Docentenhandleiding Beweeg Versie 1, juli 2008
Colofon Auteur: Met dank aan: Vormgeving:
Jan Willem Regtering Inge Konijnenbelt Uitgeverij Edu’Actief b.v.
Met medewerking van APS, Atlas Onderwijs Adviesgroep, CED/PI, DGS, OSO/Fontys, IVIO, KPC Groep en SLO.
De uitgave is ontwikkeld in samenwerking met KPC Groep en de Vereniging Landelijk Werkverband Praktijkonderwijs. Titel:
Docentenhandleiding Beweeg, versie 1 juli 2008
Copyright © 2008
Uitgeverij Edu’Actief b.v. Postbus 1056 7940 KB Meppel telefoon: 0522-235 235 fax: 0522-235 222 e-mail:
[email protected] internet: www.edu-actief.nl
© 2008 Uitgeverij Edu’Actief b.v. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, microfilm, fotokopie of op welke andere wijze ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. No part of this book may be reproduced in any form, by print, photoprint, microfilm or any other means, without written permission from the publisher. Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb. 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (Postbus 3060, 2130 KB) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912. De uitgever heeft ernaar gestreefd de auteursrechten te regelen volgens de wettelijke bepalingen. Degenen die desondanks menen zekere rechten te kunnen doen gelden, kunnen zich alsnog tot de uitgever wenden.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
2
Inhoud 1.Inleiding
5
2.Uitgangspunten van Beweeg
6
3.Hoe werkt Beweeg?
7
3.1 Inleiding
7
3.2 Uitleg van de onderdelen
9
3.2.1 Pictogrammen
9
3.2.2 Woordenlijst
10
3.2.3 Laat zien wie je bent!
10
3.2.4 Mijn week
10
3.2.5 Gebruik van internet
10
3.2.6 Gebruik van de website Beweeg
11
4.Gebruik van de handleiding
12
4.1 Per thema
12
4.2 Aanwijzingen per activiteit
12
5.Aanwijzingen per thema en activiteit 5.1 Avontuur
16 16
5.1.1 Klimmen en abseilen
17
5.1.2 Kajakken of kanoën
19
5.1.3 Survivalrun
22
5.1.4 Vissen
25
5.1.5 Wildwaterraften
27
5.2 Cool
29
5.2.1 Skeeleren of skaten?
30
5.2.2 Fitness
32
5.2.3 Frisbee
34
5.2.4 Skateboarden
36
5.2.5 E-fitness
39
5.3 Ruig
41
5.3.1 Fietscross en ATB
42
5.3.2 Skiën en snowboarden
44
5.3.3 Zeilen
46
5.3.4 Rugby
48
5.3.5 Karate
50
5.4 Samen
52
5.4.1 Balsporten
53
5.4.2 Paardensport
55 Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
3
5.4.3 Streetdance
57
5.4.4 Tafeltennis
59
5.4.5 Bowlen
61
5.5 Jij!
63
5.5.1 Jij!
63
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
4
1.Inleiding Tot dit moment bestond er op het vakgebied bewegingsonderwijs geen specifiek materiaal dat gericht is op jongvolwassen mensen die een school voor praktijkonderwijs bezoeken. Uit onderzoek van het Landelijk Werkverband Praktijkonderwijs en de KPC Groep is gebleken dat de scholen op dit gebied behoefte hebben aan ondersteuning. Over het algemeen beslaan de doelstellingen van het praktijkonderwijs drie gebieden, te weten; wonen, werken en een zinvolle vrijetijdsbesteding. Met name in die laatste doelstelling is er ruimte voor Beweeg. Slechts 30% van de leerlingen in het praktijkonderwijs is lid van een sportvereniging. Graag zouden wij dit getal hoger zien, zeker in deze tijd van een algemeen groeiende bewegingsarmoede. Met het lesmateriaal van Beweeg willen wij leerlingen prikkelen in hun motivatie, hun enthousiasme en een beeld geven van de mogelijkheden. Gebleken is dat een grote groep van deze jongvolwassenen behoefte heeft aan ondersteuning op dit gebied, vooral om door te zetten. Daarom een boekje voor de leerling, vol met tips, mogelijkheden, suggesties en hulpmiddelen om in beweging te komen. Alleen, samen, op school, bij de vereniging, thuis … overal! In de docentenhandleiding is te lezen hoe de methode kan worden gebruikt. Per activiteit zijn er aanwijzingen voor de docent.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
5
2.Uitgangspunten
van
Beweeg
De samenhang met de leeromgeving PrOmotie (voor het praktijkonderwijs) komt tot uiting door: de didactische aanpak; denken-doen-nakijken de portfolio de integratieve opdrachten: de verschillende aangeleerde vaardigheden worden geïntegreerd in opdrachten de vormgeving en het taalgebruik het gebruik van functionele contexten (gericht op wonen-werken-recreëren) de aandacht voor sociale emotionele competentie (sportief gedrag bijvoorbeeld, ook als je supporter bent). Hierbij gelden de volgende uitgangspunten voor het geheel: Beweeg is bestemd voor leerlingen van het praktijkonderwijs. Het taalgebruik in Beweeg is toegankelijk voor alle leerlingen. Daarnaast is er veel beeldmateriaal gebruikt. Moeilijke begrippen worden vermeden of vertaald. In Beweeg staan korte, praktijkgerichte teksten in aansprekende kaders, rechtstreeks gericht op de leerling. Beweeg is een meeneem- en gebruiksboekje. Het heeft een schoolagendaformaat, met ruimte om zelf te schrijven en foto’s en papier op te slaan. Beweeg heeft opdrachten en activiteiten in de praktijk.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
6
3.Hoe
werkt
Beweeg?
3.1 Inleiding Voor de docent is Beweeg een ideaal boek om invulling te geven aan de theorie van het sporten, bewegen en de sportieve vrijetijdsbesteding van jongeren. De activiteiten die aan bod komen zijn een selectie uit de vele mogelijkheden die er zijn voor sportbeoefening en een sportieve vrijetijdsbesteding. De activiteiten worden uitgelegd aan de hand van het principe denken-doen-nakijken. Het onderdeel Wat ga je doen? besteedt aandacht aan de vraag wat de leerling gaat doen. En op welke manier dan? Zijn deze vragen beantwoord, dan heeft de leerling een begin gemaakt met het plan. Vervolgens wordt de leerling gevraagd een concreter plan te maken. Voor het slagen van de activiteit is het van belang dat de voorbereidingen die de leerling treft, goed worden besproken met de docent. Heeft de leerling nagedacht over de uit te voeren activiteit, dan kan hij naar het onderdeel Laat maar zien!. In dit onderdeel wordt de leerling gestimuleerd zijn plan in de praktijk uit te voeren. In de meeste gevallen betekent dit vragen of het in de les Bewegingsonderwijs kan worden ingepast of dat er een (gast)les kan worden gevolgd bij een vereniging. Bij het laatste onderdeel, Hoe ging het?, is het de bedoeling dat er een terugkoppeling ontstaat tussen dat wat de leerling verwachtte en wat er werkelijk gebeurde. Viel het mee of tegen? Was het makkelijk of moeilijk? Zou je dit vaker willen doen? Deze koppeling is bijzonder belangrijk omdat hier de eerste stap wordt gezet naar een eventuele toekomstige vrijetijdsbesteding. Afhankelijk van de doelen en de mogelijkheden binnen een groep is er voldoende speelruimte om Beweeg individueel, in groepjes of klassikaal te gebruiken. Hierin kan van les tot les worden gevarieerd. Doordat Beweeg op verschillende manieren kan worden ingezet, moet er goed worden nagedacht over de begeleiding die de leerling nodig heeft tijdens het gebruik. Wanneer een leerling vragen heeft over Beweeg, moet hij weten bij wie hij terechtkan. Geef duidelijk aan welke docent verantwoordelijk is voor de begeleiding. Bijvoorbeeld de docent Bewegingsonderwijs of de mentor. Een andere mogelijkheid is een vast moment te plannen om vragen te stellen. Op die manier is het voor de docent zelf meer gereguleerd. Dit kan bijvoorbeeld aan het begin van de les Bewegingsonderwijs, in de mentortijd of door zelf een afspraak met de verantwoordelijke docent te plannen.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
7
Als u via de onderwerpenmatrix met PrOmotie werkt, kunt u Beweeg goed inzetten bij de volgende onderdelen: Cultuur en Maatschappij 3/2 Fit voor de stage Cultuur en Maatschappij 4/2 Voorkomen en genezen Cultuur en Maatschappij 5/2 Werken en gezondheid Cultuur en Maatschappij 3/3 Tijd voor jezelf Cultuur en Maatschappij 4/3 Eropuit Cultuur en Maatschappij 5/3 Naar het buitenland.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
8
3.2 Uitleg van de onderdelen 3.2.1 Pictogrammen
In Beweeg staan bij de opdrachten verschillende pictogrammen. Een pictogram geeft informatie over de opdracht. Hieronder de betekenis van de pictogrammen. Wat ga je doen? Oftewel het denken. De leerling moet nadenken over de activiteit die hij straks wil gaan doen. hij maakt een plan van aanpak en benoemt welke materialen hij nodig heeft voor het uitvoeren. Er staan enkele lege planopzetten in Beweeg. Een formulier downloaden via www.promotie.nu kan ook. Klik daarvoor in het openingsscherm op ‘Leerling’ en kies voor ‘Beweeg’. Laat maar zien! Oftewel het doen. De leerling gaat de activiteit uitvoeren. Hij heeft bedacht wat hij wil gaan doen en heeft daar een plan voor gemaakt. Hij neemt het plan en gaat aan de slag. Tip: Het is de bedoeling dat de leerling een verslag maakt van wat hij meemaakt. Het is handig wanneer hij pen en papier bij de hand heeft om aantekeningen te maken. Foto’s of een filmpje maken leuken het verslag op. De leerling kan op eigen gelegenheid een activiteit uitvoeren. Misschien heeft hij mensen in zijn omgeving die de betreffende activiteit al uitoefenen. Adviseer hem om in contact te komen met die persoon. Het is ook mogelijk om met de hele groep een activiteit uit te voeren, groepjes te laten vormen of misschien de activiteit in te passen in de sportdag. Bekijk Beweeg eens voordat er activiteiten bedacht worden voor het schoolkamp. Betrek dan leerlingen actief in die voorbereiding! Hoe ging het? Oftewel het nakijken van de opdrachten. Bij dit pictogram gaat de leerling terugkijken op wat hij heeft gedaan. Hij controleert of de activiteit is gegaan zoals hij dat van tevoren had bedacht en kijkt ook wat hij de volgende keer anders kan doen. Verslag Bij dit pictogram maakt de leerling een verslag van de activiteit. Hierin vertelt de leerling wat hij heeft meegemaakt en geleerd. Tip: Hieraan gekoppeld kan de docent ervoor kiezen om de verslagen in de klas te behandelen. Bijvoorbeeld door een spreekbeurtronde.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
9
Handige websites Het is de bedoeling dat de leerling de websites noteert die hij heeft gebruikt bij de activiteit. Het wordt een handig rijtje met websites die bij een volgende keer, gericht zoeken mogelijk maakt. Verder kunnen de verschillende websites onderling worden uitgewisseld, waardoor leerlingen elkaar kunnen helpen bij het vinden van de juiste informatie. Dit helpen van elkaar is weer prettig voor de sociale omgang van de leerlingen onderling.
3.2.2 Woordenlijst
Aan het eind van elk verhaal staat een woordenlijst. De lastige woorden uit de tekst staan hier met een toelichting. Ze staan in de volgorde zoals de leerling de woorden in het verhaal tegenkomt. Achter elk woord staat tussen haken de uitspraak. Bijvoorbeeld: Score [skoo-re]
De score bij een wedstrijd is het aantal punten dat is gehaald.
Tip: Bij leerlingen voor wie Nederlands de tweede taal is, bestaat er natuurlijk de mogelijkheid om meerdere woorden aan te leren. U kunt woorden uit de tekst halen en deze zelf in een woordenlijst zetten. 3.2.3 Laat zien wie je bent!
