Tekst persconferentie vrijdag 7 november 2008 HET VLAAMS BELANG STAAT OP DE BRES VOOR OOST-VLAANDEREN Karim Van Overmeire, Vlaams Parlementslid, lijsttrekker 2009. Vandaag stellen we u de campagne ‘Op de bres voor Oost-Vlaanderen’ voor. Onder dit motto willen de mandatarissen en de toekomstige kandidaten van het Vlaams Belang in de komende maanden in geheel de provincie samen actie voeren. Dit is de eerste keer dat we dit op deze manier doen, en we zijn de enige partij die dit doen. Bestaat er zoiets als een Oost-Vlaamse identiteit? Er zijn terzake believers en nonbelievers. De non-believers zeggen dat er geen Oost-Vlaamse identiteit bestaat en dat onze provincie een vrij kunstmatige constructie is, een optelsom van verschillende regio’s, steden en gemeenten die eigenlijk weinig met elkaar gemeen hebben. Wat is de band tussen Ronse en Beveren, of tussen Gent en Maarkedal? Maar geldt dit niet evenzeer voor de andere provincies? Wat heeft een arbeider uit Beringen gemeen met een landbouwer uit Voeren? Wat heeft een Kortrijkzaanse middenstander gemeen met een gepensioneerde uit Knokke? Ik ben eerder een believer, maar zelfs indien er geen Oost-Vlaamse identiteit zou bestaan, dan bestaat er in elk geval zoiets als een Oost-Vlaamse belangengemeenschap. Zowel op Belgisch als op Vlaams vlak zien we dat het lobbywerk van provincies als West-Vlaanderen, Antwerpen en Limburg veel sterker en veel efficiënter is dan dat van de Oost-Vlamingen. In de aanloop naar de verkiezingen voor het Vlaams Parlement volgend jaar zijn er eigenlijk twee opties: ofwel zien we Oost-Vlaanderen inderdaad als de loutere optelsom van een aantal fiefs, ofwel willen we inderdaad schouder aan schouder staan om de belangen van onze provincie te verdedigen. Het Vlaams Belang kiest voor de gemeenschappelijke aanpak. Dat betekent natuurlijk in de eerste plaats dat we elkaars problemen moeten kennen, dat we ons moeten informeren en tot gemeenschappelijke standpunten moeten kunnen komen. We hadden op zaterdag 26 april 2008 al een eerste Oost-Vlaamse contactdag in Aalst. Onder het motto ‘Op de Bres voor Oost-Vlaanderen’ zullen we de volgende weken en maanden door plaatsbezoeken de klemtoon leggen worden op typische OostVlaamse probleemdossiers. Het is een ambitieus programma, waarbij we telkens met Vlaamse, federale en lokale mandatarissen en een aantal medewerkers op een welbepaalde plaats in onze provincie zullen bijeenkomen om ons te informeren, in dialoog te gaan en de oplossingen en prioriteiten van onze partij naar voor te schuiven. Concreet zal het Vlaams Belang de komende weken en maanden op een tiental plaatsen:in onze provincie rond verschillende thema’s actie voeren.
