worden uitgeoefend, komen te verval len. Toegekende optierechten zullen geldig blijven (tot uitoefendatum), zelfs na beëindiging van de optieregeling. Aan de optierechten zijn bepaalde voorwaarden verbonden, waaronder een dienstverband gedurende een bepaalde aaneengesloten periode. De uitoefen prijzen van de opties zijn gelijk aan de beurskoers van het aandeel ING Groep op de dag dat de opties worden toegekend. Aan het recht op certificaten van aandelen zijn bepaalde voorwaarden verbonden. Als de deelnemer vanaf de datum van ontvangst van het recht drie jaar onafgebroken in dienst blijft bij ING, wordt het recht onvoorwaardelijk. In 2007 zijn 139.113 rechten op certificaten van aandelen verstrekt (2006: 52.100; 2005: 73.500) aan de leden van de Raad van Bestuur en 2.415.649 rechten op certificaten van aandelen verstrekt (2006: 2.432.686; 2005: 2.907.101) aan leidinggevende functionarissen en overig personeel. ING Groep Jaarverslag 2007
169
De Raad van Bestuur van ING Groep zal ieder jaar vaststellen of, en in welke mate, de optie- en aandelenregeling zal worden voortgezet. Mutaties in de openstaande optierechten 2007
Balanswaarde begin van het jaar Verstrekt Uitgeoefend Vervallen Verlopen Balanswaarde eind van het jaar
74.175.909 12.139.472 –7.163.332 –2.263.496 76.888.553
Aantal uitstaande opties 2006 2005
85.128.950 13.872.880 –17.213.518 –1.338.877 –6.273.526 74.175.909
81.010.410 15.734.031 –2.820.253 –298.315 –8.496.923 85.128.950
2007
25,99 32,13 19,73 27,68 26,66
Gewogen gemiddelde uitoefenprijs 2006 2005
24,42 32,78 20,64 25,78 25,99 25,99
24,97 23,28 21,15 23,60 30,26 24,42
De gewogen gemiddelde aandelenkoers op de datum van uitoefening in 2007 was EUR 32,48. Mutaties in de voorwaardelijke optierechten 2007
Balanswaarde begin van het jaar Verstrekt Onvoorwaardelijk geworden Vervallen Balanswaarde eind van het jaar
38.551.921 12.139.472 –10.112.348 –2.173.887 38.405.158
Voorwaardelijke opties 2006 2005
41.407.132 13.872.880 –15.390.327 –1.337.764 38.551.921
48.317.040 15.734.031 –22.394.188 –249.751 41.407.132
Gewogen gemiddelde reële waarde bij verstrekking 2007 2006 2005
4,57 6,52 6,14 5,46 5,83
3,65 6,49 4,65 3,85 4,57
4,85 3,49 6,11 3,54 3,65
Gewogen Gewogen Uitoefenbare gemiddelde gemiddelde opties per 31 resterende uitoefenprijs december 2007 uitoefenperiode
Gewogen gemiddelde uitoefenprijs
Uitstaande en uitoefenbare optierechten 2007 uitoefenprijs in euro’s
0,00 – 15,00 15,00 – 20,00 20,00 – 25,00 25,00 – 30,00 30,00 – 35,00 35,00 – 40,00
Aantal Gewogen uitstaande gemiddelde opties per 31 resterende december 2007 uitoefenperiode
6.236.710 9.773.356 15.180.545 15.338.397 24.726.711 5.632.834 76.888.553
5,19 5,55 6,84 3,46 8,69 3,14
12,02 18,47 23,10 28,72 32,47 35,51
6.236.710 9.773.356 1.556.832 15.206.363 77.300 5.632.834 38.483.395
Aantal uitstaande opties per 31 december 2006
Gewogen gemiddelde resterende uitoefenperiode
Gewogen gemiddelde uitoefenprijs
Uitoefenbare opties per 31 december 2006
7.953.108 10.162.164 14.820.967 19.937.148 13.696.046 7.606.476 74.175.909
6,18 7,20 8,24 4,44 9,20 4,09
12,72 18,69 23,25 28,73 32,78 35,58
7.953.108 121.471 44.875 19.796.024 102.034 7.606.476 35.623.988
5,19 5,55 3,21 3,42 3,59 3,14
12,02 18,47 21,83 28,74 33,08 35,51
Gewogen gemiddelde resterende uitoefenperiode
Gewogen gemiddelde uitoefenprijs
6,19 6,66 5,65 4,43 4,59 4,16
12,72 18,49 23,12 28,74 32,93 35,58
Uitstaande en uitoefenbare optierechten 2006 uitoefenprijs in euro’s
0,00 – 15,00 15,00 – 20,00 20,00 – 25,00 25,00 – 30,00 30,00 – 35,00 35,00 – 40,00
ING Groep Jaarverslag 2007
170 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Toelichting op de geconsolideerde winst-en-verliesrekening van ING Groep (vervolg)
Uitstaande en uitoefenbare optierechten 2005 uitoefenprijs in euro’s
0,00 – 15,00 15,00 – 20,00 20,00 – 25,00 25,00 – 30,00 30,00 – 35,00 35,00 – 40,00
Aantal uitstaande opties per 31 december 2005
Gewogen gemiddelde resterende uitoefenperiode
Gewogen gemiddelde uitoefenprijs
Uitoefenbare opties per 31 december 2005
16.872.752 10.797.877 15.423.891 27.110.926 361.530 14.561.974 85.128.950
7,18 8,20 9,23 5,28 2,86 3,48
12,71 18,69 23,25 28,59 33,15 35,47
2.423.643 301.461 172.095 25.901.115 361.530 14.561.974 43.721.818
Gewogen gemiddelde resterende uitoefenperiode
Gewogen gemiddelde uitoefenprijs
7,20 7,97 8,11 5,21 2,86 3,48
12,89 18,70 23,21 28,57 33,15 35,47
De geaggregeerde intrinsieke waarde van uitstaande en uitoefenbare opties was op 31 december 2007 EUR 230 miljoen en EUR 183 miljoen. De totale niet-verantwoorde kosten met betrekking tot opties bedraagt per 31 december 2007 EUR 69 miljoen (2006: EUR 90 miljoen; 2005: EUR 50 miljoen). Van deze kosten wordt verwacht dat ze worden verantwoord over een gemiddelde periode van 1,7 jaar (2006: 1,9 jaar; 2005: 2,0 jaar). Het bedrag aan contanten dat is ontvangen bij het uitoefenen van aandelenopties bedroeg over 2007 EUR 131 miljoen (2006: EUR 355 miljoen; 2005: nihil). De reële waarde van de toegekende opties wordt over de periode waarin de opties onvoorwaardelijk worden onder de personeelskosten verantwoord als last. De reële waarden worden bepaald aan de hand van een Monte Carlo simulatie. In dit model wordt de risicovrije interestvoet (tussen 4,04% en 4,51%) in de berekening meegenomen, evenals de verwachte looptijd van de toegekende opties (1 tot 7 jaar), de uitoefenprijs, de huidige prijs van een aandeel (EUR 30,02 - EUR 33,10), de verwachte volatiliteit van de certificaten van aandelen ING Groep (25%-27%) en verwachte dividenden tussen 3,98% en 4,63%. Door verschillen in het tijdstip van het toekennen van de optierechten en de inkoop van eigen aandelen om deze optiepositie af te dekken kunnen eigenvermogenverschillen ontstaan indien aandelen worden ingekocht tegen een andere prijs dan de uitoefenprijs van de opties. Deze resultaten worden in het Eigen vermogen verantwoord. ING Groep is echter niet voornemens dergelijke posities te creëren en indien posities ontstaan, worden deze zo spoedig mogelijk afgedekt. Indien optierechten vervallen wordt het resultaat op (de verkoop van) de aandelen die waren gekocht om de optierechten af te dekken ten gunste dan wel ten laste van het Eigen vermogen gebracht. Verloop in aandelenregeling Aandelen
Balanswaarde begin van het jaar Verstrekt Rendementeffect Onvoorwaardelijk geworden Vervallen Balanswaarde eind van het jaar
Gewogen gemiddelde reële waarde bij verstrekking
2007
2006
2005
2007
2006
2005
8.373.146 2.554.762 2.463.058 –5.569.061 –688.191 7.133.714
6.499.469 2.484.786
3.715.896 2.980.601
22,92 29,62
19,38 27,50
–155.522 –455.587 8.373.146
–152.006 –45.022 6.499.469
24,90 19,74 19,35 19,35 26,39 27,52
22,48 23,10 24,90
20,26 24,71 22,92
De reële waarde van de toegekende aandelen wordt over de periode dat de toegekende aandelen onvoorwaardelijk worden als last in de winst-en-verliesrekening verwerkt. De reële waarden zijn bepaald aan de hand van een Monte Carlo Simulatie waarderingsmodel. Dit model houdt rekening met de risicovrije rente, de huidige aandelenkoersen, verwachte volatiliteit en de huidige dividenden van de referentiegroep die wordt gebruikt om de plaats van ING te bepalen op basis van het totale rendement voor aandeelhouders. De totale niet-verantwoorde kosten met betrekking tot aandelen bedragen per 31 december 2007 EUR 53 miljoen (2006: EUR 88 miljoen; 2005: EUR 81 miljoen). Van deze kosten wordt verwacht dat ze worden verantwoord over een gemiddelde periode van 1,7 jaar (2006: 1,8 jaar; 2005: 1,9 jaar). 44 OVERIGE RENTELASTEN Overige rentelasten bestaan voor het grootste deel uit rente in verband met verzekeringsactiviteiten, inclusief rente op de uitgegeven eeuwigdurende achtergestelde leningen. Onder de Overige rentelasten is voor EUR 7 miljoen en EUR 92 miljoen betaald dividend op preferente aandelen en trust preferred securities begrepen (2006: EUR 10 miljoen en EUR 101 miljoen; 2005: EUR 14 miljoen en EUR 111 miljoen).
ING Groep Jaarverslag 2007
171
Het totaal aan rentebaten en -lasten voor instrumenten niet gewaardeerd tegen reële waarde met waarde mutaties door het resultaat voor 2007 bedroeg respectievelijk EUR 46.900 miljoen (2006: EUR 41.281 miljoen; 2005: EUR 35.632 miljoen) en EUR 31.173 miljoen (2006: EUR 27.014 miljoen; 2005: EUR 20.888 miljoen). Het Totaal netto renteresultaat van EUR 16.658 miljoen wordt gepresenteerd in en bestaat uit de volgende toelichtingen op de winst-en-verliesrekening. Totaal netto renteresultaat
Renteresultaat – Bank 34 Opbrengst uit beleggingen – Verzekeringen 36 Rentelasten
2007
2006
2005
8.976 8.784 –1.102 16.658
9.192 8.756 –1.016 16.932
9.067 8.340 –969 16.438
45 OVERIGE BEDRIJFSLASTEN Overige bedrijfslasten Verzekeringsactiviteiten
Afschrijvingen op gebouwen en bedrijfsmiddelen Afschrijvingen op immateriële vaste activa Automatiseringskosten Huisvestingskosten Reis- en verblijfskosten Reclame en public relations Kosten externe adviseurs Toevoeging/vrijval van voorzieningen voor reorganisaties en bedrijfsverplaatsingen Overig
Bancaire activiteiten
Totaal
2007
2006
2005
2007
2006
2005
2007
2006
2005
98 117 393 660 102 258 455
102 107 331 629 102 177 581
113 108 319 595 104 150 505
321 122 678 628 153 759 491
361 101 705 634 139 722 449
376 112 669 622 133 619 356
419 239 1.071 1.288 255 1.017 946
463 208 1.036 1.263 241 899 1.030
489 220 988 1.217 237 769 861
11 580 2.674
–16 465 2.478
38 362 2.294
434 965 4.551
63 777 3.951
86 1,060 4.033
445 1.545 7.225
47 1.242 6.429
124 1.422 6.327
In de overige bedrijfslasten zijn de huurbetalingen inbegrepen van EUR 156 miljoen (2006: EUR 229 miljoen; 2005: EUR 50 miljoen) in verband met operationele lease-overeenkomsten waarin ING de huurder is. 46 BELASTINGEN Belastingen per soort Nederland
Acute belastingen Latente belastingen
Internationaal
Totaal
2007
2006
2005
2007
2006
2005
2007
2006
2005
112 144 256
469 95 564
855 –2 853
963 316 1.279
970 373 1.343
388 138 526
1.075 460 1.535
1.439 468 1.907
1.243 136 1.379
ING Groep Jaarverslag 2007
172 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Toelichting op de geconsolideerde winst-en-verliesrekening van ING Groep (vervolg)
Aansluiting tussen het gewogen gemiddelde wettelijke en het effectieve belastingpercentage van ING Groep
Resultaat voor belastingen Gewogen gemiddeld wettelijk belastingpercentage Gewogen gemiddeld wettelijk belastingbedrag Deelnemingsvrijstelling Andere vrijgestelde inkomsten Niet-aftrekbare kosten Impact op latente belasting door wijzigingen in belastingpercentages Latente belastingbate gerelateerd aan niet eerder verantwoorde bedragen Acute belastingbate gerelateerd aan niet eerder verantwoorde bedragen Afboeking/terugdraaiing van latente belastingvoordelen Aanpassingen voorgaande boekjaren Effectief belastingbedrag Effectief belastingpercentage
2007
2006
2005
11.043 28,7% 3.169
9.940 30,9% 3.071
8.894 31,8% 2.831
–814 –577 93
–255 –336 121
–386 –222 37
–9
–170
–2
–64
–30
–413
–222 8 –49 1.535
–447 –6 –41 1.907
–391 2 –77 1.379
13,9%
19,2%
15,5%
In 2007 is de aansluiting gebaseerd op het gewogen gemiddelde statutaire belastingtarief. Tot 2006 werd deze gebaseerd op het Neder landse belastingtarief voor de hele Groep. De vergelijkende cijfers over 2006 en 2005 zijn herzien om deze verandering weer te geven. Het effect van de verandering in het belastingpercentage in 2006 wordt veroorzaakt door een daling van het belastingpercentage in Nederland van 29,6% naar 25,5%. In de regel Acute belastingbate gerelateerd aan niet eerder verantwoorde bedragen zijn vrijvallen van de belastingvoorzieningen opgenomen die resulteren uit de definitieve aanslagen. Hierin zijn significante bedragen opgenomen welke verband houden met het afronden van de belastingcontroles in de belangrijkste belastingjurisdicties van de Groep. 47 WINST PER GEWOON AANDEEL Winst per gewoon aandeel
2007
Gewone en nettowinst
9.241
Nettowinst (in miljoenen euro’s) 2006 2005
7.692
7.210
Verwateringseffect: Warrants Optie- en aandelenregeling
Verwaterde winst
9.241
7.692
7.210
Gewogen gemiddeld aantal uitstaande gewone aandelen tijdens het boekjaar (in miljoenen) 2007 2006 2005
2.141,1
2.155,0
3,2 12,3 15,5
7,6 14,4 22,0
2.156,6
2.177,0
Nettowinst per gewoon aandeel (in euro’s) 2007 2006 2005
2.169,5
4,32
3,57
3,32
2.169,5
4,28
3,53
3,32
De verwaterde winst per aandeel wordt berekend alsof de aan het eind van het boekjaar uitstaande opties en warrants aan het begin van het boekjaar zijn uitgeoefend. Tevens wordt verondersteld dat de na uitoefening van de opties en warrants ontvangen opbrengsten door ING Groep worden gebruikt om eigen aandelen tegen de gemiddelde beurskoers gedurende het boekjaar in te kopen. De toename van het aantal aandelen als gevolg van de uitoefening van warrants en opties wordt opgeteld bij het gemiddeld aantal aandelen dat wordt gebruikt bij de berekening van de nettowinst per aandeel.
ING Groep Jaarverslag 2007
173
48 DIVIDEND PER GEWOON AANDEEL Dividend per gewoon aandeel
Dividend per gewoon aandeel (in euro’s) Totaal vastgesteld dividend (in miljoenen euro’s) (1)
2007 (1)
2006
2005
1,48 3.180
1,32 2.865
1,18 2.588
e Raad van Bestuur heeft, met goedkeuring van de Raad van Commissarissen, een dividendvoorstel voor het jaar 2007 gedaan van EUR 1,48 per aandeel, dat zal worden D voorgesteld aan de Algemene Vergadering van Aandeelhouders. Na het besluit van de Algemene Vergadering van Aandeelhouders met betrekking tot de uitkering wordt het slotdividend betaalbaar gesteld op 5 mei 2008.
ING Groep Jaarverslag 2007
174 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Gesegmenteerde informatie bedragen in miljoenen euro’s, tenzij anders aangegeven 49 PRIMAIRE SEGMENTATIE – BEDRIJFSSEGMENTEN De bedrijfssegmenten van ING Groep hebben betrekking op de indeling van de interne bedrijfsvoering naar divisies. De divisies zijn Insurance Europe, Insurance Americas, Insurance Asia/Pacific, Wholesale Banking, Retail Banking en ING Direct. Onder Overig zijn hoofdzakelijk activiteiten opgenomen die niet direct toe te rekenen zijn aan de divisies. Elke divisie wordt aangestuurd door een lid van de Raad van Bestuur. De Raad van Bestuur bepaalt de prestatiedoelstellingen en auto riseert en bewaakt de budgetten die zijn voorbereid door de divisies. Het management van de divisies bepaalt, in overeenstemming met de strategie en prestatiedoelstellingen zoals geformuleerd door de Raad van Bestuur, het strategische, commerciële en financiële beleid van de divisies. Voor een bedrijfssegment worden dezelfde grondslagen voor waardering en resultaatbepaling gehanteerd als beschreven in Grondslagen voor de geconsolideerde balans en winst-en-verliesrekening van ING Groep. Als verrekenprijzen voor transacties tussen divisies worden de prijzen gehanteerd die zouden ontstaan onder marktomstandigheden (‘at arm’s length’). Overheadkosten van het hoofdkantoor worden aan de divisies toegerekend op basis van de tijdsbesteding van het personeel op het hoofdkantoor, op basis van het relatieve aantal personeelsleden, of op basis van de baten en/of de activa van het bedrijfssegment. Over de aandelenportefeuille wordt een vast rendement van 3% gealloceerd aan de Insurance divisies. Het verschil met de werkelijke gerealiseerde winsten op de portefeuille is verantwoord onder Overig. Voor bancaire bedrijfsonderdelen past ING een systeem toe waarbij een doorbelasting op basis van het kapitaal plaatsvindt, wat het mogelijk maakt om de business units wereldwijd te vergelijken, ongeacht hun boekwaarde en de valuta waarin zij opereren. ING heeft de gedragslijn dat eigen vermogen lokaal alleen geïnvesteerd mag worden tegen de lokaal risicovrije rentevoet. Business units worden doorbelast vanuit de Corporate Line voor het resultaat dat zij behaald hebben op het geïnvesteerde vermogen en krijgen een vergoeding gebaseerd op de risicovrije euro rentevoet op het geïnvesteerde economische kapitaal. Hieruit volgt dat de resultaten van de segmenten zoals toegelicht de lokale resultaten na de doorbelasting van overheadkosten vanuit de Groep zijn, terwijl het rendement of het eigen vermogen gebaseerd is op de risicovrije euro rentevoet van het economisch kapitaal. ING Groep beoordeelt de resultaten van haar divisies gebruikmakend van de onderliggende winst voor belastingen als prestatiemaatstaf. Onderliggende winst voor belastingen wordt gedefinieerd als winst voor belastingen exclusief desinvesteringen en bijzondere posten.
ING Groep Jaarverslag 2007
175
Bedrijfssegmenten
2007
Baten – extern – segmenten onderling Totaal baten Segment winst voor belastingen Desinvesteringen Bijzondere posten Onderliggende winst voor belastingen Segment activa Segment vreemd vermogen
Insurance Europe
Insurance Insurance Americas Asia/Pacific
Wholesale Banking
Retail Banking
ING Direct
Overig
Totaal segmenten
Eliminaties
–1.972 –1.972
Totaal
15.903 359 16.262
29.565 116 29.681
14.105 278 14.383
7.150 –1.290 5.860
6.956 –532 6.424
2.346 –150 2.196
561 3.191 3.752
76.586 1.972 78.558
76.586
2.300 –460
2.152 –93
576
2.260
530
139
1.783 –32 311
1.442 129 40
11.043 –456 490
11.043 –456 490 11.077
76.586
1.840
2.059
576
2.399
2.062
530
1.611
11.077
98.287
159.679
61.433
965.680
461.946
262.560
139.050
2.148.635
–836.125
1.312.510
89.531
150.769
55.996
957.923
458.006
259.792
110.995 2.083.012
–810.033
1.272.979
212
26
–5
740
740
–96
5.014
5.014
Resultaat deelnemingen Boekwaarde deelnemingen
316
191
2.894
252
1
1.502
461
Gemaakte kosten in 2007 voor aankoop van gebouwen, bedrijfs middelen en immateriële vaste activa
219
766
122
177
1.227
296
344
3.151
3.151
255
1.102
573
155
199
87
4
2.375
2.375
4
114
1
38
171
171
62
62
12.993
12.993
26.494
26.494
125
125
Belangrijke kosten zonder kasstroom – Afschrijving en amortisatie – Bijzondere waarde verminderingen – Terugboeking van bijzondere waardeverminderingen – Overlopende acquisitiekosten en VOBA – Stijging in voorzieningen voor verzekerings- en beleggingscontracten – Toevoegingen aan de voorzieningen voor dubieuze debiteuren
5
51
900
6.874
5.219
4.339
12.036
10.060
14
6
59
–115
172
68
Het bedrijfssegment Insurance Asia/Pacific heeft bij een conservatief betrouwbaarheidsniveau van 90% ontoereikende voorzieningen voor verzekeringsverplichtingen. In overeenstemming met het beleid van de Groep, neemt dit bedrijfssegment maatregelen om de toereikendheid van de reserves in dat gebied te verbeteren. Tegenover deze ontoereikendheid staan reserves in andere segmenten die wel toereikend zijn, waardoor op Groepsniveau de reserves toereikend zijn bij een conservatief betrouwbaarheidsniveau van 90%.
ING Groep Jaarverslag 2007
176 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Gesegmenteerde informatie (vervolg)
Bedrijfssegmenten
2006
Baten – extern – segmenten onderling Totaal baten Segment winst voor belastingen Desinvesteringen Onderliggende winst voor belastingen Segment activa Segment vreemd vermogen
Insurance Europe
Insurance Americas
Insurance Asia/Pacific
Wholesale Banking
Retail Banking
ING Direct
Overig
Totaal segmenten
Eliminaties
15.893 278 16.171
29.775 4 29.779
13.310 68 13.378
7.215 –1.397 5.818
6.126 –40 6.086
2.216 73 2.289
–914 2.375 1.461
73.621 1.361 74.982
–1.361 –1.361
2.362 –113
1.992
636 –15
2.481 44
1.935
691 3
–157
9.940 –81
9.940 –81
2.249
1.992
621
2.525
1.935
694
–157
9.859
9.859
117.106
162.229
54.454
764.882
314.191
253.160
205.236
1.871.258
–644.951
1.226.307
102.827
152.599
50.204
756.645
310.078
249.792
159.635
1.781.780
–596.688
1.185.092
176
11
–4
638
638
148
4.343
4.343
3
2.210
2.210
2.290
2.290
Totaal
73.621 73.621
Resultaat deelnemingen Boekwaarde deelnemingen
447
8
2.981
14
2
1.141
57
Gemaakte kosten in 2006 voor aankoop van gebouwen, bedrijfs middelen en immateriële vaste activa
1.322
243
90
226
182
144
287
915
627
171
216
74
10
16
4
31
31
4
4
4
103
103
Belangrijke kosten zonder kasstroom – Afschrijving en amortisatie – Bijzondere waarde verminderingen – Terugboeking van bijzondere waardeverminderingen – Toevoegingen aan de voorzieningen voor dubieuze debiteuren
ING Groep Jaarverslag 2007
1
–118
161
60
177
Bedrijfssegmenten
2005
Baten – extern – segmenten onderling Totaal baten Segment winst voor belastingen Desinvesteringen Onderliggende winst voor belastingen Segment activa Segment vreemd vermogen
Insurance Europe
Insurance Americas
Insurance Asia/Pacific
Wholesale Banking
Retail Banking
ING Direct
Overig
Totaal segmenten
Eliminaties
15.832 201 16.033
28.030 4 28.034
13.161 31 13.192
6.808 –851 5.957
5.702 179 5.881
1.739 295 2.034
–152 641 489
71.120 500 71.620
–500 –500
2.031 –87
1.941 38
478 –31
2.599 –300
1.864 –62
630 –13
–649
8.894 –455
8.894 –455
1.945
1.979
447
2.299
1.802
617
–649
8.440
8.440
113.900
165.719
48.326
677.869
312.021
232.773
27.856
1.578.464
–419.825
1.158.639
101.855
158.330
44.697
669.352
308.558
229.778
21.018
1.533.588
–413.374
1.120.214
9
541
541
Totaal
71.120 71.120
Resultaat deelnemingen Boekwaarde deelnemingen
346
12
34
134
6
2.421
15
1
1.114
45
2
24
3.622
3.622
Gemaakte kosten in 2005 voor aankoop van gebouwen, bedrijfsmiddelen en immateriële vaste activa
1.081
142
46
214
236
103
8
1,830
1.830
405
934
613
181
229
63
2.425
2.425
29
15
19
75
6
144
144
41
1
15
12
69
69
–108
111
88
88
Belangrijke kosten zonder kasstroom – Afschrijving en amortisatie – Bijzondere waarde verminderingen – Terugboeking van bijzondere waardeverminderingen – Toevoegingen aan de voorzieningen voor dubieuze debiteuren
85
ING Groep Jaarverslag 2007
178 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Gesegmenteerde informatie (vervolg)
Rentebaten (extern) en rentelasten (extern) per divisie 2007
Rentebaten Rentelasten
Insurance Europe
Insurance Americas
Insurance Asia/Pacific
Wholesale Banking
Retail Banking
ING Direct
Overig
Totaal
3.026 85 2.941
4.603 376 4.227
975 4 971
51.890 45.431 6.459
12.931 10.594 2.337
12.040 9.963 2.077
157 2.603 –2.446
85.622 69.056 16.566
Rentebaten (extern) en rentelasten (extern) per divisie 2006
Rentebaten Rentelasten
Insurance Europe
Insurance Americas
Insurance Asia/Pacific
Wholesale Banking
Retail Banking
ING Direct
Overig
Totaal
3.307 25 3.282
4.604 466 4.138
911 4 907
37.873 31.648 6.225
10.390 8.085 2.305
10.435 8.309 2.126
669 2.458 –1.789
68.189 50.995 17.194
Rentebaten (extern) en rentelasten (extern) per divisie 2005
Rentebaten Rentelasten
Insurance Europe
Insurance Americas
Insurance Asia/Pacific
Wholesale Banking
Retail Banking
ING Direct
Overig
Totaal
3.658 115 3.543
4.492 341 4.151
856 4 852
30.092 25.326 4.766
10.253 7.072 3.181
8.101 6.523 1.578
–289 769 –1.058
57.163 40.150 17.013
50 SECUNDAIRE SEGMENTATIE – GEOGRAFISCHE SEGMENTEN De zes divisies van ING Groep zijn actief in zeven belangrijke geografische gebieden: Nederland, België, Overig Europa, Noord-Amerika, Latijns-Amerika, Azië en Australië. De bijdragen aan de baten van de geografische gebieden zijn gebaseerd op herkomst van inkomsten. Geografische segmenten 2007
Baten – extern – segmenten onderling Totaal baten Segment winst voor belastingen Segment activa Gemaakte kosten in 2007 voor aankoop van gebouwen, bedrijfsmiddelen en immateriële vaste activa
Nederland
België
Overig Europa
NoordAmerika
LatijnsAmerika
Azië
Australië
Overig
Eliminaties
Totaal
15.577 686 16.263
5.850 –701 5.149
6.424 727 7.151
28.240 –463 27.777
3.186 178 3.364
13.999 304 14.303
1.005 20 1.025
2.307 1.219 3.526
–2 –1.970 –1.972
76.586
2.252
1.542
1.987
2.233
523
551
452
1.503
676.676
177.716
363.178
313.263
23.631
89.079
40.915
36.243
370
61
1.215
316
679
113
56
341
Nederland
België
Overig Europa
NoordAmerika
LatijnsAmerika
Azië
Australië
Overig
Eliminaties
16.079 765 16.844
5.358 –436 4.922
5.920 586 6.506
29.472 –1.039 28.433
2.712 355 3.067
13.155 117 13.272
841 11 852
84 1.002 1.086
–1.361 –1.361
3.585
1.115
1.785
2.315
318
583
340
–101
608.949
180.694
339.683
319.233
21.567
72.515
33.373
44.459
1.506
62
253
228
40
75
46
76.586
11.043 –408.191
1.312.510
3.151
Geografische segmenten 2006
Baten – extern – segmenten onderling Totaal baten Segment winst voor belastingen Segment activa Gemaakte kosten in 2006 voor aankoop van gebouwen, bedrijfsmiddelen en immateriële vaste activa
ING Groep Jaarverslag 2007
Totaal
73.621 73.621
9.940 –394.166
1.226.307
2.210
179
Geografische segmenten 2005
Baten – extern – segmenten onderling Totaal baten Segment winst voor belastingen Segment activa Gemaakte kosten in 2005 voor aankoop van gebouwen, bedrijfsmiddelen en immateriële vaste activa
Nederland
België
Overig Europa
NoordAmerika
LatijnsAmerika
Azië
Australië
Overig
16.779 217 16.996
5.142 –358 4.784
5.586 460 6.046
26.871 –161 26.710
2.771 55 2.826
12.996 89 13.085
783 21 804
324 –455 –131
71.252 –132 71.120
3.566
1.383
1.123
2.434
168
361
336
–477
8.894
271.096
165.590
329.198
275.661
19.653
64.176
26.832
6.433
1.158.639
1.271
138
173
135
41
51
21
Eliminaties
Totaal
1.830
Winst voor belastingen naar geografisch gebied Verzekeringsactiviteiten
Nederland België Overig Europa Noord-Amerika Latijns-Amerika Azië Australië Overig Totaal
Bancaire activiteiten
Totaal
2007
2006
2005
2007
2006
2005
2007
2006
2005
1.446 523 332 1.826 326 362 215 1.503 6.533
2.182 160 309 1.564 178 468 176 –101 4.936
1.714 192 263 1.443 152 275 195 –256 3.978
806 1.019 1.655 407 197 189 237
1.403 955 1.476 751 140 115 164
4.510
5.004
1.693 790 1.317 705 78 170 162 1 4.916
2.252 1.542 1.987 2.233 523 551 452 1.503 11.043
3.585 1.115 1.785 2.315 318 583 340 –101 9.940
3.407 982 1.580 2.148 230 445 357 –255 8.894
Geografische analyse van schaderatio, kostenratio en gecombineerde ratio van schadeverzekeringen Schaderatio
Nederland België Overig Europa Noord-Amerika Latijns-Amerika Azië Overig Totaal
Kostenratio
Gecombineerde ratio
2007
2006
2005
2007
2006
2005
2007
2006
50,2
44,7
56,0
41,2
40,3
39,0
91,4
85,0
95,0
70,3 44,1 65,7 81,6 50,1 144,3 65,3
65,0 46,8 59,2 74,2 50,2 60,1 58,6
66,8 51,5 59,7 75,8 52,5 119,7 62,7
31,5 44,8 28,5 27,3 42,7 18,7 31,8
33,7 41,3 29,9 26,8 40,7 –36,4 31,8
34,1 41,8 29,4 28,4 40,3 14,6 31,9
101,8 88,9 94,2 108,9 92,8 163,0 97,1
98,7 88,1 89,1 101,0 90,9 23,7 90,4
100,9 93,3 89,1 104,2 92,8 134,3 94,6
2005
De schaderatio betreft schaden, inclusief de schadebehandelingskosten, uitgedrukt als percentage van de netto verdiende premie. De kostenratio betreft de kosten uitgedrukt als percentage van de netto geboekte premie. De schaderatio en de kostenratio vormen samen de gecombineerde ratio. Een gecombineerde ratio van meer dan 100% betekent niet noodzakelijkerwijs dat er sprake is van een verlies op schadeverzekeringen, omdat aan het resultaat ook opbrengsten uit beleggingen worden toegerekend.
ING Groep Jaarverslag 2007
180 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Toelichting op het geconsolideerd kasstroomoverzicht van ING Groep bedragen in miljoenen euro’s, tenzij anders aangegeven 51 NETTO KASSTROOM UIT INVESTERINGSACTIVITEITEN Informatie over verkochte en gekochte ondernemingen is opgenomen in de toelichting 29 ‘Aankoop en verkoop van maatschappijen’. 52 RENTE EN DIVIDEND BEGREPEN IN NETTO KASSTROOM Ontvangen en betaalde rente en dividend
Ontvangen rente Betaalde rente
Ontvangen dividend Betaald dividend
2007
2006
2005
82.707 –66.463 16.244
66.471 –52.369 14.102
53.015 –33.379 19.636
820 –3.039
715 –2.716
522 –2.461
53 LIQUIDITEITEN Liquiditeiten
Kortlopend overheidspapier Bankiers Liquide middelen Liquiditeiten eind van het jaar
2007
2006
2005
4.130 –33.347 12.406 –16.811
4.333 –20.454 14.326 –1.795
11.572 –21.321 13.084 3.335
2007
2006
2005
1.806
1.286
8.878
2.324 4.130
3.047 4.333
2.694 11.572
2007
2006
2005
–42.154 8.807 –33.347
–26.498 6.044 –20.454
–25.441 4.120 –21.321
–124.818 40.068 –84.750
–94.341 33.824 –60.517
–96.793 43.346 –53.447
–166.972 48.875 –118.097
–120.839 39.868 –80.971
–122.234 47.466 –74.768
Kortlopend overheidspapier begrepen in liquiditeiten
Kortlopend overheidspapier begrepen in activa voor handelsdoeleinden Kortlopend overheidspapier begrepen in voor-verkoopbeschikbare beleggingen
Bankiers
Verantwoord in liquide middelen – bedragen te betalen aan bankiers – bedragen te vorderen van bankiers
Niet verantwoord in liquide middelen – bedragen te betalen aan bankiers – bedragen te vorderen van bankiers
Verantwoord in de balans – bedragen te betalen aan bankiers – bedragen te vorderen van bankiers
Onder liquide middelen zijn bedragen te betalen/te vorderen begrepen die op het moment van verkrijgen en looptijd hebben korter dan drie maanden. Het Risicobeheer (inclusief liquiditeitbeheer) is uiteengezet in de sectie Risicobeheer.
ING Groep Jaarverslag 2007
181
Risicobeheer bedragen in miljoenen euro’s, tenzij anders aangegeven INHOUDSOPGAVE – Belangrijkste ontwikkelingen risicobeheer 2007 – ING Groep Risicobouwwerk Risicoprofiel ING Groep – ING Bank Risicoprofiel ING Bank ING Bank – Kredietrisico’s ING Bank – Marktrisico’s ING Bank – Liquiditeitsrisico’s – ING Verzekeringen Risicoprofiel ING Verzekeringen ING Verzekeringen – Marktrisico’s ING Verzekeringen – Verzekeringstechnische risico‘s ING Verzekeringen – Kredietrisico’s – Compliance- en Operationele risico’s Compliance risico Operationele risico’s – Modeltoelichtingen BELANGRIJKSTE ONTWIKKELINGEN RISICOBEHEER IN 2007 Het nemen van afgewogen risico’s vormt onderdeel van de bedrijfsvoering van ING. Net als andere financiële dienstverleners ziet ING zich geconfronteerd met een aantal risicocategorieën waaronder krediet-, rente-, vastgoed-, aandelen-, verzekeringstechnisch- en liquiditeitsrisico. Daarnaast zijn er aan zakendoen ook operationele, informatiebeveiligings-, veiligheids- en compliance-risico’s verbonden. ING heeft de afgelopen jaren systematisch geïnvesteerd in het verbeteren van het risicobeheer, onder andere in mensen, risicobouwwerk, processen, instrumenten voor prestatiemeting en systemen, etc. Recente voorbeelden zijn de introductie van het ‘risk dashboard’ (toelichting hieronder) voor ING Groep, het bedrijfsbreed verankeren van een beleid voor Compliance en de Financieel Economische Criminaliteit, als ook de implementatie van de meest geavanceerde methodes van Basel II [kredietrisico op basis van interne rating/IRB en operationele risico’s op basis van de geavanceerde meetmethode (AMA)] voor het bankbedrijf en de uitrol van een intranet gebaseerd systeem voor economisch kapitaal berekening, gebaseerd op technieken die portefeuilles repliceren, ECAPS, voor de consistente berekening van economisch kapitaal bij de verzekeringsbedrijven. Uit het feit dat in april 2007 de functie van Chief Risk Officer als onderdeel van de Raad van Bestuur is toegevoegd, blijkt een sterke focus op risico als belangrijke component bij de beslissingen van het management. Om de betrokkenheid met, en verbeteringen aan het risicobeheer van ING te laten zien heeft ING gekozen voor risicobeheer als het thema voor het 14de Investor Relations Symposium, dat op 20 september 2007 in Londen werd gehouden. Effect marktontwikkelingen in 2007 De markten werden in heel 2007 gekenmerkt door forse onrust in de kredietmarkten. Die onrust begon met de zorg over de Ameri kaanse sub-prime hypotheken en groeide uit tot een algehele liquiditeitscrisis in het bankwezen. In 2007 zijn er door de crisis bij ING Groep geen wezenlijke verliezen opgetreden in de winst-en-verliesrekening met betrekking tot de onder druk staande vermogenscategorieën, te weten VS sub-prime en Alt-A Residential Mortgage Backed Securities (RMBS), Collateralized Debt Obligations (CDO) en Collateralized Loan Obligations (CLO). Niet-gerealiseerde winsten/(verliezen) op beschikbaar-voor-verkoop (vastrentende) effecten, inclusief RMBS, worden verantwoord in de herwaarderingsreserve in het eigen vermogen, tenzij aanwijzingen bestaan voor een bij zondere waardevermindering, in welk geval de negatieve herwaarderingsreserve direct wordt verantwoord in de winst-en-verliesrekening. De risicobeheerorganisatie en de liquiditeitspositie van ING heeft bijgedragen in het beheersen van de effecten die plaatsvonden naar aanleiding van de problemen in de krediet- en andere financiële markten in 2007. Het is bij ING beleid om een portefeuille aan te houden die van hoge kwaliteit is en goed gediversifieerd is. Daartoe hanteert ING limieten en een beleggingsbeleid, welke bepalend zijn voor de mandaten van elke portefeuille. Belegging- en handelbeslissingen zijn gebaseerd op intern onderzoek, en niet alleen op extern gepu bliceerde ratings. Enkele limieten zijn aangescherpt in het begin van 2007, anticiperend op een verwachte mogelijke daling in de markt. Dit heeft als resultaat gehad dat ING’s positie in de vermogenscategorieën die onder druk stonden, van hoge kwaliteit is en niet heeft geleid tot grote bijzondere waardeverminderingen. De totale directe invloed voor belastingen op het resultaat van ING in 2007 was EUR 255 miljoen, resulterend uit de posities in de vermogenscategorieën die onder druk stonden en in Leveraged Finance als ook in monoline verzekeraars, Structured Investments Vehicles (SIVs) and Asset-Backed Commercial Paper. De invloed op herwaarderingsreserve voor belasting (via eigen vermogen) van deze vermogenscategorieën (US subprime RMBS, Alt-A RMBS en CDOs/CLOs) was ultimo 2007 EUR –1.377 miljoen. Dit wordt na-belasting geboekt via het eigen vermogen in de balans. De totale positie van de Groep in sub-prime beleggingen houdt verband met niet door ING zelf uitgegeven leningen aangekocht in de vorm van beleggingen in Residential Mortgage Backed Securities (RMBS), die goed zijn voor minder dan 0,2% van het balanstotaal.
ING Groep Jaarverslag 2007
182 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Risicobeheer (vervolg)
Per jaareinde had ongeveer 96% van de sub-prime portefeuille een rating van AA of hoger. ING verstrekt zelf geen sub-prime hypotheken. Het merendeel van de MBS-securitisaties bestaat uit (woning)hypotheken die niet als sub-prime zijn aangemerkt. Per 31 december 2007 was de Alt-A RMBS portefeuille, met hoogwaardig onderpand, ongeveer 2% van de totale activa. Ongeveer 86% van de Alt-A investeringsportefeuille van ING verband met ING Direct en is veelal goed gedekt; de gemiddelde verhouding lening/waarde bedraagt circa 71% en meer dan 99% van de portefeuille heeft een rating van AAA. De beschikbaar-voor-verkoop Alt-A beleggingen van ING worden tegen de reële waarde in de balans vermeld. Ultimo 2007 (en 2006) was de positie van ING in CDO/CLO beperkt tot circa 0,1% van het balanstotaal, welke tegen reële waarde in de balans worden gewaardeerd. In toelichting 33 ‘Reële waarden van financiële activa en passiva’ wordt een analyse gegeven van de gebruikte methoden bij de bepaling van de reële waarde van financiële activa en passiva. ING heeft een beperkte positie in monoline verzekeraars. ING’s directe positie in monoline verzekeraars is verwaarloosbaar. Daarnaast heeft ING een indirecte positie in monoline verzekeraars aangezien 0,3% van het balanstotaal verzekerd is. Ofwel met garanties (‘wrapped’ obligaties) of door kredietderivaten. De reële waarden van kredietderivaten worden direct aangepast aan veranderingen in de ratings van monoline verzekeraars, en worden direct verantwoord in de winst-en-verliesrekening voor financiële instrumenten die op winst-en-verlies basis gewaardeerd worden. De onderliggende ‘wrapped’ obligaties in de beschikbaar-voor-verkoop effecten portefeuilles, worden gecontroleerd in het reguliere krediet beoordelingsproces en per 31 december 2007 hebben geen bijzondere waardeverminderingen plaatsgevonden. De benadering van het liquiditeitsbeheer bij ING vereist een overschot aan liquide activa, calamiteitenplannen en een nauwlettende be waking van de marktomstandigheden. Sinds het begin van de problemen in de markten in augustus 2007 is het crisiscomité Liquiditeit van ING regelmatig bijeengekomen, in overeenstemming met het liquiditeitsbeleid van ING. Het comité bespreekt het liquiditeit en het financieringsprofiel van ING onder het voorzitterschap van de Chief Risk Officer. Het team bestaat verder uit de Chief Financial Officer, alle belangrijke treasurers van ING Groep, het hoofd van Market Risk Management en het hoofd van Corporate Communications and Affairs. De liquiditeitsstrategie en marktomstandigheden worden dagelijks op de voet gevolgd. In 2007 zijn er omvangrijke liquiditeits buffers aangehouden leidend tot een sterke liquiditeitspositie voor ING. Daardoor was het niet nodig een beroep te doen op de aan wezige financieringsregelingen voor onvoorziene gebeurtenissen, die op alle relevante niveaus klaar liggen. Het kredietrisicobeheer van ING Groep wordt hierna afzonderlijk beschreven voor ING Bank en ING Verzekeringen. Door het aanhouden van een goed gediversifieerde portefeuille heeft ING haar kredietrisico en de daaruit voortvloeiende kredietrisicoverliezen in 2007 weten te verzachten. Het kapitaalbeheer van ING Groep wordt beschreven in paragraaf ‘Kapitaalbeheer’. Gedurende de hele marktcrisis van 2007 heeft het kapitaalniveau van ING Groep, ING Bank en ING Verzekeringen de eisen van de toezichthouders overtroffen. Ontwikkelingen in 2007 ten aanzien van de positie van ING Groep in securitisaties en ‘asset backed commercial paper’ zijn beschreven in toelichting 27 ‘Special Purpose Entities en Securitisaties’. Aanhoudende volatiliteit in de financiële markten Als gevolg van de aanhoudende en ongekende volatiliteit in de wereldwijde financiële markten gedurende de laatste kwartalen, zijn er negatieve herwaarderingen geweest op onze beleggingsportefeuille die impact hebben gehad op ons eigen vermogen. Verder hebben we bepaalde waardeverminderingen en andere verliezen geleden die een impact hebben gehad op onze winst-en-verliesrekening. Deze impact is voornamelijk het gevolg van waarderingsresultaten met betrekking tot onze financiële risico’s in hypotheekgerelateerde gestructureerde beleggingsproducten, inclusief VS sub-prime en Alt-A Residential Mortgage Backed Securities (RMBS), Collateralized Debt Obligations (CDO) en Collateralized Loan Obligations (CLO), garanties van monoline verzekeraars, Structured Investments Vehicles (SIVs) en andere beleggingen. In veel gevallen is de markt voor deze instrumenten verslechterd. Problemen met betrekking tot de kredietrating van tegenpartijen en andere factoren hebben de onzekerheden met betrekking tot het prijzen en waarderen van deze instrumenten nog verder verslechterd. Het waarderen van dit soort instrumenten is een complex proces waarbij factoren zoals het overwegen van markttransacties, prijsstellingmodellen, managementinschattingen en andere factoren een rol spelen. Ook externe factoren zoals de mate van het in gebreke blijven van debiteuren op de onderliggende hypotheken, de rentestand, handelingen van ratingbureaus en waarderingen van onroerende goederen spelen een rol. Hoewel we, gezien de marktomstandigheden en de daaruit voortvloeiende onzekerheden met betrekking tot waarderingen, onze financiële risico’s met betrekking tot deze producten voortdurend in de gaten houden, kunnen we niet garanderen dat wij in de toekomst geen verdere negatieve gevolgen zullen ondervinden van deze bezittingen op ons eigen vermogen of onze winst-en-verliesrekening. ING GROEP Om zeker te stellen dat risico’s in de gehele organisatie weloverwogen worden genomen, opereert ING Groep door middel van een begrijpelijk raamwerk van risicobeheer. De risico’s worden hiermee op alle niveaus van de organisatie op de juiste manier gesignaleerd, gemeten en beheerst, zodat de financiële positie van ING Groep gewaarborgd is. De risicobeheerfunctie van ING Groep heeft als missie het creëren van duurzaam concurrentievoordeel door het volledig integreren van risicobeheer in de dagelijkse bedrijfsactiviteiten en de strategische planning. Deze missie is volledig verankerd in de bedrijfsprocessen van ING Groep. ING Groep Jaarverslag 2007
183
Aan deze missie liggen de volgende uitgangspunten ten grondslag: – producten en portefeuilles worden op de juiste manier gestructureerd, geaccepteerd, geprijsd, goedgekeurd en beheerd en de naleving van interne en externe regels en richtlijnen wordt bewaakt; – het risicoprofiel van ING Groep is transparant, levert geen verrassingen op en is in overeenstemming met gedelegeerde bevoegdheden; gedelegeerde bevoegdheden komen overeen met de algehele strategie en risicotolerantie van de Groep; – over risicobeheer en waardecreatie wordt open gecommuniceerd naar zowel interne als externe stakeholders. RISICOBOUWWERK Het risicobouwwerk van ING is gebaseerd op het concept van de ‘drie verdedigingslinies’ welke er voor zorgt dat risico’s beheerd worden in overeenstemming met de risicotolerantie gedefinieerd door de Raad van Bestuur en wordt gehanteerd in de gehele Groep. Dat concept voorziet in een duidelijke verdeling van de verantwoordelijkheden voor ‘eigendom’ en beheer van risico, waardoor overlappingen en/of gaten in het risicobouwwerk worden vermeden. Het management van de divisies en managers op lokaal en regioniveau hebben de primaire verantwoordelijkheid voor de beheersing van de dagelijkse risico’s en vormen zij de eerste verdedigingslinie. De tweede verdedigingslinie wordt op lokaal, regio- en Groepsniveau gevormd door de risicobeheerfunctie, die als primaire taak heeft om het nemen van risico af te stemmen op de strategische planning (bijvoorbeeld door het stellen van limieten). Risicobeheerders binnen de divisies hebben een functionele rapportagelijn naar de hoofden van Corporate Risk, zoals hierna beschreven. De interne Audit afdeling verzorgt een voortdurende onafhankelijke (dat wil zeggen, buiten de risico-organisatie) en objectieve beoordeling van de effectiviteit van de interne controles, inclusief financieel, operationeel, compliance en risicobeheer, en vormt daarmee de derde verdedigingslinie. Groepsrisicobeheerfunctie De risicobeheerfunctie is verankerd in alle organisatieniveaus van ING Groep. Chief Risk Officer De Chief Risk Officer (CRO), die lid is van de Raad van Bestuur, is de eerstverantwoordelijke persoon voor de Groepsrisicobeheerfunctie. De CRO is eindverantwoordelijk voor het risicobeheer en de risicobeheersing op geconsolideerd niveau om zeker te stellen dat het risico profiel van ING Groep overeenstemt met de financiële middelen en de door de Raad van Bestuur vastgestelde risicotolerantie. De CRO is tevens verantwoordelijk voor de inrichting van een solide organisatiebasis voor risicobeheer in de hele organisatie. Groepsrisicobeheerorganisatie In het volgende diagram worden de functionele rapportagelijnen binnen de Groepsrisicobeheerorganisatie weergegeven.
