augustus 2012
HANDLEIDING VOOR HET OPZETTEN VAN EEN TAKE OFF-PROJECT
In 7 stappen maakt u kennis met alle aspecten waarmee u te maken krijgt bij een Take Off-project. De bijlagen betreffen specifieke tips en aanbevelingen, factsheets en voorbeelden. Deze bijlagen zijn ook apart te downloaden via de website www.takeoffjongeren.nl.
pagina 1
augustus 2012
INHOUDSOPGAVE Inleiding Beleidsregie door de gemeente Stap 1: De doelgroep Stap 2: Partners Stap 3: Projectplan Stap 4: Financiering Take Off Stap 5: Huisvesting Stap 6: Verblijf Stap 7: Verder te regelen
pagina 3 pagina 5 pagina 6 pagina 7 pagina 8 pagina 9 pagina 10 pagina 11 pagina 13
Bijlagen: 1: Factsheet rollen, taken en verantwoordelijkheden van gemeente 2: Tips voor verbreden en/of verdiepen van het begeleidingsaanbod 3: Factsheet decentralisatie van de zorg 4: Factsheet kosten en baten-analyse 5: Tips programma van eisen woningen 6: Tips voor het maken van een realistisch inkomsten- en uitgavenplaatje van de jongere 7: Tips voor het omgaan met weerstand 8: Tips intake 9: Tips begeleiding van jongeren 10: Tips einde begeleiding 11: Tips voor de samenwerking 12: Tips voor de projectbegroting 13: Tips voor projectfinanciering 14: Tips voorkomen onnodige uitgaven en kostenposten 15: Tips huisregels
pagina 14 pagina 16 pagina 18 pagina 21 pagina 22 pagina 23 pagina 24 pagina 26 pagina 27 pagina 28 pagina 29 pagina 30 pagina 31 pagina 33 pagina 34
pagina 2
augustus 2012
INLEIDING Take Off is een kleinschalige woonvorm met ambulante begeleiding voor kwetsbare jongeren. In een Take Off kunnen jongeren met een geschiedenis van dakloosheid de laatste stap naar zelfstandigheid nemen. Aedes, De Federatie Opvang en Stichting Zwerfjongeren Nederland zien Take Off als een noodzakelijke laatste steun in de rug voor deze jongeren om zelfstandig in de maatschappij te kunnen functioneren. Met de ondersteuning van lokale initiatiefnemers willen zij Take Off-projecten in Nederland bevorderen. MISSIE SUCCESVOLLE TERUGKEER IN DE MAATSCHAPPIJ Take Off is er voor gemotiveerde (ex-)zwerfjongeren die na verblijf zelfstandig kunnen wonen, leven en werken. Woonruimte, werk en het opbouwen van een sociaal netwerk zijn voorwaarden voor een succesvolle terugkeer in de maatschappij. In een woning geschikt voor in de regel 2-4 jongeren of in zelfstandig gegroepeerde appartementen voor 3 – 6 jongeren, worden zij daarnaar begeleid. Begeleiders wonen niet bij hen in de woning. DOELSTELLING TAKE OFF, DE LAATSTE SPRONG VOOR ZELFSTANDIGHEID De doelstelling van de begeleid wonenvorm Take Off is dat (ex-) zwerfjongeren volledig zelfstandig kunnen wonen en leven na uitstroom. Zij zijn dan schuldenvrij, zitten op school en/of hebben werk, kunnen volledig financieel in hun levensonderhoud voorzien, zijn in staat om in sociale netwerken te functioneren en hebben een vrijetijdsbesteding, zijn gezond. In de ‘zelfredzaamheidmatrix ‘ scoren zij op alle leefgebieden een voldoende. Zie ook www.zelfredzaamheidsmatrix.nl DOELGROEP GEMOTIVEERDE JONGEREN Met Take Off realiseren gemeenten, woningcorporaties en zorgaanbieders kleinschalige projecten voor een deel van de ruim 8000 zwerfjongeren: de (ex-)zwerfjongeren in de leeftijd van 18 tot circa 25 jaar oud met een normaal IQ, mogelijk diverse trauma’s en geen psychiatrische problematiek. Begeleiding heeft een ‘zwaarte’ die overeenkomt met WMO-financiering. Gezien de historie van deze jongeren is een minimale begeleiding van 4 uur per week nodig. Het verblijf in de Take Off-woning duurt minimaal 1 á 2 jaar. Dit is de tijd die nodig is om op alle leefgebieden zaken op orde te krijgen. Binnen het palet aan opvang- en begeleidingsplekken biedt Take Off een begeleidingsvorm aan die vooraf gaat aan volledig zelfstandig wonen, werken en leven van de jongere. Take Off staat aan het einde van de zorgketen voor zwerfjongeren. PARTNERS WIE ZIJN BETROKKEN BIJ EEN TAKE OFF-PROJECT? Naast de woningcorporatie en de zorgaanbieder is de gemeente een belangrijke partner. De gemeente draagt de verantwoordelijkheid voor de financiering en de (beleids)regie van de maatschappelijke opvang. De gemeente heeft het overzicht van de behoefte aan opvangplaatsen en soorten opvangmogelijkheden voor jongeren. Gemeenten zijn onderverdeeld in centrumgemeente of regiogemeente. Afhankelijk daarvan dragen zij verschillende verantwoordelijkheden. pagina 3
augustus 2012 CHECKLIST VOOR HET OPZETTEN VAN EEN TAKE OFF-PROJECT STAPPENPLAN BINNEN DE CONTEKST VAN DE OVERKOEPELENDE AANPAK Uitgangspunt bij het opzetten van een kleinschalige woonvoorziening voor de groep jongeren waarvoor Take Off bestemd is, is dat dit aansluit bij en ingebed is in gemeentelijk zwerfjongerenbeleid en in de lokale keten van opvang en begeleiding voor zwerfjongeren.
