Tijdschrift over arbeidsmarktontwikkelingen binnen zorg, welzijn en sport
ICT in de ouderenzorg Calibris in 2016 | Beste Praktijkopleider 4 jaargang, Calibris VIZIER december 18e nr 58 januari 2014
2012
I N HOUDSOPGAVE
4 Calibris in 2016: nieuwe tijden, dezelfde doelen Eindelijk is er dan duidelijkheid. De wettelijke taken van Calibris, zoals het erkennen van leerbedrijven en het beheren van de kwalificatiedossiers, worden per 1-1-2016 ondergebracht bij één landelijk kenniscentrum.
6
18
De toekomst van de pedagogisch medewerker
Relatie opbouwen met cliënt is het allerbelangrijkst
10
20
Berichten
Kamerleden op werkbezoek bij leerbedrijven
12
21
Basistraining werkbegeleiders nu ook via e-learning
SterkLeerklimaat stimuleert verbinding tussen leren en werken
14
22
Snel ‘arbeidsfit/opleidingsfit’ in WijkLeerbedrijf
‘Voor elke gemeente straks anders opgeleide zorgwerkers’ Calibris VIZIER januari 2014
16
24
Coverinterview
Grote rol voor technologie bij zorg voor ouderen
2
M i j n eigen el f tal ! Ik had nooit kunnen dromen dat ik - toen ik drie jaar geleden kamerlid werd zomaar op een dag een eigen elftal zou hebben. En toch is het mij overkomen. Afgelopen zomer ging ik op uitnodiging van Calibris bij het ROC Albeda College op bezoek om kennis te maken met de dames van het project WelSlagen Drechtsteden. Ik wist helemaal niet wat mij te wachten stond en wie ik daar zou spreken. Ik werd in een totaal leeg Albeda ontvangen door een groep enthousiaste mensen, waaronder Elly Rietveld. Zij vertelde dat het team van dit mooie project gewoon de hele zomer had doorgewerkt om de groep dames te begeleiden. En die groep dames ging ik dus ontmoeten. Eerst in een gesprek en daarna bij de uitreiking van hun certificaat. Wat er tijdens het gesprek gebeurde, is niet te beschrijven. Ik heb vaak mooie gesprekken met studenten, maar nu was er een onbeschrijfelijke klik. Wat een gemotiveerde vrouwen, allemaal met een passie voor de gezondheidszorg en met een drive om iets van hun leven te maken! Allemaal met hun eigen verhalen, die maken dat zij een afstand tot de arbeidsmarkt hebben, maar ook allemaal met een enorme motivatie. Op dat moment besloot ik dat ik deze dames vaker wilde zien en gelukkig bleek dat wederzijds. Wij besloten dat zij ‘mijn’ elftal zouden worden en dat zij mij het komende jaar gaan helpen bij debatten die gaan over het beroepsonderwijs en dan met het accent op de zorg. Een mooie middag, met een gouden randje en indrukwekkende gesprekken. En het wordt nog mooier, want het is niet gebleven bij een loze belofte. Het elftal is inmiddels ook al bij mij op bezoek geweest in de Tweede Kamer en mede door hun input heb ik een debat over taal en rekenen in het beroepsonderwijs met veel voorbeelden uit de praktijk kunnen voeren. En daar blijft het niet bij, want wat mij betreft gaan wij het komende jaar scoren voor het beroepsonderwijs!
COLUMN Tanja Jadnanansing Lid van de Tweede Kamerfractie PvdA
Calibris VIZIER januari 2014
3
Tekst: Paul van Bodengraven | Beeld: OLaser/iStock
Calibris in 2016: nieuwe tijden, dezelfde
Eindelijk is er dan duidelijkheid. De wettelijke taken van Calibris, zoals het erkennen van leerbedrijven en het beheren van de kwalificatiedossiers, worden per 1-1-2016 ondergebracht bij één landelijk kenniscentrum. Vanaf dan neemt de Stichting Beroeps onderwijs Bedrijfsleven (SBB) die taken over. Met een flinke bezuinigingsopdracht zal SBB kwalificaties beheren in alle sectoren, van de techniek tot de zorg, van de automotive-branche tot de kappers. Calibris blijft actief als private organisatie en ondersteuner in de sectoren zorg, welzijn en sport.
4
Calibris VIZIER januari 2014
Prof. Dr. Erik Schut
Calibris
De minister van OCW heeft ingestemd met het voorstel van SBB ,het platform waarin werkgevers en onderwijsinstellingen samenwerken, om vanaf 2016 één organisatie te vormen die alle kwalificatiedossiers in het mbo beheert en haar rol in het praktijkleren vervult. Dat betekent dat een groot deel van de huidige werkzaamheden van Calibris daar naartoe worden overgeheveld. Naar verwachting zal ook een deel van de medewerkers van Calibris de overstap maken naar SBB.
de middelen die tot nu toe beschikbaar waren voor de afzonderlijke kenniscentra. Hoogstwaarschijnlijk zal het in de praktijk betekenen dat leerbedrijven niet langer kunnen rekenen op de ondersteuning van een regionaal adviseur, zoals nu het geval is. Ook het bouwen en onderhouden van netwerken in de regio is dan een taak voor scholen en leerbedrijven zelf. Zij moeten zelf bepalen of ze daar ondersteuning voor willen inkopen bij een externe partij als Calibris.
Calibris Herkenbaarheid In de plannen die SBB heeft gemaakt zal, omwille van de herkenbaarheid voor branches en sectoren, gewerkt worden in zogenoemde ‘sectorkamers’. In zo’n kamer werken clusters van branches die dicht bij elkaar liggen samen. Zorg, welzijn en sport vormen al zo’n logisch cluster, dat hoogstwaarschijnlijk binnen SBB als sectorkamer kan fungeren. Voor branchepartijen ligt er een opdracht om te waken over de
doelen herkenbaarheid, zeker gezien het feit dat sommige zaken – zoals de erkennings procedure – meer generiek zullen worden. Nog lang niet alle plannen van SBB zijn al concreet uitgewerkt. Hoe een en ander verder vorm wordt gegeven, zal in de loop van 2014 duidelijk worden.
Landelijk en in de regio Ook de vertaling van de landelijke ontwikkelingen naar regionale oplossingen is een zaak die nu bij de leerbedrijven en scholen in de regio komt te liggen. Zij zullen zelf moeten zorgen voor een specifieke invulling en inkleuring van de kwalificatie dossiers, afgestemd op de opleidings behoeften van het regionale bedrijfsleven. SBB zal niet in dezelfde mate kunnen voorzien in ondersteuning daarvan, omdat zij moet werken met een budget dat minder dan de helft bedraagt van
Calibris heeft meerdere opdrachtgevers in het publieke domein waarvoor de organisatie ook na 1-1-2016 actief blijft. Veel van die activiteiten hebben te maken met het functioneren van de arbeidsmarkt in de domeinen zorg, welzijn en sport. Denk bijvoorbeeld aan het Stagefonds, opdrachten voor gemeenten en UWV WERKbedrijf, de betrokkenheid bij de aanpak Jeugdwerkloosheid enzovoorts. Calibris zal in sterk afgeslankte vorm - actief blijven in de publieke sector. Ook de ondersteuning van leerbedrijven, zoals de trainingen voor werkbegeleiders, blijft bestaan. Die werden altijd met subsidie vanuit de wettelijke taken aan geboden. Daar komt nu dus een ander prijskaartje aan te hangen. Ook voor andere vormen van ondersteuning kunnen de adviseurs van Calibris ingeschakeld worden. Ook hierbij geldt dat bedrijven en scholen dat zelf zullen moeten financieren, al dan niet uit eventuele projectsubsidies.
Leer-werkconcepten Eigentijdse concepten waarin leren en werken worden gecombineerd, daar blijft Calibris zich sterk voor maken. Het WijkLeerbedrijf, WelSlagen, GildeLeren, het zijn de diensten waarmee Calibris regionale partijen helpt om stage- en arbeidsmarktvraagstukken aan te pakken. Als geen ander weet Calibris wat er komt kijken bij het opleiden van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Vanuit
de opgebouwde kennis en ervaring helpt Calibris regionale partijen om de combinatie van leren en werken naar een hoger plan te tillen, met maatwerktrajecten voor betere resultaten. Ook voor andere vormen van ondersteuning, zoals het bevorderen van het leerklimaat binnen de organisatie en mobiliteitstrajecten, kunnen werkgevers aankloppen bij Calibris.
Rendement De wetenschap dat wat Calibris doet een belangrijke maatschappelijke bijdrage levert, geeft vertrouwen voor de toekomst. Uit recent onderzoek is naar voren gekomen dat alleen al met het bewerkstelligen van de mogelijkheden dat mensen (alsnog) een diploma op niveau 2 kunnen behalen in zorg en welzijn een maatschappelijk rendement van vele tientallen miljoenen euro’s wordt bereikt. De investeringen die daarmee gemoeid zijn, worden met een factor vijf of zes terugverdiend. Maar het loont dus, voor individuen, werkgevers en de maatschappij als geheel. Om zulke klinkende resultaten te kunnen boeken bouwt Calibris aan langdurige samenwerkingsrelaties met de diverse spelers in het sociale domein. Geen kwestie van uurtjefactuurtje, maar van samen bouwen aan een goed net van voorzieningen waarmee mensen worden toegeleid naar leer- en werkplekken binnen zorg, welzijn en sport.
