Handhaving clandestien grondgebruik gemeente Oisterwijk Afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling April 2004 1. Inleiding Op diverse locaties in de gemeente Oisterwijk wordt illegaal gebruik gemaakt van gemeentegrond. In de meeste gevallen wordt deze grond als tuin gebruikt. Terugvordering van de grond kan problemen opleveren. Indien reeds vele jaren gebruik wordt gemaakt van de gemeentegrond kan het zijn dat het recht van de gemeente tot terugvordering van de eigendom is verjaard. De consequentie hiervan is dat de gebruiker de eigendom van de grond heeft verkregen, waardoor de gemeente geen aanspraak meer kan maken op de grond. Indien de gemeente, bijvoorbeeld voor het realiseren van een reconstructie, gebruik zal willen maken van de grond zal deze alsdan moeten worden teruggekocht. Dat in de gemeente gronden clandestien worden gebruikt is bij de gemeente bekend, maar een duidelijk inzicht in de illegale situaties is er niet. Er is niet veel bekend over de hoeveelheid situaties, welke gelegaliseerd kunnen worden, waar ontruimd zal moeten worden en in welke gevallen sprake zal zijn van verjaring. Tegen enkele situaties die geconstateerd zijn is in het verleden slechts ad hoc opgetreden. Veel situaties zijn niet aangeschreven. In sommige situaties is het zelfs zo dat er kan worden gesproken van een gedoogsituatie. Tegen het clandestien grondgebruik dient te worden opgetreden. Dit om ongelijkheid tegen te gaan, zodat niet de een zich netjes aan de regels houdt terwijl de ander ongemoeid zijn gang kan gaan. Tevens is een belangrijke reden het voorkomen van verlies van eigendommen door verjaring. Er moet dus niet alleen ad hoc worden opgetreden tegen de bij de gemeente bekend zijnde illegale situaties, maar er dient tegen al het illegaal grondgebruik te worden opgetreden. Daarvoor dient in de eerste plaats in kaart te worden gebracht waar in de gemeente clandestien grond in gebruik is. Om het geconstateerde illegaal grondgebruik dan op een juiste en voor iedere situatie gelijke wijze aan te pakken is een handhavingsbeleid met een stappenplan een belangrijk uitgangspunt. In deze notitie is daarom het handhavingsbeleid weergegeven. Bij het handhaven kan worden verwezen naar dit beleid. Deze notitie is op de volgende wijze opgebouwd: Hoofdstuk 1. Inleiding In dit hoofdstuk is de aanleiding voor het opstellen van deze notitie weergegeven. Hoofdstuk 2. Handhavingsbeleid In dit hoofdstuk is aangegeven waarom handhavend wordt opgetreden tegen het gebruik van gemeentegrond en waarom er een handhavingsbeleid wordt opgesteld. Hoofdstuk 3. Inventarisatie In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de manier waarop illegale situaties in kaart zullen worden gebracht.
Hoofdstuk 4. Bepalen van de prioriteit In dit hoofdstuk wordt aangegeven welke situaties een hoge dan wel een lage prioriteit hebben om tegen te gaan handhaven. Hoofdstuk 5. Legaliseren In dit hoofdstuk is vermeld welke illegale situaties kunnen worden gelegaliseerd. Tevens is aangegeven op welke wijze dit kan worden gerealiseerd. Hoofdstuk 6. Handhavend optreden In dit hoofdstuk is opgenomen de wijze waarop dient te worden gehandhaafd. Aangegeven is welke juridische weg doorlopen moet worden. Tevens is een informele voormelding, een poging om op informele wijze de illegale situatie te wijzigen, uitgewerkt. Hoofdstuk 7. Methodiek in de toekomst In dit hoofdstuk is vermeld hoe in de toekomst de gemeente zal worden gecontroleerd op illegaal grondgebruik en op welke wijze dit zal worden aangepakt. Stappenplan. 2. Handhavingsbeleid 2.1
Handhaving