In deze checklist wordt stap voor stap het opzetten van een Take Off doorlopen binnen bovengenoemde context. De bijlagen betreffen tips, factsheets, voorbeelden en aanzetten tot interactieve analyses waarnaar in de afzonderlijke hoofdtekst steeds verwezen worden.
pagina 4
augustus 2012
BELEIDSREGIE DOOR GEMEENTE Het stappenplan, dat gemeenten idealiter volgen om de beleidsregie op te pakken, luidt: -1- Ken de doelgroep risicojongeren en zwerfjongeren. -2- Ken de aanbieders en de potentiële ketenpartners. -3- Activeer partijen en breng ze bij elkaar. -4- Ontwikkel een visie op de problematiek en de aanpak. -5- Maak een uitvoeringsplan. -6- Schep randvoorwaarden voor ketensamenwerking. BIJLAGE 1: FACTSHEET ROLLEN, TAKEN EN VERANTWOORDELIJKHEDEN VAN GEMEENTE Er bestaat een verschil tussen centrumgemeenten en regiogemeenten. In deze factsheet kunt u dat nalezen. PAGINA 14 Als projectleider voor het opzetten van een Take Off, doorloop je een 7 stappenplan dat ingebed is in de overkoepelende aanpak. Deze stappen zijn hierna in 7 hoofdstukken opgenomen.
pagina 5
augustus 2012
STAP 1: DE DOELGROEP Aantallen en hulpvraag (profielenonderzoek) zijn grofweg bekend in de regio. De aanbodkant is geïnventariseerd, de betrokken voorzieningen zijn bekend. De leemtes zijn in beeld gebracht: de behoefte aan groot- of kleinschalige woonvoorzieningen zijn in kaart gebracht. Te onderzoeken vraag: past Take Off, kleinschalig wonen met ambulante begeleiding met leren-werken als integraal onderdeel, in het plaatje? Zo ja, keuze maken voor precieze doelgroep en duidelijke omschrijving opstellen. Voor Take Off: het gaat om kwetsbare jongeren in de leeftijd van 18 jaar tot circa 25 jaar, die in het verleden in de problemen zijn geraakt (schulden, verslaving, detentie, afgebroken opleiding, dakloos) maar inmiddels een eind op weg zijn op het pad van de maatschappelijke re-integratie. Deze jongeren zijn toe aan een vorm van begeleid wonen als opmaat naar zelfstandige huisvesting. Zij wonen nu vaak in een opvanginstelling en zijn er aan toe om door te stromen naar een vorm van begeleid wonen als tussentap naar zelfstandig wonen. De beoogde jongeren: zijn niet (meer) verslaafd; hebben geen ernstige psychische storingen (meer); kunnen een zelfstandig huishouden voeren met lichte (ambulante) begeleiding; beschikken over eigen financiële middelen of komen in aanmerking voor inkomensvoorzieningen; stellen zich begeleidbaar op; zijn voldoende gemotiveerd.
pagina 6
augustus 2012
STAP 2: PARTNERS Welke partijen zijn nodig voor een Take Off-voorziening? Naast de gemeente die de beleidsregie voert en verantwoordelijk is voor de zorgfinanciering en trekker is van het onderdeel werken-leren, in ieder geval een woningcorporatie en een opvang-/zorginstelling, respectievelijk voor het onderkomen en de begeleiding. Op het gebied van leren-werken levert, binnen het concept van Take Off, de gemeente een extra inspanning, waar nodig en mogelijk ondersteunt door de woningcorporatie met inzet van haar netwerk. Binnen een gemeente is verbinding met de ambtenaren van afdelingen Wmo en Werk&Inkomen cruciaal. Het is van enorm belang deze component op voorhand georganiseerd te hebben. Verder kan de corporatie zelf leerwerkplekken realiseren of ze doet dit bij haar relaties. Of de woningcorporatie kan de partijen rond de tafel bijeen roepen om leerwerkplekken te realiseren. BIJLAGE 2 : TIPS VOOR HET VERBREDEN EN/OF VERDIEPEN VAN HET BEGELEIDINGSAANBOD PAGINA 16
pagina 7
augustus 2012
STAP 3: PROJECTPLAN Rollen en verantwoordelijkheden Naast doelgroep, doelstelling en werkwijze van het Take Off-project staan in het projectplan de diverse rollen met bijbehorende verantwoordelijkheden van betrokken partijen uitgewerkt. De gemeente neemt de volgende verantwoordelijkheden op zich: het regelen van een uitkering voor de jongere; de financiering van de ambulante woonbegeleiding regelen; een passend aanbod werken-leren voor de jongeren organiseren in samenspraak met de jongere; aanpak van de schulden van de jongere; borging van een Take Off binnen het gemeentelijk beleid. De woningcorporatie neemt de volgende verantwoordelijkheden op zich: het leveren van woonruimte gedurende het traject; het leveren van (zelfstandige) woonruimte na een succesvolle afronding van het traject om zo de doorstroming te bevorderen. De opvang- of zorginstelling neemt de volgende verantwoordelijkheden op zich: het aanstellen van een personal coach/woonbegeleider, die eindverantwoordelijk is voor het gehele traject (wonen, werken en scholing); bij een onverhoopt mislukken van het re-integratietraject de betrokkene weer opnemen in een vorm van onzelfstandig wonen en het aanbieden van een nieuw hulpverleningstraject; het selecteren van de jongeren die in aanmerking komen voor dit project. De zorginstelling bepaalt of de kandidaten inderdaad in staat geacht kunnen worden dit traject succesvol te doorlopen en welke specifieke ondersteuning (woonbegeleiding e.d.) geleverd m oet worden. De instelling stelt daarom een profiel van de kandidaat op, waarbij in ieder geval de ondersteuningsbehoefte, een indicatie van de specifieke vaardigheden van de betrokken kandidaat en de aanvullende scholingsbehoefte wordt geformuleerd. Dit wordt vervolgens afgestemd met de gemeente in verband met een passend aanbod werken-leren.
pagina 8
augustus 2012
STAP 4: FINANCIERING TAKE OFF Het Take Off-project is op te knippen in verschillende onderdelen met elk een eigen kostenplaatje en (mogelijkheden voor) financiering. Kostenpost Huur
Kostendragers Bewoners
Indicatief bedrag €200,- €250 per jongere. Rekening houdend met huurtoeslag zorgt de woningcorporatie voor betaalbare woningen en woonlasten.
