Sector presenteert Gastvrij Nederland staat bij politiek eindelijk eensgezind op de kaart Tekst: Ton Vermeulen, NRIT Onderzoek
Eind april heeft staatssecretaris Bleker van El&I de sectorvisie van Gastvrij Nederland, de Nationale Raad voor toerisme, recreatie, horeca en vrije tijd in ontvangst genomen. In dit document presenteren zestien organisaties uit de gastvrijheidseconomie hun ambities voor de komende jaren. Volgens Gastvrij Nederlandvoorzitter Theo Ruijs is zo'n visie belangrijk zodat anderen rekening met onze sector kunnen houden. Een sector die ruim 35 miljard euro bijdraagt aan de Nederlandse economie, zo’n 3% van het Bruto Nationaal Product. In de gastvrijheidssector zijn circa 400.000 personen werkzaam, verspreid over zo’n 50.000 bedrijven. Daarnaast is de gastvrijheidseconomie een sector met een gunstig toekomstperspectief. Behalve economisch relevant levert zij een bijzondere maatschappelijke prestatie op het terrein van sociale cohesie, integratie, welzijn en ontspanning. In de sectorvisie van Gastvrij Nederland 'Versterken en Veraangenamen, de gastvrijheidseconomie op haar waarde beoordeeld' worden tien doelstellingen benoemd die weer worden vertaald in maar liefst 33 kansen. In dit artikel besteden we allereerst aandacht aan de sectorvisie, vatten we vervolgens de reactie van de staatssecretaris samen om ten slotte verslag te doen van de rondetafelconferentie die de Tweede Kamer eind juni organiseerde over de sectorvisie.
De sectorvisie ‘Versterken en Veraangenamen’
‘Gastvrijheidseconomie levert ook sociale cohesie, integratie,welzijn en ontspanning’ ‘De erkenning van de sector moet in een substantiële rijksbijdrage aan de internationale positionering en promotie van Nederland tot uitdrukking komen’
De visie ‘Versterken en Veraangenamen’ is geen vrijblijvend document voor de leden van Gastvrij Nederland en de 50.000 aangesloten ondernemingen. Zo wordt van de leden verwacht dat zij de visie bij haar stakeholders onder de aandacht gaat brengen en georganiseerd en gezamenlijk blijven opereren. De ondernemers moeten een topprestatie op het gebied van gastvrijheid en gastheerschap bieden, wet en regels naleven, de sector verder professionaliseren en knelpunten signaleren. Van de rijksoverheid verwacht Gastvrij Nederland de erkenning dat de sector voor de Nederlandse economie van belang is. Die erkenning moet in een substantiële rijksbijdrage aan de internationale positionering en promotie van Nederland tot uitdrukking komen. Verder moet de regel-
10
nritmagazine
gezamenlijke visie
Een gunstig ondernemersklimaat omdat ondernemers willen ondernemen • • • •
minder administratieve lasten inspectievakantie als bonus voor risicogericht toezicht transparanter ondernemen met het ondernemingsdossier samen invulling geven aan de 24 uurseconomie
Een innovatieve sector omdat vernieuwingen de gastvrijheidseconomie stimuleren • kansen voor innovatieve concepten • social media beter benutten voor marktvraag • duurzaam innoveren
Een gezonde en vitale samenleving omdat dit de productiviteit van Nederland bevordert
• meer gezamenlijk werken aan gezondheidskwesties • gezonder ontspannen en genieten • stimuleren bewegen en (inter)nationale (sport)evenementen
Een unieke beleving van natuur, landschap en cultuur omdat dit een economische waarde heeft
• bevorderen wisselwerking natuur en economie • stimuleren bestedingen via coproducties met kunst en cultuur • vermarkten kleinere CO2-footprint
Een gastvrijheidseconomie in evenwicht omdat het speelveld binnen Nederland niet overal gelijk is • stimuleer level playing field • duidelijker richtlijnen (toeristen)belastingen • minder bezuinigingen op kunst en cultuur
