Ondernemingsrecht Examennummer: 90282 Datum: 23 maart 2013 Tijd: 10:00 uur - 11:30 uur
Dit examen bestaat uit 8 pagina’s. De opbouw van het examen is als volgt: - 40 meerkeuzevragen
(maximaal 40 punten)
Heeft u minimaal 28 vragen correct beantwoord, dan heeft u een voldoende behaald. De antwoorden dienen ingevuld te worden op bijgevoegd examenpapier. Schrijf duidelijk leesbaar. Toegestane hulpmiddelen -Borgers, M.J., Kamminga, M.T., Kummeling, H.R.B.M., e.a. (2011). Kluwer Collegebundel 2011-2012. Deventer: Kluwer
Wij wensen u veel succes!
90282.ex_v1
Meerkeuzevragen (40 punten)
De antwoorden dienen ingevuld te worden op bijgevoegd examenpapier. Vermeld het meest juiste antwoord. Voor een correct antwoord: 1 punt
1. Jan de Boer heeft als eenmanszaak een advocatenkantoor. Welke kwalificatie(s) is (zijn) op Jan van toepassing? a. Jan heeft alleen een beroep. b. Jan heeft alleen een beroep en een bedrijf. c. Jan heeft zowel een beroep als een bedrijf als een onderneming. 2. Wie is juridisch gerechtigd een handelsnaam te voeren? a. Degene die als eerste ondernemer met winstoogmerk de naam rechtmatig gebruikt. b. Degene die als eerste ondernemer met winstoogmerk de naam in het handelsregister inschrijft. c. Degene die als eerste ondernemer ook zonder winstoogmerk de naam gebruikt. 3. Welke ondernemingsvormen moeten in de Staatscourant worden vermeld? a. Alle ondernemingen b. Alle rechtspersonen c. De NV en de BV 4. Bij stichting Red de Herdershond zijn in de regel 45 mensen werkzaam. Op welke wijze moet de medezeggenschap in deze stichting gestalte krijgen?
90282.ex_v1
a. Als er geen ondernemingsraad of personeelsvertegenwoordiging is, moeten de werknemers tweemaal per jaar met de ondernemer bijeenkomen. b. De stichting hoeft geen ondernemingsraad in te stellen, maar moet wel een personeelsvertegenwoordiging hebben. c. Het instellen van een ondernemingsraad is niet nodig, omdat dit te veel investeringen vraagt van de stichting.
NCOI Opleidingsgroep
1
Ondernemingsrecht - Examennummer 90282 - 23 maart 2013
5. In welke situatie(s) is sprake van aansprakelijkheid van de partner wanneer de andere partner in gebreke is zijn schulden te betalen? a. Alleen wanneer partners in gemeenschap van goederen zijn gehuwd. b. Wanneer partners in gemeenschap van goederen zijn gehuwd en ook als zij een geregistreerd partnerschap zijn aangegaan. c. Zowel wanneer partners in gemeenschap van goederen zijn gehuwd als wanneer zij een geregistreerd partnerschap zijn aangegaan of een samenlevingscontract hebben afgesloten. 6. Welke wettelijke bepalingen zijn van belang voor de vennootschap onder firma? a. Alleen de bepalingen uit het BW b. Alleen de bepalingen uit het Wetboek van Koophandel c. Zowel de bepalingen uit het BW als die uit het Wetboek van Koophandel 7. Hoe worden de maatschap en de vennootschap onder firma opgericht? a. De maatschap door een vormvrije overeenkomst, de vennootschap onder firma door het opstellen van een akte b. De maatschap en de vennootschap onder firma door het opstellen van een akte c. De maatschap en de vennootschap onder firma door een mondelinge overeenkomst 8. Welke uitspraak over afwijking van het wettelijk systeem van verdelen van winst en verlies binnen een vennootschap onder firma is juist? a. Het is niet toegestaan dat een vennoot alle verliezen draagt. b. Het is niet toegestaan dat een vennoot alle winst krijgt. c. Partijen zijn hierin volledig autonoom. 9. V.O.F. De Uitlaat heeft twee firmanten, Koos en Jaap. Op zekere dag koopt Koos voor de onderneming een nieuwe compressor. Wie word(en)(t) door de koopovereenkomst gebonden? a. Alleen de V.O.F. en Koos b. Alleen Koos c. Koos, Jaap en de V.O.F. 10. Kan een openbare maatschap in juridische procedures als procespartij optreden?