Publiek én privaat Met de overheveling van de wettelijke taken naar SBB lijkt een scheiding te ontstaan tussen publieke en private taken en middelen. Calibris werkt vanuit de overtuiging dat juist de verbondenheid van publiek en privaat de beste resultaten oplevert voor alle betrokkenen. Zij zal zich hard blijven maken voor het leveren van antwoorden en oplossingen voor scholings- en arbeidsmarktvraagstukken die zich voordoen in zorg, welzijn en sport. De afgelopen 75 jaar hebben bewezen dat het werkt!
Calibris VIZIER januari 2014
5
Grote rol voor technologie bij zorg voor ouderen Steeds meer mensen worden ouder. En steeds meer ouderen wonen thuis tot op hoge leeftijd. Zes op de zeven 80+’ers woont tegenwoordig zelfstandig, met of zonder ondersteuning. Het sluit aan bij de wens van de meeste mensen: zo lang mogelijk thuis blijven, ook als er behoefte is aan zorg. Tegelijkertijd worden de drempels voor de intramurale zorg steeds hoger. Vanuit kostenoogpunt probeert de overheid de instroom in verpleeg- en verzorgingshuizen in te dammen. Zorg aan huis heeft de toekomst. Tekst: Paul van Bodengraven | Beeld: Caro Bonink/HH
6
Calibris VIZIER januari 2014
TREND
Om zorg aan huis te realiseren, zijn slimme, innovatieve technieken noodzakelijk én minstens zo belangrijk - zorgverleners die hiermee kunnen werken. Om zorgverleners meer vertrouwd te maken met het gebruik van thuistechnologie, heeft Calibris het programma Liever Langer Thuis ontwikkeld, waarmee ze in de eerste helft van 2014 het land in trekt. “Help ons om medewerkers vertrouwd te maken met de mogelijkheden van technologie in de zorg aan huis, dat is de vraag die we steeds vaker krijgen van werkgevers in de zorg”, vertelt Ellen Hasselerharm, strategisch adviseur Zorg & Technologie bij Calibris. De huidige groep medewerkers in de zorg is nog niet erg vertrouwd met de mogelijkheden die slimme technologie biedt. “Dat is ook logisch”, aldus Hasselerharm, “want ze zijn er ook nooit in opgeleid. Ze hebben nog niet de kans gehad om er veel ervaring mee op te doen. Terwijl zij juist degenen zijn die de cliënten het vaakst zien en kunnen uitleggen dat het gebruik van nieuwe technische toepassingen in de zorg heel handig en nuttig kan zijn. Daarom willen we juist de medewerkers informeren over nieuwe, innovatieve oplossingen. Zij kunnen dan hun kennis en enthousiasme overbrengen op de cliënt. Zorgverleners zijn daarmee een belangrijke schakel in de invoering van thuistechnologie.”
Liever thuis Vergrijzing en ontgroening, de noodzaak om de zorgkosten te beteugelen en de veranderende maatschappelijke opvatting over ouderenzorg maken dat de zorg anders georganiseerd moet worden. Die verandering is al in volle gang. Zo daalt sinds 2004 het aantal mensen dat in een verzorgingshuis woont. In de periode 1998 tot 2010 groeide het aantal mensen dat thuiszorg ontvangt met 6,8%. Was het in de jaren ’70 van de vorige eeuw nog
heel vanzelfsprekend dat je na je pensionering tamelijk snel verhuisde naar ‘een bejaardenhuis’, in de 21ste eeuw wil het gros van de zorgvragers het liefst zo lang mogelijk thuis blijven wonen, indien nodig met ondersteuning van familie en professionals.
Minder zorg, meer ondersteuning Een belangrijke stap om het alsmaar groeiende beroep op zorg te beteugelen is het afschaffen van de vier lichtste zorgzwaartepakketten (ZZP’s). ZZP 1 en 2 zijn al afgeschaft, 3 en 4 volgen in 2015. Lichtere vormen van zorg en ondersteuning vallen dan onder de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) die door de gemeenten wordt uitgevoerd. Alleen voor de zwaardere vormen van zorg blijft geld uit de AWBZ beschikbaar. De Wmo is een participatiewet. Dat betekent dat de gemeente als regisseur en verstrekker gaat bepalen voor welke vormen van ondersteuning iemand in aanmerking komt. Een belangrijk aandeel daarin is weggelegd voor de familie en het sociale netwerk van de zorgvrager. Wat kunnen zij doen om de zorgvrager te helpen? Nieuwe techno logieën kunnen ook bij het organiseren en inzetten van familie en vrienden een ondersteunende rol spelen.
Leren … Als geen ander heeft Calibris ervaring met het organiseren van leren in de praktijk. En leren werken met nieuwe, slimme technologieën is ook iets dat zich bij uitstek leent voor leren in de praktijk; juist door te doen, kunnen medewerkers in de zorg ervaren hoe het werkt en hoe handig het kan zijn voor de cliënt en voor hun eigen werk. “Leren in de praktijk, daar staat Calibris voor”, zegt Ellen Hasselerharm. “Daar hebben wij verstand van en dat is ook precies wat we in 2014 gaan doen op het terrein van technologie. We
Calibris VIZIER januari 2014
7
trekken het land in om mensen kennis te laten maken met de mogelijkheden van zorg- en thuistechnologie. Daarbij richten we ons niet alleen op de medewerkers, maar ook op de zorgvrager en de mantelzorgers.”
… door ervaren Om de betrokkenen vertrouwd te maken met de mogelijkheden van technologie gaat Calibris – als alles volgens plan verloopt – nog voor de zomer het land in met drie mobiele units. Deze worden ontwikkeld samen met Kranendonk Experience Company, bekend van o.a. de O’Talent Experience en de Heineken Experience. De mobiele sets bieden state of the art technology in een zorgsetting. Bijvoorbeeld in de vorm van een woonkamer waarbinnen slimme technieken zijn geïntegreerd. Werknemers in de zorg, cliënten en familieleden kunnen zo letterlijk ervaren wat er allemaal mogelijk is. “Dat gaat verder dan een half uurtje rondkijken”, legt Ellen Hasselerharm uit. “Zo’n unit maakt deel uit van een groter geheel. Onder de vlag van Liever Langer Thuis zetten we de unit voor een bepaalde periode neer, bijvoorbeeld in een wijk, bij een zorgcentrum of bij een school. We bieden de medewerkers naast uitleg in de praktijk ook een theatershow waarin de techniek, de weerstanden, de mogelijkheden en oplossingen op een inspirerende manier aan de orde komen. Mensen worden zo geprikkeld om over hun schaduw heen te stappen en de uitdaging op te pakken. Want zo zie ik het: er is een wereld te winnen met het gebruik van technologie in de zorg. Er kan al zoveel, nu is het zaak dat we de medewerkers helpen om het toe te passen.”
Flying Domotica’s Een derde onderdeel van het programma Liever Langer Thuis is de inzet van jon-
8
Calibris VIZIER januari 2014
geren bij het aan de man/vrouw brengen van technologische toepassingen. Hasselerharm: “Jongeren hebben vaak veel meer ervaring met die nieuwe technieken. Zij zijn de experts die ouderen en medewerkers in de zorg kunnen helpen bij het werken met nieuwe toepassingen. Daarom willen we naast de mobiele units en de theatershow ook jongeren inzetten als ambassadeurs en experts. Studenten van de zorgopleidingen kunnen in hun stageperiode meedraaien in het team en uitleg en instructie geven. Zij weten als geen ander hoe het werkt en kunnen mensen stimuleren en motiveren. We noemen ze Flying Domotica’s, met een knipoog naar de Flying Doctors, die letterlijk ‘ingevlogen’ worden om hulp te bieden. In een team van Flying Domotica’s werken hbo- en mbo-studenten samen. Ze bieden informatie en hulp in de buurt waar we neerstrijken. Dat kan variëren van uitleg geven tot helpen bij het gebruik thuis.”
Aan de slag! Nu wordt er druk gewerkt aan het uitwerken en invullen van het programma. Daar komt heel wat bij kijken, maar het genereert ook veel energie. Ellen Hasselerharm: “We staan aan de vooravond van grote veranderingen in de zorg. De nadruk verschuift naar zorg aan huis. Technologie is daarbij een handig en noodzakelijk middel. Laten we niet vergeten waar het om gaat: veruit de meeste mensen willen zo lang mogelijk thuis blijven wonen. Gemotiveerde, goed geïnformeerde medewerkers en slimme technologieën maken dat mogelijk.” Heeft u interesse in het programma Liever Langer Thuis? Kijk dan voor meer informatie op www.lieverlangerthuis.nu of neem contact op met Ellen Hasselerham via
[email protected].