Ruimte is schaars en vraagt om een goede invulling. Met de juiste invulling kan er voor worden gezorgd dat iedereen een goed en aangenaam woon- en leefklimaat heeft. Om dit te realiseren moeten regels en voorschriften worden gerespecteerd. De regels omtrent eigendom uit het Burgerlijk Wetboek moeten worden nageleefd. Het waarborgen dat regels worden nageleefd noemen we handhaving. Indien de regels niet worden nageleefd is er een illegale situatie. Hiertegen dient te worden opgetreden. Hoe langer wordt gewacht met handhaven des te lastiger het optreden. Indien niet tijdig wordt opgetreden tegen illegale situaties kan de rechtsvordering op het terugvorderen van eigendom door verjaring verloren gaan. Door het illegaal gebruik van gemeentegrond kan dus de ruimtelijke kwaliteit blijvend worden aangetast. Er dient dan ook tegen elke overtreding te worden opgetreden. 2.2
Consequenties handhavingsbeleid
Het handhaven is meeromvattend dan het optreden tegen een illegale situatie. Het is een heel proces. Er moet daarom een beleid aan ten grondslag liggen waarin een vast stramien van het handhaven is opgenomen. Een duidelijk uitgewerkt handhavingsbeleid vastgesteld als een beleidsregel conform titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) waarin bevoegdheden, richtlijnen en prioriteiten zijn opgenomen, biedt een leidraad om in de praktijk mee te werken. Het beleid zal worden gepubliceerd volgens artikel 3:42 van de Awb. Een vastgesteld handhavingsbeleid brengt de volgende consequenties met zich mee. Het handhaven of gedogen van een illegale situatie kan beter worden gemotiveerd. Er kan namelijk naar het handhavingbeleid worden verwezen. Minder risico op een juridische procedure. Indien wordt gehandeld volgens een vastgesteld handhavingsbeleid zal minder snel een beroep kunnen worden gedaan op willekeur of handelen in strijd met het zorgvuldigheids- en vertrouwensbeginsel. De kans op aansprakelijkheidsstelling wegens onrechtmatig handelen wordt tevens kleiner. In het handhavingsbeleid kunnen prioriteiten worden vastgelegd. Ook de personele inzet kan effectiever worden gemaakt waardoor de werklast kan worden beheerst. Er kan doelgericht en doeltreffend worden opgetreden.
2
Gepubliceerd beleid biedt de burger duidelijkheid (rechtszekerheidsbeginsel), wat een politiek en maatschappelijk draagvlak voor handhaving creëert. Uitvoeren van duidelijk omschreven beleid draagt bij aan de geloofwaardigheid van de gemeente. Wanneer niet of nauwelijks wordt opgetreden verliest de gemeente haar geloofwaardigheid en zal er meer illegaal gebruik worden gemaakt van gemeentegrond. Consistent en consequent uitgevoerd handhavingsbeleid werkt preventief. Verwacht mag worden dat minder illegale situaties zullen ontstaan. Ten slotte moet nog worden opgemerkt dat het uitvoeren van een handhavingsbeleid met name in het begin veel tijd en geld kost. De benodigde investeringen dienen echter te worden gezien als een investering voor de toekomst. Na het van kracht worden van het beleid mag verwacht worden dat minder nieuwe clandestiene situaties zullen ontstaan. 3. Inventarisatie Om niet alleen ad hoc maar tegen alle illegale situaties op te treden dient op gestructureerde wijze de gemeente te worden gecontroleerd. De hele gemeente zal doorlopen moeten worden om al het clandestien grondgebruik in kaart te brengen. Het op structurele wijze controleren heeft ook tot doel een totaal beeld van de problematiek te krijgen. Het vastleggen van bestaande illegale situaties is een nulmeting. Het is van belang om te bepalen hoe gedetailleerd deze nulmeting moet worden uitgevoerd. Gekozen kan worden voor een zeer uitgebreid en gedetailleerd onderzoek dat voornamelijk in het veld plaatsvindt. Hiervoor is veel tijd en geld nodig waarbij afgevraagd kan worden of dat noodzakelijk is. Gekozen is om te trachten de illegale situaties te ontdekken door het vergelijken van de kadastrale kaarten met luchtfoto's en de Grootschalige Basiskaart waarna deze in het veld zullen worden gecontroleerd. Deze methode zal dan resulteren in een totaal overzicht van bestaande illegale situaties in de gemeente. Aan de hand van dossiers zal worden geïnventariseerd