Gewichtsbeheersing Inleiding De laatste jaren worden we steeds dikker. Het wordt wereldwijd een probleem waarmee steeds meer mensen en ook steeds meer kinderen te maken hebben. We zullen in de praktijk ook steeds meer cliënten met overgewicht en /of cliënten die problemen hebben als gevolg van hun overgewicht gaan krijgen. Historie In 1930 suggereerde 2 Amerikaanse artsen dat zwaarlijvigheid voortvloeit uit voeding die teveel calorieën bevat en dat het niet zo zeer een stofwisselingsprobleem is.Deze theorie werd de ‘Calorie Theorie’ genoemd. Tegenwoordig weten we dat, deze theorie geen goede onderbouwing heeft en het veel gecompliceerder is. Want hoe verklaar je dat sommige mensen 3500 cal kunnen eten zonder dik te worden en dat anderen bij 800 cal per dag al aankomen. Onderzoeken in de Westerse landen hebben aangetoond dat dikke en zwaarlijvige mensen dagelijks niet noodzakelijkerwijs meer calorieën eten 15% eet teveel (2800-4000 cal) 35% eet normaal (2000-2500 cal) 50% eet te weinig (800-1500 cal) De “ China Study” is een studie van 30 jaar naar de invloed van voeding op overgewicht. Men heeft gekeken naar de oude Chinese voedingspatronen en deze vergeleken met die van de Amerikanen. Het blijkt dat de Chinezen meer calorieën eten dan de Amerikanen maar dat de Chinezen geen overgewicht hebben. Opvallend is dat in China het aantal mensen met overgewicht is toe genomen nadat er contact met het Westen is gekomen. Blijkbaar heeft de leefstijl en de voedingsgewoontes een enorme invloed op het ontstaan van overgewicht. Obesitas Obesitas wordt gedefinieerd als een chronische ziekte, waarbij een zodanig overmatige vetstapeling in het lichaam bestaat dat dit aanleiding geeft tot gezondheidsrisico's. Aldus de in 2008 verschenen: 'Richtlijn Diagnostiek en behandeling van obesitas bij volwassenen en kinderen'.Obesitas is een ziekte. Dat wil zeggen dat er medische aandacht op het gebied van preventie, diagnostiek en behandeling nodig is en dat deze toestand niet alleen kan worden beschouwd als een ongemak. De vetstapeling moet zodanig zijn dat deze leidt tot gezondheidsproblemen. Dit verwijst naar de totale hoeveelheid lichaamsvet enerzijds en de vetverdeling anderzijds. Om een eerste indruk te krijgen van de mate van het overgewicht, wordt gebruik gemaakt van de body mass index (BMI), kg/m2. Bereken de BMI door het gewicht in kilogram te delen door het kwadraat van de lengte in meters: kg/ (lengte x lengt76 e) = BMI Je BMI zegt niets over hoe het vet over het lichaam verdeeld ©Total Health Gewichtsbeheersing VNRT augustus 2012
1
is. Bij de één zit het rond het middel, bij de ander op de billen en heupen. Een volwassene met een goed BMI maar wel veel buikvet loopt gezondheidsrisico's. Door je middelomtrek te meten weet je hoe het met jouw buikvet is. De middelomtrek is een maat voor de hoeveelheid vet in de buikholte. De middelomtrek is onafhankelijk van de lengte maar hangt nauw samen met de BMI en het totale gehalte lichaamsvet. Een appelvorm heeft meer risico’s op ziektes dan iemand met een peervorm. Buikvet leidt hoogst waarschijnlijk tot metabole verstoringen, terwijl heupomtrek en armplooi dikte wel beschouwd wordt als beschermend. De WHO adviseerde in 2000 bij vrouwen de grenswaarde van ≥ 88 cm, waarboven sprake is van een verhoogd risico op metabole complicaties. Bij mannen ligt deze grens op ≥ 102 cm. Er is sprake van rasverschil Japan houdt buikomvang kleiner dan 90 cm voor vrouwen en 85 voor mannen Globesitas De WHO spreekt van een globale obesitas epidemie, welke in de volgende generatie een groter gezondheidsprobleem zal zijn dan aids. Zowel de totale prevalentie als de mate van overgewicht binnen de populatie nemen toe. In