HUIS DOORN EN DE EERSTE WERELDOORLOG
DE VROUWEN VAN DE KEIZER 3 6 | T H E M A T I J D S C H R I F T. N L
DE VROUWEN VAN DE KEIZER
Door Liesbeth Ruitenberg
Auguste Victoria vroom, bescheiden en dienstbaar
Hermine
ambitieus en eigenzinnig
Niet lang na het overlijden van Auguste Victoria gaat Wilhelm In 1881 trouwt de Duitse prins Wilhelm (de latere keizer op zoek naar een nieuwe echtgenote. Hij kiest uiteindelijk Wilhelm II, 1859-1941) met voor de Duitse prinses Hermine Auguste Victoria prinses von Sleswig-Holstein-Sonderburg- von Schoenaich-Carolath, geboren Reuss ältere Linie (1887Augustenburg (1858-1921), 1947). Hermine, een weduwe Dona in familiekring genoemd. De echtelieden hebben met vijf kinderen, is afkomstig uit het Silezische Saabor en 28 al vier zoons als Wilhelm in jaar jonger dan Wilhelm. 1888 de troon bestijgt. Nog Het paar trouwt in Doorn op twee zoons en één dochter 5 november 1922. Hermine volgen. Hoewel de keizerin bedingt daarbij dat zij tweeveel aan liefdadigheid doet maal per jaar twee maanden en haar man trouw begeleidt op diens reizen, houdt zij zich in Saabor haar bezittingen kan het liefst op de achtergrond en beheren. Het huwelijk veroorzaakt besteedt zij haar tijd aan het vooral in Duitsland nogal gezin. Vroom, bescheiden en dienstbaar voldoet de keizerin wat beroering, met name aan alle eisen die volgens rijks- vanwege de korte rouwtijd na het overlijden van de geliefde kanselier Otto von Bismarck ex-keizerin en het grote leef(1815-1898) aan een Duitse vrouw gesteld moeten worden: leven voor Kinder, Kirche, Küche. Maar Auguste Victoria is, hoewel zij zelf beweert zich verre van politiek te houden, ook goed op de hoogte van wat daarin speelt en schroomt niet zelf initiatieven te nemen. In november 1918 volgt Auguste Victoria, die dan al ziek is, haar man in ballingschap naar Nederland. Op 11 april 1921 overlijdt zij in Huis Doorn. Overeenkomstig haar wens wordt zij bijgezet in de Antikentempel in Potsdam. Hermine en Wilhelm in het park van Huis Doorn, circa 1927 (Foto: Alfred Schwarz)
Auguste Victoria met Wilhelm II en de vijf oudste kinderen, kabinetfoto uit 1888 van H.J. Meidinger. Op de foto staat ‘Guten Morgen, Majestät! Kompagnie zur Stelle!’
tijdverschil. Bovendien blijkt Hermine een vrouw met een eigen mening te zijn – in veel opzichten is zij de tegenpool van de gestorven keizerin. Zij schrijft in haar memoires die werden uitgegeven door weekblad Het Leven: ‘Ik heb hem al gezegd dat ik een heel andere vrouw was dan die welke hij liefhad. Begreep hij de beteekenis van mijn woorden?’ Hermine zou pretenties hebben om ooit keizerin te worden. Ze schrijft: ‘Ik heb Wilhelm II getrouwd om zijn ballingschap en zijn verdriet te deelen. Ik heb hem niet getrouwd om de hoop, hoe ver in ’t verschiet, eens de kroon van Augusta Victoria te dragen. [...] Gekroond of ongekroond, hij is mijn Keizer en mijn Koning!’ Desondanks laat zij zich Kaiserin Hermine noemen: zij hoopt met steun van
Auguste Victoria in haar rolstoel op het balkon van Huis Doorn, 1920-1921
de nationaal-socialisten de monarchie in Duitsland te kunnen herstellen. In Adolf Hitler (1889-1945) ziet zij de redder van Duitsland, Hermann Göring (1893-1946) wordt tot tweemaal toe in Doorn ontvangen. Later geeft Hermine toe dat zij zich in het nationaal-socialisme heeft vergist. Na de dood van Wilhelm in 1941 keert Hermine terug naar haar bezittingen in Saabor. Na een aantal omzwervingen valt zij na de oorlog in handen van de Russen en overlijdt in 1947 eenzaam en verarmd in Frankfurt a.d. Oder. Hoewel zijzelf naast Wilhelm in Doorn bijgezet had willen worden vindt zij haar laatste rustplaats naast Wilhelms eerste echtgenote: in de Antikentempel in Potsdam.
