Huisartspraktijk Langbroek
Jaarverslag 2014 - Jaarplan 2015
door Lia Boelman, huisarts en Caroline de Heij-Verheij, praktijkmanager
Voorwoord
Het jaar 2014 was een bewogen jaar! Het begon met een omvangrijke verbouwing, om meer privacy en comfort voor u als patiënt te creëren en werkplezier en efficiëntie voor de praktijkmedewerkers. Het resultaat mag er zijn! Vrijwel tegelijkertijd kregen wij de gelegenheid ons aan te sluiten in Geïntegreerde Eerstelijns Zorg, een prachtige kans om onze zorg verder te verbeteren, samen met partners die kwaliteit ook hoog in het vaandel hebben. Wij hebben deze uitdaging met beide handen aangepakt! Verder hebben wij ons team uitgebreid met een praktijkondersteuner GGZ, waarmee we onze wens om mensen met psychische problemen in de veiligheid en betrouwbaarheid van onze eigen praktijk te kunnen behandelen, konden realiseren. U kunt over deze kwaliteitsverbeteringen lezen in hoofdstuk 5. De maatschappij verlangt steeds meer transparantie en verantwoording over de kwaliteit en toegankelijkheid van de geleverde zorg. Dit zien wij ook in onze praktijk. Veel patiënten lezen ons jaarverslag en spreken hun waardering uit over het beeld wat zij krijgen van onze organisatie en bedrijfsvoering. Dit inspireert ons enorm om verder te gaan op de ingeslagen weg. We hebben dit jaarverslag over 2014 dan ook weer met veel zorg en aandacht voor u gemaakt. Echter, de trouwe lezer van onze jaarverslagen zal bemerken dat dit jaarverslag in een iets ander jasje is gestoken dan voorgaande jaren. Wij hebben gemeend dat we de organisatie van de praktijk en de verantwoording over de uitkomsten van de zorg niet meer in hetzelfde document moesten beschrijven. Wij hebben ten behoeve van de leesbaarheid ervoor gekozen om één document te maken waarin de organisatie van onze praktijk aan bod komt. Dit document is zakelijk van opzet en geschreven voor meerdere jaren. Daarnaast verschijnt elk jaar het jaarverslag waarin wij verantwoording afleggen voor de uitkomsten van de zorg en de resultaten tonen. Beide documenten liggen in de wachtkamer en zijn in te zien op onze website. Zo proberen wij steeds weer verbeteringen aan te brengen die u als patiënt ten goede komt. In dit jaarverslag proberen we de kwaliteit van onze zorg in cijfers zichtbaar te maken. Echter, wij zullen nooit de basis van ons vak uit het oog verliezen. U kunt erop blijven vertrouwen dat wij in samenspraak met u blijven bepalen welke zorg voor u het beste is. Wij wensen u voor het komend jaar een goede gezondheid toe en veel plezier bij het lezen van dit verslag. Langbroek, oktober 2015
A.W. de Heij, huisarts
C. de Heij-Verheij, praktijkmanager
Jaarverslag 2014, Huisartsenpraktijk Langbroek
L. Boelman, huisarts
2
Inhoudsopgave Inhoudsopgave ....................................................................................................................................................................3 1. Het team ............................................................................................................................................................................4 2. Over de patiënten ..........................................................................................................................................................5 2.1 Het zorggebied ........................................................................................................................................................5 2.2 Praktijkopbouw ......................................................................................................................................................5 2.3 In –en uitstroom van patiënten........................................................................................................................6 2.4 Zorgverzekeraars ...................................................................................................................................................7 3. De werkbelasting ........................................................................................................................................................ 10 3.1 Contacten 2014 .................................................................................................................................................... 10 3.1.1 Consulten ....................................................................................................................................................... 11 3.1.2 Telefonisch consulten ............................................................................................................................... 12 3.1.3 E-consult ........................................................................................................................................................ 13 3.1.4 Visites .............................................................................................................................................................. 14 3.1.5 M&I-verrichtingen ..................................................................................................................................... 15 3.1.6 Overige verrichtingen ............................................................................................................................... 17 3.1.7 Contacten POH-GGZ................................................................................................................................... 17 3.1.8 Contacten POH-S ......................................................................................................................................... 18 4. Het medisch handelen .............................................................................................................................................. 19 4.1 Diabeteszorg ......................................................................................................................................................... 19 4.2 Zorg rondom COPD ............................................................................................................................................ 25 4.3 Cardiovasculaire Zorg ....................................................................................................................................... 29 4.4 Preventie: griep ................................................................................................................................................... 32 4.5 Preventie: cervixscreening ............................................................................................................................. 34 5. Evaluatie jaarplan 2014........................................................................................................................................... 36 5.1 Privacy ..................................................................................................................................................................... 36 5.2 Uitbreiding van de zorgverlening met POH-GGZ ................................................................................... 37 5.3 Geïntegreerde Eerstelijns Zorg ..................................................................................................................... 37 5.4 Risicoanalyse ........................................................................................................................................................ 38 5.5 Kwaliteitsbeleid en kwaliteitssysteem ...................................................................................................... 38 5.6 Patiëntenenquête ................................................................................................................................................ 39 5.7 Koudeketen ........................................................................................................................................................... 39 6. Jaarplan 2015 ............................................................................................................................................................... 39
Jaarverslag 2014, Huisartsenpraktijk Langbroek
3
1. Het team In 2014 waren in de praktijk de volgende personen werkzaam: Tabel 1: werkzame personen in 2014 in Huisartspraktijk Langbroek
Naam
Functie
Werkzame periode
Aanwezig
L. Boelman
Huisarts
Vanaf september 2014
7 uur/week
P. Blommendaal
Huisarts
Vanaf juni 2011
9 uur/week
A.W. de Heij Caroline de HeijVerheij Monica de Veer
Praktijkhouder/Huisarts Praktijkmanager/ Praktijkondersteuner Praktijkassistente
Vanaf januari 1990 Vanaf januari 2012 Vanaf januari 1990 Vanaf november 2006
fulltime 16 uur/week 22 uur/week 32 uur/week
Henny Venema
Praktijkassistente
Vanaf september 2009
16 uur/week
Paul Westerman
POH GGZ
Vanaf april 2014
4 uur/week
Tabel 2: arts in opleiding tot huisarts in 2014
Naam M. van Geerenstein
Werkzame periode Vanaf maart 2014
Aanwezig 32 uur/week
Op 1 februari 2014 hebben wij in het kader van ons verbeterproject “Kwetsbare Ouderen” uit 2013 een verpleegkundige ouderenzorg aan ons team toegevoegd. Helaas is zij kort daarna ziek geworden, zodat dit project stil kwam te liggen. Aanvankelijk leek het erop dat zij redelijk snel weer aan het werk zou kunnen gaan, maar eind van het jaar werd duidelijk dat zij niet meer terug zou komen. Omdat zij maar 1 maand daadwerkelijk in de praktijk heeft gewerkt hebben wij haar niet opgenomen in tabel1. Eind 2014 hebben wij een advertentie gezet voor een nieuwe kandidaat. Naar verwachting zullen wij begin 2015 een nieuwe verpleegkundige ouderenzorg gevonden hebben.
Jaarverslag 2014, Huisartsenpraktijk Langbroek
4
2. Over de patiënten 2.1 Het zorggebied Het zorggebied van de praktijk omvatte op 31 december 2014 de volgende aantallen patiënten: Langbroek (1190), Doorn (682), Cothen (196), Wijk bij Duurstede (84), Leersum(52), Driebergen (42), Werkhoven(17). Verder zijn er nog 42 patiënten die verspreid over het land zitten, meestal studenten. 2.2 Praktijkopbouw Op peildatum 31 december 2013 waren er 2254 patiënten ingeschreven, een jaar later op 31 december 2014 waren er 2306 patiënten ingeschreven, te weten 1095 mannen (47,5%) en 1211 vrouwen (52,5%). Daarmee is de praktijk iets groter dan de norm in 2014 van 2168 patiënten. In onze praktijk is 4,8% jonger dan 5 jaar, 32,4% ouder dan 60 jaar en 7,7% ouder dan 80 jaar. Leeftijdsopbouw absoluut, in procenten van het totaal en de verdeling naar leeftijd en geslacht worden weergegeven in figuur 1 t/m 3. Figuur 1: leeftijdsopbouw absoluut op 31-12- 2014
Leeftijdsopbouw 400
Aantal patiënten
350 300 250 200 150 100 50 0 31-12-2013
0-5
6-10
110
138
11-15 16-20 21-30 31-40 41-50 51-60 61-70 71-80 166
146
223
162
315
301
Jaarverslag 2014, Huisartsenpraktijk Langbroek
345
223
>80 177
5
Figuur 2: Leeftijdsopbouw in procenten van het totaal op 31-12-2014
Leeftijdsopbouw in percentages 16 14
Percentage
12 10 8 6 4 2 0 31-12-2013
0-5
6-10
11-15
16-20
21-30
31-40
41-50
51-60
61-70
71-80
>80
4,8
6
7,2
6,3
9,7
7
13,7
13,1
15
9,7
7,7
Figuur 3: Leeftijdsopbouw naar geslacht op 31-12-2014
Leeftijdsopbouw naar geslacht 200
Absoluut aantal patiënten
180 160 140 120 100 80 60 40 20 0
0-5
6-10
11-15
16-20
21-30
31-40
41-50
51-60
61-70
71-80
> 80
mannen
50
75
83
66
120
82
148
141
175
98
57
vrouwen
60
63
83
80
103
80
167
160
170
125
120
2.3 In –en uitstroom van patiënten De praktijkgrootte steeg met 52 patiënten in 2014, van 2254 op 31-12-2013 naar 2306 op 31-122014. De instroom was 155 patiënten (2013: 120): er kwamen 135 patiënten door verhuizing van woonplaats of verandering van huisarts bij ons in de praktijk (2013: 103) en er kwamen drie tijdelijke patiënten in onze praktijk (2013:1). In 2013 werden zeventien kinderen geboren (2013: 16).