7 november
Locatie: Gent (haven) Economie en infrastructuur in Oost-Vlaanderen. Welke prioriteiten zijn er inzake infrastructuur? Hoe houden we de tewerkstelling in onze provincie op peil? Welke zijn de specifieke uitdagingen en opportuniteiten? Gastheer: Vlaams Parlementslid Johan Deckmyn
5 december
Erpe-Mere? Grensovergang naar Terneuzen? Drugs. Hoe groot is het probleem in Oost-Vlaanderen? Welke preventie-, bestrijdings- en afkick-programma’s bestaan er? Hoe worden de beste resultaten bereikt? Welke knelpunten zijn er? Gastvrouw: Vlaams Parlementslid Gerda Van Steenberge
19 december
Ronse Faciliteiten in Ronse, hoe lang nog? Een analyse van de problematiek. De kansen die Ronse en omliggende gemeenten missen ten gevolge van de faciliteiten. Recente evolutie (motie van de gemeenteraad aan de premier en de minister-president). Voorstellen van het Vlaams Belang. Gastheer: Vlaams Parlementslid Erik Tack
Eind december
Temse Vreemdelingenproblematiek. Illegalen. Integratie. Inburgering. Ook Oost-Vlaanderen wordt geconfronteerd met immigratie, niet alleen in Gent maar ook in de kleinere steden waar soms een relatief groot aantal niet-Europese vreemdelingen leeft. Wat zijn de demografische verhoudingen en hoe evolueert de immigratie? Wat zijn de concrete problemen? Welk beleid wordt in de verschillende steden gevoerd? Hoe moet dit bijgestuurd worden? Gastheer: Alain Cleyman, voorzitter regio Dendermonde-
St.Niklaas Eind januari
Beveren Hoe verhouden de noden van de haven, de industrie en de landbouw zich met de nood aan natuurbescherming. Problematiek van de natuurcompensaties. De casus van de Prosperpolder. Gastheer: Volksvertegenwoordiger Bruno Stevenheydens
Begin februari
Aalst Kansarmoede in Oost-Vlaanderen. Dalende koopkracht, ook in Oost-Vlaanderen. Vlaamse strijd en sociale strijd gaan hand in hand: van priester Daens tot het Vlaams Belang. Gastvrouw: Senator Nele Jansegers
Midden februari
Dendermonde Mobiliteit in Oost-Vlaanderen. Welke knelpunten zijn er. Welke ‘zwarte punten’ moeten volgens ons bij voorrang worden aangepakt? Gastvrouw: Volksvertegenwoordiger Barbara Pas
Eind februari
Denderleeuw Het probleem van de ‘verbrusseling’ en ‘verfransing’ verspreidt zich niet alleen over geheel Vlaams-Brabant, maar heeft ook de Denderstreek bereikt. Hoe gaan Dendermonde, Aalst, Denderleeuw, Ninove en Geraardsbergen om met de toenemende inwijking van Franstaligen en vreemdelingen uit het Brusselse? Welke voorstellen heeft het Vlaams Belang? Gastheer: Kristof Slagmulder, fractieleider Denderleeuw
Begin maart
Gent Sport, sport-infrastructuur en amateursport in Oost-Vlaanderen. Wat is het effect van een aantal recente decreten (en komende ontwerpen van decreet) op sport in Oost-Vlaanderen? Welke voorstellen schuift het Vlaams Belang naar voor? Gastheer: provinciaal voorzitter Geert Goubert
Eind maart
Lokeren Onderwijs gaat over 40% van het Vlaamse budget. Hoe staat het met het onderwijs in Oost-Vlaanderen? Wat zijn de noden? Gastheer: Vlaams Parlementslid Werner Marginet (Lokeren)
Op een aparte webstek www.opdebres.be houden we u en de andere OostVlamingen op de hoogte van de gevoerde acties, van onze plannen, onze initiatieven,... Men kan zich tevens inschrijven op onze gratis nieuwsbrief. Op tien verschillende locaties de komende maanden - maar ook daarna – zullen de mandatarissen en de kandidaten van het Vlaams Belang in Oost-Vlaanderen in onze provincie aanwezig zijn en samenwerken om tot concrete oplossingen te komen, of door acties aandacht te vragen voor de problemen in onze provincie. Kortom: we staan samen op de bres voor Oost-Vlaanderen en de Oost-Vlamingen.
