Ik wil mensen met autisme leren kennen MARTIJN CHRISTIAEN - DET DEKEUKELEIRE
We worden gastvrij ontvangen op het kabinet van Vlaams minister van Cultuur, Jeugd en Sport, Bert Anciaux. Een gepassioneerd spreker, een goede luisteraar. Al zijn hele leven lang is Bert Anciaux geboeid door autisme. Hij ondertekende alvast de intentieverklaring ‘autismevriendelijk proberen zijn’. Martijn: Ik ga de vragen in drie delen stellen. Eerst een deel over autisme, dan over uw werk als minister, en dan een paar andere vragen over uw passies. Anciaux: Prima Martijn: Ik ga beginnen bij uw weblog, die ik al een tijdje met interesse lees. Een aantal jaar eigenlijk. Anciaux: Is het waar? Martijn: Ja, ja, ik lees dat graag. Ik breng graag veel tijd door op het Internet. U heeft een aantal prachtige dingen geschreven over autisme. En ik vind dat dat, ondanks de vermelding van autisme
als ziekte, wel tegengewicht biedt aan de idee dat mensen met autisme altijd gewelddadig zouden zijn. Ik vind dat positief van u. Er gaat ook een positief beeld over autisme vanuit. Op uw blog staat ook dat u al een hele tijd gefascineerd bent door autisme.Wilt u dit even uitleggen? Anciaux: Juist, ja, ja. Ik ga dat proberen uit te leggen, want het is een beetje moeilijk. Het is echt een vorm van fascinatie. Ik bedoel, dat wil ook zeggen dat ik het voor mezelf niet altijd heel juist kan plaatsen. Autisme is al vele jaren iets waar ik probeer over te
AUTISME CENTRAAL | 16
lezen, waar ik mezelf van alles probeer bij voor te stellen. Ik probeer er ook iets aan te doen. Door verenigingen een beetje te proberen te ondersteunen en zo. Maar, weet je, vroeger was er heel weinig geweten over autisme. Nu weet men al veel, veel meer. Nog niet alles. Vroeger zeiden ze van mij als kind soms dat ik autist was. En, ja, dat is gewoon in mijn hoofd blijven spelen. Ja, je hebt veel vormen van autisme. Ik ben ook geen expert, maar voor mij is het een vorm van kwetsbaarheid, die ook veel moois heeft. Het is bijna, het staat voor mij bijna als symbool tegen de hardheid, de gejaagdheid van de wereld waarin alles regeltjes heeft, alles begrijpbaar moet zijn. En waar dat als je een beetje scheef loopt, je alles op je dak krijgt. Er is zo weinig empathie in de samenleving. Met empathie, bedoel ik, er is heel weinig verbeeldingskracht. Men gaat zo weinig in het leven van anderen zich proberen in te beelden. En voor mij staat autisme daar bijna tegenover zo, bijna een symbool voor mij, tegen de gejaagdheid, en alles opdelen in, alles is zogezegd logisch, en het is een logica die geen menselijke logica is. Ja, het fascineert mij. Martijn: Fascineert het autisme u niet vooral omdat mensen met autisme minder gevoelig zijn voor sociale conventies en creatief en zelfstandig denken? Is het daardoor dat u zich in autisme herkent? Anciaux: Ja. Martijn: Ik denk dat mensen met autisme weliswaar in gradaties contextblind zijn, maar wij relativeren conventies en weten uitwegen te vinden en creatief te zijn. Anciaux: En dat is natuurlijk wel het mooie. Die creativiteit, het niet conventioneel zijn spreekt me wel aan. Het kan zijn dat ik hier nu iets zeg dat helemaal niet klopt. Ik heb mensen met autisme heel vaak gezien als heel sterke persoonlijkheden, karakters. Sterke mensen inderdaad, die heel op zichzelf gericht zijn maar toch… zich niet laten vangen. Anderzijds is autisme ook een bepaalde
