Directie Grondgebied Openbare Ruimte
Stationsplein 13 6512 AB Nijmegen Telefoon (024) 329 94 44 Telefax (024) 323 93 34 E-mail
[email protected]
Raad van de gemeente Nijmegen
Postadres Postbus 9105 6500 HG Nijmegen
Datum
Ons kenmerk
Contactpersoon
4 juni 2004
Datum uw brief
G500/4.28672
J. Nieuwkoop
Onderwerp
Aantal bijlagen
Doorkiesnummer
Programmabegroting mobiliteit, groen en water, openbare ruimte
1
3299665
Geachte Raad, Hierbij verzoeken wij u enkele leden aan te wijzen die, met ambtelijke ondersteuning, teksten voor de nieuw te formuleren programma’s Mobiliteit, Groen en Water en Openbare Ruimte willen opstellen. Hierbij vormen het bestaande beleid en het collegeprogramma de randvoorwaarden. In bijgevoegd collegevoorstel met bijlagen is de achtergrond van de wijziging van vier naar drie programma’s uiteengezet. Wij willen dit moment aangrijpen om de beleidsteksten van de drie programma’s in overeenstemming met het recente advies van de Rekenkamer over de programmabegroting aan te passen. Betrokkenheid van de Raad is daarbij essentieel. Wij stellen voor dat voor deze werkzaamheden een drietal bijeenkomsten in de maand juni georganiseerd wordt. Ambtelijke ondersteuning wordt geleverd door de heer Nieuwkoop, hoofd afdeling openbare ruimte.
Hoogachtend, college van Burgemeester en Wethouders van Nijmegen, De Burgemeester,
De Secretaris,
mevr. dr. G. ter Horst
ir. H.K.W. Bekkers
Bezoek ook onze website www.nijmegen.nl
Cie SO 28-06-04 College B&W - aanpassing programma-s.doc
Collegevoorstel Advies: Openbaar
Onderwerp
Aanpassing programma's
Programma / Programmanummer
IBW-nummer
Openbare ruimte / 5210 e.a. Portefeuillehouder
H. van Hooft en T. Hirdes
Directie/afdeling, ambtenaar, telefoonnr.
Samenvatting
G500, Jurgen Nieuwkoop, 9665
De samenstelling van de huidige vier programma’s openbare ruimte, mobiliteit, bovengrondse infrastructuur en integraal waterbeheer vertoont diverse inconsistenties en leidt soms tot een onduidelijke taakverdeling tussen beide portefeuillehouders. Door een hergroepering van productgroepen over de programma’s en een vermindering van vier naar drie programma’s ontstaat een logische verdeling tussen beide portefeuilles. De Raad wordt gevraagd enkele leden aan te wijzen die de nieuwe programmateksten mede opstellen. Daarbij nemen we de aanbevelingen van de Rekenkamer over de programmabegroting mee.
Datum ambtelijk voorstel
24 mei 2004 Registratienummer
4.28672
Directies
Voorstel om te besluiten
1. De in de samenvatting genoemde programma’s en de daarin geplaatste productgroepen te hergroeperen tot 3 programma’s die als volgt over de portefeuillehouders verdeeld zijn: • H. van Hooft, programma Openbare ruimte • T. Hirdes, programma Mobiliteit en programma Groen en Water 2. Met bijgevoegde brief de Raad vragen de programmateksten op te stellen, waarbij het bestaande beleid en het collegeprogramma randvoorwaarden zijn. 3. De wijziging samen met de nieuwe programma teksten voor besluitvorming aan de Raad aan te bieden.
Paraaf akkoord
Datum
M. Friesen, B500
, B. Yap, G600
Verantwoordelijke directie: J. Nieuwkoop, G500
H. Danner, G100
Directeur
¨ Besluitvorming aan de Raad ¨ Formele advisering van de Raad Besluit B&W d.d.
¨ Conform advies ¨ Aanhouden ¨ Anders, nl.
nummer:
Paraaf
Datum
Procescoördinatie
Gemeentesecretaris
Portefeuillehouder
Cie SO 28-06-04 College B&W - aanpassing programma-s Bijlage 1.doc
1
Inleiding
Op dit moment is de verdeling van de 4 programma’s over de portefeuillehouders als volgt: • H. van Hooft - Openbare ruimte / 5210 • T. Hirdes - Mobiliteit / 6110, Bovengrondse Infrastructuur / 6120, Integraal waterbeheer / 6230. Met name het programma Bovengrondse infrastructuur levert onduidelijkheden op, omdat er nogal wat activiteiten in ondergebracht zijn, die inhoudelijk aansluiten bij de portefeuille Van Hooft. Door een verdeling van dit programma over de andere programma’s en een hergroepering van productgroepen, kan deze onduidelijkheid opgelost worden. Tevens bestaat er grote onevenwichtigheid qua (financiële) omvang tussen productgroepen. Door kleine productgroepen als product bij andere productgroepen onder te brengen vermindert deze onevenwichtigheid. De productgroep bossen is op dit moment ondergebracht in het programma leefomgevingskwaliteit / 6210 (portefeuille Hirdes). Voorgesteld wordt om deze nu te plaatsen in het programma groen en water. De productgroep integraal beheer openbare ruimte (IBOR) vervangt een tweetal andere productgroepen en heeft tot doel ons beleid en instrumentarium gericht op integraal beheer vorm te geven. De overige productgroepen in het programma Openbare Ruimte bevatten de sectorale onderdelen van IBOR. 2
Doelstelling
Een eenduidige verdeling van programma’s over de beide portefeuilles. De nieuwe programma’s zijn als volgt opgebouwd. programma mobiliteit
productgroep Openbaar vervoer Parkeren Verkeer
Groen en water
Groen, natuur en landschap Integraal waterbeheer
Openbare Ruimte
Integraal beheer openbare ruimte Inzameling huishoudelijk afval Straatreiniging Beheer openbaar groen Wegen en kunstwerken Openbare verlichting Verkeersregelinstallaties en verkeersvoorzieningen Toezicht openbare ruimte
Als bijlage is een tabel opgenomen die het mogelijk maakt om de huidige productgroepen terug te vinden in de nieuwe structuur. 3
Argumenten
De huidige verdeling levert onduidelijkheden op in de verdeling van dossiers over beide portefeuillehouders. Zaken die inhoudelijk bij de portefeuille Van Hooft thuishoren, zijn formeel in de portefeuille Hirdes ondergebracht. Door kleine productgroepen als product toe te voegen aan grotere productgroepen, ontstaat een overzichtelijker geheel wat de
}
Collegevoorstel
Vervolgvel
2 sturing ten goede komt. Dit voorstel leidt tot een reductie van 4 naar 3 programma’s en van 21 naar 13 productgroepen. 4
Financiën
Aan dit voorstel zijn geen financiële gevolgen verbonden. Wel verschuiven de budgetten over de programma’s. De bij de oude en nieuwe programma’s en productgroepen behorende budgetten zijn opgenomen in de bijlage. Beiden resulteren in een saldo van € 44.756.599 in 2005. Enkele posten uit het investeringsplan 2004 verschuiven van het programma Openbare ruimte naar het programma Mobiliteit respectievelijk Groen en Water. Deze worden in de bijlage gespecificeerd. De effecten van deze verschuivingen op de bij de investeringen behorende kapitaallasten zullen in de Stadsbegroting 2005 zichtbaar worden. Het totale budget van de 3 programma’s wijzigt hierdoor niet. 5
Juridische aspecten
6
Communicatie
Aan dit voorstel zijn geen juridische aspecten verbonden. Dit voorstel behoeft niet buiten de organisatie gecommuniceerd te worden, daar het een interne, organisatorisch administratieve aanpassing betreft, die geen consequenties voor de stad heeft.
