GEMEENTE MAASSLUIS *** mevrouw J.I. Zeijlmans van Emmichoven (Notuleerservice Nederland)

GEMEENTE MAASSLUIS Verslag van de openbare vergadering van commissie 2 van de gemeente Maassluis, gehouden op 11 maart 2008 in het stadhuis om 19.00 uur

*** Agenda: 1. Raadsvoorstel tot vaststelling Ontwerpbegroting 2008 OGZRR 2. Raadsvoorstel tot het vaststellen van het Milieubeleidsplan 2008-2011

***

Onderwerp 1:

Raadsvoorstel tot vaststelling Ontwerpbegroting 2008 OGZRR

Tijd:

19.00 uur tot 19.30 uur

Voorzitter:

de heer S.B. Kuiper

Griffier:

mevrouw A.J.H.T. Albers

Verslag:

mevrouw J.I. Zeijlmans van Emmichoven (Notuleerservice Nederland)

Aanwezig zijn de volgende leden: PvdA mevrouw B. Koene en de heer H. van Goor CDA de heer P.C. Anker VVD mevrouw M.L. Brons-de Jong VSP mevrouw E.A. Middelburg-Hardijzer SP mevrouw A.C. Puyt Maassluis Belang niet aanwezig ChristenUnie de heer J.A.J.T. Moekestorm

Als gast van de raad is aanwezig: De heer P.E.H. Kromdijk, wethouder Verder is aanwezig: Mevrouw Y. Leeuwerke (Beleidsmedewerkster Volksgezondheid)

1. Raadsvoorstel tot vaststelling Ontwerpbegroting 2008 OGZRR De voorzitter opent de vergadering. Hij heet iedereen van harte welkom. Hij constateert dat Maassluis Belang niet aanwezig is. Hij wil het splitsen in drie korte rondes: eerst even kort de vragen, dan mening en discussie en ten slotte de afronding om te bekijken hoe ze verder gaan met de procedure. De voorzitter meldt dat ze sinds deze week een nieuw systeem hebben. De Agendacommissie geeft sinds deze week advies over de voortgang. De Agendacommissie heeft ingeschat dat dit raadsvoorstel als hamerstuk naar de raad doorgeleid kan worden. Als de commissie hiermee instemt, dan kan het voorstel vanavond als hamerstuk behandeld worden in de gemeenteraad. Spreker benadrukt dat dit een procedureel advies van de Agendacommissie is. Het wordt aan de wijsheid van de commissieleden overgelaten.

11.03.08 verslag van de openbare vergadering van commissie 2

2 / 17

De heer Van Goor (PvdA) stelt vast dat de bedragen overeenkomen met de bedragen zoals zij ze destijds in de raad van 10 juli 2007 hebben vastgesteld en mee in hebben gestemd. Financieel-technisch is er geen enkele reden om dit niet door te geleiden naar de raad. Het is op zich helder. Hij is blij dat er op 1 april een thema-avond over dit onderwerp is voorzien. Dan kan de raad een nadere toelichting krijgen over de stand van zaken rondom de fusie en de producten en de activiteiten van de GGD. De heer Van Goor wil nog wel twee opmerkingen maken: - Hij stelt vast dat er met betrekking tot plustaken een actieplan wordt opgesteld ter voorkoming en ter bestrijding van het overgewicht bij de jeugd. Hij geeft aan dat het Vlietlandziekenhuis hetzelfde onderwerp ruim een jaar geleden hoog op de prioriteitenlijst had staan. Het ziekenhuis heeft daar een uitgebreide pilot voor georganiseerd. Heeft de GGD daar contacten over met het ziekenhuis? Wordt daar aansluiting bij gevonden? Het zou jammer zijn als twee partijen binnen dezelfde keten zich op een onderwerp focussen. - Hij stelt vast dat de voorliggende inhoudelijke taken, in het bijzonder de plustaken, voor wat Maassluis betreft vraaggestuurd zijn. Dat is uitermate prettig. Het is natuurlijk lastig om in de toekomst te kijken, maar de PvdA hoopt dat het vraaggestuurde voor Maassluis ook dadelijk binnen die grote organisatie Rotterdam-Rijnmond een garantie kan zijn. Misschien kan de wethouder hier nog een opmerking over maken. Mevrouw Middelburg (VSP) heeft een vraag over het lokaal zorgnetwerk (pagina 44). Zij wil weten of dit het knelpuntenoverleg gaat vervangen of dat dit er gewoon naast blijft bestaan. Wanneer staat dit zorgnetwerk op poten? De heer Moekestorm (ChristenUnie) gaat in op de thema-avond. Hij merkt op dat het algemeen bestuur deze ontwerpbegroting op 12 maart wil vaststellen. Hij vindt de planning wel een beetje te wensen over laat. De commissie heft erg weinig ruimte om er nog wat aan te veranderen. Verder heeft de heer Moekestorm nog een aantal vragen: - Pagina 44: De versmalling van het basispakket geeft meer ruimte voor de plustaken. Het totale bedrag van de plustaken is hoger dan de beschikbaar gekomen ruimte. De genoemde bedragen zijn ook nog niet definitief. Uitvoering is afhankelijk van beschikbare personeelscapaciteit. Wanneer zijn de bedrage definitief? Welke producten zijn die tekorten? Wat zijn de praktische consequenties? Zijn er voor de plustaken ook prestatie-indicatoren en kengetallen vastgelegd? - Het lokaal zorgnetwerk is al aan de orde geweest. Misschien kan de wethouder iets over de stand van zaken vertellen. Mevrouw Puyt (SP) gaat in op het basistakenpakket. Het is haar opgevallen dat dit misschien qua financiën een versmalling kan geven. De SP heeft voortschrijdend inzicht gekregen. De SP heeft recent een onderzoek gedaan onder jeugdartsen. Daar heeft spreekster ook een uitslag van voor degenen die hier belangstelling voor hebben. Hierin wordt geconstateerd dat 85% van de jeugdartsen van mening is dat zij de kinderen niet de zorg kunnen bieden die nodig is op dit moment. De jeugdartsen werken op dit moment ook onbetaald in hun eigen tijd. De voorzitter vraagt of dit een landelijk onderzoek is en hij vraagt of de SP dit onderzoek aan de griffie kan geven. Dan kan de griffie dit verspreiden onder het college en de andere raadsleden. Mevrouw Puyt antwoordt dat dit een landelijk onderzoek is. De SP heeft dit onderzoek samen met de artsen in de jeugdgezondheidszorg gedaan. Zij zal dit onderzoek aan de griffie geven. In dit onderzoek wordt geconcludeerd dat het basispakket versmalt. De financiën worden dus minder. De jeugdartsen hebben minder tijd om kinderen goed te kunnen beoordelen en goed te kunnen volgen. Zij kunnen ook geen huisbezoeken meer afleggen, omdat het tijdsbestek steeds minder wordt. De SP wil weten of dit budget voor het basistakenpakket, ook zeker voor jeugdartsen, voldoende zou kunnen zijn. Mevrouw Brons-de Jong (VVD) is ook erg blij met de thema-avond op 1 april. Als het nodig is, kunnen zij dan ook vragen stellen. Zij heeft een paar vragen: - Het elektronisch kinddossier staat nog in de kinderschoenen. De VVD maakt zich zorgen over de bescherming van de privacy? Wordt de privacy gewaarborgd? Kan de wethouder daar iets over zeggen? - Kinderen die in Maassluis wonen, gaan misschien in Maasland naar school. Onder welke GGD vallen die kinderen dan? Vallen ze dan onder de GGD Delft? Is daar een manier voor om daarmee om te gaan? Wordt dit gecommuniceerd? Kan dit financiële gevolgen hebben?


