Juli 2011, Deventer
INHOUDSOPGAVE INLEIDING HOOFDSTUK 1 - VORM EN INHOUD 1.1 Vaststellen van de doelgroep 1.2 Missie en Visie 1.3 Opzet van de Jeugdtheaterschool 1.4 Verantwoording van de opzet van de jeugdtheaterschool 1.5 Doelstellingen 1.6 Waarborgen van kwaliteit HOOFDSTUK 2 – LEERTRAJECTEN ONDERBOUW 2.1 Opbouw leertraject onderbouw 2.2 Lesdoelen 2.3 Lesstof 2.4 Presentaties 2.5 Indeling Jaargang 1 t / m 3 onderbouw HOOFDSTUK 3 - LEERTRAJECTEN BOVENBOUW 3.1 De bovenbouw in schema 3.2 Lesdoelen 3.3 Lesstof 3.4 Presentaties 3.5 Indeling Jaargang 1 t / m 5 bovenbouw HOOFDSTUK 4 - ORGANISATIE 4.1 Het Theaterschip 4.2 De jeugdtheaterschool als organisatie 4.3 Inschrijving van deelnemers 4.4 De docenten 4.5 Gastdocenten en andere medewerkers 4.6 Extra aanbod voor jeugd en jongeren HOOFDSTUK 5 – OVERIG AANBOD VAN DE JTS 5.1 Nog een voorstelling 5.2 Productieklas 5.3 En dan ook nog…
blz. 04 blz. 05
blz. 06 blz. 07
blz. 08 blz. 10
blz. 12
blz. 13
3
INLEIDING (Dit leerplan is herzien op 13 juli 2011. Met ingang van het seizoen 2011 – 2012 wordt met de herziene versie gewerkt.) Het Theaterschip is vanaf het seizoen 2006-2007 gestart met een JTS (jeugdtheaterschool) voor jeugd en jongeren uit de Regio Deventer. Het doel is jeugd en jongeren een podium te bieden voor hun eigen theatrale ambities, voor hun spelplezier maar ook voor het ontwikkelen van jeugd en / of jongerentheater met jeugd en jongeren. Om dit initiatief te kaderen en vorm te geven is een plan opgesteld. Dit plan behelst de doelen van de Jeugdtheaterschool, een visie op theater door kinderen en jongeren en een idee betreffende de verschillende trajecten die de deelnemers kunnen volgen, de lesinhoud per jaargang en de te bieden podia. Kortom een leerplan JTS Theaterschip. Met dit plan denkt het Theaterschip een goede structuur te bieden aan de deelnemers van de jeugdtheaterschool. Het plan is echter niet statisch en zal jaarlijks worden geëvalueerd en zonodig aangepast. Jowin Heemskerk Erik-Jan Post
4
HOOFDSTUK 1 - VORM EN INHOUD 1.1 VASTSTELLEN VAN DE DOELGROEP Het Theaterschip richt zich met de jeugdtheaterschool (JTS) specifiek op deelnemers tussen de 7 en 23 jaar. Dit is onderverdeeld in een onderbouw (basisschool leerlingen) en bovenbouw (voortgezet onderwijs). Daarnaast ontstaat er vanaf het komende seizoen een Productieklas die zich uitsluitend richt op talentvolle jongeren die verder willen met theater. 1.2 MISSIE en VISIE De missie die ten grondslag ligt aan de JTS is om kinderen en jongeren uit de regio Deventer de kans te geven om een meerjarig leer- en presenteertraject te volgen waarin zoveel mogelijk facetten en vormen van het acteren aan bod komen. Het uitgangspunt van de JTS is de speler vertrouwen te bieden in de leersituatie en plezier te laten ervaren tijdens de lessen en het spelen. Daarnaast wil de JTS de aandacht vestigen op het nemen van de eigen verantwoordelijkheid en de speler laten leren door te ontdekken, te verbreden en te verbeteren. Tot slot staat de JTS voor (spel)ontwikkeling, ‘het onderste uit de kan halen’ en een creatieve lesmethode. 