Impulsen voor de haven in Boven-Hardinxveld.
Gemeente Hardinxveld-Giessendam Januari 2014 Zaak: HG 7038 GemHG/Intern/14561
1
INHOUDSOPGAVE Pagina: 0. Inleiding
3
1.
4 4 5 5 6
Voorgeschiedenis 1.1 Toekomstvisie en business-case 1.2 Heroverweging resultaten business-case 1.3 Actuele ontwikkelingen 1.4 Centrale doelstelling ontwikkelingsperspectief en herinrichtingsopgave
2. Ontwikkelingsperspectief 2.1 Bouwstenen ontwikkelingsperspectief 2.2 Inventarisatie primair belanghebbende partijen 2.3 Overige belanghebbende partijen 2.4 Conclusie inventarisatie bouwstenen ontwikkelingsperspectief 2.5 Ontwikkelingsperspectief
7 7 7 8 9 10
3. Ontwikkelingsstrategie 3.1 Deelgebieden 3.2 Deelgebied I 3.3 Deelgebied II 3.4 Deelgebied III 3.5 Rol gemeente 3.6 Samenwerking 3.7 Inzet subsidies
14 14 14 15 15 16 16 16
4. Financiën en uitvoering
17
2
0. Inleiding Op 28 november heeft de gemeenteraad van de gemeente Hardinxveld-Giessendam in een vertrouwelijke raadsvergadering besloten om de haalbaarheid van het ontwikkelingsperspectief voor herstructurering van de gemeentehaven nader te onderzoeken. Dit betekent dat de gemeente op basis van een visie op de toekomstige functionele en ruimtelijke ontwikkeling van het gebied verder in gesprek gaat met de primair belanghebbende partijen. Hierbij heeft de gemeente een dubbelrol. Enerzijds is de gemeente als grondeigenaar zelf belanghebbende, anderzijds heeft de gemeente een publieke taak. De opgave voor de komende tijd is om met de betreffende belanghebbende partijen overeenstemming te bereiken over de nadere invulling van het ontwikkelingsperspectief binnen de publiekrechtelijke randvoorwaarden en uitgangspunten. Daarom zal het college tegelijk met het aangaan van onderhandelingen met partijen in dit gebied, de procedure voor een gedeeltelijke herziening van het bestemmingsplan (“Langs de Merwede”) opstarten. Dit document is een bewerking van het door de raad vastgestelde ontwikkelingsperspectief. In dit document is vertrouwelijke informatie weggelaten omdat dit de positie van de gemeente en/of bedrijven in het vervolgproces kan schaden. In het document “Impulsen voor de haven Boven-Hardinxveld” wordt gekeken hoe de doelstellingen voor de haven gehaald kunnen worden. Dit zijn het optimaliseren van de beheersvorm van de haven, het versterken van de industriële bedrijvigheid in de haven en het bedrijfsmatige gebruik van de haven en het waar mogelijk versterken van de recreatieve potenties van het havengebied. In hoofdstuk 1 wordt een voorgeschiedenis geschetst en wordt gekeken naar de haalbaarheid van de aanbevelingen uit de business-case Toekomstvisie Gemeentehaven Boven-Hardinxveld uit 2008. In het tweede hoofdstuk wordt gekeken naar de actuele wensen van de gemeente en (watergebonden) bedrijven in dit gebied. Dit zijn belangrijke bouwstenen voor het ontwikkelingsperspectief. Hiervoor zijn verschillende gesprekken gevoerd met bedrijven en instanties. Op basis van deze gesprekken is een structuurschets van de haven in Boven-Hardinxveld gemaakt die de ambities in kaart brengt. In hoofdstuk 3 komt de ontwikkelingsstrategie aan bod. Daar wordt duidelijk dat het ontwikkelingsperspectief voor de haven bestaat uit een drietal ontwikkelingen die ruimtelijk zijn te verdelen in drie deelgebieden. In hoofdstuk 4 wordt kort ingegaan op de financiën en uitvoering van de plannen.
3
1. Voorgeschiedenis 1.1 Toekomstvisie en business-case Na vaststelling van de Toekomstvisie Gemeentehaven Boven-Hardinxveld in 2008 door de gemeenteraad heeft het bureau Buck Consultants International (BCI) een business-case opgesteld. In deze business-case zijn verschillende varianten uitgewerkt waar per variant de kosten en opbrengsten globaal zijn doorgerekend. Algemene doelstelling voor het bepalen van de gewenste ontwikkelingsrichting was een verdere industriële en multimodale ontwikkeling van de gemeentehaven en het verbeteren van de ruimtelijke kwaliteit van het bedrijventerrein waarvan het havengebied deel uitmaakt. Uitgangspunt bij deze doelstelling was het óók optimaliseren van de beheersvorm van de gemeentehaven.
