Feijenoord AmAmbtelijke
Gebiedsplan Bloemhof 2013 Ambtelijke inventarisatie
1
Maashaven
O.z. 230
3.3 Ontwikkelkans bieden aan jongeren..................................................9 3.4 Verminderen van de overlast...........................................................10
Inhoud 1.
Huidige situatie.................................................................................... 3
2.
Wat willen we bereiken....................................................................... 3 2.1. Beoogde doelen 2030....................................................................... 3
Leeswijzer
2..2 Beoogde doelen 2018....................................................................... 3
Elke laag van de DIN wordt in dit gebiedsplan kort beschreven. In hoofdstuk 1 wordt een schets weergegeven van de wijk. Hoofdstuk 2 geeft aan wat de doelen zijn en de gebiedsprioriteiten. Hoofdstuk 3 wordt de weg naar de doelen nader beschreven. Enerzijds de inzage op de inspanningen voor de komende jaren, maar ook de openstaande vraagstukken binnen de wijken worden op de zogenaamde ontwikkelagenda geplaatst (bijlage I). Voor een uitvoerige uiteenzetting wordt verwezen naar de achterliggende visies en studies binnen deze wijken (bijlage II).
2.3 Gebiedsprioriteiten ........................................................................... 4
3. Op weg naar het doel .............................................................................. 4 3.1 Verdunnen en verbeteren van de woningvoorraad.......................... 4 3.2 Iedereen doet mee ............................................................................ 5 3.2.1 Inlopen op taalachterstand ........................................................ 6 3.2.2 Faciliteren van integratie............................................................ 6 3.2.2 Stimuleren van emancipatie....................................................... 7 3.2.3 Verbinding naar (vrijwilligers)werk ............................................ 7 3.2.4 Stimuleren van gezond gedrag................................................... 8 3.2.5 Ruimte voor ontmoeten en ontwikkelen ................................... 8 2
verbetering van de leefbaarheid in Bloemhof noord Een wijk waar kinderen en volwassenen gestimuleerd worden om op basis van hun talenten een betere sociaaleconomische positie te bemachtigen. Bovendien is Bloemhof een wijk die ook oog is voor de kwetsbare groepen.
1. Huidige situatie Bloemhof telt ongeveer 13.500 inwoners verdeeld over ongeveer 6200 huishoudens. De wijk Bloemhof karakteriseert zich als een wijk met compacte bebouwing langs smalle straten en pleintjes . Het is een multiculturele wijk met relatief jonge bevolking. Een aanzienlijk deel van de bevolking wordt nu beperkt door een laag opleidingsniveau, een laag inkomen, een grote werkloosheid, maakt het dat ook de veiligheid en leefbaarheid onder druk staan .
2.1. Beoogde doelen 2030 Om de aangegeven ambitie enigszins waar te kunnen maken, is het noodzakelijk dat er geïnvesteerd wordt in de aanwezige “ talenten” en hun leefmilieu, waarbij concrete doelstellingen worden geformuleerd.
Naast een sociaal zwakke index is ook de score op de veiligheidsindex slecht. Bloemhof behoort samen met Hillesluis tot de slechts scorende wijken van Rotterdam. Op basis van de Veiligheidsindex scoort Bloemhof een 4,5 en valt Bloemhof in de categorie Probleemwijk. Bloemhof is eveneens 1 van de wijken van de deelgemeente Feijenoord die een daling laat zien ten op zichte van de vorige meting in 2009. De veiligheid heeft een groot negatief effect op de leefbaarheid in de wijk. De combinatie van kwetsbare omgeving met kwetsbare bewoners maakt het dat Bloemhof slecht scoort op bijna alle indexen en behoort tot één van de zwakste wijken van Rotterdam.
Beoogde doelen 2030 Het percentage lage opleidingsniveau is verminderd
van
naar
43%
38%
Het percentage inkomensgroep laag is afgenomen
71%
69%
48
50
Score imago van de wijk (niet bewoners) is verbeterd Woontevredenheid is verbeterd
49%
55%
De veiligheidsscore beleving is verbeterd
4,5
min 7,1
2..2 Beoogde doelen 2018 • • • • •
De opstapeling van de problematiek is de motivatie geweest om Bloemhof op te nemen als één van de 7 focuswijken in het kader van het Nationaal programma Rotterdam Zuid.