1.3 OPZET VAN DE JEUGDTHEATERSCHOOL De opzet van de JTS wordt gekenmerkt door de volgende punten: • De JTS kent verschillende trajecten. De maximale duur van het complete traject is 11 jaargangen (onderbouw en bovenbouw). • Elk jaar wordt er vanuit een drietal themablokken de aandacht gevestigd op verschillende spelelementen. Tijdens het leertraject worden de elementen uitgebreid en uitgediept. • De JTS kenmerkt zich door een presentatiegericht leerproces. Elk trimester wordt daarom afgesloten met een presentatie of er wordt gewerkt aan een voorstelling. • In de opzet van de JTS is meegenomen dat er ook aandacht zal worden besteed aan muziek en beweging. • De JTS biedt de deelnemers diverse podia. • De JTS wil zowel groepsgericht als individueel lesgeven. • De JTS is gehuisvest op het Theaterschip en als zodanig onderdeel van een breed opererende Stichting die naast Educatie ook een Productiehuis en Bedrijfstheaterafdeling aan boord heeft. 1.4 VERANTWOORDING VAN DE OPZET VAN DE JEUGDTHEATERSCHOOL Het Theaterschip is van mening dat een deelnemer zich het beste ontwikkelt wanneer hem een praktijkgerichte leeromgeving wordt geboden. Dit geldt niet alleen voor de lessen die hij zal volgen, maar ook voor de afsluiting van een trimester (themablok) en / of jaargang. Binnen de JTS zal het accent tijdens de blokken verschuiven van een ‘leerles’ naar een ‘presentatieles’. Binnen het totale leertraject zal een aantal onderwerpen meerdere malen aan bod komen. Dit zal geen herhaling zijn, maar een verdieping. Het aanleren van de spelvaardigheden zal niet alleen in groepsverband maar (daar waar nodig) ook individueel plaatsvinden. Er zal niet alleen worden gewerkt aan spelelementen. Ook beweging, stem en muzikaliteit zullen gedurende de jaren aandacht krijgen. 1.5 DOELSTELLINGEN Het Theaterschip stelt zich het volgende ten doel: 1. De deelnemers zijn in staat om aan het einde van het volledige traject een voorstelling te spelen waarbij:
5
• • • •
Basisvaardigheden in spel op een overtuigende wijze worden ingezet; Eigenheid in spel een belangrijk kenmerk is; Spelvoorwaarden als plezier en durf de boventoon voeren; Vertrouwen in eigen kunnen en leeromgeving de basis zijn voor een repetitieperiode.
2. De deelnemers zijn in staat om aan het einde van het volledige traject aan te tonen inzicht te hebben in: • • • • •
•
Verschillende speelstijlen; De basis van dramaturgie (opbouw van een scène / stuk en betekenis geven); Het belang van muziek in combinatie met spel; Het belang van beweging in combinatie met spel; Termen uit het theater; (Onder andere: 5 w’s en hoe, Samenspel, Inleving, Beleving, Richten, Actiereactie, Schakelen, Introvert/Extravert, Magie.) Het evalueren van (eigen) spel.
1.6 WAARBORGEN VAN KWALITEIT Het Theaterschip wil de kwaliteit van de lessen en presentaties waarborgen door te werken met gekwalificeerde docenten en regisseurs. Het Theaterschip kijkt hierbij nadrukkelijk naar de specifieke kwaliteiten / competenties van de docenten en zet hen dan ook in waar hij het best tot zijn recht komt. Daar waar nodig zal er extern worden ingehuurd als de kennis van bepaalde facetten niet aan boord is. Dan valt bijvoorbeeld te denken aan een clownsworkshop gegeven door een clown of mime door een mimespeler. Van de docenten wordt tevens verwacht dat ze affiniteit hebben met de doelgroep, over goede docentvaardigheden beschikken en op de hoogte zijn van de hedendaagse ontwikkelingen binnen het theater. Om de kwaliteit nog verder te bevorderen zal Het Theaterschip zich aan het begin van elk trimester buigen over alle deelnemers om ervoor te zorgen dat de leeromgeving zo ideaal mogelijk is en zal Het Theaterschip dit, waar nodig, communiceren naar ouders van (en) deelnemers.