Actueel
Van A tot Zorg:
Nederlands op de werkvloer Beheersing van de Nederlandse taal is lang niet voor iedereen vanzelfsprekend. Ook in de zorg werken genoeg mensen die de taal onvoldoende beheersen om verder te kunnen komen in hun loopbaan. En wat te denken van vrijwilligers en mantelzorgers, die met meer kennis van de ‘zorgtaal’ beter kunnen samenwerken en afstemmen met zorgprofessionals? Taal is voor hen soms een hindernis. Calibris en ITpreneurs nemen die hindernis weg met de taalmethode Van A tot Zorg. Nederlands leren in de zorgcontext. Tekst: PAUL VAN BODENGRAVEN
Stel, je werkt als helpende in de huishoudelijke dienst bij een zorgcentrum. Leuk werk, maar je wilt meer. Je vindt het contact met de bewoners leuk en je wilt best doorleren om meer zorg taken te kunnen verrichten. Maar ja, die taal op de werkvloer…. Dit is geen fictieve beschrijving. Er zijn genoeg medewerkers in de zorg die meer kunnen en willen, maar voor wie taal een belemmering is om zich verder te kunnen ontwikkelen.
Taalmethode “In het kader van het taaloffensief heeft de Gemeente Rotterdam een subsidie verstrekt om een taalmethode te ontwikkelen die specifiek is afgestemd op de zorg”, vertelt Arnold Roggeveen, adviseur bij Calibris. “Samen met ITpreneurs, bekend van de taalmethode Werkend Nederlands, hebben we een taalmethode voor de zorg ontwikkeld. Niet alleen gericht op werkenden in de zorg, maar ook voor mensen die als mantelzorger of vrijwilliger actief zijn. Want ook voor hen kan de zorgtaal een grote belemmering zijn.” De methode Van A tot Zorg kan op verschillende manieren ingezet worden. Bijvoorbeeld in een intern opleidingstraject dat een zorginstelling uitstippelt voor medewerkers. Of in een taaltraject voor vrijwilligers in de wijk. Ook kan de methode gebruikt worden bij trajecten voor zij-instromers en doelgroepen met een afstand tot de arbeidsmarkt. In alle gevallen zal een betere beheersing van de taal hun inzetbaarheid vergroten en zo hun kansen op de arbeidsmarkt verbeteren.
Zorgcontext De methode geeft een duidelijk beeld van de Nederlandse zorg: hoe steekt die in elkaar, welke sectoren zijn er allemaal, wat houdt het werk in? In de oefeningen en voorbeelden word taal gebruikt die in de zorg gangbaar is. Dus oefenen cursisten
bijvoorbeeld met het schrijven van een verslag over de gezondheidstoestand van een cliënt. “De methode stimuleert de deelnemers ook om na te denken over hun eigen motivatie en mogelijkheden in de zorg”, aldus Arnold Roggeveen. “De zorg is zo breed, er zijn zoveel verschillende sectoren en werkzaam heden. Wat past bij jou? Waar komen jouw talenten het beste tot zijn recht? Vaak weten mensen niet wat er allemaal mogelijk is.”
In de praktijk De methode bestaat uit een combinatie van e-learning, een oefenboek, werkopdrachten in de praktijk en groepstrainingen. De methode is bedoeld als onderdeel van een taaltraject, niet als zelfstudiepakket. Hoe de methode het beste kan worden ingepast binnen een opleidingstraject, is meestal een kwestie van maatwerk. De adviseurs van Calibris vertellen u er graag meer over! U kunt contact opnemen met Calibris Contract, via 030 – 750 11 28 en
[email protected]. Meer informatie vindt u ook op www.calibriscontract.nl en www.van-a-tot-z.org.
Calibris VIZIER januari 2014
9
Relatie opbouwen met cliënt is het allerbelangrijkst “Het vermogen van de verzorgende om een relatie op te bouwen met een cliënt is het allerbelangrijkst.” Deze stelling lezen we in de visie van ActiZ over de kernkwaliteit van de zorgprofessional. Maar is er wel tijd voor het opbouwen van een relatie? En hoe verhoudt zich het vervoeren van cliënten naar een concertzaal tot ‘echte’ zorg? “Misschien is het veel doelmatiger om cliënten naar hun drijfveren en interesses te vragen. En daar - samen met vrijwilligers, vrienden en familie – invulling aan te geven.” Tekst: Helene de Bruin | Beeld: Herman Roozen
10
Calibris VIZIER januari 2014
discussie
“Aad Koster, directeur ActiZ, organisatie van zorgondernemers “Wil je een cliënt zo goed mogelijk ondersteunen dan moet je je verdiepen in die persoon. Louter wassen en steunkousen helpen aandoen, is te mechanisch. Ik denk dat we zijn doorgeslagen als het gaat om het bieden van ‘echte’ zorg. De definitie moet weer verbreden. Vragen naar iemands welbevinden, naar iemands ambities en interesses is óók zorg bieden. Bovendien heb je dan een gesprek. ‘Is daar dan tijd voor?’, luidt de tegenvraag. Ja, tijdens het bieden van professionele hulp kun je vragen naar iemands drijfveren. Met de informatie uit zo’n gesprekje kun je als zorgprofessional verder. Blijkt iemand uitermate geïnteresseerd in muziek en merk je dat hij daar bevlogen over kan vertellen, dan kun je dat delen met je vrijwilligers. Die kunnen wellicht een groepje formeren dat wekelijks naar muziek luistert, erover praat, naar een concert gaat. En op dat moment is er minder hulp en ondersteuning van een zorgprofessional nodig. Ik denk dat efficiënte zorg en persoonlijke aandacht prima samen gaan. De intermenselijke relatie in het vak van verzorgende is ondergesneeuwd geraakt door doelmatigheid. We moeten als organisaties weer meer de nadruk durven leggen op het opbouwen van een relatie tussen zorgprofessional en cliënt. Dat betekent ook dat we verzorgenden moeten aansporen én vertrouwen moeten geven zich weer meer te verdiepen in de mens achter de cliënt. Daarom staat deze stelling zo prominent in onze visie. We moeten het samenspel tussen de professional en de informele zorg ondersteunen en aanmoedigen. Dan kan een gesprek met een cliënt daadwerkelijk leiden tot een wekelijkse bijeenkomst rond muziek,
tot gezamenlijk koken. De investering in het opbouwen van een relatie, in samenspel met de informele zorg, kan tot mooie initiatieven leiden, die wellicht de zorg verlichten. Misschien blijkt deze werkwijze uiteindelijk veel doelmatiger.”
Christina Woudhuizen, Hoofd Innovatie Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland “In het werk van verzorgenden is het vermogen om een relatie op te bouwen met degene voor wie je zorgt absoluut fundamenteel. Ik vind dat dat behoort tot de basisattitude van een zorgprofessional. Maar dat neemt niet weg dat de andere meer technische handelingen en vaardigheden van groot belang zijn. Een zorgverlener moet de basishandelingen die onder de Algemene Dagelijkse Levensverrichtingen (ADL) vallen beheersen als een cliënt dat niet meer kan. Denk aan eten, zich wassen, naar het toilet gaan en het voeren van een huishouden, wondverzorging, medicijnenverstrekking, voeding. Een cliënt moet ervan uit kunnen gaan dat de zorg die hij krijgt veilig en goed is. Dat is wat mij betreft ook een fundament onder het beroep van de verzorgende. We werken immers voor kwetsbare mensen. De vakinhoudelijke basis is net zo belangrijk als het vermogen een relatie op te bouwen. Het één is niet ondergeschikt aan het ander; ze kunnen echter ook niet zonder elkaar. Ik ben wel van mening dat we in de opleiding meer aandacht mogen hebben voor de zorgverlening in de privésfeer. En ook in de intramurale setting. Op de opleidingen en ook in de coaching van de zorgprofessional kunnen we meer begeleiden in het helpen bij het intact laten van de regie van de cliënt, het versterken van zijn zelfredzaamheid en het uitbreiden van zijn netwerk.”
Karin in ’t Hout, opleidings adviseur Rivas “Ik ben het niet eens met de stelling. Ik ga nu een echte ‘Rivas-mening’ geven, die ik overigens geheel onderschrijf. Wij werken volgens de visie van Planetree. In dit model – ooit opgesteld door een patiënt in Amerika – staat mens- en belevingsgerichte zorg centraal. En natuurlijk heeft in deze visie het opbouwen van een relatie door de zorgprofessional met de cliënt een prominente plaats, maar het is niet de allerbelangrijkste kwaliteit van een verzorgende. Een verzorgende moet naast een liefdevolle en menselijke bejegening ook uitstekende medische zorg verlenen en een goede behandeling bieden. Het ene is niet belangrijker dan het andere. Het vak van verzorgende is echt een combinatie van veel verschillende vaardigheden, eigenschappen en kwaliteiten. Wat ik wel bemerk, is dat communicatieve vaardigheden, zoals onderhandelen, steeds belangrijker worden. Vroeger wisten – zwart-wit gezegd – wij wel wat het beste was voor een patiënt of cliënt. Nu zijn cliënt, familieleden en betrokkenen ook meer en beter geïnformeerd. Bovendien is de hele maatschappij mondiger, dus ook de mensen die wij verzorgen. Aankomend jaar bieden wij trainingen motiverende gespreksvoering om verzorgenden beter toe te rusten om gesprekken met de mondige zorgvrager te voeren. En ook díe vaardigheid kun je scharen onder het opbouwen van een relatie. Maar nogmaals, met het opbouwen van een relatie met de cliënt alleen ben je nog geen uitmuntende zorgprofessional!”