De leerling kan zijn persoonlijke gegevens op deze pagina’s invullen. Hierdoor zal het boekje een persoonlijke tint krijgen. Het moet aantrekkelijk zijn om het boekje ook in de eigen vrije tijd te gebruiken. 3.2.4 Mijn week
De leerling kan op deze pagina’s zijn weekplanning invullen. 3.2.5 Gebruik van internet
Om gericht gebruik te maken van internet is het makkelijk om te weten dat er verschillende zoekmachines zijn. Internationale zoekmachines: Google:
www.google.com, geavanceerd
Alltheweb:
www.alltheweb.com, geavanceerd
AltaVista:
www.altavista.com
Yahoo:
www.yahoo.com
Ask:
www.ask.com
Ixquick:
www.ixquick.com
iZito:
www.izito.com
Dogpile:
www.dogpile.com Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
10
Metacrawler: www.metacrawler.com Vivisimo:
www.vivisimo.com
Nederlandse zoekmachines: Google:
www.google.nl, geavanceerd
Ilse:
www.ilse.nl
Kobala:
www.kobala.nl
Track:
www.track.nl
Vinden.nl:
www.vinden.nl
Zoeken.nl:
www.zoeken.nl
Metago:
www.informatiezoeken.nl
Heeft de leerling moeite met het zoeken van informatie op het internet? Wijs hem er dan op dat hij de geavanceerde zoekfunctie kan gebruiken. Heeft de leerling moeite met het vinden van de juiste informatie? Wijs hem er dan op dat hij ook andere woorden of combinaties van woorden kan gebruiken. De leerling zoekt bijvoorbeeld informatie over de sport aquajoggen. Dan is de combinatie aquajoggen en zwembad te maken. Wellicht kan er op een website van het zwembad bijvoorbeeld een lesrooster worden gevonden. Zie ook eventueel het volgende lesmateriaal van PrOmotie: Cultuur en Maatschappij, 1/5 Media 1, 2. De nieuwe media Cultuur en Maatschappij, 2/5 Media 2, 3. Informatie via de nieuwe media, 4 Informatie voor iedereen? Nederlands, Lezen, 4/12 Internet Informatiekunde Start, 2/5 Internet Informatiekunde Basis, 3 Internet Informatiekunde Verdieping, 3 Internet (1 t/m 5) Informatiekunde Computervaardig!, 3. Internet (1, 3, 4, 6) Informatiekunde Help! Internet (1 t/m 7). 3.2.6 Gebruik van de website Beweeg
Ga naar www.promotie.nu. U komt op een portal waar u kunt kiezen voor de docenten- of de leerlingensite. Op de docentenwebsite voor Beweeg komt aanvullend materiaal voor Beweeg te staan. Handige tips en opmerkingen van gebruikers zullen hier in de vorm van nieuws verschijnen. De website voor leerlingen is zeer gebruiksvriendelijk. Als de leerling op de knop ‘Leerlingen’ heeft geklikt, komt hij in een keuzemenu met knoppen. Via de knop ‘Beweeg’ komt hij op de pagina voor Beweeg. De leerling kan hier het lege standaard plan en links naar interessante sites vinden.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
11
4.Gebruik
van
de
handleiding
4.1 Per thema Per thema wordt verteld waarom voor deze titel is gekozen en wat de samenhang is tussen de onderliggende activiteiten. De leerling of docent hoeft de gegeven volgorde van thema’s en activiteiten niet te volgen. Het is zelfs wenselijk dat de leerling zelf een keuze voor verschillende activiteiten maakt. Zoals eerder beschreven kan de docent dus zelf invulling geven aan de manier waarop hij het materiaal inzet.
4.2 Aanwijzingen per activiteit Samenhang met leerlijnen van PrOmotie Waar dit van toepassing is, wordt per activiteit de samenhang met vaardigheden uit de leerlijnen van PrOmotie aangegeven. Benodigdheden bij de activiteit Dit is een handige lijst met alles wat u of de leerling voor deze activiteit nodig heeft. Websites bij het hoofdstuk Per hoofdstuk worden er enkele websites als tip gegeven. Deze zijn bedoeld als aanvulling op de voorbereiding van de docent. Ga vooral ook zelf op zoek naar meer en recentere sites. De leerling wordt aangespoord een aantal websites per activiteit te noteren. Dit is handig om later snel weer informatie over de activiteit te vinden. Doelstellingen bij deze activiteit Wat zijn de (sportieve) doelstellingen voor de leerling van de activiteit. Voorbereiding op de activiteit Er worden enkele praktische tips gegeven over hoe de docent en de leerling zich het best op de activiteit voorbereiden. Maak je plan! Het is de bedoeling dat de leerling een plan maakt om de activiteit uit te voeren. Welke tips heeft de docent en/of de leerling nodig? Specifieke tips staan hier beschreven. Omdat de leerling hier het een en ander uit moet zoeken, ontstaat er een samenhang met de leerlijnen van PrOmotie. Voor de verschillende onderdelen van het te maken plan vindt u hierna verwijzingen naar het materiaal van PrOmotie.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
12
Met Wie ga ik? Samen een activiteit uitvoeren. Cultuur en Maatschappij, 4/3 Eropuit!, 3. Samen op stap, 6. Eropuit met familie Rekenen en Wiskunde, Zakrekenmachine, 7. Samen een dagje uit Informatiekunde, Computervaardig, 3/5 Een dagje op stap Praktijk en Loopbaan, Techniek, 1/11 Organiseer een fietstochtje in de buurt van de school. Waar ga ik naartoe? Hoe ga ik erheen? Extra stof over het uitzoeken van de route naar een bepaalde activiteit: Cultuur en Maatschappij, 3/1 Ik ga op weg Nederlands, Lezen, 1/4 Plattegrond lezen, 3/9 Plattegrond lezen 2, 3/10 Adresgegevens, 4/14 Reizen naar je stageadres, 5/7 Kaartlezen Nederlands, Schrijven, 3/6 Vertrektijd noteren. Rekenen en Wiskunde, Meten, 3/5 Een route plannen, 3/7 Plattegronden Rekenen en Wiskunde, Tijd, 8. Hoe ga je naar je werk. Waarom ga ik daarnaartoe? Waarom ga ik dit doen? Wat ga ik daar allemaal doen? Welke spullen heb ik nodig? Wanneer ga ik? Voor het plannen van de activiteit: Cultuur en Maatschappij 4/3 Eropuit Rekenen en Wiskunde, Tijd, 1. Kalender, 2. Belangrijke data Informatiekunde, Computervaardig, 3/5 Een dagje op stap Rekenen en Wiskunde, Tijd, 3. Tijden, 4. Op tijd. Hoeveel geld kost het mij? Voor het bepalen van de kosten van een activiteit: Cultuur en Maatschappij 1/4 Ik betaal, 3. Je eigen geld, 7. Bewaar het overzicht Rekenen en Wiskunde, Geld, 4. Schrijfwijze van euro’s en centen Rekenen en Wiskunde, Zakrekenmachine, 2 kaartjes kopen, 3 Tijd, 7. Samen een dagje uit. Aanvullingen en alternatieven voor de vragen Waar nodig en mogelijk zijn tips en aanwijzingen bij bepaalde vragen toegevoegd. U kunt deze lijst naar eigen inzicht uitbreiden en aanvullen. Het is zeker aan te raden om dit aan de hand van het uitwisselen van ervaringen samen met collega’s te doen. Daar waar van toepassing staan de mogelijke antwoorden genoemd.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
13
Wanneer leerlingen verenigingen of instellingen willen benaderen kan het voor de vereniging of instelling vervelend zijn om meerdere keren met dezelfde vragen te worden benaderd. Maak één leerling verantwoordelijk. Laat iemand langsgaan in plaats van te bellen. Benader vooraf de vereniging of instelling in de buurt en informeer of zij bezwaar hebben. Afronding van een activiteit De activiteit zelf kan in de klas op verschillende manieren worden afgesloten. Het meest voor de hand liggend is dat in de vorm van een sportdag of ingepast in de les Bewegingsonderwijs te doen. Daarbij is het de bedoeling dat iedere leerling zijn persoonlijke ervaringen beschrijft in een verslag. Dit zien wij als een belangrijke stap in het gehele proces. Er wordt namelijk aangestuurd op vaardigheden als evalueren/terugblikken, het vormen en verwoorden van een mening en het nemen van beslissingen om het wel of niet vaker te willen doen. De vrijblijvendheid wordt hiermee wat ingekaderd. Dit verslag kan op verschillende manieren worden gemaakt en gepresenteerd. Welke manier de voorkeur verdient, is vrij in te vullen voor de docent. Wij geven enkele alternatieven. Voor veel leerlingen is het leuk om een zelfgemaakt filmpje of een fotocollage te laten zien. Het maken van een fotocollage is een creatieve manier om een activiteit af te ronden. Zeker wanneer een activiteit klassikaal is uitgevoerd. Maar ook wanneer een leerling is 'vergeten' of niet vaardig genoeg is om tijdens de activiteit iets vast te leggen. Via internet zijn er vaak leuke plaatjes te vinden. Samen met wat korte stukjes tekst van internet en/of zichzelf valt er een leuke collage te maken. Leerlingen kunnen over één of verschillende activiteiten een korte presentatie geven. Activiteiten die maar door een paar leerlingen zijn uitgevoerd, kunnen door een presentatie in de groep anderen ertoe bewegen deze activiteit ook eens te proberen. In het mooiste geval biedt een leerling een les aan zijn klasgenoten aan of is er een gastdocent geregeld. Veel sportclubs hebben een pr-afdeling die veel kan doen voor de club. Denk eraan om de docent Bewegingsonderwijs erbij te betrekken en samen een leuk plan te maken. Laat de leerlingen hierin meebepalen. Laat ze belangrijke beslissingen nemen en laat ze zelf meedenken in het proces. Maak de leerling in elk geval tijdig duidelijk op welke manier hij verslag moet leggen van de activiteit. Zo is hij in de gelegenheid de juiste voorbereidingen hiervoor te treffen. Op welke manier de leerling zijn verslag ook aanbiedt, het is belangrijk dat hij de docent en/of zijn medeleerlingen kan vertellen wat hij heeft gedaan en wat hij ervan vond.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
14
Het geven van een afsluitende presentatie is goed te combineren met een ander vak (bijvoorbeeld Nederlands). De leerling wordt dan in één keer bevraagd op verschillende disciplines. Informatie in PrOmotie lesmateriaal over het geven van een PowerPoint-presentatie Informatiekunde (PowerPoint), Start, 2/4 PowerPoint Informatiekunde (PowerPoint), Basis, 5 PowerPoint Informatiekunde (PowerPoint), Verdieping, 5 PowerPoint Informatiekunde (PowerPoint), Computervaardig, 5 PowerPoint Informatiekunde (PowerPoint), Help! PowerPoint
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
15
5.Aanwijzingen activiteit
per
thema
en
5.1 Avontuur Bij het thema Avontuur is gekozen voor sporten en activiteiten die veelal in de vrije natuur plaatsvinden. Dit aspect is een belangrijk onderdeel van de sporten en zorgt voor een extra dimensie. In het hoofdstuk komt een breed scala aan activiteiten aan bod. De sporten en activiteiten hebben gemeenschappelijk dat er een veel spanning bij komt kijken. Over het algemeen is er een gevoel van lef en avonturisme mee gemoeid waarbij de veiligheid niet over het hoofd moet worden gezien. De sporten die binnen het thema Avontuur vallen, zijn allemaal aantrekkelijk om in een buitenlandvakantie te plannen. Vaak in de bergen en de vrije natuur. Bij het beoefenen van deze sporten wordt er een groot beroep gedaan op zelfstandigheid. Het doel is om te leren je grenzen te verleggen. Vaak lenen deze ‘lef’-activiteiten zich er erg goed voor om verder te ontdekken hoe jijzelf in elkaar steekt. Het geeft een kick om achteraf te bekijken wat je allemaal bereikt hebt, wat jij vooraf nooit van jezelf verwachtte. Suggesties voor een startactiviteit Het is leuk om met een groep leerlingen een boswandeling te maken. De meeste leerlingen zijn niet gewend om bijvoorbeeld op zondag een wandeling te maken met het gezin. Zij vinden het geweldig om dat in een klein schoolgroepje te doen. Langere tijd buiten zijn, rustig aan doen en je relaxed voelen. Als je dan ook nog een dier tegenkomt, konijntjes op een veld of een hert ... Dat geeft echt een kick! Op die manier kun je heel basaal toewerken naar iets doen in de natuur.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
16
5.1.1 Klimmen en abseilen
Samenhang met leerlijnen van PrOmotie Cultuur en Maatschappij, 5/3 Naar het buitenland, 1. Op schoolkamp in de Ardennen. Benodigdheden Docent Theorie:
Een lokaal, pc met internetaansluiting en eventueel een telefoonboek of Gouden Gids, klimgordel, magnesiumpoeder in zakje, een stuk klimtouw, een karabiner, een klimacht, een grigri.
Praktijk:
Soepele sportkleding, klimgerei zal op de klimlocatie aanwezig zijn.
Leerling Theorie:
Het boek Beweeg, een pen.
Praktijk:
Soepele sportkleding, sport- of gymschoenen of klimschoentjes. Om informatie voor het verslag te verzamelen is het handig dat de leerling een camera, pen en papier en het boek Beweeg meeneemt.
Websites Websites voor de docent: www.klim.startpagina.nl www.buitensport.startpagina.nl www.buitensport.uwstart.nl. Websites voor de leerling: www.spreekbeurten.info/klimmen.html www.docukit.nl www.sport-in-nederland.com. Doelstellingen bij deze activiteit Doelstellingen voor de leerling: 1. Een beeld vormen van wat klimmen en abseilen is. 2. Bedenken of klimmen en abseilen een sport is die jij graag eens wilt proberen. 3. Leren plannen en organiseren als jij bedacht hebt dat jij deze activiteit graag eens wilt uitproberen. Voorbereiding op de activiteit Docent:
Uitzoeken wat de sport precies inhoudt en waar men kan klimmen en abseilen. Nadenken over de organisatie en financiering. Eventueel iemand raadplegen die deze sport kent.