Woonbegeleider/ personal coach (CAO Welzijn schaal 8)
Opvang- of zorginstelling
Werkbegeleider/jobcoach (CAO Welzijn schaal 8)
Woningcorporatie, gemeente of UWV of werkbedrijf
Inrichtingskosten en onderhoud
Fondsen, lokale sponsors, corporatie
Woningaanpassing
Woningcorporatie/gemeente
€37.500, uitgaande van 4 uur per week face-to-face begeleiding per jongere in een huishouden van 4 jongeren met een uurtarief van €45. €18.000, uitgaande van 2 uur per week per jongere in een huishouden van 4 jongeren met een uurtarief van €45. Kan ook zelfbekostigend via werkbedrijf. €10.000 basisinrichting. €2.000 per jaar vervanging/onderhoud Uiteenlopend
BIJLAGE 3: FACTSHEET DECENTRALISATIE VAN DE ZORG PAGINA 18 BIJLAGE 4: FACTSHEET KOSTEN EN BATEN ANALYSE PAGINA 21
pagina 9
augustus 2012
STAP 5: HUISVESTING Geschikte huisvesting vinden voor de aanstaande Take Off jongeren. Vaststellen: Om hoeveel jongeren gaat het? Hoeveel jongere per woning en of inzet van hoeveel appartementen gegroepeerd bij elkaar? En op welke termijn? BIJLAGE 5: TIPS PROGRAMMA VAN EISEN WONINGEN PAGINA 22 De woningcorporatie bekijkt samen met de zorginstelling welke (bouwkundige) aanpassingen gedaan moeten worden. Uitgangspunt is dat dit door de corporatie wordt geregeld en gefinancierd. Vaststellen: Wat is de huurprijs? Is huurtoeslag mogelijk (aanvragen bij VROM/Belastingdienst omdat sprake is van onzelfstandige woonruimte)? Vaststellen: Zijn de woonlasten te dragen voor jongeren? Opnemen van een minimale inkomenseis bij de intake. BIJLAGE 6:
TIPS VOOR HET MAKEN VAN EEN REALISTISCH INKOMSTEN EN UITGAVE-PLAATJE VAN DE JONGERE PAGINA 23
pagina 10
augustus 2012
STAP 6: VERBLIJF In deze stap aandacht voor een aantal aspecten: Communicatietraject met buurt en de opening De keuze is: zonder ruchtbaarheid de bewoners geleidelijk in laten stromen buurtbewoners ruim tevoren inlichten. of iets er tussenin (informeel op de koffie bij de naaste buren). Omdat het kleinschalig wonen betreft hoeven vaak geen bestemmingsplanwijzigingen of andere gemeentelijke inspraakprocedures doorlopen te worden. Omdat er het risico is dat het aankondigen van de voorziening weerstand in de wijk oproept, kan daarom ‘stilletjes’ begonnen worden. Om toch open met buurtbewoners te communiceren kan er voor gekozen worden na een paar maanden bijvoorbeeld een Open Huis te organiseren met rondleidingen door de bewoners zelf. De ervaringen zijn lokaal heel verschillend. De woningcorporatie kent via de afdeling wonen de naaste bewoners en de buurt vaak heel goed en kan daarom een passend communicatietraject adviseren, waar zij zelf ook graag een rol in willen vervullen. Wanneer de keuze is de buurt ruim van tevoren goed te informeren, zijn ‘het betrekken van de buurt’ (bijvoorbeeld bij de locatiekeuze) en een ‘open communicatie’ sleutelwoorden. In het algemeen geldt ‘onbekend maakt onbemind’. Buurtbewoners voelen zich overvallen, willen inspraak, zijn bang voor overlast (vooral drugs en rondslingerende spuiten, diefstal, hangen van jongeren). Bij weerstand in de wijk helpt het een buurtbeheergroep in het leven te roepen. Schoon, heel en veilig zijn de uitgangspunten. Afspraken met de buurt over bereikbaarheid van de begeleiding geven vertrouwen. BIJLAGE 7: TIPS VOOR OMGAAN MET WEERSTAND PAGINA 24 Instroom van nieuwe Take Off jongeren Waar komen de jongeren vandaan? Het kan zijn dat de jongeren in een nachtopvanginstelling verblijven of ze stromen door vanuit een 24uurs woonvoorziening naar een begeleid wonen-vorm als tussenstap richting zelfstandig wonen. Ook kan het gaan om jongeren die (recent) dakloos zijn of dat dreigen te worden. Voorkom leegstand Het helpt om goede contacten op te bouwen met partijen die werkzaam zijn op zogenoemde ‘vindplaatsen’ van de jongeren: politie, ROC/scholen, corporaties, wijkwelzijnsinstellingen en het gebruikelijke MO en OGGz-netwerk. In sommige plaatsen spelen de jongeren zelf ook een actieve rol in het werven van nieuwe Take Off jongeren. Zij zijn immers heel goed op de hoogte met welke jongeren het wel of niet goed gaan.
