Gemeenteraad: 12 november 2013

Gemeente Herent

TOELICHTENDE NOTA (Art.22 Gemeentedecreet)

Gemeenteraad: 12 november 2013. *** OPENBARE VERGADERING *** 1 GBS Toverveld – arbeidsreglement. Aan de raad wordt gevraagd het arbeidsreglement te stemmen.

2 IGO – bijzondere algemene vergadering 20.12.2013 – bepalen mandaat. Aan de raad wordt gevraagd het mandaat te bepalen.

3 Finilek – buitengewone algemene vergadering 13.12.2013 – bepalen mandaat. Aan de raad wordt gevraagd het mandaat te bepalen.

4 Hofheide – buitengewone algemene vergadering 18.12.2013 – bepalen mandaat. Aan de raad wordt gevraagd het mandaat te bepalen.

5 Scholengemeenschap Midden Vlaams-Brabant (SMVB) - jaarverslag 2012 - rekening 2012 Aan de raad wordt gevraagd kennis te nemen van het jaarverslag 2012 en de rekening 2012 goed te keuren.

6 Welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk – globaal preventieplan – beleidsverklaring. Aan de raad wordt gevraagd om de beleidsverklaring – welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk goed te keuren.

7 Globaal preventieplan Aan de gemeenteraad wordt gevraagd om voorliggend globaal preventieplan in het kader van de welzijnswetgeving goed te keuren.

8 Politie – cameratoezicht op het openbaar domein – reglement. Aan de raad wordt gevraagd het regelement m.b.t. cameratoezicht op het openbaar domein te stemmen.

9 Goedkeuring van de jaarrekening 2011 -2012 van het autonoom gemeentebedrijf De Kouter. Aan de raad wordt gevraagd: De jaarrekening 2011 – 2012 van het autonoom gemeentebedrijf De Kouter, vastgesteld door de raad van bestuur van het autonoom gemeentebedrijf De Kouter op 4 november 2013, goed te keuren.

10 Kwijting aan de leden van de raad van bestuur van het autonoom gemeentebedrijf De Kouter. Aan de raad wordt gevraagd: De te verlenen kwijting aan de bestuurders van het AGB De Kouter, met name de leden van de raad van bestuur en de commissarissen, goed te keuren.

11 Aanpassing van de statuten van het autonoom gemeentebedrijf De Kouter.

12 Evaluatie van de algemene beheersovereenkomst tussen de gemeente Herent en het autonoom gemeentebedrijf De Kouter 2011 -2012.

13 Aanpassing van de algemene beheersovereenkomst tussen de gemeente Herent en het autonoom gemeentebesrijf De Kouter..

14 Gemeentelijk onderwijs: schoolspecifiek profiel directeur basisonderwijs Aan de gemeenteraad wordt gevraagd het schoolspecifiek profiel directeur basisonderwijs goed te keuren.

15 Gemeentelijk onderwijs: selectieprocedure directeur basisonderwijs in vacante betrekking vaststellen algemeen kader en competentieprofiel - goedkeuring Voor de selectie van een directeur basisonderwijs in vacante betrekking dient een algemeen kader en een competentieprofiel vastgesteld te worden. De gemeenteraad is, overeenkomstig artikel 42 en artikel 102 van het gemeentedecreet, bevoegd om het algemeen kader en het competentieprofiel vast te stellen.

16 Aanvullende belasting op de personenbelasting. De raad wordt verzocht om de aanvullende belasting op de personenbelasting voor het aanslagjaar 2014 vast te stellen op 7,7%.

17 Opcentiemen op de onroerende voorheffing. De raad wordt verzocht voor een termijn van één jaar, ingaand van 01.01.2014 en eindigend op 31.12.2014, de opcentiemen op de onroerende voorheffing vast te stellen op 1400 opcentiemen. De belasting wordt ter bevordering van de economische expansie in de gemeente met 50% verminderd gedurende een termijn van drie jaar ingaande op 1 januari volgend op de ingebruikname van de bebouwde percelen van nieuwe nijverheden of op de uitbreiding van bestaande nijverheden die een nieuwe bedrijfssector tot stand brengen. De aanvraag tot het bekomen van deze vermindering wordt, met vermelding van de datum van ingebruikname van de nieuwe nijverheid of van de uitbreiding van de bestaande nijverheid, ingediend bij het college van burgemeester en schepenen.

18 Belasting op het afleveren van administratieve stukken. Belasting op het afleveren van een partnerschapboekje. De raad wordt verzocht voor het aanslagjaar 2014 de belasting op het afleveren van bepaalde administratieve stukken en de belasting op het afleveren van een partnerschapboekje als volgt vast te stellen: 1. europese elektronische identiteitskaart voor Belgen: 2,00 € gemeentebelasting, te vermeerderen met het maakloon aangerekend door de federale overheid; 2. europese elektronische identiteitskaart voor Belgen – SPOEDPROCEDURE a. zeer dringende aanvraag met transport via Group 4: 2,00 € gemeentebelasting, te vermeerderen met het maakloon aangerekend door de federale overheid; b. dringende aanvraag met transport via Group: 2,00 € gemeentebelasting, te vermeerderen met het maakloon aangerekend door de federale overheid; 3. kids-ID: 0,00 € gemeentebelasting, te vermeerderen met het maakloon aangerekend door de federale overheid; 4. trouwboekje: 15,00 € 5. paspoorten: a) nieuw paspoort gewone procedure (5 jaar): 8,00 € gemeentebelasting, te vermeerderen met het maakloon en de kanselarijrechten aangerekend door de federale overheid; b) nieuw paspoort spoedprocedure (5 jaar): 25,50 € gemeentebelasting, te vermeerderen met

het maakloon en de kanselarijrechten aangerekend door de federale overheid; c) nieuw paspoort voor kinderen (0 t/m 18 j.): gewone procedure: 8,00 € gemeentebelasting, te vermeerderen met het maakloon en de kanselarijrechten aangerekend door de federale overheid; d) nieuw paspoort voor kinderen (0 t/m 18 j.) Spoedprocedure: 25,50 € gemeentebelasting, te vermeerderen met het maakloon en de kanselarijrechten aangerekend door de federale overheid; 6. attesten vreemdelingen: a) elektronische identiteitskaart voor vreemdelingen: 2,00 € gemeentebelasting, te vermeerderen met het maakloon aangerekend door de federale overheid; 7. Partnerschapboekje: 5,00 €

19 Belasting op het afleveren van een rijbewijs in kaartmodel. De raad wordt verzocht voor het aanslagjaar 2014 een contante belasting te vestigen op de afgifte van een rijbewijs in kaartmodel zoals bedoeld in artikel 64bis van het Koninklijk Besluit van 23 juni 2010. Tarief Het bedrag van de belasting wordt vastgesteld op: 5,00 € gemeentebelasting, te vermeerderen met het maakloon aangerekend door de federale overheid, voor: - afgifte van een rijbewijs (medische schifting) - afgifte van een nieuw eerste rijbewijs (artikel 49) - afgifte van een duplicaat van een rijbewijs - omwisseling van een rijbewijs - afgifte van een rijbewijs via spoedprocedure op de eerste werkdag volgend op de dag van de afgifte van een degelijk ingevulde aanvraag - afgifte van een voorlopig rijbewijs Vrijstelling De belasting is niet verschuldigd bij: de hernieuwing van een rijbewijs categorie A3, A, B, B+E of G om medische redenen. Voor de hernieuwing van een rijbewijs categorie A3, A, B, B+E of G waarvan de geldigheidsduur beperkt is om medische redenen en waarvoor, om de hernieuwing van dit document te bekomen, een medisch attest van een vrij te kiezen arts moet voorgelegd worden, zal geen retributie meer moeten betaald worden. De belasting blijft behouden voor de eerste afgifte van een rijbewijs, en alsook voor de afgifte van een duplicaat (zonder voorlegging van een medisch attest). Voor een rijbewijs categorie C1, C1+E, D1, D+E, D of D+E daarentegen moet wel de belasting betaald worden bij elke hernieuwing van het rijbewijs.

20 Belasting op de aanvragen van stedenbouwkundige documenten en meldingen. De raad wordt verzocht voor het aanslagjaar 2014 een contante belasting te vestigen op de aanvragen om stedenbouwkundige documenten. Bij volledigheid van de aanvraag wordt een volledig- en ontvankelijkheidbewijs afgeleverd en is de belasting van toepassing vermeld onder artikel 3a,b,c en d en onder artikel 4. Bij onvolledigheid van de aanvraag wordt het dossier teruggezonden aan de aanvrager en is de belasting niet van toepassing.

Belastingplichtige De belasting is verschuldigd door de persoon die aanvraag doet. Tarief a) De belasting wordt vastgesteld op 50,00 € voor: De stedenbouwkundige aanvraag waarvoor een eenvoudige dossiersamenstelling volstaat aan de buitenvlakken van een vergund gebouw en enkel en alleen voor: - het aanbrengen, wijzigen en dichtmaken van raam- en deuropeningen; - het aanbrengen van een gevelsteen en bepleistering; - het kappen van bomen op de huiskavel, gelegen in een woongebied, en/of binnen de verkaveling opgenomen als voorschrift; - het wijzigen van het reliëf op de huiskavel, alleen in de onmiddellijke omgeving van de woning of constructie, zijnde niet de tuinzone; - de aanvraag tot verkavelingwijziging met betrekking tot het plaatsen van een tuinhuis tot 10 m²; b) De belasting wordt vastgesteld op 100,00 € voor: - de stedenbouwkundige aanvraag waarvoor een eenvoudige dossiersamenstelling volstaat de aanvraag tot stedenbouwkundig attest nr. 1 (m.b.t. de zonering) - de aanvraag in toepassing van het decreet betreffende het milieu-en natuurbehoud c) De belasting wordt vastgesteld op 250,00 € voor: - de stedenbouwkundige aanvraag voor technische werken - de stedenbouwkundige aanvraag voor terreinaanlegwerken - de stedenbouwkundige aanvraag waarvoor een uitgebreide dossiersamenstelling vereist is - een verkavelingaanvraag langs een bestaande uitgeruste weg per kavel, tot maximum 3 kavels - aanvragen tot verkavelingwijzigingen - aanvragen tot afwijking van verkavelingvergunningen - aanvragen tot stedenbouwkundige attesten nr. 2 met betrekking tot princiepsaanvragen - aanvragen tot afschaffen en/of verplaatsen van officiële voetwegen (atlaswegen) met uitzondering van de voetwegen die gelegen zijn in of langs één of meerdere percelen in gebruik voor een volwaardig landbouwgebruik en volgens het gewestplan Leuven gelegen zijn in een agrarisch of landschappelijk waardevol agrarisch gebied d) De belasting wordt vastgesteld op 500,00 € voor: - een verkavelingaanvraag met nieuw aan te leggen wegenis per kavel, tot maximum 3 kavels - stedenbouwkundige aanvragen met openbare onderzoeken. Het openbaar onderzoek gebeurt op kosten van de aanvrager. De kosten van de aangetekende zending, nodig voor dit onderzoek, worden apart aan de aanvrager doorgerekend. e) De belasting wordt per kavel vastgesteld op: - 75,00 € voor verkavelingvergunningen langs bestaande uitgeruste weg, vanaf de 4e kavel - 150,00 € voor verkavelingvergunningen met nieuw aan te leggen wegenis, vanaf de 4e kavel. De belasting wordt vastgesteld voor alle meldingsplichtige handelingen op 50,00 € per melding.

21 Belasting op drijfkracht. Aan de raad wordt verzocht voor het aanslagjaar 2014 een belasting te vestigen op drijfkracht. Belastingplichtige De belasting wordt geheven op motoren gebruikt voor nijverheids-, landbouw- en handelsdoeleinden, evenals op deze gebruikt door de beoefenaars van vrije en zelfstandige

beroepen, ongeacht de krachtbon die deze motoren in beweging brengt. De belasting slaat bijgevolg onder meer op de elektromotoren, de stoommachines, de verbrandingsmotoren, de waterturbines, enz. De belasting is verschuldigd voor de motoren die de belastingplichtige voor de exploitatie van zijn inrichting of van haar bijgebouw gebruikt. Dienen als bijgebouw van een inrichting beschouwd te worden, iedere instelling of onderneming, iedere werf van om het even welke aard, die gedurende een ononderbroken tijdvak van minstens drie maanden op het grondgebied van de gemeente gevestigd is. Voor de motoren, gebruikt voor een zoals in het vorig lid bedoeld en op het grondgebied van een andere gemeente overgebracht bijgebouw, is geen gemeentebelasting verschuldigd voor het tijdvak van het gebruik in de andere gemeente. Wanneer, hetzij een inrichting, hetzij een zoals hierboven bedoeld bijgebouw, geregeld en duurzaam een verplaatsbare motor gebruikt voor de verbinding met één of meer bijgebouwen, of met een verkeersweg, is daarvoor de belasting enkel verschuldigd, indien hetzij de inrichting zelf, hetzij het voornaamste bijgebouw in de gemeente gevestigd is. De belasting is verschuldigd door degene die de motoren overeenkomstig het bepaalde in artikel 2 gebruikt. Tarief De belasting wordt vastgesteld op 22,50 € per kilowatt. De kracht van de hydraulische toestellen wordt berekend door omzetting van de kracht in paardenkracht naar kilowatt. Eén PK is gelijk aan 735,5 watt en aan 0,7355 kilowatt. De grondslagen van de belasting zijn de volgende: a. beschikt de onderneming slechts over één motor, dan wordt de belasting gevestigd volgens de drijfkracht opgegeven in het besluit waarbij vergunning tot het plaatsen van de motor wordt verleend of akte van die plaatsing gegeven wordt. b. beschikt de onderneming over verscheidene motoren , dat wordt de belastbare drijfkracht vastgesteld op grond van de som van de krachten, opgeven in de besluiten waarbij vergunning tot het plaatsen van de motoren verleend of akte van die plaatsing gegevens wordt – vermenigvuldigd met een simultaancoëfficiënt die verandert volgens het aantal motoren. Deze coëfficiënt, gelijk aan de eenheid van één motor, wordt tot en met dertig motoren, met 1/100 van de eenheid, per bijkomende motor verminderd en blijft daarna vast en gelijke aan 0,70 voor 31 motoren en meer. Voor het vaststallen van de simultaancoëfficiënt wordt rekening gehouden met de toestand op 01 januari van het jaar dat onmiddellijk voorafging aan het jaar waarop de belasting slaat, of in geval van stopzetting van het bedrijf op 01 januari van het jaar waarop de stopzetting plaats heeft, of voor een nieuwe onderneming met de datum van inwerkingstelling. Bij onenigheid staat het de belastingschuldige vrij een tegenonderzoek uit te lokken. De bepalingen van dit artikel zijn toepasselijk door de gemeente naargelang van het aantal door haar belaste motoren.

