OVERZICHT De Raad Aanvang: Tijd
01-11-2005 18:00
B&W-kamer 1.25
Extra locatie
18:00 Tijd. voorbereidend intern overleg
Legeskosten gebruiksvergunning voor sportverenigingen Huis van de watersport op de MOB-locatie
Klankbordgroep Dualisering
Rekenkamercommissie Amersfoort Ruim baan voor cultuur
19:00 Tijd
Raadzaal 1.02
Molendijkzaal 0.01
19:00 Concept-beleidsregels subsidiëring sportvoorzieningen peiling ’
Voorontwerp-bestemmingsplan De Wieken-Vinkenhoef, Herziening gebruiksbepalingen woondoeleinden, 2005 peiling ’
19:30
Groen-blauwe structuur (Begroting programma 5) voorbereiding besluit
20:00 Rekenkamerrapport Wijkontwikkeling voorbereiding besluit
Initiatiefvoorstel Rookmelders voorbereiding besluit
20:30
Motie voorgenomen opheffing Amersfoort politiecellen voorbereiding besluit
21:00
1
Vermeerzaal 1.03
Motie Energievisie Vathorst voorbereiding besluit
Tijd
Raadzaal 1.02
21:30 Vaststelling agenda Raadsdebat: Onderwerp: 1. Begroting: beknopte beschouwing fracties op begroting en reactie college 22:45 Besluiten 2. Hernieuwde aanwijzing buitenplaats Randenbroek als rijksmonument Toelichting : Gemeenteraad dient overeenkomstig Monumentenwet 1988 Minister van O.C. en W. te adviseren op zijn verzoek advies uit te brengen. 3. Rectificatie beslissing op bezwaar tegen afwijzing planschade Toelichting : De formele procedure is al doorlopen. 23:00 Einde
2
De Ronde en Het Plein Datum: Aanvang:
dinsdag 1 november 2005 19:00
Concept-beleidsregels subsidiëring sportvoorzieningen peiling ’ Rekenkamerrapport Wijkontwikkeling voorbereiding besluit
Concept-beleidsregels subsidiëring sportvoorzieningen peiling ’ Reg.nr.: 1890367 Van: College van burgemeester en wethouders Ambtelijk contact: R. Dijkman Portefeuillehouder: H. Brink Opsteller: R. Dijkman Samenvatting: In het ’plan van aanpak sportaccommodaties 2005-2010’ (B&W, 21 december 2004) is een voorstel voor een subsidieregeling ten behoeve van sportaccommodaties aangekondigd. Dit voornemen is vertaald in de (concept)Beleidsregels Subsidiëring Sportvoorzieningen.In de kadernota 2006 heeft het college 0,5 miljoen incidenteel voor 2006 opgenomen voor de uitvoering van deze regeling, die voorziet in een maximale bijdrage van 1/3 van de totale investeringskosten. Reden van aanbieding: College wil richtinggevende uitspraken van de raad ten aanzien van de voorgestelde beleidsregels. Van de raad wordt gevraagd: Zijn mening te geven over de voorgestelde beleidsregels. Vervolgtraject: Na peiling in De Ronde en vaststelling van de begroting 2006 e.v. stelt het college de beleidsregels definitief vast. Vooruitlopend op de definitieve vaststelling van de beleidsregels wordt een adviescommissie ingesteld. Deze adviescommissie legt het college in de loop van 2006 een verdelingsvoorstel voor het beschikbare budget ( 0,5 miljoen) voor. Doel activiteit: Peiling Soort activiteit: College peilt raad Soort verslag: Besluitenlijst Bijbehorende documenten: docs/1657470 v1 - SUBSIDIEVERORDENING BIJDRAGEN SPORTACCOMMODATIES.pdf : docs/1866078 v1 - BELEIDSREGELS SUBSIDIËRING SPORTVOORZIENINGEN.pdf
Rekenkamerrapport Wijkontwikkeling voorbereiding besluit Reg.nr.: 1883947 Van: Rekenkamercommissie Ambtelijk contact: M. Mehciz Portefeuillehouder: Jonkman Opsteller: Rekenkamercommissie Samenvatting: De rekenkamercommissie heeft onderzoek gedaan naar de stand van zaken van de uitvoering van het raadsprogramma op het gebied van wijkontwikkeling. In dit rapport wordt verslag gedaan van de bevindingen. De rekenkamercommissie heeft met name gekeken naar de mate waarin het beleid doeltreffend is. Reden van aanbieding: Rapporten van rekenkamercommissie worden aan raad aangeboden. Van de raad wordt gevraagd: Het politieke debat met het college over het rekenkamerrapport (in het bijzonder gericht op de conclusies en aanbevelingen) voor te bereiden met de rekenkamercommissie. Vervolgtraject: Behandeling in Het Besluit. Doel activiteit: Voorbereiding besluit Soort activiteit: Raadsbesluit Opmerkingen presidium: ’ Soort verslag: Kort verslag Bijbehorende documenten: docs/1883860 - VOORSTEL BESLUIT RAPPORT WOW.pdf : docs/1883885 v1 - AANBIEDINGSBRIEF RAAD RAPPORT WOW.pdf : docs/TOTAAL WIJKONTWIKKELING.pdf ’Wijkontwikkeling met beleid’ (separaat verstuurd aan raad) : docs/bestuurlijke reactie WOW.pdfcollege : docs/NAWOORD WOW.pdf rapport
De Ronde en Het Plein Datum: Aanvang:
dinsdag 1 november 2005 21:30
Vaststelling agenda Raadsdebat: Onderwerp: 1.
Begroting: beknopte beschouwing fracties op begroting en reactie college Besluiten
2.
Hernieuwde aanwijzing buitenplaats Randenbroek als rijksmonument Toelichting : Gemeenteraad dient overeenkomstig Monumentenwet 1988 Minister van O.C. en W. te adviseren op zijn verzoek advies uit te brengen.
3.
Rectificatie beslissing op bezwaar tegen afwijzing planschade Toelichting : De formele procedure is al doorlopen. Einde
Vaststelling agenda
Raadsdebat:
Onderwerp:
1.
