Marjan Langbroek & Anne Grooters
belasting
TIPS
voor
senioren
BW-Belastingtips14.indd 3
15-01-15 14:28
6e druk, januari 2015 Copyright 2015 © Consumentenbond, Den Haag Auteursrechten op tekst, tabellen en illustraties voorbehouden Inlichtingen Consumentenbond Auteurs: mr. Anne Grooters, mr. Marjan Langbroek Verder werkten mee: mr. A.R. Autar (notaris te Rotterdam); Jan Klinckenberg Eindredactie: Vantilt Producties Grafische verzorging: Puur Publishers Foto omslag: iStock ISBN 978 90 5951 3068 NUR 793 Behoudens uitzonderingen door de wet gesteld, mag zonder schriftelijke toestemming van de rechthebbende op het auteursrecht c.q. de uitgever van deze uitgave, door de rechthebbende(n) gemachtigd namens hem op te treden, niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of anderszins, hetgeen ook van toepassing is op de gehele of gedeeltelijke bewerking. De uitgever is met uitsluiting van ieder ander gerechtigd de door derden verschuldigde vergoedingen voor kopiëren, als bedoeld in artikel 17 lid 2, Auteurswet 1912 en in het KB van 20 juni 1974 (Stb. 351) ex artikel 16B Auteurswet 1912, te innen en/of daartoe in en buiten rechte op te treden. Hoewel de gegevens in dit boek met grote zorgvuldigheid zijn bijeengebracht, aanvaardt de uitgever geen aansprakelijkheid voor eventuele (zet)fouten of onvolledigheden. De uitgever heeft ernaar gestreefd de rechten van derden zo goed mogelijk te regelen; degenen die desondanks menen zekere rechten te kunnen doen gelden, kunnen zich tot de uitgever wenden.
BW-Belastingtips14.indd 4
15-01-15 14:28
Inhoud Inleiding9 1
Mijn pensioen komt eraan
11
1.1
Mijn inkomen
12
1.1a
De eerste pijler: AOW
12
1.1b
De tweede pijler: pensioen via de werkgever
15
1.1c
De derde pijler: zelf opgebouwd pensioen via lijfrentes 16
1.1d
De vierde pijler: spaargeld en overwaarde
1.1e
De vijfde pijler: langer doorwerken
1.2
Uw aangifte 1.2a
Wijziging belastingtarief
2.2
25 26 26
1.2b Van één inkomen naar meer inkomens
28
1.2c
Uitsluitend AOW als inkomen
31
1.2d
Box 3
31
1.2e
Minder belasting altijd voordelig?
31
2 Senioren en de fiscus 2.1
18
33
Het boxenstelsel
34
Box 1
35
2.2a
Loon uit dienstbetrekking
35
2.2b
Lijfrente- en andere periodieke uitkeringen
36
2.2c
Inkomsten uit eigen woning
36
2.3 Aftrekposten 2.3a
Aftrek lijfrentepremies
2.3b
Aftrek specifieke zorgkosten
2.3c Verzilveringsproblematiek 2.3d
Aftrekbare giften
38 38 39 43 43
2.4 Belastingtarieven
47
2.5 Heffingskortingen
49
2.5a
Inhoud
BW-Belastingtips14.indd 5
Welke heffingskorting voor wie?
50
5 15-01-15 14:28
2.5b
Zelf in actie komen?
53
2.5c
Uitbetaling heffingskorting bij onvoldoende inkomen
53
2.6 Inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet (ZVW)
54
2.6a
De bijdrage
55
2.6b
De teruggaaf
56
2.6c Voorschot
57
2.6d Wonen in het buitenland; pensioen of uitkering uit Nederland58 2.7 Toeslagen 2.7a
59
Betaling toeslagen
59
2.7b Huurtoeslag
59
2.7c Zorgtoeslag
60
3 Overdracht vermogen
63
3.1 Overdracht tijdens leven
64
3.1a Schenken
64
3.1b
Kind helpen bij de aankoop van een woning
74
3.1c
Lenen aan de kinderen voor iets anders
3.2 Overdracht bij overlijden 3.2a
79 80
Wettelijk erfrecht
80
3.2b Testamenten
83
3.2c Codicil
91
4 Overlijden en de fiscus
93
4.1
Aangifte inkomstenbelasting van overledene
94
4.2
Aangifte inkomstenbelasting erfgenamen
96
4.2a Onverdeelde boedel
97
4.2b
Woning in de erfenis
98
4.2c
Nog te betalen erfbelasting
98
4.2d
Langstlevende echtgenoot of partner is erfgenaam
4.3
Aangifte erfbelasting 4.3a
98 100
Hoeveel erfbelasting en voor wie?