2. Wat willen we bereiken
•
Bloemhof zal in de komende jaren moeten groeien naar een wijk waar bewoners trots op zijn, waar zij bewust voor kiezen en waarbij het woonklimaat als prettig en stimulerend wordt ervaren. Een multiculturele wijk waar het voornamelijk betaalbaar wonen is, maar waar je ook wooncarrière kunt maken. Een wijk die een betere positie op de woningmarkt heeft gekregen en divers is geworden door de ontwikkeling van Bloemhof Zuid en midden en de verdere ontwikkeling en
• •
3
Cito-score is verbeterd van 525,7 naar 529 Indexscore startgekwalificeerden (17-22 jr.) is verbeterd van 48 naar 65 Doorstroom naar HAVO / VWO is verbeterd van .. naar .. De indexscore aandeel VSV’ers is afgenomen 69 naar 74 Maatschappelijk participatie onder bijstandsgerechtigden (WBB) toegenomen (het aantal WBB’ers zijn afgenomen van 1484 naar 990) Indexscore van bewoners dat zich belemmert voelt door gezondheid is verbeterd 66 naar 70 De overlastscore volgens Veiligheidsindex is verbeterd van onveilige wijk naar een probleem wijk Schoonniveau is verbeterd van 3,9 naar 4,0
kenmerken zich door een bepaalde mate van realiteit en haalbaarheid. De gewenste inspanningen, die nog verdere uitwerking behoeven op het gebied van inhoud, capaciteit of middelen, zijn opgenomen in de ontwikkelagenda. De vraag dient hardop gesteld te worden of met de huidige en beoogde inzet de ambities van NPRZ voldoende kunnen worden verwezenlijkt. Vooral op het gebied van woningbouw ligt er nog een grote opgave voor de wijken en lijkt het niet haalbaar om in 2030 op het gewenste niveau uit te komen.
De bovenstaande geschetste doelen zijn in lijn met de ambities vanuit het Nationaal Programma Rotterdam Zuid.
2.3 Gebiedsprioriteiten Op basis van de doelen zijn een vijftal gebiedsprioriteiten aangeven: 1. Het realiseren van verdunningen en het aanbrengen van diversiteit en verbeteren van de kwaliteit in de woningenvoorraad voor een grootdeel in Bloemhof Zuid en in de Kossel en aan de Putsebocht en het verbeteren van de particuliere voorraad. 2. Verhogen van de participatiegraad, door bewoners zo veel mogelijk maatschappelijk te laten participeren (MI), of door faciliteren in vrijwilligerswerk, maar ook door bewonersbetrokkenheid te stimuleren en faciliteren in zelfredzaamheid voor vrouwen en nieuwe Rotterdammers. 3. Investeren in jongeren door het verbeteren van schoolprestaties (CZ), het minimaliseren van schooluitval en investeren in het pedagogisch klimaat 4. Investeren in de buitenruimte door het verbeteren van het schoonniveau , het kindervriendelijker te maken en verder “vergroenen” van de wijk, meer lucht en licht. 5. Het aanpakken van de overlast (jongeren-, drugs en woonoverlast) in de wijk in een zo vroeg mogelijk stadium.
3. Op weg naar het doel De doelen kunnen bereikt worden door inzet op verschillende thema’s en daarbij behorende inspanningen. Het beschrijven van alle thema’s en inspanningen zal resulteren in veel tekst en is daardoor minder overzichtelijk. Hierom kiezen wij er in deze leeswijzer voor om de thema’s en inspanningen te beschrijven waar de prioriteit ligt. Voor een compleet overzicht verwijzen wij naar het DINschema.
3.1 verbeteren (incl verdunnen) van de woningvoorraad Bloemhof telt ca. 6200 woningen, waarvan ongeveer. 55% corporatie bezit is en voor 22% in bezit van eigenaar – bewoners en voor de rest bezit van eigenaar verhuurders. De kracht van Bloemhof zit in het huidige woonmilieu met relatief veel grondgebonden woningen (35%) dichtbij het centrum en in de afwisseling tussen levendige randen en rustige binnengebieden. De woningvoorraad in Bloemhof en de aangrenzende wijk Hillesluis worden gekenmerkt met een lage en dalende WOZ-waarde, eenzijdige goedkope en kwetsbare voorraad en een overmaat aan verouderd particulier bezit, waarbij eveneens sprake is van achterstallig onderhoud. Een groot aantal van de woningen is te klein en of bouwtechnisch verouderd. Wetende dat Bloemhof tot de dichtstbevolkte gebieden van ons land behoort moet vernieuwingen / herstructureringsopgave er voor zorgen dat verdunning plaatsvindt. Bovendien moet ook aandacht uitgaan naar de kwaliteit van de woningen en het realiseren van lucht en licht. De vernieuwing en verdunning zal ingeleid en zichtbaar worden in Bloemhof Zuid, in
De bovengenoemde gebiedsprioriteiten zijn passend binnen de prioriteiten vanuit Nationaal Programma Rotterdam Zuid (NPRZ) en geven wijk specifieke invulling aan de daar geconstateerde behoeften. Vanuit het Nationaal programma Rotterdam Zuid (NPRZ) ligt de focus op verbeteren van de woonkwaliteit, het opleidingsniveau, arbeidsparticipatie en het versterken economische perspectief. De in het Nationaal Programma Rotterdam Zuid (NPRZ) opgenomen ambities kunnen op wijkniveau worden verwezenlijkt, aangezien de gebiedsprioriteiten in het verlengde liggen van het Nationaal Programma Rotterdam Zuid (NPRZ). Echter de inspanningen, die in de DIN zijn opgenomen,
4
Bloemhof kent een hoge dichtheid aan woningen en een beperkte openbare ruimte die in grote delen wordt gedomineerd door geparkeerde auto’s. Met name in de smallere straten is maximaal een norm te behalen van 1 parkeerplaats op 2 woningen. Dit voldoet niet aan de huidige normen. In Bloemhof Noord, incl. de randen is betaald parkeren ingevoerd. Dit levert een extra druk in de omgeving van Zuidplein en de zijstraten van Putsebocht en Strevelsweg, waar tevens de straten smal zijn. De uitwaaierende parkeerders bestaat voor een groot deel uit bewoners/bezoekers van Bloemhof Noord en bezoekers van de nabij gelegen winkelstraat Boulevard Zuid. De beperkte openbare ruimte en de geringe kwaliteit ervan, is een belangrijk aandachtspunt. Het verval van de buitenruimte wordt voor een groot deel bepaalt door het intensieve gebruik ervan.
