Samenwerkingsafspraken Monitoring; Gemeenten en samenwerkingsverbanden regio Zuidoost Utrecht 1.
Monitoring onderwijs en jeugdhulp Met de Wet passend onderwijs en de Jeugdwet hebben samenwerkingsverbanden en gemeenten een eigen wettelijke opdracht, eigen taken en een eigen toezichtkader van de inspectie. De twee wetten zorgen ook voor verbinding: door samenwerking kunnen afgestemde onderwijs-hulparrangementen tot stand komen voor elk kind die dit nodig heeft. In het najaar 2014 zijn wij, als samenwerkingsverbanden en gemeenten in de regio Zuidoost Utrecht, een project gestart om de samenwerking concreet te maken. Als eerste resultaat zijn in december 2014 in het OOGO afspraken gemaakt over de Compensatiemaatregel AWBZ, Dyslexiezorg en de Toegang van onderwijs tot jeugdhulp. In juni 2015 zijn afspraken gemaakt over Thuiszitters, Veiligheid en Jeugd, en Communicatie. Daarnaast zijn in juni 2015 in het OOGO afspraken gemaakt over de wijze waarop wordt gemonitord. In de voorliggende notitie ‘Monitoring’ zijn de afspraken over alle onderwerpen opgenomen inclusief de monitoring. Wat beogen we met de monitoring? Het doel is tweeledig: • doen we wat we hebben afgesproken? Wat is het effect? Moeten we bijsturen? • zijn we tevreden over de wijze waarop onze samenwerking verloopt? Zijn er punten die verbetering kunnen brengen? De uitvoering van het passend onderwijs en de jeugdhulp is nieuw voor de samenwerkingsverbanden en de gemeenten. Ervaringen moeten nog worden opgedaan. Een ‘winstwaarschuwing’ bij monitoringsgegevens in deze prille fase is op zijn plaats. Daarom wordt op dit moment bij de monitoring gekozen voor een praktische, organische aanpak: het werkende wijs volgen van de voortgang van het proces en zo nodig bijstellen. De kern zit in de uitvoering van de afspraken, het volgen van resultaten en het versterken van de aanpak waar dat nodig is. Dit betekent dat we qua aanpak nu niet kiezen voor een regionaal monitorsysteem. De reden hiervoor is, dat er vanaf deze zomer een landelijke monitor komt, die de verbinding tussen passend onderwijs en jeugdhulp monitort. Deze monitor wordt ontwikkeld door het Nederlands Jeugdinstituut. De landelijke monitor brengt in kaart in hoeverre de betrokken partners momenteel samenwerken en benadrukt daarbij het perspectief van scholen, hulpverlening en de tevredenheid van ouders. De indicatoren van deze monitor (o.a. thuiszitters, onderwijs-zorg arrangementen, verbinding school en wijkteams) sluiten aan bij de onderwerpen die in deze regio al zijn gekozen. Naast de landelijke monitor passend onderwijs en jeugdhulp zijn ook de landelijke onderwijsmonitor en de landelijke jeugdmonitor in ontwikkeling. In september 2015 wordt bekeken, wat de inhoud is van deze drie landelijke monitors en/of er voor onze regio een aanvulling wordt gewenst.
Versie: definitief Datum: 29 juni 2015 Kenmerk: IR/PO/1504
1
2.
De afspraken
1
Afspraken compensatieregeling AWBZ • de samenwerkingsverbanden benutten de gelden van de compensatiemaatregel AWBZ voor de continuïteit van zorg op school in het schooljaar 2014 – 2015 en maken hierover afspraken met de scholen. • de gemeenten brengen, in samenspraak met de schoolbesturen/scholen van de samenwerkingsverbanden, in kaart over welke leerlingen met een ernstige meervoudige beperking het gaat. De woonplaats van de leerling is hierbij leidend. • de sociaal wijkteams 1 van de gemeenten maken met de scholen afspraken over de organisatie van de aanvullende zorg voor een leerling op school. Het gaat hier om begeleiding en/of persoonlijke verzorging voor kinderen met een matig tot licht verstandelijke beperking (IQ tussen 35 en 70) en een grote zorgvraag als gevolg van een ernstige en complexe lichamelijke beperking of een combinatie met moeilijk te reguleren gedragsproblematiek door ernstige psychiatrische stoornissen. • in september 2015 worden deze samenwerkingsafspraken geëvalueerd door de gemeenten en de samenwerkingsverbanden en zo nodig bijgesteld.