Begroting: beknopte beschouwing fracties op begroting en reactie college
Besluiten
2.
Hernieuwde aanwijzing buitenplaats Randenbroek als rijksmonument Hernieuwde aanwijzing (pdf)
Toelichting : Gemeenteraad dient overeenkomstig Monumentenwet 1988 Minister van O.C. en W. te adviseren op zijn verzoek advies uit te brengen.
3.
Rectificatie beslissing op bezwaar tegen afwijzing planschade Rectificatie beslissing op bezwaar (pdf)
Toelichting : De formele procedure is al doorlopen.
Einde
Gemeente Amersfoort
Raadsvoorstel
Agendapunt:
HB-2.
Reg.nr
Portefeuillehouder
Raadscommissie(s)
Wethouder ir. P. Jonkman
geen
Sector
Datum
SOB/SB
26 oktober 2005
1837417
Onderwerp:
Verzoek om advies mbt voorstel (hernieuwde) aanwijzing buitenplaats Randenbroek als rijksmonument ogv Monumentenwet 1988. Voorstel:
In te stemmen met het voorstel van de staatssecretaris van O.C. en W. m.b.t. de hernieuwde aanwijzing van de buitenplaats Randenbroek tot beschermd monument. Aan de gemeenteraad, 1
Reden raadsbesluit
Reeds in 1994 heeft de toenmalige staatssecretaris Hedy d’ Ancona opdracht gegeven aan de Rijksdienst voor de Monumentenzorg om per provincie een aantal historische buitenplaatsen in procedure te brengen om bescherming of uitbreiding van bescherming op grond van de Monumentenwet 1988 te bewerkstelligen. Tijdens deze zogenoemde “Verfijningsoperatie historische buitenplaatsen” is ook de in 1965 als rijksmonument aangewezen buitenplaats Randenbroek tegen het licht gehouden. Een en ander heeft er toe geleid dat er nu een aanwijzingsvoorstel op tafel ligt dat de cultuurhistorische belangen van het complex duidelijker in beeld brengt. Bij brief van 14 april 2005 verzoekt de staatssecretaris van O.C. en W. de gemeenteraad advies uit te brengen over dit voorstel tot (hernieuwde) aanwijzing van de historische buitenplaats Randenbroek. 2
Samenvatting
De gemeenteraad dient overeenkomstig de Monumentenwet 1988 de Minister van O.C. en W. te adviseren over de hernieuwde aanwijzing van de buitenplaats Randenbroek tot rijksmonument. De brief van de staatssecretaris met het betreffende aanwijzingsvoorstel is als bijlage toegevoegd. Ons college heeft een belangenonderzoek verricht terwijl de gemeentelijke monumentencommissie over het voorstel een positief advies heeft uitgebracht. Op basis hiervan wordt voorgesteld in te stemmen met het voorstel tot hernieuwde aanwijzing van Randenbroek tot rijksmonument. 3
Toelichting
De buitenplaats Randenbroek is in mei 1965 aangewezen als rijksmonument met de redengevende
-1-
Gemeente Amersfoort raadsvoorstel 1837417
omschrijving: “ Herenhuis alsmede buitenplaats ‘Randenbroek’. Omstreeks 1630. Gebouwd door Jacob van Campen. Op het terrein brug en duivenslag.”. Binnen de genoemde verfijningsoperatie is onderzocht in hoeverre deze – summier beschreven - bescherming op grond van de Monumentenwet 1988 toereikend kan worden geacht of dat een meer omvattende belangenaanduiding vanuit het oogpunt van de monumentenzorg noodzakelijk is. Hiervan is zeker sprake gezien de inhoud van het huidige aanwijzingsvoorstel, waarin de beschrijving en de waardering van het geheel als ook van de zeven verschillende onderdelen duidelijk zijn verwoord. Tevens is op een kaart de begrenzing van het gebied aangegeven. Met dit document kunnen de belangen die de wet beoogt te beschermen beter recht worden gedaan. Inmiddels heeft het belangenonderzoek plaatsgevonden. Van de 11 bij de aanwijzing betrokken belanghebbenden hebben 3 personen medegedeeld af te zien van het indienen van zienswijzen terwijl 8 belanghebbenden niet hebben gereageerd op het schriftelijk verzoek. Ook wij hebben afgezien van het indienen van zienswijzen omdat dit geen consequenties heeft voor toekomstige mogelijkheden met betrekking tot de buitenplaats. Wij merken hierbij op dat op dit moment de mogelijkheid wordt onderzocht een nieuwe functie te vinden voor het hoofdgebouw in het park. Gedacht wordt aan een meer publieksvriendelijke functie die zorgt voor meer levendigheid en die bijdraagt aan de sociale veiligheid in het park. De plannen zijn op dit moment nog niet zo concreet dat vastgesteld kan worden in hoeverre ze passen binnen de bij de nieuwe aanwijzing gevoegde omschrijving. Zodra de plannen meer concreet zijn zal in overleg worden getreden met onder andere de Rijksdienst van de Monumentenzorg. 4
Aanpak
Zoals gezegd is de beschermingsprocedure gestart door de staatssecretaris van O.C. en W. en wordt gecoördineerd door de Rijksdienst voor de Monumentenzorg. Binnen de in de Monumentenwet 1988 beschreven procedure is een adviserende rol weggelegd voor de gemeenteraad, met het college van B. en W. als uitvoerder van het belangenonderzoek. De voorgeschreven procedure is gevolgd. Na verzending van het advies zal de Minister een besluit over de aanwijzing nemen. 5
Financiële aspecten
Aan dit voorstel zijn geen financiële aspecten verbonden. 6
Planning
Mede op basis van dit advies neemt de Minister O.C. en W. een besluit omtrent het aanwijzingsvoorstel. De raad zal hierover worden geïnformeerd. Burgemeester en wethouders van Amersfoort, de secretaris,
de burgemeester,
Dr. G. de Kleijn
A. van Vliet-Kuiper
Bijlagen
- ontwerp-raadsbesluit Ter inzage
- verzoek staatssecretaris O.C. en W. dd. 14 april 2005 met - voorstel tot aanwijzing buitenplaats Randenbroek en - kaart met begrenzing
-2-
Gemeente Amersfoort
Raadsbesluit
Reg.nr
1837417
De raad der gemeente Amersfoort; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 26 oktober 2005, sector SOB/SB (nr. 1837417);
besluit: in te stemmen met het voorstel van de staatssecretaris van O.C. en W. inzake de (hernieuwde) aanwijzing van de buitenplaats Randenbroek als beschermd monument.
