pwc PROVINCIALE STATEN VAN OVERIJSSEL Reg nr P & A O I U / ^ C j Ö
Aan de Provinciale Staten van provincie Overijssel T.a.v. mevrouw. R. Wiggers, griffier Postbus 10078 8000 GB ZWOLLE
2 9 APR 2014
Dat, ontv,: Routing
a,d.
Bijl,
23 april 2014 Referentie: FvK/ e0322232/SJD/af
Betreft:
Jaarrekening
en controleverklaring
2013
Geachte mevrouw Wiggers, Hierbij ontvangt u een gestempeld exemplaar van de jaarrekening 2013 en onze getekende controleverklaring d.d. 23 april 2014. Tevens zenden wij u twee afschriften van bovengenoemde controleverklaring en ons accountantsverslag. De controleverklaring, die is voorzien van een originele handtekening, dient te worden opgenomen in de 'Overige gegevens' bij de originele, door het college van Gedeputeerde Staten ondertekende, jaarrekening. Dit origineel is ten behoeve van uw eigen archief. Een afschrift van de controleverklaring is voorzien van de naam van de externe accountant, echter zonder persoonlijke handtekening. Wij bevestigen u akkoord te gaan met het opnemen van een afschrift in de 'Overige gegevens' opgenomen bij een kopie van de jaarrekening 2013, die identiek is aan het bijgevoegde gestempelde exemplaar.
Ondertekening en vaststelling van jaarrekening Eén exemplaar van de jaarrekening dient te worden ondertekend door het college van Gedeputeerde Staten voordat de jaarrekening (met daaraan toegevoegd jaarverslag en de Overige gegevens) wordt aangeboden aan Provinciale Staten. De jaarrekening dient te worden vastgesteld door Provinciale Staten van provincie Overijssel. Deze vaststelling dient te worden genotuleerd. Indien de jaarrekening niet binnen één maand na datum van de afgifte van onze controleverklaring wordt vastgesteld vervalt onze toestemming om onze controleverklaring in de jaarrekening op te nemen. Wij verzoeken u in dat geval met ons contact op te nemen om de situatie te bespreken. Graag verzoeken wij u om een kopie van het ondertekende exemplaar van de jaarrekening aan ons toe te sturen voor ons dossier.
Gebeurtenissen na balansdatum Indien er, vóór vaststelling van de jaarrekening, omstandigheden met belangrijke financiële gevolgen voor provincie Overijssel (gebeurtenissen na balansdatum) blijken, dient de jaarrekening te worden aangepast. Uiteraard vervalt in die situatie onze bovengenoemde toestemming.
PricewaterhouseCoopers Accountants N.V., Zuiderzeelaan T: 088 792 00 70, F: 088 792 95 20, www.pwc.nl
53, 8017 JV Zwolle, Postbus 513, 8000 AM Zwolle
•PwC' IS het merk waaronder PricewaterhouseCoopers Accountants N V (KvK 34180285), PricewaterhouseCoopers Belastingadviseurs N V. (KvK 34180284), PricewaterhouseCoopers Advisory N V (KvK 34180287), PricewaterhouseCoopers Compliance Services B V (KvK 51414406), PhcewaterhouseCoopers Pensions, Actuarial & Insurance Services B V (KvK 54226368), PricewaterhouseCoopers B V (KvK 34180289) en andere vennootschappen handelen en diensten verlenen Op deze diensten zijn algemene voorwaarden van toepassing, waarin onder meer aansprakelijkheidsvoorwaarden zijn opgenomen Op leveringen aan deze vennootschappen zijn algemene inkoopvoorwaarden van toepassing Op www,pwc,nl treft u meer informatie over deze vennootschappen, waaronder deze algemene (inkoop)voorwaarden die ook zijn gedeponeerd bij de Kamer van Koophandel te Amsterdam
_
&
pwc Toestemming openbaarmaking controleverklaring en daaraan verbonden voorwaarden Wij bevestigen u ermee akkoord te gaan om een afschrift van onze controleverklaring openbaar te maken tezamen met de volledige jaarrekening (met daaraan toegevoegd het jaarverslag en de Overige gegevens), mits de opgemaakte jaarrekening ongewijzigd wordt vastgesteld door Provinciale Staten. Indien u de jaarrekening en een afschrift van de verklaring opneemt op internet, dient u te waarborgen dat deze goed zijn afgescheiden van andere informatie op de internetsite. Afscheiding kan bijvoorbeeld plaatsvinden door de jaarrekening in niet bewerkbare vorm als een afzonderlijk bestand op te nemen of door een waarschuwing op te nemen indien de lezer de jaarrekening verlaat ("U verlaat de beveiligde, door de accountant geeóntroleerde jaarrekening"). Tot het geven
ting zijn wij gaarne bereid.
Hoogachtene PricewaternouseCooiiers Accot^ntants N.V.
Bijlagen
Provincie Overijssel, 23 april 2014, FvK/eo322232/SJD/af Pagina 2 van 2
pwc 80322232
Controleverklaring
van de onafhankelijke
accountant
Aan: de Provinciale Staten van de Provincie Overijssel
Wij hebben de in hoofdstuk 4 van dit verslag opgenomen jaarrekening 2013 van provincie Overijssel gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december 2013 en de programmarekening over 2013 met de toelichtingen, waarin zijn opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen, alsmede de SISAbijlage.
Verantivoordelijkheid
van het college van gedeputeerde
staten
Het college van gedeputeerde staten van de provincie Overijssel is verantwoordelijk voor het opmaken van dejaarrekening die het vermogen en het resultaat getrouw dient weer te geven in overeenstemming met het in Nederland geldende Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten en de 'Beleidsregels toepassing Wet Normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT)' alsmede voor het opstellen van het jaarverslag in overeenstemming met het in Nederland geldende Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten. Deze verantwoordelijkheid houdt onder meer in dat dejaarrekening zowel de baten en lasten als de activa en passiva getrouw dient weer te geven en dat de in dejaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties rechtmatig tot stand zijn gekomen. Rechtmatige totstandkoming betekent in overeenstemming met de begroting en met de relevante wet- en regelgeving, waaronder provinciale verordeningen. Het college van gedeputeerde staten is tevens verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als het noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening en de rechtmatige totstandkoming van baten, lasten en balansmutaties mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten.
Verantivoordelijkheid
van de
accountant
Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over dejaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden, het Besluit accountantscontrole decentrale overheden en de 'Beleidsregels toepassing WNT', inclusief het Controleprotocol WNT. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat dejaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico's dat dejaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten. PricewaterhouseCoopers Accountants N.V., Zuiderzeelaan 53, 8017 JVZwolle, Postbus 513, 8000 AM Zwolle T: 088 792 00 38, F: 088 792 94 61, www.pwc.nl PwC IS het merk waaronder PricewaterhouseCoopers Accountants N V (KvK 34180285), PricewaterhouseCoopers Belastingadviseurs N V (KvK 34180284) PricewaterhouseCoopers Advisory N V (KvK 34180287), PncewaterhouseCoopers Compliance Services B V (KvK 51414406). PncewaterhouseCoopers Pensions, Actuarial & Insurance Services B V (KvK 54226368), PricewaterhouseCoopers B V (KvK 34180289) en andere vennootschappen handelen en diensten verlenen Op deze diensten zijn algemene voorwaarden van toepassing, waarin onder meer aansprakelijkheidsvoorwaarden zijn opgenomen Op leveringen aan deze vennootschappen zijn algemene inkoopvoorwaarden van toepassing Op www.pwc nl treft u meer informatie over deze vennootschappen, waaronder deze algemene (inkoop)voorwaarden die ook zijn gedeponeerd bij de Kamer van Koophandel te Amsterdam
pwc Bij het maken v an deze risico inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van dejaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan, alsmede voor de rechtmatige totstandkoming van baten, lasten en balansmutaties, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van de gemeente. Een controle omvat tev ens het ev alueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en de gebruikte financiële rechtmatigheidscriteria en van de redelijkheid van de door het college v an gedeputeerde staten van de provincie gemaakte schattingen,alsmede een evaluatie van het algehele beeld van dejaarrekening. De bij onze controle toegepaste goedkeuringstolerantie bedraagt voorfouteniB^ en voor onzekerheden 3^ van de totale lasten en toevoegingen aan reserves. Deze goedkeuringstolerantie is door provinciale staten bij besluit van 14 november 2012, besluit PS^20i2^75^vastgesteld.Voor de in de toelichting opgenomen verantwoording uit hoofde van de WNT zijn de in de'Beleidsregels toepassing WNT', inclusiefhet controleprotocol WNTopgenomen controletoleranties gehanteerd. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing v oor ons oordeel te bieden. ^O^^^^^ Naar ons oordeel geeft dejaarrekening van provincie Overijssel een getrouwbeeld van de grootte en de samenstelling van zowel de baten en lasten over 2013 als van de activa en passiva per 31 december 2013 in overeenstemming met het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten en de 'Beleidsregels toepassing WNT'. Voorts zijn wij van oordeel dat de in deze^ai^ekening verantwoorde baten en lasten alsmede de balansmutaties over 2013 in alle van m^eri^l belang zijnde aspecten rechtmatig tot stand zijn gekomen in overeenstemming met ^begroting en met de relevante wet en regelgeving, waaronder provinciale verordeningen. ^^^^^^^^^^^^^^^1^0^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^ Ingevolge artikel 21^ lid3^derdprovinciewet vermelden wij dat het jaarverslag,voor zover wij dat kunnen beoordelen,vere^baaris^inet dejaarrekening. Zwolle, 23 april 2014 PricewaterhouseCoopers Accc intants N.V.
vareXomraer RA
Provincie/Overijssel, 23 april 2014, FvK/eo322232/SJD/af Pagina 6 van 2
www.pwc.nl
Accountantsverslag Toekomstgericht!
Accountantsverslag 2013 voor provincie Overijssel 23 april 2014
pwc
2013
pwc Aan de Provinciale Staten van provincie Overijssel T.a.v.mevrouwR.Wiggers,griffier Postbus 100^8 8000GB ZWOLLE 23 april 2014 Referentie:
FvK/eo322232/SJD/af
Geachte leden van de Provinciale Staten,
Accountantsverslag met betrekking dejaarrekening 2013
tot de controle
van
Met genoegen presenteren wij u ons accountantsverslag met betrekking tot de controle van dejaarrekening 2013 van provincie Overijssel. Dit verslag gaat in op de belangrijkste bevindingen uit onze controle van dejaarrekening van provincie Overijssel. De bevindingen zijn besproken met de ambtelijke organisatie. Ons accountantsverslag bestaat uit vier delen. In deel 1 geven wij u een overzicht van onze belangrijkste kernboodschappen. In deel 2 worden de belangrijkste waarnemingen besproken die zijn voortgekomen uit onze controle. In deel 3 geven wij onze visie over de kwaliteit van uw interne beheersing. Deel 4 geeft een overzicht van de ontwikkelingen die naar onze mening in de toekomst voor provincie Overijssel relevant zullen worden.
We hebben de inhoud van dit verslag besproken tijdens de vergadering van de auditcommissie op 17 april 2014. Mocht u nog vragen hebben, dan kunt u uiteraard contact met ons opnemen. Wij willen graag van deze gelegenheid'ge'bruik maken om u en uw medewerkers te bedanken voor ^émedewerking die we ervaren hebben tijdens onze werkzaamheden. Met vriendelijke groet, PricewaterhouseCoopers Accountants N.V.