De risico-organisatie functioneert onafhankelijk van de divisies en is onderverdeeld in vijf risicoafdelingen: – Corporate Credit Risk Management (CCRM) is verantwoordelijk voor het kredietrisicobeheer van ING Bank en ING Verzekeringen. – Corporate Market Risk Management (CMRM) is verantwoordelijk voor het beheer van marktrisico en liquiditeitsrisico van ING Bank. – Corporate Insurance Risk Management (CIRM) is verantwoordelijk voor het verzekerings- en marktrisicobeheer van ING Verzekeringen. – Corporate Operational Information en Security Risk Management (COISRM) is verantwoordelijk voor het beheersen van de operationele, informatiebeveiliging- en veiligheidsrisico’s binnen ING Bank en ING Verzekeringen. – Group Compliance Risk Management helpt, ondersteunt en adviseert het management bij het voldoen aan de complianceverantwoordelijkheden, adviseert medewerkers over (persoonlijke) compliance verantwoordelijkheden en bewaakt de verankering van het compliance-beleid bij zowel ING Bank als ING Verzekeringen De hoofden van deze afdelingen (de Corporate Risk General Managers) rapporteren aan de CRO en dragen directe verantwoordelijkheid voor (het verkleinen van) risico’s en risicobeheersing op Groepsniveau. De Corporate Risk General Managers en de CRO zijn verant woordelijk voor de harmonisering en standaardisatie van het risicobeheer. De risicobeheerfunctie helpt bij de formulering van de risico tolerantie, de strategie, het beleid en de limieten. Daarnaast verzorgt het beoordeling, toezicht en ondersteuning bij risicokwesties voor de hele organisatie. Verder rapporteren twee stafafdelingen direct aan de CRO: – De afdeling Risk Integration and Analytics is verantwoordelijk voor de aggregatieprocessen van de risico’s onderling en voor de voorziening van Groepsbrede risico informatie aan de CRO en de Raad van Bestuur.
ING Groep Jaarverslag 2007
184 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Risicobeheer (vervolg)
–
De afdeling Model Validation, beoordeelt de resultaten van alle binnen ING gebruikte materiële risicomodellen. De afdeling voert periodiek validaties uit op alle door ING gebruikte risicomodellen. Om zeker te stellen dat deze afdeling onafhankelijk opereert van de bedrijfsactiviteiten en de andere risicoafdelingen rapporteert het afdelingshoofd direct aan de CRO.
Risico comités op Groepsniveau De hieronder beschreven risico comités op Groepsniveau maken eveneens deel uit van de tweede verdedigingslinie. Zij functioneren binnen de grenzen van het algehele risicobeleid en de door de Raad van Bestuur gedelegeerde bevoegdheden en hebben een adviseren de rol richting de CRO. Om een nauwe aansluiting tussen de divisies en de risicobeheerfunctie te waarborgen zijn de divisiehoofden en de General Managers Corporate Risk in elk comité vertegenwoordigd. – – –
– –
–
ING Groep Krediet Comité Beleid (GCCP): overlegt over en accordeert beleid, adviseert met betrekking tot beleid, methoden en procedures ten behoeve van krediet-, landen- en reputatierisico’s binnen ING Groep. Het GCCP komt maandelijks bijeen. ING Groep Krediet Comité Transactie Goedkeuring (GCCTA): overlegt over en accordeert transacties voor het aangaan van kredietrisico (inclusief het kredietrisico met betrekking tot de beleggingsportefeuille). Het GCCTA komt tweemaal per week bijeen. ING Provisioning Committee (IPC): overlegt over en accordeert de hoogte van de specifieke en collectieve voorzieningen voor dubieuze debiteuren binnen ING Groep. Het IPC komt ieder kwartaal bijeen. Het lidmaatschap van het IPC, dat wordt voorgezeten door de CFO, bestaat uit zowel Risicomanagement en Finance vertegenwoordigers en reflecteert de verantwoordelijkheden van beide afdelingen. ING Group Investment Committee (GIC): overlegt over en accordeert beleggingsvoorstellen voor ING Real Estate. Het GIC komt maandelijks bijeen. Asset and Liability Committee ING Bank (ALCO Bank): overlegt over en accordeert het totale risicoprofiel van alle marktrisico’s van Wholesale Banking, Retail Banking en ING Direct. Het ALCO Bank bepaalt het beleid ten aanzien van de financiering, liquiditeit, rentemismatch en solvabiliteit van ING Bank. Het ALCO Bank komt maandelijks bijeen. Asset and Liability Committee ING Insurance (ALCO Insurance): overlegt over en accordeert alle risico’s verbonden met de verzekeringsactiviteiten van ING, waaronder volatiliteit (dat gevolgen heeft voor de baten en waardering), financiële risico’s (vereist kapitaal en marktrisico) en verzekeringstechnische risico’s. Het ALCO Insurance komt zes keer per jaar bijeen.
Een Finance and Risk Committee is daarnaast in het leven geroepen als platform voor de CRO en CFO en hun stafmedewerkers. Via dit platform wordt overlegd en besloten over kwesties met raakvlakken op beide terreinen van financiën en risico. ING Groep maakt sinds een aantal jaar bij de besluitvorming steeds meer gebruik van risicobeoordelingen en -berekeningen. Hierdoor wordt ook de kwaliteit van het gebruikte risicomodel steeds belangrijker. Om te kunnen voldoen aan de aangescherpte eisen van de business en de toezichthouder heeft ING in 2007 het risicobeheerproces voor de goedkeuring van risicomodellen, -methoden en de bepaling van parameters herzien. Dankzij het beheerproces zijn verantwoordelijkheden en verantwoording nu duidelijk. Risicotoezicht op bestuursniveau Op het hoogste niveau van de ING-organisatie houden bestuurscommissies toezicht op het te nemen risico. De uiteindelijke goedkeuring van risico ligt dan ook hier. ING Groep heeft een ‘two-tier’ bestuursstructuur die bestaat uit de Raad van Bestuur en de Raad van Commissarissen. Beide spelen een belangrijke rol in het beheren en bewaken van het risicobeheerkader. –
–
De Raad van Bestuur is verantwoordelijk voor de beheersing van de risico’s die voortvloeien uit de activiteiten van ING Groep. De Raad van Bestuur ziet onder meer toe op de effectiviteit van de interne risicobeheer- en controlesystemen en de naleving van de van toepassing zijnde wet- en regelgeving door ING Groep. De Raad van Bestuur brengt regelmatig verslag uit over deze aangelegenheden en overlegt over de interne risicobeheer- en controlesystemen met de Raad van Commissarissen. De Raad van Bestuur bespreekt ieder kwartaal het risicoprofiel in verhouding tot de risicotolerantie van de Groep met het Audit Committee en licht eventuele wijzigingen in het risicoprofiel toe. Het Audit Committee is een subcomité van de Raad van Commissarissen. Dit subcomité staat de Raad van Commissarissen bij in de evaluatie en beoordeling van de belangrijkste risicoposities en de werking van de interne risicobeheer- en controlesystemen. Het Audit Committee lidmaatschap is gebaseerd op basis van specifieke bedrijfskennis en expertise over de activiteiten van ING. De vergaderingen van het Audit Committee worden bijgewoond door de CRO.
De CRO houdt de bestuurscommissies op de hoogte en ziet erop toe dat de risicopositie van ING Groep hen te allen tijde duidelijk is. Elk kwartaal informeert de CRO de bestuurscommissies over de risicotolerantieniveaus van ING en het risicoprofiel van ING Groep. Daarnaast krijgen de bestuurscommissies van de CRO de laatste ontwikkelingen te horen met betrekking tot intern en extern risico, waarbij de CRO zekerstelt dat de bestuurscommissies specifieke risicoconcepten begrijpen. ING heeft het risicobeheer volledig in het jaarlijkse strategische planningsproces geïntegreerd. In dit proces worden de strategische doelstellingen, de bedrijfsstrategieën en de middelen van de hele ING Groep op elkaar afgestemd. Het proces begint met een Planning Letter van de Raad van Bestuur waarin de organisatie de Groepsstrategie en de belangrijkste risicopunten meekrijgt. Op basis van die Planning Letter stellen de divisies en bedrijfsonderdelen hun bedrijfsplan op in overeenstemming met de groepsstrategie. Het proces bestaat tevens uit een kwalitatieve en kwantitatieve beoordeling van de bijkomende risico’s bij de plannen. Een expliciete discussie van de strategische limieten en risicotolerantieniveaus van de Groep behoort tot dat proces. Op elk niveau worden strategieën en maatstaven vastgesteld aan de hand waarvan het succes van de realisatie van de doelstellingen wordt gemeten. Deze moeten ervoor zorgen dat ING Groep Jaarverslag 2007
185
volgens het strategische plan wordt gehandeld. Op basis van de plannen van de divisies en bedrijfsonderdelen formuleert de Raad van Bestuur het Groep Strategisch Plan dat ter goedkeuring aan de Raad van Commissarissen wordt voorgelegd. Groepsrisicobeleid ING heeft een raamwerk van beleid, procedures en normen voor risicobeheer dat zorgt voor consistentie in de hele organisatie en aan de hand waarvan minimumvereisten worden gedefinieerd waaraan alle bedrijfsonderdelen zich hebben te houden. Het raamwerk voor risicobeheer van de bedrijfsonderdelen is afgestemd op het raamwerk van de Groep en voldoet aan de eisen van onder andere de lokale toezichthouder. Het is aan het topmanagement om erop toe te zien dat beleid, procedures en normen worden ingevoerd en toegepast. Medewerkers over de hele wereld kunnen via een interne website kennis nemen van het raamwerk voor risicobeheer van de Groep. Beleid, procedures en normen worden regelmatig geëvalueerd en door de betreffende risicocommissies aangepast aan veranderingen in markten, producten en de laatste best practice-ontwikkelingen. RISICOPROFIEL ING GROEP In 2007 heeft ING Groep een belangrijke stap voorwaarts gezet met de introductie van een geïntegreerde benadering voor risicobeheer. Op het 14de Investor Relations Symposium van 20 september 2007 heeft de CRO voor het eerst het ‘risk dashboard’ van ING Groep gepresenteerd. In dat risk dashboard worden de risico’s in alle divisies van het bank- en verzekeringsbedrijf in de vorm van Earnings-atRisk en Capital-at-Risk samengebracht. Verder maakt het dashboard het effect van diversificatie voor de Groep duidelijk. De Raad van Bestuur gebruikt het om het feitelijke risicoprofiel ten opzichte van de risicotolerantie van de Groep te bewaken en te beheersen. Hierdoor kan de Raad van Bestuur eventuele risicoconcentraties onderkennen en afgewogen strategische beleidsbeslissingen nemen. Over het risk dashboard wordt op kwartaalbasis aan de Raad van Bestuur verslag uitgebracht en het riskdashboard wordt aansluitend gepresenteerd aan het Audit Committee. De risicotolerantie van ING Groep wordt als onderdeel van het strategische planningsproces door de Raad van Bestuur vastgelegd. Aanvaardbare typen risico’s en risiconiveaus zijn aan strikte grenzen gebonden. Dankzij het risicoraamwerk van de drie verdedigingslinies wordt de risicotolerantie van boven naar beneden door de hele Groep doorgegeven, waardoor het nemen van de juiste, beheerste risico’s zeker wordt gesteld. Het is vervolgens aan de divisies om binnen de vastgelegde risicogrenzen de maximale waarde te realiseren. Elk kwartaal controleert de Raad van Bestuur of de financiële en niet-financiële risico’s binnen de grenzen van het risicotolerantieniveau blijven zoals bepaald in het strategische planningsproces. Risicomaatstaven ING Groep – De Groep risicotolerantie wordt op drie verschillende manieren uitgedrukt, namelijk: – Earnings-at-Risk (EaR); de potentiële daling van de boekhoudkundige winst voor het komende jaar gemeten in vergelijking met de verwachte winst, bij een gematigd stressscenario (dwz 1 op de 10). Behoud van een hoge kwaliteit van de winst voorkomt dat de kwaliteitsbeoordeling van ING door de ratingbureaus neerwaarts wordt bijgesteld. – Capital-at-Risk (CaR); de potentiële daling van de huidige nettovermogenswaarde (op basis van reële waarde) voor het komende jaar in vergelijking met de verwachte waarde, bij een gematigd stressscenario (dwz 1 op de 10). – Economisch kapitaal; het kapitaal dat nodig is om onverwachte verliezen op te vangen in ernstige stresssituaties, gezien de beoogde ‘AA’-kredietrating van ING Groep. De risicomaatstaven van ING Groep omvatten de belangrijkste aspecten op basis van ernst van de gebeurtenissen (normale ten opzichte van extreme stress) en van prestatiemaatstaven waar risico kan optreden (waarde ten opzichte van winst). EaR en CaR zijn vanuit het perspectief van de aandeelhouder belangrijke maatstaven omdat zij inzicht bieden in het niveau van het risico dat ING neemt om rendement te realiseren bij ‘gematigde stress’-marktverwachtingen. Vanuit het perspectief van de obligatie- en polishouder is economisch kapitaal daarentegen belangrijker, omdat dit fungeert als buffer tegen extreme verliezen. De belangrijkste verschillen en overeenkomsten tussen de risicomaatstaven worden hieronder geïllustreerd: Betrouwbaarheidsinterval Risicomaatstaf in stressscenario Deviatie ten opzichte van
Interpretatie
Earnings-at-risk
Capital-at-risk
Economisch kapitaal
90%
90%
99.95% (op basis van beoogde AA-rating)
Boekhoudkundige winst Verwachte winst (voor het komende jaar) Potentiële daling van de boekhoudkundige winst tov verwachting bij ‘gematigd’ stressscenario (d.w.z. 1 op de 10)
Waarde Huidige nettovermogenswaarde op basis van reële waarde (voor het komende jaar) Potentiële daling van de waarde tov netto waarde bij ‘gematigd’ stressscenario (d.w.z. 1 op de 10)
Waarde Huidige nettovermogenswaarde op basis van reële waarde (voor het komende jaar) Potentiële daling van de waarde tov netto waarde bij ‘extreem’ stressscenario (d.w.z. 1 op de 2000)
Bij de interpretatie van de EaR- en CaR-maatstaven is het belangrijk op te merken dat dit geen geschatte verliezen van een specifiek nadelig scenario betreft. Daarnaast wordt er in de maatstaven geen rekening gehouden met discretionair ingrijpen door het management in een specifieke crisissituatie; de berekeningen zijn gebaseerd op schokscenario’s met onmiddellijke veranderingen. ING Groep Jaarverslag 2007
186 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Risicobeheer (vervolg)
Typen risico’s Het risicoprofiel van ING omvat de volgende belangrijkste typen risico’s die voortvloeien uit de bedrijfsactiviteiten: – Kredietrisico: het risico van verlies door het in gebreke blijven van een debiteur (inclusief emittenten van obligaties) of tegenpartij van ING. – Marktrisico: het risico van verlies als gevolg van nadelige bewegingen in marktvariabelen zoals aandelenkoersen, vastgoedprijzen, rentetarieven en valutakoersen. Deze vier marktrisico’s zijn alle marktrisico’s waarmee ING in haar bedrijfsvoering te maken heeft. – Verzekeringstechnisch risico: risico’s zoals sterfte, invaliditeit en schade behorend bij de claims die ING uit hoofde van verzekeringspolissen ontvangt. Specifiek het risico dat de verzekeringspremies en voorzieningen ontoereikend zijn om de (schade)claims te dekken. Operationele en bedrijfsrisico’s worden in het risicoprofiel samengevat als niet-financiële risico’s. – Operationeel risico: het risico van directe of indirecte verliezen als gevolg van ontoereikende of tekortschietende interne processen, mensen en systemen of door externe gebeurtenissen. Dit omvat ook het risico op reputatieverlies. – Bedrijfsrisico: de mogelijkheid tot waardeverlies als gevolg van fluctuaties in volumes, marges en kosten. Deze fluctuaties kunnen voorkomen als gevolg van interne, industriële of bredere marktfactoren. Het is het risico dat onlosmakelijk verbonden is aan strategische beslissingen en interne efficiëntie. De genoemde risicomaatstaven omvatten niet het liquiditeitsrisico, het risico dat ING Bank of één van haar dochterondernemingen niet op het gewenste moment tegen redelijke kosten aan haar financiële verplichtingen kan voldoen. Voor de beheersing van dit risico hanteert ING een apart liquiditeitsbeheersing risicoraamwerk. Dat raamwerk wordt nader besproken in de ING Bank Liquiditeitsrisico sectie. In de sectie Model Toelichtingen is een nadere beschrijving te vinden van de modellen, onderliggende aannames en belangrijkste uitgangspunten voor de berekening van Earnings-at-Risk, Capital-at-Risk en economisch kapitaal. Earnings-at-Risk Het niveau van de Earnings-at-Risk (EaR) verschaft inzicht in de mate van risico dat ING kan absorberen relatief ten opzichte van haar winst potentieel. De door de Raad van Bestuur vastgestelde risicotolerantie definieert de maximale potentiële daling van de boekhoudkundige winst onder IFRS voor het komende jaar bij een (gematigd, dat wil zeggen ‘1 op de 10’) stressscenario, uitgedrukt als percentage van de verwachte winst (voor belasting) voor de komende 12 maanden. Omdat ING geen winstvoorspelling publiceert, wordt in de onderstaande tabel de Earnings-at-Risk per type risico vergeleken met de feitelijke onderliggende winst voor het hele jaar. Onder het verslaggevings beleid van ING worden resultaten in de Taiwanese Verzekeringsonderdeel momenteel gebruikt voor het verbeteren van de provisies voor levensverzekeringen. Toekomstige resultaten kunnen daardoor (deels) worden gecompenseerd door toenames/afnames van de provisie. Het compenserende effect van toenames/afnames in de gecumuleerde reserve ter verbetering van de balans worden niet weergegeven in onderstaande winstgevoeligheid. Earnings-at-Risk per risicotype (groep, gediversifieerd) Krediet- & transferrisico 2007
ING Bank ING Verzekeringen Totaal ING Groep
Rente
1.140 62 1.202
233 93 326
Markt Aandelen Vastgoed
112 328 440
475 405 880
Verzekeringstechnisch
Niet financieel
Totaal
Winst 2007
EaR/Winst 2007
34 34
223 154 377
2.205 1.189 3.394
4.967 6.110 11.077
44% 19% 31%
Verzekeringstechnisch
Niet financieel
Totaal
Winst 2006
EaR/Winst 2006
44 44
251 160 411
2.109 1.014 3.123
5.052 4.807 9.859
42% 21% 32%
Valuta
22 113 135
Earnings-at-Risk per risicotype (groep, gediversifieerd) Krediet- & transferrisico 2006
ING Bank ING Verzekeringen Totaal ING Groep
Rente
1.226 107 1.333
288 79 367
Markt Aandelen Vastgoed
49 100 149
274 378 652
Valuta
21 146 167
Het ING Groep EaR over de gerealiseerde winst (voor belasting) verminderde van 32% in 2006 naar 31% in 2007. Dit komt hoofdzakelijk doordat de winsten sterker toenamen dan de EaR. De EaR van ING Bank is dominant in het algehele ING Groep EaR, hoofdzakelijk door credit & transfer risk. Daarnaast geldt dat het gecombineerde vastgoedrisico van ING Bank en ING Verzekeringen een substantiële bijdrage aan EaR levert, vooral in vergelijking tot bijvoorbeeld renterisico. Dit wordt veroorzaakt door het feit dat – in tegenstelling tot boekhoud kundige verwerking van renteveranderingen – de meeste waardeveranderingen in vastgoed direct door de winst-en-verliesrekening gaan. De toename over 2007 in vastgoedrisico voor ING Bank was met name een combinatie van toename in de marktwaarde als gevolg van hogere vastgoedprijzen in 2007 (voornamelijk in Nederland) en de introductie van een verbeterd risico model voor zakelijk gedrag. De toename in aandelenrisico voor ING Bank wordt vooral veroorzaakt door de toevoeging van strategische aandelenbelangen, terwijl de toename in ING Verzekeringen wordt veroorzaakt door een toename van inkomensrisico voor potentiële bijzondere waarde verminderingen van aandelenbelangen per jaareinde 2007 en modelverbeteringen in de verzekeringsonderdelen van Japan en de VS.
ING Groep Jaarverslag 2007
187
Een toename in krediet risico (voornamelijk Wholesale Banking) wordt meer dan gecompenseerd door hogere diversificatie voordelen die worden toebedeeld aan krediet- & transferrisico wat leidt tot een lichte afname in 2007. Het hogere diversificatie voordeel toebedeeld aan krediet risico was een gevolg van de afgenomen bijdrage (van kredietrisico) aan het algehele risicoprofiel aangezien vastgoed- en aandelenrisico relatief meer groeide ten opzichte van kredietrisico. Over het geheel bleef het diversificatie voordeel over alle risicotypes stabiel in 2007. Capital-at-Risk Het niveau van de Capital-at-Risk (CaR) afgezet tegen de financiële positie van ING maakt duidelijk of ING een solide financiële positie kan handhaven bij een (niet-extreem, dat wil zeggen ‘1 op de 10’) stressscenario. De door de Raad van Bestuur vastgestelde risicotolerantie definieert de maximale potentiële daling van de waarde voor het komende jaar bij een (niet-extreem) stressscenario, uitgedrukt als percentage van de beschikbare financiële middelen (de exacte definitie van beschikbare financiële middelen wordt gegeven in de paragraaf Kapitaalbeheer. Onderstaande tabellen geven de CaR per type risico. Capital-at-Risk per risicotype (gediversifieerd, groep)
2007
ING Bank ING Verzekeringen Totaal ING Groep (1)
Krediet- & transferrisico
1.282 307 1.589
Rente
716 3.365 4.081
Markt Aandelen Vastgoed
675 2.439 3.114
505 378 883
Valuta
81 169 250
CaR/ Beschikbare financiële middelen
Verzekeringstechnisch
Niet financieel
Totaal
Beschikbare financiële middelen
273 273
169 172 341
3.428 7.103 10.531
31.733 22.710 49.715 (1)
11% 31% 21%
CaR/ Beschikbare financiële middelen
9% 22% 17%
Totaal ING Groep bestaat uit ING Bank and ING Verzekeringen, exclusief kernschuld van EUR 4.728 miljoen binnen ING Groep.
Capital-at-Risk per risicotype (gediversifieerd, groep) Krediet- & transferrisico 2006
ING Bank ING Verzekeringen Totaal ING Groep (1)
Rente
1.252 382 1.634
450 2.730 3.180
Markt Aandelen Vastgoed
176 1.394 1.570
293 350 643
Verzekeringstechnisch
Niet financieel
Totaal
Beschikbare financiële middelen
348 348
177 161 338
2.411 5.936 8.347
25.784 27.200 48.774 (1)
Valuta
63 571 634
Totaal ING Groep bestaat uit ING Bank and ING Verzekeringen, exclusief kernschuld van EUR 4.210 miljoen binnen ING Groep.
Het CaR-cijfer wordt doorgaans vooral overheerst door ING Verzekeringen, met name door het renterisico in verband met langlopende garanties aan klanten en het aandelenrisico. De algehele risicotolerantie van ING Groep in 2007, gemeten als CaR gedeeld door beschikbare financiële middelen, nam toe tot 21% (17% in 2006) aangezien CaR sterker groeide dan de beschikbare financiële middelen. Deze toename komt hoofdzakelijk door ING Verzekeringen, waar CaR toenam terwijl de beschikbare financiële middelen afnamen (meer informatie over de beschikbare financiële middelen kan worden gevonden in de paragraaf Kapitaalbeheer). De CaR cijfers laten duidelijk groei in de aandelen- en renterisico voor zowel ING Bank en ING Verzekeringen zien, wat deels wordt gecompenseerd door een afname in het valutarisico voor ING Verzekeringen. De afname van het valutarisico voor ING Verzekeringen was voornamelijk het gevolg van het verder in lijn brengen van de input van bedrijfsonderdelen met aggregatie op groepsniveau voor de meting van het translatierisico meting en het positieve effect van een VS dollar hedge. De toename in aandelenrisico in ING Bank kan worden toegerekend aan belangen in Bank of Beijing (beursgang), de Indiase Kotak Mahindra Bank en de TMB, terwijl de toename van ING Verzekeringen hoofdzakelijk gerelateerd is aan verbeterde risico-modellering op bedrijfsonderdeelniveau in tegenstelling tot veranderingen in het daadwerkelijk genomen aandelenrisico. Daarnaast is de diversificatie op groepsniveau afgenomen door hoger aandelenrisico-concentratie, lagere renterisico netting tussen ING Bank en ING Verzekeringen, voornamelijk in Europa en de regio Noord- en Zuid-Amerika, en veranderingen in risico aggregatie parameters.
ING Groep Jaarverslag 2007
188 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Risicobeheer (vervolg)
Capital-at-Risk en Earnings-at-Risk per divisie (groep, gediversifieerd) 2007
Earnings at Risk 2006
2007
Capital at Risk 2006
Wholesale Banking Retail Banking ING Direct Corporate Line Bank ING Bank
1.551 438 158 58 2.205
1.283 542 259 25 2.109
1.634 939 566 289 3.428
1.259 592 503 57 2.411
Insurance Americas Insurance Asia/Pacific Insurance Europe Corporate Line Insurance ING Verzekeringen
430 183 469 107 1.189
281 140 485 108 1.014
2.022 2.258 2.004 819 7.103
1.346 2.131 1.642 817 5.936
ING Groep
3.394
3.123
10.531
8.347
Gedurende 2007 is de CaR van ING Groep meer gestegen dan de EaR van ING Groep dit komt hoofdzakelijk door het feit dat CaR de neiging heeft sneller te groeien dan EaR onder de huidige verslaggevingsrichtlijnen, zo geldt bijvoorbeeld dat het winsteffect van renterisico en aandeelprijsveranderingen normaliter lager zijn dan hun economische effect. Voor ING Bank is zowel CaR en EaR van Wholesale Banking toegenomen als een gevolg van hoger krediet- en transferrisico en hoger vastgoedrisico. De toename voor de Corporate Line Bank is met name te verklaren door hoger aandelenrisico, gedreven door recente aankopen, bijvoorbeeld TMB. Voor Retail Banking en ING Direct, is de CaR van 2007 hoger, terwijl de EaR afnam in vergelijking met 2006. Deze verschillen worden voornamelijk gedreven door verschillende modelverbeteringen voor onder andere kredietrisico, als mede de boekhoudkundige asymmetrie voor aandelen- en renterisico. Voorbeelden van deze asymmetrie zijn onder andere de toename in aandelenrisico bij Retail Banking door de beursgang van de Bank of Beijing en de verschillende dynamiek voor renterisico netting tussen winst (of verlies) en waarde. Voor winst en verlies (EaR) laten ING Bank en ING Verzekeringen soortgelijke renterisico gevoeligheid zien, terwijl voor waarde (CaR) de gevoeligheden van ING Bank en ING Verzekeringen elkaar compenseren. Voor ING Direct is de EaR daling mede veroorzaakt door een lager percentage van bezittingen die herprijzen binnen een jaar. De toename in EaR voor ING Verzekeringen is hoofdzakelijk het resultaat van toenames in aandelenrisico door hogere potentiële bijzon dere afschrijvingen op aandelen en model verfijningen zoals genoemd in de bovenstaande EaR sectie. De toename in CaR voor ING Verzekeringen wordt voornamelijk veroorzaakt door een toename in renterisico in de VS aangezien rentes zijn gedaald wat leidt tot hoger risico gerelateerd aan garanties verankerd in schulden, lagere rente risico netting tussen de VS en Europe, en hoger aandelenrisico in de VS als gevolg van verfijnde modellering. Economisch kapitaal ING Groep ING Bank maakt sinds 1999 aan externen informatie over economisch kapitaal openbaar, terwijl ING Verzekeringen in 2007 voor het eerst informatie over het economisch kapitaal publiceert. Hoewel de fundamentele uitgangspunten hetzelfde zijn, wordt de informatie over het economisch kapitaal van ING Bank en van ING Verzekeringen momenteel op basis van (gedeeltelijk) apart ontwikkelde modellen berekend (zie Model Toelichtingen sectie). Deze modellen kunnen van elkaar verschillen in de berekenings- en aggregatiebenadering als gevolg van andere marktgewoonten en standaarden in de bank- en verzekeringssector. Het economisch kapitaal en het bank-verzekering diversificatievoordeel van ING Groep worden vastgesteld door toepassing van één gezamenlijke geaggregeerde aanpak van het bank- en verzekeringsbedrijf. Derhalve is een ‘best-estimate’ diversificatievoordeel van circa 15% voor ING Bank en ING Verzekeringen toegepast voor 2007 (2006: conservatieve inschatting toegepast van 10%). Rekeninghoudend met onzekerheden omtrent de correlatie-aannames en veranderingen in de risicopositie, voert ING uitgebreide gevoeligheidstesten uit. Combineren van de voor 2007 gepubliceerde cijfers voor het economisch kapitaal van ING Bank en ING Verzekeringen en het bovenge noemde diversificatievoordeel resulteert in een gecombineerd Bank-Verzekeringen economisch kapitaal van EUR 35,0 miljard voor 2007 (2006: EUR 34,5 miljard gebaseerd op 10% Bank-Verzekeringen diversificatievoordeel). Op groepsniveau wordt een aanvullend netto risicokapitaalschatting van EUR 1,0 miljard (2006: EUR 1,0 miljard) toegevoegd om econo misch kapitaal specifiek voor ING Groep weer te geven, wat leidt tot een totaal economisch kapitaalbedrag op groepsniveau van EUR 36,0 miljard (2006: EUR 35,5 miljard); zie ook de aansluiting tussen beschikbare financiële middelen en economisch kapitaal in de para graaf Kapitaalbeheer. Het potentiële risico kapitaaleffect voor ING Groep van de verplichtingen uit hoofde van de pensioenaanspraken voor de medewerkers van ING is momenteel niet opgenomen in de geaggregeerde risicomaatstaven van de Groep. Echter, het econo misch kapitaaleffect van Iverplichtingen uit hoofde van de pensioenaanspraken voor de medewerkers van ING wordt separaat berekend. Vanuit een kapitaalbeheer perspectief is er momenteel geen noodzaak om extra kapitaal te reserveren voor verplichtingen uit hoofde van pensioenaanspraken van ING.
ING Groep Jaarverslag 2007
189
Risicoberekening ING Bank en ING Verzekeringen De algehele risicotolerantieniveaus voor ING Groep worden vertaald naar specifieke operationele limieten,die naar de organisatie worden doorgezet, o.a: – kredietrisicolimieten voor het bank- en verzekeringsbedrijf; – limieten op de Market Value-at-Risk voor het verzekeringsbedrijf; – limieten voor ALM/Value-at-Risk voor de bankactiviteiten. De hierna volgende risicotoelichtingen geven meer inzicht in hoe de door de risico-organisatie toegepaste risicomaatstaven samenhangen met het ING Groep risk dashboard en economisch kapitaal van de Groep. ING BANK IING Bank is actief in een breed scala van producten. De financiële risico’s die voortvloeien uit de verkoop van deze producten worden beheerst door de afdelingen Corporate Credit Risk Management en Corporate Market Risk Management, terwijl de afdeling Corporate Operational, Information & Security Risk Management verantwoordelijk is voor de operationele risico’s. RISICOPROFIEL ING BANK Economisch kapitaal ING Bank Een van de belangrijkste risicobeheerinstrumenten voor ING Bank is economisch kapitaal, dat wordt gebruikt om het bedrag te bepalen dat voor een transactie of een bedrijfsonderdeel nodig is om de economische risico’s op te vangen. ING Bank heeft in 1998 het econo misch kapitaal als maatstaf voor intern gebruik ingevoerd en maakt sinds 1999 ook informatie over economisch kapitaal openbaar. In de onderstaande tabellen staan de gegevens voor het economisch kapitaal van ING Bank per type risico en divisie. De tabellen geven alle diversificatie-effecten van ING Bank weer, inclusief de risicovermindering tussen de risicocategorieën onderling. Diversificatie effecten die ontstaan door het combineren van de activiteiten van ING Bank en ING Verzekeringen blijven buiten beschouwing. Bedrijfsrisico is opgenomen onder de categorie niet-financieel risico om onverwachte verliezen te dekken die kunnen voortvloeien uit afwijkingen van volumes, marges en kosten. Het economisch kapitaalmodel van ING Bank wordt nader beschreven in de Model Toelichtingen sectie. De onderstaande tabel geeft een weergave van het economisch kapitaal per risicocategorie inclusief het diversificatie voordeel dat proportioneel verdeeld is over de risicocategorieën. Economisch kapitaal (alleen ING Bank gediversifieerd) per risicocategorie
Kredietrisico (inclusief transferrisico) Marktrisico Niet-financieel risico* Totaal activiteiten bankbedrijf
2007
2006
7.503 7.407 3.017 17.927
7.557 4.816 3.503 15.876
* Niet-financieel risico bevat operationeel risico alsmede bedrijfsrisico.
In 2007 zijn de economisch kapitaalmodellen van de bank opnieuw bepaald als gevolg van een verbeteringsprogramma dat werd gedre ven door de voorbereiding voor Basel II en het verder in lijn brengen met andere ontwikkelingen op het gebied van risicometen, zoals de introductie van het economisch kapitaalmodel van ING Verzekeringen en het ING Groep risk dashboard. Dit heeft geleid tot verscheidene veranderingen en verbeteringen die hoofdzakelijk gerelateerd zijn aan kredietrisico, vastgoedrisico (onderdeel van marktrisico) en diversi ficatie. De cijfers gerapporteerd voor 2007 zijn gebaseerd op het ‘best estimate’ risicoprofiel per rapportagedatum, terwijl eerder gerap porteerde economisch kapitaalcijfers gebaseerd waren op jaareinde gemiddelden die ook gebruikt worden voor RAROC prestatiemeting. De algehele toename in economisch kapitaal komt voornamelijk door de aankoop van Oyak Bank en het innemen van enkele strategische belangen. Dit laatste, alsmede de beursgang van Bank of Beijing, verklaren met name de toename in marktrisico kapitaal. De verandering in niet-financieel risico resulteert hoofdzakelijk uit een aanpassing van de diversificatie methodologie. De volgende tabel verschaft een weergave van het economisch kapitaal per divisie inclusief de voordelen van diversificatie die proportio neel verdeeld zijn over de divisies.
ING Groep Jaarverslag 2007
190 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Risicobeheer (vervolg)
Economisch kapitaal (alleen ING Bank gediversifieerd) per divisie
Wholesale Banking Retail Banking ING Direct Corporate Line Bank* Totaal activiteiten bankbedrijf
2007
2006
8.646 5.360 2.831 1.090 17.927
8.136 4.050 3.430 260 15.876
* Corporate Line Bank bevat kapitaal activiteiten op ING Bank niveau, expliciete interne transacties tussen bedrijfsonderdelen en de Corporate Line, en wordt beheerd door de afdeling Capital Management.
De groei van het economisch kapitaal cijfer voor de divisie Wholesale Banking kan met name worden verklaard door modelverbeteringen bij kredietrisico, terwijl het risicoprofiel relatief stabiel is. Het economisch kapitaal cijfer van Retail Banking neemt hoofdzakelijk toe als gevolg van de aankoop van Oyak Bank en de beursgang van de Bank of Beijing. Deze stijging wordt gedeeltelijk gecompenseerd door verbeteringen in de methodologie voor kredietrisico en de afname van niet-financiële risico’s. In tegenstelling tot de portefeuillegroei van ING Direct neemt het economisch kapitaal af, vooral als gevolg van modelverbeteringen voortkomend uit de implementatie van Basel II. De toename in economisch kapitaal toebedeeld aan de Corporate Line kan worden verklaard door de toename in strategische aandelenbelangen. ING BANK – KREDIETRISICO Kredietrisico is het risico van een verlies door het in gebreke blijven van een debiteur (inclusief emittenten van obligaties) of tegenpartijen. Kredietrisico kan worden onderverdeeld in vijf hoofdcategorieën van risico: a) kredietverlening (inclusief garanties en kredietbrieven; b) beleggingen; c) pre-settlement (derivaten, effectenfinanciering en valutahandel; d) geldmarkten en e) settlement. Corporate Credit Risk Management (CCRM) is verantwoordelijk voor het meten en beheersen van het kredietrisico van alle entiteiten van ING Groep, inclusief landenrisico. CCRM is georganiseerd op het niveau van de divisies Retail Banking, Wholesale Banking, ING Direct en ING Verzekeringen. Het hoofd van CCRM is functioneel verantwoordelijk voor het wereldwijde netwerk van kredietrisicomedewerkers, terwijl de hoofden van de risicobeheerfuncties van de divisies weer direct aan het hoofd van CCRM rapporteren. Kredietrisicobeheer wordt ondersteund door speciaal daarvoor ingerichte kredietrisico-informatiesystemen en interne kredietrisico meetmethoden voor debiteuren, emittenten en tegenpartijen. CCRM schept consistentie binnen de kredietrisico-organisatie door middel van gezamenlijk kredietrisicobeleid, gestandaardiseerde methoden, handleidingen en systemen voor de hele Groep. Het kredietbeleid van ING is gericht op het aanhouden van een internationaal gediversifieerde kredietportefeuille, waarbij grote risico concentraties worden vermeden. Het accent ligt op het beheren van de activiteiten binnen de divisies door middel van topdown con centratielimieten voor landen, individuele leningnemers en groepen van leningnemers. De doelstelling binnen de bancaire sector is de bancaire relatiebeheeractiviteiten uit te breiden, waarbij strikte interne risico- en rendementsrichtlijnen en beheersmaatregelen zullen worden gehandhaafd. Kredietanalyse is gericht op risico en rendement, waarbij het niveau van de kredietanalyse een functie is van de omvang van het risico bedrag, de looptijd, de structuur (bijvoorbeeld ontvangen zakelijke zekerheden) van de faciliteit en de risico’s die worden aangegaan. Voor het kredietrisicobeheerdoeleinden worden financiële verplichtingen onderverdeeld in kredietverlening, (pre) settlement, geldmark ten en beleggingen alsmede handelsactiviteiten. ING gebruikt de RAROC-methodologie (Risk Adjusted Return on Capital) welke op con sistente wijze de prestaties van de diverse activiteiten meet en vertaalt naar aandeelhouderswaarde. Het gebruik van RAROC verscherpt de focus op risico versus rendement in het besluitvormingsproces en bevordert daardoor een zo effectief mogelijk gebruik van schaars kapitaal. Meer verfijnde RAROC-instrumenten worden intern gebruikt om te zorgen voor een evenwichtige verhouding tussen risico en rendement binnen de portefeuille- en de concentratieparameters. De kredietanalisten van ING maken gebruik van openbare informatie in combinatie met interne analyses die gebaseerd zijn op informatie die de klant verstrekt, vergelijkingen met andere financiële instellingen, vergelijkingen binnen de bedrijfstak en andere kwantitatieve technieken. Kredietverleningsrisico Kredietverleningsrisico ontstaat wanneer ING een lening verstrekt aan of garanties afgeeft namens een klant. Onder deze meest voorkomende risicocategorie vallen onder andere termijnleningen, hypotheken, doorlopend krediet, bankschulden, garanties, kredietbrieven etc. Het risico wordt berekend tegen de nominale waarde van de financiële verplichting die de klant aan ING moet terugbetalen, exclusief eventuele opgebouwde en onbetaalde rente, of amortisaties van kostenopslag danwel kortingen. Beleggingsrisico Het beleggingsrisico is het kredietverzuim- en migratierisico dat samenhangt met de beleggingen van ING in obligaties, handelspapieren, securitisaties en andere vergelijkbare verhandelbare effecten. Beleggingsrisico ontstaat als ING een (synthetische) obligatie koopt met de bedoeling de obligatie gedurende langere tijd aan te houden (doorgaans tot einde looptijd). Obligaties die zijn gekocht met de bedoeling deze weer op korte termijn door te verkopen worden gezien als handelsrisico’s, welke worden gemeten en bewaakt door de afdeling Corporate Market Risk Management. ING Groep Jaarverslag 2007
191
Geldmarktrisico Geldmarktrisico ontstaat wanneer ING kortlopende betaaltegoeden bij een tegenpartij plaatst met als doel een liquiditeitsoverschot te beheren. In beginsel zijn geldmarktdeposito’s kortlopend van aard (1 à 7 dagen is gangbaar). Blijft de tegenpartij in gebreke, dan kan ING de geplaatste tegoeden verliezen. Het geldmarktrisico wordt derhalve eenvoudigweg gemeten als de nominale waarde van het tegoed. Pre-settlement risico Pre-settlement risico ontstaat als een tegenpartij nog vóór de afhandeling van een transactie in gebreke blijft en ING de overeenkomst moet vervangen door een transactie met een andere tegenpartij aan te gaan, tegen de dan geldende (mogelijk ongunstige) marktkoers. Het pre-settlement risico (potentieel of verwacht) betreft de kosten van de vervanging van een transactie in de markt. Deze categorie kredietrisico gaat vooral gepaard met dealingroom-producten zoals opties, swaps en effecten-financieringstransacties. Bij een weder zijdse waarde-uitwisseling is het uitstaande bedrag over het algemeen gebaseerd op de vervangingswaarde (tegen marktwaarde) plus potentiële toekomstige volatiliteit, waarbij gebruik wordt gemaakt van een historische tijdshorizon van zeven jaar en een betrouw baarheidsniveau van 99%. Settlement-risico Settlement-risico ontstaat wanneer waarden worden uitgewisseld (fondsen, instrumenten of goederen en grondstoffen) voor dezelfde of verschillende valutadata en de ontvangst niet wordt geverifieerd of verwacht voordat ING haar eigen deel van de transactie heeft voldaan of geleverd. Het risico is dat ING levert, maar geen leverantie ontvangt van de tegenpartij. Settlement-risico kan gewoonlijk worden be heerst en beperkt door transacties met een ‘delivery versus payment’ (DVP) regeling, zoals gebruikelijk is bij de meeste clearingbanken, of middels een settlement-netting overeenkomst. Voor die transacties waarbij een DVP-regeling niet mogelijk is, stelt ING settlement-limieten vast via het kredietfiatteringsproces. Het settlement-risico wordt dan nauwlettend bewaakt en beheerd door de kredietrisicobeheerafdelingen. Het risico wordt verder beperkt via operationele procedures waarbij transactiebevestigingen aan de tegenpartijen met alle transactiedetails vereist zijn. Ook kan gebruik worden gemaakt van internationaal aanvaarde documentatie, zoals ‘master agreements’ van de International Swaps and Derivates Association (ISDA) voor derivatentransacties. Bovendien neemt ING regelmatig deel aan projecten met andere banken om nieuwe clearingsystemen en -mechanismen te verbeteren en te ontwikkelen met als doel het niveau van het settlement-risico nog verder te verlagen. Vanwege de zeer korte aard van de settlement positie (dagelijks), zijn settlement-risico’s niet onderhevig aan economische of wettelijke kapitaalvereisten en worden ze niet opgenomen in de risico toelichting. Landenrisico Landenrisico is het risico dat specifiek is toe te schrijven aan gebeurtenissen in een bepaald land (of bepaalde groep landen). Dit risico kan zich voordoen in elk van de vijf hierboven beschreven risicocategorieën. Alle transacties en handelsposities die ING genereert dragen een landenrisico. Het landenrisico is verder onderverdeeld in economisch risico en transferrisico. Economisch risico is het concentratierisico dat in verband staat met een bepaalde gebeurtenis in het risicoland dat van invloed kan zijn op transacties en andere risico’s in dat land, ongeacht de valuta. Transferrisico is het risico dat wordt gelopen door het onvermogen van ING of van haar tegenpartijen om te voldoen aan hun respectievelijke verplichtingen in vreemde valuta ten gevolge van een specifieke gebeurtenis in het betreffende land. In landen waar ING actief is, wordt het relevante landenrisicoprofiel regelmatig geëvalueerd, op basis waarvan een landenrating wordt toegekend. Gebaseerd op deze rating en de risicotolerantie van ING worden risicolimieten per land bepaald. Risico’s voortkomend uit kredietverstrekking, beleggins-, pre-settlement- en geldmarktactiviteiten worden dagelijks gemeten en gerapporteerd op basis van de risicolimieten per land. Ook voor transferrisico worden per land risicolimieten toegekend, doorgaans alleen in opkomende markten. Verpanding Zoals alle financiële instellingen, en dat geldt vooral voor banken, neemt ING kredietrisico op zich. Daarom evalueren we continu de krediet waardigheid van onze klanten, handelspartners en investeringen om na te gaan in hoeverre zij aan de financiële verplichtingen ten aanzien van ING kunnen voldoen. Tijdens het beoordelingsproces voor het aangaan van nieuwe leningen, handelslimieten of investeringen, alsook het beoordelen van bestaande leningen, handelsposities en investeringen, bepaalt ING het bedrag en type onderpand, indien vereist, dat een klant zou moeten belenen. In het algemeen geldt dat hoe lager de waarneembare kredietwaardigheid van de kredietnemer of financiële tegenpartij, hoe hoger het bedrag dat de klant of tegenpartij in onderpand moet geven. Als onderdeel van de handelsactiviteiten met andere financiële instellingen sluit ING diverse juridische overeenkomsten af waarbij ING en/of de tegenpartij onderpand verleent om marktfluctuaties van hun onderlinge posities af te dekken. Wetten in de verschillende rechtsgebieden hebben invloed op het type en bedrag aan onderpand dat ING kan ontvangen of verlenen. In bepaalde gevallen zal ING kredietderivaten, of een ander soortgelijke transactie aangaan, om het kredietrisico van een bepaalde kredietnemer of portefeuille te verminderen. Het type onderpand dat als zeker heid voor een lening wordt aangehouden wordt bepaald door de structuur van de lening of de positie. Vanwege het gediversifieerde karakter van ING’s portefeuille is er ook een grote verscheidenheid in het type onderpand, waardoor geen enkel soort onderpand is oververtegenwoordigd ten opzichte van de anderen. KREDIETRISICOPROFIEL ING BANK Het kredietrisico van ING Bank heeft voornamelijk betrekking op de traditionele kredietverlening aan bedrijven en particulieren, gevolgd door investeringen in obligaties en overige gesecuritiseerde activa. Leningen aan particulieren betreffen hoofdzakelijk hypotheken met
ING Groep Jaarverslag 2007
192 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Risicobeheer (vervolg)
onroerend goed als zekerheid. Kredieten (inclusief uitgegeven garanties) aan bedrijven zijn veelal gedekt, maar kunnen ook ongedekt worden verstrekt op basis van een interne analyse van de kredietwaardigheid van de kredietnemer. Obligaties in de beleggingsporte feuille zijn doorgaans ongedekt. Securitisaties, zoals ‘Mortgage Backed Securities’(MBS) en ‘Asset Backed Securities’ (ABS), zijn gedekt door het pro rata deel van de onderliggende gediversifieerde activa (zakelijke of woonhypotheken, autoleningen en andere activa), die aangehouden worden door de emittent van de securitisatie. Het laatste belangrijke onderdeel van kredietrisico betreft pre-settlement kredietrisico, dat voortvloeit uit handelsactiviteiten, inclusief derivaten, ‘repo’-transacties, het lenen en uitlenen van effecten en vreemde valuta-transacties. ING maakt binnen het bankbedrijf gebruik van verschillende marktprijsmodellen en berekeningstechnieken om de omvang van het kredietrisico op pre-settlement-activiteiten te bepalen. Op basis van deze technieken maakt ING een schatting van het mogelijke toekomstige risico op individuele transacties en handelsportefeuilles. Er worden regelmatig raamovereenkomsten en zekerheids- stellingen afgesloten om deze kredietrisico’s te beperken. Probleemleningen Herstructurering ING’s herstructureringsactiviteiten concentreren zich op het beheren van de relatie met de klant, het verbeteren van het risicoprofiel van de debiteur, het maximaliseren van eventuele opbrengsten en, indien mogelijk, het voorkomen van executoriale verkopen en inbeslagnames. Deze herstructureringsactiviteiten zijn pro-actief en voornamelijk gericht op Wholesale Banking en MKB klanten (‘ Zakelijk’ ), die nog niet in gebreke zijn. De meest gebruikelijke manieren zijn, onder andere, het herzien dan wel verlengen van de aflossingsperiode, het bijstaan bij een financiële reorganisatie en/of operationele reorganisatie, het uitstellen van executoriale verkoop, het aanpassen van leningsvoorwaarden en het opschorten van bepaalde betalingen in afwachting van een verandering van de omstandigheden. Voor consumenten- en hypotheek leningen (‘ Particulier’ ) is de benadering meer portefeuille gericht. Herstructureringsactiviteiten voor zakelijke klanten beginnen doorgaans met een zogeheten ‘watch list’-indicatie. Klanten op deze lijst behouden hun rating (1-19). Een ‘watch list’ indicatie kan leiden tot een herstructureringsstatus (15-19) of zelfs een probleemleningstatus (20-22). De meeste klanten met een watch list indicatie keren terug naar een reguliere status. Voor particuliere klanten is de ‘watch list’ status of de status van potentiële probleemlening doorgaans het gevolg van betalingsachterstanden (minder dan één week), welke ver volgens tot uitdrukking komt in een risico rating 18-19 (of vergelijkbare status gebaseerd op de gestegen kans op in gebreke blijven). Een ‘watch list’ indicatie kan leiden tot een herstructureringsstatus (15-19) of zelfs een probleemleningstatus (20-22). De meeste klanten met een watch list indicatie keren terug naar een reguliere status. Na herstructurering wordt het relatiebeheer overgedragen aan de normale commerciële bank afdelingen, dan wel beëindigd. ING’s geherstructureerde leningen die anders achterstallig zouden zijn of een bijzondere waardevermindering zouden hebben ondergaan staan in de volgende tabel. ING Bank geherstructureerde leningen die anders achterstallig of voorzien zouden zijn
Van herstructurering (enkel 18-19) tot normale status (1-17) Van afwikkeling (20-22) tot normale of herstructureringsstatus (1-19) Totaal geherstructureerde leningen
2007
2006
1.170
877
4.359 5.529
4.004 4.881
De verdeling tussen Zakelijk en Particulier is als volgt: ING Bank geherstructureerde zakelijke leningen die anders achterstallig of voorzien zouden zijn
Van herstructurering (enkel 18-19) tot normale status (1-17) Van afwikkeling (20-22) tot normale of herstructureringsstatus (1-19) Totaal geherstructureerde zakelijke leningen
2007
2006
1.170
877
1.414 2.584
1.996 2.873
ING heeft herstructureringsleningen aan zakelijke klanten die anders in financiële problemen zouden zijn gekomen pro-actief benaderd. Dit heeft geleid tot een stijging in het niveau van herstructureringsleningen die zijn teruggekeerd naar een reguliere status. De daling in het niveau van probleemleningen die naar reguliere status zijn teruggekeerd werd veroorzaakt door een daling van de totale portefeuille.