22 Belasting op de tijdelijke bezetting van het openbaar domein. De raad wordt verzocht voor het aanslagjaar 2014 een belasting te vestigen op de tijdelijke bezetting van het openbaar domein n.a.v. bouw-, afbraak-, wederopbouw-, herstellings-, verbouwings-, schilder- en andere werken door: - het plaatsen van containers - een deel van de openbare weg af te sluiten of te laten afsluiten

- schutsels, steigers, torens, kranen, materiaal, materieel evenals voertuigen die niet geparkeerd worden conform de verkeerswetgeving en nodig zijn voor de uitvoering van de werken, te stallen. De openbare weg wordt als ingenomen beschouwd in de zin van onderhavig reglement van zodra het normaal en gewoon gebruik, meer bepaald het verkeer van voetgangers of van voertuigen, zelfs als het maar gedeeltelijk of tijdelijk is, verhinderd of belemmerd wordt. Belastingplichtige De belasting is verschuldigd vanaf de achtste kalenderdag dat het openbaar domein wordt bezet. Elke begonnen dag wordt voor een ganse dag aangerekend. Alle korte opeenvolgende aanvragen van welke aard ook voor een inname van het openbaar domein die op éénzelfde locatie de 7 dagen overschrijdt binnen een trimester, dient te worden beschouwd als een langdurige inname. De belastingplichtige ontvangt vanwege het gemeentebestuur een definitief aangifteformulier dat door hem, behoorlijk ingevuld en ondertekend, moet worden teruggestuurd van zodra de bezetting beëindigd is. De kennisgeving ontlast de belastingplichtige geenszins in het bezit te zijn van de opgelegde vergunning voor het plaatsen van containers, van wegsignalisatie of afsluitingen en/of toelating tot uitvoering van de werken. Tarief De belasting wordt berekend volgens de bezette oppervlakte van het openbaar domein, gemeten tussen de voorgeschreven rooilijn en de buitenomtrek van de werf. Elke breuk van een m² wordt voor een m² geteld. De belasting wordt vastgesteld op 0,50 € per m² en per dag met een minimum van 12,50 € per aangifte (ook voor afvalcontainers).

23 Belasting op het opruimen van sluikstorten. De raad wordt verzocht voor het aanslagjaar 2014 een belasting te vestigen op het weghalen door het gemeentebestuur van sluikgestorte afvalstoffen bedoeld in artikel 12 van het op 20 april 1994 gewijzigd decreet betreffende het beheer van afvalstoffen. Belastingplichtige De belasting is verschuldigd door de persoon die de afvalstoffen achtergelaten heeft. Desgevallend is diegene die daartoe opdracht of toelating gaf en/of de eigenaar van de afvalstoffen hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de belasting. Tarief De belasting bestaat uit de volgende onderdelen en wordt als volgt bepaald. 1. Belasting op het opruimen en/of afvoeren van de achtergelaten huishoudelijke afvalstoffen en het met huishoudelijke afvalstoffen gelijkgesteld bedrijfsafval: - administratiekosten en loonkosten werklieden tijdens het opruimen en/of afvoeren van de achtergelaten afvalstoffen: 56,10 EUR/uur/persoon; - inzetten van een vrachtwagen zonder chauffeur tijdens het opruimen en/of afvoeren van de achtergelaten afvalstoffen: 30,00 EUR/uur. Voor dit onderdeel van de belasting wordt een minimum van 375,00 EUR aangerekend. 2. Belasting op het verwerken en storten of verbranden van de achtergelaten huishoudelijke afvalstoffen en het met huishoudelijke afvalstoffen gelijkgesteld bedrijfsafval: - verwerkings-, stort- of verbrandingskosten: verwerkingskosten die door Interleuven worden aangerekend voor gemengd afval.

24 Belasting op het onderhoud van bebouwde en onbebouwde terreinen. De raad wordt verzocht voor het aanslagjaar 2014 een contante belasting te vestigen op het onderhoud van bebouwde en onbebouwde terreinen, meer bepaald op het ontdoen door het gemeentebestuur van bramen, netels, distels, alle opschietend onkruid en hoogopschietend gras van bebouwde en onbebouwde terreinen. Belastingplichtige De belasting is verschuldigd door de gebruiker van het terrein. De eigenaar van het terrein is hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de belasting. Tarief Deze belasting wordt vastgesteld als volgt: per uur, per persoon die door de gemeente wordt aangeduid. Er wordt een bedrag aangerekend van 50,00 EUR met een minimum van 200,00 EUR.

25 Belasting op het wegslepen van achtergelaten autowrakken. De raad wordt verzocht voor het aanslagjaar 2014, een belasting te vestigen op het wegslepen van een in de natuur, op de openbare weg of op elke voor het publiek toegankelijke plaats achtergelaten autowrak. Belastingplichtige De belasting is verschuldigd door de persoon die het autowrak heeft achtergelaten. De belasting wordt geheven buiten de gerechtelijke vervolging waartoe het sluikstorten aanleiding geeft. Tarief Het bedrag van de belasting wordt vastgesteld op 1000,00 EUR per autowrak.

26 Belasting op de vaste en mobiele reclameborden. De raad wordt verzocht voor het aanslagjaar 2014, een belasting te vestigen op de vaste en mobiele reclameborden. Belastingplichtige De belasting is verschuldigd door de eigenaar van het reclamebord. Indien de eigenaar onbekend is, is de belasting respectievelijk verschuldigd door: - de natuurlijke of rechtspersoon die al dan niet over het recht beschikt om gebruik te maken van het reclamebord voor het aanbrengen van zijn/haar reclame-affiches; of - de eigenaar van de grond of van de muur waarop zich het reclamebord bevindt. Tarief De belasting wordt als volgt vastgesteld: 1.voor de vaste reclameborden op 25,00 EUR/jaar per vierkante meter nuttige oppervlakte. 2.voor de mobiele reclameborden op 25,00 EUR/dag per vierkante meter nuttige oppervlakte. Elk gedeelte van een dag wordt beschouwd als een volle dag. De nuttige oppervlakte is de oppervlakte die werkelijk voor reclame kan worden gebruikt, met uitzondering van de omlijsting. De telling van belastbare reclameborden wordt gedaan door de daartoe gemachtigde beambten van het gemeentebestuur.

27 Belasting op het verwijderen van aangeplakte affiches niet conform het politiereglement. De raad wordt verzocht voor het aanslagjaar 2014, een belasting te vestigen op het verwijderen van aangeplakte affiches niet conform het politiereglement. Belastingplichtige De belasting is verschuldigd door de verantwoordelijke uitgever. Tarief De belasting wordt als volgt vastgesteld: - per affiche: 25,00 EUR met een minimum totaal bedrag van 125,00 EUR per soort van verwijderde affiches

28 Belasting op de aanvragen tot of de melding van het exploiteren of veranderen van hinderlijke inrichtingen. De raad wordt verzocht voor de aanslagjaren 2014 tot en met 2016 een belasting te vestigen op de aanvragen tot of de melding van het exploiteren of veranderen van hinderlijke inrichtingen, waarvan de lijst en de indeling het voorwerp uitmaken van bijlage 1 van de Vlaamse Regering, houdende vaststelling van het Vlaams reglement betreffende de milieuvergunning (Vlarem I). Belastingplichtige De belasting is verschuldigd door de exploitant van de inrichting die gehouden is tot het indienen van de aanvraag of tot het melden van het exploiteren of veranderen ervan. Tarief De belasting wordt als volgt vastgesteld: - Aanvraag van een nieuwe milieuvergunning klasse 1 waarvoor een milieueffectenrapport en/of een veiligheidsrapport vereist is: € 3.300,00 - Aanvraag van een nieuwe milieuvergunning klasse 1 waarvoor geen milieueffectenrapport en/of een veiligheidsrapport vereist is: € 2.500,00 - Hernieuwing van vergunning van een bestaande inrichting klasse 1: € 1.000,00 - Aanvraag van vergunningsplichtige inrichtingen klasse 2: € 125,00 - Meldingsplicht klasse 3: € 25,00 - Melding van overname: € 50,00 - Mededeling van een kleine verandering of een melding van klasse 3 onderdelen van een vergunde inrichting klasse 1 of 2: € 100,00 Vermindering & vrijstelling De belasting is slechts voor 50% verschuldigd indien de vergunning wordt geweigerd. Volgende inrichtingen zijn vrijgesteld van belasting: - rubrieken 55.1, 1° en 2° van het Vlaamse reglement betreffende de milieuvergunningen (Vlarem I) indien de inrichting behoort bij de woonfunctie van een onroerend goed dat hoofdzakelijk als woongelegenheid wordt gebruikt. Deze rubrieken handelen over boringen voor bv. Regenwaterputten, warmtepompen,… - gerechtelijke overheden, openbare besturen en daarmee gelijkgestelde instellingen, alsook de instellingen van openbaar nut.

29 Belasting op de ontgravingen van stoffelijke overblijfselen. De raad wordt verzocht voor het aanslagjaar 2014, een belasting te vestigen op elke ontgraving van een stoffelijk overschot of een asurne. Belastingplichtige De belasting is verschuldigd door de persoon die de machtiging tot ontgraven vraagt. Tarief De belasting wordt vastgesteld op 745,00 EUR per ontgraving.

30 Belasting op de opslagplaatsen van schroot en/of oude voertuigen. De raad wordt verzocht voor het aanslagjaar 2014, een belasting te vestigen op de opslagplaatsen van schroot en/of oude voertuigen aangelegd op grondgebied van de gemeente en gelegen in de open lucht langs de openbare wegen of zichtbaar vanaf enig punt van deze wegen. Belastingplichtige De belasting is verschuldigd door de eigenaar van gelijk welke opslagplaats, ongeacht de aard van de opgeslagen waar en of de opslagplaats al dan niet is toegelaten bij toepassing van de vigerende reglementering inzake hinderlijke inrichtingen. De belasting is verschuldigd voor een gans jaar, ongeacht de bestaansduur van de opslagplaats in de loop van het aanslagjaar. Tarief De belasting wordt vastgesteld op 1,00 EUR per vierkante meter oppervlakte bestemd voor de exploitatie op 1 januari van het belastingjaar.

31 Belasting op sommige tussenkomsten van de lokale politie. De raad wordt verzocht ten behoeve van de gemeente voor een termijn ingaande op 1 januari 2014 en eindigend op 31 december 2014 een contant te betalen belasting op sommige tussenkomsten van de lokale politie te vestigen. Onder sommige kosten wordt verstaan: kosten voor politie-interventies die eerder het particulier van het algemeen belang dienen en kosten voor het vervoer van dronken personen en personen die administratief aangehouden zijn. Belastingplichtige De belasting is verschuldigd door de natuurlijke of rechtspersoon die de tussenkomsten van de lokale politie noodzakelijk maken. In geval het minderjarigen betreft zijn de ouders/voogden de belasting verschuldigd. Tarief De belasting wordt vastgesteld als volgt: vervoer van dronken personen of van personen die zich in soortgelijke toestand bevinden ten gevolge van het gebruik van verdovende of hallucinatieverwekkende middelen naar huis, naar een verpleeginstelling of naar het politiekantoor: 100,00 € vervoer van bestuurlijk aangehouden personen naar het politiekantoor of naar een andere eindbestemming die naargelang het geval meer aangewezen zou kunnen zijn (thuis, verpleeginstelling, bij de meerderjarige die het ouderlijk gezag of feitelijk toezicht uitoefent, enz.): 100,00 €

32 Reglement op de inventarisatie van leegstaande woningen en/of gebouwen. - Indicaties ter bepaling van leegstand in de gemeente Herent Gemeentelijke heffing op leegstand van gebouwen en woningen in Herent. De raad wordt verzocht voor de aanslagjaren 2014 tot en met 2017 een jaarlijkse belasting te vestigen op de woningen en gebouwen die gedurende minstens twaalf opeenvolgende maanden zijn opgenomen in het gemeentelijk leegstandsregister. Vaststelling van de belasting De belasting voor een leegstaande woning of een leegstaand gebouw is voor het eerst verschuldigd vanaf het ogenblik dat die woning of dat gebouw gedurende twaalf opeenvolgende maanden is opgenomen in het gemeentelijk leegstandsregister. Zolang het leegstaand gebouw of de leegstaande woning niet uit het leegstandsregister is geschrapt, is de belasting van het aanslagjaar verschuldigd op het ogenblik dat een nieuwe termijn van twaalf maanden verstrijkt. Panden die voor 01.01.2010 opgenomen waren in de gewestelijke leegstandsinventaris behouden hun anciënniteit en zullen aan een verhoogd tarief belast worden. De belasting van een gebouw of een woning die voor een eerste termijn van twaalf opeenvolgende maanden in het leegstandsregister staat, bedraagt: € 1.300 voor een leegstaand gebouw of ééngezinswoning € 200 voor individuele kamer of studentenkamer zoals gedefinieerd in het kamerdecreet € 500 voor elke andere woning Indien het gebouw of de woning een tweede opeenvolgende termijn van twaalf maanden op de inventaris staat bedraagt de belasting: € 1.500 voor een leegstaand gebouw of ééngezinswoning € 300 voor individuele kamer of studentenkamer zoals gedefinieerd in het kamerdecreet € 700 voor elke andere woning Indien het gebouw of de woning een derde opeenvolgende termijn van twaalf maanden op de inventaris staat bedraagt de belasting: € 1.700 voor een leegstaand gebouw of ééngezinswoning € 400 voor individuele kamer of studentenkamer zoals gedefinieerd in het kamerdecreet € 900 voor elke andere woning Hierna worden bij elke volgende opeenvolgende termijn van twaalf maanden dat het gebouw of de woning op de inventaris staat de bedragen van de derde termijn gehanteerd.

