De Eerste Wereldoorlog als instrument Hoe Amerikaanse feministen gebruik maakten van de oorlog om hun doel te bereiken
Student: Roos Zwart (3348059) Cursus: OZSIII – De Grote Oorlog (2012-2013) Docent: Hanneke Takken Opdracht: Eindpaper Inleverdatum: 16 januari 2013 Aantal woorden: 11.899
Onderzoeksseminar III – Roos Zwart (3348059)
2
Inhoudsopgave Inleiding................................................................................................................................. 3 Hoofdstuk 1: Bronnen en methode........................................................................................ 7 1.1 Bronnen ....................................................................................................................... 7 1.2 Methode ....................................................................................................................... 8 Hoofdstuk 2: “Vote against Wilson”................................................................................... 10 2.1 Het thema tijd ............................................................................................................ 11 2.2 Referenties aan de kernwaarden van de Verenigde Staten........................................ 13 2.3 Militantie ten opzichte van de overheid .................................................................... 15 2.4 Voorlopige conclusie................................................................................................. 15 Hoofdstuk 3: “Democracy should begin at home”.............................................................. 16 3.1 Hypocrisie van de kant van de overheid.................................................................... 17 3.2 De oorlog als inhoudelijk argument .......................................................................... 23 3.3 Een beroep op verantwoordelijkheid......................................................................... 25 3.4 De positie van Amerika ten opzichte van andere landen........................................... 26 3.5 Voorlopige conclusie................................................................................................. 27 Hoofdstuk 4: Jailed for freedom.......................................................................................... 29 4.1 Kwantitatieve analyse................................................................................................ 29 4.2 Kwalitatieve analyse.................................................................................................. 30 4.3 Voorlopige conclusie................................................................................................. 32 Conclusie ............................................................................................................................. 33 Heden en verleden: oude en nieuwe conclusies .............................................................. 34 Toekomst: nieuwe discussies over het feminisme........................................................... 35 Bibliografie.......................................................................................................................... 36 Primaire bronnen ............................................................................................................. 36 Secundaire literatuur........................................................................................................ 37 Bijlage A: De teksten op de banners ................................................................................... 39 Categorie 1: Banners waarin de oorlog niet wordt genoemd .......................................... 39 Categorie 2: Banners waarin de oorlog wel wordt genoemd .......................................... 40 Bijlage B: De resultaten van de kwantitatieve analyse........................................................ 43
Onderzoeksseminar III – Roos Zwart (3348059)
3
Inleiding Washington, D.C., 1917. Elke dag staan er tientallen vrouwen rondom het Witte Huis, die zichzelf Silent Sentinels – Stille Schildwachten – noemen. Ze houden banners op: “Mr. President, how long must women wait for liberty?” “Mr. President, you say liberty is the fundamental demand of the human spirit.” “Mr. President, what will you do for woman suffrage?”1 Tweeënhalf jaar nadat zij begonnen met posten bij het Witte Huis voerde het Amerikaanse2 congres het Negentiende Amendement op de Grondwet door: “The right of citizens of the United States to vote shall not be denied or abridged by the United States or by any State on account of sex.”3 Amerika was niet de enige Westerse staat waar vrouwen na de Eerste Wereldoorlog4 kiesrecht kregen. Dezelfde gebeurtenis deed zich voor in onder andere het Verenigd Koninkrijk, Rusland en Nederland, wat doet vermoeden dat er een causaal verband bestaat tussen de Eerste Wereldoorlog en het uitbreiden van het kiesrecht. Maar is dat eigenlijk wel zo? In deze scriptie behandel ik de vraag of, en zo ja, hoe, de Amerikaanse feministen de oorlogsdeelname van de Verenigde Staten inzetten om hun strijd voor uitbreiding van het kiesrecht kracht bij te zetten. Omdat het niet mogelijk is om alles wat betreft de uitbreiding van het Amerikaanse kiesrecht te behandelen, komt een aantal onderwerpen in deze scriptie niet aan bod. Zo stop ik in 1920, op het moment dat vrouwen in de Verenigde Staten kiesrecht kregen. Binnen de periode die wel wordt behandeld – vanaf het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog in 1914 tot het uitbreiden van het kiesrecht in 1920 – staan de jaren 1917-1918 centraal. Dat was de periode dat de Verenigde Staten meestreden in de oorlog en dientengevolge ook de periode waarin de feministen de Eerste Wereldoorlog konden instrumentaliseren. Verder concentreer ik me op de gebeurtenissen in Washington, D.C., waar de federale overheid zetelt. Hoewel in
1
‘Mr President how long must women wait for liberty’ (versie onbekend), http://memory.loc.gov/cgibin/displayPhoto.pl?path=/service/mss/mnwp/160&topImages=160022r.jpg&topLinks=160022v.jpg,160022u.tif &displayProfile=0&dir=ammem&itemLink=r?ammem/mnwp:@field%28DOCID+@lit%28mnwp000212%29% 29 (31 oktober 2012), ‘Mr President how long must women wait for liberty / Mr President what will you do for woman suffrage’ (versie onbekend), http://law.jrank.org/article_images/gat_0000_0001_0_img0064.jpg (31 oktober 2012); Doris Stevens, Jailed for freedom. American women win the vote (New York 1920) 72; ‘Mr President you say liberty is the fundamental demand of the human spirit’ (versie onbekend), https://www.brooklynmuseum.org/community/blogosphere/2008/02/07/next-up-votes-for-women/ (31 oktober 2012). 2 In deze scriptie gebruik ik de termen “Amerika” en “Verenigde Staten” door elkaar, dit om de leesbaarheid te vergroten. Waar er gesproken wordt over Amerika, wordt er dus niet gedoeld op het Amerikaanse continent als geheel maar op het land de Verenigde Staten. 3 Verenigde Staten van Amerika, ‘U.S. Constitution’ (versie 6 maart 2011), http://www.usconstitution.net/xconst.html (30 november 2012). 4 De Eerste Wereldoorlog werd toentertijd natuurlijk nog niet zo genoemd. Ondanks het anachronistische karakter van deze term, wordt hij in deze scriptie toch aldus gebruikt om de leesbaarheid te vergroten.
Onderzoeksseminar III – Roos Zwart (3348059)
4
verschillende staten van Amerika afzonderlijke vrouwenbewegingen bestonden die elk hun eigen successen behaalden, komen deze hier niet aan bod. Dat heeft een tweeledige motivatie: ten eerste was Washington, D.C. het toneel van de Silent Sentinels en ten tweede was het de federale overheid die uiteindelijk moest instemmen met het vrouwenkiesrecht. In de bestaande literatuur over vrouwenactivisme in Amerika wordt een scherp onderscheid gemaakt tussen het activisme van de negentiende eeuw, dat bekend staat als de “woman movement” of vrouwenbeweging en vertegenwoordigd werd door de National American Woman Suffrage Association (NAWSA); en dat van de twintigste eeuw, dat voor het eerst de term feminisme gebruikte – toen overigens nog met hoofdletter – en vertegenwoordigd werd door de National Woman’s Party (NWP).5 De vrouwenbeweging streefde naar gelijke politieke rechten voor mannen en vrouwen, zonder daarmee een gelijke maatschappelijke positie te beogen. Deze beweging was separatistisch in de zin dat ze een publiek domein wilde opbouwen dat alleen voor vrouwen was bestemd.6 Het feminisme, dat in de jaren 1910 herkenbaar werd, was militanter. Deze beweging wilde niet alleen gelijke politieke rechten, maar ook een gelijke maatschappelijke positie voor vrouwen. Het separatisme was haar vreemd: de feministen wilden volledige maatschappelijke integratie van vrouwen.7 Het moge duidelijk zijn dat het feminisme van de twintigste eeuw, en daarmee ook de NWP, in deze scriptie centraal staat. Een belangrijke kwestie daarbij is wat er precies wordt verstaan onder feminisme. Een analyse van verschillende definities laat zien dat het twintigste-eeuwse Amerikaanse feminisme door twee aspecten wordt gekenmerkt: het bekritiseert seksehiërarchie en het onderneemt daar actie tegen.8 Voor de doeleinden van deze scriptie wordt feminisme dus gedefinieerd als een sociale beweging die kritiek levert op de seksehiërarchie en actie onderneemt om deze op te heffen. Onder actie kan van alles worden
5
In deze scriptie gebruik ik de termen vrouwenbeweging en feminisme als termen om de verschillende sociale bewegingen mee aan te duiden, zoals ze hier uiteen worden gezet. 6 Estelle B. Freedman, Feminism, sexuality and politics (Chapel Hill 2006) 21; Nancy F. Cott, The grounding of modern feminism (New Haven 1987) 19. 7 Glenna Matthews, The rise of public woman. Woman’s power and woman’s place in the United States, 16301970 (New York 1992) 173 8 Voor deze analyses is gebruik gemaakt van de definities van: Cott, The grounding of modern feminism, 4-5; Freedman, Feminism, sexuality and politics, 86; Olive Banks, Becoming a feminist. The social origins of ‘first wave’ feminism (Sussex 1986) 2; Matthews, The rise of public woman, 11; en Andrew Heywood, Political ideologies. An introduction (Basingstoke 2003) 193. Een ander veelgenoemd kenmerk is dat feminisme een notie van broederschap (of, beter: zusterschap) kent: vrouwen als groep hebben de mogelijkheid om hun achtergestelde positie te verbeteren. Omdat het vrouwenactivisme in de Verenigde Staten nogal verdeeld was tussen de vrouwenbeweging en het feminisme, is dit kenmerk niet meegenomen.
Onderzoeksseminar III – Roos Zwart (3348059)
5
verstaan: het posten bij het Witte Huis, reeds genoemd aan het begin, valt daar natuurlijk onder, maar politieke lobby en bewustwordingsactiviteiten eveneens. In de historische literatuur is niet alleen geschreven over het feminisme, maar ook over de invloed van de Eerste Wereldoorlog op genderstereotypen. Beeldbepalend hierin is het concept van de dubbele helix, geïntroduceerd door de historici Margaret en Patrice Higonnet. In deze dubbele helix representeren beide spiralen een sekse: The female strand on the helix is opposed [and subordinate] to the male strand … The image of the double helix allows us to see that, although the roles of men and women vary greatly from culture to culture, their relationship is in some sense constant.9
Deze wat theoretische omschrijving kan verduidelijkt worden met een aan de Britse samenleving ontleend voorbeeld. Toen vrouwen tijdens de Eerste Wereldoorlog aan het werk gingen, omdat de mannen naar het front moesten, was dat een feitelijke positieverbetering ten opzichte van de periode voor de oorlog. Omdat vechten aan het front echter meer aanzien had dan werken in een fabriek, bleef de positie van vrouwen in sociale of culturele zin gelijk: zij waren nog steeds ondergeschikt aan mannen, die door hun bijdrage aan de maatschappij meer aanzien genoten dan vrouwen.10 Dit idee wordt onderbouwd door verschillende verschillende andere historici, waaronder Margaret Darrow, die zich gespecialiseerd heeft in de vrouwengeschiedenis van de moderne tijd.11 Uit het voorgaande blijkt dat er veel is geschreven over zowel de Amerikaanse strijd voor vrouwenkiesrecht als over de invloed van oorlog op genderstereotypen en op de positie van vrouwen in de maatschappij. Over de relatie tussen de Eerste Wereldoorlog en het invoeren van vrouwenkiesrecht is echter weinig bekend. Als die relatie niet bestond, zou dat moeten zijn aangetoond, maar ook dat is niet gebeurd. Een mogelijke verklaring daarvoor kan zijn dat de vrouwenbeweging en het feminisme al bestonden voor de Eerste Wereldoorlog, wat zou betekenen dat de oorlog geen vormende rol heeft gespeeld. Ook heeft Amerika maar anderhalf jaar heeft meegevochten, wat kan hebben geresulteerd in historici die minder waarde hechtten aan de oorlog dan in Europa gebeurde. Echter, de relatie tussen oorlog en vrouwenkiesrecht kan interessante dingen aan het licht brengen. Een onderzoek als het
9
Margaret R. Higonnet en Patrice L.-R. Higonnet, ‘The double helix’, in: Margaret Randolph Higonnet e.a. (ed.), Behind the lines. Gender and the two world wars (New Haven 1987) 31-47, 34. 10 Joanna Bourke wijst er overigens op dat ook mannen onderdrukt werden door de bestaande machtsstructuren, zie Dismembering the male. Men’s bodies, Britain & the Great War (Londen 1996) 14. Hoewel dit zo is, blijft het feit bestaan dat de positie van mannen en vrouwen in de V.S. in 1914 op één heel duidelijk punt verschilde: mannen mochten wel stemmen en vrouwen niet. Daarom ga ik niet verder in op dergelijke machtsstructuren. 11 Jay Winter en Antoine Prost, The Great War in history. Debates and controversies, 1914 to the present (Cambridge 2005) 167.
Onderzoeksseminar III – Roos Zwart (3348059)
6
voorliggende zegt bijvoorbeeld iets over waar cesuren in de geschiedenis in kunnen resulteren en over de mogelijk manipulatieve manier waarop er om kan worden gesprongen met traumatische gebeurtenissen. Daarom is het weldegelijk relevant om te onderzoeken in hoeverre de Amerikaanse feministen gebruik maakten van de Eerste Wereldoorlog. Om dat te doen, wordt in deze scriptie eerst ingegaan op de methodologie en de bronnen die eraan ten grondslag liggen. In hoofdstuk 2 en 3 worden vervolgens de centrale bronnen besproken, waaraan in hoofdstuk 4 reliëf wordt gegeven door de analyse van een ooggetuigenverslag. Ten slotte wordt een conclusie getrokken, waarbij tevens aandacht wordt besteed aan de inbedding in de reeds bestaande literatuur.