de subbuurt De Kossel en aan de Putsebocht, waarbij het accent zal komen te liggen op grondgebonden woningen. Het particulier bezit is voornamelijk te vinden aan de randen van de wijk (o.a. aan de Strevelsweg, Dordtselaan, Hillevliet en Beijerlandselaan). Dergelijke woningen hebben een hoge aantrekkingskracht, voor een grootdeel mede bepaalt door de verhuurconstructie, voor nieuwkomers uit het buitenland, waardoor de mutatiegraad vrij hoog is. Relatief veel van de particuliere woningen verkeren in slechte staat. Ten behoeve van de woningverbetering wordt door de gemeente aan de zowel aanschrijvingsdrang toegepast als subsidies ter beschikking gesteld. De particuliere woningvoorraad valt uiteen in een deel dat zal moeten worden vervangen en een deel dat met een goed beheer- en verbeterbeleid kan worden gehandhaafd. Deze opgave gaat de reguliere aanpak deels te boven. Daar waar nodig zal een ingrijpender aanpak nodig zijn, waarvoor de financiele middelen beschikbaar moeten komen. De grote concentratie van kleine gestapelde slecht onderhouden woningen met een slechte beheerstructuur (veel gesplitst VvE bezit met niet functionerende verenigingen) en weinig toekomstwaarde, maakt dat de leefbaarheid in deze wijk ernstig onder druk staat.
Het aanwezige “groen” is schaars. Met uitzondering van de singels is de groenbeleving in de wijk laag. Er is weinig (kwalitatief)”groen” en is er geen wijkpark. De inrichting van de pleinen en plantsoenen in de wijk zijn erg eenvormig in beeld en gebruik. De meeste pleinen worden gebruikt als buurtplein en het merendeel hiervan is verhard en beperkt groen. Door de
In de afgelopen jaren is bezuinigd op het periodiek onderhoud van wegen, groen en speelvoorzieningen. Dit is van invloed op het storingsonderhoud (vooral wegen en openbare verlichting). Door uitgesteld projectmatig onderhoud kunnen meer storingen optreden en zal gestreefd moeten worden om de wegen minimaal 85% op orde te hebben. Bovendien is het van belang dat de buitenruimte goed wordt benut en goed schoon wordt gehouden. Een schone, goed verlichte en goed ingerichte wijk zal positief bijdragen aan de veiligheid en het veiligheidsgevoel van bewoners, wat weer vervolgens van invloed zal zijn op de leefbaarheid de wijk. Om de wijk schoon te krijgen en schoon te houden (duurzaam resultaat) is het niet uitsluitend een kwestie van vaker de veegwagen langs te laten gaan, maar ook de bewoners te stimuleren hun bijdrage te leveren aan het schoonhouden van hun wijk en te investeren in het onderhoud van groen.
aanwezigheid van veel jonge kinderen in de wijk en scholen moet ook aandacht besteed worden aan het kindvriendelijk maken van de wijk. 3.2 Iedereen doet mee Bloemhof kent een groot deel aan bewoners dat onvoldoende kan meedoen, in de zin van maatschappelijke participatie. Dit komt doordat bewoners een taalachterstand hebben, onvoldoende opleiding hebben genoten, beperkt zijn door gezondheidsreden, verweven zijn in benauwende netwerken en soms ook door een grote afstand naar werk. Om dit te verbeteren zal op elk onderdeel afzonderlijk en integraal aandacht moeten worden besteed, om dit te minimaliseren.
5
De ondersteuning van deze doelgroep moet niet beperkt blijven tot laagdrempelig taalaanbod maar ook worden besteed aan zaken zoals een gezonde leefstijl, budgetbeheer, werk en scholing en leefbaarheid. Bewoners zullen meer dan voorheen gevraagd worden om zich in te zetten voor actieve bijdrage aan de eigen ontwikkeling en aan de ontwikkeling van hun naasten en buren. Deze werkwijze ook bekend als burgerkracht zal leiden tot meer informele netwerken en meer betrokkenheid van bewoners bij wat er in hun straat, buurt en wijk gebeurt. Bewoners krijgen de mogelijkheid om op basis van verschillende thema’s zoals jong-oud, sociale cohesie en ouderen en laagdrempelige activiteiten met elkaar te organiseren. Bij de aanpak van taalachterstanden bij volwassenen is het belangrijk in ogenschouw te nemen dat taal- en inburgeringscursussen feitelijk zinloos zijn als deze niet worden gekoppeld aan diverse vormen van participatie. De verworven taalvaardigheden zijn anders weer snel verdwenen. School of een taalcursus is een springplank, echter het spreken van de Nederlandse taal op straat, thuis of met collega’s en bekenden zorgt ervoor dat de taal beklijft en verder ontwikkeld kan worden.