33 Belasting op tweede verblijven. De raad wordt verzocht, voor een termijn één jaar, ingaand op 01.01.2014 en eindigend op 31.12.2014, een gemeentebelasting te vestigen op de tweede verblijven. Begripsomschrijving Als tweede verblijf wordt beschouwd: elke woongelegenheid op het grondgebied van de gemeente Herent waarvan diegene die er kan verblijven, voor deze woongelegenheid niet ingeschreven is in het bevolkingsregister op dit adres en waarvoor deze persoon ook nog geen aanvraag tot inschrijving heeft ingediend, ongeacht het feit of het gaat om studentenhuizen, (studenten)kamers, landhuizen, bungalows, appartementen, grote of kleine weekendhuizen of buitengoederen, optrekjes, chalets en alle andere vaste woongelegenheden, met inbegrip van

de met chalets gelijkgestelde caravans. Als op het adres van zo een woongelegenheid niemand in de bevolkingsregisters is ingeschreven, dan is er een weerlegbaar vermoeden dat de eigenaar, (onder)verhuurder, huurder of gebruiker ze gebruikt als tweede verblijf. Dit vermoeden kan met alle rechtsmiddelen weerlegd worden. Vrijstellingen Als tweede verblijf worden niet beschouwd: - het lokaal uitsluitend bestemd voor het uitoefenen van een beroepsactiviteit; - de tenten en woonaanhangwagens; - verplaatsbare caravans, tenzij deze tenminste zes maanden van het belastingjaar opgesteld blijven om als woongelegenheid aangewend te worden; - de leegstaande woongelegenheid waarvan het bewijs wordt voorgelegd dat zij in de loop van het aan het belastingjaar voorafgaande kalenderjaar niet als tweede verblijf werd aangewend: - blijkens de gegevens uit de bevolkingsregisters, gedurende ten minste zes maanden van het jaar als hoofdverblijfplaats werd aangewend; - gedurende ten minste zes maanden als studentenhuisvesting werd aangewend. Vallen niet onder toepassing van de belasting op de tweede verblijven: - gebouwen gebruikt voor beschermd en/of begeleid wonen en andere gelijkaardige inrichtingen; - de woningen die werden opgenomen op een inventaris of register in het kader van het gemeentelijk belastingreglement op leegstand op woningen en/of gebouwen; Belastingplichtige De belasting is verschuldigd door de eigenaar op 1 januari van het aanslagjaar van het betreffende pand. In geval meerdere personen mede-eigenaar zijn van het belaste tweede verblijf dan wordt de belasting op vraag van de belastingplichtigen uitgesplitst volgens hun wettelijk deel in de eigendom. Belastingberekening en tarief De belasting wordt forfaitair en ondeelbaar vastgesteld op 650,00 € per tweede verblijf per jaar. De belasting wordt verminderd tot 75,00 € indien de eigenaar van het tweede verblijf een bewijs kan voorleggen dat het tweede verblijf betrokken wordt door een student(e) die een attest of bewijs kan voorleggen van inschrijving aan een onderwijsinrichting van voltijds dagonderwijs gedurende het schooljaar waarin 1 januari van het aanslagjaar valt. De belasting wordt verminderd tot 35,00 € indien de eigenaar van het tweede verblijf een bewijs kan voorleggen dat het tweede verblijf betrokken wordt door een student(e) die houder is van een studiebeurs van minstens 125,00 €. Om van deze vermindering te genieten, zal de belanghebbende bij de aangifte het bewijs moeten leveren dat hij onder deze toepassing valt. De belasting wordt verminderd tot 35,00 € indien het gaat over kamers die door de dienst voor studentenhuisvesting van de universiteit of hogeschool ter beschikking gesteld worden van minderbegoede studenten en waarvoor staatstoelagen worden verleend (gesubsidieerde sociale huisvesting voor studenten). Om van deze vermindering te genieten, zal de belanghebbende bij de aangifte het bewijs moeten leveren dat hij onder deze toepassing valt.

34 Activeringsheffing. De raad wordt verzocht voor het aanslagjaar 2014 een jaarlijkse gemeentebelasting te vestigen op de onbebouwde bouwgronden en kavels die voorkomen in het gemeentelijk register van onbebouwde percelen. Belastingplichtige §1. De activeringsheffing is verschuldigd door de persoon die op 01 januari van het aanslagjaar eigenaar is van de bouwgrond of kavel; Indien er een recht van opstal of erfpacht bestaat, is de activeringsheffing verschuldigd door de erfpachter of de opstalhouder. §2. Zo er meerdere belastingplichtigen zijn, zijn deze hoofdelijk gehouden tot betaling van de verschuldigde activeringsheffing. §3. In geval van eigendomsoverdracht onder levenden is de nieuwe eigenaar de belasting verschuldigd met ingang van 01 januari volgend op de datum van de authentieke akte die hem het eigendom toekent. Er zal geen rekening gehouden worden met de tussen partijen gesloten overeenkomst. Tarief §1. De heffing bedraagt: 25,00 € per strekkende meter voor een onbebouwde bouwgrond; 25,00 € per strekkende meter voor een onbebouwde kavel; §2. Indien een perceel paalt aan twee of meer straten zal de grootste perceellengte langsheen één van die straten als berekeningsgrondslag in aanmerking komen. Indien het een hoekperceel betreft wordt de langste perceellengte evenwijdig met de openbare weg in aanmerking genomen, vermeerderd met de helft van de afgesneden of afgeronde hoek. §3. De minimale aanslag bedraagt 250,00 € per kavel of bouwgrond; De belastbare lengte wordt steeds in volle meter uitgedrukt. De gedeelten kleiner dan de halve meter worden weggelaten; de gedeelten gelijk aan of boven een halve meter worden aangerekend als volle meter.

35 Integraal waterbeheer – Belasting op het afkoppelen van hemelwater ingevolge bouwvergunning. De raad wordt verzocht voor het aanslagjaar 2014 een contante gemeentebelasting te vestigen voor het niet maximaal afkoppelen van hemelwater op privé-terrein, zoals opgelegd in de stedenbouwkundige vergunning en/of aangeduid op het goedgekeurde plan horende bij de vergunning in de door de gemeente vastgestelde afkoppelingsprojecten. Begrippen Onder afkoppelingsprojecten wordt verstaan de aanleg van gescheiden riolering – 2 DWAstelsel in de openbare weg zoals door de gemeente vastgesteld in het raadsbesluit van 12 februari 2008. Voor de bestaande woning werd een stedenbouwkundige vergunning afgeleverd waarin de afkoppeling van hemelwater en afvalwater werd opgelegd en/of de afkoppeling van hemelwater en afvalwater werden aangeduid op het goedgekeurde plan dat hoort bij de stedenbouwkundige vergunning. Belastingplichtige De belasting is verschuldigd door de eigenaar van de woning, die bij uitvoering van rioleringswerken in de door gemeente vastgestelde afkoppelingsprojecten, niet de nodige

maatregelen treft om het hemelwater op privé-terrein maximaal af te koppelen volgens de stedenbouwkundige vergunning en/of volgens het goedgekeurde plan dat hoort bij de stedenbouwkundige vergunning, binnen een termijn die loopt tot aan de voorlopige oplevering van de werken die uitgevoerd worden in opdracht van de gemeente. Deze termijn bedraagt minimum één jaar. Tarief De belasting wordt als volgt vastgesteld: een forfaitair bedrag van € 1.500 per jaar, verrekenbaar per maand, voor elk jaar dat de afkoppeling op privé-terrein door de eigenaar niet wordt uitgevoerd te rekenen vanaf het einde van de termijn in artikel 2.

36 Integraal waterbeheer – belasting op het afkoppelen van hemelwater. De raad wordt verzocht voor het aanslagjaar 2014 een contante belasting te vestigen voor het niet maximaal afkoppelen van hemelwater bij bestaande woningen in door de gemeente vastgestelde afkoppelingsprojecten. Begrippen Onder afkoppelingsprojecten wordt verstaan de aanleg van gescheiden riolering – 2 DWAstelsel in de openbare weg zoals door de gemeente vastgesteld in het raadsbesluit van 12 februari 2008. Belastingplichtige De belasting is verschuldigd door de eigenaar van de woning, die bij de uitvoering van de rioleringswerken het hemelwater bij bestaande woningen in door de gemeente vastgestelde afkoppelingsprojecten niet maximaal afkoppelt. Tarief De belasting wordt als volgt vastgesteld: een forfaitair bedrag van € 1.500 per jaar, verrekenbaar per maand, voor elk jaar dat de afkoppeling op privéterrein door de eigenaar niet wordt uitgevoerd na de uitvoering van de rioleringswerken.

37 Integraal waterbeheer – belasting op het aansluiten van hemelwaterputten. De raad wordt verzocht voor het aanslagjaar 2014 een contante gemeentebelasting te vestigen voor het niet nemen van de nodige maatregelen die hergebruik van hemelwater toelaten (pompinstallatie, aansluitpunten, ...) binnen het jaar na de uitvoering van de werken in de door de gemeente vastgestelde afkoppelingsprojecten, zoals opgenomen in de overeenkomst. Begrippen Onder afkoppelingsprojecten wordt verstaan de aanleg van gescheiden riolering – 2 DWAstelsel in de openbare weg zoals door de gemeente vastgesteld in het raadsbesluit van 12 februari 2008. Onder overeenkomst wordt verstaan de overeenkomst inzake afkoppeling van regen- en afvalwater (met hemelwaterput) afgesloten tussen de gemeente en de eigenaar/huurder zoals door de gemeente vastgesteld in het raadsbesluit van 12 februari 2008. Belastingplichtige De belasting is verschuldigd door de eigenaar van de woning, die bij de uitvoering van rioleringswerken in door de gemeente vastgestelde afkoppelingsprojecten, niet de nodige maatregelen treft die hergebruik van hemelwater (pompinstallatie, aansluitpunten, ...) binnen

het jaar na de uitvoering van de werken toelaten. Tarief De belasting wordt als volgt vastgesteld: een forfaitair bedrag van € 1.500 per jaar, verrekenbaar per maand, voor elk jaar dat de nodige maatregelen om het hergebruik van hemelwater toe te laten niet worden genomen te rekenen vanaf een jaar na de uitvoering van de werken.

38 Belasting op de verspreiding van niet-geadresseerde drukwerken en van gelijkgestelde producten. De raad wordt verzocht voor een termijn, ingaand op 01 januari 2014 en eindigend op 31 december 2018, een gemeentebelasting te vestigen op de voor de inwoners kosteloze verspreiding aan huis van niet-geadresseerde drukwerken met handelskarakter en daarmee gelijkgestelde producten. Definitie In het kader van dit reglement wordt het volgende verstaan onder: Drukwerk met handelskarakter: elke publicatie die er toe strekt bekendheid te geven aan commerciële activiteiten, handelszaken, merknamen en andere elementen, en die erop gericht is de potentiële klant er toe te bewegen gebruik te maken van de diensten en/of producten van de adverteerder. Gelijkgestelde producten: de stalen of reclamedragers van gelijk welke aard die aanzetten tot gebruik of verbruik van het aangeprezen product of de aangeboden dienst. Verspreiding aan huis: het op het grondgebied van de gemeente (of een deel daarvan) achterlaten van drukwerk zonder adressering, ongeacht ze in de brievenbussen worden gedeponeerd of op de openbare weg worden verspreid, en zonder initiatief van de bestemmeling. Bladzijde: iedere bedrukte zijde van een blad ongeacht het formaat. Tarief De belasting wordt vastgesteld op: - € 0,0298 per verspreid exemplaar beperkt tot eenbladig reclamedrukwerk. - € 0,0594 per verspreid exemplaar voor alle andere exemplaren. Het opengeplooide reclamedrukwerk dat groter is dan 1 A4 (29,6 cm x 21 cm) wordt aanzien als meerbladig reclamedrukwerk. Indien verscheidene reclamedrukwerken samen worden verspreid zonder dat ze op een permanente of vaste wijze één geheel vormen, wordt ieder reclamedrukwerk als een apart exemplaar beschouwd. Als één geheel vormend wordt beschouwd de reclamedrukwerken die ofwel in een catalogus of een blaadje zijn opgenomen ofwel aaneengeniet of geplakt zijn ofwel op iedere andere wijze zijn samengebracht waardoor de reclamedrukwerken niet losbladig zijn. Indien verscheidene reclamedrukwerken die qua vorm, kleur, layout of ander stijlkenmerk als afzonderlijk kunnen worden beschouwd en waarbij de meerderheid van de verscheidene reclamedrukwerken elk afzonderlijk toebehoren aan afzonderlijke adverteerders, op een in het vorige lid vermelde wijze zijn samengebracht en waarbij het geheel geen eenheid qua vorm, kleur, layout of ander stijlkenmerk vertoont, wordt ieder van die afzonderlijke reclamedrukwerken als een apart exemplaar beschouwd.