vorm van gevangen zijn, althans ten opzichte van de buitenwereld. Martijn: Mensen zonder autisme zijn volgens mij dan eerder gevangen vanuit de statusangst, en vanuit het netwerk verbonden aan sociale genen … Anciaux: Absoluut Martijn: … terwijl mensen met autisme eerder door blootstellingsangst en door een andere verwerking van zintuiglijke prikkels in zichzelf gevangen zijn. Aan de ene kant zijn ze heel naïef, heel open tegenover de wereld, aan de andere kant eerder gewapend, teruggetrokken, achterdochtig … Anciaux: Absoluut. Die achterdocht heeft heel veel te maken met de gebeurtenissen, niet zozeer met uzelf maar wel met de buitenwereld. Martijn: Achterdocht is vooral een gevolg van een aantal negatieve ervaringen. Anciaux: Ja, voila … Martijn: Het is enerzijds ook positief dat je vanuit die achterdocht in jezelf kan terugvallen en je beschermen. Andere mensen kunnen té positief zijn. En in die zin is de media misschien zwaar negatief omdat de achterdocht van mensen dan weer wordt gestimuleerd. Anciaux: Maar weet je, eigenlijk is dat zoiets dat heel vaak voorkomt. Ook als je in de politiek zit. Ik word constant geconfronteerd met verhalen, ook over mij, waarbij ik me afvraag waar haalt men dat. Maar je hebt zo weinig verweer. En je bent zo gemakkelijk een kop van jut. Het gevolg daarvan is dat je op de duur ook heel introvert wordt. Ik ben een heel introverte mens. En dat gelooft men dus niet, dat ik een timide en introverte mens ben. Mijn vader is heel extravert, maar ik niet. Martijn: U bent volgens mij toch vrij impulsief, u vertelt in geuren en kleuren ? Anciaux : Ja, maar impulsief is toch wel iets anders. Soms denk ik ook wel impulsief. Maar allez, dat denken de mensen weer. Meestal is dat dan niet zo. Waar ik mee naar buiten kom, daar zit ik al een tijd mee. Dat heb ik al doordacht en overpeinsd. En eens het klaar is, dan laat ik me niet afremmen.
AUTISME CENTRAAL | 17
Maar ik ben wel veel introverter geworden. Vroeger was ik veel opener. Dat heeft ook veel te maken met het voortdurend bekritiseerd worden en de politieke ervaring. Ik heb in de loop der tijd al een paar paar dingen meegemaakt. Ik ben daardoor nogal gesloten geworden. En ook in zo'n zaken herken ik soms wel autisme. Die geslotenheid is vaak door de onwetendheid, het onbegrip van de wereld daarrond, en ook wellicht niet de zin hebben om altijd opnieuw te moeten uitleggen en vechten en noem maar op. Martijn: Dat heeft ook te maken met tempo. Anciaux: Ja Martijn: Mensen met autisme hebben een heel ander tempo van informatie en prikkels verwerken. Het moment dat je nog bezig bent met het begrijpen van wat er op je afkomt moet je eigenlijk al … Anciaux: … reageren op iets nieuws … Martijn: en zogezegd 'normaal', gepast reageren. Anciaux: Ja, dat is waar. Martijn: en dat is soms erg frustrerend. Je blijft altijd een stapje achter op de rest van de groep die een ander tempo heeft. Vaak verlies je de moed om nog te reageren. Anciaux: Heel veel mensen hebben daar problemen mee. Heel veel mensen hebben autistische trekken, zij het dat jullie dat meer uitgesproken hebben. Voor heel wat mensen gaat het op deze wereld te snel. Daardoor ontstaat één van de grootste samenlevingsproblemen, stress en depressie bij kinderen. We leven in zo'n luxueuze wereld, waar we altijd meer moeten presteren, wat voor heel wat mensen een onvoorstelbaar probleem is. Martijn: Maar natuurlijk heeft niet iedereen autisme. Anciaux: Neen, neen, neen. Dat weet ik wel.Wat ik vooral bedoel is dat onze samenleving zich een beetje 'autistisch' gedraagt. Martijn: Ik stap nu over naar de volgende vraag. U bent, net zoals ik trouwens, erg enthousiast over de film Ben X, die begonnen is, met een boek,
