HC3 Deurbeslag Antibacterieel Een extra preventiemiddel tegen ziekenhuisbacteriën
Copyright © 2012 by Artitec bv Alle rechten voorbehouden Uitgever: Artitec bv Redactie: Richard Zeinstra Artitec is een Nederlands familiebedrijf gespecialiseerd in het ontwikkelen van hoogwaardig deurbeslag en aanverwante accessoires. Wij leveren een uitgebreid assortiment, veelal ontwikkeld op verzoek van klanten en eindgebruikers. De afgelopen jaren is Artitec uitgegroeid tot een succesvolle internationale onderneming met export naar meer dan 30 landen.
Een ziekenhuisinfectie is een veelal vermijdbare en soms ernstige complicatie van een ziekenhuisopname of in het ziekenhuis uitgevoerde ingreep. Wanneer ziekteverwekkende bacteriën worden overgedragen op mensen met een kwetsbare gezondheid, kan dat vergaande en zelfs levensbedreigende gevolgen hebben. Naast ongemak en leed kan dit ook leiden tot een langere opnameduur en toename in de kosten. Handhygiëne wordt beschouwd als de belangrijkste maatregel om het risico van overdracht van micro-organismen op de patiënt te verminderen. Een betere naleving van de richtlijnen voor handhygiëne kan het aantal ziekenhuisinfecties met tien tot vijftig procent terugdringen. Helaas is handhygiënebesef in Nederlandse zorginstellingen laag. In minder dan twintig procent van de contactmomenten met patiënten wordt voldaan aan de richtlijnen. Ook de handhygiëne van de gemiddelde Nederlander (en dus bezoeker in een zorginstelling) laat te wensen over, zo wast ca. veertig procent zijn handen niet na toiletgebruik (Unilever, Glorix toiletonderzoek, 2006).
De oplossing, HC3, anti bacteriële coating. Een extra preventiemiddel tegen ziekenhuisbacteriën.
Voordelen van HC3 coating in combinatie met Artitec Proline deurbeslag
Deurbeslag (deurkrukken, grepen, duwplaten etc.) in zorginstellingen wordt intensief gebruikt en vormt dus een belangrijk overdrachtspunt voor bacteriën.
• Deurbeslag klasse 4, hufterproof en zeer degelijk • vastgeveerd, waardoor de slotveer ontlast wordt • hoge kwaliteit rvs • snelle en effectieve antibacteriële werking • vernietigt ook de restanten van de gedode bacteriën • zelfreinigend (superhydrophilicity) • onzichtbaar • bevat geen achterhaalde technologieën als microban of zilver-ionen • hard en duurzaam • Al meer dan 2 jaar toegepast in diverse zorginstellingen wereldwijd.
Door bescherming met Artitec HC3 coating in combinatie met het Proline projectbeslag is dit op te lossen. Producten behandeld met HC3 kunnen een effectief onderdeel vormen van een algemeen infectieprogramma. HC3 is bewezen effectief tegen onder andere MRSA en E-Coli. HC3 bevat in tegenstelling tot chemische middelen (biociden) een innovatief fotokatalytisch element. Dit element heeft de unieke eigenschap dat het onder invloed van UV licht (daglicht of Tl-licht) als katalysator optreed en gebruik maakt van een natuurkundig fenomeen om bepaalde organismen (bacteriën, virussen, organisch vuil) af te breken. De reststoffen, zijnde water en koolstofdioxide worden afgegeven aan de ruimte. Daardoor is de HC3 coating niet alleen antibacterieel maar ook nog eens zelfreinigend. Een ander voordeel van de HC3 coating is de duurzaamheid. Doordat dit een zeer harde coating is, is slijtage minimaal en zal de coating jaren (minimaal 10 jaar) aanwezig zijn.
3
Antibacteriële generaties/
Onder de eerste generatie verstaan we een aantal middelen welke een bepaalde antibacteriële werking hadden, zoals koper en zilver. Hiermee worden bepaalde bacteriën gedood, echter de dode bacteriën blijven op het deurbeslag achter, wat een voedingsbodem vormt voor een nieuwe sneller groeiende laag met nieuwe bacteriën. Daarnaast is het gebruik van deze materialen zeer kostbaar en niet praktisch. Onder de tweede generatie verstaan we biocides zoals microban of triclosan en het gebruik van zilver-ionen. Hiermee worden bepaalde bacteriën gedood, echter de dode bacteriën blijven op het deurbeslag achter. Deurbeslag wat behandeld is met deze middelen dienen dan ook zeer regelmatig schoongemaakt te worden, wat de werking van deze middelen doet afnemen. Tevens wordt door schoonmaken met chemische middelen (wat veelal gebeurt in de zorg) de werkende laag vermindert en uiteindelijk verwijderd.