7
Uitvoering
Na ons besluit worden de nieuwe programmateksten met enkele leden van de Raad geschreven. Deze structuurwijziging tezamen met de nieuwe programmateksten zullen we vervolgens voor besluitvorming aan de Raad aanbieden.
Bijlage(n): brief aan de Raad, conversie oude en nieuwe programma’s en productgroepen, budgetten oude en nieuwe programma’s en productgroepen, verschuivingen van investeringsbudgetten.
Bijlage bij collegevoorstel 4.28672 Productgroep oud Algemeen beleidsadvies
Conversie oude en nieuwe productgroepen en programma’s
Programma oud Bovengrondse infrastructuur Openbare ruimte
Productgroep nieuw Integraal beheer openbare ruimte Beheer openbaar groen
Programma nieuw Openbare ruimte
Opmerking Betreft beleid integraal beheer openbare ruimte
Openbare ruimte
Oude productgroep vanwege geringe omvang als product opnemen in nieuwe productgroep
Openbare ruimte Openbare ruimte
Beheer openbaar groen Integraal beheer openbare ruimte Groen, natuur en landschap
Openbare ruimte Openbare ruimte
Groen, natuur en landschap
Groen en water
Wegen en kunstwerken
Openbare ruimte
Experimenten en subsidies
Bovengrondse infrastructuur Mobiliteit
Verkeer
Mobiliteit
Fietsparkeren en regulering
Mobiliteit
Parkeren
Mobiliteit
Inzameling huishoudelijk afval Ongediertebestrijding
Openbare ruimte
Inzameling huishoudelijk afval
Openbare ruimte
Openbare ruimte
Inzameling huishoudelijk afval
Openbare ruimte
Openbaar vervoer Openbare verlichting en verkeersregelinstallaties
Mobiliteit Bovengrondse infrastructuur
Openbaar vervoer Openbare verlichting
Mobiliteit Openbare ruimte
Parkeren en regulering Rioleringen Stadsbeheer
Mobiliteit Integraal waterbeheer Openbare ruimte
Parkeren Integraal waterbeheer Integraal beheer openbare ruimte
Mobiliteit Groen en water Openbare ruimte
Straatreiniging Toezicht openbare ruimte Verkeersbeleid Verkeersvoorzieningen
Openbare ruimte Openbare ruimte Mobiliteit Mobiliteit
Openbare ruimte Openbare ruimte Mobiliteit Openbare ruimte
Incl investeringen fiets, 30 km zones, black spots Beheer, onderhoud en vervangingsinvesteringen
Wegen, straten, pleinen
Bovengrondse infrastructuur
Straatreiniging Toezicht openbare ruimte Verkeer Verkeersregelinstallaties en verkeersvoorzieningen Wegen en kunstwerken
Openbare ruimte
Beheer, onderhoud en vervangingsinvesteringen
Beheer algemene begraafplaatsen Beheer openbaar groen Bel- en herstellijn Beleid openbaar groen Bossen Bruggen, tunnels, viaducten
Bovengrondse infrastructuur Leefomgevingskwaliteit
Groen en water
Bel- en herstellijn is een instrument ten behoeve van integraal beheer openbare ruimte, opnemen als product. Incl. investeringen hoofdgroenstructuur Oude productgroep vanwege geringe omvang als product opnemen in nieuwe productgroep Oude productgroep vanwege geringe omvang als product opnemen in nieuwe productgroep Oude productgroep vanwege geringe omvang als product opnemen in nieuwe productgroep Oude productgroep vanwege geringe omvang als product opnemen in nieuwe productgroep
Oude productgroep vanwege geringe omvang als product opnemen in nieuwe productgroep Inclusief investeringen openbaar vervoer Openbare verlichting gescheiden van verkeersregelinstallaties (VRI) vanwege beleidsmatige relatie met veiligheid; VRI is opgenomen in productgroep verkeersregelinstallaties en verkeersvoorzieningen
Oude productgroep heeft geen inhoud, betreft een administratieve verzamelpost. Onder andere is hier het extra onderhoudsbudget van € 1.14 miljoen ondergebracht. Dit hoort bij integraal beheer openbare ruimte.
Budgetten oude en nieuwe programma’s en productgroepen Programma oud Openbare ruimte Bovengrondse infrastructuur Leefomgevingskwaliteit* Integraal waterbeheer Mobiliteit
(uitsluitend de productgroep bossen)
Budget 2005 Budget 2006 Budget 2007 € 24.811.020 € 24.908.491 € 24.994.528 € 11.740.369 € 12.047.493 € 12.112.963 € 117.182 € 117.182 € 117.182 € 7.628.420 € 7.549.626 € 7.476.438 € 459.607 € 330.089 € 208.717 € 44.756.599
* programma blijft wel bestaan Programma oud Openbare ruimte Openbare ruimte Bovengrondse infrastructuur Leefomgevingskwaliteit Bovengrondse infrastructuur Openbare ruimte Openbare ruimte Integraal waterbeheer Openbare ruimte Openbare ruimte Mobiliteit Bovengrondse infrastructuur
Productgroep oud Beheer algemene begraafplaatsen Beheer openbaar groen Beleid openbaar groen Bossen Algemeen beleidsadvies Bel- en herstellijn Stadsbeheer Rioleringen Inzameling huishoudelijk afval Ongediertebestrijding Openbaar vervoer Openbare verlichting en verkeersregelinstallaties
Mobiliteit Mobiliteit Openbare ruimte Openbare ruimte Mobiliteit Mobiliteit Mobiliteit Bovengrondse infrastructuur Bovengrondse infrastructuur
Fietsparkeren en regulering Parkeren en regulering Straatreiniging Toezicht openbare ruimte Experimenten en subsidies Verkeersbeleid Verkeersvoorzieningen Bruggen, tunnels, viaducten Wegen, straten, pleinen
€ 44.952.882
€ 44.909.829
Budget 2005 Budget 2006 Budget 2007 € 64.394 € 63.999 € 63.604 € 6.010.808 € 6.148.192 € 6.221.216 € 175.612 € 175.612 € 175.612 € 117.182 € 117.182 € 117.182 € 42.240 € 42.240 € 42.240 € 225.016 € 225.016 € 225.016 -€ 372.859 -€ 262.377 -€ 98.969 € 7.628.420 € 7.549.626 € 7.476.438 € 11.792.914 € 11.642.914 € 11.492.914 € 125.000 € 125.000 € 125.000 € 744.959 € 772.796 € 762.452 € 2.666.153 € 2.657.493 € 2.643.435 -€ 2.454.486 € 562.280 € 4.877.151 € 2.088.596 € 71.500 € 685.850 € 849.504 € 571.944 € 8.284.420
-€ 2.647.064 € 558.571 € 4.877.151 € 2.088.596 € 71.500 € 685.850 € 888.436 € 566.556 € 8.605.592
-€ 2.782.139 € 558.571 € 4.877.151 € 2.088.596 € 71.500 € 685.850 € 912.483 € 551.328 € 8.700.348
€ 44.756.599
€ 44.952.882
€ 44.909.829
Programma nieuw Openbare ruimte Groen en water Mobiliteit
Budget 2005 Budget 2006 Budget 2007 € 37.225.282 € 37.668.809 € 37.844.363 € 7.921.215 € 7.842.421 € 7.769.233 -€ 389.897 -€ 558.347 -€ 703.766
€ 44.756.599 Programma nieuw Openbare ruimte
Productgroep nieuw Beheer openbaar groen
Groen en water
Groen, natuur en landschap
Openbare ruimte
Integraal beheer openbare ruimte
Groen en water Openbare ruimte
€ 44.952.882
€ 44.909.829
Budget 2005 Budget 2006 Budget 2007 € 6.075.202 € 6.212.191 € 6.284.820 € 292.794
€ 292.794