Wie, wat, wanneer Klaar, gedaan door swv’s.
Afspraken dyslexiezorg • bij (een vermoeden van) dyslexie werkt de PO school volgens het dyslexieprotocol; de school begeleidt het kind individueel. In principe valt de aanpak van dyslexie onder de basisondersteuning. De PO school wordt als er sprake is van handelingsverlegenheid ondersteund door het SOT PO. • indien een kind naast dyslexie een ggzstoornis, beperking of andere taal- of leerstoornis heeft die belemmerend is voor dyslexieonderzoek en/of behandeling, wordt eerst de bijkomende stoornis of beperking behandeld. Daar waar jeugdhulp nodig is, zoals bij een ggz-stoornis, wordt een aanvraag voor diagnose en/of behandeling ingediend bij de gemeente waar het kind woont. • indien de begeleiding van school onvoldoende effect heeft en er een
Wie, wat, wanneer Werkwijze wordt opgenomen in een factsheet conform de stijl factsheets jeugdhulp.
Zeist doet dit samen met de 3 scholen: Mytylschool Ariane de Ranitz, Intermezzo en WereldKidz Meerklank en geeft de namen door aan de betreffende gemeente. Juli 2015 klaar. Sociaal wijkteams en betrokken scholen maken maatwerk onderwijs-hulparrangementen. Augustus 2015 klaar.
De werkgroep monitoring passend onderwijs/jeugdhulp voert uit. A.d.h.v. een vragenlijst worden gegevens in augustus verzameld en in oktober 2015 in het OOGO besproken.
Werkwijze wordt opgenomen in een factsheet conform de stijl factsheets jeugdhulp.
Door de werkgroep monitoring passend onderwijs/jeugdhulp
Deze teams hebben in de verschillende gemeenten verschillende namen. Voor de leesbaarheid is hier gekozen voor de term ‘sociaal wijkteam’.
Versie: definitief Datum: 29 juni 2015 Kenmerk: IR/PO/1504
2
vermoeden van EED is, kan een aanvraag voor diagnose en/of behandeling worden gestart. De PO school kan dit, met goedkeuring van de ouders, rechtstreeks melden bij één van de aanbieders die door de gemeenten is gecontracteerd. De melding is gemotiveerd met gegevens conform het dyslexieprotocol. De school informeert de gemeente waar het kind woont over deze melding. •
elke gemeente in de regio Zuidoost Utrecht heeft één punt voor meldingen van scholen.
•
de gemeenten in de regio Zuidoost Utrecht contracteren geregistreerde aanbieders dyslexiezorg, financieren de EED en monitoren de toeleiding.
•
de gemeenten in de regio Zuidoost Utrecht geven in de zorgetalage op de website www.heuvelrug.nl een overzicht van de gecontracteerde EED aanbieders.
•
uitvraag bij zorgaanbieders in het kader van de zorginkoop laat zien dat er 260 trajecten zijn uitgevoerd in 2013 in de regio Zuidoost Utrecht. Op basis van landelijke cijfers wordt geschat dat het per jaar ca. 100 kinderen betreft. In 2015 wordt gemonitord om hoeveel kinderen het daadwerkelijk gaat. De gemeenten in de regio Zuidoost Utrecht maken zo nodig gebruik van de eenmalige regeling voor jeugd–ggz. behandeling van EED vindt in de school plaats. Bij de behandeling is het belangrijk dat er een goede relatie is met de ouders en de school. Om deze reden maakt de aanbieder afspraken met de ouders en de leerkracht en stemt het behandelplan met de ouders en de leerkracht af. De gemeenten nemen deze kwaliteitseis mee bij de monitoring van de inkooptrajecten.