3 / 17

De heer Anker (CDA) merkt op dat het een drietrapsraket is. De raad heeft in juli met de Contourennota ingestemd. Vervolgens is er in december een brief gekomen. Uiteindelijk stemt de commissie in maart in met de begroting van 2008. Hij vindt dit lastig sturen. Hij vindt het lastig om een keuze te maken. Daarbij is het overigens wel opvallend dat het valt binnen de financiële grenzen die gesteld zijn. De grotere organisatie komt in de ontwerpbegroting niet aan de orde. De grotere organisatie zou een efficiëntere organisatie worden. Hierbij zouden een aantal diensten worden aangeboden die Maassluis voorheen moeilijker kon afnemen. Dat vindt de heer Anker niet terug in de ontwerpbegroting en ook niet in de toelichting. De commissie heeft gezegd dat er een klein basispakket zou komen. Dat zou meer keuzevrijheid geven voor de gemeente. Daar waren de commissieleden het allemaal mee eens. Daar zouden ze uiteindelijk in september mee instemmen. Dat is toch weer wat later geworden. Het CDA wil graag een toelichting op deze pijnpuntjes. Wethouder Kromdijk merkt op dat de wording van deze begroting wat lastig is geweest. Daar zijn de commissieleden van op de hoogte. Het is geënt op de uitgangspunten die bij de fusie geformuleerd zijn. Dat betreft zowel formele als inhoudelijke zaken. De afspraken over het inhoudelijke zijn als raamwerk geformuleerd, te weten dat er een verbetering van de producten en een toereikend wettelijk pakket aanwezig moest zijn, waar zij als regionale GGD op een aantal punten niet meer aan konden voldoen. Wethouder Kromdijk geeft aan dat de organisatie waar de regionale GGD mee gefuseerd is, de oude GGD Rotterdam met de schilgemeenten, gewend was om een heel beperkt basistakenpakket te hebben. Maassluis heeft ook bij de uitgangspunten van de fusie gezegd dat zij wel in die constructie mee wil gaan. Dat betekent echter dat Maassluis in haar oorspronkelijke basistakenpakket er niet op achteruit wil gaan. Wethouder Kromdijk zegt dat Maasluis daar een toetje bij nodig heeft om het oorspronkelijke basistakenpakket vorm te geven in de nieuwe organisatie. Daarnaast heeft Maassluis gezegd dat het budget haar mogelijkheden biedt om meer producten af te nemen die gericht zijn op de lokale situatie van Maassluis. Die mogelijkheden doen recht aan de behoeften die Maassluis heeft aan die specifieke producten van de GGD. Dat vind je terug in de plustaken. De scheiding tussen basistakenpakket, oude plustaken en uiteindelijke plustaken vind je niet zo gemakkelijk terug. Wethouder Kromdijk heeft een intern memo gekregen van zijn ondersteuner. De wethouder kwam er zelf ook niet goed uit. In dat memo staat wat nou eigenlijk het verschil is tussen het een en het ander voor zover dat te scheiden is. Het is niet voor 100% te scheiden. Het is handig om die toelichting voor 1 april te lezen voordat er allerlei inhoudelijke vragen aan de directeur van de GGD gesteld kunnen worden. Dat houden de commissieleden nog van hem te goed. Wethouder Kromdijk gaat vervolgens in op de pilot die het Vlietlandziekenhuis op het terrein van te dikke kinderen heeft gehouden. Hij is van mening dat deze pilot door het succes niet geprolongeerd is. Dus wat dat betreft was de vraag groter dan het aanbod van zorg. De wachttijden werden dusdanig dat men daar in nood kwam. De ervaring die daarbij is opgedaan, zal wel degelijk gebruikt worden binnen de werkgroepen in de drie steden, maar ook in Maassluis om het project hier verder vorm te geven met de lokale mensen. Dan moet je natuurlijk wel gebruikmaken van expertise die elders al aanwezig is. Wethouder Kromdijk gaat in op het vraaggestuurd zijn van de producten. Hij denkt dat ze een deel daarvan kunnen honoreren, maar het belangrijkste deel zal niet als zodanig geformuleerd worden, omdat de gemeente een wettelijk takenpakket heeft. Daarbij kunnen ze wel over de vraag discussiëren, maar ze hebben er niets over te vertellen. Wat dat betreft schieten ze daar niet erg mee op. Binnen het bestuur van de GGD, de gemeenschappelijke regeling, is het wel zo dat ook elementen vanuit dat basistakenpakket kritisch bekeken worden om te kijken of het voldoet aan de reden waarvoor je het doet. De wethouder verwijst naar de controlemomenten die geëigend zijn. De heer Anker (CDA) vraagt hoe de GGD dit doet. Dit is niet op te maken uit de tabel op pagina 56 en 57 van de begroting. Wethouder Kromdijk antwoordt dat de GGD gelukkig een uitgebreide wetenschappelijke afdeling heeft. Dat is ook een van de winstpunten die Maassluis heeft bij het aansluiten bij deze GGD. Die afdeling gaat na of het terecht is dat ze op bepaalde momenten de controle uitvoeren bij kinderen of dat andere momenten meer geëigend zijn. Maassluis plukt de vruchten van de jeugdmonitor of van ander onderzoek dat gewoon bij de GGD plaatsvindt. Maassluis wordt daarvan in kennis gesteld. Zij hebben daar in het bestuur ook discussie over. Zij discussiëren over de mogelijkheid om het takenpakket een andere richting te geven in plaats van de wettelijk vereiste signalen. De wethouder geeft de frequentie van de controle als voorbeeld.


4 / 17

De heer Anker merkt op dat dit prachtig klinkt. Hij kan zich echter moeilijk voorstellen dat een leverancier zal zeggen dat het voor Maassluis nodig is. Hij wil een element noemen, omdat ze elkaar anders niet goed begrijpen. De aanbieder zal niet snel zeggen dat dit voor Maassluis niet echt nodig is. Wethouder Kromdijk antwoordt dat het aardige is dat je van de GGD een professionaliteit mag verwachten die recht doet aan het feit dat de uitvoering ook moet staan voor datgene waarvoor het uitgevoerd wordt. Het gaat dus niet alleen maar simpelweg om: U vraagt en wij draaien. De wethouder geeft aan dat de andere producten die afgenomen worden uiteraard ingebed worden in de Wmo en in ander beleid dat de gemeente wenselijk acht in Maassluis. Voor zover mogelijk probeert de gemeente vraaggestuurd op te treden. Wethouder Kromdijk gaat in op de coördinatie van het lokaal zorgnetwerk. De wethouder heeft hiernaar gevraagd. Het is nog niet zover dat het in praktijk wordt gebracht. Zoals de commissieleden zien, is een aantal partijen daar druk mee bezig. Een deel van de financiering van dat geheel moet ook nog met de corporatie afgesproken en uitonderhandeld worden voordat er een definitieve start gemaakt kan worden. Wethouder Kromdijk gaat in op de vraag over de versmalling van het basistakenpakket. Mevrouw Middelburg (VSP) vraagt naar het knelpuntenoverleg. Wethouder Kromdijk antwoordt dat dit niet hetzelfde is. Mevrouw Leeuwerke (beleidsmedewerkster) geeft een nadere toelichting. Ze hebben nu inderdaad het knelpuntenoverleg. Maasdelta heeft laten weten dat ze dat verder wil professionaliseren. In het kader van de Wmo heeft de gemeente dat opgenomen in haar beleidskader. Ambtelijk zijn hier gesprekken over gaande. Het idee is om dat knelpuntenoverleg om te vormen met de bestaande partijen naar een professioneel lokaal zorgnetwerk. Maar daar zijn ze natuurlijk nog mee bezig. Waarschijnlijk komen er ook nog partijen bij. Daar zijn ze nog naar aan het kijken. Wethouder Kromdijk merkt op dat de versmalling van het basistakenpakket een procedure is die in feite afkomstig is van het fusietraject. Voor Maassluis, Vlaardingen en Schiedam is dat een redelijk pro forma gebeuren, omdat ze daar toch aan toevoegen wat oorspronkelijk hun basistakenpakket was. Dat betekent dus ook dat de jeugdartsen die aangeven onvoldoende tijd te kunnen besteden aan de kinderen daar voor een deel gelijk in hebben, omdat er landelijk een aantal bezuinigingsronden is geweest waarbij je kunt zeggen: als je dat niet richt op de probleemsituaties, dan kom je tekort aan de te leveren zorg. Wethouder Kromdijk zegt er wel bij dat misschien wel de bulk aan gewone controles ook op een andere manier zijn plek en frequentie moeten krijgen, zodat je daar lucht en tijd en geld kunt creëren om alsnog gericht op de probleemsituaties voldoende zorg te kunnen geven. Dat is ook een element waar heel kritisch naar wordt gekeken. Er wordt gekeken of die wettelijke timing van die periodieke geneeskundige onderzoeken wel zo gerechtvaardigd is voor het doel waarmee je het doet. Als ze vinden dat dit niet zo is, dan moeten ze naar het ministerie toe laten weten dat zij dat op een andere manier vorm willen geven. Die discussie is volop aan de gang. Het is dus niet zo dat dit maar voortgaat en voortkabbelt, vanwege het product dat wordt geleverd, zonder oog te hebben voor het resultaat. Mevrouw Puyt (SP) vraagt aan welke tijdsplanning de wethouder denkt om te bekijken hoe het anders gevormd kan worden. Wethouder Kromdijk antwoordt dat de tijdsplanning voortdurend kritisch wordt bekeken. De landelijke discussie is volop gaande over de momenten waarop de periodieke geneeskundige onderzoeken plaats moeten vinden op de basisschool, op het voortgezet onderwijs. Er wordt gekeken of dit de juiste momenten zijn om met de hulp die je ook van de andere structuren hebt zoals zorgadvies en de knelpuntenzaak. Die moeten dekkend zijn om alle probleemsituaties eruit te halen en binnen het elektronisch kinddossier (EKD) een plek te geven, zodat elke organisatie weet dat er geen kind buitenboord valt. Wethouder Kromdijk zegt dat het EKD een probleem is. Alles wat geautomatiseerd moet worden, is een probleem. Dit is zeker een probleem. Een van de elementen daarin is de privacywetgeving. De wethouder vindt dat landelijk terecht is gezegd dat de probleemstelling voor de kinderen in nood voldoende moet zijn om geautoriseerd en goed omschreven deze privacywetgeving te overrulen. Het signaleren is een punt. Wethouder Kromdijk zegt dat het tweede punt het EKD zelf is, het dossier van het kind zelf. Ze zijn een stadium verder als ze aan diverse organisaties autorisatie verlenen om gebruik te maken van het EKD. Misschien hebben de commissieleden de presentatie van Multisignaal gezien. Dat is een signaleringssysteem waarbij alle organisaties laten weten dat dit een kind is dat bij hen in zorg is voor een


5 / 17

bepaalde problematiek. Dan zie je dus als organisatie dat een andere organisatie met hetzelfde kind bezig is als dat bij jouw organisatie komt. Dan kun je de verantwoordelijkheid leggen bij degene bij wie hij thuishoort. Dan werken organisaties niet meer langs elkaar heen. Dan kun je problemen echt oplossen. De wethouder wil hier graag nog een keer uitgebreider op ingaan. Vervolgens gaat wethouder Kromdijk in op de timing van dit geheel. Hij reageert hierbij op een opmerking van de heer Anker. De begroting had uiteraard eerst in het algemeen bestuur en daarna in de commissie behandeld moeten worden. Soms lopen de Agendacommissie en andere gemeentelijke commissies een beetje uit elkaar. Mevrouw Brons (VVD) had nog een vraag over een kind dat uit Maassluis komt, maar in Maasland naar school gaat. Mevrouw Leeuwerke (beleidsmedewerkster) weet niet onder welke GGD Maasland valt. Ze legt uit hoe het principe is. In Maassluis hebben ze kinderen uit Maasland of uit een andere stad. In principe wordt het geregistreerd bij de GGD waar het kind onder valt. De PGO’s vinden plaats in de stad waar het kind naar school gaat. Het kind valt onder de GGD van de plaats waar het naar school gaat. Er is sprake van een soort uitwisseling. Op het moment dat er een signaal komt, wordt er contact gezocht met een andere GGD of met de huisarts of de jeugdarts. Mevrouw Brons geeft aan dat het om de communicatie gaat. Als die maar goed is. Mevrouw Leeuwerke antwoordt dat die in principe tussen de instanties loopt. Wethouder Kromdijk zegt dat mevrouw Brons hier echt een probleem aanstipt. Het is niet zo dat dit automatisch zo loopt als wenselijk is. De heer Moekestorm (ChristenUnie) geeft aan dat een van zijn vragen nog niet beantwoord is. het betreft de vraag over de personeelscapaciteit. Die zou minder zijn. Wethouder Kromdijk antwoordt dat dit in het begin wel een probleem is geweest. Bij de uitvoering van de projecten is het nu echter geen probleem meer. Mevrouw Leeuwerke antwoordt dat de GGD heeft laten weten dat ze uiteraard afhankelijk is van de capaciteit die er beschikbaar is. De GGD heeft heel veel inzet voor de gemeente Rotterdam. Zij heeft pro forma laten weten dat zij, afhankelijk van de af te nemen plustaken, direct of op een later tijdstip uitvoeren. In principe is het echter zo dat de GGD dit voor Maassluis kan doen. De GGD houdt echter een slag om de arm. Wethouder Kromdijk geeft aan dat de GGD bijvoorbeeld bij een aantal producten, zoals controles bij kinderdagverblijven, moeite om dat netjes op tijd te doen. Dit komt doordat er uitbreiding is geweest. Dan moet de GGD een beetje in de tijd schuiven.