101
4.3b Executeur
106
4.3c Omvang erfenis
106
4.3d Waardebepaling
107
4.3e Legaat
111
4.3f
111
6 BW-Belastingtips14.indd 6
Dubbele erfbelasting
belastingtips voor senioren
15-01-15 14:28
4.3g
Uitstel van betaling
4.3h Navorderingsaanslag
111 112
Register114
Inhoud
BW-Belastingtips14.indd 7
7 15-01-15 14:28
BW-Belastingtips14.indd 8
15-01-15 14:28
Inleiding We hebben ons hele leven met de fiscus te maken. Maar op oudere leeftijd spelen belastingen een extra grote rol. We naderen dan de pensioenleeftijd, beginnen serieus na te denken over het nalaten van vermogen of willen misschien de overwaarde in het eigen huis benutten. In dit boek vindt u informatie over wat deze situaties fiscaal gezien voor u betekenen en leest u hoe u kunt voorkomen dat u te veel belasting betaalt. Hoofdstuk 1 richt zich op het naderen van het pensioen. Hoe ziet uw inkomen er dan uit en is het voldoende om uw levensstijl voort te kunnen zetten? Zo nee, welke vermogensbestanddelen kunt u als aanvulling gebruiken? U leest over de belastingaangifte in het jaar dat u de AOW-gerechtigde leeftijd bereikt, zoals de tarieven die voor AOW’ers gelden, maar ook over het voorkómen van een naheffing loonbelasting. Voor ouderen gelden bepaalde fiscale regelingen en mogelijkheden. In hoofdstuk 2 leest u daar meer over. We beginnen met een korte uitleg van het systeem zodat u de verschillende inkomsten, aftrekposten en uw vermogen kunt plaatsen. We behandelen in dit hoofdstuk verder een aantal onderwerpen die specifiek op de situatie van senioren betrekking hebben. Hoofdstuk 3 gaat over de vraag wat u met uw vermogen wilt doen. Wat zijn de regels bij schenkingen en hoe kunt u zo gunstig mogelijk via een schenking vermogen overdragen aan uw kinderen of anderen? Hier komt ook het helpen van de jongere generatie bij de aanschaf van een woning aan bod. Tot slot hebben we het over vermogensoverdracht bij overlijden. U leest over het wettelijk erfrecht en de verschillende testamentvormen, maar ook over het codicil. In het laatste hoofdstuk is aandacht voor de rol van de erfbelasting na een overlijden. U zult daarvoor aangifte moeten doen. Kortom: een nuttig boek met praktische tips, die in allerlei (reken)voor-
inleiding
BW-Belastingtips14.indd 9
9 15-01-15 14:28
beelden zijn uitgewerkt, met de laatste cijfers en gegevens van 2015. Dankzij het register achterin vindt u het een en ander makkelijk terug.
10 BW-Belastingtips14.indd 10
belastingtips voor senioren
15-01-15 14:28
01
mijn pensioen komt eraan
Ophouden met werken en met pensioen gaan is een bijzondere mijlpaal, met prettige maar soms ook minder prettige bijkomstigheden. Er zal namelijk nogal wat veranderen op financieel gebied.
mijn pensioen komt eraan
BW-Belastingtips14.indd 11
11 15-01-15 14:28
In dit hoofdstuk treft u informatie aan over uw inkomen als u (bijna) met pensioen gaat. Hoe ziet uw inkomen er dan uit en is het voldoende om uw levensstijl te behouden? Zo nee, welke vermogensbestanddelen kunt u als aanvulling gebruiken?