welke situaties van clandestien grondgebruik bekend zijn. Daarnaast zal door vergelijking van kadastrale kaarten met luchtfoto's en de Grootschalige Basiskaart op illegaal grondgebruik worden gecontroleerd. Van het geconstateerd illegaal grondgebruik dienen, voor een goede aanpak, de juiste gegevens bij de constatering te worden ingewonnen. Er moet worden vastgelegd wie de illegale grondgebruiker is, wat, waar, hoeveel, waarom en sinds wanneer de gemeentegrond wordt gebruikt. Voor de aanpak is het van belang wat gebruikt wordt, welk gedeelte van de gemeentegrond en of dit een deel van een plantsoen, van een trottoir of van de weg/berm uitmaakt. Dan zal ook moeten worden vermeld waar het in gebruik genomen stuk grond ligt. Verder moet het ook duidelijk zijn hoeveel gemeentegrond wordt gebruikt. De reden waarom men grond in gebruik heeft kan in bepaalde situaties ook van belang zijn. Bij het kijken naar een mogelijke legalisatie van het grondgebruik zal de reden van het gebruik meegenomen worden in de overweging. De termijn van gebruik –sinds wanneer de grond in gebruik is- is eveneens van groot belang. Indien men reeds gedurende lange termijn gebruik maakt van de grond kan sprake zijn van verjaring. Hierdoor kan de gebruiker de eigendom van de grond of een recht daarop verkrijgen. Getracht moet worden dit te voorkomen. Na constatering van het illegale gebruik dienen de gebruikers te worden aangeschreven, zodat deze er van op de hoogte zijn dat de gemeente de illegale situatie heeft geconstateerd.
3
De illegale situatie zal dan, op de wijze zoals in de volgende hoofdstukken is beschreven, worden aangepakt. 4. Bepalen van de prioriteit Alle clandestiene grondgebruikers zullen worden aangeschreven. Daarbij zal worden beoordeeld of het aanpakken van bepaalde situaties prioriteit heeft boven andere situaties. Het stellen van prioriteiten brengt echter niet met zich mee dat in bepaalde situaties met een lagere prioriteit niet gehandhaafd behoeft te worden. Bij het handhaven zal de volgende volgorde worden gehanteerd: 1. Situaties waardoor gevaar voor het verkeer of anderszins gevaar voor personen of goederen kan ontstaan. 2. Situaties waarbij reeds gedurende een lange periode grond illegaal in gebruik is of op het punt staat te verjaren. 3. Bij situaties waar een grote hoeveelheid grond in gebruik is. 4. Als door meerdere eigenaren van aangrenzende percelen gebruik wordt gemaakt van gemeentegrond. 5. Indien het grond betreft waarin kabels en leidingen liggen. 6. Als in gebruik genomen grond valt binnen een gebied waar een bepaald plan of reconstructie op korte termijn uitgevoerd wordt. 7. Stroken grond groter dan 5 m² die in gebruik zijn zonder dat daarbij van een van de hiervoor genoemde situaties sprake is. 8. Het gebruik van strookjes grond kleiner dan 5 m². Ad 1. Spreekt voor zich. Ad 2. Een belangrijke reden van handhaving is het voorkomen van verlies van eigendommen door verjaring. Situaties waarbij dit dreigt hebben daarom een hoge prioriteit. Ad 3. Financieel gezien –bij verkoop- is het aantrekkelijk deze direct af te handelen. Ad 4. Er kan hierbij ook sprake zijn van een groot perceel waardoor er een financieel voordeel is. Daarnaast wordt door het aanschrijven van meerdere illegale gebruikers in een wijk aan omwonenden een duidelijk signaal afgegeven dat de gemeente serieus met handhaven bezig is. Ad 5. Kabels en leidingen dienen in gemeentegrond te liggen. De nutsbedrijven staan niet toe dat kabels en leidingen in grond van particulieren liggen. De gronden waar kabels en leidingen in liggen en illegaal worden gebruikt dienen zo spoedig mogelijk te worden teruggevorderd. Ad 6. Voor de garantie van de voortgangen van reconstructies en werkzaamheden dienen deze situaties tijdig te worden aangepakt. Ad 7 en 8 Alle situaties dienen te worden gehandhaafd, onder andere in verband met het gelijkheidsbeginsel.