Tweede termijn Mevrouw Puyt (SP) wil dit boekje vast aan de ambtenaar overhandigen. Zij zal de digitale versie naar de griffier sturen. Mevrouw Brons (VVD) heeft nog een vraag over het elektronisch kinddossier. Wat gebeurt er met het dossier als het kind 18 jaar wordt? Wethouder Kromdijk kan hier geen antwoord op geven, omdat dit nog niet bekend is. De ontwikkeling van het elektronisch kinddossier is nog niet zover. De wethouder zal het in de gaten houden. De voorzitter stelt voor dat dit stuk vanavond als hamerstuk naar de raad gaat. De commissieleden stemmen hiermee in. Hij bedankt iedereen en sluit de vergadering. Onderwerp 1 is afgerond.

***


Onderwerp 2:

Raadsvoorstel tot het vaststellen van het Milieubeleidsplan 2008-2011

Tijd:

19.30 uur tot 20.45 uur

Voorzitter:

de heer T. Yücel

Griffier:

mevrouw A.J.H.T. Albers

Verslag:

mevrouw J.I. Zeijlmans van Emmichoven (Notuleerservice Nederland)

6 / 17

Aanwezig zijn de volgende leden: PvdA de heer S.B. Kuiper en de heer A. Luijendijk CDA de heer P.C. Anker VVD mevrouw J.A. Lammers-Noordam en mevrouw M.L. Brons-de Jong VSP mevrouw E.A. Middelburg-Hardijzer en de heer P.J. Vlendré SP mevrouw A.C. Puyt Maassluis Belang de heer G.J. Enzerink ChristenUnie mevrouw K.R. Oosterman en de heer J.A.J.T. Moekestorm

Als gast van de raad is aanwezig: De heer C. Pleijsier, wethouder Verder zijn aanwezig: Twee heren (beleidsmedewerkers)

2. Raadsvoorstel tot het vaststellen van het Milieubeleidsplan 2008 De voorzitter opent de vergadering. Hij heet iedereen van harte welkom. Hij geeft aan dat de Agendacommissie voorgesteld heeft om dit raadsvoorstel op 25 maart als debatstuk te agenderen. Het is aan de commissie om hier mee in te stemmen of wat anders te willen. De ChristenUnie heeft via de mail vragen gesteld. Hij constateert dat die vragen inmiddels naar behoren beantwoord zijn. De heer Kuiper (PvdA) heeft begrepen dat de commissieleden ook een inleiding mogen houden in deze vragenronde. Hij geeft aan dat milieu en klimaat letterlijk en figuurlijk hot zijn. Er is op dit moment een groot maatschappelijk draagvlak voor maatregelen op deze gebieden. Ze moeten dat draagvlak ook in Maassluis gebruiken om daadwerkelijk zaken te veranderen. Het is immers voor iedereen fijner wonen in een stad met minder geluids-, stank- en verkeersoverlast, meer groen, goed openbaar vervoer en woningen met een laag energieverbruik. De heer Kuiper geeft aan dat er ook steeds meer mogelijk is. Milieu- en klimaatbeleid zijn geen zaak meer van sombere verhalen en onmogelijke opdrachten. Op allerlei terreinen blijkt dat er met hoogwaardige innovatieve maatregelen enorme winst kan worden geboekt. De PvdA deelt de ambities van het college zoals ze verwoord zijn in het Milieubeleidsplan. De PvdA zou wel verder willen gaan en zou het soms wat concreter willen maken. De heer Kuiper gaat in op de hoofdpunten van de PvdA. Hij benadrukt het belang van duurzaamheid: bij ondernemen, bij wonen, bij recreëren, bij vervoer enzovoort. Duurzaamheid is echt een breder begrip dan energiebesparen zoals twee weken geleden bij de thema-avond werd gesuggereerd. Duurzaam bouwen moet vanaf het allereerste moment worden meegenomen in exploitaties. Het is een gemiste kans dat er anno 2008 nog woningen in Maassluis worden gebouwd, bijvoorbeeld op het Balkon, zonder dat er vergaande eisen worden gesteld aan duurzaamheid en energieverbruik. Wat de PvdA betreft moet op alle nieuwe plannen zoals Koningshoek, de Dijkpolder, de Dijk en de Kade duurzaam worden gebouwd. De heer Kuiper zegt dat dit heel erg veel betekent. Het betekent onder meer dat er standaard zoveel mogelijk moet worden gewerkt met energieverbruikbeperkingen en CO2-uitstoot. Duurzaam bouwen moet niet als een moetje worden beschouwd en als een kostenpost aan het eind van het opstellen van het projectdocument, maar het moet vanaf het allereerste moment als randvoorwaarde worden meegegeven.


7 / 17

De heer Kuiper geeft aan dat gedragsverandering veel actiever gepromoot moet worden. Het is goed dat dit in een van de plannen staat. In de raadsinformatiebrief bij het Milieubeleidsplan wordt in de communicatie alleen het versturen van het plan naar Provinciale Staten en het publiceren op de website genoemd. Ze moeten mensen actief informeren om het maatschappelijk moment te gebruiken om daadwerkelijk gedragsverandering aan te brengen. Hij verwijst naar de film van Al Gore die vorig jaar op verzoek van de PvdA door de gemeente is vertoond aan de inwoners. Dat was een succes, maar het is slechts een druppel op een gloeiende plaat. De heer Kuiper geeft aan dat je mensen ook kunt enthousiasmeren door ze te informeren over de mogelijke winsten. Het aardige bij milieu is dat die winst niet alleen voor het milieu is, maar ook voor de portemonnee van de mensen. Daardoor is het extra interessant. Het helpt bijvoorbeeld om cijfers duidelijk te maken: kilo’s afval, gebruik van energie. Dan wordt het zo snel mogelijk zichtbaar. Waarom proberen ze niet heel duidelijk per gezin of per woning, per huishouden aan te geven wat de vuilproductie is in Maassluis? Laat dat dan dalen. Dat kan enorm stimuleren. Dat geldt ook voor alle ambtenaren, wethouders in dit huis. De heer Kuiper zegt dat je ook over de grenzen moet kijken. Je moet niet alleen naar de goede voorbeelden in andere gemeenten kijken, in andere regio’s en landen, maar je moet ook in de nabijheid kijken. Moeten die bedrijventerreinen er wel komen, terwijl de bedrijventerreinen tot aan de grenzen van de stad oprukken? De bedrijven op de bedrijventerreinen in de binnenstad van Maassluis staan leeg. Op een dossier als lichtvervuiling moeten ze wel samenwerken met omliggende gemeenten, omdat die gemeenten de lichtvervuiling primair veroorzaken. Dat komt niet terug in het Milieubeleidsplan. Dat is een gemiste kans. Mevrouw Lammers (VVD) merkt op dat iedereen een inleiding mocht geven. Als de heer Kuiper zo doorgaat, dan kan niemand verder een inleiding geven. De heer Kuiper geeft aan dat hij met zijn vragen door zal gaan. De PvdA steunt een aantal zaken, maar ze heeft ook kritiek. Het grootste probleem met het Milieubeleidsplan is dat het samenhangt met het Milieu Uitvoeringsplan. Daarin wordt een aantal concrete zaken opgenomen. Hij gaat in op het aantal uitleningen van de instructie, de lespakketten van het Natuur- en Mileu Educatief Centrum worden in het Milieubeleidsplan genoemd. Andere zaken worden juist niet concreet gemaakt. De heer Kuiper zegt dat er een enorme ambitie op klimaatgebied in 2050 is. Een plan wordt echter in 2012 opgesteld. Waarom wordt dit niet eerder opgesteld? Als je het eerder doet, dan kun je bijvoorbeeld oog hebben voor de afspraken voor een PoH aan de start van een volgende periode. Dan kun je afspraken maken over hoe je die doelen wil gaan bereiken als er grote sommen geld mee gemoeid zijn. De heer Kuiper merkt op dat er over groene energie wordt gesproken. Hij heeft hier een aantal vragen over: - De luttele windmolens die überhaupt ooit ter sprake zijn gebracht, zijn alweer verdwenen. Waarom zijn die zo snel verdwenen? - Waarom komt het openbaar vervoer in Maassluis niet in het plan terug? - Waarom wordt er gesproken over de EPL, de energie op locatie, van 7½? Waarom is dat niet meer? - Waarom alleen bij bouwprojecten met meer dan 250 woningen of 2 ha bebouwing? - Is het geen uiting van ambitie om die hoge eisen ook op kleinere bouwprojecten toe te passen? Waarom wordt er gesproken over 5% bezuinigen op straatverlichting? In Tilburg hebben ze 50% bespaard in het kader van dimbare straatverlichting. Vervolgens gaat de heer Kuiper in op de kringloopwinkel in Maassluis. Die draait. Dat is goed. Het kan alleen nog veel beter. Hij verwijst naar marktplaats. Dat is een fantastisch middel waarbij meer wordt hergebruikt in de Nederlandse samenleving dan bij welke andere maatregel dan ook. Hij kijkt naar voorbeelden van de kringloopwinkel. In Vlaardingen is hij echt ontzettend leuk en interessant. De heer Kuiper vraagt zich af waarom de gemeentelijke voertuigen pas in 2010 van een roetfilter worden voorzien. Waarom doet de gemeente dat alleen bij de voertuigen die nog vijf jaar blijven rijden? Is dat niet teveel een kruideniersmentaliteit? Als Maassluis werkelijk ambitie heeft: wat kosten die roetfilters nou eigenlijk? Laten ze dat gewoon aanpakken en in 2008 alle voertuigen die nog geen roetfilter hebben, van een roetfilter voorzien. De heer Kuiper gaat in op de leddiscussie die tijdens de vorige thema-avond plaatsgevonden heeft. Er zijn in verschillende steden projecten met led. Daar bevalt led goed. De PvdA is van mening dat de informatie, die tijdens de thema-avond werd gegeven onjuist is. ledverlichting is een methode waarbij je grote besparingen kunt bereiken al was het alleen maar met het oog op de duurzaamheid.