de Verenigde Staten liegen de cijfers er niet om en is dik-zijn de norm geworden. Driekwart van de Amerikaanse bevolking is te zwaar en één derde van de bevolking is obees. De Europese situatie is op weg dezelfde trend te volgen. Geschat wordt dat 1 miljard mensen te zwaar is Volgens de WHO is 1 op de 10 kinderen te zwaar Volgens gegevens uit het Permanent Onderzoek Leefsituatie (POLS) van het Centraal Bureau voor de Statistieken (CSB) was in 2007 in Nederland bijna de helft van de bevolking te zwaar, 45,5%. Overgewicht komt bij mannen iets vaker voor in vergelijking tot vrouwen, 51,1 respectievelijk 39,9%. De 2007 prevalentie van obesitas bedroeg in Nederland 11,2%. Obesitas komt met 12,2% vaker voor bij vrouwen dan bij mannen: 10,2%. Deze groeistudie laat over ruim 25 jaar tot 2008, een ruime verdubbeling van het aantal Nederlanders met obesitas zien. Kinderen in Nederland Het percentage kinderen met overgewicht is in Nederland in de periode 1980-1997 meer dan verdubbeld. Sinds 1997 is het percentage 4-tot 15-jarige jongens met overgewicht gestegen van gemiddeld 8% naar 13,6%. Meisjes blijken vaker te dik te zijn dan jongens, vooral op jongere leeftijd. Gemiddeld is de prevalentie van overgewicht bij 4- tot 15-jarige meisjes gestegen van 11,4% in 1997, naar 16,8% in 2002-2004. Bij jongens van 4 tot en met 15 jaar is de prevalentie van obesitas gestegen van 0,2% in 1980 naar 1,0% in 1997 en vervolgens naar 2,6% in 2002-2004. Bij meisjes waren die cijfers 0,5% (1980), 1,3% (1997) en 3,3% (2002-2004).
©Total Health Gewichtsbeheersing VNRT augustus 2012
2
Risicoprofiel 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9.
Teveel eten/te weinig bewegen Te weinig eten Voedingstekorten Te laat of geen verzadigingsgevoel Koolhydraatverslaving Insulineresistentie Hypothyreoïdie Verzuring Emotionele problemen
1. Teveel eten/te weinig bewegen In de nota overgewicht van ministerie van VWS van 2009 wordt alleen maar een dieet- en beweegadvies gegeven, zonder rekening te houden met mogelijke andere oorzaken van gewichtstoename. ‘Als de mensen minder eten stopt vanzelf de toename van hun gewicht’. Maar gewichtstoename is een stoornis die veel complexer is dan over het algemeen wordt gedacht. Mogelijke oorzaken van teveel eten? a. Emotioneel: troost zoeken in eten. Belonen met koek en gebak, verbergen van eenzaamheid, eten als vervulling b. Sociaal: gezellig om samen met anderen te eten, obesogene omgeving, zich overeten is makkelijk aan te leren c. Sluipenderwijs: steeds een beetje meer eten en minder bewegen d. Tijdstipconditionering: Zien, ruiken, proeven e. Hypoglycemie: zoet geeft snelle bevrediging door snelle bloedsuikerspiegelstijging 2. Te weinig eten Normaal verbruikt het lichaam 80% van alle calorieën in rust, 20% wordt door beweging verbrand. Als de mens minder calorieën binnenkrijgt, in een periode van voedselschaarste/dieet, gaat het lichaam automatisch over op de spaarstand/ de waakvlam. De verbranding in rust wordt verlaagd. In betere tijden is er sprake van vetopslag voor de mindere tijden. Dit mechanisme is een automatisch ingebouwd overleveringssysteem van het lichaam. Hiervoor verhoogt het lichaam eerst de kwantiteit en activiteit van het enzym (lipoproteinelipase). Dit enzym heeft als functies: a. het verzamelen en opslaan van vet b. het vertragen van de fundamentele stofwisseling waardoor je vermogen om vet te verbranden wordt verminderd. Deze 2 verdedigingsmechanismen gaan nog weken door nadat je gestopt bent met het dieet. Experimenten hebben aangetoond dat dieren die één keer per dag eten zwaarlijvig worden terwijl dieren die vijf à zes maaltijden krijgen optimaal van gewicht blijven. Tijdens een dieet,wat een lichaam ervaart als een periode van voedselschaarste, wordt de verbranding in rust verlaagd. Dus hoe minder je gaat eten hoe meer vet je gaat vasthouden. 3. Voedingstekorten Bepaalde voedingsstoffen zijn essentieel in de stofwisseling. Als je deze voedingsstoffen tekort kom kan het zijn dat je overgewicht creëert. Denk hierbij aan bijvoorbeeld:
Chroom:
belangrijk voor het glucosemetabolisme belangrijk voor de insulinegevoeligheid
©Total Health Gewichtsbeheersing VNRT augustus 2012
3
Carnitine: heeft invloed op de vetverbranding Selenium: belangrijk voor de werking van de schildklier
4. Te laat of geen verzadigingsgevoel De regulatie van honger en verzadiging is een complex samenspel van hormonen en signaalstoffen uit het centraal zenuw stelsel. Denken aan eten, voedsel zien, proeven en ruiken roept een cascade van reacties op in het spijsverteringskanaal, bedoeld om het voor te bereiden op het verteren en opnemen van voedsel. Het hongerhormoon neemt toe, je krijgt honger. Tijdens het eten gaan er signalen vanuit de maag en de darmen naar het eetcentrum in je hersenen waardoor je het gevoel van verzadiging krijgt en je stopt met eten. Als in een van deze signalen iets niet goed gaat bestaat de kans dat je niet verzadigd raakt en je teveel eet of blijft eten. Leptine is een hormoon dat door vetweefsel wordt afgegeven om de hersenen te laten weten hoeveel vet het lichaam heeft opgeslagen. Hoe meer vet hoe meer leptine. Als de hersenen niet meer reageren op dit signaal, leptine doof zijn, dan blijft het lichaam vet opbouwen. Langzaam eten en goed kauwen zijn ook heel belangrijk. Het duurt een tijdje voordat het verzadigingssignaal binnenkomt (ongeveer 20 min). Als je snel eet heb je al meer voeding binnen voordat dit signaal komt. 5. Koolhydraten verslaving Koolhydraten worden omgezet in glucose, hierdoor laten de hersenen makkelijker tryptofaan toe wat omgezet kan worden in serotonine. Serotonine zorgt voor een gevoel van algemeen welbevinden. Deze mensen krijgen klachten als ze geen koolhydraten eten. Ze gaan snoepen als ze zich gespannen of verdrietig voelen. Bovendien hebben we als klein kind al vaak geleerd dat zoet synoniem is voor lief gevonden worden, aandacht krijgen. Als je valt krijg je voor de pijn een snoepje. Als je je goed gedraagt krijg je voor de beloning een snoepje. 6. Insuline resistentie Door het eten van koolhydraten stijgt de glucose waarde in het bloed wat door middel van insuline, wat in de alvleesklier gemaakt wordt, het bloed uitgehaald en in de cel gebracht om verbrandt te worden tot energie. Op het moment dat het insuline gehalte stijgt door bijvoorbeeld het eten van veel koolhydraten of snelle suikers of doordat cellen geen glucose meer opnemen, ze verminderen bijvoorbeeld het aantal receptoren op hun celwand voor insuline dan wijkt de insuline/glucose uit naar de vetcel. De vetcel heeft meer insuline receptoren en is het langst in staat om glucose op te nemen. Insuline zorgt er verder voor dat de vetafbraak geremd wordt. Mensen met insuline resistentie worden dus steeds dikker. 7. Hypothyreoïdie Dit is een traag werkende schildklier. Het schildklierhormoon zorgt voor de stofwisseling in alle cellen. Hypothyreoïdie gaat gepaard met verlaagde verbranding en daardoor ontstaat overgewicht. Volgens de reguliere geneeskunde zou maar 5% van de mensen die niet af kunnen vallen een schildklierprobleem hebben. Een goede indicatie voor een hypothyreoïdie is de temperatuurtest van Barnes Ochtendtemperatuur rectaal met (kwik)thermometer. Normaal 36,6 en 36,8 . Vrouwen alleen in eerste helft van de cyclus (voor de ovulatie)
©Total Health Gewichtsbeheersing VNRT augustus 2012
4