6
HOOFDSTUK 2 – LEERTRAJECT ONDERBOUW 2.1 OPBOUW LEERTRAJECT ONDERBOUW Met onderstaand schema zal het totale leertraject worden weergegeven: De Onderbouw bestaat uit maximaal 5 lesjaren, in principe ga je na elk les jaar door naar de volgende groep. --------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Onderbouw Jaargang 1 Groep 4
Onderbouw Jaargang 2 Groep 5/6
onderbouw Jaargang 3 Groep 7/8
Naar de bovenbouw
De jaargangen genoemd bij de onderbouw lopen synchroon aan groepen 4, 5, 6, 7 en 8 van de basisschool. In de onderbouw willen we kinderen in aanraking laten komen met spelen en leren spelen. De jaargangen dienen vooral om de basisvaardigheden van toneelspelen en theater aan te leren. Daartoe heeft het Theaterschip de lesjaren opgedeeld in 3 blokken van 9 weken. Elk blok kent zijn eigen thema en elk blok wordt afgesloten met een presentatie aan boord van het Theaterschip voor vrienden en familie. Zo wordt een presentatie meer ‘een kijkje in de keuken van…’ en verzekerd dat de spelers van een veilige(r) omgeving. De keuze voor gecombineerde groepen 4/5, 5/6, 6/7 en 7/8 is gemaakt op basis van organisatorische overwegingen en op basis van pedagogische ontwikkeling. We kiezen bewust voor heterogene groepen door de prikkelende groepsdynamiek die daar vanuit kan ontstaan. 2.2 LESDOELEN Tijdens de onderbouw wordt er elk jaargang in 3 blokken van 9 lessen gewerkt aan de volgende algemene doelen: 1. De deelnemer is aan het eind van het blok in staat het wie, wat en waar toe te passen in een scène. 2. De deelnemer is aan het eind van het blok in staat zich voor te doen als een ander persoon en kan enkele eigenschappen spelen. 3. De deelnemer is aan het eind van het blok in staat om een improvisatie te spelen. 2.3 LESSTOF De lesstof voor de onderbouw zal veelal bestaan uit improvisatieopdrachten, concentratieoefeningen, presentatieoefeningen en kennismakingsopdrachten (voor zowel de groep als de leerstof). Elk blok richt zich 4 tot 5 lessen op het aanleren van vaardigheden. Daarna zal er gewerkt worden aan een korte presentatie. 2.4 PRESENTATIES Aan het einde van een blok wordt er een korte presentatie gehouden. Voor het eerste jaar basiscursus is de duur van een presentatie ongeveer 10 minuten. Voor het tweede jaar is dat 15 minuten, voor het derde, vierde en vijfde jaar wordt er gestreefd naar een presentatie van ongeveer 20 minuten. De presentaties zullen ruimte laten voor zowel groeps- als individuele onderdelen. De presentaties voor de basiscursus vinden alleen plaats op Het Theaterschip.
7
De deelnemers komen wel in aanmerking om deel te nemen aan het Dickens Festijn in december. Daarmee wordt jaarlijks de stap naar buiten gemaakt. 2.5
INDELING JAARGANGEN 1 T/M 3 ONDERBOUW
Jaargang 1A kent de volgende 3 thema’s: 1. SPROOKJES - BASISVAARDIGHEDEN In deze cursus zal gewerkt worden aan een deel van de basis van het spelen. De nadruk ligt voornamelijk op spelplezier, (spel)concentratie, speldurf en het leren toepassen van de 5 W’s. 2. JEUGDBOEKEN - BASISVAARDIGHEDEN IMPROVISATIE In deze cursus zal gewerkt worden aan het improvisatietalent van de deelnemer. De deelnemer zal leren om improvisatieregels toepasbaar te maken, een scène op te bouwen en te zoeken naar creatieve oplossingen in spel. 3. DISNEY – BASISVAARDIGHEDEN TEKST In deze cursus zal de nadruk liggen op het reageren op de medespeler en actief spel. Jaargang 1B kent de volgende 3 thema’s: 1. DICKENSVERHALEN - BASISVAARDIGHEDEN In deze cursus zal gewerkt worden aan een deel van de basis van het spelen. De nadruk ligt voornamelijk op spelenergie, het leren toepassen van de 5 W’s in een scène en het zoeken naar creatieve oplossingen in spel. 2. VRIJ THEMA – BASISVAARDIGHEDEN IMPROVISATIE In deze cursus zal gewerkt worden aan het improvisatietalent van de deelnemer. De deelnemer zal leren om improvisatieregels