4
5. Legaliseren 5.1 Afstootbeleid grondstroken Na de constatering van illegaal grondgebruik zal worden bekeken welke acties kunnen worden ondernomen om de illegale situatie aan te pakken. In eerste instantie zal altijd nagegaan worden of de illegale situatie kan worden gelegaliseerd. De grond welke in gebruik is kan in sommige situaties aan de gebruiker worden verkocht. Door de afdeling Gemeentewerken wordt daarbij geadviseerd omtrent structureel groen, wegbeheer, rioleringtechnische aspecten en stedelijk hemelwaterbeheer, eventuele verkeerstechnische bezwaren, sociale (on)veiligheid en rechten van derden op de grond voor bijvoorbeeld in de grond aanwezige riolering en kabels en leidingen. Indien tot verkoop kan worden overgegaan geschiedt dat tegen marktconforme prijzen, die op basis van uw besluit van 1 april 2003 voor de gehele gemeente gelden. Deze prijzen bedragen per 1 januari 2004 € 230,-- per m² en € 255,-- m². Laatstgenoemde prijs geldt voor de met name aangewezen duurdere locaties binnen de gemeente. In principe is kopen of ontruimen de enige mogelijkheid en kan men de grond niet huren, omdat daar de nodige nadelen aan zitten. Indien de grond wordt verhuurd brengt dit namelijk jaarlijks nog administratieve werkzaamheden, het innen van de huur en het bijhouden van mutaties in de eigendomssituatie, met zich mee. Daarnaast is een nadeel van verhuur dat het vaak van tijdelijke aard is, de huur kan ook weer worden opgezegd waarna de gemeente het onderhoud van de grond weer voor haar rekening moet nemen. Indien men met gegronde redenen niet tot het kopen van de grond over kan gaan maar het gebruik wel wil legaliseren, zal worden nagegaan of de grond te huur kan worden aangeboden. Redenen om wel over te gaan tot het sluiten van een huurovereenkomst, in plaats van een koopovereenkomst, kunnen bijvoorbeeld zijn: Een financiële situatie welke aankoop niet mogelijk maakt. Korte periode van gebruik. (bijvoorbeeld verhuizing op korte termijn) De gemeente heeft de grond op termijn weer zelf nodig. Dit zijn slechts voorbeelden waarbij een huurovereenkomst kan worden gesloten. Elke situatie zal op zich moeten worden beoordeeld. Indien een huurovereenkomst wordt gesloten met de huidige gebruiker van de grond dan zal deze worden aangegaan met een huurprijs welke is afgeleid van de geldende verkoopprijs. Als de huurder geen gebruik meer maakt van de grond en de grond bij een derde in gebruik is gekomen, zal de situatie opnieuw worden beoordeeld. Het gebruik van gemeentegrond door de nieuwe gebruiker zal dan als een regulier verzoek voor gebruik van gemeentegrond worden gehandeld. Hierbij is het tevens het meest wenselijk om de grond te verkopen. Verhuur is minder gewenst. Bij zeer langdurig gebruik, wat is gedoogd, of waarbij door de gemeente in het verleden toezeggingen zijn gedaan, moet met de te ondernemen stappen rekening worden gehouden met de algemene beginselen van behoorlijk bestuur (a.b.b.b.). De gebruiker te verplichten de grond aan te kopen, te huren of anders te laten ontruimen kan dan in strijd zijn met de a.b.b.b. Dit moet per situatie afgewogen worden. Het is niet mogelijk de gebruiker een bruikleenovereenkomst (voor langere termijn) aan te bieden. (zie hoofdstuk 6) In uitzonderlijke situaties zal voor een korte periode (korter dan vijf jaar) een bruikleenovereenkomst kunnen worden opgesteld. Wat in deze situatie de meest passende oplossing is, is om een huurovereenkomst met een lage huurprijs overeen te komen. Indien de gebruiker hier niet mee