Een sterk imago in binnen- en buitenland omdat dit een directe impuls geeft aan de Nederlandse economie • structureel investeren in buitenlandpromotie • stimuleren vakantie- en vrijetijdsbesteding in eigen land • vereenvoudigen procedures toeristen- en werkvisa
Een kansrijke arbeidsmarkt omdat dit kansen genereert voor werknemers en werkgevers • • • •
meer werkgelegenheid meer stage- en leerwerkplekken voor kwetsbare groepen opleiden met perspectief binden, boeien en behouden van personeel
Een aantrekkelijke en veilige leefomgeving omdat de Nederlandse samenleving hierdoor beter functioneert • • • •
kansen voor (potentiële) gebieden door stuwende sector verbetering imago sector een betere cohesie van de samenleving veiligheid zonder bureaucratische rompslomp
Een goede bereikbaarheid omdat stadscentra en gebieden beter zijn te ontsluiten • betere bereikbaarheid stadscentra en landelijke gebieden • meer gebruik van de waterinfrastructuur • ruim baan voor collectief particulier busvervoer
Een hechte samenwerking met de overheid volgens het principe je gaat erover of niet • eenduidige regelgeving en handhaving • een slagvaardige overheid • eenduidige sectorkengetallen
nritmagazine
11
druk worden verminderd, gericht internationale (sport)evenementen worden geworven en moet Gastvrij Nederland een rol krijgen bij in het topsectorenbeleid omdat onze sector zorgt voor een gunstig vestigingsklimaat voor bedrijven. Van de decentrale overheid wordt verwacht dat ze zorgen voor een gelijk speelveld door uniforme regels. Daarnaast moeten ze de dienstverlening aan ondernemers verbeteren, moet Gastvrij Nederland een duidelijke rol krijgen bij de gebiedsontwikkeling en moet er voldoende geld zijn voor de binnenlandse promotie. Gastvrij Nederland wil in 2011 vooral werken aan eenduidige kengetallen voor de sector, structureel investeren in de buitenlandpromotie en matig bezuinigen op kunst en cultuur. In een reactie stelde Bernard Wientjes, voorzitter van VNO-NCW, dat we alleen succesvol zijn als we samenwerken. Hij vroeg zich verder af waarom wij geen Topsector zijn geworden. Gastvrij Nederland is in zijn visie heel belangrijk als het gaat om het creëren van een klimaat waarin mensen prettig werken, wonen en ontspannen.
De reactie van staatssecretaris Bleker van EL&I Half juni reageerde staatssecretaris Bleker van EL&I schriftelijk op de sectorvisie. Hij erkent daarin het belang van de sector voor de Nederlandse economie en ondersteunt de gezamenlijke visie. Volgens Bleker is de gastvrijheidseconomie een sector met een gunstig toekomstperspectief en door de verwachte wereldwijde groei van de welvaart zal het belang van de gastvrijheidseconomie in de nabije toekomst waarschijnlijk groeien. De gastvrijheidseconomie levert daarnaast een bijdrage aan het vestigingsklimaat. De sector draagt bij aan de “quality of life”, waardoor ons land aantrekkelijk wordt voor bedrijven, bewoners en bezoekers. Zoals Gastvrij Nederland stelt, is de sector daardoor randvoorwaardelijk voor de negen topsectoren, die het kabinet
12
nritmagazine
‘Kabinet zet in op verlaging regeldruk’
‘Gastvrijheidseconomie is randvoorwaardelijk voor de negen topsectoren’
‘Met een verminderde rijksbijdrage moet NBTC een compacte, gerichte organisatie in standhouden voor de internationale marketing en congreswerving van Nederland’
ondersteunt vanuit het nieuwe bedrijfslevenbeleid. Ons land is, volgens de staatssecretaris, ook vanuit een breder economisch perspectief gebaat bij een goed toeristisch imago. Na deze mooie lovende woorden geeft de staatssecretaris in de brief invulling aan zijn beleid. Helaas is er vanwege de bezuinigingen op de rijksbegroting en de afspraken in het regeerakkoord weinig ruimte voor een daadwerkelijke bijdrage in klinkende euro’s.