Jaarverslag 2014, Huisartsenpraktijk Langbroek
6
Volgens cijfers van het Nationaal Kompas Volksgezondheid werden er in 2012 in Nederland 10,5 kinderen per 1000 inwoners geboren1. In onze praktijk hebben wij met een relatief laag aantal geboorten te maken, n.l. 6,9 per 1000 inwoners in 2014. De uitstroom betrof 116 patiënten (2013: 113): 88 patiënten verlieten de praktijk vanwege een verhuizing (2013: 77), drie patiënten werden opgenomen in een verpleeghuis (2013: 9). In 2014 zijn 25 patiënten overleden (2013: 27). Het Nationaal Kompas gaf over 2011 een sterfte aan van 8.4 per 1000 inwoners2. Onze praktijk kent een groter sterftecijfer dan het landelijk gemiddelde in 2011, n.l. in 2014 10,8 per 1000 inwoners. Op 1 januari 2012 was in Nederland 4% van de bevolking 80 jaar of ouder3. Wij zaten in onze praktijk in 2014 daar met 7,7% ruim boven, waarmee het relatief hogere sterftecijfer per 1000 inwoners verklaard wordt. Opmerking: De absolute in- en uitstroom van patiënten in een jaar is niet direct terug te zien in de verandering in praktijkgrootte. Dit komt omdat sommige nieuwe patiënten dubbel worden ingeschreven, door digitale dossieroverdracht door de oude huisarts én door inschrijving van de patiënten zelf. De 2e inschrijving wordt weer ongedaan gemaakt, maar deze correctie vindt vaak pas na enkele maanden plaats, waardoor de in- en uitstroom niet correspondeert met de actuele praktijkgrootte. Figuur 4: in- en uitstroom in 2012, 2013 en 2014
In- en uitstroom aantal patiënten
160 140 120 100 80 60 40 20 0
instroom 2012
uitstroom 2012
instroom 2013
uitstroom 2013
instroom 2014
uitstroom 2014
verpleeghuis
6
9
3
naar andere arts
68
77
88
overleden
23
27
25
van andere arts
52
104
135
geboorten
15
16
17
2.4 Zorgverzekeraars Op 1 januari 2006 is de nieuwe Zorgverzekeringswet in werking getreden en iedereen die in Nederland woont is sinds dat moment verplicht een verzekering aan te gaan bij één van de zorgverzekeraars. Echter, onze praktijk kent de bijzondere omstandigheid dat een deel van de patiënten in verband met hun levensovertuiging gemoedsbezwaren hebben en principieel onverzekerd zijn. Zij hebben derhalve voor hun gezin en bezittingen geen verzekeringen afgesloten. Op 31 december 2014 waren er 52 gemoedsbezwaarden in de praktijk en 2254 patiënten waren verzekerd. 1
http://www.nationaalkompas.nl/bevolking/geboorte/huidig/
2https://www.volksgezondheidenzorg.info/onderwerp/sterfte/cijfers-context/huidige-situatie 3
http://www.nationaalkompas.nl/bevolking/vergrijzing/huidig/
Jaarverslag 2014, Huisartsenpraktijk Langbroek
7
Figuur 5: verdeling verzekerden versus gemoedsbezwaarden in 2014
Verzekerden: 2254 Gemoedsbezwaarden: 52
In figuur 6 is te zien hoe 85% van de patiënten verdeeld zijn over twaalf grootste zorgverzekeraars. Vijftien procent van onze patiënten zitten bij de zogenaamde kleine verzekeraars, en hoe die daarbinnen verdeeld zijn is te zien in figuur 7. Sinds jaar en dag is Agis in ons praktijkgebied de grootste zorgverzekeraar, reden waarom wij jaarlijks met hen een contract afsluiten over de vergoeding van onze geleverde zorg. In de meeste gevallen nemen de andere zorgverzekeraars deze afspraken met de preferente zorgverzekeraar over. Figuur 6: aantal patiënten per verzekeringsmaatschappij in 2014
15% Agis: 476
21%
Zilverenkruis Achmea: 382
2%
Centr. Verw.eenheid CZ: 368
2%
Menzis: 164
2%
ONVZ: 113
3%
Coöperatie VGZ: 77
3%
IZZ: 78
4%
17%
U-Zorg: 63 Avero Achmea: 59
3%
IZA-VNG:52
5%
FBTO: 45 Caresco BV (VGZ): 33
7% 16%
Overige: 299
Jaarverslag 2014, Huisartsenpraktijk Langbroek
8
Figuur 7 maakt de verdeling binnen de groep overige verzekeringen (de rode taartpunt uit figuur 6) zichtbaar. Deze groep bestaat uit 23 zorgverzekeraars. Figuur 7: verdeling groep overige zorgverzekeraars in 2014
De Amersfoortse: 31 Aevitae (VGZ): 30 0% 1% 2%
2% 2%
0%
Ditzo: 27
0%
De Friesland: 24 Anderzorg: 23
2%
9%
Interpolis: 22 VVAA: 22
4%
9%
UMC: 20
4%
IZA: 20
4% 8%
4%
Aevitae (Avero Achmea): 20 IAK (VGZ): 17 PNO Zorg: 14
5% 7%
Stad Holland: 12 Turien & Co (Avero Achmea): 12
6%
Turien & Co ( VGZ): 12 7% 6% 6%
6% 6%
DSW: 8 OZF Achmea: 8 Caresco (VGZ Cares): 7 Zorg en Zekerheid: 6 ENO: 3 Aevitae (VGZ Cares): 1 Caresco (ASR): 1 Aevitae ( ASR): 1
Jaarverslag 2014, Huisartsenpraktijk Langbroek
9
3. De werkbelasting 3.1 Contacten 2014 In onderstaande tabel staan de verschillende contacten en Modernisering & Innovatie verrichtingen (M&I-verrichting) van de huisartsen, praktijkassistenten en praktijkondersteuner, absoluut en berekend per 1000 ingeschreven patiënten. In de eerste kolom zijn de landelijke gemiddelden van 2014 per 1000 patiënten opgenomen, zoals opgegeven door het Nivel4. Tabel 3: geregistreerde contacten in 2014
Verrichting
Consulten kort Consulten lang Tel. consulten E-consulten Visites kort Visites lang M&I verrichting Totaal
Landelijk gemiddelde per 1000 patiënten in 2014 2122 569 1069 17 113 81 213 4196
Praktijk Langbroek aantal per 1000 patiënten in 2013* 1909 596 714 37 461 206 220 4144
Praktijk Langbroek aantal per 1000 patiënten in 2014* 1937 664 836 48 526 228 197 4435
Praktijk Langbroek absoluut aantal in 2014* 4466 1532 1928 110 1214 525 454 10229
*waarde is exclusief diabeteszorg In 2014 werden per ingeschreven patiënt landelijk gemiddeld vier contacten met de huisartsenpraktijk gedeclareerd. Dit zijn contacten met de huisarts, de praktijkondersteuner of modernisering en innovatie (M&I) verrichtingen5. In onze praktijk zaten wij met 4.3 verrichtingen per patiënt per jaar conform het landelijk gemiddelde. Wel valt op dat het aantal lange consulten en korte en lange visites in de Praktijk Langbroek fors hoger zijn dan de landelijke gemiddelden, dit is het gevolg van het hoge aantal ouderen in de praktijk, met veel complexe problematiek en visites. Hiermee wordt de hoge werkdruk in onze praktijk verklaard.
4 5
http://www.nivel.nl/NZR/contacten-huisartsenpraktijk http://www.nivel.nl/NZR/contacten-huisartsenpraktijk
Jaarverslag 2014, Huisartsenpraktijk Langbroek
10
3.1.1 Consulten In 2014 hebben er 4466 consulten <20 minuten (kort consult) plaatsgevonden. In 2013 zijn er 4304 korte consulten geweest. Conclusie: In de Praktijk Langbroek is het aantal korte consulten in 2014 met 3,6% toegenomen t.o.v. 2013. Landelijk gezien waren er in 2014 2122 korte consulten per 1000 inwoners6, in de Praktijk Langbroek waren dat er in 2014 1937. Conclusie: In de Praktijk Langbroek zijn in 2014 8,7% minder korte consulten gedaan dan het landelijk gemiddelde van dat jaar. Figuur 8: korte consulten naar leeftijd in 2012, 2013 en 2014
Korte consulten 1000 900 800
aantal
700 600 500 400 300 200 100 0
0-10
11-20
21-30
31-40
41-50
51-60
61-70
71-80
>80
2012
496
396
344
328
564
662
892
652
392
2013
501
425
309
280
544
612
706
623
304
2014
498
436
329
293
550
643
731
628
358
In 2014 hebben er 1532 consulten langer dan 20 minuten (lang consult) plaatsgevonden. In 2013 zijn er 1344 lange consulten geweest. Conclusie: In de Praktijk Langbroek is het aantal lange consulten in 2014 met 12,3% toegenomen t.o.v. 2013. Landelijk gezien waren er in 2014 569 lange consulten per 1000 inwoners7, in de Praktijk Langbroek waren dat er in 2014 664. Conclusie: In de Praktijk Langbroek zijn in 2042 14,3% meer lange consulten gedaan dan het landelijk gemiddelde van dat jaar.