BIJLAGE 8: TIPS INTAKE PAGINA 26 pagina 11
augustus 2012
Zorg/begeleiding Welke organisatie levert de woonbegeleiding? Vaststellen: wat is de behoefte van de jongeren aan ondersteuning? Hoe ziet de begeleiding er in de praktijk uit (aantal uren, methodiek en met welke resultaten)? Is verbreding of verdieping van het begeleidingsaanbod nodig? Vaststellen: welke organisatie beschikt over andere/vervangende opvangmogelijkheden wanneer de jongere terugvalt? Of zijn er afspraken te maken met de ketenpartners waar de jongere ondergebracht kan worden bij schorsing of uitval. BIJLAGE 9: TIPS BEGELEIDING VAN JONGEREN PAGINA 27 Werk/opleiding en inkomen Uitgangspunt is dat de jongere in principe direct aan de slag kan. Er moet dus gegarandeerd werk of een bezigheid (dagbesteding) georganiseerd zijn voordat een Take Off start. Een belangrijke doelstelling van een Take Off is om ervoor te zorgen dat de jongere een startkwalificatie behaalt. Kan de gemeente (of de andere partners) gegarandeerd werk leveren of wordt het leren en werken of wordt dit uitbesteed aan een derde partij? Van tevoren moet helder zijn wat de woningcorporatie aan werkaanbod heeft en hoe werkbegeleiding geregeld kan worden en wie dit financiert. Als de jongere eenmaal binnen is: wat is de financiële situatie van de jongere bij binnenkomst? Wat zijn de wensen en competenties van de jongere voor wat betreft werk en opleiding? Goede kennis van de wetgeving, mogelijke re-integratie of participatietrajecten en de keten van sociale activering helpt daarbij. Kan de jongere in een leerwerktraject met behoud van uitkering iets bijverdienen? Dit is vooral de rol die de gemeente als partner regelt. Door en uitstroom Wanneer de jongere kan uitstromen naar een zelfstandige woning, wordt vermeden dat wooneenheden onnodig te lang worden bezet. Om dit mogelijk te maken moet de woningcorporatie betaalbare en passende huisvesting kunnen aanbieden buiten de woonruimteverdeel-systematiek van de betreffende gemeente om. In de meeste gemeenten wordt dit na een dispensatieverzoek van de corporatie toegewezen. In andere gemeenten bestaat een woonruimteurgentiesysteem waar beroep op gedaan kan worden. Is er sprake van een tussenstap of nazorgtraject (doorstroom) dan is het van belang dat de zorgorganisatie die de woonbegeleiding levert en/of in samenspraak met de ketenpartners een goede andere opvang kan aanbieden. BIJLAGE 10: TIPS EINDE BEGELEIDING PAGINA 28 pagina 12
augustus 2012
STAP 7: VERDER TE REGELEN Intentie- of samenwerkingsovereenkomst van de deelnemende partijen BIJLAGE 11: TIPS VOOR DE SAMENWERKING PAGINA 29 Een gezamenlijke projectbegroting BIJLAGE 12: TIPS PROJECTBEGROTING PAGINA 30 BIJLAGE 13: TIPS VOOR PROJECTFINANCIERING PAGINA 31 BIJLAGE 14: TIPS VOORKOMEN ONNODIGE UITGAVEN EN KOSTENPOSTEN PAGINA 33 Huur- en begeleidingsovereenkomsten Huisregels BIJLAGE 15: TIPS HUISREGELS PAGINA 34 Jongerenparticipatie Bij het project Stimulering Cliëntenparticipatie in Opvanginstellingen is een uitgave over jongerenparticipatie gepubliceerd. “Jongerenparticipatie – Gewoon doen! De stem van jongeren in hun instelling” is een handboek voor professionals in instellingen die dak- en thuisloze jongeren opvangen en aan de slag willen met jongerenparticipatie. Dit handboek is te downloaden op de website van Take Off: www.takeoffjongeren.nl. Ook in een kleinschalig project als Take Off kunt u vormen van meepraten organiseren. Denk daarbij aan huiskamergesprekken en een snackbardebat. Onderwerpen die passen bij de kleinschaligheid zijn huisregels, Internetgebruik, omgaan met de buren etc.
pagina 13
augustus 2012
BIJLAGE 1: FACTSHEET ROLLEN, TAKEN EN VERANTWOORDELIJKHEDEN VAN GEMEENTE Centrumgemeenten en regiogemeenten Een gemeente is een centrum- of een regiogemeente. Afhankelijk daarvan dragen zij verschillende verantwoordelijkheden. Kijk op http://www.invoeringwmo.nl/onderwerpen/zwerfjongeren voor de indeling van de gemeenten.
Verantwoordelijkheden: Een centrumgemeente regelt de maatschappelijke opvang in een regio. Dit doen zij in samenspraak met de regio. Een regiogemeente signaleert (dreigende) zwerfproblematiek, leidt jongeren toe naar hulp en biedt huisvesting na de opvang. Deze zelfde taken heeft de centrumgemeente (naast haar regietaak) ook.
Regietaken van de centrumgemeente: -1- coördinatie van de zorg afstemming en samenwerking tussen verschillende hulpvormen -2- contra-indicaties de zorg dat er geen jongeren door contra-indicaties tussen wal en schip vallen -3- doorstroming afspraken met regiogemeenten, financiers, zorgaanbieders en woningcorporaties om wachtlijsten te voorkomen en om voor doorstroming te zorgen
Regieniveaus trajectniveau netwerkniveau beleidsniveau
Middelen van de gemeente Wet op de Jeugdzorg, http://www.st-ab.nl/wetten/0664_Wet_op_de_jeugdzorg.htm WMO, http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/wet-maatschappelijke-ondersteuning-wmo AWBZ, http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/algemene-wet-bijzondere-ziektekosten-awbz Wet Werken naar Vermogen, http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/wet-werken-naar-vermogenwwnv
pagina 14
augustus 2012
Plaats van Take Off Take Off is een opvangvorm voorziening binnen het brede palet van aanbod van begeleid wonen voor kwetsbare jongeren. Take Off is een laatste stap binnen de keten van begeleid wonen.
TIP: Het beleidsdocument ‘Zwerfjongeren, aanpak en achtergrond voor beleid’ geeft een heldere uitleg van beleid en verantwoordelijkheden van centrum- en regiogemeenten: http://www.samenwerkenvoordejeugd.nl/nl/Actueel/Nieuwsberichten/2012/Handreikingzwerfjongeren-beschikbaar.html
pagina 15
augustus 2012
BIJLAGE 2: TIPS VOOR VERBREDEN EN/OF VERDIEPEN VAN HET BEGELEIDINGSAANBOD Klein en eenvoudig Take Off woningen zijn kleinschalige voorzieningen. De jongeren wonen samen in een kleinschalig verband (2 tot 4 jongeren) en krijgen ambulante hulpverlening en ondersteuning in een huurwoning van de corporatie en een werk-leer aanbod vanuit de gemeente. Opplussen/upgrading: “Doen wat nodig is” De basis van iedere Take Off zijn afspraken tussen de gemeente, de zorgaanbieder en de corporatie. De begeleiding is maatwerk. Iedere jongere heeft een andere begeleidingsvraag. De begeleider organiseert als casemanager extra ondersteuning wanneer dat nodig is. Dit kan het aanbod verbreden en/of verdiepen.