Het nieuwe rijksbeleid Een van de hoofdlijnen van het nieuwe bedrijfslevenbeleid van de rijksoverheid is meer ruimte voor ondernemers. Dit kabinet gelooft in de kracht van ondernemers. Zij jagen innovatie aan, zorgen voor welvaart en werkgelegenheid en dragen bij aan innovatieve oplossingen voor maatschappelijke uitdagingen. Gastvrij Nederland vraagt in “Versterken en Veraangenamen” om meer ruimte en vertrouwen voor ondernemers. Het kabinet zet daar op in door vermindering van regeldruk voor alle bedrijven in Nederland. Daarnaast zet het kabinet in op sectorspecifieke regeldrukvermindering voor de gastvrijheidseconomie. Helaas is de staatssecretaris niet van plan de bezuinigingen op de Hollandpromotie terug te draaien. In de reactie spreekt Bleker over meer focus in de Holland-promotie. Met de nieuwe rijksbijdrage van 5,8 miljoen euro is het NBTC volgens Bleker in staat om een compacte, gerichte organisatie in stand te houden voor de internationale marketing en congreswerving van Nederland. Bleker stelt dat het NBTC zich met de nieuwe rijksbijdrage sterker moet richten op de belangrijkste toeristische herkomstmarkten (zoals België en Duitsland) en bezoekerssegmenten (zoals stedenbezoekers en zakelijke bezoekers). Op basis van het nieuwe Strategisch Marketingplan voor 2012 – 2015 van het NBTC worden nieuwe prestatieafspraken met het NBTC vastgelegd. Het NBTC zal voor de uitwerking van het Strategisch Marketingplan meer moeten
samenwerken met partners uit het bedrijfsleven en met regionale overheden. Het ligt volgens Bleker voor de hand dat het NBTC daarbij, met het oog op de verminderde rijksbijdrage, onderzoekt of het mogelijk is de relatieve bijdrage van deze partners aan haar begroting te verhogen. Het kabinet kiest voor een decentralisatie van beleid voor natuur, toeristisch-recreatieve gebiedsontwikkeling en regionale economie. Daarmee brengt het kabinet dit beleid zo dicht mogelijk bij de burger en ondernemer. De nieuwe rijksrol ten aanzien van toeristisch-recreatieve gebiedsontwikkeling is om de nationale wettelijke kaders te stroomlijnen in de nieuwe Wet Natuur. Een goed evenwicht tussen de bescherming van natuur enerzijds en voldoende ruimte voor ondernemers anderzijds, is daarbij van belang.
De sector in gesprek met de Tweede Kamer Een kleine week na de brief van de staatssecretaris mocht de sector afreizen naar Den Haag en haar visie op het sectorbeleid en het beleid van de staatssecretaris toelichten. De Nederlandse toeristische sector wordt onevenredig hard getroffen
‘Sector wordt door stapeling van maatregelen onevenredig hard getroffen’
www.gastvrij-nederland.nl
door de bezuinigingen van de rijksoverheid en andere ontwikkelingen waar de sector zelf geen invloed op heeft. De toeristische sector heeft te maken met een forse bezuiniging op de Holland-promotie, het compleet wegbezuinigen van het Kenniscentrum Recreatie, majeure bezuinigingen op de kunst en cultuur, grote stijgingen van lokale lasten waaronder de toeristenbelasting, de BTW-verhoging en een maar niet afnemende regeldruk. Dat verslechtert de concurrentiepositie van Nederland en gaat ons land al op korte termijn toeristen en inkomsten kosten. Dat was de boodschap die de sector de Tweede Kamer in een rondetafelconferentie voorhield.
In drie rondes mocht de sector met de zes aanwezige Tweede Kamerleden Jansen (SP), Smeets (PvdA), Van Bemmel (PVV), Ziengs (VVD), Verhoeven (D66) en Koppejan (CDA) in discussie. De commissie stelde vooral vragen en liet zich nauwelijks verleiden tot pikante uitspraken waar de sector hoop uit zou kunnen putten. Pauline Smeets van de PvdA zag wel direct dat de gastvrijheidseconomie door een cumulatie van maatregelen onevenredig hard wordt getroffen. Verder maakte ze zich zorgen om het verdwijnen van het Kenniscentrum Recreatie en de kennis die daarmee verloren dreigt te gaan. Op de volgende twee pagina's een compacte samenvatting van de conferentie.
nritmagazine
13
Theo Ruijs, Gastvrij Nederland Het spits werd afgebeten door de voorzitter van Gastvrij Nederland, Theo Ruijs, die pleitte voor een liaison officer bij het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie. Deze ambtenaar kan dan contact onderhouden met andere departementen en zo de belangen van de gastvrijheidsindustrie onder de aandacht brengen. Volgens Ruijs moet er bij de overheid veel integraler worden gedacht. Daarnaast kan de sector een bijdrage leveren aan het leefbaar houden van krimpregio's.