Calibris VIZIER januari 2014
11
Zomerstages: Tweede Kamerle Calibris organiseerde afgelopen jaar een aantal zomerstages voor leden van de Tweede Kamer. Doel: hen van dichtbij kennis laten maken met de onderwijspraktijk in zorg, welzijn en sport. Want er is geen betere manier om te weten wat er speelt in het middelbaar beroepsonderwijs dan er zelf op bezoek te gaan en te praten met studenten, docenten en werkbegeleiders. Zodat de mensen die ons land besturen goed gefundeerde beslissingen kunnen nemen in hun werk in de Kamer. Impressies van bruisende ontmoetingen. Tekst: Paul van bodengraven | beeld: Rhalda Jansen, Etienne Oldeman
Grace Tanamal (Tweede Kamerlid PvdA) op bezoek in de Haagse Schilderwijk. @GraceTanamal Werkbezoek gebracht aan Calibris wijkleerbedrijf, Multi Maatzorg, Yasmin en gemotiveerde vrouwen gesproken die via stage werkervaring opdoen
23 juli 2013
Ze sprak daar met de wijkverpleegkundige en bezocht het WijkLeerbedrijf ter plaatse. In gesprekken met studenten, de coördinator, vrijwilligers en partners waaronder vertegenwoordigers van vrijwilligers- en mantelzorgondersteuners van PEP en YASMIN, kreeg ze een breed beeld over het functioneren van een WijkLeerbedrijf.
Grace Tanamal is woordvoerder voor de dossiers Mantelzorg en vrijwilligerswerk, Bewonersparticipatie, Ondernemingsraad en medezeggenschap, Wet arbeid en zorg verlofregelingen en Werknemersverzekeringen ziekte.
Tanja Jadnanansing (Tweede Kamerlid ROC Albeda College in Rotterdam. @tanjajad29 juli De elf deelnemers van het project WelSlagen worden het komende jaar “mijn” elftal! Samen voor het MBO! #ditisMBO @AlbedaCollege
12
Calibris VIZIER januari 2014
29 juli 2013
Calibris
eden op bezoek @ockjetellegen26 augustus @calibris Het #kinderdagverblijf als leerbedrijf. Vandaag met @PieterHeerma op leerstage, ben benieuwd!
26 augustus 2013 Ockje Tellegen (Tweede Kamerlid VVD) en Pieter Heerma (Tweede Kamerlid CDA) bezoeken de Stichting Kinderopvang Purmerend (SKOP). Tellegen en Heerma werden samen met de Purmerendse wethouder Berent Daan ontvangen op twee locaties van SKOP. Ze spraken met de mensen uit de praktijk en bezochten ook de kindergroepen om van dichtbij mee te maken hoe de praktijk van alle dag eruit ziet in een kinderdagverblijf.
Ockje Tellegen is woordvoerder kinderopvang en kindgebondenregelingen, arbeid en zorg, medisch-ethische vraagstukken en oorlogsgetroffenen. Pieter Heerma is woordvoerder sociale zaken en media.
@tunahankuzu Dank jullie wel @Calibris. Vandaag een hele leuke, leerzame en goed georganiseerde stagedag gehad in de praktijk van opleidingen in de zorg.
13 september 2013 Tunahan Kuzu (Tweede Kamerlid PvdA) bezoekt op 13 september het WijkLeerbedrijf IJsselmonde in Rotterdam, ASVZ, een instelling voor mensen met een verstandelijke beperking in Sliedrecht, en thuiszorgorganisatie Het Baken in Zwijndrecht. Bij het WijkLeerbedrijf sprak Kuzu o.a. met zorgvrager en cliënten, de projectmanager en de adviseur van Calibris. Zo kreeg hij een goede indruk hoe het er in de praktijk aan toe gaat en wat de meerwaarde is voor alle betrokkenen: ondersteuning voor nietgeïndiceerde zorgvragen, een inspirerende leeromgeving, goede
stageplekken en meer tijd en aandacht voor mensen met een ondersteuningsvraag. Tunahan Kuzu houdt zich bezig met beleid op het gebied van GGZ, maatschappelijke opvang, verslavingszorg, armoede en schuldhulpverlening.
PvdA) bezoekt zorginstelling Sterrelanden in Dordrecht en het De elf deelnemers van het WelSlagen-traject Drechtsteden ontvingen uit handen van Tanja Jadnanhansing hun diploma helpende niveau 2. Dat hebben ze behaald na een leer- en werk traject bij de Sterrelanden in Dordrecht. Na een bezoek aan de stage-afdeling vond bij het roc een rondetafelgesprek plaats met studenten, een docent, de coördinator van het werkgeversservice-
punt, praktijkopleiders en de Calibris bedrijfsadviseur. De deelnemers hebben met het behalen van hun diploma de garantie dat ze kunnen instromen in een driejarige praktijkgerichte mbo-opleiding (BBL). Deze wordt afgesloten met een diploma als verzorgende IG. Tanja Jadnanansing is woordvoerder voortgezet onderwijs en beroepsonderwijs.
Calibris VIZIER januari 2014
13
SterkLeerklimaat stimuleert verbinding tussen leren en werken In organisaties met een aangenaam leerklimaat is het goed werken. En als je prettig werkt, kun je beter leren. Organisaties die het beste uit hun medewerkers willen halen, doen er dus goed aan om na te gaan hoe het leerklimaat ervoor staat. Deelt men kennis en ervaringen met elkaar? Mogen er fouten gemaakt worden? Kunnen mensen in een veilige en open sfeer feedback geven? Kortom, heeft de organisatie een sterk leerklimaat? Tekst: Paul van bodengraven | Beeld: Shutterstock
Bij leren denken de meeste mensen meteen aan een cursus, opleiding of training. Terwijl iedere werknemer feitelijk dagelijks leert, op zijn eigen werkplek en in de samenwerking met collega’s. Het leerklimaat in de organisatie bepaalt in hoge mate het rendement van dat leren. “Formele leertrajecten, zoals cursussen en trainingen staan vaak los van het dagelijkse werk”, stelt Ineke van Aken, landelijk adviseur SterkLeerklimaat bij Calibris. “Het leren op de werkplek – ook wel het informele leren genoemd – wordt meestal niet als leren herkend. Terwijl juist daar de basis voor teamontwikkeling en het samenwerken tussen collega’s wordt gelegd.”
In kaart brengen Met het programma SterkLeerklimaat helpt Calibris teams binnen organisaties om zich verder te ontwikkelen. Dat gebeurt in een teamcoachingstraject. Ineke van Aken legt uit: “We beginnen met het in kaart brengen hoe het er nu voor staat in het team. De teamleden vullen een digitale vragenlijst in. Iedereen kan dat op zijn eigen tempo doen, wanneer dat hem of haar het beste uitkomt. De uitkomsten analyseren we en vormen de basis voor een gesprek met het team. In een workshop bespreken we niet alleen de uitkomsten, maar stellen we samen ook verbeterplannen op, met SMART-doelen. Daarna is het belangrijk om de verbeteracties in gang te zetten en de resultaten te borgen.”
Bewustwording “Hoe vaak krijgt iemand die op cursus is geweest de gelegenheid om te vertellen wat hij of zij heeft geleerd? Wordt besproken wat het team daaraan heeft?”, aldus Ineke van Aken. “Uit team coachingstrajecten die ik tot nu toe heb gedaan, blijkt dat er met eenvoudige aanpassingen in de dagelijkse routine een wereld 14
Calibris VIZIER januari 2014
te winnen is. Bijvoorbeeld door in het werkoverleg aandacht te besteden aan leervragen en relevante ontwikkelingen.” Een belangrijk effect van de inzet van SterkLeerklimaat is dat medewerkers zich veel meer bewust worden van hun eigen rol in het leerklimaat binnen de organisatie. Het is vaak gemakkelijk en verleidelijk om je te verschuilen achter meningen als ‘hier wordt nooit iets gedeeld, wij worden niet geïnformeerd’. Terwijl de medewerkers zelf een actieve rol kunnen en moeten spelen bij kennisdeling binnen hun team of organisatie. “Ik heb onlangs een coachingstraject SterkLeerklimaat doorlopen met een team van een zorginstelling. De antwoorden op vragenlijst maakten heel veel los, er bleken grote verschillen te zijn in de manier waarop het leerklimaat werd ervaren. Dat was de opmaat voor een heftig, maar goed gesprek dat als effect had dat iedereen zich heel betrokken voelde. Na afloop zei één van de deelnemers “ik snap nu dat ikzelf ook een rol speel bij het verbeteren van het leerklimaat in ons team”. Dat is precies wat we willen bereiken. We bieden ook licentietrajecten aan. Dat is een leertraject waarmee medewerkers binnen hun eigen organisatie met onze methode aan de slag kunnen.”