Onderzoeksseminar III – Roos Zwart (3348059)
7
Hoofdstuk 1: Bronnen en methode Het is aan de historicus om zo goed mogelijk om te gaan met de beperkingen die zijn onderzoeksmateriaal, historische bronnen, hem stelt. Teksten, foto’s en prenten vertellen veel over hoe er honderd jaar geleden werd gedacht, maar het is inherent aan historisch onderzoek dat er nooit een volledig beeld wordt verkregen. Om zo goed mogelijk om te gaan met deze beperking, wordt in dit hoofdstuk uiteengezet op welke bronnen en methodologie deze scriptie is gebouwd. 1.1 Bronnen Zoals gezegd wordt in deze scriptie geanalyseerd in hoeverre de feministen de Eerste Wereldoorlog inzetten in hun strijd voor het vrouwenkiesrecht. Daarbij is gebruik gemaakt van zowel beeldmateriaal als documenten. Centraal hierbij staan dertig banners die de eerder genoemde Silent Sentinels bij zich droegen in de periode dat ze bij het Witte Huis postten. Deze banners zijn integraal opgenomen als bijlage A, waarnaar veelvuldig zal worden verwezen. Om een breed beeld te krijgen van het discours van de feministen, zijn ook enkele bronnen uit 1916 geanalyseerd. Bovendien zijn sommige bronnen niet afkomstig uit Washington, D.C., maar uit andere steden, zoals Chicago en Boston. Ook deze bronnen werden gebruikt door de NWP om het vrouwenkiesrecht te bewerkstelligen en daarom verdienen zij toch hun plaats in dit onderzoek. Naast dit beeldmateriaal is er gebruik gemaakt van het ooggetuigenverslag van Doris Stevens, één van de centrale figuren in de NWP, dat zij heeft neergeschreven in het boek Jailed for freedom. Hierin vertelt zij over haar ervaringen met het posten bij het Witte Huis en bovendien maakt zij veel duidelijk over de tactieken en strategieën van de NWP. Het zwaartepunt van dit onderzoek ligt bij de banners, met Stevens’ boek als middel om achtergrondinformatie te verstrekken. De banners zijn hierbij als centraal punt gekozen omdat zij als geen ander laten zien welke standpunten de NWP uitdroeg naar buiten toe. De Silent Sentinels stonden immers jarenlang bij het Witte Huis, waar zij zichtbaar waren voor iedereen die er langskwam. Een groot voordeel van de banners is dat er geen voetnoten hoeven te worden gezet bij hun betrouwbaarheid: het zijn immers de letterlijke teksten die de NWP bijna een eeuw geleden gebruikte. Wat wél problematisch is, is het feit dat er niet iets als een lijst met alle NWP-banners bestaat. Hoewel er via verschillende zoekkanalen is gezocht, is niet duidelijk of alle banners van de NWP in deze scriptie zijn beland. Gelukkig is het risico op een niet-representatieve
Onderzoeksseminar III – Roos Zwart (3348059)
8
selectie redelijk klein, aangezien er dertig bronnen worden behandeld. Het hadden er misschien vijfendertig kunnen zijn, maar vijf extra bronnen zouden het algemene beeld waarschijnlijk niet veranderen Een tweede probleem van de banners is de periodisering ervan. Van veel van de teksten is het niet duidelijk wanneer deze voor het eerst werden gebruikt. Aan de hand van Jailed for freedom, wetenschappelijke literatuur en de historische context is zoveel mogelijk geprobeerd om elke bron op het juiste punt in de tijd te plaatsen, maar dit is niet overal gelukt. Dat betekent dat de contextualisering van de bronnen lastig is: niet altijd is duidelijk door welke factoren de teksten zijn beïnvloed. Nu vormt ook dat geen groot obstakel voor het voorliggende onderzoek, omdat er hier wordt gekeken naar de teksten zelf en minder naar hun historische context. Bovendien is van de meeste bronnen misschien niet het moment van introductie bekend, maar wel vanaf wanneer zij zeker werden gebruikt. 1.2 Methode Elke banner is op dezelfde manier geanalyseerd: er is gekeken naar het noemen van de Eerste Wereldoorlog en de manier waarop dat gebeurde, maar ook naar andere concepten die eventueel werden ingezet. Deze discoursanalyse maakt duidelijk hoe de vrouwen de oorlog inzetten in hun strijd voor het vrouwenkiesrecht. Door op een gestandaardiseerde manier naar elke banner te kijken, is een eventuele vooringenomenheid ten aanzien daarvan zoveel mogelijk voorkomen: aangezien elke op dezelfde wijze is behandeld, is de kans klein dat de interpretatie ervan al van tevoren vastlag. Bovendien voorkomt deze aanpak een eenzijdige focus op het noemen van de oorlog. Het kan immers zo zijn dat de Eerste Wereldoorlog wordt genoemd naast een heel aantal andere zaken, die misschien wel belangrijker zijn dan de oorlog. Zo wordt dus vermeden dat de Eerste Wereldoorlog een te grote invloed wordt toebedeeld. Voordat de banners inhoudelijk werden geanalyseerd, zijn zij in twee categorieën ingedeeld: banners die met geen woord reppen over de oorlog (hoofdstuk 2) en banners die dit wel doen, al dan niet expliciet (hoofdstuk 3). De banners bleken gelijkelijk verdeeld te zijn over beide categorieën, met in de eerste veertien en in de tweede zestien teksten. Beide categorieën bronnen zijn op grond van taalgebruik en thematiek ingedeeld in clusters, die hieronder aan bod komen. Aldus ingedeeld worden de bronnen behandeld, waarbij de analyse van bronnen uit de tweede categorie wat uitgebreider is dan die van de eerste categorie bronnen. De reden daarachter is tweeledig: ten eerste zijn de banners die de oorlog niet noemen relatief kort en ten tweede focust dit onderzoek zich op de instrumentalisatie van de
Onderzoeksseminar III – Roos Zwart (3348059)
9
Eerste Wereldoorlog. Uit het feit dat er zoiets als een eerste categorie bestaat, wordt al duidelijk dat de oorlog voor de NWP niet altijd van cruciaal belang was. De precieze inhoud van deze banners is interessant, maar minder relevant dan de banners die het wel over de oorlog hebben. Toch wordt er aandacht besteed aan beide categorieën banners, zodat een vergelijking daartussen kan worden gemaakt Als beide categorieën immers gebruik maken van dezelfde redenering, waarbij de eerste categorie deze ophangt aan een willekeurig onderwerp en de tweede categorie aan de oorlog, dan is het weinig interessant dat sommige bronnen de oorlog inzetten. Ten slotte moet nog opgemerkt worden dat er amper aandacht wordt gegeven aan het waarheidsgehalte van de verschillende bronnen. In een aantal banners maken de feministen bepaalde claims, maar die worden in deze scriptie niet getoetst. De reden daarachter is dat deze scriptie zich richt op het taalgebruik en de inhoud van de banners, niet op de relatie tussen de banners en de werkelijkheid.
1.2.1 Clustering Zoals gezegd, zijn de bronnen uit beide categorieën onderverdeeld in een aantal clusters. Om dat te doen, zijn alle bronnen bestudeerd, waarbij aandacht is gegeven aan de redeneringen, de thematiek en de argumentatie. Op grond van zowel inhoudelijke als vormcriteria zijn de bronnen vervolgens geclusterd. In de veertien bronnen van de eerste categorie komen de volgende thema’s naar voren: tijd; kernwaarden van de Verenigde Staten; en militantie jegens de Amerikaanse overheid. De zestien bronnen van de tweede categorie hebben de volgende thema’s: hypocrisie van de Amerikaanse overheid; de oorlog als argument; verantwoordelijkheid van Amerika(anse burgers); en het trekken van een vergelijking met andere landen.12 Aan de hand van deze clusters worden de bronnen besproken, .
12
Hierbij moet worden opgemerkt dat een aantal bronnen bij verschillende clusters past. Deze worden dan ook meerdere malen behandeld, waarbij de nadruk steeds op een ander thema ligt.
Onderzoeksseminar III – Roos Zwart (3348059)
10
Hoofdstuk 2: “Vote against Wilson” Nevenstaande foto13 is een goede illustratie van de banners die centraal staan in dit hoofdstuk: teksten waarin de vrouwen hun standpunt verkondigen, zonder daarbij te refereren aan de Eerste Wereldoorlog. Deze banners delen een aantal gemeenschappelijke kenmerken, dat in Figuur 1: Vrouwen posten bij het Witte Huis
de eerste paragraaf uiteengezet zal worden. Daarna worden de banners op
inhoudelijke gronden verdeeld in clusters: er zijn banners die refereren aan het verlopen van de tijd, zoals de linkerbanner uit afbeelding 1; banners die teruggrijpen op de kernwaarden van de Verenigde Staten; en banners die fel ageren jegens de Amerikaanse overheid.14 Aan de hand van een inhoudelijke analyse daarvan wordt aan het eind van dit hoofdstuk een voorlopige conclusie getrokken. Voordat overgegaan kan worden tot deze inhoudelijke analyse, moet iets gezegd worden over een aantal algemene kenmerken, zoals het woordenaantal van de banners. Het gemiddelde aantal woorden is 18,2, met een spreiding van 47, een mediaan van 10,5 en een modus van 9 (zie ook tabel 1). Hoewel het gemiddelde niet eens zó laag is, geven de mediaan en de modus aan dat de meeste banners uit deze categorie relatief kort zijn. Dat doet vermoeden dat er weinig ruimte is voor diepgaande redeneringen in deze banners. Gemiddelde
18,2
Spreiding
47
Mediaan
10,5
Modus
9
Tabel 1 Het tweede kenmerk is de plaatsing in de tijd. Niet duidelijk is wanneer de banners voor het eerst zijn gebruikt, maar data waarop ze in elk geval zijn gebruikt, zijn voor dertien van de 13
‘Mr President how long must women wait for liberty’ (versie onbekend), http://memory.loc.gov/cgibin/displayPhoto.pl?path=/service/mss/mnwp/160&topImages=160022r.jpg&topLinks=160022v.jpg,160022u.tif &displayProfile=0&dir=ammem&itemLink=r?ammem/mnwp:@field%28DOCID+@lit%28mnwp000212%29% 29 (31 oktober 2012). 14 Eén bron, nummer 14, kon in geen van deze drie clusters geplaatst worden. Omdat de tekst weinig interessant is – hij luidt “Mr President, what will you do for woman sufffrage?” wordt deze buiten beschouwing gelaten.
Onderzoeksseminar III – Roos Zwart (3348059)
11
veertien banners gevonden. Daaruit blijkt dat zes banners reeds werden gebruikt voor de NWP met het Silent Sentinelproject begonnen. Die banners werden, samen met nog drie anderen, ingezet vanaf het startpunt van het project. Na de Amerikaanse oorlogsdeelname in april 1917 kwamen er nog vijf banners bij. Wellicht ten overvloede moet opgemerkt worden dat het heel wel mogelijk is dat deze banners al gebruikt werden vóór de oorlogsdeelname: het moment vanaf wanneer zij gebruikt werden, is niet hard te maken. In zijn algemeenheid is te zeggen dat de meeste banners in elk geval in 1917 al werden gebruikt – van slechts vier van de veertien banners is dat niet met zekerheid vast te stellen. Een derde kenmerk is dat in twaalf van de veertien banners de president van de Verenigde Staten, Woodrow Wilson, wordt aangesproken. Viermaal gebeurt dat bij naam, achtmaal wordt hij Mr President genoemd. De laatste manier van aanspreken is wat afstandelijker dan de eerste: bij Mr President gaat het om het ambt van president, terwijl met Wilson niemand anders bedoeld kan worden dan de persoon van de president.15 De vrouwen doen het in tien van de twaalf gevallen klinken alsof de president zelfstandig genoeg macht heeft om het vrouwenkiesrecht in te voeren. In twee bronnen wordt gesproken over de invloed van de Senaat, maar ook daarbij wordt aan de president een grote invloed wordt toebedeeld. Hoewel de Amerikaanse president inderdaad een groot aantal zelfstandige bevoegdheden had, betekende dit niet dat hij ingrijpende wetten zomaar door kon voeren zonder daarbij samen te werken met het Congres.16 Waarom de vrouwen er meestal toch voor kozen om alleen de president aan te spreken, en niet ook de leden van het Huis van Afgevaardigden of van de Senaat, wordt niet duidelijk uit deze banners. 2.1 Het thema tijd In vijf van de veertien banners in de eerste categorie wordt gewag gemaakt van het fenomeen “tijd”. Dat gebeurt op verschillende manieren: soms worden er exacte data en tijdsspannen genoemd, soms gaat het om wachten dat de feministen moeten doen. Waarom aan tijd zoveel prominentie wordt gegeven, is niet af te leiden uit alleen de banners. Met kennis over het verleden van het vrouwenkiesrecht in de Verenigde Staten is echter enig reliëf aan de teksten te geven. Relevant hiervoor is de Civil War, die van 1861 tot 1865 werd gevoerd en die resulteerde in het afschaffen van slavernij.17 Daarmee was de maatschappelijke emancipatie
15
De vraag is of er intenties achter de verschillende aanspreekvormen moeten worden gezocht: misschien wilde de NWP simpelweg voorkomen dat de banners teveel op elkaar leken. 16 M.C. Burkens e.a., Beginselen van de democratische rechtsstaat. Inleiding tot de grondslagen van het Nederlandse staats- en bestuursrecht (Alphen aan den Rijn 2006) 214-215. 17 Randall D. Law, Terrorism. A history (Cambridge 2009) 126.