Leerling:
De leerling kan ter voorbereiding in zijn omgeving informeren naar mensen die al ervaring hebben met de activiteit.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
17
Maak je plan! Bespreek met de leerling of klimmen en abseilen een geschikte sport is. Heeft de leerling geen last van hoogtevrees en is hij gemotiveerd om het te proberen? Zorg dat het plan uitvoerbaar is. Dragen van sieraden wordt afgeraden. Aanvullingen op, antwoorden en/of alternatieven voor de vragen bij de activiteit Wat ga je doen? Vraag 1 De leerling kan gaan klimmen en abseilen in of bij een klimhal in de buurt. Misschien staat er een vakantie gepland waar de leerling deze activiteit kan gaan doen. Vraag 3, 4, 5, 6, 9 Deze gegevens kunnen op het internet worden gevonden. Vraag 7 Als extra informatie over het uitzoeken van de route: Cultuur en Maatschappij, 3/1 Ik ga op weg Nederlands, Lezen, 1/4 Plattegrond lezen, 3/9 Plattegrond lezen 2, 3/10 Adresgegevens, 5/7 Kaartlezen Rekenen en Wiskunde, Meten, 3/5 Een route plannen, 3/7 Plattegronden. Vraag 8 Voor het bepalen van de kosten: Cultuur en Maatschappij 1/4 Ik betaal, 3. Je eigen geld, 7. Bewaar het overzicht Rekenen en Wiskunde, Geld, 4. Schrijfwijze van euro’s en centen Rekenen en Wiskunde, Zakrekenmachine, 2 kaartjes kopen, 3 Tijd, 7. Samen een dagje uit. Laat maar zien! Misschien is het wel mogelijk om met de hele groep naar een klimhal te gaan. Er kunnen ook groepjes worden gevormd. Het kan een activiteit voor een sportdag zijn. Leerlingen kunnen ook op eigen gelegenheid naar een klimhal gaan. Het is helemaal mooi wanneer zij met een ervaren persoon mee mogen. Hoe ging het? Ter beoordeling van de docent. Afronden van de activiteit Als een aantal leerlingen deze activiteit gaan doen, is het misschien leuk om van tevoren te vragen of ze hier een film van willen maken. Deze film kunnen ze na afloop in de klas aan de anderen laten zien. De leerling kan een bekende vertellen wat hij heeft gedaan. Dit gesprek kan hij filmen en de klas of docent laten zien. Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
18
5.1.2 Kajakken of kanoën
Samenhang met leerlijnen van PrOmotie Cultuur en Maatschappij, 5/3 Naar het buitenland, 1. Op schoolkamp in de Ardennen. Benodigdheden Docent Theorie:
Een lokaal, pc met internetaansluiting, eventueel een telefoonboek of Gouden Gids, regenjas, waterdichte tas of ton, peddel
Praktijk:
Makkelijk zittende sportkleding, eventueel regenkleding. Kajak-, kanomateriaal zal op locatie aanwezig zijn.
Leerling Theorie:
Het boek Beweeg, een pen.
Praktijk:
Makkelijk zittende sportkleding, eventueel regenkleding. Om informatie voor het verslag te verzamelen is het handig dat de leerling een camera, pen en papier en het boek Beweeg meeneemt.
Websites Websites voor de docent: www.nkb.nl www.kano.startpagina.nl www.nl.wikipedia.org/wiki/Kajak www.tkbn.nl/news.php www.kanoweb.nl. Websites voor de leerling: www.broadbandsports.com/search/node/kayak ga naar www.google.nl en tik in: ik wil watersporten. De eerste hit is juist. Doelstellingen bij deze activiteit 1. Een beeld vormen van wat kajakken en/of kanoën is. 2. Bedenken of kanoën of misschien kajakken en/of kanoën een sport is die jij graag eens wilt proberen. 3. Leren plannen en organiseren als jij bedacht hebt dat jij deze activiteit graag eens wilt uitproberen. Voorbereiding op de activiteit Docent:
Inlezen op het internet. Vragen aan vrienden, kennissen collega’s of zij ervaring hebben met kanoën en kajakken. Let op het jaargetijde, de weersverwachting of de te verwachten drukte. Wanneer leerlingen een klimhal willen benaderen is het voor de medewerkers van de klimhal misschien niet prettig om meerdere keren met dezelfde vragen te worden benaderd. Maak één leerling Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
19
verantwoordelijk. Laat iemand langsgaan in plaats van te bellen. Benader vooraf de instelling in de buurt en informeer of zij bezwaar hebben. Leerling:
Vragen aan anderen die het al eens hebben gedaan.
Maak je plan! Houd als docent goed in de gaten of de leerling een zwemdiploma heeft en of hij daarnaast ook voldoende zwemvaardig is. Bestaat hierover tijfel, infomeer dan bij ouders/verzorgers of raad in het uiterste geval de leerling af om voor deze activiteit te kiezen. Laat leerlingen meedenken of het jaargetijde geschikt is en of de weersverwachtingen geschikt zijn om deze activiteit uit te voeren. Adviseer leerlingen die de activiteit willen gaan uitvoeren om vooraf te informeren of het kan en zo nodig te reserveren. Aanvullingen op, antwoorden en/of alternatieven voor de vragen bij de activiteit Wat ga je doen? Vraag 1, 2 Deze gegevens kunnen op internet of in een telefoonboek/Gouden Gids worden gevonden. Vraag 3 Dit kunnen vrienden of vriendinnen zijn, maar ook familie. Misschien zijn er meerdere leerlingen uit één klas. Vraag 4, 5, 6, 7 Laat de leerling bij de locatie zelf informeren. Wellicht kan dat ook via internet of telefonisch. Vraag 8, 9, 10, 11 Ter beoordeling van de docent. Laat maar zien! Op veel plekken in Nederland kan een kano worden gehuurd. Ook op vakantie in het buitenland is dit op veel plekken mogelijk. Misschien zijn er leerlingen die dat op vakantie wel eens hebben gedaan. Laat de leerlingen een geschikte plek zoeken om het kajakken of kanoën te proberen. Hoe ging het? Ter beoordeling van de docent.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
20
Afronden van de activiteit Zorg ervoor dat de leerling in zijn verslag of presentatie duidelijk maakt wat hij van het kajakken of kanoën vond. Laat hem ook het verschil tussen kanoën en kajakken uitleggen.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
21
5.1.3 Survivalrun
Samenhang met leerlijnen van PrOmotie Geen directe samenhang met andere leerlijnen. Benodigdheden Docent Theorie:
Lokaal, pc met internet en schrijfgerei eventueel een telefoonboek en/of Gouden Gids, een wetsuit.
Praktijk:
Een wetsuit c.q. zwemkleding of oude sportkleding, sportschoenen, eventueel materiaal om zelf hindernissen te maken.
Leerling Theorie:
Het boek Beweeg, een pen.
Praktijk:
Eventueel een wetsuit of zwemkleding of oude kleding en sportschoenen. Om informatie voor het verslag te verzamelen, is het handig dat de leerling een camera, pen en papier en het boek Beweeg meeneemt.
Websites Websites voor de docent: www.training-buitensport.nl/survival/survivalrun.php www.survivalbond.nl/news.php. www.survivalrunboerakker.nl. Websites voor de leerling: www.meeloper.nl/info_survivalruns www.survivalrun-meetjesland.be. Doelstellingen bij deze activiteit Doelstellingen voor de leerling: 1. Een beeld vormen van wat survivalrun is. 2. Bedenken of survivalrun een sport is die jij graag eens wilt proberen. 3. Leren plannen en organiseren als jij bedacht hebt dat jij deze activiteit graag eens wilt uitproberen. Voorbereiding op de activiteit Docent:
Survivalrun is een betrekkelijk onbekende sport. Het is raadzaam zelf eerst een duidelijk beeld te krijgen van de sport voordat met de leerlingen aan dit onderwerp wordt beginnen. Op de genoemde sites is veel informatie te verkrijgen, waaronder beeldmateriaal. Het meest effectief is praten met iemand die al eens aan survivalrun heeft gedaan.
Leerling:
Met iemand praten die al eens een survivalrun heeft gedaan. Uitzoeken wat een survivalrun precies inhoudt. De verschillende aspecten van survival helder in beeld brengen. Lopen
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
22
(uithoudingsvermogen), klimmen (kracht en analytisch vermogen), doorzetten ( psychologisch vermogen). Maak je plan! Heeft de leerling een zwemdiploma? Raadpleeg samen nog enkele internetpagina’s die informatie verschaffen over het hoe en waar van de run. Ook is het raadzaam om even stil te staan bij de energiehuishouding van het lichaam. Denk aan eten en drinken. Denk ook aan trainingsintensiteit. Het dragen van sieraden wordt afgeraden. Praat samen over de kwaliteiten van de leerlingen wanneer hij van plan is te kiezen voor deze sport. Het vraagt een groot doorzettingsvermogen, veel kracht en uithoudingsvermogen. Er wordt niet alleen fysiek, maar ook psychisch veel van deelnemers gevraagd. Hier moet de leerling zich goed bewust van zijn. De docent heeft in dit gesprek als taak de leerling ook voor te bereiden op het eventueel niet halen van de eindstreep. Beginnen met training, het valt aan te raden dit zo mogelijk bij een vereniging te doen. Aanvullingen op, antwoorden en/of alternatieven voor de vragen bij de activiteit Wat ga je doen? Vraag 1 De leerling kan veel informatie vinden op internet. Wijs hem op de links die ook op de leerlingensite voor Beweeg staan. Vraag 2 Zijn er plekken in de omgeving waar leerlingen een eigen trainingsparcours kunnen opzetten? Misschien is er een plek in een plaatselijk bos waar al verschillende hindernissen staan. Vraag 3, 4, 5, 6 Ter beoordeling van de docent. Vraag 7 Makkelijke kleding die vies mag worden. Vraag 8 De leerling heeft in principe niet veel nodig, tenzij hij zelf een parcours of een hindernis wil maken. Laat de leerling dan uitzoeken of hij een parcours kan en mag maken op de betreffende plek. Laat maar zien! Wil de leerling zelf een run organiseren, bespreek dan met hem of het plan uitgevoerd kan en mag worden. Is de plek geschikt en moet er toestemming worden gevraagd? Misschien kan er een training op een stormbaan worden georganiseerd.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
23
Bij deze activiteit speelt doorzettingsvermogen een grote rol. Het is dus wel aan te raden om de leerling zo enthousiast mogelijk te houden. Maak er een klassenuitje van om met elkaar te gaan kijken. Iedereen mag mee, het is vaak in het weekend. Misschien doen er wel meerdere leerlingen tegelijk mee. Het is ook erg leuk om met de overige leerlingen spandoeken te maken en slogans te schreeuwen om zo de leerlingen die meedoen te motiveren om nog beter hun best te doen. Het is ook leuk om via school een klein presentje aan te bieden (denk aan een T-shirt of een medaille) om zo de leerlingen te feliciteren met hun bereikte doel. Hoe ging het? Ter beoordeling van de docent. Afronden van de activiteit Laat de leerling zijn ervaringen presenteren. Laat hem vertellen wat hij ervan vond en of hij het nog eens zou willen doen.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
24
5.1.4 Vissen
Samenhang met leerlijnen van PrOmotie Verkeer, Thema 3 Ik ben buiten, Situatie 6 Ik verkeerd. Benodigdheden Docent Theorie:
Lokaal, pc met internet en schrijfgerei, vishengel, visgerei, vispas, viskaart.
Praktijk:
Vishengel, visgerei, vispas, viskaart.
Leerling Theorie:
Het boek Beweeg, een pen.
Praktijk:
Vishengel, visgerei, zonder begeleiding heeft de leerling een vispas nodig, viskaart. Om informatie voor het verslag te verzamelen is het handig dat de leerling een camera, pen en papier en het boek Beweeg meeneemt.
Websites Websites voor de docent: sportvis.startpagina.nl www.sportvisserijnederland.nl www.sportvissen.beginthier.nl. Websites voor de leerling: www.sportvisserijnederland.nl www.sportvissen.beginthier.nl www.goedkopervissen.nl www.stekkie.nl. Doelstellingen bij deze activiteit Doelstellingen voor de leerling: 1. Een beeld vormen van wat vissen inhoudt. 2. Bedenken of vissen een sport is die jij graag eens wilt proberen. 3. Leren plannen en organiseren als jij bedacht hebt dat jij deze activiteit graag eens wilt proberen. Voorbereiding op de activiteit Docent:
Eigen ervaring, internetsites bekijken.
Leerling:
Internetsites bekijken, vrienden vragen.
Maak je plan! Vraag de leerling naar een zwemdiploma. Als de leerling alleen wil gaan vissen, moet deze in het bezit zijn van een VISpas. Vraag hiernaar. Dit is wettelijk vastgesteld om de visstand op peil te houden en overbevissing te voorkomen. Kijk eens op www.sportvisserijnederland.nl/vispas. Bekijk ook samen het visgerei van de leerling.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
25
Aanvullingen op, antwoorden en/of alternatieven voor de vragen bij de activiteit Wat ga je doen? Vraag 1 Ter beoordeling van de docent. Vraag 2 Een leerling heeft een VISpas nodig. Voor iemand onder de 14 jaar is het ook mogelijk om samen met een volwassene (in het bezit van een VISpas) te vissen. Vraag 3, 4 Informatie kan op internet worden gevonden. Vraag 5 Een eenvoudige hengel, een dobber, een haakje en wat aas. En een VISpas. Vraag 6, 8, 9, 12 Ter beoordeling van de docent. Vraag 7 In een hengelspeciaalzaak, op Marktplaats.nl of lenen van bekenden. Vraag 10 In een hengelspeciaalzaak. Vraag 11 Geen speciale kleding nodig, het ligt aan het weer. Tenzij het om nachtvissen of serieus sportvissen gaat. Laat maar zien! Bijna iedereen kent wel iemand die aan vissen doet. De leerling kan eens meegaan met een bekende. Het is misschien ook leuk om een leerling iemand uit te laten nodigen die iets aan de klas wil vertellen. Hoe ging het? Ter beoordeling van de docent. Afronden van de activiteit Dit is duidelijk een activiteit die je alleen doet en waar niet veel publiek wenselijk is. Er zijn natuurlijk wel wedstrijden, maar de meeste jongeren vinden het gewoon lekker om relaxed aan de kant te zitten met hun mp3 op de telefoon zachtjes aan en heerlijk te wachten op een goede vangst. Als een leerling ervoor gekozen heeft om deze sport te gaan doen, is het natuurlijk erg fijn om achteraf te horen wat de leerling heeft gevangen en hoe groot de vis was. Misschien is er een foto van de vangst gemaakt.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
26
5.1.5 Wildwaterraften
Samenhang met leerlijnen van PrOmotie Cultuur en Maatschappij, 5/3 Naar het buitenland, 1. Op schoolkamp in de Ardennen. Benodigdheden Docent Theorie:
Lokaal, pc met internet en schrijfgerei, wetsuit, schoentjes, handschoenen, zwemvest, helm.