Opbrengsten Organisaties met een positief leerklimaat zijn flexibeler en kunnen beter inspelen op veranderingen. Teams met een goed leerklimaat behalen betere resultaten en weten langer mensen aan zich te binden. Niet vreemd dus dat de aandacht voor het onderwerp in opmars is. Van Aken: “Zonder reflectie, feedback en ruimte om fouten te maken kun je je als organisatie niet verbeteren. Steeds meer managers zien dat en willen investeren in teamontwikkeling. Om beter te presteren als organisatie en het werk voor de mensen aantrekkelijk en uitdagend te houden.”
Calibris
LEEROMGEVING
KENNISPRODUCTIVITEIT
LEERCULTUUR
Leerklimaat in drie dimensies Je kunt vanuit drie verschillende invalshoeken naar leerklimaat kijken. Het gaat dan om de volgende aspecten: • leeromgeving Bij de leeromgeving draait het om de leermogelijkheden op de werkplek en in het team (naar Onstenk 2011). Het gaat dan bijvoorbeeld om de voorwaarden en voorzieningen om te kunnen leren tijdens het werk zoals: innovatieve projecten waar medewerkers bij betrokken zijn, systemen voor kennisdeling, de mogelijkheid voor intervisie en coaching, etc. • Kennisproductiviteit Bij kennisproductiviteit gaat het om de bekwaamheid om als individu, team of organisatie slim met kennis om te gaan
IJsberg De drie dimensies hebben we ondergebracht in een ijsberg. De leeromgeving zit in het topje van de ijsberg en is het meest zichtbare deel. De leercultuur is juist meer verborgen en het meest ‘onder water’. Aspecten op het gebied van leercultuur zijn letterlijk en figuurlijk moeilijk boven water te halen. De kennisproductiviteit zit precies op de waterlijn. Op de drie niveaus van
(naar Kessels 2012). Hierbij kun je vragen stellen als: zijn de medewerkers voldoende vakbekwaam en zijn zij instaat om met die vakkennis problemen op te lossen? Is er ruimte voor reflectie en is er tijd om het geleerde te implementeren? Hoe is het met de motivatie van de medewerkers gesteld? • leercultuur Opvattingen over werken, leren en daarmee samenhangende waarden en normen vormen samen de leercultuur (naar Sprenger 2001). Daarbij gaat het om vraagstukken als: voelt de medewerker zich verbonden met de organisatie? Hoe wordt er met andere ideeën omgegaan en mag je experimenteren en fouten maken? Hebben de medewerkers inbreng in het beleid en hebben zij daar daadwerkelijk invloed op?
de ijsberg zijn verschillende vragenlijsten ontwikkeld die ingezet worden om het leerklimaat in beeld te brengen. Heeft u interesse om aan de slag te gaan met SterkLeerklimaat? Kijk op www.calibris.nl/sterkleerklimaat, mail naar
[email protected] of bel naar 030 750 78 88.
Calibris VIZIER januari 2014
15
‘Voor elke
Hans Timmerman en Ramon van den Berg
Bij de Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland (VGN), de koepel van 165 instellingen die zorg leveren aan mensen met lichamelijke, verstandelijke of visuele beperkingen, is voorzichtig aan plaats voor realpolitik. “Wij blijven lobbyen tot we erbij neervallen, zo lang de wetgeving in behandeling is,” belooft directeur Hans Schirmbeck. “Goede zorg tegen een aanvaardbare prijs, daar pleiten we voor. Maar als branchevereniging anticiperen we tegelijkertijd op de situatie die ontstaat als de politiek gesproken heeft en de keuzes zijn gemaakt. Net zoals de meeste van onze leden trouwens. Met een tweeledige insteek. Hoe voorkomen we dat mensen die echt zorg nodig hebben straks buiten de boot vallen? Dat is de eerste prioriteit, vanuit de enorme betrokkenheid bij de cliënt die zo kenmerkend is voor de gehandicaptenzorg. En daarnaast: hoe zorgen we ervoor dat al die professionals die we nu aan het werk hebben,
16
Calibris VIZIER januari 2014
behouden blijven voor de zorg of anders op een goede plek terechtkomen? Ook al is dat buiten de muren van de klassieke gehandicaptenzorg.”
Tienduizenden banen weg Dat er straks harde klappen vallen bij de instellingen, staat wel vast. “We houden er rekening mee dat een flink aantal van onze leden het einde van de rit niet haalt. Als er enkele tientallen omvallen, zou mij dat niet verbazen. En wat de werkgelegenheid betreft: op basis van voorzichtige berekeningen komen we uit op een verlies van 20.000 arbeidsplaatsen. Puur op grond van de budgetkortingen, die kunnen oplopen tot zo’n 40 procent. Het moet toch uit de lengte of uit de breedte komen.” Schirmbeck tekent erbij aan dat de effecten van plaats tot plaats sterk uiteen kunnen lopen. “De ene gemeente zal ervoor kiezen een bestaande instelling voor
gehandicaptenzorg een regierol te geven. Elders loopt een vergelijkbare instelling misschien maar een beetje achter de muziek aan. Met alle gevolgen natuurlijk voor de mensen die er werken. En waarschijnlijk ook voor de gehandicapten in zo’n gemeente. Dat maakt het er allemaal niet gemakkelijker op. Een organisatie als de VGN is gewend op landelijke schaal te opereren, vanuit een macrovisie. Straks moeten we ons inleven in 408 verschillende situaties, het aantal gemeenten in Nederland.”
Onzekerheid over gemeentelijk beleid Hoe zit het precies? De gehandicaptenzorg verschuift straks, zoals het er nu naar uitziet, voor een belangrijk deel van de AWBZ naar de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) en de Jeugdwet. Zij komt daarmee onder verantwoordelijkheid van gemeenten te vallen. En die hebben
actueel
gemeente straks anders opgeleide zorgwerkers’ Alles moet anders en vooral ook goedkoper. De langdurige zorg in Nederland staat aan de vooravond van een ingrijpende ‘transitie’. Hoe gaan instellingen, zorgorganisaties en hun belangenbehartigers daarmee om? En wat gaat het allemaal betekenen voor de direct betrokkenen, de zorgvragers en de honderdduizenden medewerkers in de verschillende sectoren binnen de langdurige zorg? Op verkenning bij de gehandicaptenzorg. “Gespecialiseerde zorg aan huis is bitterhard nodig.” Tekst: Dick Groenendijk | Beeld: Chris Pennarts (Hollandse Hoogte)
wat de invulling betreft een behoorlijke autonomie. Hans Schirmbeck geeft een voorbeeld: “Nu is het nog zo dat instellingsmedewerkers regelmatig, meestal wekelijks, op bezoek gaan bij mensen met een lichte verstandelijke handicap. Mensen die gewoon thuis wonen. Zo voorkom je dat ze uit de rails lopen. Blijft dat zo? Vinden gemeenten dat nog wel noodzakelijk? In dezelfde mate, met dezelfde inzet van deskundigheid? Er is straks veel minder geld beschikbaar. En dit soort zorg - voor honderd procent mensenwerk - is nu eenmaal duur. Ook wanneer je het efficiënt doet.” Valt die gespecialiseerde begeleiding weg, dan moet je het ergste vrezen, maakt Schirmbeck duidelijk. “Dan gaat het keihard mis, vrezen wij. Al heel snel zal je gevallen van verwaarlozing zien ontstaan, allerlei vormen van verslaving, schulden, criminaliteit, een nog groter aantal verstandelijk gehandicapten in penitentiaire inrichtingen. Allemaal zaken die je eigenlijk niet wilt als beschaafde samenleving.”
Nieuwe opleidingsvragen Vooralsnog hoopt de VGN er het beste van. En ja, gemeenten moeten natuurlijk ook een faire kans krijgen om te laten zien dat andere manieren van zorg verlenen, vanuit een meer welzijnsachtige insteek bijvoorbeeld, evengoed bevredigende resultaten opleveren. Wel duikt nog een heel ander probleem op. Als de diversiteit in zorg op gemeentelijk niveau inderdaad alle denkbare vormen aanneemt, wat betekent dat dan voor de kwalificaties van de mensen die op al die nieuwe manieren zorg moeten gaan leveren? Schirmbeck: “We proberen ons daar zo goed mogelijk op voor te bereiden, samen met organisaties als Calibris. Maar dat is razend moeilijk. Het is de onzekerheid die ons opbreekt. Wat gaan gemeenten doen, wat gaan ze inkopen? Dat bepaalt wat je als instellingen moet aanbieden. En dus ook wat wij aan het onderwijs gaan vragen. Nu al is duidelijk dat het een enorme uitdaging wordt om passende opleidingsprogramma’s te ontwikkelen. Het
zou bijvoorbeeld kunnen dat er, om maar eens wat te noemen, voor Amsterdam een andere opleidingsvraag uitrolt dan voor Arnhem en omgeving.”