Onderzoeksseminar III – Roos Zwart (3348059)
12
van zwarten nog niet voltooid: vanaf dat moment werd er gestreden voor kiesrecht. Hoewel feministen en abolitionisten gedurende de Civil War veel samen hadden gewerkt, eindigde dat vrijwel tegelijkertijd met de oorlog.18 Exemplarisch daarvoor is de uitspraak van Wendell Phillips, leider van de abolitionistenbeweging, dat “[t]his hour belongs to the negro”.19 Hij wilde daarmee aangeven dat het een te zware last voor de abolitionisten was om niet alleen voor zwarten-, maar ook voor vrouwenkiesrecht te strijden. Tegen deze achtergrond zijn de volgende banners goed te verklaren: (1) After the civil war, women asked for political freedom. They were told to wait – this was the negro’s hour. In 1917 American women still ask for freedom. Will you, Mr President, tell them to wait – that this is the Porto Ricans [sic] hour?20 (2) Mr President, how long must women wait for liberty?21 (5) President Wilson, how long do you advise us to wait?22
Hiermee wordt duidelijk waarom het concept “wachten” zo'n belangrijke rol speelt in de redeneringen van de feministen. In deze banners lijken zij aan te geven dat het nu hún beurt is, dat ze lang genoeg hebben gewacht op hun politieke rechten. Dit is echter niet de enige mogelijke verklaring, zeker niet wanneer de andere twee banners die het concept “tijd” aanstippen worden bekeken: (3) Mr President, you said in the Senate on September 20 “We shall not only be distrusted but we shall deserve to be distrusted if we do not enfranchise women.” You alone can remove this distrust now by securing the one vote needed to pass the suffrage amendment before March 4.23 (4) Only fifteen legislative days are left in this Congress. For more than a year, the president’s party has blocked suffrage in the Senate. It is blocking it today. The president is responsible for the betrayal of American womanhood.24
Deze banners laten zien dat het concept tijd niet alleen gerelateerd werd aan de gebeurtenissen rondom de Civil War van de negentiende eeuw: er werd ook nadruk gelegd op de politieke werkelijkheid, waarin wetsvoorstellen binnen een zekere termijn moesten worden behandeld
18
Ellen Carol DuBois, Feminism and suffrage. The emergence of an independent woman’s movement in America, 1849-1869 (Ithaca 1999) 59. 19 Ibidem 59. 20 Stevens, Jailed for freedom, 72. 21 ‘Mr President how long must women wait for liberty’ (versie onbekend), http://memory.loc.gov/cgibin/displayPhoto.pl?path=/service/mss/mnwp/160&topImages=160022r.jpg&topLinks=160022v.jpg,160022u.tif &displayProfile=0&dir=ammem&itemLink=r?ammem/mnwp:@field%28DOCID+@lit%28mnwp000212%29% 29 (31 oktober 2012), ‘Mr President how long must women wait for liberty / Mr President what will you do for woman suffrage’ (versie onbekend), http://law.jrank.org/article_images/gat_0000_0001_0_img0064.jpg (31 oktober 2012) en Stevens, Jailed for freedom, 72 22 ‘NWP members picket outside the International Amphitheater in Chicago, where Woodrow Wilson delivers a speech. October 20, 1916’ (versie onbekend), http://memory.loc.gov/ammem/collections/suffrage/nwp/images/tactics1.jpg (31 oktober 2012). 23 Stevens, Jailed for freedom, 321. 24 Ibidem 315.
Onderzoeksseminar III – Roos Zwart (3348059)
13
om van kracht te worden. Door de precieze data te noemen, geven de vrouwen een zekere urgentie mee aan hun boodschap: het invoeren van het vrouwenkiesrecht moet nú gebeuren, want anders is het te laat. Het waarheidsgehalte van dit idee is te betwijfelen – er komt immers altijd een nieuw Congres dat opnieuw kan stemmen – maar door de urgentie komen de banners wel overtuigender over. Zo zou er, met enkele slagen om de arm, kunnen worden geconcludeerd dat de inzet van het concept “tijd” inhoudelijk was wanneer er werd gerefereerd aan de Civil War; en retorisch als het ging om de tijd die de feministen nog restte. 2.2 Referenties aan de kernwaarden van de Verenigde Staten Een tweede thema dat in verschillende banners naar voren komt, zijn de kernwaarden van de Verenigde Staten. Voorbeelden daarvan zijn banners als “(8) Mr President, you say we are interested in the United States, politically speaking, in nothing but human liberty”25 en “(9) Resistance to tyranny is obedience to God”.26 Om dit te duiden, is de politieke geschiedenis van de verzelfstandiging van de Verenigde Staten relevant. In 1776 werd daar een begin mee gemaakt in de ‘Declaration of Independence’, opgesteld onder leiding van Thomas Jefferson.27 De beroemd geworden tweede zin van dit document luidt: “We hold these truths to be self-evident, that all Men are created equal, that they are endowed by their Creator with certain unalienable Rights, that among these are Life, Liberty and the Pursuit of Happiness.”28 Dat dit document de genoemde rechten alleen toekent aan mannen, neemt niet weg dat het in zijn algemeenheid geldt als de grondlegging van de Verenigde Staten. De kernwaarde “liberty” daaruit wordt in drie van de veertien banners aangehaald. Daarmee plaatsen de feministen zich in een eeuwenoude Amerikaanse traditie. Zo proberen ze te laten zien dat het niet bij Amerika past om vrouwen uit te sluiten van kiesrecht. Iets soortgelijks gebeurt in bron 9, de eerdergenoemde uitspraak “Resistance to tyranny is obedience to God”. Deze uitspraak valt uiteen in twee delen: enerzijds wordt de Amerikaanse overheid gelijkgesteld aan een tiran, anderzijds wordt de actie voor het vrouwenkiesrecht haast heilig gemaakt, omdat zij zich daarmee houden aan de heerschappij van God. Beide delen van de uitspraak refereren aan heel oude Amerikaanse tradities. Opstand tegen tirannieke heersers is praktisch gezien waar de Amerikaanse staat mee is ontstaan: onder de slogan “no taxation without
25
Belinda A. Stillion Southard, ‘Militancy, power and identity. The Silent Sentinels as women fighting for political voice’, Rhetoric and public affairs 10 (2008) 399-417, 400. 26 Stevens, Jailed for freedom, 213. 27 J.H.A. Lokin en W.J. Zwalve, Hoofdstukken uit de Europese codificatiegeschiedenis (Den Haag 2006) 20-25. 28 Thomas Jefferson e.a., ‘Declaration of Independence’ (versie 1776), http://1.bp.blogspot.com/YSwERZU1gew/TbjScpKMRhI/AAAAAAAAAPw/oIIc3ShI9Gg/s1600/Declaration.jpg (28 november 2012).
Onderzoeksseminar III – Roos Zwart (3348059)
14
representation” ontworstelden de kolonisten zich van de Britse heerschappij.29 Maar dat is niet het enige: de traditie waarin een volk zich mag ontdoen van een “unjust ruler” is nog veel ouder.30 Dit idee is uitgewerkt door onder andere John Locke, maar werd al in de klassieke oudheid verkondigd.31 Door daaraan te refereren tonen de vrouwen zich bewust te zijn van de lange Amerikaanse geschiedenis. Ook het geloof in God was één van de zaken waarop de Amerikaanse samenleving was gebaseerd, wat blijkt uit onder andere de toonzetting van de Declaration of Independence. Een laatste interessante bron in deze categorie is bron 6, “Lincoln stood for woman suffrage 60 years ago. Mr President, why do you block the national suffrage amendment today? Why are you behind Lincoln?”32 Wilson wordt hier vergeleken met de oud-president Lincoln, die aan de macht was ten tijde van de burgeroorlog, en komt er bekaaid vanaf. Door Wilson naast één van de cruciale figuren in de geschiedenis van de Verenigde Staten te zetten, geven de feministen aan dat Wilson niet volgt in de Amerikaanse traditie.
2.2.1 Hypocrisie als subthema Een interessante observatie bij dit tweede cluster banners is dat enkele een impliciete tegenstelling in de redeneringen van president Wilson poneren. Dat gebeurt bijvoorbeeld in bron 7 en 8: volgens de feministen stelt de president dat “liberty”, vrijheid, één van de belangrijkste verworvenheden van de Verenigde Staten is, maar tussen de regels door is te lezen dat hij Amerikaanse vrouwen deze vrijheid ontzegt. Dat de feministen deze inconsistentie introduceren, kan op twee manieren worden opgevat: willen ze de president zwartmaken omdat hij het één zegt maar het ander doet, of willen ze hem slechts wijzen op een onvolkomenheid in zijn eigen redenering? In het licht van de banners uit het derde cluster, die samengevat zijn onder de noemer “militantie”, is het weinig waarschijnlijk dat het laatste het geval was. Daarmee wordt het doel van deze banners verder verduidelijkt: ze waren erop gericht om president Wilson slecht af te schilderen. Het lijkt dan ook alsof de feministen bewustwording bij de Amerikaanse bevolking wilden creëren, om langs die weg een politieke verandering te bewerkstelligen, in plaats van dat zij direct politieke verandering wilden bereiken. Voor dat laatste is het negatief afschilderen van de hoogste man van het land immers weinig effectief.
29
Lokin en Zwalve, Hoofdstukken uit de Europese codificatiegeschiedenis, 21. Law, Terrorism, 55-56; T.E. Rosier e.a., Grondslagen van het recht: Achtergronden (Den Haag 2010) 237238. 31 Law, Terrorism, 17. 32 Stevens, Jailed for freedom, 72. 30
Onderzoeksseminar III – Roos Zwart (3348059)
15
2.3 Militantie ten opzichte van de overheid Dan is er nog het derde cluster banners, waaraan in voorgaande paragraaf al kort werd gerefereerd. In dit cluster vallen de banners die een militante of vijandige toon jegens president Wilson aanslaan: voorbeelden zijn “(10) The government orders our banners destroyed because they tell the truth”33 en “(11) Vote against Wilson, he kept us out of suffrage!”34 In deze banners ageren de feministen fel tegen president Wilson: zij positioneren zich recht tegenover hem. Inhoudelijk is er weinig over de banners te zeggen, omdat ze kort zijn, weinig gebruik maken van argumentatie en een sloganachtig karakter hebben. 2.4 Voorlopige conclusie Uit het voorgaande is gebleken dat de banners die niet over de Eerste Wereldoorlog spreken, gebruik maken van drie thema's: tijd, Amerikaanse kernwaarden en militantie. In de meeste gevallen is de inzet van deze thema's retorisch en niet zozeer inhoudelijk, alhoewel dat niet helemaal opgaat voor de banners die refereren aan Amerikaanse ideeën en tradities. Met deze banners plaatsten de vrouwen zich middenin de Amerikaanse samenleving en lieten zij zien niet zoveel te verschillen van de rest van de bevolking: zij geloofden eveneens in God en hielden net zoveel van vrijheid. In sommige banners stelden de vrouwen bovendien dat president Wilson minder dicht bij die Amerikaanse traditie stond, omdat hij de vrouwen hun vrijheid ontzegde. Dat is in lijn met de militante toon van andere banners, waarmee de vrouwen de president zwartmaken. Met deze conclusies in het achterhoofd kan nu worden gekeken naar de banners die het wel over de oorlog hebben.
33 34
Ibidem 130. Ibidem 45.
Onderzoeksseminar III – Roos Zwart (3348059)
16
Hoofdstuk 3: “Democracy should begin at home” De schok die nevenstaande banner35 in de Amerikaanse samenleving veroorzaakt moet hebben, zal heftig zijn geweest. In dit hoofdstuk wordt geanalyseerd hoe dergelijke banners omsprongen met de Amerikaanse deelname aan de Eerste Wereldoorlog: hoe werd die ingezet om het doel van de feministen, vrouwenkiesrecht, te Figuur 2: Vrouwen posten bij het Witte Huis
ondersteunen? Om dat te doen, zijn
ook de banners uit deze categorie geclusterd in een aantal thema's, waaruit algemene patronen en tendensen zichtbaar worden. Ook hier komen eerst enkele algemene kenmerken van deze banners aan bod, net als bij de eerste categorie banners. Het woordenaantal, ten eerste, ligt bij de banners in deze categorie een stuk hoger dan bij de banners uit de eerste categorie. Het gemiddelde woordenaantal is 49,6, met een spreiding van 110 woorden en een mediaan van 40.36 Een dergelijk grote afwijking laat zich slecht verklaren door toeval, zodat waarschijnlijk is dat een referentie aan de Eerste Wereldoorlog meer woorden vereiste. Overigens moet worden opgemerkt dat het ook bondig kon: zo laat bron 15, “Democracy should begin at home”37, in slechts vijf woorden een inherente inconsistentie in het Amerikaanse denken zien. Gemiddelde
49,6
Spreiding
110
Mediaan
40,0
Tabel 2 Waar de meeste banners uit de eerste categorie al voor de Amerikaanse oorlogsdeelname werden gebruikt, geldt dat logischerwijs niet voor de banners uit de tweede categorie. Van de zestien banners is de periodisering van één volstrekt onduidelijk; twaalf werden in elk geval 35
‘President Wilson is deceiving the world’ (versie onbekend), http://ic.pics.livejournal.com/kensmind/1278588/62139/62139_original.gif (14 november 2012). 36 Deze categorie bronnen heeft twee modussen: één op 18 en één op 40. Beide aantallen hebben een frequentie van twee keer, wat maakt dat de modus weinig interessant is. 37 Suffragette outside the White House gate’ (versie onbekend), http://www.whitehousehistory.org/whha_history/white-house-stories/suffragists-attacked.html (30 november 2012) en Stevens, Jailed for freedom, 84.