Praktijk:
Zwemkleding eventueel een wetsuit, materiaal zal op locatie aanwezig zijn.
Leerling Theorie:
Het boek Beweeg, een pen.
Praktijk:
Zwemkleding, eventueel een wetsuit, materiaal zal op locatie aanwezig zijn. Om informatie voor het verslag te verzamelen, is het handig dat de leerling een camera, pen en papier en het boek Beweeg meeneemt.
Websites Websites voor de docent: www.dutchwaterdreams.com www.travelmarker.nl/outdoor/wildwatervaren/raften.htm www.dutchpaintball.nl/inhoud/recreatie/raften.php. Websites voor de leerling: www.dutchwaterdreams.com nl.wikipedia.org/wiki/Raften. Doelstellingen bij deze activiteit Doelstellingen voor de leerling: 1. Een beeld vormen van wat wildwaterraften inhoudt. 2. Bedenken of wildwaterraften een sport is die jij graag eens wilt proberen. 3. Leren plannen en organiseren als jij bedacht hebt dat jij deze activiteit graag eens wilt uitproberen. Voorbereiding op de activiteit Docent:
Inlezen op de sites en ervaringen van anderen vragen.
Leerling:
Het boek Beweeg lezen, sites bekijken en navragen bij vrienden.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
27
Maak je plan! Raften wordt op verschillende manieren aangeboden. Als er in de buurt geen mogelijkheden zijn, dan moet er rekening worden gehouden met extra reistijd. Dat is een extra aanspraak op het budget. Over het algemeen is het door de aanbieder een vereiste om een zwemdiploma te hebben om deel te mogen nemen aan het wildwaterraften. Houd als docent goed in de gaten of de leerling een zwemdiploma heeft en of hij daarnaast ook voldoende zwemvaardig is. Bestaat hierover tijfel, infomeer dan bij ouders/verzorgers of raad de leerling in het uiterste geval af om voor deze activiteit te kiezen. Aanvullingen op, antwoorden en/of alternatieven voor de vragen bij de activiteit Wat ga je doen? Vraag 1 Bij Dutch Water Dreams in Zoetermeer kun je wildwaterraften. Gewoon raften op vlak water of in de branding van de zee kan natuurlijk ook. De leerling kan zoeken naar verschillende mogelijkheden in de buurt. Vraag 2, 3 Informatie kan op internet of via een plattegrond worden gevonden. Vraag 4 Informatie kan op internet worden gevonden. In de tekst staat uitleg over de kleding die men aankrijgt bij Dutch Water Dreams. Vraag 5, 6, 7, 8, 9, 10 Informatie kan op internet worden gevonden. Laat maar zien! Bespreek het gemaakte plan met de leerling. Wordt deze activiteit als schooluitje gedaan, dan is het leuk om iemand mee te nemen die videobeelden kan maken van het geheel. Zo kun je deze later terugkijken met de gehele groep en het beeldmateriaal te laten zien aan leerlingen die erover denken om ook te gaan raften. Hoe ging het? Ter beoordeling van de docent. Afronden van de activiteit Bij Dutch Water Dreams kun je een foto laten maken van de activiteit die je doet. Deze kun je naderhand kopen. Het is leuk om deze als herinnering mee te nemen en in het boek te stoppen. Als er anderen mee zijn, kan er iemand foto’s maken van de activiteit en deze later opslaan op de site van Beweeg. De leerling kan deze gebruiken om een presentatie of een werkstuk te maken.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
28
5.2 Cool Binnen het thema Cool is gekozen voor sporten en activiteiten die over het algemeen een 'wow'-factor hebben. Het zijn allemaal hippe sporten of activiteiten die bij een grote groep leerlingen nieuwsgierigheid oproepen zodat zij het zeker een keer willen proberen. De sporten en activiteiten binnen het thema Cool zijn toegankelijk, maar niet voor iedereen even laagdrempelig. Twijfel over het eigen kunnen kan ervoor gezorgd hebben dat een leerling de stap om het te doen nog niet heeft genomen. Het beoefenen van dit type sporten wordt regelmatig gedaan door types die cool zijn. Kledingstijl, muziekkeuze en zelfs de manier van doen en laten worden soms beïnvloed. Cool zijn en lef hebben moet wel in goede banen worden geleid. Om ongelukken te voorkomen is veiligheid een belangrijk aandachtspunt binnen dit hoofdstuk. Suggesties voor een startactiviteit Vaak is het niet al te ingewikkeld voor leerlingen om aan een paar passende skates of skeelers te komen. Huren van beschermers en rollers is een andere optie. In de gymzaal of op het schoolplein is het veilig kennismaken met deze activiteit. Een leerling, een docent of iemand van de skeelerbond kan de les verzorgen. Bijna iedereen voelt zich na zo'n les cool! En het thema is geïntroduceerd.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
29
5.2.1 Skeeleren of skaten?
Samenhang met leerlijnen van PrOmotie Verkeer, Thema 1 Ik loop, Situatie 2 Dat gaat maar net goed! Verkeer, Thema 2 Ik fiets, Situatie 5 Anticiperen Verkeer, Thema 3 Ik ben buiten, Situatie 1 Kunnen jullie ergens anders gaan hangen? Verkeer, Thema 3 Ik ben buiten, Situatie 3 Sporten op straat Verkeer, Thema 3 Ik ben buiten, Situatie 4 Voetgangers voor. Benodigdheden Docent Theorie:
Lokaal, pc met internet en schrijfgerei, skeelers en skates, bescherming.
Praktijk:
Soepele kleding, skeelers en skates, bescherming.
Leerling Theorie:
Het boek Beweeg, een pen.
Praktijk:
Soepele kleding, skeelers en skates, bescherming. Om informatie voor het verslag te verzamelen is het handig dat de leerling een camera, pen en papier en het boek Beweeg meeneemt.
Websites Websites voor de docent: www.skeeler.startpagina.nl www.inline-skate.nl www.knsb.nl/content/skaten/. Websites voor de leerling: www.knsb.nl/content/skaten/. Doelstellingen bij deze activiteit Doelstellingen voor de leerling: 1. Een beeld vormen van wat skeeleren is en van wat skaten inhoudt. 2. Bedenken of skeeleren of skaten een sport is die jij graag eens wilt proberen. 3. Leren plannen en organiseren als jij bedacht hebt dat jij deze activiteit graag eens wilt proberen. Voorbereiding op de activiteit Docent:
Inlezen op sites, eigen ervaringen en verkeersregels met betrekking tot skeeleren op straat bekijken en onder de aandacht brengen.
Leerling:
Vrienden vragen, sites lezen.
Maak je plan! Let bij de veiligheid niet alleen op de verkeersregels maar ook op beschermende kleding. Helm, elleboog-, pols- en kniebescherming.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
30
Aanvullingen op, antwoorden en/of alternatieven voor de vragen bij de activiteit Wat ga je doen? Vraag 1 Kent de leerling het verschil tussen skeeleren en skaten? Vraag 2, 3, 6 Ter beoordeling van de docent. Vraag 4, 7, 8 Informatie te vinden op internet. Vraag 5 Gemakkelijk zittende kleding. Liefst iets wat armen en benen bedekt, ter voorkoming van vervelende schaafwonden. Een spijkerbroek staat stoer, maar is erg plakkerig als je gaat zweten. Vraag 9 Vrienden, vriendinnen, familie, klasgenoten. Laat maar zien! Het is erg leuk om met de gehele klas of met een groep te gaan skeeleren. Een tocht uitzetten net als de Elfstedentocht. Daarbij kunnen echte stempelposten ingezet worden met koek-en-zopie. Bespreek vooraf dat er moet worden gelet op de tijd die het kost om een bepaalde afstand af te leggen, het wegdek, de verkeersdrukte en de veiligheid van bijvoorbeeld een fietspad in plaats van een grote weg. Hoe ging het? Ter beoordeling van de docent. Afronden van de activiteit Als leerlingen in een halfpipe willen leren skaten, dan is het stoer om er een foto van te hebben. De leerling kan dan aan zijn vrienden en anderen laten zien wat hij al kan. De foto’s kunnen natuurlijk op de website van de school of op de persoonlijke Hyves worden gezet.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
31
5.2.2 Fitness
Samenhang met leerlijnen van PrOmotie Geen directe samenhang met andere leerlijnen. Benodigdheden Docent Theorie:
Lokaal, pc met internet en schrijfgerei, een dumbell, trainingsschema, sportdrankjes.
Praktijk:
Soepele sportkleding, eventueel fitnessapparatuur op school.
Leerling Theorie:
Het boek Beweeg, een pen
Praktijk:
Soepele sportkleding. Om informatie voor het verslag te verzamelen, is het handig dat de leerling een camera, pen en papier en het boek Beweeg meeneemt.
Websites Websites voor de docent: fitness.startpagina.nl fitness-aerobics.startpagina.nl fitness-pagina.jouwpagina.nl. Websites voor de leerling: www.fitness-island.com. Doelstellingen bij deze activiteit Doelstellingen voor de leerling: 1. Een beeld vormen van wat fitness is. 2. Bedenken of fitness een sport is die jij graag eens wilt proberen. 3. Leren plannen en organiseren als jij bedacht hebt dat jij deze activiteit graag eens wilt uitproberen. Voorbereiding op de activiteit Docent:
Sites lezen en bekijken, eigen ervaringen of ervaringen van anderen delen.
Leerling:
Sites lezen en bekijken, vrienden vragen.
Maak je plan! Let op! vanwege de verstoring die in groei kan plaatsvinden naar aanleiding van te veel of verkeerde krachtsport, geldt hiervoor een minimumleeftijd. In de meeste sportscholen ligt die leeftijd op 16 jaar. Informeer hiernaar. Jongere leerlingen mogen waarschijnlijk wel deelnemen aan cardiofitness, wat als doel heeft de conditie te verhogen. Een stukje theorie van het lichaam is goed in te passen in andere vakken, zoals Biologie.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
32
Aanvullingen op, antwoorden en/of alternatieven voor de vragen bij de activiteit Wat ga je doen? Vraag 1, 2 Informatie kan onder andere op internet worden gevonden. Vraag 3 Niet te warme sportkleding. Strakke kleding is fijn omdat dit niet in de apparaten vast kan komen te zitten. Het dragen van sieraden wordt afgeraden. Vraag 4 Ter beoordeling van de docent. Vraag 5, 6 Sommigen hebben thuis de beschikking over fitnessapparaten. Laat de leerlingen vier verschillende apparaten of attributen in hun omgeving opzoeken en opschrijven van wie het is, wat het is en waar het voor dient. Mag de leerling misschien de apparaten uitproberen? Laat hem dan zijn ervaringen opschrijven. Wanneer de mogelijkheid bestaat, kan de opdracht zijn de gevonden apparaten te vergelijken met de apparatuur in de sportschool. Laat maar zien! Zet een interschoolse wedstrijd op poten waarbij gestreden wordt voor de titel sterkste jongen en sterkste meisje. Of misschien zelfs de sterkste klas. Dit is natuurlijk op allerlei manieren mogelijk en hoeft niet perse in de vorm van een sportdag. De leerling kan een sportschool bezoeken, maar het is ook mogelijk om met andere middelen zelf een aantal oefeningen te bedenken. Help de leerling hierbij door te bepalen waar een oefening voor dient en hoe de oefening uit te werken. Tip: In de bibliotheek of de kringloopwinkel zijn regelmatig oude boekjes te vinden die fitnessachtige oefeningen bevatten waarbij weinig apparatuur nodig is. Bovendien is het leuk om hier zelf creatief in te zijn. Gewichten zijn bijvoorbeeld te maken van pakken suiker. Binnenbanden van een fiets bieden prima weerstand, zoals gewenst bij bepaalde oefeningen. Hoe ging het? Ter beoordeling van de docent. Afronden van de activiteit Een creatieve afronding is dat de leerlingen een zelfportret maken van hoe zij zichzelf zien en hoe zij er sportief gezien graag uit zouden willen zien. Vervolgens kan hierover gesproken worden, wat een link legt naar zelfzorg.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
33
5.2.3 Frisbee
Samenhang met leerlijnen van PrOmotie Verkeer, Thema 1 Ik loop, Situatie 2 Dat gaat maar net goed! Verkeer, Thema 2 Ik fiets, Situatie 5 Anticiperen Verkeer, Thema 3 Ik ben buiten, Situatie 1 Kunnen jullie ergens anders gaan hangen? Verkeer, Thema 3 Ik ben buiten, Situatie 3 Sporten op straat Verkeer, Thema 3 Ik ben buiten, Situatie 4 Voetgangers voor. Benodigdheden Docent Theorie:
Lokaal, pc met internet en schrijfgerei, verschillende frisbees.
Praktijk:
Soepele kleding, frisbee.
Leerling Theorie:
Het boek Beweeg, pen.