Economie in Oost-Vlaanderen (Johan Deckmyn) 1. Een Vlaams economisch beleid De Vlaamse economie heeft zich ontwikkeld tot een moderne, open economie. KMO’s en zelfstandigen zijn de motor van onze welvaart. Vlaanderen is een echte exportnatie. Dankzij onze productiviteit, onze technische kennis en de werklust van onze werknemers hebben Vlaamse bedrijven een stevige reputatie opgebouwd in zowel binnen- als buitenland. Vlaanderen is vandaag één van de welvarendste regio’s van de wereld. De huidige financiële crisis en de daaruit voortvloeiende economisch recessie tonen echter aan dat een open economie kwetsbaar is. Vlaanderen moet daarom de noodzakelijke hefbomen in handen hebben om aan de negatieve gevolgen van structurele zwaktes in onze economie tegemoet te komen met gepaste maatregelen. Vlaanderen heeft dynamische, flexibele en innovatieve ondernemingen en heeft eigenlijk alle troeven in handen voor een sterke en veerkrachtige economische ontwikkeling. Vlaanderen moet nog steeds Wallonië zwaar subsidiëren en het ontbreekt ons aan de mogelijkheden (bvb. het voeren van een eigen fiscaal beleid) om een volwaardig economisch beleid op poten te zetten. Vlaanderen moet het Belgische juk van zich afschudden om terzake een eigen beleid te kunnen voeren. Het is immers ontstellend te moeten vaststellen dat we op het vlak van belastingsdruk volgens het World Economic Forum (WEF) op een 132e plaats gerangschikt staan op 134 landen! 2. Oost-Vlaanderen : provincie met economische troeven Gent, kloppend economisch hart van Oost-Vlaanderen Gent, meer bepaald de haven van Gent, vormt de economische motor binnen de provincie Oost-Vlaanderen. In en rond de haven spelen zich immers de meest belangrijke industriële activiteiten af. Doorslaggevend voor de Gentse haven is echter de bouw van de tweede zeesluis in Terneuzen. Binnenkort wordt er trouwens binnen de werkgroep KGT 2008 een belangrijke nieuwe stap gezet in die richting. De komst van een nieuwe zeesluis is van primordiaal belang voor de verdere economische ontwikkeling van Gent en haar economisch hinterland in Oost-Vlaanderen. Sinds de opening van de Westsluis in Terneuzen (1968) kende de haven van Gent een stelselmatige groei. Aan deze groei dreigt nu zonder tweede zeesluis een einde te komen. Eind oktober stelde ook de Kamer van Koophandel van Oost-Vlaanderen openlijk aan de Vlaamse Regering de vraag om voluit te kiezen voor de piste van de verdere ontwikkeling van de Gentse Haven en bijgevolg hiervoor de nodige middelen vrij te maken. In haar persmededeling terzake stelde de Kamer :
“Een verdere uitbouw van de haven – die rechtstreeks en onrechtstreeks zorgt voor ruim 65.000 jobs – is zeer sterk afhankelijk van de mogelijkheid om grotere schepen in Gent te ontvangen. Vermits de verbreding en verdieping van het Panamakanaal leidt tot het bouwen een nieuwe generatie zeeschepen, dreigt de haven van Gent een nog groter concurrentieel nadeel te ondervinden dan nu al het geval is. De evolutie van de zeevloot is van die aard dat havens onverbiddelijk dienen mee te groeien om maritieme reuzen tot 120.000 ton te kunnen ontvangen, willen zij blijven meespelen. De huidige zeesluis te Terneuzen heeft maar een capaciteit van 65.000 ton.” Ook in de context van delocalisatie en economische recessie is de zekerheid rond de komst van de nieuwe zeesluis van cruciaal belang. De laatste indicaties in Gent en omgeving op het vlak van werkgelegenheid en economische stabiliteit kondigden immers geen rooskleurige vooruitzichten aan. In onze regio gingen recent reeds heel wat jobs verloren. Er dreigen zich vele herstructureringen aan te dienen in diverse sectoren na reeds zware afvloeiingen bij verschillende bedrijven zoals Domo (-150 jobs), UCO (-400), Volvo Trucks (-400), Volvo Cars (-250)…. Textiel De textielindustrie is een sector die in Vlaanderen reeds lang aanwezig is. Door de eeuwen heen vormde de textielindustrie de ruggengraat