•
•
in september 2015 worden deze samenwerkingsafspraken geëvalueerd door de gemeenten en de samenwerkingsverbanden en zo nodig bijgesteld.
Versie: definitief Datum: 29 juni 2015 Kenmerk: IR/PO/1504
wordt een model formulier ontwikkeld met daarop de gegevens uit het dyslexieprotocol die moeten worden doorgegeven aan de aanbieder en gemeente. Klaar juli 2015. Zolang er nog geen digitaal beveiligd kanaal is, worden gegevens per post doorgegegeven. Werkwijze wordt opgenomen in een factsheet conform de stijl factsheets jeugdhulp. Klaar, is aan scholen doorgegeven. Wordt ook opgenomen op factsheet. Contractering klaar, Monitoring, incl. het aantal kinderen waarover het gaat, wordt uitgevoerd door de gemeentelijke werkgroep jeugdmonitor. Zorgetalage is in ontwikkeling. Lijst met gecontracteerde aanbieders wordt vast gemaild naar swv’s door ambtenaren jeugdhulp. Monitoring door gemeentelijke werkgroep jeugdmonitor en eventuele aanvraag jeugd-ggz door gemeenten.
Kwaliteitseis wordt meegenomen door de gemeentelijke werkgroep inkoop. Tevredenheid werkwijze wordt door de werkgroep monitoring passend onderwijs/jeugdhulp geëvalueerd a.d.h.v. een vragenlijst; gegevens worden in augustus verzameld en in oktober 2015 in het OOGO besproken. De werkgroep monitoring passend onderwijs/jeugdhulp voert uit. A.d.h.v. een vragenlijst worden gegevens in september verzameld en in oktober 2015 in het OOGO besproken.
3
Afspraken toegang jeugdhulp • bij problemen met een kind binnen het PO waarbij extra ondersteuning nodig is, schakelt de leerkracht het SOT in. Wordt geconstateerd dat er onderwijsoverstijgende hulp nodig is, dan neemt de IB-er van de school contact op de vaste contactpersoon van het sociaal wijkteam van de gemeente waarin het kind woont. Er wordt samengewerkt bij het opstellen en uitvoeren van een ondersteuningsplan. • bij problemen met een jongere binnen het VO waarbij extra ondersteuning nodig is, schakelt de leerkracht het ZAT/de interne begeleidingscommissie in. Wordt geconstateerd dat er onderwijsoverstijgende hulp nodig is, dan neemt de zorgcoördinator/de IB-er van de school contact op met de vaste contactpersoon van het sociaal wijkteam van de gemeente waarin de jongere woont. Er wordt samengewerkt bij het opstellen en uitvoeren van een ondersteuningsplan. • als bij een sociaal wijkteam een hulpvraag voor een kind binnenkomt die onderwijs gerelateerd is, neemt de contactpersoon van het sociaal wijkteam contact op met: - PO: de IB-er van de school en de betreffende coördinator van het SOT, - VO: de zorgcoördinator van de VO school, - VSO: de IB-er van de VSO school. Er wordt samengewerkt bij het opstellen en uitvoeren van een ondersteuningsplan. • om elkaar snel te kunnen vinden, wordt een lijst opgesteld met de gegevens van de IBers van de PO scholen, de coördinatoren van het SOT, de zorgcoördinatoren van de VO scholen, de IB-ers van de VSO scholen en de vaste contactpersonen onderwijs van de sociaal wijkteams van de gemeenten. • per schooljaar geven de gemeenten een overzicht aan de scholen welke informatiebijeenkomst/-les door welke instelling wordt gegeven. •
specifieke problematiek op een bepaald terrein (bijv. vandalisme, pesten) wordt door scholen doorgegeven aan het sociaal wijkteam in de gemeente. Het sociaal wijkteam speelt hierop in en geeft dit door aan de gemeente die dit zo nodig inbed in de preventieve activiteiten.
Versie: definitief Datum: 29 juni 2015 Kenmerk: IR/PO/1504
Wie, wat, wanneer Werkwijze wordt opgenomen in een factsheet conform de stijl factsheets jeugdhulp.
Werkwijze wordt opgenomen in een factsheet conform de stijl factsheets jeugdhulp.