Hoe werkt HC3 UV licht activeert de HC3 coating, waardoor elektronen in de coating hun werking kunnen doen. Deze elektronen komen in aanraking met watermoleculen (H2O), welke in de omgeving (lucht) altijd aanwezig zijn. Dit wordt opgebroken in twee reactieve radicalen, te weten Superoxide (O2-) en Hydroxyl (OH-). Deze vrije radicalen creëren een oxiderende werking, welke organische lichamen afbreken, zoals bacteriën en virussen, in water (H2O) en koolstofdioxide (CO2), wat dan weer wordt afgegeven aan de ruimte.
4
Belangrijke eisen voor de beste werking • beschikbaarheid van UV-licht • de lichtbron moet ongefilterd zijn. Bijv. TL-verlichting mag niet afgeschermd zijn. • niet reinigen met zeer agressieve chemicaliën
Onder de derde en laatste generatie valt de HC3 coating (Hygienic Coating 3rd generation). Dit is een volgens de laatste nanotechnologie vervaardigde zeer harde en duurzame coating, welke diverse zogenaamde ziekenhuisbacteriën doodt en daarbij de dode cellen verwijderd. De basis van deze coating is een speciale versie van Titaniumdioxide (TiO2)
Voornaamste eigenschappen HC3 • Snelle en effectieve anti-bacteriële werking • Vernietigt ook de restanten van de gedode bacteriën • Zelfreinigend (Superhydophilicity) • Onzichtbaar • Bevat geen Microban of Zilver-ionen (achterhaalde technologie) • Harde, duurzame coating
Werkgroep Infectie Preventie 12-2010
Maatregelen/ Ziekenhuizen worden in toenemende mate geconfronteerd met resistente microorganismen. De meest bekende tot nu toe is de methicilline-resistente Staphylococcus aureus (MRSA), waartegen in Nederland een zoek-envernietigbeleid wordt gevoerd. Er zijn echter meer micro-organismen die in staat zijn resistentie te ontwikkelen tegen het meest geëigende (dus eerste-keus) antibioticum of tegen een combinatie van antibiotica, in deze richtlijn verder aangeduid als bijzonder-resistente micro-organismen (BRMO).
Omdat behandeling van infecties met deze resistente micro-organismen minder goed mogelijk is, is het van het allergrootste belang
binnen een ziekenhuis maatregelen te treffen die gericht zijn op: • het voorkómen van resistentie-ontwikkeling • het voorkómen van verspreiding van resistente micro-organismen Het voorkómen van resistentie-ontwikkeling wordt nagestreefd door het hanteren van een rationeel, terughoudend antibioticabeleid. In Nederland houdt de Stichting Werkgroep Antibiotica-beleid (SWAB) zich hiermee bezig. In deze richtlijn worden de minimaal noodzakelijke maatregelen aangegeven tegen overdracht van BRMO. Deze richtlijn geldt niet voor MRSA en
multiresistente Mycobacterium tuberculosis. Hiervoor wordt verwezen naar de desbetreffende WIP-richtlijnen MRSA algemeen en Preventie van besmetting met tuberculose in ziekenhuizen. Verspreiding van BRMO wordt voorkómen door precies dezelfde maatregelen die verspreiding van gevoelige bacteriën voorkómen, zoals onder andere verwoord in Algemene voorzorgsmaatregelen en het isolatiebeleid (WIP). Er is echter een aantal redenen om speciale aandacht te besteden aan BRMO. De gevolgen van verspreiding van een BRMO zijn ernstiger dan van een goed gevoelige bacterie. Voor de incidentele patiënt kan het betekenen dat hij behandeld moet worden met een toxischer of minder effectief antibioticum, of dat er alleen nog de mogelijkheid van intraveneuze toediening is. Voor het ziekenhuis kan het gevolg zijn dat het antibioticabeleid moet worden aangepast en duurdere antibiotica moeten worden voorgeschreven.