toepasbaar te maken, een scène op te bouwen en te zoeken naar creatieve oplossingen in spel. 3. ANNIE M.G. SCHMIDT – BASISVAARDIGHEDEN TEKST Deze cursus geeft de deelnemers inzicht in de kracht van muziek tijdens spel, als middel om tot spel te komen en als ondersteunend middel tijdens een voorstelling. Als uitgangspunt voor de presentatie wordt een sprookje tot musical gemaakt. Jaargang 2A kent de volgende 3 thema’s: 1. GEDICHTEN – ELEMENTAIR SPEL In deze cursus zal de nadruk liggen op het reageren op de medespeler en actief spel. Daarnaast zal gewerkt worden aan een transparante stijl van spelen. 2. STATUS EN CLOWNERIE - IMPROVISATIE In deze cursus zal de deelnemer leren om basisvaardigheden te combineren en toe te passen, een scène te ontwerpen, vanuit hoge en lage status te spelen en accuraat te (re)ageren op zijn medespeler(s). Daarnaast zal er gewerkt worden aan het visuele aspect van een scène. 3. DISNEY EN TELEVISIE - MUSICAL In deze cursus wordt er naar aanleiding van een verhaal, musical of tekst gewerkt aan een korte presentatie waarbij de nadruk ligt op zowel het individuele als groepsproduct. De deelnemers komen in aanraking met inlevend en belevend spel en leren dat vorm te geven. Ook leren ze techniek om zang en spel op een gecombineerde wijze te presenteren.
8
Jaargang 2B kent de volgende 3 thema’s: 1. TYPES EN ROLLEN - IMPROVISATIE In deze cursus leren de deelnemers hoe ze kunnen komen tot een typering of een personage. Ze leren zoeken naar de oneindige mogelijkheden van hun creativiteit, ze leren hoe ze een rol kunnen interpreteren en ze leren hoe ze dat expressief kunnen maken in spel. Ze maken kennis met een groteske speelstijl en psychologische speelstijl. 2. MUSICAL - ZELFGESCHREVEN In deze cursus wordt er naar aanleiding van een verhaal, musical of tekst gewerkt aan een korte presentatie waarbij de nadruk ligt op zowel het individuele als groepsproduct. De deelnemers komen in aanraking met inlevend en belevend spel en leren dat vorm te geven. Ook leren ze techniek om zang en spel op een gecombineerde wijze te presenteren. 3. ELEMENTAIR SPEL – DIALOOG EN MONOLOOG In deze cursus zal de nadruk liggen op het reageren op de medespeler en actief spel. Daarnaast zal gewerkt worden aan een transparante stijl van spelen. Jaargang 3A kent de volgende 3 thema’s: 1. TEKSTTHEATER - KOMEDIE In deze cursus zal de deelnemer in aanraking komen met het spelen vanuit tekst, tekstbehandeling en tekstinterpretatie. De nadruk zal ook liggen op het actief maken van een tekst, de opbouw van een geschreven scène en het eigen maken van een geschreven rol. 2. MUZIEKTHEATER - FILMMUZIEK Deze cursus geeft de deelnemers inzicht in de kracht van muziek tijdens spel, als middel om tot spel te komen en als ondersteunend middel tijdens een voorstelling. 3. SPEL EN BEWEGING - STREETDANCE In deze cursus leren de deelnemers hoe ze kunnen komen tot een typering of een personage. Ze leren zoeken naar de oneindige mogelijkheden van hun creativiteit, ze leren hoe ze een rol kunnen interpreteren en ze leren hoe ze dat expressief kunnen maken in spel. Jaargang 3B kent de volgende 3 thema’s: 1. SPEL EN BEWEGING – MODERN EN KLASSIEK Deze cursus geeft de deelnemers inzicht in de kracht van beweging (zowel individueel als in groepsverband) en hoe dat toepasbaar gemaakt kan worden in een scène. Daarnaast wordt hen basistechniek aangeleerd waaronder ruimtebesef en het richten naar één punt. 2. MUZIEKTHEATER - SONGTEKSTEN In deze cursus zal de deelnemer in aanraking komen met het spelen vanuit tekst, tekstbehandeling en tekstinterpretatie. De nadruk zal ook liggen op het actief maken van een tekst, de opbouw van een geschreven scène en het eigen maken van een geschreven rol. 3. TEKSTTHEATER - TRAGEDIE Op basis van een bestaande tekst wordt er gewerkt aan spel en invulling van een aantal scènes.