Figuur 1: Toekomstvisie gemeentehaven Boven-Hardinxveld (2008)
Tijdens de presentatie op 22 september 2011 heeft het college van B&W de gemeenteraad voorgesteld om in aansluiting op de bevindingen uit de business case op korte termijn te onderzoeken: - wat de actuele wensen en toekomstplannen van de primair belanghebbende partijen in het gebied zijn; - of en onderzoek inzake onder welke voorwaarden niet-bedrijfsgebonden woningen evt. kunnen worden verworven; - wat de mogelijkheden zijn om recreatieve functies elders te compenseren; - wat de ruimtelijke ontwikkelingsmogelijkheden zijn na een eventuele grondruil met scheepswerf Den Breejen Shipyards (DBS). Aansluitend is voorgesteld om inzichtelijk te maken wat de financiële en ruimtelijke consequenties zijn van de betreffende grondruil en aan te geven wat het hiervoor benodigde krediet is. De raad heeft destijds als richting aan portefeuillehouder en college meegegeven om nader uit te zoeken hoe, met inachtneming van de eerder gestelde kaders, herontwikkeling van de gemeentehaven op basis van een grondruil met de scheepswerf, haalbaar is en wat de financiële consequenties zijn.
4
1.2 Heroverweging resultaten business-case In navolging op het advies van de raad zijn in de periode september 2011 – maart 2012 gesprekken gevoerd met partijen om de haalbaarheid van de aanbevelingen van de business-case te onderzoeken. Echter, voordat er overeenstemming was met de scheepswerf om de haalbaarheid van een mogelijke grondruil te onderzoeken, heeft de scheepswerf aangegeven niet meer mee te willen werken aan een grondruil. Gelet op de toenemende werkzaamheden geeft de werf aan dat de verwachting is dat men voor nieuwbouw juist extra ruimte nodig heeft, met name ook ligruimte aan een extra kade. De ruimte van de huidige reparatiewerf is, in tegenstelling tot eerdere verwachtingen, voor langere tijd nodig om te kunnen voorzien in de vraag vanuit de eigen markt. In plaats van dat de gemeente grond/water ruilt met de scheepswerf heeft deze het verzoek bij de gemeente neergelegd om hen te faciliteren bij de noodzaak om extra kadelengte aan te leggen. Een mogelijkheid die door de werf is geopperd, is dat zij daarvoor een deel van de gemeentehaven verwerft (zowel nat als droog). Ook de reparatiewerf heeft het bedrijf zelf volop nodig, zowel nu als in de toekomst, en is daarom geen geschikt ruilobject meer. Deze wending ten opzichte van de ontwikkeling uit de Toekomstvisie van 2008 stelt de eerdere business-case in een ander daglicht. Het voorstel van de scheepswerf is in overweging genomen en de conclusie is dat het de moeite loont om de haalbaarheid van dit voorstel nader te onderzoeken. De voornaamste redenen zijn: - De scheepswerf is een belangrijke werkgever in de haven en heeft behoefte aan meer kaderuimte voor het afbouwen van schepen (riviercruisers). Dit marktsegment is arbeidsintensief en levert direct en ook indirect veel werkgelegenheid voor bedrijven in de regio; de ontwikkeling van de scheepswerf vraagt om aanpassingen in de eigendomssituatie; - De gemeente ziet veranderingen in het gebruik van de haven: een meer bedrijfsmatig gebruik, waarvoor eigenlijk ook vergunningen noodzakelijk zijn voor de desbetreffende bedrijven; - De gemeente kan door verkoop van een deel van de gemeentehaven opbrengsten genereren welke kunnen worden ingezet als cofinanciering voor eerder toegekende provinciale subsidies die zijn toegekend voor verwerving van woningen en herinrichting/vernieuwing van kades; - Door herinrichting van de haven kan de gemeentehaven efficiënter worden ingericht, onder andere door de huidige oever langs de strekdam te vervangen door een kade. Hierdoor zijn er geen steigers meer nodig zodat schepen direct aan de kant kunnen aanmeren. De genoemde en doorgerekende varianten in de business-case zijn vanuit deze nieuwe ontwikkeling te reduceren tot één primaire ontwikkelingsvariant voor de haven, namelijk gedeeltelijk verkopen van de gemeentehaven.