Onderzoeksseminar III – Roos Zwart (3348059)
17
voor november 1917 gebruikt; twee stammen uit 1918 of 1919; en de laatste bron – nummer 27 – werd, opvallenderwijs, al ingezet voordat de Verenigde Staten besloten mee te gaan doen in de oorlog. De meeste banners stammen dus uit het halfjaar vlak nadat de Verenigde Staten partij in de Eerste Wereldoorlog werd. Ten slotte kan nog iets worden gezegd over degene tot wie deze banners zich richten. Waar vrijwel alle niet-oorlogsgerelateerde banners de president aanspraken, gebeurt dat nu in slechts zeven van de zestien banners. Daarbij wordt de uitdrukking “Mr President” eenmaal gebruikt, “President Wilson” is driemaal van de partij, twee keer komt de term “President” zelfstandig voor en de laatste keer dat Wilson genoemd wordt, heet hij Kaiser Wilson. De helft van de banners waarin de president wordt genoemd, doet dat dus bij naam en toenaam, terwijl dat bij de banners uit de eerste categorie in slechts een derde van de banners gebeurde. De vraag of de feministen de strijd dus steeds persoonlijker voerden, kan echter niet zonder meer worden bevestigd: in deze categorie zijn er immers veel meer banners die de president niet noemen. Ten slotte moet worden opgemerkt dat veel van de banners die niet de president aanspreken, zich tot andere politieke actoren richten. Zo wordt er in drie banners over senatoren gesproken en richten twee zich tot Russische en Amerikaanse diplomaten. Het spectrum van mensen tot wie de banners gericht waren, is in deze categorie dus groter dan in de eerste categorie. 3.1 Hypocrisie van de kant van de overheid Het eerste thema van de banners in de tweede categorie is hypocrisie. Meer specifiek gaat het dan om het idee dat de president of de overheid van de Verenigde Staten het één zegt, maar het tegenovergestelde daarvan doet.38 Van de zestien banners uit deze tweede categorie, behandelen er tien dit thema. Elk van de banners refereert daarbij ook aan het idee dat de soevereiniteit bij het volk ligt, door hetzij “democracy”, hetzij “self-government” te noemen. Om de banners iets makkelijker te kunnen behandelen, ligt de aandacht eerst bij de zeven die het over democratie hebben en dan bij de drie die zelfbestuur noemen.
38
Dit thema ligt dicht bij de banners uit de eerste categorie die het thema “kernwaarden van de Verenigde Staten” hadden, waarin immers ook op een inconsistentie in het Amerikaanse denken werd gewezen.
Onderzoeksseminar III – Roos Zwart (3348059)
18
3.1.1 Verwoord als democratie Een typische banner die de incoherentie van het Amerikaanse denken etaleert, is de bron die de titel aan dit hoofdstuk heeft gegeven: “Democracy should begin at home”.39 Ook in de andere banners wordt steeds weer gesteld dat Amerika zich op het internationale toneel presenteert als de beschermer van de democratie, terwijl daar in het binnenland geen sprake van is. Deze stelling kan internationaal twee gevolgen hebben gehad. Enerzijds kan er minder steun voor de Amerikaanse buitenlandse politiek zijn gekomen, omdat het internationale publiek erop werd gewezen dat één van de belangrijkste spelers op het wereldtoneel bepaalde dingen zei, maar andere dingen deed. Dat kan de vraag hebben opgeroepen hebben waarom de Verenigde Staten participeerden in de oorlog: als het hen niet om democratie ging, waar dan wel om? Anderzijds kan er meer internationale steun voor het doel van de feministen zijn gekomen. In de Verenigde Staten zelf is het aannemelijk dat de doelen van het feminisme meer kracht kregen door de hypocrisie die werd geconstateerd in het Amerikaanse denken. Dat betekent dat de oorlog in deze banners werd ingezet als een middel om de roep om vrouwenkiesrecht te ondersteunen. De oorlog vervulde geen inhoudelijke rol in de banners, maar werd gebruikt als kapstok om het verhaal aan op te hangen. Deze retorische rol van de oorlog werd nog verstevigd doordat sommige banners de woorden van de president letterlijk overnamen, zoals in bron 23, “We shall fight for the things which we have always carried nearest our hearts – for democracy, for the right of those who submit to authority to have a voice in their government. President Wilson's war message April 2 1917”40 Daarmee laten de feministen zien dat hun doel heel dichtbij de Amerikaanse oorlogsdoelen ligt. Een tweede kenmerk van de banners is dat zij stuk voor stuk refereren aan de democratie. Evenals “liberty”, dat met enige regelmaat genoemd werd in banners uit de eerste categorie, is democratie één van de kernwaarden van de Verenigde Staten. Het schisma tussen de koloniën en het moederland in de achttiende eeuw ontstond omdat de kolonisten niets in te brengen hadden in de politiek van Groot-Brittannië: omdat er geen sprake was van een echte democratie. Door te refereren aan het concept democratie wijzen de feministen op de grondslagen van de Amerikaanse staatsinrichting, waarbinnen ook zij hun plaats horen te hebben. Een verklaring voor de constante verwijzing naar de kernwaarden van de Verenigde 39
Suffragette outside the White House gate’ (versie onbekend), (30 november 2012) en Doris Stevens, Jailed for freedom. American women win the vote (New York 1920) 84. 40 ‘We shall fight for the things we have always carried near our hearts’ (versie onbekend), http://www.cspan.org/uploadedImages/Content/Images/AHTV/ahtv-womansparty.jpg?404=a404&maxwidth=314&watermark= (14 november 2012).
Onderzoeksseminar III – Roos Zwart (3348059)
19
Staten ligt voor de hand: zo lieten de vrouwen zien dat de ideologische afstand tussen hen en het meer gematigde deel van Amerika minimaal was. Op die manier hoopten zij waarschijnlijk meer steun voor hun acties te verkrijgen. Uit de doelgroepen van de verschillende banners is geen grootste gemene deler te destilleren. Drie van de zeven banners richten zich tot iemand anders dan de president: tot een senator, tot Russische afgevaardigden, tot Amerikaanse diplomaten. De andere banners richten zich tot de president, maar houden hun ogen open voor wat er in het buitenland gebeurt. Een goed voorbeeld daarvan is de volgende bron: (17) President Wilson is deceiving the world when he appears as the prophet of democracy. President Wilson has opposed those who demand democracy for this country. He is responsible for the disenfranchisement of millions of Americans. We in America know this, the world will find him out.41
Centraal in deze bron staat president Wilson, maar de vrouwen lijken een dreigement te uiten dat gestoeld is op de contacten van de Verenigde Staten met andere landen. Daarmee laten de vrouwen zien zich bewust te zijn van de internationale context waarbinnen de Verenigde Staten opereren. Dat is extra belangrijk als een groot deel van de wereld in oorlog is, omdat daarmee de internationale machtsbalans wankeler wordt. Naast deze algemene kenmerken bieden de verschillende banners ook hun eigen informatie. Daarom wordt nu een aantal banners van iets dichterbij bekeken, met als eerste bron 18: (18) Senator Wadsworth’s regiment is fighting for democracy abroad. Senator Wadsworth left his regiment and is fighting against democracy in the Senate. Senator Wadsworth could serve his country better by fighting with his regiment abroad than by fighting women at home.42
Opvallend in deze bron is de patriottistische toon ervan. Deze bron stelt dat een zekere senator, de republikein Wadsworth, beter in Europa had kunnen gaan vechten met zijn eigen soldaten dan thuis te blijven in Amerika. De onderbouwing daarvan laat zich raden: in het buitenland zou hij gevochten hebben voor democratie, terwijl hij nu juist daartegen strijdt. Als er gevochten wordt voor democratie, waarom is die er in het binnenland dan niet? De toon van de feministen is vaderlandslievend. Zij vragen waarom senator Wadsworth zijn vaderland niet dient in het buitenland, in de bekende frase “serve his country”. Het is een manier voor de vrouwen om zich in het Amerikaanse discours te plaatsen en daar hun eigen plek in op te eisen: zij staan in dezelfde traditie en verwachten hetzelfde als de rest van de bevolking.
41
President Wilson is deceiving the world’ (versie onbekend), http://ic.pics.livejournal.com/kensmind/1278588/62139/62139_original.gif (14 november 2012). 42 Stevens, Jailed for freedom, 297.
Onderzoeksseminar III – Roos Zwart (3348059)
20
Daarbij moet opgemerkt worden dat de feministen impliceren dat het een goede zaak is dat er in Europa wordt gevochten, aangezien er daardoor meer democratische landen worden gerealiseerd. Ook bron 19 verdient het om van dichterbij bestudeerd te worden: (19) To envoy Root: you say that America must throw its manhood to the support of liberty. Whose liberty? This nation is not free. Twenty million women are denied by the President of the United States the right to representation in their own government. Tell the president that he cannot fight against liberty at home while he tells us to fight for liberty abroad. Tell him to make America safe for democracy before he asks the mothers of America to throw their sons to the support of democracy in Europe. Ask him how he can refuse liberty to American citizens when he is forcing millions of American boys out of their country to die for liberty.43
Deze bron richt zich tot afgevaardigde Root, die in 1917 naar Rusland werd gestuurd met de taak “to win the confidence and hold fast to the cause of freedom the fealty of the Russian people”.44 Hoewel de bron in naam Root aanspreekt, vragen de vrouwen hem om met de president te gaan praten en aan te geven dat het wel heel cru is om levens op te offeren voor vrijheid als dat doel in het binnenland niet is bereikt. Zonder binnenlandse vrijheid, vinden ze, kun je niet van je mensen eisen dat zij hun levens opofferen voor diezelfde vrijheid in het buitenland. De president wordt gepresenteerd als cruciale factor in het harmoniseren van de binnen- en buitenlandse politiek van de Verenigde Staten. Ook valt op dat de oorlog in deze bron wordt gedramatiseerd door termen als “forcing” en “throw their sons” te gebruiken. Dat contrasteert met bron 18, die impliceerde dat het een goede zaak was dat de Amerikanen meevochten in Europa. Dat geeft aan dat de feministen ambivalent ten opzichte van de oorlog staan. Interessant gegeven is ook dat de feministen spreken over “sons”; dat gebeurt eveneens in bron 26, die verderop in deze scriptie nog aan bod zal komen. Aangezien de feministen betrekkelijk jong waren45, in tegenstelling tot de leden van de vrouwenbeweging, roept het enige vraagtekens op dat zij spreken over zoons. Als ze die al hadden, zouden ze immers nog niet oud genoeg zijn om te moeten vechten in Europa. Waarschijnlijk is het dan ook dat de feministen hiermee in willen spelen op de moedergevoelens van andere vrouwen, om zo meer steun te verkrijgen in hun strijd voor het vrouwenkiesrecht. Dat past bij het hiervoor geïntroduceerde idee dat de vrouwen probeerden de ideologische afstand tussen henzelf en de samenleving zoveel mogelijk te verkleinen.
43
Ibidem 123. George Harvey, ‘Mr. Root as envoy to Russia’, The North American Review 103 (1917) 829-833, 830. 45 Banks, Becoming a feminist, 10-24. 44
Onderzoeksseminar III – Roos Zwart (3348059)
21
Een laatste opvallende zaak is dat deze bron expliciet stelt dat vrouwen staatsburgers zijn: de natie is niet vrij zolang de vrouwen dat niet zijn. Daarmee wenden ze zich af van de negentiende-eeuwse vrouwenbeweging, die immers streefde naar een gescheiden maar gelijke ruimte voor vrouwen in de maatschappij. Het is voor het eerst dat de feministen zo expliciet maken dat vrouwen een integraal onderdeel van de Amerikaanse natie vormen. Om dit – radicale – idee te verzachten, verwijzen de vrouwen vervolgens terug naar de Amerikaanse kernwaarden van democratie en vrijheid. Dat is in lijn met het hiervoor besproken idee dat de vrouwen probeerden de ideologische afstand tussen zichzelf en de rest van Amerika zo klein mogelijk te maken. Een laatste bron die tot in detail moet worden bestudeerd, is bron 20, die zich niet tot de Amerikaanse maar juist tot de Russische afgevaardigden richt: (20) To the Russian envoys. President Wilson and Envoy Root are deceiving Russia when they say “We are a democracy, help us win the world war so that democracy may survive”. We, the women of America, tell you that America is not a democracy. Twenty-million American women are denied the right to vote. President Wilson is the chief opponent of their national enfranchisement. Help us make this nation really free. Tell our government it must liberate its people before it can claim free Russia as an ally.46
In deze bron wordt de positie van de Verenigde Staten in de oorlog ingezet als hefboom: de vrouwen hopen dat de Russische afgevaardigden het vrouwenkiesrecht onderdeel van de onderhandelingen met de VS zullen maken. De vrouwen wijzen de Russen erop dat Wilson een dubbele agenda heeft: in zijn eigen land stimuleert hij de democratie niet, terwijl dat in het buitenland juist wel gebeurt. In deze bron wordt Rusland neergezet als de ultieme democratie – een stelling waarvan het waarheidsgehalte te betwijfelen is, maar waarvan het logisch is dat hij aldus geponeerd wordt. Op die manier zorgden de feministen er immers voor dat de Russen zo positief mogelijk over hen dachten.