PricewaterhouseCoopers Accountants N.V., Zuiderzeelaan 53, 8017 JV Zwolle, Posthjis 513, 8000 AM Zwolle T: 088 792 00 38, F: 088 792 94 61, www.pwc.nl PwC IS het merk waaronder PricewaterhouseCoopers Accountants N V (KvK 34180285), PricewaterhouseCoopers Belastingadviseurs N V (KvK 34180284), PhcewaterhouseCoopers Advisory N V (KvK 34180287). PncewaterhouseCoopers Compliance Services B V (KvK 51414406), PncewaterhouseCoopers Pensions, Actuarial & Insurance Services B V (KvK 54226368), PncewaterhouseCoopers B V (KvK 34180289) en andere vennootschappen handelen en diensten verlenen Op deze diensten zijn algemene voorwaarden van toepassing, waarin onder meer aansprakelijkheidsvoorwaarden zijn opgenomen Op leveringen aan deze vennootschappen zijn algemene inkoopvoorwaarden van toepassing Op www pwc nl treft u meer informatie over deze vennootschappen, waaronder deze algemene (inkoop)voorwaarden die ook zijn gedeponeerd bij de Kamer van Koophandel te Amsterdam.
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
^
1.
Onze belangrijkste kernboodschappen
2.
Belangrijkste controlebevindingen
2.1.
Hwjaarrekening geeft een getrouw en rechtmatig beeld
2.2.
Door het college zijn evenwichtige schattingen gemaakt
2.3.
De overige jaarrekeningposten nader bekeken
,Iaarrekening voldoet aan vereisten WNT
3,
Hw interne beheersing is van een adequaat niveau
3.1.
Llw interne beheersing is van adec|uaat niveau^update van de actuele status
3.2.
Beperkt aantal bevindingen ten aanzien van uw IT omgeving
3.3.
Er zijn geen aanvrijzingen van fraude geconstateerd
3.4.
Wij zijn onafhankelijk
4,
L^w speerpunten nader uitgewerkt
4.1.
Speerpunt subsidies: opvolging rekenkamerrapport
4.2.
Realisatie bezuinigingen personeel
4.3.
Waardering deelnemingen
4.4.
Wijze van voeren projectadministratie: samenhang tussen niet financiële en financiële informatie
^.
2014 en verder
5.1.
Wet Markt en Overheid vanafjuli 2014 van kracht
5.2.
Provincie Overijssel krijgt in 201Ó te maken met nieuwe regelgeving met forse impact op Vpb-plicht
L^wjaarstukken geven voldoende inzicht
l^wO
^a^lna3vat^28
1.
Onze belangrijkste
kernboodschappen
1.
Wij hebben onze controle afgerond en hebben een goedkeurende controleverklaring verstrekt op de aspecten rechtmatigheid en getrouwheid. Uit de controle blijken wel een aantal controleverschillen. Deze blijven echter binnen de door u vastgestelde toleranties.
2.
De ILG-periode is in 2013financieelafgerekend. Hierdoor is de doeluitkering ILG (ruim 54 min. euro) vrijgevallen en toegevoegd aan de algemene reserve grondexploitaties. Daarnaast zijn de voorgefinancierde BBL-gronden als voorraad in de balans gepresenteerd (vorig jaar: vordering). Overijssel loopt over de gronden het economisch risico. Derhalve heeft het college een analyse uitgevoerd op de waardering van de betreffende gronden. Als gevolg hiervan is circa 21 min. euro afgeboekt en een voorziening getroffen van circa 10 min. euro.
3.
4.
5.
PwC
Onder de niet uit de balans blijkende verplichtingen in dejaarrekening zijn verplichtingen van de Dienst Regelingen gepresenteerd (121,8 min. euro). Dit aangezien de provincie met ingang van 1 januari 2014 de verantwoordelijkheid voor het beheer, inrichting en functiewaardering van natuur overneemt. Er bestaat onzekerheid over de juistheid en volledigheid van de verplichtingen. Dit is in dejaarrekening voldoende toegelicht. Derhalve kunnen wij instemmen met de verwerkingswijze. In 2012 bestond een belangrijke onzekerheid ten aanzien van de voorziening resultaten gebiedsexploitaties. Deze voorziening is getroffen voor de verwachte tekorten in de gemeenschappelijke regelingen ADT en RBT. In 2013 heeft het college op basis van verkregen conceptgrondexploitaties een actuele inschatting gemaakt van de omvang van de betreffende voorziening (ultimo 2013 9,6 min. euro). Dit heeft geresulteerd in een aanvullende storting bij dejaarrekening 2013. De voorziening in de jaarrekening is hiermee op basis van actuele schattingen toereikend. Overijssel kent een omvangrijke obligatieportefeuille (1.357 min. euro). De portefeuille bevat enkele obligaties die per balansdatum een lagere marktwaarde kennen (circa 0,8 min. euro). Dit is naar verwachting geen duurzame waardevermindering. Derhalve kunnen wij instemmen met de waardering in dejaarrekening.
Op 16 december 2013 is daarnaast het schatkistbankieren van kracht geworden. Door onduidelijkheid in de regelgeving is het mogelijk dat Overijssel de uiteindelijke wet formeel niet heeft nageleefd. Dit is ook toegelicht in dejaarrekening. Het niet-naleven betreft een mogelijke onrechtmatigheid zonder financiële consequenties. Op basis van de Kadernota Rechtmatigheid van de Commissie BBV heeft dit geen invloed op het oordeel van onze controleverklaring. 6.
Provincie Overijssel kent diverse deelnemingen en verbonden partijen. In onze boardletter hebben wij u reeds gerapporteerd over aandachtspunten ten aanzien van de sturing en verantwoording. In de jaarrekening hanteert de provincie een voorzichtige waarderingsmethode ten aanzien van deelnemingen. Wij hebben het college geadviseerd het beleid ten aanzien van de waardering van deelnemingen te betrekken in de in 2014 te actualiseren Nota verbonden partijen.
7.
Wij hebben vastgesteld dat de regelgeving conform de WNT is nageleefd. De opgenomen toelichting in uw jaarrekening 2013 voldoet aan de wet.
8.
Met ingang van 1 april 2013 is de nieuwe Aanbestedingswet van kracht. Wij hebben vastgesteld dat de provincie haar inkoopbeleid hierop tijdig heeft aangepast. Uit de controle op de naleving ervan blijken geen tekortkomingen. Wel blijken enkele controleverschillen ten aanzien van de naleving van Europese aanbestedingsrichtlijnen. Wij hebben het college geadviseerd de beheersing hierop aan te scherpen en reeds gedurende het jaar interne controles uit te voeren op de naleving. Mogelijk kan dan nog worden bijgestuurd.
9.
Wij hebben geen bevindingen ten aanzien van uw SiSa-bijlage geconstateerd. Wel adviseren wij interne controles op SiSa in te richten.
10.
De interne beheersing van Overijssel is conform voorgaande jaren van een adequaat niveau. Veel verbetermaatregelen zijn onderhanden. Daarnaast wordt proactief ingespeeld op actuele ontwikkelingen. Uit de beoordeling van uw IT-omgeving blijken enkele aandachtspunten. Deze zullen in 2014 nader worden opgepakt door de organisatie.
Pagina 4 van 28
2. 2.1.
Belangrijkste Uw jaarrekening
controlebevindingen
geeft een getrouw en rechtmatig
Wij hebben een goedkeurende controleverklaring verstrekt Wij hebben onze controle van dejaarrekening 2013 van provincie Overijssel afgerond en hebben een goedkeurende controleverklaring verstrekt op de aspecten getrouwheid en rechtmatigheid, onder voorbehoud van goedkeuring van deze jaarrekening door Provinciale Staten. Controleverschillen getrouwheid blijven binnen de toleranties Tijdens onze controle en tot de datum van dit verslag hebben vrij een aantal controleverschillen geconstateerd. In onderstaande tabel hebben wij onze controleverschillen met betrekking tot het aspect getrouwheid opgenomen. Fouten Controleverschillen
aetrouwheid: nr/tci)
Ongecorrigeerde verschillen Last inzake inkooptransacties reeds verwerkt, terwijl prestatie nog niet geheel is geleverd
C'ooo
Totaal In % van de totale lasten (l()edkeuriii};,sl()kTantie.s Oordeel
PwC
Toelichting
c'ooo
1.800 voordeel
§ 2.3 P.M. (inschatting maximaal € 1 min.)
Voorziening natuurbeleidsplan mogelijk te hoog verantwoord Disagio ten onrechte niet afgeschreven Nagekomen post vordering Dienst Regelingen
Onzekerheden irr/(cr)
1.600 voordeel 1.362 voordeel
beeld
De geconstateerde tekortkomingen en onzekerheden blijven binnen de door u vastgestelde controletoleranties (i% is 14,3 min. euro). Derhalve hebben wij een een goedkeurende verklaring op het aspect getrouwheid afgegeven. Enkele bevindingen ten aanzien van rechtmatigheid, totaal blijft binnen de door 11 vastgestelde toleranties Jaarlijks voert provincie Overijssel rechtsmatigheidsonderzoeken uit volgens een met PwC afgestemd intern controleplan. Op basis van deze onderzoeken en de door ons uitgevoerde controlewerkzaamheden, concluderen vrij dat de verantwoorde baten, lasten en balansmutaties van provincie Overijssel tot stand zijn gekomen conform het door de Provinciale Staten vastgestelde normenkader en de wettelijke regels. Wel zijn bij de controles enkele controleverschillen geconstateerd. De geconstateerde fouten en onzekerheden blijven binnen de door u vastgestelde toleranties. Daarom hebben vrij een goedkeurend oordeel verstrekt op het aspect rechtmatigheid. Onderstaand hebben wij een overzicht opgenomen van de geconstateerde fouten en onzekerheden met betrekking tot het aspect rechtmatigheid.
§ 2.2 Zie onderstaand §2.3
PM 4.562 (inschatting voordeel m a x i m a a l € 1 min.) 0,32% PM% 1% 3% Goedkeurend
Pagina 5 van 28
Controleverschillen rechtmatiaheid:
Ongesaldeerde getrouwheidsfouten/onzekerheden
Fouten DT/(CT) C'ooo 4.562
Onzekerheden DT/(CT)
Toelichting
PM (inschatting Zie maximaal getrouwheid
€ 1 min.) Bevindingen naleving Europese aanbestedingsrichtlijnen Totaal
Zie onderstaand
1.400
5.962
In % van de totale lasten
0,42%
PM%
Goedkeuringstoleranties
1%
3%
Oordeel
Goedkeurend
Enkele tekortkomingen inzake naleving Europese aanbestedingsrichtlijnen Door de provincie zijn interne controles uitgevoerd op de naleving van de Europese aanbestedingsrichtlijnen. Wij hebben de uitkomsten gecontroleerd en daarnaast aanvullende controles uitgevoerd. Hieruit blijken een aantal tekortkomingen ten aanzien van het naleven van de Europese aanbestedingsrichtlijnen (in totaal 1,4 min. euro). In 2013 is hierbij een tweetal nieuwe dossiers geconstateerd dat niet voldoet aan de richtlijnen. Daarnaast drie dossiers die reeds in voorgaand jaar als fout zijn aangemerkt (bleven toen onder onze rapporteringstolerantie). Het is belangrijk om de interne beheersing op dit aspect verder aan te scherpen. Daarnaast hebben vrij het college geadviseerd hier gedurende het jaar reeds interne controles op uit te voeren. Dit zodat mogelijke probleempunten tijdig kunnen worden gesignaleerd. Op dit moment ligt het zwaartepunt van de interne controle met name aan het eind van het boekjaar.