Praktijk:
Soepele kleding. Om informatie voor het verslag te verzamelen is het handig dat de leerling een camera, pen en papier en het boek Beweeg meeneemt.
Websites Websites voor de docent: www.frisbeesport.nl. Websites voor de leerling: www.frisbeesport.nl. Doelstellingen bij deze activiteit Doelstellingen voor de leerling: 1. Een beeld vormen van wat frisbeeën is. 2. Bedenken of frisbeeën een sport is die jij graag eens wilt proberen. 3. Leren plannen en organiseren als jij bedacht hebt dat jij deze activiteit graag eens wilt uitproberen. Voorbereiding op de activiteit Docent:
Internetsites lezen, uit eigen ervaring putten, ervaringen van vrienden en kennissen meenemen.
Leerling:
Vragen aan vrienden die het al eens hebben gedaan. Internetsites lezen.
Maak je plan! Laat de leerling zich bewust zijn van de vorm van sport waarvoor hij kiest. Gaat het erom dat hij zelf het frisbeespel speelt of gaat het om het spel van het frisbee spelen met de hond?
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
34
Praat samen over wat de leerling wil bereiken. Welke discipline hij wil doen en wat je daarvoor nodig hebt. Als je geen hond hebt, is het moeilijk om te frisbeeën met een hond. Aanvullingen op, antwoorden en/of alternatieven voor de vragen bij de activiteit Wat ga je doen? Vraag 1 Let erop dat de plek geschikt moet zijn om een frisbee veilig ver weg te kunnen gooien. Ook prikkelbosjes of iets degelijks kunnen het plezier bederven. Vraag 2, 3, 4, 5, 8 Ter beoordeling van de docent. Vraag 6 Denk aan een eigen frisbee of een ander soort frisbee of pylonen. Vraag 7, 9, 10, 11 Informatie kan op internet worden gezocht. Laat maar zien! Als je met school naar het park gaat kun je natuurlijk een voetbal en frisbees meenemen. De sport is erg laagdrempelig en daardoor makkelijk en snel te leren door de leerlingen. Frisbeeën is een sport die makkelijk met een hele klas gespeeld kan worden. Het is leuk om verschillende typen frisbees uit te proberen. Misschien zijn er enkele leerlingen in de groep die aan een frisbee kunnen komen. Zeker het spelen van een frisbeespel is goed te doen met een hele klas. Er kunnen foto’s worden gemaakt als er een wedstrijd wordt gespeeld of als er trucjes worden gedaan. Als de leerling samen met een hond iets doet, is het leuk om hier foto’s of een filmpje van te maken. Hoe ging het? Ter beoordeling van de docent. Afronden van de activiteit Frisbeeën is een sport die eenvoudig zelfstandig kan worden gedaan. De leerling kan daarna verslag doen. Laat de leerling vertellen wat hij heeft geleerd en of hij het spel vaker zal spelen.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
35
5.2.4 Skateboarden
Samenhang met leerlijnen van PrOmotie Verkeer, Thema 1 Ik loop, Situatie 2 Dat gaat maar net goed! Verkeer, Thema 2 Ik fiets, Situatie 5 Anticiperen Verkeer, Thema 3 Ik ben buiten, Situatie 1 Kunnen jullie ergens anders gaan hangen? Verkeer, Thema 3 Ik ben buiten, Situatie 3 Sporten op straat Verkeer, Thema 3 Ik ben buiten, Situatie 4 Voetgangers voor. Benodigdheden Docent Theorie:
Lokaal, pc met internet en schrijfgerei, een skateboard, bescherming.
Praktijk:
Soepele, ruimvallende kleding, een skateboard, bescherming.
Leerling Theorie:
Het boek Beweeg, een pen.
Praktijk:
Soepele, ruimvallende kleiding, een skateboard, bescherming. Om informatie voor het verslag te verzamelen is het handig dat de leerling een camera, pen en papier en het boek Beweeg meeneemt.
Websites Websites voor de docent: www.skateboard.startpagina.nl www.skateboarden.jouwpagina.nl www.vertmfg.com/skateboard_ramps_skateparks.html www.skateboard-city.com/skateboard-trick-tips/. Websites voor de leerling: www.mediatheek.thinkquest.nl/~jrd048/Skateboarden.htm www.mediatheek.thinkquest.nl/~jrd297/tony_hawk.htm www.vertmfg.com/skateboard_ramps_skateparks.html www.skateboard-city.com/skateboard-trick-tips.php www.freewebs.com/ramonenjoigifs/. Doelstellingen bij deze activiteit Doelstellingen voor de leerling: 1. Een beeld vormen van wat skateboarden is. 2. Bedenken of skateboarden een sport is die jij graag eens wilt proberen. 3. Leren plannen en organiseren als jij bedacht hebt dat jij deze activiteit graag eens wilt uitproberen. Voorbereiding op de activiteit Docent:
Internetsites lezen, vrienden vragen, filmpjes kijken, bij skateparken gaan kijken en jongeren vragen.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
36
Leerling:
Internet kijken en lezen, vrienden vragen die het al eerder hebben gedaan. In skateparken gaan kijken.
Maak je plan! Het is raadzaam om duidelijk te spreken over veiligheid. Veiligheid in het verkeer en veiligheid in het skatepark. Niet overmoedig worden. Let bij de veiligheid ook op beschermende kleding. Helm, elleboog-, pols- en kniebescherming. Voor veel leerlingen is het moeilijk om een dergelijke sport door te zetten. Het is een lastige sport om onder de knie te krijgen. Je moet veel oefenen en soms kan het even tegenzitten. Laat de leerling zich hier vooraf bewust van worden door hier met hem over te spreken of door hem een gericht interview af te laten nemen bij iemand met ervaring. Zo lukt het hem misschien beter in te schatten waaraan hij begint en weet hij dat het geen teleurstelling hoeft te zijn als het moeite kost. Dat hoort erbij. Aanvullingen op, antwoorden en/of alternatieven voor de vragen bij de activiteit Wat ga je doen? Vraag 1 Dit hoeven geen skateparken te zijn. Het kan ook een rustig stuk straat met brede stoepen zijn. Vraag 2, 3 Ter beoordeling van de docent. Vraag 4, 7 Lenen van familie, vrienden. Spullen kunnen ook worden gehuurd. Vraag 5, 6 Informatie kan op internet worden opgezocht. Vraag 8 Kleding die niet al te strak zit. Op internet zijn veel plaatjes van skaters te vinden. Zij hebben een geheel eigen kledingstijl. Het is natuurlijk niet verplicht om hierin mee te gaan, maar het laat wel zien dat losse kleding een aanrader is. Skaters dragen zelf hun bescherming vaak onder de kleding. Risico is dan wel dat je bij een val een gat in je broek kunt krijgen. Laat maar zien! Misschien is het mogelijk om een ervaren skateboarder te vragen om een gastles te geven. Het is leuk om met de gehele klas een keer te gaan skateboarden in het park of in de gymzaal. Let dan wel op de veiligheid! Voor veel leerlingen is skateboarden leuk maar houd rekening met diegenen die het moeilijk vinden of minder leuk. Laat hen meedoen maar zij kunnen ook andere taken gaan doen, bijvoorbeeld door te meten hoe ver iemand kan springen of de tijd opnemen als twee anderen een wedstrijdje doen. Op die manier doen ze toch mee. Ook kunnen de leerlingen zelfstandig gaan skaten. Dan Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
37
kunnen ze foto’s maken en die op school laten zien. Ook kunnen ze een filmpje maken! Skaten kan op veel plekken maar vertel ze wel waar het eventueel niet mag en waar het gevaarlijk kan zijn. Ze kunnen het ook makkelijk op straat doen voor de deur bij het eigen huis. Hoe ging het? Ter beoordeling van de docent. Afronden van de activiteit Vertel de leerling tijdig wat er van hem verwacht wordt ten aanzien van de verslaglegging. Hij is dan in de gelegenheid hier de juiste voorbereidingen voor te treffen. Een interview met een skateboarder is een originele mogelijkheid.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
38
5.2.5 E-fitness
Samenhang met leerlijnen van PrOmotie Informatiekunde Verdieping, 6/2 Mijn fietscomputer. Benodigdheden Docent Theorie:
Lokaal, pc met internet en schrijfgerei.
Praktijk:
Soepele sportkleding, (spel)computer(s) met sportgames, zaal of lokaal.
Leerling Theorie:
Het boek Beweeg, een pen.
Praktijk:
Soepele sportkleding, (spel)computer(s) met sportgames. Om informatie voor het verslag te verzamelen is het handig dat de leerling een camera, pen en papier en het boek Beweeg meeneemt.
Websites Websites voor de docent: www.embeddedfitness.nl/. Websites voor de leerling: www.embeddedfitness.nl/. Doelstellingen bij deze activiteit Doelstellingen voor de leerling: 1. Een beeld vormen van wat E-fitness is. 2. Bedenken of E-fitness een sport is die jij graag eens wilt proberen. 3. Leren plannen en organiseren als jij bedacht hebt dat jij deze activiteit graag eens wilt uitproberen. Voorbereiding op de activiteit Docent:
Op internet bekijken wat de sport precies inhoudt, zelf spelen op spelcomputers, vrienden vragen die het al eens gedaan hebben.
Leerling:
Internet bekijken, zelf spelen op spelcomputers (Wii), vrienden vragen die er al eens geweest zijn.
Maak je plan! Deze sport is vrij nieuw en daarom kan het nog niet op veel plaatsen worden gedaan. Het kan daardoor zijn dat het in de eigen omgeving nog niet leeft of dat er veel reistijd mee gemoeid zijn. De activiteiten zijn natuurlijk ook thuis te realiseren met de spelcomputers van tegenwoordig. De Nintendo Wii heeft een speciaal fitnessprogramma. Hiermee kun je alleen of met meerdere personen tegelijk spelen.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
39
Aanvullingen op, antwoorden en/of alternatieven voor de vragen bij de activiteit Wat ga je doen? Vraag 1, 2 Laat de leerling op sportscholen in de omgeving informeren. Misschien heet het geen efitness. Laat de leerling dan uitzoeken hoe het wel wordt genoemd. Vraag 3, 4, 5, 7 Informatie kan op internet worden gevonden. Vraag 6 Ter beoordeling van de docent. Vraag 8 Het meenemen van een bidon voor water is aan te raden. Laat maar zien! Als het voor de leerling niet mogelijk is om naar een sportschool te gaan, kan hij misschien zelf met een gamecomputer aan de slag. Soms zijn er leerlingen die er totaal geen bezwaar tegen hebben om hun computer een dagje aan school ter beschikking te stellen. Maak in dat geval duidelijke afspraken met de ouders van de uitlener en de leerlingen die hem gaan gebruiken. Deze activiteit is leuk om als excursie te organiseren omdat het erg speciaal is. Leerlingen vinden het een uitdaging om te spelen en de nieuwe ervaringen zullen een succes zijn. Als men dit met elkaar gedaan heeft, is het leuk om hier een soort verslag of videoverslag van te maken zodat dit op school aan andere klassen kan worden getoond. De leerlingen kunnen high scores meenemen en dit in hun boek doen. Hoe ging het? Ter beoordeling van de docent. Afronden van de activiteit Passend in het thema en dezelfde soort beleving kan de leerling ervoor kiezen een reclame te maken voor e-fitness. De handige computerfreak krijgt het misschien zelfs voor elkaar dit op originele manier met de computer te doen. Te denken valt aan een PowerPoint, een filmpje, een poster of een flyer.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
40
5.3 Ruig Binnen het thema Ruig is gekozen voor sporten en activiteiten waarbij veel lef gewenst is. In het hoofdstuk komen uiteenlopende activiteiten aan bod die veelal met enig bravoure worden gebracht. Bij iedere activiteit wordt op een andere manier een beroep gedaan op de moed van de deelnemer. De meeste sporten en activiteiten die binnen het thema Ruig vallen, zijn te beoefenen wanneer jij maar wilt. Vaak zijn er dicht bij huis mogelijkheden of voorzieningen om ten minste een van deze sporten te beoefenen. Het is niet altijd nodig om een maatje mee te vragen. De meeste sporten en activiteiten die binnen het thema Ruig vallen, zijn buiten te beoefenen. Dit verhoogt het gevoel van vrijheid. Lef hebben en stoer zijn moet wel in goede banen geleid worden. Om ongelukken te voorkomen is veiligheid wederom een belangrijk aandachtspunt binnen dit hoofdstuk. Suggesties voor een startactiviteit Er zijn verschillende films, promotiefilmpjes en computerspellen te verkrijgen die aandacht besteden aan een van deze activiteiten. Speuren op internet, navragen in de groep of bij de videotheek is een idee. Dit bekijken kan een mooie brug tot gesprek en daarna activiteit zijn.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
41
5.3.1 Fietscross en ATB
Samenhang met leerlijnen van PrOmotie Nederlands, Woordenschat Techniek, 2. De fiets Informatiekunde Verdieping, 6/2 Mijn fietscomputer Praktijk en Loopbaan, Techniek 1, Thema Fiets onderdeel 1, 2 en 3 Praktijk en Loopbaan, Techniek 2, Thema Fiets onderdeel 1, 2 en 3 Praktijk en Loopbaan, Techniek, 1/11 Organiseer en fietstocht in de buurt van de school Verkeer, Thema 1 Ik loop, Situatie 6 Verkeersregels Verkeer, Thema 2 Ik fiets, Situatie 1 Een oude fiets, Situatie 3 Hard, harder … hardst. Benodigdheden Docent Theorie:
Lokaal, pc met internet en schrijfgerei, eventueel een ATB en/of crossfiets, bescherming, helm.