3.2.1 Inlopen op taalachterstand De wijk kenmerkt zich ook met o.a. door relatief veel inwoners met een laag opleidingsniveau. Gemiddeld een op de vijf bewoners spreekt de Nederlandse taal niet of nauwelijks. In de praktijk blijkt dat men zich in Bloemhof ook uitstekend kan redden in het Turks of Marokkaans! De werkloosheid is hoog. Het aantal mensen dat van een uitkering moet rondkomen is eveneens hoog. In Bloemhof leven, verhoudingsgewijs, veel gezinnen op of onder de armoedegrens. Taalachterstand in de wijk zorgt ervoor dat vele bewoners onvoldoende mee kunnen doen aan het maatschappelijk verkeer en bovendien kwetsbaar en afhankelijk zijn. In de afgelopen jaren is ingezet op taal- en participatietrajecten. Een groot aantal bewoners heeft dergelijke trajecten gevolgd, maar in de praktijk nog steeds moeite met de Nederlandse taal. De bewoners, die de cursussen hebben gevolgd, zijn doorgestroomd naar andere activiteiten en vervolgcursussen. Er zijn echter ook cursisten, die de vervolgstap niet hebben kunnen maken omdat hun taalniveau nog te laag was en omdat bewoners niet tweemaal dezelfde cursus mogen volgen. Om het taalniveau van deze mensen te verhogen, is het project Verder met Taal opgezet. In het komend jaar zal het wederom nodig zijn om maatwerk aan te bieden voor diegenen die niet volgens de bedachte structuren vooruit kunnen. Het gebruik van taal zal ook gestimuleerd aan de hand van Maatschappelijk Inspanningstrajecten en activeringstrajecten.
3.2.2 Faciliteren van integratie Een doelgroep die ook de nodige aandacht eist zijn de zogenaamde nieuwkomers in de wijk. Dit zijn voornamelijk bewoners uit midden- en Oost-Europa. Deze doelgroep (inburgeringsbehoeftigen) moet gestimuleerd worden om deel te nemen aan de maatschappij. Zo is al een langere tijd sprake van problemen bij de integratie van Bulgaren in de wijk. Hun onwetendheid van de Nederlandse wet- en regelgeving en hun beperking op het gebied van taal, maakt hen soms tot speelbal van criminelen. Hierbij is het ook belangrijk dat inzicht wordt verkregen in de illegale praktijken van de verschillende uitzendbureaus in relatie tot de huisjesmelkers. Om die reden is het van belang om het spreekuur te continueren om hen de kans te geven hun problemen voor te leggen en zo mogelijk op te lossen.
Naast de nieuwkomers in de wijk is er een grote groep bewoners in de wijk die onvoldoende taalvaardig is. Wij zien dit als een belangrijke belemmering bij het volwaardig maatschappelijk participeren. Het vinden van werk, omgaan met buurtbewoners en de zelfredzaamheid in algemene zin komen in het geding wanneer men de taal onvoldoende machtig is. Het is meer dan wenselijk om deze doelgroep zo goed mogelijk te faciliteren met laagdrempelige taalinitiatieven. Hiermee willen we het percentage bewoners verminderen dat vanwege taalproblemen onvoldoende in staat is maatschappelijk deel te nemen.
Daar Bloemhof ( en ook Hillesluis) generatie op generatie te maken heeft met nieuwkomers, is het belangrijk dat een aanbod ten aanzien van essentiële basis
6
voorbeeld zijn voor hun kinderen. De aandacht voor vrouwen vinden we vooral terug in een aantal emancipatievoorzieningen waaronder de vrouwenstudio’s van CleoPatra en het Vliegwiel. Er wordt gestreefd naar een verbetering van de samenwerking tussen de voorzieningen en de diverse zelforganisaties met aanbieders van cursussen, voorlichting, training en begeleiding op weg naar werk. Ook zal in het kader van emancipatie aandacht uit moeten gaan naar mannen/vaders. Doel daarbij is om de vaders meer te betrekken bij de opvoeding en het onderwijs van hun kinderen en om weerstanden weg te nemen bij mannen als het gaat om de maatschappelijke participatie en ontwikkeling van hun echtgenotes en familieleden. De betrokkenheid van ouders (vaders en moeders) zal ook ten gunste komen van leerprestaties van hun kinderen en kunnen leiden tot eventuele vermindering van overlast in de wijk. Hierbij is het belangrijk om ook aandacht te besteden aan verwachtingsmanagement, daar het niet voor een ieder is weggelegd om dokter of professor te worden.