39 Belasting op de economische activiteiten van de rechtspersonen en van de niet in de gemeentelijke bevolkingsregisters ingeschreven natuurlijke personen. De raad wordt verozcht voor het aanslagjaar 2014 een belasting te vestigen op de rechtspersonen en op de niet in de gemeentelijke bevolkingsregisters ingeschreven natuurlijke personen, die op het grondgebied van de gemeente een economische activiteit uitoefenen, zoals vermeld in artikel 2. Belastingplichtige De belasting is van toepassing op de rechtspersonen en op de niet in de gemeentelijke bevolkingsregisters ingeschreven natuurlijke personen, die op 01 januari van het aanslagjaar, als hoofd- of bijkomende economische activiteit een: a) nijverheids-, landbouw-, tuinbouw- of handelsbedrijf exploiteren; b) een vrij beroep of een andere zelfstandige beroeps- of bedrijfsactiviteit uitoefenen; c) een andere economische activiteit uitoefenen. Een landbouwactiviteit omvat, maar is niet beperkt tot, akkerbouw, weidebouw, bosbouw en/of veetelt. De rechtspersonen die aan de rechtspersonenbelasting onderworpen zijn, zijn niet aan de belasting onderworpen. Tarief De belasting is verschuldigd afzonderlijk per door de belastingplichtige gebruikte of tot zijn/haar gebruik voorbehouden oppervlakte voor de onder artikel 2 vermelde economische activiteiten in de gemeente Herent, met inbegrip van alle aanliggende terreinen en aanhorigheden die een functionele band hebben met de uitoefening van de economische activiteit, zoals kantoren, wachtkamers, opslagplaatsen, privé toegangswegen, parkeerterreinen en dergelijke. De oppervlakte van groenzones en van braakliggende grond moet niet in aanmerking worden genomen voor de bepaling van het tarief van de verschuldigde belasting. Het bedrag per door de belastingplichtige gebruikte of tot zijn/haar gebruik voorbehouden oppervlakte wordt als volgt bepaald, met een minimum van 525,00 €: 1. Land- en tuinbouwbedrijvigheid: Indien de oppervlakte die gebruikt wordt voor het uitoefenen van de economische activiteit a. minder dan 20.000 m² bedraagt: 525,00 € b. 20.000 m² of meer, maar minder dan 30.000 m² bedraagt: 870,00 € c. 30.000 m² of meer bedraagt: 1.215,00 € 2. Industriële, ambachtelijke, handelsbedrijvigheid, vrije beroepen of een andere bedrijvigheid. Indien de oppervlakte die gebruikt wordt voor het uitoefenen van de economische activiteit a. minder dan 250 m² bedraagt: 525,00 € b. 250 m² of meer, maar minder dan 500 m² bedraagt: 700,00 € c. 500 m² of meer, maar minder dan 1.000 m² bedraagt: 870,00 € d. 1.000 m² of meer, maar minder dan 2.000 m² bedraagt: 1.050,00 € e. 2.000 m² of meer bedraagt: 1.215,00 € 3. Gemengde bedrijvigheid Indien het gaat om een gemengde bedrijvigheid die gedeeltelijk onder artikel 4.1 en gedeeltelijk onder artikel 4.2 valt, wordt de hoogste categorie aangerekend.

40 Belasting op eroshuizen. De raad wordt verzocht voor het aanslagjaar 2014 een belasting te vestigen op de eroshuizen. Definitie Als eroshuis wordt beschouwd: "Iedere instelling waar personen direct of indirect, de handel van de exploitant bevorderen, hetzij door gewoonlijk met de klanten te verbruiken, hetzij door het verbruik op gelijk welke andere manier te stimuleren dan door gewoon de klanten te bedienen, te zingen of te dansen". Dit kan worden vastgesteld doordat die huizen of inrichtingen ofwel hun aard door uiterlijke kentekens ter kennis van voorbijgangers brengen, ofwel als dusdanig bekend zijn en uit bepaalde vaststellingen en onderzoeken blijkt dat zij een dergelijke bedrijvigheid uitoefenen. Belastingplichtige De belasting is verschuldigd door de natuurlijke persoon of rechtspersoon die een eroshuis op het grondgebied van de gemeente uitbaat. Indien de uitbater van dit eroshuis onbekend is, dan is de belasting respectievelijk verschuldigd door: - de natuurlijke persoon of rechtspersoon die het pand, dienende tot eroshuis, huurt, - de eigenaar van het pand, dienende tot eroshuis. Tarief De belasting wordt vastgesteld op 1.875,00 EUR per eroshuis.

41 Retributie voor het opzoeken, het samenstellen en afleveren van omstandige administratieve inlichtingen. De raad wordt verzocht, met ingang vanaf 01.01.2014, een retributie te vestigen voor het opzoeken en controleren, het samenstellen en het afleveren door het gemeentebestuur van omstandige administratieve inlichtingen. Verschuldigde. Deze retributie is verschuldigd door de persoon die de inlichtingen aanvraagt. De retributie moet betaald worden: a) bij het afleveren van de gevraagde informatie op het gemeentehuis; b) indien de gevraagde informatie wordt verzonden, worden de inlichtingen bezorgd na ontvangst van betaling van de retributie. Tarief. De retributie wordt vastgesteld op 100,00 € per dossier zonder controle op de volledigheid en de toestand ter plaatse. Indien controle op volledigheid en vaststelling van de toestand ter plaatse wordt gevraagd, gebeurd dit in opdracht van de gemeente door de I.G.D.R.O. aan de voorwaarden bepaald in het contract met Interleuven.

42 Retributie op het afleveren van composteerbare zakken, biologisch afbreekbare zakken, PMDzakken en restafvalzakken. De raad wordt verzocht, met ingang vanaf 01.01.2014, een retributie te vestigen op het afleveren van composteerbare zakken, PMD-zakken, restafvalzakken en biologische afbreekbare zakken. Verschuldigde. Deze retributie is verschuldigd door diegene die dergelijke zakken of stickers aankoopt.

De retributie moet betaald worden: - op het ogenblik van de aankoop van de zakken, - na ontvangst van het desbetreffend factuur voor de aankoop van zakken door erkende verdelers. Tarief. De retributie op het afleveren van composteerbare zakken, biologische afbreekbare zakken, PMD-zakken en restafvalzakken wordt als volgt vastgesteld: A. voor de ophaling van groente-, fruit- en tuinafval (gft) : a.) composteerbare zakken met een formaat van 120L - per rol: 4,00 € b.) composteerbare zakken met een formaat van 45 cm x 50 cm - per zak: 0,45 € - per rol, 20 zakken: 9,00 € c.) biozakken met “OK Compost Home”-label met een inhoud van 10l - per zak: 0,06 € - per rol, 50 zakken: 3,00 € B. voor de ophaling van plastic- en metalen verpakkingen en drankkartons (pmd): - per zak: 0,25 € - per rol, 20 zakken: 5,00 € C. voor de ophaling van gewoon huisvuil: a.) huisvuilzakken met een formaat van 60 cm x 90 cm - per zak: 2,00 € - per rol, 10 zakken: 19,50 € b.) huisvuilzakken met een formaat van 50 cm x 60 cm - per zak: 1,00 € - per rol, 20 zakken: 19,50 € Voor gezinnen die, om medische redenen extra huisvuilzakken nodig hebben, ontvangen 5 rollen van elk 10 grote huisvuilzakken (formaat 60cm x 90cm). De betrokken gezinnen ontvangen één maal per jaar de gratis huisvuilzakken op basis van het voorgelegde medisch attest. Als bewijs dienen de gezinnen een recent doktersattest voor te leggen, waaruit blijkt dat de genoemde persoon om medische redenen extra huisvuilzakken nodig heeft. Er wordt op gewezen dat de regeling enkel geldt voor personen die thuis verzorgd worden en dus niet geldt voor personen die bijvoorbeeld in een rusthuis verblijven. Het college van burgemeester en schepenen beoordeelt elke aanvraag individueel en kan aanvullende bewijzen opvragen.

43 Retributie voor de ter inzameling en verwerking op het containerpark aangeboden afvalstoffen. – Opheffing reglement. De raad wordt verzocht het retributiereglement betreffende de retributie voor de ter inzameling en verwerking op het containerpark aangeboden afvalstoffen op te heffen met ingang op 01.01.2014.

44 Belasting voor de ter inzameling en verwerking op het containerpark aangeboden afvalstoffen. De raad wordt verzocht voor het aanslagjaar 2014 een contantbelasting te vestigen voor het ter inzameling en verwerking aanbieden van afvalstoffen die zijn toegelaten op het containerpark. De contantbelasting is verschuldigd in functie van de fractie en het gewogen gewicht van de aangeboden afvalstoffen op het containerpark. De contantbelasting in functie van het gewicht van de ter inzameling en verwerking aangeboden afvalstoffen bedraagt: DifTar Gewichtspark Fractie a) Grofvuil

Contantbelasting particulieren 0,25 €/kg

Contantbelasting KMO 0,25 €/kg

b) Gras en blad c) Asbestcement, kga, aeea, papier en karton, pmd, oude metalen, piepschuim, glas, herbruikbare goederen, kurk, textiel, taxus

0,18 €/kg gratis

0,18 €/kg gratis

d) Andere fracties

0,03 €/kg

0,06 €/kg

Boomstronken, Cellenbeton, Gips en kalk, Keramiek, Sloophout, Steenslag, Snoeihout e) Opgelet

Vanaf een totale aanvoer op jaarbasis boven de 2.000 kg worden de KMO tarieven van toepassing op de betrokken particulier Het minimaal aangerekende gewicht op de weegbrug Het minimaal aangerekende gewicht op de weegbrug bedraagt bedraagt 5kg. 5kg.

Bij een DifTar gewichtspark is de contantbelasting verschuldigd door de bezoeker (particulier en KMO) die de afvalstoffen aanbiedt en is betaalbaar, na gewichtsbepaling, met de betaalkaart (Bancontact of Proton [Proton tot eind 2014]).

45 Belasting voor de inzameling van het grofvuil. De raad wordt verzocht voor het aanslagjaar 2014 een contantbelasting te vestigen voor de huis-aan-huis inzameling en verwerking van het grofvuil (en het daarmee vergelijkbaar bedrijfsafval). Definitie Voor de toepassing van onderhavig reglement wordt verstaan onder: Grofvuil: Alle huishoudelijke afvalstoffen en voorwerpen die ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding of ermee vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen en die omwille van de omvang, de aard en/of het gewicht niet in het recipiënt voor de huisvuilinzameling kunnen worden aangeboden, met uitzondering van: papier en karton, textiel, glas, kga (Klein Gevaarlijk Afval), gft (groenten, tuin– en fruitafval) en organischbiologisch vergelijkbaar bedrijfsafval, pmd, oude metalen, houtafval, snoeihout en groenafval, afgedankte elektrische en elektronische apparaten (AEEA), autobanden, steenachtige fracties van bouw - en sloopafval en andere selectief ingezamelde afvalstoffen. Belastingplichtige De contantbelasting is verschuldigd in functie van het volume van het grofvuil (en het daarmee vergelijkbaar bedrijfsafval). Tarief De contantbelasting in functie van het aangeboden volume van de ter inzameling en verwerking aangeboden afvalstoffen bedraagt: Huis-aan-huis

Fractie Grofvuil voorrijkost op afroep verwerking per pakket of 1 persoonsmatras 1 persoonsbed 2 persoonsmatras 2 persoonsbed zetel: 1-zit zetel: 2-zit zetel: 3-zit stoel (2 stuks) (tuin)tafel

Contantbelasting Particulieren

Contantbelasting KMO

25,00 €/aanleveringsbeurt 5,00 €/begonnen 0,5 m³

25,00 €/aanleveringsbeurt 5,00 €/begonnen 0,5 m³

5,00 € 5,00 € 10,00 € 10,00 € 5,00 € 10,00 € 15,00 € 5,00 € 5,00 €

5,00 € 5,00 € 10,00 € 10,00 € 5,00 € 10,00 € 15,00 € 5,00 € 5,00 €

Wijze van inning Inzameling huis-aan-huis Personen die gebruik maken van de gemeentelijke dienstverlening inzake inzameling van grofvuil op afroep krijgen een betalingsuitnodiging met daarop de verschuldigde contantbelasting.

46 Retributie op werken aan nutsvoorzieningen op gemeentelijk openbaar domein. Er wordt aan de eigenaar van elke nutsvoorziening een retributie aangerekend op de gemeentelijke dienstverlening en het gebruik van het gemeentelijk openbaar domein naar aanleiding van werken aan permanente nutsvoorzieningen op het gemeentelijk openbaar domein, in uitvoering en met toepassing van de Code voor Infrastructuur- en Nutswerken langs gemeentewegen. De retributie is niet verschuldigd indien de werken worden uitgevoerd samen met of onmiddellijk voorafgaand aan wegen- of rioleringswerken uitgevoerd door de gemeente of indien het werken zijn die uitgevoerd worden op verzoek van de gemeente. Retributie naar aanleiding van sleufwerken. De retributie naar aanleiding van sleufwerken is verschuldigd per dag en per lopende meter openliggende sleuflengte voor alle sleufwerken. Zij bedraagt voor werken in rijwegen 2,00 €, voor werken in voetpaden 1,50 € en voor werken in aardewegen 0,90 €. Wanneer in dezelfde sleuf gelijktijdig werken uitgevoerd worden voor twee of meer nutsvoorzieningen bedraagt voormelde retributie voor de eigenaar van elke nutsvoorziening 60% van hogervermeld(e) bedrag(en). Een begonnen dag geldt voor een volledige dag. Elk deel van een lopende meter wordt als een volledige lopende meter in rekening gebracht. Retributie voor dringende werken, aansluitingswerken, herstellingen, kleine onderhoudswerken en ter compensatie van diverse heffingen en belastingen. Voor de hinder veroorzaakt door de dringende werken, aansluitingswerken, herstellingen en kleine onderhoudswerken met een sleufoppervlakte van maximum 3m², wordt per kalenderjaar een retributie geheven van 1,00 € /op het grondgebied van de gemeente aanwezig aansluitingspunt. Ter compensatie van diverse heffingen en belastingen in hoofde van zowel de distributienetbeheerder als haar werkmaatschappij wordt een retributie voorzien van 0,50 €/aanwezig aansluitingspunt op het grondgebied van de gemeente. Deze retributies zijn verschuldigd vóór het einde van ieder jaar. In dit kader doet iedere nutsmaatschappij vóór 15 december van ieder jaar opgave van het aantal aansluitingspunten op het grondgebied van de gemeente. De raad wordt verzocht onderhavig retributiereglement vast te stellen met ingang vanaf 1 januari 2014 en voor een termijn eindigend op 31 december 2016.