18
|
geschreven door Nic Balthazar, een 'auteur die schreef voor lezers die niet lazen'. Een uitspraak die ik wel grappig vond. Hoe bent u betrokken geraakt bij de film ? En waar gaat de film over, volgens u ? Anciaux: Ik ben nogal nauw betrokken bij de film eerst en vooral omdat ik als minister van cultuur als sponsor verantwoordelijk ben voor de filmsector, voor het audiovisuele, en voor de financiering van de Vlaamse Film. We zijn er dus al van bij het begin bij betrokken geraakt. Maar Ben X heeft me al heel snel gegrepen. De regisseur vind ik sowieso al een fijne gast, zijn vrouw ook. Ook de producer ken ik goed. Ben X is een prachtige film geworden. Voor mij is het mooiste aan Ben X dat men op een begrijpelijke manier een correct beeld weergeeft van wat autisme eigenlijk is. Niet alleen van de problemen waar men mee te maken krijgt. Ben X geeft ook een prachtig beeld van wat een autistische jongen van binnen beleeft. Dat vond ik het sterkste aan Ben X. Het is een film die laat zien, laat voelen, wat autisme is, van binnen en van buiten. Zowel wat hij van binnen meemaakt, wat hij voelt, wat hij denkt. En tegelijk ook de problemen die dat met zich kan meebrengen. En dat in een heel mooi verhaal. Met een stel topacteurs en medewerkers. Martijn: Ja, dat maakt de film heel herkenbaar. Ik ben ook veel gepest geweest tijdens mijn jeugd. Er zijn natuurlijk autistische mensen die op de film reageren dat deze te weinig emotioneel is, dat de film eigenlijk niks vergeleken is met de realiteit van het gepest worden. Maar het is wel mooi in elkaar gezet voor het grote publiek. Er komt heel weinig pathetiek in voor, en het blijft voor mij toch emotioneel om naar te kijken. Ook in gesprekken met andere mensen met autisme komt dat naar voor. Ze kijken geëmotioneerd naar de film… meerdere keren … terwijl hun familie ook kan gaan kijken. Anciaux: Ik denk dat het zeker kan helpen om heel veel onwetendheid een stukje weg te werken, maar dan krijgen we jammer genoeg net nu zo'n andere berichtgeving in de media, de zaak Van Themsche.
AUTISME CENTRAAL
Martijn: Ja, dat lijkt een beetje het proces van Echternach hé.Twee stappen vooruit en toch weer eentje achteruit. U bent zelf advocaat of advocaat geweest ? Hoe staat u hiertegenover ? Anciaux: Ik ben advocaat geweest. Ik heb heel wat pro deo-zaken gepleit. Ik heb ook 10 jaar een advocatenbureau gehad, en daarvoor ben ik daar stagiair geweest. Toen heb ik heel wat strafzaken gepleit, en ook heel wat jeugdwerk bij de jeugdrechtbank.Tijdens mijn stage was ik bij de stafhouder, de vuilbak van de advocaten dus.Alle zaken die niemand wou kwamen bij mij terecht. Martijn: Wat is zo iets dat u altijd bijgebleven is? Hebt u daaruit geleerd, uit uw tijd als advocaat? Anciaux: Wat ik daaruit heb geleerd, is één heel pijnlijke vaststelling. Onze samenleving heeft nog verschrikkelijk veel marginaliteit.Veel meer dan de meeste mensen denken. In die tijd ben ik ook veel kindermisbruik tegengekomen. Het is precies alsof dat pas sinds Dutroux opgekomen is. Marc Dutroux was welisweer de eerste kindermishandelaar die in de aandacht gekomen is. Maar in de peri-