€ 292.794
-€ 105.603
€ 4.879
€ 168.287
Integraal waterbeheer Inzameling huishoudelijk afval
€ 7.628.420 € 11.917.914
€ 7.549.626 € 11.767.914
€ 7.476.438 € 11.617.914
Mobiliteit Openbare ruimte Openbare ruimte Mobiliteit
Openbaar vervoer Openbare verlichting Openbare verkeerregelinstallaties Parkeren
€ 744.959 € 1.733.000 € 933.154 -€ 1.892.206
€ 772.796 € 1.727.371 € 930.123 -€ 2.088.493
€ 762.452 € 1.718.233 € 925.202 -€ 2.223.568
Openbare ruimte Openbare ruimte Mobiliteit
Straatreiniging Toezicht openbare ruimte Verkeer en vervoer
€ 4.877.151 € 2.088.596 € 757.350
€ 4.877.151 € 2.088.596 € 757.350
€ 4.877.151 € 2.088.596 € 757.350
Openbare ruimte Openbare ruimte
Verkeersregelinstallaties en verkeersvoorzieningen Wegen en kunstwerken
€ 849.504 € 8.856.364
€ 888.436 € 9.172.148
€ 912.483 € 9.251.676
€ 44.756.599
€ 44.952.882
€ 44.909.829
Verschuivingen van investeringsbudgetten Bedrag (€) 206.500
betreft stedelijk groenplan 2002-2006
2.025.000
fietsinfrastructuur
590.000
30 km zones
326.890
Weurtseweg
424.000
invoering 30 km zones 2002-2004
454.000
Heijendaal
van programma/productgroep Openbare ruimte/beheer openbaar groen Openbare ruimte/wegen, straten, pleinen Openbare ruimte/wegen, straten, pleinen Openbare ruimte/wegen, straten, pleinen Openbare ruimte/wegen, straten, pleinen Openbare ruimte/wegen, straten, pleinen
naar programma/productgroep Groen en water/groen, natuur en landschap Mobiliteit/verkeer Mobiliteit/verkeer Mobiliteit/verkeer Mobiliteit/verkeer Mobiliteit/verkeer
Bedragen gebaseerd op investeringsplan 2004, bijlage 2 in de stadsbegroting 2004-2007 Deze verschuivingen zullen verwerkt worden in de stadsbegroting 2005. Het totale budget van de 3 programma’s blijft door deze verschuivingen ongewijzigd € 44.756.599.
Voorstel aan de Raad
Datum raadsvergadering / Nummer raadsvoorstel
14 juli 2004
/
145/2004
Onderwerp
Plan van aanpak verbetering programmabegroting gemeente Nijmegen Programma / Programmanummer
/ Portefeuillehouder
P.Lucassen Voorstel van de commissie Algemeen Bestuur 6 juli 2004 Samenvatting
De Rekenkamer concludeert in het onderzoeksverslag van april 2004 dat de begroting van 2004 van de gemeente Nijmegen aan veel Bbv-eisen niet voldoet, zowel de eisen m.b.t. de programma's als tot die van de paragrafen. De invulling van artikel 17 ontbreekt. Dat artikel moet inzicht geven in het geraamde resultaat voor en na bestemming. Dit voorstel bevat een plan van aanpak om ervoor te zorgen dat: • de begroting voor 2005 voldoet aan de eisen van Bbv • de opzet en invulling van de begroting van 2006 voldoet aan de Bbv eisen, aangevuld met de wensen van de gemeenteraad
Voorstel om te besluiten
1. het de opdacht te geven om de programmabegroting voor 2005 en volgende jaren zodanig op te stellen dat deze voldoet aan de minimale Bbv-eisen; 2. voor de begroting 2004 te voldoen aan artikel 17: inzicht te geven in het geraamde resultaat voor en na bestemming; 3. in samenspraak met de Raad een nieuw format te ontwikkelen dat voldoet aan de eisen van Bbv en aan de wensen van de gemeenteraad; 4. na vaststelling van de begroting van 2005 in samenspraak met de Raad de programma's binnen het nieuwe format voor 2006 in te vullen en daarbij te kiezen optie 1 of 2; 5. voor de begroting 2005 in samenspraak met de Raad een pilot te starten waarin de aanbevelingen van de Rekenkamer binnen de programma's "openbare ruimte", "mobiliteit" , "groen" en "externe betrekkingen" uitgewerkt worden. 6. na de vaststelling van de begroting 2005 in samenspraak met de Raad de verbeterde paragrafen te bespreken ten behoeve van de oplading van de begroting 2006;
Opgesteld door, telefoonnummer
T. Jorritsma, 2520 145rvs.doc
Voorstel aan de Raad
Aan de Raad van de gemeente Nijmegen 1
Inleiding
De Nijmeegse Rekenkamer heeft samen met de Rekenkamers van de gemeente Arnhem en Apeldoorn onderzoek verricht naar de kwaliteit van de gemeentelijke begroting, in het bijzonder naar: - de bruikbaarheid van de begroting als sturingsinstrument voor de gemeenteraad - de mate waarin wordt voldaan aan de eisen van Bbv - de mate waarin invulling wordt gegeven aan de door de gemeenteraad geformuleerde eisen en wensen - kwaliteit van de informatie in de programma begroting t.w. die van de programma's en van de paragrafen - vertaling naar de uitvoering in het DIBB - betrokkenheid van de gemeenteraad bij de totstandkoming van de begroting De aanleiding van dit onderzoek is de wijziging van de Comptabiliteits-voorschriften 1995 in het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (Bbv). Op 23 april is het eindrapport aan het College en aan de gemeenteraad van Nijmegen aangeboden. In dit rapport staan de algemene conclusies voor de drie deelnemende gemeente vermeld. In de aanbiedingsbrief aan de Nijmeegse gemeenteraad heeft de Rekenkamer een aantal conclusies toegevoegd die specifiek voor Nijmegen gelden. De belangrijkste conclusies luiden: • de begroting voldoet aan veel van de Bbv-eisen niet, zowel wat de informatie van de programma's betreft als die van de paragrafen; • er is geen inzicht in het geraamde resultaat voor en na bestemming (artikel 17) In deze notitie wordt een voorstel gedaan om de begroting voor 2005 en volgende jaren zodanig te verbeteren, dat zij voldoet aan de eisen die door het Bbv worden gesteld en aan de wensen van de gemeenteraad. Overigens heeft de gemeenteraad reeds eerder via moties het College opgedragen de kwaliteit van de informatievoorziening van de begroting te verbeteren (zie motie de motie "Praatjes vullen geen gaatjes" van juli 2003). De conclusies van de Rekenkamer zijn duidelijk; de ingezette verbeteringen zijn onvoldoende. Het College heeft op 26 april middels een brief gereageerd op de bevindingen van de Rekenkamer. Deze treft u hierbij aan. 2. Doelstelling De begroting van 2005 en volgende jaren moet zodanig van opzet zijn dat deze als een sturingsinstrument van de gemeenteraad kan worden gebruikt, opdat de Raad zijn kaderstellende en controlerende taak kan vervullen. Dat betekent dat de begroting van 2005 moet voldoen aan de eisen van het Bbv. Aanvullende specifieke eisen die door de Raad zelf gesteld worden moeten in de begroting van 2006 worden verwerkt.