‘Gastvrijheidseconomie moet binnen EL&I liaison officer krijgen’ Kees van Wijk, VVV Nederland Volgens Kees van Wijk van VVV Nederland wordt de waarde van de gastvrijheidssector voor de Nederlandse economie onderschat. Daarbij is onze sector van groot belang voor het topsectorenbeleid. Dat moet volgens Van Wijk niet alleen blijven bij een constatering, maar worden omgezet in daden. Staatssecretaris Bleker moet de vrijetijdseconomie adopteren en een wezenlijk onderdeel maken van het topsectorenbeleid. Die stelling onderschreef professor Hans Mommaas van de Universiteit Tilburg.
‘Sector moet onderdeel worden van topsectorenbeleid’
Hans Mommaas, Universiteit van Tilburg De gastvrijheidseconomie is in toenemende mate van belang als vestigingsfactor in de mondiale economie. Onze sector is daarbij een belangrijke verbindende factor. Helaas dreigt de gastvrijheidseconomie tussen wal en schip te raken. De sector bevindt zich volgens Mommaas in een transitie van bulkmarkt naar niches en is naarstig op zoek naar nieuwe verdienmodellen. Bij veel toeristischrecreatieve projecten is bovendien sprake van een onrendabele top. Daar kunnen de regionale ontwikkelingsmaatschappijen een grote rol spelen, maar die mogen zich niet met recreatie en toerisme bezighouden. Een gemiste kans, stelde Mommaas die de Tweede Kamerleden nog de boodschap meegaf om nationale parken minder smal te zien. In het buitenland liggen in nationale parken hele woonwijken en bedrijventerreinen en geven de beheersorganisatie daardoor voldoende financiële slagkracht.
‘Gastvrijheidseconomie is een belangrijke vestigingsfactor’ Kees van Wijk, VVV Nederland Kees van Wijk was erg blij dat toerisme en recreatie nu in één ministerie verenigd zijn. Nu moet de uitvoering van het beleid nog worden ontschot. Hij pleitte voor één directie Gastvrijheidseconomie binnen het ministerie van EL&I. Van Wijk vreest door de bezuinigingen op de promotie wel vraaguitval. De sector wordt eigenlijk dubbel gepakt. De bezuinigingen op cultuur en natuur hebben een prijsopdrijvend effect terwijl de mogelijkheden om te investeren afnemen en als klap op de vuurpijl wordt ook de promotie gemarginaliseerd.
‘Er moet een directie Gastvrijheidseconomie op het ministerie komen’
14
nritmagazine
Jos Vranken, NBTC Directeur Jos Vranken van het NBTC hield de commissieleden voor dat een bezuiniging van 65% op het promotiebudget van het NBTC niet het belang reflecteert van de sector voor de Nederlandse economie. Na de bezuinigingen investeert Nederland € 0,50 promotiegeld in elke buitenlandse bezoeker. In de rest van Europa is dat € 1,50 tot € 2,50. Er is volgens Vranken daardoor absoluut geen sprake meer van een level playing field. Bovendien is een rendement van veertig euro van elke in promotie geïnvesteerde euro (waarvan slechts 56 cent overheidsgeld) een meer dan fatsoenlijk rendement. Het idee vanuit de Kamerleden om de buitenlandpromotie vanuit een revolving fonds te voeden, is volgens Vranken voor de korte termijn geen oplossing. Bovendien participeert de sector al aanzienlijk in de buitenlandpromotie. Probleem is daarbij evenwel dat de sector vooral bestaat uit MKB-bedrijven die te klein zijn om in het buitenland promotie te maken of in campagnes van het NBTC te participeren. Grote bedrijven zijn de afgelopen periode veel internationaler gaan opereren en kiezen dus niet altijd voor een participatie in de Holland-promotie. Bedrijven zijn bovendien alleen bereid te investeren als het direct wat oplevert. Vranken vindt dat de overheid moet blijven investeren in algemene bestemmingspromotie. Het NBTC heeft al diverse bezuinigingsrondes achter de rug en kan volgens Vranken nog maar weinig winst behalen uit een verbeterde efficiency. Als de bezuiniging doorgaat, zal het NBTC scherpe keuzes moeten maken.