5
Methicilline Resistente Staphylococcus Aureus
MRSA/
MRSA (methicilline Resistente Staphylococcus Aureus)
Een MRSA is een staphylococcus die in zijn genetisch materiaal (Mec a-gen) iets heeft veranderd waardoor de bacterie resistent is geworden tegen het antibioticum methicilline. De MRSA bacterie komt bij 30% van de mensen voor op de huid en in de slijmvliezen. In het dagelijkse leven is de bacterie onschadelijk. Pas bij verminderde weerstand, huidbeschadigingen, wonden kan hij infecties veroorzaken, Deze zijn bij de “gewone” Staphylococcus aureus met antibiotica te bestrijden. Alleen bij de MRSA gaat dat niet . Overal in de wereld duikt de MRSA, als veroorzaker van ziekenhuisinfecties op. MRSA-bacteriën worden via dragers – mensen bij wie de bacterie zich op de huid of in de neus bevindt om zich daar, zonder verdere nadelige invloeden voor de betrokkene te handhaven – en uiteraard door patiënten verspreid. De drager kan zelf patiënt worden wanneer de MRSA-bacterie die hij bij zich draagt in de bloedbaan komt, of een wondinfectie veroorzaakt. Een drager, verpleger of verzorger bijvoorbeeld, kan een patiënt die verpleegd wordt direct besmetten of indirect, via instrumentarium dat voor onderzoek wordt gebruikt. De besmetting wordt vaak vanuit het buitenland binnengebracht, als gevolg van een minder strikt antibioticumbeleid, en dus grotere selectiedruk in sommige landen. Mensen die direct vanuit het buitenland komen en als patiënt op een intensive care afdeling of op een chirurgische afdeling verpleegd moeten worden, worden uit voorzorg eerst geïsoleerd verpleegd. Bacteriologisch onderzoek kan dan uitwijzen of de gevreesde MRSA eventueel aanwezig is.
6
Infecties met MRSA zijn moeilijk te bestrijden, maar Door een eenvoudig bacteriologisch onderzoek van een huid- of neusuitstrijk is vast te stellen of bij een patiënt een resistente stafylococcus aanwezig is. De patiënt bij wie de MRSA-bacterie aanwezig is, wordt onmiddellijk overgebracht naar een gesloten afdeling, en alle mensen die met de patiënt in contact zijn geweest, worden onderzocht om te zien of ze soms besmet zijn met de bacterie, waardoor ze ongewild als drager voor verdere verspreiding zouden kunnen zorgen. Eventuele dragers onder het ziekenhuispersoneel worden op non-actief gesteld, of met taken belast die hen verwijderd houden van patiënten of verpleegafdelingen. Deze personen worden vervolgens regelmatig bacteriologisch onderzocht, waarbij in het merendeel van alle gevallen na enige tijd het sein op veilig raakt, doordat de koloniserende bacterie meestal vanzelf weer verdwijnt. Incidenteel echter blijken dragers blijvende verspreiders; in feite zijn ze dan – hoe hard het ook moge klinken –ongeschikt voor een groot aantal functies binnen de gezondheidszorg.
de bacterie kan gevoelig zijn voor een aantal middelen, zoals: • vancomycine i.v. • Rifampicine oraal • Bactrimel oraal • Ciprofloxacine oraal • Fusidinezuur oraal en lokaal • Mupirocine (Bactroban) lokaal Resistentie tegen deze antibiotica kan ook gemakkelijk ontstaan, daarom is voorkomen beter dan genezen.
Hoe ontstaat een infectie
Aanwezige staphylococcen in de neus kunnen de huid infecteren, wanneer daar een lokale verminderde weerstand is ontstaan door bijv. een insectenbeet of eczeem. Op de gezonde huid komen normaliter weinig stafylokokken voor.
Verder wordt heel vaak besloten om de afdeling waar de met de MRSAbacterie besmette patiënt verbleef nog gedurende enige tijd te sluiten, waarna de bacterie door schoonmaak en sterilisatie uitgeroeid wordt. Uitbannen van de methicilline-resistente stafylococcus zal, nu deze eenmaal wereldwijd is verspreid, niet mogelijk zijn. Sinds kort heeft men aangetoond dat deze ziekenhuisbacterie op grote schaal in de varkensstal voorkomt en ook wordt overgedragen op mensen. Zeer recent is de bacterie(overdracht) ook bij paarden aangetoond. Ook hierbij is goede ziekenhuishygiëne is van groot belang om infecties met deze bacteriën te voorkómen. Na aantreffen probeert men de bron op te sporen en door schoonmaken de bacterie kwijt te raken. 7
Stafylococcen / E-Coli
Risicogroepen
• patiënten die onlangs in een buitenlands ziekenhuis behandeld zijn • patiënten in verpleeg- en verzorgingstehuizen afkomstig uit een ziekenhuis waar een MRSA epidemie heerst of heeft geheerst. • patiënten met huid en weke deleninfecties (abcessen, cellulitis), die agressief verlopen. • kinderen met staphylococcenpneumonie • personen die direct contact hebben met levende varkens en/of vleeskalveren • au-pair meisjes uit de Filippijnen
Stafylococceninfecties
8
Dit zijn oppervlakkige infecties van de huid door locale weerstanddaling en kunnen MRSA zijn. Veertig procent van de gezonde mensen heeft staphylococcen in de neus, waarvan ca. twintig procent permanent-drager is en tien procent zelden-drager is. Staphylococcen worden opgepikt door bijv geïnfecteerde wonden en steenpuisten. Jaarlijks vinden ongeveer 2000 besmettingen plaats, waarvan 75% in het ziekenhuis, 15% in het verpleeghuis en 10% bij de huisarts of thuis.