6 7
http://www.nivel.nl/NZR/contacten-huisartsenpraktijk http://www.nivel.nl/NZR/contacten-huisartsenpraktijk
Jaarverslag 2014, Huisartsenpraktijk Langbroek
11
Figuur 9: Lange consulten naar leeftijd in 2012, 2013 en 2014
Lange consulten 350 300
aantal
250 200 150 100 50 0
0-10
11-20
21-30
31-40
41-50
51-60
61-70
71-80
>80
2012
15
52
54
58
139
251
312
219
100
2013
24
65
88
89
188
251
312
229
98
2014
23
121
103
103
205
269
327
251
130
3.1.2 Telefonisch consulten In 2014 zijn er 1928 telefonisch consulten geweest. In 2013 zijn er 1610 telefonisch consulten geweest. Conclusie: In de Praktijk Langbroek is het aantal telefonisch consulten in 2014 met 16,5% toegenomen t.o.v. 2013. Landelijk waren er in 2014 per 1000 inwoners 1069 telefonische consulten8. In de Praktijk Langbroek waren dat er in 2014 836 per 1000 patiënten. Conclusie: In de Praktijk Langbroek waren in 2014 21,8% minder telefonische consulten dan het landelijke gemiddelde in dat jaar.
8
http://www.nivel.nl/NZR/contacten-huisartsenpraktijk Jaarverslag 2014, Huisartsenpraktijk Langbroek
12
Figuur 10: telefonisch consulten naar leeftijd in 2012, 2013 en 2014
aantal
Telefonisch consulten 700 600 500 400 300 200 100 0
0-10
11-20
21-30
31-40
41-50
51-60
61-70
71-80
>80
tel. consult 2012
104
63
70
82
167
180
259
255
554
tel. consult 2013
89
93
102
92
152
181
193
262
446
tel. consult 2014
113
105
91
105
176
209
221
271
637
3.1.3 E-consult In de Praktijk Langbroek zijn er in 2014 110 E-consulten geweest. In 2013 zijn er 83 E-consulten geweest. Conclusie: In de Praktijk Langbroek is het aantal E-consulten in 2014 met 24,5% toegenomen t.o.v. 2013. Landelijk waren er in 2014, 17 E-consulten per 1000 inwoners9. In de Praktijk Langbroek waren dat er in 2014 48 per 1000 patiënten. Conclusie: In de Praktijk Langbroek waren in 2014 182% meer E-consulten dan landelijk gemiddeld. Figuur 11: e-consulten naar leeftijd in 2012 , 2013 en 2014
E-consult 30 25
aantal
20 15 10 5 0
9
0-10
10-20
21-30
31-40
41-50
51-60
61-70
71-80
>80
e-consult 2012
3
5
2
3
10
9
11
10
3
e-consult 2013
4
5
7
4
12
22
10
11
8
e-consult 2014
5
5
7
9
13
26
10
15
20
http://www.nivel.nl/NZR/contacten-huisartsenpraktijk Jaarverslag 2014, Huisartsenpraktijk Langbroek
13
3.1.4 Visites In 2014 hebben er 1214 visites < 20 minuten (korte visites) plaatsgevonden. In 2013 zijn er in totaal 1040 korte visites geweest. Conclusie: In de Praktijk Langbroek zijn het aantal korte visites in 2014 met 14,3% toegenomen t.o.v. 2013. Landelijk gezien waren er in 2014 113 korte visites per 1000 inwoners10, in de Praktijk Langbroek waren dat er in 2014 526. Conclusie: In de Praktijk Langbroek waren in 2014 365% meer visites dan het landelijk gemiddelde. Figuur 12: korte visites naar leeftijd in 2012, 2013 en 2014
Korte visites naar leeftijd 1000 900 800 700
aantal
600 500 400 300 200 100 0
0-10
11-20
21-30
31-40
41-50
51-60
61-70
71-80
>80
visites 2012
3
1
10
2
8
60
52
153
859
visites 2013
3
4
7
2
13
62
48
154
747
visites 2014
5
4
3
9
7
16
77
194
899
In 2014 hebben er 525 visites > 20 minuten (lange visites) plaatsgevonden. In 2013 zijn er in totaal 465 lange visites geweest. Conclusie: In de Praktijk Langbroek zijn het aantal lange visites in 2014 met 12,9% toegenomen t.o.v. 2013. Landelijk gezien waren er in 2014 81 lange visites per 1000 inwoners11, in de Praktijk Langbroek waren dat er in 2014 228. Conclusie: In de Praktijk Langbroek waren in 2014 181% meer lange visites dan het landelijk gemiddelde.
10 11
http://www.nivel.nl/NZR/contacten-huisartsenpraktijk http://www.nivel.nl/NZR/contacten-huisartsenpraktijk
Jaarverslag 2014, Huisartsenpraktijk Langbroek
14
Figuur 13: lange visites naar leeftijd in 2012, 2013 en 2014
Lange visites naar leeftijd 400 350 300
aantal
250 200 150 100 50 0
0-10
11-20
21-30
31-40
41-50
51-60
61-70
71-80
>80
visites 2012
0
0
1
0
6
28
20
46
301
visites 2013
0
0
5
3
4
11
49
79
314
visites 2014
1
0
2
1
4
7
50
80
380
3.1.5 M&I-verrichtingen Naast contacten, zoals consulten en visites doet de Huisartspraktijk Langbroek ook zogenaamde M&I-verrichtingen, waarbij M&I staat voor Modernisering en Innovatie. Deze verrichtingen worden apart geregistreerd. Jaarlijks veranderd welke M&I-verrichtingen gedeclareerd kunnen worden bij de zorgverzekeraar. Een vergelijking van het totale aantal M&I-verrichtingen is een niet reële vergelijking. Voor wie meer wil weten over de landelijke gegevens van M&I-verrichtingen verwijzen wij naar: http://www.nivel.nl/NZR/modernisering-innovatie-aantal-verrichtingen In de tabel op de volgende pagina is te zien hoeveel van deze specifieke handelingen in de Huisartspraktijk Langbroek in de periode 2012-2014 gedaan zijn.