HOOFDSTUK 3 – LEERTRAJECT BOVENBOUW
9
3.1 DE BOVENBOUW IN SCHEMA --------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Bovenbouw 1
Bovenbouw 2
Bovenbouw 3
Bovenbouw 4
Bovenbouw 5
v.a. 12 jaar
v.a. 13 jaar
v.a. 14 jaar
v.a. 15 jaar
v.a. 16 jaar
lesjaar
productiejaar
lesjaar
productiejaar
werkplaats
De JTS heeft voor jongeren vanaf 12 jaar een 5-jarig traject uitgestippeld waarbij de lesstof is afgestemd op de presentaties en voorstellingen. Dit verschilt per blok of jaargang. Wanneer je je aanmeldt voor de JTS, stroom je normaal gesproken in bij bovenbouw 1. Wel houdt de JTS rekening met opgedane ervaring en leeftijdscategorieën. 3.2 LESDOELEN De doelen van de bovenbouw komen overeen met de doelen van de onderbouw. Er wordt wel gestreefd naar verdieping. Het doel is dat de jongeren zich door middel van de lesstof ontwikkelen tot meer zelfstandige theatermakers/spelers met een eigen kleur en identiteit. De criteria voor het behalen van een blok zijn onder andere: • •
Het creatief omgaan met de lesstof; Het samenwerken met de groep.
3.3 LESSTOF De lesstof wordt behandeld in 2 blokken. Het eerste blok wordt afgerond rond of tijdens het Humorfestival (eind december). Het tweede blok wordt afgerond tijdens het festival Havenwerk. De basisvaardigheden zullen worden aangescherpt en spelelementen zullen worden uitgebreid. Ook komen theoretisch inzicht en evaluatietechniek aan de orde. Elk blok heeft een eigen noemer. De eerste 4 lessen zullen worden ingericht om de deelnemers de nodige vaardigheden te leren. Daarna wordt er gericht gewerkt aan een presentatie of voorstelling. 3.4 PRESENTATIES De presentaties en voorstellingen van de lesgroepen zullen worden gegeven op het schip. Ook zal er gestreefd worden naar deelname tijdens het Dickens Festijn en het Humor Festival. De presentaties en voorstellingen van de lesgroepen duren ongeveer 15 - 50 minuten. 3.5
INDELING JAARGANGEN 1 T/M 5 BOVENBOUW
Jaargang 1 kent de volgende 2 thema’s: 1. ONTWERPEND SPEL In dit cursusblok zal de groep werken aan een korte presentatie waarbij de nadruk gelegd wordt op het eigen ontwerp ervan. Hierin wordt behalve een stukje dramaturgie ook meegenomen: de bepaling en ontwikkeling van een speelstijl, de vormgeving en de rolopbouw. 2. MULTIDISCIPLINAIR In dit blok komen de deelnemers in aanraking met meerdere theaterdisciplines. Ze leren hoe een locatie gebruikt kan worden om tot een idee te komen, hoe beweging en muziek kunnen worden gebruikt en wat multimediale instrumenten kunnen toevoegen aan een theatervoorstelling. Hieronder kan bijvoorbeeld het acteren voor een camera vallen. 10
Jaargang 2 kent de volgende 2 thema’s: 1. SPEELSTIJLEN Het eerste blok bestaat uit het maken van een voorstelling voor het Humorfestival. Naar aanleiding van 4 lessen over speelstijlen wordt een speelstijl gekozen en wordt er een toneelstuk gemaakt op basis van improvisatie. 2. LOCATIETHEATER Na de kerstvakantie staat het blok locatietheater op het programma. Op locatie zal er dan een voorstelling worden gemaakt. Deelnemers komen in aanraking met de theatrale gegevens van een locatie en leren hoe de locatie kan worden gebruikt voor een voorstelling. Jaargang 3 kent de volgende 2 thema’s: 1. TEKSTTHEATER – NIEUW NEDERLANDS REPERTOIRE Dit blok geeft de deelnemers inzicht in het repertoire van de hedendaagse Nederlandstalige schrijvers. De nadruk ligt op het creatief te werk gaan met een scène en het invullen van spel op een bijpassende wijze. Daarnaast wordt hen basistechniek aangeleerd waaronder richten en schakelen. 