1.1
Mijn inkomen
Voor ons allemaal geldt dat we na ons pensioen graag voldoende financiële middelen willen hebben om onze levensstijl voort te kunnen zetten. De inkomsten kunnen uit verschillende bronnen komen: AOW (Algemene ouderdomswet), pensioen via de werkgever, zelf opgebouwd vermogen via lijfrentes, spaargeld en overwaarde in een eigen woning en inkomsten uit werk na de pensionering. We kennen deze inkomsten ook wel als de eerste pijler (de AOW), de tweede pijler (pensioen via de werkgever), de derde pijler (zelf opgebouwd pensioen via lijfrentes), de vierde pijler (spaargeld en overwaarde) en de vijfde pijler (menselijk kapitaal, denk aan: langer doorwerken). Goed nieuws is dat er, als iemand met pensioen gaat, bruto minder inkomen nodig is om hetzelfde netto-inkomen te houden dan vóór de AOW-leeftijd. Er hoeft dan namelijk geen premie AOW meer te worden betaald. Deze premie zit in de eerste twee schijven van het tarief van box 1, zie par. 1.2a. 1.1a
De eerste pijler: AOW
De AOW is een basispensioen van de overheid. Iedereen die in Nederland woont of werkt, is hier automatisch voor verzekerd. Over elk jaar dat iemand in Nederland heeft gewoond of gewerkt, wordt 2% AOWuitkering opgebouwd. U bouwt een volledig pensioen op als u in de 50 jaar vóór de AOWleeftijd altijd verzekerd bent geweest. Mensen die bijvoorbeeld een tijd in het buitenland hebben gewoond of gewerkt, hebben minder AOW opgebouwd: 2% minder per buitenlands jaar. Er zijn uitzonderingen op deze regel. In een aantal gevallen kan het zo zijn dat u niet verzekerd bent terwijl u wel in Nederland woont óf dat u buiten Nederland woont maar toch verzekerd bent. Op de website van de Sociale Verzekeringsbank (www.svb.nl/aow) vindt u een overzicht van deze uitzonderingen.
12 BW-Belastingtips14.indd 12
belastingtips voor senioren
15-01-15 14:28
Omdat de kosten van de AOW oplopen, komen er steeds meer maatregelen waardoor de AOW later ingaat. Per 1 januari 2013 is de AOW-leeftijd volgens een vast schema verhoogd. Dit betekent dat de AOW-leeftijd voor iedereen die in of na 1948 is geboren sinds 1 januari 2013 met een maand verhoogd werd. De stappen worden sindsdien per 1 januari van elk jaar steeds aangepast en ze worden steeds groter. De verhoging zal sneller gaan na 2015. Er wordt op een later tijdstip beslist of de AOW-leeftijd verder omhoog gaat voor mensen die na 1956 geboren zijn. In tabel 1 ziet u hoe het verloop naar de leeftijd van 67 jaar eruitziet.
Tabel 1 Schema versnelde verhoging AOW-leeftijd U bent geboren:
U krijgt AOW in:
Uw leeftijd als uw AOWuitkering ingaat, is:
na 31 december 1947 en voor 1 december 1948
2013
65 + 1 maand
na 30 november 1948 en voor 1 november 1949
2014
65 + 2 maanden
na 31 oktober 1949 en voor 1 oktober 1950
2015
65 + 3 maanden
na 30 september 1950 en voor 1 juli 1951
2016
65 + 6 maanden
na 30 juni 1951 en voor 1 april 1952
2017
65 + 9 maanden
na 31 maart 1952 en voor 1 januari 1953
2018
66
na 31 december 1952 en voor 1 september 1953
2019
66 + 4 maanden
na 31 augustus 1953 en voor 1 mei 1954
2020
66 + 8 maanden
na 30 april 1954 en voor 1 januari 1955
2021
67
Om een versnelde verhoging door te kunnen voeren, moet het kabinet de wet wijzigen. Er is een wetsvoorstel ingediend waar de Tweede en Eerste Kamer nog mee akkoord moeten gaan. Aangezien het hier gaat om afspraken in het regeerakkoord, lijkt het onwaarschijnlijk dat dit wetsvoorstel niet wordt aangenomen. Wij hebben in tabel 1 dan ook het versnelde schema opgenomen.
Tip
AOW-leeftijd checken Op www.checkuwaowleeftijd.nl kunt u, door uw geboortedatum in te voeren, zien wanneer u recht heeft op AOW.