De provincie heeft de nieuwe Aanbestedingswet toegepast Op 1 april 2013 is de nieuwe Aanbestedingswet van kracht geworden. Dit is enerzijds van invloed op het inkoopbeleid binnen uw organisatie en anderzijds op de uitvoering van onze controlewerkzaamheden. Wij hebben vastgesteld dat de provincie het inkoopbeleid en de inkoopprocedure heeft aangepast aan de vereisten van de wet.
PwC
Hierbij is specifiek aandacht geschonken aan de toepassing van de voorwaarden vanuit de Gids proportionaliteit. Conform de Kadernota Rechtmatigheid van de Commissie BBV hebben wij voor inkopen onder de Europese aanbestedingsgrens vastgesteld of de toegepaste procedure past binnen de beginselen van de Gids proportionaliteit. Hieruit komen geen bevindingen naar voren. Er zijn geen fouten en onzekerheden in de SiSa-bijlage geconstateerd Jaarlijks is de SiSa-bijlage een onderdeel van uw jaarrekening. Via deze bijlage worden diverse rijksuitkeringen en provinciale uitkeringen verantwoord. Daarmee vormt de SiSa-bijlage de basis voor afwikkeling van deze uitkeringen. Wij hebben de SiSa-bijlage gecontroleerd met inachtneming van de specifieke instructies die door de Rijksoverheid zijn vastgelegd in de 'Nota verwachtingen accountantscontrole 2013'. Op grond van het Besluit accountantscontrole decentrale overheden (Bado) gelden voor de SiSa andere, zwaardere, rapporteringstoleranties dan u als Staten in uw controleprotocol hebt opgenomen. Dit om ministeries in staat te stellen de specifieke uitkeringen vast te kunnen stellen en de Algemene Rekenkamer van informatie te voorzien. Wij hebben bij onze controle van de SiSa-bijlage bij dejaarrekening 2013 geen afwijkingen geconstateerd. In bijlage o gaan wij nader in op de bevindingen per regeling.
De gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en het normenkader voor rechtmatigheid zijn aanvaardbaar Dejaarrekening is opgesteld door provincie Overijssel in overeenstemming met het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten. Als onderdeel van onze controle en met betrekking tot dejaarrekening hebben wij: • de aanvaardbaarheid van de toegepaste grondslagen voor financiële verslaggeving beoordeeld; • de juistheid en de volledigheid van de toelichtingen beoordeeld; en • de geschiktheid van het gebruikte normenkader voor rechtmatigheid beoordeeld. Wij zijn van mening dat de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling en het normenkader voor rechtmatigheid die het college van Gedeputeerde Staten heeft gehanteerd bij het opstellen van de jaarrekening 2013 en de totstandkoming van transacties aanvaardbaar zijn. De verwerking van het disagio op obligaties voldoet hierbij echter niet aan het BBV. De provincie hanteert hierbij de grondslag dat disagio pas wordt gerealiseerd op het moment van verkoop van een obligatie.
Pagina 6 van 28
Op basis van het BBV dient disagio echter over de looptijd van de obligatie te worden afgeschreven. Per eind 2013 is hierdoor ten onrechte nog 1,6 min. euro op de balans opgenomen (opgebouwd in voorgaande jaren, zie ook onze bevindingen in 2012). Dit bedrag zou eigenlijk moeten vrijvallen en als bate worden verantwoord. Dit hebben vrij derhalve als controleverschil aangemerkt. De toelichtingen in de jaarrekeningen zijn juist en volledig weergegeven Wij hebben de toelichtingen in de jaarrekening beoordeeld en zijn van mening dat deze in overeenstemming zijn met de vereisten zoals opgenomen in het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten.
PwC
Pagina 7 van 28
2.2.
Door het college zijn evenwichtige
schattingen
gemaakt
Bij het opstellen van dejaarrekening dient het college van Gedeputeerde Staten belangrijke schattingen aangaande de verslaggeving toe te passen en toe te lichten. We hebben de schattingen die het college heeft gemaakt bij het opstellen van dejaarrekening 2013 beoordeeld en hebben geconcludeerd dat deze zijn gebaseerd op van toereikende controle-informatie en evenwichtige schattingen. De onderstaande tabel geeft een overzicht van onze bevindingen met de bijbehorende motivering. Belangrijkste
schattingen
Bevindingen 2013 2012
Toelichting
Afschrijvingen
De nota afschrijvingsbeleid zoals door het college opgesteld hebben vrij gebruikt bij de toetsing van de afschrijvingen in de jaarrekening 2013. Hierbij hebben vrij geen bijzonderheden geconstateerd. Op grond van het BBV dient echter op disagio afgeschreven te worden. Dit is tot op heden uit voorzichtigheid niet gedaan (bestendige gedragslijn). Dit hebben we als controleverschil aangemerkt. Zie ook 2.1.
Waardering van de ruilgronden
Ten behoeve van de Bypass in de IJsseldelta bij Kampen heeft de provincie een aantal ruilgronden geactiveerd onder de voorraad grond- en hulpstoffen. In 2012 waren de gronden nog opgenomen onder de Materiële Vaste Activa. Met de huidige presentatie wordt naar onze mening meer voldaan aan het BBV. De gronden die binnen de bypass liggen worden conform voorgaande jaren direct ten laste van het resultaat gebracht. De overige percelen worden op agrarische waarde of taxatiewaarde van de opstallen gewaardeerd. Wij kunnen hiermee instemmen. Voor de gronden ILG verwijzen vrij naar hoofdstuk 2.3. Naar onze mening is de waardering in 2013 evenvrichtig. Provincie Overijssel kent diverse deelnemingen. Bij de waardering van deelnemingen is de provincie voorzichtig. Er wordt conform voorgaande jaren een terughoudend beleid gehanteerd. In vergelijking met andere provincies is dit veelal erg voorzichtig. Zo zien we dat andere provincies bijvoorbeeld pas overgaan tot het doorvoeren van een afwaardering indien daadwerkelijk sprake is van een duurzame waardevermindering. Nieuwe en bestaande deelnemingen worden over het algemeen geheel of gedeeltelijk voorzien. Dit ondanks dat bijvoorbeeld sprake is van nog voldoende eigen vermogen in een deelneming. De provincie anticipeert hierbij in veel gevallen op mogelijke risico's dan wel de verwachting dat de deelneming op termijn geen waarde meer heeft. Voorbeelden hiervan zijn: a) Deelneming Oost N.V. is voor 50% voorzien. In 2013 is de deelneming met 6 min. euro toegenomen. Dit is daarbij ook voor 50% voorzien. b) Herstructureringsmaatschappij Overijssel N.V. is geheel voorzien. In 2013 zijn hierin geen vrijzigingen doorgevoerd.
Waardering van de ILG-gronden Waardering deelnemingen
Op basis van de verkregen informatie en achtergrond van de deelnemingen kunnen vrij instemmen met deze verwerkingsvrijze in dejaarrekening 2013. Het onderwerp deelnemingenbeleid/verbonden partijen staat naar verwachting in 2014 verder op de agenda van de Staten. Hierbij is het conform onze aanbevelingen in de boardletter 2013 van belang om een totaalbeeld te verkrijgen van alle deelnemingen en verbonden partijen. Tevens hebben vrij het college geadviseerd de sturing op verbonden partijen op een meer uniforme vrijze uit te voeren. Belangrijk onderdeel hierbij is naar onze mening ook het formuleren van een eenduidig beleid ten aanzien van de waardering van de deelnemingen.
PwC
Pagina 8 van 28
Belangrijkste
schattingen
Bevindingen 2013 2012
Waardering leningen Waardering voorzieningen
Toelichting Ook ten aanzien van de waardering van leningen hanteert provincie Overijssel een voorzichtig beleid. Indien enig risico bestaat wordt de lening over het algemeen geheel voorzien. Wij hebben de toereikendheid van de voorzieningen beoordeeld. Vorig jaar bestond een belangrijke onzekerheid ten aanzien van de omvang van de voorziening voor de gemeenschappelijke regeling ADT (voorziening resultaten gebiedsexploitaties). In 2013 is door het college een inschatting gemaakt van de omvang van de voorziening resultaten gebiedsexploitaties. Dit ten aanzien van de gemeenschappelijke regelingen ADT en RBT. Op basis van concept-grondexploitaties bestaat de inschatting dat de huidige voorziening (circa 9,6 min. euro) toereikend is. De grondexploitaties en jaarrekeningen van de gemeenschappelijke regelingen moeten nog worden vastgesteld (naar verwachting medio 2014). Naar verwachting ontstaan hieruit geen omvangrijke financiële consequenties voor de provincie. Hiermee is de onzekerheid van 2012 opgevolgd. Uit onze jaarrekeningcontrole is wel gebleken dat er een onzekerheid bestaat ten aanzien van de voorziening natuurbeleidsplan (totaal voorziening 1,9 min. euro). Er is hierbij door de provincie een doorkijk gemaakt voor de komende jaren over het verloop van de voorziening (tot en met 2022). Op basis hiervan lijkt het erop dat uiteindelijk een overschot zal ontstaan in de voorziening (maximaal 1 min. euro). Om het financiële effect te bepalen zal hiertoe een nieuwe doorrekening van de voorziening moeten worden opgesteld (op basis van de verwachte looptijd van de voorziening). Het risico bestaat dat de voorziening in dejaarrekening 2013 te hoog is verantwoord. Dit hebben vrij als onzekerheid aangemerkt. Zie ook 2.1.
Controleverschil
•
Voorzichtig
# Aanvaardbare
PwC
Optimistisch
Evenwichtig
• handbreedte - gebaseerd
Controleverschil
• op
materialiteitsovenvegingen
Pagina 9 van 28
2.3'
De overige jaarrekeningposten bekeken
nader
Tijdens onze controle van dejaarrekening van provincie Overijssel hebben vrij een aantal bijzondere jaarrekeningposten geconstateerd die vrij in onderstaand hoofdstuk verder toelichten.