MRSA-kweken dienen voor verwijzing naar het ziekenhuis afgenomen te worden bij bovenstaande risicogroepen die kenmerken vertonen van aangegeven infecties en/of niet reageren op de gebruikelijke antibiotica. De MRSA kweek aanvragen zijn de laatste jaren schrikbarend toegenomen. Van 179 in 2004 tot 442 aanvragen in 2008.
E-Coli (Escherichia Coli)
Escherichia coli is een gramnegatieve staafvormige bacterie en is een bacterievorm, welke in het menselijk lichaam het meest prominent aanwezig is. E-Coli zit in onze dikke darm, waar het zich inzet voor de vertering van ons voedsel. Deze bacteriën worden door ons uitgescheiden samen met onze fecaliën (ca. 100 miljard tot 10 biljoen per dag). Naast vertering zorgt E-coli ook voor aanmaak van vitamine K, wat een stof in de lever aanmaakt welke zorgt voor de bloedstolling. Daarnaast verzorgt het ook nog eens de logistiek van calcium in ons lichaam en zorgt het ervoor dat calcium op de juiste plekken terechtkomt. Bij gebruik van grote hoeveelheden antibiotica wordt deze bacterie uitgedund, wat gebrek aan vitamine K oplevert. Bloedneuzen en zelfs interne darmbloedingen kunnen het gevolg zijn. E-Coli heeft ook zijn slechte kanten Bij een darmperforatie is het mogelijk dat de buikholte besmet is met o.a. E-coli. De ontstane buikvliesontsteking is levensbedreigend en dient met spoed behandeld te worden. Wanneer de urinebuis besmet raakt met E-coli, kan een blaasontsteking ontstaan.
EHEC (Enterohemorragische Escherichia coli)
EHEC is een verzamelnaam voor verschillende stammen van E-coli, welke verotoxine produceren. Deze stammen zijn verantwoordelijk voor veel voedselvergiftigingen en kunnen ernstige complicaties veroorzaken. Het woord ‘enterohemorragisch’ geeft aan dat deze bacteriën ernstige darminfecties kunnen veroorzaken met bloederige diarree. Een bekende EHEC-variant is de O157:H7. In 2011 kwam EHEC in het nieuws door een uitbraak van een zeldzame en kennelijk agressieve EHEC-variant, O104:H4. Escherichia coli O104:H4 is een zeer zeldzame gramnegatieve bacterie..Deze variant lijkt naast een vastgestelde resistentie voor een aantal antibiotica ook een negatievere prognose te kennen dan de meer courante EHEC-stammen. Een veel hoger percentage van de patiënten ontwikkelt ernstige nierproblemen.
ESBL (Extended Spectrum Beta Lactamase)
ESBL’s zijn cephalosporinases die het antibioticum cephalosporine kapot maken (open knippen) en komen alleen voor in gramnegatieve bacteriën. Zoals E-coli en Klebsiella (urineweginfecties) Behandeling van ESBL’s is alleen mogelijk met andere antibiotica, zoals nitrofurantoine, trimetoprim, bactrimel of ciproflaxine Ook bij ESBL’s is dus voorkomen beter dan genezen. ESBL’s ontstaan als volgt: • De bacterie in de darm wordt spontaan resistent door intensief gebruik van cephalosporines • Overdracht van patiënt naar patiënt via handen medewerkers (kolonisatie) en kunnen voorkomen worden door: • maatregelen ter voorkoming van resistentie ontwikkeling door een terughoudend antibioticabeleid (Stichting Werkgroep Antibiotica Beleid; SWAB) • voorkomen van verspreiding van resistente micro-organismen door contactisolatie/barrière.