3.1.2 Verwoord als zelfbestuur In het cluster banners met hypocrisie als thema, noemen er drie de term “self-government”. Een kenmerk dat deze drie banners is delen, is hun toonzetting: die is fel, haast nog militanter dan het cluster banners met militantie als thema uit hoofstuk 2.47 Exemplarisch daarvoor is bron 16, waarin president Wilson op één lijn wordt gesteld met de hoogste machthebber in Duitsland: “Kaiser Wilson, have you forgotten your sympathy with the poor Germans because 46
Stevens, Jailed for freedom, 92. Vermoedelijk is dit overigens niet gerelateerd aan het feit dat deze banners “self-government” noemen in plaats van “democracy”. Beide termen zien immers op hetzelfde fenomeen, waarmee het onwaarschijnlijk wordt dat de verwoording als “self-government” een fellere toon nodig heeft. 47
Onderzoeksseminar III – Roos Zwart (3348059)
22
they were not self-governed? 20.000.000 American women are not self-governed. Take the beam out of your own eye.”48 Ook in bron 22 wordt de Amerikaanse overheid – nu de Senaat – vergeleken met de overheid van Duitsland. In bron 21 wordt die vergelijking niet getrokken, maar de toon van de bron is even fel. Andere kenmerken delen de banners echter niet, dus zullen ze stuk voor stuk worden geanalyseerd. Bron 16 wijst op één van de redenen dat Amerika deelnam aan de Eerste Wereldoorlog: het brengen van de democratie naar Duitsland.49 De NWP stelt dat dit niet alleen het geval was in Duitsland, maar ook in Amerika, waar de vrouwen geen deel hadden aan de soevereiniteit: alleen mannen hadden kiesrecht en dientengevolge een stem in de politiek. Door Wilson “Kaiser” te noemen, in plaats van het neutrale “President”, zetten de feministen hem bovendien op één lijn met de hoogste machtshebber in Duitsland. Deze bron is te lezen als een persoonlijke aanval op Wilson, die als president misschien wel misbruik maakte van de bevoegdheden die hem waren gegeven. De oorlog dient in deze bron om het Amerikaanse volk te wijzen op een inherente inconsistentie in Wilsons denken. Enerzijds wordt er gevochten voor democratie en presenteert hij zich als hoeder van de vrijheid, anderzijds zijn deze zaken voor vrouwen niet aan de orde van de dag in Amerika zelf. Enige aandacht verdient nog de laatste zin van de bron, “Take the beam out of your own eye”. Naast dat dit een gebruikelijke uitspraak is in het Engels, is tevens een letterlijk citaat uit de Bijbel.50 De vraag of de vrouwen zich bewust waren van de referentie, kan niet zomaar bevestigend worden beantwoord, maar een verdere analyse van de passage van de Bijbel waarin deze uitspraak voorkomt, is weldegelijk interessant. Het is een deel dat verhaalt over hypocrisie en oordelen: centraal staat het idee dat je niet over een ander mag oordelen voordat je naar jezelf hebt gekeken. Als de vrouwen daadwerkelijk citeerden uit de Bijbel, lieten zij daarmee zien dat zij een christelijke achtergrond hebben. Hoewel het gissen blijft naar de reden hiervoor, is één verklaring heel wel mogelijk: op deze manier probeerden de vrouwen hun zeer scherpe statements uit het eerste deel van de banner iets te verzachten. Zij laten zo immers zien dat ze van dezelfde religieuze signatuur zijn als de rest van Amerika: christelijk. Iets soortgelijks gebeurt in bron 24, waarin de vrouwen vragen om “justice and self-
48
‘Kaiser Wilson’ (versie onbekend), http://www.archives.gov/education/lessons/womansuffrage/images/kaiser-wilson-m.jpg (1 oktober 2012) en Doris Stevens, Jailed for freedom. American women win the vote (New York 1920) 124. 49 Hew Strachan, The First World War (Londen 2003) 220-223. 50 ‘Mattheüs 7:5’ (versie onbekend), http://bible.cc/matthew/7-5.htm (23 november 2012).
Onderzoeksseminar III – Roos Zwart (3348059)
23
government”.51 Ook dat zijn kernwaarden van de Verenigde Staten, waarmee de (gevoelsmatige) afstand tussen de feministen en de rest van de Amerikaanse bevolking wordt verkleind. Hierbij maakt het feit dat andere bronnen ook refereren aan Amerikaanse kernwaarden, waaronder het geloof, het waarschijnlijker dat de feministen bewust citeerden uit de Bijbel. Ook bron 22, ten slotte, ligt inhoudelijk dicht bij bron 16, omdat wederom de Amerikaanse overheid op één lijn wordt gesteld met de Duitse: (22) We protest against the thirty-four wilful senators who have delayed the political freedom of American women. They have obstructed the war program of the president. They have lined up the Senate with Prussia by their denial of self government [sic] to the people.52
Hier wordt gesteld dat degenen die tegen het vrouwenkiesrecht waren, de oorlogsplannen van de president doorkruisen. Daarmee stellen zij die oorlogsplannen gelijk aan de soevereiniteit (“self-government”) van het volk. Opvallend, zeker in vergelijking met de andere banners, is dat deze bron geen kritiek levert op de president: de militante toon van voorheen is verdwenen.53 Een reden daarvoor kan zijn dat Wilson op 20 september 1918 in de Senaat kwam vragen om steun voor het vrouwenkiesrecht, als een “vitally necessary war measure”54, te steunen. De vrouwen zijn daarna in toon honderdtachtig graden gedraaid: de persoonlijke hetze tegen Wilson werd opzij gezet, omdat zij plotseling aan dezelfde kant van het politieke spectrum stonden. 3.2 De oorlog als inhoudelijk argument Hoewel alle banners uit de tweede categorie de Eerste Wereldoorlog noemen, onderscheiden de banners in het tweede cluster zich doordat de oorlog een inhoudelijk argument vormt voor het vrouwenkiesrecht. Vier banners vallen onder dit thema, waarvan er twee ook te karakteriseren vielen met het thema hypocrisie. De eerste banner in dit cluster is bron 25, waarin de vrouwen vragen om inspraak in de overheid omdat hun zoons in het leger werden opgenomen: “Mr President, how long must women be denied a voice in a government which is conscripting their sons?”55 Deze bron maakt gebruik van heersende gevoelens in de samenleving, die niet alleen bij de feministen,
51
Stevens, Jailed for freedom, 84. ‘We protest against the thirty-four wilful senators’ (versie onbekend), http://lcweb2.loc.gov/service/pnp/hec/11400/11447r.jpg (14 november 2012). 53 Al wordt er wel fel gesproken tegen de senatoren. 54 Woodrow Wilson, ‘Address supporting women's suffrage amendment’ (versie 30 september 1918), http://wwl2.dataformat.com/HTML/30740.htm (14 november 2012). 55 Stevens, Jailed for freedom, 139. 52
Onderzoeksseminar III – Roos Zwart (3348059)
24
maar vermoedelijk bij alle vrouwen met dienstplichtige zoons bestonden: zij hadden niets te zeggen over de overheid, die wél iets te zeggen had over het leven (en de dood) van hun zoons. Dat is inconsistent op twee manieren: ten eerste dragen de vrouwen hun steentje bij aan de oorlogsdeelname van de Verenigde Staten, door hun zoons te laten gaan, en ten tweede willen zij iets te zeggen hebben over het beleid dat hun zoons aan hen ontneemt. Een dergelijke inconsistentie wordt ook genoemd in bron 18: (18) Senator Wadsworth’s regiment is fighting for democracy abroad. Senator Wadsworth left his regiment and is fighting against democracy in the Senate. Senator Wadsworth could serve his country better by fighting with his regiment abroad than by fighting women at home.56
De hypocrisie die in deze bron wordt aangestipt, is al behandeld in voorgaande paragraaf. Daar is echter maar heel kort gesteld dat de vrouwen impliceren dat het een goede zaak is dat er in Europa wordt gevochten door Amerikaanse mannen: op die manier wordt het totale democratiegehalte van de wereld immers verhoogd. De oorlog vormt daarmee een inhoudelijk argument voor het vrouwenkiesrecht. In het buitenland wordt er gestreden voor democratie, dus moet dat in het binnenland eveneens worden gerealiseerd – en vrouwenkiesrecht vormt daar een integraal onderdeel van. Om geloofwaardig te blijven op het internationale toneel, is het voor Amerika dus van belang om het vrouwenkiesrecht in te voeren. De laatste bron in dit cluster is lang en verdient daarmee extra aandacht: (27) We press our demand for the ballot at this time in no narrow, capious or selfish spirit, but from purest patriotism for the highest good of every citizen, for the safety of the republic and as a glorious example to the nations of the earth. At this time our greatest need is not men or money, valiant generals or brilliant victories, but a consistent national policy based upon the principle that all government derive their just powers from the consent of the governed. The right of self-government for one-half of its people is of far more vital consequence than any or all other questions.57
Ter contextualisering moet opgemerkt worden dat deze bron al werd gebruikt voordat Amerika deelnam aan de Eerste Wereldoorlog. Daarmee is deze bron in uniek in de tweede categorie: het is de enige bron die de oorlog noemt voordat de Amerikaanse deelname bewaarheid was. In deze bron wordt de strijd voor het vrouwenkiesrecht nauw in verband gebracht met het Amerikaans nationalisme, dat Amerika presenteert als lichtend voorbeeld voor de rest van de wereld.58 Het gaat de feministen niet om wat er in het buitenland gebeurt, al wordt daar
56
Ibidem 297. Ibidem 73. 58 Iets soortgelijks bleek al ook in bron 20, waar erop werd gewezen dat Russische en Britse vrouwen kiesrecht kregen in oorlogstijd. 57
Onderzoeksseminar III – Roos Zwart (3348059)
25
gevochten, maar om wat er binnen de landsgrenzen speelt. Volgens hen halen de Verenigde Staten daar hun geloofwaardigheid en legitimatie vandaan. Dit illustreert het idee dat de Eerste Wereldoorlog niet alleen ging om het winnen van veldslagen en het vernietigen van de legers van de vijand, maar ook om het winnen (of behouden) van morele en sociale steun van de bevolking.59 Het was, zogezegd, een war of the minds. Dat is echter niet waar de relevantie van de oorlog voor de feministen in zit: die zoeken zij vooral in het feit dat de oorlog kan bijdragen aan het vrouwenkiesrecht. Om een “glorious example to the nations of the earth” te kunnen vormen, moet Amerika volgens hen een intern consistent beleid voeren – waar het vrouwenkiesrecht een integraal onderdeel van vormt. Dat wordt letterlijk patriottistisch geduid: met het vrouwenkiesrecht in de hand staat Amerika sterker tegenover de vijanden in de oorlog. Patriottisme is sowieso belangrijk van deze bron, waarmee de vrouwen laten zien hoe hoog zij Amerika hebben zitten. Daarmee tonen ze aan geen afwijking van de standaard te zijn, maar zich daar juist aan te houden. Dat blijkt eveneens uit de zin dat de overheid zijn macht verkrijgt “from the consent of the governed”, waarmee teruggegrepen wordt op eeuwen van politiek gedachtegoed over de legitimatie van heerschappij, die in de moderne verlichtingstraditie bij het volk wordt gelegd.60 3.3 Een beroep op verantwoordelijkheid Het derde thema dat verschillende banners aanstippen, kan gekarakteriseerd worden als een beroep op de verantwoordelijkheid van het Amerikaanse volk. Dat gebeurt in twee banners, 28 en 29: (28) Senator Shields told the people of Tennessee he would support the president’s policies. The only time the president went to the Senate to ask its support, senator Shields voted against him. Does Tennessee back the president’s war program or senator Shields?61 (29) The time has come to conquer or submit. For us there is but one choice. We have made it.62
De eerste bron noemt de oorlog door te verwijzen naar het oorlogsprogramma van de president. Wat dat precies is, wordt niet geëxpliciteerd, maar wordt duidelijk uit de context: de feministen doelen op de steun van de president voor het vrouwenkiesrecht, waar senator Shields blijkbaar niet achter stond. Dat de NWP dit het oorlogsprogramma van de president
59
Strachan, The First World War,60-63. Lokin en Zwalve, Hoofdstukken uit de Europese codificatiegeschiedenis, 38-39. 61 Stevens, Jailed for freedom, 297. 62 ‘The time has come to conquer or submit’ (versie onbekend), http://media-cachelt0.pinterest.com/upload/4433299604560147_hYF8dFb5.jpg (30 november 2012). 60
Onderzoeksseminar III – Roos Zwart (3348059)
26
noemt, maakt haar punt des te sterker: als de bevolking van Tennessee het er niet mee eens is, ondermijnt zij de kracht van de Verenigde Staten om de oorlog te winnen. Waar de meeste andere banners verwoord zijn in het kader van rechten en vrijheiden – er is reeds meerdere malen gewezen op de inzet van concepten als vrijheid en democratie – spreekt deze bron de bevolking van Tennessee aan op haar verantwoordelijkheid voor het standpunt van senator Shields. Een reden zou hiervoor kunnen zijn dat de strijd voor het vrouwenkiesrecht al jaren bezig was, zonder tot een bevredigend einde te leiden. Het zou kunnen dat de feministen daardoor van steeds meer en andere middelen gebruik gingen maken, in de hoop daarmee hun doel te bereiken. Ook bron 29 is verwoord in het kader van verantwoordelijkheden, maar op een heel andere manier dan bron 28. Het gaat hier niet om de verantwoordelijkheid van mensen voor het standpunt van hun vertegenwoordiger, maar om de verantwoordelijkheid van de Amerikaanse bevolking jegens de rest van de wereld. Om dit te kunnen begrijpen, is het van belang om te weten dat deze bron een letterlijk citaat is van Wilson. Hij sprak precies deze woorden uit in de oorlogsverklaring aan Duitsland.63 De vrouwen geven, door de woorden van Wilson te gebruiken, aan dat zij voor een soortgelijke keuze staan als het land als geheel. Amerika moest kiezen tussen Duitsland ten onder laten gaan of Duitsland bevrijden, waarbij de keuze viel op de laatste optie; de feministen moesten kiezen tussen roemloos falen of hartgrondig strijden voor het vrouwenkiesrecht – waarbij de keuze natuurlijk viel op de laatste mogelijkheid. Zij geven aan even strijdlustig te zijn als president Wilson en evenzeer hun verantwoordelijkheid te willen nemen. 3.4 De positie van Amerika ten opzichte van andere landen Dan blijven er nog twee banners over, die beide een vergelijking tussen Amerika en andere landen trekken. Dit zijn de volgende: (26) Germany has established “equal, universal, secret, direct franchise”. The senate has denied equal, universal, secret suffrage to America. Which is more of a democracy, Germany or America?64 (30) Russia and England are enfranchising their women in war-time. How long must American women wait for their liberty?65
In de eerste bron wordt de tegenstelling tussen Duitsland en de Verenigde Staten benoemd. Aan de ene kant van de Atlantische Oceaan bestaat Duitsland, de tegenpartij van Amerika in 63
Woodrow Wilson, ‘U.S. declaration of war with Germany, 2 april 1917’ (versie 22 augustus 2009), http://www.firstworldwar.com/source/usawardeclaration.htm (14 november 2012). 64 Stevens, Jailed for freedom, 297. 65 Ibidem 80.