2. MUZIEKTHEATER Deze cursus geeft de deelnemers inzicht in de kracht van muziek tijdens spel, als middel om tot spel te komen en als ondersteunend middel tijdens een voorstelling. Jaargang 4 kent de volgende 2 thema’s: 1. TEKSTTHEATER In het eerste blok wordt er gewerkt aan een voorstelling voor het Humorfestival. Er wordt gewerkt met een vaste tekst die (na een voorselectie van de docent) gekozen wordt door de groep. De deelnemers krijgen te maken met onderwerpen als tekstbehandeling, tekstinterpretatie en personagebepaling vanuit de tekstuele gegevens. 2. DE KEUZE VAN DE DOCENT Na de kerstvakantie wordt er gewerkt aan een productie die vanuit de docent wordt opgezet en geregisseerd. De docent staat als regisseur voor de groep en geeft inzicht in het regieproces, richt zich (vooral individueel) op spelinhoudelijke thema’s en geeft invulling aan regieonderdelen als vormgeving, conceptmatig werken en dramaturgie. Jaargang 5 is een werkplaatsjaar 1. THEATERMAKEN 1 In het eerste blok wordt er gewerkt aan een voorstelling voor het Humorfestival. Thema en ideeën komen vanuit de groep. 2. THEATERMAKEN 2 Na de kerstvakantie wordt, in overleg met de spelersgroep, gekeken naar wat zij op dat moment willen maken. De docent fungeert als coach en eindregisseur.
11
HOOFDSTUK 4 - ORGANISATIE 4.1 HET THEATERSCHIP Het Theaterschip heeft als organisatie een drietal afdelingen waarmee zij naar buiten treedt. Het Theaterschip kent een productiehuis, een afdeling bedrijfstheater en een afdeling educatie. De Jeugdtheaterschool valt onder de afdeling educatie. 4.2 DE JEUGDTHEATERSCHOOL ALS ORGANISATIE De organisatie van de JTS is in handen van Jowin Heemskerk (hoofd educatie). Bij de JTS kan worden ingeschreven voor een jaar (27 lessen) met de mogelijkheid tot het volgen van 2 proeflessen. Vanuit de afdeling educatie zal onder andere bepaald worden welke docenten er les zullen geven aan de JTS, welke tijden er voor de verschillende blokken gereserveerd worden, hoeveel deelnemers er kunnen worden toegelaten, wanneer een cursus doorgang heeft en hoe de contacten met derden tot stand komen. Een cursus zal doorgang vinden bij minimaal 8 inschrijvingen. Niet elke cursus is toegankelijk voor nieuwe deelnemers. Bij het niet (tijdig) betalen van cursusgelden behoudt de leiding van de JTS het recht deelname aan de cursus te ontzeggen. Er zal minimaal 2 x per jaar worden geëvalueerd met de leerlingen en eventueel de ouders. 4.3 INSCHRIJVING VAN DEELNEMERS Iedereen die tussen de 7 (groep 4) en 23 jaar is vrij om in te schrijven voor de JTS. Er zijn geen toelatingseisen voor de JTS en er worden geen audities gehouden. De deelname aan een cursus is voor de organisatie van Het Theaterschip bepalend voor de doorstroom van de deelnemer. Inschrijving is pas geldig als het cursusgeld is voldaan. 4.4 DE DOCENTEN De JTS werkt met verschillende docenten die worden ingezet op cursussen waarin zij het beste tot hun recht komen. Indeling van de docenten gebeurt door te kijken naar kwaliteiten en competenties van elke betreffende docent. Elke docent die betrokken is bij de JTS werkt tevens als acteur of regisseur of als docent op een andere locatie. Van de docenten wordt verlangd dat zij naast het lesgeven ook evalueren met de deelnemers en met betrokken docenten van de JTS. 4.5 GASTDOCENTEN EN ANDERE MEDEWERKERS Het Theaterschip zal gebruik maken van gastdocenten. Deze docenten komen uit het theaterwerkveld, hebben ervaring met de betreffende doelgroep en hebben een eigen specialisatie waar de JTS graag gebruik van wil maken. Binnen de organisatie van de JTS zal verder regelmatig gebruik gemaakt worden van een productieleider die zorgt voor alle nevenactiviteiten die de JTS organiseert. 4.6 EXTRA AANBOD VOOR JEUGD EN JONGEREN Naast de lessen en presentaties zal Het Theaterschip de deelnemers een aantal workshops aanbieden. Voorbeelden van aan te bieden workshops zijn: camera-acteren, theatervechten, zwaardvechten, dans, theatertechniek, grimeren, clownerie en maskertheater.