‘Hekken weg’ Nog niet zo lang kent de gehandicaptenzorg een eigen uitstroomdifferentiatie binnen de mbo-opleidingen zorg en welzijn. Daar is hard aan getrokken; de sector vraagt nu eenmaal medewerkers met een specifieke set van kennis en vaardigheden. “Die willen we niet zomaar opgeven,” aldus Hans Schirmbeck. “Goed opgeleide professionals blijven nodig in onze sector, zeker waar het gaat om zwaardere vormen van zorg. Daarnaast zal een zekere verbreding nodig zijn. Immers, wat je kunt verwachten is een vermenging van zorg, welzijn, jeugdzorg, ggz en andere disciplines. De hekken rond die sectoren moeten weg, de luiken open. Dat geldt ook voor de sector gehandicaptenzorg.”
Calibris VIZIER januari 2014
17
De toekomst van de pedag medewerker De eisen die aan de pedagogische medewerker in de kinderopvang worden gesteld zijn zwaarder dan ooit. Voor- en vroegschoolse educatie (VVE) maken een opmars, ook in de kinderopvang. Dat is een reden om hoger opgeleide pedagogisch medewerkers te werven. Maar ook de huidige arbeidsmarkt zorgt ervoor dat er weer wat te kiezen is. Wat betekent dat voor mbo’ers? Helen Schiltmeijer, manager VVE bij de Amsterdamse welzijnsorganisatie Combiwel, en Lex Staal, directeur Brancheorganisatie Kinderopvang, over de toekomst van de pedagogisch medewerker. Tekst: Hélène de Bruin | Beeld: KaliNine LLC/iStock
Helen Schiltmeijer, ooit zelf begonnen op een peuterspeelzaal waar in ‘haar tijd’ ontmoeten en spelen de voornaamste doelen waren van de opvang, ziet binnen haar organisatie de zwaarte van de functie van pedagogische medewerker alsmaar toenemen. “Je moet niet alleen didactische en pedagogische kwaliteiten hebben, maar ook administratief en analytisch behoorlijk bedreven zijn. Een pedagogisch medewerker moet ook een protocol kunnen schrijven of ouderbeleid opstellen. Bovendien is de zorg in de meest brede zin des woords de kinderopvang binnengekomen. Dat alles vergt behoorlijk veel van een medewerker. En wij zien dat een mbo’er op niveau 3 dan tekort schiet.” Schiltmeijer nuanceert direct. “Maar wat is een mbo-3-medewerker? Daarin hebben we nog wel verschillen! Medewerkers mbo-3 die net van school komen, hebben coaching en begeleiding nodig. Maar wij
18
Calibris VIZIER januari 2014
hebben ook dames die al jaren in het vak zitten en op grond van hun ervaring en bijscholing mbo-4 of misschien wel hbogekwalificeerd zijn.”
Niet alleen hbo’ers Lex Staal ziet dat de markt steeds vaker zoekt naar hbo’ers. Hij heeft daar zijn bedenkingen bij. “Ik vind dat we in Nederland te beperkt en te star kijken naar het volgen van het VVE-programma en het aan boord halen van de hbo’er als oplossing voor alle problemen. Maar met alleen hoogopgeleiden ben je en kom je er niet. Dat laat ook de onlangs gehouden NCKOmeting (Nederlands Consortium Kinderopvang Onderzoek) zien. Die wijst de toegenomen kwaliteit in de kinderopvang vooral toe aan de mix binnen een team, op een groep. Niet zozeer de hbo’er op zich, maar de hbo’er als coach en begeleider van mbo-3 en mbo-4-medewerkers is
een belangrijke succesfactor, zo blijkt.” Schiltmeijer beaamt dit en zegt ook op zoek te zijn naar de mix. Toch is zij van mening dat de toekomst van de mbo3’er binnen de kinderopvang zorgelijk is. “Er is – gechargeerd - nog plaats voor ze in de invalpoel en als oudercontactmedewerker. Maar eerlijk gezegd krijg ik dan van schoolbesturen terug dat ze toch liever met een mbo-4-medewerker samenwerken. Wij bieden kansen aan net afgestudeerde mbo-3’ers, maar alleen als de totale groep, als het team dat aankan.”
Diversiteit Staal huivert voor de tendens om vooral te zoeken naar hbo’ers. En helemaal als organisaties hun oren laten hangen naar de huidige arbeidsmarkt waar wat te kiezen valt. “Zorg voor diversiteit, in opleiding, in leeftijd en in ervaring. Mix analytisch met praktisch vermogen. En let op:
toekomst
gogisch
als je alleen hbo’ers aanneemt, dan is de kans groot dat ze – mede door de vele repetitieve handelingen – na een tijd verder willen. We zagen in de zorg dat hbo’ers minder ‘trouw’ zijn dan mbo’ers. Dus: zorg binnen je organisatie voor de mix en geef mbo’ers de kans zich te ontwikkelen, bij te scholen en laat ze coachen als je vindt dat ze iets te kort komen! Want een homogene groep van louter hbo’ers… werkgevers en gemeenten, waardeer alsjeblieft ook kwaliteiten als genegenheid en warmte! Bedenk dat taal belangrijk is, maar gezellig samen eten traint ook taal- en sociale vaardigheden. En laten we een ‘activiteit’ als even-lekker-niks-doen op de bank ook op waarde schatten.”
de mbo’er in schaal zes zit. Schiltmeijer: “Hoewel voor VVE behoorlijk wat extra middelen zijn voor de 37 grotere gemeenten, is hoger opgeleid personeel inderdaad duurder. Dat gegeven nemen we ook zeker mee in de gesprekken met de stadsdelen.”
Geef mbo’ers de kans zich te ontwikkelen De MOgroep (welzijn - peuterspeelzalen) en de Brancheorganisatie Kinderopvang verkennen de mogelijkheden en condities om de hbo-functie een plaats te geven in het functiegebouw. De huidige cao biedt ruimte, maar in 2015 moet er een nieuwe collectieve arbeidsovereenkomst voor de branche worden gesloten.
Duurder Over waarde gesproken… hoe drukt de hbo’er op de totale kosten? Deze valt als leidster in schaal zeven of acht terwijl
opvang en het primair onderwijs. “Ook om de mbo’er binnen de branche meer mogelijkheden te bieden. “Ik denk dat het voor alle partijen, – medewerkers, werkgevers, maar ook voor de kinderen, interessant is als een klassenassistent in
Verbreden Staal zou graag de discussie aangaan over een gecombineerde cao tussen de kinder-
de groepen 1 en 2, ook na schooltijd in de BSO aan het werk is. Of als een pedagogisch medewerker op den duur makkelijker de kans krijgt zich verder te ontwikkelen binnen het onderwijs. Net als ik voorstander ben van de mix en diversiteit binnen de kinderopvang, zie ik veel voordelen van een mix tussen de nu nog gescheiden werelden van kinderopvang en primair onderwijs. Zeker in die combinatie zie ik voor de mbo’er een goede solide toekomst in en buiten ‘onze’ branche.”
Calibris VIZIER januari 2014
19
Kennisbundels voor het onderwijs Voor studenten is het belangrijk dat de kennis die zij opdoen goed aansluit bij de praktijk. Vilans, V&VN, Calibris en Trimbos Instituut stelden daarom samen met zorgprofessionals elf kennisbundels samen over actuele thema’s, speciaal bedoeld voor docenten en werkbegeleiders. Deze kennisbundels zijn gratis te downloaden via www.zorgvoorbeter.nl/onderwijs, www.kennispleingehandicaptensector.nl en www.ggzkennisplein.nl
Ontvang een seintje bij updates De kennisbundels worden constant up-to-date gehouden. Door middel van het Onderwijs Alert kunt u als gebruiker op de hoogte worden gehouden van updates. Aanmelden voor de alert kan via www.zorgvoorbeter.nl Docenten en praktijkbegeleiders die de kennisbundels gebruiken, reageren enthousiast, zo blijkt uit reacties op de website: • “De bundel Medicatieveiligheid is erg compleet. Als voorbereiding op een les ben je met de bundel goed op de hoogte van de actuele stand van zaken.” • “Ik heb (uit de bundel Vrijheidsbeperking) zelfs best veel geleerd wat ik nog niet wist: bijvoorbeeld wat nu precies het verschil is tussen de nieuwe Wet Zorg en Dwang en de oude BOPZ.” • “Met de kennisbundel leer je stapsgewijs een zorgleefplan opstellen. Op een herkenbare manier die volledig gericht is op de cliënt.”