Onderzoeksseminar III – Roos Zwart (3348059)
27
de oorlog; aan de andere kant bestaat Amerika, dat zich presenteert als beschermer van de democratie. Dit profiel is, zo stellen de feministen, niet in overeenstemming met de werkelijkheid, omdat het vrouwenkiesrecht zelfs in Duitsland eerder werd geïntroduceerd dan in Amerika. De vrouwen bouwen in deze banner voort op de tijdens de oorlog geponeerde tegenstelling tussen Amerika en Duitsland, maar dan door de partijen om te draaien. Een ander belangrijk concept in deze bron is het idee van democratie, dat reeds uitgebreid besproken is. De stelling van de feministen wordt wederom kracht bijgezet door een verwijzing naar één van de kernideeën van de Verenigde Staten. In bron 30 wijzen de feministen erop dat vrouwen in andere landen, die eveneens in oorlog zijn, wél kiesrecht hebben gekregen. In die zin is deze bron te beschouwen als een ontkrachting van het argument dat vrouwenkiesrecht in tijden van oorlog niet bewerkstelligd kan worden. Dat betekent dat deze bron een achtergrond schetst waartegen het mogelijk is om kiesrecht te verwerkelijken. Mogelijk probeerden de feministen met deze bron ook in te spelen op heersende gevoelens van superioriteit in de Amerikaanse politiek. Het gaat dan om het idee dat Amerika zichzelf ziet als wereldleider, een idee dat ook wel naar voren komt in de Fourteen Points van Wilson en, meer algemeen, in de opstelling van Amerika in de Eerste Wereldoorlog.66 Wilson heeft immers enige malen geprobeerd om als mediator tussen de strijdende Europese landen op te treden.67 Het zou kunnen dat de vrouwen dit gevoel wilden inzetten: als zelfs al die vechtende landen in Europa kiesrecht hebben, waarom wij dan nog niet? Daarmee laten ze zien dat het vrouwenkiesrecht aan de kern raakt van alles waar Amerika voor staat. 3.5 Voorlopige conclusie Aan de hand van deze categorie banners kan een aantal voorlopige conclusies worden getrokken. Ten eerste zijn de banners in deze categorie relatief lang, wat aangeeft dat deze banners meer dan de banners uit de eerste categorie gebruik maken van inhoudelijke redeneringen. Ten tweede wordt in veel van de banners de nadruk gelegd op de inconsistentie van de Amerikaanse overheid: in het buitenland wordt democratie gepredikt, terwijl Amerikaanse vrouwen het zonder kiesrecht moeten doen. Deze hypocrisie wordt zonder uitzondering opgehangen aan de Amerikaanse oorlogsdeelname en het is dan ook hier dat duidelijk wordt
66
Woodrow Wilson, ‘Fourteen points’ (versie 8 januari 1918), http://www.historyplace.com/speeches/wilsonpoints.htm (14 november 2012); Hew Strachan, The First World War (Londen 2003) 220-223. 67 Strachan, The First World War, 218-219.
Onderzoeksseminar III – Roos Zwart (3348059)
28
hoe de feministen daar gebruik van maken. De oorlog speelt een retorische rol in de banners: hij vormt geen inhoudelijk argument voor het vrouwenkiesrecht, maar wordt als fundament gebruikt om de echte redenering op te bouwen. Daar staat tegenover dat in een aantal banners de oorlog weldegelijk een argument vormt voor het vrouwenkiesrecht. Dat gebeurt op twee manieren: de vrouwen wijzen op het feit dat zij geen inspraak hebben in het overheidsbeleid dat hen in hun dagelijks leven raakt; en ze stellen dat het in tijden van oorlog extra belangrijk is om een consistent binnenlands beleid te voeren. Dat is ook relevant voor de derde conclusie die te trekken is: de meeste banners zijn vijandig ten opzichte van president Wilson, tot hij zijn standpunt verandert en met de feministen meegaat in het idee dat vrouwenkiesrecht een “vitally necessary war measure” is. Een laatste conclusie is dat de meeste banners teruggrijpen op traditionele Amerikaanse waarden. Dat gebeurt het meest expliciet in de banners die ook het meest militant of provocatief van toon zijn. Waarschijnlijk gebeurde dit om de gevoelsmatige ideologische afstand tussen de feministen en de samenleving te verkleinen.
Onderzoeksseminar III – Roos Zwart (3348059)
29
Hoofdstuk 4: Jailed for freedom In dit laatste hoofdstuk wordt ingegaan op het reeds aangehaalde boek Jailed for freedom van Stevens. Zij schreef dit boek naar aanleiding van haar ervaring in de strijd voor het vrouwenkiesrecht, waarin zij en een aantal van haar medestrijders werden opgepakt en gevangengezet. De reden die werd opgegeven was het verstoren van de verkeersorde, maar uit verschillende bronnen blijkt dat het meer een politiek proces was.68 Een zwakte van dit boek is dat het erg gekleurd is door de mening van de auteur: het is immers een ooggetuigenverslag, waarin Stevens haar eigen ervaringen heeft opgeschreven. Aan de andere kant heeft dat het voordeel dat deze bron heel precies weergeeft hoe er in de NWP werd gedacht over het vrouwenkiesrecht, over de president en over het Silent Sentinelproject. Daar komt bij dat het vrouwenkiesrecht al gerealiseerd was op het moment dat Stevens haar boek schreef, wat betekent dat zij geen propaganda meer hoefde te voeren. Dit hoofdstuk valt uiteen in twee delen: een kwantitatief en een kwalitatief deel. In het kwantitatieve deel wordt weergegeven hoe vaak bepaalde relevante termen voorkomen in het boek; in het kwalitatieve deel wordt ingegaan op de redeneringen en de argumentatie van de NWP. De nadruk ligt op het kwalitatieve deel, waarmee achtergrond en reliëf wordt gegeven aan de conclusies uit de twee voorgaande hoofdstukken. 4.1 Kwantitatieve analyse Uit het voorgaande is gebleken dat de banners van de NWP verschillende thema’s aanstipten. Door de frequentie van kernwoorden van deze thema’s in Stevens’ boek te onderzoeken, is na te gaan in hoeverre deze thematisering correct is. De resultaten van deze kwantitatieve analyse zijn terug te vinden als bijlage B. Daarbij moet opgemerkt worden dat er in deze analyse niet is gekeken naar de literaire context van de woorden, zodat niet altijd duidelijk is wat een woord betekende. Iets als “war”, bijvoorbeeld, kan op allerlei verschillende dingen hebben gedoeld: de Eerste Wereldoorlog is een optie, maar andere oorlogen of de oorlog voor kiesrecht zou ook kunnen. Er is geprobeerd om de termen zoveel mogelijk te duiden door te kijken in welke samenstellingen ze voorkwamen, maar dat is niet overal gelukt. Uit deze kwantitatieve analyse blijkt dat de thema’s die in de banners van de NWP naar voren kwamen, niet allemaal evenveel voorkomen in Jailed for freedom. De Amerikaanse kernwaarden democratie en vrijheid komen veel voor, evenals referenties naar de Amerikaanse overheid. Ook het woord “oorlog” komt veel voor, maar hiermee wordt meestal 68
Stillion Southard, ‘Militancy, power and identity’, 407-408; Stevens, Jailed for freedom, 3-4.
Onderzoeksseminar III – Roos Zwart (3348059)
30
gedoeld op de strijd voor het vrouwenkiesrecht en niet op de Eerste Wereldoorlog. Datzelfde geldt voor de term “wait”, die wel 67 keer wordt gebruikt, maar niet steeds in dezelfde context als in de banners. De hypocrisie van de overheid, waar veel banners op wezen, wordt amper geëxpliciteerd in het boek, zoals blijkt uit de lage frequentie van daaraan gerelateerde termen. Op zich is dat in lijn met de conclusies die uit de banners werden getrokken: die noemden de overheid immers ook niet hypocriet, maar impliceerden dit alleen. 4.2 Kwalitatieve analyse In deze paragraaf worden enkele relevante delen uit Jailed for freedom tot in detail bestudeerd. Het gaat daarbij slechts om vijf fragmenten die gewag maken van de Eerste Wereldoorlog, waarvan de eerste als volgt luidt: The problem of neutrality toward the European war was agitating the minds of political leaders. Nothing like suffrage for women must be allowed to rock the ship even slightly! Oh, no, indeed; it was men’s business to keep the nation out of war. Men never had shown marked skill at keeping nations out of war in the history of the world. But never mind! Logic must not be pressed too hard upon the ”reasoning” sex. This time, men would do it.69
In dit fragment wordt gesteld dat het vrouwenkiesrecht en de oorlog volgens de Amerikaanse politiek met elkaar onverenigbaar waren: het was aan de mannen om de koers van Amerika zó uit te stippelen dat er van oorlogsdeelname geen sprake zou zijn. Stevens reageert daar laatdunkend op. Zij is van mening dat er uit de handen van mannen nog nooit iets goeds is gekomen als het gaat om neutraliteit in oorlog. Stevens gebruikt de hier als argument voor het vrouwenkiesrecht: door vrouwen aan de macht te laten, kon Amerikaanse oorlogsdeelname namelijk voorkomen worden. De toon daarbij is fel ten opzichte van het politieke establishment, wat in overeenstemming is met de conclusies van de eerdere hoofdstukken. Democratic orators did their utmost to meet [the feminist] opposition [to president Wilson]. ”Give the President time. He can’t do everything at once.” ”Trust him once more; he will do it for you next term.” ”He kept us out of war. He is the best friend the mothers of the nation ever had” ”He stood by you. Now you women stand by him.” ”What good will votes do you if the Germans come over here and take your country?” And so on. Enticing doctrine to women – the peace-lovers of the human race. 70
In deze paragraaf geeft Stevens een aantal argumenten waarmee politici voor het presidentschap van Wilson pleitten. Een belangrijk onderdeel van deze argumenten vormt het feit dat Wilson er in zijn eerste termijn als president in geslaagd was om Amerika buiten de Eerste Wereldoorlog te houden. Volgens deze politici is het dus belangrijker dat Amerika zich 69 70
Stevens, Jailed for freedom, 40. Ibidem 44.
Onderzoeksseminar III – Roos Zwart (3348059)
31
buiten de oorlog houdt, wat Wilson kan bewerkstelligen; dan dat vrouwen kiesrecht krijgen, wat Wilson in dit geval niet voor elkaar kan krijgen. Sterker nog: het klinkt haast alsof Amerikaanse oorlogsdeelname onvermijdelijk is als het vrouwenkiesrecht wordt gerealiseerd. Stevens gebruikt de oorlog hier niet als argument voor het vrouwenkiesrecht, maar haalt slechts de politici aan die het tegenovergestelde doen: tegen het vrouwenkiesrecht ageren door de oorlog te noemen. Daar is Stevens minachtend over, wat wederom in lijn is met het idee dat de feministen militant waren ten opzichte van de overheid. [The Senate was] more interested in the sporting prospect of our going into the world war. There was no appeal to blood-lust in the women’s fight. There were no shining rods of steel. There was no martial music. We were not pledging precious lives and vast billions in our crusade for liberty. The beginning of our fight did indeed seem tiny and frail by the side of the big game of war, and so the senators were at first scarcely aware of our presence. 71
Hier wordt een vergelijking getrokken tussen het begin van de Amerikaanse oorlogsdeelname en de strijd voor het vrouwenkiesrecht. Waar dat eerste met veel lawaai en aandacht gepaard ging, bleef de strijd voor het vrouwenkiesrecht nogal op de achtergrond. Daarin kun je immers geen “appeal to blood-lust” vinden. De inzet van de oorlog hier wijkt af van alle manieren waarop aan de oorlog werd gerefereerd in de banners en is daarom interessant. In deze paragraaf oppert Stevens het idee dat de oorlog kon dienen als afleidingsmechanisme, waardoor het feminisme zich op het politieke toneel kon manoeuvreren zonder dat iemand dat doorhad. De oorlog vormt hier een inhoudelijk noch een formeel argument, maar wordt neergezet als gebeurtenis waardoor het feminisme de benodigde kansen kon pakken. With the country’s entrance into the war and [Wilson’s] immediate levation to world leadership, the pickets began to be a serious thorn in his flesh. His own statements of faith in democracy and the necessity for establishing it throughout the world left him open to attack. His refusal to pay the just bill owed the women and demanded by them brought irritation.72
In deze paragraaf stelt Stevens dat de positie van de president fragieler werd doordat Amerika strijdende partij werd in de Eerste Wereldoorlog. Daarmee riep hij allerlei kritiek over zich af: in het buitenland verkondigde hij democratie, in het binnenland was daar geen sprake van. De inhoud van deze paragraaf sluit dus lijnrecht aan bij de eerder behandelde banners die onder het thema “hypocrisie” vielen. Ook hier wordt de oorlog ingezet als manier om de president zwart te kunnen maken, wat wederom de eerdere conclusies ondersteunt. We must confess that the problem of dramatizing our fight for democracy in competition with the drama of a world-war, was most perplexing. Here were we,
71 72
Ibidem 66. Ibidem 67.