Jaarverslag 2014, Huisartsenpraktijk Langbroek
15
Figuur 14: M&I verrichtingen in 2012, 2013 en 2014
M&I verrichtingen 2014 Aanmeten en plaatsen pessarium IUD inbrengen
2013
2012
0 2 1 4
10 12
Dipslide 8 6 7
Cognitieve test MMSE
90
Intensieve zorg Doppler diagnostiek Holter diagnostiek
4
105
12 10 16 17 10 46 43
24-uurs bloeddrukmeting Spirometrie Therapeutische injectie (cyriax)
24
66
32 38 35 29 35
2 0 0 13
Postoperatief consult Chirurgie Teledermatologie
52 53
27
17
ECG diagnostiek
Oogboring
72 72
42
19 21 55
68 61
3
Jaarverslag 2014, Huisartsenpraktijk Langbroek
16
3.1.6 Overige verrichtingen Dan zijn er nog de contacten die binnen de diabeteszorg vallen en handelingen die niet te declareren zijn. In tabel 11 is een overzicht opgenomen. Tabel 11: overige geregistreerde contacten in 2014
Verrichting Diabetes jaarcontrole Diabetes kwartaalcontrole Diabetes jaar visite Diabetes kwartaalvisite Niet te declareren handelingen Totaal
Praktijk Langbroek absoluut aantal 104 232 13 36 480 865
In werkelijkheid zal het aantal contacten in de diabeteszorg nog een stuk hoger uitkomen. Omdat de zorg aan diabetespatiënten via een keten-DBC wordt gedeclareerd, kunnen veel contacten, denk bijv. aan instellen op insuline, educatie zelfcontrole en het bespreken bloedsuikerdagcurves niet apart geregistreerd worden. Deze worden dus gemist bij het tellen van het aantal contacten. 3.1.7 Contacten POH-GGZ In 2014 kan de huisarts de zorg inzetten van een POH-GGZ voor ondersteuning van de geestelijke gezondheidszorg vanuit de huisartspraktijk. De POH-GGZ werkt nauw samen met de huisarts. In Praktijk Langbroek was vanaf half april 2014 een POH-GGZ werkzaam. Hieronder een overzicht van de verrichtte contacten. Landelijke gegevens over het aantal verrichtingen van de POH-GGZ zijn nog niet bekend. Tabel 12: verrichtingen POH-GGZ in 2014
Verrichting POH-GGZ Consulten kort Consulten lang Tel. consulten Visites kort Visites lang Totaal
Aantal 61 194 49 2 8 314
Percentage 31% 62% 16% 0,6% 2,5% 100%
Jaarverslag 2014, Huisartsenpraktijk Langbroek
17
3.1.8 Contacten POH-S De POH-S ondersteunt de huisartsenzorg aan alle patiënten met diabetes mellitus type 2, astma, COPD en primaire en secundaire preventie van cardiovasculaire aandoeningen. Hieronder een overzicht van de verrichtte contacten. Landelijke gegevens over het aantal verrichtingen van de POH-S zijn nog niet bekend. Tabel 13: verrichtingen POH-S in 2014
Verrichting POH-S Consulten kort Consulten lang Tel. consulten Visites kort Visites lang Totaal
Aantal 86 221 33 10 46 396
Percentage 22% 56% 8% 2% 12% 100%
Jaarverslag 2014, Huisartsenpraktijk Langbroek
18
4. Het medisch handelen In dit hoofdstuk wordt gerapporteerd over het medisch handelen in de praktijk. Als basis daarvoor dienen de epidemiologische gegevens over een aantal chronische aandoeningen, die in tabellen en/of grafieken zullen worden gepresenteerd. 4.1 Diabeteszorg Om de beste diabeteszorg op maat te kunnen leveren zijn wij sinds oktober 2006 aangesloten bij de Diabetes Zorg Groep Zeist. Dit samenwerkingsverband bestaat naast onze praktijk uit huisartsen van Huisartsen Coöperatie Zeist, enkele huisartsenpraktijken uit Doorn en Driebergen, diëtisten, diabetesverpleegkundigen, podotherapeuten, optometristen en specialisten uit de regio. In 2014 zijn 6 nieuwe diabeten type 2 gediagnosticeerd, er zijn geen nieuwe diabetes type 1 bijgekomen. In dit jaar zijn vier patiënten met diabetes type 2 overleden. Diabetes was bij geen van hen de oorzaak van overlijden. Aldus stonden er op 31 december 2014 132 patiënten met diabetes type 1 of 2 geregistreerd, twee patiënten meer dan in 2013. Verder waren er op 31 december 2014 nog 31 patiënten geregistreerd met een gestoorde glucosetolerantie (prédiabetes), dat zijn er vier meer dan vorig jaar. Figuur 15: verdeling diabetes naar type in 2012, 2013 en 2014
Diabetes type 1 en 2 140 120
aantal
100 80 60 40 20 0 Type 1 diabetes
Type 2 diabetes
Totaal aantal diabeten
Gestoorde glucosetolerantie
aantal 2012
7
122
129
23
aantal 2013
7
123
130
27
aantal 2014
7
125
132
31
De zeven patiënten met diabetes type 1 werden allemaal door de specialist behandeld. Daarnaast zaten zes patiënten met diabetes type 2 bij de internist vanwege comorbiditeit. Er zijn vier patiënten met diabetes type 2 die om verschillende redenen niet gecontroleerd willen of kunnen worden. Eén patiënt kregen de diagnose eind 2014, zijn eerste behandeling start in 2015. Aldus werden er in 2014 114 patiënten in onze praktijk gecontroleerd volgens het zorgprotocol.
Jaarverslag 2014, Huisartsenpraktijk Langbroek
19
Figuur 16: verdeling diabetes patiënten naar behandelaar 2014
totaal diabetes patiënten 140 120
aantal
100 80 60 40 20 0
aantal
type 1 controle specialist
type 2 controle specialist
type 2 geen intensieve controle
controle start in 2015
type 2 controle huisarts
totaal type 1 en type 2
7
6
4
1
114
132
Onderstaande gegevens betreffen de 114 patiënten met diabetes type 2 die intensief gecontroleerd worden in onze huisartspraktijk. Er waren 22 patiënten (19%) die alleen begeleiding in hun leefstijl kregen, 60 patiënten (53%) werden behandeld met orale medicatie, en 27 patiënten (24%) gebruikten een combinatie van orale medicatie en insuline, 5 patiënten (4%) gebruikten alleen insuline. Figuur 17: verdeling diabetes type 2 naar therapie in 2012, 2013 en 2014
behandeling van diabetes type 2 70
percentage
60 50 40 30 20 10 0
alleen niet medicamenteus
alleen orale antidiabetica
orale antidiabetica en insuline
alleen insuline
% in 2012
25
48
14
13
% in 2013
16
58
20
6
% in 2014
19
53
24
4
Jaarverslag 2014, Huisartsenpraktijk Langbroek
20
Kwaliteit van zorg Het is de vraag of de kwaliteit van zorg werkelijk te meten valt, maar in onze samenleving blijkt wel een sterke behoefte te bestaan aan informatie over de kwaliteit van de patiëntenzorg. De kwaliteit van het medisch handelen kunnen we beoordelen aan de hand van procesindicatoren en uitkomstindicatoren. Procesindicatoren zijn een hulpmiddel om na te gaan of het desbetreffende zorgproces volgens plan is uitgevoerd. Bij elk van de parameters van het zorgproces, in dit geval rondom diabetes, wordt de vraag gesteld of de handeling of actie omtrent de betreffende parameter heeft plaats gevonden in het voorafgaande jaar. De procesindicator geeft per parameter het aantal patiënten aan bij wie dat inderdaad is gebeurd, uitgedrukt als percentage van het totaal aantal patiënten waarover wordt gerapporteerd. Uitkomstindicatoren zijn een hulpmiddel om na te gaan of het zorgproces tot het beoogde resultaat heeft geleid. De uitkomstindicator geeft per parameter het aantal patiënten aan bij wie de bevinding boven of onder een bepaalde kritische waarde (gebaseerd op de streefwaarde) uitkomt (meetbare parameters) of het aantal patiënten bij wie de bevinding wel of niet aanwezig is (ja/nee-parameters). De aantallen worden uitgedrukt als percentage van het totaal aantal patiënten waarover wordt gerapporteerd.
Jaarverslag 2014, Huisartsenpraktijk Langbroek
21
De uitvoering van het zorgplan voor diabetes In figuur 18 en 19 wordt het hoge percentage zichtbaar waar binnen de uitvoer van onze diabeteszorg zich afspeelt. Figuur 18: procesindicatoren diabeteszorg 2012, 2013 en 2014
Procesindicatoren diabeteszorg 105
percentage
100 95 90 85 80 75
Hba1c
tensie
lipidenprofiel
nierfunctie
BMI
% in 2012
100
100
95
86
99
% in 2013
100
100
94
91
100
% in 2014
100
100
92
90
100
Griepvaccinatie
Figuur 19: procesindicatoren diabeteszorg 2012, 2013 en 2014
Procesindicatoren diabeteszorg 120 100
percentage
80 60 40 20 0
Rookgedrag bekend
Beweeggedrag bekend
Voetonderzoek uitgevoerd
Fundusfoto uitgevoerd
% in 2012
99
99
96
91
% in 2013
100
100
91
90
% in 2014
100
99
84
89
Jaarverslag 2014, Huisartsenpraktijk Langbroek
75
22
Figuur 20: uitkomstindicatoren diabeteszorg in 2014
Uitkomstindicatoren diabeteszorg 100% 90%
percentage
80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
HbA1c
tensie
lipidenprofiel
nierfunctie
MDRD <30
0
MDRD 30-60
15
MDRD >60
90
LDL > 2.5
24
LDL < 2.5
80
tensie >160
8
tensie 140-160
34
tensie < 140
72
Hba1c > 64
7
Hba1c 53 -64
27
Hba1c < 53
80
Jaarverslag 2014, Huisartsenpraktijk Langbroek
23
Figuur 21: uitkomstindicatoren diabeteszorg diabeteszorg in 2014
uitkomstindicatoren diabeteszorg
percentage
100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
BMI
roken
voetonderzoek
fundusfoto
geen retinopathie
89
retinopathie
12
simms > 0
12
simms 0
84
niet roken
100
roken
14
pt.>70 jr. + BMI bepaald
62
pt.<70 jr. + BMI > 30
27
pt.<70 jr. + BMI 25-30
16
pt.<70 jr. + BMI < 25
9
Jaarverslag 2014, Huisartsenpraktijk Langbroek
24
4.2 Zorg rondom COPD Op 31 december 2014 waren er 50 patiënten met de diagnose COPD. Drieëntwintig patiënten waren onder behandeling van de longarts, 27 patiënten hadden de huisarts als hoofdbehandelaar voor hun COPD. In 2014 hebben 2 patiënten de diagnose COPD gekregen, zij worden beide door de huisarts behandeld. In 2014 zijn er geen patiënten overleden aan de gevolgen van COPD. Eén patiënt stapte over van zorg door de longarts naar zorg door de huisarts. Figuur 22: verdeling totaal COPD patiënten naar behandelaar in 2012, 2013 en 2014
COPD 60 50
aantal
40 30 20 10 0
patiënten bekend met COPD
patiënten behandeld bij HA
patiënten behandeld door longarts
aantal 2012
45
24
21
aantal 2013
48
28
20
aantal 2014
50
27
23
Vijf patiënten die in de huisartspraktijk behandeld worden wilden dit jaar om verschillende redenen niet gevolgd worden voor de aandoening COPD. De uitvoering van het zorgplan voor COPD De minister van VWS heeft opdracht gegeven om de kwaliteit van chronische zorg zichtbaar te maken, zodat patiënten de mogelijkheid krijgen zich een oordeel hierover te vormen. Er zijn zorginhoudelijke indicatoren ontwikkeld, die iets zeggen over de professionele kwaliteit van de zorg rondom COPD12.Deze indicatoren zijn afgeleid van de richtlijnen en indicatoren van het NHG. Wij nemen voor COPD (nog) niet deel aan ketenzorg. Het is helaas nog niet mogelijk om onze gegevens te vergelijken met landelijke gegevens, omdat deze nog niet beschikbaar zijn.