ode daarvoor bestond dat al massaal, massaal, massaal. Maar dat kreeg toen geen aandacht. Er zijn eerst echt lijken moeten vallen. Er zijn kindjes moeten vermoord worden. Vervolgens was er dan een heel spektakel van een opgesloten misdadiger. En zo kwam er eindelijk aandacht voor, maar daarna viel alles weer stil, terwijl het nog steeds doorgaat. Dat blijft mij bij. Ik ben zelf ook vader van vier kinderen. Maar, ik ga nu iets zeggen dat de Vlaamse oudervereniging niet graag zal horen, het ouderlijk gezag, daar gaat ook heel veel misbruik van uit. Misbruik van autoriteit bijvoorbeeld. Martijn: Om terug te komen op de film Ben X.Wat mij opvalt, is dat de nadruk nu vooral komt te liggen op pesten in de schoolsituatie. Ik heb echter ervaren dat dit in de werksituatie, binnen vrije tijd en familie ook veel voorkomt. Misschien ligt de nadruk te veel bij de schoolsituatie. Sommige mensen denken nu misschien: dat gebeurt alleen op school, daar moeten we het aanpakken, na de schooltijd is het al voorbij. Maar uiteindelijk is de school slechts een zacht voorspel op de samenleving. Hoe staat u daartegenover ? Anciaux: Ja, ik denk dat je gelijk hebt. Het beeld zou kunnen zijn dat het hoofdzakelijk een probleem van de school is. Martijn: In de film gaat het bovendien vooral om en rond jongens. Meisjes spelen een rol van trooster of een nevenrol. En het speelt zich vooral op school zelf af, niet buiten de school. Ik ben ook gepest van school naar huis en door venijnige meisjes. Anciaux: Ok, gelijk, ik ga er niet van uit dat Ben X alles vertelt. Het pesten als dusdanig zowel onder kinderen maar ook onder volwassenen, dat is iets wat aandacht moet beginnen krijgen. Ook binnen het onderwijs. Men is daar toch wel wat mee bezig, maar eigenlijk nog veel te weinig. En pesten op de werkvloer, dat gebeurt inderdaad massaal. Martijn: Ik heb mijn eindwerk gemaakt rond frequent ziekteverzuim, en toen werd duidelijk dat mensen vaker ziek zijn omdat de werksfeer verziekt wordt door pesterijen.
AUTISME CENTRAAL | 19
Anciaux: En in het kader van welke opleiding heb je dit eindwerk gemaakt? Martijn: Een opleiding sociaal werk in Oostende. Anciaux: En dat was hoofdzakelijk omwille van? Martijn: Dat ging hoofdzakelijk om mensen die hun taak niet meer konden uitvoeren, door sterken die zich keerden tegen zwakken. Dat komt heel veel voor, zowel in het gewone als in het beschutte arbeidscircuit, waar ik mijn stage deed. Anciaux: Nu, alles hangt af van de gradatie. Ik denk dat het belangrijk is dat kinderen ook een stuk weerbaarheid leren, en niet altijd ervan uit gaan dat de wereld, dat het allemaal doetjes zijn. Zowel jongens en meisjes zijn dat niet. Maar kinderen kunnen onder elkaar verschrikkelijk barbaars zijn. Maar volwassenen ook hé. Martijn: Dat is zo. Bij mensen met autisme ligt dat misschien nog iets anders omdat ze de gewone context minder zien. En wat is pesten hé ? Voor de ene is een aanraking pesten, voor de ander een schouderklopje. Ik voel dat soms als een schok als iemand mij aanraakt.Wij voelen dat vaak als pesten aan.Terwijl dit misschien niet altijd zo bedoeld is. Anciaux: Had je heel veel last daarvan? Martijn: Ja, toch wel. En vooral buiten school. In Ben X gebeurt het vooral op en rond de school. Maar voor mij gebeurde het van school naar thuis, in de werksituatie of in de vrije tijd. De trauma's daarvan werken nu nog steeds door. Anciaux: Geef eens daar een voorbeeld van? Martijn: Ik mijd vooral de situaties waar er mogelijk gepest zou kunnen worden. Dat is ook een van de redenen waarom ik niet kan werken. Het is ook moeilijker om in sociale gelegenheden bij mensen te komen en dichter bij de persoon te komen Het heeft vooral tot gevolg dat ik achterdochtiger ben dan normaal, dan andere mensen. Ik denk dat pesten tot gevolg heeft dat je op latere leeftijd je meer gaat afzonderen door die ervaring in de kindertijd die blijft doorwerken. Anciaux: En dat je daar blijft last van hebben … Martijn: Ja, maar dat hoeft niet negatief te evolueren. Ik heb het gevoel dat het ook wel positief evo-