Hermine in de salon van Huis Doorn, naast het fotoportret van keizerin Auguste Victoria, 1933 (Foto: Oscar Tellgman)
JAARGANG 4 - NR 2 - 2014 | 37
HUIS DOORN EN DE EERSTE WERELDOORLOG
3 8 | T H E M A T I J D S C H R I F T. N L
DE VROUWEN VAN DE KEIZER
Vredige rust in de hoofdkwartieren. Keizerin Auguste Victoria fotografeert haar man en zoon in het park van het hoofdkwartier in Charleville op 15 april 1915 (Foto: G. Berger)
JAARGANG 4 - NR 2 - 2014 | 39
HUIS DOORN EN DE EERSTE WERELDOORLOG
MET DE KEIZER IN BALLINGSCHAP Voor wie meer wil weten over het dagelijks leven van Wilhelm II in Amerongen en Doorn vormen de dagboeken van Sigurd von Ilsemann, uitgegeven in 1968, een belangrijke historische bron. Von Ilsemann, die Wilhelm II diende als vleugeladjudant en privésecretaris van 1918 tot 1941, schreef tijdens zijn aanstelling bij de laatste Duitse keizer bijna dagelijks over diens leven in ballingschap.
S
igurd von Ilsemann (18841952) wordt op 19 februari 1884 geboren, als zoon van Karl Georg von Ilsemann en Thekla Marie von Hammerstein-Equord in Lüneborg. Vader Karl Georg is een generaal in het Pruisische leger en wordt in 1908 in de Pruisische adel opgenomen. Eenmaal oud genoeg, treedt Sigurd von Ilsemann in de militaire voetsporen van zijn vader. Hij beleeft de Eerste Wereldoorlog als luitenant bij de militaire staf van kroonprins Wilhelm. Op deze post maakt hij
Kort voor de inval van het Duitse leger in Nederland verstopt Von Ilsemann zijn dagboeken
4 0 | T H E M A T I J D S C H R I F T. N L
meerdere grote veldslagen mee, waaronder de slag in de Franse Champagne in 1916. Zijn prestaties daar maken zoveel indruk op zijn superieuren dat men hem in 1918 een plaats aanbiedt in het hoofdkwartier bij keizer Wilhelm II. Op 1 augustus 1918 wordt hij benoemd tot vleugeladjudant van de keizer. Vanaf dit moment maakt hij bijna dagelijks aantekeningen in zijn dagboek. Zijn eerste notitie maakt Von Ilsemann op 12 september 1918 in Spa, het toenmalige hoofdkwartier van het Duitse leger aan het westfront. Het zal dan nog twee maanden duren voordat het besluit genomen wordt dat de keizer naar het neutrale Nederland moet vluchten. De laatste aantekeningen maakt hij op 4 september 1939. Kort voor de inval van het Duitse leger in Nederland verstopt Von Ilsemann zijn dagboeken. Op 8 februari metselt hij de papieren in en pas na de Tweede Wereldoorlog haalt hij de manuscripten weer tevoorschijn. Op de vraag waarom Sigurd von Ilsemann zijn dagboeken bijhield, geeft hij zelf het antwoord. Op 28 april 1920
schrijft hij: ‘Ik heb de afzonderlijke episoden in mijn dagboek vastgelegd, om voor de latere geschiedschrijving over deze treurige tijd een waarheidsgetrouwe basis te hebben.’ Inderdaad gebruiken bekende Wilhelmbiografen als Christopher Clark en John Röhl zijn dagboeken nu, 100 jaar na de Eerste Wereldoorlog, nog steeds als bron, waarbij zij ook de beschreven gebeurtenissen zoveel mogelijk trachten te toetsen aan andere bekende bronnen. De dagboeken zijn echter niet alleen interessant voor wie meer wil weten over het leven van Wilhelm II als balling in Nederland. Ze kunnen ons ook meer vertellen over de schrijver ervan, Sigurd von Ilsemann zelf. Het ligt voor de hand dat Von Ilsemann, gezien zijn motivatie hierboven, in zijn dagboek het accent vooral legt op het leven in ballingschap van zijn werkgever en niet op zijn eigen persoonlijke ervaringen. Toch komt de lezer wel het een en ander te weten over de auteur, door de manier waarop hij bepaalde ontwikkelingen en gebeurtenissen beschrijft. De dagboekaantekeningen verraden de lezer welke normen en waarden voor hem van belang waren en welke idealen hij koesterde.
Schade en schande De eerste meer persoonlijke bekentenissen schrijft Von Ilsemann in zijn dagboek op 1 oktober 1918. Hij werkt dan twee maanden op het militaire hoofdkwartier in Spa en het is zijn taak