van de economie; denken we daarbij bijvoorbeeld aan de bloei van de Vlaamse handelsnijverheid in de middeleeuwen en de grote rol van de textielindustrie in de industriële revolutie van de 19e eeuw in Vlaanderen. Het laatste jaar kampt de textielsector in Vlaanderen echter met serieuze problemen, vooral dan inzake herstructureringen van bedrijven. Na een eerste slechte jaarhelft dreigt de tweede ook volledig in het water te vallen. In totaal gingen er de laatste maanden reeds 2.000 jobs verloren in de sector, maar dit aantal blijft gestaag stijgen. Zo vielen er onder andere ontslagen bij Bekaert Textiles, Domo, Uco Raymond en Beaulieu International Group. De voornaamste redenen voor de ontslagen zijn de toegenomen energie- en grondstofkosten, stijgende inflatie, stijgende loonkosten, hoge fiscale en parafiscale druk en dumping en namaak (voornamelijk door China). In 2007 daalde de werkgelegenheid ook reeds met 3%, maar toch is er een zekere paradox in de textielindustrie, want naast de talrijke ontslagen die zich de afgelopen weken en maanden voordeden vinden veel textielbedrijven moeilijk geschoold en gemotiveerd personeel voor de vele knelpuntberoepen, vacatures die vaak maandenlang oningevuld blijven, zoals bijvoorbeeld productieoperatoren, ingenieurs textiel, onderhoudsmecaniciens etc. Deze krapte op de arbeidsmarkt in de textielregio’s, in het bijzonder in Oost-Vlaanderen heeft bovendien een negatief effect op de investeringsintenties. Eén van de redenen van de krapte is te wijten aan de zwakke instroom van scholieren uit het textielonderwijs. Dit komt wellicht door het “oubollige” imago waarmee de textielsector te kampen heeft. In Zuid-Oost-Vlaanderen, waar de problemen in de textielsector het hoogst zijn, dringen zich snel maatregelen op. Naast de optimalisering van de verkeersinfrastructuur (snel wegwerken van de “Missing Links”) is er tevens dringend
nood aan een specifiek tewerkstellingsbeleid om de invulling van enkele knelpuntberoepen mogelijk te maken. Eveneens problematisch in het zuiden van Oost-Vlaanderen is het verplaatsen van bedrijven richting Wallonië omwille van doelbewuste stimuli. Economische ontwikkeling mag niet specifiek gericht zijn op het weglokken van bedrijven uit het zuiden van onze provincie. Daarom moeten we de nodige inspanningen leveren om dit in de toekomst te vermijden. Vandaar dat de structurele ontsluiting van deze streek én de nodige fiscale ingrepen terzake onafwendbaar zijn. Horeca Jaarlijks moeten heel wat cafés, restaurants en hotels hun deuren sluiten. Steeds meer zaken zijn verlieslatend. Het is dan ook totaal absurd om de horeca nog eens nieuwe verplichtingen op te leggen. Neem nu als voorbeeld de wetgeving omtrent het rookverbod. Allereerst wordt de horeca met de regelmaat van de klok om de oren geslagen met steeds veranderende regelgevingen. Wat begon met verplichte investeringen in rookafzuiginstallaties, eindigde tenslotte in een warrig en derhalve Belgisch compromis. In restaurants en hotels mag niet gerookt worden, in cafés is het afhankelijk van de grootte van de gebruikte oppervlakte en van welke snacks er opgediend worden. Een kluwen van jewelste dus waar niemand aan uit kan. Het zou beter zijn dat de uitbaters van drankgelegenheden de keuze krijgen of ze hun zaak al dan niet rookvrij maken. Een ander voorbeeld is de fameuze Ikea-wet en vooral de gevolgen daarvan voor de kleine middenstander. Door deze wet hebben grote winkelketens volop de mogelijkheid om zich in de rand van één of andere stad te vestigen. Het hoeft geen betoog dat deze oneerlijke concurrentie vooral de kleine middenstander treft in het centrum van een stad. Voorbeelden zoals hierboven zijn vaak een federale bevoegdheid. Derhalve moet er ook werk worden gemaakt van een verdere regionalisering van deze bevoegdheden, alsook van de fiscaliteit. Zo pleit het Vlaams Belang bijvoorbeeld al jaren voor een verlaging van het BTW-tarief