“overlevingsstrategieën” behouden blijft. Hiermee worden nieuwkomers die de Nederlandse taal niet vaardig zijn, wegwijs gemaakt via gesubsidieerde organisaties in het verbeteren van hun zelfredzaamheid. Deze organisaties fungeren als intermediair naar de Vraagwijzer. Zij voorzien de Vraagwijzer van specifieke kennis aangaande de specifieke doelgroep en andersom verwijzen zij de doelgroep naar de Vraagwijzer. Om deze samenwerking te stimuleren zullen alle (zelf)organisaties de gelegenheid worden geboden worden om nader kennis te maken met de diensten van de Vraagwijzer. Een ander kwetsbare doelgroep die ook aandacht nodig heeft zijn de burgers van Somalische en Ethiopische afkomst. Vanwege het isolement waarin deze doelgroepen leven is de angst binnen de doelgroep dat deze mensen zich zullen keren tegen de gemeenschap. De lethargie waarin gezinnen verkeren is vaak het gevolg van onwetendheid over het Nederlandse systeem en het gevolg op geen enkele hulp te kunnen rekenen om die onwetendheid op te lossen. Dit leidt er toe dat mensen zich nog meer in gelatenheid terug trekken, waarin zij soms meer verdovende middelen gebruiken (waaronder Qat)of zich juist aangetrokken voelen tot radicaliseren in het geloof. Om de situatie te veranderen moet voor en door de Somalische Ethiopische Vereniging extra ingezet worden op cursussen volgens het concept train de trainers en daarnaast aan de hand van voorlichtingsbijeenkomsten.
3.2.3 Verbinding naar (vrijwilligers)werk Op 1 januari 2012 telt de wijk Bloemhof 6.642 huishoudens, waarvan ca. 1.500 huishoudens (23%) een gemeentelijke uitkering ontvangen (WWB, WIJ en IOA). Het aandeel huishoudens met een gemeentelijke uitkering in de wijk is hiermee ongeveer twee keer zo hoog als het stedelijk gemiddelde en is met 5% gestegen ten opzichte van 2009. Van deze groep werkzoekenden met een gemeentelijke uitkering worden 654 werkzoekenden tot de activeringsdoelgroep gerekend. De overige werkzoekenden zitten bijvoorbeeld in een traject bij Stedelijke Zorg, Jongerenloket, Werk >Loont of worden gematcht op vacatures door de sectorteams.
3.2.2 Stimuleren van emancipatie Bewoners moeten eerst kunnen voorzien in hun basis voorwaarden voor het leven, voordat zij kunnen investeren in opleiding, werkervaring opdoen of meedoen aan activiteiten voor de buurt. De uitdaging ligt in ontwikkelen van maatwerk om bewoners aan de ene kant te voorzien van de basis voorzieningen en aan de andere kant te verleiden naar meedoen. De nadruk ligt op het stimuleren van vrouwen om stappen te zetten op de zogenoemde participatieladder. Hierbij is aandacht voor empowerment, opleidingen, vrijwilligerswerk en toeleiding naar werk. De deelgemeente acht het van groot belang vrouwen hierin te ondersteunen, zodat zij zelf vooruit komen en een
In de activeringsdoelgroep van Bloemhof zien we meer vrouwen dan mannen: 57% vrouwen, 43% mannen. Het grootste deel van de activeringsdoelgroep in Bloemhof participeert op trede 1 en 2, samen 56%. Betaald en onbetaald werk (tredes 4, 5 en 6) vormen samen 19%. In vergelijking met de totale groep werkzoekenden is dit zelfs 1% hoger. Dit komt voornamelijk door het hogere
7
gebied van het bevorderen van gezond gedrag. Dit zal onder andere moeten leiden tot het uitdagen en stimuleren tot meer beweging en sporten. Daarnaast is het wenselijk om bewoners bewust maken van hun eetpatronen en gezonde voeding.
percentage op trede 4 (onbetaald werk), wat gerealiseerd is door de extra inspanningen in Bloemhof-Noord. De uitkeringsduur van werkzoekenden in Bloemhof in relatie tot de activeringsdoelgroep en de totale groep werkzoekenden laat duidelijk zien dat de werkzoekenden uit de activeringsdoelgroep vaak langer in de uitkering zitten. Van deze groep zit 71% langer dan 5 jaar in de uitkering en bijna de helft (47%) langer dan 10 jaar, ten opzichte van respectievelijk 41% en 24% onder alle werkzoekenden.
Om dit aan te pakken is in samenwerking met Achmea Zorgverzekeringen een pilot gestart om de gezondheid en het welzijn van bewoners uit Bloemhof (en Hillesluis) te verbeteren. Bij de doelgroep van volwassenen ligt het accent op het verbeteren van de DMzorg (Diabetes Mellitus). Om dit te bewerkstelligen is het nodig om in te zetten op: • Versterken Wijkteams en doorontwikkeling Zichtbare Schakels. • Verbeteren leefstijl en wegnemen belemmeringen tot de arbeidsmarkt. • Versterken zelfredzaamheid en eigen kracht. • Versterken van de infrastructuur zorg- en welzijn door verbeterde afstemming aanbod.