1.3 Actuele ontwikkelingen Ten opzichte van de Toekomstvisie (2008) en de business-case van BCI (2010) zijn de omstandigheden gewijzigd. De voornaamste wijzigingen zijn: - Er is een toenemende vraag naar ruimte op watergebonden bedrijfsterreinen. Niet alleen de scheepswerf, maar ook andere (watergebonden)bedrijven hebben behoefte aan meer ruimte. - Rijkswaterstaat realiseert op diverse locaties langs de grote rivieren gratis overnachtingplaatsen en is voor het gebied van de Merwedes nog opzoek naar ligplaatsen in bestaande havens. De gemeentehaven van Boven-Hardinxveld ligt gunstig binnen het zoekgebied van RWS. RWS wil met de gemeente afspraken maken over het “anders benutten” van de huidige gemeentehaven
5
-
ten behoeve van gratis overnachtingplaatsen en is bereid een nader overeen te komen aantal ligplaatsen huren of te kopen van de gemeente. Op nabijgelegen terreinen in de regio wordt geïnvesteerd in multimodale ontwikkeling en goederenoverslag (Alblasserdam, Gorinchem). Deze terreinen liggen gunstig ten opzichte van de rijkswegen. In de wetenschap dat de ruimte in de gemeentehaven van Boven-Hardinxveld beperkt is en dat watergebonden industriële bedrijven hier ruimte zoeken, dient de herstructureringsopgave bij voorkeur te voorzien in de behoefte van de industriële sector. Deze sector sluit beter aan op de aanwezige kennis c.q. de reeds gevestigde bedrijven en heeft meer toegevoegde waarde in een gebied van beperkte omvang en relatief ongunstige ligging. De laaden losfunctie blijft gehandhaafd voor de aanwezige bedrijven die hier gebruik van maken.
1.4 Centrale doelstelling ontwikkelingsperspectief en herstructureringsopgave In aansluiting op de Toekomstvisie en de business case en met inachtneming van gewijzigde inzichten omtrent de multi-modale ontwikkeling van de gemeentehaven is de centrale doelstelling drieledig: - Optimaliseren van de beheersvorm van de haven; - Versterken van de industriële bedrijvigheid in de haven en het bedrijfsmatige gebruik van de haven; - Waar mogelijk versterken van de recreatieve potenties van het havengebied.
6
2. Ruimtelijk ontwikkelingsperspectief 2.1 Bouwstenen ontwikkelingsperspectief De bouwstenen voor het ontwikkelingsperspectief worden enerzijds gevormd door de actuele wensen van de gemeente en (watergebonden) bedrijven in dit gebied. Hieronder valt ook het nog braakliggende perceel (met tijdelijke opslag) aan de oostzijde van het gebied in eigendom van aannemersbedrijf Gebr. Blokland (AGB). Dit perceel grenst aan de zuidzijde aan de rivier en kan eventueel dienen als locatie voor watergebonden bedrijvigheid. Anderzijds dient rekening te worden gehouden met regelgeving van de verschillende overheden, de bewoners aan de Blikstraat en Havenstraat en overige partijen in dit gebied. Kenmerkend is dat de gemeente een dubbelrol vervult binnen de (her-)ontwikkelingsopgave. De gemeente is als private partij betrokken vanwege de inzet van haven en gronden en bijbehorende bedrijfsactiviteiten. Daarnaast is de gemeente tegelijk ook een overheidsorgaan met publieke taken en verantwoordelijkheden. Bij de mogelijkheden om te komen tot herschikking van de eigendommen van een deel van de gemeentehaven wordt rekening gehouden met de positie en/of rechten van gevestigde belanghebbende partijen. De focus ligt echter bij de partijen met gronden die grenzen aan/nabij de haven en de rivier.
2.2 Inventarisatie primair belanghebbende partijen In deze alinea zijn de afzonderlijke bouwstenen voor het ontwikkelingsperspectief in beeld gebracht. Deze bouwstenen betreffen wensen van de hier gevestigde watergebonden bedrijven en partijen die een positie en dus ook een belang hebben in dit gebied. De laad- en losfunctie en de aanwezige trechters zijn niet apart op de afbeelding weergegeven, maar zijn wel onderdeel van de herinrichtingsopgave. In bijlage 1 zijn de resultaten van de inventarisatie bij de verschillende bedrijven weergegeven. In figuur 3 zijn de posities van de volgende partijen weergegeven. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
Gemeente Hardinxveld-Giessendam; Scheepswerf Den Breejen Shipyards (DBS); Van Wijngaarden Marine Services (VWMS); Aannemersbedrijf Gebr. Blokland (AGB); Betonijzerbuigcentrale (BBC); Van de Meijden Luxury Interiors; Van Noordenne Staal BV; DEKO projectstoffering.