145rvs.doc
Voorstel aan de Raad
Vervolgvel
2
3. Uitgangspunten: • het verbeterplan moet in samenhang met de voornemens van het College worden uitgevoerd; • de Rekenkamer adviseert de gemeenteraad trekker te zijn van de verbetering van de kwaliteit van de begroting, niet alleen op de inhoud van de programma's, maar ook die van de paragrafen. Vanzelfsprekend met ondersteuning vanuit het • het huidige format van de begroting kan gewijzigd worden. • er moet voldoende tijd beschikbaar zijn om de noodzakelijke verbeteringen te realiseren 4. Kwaliteitscriteria die aan de begroting gesteld worden: In het onderzoeksrapport van de Rekenkamer zijn criteria genoemd, waaraan zowel de programma's als de paragrafen moeten voldoen. In het kort gaat het om de volgende aandachtspunten: wat betreft de programma's: 1. de redactie en inhoud moet afgestemd zijn op de doelgroep: t.w. raadsleden en de geïnteresseerde inwoner van Nijmegen; 2. een programma moet opgesteld zijn op basis van eerdere besluitvorming en daarmee dus in overeenstemming zijn; 3. vooralsnog zullen geen wijzigingen in de programmastructuur worden aangebracht, tenzij dat politiek wenselijk wordt gevonden; 4. alle programma's moeten ingedeeld zijn naar de zogenoemde drie W-vragen: • wat willen we bereiken (SMART - maatschappelijke effecten - resultaat op de straat) • wat gaan we daarvoor doen (prestaties - producten in output-termen) • wat mag het kosten? 5. het onderlinge verband tussen de drie w's moet duidelijk zijn; 6. de relatie met het bestaande beleid moet zichtbaar zijn; De door de rekenkamer gehanteerde doelenboom is een goed (communicatie) instrument om te kunnen beoordelen of het programma voldoet aan de gewenste kwaliteit van de informatie. wat betreft de inhoud van de paragrafen: 1. deze moeten voldoen aan de eisen van Bbv; 2. de paragrafen moeten stuurinformatie bevatten die door de gemeenteraad nodig wordt geacht 3. de informatie moet SMART zijn 4. de inhoud van de paragrafen moeten samenhangen met beleid 5. Aanpak en uitvoering a. verbeteringen van de programma's Het College meldt in het antwoord aan de Rekenkamer dat de kwaliteit van de programma's binnen het bestaande format voor de begroting 2005 verbeterd gaan worden. Omdat er op dit moment al gewerkt wordt aan de begroting 2005 zal het niet lukken format-wijzigingen in te voeren bij de begroting van 2005.
145rvs.doc
Voorstel aan de Raad
Vervolgvel
3 Dat leidt tot ons voorstel om de energie vooral in te zetten op de verbeteringen in de begroting van 2006. Dat betekent dat voor de begroting van 2005 wel aan de eisen van Bbv moet worden voldaan, maar mogelijke wijzingen van het format pas in 2006 ingevoerd zullen worden. Ingeval de gemeenteraad besluit tot een andere format, dan zal de begroting van 2006 hieraan moeten voldoen. Het besluit tot het invoeren van een ander format wordt zal na het zomerreces genomen worden. Na het vaststellen van de begroting van 2005 kan in samenspraak met het College en de ambtelijke organisatie invulling worden gegeven aan de nieuwe wensen zoals deze door de gemeenteraad zijn geformuleerd. b. verbeteringen van de paragrafen Het College heeft bovendien het voornemen om de inhoud van de verplichte paragrafen en de meetbaarheid van de te bereiken resultaten voor de begroting van 2005 sterk te verbeteren. Daarin moet aan alle Bbv-eisen moet voldaan. De gemeenteraad wordt in deze ronde nog niet betrokken. Dat zal voor de begroting van 2006 wel het geval zijn. c. Invulling artikel 17 De Rekenkamer stelt vast dat in de begroting van 2004 geen invulling is gegeven aan artikel 17: inzicht in het geraamde resultaat voor en na bestemming (artikel 17). De gemeenteraad verzoekt het College dat alsnog te verstrekken. Taak van de gemeenteraad in het verbetertraject De Rekenkamer adviseert om de Gemeenteraad, met het oog op het gebruik van de programmabegroting, zelf goed na te laten denken over het format, de indeling van de begroting en eventueel aanvullende eisen die aan de paragrafen gesteld moeten worden. De gemeenteraad moet daarin zelf het voortouw nemen, zo luidt een van de aanbevelingen. Reeds eerder is hiertoe een poging ondernomen: in het najaar van 2003 is een aantal programma's in de verschillende raadscommissies besproken en niet tot ieders tevredenheid. Voor een belangrijk deel heeft dat te maken met enerzijds de informatie van de programma's, zoals deze in de begroting van 2004 zijn opgenomen, de wijze van voorbereiding en anderzijds de weinig betrokkenheid van de leden van de commissie. Wat is er nodig om de komende verbeterslag wel tot een succes te maken? Stap 1: kennisoverdracht en vaststellen nieuw format Het is van belang dat de gemeenteraad en leden van de commissie kennis nemen van alle aspecten van de begroting om deze als een belangrijk sturingsinstrument van de raad te gaan gebruiken. Dat betekent dat de gemeenteraad gebruik maakt van het aanbod van de Rekenkamer om een studiebijeenkomst te organiseren. Doel hiervan is tweeledig: 1. inzicht krijgen in de betekenis van Bbv en de consequenties voor de invulling van de programmabegroting
145rvs.doc
Voorstel aan de Raad
Vervolgvel