8. Verzuring Door teveel stress en/of het eten van te weinig groenten en teveel vlees, zuivelproducten, suiker etc. kan er verzuring ontstaan. Normaal geeft het lichaam een signaal om meer water te gaan drinken om het teveel aan urinezuren het lichaam uit te spoelen en de juiste balans te kunnen herstellen. Doordat men niet genoeg drinkt, of het signaal om te drinken te lang genegeerd wordt kan het zijn dat het lichaam over gaat naar het afgeven van hongersignalen. Het honger, dorst en pijncentrum zit namelijk in hetzelfde deel van de hersenen. Het is verstandig om bij mensen met overgewicht de zuurgraad in de urine te meten. Mocht men verzuurd zijn dan is het zeer aan te raden om de zuurgraad te herstellen. Dit kan door veel water te drinken en door basenpoeder in te nemen. 9. Emotionele problemen Soms eten mensen om hun gevoel van leegte weg te eten. Of ze eten uit frustratie, of chronische stress. Of omdat ze troost nodig hebben of omdat ze vinden dat ze een beloning verdienen. Vaak voelen ze zich dan schuldig over hun overgewicht waardoor. Deze mensen gebruiken eten dus als vervulling van hun behoeften. Ook wordt overgewicht door het lichaam gebruikt als zelfbescherming. Het lichaam geeft een signaal af om liever niet aangeraakt te worden. Deze mensen kunnen te maken hebben gehad met bijvoorbeeld seksueel misbruik in de kinderjaren. Bij mensen met overgewicht is het dus heel belangrijk om te kijken of er dieper liggende oorzaken achter hun eetgedrag zit. Hiervoor is het heel goed om de oefening die op het einde van syllabus uitgewerkt staat, te doen. Dat de gemoedstoestand een belangrijke rol speelt bij overgewicht werd altijd al vermoed maar is nu voor het eerst door onderzoekers van het Garvan Institutie of Medical Research in Sydney, wetenschappelijk onderbouwd. Ze ontdekte tijdens een experiment met muizen waarvan de helft gestresst was en de andere helft niet, de gestresste muizen veel meer aan kwamen. (bron; www.de afslankacademie.nl).
Chinese visie – TCM De Chinese manier van denken lijkt geheel anders dan de Westerse manier. Toch beogen ze hetzelfde. Zo kent men in het westen het ziektebeeld hypothyreoïdie. Binnen de TCM kent men dit begrip niet. In het westen kijken we binnenin het lichaam en in de TCM kijkt men naar de buitenkant. Hypothyreoïdie is een ziektebeeld wat bepaald wordt door bepaalde bloedwaardes. De patiënt heeft vaak als symptomen “overgewicht, vermoeidheid en kouwelijkheid”. In de TCM kijkt men naar de symptomen en geeft aan de hand daarvan de ziekte een naam. In dit geval zou het “Milt Yang Leegte” zijn. Als men dit behandelt en de persoon opknapt zou de westerse arts concluderen dat de hypothyreoïdie opgelost is. De juiste voeding afgestemd op de persoonlijke behoeften en beweging (Tai Chi – Qi Cong) waren basis elementen uit het dagelijks leven van de Chinezen. Dat is een van de redenen waarom de Chinezen tot voor kort nauwelijks mensen met overgewicht kenden. Overgewicht wordt in basis gezien als een slecht functioneren van de Milt/Maag. De Milt/Maag – Pi/Wei zijn onder andere de baas van de spijsvertering. Als deze niet goed verloopt dan gaat het lichaam “ Damp” opslaan. Een van de vormen van Damp is vet. Enkele oorzaken die kunnen leiden tot overgewicht 1. Een slecht functionerende Milt (Pi)
©Total Health Gewichtsbeheersing VNRT augustus 2012
5
In TCM wordt de stofwisseling vooral uitgevoerd door de Milt (transport en transformatie). De Milt is altijd betrokken bij overgewicht. Bij een deficiënte Milt kan de transport en transformatie functie onvoldoende uitgevoerd worden. Voedsel en vloeistoffen worden dan onvoldoende omgezet, waardoor accumulatie van vet/Damp plaats vindt. (Jeremy Ross, Acupuncture Point combinations).