8 / 17

De heer Kuiper gaat in op groene daken. Het bedekken van daken en muren ziet er niet alleen heel leuk en groen uit, maar kan ook de energiebehoefte van woningen of andere gebouwen beperken. Dat geldt zowel voor de verwarmingskant als voor de verkoelingskant. Bovendien kan het helpen om de CO2-uitstoot te verminderen en te helpen bij de wateropvang. De PvdA heeft al eerder gepleit voor meer bomen en meer begroeiing langs de P.C. Hooftlaan. Na het slopen van de Rooms-katholieke kerk heeft de PvdA gepleit voor het behoud van het groen dat om de kerk heen stond. Er is nu een betonnen vlakte aangelegd. Hier staan inderdaad nog een paar bomen. Dat is niet wat de PvdA bedoelde met een groene uitstraling van de P.C. Hooftlaan en het zo groen mogelijk inrichten van het parkeerterrein. Dat is gewoon een gemiste kans. De ervaring leert dat dit nog wel een paar jaar zo zal blijven liggen. De heer Kuiper wil weten waarom er pas in 2012 over de geluidszonering van de Kapelpolder wordt gekeken. Geluidswal. Er komt binnenkort een projectdocument. Waarom hebben ze het dan pas over die geluidszaken? Mevrouw Lammers (VVD) merkt op dat zij dadelijk geen tijd heeft om vragen te stellen als het zo doorgaat. De voorzitter zegt tegen mevrouw Lammers dat zij dadelijk genoeg tijd krijgt voor haar vragen.. De heer Enzerink (Maassluis Belang) heeft vanmiddag een conferentie oer dit soort zaken bijgewoond. Het ging over de omliggende gemeenten van Rotterdam. Hij heeft daar hele goede plannen over gehoord. Hij heeft dit afgezet tegen de voorstellen die er op dit moment in Maassluis liggen. Hij vindt dat Maassluis helemaal niet gek bezig is. Je kunt je wel afvragen waarom iets in 2012 nog niet gerealiseerd wordt, maar je moet het wel in een bepaald kader zien. Je kunt niet alles tegelijk doen. Groene daken zijn bijvoorbeeld heel erg leuk, maar je moet de kosten wel relateren aan de opbrengsten. Hetzelfde geldt voor de windmolens. De heer Enzerink geeft aan dat Maassluis Belang zich in de planning van het Milieubeleidsplan kan vinden. Spreker is ook blij met de speerpunten die zijn gekozen. Hij is ook blij dat de gemeente meer gelegenheid tot inspraak voor de burgers heeft gegeven. Dat heeft ook gewerkt. Het heeft zo te zien ook geleid tot minder bezwaarschriften op mogelijke voorstellen die het college gaat doen. Kortom: spreker denkt dat ze wel degelijk op de goede weg zijn. De heer Enzerink vindt de kringloopwinkel een goed voorbeeld. Het loopt goed, maar het is te kleinschalig. Daar heeft de raad in een vorige periode zelf voor gekozen. Vlaardingen was aanzienlijk beter. Dat bood meer mogelijkheden. Dat kostte de gemeente echter aanzienlijk meer. Ze hebben toen de kosten aan de oplossing gerelateerd. Dat kun je niet in een achternamiddag oplossen. Dat moet je over een termijn van jaren zien. De parkeerplaats op de P.C. Hooftlaan is inderdaad een kale vlakte. De heer Enzerink heeft begrepen dat er wat bloembakken bij komen. Het wordt wat opgevrolijkt. Hij heeft echter ook begrepen dat het moeilijkheden kan geven als je het te mooi maakt. Het wordt dan moeilijk om de zaak weer terug te draaien als ze daar over een paar jaar gaan bouwen. Ze willen daar toch iets anders hebben dan een kale vlakte of iets moois met bomen. Mevrouw Oosterman (ChristenUnie) zegt dat het nieuwe Milieubeleidsplan het beleid van de gemeente een nieuwe impuls moet geven. De ChristenUnie heeft hier nog wel wat vragen over. Zij verwijst naar de vragen die de ChristenUnie vanochtend via e-mail heeft gesteld. Verder heeft zij nog een aantal vragen. Mevrouw Oosterman gaat in op de themabijeenkomst. Tijdens deze bijeenkomst gaf de wethouder aan dat hij ervoor heeft gekozen alleen de onderwerpen in dit plan te noemen waar de gemeente Maassluis daadwerkelijk invloed op uit kan oefenen. Dat is een keuze. Het is alleen jammer dat het totaaloverzicht van milieufactoren waar de Maassluise bevolking mee te maken heeft, ontbreekt. De ChristenUnie vraagt of het mogelijk is een bijlage op te nemen waarin alle milieufactoren worden genoemd en waarin de afweging wordt gemaakt om dit al dan niet in het Milieubeleidsplan op te nemen. Dat geeft naar haar mening een beter beeld van de complete milieusituatie van Maassluis. Mevrouw Oosterman heeft in haar vraag over communicatie een mening gegeven. Zij vraagt de wethouder om daar zijn mening over te geven. Milieugedragsverandering is een complex vraagstuk. De Christenunie is betrokken een campagne om de millenniumdoelstellingen onder de aandacht te brengen. Duurzaamheid is hierin een belangrijk thema. Je merkt dat mensen wel willen, maar dat het een zodanige onmogelijke opgave lijkt dat velen na een keer duurzaam boodschappen doen of een keer milieuvriendelijk handelen de moed al weer verliezen.


9 / 17

Mevrouw Oosterman zegt dat je er niet komt met een foldertje of een berichtje in de Schakel. Zij verwijst naar een opmerking van de heer Van Gastel tijdens de themabijeenkomst. Je moet op zoek gaan naar creatieve communicatiemiddelen, anders bereik je de mensen niet. De ChristenUnie wil graag de mening van de wethouder hierover, want het Milieubeleidsplan spreekt wel over foldertjes en stukjes in de Schakel. Vervolgens gaat mevrouw Oosterman in op duurzaam bouwen en duurzaam inkopen. Zij heeft hier nog een paar aanvullende vragen over. Als het gaat over duurzaam inkopen, dan is het een gemiste kans dat in het beleidsplan geen link wordt gelegd met het Akkoord van Schokland. In dit akkoord wordt iedereen opgeroepen zich in te zetten om de millenniumontwikkelingsdoelen 2015 daadwerkelijk te behalen. Een duurzaam inkoopbeleid is hierbij een van de aandachtspunten. Ze vraagt aan de wethouder of deze link kan worden gelegd. Mevrouw Oosterman zegt dat de wethouder bij duurzaam wonen drie focusgroepen noemt: jongeren, huishoudens met lage inkomens en sportverenigingen. De ChristenUnie is net als de maatschappelijke organisaties (pagina 53) van mening dat ook volwassenen benaderd moeten worden. Ze vraagt de wethouder om een reactie. Vervolgens gaat mevrouw Oosterman in op de drie groene routes en op duurzame recreatie. De wethouder wil de drie groene routes in Maassluis versterken. Spreekster mist hierin een stuk flora- en faunabeleid. Het lijkt wel alsof het alleen maar gaat om wat gras en bomen. Of wil de wethouder ook doelen bereiken op het gebied van biodiversiteit in de stad? De ChristenUnie mist ook invulling als het om duurzame recreatie gaat. Mevrouw Oosterman vraagt of de wethouder bijvoorbeeld ook denkt aan het aanleggen van een kabouterpad. Dat is een ontdekkingsroute voor kinderen. Denkt de wethouder ook aan het aanleggen van een vogelpad of aan een andere route waarbij aandacht wordt geschonken aan mogelijk aanwezige vogelsoorten? Denkt hij aan een plantenpad? Mevrouw Oosterman wil graag een uitdaging aangaan met de hier aanwezigen als het gaat om passie voor milieu. Zij heeft hier een stapel exemplaren van de mondiale voetafdruk. Dat is een meetmethode om te kijken hoe duurzaam wij leven. Zij wil die formulieren graag uitdelen. Zij wil de aanwezigen graag uitdagen om thuis hun mondiale voetstap te berekenen en deze informatie plus hun reactie hierop door te geven aan de wethouder. Op de gemeentelijke pagina worden alle resultaten verwerkt en wanneer ze hier weer bij elkaar zitten om het milieu-uitvoeringsprogramma te bespreken, gaan ze kijken of er al iets verbeterd is in hun milieugedrag. Mevrouw Oosterman hoopt dat ze met tips en adviezen van elkaar kunnen leren. Zij wil graag een reactie van de fracties en van de wethouder. Zij hoopt dat zij deze uitdaging aan willen gaan. Zij kan hen garanderen dat deze uitdaging voor iedereen pijnlijk zal zijn. Zij heeft vanmiddag ontdekt dat zij daar zelf geen uitzondering op vormt. Ten slotte heeft mevrouw Oosterman nog een financiële vraag. Deze vraag kan ook schriftelijk beantwoord worden. Voor het opstellen van het Milieubeleidsplan is een bedrag van 40.000 euro ter beschikking gesteld. Kan de wethouder een overzicht geven waaraan dit bedrag is uitgegeven en of er nog een eventueel overschot is? . Mevrouw Puyt (SP) zegt tegen mevrouw Oosterman dat zij die uitdaging wel aan wil gaan. Zij vindt dat het Milieubeleidsplan inderdaad een eerste aanzet is om een stap in de toekomst te gaan doen en zo stukje bij beetje een beter milieu in Maassluis te krijgen. Het eerste dat spreekster opviel is dat wordt gesproken over verkeerstoename op de Laan ’40 - ’45, het Balkon en Koningshoek. Spreekster meent zich te herinneren dat het college bij het bestemmingsplan Balkon stellig volhield dat er geen sprake van verkeerstoename zou zijn. Er was zelfs een rapport waarin stond dat er maar minimale verkeerstoename plaats zou vinden. Zij wil hier graag nadere uitleg over. Mevrouw Puyt gaat in op mobiliteit. Zij wil vragen om niet alleen de fiets te stimuleren, maar ook het gebruik van het openbaar vervoer. Hoe meer mensen met bus of trein kunnen gaan hoe beter. Zij gaat in op de problematiek met betrekking tot fijnstof. Er wordt al heel wat verbeterd door schonere motoren in auto’s en vrachtwagens. In Maassluis heb je helaas ook te maken met fijnstofproblematiek door het scheepvaartverkeer. Dit is nog lang niet op het niveau zoals ze dat allemaal graag zouden willen zien. De mensen langs de Waterweg hebben daar toch wel mee te maken. Zij wil graag weten welke ambitie het college heeft om deze problematiek op te pakken. Op welke manier en wanneer wil het college dat doen?