5
akkoord gaat dient alsnog tot ontruiming over te worden gegaan. De eigendomssituatie dient namelijk op welke wijze dan ook te worden erkend. Het illegaal gebruik kan in geen geval voortduren. Indien met de gebruiker een huurovereenkomst met een lage huurprijs is gesloten kan de betreffende grond gebruikt blijven worden. Na verkoop/verhuizing van de huurder kan deze huurovereenkomst niet worden overgenomen door de nieuwe gebruiker. Het gebruik van gemeentegrond door de nieuwe gebruiker zal als een regulier verzoek voor gebruik van gemeentegrond worden behandeld. Als het verzoek wordt gehonoreerd kan het resulteren in verhoop of verhuur van de grond tegen de algemeen geldende prijs. Al het geconstateerde illegaal grondgebruik zal, indien het gebruik toegestaan is en men gebruik wil blijven maken van de grond, op welke wijze dan ook gelegaliseerd worden. Indien men geen koop- of huurovereenkomst wil sluiten zal de grond ontruimd moeten worden. Het gebruik zonder dat daarbij enige afspraken gemaakt zijn kan in geen geval gecontinueerd worden. Indien de gebruikers niet zelf tot ontruiming overgaan zal dit door de gemeente gebeuren zoals omschreven in hoofdstuk 6. 5.2 Algemene beginselen van behoorlijk bestuur Als na toetsing blijkt dat het illegale grondgebruik niet kan worden gelegaliseerd zal de illegale situatie moeten worden 'gehandhaafd'. Hierbij moeten wel de algemene beginselen van behoorlijk bestuur in ogenschouw worden genomen. Als gedurende vele jaren het grondgebruik is gedoogd of toezeggingen zijn gedaan, maar het gebruik na de toetsing niet kan worden gelegaliseerd, is ontruiming vaak geen passende oplossing. Overwogen moet worden of afwijkend van de hoofdregel de situatie toch kan worden gelegaliseerd. Ook hier kan bijvoorbeeld een huurovereenkomst met een lage huurprijs, voor een vaste periode, worden overeengekomen. Indien dit ook geen oplossing is kan voor kortere periodes, namelijk voor periodes korter dan vijf jaar, een bruikleenovereenkomst worden opgesteld. De eigendomssituatie is dan erkend en vastgelegd. 6 Handhavend optreden Indien legalisatie niet mogelijk is of indien de gebruiker de situatie niet wil legaliseren dan dient te worden overgegaan tot handhaving. Het doel van het handhaven tegen het illegaal gebruik van gemeentelijke eigendommen is het terugvorderen van eigendom en het voorkomen van het verlies van eigendom door verjaring. Gelet op het na te streven doel dient privaatrechtelijk te worden gehandhaafd. Er kan tevens illegaal gebruik worden gemaakt van gemeentegrond zonder dat daarbij bezitsacties kunnen worden genomen, waarbij geen verjaring kan optreden. Dit is bijvoorbeeld het geval als openbaar gebied illegaal wordt gebruikt, bijvoorbeeld een weg zoals deze is gedefinieerd in artikel 1 lid 1 sub b van de Wegenverkeerswet 1994. Het doel van het handhaven tegen het illegaal gebruik van openbaar gebied is het naleven van de APV en de Wegenverkeerswet 1994. Het handhaven van gebruik van gemeentegrond zonder dat deze in bezit is genomen waardoor de eigendom niet door verjaring kan worden verloren maakt geen onderdeel uit van deze notitie en zal dus verder niet worden uitgewerkt. De wijze waarop handhavend wordt opgetreden tegen ingebruikname van openbaar gebied is vastgelegd in de 'Uitvoeringsnota Handhaving".