90282.ex_v1
a. Nee, want een maatschap heeft geen afgescheiden vermogen. b. Niet als eiser, wel als gedaagde. c. Niet als gedaagde, wel als eiser.
NCOI Opleidingsgroep
2
Ondernemingsrecht - Examennummer 90282 - 23 maart 2013
11. Johannes Egbrink sr. was jarenlang de plaatselijke bakker. Na zijn pensionering heeft zijn zoon, Johannes jr., de onderneming voortgezet. Om te voorkomen dat Johannes jr. te veel zware financieringslasten zou moeten opbrengen, hebben vader en zoon een commanditaire vennootschap opgericht. Gedurende de vakantieperiode is Johannes sr. enkele weken in de onderneming werkzaam, zodat Johannes jr. even van een vakantie kan genieten. Welke consequentie met betrekking tot de aansprakelijkheid van Johannes sr. is hieraan verbonden? a. Geen, want er is en blijft sprake van een afgescheiden vermogen. b. Johannes sr. wordt aansprakelijk voor alle schulden van de CV. c. Johannes sr. wordt alleen aansprakelijk voor de schulden die zijn ontstaan tijdens zijn gewerkte periode. 12. Op welke van onderstaande manieren kan in een BV een toezichthoudend orgaan worden ingesteld? a. Door instelling van een raad van commissarissen van natuurlijke of rechtspersonen door het bestuur b. Door instelling van natuurlijke personen als raad van commissarissen of een commissie van toezicht door de Algemene Vergadering c. Door instelling van natuurlijke personen of rechtspersonen als raad van commissarissen door de Algemene Vergadering 13. Door welke van onderstaande instanties kan een rechtspersoon niet worden ontbonden? a. De Kamer van Koophandel b. De officier van justitie c. De rechtbank 14. Willem, Wout en Cora richten notarieel een vereniging op. De vereniging heeft tot doel wekelijks mogelijkheden te bieden tot het spelen van een potje biljart. De vereniging is nog niet ingeschreven in het handelsregister. Willem contracteert namens de vereniging een plaatselijk café voor € 150,- per maand voor de huur van de biljarttafel. Wie is aansprakelijk voor de betaling van € 150,- huur? a. Alleen de vereniging b. De vereniging en alleen Willem c. De vereniging en Willem, Wout en Cora 15. Welke instantie van een vereniging beslist uiteindelijk over de toelating van nieuwe leden?
90282.ex_v1
a. De algemene ledenvergadering b. De ballotagecommissie c. Het bestuur
3
NCOI Opleidingsgroep
Ondernemingsrecht - Examennummer 90282 - 23 maart 2013
16. Welke ondernemingsvormen kunnen bij het uitoefenen van het verzekeringsbedrijf voorkomen? a. Alleen de OWM b. Alleen de OWM en de NV c. De OWM, de NV en de BV 17. Kan een BV een andere BV oprichten? a. Ja, dat kan. Dat is niet strijdig met het principe van de verklaring van geen bezwaar. b. Nee, dat kan niet, want dat is strijdig met het principe van de verklaring van geen bezwaar. c. Nee, dat kan niet, want er moet altijd een natuurlijk persoon aan te pas komen. 18. Bij de oprichting van een NV is een regeling van toepassing die een minimumkapitaal voorschrijft. Op welk(e) kapita(a)l(en) heeft deze regeling betrekking? a. Alleen op het maatschappelijk kapitaal b. Alleen op het maatschappelijk en het geplaatste kapitaal c. Zowel op het maatschappelijk als het geplaatste als het gestorte kapitaal 19. In de NV De Kippenslachterij NV is het kapitaal door een van de aandeelhouders niet geheel volgestort. Een van hen is tevens leverancier van hulpstoffen bij het slachtproces. Hij heeft nog een rekening openstaan Kan deze openstaande rekening verrekend worden met het nog te storten kapitaal? a. Ja, maar alleen wanneer de aandeelhouder de verrekening inroept. b. Ja, maar alleen wanneer de NV de verrekening inroept. c. Nee, want de bedragen verschillen te veel van karakter. 20. In welk van de onderstaande gevallen is vrije overdracht van een aandeel in een BV niet toegestaan? a. In geval van overdracht aan de vennootschap zelf b. In geval van overdracht aan de zoon van de broer van een aandeelhouder c. In geval van overdracht aan het achterkleinkind van de aandeelhouder 21. Aan welke aandelen is de bevoegdheid verbonden een bindende voordracht te doen bij het benoemen van commissarissen?