lueert, in zekere zin. Ik ga nu op stap met mensen met autisme in de vrijetijdsbegeleiding. Ik ervaar daar ook dat zij ook die ervaring van pesten hebben. Een jongen met autisme uit een instelling vertelde bijvoorbeeld over een droom waarin hij hoog boven de pesters uitsteeg, zijn jas opendeed en met een gigantische windstoot al de pesters in één ruk wegblies. Dat is het soort verhalen dat je ook tegenkomt in films als Harry Potter of Star Wars. Ik vind de beste reactie op pesten op zich de verbeelding is, de fantasie die mensen met autisme volop hebben. Het is een andere rol kunnen aannemen en kunnen wegdromen in je zalige droomwereld. De lessen dramatische vaardigheden, zelf experimenteren in welke rol ik speelde, en poëzie leren ontdekken, heeft me veel zelfvertrouwen gegeven. Cultuur heeft me enthousiasme gegeven. Anciaux: Ik zie dat je heel heel enthousiast bent! Martijn: Ja, ik ben in mijn leven altijd zo positief mogelijk ingesteld geweest, en zal dat blijven. Anciaux: Ja, ja, ik probeer dat ook. Martijn: Ik ga u nu de volgende vraag stellen. U schrijft dat u autisme wil doorgronden. Misschien is dat wel erg ambitieus, maar u bent, vind ik zelf toch, al op de goede weg. Hoe denkt u er zelf over? Anciaux: Ik denk dat ik autisme al een beetje beter kan duiden. Maar ik heb niet de ambitie om des-
AUTISME CENTRAAL | 20
kundige te zijn of een psychiater of wat dan ook. Ik wil dat ook niet helemaal kennen. Dat hoeft niet, ik bedoel … Martijn: Misschien wilt u liever een persoon met autisme en mensen errond leren kennen dan het 'ding' autisme ? Anciaux:Voilà. Dat vind ik helemaal kloppen, wat je daar zegt. Dat is waar. Ik heb in mijn leven al wat contacten gehad met mensen met autisme. Het is inderdaad zoals je het zegt, ik wil mensen leren kennen, niet het autisme. Maar het fascineert me wel, ja. En als het fascineert, wil ik daar wel iets meer over weten, wil ik minstens geen stommiteiten doen. Martijn: Ik wil u nog een uitspraak van u voorleggen. U schrijft dat Ben X geen "ik" heeft, slechts een "zij", amper een "wij", iets waar ik me intuïtief wel kan in vinden.Wat bedoelt u hiermee? Anciaux: In de film viel me op, vond ik, dat je Ben wel vaak in zichzelf hoort praten, maar hij stelt zijn zijn leven in functie van anderen. Hij cijfert zichzelf voor een groot deel weg. Dus ook zijn liefde. Ik vind niet dat het veel met … Martijn: … egoïsme te maken heeft ? Anciaux: Ik ben absoluut niet duidelijk aan het praten hé ? Nee, het is absoluut geen egoïstische liefde. Een liefde voor het krijgen op zich. Eigenlijk zit hij constant met geven, geven. En dat vond ik wel heel mooi. Vandaar amper "wij", vooral "zij". Amper "wij" omdat hij voelt zich niet noodzakelijk een deel van die, van de samenleving. Ook niet altijd een deel van zijn eigen wereld. En dat, dat vond ik wel heel opvallend. Martijn: Hij is vooral egocentrisch,nooit egoïstisch. Anciaux: Ja, absoluut Martijn: Hij vertrekt vanuit zichzelf, maar richt zich naar de wereld, terwijl anderen, niet-autisten, vanuit de wereld naar zichzelf gericht zijn. Anciaux: Ja, natuurlijk. Over autisme heeft men meestal een beeld van 'je zit gevangen in je eigen ik'. En dus 'ge zijt alleen met uzelf bezig, en ge wilt alles voor uzelf'. Zeker dat laatste is er absoluut