47 Verkaveling Klein Dalenstraat/Verbrandstraat – Tracé van de weg. De Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening is van toepassing vanaf 1 september 2009 met de bijhorende uitvoeringsbesluiten, die een meer concrete invulling geven aan het decreet. Voor de percelen gelegen te Herent, klein Dalenstraat / Verbrandstraat, kadastraal gekend onder Herent 4° afdeling Winksele sectie C nrs. 373f, 376i, 392s, 377d, 392x en deel van 367r is een verkavelingsaanvraag ingediend door consoorten Hacha en Kelecom strekkende tot het vormen van 28 bouwkavels waarvan 4 kavels voor open bebouwing, 20 kavels voor half open bebouwing en 4 kavels voor gesloten bebouwing met speelplein en wegentracé met bijhorende uitrusting. De verkavelingsaanvraag omvat een verkavelingsplan met opgave van de ligging van de wegen, de lengte- en dwarsprofielen, een detail van speelzone en een rooilijnplan. Vanaf 30 augustus 2013 tot en met 30 september 2013 is het openbaar onderzoek gehouden

met betrekking tot de voorliggende aanvraag met bijhorend wegentracé en typeprofielen. Volgens het proces-verbaal van afsluiting van het openbaar onderzoek blijkt dat 8 bezwaarschriften binnen de gestelde termijn zijn toegekomen. De ingediende bezwaarschriften handelen over: het projectgebied is te drassig, wateroverlast is te vrezen ook met de omliggende projecten, inplanting van sociale woningen aan het spoor zijn het minst aantrekkelijk, hoofdtoegangsweg langs de Verbrandstraat i.p.v. Klein Dalenstraat, belangrijke bomen en cabine zijn niet aangegeven op het plan bestaande toestand, beschadiging van wortels van te behouden bomen (afsterven). Geen ruimte om hoogteverschillen op te nemen (taluds) door dichtslibben van het bufferbekken zal de wateroverlast toenemen. Een te smalle toegangsweg langs Verbrandstraat uitsluitend voor voetgangers, fietsers en hulpdiensten. De Klein Dalenstraat heeft een woonfunctie, is niet meer leefbaar met 28 bijkomende woningen en de bijhorende verkeersbewegingen, de veiligheid komt in het gedrang bij probleemsituatie (ontruiming). De wateroverlast zal toenemen door de bebouwing en bijkomende verharding voor de 28 woningen. De bezwaarschriften worden opgenomen en behandeld in het advies van het schepencollege. De pla nnen gevoegd bij de aanvraag omvatten een bestaande toestand, een verkavelingsplan, een grondplan van de wegenis met lengte- en dwarsprofielen en een rooilijnplan opgemaakt door Het studiebureau D + A Consult, Meiboom 26 van en te 1500 Halle. De inrichting van het project is opgemaakt volgens het woonerfprincipe dat voorzien is voor één en tweerichtingsverkeer. Aangrenzend aan de wegenis zijn er 11 parkeerplaatsen, waarvan 2 voor minder validen. Er zijn drie groene ruimtes voorzien met elk een eigen functie. Binnen de projectzone worden langs de wegenis en groenstroken hoogstambomen voorzien. Het rooilijnplan voorziet de zone voor wegenis, bijhorende parkings, speelplein en groenstroken. Deze zones zullen na aanleg en eindoplevering kosteloos in het bezit gesteld worden van de gemeente, om in te lijven in het openbaar domein. De raad wordt verzocht Het tracé van de wegeninfrastructuur, omvattende het verkavelingsplan, een grondplan van de wegenis met lengte- en dwarsprofielen en het rooilijnplan opgemaakt door het studiebureau D + A Consult, Meiboom 26 van en te 1500 Halle voor de verkavelingsaanvraag gelegen te Herent, Klein Dalenstraat/Verbrandstraat, kadastraal gekend onder Herent 4° afdeling Winksele sectie E nrs. 373f, 376i, 392s, 377d, 392x en deel van 367r goed te keuren. Te beslissen dat de zone opgenomen volgens het rooilijnplan, na aanleg van wegenis, speelplein, groen en parkings gratis wordt overgedragen aan de gemeente om in te lijven in het openbaar domein. Een afzonderlijke beslissing te nemen m.b.t. het goedkeuren van het technisch dossier betreffende de wegenisinfrastructuur.

48 RUP Mollekensberg – in herzieningstelling – principe – aanstelling ontwerper. De Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening is van toepassing De gemeente Herent heeft een gemeentelijk ruimtelijk structuurplan, definitief vastgesteld in de gemeenteraadszitting van 13 april 2004 en goedgekeurd bij Ministerieel besluit van 29 juni 2004. De gemeente heeft onder het RUP Herbestemmingen 2° fase een deelRUP Mollekensberg opgemaakt, definitief vastgesteld in de gemeenteraadszitting van 9 oktober 2007 en goedgekeurd bij besluit van de bestendige deputatie van 13 december 2007. Het RUP Mollekensberg heeft als hoofdbestemmingen zone voor agrarisch park (artikel 4) en zone voor speelbos (artikel 5).

De zone voor agrarisch park strekt zich uit in westelijke richting van de Keizerstraat richting Rijweg (noorden) en er op aansluit. Deze aansluiting heeft als reden een verbinding te creëren tussen het groene lint (komende van de dorpskom) en de Mollekensberg. Deze verbinding wordt versterkt door een wandelverbinding te voorzien met een open ruimtecorridor. De gemeenteraad heeft in zitting van 18 december 2012, punt 16, reeds een beslissing genomen betreffende de in herziening stelling en aanstelling van een ontwerper voor de opmaak van het RUP Mollekensberg. Deze beslissing wordt ingetrokken op basis van de onvolledigheid door het ontbreken van bestek en offerteformulier. Volgens het gewestplan Leuven (KB van 04.07.1977) is tussen de Rijweg en de Mollekensberg tot aan de Kouterstraat een smalle strook woongebied gelegen. Bij de opmaak van het RUP Mollekensberg is omwille van het onbebouwd perceel geen rekening gehouden met het woongebied. Hierdoor is een bijkomende toegangsweg of wandelverbinding ter hoogte van dit perceel geciteerd en ingekleurd als zone voor agrarisch park. Het bestuur wil dit verkeerdelijk volledig ingekleurd perceel, met de herziening van het RUP, terug zijn oorspronkelijke bestemming van woongebied teruggeven. Een smalle strook van maximum 4 m is wenselijk en voldoende als wandelverbinding. Het overige deel van het perceel kan zijn vorige bestemming behouden. Het is wenselijk om een ontwerper aan te stellen om deze procedure, van in herzieningstelling tot goedkeuring, te doorlopen. Deze aanstelling kan op basis van een beperkte offertevraag met als gunningscriteria: de prijs (50%), de visie (10%), referenties (10%), uitvoeringstermijn(10%), kwaliteit (inhoud en presentatie) (10%) en aanvullingen (10%). De volledige procedure voor de opmaak van het RUP is opgenomen in de VCRO met bijhorende uitvoeringsbesluiten, van MER-screening tot en met planbatenheffing. De raad wordt verzocht: - de beslissing van 18 december 2012 betreffende de in herziening stelling en de aanstelling van een ontwerper voor de opmaak van het RUP Mollekensberg, wegens onvolledigheid (bestek en offerteformulier) in te trekken - akkoord te gaan met de in herziening stelling van het RUP Mollekensberg - akkoord te gaan met de voorgestelde herbestemming - Het bijgevoegde bestek en offerteformulier inhoudelijk goed te keuren - akkoord te gaan met de aanstelling van een ontwerper op basis van de kwalitatieve selectie- en gunningscriteria zoals opgenomen in het bijgevoegde bestek - het college van burgemeester en schepenen opdracht te geven een overeenkomst af te sluiten, overeenkomstig de voorwaarden opgenomen in het bestek.

49 RUP Bachterveld – aanstelling van ontwerper. De gemeenteraad heeft in zitting van 23 april 1991 een princiepsbeslissing genomen met ontwerp van overeenkomst tot het opmaken van een Bijzonder plan van Aanleg voor de zone gelegen tussen, de Overstraat, Papenstraat, Lodewijk van Veltemstraat en de Kerkstraat onder de benaming “Bachterveld”. De gemeenteraad heeft in zitting van 28 mei 1991 het studiebureau GVE, Tervuursesteenweg 206 te 3060 Bertem aangesteld als ontwerper voor het BPA Bachterveld op te maken. Na het opmaken van verschillende ontwerpen en het opmaken van een vereiste woonbehoefte studie heeft op 22 mei 1995 een informatievergadering plaatsgevonden, waarna de studie gestopt is omwille van het ongenoegen van de omwonenden wegens voorziene onteigeningen

van tuindelen. De gemeenteraad heeft in zitting van 14 november 1995 het raadsbesluit van 23 april 1991 herzien overeenkomstig de artikels 16 en 17 van de wet op de stedenbouw van 29.03.1962. Na deze beslissing is de opmaak van het RUP niet meer verder gezet. In 2010 heeft het studiebureau GVE laten weten dat zij met de activiteiten van burgerlijke bouwkunde en ruimtelijke planning stopten. Door de steeds wijzigende wetten, decreten en uitvoeringsbesluiten m.b.t. de ruimtelijke ordening heeft het bestuur een gemeentelijk ruimtelijk structuurplan (GRS) opgemaakt dat bij Ministerieel besluit van 29 juni 2004 is goedgekeurd. Het “Bachterveld” volgens het gewestplan Leuven (KB 07.04.1977) gelegen in een woonuitbreidingsgebied, is in het GRS opgenomen in de bindende bepalingen opgenomen om tijdelijk te bevriezen voor wonen met een ontwikkelings- en/of bouwstop tot 2007. Op 1 september 2009 is de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en het decreet Grond- en Pandenbeleid in werking getreden. Door het decreet Grond- en Pandenbeleid heeft de gemeente een taakstelling opgelegd gekregen ter verwezenlijking van een sociaal woonaanbod, zijnde het realiseren van sociale huur- en koopwoningen, evenals sociale bouwkavels. De gemeenteraad heeft in zitting van 12 juni 2012 beslist om verschillende RUP’s te herzien, of in aanmerking komen voor herneming of opmaak o.a. het gebiedsdeel Bachterveld met als doel een gedeelte van de opgelegde 68 sociale koopwoningen hierin te realiseren. Het is wenselijk om een ontwerper aan te stellen om de opmaak van het RUP Bachterveld. De volledige procedure voor de opmaak van het RUP is opgenomen in de VCRO met bijhorende uitvoeringsbesluiten, MER-screening, tot en met de planbatenheffing. De gemeenteraad heeft in zitting van 18 december 2012 , punt 17, reeds een beslissing genomen betreffende de aanstelling van een ontwerper voor de opmaak van het RUP Bachterveld. Deze beslissing wordt ingetrokken op basis van de onvolledigheid door het ontbreken van bestek en offerteformulier. De documenten dienen in papieren versie als digitaal aangeleverd te worden. De aanstelling kan op basis van een beperkte offertevraag met als gunningscriteria: de prijs (50%), de visie (10%), referenties (10%), uitvoeringstermijn (10%), kwaliteit (inhoud en presentatie) (10%) en aanvullingen(10%). De raad wordt verzocht: - de beslissing van 18 december 2012 betreffende de aanstelling van een ontwerper voor de opmaak van het RUP Bachterveld, wegens onvolledigheid (bestek en offerteformulier) in te trekken - om door middel van een beperkte offertevraag, op basis van een bestek over te gaan tot de aanstelling van een ontwerper voor de opmaak van het RUP Bachterveld - Het bijgevoegde bestek en offerteformulier inhoudelijk goed te keuren - akkoord te gaan met de aanstelling van een ontwerper op basis van de opgenomen kwalitatieve selectie- en gunningscriteria zoals opgenomen in het bijgevoegde bestek - het college van burgemeester en schepenen opdracht te geven een overeenkomst af te sluiten overeenkomstig de voorwaarden opgenomen in het bestek

50 Rooilijnplan verkaveling Meulenveld fase 1 – 15/2011/951 – Molenveld – intrekking. De Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening is in werking getreden van 1 september 2009. Het decreet van 8 mei 2009, houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen is van toepassing, inzonderheid de afdeling 2. – Gemeentelijk rooilijnplan en hoofdstuk III. –

Realisatie en verval van het rooilijnplan. Op 27.10.2011 is de verkavelingsaanvraag met wegenis, met referentie van de gemeente 15/2011/951, voor Meulenveld fase 1 ingediend, strekkende tot 4 loten voor open bebouwing, 38 loten voor half open bebouwing, 2 loten voor gesloten bebouwing en 1 lot voor een cabine. Het rooilijnplan gevoegd bij de verkavelingsaanvraag is door de gemeenteraad in zitting van 13 maart 2012 onder punt 3 definitief goedgekeurd. De verkavelingsvergunning is afgegeven door het college van burgemeester en schepenen op 26 maart 2012. Bij de deputatie van de provincie Vlaams-Brabant is beroep ingesteld, bij besluit van 12 juli 2012 de verkavelingsvergunning geweigerd; Bij de Raad van State is een procedure tot nietigverklaring ingeleid m.b.t. de definitieve vaststelling door de gemeenteraad in zitting van 13 maart 2012 van het rooilijnplan. Op 28 november 2012 is een nieuwe en gewijzigde verkavelingsaanvraag ingediend voor dezelfde locatie met referentie van de gemeente 11/2012/963, strekkende tot 6 loten voor open bebouwing, 32 loten voor half open bebouwing, 1 lot voor plaatsing cabine met bijhorende wegenisinfrastructuur. Voor de nieuwe en gewijzigde verkavelingsaanvraag is op 15 april 2013 door het college van burgemeester en schepenen een vergunning afgegeven met voorwaarden. Tegen de afgegeven verkavelingsvergunning van 15 april 2013 is beroep ingesteld bij de deputatie van de provincie Vlaams-Brabant. Bij besluit van de deputatie van 29 augustus 2013 met referteRMT-RO-BB-2013-0248 wordt het noordelijk deel met de wegenis en de meergezinswoningen in beroep geweigerd en het zuidelijk deel met wegenis en ééngezinswoningen vergund met voorwaarden. Het college van burgemeester en schepenen stelt voor om tijdens de gemeenteraadszitting van 12 november 2013 de definitieve vaststelling van het rooilijnplan van 13 maart 2012, punt 3, in te trekken. Om reden dat het rooilijnplan gevoegd bij de verkavelingsaanvraag met referentie 15/2011/951 zonder voorwerp is, daar de verkaveling in beroep geweigerd is door de deputatie op 12 juli 2012. De projectontwikkelaar kan bij het indienen van de fase II van het totale project een aangepast rooilijnplan zal indienen voor het geheel (fase I en II). Voor de gratis overdracht van de wegenisinfrastructuur van de verkaveling met referentie 11/2012/963 aan de gemeente, om te voegen bij het openbaar domein, dient het rooilijnplan opgemaakt en de goedkeuringsprocedure volledig te doorlopen. De raad wordt verzocht: - kennis te nemen van de historiek van de verkavelingsaanvraag met referentie 15/2011/951 met het bijhorend rooilijnplan voor het Meulenveld fase 1. - kennis te nemen van het feit dat het definitief goedgekeurd rooilijnplan door de gemeenteraad in zitting van 13 maart 2012, punt 3, zonder voorwerp is daar de verkavelingsvergunning door de deputatie bij besluit van 12.07.2012 met referte IST-RO-BB2012-0243 geweigerd is. - om de definitieve goedkeuring van 13 maart 2012, punt 3, door de gemeenteraad van het rooilijnplan voor het Meulenveld fase 1 in te trekken om reden dat het plan zonder voorwerp is.