Praktijk:
Een ATB of crossfiets en beschermende kleding, helm.
Leerling Theorie:
Het boek Beweeg, een pen.
Praktijk:
Een ATB of crossfiets en beschermende kleding, helm. Om informatie voor het verslag te verzamelen is het handig dat de leerling een camera, pen en papier en het boek Beweeg meeneemt.
Websites Websites voor de docent: www.bmx.startpagina.nl www.fietscross.startkabel.nl www.knwu.nl www.mountainbike.startpagina.nl. Websites voor de leerling: www.bmx.startpagina.nl www.nff-fietscross.nl www.knwu.nl. Doelstellingen bij deze activiteit Doelstellingen voor de leerling: 1. Een beeld vormen van wat fietscross en ATB is. 2. Bedenken of fietscross en ATB een sport is die jij graag eens wilt proberen. 3. Leren plannen en organiseren als jij bedacht hebt dat jij deze activiteit graag eens wilt uitproberen. Voorbereiding op de activiteit Docent:
Internetsites, filmpjes bekijken en lezen. Anderen vragen die dit hebben gedaan en uit eigen ervaring putten. Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
42
Leerling:
Vrienden, internet.
Maak je plan! Bij het maken van een plan moet de leerling de doelen duidelijk hebben zodat hij weet waar hij aan toe is. Hier kun je dan gericht op zoeken en kijken op internet. Bespreek goed met de leerling wat er nodig is voor de veiligheid in verkeer en kleding. De mate van lef van de leerling moet ook duidelijk worden om zo een negatieve ervaring te voorkomen. Aanvullingen op, antwoorden en/of alternatieven voor de vragen bij de activiteit Wat ga je doen? Vraag 1, 3, 9 Ter beoordeling van de docent. Vraag 2, 4, 5, 8, 10 De leerling kan op internet, in een telefoonboek, de Gouden Gids of de Gemeentegids informatie vinden over fietsverenigingen in de buurt. Familie of vrienden kunnen ook informatie verstrekken. Vraag 6, 7 Het ligt aan de keuze van de soort fietssport wat hier moet worden geantwoord. Laat de leerling zich ervan bewust worden dat bescherming heel belangrijk is. Laat maar zien! Deze activiteit kan een zelfstandige leerling zelf uitvoeren. Bij fietscross kan de leerling naar een geprepareerde baan of gewoon in een park of weiland crossen. Met een ATB kan de leerling overal naartoe waar hij wil. In het bos, op de hei of gewoon op de weg. De leerling kan daarheen gaan waar hij zich fijn voelt. De leerling kan een fietskaart in zijn boek stoppen of mooie foto's maken van de baan of de omgeving. Als de leerling met meerdere jongeren samen is, kunnen ze ook filmpjes maken. Samen met de leerlingen kan er een parcours worden gemaakt en een wedstrijd worden georganiseerd. Misschien wil een groep leerlingen deze activiteit samen uitvoeren. Zij kunnen deze activiteit dan samen organiseren. Hoe ging het? Ter beoordeling van de docent. Afronden van de activiteit Vertel de leerling tijdig wat er van hem verwacht wordt ten aanzien van de verslaglegging. Hij is dan in de gelegenheid hier de juiste voorbereidingen voor te treffen. Een verslag van een rondleiding op een fietscrossbaan is een van de mogelijkheden.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
43
5.3.2 Skiën en snowboarden
Samenhang met leerlijnen van PrOmotie Geen directe samenhang met andere leerlijnen. Benodigdheden Docent Theorie:
Lokaal, pc met internet en schrijfgerei, een stel ski’s en/of een snowboard eventueel met schoenen, een helm, handschoenen, een ski pistekaart, een skipas.
Praktijk:
Ski- of snowboardkleding en handschoenen, rest van het materiaal verkrijgbaar op locatie.
Leerling Theorie:
Het boek Beweeg, een pen.
Praktijk:
Ski of snowboardkleding en handschoenen. Om informatie voor het verslag te verzamelen is het handig dat de leerling een camera, pen en papier en het boek Beweeg meeneemt.
Websites Websites voor de docent: www.skibaan.nl www.ski.startpagina.nl www.snowboard.startpagina.nl www.skiing.nl/nederland/skibanen.html/. Websites voor de leerling: www.skibaan.nl www.snowboard.nl. Doelstellingen bij deze activiteit Doelstellingen voor de leerling: 1. Een beeld vormen van wat skiën en snowboarden is. 2. Bedenken of skiën en snowboarden een sport is die jij graag eens wilt proberen. 3. Leren plannen en organiseren als jij bedacht hebt dat jij deze activiteit graag eens wilt uitproberen. Voorbereiding op de activiteit Docent:
Internet, boeken, tijdschriften, eigen ervaring en ervaringen van vrienden.
Leerling:
Internet, boeken, tijdschriften, eigen ervaring en ervaringen van vrienden.
Maak je plan! Het is wenselijk om te bespreken welke gevaren er zijn in de bergen. Ook de gevaren van de sport zelf dienen aan de orde te komen. Er doen veel stoere verhalen de ronde
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
44
over funparks of off-piste gaan. Leg uit wat gipsvluchten zijn. Vertel dat er een speciale verzekering nodig is voor skivakanties. Er zijn verschillende typen ski's en boards op de markt. Als leerlingen geïnteresseerd zijn, kan hierop in worden gegaan. Aanvullingen op, antwoorden en/of alternatieven voor de vragen bij de activiteit Wat ga je doen? Vraag 1, 2, 3 Ter beoordeling van de docent. Vraag 4 De leerling kan op internet, in een telefoonboek of de Gouden Gids informatie vinden. Vraag 5, 6 Het is belangrijk dat de leerling goed kijkt naar de activiteit die hij wil gaan uitvoeren. Welke kleding past bij de activiteit en welke bescherming heeft hij nodig. Laat maar zien! Snowboarden, maar vooral skiën, is een activiteit die tegen een gereduceerd schooltarief op verschillende plaatsen wordt aangeboden. In Nederland zijn enkele overdekte skibanen. Voor een dagje of langer buitenlandse bergen zijn er eveneens voldoende aanbieders. Hier kan de leerling een (video)verslag van maken. Dit kan dan een jaarlijks terugkerend reisje worden. Kijk ook eens op www.skiplein.nl/268.html. Hoe ging het? Ter beoordeling van de docent. Afronden van de activiteit Als de leerling de activiteit zelfstandig gaat ondernemen, kan hij een eigen verslag maken. Er kunnen mooie foto’s of filmpjes bij.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
45
5.3.3 Zeilen
Samenhang met leerlijnen van PrOmotie Geen directe samenhang met andere leerlijnen. Benodigdheden Docent Theorie:
Lokaal, pc met internet en schrijfgerei, een kikker op een stukje hout, een stuk touw, zeiljack, trapeze.
Praktijk:
Zeiljack of regenkleding.
Leerling Theorie:
Het boek Beweeg, een pen.
Praktijk:
Zeiljack of regenkleding. Om informatie voor het verslag te verzamelen is het handig dat de leerling een camera, pen en papier en het boek Beweeg meeneemt.
Websites Websites voor de docent: www.zeilen.startpagina.nl www.sailing.nl www.zeil.com. www.watersportverbond.nl/. Websites voor de leerling: www.spreekbeurten.info kijk onder het kopje ‘Sporten’ www.scholieren.com/werkstukken/18230 www.zwvnoord-aa.nl/archief/overig/leonie/werkstuk.htm/. Doelstellingen bij deze activiteit Doelstellingen voor de leerling: 1. Een beeld vormen van wat zeilen is. 2. Bedenken of zeilen een sport is die jij graag eens wilt proberen. 3. Leren plannen en organiseren als jij bedacht hebt dat jij deze activiteit graag eens wilt uitproberen. Voorbereiding op de activiteit Docent:
Inlezen op internet, boeken en tijdschriften. Uit eigen ervaring putten of de ervaringen van vrienden en kennissen.
Leerling:
Internet, boeken, tijdschriften en vrienden
Maak je plan! Houd als docent goed in de gaten of de leerling een zwemdiploma heeft en of hij daarnaast ook voldoende zwemvaardig is. Bestaat hierover tijfel, infomeer dan bij ouders/verzorgers of raad in het uiterste geval de leerling af om voor deze activiteit te kiezen. Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
46
Het huren van een boot brengt een grote verantwoordelijkheid met zich mee. Als een ouder of een andere volwassene dit voor jou doet, moet je daar met respect mee omgaan. Zie erop toe dat leerlingen hier begrip voor hebben. Maak hen hiervan bewust door het bespreekbaar te maken. De leerling die de sport gaat beoefenen, moet geduldig kunnen zijn. De boot kan niet zomaar terug naar de plek waar die vandaan komt, dat duurt meestal een tijdje. Daarnaast moet de leerling ook leren om niet snel op te geven. Het weer kan soms tegenzitten, de wind kan wegvallen, de boot kan kapseizen. Dit zijn allemaal elementen die het zeilen moeilijk kunnen maken en tegelijkertijd uitdagend. Behandel de veiligheid in de boot en op het water (regels waterverkeer) maar let ook op onderkoeling of juist verbranden. Aanvullingen op, antwoorden en/of alternatieven voor de vragen bij de activiteit Wat ga je doen? Vraag 1 Informatie kan op internet, in een telefoonboek, de Gouden Gids of een Gemeentegids gevonden worden. Vraag 2, 3, 5, 6 De leerling kan hiervoor misschien bellen met de zeilvereniging. Vraag 4 Ter beoordeling van de docent. Laat maar zien! Zeilen is een activiteit die vooral in de vakanties gedaan wordt. Bijna overal waar je met vakantie naartoe gaat is er de mogelijkheid om te gaan zeilen. In Nederland kan dit op een plas of meer zijn, maar ook op zee kan men zeilen. In warme landen is het vaak extra lekker om te zeilen. Op het water heb je minder last van de hitte door de verkoelende wind op de boot. Let dan wel extra goed op met verbranden. Insmeren met sunmilk mag je dan echt niet vergeten. De activiteit kun je het best omschrijven in een verslag omdat het een persoonlijke beleving is. Elke keer als je het water opgaat is het weer anders. Je kunt moeilijk foto’s maken. Maar op de kant kun je wel een mooie foto maken van de boot waarin je hebt gevaren. Hoe ging het? Ter beoordeling van de docent. Afronden van de activiteit Laat de leerling eventueel foto’s maken van de onderdelen van een zeilboot. Vervolgens kan hij de foto’s voorzien van de naam van het onderdeel dat op de foto staat. Als enkele leerlingen samen hebben gezeild, is het leuk om een korte presentatie te maken. De presentatie kan in de klas of in de groep worden gegeven. Andere leerlingen worden wellicht nieuwsgierig en willen misschien wel een keer mee. Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
47
5.3.4 Rugby
Samenhang met leerlijnen van PrOmotie Verkeer, Thema 1 Ik loop, Situatie 2 Dat gaat maar net goed! Verkeer, Thema 2 Ik fiets, Situatie 5 Anticiperen Verkeer, Thema 3 Ik ben buiten, Situatie 1 Kunnen jullie ergens anders gaan hangen? Verkeer, Thema 3 Ik ben buiten, Situatie 3 Sporten op straat Verkeer, Thema 3 Ik ben buiten, Situatie 4 Voetgangers voor. Benodigdheden Docent Theorie:
Lokaal, pc met internet en schrijfgerei, een rugbybal, een bitje.
Praktijk:
Soepele sportkleding die vuil mag worden, sportschoenen, rugbybal.
Leerling Theorie:
Het boek Beweeg, een pen.
Praktijk:
Soepele sportkleding die vuil mag worden. Om informatie voor het verslag te verzamelen is het handig dat de leerling een camera, pen en papier en het boek Beweeg meeneemt.
Websites Websites voor de docent: www.rugby.nl/ www.nl.wikipedia.org/wiki/Rugby www.tte.nl/urc/wat.html Websites voor de leerling: www.rugby.nl www.tte.nl/urc/wat.html Doelstellingen bij deze activiteit Doelstellingen voor de leerling: 1. Een beeld vormen van wat rugby is. 2. Bedenken of rugby een sport is die jij graag eens wilt proberen. 3. Leren plannen en organiseren als jij bedacht hebt dat jij deze activiteit graag eens wilt uitproberen. Voorbereiding op de activiteit Docent:
Tv-kijken, internet, tijdschriften en boeken raadplegen en eigen ervaring en die van vrienden.
Leerling:
Internet, boeken, tijdschriften, vrienden.