Momenteel telt de hele wijk Bloemhof 338 ontheffingen, ongeveer 50% van de activeringsdoelgroep. Dit betreft een ontheffing van de arbeidsverplichting. Een deel daarvan is op basis van leeftijd (ouder dan 57,5 jaar) of omdat ze mantelzorg verrichten. Mantelzorgers verrichten met hun mantelzorg al een tegenprestatie en werkzoekenden die ouder zijn dan 57,5 jaar kunnen uitstekend vrijwilligerswerk of andere maatschappelijk nuttige activiteiten verrichten. Een belangrijke groep in Bloemhof zijn de vrouwen in de wijk. Geconstateerd is dat een groot deel van de allochtone vrouwen naar verhouding onvoldoende deelneemt aan het maatschappelijke leven. Zij zijn vaak via huwelijksmigratie naar Nederland gekomen, hebben geen onderwijs in Nederland gevolgd en hebben moeite met het vinden van betaald werk. Door traditionele rolopvattingen van mannen, gebrek aan beheersing van de Nederlandse taal en contacten buiten de eigen gemeenschap dreigt bovendien maatschappelijk isolement. Een hele nieuwe generatie vrouwen dreigt hierdoor achterstand op te lopen. Dit heeft ook effect op de ontwikkelingskansen en emancipatie van hun kinderen
Bij de doelgroep jongeren gaat het vooral om de aanpak voor het verbeteren van de gezondheid jonge Rotterdammers (0-23), het verbeteren van de leefstijl van jongeren, het versterken van de eigen kracht.
3.2.5 Ruimte voor ontmoeten en ontwikkelen In Bloemhof staan momenteel drie buurthuizen, een gezondheid centrum, vijf basisscholen (waarvan er drie bestaan uit twee dependances), drie speeltuinen. In het noordelijk deel van Bloemhof staat het buurthuis Oleander aan het Oleanderplein. Dit buurthuis wordt vooral gebruikt voor activiteiten georganiseerd door verschillende groepen waarvan een aantal groepen afkomstig zijn uit andere deelgemeenten en uit de Afrikaandewijk. Deze twee voorzieningen zijn eigendom van Vestia en worden in het kader van het project Oleander bloeit door Vestia ter beschikking gesteld. Vooral de twee laatste voorzieningen hebben een belangrijke functie bij het betrekken van bewoners bij hun omgeving en bij organiseren van ontmoetingen. Door het spelen van de
3.2.4 Stimuleren van gezond gedrag Als het gaat om de gezondheid van wijkbewoners dan wijzen cijfers uit dat extra investeringen hard nodig zijn. Gemiddeld zijn de bewoners van Bloemhof minder gezond dan andere inwoners van Rotterdam. Samen met het stedelijk cluster Maatschappelijke Ontwikkeling is het wenselijk om extra in te zetten op het
8
Voor de komende jaren is het belangrijk dat de infrastructuur aan wijkgebouwen, zelforganisaties, zorginstellingen ( ook fysiek) goed met elkaar verbonden worden en volwaardige plekken worden waar laagdrempelig informatie uitgewisseld kan worden en waar de weg naar oplossingen mogelijk ondersteund kan worden door een netwerk aan bewoners die daar waar nodig professionals kunnen bevragen. Vanwege de lage huurprijzen en het particulier verhuur zal de komende jaren er een instroom blijven bestaan van nieuwkomers die op zoek zijn naar zelfontplooiing en een goede toekomst voor hun kinderen. De bestaande voorzieningen bieden hiervoor kansen. Tot voor een paar jaar terug hebben de sociale voorzieningen vooral aanbodgericht gewerkt. De laatste jaren is een beweging op gang gebracht om maatwerk te ontwikkelen . Nieuwkomers zouden in de toekomst makkelijker de plekken moeten kunnen vinden waar ze wegwijs gemaakt kunnen worden. Belangrijk is dus dat de voorzieningen uitnodigend en in relatie staan met de andere voorzieningen.
kinderen op het plein is in de afgelopen het plein door bewoners heroverd en is de sfeer gemoedelijker geworden. Vanuit de Kleine Villa die naast het plein ook als ontmoetingsplek fungeert worden bewoners uitgenodigd om (voorlichtings)bijeenkomsten bij te wonen en om samen dingen te doen. Aan de Putsebocht ligt het buurthuis Kamelia. Dit buurthuis huisvest de vraagwijzer, een aantal actieve bewonersgroepen die in het kader van veilig, schoon en heel en samen eten activiteiten organiseren. Dit gebouw fungeert als spil in de wijk. Gelegen dicht bij het wijkpastoraat en een aantal zelforganisaties, is het de plaats waar vragen gesteld kunnen worden. Naast de vraagwijzer is het de locatie van Feijenoord Werkt waar mensen terecht kunnen voor ondersteuning bij het zoeken naar werk. Ook maakt de gemeente Rotterdam gebruik van het buurthuis om werkzoekenden uit te nodigen om ze te verwijzen naar de verschillende mogelijkheden in de wijk. Het jongerenwerk houdt er spreekuren in de avonduren voor jongeren uit de deelgemeente. Verder is het de plaats waar vele disciplines hun werkplaats hebben.