ING Groep Jaarverslag 2007
193
ING Bank geherstructureerde particuliere leningen die anders achterstallig of voorzien zouden zijn
Van herstructurering (enkel 18-19) tot normale status (1-17) Van afwikkeling (20-22) tot normale of herstructureringsstatus (1-19) Totaal geherstructureerde particuliere leningen
2007
2006
2.945 2.945
2.008 2.008
De stijging van het totale bedrag aan geherstructureerde consumenten- en hypotheekleningen weerspiegelt de groei van de portefeuille, alsook ING’s pro-actief portefeuillebeheer. Dit omvat onder andere geautomatiseerde herinnerings- en waarschuwingsbrieven aan par ticuliere klanten die anders in financiële problemen zouden kunnen zijn gekomen. Particuliere klanten hebben geen herstructureringsstatus. Achterstallige betalingsverplichtingen ING volgt voortdurend de betalingsachterstanden in haar portefeuille. Met name de retailportefeuilles worden maandelijks nauwlettend gevolgd om vast te stellen of er significante wijzigingen in het niveau van betalingsachterstanden optreden. In het algemeen wordt een verplichting beschouwd als achterstallig indien een betaling van rente of aflossing meer dan één dag te laat is. In de praktijk worden de eerste 5-7 dagen nadat een betalingsverplichting achterstallig wordt, beschouwd als operationeel van aard bij particuliere leningen en leningen aan kleine bedrijven. Na deze periode zal een brief aan de debiteur worden verzonden ter herinnering aan de (achterstallige) betalingsverplichtingen. Als de betalingsachterstand na 90 dagen nog steeds bestaat, wordt de verplichting gewoonlijk overgedragen aan één van de ‘probleemleningen’ afdelingen. Om het aantal betalingsachterstanden te verminderen, moedigen de meeste ING bedrijfsonderdelen hun debiteuren aan automatisch te betalen zodat betalingen tijdig ontvangen worden. Leningen naar kredietkwaliteit: portefeuille ING Bank, uitstaand
Niet achterstallig, geen bijzondere waardevermindering Achterstallig, geen bijzondere waardevermindering (1-90 dagen) (1) Bijzondere waardevermindering
2007
2006
750.049
644.318
5.416 5.219 760.684
3.879 6.299 654.496
Gebaseerd op kredietverlening (alleen hypotheken en leningen aan particulieren).
(1)
Ouderdomsanalyse (Achterstallig maar geen bijzondere waardevermindering): Portefeuille ING Bank, uitstaand (1,2)
Achterstallig gedurende 1-30 dagen Achterstallig gedurende 31-60 dagen Achterstallig gedurende 61-90 dagen
2007
2006
4.709 633 74 5.416
3.143 548 188 3.879
Gebaseerd op kredietverlening (alleen hypotheken en leningen aan particulieren). Het bedrag aan financiële activa dat is vervallen maar geen bijzondere waardevermindering heeft ondergaan bij de niet-kredietactiviteiten was niet van materieel belang.
(1) (2)
Er is geen significante concentratie van een specifiek leningtype in de achterstallige leningen of in de portefeuille van leningen met bijzondere waardeverminderingen. De categorie ‘achterstallig, geen bijzondere waardevermindering’ wordt het meest stringent gevolgd bij consumentenleningen en hypo theken. Alle leningen met achterstallige betalingsverplichtingen van meer dan 90 dagen worden over het algemeen automatisch geclas sificeerd als lening met bijzondere waardevermindering. Voor de Wholesale kredietverleningsportefeuille en effectenverplichtingen be staat over het algemeen een reden om een lening vóór het verstrijken van de termijn van 90 dagen als bijzondere waardevermindering aan te merken, zoals onder andere de inschatting van ING dat een klant niet aan zijn financiële verplichtingen zal kunnen voldoen, of dat een klant faillissement of surseance van betaling aanvraagt. In sommige gevallen zal een materiële overtreding van de in financiële afspraken (contractbreuk) ook aanleiding zijn om een lening te kwalificeren als lening met bijzondere waardevermindering. Procedure voor inbeslagname Het beleid van ING is om geen activa van niet-nakomende debiteuren in beslag te nemen. ING probeert eerder het actief te verkopen vanuit de rechtspersoon die de activa in onderpand heeft gegeven, in overeenstemming met de overeenkomsten tot verpanding zoals ondertekend door de debiteur. In die gevallen dat ING wel het onderpand opeist, zal ING over het algemeen zo snel mogelijk het actief proberen te verkopen aan een gegadigde. Op basis van een interne inschatting van welke aanpak het snelst het hoogste resultaat zal opleveren voor ING, kan de gehele onderneming verkocht worden (of tenminste alle activa), of de activa kunnen stuksgewijs worden verkocht.
ING Groep Jaarverslag 2007
194 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Risicobeheer (vervolg)
Leningen die een bijzondere waardevermindering hebben ondergaan: Portefeuille ING Bank, uitstaand per economische sector
Privé-personen Dienstensector Bouw, infrastructuur en onroerend goed Financiële instellingen Voedingsmiddelenindustrie Bedrijfsleven algemeen Automobiel Transport en logistiek Overig Totaal
2007
2006
2.356 219 635 538 264 270 200 110 627 5.219
2.227 258 964 639 366 399 133 361 952 6.299
In bovenstaande tabel wordt een overzicht gegeven van leningen die een bijzondere waardevermindering hebben ondergaan, per belangrijke sector, in alle bankactiviteiten van ING. Voor deze portefeuille heeft ING specifieke en collectieve voorzieningen getroffen van respectievelijk EUR 711 miljoen en EUR 680 miljoen (2006: respectievelijk EUR 1.391 miljoen en EUR 718 miljoen), wat het verschil is tussen de geamortiseerde waarde van de onderliggende leningen en de tegen de effectieve rente verdisconteerde verwachte opbrengsten uit het onderpand. Voorzieningen De kredietportefeuille wordt doorlopend geëvalueerd. Ieder kwartaal vindt een formele analyse plaats om de voorzieningen voor mogelijk dubieuze debiteuren vast te stellen volgens een ‘bottom-up’ benadering. Conclusies worden besproken in het IPC, dat over het niveau van de specifieke debiteurenvoorzieningen aan de Raad van Bestuur adviseert. ING Bank beschouwt leningen als zijnde in gebreke indien het, op basis van actuele informatie en gebeurtenissen, waarschijnlijk is dat de contractueel verschuldigde hoofdsom en rentebedragen niet conform de contractbepalingen zullen worden ontvangen. Voorzieningen: Portefeuille ING Bank (1) Wholesale Banking 2007 2006
Balanswaarde begin van het jaar Wijzigingen in de samenstelling van de groep Afboekingen Ontvangen op reeds afgeboekte kredieten Toename/(afname) voorziening voor dubieuze debiteuren Koersverschillen vreemde valuta Overige mutaties Balanswaarde eind van het jaar
2007
Retail Banking 2006
2007
ING Direct 2006
2007
Totaal ING Bank 2006
1.610
2.294
741
725
291
294
2.642
3.313
2 –593
–78 –404
95 –302
–236
1 –57
–23 –51
98 –952
–101 –691
30
31
26
44
3
11
59
86
–115
–118
172
161
68
60
125
103
–23 10
–55 –60
5 34
–7 54
–1 4
–5 5
–19 48
–67 –1
921
1.610
771
741
309
291
2.001
2.642
ING Cards wordt in 2007 onder Retail Banking gerapporteerd (2006: ING Direct). EUR 21 miljoen ‘toename/(afname) voorziening dubieuze debiteuren’ is voor 2006 gerapporteerd onder Retail Banking in plaats van ING Direct.
(1)
De risicokosten van ING Bank bleven laag in 2007 door een laag aantal nieuwe probleemleningen en voortgaande verbetering van het gemiddelde risicoprofiel van onze kredietportefeuille. Dit weerspiegelt zowel de sterkte van de economie in onze belangrijkste markten als de behoudende en voorzichtige groeistrategie van Retail Banking en ING Direct. De totale voorzieningen binnen Wholesale Banking zijn net als in 2006 fors gedaald in 2007 als gevolg van substantiële afschrijvingen, terwijl er weinig of geen compenserende effecten van voorzieningen voor nieuwe probleemleningen vereist waren. In 2007 waren de risico kosten voor Wholesale Banking ook laag door de vrijval van EUR 115 miljoen van één enkele debiteur. Zekerheidsstelling ING onderdelen sluiten actief overeenkomsten tot het kopen en terugkopen van verhandelbare effecten af als onderdeel van haar effectenfinancieringsactiviteiten. Deze transacties kunnen vele juridische vormen hebben. (Omgekeerde) repo-, effectenleen- en -uitleenovereen komsten evenals koop/terugverkoop- dan wel verkoop/terugkoopovereenkomsten zijn de meest gangbare. Het bedrag van als zekerheid aanvaarde financiële activa door ING onder deze overeenkomsten bedroeg EUR 120,2 miljard op 31 december 2007 en EUR 95,2 miljard op 31 december 2006. Deze bedragen zijn exclusief het contante deel van deze transacties en exclusief verpandingen onder tripartiete ING Groep Jaarverslag 2007
195
overeenkomsten (omdat de onderliggende waarde niet direct verpand is aan ING en ook geen eigendom is van ING). Normaal gesproken kunnen deze verhandelbare effecten in de markt worden doorverkocht of doorverpand onder soortgelijke overeenkomsten. ING is verplicht om in zulke situaties soortgelijke effecten terug te geven. Risicoklassen zijn bepaald op basis van de kwaliteit van de uitstaande bedragen op basis van kredietwaardigheid, variërend van beleg gingsklasse tot probleemklasse uitgedrukt in Standard & Poor’s equivalenten. Risicoklassen: portefeuille ING Bank per divisie in % van de totaal uitstaande bedragen (1) Wholesale Banking 2007 2006
1 (AAA) 2-4 (AA) 5-7 (A) 8-10 (BBB) 11-13 (BB) 14-16 (B) 17-22 (CCC & Probleemleningen)
2007
Retail Banking 2006
2007
ING Direct (2) 2006
2007
Totaal ING Bank 2006
5,6% 26,2% 14,5% 21,4% 24,5% 5,9%
5,5% 26,3% 13,8% 19,7% 27,7% 4,9%
0,2% 4,8% 3,4% 35,3% 46,0% 6,3%
0,4% 5,6% 2,7% 31,5% 48,6% 7,4%
31,5% 19,3% 14,4% 21,0% 12,3% 0,8%
32,4% 24,6% 13,3% 15,8% 12,6% 0,8%
12,8% 18,6% 11,8% 24,7% 25.8% 4,3%
13,6% 20,6% 10,9% 21,3% 27,6% 4,1%
1,9% 100,0%
2,1% 100,0%
4,0% 100,0%
3,8% 100,0%
0,7% 100,0%
0,5% 100,0%
2,0% 100,0%
1,9% 100,0%
Op basis van de berekening van het kredietrisico in kredietverlening, (pre)-settlement, geldmarkt- en beleggingsactiviteiten. De tabel brengt tot uitdrukking wat de kans is dat leningen oninbaar worden. Mogelijk onderpand wordt hierbij buiten beschouwing gelaten. (2) Covered bonds zijn geclassificeerd op basis van de externe kredietrating van de betreffende emittent. Covered bonds hebben doorgaans een betere externe kredietrating dan de emittent op zich, vanwege de structurele kenmerken van covered bonds. (1)
Risicoklassen: portefeuille ING Bank in % van de totaal uitstaande bedragen (1) Kredietverlening 2007 2006
1 2-4 5-7 8-10 11-13 14-16 17-22
(AAA) (AA) (A) (BBB) (BB) (B) (CCC & Probleemleningen)
2007
1,9% 6,0% 9,5% 35,7% 37,7% 6,3%
1,1% 5,9% 8,0% 32,8% 42,3% 6,7%
48,4% 35,2% 13,7% 1,5% 0,9% 0,1%
2,9% 100,0%
3,2% 100,0%
0,2% 100,0%
Beleggingen 2006
43,9% 40,3% 12,3% 1,6% 1,9%
100,0%
2007
Geldmarkt 2006
2007
Pre-settlement 2006
Totaal ING Bank 2007 2006
5,9% 61,4% 16,8% 8,2% 7,1% 0,3%
4,8% 51,7% 32,9% 6,5% 3,8% 0,3%
5,4% 58,2% 22,3% 7,1% 5,3% 1,2%
6,7% 50,9% 18,6% 10,3% 13,0% 0,5%
12,8% 18,6% 11,8% 24,7% 25,8% 4,3%
13,6% 20,6% 10,9% 21,3% 27,6% 4,1%
0,3% 100,0%
100,0%
0,5% 100,0%
100,0%
2,0% 100,0%
1,9% 100,0%
Op basis van de berekening van het kredietrisico in kredietverlening, (pre)-settlement, geldmarkt- en beleggingsactiviteiten. De tabel brengt tot uitdrukking wat de kans is dat leningen oninbaar worden. Mogelijk onderpand wordt hierbij buiten beschouwing gelaten.
(1)
De ING bankbedrijfsonderdelen hebben in 2007 de implementatie voltooid van risico-ratingmodellen die in overeenstemming zijn met de nieuwe Basel II regelgeving. Dit heeft geleid tot een kleine verbetering van de gerapporteerde gemiddelde kredietwaardigheid. De hypotheekportefeuille van ING Direct groeide stevig in 2007, vooral in Duitsland en de Verenigde Staten. Daarentegen daalde de omvang van de beleggingsportefeuille van ING Direct, vooral in lokale overheden en een aantal ABS types. Een kritisch beheer van ING’s liquiditeitspositie als gevolg van de onrust op de wereldwijde kredietmarkten in de tweede helft van 2007 heeft geleid tot een verschui ving naar betere tegenpartijen in de geldmarktactiviteiten. De stijging in geldmarktactiviteiten met een BB rating is voornamelijk het gevolg van de overname van Oyak Bank. Risicoconcentratie: portfefeuille ING Bank per economische sector (1) Wholesale Banking 2007 2006
Bouw, infrastructuur en onroerend goed Financiële instellingen Natuurlijke grondstoffen Privé-personen Overheid en semi-overheid Dienstensector Transport en Logistiek Overig (1)
13,3% 41,2% 6,2% 0,4% 8,4% 4,7% 4,7% 21,1% 100,0%
12,3% 39,0% 4,7% 0,3% 11,2% 4,6% 4,7% 23,2% 100,0%
2007
Retail Banking 2006
2,4% 3,7% 0,2% 83,7% 1,5% 1,7% 0,5% 6,3% 100,0%
2,0% 3,3% 0,2% 81,8% 1,8% 1,6% 0,5% 8,8% 100,0%
2007
ING Direct 2006
0,8% 53,8%
0,8% 59,0%
39,8% 5,3%
31,4% 7,5%
0,3% 100,0%
1,3% 100,0%
2007
Totaal ING Bank 2006
6,5% 36,2% 2,7% 33,9% 5,7% 2,4% 2,1% 10,5% 100,0%
5,8% 37,0% 2,0% 31,3% 7,6% 2,3% 2,0% 12,0% 100,0%
Percentages zijn gebaseerd op het totale bedrag aan kredietrisico in de betreffende kolom, gemeten door de interne kredietrisicoberekeningsmethoden van ING.
ING Groep Jaarverslag 2007
196 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Risicobeheer (vervolg)
Binnen ING Direct was er een verschuiving naar Privé-personen als gevolg van groei in de ING Direct hypotheekportefeuille. De overige bankonderdelen zagen geen significante verschuivingen. Alle niet in de bovenstaande tabel genoemde economische sectoren vertegenwoordigen minder dan 2% van de portefeuille. Grootste economische risico’s: portefeuille ING Bank per land (1) (in miljarden euro’s)
Wholesale Banking 2007 2006
Nederland Verenigde Staten België Duitsland Spanje Verenigd Koninkrijk Australië Italië Frankrijk Canada
68,7 28,9 44,4 9,4 12,4 19,4 5,0 12,6 17,0 1,7
(1)
62,0 25,8 36,2 10,3 11,0 17,1 2,4 10,9 16,2 1,5
2007
Retail Banking 2006
141,1 0,2 27,5 0,2 0,4 0,1
122,1 0,2 26,2 0,3 0,4 0,1
0,5 0,6 0,1
0,6 0,6
2007
ING Direct 2006
2007
Totaal ING Bank 2006
1,6 58,2 1,4 54,8 38,5 17,3 25,4 12,2 4,1 15,7
1,8 52,1 1,6 45,3 36,0 18,5 22,0 9,7 3,2 15,1
211,4 87,3 73,3 64,4 51,3 36,8 30,4 25,3 21,7 17,5
185,9 78,1 64,0 55,9 47,4 35,7 24,4 21,2 20,0 16,6
Heeft uitsluitend betrekking op risico’s > EUR 10 miljard, inclusief intercompany risico’s met ING Verzekeringen.
De groei in de meeste landen volgde het groeipatroon van de gehele portefeuille. ING Direct groeide in Duitsland door de verkoop van hypotheken en de overname van een hypotheekportefeuille tegen het eind van 2007. Dit werd tenietgedaan door de verkoop van de voormalige BHF probleemleningenportefeuille binnen Wholesale Banking. Retail Banking in Nederland groeide autonoom, alsook door de aankoop van Nationale Nederlanden Hypotheek bedrijf (NNHB) van Nationale Nederlanden. ING BANK – MARKTRISICO Marktrisico betreft het risico dat bewegingen in marktfactoren, zoals rentetarieven, aandelenkoersen en valutakoersen, een negatief effect hebben op de resultaten of de marktwaarde van de bank. Marktrisico vloeit voort uit posities in handelsboeken of in de niethandels(banking)boeken. De handelsposities worden aangehouden om te profiteren van koersbewegingen op de korte termijn, terwijl de posities in de banking boeken worden aangehouden voor de lange termijn (of tot einde looptijd) of voor het doel om andere posities in het banking boek af te dekken. Binnen ING Bank valt het toezicht op het marktrisico (inclusief liquiditeitsrisico) onder de ALCO-functie met ALCO Bank als hoogste autoriteit voor goedkeuring. Het ALCO Bank bepaalt de totale risicotolerantie voor het marktrisico. De ALCO-functie is regionaal georganiseerd met uitzondering van ING Direct, dat een eigen ALCO heeft. De divisies Retail Banking en Wholesale Banking zijn vertegenwoordigd binnen de respectievelijke regionale en lokale ALCO’s. De ALCO-structuur binnen ING Bank maakt top-down risicobeheer, limietbepaling, controle van en toezicht op het marktrisico mogelijk. Dit verzekert een correcte implementatie van de risicotolerantie van ING Bank. Als aangewezen onafhankelijke afdeling is Corporate Market Risk Management (CMRM) verantwoordelijk voor het ontwerp en de uitvoering van de marktrisicobeheerfuncties van de bank ter ondersteuning van de ALCO-functie. De CMRM-structuur onderkent dat risicobeheer voor een groot gedeelte op regionaal/lokaal niveau plaatsvindt. Bottom-up rapportage stelt het management in staat om het marktrisico op alle relevante niveaus volledig te overzien. CMRM is verantwoordelijk voor het bepalen van adequate beleidslijnen en procedures voor het beheren van marktrisico en voor het toe zicht op de naleving van deze richtlijnen. Een belangrijk element van de marktrisicobeheerfunctie is de beoordeling van het marktrisico van nieuwe producten en activiteiten. Daarnaast onderhoudt CMRM een adequaat limietenstelsel in lijn met de totale risicotolerantie van de bank. Het is de verantwoordelijkheid van de divisies om zich aan de door ALCO Bank goedgekeurde limieten te houden. Limietover schrijdingen worden tijdig aan het senior management gerapporteerd en de divisies zijn verplicht om de benodigde acties te ondernemen om de risicopositie te reduceren. Marktrisico in handelsportefeuilles Organisatie In de handelsportefeuilles worden posities aangehouden op de professionele financiële markten met als doel te profiteren van koers bewegingen op de korte termijn. Marktrisico in de handelsportefeuilles vloeit voort uit de blootstelling aan diverse marktrisicofactoren, waaronder rentetarieven, aandelenkoersen en valutakoersen. Het Financial Markets Risk Committee (FMRC) is een marktrisicocomité dat, binnen de door ALCO Bank vastgestelde richtlijnen, markt risicolimieten vaststelt op zowel geaggregeerd niveau als per handelsportefeuille, en dat nieuwe producten goedkeurt. CMRM adviseert zowel het FMRC als het ALCO Bank over de risicotolerantie van de Wholesale Banking-activiteiten.
ING Groep Jaarverslag 2007
197
CMRM Trading richt zich op het beheer van de marktrisico’s in de handelsportefeuilles van Wholesale Banking (hoofdzakelijk Financial Markets), aangezien dit de enige divisie is waar omvangrijke handelsactiviteiten plaatsvinden. Handelsactiviteiten zijn onder andere het faciliteren van klantactiviteiten, market-making en het nemen van eigen posities in effecten- en derivatenmarkten. CMRM Trading is verantwoordelijk voor de ontwikkeling en implementatie van beleid met betrekking tot marktrisico en methodieken voor risicometing, rapportage en controle van handelsrisicoposities ten opzichte van goedgekeurde handelslimieten en de validatie van waarderingsmodellen en risicomodellen. Verder beoordeelt CMRM mandaten en limieten voor handelsactiviteiten en bewaakt CMRM het proces met betrekking tot het introduceren van nieuwe producten voor handelsactiviteiten. Het beheer van de marktrisico’s in de handelsportefeuilles wordt op diverse organisatorische niveaus uitgevoerd, van geconsolideerd niveau (CMRM Trading) tot op het niveau van specifieke handelsportefeuilles en handelslocaties. Risicometing ING Wholesale Banking past de Value-at-risk (VaR) methodiek toe als de belangrijkste risicomaatstaf. VaR voor marktrisico geeft, met een eenzijdig betrouwbaarheidsniveau van tenminste 99%, de maximale ééndagsverliezen die kunnen optreden ten gevolge van veranderingen in risicofactoren (zoals rentetarieven, vreemde valutakoersen, aandelenkoersen, credit spreads, impliciete volatiliteiten) als de posities onveranderd blijven binnen een tijdsinterval van een dag. Het effect van de historische marktbewegingen op de huidige portefeuille wordt geschat op basis van het gelijk gewogen gemiddelde van de waargenomen marktbewegingen in de voorgaande 250 werkdagen. ING past VaR toe op basis van een horizon van één dag voor interne risicoberekening, controle en backtesting en VaR met een horizon van tien dagen voor de bepaling van het wettelijk vereiste kapitaal. Het gebruik van het VaR-model van ING is goedgekeurd door De Nederlandsche Bank voor de berekening van het wettelijk vereiste kapitaal van de belangrijkste handelsactiviteiten. Marktrisico voor de vastrentende waarden- en aandelenmarkten is gesplitst in twee componenten: algemeen marktrisico en specifiek marktrisico. Het algemene marktrisico geeft een schatting van de VaR die voortvloeit uit algemene waardefluctuaties in de markt (bijvoorbeeld rentefluctuaties). Het specifieke marktrisico geeft een schatting van de VaR die voortvloeit uit waardefluctuaties in de markt die betrekking hebben op de onderliggende emittent van waardepapieren in de portefeuilles. Dit specifieke risico betreft alle waardefluctuaties die niet samenhangen met algemene marktbewegingen. De VaR voor lineaire portefeuilles wordt berekend door middel van een variantie-covariantie-model. Het marktrisico van alle belangrijke optieportefeuilles binnen ING wordt gemeten door middel van Monte Carlo- en historische simulatiemethodes. Beperkingen VaR als risicomaatstaf heeft enige beperkingen. VaR kwantificeert het potentiële verlies alleen onder de veronderstelling van normale markt omstandigheden. Deze veronderstelling is in de praktijk niet altijd juist, in het bijzonder gedurende extreme gebeurtenissen. Dit zou daardoor kunnen leiden tot een onderschatting van het potentiële verlies. VaR maakt verder gebruik van historische gegevens om het gedrag van toekomstige prijsfluctuaties te voorspellen. Toekomstige prijsfluctuaties kunnen substantieel afwijken van in het verleden waargenomen fluctuaties. Daarnaast veronderstelt het gebruik van een ééndagshorizon (of tien dagen voor wettelijke berekeningen) dat alle posities in de portefeuille in één dag kunnen worden geliquideerd of afgedekt. Gedurende periodes van illiquiditeit of extreme gebeurtenissen in de markt kan deze veronderstelling onjuist blijken te zijn. Tevens geeft het gebruik van een 99% betrouwbaarheidsniveau aan dat VaR geen verliezen meeneemt die buiten dit betrouwbaarheidsniveau vallen. Backtesting Backtesting is een techniek voor de voortgaande bewaking van de aannemelijkheid van het toegepaste VaR-model. Hoewel met VaRmodellen de potentieel toekomstige resultaten worden ingeschat, zijn de schattingen gebaseerd op historische marktgegevens. In een backtest wordt het feitelijke resultaat op dagbasis vergeleken met de ééndaags VaR. Naast het gebruik van feitelijke resultaten voor back testing, gebruikt ING ook hypothetische resultaten, die resultaten meten waarbij het effect van daghandel (intraday trading), honoraria (fee) en provisies wordt uitgesloten. Wanneer het feitelijke of hypothetische verlies de VaR overstijgt, is er sprake van een ‘overschrijding’. Gebaseerd op ING’s eenzijdige betrouwbaarheidsniveau van 99% zal een ‘overschrijding’ naar verwachting ten hoogste één keer in de 100 handelsdagen voorkomen. In 2007 is er geen ‘overschrijding’ voorgekomen (2006: geen) waarbij een ééndaags handelsverlies de ééndaags geconsolideerde VaR van ING Wholesale Banking heeft overschreden. ING brengt op kwartaalbasis verslag uit over de uit komsten van de backtesting aan De Nederlandsche Bank. Stress testing Stresstesten worden gebruikt om marktrisico’s onder extreme marktomstandigheden te bewaken. Aangezien VaR in het algemeen geen schatting geeft van de potentiële verliezen die kunnen voortvloeien uit extreme fluctuaties in de markt, past ING gestructureerde ‘stress testing’ toe voor het bewaken van het marktrisico onder extreme marktomstandigheden. Stressscenario’s zijn gebaseerd op historische en hypothetische extreme gebeurtenissen. Het resultaat van deze stress testing is een ‘event risk’ getal. Dit is een schatting van winst en verlies als gevolg van een mogelijke extreme gebeurtenis en het wereldwijde effect daarvan op ING Wholesale Banking. Het event risk-getal voor de handelsactiviteiten van ING Wholesale Banking wordt op weekbasis berekend. Net als VaR wordt het event risk beperkt door het ALCO Bank. Het beleid met betrekking tot event risk (en de technische implementatie daarvan) is ING-specifiek, aangezien er voor event risk geen door andere banken en toezichthouders algemeen aanvaarde berekeningsmethode bestaat (zoals voor het VaR-model). Het event risk-model bestaat in feite uit stressparameters per land en per markt (vastrentende waarden, aandelen, vreemde valuta, credit spread en gerelateerde derivatenmarkten). De scenario’s en stressparameters worden achteraf vergeleken met extreme marktbewegingen die zich daadwerkelijk in die markten hebben voorgedaan. ING Groep Jaarverslag 2007
198 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Risicobeheer (vervolg)
Indien nodig evalueert ING specifieke stressscenario’s naast de stresstests die structureel worden uitgevoerd. Deze specifieke scenario’s hebben betrekking op actuele problemen, zoals politieke instabiliteit in bepaalde regio’s, terroristische aanslagen of extreme bewegingen in energieprijzen. Overige risicolimieten Limieten op VaR en event risk zijn de belangrijkste limieten voor de beheersing van de handelsportefeuilles. Daarnaast maakt ING gebruik van diverse andere limieten in aanvulling op VaR en event risk. Met limieten op positie en gevoeligheid wordt voorkomen dat er te grote concentraties ontstaan in specifieke emittenten, sectoren of landen. Verder gelden ook andere risicolimieten op de handel in exotische derivaten. Het marktrisico van deze producten wordt beheerst door productspecifieke limieten en beperkingen. Ontwikkeling marktrisico in handelsportefeuilles Onderstaande grafiek toont de ontwikkeling van de ééndags-VaR met een betrouwbaarheidsinterval van 99% en een tijdshorizon van één dag. De ééndags-VaR wordt gepresenteerd voor de handelsportefeuilles van ING Wholesale Banking gedurende 2006 en 2007 die onder toezicht staan van CMRM Trading. Verscheidene niet-handelsboeken worden intern beheerd via het handelsrisicoproces. Deze boeken zijn daarom uitgesloten van de niet-handelsrisicotabel en inbegrepen in de onderstaande handelsrisicografiek en -tabel. GECONSOLIDEERDE VaR ING WHOLESALE BANKING HANDELSPORTEFEUILLE 2006-2007 in miljoenen euro’s
Gedurende 2006 en 2007 is de ééndags-VaR van de ING Wholesale Banking handelsportefeuille binnen de limiet van EUR 26-48 miljoen gebleven. Het gemiddelde risico gedurende 2007 was groter dan in 2006 (gemiddelde VaR 2007: EUR 34 miljoen en gemiddelde VaR 2006: EUR 31 miljoen). De VaR bleef ruimschoots binnen de ING Wholesale Banking handelslimiet. Handelsposities met renterisico droegen het meest bij aan de VaR. In de tweede helft van december is de VaR aanzienlijk toegenomen tot EUR 47 miljoen. Deze stijging is gerelateerd aan een afwaardering van een tegenpartij in het structured credit handelsboek. Aangezien de transacties met deze tegenpartij dienden als afdekking van andere posities in dit boek, resulteerde de afwaardering van deze tegenpartij in een verhoging van de handels VaR. In onderstaande tabel staat een verdere opsplitsing van de VaR van de handelsportefeuille van ING Wholesale Banking voor 2007 en 2006. VaR geconsolideerde handelsportefeuille: ING Wholesale Banking
Vreemde valuta Aandelen Rente Diversificatie (1) Totaal VaR
2007
Laag 2006
2007
Hoog 2006
2 5 22
1 7 20
7 13 43
7 11 30
2007
Gemiddeld 2006
2007
Ultimo 2006
4 9 27 –6 34
3 9 25 –6 31
4 6 43 –5 48
2 8 27 –4 33
De totale VaR voor de kolommen Hoog en Laag kan niet worden bepaald als de som van de individuele componenten omdat de gegevens van zowel individuele markten als voor de totale VaR afkomstig kunnen zijn van verschillende data. Opmerking: de termen hierboven zijn ontleend aan de terminologie die intern wordt gebruikt voor risicobeheer en zijn geen directe verwijzing naar balansposten.
(1)
Over het algemeen liet de handels-VaR over 2007 grotere bewegingen zien die resulteerden in grotere schommelingen voor de aandelen en rente-VaR. In verband met de afwaardering van een tegenpartij in december 2007 is met name de rente VaR (inclusief credit spread posities) aanzienlijk toegenomen.
ING Groep Jaarverslag 2007
199
Onderstaande tabel geeft de grootste handelsposities weer in vreemde valuta, rente en creditspreads. Belangrijkste valuta-, rente- en credit spread posities (ultimo 2007) 2007
Valuta Amerikaanse dollar Russische roebel Japanse yen Ukrainse Hryvnia Zwitserse franc
–171 108 –80 58 52
Rente (Bpv (1)) Eurozone Verenigde Staten Mexico Zuid Korea Verenigd Koninkrijk
–1,2 –0,8 –0,4 –0,1 –0,1
Credit Spread (Bpv (1)) Eurozone Mexico Verenigde Staten Rusland Verenigd Koninkrijk
–1,2 –0,2 –0,2 –0,2 –0,2
(1)
Bpv (basis point value) refereert aan de sensitiviteit van de winst-en-veliesrekening per 1bp toename in de rente of credit spread.
Marktrisico in niet-handelsboeken Organisatie Binnen ING Bank worden posities aangeduid als handels- of niet-handels(banking)posities. Het belangrijkste aspect voor het onderscheiden van de banking boeken van de handelsboeken is de intentie achter de posities die worden aangehouden in deze boeken. De posities in de banking boeken worden aangehouden voor de lange termijn (of tot einde looptijd) of voor het doel om andere posities in het banking boek af te dekken. Renterisico in de niet-handelsboeken Het renterisico van de bankingboeken is het risico dat de resultaten of de marktwaarde van ING Bank die voortvloeien uit de niet-handels posities nadelig door rentebewegingen worden beïnvloed. Om een duidelijke toewijzing van verantwoordelijkheden voor risico en resul taat mogelijk te maken binnen de banking boekstructuur is door ALCO Bank een Asset & Liability Management (ALM) raamwerk geïmple menteerd. Door middel van dit raamwerk is een duidelijke splitsing gemaakt in drie typen activiteiten: het investeren van het eigen kapitaal, de commerciële activiteiten en het aansturen van de strategische rente positie van de Bank in de specifieke ALM boeken.
ING Groep Jaarverslag 2007
200 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Risicobeheer (vervolg)
Onderstaande figuur laat het ALM raamwerk van ING Bank zien:
ING Bank’s kapitaalbeheerposities, zijnde de eigen fondsen (kernkapitaal) en de investeringen van deze eigen fondsen, worden geïsoleerd onder de ING Bank Corporate Line. ALCO Bank bepaalt het looptijdprofiel waaraan de investering van de eigen fondsen moet voldoen. Dit looptijdprofiel geeft het langetermijnkarakter weer van de rendementseis van de investeerders en streeft naar een maximalisatie en stabilisatie van de resultaten. ALCO Bank beschouwt een goed gebalanceerde portefeuille van vastrentende beleggingen met een lange looptijd als de risiconeutrale positie. Binnen ING Bank’s ALM raamwerk wordt gebruik gemaakt van het risicoverplaatsingsprincipe. Dit refereert aan het principe waarbij de open renterisicopositie vanuit de commerciële banking boeken wordt overgedragen naar de ALM-boeken. Het renterisico van de commerciële banking boeken komt voort uit de rentetypische mismatch van de door de bank aangegane bezittingen en schulden. De overdracht van het renterisico is voor een groot gedeelte gebaseerd op het modelleren van klantgedrag. Binnen CMRM wordt continu onderzoek gedaan om het modelleren van het klantgedrag te optimaliseren. Hiervoor worden verschillende methoden gebruikt om het renterisico te repliceren waarbij de contractuele en gedragsafhankelijke karakteristieken van rekeningen courant, spaargelden en hypotheken in ogenschouw worden genomen. De werking van de gebruikte modellen en veronderstellingen wordt op regelmatige basis geanalyseerd door middel van backtests. De resultaten van deze backtests worden gepresenteerd aan het verantwoordelijke ALCO. Om de rentegevoeligheid van spaargelden en rekeningen courant te bepalen, zijn verschillende methoden ontwikkeld. Voorbeelden hiervan zijn historische simulatie, Earnings-at-Risk analyse en waarderingsmodellen. Prijsstrategieën, uitstaande volumes en het niveau en de vorm van de yield curve worden in deze modellen in acht genomen. Op basis van deze analyses zijn de investeringsregels voor de verschillende portefeuilles vastgesteld. Het afdekken van de optie om vervroegd af te lossen binnen de hypothekenportefeuilles, is gebaseerd op modellen waarin het vervroegd aflossingsgedrag wordt voorspeld. Deze modellen houden rekening met de stimulans voor klanten om vervroegd af te lossen. De parameters van deze modellen zijn gebaseerd op historische data en worden regelmatig herzien. De rentegevoeligheid van de optionaliteit in de uitstaande hypotheekoffertes wordt bepaald en er is ook een afdekkingsproces om het resulterende renterisico te minimaliseren. Het renterisico dat in de commerciële boeken achterblijft na het overdragen van de open rentepositie naar de ALM-boeken wordt veroorzaakt door basisrisico en optionaliteiten. De commerciële bedrijfsonderdelen dragen de verantwoordelijkheid voor dit overgebleven renterisico dat voortvloeit uit bancaire producten waarvan de toekomstige kasstromen afhankelijk zijn van klantgedrag (bijvoorbeeld optionaliteiten in hypotheken) en van bancaire producten waarvan de klantrente niet perfect correleert met de veranderende marktrente (basisrisico). Rekeningen courant, spaargelden en hypotheken zijn voorbeelden van producten waar deze risico’s uit voortvloeien. Binnen ING Direct wordt het renterisico op het niveau van de lokale ING Direct-entiteiten beheerd en gemeten. Het renterisico dat bij de entiteiten van ING Direct achterblijft, wordt eveneens in grote lijnen veroorzaakt door het basisrisico en optionaliteiten, aangezien de open rentepositie grotendeels wordt afgedekt.
ING Groep Jaarverslag 2007
201
De ALM-boeken worden beheerd binnen de ING Wholesale Banking divisie en bevatten de strategische rentepositie van de bank. Binnen deze boeken is de belangrijkste doelstelling om de economische waarde te maximaliseren en om adequate en stabiele jaarlijkse resultaten te genereren binnen de risicotolerantie van ING Bank. In de volgende secties worden de risicocijfers voor renterisico in het banking boek gepresenteerd. ING Bank gebruikt verschillende maat staven om renterisico te controleren, zowel vanuit een resultaten- als een waardeperspectief. De EaR-maatstaf laat het winstperspectief zien en de cijfers voor NPV-at-risk en BPV tonen het waardeperspectief. Earnings-at-Risk (EaR) EaR meet de impact op boekhoudkundige resultaten (vóór belastingen) volgens de winst-en-verliesrekening van veranderende marktrentes over de periode van een jaar. Veranderingen in balansdynamiek en interventies van het management zijn niet meegenomen in deze bereke ningen. De EaR-cijfers in de onderstaande tabel zijn bepaald op basis van een onmiddellijke opwaartse verandering van de marktrente van 1%. Aangenomen wordt dat deze verandering aan het begin van het jaar plaatsheeft en dat de marktrente de rest van dat jaar stabiel blijft. Voor de ALM-boeken meet de EaR het potentiële verlies dat veroorzaakt wordt door de structurele rentetypische mismatch in de aangehou den posities. De berekeningen voor de ALM-boeken geven de EaR van de huidige posities weer. Voor de commerciële boeken geeft de EaR het renterisico voortkomend uit de rekeningen courant, spaargelden en de meest belangrijke hypotheken portefeuilles weer. Bij de EaR berekeningen voor de rekeningen courant en de spaargelden is het effect van nieuwe activiteiten wel meegenomen omdat dit het meest relevant is voor deze portefeuilles. De EaR van de Corporate Line, zijnde de investering van ING Bank’s eigen fondsen, reflecteert het renterisicoprofiel van alleen deze investeringen. Daarbij wordt geen rekening gehouden met de visie van ALCO Bank dat de aandeelhouders verwachten dat ING Bank deze fondsen zodanig investeert dat dit een lange termijn en stabiel inkomen genereert. Earnings-at-Risk (1% onmiddellijke opwaartse verandering van de marktrentes) (1) 2007
2006
Per divisie ING Wholesale Banking ING Retail Banking ING Direct ING Bank Corporate Line ING Bank Totaal
–87 –121 –5 26 –187
–19 –107 –260 22 –364
Per valuta Euro Amerikaanse dollar Engelse pond Overig Totaal
–125 9 –13 –58 –187
–232 –80 –4 –48 –364
(1)
De invloed van de verkregen Oyak Bank is niet opgenomen in de tabellen voor renterisico in de banking boeken.
De totale EaR is als resultaat van een opwaartse schok van de marktrente met 1%, afgenomen gedurende de loop van dit jaar. Dit is hoofdzakelijk bepaald door een scherpe reductie van de EaR van ING Direct. ING Direct reduceerde gedurende 2007 het resultaatgevoeligheidsprofiel om daarmee flexibiliteit in prijszetting te creëren. De EaR van ING Wholesale Banking was nogal klein vorig jaar en is dit jaar op een meer normaal niveau gekomen, met name door een strategische rentepositie in de ALM boeken. NPV-at-risk De NPV-at-risk-cijfers geven de volledige impact op de waarde (inclusief convexiteit) weer van de banking boeken die het resultaat zijn van veranderende marktrentes. Dit volledige waarde-effect kan niet worden gerelateerd aan de balans of de resultaten omdat de waardemutaties in de banking boeken maar voor een klein deel direct in de resultaten of het eigen vermogen worden geboekt. Het grootste gedeelte, namelijk de waardemutaties van de posities die tegen geamortiseerde kostprijs worden verantwoord, worden in zowel de balans als in de resultatenrekening niet meegenomen. De NPV-at-risk-cijfers in de onderstaande tabel zijn vastgesteld op basis van een onmiddellijke paralelle opwaartse verandering van de marktrente van 1% in lijn met de EaR-calculaties. Voor de ALM-boeken bevatten de NPV-at-risk-cijfers de potentiële waardeverandering als gevolg van een structurele mismatch in de renteposities. Voor de commerciële banking boeken bevatten de NPV-at-Risk calculaties de convexiteit die resulteert uit de optionaliteiten van de meest belangrijke hypothekenportefeuilles. In deze calculaties wordt aangenomen dat de spaargelden en de rekeningen courant van Retail Banking en Wholesale Banking perfect worden weergegeven door de replicerende methoden en daarom volledig zijn afgedekt. De NPV-at-risk van de Corporate Line laat opnieuw alleen het renterisicoprofiel van de belegging van de eigen fondsen zien.
ING Groep Jaarverslag 2007
202 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Risicobeheer (vervolg)
NPV-at-risk (1% onmiddellijke opwaartse verandering van de marktrentes) (1) 2007
2006
Per divisie ING Wholesale Banking ING Retail Banking ING Direct ING Bank Corporate Line ING Bank Totaal
–442 –222 –234 –892 –1.790
–559 –134 –377 –818 –1.888
Per valuta Euro Amerikaanse dollar Engelse pond Overig Totaal
–1.498 –439 74 73 –1.790
–1.465 –402 –58 37 –1.888
(1)
De invloed van de nieuw verkregen Oyak Bank is niet meegenomen in de tabellen voor renterisico in de banking boeken.