10 / 17

Mevrouw Puyt gaat in op groen en recreatie. Er wordt gesproken over een groenvisie. Wanneer wordt die groenvisie gepresenteerd en is dat dan een vervanging van het huidige Groenstructuurplan? Wordt die motie Groencompensatie ook nog steeds gehandhaafd? Geldt dat ook voor groen ontwikkeling? Vervolgens heeft mevrouw Puyt nog een aandachtspunt. Op dit moment hebben zij hier in Maassluis misschien te maken met asbestdakbedekkingen. Na langdurig liggen gaat asbest verweren. Dat verhoogt wel het risico voor de volksgezondheid. Is het college bereid om die risico’s in het Milieubeleidsplan te inventariseren e om hier maatregelen tegen te nemen?. Mevrouw Middelburg (VSP) heeft een groene opmerking. Er is al een hoop gras voor haar voeten weggemaaid. Zij heeft de zienswijze gelezen. Een heleboel zienswijzen gaan over de uitvoering en over zaken die in andere nota’s geregeld worden of die door andere gemeenten of andere instellingen geregeld worden. Het Milieubeleidsplan gaat over plannen en doelen. Het gaat over zaken die ze graag zouden willen of die ze in de toekomst moeten doen. Dat is een stuk abstracter dan een uitvoeringsnota. Het is een mooi plan. Zij geeft als voorbeeld het bevorderen van het gebruik van openbaar vervoer. Daar staat de VSP helemaal achter vooral als het gratis is voor ouderen. Mevrouw Middelburg heeft nog een vraag. Op pagina 85 van de bundel staat onder andere naar aanleiding van de vraag over de vistrappen dat de gemeente Maassluis geen beleidsvoornemens heeft op het gebied van dierenwelzijn, biodiversiteit en ecologie. Maassluis is volgend en niet proactief. Wat is de reden hiervan? Hoe is dat zo gekomen? Mevrouw Lammers (VVD) geeft aan dat het beleidsplan ambitieus is. Doelen op kortere of langere termijn zijn beschreven. Het blijft echter onduidelijk hoe doelen gerealiseerd gaan worden. Welke inzet van mensen en middelen brengt dat met zich mee? Er worden geen prioriteiten aangegeven. Het Milieu-uitvoeringsplan (MUP) geeft zelfs weer wat in de komende jaren aan concrete stappen gezet worden. Tussen het abstracte beleidsplan en het concrete MUP zou nog een soort stappenplan moeten komen waarin financiën, prioriteiten etcetera besproken kunnen worden. Het MUP kan hier ieder jaar tegen afgezet worden. Dan kun je zien hoe deze in het totaalplaatje geplaatst kan worden. Mevrouw Lammers mist een passage over de A20 en de maximumsnelheid. De maximumsnelheid zou bijvoorbeeld van 120 naar 100 kunnen. Verder wordt er weinig aandacht besteed aan de gevolgen voor het milieu. Daar is al eerder over gesproken. Belangrijk punt: een beter milieu is een kwestie van gedragsverandering. Het is naïef om te denken dat er op termijn vanzelf een gedragsverandering plaatsvindt als ze hun kinderen maar naar de NME sturen. Mevrouw Lammers merkt op dat het mensen eigen is om pas voor iets te gaan als hen dat iets oplevert, bijvoorbeeld een zuinige auto als de fiscale bijtelling omlaag gaat of groene stroom als het tarief voor groene stroom lager is dan gewone stroom. Daarom vindt spreekster dat het college creatief moet zijn in het stimuleren of handhaven van zaken met betrekking tot het milieu. Het belonen van goed gedrag heeft daarbij voorkeur boven bestraffen van slecht gedrag. Mevrouw Lammers heeft de volgende vragen: - Pagina 15: de gemeente kiest voor maatregelen die op lokaal niveau groot effect kunnen hebben. Dat is mooi, maar wat voor beeld heeft het college hierbij? - Pagina 17: Doel is om in 2008 aan informatieplicht te voldoen conform het verdrag van Aarhus. Het is nu 2008. Voldoet de gemeente daar nu aan? - Pagina 20: In welke mate is het wagenpark van de gemeente nu al schoon? Doel is 100% in 2011. - Pagina 21: Gemeente is verplicht actieplan geluid op te stellen. Er wordt niet gesproken over het tijdstip waarop het actieplan gereed zal zijn of zou moeten zijn. Daar wil de VVD graag antwoord op - Pagina 26: Wat is de achtergrond van de drie focusgroepen: jongeren, huishoudens met lage inkomens en sportverenigingen? Waarom ook geen bedrijven en ouderen? - Pagina 40: In de nota staat dat het nog onduidelijk is of de nieuwe regelgeving met betrekking tot bodemkwaliteit nu wel of niet per 1 januari 2008 zal worden ingevoerd. Wat is de stand van zaken en wat zijn de consequenties als deze regelgeving wel is ingevoerd? - Pagina 41: Route gevaarlijke stoffen van de A20 naar de pont verdwijnt. Wat betekent dit? Betekent dit dat gevaarlijke stoffen geweerd worden uit Maassluis of betekent dit dat nu ook andere routes door Maassluis mogelijk zijn? Indien gevaarlijke stoffen helemaal worden geweerd: wat zijn dan de alternatieven voor vervoerders en hoe vindt communicatie daarover en handhaving plaats? De heer Kuiper (PvdA) vraagt of mevrouw Lammers ook naar pagina 72 heeft gekeken. Hier is namelijk het actieplan Geluid op hoofdlijnen al bijgevoegd.