90282.ex_v1
a. Aan cumulatief preferente aandelen b. Aan preferente aandelen c. Aan prioriteitsaandelen
NCOI Opleidingsgroep
4
Ondernemingsrecht - Examennummer 90282 - 23 maart 2013
22. Wat wordt verstaan onder een oligarchische clausule? a. De statutaire mogelijkheid bindende voordrachten te doen om bestuurders te benoemen. b. De statutaire mogelijkheid voor de NV tot een bepaald bedrag eigen aandelen te nemen. c. De statutaire regel die voorschrijft op welk moment de jaarrekening opgemaakt moet zijn. 23. Welke rechtsvorm kan een moedermaatschappij hebben? a. Alleen een rechtspersoon b. Een rechtspersoon en een vennootschap onder firma c. Een rechtspersoon en een vennootschap onder firma en een natuurlijk persoon 24. Moeder A en dochters B en C hebben elk 7% van de aandelen van een bepaalde rechtspersoon D. Deze rechtspersoon D levert uitsluitend aan moeder en dochters grondstoffen die onontbeerlijk zijn in hun productieproces. Hoe noemt de wet deze wijze van betrokkenheid van moeder en dochters bij rechtspersoon D? a. Concern b. Deelneming c. De wet zegt hierover niets omdat het om slechts 7% aandelenbezit betreft 25. Welk orgaan van een grote NV stelt de jaarrekening vast? a. De algemene vergadering van aandeelhouders b. De raad van commissarissen c. Het bestuur 26. BV Impressie is een onderneming die zich bezighoudt met het vervaardigen van handelsdrukwerk. De waarde van de activa bedraagt al gedurende drie jaar € 3 miljoen, terwijl het aantal medewerkers constant 75 bedraagt. Geniet deze BV vrijstellingen in het jaarrekeningenrecht? a. Ja, als kleine onderneming. b. Ja, als middelgrote onderneming. c. Nee, want deze onderneming wordt als ‘groot’ aangemerkt. 27. Er bestaat een mogelijkheid bij het Gerechtshof Amsterdam een verzoek in te dienen tot het instellen van een enquête. Welke instantie kan zonder aanwijzing in de statuten een dergelijk verzoek niet indienen?
90282.ex_v1
a. De advocaat-generaal bij het Gerechtshof Amsterdam b. De ondernemingsraad c. Eén aandeelhouder
5
NCOI Opleidingsgroep
Ondernemingsrecht - Examennummer 90282 - 23 maart 2013
28. Welke bevoegdheid heeft de raad van commissarissen als de NV onder de structuurregeling valt? a. Benoeming, schorsing en ontslag van bestuurders b. Benoeming, schorsing en ontslag van minimaal twee van de drie commissarissen c. Het vaststellen van de jaarrekening 29. Welke van de onderstaande fusies is juridisch mogelijk? a. Een coöperatie met een NV b. Een NV met een BV c. Een OWM met een NV 30. Welke rol vervult de ondernemingsraad bij een fusie? a. De ondernemingsraad heeft hier het adviesrecht. b. De ondernemingsraad heeft hier het instemmingsrecht. c. De ondernemingsraad kan hier alleen informatie inwinnen. 31. Bram is failliet. Desalniettemin begaat hij een verkeersovertreding, die resulteert in een te betalen boete. Welke situatie doet zich nu voor? a. Bram hoeft de geldboete helemaal niet te betalen; de curator wel. b. Bram moet de geldboete wel betalen, maar hij zal de curator moeten verzoeken het verschuldigde bedrag te betalen. c. Bram moet de geldboete wel betalen, maar hij zal pas kunnen betalen nadat het faillissement is afgewerkt. 32. Welke kwaliteit(en) verliest iemand die failliet verklaard is? a. Alleen de beschikkingsbevoegdheid b. Alleen de inningsbevoegdheid c. Zowel de beschikkingsbevoegdheid als de inningsbevoegdheid 33. De ontvanger van de Belastingdienst heeft van een BV vier verschillende aanslagen loon- en omzetbelasting die maar niet betaald worden. Kan de ontvanger op grond hiervan het faillissement van de BV aanvragen?
