GEROFFEL IN HET REUTJE VERSLAG VAN EEN MOOIE VOORJAARSWANDELING
Zondag, 28 maart 2010 Ondanks een uurtje korter slapen door het ingaan van de zomertijd, kwamen er 15 leden om met gids Leo Koster te gaan wandelen in het Reutje. Erg leuk om vast te stellen dat er dit keer eens zoveel leden van onze eigen afdeling waren gekomen op deze fraaie lentemorgen. Op de parkeerplaats werden we verwelkomd door een groenling, die zingt dat hij groen is, met een klaaglijk “greeeungreeeun”. In een boom zitten Turkse tortels, Huismussen, Vinken, Koolmeesjes en enkele Zwarte kraaien, onze grootste zangvogel. Een koppel Kauwtjes vliegt al met nestmateriaal. Onze gids leest uit een dialectbundel een gedicht voor over de lente, en hij oogst daarmee veel bijval. Tijdens de wandeling zal hij nog een paar keer toepasselijk voordragen uit andermans werk. Leo had ons beloofd dat we gegarandeerd een Groene specht te zien zouden krijgen. Tot onze verbazing haalt hij een zak uit zijn kofferbak met daarin………………….een dode Groene specht. Die had hij gevonden op de Rijksweg vlakbij Reuver in de buurt van de A73. Ook een kerkuil had hij ongeveer op diezelfde plek
1
gevonden, duidelijk geen veilige oversteekplaats voor vogels dus. De vaart der volkeren eist wel degelijk zijn tol onder vele dieren, helaas! Maar wij konden beide dieren daardoor wel van heel dichtbij bewonderen en aanraken, vooral de zachte veren van de prachtige kerkuil. En de lange tong van de Groene specht, die hij in zijn schedel kan oprollen, konden we ook goed bekijken, hij stribbelde niet meer tegen. Met deze verrassende introductie bewees Leo dat hij en man van zijn woord is. Vol verwachting liepen we achter hem aan richting bos en het geroffel was al gauw te horen. We zouden dus ook levende spechten te zien krijgen. De Grote bonte roffelde er driftig op los en verschillende keren konden we ze goed zien in de boomtoppen, zeker toen het lentezonnetje eenmaal goed doorkwam. De groene lachte ons uit dat we hem toch niet in levenden lijve zouden zien, en die kans is ook kleiner ten opzichte van de Grote bonte. Zijn “lach” is echter heel kenmerkend, en eenmaal goed gehoord, herken je die dan ook meteen. Kasteel Aerwinckel vormt een prachtig decor voor het omringende bos, met een prachtige parkachtige tuin met eeuwenoude bomen. Juist door deze bomen is het gebied zo rijk aan spechten, die we dan ook de hele wandeling hebben gehoord en gezien. In een vochtig gedeelte hebben Wilde Zwijnen een zoelplaats gemaakt, een modderpoel waar ze zich heerlijk kunnen ontdoen van allerlei ongedierte in hun stugge dikke pels. Op de grond ligt een flinke pluk watachtig materiaal met bladerresten verweven, duidelijk de zachte binnenvoering van een oud eekhoornnest. De bewoner zelf zien we niet. Even verderop kiest een Haas het hazenpad, en gaat er als een speer tussenuit. Zijn zwarte oorpunten en zijn witte pluimstaartje steken af tegen het frisgroene gras. En weg is hij, in de beschutting van de bosrand. We liepen door het parkbos langs de Vlootbeek, die hier nog redelijk oorspronkelijk meandert, en overal zagen we oude dode bomen met grote gaten, nestholtes van spechten.