VERBREDEN Andersoortige begeleidings- en ondersteuningspartners kunnen tijdelijk of vast ingeschakeld worden: EXTRA ONDERSTEUNING Trajectbegeleiders gediplomeerde begeleiders in dienst van een zorgaanbieder ‘Onderaannemers’ andere ondersteunende instanties buiten de ‘basisbegeleiding’ inschakelen die aangeboden wordt. Voorbeelden zijn: jeugdhulpverlening; schuldhulpverlening, geestelijke gezondheidszorg. Peercoaching/MaatjesHBO-studenten, bestaande maatjesprojecten, ex-Take Offprojecten/Mentor jongeren. Werkbegeleiders kan vanuit elke sector aangeboden worden (zorgaanbieders; corporaties; bedrijfsleven; re-integratiebureaus; particulieren zoals vrijwilligers; jongeren). Bedrijfsleven het lokale bedrijfsleven (winkeliers, MKB) of lokaal georiënteerde bedrijven (AMRO-bank). Corporatie Vastgoedleverancier, kan ook werkervaringsplekken aanbieden in administratie, beheer, techniek en financiën.
pagina 16
augustus 2012 VERDIEPEN ONDERSTEUNINGSGEBIED Gezondheid
Financiën
Werk/bijbaan
School
Wonen Vrijetijdsbesteding
Netwerk vergroten
Gezin, o.m. contactherstel
Gezond eten en leven, huisarts en tandarts vinden, psychisch stabiel zijn, verwijzen naar de GGZ en contact onderhouden bij begeleiding van deze. Weerbaar worden, sociaal vaardig zijn. Seksuele voorlichting krijgen. Budgetteren en administratie sorteren en bijhouden, sparen, schulden aflossen het (op tijd) voorkomen van schulden. Omdat veel jongeren schulden hebben, zoeken de trajectbegeleiders samen met de jongeren naar oplossingen en worden er regelingen getroffen. Bijbaan vinden (indien mogelijk studie gerelateerd) en behouden. CV maken, sollicitatiegesprekken oefenen. Inschrijven uitzendbureaus. Werken werknemers vaardigheden. Om leren gaan met het thema “afstand en nabijheid”, m.b.t. ‘pupillen’ op het werk. Opdrachten op tijd maken, volhouden/ doorzetten, op tijd komen, zomin mogelijk verzuim, bevorderen naar volgend jaar/niveau, diploma behalen. Ondersteuning bij leren Nederlandse taal. Contactherstel met ouders, broers en zussen of andere familieleden. Woonpas aanvragen en blijven reageren op woonruimte, woonvaardigheden aanleren zoals schoonmaken, goedkoop boodschappen doen, leren koken, structureren van de dag (balans vinden in school/werk/vrije tijd), omgaan met buren/medebewoners. Doorstromen naar zelfstandige woonruimte. Vinden van een sport/hobby, vrienden/netwerk uitbreiden. Ooievaarspas aanvragen. Netwerk vergroten; Vrienden maken en behouden. Vriendenkring bekijken, wie heeft een positieve invloed en wie niet en wat doe je hiermee? Weten wie je ‘Very Important Persons’ zijn en hoe je die inzet. Contactherstel met ouders, broers en zussen of andere familieleden.
pagina 17
augustus 2012
BIJLAGE 3: FACTSHEET DECENTRALISATIE VAN DE ZORG Ontwikkelingen 2011-2015 decentralisatie van de zorg
In april 2011 hebben rijk, provincies en gemeenten een bestuursakkoord (2011-2015) afgesloten. http://www.rijksoverheid.nl/nieuws/2011/04/21/bestuursakkoord-over-decentralisatie.html
Centraal staat: het overdragen van taken en verantwoordelijkheden van het Rijk naar lagere overheden (gemeenten). Concreet worden gemeenten verantwoordelijk gemaakt voor drie nieuwe taakvelden: 1. jeugdzorg; 2. extramurale begeleiding uit de AWBZ; 3. nieuwe regeling ‘werken naar vermogen’
Waarom: men wil een meer krachtige, kleine en dienstverlenende overheid en dichter bij de burger staan. Deze overheid moet zich richten op een beleid waarin maximaal de zelfredzaamheid van cliënten wordt benut.
Focus: het gaat om drie decentralisatieoperaties: overheveling van de jeugdzorg (met de opdracht om 0,3 miljard euro efficiëntiekorting te verwezenlijken), de extramurale begeleiding uit de AWBZ (met de opdracht om 0,1 miljard euro efficiëntiekorting te verwezenlijken) en de nieuwe regeling Werken naar Vermogen (dit is de hervorming van de WWB/WIJ, WSW en Wajong), waarbij een bezuiniging van 2 miljard euro verwezenlijkt moet worden.
Wanneer? onzeker, in de tabel hierna wordt invoeringsdata genoemd zoals in het bestuursakkoord is afgesproken. De verkiezingen in september 2012 brengen pas absolute helderheid.
pagina 18
augustus 2012
Taakvelden en Overheveling efficiëntieper … korting/ Bezuiniging Jeugdzorg 2013 0,3 miljard euro
Extramurale Vanaf 2013 begeleiding uit de AWBZ 0,1 miljard euro
Een nieuwe regeling ‘Wet Werken naar Vermogen, 2 miljard euro
2013
Kansen
Bedreigingen
De mogelijkheid dat men het ‘gat’ tussen 18- en 18+ (leeftijd) kan oplossen door bijvoorbeeld een ‘dakpanconstructie’ met elkaar af te spreken Er wordt gezocht naar goedkopere alternatieven; Er ontstaan andere vormen van wonen en zorg; Kleinere gemeenten gaan op zoek naar intergemeentelijke samenwerking; Aantonen dat investeren in jongeren aanzienlijke maatschappelijke besparingen opleveren (minder beroep op AWBZ )wordt belangrijker (het gebruik van kosten en batenanalyse); Gemeenten hebben meer integrale beleidsvrijheid en kunnen beter sturen op een goede aansluitende keten en op resultaat door meerjarenafspraken te maken. De samenvoeging onder verantwoordelijkheid van de gemeente vergroot de kans om te komen tot integraal beleid voor jongeren
Minder middelen
Vergrijzing, aantal af te geven indicaties verminderen, daardoor: minder toegang tot zorg; Vragen van hogere eigen bijdragen; Versoberen van zorgpakketten; Zoeken naar goedkopere alternatieven (kwaliteitsrisico?); Grootste bezuiniging op onderdelen die met welzijn te maken hebben; Zorgaanbieders lopen meer ondernemersrisico, er is contracteervrijheid en de tarieven staan niet meer vast
Vier regelingen worden samengevoegd: Regeling Sociale Werkplaatsen (Wsw), WAJONG en de bijstand (WWB/WIJ). Het Rijk keert voor werknemers in Sociale Werkplaatsen uitsluitend een bedrag tot bijstandsniveau uit. Het restant moeten gemeenten aanvullen, Daardoor blijft weinig (en soms geen) geld over voor re-integratie uit de WAJONG.