90282.ex_v1
a. Ja, maar er moet wel een andere crediteur bestaan. b. Ja, want hij heeft meer dan één vordering. c. Nee, want de ontvanger heeft niet de bevoegdheid een faillissement aan te vragen.
NCOI Opleidingsgroep
6
Ondernemingsrecht - Examennummer 90282 - 23 maart 2013
34. Een BV wordt op 1 november 2012 failliet verklaard. De bestuurders overwegen hoger beroep in te stellen. Vanaf welk moment heeft het faillissement werking? a. Op 1 november 2012, ondanks de mogelijkheid hoger beroep aan te tekenen. b. Pas wanneer de hogerberoepperiode ongebruikt is verstreken. c. Zodra het bestuur te kennen heeft gegeven van het aantekenen van hoger beroep af te zien. 35. Wat is het gevolg van een uitgesproken faillissement voor de vermogens als een van de geregistreerde partners failliet verklaard is? a. Het faillissement heeft alleen gevolgen voor het gemeenschapsvermogen en het privévermogen van de partner als sprake is van een huwelijk van de failliet. b. Is bij het geregistreerde partnerschap sprake van algehele gemeenschap van goederen, dan vallen alle goederen van beide partners in het faillissement, behalve het privévermogen van de andere partner. c. Is bij het geregistreerde partnerschap sprake van algehele gemeenschap van goederen, dan vallen alle goederen van beide partners in het faillissement, ook het privévermogen van de andere partner. 36. Wanneer treedt in een faillissement de staat van insolventie in? a. Na de verificatievergadering bij de vereffening van de boedel. b. Wanneer het faillissement wordt opgeheven wegens de toestand van de boedel. c. Wanneer het faillissement wordt opgeheven wegens het verbindend worden van de slotuitdelingslijst. 37. Heeft het retentierecht ook in faillissement betekenis? a. Ja, maar de retentor heeft het recht de zaak onder zich te houden tot de curator betaald zal hebben. b. Ja, maar de retentor heeft niet meer mogelijkheden dan in het geval dat er geen sprake is van een faillissement. c. Nee, want door een faillissement vervallen alle beslagen. 38. Wat houdt het recht van reclame in een faillissement in?
90282.ex_v1
a. De verkoper kan bij de curator zijn vordering met betrekking tot de verkochte zaak met voorrang indienen. b. De verkoper kan bij de rechtbank verzet aantekenen tegen het faillissement. c. De verkoper kan het verkochte goed ook in faillissement als zijn eigendom opeisen.
7
NCOI Opleidingsgroep
Ondernemingsrecht - Examennummer 90282 - 23 maart 2013
39. Joost Koopman heeft een procedure gewonnen tegen een nalatige klant. Het vonnis is uitvoerbaar verklaard bij voorraad. Joost gaat terstond na de ontvangst van het vonnis tot executoriaal beslag en verkoop over. De klant stelt echter met succes hoger beroep in, maar blijft met een behoorlijke schadepost zitten, omdat Joost executiemaatregelen getroffen heeft. Wat is de positie van Joost nu? a. Joost is alleen schadeplichtig als de uitspraak in hoger beroep een dergelijke clausule bevat b. Joost is niet schadeplichtig, omdat het vonnis uitvoerbaar verklaard was bij voorraad. c. Joost is schadeplichtig wegens het plegen van een onrechtmatige daad. 40. In de bouwsector vallen veel ontslagen, zoals ook bij De Baksteen BV. Het arbeidscontract met timmerman Piet Spijker is door de kantonrechter ontbonden. Welke soort vonnis heeft de kantonrechter hierbij gewezen?
90282.ex_v1
a. Een condemnatoir vonnis b. Een constitutief vonnis c. Een declaratoir vonnis
NCOI Opleidingsgroep
8