De algehele NPV-at-risk per jaareinde is als resultaat van een opwaartse schok van de markt rente van 1% in lijn met vorig jaar. Binnen ING Direct is de NPV-at-risk afgenomen, voornamelijk door de reductie van de looptijd van de beleggingen. Binnen ING Retail Banking is dit NPV-at-risk gestegen, voornamelijk door een grotere invloed van het vervroegd aflossingsrisico als gevolg van nieuw afgesloten hypotheken met langere renteherzieningslooptijden. Waarde in basispunten (BPV’s) De onderstaande tabellen met de waardecijfers in basispunten geven het waarde-effect weer op de banking boeken van een verandering in de rente met 1 basispunt. Uit de BPV-cijfers komt de richting van de positie bij een kleine verandering naar voren en niet de convexiteit die voortkomt uit de optionaliteiten in hypotheken bij grotere rentebewegingen. BPV’S per valuta bedragen in duizenden euro’s
Euro Amerikaanse dollar Engelse pond Overig Totaal
2007
–15.165 –2.055 778 706 –15.736
De open renterisicopositie die wordt uitgedrukt in BPV’s in de bovenstaande tabel wordt met name veroorzaakt door de investeringen van het kern kapitaal van de Bank. Opnieuw onder de aanname dat dit kapitaal niet gevoelig is voor rente bewegingen. De resterende open renterisicopositie wordt met name beheerd in de ALM boeken van de Bank waar de strategische positie wordt beheerd. Valutarisico in banking boeken Valutarisico in banking boeken is het gevolg van commerciële niet-handelsgerelateerde activiteiten door ING bedrijfsonderdelen in valuta’s anders dan hun eigen lokale valuta, gerealiseerde niet-euro winsten en translatierisico in niet-euro investeringen. Het beleid met betrekking tot deze risico’s wordt hieronder kort beschreven. Commerciële banking activiteiten Elke buitenlandse entiteit dekt het valutarisico van haar eigen commerciële activiteiten af in de lokale valuta. Activa en passiva komen daarmee overeen in termen van valuta. Gerealiseerde resultaten Elke buitenlandse entiteit dekt haar eigen gerealiseerde winsten in lokale valuta af. De afdeling Kapitaal Beheer dekt maandelijks het valutarisico van het niet-euro resultaat af. ING dekt de euro tegenwaarde van geprognotiseerde toekomstige niet-euro resultaten niet af. Valutatranslatie resultaten De strategie van ING is het beschermen van haar Tier-1 ratio tegen ongunstige wisselkoersfluctuaties. De bescherming hiervan is groten deels gerealiseerd door het uitgeven van Tier-1 papier in zowel Amerikaanse dollar als Engelse pond en het structureel innemen van posi ties in buitenlandse valuta. Het bewust innemen van posities in buitenlandse valuta is in het belang om het Tier-1 ratio te beschermen door een juiste verhouding te bewerkstelligen tussen het niet-euro kapitaal en de niet-euro activa naar het gewogen gemiddeld risico. De Amerikaanse dollar, Engelse pond, Poolse zloty, Australische dollar en Canadese dollar zijn de voornaamste valuta’s in dit verband. Met de aankoop van Oyak Bank is de Turkse lira toegevoegd aan de lijst van voornaamste valuta’s. De strategie voor de overige valuta’s is om het translatierisico in zijn geheel af te dekken. ING Groep Jaarverslag 2007
203
Eéndags risico ING Bank, voor de belangrijkste niet-handelsvaluta 2007
Buitenlandse beleggingen
2.644 –848 1.076 1.228 822 1.848 4.897 11.667
Amerikaanse dollar Engelse pond Poolse zloty Australische dollar Canadese dollar Turkse lira Overige valuta Totaal
Tier-1
Totale risico
Hedges
Netto positie
–3.630 –817
–483 1.635 –656 –136 –559
–4.447
–986 –1.665 1.076 1.228 822 1.848 4.897 7.220
–3.312 –3.511
–1.469 –30 420 1.092 263 1.848 1.585 3.709
Tier-1
Totale risico
Hedges
Netto positie
–2.883 –894
2.455 –1.938 938 1.124 1.048 974 1.380 5.981
–1.460 1.930 –523 –1.087 –123 –704 –1.335 –3.302
995 –8 415 37 925 270 45 2.679
Eéndags risico ING Bank, voor de belangrijkste niet-handelsvaluta 2006
Buitenlandse beleggingen
Amerikaanse dollar Engelse pond Poolse zloty Zuid Koreaanse won Australische dollar Canadese dollar Overige valuta Totaal
5.338 –1.044 938 1.124 1.048 974 1.380 9.758
–3.777
Buitenlandse beleggingen in Amerikaanse dollar zijn substantieel afgenomen als gevolg van het repatriëren van kapitaal uit de Verenigde Staten. De netto positie in Amerikaanse dollars is afgenomen in 2007 om twee redenen. Ten eerste door de uitgifte van 1.545 miljoen Tier-1 kapitaal genoteerd in Amerikaanse dollars. Ten tweede is de netto positie afgebouwd, als gevolg van het anticiperen op de afname van de risico gewogen activa genoteerd in Amerikaanse dollar onder de Basel II regelgeving (effectief per 1 januari 2008). De acquisitie van de Turkse Oyak Bank is afgerond in december 2007. Daardoor zijn de risico gewogen activa genoteerd in Turkse lira aanzienlijk toegenomen. De netto positie wordt aangehouden om de Tier-1 ratio te beschermen tegen valutaschommelingen van de Turkse lira. Het valutarisico in de banking boeken wordt gemeten met de Value-at-Risk-methode zoals toegelicht in het hoofdstuk over handelsrisico. De Value-at-Risk maatstaf voor valuta’s geeft, met een eenzijdig betrouwbaarheidsniveau van 99%, de maximale ééndagsverliezen die kunnen optreden als gevolg van veranderingen in valutakoersen. Geconsolideerde niet-handels-vreemde valuta VaR: ING Bank
Vreemde valuta VaR
2007
Laag 2006
2007
Hoog 2006
2007
Gemiddeld 2006
2007
Ultimo 2006
14
7
62
22
22
17
62
21
Gedurende 2007 is de vreemde valuta VaR voornamelijk om twee redenen toegenomen. Ten eerste resulteerde de koersbeweging van de Bank of Beijing in een waardetoename van EUR 1,6 miljard (genoteerd in Chinese yuan) en bijgevolg in een toename van de vreemde valuta VaR. Ten tweede resulteerde de acquisitie van de Turkse Oyak Bank in een significante Turkse lirapositie. Prijsrisico aandelen in de banking boeken Het prijsrisico op aandelen vloeit voort uit de mogelijkheid dat aandelenkoersen kunnen fluctueren. Dit heeft invloed op de waarde van de aan delen en andere instrumenten waarvan de prijs net zo beweegt als een bepaald aandeel, een mandje met aandelen of een aandelenindex. ING Bank houdt een tamelijk stabiele portefeuille aan met een substantiële aandelenpositie in de banking boeken. Deze bestaat voornamelijk uit de deelnemingen van EUR 2.010 miljoen (2006: EUR 1.223 miljoen) en de aandelen aangehouden in de beschikbaar-voor-verkoop porte feuille van EUR 3.627 miljoen (2006: EUR 1.898 miljoen). De waarde van de aandelen die worden aangehouden in de beschikbaar-voorverkoop portefeuille is direct verbonden aan de aandelenkoersen, met een eventuele toename/daling opgenomen in de herwaarderings reserve (behalve in het geval van een bijzondere waardevermindering). Tijdens het boekjaar 2007 schommelde de herwaarderingsreserve in verband met aandelen die worden aangehouden in de beschikbaar-voor-verkoop portefeuille tussen een laag bedrag van EUR 518 miljoen (2006: EUR 463 miljoen) en een hoog bedrag van EUR 2.580 miljoen (2006: EUR 641 miljoen). De deelnemingen worden gewaardeerd volgens de nettovermogenswaarde. Om die reden is de balanswaarde niet direct verbonden aan de aandeelkoersen.
ING Groep Jaarverslag 2007
204 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Risicobeheer (vervolg)
Prijsrisico vastgoed in de banking boeken Het prijsrisico op vastgoed vloeit voort uit de mogelijkheid dat vastgoedprijzen kunnen fluctueren. Dit heeft invloed op de waarde van vastgoedbezittingen en de winsten die met vastgoedactiviteiten samenhangen. ING Bank kent posities in drie verschillende categorieën vastgoed in de banking boeken. Ten eerste is een deel van de gebouwen waarin ING Bank gevestigd is, het eigendom van ING. Ten tweede heeft ING Bank een vastgoedontwikkelingsbedrijf, ING Real Estate Development, waarvan de resultaten samenhangen met de ontwikkelingen op de vastgoedmarkt, al is het wel beleid om de risico’s waar mogelijk te verminderen door vooraf verkoopovereenkomsten af te sluiten. Ten derde is ING Bank de grootste vastgoedbelegger ter wereld naar beheerd vermogen. Voor de meeste vastgoedfondsen heeft ING Bank aanloopkapitaal bijgedragen. Bij een daling van de vastgoedprijzen gaat behalve de waarde van dat aanloopkapitaal ook het niveau van voor externe klanten beheerd vermogen omlaag, wat dan weer leidt tot minder provisiebaten uit deze activiteiten. Alleen voor laatstgenoemde categorie hebben veranderingen in de vastgoedprijzen ook een direct effect op de gepubliceerde resultaten. ING BANK – LIQUIDITEITSRISICO Net als het marktrisico voor het bankbedrijf valt ook het liquiditeitsrisico onder het toezicht van de ALCO-functie binnen ING Bank, waarbij ALCO Bank als hoogste autoriteit voor goedkeuring fungeert. Definitie Liquiditeitsrisico is het risico dat ING Bank of een van haar dochterondernemingen niet op het gewenste moment tegen redelijke kosten aan haar financiële verplichtingen kan voldoen. Liquiditeitsrisico kan voortvloeien uit zowel de handels- als de banking-posities. Binnen ING Bank wordt het raamwerk voor liquiditeitsrisico geformuleerd door ALCO Bank, dat eindverantwoordelijk is voor liquiditeitsrisico. Dat raamwerk wordt top-down doorgevoerd in de organisatie onder verantwoordelijkheid van de regionale en lokale ALCO’s. De belangrijkste doelstelling van het liquiditeitsrisicoraamwerk van ING is het handhaven van voldoende liquiditeit om activiteiten goed en veilig te laten verlopen. Om die reden beschouwt ING het liquiditeitsrisico vanuit drie verschillende invalshoeken: structureel, tactisch en in tijden van crisis.
Structureel liquiditeitsrisico Het structurele liquiditeitsrisico betreft het risico dat vanuit een langetermijnperspectief bezien de structurele balans niet op het gewenste moment of tegen redelijke kosten kan worden gefinancierd. Bij het structurele liquiditeitsrisico worden de totale posities binnen en buiten balans bekeken vanuit het perspectief van structureel ALM beheer. Een werkgroep bestaande uit Corporate Market Risk Management, Capital Management en Financial Markets richt zich op liquiditeitsrisico-aspecten van de bedrijfsvoering op continuïteitsbasis. De werkgroep heeft als belangrijkste doel om het liquiditeitsprofiel gezond te houden, onder meer door: – – –
een goed gespreide mix van financieringsbronnen aan te houden wat betreft financiële producten, tegenpartijen, geografische markten en valuta; toegang tot de kapitaalmarkten actief te beheren door het regelmatig emitteren van schuldpapier in alle belangrijke markten en het onderhouden van relaties met investeerders; een brede portefeuille met goed verhandelbare activa aan te houden die kunnen worden ingezet om financieringen op basis van onderpand aan te trekken;
ING Groep Jaarverslag 2007
205
– –
een adequaat structurele liquiditeitsprofiel aan te houden, waarbij rekening wordt gehouden met de samenstelling van de activa en met de financieringsmogelijkheden van ING Bank al dan niet op basis van onderpand; een methode voor de funds transfer pricing te onderhouden waarin recht wordt gedaan aan de liquiditeitskosten van ING Bank zowel op basis van continuïteit als in tijden van crisis.
Tactisch liquiditeitsrisico Vanuit tactisch en kortetermijnperspectief wordt het liquiditeitsrisico dat voortvloeit uit de kortlopende positie in cash en collateral (kasstromen en onderpand) bezien. ALCO Bank heeft het dagelijkse liquiditeitsbeheer overgedragen aan Financial Markets Amsterdam, dat verantwoordelijk is voor de beheersing van de totale liquiditeitsrisicopositie van ING Bank, terwijl lokale en regionale afdelingen van Financial Markets zich bezighouden met het liquiditeitsbeheer voor hun eigen locatie en regio. Binnen Financial Markets ligt de nadruk hoofdzakelijk op zowel de dag positie in cash en collateral als deze positie gedurende de dag. Het is beleid om de dagelijkse financieringsbehoeften afdoende te spreiden. Met dat doel bewaakt de Treasury afdeling alle vervallende kasstromen, samen met verwachte veranderingen in de financieringseisen voor de kernactiviteiten. De liquiditeitsrisicobeheerfunctie is gedelegeerd aan CMRM, dat de verantwoordelijkheid draagt voor de stress testing van het liquiditeitsrisico alsmede voor de signalering, meting en bewaking van de liquiditeitsrisicopositie. Bij de meting en bewaking van de feitelijke liquiditeitspositie ligt de nadruk op de dagpositie in cash en collateral. Voor de stress testing worden de liquiditeitsrisicoposities berekend op basis van de rapportagevereisten inzake liquiditeitsrisico van De Nederlandsche Bank. Met dat doel worden de wekelijkse en maandelijkse liquiditeitsposities van ING Bank aan een stresstest onderworpen op basis van een scenario dat een mix is tussen een gebeurtenis in de markt en een ING-specifieke gebeurtenis. De resulterende liquiditeitsposities worden gecorrigeerd voor het aanwezige liquiditeitssurplus zowel op locaties waar kapitaaloverdracht gelimiteerd is als in niet inwisselbare valuta. Liquiditeitsrisico in tijden van crisis In dit onderdeel wordt de organisatie van het liquiditeitsbeheer in tijden van crisis geregeld. Binnen ING is een speciaal team verantwoor delijk voor het liquiditeitsbeheer bij een crisis. Dat crisisteam bestaat uit de CRO, de CFO, de hoofden van CMRM en Capital Management en alle hoofden van treasuries van zowel ING Bank als ING Verzekeringen. Binnen de hele organisatie van ING is het beleid om adequate en actuele crisisfinancieringsplannen klaar te hebben liggen. Het belangrijkste doel van ING’s financieringsplannen voor tijden van crisis is om het topmanagement in staat te stellen om op een effectieve en efficiënte manier te reageren in tijden van crises. Financieringsplannen voor tijden van crisis worden opgesteld om tijdelijke en langdurige verstoringen in liquiditeit op te vangen die worden veroorzaakt door algemene marktomstandigheden of door specifieke omstandigheden binnen ING. Op basis van deze plannen zijn alle taken en verant woordelijkheden duidelijk gedefinieerd en is alle benodigde managementinformatie beschikbaar. De financieringsplannen voor tijden van crisis worden regelmatig getest op lokaal en geconsolideerd niveau om daarmee het best voorbereid te zijn op potentiële liquiditeitsproblemen. ING VERZEKERINGEN ING is actief in een breed spectrum van leven- en schadeverzekeringsproducten. De risico’s die voortvloeien uit deze verzekeringsproducten hebben betrekking op de toereikendheid van de verzekeringspremies en de voorzieningen met betrekking tot verzekeringsverplichtingen en vermogenspositie alsmede de onzekerheid met betrekking tot het toekomstig rendement op investeringen van de verzekeringspremies. Risico’s worden als volgt onderverdeeld: actuarieel en verzekeringstechnisch risico, marktrisico, kredietrisico, bedrijfsrisico en operationeel risico. De verantwoordelijkheid voor het meten en beheersen van het kredietrisico en het operationeel risico ligt respectievelijk bij Corporate Credit Risk Management (CCRM) en Corporate Operational Information & Security Risk Management. Corporate Insurance Risk Management (CIRM) is verantwoordelijk voor het meten en beheersen van verzekeringsrisico (actuarieel en verzekeringstechnisch), bedrijfsrisico en marktrisico, en ziet er verder op toe dat in beleggingsmandaten afdoende wordt ingespeeld op het kredietportefeuillerisico. Bouwwerk risicobeheer Insurance Risk Management (IRM) van ING is op basis van functielijnen georganiseerd op drie niveaus van de organisatie: op groeps-, divisie- en bedrijfsonderdeel niveau. Als General Manager CIRM (Corporate IRM) staat de Chief Insurance Risk Officer (de Groep CIRO) aan het hoofd van die functie en rapporteert hij of zij direct aan de Groep CRO. Elke divisie en elk bedrijfsonderdeel heeft een vergelijk bare functie met aan het hoofd een Chief Insurance Risk Officer (CIRO divisie en bedrijfsonderdeel). Door deze gelaagde functionele aanpak is ING verzekerd van een consequente toepassing van richtlijnen en procedures, regelmatige rapportages en de juiste communi catie binnen het hele risicobeheer, alsmede de voortgaande steun aan de business. Het mandaat, de rol, de verantwoordelijkheden en de bevoegdheden van de diverse niveaus van de risicobeheerfunctie zijn duidelijk vastgelegd in een raamwerk voor risicobeheer van het verzekeringsbedrijf waaraan alle bedrijfsonderdelen en divisies zich te houden hebben. De risicobeheerfunctie van het verzekeringsbedrijf heeft als doel om samen met de business te werken aan een duurzaam concurrentie voordeel door het volledig integreren van risicobeheer in de tactische dagelijkse bedrijfsactiviteiten en de bredere bedrijfsstrategie van ING. Corporate Insurance Risk Management realiseert dit streven door vier kernactiviteiten. Ten eerste ziet CIRM erop toe dat producten en portefeuilles op de juiste manier worden gestructureerd, geaccepteerd, geprijsd, goedgekeurd en beheerd conform interne en externe richtlijnen. Ten tweede zorgt CIRM ervoor dat het risicoprofiel van ING Verzekeringen transparant is en goed wordt begrepen door het management, alsmede dat het risicoprofiel in overeenstemming is met gedelegeerde bevoegdheden op basis van een ‘geen verrassingen’ benadering van risicorapportage en -bewaking. In de derde plaats houdt CIRM in de gaten dat bij de ontwikkeling van de bedrijfs ING Groep Jaarverslag 2007
206 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Risicobeheer (vervolg)
strategie zowel risico als rendement afdoende worden meegewogen, bijvoorbeeld door tijdens het strategische planningsproces de planning en de allocatie van economisch kapitaal en limieten te ondersteunen. Tot slot kweekt CIRM begrip voor deze stappen bij de belanghebbenden van ING, waaronder de aandeelhouders, ratingbureaus, toezichthouders en polishouders. Beleid en instrumenten risicobeheer In nauwe samenwerking met de CIRO’s van de divisies heeft CIRM ten bate van adequaat risicobeheer diverse standaarden ontwikkeld waarmee richtlijnen en instrumenten voor het beheersen van de risico’s worden aangereikt. In beginsel zijn deze standaarden op principes gebaseerd, al zijn hierin ook de wettelijk verplichte vereisten verwerkt. De CIRO van het bedrijfsonderdeel dient aan de standaarden te voldoen. Een belangrijk uitgangspunt voor het risicobeheer is dat alle nieuwe producten correct worden ontworpen, geaccepteerd en geprijsd. Deze standaard maakt dan ook expliciet onderdeel uit van het Product Approval and Review Process (PARP) en omvat onder andere vereisten ten aanzien van risicoprofiel, traditionele en op waarde gerichte prijsstellingsmaatstaven en doelstellingen, en documentatie. Behalve op verze keringstechnisch en marktrisico hebben de vereisten ook betrekking op operationeel risico, juridisch en compliance-risico etc. Voor laatst genoemde risico’s werkt het IRM-netwerk nauw samen met de betreffende andere risico-afdelingen. In het PARP zijn tevens vereisten opgenomen voor de beoordeling van gevoeligheid voor veranderingen in de financiële markten en het verzekeringstechnisch risico (bijvoorbeeld sterfte, ontwikkeling schadeclaims), alsmede de beoordeling van de administratie en de boekhoudkundige verwerking van het product. Overige standaarden beschrijven onder meer de volgende zaken: kwartaalrapportages verzekeringstechnisch risico, ALM-procedures en rapportage, formulering actuariële en economische aannames, toereikendheidstoetsen en berekening en rapportage embedded value. ING Verzekeringen heeft gekozen voor een economisch kapitaal-benadering als een van de belangrijkste risicoberekeningsinstrumenten. De gekozen methode is vergelijkbaar met die van ING Bank. Een nadere beschrijving van dat economisch kapitaalmodel volgt hierna. In 2007 heeft ING Verzekeringen het op intranet gebaseerde ECAPS geïntroduceerd als economisch kapitaal-rapportagesysteem dat gebruik maakt van replicerende portefeuilletechnieken. Het ECAPS-systeem vormt een beheerste, automatische basis voor economisch kapitaal en risicorapportage en een sterk verbeterd marktrisicoanalyse-instrument voor bedrijfsonderdelen en voor de corporate rapportage. ECAPS is gebaseerd op innovatieve replicerende portefeuille-methoden; de verwachting is dat dit systeem de hoeksteen zal vormen van het interne model van CIRM voor reële waarde en solvabiliteit, inclusief de berekening van de kapitaaleisen na de introductie van Solvency II. Voor de verdere risicobeheersing hanteert ING Verzekeringen diverse limietstructuren. Voorbeelden zijn onder andere: – de Market Value at Risk (MVaR) limieten die het fundamentele raamwerk vormen voor de beheersing van de markt- en kredietrisico’s die voortvloeien uit de mismatch tussen activa en passiva van de verzekeringsactiviteiten; – concentratielimieten voor kredietrisico; – concentratielimieten voor sterfterisico; – bij het verzekeringstechnisch risico, limieten op het eigen behoud voor de blootstelling van ING aan rampen en sterfte, en – richtlijnen beleggen en derivaten. Meer informatie over een aantal van deze limieten is te vinden in de navolgende onderdelen. Toereikendheid van voorzieningen ING Corporate Insurance Risk Management (CIRM) houdt toezicht op en vaardigt instructies uit aan alle ING bedrijfsonderdelen teneinde zeker te stellen dat de verzekeringsverplichtingen (voorzieningen en kapitaal) worden getoetst op toereikendheid rekening houdend met premieniveaus en toekomstige beleggingen. Dat gebeurt aan de hand van een waardering van de verzekeringsverplichtingen op basis van de huidige actuariële ‘best estimate’ aannames plus een risicomarge. Op deze manier wordt zekergesteld dat de voorzieningen op basis van de huidige aannames toereikend zijn. Het beleid van ING ten aanzien van de toereikendheidstesten is beschreven in ‘Grondslagen voor de geconsolideerde balans en winst-enverliesrekening’. Eind 2007 (en per jaarultimo 2006) waren de voorzieningen voor alle levensverzekeringsactiviteiten van ING toereikend op basis van een betrouwbaarheidsinterval van 90%. Ook voor elk van de divisies, op basis van zelfstandigheid, waren de voorzieningen voor levensverzekeringen toereikend op basis van het 90% betrouwbaarheidsniveau. Alhoewel de voorzieningen van de divisie Insurance Asia/Pacific als geheel toereikend zijn per einde 2007, gebaseerd op een 90% betrouwbaarheidsniveau, is de voorziening in Taiwan ontoe reikend op een 90% betrouwbaarheidsniveau. Aan het eind van 2006 zorgde de ontoereikendheid van de voorzieningen in Taiwan er nog voor dat de voorzieningen van de divisie Insurance Asia/Pacific voor EUR 1 miljard ontoereikend waren. Taiwan Op 31 december 2007 is de mate van ontoereikendheid voor Taiwan EUR 1,5 miljard (2006: EUR 2,4 miljard) op basis van het 90% betrouwbaarheidsniveau op een totaal voorzieningenniveau (exclusief overlopende acquisitiekosten en VOBA) van EUR 11,1 miljard. Deze ontoereikendheid vloeit voort uit een aanzienlijk risico als gevolg van aanhoudend lage renteniveaus in Taiwan. Dit wordt veroorzaakt door langlopende rentegaranties van 6-8% in levens- en zorgverzekeringscontracten die tot 2001 door dit bedrijfsonderdeel werden verkocht. Deze langlopende rentegaranties en de verwachte toekomstige premiebetalingen op deze overeenkomsten (met een contante
ING Groep Jaarverslag 2007
207
waarde van ongeveer EUR 15 miljard) creëren een verplichting met een effectieve duratie van ongeveer 32 vergeleken met een duratie van ongeveer 11 van de beleggingen. ING is in 2002 gestopt met de verkoop van dergelijke garanties in haar Taiwanese levensverzekeringsbedrijf. De voorzieningen voor de contracten van na 2001 zijn toereikend op basis van een 90% betrouwbaarheidsinterval en compenseren ten dele de ontoereikende voorzieningen van de contracten tot 2001. Verder heeft ING de voorzieningen versterkt tot EUR 828 miljoen (2006: EUR 770 miljoen) voor dit risico en de interne kapitaalallocatie verhoogd. Het resultaat van toereikendheidstests voor Taiwan is onzeker van aard als gevolg van de uiteenlopende veronderstellingen die eraan ten grondslag liggen en het langetermijnkarakter van de verplichtingen. Het resultaat kan alleen betrouwbaar worden weergegeven in band breedtes die substantieel verschillen per periode. Het resultaat van deze test voor Taiwan is specifiek gevoelig voor veranderingen in de rente(-veronderstellingen). De toereikendheidstest op 31 december 2007 was gebaseerd op een huidige 10-jaars swap rente in Taiwan per 31 december 2007 van 2,68% (2006: 2,21%) met de veronderstelling dat deze rente op de lange termijn omhoog zal gaan naar 5,75% (2006: 5,75%). De toezichthouder in Taiwan staat momenteel toe om verliezen als gevolg van de lage rente te compenseren met het resultaat op sterfte waardoor geen sterftewinstdeling aan de polishouders wordt uitgekeerd. Dit is verwerkt in de toereikendheidstest. RISICOPROFIEL ING VERZEKERINGEN Economisch kapitaal ING Verzekeringen Het doel van het economisch kapitaalraamwerk is te komen tot een geavanceerd berekenings- en beheersingssysteem voor risico en kapitaal dat: – alle risico’s in de bedrijfsonderdelen bestrijkt en consequent op alle risico’s en bedrijfsonderdelen wordt toegepast; en dat – adequaat risico- en kapitaalbeheer vergemakkelijkt en stimuleert, waaronder ook de juiste prijsstelling van producten en gedegen kapitaalallocatiebeslissingen. Het economisch kapitaal-model van ING Verzekeringen wordt uitgebreid beschreven in het hoofdstuk Modeltoelichtingen en is gebaseerd op een 99,95% Value-at-risk-kader. Opgemerkt dient te worden dat de praktijken in de bedrijfstak rond economisch kapitaal nog steeds in ontwikkeling zijn en dat bovendien ook nog volop word gediscussieerd over de standaarden van Solvency II. Het valt dan ook te verwachten dat de modellen van ING Verzekeringen zich nog verder zullen uitontwikkelen. In Solvency II wordt op dit moment een 99,5% Value-at-risknorm voor interne modellen overwogen, wat een lagere risicodrempel inhoudt dan het model van ING. De in deze paragraaf weergegeven cijfers voor economisch kapitaal zijn gediversifieerd binnen ING Verzekeringen. ������������������� Onderstaande tabel geeft de samenstelling van het economisch kapitaal per risicocategorie, waarbij het diversificatievoordeel proportioneel verdeeld wordt over de risicotypes: Samenstelling economisch kapitaal per risicocategorie ING Verzekeringen (1)
Kredietrisico (inclusief transferrisico) Marktrisico Verzekeringstechnisch risico Niet-financieel risico (2) Totaal verzekeringsbedrijf (1) (2)
2007
2006
1.021 15.258 3.293 3.627 23.199
1.411 14.555 3.110 3.334 22.410
Exclusief eventuele belastingvoordelen in verband met verliezen onder nader gespecificeerde omstandigheden. Niet-financieel risico omvat zowel het operationeel risico als het bedrijfsrisico (kostenrisico en royementsrisico).
Totale diversificatie over deze typen risico’s bedroeg 31% in 2007 (31% in 2006). In het geheel genomen is het economisch kapitaal en het risicoprofiel stabiel gebleven in 2007. Het grootste deel van de stijging komt van model correcties en verfijningen en door de aankoop van een pensioen bedrijf in Latijns Amerika. Er is sprake geweest van tegen elkaar wegvallende wijzigingen in het risicoprofiel van de diverse divisies. Op het risicoprofiel van ING Verzekeringen als geheel had dit weinig invloed. Het kredietrisico is in 2007 vooral gedaald door verfijningen in het economisch kapitaal model voor kredietrisico. Marktrisico is voor ING Verzekeringen verreweg het belangrijkste risico, en dat bestaat uit zowel afdekbare als niet afdekbare risico’s.
ING Groep Jaarverslag 2007
208 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Risicobeheer (vervolg)
Onderstaande tabel geeft de samenstelling van het economisch kapitaal per divisie waarbij het diversificatievoordeel proportioneel verdeeld wordt over de divisies: Samenstelling economisch kapitaal per divisie ING Verzekeringen
Insurance Americas Insurance Asia/Pacific Insurance Europe Corporate Line (1) Totaal verzekeringsbedrijf
2007
2006
6.541 7.033 5.890 3.735 23.199
5.987 7.463 5.942 3.018 22.410
Tot Corporate Line worden de financieringsactiviteiten op het niveau van ING Verzekeringen gerekend, alsmede expliciete interne transacties tussen de bedrijfsonderdelen en Corporate Line (beheerd door Capital Management) en herverzekeringen op corporate niveau. De verantwoordelijkheid voor (en het risico van) vrije activa in de divisie waarvoor geen expliciete overdracht via een Corporate Line-transactie geldt, blijft op het niveau van het bedrijfsonderdeel.
(1)
Hoewel de cijfers boven per divisie getoond worden, vindt diversificatie plaats op bedrijfsonderdeelniveau. De totale diversificatie over de bedrijfsonderdelen en de Corporate Line van ING Verzekeringen bedraagt 33% voor 2007 (36% in 2006). De drie divisies nemen een ongeveer gelijk aandeel in het economisch kapitaal. Asia Pacific heeft het grootste aandeel vanwege signifi cante niet afdekbare rente- en invaliditeitsrisico’s in Taiwan. Het economisch kapitaal schommelde tussen 65%-75% van het totaal van Asia Pacific. Het economisch kapitaal in de divisies Americas en Europe wordt met name gedreven door rente risico, credit spread risico en aandelen risico. Het risico in de Corporate Line komt vooral door het valuta translatie risico, dat gelegen ligt in mogelijke verliezen op het marktwaarde surplus van bedrijfsonderdelen buiten de eurozone. De interne transactie met Taiwan draagt ook substantieel bij aan het Corporate Line risico met vooral rente- en valuta risico. ING VERZEKERINGEN – MARKTRISICO ING Verzekeringen loopt marktrisico in die mate waarin het marktwaarde surplus nadelig kan worden beïnvloed door financiële markt bewegingen, waaronder rentetarieven, aandelenkoersen, door de markt geïmpliceerde optie volatiliteit, vreemde valutakoersen en vastgoedprijzen. Prijsveranderingen in de financiële markten beïnvloeden niet alleen direct de marktwaarde van de huidige activaportefeuille en de afdekkingsderivaten van ING, maar ook de berekende marktwaarde van de verzekeringsverplichtingen van ING. De volgende tabel geeft de samenstelling van het economisch kapitaal per risicocategorie: Economisch kapitaal marktrisico’s verzekeringsbedrijf
Rente Credit spread Aandelen Vastgoed Impliciete volatiliteit Vreemde valuta Totaal
2007
2006
6.021 1.012 3.357 669 2.091 2.108 15.258
6.362 1.098 2.512 480 2.154 1.949 14.555
Rente- en aandelenrisico zijn de grootste marktrisico’s voor ING Verzekeringen. Renterisico’s zijn vooral significant in Taiwan, de Verenigde Staten en Europa. In alle gevallen leidt een dalende rente tot het grootste risico. Aandelenrisico bestaat uit directe en indirecte blootstelling. Directe blootstelling betreft het aanhouden van aandelen en is voor ING vooral van belang in Nederland. Indirecte blootstelling hangt samen met het mogelijke verlies op kostenvergoedingen bij beleggingsverzekeringen, variabele lijfrentes (variable annuities) en pensioenbedrijven in alle regio’s. Directe beleggingen in aandelen behelzen ongeveer 60%-70% van het aandelenrisico. De tabel laat een aan zienlijke stijging zien in aandelenrisico voor 2007, maar dit heeft vooral te maken met verbeterde modellering van het risico in 2007 en niet met materiële wijzigingen in feitelijke risicoposities. Credit spread risico heeft te maken met oplopende vergoedingen voor kredietrisico op vastrentende beleggingen. ING Verzekeringen past de marktwaarde van de verplichtingen niet aan voor de oplopende credit spreads. Vastgoed risico is vooral aanwezig in Nederland, en betreft grotendeels directe vastgoedbeleggingen. Impliciete volatiliteit is het risico dat het marktwaarde surplus afneemt door optieprijs bewegingen. In het algemeen is ING blootgesteld aan stijgingen in de impliciete volatiliteit omdat dan de aan klanten verstrekte garantie duurder wordt. Valutarisico in de bedrijfsonderdelen zelf is klein, dus het risico is vooral gerelateerd aan het naar euro’s vertaalde markt waarde surplus van bedrijfsonderdelen buiten de eurozone. ING heeft limieten op de Market Value-at-Risk (MVaR) ingevoerd om de markt- en kredietrisico’s te beheersen die voortvloeien uit onze internationale verzekeringsactiviteiten. ALCO Insurance bepaalt elk jaar een totale MVaR-limiet voor ING Groep Verzekeringen en subli mieten voor iedere divisie, die uiteindelijk weer worden toegewezen aan de bedrijfsonderdelen. De MVaR-limiet wordt bepaald in overeen
ING Groep Jaarverslag 2007
209
stemming met onze maatstaf voor economisch kapitaal, namelijk op basis van een betrouwbaarheidsniveau van 99,95% met een éénjarige tijdshorizon. Deze limieten worden beheerst door ALCO Insurance op het betreffende organisatieniveau. Dat wil zeggen dat ALCO van ING Groep de totale limiet bepaalt en erop toeziet dat de Groep binnen de limiet blijft, en verder de sublimieten alloceert aan de divisies, met dezelfde rolverdeling voor de ALCO’s van de divisies en de bedrijfsonderdelen. Limietoverschrijdingen door de divisies worden gerapporteerd aan ALCO van ING Groep en binnen het volgende kwartaal verholpen volgens ING Groep-beleid. Corporate Insurance Risk Management (CIRM) consolideert en houdt toezicht op de MVaR omvang van de divisies inclusief de diversificatie effecten op kwartaalbasis. In 2007 en 2006 waren er geen limietoverschrijdingen van de MVaR-limiet van ING Verzekeringen. In aanvulling op economisch kapitaal, dat gebaseerd is op een analyse van de marktwaarde, berekent ING Verzekeringen risico ook op basis van boekhoudkundige resultaten. In het bijzonder meet ING Verzekeringen met behulp van scenarioanalyse de potentiële gevoelig heid van de resultaten voor belasting van de verzekeringsactiviteiten op basis van een toename/afname van diverse risicofactoren in een volledig jaar. Deze resultaatgevoeligheden vormen de input voor de Earnings-at-Risk (maatstaf van ING Groep, waar deze gevoeligheden volledig gediversifieerd worden met ING Bank). Wel dienen de onderliggende resultaatgevoeligheden afzonderlijk te worden geïnterpre teerd, omdat ING er niet vanuit gaat dat alle scenario’s zich op hetzelfde moment zullen voordoen. Resultaatgevoeligheden worden gedefinieerd als het effect van veranderingen op basis van een betrouwbaarheidsinterval van 90% op de boekhoudkundige winst vóór belastingen, gerekend over één jaar vanaf de berekeningsdatum. De onderstaande tabel verschaft daarom resultaatgevoeligheden na veranderingen op basis van een betrouwbaarheidsinterval van 90% die met onmiddellijke ingang plaatsvinden en aanhouden tot en met 31 december 2008. Resultaatgevoeligheden marktrisico’s verzekeringsbedrijf
Rente (1% omhoog) Rente (1% omlaag) Aandelen (15% omlaag) Vastgoed (8% omlaag) Vreemde valuta (10% slechtste geval)
2007
2006
–161 125 –613 –570 –338
–166 172 –262 –553 –359
Opmerking: De tabel boven laat op het eerste gezicht vergelijkbare gevoeligheden zien als de risicoparagraaf van 2006, maar de cijfers stellen toch andere gevoeligheden voor dan in 2006. Meer in het bijzonder, de cijfers stellen volledig vooruitkijkende gevoeligheden voor over twaalf maanden, zijn bepaald met andere percentages voor de gevoeligheden, en zijn voor belasting. Bovendien zijn de rentegevoeligheden voor 2006 en 2007 bepaald met de gewijzigde beleidsregel dat nu de toereikendheid van voorzieningen op divisieniveau wordt geëvalueerd.
De tabel hierboven laat getallen zien voor diversificatie tussen risico’s. Voor renterisico’s presenteren we het effect van een parallelle verschuiving van de rentecurve van 1% over alle regio’s en nemen dan de som. Voor de bedrijfsonderdelen in Japan en Taiwan passen we een parallelle verschuiving van 0,5% toe, aangezien zij opereren in een omgeving met een lage rente. Valutarisico behelst de som van lokale valuta alsmede valutatranslatie risico voor resultaten van bedrijfsonderdelen buiten de eurozone. De tabel laat zien dat vastgoedfluctuaties relatief grote invloed hebben op de resultaten, aangezien alle prijsvolatiliteit van vastgoed beleggingen volledig in het resultaat terecht komt. Veranderingen in rente en aandelen hebben normaal gesproken minder invloed op de resultaten dan op het eigen vermogen en het marktwaarde surplus, gegeven de huidige boekhoudregels. De resultaatgevoelig heden laten overigens wel de invloed zien van de asymmetrische boekhoudregels, waarbij afdekposities op marktwaarde door het resultaat lopen en de verzekeringsverplichting niet. De toename van de resultaatgevoeligheid van de 15% aandelendaling heeft vooral te maken met de volgende vier factoren: – mogelijke afwaardering op individuele aandelen; – verbeterde modellering van de invloed op DAC/VOBA voor bedrijfsonderdelen in de Verenigde Staten; – verfijnde modellering van de resultaatgevoeligheid van afdekprogramma’s in Japan voor het SPVA product; – dit alles wordt gecompenseerd door de marktwaarde verandering van de put opties die door door Corporate Line verzekeringen worden aangehouden. ING VERZEKERINGEN – VERZEKERINGSTECHNISCH RISICO Algemeen Actuariële en verzekeringstechnische risico’s zijn risico’s zoals sterfte, langleven, invaliditeit, ongunstige schadeontwikkelingen bij auto- of woonverzekeringen etc. die voortkomen uit de prijsstelling en acceptatie van de verzekeringscontracten. Deze risico’s kunnen over het algemeen niet direct op de financiële markten worden afgedekt en worden veelal gediversifieerd over grote portefeuilles. Zij worden derhalve hoofdzakelijk beheerst op contractniveau door standaard verzekeringsacceptatie, productontwikkelingseisen zoals opgesteld door de ING Insurance Risk Management functie, onafhankelijke goedkeuringsprocedures van nieuwe producten en risicobeperkingen met betrekking tot de voorwaarden in de verzekeringspolissen overeengekomen met de klanten.
ING Groep Jaarverslag 2007
210 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Risicobeheer (vervolg)
Berekening Niet gediversifieerde portefeuillerisico’s worden voornamelijk beheerst aan de hand van concentratie- en positielimieten naast her verzekering en/of securitisatie. Limieten en risicotolerantie voor de totale portefeuille worden bepaald aan de hand van potentiële verliezen als gevolg van verzekeringsclaims in de ING verzekeringsportefeuilles, die jaarlijks worden vastgesteld door de Raad van Bestuur. ING Groep heeft actuariële en verzekeringstechnische risicotoleranties vastgesteld voor specifieke terreinen van haar verzekeringsactiviteiten, zoals hierna beschreven. Voor de schadeverzekeringen worden de risicotoleranties vastgesteld per verzekeringstype voor catastrofes (bijvoorbeeld natuurgeweld zoals stormen, aardbevingen en overstromingen) en per individueel risico. Voor de belangrijkste schadebedrijven (in Benelux, Canada en Mexico) is de risicotolerantie vastgesteld op 2,5% van het resultaat ING Groep na belastingen. Voor 2007 komt dit overeen met een norm van EUR 235 miljoen (2006: EUR 190 miljoen). De totale risicotolerantie voor gebeurtenissen is uitgesplitst naar aparte risicotolerantieniveaus voor Mexico enerzijds en voor Benelux anderzijds (elk EUR 235 miljoen in 2007). Voor Canada is de risicotolerantie vóór belastingen vastgesteld op EUR 214 miljoen (afgeleid van de hierboven genoemde EUR 235 miljoen maar gecorrigeerd voor minderheidsbelangen) (2006: EUR 169 miljoen). Op motor- en autoschadeverzekeringen was een sublimiet van EUR 10 miljoen van toepassing (2006: EUR 7,5 miljoen). Voor de bepaling van de omvang van de benodigde herverzekeringen in de regio’s worden deze risicotolerantieniveaus afgezet tegen het geschatte maximaal waarschijnlijke verlies als gevolg van catastrofes met een terugkeerperiode van 250 jaar, wat overeenkomt met normale praktijk in de bedrijfstak. Het maximaal geschatte waarschijnlijke verlies is gebaseerd op in de bedrijfstak geaccepteerde modellen voor het beoordelen van de risico’s. Voor de kleinere schadebedrijven van ING was voor 2007 de risicotolerantie per gebeurtenis per bedrijfsonderdeel vastgesteld op EUR 5 miljoen (2006: EUR 5 miljoen) vóór belastingen. Met betrekking tot levensverzekeringsbedrijven is de risicotolerantie voor sterfte risico van ING Groep voor 2007 vastgesteld op EUR 22 miljoen (2006: EUR 22 miljoen) per verzekerd leven. Een portefeuille van levensverzekeringsrisico’s is van nature gediversifieerd omdat elk leven een apart risico vormt. Collectieve contracten kunnen echter resulteren in een grote risicoconcentratie. Voor gebeurtenissen waarbij meerdere levens betrokken zijn, heeft ING zelf een beoordeling gemaakt en is tot de conclusie gekomen dat mogelijke verliezen ten gevolge van een significante gebeurtenis op het gebied van sterfte (door bijvoorbeeld concentratierisico) niet hoger zullen zijn dan de risicotolerantie voor 2007 van EUR 750 miljoen vóór belasting (2006: EUR 750 miljoen). ING modelleert de mogelijke gevolgen van epidemieën op basis van onderzoek door internationale instanties. Het totaal van verzekeringsrisico’s en concentraties daarin wordt binnen de gegeven limieten en risicotolerantieniveaus actief beheerd met behulp van herverzekering door goedgekeurde herverzekeraars die voldoen aan de kredieteisen van ING Group. Met name voor de schade verzekeringsportefeuilles koopt ING bescherming waardoor het risico door natuurrampen aanzienlijk wordt verkleind. ING is van mening dat de door haar gelopen kredietrisico’s voortvloeiende uit herverzekeringscontracten minimaal zijn, waarbij de posities worden beperkt en regelmatig worden bewaakt door ons kredietrisicobeleid voor herverzekeren. Waar het extreme verliezen als gevolg van gebeurtenissen als terrorisme betreft, stelt ING zich op het standpunt dat het niet mogelijk is een bedrijfsmodel te maken waarbij met deze gebeurtenissen in een verzekering op betrouwbare wijze rekening kan worden gehouden. De zeer hoge onzekerheid over zowel de frequentie als de hoogte van dergelijke gebeurtenissen maakt ze naar de mening van ING onverzekerbaar. Voor onze schadebedrijven geldt dat deze verliezen niet zijn gedekt, tenzij wettelijk vereist. In sommige landen worden de risico’s van terrorisme voor de individuele verzekeraars verkleind (maar blijft wel bestaan) door middel van pooling binnen de bedrijfstak. In die gevallen participeert ING in de pool. De navolgende tabel geeft een overzicht van het economisch kapitaal voor verzekeringstechnische risico’s, onderverdeeld naar sterfterisico, invaliditeitsrisico en met schadeproducten samenhangend risico: Economisch kapitaal verzekeringstechnische risico’s
Sterfte Invaliditeit Schade Totaal
2007
2006
803 2.141 349 3.293
738 2.116 256 3.110
Het grootste risico is invaliditeitsrisico, en dit is, vooral in Taiwan, het risico dat toekomstige ziekte- en invaliditeitsuitkeringen de huidige beste actuariële schatting overstijgen. In Taiwan heeft ING nog de erfenis van een portefeuille met ziekte- en invaliditeitsdekkingen als bijproduct met gegarandeerde premies op dekkingen met een duur van 30-60 jaar in de toekomst. Sterfterisico heeft te maken met een mogelijk stijgend (kort leven risico) of dalend (lang leven risico) aantal overlijdensgevallen. Sterfterisico kan zich manifesteren met mogelijke rampen en door wijzigingen in de sterftekansen op de lange termijn. Zoals gezegd beheerst ING schaderisico via limieten en externe herverzekering. Schaderisico komt vooral voor in Canada, Mexico en Benelux. De toename in economisch kapitaal voor schade wordt vooral veroorzaakt door verbetering van het correlatiemodel binnen de schaderisico’s en niet door toegenomen risicoposities. ING Groep Jaarverslag 2007
211
Met behulp van scenarioanalyses meet ING Verzekeringen de gevoeligheid van de resultaten voor belasting van de verzekeringsactivi teiten als gevolg van een stijging of daling van de belangrijke risicofactoren bij verzekeringen gedurende een periode van één jaar. De veranderingen in de resultaten kunnen betrekking hebben op gerealiseerde claims of enige andere resultaatpost die wordt beïnvloed door de verandering van deze factoren. ING gaat er niet vanuit dat al deze veranderingen in risicofactoren gelijktijdig plaatsvinden in alle bedrijfsonderdelen. Resultaatgevoeligheden worden gedefinieerd als het effect van veranderingen op basis van een betrouwbaarheidsinterval van 90% op de boekhoudkundige winst vóór belastingen, gerekend over één jaar vanaf de berekeningsdatum. De tabel beneden verschaft daarom resultaatgevoeligheden na veranderingen op basis van een betrouwbaarheidsinterval van 90% die met onmiddellijke ingang plaats vinden en aanhouden tot en met 31 december 2008. Resultaatgevoeligheden verzekeringstechnische risico’s
Sterfte Invaliditeit Schade
2007
2006
–54 –124 –132
–60 –147 –107
De tabel boven laat getallen zien na diversificatie tussen verzekerings-risico’s en na diversificatie tussen de bedrijfsonderdelen van ING Verzekeringen. De diversificatie is consistent met de diversificatie gebruikt in the Earnings-at-Risk berekeningen. De grootste resultaatgevoeligheid betreft ziekte- en/of invaliditeitsuitkeringen in Nederland, Griekenland en Azië, en schade-uitkeringen in de Benelux, Canada, en Mexico. De toename van de resultaatgevoeligheid voor schade wordt vooral veroorzaakt door verbetering van het correlatiemodel binnen de schaderisico’s in Canada. ING VERZEKERINGEN – KREDIETRISICO Op de kredietrisico’s binnen ING Verzekeringen zijn dezelfde uitgangspunten, hetzelfde beleid, dezelfde definities en berekeningen van toepassing als op die voor het bankbedrijf. De kredietrisico’s worden gemeten en bewaakt door Corporate Credit Risk Management (CCRM) en door lokale kredietrisicobeheerders op de diverse locaties waar binnen ING Verzekeringen en ING Investment Management kredietrisico wordt gelopen. De doelstelling binnen het verzekeringsbedrijf is een laag risico en een goed gediversifieerde portefeuille aan te houden, die marktconforme maatstaven haalt of overtreft. ING Verzekeringen loopt kredietrisico door het beleggen van verzekeringspremies in activa die gevoelig zijn voor kredietrisico, voornamelijk investeringen in ongedekte obligaties en in mindere mate ook particuliere hypotheken en Structured Finance-producten. Kredietrisico vloeit ook voort uit derivaten, ‘repo ‘ en ‘reverse repo’ transacties, het lenen en uitlenen van effecten en uit herverzekeringscontracten voor het afdekken van de portefeuille. ING Verzekeringen streeft naar een hoge kredietwaardigheid van de beleggingsportefeuille. De totale kredietrisicolimieten worden bepaald en in beleggingsmandaten geïntegreerd door ALCO Insurance op basis van vermogens- of beleggingscategorie en rating-niveau. Individuele kredietlimieten worden vastgesteld op basis van de rating van de debiteur. Deze limieten worden beheerd in de regio waar de moedermaatschappij is gevestigd, maar kunnen in voorkomende gevallen worden toegerekend aan lokale of regioportefeuilles. Daarnaast heeft elk verzekeringsbedrijf één of meer beleggingsmandaten waarbij de kredietrisicotolerantie wordt gespecificeerd naar emittent, soort en kwaliteit. De kredietrisicorubricering van emittenten, debiteuren en tegenpartijen binnen de kredietrisicoportefeuilles van het verzekeringsbedrijf wordt steeds verder afgestemd op de methodiek die voor het bankbedrijf wordt gehanteerd. Net als ING Bank maakt ING Verzekeringen gebruik van risicoklassen die zijn gebaseerd op de kans op in gebreke blijven van de emittent, debiteur of tegenpartij. Deze ratings zijn bepaald op basis van de kwaliteit van de kredietwaardigheid van de emittent, variërend van beleggingsklasse tot probleemklasse uitgedrukt in Standard & Poor’s equivalenten.