pagina 19
augustus 2012 Definities: Wet werken naar Vermogen: Wie kan werken, moet werken en presteren naar vermogen voor elke burger. Dat is de filosofie achter de Wet werken naar vermogen die op de gemeenten afkomt maar nog niet is vastgelegd in een Wet. (De Wwnv vervangt maar liefst vier bestaande wetten: de Wet werk en bijstand (WWB), de Wet investeren in jongeren (WIJ), de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) en de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (Wajong).) Wet Werk en Bijstand (WWB): De Wet Investeren in Jongeren (WIJ) verviel per 1 januari 2012. Jongeren vallen per die datum dan onder de Wet werk en bijstand (WWB). Wijzigingen zijn grotendeels ingegaan per 1 januari 2012. Voor bestaande klanten gaat de wet in per 1 juli 2012. De veranderingen zijn: Inkomensgrens minimabeleid Jongeren WWB Aflossing schulden Afschaffen dubbele heffingskorting AOW andere ingangsdatum Tegenprestatie Alleenstaande ouders met kinderen tot 12 jaar Verblijf in het buitenland Afschaffing wwik Toets op het huishoudinkomen Wet sociale werkvoorziening (Wsw): De inzet tot nu toe was om dit samen met drie andere wetten onder te brengen in de Wet Werken naar Vermogen (Wwnv) Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (Wajong): De inzet tot nu toe was om dit samen met drie andere wetten onder te brengen in de Wet Werken naar Vermogen (Wwnv)
pagina 20
augustus 2012
BIJLAGE 4: FACTSHEET KOSTEN EN BATEN-ANALYSE Take Off is maatschappelijk ondernemen Naast financiële baten zijn ook maatschappelijke kosten belangrijk. Door kosten en baten van tevoren goed in te schatten wordt maatschappelijk kapitaal verantwoord ingezet. WAAROM EEN KOSTEN EN BATENANALYSE Iedereen wil financiële middelen zo zorgvuldig en verantwoord mogelijk inzetten. Kosten en Baten Analyses geven inzicht en helpen daarbij. Het resultaat van elke kosten en baten analyse is dat er uitspraken gedaan kunnen worden over wie de kosten maakt en waar de baten terecht komen. Met de uitkomsten kan het gesprek gevoerd worden met betrokken partijen zodat er vaak meer helderheid komt over ieders rol en inzet.
Wat is een Maatschappelijke Kosten en Baten Analyse? Het inzetten van de economische middelen (geld) leidt tot financiële en (vaak ook) maatschappelijke baten. Deze maatschappelijke baten leveren naast een maatschappelijk gewenst effect ook financiële besparingen in het maatschappelijk veld op. Een kosten en batenanalyse laat zien: Of de kosten in verhouding staan tot de baten; Waar de kosten worden gemaakt en waar de baten terecht komen.
Op welke vragen geeft een Maatschappelijke Kosten en Baten Analyse antwoord? Wil en kan ik dit project starten? Zijn kosten en baten met elkaar in evenwicht? Wie draait op voor de kosten en waar komen de baten terecht?
Bij Bij Als Als
Hoe kan ik de analyse gebruiken? het overtuigen van potentiële financierders; het eerlijk verdelen van de investeringslasten; controle-instrument bij de evaluatie; bijlage bij de samenwerkingsovereenkomst
pagina 21
augustus 2012
BIJLAGE 5: TIPS PROGRAMMA VAN EISEN WONINGEN
Gewenste woonruimte (eengezins-)woning (voor 2 tot 4 jongeren)
Kenmerken eigen kamer per jongere (12-16 m2) Internetaansluiting per kamer eigen wasgelegenheid gedeelde douche gedeelde entree gemeenschappelijke woonkamer gemeenschappelijke (woon)keuken eventueel: aparte kamer die als kantoor kan functioneren voor begeleiding en administratie (niet noodzakelijk) tuin/buitenruimte (voorkeur)
Inrichting Op elke kamer bureau, stoel, kast, bed, extra stoel woonkamer: bank, stoelen, tafel, TV, muziekinstallatie keuken: koelkast, kookgelegenheid, magnetron, kastruimte
Directe woonomgeving in de buurt van openbaar vervoer in de buurt van winkels en voorzieningen in de buurt van begeleidende organisatie zo mogelijk in de buurt van de corporatie (afstand wonen-werken) liefst in of nabij het centrum
Ligging in een normale woonwijk (in het kader van de resocialisatie)
pagina 22
augustus 2012
BIJLAGE 6: TIPS VOOR HET MAKEN VAN EEN REALISTISCH INKOMSTEN EN UITGAVE-PLAATJE VAN DE JONGERE
WOONLASTEN huur (mobiele) telefoon en Internet energiekosten inboedelverzekering
LEEFLASTEN abonnementen: krant en tijdschriften, sportclub, bibliotheek reiskosten huisdier(en) ziektekostenverzekering aansprakelijkheidsverzekering
EN WAT ER ALLEMAAL NOG BIJKOMT: vakanties uitgaan en kado’s studieboeken kleding eten en andere boodschappen voor het huishouden meubels zaken die kapot gaan en vervangen moeten worden
INKOMSTE studiefinanciering (bij-)baan leningen en voorschotten ondersteuningsregelingen lokaal Op de website van het NIBUD zijn de meest recente referentiebedragen voor iedere post te vinden (www.nibud.nl)
pagina 23
augustus 2012
BIJLAGE 7: TIPS VOOR HET OMGAAN MET WEERSTAND
Weerstand bij de ‘buren’ transparante en open communicatie jongeren betrekken bij opstelling van de huisregels in de begeleidingsafspraken opnemen: o kennismaken met de buren; o schoon houden van de woonomgeving; o etc. verstrekken van een 24-uurs meldingstelefoonnummer open (kennismakings-) dag organiseren buren bij evaluaties betrekken stel een buurtconvenant op begin met de begeleiding van jongeren met lichtere problematiek
Weerstand bij directe woonomgeving transparante en open communicatie open (kennismakings-) dag organiseren verstrekken van een 24-uurs meldingstelefoonnummer
Weerstand bij instanties betrekken bij de locatiekeuze; betrekken bij de samenwerkingsafspraken; tussentijdse evaluaties afspreken; gezamenlijk een Maatschappelijke Kosten en Baten Analyse maken; wijkagent informeren en betrekken; bestaand zorgnetwerk informeren.