Vastgesteld in de openbare vergadering van 1 november 2005. de griffier,
de voorzitter,
-1-
Raadsvoorstel
Agendapunt:
HB-3.
Portefeuillehouder
Wethouder P. Jonkman
Reg.nr
1869984
Raadscommissie(s)
geen
Sector
Datum
DIA/AD
26 oktober 2005
Onderwerp:
Rectificatie beslissing op bezwaar van de heer en mevrouw Kok tegen afwijzing planschade. Voorstel:
Het bezwaar van de heer en mevrouw Kok te Amersfoort tegen de afwijzing van het verzoek om planschade opnieuw ongegrond verklaren. En het verzoek om vergoeding van de kosten van rechtsbijstand opnieuw af te wijzen. Aan de gemeenteraad, 1.
Reden raadsbesluit
De heer en mevrouw Kok hebben op 17 maart 2003 verzocht om planschade in verband met de bouwactiviteiten in Vathorst. Dat verzoek is op 11 februari 2005 door uw Raad afgewezen. De heer G.L.M. Teeuwen van DAS Rechtsbijstand heeft, namens de heer en mevrouw Kok, op 16 maart 2005 bezwaar ingesteld. Voorgesteld wordt de bezwaren ongegrond te verklaren. Uw raad heeft op 28 juni 2005 conform het voorstel besloten en de bezwaren ongegrond verklaard. Bij nader onderzoek zijn er aanvullende documenten gevonden die het standpunt ten aanzien van de voorzienbaarheid met betrekking tot de woningbouw in Hooglanderveen/Vathorst ondersteunen. Omdat deze documenten van (grote) waarde kunnen zijn voor de verdere (beroeps)procedure willen wij voorstellen om de vorige beslissing op bezwaar in te trekken en het bezwaar van de heer mr. G.L.M. Teeuwen namens de heer en mevrouw Kok, Calveenseweg 24 te Hoogland, opnieuw ongegrond te verklaren en het verzoek om vergoeding van de kosten van rechtsbijstand opnieuw af te wijzen. 2.
Samenvatting
De heer en mevrouw Kok kochten de woning in juli 1993 en in 1995 de schuur. Op dat moment was voorzienbaar dat in de directe nabijheid van hun woning, woningbouw zou worden gerealiseerd. Om die reden kan vergoeding van planschade niet aan de orde zijn. Het besluit om het verzoek af te wijzen is genomen na een advies van de Stichting Adviesbureau Onroerende Zaken (hierna: SAOZ) te Rotterdam. Een afschrift van de door de SAOZ gegeven adviezen zijn voor u ter inzage gelegd (bijlagen 1 en 2).
3.
Toelichting
Algemeen Bij beoordeling van verzoeken om planschade dient eerst te worden gekeken of er sprake is van een planologische verandering en of die verandering leidt tot schade. De SAOZ heeft geconcludeerd dat de planologische maatregel voor bezwaarden heeft geleid tot een nadeliger positie waaruit op de voet van artikel 49 WRO voor vergoeding vatbare schade in de vorm van waardevermindering is voortgevloeid. De waardevermindering wordt door de SAOZ bepaald op een bedrag in de orde van grootte van € 55.000,-. De discussie spitst zich in dit geval toe op de vraag of de heer en mevrouw Kok bij de aankoop van de woning rekening hadden kunnen houden met de mogelijkheid van planologische veranderingen. Met andere woorden; dient de door de heer en mevrouw Kok geleden schade voor hun rekening te worden gelaten, nu deze planologische ontwikkelingen voor hen voorzienbaar zijn geweest. Het recht Op grond van artikel 49 lid 1 WRO kent de gemeenteraad, indien en voor zover blijkt dat een belanghebbende ten gevolge van onder meer de bepalingen van een bestemmingsplan schade lijdt of zal lijden welke redelijkerwijze niet of niet geheel te zijnen laste behoort te blijven en waarvan de vergoeding niet of niet voldoende door aankoop, onteigening of anderszins is verzekerd hem op zijn verzoek een naar billijkheid te bepalen schadevergoeding toe. Hiertoe dienen de schadeveroorzakende planologische maatregelen te worden vergeleken met het voordien geldend planologisch regime. Van belang is daarbij hetgeen op grond van dat regime maximaal kon worden gerealiseerd, ongeacht de vraag of verwezenlijking daadwerkelijk heeft plaatsgevonden. Bij de vraag of schade ten laste van de burger kan worden gelaten moet worden bezien of een bepaalde ontwikkeling voor belanghebbende voorzienbaar was. Lag het in de lijn der verwachtingen, dat zich een bepaalde ontwikkeling zou voordoen? Het moet daarbij gaan om een nadelige planwijziging waarvan de voortekenen al enige tijd zichtbaar zijn geweest. Daarbij is niet vereist dat de plannen al in een definitief stadium zijn. De vraag of de planologische wijziging voorzienbaar was dient op grond van de uitspraak van de Raad van State, 26 september 2001 te worden beantwoord aan de hand van het criterium of er voor een redelijk denkende en handelende koper aanleiding bestond rekening te houden met de kans dat de planologische situatie voor omwonenden in ongunstige zin zou veranderen. Ook al stond de precieze vormgeving van de nieuw op te richten woningbouw niet vast, kan worden gezegd dat de belanghebbenden ten tijde van de aankoop een voor hen nadelige wijziging van de planologische situatie hebben aanvaard en dienen de gevolgen daarvan redelijkerwijs geheel voor hun rekening te blijven? Voorts is nog van belang dat belanghebbende een onderzoeksplicht heeft. Er wordt in dit opzicht een actieve houding van de belanghebbende gevraagd. Indien hij in dit geval niet goed bij de gemeente informeert loopt hij het risico dat de schade voor zijn rekening moet blijven. In het geval dat een andere invulling van een bepaald gebied overwogen wordt rust op de eventuele koper een verzwaarde onderzoeksplicht. De feiten Bij toepassing van het criterium van de voorzienbaarheid op de onderhavige zaak, stellen wij de navolgende feiten vast. De heer en mevrouw Kok zijn op 14 juli 1993 eigenaar geworden van de woning aan de Calveenseweg 24 te Hoogland. Op 7 juli 1995 hebben zij de schuur gekocht. Oorspronkelijk lag het perceel van de heer en mevrouw Kok in het bestemmingsplan ‘Buitengebied’, zoals vastgesteld door de gemeenteraad op 29 september 1987, goedgekeurd door Gedeputeerde Staten op 27 mei 1991. Het betreffende gebied waarin het perceel van de heer en mevrouw Kok is gelegen had de bestemming ‘agrarisch gebied’. Thans vigeert voor de landelijke gebieden rondom de