4 2. het inventariseren van de wensen ten aanzien van het format van de begroting (hoe ziet een programmabeschrijving eruit, welke informatie moet daarin staan, wat is het programmaniveau) De wensen aanbevelingen worden in de vorm van een voorstel aan de Raad aan het College aangeboden en behoeve van de invulling van de begroting 2006. Stap 2: meedenken over inhoud van de programma's, nadat een nieuw format is vastgesteld 2 opties zijn denkbaar: Optie 1 de raadscommissies vervullen een actieve rol, conform advies van de Rekenkamer • de programma's worden verdeeld over de raadscommissies; • uit iedere commissie worden raadsleden uitgenodigd om mee te denken over de invulling van een of twee programma's op basis van een ambtelijk voorstel; we willen die raadsleden uitnodigen die zich betrokken voelen bij specifieke programma's; • het resultaat hiervan wordt in de commissie gepresenteerd; voor mei 2005 moeten alle programma's besproken zijn; • wijzigingen worden als een voorstel aan de Raad voorgelegd. Optie 2 de raadscommissies hebben een passieve rol • het College krijgt de opdracht om de begroting 2006 op te stellen conform de wensen van de gemeenteraad, nadat de raad een besluit heeft genomen over het format; • na de vaststelling van het format worden de programma's door het College ingevuld (vanaf januari 2005); • in de raadscommissies wordt het resultaat besproken; voor mei 2005 moeten alle programma's besproken zijn; • mogelijke aanvullingen en wijzigingen worden vermeld en zullen in de begroting van 2006 worden verwerkt. • Stap 3: meedenken over de inhoud van de paragrafen Het College is voornemens voor de begroting van 2005 de paragrafen zodanig in te vullen dat deze voldoen aan de eisen van Bbv. Zoals eerder vermeld is de gemeenteraad hierbij nog niet betrokken. Wij stellen voor om na de vaststelling van de begroting van 2005 in de commissie Algemeen Bestuur mogelijke aanvullende wensen van de Raad ten aanzien van deze paragrafen te bespreken en deze in de begroting 2006 te verwerken. Het voorstel hier is om duo's van raadsleden te vormen die een of twee paragrafen adopteren. Pilot voor het zomerreces Om te toetsen welke rol van de raad gewenst is, stellen wij voor een pilot te starten met de programma's "openbare ruimte" en "externe betrekkingen". Het College heeft verzocht (zie voorstel en perspectiefnota) om deze programma's al voor de begroting 2005 met de
145rvs.doc
Voorstel aan de Raad
Vervolgvel
5 gemeenteraad te willen bespreken. Met de voorzitters van de commissie Stadsontwikkeling, Stadsgebieden en Algemeen Bestuur worden daartoe afspraken gemaakt. Het voorstel is om in iedere commissie een aantal raadsleden uit te nodigen die mee denken over de invulling van de programma's en het resultaat daarvan met de raadscommissies te bespreken. We beschouwen het als een pilot en willen bezien of deze actieve rol succesvol is om de betrokkenheid van de Raad in dit proces in te vullen.
de commissie Algemeen Bestuur
145rvs.doc
Gemeentelijke Rekenkamer Nijmegen De Rekenkamer neemt een onafhankelijke positie in binnen de gemeente Nijmegen.
Korte Nieuwstraat 6 6511 PP Nijmegen Telefoon (024) 329 91 11 Telefax (024) 329 22 92 E-mail
[email protected]
Aan de gemeenteraad van de gemeente Nijmegen
Postadres Postbus 9105 6500 HG Nijmegen
Tav mevrouw dr. G. ter Horst
Datum
Ons kenmerk
Contactpersoon
23-04-2004
Datum uw brief
C940/04-020m
Smink, Jelly
Onderwerp
Aantal bijlagen
Doorkiesnummer
Rekenkameronderzoek programmabegroting 2004
2
3292338
Wij hebben samen met de rekenkamers van de gemeenten Apeldoorn en Arnhem onderzoek gedaan naar de programmabegrotingen 2004 van de gemeenten Apeldoorn, Arnhem en Nijmegen. Op 22 december 2003 hebben wij u het Plan van Aanpak voor dit onderzoek toegestuurd. Hierbij ontvangt u het rapport en bijbehorend bijlagenboek op basis van ons onderzoek. In het rapport hebben wij de bevindingen, conclusies en aanbevelingen op hoofdlijnen opgenomen. In het bijlagenboek hebben wij onder meer de details van onze bevindingen opgenomen. Rapport en bijlagenboek zijn gericht op de vergelijking tussen de drie gemeenten en bedoeld voor de gemeenteraden van Apeldoorn, Arnhem en Nijmegen. In deze brief gaan wij in op de zaken die wij specifiek aan de gemeenteraad van Nijmegen kenbaar willen maken. De rekenkamers van Apeldoorn en Arnhem hebben ook aan ‘hun’ gemeenteraden zo’n brief uitgebracht.
Aanleiding onderzoek Aan de opzet en inhoud van de begroting van de gemeente worden door de wetgever eisen gesteld. Tot en met 2003 waren dat de Comptabiliteitsvoorschriften 1995. Vanaf het begrotingsjaar 2004 zijn deze vervangen door het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (Bbv). Een van de redenen hiervoor is de invoering van een fundamentele wijziging van het lokaal bestuur van een monistisch naar een dualistisch stelsel. Met het dualisme is sprake van een ontvlechting van de taken en bevoegdheden tussen de raad en het college. De raad concentreert zich op de kaderstellende en controlerende taak en het college op de uitvoering van het beleid. Deze wijziging in taken brengt andere behoeften ten aanzien van de begroting met zich mee; de begroting
RNrap onderzoek programmabegroting 2004 br raad Nijmegen.doc
Gemeente Nijmegen Gemeentelijke Rekenkamer Nijmegen
Vervolgvel
1
moet voor de raad en het college hierbij immers ondersteunend zijn. Ook hierin zijn dus fundamentele wijzigingen nodig. Bbv voorziet in die benodigde wijzigingen van de opzet en invulling van de begroting en jaarstukken van gemeenten. Uitgangspunt van Bbv is in de eerste plaats dat de begroting en jaarrekening voldoen aan de informatiebehoefte van de gemeenteraad. De waarborging van de informatiebehoefte van de gemeenteraad staat voorop, omdat het budgetrecht één van de belangrijkste rechten van de gemeenteraad is.
Opzet onderzoek In het onderzoek hebben de volgende vier vragen centraal gestaan. 1. In hoeverre voldoen de programmabegrotingen 2004 van de gemeenten Apeldoorn, Arnhem en Nijmegen aan de eisen uit het Bbv? 2. Wat is de kwaliteit van de informatie in de programmabegrotingen 2004 van de gemeenten Apeldoorn, Arnhem en Nijmegen? 3. Wat is de betrokkenheid geweest van de gemeenteraden van de gemeenten Apeldoorn, Arnhem en Nijmegen bij de totstandkoming van de programmabegroting 2004? 4. In hoeverre zijn begrotingen vertaald naar de uitvoering op dienstof directieniveau? In het vervolg van deze brief gaan wij in op onze belangrijkste specifieke conclusies en aanbevelingen voor de begroting van de gemeente Nijmegen. Als gezegd: de algemene conclusies en aanbevelingen die gelden voor alle drie de gemeenten zijn opgenomen in het bijgevoegde rapport.