niet bij. Misschien is er een vorm van geremdheid. Misschien is er, zoals ik denk en geschreven heb een knik in de link met de wereld daarbuiten. Maar het is helemaal niet zo dat dat allemaal mensen zijn die alleen maar met zichzelf bezig zijn en dat de rest hen niet interesseert. Integendeel: er zijn heel weinig autistische mensen zo. Ook al zitten ze misschien in een meer gesloten wereld dan de meeste 'normale' mensen. Martijn: Het is om die onzekerheid onder controle te krijgen dat een autistische persoon eigenlijk heel sterk met de anderen bezig is. En het ethische element, het gevoel tegen onrecht, dat de waarheid onrecht aangedaan wordt, dat willen mensen met autisme niet aanvaarden. Dat is belangrijk. Anciaux: Heb jij ook de behoefte om controle te krijgen over de wereld? Martijn: Ik probeer zoveel mogelijk informatie te krijgen om die onzekerheid en de stress te minimaliseren. Dat gevoel van blindheid tegenover de maatschappeij, tegenover de anderen, de context heb ik heel sterk. Misschien is dat minder dan ik voel, maar ik ken tenminste mijn beperking. Ik probeer zoveel mogelijk te kijken naar: 'gaat die persoon mij pijn doen of niet pijn doen?'. En dat is geen controle krijgen om macht te krijgen. Integendeel, het machtsgevoel heb ik niet. Het is vooral om te weten van 'kan ik veel geven aan die persoon?', 'kan ik dichtbij komen of hou ik beter afstand ?'. En ook: 'past die persoon in mijn levensproject?' Dat gevoel van afstand en nabijheid is heel moeilijk. Ik heb dat wel geleerd, als hulpverlener ben ik daar goed in. Maar ik moet altijd informatie hebben. Mensen zonder autisme verkrijgen die informatie blijkbaar vanuit zichzelf, van hun sociale genen, hun 'intuïtie'. Anciaux: Ja, maar je kan je ook vergissen in hoe mensen zijn. Maar ik begrijp het wel. Je vertrekt eigenlijk van een ingebakken wantrouwen. Martijn: Ja, ofwel vertrek ik vanuit een wantrouwen tegenover wat nieuw is, maar dat vertrouwen kan snel opgebouwd worden. Dat hangt af van per-
AUTISME CENTRAAL | 21
soon tot persoon. Ofwel behoud ik gewoon een wantrouwen. Er zijn ook autistische mensen die iedereen vertrouwen en die overal in lopen. Maar er zijn ook mensen met autisme die iedereen en alles wantrouwen, en heel gesloten zijn. Een keer dat vertrouwen dat gewonnen is, lukt het wel om met hen vlot te zijn. Maar dan is het niet omdat je zegt dat je Minister bent, of leraar of zelfs vader of moeder. Dan is het gewoon omdat je iets gedaan hebt voor mij als persoon. Maatschappelijke status betekent niets. Een leraar gaat bij mij nooit vertrouwen winnen omdat hij vooraan staat en leraar is. Mijn moeder is mijn moeder niet maar een vriendin die ik waardeer, waar ik toevallig als het ware als een pleegkind bij ben opgevoed, dat gevoel hé. Dus zonder de maatschappelijke status. Anciaux: Dat vind ik wel fijn. Dat is een vorm van anarchisme. Martijn: Maar je komt daar wel goed mee in ruzie met mensen. Vooral met leraars of hiërarchische oversten, iedereen die opdrachten geeft. Dat is wel gebeterd met de jaren. Anciaux: Ja, mesnen die wel op hun strepen staan. Martijn: Ja, die de intellectuele kritiek niet aanvaarden, die vooral opbouwend is hoor. Anciaux: Ja, en die eigenlijk weinig gezag hebben, maar vooral macht hebben.