6
De methode waarop volgens de privaatrechtelijke weg gehandhaafd kan worden, wordt hieronder nader uitgewerkt. Voordat gestart wordt met een juridische procedure zal getracht worden op informele wijze de illegale situatie op te heffen, namelijk door een informele voormelding. 6.1 Informele voormelding Het is wenselijk eerst een poging te ondernemen om de illegale situatie op een informele manier op te heffen. Het voordeel is dat alvorens een formele procedure wordt gestart al een oplossing gevonden kan worden. De overtreder wordt schriftelijk op vriendelijke wijze verzocht de illegale situatie zelf te wijzigen door de gebruikte grond te ontruimen en deze niet meer te gebruiken. Indien nodig kan met de overtreder een afspraak worden gemaakt om het verzoek toe te lichten. Aan de overtreder wordt de illegale situatie uitgelegd waarbij begrip kan ontstaan voor het gevoerde beleid. Deze stap draagt bij aan draagvlak voor het beleid waardoor wellicht een aantal juridische procedures kan worden voorkomen. Kortom het op informele wijze informeren van overtreders heeft een filterende werking. 6.2 Handhaven in privaatrechtelijke zin De privaatrechtelijke weg is de te bewandelen weg indien men het eigendomsrecht heeft geschonden door illegaal gebruik te maken van eigendom van de gemeente waarbij door verjaring de eigendom kan overgaan. De gemeente handelt als rechtspersoon, als eigenaar en rechthebbende van de grond. Bij het handhaven in privaatrechtelijke zin dienen ook de algemene beginselen van behoorlijk bestuur in acht te worden genomen. Het handhaven heeft als doel het terugvorderen van eigendom en het voorkomen van het verlies van eigendom door verjaring. De gemeente is als eigenaar van de grond bevoegd de grond van een ieder die haar zonder recht houdt op te eisen (artikel 5:2 BW). Dit is mogelijk zolang de eigendom niet is verjaard. 6.2.1 Verjaring We onderscheiden twee vormen van verjaring, acquisitieve (verkrijgende) verjaring en daarnaast extinctieve (bevrijdende) verjaring van rechtsvorderingen. Verkrijgende verjaring treedt op indien de grond gedurende 10 jaar onafgebroken en te goeder trouw in bezit is (artikel 3:99 BW) Gedurende een verjaringstermijn kan de rechthebbende, de gemeente, een rechtsvordering instellen om het bezit van de ander te beëindigen. De extinctieve verjaring van een rechtsvordering verjaart door verloop van 20 jaar (artikel 3:306 BW). De termijn waarop de verjaring aanvangt is het moment dat de grond in bezit is genomen (artikel 3:314 lid 2). Een goed kan slechts door (onafgebroken) bezit gedurende een bepaalde periode van verjaring in eigendom worden verkregen. Bezit wordt verkregen door onder andere inbezitneming (artikel 3:112 BW). Inbezitneming is de feitelijke macht verschaffen over een goed (artikel 3:113 lid 1 BW). Er moeten voor het in bezit nemen van een goed dus bezitsacties zijn genomen. Een bezitter te goeder trouw verkrijgt de eigendom door een onafgebroken bezit gedurende tien jaren (artikel 3:99 lid 1 BW). In praktijk is er eigenlijk nooit sprake van te goeder trouw. In den regel kan worden aangetoond dat de bezitter bekend is met het gegeven dat hij de grond niet
7
op legale wijze in gebruik heeft c.q. geen eigenaar is. De bezitter behoeft dan ook niet te goeder trouw te zijn (artikel 3:105 lid 1 BW). De rechtsvordering strekkende tot beëindiging van het bezit door iemand die niet te goeder trouw is verjaart door verloop van twintig jaar (artikel 3:306 BW). De bezitter verkrijgt de grond op het tijdstip waarop de verjaring van de rechtsvordering strekkende tot beëindiging van het bezit wordt voltooid. Voor de praktijk betekent dit dat in nagenoeg alle gevallen rekening kan worden gehouden met een verjaringstermijn van twintig jaar. Indien de verjaringstermijn is voltooid heeft dit eigendomsovergang tot verkrijging onder bijzondere titel als gevolg. De verkrijgende verjaring werkt van rechtswege, er behoeft geen beroep op te worden gedaan. Dit geldt ook voor de extinctieve