Maak je plan! Voor deze sport moet de leerling niet bang zijn voor lichamelijk contact, Pijn en blauwe plekken is iets waar veel rugbyspelers mee te maken krijgen door een training of
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
48
wedstrijd. Als de leerling brildragend is of andere hulpmiddelen heeft, dan is het raadzaam hier rekening mee te houden en zich af te vragen of de sport wel bij hem past. Let vooral op veiligheid. Daarbij hoort het kunnen begrijpen van de regels. De kleding is ook belangrijk. Draag geen mooie dure kleren, want er bestaat een kans dat die kapotscheuren. Het dragen van sieraden wordt afgeraden. Er zijn ziektes en aandoeningen die het lastig of onmogelijk maken om deel te nemen. Onderzoek dit vooraf, om teleurstellingen te voorkomen. Aanvullingen op, antwoorden en/of alternatieven voor de vragen bij de activiteit Wat ga je doen? Vraag 1, 4, 8 Informatie kan op internet, in een telefoonboek, de Gouden Gids of een Gemeentegids worden gevonden. Vraag 2, 3, 6 De leerling kan eventueel bellen met een rugbyvereniging. Vraag 5, 7 Ter beoordeling van de docent. Laat maar zien! Rugby is een sport die met meerdere personen wordt gespeeld. Het kan in een park of bij een echte club worden gespeeld. Het voordeel van een club is dat er veel expertise is en de juiste materialen aanwezig zijn. Het voordeel in het park is dat je het altijd kunt gaan doen wanneer je dat zelf wilt. Neem eventueel contact op met een rugbyvereniging om een gastles op school te kunnen verzorgen. Vaak wordt er dan gekozen voor flagvoetbal. Dit is een introducerende activiteit waarbij lichamelijk contact in een meer gereguleerde vorm plaatsvindt. Hoe ging het? Ter beoordeling van de docent. Afronden van de activiteit Om een duidelijk beeld te krijgen van rugby is het goed om een verslag te schrijven van hoe de leerling het ervaren heeft. De leerling kan enkele foto’s of filmpjes plaatsen op internet. Het is altijd leuk om alleen of met de klas terug te kijken.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
49
5.3.5 Karate
Samenhang met leerlijnen van PrOmotie Geen directe samenhang met andere leerlijnen. Benodigdheden Docent Theorie:
Lokaal, pc met internet en schrijfgerei, een karatepak + band, een diploma.
Praktijk:
Soepele sportkleding, eventueel een karatepak.
Leerling Theorie:
Het boek Beweeg, een pen.
Praktijk:
Soepele sportkleding, eventueel een karatepak. Om informatie voor het verslag te verzamelen is het handig dat de leerling een camera, pen en papier en het boek Beweeg meeneemt.
Websites Websites voor de docent: www.karatebond.nl www.karateinfo.nl/. Websites voor de leerling: www.karatebond.nl members.chello.nl/~c.koops1/. Doelstellingen bij deze activiteit Doelstellingen voor de leerling: 1. Een beeld vormen van wat karate is. 2. Bedenken of karate een sport is die jij graag eens wilt proberen. 3. Leren plannen en organiseren als jij bedacht hebt dat jij deze activiteit graag eens wilt uitproberen. Voorbereiding op de activiteit Docent:
Internet, tv, boeken, eigen ervaring of ervaringen van vrienden.
Leerling:
Internet, tv, ervaringen van vrienden.
Maak je plan! De leerling die dit gaat doen moet niet bang zijn om zich fysiek in te moeten spannen, opdrachten zonder commentaar te accepteren en om geraakt te worden. Hij moet niet kleinzerig zijn en geduld op kunnen brengen om iets te leren. In het begin lijkt het nog makkelijk, maar hoe verder je komt hoe lastiger de oefeningen worden. Je moet veel herhalen en dat kan soms vervelend zijn. De leerling zal ook examens gaan afleggen. Dit kan zeer stressvol zijn voor een leerling en hij moet hier goed op worden voorbereidt. Het dragen van sieraden wordt afgeraden.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
50
Aanvullingen op, antwoorden en/of alternatieven voor de vragen bij de activiteit Wat ga je doen? Vraag 1, 2 Informatie kan op internet, in een telefoonboek, de Gouden Gids of de Gemeentegids worden gevonden. Vraag 3, 4 De leerling kan contact opnemen met een karatevereniging. Laat maar zien! U kunt met een kleine groep een aantal kata’s leren. Misschien is het leuk om een karateworkshop op school te organiseren. Hoe ging het? Ter beoordeling van de docent. Afronden van de activiteit Deze activiteit kan de leerling afronden met een fotoreportage van de eerste les of het examen. Of er kan een filmpje van de les worden gemaakt. Zo kunnen anderen goed zien hoe een les begint en eindigt en wat men zoal doet tijdens een training.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
51
5.4 Samen Binnen het thema Samen is gekozen voor sporten en activiteiten die in hun bedoeling uitsluitend te beoefenen zijn in samenspel met de ander of anderen. De sporten en activiteiten binnen het thema Samen zijn op uiteenlopende niveaus te beoefenen. Dit maakt de activiteiten laagdrempelig en komen hiermee tegemoet aan de behoeftes van een grote groep jongeren. Het sociale aspect van de sporten en activiteiten binnen het thema Samen wordt in dit hoofdstuk aangehaald. Voor deelname is er een bepaalde mate van sociale vaardigheden en inlevingsvermogen vereist. Andersom drukt de groep een stempel op diegene die hem in een groep beoefend. Deze interacties geven samen sporten een extra dimensie. Suggesties voor een startactiviteit Er zijn tal van groepsopdrachten die een groot beroep doen op het groepsgevoel. Probeer bijvoorbeeld maar eens met een groepje 25 meter af te leggen zonder de grond aan te raken. Het enige wat gebruikt mag worden zijn friskratten. Maar dan wel één minder dan het aantal deelnemers. Vanuit deze ervaring is het voor de leerling eenvoudiger om een schakeling te maken naar wat sporten met anderen inhoudt.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
52
5.4.1 Balsporten
Samenhang met leerlijnen van PrOmotie Verkeer, Thema 1 Ik loop, Situatie 2 Dat gaat maar net goed! Verkeer, Thema 2 Ik fiets, Situatie 5 Anticiperen Verkeer, Thema 3 Ik ben buiten, Situatie 1 Kunnen jullie ergens anders gaan hangen? Verkeer, Thema 3 Ik ben buiten, Situatie 3 Sporten op straat Verkeer, Thema 3 Ik ben buiten, Situatie 4 Voetgangers voor. Benodigdheden Docent Theorie:
Lokaal, pc met internet en schrijfgerei, verschillende ballen, verschillende schoenen (zaalschoen, voetbalschoen, handbalschoen, tennisschoen enzovoort), een spelletjesboek.
Praktijk:
Soepele sportkleding, sportschoenen, bal.
Leerling Theorie:
Het boek Beweeg, een pen.
Praktijk:
Soepele sportkleding, sportschoenen. Om informatie voor het verslag te verzamelen is het handig dat de leerling een camera, pen en papier en het boek Beweeg meeneemt.
Websites Websites voor de docent: www.schoolplaten.com/nl-kleurplaten-kleurplaat-foto-balsporten-c386.html. Websites voor de leerling: www.kinderlinks.net/sport/balsporten/. Doelstellingen bij deze activiteit Doelstellingen voor de leerling: 1. Een beeld vormen van wat balsporten zijn. 2. Bedenken of basporten, sporten zijn die jij graag eens wilt proberen. 3. Leren plannen en organiseren als jij bedacht hebt dat jij deze activiteiten graag eens wilt uitproberen. Voorbereiding op de activiteit Docent:
Internet, tv, tijdschriften, boeken en eigen ervaringen.
Leerling:
Internet, boeken, tijdschriften en ervaringen van vrienden.
Maak je plan! Omdat veel balsporten aangeboden worden in verenigingsverband, is het raadzaam vooraf goed te bekijken welke sport en welke vereniging bij de leerling past. Let erop dat het dragen van sieraden wordt afgeraden.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
53
Aanvullingen op, antwoorden en/of alternatieven voor de vragen bij de activiteit Wat ga je doen? Vraag 1 Het is leuk om leerlingen aan het woord te laten die een balsport hebben genoemd die niet in de tekst staat. Misschien zijn er meer verschillende balsporten bij leerlingen bekend. Maak samen een lijstje op het bord. Noteer bijvoorbeeld ook met hoeveel personen de sport wordt gedaan en of het een teamsport of een individuele sport is. Vraag 2, 3 Ter beoordeling van de docent. Vraag 4, 5, 6, 7 Informatie kan op internet, in een telefoonboek, de Gouden Gids of de Gemeentegids worden gevonden. Vraag 6, 7, 8, 9 De leerling kan contact opnemen met een vereniging. Laat maar zien! Aan de hand van de verschillende balsporten die zijn genoemd, kunnen er eventueel groepjes gemaakt worden die de sport uit gaan proberen. Het is leuk om de ervaringen in de klas te delen. In overleg met de docent Bewegingsonderwijs kunnen er in een aantal achtereenvolgende lessen verschillende balsporten de revue passeren. Op die manier kunnen leerlingen gemakkelijk en in een bekende omgeving een beeld krijgen van wat bepaalde sporten ongeveer zijn. Vaak zijn niet alle sporten bekend. Mogelijk is het haalbaar om ergens in de omgeving deel te nemen aan een scholentoernooi. Er worden verschillende toernooien speciaal voor scholen voor praktijkonderwijs georganiseerd. Indien wenselijk kunnen leerlingen zich door middel van training onder leiding van een vrijwilliger of docent voorbereiden. Hoe ging het? Ter beoordeling van de docent. Afronden van de activiteit Balsporten kan men op verschillende tijden en plaatsen doen. Het is aan de leerling zelf hoe hij hier verslag van wil doen. Het is natuurlijk leuk om een verslag te maken met plaatjes erbij, die je op internet kunt vinden. Verder is het erg leuk om tijdens een wedstrijd of training een filmpje te maken en die op de site te zetten. De leerling kan veel informatie verzamelen in het boek of op de website. Zodoende kun je altijd terugzien wat je hebt gedaan. Dit is leuk voor jezelf en voor andere geïnteresseerden.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
54
5.4.2 Paardensport
Samenhang met leerlijnen van PrOmotie Verkeer, Thema 3 Ik ben buiten, Situatie 2 Dieren in het verkeer. Benodigdheden Docent Theorie:
lokaal, pc met internet en schrijfgerei, een cap, rijlaarzen, een zweepje, een halster, een zadel, borstels, voer (zoals bix en/of haver).
Praktijk:
Soepele sportkleding of rijbroek, laarzen of rijlaarzen, paarden op een manege of elders.
Leerling Theorie:
Het boek Beweeg, een pen.
Praktijk:
Soepele sportkleding of rijbroek, laarzen of rijlaarzen. Om informatie voor het verslag te verzamelen is het handig dat de leerling een camera, pen en papier en het boek Beweeg meeneemt.
Websites Websites voor de docent: www.paardensport.nl www.nl.wikipedia.org/wiki/Paardensport www.geocities.com/ladysponysite/Paardensporten.html www.veiligpaardrijden.nl Websites voor de leerling: www.paardensport.nl www.nl.wikipedia.org/wiki/Paardensport www.mijneerstepaardrijles.nl/default2.asp?CatID=15000. Doelstellingen bij deze activiteit Doelstellingen voor de leerling: 1. Een beeld vormen van wat paardensport is. 2. Bedenken of paardensport een sport is die jij graag eens wilt proberen. 3. Leren plannen en organiseren als jij bedacht hebt dat jij deze activiteit graag eens wilt uitproberen. Voorbereiding op de activiteit Docent:
Internet, tijdschriften, boeken, ervaringen van de docent zelf en van kennissen en vrienden.
Leerling:
Internet, tijdschriften, boeken en ervaringen van vrienden.
Maak je plan! Voordat een leerling een dergelijke sport gaat doen, moet men er zeker van zijn dat de leerling niet allergisch is voor dieren, hooi, gras, haar enzovoort. Dit zou natuurlijk vervelend zijn voor de leerling. Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
55
Praat over de veiligheid, de kleding en natuurlijk over de verzorging van de paarden en de taken in een manege. In eerste instantie lijkt het allemaal prachtig en gaat alle aandacht en interesse uit naar het paard. Maar na verloop van tijd kan het een opgave worden die niet altijd gelegen komt of even leuk is. Alleen als jij echt van dieren houdt en ook nog een hard kunt werken, is het leuk om aan paardensport te doen. Aanvullingen op, antwoorden en/of alternatieven voor de vragen bij de activiteit Wat ga je doen? Vraag 1, 2, 4, 5 Informatie kan op internet, in een telefoonboek, de Gouden Gids of de Gemeentegids worden gevonden. familie of vrienden kunnen ook informatie geven. Vraag 3, 6 De leerling kan eventueel contact opnemen met een manege in de buurt. Laat maar zien! U kunt een afspraak maken bij de plaatselijke manege om met de groep een bezoek te brengen. Denk ook eens aan de stichting voor paardrijden voor gehandicapten. Wellicht kunnen de leerlingen hier een keer komen helpen met het klaarmaken en verzorgen van de paarden. Hoe ging het? Ter beoordeling van de docent. Afronden van de activiteit Bij deze activiteit is het leuk om foto’s te maken van de verschillende paarden en pony’s. De dieren hebben vaak een naam. De leerlingen krijgen vaak een band met een van de dieren. Laat de leerlingen het karakter van het paard omschrijven. Het is ook leuk om een filmpje te laten maken door anderen en die te plaatsen op de site. De leerlingen kunnen dan laten zien wat ze allemaal hebben geleerd. Laten zien wat je allemaal durft. Misschien zijn ze met de paarden in het bos of op het strand geweest. Ook dat is een hele speciale ervaring om op te schrijven.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
56
5.4.3 Streetdance
Samenhang met leerlijnen van PrOmotie Verkeer, Thema 1 Ik loop, Situatie 2 Dat gaat maar net goed! Verkeer, Thema 2 Ik fiets, Situatie 5 Anticiperen Verkeer, Thema 3 Ik ben buiten, Situatie 1 Kunnen jullie ergens anders gaan hangen? Verkeer, Thema 3 Ik ben buiten, Situatie 3 Sporten op straat Verkeer, Thema 3 Ik ben buiten, Situatie 4 Voetgangers voor. Benodigdheden Docent Theorie:
Lokaal, pc met internet en schrijfgerei,
Praktijk:
Soepele kleding, radio met hiphopmuziek.