7
Figuur 2: Situering primair belanghebbende partijen
De wensen van de bedrijven zijn door de bedrijven zelf ingebracht. De mogelijkheid om deze wensen te realiseren in de huidige omstandigheden is voor de meeste bedrijven niet mogelijk of alleen door medewerking van derden. Door middel van twee werksessies met de betrokken bedrijven en vertegenwoordigers van de gemeenten zijn alle (ruimtelijke) wensen van bedrijven besproken en gevisualiseerd. Dit ontwikkelingsperspectief richt zich in eerste instantie op de wensen en mogelijkheden van de genoemde partijen. 2.3 Overige belanghebbende partijen Naast de bedrijven die momenteel zijn gevestigd op het bedrijventerrein of hier activiteiten in het kader van hun bedrijfsvoering uitoefenen hebben ook andere partijen in meer of mindere mate een belang in het gebied. Deze belanghebbende partijen zijn: - Bewoners Blikstraat 5 en 7 – Havenstraat 8; - Schippersvereniging Koninklijke Schuttevaer (afd. Hardinxveld-Giessendam); - Rijkswaterstaat; - Provincie Zuid-Holland; - Waterschap Rivierenland; - Regionale Ontwikkelingsmaatschappij Schelluinen (ROM-S); - Overige / andere bedrijven
8
Bewoners Blikstraat 5 en 7 – Havenstraat 8; De bewoners van de drie woningen die de gemeente zou willen verwerven, willen in principe hier blijven wonen. De gemeente gaat daarom in gesprek met bewoners om te onderzoeken of verwerving en herhuisvesting mogelijk is. Schippersvereniging Koninklijke Schuttevaer (afd. Hardinxveld-Giessendam); De lokale afdeling van de KSV-Schuttevaer en de gemeenteraad hechten waarde aan de thuishavenfunctie van de gemeentehaven, maar staan open voor alternatieve beheersvormen die op andere wijze invulling geven aan de thuishavenfunctie. Rijkswaterstaat; RWS onderzoekt de mogelijkheden om gemeentehavens langs de Merwedes (deels) in te richten als overnachtinghaven (“anders benutten”). De gemeentehaven van Boven-Hardinxveld is gunstig gesitueerd en in beeld als potentiële overnachtingshaven. Daarnaast is RWS als beheerder van de vaarwegen verantwoordelijk voor alle ontwikkelingen op en langs de rivier. Provincie Zuid-Holland De provincie Zuid-Holland is subsidieverlener voor verschillende onderdelen van het ontwikkelingsperspectief: voor het aanleggen / vernieuwen kades, voor kosten van planvorming en de extra kosten bij onrendabele wijzigingen van het vigerende bestemmingsplan. Regionale Ontwikkelingsmaatschappij Schelluinen (ROM-S); ROM-S wil, in overleg met en medewerking van de gemeente, op de huidige gratis vrachtwagenparkeerplaats een betaalde voorziening voor vrachtwagenparkeren realiseren. Waterschap Rivierenland; Waterschap Rivierenland is beheerder van het dijklichaam en aangrenzende (keur)zone. Overige / andere bedrijven Andere bedrijven in het gebied dan de primair belanghebbende bedrijven, zijn niet direct betrokken bij de herstructurering van de gemeentehaven. Anderzijds zijn deze bedrijven mogelijk wel partij zodra er wijzigingen gaan plaatsvinden en het bestemmingsplan wordt geactualiseerd.
2.4 Conclusie inventarisatie bouwstenen ontwikkelingsperspectief Aan de hand van de inventarisatie kan worden geconcludeerd dat de gemeente concrete wensen heeft om via herstructurering de huidige situatie in het havengebied te veranderen. Hiermee wordt het mogelijk meer ruimte voor watergebonden bedrijvigheid te creëren, met name ten behoeve van de scheeepswerf. Daarnaast heeft AGB het voornemen de braakliggende gronden uit te geven c.q. te ontwikkelen en heeft Van Noordenne Staal de wens om de logistieke bedrijfsvoering te verbeteren. ROM-S wil met medewerking van de gemeente een tijdelijke vrachtwagenparkeerplaats aanleggen en exploiteren op de huidige (vrachtwagen)parkeerplaats. Rijkswaterstaat is op zoek naar overnachtingplaatsen in bestaande havens langs de Merwedes en heeft interesse in een deel van de gemeentehaven van Boven-Hardinxveld. KSV Schuttevaer en de raad hebben aangegeven dat de positie als thuishaven een plaats moet krijgen als onderdeel van de herstructureringsopgave. Van Wijngaarden Marine Service heeft interesse om de verschillende verspreid liggende bedrijfsonderdelen te clusteren in het havengebied van Boven-Hardinxveld. DEKO-projectstoffering is momenteel krap gehuisvest en heeft behoefte aan meer ruimte, o.a. voor het stallen van bedrijfswagens.