51 Reglement Sociaal Wonen Toepasselijke regelgeving - het Gemeentedecreet dd. 15.07.2005, Titel II, Hfst. I, Afd. III De bevoegdheden van de gemeenteraad (art. 42-43), Titel II, Hfst. II, Afd. III De bevoegdheden van het College van Burgemeester en Schepenen (art. 57-58) en Titel VIII, Hfst. I, Bestuurlijk toezicht (art. 248-264); - de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen; - de wet van 11.04.1994 betreffende de openbaarheid van bestuur; - het decreet van 26.03.2004 betreffende de openbaarheid van bestuur in de provincies en de gemeenten; - het KB van 02.08.1990 houdende het Nieuw Algemeen Reglement op de Gemeentelijke Comptabiliteit; - het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode; - het decreet van 27 maart 2009 betreffende het Grond- en Pandenbeleid; De gemeente Herent heeft een bindend sociaal objectief van 133 sociale huurwoningen, 68 sociale koopwoningen (waarvan minimum 55 moeten worden gerealiseerd door Vlaamse besturen of Vlaamse semipublieke rechtspersonen en maximum 13 door de overige natuurlijke of rechtspersonen) en 3 sociale kavels. Het bindend sociaal objectief, wat betreft de deelobjectieven sociale koop en sociale kavels, moet worden gerealiseerd tegen 2020. Het bindend sociaal objectief, wat betreft het deelobjectief sociale huur, moet worden gerealiseerd tegen 2023 ; Conform artikel 4.1.8., tweede lid, 1° en 2° van het Decreet Grond- en Pandenbeleid wordt in elk van de verkavelings- en bouwprojecten, vermeld in het eerste lid, een sociaal woonaanbod verwezenlijkt dat gelijk is aan ten minste twintig en ten hoogste veertig procent van het aantal te verwezenlijken woningen en/of kavels, indien de gronden eigendom zijn van Vlaamse besturen of semipublieke rechtspersonen, en ten minste tien en ten hoogste twintig procent van het aantal te verwezenlijken woningen en/of kavels, indien de gronden eigendom zijn van overige natuurlijke rechtspersonen. De gemeente wil een goede sociale mix tot stand brengen, hetgeen inhoudt dat ernaar wordt gestreefd dat in elke buurt een gevarieerd aanbod aanwezig is wat betreft het type woning (sociale huurwoningen, sociale koopwoningen, sociale kavels, private huurwoningen, private eigendomswoningen). Er werd een ontwerp van gemeentelijk reglement sociaal wonen opgemaakt, omvattende definities, toepassingsgebied, overgangsbepalingen, inwerkingtreding, geldigheidsduur en evaluatie. De raad wordt verzocht het gemeentelijk reglement sociaal wonen definitief vast te stellen.

52 Samenwerkingsovereenkomsten exclusieve dienstverlening Interleuven – gemeente – basisondersteuning milieu. Toepasselijke regelgeving: - het gemeentedecreet; - het decreet van 28 april 1993 houdende de regeling, voor het Vlaamse gewest, van het administratief toezicht op de gemeenten; - het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking;

-

de van kracht zijnde statuten van Interleuven zoals gepubliceerd in de bijlagen bij het Belgisch Staatsblad d.d. 11 juni 2010; De raad van bestuur van Interleuven heeft op 23 maart 2005 het voorstel tot aanpassing van de statuten van Interleuven inzonderheid met betrekking tot de duurtijd van de vereniging en met betrekking tot de omschrijving van de diensten waarop de deelnemers beroep kunnen doen in het kader van wederzijdse exclusiviteit goedgekeurd. De gemeenteraad is op 10 mei 2005 akkoord gegaan met de voorgestelde aanpassingen in de statuten en in de bijlagen. Bij besluit van 28 september 2005 heeft de buitengewone algemene vergadering van Interleuven de statutenwijziging met unanimiteit goedgekeurd. De gemeente is als deelnemer van Interleuven als dienstverlenende vereniging in de mogelijkheid om beroep te doen op de diensten van haar intercommunale, alsook op deze diensten welke in exclusiviteit worden aangeboden. Volgens de als bijlage gevoegde lijst bij de statuten van Interleuven blijkt dat 5.1. Basisondersteuning milieu kan worden gerealiseerd. Interleuven is bij de uitvoering van deze diensten in opdracht van een deelnemer er zelf toe gehouden om de overheidsopdrachtenwetgeving na te leven. De toekenning bij exclusiviteit van voornoemde opdracht aan Interleuven heeft onder meer tot voordeel dat er in beginsel, behoudens andersluidend standpunt van de BTW-administratie, op de door de eigen personeelsleden van Interleuven geleverde prestaties geen BTW zal worden doorgerekend naar de gemeente toe. Op alle prestaties en kosten blijft uiteraard wel BTW verschuldigd. Daarenboven werd in de aangepaste statuten van Interleuven voorzien in een vergoedingssysteem waarbij op transparante basis de kosten kunnen worden toegewezen. Er zal inzonderheid bij exclusiviteit worden gewerkt op basis van een kosten- en expertisedelend principe waarbij in artikel 14.2 van de statuten uitdrukkelijk wordt bepaald: “De kosten verbonden aan de exclusieve dienstverlening, zoals omschreven in art. 4 worden verrekend aan de deelnemers op basis van het kosten- en expertisedelend principe. Voor de aanrekening van de prestaties, verleend in het kader van de wederzijdse exclusiviteit, zal gewerkt worden met een open boekhouding.”. Het systeem van de open boekhouding laat toe om permanent de kosten van het project op te volgen. De uurlonen voor de personeelsleden van Interleuven werden door Interleuven op basis van de reële kostprijs als volgt bepaald (1 januari 2013): • algemeen projectleider/specialist-expert 83,00 Euro • projectleider 74,00 Euro • projectmedewerker 61,00 Euro Deze uurlonen worden gekoppeld aan de indexaanpassing van de lonen zoals toepasselijk in de openbare sector. Het afsluiten van deze exclusiviteitsovereenkomst heeft tevens tot gevolg dat de gemeente zich ertoe verbindt om voor de diensten dewelke in deze overeenkomst worden omschreven, uitsluitend een beroep te doen op Interleuven, en dit voor een welomschreven periode dewelke echter de duur van zes jaar niet mag overschrijden. De gemeente kan aldus kiezen om voor de betrokken diensten een beroep te doen op Interleuven, dan wel om deze diensten zelf uit te oefenen, doch ziet hierbij wel af van de mogelijkheid om de dienst, gedurende de looptijd van de exclusiviteit, te laten uitvoeren door derden. De gemeenteraad beperkt aldus de duurtijd van de betrokken diensten tot een periode van 6

jaar met dien verstande dat opdrachten dewelke werden toegekend vóór het verstrijken van voormelde periode zullen worden afgewerkt onder het systeem van de exclusieve dienstverlening en aldus zonder aanrekening van BTW. Voor de uitvoering van deze exclusieve taken wordt gewerkt overeenkomstig het ontwerp van samenwerkingsovereenkomst. Het is dan ook aangewezen is voornoemde diensten in exclusiviteit aan Interleuven toe te kennen. De raad wordt verzocht • de volgende diensten, zoals voorzien in de bijlagen van de statuten ven Interleuven, in exclusiviteit toe te kennen aan de dienstverlenende vereniging Interleuven met ingang van 1 januari 2014 tot en met 31 december 2019, met dien verstande dat opdrachten die werden toegekend vóór het verstrijken van voormelde periode, zullen worden afgewerkt onder het systeem van de exclusieve dienstverlening: 5.1. basisondersteuning milieu • de samenwerkingsovereenkomst met Interleuven goed te keuren • het college opdracht te even de overeenkomst af te sluiten.

53 Samenwerkingsovereenkomsten exclusieve dienstverlening Interleuven – gemeente – uitgebreide ondersteuning milieu. Toepasselijke regelgeving: - het gemeentedecreet; - het decreet van 28 april 1993 houdende de regeling, voor het Vlaamse gewest, van het administratief toezicht op de gemeenten; - het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking; - de van kracht zijnde statuten van Interleuven zoals gepubliceerd in de bijlagen bij het Belgisch Staatsblad d.d. 11 juni 2010; De raad van bestuur van Interleuven heeft op 23 maart 2005 het voorstel tot aanpassing van de statuten van Interleuven inzonderheid met betrekking tot de duurtijd van de vereniging en met betrekking tot de omschrijving van de diensten waarop de deelnemers beroep kunnen doen in het kader van wederzijdse exclusiviteit goedgekeurd. De gemeenteraad is op 10 mei 2005 akkoord gegaan met de voorgestelde aanpassingen in de statuten en in de bijlagen. Bij besluit van 28 september 2005 heeft de buitengewone algemene vergadering van Interleuven de statutenwijziging met unanimiteit goedgekeurd. De gemeente is als deelnemer van Interleuven als dienstverlenende vereniging in de mogelijkheid om beroep te doen op de diensten van haar intercommunale, alsook op deze diensten welke in exclusiviteit worden aangeboden. Volgens de als bijlage gevoegde lijst bij de statuten van Interleuven blijkt dat 5.2 Uitgebreide ondersteuning kan worden gerealiseerd. Interleuven is bij de uitvoering van deze diensten in opdracht van een deelnemer er zelf toe gehouden om de overheidsopdrachtenwetgeving na te leven. De toekenning bij exclusiviteit van voornoemde opdracht aan Interleuven heeft onder meer tot voordeel dat er in beginsel, behoudens andersluidend standpunt van de BTW-administratie, op de door de eigen personeelsleden van Interleuven geleverde prestaties geen BTW zal worden doorgerekend naar de gemeente toe. Op alle prestaties en kosten blijft uiteraard wel BTW

verschuldigd. Daarenboven werd in de aangepaste statuten van Interleuven voorzien in een vergoedingssysteem waarbij op transparante basis de kosten kunnen worden toegewezen. Er zal inzonderheid bij exclusiviteit worden gewerkt op basis van een kosten- en expertisedelend principe waarbij in artikel 14.2 van de statuten uitdrukkelijk wordt bepaald: “De kosten verbonden aan de exclusieve dienstverlening, zoals omschreven in art. 4 worden verrekend aan de deelnemers op basis van het kosten- en expertisedelend principe. Voor de aanrekening van de prestaties, verleend in het kader van de wederzijdse exclusiviteit, zal gewerkt worden met een open boekhouding.”. Het systeem van de open boekhouding laat toe om permanent de kosten van het project op te volgen. De uurlonen voor de personeelsleden van Interleuven werden door Interleuven op basis van de reële kostprijs als volgt bepaald (1 januari 2013): • algemeen projectleider/specialist-expert 83,00 Euro • projectleider 74,00 Euro • projectmedewerker 61,00 Euro Deze uurlonen worden gekoppeld aan de indexaanpassing van de lonen zoals toepasselijk in de openbare sector. Het afsluiten van deze exclusiviteitsovereenkomst heeft tevens tot gevolg dat de gemeente zich ertoe verbindt om voor de diensten dewelke in deze overeenkomst worden omschreven, uitsluitend een beroep te doen op Interleuven, en dit voor een welomschreven periode dewelke echter de duur van zes jaar niet mag overschrijden. De gemeente kan aldus kiezen om voor de betrokken diensten een beroep te doen op Interleuven, dan wel om deze diensten zelf uit te oefenen, doch ziet hierbij wel af van de mogelijkheid om de dienst, gedurende de looptijd van de exclusiviteit, te laten uitvoeren door derden. De gemeenteraad beperkt aldus de duurtijd van de betrokken diensten tot een periode van 6 jaar met dien verstande dat opdrachten dewelke werden toegekend vóór het verstrijken van voormelde periode zullen worden afgewerkt onder het systeem van de exclusieve dienstverlening en aldus zonder aanrekening van BTW. Voor de uitvoering van deze exclusieve taken wordt gewerkt overeenkomstig het ontwerp van samenwerkingsovereenkomst. Het is dan ook aangewezen is voornoemde diensten in exclusiviteit aan Interleuven toe te kennen. De raad wordt verzocht • de volgende diensten, zoals voorzien in de bijlagen van de statuten ven Interleuven, in exclusiviteit toe te kennen aan de dienstverlenende vereniging Interleuven met ingang van 1 januari 2014 tot en met 31 december 2019, met dien verstande dat opdrachten die werden toegekend vóór het verstrijken van voormelde periode, zullen worden afgewerkt onder het systeem van de exclusieve dienstverlening: 5.2. uitgebreide ondersteuning • de samenwerkingsovereenkomst met Interleuven goed te keuren • het college opdracht te even de overeenkomst af te sluiten.