Leerling Theorie:
Het boek Beweeg, een pen.
Praktijk:
Om informatie voor het verslag te verzamelen is het handig dat de leerling een camera, pen en papier en het boek Beweeg meeneemt.
Websites Websites voor de docent: www.nl.wikipedia.org/wiki/Streetdance www.streetdance.nl mediatheek.thinkquest.nl/~jra061/streetdance.html Websites voor de leerling: www.nl.wikipedia.org/wiki/Streetdance www.streetdance.nl www.dancingwiththekids.nl www.schooltv.nl/beeldbank/clip/20040122_streetdance01 www.digischool.nl/ckv1/dans/STREETDANCE.htm Doelstellingen bij deze activiteit Doelstellingen voor de leerling: 1. Een beeld vormen van wat streetdance is. 2. Bedenken of streetdance een sport is die jij graag eens wilt proberen. 3. Leren plannen en organiseren als jij bedacht hebt dat jij deze activiteit graag eens wilt uitproberen. Voorbereiding op de activiteit Docent:
Internet, tijdschriften, ervaringen.
Leerling:
Internet, tijdschriften en ervaringen van anderen.
Maak je plan! Streetdance en breakdance hebben een eigen muziekstijl, maar ook vaak een eigen kledingstijl. De leerling die deze activiteit gaat doen, zal hiermee te maken krijgen. Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
57
Bespreek dit met de leerling. Ook is het veel trainen en het kan soms fysiek erg zwaar zijn, zeker de leerling zich mag aansluiten bij een selectieteam. De leerling moet veel herhalen en veel oefenen en vooral van muziek houden. Veel muziek is de zogenaamde R&B. Aanvullingen op, antwoorden en/of alternatieven voor de vragen bij de activiteit Wat ga je doen? Vraag 1 Het is leuk om de leerlingen in de groep te vragen naar verschillende soorten dansen. Welke vinden zij het leukst? Vraag 2, 5, 6, 7 Informatie kan op internet, in een telefoonboek, de Gouden Gids of de Gemeentegids gevonden worden. familie of vrienden kunnen ook informatie geven. Vraag 3, 4, 8, 9 Ter beoordeling van de docent. Laat maar zien! Misschien zijn er verschillende groepjes leerlingen bezig met het instuderen van een dans. U kunt op school een wedstrijd of een voorstelling organiseren. Verschillende groepjes met verschillende dansen kunnen hun eindresultaat kunnen laten zien. Zo hebben de leerlingen een doel om naar toe te werken. Wanneer de docent Bewegingsonderwijs bekend is met verschillende dansstijlen, kan hij op een eenvoudig instapniveau een dans aanbieden en misschien zelfs af laten maken door alle leerlingen. Hoe ging het? Ter beoordeling van de docent. Afronden van de activiteit Deze activiteit leent zich er natuurlijk prima voor om een mooi filmpje te maken van een uitgevoerde dans. Als de dans goed is ingestudeerd, zal het er mooi uitzien. Leerlingen moeten daarom wel de tijd nemen om een dans te oefenen. Het is natuurlijk leuk om dit aan iedereen te laten zien.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
58
5.4.4 Tafeltennis
Samenhang met leerlijnen van PrOmotie Geen directe samenhang met andere leerlijnen. Benodigdheden Docent Theorie:
Lokaal, pc met internet en schrijfgerei, tafeltennis batje, balletjes.
Praktijk:
Tafeltennis batje, balletjes.
Leerling Theorie:
Het boek Beweeg, een pen.
Praktijk:
Tafeltennis batje, balletjes. Om informatie voor het verslag te verzamelen is het handig dat de leerling een camera, pen en papier en het boek Beweeg meeneemt.
Websites Websites voor de docent: www.nttb.nl www.nl.wikipedia.org/wiki/Tafeltennis www.digisport.nl/index.php?page=4&sport=75 www.tafeltennisinfo.nl. Websites voor de leerling: www.ttvnovio.nl/index.php?id=93 www.nl.wikipedia.org/wiki/Tafeltennis www.nttb.nl. Doelstellingen bij deze activiteit Doelstellingen voor de leerling: 1. Een beeld vormen van wat tafeltennis is. 2. Bedenken of tafeltennis een sport is die jij graag eens wilt proberen. 3. Leren plannen en organiseren als jij bedacht hebt dat jij deze activiteit graag eens wilt uitproberen. Voorbereiding op de activiteit Docent:
Internet, tv, ervaringen.
Leerling:
Internet, tv, ervaringen van anderen.
Maak je plan! De leerling moet het vooral leuk vinden om tegen anderen te spelen. Bespreek met de leerling welke spelvorm(en) hij wil uitproberen. Bespreek wat daarbij komt kijken. Eén tegen één vraagt andere eigenschappen dan het samenwerken bij twee tegen twee. Bespreek de snelheid van het spel. In het begin ga je veel af. Daar moet je wel tegen kunnen en je moet dan ook kunnen doorzetten. Ook de plek die de leerling heeft gekozen om tafeltennis te spelen, kan besproken worden.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
59
Aanvullingen op, antwoorden en/of alternatieven voor de vragen bij de activiteit Wat ga je doen? Vraag 1, 3 Informatie kan op internet, in een telefoonboek, de Gouden Gids of de Gemeentegids worden gevonden. Familie of vrienden kunnen ook informatie geven. Vraag 2, 4, 6 Ter beoordeling van de docent. Vraag 5 Spullen aanschaffen kan natuurlijk in een sportwinkel maar denk ook aan tweedehands spullen op internet of een rommelmarkt. Laat maar zien! Hebben de leerlingen het spelletje onder de knie, dan is het misschien leuk om ze zelf een nieuw tafeltennisspel met nieuwe regels te laten verzinnen. Een toernooi laten organiseren tijdens de gymles is een heel leuk eindproject voor deze sport. De leerling kan dan de schema’s en eindstanden in het boek stoppen of op de site plaatsen. De leerling kan natuurlijk ook op vakantie zijn geweest en daar mee hebben gedaan aan een campingtoernooi of gewoon veel hebben gespeeld op de campingtafel. Hoe ging het? Ter beoordeling van de docent. Afronden van de activiteit Laat de leerling beschrijven wat zijn ervaringen met de activiteit zijn. Vond hij het leuk en heeft hij veel geleerd?
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
60
5.4.5 Bowlen
Samenhang met leerlijnen van PrOmotie Geen directe samenhang met andere leerlijnen. Benodigdheden Docent Theorie:
Lokaal, pc met internet en schrijfgerei, een bowlingbal, bowlingschoenen, één of meerdere kegels (pins).
Praktijk:
Lekker zittende kleding.
Leerling Theorie:
Het boek Beweeg, een pen.
Praktijk:
Lekker zittende kleding. Om informatie voor het verslag te verzamelen is het handig dat de leerling een camera, pen en papier en het boek Beweeg meeneemt.
Websites Websites voor de docent: www.nl.wikipedia.org/wiki/Bowling Websites voor de leerling: www.nl.wikipedia.org/wiki/Bowling www.spreekbeurten.info/bowlen.html Doelstellingen bij deze activiteit Doelstellingen voor de leerling: 1. Een beeld vormen van wat bowlen is. 2. Bedenken of bowlen een sport is die jij graag eens wilt proberen. 3. Leren plannen en organiseren als jij bedacht hebt dat jij deze activiteit graag eens wilt uitproberen. Voorbereiding op de activiteit Docent:
Internet, tv, lezen, eigen ervaringen en ervaringen van anderen.
Leerling:
Internet, tv, ervaringen van anderen.
Maak je plan! Bespreek de sport met de leerling. Het is belangrijk dat het verschil tussen de wedstrijdsport en de recreatiesport duidelijk wordt. Bij de wedstrijden gaat het erom dat men zo veel mogelijk punten scoort. Men let dan ook echt heel goed op de regels. Bij de recreatiesport gaat het meer om de gezelligheid die men samen heeft. Bespreek de veiligheid waar de leerling aan moet denken. De ballen zijn zwaar. Je moet uitkijken dat de vingers en duim goed in de gaten passen. Het kan anders veel pijn doen bij het gooien. Ook moet je uitkijken dat je de bal niet laat vallen zodat de baan kapotgaat.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
61
Aanvullingen op, antwoorden en/of alternatieven voor de vragen bij de activiteit Wat ga je doen? Vraag 1, 2, 3, 5 Informatie kan op internet, in een telefoonboek, de Gouden Gids of de Gemeentegids worden gevonden. Familie of vrienden kunnen ook informatie geven. Vraag 3, 5 De leerling kan eventueel contact opnemen met een bowlingvereniging. Vraag 4, 6, 7 Ter beoordeling van de docent. Laat maar zien! U kunt een klassenavond organiseren en met de groep samen gaan discobowlen. De leerlingen die het goed kunnen, mogen dan uitleg geven aan de andere leerlingen. Maak een gezamenlijk verslag. De eindscores kan men bewaren en in het boek stoppen. Als de leerling met eigen familie of vrienden gaat bowlen, is het leuk om hetzelfde te doen. De leerling kan dan ook precies opschrijven wat men moest doen. Misschien heeft hij wel een persoonlijke hoogste score gehaald. Dit kan de leerling natuurlijk vermelden in het boek. Hoe ging het? Ter beoordeling van de docent. Afronden van de activiteit Een verslag van de groeps- of individuele activiteit.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
62
5.5 Jij! In Beweeg staan drie ‘lege’ activiteiten. Deze activiteiten kunnen door de leerling zelf gevuld worden. De leerling kan in zijn vrije tijd zijn eigen activiteit beschrijven en behandelen zoals de genoemde activiteiten in Beweeg.
5.5.1 Jij!
Benodigdheden Docent Theorie:
Lokaal, pc met internet en schrijfgerei
Praktijk:
n.v.t.
Leerling Theorie:
Het boek Beweeg, een pen en papier.
Praktijk:
Om informatie voor het verslag te verzamelen is het handig dat de leerling een camera, pen en papier en het boek Beweeg meeneemt.
Websites Websites voor de docent: www.sportinholland.nl/cat_sport.php?catId=1 www.gelderland-sport.nl www.gamecore.nl/preview.php?id=2303 www.ikbengeweldig.nl/pages/statisch/inleidingtest.php Laat de leerlingen testen wat ze leuk vinden (niet alleen sportgericht) www.ggdrivierenland.nl/client/1/?websiteid=1&contentid=825&hoofdid=605&page title=Bewegen www.whoznext.nl/stappenplan.php?page=inleiding Tips en trucs voor het organiseren van een evenement. Websites voor de leerling: www.hetklokhuis.nl/ Zoek op het woord Sport voor informatieve en leuke filmpjes van verschillende sporten. www.je-echte-leeftijd.nl/SPORTNL/sportmatch.asp. Doelstellingen bij deze activiteit Doelstellingen voor de leerling: 1. De leerling kan in eigen woorden een beschrijving geven van hoe een sport of activiteit van zijn eigen keuze in elkaar steek. 2. De leerling kan daarbij zijn eigen mening geven over wat hij van de sport of activiteit vindt.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
63
3. De leerling kan aangeven wat er allemaal bij komt kijken om deel te kunnen nemen aan die sport of activiteit (te denken valt aan kleding, materiaal, veiligheid en eventuele kosten). Voorbereiding op de activiteit Vooral leerlingen met reeds een brede sportinteresse of een hoger werktempo dan anderen, die u toch graag in de lessen wilt betrekken, kunnen wellicht hierin hun uitdaging vinden. In principe mogen zij een eigen hoofdstuk schrijven. Bespreek vooraf duidelijk de kaders waarbinnen dit moet gebeuren. Bespreek wat u terug wil lezen, dus benoem de leerdoelen. Woordenlijst Hier heeft de leerling de ruimte om moeilijke woorden te noteren en zelf hiervan de betekenis op te zoeken. Dat kan via internet of een woordenboek. Maak je plan! De leerling gaat aan het werk met een eigen idee. Coach hem in zijn keuze en help hem op weg. Misschien zijn er meer leerlingen met hetzelfde idee. U kunt overwegen deze leerlingen samen een plan te laten maken. Pols voor het geven van deze opdracht de motivatie van de leerling. Maak het niet tot een verplichte opdracht. Onnodig oproepen van spanningen is niet de bedoeling. Het mag een aanvulling zijn. Aanvullingen op, antwoorden en/of alternatieven voor de vragen bij de activiteit Wat ga je doen? Vraag Woordweb Zorg ervoor dat de leerling zo veel mogelijk woorden opschrijft die met de activiteit/sport te maken hebben. Vraag 1, 6, 9 Informatie kan op internet, in een telefoonboek, de Gouden Gids of een Gemeentegids worden gevonden. Familie of vrienden kunnen ook informatie geven. Vraag 2, 3, 4, 5, 7, 8 Ter beoordeling van de docent. Laat maar zien! Help de leerlingen eventueel met het organiseren van de activiteit. Hoe ging het? Ter beoordeling van de docent.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
64
Afronden van de activiteit Samen met de leerling kunt u bespreken op welke manier de activiteit afgesloten kan worden. Misschien heeft hij voor een heel bijzondere activiteit gekozen. Deze kan hij presenteren in de klas. Misschien is het zelfs leuk om onder begeleiding van een externe instructeur de activiteit met een grotere groep uit te voeren.
Docentenhandleiding – Beweeg Copyright Uitgeverij Edu’Actief b.v. Meppel
65