ING Groep Jaarverslag 2007
212 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Risicobeheer (vervolg)
Risicoklassen: portefeuille ING Verzekeringen portefeuille, in % van de totaal uitstaande bedragen (1) Insurance Americas 2007 2006
1 (AAA) 2-4 (AA) 5-7 (A) 8-10 (BBB) 11-13 (BB) 14-16 (B) 17-22 (CCC & Probleemleningen) (1)
27,9% 18,5% 22,3% 18,4% 2,9% 5,0% 5,0% 100,0%
26,9% 21,8% 20,0% 19,7% 7,0% 4,6% 0,0% 100,0%
Insurance Europe 2007 2006
28,8% 26,9% 21,7% 11,1% 10,0% 1,0% 0,5% 100,0%
27,8% 19,8% 20,5% 14,6% 15,7% 1,2% 0,4% 100,0%
Insurance Asia/Pacific 2007 2006
10,7% 37,3% 32,8% 6,9% 3,4% 6,1% 2,8% 100,0%
12,1% 33,4% 32,4% 7,9% 4,1% 10,1% 0,0% 100,0%
Totaal ING Verzekeringen 2007 2006
25,5% 24,6% 23,8% 13,9% 5,5% 3,7% 3,0% 100,0%
25,1% 22,6% 22,0% 15,8% 10,3% 4,0% 0,2% 100,0%
De tabel brengt tot uitdrukking wat de kans is dat leningen oninbaar worden. Mogelijk onderpand wordt hierbij buiten beschouwing gelaten.
De toename in de categorie CCC & Probleemleningen en investeringen is het directe gevolg van een verandering in de procedure voor investeringen die noch een interne, noch een externe rating hebben. Dit is vaak het geval voor aandelenbeleggingen, investeringen in mutual funds en herverzekeringsovereenkomsten. Voorheen kregen deze activa een 13-rating (BB-). Echter, volgens het beleid van ING Groep om activa zonder rating gelijk te behandelen zoals binnen ING Bank, krijgen deze activa nu een 17-rating (CCC). Als gevolg van de verkoop van Nationale Nederlanden Hypotheek Bedrijf (NNHB, particuliere hypotheken) aan ING Bank, en als gevolg van de verkoop van onderdelen van de Belgische verzekeringsactiviteiten, was er een overeenkomstige verbetering in de kredietwaardigheid van Insurance Europe investeringen; de categorieën BBB en BB zijn gedaald. Risicoconcentratie: portefeuille ING Verzekeringen, per economische sector (1) Insurance Americas 2007 2006
Bouw, infrastructuur en onroerend goed Financiële instellingen Privépersonen Overheid en semi-overheid Dienstensector Voedingsmiddelenindustrie Natuurlijke grondstoffen Overig
9,3% 63,5% 3,5% 2,5% 4,0% 1,9% 3,5% 11,8% 100,0%
9,9% 61,0% 3,4% 3,4% 4,0% 1,9% 3,3% 13,1% 100,0%
Insurance Europe 2007 2006
2,3% 28,0% 13,9% 36,8% 1,4% 4,1% 1,1% 12,4% 100,0%
2,4% 25,4% 22,1% 33,4% 1,7% 3,8% 0,9% 10,3% 100,0%
Insurance Asia/Pacific 2007 2006
2,5% 33,0% 7,8% 41,3% 2,9% 0,6% 1,4% 10,5% 100,0%
2,2% 29,9% 9,1% 40,0% 3,0% 0,7% 0,7% 14,4% 100,0%
Totaal ING Verzekeringen 2007 2006
5,7% 45,7% 7,9% 21,2% 2,9% 2,5% 2,3% 11,8% 100,0%
5,6% 41,3% 12,1% 21,4% 2,9% 2,5% 1,9% 12,3% 100,0%
Het aandeel Privé-personen in Europa is gedaald door de verkoop van Nationale Nederlanden Hypotheek Bedrijf (NNHB, particuliere hypotheken) aan ING Bank. Er waren geen andere verschuivingen van belang. Alle niet in de bovenstaande tabel genoemde economische sectoren vertegenwoordigen minder dan 2% van de portefeuille. Grootste economische risico’s: portefeuille ING Verzekeringen per land (1) bedragen in miljarden euro’s Verenigde Staten Nederland Taiwan Italië Frankrijk Duitsland Zuid Korea Canada Verenigd Koninkrijk (1)
Insurance Americas 2007 2006
Insurance Europe 2007 2006
56,2 0,7
57,4 0,7
1,7 22,0
2,0 34,2
0,3 0,4 0,3 0,1 6,0 1,9
0,3 0,4 0,2
6,4 5,9 6,1
7,5 5,6 6,6
6,3 1,6
0,1 3,1
0,3 3,6
Insurance Asia/Pacific 2007 2006
2,3 0,3 7,3 0,2 0,5 0,3 6,6
2,3 0,5 6,9 0,1 0,5 0,3 5,4
0,4
0,3
Totaal ING Verzekeringen 2007 2006
60,2 23,0 7,3 6,9 6,8 6,7 6,7 6,1 5,4
Heeft uitsluitend betrekking op risico’s > EUR 5 miljard, inclusief intercompany risico’s met ING Bank.
De portefeuille in Nederland daalde voornamelijk door de verkoop van Nationale Nederlanden Hypotheek Bedrijf (NNHB, particuliere hypotheken) aan ING Bank. De daling in Italië houdt verband met een reductie van ING’s positie in staatsleningen. Totaal economisch kredietrisico op Spanje bedroeg EUR 5,2 miljard in 2006, maar is in 2007 tot onder de EUR 5 miljard gedaald. Er waren geen andere verschuivingen van belang.
ING Groep Jaarverslag 2007
61,7 35,4 6,9 7,9 6,5 7,1 5,4 6,6 5,5
213
COMPLIANCE-RISICO EN OPERATIONEEL RISICO ING is van mening dat goed compliance-beheer in het belang is van haar klanten, aandeelhouders en medewerkers en essentieel is voor de manier waarop ING zakendoet. In aanvulling hierop leidt effectief toezicht en beheersing van operationele risico’s tot stabielere bedrijfsprocessen en lagere operationele risicokosten. Integer handelen en zodanig ING’s reputatie behouden is van het grootste belang. Het naleven van relevante regelgeving en ethische en interne normen, zowel naar de letter als naar de geest, is een voorwaarde hiervoor. Reputatierisico is gedefinieerd als de huidige en toekomstige invloed van negatieve publiciteit op opbrengsten en kapitaal. Dit kan de mogelijkheid op nieuwe relaties of diensten of de relatie met bestaande klanten beïnvloeden. Dit risico kan een bedrijf blootstellen aan rechtszaken, financiële verliezen of daling van consumentenvertrouwen. Het beheersen van reputatierisico’s is een essentieel onderdeel van ING’s bedrijfsstrategie, rekening houdend met alle belanghebbenden wier beeld van ING de reputatie van ING bepaalt. Risico’s of onzekerheden, zowel positief als negatief, worden zorgvuldig beheerd omdat reputatierisico niet gescheiden bekeken moet worden, alle risico’s kunnen de reputatie beïnvloeden. Binnen ING draait alles om mensen en vertrouwen. De Raad van Bestuur en het senior management hebben een duidelijke visie op reputatie-management die de compliance-functie ver voorbij gaat. Zij vormen de stuwende kracht achter de verwezenlijking van die visie. Ter bescherming van haar reputatie verwacht ING derhalve van alle medewerkers onberispelijk persoonlijk gedrag en de hoogste mate van integriteit. COMPLIANCE-RISICO Compliance-risico wordt gedefinieerd als het risico dat de reputatie van ING wordt aangetast, doordat toepasselijke wet- en regelgeving, intern beleid en procedures en ethische standaarden niet worden nageleefd. Wanneer een financiële instelling compliance-risico niet effectief beheerst kan dit naast reputatieschade ook andere consequenties hebben, zoals (bestuurlijke) boetes, strafmaatregelen, schade vergoedingen, gerechtelijke bevelen en opschorting of intrekking van vergunningen. Het (schijnbaar) niet naleven van deze regels kan nadelige effecten hebben voor klanten, medewerkers en aandeelhouders van ING. Compliance-management vormt de basis voor het creëren van waarde. ING zet zich in voor duurzaam en verantwoord ondernemen wat alleen mogelijk is als zakelijke beslissingen onlosmakelijk zijn verbonden aan de ING Business Principles die een hoge bedrijfsethiek reflec teren. Deze principes zijn niet alleen een afspiegeling van wet- en regelgeving maar bouwen tevens voort op de kernwaarden van ING: integriteit, ondernemerschap, professionaliteit, responsiviteit en samenwerking. Duidelijk en toegankelijk beleid en procedures zijn verankerd in de bedrijfsprocessen van ING in alle divisies. Dankzij een goede com pliance-infrastructuur kan het management lopende en opkomende compliance kwesties traceren en hierover met interne en externe stakeholders communiceren. Een uitgebreid systeem van interne beheersing en controle zorgt ervoor dat compliance-risico steeds beter beheerst wordt. ING is ervan doordrongen dat effectief compliance management staat of valt met inzicht in en voldoen aan de ver wachtingen van klanten en andere stakeholders. Hierdoor vormen eerlijkheid, integriteit en betrouwbaarheid de fundamenten van relaties, die van belang zijn voor ING. De reikwijdte van de compliance-functie Compliance richt zich op ’management van risico’s die voortvloeien uit de wet- en regelgeving en standaarden die specifiek samenhangen met de sector financiële dienstverlening, die worden uitgevaardigd door de wetgever en toezichthouder en die relevant zijn voor de divisies van ING, dan wel voor ING Group Compliance. Compliance vervult een actieve scholings- en ondersteunende functie bij de aanpak van witwaspraktijken, Counter-Terrorist Financing, beheersing van belangenverstrengelingen, verkoop- en handelsgedrag en klantenbelangen en -bescherming. De volgende compliance-risico’s zijn gedefinieerd en aangemerkt als bijzondere aandachtsgebieden: – Klantgerelateerde integriteitsrisico’s (waaronder ook financieel-economische criminaliteit): het witwassen van geld, het financieren van terroristen, andere externe misdrijven en fraude. Volgen van de Due Diligence-processen van klanten en derden en de bewaking van zakelijke transacties spelen een belangrijke rol in de beheersing van deze risico’s. – Integriteitsrisico’s die voortvloeien uit het gedrag van personen, zoals marktmanipulatie en handel met voorkennis. De beheersing van deze risico’s wordt gedragen door de business principles en de (lokale) gedragscodes en specifieke beleidslijnen inzake externe functies van functionarissen van ING en financiële prikkels (waaronder ook geschenken en entertainment). – Integriteitsrisico’s gerelateerd aan financiële dienstverleningsactiviteiten, waarbij de nadruk vooral ligt op marketing-, verkoop- en handelsgedrag, gedrag bij adviesactiviteiten, transparantie van het productaanbod, belangen en bescherming van klanten. Voor de beheersing van deze risico’s hanteert ING duidelijke procedures voor de afhandeling van klachten, zijn er interne standaarden voor de goedkeuring van nieuwe producten en de evaluatie van bestaande producten zowel als beleid voor gegevensbescherming en privacy. – Integriteitsrisico’s gerelateerd aan het gedrag van de organisatie, zoals belangenverstrengeling, kartelvorming en relaties met derden en tussenpersonen. ING heeft maatregelen genomen om dit risico te beheersen, waaronder beleid en procedures tegen belangen verstrengelingen zoals Chinese Walls, registratievereisten van de toezichthouder, beleid inzake outsourcing en fusies en overnames, alsmede Due Diligence-processen.
ING Groep Jaarverslag 2007
214 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Risicobeheer (vervolg)
ING heeft een klokkenluidersregeling die medewerkers aanmoedigt melding te maken van (een vermoeden van) eventuele schendingen van externe regelgeving of intern beleid of de Business Principles. Onder de ING Klokkenluidersregeling genieten medewerkers bescherming als zij misstanden aankaarten. De internationale activiteiten van ING bestrijken de hele wereld en ING heeft dochterondernemingen en vestigingen in een groot aantal landen. De wet- en regelgeving en de zakelijke en commerciële behoeften die Compliance bepalen, verschillen hierdoor binnen ING, per divisie. De Compliance-organisatie De Chief Compliance Officer (Group Compliance) rapporteert direct aan de CRO en is verantwoordelijk voor de ontwikkeling en inrichting van het Groepsbrede compliance-beleid. Daarnaast stelt de Chief Compliance Officer minimumstandaarden voor Compliance op (en/of keurt deze goed) en assisteert en ondersteunt de Raad van Bestuur bij de beheersing van de compliance-risico’s van ING. Compliance is georganiseerd op basis van functionele rapportagelijnen. De Compliance-organisatie bestaat uit Corporate Compliance en Compliance op het niveau van bedrijfsonderdelen. Corporate Compliance is verantwoordelijk voor het ontwikkelen en communiceren van informatie over het internationale compliance-framework van ING, beleid en richtlijnen voor de belangrijkste gebieden van compliance-risico en advisering van Compliance-medewerkers op het niveau van de bedrijfsonderdelen over beleidszaken die op Groepsniveau spelen. ING gebruikt een gelaagde, functionele aanpak binnen Compliance op bedrijsonderdeel niveau, waardoor het Groepsbrede compliancebeleid, de minimumstandaarden en het compliance-framework systematisch en consequent worden geïmplementeerd. De lokale Com pliance Officer ondersteunt het lokale management bij de beheersing van compliance-risico’s binnen dat bedrijfsonderdeel. De Compliance Officer op regio- of divisieniveau heeft daarnaast een toezichthoudende rol in het compliance-risicobeheerproces. Hij of zij verzorgt de leiding van en het toezicht op alle functionele activiteiten van de Compliance Officers die onder zijn of haar regio of divisie ressorteren. De Compliance Officer van de business line doet hetzelfde voor zijn of haar business line en geeft daarnaast leiding en algehele richting aan de Compliance Officers op regio- en divisieniveau. Om eventuele belangenverstrengelingen te voorkomen is het van groot belang dat de Compliance Officer onpartijdig en objectief compliance-advies kan geven aan het management van het bedrijfsonderdeel, de regio, divisie of business line. Ter verzekering van die onpartijdigheid en objectiviteit is sprake van een sterke functionele rapportagelijn naar de naasthogere Compliance Officer. Die functionele rapportagelijn gaat gepaard met duidelijk afgebakende verantwoordelijkheden inzake objectieve bezoldiging, performance-management en de benoeming van nieuwe Compliance-medewerkers. Beleid voor compliance-management en -instrumenten Tot de verantwoordelijkheden van de Compliance-functie behoort het proactief: – signaleren, beoordelen en monitoren van de compliance-risico’s waarmee ING zich geconfronteerd ziet; – assisteren, ondersteunen en adviseren van het management bij het voldoen aan de compliance-verantwoordelijkheden; – adviseren van medewerkers over (persoonlijke) compliance verplichtingen. Voor solide compliance-management heeft Corporate Compliance in nauwe samenwerking met de Compliance-functie in de business lines en de bedrijfsonderdelen beleid, processen en instrumenten ontwikkelt ter ondersteuning van de beheersing van compliancerisico’s. Deze verzameling processen en instrumenten voor compliance-beheer bestaat uit de volgende onderdelen: – Compliance-chart (met relevante compliance wet- en regelgeving en standaarden) – Signalering en beoordeling van compliance-risico’s – Vermindering compliance-risico’s (inclusief de implementatie van standaarden, procedures en richtlijnen) – Monitoring van compliance-risico’s (naleving compliance-beleid, de minimumstandaarden en toepasselijke wet- en regelgeving; kwartaalrapportages) – Incidentenmanagement – Training & opleiding – Action Tracking – Advies inzake compliance – Compliance governance Ontwikkelingen in 2007 Financiële instellingen worden nog steeds nauwlettend in de gaten gehouden door toezichthouders, overheidsinstellingen, aandeelhouders, rating agencies, klanten en andere belanghebbenden om er voor te zorgen dat zij de van toepassing zijnde wet- en regelgeving en stan daarden nageleefd worden en aan de verwachtingen wordt voldaan. Toezichthouders van banken en verzekeraars en andere toezicht houdende instellingen in Europa, de Verenigde Staten en elders zien erop toe dat financiële instellingen integer, efficiënt, geordend en transparant werken. Het streven van ING is om aan de standaarden en verwachtingen van toezichthoudende instanties en andere belanghebbenden te voldoen middels diverse initiatieven waaronder het bestuderen van informatie betreffende rekeninghouders, betalingsverwerking en andere transacties, zodat deze activiteiten voldoen aan de eisen die gesteld worden in wet- en regelgeving betreffende witwaspraktijken, niet-toegestane transacties met landen onderhevig aan sancties, omkoping en andere corrupte praktijken. ING Groep Jaarverslag 2007
215
Bij ontoereikend compliance management hebben toezichthouders en andere organen de mogelijkheid een juridische procedure aan te spannen tegen ING, wat kan leiden tot o.a. opschorting of totale intrekking van de vergunningen van ING, strafmaatregelen en andere disciplinaire maatregelen wat de reputatie van ING en de financiële conditie kan schaden, maar dat is niet de reden waarom ING hieraan wil voldoen. ING heeft eerlijk zakendoen hoog in het vaandel en verwerkt deze doelstelling in gemeenschappelijke waarden en groepsbreed beleid. ING Bank N.V. is in gesprek met haar Nederlandse toezichthouder, De Nederlandsche Bank (DNB) aangaande transacties met personen in landen die onderhevig zijn aan sancties opgelegd door de EU, de Verenigde Staten en andere autoriteiten. Deze gesprekken hebben ING Bank er toe aangezet om transacties met partijen die onderhevig zijn aan deze sancties te evalueren. In verband met deze evaluatie en daarmee samenhangende gesprekken heeft ING Bank op zich genomen om een mondiale implementatie van versterkte compliance en risicobeheerprocedures te voltooien en de implementatie van dergelijke procedures op een voortdurende basis te controleren, zoals opgedragen door DNB. ING Bank blijft ook in gesprek met de autoriteiten in de Verenigde Staten en in andere jurisdicties betreffende deze aangelegenheden en het is op dit moment niet mogelijk een voorspelling te doen over de uitkomst hiervan. Samenwerken met de bedrijfsonderdelen om het internationale beleid betreffende financieel-economische criminaliteit verder te ver ankeren had hoge prioriteit gedurende 2007. Het verbeterde beleid is wereldwijd uitgerold die bedrijfsonderdelen er toe verplichtte om stricte Ken-Uw-Klant-procedures, Customer Due Diligence procedures en het gebruik van technologie om klanten en transacties te screenen te implementeren. Als gevolg van onze frequente beoordeling van alle ondernemingen vanuit economisch, strategisch en risico perspectief, heeft ING Bank N.V. haar representative office op Cuba gesloten en wordt de Netherlands Caribbean Bank, die nu een 100% dochteronderneming is, opgeheven. Bovendien heeft ING besloten dat wegens zakelijke redenen het zaken doen met nader omschreven landen dient te worden beëindigd, hetgeen inhoudt dat ING geen nieuwe relaties met klanten uit deze landen zal aangaan terwijl we zijn begonnen om bestaande relaties met deze landen te beëindigen. Momenteel worden Myanmar, Noord-Korea, Soedan, Syrië, Iran en Cuba tot deze landen gerekend. Daarnaast is er in 2007 een speciale Sanctions desk ingericht op Groepsniveau om de business te assisteren met de groeiende hoeveel heid sanctiewetgeving, zoals de US en EU regelgeving inzake het witwassen en financiering van terrorisme. Voor ING Groep was 2007 tevens een jaar van toenemende compliance-bewustwording en een groeiend besef van effectief compliancebeheer. De Raad van Bestuur gaf als belangrijke boodschap af dat duurzame en winstgevende groei alleen kunnen worden bereikt met effectief compliance-management. Compliance ondersteuningsteams zijn opgezet om de divisies te helpen om compliance te integreren in hun activiteiten. Uitgebreide programma’s zijn opgestart om de kennis en het begrip van compliance te vergroten. Deze teams dienen als kanaal voor training, communicatie en het delen van goede compliance-procedures. Het aantal fte’s bij Corporate Compliance is met 55% toegenomen en de organisatie is verder geprofessionaliseerd. Tevens is er op groepsniveau een team opgezet dat zich concentreert op financieel-economische criminaliteit en anti-witwasbeleid en -procedures. Verder is er een compliance projectorganisatie ingericht om ervoor te zorgen dat er verder gebouwd wordt aan een cultuur waarin compliance onlosmakelijk verbonden is correct zakendoen. Om compliance bewustwording verder te versterken is er een internationaal communicatieproject opgezet die start met belangrijke boodschappen vanuit de Raad van Bestuur. In 2008 en 2009 zullen ING managers een internationaal compliance risk management programma volgen met workshops en trainingen.
ING Groep Jaarverslag 2007
216 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Risicobeheer (vervolg)
OPERATIONEEL RISICO Effectief toezicht en beheersen van operationele risico’s leidt tot stabielere bedrijfsprocessen en lagere operationele risicokosten. Effectief risicomanagement omvat het vergroten van het risicobewustzijn, verbeterd inzicht in operationele risico’s, het verbeteren van communicatie over ‘early warnings’ , het benoemen van een eigenaar van het risico en het toewijzen van verantwoordelijkheden. Het behoort tot de verantwoordelijkheid van Operational Information & Security Risk Management (OISRM) op lokaal en groepsniveau om het management te ondersteunen bij het beheersen van de operationele, informatiebeveiliging en veligheidsrisico’s (hierna operationele risico’s genoemd). Besturing Risicomanagement ING OISRM is, langs functionele lijnen, georganiseerd op drie niveaus: groep, divisies en bedrijfsonderdelen. De directeur COISRM (Corporate OISRM), stuurt langs deze functionele lijnen aan en rapporteert aan de CRO. Elk bedrijfsonderdeel heeft een hoofd OISRM die rapporteert aan het divisiehoofd OISRM. Door deze gelaagde functionele aanpak is ING verzekerd van een consequente toepassing van richtlijnen en procedures, regelmatige rapportages en de juiste communicatie, evenals de continue ondersteuning van de bedrijfsonderdelen. De besturingsstructuur is geïmplementeerd conform de vereisten van Basel II. Het mandaat, de rol en de verantwoordelijkheden van OISRM op de verschillende niveaus zijn duidelijk omschreven in de OISRM beleidsrichtlijnen. Toelichting risicotypes ING heeft het operationele risico omschreven als het risico van directe of indirecte verliezen als gevolg van ontoereikende of tekortschietende interne processen, mensen en systemen of door externe gebeurtenissen. Ook het reputatieverlies en het juridisch risico worden tot de opera tionele risico’s gerekend; strategische risico’s daarentegen niet. De volgende acht risicocategorieën worden onderscheiden: – Het risico m.b.t. control betreft het risico van verliezen als gevolg van de niet-naleving van bedrijfsbeleid of richtlijnen. – Het risico op ongeautoriseerde activiteiten betreft het risico van verliezen als gevolg van ongeautoriseerde handel door medewerkers, ongeautoriseerde handelingen of handelingen buiten het eigen autoriteitsgebied. – Het procesrisico betreft het risico van verliezen als gevolg van onbedoelde menselijke fouten bij de (transactie)verwerking. – Het arbeidsomstandigheden- en veilige werkplekrisico betreft het risico op verliezen als gevolg van handelingen die niet stroken met de arbowetten of -overeenkomsten, letselschadeuitkeringen of ongelijke behandeling/discriminatie-voorvallen. – Het persoonlijke veiligheids- en fysieke beveiligingsrisico betreft het risico van criminele en milieudreiging die de veiligheid van het ING personeel, van ING-locaties of ING-activa in gevaar brengt of van invloed kan zijn op de ING-organisatie. – Het IT-risico betreft het risico van verliezen als gevolg van tekortschietende gegevens- of informatiebeveiliging van systemen. – Het crisisbeheer- en BCP (bedrijfscontinuïteitsplannen)/DRP (rampenplannen)-risico betreft het risico van verliezen als gevolg van externe gebeurtenissen (natuurlijke catastrofes en criminele of terroristische aanslagen; bijvoorbeeld bomaanslagen) die de veiligheid van de mensen binnen ING of de continuïteit van de activiteiten in gevaar kunnen brengen. – Het interne en externe frauderisico betreft het risico van verliezen als gevolg van handelingen met de intentie te benadelen verduistering danwel wet- of regelgeving te ontduiken. In 2007 heeft ING intern een Niet-Financieel Risico Dashboard geïntroduceerd waarmee geïntegreerde risico-informatie wordt verzorgd over compliance-, operationele, informatiebeveiligings- en veiligheidsrisico’s op basis van een consistente aanpak en in één risicotaal. Behalve de hierboven genoemde risicocategorieën voegt het Niet-Financiële Risico Dashboard ook het compliance-risico toe, oftewel het risico dat weten regelgeving, normen en verwachtingen niet door ING worden nageleefd, wat onder andere zou kunnen resulteren in het opschorten of intrekken van ING’s vergunning, het opschorten of beëindigen van orders, (bestuurlijke) boetes, strafmaatregelen of andere disciplinaire maatregelen, die een belangrijke negatieve invloed kunnen hebben op ING’s resultaten en financiële positie.
ING Groep Jaarverslag 2007
217
Beheer ING heeft een allesomvattend raamwerk ontwikkeld voor het proces van signalering, meting en bewaking van operationele, informatiebeveiligings- en veiligheidsrisico’s. Risicobeheerprocessen Besturing risicobeheer
Risicoidentificatie
Risicometing
Risicobewaking
Risicovermindering
Voorbeelden risicobeheerinstrumenten
– Operationeel risicocomité – Compliance-programma’s – Goedkeuringsproces nieuwe producten – Risicobewustzijnstrainingen – ‘Self assessments’ – Risicobewustzijnsprogramma’s – Fraude opsporing – Rapportage en analyse van incidenten – RAROC berekeningen – Scorekaarten over kwaliteit interne beheersing – Opvolging openstaande operationele bevindingen – Rapportage over de belangrijkste risico indicatoren – Risk Dashboard voor operationele risico’s – Planning en implementatie van (informatie)beveiliging – Crisisbeheer en continuïteitsplanning – Persoonlijke veiligheid en fysieke beveiliging
ING stimuleert de effectieve beheersing van operationele, informatie- en beveiligingsrisico’s door van bedrijfsonderdelen te verlangen dat zij bewijzen dat de juiste stappen zijn gezet voor de beheersing van operationele risico’s. ING maakt gebruik van scorekaarten om de kwaliteit van de operationele, informatiebeveiligings- en veiligheidsprocessen binnen een bedrijfsonderdeel te meten. Scores hangen samen met de aantoonbare aanwezigheid van de vereiste risicobeheerprocessen in de bedrijfsonderdelen (risicobouwwerk, signalering, meting, bewaking en vermindering). Uit de scorekaarten blijkt de mate van beheersing door de bedrijfsonderdelen. De uitkomst leidt tot een daling of toename van het operationele risicokapitaal, afhankelijk van de volwassenheid van de geïmplementeerde maatregelen ter beheersing van de operationele, informatiebeveiliging en veiligheidsrisico’s. Uit de scorekaartuitkomsten blijkt dat ING Groep met de inbedding van het risicobeheerraamwerk voldoet aan de vereisten van Basel II. Persoonlijke veiligheid en fysieke beveiliging ING heeft beleid ontwikkeld voor de persoonlijke veiligheid en de fysieke beveiliging. Het management van ING onderdelen moet waar borgen dat deze beleidsrichtlijnen nageleefd worden. Het beleid voorziet in de minimale functionele eisen ten aanzien van toegangs beveiliging, bescherming tegen diefstal en brand, beveiliging van contant geld en waardepapieren, van voorzieningen en infrastructuur en ondersteunende beveiligingshulpmiddelen. Beveiligingsplannen per locatie zijn gebaseerd op een beoordeling van de risico’s. Voor alle (belangrijke) activa van ING (gebouwen, informatie, apparatuur en kostbaarheden) is een zogenoemde ‘activa-eigenaar’ aangewezen, die verantwoordelijk is voor de afdoende bescherming van de toevertrouwde ING-activa. Iedere ING-locatie wordt onderverdeeld in geclassificeerde veiligheidszones, om geclassificeerde activa terug te vinden. Voor elke ING-entiteit wordt een fysieke beveiligingsmanager aangesteld, die verantwoordelijk is voor de implementatie van de fysieke beveiliging binnen de betreffende locatie(s). In het concernbeleid voor persoonlijke veiligheid worden richtlijnen gegeven voor de bescherming van medewerkers van ING tegen de risico’s of consequenties van criminaliteit en milieudelicten. In het beleid zijn onder andere minimumvoorwaarden en richtlijnen opgeno men voor zakenreizen, expatriates, ING-evenementen en -projecten. Dit alles om een veilige omgeving te handhaven voor ING personeel, bezoekers binnen de ING locaties en de beschikbaarheid, integriteit en betrouwbaarheid van ING activa binnen en buiten ING locaties. Crisismanagement Crisismanagement omvat het onderkennen, beoordelen, oplossen en evalueren van een crisis. In het ING-beleid voor crisismanagement wordt een coherent overzicht gegeven hoe het crisismanagement is ingericht, welke rol de crisismanagementfunctionaris vervult en wat de verantwoordelijkheden zijn binnen de hele ING Groep. In het beleid wordt echter niet ingegaan op de rol ten opzichte van INGklanten of andere derden. In het beleid zijn vereisten vastgelegd voor de planning en het testen van de crisismanagementorganisatie, de communicatie tijdens een crisis, evacuatie van gebouwen, noodmaatregelen en continuïteit van de bedrijfsvoering en uitwijkplannen
ING Groep Jaarverslag 2007
218 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Risicobeheer (vervolg)
Informatiebeveiliging De OISRM functie heeft als missie de vertrouwelijkheid, integriteit en beschikbaarheid van informatie en de daarmee samenhangende informatieverwerkende activa te bewaren en te bewaken door het gedisciplineerd gebruik van risicomanagement. De OISRM functie bestaat uit informatiebeveiligingsdeskundigen in alle bedrijfsonderdelen en divisies en wordt centraal gecoördineerd op het niveau van ING Groep. De OISRM functie heeft een serie beleidslijnen, normen en richtlijnen geformuleerd, waarvan de naleving periodiek wordt gemeten en bewaakt. De uitkomsten van het periodieke bewakingsproces voor informatiebeveiliging worden door de bedrijfsonderdelen van ING gebruikt om passende risicoverminderende projecten te budgetteren, te plannen en te implementeren. Berekening In de berekening van operationeel risico wordt gebruik gemaakt van interne en externe verliesgegevens (boven EUR 1 miljoen) in een actuarieel model. In het model worden de uitkomsten van de scorekaarten, (waarbij rekening wordt gehouden met de kwaliteit van de interne beheersing) en het voorkomen van grote incidenten (bonus/malus) binnen een bedrijfsonderdeel, betrokken. Deze aanpak stimuleert het management van de bedrijfsonderdelen om het operationele risico beter te beheersen. De uitkomsten worden regelmatig nader onderzocht en vergeleken met alternatieve berekeningen. Het kapitaalberekeningsmodel voldoet aan de normen in de financiële wereld. ING is lid van de Operational Risk Data Exchange Association (ORX), een internationale groep van toonaangevende financiële dienstverleners die operationele verliesgegevens uitwisselen. Om ING te beschermen tegen de financiële consequenties van onzekere operationele gebeurtenissen zijn verzekeringen afgesloten bij derden met een wereldwijde dekking voor (computer)criminaliteit, beroepsaansprakelijkheid, bestuurdersaansprakelijkheid, aansprakelijkheid met betrekking tot ARBO-eisen alsmede fiduciaire aansprakelijkheid. Dat deel van de risico’s dat ING zelf behoudt is van een vergelijkbare grootte als dat bij rampen in het schadebedrijf. Ontwikkelingen in 2007 – In 2007 heeft ING goedkeuring van DNB verkregen voor de implementatie van de geavanceerde methode, om het kapitaal voor operationele risico’s te berekenen. ING past deze ‘Advanced Measurement Approach’ toe vanaf 1 januari 2008. Lokale implementatie van Basel II vereisten wordt ondersteund. – De aangepaste scorekaart methodiek bewaakt in hoeverre voldaan wordt aan de vereisten uit het raamwerk voor Compliance en OISRM (inclusief de beheersing), rekening houdend met de ‘rijpheid’ van de bedrijfsonderdelen. – ING heeft haar anti-fraude beleidskader verder verbeterd. Maatregelen zijn onder andere anti-fraudetrainingen, antecedentenonderzoek voor nieuwe medewerkers, aanvullende beheersmaatregelen, geautomatiseerde signalering en rapportage en procedures hoe te handelen. Het OISRM-beleid is vernieuwd en weerspiegeld alle OISRM beleidsmaatregelen. – Een probleem in de stroomvoorziening in een van de rekencentra (in Nederland) heeft ING aangezet tot het versnellen van een verbeteringsprogramma voor bedrijfscontinuïteit, rampenplannen en platformbeveiliging van haar rekencentra. – Het Niet-Financiële Risico Dashboard is geïntroduceerd en er zijn pilots uitgevoerd. – De integratie van operationele-, informatiebeveiligings- en veiligheidsfuncties op alle niveaus binnen ING heeft geleid tot een organisatie van circa 900 fte’s eind 2007. MODELTOELICHTINGEN Zoals vermeld in de Risicoparagraaf wordt het risicoprofiel van ING Groep op basis van drie belangrijke risicomaatstaven weergegeven, namelijk: – Earnings-at-risk (EaR); – Capital-at-risk (CaR); – Economisch kapitaal. Hoewel deze maatstaven voor het totale risicoprofiel van de Groep een waardevolle indicatie geven, dienen de uitkomsten ten allen tijden te worden beoordeeld binnen de beperkingen en de onnauwkeurigheid die dergelijke maatstaven eigen is. Immers, het betreft hier maatstaven over toekomstige ontwikkelingen die sterk samenhangen met veronderstellingen en taxaties over de toekomstige ‘toestand in de wereld’; sommige veronderstellingen zijn zo extreem dat het niet reëel is te veronderstellen dat ze ook daadwerkelijk zullen gebeuren. Het is standaard praktijk voor de ING om de diverse modellen die gebruikt worden bij het berekenen van deze risicomaatstaven verder te ontwikkelen, kaliberen en te verbeteren, wat kan resulteren in een aanpassingen in eerder gepubliceerde risicomaatstaven. In dit onderdeel worden de modellen nader toegelicht die ING toepast bij de bepaling van de drie maatstaven. In de eerste plaats wordt de gebruikte methodiek voor de bepaling van de Earnings-at-risk (EaR) en de Capital-at-risk (CaR) beschreven, zoals deze wordt gepresenteerd in het ‘risk dashboard’ van ING Groep. Vervolgens komen de methoden aan de orde aan de hand waarvan het economisch kapitaal van ING Bank, ING Verzekeringen en ING Groep worden bepaald.
ING Groep Jaarverslag 2007
219
VALIDATIE VAN DE MODELLEN In 2007 zijn alle voor het bankbedrijf gebruikte economisch kapitaalberekeningen en het risk dashboard van ING Groep door de interne afdeling Model Validation getoetst en gevalideerd. De beoordeling van de modellen voor economisch kapitaal in het verzekeringsbedrijf staat gepland voor 2008. De berekening van het economisch kapitaal van het bankbedrijf wordt daarnaast ook gebruikt voor de structuurpijler 2 van Basel II, het Supervisory Review and Evaluation Process (SREP) dat regelmatig door De Nederlandsche Bank wordt uitgevoerd. HET RISICO VAN WINST EN KAPITAAL Earnings-at-Risk Met de Earnings-at-Risk (EaR) maatstaf wordt de potentiële daling van de boekhoudkundige winst voor het komende jaar gemeten in vergelijking met de verwachte winst. De EaR wordt gemeten aan de hand van een betrouwbaarheidsniveau van 90% (dat wil zeggen, een stressscenario van 1 op de 10). Met discretionair ingrijpen door het management wordt in de modellen niet expliciet rekening gehouden tenzij dit kan worden gemeten op basis van in het verleden behaalde resultaten (bijvoorbeeld bij steeds terugkerende of geplande acties). Opgemerkt dient te worden dat het voor de EaR gebruikte betrouwbaarheidsniveau van 90% geen absolute vereiste is, maar eerder als algemene richtlijn fungeert. Voor elk belangrijk type risico worden de winstgevoeligheden berekend op basis van de bestaande best practices, bijvoorbeeld bij een onmiddellijke renteverandering van 1%. Voor een zo nauwkeurig mogelijke weergave van de winst volgens de winst-en-verliesrekening in de EaR-meting wordt ter bepaling van de risicotolerantie een vergelijking gemaakt met de verwachte winst. Zo wordt het EaR-kredietrisico van het bankbedrijf gecorrigeerd voor de verwachte risicokosten (toevoeging aan de debiteurenvoorzieningen). Capital-at-Risk De capital-at-Risk (CaR) meet de potentiële daling van de economische waarde voor het komende jaar in vergelijking met de verwachte economische winst. De CaR wordt gemeten aan de hand van een betrouwbaarheidsniveau van 90% (dat wil zeggen, een stressscenario van 1 op de 10). Met discretionair ingrijpen door het management wordt in de modellen niet expliciet rekening gehouden tenzij dit kan worden gemeten op basis van in het verleden behaalde resultaten (bijvoorbeeld bij steeds terugkerende of geplande acties). De economische waarde wordt gedefinieerd als de tegen marktwaarde gewaarde nettovermogenswaarde (activa na aftrek van verplichtingen). Voor elk belangrijk type risico worden de waardegevoeligheden berekend op basis van de bestaande economisch kapitaal-methoden, onder toepassing van het betrouwbaarheidsniveau van 90%. De CaR-risicotolerantie wordt afgezet tegen de beschikbare financiële middelen. Risk dashboard: het aggregatiemodel Voor de EaR en de CaR op Groepsniveau worden de onderliggende risicocijfers voor het bank- en verzekeringsbedrijf bottom-up samengevoegd op basis van een combinatie van de variantie-covariantie-methode en een Monte Carlo-simulatie. Voor de feitelijke aggregatie tot op Groepsniveau zijn twee soorten correlatieveronderstellingen nodig, namelijk de bank-verzekeringsbedrijfscorrelaties per type risico en de correlaties tussen de risico’s onderling. De gegevensinput voor het risk dashboard voor ING Groep wordt verzorgd op basis van 13 belangrijke typen risico’s (het aandelenrisico Europa bijvoorbeeld, zie ook tabel hieronder) en wordt gediversifieerd binnen ING Bank of ING Verzekeringen. De eerste aggregatiefase vindt plaats tussen ING Bank en ING Verzekeringen per belangrijk type risico. Hiertoe worden alle vormen van risicokapitaal, met uitzondering van kredietrisico dat al voor het bank- en verzekeringsbedrijf wordt verzorgd, afzonderlijk voor ING Bank en ING Verzekeringen aangeleverd. Deze ‘risicokapitalen’ worden op basis van een variantie-covariantie-benadering getotaliseerd voor ING Bank en ING Verzekeringen. Afhankelijk van de boehoudkundige verwerking kunnen de voor de EaR gebruikte bank-verzekeringencorrelatiefactoren afwijken van de CaR-correlatiefactoren (bijvoorbeeld voor het renterisico). De uitkomst van deze aggregatiefase is een op Groepsniveau gediversifieerd EaR- en CaR-cijfer per belangrijk type risico. Verdeling belangrijkste typen risico’s Type risico Krediet- & transferrisico (2) Marktrisico (8) – Renterisico Europa, Azië & Amerika – Aandelenrisico Europa, Azië & Amerika – Vreemdevalutarisico – Vastgoedrisico Verzekeringsrisico (1) Bedrijfsrisico (1) Operationeel risico (1)
Gebruikte verdeling
KMV-verdeling
Normale verdeling Normale verdeling Normale verdeling Empirische verdeling
De nummers tussen haakjes geven het aantal onderscheiden typen risico’s weer, uit een totaal van 13.
ING Groep Jaarverslag 2007
220 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Risicobeheer (vervolg)
De tweede fase is de aggregatie tussen deze belangrijke typen risico’s op Groepsniveau. De op Groepsniveau gediversifieerde EaR en CaR per belangrijk type risico worden met behulp van een Monte Carlo-simulatie verzameld en vervolgens voor de bepaling van het totale EaR- en CaR-cijfer van ING Groep gecombineerd met een correlatiematrix voor de risico’s onderling. De uitkomsten van de simulatie weerspiegelen de met de belangrijkste typen risico’s samenhangende potentiële verliezen, die bij elkaar worden opgeteld tot een totaal aan potentiële verliezen. De gediversifieerde EaR of CaR van de Groep wordt dan berekend als het 90%-kwantiel van de gesimuleerde totale potentiële verliezen. Voornaamste aannames berekening EaR en CaR Cijfers voor CaR en EaR dienen te allen tijde te worden beschouwd tegen de achtergrond van de belangrijkste aannames ten bate van de vergelijkbaarheid en de actuele bepaling van het risicoprofiel van ING Groep: – De risico-aspecten zijn gebaseerd op historische observatie; historische gebeurtenissen worden gebruikt als uitgangspunt voor de schatting van toekomstige risico’s. Voorbeelden: koerswijzigingen, wanbetaling, onderlinge verbanden tussen markten. – Presentatie actuele risicoprofiel van de huidige bedrijfsomstandigheden; in de risicometing worden over het algemeen toekomstige volumes en marges buiten beschouwing gelaten. – Met discretionair ingrijpen door het management wordt in de modellen niet expliciet rekening gehouden tenzij dit kan worden gemeten op basis van in het verleden behaalde resultaten (bijvoorbeeld bij steeds terugkerende of geplande acties). – Correlatiefactoren tussen voor diversificatie gebruikte typen risico’s zijn gebaseerd op ‘best estimate’ aannames die worden ondersteund door statistische analyse van historische gegevens, ter zake kundige beoordeling door ING risicodeskundigen, extern benchmarkonderzoek en gezond verstand. – Gedragsaannames over klanten worden waar van toepassing in de risicobeoordeling meegenomen, bijvoorbeeld bij variabele spaargelden, optierechten op hypotheken of royementspercentages. Raamwerk voor de verslaglegging Alle gegevens voor elk type risico en voor elke divisie worden net als de empirische risicoverdeling op Groepsniveau ge-upload in een op het intranet gebaseerd risk dashboard-programma. De hierboven beschreven aggregatie- en simulatiefasen worden uitgevoerd in een op een secure server gebaseerde omgeving. ECONOMISCH KAPITAAL BANK Economisch kapitaal wordt gedefinieerd als het bedrag dat voor een transactie of een bedrijfsonderdeel nodig is als ondersteuning van het economische risico dat wordt gecreëerd. Dat bedrag wordt bepaald als het onverwachte verlies boven de verwachte waarde of het verwachte verlies bij een gegeven betrouwbaarheidsniveau. Opgemerkt zij dat deze definitie overeenkomt met de definitie voor de nettomarktwaarde (of meerwaarde). Een ander belangrijk aspect van een model op basis van economisch kapitaal is dat ING Bank hierdoor het economisch kapitaal aan de diverse bedrijfsonderdelen kan toewijzen en de berekening van het Risk Adjusted Return on Capital (naar risico gewogen rendement op kapitaal of RAROC) kan ondersteunen. Door de economisch kapitaalcijfers tegenover de beschikbare financiële middelen te zetten kan ING zorgen voor toereikende kapitaalbuffers. Voor het model zijn de volgende fundamentele uitgangspunten en definities vastgesteld: – ING Bank hanteert voor de berekening van het economisch kapitaal een eenzijdig betrouwbaarheidsniveau van 99,95% – conform de beoogde schuldrating AA – en een horizon van één jaar. – Aangenomen wordt dat alle bekende en meetbare risicobronnen zijn opgenomen. – De ‘best estimate’ risico-aannames zijn zo objectief mogelijk en gebaseerd op een correcte analyse van statistische gegevens. Er mag bij ING Bank maar één verzameling ‘best estimate’ aannames worden gebruikt per type risico. – De berekening van het economisch kapitaal geschiedt op basis van reële waarde. Bij volledige en efficiënte markten is de reële waarde gelijk aan de marktwaarde. – Bij de berekening van het economisch kapitaal wordt rekening gehouden met bekende optierechten en de invloed van klantgedrag in bankproducten. – Het economisch kapitaal wordt berekend vóór belastingen en het effect van verslaggevings- en solvabiliteitsvereisten van de toezichthouder op het kapitaalniveau wordt buiten beschouwing gelaten. – In het raamwerk worden de eventuele franchisewaarde van de activiteiten, discretionair ingrijpen door het management of toekomstige bedrijfsvolumes en marges niet meegenomen. Nadere gegevens zijn te vinden in de betreffende modelbeschrijvingen per risicogebied.
ING Groep Jaarverslag 2007
221
Aggregatiemodel In het stroomschema worden de belangrijkste processen geïllustreerd die in het aggregatiemodel voor economisch kapitaal van ING Bank worden uitgevoerd. In de witte vakken staan de processen die door het model worden uitgevoerd. In het grijze vak wordt de input van andere risicobeheerafdelingen weergegeven.