2
De gaten van de Grote Bonte specht zijn perfect rond, alsof ze met een zeven-gatenzaag gemaakt zijn, maar hij heeft ze toch echt alleen met zijn snavel uitgehakt. Deze precisie ontlokt Leo de opmerking dat we wellicht door dit soort vakmanschap terecht spreken over dieren RIJK, een opvatting die ik volledig met onze gids deel. De specht heeft een soort kurklaagje tussen zijn snavel en zijn schedel om te voorkomen dat hij hoofdpijn krijgt van al dat geroffel. Dit doet hij niet alleen om een nestholte uit te hakken, maar ook om luid en duidelijk te laten horen dat dit stuk bos al bewoond is. De Groene doet dit alleen door zijn lach te laten weerklinken, hij roffelt niet. Er zijn ook ovale nestholtes, en die zijn gemaakt door de grootste soort, de Zwarte specht. Zijn geroffel klinkt als een mitrailleur in het bos, en terwijl hij vliegt maakt hij een typisch kruukruukruu-geluid.We hadden het geluk dat deze prachtige gitzwarte vogel met zijn rode pet zich perfect liet horen en zien. Hij vloog af en aan tussen de machtige Beuken, op zoek naar een geschikte nestboom. We konden hem perfect bekijken bij een van de nestholtes. Op de plek waar Leo in 1997 voor de eerste keer een Middelste Bonte specht had gadegeslagen, las hij een artikel voor dat hij naar aanleiding van die ontmoeting had geschreven. Hij is daarna nog diverse keren op dezelfde plek geweest kijken en heeft deze MIBO nog vele keren kunnen observeren, in totaal zelfs 13 uur lang. Da’s andere koek dan turen naar een dobber………… Uiteraard hebben we vandaag niet hetzelfde geluk, maar we horen en zien wel de nodige andere vogelsoorten. De tjiftjaf is weer terug en laat dat door het roepen van zijn naam ook horen: Tjif Tjaf, Ben Terug!!! En ook een Zwartkop en een Fitis laten merken dat ze weer in het land zijn. Diverse boomklevers verdedigen met kun schelle roep hun territorium, en ze blijken meerdere deuntjes te bezigen, dit om het moeilijk te maken. Ook zien we diverse smidsen, eikels en hazelnoten die zijn vastgeklemd in de bast van met name eiken, want wie maar twee poten heeft, moet zich iets anders laten invallen. En het werkt perfect! Ook de flora ontwaakt langzaam maar zeker uit de winterslaap. Rondom het kasteel bloeien volop narcissen en kleuren het park geel. Daartussen huppelen en paar Konijnen op en neer. Kamperfoelie en Vlier zitten al in blad, terwijl de Gevlekte Aronskelk in de vochtige gedeeltes ook al zijn blad bovengronds heeft getoverd. Krentboompjes lopen uit met hun kantachtig doorschijnend roze bloemknoppen.
3
Het speenkruid fleurt normaalgesproken in deze tijd de bodem al helemaal op met zijn gele sterretjes, maar het voorjaar komt maar langzaam op gang. Ook het verschil in mannetje en vrouwtje wilg is nu goed zichtbaar, de gele “kattemieskes” zijn de mannetjes met hun meeldraden bomvol geel stuifmeel. Door de wind wordt dit op de stampers van de vaalwitte vrouwelijke bloemen gedeponeerd, en deze struiken zien er dan ook vaalwit uit. Deze soort is dus tweehuizig, dat wil zeggen dat er mannelijke en vrouwelijke planten zijn, en vooral de mannetjes zijn nu op zijn mooist. Dat telt ook voor de vogelwereld, waarin mannen vooral nu hun mooiste verenpak aantrekken om de dames te behagen, met maar één doel, het zorgen voor nageslacht. Bij hoeve Munnichsbosch worden we even teruggezet in de tijd, en dan geen uur, maar enkele decennia. Alles ademt de sfeer van een grijs verleden, waarover u in het artikel van de gids zelf al heeft kunnen lezen. Alleen de dikbilrunderen en een tractor duiden erop dat we toch in een nieuw tijdperk leven en werken, lees boeren! De grote Buxussen in de boerentuin bloeiden volop, iets dat je normaal niet gauw te zien krijgt. Diverse Hommelkoninginnen vlogen langs de bloeiende struiken, op zoek naar nectar voor de opstart van een nieuwe hommelkolonie. Witte Kwikstaarten doen parmantig hun naam eer aan op het pannendak en op de zandweg die de hoeve en de Tiendschuur doorsnijdt. In de nok van de Tiendschuur zaten aan weerszijden uilengaten, waarvan er eentje duidelijk bevlogen was, goed te zien aan de witte kalk-en urinesporen op de muur. Leo liet een braakbal van een kerkuil zien, en vervolgens een potje uitgeplozen botjes en kaakjes van diverse muizen, het hoofdvoedsel van de uil. Een Heggenmus gaf een zondagmorgenconcert pal voor onze neus. De vele reesporen in het hele gebied duiden op de aanwezigheid van meerdere van deze ranke maar schuwe dieren in dit gebied. De aandachtssoort van deze wandeling vormen de spechten en die lieten zich ruimschoots horen en zien, en in totaal hoorden en zagen we 37 vogelsoorten, die we hieronder zullen vermelden. Leo sloot de wandeling af met een fraai gedicht, over een varken waarmee de wandeling echt helemaal in stijl werd afgesloten. Een geboren Tukker die voorleest uit een dialectbundel en zijn hart inmiddels verpand heeft aan onze Limburgse natuur. Leo, bedankt. Angelique en Wiel Aelen
4
Blauwe Reiger Ekster Grauwe Gans Heggenmus Kauw Matkopmees Pimpelmees Staartmees Winterkoning Zwartkop
Boomklever Fazant Groene Specht Holenduif Kievit Meerkoet Roodborst Tjiftjaf Witte Kwikstaart
Boomkruiper Fitis Groenling Houtduif Koolmees Merel Sperwer Turkse Tortel Zwarte Kraai
Buizerd Glanskopmees Grote Bonte Specht Huismus Kuifmees Nijlgans Spreeuw Vink Zwarte Specht
Foto’s: Marianne Vos, Jan Mulder, Wiel en Angelique Aelen
5