Onderzoeksseminar III – Roos Zwart (3348059)
32
citizens without power and recognition, with the only weapons to which a powerless class which does not take up arms can resort. We could not and would not fight with men’s weapons. Compare the methods women adopted to those men use in the pursuit of democracy; bayonets, machine guns, poison gas, deadly grenades, liquid fire, bombs, armored tanks, pistols, barbed wire entanglements, submarines, mines – every known scientific device with which to annihilate the enemy! What did we do? We continued to fight with our simple, peaceful, almost quaint device – a banner. A little more fiery, perhaps; pertinent to the latest political controversy, but still only a banner inscribed with militant truth!73
In dit fragment worden de methodes van Amerika op het slagveld vergeleken met de methodes die de feministen inzetten om hun doel te bereiken. In hun vergelijking komt Amerika er bar slecht vanaf: zijn methodes worden gekarakteriseerd door vechten en bloedvergieten, terwijl de feministen het houden bij de vredige manier van betogen met banners. Op die manier zet Stevens het punt van de NWP kracht bij: doordat de NWP gebruik maakt van menslievender methodes dan de Verenigde Staten, is zij moreel gezien beter gelegitimeerd. De oorlog vormt dus geen inhoudelijk argument voor het vrouwenkiesrecht, maar dient als middel om de vrouwen meer geloofwaardigheid te verlenen. 4.3 Voorlopige conclusie Uit voorgaande analyse van Jailed for freedom kan een aantal conclusies worden getrokken. Ten eerste valt op dat de meeste thema’s waar de banners aan refereerden, eveneens naar voren komen in het boek van Stevens. Daardoor worden de betrouwbaarheid en de representativiteit van de banners, en daarmee die van voorliggend onderzoek, vergroot. Ten tweede stroken de relevante fragmenten uit Jailed for freedom met de conclusies die aan de hand van de banneranalyse getrokken zijn. In de meeste banners, immers, werd de oorlog niet ingezet als inhoudelijk argument, maar meer als kapstok om een redenering aan op te hangen of als middel. Datzelfde blijkt het geval te zijn in de geanalyseerde passages van het boek van Stevens, waarin met name de militantie ten opzichte van de overheid veel wordt genoemd.
73
Ibidem 83.
Onderzoeksseminar III – Roos Zwart (3348059)
33
Conclusie In het voorgaande is een beeld geschetst van de banners waarmee de leden van de National Woman’s Party in de periode 1917-1920 bij het Witte Huis postten om hun strijd voor het vrouwenkiesrecht kracht bij te zetten. Daaruit blijkt dat de vrouwen in ongeveer de helft van de banners refereerden aan de Eerste Wereldoorlog en de Amerikaanse deelname daaraan. Dat kon verschillende functies hebben. De meest opvallende is het gebruik van de oorlog als middel om de Amerikaanse overheid mee zwart te maken. Dit werd gedaan door de nadruk te leggen op de hypocrisie van de Amerikaanse overheid: enerzijds verkondigde die dat democratie het doel van de Eerste Wereldoorlog was, anderzijds werd het vrouwenkiesrecht in het binnenland niet gerealiseerd. Dit verschil tussen binnen- en buitenlands beleid vormde voor de feministen een kapstok om hun teksten aan op te hangen. Dat betekent dat de oorlog geen inhoudelijk argument voor het kiesrecht was, maar meer een middel om de overheid mee zwart te maken. De tweede functie van de referenties aan de oorlog was, toch, het gebruik van de oorlog als inhoudelijk argument voor het vrouwenkiesrecht. De redenering daarachter is te destilleren tot het idee dat vrouwen zeggenschap moeten hebben over een overheid die ingrijpt in hun eigen leven – wat het geval was in de oorlog, waar immers Amerikaanse jongemannen naartoe werden gestuurd. Ook werd er gewezen op het belang van een intern consistent beleid. Amerika was in oorlog, wat betekende dat het alle middelen aan moest grijpen om zijn geloofwaardigheid en legitimiteit te bewaren. Een harmonisering van nationaal en internationaal beleid paste daarbij. Beide functies van de referenties aan de oorlog worden versterkt doordat de oorlog een zeker gevoel van urgentie opriep. De feministen streden voor het vrouwenkiesrecht in een land dat meer aan zijn hoofd had dan binnenlandse politiek: er moest een wereldwijde oorlog gevochten én gewonnen worden. Hierop speelde de NWP in met het idee dat het voor een land in zo’n onzekere staat van belang was om een consistent beleid te voeren. Op die manier gingen de vrouwen om met de context waarbinnen zij hun strijd voerden. In veel van de banners valt op dat de kernwaarden van de Verenigde Staten genoemd worden: democracy, liberty en freedom zijn veel gebezigde termen. Het vermoeden is dat dit gedaan werd om de (gevoelsmatige) ideologische afstand tussen de feministen en de maatschappij te verkleinen. Door dergelijke kernwaarden te noemen, tonen de feministen zich exponenten van de Amerikaanse traditie. Het is waarschijnlijk dat zij op die manier hoopten
Onderzoeksseminar III – Roos Zwart (3348059)
34
meer begrip te krijgen voor hun radicale standpunt. Dit wordt ondersteund door de observatie dat de referenties het duidelijkst waren in de bronnen met de meest militante toon. Heden en verleden: oude en nieuwe conclusies Nu duidelijk is in hoeverre de feministen gebruik maakten van de Eerste Wereldoorlog om hun strijd voor kiesrecht kracht bij te zetten, kunnen deze conclusies in de reeds bestaande literatuur worden geplaatst. Zoals gezegd, is er weinig geschreven over de relatie tussen de Eerste Wereldoorlog en het Amerikaanse feminisme. Toch zal hier worden geprobeerd om aansluiting te vinden bij wat al bekend is. Ten eerste bestaat er het idee dat de feministen zo succesvol waren in het realiseren van het vrouwenkiesrecht omdat zij een enorme bewustwordingscampagne hadden opgezet.74 Voorliggend onderzoek onderschrijft dat: de feministen zorgden voor veel ophef in de maatschappij en het is waarschijnlijk dat zij daardoor ook veel politieke invloed hadden. Waar in de bestaande literatuur de Eerste Wereldoorlog niet wordt genoemd, duidt dit onderzoek erop dat de oorlog weldegelijk de bewustwordingscampagne beïnvloedde. De oorlog gaf de feministen immers de mogelijkheid om provocatieve en radicale teksten op hun banners te schrijven, wat hun waarschijnlijk meer bekendheid heeft gegeven. Deze militante tactieken van het feminisme worden wel erkend in de bestaande literatuur75, maar dit onderzoek is het eerste dat de relatie tussen die militantie en de oorlog legt. Ook kan iets worden gezegd over wat het vrouwenkiesrecht opleverde. Volgens de Higonnets, die het reeds besproken concept van de dubbele helix hebben vormgegeven, was dat maar weinig.76 Daarbij sluiten Mary Chapman en Angela Mills, beide specialist op het gebied van het Amerikaanse vrouwenkiesrecht, zich aan.77 Historicus Robert H. Zieger, daarentegen, is van mening dat het realiseren van het kiesrecht weldegelijk een grote stap de goede kant op was.78 Hoewel in voorliggend onderzoek niet is gekeken naar de positie van vrouwen in de maatschappij, blijkt er wel uit dat de feministen van de NWP een oprechte, felle strijd voor het vrouwenkiesrecht voerden – en feit is dat dat in 1920 werd gerealiseerd. Hoewel daarmee de strijd voor emancipatie nog niet voltooid was, gaat het wel heel ver om te stellen dat het bereiken van het doel van de feministen zinloos was. 74
Matthews, The rise of public woman, 173-175. Matthews, The rise of public woman, 173; Freedman, Feminism, sexuality and politics, 85-104; Cott, The grounding of modern feminism, 4. 76 Higonnet en Higonnet, ‘The double helix’, 34. 77 Mary Chapman en Angela Mills, ‘Eighty years and more. Looking back at the Nineteenth Amendment’, Canadian Review of American Studies 36 (2006) 1-15, 4. 78 Robert H. Zieger, America’s great war. World War I and the American experience (Lanham 2000) 137. 75
Onderzoeksseminar III – Roos Zwart (3348059)
35
Toekomst: nieuwe discussies over het feminisme Hoewel in dit onderzoek zoveel mogelijk is geprobeerd om rekening te houden met de beperkingen die de banners stelden, betekent dat niet dat er geen verbeterpunten te zien zijn. Een belangrijk zwaktepunt van dit onderzoek is de nadruk op de banners van de NWP. Hoewel deze banners een goed beginpunt vormen voor de ontsluiering van een gebied waar nog weinig onderzoek naar is gedaan, is het lastig om op basis van alleen deze bronnen te bepalen wat de intenties van de NWP waren met bepaalde bronnen. Jailed for freedom geeft iets van achtergrond, maar om de banners – en daarmee de strijd voor het vrouwenkiesrecht – beter te begrijpen is het van belang om meer bronnen bij het onderzoek te betrekken. Daarbij valt te denken aan correspondentie tussen de NWP en de overheid, stukken van het Congres, krantenartikelen en speeches van de NWP en de overheid. Door ook naar dergelijke bronnen onderzoek te doen, ontstaat een beter beeld van de instrumentalisatie van de Eerste Wereldoorlog door de feministen. Daarmee wordt tevens het interpretatiedilemma beperkt. Als auteur van nu is het vrijwel onmogelijk om precies te weten hoe een tekst van de NWP honderd jaar geleden werd ontvangen. In dit onderzoek is alleen gekeken naar de teksten zelf, maar door daar meer context bij te betrekken, zijn de bronnen op een geloofwaardiger manier te interpreteren. Een tweede zwaktepunt van dit onderzoek is het archeologische adagium “The absence of evidence is not the evidence of absence”. De hoofdmoot van de analyse in dit onderzoek is gebouwd op zestien bronnen, die de Eerste Wereldoorlog wel gebruiken, maar meestal niet als inhoudelijk argument. Dat betekent echter niet dat de feministen dus weinig gebruik maakten van de oorlog: wie weet waren er nog meer banners, of andere bronnen, waarin dit wel terug te vinden is. Een laatste manier om het voorliggend onderzoek aan te vullen is door de dialectiek tussen de overheid en de feministen onder de loep te nemen. Na dit onderzoek is duidelijk hoe de feministen de Eerste Wereldoorlog gebruikten om hun strijd voor het vrouwenkiesrecht bij te zetten – althans op hun banners – maar daarmee is nog onduidelijk hoe de overheid daarop reageerde. Enkele speeches van Wilson zijn aangehaald, maar daar is alles mee gezegd. Het zou interessant zijn om het politieke proces verder te analyseren. Daarmee zou immers duidelijk worden hoe politieke besluitvorming wordt beïnvloed door mensen die daar feitelijk geen stem in hebben.
Onderzoeksseminar III – Roos Zwart (3348059)
36
Bibliografie Primaire bronnen
Gedrukte bronnen Stevens, Doris, Jailed for freedom. American women win the vote (New York 1920).
Niet-gedrukte bronnen Harvey, George, ‘Mr. Root as envoy to Russia’, The North American Review 103 (1917) 829833, Jefferson, Thomas e.a., ‘Declaration of Independence’ (versie 1776), http://1.bp.blogspot.com/YSwERZU1gew/TbjScpKMRhI/AAAAAAAAAPw/oIIc3ShI9Gg/s1600/Declaration.jp g (28 november 2012). ‘Kaiser Wilson’ (versie onbekend), http://www.archives.gov/education/lessons/womansuffrage/images/kaiser-wilson-m.jpg (1 oktober 2012). ‘Mr President how long must women wait for liberty’ (versie onbekend), http://memory.loc.gov/cgi-bin/displayPhoto.pl?path=/service/mss/mnwp/160&top Images=160022r.jpg&topLinks=160022v.jpg,160022u.tif&displayProfile=0&dir=amm em&itemLink=r?ammem/mnwp:@field%28DOCID+@lit%28mnwp000212%29%29 (31 oktober 2012). ‘Mr President how long must women wait for liberty / Mr President what will you do for woman suffrage’ (versie onbekend), http://law.jrank.org/article_images/gat_0000_ 0001_0_img0064.jpg (31 oktober 2012). ‘Mr President you say liberty is the fundamental demand of the human spirit’ (versie onbekend), https://www.brooklynmuseum.org/community/blogosphere/2008/02/07/ next-up-votes-for-women/ (31 oktober 2012). ‘NWP members picket outside the International Amphitheater in Chicago, where Woodrow Wilson delivers a speech. October 20, 1916’ (versie onbekend), http://memory.loc.gov /ammem/collections/suffrage/nwp/images/tactics1.jpg (31 oktober 2012). ‘President Wilson is deceiving the world’ (versie onbekend), http://ic.pics.livejournal.com/ kensmind/1278588/62139/62139_original.gif (14 november 2012). ‘Suffragette outside the White House gate’ (versie onbekend), http://www.whitehousehistory. org/whha_history/white-house-stories/suffragists-attacked.html (30 november 2012).
Onderzoeksseminar III – Roos Zwart (3348059)
37
‘The time has come to conquer or submit’ (versie onbekend), http://media-cachelt0.pinterest.com/upload/4433299604560147_hYF8dFb5.jpg Verenigde Staten van Amerika, ‘U.S. Constitution’ (versie 6 maart 2011), http://www.usconstitution.net/xconst.html (30 november 2012). ‘We protest against the thirty-four wilful senators’ (versie onbekend), http://lcweb2.loc. gov/service/pnp/hec/11400/11447r.jpg (14 november 2012). ‘We shall fight for the things we have always carried near our hearts’ (versie onbekend), http://www.c-span.org/uploadedImages/Content/Images/AHTV/ahtv-womansparty.jpg?404=a404&maxwidth=314&watermark= (14 november 2012). Wilson, Woodrow, ‘Fourteen points’ (versie 8 januari 1918), http://www.historyplace.com/ speeches/wilson-points.htm (14 november 2012). Wilson, Woodrow, ‘U.S. declaration of war with Germany, 2 april 1917’ (versie 22 augustus 2009), http://www.firstworldwar.com/source/usawardeclaration.htm (14 november 2012). Secundaire literatuur Banks, Olive, Becoming a feminist. The social origins of ‘first wave’ feminism (Sussex 1986). Burkens, M.C. e.a., Beginselen van de democratische rechtsstaat. Inleiding tot de grondslagen van het Nederlandse staats- en bestuursrecht (Alphen aan den Rijn 2006). Chapman, Mary en Angela Mills, ‘Eighty years and more. Looking back at the Nineteenth Amendment’, Canadian Review of American Studies 36 (2006) 1-15. Cott, Nancy F., The grounding of modern feminism (New Haven 1987). DuBois, Ellen Carol, Feminism and suffrage. The emergence of an independent woman’s movement in America, 1849-1869 (Ithaca 1999). Freedman, Estelle B., Feminism, sexuality and politics (Chapel Hill 2006). Gilbert, Sandra M., ‘Soldier’s heart. Literary men, literary women, and the Great War’, in: Margaret Randolph Higonnet e.a. (ed.), Behind the lines. Gender and the two world wars (New Haven 1987) 197-226. Heywood, Andrew, Political ideologies. An introduction (Basingstoke 2003). Higonnet, Margaret R. en Patrice L.-R. Higonnet, ‘The double helix’, in: Margaret Randolph Higonnet e.a. (ed.), Behind the lines. Gender and the two world wars (New Haven 1987) 31-47.