http://ineen.nl/wp-content/uploads/2014/11/Indicatoren-COPD-landelijke-benchmark-eninvulformat-over-2014.pdf 12
Jaarverslag 2014, Huisartsenpraktijk Langbroek
25
Procesindicatoren roken Roken is verreweg de belangrijkste risicofactor voor het ontstaan van COPD. In onze praktijk werden in 2014 27 patiënten door de huisarts behandeld voor hun COPD. Van 22 (81,5%) patiënten met COPD, waarvan de huisarts de hoofdbehandelaar is, is het rookgedrag bekend. Zes (100%) van de zes patiënten met COPD die nog roken én door ons behandeld worden, hebben een advies stoppen met roken gekregen. Figuur 23: procesindicator roken bij de COPD patiënten die onder behandeling waren van de huisarts in 2012, 2013 en 2014
Procesindicatoren 120
100
Percentage
80
60
40
20
0 Rookgedrag bekend
Rookgedrag onbekend
Patiënt rookt niet ( meer)
Patiënten die nog roken
Rokende patiënt heeft stopadvies gehad
% in 2012
96
4
75
21
80
% in 2013
96
4
79
19
80
% in 2014
82
18
73
27
100
Jaarverslag 2014, Huisartsenpraktijk Langbroek
26
Procesindicatoren BMI, beweegpatroon en controle van de inhalatietechniek COPD-patiënten hebben vaak een verminderde voedingstoestand. Dit verergert naarmate de ernst van de COPD toeneemt. Wetenschappelijk onderzoek heeft aangetoond dat er een betekenisvolle associatie is tussen gewichtsverlies en overleving. Om ongewenst gewichtsverlies en afbraak van het (spier)eiwit in de spiermassa snel in beeld te krijgen is een regelmatige controle van het BMI derhalve noodzakelijk. In 2014 werden 27 patiënten met COPD door de huisarts behandeld, bij 22 (82%) van hen is de BMI in 2014 bepaald. Met een actieve leefstijl hebben mensen met COPD meer kracht en uithoudingsvermogen. Door meer te bewegen blijven de ademhalingsspieren sterker en dat leidt ertoe dat de ademhaling beter gecontroleerd kan worden en de longinhoud toeneemt. Vanwege de klachten worden mensen met COPD echter vaak geleidelijk steeds minder actief. Een regelmatige controle van het beweegpatroon en het motiveren voor een actieve leefstijl zal leiden tot een toename van de kwaliteit van leven. In 2014 werden 27 patiënten met COPD door de huisarts behandeld, bij 22 (82%) van hen is in 2014 het beweegpatroon in kaart gebracht. Veel COPD-patiënten gebruiken inhalatiemedicatie. Het doel van inhalatietherapie is het geneesmiddel direct in de longen te brengen, waardoor het sneller werkt, de benodigde dosering lager is en er minder kans bestaat op systemische bijwerkingen. Voor een juist gebruik van inhalatiemedicatie is een regelmatige evaluatie noodzakelijk, waarbij de patiënt laat zien hoe hij inhaleert en de zorgverlener zo nodig de instructie herhaalt en uitlegt. In 2014 werden 27 patiënten met COPD door de huisarts behandeld, zeventien van hen gebruikten inhalatiemedicatie, bij tien patiënten (59%) is in 2014 de inhalatietechniek gecontroleerd. Figuur 24: procesindicatoren BMI, beweegpatroon en controle inhalatietechniek over de COPD patiënten die onder behandeling waren van de huisarts in 2012, 2013 en 2014
Procesindicatoren 100 90
Percentage
80 70 60 50 40 30 20 10 0 BMI bekend
Beweegpatroon bekend
Inhalatietechniek gecontroleerd
% in 2012
79
75
79
% in 2013
86
86
56
% in 2014
82
82
59
Jaarverslag 2014, Huisartsenpraktijk Langbroek
27
Procesindicatoren spirometrie, griepvaccinatie en kwaliteit van leven In 2014 werden 27 patiënten met COPD door de huisarts behandeld, bij elf (41%) van hen werd een spirometrie gedaan. De overige patiënten wilden om diverse redenen niet aan spirometrie deelnemen, zoals zich beperkt voelen door de leeftijd of andere medische klachten of geen belang hechten aan controle. Influenza leidt bij patiënten met COPD tot een grotere kans op complicaties. Influenzavaccinatie is daarom aangewezen. In 2014 zijn negentien patiënten (70%) met COPD de griepvaccinatie komen halen. In vergelijking met de algemene populatie is de kwaliteit van leven van patiënten met COPD door functionele beperkingen, psychisch welbevinden en sociaal functioneren verminderd. De klachten en beperkingen die mensen met COPD van hun ziekte ondervinden, kunnen m.b.v. de Clinical COPD Questionnaire(CCQ) vragenlijst op een betrouwbare manier worden gemeten. In tien vragen wordt de ziekte gerelateerde gezondheidstoestand (symptomen, functionele en mentale status) beoordeeld. In 2014 werden 27 patiënten met COPD door de huisarts behandeld, bij vijftien (56%) van hen werd de CCQ-vragenlijst afgenomen. Figuur 25: procesindicatoren spirometrie, griepvaccinatie en kwaliteit van leven over de COPD patiënten die onder behandeling waren van de huisarts in 2012, 2013 en 2014
Procesindicatoren 80 70
Percentage
60 50 40 30 20 10 0
Spirometrie
Griepvaccinatie
Kwaliteit van leven
% in 2012
63
71
71
% in 2013
64
71
60
% in 2014
41
70
56
Jaarverslag 2014, Huisartsenpraktijk Langbroek
28
4.3 Cardiovasculaire Zorg Jaarlijks sterven ruim 40.000 mensen aan de gevolgen van hart- en vaatziekten in Nederland. Primaire en secundaire preventie van hart- en vaatziekten (HVZ) zijn daarom van groot belang. Onze cardiovasculaire zorg richt zich op de preventie van HVZ, die veroorzaakt worden door atherotrombotische processen, zoals myocardinfarct, angina pectoris, herseninfarct, ‘transient ischaemic attack’(TIA), aneurysma aortae en perifeer arterieel vaatlijden13. Wij doen dit zowel ter preventie van hart‐ en vaatziekten bij risicogroepen (primaire preventie) als om complicaties of nieuwe incidenten te voorkomen bij patiënten met reeds bestaande hart‐ en vaataandoeningen (secundaire preventie). Ook patiënten met diabetes mellitus type 2 (DM2) en patiënten met bepaalde vormen van reuma hebben een risico op HVZ dat aanzienlijk hoger is dan patiënten zonder DM2 of zonder reuma van dezelfde leeftijd en geslacht. Cardiovasculair risicomanagement (CVRM) is de diagnostiek, behandeling en follow-up van risicofactoren voor HVZ, inclusief leefstijladvisering en begeleiding bij patiënten met een verhoogd risico op ziekte of sterfte door HVZ. Speerpunten in onze zorg zijn: Het actief oproepen van patiënten in bovengenoemde risicogroepen; Het opstellen van het risicoprofiel: het overzicht van voor HVZ relevante risicofactoren: leeftijd, geslacht, roken, bloeddruk, glucosegehalte, cholesterolgehalte, familieanamnese, voedingspatroon, lichamelijke activiteit, body mass index en middelomtrek; Een risicoschatting maken aan de hand van de risicofactoren: leeftijd, geslacht, roken, systolische bloeddruk en TC/HDL-ratio; Het geven van adviezen t.a.v. stoppen met roken, gezonde voeding, alcoholgebruik en lichamelijke activiteit aan alle patiënten met een verhoogd risico op HVZ. De patiëntenpopulatie binnen dit aandachtsgebied kent een hoge mate van diversiteit. Anders dan bij de eerdergenoemde aandachtgebieden diabetes, astma en COPD, vindt de selectie voor HVZ plaats op basis van risicofactoren én het vóórkomen van de verschillende cardiovasculaire aandoeningen. Een deel van de patiënten met HVZ wordt niet door ons gevolgd/behandeld, maar door de specialist. Dit alles maakt dat de uitgebreide zorg die wij leveren aan deze grote groep van mensen (rond 700 patiënten), ondanks de techniek die ons op dit moment ter beschikking staat, helaas niet zichtbaar te maken is m.b.v. structuur en uitkomstindicatoren. Bij de patiënten met een secundair risico hebben we handmatig het aantal patiënten geturfd wat in 2014 deel genomen heeft aan CVRM en hoeveel mensen niet deel genomen hebben. 1. Selectie van de patiënten Op 1 januari 2014 is een selectie gemaakt van alle patiënten die bekend zijn met hart- en vaatziekten en reumatoïde artritis, deze selectie is zichtbaar gemaakt in tabel 14. Tabel 14: selectie heeft plaatsgevonden op grond de volgende diagnosen
Aandoening Angina pectoris Instabiele angina pectoris Stabiele angina pectoris Acuut myocard infarct Andere/chronische ischemische hartziekten Coronairsclerose Vroeger myocardinfarct (> 4 weken geleden) Passagère cerebrale ischemie 13
ICPCcode K 74 K74.1 K74.2 K75 K76 K76.1 K76.2 K89
NHG-Standaard Cardiovasculair risicomanagement
Jaarverslag 2014, Huisartsenpraktijk Langbroek
29
Cerebrovasculair accident (CVA) Cerebraal infarct Claudicatio intermittens Ziekte van Buerger Aneurysma aorta Reumatoide arthritis/ verwante aandoeningen Reumatoïde arthritis Morbus Bechterew (spondylitis ankylopoetica) Acuut reuma/reumatische hartziekte Acuut reuma zonder hartziekte Acuut reuma met hartziekte
K90 K90.3 K92.1 K92.3 K99.1 L.88 L88.1 L88.2 K71 K71.1 K71.2