van 21% naar 6%. Alhoewel er in Vlaanderen voor dit voorstel wel een meerderheid te vinden is, wordt dit nog steeds geblokkeerd door het federale niveau. Ondertussen hanteren de buurlanden wel een lager tarief, wat een concurrentiehandicap voor Vlaanderen betekent. Alleszins is het duidelijk dat ook de Oost-Vlaamse horecazaken gebukt gaan onder verregaande en verstikkende regelneverij, en dat veel van de handelaars noodgedwongen hun zaak dienen te sluiten. Aan het stiefmoederlijk behandelen van deze – ook voor Oost-Vlaanderen – belangrijke sector moet snel een einde komen. Het Waasland : tussen Gent en Antwerpen De Waaslandhaven zorgt voor een belangrijk deel van de tewerkstelling in het Waasland en Oost-Vlaanderen. De uitbreiding van de Antwerpse haven op OostVlaams grondgebied werd spijtig genoeg gekenmerkt door een aantal ondoordachte
beslissingen. Een aantal grootschalige havenprojecten – zoals ondermeer het nutteloze Doeldok – bleken geen succes te zijn. Voor het Vlaams Belang is het fundamenteel dat de haven bestuurd wordt met respect en aandacht voor de omliggende woonkernen en landbouwgebieden. De Waaslandhaven dient bestuurd te worden met een grotere inbreng vanuit het Waasland. In navolging op de achterhaalde wet Chabert dient er een evenwichtige regeling inzake havenbestuur te komen. Het Deurganckdok is perfect verzoenbaar met het behoud van Doel. Het blijft een uitdaging om economie versus leefbaarheid te verzoenen. Ook de haven is ermee gebaat dat er wordt gestreefd naar een zo goed mogelijke relatie met de omliggende dorpen. Economische ontwikkeling gaat hand in hand met een goede ontsluiting van economisch belangrijke gebieden. Het Vlaams Belang geeft absolute voorrang op het oplossen van enkele mobiliteitsknelpunten, nieuwe havenprojecten die tot een mobiliteitsstilstand kunnen leiden zijn uit den boze. De Liefkenshoekspoortunnel verdient absolute voorrang, verdere vertraging is onaanvaardbaar. Andere prioriteiten zijn de omvorming van de Expresweg tot autosnelweg en de betere verkeersdoorstroming op de E17 via parallelwegen. Streekbeleid in Oost-Vlaanderen Begin 2004 werd het socio-economische streekbeleid in Vlaanderen grondig hertekend. Regionale Economische en Sociale Overlegcomités (RESOC’s) werden in het leven geroepen ter vervanging van subregionale tewerkstellingscomités en Streekplatformen van een regio. Dergelijke subregionale instellingen zijn zeker een pluspunt voor de verdere lokale ontwikkeling op het vlak van werkgelegenheid en werkzaamheidsgraad. Toch is het zo dat de klemtoon bij de RESOC’s jammer genoeg té vaak ligt op diversiteit, en dat men inzake knelpuntberoepen teveel wil opteren om enkel buitenlandse werknemers hiervoor in aanmerking te laten komen. Ook sommige intercommunales zorgen alvast voor een positieve invloed op de economische groei in Oost-Vlaanderen. Mooi voorbeeld hiervan is de dienstverlenende vereniging VENECO, die voornamelijk in het noorden van OostVlaanderen actief is. VENECO zorgt – in opdracht van de bij haar aangesloten gemeenten – dat bedrijfsterreinen aangelegd en uitgerust worden voor bedrijfsdoeleinden. Andere voorbeelden zijn de intercommunales Dender Durme Schelde (DDS), Vereniging van het Land van Waas, en het intergemeentelijk dienstverlenend samenwerkingsverband SOLVA. Wat in dit kader wel jammer is, is het feit dat wanneer men gronden ontwikkelt voor industrie, deze intercommunales vaak de Brownfields in Vlaanderen vergeten. Een Brownfield is een geheel van verwaarloosde of onderbenutte gronden die zodanig zijn aangetast, dat zij kennelijk slechts gebruikt of opnieuw gebruikt kunnen worden door middel van structurele maatregelen (zoals bijvoorbeeld bodemsanering). Dergelijke brownfields vindt men voornamelijk terug in oude industriële sites. Daar er een groot tekort is aan bedrijventerreinen in Vlaanderen, dient men meer werk te maken van het hergebruik van brownfields na sanering.