‘Bezuiniging reflecteert niet het belang van de sector voor de economie’
Hans Vughts, Casa 400 Directeur Hans Vughts van hotel Casa 400 maakte zich vooral zorgen om de bezuinigingen op de Holland-promotie. Volgens hem zal Nederland concurrentiepositie verliezen en zijn zelfstandige hotels niet in staat om de buitenlandpromotie van het NBTC over te nemen.
‘Zelfstandige hotels kunnen buitenlandpromotie van NBTC niet overnemen’ Kees Slager, Molecaten Kees Slager, directeur van Molecaten, stelde dat de uitgangspositie van Nederland al niet rooskleurig is en dat we nu helemaal achterop raken. Slager ziet Nederland als een kleine B-bestemming met een zwakke positie. Zo blijft Nederland ten opzichte van de concurrentie achter op fiscaal beleid, subsidies, regelgeving en zijn de lokale lasten te hoog. Slager maakte zich erg druk om de willekeur in de toeristenbelasting. Bovendien is de belasting voor goedkope logiesvormen, bij een vaste heffing, onevenredig hoog.
‘Uitgangspositie van Nederland is al niet rooskleurig’
Harry Boeschoten, Staatsbosbeheer Directeur Harry Boeschoten van Staatsbosbeheer stelde dat het decor van natuur en landschap -waar we zo graag in recreërenwel vanzelfsprekend lijkt, maar dat niet is. Het in stand houden daarvan kost energie en geld. Daarom moeten we op zoek naar nieuwe verdienmodellen in de natuur. Probleem is dat het geld dat verdiend wordt in de gastvrijheidsindustrie slechts voor een klein deel terechtkomt bij de organisaties die de kosten maken. Boeschoten vond dat bij de bezuinigingen op de natuur nadrukkelijker moet worden gekeken naar de voordelen die mooie natuur de gastvrijheidsindustrie oplevert. Staatsbosbeheer wil om meer eigen opbrengsten te genereren meer ruimtelijke mogelijkheden op gebiedsniveau. Daarbij zoekt Boeschoten nadrukkelijk de samenwerking met ondernemers. Gewoon een wandelingetje in de natuur maken zal altijd gratis blijven, maar voor aanvullende diensten zal (extra) moeten worden betaald.
’Natuur en landschap is niet vanzelfsprekend’
Hans Haerkens, VNO/NCW Hans Haerkens van VNO/NCW brak vervolgens een lans voor het afschaffen van de zo gehate toeristenbelasting. De lokale lasten voor ondernemers zijn de afgelopen jaren veel forser gestegen dan de inflatie. Er is volgens Haerkens sprake van een ongebreidelde kostenstijging en vreest bovendien dat gemeenten de rijksbezuinigingen gaan afwentelen op de ondernemers. Als het afschaffen van de toeristenbelasting niet mogelijk is, wil Haerkens dat de belasting aan een maximum moet worden gebonden, 100% moet worden ingezet voor recreatie en toerisme, overal in Nederland gelijk moet zijn en gemeenten transparant moeten zijn over de bestedingen. Volgens Haerkens voelt de sector zich op dit dossier vogelvrij. Hij stak ook het NBTC nog een hart onder de riem. Een bijdrage van 16,5 miljoen van het Rijk in de buitenlandpromotie is gezien de baten helemaal niet onredelijk.
‘Toeristenbelasting afschaffen’ Geert Dijks, HISWA In het laatste blok van de rondetafelconferentie ging het vooral om een merkbare vermindering van de regeldruk in de gastvrijheidsindustrie. Volgens Geert Dijks van HISWA worden er wel stappen gemaakt maar gaat het veel te traag. Als we binnen twee jaar niet merkbaar resultaten boeken, dan is het momentum voorbij. Het loopt volgens Dijks de spuigaten uit met nieuwe regels en de verschillende lokale interpretaties daarvan. •
‘Het loopt de spuigaten uit met nieuwe regels’
nritmagazine
15