9
De gemeente zal in eerste instantie met RWS in gesprek gaan om na te gaan of overeenstemming kan worden bereikt over het al dan niet realiseren van overnachtingsplaatsen. Vanwege de omvang van het eigendom van beide partijen en de aard van de werkzaamheden in het gebied gaat de gemeente vervolgens verder in overleg met scheepswerf DBS en AGB. Andere partijen in het gebied worden in eerste instantie niet actief betrokken bij het herstructureringsproces. Afhankelijk van resultaten met de voornoemde partijen is het mogelijk dat deze partijen op een later moment worden betrokken bij het herstructureringsproces.
2.5 Ontwikkelingsperspectief Het hieronder weergegeven ontwikkelingsperspectief geeft de hoofdlijnen van de herstructureringsopgave weer: 1. de structuurlijnen 2. uitbreiden kadelengte en uitbreiden bedrijvigheid 3. de structuurschets ad 1: structuurlijnen: In de eerste figuur is in hoofdlijnen de ruimtelijke structuur in het havengebied en beoogde wijzigingen ten opzichte van deze structuur weergegeven. De toekomstige hoofdstructuur vormt het kader waarbinnen de verschillende partijen zelfstandig of in onderling overleg concreet uitvoering geven aan hun wensen. Figuur 3: Structuurlijnen
Op basis van de input uit de bijeenkomsten met bedrijven en na overleg met verschillende instanties zijn de structuurlijnen gebaseerd op de volgende uitgangspunten: - Herinrichten van de gemeentehaven door het aanbrengen van damwanden, hierdoor wordt extra ruimte gecreëerd waardoor de haven efficiënter kan worden benut;
10
-
Aanleg van nieuwe kade in huidige haven en verplaatsen laad- en loskade naar de zuidzijde van deze nieuwe kade; Handhaven / optimaliseren van de verblijfsplek aan het uiteinde van de strekdam voor recreatief medegebruik (= nabij de ster). Inrichten afgesloten vrachtwagenparkeerterrein door ROM-S in combinatie met betaald parkeren overige parkeerplaatsen;
Voor een aantal mogelijke uitgangspunten is nog onzeker wat de haalbaarheid ervan is. Derhalve wordt vooralsnog uitgegaan van de volgende voorlopige uitgangspunten: - Uitbreiden van de werkhaven van de scheepswerf aan oostzijde van het plangebied; - Realiseren van een aanlegsteiger voor het voet-fietsveer aan het uiteinde van de verlengde haven (nabij de Rivierdijk); - Voorzien in parkeerplaatsen (auto, fiets) nabij veersteiger en eventueel mogelijk maken realisatie recreatieve (horeca)voorziening; - Aanleg van een toegangsroute naar de locatie van het voetveer; - Het gebied ontsluiten op de Rivierdijk (bijv. in het verlengde van de Buitenweistraat). Ad 2: Uitbreiden kadelengte en bedrijvigheid
Binnen het grondgebied van de gemeente Hardinxveld-Giessendam zijn de mogelijkheden om nog kadelengte te realiseren niet of nauwelijks aanwezig. Het bedrijventerrein Boven-Hardinxveld is één van de spaarzame plekken waar die mogelijkheid nog bestaat. Hiervoor is het wel nodig dat op creatieve wijze wordt omgegaan met de ruimte en dat partijen met elkaar bereid zijn hierin te investeren. Door een aantal ingrepen zou extra kadelengte kunnen worden toegevoegd. Het gaat om de volgende locaties: - In de huidige gemeentehaven; - Aan de oostzijde, in het verlengde van de werkhaven van de scheepswerf; - Aan de westzijde van de reparatiewerf van de scheepswerf, grenzend aan Van Noordenne Staal BV, in het geval het bedrijf in de toekomst hier gaat uitbreiden. Figuur 4: Uitbreiden kadelengte en bedrijvigheid
11