Als uitgangspositie hebben wij gebruik gemaakt van de huidige correlaties in het risk dashboard op basis van een betrouwbaarheidsniveau van 90%. Dat wil zeggen dat deze overeenkomen met de waargenomen correlaties in de 10% meest omvangrijke neerwaartse bewegingen (een gebeurtenis van ‘1 op de 10’). Zoals uit het stroomschema blijkt, worden deze correlatiefactoren waar nodig naar aanleiding van stress naar boven bijgesteld. Op die manier wordt rekening gehouden met potentiële bepalingsonjuistheden bij extreme gebeurtenissen vanwege beperkte historische gegevens. Bij de samenvoeging van niet-financiële risico’s (bedrijfs- en operationele risico’s) wordt advies ingewonnen van experts. Bij de bepaling van het economisch kapitaal van ING Bank wordt het totaal genomen van de onderliggende cijfers voor het economisch kapitaal van vijf afzonderlijke typen risico’s, namelijk kredietrisico, transferrisico, marktrisico, operationeel risico en bedrijfsrisico. Met behulp van de variantie-covariantie-methode op basis van een 5 x 5 interrisico correlatiematrix worden deze typen risico’s samengevoegd tot een totaal gediversifieerd economisch kapitaal voor ING Bank. Voor de toerekening van economisch kapitaal aan bedrijfseenheden en producten worden voor elk type risico diversificatiefactoren berekend. Deze factoren worden in heel ING Bank consequent toegepast. Het diversificatieniveau is afhankelijk van zowel de interrisicocorrelaties als de relatieve omvang van het niet gediversifieerde economisch kapitaal per type risico. Raamwerk voor de verslaglegging Voor elk bedrijfsonderdeel en elke productlijn wordt het bruto economisch kapitaal per type risico doorgegeven aan MISRAROC – het financiële gegevensopslagcentrum voor RAROC en de economisch kapitaalrapportage van ING Bank. Het netto economisch kapitaal wordt berekend aan de hand van het bruto economisch kapitaal gecorrigeerd voor de diversificatiefactor. Het totale economisch kapitaal wordt berekend als de som van het netto economisch kapitaal per type risico op alle niveaus van de verslaglegging KREDIET- EN TRANSFERRISICO Economisch kapitaal voor kredietrisico en voor transferrisico is dat deel van het economisch kapitaal dat wordt aangehouden om onverwachte verliezen in de kredietportefeuilles op te vangen die verband houden met (onvoorziene) wijzigingen in de onderliggende kredietwaardigheid van de debiteuren of de verhaalswaarde van het onderpand (indien van toepassing). Het economisch kapitaal voor krediet- en transferrisico wordt berekend voor alle portefeuilles die blootstaan aan krediet- of transferrisico, inclusief beleggingsportefeuilles. Dezelfde methode wordt toegepast op zowel de bank- als de verzekeringsactviteiten. Economisch kapitaal voor kredietrisico en voor transferrisico wordt berekend aan de hand van intern ontwikkelde modellen met een betrouwbaarheidsniveau van 99,95% en een tijdshorizon van één jaar, wat de door ING gewenste rating vertegenwoordigt. ING maakt gebruik van diverse kredietrisicomodellen, die in drie hoofdgroepen kunnen worden onderverdeeld: zogenoemde ‘probability of default of PD’-modellen voor de kans dat een debiteur in gebreke blijft, waarmee de afzonderlijke kredietwaardigheid van de individuele debiteur wordt gemeten; ‘exposure at default’ (EAD) modellen die de omvang van de financiële verplichting op het toekomstige moment van wanbetaling schatten; en ‘loss given default’ (LGD) modellen, die de verhaalswaarde berekenen van het onderpand of de ontvangen garanties (indien van toepassing). Alles bij elkaar zijn er voor kredietrisico bij ING meer dan 100 modellen in gebruik. De diverse modellen kunnen worden onderverdeeld naar drie categorieën: statistisch, expert en hybride. Elk model wordt elk jaar afzonderlijk beoordeeld en gevalideerd door de afdeling Model Validation (MV), die bepaalt of het model nog bestaansrecht heeft en of aanpassingen geboden zijn.
ING Groep Jaarverslag 2007
222 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Risicobeheer (vervolg)
De economische kapitaalformule voor krediet- en transferrisico hangt samen met zeven verschillende risicobepalende factoren. Behalve de hierboven genoemde PD-, EAD- en LGD-modellen worden in de formule ook de sector en het land van de debiteur meegewogen alsmede de resterende looptijd van de onderliggende transacties. Tot slot houdt de formule ook rekening met het verband tussen de afzonderlijke transacties en de portefeuille als geheel. In een bottom-up benadering formuleert ING aan de hand van Monte Carlosimulatietechnieken bepaalde parameters die vervolgens op afzonderlijke transacties worden toegepast ter bepaling van het niveau van het economisch kapitaal voor krediet- en transferrisico. De correlaties, die elk kwartaal worden bijgewerkt, worden vastgesteld op divisieniveau, terwijl het diversificatie-effect op het transactieniveau wordt toegepast. De formules en modellen die ten grondslag liggen aan de bepaling van het economisch kapitaal voor krediet- en transferrisico zijn dezelfde als die voor de bepaling van het wettelijk vereist kapitaal onder Basel II (pijler 1). Ondanks dat dezelfde formules worden gebruikt zijn (intern) economisch kapitaal en het wettelijk vereist kapitaal niet hetzelfde, als gevolg van diverse specifieke regels die door Basel II worden opgelegd (zoals wettelijk vereiste boven- en ondergrenzen), en als gevolg van het gebruik van de standaardbenadering voor bepaalde delen van de portefeuille van ING. Deze verschillen zijn toegestaan conform de richtlijnen van Basel II. In de onderstaande tabel zijn diverse, voor verschillende doeleinden gebruikte kapitaalmaatstaven opgenomen. Uit de tabel blijken de verschillen in de belangrijkste elementen en doeleinden. Kapitaalwaardering kredietrisico Methode Wettelijk vereist kapitaal Basel II Formule
Betrouwbaarheidsniveau Input
Doel
Vortex Basel Engine (‘VBE’) in de centrale risicodatabase
99,90%
Basel II model output
Naar risico gewogen activa
99,95%
Basel II model output exclusief Basel II boven en ondergrens, looptijd, aflossingsschema, correlatie factoren, migratie matrix. Sommige inputs afkomstig van portefeuilleberekeningen EC-MC, maar met betrouwbaarheidsniveau van 99,95% voor landen en sectoren. Basel II model output exclusief Basel II bovengrens en correlatiefactoren, migratie matrix landen en industrieen.
Prijsstelling, Economisch kapitaal voor leningen op transactieniveau en hoger
Locatie
Economisch Kapitaal
Gesloten algebraïsche formule Risk Adjusted Capital (RAC)
Vortex Risk Engine (‘VRE’) in de centrale risicodatabase
CaR en EaR
Monte Carlo simulatie op basis van totale portefeuille (‘portefeuilleberekeningen EC-MC’)
Losstaand instrument 90,00% waarvoor dezelfde gegevens uit de centrale risicodatabase worden gebruikt als in VRE
Risk Dashboard op bedrijfsonderdeel niveau en hoger
Wat betreft methode levert de EC-MC Portfolio Calculator een geavanceerd en consistent raamwerk op waarmee kapitaalcijfers voor kredietrisico kunnen worden berekend. Vanwege de complexiteit en de vereiste berekeningstijden is de EC-MC Portfolio Calculator geschikter voor portefeuilleberekeningen dan voor een omgeving waarin real-time op transactieniveau moet worden gerapporteerd over het dagelijks beheer, de prijsstelling van nieuwe transacties en limietbepaling. Als gevolg hiervan zijn de cijfers voor economisch kapitaal gebaseerd op RAC-uitkomsten die zijn afgeleid van, maar niet helemaal gelijk zijn aan, de portefeuilleberekeningen EC-MC. De belangrijkste kenmerken zijn: – RAC wordt berekend op het niveau van de kredietfaciliteit met behulp van gesloten algebraïsche formules in plaats van een Monte Carlo-simulatie. In de algebraïsche RAC-formule wordt onder andere gebruik gemaakt van parameters voor het effect van portefeuille factoren, zoals correlaties en diversificatie-effecten. Deze parameters zijn afgeleid van een regressie van de uitkomsten van de portefeuilleberekeningen EC-MC; – Omdat de EC-MC Portfolio Calculator een eigen product is, zijn de inputs gebonden aan bepaalde technische boven- en onder grenzen (LGD/EaD is constant en de PD-migratiematrix is gemaximeerd) die bij RAC niet van toepassing zijn. Door de geïmplementeer de mathematische handelingen geldt voor de EC-MC Portfolio Calculator verder een minimale PD en een maximale looptijd, die evenmin op RAC van toepassing zijn. Voor de bankactiviteiten wordt daarnaast gebruik gemaakt van het RAC-model bij de bepaling van de optimale prijsstelling voor (nieuwe) krediettransacties, om zeker te stellen dat ING het gewenste RAROC-rendement realiseert. In 2007 is op weekbasis het economisch kapitaalniveau voor krediet- en transferrisico berekend voor het leeuwendeel van Wholesale Banking, voor de beleggingsportefeuilles van ING Direct en voor de MKB-portefeuilles bij Retail Banking. Voor consumentenkrediet, woonhypotheken, creditcards en de beleggingsportefeuilles worden de berekeningen op maandbasis uitgevoerd. Verder worden de
ING Groep Jaarverslag 2007
223
cijfers voor het economisch kapitaal voor krediet- en transferrisico elk kwartaal geconsolideerd met de overeenkomstige economisch kapitaalcomponenten van andere disciplines. Bouwwerk economisch kapitaal voor krediet- en transferrisico Alle PD-, EAD- en LGD-modellen worden elk jaar opnieuw goedgekeurd door het Credit Risk Committee (CRC) nadat eerst de documentatie van het Model Development Steering Committee (MDSG) en MV grondig is bestudeerd. Elk model heeft een sponsor op het gebied van kredietrisico en uit het front office. In zowel het MDSG als het CRC hebben kredietrisicofunctionarissen zitting naast vertegenwoordigers uit het front office. Dit om een maximale acceptatie door de organisatie zeker te stellen. MARKTRISICO BANKBEDRIJF Algemeen Economisch kapitaal voor marktrisico betreft het economisch kapitaal dat nodig is om onverwachte bewegingen als gevolg van wijzigin gen in modelrisico’s en marktvariabelen (rente, aandelenkoersen, valutakoersen, vastgoedprijzen) op te vangen. MRC wordt berekend voor posities in handelsportefeuilles en in de niet-handelsboeken. Berekening Economisch kapitaal voor marktrisico wordt berekend aan de hand van intern ontwikkelde modellen met een betrouwbaarheidsniveau van 99,95% en een tijdshorizon van één jaar, de gebruikelijke uitgangspunten voor extreme gebeurtenissen en de door ING gewenste rating. Voor de niet-handelsboeken wordt het economisch kapitaal voor marktrisico berekend per type risico, terwijl het economisch kapitaal voor marktrisico voor handelsportefeuilles op portefeuilleniveau wordt vastgesteld. Het economisch kapitaal voor marktrisico berekeningen hebben onder andere betrekking op het vastgoedrisico (inclusief het ontwikkelingsrisico), het buitenlandse valutarisico, aandelenkoersrisico, renterisico en modelrisico’s. Tot het vastgoedrisico behoort zowel het marktrisico van de beleggingsportefeuille als het ontwikkelingsrisico van ING Real Estate. Voor ING Real Estate wordt het vastgoedrisico berekend op basis van de onderliggende marktvariabelen. In de stressscenario’s op portefeuilleniveau worden alle diversificatie-effecten voor de diverse regio’s en vastgoedsectoren meegewogen. Tevens wordt rekening gehouden met het hefboomeffect van participaties in vastgoedbeleggingsfondsen. Voor het vastgoedontwikkelingsproces wordt behalve naar het prijsrisico ook gekeken naar risicofactoren als leegstand en vertragingen bij de bouw. Bovendien verandert het risicomodel per ontwikkelingsfase (dat wil zeggen onderzoek, ontwikkeling en constructie) ten bate van een juiste afspiegeling van de relevante risico’s in elke fase. Op basis van correlaties, alle risicofactoren en -fasen wordt het eventuele marktwaardeverlies berekend: het economisch kapitaal voor marktrisico voor de ontwikkelingsportefeuille. Voor de economisch kapitaal voor marktrisico berekening van het directe marktrisico wordt uitgegaan van de feitelijke VaR (betrouwbaar heidniveau 99%, ééndagshorizon) van de handelsportefeuilles en de niet-handelsboeken. Het economisch kapitaal voor marktrisico wordt berekend aan de hand van een op simulatie gebaseerd model waarin de schaal wordt verhoogd tot het gewenste betrouw baarheidsniveau en de gewenste tijdshorizon. Bij de bepaling van de schaalfactor wordt daarnaast rekening gehouden met diverse andere factoren zoals eventuele omvangrijke marktontwikkelingen (gebeurtenissen) en interventies door het management. Voor de omvangrijke niet-handelsboeken binnen ING Retail Banking en ING Wholesale Banking wordt het economisch kapitaal voor marktrisico berekend op basis van het risico van ingebouwde rechten (bijvoorbeeld om de hypotheek vervroegd af te lossen) en het modelrisico. Het modelrisico wordt berekend door de stressfactor te verhogen bij de aannames voor activa en verplichtingen die afhankelijk zijn van het gedrag van klanten. Zo is de afdekking van spaarportefeuilles gebaseerd op aannames over de ontwikkeling van volumes en cliëntrentes op spaartegoeden. Afwijkingen ten opzichte van deze aannames kunnen (ex post) leiden tot een onjuiste inschatting van de rentetypische looptijd van de spaartegoeden. Is de uitstroom groter dan aanvankelijk in het model voorzien, dan kan de looptijd van de spaartegoeden lager uitvallen dan die op beleggingen, wat tot verliezen leidt als de rente stijgt. Het model voor economisch kapitaal berekening is gebaseerd op schattingen van de 99% betrouwbaarheid van de onjuiste looptijdinschatting van spaartegoeden, in combinatie met 99% nadelige renteontwikkeling. De gecombineerde waarschijnlijkheid vertegenwoordigt het betrouwbaarheidsniveau van 99,95%. De economisch kapitaal cijfers van ING Direct bevatten tevens het risico dat het gedrag van passiva die onderhevig zijn aan klantengedrag eventueel niet volledig correct gemodelleerd is. Het economisch kapitaal cijfers voor ING Direct bevat op dit moment nog niet het risico van vervroegde aflossing en het model risico dat resulteert van de hypotheken die in dit bedrijfsonderdeel worden aangehouden. Dit zal in 2008 worden geïmplementeerd. Het idee achter het model voor hypotheekportefeuilles is vergelijkbaar. De kwaliteit van de afdekking is gebaseerd op aannames ten aan zien van vervroegde aflossingen. Blijken die aannames verkeerd, dan kan de financiering ofwel te lang ofwel te kort uitpakken. Ook in dit geval is het economisch kapitaal voor marktrisico gebaseerd op de geschatte 99% betrouwbaarheid van het model voor vervroegde aflossing en de 99% nadelige renteontwikkeling. Bij het optellen van de verschillende uitkomsten voor economisch kapitaal voor marktrisico voor de verschillende portefeuilles wordt rekening gehouden met diversificatievoordelen. Immers, extreme marktontwikkelingen zullen zich niet allemaal op hetzelfde moment voordoen.
ING Groep Jaarverslag 2007
224 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Risicobeheer (vervolg)
Het is moeilijk om door middel van een statistisch robuuste manier op basis van de beschikbare historische data te bewijzen of het markrisico kapitaal daadwerkelijk de impact van extreme stress met een 99,95% betrouwbaarheidsniveau weergeeft. De economisch kapitaal cijfers gepubliceerd door ING Groep zijn gebaseerd op een zo goed mogelijke schatting op basis van beschikbare gegevens en meningen van experts. OPERATIONEEL RISICO Operationele risico’s vloeien voort uit directe of indirecte verliezen als gevolg van ontoereikende of tekortschietende interne processen, mensen en systemen of door externe gebeurtenissen. Ook het risico op reputatieverlies en het juridische risico worden tot het operatio nele risico’s gerekend; strategische risico’s echter niet. De belangrijkste risicofactoren zijn de kwaliteit van de beheersmaatregelen, het volume van de kasstromen en andere indicatoren voor operationele risico’s, zoals juridische kosten. Hoewel het operationele risico door beheersingsmaatregelen en verzekeringen kan worden ingeperkt, hebben diverse incidenten toch een aanzienlijk effect op de winst-enverliesrekening van financiële instellingen. Operationele risico’s zijn lastiger te kwantificeren dan de andere typen risico’s, vanwege het verstrekkende effect (veelal lage waarschijnlijkheid – hoge impact) en omdat historische gegevens schaars zijn. Het kapitaalmodel, een actuarieel model, bestaat uit een combinatie van drie technieken: – Verliesverdelingsmethode, waarbij een statistische analyse op historische verliesgegevens wordt toegepast; – Scorekaart-methode, gericht op de kwaliteit van de risicobeheersingsmaatregelen binnen de ING bedrijfsonderdelen; – Bonus/malus-methode, die gericht is op de feitelijke operationele incidenten binnen ING onderdelen. VERLIESVERDELINGSMETHODE Het belangrijkste doel van de verliesverdelingsmethode is om te komen tot een objectief kapitaalcijfer op basis van de omvang en de risicotolerantie van een ING bedrijfsonderdeel. In deze benadering wordt voor elke combinatie van bedrijfsonderdeel en verliestype de waarschijnlijke (‘fat-tailed’) verdeling van operationele risico-verliezen bepaald voor een toekomstige tijdshorizon. Het belangrijkste kenmerk van deze verliesverdelingsmethode is de expliciete afleiding van een verliesverdeling, die is gebaseerd op afzonderlijke verdelingen voor frequentie (Poisson) en impact (‘inverse Gaussian’) van de gebeurtenissen. In het model wordt gebruik gemaakt van externe en interne verliesgegevens van meer dan één miljoen euro. Bij de berekening van het operationele risico van de bedrijfsonderdelen worden de volgende vijf uitgangspunten gehanteerd: Bij de berekening van het operationele risico van de bedrijfsonderdelen worden de volgende vijf uitgangspunten gehanteerd: – Uitgangspunt 1: Als het risico in de wereld toeneemt, hebben de bedrijfsonderdelen meer economisch kapitaal nodig; – Uitgangspunt 2: Als de omvang van een bedrijfsonderdeel toeneemt, groeit het benodigde kapitaal; – Uitgangspunt 3: Als de activiteiten van een bedrijfsonderdeel complexer zijn, is meer kapitaal nodig; – Uitgangspunt 4: Als het beheersingsniveau van een bedrijfsonderdeel verbetert, is minder kapitaal nodig; – Uitgangspunt 5: Als een bedrijfsonderdeel als gevolg van interne incidenten meer verliest dan ingecalculeerd bij de eerste vier uitgangspunten, is meer kapitaal nodig. Het volgens de hierboven beschreven uitgangspunten berekende kapitaal is ‘generiek’: als twee bedrijfsonderdelen van dezelfde omvang in dezelfde markten opereren zal ook het benodigde kapitaal hetzelfde zijn. Door de hieronder genoemde specifieke kapitaalcorrecties wordt het generieke kapitaal van een specifieke instelling vervolgens toegesneden op het specifieke benodigde kapitaal voor operationele risico. Scorekaart-methode De scorekaart-aanpassing reflecteert de kwaliteit van de beheersingsmaatregelen in een specifieke bedrijfsonderdeel. Het doel van de scorekaarten is om de kwaliteit van belangrijke operationele risicobeheerprocessen te meten. In deze procedure gaat om het kwantitatieve gegevens, kwalitatieve beoordelingen of simpele ja/nee-vragen (bijvoorbeeld over de naleving van ING beleidsregels). De scorekaarten worden ingevuld door alle bedrijfsonderdelen (‘self-assessment’) en worden beoordeeld door een panel van deskundigen dat de eindscore bepaalt. De scorekaarten monden vervolgens uit in een verhoging of een verlaging van het kapitaal van het betreffende bedrijfsonderdeel. Bonus/malus-methode Bedrijfsonderdelen krijgen extra kapitaal toegewezen als de verliezen door interne incidenten het niveau van de door de verliesverdelingsmethode voorziene verliezen overtreffen. Vallen de feitelijke verliezen lager uit dan verwacht, dan gaat het kapitaal omlaag. Bij de berekening worden alleen interne incidenten van meer dan één miljoen euro in beschouwing genomen die zich in de voorgaande vijf jaar hebben voorgedaan. De bonus/malus-correctie kent een bovengrens van +20% en een ondergrens van -20% om te voorkomen dat het totale kapitaal van ING sterk fluctueert. BEDRIJFSRISICO BANKBEDRIJF De huidige berekeningsmethode toegepast binnen ING Bank definieert bedrijfsrisico als de ‘residuele risico categorie’ die alle risico’s bevat die niet worden meegenomen binnen de expliciet gedefinieerde (en beheersde/gemeten) krediet/transfer, markt en operationele risico categorieën. In lijn met de residuele risico definitie wordt de meting van business risk kapitaal gebaseerd op één enkele risicofactor, d.w.z. de volatiliteit van de ‘residuele’ winst en verlies cijfers (voor ieder bedrijfsonderdeel) die geschoond worden voor het effect van de andere risicotypes. Als gevolg hiervan is er geen verder inzicht in onderliggende bedrijfsrisico’s. ING Groep Jaarverslag 2007
225
Het niveau van het business risk kapitaal is verbonden aan de volatiliteit van (geschoonde historische) winst en verlies cijfers waarbij rekening wordt gehouden met waargenomen trends. In de praktijk betekent dit dat stabielere winst door de tijdheen over het algemeen leidt tot minder kapitaal. Gebruikmakend van een t-verdeling en het betrouwbaarheidsniveau wordt de volatiliteit omgezet naar kapitaal om een bedrijfsrisicokapitaal te verkrijgen. De t-verdeling is een theoretische kansverdeling, is symmetrisch, klokvormig en vergelijkbaar met de standaard normale verdeling. De t-verdeling heeft echter relatief gezien meer extreme waardes in de staart van de verdeling dan de standaard normale verdeling. Aangezien relatief korte datareeksen beschikbaar zijn is een onder- en bovengrens opgenomen om te voorkomen dat het business risk kapitaal wordt onder- of overschat. Het minimum (ondergrens 20%) en maximum (bovengrens 80%) zijn gespecificeerd als percentage van de operationele kosten en zodanig wordt bedrijfsrisico kapitaal voor onderdelen die op het ondergrensniveau opereren verbonden met het efficiënt omgaan met kosten. ECONOMISCH KAPITAAL VERZEKERINGSBEDRIJF Economisch kapitaal wordt door ING gedefinieerd als de activa die dienen te worden aangehouden boven de marktwaarde van de ver plichtingen om een niet-negatief overschot zeker te stellen op basis van een betrouwbaarheidsinterval van 99,95% en een tijdshorizon van één jaar. ING bepaalt het economisch kapitaal aan de hand van het effect op de marktwaarde van de balans (‘market value surplus’ of MVS) van nadelige gebeurtenissen die optreden met een nader gespecificeerde waarschijnlijkheid in verband met de AA-kredietrating. Het economisch kapitaal-model van ING is derhalve gebaseerd op het concept ‘Surplus-at-Risk’. Het met een AA-kredietwaardering overeenkomend betrouwbaarheidsniveau is vastgesteld als een eenzijdig interval van 99,95% bij een tijdshorizon van één jaar. De MVSmutatie betreft het gecombineerde effect van veranderingen in de marktwaarde van activa na aftrek van de marktwaarde van de verplichtingen. De marktwaarde van de verplichtingen bestaat uit de financiële component van de verplichtingen en een ‘marktwaardemarge’ voor risico’s die niet kunnen worden afgedekt (het verzekeringstechnisch risico bijvoorbeeld). Die marge wordt berekend op basis van de kosten van vereist kapitaal, ontleend aan een schatting van het benodigde aandeelhoudersrendement op economisch kapitaal. Voor het model gelden de volgende fundamentele uitgangspunten: – Economisch kapitaal-vereisten worden berekend met als doel een AA-kredietrating voor polishouderverplichtingen. – Alle risicobronnen zijn opgenomen. – De actuariële ‘best estimate’ aannames dienen zo objectief mogelijk te zijn en daarnaast te zijn gebaseerd op een juiste analyse van de economische, sector- en bedrijfsspecifieke statistische gegevens. Per product mag er bij ING maar één verzameling ‘best estimate’ aannames worden gebruikt voor alle doeleinden. – De waardering van activa en verplichtingen geschiedt op basis van reële waarde. Bij volledige en efficiënte markten is de reële waarde gelijk aan de marktwaarde. – De berekeningen van economisch kapitaal en waarde dienen te worden opgesteld met inachtneming van de optierechten in de verzekeringscontracten. – In de berekeningen van het economisch kapitaal en de waardering wordt het effect van verslaggevings- en solvabiliteitsvereisten van de toezichthouder op het kapitaalniveau buiten beschouwing gelaten. Er wordt aangenomen dat kapitaal tussen rechtspersonen volledig overdraagbaar is. – Niet meegenomen is de eventuele franchisewaarde van de activiteiten, maar wel het kostenrisico van een eventueel lager omzetvolume volgend jaar. In het economisch kapitaalmodel wordt het effect van de diverse typen risico als volgt gekwantificeerd: – Marktrisico voor ING Verzekeringen betreft de waardeverandering als gevolg van veranderingen in rentetarieven, aandelenkoersen, vastgoedprijzen, creditspreads, impliciete volatiliteiten (rente en aandelen) en vreemde valutakoersen. Marktrisico treedt op bij een minder dan perfecte afstemming van de activa op de verplichtingen. In het verzekeringsbedrijf kan marktrisico het gevolg zijn van de verkoop van producten met garanties of optierechten (gegarandeerde rentedeling, afkoopmogelijkheden, winstdeling etc.) die met het oog op de beschikbare activa in een bepaalde markt niet afdekbaar zijn. Er kan ook sprake zijn van marktrisico bij een opzettelijke mismatch tussen activa- en passivakasstromen, zelfs als die kasstromen kunnen worden afgestemd of afgedekt. – Kredietrisico vloeit voort uit veranderingen in de kredietkwaliteit van emittenten als gevolg van wanbetalingen of kredietmigratie van effecten (in de beleggingsportefeuille), tegenpartijen (bijvoorbeeld met betrekking tot herverzekeringscontracten, derivatencontracten of toevertrouwde deposito’s) en tussenpersonen waar ING een positie heeft. Behalve met kredietrisico houdt ING rekening met het transferrisico voor het risico dat gelden als gevolg van overheidsrestricties niet vrijelijk kunnen worden gerepatrieerd. – Bedrijfsrisico wordt gedefinieerd als de kans dat de feitelijk ervaring afwijkt van de verwachtingen met betrekking tot kosten, schadeuitloop (behoud) en toekomstige herziening van premies. – Operationeel risico wordt gedefinieerd als het risico van directe of indirecte verliezen als gevolg van ontoereikende of tekortschietende interne processen, mensen en systemen of door externe gebeurtenissen Kapitaal voor operationeel risico valt moeilijk te kwantificeren, omdat het wordt veroorzaakt door niet vaak voorkomende maar ernstige gebeurtenissen. Operationele risico’s kunnen aanzienlijk worden verminderd of verergerd door de kwaliteit van de interne controle en/of richtlijnen. Voor een deel kan dit risico worden verlaagd door het te verzekeren.
ING Groep Jaarverslag 2007
226 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Risicobeheer (vervolg)
–
–
–
Risico leven heeft betrekking op de afwijkingen in het tijdstip en de omvang van de kasstromen (premiebetalingen en uitkeringen) als gevolg van overlijden of niet-overlijden. Het risico van niet overlijden staat ook wel bekend als het langlevenrisico om het te onderscheiden van het risico dat samenhangt met verzekeringsproducten ter bescherming tegen de gevolgen van overlijden. Rekening wordt gehouden met risico’s als de onzekerheid van ‘best estimate’ aannames inzake het niveau en de ontwikkeling van sterftecijfers, de wisselvalligheid van ‘best estimates’, en potentiële calamiteiten. Ook externe herverzekeringen tellen mee. Risico invaliditeit hangt samen met variaties in het niveau en timing van claims door fluctuaties in de invaliditeit van polishouders (ziekte of arbeidsongeschiktheid), waarin tevens rekening wordt gehouden met externe herverzekeringen. Voor veel soorten polissen is het risico van invaliditeit relevant, waaronder arbeidsongeschiktheidsverzekeringen, dood en arbeidsongeschiktheid door een ongeval, versnelde uitkeringen bij overlijden, ongevallenverzekeringen voor werknemers, zorgverzekeringen en verzekeringen voor langdurige zorg. Risico schade bestaat uit het risico van variabiliteit van omvang, frequentie en de uitbetalingstermijn van toekomstige claims, de ontwikkeling van uitstaande claims en de toegerekende expertkosten voor schadeverzekeringsproducten (inclusief externe herverzekering).
Liquiditeitsrisico en het strategisch bedrijfsrisico zijn bij de economisch kapitaalberekeningen van ING Verzekeringen buiten beschouwing gelaten. ECONOMISCH KAPITAAL-MODEL De berekening van het economisch kapitaal van ING is gebaseerd op het concept ‘Surplus-at-Risk’. Dit gebeurt op de hierna beschreven manier: – Bereken de totale balans (alle activa en verplichtingen) op basis van marktwaarde. – Stel Monte Carlo-scenario’s op voor alle relevante risicofactoren (markt en niet-markt). – Bereken voor elk scenario de totale balans opnieuw (alle activa en verplichtingen) op basis van marktwaarde. Om praktische redenen wordt de marktwaardemarge bij die scenario’s niet herberekend. – Bereken de 99,95% ‘worst-case’ daling van de MVS voor alle scenario’s. Dit is het economisch kapitaal. N.B. Het scenario dat voor het economisch kapitaal zorgt varieert per bedrijfsonderdeel, divisie en op het niveau van ING Verzekeringen. In 2007 heeft ING Verzekeringen het op intranet gebaseerde ECAPS geïntroduceerd als economisch kapitaal-rapportagesysteem dat gebruik maakt van replicerende portefeuilletechnieken. Het ECAPS-systeem vormt een beheerste, automatische basis voor economisch kapitaal en risicoberekening. Elk bedrijfsonderdeel voert regelmatig de risicokenmerken van de activa en verplichtingen in. Deze ken merken worden vervolgens op uniforme wijze vertaald naar replicerende portefeuilles van gestandaardiseerde financiële instrumenten. Op basis van de constellatie van replicerende portefeuilles (inclusief voorstellingen van niet-marktrisicos) kan het ECAPS-systeem vervolgens het economisch kapitaal berekenen op elk niveau van de aggregatie. Hieronder volgt een korte beschrijving van het model.
ING Groep Jaarverslag 2007
227
1. Markt data en scenario generatie
• •
•
2. Stochastische kasstromen en niet-markt risico kapitaal
• •
•
3. Replicerende portefeuilles
•
•
•
4. Economisch Kapitaal Berekening
• • • •
Automatische benadering van alle huidige en historische marktgegevens 500 aan ieder bedrijfsonderdeel gezonden risicoscenario’s tbv lokaal model voor stochastisch model van kasstromen voortvloeiend uit activa en passiva 20.000 ‘real world’ Monte-Carlo-scenario’s voor de berekening van economisch kapitaal
Actuariële software waarmee de kasstromen stochastisch per scenario kunnen worden berkend Uploaden door de bedrijfsonderdelen van de stochastische kasstromen uit activa en passiva tbv optimale replicerende portefeuille Conform ING-normen berekend niet-marktrisicokapitaal doorgegeven aan ECAPS tbv risico-aggregatie
Vaststelling risicoprofiel van de financiële component van de verzekeringsverplichtingen door verdeling over een kleine verzameling standaard financiële instrumenten Standaardinstrumenten zijn onder andere beneden pari uitgegeven obligaties, swaptions, aandelentermijnopties en valutaopties Bepaling replicerende portefeuilles, die de kasstromen voor de 500 mogelijkheden zo getrouw mogelijk volgt
Replicerende portefeuille gebruikt voor de vaststelling van het risicoprofiel van active en passiva van ING Verzekeringen Marktveranderingen economisch kapitaal en diversificatievoordelen van Monte-Carlo-scenario’s Niet-markt risico-aggregatie Totaal gediversificeerd economisch kapitaal
Nadere informatie over het economisch kapitaalmodel Genereren marktgegevens en scenario’s ING Verzekeringen maakt gebruik van de Global Market Database (GMDB) van ING Bank voor informatie over marktkoersen en risicogegevens voor financiële risicofactoren. Alle marktgegevens worden betrokken van gerenommeerde gegevensleveranciers als Reuters en Bloomberg. Het GMDB-team checkt vervolgens de marktgegevens en berekent de toelaatbare risico’s. De geaccordeerde gegevens worden automatisch doorgegeven aan het ECAPS-systeem. Omdat ING Verzekeringen in veel opkomende financiële markten actief is, wordt met behulp van algoritmes verder geëxtrapoleerd dan waarneembare marktgegevens waar dat nodig is voor de berekening van de marktwaarde van de verplichtingen en het economisch kapitaal. Deze algoritmes zijn ontleend aan vergelijkbare gegevens in volwassen markten. Met behulp van de marktgegevens van GMDB zet ING twee economische scenario-generators in: – De Risk Neutral Economic Scenario Generator (RN ESG): met de risiconeutrale economische scenario-generator kunnen meerdere aandelenindices en valutakoersen worden gegenereerd, conform een multi-valuta dynamisch termijnstructuurmodel. Gebruik wordt gemaakt van scenario’s bij de kasstroomprognoses voor de bepaling van replicerende portefeuilles. De scenario’s RN ESG komen overeen met waargenomen marktkoersen voor aandelen, valuta’s en rente-opties. – De Real World Economic Scenario Generator (RW ESG): deze op de praktijk gerichte economische scenario-generator kan tegelijkertijd alle typen risico’s tezamen simuleren, dat wil zeggen marktrisico, kredietrisico, bedrijfsrisico, operationeel risico, risico leven, risico invaliditeit en risico schade. Met de spreiding tussen de risico’s wordt rekening gehouden aan de hand van een ‘Gaussian copula’, wat verschillende marginale kansverdelingen mogelijk maakt op het niveau van de risicofactoren. De scenario’s RW ESG komen overeen met de historische tijdreeksen van de marktrisicofactoren op basis van vijf jaar van wekelijkse gegevenswaarnemingen. De volatiliteiten worden aangepast van week naar kwartaal en de wekelijkse correlaties direct gebruikt voor de schattingen van de kwartaalcorrelaties.
ING Groep Jaarverslag 2007
228 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Risicobeheer (vervolg)
Stochastische kasstromen en kapitaal niet-marktrisico De marktrisico’s van de activa en passiva worden vastgelegd en weergegeven in stochastische kasstroommodellen voor 500 scenario’s. De bedrijfsonderdelen zijn verantwoordelijk voor het genereren van de kasstromen, het in modellen vastleggen van eventuele optierechten en garanties en de juiste indeling van risico’s en in het scenario, afgezet tegen kasstroomdeterminanten als het gedrag van polishouders en managementacties (beperkt tot dynamische afdekkingsprogramma’s en de bepaling van rente- en/of winstdeling). Voor een beter inzicht in de staart van de verdeling bestaat de verzameling scenario’s uit 300 risiconeutrale scenario’s en 200 scenario’s met volatiele risico’s, waarin de volatiliteiten zijn verdubbeld. Dat gemiddelde van 300 risiconeutrale scenario’s fungeert als controle op de marktwaarde van de replicerende portefeuille. Wel dient te worden opgemerkt dat het hier slechts om een controlefunctie gaat en dat de feitelijke marktwaarde van de verplichtingen direct van de replicerende portefeuille wordt afgeleid. Dankzij de 200 ‘volatiel risico’ scenario’s kan ervan worden uitgegaan dat de replicerende portefeuille op genoeg extreme scenario’s is afgestemd om veilig in de berekeningen van het economisch kapitaal te kunnen worden gebruikt. Het economisch kapitaal voor de niet-marktrisico’s wordt berekend door Corporate Credit Risk Management en Corporate Operational Information & Security Risk Management, met input in ECAPS op het niveau van de diverse (sub)risico’s. In ECAPS worden 21 subtypen risico’s (het risico van de ontwikkeling van de sterftecijfers bijvoorbeeld) samengevoegd tot 9 typen niet-marktrisico’s. Gebruik wordt gemaakt van een bottom-up diversificatiebenadering voor economisch kapitaal op basis van een correlatiematrix in de staart. De ingevoerde informatie heeft betrekking op de 9 subtypen risico’s: – Kredietrisico – Bedrijfsrisico – Operationeel risico – Risico leven – rampen – Risico leven – niet-rampen – Risico invaliditeit – rampen – Risico invaliditeit – niet-rampen – Risico schade – rampen – Risico schade – niet-rampen De informatie wordt vervolgens gebruikt om de marginale verdeling voor deze typen risico’s te bepalen. Samen met de ‘Gaussian copula’ worden deze marginale verdelingen gebruikt voor de berekening van economisch kapitaal ter bepaling van de diversificatie tussen marktrisico’s en niet-marktrisico’s. Replicerende portefeuilles Om recht te doen aan de complexiteit van de diversificatieberekeningen aan de hand van een Monte Carlo-simulatie, brengt ING de activa en passiva in kaart aan de hand van een verzameling standaard financiële instrumenten. Die verzameling standaardinstrumenten bestaat uit couponloze obligaties, marktindexen, aandelentermijncontracten, swaptions, valutaopties en aandelenopties. Activa en de financiële componenten van de passiva worden vertegenwoordigd door een portefeuille van deze standaardverzameling instrumenten. Via een gebruikersinterface kunnen voor verschillende soorten kasstromen verschillende soorten replicerende instrumenten worden geselecteerd. Op die manier wordt een optimale replicerende portefeuille gecreëerd die zo goed mogelijk aansluit bij het risicoprofiel van de stochastisch gegenereerde kasstromen. De hieruit voortvloeiende portefeuille wordt vervolgens gebruikt voor de berekening van het economisch kapitaal. Door ook aandelenopties, valutaopties en swaptions in de verzameling replicerende instrumenten op te nemen, kan ING rekening houden met het impliciete volatiliteitsrisico van de meegewogen typen risico’s. Datzelfde geldt voor het creditspreadrisico, namelijk door de opname van kredietrisicogevoelige couponloze obligaties in de replicerende verzameling instrumenten. De kwaliteit van de replicerende portefeuille wordt bewaakt aan de hand van diverse statistische criteria (o.a. ‘R-squared’) en wordt afgezet tegen marktwaardegevoeligheden als duration, convexiteit en waardeveranderingen in verband met forsere rente- en aandelen veranderingen. Hoogwaardige replicerende portefeuilles zijn op verschillende manieren belangrijk. Ten eerste vormen zij een goede afspiegeling van het feitelijke risicoprofiel en een accurate berekening van economisch kapitaal. Ten tweede hebben bedrijfsonderdelen bij afdekkingsstrategieën en het beheer van economisch kapitaal baat bij replicerende portefeuilles. En tot slot wordt door het proces van replicerende portefeuilleberekening het inzicht vergroot in de complexe aard van de verzekeringsverplichtingen in een op de markt geënte omgeving. Replicerende portefeuilles worden momenteel bepaald aan de hand van een enkelvoudig RN ESG-rentemodel. Hierdoor kan de replicerende portefeuille maar beperkt gevoeligheden voor niet-parallelle verschuivingen in de rentetermijnstructuur registreren. Om die reden zijn ook de RW ESG rentescenario’s voor de Value-at-Risk-berekeningen op basis van een enkelvoudig model opgesteld. Het RN ESG- en het RW ESG-model komen echter wel overeen met respectievelijk de RN ESG- en RW ESG-volatiliteitsstructuur van de rente.
ING Groep Jaarverslag 2007
229
Berekening economisch kapitaal In ECAPS wordt gebruik gemaakt van Monte Carlo-simulatie voor de bepaling van de diversificatievoordelen voor de totale ‘portefeuille hiërarchie’ van het niveau van de bedrijfsonderdelen tot dat van ING Groep. Alle diversificatieberekeningen worden binnen ECAPS uitgevoerd op basis van de ‘Gaussian copula’ van alle risicofactoren met medeneming van de op elk type risico van toepassing zijnde onderliggende verdelingen. Voor de berekening van het economisch kapitaal gebruikt ING een tijdshorizon van één jaar. In de praktijk worden met het model echter onmiddellijke veranderingen per kwartaal berekend, en wordt de VaR die daaruit voortrolt vertaald naar een jaarcijfer om zo te komen tot een economisch kapitaalcijfer op jaarbasis. Dat de verandering op kwartaalbasis wordt bekeken heeft als doel de resultaten te stabili seren, ervoor te zorgen dat de veranderingen binnen een bandbreedte blijven waardoor de activa en passiva aannemelijker kunnen worden gewaardeerd, het effect van dynamische afdekkingsstrategieën beter in kaart te brengen, reëler gebruik te kunnen maken van wekelijkse correlaties van risicofactoren en dichter bij de feitelijke risicopraktijken en rapportagecycli te blijven. Met behulp van de Monte Carlo-simulatietechniek levert het economisch kapitaalmodel van ING 20.000 mogelijke ‘toestanden in de wereld’ op door willekeurig alle risicofactoren te simuleren – en allemaal tegelijk. Voor elke ‘toestand in de wereld’ wordt de markt waarde van de activa en passiva herberekend en de verandering in de MVS opgeslagen. Al die MVS-veranderingen worden gesorteerd en de 99,95% worst-case veranderingen opgespoord voor het niveau van het economisch kapitaal voor het gegeven aggregatieniveau. ECONOMISCH KAPITAAL GROEP Het economisch kapitaal en de diversificatievoordelen tussen het bank- en verzekeringsbedrijf van ING Groep worden vastgesteld door middel van één aggregatiebenadering voor bankieren en verzekeren. Uitgangspunt zijn de feitelijk gerapporteerde economisch kapitaalcijfers voor ING Bank en ING Verzekeringen, exclusief de diversificatie tussen de risico’s onderling. Daarnaast wordt een hierop afgestemde verzameling ‘best-estimate’ correlatie-aannames geconstrueerd op basis van het maximum van de bank- en verzekerings specifieke interrisico correlatie-aannames voor elk van de vijf belangrijkste typen risico’s: kredietrisico, marktrisico, verzekeringstechnisch risico, bedrijfsrisico en operationeel risico (zie ook de economisch kapitaalmodellen van ING Bank en ING Verzekeringen). De diversificatievoordelen voor de Groep worden berekend met een ‘Gaussian copula’-simulatietechniek. Rekeninghoudend met onzekerheden omtrent de correlatie-aannames en veranderingen in de risicopositie voert ING uitgebreide gevoeligheidstesten uit.
ING Groep Jaarverslag 2007
230 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Kapitaalbeheer bedragen in miljoenen euro’s, tenzij anders aangegeven DOELSTELLINGEN ING Groep Capital Management (Kapitaalbeheer) is verantwoordelijk voor voldoende kapitalisatie, te allen tijde, van de ING Groep entiteiten ter ondersteuning van het risicoprofiel van de zakelijke activiteiten. Hierbij gaat het om het beheer, de planning en de verdeling van kapitaal binnen ING Groep. De Corporate Treasury van ING is onderdeel van Kapitaalbeheer. Het voert de noodzakelijke kapitaal markttransacties, lange-termijn financiering en risicobeheer transacties uit. Kapitaalbeheer volgt en raamt de vermogenspositie op geconsolideerde basis op drie niveaus: ING Groep, ING Verzekeringen en ING Bank. De ratingdoelstelling voor deze drie entiteiten is momenteel AA/Aa2. Kapitaalbeheer houdt rekening met de eisen van toezichthouders (EU Solvency, Tier-1 en BIS ratio’s en limieten voor hybride kapitaal), rating agencies (leverage ratio’s, gecorrigeerd vermogen) en interne risicobeheermodellen en balansen op marktwaarde (economisch kapitaal (EC) en beschikbare financiële middelen (AFR)). De drie belangrijkste kapitaaldefinities die ING hanteert zijn: – AFR – Dit is een marktwaarde concept, gedefinieerd als de marktwaarde van de activa minus de marktwaarde van de passiva op de balans. Hybride kapitaal wordt gerekend tot het vermogen en telt dus niet mee bij de passiva. Aangezien er voor ING Bank geen balans op marktwaarde beschikbaar is, is het AFR voor ING Bank gedefinieerd als Tier-1 kapitaal plus de herwaarderingsreserve voor aandelen minus het verschil tussen het verwachte verlies en de voorzieningen voor slechte leningen. AFR wordt gebruikt als een maatstaf voor beschikbaar kapitaal in vergelijking met EC. EC is de hoeveelheid kapitaal die nodig is om onverwachte verliezen in tijden van zware stress op te vangen gegeven de ‘AA’ rating doelstelling van ING Groep; – Gecorrigeerd vermogen – Dit is een rating agency concept gedefinieerd als het eigen vermogen gecorrigeerd voor hybride kapitaal, prudentiële correcties en de Value in Force en overlopende acquisitiekosten. Zie de ‘Kapitalisatie en ratio’s’ tabel hieronder. Deze kapitaaldefinitie wordt gebruikt om beschikbaar kapitaal met de kernschuld (leverage) van ING Groep en ING Verzekeringen te vergelijken; – Tier-1 kapitaal – Tier-1 en BIS kapitaal zijn definities van de toezichthouder die van toepassing zijn op ING Bank. Tier-1 kapitaal wordt gedefinieerd als eigen vermogen plus hybride kapitaal minus bepaalde prudentiële correcties en aftrekposten. Tier-1 en BIS kapitaal gedeeld door naar risico gewogen activa is gelijk aan respectievelijk de Tier-1 en de BIS ratio. Kapitaalbeheer houdt steeds meer rekening met AFR en EC bij het beheren van het kapitaal. AFR moet groter zijn EC en voor ING Groep als geheel moet er een prudente buffer zijn. De doelstelling voor de buffer op het niveau van ING Groep is 20%. BELEID De activiteiten van Kapitaalbeheer worden uitgevoerd op basis van bestaande beleidsdocumenten, richtlijnen en procedures. De belang rijkste documenten die dienen als richtlijnen voor capital planning zijn de Capital Letter (die de goedgekeurde doelen en limieten voor kapitaal bevat), de Capital Planning Policy, de Dividend Policy en de Capital Request Policy. Voor de Corporate Treasury zijn vele beleids documenten en limieten die als leidraad dienen voor het beheer van de balansen en de uitvoering van kapitaalmarkttransacties. De bovenstaande kapitaaldefinities en beleidsdocumenten zijn goedgekeurd door de Raad van Bestuur van ING Groep. PROCESSEN VOOR HET BEHEER VAN KAPITAAL In aanvulling op het beoordelen van de kapitaaltoereikendheid, zorgt Kapitaalbeheer er ook voor dat voldoende kapitaal aanwezig is door middel van het stellen van doelen en limieten die betrekking hebben op de bovenstaande maatstaven voor ING Bank, ING Verzekeringen en ING Groep. Tevens verzekert Kapitaalbeheer dat aan de gestelde doelen en limieten wordt voldaan door het plannen en uitvoeren van kapitaalbeheertransacties. Dit proces wordt aangevuld met stresstesting en scenario-analyse. De voortdurende beoordeling en monitoring van de kapitaaltoereikendheid is vastgelegd in het proces waarmee Kapitaalbeheer de kapitaalpositie raamt en dit resulteert in een Capital Adequacy Assessment Report dat ieder kwartaal aan de ING Group Finance and Risk Committee en de Raad van Bestuur van ING Groep wordt aangeboden. Het belangrijkste doel van deze beoordeling is te verzekeren dat ING Groep als geheel zowel op de korte als op de lange termijn voldoende kapitaal beschikbaar heeft in verhouding tot het risicoprofiel. BEOORDELING VAN DE KAPITAALTOEREIKENDHEID Per 31 december 2007 en 2006 voldeden ING Groep, ING Bank en ING Verzekeringen aan alle belangrijke kapitaaldoelstellingen en maatstaven. Per 31 december 2007 en 2006 waren ING Groep, ING Bank en ING Verzekeringen voldoende gekapitaliseerd in verhouding tot hun risicoprofiel en strategische doelen. BASEL II Vanaf 1 januari 2008 berekent ING Bank zijn kapitaalratio’s onder Basel II. In 2008 zal ING Bank alleen risico gewogen activa (RWA), Tier-1 en BIS kapitaal en de bijbehorende kapitaalratio’s publiceren die zijn gebaseerd op Basel II. Tevens zal ING het minimaal vereiste kapitaalniveau volgens Basel II en het Basel I minimum publiceren. Het Basel I minimum is een tijdelijke minimale kapitaalvereiste geba seerd op 90% van Basel I RWA in 2008 en 80% van Basel I RWA in 2009. Deze minimale vereisten volgens Basel II en Basel I zullen beide worden vergeleken met het totale BIS kapitaal zoals uitgerekend onder Basel II.