Een ander negatief aspect aan intercommunales is de politisering van hun raden van bestuur. Intercommunales mogen immers niet functioneren als opvangplaats voor politici die een extra schnabbeltje willen verdienen. Ervaring en kennis moeten bij het aanduiden van bestuurders van doorslaggevende aard zijn. Energie Volgens de CREG (Commissie voor de Regulering van de Elektriciteit en het Gas) zal een gemiddeld Vlaams huisgezin in 2008 100 EUR meer betalen voor zijn elektriciteit en 200 EUR voor zijn aardgasverbruik. De distributienettarieven maken volgens Eandis 30% uit van de elektriciteitsprijs en 20% van de gasprijs. Volgens berekeningen van de CREG wordt 47% van de stijging van de elektriciteitsfactuur veroorzaakt door de verhoging van de distributienettarieven, terwijl 12% van de stijging van de gasfactuur het gevolg is van de hogere distributienettarieven. De intercommunales verwijzen naar hun niet-beheersbare kosten, maar vertellen er niet bij dat zij aanzienlijke winst maken. Winst die wordt uitgekeerd aan de deelnemende gemeenten. Niet alleen de koopkracht van de huishoudens wordt door de hoge distributietarieven aangetast – mede daardoor ligt de inflatie in België hoger dan het gemiddelde van de Eurozone -, ook de concurrentiepositie van onze ondernemingen wordt door de hoge energieprijzen geschaad. Uiteraard zijn de hoge prijzen van gas en elektriciteit niet uitsluitend toe te schrijven aan de distributietarieven. Toch dringt een substantiële verlaging van deze tarieven zich op in het belang van de gezinnen en de bedrijven. Vlaanderen kan daartoe stimulansen geven door het inkomstenverlies van de gemeenten als gevolg van de daling van de distributienettarieven - minder dividend voor de gemeenten - te compenseren. Oost-Vlaanderen en globalisering Naast het feit dat we in Vlaanderen snel onze eigen regionale hefbomen in handen dienen te krijgen, moeten we ook oog te hebben voor de globalisering van de economie. Ook de eigen KMO’s dienen meer oog te hebben voor internationaal ondernemen, ook buiten EU-verband. Daarom is het van belang dat er de nodige initiatieven worden genomen om Vlaanderen als exportland verder te promoten en om de ondernemingen in Vlaanderen hiertoe de nodige stimuli te bezorgen.
3. Conclusies Het Vlaams Belang wil in Oost-Vlaanderen: 1) Dat op Vlaams en provinciaal niveau alle initiatieven ondersteund worden die leiden tot een snelle realisatie van een tweede zeesluis in Terneuzen; 2) Een sterke ondersteuning van de Waaslandhaven en pleit ervoor dat de broodnodige Liefkenshoek-spoortunnel snel wordt gerealiseerd; 3) Eigen Vlaamse fiscale hefbomen die een specifieke ondersteuning van KMO’s ten goede komen; 4) Een structurele ontsluiting van verschillende regio’s en het snel wegwerken van de nog niet gerealiseerde “Missing Links”; 5) Europese middelen inzetten, onder andere ter ondersteuning van de noodlijdende horeca- en textielsector in Oost-Vlaanderen; 6) Een doelgericht tewerkstellingsbeleid, knelpuntberoepen;
met
bijzondere
aandacht
voor
7) Dat alle actoren in de provincie op een gezamenlijke manier de Oost-Vlaamse belangen verdedigen.