Mate waarin de begroting voldoet aan de eisen van Bbv De begroting van de gemeente Nijmegen voldoet aan veel van de Bbv-eisen niet. Ook in de andere onderzochte begrotingen komt dit voor, maar in veel mindere mate. In diverse gevallen geldt verder dat de volgens Bbv verplichte informatie wel in de begroting is opgenomen, maar niet op de vereiste plaats. In het rapport en bijbehorend bijlagenboek is meer concreet aangegeven waar het om gaat. Ons advies aan de Raad is het College op te dragen er voor te zorgen dat de begroting 2005 qua opbouw voldoet aan alle eisen van Bbv.
RNrap onderzoek programmabegroting 2004 br raad Nijmegen.doc
Gemeente Nijmegen Gemeentelijke Rekenkamer Nijmegen
Vervolgvel
2
Aanvullend op de conclusies en aanbevelingen in het rapport over de mate waarin wordt voldaan aan de eisen van Bbv willen wij hier noemen dat in de begroting van Nijmegen geen inzicht wordt geboden in het geraamde resultaat voor en na bestemming (artikel 17). Wij vinden dit een zeer ernstige tekortkoming, omdat de raad zo niet inzichtelijk wordt gemaakt hoeveel aan reserves wordt onttrokken of toegevoegd, zonder dat dit zijn budgetrecht aantast. Wij adviseren de Gemeenteraad van Nijmegen om het College te vragen hier alsnog inzicht in te geven.
Kwaliteit van de informatie: paragrafen De kwaliteit van de paragrafen in de begroting van de gemeente Nijmegen verschilt. Het beeld van het geheel is dat de kwaliteit van de informatie in de paragrafen onder de maat is. Eén van de zeven verplichte paragrafen scoort ‘goed’, vier paragrafen scoren ‘slecht’. De paragrafen in de begrotingen van met name de gemeente Apeldoorn, maar ook van de gemeente Arnhem laten zien dat het een stuk beter kan. Voor alle door ons gehanteerde criteria geldt dat er steeds drie, deels wisselende, paragrafen zijn die in zijn geheel niet aan het criterium voldoen. Dat betekent dat de informatie van die paragrafen voor de gemeenteraad (zeer) gering is en niet bruikbaar voor sturing. Ons concrete advies aan de Gemeenteraad is het College op te dragen er voor te zorgen dat in de begroting van 2005: • de onderdelen die nu goed scoren ook in de begroting 2005 ‘goed’ zijn; • in alle paragrafen de vanuit Bbv voorgeschreven onderdelen zijn opgenomen; • alle paragrafen tenminste ‘deels’ voldoen aan de overige gestelde criteria. Daarnaast adviseren wij de Gemeenteraad met het oog op de bruikbaarheid van de begroting als kaderstellend document, zelf goed na te denken over eventuele aanvullende eisen aan de paragrafen. Onze aanbeveling is hierbij zowel te kijken naar wensen en eisen voor alle paragrafen, als naar wensen en eisen voor specifieke (onderdelen) van paragrafen. Wij adviseren hiervoor ruimer de tijd te nemen en opdrachten in dit kader aan het College mee te geven voor de begroting 2006. Wij bevelen de Gemeenteraad aan in dit traject gebruik te maken van begrotingen van andere gemeenten, de handreiking van de commissie Bbv en het beleidskader financieel toezicht van de provincie Gelderland.
RNrap onderzoek programmabegroting 2004 br raad Nijmegen.doc
Gemeente Nijmegen Gemeentelijke Rekenkamer Nijmegen
Vervolgvel
3
Kwaliteit van de informatie: programma’s De kwaliteit van de programma’s in de begroting van de gemeente Nijmegen verschilt. Het beeld van het geheel is dat de kwaliteit van de informatie in de onderzochte programma’s onder de maat is. Geen van de onderzochte programma’s scoort in onze beoordeling ‘goed’. De onderzochte programma’s in de begrotingen van Apeldoorn en met name die van Arnhem laten zien dat het een stuk beter kan. Wij zijn van mening dat de opzet van de begroting van Nijmegen niet bijdraagt aan de inzichtelijkheid en daarmee de sturingsmogelijkheden van de gemeenteraad. Zo wordt op de inhoud van het beleid ingegaan in hoofdstuk 1 (Bestuursprogramma) én in de programma’s. Wij kunnen ons voorstellen dat een hoofdstuk als het Bestuursprogramma als samenvatting van de hoofdlijnen van de programma’s voor het eerstvolgende jaar een meerwaarde heeft voor de gemeenteraad. Nu komt in beide onderdelen van de begroting verschillende informatie voor; deze vullen elkaar als het ware aan, terwijl nergens sprake is van een volledig overzicht. De opzet van de programma’s zelf draagt ons inziens ook niet bij aan de inzichtelijkheid van de informatie voor de gemeenteraad. In plaats van de (voorgeschreven!) drie w-vragen (wat willen we bereiken? wat gaan we daarvoor doen? en wat gaat dat kosten?) is een eigen indeling gehanteerd. Op zichzelf biedt deze indeling de mogelijkheid informatie op een overzichtelijke manier te presenteren. Wij zien echter niet de toegevoegde waarde van deze indeling ten opzichte van de indeling volgens de drie w-vragen. Bovendien is uit ons onderzoek naar voren gekomen dat de ‘Nijmeegse’ indeling niet systematisch gehanteerd is. Zo komt het voor dat vergelijkbare informatie in verschillende programma’s onder verschillende kopjes is opgenomen, dat binnen een programma informatie die bij elkaar hoort onder diverse kopjes is opgenomen en dat onder bepaalde kopjes geen informatie is opgenomen. Dit betekent dat de stuurinformatie voor de gemeenteraad beperkt is. Het betekent ook dat de kwaliteit van de verantwoordingsinformatie onder de maat zal zijn. Wij bevelen de Gemeenteraad aan in de opzet van de programma’s de drie w-vragen centraal te stellen. Wanneer daar behoefte aan is kan, gekoppeld aan een van de drie w-vragen of als inleiding op het programma, de informatie die nu binnen de eigen indeling is voorzien worden opgenomen. Ons inziens dient de gemeenteraad over de te hanteren indeling heldere afspraken te maken met het College. Zo dient nauwkeurig te worden aangegeven welke type informatie waar moet worden opgenomen. Wij adviseren de Gemeenteraad bij het bepalen van de opzet van de programma’s gebruik te maken van de gehanteerde indelingen in andere gemeenten. Bij de Rekenkamer liggen hiervoor diverse begrotingen ter inzage.