Werkwijze wordt opgenomen in een factsheet conform de stijl factsheets jeugdhulp.
Klaar. Gemeenten en swv’s zijn elk verantwoordelijk voor het bijhouden van de eigen gegevens. De werkgroep monitoring passend onderwijs/ jeugdhulp controleert de lijst 1x per jaar. Wordt neergelegd bij de 5 ambtenaren onderwijs om uit te werken in de LEA’s en wordt doorgegeven aan de werkgroep communicatie. Wordt neergelegd bij de 5 ambtenaren onderwijs om uit te werken in de LEA’s.
4
•
•
•
om deze samenwerkingsafspraken goed te introduceren, wordt er voor het PO een bijeenkomst georganiseerd waarvoor het SOT, de IB-ers en de directie van PO scholen worden uitgenodigd. Vanuit gemeenten/sociaal wijkteams wordt tijdens deze bijeenkomst een toelichting gegeven op de jeugdhulp en de samenwerkingsafspraken. om deze samenwerkingsafspraken goed te introduceren, wordt vanuit gemeenten/sociaal wijkteams eenmalig aangesloten bij het zorgcoördinatorenoverleg VO/IB-ers overleg VSO. Tijdens deze bijeenkomst wordt vanuit gemeenten/sociaal wijkteams een toelichting gegeven op de jeugdhulp en de samenwerkingsafspraken. in september 2015 worden deze samenwerkingsafspraken geëvalueerd door de gemeenten en de samenwerkingsverbanden en zo nodig bijgesteld. Hierbij wordt specifiek gekeken naar een efficiënte inzet van zowel de gemeenten als de onderwijs gelden.
Afspraken Thuiszitters • bij ziekteverzuim door een leerling werkt de school volgens het protocol Ziekteverzuim dat door de GGD in samenwerking met de leerplichtambtenaren is opgesteld. • uiterlijk aan het eind van de vierde week van het verzuim meldt de school dit aan de leerplichtambtenaar, de jeugdarts en, als er geen duidelijke ‘ziek-reden’ is of de school vermoedens van schoolmijden heeft, aan de contactpersoon van het sociaal wijkteam van de gemeente waarin de leerling woont. • de jeugdarts streeft ernaar binnen een week na de melding een gesprek te hebben gehad met de leerling/ouders. Gemeenten maken hierover een afspraak met GGD regio Utrecht. • indien de school ook een melding bij het sociaal wijkteam heeft gedaan, wordt vanuit dit team zo spoedig mogelijk actie ondernomen. Als ondersteuning nodig is, is het wenselijk dat dit start binnen 3 weken na de melding van de school (zo nodig via een spoedprocedure). • de inzet van de jeugdhulpondersteuning vindt plaats aan de hand van een ondersteuningsplan dat door het sociaal wijkteam wordt opgesteld. Eén van de resultaten is in ieder geval een zo spoedig mogelijke terugkeer naar school, bij voorkeur al tijdens het traject van hulpverlening. • aan elke leerling die langer dan 4 weken Versie: definitief Datum: 29 juni 2015 Kenmerk: IR/PO/1504
Bijeenkomst met het SOT is geweest. Bijeenkomst met IB-ers en directies scholen wordt via de LEA’s geregeld. Wordt doorgegeven aan de 5 ambtenaren onderwijs.
Klaar, is gedaan.
De werkgroep monitoring passend onderwijs/jeugdhulp voert uit. A.d.h.v. een vragenlijst worden gegevens in augustus verzameld en in oktober 2015 in het OOGO besproken.
Wie neemt actie Scholen.
Scholen.
Gemeenten maken afspraak met GGD regio Utrecht.
Sociaal wijkteams.
Sociaal wijkteams.