De extra kadelengte die kan worden verkregen is mede afhankelijk van de uiteindelijke keuzes van de partij(en) die hierin moeten investeren. Daarbij speelt mee dat de mogelijkheden mede afhankelijk zijn van het ontwikkelingsperspectief van de gemeente en de planologische vertaling hiervan in het nieuw op te stellen bestemmingsplan. Het ontwikkelingsperspectief biedt maximale mogelijkheden om dit bedrijventerrein optimaal te benutten ten behoeve van de watergebonden bedrijvigheid. De locaties waar dit binnen het plangebied aan de orde is, zijn achtereenvolgens: - Verruiming voor werkzaamheden van scheepswerf DBS; - Bij voorkeur transformatie grond (bedrijfs)woningen Blikstraat / Havenstraat tot watergebonden terrein; - Beter benutten van ruimte in haven; - Uitgifte en ontwikkelen van braakliggende gronden het aannemersbedrijf aan noordoostzijde plangebied, mogelijk ten behoeve van watergebonden bedrijvigheid; - Uitbreiden werkkade en bedrijfsvestiging van de scheepswerf aan oostzijde door aankoop gronden het aannemersbedrijf; - Eventueel verbeteren bereikbaarheid per water door realiseren aanlegsteiger voetveer in verlengde haven de scheepswerf; - Optimaliseren bedrijfsvoering Van Noordenne Staal BV. Ad 3: De structuurschets De structuurschets brengt de ambities integraal in kaart. Hierbij stelt de gemeente een toekomstbeeld vast op basis waarvan de gemeente de gesprekken met belanghebbende partijen vervolgt en de hieraan gerelateerde planvorming nader uitwerkt. De op de kaart aangebrachte nummering wordt hieronder kort toegelicht: 1. Mogelijke tweede ontsluiting oostflank: Het is wenselijk dat het bedrijventerrein een tweede ontsluiting krijgt, maar alleen dan wanneer dat op basis van de verkavelingsopzet noodzakelijk is en het financieel haalbaar is. 2. Aantrekkelijk openbaar eindpunt: Het eindpunt van de strekdam bij de gemeentehaven blijft openbaar toegankelijk en heeft mogelijkheden voor een publieksvriendelijke functie. 3. “ Groene” strekdammen: De bestaande strekdammen behouden een groene uitstraling. 4. Optimaal gebruik ten behoeve van ligplaatsen: De gemeentehaven wordt zodanig heringericht dat hierdoor meer kadelengte beschikbaar komt en betere mogelijkheden zijn voor schepen om aan te meren. 5. Verlengen en inrichten werkkade: Onderdeel van de herinrichting is de aanleg van een kade in de huidige gemeentehaven. Aan de noordzijde zal deze kade in gebruik kunnen worden genomen voor bedrijfsmatig gebruik in de maritieme sector. De zuidzijde van deze kade blijft eigendom van de gemeente en krijgt een functie als laad- en loskade. 6. (Tijdelijk) terrein betaald vrachtwagenparkeren (ROM-S): Een deel van het parkeerterrein bij de gemeentehaven krijgt tijdelijk een functie als betaald terrein voor vrachtwagenparkeren door ROM-S met de daarbij behorende voorzieningen. 7. Mogelijke verlenging werkhaven: Er zal in overleg met diverse betrokken partijen een nadere verkenning plaatsvinden naar de mogelijkheden om de werkhaven van de scheepswerf te verlengen in de richting van de Rivierdijk. Hierbij zal tegelijk worden onderzocht of een aanlegplaats voor het voetveer kan worden gerealiseerd. 8. Keurzone: De keurzone van de Rivierdijk (= van waterschap Rivierenland) beperkt de ontwikkelingsmogelijkheden, maar dient tevens als een (groene) buffer tussen het
12
bedrijventerrein en de kern Boven-Hardinxveld. Hier kan in overleg met de betreffende grondeigenaren een passende invulling aan worden gegeven. 9. Woningen Blikstraat/Havenstraat: Het (op termijn) verwerven van de woningen aan de Blikstraat/Havenstraat biedt mogelijkheden om de beschikbare ruimte voor watergebonden bedrijvigheid te verruimen. 10. Verbinding ontwikkeling locatie De Buurt: Het streven is om bij een mogelijke ontwikkeling van de locatie De Buurt zoals opgenomen in de gemeentelijke structuurvisie, een ruimtelijke relatie te creëren tussen de kern Boven-Hardinxveld en de Beneden Merwede ter hoogte van de bocht in de rivierdijk en de beoogde toekomstige aanlegplaats van het voetveer.