verjaring omdat de wet de verkrijging verbindt aan de voltooiing van de verjaring (artikel 3:105 lid 1 BW). De nieuwe eigenaar kan zijn verkrijging doen inschrijven in de openbare registers. Dit is geen verplichting, maar om zijn recht ook jegens derden kenbaar te maken is inschrijving wel aan te raden. De verjaring van een rechtsvordering kan worden gestuit door een daad van rechtsvervolging, door een schriftelijke aanmaning en door erkenning (artikel 316-318 boek 3 BW). Stuiting is het afbreken van de lopende verjaring. Na de dag waarop de verjaring is gestuit begint direct een nieuwe verjaringstermijn te lopen. Deze is gelijk aan de oorspronkelijke en niet langer dan vijf jaar, maar kan niet eerder dan de oorspronkelijke termijn zijn verstreken (artikel 3:319 BW) Alleen als de verjaring is gestuit door het instellen van een eis die door toewijzing is gevolgd begint een nieuwe termijn te lopen. Ook na erkenning begint er dus opnieuw een verjaringstermijn te lopen. Indien na enkele jaren illegaal gebruik een bruikleenovereenkomst wordt afgesloten waarin de eigendom wordt erkend gaat vanaf dat moment een nieuwe termijn lopen. Na vijf jaar kan de eigendom alsnog verjaren. Een eenmalige erkenning middels een gebruiksovereenkomst is dus niet voldoende om verjaring tegen te gaan. Er zal een koopovereenkomst of bij hoge uitzondering een huurovereenkomst dienen te worden afgesloten. Bij de verhuur van grond wordt jaarlijks gecontroleerd of de huurder nog gebruik maakt van het gehuurde. Indien dit niet het geval is zal met zijn opvolger opnieuw bekeken worden of er een koop- of huurovereenkomst voor de desbetreffende grond wordt afgesloten. 6.2.2 Te ondernemen acties De gemeente kan, als eigenaar en rechthebbende, overgaan tot het opeisen van de grond (o.g.v. artikel 5:2 BW) als de eigendom niet is verjaard. Nadat op vriendelijke wijze in de voorfase is verzocht de grond te ontruimen zal, indien hieraan niet is voldaan, nogmaals een verzoek tot ontruiming worden gedaan. Daarbij zal worden aangegeven dat indien de gebruikers niet overgaan tot ontruiming de gemeente de grond zelf zal terugvorderen door deze te ontruimen. De kosten van het ontruimen zullen op de gebruiker worden verhaald. Ontruimde grond kan na de ontruiming weer in gebruik worden genomen door de gebruiker. Indien de gebruiker binnen een jaar na de ontruiming de grond opnieuw in gebruik neemt onderbreekt de ontruiming de loop van de verjaring niet (artikel 3:103 BW). Het is van belang dat de eigendom van de grond niet alsnog door verjaring overgaat op de gebruiker. Ontruimde gronden zullen hiertoe allemaal tot na verloop van het eerste jaar extra gecontroleerd dienen te worden, om zo verjaring te voorkomen. Indien grond opnieuw in gebruik wordt genomen verdient het aanbeveling om de overtreder aansprakelijk te stellen om daarmee kosten te verhalen.
8
Bij het handelen door de gemeente dienen de algemene beginselen van behoorlijk bestuur in acht te worden genomen, zoals eerder aangegeven. In sommige situaties kunnen burgers zich beroepen op deze beginselen, met name als het gebruik gedurende langere tijd is gedoogd of als in het verleden toezeggingen zijn gedaan. Tijdens het handhaven moet hier voldoende aandacht aan worden gegeven. 6.3 Procedures Het kan bij verschillende situaties voorkomen dat men het niet eens is met de beslissing van de gemeente dat de grond ontruimd wordt en door de gemeente terug in gebruik en bezit wordt genomen. Het kan zijn dat men van mening is dat de grond door verjaring eigendom is geworden. Daarnaast is het mogelijk dat men van mening is dat de gemeente de algemene beginselen van behoorlijk bestuur niet voldoende in acht heeft genomen bij het handhaven. Indien men hiertegen wil procederen kan men, aangezien het een privaatrechtelijke kwestie betreft, hiervoor naar de burgerlijke rechter. De rechter zal dan uitspreken wie van de grond rechthebbende is. 7 Methodiek in de toekomst Vanaf het moment dat het handhavingsbeleid is ingevoerd