In totaal zijn er 199 patiënten geselecteerd op grond van bovenstaande aandoeningen. Op deze lijst staan 39 patiënten die, naast één of meerdere van bovengenoemde aandoeningen, óók bekend zijn met DM type 2. Hun cardiovasculaire controle vindt plaats binnen het controlesysteem voor diabeten, zie hiervoor hoofdstuk 4.1 Diabeteszorg. Er staan op de lijst zeventien mensen die geen HVZ hebben doorgemaakt, maar een hoog risico hebben op HVZ vanwege de diagnose reuma. In tabel 15 zijn alle 199 geselecteerde patiënten uitgesplitst naar diagnose, al dan niet in combinatie met DM type 2 en/of reuma. Tabel 15: geselecteerde patiënten naar diagnose
Onderverdeling uitgeselecteerde patiënten Diagnose hart- en vaatziekten Diagnose hart- en vaatziekten + DM type 2 Diagnose hart- en vaatziekten + DM type 2 + reuma Diagnose hart- en vaatziekten + reuma Diagnose reuma + DM type 2 Diagnose reuma
Aa Aantal 143 33 3 2 3 15
Binnen hart- en vaatziekten bestaan verschillende aandoeningen, zie voor alle voorkomende aandoeningen tabel 14. In tabel 16 is het aantal patiënten weergegeven wat bekend is met een bepaalde diagnose in de jaren 2012, 2013 en 2014. Sommige patiënten hebben meer dan één diagnose, bijv. angina pectoris én perifeer arterieel vaatlijden. Een combinatie van drie of vier diagnose is ook mogelijk. Tabel 16: bestaande hart- en vaatziekten (secundaire preventie), uitgesplitst naar aandoening in 2012, 2013 en 2014
Secundaire preventie Angina pectoris Acuut myocard infarct Chronische ischemie/coronair sclerose/oud myocard infarct TIA Cerebraal infarct (CVA) Perifeer arterieel vaatlijden/claudicatioklachten Aneurysma aorta
2012 26 9 48 36 35 14 8
2013 25 11 46 43 39 15 12
2014 35 26 42 46 42 16 14
4. Deelname aan CVRM In 2014 zijn van de oorspronkelijk 216 geselecteerde patiënten tien patiënten overleden en zeven patiënten zijn verhuisd en namen om deze reden niet (meer) deel aan CVRM. Veel patiënten die bekend zijn met hart- en vaatziekte en/of reuma zijn onder behandeling in de tweede lijn (geweest). De huisarts blijft echter bij deze patiënten zorgdragen voor het
Jaarverslag 2014, Huisartsenpraktijk Langbroek
30
cardiovasculair risicomanagement, indien mogelijk tijdens en in ieder geval na een dergelijke episode. Alle patiënten die bij de specialist onder behandeling zijn, hebben een uitnodiging gekregen om deel te nemen aan CVRM. Tabel 17 en 18 brengt het aantal patiënten in beeld wat niet deelneemt aan CVRM. Tabel 17: geen deelname aan CVRM in 2014
Aantal 216 10 7 199
CVRM totale selectie Overleden 2014 Verhuisd 2014 Totaal
Van de patiënten die de specialist als hoofdbehandelaar hadden, verkozen dertien patiënten niet deel te nemen aan CVRM bij ons op de praktijk. Daarnaast zijn in onze praktijk vijftien patiënten bij wie vanwege ernstige andere problematiek een uitgebreide cardiovasculaire controle niet zinvol is en deze derhalve niet, of slechts beperkt plaatsvindt. Er is één patiënt die op eigen verzoek niet jaarlijks, maar eens per twee jaar wil deelnemen aan CVRM en bij wie de eerstvolgende controle in 2015 plaats zal vinden. Bij dertien patiënten heeft CVRM niet of nog niet plaatsgevonden, omdat de patiënt al dan niet met reden niet verscheen op de afspraak of de afspraak had afgezegd, c.q. verzet naar 2015. Tabel 18: overzicht van het aantal controles wat heeft plaatsgevonden, c.q. niet heeft plaatsgevonden
Totaal CVRM Specialist hoofdbehandelaar Geen/beperkte controle Controle 2015 Controle heeft niet plaatsgevonden Controle heeft plaatsgevonden
Aantal 199 13 15 1 13 157
Percentage 100% 6,5% 7,5% 0,5% 6,5% 78,9%
Jaarverslag 2014, Huisartsenpraktijk Langbroek
31
4.4 Preventie: griep Elk jaar krijgt zo'n vijf tot tien procent van de bevolking griep. In 1997 is het Nationaal Programma Grieppreventie (NPG) ingevoerd, met als doel ziekte en sterfte als gevolg van griep te voorkómen14. In het kader van het Nationaal Programma Grieppreventie komt 30% van de Nederlandse bevolking in aanmerking voor een griepprik. In onze praktijk is dat aantal door de leeftijdsopbouw van de praktijk veel hoger, n.l. 40% van onze patiënten komt in aanmerking voor de griepvaccinatie. Wij hebben in 2014 947 kinderen en volwassenen uitgenodigd om een gratis griepprik te komen halen. Personen uit de volgende groepen komen in aanmerking voor een jaarlijkse influenzavaccinatie: 60 jaar en ouder; Pulmonale aandoeningen; Cardiale aandoeningen; Diabetes Mellitus; Ernstige nierinsufficiëntie; Na recente beenmergtransplantatie; Hiv-infectie; Kinderen met langdurig salicylatengebruik; Verstandelijke handicap in intramurale voorziening; Verminderde weerstand tegen infecties. In totaal hebben 507 patiënten, zijnde 54% van de uitgenodigde groep, de griepprik ontvangen. In de afgelopen jaren is er in onze praktijk een duidelijk dalende tendens te zien van het aantal patiënten dat de griepprik wil hebben. In 2010 heeft nog 68% van de patiënten uit de doelgroep, de griepvaccinatie ook daadwerkelijk ontvangen. Hierbij moet wel vermeld worden dat 2010 een uitzonderlijk jaar was, omdat in 2010 ook voor de Mexicaanse griep gevaccineerd werd. De indicaties waren dat jaar ruimer, namelijk ook de zwangeren en jonge kinderen konden gevaccineerd worden en dat effect was terug te zien in de opkomst. Uit de jaarlijkse monitor, uitgevoerd door IQ healthcare, bleek dat landelijk 60% van de totale doelgroep de griepprik heeft gehad in seizoen 2013-201415.
14
http://www.rivm.nl/Onderwerpen/G/Griepprik
15http://www.rivm.nl/Documenten_en_publicaties/Algemeen_Actueel/Uitgaven/Preventie_Ziekte_Zorg/
Griepprik/Monitoring_vaccinatiegraad_Nationaal_Programma_Grieppreventie_NPG Jaarverslag 2014, Huisartsenpraktijk Langbroek
32
Figuur 26: grieppreventie in 2012, 2013 en 2014
Grieppreventie Praktijk Langbroek 1000 900 800
aantal
700 600 500 400 300 200 100 0
Voor de griepprik in aanmerking
Griepprik ontvangen
Wil geen griepprik
aantal 2012
909
529
380
aantal 2013
925
516
409
aantal 2014
947
507
440
Figuur 27: vaccinatiegraad griep Praktijk Langbroek en landelijk
Vaccinatiegraad griep Praktijk Langbroek en landelijk 80 70 60
Percentage
50 40 30 20 10 0
2010
2011
2012
2013
2014
Praktijk Langbroek % griepvaccinatie
68
60
58
56
54
Landelijk % griepvaccinatie
69
66
62
60
Jaarverslag 2014, Huisartsenpraktijk Langbroek
33
4.5 Preventie: cervixscreening Per jaar wordt in Nederland bij 600 tot 700 vrouwen cervixcarcinoom gediagnosticeerd. Jaarlijks overlijden tussen de 200 en 250 vrouwen aan deze aandoening. Sinds 1989 wordt het Bevolkingsonderzoek Baarmoederhalskanker uitgevoerd. Door het maken van uitstrijkjes is het mogelijk om veranderingen aan de baarmoederhals en voorstadia van baarmoederhalskanker te ontdekken, die nog geen klachten geven. Wanneer in een vroeg stadium afwijkingen worden geconstateerd, is vaak een minder ingrijpende behandeling mogelijk dan wanneer de aandoening pas in een laat stadium wordt ontdekt. Met het huidige bevolkingsonderzoek op cervixcarcinoom wordt vroege opsporing van (voorstadia van) cervixcarcinoom beoogd (secundaire preventie). Daarnaast zijn vaccins beschikbaar gekomen tegen het humaan papillomavirus, welke in 2009 opgenomen zijn in het Rijksvaccinatieprogramma(RVP), hetgeen de mogelijkheid biedt primaire preventie te bedrijven. Meisjes van 13 tot en met 16 jaar worden ingeënt tegen de meest voorkomende typen HPV die een hoog risico geven op baarmoederhalskanker, namelijk type 16 en 18. Deze typen zijn verantwoordelijk voor 70 procent van de gevallen van baarmoederhalskanker. De bescherming van de HPV-vaccinatie is dus beperkt en het blijft dan ook nodig om het bevolkingsonderzoek voort te zetten16. Huisartspraktijk Langbroek roept niet zelf op voor het bevolkingsonderzoek naar baarmoederhalskanker. Deze oproepen worden verzorgd door de stichting Bevolkingsonderzoek Midden‐West. In 2014 zijn de geboortecohorten 1954, 1959, 1964, 1969, 1974, 1979 en 1984 opgeroepen om een uitstrijkje te laten maken. In onze praktijk vielen in 2014 94 vrouwen binnen deze geboortecohorten, 56 vrouwen hebben daadwerkelijk een uitstrijk laten maken. Landelijk gezien nam in 2014 68% van de vrouwen deel aan het bevolkingsonderzoek17, dit jaar zitten wij met 59,6 % daar ruim onder! Van de 38 vrouwen die geen uitstrijk hebben laten maken is niet bekend waarom zij niet aan het onderzoek meededen. Redenen hiervoor kunnen zijn: zwangerschap, borstvoeding, angst of ongemak. Het komt ook voor dat vrouwen veel later een uitstrijk laten maken. Voor dit jaarverslag zijn uitstrijkjes die in 2014 gemaakt hadden moeten worden tot datum 1 juli 2015 nog meegeteld.