54 Samenwerkingsovereenkomsten exclusieve dienstverlening Interleuven – gemeente – ondersteuning handhaving milieu. Toepasselijke regelgeving: - het gemeentedecreet; - het decreet van 28 april 1993 houdende de regeling, voor het Vlaamse gewest, van het administratief toezicht op de gemeenten; - het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking; - de van kracht zijnde statuten van Interleuven zoals gepubliceerd in de bijlagen bij het Belgisch Staatsblad d.d. 11 juni 2010; De raad van bestuur van Interleuven heeft op 23 maart 2005 het voorstel tot aanpassing van de statuten van Interleuven inzonderheid met betrekking tot de duurtijd van de vereniging en met betrekking tot de omschrijving van de diensten waarop de deelnemers beroep kunnen doen in het kader van wederzijdse exclusiviteit goedgekeurd. De gemeenteraad is op 10 mei 2005 akkoord gegaan met de voorgestelde aanpassingen in de statuten en in de bijlagen. Bij besluit van 28 september 2005 heeft de buitengewone algemene vergadering van Interleuven de statutenwijziging met unanimiteit goedgekeurd. De gemeente is als deelnemer van Interleuven als dienstverlenende vereniging in de mogelijkheid om beroep te doen op de diensten van haar intercommunale, alsook op deze diensten welke in exclusiviteit worden aangeboden. Volgens de als bijlage gevoegde lijst bij de statuten van Interleuven blijkt dat 5.4. Ondersteuning inzake handhaving milieu kan worden gerealiseerd. Interleuven is bij de uitvoering van deze diensten in opdracht van een deelnemer er zelf toe gehouden om de overheidsopdrachtenwetgeving na te leven. De toekenning bij exclusiviteit van voornoemde opdracht aan Interleuven heeft onder meer tot voordeel dat er in beginsel, behoudens andersluidend standpunt van de BTW-administratie, op de door de eigen personeelsleden van Interleuven geleverde prestaties geen BTW zal worden doorgerekend naar de gemeente toe. Op alle prestaties en kosten blijft uiteraard wel BTW verschuldigd. Daarenboven werd in de aangepaste statuten van Interleuven voorzien in een vergoedingssysteem waarbij op transparante basis de kosten kunnen worden toegewezen. Er zal inzonderheid bij exclusiviteit worden gewerkt op basis van een kosten- en expertisedelend principe waarbij in artikel 14.2 van de statuten uitdrukkelijk wordt bepaald: “De kosten verbonden aan de exclusieve dienstverlening, zoals omschreven in art. 4 worden verrekend aan de deelnemers op basis van het kosten- en expertisedelend principe. Voor de aanrekening van de prestaties, verleend in het kader van de wederzijdse exclusiviteit, zal gewerkt worden met een open boekhouding.”. Het systeem van de open boekhouding laat toe om permanent de kosten van het project op te volgen. De uurlonen voor de personeelsleden van Interleuven werden door Interleuven op basis van de reële kostprijs als volgt bepaald (1 januari 2013): • algemeen projectleider/specialist-expert 83,00 Euro • projectleider 74,00 Euro • projectmedewerker 61,00 Euro Deze uurlonen worden gekoppeld aan de indexaanpassing van de lonen zoals toepasselijk in de openbare sector.

Het afsluiten van deze exclusiviteitsovereenkomst heeft tevens tot gevolg dat de gemeente zich ertoe verbindt om voor de diensten dewelke in deze overeenkomst worden omschreven, uitsluitend een beroep te doen op Interleuven, en dit voor een welomschreven periode dewelke echter de duur van zes jaar niet mag overschrijden. De gemeente kan aldus kiezen om voor de betrokken diensten een beroep te doen op Interleuven, dan wel om deze diensten zelf uit te oefenen, doch ziet hierbij wel af van de mogelijkheid om de dienst, gedurende de looptijd van de exclusiviteit, te laten uitvoeren door derden. De gemeenteraad beperkt aldus de duurtijd van de betrokken diensten tot een periode van 6 jaar met dien verstande dat opdrachten dewelke werden toegekend vóór het verstrijken van voormelde periode zullen worden afgewerkt onder het systeem van de exclusieve dienstverlening en aldus zonder aanrekening van BTW. Voor de uitvoering van deze exclusieve taken wordt gewerkt overeenkomstig het ontwerp van samenwerkingsovereenkomst. Het is dan ook aangewezen is voornoemde diensten in exclusiviteit aan Interleuven toe te kennen. De raad wordt verzocht • de volgende diensten, zoals voorzien in de bijlagen van de statuten ven Interleuven, in exclusiviteit toe te kennen aan de dienstverlenende vereniging Interleuven met ingang van 1 januari 2014 tot en met 31 december 2019, met dien verstande dat opdrachten die werden toegekend vóór het verstrijken van voormelde periode, zullen worden afgewerkt onder het systeem van de exclusieve dienstverlening: 5.4. Ondersteuning inzake handhaving milieu • de samenwerkingsovereenkomst met Interleuven goed te keuren • het college opdracht te even de overeenkomst af te sluiten.

55 Gemeentelijke adviesraad voor milieu en natuur – statuten en visie. De raad heeft op 3 november 1992 een gemeentelijke adviesraad voor milieu en natuur samengesteld. De raad heeft op 12 december 2000 en op 12 november 2002 de samenstelling van de gemeentelijke adviesraad voor milieu en natuur gewijzigd. De raad heeft op 11 maart 2008 kennis genomen van het huishoudelijk reglement voor de gemeentelijke adviesraad voor milieu en natuur en dit bekrachtigd. De raad heeft op 11 maart 2008 kennis genomen van de afsprakennota voor de gemeentelijke adviesraad voor milieu en natuur. De gemeentelijke adviesraad voor milieu en natuur werd opnieuw samengesteld ingevolge de gemeenteverkiezingen. Het is wenselijk de statuten aan te passen en een visie uit te schrijven. Tijdens de vergadering van de gemeentelijke adviesraad voor milieu en natuur van 19 september 2013 werden de statuten en de visietekst goedgekeurd. De raad wordt verzocht kennis te nemen van de statuten voor de gemeentelijke adviesraad voor milieu en natuur en deze te bekrachtigen en kennis te nemen van de visietekst van de gemeentelijke adviesraad voor milieu en natuur.

56 Intergemeentelijke samenwerking – afvalinzameling – invoering Diftar huis-aan-huis. Toepasselijke regelgeving: - het gemeentedecreet; - het decreet van 28 april 1993 houdende regeling voor het Vlaamse gewest, van het administratief toezicht op de gemeenten, zoals gewijzigd; - het decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen; - het besluit van de Vlaamse regering van 17 februari 2012 tot vaststelling van het Vlaams reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen (VLAREMA), zoals gewijzigd; - het uitvoeringsplan ‘Milieuverantwoord beheer van huishoudelijke afvalstoffen’ van de Vlaamse regering van 14 december 2007: - het besluit van de Vlaamse regering van 23 januari 2004 betreffende de subsidiëring van bepaalde werken, leveringen en diensten die in het Vlaamse gewest door of op initiatief van lagere besturen of ermee gelijkgestelde rechtspersonen worden uitgevoerd; - het ministerieel besluit van de Vlaamse overheid van 28 mei 2013 houdende vaststelling van nadere regels voor de subsidiëring van bepaalde werken, leveringen en diensten die in het Vlaamse gewest door of op initiatief van lagere besturen of ermee gelijkgestelde rechtspersonen worden uitgevoerd; - de algemene richtlijn bij het besluit van de Vlaamse regering van 23 januari 2004 en het Ministerieel besluit van 16 februari 2007 betreffende de subsidiëring van bepaalde werken, leveringen en die in het Vlaamse gewest door of op initiatief van lagere besturen of ermee gelijkgestelde rechtspersonen worden uitgevoerd; - de wet van 22 december 1986 betreffende de intercommunales en de bepalingen van het decreet van de Vlaamse Raad van 1 juli 1987 betreffende de werkwijze van, de controle op en de vaststelling van het ambtsgebied van intercommunales; - het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, zoals gewijzigd; De gemeente neemt deel aan de intergemeentelijke opdrachthoudende vereniging EcoWerf. De opdrachthoudende vereniging is een samenwerkingsverband met beheersoverdracht, waaronder wordt verstaan het toevertrouwen door de deelnemende gemeenten aan het samenwerkingsverband van de uitvoering van de door hen genomen beslissingen in het kader van zijn doelstellingen, in die zin dat de gemeenten zich het recht ontzeggen zelfstandig of met derden dezelfde opdracht uit te voeren. In artikel 3 van de statuten wordt de te verrichten beheersoverdracht omschreven. De raad heeft op 9 december 2003 beheersoverdracht gedaan aan EcoWerf voor de ophaling van de hiernavolgende fracties van het huishoudelijk afval: het gewoon huisvuil, het grof huisvuil, GFT, PMD, glas (…). Ter bescherming van het leefmilieu is het noodzakelijk het huishoudelijk afval en bedrijfsafval tot een minimum te beperken en het afval selectief in te zamelen. Er dient prioriteit verleend te worden aan afvalvoorkoming en hergebruik van afvalstoffen. In tweede instantie dient het huishoudelijk afval (en vergelijkbaar bedrijfsafval) maximaal selectief ingezameld te worden. Uit het uitvoeringsplan ‘Milieuverantwoord beheer van huishoudelijke afvalstoffen’ van de Vlaamse regering van 14 december 2007 blijkt dat het reguleringsinstrument “de vervuiler betaalt” van belang is voor een doelgerichte invulling van het afvalbeleid richting preventie en verder dient te worden uitgebouwd, via het DifTar principe.

De hantering van een doorgedreven gedifferentieerde tarifering impliceert dat aan de burger een geïndividualiseerde rekening wordt voorgelegd van het door hem aangeboden afval, maar ook dat er proportioneel wordt aangerekend volgens het principe van de vervuiler betaalt: de diensten die een zware financiële – en/of milieukost betekenen, moeten worden ontraad door een hogere contactbelasting. Voormelde individuele aanrekening noodzaakt dat men de huis-aan-huis ophaling van het gewoon huisvuil, het GFT-afval (en het daarmee vergelijkbaar bedrijfsafval) automatiseert. Deze automatisering impliceert dat de voormelde afvalfracties dienen te worden aangeboden in daartoe ter beschikking gestelde containers, voorzien van een elektronische gegevensdrager die toelaat de aanbieder te identificeren, en dat het aangeboden afval wordt gewogen en geregistreerd. De kosten voor inzameling, verwerking, recyclage en nuttige toepassing op die manier verhaald kunnen worden op de aanbieder via een gedifferentieerde tarificatie, in functie van de frequentie van aanbieding en in functie van het aangeboden gewicht. De invoering van een dergelijk geautomatiseerde DifTarsysteem laat de gemeente toe om het principe van “de vervuiler betaalt” toe te passen, waarbij prioriteit wordt verleend aan afvalvoorkoming en slechts in tweede instantie aan het hergebruik en tenslotte aan de recyclage van afvalstoffen. Het ministerieel subsidiebesluit van 28 mei 2013 verleent subsidies voor diverse voorzieningen die deel uitmaken van een DifTarsysteem voor ophaling van huishoudelijke en hiermee gelijkgestelde afvalstoffen. Artikel 1 van voormeld ministerieel besluit van de Vlaamse overheid van 25 mei 2013 en punt 5.1. van de algemene richtlijn bij het besluit voorzien dat een algemeen subsidiepercentage van 50% geldt voor de periode van 1 januari 2013 tot en met 31 december 2013. Er kan geen garantie worden geboden inzake het toekomstige subsidiebeleid van de subsidiërende overheid. Gelet op het momenteel gunstig te verkrijgen subsidiepercentage en uiteraard gelet op de gunstige milieu- en ecologische gevolgen die kunnen gepaard gaan met de uitvoering van het geautomatiseerde DifTarsysteem, is het opportuun tot de invoering daarvan over te gaan. De gemeente heeft beheersoverdracht gedaan aan EcoWerf voor de inzameling en de verwerking van het gewoon huisvuil en het GFT-afval (en daarmee vergelijkbaar bedrijfsafval). EcoWerf is bereid om voor de gemeentes van haar werkingsgebied over te gaan tot invoering van het geautomatiseerde DifTarsysteem in de huis-aan-huisinzameling, - die zij uitvoert in het kader van de haar daartoe verleende beheersoverdracht – en hiervoor de nodige investering te doen in de vereiste materialen en diensten. De investering door EcoWerf in het voor de uitvoering van het geautomatiseerde DifTarsysteem vereiste materialen wordt afgeschreven op een termijn van 8 jaar. De gemeente dient de invoering van het geautomatiseerde DifTarsysteem te handhaven gedurende een termijn van minimaal 8 jaar en dit teneinde de intergemeentelijke vereniging de mogelijkheid te bieden voormelde kosten te verhalen op de gemeentelijke deelnemers voor wie voormeld DifTarsysteem wordt uitgevoerd. De raad wordt verzocht • over te gaan tot de invoering van het geautomatiseerde DifTarsysteem op haar grondgebied voor de inzameling huis-aan-huis van gewoon huisvuil en GFT-afval (en daarmee vergelijkbaar bedrijfsafval) voor een termijn van minimaal 8 jaar • de invoering van het geautomatiseerd DifTarsysteem te realiseren met EcoWerf en dit in het kader van de aan haar verleende beheersoverdracht voor de inzameling huis-aan-

•

huis van gewoon huisvuil en GFT-afval (en vergelijkbaar bedrijfsafval). het college van burgemeester en schepenen te gelasten met de uitvoering van dit besluit.