Zorgcoördinatoren/IB-ers,
5
• •
•
•
•
•
•
verzuimt, wordt een trio gekoppeld bestaande uit de zorgcoördinator/IB-er, de leerplichtambtenaar en de vaste contactpersoon van het sociaal wijkteam. Eén van deze drie voert de regierol uit: houdt de voorgang van de hulpverlening bij, informeert 1 x per maand de andere leden van het trio en bewaakt het behalen van de resultaten en de daaraan gekoppelde termijnen. weigeren ouders mee te werken of worden afspraken niet nagekomen, dan gaat de leerplichtambtenaar over tot handhaving. als kinderen in het PO door ouders relatief vaak ziek worden gemeld, wordt de leerplichtambtenaar hierbij betrokken en wordt dit opgenomen in de preventieve overdracht van het PO naar het VO. éénmaal per twee maanden sturen de leerplichtambtenaren de lijsten met thuiszitters naar de directies van de samenwerkingsverbanden PO en VO. De leerplichtambtenaren en de directies PO en VO bespreken deze lijsten met elkaar. De directeuren van de samenwerkingsverbanden sturen de lijsten geanonimiseerd door naar de besturen van de samenwerkingsverbanden. Daarnaast worden de gegevens van de thuiszitters doorgestuurd naar de besturen van de desbetreffende scholen. de leerplichtambtenaren bespreken met GGD regio Utrecht of, en zo ja, op welke wijze het protocol Ziekteverzuim moet worden aangepast. op dit moment zijn leerplichtambtenaren vertegenwoordigd bij het regionale zorgcoördinatorenoverleg VO. Onderzocht wordt of het meerwaarde heeft als leerplichtambtenaren ook vertegenwoordigd zijn bij het SOT PO. om deze samenwerkingsafspraken goed te introduceren, wordt vanuit gemeenten/sociaal wijkteams eenmalig aangesloten bij het zorgcoördinatorenoverleg VO, het SOT PO en het leerplichtambtenaren overleg. in september 2015 worden deze samenwerkingsafspraken geëvalueerd door de gemeenten en de samenwerkingsverbanden en zo nodig bijgesteld.
Versie: definitief Datum: 29 juni 2015 Kenmerk: IR/PO/1504
leerplichtambtenaren en sociaal wijkteams.
Leerplichtambtenaren.
PO scholen en leerplichtambtenaren.
Leerplichtambtenaren, directies SWV’s.
Leerplichtambtenaren.
Leerplichtambtenaren en SOT PO.
Gemeenten/sociaal wijkteams, zorgcoördinatorenoverleg VO, SOT PO en leerplichtambtenaren overleg. De werkgroep monitoring passend onderwijs/jeugdhulp voert uit. A.d.h.v. een vragenlijst worden gegevens in augustus verzameld en in oktober 2015 in het OOGO besproken.
6
Afspraken Veiligheid en Jeugd • zijn er zorgen, ook bij een ‘niet pluis-gevoel’, in het kader van veiligheid over een leerling op school, dan neemt de school contact op met het sociaal wijkteam van de gemeente waar de leerling woont. • gebeurt er op school iets ernstigs in het kader van openbare orde en veiligheid, dan schakelt de school de politie in (tel 112) of krijgt de politie een melding. Zo nodig komt dit via de politie bij de gemeente terecht. • is er een (vermoeden van) kindermishandeling of huiselijk geweld is, dan wordt dit altijd gemeld bij het advies- en meldpunt ‘Veilig Thuis’, tel 0800 – 2000. Dit telefoonnummer kan ook worden gebeld bij twijfel. • scholen hebben een meldcode kindermishandeling en zorgen dat hun medewerkers hiervan op de hoogte zijn. • de afspraken die de scholen met gemeenten hebben gemaakt over het gebruik van de Verwijsindex blijven van kracht. • deze ‘Samenwerkingsafspraken Veiligheid en Jeugd’ worden afgestemd met de veiligheidsprotocollen die scholen zelf hebben. • in januari 2016 worden deze samenwerkingsafspraken geëvalueerd door de gemeenten en de samenwerkingsverbanden en zo nodig bijgesteld.
Wie neemt actie Scholen.
Afspraken Communicatie • gemeenten en samenwerkingsverbanden stemmen hun respectievelijke beleidsplannen jeugd en ondersteuningsplannen met elkaar af • er wordt een werkgroep communicatie ingesteld.
Wie neemt actie Gemeenten en samenwerkingsverbanden.