16 17
http://www.rivm.nl/Onderwerpen/B/Baarmoederhalskanker www.bevolkingsonderzoekmidden-west.nl/regio-informatie/jaarverslag
Jaarverslag 2014, Huisartsenpraktijk Langbroek
34
Figuur 28: Opkomst bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker Praktijk Langbroek in 2014
Opkomst BVO baarmoederhalskanker Praktijk Langbroek 100 90 80
Aantal
70 60 50 40 30 20 10 0
Praktijk Langbroek 2012
Praktijk Langbroek 2013
Praktijk Langbroek 2014
aantal vrouwen in geboortecohort
91
94
94
aantal vrouwen wat deeleneemt aan BVO
57
65
56
aantal vrouwen wat niet deelneemt aan BVO
34
29
38
Figuur 29: Deelname bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker Praktijk Langbroek en Midden-West Nederland
Deelname Bevolkingsonderzoek Baarmoederhalskanker 90 80 70
Percentage
60 50 40 30 20 10 0
2012
2013
2014
BVO Praktijk Langbroek
62,6
69,1
59,6
BVO Midden-West Nederland
76,6
75,4
68
Jaarverslag 2014, Huisartsenpraktijk Langbroek
35
5. Evaluatie jaarplan 2014 In 2014 hebben we heel veel winst geboekt op het gebied van kwaliteit. Het is daardoor een heel boeiend, maar ook een heel enerverend jaar geweest. Om alles te kunnen realiseren voor de accreditatie hebben we meer tijd nodig gehad dan andere jaren. Tot nu toe vond de accreditatie altijd in maart plaats, maar in 2014 is de audit in oktober geweest. We hebben tot ons groot genoegen alle toetsen weer doorstaan en de accreditatie weer behaald! In 2014 hebben wij de volgende verbeteringen gedaan: 5.1 Privacy Uit de patiëntenenquête in 2009 kwam naar voren dat veel patiënten de privacy in de praktijk onderwaardeerden. Zo gaven patiënten aan dat flarden van gesprekken uit de kamer van de aios in de wachtkamer hoorbaar waren. Ook bood de balie in de wachtkamer onvoldoende privacy voor mensen aan de balie én in de wachtkamer. Verder waren er ook nog flarden van telefoongesprekken in de wachtkamer te horen als de assistente met een hoger stemvolume moest praten wanneer zij iemand aan de telefoon had die slechthorend was. Wij zijn daarom in 2012 een verbeterproject “privacy” gestart om verbeteringen op dit gebied aan te brengen. Uit dit project kwam o.a. de wens om de praktijk dusdanig te verbouwen dat de privacy voldoende gewaarborgd zou zijn. We hebben in 2012 een architect benaderd om oplossingen ten aanzien van de privacy te zoeken. Met mw. L. de Bruyn, gespecialiseerd in bouwkundige oplossingen voor de gezondheidszorg, hebben wij een aantal mogelijkheden besproken die zouden leiden tot een betere geluidswering. Echter, al pratend kwamen wij tot het voortschrijdend inzicht dat, als wij de komende 10-12 jaar in een toekomstbestendige huisartspraktijk wilden blijven werken, we eigenlijk veel meer aanpassingen op gebied van functionaliteit zouden moeten doen, dan alleen de verbeteringen op het gebied van geluidsisolatie en de bescherming van de privacy zoals wij die op het oog hadden. Al brainstormend kwamen wij tot de conclusie dat het verbeterproject privacy kansen bood om gelijktijdig verbeteringen aan te brengen op het gebied van functionaliteit, efficiency en betere looplijnen. Kortom, meer comfort voor de patiënt en betere arbeidsomstandigheden en werkplezier voor de praktijkmedewerkers. Echter, belemmerende factoren hierin op korte termijn waren de financiering van dit omvangrijke plan én de logistieke problemen: hoe kan een grote verbouwing, die minimaal 8-10 weken in beslag zou nemen gerealiseerd worden, zonder dat de praktijk dicht zou moeten gaan? De plannen belandden voorlopig in de koelkast. Eind 2013 deed zich plotseling een gelegenheid voor met verstrekkende gevolgen: onverwacht kregen wij geen nieuwe aios in december 2013, maar pas in maart 2014. Deze gebeurtenis gaf ineens enorme mogelijkheden voor de praktische kant van de verbouwing, omdat er gedurende drie maanden ruimte ontstond om te schuiven met spreekkamers. Het betekende wel dat we snel spijkers met koppen moesten slaan. De eerdere bouwtekeningen zijn in december 2013 dusdanig aangepast dat het financiële plaatje beter paste in ons budget en uitgevoerd kon worden. Het resultaat is dat maart 2014 de wachtkamer in tweeën is gedeeld middels een geluidsdichte muur, waardoor de balie en wachtkamer van elkaar gescheiden werden. De spreekkamer van de aios is de nieuwe uitdeelpost van de apotheek geworden en in de oorspronkelijke apotheek zijn twee spreekkamers gerealiseerd, die volkomen geïsoleerd zijn voor geluid. De aios heeft hierdoor een grotere spreekkamer gekregen en er is een aparte kamer voor de POH-S gekomen. We hebben hiermee een grote kwaliteitsslag gemaakt op het gebied van privacy en comfort voor de patiënt, maar ook winst op het gebied van functionaliteit, efficiency, betere arbeids-
Jaarverslag 2014, Huisartsenpraktijk Langbroek
36
omstandigheden en werkplezier voor de praktijkmedewerkers. Hiermee hebben we ons verbeterproject “Privacy”uit 2012 naar volle tevredenheid kunnen afronden. 5.2 Uitbreiding van de zorgverlening met POH-GGZ Al langere tijd bestond bij ons de wens om een gespecialiseerde kracht aan te nemen voor het verlenen van zorg bij psychische problemen. Maar tot 2014 hadden wij geen spreekkamerruimte om dit te kunnen realiseren. Het feit dat er een extra spreekkamer voor de POH- S was gekomen gaf ook gelegenheid om andere disciplines aan te nemen die in deze spreekkamer konden werken. In april 2014 hebben wij een Praktijkondersteuner Huisarts-Geestelijke Gezondheid Zorg (POHGGZ) aangenomen. De POH-GGZ ondersteunt de huisarts bij de begeleiding en behandeling van psychische klachten, zoals somberheid, depressie, spanning, oververmoeidheid, angstklachten, problemen op het werk, in (familie)relaties en/of bij opvoeding. We hebben hiermee een belangrijke kwaliteitswinst gemaakt, want hulp bij psychische problemen kunnen we nu in onze eigen praktijk aanbieden. Er zijn geen of nauwelijks wachttijden. De lijnen met de huisarts zijn kort, waardoor er gemakkelijk overleg plaats kan vinden. Voor de patiënt komt daar nog bij dat gesprekken met de POH_GGZ binnen de basiszorg vallen en geen eigen risico kennen. en intern kan verwijzen als hij psychische wijzen als hij psychische problematiek vermoedt en zich dus met andere zaken kan
5.3 Geïntegreerde Eerstelijns Zorg Wij waren al meerdere jaren op zoek naar samenwerking binnen de regio om de zorg efficiënter en effectiever te maken én om gezamenlijk in de buurt gezondheidsprojecten op te zetten. Eind 2013 kwam ontstond er mogelijkheid om Geïntegreerde Eerstelijns Zorg (GEZ) op te zetten met collega huisartsen, verloskundigen en fysiotherapeuten in Driebergen en Doorn. Het doel van een GEZ is de samenhang in de zorg binnen de eerste lijn voor patiënten met een meervoudige complexere zorgvraag dicht bij huis te verbeteren door het stimuleren van multidisciplinaire samenwerking op het gebied van preventie, cure en care. De bedoeling is dat zorg voor patiënten wordt geoptimaliseerd doordat de samenwerkingsverbanden op wijk- en buurtniveau hun dienstverlening afstemmen met andere partijen binnen en buiten de zorg, zoals welzijnsorganisaties, woningbouwcorporaties en gemeenten. GEZ is afgestemd op de zorgbehoefte van de cliënt en levert kwaliteits- en efficiencyvoordelen binnen de eerste lijn. Ook is GEZ essentieel voor substitutie van de tweede naar de eerste lijn en daarmee in de betaalbaarheid van de zorg. De bereidheid om met elkaar samen te werken was enorm en 1 april was de (pré-)GEZ een feit. Dokter de Heij maakt deel uit van het bestuur. In 2014 is