bebouwde kern van Hooglanderveen het globale bestemmingsplan ‘Vathorst’ zoals vastgesteld door de gemeenteraad op 26 januari 1999, goedgekeurd door Gedeputeerde Staten op 31 augustus 1999 en in werking getreden op of omstreeks 15 oktober 1999, waarna het op 8 juni 2001 onherroepelijk is geworden. Het betreffende gebied waarin het perceel van de heer en mevrouw Kok is gelegen heeft nu de bestemming ‘UWBK 3; uit te werken woondoeleinden, bedrijfsdoeleinden en kantoordoeleinden’. De gronden zijn bestemd voor: a. woningen in niet-gestapelde en in gestapelde vorm, bijzondere woonvormen en woonwagens; b. dienstverlening in combinatie met woonfunctie; c. gemeenschappelijke doeleinden. Voor het eerst in 1990 werd Hooglanderveen genoemd als woningbouwlocatie in de Perspectievenschets Ruimtelijke Ordening, bij de voorbereiding van het provinciale streekplan. In de Perspectievenschets RO is een provinciale ruimtelijke visie voor de lange termijn opgenomen. De Perspectievenschets RO is in december 1990 door Provinciale Staten goedgekeurd als ruimtelijkstrategische ontwikkelingsvisie voor de middellange en lange termijn. De Perspectievenschets RO diende als leidraad voor de voorbereiding van het nieuwe streekplan Utrecht (bijlage 3). In de Overlegnota ter voorbereiding van het nieuwe streekplan van de provincie Utrecht van december 1991 wordt voor de gemeente Amersfoort, specifiek het gebied Amersfoort/Hooglanderveen aangeduid als een nieuw te ontwikkelen woongebied van circa 250 hectare ten behoeve van circa 8.000 woningen. In de Stadsberichten van 15 januari 1992, die als bijlage bij het huis-aan-huisblad Stad Amersfoort is gevoegd, staat een artikel met als kop: ‘Provincie vraagt mening over nieuw streekplan’ (bijlage 4). In dit artikel staat dat de provincie Utrecht op donderdag 23 januari 1992 naar Amersfoort komt om tijdens een inspraakavond te vernemen wat Amersfoorters vinden van de aanzet voor een nieuw streekplan. In dit artikel staat tevens dat de Overlegnota ‘Op weg van schets naar plan’ ter inzage ligt in de informatiewinkel van het gemeentehuis. Daar is ook een nieuwsbrief beschikbaar met een samenvatting van het plan. In de Overlegnota over het streekplan staat onder andere dat rondom Amersfoort woningen gebouwd moeten worden. De provincie Utrecht ziet Hooglanderveen als een geschikte locatie hiervoor. Tijdens de inspraakavond presenteert het dagelijks bestuur van de provincie de ideeën voor een nieuw streekplan. Die staan in de Overlegnota ‘Op weg van schets naar plan’. In de Overlegnota geeft de provincie keuzes aan. Het provinciebestuur geeft aan vooral te willen bouwen in Nieuwland-Oost, Hooglanderveen en Amersfoort oost. Van de inspraakavond is een verslag gemaakt (bijlage 5). Daarnaast heeft de provincie Utrecht bij besluit van 3 december 1991 de Startnotitie vastgesteld, ter voorbereiding van het Milieu-effectrapport ten behoeve van het nieuwe streekplan Utrecht. De Startnotitie heeft met ingang van 2 januari 1992 gedurende een maand, derhalve tot 2 februari 1992, voor een ieder ter inzage gelegen op het gemeentehuis. Dit is bekend gemaakt in de Staatscourant nr. 245 d.d. 17 december 1991 (bijlage 6). In de startnotitie wordt gesproken over woningbouw in Hooglanderveen. Deze locatie heeft zelfs de voorkeur van de provincie. Op 21 januari 1992 is een Collegebesluit genomen (bijlage 7) waarin wordt ingestemd met de reactie op de startnotitie m.e.r. woningbouwlocaties Streekplan Utrecht en waarin wordt besloten om de commissie Ruimtelijke Ordening, Volkshuisvesting, Stadsvernieuwing en Cultuur (hierna: RVSC) en Stedelijk Beheer en Milieu (hierna: SBM) te infomeren. B&W hebben naar aanleiding van de Startnotitie op 29 januari 1992 een reactie gestuurd (bijlage 8). De commissie RVSC en SBM hebben in haar vergadering, d.d. 27 januari 1992, kennisgenomen van de informatie. D’66 kon zich niet vinden in de brief aan het College van Gedeputeerde Staten omdat zij tegen bebouwing van Hooglanderveen/Vathorst waren (bijlage 9). Tevens is er door het Gewest Eemland een Intergemeentelijke Structuurvisie Eemland vastgesteld (28 februari 1992). In deze structuurvisie is een ruimtelijk beeld ontwikkeld waarin de ruimtelijke ontwikkelingen, waaronder de woon- en werklocaties in het gewest Eemland op korte termijn (tot 1998) en (middel)lange termijn (tot 2010-2015) zijn weergegeven. Ook in deze Intergemeentelijke Structuurvisie wordt Hooglanderveen als uitbreidingslocatie genoemd. De ligging en de begrenzing van de locatie is vergelijkbaar met de ontwikkelingsrichting die in de Perspectievenschets RO voor Amersfoort is gepresenteerd (bijlage 10).