Kerncijfers Oost-Vlaanderen
Werkgelegenheid/werkloosheid Oost-Vlaanderen 2005 2006 Werkgelegenheidsgraad
Provincie P.OostVlaanderen
60,7
Werkloosheidsgraad
Provincie P.OostVlaanderen
8,1
Werkloosheidsgraad (18-24 jarigen) Provincie P.OostVlaanderen
7,5
18,1 16,1
Werkzaamheidsgraad
Provincie P.OostVlaanderen
69,6 69,9
Werkzaamheidsgraad (18-24 jarigen)
Provincie P.OostVlaanderen
50,8 49,1
Fiscaliteit
2005 Gemiddeld inkomen per aangifte Provincie P.Oost-Vlaanderen 25.568,6 Gemiddeld inkomen per inwoner Provincie P.Oost-Vlaanderen 14.740,9 Ondernemingen
2005 2006 Nettogroeiratio
Provincie P.Oost-Vlaanderen
1,3
1,4
Oprichtingsratio Provincie P.Oost-Vlaanderen
7,9
8,0
Turbulentie
Provincie P.Oost-Vlaanderen 14,6 14,6
Uittredingsratio Provincie P.Oost-Vlaanderen
6,7
6,6
(Bron: Vlaamse Overheid, Lokale Statistieken, http://lokalestatistieken.vlaanderen.be)
Belangrijkste privé-werkgevers regio Gent (juni 2007) 1. Sidmar, Gent, 5.614 2. Volvo Cars, Gent, 5.098 3. Electrabel Netten, Merelbeke, 2.989 4. Volvo Europa Truck, Oostakker, 2.445 5. Johnson Controls, Gent, 810 6. Uco Sportswear, Gent, 775 7. Honda Europe, Gent, 609 8. Nutreco Belgium, Gent, 607 9. Thomas Cook Belgium, Zwijnaarde, 592 10. Domo Gent, Zwijnaarde, 528
Overzicht Prioritaire projecten Oost-Vlaanderen 2006 1 Ombouw N49
2007
5 500 000
2008 10 000 000
2009 10 000 000
2010
VIF
14 500 000
Alternatieve financiering
Andere
40 000 000
2 Complex Polderhuis op de N49
18 000 000 AWZ
3 Temse brug
2 000 000
2 000 000
4 Oostelijke tangent Sint-Niklaas
6 200 000
12 500 000
18 700 000
5 Optimalisatie R4-Oost en West (inclusief Sifferverbinding)
242 500 000
6 N424 Handelsdokbrug
10 000 000
10 000 000
7 R4-Zuid
26 000 000
8 N41 Omleiding Dendermonde
4 500 000
9 N42 te Herzele
4 500 000
8 000 000
8 000 000
10 Complex te Drongen
10 000 000
11 Complex te Aalter
10 000 000
7 500 000
7 500 000
12 N9/R41 ondertunneling Siesegemlaan
15 000 000
15 000 000
13 N60 Ring om Ronse
55 000 000
14 Stationsomgeving Gent Sint Pieters Totaal
4 000 000
4 000 000
4 000 000
4 000 000
4 000 000
20 000 000
6 000 000
12 000 000
16 000 000
20 200 000
41 500 000
95 700 000
per jaar
19 140 000
De bedragen vermeld in de ramingen zijn exclusief onteigeningen, onvoorziene kosten en studiekosten Inclusief deze kosten betekent dit : VIF 110 055 000 Alternatieve financiering 438 725 000
381 500 000
Lijst knelpuntberoepen Ingenieurs Ingenieur bouwkunde Ingenieur elektriciteit Ingenieur mechanica Ingenieur elektromechanica Ingenieur Apothekersassistent Verplegend personeel en gekwalificeerd verzorgend Hoofdverpleegkundige Ziekenhuisverpleegkundige - gebreveteerde Ziekenhuisverpleegkundige - gegradueerde Geriatrisch verpleegkundige - gegradueerde Psychiatrisch verpleegkundige - gegradueerde Thuisverpleegkundige Gekwalificeerd verzorgende Tekenaars Architectuurtekenaar Bouwkundig tekenaar Tekenaar elektriciteit Tekenaar metaalconstructies Tekenaar mechanica Technici Technicus elektromechanica Technicus mechanica Technicus bouw - werfleider Technicus elektriciteit Technicus klimatisatie, koel-en verwarmingstechnieken Technicus autotechniek Technicus elektronica Beeld- en/of geluidstechnicus Technicus meet- en regeltechniek en automatisatie Technicus Technicus grafische bedrijven Boekhouders Accountant Gespecialiseerde informatici E.D.P. (electronic data processing) manager Projectleider – informatica Verkoop- en marketingverantwoordelijken Verkoopsverantwoordelijke – sales-manager Productmanager