Als u plannen heeft om eerder te stoppen met werken, kan dat betekenen dat u een langere periode zonder inkomen moet overbruggen. De
mijn pensioen komt eraan
BW-Belastingtips14.indd 13
13 15-01-15 14:28
financiering hiervoor zal dan ergens anders vandaan moeten komen. Recht op AOW heeft u vanaf de dag waarop u de AOW-leeftijd bereikt. Voor iemand die de afgelopen periode van vut (vervroegde uittreding) of prepensioen gebruik heeft gemaakt, kan dit een periode zonder inkomen betekenen. De vut- of prepensioenuitkering stopt namelijk vaak in de maand waarin iemand 65 jaar wordt. Als u aan bepaalde voorwaarden voldoet wat betreft inkomen en/of vermogen, kunt u recht hebben op een overbruggingsuitkering. Deze uitkering loopt maximaal vanaf uw 65e verjaardag tot de dag waarop uw AOW ingaat. Op www.svb.nl kunt u hierover meer informatie vinden (zoekterm ‘overbruggingsuitkering’). Voor iedereen met een WAO-, WIA, bijstands- of ANW-uitkering heeft de latere ingangsdatum van de AOW geen invloed, omdat deze uitkeringen doorlopen tot aan de nieuwe AOW-leeftijd. Als u bijvoorbeeld op 18 augustus 2015 65 jaar wordt, ontvangt u vanaf 18 november 2015 AOW. De uitkering die u nu heeft, krijgt u dan nog tot 18 november. Het kabinet heeft plannen om nog meer maatregelen te nemen en zo de kosten van de AOW te beperken. Het wilde in 2015 de hoogte van de AOW aanpassen als een AOW’er samenwoont met een of meer volwassenen. Dit zou ook gelden als iemand samenwoont met eerstegraads bloedverwanten, zoals een ouder met een meerderjarig kind, omdat zij ook kosten als huur, gas en water delen. De AOW zou dan verlaagd worden naar 50% van het minimumloon en even hoog worden als de AOW-uitkering voor gehuwden. Dit is ook wel bekend onder de term ‘kostendelersnorm’. Het invoeren van deze norm is door het kabinet uitgesteld. Er zal in ieder geval tot 1 juli 2016 geen sprake zijn van een kostendelersnorm in de AOW. De AOW-uitkering kan ook verhoogd worden. Dat gebeurt bijvoorbeeld als samenwonende AOW’ers allebei nog een eigen koop- of huurwoning hebben. In plaats van een AOW-uitkering van 50% ontvangen zij een uitkering van 70%. Dit geldt met terugwerkende kracht tot 1 februari 2014. Partnertoeslag Sinds 1 januari 2015 ontstaat geen nieuw recht op partnertoeslag AOW meer. Het is dus niet meer mogelijk een toeslag te krijgen als de partner van een gehuwde AOW-gerechtigde jonger is dan de pensioengerech-
14 BW-Belastingtips14.indd 14
belastingtips voor senioren
15-01-15 14:28
tigde leeftijd. Hierop geldt één uitzondering: mensen die als gevolg van de verhoging van de AOW-leeftijd pas na 1 januari 2015 AOW-gerechtigd worden, hebben nog wel recht op de toeslag. Wel moeten zij op dat moment dat zij AOW-gerechtigd worden ook voldoen aan de overige voorwaarden. Het gaat hier om de mensen die in november en december 2014 65 jaar zijn geworden. Mensen die al voor 1 januari 2015 een toeslag ontvingen, behouden die zolang ze aan de voorwaarden voldoen. Op www.svb.nl/aow vindt u het overzicht van de voorwaarden voor AOWpartnertoeslag. 1.1b
De tweede pijler: pensioen via de werkgever
De tweede pijler bestaat uit het pensioen dat u via uw werkgever opbouwt. Bijna alle werknemers nemen deel aan een pensioenregeling. Bij het aangaan van een loondienstverband geeft de werkgever hierover informatie. Voor de meesten van ons geldt dat zowel de werkgever als uzelf als werknemer elke maand een bedrag opzijzet. Hiermee bouwt u uw ouderdomspensioen op. Ook wordt er vaak een nabestaandenpensioen opgebouwd: in de regel is dit 70% van het ouderdomspensioen. Een nabestaandenpensioen is het inkomen voor uw partner als uw inkomen door uw overlijden wegvalt. Als u bij verschillende werkgevers werkt, zult u meerdere (kleine) pensioenen opbouwen. Op www.mijnpensioenoverzicht.nl kunt u een overzicht vinden van uw opgebouwde pensioenen. Als u hier informatie ziet die volgens u niet correct is, neem dan contact op met het betreffende pensioenfonds of de pensioenverzekeraar. Het verhogen van de AOW-leeftijd heeft ook gevolgen voor de meeste pensioenregelingen. In 2014 is de fiscale pensioenrechtleeftijd verhoogd naar 67 jaar. Het is de bedoeling dat deze later, net als de AOW-leeftijd, gekoppeld wordt aan de ontwikkeling van de levensverwachting. Uw pensioenfonds of pensioenverzekeraar zal u op de hoogte houden van de laatste ontwikkelingen en u informeren wat de ontwikkelingen betekenen voor uw eigen situatie. Het pensioen dat u via uw werkgever opbouwt, kan ook getroffen worden door de economische crisis. Pensioenfondsen kunnen in financiële moeilijkheden komen en lopen het risico in de toekomst niet het beloofde pensioen te kunnen betalen. Het pensioenfonds kan maatregelen
mijn pensioen komt eraan
BW-Belastingtips14.indd 15
15 15-01-15 14:28
nemen om te herstellen, bijvoorbeeld door uw pensioen te verlagen of de premie te verhogen. Neem contact op met uw pensioenfonds als u hier vragen over heeft.