Tevens hebben er diverse artikelen (bijlage 11) in de Amersfoortse Courant gestaan, waarin gesproken wordt over woningbouw in Hooglanderveen/Vathorst. beoordeling De vraag die dient te worden beantwoord is of een potentiële koper uit bovengenoemde feiten en omstandigheden had kunnen en dus moeten afleiden dat een planologische wijziging van het gebied Hooglanderveen in de rede lag. Voor de beoordeling van deze vraag hebben wij het verzoek om planschade, overeenkomstig de door uw raad vastgestelde Verordening procedure planschadevergoeding, voorgelegd aan de Stichting Adviesbureau Onroerende Zaken (hierna: SAOZ), te Rotterdam. De SAOZ heeft geconcludeerd dat de planologische maatregel voor de heer en mevrouw Kok heeft geleid tot een nadeliger positie waaruit op de voet van artikel 49 WRO voor vergoeding vatbare schade in de vorm van waardevermindering is voortgevloeid. De waardevermindering wordt door de SAOZ bepaald op een bedrag in de orde van grootte van € 55.000,-. Tevens oordeelt de SAOZ dat de door de heer en mevrouw Kok naar voren gebrachte feitelijke schade, als gevolg van de bouwwerkzaamheden niet voor vergoeding, ex artikel 49 WRO, in aanmerking komt. Deze schade is geen rechtstreeks gevolg van het nieuwe bestemmingsplan, maar van de werken en werkzaamheden ter uitvoering van de planologische mogelijkheden die dit plan biedt. Hierbij verwijzen wij tevens naar de uitspraak van de Afdeling Bestuursrechtspraak Raad van State van 27 april 2005, LJN:AT4730 (bijlage 12). In deze uitspraak heeft de Raad van State geoordeeld dat een verminderd woongenot niet voor schadevergoeding in aanmerking komt, aangezien deze schade niet is toe te schrijven aan het feit dat de verleende vrijstelling vestiging van een woongroep in het pand heeft mogelijk gemaakt, maar aan het feit dat de woongroep die erin gevestigd is geweest zich gedragingen heeft veroorloofd die appellant als een inbreuk op zijn woongenot heeft ervaren. Alleen schade die rechtstreeks het gevolg is van het nieuwe bestemmingsplan komt voor vergoeding op grond van artikel 49 WRO in aanmerking. Volgens de SAOZ dient het hiervoor omschreven nadeel voor rekening van de heer en mevrouw Kok te blijven, indien de onderhavige planologische mutatie voor hen ten tijde van de aankoop van hun woning voorzienbaar was. In algemene zin geldt hierbij dat indien voor de vaststelling van een nieuw bestemmingsplan of een besluit krachtens artikel 19 WRO sprake is geweest van (een reeks van) planologisch relevante besluiten (zoals een structuurplan, een streekplan, een voorbereidingsbesluit of een in procedure gebracht bestemmingsplan) waaraan een bestendige lijn in de visie tot de uiteindelijke planologische bebouwings- en gebruiksmogelijkheden van de betreffende locatie kan worden ontleend, voorzienbaarheid in beginsel kan worden tegengeworpen, indien (één of meerdere van) deze planologische relevante besluiten ten tijde van de aankoop van het object kenbaar waren. Het is niet vereist dat de plannen al volledig zijn uitgekristalliseerd. Het criterium is of er voor een redelijk denkende en handelende koper aanleiding bestaat om rekening te houden met de kans dat de planologische situatie in ongunstige zin zou veranderen (Afdeling Bestuursrechtspraak Raad van State 26 september 2001, Crèvecoeur en Van Nee/Gemeente Westerveld). Bezwaarden hebben het huis in twee fasen gekocht. In 1993 het woonhuis met ca. 1000m2 grond en in 1995 de schuur met ca. 1700m2 grond. Ten tijde van de aankoop had de Overlegnota ter voorbereiding van het nieuwe streekplan van de provincie Utrecht (d.d. december 1991), volgens de SAOZ, bekend kunnen zijn bij verzoekers. De inspraakperiode en informatieavonden lagen ook ruimschoots voor de aankoopdatum. Bezwaarden hebben op basis van bovenstaande informatie, welke bekend mocht worden verondersteld, door de aankoop van de woning c.a. bewust het risico genomen dat de geplande woonwijk te zijner tijd in de directe nabijheid van hun woning zou verrijzen. De SAOZ komt hiermee tot de conclusie dat de geleden planschade voor eigen rekening en risico van verzoekers dient te komen. De SAOZ heeft geadviseerd om het ingediende verzoek tot vergoeding van planschade af te wijzen. Aan het advies van de SAOZ hechten wij in beginsel doorslaggevende betekenis, omdat de beoordeling van een verzoek om planschade deskundigheid vereist. Ons is niet gebleken dat dit advies niet op de juiste wijze tot stand is gekomen of op foutieve informatie berust. Nu er geen ander, van het SAOZ-advies afwijkend, deskundig rapport is overgelegd op basis waarvan een ander oordeel