hard gewerkt om de samenwerking vorm te geven en naar verwachting zal eind 2015 de pré-GEZ een GEZ worden. Samenwerken in een GEZ betekent een grote winst op het gebied van kwaliteit. Patiënten mogen verwachten dat als de GEZ een feit is de volgende verbeteringen op het gebied van kwaliteit gerealiseerd zullen zijn: Assistentie tot 17:00 uur in alle deelnemende praktijken zal ervoor zorgen dat patiënten de hele dag in de praktijk terecht kunnen voor het stellen van vragen en om afspraken te maken. Zij komen tijdens reguliere openingstijden niet meer ‘voor een dichte deur te staan’. (Realisatie naar verwachting najaar 2015) Deelnemende praktijken binnen de GEZ zullen tijdens vakantie van de huisarts niet gesloten zijn, maar waargenomen worden door een collega. Patiënten kunnen dus het hele jaar in de eigen praktijk terecht voor huisartsgeneeskunde. (Realisatie naar verwachting najaar 2015) Bij deelnemende praktijken binnen de GEZ kunnen patiënten online, via een beveiligde omgeving herhaalmedicatie aanvragen. (Realisatie naar verwachting zomer 2015) Bij deelnemende praktijken binnen de GEZ kunnen patiënten online, via een beveiligde omgeving afspraken maken. (Realisatie naar verwachting zomer 2015) Jaarverslag 2014, Huisartsenpraktijk Langbroek
37
Deelnemende praktijken binnen de GEZ bieden buiten kantooruren gedurende minimaal 2 uur een ochtend-(tussen 7:00-8:00 uur), avond-(na 17:00 uur), of weekendspreekuur aan. (Realisatie avondspreekuur september 2014)
Er zijn plannen om in 2015 running therapie GEZ-breed, dus praktijk overstijgend aan te gaan bieden, als ondersteunende therapie bij psychische problemen. Er is een plan opgesteld voor 2015 om binnen de deelnemende praktijken eenduidige communicatie en verslaglegging met de thuiszorg af te spreken. 5.4 Risicoanalyse NHG-Praktijkaccreditering is volledig vernieuwd. De eisen zijn omvangrijker dan voorheen. De regels rond de accreditering zijn vastgesteld door een breed, onafhankelijk College van Deskundigen. Dat College bestaat uit vertegenwoordigers van huisartsen (NHG en LHV), patiënten (NPCF) en zorgverzekeraars (ZN), met als waarnemer de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ). Het keurmerk heeft daardoor een breed maatschappelijk draagvlak. Voor 2014 hebben wij naar aanleiding van de nieuwe eisen voor de NHG-praktijkaccreditering het plan gemaakt én gerealiseerd om alle werkprocessen in de praktijk volkomen beheerst te laten verlopen. We hebben hiertoe een risicoanalyse gedaan van alle relevante werkprocessen in onze praktijk en risico’s op gebied van kwaliteit en veiligheid in kaart gebracht. Er bleken enkele processen te zijn waarvan we meenden dat we er onvoldoende grip op hadden, in 2014 hebben wij passende maatregelen genomen om deze processen beter te beheersen. 5.5 Kwaliteitsbeleid en kwaliteitssysteem Wij hebben onze ambitie ten aanzien van kwaliteit geformaliseerd in een kwaliteitsbeleid. Onze doelstelling betreffende de kwaliteit van zorg is dat wij continue en integrale huisartsenzorg leveren conform de volgende zes internationaal erkende kwaliteitsaspecten: Patiëntgerichtheid: de zorg die wij leveren is afgestemd op de behoeften, wensen en waarden van de patiënt. Veiligheid: wij besteden uiterste zorg aan het vermijden van risico’s en fouten die schade kunnen toebrengen aan patiënten en medewerkers. Effectiviteit: de zorg die wij leveren is betrouwbaar en gebaseerd op wetenschappelijke kennis. Doelmatigheid: de zorg die wij leveren draagt bij aan de vraagstelling van de patiënt en verspilling wordt vermeden. Tijdigheid: onze zorg wordt op het juiste moment geleverd en we dragen zorg voor een goede bereikbaarheid en beschikbaarheid. Gelijkheid: alle patiëntengroepen ontvangen gelijkwaardige zorg. Wij sluiten hierbij naadloos aan op het Nederlandse kwaliteitsbeleid voor huisartsenzorg zoals staat omschreven in de nota “Zorg voor kwaliteit” uit 2010 en aangenomen door NHG, LHV en regionale kwaliteits- en scholingsorganisaties (LINKh). We hebben een kwaliteitssysteem opgezet om de doelen ten aanzien van ons kwaliteitsbeleid te realiseren. Ons kwaliteitssysteem omvat het geheel aan activiteiten die nodig zijn om ons kwaliteitsbeleid vorm te geven en de kwaliteit van zorg te verbeteren. Ons kwaliteitssysteem omvat de volgende, onderling samenhangende, activiteiten: Het stellen van prioriteiten: aspecten van de zorg waar verbetering nodig en mogelijk is, dit is beschreven en wordt continue geactualiseerd in document 1030: Prioriteitenlijst
Jaarverslag 2014, Huisartsenpraktijk Langbroek
38
Het formuleren van de gewenste zorg in de vorm van richtlijnen, protocollen en doelen voor verbetering, en het identificeren van best ‘practices’. Het beoordelen van de feitelijke zorg aan de hand van indicatoren, benoemen van criteria, gegevensverzameling, ontwerpen van instrumenten, procedures enz. Het waar nodig verbeteren van de zorg door goed voorbereide plannen en programma’s voor verandering. Het evalueren of de zorg daadwerkelijk verbeterd is. Om nieuw bereikte kwaliteit te borgen doorlopen wij steeds opnieuw de kwaliteitscyclus.
5.6 Patiëntenenquête De laatste patiëntenenquête hebben wij gedaan in 2009. De gegevens die daaruit naar voren kwamen hebben wij gebruikt voor kwaliteitsdoeleinden. In 2014 hebben wij opnieuw een enquête onder onze patiënten gehouden, die voldeed aan de eisen van de NPA. Deze enquête heeft vooral de beleving van onze patiënten over ons functioneren in kaart gebracht. De uitkomsten van deze enquête zullen we de komende jaren ook weer gaan gebruiken voor het verder verbeteren van de kwaliteit van onze zorg. 5.7 Koudeketen Eigen registraties en waarnemingen binnen ons kwaliteitssysteem leverde een knelpunt op in de koudeketen. Registraties in de koude keten lieten kortdurende schommelingen zien in de temperatuur van de medicijnkoelkast die we deelden met de apotheek De Drie Leliën. Het is niet duidelijk geworden waarom deze schommelingen in temperatuur ontstonden. Om de werkzaamheid én veiligheid van thermolabiele medicatie te waarborgen, zijn we in het najaar 2014 gestart met Verbeterplan 2: ‘Het optimaliseren van de koude keten’. Dit heeft o.a. geresulteerd in de aanschaf van een nieuwe koelkast door de huisartspraktijk voor de opslag van medicijnen en dataloggers voor het continue monitoren van de handhaving van de temperatuur. De apotheek De Drie Leliën en Huisartspraktijk Langbroek hebben nu ieder hun eigen koelkast voor de opslag van medicijnen Daarnaast zijn protocol 1021 Koude keten en Formulier 1021Koude Keten Registratie aangepast. Hiermee hebben wij een optimaal controleerbare koudeketen gerealiseerd.
6. Jaarplan 2015 De verbeterpunten die wij voor ogen hebben voor 2015 en zullen gaan oppakken staan op volgorde van prioriteit in onderstaand tabel opgenomen. Prioriteitenlijst 2015 Triage optimaliseren en assistentenmodule gaan gebruiken Aanschaf nieuwe coagulator Ouderenzorg realiseren Update 1.6.6.spirometrie + 24-uursbloeddrukmeting Protocol anafylaxie maken Aanschaf nieuwe microscoop Vaccinatiestatus Hepatitis B medewerkers optimaliseren Telefooncentrale met interne communicatie binnen de GEZ Typecursus Patiëntenportaal Protocol Anticoagulantia Assistente tot 17:00 uur
prioriteit 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12
Jaarverslag 2014, Huisartsenpraktijk Langbroek
planning Januari 2015 Januari 2015 Februari 2015 Maart 2015 April 2015 April 2015 Mei 2015 Mei 2015 Juni 2015 Juni 2015 Juli 2015 Oktober 2015
39