Algemene directie Algemeen verantwoordelijke profit sector Kwaliteitsverantwoordelijke Productieverantwoordelijke Productieverantwoordelijke Land-en tuinbouwarbeiders Tuinier Tuinaanlegger - bosaanlegger Fruitplukker hard fruit Fruitplukker zacht fruit Natuursteenbewerker Matroos (binnenscheepvaart) Vrachtwagenchauffeurs Autobusbestuurder (lijndienst-openbaar vervoer) Autocarbestuurder Bestuurder lichte vrachtwagen – vaste wagen (max. 7,5 ton) Bestuurder zware vrachtwagen – vaste wagen (max. + 7,5 ton) Bestuurder van trekker met oplegger Bestuurder van zware vrachtwagen met aanhangwagen Chauffeur distributie Wevers Wever platgetouw Wever op Jacquardweefmachines Regelaar weefgetouwen Patroonmaker-stiksters Patroonmaker Modellenstikster confectie Stiksters woondecoratie Bankwerkers Bankwerkers - metaal Bankwerkers – matrijzenmaker – metaal Instellers bedieners van werktuigmachines Insteller bediener van metaalfreesfuncties Slijper van machinegeraadschap Insteller bediener van metaaldraaibank-draaier Insteller bediener automatische of CNC gestuurde metaalwerktuigmachines Insteller bediener van metaalwerktuigmachine Monteerders Monteerder in het atelier van machines en industriële installaties Installateur afsteller van machines en industriële installaties
Installateurs sanitair en CV Sanitair installateur - loodgieter Zinkwerker - metalen dakbedekking Monteur centrale verwarming Brandertechnieker Sanitair installateur gasverwarming – gasfitter Lassers Lasser met inerte gassen Half automaatlasser Lasser metaal Insteller bediener van volautomatische las en snijmachines CNC lasser Elektriciens en elektromechaniciens Residentieel elektrotechnisch installateur (bouwelektricien) Timmermannen en schrijnwerkers Schrijnwerker - timmerman: buitenschrijnwerk Schrijnwerker - timmerman: interieurbouw Schrijnwerker - timmerman: daktimmer Schrijnwerker aluminium Schrijnwerker kunststoffen Metselaars en vloerders Metselaar Vloerder-tegelzetter Stukadoors Stukadoor - natte bepleistering Stukadoor algemeen Isolateurs Industrieel isolateur Glaswerkers Glasplaatser-glaswerker Dakdekkers Dakdekker algemeen Dakdekker schuine daken (inclusief lood- en zinkwerk) Dakdekker platte daken – dakdichter Bekister, stellingbouwer Wegenwerker – kasseier Grondwerker Betonmixer-chauffeur Plaatser nutsleidingen Asfalteerder Rioollegger
Stellingbouwer Bekister Ijzervlechter Wegenwerker Wegenwerker-klinkers Drukkers Drukker vier-, meerkleurenoffset vellenpers Bakkers Broodbakker Banketbakker Helper bakker of snoepgoed Beenhouwer Beenhouwer spekslager Slachterijarbeider Uitsnijder in slachterijen Uitbener Vleesbewerker Visfileerder Productie operator voeding Behandelaar van voedingswaren Kraanmannen Torenkraanbestuurder Bouwplaatsmachinisten Bouwplaatsmachinist - grondverzet