3.3 Ontwikkelkans bieden aan jongeren Het midden deel van Bloemhof is wat betreft sociale ontmoetingsplaatsen slechter voorzien. Behalve het winkelgebiedje en het zorgcentrum aan de lange Hilleweg waar bewoners elkaar kunnen ontmoeten zijn er geen fysieke plekken waar bewoners samen activiteiten inpandig kunnen organiseren. Daarentegen worden de pleinen (Bloemhofplein en het schoolplein aan de Pantarijnschool) zeer intensief gebruikt op mooie dagen. Door het intensief gebruik komen er wel eens wrijvingen plaats tussen groepen die zich plekken willen toe-eigenen.
Relatief gezien wonen er veel jongeren in de wijk Bloemhof Om de potentie van de jongeren zo maximaal mogelijk te kunnen benutten, is het noodzakelijk dat ze een passende opleiding met succes afronden en daarna een baan vinden met een goed carrièreperspectief, waardoor ze in de toekomst een goede plek in de Rotterdamse samenleving kunnen waarmaken. Op dit moment zien we dat jongeren uit de focuswijken te maken hebben met hardnekkige achterstanden, zoals lage cito scores, een groot aantal voortijdige schoolverlaters, het niet behalen van startkwalificaties en het marginale deel dat door stroomt naar het voortgezet onderwijs. Ook door hun beperkte sociale vaardigheden (de zogenaamde soft skills) wordt dit nog eens bemoeilijkt.
In Bloemhof zuid staat buurthuis Irene. Dit buurthuis heeft op het punt gestaan om gesloten te worden maar is door actieve bewoners open gehouden. Bewoners zetten zich in om zo veel als mogelijk te participeren in het beheer. Het accent ligt op de samenwerking tussen de speeltuin, het buurthuis en de basisschool. Verder ligt er aan de andere kant van de Sandelingenstraat in de Kiefhoek een pand dat door Woonstad beschikbaar gesteld is aan bewoners om activiteiten te ontplooien ten gunste van de sociale cohesie in de buurt.
Als het gaat om voortijdig schoolverlaten scoren de jongeren uit Bloemhof en Hillesluis niet goed. Een hoge prioriteit van uit het gebied is dan ook een integrale aanpak op voortijdig schoolverlaters, waarin samen met partners zoals scholen, cluster Maatschappelijke Ontwikkeling en wijkpartijen, een reductie van het aantal uitvallers moet worden bereikt. Dit alles eveneens om te voorkomen dat
9
een deel van deze jongeren verleid wordt tot het deelnemen aan de zogenaamde “grijze” economie door gebrek aan perspectief. Ook het behalen van startkwalificaties is van belang om in de toekomst in de maatschappij mee te kunnen doen. De inzet blijft, ook in de komende periode, om samen met de stad de VSV’ers terug te leiden naar school of een ander traject aan te bieden.
3.4 Verminderen van de overlast Zoals eerder aangeven wordt Bloemhof gekenmerkt als een wijk met veel goedkope huurwoningen, waarvan de kwaliteit niet hoog is. Een aantal daarvan is nogal gehorig en bij sommige is ook nog sprake van achterstallig onderhoud. Dit maakt het dan ook dat de bevolkingssamenstelling in Bloemhof over het algemeen eenzijdig is. Het gebied kent een grote concentratie van ˝kwetsbare˝ mensen. Kwetsbaar vanwege lage inkomsten, laag opleidingsniveau, een slechte (psychische) gezondheid, sociale armoede, aanwezigheid van laaggeschoolde midden en Oost- Europeanen, alleenstaande ouders, mensen met schulden etc.. Opvallend in Bloemhof zijn de zogenaamde hechte sociale structuren. Over het algemeen zijn dit mensen van dezelfde etniciteit en vertonen een hoge mate van loyaliteit naar elkaar. Deze groepen zijn voornamelijk naar binnen gericht en onderhouden niet of nauwelijks met andere wijkbewoners. Doordat ze naar binnen zijn gekeerd maakt het ook lastig om contact te leggen met dergelijke groepen. Deze sociale structuren kunnen als voedingsbodem fungeren voor ondermijnende activiteiten. Dit kan variëren van fraude gevallen tot criminele praktijken. Feitelijk gaat het om gedragingen die niet passen binnen het rechts geldende norm en/of regels. De meervoudigheid van de problematiek en de continue instroom van nieuwe bewoners maakt het complex om voldoende resultaat te sorteren op het gebied van veiligheid, wat weer ten koste gaat van de leefbaarheid in de wijk. Dit alles draagt negatief bij aan de veiligheid in de wijk, met als gevolg dat Bloemhof gecategoriseerd wordt tot een probleemwijk (Veiligheidsscore 4,5) op de veiligheidsindex. Ondanks alle inspanningen is er nauwelijks verbetering merkbaar. De situatie is dermate slecht dat Bloemhof en de aangrenzende wijk Hillesluis al enige jaren samen tot de slechts scorende wijken van Rotterdam behoren. De elementen die slecht scoren in Bloemhof zijn: Jongerenoverlast, woonoverlast, drugsoverlast, inbraken en geweld.