12
HOOFDSTUK 5 – OVERIG AANBOD VAN DE JTS 5.1 NOG EEN VOORSTELLING? Wanneer een deelnemer alles heeft doorlopen heeft hij zicht op deelname aan een volgende voorstelling. De JTS biedt ‘uitgeleerde’ deelnemers de mogelijkheid om voor een tweede keer mee te doen aan de laatste jaargang Theatermaken. De Productieklas kan ook een vervolgstap zijn. Tot slot biedt de JTS uitzicht op deelname bij andere projecten die buiten de JTS vallen maar wel vallen onder Het Theaterschip. 5.2 Productieklas Vanuit de jeugdtheaterschool en ook vanuit aanvragen van derden wordt het Theaterschip steeds vaker gevraagd om projecten en producties te spelen op festivals of bij speciale gelegenheden. Om dit soort aanvragen de kwaliteit te bieden die het Theaterschip graag ziet, én om jong talent een podium te bieden buiten het Theaterschip, start de JTS de Productieklas. De Productieklas werkt elk seizoen naar 2 (reguliere) voorstellingen toe. Deze voorstellingen worden gemaakt voor het Humorfestival en Festival Havenwerk. De invulling van de voorstellingen is afhankelijk van de wensen van de groep, de docent en eventuele bijzondere aanvragen. Daarnaast werkt de Productieklas aan verschillende projecten en voorstellingen waarmee de verschillende aanvragen en opdrachten kunnen worden ingevuld. Te denken valt aan korte voorstellingen die naar festivals gaan, locatieprojecten en bedrijfstheaterprojecten. Voor de Productieklas worden de spelers persoonlijk gevraagd. Daarnaast kunnen JTS-ers gevraagd worden per project. Vaak zal het dan gaan om de invulling van specifieke rollen of specifieke kunde (bijvoorbeeld steltlopen). Deelnemers die worden gevraagd voor de productieklas repeteren 2 uur per week. Natuurlijk moeten ze daarnaast soms beschikbaar zijn voor de aangevraagde projecten. 5.3 EN DAN OOK NOG… Naast het reguliere lesprogramma, als beschreven in de vorige hoofdstukken, bestaat er voor de deelnemers van de JTS nog een aantal mogelijkheden waar zij aan kunnen meedoen. Voorbeelden hiervan zijn een voorstelling voor Deventer Op Stelten of een Theaterwerkweek. Ook organiseert Het Theaterschip workshops waar de deelnemers zich voor kunnen inschrijven. Tot slot heeft Het Theaterschip een productiehuis. Bij gebleken geschiktheid is er de mogelijkheid dat een deelnemer van de JTS gevraagd wordt om met een professionele voorstelling mee te spelen. Dit is natuurlijk afhankelijk van de lopende projecten en de mogelijkheden die de projecten bieden. Naast de reguliere Theaterschool start het Theaterschip komend seizoen ook musicalklassen. Deze musicalklassen werken volgens hetzelfde principe als de reguliere Theaterschool, maar zullen meer nadruk leggen op zang en dans. Het rendement in zang- en dansontwikkeling is in de musicalklassen een groter aandachtspunt. Daarmee wordt de aandacht voor spelontwikkeling kleiner. We zullen de spelontwikkeling van de deelnemers natuurlijk niet uit het oog verliezen. Op de woensdagavond biedt het Theaterschip ook aan volwassenen de mogelijkheid te acteren. Voor deze groep geldt hetzelfde leerplan, maar geven we meer de vrijheid aan deelnemers en betreffende docent om in te gaan op eigen wensen en behoeftes. Daarmee creëren we een plek waar doorontwikkeld kan worden en op een legitieme manier spelplezier en kwaliteit samen kunnen gaan.
13