11 / 17

Mevrouw Lammers bedankt de heer Kuiper voor zijn opmerking. De heer Anker (CDA) zegt dat het Milieubeleidsplan een sterk plan is. Hij vindt de verschillende accenten van de verschillende commissieleden bijzonder leuk. Hij is als fanatiek fietser erg blij met het plan en met de aandacht. Hij heeft meegelopen met de DCMR. Hij heeft gezien hoe de DCMR de bedrijven controleert en hoe krachtig hun instrument is. Hij heeft gezien hoe ongelofelijk belangrijk dat is. De heer Anker heeft wel een paar maren. Hij doet mee met de Michacampagne. Dat is heel teleurstellend. Het is al moeilijk om je eigen gedrag te veranderen, laat staan dat van anderen. Hij woont vlakbij de Koningshof. Hij zou het bijzonder prettig vinden als zijn buren eens een keer niet met de auto naar Albert Heijn gaan. Dat doen ze natuurlijk toch. De heer Anker vindt duurzaamheid en veiligheid heel belangrijke punten. Hij gaat in op geluid. Dat is wat hem betreft een heel belangrijk punt. Er is veel geluidsoverlast van de A20. De raad heeft gezegd dat hij een geluidswal wil naast de totale A20. Daar wil hij een streep onder zetten. Het CDA heeft zich daarover uitgesproken. Dat komt uiteindelijk wel bij de ontwikkeling van de Dijkpolder. Hij vraagt de wethouder om waar mogelijk de geluidsoverlast te regelen. De heer Anker zegt dat de wethouder schrijft dat extra budget nodig is voor NME pilot voor het asfalteren van fietspaden. Dat juicht hij toe. Er moet een snelle verbinding via de Waterweg komen. Zo is er nog een aantal zaken waar de wethouder extra budget voor vraagt. Dan dringt zich de volgende vragen op: hoeveel? Hoe snel? Wanneer? De wethouder weet dat het CDA drie jaar geleden een motie ingediend voor extra geld voor schone lucht. Daarbij is ook een deel van het geld aangewend om geluidsoverlast tegen te gaan. Dat is heel goed, maar eigenlijk is het een grote vraag aan de raad. Hij vindt het heel moeilijk om hierop te sturen. De heer Anker komt toch even terug op het fietsbeleid. De brommers zijn een van de grotere bronnen van fijnstof. Dat is misschien een wat nieuw gegeven. Hij verwijst naar de veilige school route, duurzaamheid, vervuiling. Hoe ziet spreker dat gepositioneerd in dit plan? Hoe ziet hij een motie over de inzameling van bijvoorbeeld plastic flessen? Hoe wordt dat geplaatst? De Kringloopwinkel in Vlaardingen wordt voor een belangrijk deel bekostigd met WSW gelden en met Wwb gelden. De heer Anker merkt op dat dit in een zeer grootschalig kader staat. De wethouder begint heel krachtig. 90% van de regels komt uit Europa. Dat wordt geïmplementeerd door de Rijksoverheid. De gemeente legt er nog een aantal ambities naast. Spreker is ambitieus. Hij is blij met de ambitie en ziet uit naar het Milieu-uitvoeringsplan. Wethouder Pleijsier bedankt de commissieleden voor de vragen. Hij gaat proberen om de vragen in volgorde te beantwoorden. Hij gaat in op duurzaamheid. Dat is breder dan energie. Daar is hij het helemaal mee eens. Het gaat ook om hergebruik van materialen. Hij geeft aan dat energie een voorbeeld is geweest. Het is niets meer dan een voorbeeld. Wethouder Pleijsier vindt het Balkon inderdaad een gemiste kans. Hij hoopt dat ze in de volgende fases nog iets kunnen betekenen, maar daar zijn natuurlijk wel projectdocumenten voor geschreven. Die zijn ook vastgesteld. Het is moeilijk om daar zomaar op in te breken. Hij zal proberen om hier nog wat aan beïnvloeding te doen. Hij hoopt dat de raad dat ook zal doen. De raad heeft daar ook een hand in. Wethouder Pleijsier geeft aan dat gedragsverandering veel genoemd is. Dat is een heel grote uitdaging in dit plan. De instrumenten van de gemeente liggen op het gebied van de PR, in communicatie en in educatie. Ze kunnen mensen informeren. Ze kunnen ze stimuleren. Ze kunnen ze onderwijzen. Als ze dat met passie en toewijding doen, dan moeten ze een hoop kunnen bereiken. Wethouder Pleijsier zegt dat de gemeente een enthousiaste ploeg ambtenaren heeft, een enthousiast college en hopelijk ook een enthousiaste raad. Ze moeten het met zijn allen voor elkaar zien te krijgen. Dat kan de wethouder niet alleen doen. Het kan ook niet alleen vanuit de ambtenarij komen of alleen vanuit de raad. Ze moeten het samen doen. Dat sluit ook een beetje aan bij het voorstel van mevrouw Oosterman. Je moet samen kijken en samen praten. Wethouder Pleijsier gaat in op het inzichtelijk maken van het verbruik. Dat is inderdaad een mogelijkheid. Dat valt ook onder PR. Dat kun je ook meegeven. Als je praat over kilowatt uren en kubieke meters gas, dan is dat een 'tooltje' dat al jarenlang gebruikt wordt. Het wordt al jarenlang gepropageerd door Eneco. Zelfs het GEB deelde al verbruikskaarten uit. Het zou een mooi voorstel voor Eneco zijn om dit inzichtelijk te maken en om het bijvoorbeeld op de website te zetten.


12 / 17

De heer Luijendijk (PvdA) geeft aan dat Eneco hiermee bezig is. Dat is in aantocht. Mevrouw Puyt (SP) geeft aan dat de gemeente ook aan zou kunnen geven hoeveel zwerfvuil ze per jaar ophaalt. Dan denken mensen ook eens na over de vervuiling die ze veroorzaken. Wethouder Pleijsier merkt op dat andere commissieleden kortere termijnen willen hanteren, terwijl mevrouw Puyt het per jaar wil hebben. Per maand is misschien wat veel. Per jaar is misschien wat weinig. Hij stelt voor om in het MUP een termijn van een kwartaal of iets dergelijks aan te geven. De heer Kuiper (PvdA) legt uit hoe hij op dit punt is gekomen. Mensen proberen zuinig aan te doen. Als ze bijvoorbeeld in mei hun afrekening krijgen, dan moeten ze ofwel bijbetalen ofwel ze krijgen geld terug. Op dat moment kunnen ze er echter niets meer aan veranderen. Als je je verbruik ziet en ziet dat het lager is als je zuinig bent, dan stimuleert dat om minder energie te verbruiken. Dan kun je je gedrag aanpassen, terwijl je nog aan het verbruiken bent. De heer Kuiper verwijst naar een actie van de provincie Noord-Brabant. Er werden apparaatjes uitgedeeld die mensen tussen hun apparaat en het stopcontact konden zetten. Dan werd bijvoorbeeld aangegeven dat het betreffende apparaat de afgelopen 24 uur zoveel kilowatt uur heeft verbruikt. Dat is ook een manier om het inzichtelijk te maken. Wethouder Pleijsier merkt op dat dit een relatiegeschenk was van Eneco. Mevrouw Lammers (VVD) geeft aan dat je toch zelf ook de meterstanden op kunt nemen op de eerste van de maand. Spreekster doet dit nog steeds. Mevrouw Puyt (SP) zegt dat de wethouder haar waarschijnlijk verkeerd begrepen heeft. Je kunt mensen toch ook laten kantelen in hun gedachtegang als je aangeeft hoeveel zwerfvuil er nu opgehaald wordt en wat dat kost. Wethouder Pleijsier vindt dit een goede suggestie. Vervolgens gaat hij in op de ontwikkeling van de bedrijventerreinen in Maassluis. De wethouder is van mening dat de raad dit zelf vastgesteld heeft of gaat vaststellen. De wethouder zegt dat hij een beetje de weg kwijt is. De heer Kuiper (PvdA) antwoordt dat deze opmerking niet alleen voor de wethouder was. Hij wil graag duidelijk maken dat ze hier met zijn allen over na moeten blijven denken. Het is een oproep aan de raad om altijd kritisch naar plannen te blijven kijken. Bij sommige zaken moet je ook echt met de omliggende gemeenten optrekken. Hij verwijst naar de lichtvervuiling. Er werd destijds twee keer een briefje heen en weer gestuurd. Dat verstaat hij niet echt onder samenwerken. Wethouder Pleijsier merkt op dat dit misschien voor zijn tijd is gebeurd. Hij heeft een keer een opmerking van iemand gekregen. Verder heeft hij nog niets gekregen. Hij zegt dat dit ook een punt is dat ze mee kunnen nemen. De heer Kuiper antwoordt dat er raadsbreed twee keer om een brief is gevraagd. Die is ook twee keer verstuurd. Wethouder Pleijsier merkt op dat dit feitelijk een uitwerking van het MUP is. Hij merkt op dat lichtvervuiling onderdeel is van milieuoverlast. Dat moet je ook aanpakken. Dat komt ook weer in het MUP naar voren. Hij geeft aan dat getracht is om het milieubeleidsplan niet te droog en niet te zwaar te maken. Daarom worden er veel voorbeelden gegeven. Het NME leeft sterk in het stadhuis. Daarom werd dat voorbeeld wat uitgebreider behandeld dan andere voorbeelden. Het is echter slechts een voorbeeld om het wat inzichtelijker te maken. Vervolgens gaat wethouder Pleijsier in op de CO2-plannen voor 2012. Er is gevraagd waarom de wethouder daar niet eerder mee komt. Hij verwijst naar het Rotterdam Climate Initiative. Maassluis heeft dit ook ondertekend. In het kader van dit initiatief moet Maassluis later dit jaar, in april of mei, een plan op hoofdlijnen hebben. Dan moeten ze de plannen van Maassluis al presenteren in Rotterdam Climate Initiative verband. Vervolgens gaan ze in regionaal verband bekijken wat ze samen kunnen doen om de plannen te versterken. In 2008 komt er al iets. Een volledig uitgewerkt plan komt eraan. Dat zal echter niet dit jaar verschijnen. Hij benadrukt dat er wel degelijk initiatieven worden genomen. Een plan op hoofdlijnen komt zelfs nog voor 2009.