De Milt (pi) kan door diverse oorzaken verzwakken zoals o.a.: Emotioneel: teveel piekeren en je zorgen maken Mentaal: teveel denken, teveel studeren Door teveel energetisch koud voedsel te eten. (zuivel – sla – koude dranken) Disfunctioneren van andere organen. Bij stress is de Lever niet in staat om de Milt te ondersteunen met de vrije stroom van Qi. Hierdoor is de Milt niet in staat om de spijsvertering goed uit te voeren. Door stress wordt zowel de Lever maar daardoor ook de Milt verzwakt en is er kans op het ontstaan van overgewicht. 2. Eetgewoonten Eten is in de Chinese Geneeskunde een belangrijk item. Eten werd als eerste interventie gebruikt om disbalansen in het lichaam of de geest, op te lossen. Vroeger stelde men bij een ontmoeting de vraag “ heb je al gegeten”, in plaats van “ hoe gaat het met je”. In China kenden met tot voor enkele decennia niet of nauwelijks het probleem van overgewicht. Tegenwoordig schieten de oversized winkels als paddenstoelen uit grond. Dit geeft duidelijk aan dat de westerse leefstijl die in een ramp tempo door de Chinezen massaal wordt overgenomen, overgewicht in de hand werkt. Een aantal mogelijke oorzaken:
te veel te eten of onregelmatig te eten. moeilijk verteerbare voeding te eten (zoals suikers, verzadigde vetten, etc.) slecht te kauwen (het voedsel wordt dan slecht voorbereid) tijdens de maaltijd met andere dingen bezig zijn (werken, studeren, etc.)
Enkele opvallende kenmerken aan het Chinese eetpatroon
Ze eten verschillende keren per dag (meer dan 3 keer). Ze eten regelmatig. Dat wil zeggen; 3 grotere maaltijden en tussendoor om de 2 uur een kleine snack. Ze eten alles warm. Dus koken, roerbakken of stomen ze al het eten. En ze drinken thee. Ze eten nooit teveel. Genoeg is genoeg. Ze gebruiken geen zuivelproducten, geen brood en geen koffie. Het ontbijt neemt een hele belangrijke plaats in en is meestal warm Ze passen het voedsel aan, aan hun klachten. Wanneer het lichaam koud aanvoelt, of het is koud weer, eten ze meer hete voeding zoals bv. pepers. Ze gebruiken speciale geneeskrachtige kruiden in het eten Ze combineren het eten in een gezonde manier (volgens de 5 elementen leer). Ze drinken Jasmijn thee voor de maaltijd. Jasmijn verwijdert vet uit de dikke darm. Ze eten veel soep. Ze hebben soep voor elke ziektesymptoom. (soep is warm, makkelijk te verteren en is erg genezend) Ze houden hun emoties zo stabiel mogelijk d.m.v. meditatie, Qi Cong, Tai Qi etc.
©Total Health Gewichtsbeheersing VNRT augustus 2012
6
Eten doen ze met aandacht en ze trekken er de tijd voor uit. Eten is een sociale happening.
3. Te weinig beweging Een van de ziekteoorzaken in de TCM is “te weinig bewegen”. Te weinig bewegen zorgt ervoor de de Qi niet goed blijft stromen en kan stagnatie van diverse organen veroorzaken. Een van de organen die hierdoor geraakt wordt is de Pi (Milt) wat dan weer kan leiden tot “Damp” en dus tot overgewicht.
4. Emotioneel en mentaal Zoals al genoemd kunnen emotionele en mentale problemen de orgaanfuncties verzwakken.
te veel denken, teveel studeren. Teveel zorgen maken Geen nee kunnen zeggen Teveel stress, frustratie en onmacht
Voor effectieve gewichtsmassage volg onze module gewichtsbeheersing. Voor meer informatie klik hier: http://www.totalhealth.eu/
©Total Health Gewichtsbeheersing VNRT augustus 2012
7