Afronding ILG-periode veiiverkt in dejaarrekening 2013, doeluitkering vrijgevallen en toegevoegd aan bestemmingsreserve De ILG-periode is in 2013 daadwerkelijk financieel afgerond. De doeluitkering ILG van 54 min. euro is per ultimo 2013 vrijgevallen en op basis van een statenbesluit in 2013 toegevoegd aan de algemene reserve grondzaken. Dit ter dekking van de toekomstige juridische verplichtingen en de ontvrikkelopgave vanuit de EHS. In de komende jaren zal de reserve daadwerkelijk worden aangewend ter dekking van uitvoering van de afspraken met het Rijk over de provinciale natuurtaken. Als onderdeel van de afronding van de ILG-periode is een beoordeling van het Comité van toezicht uitgevoerd op de prestaties die door de provincie in de periode 2007 - 2010 zijn geleverd. Inmiddels is een conceptrapportage beschikbaar gesteld aan Overijssel. De uitkomsten van deze beoordeling per 6 december 2013 voorzien vooral in de kwaliteit van de bereikte prestaties en de verificatiemogelijkheid van de voortgangsrapportages van de provincie. In de afrondingsovereenkomst ILG Rijk - provincie Overijssel is opgenomen dat de uitkomsten uit deze beoordeling geen invloed hebben op het totaal aan beschikbare middelen voor de afronding van de ILG. Derhalve heeft het verrichte onderzoek naar verwachting geen financiële consequenties voor prorincie Overijssel. Waardering ILG-gronden gebaseerd op een analyse van de marktwaarden In voorgaande jaren was in de provinciale jaarrekening een vordering opgenomen inzake voorfinanciering EHS. Dit betrof gronden die door Bureau Beheer Landbouwgronden zijn gekocht en voorgefinancierd door de provincie (zogenaamde ILG-nieuw gronden). In dejaarrekening 2013 zijn de gronden overgeheveld van de vorderingen naar de voorraden. Dit aangezien het economisch eigendom van de gronden bij de provincie ligt. De provincie loopt hierover het economisch risico. Dit betekent dat eventuele afwaarderingen op de gronden voor rekening van de provincie komen. PwC
Als waarderingsgrondslag van de voorraad geldt de historische kostprijs of een eventuele lagere marktwaarde. In de tabel hieronder is de gehanteerde onderbouwing van de waarde van de gronden toegelicht. De ILG-grondpositie in dejaarrekening van de provincie Overijssel bedraagt ultimo 2013 57,6 min. euro en bestaat uit de volgende onderdelen: Grondpositie ILG Binnen de EHS begrenzing
Omvang in ha
Omvang in € XI.000
513
3.822
836
39.931
Buiten EHSbegrenzing
Gebouwen buiten EHSbegrenzing 12.523
Grondpositie ADT
Totaal
138
1.380
1.487
57.656
Onderbouwing
waardering
De waardering is gebaseerd op de natuurwaarde. De natuurwaarde is geschat op 15% van de waarde gebaseerd op de DLG grondprijsmonitor. Dit is naar onze mening een gedegen waardering De waardering van de gronden is gebaseerd op basis van de DLG grondprijsmonitor. Deze gronden worden ingezet als ruilgronden om gronden binnen de EHSbegrenzing te verkrijgen. De waardering van de gebouwen is gebaseerd op recente taxaties. Hierbij is voor een aantal panden geen taxatie verkregen. De geconstateerde procentuele afwaardering uit de verkregen taxaties is tevens doorgevoerd op de niet getaxeerde panden. Wij kunnen hiermee instemmen. Op basis van de toekomstige bestemming van de gronden is de waardering geschat op 1 euro per ha.
Conform ons advies van vorig jaar heeft het college een analyse verricht op perceelniveau om te komen tot een adequate waardering in dejaarrekening. Op basis hiervan is een afwaardering doorgevoerd op de gronden binnen de EHS van 21,3 min. euro en een voorziening getroffen voor de overige gronden en Pagina 10 van 28
panden van in totaal io,3 min. euro. De getroffen voorziening is in mindering gebracht op de boekwaarde van de gronden. Wij kunnen instemmen met deze waardering en de presentatie in de jaarrekening 2013. Het gemaakte onderscheid tussen afwaardering en v oorziening voldoet hiermee aan het BBV. Wij hebben het college geadviseerd in de komende jaren de gronden jaarlijks te beoordelen op mogelijke afwaarderingen. Daarnaast is het van belang om de beheersing van de gronden verder teoptimaliseren.Dit aangezien in 2014 als gevolg van het Natuurpad diverse gronden (ILGoudgronden)aan de prorincie zullen worden overgedragen (zie ook toelichting op Natuurpad). In de komende jaren zullen deze gronden(door middel van ruil,verkoop of inzet voor EHS) daadwerkelijk worden benut voor de ontwikkelopgave van de provincie. Dit vraagt om nog meer actieve sturing v an de provincie op de gronden, mede in combinatie met de waarderingsaspeden die hieraan vastzitten. ()ri^^^^r^^^^^ri^^^^^i^^^^^i^^^^^rii^o^^^c^^^^^^^^i.^^r^^^ Als gev olg van de afronding van het ILG en het aangaan van het bestuursakkoord Natuur wordt de prov incie verantwoordelijk voor natuurtaken. Dit zorgt er tevens voor dat verplichtingen overkomen naar de provincie, dan wel dat de prorincie vanaf 2014 verantwoordelijk is voor de afvrikkeling van enkele financiële verplichtingen. In 2014 zal hiertoe ook het provinciefonds worden verhoogd.De verplichtingen zijn in dejaarrekening 2013 onder de niet uit de balans blijkende verplichtingen toegelicht(totaal 121,8 min. euro). Dit op basis van een opgave van Dienst Regelingen (DR). Aan deze opgave ligt een detaillijst v an de indiriduele verplichtingen ten grondslag. Door de Auditdienst Rijk is in de afgelopen jaren geen controle uitgevoerd op de niet uit de balans blijkende verplichtingen bij de DR. Hierdoor is het onzeker in hoeverre de verplichtingenjuist en volledig zijn opgenomen in dejaarrekening. Daarnaast heeft de provincie onvoldoende inzicht in de aard en looptijd van de verplichtingen. Er is hierbij sprake van een landelijk probleem dat pas begin 2014 concreet naarvoren is gekomen. Deze onzekerheid is door de provincie ook toegelicht in dejaarrekening. Op basis van deze toelichting kunnen vrij instemmen met de huidige verwerkingsvrijze en heeft deze onzekerheid geen gevolgen voor het oordeel van onze controleverklaring. Wij hebben het college geadviseerd om een onderzoek uit te voeren naar de betrouwbaarheid, juistheid en volledigheid van de overgenomen verplichtingen. PwC
Op basis hiervan kunnen de verplichtingen daadwerkelijk door de provincie meerjarig worden verwerkt (in begrotingen daadwerkelijk als verplichting). ^Voti^i^r^oot^^ro^^^^^o^^^ot^^r^^o^^^o^o^^^^o^^i^i^trot^^t^^ ^^t^O^^^^ ^ 1 0 0 ^ 0 ^ ^ ^ ^ ^
Op 26 september 2013 is door de provincies de bestuursovereenkomst Natuurpact ondertekend. Uit de bestuursovereenkomst blijkt dat de provincies de beschikking krijgen over alle BBL oud gronden (ca. iS.000 ha). Dit betreft de gronden die in het v erleden door het Rijk zijn gekocht (voor de introductie van het ILG). De gronden zullen in de komende jaren in tranches juridisch worden overgedragen aan de provincie. Deze gronden zullen perljanuari 2014 in de administratie van de provincie Overijssel worden opgenomen. Hierbij zijn diverse randvoorwaarden bepaald en dient door de provincie ook een financiële bijdrage aan het ministerie van EZ te worden geleverd. Naar v erwachting levert dit ^een aanvallende waarderiugsrisico s voor Overijssel op, aangezien de verkrijgingsprijs per m-zeer beperkt is. Wij hebben het college wel geadviseerd in 2014 hierop een adequate analyse uit te voeren. ^Vo^^^oni6^^or^^ri^i^o^^^^i^t^i6^rt^^ri^^r^i^^oorr^^6^iin^ Eind maart 2014 is uit de verkregen financiële verantwoording 2013 van Dienst Regelingen gebleken dat de provincie noveen aanvullende vordering op DR kentvanintotaali,36mln. euro. Dit als ^evol^ van het verkrijgen van een aanvmilende bijdrage POP over de af^elopenjaren. Gezien het late tijdstip van bekend worden van deze vordering, is deze niet meer verwerkt in de provinciale jaarrekening 2013. Daarbij bestaat no^ onduidelijkheid in hoeverre Overijssel deze gehele bijdrage daadwerkelijk uitgekeerd zal krijgen. Wij hebben het volledige bedrag van de vordering als ongecorrigeerde nagekomen post aangemerkt. ^^^i^i^i^9^^o^o^i^o^^6on^to^^^i^^6^9^^^^^9^^^^t^^^8i^tot ^^^oor^^ri^^t^o^^^o^^i^oti^ort^^tt^^^^ Provincie Overijssel kent een omvangrijke obligatieportefeuille van i357^4mln. euro. In dejaarrekening is deze portefeuille grotendeels onder de overige uitzettingen van één jaar of langer gepresenteerd. Een deel is als kortlopend aangemerkt. In onzejaarrekeningcontrole hebben vrij nadrukkelijk aandacht besteed aan de waardering, presentatie en fmanciële verwerking van de obligatieportefeuille.
Pagina 11 van 28
De overige uitzettingen(obligaties)worden gewaardeerd tegen nominale waarde of duurzaam lagere waarde. Alleen bij duurzame waardeverminderingen dient ev entueel te worden afgewaardeerd op de obligatieportefeuille. Wij hebben geen indicaties gekregen dat sprake is van duurzame waardeverminderingen. In de toelichting op de balans is de marktwaarde van de obligatieportefeuille opgenomen. Hieruit blijkt dat Ov erijssel een aantal obligaties kent waarbij de marktwaarde lager is dan de nominale waarde(totaal 0,8 min.euro).Dit wordt niet als duurzaam beschouwd, aangezien naar verwachting de nominale waarde zal worden ontvangen bij expiratie van de obligatie. Derhalve heeft hierop geen afwaardering plaatsgevonden. Dit conform het BBV. ^^^1^1^^ i^^^^^^^^c^^c^^ic^^^^^^^^^^i^^^^r^^r^^o^^^^ 1^00^ r^^ o^ir^^c^^^^^c^^^^^^^^^^^^^^^r^^^^i^^i^o^^^^i^ooro^^oorc^^^^ Met ingang van 16 december 2013 is, middels een aanpassing van de wet Eido, het schatkistbankieren van kracht geworden. Als gevolg hiervan dient provincie Overijssel alle'overtollige'liquide middelen bij het Rijk te stallen. In aanloop naar de wet is op4juni 2012 een aankondiging van de wet gepubliceerd in de StaatscouranL Hierin is aangegeven daf'contraden en beleggingen die zijn aangegaanvóór 18.00 uurop4juni 2012 zullen worden geëerbiedigd. Zodra de looptijd van die beleggingen is v erstreken, vallen de middelen in de schatkist. Voor beleggingen die geen bepaalde looptijd hebben, zoals die in fondsen, en voor decentrale overheden die hun vermogensbeheer meerjarig hebben aanbesteed, is nader overleg nodig over de vrijze waarop deze middelen in de schatkist zullen vloeien". Tevens is in dezelfde aankondiging gemeld dat met deze overheden nog aanvullende afspraken worden gemaakt over de wijze waarop de belegde middelen terug zouden moeten vloeien naar de schatkist. Provincie Overijssel heeft het vermogensbeheer meerjarig aanbesteed aan twee vermogensbeheerders. Deze aankondiging van de overgangsregeling is dus voor de provincie Overijssel relevant. Tot het moment van vaststelling van de wet, op i6december 2013,waren de juridische status van deze overgangsregeling en de inhoud van de aanvullende afspraken niet duidelijk. Met vaststelling van de wet is duidelijk geworden dat met terugwerkende kracht beleggingen na4juni 2012(18 uur)alleen plaats mochten vinden, indien dit onder andere een vervanging van bestaande beleggingen was en er niet voor zorgde dat de looptijd van de portefeuille werd verlengd. PwC