Gratis magazine Meer weten over de kennisbundel, het gebruik ervan en hoe zorg en onderwijs samen onderwijsmateriaal ontwik kelen? Lees het in het magazine ‘Blijf bij de les’. Gratis aan te vragen via
[email protected] of te downloaden via www.zorgvoorbeter.nl Kijk voor meer informatie op www.zorgvoorbeter.nl
Calibris en Social Media Volg ons op…
Social media zijn een serieus en niet te onderschatten middel in de nieuwe media en inmiddels hoort deze vernieuwing van publieke communicatie er gewoon bij, ook voor Calibris. Calibris zet social media onder andere in om up-to-date te blijven. Daarnaast gebruiken we het om een breed publiek van informatie te voorzien en om onze klantenservice te verbeteren. Via Twitter komen er bijvoorbeeld al veel vragen binnen vanuit leerbedrijven, scholen, maar ook leerlingen en gemeenten. We streven ernaar deze vragen binnen vier uur te beantwoorden. Via Twitter vragen we onze volgers reacties op producten, we verspreiden links, foto’s en video’s van onze producten, delen nieuwsberichten en sturen interessante links door. Kortom, via social media kunt u ons laagdrempelig benaderen en andersom.
20
Calibris VIZIER januari 2014
U kunt ons volgen op Twitter en LinkedIn. Op YouTube hebben we een kanaal waar we geregeld nieuwe films op zetten. Binnenkort zijn daar weer een aantal nieuwe beroepenfilms te zien. Facebook zetten we in voor verschillende projecten. YouChooz (onze beroepenvoorlichtingssite) heeft een veelbezochte Facebookpagina. En heel recent hebben we een aantal Facebookpagina’s opgezet voor onze WijkLeerbedrijven. U kunt hier terecht met vragen en feedback. We delen daar onze laatste nieuwtjes en zijn daar bereikbaar voor eventuele vragen over de WijkLeerbedrijven.
Benieuwd? Kijk op: Twitter.com/Calibris YouTube.com/Calibris Linkedin.com/Calibris
contract
Basistraining werkbegeleiders nu ook via e-learning De basistraining voor werkbegeleiders die Calibris aanbiedt voor iedereen die werkt als werkbegeleider of praktijkopleider in de sectoren zorg, welzijn en sport is vernieuwd. Vanaf nu kunt u kiezen uit twee varianten. De ene bestaat uit twee trainingsdagen, de andere is opgebouwd uit e-learning en één dag training. Het grote voordeel van die laatste variant: de deelnemer kan de digitale modules in zijn eigen tempo doorlopen, op een tijdstip dat hem het beste past. TEKST: PAUL VAN BODENGRAVEN | BEELD: THINKSTOCK
Het begeleiden van studenten is een vak. En een vak moet je leren. Gelukkig is er een heel scala aan praktische tips en tools waarmee professionals meer grip krijgen op het begeleidingsproces. Zodat werkbegeleiders studenten ook echt verder kunt helpen. Voor organisaties in de zorg is het bijvoorbeeld van het grootste belang dat tijdens het begeleiden van studenten de zorg aan cliënten niet in het gedrang komt.
Eigen tempo, samen trainen Calibris biedt al jaren ondersteuning en trainingen voor werkbegeleiders in de haar toevertrouwde sectoren. De blended learningvariant sluit goed aan bij de behoefte van organisaties aan meer flexibiliteit. Zo is het makkelijker om de training in te plannen, omdat er maar één gezamenlijke trainingsdag is. Het is ook prettiger als medewerkers op hun eigen tempo, op een zelf gekozen moment, de leerstof tot zich kunnen nemen. “De een heeft even wat meer tijd nodig dan de ander”, bevestigt Hennie de Vries, docent Verpleegkunde bij Beweging 3.0, een zorgorganisatie met een breed scala aan activiteiten op het gebied van wonen, zorg en welzijn in de regio Eemland. Zij verzorgt de basistraining voor medewerkers en was betrokken bij het ontwikkelen van de blended learning-variant. Bij Beweging 3.0 werken ruim 3.000 mensen.
(H)erkenning In de digitale leeromgeving vinden de deelnemers aan de training niet alleen de theorie, maar ook belangrijke documenten, zoals protocollen en richtlijnen. Voor een aantal beroepsgroepen is de theorie ingevuld met branchespecifieke informatie en voorbeelden. Assistenten in de gezondheidszorg, zorgmedewerkers, pedagogische medewerkers, leiders bij woongroepen in de gehandicaptenzorg en sporttrainers vinden doelen, voorbeelden en tips in de taal die aansluit bij de dagelijkse praktijk. En nog een voordeel van de Calibris basistraining: alle deelnemers krijgen bij succesvolle afronding een certificaat dat breed erkend is in de branche. De training is geaccrediteerd door Kwaliteitsregister V&VN en Kabiz.
Meer informatie Meer weten over de training Basisvaardigheden Werkbegeleider Blended Learning? Bij deze Vizier vindt u een flyer. U kunt ook kijken op www.calibriscontract.nl, bellen naar 030 – 750 11 97 of mailen naar
[email protected].
Meer ruimte “Door een deel van de lesstof in de vorm van e-learning aan te bieden, ontstaat er meer ruimte in het lesprogramma voor het oefenen en trainen van gesprekssituaties”, stelt Hennie de Vries. “Ik merk steeds weer dat onze werkbegeleiders daar erg veel behoefte aan hebben. Het doornemen van de theorie, dat kunnen ze zelf doen, op een moment dat het hen goed past. Uiteraard kunnen ze altijd met vragen bij mij terecht. De tijd waarin de deelnemers aan de training bij elkaar komen, kunnen we nu vooral benutten voor het trainen van praktijksituaties en rollenspelen.” Calibris VIZIER januari 2014
21
Snel ‘arbeidsfit/opleidingsfit’ in WijkLeerbedrijf Meer ‘informele zorg’ moet de langdurige zorg in Nederland betaalbaar houden. Calibris speelt in op de hervormingsplannen met een vernieuwd, tot in detail uitgewerkt concept voor een WijkLeerbedrijf. Vooral mensen die nu een uitkering hebben, gaan in zo’n WijkLeerbedrijf praktijkgericht aan de slag. Maar ook is het geschikt als stageplek voor mbostudenten op niveau 1 en 2. De kandidaten van het WijkLeerbedrijf helpen wijkbewoners met nietgeïndiceerde ondersteuningsvragen, krijgen een opleiding en individuele begeleiding en raken op die manier volledig ‘arbeidsfit‘ en/of ‘opleidingsfit’. TEKST: Dick Groenendijk | Beeld: KAAPS MEDIA
WijkLeerbedrijven bestaan al een paar jaar. Inmiddels hebben we er zo’n twintig in Nederland, alle opgezet en functionerend met een grote betrokkenheid van Calibris. Succesvol en innovatief zijn ze. Per bedrijf leveren ze op jaarbasis al gauw 10.000 uur aan informele hulp aan wijkbewoners; extra handen naast de dienstverlening van reguliere instanties. Maar dat niet alleen. De WijkLeerbedrijven blijken bij uitstek geschikt om mensen uit de uitkering te halen, weer ‘arbeidsfit’ te maken of gemotiveerd voor een vakopleiding. Het WijkLeerbedrijf zelf leidt op tot een beginnerskwalificatie op mbo-niveau 1 of 2. Het overgrote deel van de kandidaten haalt dat diploma ook. Het studierendement bedraagt ruim 80 procent.
Duurzaam, inzichtelijk concept De formule van de WijkLeerbedrijven verschilt van plaats tot plaats. “Daarom was het tijd voor een volgende stap,” vertelt Edwin Duffels van het WijkLeerbedrijfprojectteam van Calibris. “Alle ervaringen 22
Calibris VIZIER januari 2014
zijn de afgelopen tijd samengebracht in een duurzaam concept, gereed om overal waar dat zinvol is, toe te passen.” De kracht van het vernieuwde WijkLeerbedrijf-concept is volgens Duffels dat kosten en baten, rendementen en investeringen goed in beeld zijn te brengen. “Voor alle partijen die bij een wijkleerbedrijf zijn betrokken: gemeente, zorg- en welzijnsinstellingen, roc’s, wijkgebonden organisaties en natuurlijk de wijkbewoners en studenten/werkzoekenden zelf.”
Commitment essentieel Voor het Wijkleerbedrijf is een stappenplan ontwikkeld dat altijd begint met commitment en een investering van de gemeente. Daarvoor is een wijkanalyse nodig, die Calibris samen met de gemeente opstelt. Belangstelling is er genoeg. “Het concept past perfect in de transitiedoelstelling voor de langdurige zorg waar gemeenten mee te maken hebben,” zegt Hans Visser, eveneens lid van het WijkLeerbedrijfprojectteam. “Een belangrijk deel van de zorg voor ouderen en chronisch zieken
verschuift naar het informele circuit. Met een WijkLeerbedrijf creëer je als gemeente de mogelijkheid om duizenden uren extra ondersteuning aan te bieden. Informele ondersteuning, tegen zeer lage kosten.”