Onderzoeksseminar III – Roos Zwart (3348059)
38
Law, Randall D., Terrorism. A history (Cambridge 2009) Matthews, Glenna, The rise of public woman. Woman’s power and woman’s place in the United States, 1630-1970 (New York 1992). Lokin, J.H.A. en W.J. Zwalve, Hoofdstukken uit de Europese codificatiegeschiedenis (Den Haag 2006) Stillion Southard, Belinda A., ‘Militancy, power and identity. The Silent Sentinels as women fighting for political voice’, Rhetoric and public affairs 10 (2008) 399-417. Rosier, T.E. e.a., Grondslagen van het recht: Achtergronden (Den Haag 2010) Strachan, Hew, The First World War (Londen 2003). Winter, Jay en Antoine Prost, The Great War in history. Debates and controversies, 1914 to the present. (Cambridge 2005). Zieger, Robert H., America’s great war. World War I and the American experience (Lanham 2000).
Onderzoeksseminar III – Roos Zwart (3348059)
39
Bijlage A: De teksten op de banners Categorie 1: Banners waarin de oorlog niet wordt genoemd
Het thema tijd (1) After the civil war, women asked for political freedom. They were told to wait – this was the negro’s hour. In 1917 American women still ask for freedom. Will you, Mr President, tell them to wait – that this is the Porto Ricans [sic] hour? 79 (2) Mr President, how long must women wait for liberty?80 (3) Mr President, you said in the Senate on September 20 “We shall not only be distrusted but we shall deserve to be distrusted if we do not enfranchise women.” You alone can remove this distrust now by securing the one vote needed to pass the suffrage amendment before March 4.81 (4) Only fifteen legislative days are left in this Congress. For more than a year, the president’s party has blocked suffrage in the Senate. It is blocking it today. The president is responsible for the betrayal of American womanhood.82 (5) President Wilson, how long do you advice us to wait?83
Referenties aan de kernwaarden van de Verenigde Staten (6) Lincoln stood for woman suffrage 60 years ago. Mr President, why do you block the national suffrage amendment today? Why are you behind Lincoln?84 (7) Mr President, you say liberty is the fundamental demand of the human spirit.85 (8) Mr President, you say we are interested in the United States, politically speaking, in nothing but human liberty.86 (9) Resistance to tyranny is obedience to God.87
79
Doris Stevens, Jailed for freedom. American women win the vote (New York 1920) 72. ‘Mr President how long must women wait for liberty’ (versie onbekend), http://memory.loc.gov/cgibin/displayPhoto.pl?path=/service/mss/mnwp/160&topImages=160022r.jpg&topLinks=160022v.jpg,160022u.tif &displayProfile=0&dir=ammem&itemLink=r?ammem/mnwp:@field%28DOCID+@lit%28mnwp000212%29% 29 (31 oktober 2012), ‘Mr President how long must women wait for liberty / Mr President what will you do for woman suffrage’ (versie onbekend), http://law.jrank.org/article_images/gat_0000_0001_0_img0064.jpg (31 oktober 2012) en Doris Stevens, Jailed for freedom. American women win the vote (New York 1920) 72 81 Doris Stevens, Jailed for freedom. American women win the vote (New York 1920) 321. 82 Doris Stevens, Jailed for freedom. American women win the vote (New York 1920) 315. 83 Doris Stevens, Jailed for freedom. American women win the vote (New York 1920) 315. 84 Doris Stevens, Jailed for freedom. American women win the vote (New York 1920) 72. 85 ‘Mr President you say liberty is the fundamental demand of the human spirit’ (versie onbekend), https://www.brooklynmuseum.org/community/blogosphere/2008/02/07/next-up-votes-for-women/ (31 oktober 2012). 86 Belinda A. Stillion Southard, ‘Militancy, power and identity. The Silent Sentinels as women fighting for political voice’, Rhetoric and public affairs 10 (2008) 399-417, 400. 87 Doris Stevens, Jailed for freedom. American women win the vote (New York 1920) 213. 80
Onderzoeksseminar III – Roos Zwart (3348059)
40
Militantie ten opzichte van de overheid (4) Only fifteen legislative days are left in this Congress. For more than a year, the president’s party has blocked suffrage in the Senate. It is blocking it today. The president is responsible for the betrayal of American womanhood.88 (10) The government orders our banners destroyed because they tell the truth.89 (11) Vote against Wilson, he kept us out of suffrage! 90 (12) Vote against Wilson, he opposes national woman suffrage.91 (13) Wilson is against women.92
Overig (14) Mr President, what will you do for woman suffrage?93
Categorie 2: Banners waarin de oorlog wel wordt genoemd
Hypocrisie van de kant van de overheid (15) Democracy should begin at home.94 (16) Kaiser Wilson, have you forgotten your sympathy with the poor Germans because they were not self-governed? 20.000.000 American women are not selfgoverned. Take the beam out of your own eye.95 (17) President Wilson is deceiving the world when he appears as the prophet of democracy. President Wilson has opposed those who demand democracy for this country. He is responsible for the disenfranchisement of millions of Americans. We in America know this, the world will find him out.96 (18) Senator Wadsworth’s regiment is fighting for democracy abroad. Senator Wadsworth left his regiment and is fighting against democracy in the Senate. Senator Wadsworth could serve his country better by fighting with his regiment abroad than by fighting women at home.97
88
Doris Stevens, Jailed for freedom. American women win the vote (New York 1920) 315. Doris Stevens, Jailed for freedom. American women win the vote (New York 1920) 130. 90 Doris Stevens, Jailed for freedom. American women win the vote (New York 1920) 45. 91 ‘NWP members picket outside the International Amphitheater in Chicago, where Woodrow Wilson delivers a speech. October 20, 1916’ (versie onbekend), http://memory.loc.gov/ammem/collections/suffrage/nwp/images/tactics1.jpg (31 oktober 2012). 92 ‘NWP members picket outside the International Amphitheater in Chicago, where Woodrow Wilson delivers a speech. October 20, 1916’ (versie onbekend), http://memory.loc.gov/ammem/collections/suffrage/nwp/images/tactics1.jpg (31 oktober 2012). 93 ‘Mr President how long must women wait for liberty / Mr President what will you do for woman suffrage’ (versie onbekend), http://law.jrank.org/article_images/gat_0000_0001_0_img0064.jpg (31 oktober 2012). 94 Suffragette outside the White House gate’ (versie onbekend), http://www.whitehousehistory.org/whha_history/white-house-stories/suffragists-attacked.html (30 november 2012) en Doris Stevens, Jailed for freedom. American women win the vote (New York 1920) 84. 95 ‘Kaiser Wilson’ (versie onbekend), http://www.archives.gov/education/lessons/womansuffrage/images/kaiser-wilson-m.jpg (1 oktober 2012) en Doris Stevens, Jailed for freedom. American women win the vote (New York 1920) 124. 96 President Wilson is deceiving the world’ (versie onbekend), http://ic.pics.livejournal.com/kensmind/1278588/62139/62139_original.gif (14 november 2012). 97 Doris Stevens, Jailed for freedom. American women win the vote (New York 1920) 297. 89
Onderzoeksseminar III – Roos Zwart (3348059)
(19) To envoy Root: you say that America must throw its manhood to the support of liberty. Whose liberty? This nation is not free. Twenty million women are denied by the President of the United States the right to representation in their own government. Tell the president that he cannot fight against liberty at home while he tells us to fight for liberty abroad. Tell him to make America safe for democracy before he asks the mothers of America to throw their sons to the support of democracy in Europe. Ask him how he can refuse liberty to American citizens when he is forcing millions of American boys out of their country to die for liberty.98 (20) To the Russian envoys. President Wilson and Envoy Root are deceiving Russia when they say “We are a democracy, help us win the world war so that democracy may survive”. We, the women of America, tell you that America is not a democracy. Twenty-million American women are denied the right to vote. President Wilson is the chief opponent of their national enfranchisement. Help us make this nation really free. Tell our government it must liberate its people before it can claim free Russia as an ally.99 (21) We demand justice and self-government in our own land.100 (22) We protest against the thirty-four wilful senators who have delayed the political freedom of American women. They have obstructed the war program of the president. They have lined up the Senate with Prussia by their denial of self government [sic] to the people.101 (23) We shall fight for the things which we have always carried nearest our hearts – for democracy, for the right of those who submit to authority to have a voice in their government. President Wilson's war message April 2 1917.102 (24) Why does not the president insure the passage of suffrage in the Senate tomorrow? Why does he not win from his party the one vote needed? Has he agreed to permit suffrage again to be pushed aside? President Wilson is deceiving the world. He preaches democracy abroad and thwarts democracy here.103
De oorlog als inhoudelijk argument (18) Senator Wadsworth’s regiment is fighting for democracy abroad. Senator Wadsworth left his regiment and is fighting against democracy in the Senate. Senator Wadsworth could serve his country better by fighting with his regiment abroad than by fighting women at home.104 (22) We protest against the thirty-four wilful senators who have delayed the political freedom of American women. They have obstructed the war program of the president. They have lined up the Senate with Prussia by their denial of self government [sic] to the people.105
98
Doris Stevens, Jailed for freedom. American women win the vote (New York 1920) 123. Doris Stevens, Jailed for freedom. American women win the vote (New York 1920) 92. 100 Doris Stevens, Jailed for freedom. American women win the vote (New York 1920) 84. 101 ‘We protest against the thirty-four wilful senators’ (versie onbekend), http://lcweb2.loc.gov/service/pnp/hec/11400/11447r.jpg (14 november 2012). 102 ‘We shall fight for the things we have always carried near our hearts’ (versie onbekend), http://www.cspan.org/uploadedImages/Content/Images/AHTV/ahtv-womansparty.jpg?404=a404&maxwidth=314&watermark= (14 november 2012). 103 Doris Stevens, Jailed for freedom. American women win the vote (New York 1920) 315. 104 Doris Stevens, Jailed for freedom. American women win the vote (New York 1920) 297. 105 ‘We protest against the thirty-four wilful senators’ (versie onbekend), http://lcweb2.loc.gov/service/pnp/hec/11400/11447r.jpg (14 november 2012). 99
41
Onderzoeksseminar III – Roos Zwart (3348059)
(25) Mr President, how long must women be denied a voice in a government which is conscripting their sons?106 (26) Russia and England are enfranchising their women in war-time. How long must American women wait for their liberty?107 (27) We press our demand for the ballot at this time in no narrow, capious or selfish spirit, but from purest patriotism for the highest good of every citizen, for the safety of the republic and as a glorious example to the nations of the earth. At this time our greatest need is not men or money, valiant generals or brilliant victories, but a consistent national policy based upon the principle that all government derive their just powers from the consent of the governed. The right of self-government for one-half of its people is of far more vital consequence than any or all other questions.108
Een beroep op verantwoordelijkheid (28) Senator Shields told the people of Tennessee he would support the president’s policies. The only time the president went to the Senate to ask its support, senator Shields voted against him. Does Tennessee back the president’s war program or senator Shields?109 (29) The time has come to conquer or submit. For us there is but one choice. We have made it.110
De positie van Amerika ten opzichte van andere landen (26) Russia and England are enfranchising their women in war-time. How long must American women wait for their liberty?111 (30) Germany has established “equal, universal, secret, direct franchise”. The senate has denied equal, universal, secret suffrage to America. Which is more of a democracy, Germany or America?112
106
Doris Stevens, Jailed for freedom. American women win the vote (New York 1920) 139. Doris Stevens, Jailed for freedom. American women win the vote (New York 1920) 80. 108 Doris Stevens, Jailed for freedom. American women win the vote (New York 1920) 73. 109 Doris Stevens, Jailed for freedom. American women win the vote (New York 1920) 297. 110 ‘The time has come to conquer or submit’ (versie onbekend), http://media-cachelt0.pinterest.com/upload/4433299604560147_hYF8dFb5.jpg (30 november 2012). 111 Doris Stevens, Jailed for freedom. American women win the vote (New York 1920) 80. 112 Doris Stevens, Jailed for freedom. American women win the vote (New York 1920) 297. 107
42
Onderzoeksseminar III – Roos Zwart (3348059)
Bijlage B: De resultaten van de kwantitatieve analyse Term
Frequentie Tijd/wachten wait 67 Overheid President 536 Mr President 90 President Wilson 36 Senate 140 House 369 House of 5 Representatives White House 101 Congress 226 Oorlog war 175 world war 13 Civil War 7 suffrage war 3 great war 3 European war 3 Amerikaanse kernwaarden democracy 91 liberty 126 political liberty 10 freedom 61 Christian 6 religious 4 Hypocrisie hypocrisy 3 inconsistency 4
43