Overijssel heeft de overgangsregeling, in lijn met de afstemming in IPOverband, geïnterpreteerd als zijnde een aankondiging zonder juridische status. Om die reden heeft Overijssel de afspraken met de vermogensbeheerders over de vrijze waarop de gelden worden belegd (inclusief mandaat voor aan- en verkopen) in eerste instantie niet aangepast. Zodoende was het mogelijk dat na 4 juni 2012 nog aankopen (minimale omvang van 40 min. euro) zijn verricht in de obligatieportefeuille die leiden tot: • een grotere portefeuille; • een portefeuille met een langere looptijd. Aangezien de voorwaarden uit de overgangsregeling met terugwerkende kracht wettelijk zijn opgelegd constateren vrij daarmee dat mogelijk sprake is van een onrechtmatigheid. Dit aangezien diverse aangekochte obligaties per eind december mogelijk naar de schatkist hadden moeten zijn overgebracht. Een nadere externe juridische analyse van de provincie ten tijde van de jaarrekeningcontrole 2013 bevestigt de onduidelijkheid over de status van de overgangsregeling en rechtsgeldigheid van de weigering, in het bijzonder in deze casus het met terugwerkende kracht opleggen van regelgeving. Door de onduidelijkheid over de status van de overgangsregeling, de terugwerkende kracht van de wet en de interpretatie van de regelgeving is het onzeker of Overijssel rechtmatig heeft gehandeld. Het door het college juridisch ingewonnen adries vermeldt daarover in de conclusie: "Indien de provincie tot april 2013 middelen heeft uitgezet volgens de op dat moment geldende regelen, heeft zij daarmee destijds niet onrechtmatig gehandeld. Er golden immers geen andere regelen dan de geldende regelen. De aankondiging d.d. 4 juni 2012 had geen enkele juridische status en belette bovendien ook materieel, inhoudelijk, niet om contracten te sluiten of beleggingen aan te gaan op de tot dan toe geldende en gebruikelijke wijze. Bij de beoordeling van de rechtmatigheid van doen aflaten geldt in het algemeen als peildatum het recht zoals geldend op de datum waarop gehandeld wordt. Dit uitgangspunt strookt met de rechtszekerheid en met het legaliteitsbeginsel". In het kader van onze jaarrekeningcontrole van de jaarrekening 2013 hebben vrij beoordeeld in hoeverre deze constatering een effect heeft op het rechtmatigheidsoordeel in de controleverklaring bij dejaarrekening. Pagina 12 van 28
Uit de paragraaf3.2.4 "De Wet Eido, Schatkistbankieren, Ufdo en Ruddo"van de Kadernota Rechtmatigheid 2013 van de Commissie BBV is afte leiden dat overtredingen v an deze wet en regelgeving weliswaar kunnen leiden tot onrechtmatigheden, maar dat deze onrechtmatigheden alleen worden gerapporteerd en niet meewegen in het accountantsoordeel inzake de rechtmatigheid, aangezien aan de overtredingen van de Wet Eido zelf namelijk geen(directe)financiële gevolgen zijn verbonden. Op grond van bov enstaande overwegingen rapporteren vrij de mogelijke onrechtmatigheidvan detransacties met obligatiesweLMochtdeconclusiezijn dat de transacties mogelijk wel onrechtmatig zijn, dan hoeft dat op basis van de Kadernota Rechtmatigheid nog steeds geen gevolgen voor ons oordeel bij uw jaarrekening 2013 te hebben. ^c^^ic^t^^t^c^ri^^^r^^i^or^ti^ooro^c^^^^^^^^ri^i^ie^^^e^i^^^^^^^ or^d^^^^^ti^ Als gevolg v an het schatkistbankieren is het van belang om bijvoorbeeld het treasurystatuut en de interne organisatie hierop aan te passen. Dit aangezien bijvoorbeeld de mogelijkheid bestaat om overtollige middelen uit te lenen aan andere overheden. Naar onze mening is het van belang dat deze mogelijkheden ook met de Staten worden besproken en op basis hiervan het treasurystatuut mogelijk wordt aangepast. Daarnaast is het met de invoering van het schatkistbankieren nog meer van belang geworden om een adequate liquiditeitsprognose te hebben. Overijssel heeft in de afgelopen jaren geïnvesteerd in een goede methodiek.Wel vraagt dit ook aandacht van de gehele organisatie om bijvoorbeeld tijdig aan te geven wanneer omvangrijke betalingen en ontvangsten worden verwacht. Hiermee kan de organisatie wellicht het rendement op de uitzettingen optimaliseren. Voor^^r^^r^^r^or^c^^i^^^c^ti^^^^^^^t^^^o^^c^^^^^i^oriooti^e^^^^^ In 2012 heeft het college een reorganisatievoorziening van 4,9 min. euro in de jaarrekening opgenomen. In 2013 heeft een actualisering van de voorziening plaatsgevonden op basis van volgende gegevens: ^
In 2013 is de voorziening voor 471.000 euro aangewend. Dit past binnen de inschatting van de kosten die vorigjaar is gemaakL
^
Bij het opstellen van dejaarrekening 2012 was de veronderstelling dat 45^ van de boventallige medewerkers niet herplaatst zou worden en een WW uitkering zou ontvangen.
PwC
Uit de actualisering in 2013 blijkt dat deze inschatting te optimistisch is geweest. Uit een interne actualisering blijkt dat naarverwachting 69^ van de boventalligen uiteindelijk in de WW belanden. De totale extra WW lasten van deze actualisering bedragen 1,6 min. euro. Dit bedrag is in 2013 aanvullend in de voorziening gestort. ^
In 2012 heeft een extern bureau een berekening gemaakt v an de verwachte overige kosten voor de realisatie van de reorganisatie (bijvoorbeeld mobiliteitsbevorderende maatregelen). Deze inschatting dient nog steeds als basis voor de voorziening ultimo 2013. Wij hebben het college geadviseerd deze inschatting periodiek te actualiseren.
Wij benadrukken dat de voorziening(totaal6mln.euro per ultimo 2013) gebaseerd is op een inschatting van de uitstroom van boventallige medewerkers en een inschatting van de overige kosten. Inherent hieraan is dat de werkelijke lasten naar verwachting zullen afwijken van de inschatting per 31 december 2013.Wij kunnen ons, met inachtneming van voornoemde onzekerheid,vinden in de veronderstellingen v an het college die ten grondslag liggen aan de inschatting van de voorziening. ^^^^no^i^^n^c^^^i^^c^^ni^o^c^o^^^^^^tc^c^^^^t^^^ Vorigjaar hebben vrijugerapporteerd over de toepassing van het baten en lastenstelseL In voorgaande jaren is het uitgangspunt gehanteerd dat bij inkopen de last volledig in dejaarrekening kan worden verwerkt bij het minimaal gerealiseerd hebben van 75^ van de prestatie. In 2013 is door Overijssel nieuw beleid geformuleerd ten aanzien van het baten-en lastenstelseL Op basis hiervan wordt bij inkopen een last meegenomen naar rato van de realisatie. Hiermee wordt voldaan aan de v erslaggevingsregels. In dejaarrekening 2013 is voor 1,8 min. euro aan verplichtingen opgenomen die hier niet aan voldoen.De prestatie is hierbij nietvolledig gerealiseerd en derhalve zijn de verplichtingen ten onrechte in de jaarrekening verantwoord. Dit hebben vrij als controleverschil aangemerkt. Zie ook 2.1. .^otorr^ti^^^^^^i^^^o^t^^^i^^ri^^r^to^^c^^^^i^c^^io^^c^t^e^^^^^ De opbrengst motorrijtuigenbelasting over 2013 bedraagt volgens informatie van de Belastingdienst ruim 95,6 min. euro. Conform voorgaande jaren wordt door de belastingdienst geen controleverklaring overgelegd waaruit de volledigheid, juistheid en tijdigheid van de verantwoorde(engeïnde)opcenten per provincie blijken. Pagina1^van28
Er bestaat mogelijk nog een onzekerheid ten aanzien van de juistheid en volledigheid van de in dejaarrekening 2013 verantwoorde opbrengst motorrijtuigenbelasting.Kwantificering van deze post is voor provincie Overijssel niet mogelijk. Naarverwachting is hiergeen sprake van een omvangrijke onzekerheid. Aangezien sprake is van een landelijke systematiek en deze onzekerheid al div erse jaren bestaat, kunnen wij instemmen met de huidige verwerkingsvrijze. ^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^ Wij hebben op grond van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) de naleving van de WNTdoor provincie Overijssel gecontroleerd. De WNT is van krachtvanafijanuari 2013. De regelgeving is echter complex. In de loop van 2013 werd duidelijk dat de normen voor de uitvoering van de WNT niet altijd eenduidig helder waren. To^^^^^^ti^i^^i^^r^^^^t^ril^lB^VT^c^c^rii^erc^^r^^^ic^^^ Met ingang van 2013 is de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) van kracht geworden. De WNT gaat veel verder dan de perljanuari 2013 ingetrokken Wet openbaarmaking met publieke middelen gefinancierde topinkomens (WOPT). In de WNT zijn niet alleen toelichtingsvereisten voor dejaarrekening opgenomen, maar ook wettelijke maxima voor bezoldiging en ontslagvergoeding van bepaalde functionarissen. Op grond van de WNT moeten beloningenvantopfiindionarissenwordenvermeld in dejaarrekening. Tevens dienen beloningen van overige functionarissen te worden vermeld indien deze de vastgestelde norm(voor 2013 228.599 euro)te boven gaat. Dit geldt onder bepaalde voorwaarden ook voor inhuur van personeel. Provincie Overijssel herkent de door de minister van BZK in zijn kamerbrief d.d. 27 februari 2014 onderkende uitvoeringsproblemen met betrekking tot externe niet topfunctionarissen, en heeft deze categorie in lijn met de door de ministervoorgestelde gedragslijn niet in de WNT verantwoording betrokken. Dit conform de beleidsregels van 14 maart 20i4.Wij hebben op grond van deze beleidsregels geen toetsing hierop uitgevoerd.
PwC
Uw toelichting voldoet aan de wettelijke vereisten Als controlerend accountant zijn wij wettelijk verplicht alle onterecht niet in de jaarrekening vermelde gegevens via de daarvoor bestemde website te melden aan het ministerie van BZK. In dejaarrekening van provincie Overijssel is conform de vereisten een toelichting opgenomen op de bezoldiging van de griffier en de provinciesecretaris. Hiermee wordt voldaan aan de vereisten uit de WNT.
Geen onverschuldigde betalingen geconstateerd In strijd met de WNT verstrekte beloningen aan topfunctionarissen zijn wettelijk onverschuldigd en dienen door u te worden teruggevorderd. Uit onze controle zijn op dit aspect geen risico's geconstateerd.
2.5.
Uw jaarstukken
geven voldoende
inzicht
Wij hebben op hoofdlijnen de informatiewaarde van de jaarstukken beoordeeld. De jaarstukken 2013 bestaan volgens het BBV uit hetjaarverslag en de jaarrekening. Op zijn beurt bestaat het jaarverslag uit de programmaverantwoording en de verplichte paragrafen. Dejaarrekening bevat de programmarekening, de balans en een toelichting op beide. Hieronder hebben vrij op een aantal onderdelen van de jaarstukken onze risie opgenomen ten aanzien van de leesbaarheid en kwaliteit van het desbetreffende onderdeel. Uiv jaarverslag is verenigbaar met de jaarrekening Als uw accountant dienen vrij ingevolge artikel 217, lid 3 onder d van de Provinciewet te vermelden of uw jaarverslag, voor zover vrij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met dejaarrekening. Op basis van de uitgevoerde werkzaamheden hebben wij geen tekortkomingen of inconsistenties te melden op dit gebied. Ondenntputting in 2013, informatiewaarde hierover kan worden vergroot Om inzicht te geven in het voorspellend vermogen van de provincie, geven wij in onderstaand overzicht weer wat de verschillen zijn tussen de aangepaste begroting en de programmarekening 2013.