RNrap onderzoek programmabegroting 2004 br raad Nijmegen.doc
Gemeente Nijmegen Gemeentelijke Rekenkamer Nijmegen
Vervolgvel
4
Bij het vullen van de programma’s moet de gemeenteraad ons inziens een actieve rol spelen. Hiertoe adviseren wij de Gemeenteraad om het College in zijn algemeenheid de opdracht te geven tot verbetering van de programma’s te komen volgens de gekozen opzet. Wij achten het van belang dat de Gemeenteraad daarbij tevens aangeeft welke elementen van de programma’s in de begroting van 2005 in ieder geval goed moeten zijn gevuld. Het is van belang hierbij afstemming te zoeken met de lopende verbeteracties van het College (als aangegeven in zijn reactie op het rekenkamerrapport bij de jaarrekening 2002): “Zoals u weet zijn wij samen met uw raad bezig van een viertal programma’s de doelstellingen en andere stuurinformatie te verbeteren. Het betreft de programma’s Veiligheid, Openbare Ruimte, Kunst en Cultuur en Economische Ontwikkeling. Omdat wij deze verbeteringsactie samen en in overleg met uw raad willen uitvoeren zal deze actie bij de Begroting 2004 nog niet voltooid zijn. (…) Wij zullen binnen de organisatie ervoor zorgen dat op een aantal onderdelen de reeds in gang gezette verbeteringen vervolgd worden en we zullen de voortgang ervan bewaken. Inmiddels is de opdracht uitgezet om met name de paragraaf ‘signalering’ op onderdelen te verbeteren. (…)”. Daarnaast achten wij het van belang dat de gemeenteraad zelf actief werkt aan het vullen van enkele voor de raad belangrijke programma’s. Er zou bijvoorbeeld voor gekozen kunnen worden per raadscommissie voor de begroting 2005 één of twee programma’s in te vullen, conform de wensen en eisen van de raad. In 2005 (en 2006) kan dan gewerkt worden aan het verder vullen van de andere programma’s. Wij zijn van mening dat de Gemeenteraad hierbij goed moet worden ondersteund vanuit het College. Er kan niet van de Gemeenteraad verwacht worden dat hij op basis van de programma’s zoals ze nu voorliggen tot een verbetering als voorgestaan komt. Daarvoor is op de diverse terreinen veel materiedeskundigheid nodig. Deze dient ons inziens door het College geleverd te worden. Te denken valt aan het schetsen van te maken keuzes, het huidige takenpakket van de gemeente, het bij elkaar brengen van gegevens van de afdeling Onderzoek en Statistiek en dergelijke.
Betrokkenheid gemeenteraad De gemeenteraad heeft geen rol gespeeld in de voorbereiding van de programmabegroting 2004. Eerder is een bestuurlijke klankbordgroep (BBIbegeleidingsgroep) uit de gemeenteraad samengesteld bij het project gericht op een kwaliteitsverbetering van het beleids- en beheersinstrumentarium, waaronder de begroting. Deze groep bestond uit een afgevaardigde per fractie uit de gemeenteraad (uitgezonderd de VSP, deze participeerde niet) en is (volgens het dossier) in de periode 13 maart 2000 tot en met 16 januari 2002 regelmatig bij elkaar geweest.
RNrap onderzoek programmabegroting 2004 br raad Nijmegen.doc
Gemeente Nijmegen Gemeentelijke Rekenkamer Nijmegen
Vervolgvel
5
In de overleggen is de klankbordgroep steeds bijgepraat over de stand van zaken van het project, zijn toelichtingen gegeven op de (huidige) aanpak en opzet van stukken en zijn tussenproducten voorzien van commentaar (op inhoud en voorgestelde planning). Veel aandacht is daarbij besteed aan het ontwikkelen van een stramien voor de beschrijving van activiteiten en producten. Een belangrijk resultaat van het BBI-project is het DIBB (dynamisch informatiesysteem beleid en beheer). De werkgroep is in het voorjaar van 2002 gestopt en heeft dus niet meer gekeken naar Bbv en de consequenties die dit heeft en zou moeten hebben voor de begroting. Ons inziens is het, met het oog op de kaderstellende functie van de begroting voor de gemeenteraad, van groot belang dat de gemeenteraad trekker is van verbetering van de kwaliteit van de begroting. Ook Bbv stelt nadrukkelijk dat de begroting wordt opgezet en ingevuld volgens de wensen en eisen van de gemeenteraad. Dat betekent dat de gemeenteraad zijn wensen en eisen dus kenbaar moet maken. Bij het vaststellen van de jaarrekening 2002 heeft de gemeenteraad enkele besluiten genomen die hierop gericht waren: • Raadsbesluit, beslispunt 3: Bij de begroting 2004 wordt uitgebreid stilgestaan bij de informatie die over de genoemde verbeterpunten (Rekenkamer: effecten, resultaten en financiële verantwoording) wordt opgenomen; daar wordt de basis gelegd voor de informatie die in de jaarrekening 2004 terug te vinden zal zijn. • Besluit met het unaniem aannemen van de motie Praatjes vullen geen gaatjes!: direct na het zomerreces wordt maandelijks per commissievergadering één programma gevuld met kengetallen waarmee de effectiviteit en efficiency getoetst kunnen worden. Aan deze besluiten is geen invulling gegeven (op de manier als voorgestaan). Bij de behandeling van de begroting is niet expliciet stilgestaan bij de beleidsinhoudelijke informatie; de nadruk lag op de financiële aspecten. Ten aanzien van de motie: in een aantal commissievergaderingen zijn enkele (3 van de 44) programma’s toegelicht. Een inhoudelijke discussie (gericht op kengetallen voor effectiviteit en efficiency) voor deze programma’s heeft niet plaatsgevonden.
RNrap onderzoek programmabegroting 2004 br raad Nijmegen.doc
Gemeente Nijmegen Gemeentelijke Rekenkamer Nijmegen
Vervolgvel
6
In ons hoofdrapport geven wij aan dat het voor het verbeteren van de begroting vooral van belang is dat de gemeenteraad een goede balans vindt tussen weten, willen, kunnen. Het is noodzakelijk dat de gemeenteraad: • weet wat Bbv inhoudt en waarom; • zelf energie wil steken in het vormgeven en invullen ervan; • maar dit ook moet kunnen door zelf over voldoende vaardigheden te beschikken en door daarin ondersteund te worden vanuit het college. Specifiek met het oog op willen doen wij de gemeenteraad de suggesties: • binnen het verbetertraject in duo’s van raadsleden één of twee programma’s en/of een paragraaf te adopteren. Deze suggestie is niet bedoeld voor de financieel specialisten van de fractie, maar voor alle raadsleden. De begroting (en jaarstukken) zijn immers integrale documenten waarin inhoud en financiën bij elkaar worden gebracht. • de verbeteringen van de programma’s en paragrafen niet alleen te behandelen in de reguliere commissievergaderingen. De ervaring leert dat dit onderwerp dan ondersneeuwt in de rest van vergadering.
Vertaling begroting naar uitvoering De vertaling van de begroting naar de uitvoering vindt plaats in DIBB. Het idee achter DIBB komt overeen met de gedachte van Bbv dat ‘iedere doelgroep zijn eigen informatie krijgt’. DIBB is een informatiepiramide. De programma’s in de begroting die worden vastgesteld door de gemeenteraad vormen de top van de piramide, de basis wordt gevormd door de informatie benodigd voor de uitvoering van de begroting. Wij zijn voor de onderzochte programma’s nagegaan in hoeverre deze in DIBB verder zijn uitgewerkt (primitieve begroting 2004). Deze bleek zeer marginaal. Op enkele positieve uitzonderingen na is het abstractieniveau van de doelen op het lager gelegen niveau van DIBB (productgroepen) ons inziens hetzelfde als van het programma. De doelen staan daarmee naar onze mening eerder naast die van het programma, dan dat ze er een verdieping van zijn. Voor de uitwerking van de prestaties in DIBB geldt in de meeste gevallen dat maar een klein deel van de activiteiten die genoemd zijn op het programmaniveau (in de begroting) (herkenbaar) terugkomen. In diverse gevallen zijn helemaal geen prestaties benoemd. In veel andere gevallen is óf oude informatie opgenomen (2003) óf zeer algemene informatie, die niet specifiek voor 2004 aan de orde is. Uit het gesprek dat wij hebben gevoerd met de stadscontroller is naar voren gekomen dat de paragrafen niet expliciet vertaald zijn naar de uitvoering, maar dat dit via de programma’s gebeurt. Hierbij zijn echter geen verbanden aangegeven.