gevormd zou kunnen worden over de situatie, zien wij geen reden om van het SAOZ-advies af te wijken. In reactie op het bezwaarschrift willen wij nog het navolgende opmerken. De heer mr G.L.M. Teeuwen stelt in zijn bezwaarschrift, namens de heer en mevrouw Kok, dat de Overlegnota ter voorbereiding van het nieuwe streekplan van de provincie Utrecht niet kan worden aangemerkt als een aanwijzing waarmee bezwaarden bij de aankoop van hun perceel rekening dienden te houden. Hij zegt daarin tevens dat de heer en mevrouw Kok geen kennis konden hebben van de Overlegnota. Dit betwisten wij. De Overlegnota ‘Op weg van schets naar plan’ heeft ter inzage gelegen in de Informatiewinkel van het gemeentehuis. Daar was ook een nieuwsbrief beschikbaar met een samenvatting van het plan. Deze ter inzage legging is bekendgemaakt in het huis-aan-huisblad Stad Amersfoort, bij de Stadsberichten. De heer en mevrouw Kok hadden derhalve wel degelijk kennis kunnen nemen van de Overlegnota. Daarnaast stelt de heer Teeuwen dat een dergelijke nota geen enkele reële zekerheid biedt omtrent de planologische invulling van een gebied en in casu van het gebied Vathorst. Dit is echter niet het criterium op grond waarvan voorzienbaarheid kan worden tegengeworpen. Er behoeft geen reële zekerheid te zijn omtrent de planologische invulling. Het criterium is of er voor een redelijk denkende en handelende koper aanleiding bestaat om rekening te houden met de kans dat de planologische situatie in ongunstige zin zou veranderen. De Overlegnota behelst weliswaar nog niet tot in detail de uiteindelijke vormgeving van het beoogde woongebied, maar bood wel voldoende inzicht in de aard en omvang daarvan. Daarbij komt dat er naar aanleiding van de Overlegnota een inspraakavond is gehouden. En er hebben diverse berichten in de krant gestaan, waarin gesproken wordt over massale woningbouw in het gebied Hooglanderveen/Vathorst. Daarnaast heeft de Startnotitie met ingang van 2 januari 1992 gedurende een maand, derhalve tot 2 februari 1992, voor een ieder ter inzage gelegen op het gemeentehuis. Tevens waren, ten tijde van de aankoop van het huis de Perspectievenschets RO en de Intergemeentelijke Structuurvisie Eemland, reeds opgesteld. Wij komen derhalve tot de conclusie dat de heer en mevrouw Kok geacht moeten worden ten tijde van de aankoop van hun woning het risico van een voor hen nadelige wijziging van de planologische situatie hebben aanvaard en de gevolgen daarvan dienen redelijkerwijs geheel voor hun rekening te blijven. Hierbij verwijzen wij tevens naar de uitspraak van de Afdeling Bestuursrechtspraak Raad van State van 19 februari 2003 LJN: AF4722 (bijlage 13) waaruit is af te leiden dat de precieze vormgeving van nieuw op te richten bebouwing niet hoeft vast te staan. Voldoende is dat er ten tijde van de eigendomsverkrijging van appellanten voor een redelijk denkende en handelende koper aanleiding bestond om rekening te houden met de kans dat de planologische situatie voor omwonenden in ongunstige zin zou veranderen. Deze vraag moet, gelet op het bovenstaande, in casu bevestigend worden beantwoord. Daarnaast willen wij nog wijzen op de uitspraak van de Afdeling Bestuursrechtspraak Raad van State van 26 april 2001, nummer 200003224/1 (bijlage 14) waarin is bepaald dat aangezien appellant ten tijde van de aankoop van zijn woning kon weten dat de gerede kans aanwezig was dat in de toekomst de gronden ten westen van zijn woning bebouwd zouden worden, alsmede het feit dat de woning is gelegen aan de rand van de stad en tegenover braakliggende gronden, het in de rede lag dat appellant bij de gemeente had geïnformeerd naar een mogelijk nadelige bestemmingsplanwijziging ter plaatse. De Afdeling is van oordeel dat het achterwege laten van nader onderzoek op het gemeentehuis aan appellant kan worden tegengeworpen. Naar wij hiervoor al hebben uiteengezet konden de heer en mevrouw Kok weten dat de gerede kans aanwezig was dat in de toekomst de gronden in de buurt van hun woning bebouwd zouden worden. De woning van de heer en mevrouw Kok was tevens gelegen in een gebied met braakliggende gronden. De heer en mevrouw Kok hadden derhalve bij de gemeente en/of bij de provincie moeten en kunnen informeren naar de plannen omtrent het gebied Hooglanderveen. Nu zij dit achterwege hebben gelaten zijn zij in hun onderzoeksplicht tekortgeschoten en dit dient voor hun rekening te komen. Ten aanzien van de door de heer en mevrouw Kok verzochte vergoeding van de kosten van rechtsbijstand merken wij het volgende op. Op grond van artikel 7:15 lid 2 Awb worden de kosten die de belanghebbende heeft moeten maken, door het bestuursorgaan uitsluitend vergoed voorzover het
besluit wordt herroepen wegens aan het bestuursorgaan te wijten onrechtmatigheid. Hiervan is geen sprake. Derhalve dienen de kosten van rechtsbijstand voor rekening van de heer en mevrouw Kok te blijven. conclusie In deze zaak is sprake van voorzienbaarheid ten aanzien van de mogelijkheid tot bebouwing van het gebied Hooglanderveen/Vathorst terwijl er geen termen zijn om een gedeelte van de schade voor rekening van de gemeente te laten komen. Het bezwaar van de heer Teeuwen, namens de heer en mevrouw Kok, dient dan ook ongegrond te worden verklaard. Het bestreden besluit kan in stand gelaten worden en het verzoek om vergoeding van kosten dient te worden afgewezen. 4.
Aanpak Niet van toepassing.
5.
Financiële aspecten Niet van toepassing.
6.
Planning Niet van toepassing.
7.
Betrokkenheid burgers en instanties Niet van toepassing.