Pagina 14 van 28
(in€
i.ooo)
Saldo van baten en lasten
Verschil (voordeel)
De paragrafen voldoen aan hetBBV, maar tivee paragrafen kwalificeren als matig Onderstaand hebben we de informatiewaarde van uw paragrafen beoordeeld:
-53,6
-53,8
107,4
84,7
22,7
0,0
31,1
31,1
Uit het resultaat over 2013 blijkt conform voorgaande jaren een aanzienlijke onderuitputting. In hoofdstuk 4.3. is een toelichting op hoofdlijnen gegeven op de belangrijkste verschillen tussen begroting en werkelijke realisatie. Hierbij is onderscheid gemaakt in "beleid", "niet meer benodigde middelen", "niet geraamde lasten" en "extra bate". Uit de toelichting blijkt dat de grootste afvrijkingen worden veroorzaakt door de afvrijkingen in "beleid" (totaal 63,7 min. euro). Uit de in hoofdstuk 4.3. gepresenteerde toelichting blijkt in diverse gevallen niet duidelijk wat de achterliggende redenen zijn van de onderuitputting. Daarnaast is het naar onze mening van belang dat de Staten hierbij inzicht krijgen over de mate waarin de provincie invloed had op de onderuitputting. In veel gevallen is er namelijk sprake van externe factoren, waar de provincie uiteindelijk (bijvoorbeeld als subsidieverstrekker) aanloopt tegen vertraging. Een voorbeeld hiervan is bijvoorbeeld het budget IMG voor Waterboulevard Almelo. Wij hebben het college geadviseerd de informatiewaarde hierover in de jaarrekening te verbeteren.
goed
-107,4
matig
reserves Resultaat
Realisatie
voldoen
Mutaties
Begroting na wijzigingen
elft)
Weerstandsvermogen Onderhoud kapitaalgoederen Financiering Verbonden partijen Grondbeleid Lokale heffingen Bedrijfsvoering
0 J SD • • 0 • • 0 n •
ao
j
0 • 00
Wij constateren dat alle verplichte paragrafen voldoen aan de minimale vereisten van het BBV. Bij het beoordelen van de paragrafen constateren vrij tevens een aantal verbetermogelijkheden. De informatiewaarde van deze paragrafen kan naar onze mening op de volgende onderdelen aan kwaliteit vrinnen.
PwC
Pagina 15 van 28
P^r^^r^^ Weerstandsvermogen
Onderhoud kapitaalgoederen
A^^^e^el^^^ ^
Oe weerstandscapaciteit en de risico's ouderscheiden ^^aarir^cider^teel en strt^cttireel (structurele risico'sversus structurele v^eerstandscapaciteit en incidentele risico's versus incidentele weerstandsca^aciteit)
^
Einanciële vertaling van het onderhoud: del^kiug uit voorziening of reguliere onderhoudsbudgetten^ ^iuauciële realisatie onderhoud versus begroot onderhoud
^ Einanciering
^ ^
Verbonden partijen
^ ^
Toelichten ohligatieportefeuille in relatie tot de eisen Schatkistbankieren Toelichteu liquiditeitsprognose 2013 versus realisatie liquiditeitsbehoefte 8enoenien^classiticereu van verbondeu partijen op basis van risicoprotïel Identificereu van beheersmaatregelen ter afdekking van de risico's
Grondbeleid
^
Mede gelet op het toenemend belaug v an (uatutu^groi^d toelichten van de I L ^ groud (lL^oudeulL^uieuv^),inch^siefbeleid, beheersing en waardering.
Bedrijfsvoering
^
Veel aspecten zijn beschrijvend o^geuoruen.Oe informatiewaarde kau verhoogd voorden door doelstelling eu realisatie te koppelen.
PwC
Pagina 18 v^n 28
3. 3.1'
Uiv interne beheersing
is van een adequaat
Uw interne beheersing is van adequaat niveau - update van de actuele
In dit deel geven vrij een samenvatting van de status van de bevindingen, zoals ook aan u gecommuniceerd in de boardletter 2013 van 18 december 2013. Hiernaast vind u een samenvatting van de status van onze berindingen uit onze boardletter. Hieruit blijkt dat het merendeel van de aanbevelingen uit onze boardletter momenteel onderhanden is. Onderstaand hebben we wat meer in detail de status van onze bevindingen voor u opgenomen.
Bevinding Afrekening ILG zorgt in 2013 voor administratieve aandachtspunten Natuurpact: gronden komen over, goede analyse administratieve gevolgen noodzakelijk
Actuele status
%
(18%) Aantal opgevolgde bevindingen
8
t
(73%) Opvolging onderhanden
(9%) Geen actie ondernomen
Toelichting
/
#
De overgang van de gronden zal in 2014 plaatsvinden. In 2014 zal verder worden beoordeeld wat de financiële gevolgen zijn voor de waardering, maar ook voor de budgetten voor de komende jaren.
J
Inrichting subsidieapplicatie aandachtspunt voor de toekomst
PwC
2
status
In dejaarrekening is adequaat opvolging gegeven aan de geconstateerde aandachtspunten. Zie ook hoofdstuk 2. Onzekerheden en risico's zijn in de toelichting op dejaarrekening vermeld.
Dóórontwikkeling control en verantwoording verbonden partijen/fondsen noodzakelijk
Shared Serrice Center (SSC) wordt op dit moment nader geformaliseerd
^
niveau
•
In 2014 wordt nadere opvolging gegeven. Dit door onder andere het opstellen van een actuele nota verbonden partijen. Hierin dient naar onze mening ook een uniforme vrijze van bepalen waardering van deelnemingen te worden betrokken. De provincie Overijssel kent op dit moment een voorzichtig beleid hierin. Op dit moment wordt onderzocht welke eisen gesteld moeten worden aan een subsidieapplicatie. Op basis van deze eisen kan bepaald worden of een subsidieapplicatie aangeschaft wordt. Voor 2013 is nog een sprake geweest van een vernieuwde subsidieapplicatie. De ontvrikkeling van het Shared Serrice Center (SSC) is volop in gang. Voor 2013 is echter sprake van nog gescheiden werkvrijzen en processen. Voor 2014 en verder is het belangrijk de ontwikkeling en beheersing van de processen die bij het SSC zijn ondergebracht te monitoren.
Pagina 17 van 28
Bevinding Liquiditeitsprognose laat zien dat mogelijk obligaties verkocht moeten worden: dit kan effect op de waardering van de hele obligatieportefeuille hebben
Actuele status
Ten behoeve van dejaarrekeningcontrole is een nadere analyse van de obligatieportefeuille uitgevoerd.Daarnaast hebben vrij in hoofdstuk2gerapporteerd over de naleving van deWet Eido ten aanzien van het verplicht schatkistbankieren.
^
Verdere ontvrikkeling verbijzonderde interne controle hoort bij een professionele organisatie als Overijssel
B
De WNTheeft mogelijk meer gevolgen danuin eerste instantie denkt ^
De nieuwe aanbestedingswet heeft effed op uw inkoopbeleid^
^
Implementatie SEPAligt op schema
Provincies krijgen in 2016 te maken met nieuwe regelgeving met wellicht forse impact op Vpb plicht
^ ^
PwC
Toelichting
^
Voor 2013 geldt dat geen verbijzonderde interne controle is uitgevoerd op de rechtmatigheid van de specifieke uitkeringen SiSa(mede door afiopend aantal regelingen niet meer ingericht). Daarnaast is ten aanzien van de financiële rechtmatigheid gebruik gemaakt van externe inhuur.Mede in het licht van de aanscherping van de internationale controlestandaarden voor accountants inzake het gebruik kunnen maken van interne controles, hebben vrij het college geadviseerd de financiële rechtmatigheidscontroles op bijvoorbeeld inkoop, subsidies, salarissen en de wet Eido en treasuryverder te professionaliseren. De WNT is perljanuari 2013 van kracht geworden.Tegelijkertijd zijn er sindsdien al vele wijzigingen geweest. Zo is de meest ingrijpende verandering ten opzichte van de WOPTdat ook externe inhuurvan medewerkers onder de WNTvalt.Voor 2013 is recentelijk besloten dat organisaties gebruik kunnen maken van vrijstelling van de publicatieplicht. Provincie Overijssel heeft hiervan gebruik gemaakt.Voor 2013 is middels aanvullende werkzaamheden intern de naleving van de WNT vastgesteld. Voor 2014 en verder adviseren wij de beheersing verder aan te scherpen om nalering van de WNT te waarborgen. Uwinkoopproces is aangepast aan de Aanbestedingswet. Zo is een format ontvrikkeld waarin de relevante aspecten uit de wet zijn opgenomen. Uit de door ons uitgevoerde controles blijken geen bijzonderheden ten aanzien van de nalering van de aanbestedingswet. Wij constateren dat Overijssel inmiddels voldoet aan de SEPA-vereisten.
Pas in het belastingplan 2015, dat in september 2014 gepresenteerd wordt, zal duidelijk worden wat de mogelijke effecten zijn voor de provincie. Wij hebben het college daarom geadviseerd deze ontvrikkeling nauwlettend te volgen.
Opgevolgd Geen actie ondernomen Opvolging onderhanden
Pagina18van28
3.2.
Beperkt aantal bevindingen van uw IT-omgeving
ten aanzien
Vanuit wet- en regelgering is het vereist dat vrij een reflectie geven op de betrouwbaarheid en continuïteit van uw geautomatiseerde gegevensverwerking. Wij beoordelen uw geautomatiseerde gegevensverwerking op de hieronder opgenomen vijf aspecten.
Algemene IT-beheersing
Applicatie-specifieke bevindingen
De autorisatieprocedure kan worden aangescherpt
Ci\ision: Niet voor alle facturen wordt digitale autorisatie in dc workflow van de financiële administratie afgedwongen
Groot aantal Windows gebniikersaccounts met uitgebreide rechten
EHRS: in opzet mogelijk functievermenging doordat een aantal generieke accounts aanwezig is met uitgebreide rechten
Uit onze controle blijkt dat er op dit gebied geen zaken zijn die aan u dienen te worden gemeld, met uitzondering van de hiernaast vermelde tekortkomingen:
IT control ciivironmpnl
Computer opera tions
1 PwC
I I
Program devclopincnts
IT-controls
fChange
Periodieke wijziging wachtwoorden applicaties niet afgedwongen
Formalisatie SSC onderhanden, nog geen duidelijkheid over verantwoording SSC aan deelnemende partijen
management Medewerkers salarisadministratie beschikken over uitgebreide rechten Raet Online Access to programs and data
Alhoewel vrij het college hebben aanbevolen deze berindingen op te volgen, hebben deze niet geleid tot financiële fouten of onzekerheden ten aanzien van de jaarrekening 2013.
Pagina 19 van 28
^^^^
^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^
3.4.
zijn
onafhankelijk
^^^^^^^^^^^^^
^rc^i^^^,^t^t^n^^in^^t^^o^^i^^^^i^i^^ni^^t^^nr^^^^^^t^i^^ De verantwoordelijkheid v oor de jaarrekening berust bij het college van Gedeputeerde Staten. Uit dien hoofde zijn zij v erantwoordelijk v oor het beschermen van het vermogen van provincie Overijssel, het v oeren van een afdoende financiële administratie en het in stand houden van een geschikt systeem van interne beheersing(waaronder procedures voor het waarborgen van de betrouwbaarheid en continuïteit van geautomatiseerde systemen en het voorkomen en opsporen van fraude, overige onregelmatigheden en fouten en niet-naleving van wet-of regelgering).Wij hebben onze controle zodanig ingericht datwij er redelijk, maar niet absoluut, zekervan kunnen zijn dat materiële afwijkingen in de jaarrekening(waaronder materiële afvrijkingen als gevolg van fouten of fraude)aan het licht zullen komen.
Onze onafhankelijkheid is geborgd We hebben onze nalering van de externe standaarden, de wereldvrijde onafhankelijkheidsstandaarden van PwC en de onafhankelijkheidsregels van provincie Overijssel voor onze totale dienstverlening in 2013 bewaakt en bevestigen dat we aan deze onafhankelijkheidsverplichtingen hebben voldaan.