13 / 17

Wethouder Pleijsier moet het antwoord op de vraag over de windmolens bij de Dijk schuldig blijven. Dat is iets van voor zijn tijd. Hij zal hier nog op terugkomen. De heer Kaper beleidsmedewerker) geeft aan dat de plaatsing van drie molens is onderzocht. Die molens moeten een behoorlijke hoogte hebben en een behoorlijke omvang qua wieken. Dan kom je automatisch op een hinderzone die ook een flinke oppervlakte heeft. Men kwam tot het standpunt dat je zulke windmolens eigenlijk niet kunt plaatsen in een compacte stad als Maassluis. Als ze kleiner zijn, zijn ze niet nuttig meer Dan loont het eigenlijk niet echt de moeite. Dat is de reden dat Maassluis af heeft gezien van de plaatsing van molens aan de Dijk. De heer Luijendijk (PvdA) merkt op dat die windmolens bij de nieuwe begraafplaats zouden komen. Dat was de beoogde plaats. Dat ligt natuurlijk ver van iedere vorm van bewoning. De heer Kaper (beleidsmedewerker) antwoordt dat daar wel een lichte vorm van industrie zou komen. Die zones zijn echt vrij fors. Die zones hebben ook te maken met het risico dat dergelijke molens met zich brengen. Die molens kunnen zeker schade oplopen als gevolg van die harde wind hier. Wethouder Pleijsier beantwoordt de vraag over het EPL. 7,5 is al hoger dan de landelijke eis. Maassluis is hier al strenger in. De heer Kuiper zegt dat het niveau innovatief al bij 8 ligt. Het is nog niet echt de top. Dat begrijpt hij ook wel, maar waarom gebeurt dit dan ook pas vanaf 2050. Het lijkt erop dat de gemeente haar grenzen voordat je het moet toepassen heel hoog legt. Dat is volgens spreker niet de ambitie die ze moeten willen hebben. Wethouder Pleijsier merkt op dat ze de doelen van het Milieubeleidsplan SMART willen formuleren. Op het moment dat je met dergelijke zaken innovatief gaat werken, dan kun je letterlijk wel eens van een koude kermis thuiskomen. Dat is uiteraard ook niet iets dat de gemeente voorstaat. De heer Kuiper vraagt waarom de wethouder de grenswaarde van 250 hanteert. Wethouder Pleijsier merkt op dat het bij grotere projecten al gauw interessanter wordt om koude- en warmteopslag toe te passen als je daar dergelijke voorwaarden aan stelt. Bij kleinere projecten met minder woningen wordt het al snel een stuk minder interessant, omdat de kosten dan te hoog worden. Het kan dan ook niet meer als SMART doel gesteld worden. Wethouder Pleijsier beantwoordt de vraag over het dimbaar maken van de straatverlichting. Dat zou betekenen dat heel Maassluis op de schop moet. Dan moet je ofwel een derde kabel aanleggen naar iedere lantaarnpaal of je moet op iedere lantaarnpaal een dimmer plaatsen. De gemeente krijgt nu af en toe al klachten dat een lantaarnpaal het niet doet. Dat risico wordt dan alleen maar veel groter. Daarom lijkt het de wethouder niet erg SMART om dergelijke lantaarnpalen in Maassluis te installeren. Wethouder Pleijsier geeft aan dat je ook kunt besparen door scherper in te steken op afregeling. Er komen misschien schonere lampen, energiezuiniger lampen. In de toekomst zal er misschien betere ledverlichting komen. Dan wordt het misschien mogelijk om op led over te stappen. Dat kan besparingen opleveren. Wethouder Pleijsier gaat in op de vraag over de kringloopwinkel. De heer Kuiper heeft gezegd dat Marktplaats een goed idee is. De wethouder vindt dit een beetje moeilijk. Er is voor gekozen om de kringloopwinkel wat kleinschaliger te houden. Nu moeten ze volgens het voorstel van de heer Kuiper eigenlijk professioneler en groter worden. Wil de heer Kuiper dan dat de kringloopwinkel een website opzet? De heer Kuiper antwoordt ontkennend. Hij heeft Marktplaats als voorbeeld genoemd. Maassluis heeft een nette kringloopwinkel. Spreker kent hier echter niet zo goed de voorgeschiedenis van. Hij vraagt zich af of er met behulp van mensen uit de WSW mogelijkheden zijn om het grootschaliger te doen waardoor er minder spullen naar het grof vuil verdwijnen en er meer spullen een tweede of derde leven krijgen. Dat zie je in succesvolle gemeenten wel veel meer gebeuren. Wethouder Pleijsier merkt op dat de kringloopwinkel een particulier initiatief is. Je moet ook uitkijken dat je je daar als gemeente niet op gaat blindstaren. Hij is bang dat de gemeente daar veel geld in gaat stoppen en dat er een resultaat uitkomt dat verwaarloosbaar is. Daar moeten ze eerst goed naar kijken. Het zal ook weer in het uitvoeringsplan naar voren gebracht moeten worden of de gemeente daar al dan niet mee verder kan gaan. Het is onverstandig om daar op dit moment een toezegging voor te doen.


14 / 17

Daarna beantwoordt wethouder Pleijsier de vraag over de roetfilters. In het Milieubeleidsplan staat dat vanaf 2011 alles euro 4 zal zijn. Dat heeft met het investeringsprogramma te maken. De nieuwe wagens die nu gekocht worden, zijn euro 4 met roetfilter. Feitelijk zijn ze al euro 5. Daarnaast worden er nu ook elektrische karretjes aangeschaft in plaats van diesel aangedreven karretjes. Die worden gevoed met groene stroom. Die rijden dus ook al milieuvriendelijk. Wethouder Pleijsier gaat in op het parkeerterrein op de P.C. Hooftlaan. De commissieleden willen graag meer begroeiing. Dat plan ligt er inderdaad al. Dat wordt nader uitgewerkt. Het college had dit ook al gesignaleerd. Het had al opdracht gegeven om wat meer aan begroeiing rond dat plein te doen. Als er bomen staan, beperk je wel de bruikbaarheid van het plein. Als er geen bomen staan, dan kun je het terrein bijvoorbeeld voor een kermis of een ijsbaan gebruiken. Het terrein is dan beter voor een braderie, een sportdag of een podium te gebruiken. Je kunt het terrein dan beter voor allerlei andere activiteiten gebruiken. Je kunt er wel bloembakken omheen zetten. Mevrouw Lammers (VVD) is nieuwsgierig hoe het er nu voorstaat met de wagens. In hoeverre is het wagenpark nu al schoon? Wethouder Pleijsier geeft aan dat de oudere wagens minimaal voldoen aan euro 3. Er zijn al wagens die voldoen aan euro 4. Er zijn al wagens besteld die voldoen aan euro 5. Euro 4 met roetfilter is euro 5. Euro 5 is nog niet vastgesteld, maar dat zal het waarschijnlijk wel worden. Mevrouw Lammers vraagt of de wethouder haar schriftelijk kan melden om hoeveel wagens het gaat. Wethouder Pleijsier zal dit doen. Vervolgens gaat hij in op ledverlichting. Er zijn al projecten waar ledverlichting is opgesteld in de straten. Dit zijn echter pilotprojecten in samenwerking met fabrikanten. Het gaat om een of twee straten. Het gaat niet om hele wijken of hele steden. Wethouder Pleijsier ventileert zijn persoonlijke mening. Het lijkt een beetje alsof de persberichten vanuit Philips komen en niet zozeer vanuit de gebruikers van de straten. Toch zijn er goede resultaten. De wethouder onderschrijft die ook. De ambtenaren geven echter aan dat de stand van de techniek nog dusdanig is dat het nog niet interessant is om het gemeentebreed in te voeren. Er zitten nog beperkingen aan. De wethouder merkt op dat je andere vragen krijgt als de verlichting niet in orde is. Ze moeten er nog even op wachten. Het is echter zeker een punt van aandacht. Wethouder Pleijsier gaat vervolgens in op de vraag over de groene daken. Dat is een heel mooi systeem. In Rotterdam is dit een aantal keer toegepast. Het is ook toegepast als waterberging. Het probleem is alleen dat de constructie van daken hier tegen bestand moet zijn. Als een dak er niet tegen bestand is en je moet de hele constructie gaan aanpassen, dan is de hele CO2-besparing eigenlijk gelijk teniet gedaan. Wethouder Pleijsier geeft aan dat je het ook als isolatie gebruiken. Als je een hoog flatgebouw hebt, dan heb je echter een relatief klein dakoppervlak. Daarmee is de besparing echter marginaal. Als je een wat lager gebouw hebt met een wat grotere oppervlakte, dan zou je wat meer resultaat kunnen bereiken. Ook hiervoor geldt dat de constructie ertegen bestand moet zijn. De heer Kuiper geeft aan wat zijn toekomstbeeld is. Hij ziet de Dijkpolder in de toekomst voor zich. De zuidzijde is bekleed met zonnecellen en de noordzijde met groene daken. Het heeft wel allemaal potentie. Hij begrijpt de bezwaren wel, maar als je hier over praat en ideeën vanaf het eerste begin meeneemt in de projecten, dan kun je zaken wel degelijk realiseren. Dan levert het ook wat op. Wethouder Pleijsier geeft aan dat het dan ook verkoopbaar moet zijn. De wethouder wijst op het gevaar dat de gemeente daar huizen met allerlei snufjes neerzet waardoor de huizen zo duur worden dat ze niet meer verkoopbaar zijn. Het gevaar bestaat ook dat de huizen niet gewild zijn door hun uitstraling. De gemeente moet ook dit soort overwegingen maken. Het is een goede suggestie, maar het heeft ook zijn beperkingen Wethouder Pleijsier gaat in op de vraag over de Kapelpolder. In het Milieubeleidsplan staat dat de geluidszonering pas in 2012 aangepakt zou worden. Dat heeft te maken met het bestemmingsplan. Dan wordt het bestemmingsplan aangepast. De geluidszonering wordt daarin meegenomen. Dit waren de vragen van de PvdA. Maassluis Belang had een paar aardige opmerkingen. Wethouder Pleijsier is het daar volledig mee eens. De ChristenUnie heeft opgemerkt dat er een keuze is gemaakt. Hierbij staan de belangen van de gemeente voor de belangen van de bewoners in algemene zin.