ING Groep Jaarverslag 2007
231
BESCHIKBARE FINANCIELE MIDDELEN (AFR) ING Groep De AFR van ING Groep wordt als volgt berekend: Beschikbare financiële middelen – ING Groep
Totaal AFR Bank en Verzekeringen minus kernschuld Groep (1) Totaal ING Groep AFR
2007
2006
54.443 4.728 49.715
52.984 4.210 48.774
Investeringen in deelnemingen minus eigen vermogen (incl. hybride kapitaal) van de moedermaatschappij van de Groep. Deze netto schuldpositie wordt als vermogen verstrekt aan ING Verzekeringen en ING Bank.
(1)
ING Verzekeringen De AFR van ING Verzekeringen wordt als volgt berekend: Beschikbare financiële middelen – ING Verzekeringen
IFRS eigen vermogen (1) Plus hybride kapitaal Plus Mark-to-Market en belastingcorrecties Totaal AFR (1)
2007
2006
16.835 2.202 3.673 22.710
21.673 1.665 3.862 27.200
IFRS eigen vermogen exclusief goodwill. Goodwill is EUR 1.076 miljoen op 31 december 2007 (2006: EUR 245 miljoen).
ING Bank Beschikbare financiële middelen – ING Bank
Beschikbare financiële middelen – ING Bank
2007
2006
31.733
25.784
Vanaf 2007 bestaat AFR voornamelijk uit Tier-1 kapitaal plus herwaardering van aandelen. Tot 31 december 2006 was AFR gelijk aan Tier-1 kapitaal. De herwaarderingsreserve van aandelen is EUR 2.952 miljoen (2006: EUR 1.256 miljoen). AANSLUITING AFR/EC AFR moet groter zijn EC en voor ING Groep als geheel moet er een prudente buffer zijn. De doelstelling voor de buffer op het niveau van ING Group is 20%. Voor details met betrekking tot de berekening van EC verwijzen wij naar de paragraaf Risicobeheer. Aansluiting AFR/EC
ING Groep Beschikbare Financiële Middelen (1) minus Groep EC (2) minus EC Groep (3) Overschot/(tekort)
2007
2006
49.715 35.000 1.000 13.715
48.774 34.500 1.000 13.274
AFR ING Bank, EUR 31.733 miljoen (2006: EUR 25.784 miljoen) plus AFR ING Verzekeringen, EUR 22.710 miljoen (2006: EUR 27.200 miljoen) minus kernschuld ING Groep, EUR 4.728 miljoen (2006: EUR 4.210 miljoen). (2) EC Verzekeringen plus EC Bank minus 15% diversificatie (10% in 2006). (3) EC van de ING Groep moedermaatschappij bevat voornamelijk marktrisico op de aandelengerelateerde beloningsregelingen en marktrisico op de activa die het eigen vermogen van ING Bank ondersteunen. (1)
ING Groep Jaarverslag 2007
232 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Kapitaalbeheer (vervolg)
Kapitalisatie en ratio’s
Eigen vermogen (moedermaatschappij) Hybride kapitaal (1) Kernschuld (2) Totaal kapitalisatie Aanpassingen op het vermogen: – Herwaarderingsreserves obligaties en overig (3) – Herwaarderingsreserve geen onderdeel van Tier-1 (4) – Hybride kapitaal Verzekeringen (5) – Belang van derden Aftrekposten Tier-1 (vanaf 2007) Beschikbaar kapitaal voor toezichtdoeleinden Overig kwalificerend kapitaal (6) Overlopende acquisitiekosten / Value in Force aanpassing (50%) (7) Kernschuld (2) Gecorrigeerd vermogen (a) Ratio’s Kernschuld (b) Vreemd vermogen / eigen vermogen ratio (b/(a+b))
2007
Verzekeringen 2006
2007
Bank 2006
17.911 2.202
21.917 1.665
25.511 6.397
21.298 5.726
20.113
23.582
31.908
27.024
–289
–2.097
–759 –2.952
–1.350 –1.256
2.250 891
2.250 1.770
1.367
22.965
25.505
1.668 –93 29.772
25.785
11.792
11.445
41.564
37.230
4.070
3.618
27.035
29.123
4.267 13,63%
4.802 14,15%
2007
Groep 2006
37.208 8.620 4.728 50.556
38.266 7.606 4.210 50.082
–963
–3.352
–4.728 44.865
–4.210 42.520
4.728 9,53%
4.210 9,01%
Hybride kapitaal betreft Tier-1 instrumenten uitgegeven door de Groep zoals eeuwigdurend schuldpapier en preferente aandelen tegen nominale waarde. De hybride instrumenten anders dan preferente aandelen zijn doorgeleend aan ING Bank en ING Verzekeringen als achtergestelde schulden. (2) Investeringen in deelnemingen minus het eigen vermogen (incl. hybride kapitaal) van de moedermaatschappij van de Groep. Deze netto schuldpositie wordt als vermogen verstrekt aan ING Verzekeringen en ING Bank. (3) Bevat voor ING Groep EUR 1.895 miljoen (2006: EUR –1.709 miljoen) aan herwaarderingen van schuldpapier (gecompenseerd door ‘shadow accounting’), EUR –438 miljoen (2006: EUR –1.357 miljoen) aan kasstroomhedge reserve en EUR –2.420 miljoen (2006: EUR –286 miljoen) aan goodwill. De Nederlandse toezichthouder vereist dat deze bedragen van het Tier-1 kapitaal worden afgetrokken. ING past deze voorzichtige methode toe voor ING Bank, ING Verzekeringen en ING Groep. (4) Bevat EUR –2.138 miljoen (2006: EUR –579 miljoen) in participaties (waaronder Kookmin en Bank of Beijing), EUR –595 miljoen (2006: EUR –386 miljoen) in onroerend goed voor eigen gebruik en EUR –220 miljoen (2006: EUR –116 miljoen) in beleggingen van ING Bank. De Nederlandse toezichthouder schrijft voor dat deze worden afgetrokken van Tier-1 en worden toegevoegd aan Tier-2. (5) Hybride kapitaal Verzekeringen betreft hybride instrumenten uitgegeven door ING Verzekeringen zoals eeuwigdurend schuldpapier tegen nominale waarde. (6) Bevat EUR 14.199 miljoen (2006: EUR 12.366 miljoen) Tier-2 en geen (2006: EUR 330 miljoen) Tier-3, verminderd met EUR 2.407 miljoen (2006: EUR 1.251 miljoen) aan deelnemingen en eigen risicoposities op gesecuritiseerde activa. (7) Deze aanpassing betreft voornamelijk 50% van de contante waarde van toekomstige winsten van huidige polissen (2007: EUR 8.565 miljoen; 2006: EUR 7.701 miljoen), verminderd met 50% van de overlopende acquisitiekosten buiten Nederland (2007: EUR 4.494 miljoen; 2006: EUR 4.183 miljoen). (1)
Gedurende 2007 bleef de kapitalisatie van ING Groep sterk. Alle leverage ratio’s waren binnen hun limiet. De vreemd vermogen/eigen vermogen ratio van ING Groep stond eind 2007 op 9,53% (2006: 9,01%). Deze ratio van ING Verzekeringen eindigde het jaar op 13,63% (2006: 14,15%). De Tier-1 ratio van ING Bank was 7,39% eind 2007, een kleine daling in vergelijking met de 7,63% eind december 2006.
ING Groep Jaarverslag 2007
233
WETTELIJKE VEREISTEN MET BETREKKING TOT SOLVABILITEIT ING Bank Kapitaalvereisten en het gebruik van vereist kapitaal zijn gebaseerd op richtlijnen die zijn ontwikkeld door het ‘Basel Committee on Banking Supervision’ (het Bazels comité) en de Richtlijnen van de Europese Unie in verband met het toezicht die zijn overgenomen door De Nederlandsche Bank (DNB). De Tier-1 ratio dient minimaal 4% te bedragen. De kapitaalratio (aangeduid als de ‘BIS ratio’) dient minimaal 8% te bedragen van alle naar risico gewogen activa, inclusief off-balance sheet posten en het marktrisico verbonden aan de handelsportefeuille. Vereist kapitaal met betrekking tot ING Bank 2007
2006
Eigen vermogen (moedermaatschappij) Belangen van derden Achtergestelde leningen aangemerkt als Tier-1 kapitaal (1) Goodwill Minderheidsbelang Record Bank Aftrekposten Tier-1 (as of 2007) Herwaarderingsreserve (2) Kernkapitaal – Tier-1
25.511 1.514 6.397 –1.428 154 –93 –2.283 29.772
21.298 1.204 5.726 –136 162
Aanvullend kapitaal – Tier-2 Beschikbaar Tier-3 vermogen Aftrekposten Toetsingsvermogen
14.199
–2.470 25.784
–2.407 41.564
12.367 329 –1.251 37.229
Naar risico gewogen activa
402.727
337.926
Tier-1 BIS ratio
7,39% 10,32%
7,63% 11,02%
Achtergestelde leningen aangemerkt als Tier-1 kapitaal zijn door ING Groep N.V. bij ING Bank N.V. geplaatst. De herwaarderingsreserve wordt in mindering gebracht omdat dit geen onderdeel van het Tier-1 kapitaal is (is begrepen in Tier-2). Deze aftrekpost bevat ook de cumulatieve herwaardering op beleggingen in onroerend goed. (1)
(2)
ING Verzekeringen Europese richtlijnen vereisen dat verzekeringsmaatschappijen gevestigd in een van de lidstaten van de Europese Unie een minimale solvabiliteitsmarge aanhouden. De solvabiliteitsmarge van ING Verzekeringen is bepaald in overeenstemming met deze EU richtlijnen. Vermogenspositie ING Verzekeringen
Aanwezig kapitaal Vereist kapitaal Surpluskapitaal Ratio aanwezig versus vereist kapitaal
2007
2006
22.965 9.405 13.560
25.505 9.296 16.209
244%
274%
ING Groep Jaarverslag 2007
234 2.1 Geconsolideerde jaarrekening
Kapitaalbeheer (vervolg)
ING Groep De Nederlandsche Bank en de voormalige Pensioen- en Verzekeringskamer hebben afspraken gemaakt over de wijze waarop toezicht wordt uitgeoefend op de financiële conglomeraten. ING Groep is verplicht een bedrag aan minimum kapitaal, reserves en achtergestelde leningen te hebben dat minstens gelijk is aan: – het vereist kapitaal van de bankactiviteiten; plus – het vereist kapitaal van de verzekeringsactiviteiten. Voor toezichtdoeleinden worden bepaalde (extern) aangetrokken achtergestelde leningen van ING Bank N.V. en ING Verzekeringen N.V. meegeteld in het totaal aanwezige kapitaal. De overeenkomst met betrekking tot financiële conglomeraten (‘protocol’) is per 1 januari 2007 van kracht gegaan. Vermogen ING Groep vereist voor toezichtsdoeleinden 2007
2006
Eigen vermogen (moedermaatschappij) Exclusief: herwaarderingsreserve Preferente aandelen Preferente aandelen van groepsmaatschappijen Goodwill Achtergestelde leningen Kapitalisatie ING Groep
37.208 1.457 21 1.019 –2.420 7.580 44.865
38.266 –3.066 215 1.138 –286 6.253 42.520
Achtergestelde leningen ING Bank N.V. (begrepen in Tier-2) Achtergestelde leningen ING Verzekeringen N.V. Kapitalisatie inclusief achtergestelde leningen
11.154 2.250 58.269
11.110 2.250 55.880
Vereist kapitaal bancaire activiteiten Vereist kapitaal verzekeringsactiviteiten Surpluskapitaal
32.218 9.405 16.646
27.034 9.296 19.550
Kapitaaltoereikendheid en ratio’s Kwantitatieve meldingen met betrekking tot kapitaalmaatstaven en ratio’s
Kapitaal Beschikbare Financiële Middelen (AFR) Vereist Economisch Kapitaal (EC) Ratio EC vs. AFR Doelstelling voor de ratio EC vs. AFR
2007
Groep 2006
2007
Verzekeringen 2006
2007
Bank 2006
49.715 36.000 138% 120%
48.774 35.500 137% 120%
22.710 23.199 98% 100%
27.200 22.410 121% 100%
31.733 17.927 177% 100%
25.784 15.876 162% 100%
7,39 4,00 7,20
7,63 4,00 7,20
10,32 8,00 10,80
11,02 8,00 10,80
Tier-1 ratio (Bank) Tier-1 ratio per jaareinde Minimum Tier-1 ratio volgens de toezichthouder Tier-1 ratio doelstelling BIS ratio (Bank) BIS ratio per jaareinde Minimum BIS ratio volgens de toezichthouder BIS ratio doelstelling EU Solvabiliteitsratio (Verzekeringen) EU Solvabiliteitsratio per jaareinde Minimum EU Solvabiliteitsratio EU Solvabiliteitsratio doelstelling Vreemd vermogen/eigen vermogen ratio Vreemd vermogen/eigen vermogen ratio Vreemd vermogen/eigen vermogen ratio doelstelling
ING Groep Jaarverslag 2007
9,53 10,00
9,01 10,00
244 100 150
274 100 150
13,63 15,00
14,15 15,00
235
Belangrijkste credit ratings van ING (1) Standard & Poor’s
Moody’s
Fitch
ING Groep
AA–
Aa2
AA–
ING Verzekeringen – kortlopend – langlopend
A-1+ AA–
P-1 Aa3
AA–
A-1+ AA
P-1 Aa1 B
ING Bank – kortlopend – langlopend – financiële kracht (1)
F1+ AA
Zowel de Standard & Poor’s ratings, Moody’s ratings en de Fitch ratings hebben een ‘stable outlook’.
ING’s langlopende credit ratings worden getoond in bovenstaande tabel. Elk van deze ratings reflecteert alleen de mening van het be treffende ratingbureau wanneer de rating werd verstrekt en een uitleg over de betekenis van een rating alleen kan worden verkregen van het ratingbureau. Een effectenrating is geen aanbeveling om effecten te kopen, verkopen of deze aan te houden en elke rating moet onafhankelijk van iedere andere rating worden beoordeeld. Er is geen verzekering dat enige rating zal blijven gelden voor gegeven tijdsperiode of dat een rating niet zal worden verlaagd, opgeschort of geheel worden ingetrokken door het ratingbureau als, in het oordeel van het ratingbureau dit door de omstandigheden wordt gerechtvaardigd. ING accepteert geen enkele verantwoordelijkheid voor de nauwkeurigheid of betrouwbaarheid van de ratings. VASTSTELLING VAN DE JAARREKENING Amsterdam, 17 maart 2008 DE RAAD VAN COMMISSARISSEN Jan H.M. Hommen, voorzitter Eric Bourdais de Charbonnière, vice-voorzitter Henk W. Breukink Peter A.F.W. Elverding Luella Gross Goldberg Claus Dieter Hoffmann Piet Hoogendoorn Piet C. Klaver Wim Kok Godfried J.A. van der Lugt Karel Vuursteen DE RAAD VAN BESTUUR Michel J. Tilmant, voorzitter Eric F. Boyer de la Giroday Dick H. Harryvan John C.R. Hele, CFO Eli P. Leenaars Tom J. McInerney Hans van der Noordaa Koos (J.V.) Timmermans, CRO Jacques M. de Vaucleroy
ING Groep Jaarverslag 2007
236 2.2 Vennootschappelijke jaarrekening
Vennootschappelijke balans van ING Groep per 31 december voor winstbestemming bedragen in miljoenen euro’s
Activa Beleggingen in 100% deelnemingen 1 Overige activa 2 Totaal activa Eigen vermogen 3 Aandelenkapitaal Agioreserve Reserve deelnemingen Reserve koersverschillen vreemde valuta Overige reserves Onverdeelde winst
Vreemd vermogen Preferente aandelen 4 Achtergestelde leningen 5 Financiële verplichtingen tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat Overige schulden 6 Totaal vreemd vermogen en eigen vermogen
2007
2006
41.864 10.703 52.567
42.607 8.898 51.505
534 8.739 6.053 –950 13.591 9.241 37.208
530 8.348 11.528 –950 11.118 7.692 38.266
21 8.339
215 7.146
98 6.901 52.567
120 5.758 51.505
De referenties verwijzen naar de toelichting, beginnend op pagina 240, die onderdeel uitmaakt van de vennootschappelijke jaarrekening.
ING Groep Jaarverslag 2007
237
Vennootschappelijke winst-en-verliesrekening van ING Groep voor de jaren eindigend op 31 december bedragen in miljoenen euro’s
Resultaat van groepsmaatschappijen na belastingen Overige resultaten na belastingen Nettowinst
2007
2006
9.299 –58 9.241
7.704 –12 7.692
ING Groep Jaarverslag 2007
238 2.2 Vennootschappelijke jaarrekening
Vennootschappelijk mutatie-overzicht eigen vermogen ING Groep voor de jaren eindigend op 31 december bedragen in miljoenen euro’s
Aandelenkapitaal
Balans per 1 januari 2006
530
Agioreserve
Reserve deelnemingen
Reserve koersverschillen vreemde valuta
Overige reserves (1)
Totaal
8.343
14.143
–692
14.412
36.736
428
–1.203 –798
Ongerealiseerde herwaarderingen na belastingen Overgeheveld naar winst of verlies (gerealiseerd) Overgeheveld naar verzekeringsverplichtingen en overlopende acquisitiekosten Mutatie kasstroomhedgereserve Mutatie in hedge van een netto investering in buitenlandse bedrijfsonderdelen Aandelengerelateerde beloningen Koersverschillen vreemde valuta Overig Bedragen rechtstreeks verantwoord in het vermogen
–1.631 –798 820 –696 194 –883
–452
–3.188
–258
–48 480
194 100 –1.335 –48 –2.966
720 –2.468
–258
6.972 7.452
7.692 4.726
–2.534 –520
–2.681 –520 5 38.266
100
Nettowinst
Dividend Inkoop en uitgifte van eigen aandelen Uitoefening van warrants en opties Balans per 31 december 2006
820 –696
–147
530
5 8.348
11.528
–950
–1.636 –3.414
Ongerealiseerde herwaarderingen na belastingen Overgeheveld naar winst of verlies (gerealiseerd) Overgeheveld naar verzekeringsverplichtingen en overlopende acquisitiekosten Mutatie kasstroomhedgereserve Mutatie in hedge van een netto investering in buitenlandse bedrijfsonderdelen Aandelengerelateerde beloningen Koersverschillen vreemde valuta Overig Bedragen rechtstreeks verantwoord in het vermogen
1
1.132 –925 500 104
(1)
4 534
391 8.739
Overige reserves bevatten de Reserve ingehouden winst, Eigen aandelen en de Overige reserves.
ING Groep Jaarverslag 2007
–1.635 –3.414 1.132 –925 500 104 –1.153
–1.153 21 –5.475
–21 84
–5.391
–5.475
9.241 9.325
9.241 3.850
–2.999 –2.304
–2.999 –2.304 395 37.208
Nettowinst
Dividend Inkoop en uitgifte van eigen aandelen Uitoefening van warrants en opties Balans per 31 december 2007
18.810
6.053
–950
22.832
239
Grondslagen voor de vennootschappelijke balans en winst-en-verliesrekening van ING Groep ALGEMENE GRONDSLAGEN De vennootschappelijke jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met in Nederland algemeen aanvaarde grondslagen voor financiële verslaggeving zoals opgenomen in Titel 9 Boek 2 BW. De grondslagen voor presentatie en toelichting zijn in overeenstemming met in Nederland algemeen aanvaarde grondslagen voor financiële verslaggeving zoals opgenomen in Titel 9 Boek 2 BW. De grondslagen voor waardering en resultaatbepaling, zoals beschreven bij de geconsolideerde balans en winst-enverliesrekening, zijn eveneens van toepassing op de vennootschappelijke balans en winst-en-verliesrekening met uitzondering van de deelnemingen. Deelnemingen in groepsmaatschappijen en andere deelnemingen worden initieel tegen kostprijs opgenomen en daarna gewaardeerd tegen nettovermogenswaarde. De vennootschappelijke winst-en-verliesrekening is opgesteld in overeenstemming met artikel 402 Boek 2 BW. Een lijst met de informatie conform artikel 379 lid 1 Boek 2 BW is gedeponeerd bij de Kamer van Koophandel te Amsterdam conform artikel 379 lid 5 Boek 2 BW. Wijzigingen in de balanswaarde als gevolg van mutaties in de herwaarderingsreserve van de deelnemingen worden in de Reserve deelnemingen verantwoord, welke is begrepen in het Eigen vermogen. Wijzigingen in de balanswaarde uit hoofde van overeenkomstig de grondslagen van ING Groep verantwoorde resultaten van de deelnemingen worden in de winst-en-verliesrekening verantwoord. Andere wijzigingen in de balanswaarde van de deelnemingen, voorzover niet het gevolg van wijzigingen van het aandelenkapitaal, worden verantwoord onder Reserve deelnemingen, welke is begrepen in het Eigen vermogen. Er wordt een wettelijke reserve aangehouden ter hoogte van het aandeel in de resultaten uit de deelnemingen sinds de eerste waardering tegen nettovermogenswaarde, verminderd met de uitkeringen waarop aanspraak kan worden gemaakt. Uitkeringen waarvan zonder beperking ontvangst in Nederland kan worden bewerkstelligd, worden eveneens in mindering gebracht op de Reserve deelnemingen. VERANDERINGEN IN PRESENTATIE De presentatie van en sommige begrippen gebruikt in de balans, de winst-en-verliesrekening, kasstroomoverzicht, mutatie-overzicht eigen vermogen en bepaalde toelichtingen zijn in 2007 gewijzigd om additionele en relevantere informatie te verstrekken. Bepaalde vergelijkende cijfers zijn aangepast aan de huidige presentatie. De wijzigingen zijn niet significant.
ING Groep Jaarverslag 2007
240 2.2 Vennootschappelijke jaarrekening
Toelichting op de vennootschappelijke balans van ING Groep bedragen in miljoenen euro’s, tenzij anders aangegeven 1 BELEGGINGEN IN 100% DEELNEMINGEN Beleggingen in 100% deelnemingen Balanswaarde 2007 2006
Naam van de deelneming ING Bank N.V. ING Verzekeringen N.V. Overig
24.038 17.900 –74 41.864
20.868 21.902 –163 42.607
Overig bevat intercompany eliminaties tussen ING Bank N.V. en ING Verzekeringen N.V. Verloop in beleggingen in 100% deelnemingen
Balanswaarde begin van het jaar Terugbetalingen van/aan groepsmaatschappijen Verkoop van groepsmaatschappijen Herwaarderingen Resultaat van groepsmaatschappijen Dividend
Mutaties in door groepsmaatschappijen gehouden aandelen ING Groep N.V. Balanswaarde eind van het jaar
2007
2006
42.607 2.227 –5.364 9.299 –5.900 42.869
41.488 24 –587 –2.994 7.704 –3.450 42.185
–1.005 41.864
422 42.607
2 OVERIGE ACTIVA Overige activa
Vorderingen op groepsmaatschappijen Overige vorderingen, vooruitbetalingen en overlopende activa
2007
2006
10.591 112 10.703
8.827 71 8.898
2007
2006
534 8.739 6.053 –950 22.832 37.208
530 8.348 11.528 –950 18.810 38.266
3 EIGEN VERMOGEN Eigen vermogen
Aandelenkapitaal Agioreserve Reserve deelnemingen Reserve koersverschillen vreemde valuta Overige reserves Eigen vermogen
ING Groep Jaarverslag 2007
241
Aandelenkapitaal Gewone aandelen (nominale waarde EUR 0,24)
Nominaal aandelenkapitaal Aandelenkapitaal in portefeuille Geplaatst aandelenkapitaal
Aantal X1.000 2007 2006
2007
Bedrag 2006
3.000.000 3.000.000 773.555 794.907 2.226.445 2.205.093
720 186 534
720 190 530
Verloop in geplaatst aandelenkapitaal Gewone aandelen (nominale waarde EUR 0,24) Aantal X1.000 Bedrag
Geplaatst aandelenkapitaal per 31 december 2005 Uitgifte van aandelen Uitoefening warrants B Geplaatst aandelenkapitaal per 31 december 2006
2.204.934 96 63 2.205.093
530
Uitgifte van aandelen Uitoefening warrants B Geplaatst aandelenkapitaal per 31 december 2007
5.569 15.783 2.226.445
1 3 534
Reserve ingehouden winsten
Eigen aandelen
Overige reserves
Totaal Overige reserves
Onverdeelde winst
12.591
–1.436
–37
11.118
7.692 9.241
1 –2.304
1 –2.304
–174 4.693 104 153 17.367
–3.740
–36
–174 4.693 104 153 13.591
Reserve ingehouden winsten
Eigen aandelen
Overige reserves
Totaal Overige reserves
Onverdeelde winst
8.083
–868
–13
7.202
7.210 7.692
–124 –520
428 –520
–48 –1.436
–573 4.529 52 11.118
530
Verloop in Overige reserves en Onverdeelde winst
2007
Balanswaarde begin van het jaar Nettowinst Ongerealiseerde herwaarderingen na belasting Inkoop eigen aandelen Dividend Overheveling naar reserve deelnemingen Overheveling naar reserve onverdeelde winst Aandelenopties werknemers en aandeelplannen Overig Balanswaarde eind van het jaar
–2.999
Totaal
18.810 9.241 1 –2.304 –2.999 –174
–4.693
9.241
104 153 22.832
Verloop in Overige reserves en Onderdeelde winst
2006
Balanswaarde begin van het jaar Nettowinst Ongerealiseerde herwaarderingen na belasting Inkoop eigen aandelen Dividend Overheveling naar reserve deelnemingen Overheveling naar reserve onverdeelde winst Overig Balanswaarde eind van het jaar
552
–2.681 –573 4.529 12.591
100 –37
Totaal
14.412 7.692 428 –520 –2.681 –573
–4.529 7.692
52 18.810
Per 31 december bevatte de Reserve deelnemingen een bedrag van EUR 566 miljoen (2006: EUR 566 miljoen) met betrekking tot Regio Bank N.V. (de voormalige Stichting Regio Bank) dat niet vrij uitkeerbaar is. De Reserve deelnemingen en Reserve koersverschillen vreemde valuta zijn niet vrij uitkeerbaar. De reserve voor kasstroomhedges is in de Reserve deelnemingen opgenomen als een nettobedrag. De Reserve ingehouden winsten is vrij uitkeerbaar. Ongerealiseerde winsten en verliezen op derivaten die geen onderdeel uitmaken van kasstroomhedges worden verantwoord in het resultaat en zijn daarmee onderdeel van de Reserve ingehouden winsten.
ING Groep Jaarverslag 2007
242 2.2 Vennootschappelijke jaarrekening
Toelichting op de vennootschappelijke balans van ING Groep (vervolg)
Het totale eigen vermogen in de vennootschappelijke jaarrekening is gelijk aan het eigen vermogen (moedermaatschappij) in de geconsolideerde jaarrekening. Een aantal componenten verschillen echter als gevolg van de volgende presentatieverschillen tussen de geconsolideerde en de vennootschappelijke jaarrekening: – ongerealiseerde herwaarderingen van geconsolideerde deelnemingen die in de geconsolideerde jaarrekening zijn begrepen in de herwaarderingsreserve, worden in de vennootschappelijke jaarrekening gepresenteerd als Reserve deelnemingen; – vreemde valuta translatie van geconsolideerde deelnemingen die in de geconsolideerde jaarrekening zijn begrepen in de Reserve koersverschillen vreemde valuta, worden in de vennootschappelijke jaarrekening gepresenteerd als Reserve deelnemingen; – herwaarderingen op beleggingen in onroerend goed en op bepaalde participaties opgenomen in de winst-en-verliesrekening en vervolgens in de Reserve ingehouden winsten in de geconsolideerde jaarrekening, worden in de vennootschappelijke jaarrekening gepresenteerd als Reserve deelnemingen. Het totaalbedrag van niet-uitkeerbare reserves bedraagt EUR 7.003 miljoen (2006: EUR 12.478 miljoen). Voor meer informatie wordt verwezen naar toelichting 12 ‘Eigen vermogen (moedermaatschappij)’ in de geconsolideerde jaarrekening. Verloop eigen aandelen
Balanswaarde begin van het jaar Gekocht Aandelen gerelateerde beloningen Balanswaarde eind van het jaar
2007
Bedrag 2006
2007
Aantal 2006
1.436 2.505 –201 3.740
868 1.030 –462 1.436
53.859.235 79.652.109 –6.751.515 126.759.829
38.722.934 30.858.427 –15.722.126 53.859.235
4 PREFERENTE AANDELEN Zie toelichting 13 ‘Preferente aandelen’ van de geconsolideerde jaarrekening. 5 ACHTERGESTELDE LENINGEN Achtergestelde leningen Interest percentages
7,375% 6,375% 5,140% 5,775% 6,125% 4,176% Variabel 6,200% Variabel 7,200% 7,050% 8,439%
ING Groep Jaarverslag 2007
Vervaldag
Nominaal bedrag in originele valuta
2007 Eeuwigdurend 2007 Eeuwigdurend 2006 Eeuwigdurend 2005 Eeuwigdurend 2005 Eeuwigdurend 2005 Eeuwigdurend 2004 Eeuwigdurend 2003 Eeuwigdurend 2003 Eeuwigdurend 2002 Eeuwigdurend 2002 Eeuwigdurend 2000 31 december 2030
USD 1.500 USD 1.045 GBP 600 USD 1.000 USD 700 EUR 500 EUR 1.000 USD 500 EUR 750 USD 1.100 USD 800 USD 1.500
Uitgiftejaar
2007
Balanswaarde 2006
988 690 810 674 462 497 937 330 682 726 529 1.014 8.339
885 752 515 497 926 368 669 811 591 1.132 7.146
243
6 OVERIGE SCHULDEN Overige schulden naar soort
Obligatieleningen Schulden aan groepsmaatschappijen Overige schulden en overlopende passiva
2007
2006
6.370 174 357 6.901
5.230 35 493 5.758
Obligatieleningen Interest percentages
Uitgiftejaar
4,699% 4,750% Variabel Variabel 4,125% 6,125% 6,000% 5,500%
Vervaldag
2007 1 juni 2035 2007 31 mei 2017 2006 28 juni 2011 2006 11 april 2016 2006 11 april 2016 2000 4 januari 2011 2000 1 augustus 2007 1999 14 september 2009
Balanswaarde 2007 2006
117 1.761 744 1.009 744 998 997 6.370
746 995 746 997 750 996 5.230
Het aantal door groepsmaatschappijen gehouden obligaties bedraagt per 31 december 2007 34.892 met een balanswaarde van EUR 34 miljoen (2006: 29.288 met een balanswaarde van EUR 29 miljoen). Schulden aan groepsmaatschappijen naar resterende looptijd
Tot en met een jaar Vanaf een jaar tot en met vijf jaar
2007
2006
174
33 2 35
174
Zekerheden Per 31 december 2007 heeft ING zekerheden aan derden verstrekt ten bedrage van nihil (2006: nihil). ING Groep heeft aansprakelijkheidsverklaringen in overeenstemming met artikel 403 Burgerlijk Wetboek en overige zekerheden uitgegeven voor een aantal groepsmaatschappijen. REMUNERATIE SENIOR MANAGEMENT, RAAD VAN BESTUUR EN RAAD VAN COMMISSARISSEN De informatie aangaande aandelengerelateerde beloningsregelingen en de beloning van leden van de Raad van Bestuur en leden van de Raad van Commissarissen is opgenomen in het remuneratierapport in het jaarverslag (pagina 76 tot en met 86). Deze informatie maakt onderdeel uit van de gecontroleerde jaarrekening. VASTSTELLING VAN DE VENNOOTSCHAPPELIJKE JAARREKENING Amsterdam, 17 maart 2008 DE RAAD VAN COMMISSARISSEN
DE RAAD VAN BESTUUR
Jan H.M. Hommen, voorzitter Eric Bourdais de Charbonnière, vice-voorzitter Henk W. Breukink Peter A.F.W. Elverding Luella Gross Goldberg Claus Dieter Hoffmann Piet Hoogendoorn Piet C. Klaver Wim Kok Godfried J.A. van der Lugt Karel Vuursteen
Michel J. Tilmant, voorzitter Eric F. Boyer de la Giroday Dick H. Harryvan John C.R. Hele, CFO Eli P. Leenaars Tom J. McInerney Hans van der Noordaa Koos (J.V.) Timmermans, CRO Jacques M. de Vaucleroy
ING Groep Jaarverslag 2007
244 2.3 Overige informatie
Accountantsverklaring
Aan de Aandeelhouders, de Raad van Commissarissen en de Raad van Bestuur van ING Groep N.V. VERKLARING BETREFFENDE DE JAARREKENING Wij hebben de in dit jaarverslag op pagina 88 tot en met 243 opgenomen jaarrekening 2007 van ING Groep N.V. te Amsterdam gecon troleerd. De jaarrekening omvat de geconsolideerde en de vennootschappelijke jaarrekening. De geconsolideerde jaarrekening bestaat uit de geconsolideerde balans per 31 december 2007, winst-en-verliesrekening, mutatieoverzicht eigen vermogen en kasstroomoverzicht over 2007 alsmede uit een overzicht van de belangrijkste grondslagen voor financiële verslaggeving en overige toelichtingen. De vennoot schappelijke jaarrekening bestaat uit de vennootschappelijke balans per 31 december 2007 en de vennootschappelijke winst-en-verlies rekening over 2007 met de toelichting. Verantwoordelijkheid van het bestuur Het bestuur van de vennootschap is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en het resultaat getrouw dient weer te geven in overeenstemming met International Financial Reporting Standards zoals aanvaard binnen de Europese Unie en met Titel 9 Boek 2 BW, alsmede voor het opstellen van het verslag van de Raad van Bestuur in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 BW. Deze verantwoordelijkheid omvat onder meer: het ontwerpen, invoeren en in stand houden van een intern beheersingssysteem relevant voor het opmaken van en getrouw weergeven in de jaarrekening van vermogen en resultaat, zodanig dat deze geen afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten bevat, het kiezen en toepassen van aanvaardbare grondslagen voor financiële verslaggeving en het maken van schattingen die onder de gegeven omstandigheden redelijk zijn. Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht en met de standaarden van de Public Company Accounting Oversight Board (United States). Dienovereenkomstig zijn wij verplicht te voldoen aan de voor ons geldende gedragsnormen en zijn wij gehouden onze controle zodanig te plannen en uit te voeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De keuze van de uit te voeren werkzaamheden is afhankelijk van de professionele oordeelsvorming van de accountant, waaronder begrepen zijn beoordeling van de risico’s van afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten. In die beoor deling neemt de accountant in aanmerking het voor het opmaken van en getrouw weergeven in de jaarrekening van vermogen en resul taat relevante interne beheersingssysteem, teneinde een verantwoorde keuze te kunnen maken van de controlewerkzaamheden die onder de gegeven omstandigheden adequaat zijn. Tevens omvat een controle onder meer een evaluatie van de aanvaardbaarheid van de toegepaste grondslagen voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van schattingen die het bestuur van de vennootschap heeft gemaakt, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel. Oordeel betreffende de geconsolideerde jaarrekening Naar ons oordeel geeft de geconsolideerde jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van ING Groep N.V. per 31 december 2007 en van het resultaat en de kasstromen over 2007 in overeenstemming met International Financial Reporting Standards zoals aanvaard binnen de Europese Unie en met Titel 9 Boek 2 BW. Oordeel betreffende de vennootschappelijke jaarrekening Naar ons oordeel geeft de vennootschappelijke jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van ING Groep N.V. per 31 december 2007 en van het resultaat over 2007 in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 BW. VERKLARING BETREFFENDE ANDERE WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN Op grond van de wettelijke verplichting ingevolge artikel 2:393 lid 5 onder e BW melden wij dat het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening zoals vereist in artikel 2:391 lid 4 BW. Amsterdam, 17 maart 2008 Ernst & Young Accountants namens deze w.g. drs. C.B. Boogaart RA
ING Groep Jaarverslag 2007
245
Voorstel voor winstbestemming bedragen in miljoenen euro’s, behalve bedragen per aandeel VOORSTEL VOOR WINSTBESTEMMING De winstbestemming vindt plaats overeenkomstig artikel 38 van de statuten van ING Groep N.V. Daarin wordt, voorzover hier van belang, bepaald dat het gedeelte van de winst dat resteert nadat de Raad van Bestuur met goedkeuring van de Raad van Commissarissen heeft bepaald welk gedeelte van de winst wordt gereserveerd, ter beschikking staat van de Algemene Vergadering van Aandeelhouders. Voorgesteld wordt het dividend vast te stellen op EUR 1,48 per gewoon aandeel van EUR 0,24. Op 16 augustus 2007 werd een interimdividend van EUR 0,66 per gewoon aandeel van EUR 0,24 betaalbaar gesteld. Het interimdividend werd uitgekeerd in contanten. Als slotdividend resteert derhalve EUR 0,82. Het slotdividend zal geheel in contanten worden uitgekeerd en wordt op 5 mei 2008 betaalbaar gesteld. Voorgestelde winstbestemming Nettowinst Toevoeging aan reserves, krachtens artikel 38, lid 5 van de statuten Krachtens artikel 38, lid 6 van de statuten ter beschikking van de Algemene Vergadering van Aandeelhouders
9.241 6.061 3.180
Dividend van EUR 1,48 per gewoon aandeel
ING Groep Jaarverslag 2007
246 2.3 Overige informatie
Bepalingen inzake uitgifte van aandelen
BEPALINGEN INZAKE UITGIFTE VAN AANDELEN Voorgesteld wordt de Raad van Bestuur aan te wijzen als het orgaan dat bevoegd is om, met goedkeuring van de Raad van Commis sarissen, te besluiten tot uitgifte van gewone aandelen, tot het verlenen van rechten tot het nemen van gewone aandelen en tot het beperken of uitsluiten van het voorkeursrecht van de houders van aandelen. De bevoegdheid geldt tot en met 22 oktober 2009 (behoudens verlenging door de Algemene Vergadering van Aandeelhouders): (I) voor een totaal van 200.000.000 gewone aandelen, plus (II) voor een totaal van 200.000.000 gewone aandelen, echter uitsluitend indien de aandelen worden uitgegeven in verband met de overname van een onderneming of vennootschap.
ING Groep Jaarverslag 2007
247 2.4 Additionele financiële informatie
RAROC-performance
ING Bank past het RAROC-concept toe. RAROC is de afkorting voor Risk-Adjusted Return on Capital (naar risico gewogen rendement op kapitaal). Deze methodiek meet de performance van de verschillende activiteiten op een consistente wijze die aansluit bij de creatie van aandeelhouderswaarde. RAROC ondersteunt het besluitvormingsproces door een consequente afweging tussen verwachte opbreng sten en aanwezige risico’s, met als doel een zo efficiënt mogelijke aanwending van het aanwezige kapitaal. Instrumenten die de prijs aanpassen op het risico worden gebruikt ter ondersteuning van de prijsstelling op transactieniveau en in het kredietfiatteringsproces. RAROC wordt berekend door het naar risico gewogen rendement te delen door het economisch kapitaal. Het naar risico gewogen rende ment is gebaseerd op dezelfde waarderingsgrondslagen als in de jaarrekening, met twee belangrijke uitzonderingen. De feitelijke risico kosten voor kredietrisico worden vervangen door de te verwachten verliezen op basis van statistisch berekende gemiddelde krediet verliezen over de gehele economische cyclus. Bovendien wordt de winst-en-verliesrekening gecorrigeerd voor het verschil tussen het aanwezige boekkapitaal en het economische kapitaal. Onderliggende RAROC voor bancaire activiteiten RAROC (na belastingen) 2007 2006
RAROC (voor belastingen) 2007 2006
14,8% 27,5% 13,8% –35,5% 17,6%
13,1% 28,6% 16,8% –3,6% 17,7%
18,0% 26,1% 12,3% –66,5% 17,6%
17,7% 28,0% 16,7% –17,6% 19,2%
ING Real Estate Totaal Wholesale Banking
32,7% 20,3%
40,1% 20,6%
44,6% 22,5%
58,6% 24,3%
Nederland België Polen Overig Retail Totaal Retail Banking
60,4% 45,8% 56,9% 2,0% 39,5%
46,4% 45,5% 17,6% –0,5% 32,0%
78,8% 55,6% 70,5% 0,9% 50,3%
65,9% 60,5% 22,5% –1,9% 44,4%
Totaal ING Direct
14,3%
11,8%
17,7%
19,4%
–59,5% 22,3%
–60,8% 20,5%
19,9%
19,7%
Nederland België Overig wereldwijd Overig Wholesale Subtotaal Wholesale Banking
Corporate Line Totaal bancaire activiteiten Totaal bancaire activiteiten inclusief desinvesteringen en bijzondere posten
–86,8% –115,4% 26,2% 26,2%
23,1%
25,5%
Noot: De onderliggende cijfers zijn exclusief desinvesteringen en bijzondere posten.
ING Groep Jaarverslag 2007
248 2.4 Additionele financiële informatie
Embedded value bedragen in miljoenen euro’s, tenzij anders aangegeven Embedded value geeft inzicht in het creëren van economische waarde door de verkoop en het beheer van langetermijncontracten zoals levensverzekeringen, lijfrenten en pensioenen. Embedded value wordt gedefinieerd als de som van het netto vermogen en de waarde van de bestaande portefeuille. Het netto vermogen is gelijk aan het vrije vermogen en het vereiste kapitaal. De waarde van de bestaande portefeuille wordt gedefinieerd als de huidige waarde van toekomstige boekwinst na belastingen zoals gerapporteerd aan de lokale toe zichthouder, die naar verwachting zal voortvloeien uit de lopende verzekeringen, inclusief de nieuwe productie geschreven gedurende de rapportageperiode, minus de kosten voor het aanhouden van vereist kapitaal. De waarde van nieuwe productie is de embedded value toegevoegd door de verkopen gedurende het jaar, en biedt daarom inzicht in de te verwachten winstgevendheid van de verkopen in 2007. Toekomstige winsten worden met actuariële methodes geschat en een zo goed mogelijke schatting van in de toekomst te verwach ten realisaties, met uitzondering van economische aannames die meer zijn afgestemd op de marktprijzen. In mei 2004 werden de Europese Embedded Value (EEV) Principes geïntroduceerd door het CFO-forum, een commissie bestaande uit chief financial officers (CFO’s) van de grote Europese verzekeringsmaatschappijen. Deze richtlijnen en de bijbehorende toelichting bieden een kader voor de berekening van en rapportage over aanvullende informatie op het gebied van embedded value. De resultaten over de jaren 2004 tot en met 2007 worden gerapporteerd op basis van deze EEV-Principes. In dit rapport wordt ook rekening gehouden met de Aanvullende Richtlijn inzake de EEV-rapportage die met ingang van 31 december 2006 in werking is getreden. Vóór dividenden minus kapitaalinjecties steeg de totale embedded value van de levensverzekeringsactiviteiten van ING tot EUR 32.460 miljoen vergeleken met EUR 27.718 miljoen ultimo 2006. Na dividenden in contanten en kapitaalinjecties van de activiteiten die in de embedded value resultaten worden meegenomen, nam de embedded value af naar EUR 26.993 miljoen, vooral vanwege de dividenden van Nationale-Nederlanden. De cijfers over 2006 en 2007 zijn voor aftrek van het pensioentekort. In 2006 was dit tekort EUR 513 miljoen en in 2007 EUR –154 miljoen. Met uitzondering van het afstoten van activiteiten en valuta-invloeden, droegen alle componenten van de embedded value bij aan de toename van het embedded value resultaat. Waarde nieuwe productie Periodieke Kooppremie sommen
IR (1)
Waarde nieuwe WNP/CW productie Premies (2)
Periodieke premie
Koopsommen
154 21 314 1.495 322 1.621 3.927
1.495 904 711 16.418 210 5.609 25.347
IR (1)
Waarde nieuwe productie
WNP/CW Premies (2)
12,8% 12,3% 18,1% 10,3% 10,5% 16,8% 13,3%
76 19 124 145 22 421 807
2,8% 1,4% 4,0% 0,7% 3,8% 3,1% 1,9%
2007
Nederland België & Luxemburg (3) Centraal-Europa & Spanje Verenigde Staten Latijns-Amerika Azië/Pacific ING Groep
156 22 465 1.419 354 1.777 4.193
1.191 1.037 1.028 18.791 193 9.034 31.273
12,2% 13,2% 18,4% 11,3% 15,8% 16,8% 14,3%
70 17 313 215 55 442 1.113
2,9% 1,3% 4,0% 0,9% 8,9% 2,5% 2,1%
2006
IR = intern rendement aangepast voor verwachte fluctuaties in valutakoersen ten opzichte van de euro. WNP/CW Premies = waarde van de nieuwe levenproductie gedeeld door de contante waarde van de premies uit hoofde van nieuwe levenproductie. (3) De 2006 België cijfers zijn aangepast op de desinvesteringen in 2007. (1)
(2)
De waarde van de nieuwe productie (WNP) bedroeg in 2007 EUR 1.113 miljoen, een stijging van 37,9% ten opzichte van EUR 807 miljoen in 2006. De grootste bijdrage werd geleverd door de opkomende markten in Azië/Pacific en Centraal-Europa. De grootste toenames de den zich voor in Centraal-Europa, waar de Romania Pillar II-pensioenfondsen EUR 150 miljoen bijdroegen, alsmede de Verenigde Staten waar de levensverzekeringsactiviteiten en de omzet van ING Financial Products aanzienlijk stegen, en in Mexico de pensioen-activiteiten. De volwassen markten van België, Nederland en Luxemburg laten tezamen een daling zien van de WNP met 8,4%, van EUR 95 miljoen in 2006 naar EUR 87 miljoen. De winstgevendheid van nieuwe productie, weergegeven in het interne rendement, verbeterde met 1 procent punt tot 14,3% door een hoger volume, gemeten naar investeringen in nieuwe activiteiten. De investering in nieuwe activiteiten nam toe van EUR 1.831 miljoen in 2006 tot EUR 2.093 miljoen. De hogere investering en het gestegen interne rendement komen overeen met de hogere waarde van de nieuwe productie. Het verwachte interne rendement in opkomende markten is 18,6% ten opzichte van 17,7% in 2006. De acquisitiekostenoverschrijdingen daalden met 49,4% van EUR 87 miljoen in 2006 naar EUR 44 miljoen in 2007. Dit is toe te schrijven aan een combinatie van een 13,3% hogere omzet, de verschuiving van kosten in de VS van acquisitie naar onderhoudskosten en het wegvallen van de opstartkosten voor greenfields uit de acquisitiekosten.