Onze controle bestond niet uit een uitvoerige controle v an transacties zoals noodzakelijk zou zijn om fouten offraude die niet hebben geleid tot materiële afvrijkingen in dejaarrekening te kunnen opsporen. Het dient te worden onderkend dat het controleproces inherente beperkingen keuL Als gev olg van de aard v an fraude, met name wanneer daarbij sprake is v an verhulling door samenzwering en vervalsing van documenten, is het mogelijk dat bij een controle die is opgezet en uitgevoerd in overeenstemming met algemeen aanvaarde controlestandaarden materiële fraude niet wordt ontdekt. Hoewel doeltreffende interne beheersingsmaatregelen het risico dat fouten en fraude zich voordoen ofonontdekt blijven, doen afnemen, wordt dit risico hiermee niet weggenomen. Wij kunnen daarom niet garanderen dat eventuele fouten ofgevallen van fraude ontdekt worden. Gegeven de inherente beperkingen van het controleproces en het interne beheersingssysteem kan en mag er niet op vertrouwd worden dat ons onderzoek alle fouten ofgevallen van fraude aan het licht zal brengen. Tijdens onze controle van dejaarrekening 2013 hebben vrij geen aanwijzingen voor fraude gevonden.
PwC
Pagina 20 van 28
4. 4.i.
Uw speerpunten Speerpunt subsidies: rekenkamerrapport
nader
opvolging
U hebt ons gevraagd de opvolging van de aanbevelingen uit rapport "Effecten van subsidies in beeld?" van de Rekenkamer Oost in beeld te brengen. In het rapport zijn rijf aanbevelingen gedaan: 1. Waarborg de wettelijke evaluatieplicht bij het instellen van subsidies; 2. Verhoog de informatiewaarde van evaluaties; 3. Heroverweeg de kaders van de ASV; 4. Waarborg de sturings- en beheersingsinformatie; 5. Vraag GS na een jaar verslag te doen van de implementatie van de aanbevelingen. Onlangs heeft in februari afstemming plaatsgevonden tussen de ambtelijke organisatie en de Rekenkamer Oost over de inhoudelijke opvolging van de bevindingen. De belangrijkste punten hieruit zijn: • De registratie van de subsidies is aangepast, waardoor het eenvoudig is om financiële rapportages op te leveren. Deze registratie bevat gedetailleerde informatie zoals beschikkingsnummer, projectomschrijving, subsidieontvanger, verleende, betaalde en bijgestelde bedragen maar ook de relaties met de verschillende programmabudgetten, de betrokken subsidiemedewerker en de subsidielast per boekjaar. Deze informatie is daardoor ook in rapportagevorm beschikbaar; • Daarnaast is een registratie ingesteld om het subsidieproces (bijvoorbeeld naleving van termijnen) te bewaken; • Het is op eenvoudige vrijze mogelijk om overzichten op te stellen met soorten subsidies, onderverdeeld naar ASV en overige subsidieregelingen.
uitgewerkt Onderstaand hebben we de opvolging van deze aanbevelingen weergegeven: Aanbeveling 2012 Scherp de kaderstelling ten aanzien van stapeling aan. Hierbij dient bijvoorbeeld expliciet te worden bepaald over welke periode stapeling dient te worden bezien bij meerjarige projecten Voer de voorgenomen aanpassing in het werkproces subsidies zo spoedig mogelijk door Maak de beoordeling van stapeling een standaardonderdeel van het subsidieproces door opname op de checklist voor behandeling van een subsidieaanvraag. Zorg hierbij ook voor bewustwording bij de medewerkers over de achtergrond en het belang van de toetsing.
Opvolging De kaderstelling in het Uitvoeringsbesluit Subsidies Overijssel 2011 is licht aangepast ten aanzien van stapeling. Het aspect stapeling bij meerjarige projecten is hierin niet meegenomen. In 2013 is het subsidieproces aangepast waardoor bij subsidieaanvragen de beoordeling op stapeling standaardonderdeel van de procedure is geworden. Daarbij wordt deels nog wel gesteund op de kennis en ervaring van de betreffende medewerkers, aangezien er nog geen volledige historie aanwezig is in EDO om de stapeling te kunnen beoordelen.
Wij concluderen dat opvolging is gegeven aan de aanbevelingen van de Rekenkamer en de aanbevelingen uit ons rapport van bevindingen 2012. Daarbij zijn een aantal aanbevelingen nog onderhanden. Wij onderschrijven het belang van de reeds ingezette maatregelen.
Speerpunt subsidies: opvolging aandachtspunten stapeling Daarnaast hebt u ons gevraagd te beoordelen in hoeverre sprake is van stapeling van subsidies. Wij hebben hiertoe in ons rapport van bevindingen 2012 reeds een aantal aanbevelingen gedaan.
PwC
Pagina 21 van 28
4.2. Realisatie
bezuinigingen
personeel
In 2012 is gestart met de reorganisatie van de ambtelijke organisatie. Als onderdeel van de controle hebben vrij beoordeeld in hoeverre de voorgenomen bezuiniging op personeel is gerealiseerd (voor zover voor ons te beoordelen). In dejaarrekening is daarom de volgende grafiek opgenomen bij de toelichting op de personeelsgebonden kosten:
830
^^^^^t^^
^^..^
^
Aantal f t e boventallig per 31 december 2012
27,05
Toegevoegd aan de groep boventalligen Aantal fte met functie buiten de provincie Aantal fte herplaatst binnen de provincie Aantal fte boventallig per 31 december
2,08 2,06-/3,50-/23,57
795 788
788
^^^^^^^^^^^
770 7 7 2 ^ ^ ^ T,^ 747 2012 • Bezetting
2013 2014 —•—Hoofdlijnenakkoord
2015 -Formatieplan
2013
2016
Het verschil tussen de bezetting 2012 en 2013 en het formatieplan en hoofdlijnenakkoord houdt verband met de vacatureruimte. Als onderdeel van onze controle hebben vrij beoordeeld in hoeverre de voorgenomen bezuinigingen zijn gerealiseerd. Sturing op formatieontivikkeling Wij hebben een gesprek gevoerd over de sturing op de formatieontwikkeling. De getroffen stuurmaatregelen zijn beschreven in de paragraaf bedrijfsvoering van uw jaarstukken: 1. Opzet van een Overijssel@search om mensen via begeleiding, arbeidsmarktbewerking en detachering en het werkbedrijf aan werk te helpen. Hiervoor is een deel externe ondersteuning ingehuurd. De kosten voor de externe ondersteuning worden gedekt uit de in 2012 gevormde reorganisatievoorziening. 2. Het uitbesteden van diverse niet-kerntaken, waaronder de catering en beveiliging.
PwC
Intern wordt periodiek geanalyseerd wat de gerealiseerde bezuiniging infte'sen personeelsgebonden kosten is. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen 'reguliere' personeelsgebonden kosten en de personeelsgebonden kosten van de boventallige medewerkers. Wij hebben de betrouwbaarheid van deze informatie beoordeeld door verband te leggen met de reorganisatievoorziening en de salarisadministratie. Uit de intern opgestelde analyse blijkt dat de werkelijke bezetting per ultimo 31 december 2013 749fteis. Van deze bezetting is 23,57fteboventallig verklaard. Het verloop in de boventalligen in 2013 is als volgt:
Formatieontwikkeling
790
3- Samenwerking via het shared service center om daarmee onder andere efficiencyvoordelen op personeelsgebied te realiseren.
Hieruit blijkt dat het aantal boventalligen terugloopt. Wij kunnen hierbij geen oordeel geven over het oorzakelijk verband tussen de hiervoor benoemde maatregelen en de gerealiseerde uitstroom van boventalligen. Omvrille van de monitoring van de realisatie van de voorgenomen bezuinigingen op personeel hebben wij het college geadviseerd de volgende twee aspecten te betrekken in de informatievoorziening: •
In de grafiek van de formatieontvrikkeling tevens de bezetting inclusief openstaande (waarvan het voornemen bestaat deze in te vullen) vacatures op te nemen;
•
De gerealiseerde kosten van mobiliteitsbevorderende maatregelen in relatie tot de gerealiseerde bezuinigingen op personeel.
4.3. Waardering
deelnemingen
Voor de waardering van de deelnemingen vervrijzen vrij naar hoofdstuk 2. Over het algemeen kan worden geconcludeerd dat provincie Overijssel een voorzichtige benadering kent bij de waardering van deelnemingen en leningen.
Pagina 22 van 28
•
4.4' Wijze van voeren projectadministratie: samenhang tussen niet-Jinanciële en financiële informatie
•
Bij de uitvoering van dit speerpunt is als uitgangspunt de definitie van een project belangrijk. Binnen Overijssel zijn grofweg de volgende projecten te onderkennen: Subsidies
Kleinere/minder complexe projecten (niet OVS)
•
Projecten volgens de Overijsselse 1 Standaard (OVS)
j ,
K
>
X
'Op afstand' uitvoeren
In eigen beheer uitvoeren
Onderstaand hebben we de sturing op financiële versus niet-financiële informatie per categorie nader uitgewerkt.
Subsidies Voor de beheersing van subsidies verwijzen vrij u naar paragraaf 4.1. Als onderdeel van het rekenkamerrapport is de aanbeveling gedaan om de sturingsen beheersingsinformatie te waarborgen. In het afgelopen jaar heeft Overijssel nog geen goed werkende subsidieapplicatie gekend, waardoor informatie veelal extracomptabel verzameld moest worden. Door de organisatie is daarom in overleg met concerncontrol een informatielijst opgesteld, waarin niet-financiële informatie is weergegeven (o.a. planning en risico's). Deze informatielijst zal in de komende tijd verder worden verfijnd op basis van informatiebehoeften en zal dan dienen om ook inhoudelijk (en niet alleen maarfinancieel)te kunnen sturen op verleende subsidies. De informatie is door deze maatregel meer centraal beschikbaar. Kleinere/minder complexe projecten (niet OVS) Voor deze projecten wordt gehandeld via de 'reguliere' P&C-cyclus. Dit betekent dat deze projecten inhoudelijk worden uitgevoerd door de betreffende eenheid, waarbij: • Periodiek gesprekken plaatsrinden tussen de betreffende beleidseenheid en de eenheid bedrijfsvoering (controller eenheid). Deze gesprekken hebben zowel betrekking op financiële als niet-financiële voortgang; • Deze projecten worden door concerncontrol gemonitord in het kader van risicomanagement en waar nodig wordt het risicoprofiel in het risicomanagementsysteem aangepast/toegevoegd;
PwC
Eventuele bijzonderheden op zowelfinancieelals niet-financieel gebied worden opgenomen in de managementrapportages ten behoeve van de directie; Eventuele omvangrijke afwijkingen/risico's worden tevens gerapporteerd in de bestuursrapportage (ten behoeve van GS) en de monitor. In de monitor wordt dit onder het betreffende beleidsproduct opgenomen; De niet-financiële informatie wordt hierbij niet centraal geregistreerd, mede gezien de omvang van de projecten.