Figuur 5: structuurschets
13
3. Ontwikkelingsstrategie
3.1 Deelgebieden Het ontwikkelingsperspectief voor de haven bestaat uit een drietal ontwikkelingen die ruimtelijk zijn te verdelen in drie deelgebieden, namelijk: - Deelgebied 1: Herinrichting gemeentehaven - Deelgebied 2: Ontwikkeling bedrijventerrein oostzijde - Deelgebied 3: Optimaliseren ontsluiting van het staalbedrijf De onderscheiden deelgebieden vormen de basis van de uitvoering. De fasering die hierbij wordt aangehouden sluit aan op de ontwikkeling waarbij de gemeente als belanghebbende partij zelf actief betrokken is en die de gemeente het meest wenselijk vindt om binnen afzienbare termijn te realiseren. De fasering is niet per definitie een fasering in de tijd aangezien private ontwikkelingen in deelgebied 2 of 3 ook tegelijk of eerder kunnen plaatsvinden zodra dit mogelijk is. Figuur 6: deelgebieden
3.2 Deelgebied I Centrale opgave Deelgebied 1 omvat het gebied dat valt onder de gemeentehaven en het centrale deel van het bedrijventerrein met de bedrijven die, in min of meerdere mate, onderdeel uitmaken van de herstructureringsopgave. De centrale opgave voor dit deelgebied is de herinrichting van de gemeentehaven inclusief enige herschikking van de eigendommen van de aangrenzende percelen. Door de haven te herinrichten op de wijze zoals dat in het ontwikkelingsperspectief is opgenomen wordt de mogelijkheid gecreëerd om de maritieme industrie te faciliteren in de behoefte aan meer
14
kadelengte. In het ontwikkelingsperspectief zal de huidige oever worden afgegraven en in de plaats hiervan een damwand worden aangelegd waar schepen direct kunnen aanmeren. Hiermee word de nodige ruimte gewonnen. In de haven wordt een stuk werkkade aangelegd waarbij de gemeente aan de zuidzijde een nieuwe laad- en loskade in gebruik zal nemen. Het extra water dat langs de oevers erbij komt, compenseert het water dat wordt getransformeerd tot kade. De huidige strekdam wordt opnieuw ingericht en kan op enkele punten worden voorzien van bankjes e.d. Een belangrijk aandachtspunt is dat partijen gebruik kunnen maken van beschikbare subsidies en dat dit overeenkomstig de subsidievoorwaarden gebeurd. Overige opgaven als onderdeel van de centrale opgave Verkopen deel gemeentehaven aan de scheepswerf. Optimaliseren gebruik en beheer gemeentehaven. Afwegen toekomst woonfuncties Blikstraat en Havenstraat. Herinrichten parkeerterrein haven ten behoeve vrachtwagenparkeren. 3.3. Deelgebied II Deelgebied 2 omvat het oostelijke gelegen deel van het bedrijventerrein en betreft voornamelijk de (braakliggende) gronden in eigendom van aannemersbedrijf en de scheepswerf. Centrale opgave De centrale opgave voor dit deelgebied is de verruiming van de nieuwbouwhaven, o.a. ten behoeve van de nieuwe aanlegplaats van het voetveer. Hiervan moet de vergunbaarheid nader worden nagegaan en worden uitgewerkt. De huidige nieuwbouwhaven van de scheepswerf kan naar het oosten toe worden verlengd om zo meer kade te creëren. In het vooronderzoek is dit als alternatief in beeld gebracht als mogelijkheid voor het toevoegen van meer kadelengte voor de werf. Door een schuine insteek ontstaat mogelijk voldoende ruimte om hier een extra ligplaats te creëren voor het afbouwen van een schip. Het is onzeker of deze mogelijkheid in verband met de belangen van RWS met betrekking tot de vaargeul haalbaar is. De regelgeving voor het realiseren van extra ligplaatsen direct aan de rivier, met name op dit punt, beperkt de mogelijkheden hiertoe. Ten aanzien van het voornemen om de werkhaven te verruimen voor het verplaatsen van het voetveer zijn er minder beperkingen. Het loont de moeite om verder te verkennen welke mogelijkheden en kansen er liggen om de haven naar het oosten toe te verruimen en in beeld te brengen wat de kosten zijn om hier een dergelijke ontwikkeling te realiseren. Overige opgaven als onderdeel van de centrale opgave: Verkennen mogelijkheden voor realisatie recreatieve functie. Verkennen mogelijkheden van direct ontsluiting van de locatie vanaf de Rivierdijk. Stimuleren gronduitgifte/ontwikkeling bij het aannemersbedrijf ten behoeve van watergebonden bedrijvigheid. 3.4 Deelgebied III Dit deelgebied omvat de locatie waarop het staalbedrijf is gevestigd en enkele aangrenzende percelen (grond en water) in particulier eigendom.