ING Groep Jaarverslag 2007
249
Embedded value van de levenbedrijven 2007
2006
Vrije deel van het eigen vermogen Vereist kapitaal Netto vermogen
1.128 13.498 14.626
3.781 13.873 17.654
Huidige waarde toekomstige boekwinst Kosten voor aanhouden vereist kapitaal Waarde lopende verzekeringen
17.102 –4.734 12.367
15.382 –5.318 10.064
Embedded value
26.993
27.718
Embedded value per divisie – levenbedrijf 2007
2006
Nederland België & Luxemburg Centraal-Europa & Spanje Insurance Europe
9.723 546 3.887 14.156
12.032 1.111 2.961 16.103
Verenigde Staten Latijns-Amerika Insurance Americas
9.068 1.565 10.633
9.376 896 10.272
Insurance Asia/Pacific ING Groep
2.204 26.993
1.343 27.718
Verandering in de embedded value van het levenbedrijf Gerapporteerde embedded value 2006
27.718
Toevoeging portefeuilles/(desinvesteringen) Valuta-invloeden Modelwijzigingen Herziene embedded value
–431 –996 185 26.476
Waarde nieuwe productie Financiële variaties Operationele variaties Aannamewijzigingen Winst op embedded value Vereist rendement Beleggingsrendement vrije deel eigen vermogen Wijziging disconteringsvoet Wijziging in economische aannames Embedded value van geacquireerde activiteiten (Dividenden in contanten en) kapitaalsuitbreiding Embedded value ultimo 2007
1.113 1.172 394 123 2.802 1.770 470 210 261 472 –5.468 26.993
ING Groep Jaarverslag 2007
250 2.4 Additionele financiële informatie
Embedded value (vervolg)
De belangrijkste oorzaken van de veranderingen in de embedded value 2007 zijn: – Waarde nieuwe productie van EUR 1.113 miljoen: Dit is een grote stijging vergeleken met EUR 807 miljoen in 2006. De WNP van Noord- en Latijns-Amerika en Europa nam met respectievelijk 61,7% en 82,6% toe. Bij Azië/Pacific was de stijging 5,0% en deze regio heeft wederom de grootste bijdrage geleverd aan de WNP. – De financiële variaties van EUR 1.172 miljoen, die grotendeels is toe te schrijven aan de gerealiseerde verkoopwinst op aandelen in Nederland. Dit een lichte daling ten opzichte van 2006. – Operationele variaties van EUR 394 miljoen: In 2006 was dit EUR –33 miljoen. Deze stijging is voornamelijk toe te schrijven aan de beter dan verwachte ontwikkeling in de reserves, de introductie van een herverzekeringstransactie bij US Life voor overbodige reserves en verbeterde beleggingsstrategieën voor eigen rekening van US. – Veranderingen in de operationele aannames van EUR 123 miljoen: deze zijn met name toe te schrijven aan een betere weergave van de kostenvergoedingen van variabele-lijfrenteproducten in de VS in de actuariële modellen. – Totale invloed van de wijziging in economische aannames (EUR 261 miljoen) en de bijbehorende wijziging in de disconteringsvoet (EUR 210 miljoen): Deze bedroegen tezamen EUR 471 miljoen. Wijzigingen in economische aannames hebben betrekking op rentetarieven, aandelen en vastgoed en andere aannames in het rendement op beleggingen alsmede kosten- en looninflatie. – Het vereiste rendement op de beginwaarde van de lopende portefeuille (afwikkeling op basis van de disconteringsvoet) van EUR 1.770 miljoen. – Toevoeging portefeuilles/(desinvesteringen) van EUR –431 miljoen: Dit had voornamelijk betrekking op de desinvestering in België en de toename van het belang van ING in ING Life Korea. De acquisitie van de Latijns-Amerikaanse pensioenactiviteiten van Banco Santander zijn in een aparte categorie opgenomen, te weten Embedded value van geacquireerde activiteiten. – Valuta-invloeden van EUR –996 miljoen: Dit is toe te schrijven aan de verzwakte positie van verschillende valuta in Noord- en Latijns-Amerika ten opzichte van de euro. – Modelwijzigingen hebben betrekking op de aanpassing van de eindwaarde 2006 aan de actuele cijfers, op basis waarvan het begin waarde voor 2007 wordt vastgesteld, veranderingen in de Embedded Value die voortvloeien uit veranderingen in de beleggingssamen stelling, een wijziging in het kostenbeleid om de opstartkosten voor greenfields mee te nemen, en aanpassingen in de modellen die worden gebruikt om de uitkeerbare winst te ramen. Voor Europa is de grootste bijdrage afkomstig uit veranderingen in de beleggings samenstelling in Nederland. Door modelwijzigingen en de opstartkosten voor greenfields was er sprake van een daling in Azië/Pacific. – Dividenden, netto voor kapitaaluitbreidingen, zorgden voor een daling van de Embedded Value met EUR 5.468 miljoen, vooral door dividenden die zijn uitgekeerd door Nationale-Nederlanden. Gevoeligheid embedded value voor economische aannames Onderstaande tabel vertoont de uitkomst van een gevoeligheidsanalyse van de embedded value op 31 december 2007 voor: – Een stijging of daling van de rente op nieuwe beleggingen met 1 procentpunt. – Een stijging of daling van de disconteringsvoet met 1 procentpunt. – Rente op nieuwe beleggingen gebaseerd op door de markt geïmpliceerde forward rente afgeleid van de swap rente per 31 oktober 2007. De disconteringsvoet is daarop aangepast. – Een daling met 1 procentpunt in het aangenomen beleggingsrendement van aandelen- en vastgoedbeleggingen. – 10% daling in de marktwaarde van aandelen- en vastgoedbeleggingen. – Lokale wettelijke vereiste minimale solvabiliteit. Bij elke gevoeligheidsberekening blijven alle overige aannames onveranderd, behalve – wanneer deze direct beïnvloed worden door herziene economische omstandigheden. Bijvoorbeeld: toekomstige overrentedeling wordt automatisch aangepast om veranderingen in de gevoeligheid van toekomstige beleggingsrendementen weer te geven; – wanneer wordt aangegeven dat de disconteringsvoet overeenkomstig is aangepast. In dat geval blijft de risicomarge onveranderd.
ING Groep Jaarrekening 2007
251
Gevoeligheid embedded value voor economische aannames Insurance Europe
Gerapporteerde embedded value (na belastingen) 1% daling van rente op nieuwe beleggingen 1% stijging van rente op nieuwe beleggingen 1% daling van disconteringsvoet 1% stijging van disconteringsvoet Door markt geïmpliceerde forward rentes (31 oktober 2007) Daling rendement op aandelen en vastgoed met 1% Daling in de marktwaarde van aandelen- en vastgoedbeleggingen met 10% Lokaal wettelijk vereiste minimale solvabiliteit Netto invloed van (1): 1% daling van rente op nieuwe beleggingen en 1% daling in de disconteringsvoet 1% stijging van rente op nieuwe beleggingen en 1% stijging in de disconteringsvoet
Insurance Insurance Americas Asia/Pacific
Totaal
14.156 –310 279 1.161 –979
10.633 –532 304 499 –451
2.204 –1.656 1.532 522 –446
26.993 –2.499 2.115 2.182 –1.876
–2 –846
57 –190
17 –197
73 –1.233
–1.245 295
–396 220
–304 2.107
–1.946 2.621
851
–34
–1.134
–317
–700
–147
1.086
239
De hier weergegeven netto-invloed is de som van de individuele gevoeligheden zoals hierboven gerapporteerd. Deze kan afwijken van een exacte berekening van de verandering in beide parameters.
(1)
Bij bovenvermelde resultaten hebben wij de volgende opmerkingen: – De netto-invloed van de daling van het renteniveau met 1% (een neerwaartse parallelle verschuiving van 1%) en de disconterings voeten is EUR –317 miljoen. Bij de stijging van de gevoeligheid met 1% heffen de twee effecten elkaar nog enigszins op (EUR 239 miljoen). Dit is toe te schrijven aan de rentegarantie, als gevolg waarvan de rentemarges afnemen als de rente daalt. – Het gebruik van lokale kapitaalmodellen in plaats van het ING-kapitaalmodel had een positieve invloed van EUR 2.621 miljoen. Dit is vooral toe te schrijven aan Taiwan waar ING aanzienlijk meer kapitaal heeft gealloceerd dan volgens het lokale model vereist is. Waarde nieuwe productie opkomende markten (1)
Centraal-Europa Noord- en Latijns-Amerika Azië/Pacific ING Groep
Periodieke premie
Koopsommen
IR
369 354 1.462 2.185
539 193 992 1.723
20,1% 15,8% 18,7% 18,6%
Waarde nieuwe productie 2007
Periodieke premie
Koopsommen
IR
278 55 344 678
232 322 1.228 1.782
451 210 668 1.329
18,6% 10,4% 19,7% 17,7%
Waarde nieuwe productie 2006
88 21 320 429
De landen die tot de opkomende markten worden gerekend zijn: – Centraal-Europa: Bulgarije, Hongarije, Polen, Roemenië, Rusland, Slowakije, Tsjechië. – Noord- en Latijns-Amerika: Chili, Mexico, Peru. – Azië/Pacific: China, Hongkong, India, Korea, Maleisië, Taiwan, Thailand.
(1)
De waarde van nieuwe productie in opkomende markten steeg ten opzichte van 2006 met 57,7% tot EUR 678 miljoen. ONAFHANKELIJK OORDEEL Watson Wyatt Limited (‘Watson Wyatt’), een internationale actuariële adviesorganisatie, heeft de berekening van de embedded value van ING per 31 december 2007 en de waarde van de nieuwe productie over 2007 beoordeeld. Alle belangrijke bedrijfsonderdelen zijn in deze beoordeling meegenomen. Van deze bedrijfsonderdelen zijn alle levensverzekeringen en overige langetermijncontracten inbegrepen. De primaire focus van de beoordeling van Watson Wyatt lag op de gehanteerde methodologie en aannames. Daarnaast is Watson Wyatt gevraagd een globale beoordeling te geven van de uitkomsten van de berekening, maar niet om een uitvoerige controle uit te voeren op de toegepaste modellen en in gebruik zijnde procedures. Watson Wyatt is tot de conclusie gekomen dat de gehanteerde methodologie en gehanteerde aannames in lijn zijn met de Europese Embedded Value Principes en Richtlijnen.
ING Groep Jaarverslag 2007
252 2.4 Additionele financiële informatie
Financiële begrippenlijst
ACTUARIEEL EN VERZEKERINGSTECHNISCH RISICO Actuariële en verzekeringstechnische risico’s vloeien voort uit de prijsstelling en acceptatie van verzekeringscontracten. Actuarissen spelen een belangrijke rol in het bepalen van het niveau van de verzekeringspremies en het zekerstellen dat verzekerings-maat schappijen voldoende voorzieningen treffen om (schade)-vergoe dingen uit te keren. Het actuariële risico betreft het risico dat de modelveronderstellingen van actuarissen voor de bepaling van het niveau van de premies en de voorzieningen in enige mate onjuist blijken te zijn. Het verzekeringstechnisch risico betreft het risico dat een (schade)claim uit hoofde van een verzekeringspolis wordt ontvangen. Het maximale verzekeringstechnische risico wordt beperkt door uitsluitingen, dekkingslimieten en herverzekering. AFKOOP De beëindiging van een levensverzekerings- of pensioenovereenkomst op verzoek van de polishouder, waarbij de polishouder, indien van toepassing, de afkoopwaarde van de overeenkomst ontvangt. AFLOSSINGSWAARDE Het bedrag dat met betrekking tot beleggingen in nominale waarden op vervaldatum moet worden terugbetaald. ALT-A MORTGAGE Een hypotheekklasse voor woningen in de VS welke beschouwd wordt als minder risicovol dan subprime-hypotheken, maar meer risicovol dan de zogenaamde ‘prime’ hypotheken. Bij de catego risatie van Alt-A wordt over het algemeen gebruik gemaakt van kredietscores van de hypotheeknemer, waarde van het onderpand en de hypotheekverstrekking ten opzichte van de executiewaarde. Overige kenmerken van Alt-A hypotheken zijn een beperkt onder pand en/of inkomenscontrole. ASSET & LIABILITY COMMITTEE (ALCO) Het Asset & Liability Committee (ALCO) beheert de balans van ING, met name met betrekking tot het strategische niethandels risico. Het niet-handelsrisico bestaat onder meer uit renterisico, aandelenrisico, vastgoedrisico, liquiditeitsrisico en schommelingen in solvabiliteit en valuta’s. ASSET LIABILITY MANAGEMENT (ALM) Asset Liability Management is een wijze van bedrijfsvoering waarbij beslissingen over activa en passiva op elkaar worden afgestemd. ALM is een voortdurend proces van formuleren, implementeren, bewaken en herzien van strategieën die betrekking hebben op de activa en passiva. ASSET BACKED SECURITIES (ABS) Asset-backed securities zijn obligaties of andere schuldeffecten die een portefeuille van activa als onderpand hebben, of kasstromen die gegenereerd worden uit een nader gespecificeerde portefeuille van activa. BASEL I Basel I is het eerste Basel Akkoord, welke aanbevelingen bevat met betrekking tot bankvereisten zoals bepaald door het Basel Comité voor Bankentoezicht. Deze zijn, voor ING, vervangen door Basel II vanaf 2008.
ING Groep Jaarverslag 2007
BASEL II Basel II is het tweede Basel Akkoord. Basel II is een international standaard voor hoeveel kapitaal banken aan moeten houden voor de financiële en operationele risico’s waarmee zij geconfronteerd worden. Basel II heeft de mogelijkheid geïntroduceerd voor banken om risico’s te meten op basis van hun interne modellen. BASIS POINT VALUE (BPV) De verandering van de netto contante waarde van een kasstroom of van een aantal kasstromen veroorzaakt door een verandering in de rente met 1 basispunt. BASISRISICO Het basisrisico vloeit voort uit een onvolledige correlatie in de afstemming tussen verdiende en betaalde rente op verschillende financiële instrumenten. Dit risico is onder andere inherent aan betaaltegoeden, spaarrekeningen en hypotheken met de mogelijkheid van vervroegde aflossing. BELEGGINGEN INZAKE PENSIOENVERPLICHTINGEN Beleggingen inzake pensioenverplichtingen betreffen fondsbeleggingen die bestaan uit de netto activa gerelateerd aan pensioenverplichtingen gehouden door een fonds of entiteit of die gehouden worden in relatie tot kwalificerende verzekeringspolissen. Bij fondsbeleggingen gehouden door een fonds of entiteit geldt dat: – het fonds of de entiteit formeel juridisch afgescheiden moet zijn van de rechtspersoon en alleen bestaat om aanspraken van (voormalig) personeel en hun nabestaanden uit te keren of te financieren; – de fondsbeleggingen alleen beschikbaar zijn voor de nakoming van de aanspraken van (voormalig) personeel en hun nabe staanden, geen verhaalsobject zijn voor de schuldeisers van de rechtspersoon (zelfs niet bij faillissement) en niet kunnen terug vloeien naar de rechtspersoon, tenzij er sprake is van een over schot of wanneer de fondsbeleggingen terugvloeien naar de rechtspersoon ter compensatie van reeds uitgekeerde aanspraken. Een kwalificerende verzekeringspolis is een verzekeringspolis die is uitgegeven door een verzekeringsmaatschappij, niet zijnde een aan de Groep verbonden partij, waarvan de opbrengst: – alleen gebruikt kan worden ter financiering van de employee benefits onder een defined contribution plan; en – niet beschikbaar is voor de schuldeisers van de rechtspersoon (zelfs niet bij faillissement) en niet aan de rechtspersoon kan worden uitgekeerd, tenzij de opbrengst een overschot vertegenwoordigt dat niet noodzakelijk is om aan de verplichtingen onder de polis te voldoen of de opbrengst een compensatie is voor reeds uitgekeerde aanspraken. BELEGGINGSPORTEFEUILLE De beleggingsportefeuille bevat die activa die worden aangehou den met betrekking tot duurzame activiteiten en als zodanig zijn aangewezen. Deze beleggingen dienen ter dekking van de ver plichtingen uit hoofde van verzekeringstechnische voorzieningen en om het rente-, solvabiliteits- en liquiditeitsrisico te beheersen.
253
BIS De Bank for International Settlements (BIS) is een internationale organisatie die internationale monetaire en financiële samen werking aanmoedigt en dienst doet als een bank voor centrale banken. BIS heeft een minimum bepaald voor de solvabiliteitsratio, die de verhouding weergeeft tussen kapitaal en risico gewogen activa. Deze ratio moet minimaal 8% zijn. BIJZONDERE WAARDEVERMINDERINGEN Van een bijzondere waardevermindering is sprake indien de opbrengstwaarde duurzaam lager is dan de boekwaarde van het actief. In dit geval is een afwaardering van het actief noodzakelijk. CAPITAL-AT-RISK (CaR) De capital-at-risk is het maximale negatieve effect op de econo mische waarde van ING Groep onder normale marktomstandig heden op basis van een tijdshorizon van één jaar. CaR wordt berekend op basis van een betrouwbaarheidsniveau van 90%. CERTIFICAAT VAN AANDELEN Certificaten van gewone en van preferente aandelen, uitgegeven door de Stichting, in ruil voor gewone en preferente aandelen uitgegeven door ING Groep N.V. COLLATERALIZED DEBT OBLIGATION (CDO) Een soort ‘asset backed security’ welke beleggers blootstelling verschaft aan het kredietrisico van een groep vastrentende waarden. COLLATERALISED LOAN OBLIGATION Een soort CDO waarbij zekerheid voornamelijk wordt verschaft door onderpand bestaande uit vorderingen van commerciële leningen. COMPLIANCERISICO Het compliancerisico wordt gedefinieerd als het risico dat de integriteit van ING Groep wordt aangetast, wat kan leiden tot schade aan de reputatie van ING, tot juridische of door de toezichthouder opgelegde sancties, of tot financiële schade als gevolg van het (gezien worden als) niet naleven van toepasselijke wet- en regelgeving en standaarden. CONCENTRATIES Er is sprake van een concentratie van kredietrisico wanneer een verandering in economische, industriële en geografische factoren op soortgelijke wijze groepen van tegenpartijen, wiens gezamenlijke obligo ten opzichte van het totale obligo van ING Groep materieel is, beïnvloedt. CONVERTEERBARE OBLIGATIES Converteerbare obligaties zijn obligaties die in combinatie met een optierecht worden uitgegeven door ondernemingen. De houder heeft het recht om op een bepaald moment in de toekomst tegen een bepaalde koers een converteerbare obligatie om te wisselen voor aandelen in de uitgevende onderneming. Een converteerbare obligatie is vaak opeisbaar. Dit betekent dat deze op een bepaald moment in de toekomst tegen een bepaalde prijs kan worden teruggekocht door de uitgevende onderneming. Wanneer de obligaties worden opgeëist heeft de houder de mogelijkheid om de obligaties te converteren vóór het moment van terugkoop.
CONVEXITEIT De niet-lineaire relatie tussen wijzigingen in de rente enerzijds en in obligatiekoersen/netto contante waarde anderzijds. Convexiteit is een zeer belangrijke maatstaf bij portefeuilles met al dan niet expliciete optierechten (‘embedded options’). DEELNEMING Deelnemingen zijn entiteiten waarin ING Groep in het algemeen tussen de 20% en 50% zeggenschap heeft, of waarop de Groep op andere wijze significante invloed kan uitoefenen, maar waarin de Groep geen overheersende zeggenschap heeft. DEFINED BENEFIT PLAN Een defined benefit plan is een pensioenregeling, anders dan een defined contribution plan. DEFINED CONTRIBUTION PLAN Een defined contribution plan betreft een pensioenregeling waarbij de onderneming een vaste bijdrage betaalt aan een aparte entiteit (een fonds). De onderneming heeft geen wettelijke of feitelijke verplichtingen om aanvullende bijdragen te betalen als het fonds niet voldoende middelen heeft om aan alle huidige en toekomstige employee benefits te voldoen. DELTA HEDGE De delta hedge minimaliseert het risico dat voortvloeit uit optie- en aandelenregelingen door een bepaald aantal (certificaten van) aandelen aan te houden. Het risico wordt elk kwartaal beoordeeld en waar nodig worden aandelen gekocht in de markt of van werknemers. DEPOSITOCERTIFICATEN Verhandelbare schuldbewijzen aan toonder met een korte looptijd uitgegeven door banken. DERIVATEN Derivaten zijn financiële instrumenten en bestaan met name uit termijncontracten, futures, opties en swaps, waarvan de waarde is gebaseerd op een onderliggende waarde, index of referentiekoers. DISCRETIONAIRE WINSTDELING Een contractueel recht om aanvullend op een gegarandeerde uitkering bijkomstige voordelen te ontvangen, die waarschijnlijk een significant deel zijn van de totale contractuele voordelen en waarvan de hoogte en het tijdstip contractueel bepaald worden door de verzekeraar. Deze uitkering is contractueel gebaseerd op prestaties van een specifiek gemeenschappelijk fonds of van een bepaald contract, de (on)gerealiseerde beleggingsresultaten van een gemeenschappelijk fonds of activa aangehouden door de verzekeraar of de winst van de onderneming, het fonds of een andere onderneming die het contract heeft uitgegeven. DOCHTERMAATSCHAPPIJ Een maatschappij: – waarin de rechtspersoon of een of meer van zijn dochtermaat schappijen, al dan niet krachtens overeenkomst met andere stemgerechtigden, meer dan de helft van de stemrechten in de algemene vergadering kan uitoefenen; of – waarvan de rechtspersoon of een of meer van zijn dochter maatschappijen lid of aandeelhouder zijn en, al dan niet krachtens overeenkomst met andere stemgerechtigden, alleen of samen meer dan de helft van de bestuurders of van de commissarissen kan benoemen of ontslaan. ING Groep Jaarverslag 2007
254 2.4 Additionele financiële informatie
Financiële begrippenlijst (vervolg)
EFFECTIEVERENTEMETHODE Een methode om de geamortiseerde kostprijs van een financieel actief of passief te bepalen en de rentebaten of rentelasten toe te rekenen aan de relevante periode. EARNINGS-AT-RISK (EAR) EaR meet het effect van veranderingen in de marktprijzen op de winst onder IFRS, op basis van een periode van één jaar. ECONOMISCH KAPITAAL Economisch kapitaal is het minimale kapitaal dat benodigd is om onverwachte verliezen op te vangen in ernstige stresssituaties. Vanwege de beoogde kredietrating AA voor ING Groep wordt voor het vereiste economische kapitaal gerekend met een betrouwbaarheidsniveau van 99,95%. EIGEN AANDELEN Aandelen ingekocht door de uitgevende instelling of een van de groepsmaatschappijen. ELIMINATIE Eliminatie is een proces waarbij de transacties tussen groepsmaatschappijen onderling met elkaar worden afgestemd en gesaldeerd, waardoor zowel activa, passiva, baten als lasten niet te hoog worden voorgesteld. EMPLOYEE BENEFITS Iedere vorm van beloning die door een onderneming in ruil voor bewezen diensten van (voormalige) werknemers wordt gegeven. FINANCIËLE LEASE Een leasecontract waarbij feitelijk alle risico’s en beloningen die samenhangen met het eigendom van een activum aan de lessee zijn overgedragen. Het is hierbij mogelijk dat het eigendom uiteindelijk wordt overgedragen. FINANCIEEL ACTIEF Elk actief dat bestaat uit: – een overeengekomen recht om liquide middelen of een ander financieel actief van een andere onderneming te ontvangen; – een contractueel overeengekomen recht om financiële instrumenten met een andere onderneming te ruilen onder voorwaarden die potentieel voordelig zijn; of – een eigen vermogensinstrument van een andere onderneming.
FINANCIËLE VERPLICHTING Elk contractueel overeengekomen verplichting om: – liquide middelen of een ander financieel actief aan een andere onderneming over te dragen; of – financiële instrumenten te ruilen met een andere onderneming onder voorwaarden die potentieel nadelig zijn. FUTURES Futures zijn verplichtingen om valuta of andere financiële instru menten te kopen of te verkopen op een van te voren vastgesteld toekomstig tijdstip. Beursen treden op als intermediairs en vereisen dagelijkse afrekeningen in contanten en storting van zekerheden. GEAMORTISEERDE KOSTPRIJS Het bedrag waarvoor financiële activa of verplichtingen bij eerste verwerking worden gewaardeerd minus aflossingen, plus of minus de cumulatieve afschrijving gebruikmakend van de effectieverentemethode voor het verschil tussen het oorspronkelijke bedrag en het bedrag op de vervaldatum, en minus bijzondere waardeverminderingen of niet ontvangen bedragen. GEBOEKTE BRUTO PREMIES Het totaal van geboekte premies (al dan niet verdiend) in een bepaalde periode voor verzekerings- en herverzekeringscontracten (met inbegrip van deposito’s voor beleggingscontracten met een beperkt of geen levensverzekeringskarakter) met inbegrip van de afgegeven herverzekeringspremies. GEBOEKTE NETTO PREMIES De geboekte bruto premies verminderd met de afgegeven herverzekeringspremies in een bepaalde periode. GECOMBINEERDE RATIO De som van de schaderatio en de kostenratio van een schade- of herverzekeringsmaatschappij. Een gecombineerde ratio van meer dan 100% betekent niet noodzakelijkerwijs dat er sprake is van een verlies met betrekking tot schadeverzekeringen, omdat aan het resultaat ook opbrengsten uit beleggingen worden toegerekend. GEWOON AANDEEL Een eigen vermogen instrument dat achtergesteld is ten opzichte van alle andere eigen vermogen instrumenten. Gewone aandelen delen pas in de nettowinst van het verslagjaar na alle andere soorten aandelen, zoals preferente aandelen.
FINANCIËLE ACTIVA BESCHIKBAAR VOOR VERKOOP Die financiële activa, niet zijnde derivaten, die zijn aangewezen als beschikbaar voor verkoop of die niet worden gerubriceerd als (a) kredieten, (b) tot einde looptijd aangehouden beleggingen, of (c) financiële activa tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat.
HANDELSPORTEFEUILLE In de handelsportefeuille worden financiële instrumenten opgenomen die worden aangehouden om op korte termijn transactieresultaten te behalen, om transacties voor rekening van cliënten te vergemakkelijken of om andere posities in de handelsportefeuille af te dekken.
FINANCIËLE INSTRUMENTEN Financiële instrumenten zijn overeenkomsten die leiden tot een financieel actief bij een onderneming en een financiële verplichting of een eigen-vermogens-instrument bij een andere onderneming.
HERVERZEKERING De praktijk, waarbij de ene partij, de herverzekeraar, er in toestemt om in ruil voor een premie een andere partij, de verzekeraar of cederende onderneming, schadeloos te stellen voor een gedeelte of de gehele verplichting met betrekking tot een of meerdere verzekeringscontracten uitgegeven door de verzekeraar. De verzekeraar wordt ook de oorspronkelijke of primaire verzekeraar genoemd, de ‘direct writing company’ of de cederende onderneming.
ING Groep Jaarverslag 2007
255
HISTORISCHE SIMULATIE Een model om de Value-at-Risk te berekenen waarbij aangenomen wordt dat toekomstige veranderingen in de risicofactoren dezelfde verdeling zullen hebben als wanneer deze in het verleden zouden hebben plaatsgevonden waarbij rekening wordt gehouden met het niet-lineaire gedrag van financiële producten. INDIRECTE OPBRENGSTWAARDE De contante waarde van de geschatte verwachte toekomstige kasstromen die voortvloeien uit het voortdurende gebruik van een activum en uit de verkoop hiervan aan het einde van de levensduur. IN THE MONEY Een call optie is ‘in the money’ als de uitoefenprijs lager is dan de prijs van de onderliggende waarde; een put optie is ‘in the money’ als de uitoefenprijs hoger is dan de prijs van de onderliggende waarde. INVLOED VAN BETEKENIS Invloed van betekenis is de macht om deel te nemen aan de finan ciële en operationele beleidsbeslissingen van de deelneming, maar houdt geen overheersende zeggenschap in over het betreffende beleid. Invloed van betekenis kan worden verkregen door aandeel houderschap of andere statutaire en/of contractuele bepalingen. JOINT VENTURE Een contractuele overeenkomst waarbij twee of meer partijen een economische activiteit ondernemen en waarbij er sprake is van gedeelde zeggenschap. KOSTENRATIO Verzekeringstechnische kosten uitgedrukt als percentage van de netto geboekte premie. KREDIETINSTELLINGEN Kredietinstellingen zijn alle instellingen die onderhevig zijn aan bancair toezicht door centrale banken. Onder toezicht vallen ook hypotheekbanken, kapitaalmarktinstellingen, multilaterale ontwikkelingsbanken en het Internationaal Monetair Fonds (IMF). KREDIETRISICO Kredietrisico is het risico van een verlies door het in gebreke blijven van een debiteur (inclusief obligatie-emittenten) of een tegenpartij. Kredietrisico’s ontstaan bij de lening, pre-settlement en beleggings activiteiten alsmede bij de handelsactiviteiten van ING Groep. Kredietrisicobeheer wordt ondersteund door speciaal daarvoor in gerichte kredietrisico-informatiesystemen en interne ratingmetho den voor debiteuren en tegenpartijen. KWALIFICEREND ACTIEF (IN DE ZIN VAN RENTELASTEN) Een kwalificerend actief is een actief waarvoor noodzakelijkerwijs een aanzienlijke periode benodigd is om het actief gereed te maken voor gebruik of verkoop.
LANDENRISICO Het risico dat een buitenlandse overheid om financiële redenen (transfer risico) dan wel andere redenen (politiek risico) niet aan haar verplichtingen voldoet of de betalingsopdrachten van debiteuren blokkeert. LATENTE BELASTINGVERPLICHTINGEN De in de toekomst te betalen belastingsbedragen in verband met tijdelijke waarderingsverschillen tussen de boekwaarde van activa en vreemd vermogen volgens de jaarrekening en de fiscale boek waarde. Hierbij worden belastingtarieven gehanteerd die naar verwachting van toepassing zijn in de periode waarin de activa en het vreemde vermogen worden gerealiseerd of afgewikkeld. LIQUIDITEITSRISICO Liquiditeitsrisico is het risico dat ING Groep of een van haar dochterondernemingen niet op het gewenste moment tegen redelijke kosten aan haar financiële verplichtingen kan voldoen. MARKET VALUE AT RISK (MVAR) Met de berekeningsmethode market-value-at-risk wordt gemeten hoeveel de marktwaarde van de balans daalt door financiële marktbewegingen, bij een betrouwbaarheidsinterval van 99,95% en een tijdshorizon van één jaar. MARKTRISICO Marktrisico betreft de verliezen (in winst of waarde) die kunnen ontstaan door nadelige bewegingen in marktrentes en -koersen, inclusief aandelenkoersen, de rentestand en wisselkoersen. MINDERHEIDSBELANGEN Het deel van de nettowinst en het netto vermogen van een doch termaatschappij dat betrekking heeft op een belang dat niet direct of indirect in handen is van de moedermaatschappij. MONETAIRE ACTIVA EN PASSIVA Monetaire activa en passiva zijn activa en passiva die, uit hoofde van een contract of op een andere wijze, een vast aantal valuta eenheden representeren. Voorbeelden zijn liquide middelen, korten langlopende rekeningen en schuldpapier te ontvangen of te betalen in liquiditeiten. MONTE CARLO-SIMULATIE Een Monte Carlo-simulatie is een model om de Value-at-Risk te berekenen waarbij ervan uit wordt gegaan dat veranderingen in risicofactoren (gemeenschappelijk) normaal verdeel zijn waarbij rekening wordt gehouden met het niet-liniair gedrag van financiële instrumenten. MORTGAGE BACKED SECURITIES (MBS) Gebundelde hypotheekleningen of ‘Mortage-Backed Securities’ zijn effecten waarvan de kasstromen worden gedekt door de hoofdsom en/of de rentebetalingen van een verzameling hypotheken. NET PRESENT VALUE (NPV)-AT-RISK Met de NPV (netto contante waarde)-at-risk wordt de verandering in de waarde van de toekomstige kasstromen als gevolg van rentewijzigingen uitgedrukt in een huidige monetaire waarde.
ING Groep Jaarverslag 2007
256 2.4 Additionele financiële informatie
Financiële begrippenlijst (vervolg)
NETTOVERMOGENSWAARDE De nettovermogenswaarde is een vorm van de vermogensmutatie methode. De initiële nettovermogenswaarde van het kapitaalbe lang wordt bepaald op basis van de reële waarde van de verkregen activa en passiva. Na de initiële waardering van de activa en passiva tegen de reële waarde, worden de activa en passiva van het kapitaalbelang op basis van de grondslagen van de moeder maatschappij gewaardeerd. In de winst-en-verliesrekening van de moedermaatschappij wordt het aandeel in het resultaat van de deelneming opgenomen.
OUT OF THE MONEY Een call optie is ‘out of the money’ als de uitoefenprijs hoger is dan de prijs van de onderliggende waarde. Een put optie is ‘out of the money’ als de uitoefenprijs lager is dan de prijs van de onder liggende waarde.
NOTIONAL AMOUNTS De notional amounts geven de rekeneenheden weer die met be trekking tot derivaten de verhouding weergeven met de onderlig gende waarden van de activa. Deze notional amounts geven echter niet de kredietrisico’s als gevolg van derivatentransacties aan.
OVER-THE-COUNTER INSTRUMENT Niet-gestandaardiseerd financieel instrument dat niet op een beurs wordt verhandeld, maar rechtstreeks tussen marktpartijen.
ONDERHANDSE LENING Onderhandse leningen aan overheden, andere publieke organen, openbare nutsbedrijven, ondernemingen, overige instellingen of individuen met een leningovereenkomst als enig eigendomsrecht. ONDERHANDSE PLAATSING Een emissie, waarbij de nieuw uitgegeven aandelen of obligaties in bezit komen van een gelimiteerd aantal inschrijvers die de nieuwe effecten willen kopen. ONHERROEPELIJKE ACCREDITIEVEN Een onherroepelijk accreditief betreft een verplichting om ten be hoeve van cliënten onder bepaalde voorwaarden betalingen te verrichten bij ontvangst van een bepaald document of een wissel. Een onherroepelijk accreditief kan niet door de bank worden opge zegd of aangepast gedurende de looptijd van de overeenkomst tenzij alle betrokkenen hiermee instemmen. ONHERROEPELIJKE FACILITEITEN Onherroepelijke faciliteiten bestaan voornamelijk uit faciliteiten die zijn toegezegd aan zakelijke klanten, maar waarop nog geen beroep is gedaan en toezeggingen tot het aankopen van nog door overheden en private instellingen uit te geven effecten. OPERATING LEASE Een leasecontract welke niet voldoet aan de definitie van een financiële lease. OPERATIONEEL RISICO Operationeel risico vloeit voort uit directe of indirecte verliezen als gevolg van inadequate of tekortschietende interne processen, mensen en systemen, of door externe gebeurtenissen. OPTIECONTRACTEN Optiecontracten geven de koper, na betaling van een premie, het recht, maar niet de verplichting, om een financieel instrument of valuta te kopen of te verkopen binnen een vooraf overeengeko men termijn tegen een contractprijs, die kan worden verrekend in contanten. Bij geschreven opties is ING Groep onderhevig aan marktrisico, maar niet aan kredietrisico, omdat de tegenpartij al aan haar verplichtingen heeft voldaan door het betalen van een premie.
ING Groep Jaarverslag 2007
OVERHEERSENDE ZEGGENSCHAP (‘CONTROL’) Overheersende zeggenschap (‘control’) is de macht om het financiële en operationele beleid van een onderneming te sturen teneinde voordelen uit haar activiteiten te verwerven.
POST-EMPLOYMENT BENEFIT PLANS (VERGOEDINGEN NA UITDIENSTTREDING) Formele of informele overeenkomsten waarbij een onderneming aan één of meerdere werknemers na uitdiensttreding vergoedingen versterkt. Vergoedingen na uitdiensttreding betreffen employee benefits, met uitzondering van ontslaguitkeringen, die verschuldigd zijn na beëindiging van het dienstverband. PREFERENTE AANDELEN Een preferent aandeel is soortgelijk aan een gewoon aandeel, maar heeft bepaalde voorkeursrechten. Deze rechten hebben veelal betrekking op een gegarandeerd vast (cumulatief) dividend of een gegarandeerd rendement op de investering van de aandeelhouder. PROJECTED UNIT CREDIT METHOD Een actuariële waarderingsmethode, waarbij ieder dienstjaar recht geeft op een afzonderlijke aanspraak en iedere aanspraak in aanmerking wordt genomen bij het bepalen van de uiteindelijke verplichting. REALISEERBARE WAARDE De netto verkoopprijs van een actief of de hogere gebruikswaarde. REËLE WAARDE Het bedrag waarvoor een actief of passief op balansdatum op een reële economische basis tussen goed geïnformeerde en bereidwillige partijen kan worden verhandeld (‘at arm’s length’). RENTEDRAGENDE INSTRUMENTEN Een rentedragend instrument is een financieel actief of passief waarvoor een tijdsafhankelijke vergoeding wordt betaald, in verhouding tot een bepaalde nominale waarde. RENTEKORTING Winstdeling bij levensverzekeringen. Een aan de polishouder verleende korting, die gebaseerd is op de contante waarde van het verschil tussen de rekenrente gebruikt voor het berekenen van de premie en het verwachte rendement op beleggingen. De winstdeling wordt verstrekt in de vorm van een lagere premie, die is gerelateerd aan het rendement op overheidspapier. RISK ADJUSTED RETURN ON CAPITAL (RAROC) Het naar risico gewogen rendement op kapitaal of RAROC is een geavanceerd instrument voor prestatiemeting waarmee management in staat is de opbrengsten te beoordelen in de context van de risico’s die genomen moesten worden om die
257
opbrengsten te realiseren. RAROC wordt berekend door het naar risico gewogen rendement te delen door het economisch kapitaal. SCHADE Een verzoek om uitkering op een polis naar aanleiding van een verzekerde gebeurtenis, zoals overlijden of invaliditeit van de verzekerde, de afloop van een levensverzekering, ziektekosten, vernietiging of beschadiging van eigendommen en daaraan gerelateerde ongevallen of overlijden, gebreken aan, pandrechten of aanspraken op de eigendomstitel van onroerend goed of een borgverlies. SCHADERATIO De schaderatio betreft de schaden, inclusief de schadebehandelingskosten, uitgedrukt als percentage van de netto verdiende premie. SCHATKISTPAPIER In het algemeen korte termijn schuldbewijzen uitgegeven door een centrale overheid. Certificaten van Nederlands schatkistpapier worden beschouwd als Nederlands schatkistpapier. SETTLEMENT-RISICO Settlement-risico ontstaat wanneer waarden (fondsen, instrumenten of goederen en grondstoffen) worden uitgewisseld op dezelfde of verschillende valutadata en de ontvangst niet wordt geverifieerd of verwacht voordat ING haar eigen deel van de transactie heeft voldaan of geleverd. Het risico bestaat derhalve dat ING levert, maar geen leverantie van de tegenpartij ontvangt. SUB-PRIME MORTGAGES Hypotheken verstrekt aan hypotheeknemers die geen normale hypotheek kunnen krijgen omdat zij een aantekening in het kredietregister of een beperkt inkomen hebben. SWAPCONTRACTEN Swap-contracten zijn verplichtingen om contanten op een van te voren vastgesteld toekomstig tijdstip te verrekenen, gebaseerd op verschillen tussen specifieke financiële indices met betrekking tot de nominale hoofdsommen. In het algemeen vindt op contractdatum geen verrekening van contanten plaats en worden door geen van beide partijen hoofdsommen uitgewisseld. TERMIJNCONTRACTEN Termijncontracten zijn verplichtingen om valuta of andere financiële instrumenten te kopen of verkopen op een van te voren vastgesteld toekomstig tijdstip. TIER-1 KAPITAAL Het Tier-1 kapitaal wordt ook wel aangeduid als kernkapitaal van ING Bank. Het bevat het volgestorte aandelenkapitaal, alle reserves uitgezonderd de herwaarderingsreserve, het fonds voor algemene bankrisico’s, ingehouden winsten en het belang van derden. TIER-1 RATIO De Tier-1 ratio geeft het Tier-1 kapitaal van ING Bank weer als percentage van haar totale risico gewogen activa. De Nederlandsche Bank heeft bepaald dat dit minimaal 4% moet zijn.
TOT EINDE LOOPTIJD AANGEHOUDEN BELEGGINGEN Financiële activa, niet zijnde derivaten, met vaste of vooraf bepaalde betalingen en een vastgelegde vervaldatum waarvoor de Groep de intentie en mogelijkheid heeft om deze tot het einde van de looptijd aan te houden anders dan die activa: (a) die bij eerste verwerking zijn aangewezen als financiële activa tegen reële waarde met waardemutaties door het resultaat, (b) die zijn aange wezen als beschikbaar voor verkoop (c) die voldoen aan de defini tie van kredieten. VALUE-AT-RISK (VAR) De value-at-risk maatstaf kwantificeert, met een eenzijdige betrouw baarheidsniveau van tenminste 99%, de maximale ééndagsverliezen in de netto contante waarde die kunnen optreden ten gevolge van veranderingen in risicofactoren (zoals rentetarieven, vreemde valuta koersen, aandelenkoersen, creditspreads, impliciete volatiliteit) als de posities één dag onveranderd blijven. VARIANCE-COVARIANCE Een model om de Value-at-Risk te berekenen. Hierbij wordt veron dersteld dat alle risicofactoren (gemeenschappelijk) normaal ver deeld zijn en dat de verandering van de waarde van de portefeuille lineair afhankelijk is van alle veranderingen van de risicofactoren. VERDIENDE PREMIES Het gedeelte van de geboekte nettopremies in de huidige en voorgaande perioden, dat betrekking heeft op het verstreken deel van de looptijd van de polis, berekend door de mutaties in de voorziening voor niet-verdiende premies en lopende risico’s in mindering te brengen op de nettopremies. VERDISCONTEERDE WISSELS Wissels die onder aftrek van interest zijn verkocht en de eigenaar het recht geven om op een bepaalde datum een bepaald geld bedrag te ontvangen. VERWERKING Verwerking is het proces van opname in de balans en winst-enverliesrekening van een post die aan de definitie van een element en aan de volgende criteria voldoet: – het is waarschijnlijk dat enig aan die post verbonden toekomstig economisch voordeel aan de onderneming zal toevloeien of gepaard zal gaan met een uitstroom; en – de post heeft een kostprijs of waarde waarvan de omvang op betrouwbare wijze kan worden vastgesteld. VOORWAARDELIJKE VERPLICHTINGEN Voorwaardelijke verplichtingen betreft toezeggingen of risico’s, waarvan het onwaarschijnlijk is dat deze resulteren in een uitstroom uit ING Groep van middelen. De onderliggende waarde van deze verplichtingen is niet als vreemd vermogen in de balans verantwoord. Voor deze producten, vertegenwoordigt de onderliggende waarde het maximaal potentiële kredietrisico voor ING Groep, verondersteld dat al haar tegenpartijen hun contractuele verplichtingen niet meer zouden nakomen en alle bestaande zekerheden geen waarde zouden hebben. WARRANT Een financieel instrument dat de houder ervan het recht geeft gewone aandelen te kopen.
ING Groep Jaarverslag 2007
258
Algemene informatie
ING-publicaties Alle publicaties zijn als pdf-bestanden beschikbaar op de website van ING, www.ing.com: – Jaaroverzicht, in het Nederlands en Engels; – Jaarverslag, in het Nederlands en Engels; – Maatschappelijk Verslag, in het Nederlands en Engels; – Annual Report on Form 20-F, in het Engels (volgens SEC-richtlijnen). De publicaties kunnen worden aangevraagd op internet: www.ing.com, onder ‘Publicaties’, per fax: 041 1652125 of per post: Postbus 258, 5280 AG Boxtel. Dit Jaarverslag is een vertaling van het Engelstalige Annual Report. In geval van strijdigheid tussen de Engelstalige en de Nederlandstalige versie is het Engelstalige Annual Report leidend. ING Groep N.V. Amstelveenseweg 500, 1081 KL Amsterdam Postbus 810, 1000 AV Amsterdam Telefoon: 020 5415411 Fax: 020 5415444 Handelsregister Amsterdam, nr. 33231073
Redactie en productie ING Groep N.V., Corporate Communications, Amsterdam Ontwerp Addison Corporate Marketing, Londen Drukwerk PlantijnCasparie Capelle a/d IJssel
ING Groep Jaarverslag 2007
Juridische kennisgeving In dit jaarverslag zijn verwachtingen over toekomstige gebeurtenissen opgenomen. Deze verwachtingen zijn gebaseerd op de huidige inzichten en veronderstellingen van het management met betrekking tot bekende en onbekende risico’s en onzekerheden. De feitelijke resultaten, prestaties of andere omstandigheden kunnen in meer dan geringe mate afwijken van de uitgesproken verwachtingen als gevolg van wijzigingen in onder meer (i) de algemene economische omstandigheden, vooral in voor ING belangrijke markten, (ii) veranderingen in de beschikbaarheid van, en kosten verbonden aan, liquiditeitsbronnen zoals interbancaire kredietverlening, alsmede de omstandigheden op de kredietmarkten in het algemeen, waaronder veranderingen in de kredietwaardigheid van kredietnemers en andere tegenpartijen, (iii) de frequentie en ernst van verzekerde schadegevallen, (iv) de sterfte-, invaliditeits- en ziektecijfers en ontwikkelingen hierin, (v) het verval in portefeuilles, (vi) het rentepeil, (vii) valutakoersen, (viii) concurrentieverhoudingen, (ix) wijzigingen in wet- en regelgeving en (x) het beleid van overheden en/of regelgevende toezichthouders. ING acht zich niet verplicht de in dit document opgenomen toekomstverwachtingen op enig moment te actualiseren.
2007
Handelsregister Amsterdam, nr. 33231073
Jaarverslag
Jaarverslag 2007
224454
ING Groep N.V. Amstelveenseweg 500, 1081 KL Amsterdam Postbus 810, 1000 AV Amsterdam Telefoon: 020 541 54 11 Fax: 020 541 54 44 Internet: www.ing.com
ING Groep
Het logo van de Forest Stewardship Council (FSC) geeft aan dat het voor dit verslag gebruikte hout uit bossen komt die worden beheerd volgens strikte milieu-, sociale en economische normen.
Aangescherpte strategie om groei te versnellen
ING Groep
www.ing.com