Projecten volgens de Overijsselse Standaard (OVS) Voor projecten heeft u een OVS (sturingsfilosofie) bepaald waarin de vrijze waarop met projecten wordt omgegaan is beschreven. In beginsel zijn alle KvO projecten volgens de OVS ingericht. Dit zijn op dit moment in totaal 69 projecten, die gekoppeld zijn aan de beleidsdoelstellingen uit de KvO. Van deze 69 projecten is een deel als structureel beoordeeld, waardoor het een minder projectmatig karakter krijgt. Deze projecten lopen daarom mee in de reguliere P&C cyclus zoals hierboven beschreven. Dit betreft 17 projecten. Daarmee resteren 52 projecten die volgens de OVS worden gemonitord. Dit betekent: • • • •
Bij aanvang van het project wordt een projectplan opgesteld. In dit projectplan worden doelstellingen, risico's, (mijlpalen)planning en financiën opgenomen; Scheiding in taken en verantwoordelijkheden tussen eenheden, projectleider en interne opdrachtgever; Monitoring op de in het projectplan opgenomen aspecten; Verantwoording is voor deze projecten expliciet ingericht via de monitor. De OVS-projecten komen individueel terug in de monitor, waarbij zowel op financiën als op inhoud wordt gerapporteerd middels de u bekende kleurscores.
Intern is reeds onderkend dat het meer standaardiseren van de projectplannen een belangrijke volgende stap is in het ontvrikkelen van de projectbeheersing van de OVS-projecten. Algemeen beeld projectbeheersing en aanbevelingen Naast de hierboven opgenomen specifieke constateringen per projectsoort vinden wij het tevens relevant om ons algemene beeld van uw projectbeheersing, in vergelijking met onze andere provincie- en gemeenteklanten, met u te delen. Wij constateren hierbij dat Overijssel naar onze mening bovengemiddeld stuurt en rapporteert over de status van projecten, zowel financieel als niet-financieel. Pagina 23 van 28
l^it neemt niet weg dat nwambifienivean boog is. Om die reden geven vrijnde volgende aanbevelingen geven; ^
^r is v^eel informatie intern bescbikbaar.Niet alle informatie is relevant voornals Provinciale staten, bespreek daarom periodiek met elkaar welke informatie relevant is en op welke vrijze deze informatie ontsloten kan voorden;
^
^ i j de coalitievorming in ^011 zijn ambities bepaald voor de KvO. Gebruik de begroting om te beoordelen of er omstandigheden zijn die bet noodzakelijk ofwenselijk maken deze ambities bij te stellen;
^
Ga verder met bet standaardiseren van de projectplannen voor projecten die onder de OV^ vallen.
PwC
Pagina24van28
5. 5.1.
2014 en verder Wet Markt en Overheid vanafjuli 2014 van kracht
1. Functiescheiding: Er moet een functiescheiding (organisatieonderdelen en personen) zijn tussen economische en publieke activiteiten. 2.
Gegevensgebruik: Gegevens uft publiekrechtelijke bevoegdheden mogen niet voor economische activiteiten gebruikt worden, mits marktpartijen er ook over beschikken.
Op 1 juli 2012 is de Wet Markt en Overheid (WMenO), een wijziging van de Mededingingswet, in werking getreden. Overheidsorganisaties die nieuwe economische activiteiten verrichten, moeten sindsdien voldoen aan de gedragsregels uit die wet. Voor bestaande activiteiten geldt een overgangsperiode van twee jaar. Dit betekent dat uw organisatie vanaf i juli 2014 aan deze wet moet voldoen.
3. Integrale kostprijsberekening: Overheidsorganisaties moeten de integrale kostprijs die op de markt gebruikelijk is, in hun tarief doorberekenen (marktconform tarief).
De WMenO richt zich op overheidsorganen die economische activiteiten verrichten
4. Bevoordelingsverbod: Een overheidsorgaan mag zijn overheidsbedrijf geen voordelen verschaffen die andere marktpartijen niet ook krijgen.
De WMenO geldt voor alle overheidsorganen die een economische activiteit verrichten en dat is eerder het geval dan over het algemeen wordt gedacht. Het belangrijkste kenmerk van een economische activiteit is namelijk het bestaan van concurrentie. Als dezelfde activiteit dus ook door de markt wordt aangeboden, is er al sprake van een economische adiriteit in de zin van de WMenO en zijn de gedragsregels die de WMenO voorschrijft (mogelijk) van toepassing. Verder betekent dit dat een dienst van algemeen (economisch) belang een economische activiteit wordt, als daar een markt voor ontstaat. Daardoor worden de WMenO en zijn gedragsregels mogelijk alsnog van toepassing. De gedragsregels van de WMenO De WMenO streeft niet naar het ontmoedigen van economische adiriteiten door overheden. De wet wil voorkomen dat overheden de markt verstoren. Daarom zijn vier gedragsregels opgesteld die overheden - afhankelijk van de activiteit - in acht moeten nemen. Dit betreffen de volgende gedragsregels:
PwC
Die gedragsregels zorgen ervoor dat overheden zich daadwerkelijk als een bedrijf gedragen en andere bedrijven niet benadelen door gebruik te maken van hun positie als overheid. Overtreding van de gedragsregels heeft gevolgen Vanaf 1 juli 2014 moeten al uw bestaande economische activiteiten - voor zover van toepassing - voldoen aan de gedragsregels. De WMenO negeren, brengt financiële risico's met zich mee. Hoewel de Autoriteit Consumenten en Markt (ACM) geen boete kan opleggen, wordt de (potentiële) overtreding wel formeel vastgesteld en een last onder dwangsom opgelegd. Private ondernemingen kunnen het besluit van de autoriteit vervolgens gebruiken om de betrokken overheidsorganisatie aansprakelijk te stellen voor geleden schade, bijvoorbeeld vanwege omzetderring. Wij adviseren het college in beeld te brengen in hoeverre de WMenO gevolgen heeft voor uw organisatie.
Pagina 25 van 28
^^^^
^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^
De Europese Commissie heeft op2mei 2013 geoordeeld dat l^ederland passende maatregelen moet treffen om de bestaande niet-onderworpenheid aan Vpb van overheidsbedrijven afte schaffen in verband met staatssteunaspeden. Overheidsbedrijv en die economische activiteiten ontplooien dienen op dezelfde vrijze als private partijen aan vennootschapsbelasting te worden onderworpen. Mede door deze toenemende druk vanuit de Europese Commissie, wordt binnen het ministerie van Einanciën momenteel gewerkt aan een nieuwe wetsvrijziging van de Vpb plicht voor overheidslichamen. Zowel vanuit de systematiek van de Wet Vpb als vanuit de gedachte om oneerlijke concurrentie te voorkomen(en zodoende een gelijk fiscaal speelveld te creëren), is eerder al een voorkeur uitgesproken voor de zogeheten 'ondernemingsvariant'. Hierbij worden de overheidsactiviteiten die een 'onderneming in fiscale zin'vormen,in de belastingheffing betrokken. De staatssecretaris geeft aangegeven deze variant verder te willen verkennen. In essentie betekent dit dat overheden die activiteiten die een'onderneming in fiscale zin'vormen,verplicht zouden moeten afzonderen naar een aparte entiteit waardoor deze activiteiten in de heffing worden betrokken. Dit brengt echter allerlei consecjuenties, afbakeningsproblemen en uitvoeringsperikelen met zich mee. Denk hierbij niet alleen aan de mogelijke openingsbalansperikelen en financiële en administratieve gevolgen,maar bijvoorbeeld ook aan dejuridische haalbaarheid van een eventuele afzondering van specifieke activiteiten. De staatssecretaris heeft aangegeven dat het voorstel perljanuari 2015 tot wet zal worden geheven.De nieuwe wetgeving zal vanafijanuari 201^ in werking gaan treden.De invoeringsdatum vanijanuari 201^ lijkt nog ver weg. Maar op dit moment kan nog geen concrete inschatting worden gemaakt van de mogelijke impact van de wijziging van de Vpb-plicht specifiekvoorprorincie Overijssel. Desondanks verdient het aanbeveling de ontvrikkelingen op dit gebied nauwlettend in de gaten te houden en hiervoor een werkgroep te formeren. Afhankelijk van de precieze situatie van provincie Overijssel is het niet ondenkbaar dat uw organisatie de tijd hard nodig heeft om op de Vpb plicht voorte sorteren c.c^. haar positie te optimaliseren.
PwC
Pagina28van28
^
^
^
^
^
^
^
^
^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ t ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^
Wij hebben in onze controle specifieke werkzaamheden v erricht om een oordeel te kunnen geven over de getrouwheid en rechtmatigheid van de financiële verantwoordingsinformatie in de bijlage inzake SiSa bij dejaarrekening 2013 van prorincie Overijssel. Onze werkzaamheden varieerden van het beoordelen v an de interne beheersing tot het uitvoeren van detailcontroles. In de bijlage bij dejaarrekening zijn twee typen indicatoren opgenomen: ^ Indicatoren (bedragen en andere kwantitatieve gegevens,veelal prestatie-indicatoren), die van invloed zijn op de financiële vaststelling. ^ Indicatoren, zonder invloed op de financiële vaststelling. Voor de eerste indicator geldt dat er een relatie is tussen dejaarrekening en de bijlage.Wij hebben op deze indicatoren een reguliere rechtmatigheidscontrole uitgevoerd en, indien specifiek gevraagd, is de deugdelijke totstandkoming van de indicator beoordeeld. De tweede indicator heeft normaliter geen directe relatie met de provincialejaarrekening. Deze indicatoren zijn noodzakelijk voor het departementalejaarverslag. Bij deze indicatoren hebben vrij alleen de deugdelijke totstandkoming van de indicator beoordeeld en dus niet de rechtmatigheid vastgesteld. Voor de bevindingen uit onze controle gelden op grond van het Besluit accountantscontrole decentrale overheden ('BADO') zwaardere rapporteringtoleranties dan voor andere onderdelen van de reguliere jaarrekening.
De financiële grens is afhankelijk gesteld van de omvangsbasis van de regeling. De omvangsbasis wordt gebaseerd op de gevraagde indicator. Bij een gevraagde indicator van'bestedingen gedurende hetjaar'wordt de omvangsbasis bijvoorbeeld gevormd door de bestedingen in de regeling. De financiële grens is per specifieke uitkering: ^ 12.500 euro indien de omvangsbasis kleiner dan ofgelijk is aan 125.000 euro; ^ 10^ indien de omvangsbasis groter dan 125.000 euro en kleiner dan of gelijk is aan 1.000.000 euro; ^ 125.000 euro indien de omvangsbasis groter is dan 1.000.000 euro. De rapporteringstolerantie heeft geen consecjuenties voor de omvang en aard van de controle van specifieke uitkeringen. Het gaat alleen om het rapporteren van de waargenomen fouten en onzekerheden voortkomende uit de accountantscontrole. Op basis van de l^ota verwachtingen accountantscontrole uitgegeven door het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties rapporteren vrij door middel van onderstaande voorgeschreven tabel de geconstateerde fouten of onzekerheden per regeling.
In dit rapport van bevindingen hebben wij per specifieke uitkering fouten en onzekerheden, boven een vastgestelde financiële grens, opgenomen voor zover deze niet door de provincie zijn gecorrigeerd.
PwC
Pagina2^van28
Nr E3 Eio En E27 F3 H8
PwC
Naam specifieke uitkering of overige Subsidieregeling sanering verkeerslawaai (inclusief bestrijding spoorweglawaai) Tijdelijke subsidieregeling Innovatieprogramma Mooi Nederland Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL) Brede doeluitkering verkeer en vervoer Verzameluitkering EZ Doeluitkering jeugdzorg (Bureau Jeugdzorg + Zorgkosten Jeugdzorg)
Totale omvang van dc fout of de onzekerheid
Toelichting fout/onzekerheid
n.v.t.
n.v.t.
Co
n.v.t.
n.v.t.
Co
n.v.t.
n.v.t.
Co Co Co
n.v.t. n.v.t. n.v.t.
n.v.t. n.v.t. n.v.t.
Totale fout of onzekerheid per specifieke uitkering Co
(in €)
Pagina 28 van 28