15
Centrale opgave De centrale opgave voor dit deelgebied is primair het verbeteren van de ontsluiting van Van Noordenne Staal aan het water en op de Rivierdijk aan de oostzijde van het bedrijfspand. Overige opgaven als onderdeel van de centrale opgave: Opnemen plannen van Van Noordenne Staal in het bestemmingsplan Verkennen mogelijkheden van het dubbelgebruik van de kade voor het staalbedrijf en scheepswerf DBS. 3.5 Rol gemeente Privaat Na besluitvorming door de raad over het ontwikkelingsperspectief zal de gemeente in overleg treden met bedrijven om nadere afspraken te maken over de beoogde (her)ontwikkeling. Met de bewoners zullen door de gemeente gesprekken worden gevoerd in het kader van de verzwaring van de bedrijvenbestemming en de mogelijke gevolgen voor het woonklimaat. Publiek De gemeente zal na besluitvorming door de raad verder uitvoering gaan geven aan de planologische procedure die noodzakelijk is om het ontwikkelingsperspectief ruimtelijk te faciliteren. Hiervoor is een partiële herziening van het huidige bestemmingsplan (“Langs de Merwede”) vereist. In het kader van dit ontwikkelingsperspectief zijn reeds enkele onderzoeken verricht die van primair belang zijn ten aanzien van de haalbaarheid van de beoogde (her)ontwikkeling. Het gaat hierbij om onderzoeken met betrekking tot de volgende onderwerpen: - Regelgeving milieu / geluid /externe veiligheid - Flora en fauna - Effecten verkeer en parkeren 3.6 Samenwerking Voor de realisatie van het ontwikkelingsperspectief zal de gemeente met verschillende partijen een intentie- of samenwerkingsovereenkomst aangaan. Op basis van de huidige situatie en de wensen van de hiervoor genoemde partijen worden nadere afspraken gemaakt over het planproces, de te maken investeringen, inzet subsidies, de uitvoeringsaspecten, het kostenverhaal e.d.: 3.7 Inzet subsidies Bij de toekenning van provinciale subsidie spelen o.a. het belang van ruimte voor watergebonden en/of milieuhinderlijke bedrijven een rol bij de beoordeling en het draagvlak (bij ondernemers en bestuur) voor het project. De gemeente dient eenzelfde bedrag als cofinanciering bij te dragen. Waar mogelijk en van toepassing zal een deel van deze cofinanciering, onder meer via afspraken in overeenkomsten, bij belanghebbende bedrijven worden neergelegd. Het gaat om de volgende subsidieprogramma’s: - Meerjarenprogramma Provinciale Infrastructuur - Uitvoeringsprogramma Herstructurering Bedrijventerreinen - Uitvoeringsprogramma Herstructurering Bedrijventerreinen planvorming - Planvorming herstructureringsonderzoeken
16
4. Financiën en uitvoering
De deelplannen van het ontwikkelingsperspectief, dat hiervoor in hoofdstuk 3 is geschetst, is door het gemeentebestuur onderzocht op haalbaarheid en uitvoering. Daarover is ook de gemeenteraad geïnformeerd op 28 november 2013. De raad heeft aangegeven met de uitvoering van dit plan in te kunnen stemmen, waarbij aan het college is mee gegeven dat het plan zichzelf financieel zal moeten dragen. Dat het college de beschikking heeft over enkele subsidietoezeggingen is hierbij een positief punt, ook al zijn deze regelingen niet vrijblijvend. Enerzijds zal er steeds naar de inzet ervan ook eigen financiële middelen navenant moeten worden ingebracht, anderzijds is er de opgave ook binnen de termijnen te blijven die daarbij door de provincie zijn gesteld. Het college voorziet nu hiervoor een periode van 2-3 jaar nodig te hebben. Belangrijk echter hierbij is dat ook de betrokken instanties en ook –niet het minst belangrijk- de betrokken marktpartijen dit tempo ook mogelijk maken. Het overleg tussen gemeente, Rijkswaterstaat, marktpartijen, bewoners en andere belanghebbenden loopt tegelijk op met en wordt afgestemd met de vereiste partiële herziening van bestemmingsplan Langs de Merwede. Het college zal tijdens deze periode minimaal 2x per jaar rapporteren over de voortgang.
17