Tip
Denk aan een nettopensioen Omdat het pensioengevende loon per 1 januari 2015 is gemaximeerd op €100.000, heeft de wetgever besloten tot het invoeren van een nettopensioen voor loon boven de €100.000. Dat is een pensioen waarvan u de premies uit uw nettoloon betaalt, de uitkeringen onbelast zijn en waarvoor tijdens de looptijd een vrijstelling in box 3 geldt. Op www.belastingdienst.nl vindt u meer informatie (gebruik de zoekterm ‘nettopensioen’).
1.1c
De derde pijler: zelf opgebouwd pensioen via lijfrentes
Op de vraag: ‘Heb ik voldoende inkomen als ik met pensioen ga?’ is geen eenduidig antwoord te geven. Het maakt namelijk al uit of we deze vraag vanuit een fiscaal of financieel perspectief beantwoorden. Dit onderscheid is belangrijk om wel of niet gebruik te kunnen maken van de fiscale voordelen van de derde pijler. Als u fiscaal – dus volgens de fiscus – een tekort heeft, kunt u hiervan profiteren in de derde pijler; heeft u uitsluitend financieel een tekort, dan kan dat niet. Fiscaal tekort Fiscaal niet voldoende pensioen hebben betekent dat u een ‘pensioengat’ heeft. Als dit het geval is, kunt u tijdens uw werkzame periode gebruikmaken van een fiscale aftrek om zo een extra reserve op te bouwen. U mag dan de premies voor een lijfrente aftrekken van uw inkomen. Dat mag alleen als u in het lopende jaar of een van de zeven voorgaande jaren een tekort heeft (dit kennen we ook wel als jaarruimte en/of reserveringsruimte). Hoe dit precies in z’n werk gaat, kunt u lezen in hoofdstuk 6 van de Belastinggids van de Consumentenbond. U kunt uw tekort zelf berekenen aan de hand van de opgave die u elk jaar krijgt van het pensioenfonds van uw werkgever. U krijgt ook te maken met de omkeerregel. Nú aftrekken tegen uw huidige inkomstenbelastingtarief betekent bij uitkering belast worden tegen het tarief dat dan geldt. Als uw inkomen dan lager is en u in een lager tarief
16 BW-Belastingtips14.indd 16
belastingtips voor senioren
15-01-15 14:28
valt, behaalt u hiermee dus een voordeel. Zie het voorbeeld in het kader ‘Lager belastingtarief’.
Tip
Denk aan een bankspaarrekening Als u fiscaal een bedrag kunt aftrekken, kunt u dit in een lijfrenteverzekering bij een verzekeringsmaatschappij storten of op een geblokkeerde spaarrekening of effectenrekening bij een bank. Dit laatste kan voordelen hebben voor wat betreft de kosten die in rekening worden gebracht en voor de uitkering bij overlijden.
Lager belastingtarief Jan heeft een pensioentekort en heeft daarom een lijfrenteverzekering afgesloten. Hij betaalt hier elk jaar €3500 premie voor. Deze premie mag hij aftrekken van de inkomstenbelasting. Hij valt met zijn inkomen in de derde schijf; hij betaalt 42% over de top van zijn inkomen. Jan krijgt 42% van €3500 terug bij de aangifte inkomstenbelasting. Dat is €1470. Hij betaalt dus (€3500 - €1470 =) €2030 netto. In 2018 gaat Jan met pensioen en hij wil de lijfrenteverzekering laten uitkeren. Stel dat dit gaat tegen een tarief van 24,10%. Van een bruto-uitkering van €3500 per jaar houdt hij dan €2657 netto over. Hij heeft een lager bedrag, namelijk €2030, geïnvesteerd. Dit verschil (42% - 24,10% = 17,90%), €627, is zijn voordeel.
Tip
Bereken de jaarruimte Om te berekenen hoeveel u in de jaar- of de reserveringsruimte kunt aftrekken, kunt u gebruikmaken van een handig rekenprogramma op www.belastingdienst.nl. Kies voor ‘rekenhulp lijfrentepremie’.
Financieel tekort Financieel niet voldoende inkomsten hebben als u met pensioen gaat, heeft te maken met het willen voortzetten van de huidige levensstijl of plannen die u heeft voor na uw pensioen. Het kan zijn dat u volgens de fiscus geen aftrekmogelijkheden heeft, maar dat u zelf wel vindt dat u een te laag inkomen heeft om die plannen uit te voeren.
mijn pensioen komt eraan
BW-Belastingtips14.indd 17
17 15-01-15 14:28