15 / 17

Mevrouw Oosterman (ChristenUnie) antwoordt dat je geen overzicht kunt vinden van de zaken die bewust zijn weggelaten. Dat is haar punt. Bij de themabijeenkomst werd bijvoorbeeld gevraagd waarom ze het niet over stank hadden. Dat is een groot probleem in Maassluis. Het argument van het college was dat de gemeente daar toch niets tegen kan doen. Dus daarom noemt het college dit ook niet. Spreekster wil graag dat alle punten waar Maassluis mee te maken heeft, op een rijtje wordt gezet in een bijlage. Dan heb je toch een handvat. Je kunt dan zien dat het college er wel aan gedacht heeft, maar dat het eruit is gevallen, omdat het college er niets tegen kan doen. Wethouder Pleijsier antwoordt dat dit misschien iets is dat ze mee kunnen nemen. Hij vindt dit op zich een aardige gedachte. Hij bekijkt hoe hij dit in het MUP kan krijgen. Desnoods stelt hij het als aparte bijlage beschikbaar. Vervolgens gaat wethouder Pleijsier in op gedragsverandering. Mevrouw Oosterman heeft gezegd dat dit complex is. Ze heeft gevraagd hoe je dat gaat communiceren. De wethouder antwoordt dat hij dat dit in het MUP opgenomen wordt. Hij neemt de voetstap van de ChristenUnie aan. Hij hoopt dat hij er nog een beetje uit zal springen. Wethouder Pleijsier geeft aan dat duurzame inkoop is vastgelegd in de inkoopvoorwaarden van de gemeente. Duurzaamheid wordt daarin ook meegenomen. Als een leverancier niet aan die eisen of die vormen van duurzaamheid kan voldoen, dan daalt hij in voorkeur op de ladder van aanbieders van producten en diensten. Wethouder Pleijsier is blij dat mevrouw Oosterman het Akkoord van Schokland noemt. Bij het college is een advies in voorbereiding. Dat advies komt eraan. Vervolgens gaat de wethouder in op de drie doelgroepen die de gemeente gaat benaderen. Hij legt uit waarom volwassenen niet benaderd worden. Hij denkt dat ze zich specifiek op drie doelgroepen richten. Alle doelgroepen, alle mensen worden echter aangesproken. De gemeente richt zich wat meer op drie doelgroepen, omdat ze denkt dat ze daar wat meer resultaat kan halen. En omdat de gemeente denkt dat die mensen wat aan extra informatie kunnen hebben. Die informatie is echter op iedereen in Maassluis gericht . Wethouder Pleijsier beantwoordt de vraag over de versterking van de groene routes. De Grondstructuurvisie bevat daar ook al handvatten voor. Dat is iets dat in samenspraak met de andere beleidsstukken versterkt zal worden. Er wordt samenhang gezocht en er wordt bekeken hoe ze die positie kunnen versterken. Tussen het glas van het NME liggen trouwens ook kabouterpaden, bloemenpaden, plantenpaden, vogelpaden en vlinderpaden. Het NME is afgelopen weekend helaas getroffen door inbraak en door vandalisme. Er ligt al een kruidentuintje. Daar is al heel veel voorhanden, vooral voor de jeugd. Binnen die groene routes zal bekeken moeten worden in hoeveree dat in te passen valt. Hij vat het op als een suggestie van de commissie. Wethouder Pleijsier gaat in op de kosten van het Milieubeleidsplan. Hij heeft die getallen niet bij zich. Die specificering komt eraan. Vervolgens gaat de wethouder in op de vraag over de toename van het verkeer op de Laan ’40 - ’45. Mevrouw Puyt heeft gezegd dat er sprake is van een lichte toename. De wethouder zegt dat dit veel te simpel is. Hij geeft aan dat er een lichte toename wordt voorzien. Hij wil zich hier niet op vastpinnen. Hij weet niet precies hoe die invulling is met betrekking tot de Wegenstructuurvisie. De heer Kuiper (PvdA) heeft destijds begrepen dat er wel in aantallen sprake is van een lichte stijging. Er is echter bijna geen overschrijding van de milieunorm. Dat komt terug in die onderzoeken die als bijlage bij de Wegenstructuurvisie zit. Misschien komt daar het misverstand vandaan. Wethouder Pleijsier geeft aan dat het OV echt gestimuleerd wordt als de Hoekse Lijn omgebouwd wordt op de manier zoals Maassluis wil en met de uitstraling die Maassluis wil. Hij denkt dat ze dan een grote slag kunnen maken voor Maassluis. Tijdens de ombouw zal Maassluis samen met de Stadsregio ook haar best moeten doen om mensen te stimuleren om met de bus te gaan en misschien met de fast ferry. Daar zijn gesprekken over gaande. Daar heeft de gemeente echter nog geen toezeggingen over gekregen hoezeer zij hier ook steeds op terugkomt en hoezeer ze hier ook naar vraagt. Wethouder Pleijsier zal zich hier hard voor maken. Het stimuleren van het OV zal vooral in de toekomst liggen. Hij verwijst hierbij naar de omvorming van de Hoekse Lijn tot lightrail. De wethouder denkt dat ze daarmee voor Maassluis een enorme slag kunnen maken niet alleen in kwaliteit, maar vooral in kwantiteit. Dat is ook heel erg belangrijk.


16 / 17

Wethouder Pleijsier gaat in op het fijnstof door de scheepvaart. Dit wordt besproken in het Rotterdam Climate Initiative. Het hangt nu nog af van de windrichting of je hier al dan niet last van hebt. Dat is iets waar Maassluis nog geen invloed op heeft. Dat moet regionaal besproken worden. Mevrouw Puyt (SP) merkt op dat dit een leuke bijkomstigheid is voor de bijlage van mevrouw Oosterman. Het college kan daarin wel laten zien dat het hierover nadenkt al kan het er niets tegen doen. Wethouder Pleijsier antwoordt dat de gemeente er in regionaal verband wel over nadenkt en meedenkt. Maassluis laat wel wat laten horen in de richting van andere gemeenten, colleges en portefeuillehouders. De wethouder durft geen uitspraak te doen over de Groenvisie. Het is voor hem nog een onbekende term. Dat zou hij moeten uitzoeken. Hij wil graag weten op welke pagina dit genoemd wordt. Daarna gaat wethouder Pleijsier in op de asbest dakbedekking. De gemeente Maassluis komt met nieuw beleid met betrekking tot asbest. Daarin wordt de verwerking door burgers ook wat duidelijker geregeld. Hierbij wordt de inventarisatie niet zozeer door de gemeente gemaakt, maar het wordt wel inzichtelijker gemaakt. Mensen moeten eerst een vergunning bij het gemeentehuis of bij de milieustraat ophalen. Daardoor is er wel meer inzicht in de hoeveelheden asbest. Mevrouw Puyt (SP) zegt dat dit haar vraag niet is. Ze legt uit waar het haar om gaat. Er zijn asbest dakbedekkingen in Maassluis aanwezig. Zij weet echter niet waar dat aanwezig is. Verweerd asbest is een groot risico voor de volksgezondheid. Wethouder Pleijsier antwoordt dat er ongetwijfeld asbestdaken aanwezig zijn in Maassluis. Hij weet echter niet waar die daken zijn. Inventarisatie hiervan zou wel een aanslag zijn op de formatie. Hij is het met mevrouw Put eens dat verweerd asbest een groot risico is voor de volksgezondheid. Dat wordt in het asbestprotocol ook volledig onderschreven. Er zijn bedrijven die erin gespecialiseerd zijn om dat op te ruimen. De gemeente maakt daar gebruik van als ze dat tegenkomt. Particulieren hebben nog steeds de mogelijkheid om dat in te leveren. Dat is onveranderd. De voorzitter stelt voor dat ze nog vijf minuten doorgaan met de beantwoording. De wethouder zal de rest van de vragen schriftelijk beantwoorden. Als de vragen naar voldoening worden beantwoord, dan kan het raadsvoorstel doorgaan naar de raadsvergadering van 25 maart. Hij vraagt of de commissieleden zich hierin kunnen vinden. Dat blijkt het geval te zijn. Mevrouw Lammers (VVD) zegt dat de passage over de Groenvisie op pagina 30 staat. Wethouder Pleijsier beantwoordt de vraag over de vistrappen. Het Hoogheemraadschap doet onderzoek naar vistrappen. Mevrouw Middelburg (VSP) heeft dit als voorbeeld genoemd. Door de vistrappen is aan het licht gekomen dat de gemeente geen beleidsvoornemens heeft op het gebied van dierenwelzijn, biodiversiteit en ecologie. Er staat dat Maassluis volgend is en niet proactief op het gebied van dierenwelzijn. Zij vraagt zich af wat de reden daarvan is. Wethouder Pleijsier verwijst naar de Kaderrichtlijn water. Hierin worden de voorwaarden voor waterkwaliteit beschreven. Hierin staan de kansen en de mogelijkheden voor Maassluis. Vistrappen zijn daar bijvoorbeeld een onderdeel van. Er is wel beleid. Er worden wel onderzoeken gedaan. Er worden verbeteringen aangebracht aan het in het water. Hij noemt de visstand, planten, micro-organismen. De invloed op het water komt vooral door de landbouw, maar omdat er binnen Maassluis zo weinig landbouw is, heeft de gemeente hier weinig invloed op. Daarom wordt dat ook niet direct meegenomen. Dat wordt wel weer aangepakt in regionaal verband. Mevrouw Middelburg antwoordt dat zij dit niet bedoelt. Zij wil weten waarom Maassluis geen beleidsregels heeft voor dierenwelzijn en biodiversiteit. Zij vindt het niet erg actief en ook niet erg diervriendelijk. In Maassluis is alles keurig geregeld, maar wat betreft dierenwelzijn is er dus niets geregeld. Wethouder Pleijsier vraagt of dierenwelzijn ook tot het milieu behoort. Mevrouw Middelburg antwoordt bevestigend. De passage over het dierenwelzijn staat in het Milieubeleidsplan. Zij vindt dit een vrij passief beleid. Wethouder Pleijsier merkt op dat Maassluis het regionale en het landelijke beleid volgt.


17 / 17

Mevrouw Lammers (VVD) stelt voor dat de wethouder onderzoekt of het mogelijk is om een vistrap te plaatsen in de watertjes in de Burgemeesterswijs en elders die in de toekomst gegraven worden. Misschien kan de gemeente daar een oever aanleggen waardoor je meer biodiversiteit krijgt. Zij is destijds naar een lezing geweest over het water. Wethouder Pleijsier antwoordt dat de gemeente wat dat betreft regionaal, landelijk en zelfs Europees beleid volgt. De gemeente is dan misschien niet pro-actief op dit terrein, maar het Hoogheemraadschap heeft wel een proactieve houding op dit gebied. De gemeente volgt het Hoogheemraadschap daarin. De heer Kuiper (PvdA) vraagt of de VSP werkelijk prioriteit aan dierenwelzijn zou geven. Hierbij verwijst hij naar de andere prioriteiten in het Milieubeleidsplan. Mevrouw Middelburg vindt het niet erg actief dat de gemeente op dit gebied alleen landelijk beleid volgt en alleen dingen doet die moeten. Zij verwijst naar de bouw van het dierenasiel in Maassluis. nop dit moment circuleert er een mail waarin staat dat heel veel gemeenten niet voldoen aan eisen waaraan zij zouden moeten voldoen. Zij geeft als voorbeeld de opvang van zwerfdieren. De voorzitter wil gaan afronden. De openstaande vragen zullen schriftelijk beantwoord worden. Dit onderwerp wordt over twee weken als debat geagendeerd in de raad. De commissie stemt hiermee in. Hij sluit de vergadering. Onderwerp 2 is afgerond.

***

GEMEENTE MAASSLUIS *** mevrouw J.I. Zeijlmans van Emmichoven (Notuleerservice Nederland)

Recommend Documents