Hoog maatschappelijk rendement Het Calibris-projectteam benadert gemeenten met een helder, degelijk onderbouwd verhaal. Duffels: “We vragen een langetermijnvisie, van alle partijen. Een investering ook. Het gaat om serieus geld, zeker. Maar daar staan maatschappelijke rendementen tegenover die er niet om liegen. Die investering gaat veelal binnen een jaar, in termen van rendement, al drie of vier keer over de kop. Investeren in een WijkLeer bedrijf betaalt zich dus meer dan terug!” Meer weten over het WijkLeerbedrijfconcept? Kijk dan op www.calibris.nl/ wijkleerbedrijf, mail naar
[email protected] of bel naar 030-750 78 88.
calibris
Begeleiding stagiairs: Competent legt de verbinding Direct zicht op de resultaten van een student, op school en tijdens de stage. Een concreet en pro-actief begeleidingsinstrument om de ontwikkeling van een student te volgen. Plus een aanleiding om in gesprek te blijven in de driehoek werkbegeleiderstudent-docent. Dat is Competent in een notendop. Hét online begeleidingsinstrument voor studenten tijdens hun stage in de beroepspraktijk. Competent is beschikbaar voor alle uitstroomrichtingen in het mbo in de domeinen zorg, welzijn en sport. Daarnaast wordt er hard gewerkt aan een versie voor het hbo. TEKST: FAMKE DERKSEN | Beeld: MeshaPhoto/iStock
Competent wordt steeds meer hét platform voor alles wat te maken heeft met de beroepspraktijkvorming (BPV). Het draagt bij aan de dossieropbouw van het BPVportfolio. Sinds kort is het bijvoorbeeld mogelijk het BPV-handboek en schoolopdrachten in Competent te plaatsen. Studenten kunnen reflectieverslagen, POP, PAP en andere documenten in Competent opslaan. Werkbegeleider en docent kunnen eenvoudig feedback en aantekeningen toevoegen aan het dossier van de student. Alle betrokkenen hebben continu digitaal zicht op het dossier en de voortgang van de betreffende student.
Verbreden Een belangrijke wens van klanten is de mogelijkheid om afspraken in de Competent-planning te koppelen aan de eigen Outlook agenda. Dit is nu mogelijk gemaakt. Daarnaast is momenteel een module om BPV-uren in Competent te registreren in ontwikkeling. Deze module monitort de aan- en afwezig heidsregistratie van de student tijdens de BPV. Handig voor de verantwoording naar de onderwijsinspectie. Accordering van de BPV-uren door het leerbedrijf is daarbij van belang. Maar denk ook aan de verantwoording van het leerbedrijf voor de nieuwe subsidievoorwaarden voor praktijkleerplaatsen. Dit is een optionele
module die beschikbaar komt voor alle klanten.
Competent groeit Vanuit het werkveld is de vraag ontstaan om Competent tevens te ontwikkelen voor het hoger beroepsonderwijs. Samen met een expertgroep is als eerste een versie ontwikkeld voor de hbo-V opleiding. Door de samenwerking te zoeken met een aantal hogescholen en diverse zorginstellingen uit het werkveld, wordt de aansluiting tussen opleiding en beroep geoptimaliseerd. Er is op dit moment een conceptversie beschikbaar die wordt getoetst in de praktijk. Organisaties die daar een bijdrage aan willen leveren, zijn van harte welkom.
Niveau 1 & 2 Het begeleiden van niveau 1 en 2 studenten tijdens de stage kost veel tijd. De kwaliteit en effectiviteit van de begeleiding en de stage is lastig meetbaar te maken. Daarom biedt Calibris nu Competent kosteloos (vanuit de stageboxmiddelen) aan voor niveau 1 & 2. Zo kan tijd worden bespaard en kunnen instel lingen gratis ondersteuning krijgen van een Calibris-adviseur. Wilt u meer informatie of zelf aan de slag met Competent? Kijk op www.calibriscompetent.nl of neem contact op via
[email protected] of 030-750 78 88
Calibris VIZIER januari 2014
23
CoverStory Wie ben je? Isata Allouti
Wat is je kracht? Doorzettingsvermogen, begripvol naar de mens die tegenover mij staat, maar ook met humor elkaar benaderen.
Hoe oud ben je? 31 jaar Waarom sta je op de cover van de Vizier denk je? Vanwege mijn behaalde titel beste praktijkopleider van het jaar 2013. Wat doe je in het dagelijks leven? In het dagelijkse leven werk ik 32 uur per week in het ziekenhuis op de afdeling Neurologie/Neurochirurgie als verpleegkundige. Ik ben daarvan één dag in de week praktijkopleider. We hebben op de afdeling een leerwerkplaats. Daar zijn we in september 2007 mee van start gegaan. Het is een succes. Naast mijn werk als verpleegkundige, werk ik nog één dag in de week op de Hogeschool. Daar geef ik vaardigheidslessen aan verpleegkundestudenten. Wat vind je het leukste aan je werk/opleiding? De verschillende rollen die wij als verpleegkundigen hebben; we staan dicht bij de patiënt en zijn de spil in de zorgverlening. Verder vind ik de afwisseling in het werk fijn. Geen dienst is hetzelfde. Hierdoor blijf je alert in je werk en blijf je ook leren. In mijn rol van opleider vind ik de coachende component bijzonder, zowel het coachen van de studenten als ook het coachen van de begeleiders. Je ziet je collega-verpleegkundige in een ander licht. Het coachen van een student betekent ook zelf kritisch meedenken over het leerproces, door je in te leven in de student. Op die manier zie je vanuit ‘de helikopter-view’ dat iedereen in beweging is en blijft.
Co l ofo n CALIBRIS–VIZIER 18e jaargang, nr 58 januari 2014 VIZIER IS EEN UITGAVE VAN Calibris het kenniscentrum voor leren in de praktijk in zorg, welzijn en sport. Het tijdschrift verschijnt tweemaal per jaar in een oplage van ruim 9.000 exemplaren. A B O NN E M E N T E N VIZIER wordt kosteloos verspreid onder arbeids organisaties en onderwijsinstellingen in zorg, welzijn en sport. Wilt u VIZIER ook ontvangen of heeft u behoefte aan meer exemplaren? Is uw adres gewijzigd of stelt u geen prijs meer op toezending? In alle gevallen ontvangen we graag een briefje op het volgende adres: Calibris, Antwoordnummer 2086, 3970 VD Bunnik (postzegel niet nodig). S.v.p. etiket van de laatst toegezonden VIZIER meesturen! REDACTIE–ADRES Calibris Postbus 131, 3980 CC Bunnik
24
Calibris VIZIER januari 2014
Wie is je voorbeeld? Geen duidelijk voorbeeld, maar wel een manier van leven. Ik ben - zoals jullie kunnen zien - een moslima en dat is ook wel de kern van mijn leven. Ik blijf elke dag bijleren en ontwikkelen en bewust mijn stappen zetten in het leven. Hoe zag je dag er gisteren uit? Gewerkt op de werkvloer in mijn rol van verpleegkundige. De volgende Vizier komt uit in het voorjaar van 2014; wat ben jij dan aan het doen? Hopelijk in goede gezondheid natuurlijk en mijn huidige werk voortzetten. Wellicht meestrijden voor de titel ‘beste praktijkopleider 2013’, maar dan ga ik voor deze titel voor alle sectoren. Waar mogen we je voor wakker maken? Een strandwandeling, maar dan mag het best koud zijn en ook flink waaien ... dus een koude winterdag. Over vijf jaar? Wie weet..........
Tel: 030 750 7000 Fax: 030 750 7001 E–mail:
[email protected] website: www.calibris.nl
REDACTIE Famke Derksen, Lex Eschauzier, Hans Koolen, Conny Taes, Annelies Bannink, Sabine Terheggen, Ellen Hasselerharm, Maarten Peters, Paul van Bodengraven, Eveline Sissing (De Smaakmakers Communicatie) REALISATIE De Smaakmakers Communicatie TEKST Paul van Bodengraven, Helene de Bruin, Famke Derksen, Dick Groenendijk, Eveline Sissing FOTOGRAFIE Caro Bonink/HH, Vincent Boon, Rhalda Jansen, Kaap Media, KaliNine LLC/iStock, OLASTER/iStock, Etienne Oldeman, Chris Pennarts/HH, Shutterstock, Thinkstock
ILLUSTRATIE Herman Roozen Cover ontwerp Studio Modijefsky VORMGEVING EN LAY–OUT Marjan Wildeboer (De Smaakmakers Communicatie) DRUKWERKEAlISATIE Avant GPC, Utrecht ISSN 2213-5731 Overname van artikelen is toegestaan onder voorwaarde van bronvermelding. Calibris kan niet aansprakelijk worden gesteld voor eventuele onjuistheden in deze uitgave. Aan de inhoud van Calibris-VIZIER kunnen geen rechten worden ontleend.