RNrap onderzoek programmabegroting 2004 br raad Nijmegen.doc
Gemeente Nijmegen Gemeentelijke Rekenkamer Nijmegen
Vervolgvel
7
Onze conclusie is, net als bij ons onderzoek naar de jaarrekening 2002, dat DIBB een mooi systeem is, maar dat invulling ervan te wensen over laat. Daarmee is er in de praktijk ook niet herkenbaar sprake van een informatiepiramide binnen de gemeente Nijmegen. De uitvoering van de begroting is ons inziens uiterst onzeker. Ook in de andere gemeenten doet zich deze problematiek voor, maar in veel mindere mate. Wij vinden het vooral een kwestie van discipline dat DIBB wordt ingevuld als voorgestaan.
Met vriendelijke groet,
L.J.F. Dolmans Voorzitter Gemeentelijke Rekenkamer Nijmegen
J.J. Smink Secretaris Gemeentelijke Rekenkamer Nijmegen
Bijlagen: • Hoofdrapport • Bijlagenboek (niet voor commissieleden, geen raadslid zijnde (op elke fractiekamer ligt één bijlagenboek ter inzage)).
RNrap onderzoek programmabegroting 2004 br raad Nijmegen.doc
Directie
Bestuur
& Organisatie
Procescoördinatie
Korte Nieuwstraat 6511
de Raad van de gemeente Nijmegen
6
PP Nijmegen
Telefoon
(024) 329
Telefax
(024) 329 22 92
91 11
E-mail
[email protected]
Postadres Postbus 9105 6500
Datum
Datum uw brief
HG Nijmegen
Ons kenmerk
Contactpersoon
26-04-2004
C700/
Piet
Onderwerp
Aantal bijlagen
Rekenkameronderzoek programmabegroting
Eggermont
Doorkiesnummer
3292375 2004
De Gemeentelijke Rekenkamer Nijmegen heeft op 23 april 2004 het onderzoek naar de programmabegroting 2004 van de gemeenten Apeldoorn, Arnhem en Nijmegen uitgebracht. De Rekenkamer stelt dat onze Stadsbegroting 2004 aan veel van de Bbv-eisen niet voldoet, dat de kwaliteit van de verplichte paragrafen onder de maat is en dat de programma's niet voldoende bijdragen aan de inzichtelijkheid en aan de sturingsmogelijkheden van uw Raad. De uitkomst van het onderzoek heeft ons enigszins verrast. Daarom willen wij uw Raad graag een eerste reactie geven. Het mag duidelijk zijn dat wij mét de Rekenkamer van mening zijn dat de Stadsbegroting moet voldoen aan de wettelijke voorschriften. In de Stadsbegroting 2004 hebben wij aangegeven dat dat op dat moment niet op alle onderdelen haalbaar was. Niet alleen hebben we dat aan uw Raad gemeld, met de Provincie hebben we daar ook afspraken over gemaakt, in het kader van de provinciale toezichtsfunctie. Overigens zijn we het ook niet op alle punten eens met het oordeel in het rapport. Wat betreft de programma's verschillen wij bijvoorbeeld van mening met de Rekenkamer, als deze stelt dat deze niet voldoen aan de "drie w' s". Wel zijn wij het eens met de constatering dat de invulling, vooral van doelstelling en signalering, nog veel kan verbeteren. De financiële informatie per programma geeft volgens ons duidelijk aan welke middelen per programma worden ingezet en beoogt juist de sturingsmogelijkheden van uw Raad te versterken. Het lijkt erop dat de Rekenkamer weinig gevoelig is voor de keuze van College én Raad in Nijmegen om de Stadsbegroting in de eerste plaats in te richten als bestuurlijk instrument, om de jaarlijkse afweging tussen programma's mogelijk te maken. Afwijkingen ten opzichte van de Bbv
Bezoek ook onze website www.nijmegen.nl
brief raad rekenkameronderzoek SB2004.doc
Gemeente Directie
Nijmegen
Bestuur
& Organisatie
Procescoördinatie
Vervolgvel
1
betreffen daardoor op een aantal punten meer vorm en presentatie van de informatie dan de informatie zelf. In het hoofdstuk "Bestuursprogramma 2004" leggen wij uw Raad expliciet de wijzigingen in het lopende beleid voor, samen met belangrijke, ongewijzigde onderdelen van dat lopende beleid. Daarmee dient dat hoofdstuk tevens als agendavoorstel voor de begrotingsbesprekingen.Voor zover de Rekenkamer bedoelt dat daarmee de programma's in de papieren Stadsbegroting niet een volledig overzicht geven van de nieuwebegroting, 'klopt dat. Zo'n volledig overzicht is in de dynamische begroting in het DIBB kort na de besluitvorming van uw Raad te vinden. Overigens hebben wij bij de Perspectiefnota 2005 het voornemen aangekondigd om de in de Perspectiefnota gehonoreerde wijzigingen al op te nemen in de door uw Raad vast te stellen Stadsbegroting 2005-2008. Zoals gezegd werken wij aan inhoudelijke verbeteringen van programma's, product groepen en producten in het DIBB, uiteraard ook voor de Begroting 2005. Ons uitgangspunt daarbij is dat het er niet op de eerste plaats om gaat om mooie teksten te maken, maar om de begroting tot diep in de organisatie te verankeren. Daarmee beogen wij een goede begrotingsuitvoering en een zorgvuldig budgetbeheer te bereiken. Zo hebben wij dit jaar Qij de voorbereiding van de Rekening veel energie gestoken in een kwaliteitsverbetering van de Rekening in deprogrammateksten. Om programmasturing beter te implementeren hebben we daarnaast een plan van aanpak gemaakt, dat nu wordt uitgevoerd. Onderdeel daarvan is het concreter formuleren van doelstellingen en prestaties onder het kopje signalering. We willen het rapport van de Rekenkamer daarbij zien als een waardevolle bijdrage aan ons en uw doel om de Stadsbegroting een transparant instrument te laten zijn voor de kaderstellende rol van uw Raad. En de Stadsrekening, als de natuurlijke tegenhanger, een transparant document in de controlerende rol van uw Raad. We zijn het volmondig eens met de Rekenkamer, als deze adviseert afstemming te zoeken met lopende verbeteracties. Wij wijzen daarbij ook op de invoering van het nieuwe, financiêle systeem, waar op dit moment druk aan wordt gewerkt. Dat systeem zal ons betere mogelijkheden geven om inhoudelijke en financiële informatie te koppelen en om uw Raad tussentijds te informeren over de uitvoering van de begroting.
Met vriendelijke groet, college van Burgemeester
en Wethouders
van Nijmegen,
De Burgemeester,
Bezoek ook onze website
www.nijmegen.nl
brief raad rekenkameronderzoek SB2004.doc