ESBL in de gemeenschap is de laatste jaren met sprongen toegenomen. Van ca. tien in 2006 tot honderachtenveertig in 2008. Elke E.coli of Klebsiella wordt standaard in de laboratoria getest op de aanwezigheid van ESBL’s, waarbij de meeste kweken voortkomen uit urineweginfecties. Maatregelen ter voorkoming van overdracht • ESBL overdracht gaat via de handen • BRMO gaat via de handen • MRSA gaat via lucht en handen Een zeer goede maatregel is daarom om contactproducten, zoals deurbeslag, te voorzien van de Artitec HC3 coating, welke deze bacteriën bestrijdt, vernietigd en verwijdert. De bacteriën die ESBL’s kunnen produceren (Klebsiella, Escherichia coli), zijn Gramnegatieve bacteriën die een zogenoemde endotoxine maken. Ze zijn onschadelijk zolang ze zich in de darm bevinden van gezonde personen. Maar ze kunnen ernstige infecties veroorzaken bij heel jonge en ook bij oude mensen met een verstoord immuunsysteem.
9
VRE / Clostridium VRE
VRE is de afkorting van Vancomycine Resistente Enterococcus faecium en is een darmbacterie die bij veel mensen voorkomt. Het verschil tussen de VRE en de gewone bacterie is dat de VRE ongevoelig is geworden voor vancomycine. Net zoals de meeste bacteriën wordt de VRE-bacterie in het bijzonder verspreid via de handen. Alleen voor mensen met een sterk verminderde weerstand kan VRE tot een infectie leiden.
Clostridium difficile
Deze bacterie is de oorzaak van Clostridium difficile associated diarrhoea (CDAD) oftewel diarree. Deze bacterie komt veel voor. De bacterie zit in de darm en richt daar geen schade aan. Pas als de drager bepaalde antibiotica gebruikt, en de weerstand ernstig afgenomen is, door een ernstige ziekte, kan deze bacterie gaan uitgroeien en gifstoffen (toxines) produceren waar mensen ziek van worden.
10
Artitec Proline projectbeslag met Anti-bacteriële HC3 Coating
De Oplossing/ De Oplossing
Artitec Proline projectbeslag met Anti-bacteriële HC3 Coating. HC3 is leverbaar op onze gehele collectie. Artitec Proline Projectbeslag is goedgekeurd voor de hoogste gebruikersklasse 4 conform de EN1906. Artitec laat haar producten testen door onafhankelijke testinstituten volgens de in Europa gestelde norm (EN) voor deurbeslag. Artitec Proline projectbeslag heeft een garantietermijn van 10 jaar.
Wat houdt de normering van deurbeslag volgens DIN EN1906 in?
Gedurende het openen en sluiten van deuren ondergaan deurkrukken horizontale-, verticale- en rotatiekrachten, die opgevangen moeten worden door het bevestigingssysteem op rozet of schild. De volgende aandachtspunten zijn daarbij van belang: • Bedieningsmomenten • Toelaatbare speling en veiligheid • Vrije verdraaiingshoek en uitlijningstolerantie • Duurzaamheid Gebruikersklasse 4 = Hoogfrequent, zeer intensief gebruik op deuren bij projecten waar regelmatig geweldsmisbruik of zelfs over opzettelijk misbruik kan worden gesproken. (bijv. voetbalstadions, oliebooreilanden, kazernes, openbare toiletten etc.) De programmalijnen Proline en Proline Slimface zijn getest en gecertificeerd op klasse 4. Tevens zijn deze lijnen getest en gecertificeerd volgens de EN1634-2 brandwerendheidstesten en zijn ze verkrijgbaar als DIN18273 brandwerendheid getest . Proline is verkrijgbaar in diverse modellen, zowel op rozet, kortschild als langschild. Ook onze gehele collectie antisuïcidaal deurbeslag, deurgrepen en seniorenbeslag is leverbaar met een antibacteriële HC3-coating. Voor een compleet overzicht van ons programma bezorgen wij u graag onze 350 pagina’s dikke catalogus in print of digitaal. Tevens kunt u op www.artitec.com meer informatie vinden.
11
Wilt u meer weten ? Aarzel dan niet en neem contact met ons op !
Artitec bv Nederland Artitec bv België Fornheselaan 120 Speistraat 42 3734 GE Den Dolder B-9030 Mariakerke T +31 (0)30 8507070 F +31 (0)30 8507079 Mail
[email protected] Web www.artitec.com
+32 (0)9 258 1319 +32 (0)9 374 3824