• •
•
gemeenten en samenwerkingsverbanden stralen samenwerking uit bij de communicatie. berichten over passend onderwijs-jeugdhulp, passend onderwijs-begeleiding en passend onderwijs-participatiewet worden voor plaatsing door gemeenten en onderwijs afgestemd. zowel digitale als papieren communicatiekanalen, zoals websites, social media, nieuwsbrieven en folders van SWV´s, scholen en gemeenten worden, voor zover relevant, op elkaar afgestemd.
Versie: definitief Datum: 29 juni 2015 Kenmerk: IR/PO/1504
Scholen.
Elke signaleerder.
Scholen.
Scholen en gemeenten.
Scholen.
De werkgroep monitoring passend onderwijs/jeugdhulp voert uit. A.d.h.v. een vragenlijst worden gegevens in januari verzameld en in april 2016 in het OOGO besproken.
De werkgroep bestaat uit een communicatieadviseur van een gemeente en 1 à 2 personen vanuit het onderwijs. De werkgroep communicatie werkt dit uit. De werkgroep communicatie werkt dit uit.
De werkgroep communicatie werkt dit uit.
7
•
•
•
•
jaarlijks vinden in elke gemeente twee bijeenkomsten plaats; één voor IB-ers, zorgcoördinatoren, leden van sociaal wijkteams, schoolconsulenten zoals CJGmedewerkers en leerplichtambtenaren en één voor ouders. De bijeenkomsten worden gecoördineerd vanuit de werkgroep communicatie. op regionaal niveau wordt één punt, een regionale kennisbank, ingesteld die is gericht op het grensvlak van de Jeugdwet en de Wet passend onderwijs.
gemeenten zijn verantwoordelijk voor de communicatie naar sociaal wijkteams, leerplichtambtenaren, ambtenaren onderwijs en jeugd en wethouders. Samenwerkingsverbanden zijn verantwoordelijk voor de communicatie naar scholen, incl. schoolondersteuningsteams en ZAT’s. De verantwoordelijkheid voor de communicatie naar de LEA’s en ouders/verzorgers/ leerlingen is een gezamenlijke verantwoordelijkheid. in januari 2016 worden deze samenwerkingsafspraken geëvalueerd door de gemeenten en de samenwerkingsverbanden en zo nodig bijgesteld.
Overige afspraken • er wordt een werkgroep monitoring passend onderwijs/ jeugdhulp ingesteld.
•
in september 2015 wordt de tevredenheid geëvalueerd over de wijze waarop de samenwerking tussen swv’s en gemeenten verloopt. Eventuele verbeterpunten worden meegenomen.
•
in september 2015 wordt de inhoud van de landelijke monitors (passend onderwijs/ jeugdhulp, onderwijsmonitor, jeugdmonitor) bekeken en wordt aangegeven of er voor deze regio een aanvulling wordt gewenst.
Versie: definitief Datum: 29 juni 2015 Kenmerk: IR/PO/1504
De werkgroep communicatie werkt dit uit.
Deze kennisbank wordt gevuld door een paar experts vanuit de SWV’s en ambtenaren van gemeenten. De leerervaringen die in deze kennisbank worden opgedaan, worden teruggekoppeld naar scholen en sociaal wijkteams. Gemeenten en samenwerkingverbanden.
De werkgroep monitoring passend onderwijs/jeugdhulp voert uit. A.d.h.v. een vragenlijst worden gegevens in januari verzameld en in april 2016 in het OOGO besproken. Wie neemt actie De werkgroep bestaat uit de directies swv’s (Joop Hoogendoorn, Harry Emmerzaal) en een ambtelijke vertegenwoordiging van gemeenten (Bernadette Kuipers, Hans Jorritsma). De werkgroep komt minimaal 1x per 3 maanden bij elkaar. De werkgroep monitoring passend onderwijs/jeugdhulp voert uit. A.d.h.v. een vragenlijst worden gegevens in september verzameld en in oktober 2015 in het OOGO besproken. Uitvoering door de werkgroep monitoring passend onderwijs/ jeugdhulp.
8