Burgemeester en wethouders van Amersfoort, de secretaris,
de burgemeester,
Dr. G. de Kleijn
A. van Vliet-Kuiper
Bijlagen
- ontwerp-raadsbesluit Ter inzage
(1) Advies SAOZ d.d. 24 juni 2004 (2) Reactie op de zienswijze van SAOZ d.d. 18 november 2004 met bijlagen (3) Perspectievenschets RO (4) Stadsberichten van 15 januari 1992, bijlage bij het huis-aan-huisblad Stad Amersfoort (5) Verslag van de inspraakavond 23 januari 1992 (6) Staatscourant nr. 245 d.d. 17 december 1991 (7) Collegebesluit 21 januari 1992 (8) Reactie B&W 29 januari 1991 (9) Commissievergadering RVSC en SBM 27 januari 1992 (10) Intergemeentelijke Structuurvisie Gewest Eemland (11) Publicatie: artikelen Amersfoortse courant ongeveer d.d. 10 januari 1992 en 9 september 1992 (12) Afdeling Bestuursrechtspraak Raad van State (hierna; ABRvS) 27 april 2005, LJN:AT4730 (13) ABRvS 19 februari 2003 LJN: AF4722 (14) ABRvS 26 april 2001, nummer 200003224/1 (15) Beslissing op bezwaar en verslag hoorzitting 28 juni 2005
Raadsbesluit
Reg.nr
1869984
De raad der gemeente Amersfoort; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 26 oktober 2005 , sector DIA/AD (nr. 1869984);
besluit:
1 2 3
de beslissing op bezwaar van 28 juni 2005 van de heer en mevrouw Kok (H-9, reg. nr. 1732985) in te trekken; het bezwaar van de heer mr. G.L.M. Teeuwen namens de heer en mevrouw Kok, Calveenseweg 24 te Hoogland, opnieuw ongegrond te verklaren; het verzoek om vergoeding van de kosten van rechtsbijstand opnieuw af te wijzen.
Vastgesteld in de openbare vergadering van 1 november 2005. de griffier,
de voorzitter,
Rectificatie beslissing op bezwaar
De Ronde en Het Plein Datum: Aanvang:
dinsdag 1 november 2005 19:00
Voorontwerp-bestemmingsplan De Wieken-Vinkenhoef, Herziening gebruiksbepalingen woondoeleinden, 2005 peiling ’ Groen-blauwe structuur (Begroting programma 5) voorbereiding besluit Initiatiefvoorstel Rookmelders voorbereiding besluit Motie voorgenomen opheffing Amersfoort politiecellen voorbereiding besluit
Rectificatie beslissing op bezwaar
Voorontwerp-bestemmingsplan De Wieken-Vinkenhoef, Herziening gebruiksbepalingen woondoeleinden, 2005 peiling ’ Reg.nr.: 1883988 Van: College van B&W Ambtelijk contact: Bruins Portefeuillehouder: Strengers Opsteller: Bruins Samenvatting: Bij besluit van 12 maart 2002 heeft de Gemeenteraad het bestemmingsplan De Wieken- Vinkenhoef vastgesteld. Dit bestemmingsplan is door Gedeputeerde Staten van de provincie Utrecht (na deze: GS) met uitzondering van enkele bepalingen goedgekeurd op 29 oktober 2002. Woonkavels gelegen aan de zuidzijde van de Hogeweg mogen uitsluitend aan uitplaatsers uit het bestemmingsplangebied De Wieken- Vinkenhoef worden verkocht. Momenteel zijn 3 van de geplande 18 kavels voor woningen verkocht aan uitplaatsers. Er zijn naar verwachting geen uitplaatsers meer die een woonkavel kopen. Dit voorontwerp-bestemmingsplan gaat over de resterende woonkavels om die te kunnen verkopen aan niet-uitplaatsers. Reden van aanbieding: Voordat het voorontwerp wordt verzonden naar de PPC toetst de raad of aan de kaders is voldaan. Tevens beoordeelt de raad de verwerking van de inspraakreacties en biedt hij burgers (insprekers) de gelegenheid van hun spreekrecht gebruik te maken. Van de raad wordt gevraagd: Zich uit te spreken over dit voorontwerp-bestemmingsplan. Vervolgtraject: Het voorontwerp-bestemmingsplan zal voor advies naar de PPC worden verzonden. Voor de uitvoering van het voorontwerp zal aan GS een Algemene verklaring van geen bezwaar worden gevraagd, zodat het college desgewenst kan toestaan dat met een vrijstelling ex artikel 19.2 WRO versneld kavels aan anderen dan uitplaatsers mogen worden toegewezen. Normaal kan dit pas wanneer er een onherroepelijk bestemmingsplan is, dat wil zeggen wanneer GS het bestemmingsplan hebben goedgekeurd en er geen voorlopige voorziening en/of beroep is aangevraagd/ingediend. Vervolgens legt het college het ontwerp-bestemmingsplan voor aan de raad. Doel activiteit: Peiling Soort activiteit: College peilt raad Opmerkingen presidium: In De Ronde van 20 september 2005 is afgesproken dat de wethouder het stuk opnieuw aanbiedt voordat het naar de PPC gaat. Er komt een duidelijke tekening en er wordt antwoord gegeven op vragen over de hallen en over de financiële consequenties (grondexploitaties). Zie bijgevoegde raadsinformatiebrief Soort verslag: Besluitenlijst Bijbehorende documenten: docs/RIB nr23 met bijlage.pdf 2005, nr. 23
Rectificatie beslissing op bezwaar
: docs/1784233 v1 - TOELICHTING WIEKEN- VINKENHOEF GEBRUIKSBEP..pdf, Herziening gebruiksbepaling woondoeleinden, 2005 (voorontwerp, 20 juni 2005; 1784233) : docs/voorschriften bp Wieken Vinkenhoef.pdf : Bijbehorend B en W-besluit : Correspondentie van en aan Provincie
Rectificatie beslissing op bezwaar