Betrek de omgeving: aansluiting bij lokale zorgnetwerken: o zorgt voor het tijdig signaleren van eventuele sentimenten over de opvang zodat daar goed op ingespeeld kan worden; o zorgt voor een directe lijn wanneer zich problemen voordoen. goede relatie met jeugdpolitie of wijkagent stem af met de gemeente en betrek de lokale politiek bij de keuze voor een locatie;
pagina 24
augustus 2012
anticipeer op weerstand: o presenteer bij de bekendmaking meteen een plan waarin de buurt betrokken wordt (voorbeelden zijn: het afsluiten van een buurtconvenant; de directe beschikbaarheid van een meldingstelefoonnummer, het kennismaken met de begeleiders); o begin altijd met zeer ervaren begeleiders om een goede eerste indruk te maken en te houden; kies bij de start voor plaatsing van jongeren met geringe problematiek; zorg altijd voor back-up-(extra) begeleiding achter de hand.
pagina 25
augustus 2012
BIJLAGE 8: TIPS INTAKE
Contra-indicaties zijn: ernstige psychische stoornissen; verslaving; niet in staat om met (lichte) begeleiding zelfstandig te wonen; afwezig zijn van een begeleidbare opstelling; ongemotiveerdheid; geen financiële middelen of uitzicht op een uitkering. Let op: Na de intake blijkt vaak binnen 2 tot 3 maanden dat er meer aan de hand is, vaak op sociaalpsychisch gebied, dan bij de intake geconstateerd kon worden. In deze 2 tot 3 maanden komt de jongere tot rust. Een mogelijke her-indicatie is dan wellicht aan de orde.
Samenstelling van de groep De jongeren moeten bij elkaar passen. Bijvoorbeeld een vergelijkbare doelgroep qua zwaarte, maar ook moet gekeken worden naar (variëteit) in leeftijd, etniciteit en geslacht.
Hulpvraaggebieden Bepaal in een zo vroeg mogelijk stadium de hulpvraag van de jongere zodat de juiste ondersteuning georganiseerd kan worden. Gebieden waarop ondersteuning aan de orde kan zijn, zijn: gezondheid financien werk/bijbaan school wonen vrijetijdsbesteding netwerk vergroten gezin
pagina 26
augustus 2012
BIJLAGE 9: TIPS BEGELEIDING VAN JONGEREN Begeleiden op maat
Wat is begeleiden op maat? De begeleider is als personal coach de primaire casemanager. De personal coach organiseert contacten met andere hulpinstanties. Voor iedere jongere wordt een individueel begeleidingsplan opgesteld. Met de werkbegeleider wordt goed en regelmatig contact onderhouden.
Waarom? De groep is klein, het toepassen van te strakke begeleidingsprotocollen zijn te inflexibel; De begeleider begeleidt op basis van vertrouwen; Er vindt minder etikettering plaats waarmee de jongere kan gaan koketteren of de omgeving kan gaan stigmatiseren; Ervaring wijst uit dat directe bemoeienis van meerdere instanties rond 1 persoon de kwaliteit van de begeleiding vaak negatief beïnvloedt omdat verantwoordelijkheidsgebieden onduidelijker worden.
Checkpoints bij ‘begeleiden op maat’ Intervisies Het is goed om intervisies met andere Take Off-projecten te organiseren om van elkaar te leren (‘hoe kunnen we het nog beter doen’); Een visiedag per jaar per locatie. Bij begeleiden op maat is de visie waarmee je begeleiding aanbiedt belangrijk. Deze visie moet ieder jaar opnieuw aandacht krijgen (‘wat zijn onze uitgangspunten bij begeleiden’) en getoetst worden aan de actualiteit.
Organiseer een flexibel ondersteuningsnetwerk bij verschillende begeleidingsonderdelen Voorbeelden zijn de inzet van een pool van 3e of 4e jaars agogische studenten bij de ondersteuning op het begeleidingsonderdeel ‘netw erk vergroten’.
pagina 27
augustus 2012
BIJLAGE 10: TIPS EINDE BEGELEIDING
Bekijk de mogelijkheid of de woning waarin de jongeren nu wonen, kan worden ‘omgeklapt’, en daardoor als reguliere huurwoning aangeboden kan worden aan de jongere.
Spreek af dat de huurwoning na uitstroom in de buurt van de Take Off-woning ligt. Op deze wijze kan er regelmatig nog eens contact wordt aangegaan. Zowel door de jongere als door de begeleider.
Blijf de jongere na vertrek uitnodigen voor gemeenschappelijke activiteiten.
Probeer de jongere te betrekken als ‘ervarings’-buddy. Overweeg de mogelijkheid de vetrokken jongere actief te koppelen aan een Take Off-jongere.
Registreer wat er met de jongere na vertrek gebeurd. Deze registratie is goed om het rendement van de opvang in beeld te houden en om zicht te blijven houden op het welbevinden van de jongere.
Zorg voor een warme overdracht naar het algemeen maatschappelijk werk om zo de jongere nog gedurende een aantal jaren te kunnen blijven volgen.
pagina 28
augustus 2012
BIJLAGE 11: TIPS VOOR DE SAMENWERKING Tips voor de inhoud van een samenwerkingsovereenkomst:
Spreek evaluaties af. Neem daarin mee: Wat jongeren zelf vinden hoe het gaat; Hoe de directe omgeving de aanwezigheid van een Take Off ervaart; De financiële huishouding; De (eventuele) aanpassing van de huisregels. Spreek eventuele ontwikkelambities af. Ontwikkelambities zijn bijvoorbeeld: Het verder ontwikkelen van een netwerk van ondernemers, bedrijven en plaatselijk midden en kleinbedrijf om (tijdelijke) werkplekken voor de jongeren te organiseren; Het laten meedoen of zelfs laten initiëren van buurtactiviteiten door de jongeren. Schrijf wederzijdse verwachtingen op. Denk bijvoorbeeld aan: Verwachte inspanning van de partij die de intake organiseert dat zij sturen Op aansluitende verhuur; De controle op netjes en hygiënisch wonen; Het handhaven van de privacy van de jongeren. Spreek de contactmomenten en de communicatiekanalen goed af. Denk aan: Geef elkaar een lijst van contactpersonen met contactgegevens; Spreek overlegvormen af die praktisch zijn Spreek af dat je als collega’s communiceert en vermijdt onnodig indirect contact
pagina 29
augustus 2012
BIJLAGE 12: TIPS PROJECTBEGROTING
Begroot ook post ‘spontane uitgaven’, ten behoeve van het bevorderen van het groepsproces. Bijvoorbeeld het aanschaffen van blikken verf waarmee jongeren samen de gemeenschappelijke ruimte ‘eigen kunnen maken’. Maar ook voor de aanschaf van algemene gebruiksgoederen zoals een maaimachine, een stofzuiger etc.