57 Projectovereenkomst HRNT-V/12/1 met DNB voor projectuitvoering stookplaatsrenovatie oud-gemeentehuis, Wilselsesteenweg 28 – 3020 Herent. De gemeenteraad heeft op 23 november 2010 een kaderovereenkomst met DNB voor ondersteuningsactiviteiten betreffende energiebesparing, (hernieuwbare) energie en energieefficiëntie goedgekeurd (EDLB). De stookplaats in het oud-gemeentehuis is dringend aan renovatie toe. De uitvoering van dit werk past in wat de DNB de gemeente kan aanbieden binnen deze kaderovereenkomst. Iverlek heeft de gemeente op 28 oktober 2013 de bij dit punt gevoegde contracttekst bezorgd. De maximumprijs voor de renovatie bedraagt € 189.365,00 incl. 21 % btw, voor het basiswerk en de optie samen. De optie omvat het vervangen van de ondergrondse CV-leidingen van de voorbouw door nieuwe CV-leidingen in opbouw. Het is aangewezen deze optie ook te laten uitvoeren, omdat er zich in één van de huidige leidingen in de vloer in het oude gedeelte een lek bevindt en omdat de kans op bijkomende lekken groot is, gezien de leeftijd van deze leidingen. Eandis heeft dan ook in zijn advies met betrekking tot de stookplaatsrenovatie aangeraden de huidige leidingen te vervangen door nieuwe in opbouw. De nodige kredieten voor de uitvoering van dit werk zijn voorzien in de begroting voor 2013 op budgetcode 0739-00 221307 / ACT-112 van de buitengewone dienst. De raad wordt dan ook verzocht: • De bij dit punt gevoegde contracttekst ‘projectovereenkomst HRNT-V/12/1 projectuitvoering stookplaatsrenovatie oud-gemeentehuis, Wilselsesteenweg 28 – 3020 Herent’ goed te keuren • De maximumprijs voor de renovatie, € 189.365,00 incl. 21 % btw, voor het basiswerk en de optie samen, goed te keuren. • Het college van burgemeester en schepenen opdracht te geven dit contract met DNB af te sluiten.

58 Leveren van verkeerssignalisatie in 2014 en 2015 – goedkeuring lastvoorwaarden en gunningswijze. De gemeente dient jaarlijks verkeersborden en toebehoren aan te kopen, zowel ter vervanging van bestaande verkeerssignalisatie als voor nieuwe verkeerssignalisatie ten gevolge van politiebesluiten. Sinds enige tijd worden hiervoor opdrachten voor twee jaar uitgeschreven in plaats van jaarlijkse opdrachten, in de hoop betere prijzen te krijgen en om het administratieve werk in verband met het organiseren van de opdracht te beperken. De technische dienst heeft in het kader van de opdracht “Leveren van verkeerssignalisatie in 2014 en 2015” een bijzonder bestek met nr. 670 - Verkeerssignalisatie 2014-2015 opgesteld. De technische bepalingen van het vorige bestek werden onveranderd overgenomen. De administratieve en contractuele bepalingen werden wel aangepast aan de intussen gewijzigde regelgeving met betrekking tot de overheidsopdrachten. De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 29.157,03 excl. btw of € 35.280,00 incl.

21% btw. De technische dienst stelt voor de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking. Het bestuur beschikt bij het opstellen van de lastvoorwaarden voor deze opdracht niet over de exact benodigde hoeveelheden; daarom zijn de vermoedelijke hoeveelheden louter indicatief; De nodige kredieten voor deze opdracht moeten moeten worden in de begrotingen voor 2014 en 2015 op budgetcodes 0200-00/615002 en 0200-00/225200. De raad wordt dan ook verzocht: • Het bijzonder bestek met nr. 670 - Verkeerssignalisatie 2014-2015 en de raming voor de opdracht “Leveren van verkeerssignalisatie in 2014 en 2015”, opgesteld door de technische dienst, goed te keuren. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bijzonder bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten. De raming bedraagt € 29.157,03 excl. btw of € 35.280,01 incl. 21% btw. • Deze opdracht te laten gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking. • De nodige kredieten voor deze opdracht te laten voorzien in de begrotingen voor 2014 en 2015 op budgetcodes 0200-00/615002 en 0200-00/225200.

59 Algemene bekkenvergadering van het Dijle-Zennebekken – aanduiden van een gemeentelijke mandataris. Toepasselijke regelgeving: - het gemeentedecreet; - het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid; - gelet op het wijzigingsdecreet Integraal Waterbeleid van 10 juli 2013; De raad heeft op 10 januari 2006 de overeenkomst tot oprichting van het waterschap “DijleNoord” en de overeenkomst tot oprichting van het waterschap “Dijle-Zuid” goedgekeurd. De raad is op 10 januari 2006 onder meer akkoord gegaan met de deelname van de gemeente in het waterschap “Dijle-Noord” in Vlaams-Brabant en met de deelname van de gemeente in het waterschap “Dijle-Zuid” in Vlaams-Brabant. De raad heeft op 8 februari 2011 schepen Arlette Caes aangeduid als effectieve vertegenwoordiger van de gemeente in de stuurgroep van het waterschap “Dijle-Noord” in Vlaams-Brabant en in de stuurgroep van het waterschap “Dijle-Zuid” in Vlaams-Brabant en schepen Jo De Clercq als plaatsvervangende vertegenwoordiger; De wijzigingen aan het decreet Integraal Waterbeleid beogen onder meer een vereenvoudiging van de planning, de overlegstructuren en de procedures van het integraal waterbeleid. Het deelbekkenniveau wordt geïntegreerd in het bekkenniveau, waardoor de waterschappen worden afgeschaft als afzonderlijke overlegstructuur. De lokale besturen zijn rechtstreeks vertegenwoordigd in de algemene bekkenvergadering. De gemeente dient een effectief lid en een plaatsvervanger aan te duiden voor de afvaardiging in de algemene bekkenvergadering. De raad wordt verzocht een effectieve vertegenwoordiger en een plaatsvervanger aan te duiden als afgevaardigde van de gemeente in de algemene bekkenvergadering.

60 Zandzakjes – uitleenreglement. Het is wenselijk gebleken een uitleenreglement op te stellen voor het ter beschikking stellen van zandzakjes voor activiteiten (buurt- en straatfeesten, fuiven, bijeenkomsten, vergaderingen, …) in de gemeente. De raad wordt dan ook verzocht het uitleenreglement voor zandzakjes goed te keuren, namelijk: • Er worden zandzakjes ter beschikking gesteld van activiteiten (buurt- en straatfeesten, fuiven, bijeenkomsten, vergaderingen, …) in de gemeente, georganiseerd door verenigingen / organisaties met zeteladres in de gemeente Herent. • Deze terbeschikkingstelling is gratis. • De gemeente stelt zand, zakjes en bindmateriaal ter beschikking en zorgt voor het vervoer heen en terug naar de locatie waar de activiteit plaatsvindt. • De betrokken vereniging of organisatie dient de zakjes zelf met de hand te vullen in de gemeentelijke loods, Spoorwegstraat 8 in Herent, en dit tijdens de normale openingsuren van de loods. • De betrokken vereniging of organisatie dient hiertoe minstens een week op voorhand een afspraak te maken met de technische dienst. Bij uitzonderlijke weersomstandigheden kan hiervan afgeweken worden.

61 Bereiden en leveren van warme schoolmaaltijden (06.01.2014-30.06.2015) – goedkeuring lastvoorwaarden en gunningswijze. De gemeenteschool Toverveld stelt warme maaltijden en / of soep ter beschikking van de leerlingen. Tot nu toe liet de gemeentschool deze warme maaltijden en soep leveren na een prijsvraag. Dit zal tot en met december 2013 het geval zijn. Het is evenwel noodzakelijk de levering van de warme maaltijden en soep in een meer formeel kader te laten gebeuren. Het is om praktische redenen wenselijk de opdracht voor het bereiden en leveren van warme schoolmaaltijden, die op 06.01.2014 moet beginnen, te laten lopen tot 30.06.2015, zodat ze ook het volledige schooljaar 2014-2015 omvat. De technische dienst heeft in het kader van de opdracht “Bereiden en leveren van warme schoolmaaltijden (06.01.2014-30.06.2015)” een bijzonder bestek met nr. 672 Schoolmaaltijden opgesteld. De opdracht is opgedeeld in volgende percelen: * Perceel 1 (Hoofdgerecht MET dessert), raming: € 46.529,29 excl. btw of € 49.321,05 incl. 6% btw * Verplichte variant voor perceel 1: (Warm hoofdgerecht ZONDER dessert) * Perceel 2 (Soep), raming: € 9.575,78 excl. btw of € 10.150,33 incl. 6% btw; De totale uitgave voor deze opdracht wordt bijgevolg geraamd op € 56.105,07 excl. btw of € 59.471,38 incl. 6% btw, afgerond € 60.000,00. De technische dienst stelt voor de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking. De uitgave voor deze opdracht dient voorzien te worden in de begrotingen voor 2014 en 2015

op budgetcode 0800-00/615024 van de gewone dienst. De raad wordt bijgevolg verzocht: • Het bijzonder bestek met nr. 672 - Schoolmaaltijden en de raming voor de opdracht “Bereiden en leveren van warme schoolmaaltijden (06.01.2014-30.06.2015)”, opgesteld door de technische dienst, goedt te keuren en de lastvoorwaarden vast te leggen zoals voorzien in het bijzonder bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten. De raming bedraagt voor perceel 1 (Hoofdgerecht MET dessert): € 46.529,29 excl. btw of € 49.321,05 incl. 6% btw en voor perceel 2 (Soep): € 9.575,78 excl. btw of € 10.150,33 incl. 6% btw, hetzij in totaal € 56.105,07 excl. btw of € 59.471,38 incl. 6% btw, afgerond € 60.000,00. Er is een verplichte variant voor perceel 1: (Warm hoofdgerecht ZONDER dessert) • Deze opdracht te laten gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking. • De uitgave voor deze opdracht te laten voorzien in de begrotingen van 2014 en 2015.

62 Busvervoer naar het zwembad en voor schooluitstappen voor de gemeenteschool Toverveld (06.01.2014-30.06.2015) – goedkeuring lastvoorwaarden en gunningswijze. De gemeenteschool Toverveld moet voor het vervoer van de kleuters en de leerlingen van de lagere school naar het zwembad en voor diverse schooluitstappen een beroep kunnen doen op een busmaatschappij. De gemeenteschool kwam voor dit vervoer na een prijsvraag tot een overeenkomst met een busmaatschappij die tot en met december 2013 geldt. Het is echter noodzakelijk de opdracht voor dit busvervoer in een meer formeel kader te gieten. Om praktische redenen is het wenselijk de opdracht voor dit busvervoer, die op 06.01.2014 moet beginnen, te laten lopen tot 30.06.2015, zodat ze ook het volledige schooljaar 2014-2015 omvat; De technische dienst heeft in het kader van de opdracht “Busvervoer naar het zwembad en voor schooluitstappen voor de gemeenteschool Toverveld (06.01.2014-30.06.2015)” een bijzonder bestek met nr. 673 - Busvervoer school opgesteld. Deze opdracht is opgedeeld in volgende percelen: * Perceel 1 (Vervoer van en naar zwembad), raming: € 35.530,60 excl. btw of € 37.662,44 incl. 6% btw * Perceel 2 (Allerlei schooluitstappen), raming: € 29.550,30 excl. btw of € 31.323,32 incl. 6% btw. De totale uitgave voor deze opdracht wordt dus geraamd op € 65.080,90 excl. btw of € 68.985,76 incl. 6% btw; De technische dienst stelt voor de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking. De uitgave voor deze opdracht dient voorzien te worden in de begrotingen van 2014 en 2015 op budgetcode 0854-00/612001 van de gewone dienst.

De raad wordt dan ook gevraagd: • Het bijzonder bestek met nr. 673 - Busvervoer school en de raming voor de opdracht “Busvervoer naar het zwembad en voor schooluitstappen voor de gemeenteschool Toverveld (06.01.2014-30.06.2015)”, opgesteld door de technische dienst, goed te keuren en de lastvoorwaarden vast te stellen zoals voorzien in het bijzonder bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten. De raming bedraagt € 65.080,90 excl. btw of € 68.985,75 incl. 6% btw. • Deze opdracht te laten gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking. • De uitgave voor deze opdracht te laten voorzien in de begrotingen van 2014 en 2015 op budgetcode 0854-00/612001 van de gewone dienst.

63 GC De Wildeman vzw (EVA) – agenda Algemene Vergadering en financieel verslag voor woensdag 27 november 2013. Sinds de gewijzigde beheersvorm van GC De Wildeman vzw (EVA) moet de gemeenteraad kennisnemen van de agenda van de Algemene Vergadering van GC De Wildeman op woensdag 27 november 2013 en het financieel verslag goedkeuren. Dat is nodig zodoende dat de vertegenwoordigers van de gemeenteraad op de Algemene Vergadering als 1 stem kunnen handelen. (cf. statuten van GC De Wildeman)

64 Mededeling aan de gemeenteraad van de verslagen en einddocumenten van de raden en overlegstructuren georganiseerd door de gemeenteraad overeenkomstig artikel 200 § 1 van het gemeentedecreet. Artikel 200 § 3 van het gemeentedecreet bepaalt dat de verslagen en einddocumenten van de raden en overlegstructuren worden meegedeeld aan de gemeenteraad. Het gaat hier om de raden en overlegstructuren die overeenkomstig artikel 200 § 1 van het gemeentedecreet worden georganiseerd door de gemeenteraad en die tot opdracht hebben op regelmatige en systematische wijze het gemeentebestuur te adviseren. In het dossier dat hoort bij dit agendapunt wordt elke gemeenteraad mededeling gegeven van de bedoelde verslagen en einddocumenten.

Edith BINJE wnd secretaris

Astrid POLLERS wnd burgemeester