zal 'nieuw' geconstateerd grondgebruik direct worden aangepakt. Dit zal ook gebeuren nadat de hele gemeente is gecontroleerd en aangeschreven. De clandestiene grondgebruiker zal direct worden gewezen op het illegaal gebruik van gemeentegrond. De illegale situatie zal op de in deze notitie omschreven wijze worden aangepakt en opgeheven. Nadat de gemeente helemaal is doorgelopen zal eens per drie jaar de hele gemeente alsnog gecontroleerd worden op clandestien grondgebruik zodat onopgemerkte situaties alsnog kunnen worden aangepakt. De aanpak van nieuw geconstateerd grondgebruik zal gelijk zijn aan de in deze notitie beschreven methode. Na de eenmalige nulmeting en met de driejaarlijkse nacontroles zal in de toekomst van verlies van eigendommen door verjaring geen sprake meer kunnen zijn. Stappenplan Stap 1 constatering Er wordt een illegale situatie geconstateerd, waarbij de volgende gegevens worden vastgelegd: Wie de overtreder is. Wat gebruikt wordt. Waar de grond in gebruik is. Hoeveel gebruikt wordt. Waarom de grond gebruikt wordt. Sinds wanneer de grond wordt gebruikt. Stap 2 legalisatieonderzoek Na constatering zal moeten worden beoordeeld of legalisatie van de illegale situatie mogelijk is. Als dit mogelijk is zal de grond aan de gebruiker te koop worden aangeboden. Bij uitzondering zal de grond worden verhuurd. In sommige situaties als bijvoorbeeld gedurende zeer lange tijd
9
het gebruik is gedoogd of door de gemeente in het verleden toezeggingen zijn gedaan kan de grond voor een lage huurprijs worden verhuurd. Stap 3 voormelding Er moet gehandhaafd worden als er niet gelegaliseerd kan worden. Allereerst zal worden getracht de illegale situatie op een informele wijze op te heffen. De overtreder zal schriftelijk worden verzocht de illegale situatie zelf te wijzigen door de grond te ontruimen en niet meer te gebruiken. Er kan een afspraak worden gemaakt waarin de situatie door de gemeente zal worden toegelicht. Stap 4 aanschrijven/ontruimen Indien na het eerste verzoek om de grond te ontruimen hier nog geen gehoor aan is gegeven zal nogmaals worden verzocht de grond te ontruimen met aanzegging van kostenverhaal. Nadat tot de tweede maal geen gehoor is gegeven aan het verzoek zal de gemeente zelf tot ontruiming van de grond overgaan, waarna de grond in de oorspronkelijke toestand zal worden teruggebracht, De kosten van het ontruimen zullen op de gebruiker worden verhaald. Stap 5 feitelijke uitvoering Voor de feitelijke uitvoering en de herinrichting van de grond dienen diverse medewerkers en instanties te worden ingeschakeld. Bij de uitvoering dienen de volgende personen en instanties aanwezig te zijn: Een ter zake kundige medewerker van de afdeling Gemeentewerken om de locatie aan te wijzen welke ontruimd dient te worden. Een medewerker van de buitendienst van de afdeling Gemeentewerken of een aannemer voor het verwijderen van goederen die aanwezig zijn op de te ontruimen gemeentegrond en voor het eventueel opslaan van goederen en materialen. Een medewerker van afdeling Gemeentewerken om te bepalen op welke wijze het gedeelte zal worden ingericht. Stap 6 na-controle De illegale situaties die niet zijn gelegaliseerd dienen, nadat deze zijn ontruimd, in het eerste jaar te worden gecontroleerd. Indien de grond binnen een jaar weer in gebruik is genomen zal namelijk een kortere verjaringstermijn gaan lopen. Na verloop van het eerste jaar waarin men de grond niet heeft gebruikt zal, indien de grond weer in gebruik wordt genomen, de verjaringstermijn opnieuw beginnen. Na verloop van het eerste jaar na ontruiming kan de controle van de ontruimde locaties meegenomen worden met de driejaarlijkse na-controle. Stap 7 bezwaar en beroep Indien men het niet eens is met de beslissing van de gemeente dat de grond ontruimd wordt en door de gemeente terug in bezit wordt genomen kan men daarvoor naar de burgerlijke rechter. Dit heeft geen opschortende werking tot gevolg. De handhavingprocedure kan gewoon worden voortgezet.
10