Reserveer bij de lancering van een project altijd extra begeleidingscapaciteit voor ‘back-up’-begeleiding. Vooral in het begin is het belangrijk naar de omgeving te laten zien dat alles onder controle is.
Reserveer extra uren voor het begeleiden van eventuele vrijwilligers en middelen om deze vrijwilligers een tegemoetkoming te geven;
Maak voor een beeld van de redelijkheid van de kostenverdeling over de verschillende initiatiefnemers een kosten en batenanalyse.
pagina 30
augustus 2012
BIJLAGE 13: TIPS VOOR PROJECTFINANCIERING Cofinanciering en sponsorgeld vanuit het bedrijfsleven Sponsoring Rabobank, http://www.rabobank.nl/particulieren/servicemenu/sponsoring/ Inrichting en evenementenUnilever:http://www.unilever.nl/overons/sponsoring/ financiering ABN AMRO:https://abnamro.sponsor.com/ ING:https://abnamro.sponsor.com/ TNT: http://www.tnt.com/express/nl_be/site/home/over_tnt/organisatie/sponsoring .html Randstad Uitzendbureaus: http://www.randstad.nl/content/home/overrandstad/randstad-in-de-maatschappij/sponsorverzoeken.xml Vodafone: http://www.randstad.nl/content/home/over-randstad/randstad-inde-maatschappij/sponsorverzoeken.xml SponsorLoterij: http://www.nationaleloterij.be/NL/Sponsoring/Aanvragen/sponsoringaanvraag/default.aspx Essent: http://www.essent.nl/content/overessent/het_bedrijf/sponsoring/aanvragen/in dex.html Drukwerk.deal http://www.drukwerkdeal.nl/nl/info/sponsoring Inzet van fondsgelden Fondsen Inrichting en evenementenfinanciering
Oranjefonds: http://www.oranjefonds.nl/oranjefonds/Aanvraag_indienen/ Start foundation: http://www.startfoundation.nl/aanvraag/aanvraag?session=tk1d3bkb7gst8t8e6l4 13n7nb2 Fonds 1818: http://www.fonds1818.nl/content/donatie-aanvragen-0 VSBfonds: http://www.vsbfonds.nl/aanvragen Skanfonds: http://www.skanfonds.nl/index.php?option=com_content&view=article&id=73&I temid=49 Stichting Verenigde Stichtingen van Dooren - Blankenheym - Van Lede https://www.fondsdbl.nl/Article/9 Stichting Bevordering van Volkskracht http://www.volkskracht.nl
pagina 31
augustus 2012
Lokale stichtingen en verenigingen Tips: Ondersteuning en sponsoring Rotary Inrichting en Winkeliersvereniging evenementenParticuliere verenigingen financiering Zoals: Carnavalsvereniging Koninginnedagvereniging Bridgeclubs
pagina 32
augustus 2012
BIJLAGE 14: TIPS VOORKOMEN ONNODIGE UITGAVEN EN KOSTENPOSTEN
HUURTOESLAG Onzelfstandige woonruimte komt niet in aanmerking voor huurtoeslag mits ontheffing wordt aangevraagd bij VROM/Belastingdienst
‘FRICTIE’-LEEGSTAND = leegstand tussen twee verhuringen in maak goede afspraken over wie de periode tussen twee verhuurperioden betaald. Neem deze bijvoorbeeld mee in de afspraken met de gemeente over de begeleidingsfinanciering.
HUURACHTERSTAND = achterstand omdat de uitkering of studiefinanciering niet direct beschikbaar is spreek met de woningcorporatie af dat de aanvangsachterstanden niet als achterstand worden geregistreerd maar als uitgestelde huurbetaling.
HUURSCHULD Onderdeel van het leren wonen, is het leren omgaan met geld. Spreek als woningcorporatie af dat de begeleiding inzicht krijgt in de huurbetaling.
SCHADE AAN WONING De begeleiding van de jongere moet er ook op gericht zijn dat schade in de woning tijdig wordt ontdekt. Spreek of dat face-to-face contacten regelmatig in de eigen kamer worden gehouden.
pagina 33
augustus 2012
BIJLAGE 15: TIPS HUISREGELS
Maak de huisregels ook bekend aan de directe buren en de instanties waarmee afspraken zijn gemaakt; Neem de huisregels op als een bijlage bij het huurcontract/de begeleidingsovereenkomst. Afspraken die je maakt kunnen bij een uiterste consequentie (ontruiming) juridische waarde. Herijk de huisregels ieder jaar na een evaluatie. De praktijk laat zien dat ieder project weer haar eigen bijzonderheden kent. Neem deze jaarlijkse herijking ook op in de bijlage bij het huurcontract/de begeleidings-overeenkomst om de juridische handhaving te ondersteunen. Maak de huisregels samen met de initiatiefnemers van het project. Daarmee wordt ieder perspectief meegenomen. Denk bijvoorbeeld aan regels voor ontruiming, overplaatsing, schade aan woning, overlast of vandalisme in de buurt, omgaan met klachten etc. Bespreek de huisregels met een jongerenpanel voordat ze worden vastgesteld. Deze ‘reality’-check voorkomt dat zaken worden overgeslagen of zaken te overdreven of niet haalbaar worden vastgesteld. Neem in de huisregels ook een financieel kader op. Zet daarin de regels met betrekking tot achterstallige huurbetaling, moedwillige beschadiging van de woning, vandalisme op. Wees duidelijk over de aansprakelijkheid. Tot slot: de mooiste huisregels zijn de afspraken die als vanzelfsprekend worden ervaren. Een goede check (en ook mooi om mee te nemen naar de jaarlijkse herijking) is de vraag aan iedere jongere met wie de huisregels worden besproken is: ’wat denk jij wat voor huisregels wij hebben?’
pagina 34