22
|
Martijn: Ik wil nog iets vragen over uw werk als minister. Stel dat ik mij actief in de politiek zou willen begeven, welke raad zou u me dan geven? Anciaux: Gewoon uzelf zijn. Het is mij nog al eens gevraagd, maar ik weet niet zo goed wat antwoorden. Ik denk gewoon uzelf zijn, echt waar. Ik denk dat er heel veel comedie wordt gespeeld. Heel veel mensen willen een bepaalde rol spelen, en ik denk dat je dan door de mand valt. Ik heb ondertussen toch al heel veel mensen zien beginnen in de politiek, vol enthousiasme, vol goede wil, vol dynamisme, ambitie, al wat dat ge wilt. En binnen de kortste keren worden dat afgeleefde opgebrande mensen. Het zijn parlementairen die doen wat dat de partij zegt, die een rolleke spelen, omdat ze dan gemakkelijker kunnen opklimmen in de partij, in de regering, en ik vind dat verschrikkelijk. Zo zijn er genoeg. Ik denk dat dat de enige raad is die u kan meegeven. Het zou goed zijn dat ge dat doet. Martijn: Ja, ze ruilen passie voor glorie dan eigenlijk. Anciaux: Ja, wel ja. Weinig passie. Er is bijzonder weinig passie, terwijl ik denk dat er heel veel nood is aan passie. In de politiek, bedoel ik. Niet in de samenleving, de wereld. Maar het is net die passie die het doet. Het is de voedingsbodem. Toch is er heel wat ongeloofwaardige politiek in de wereld.
AUTISME CENTRAAL
En politiek is echt een heel mooi beroep, … als je het beoefent met passie. Het is de meest sociale opdracht die er bestaat. Maar het is vandaag heel hard geworden. Je krijgt op je kop, echt, voor van alles en nog wat. Ik herinner mij de tijd nog dat mijn vader in de politiek zat. Toen dat de mensen heel joviaal en open waren, op straat stonden en een praatje maakten. We krijgen vandaag die kans niet meer. Mijn gsm staat vol met beledigingen, men doet maar. Nu ga ik de straat op en word uitgescholden. Soms is de angst echte angst. Maar ik blijf het een heel boeiende, een heel sociale stiel vinden. Het wordt ook een beetje door de media kapot gemaakt. Bovendien, niet iedereen die in de politiek zit doet het correct. Er zijn wel veel mensen die met goede intenties werken. Een kwestie van gewoon jezelf te blijven. Martijn: U bent een tijd actief geweest in de jeugdbeweging. U gaat nog mee op kamp. Wat heeft de jeugdbeweging u zoal bijgebracht ? Anciaux: Alles, toch veel, mijn vrouw om te beginnen heb ik er leren kennen. En mijn kinderen dus onrechtstreeks. Daarnaast heb ik ook veel met mensen kunnen omgaan, mooie ervaringen, warme momenten. Ik ben afgelopen zomer nog mee geweest. Hier in het Brusselse zijn er soms wat moeilijker groepen, met gasten die ze 'crapuultjes' noemen, en dan ga ik mee om een beetje evenwicht te houden. Martijn: Hoe houdt u het evenwicht tussen gezin en werk ? U bent vast lang onderweg en hebt veel vergaderingen en culturele evenementen ? Anciaux: Dat valt eigenlijk goed mee. Nee, ik denk dat je dat kan plannen. Mensen die zeggen: politiek en gezin gaan niet samen, die hebben het mis. Die kunnen gewoon niet goed combineren. Maar er is een andere tijd geweest, het jaar dat ik voorzitter werd van de Volksunie… een grote partij, was ik net een jaar getrouwd. En toen was ik over heel het land onderweg, in elk boerengat heb ik lezingen gegeven, elke parochiezaal gezien. Toen hebben ze wel aan de bel getrokken. Nu neem ik mijn kinde-