Voor wat betreft de aanpak van de achterstanden ligt dit voor een belangrijk deel bij het onderwijs. Onderwijs kan het echter niet alleen. De steun van ouders en bedrijven is onontbeerlijk, maar ook de naaste omgeving van de jongeren: het gezin, de straat en wijk zullen meer worden betrokken bij de aanpak. Mede vanwege de economische crisis is het aanbod op de arbeidsmarkt groot en zal het hierdoor moeilijker zijn voor jongeren met een gering ervarings- en opleidingsniveau om aan werk te komen. Voor jongeren zonder startkwalificatie zal dit van grote negatieve invloed zijn op het vinden van betaald arbeid. Het doel is om de generatie die nu opgroeit een nieuw perspectief te bieden. Dit gaat verder dan uitsluitend het voorkómen van problemen, maar ook door vooral uit de jongeren halen wat er in zit. De doelen zijn daarom zowel geformuleerd rondom het verbeteren van schoolprestaties als het terugdringen van schooluitval. Hierdoor wordt de kans vergroot dat meer jongeren een stageplek en of (goede) baan in het bedrijfsleven kunnen vinden. Vanuit het domein school zal aan de hand van CZ, uitbreiding van leertijd, huiswerkbegeleiding, en invoering van de groepen Nul geïnvesteerd worden in de jongeren. Het bedrijfsleven zal mede zorg dragen voor bijvoorbeeld stageplekken en dat de overgang van school naar werk naadloos plaatsvindt, door de vraag en aanbod meer op elkaar af te stemmen. Daar talentontwikkeling begint bij de leerling en het gezin, zullen scholen ouders intensief betrekken bij de school en studiekeuze, maar ook bij het spijbelen en het dreigen uit te vallen. Ouders zijn primair verantwoordelijk voor de opvoeding van hun kinderen en zullen meer dan in het verleden bewust worden gemaakt over hun rol en hun bijdrage op dit vlak. Door ouders meer bewust te maken en te faciliteren over de mogelijkheden op het gebied van ouderparticipatie, zal dit ten goede komen aan de school prestaties van de kinderen.
In Bloemhof zijn groepen van hangjongeren die bewoners intimideren. groot deel aangemerkt door het gebrek aan vrijetijdsbesteding en verveling. Elementen zoals cultuurverschillen en de wijze van opvoeding dragen eveneens negatief bij
10
Drugsoverlast openbaart zich voornamelijk op het gebied van hennepteelt en de handel in de verdovende middelen. Een bijkomstig risico in de handel in verdovende middelen is, dat kinderen ook hierbij worden betrokken. De vele inbraken die in Bloemhof worden gepleegd zijn voornamelijk gelegenheidsinbraken, wat nog versterkt door slecht hang- en sluitwerk en het slechte verlichtingsniveau op sommige plekken. Ondanks dat de bovenstaande elementen op zich zelf staan bestaat er een mate van verwevenheid onderling. Omdat er sprake is van een combinatie van een kwetsbare omgeving en kwetsbare personen, maakt het lastig om de vinger op de zere plek te leggen. De oplossingsrichting moet integraal aangepakt worden vanuit de domeinen veilig, fysiek, sociaal en economie. De inzet op de kwetsbare omgeving kan vormgegeven worden middels kwaliteitsverbetering van de woningen en de buitenruimte en mogelijke verdunning en differentiatie van het woningaanbod. Voor wat betreft kwetsbare personen zal ingezet moeten worden op leefstijlverschillen, ouderparticipatie en toeleiding naar werk en school. Met deze inzet kan worden bereikt dat Bloemhof niet meer tot de categorie ‘probleemwijk’ gaat behoren.
aan dit onderwerp. Hierbij zijn problemen zoals schulden, schooluitval en als gevolg daarvan het geringe perspectief op werk een groot gevaar voor de toekomst. Ook is de negatieve beïnvloeding van huidige tieners een belangrijk aandachtspunt. Kijkend naar woonoverlast kan opgemerkt worden dat de overlast voor een groot deel veroorzaakt wordt door onrechtmatige overbewoning en verschillen in leefstijl. Daarnaast dragen zaken zoals geringe kwaliteit van woningen en de mate van betrokkenheid van particuliere pandeigenaren eveneens negatief bij aan dit element. Wat eveneens negatief bijdraagt aan de leefbaarheid in de wijk, is het groot aantal bijzondere doelgroepen die gehuisvest zijn in de wijk. Het is raadzaam om in de komende periode in te zetten op het verdunnen van het aantal huisvestingslocaties in de wijk. Aan de hand van zonering kan gezorgd worden dat kwetsbare doelgroepen op passende locaties worden gehuisvest, daar waar het woonmilieu dit kan dragen.
11