ren wel eens mee naar evenementen, als het kan. Nee, dat lukt wel. Martijn: U heeft een mooi uitgewerkte site met een weblog.Welke rol speelt uw website en internet in uw job ? Anciaux: Ja, daar is al wat om te doen geweest, vooral in het begin. Ik ben daar een aantal jaar geleden mee begonnen, ondermeer omdat ik zag dat de pers dingen verdraaide. Nu halen ze nog soms stukjes van de site en plaatsen ze in een ander licht, maar kom. Martijn: Het is in elk geval geen saaie site! Anciaux: Dat hoop ik. Martijn: Nu wil ik nog wat vragen stellen over wat u zoal buiten de politiek doet. U doet af en toe mee aan tv-programma's, ondermeer aan Celebrity Shock (VTM), waar u met Elke van Elderen tot in Mongolië reisde.Wat is u daarvan het meest bijgebleven ? Anciaux: Mongolië is een hele mooie streek. Heel warm.Allez, heel koud, maar hele warme mensen. Ik voelde meteen een klik met die bevolking, ik kwam heel goed overeen met die mannen in het dorp. Maar de omstandigheden waren heel bizar. Vrij primitief. Elke had het daar moeilijker mee, ik ben nogal een gemakkelijke mens op dat vlak. En grote temperatuurschommelingen, de ene keer heel warm, de andere keer bitterkoud. Maar 't was ook bizar hoe ze dat in beeld hebben gebracht. Achteraf ben ik daarvan geschrokken. We hadden daar echt niet veel beleefd, gewone dingen, zoals je op vakantie zou gaan. Maar eens we thuis waren, leek het alsof we in een rariteitenkabinet hadden gelogeerd, een survivaltocht hadden ondernomen. En de momenten die ik uniek vond, bijvoorbeeld ijs halen in de rivier, waren eruit geknipt. Bizar. De andere koppels hadden heel wat vreemdere dingen meegemaakt, die waren ook niet echt met de plaatselijke bevolking in contact gekomen. Martijn: U valt op door uw enthousiasme. Er zijn wellicht momenten dat u ook wat minder bent.
AUTISME CENTRAAL | 23
Wat doet u zoal u om terug op te laden ? Anciaux: Goh, ik denk … mijn gezin is mijn voornaamste rustpunt. Mijn vrouw is zeer no-nonsens, een echte Westvlaamse hé. Ze brengt mij terug op de grond als dat nodig is. En mijn kinderen. Of ik nu positief ben of niet, ze zijn altijd hetzelfde voor mij. Martijn: Wat is voor u de ultieme schoonheid ? Anciaux: (lacht)… Een vrouw... Nee, wacht, ik zal er nog iets aan toevoegen. In mijn kantoor heb ik een ets hangen van Thiery Du Cordier, Les Discours Alpin, waarbij een man voor de afgrond staat te preken, met de vermelding dat hij de wereld gaat veranderen. Dat vind ik iets schoon. We kunnen dat misschien eens gaan bekijken. Martijn: Da's een goed idee.Voordat we ernaar toe gaan, wil ik u graag zeggen wat ik als autismevriendelijk zie. Ik vind duidelijkheid belangrijk in wat men wil en verwacht, zo concreet mogelijk en het vanzelfsprekende zoveel mogelijk proberen te
24
|
verwoorden. Niet denken dat alles duidelijk is. Ook niet de waarde en begaafdheid van iemand inschatten op basis van zijn verbale vermogens. Iemand die vlot is, heeft ook beperkingen, en iemand die het wat trager kan verwoorden, kan heel intelligent zijn. Daarnaast vind ik het ook belangrijk prikkels in een omgeving die niet bijdragen tot de boodschap achterwege te laten Anciaux: Dat eerste vind ik erg moeilijk, duidelijk te zijn en wat ik bedoel eenvoudig te verwoorden. Martijn: Ja, dat begrijp ik. Het is gemakkelijker iets gemakkelijk moeilijk te verwoorden, dan iets moeilijk eenvoudig te verwoorden. Anciaux: Dat is het helemaal, ja. En in de politiek wordt het al eens moeilijk uitgelegd. Ik ga dit met plezier ondertekenen, en dan toon ik je de ets in mijn kantoor. Martijn: Mag ik u dan alvast heel hartelijk bedanken voor dit interview ? Ik vond het een heel aangenaam gesprek. Anciaux: Dat vond ik ook.
AUTISME CENTRAAL