Groen-blauwe structuur (Begroting programma 5) voorbereiding besluit Titel: Groen-Blauwe Structuur (Programma 5) Reg.nr.: 1896288 Van: College van Burgemeester en Wethouders Portefeuillehouder: Jonkman Samenvatting: Ieder jaar stelt de gemeenteraad de begroting vast. De programma’s worden eerst in De Ronde besproken. De fracties kunnen elkaar en het college bevragen over de programma’s en ook kunnen zij aangeven op welke terreinen ze voornemens zijn amendementen in te dienen. Daarnaast kunnen burgers (spreekrecht burgers) de raad nog zaken meegeven bij hun voorbereiding. Reden van aanbieding: Op grond van artikel 191 Gemeentewet stelt de raad de begroting vast. Van de raad wordt gevraagd: a. Te bezien of de verwerking van de opdrachten die bij de kadernota zijn meegegeven overeenkomen met de bedoelingen van de raad. b. De programma’s van de begroting voor te bereiden voor Het Besluit. Vervolgtraject: Debat over de begroting vindt plaats in Het Besluit van 8 november 2005. Besluitvorming/stemmingen vinden plaats in Het Besluit op 15 november 2005. Doel activiteit: Voorbereiding besluit Soort activiteit: Raadsvoorstel Soort verslag: Kort verslag Bijbehorende documenten: /smartsite.shtml?id=153911(reeds in uw bezit) : /smartsite.shtml?id=104127 (reeds in uw bezit)
Rectificatie beslissing op bezwaar
Initiatiefvoorstel Rookmelders voorbereiding besluit Reg.nr.: 1884178 Van: BPA-fractie, K. Kraanen Ambtelijk contact: C.H. Gieze Portefeuillehouder: G. Eerdmans Opsteller: K. Kraanen Samenvatting: De BPA fractie stelt de raad voor een onderzoek te doen naar de haalbaarheid van het plaatsen van goedgekeurde rookmelders (optische signalering melders) in alle Amersfoortse woningen opgeleverd voor 2003. De BPA fractie denkt hierbij zeker niet, aan "gratis" verstrekking. Een subsidieregeling en of aanschafpremie geniet de voorkeur daar er in dit geval duidelijk sprake is van eigen verantwoordelijkheid van de burger. De BPA fractie denkt dat er door actieve informatie/stimulering over dit onderwerp in de stadsberichten een gunstig effect zal hebben op de aanschaf van deze veiligheidsmiddelen door burgers. Hierdoor zou de landelijke trend van slechts 1 melder per 10 woningen in Amersfoort in gunstige zin kunnen worden beïnvloed. Reden van aanbieding: Initiatiefrecht raadsleden is raadsbevoegdheid. Van de raad wordt gevraagd: Zich uit te spreken over het initiatiefvoorstel. Vervolgtraject: In Het Besluit stemming over het initiatiefvoorstel. Bij onvoldoende ervaren steun wellicht intrekking voorstel. Doel activiteit: Voorbereiding besluit Soort activiteit: Initiatiefvoorstel Soort verslag: Besluitenlijst Bijbehorende documenten: docs/1884172 v1 - INITIATIEFVOORSTEL ROOKMELDERS.pdf d.d. 26-10-2005
Rectificatie beslissing op bezwaar
Motie voorgenomen opheffing Amersfoort politiecellen voorbereiding besluit Reg.nr.: 1890325 Van: BPA-fractie Ambtelijk contact: K. Vonck Portefeuillehouder: A. van Vliet-Kuiper Opsteller: H. van Wegen Samenvatting: De Burger Partij Amersfoort (BPA) is tegen het plan om Amersfoortse politiecellen te sluiten en over te brengen naar een nieuw te bouwen complex in Houten (berichtgeving AD/AC). De BPA vindt dat dit plan afbreuk doet aan het vermogen van de politie- en veiligheidsautoriteiten om adequaat in te spelen op gewelddadig en ontoelaatbaar gedrag van bijvoorbeeld kleine criminaliteitsdieven, vandalen, agressieve mensen en amokmakende drinkebroers. De BPA pleit daarom voor het behoud van de Amersfoortse cellen. De BPA brengt die opvatting in een motie tot uitdrukking. Reden van aanbieding: Indienen motie betreft een raadsbevoegdheid. Van de raad wordt gevraagd: Zijn mening te geven over de bijgevoegde motie. Vervolgtraject: In Het Besluit stemmen over de motie. Bij onvoldoende ervaren steun wellicht intrekking motie. Doel activiteit: Voorbereiding besluit Soort activiteit: Voorbereiding motie Soort verslag: Besluitenlijst Bijbehorende documenten: docs/BPA motie voorgenomenopheffing politiecellen.pdf
Rectificatie beslissing op bezwaar
De Ronde en Het Plein Datum: Aanvang:
dinsdag 1 november 2005 20:30
Motie Energievisie Vathorst voorbereiding besluit
Rectificatie beslissing op bezwaar
Motie Energievisie Vathorst voorbereiding besluit Reg.nr.: 1896246 Van: Raadsleden Van der Borch tot Verwolde, Van Leersum, Braakenburg, Offereins Ambtelijk contact: Kruis Portefeuillehouder: Eerdmans Opstellers: raadsleden Samenvatting: Indieners willen in het kader van het klimaatbeleid het college opdragen om per januari 2006 voor woningen een 10 procent lagere Energie Prestatie Coëfficiënts (EPC) waarde aan te houden dan de wettelijke maximumwaarde per 2006 (0.8). Reden van aanbieding: Betreft raadsbevoegdheid Van de raad wordt gevraagd: Zijn mening te geven over bijgevoegde motie Vervolgtraject: In Het Besluit stemming over de motie. Bij onvoldoende ervaren steun wellicht intrekking motie. Bij overnemen door de portefeuillehouder is stemming wellicht overbodig. Doel activiteit: Voorbereiding besluit Soort activiteit: Voorbereiding motie Soort verslag: Besluitenlijst Bijbehorende documenten: docs/1894691 v1 - MOTIE ENERGIEVISIE VATHORSTEPC NIVEAU VATHORST.pdf Energievisie (1894691)
Rectificatie beslissing op bezwaar
De Ronde en Het Plein Datum: Aanvang:
dinsdag 1 november 2005 18:00
Tijd.voorbereidend intern overleg Klankbordgroep Dualisering
Rectificatie beslissing op bezwaar
Tijd.voorbereidend intern overleg
Rectificatie beslissing op bezwaar
Klankbordgroep Dualisering
Rectificatie beslissing op bezwaar
Agenda voor de bijeenkomst in de Extra locatie Datum: Aanvang:
dinsdag 1 november 2005 18:00
Legeskosten gebruiksvergunning voor sportverenigingen Huis van de watersport op de MOB-locatie Rekenkamercommissie Amersfoort Ruim baan voor cultuur
Rectificatie beslissing op bezwaar
Legeskosten gebruiksvergunning voor sportverenigingen Legeskosten gebruiksvergunning voor sportverenigingen (pdf)
Rectificatie beslissing op bezwaar
Huis van de watersport op de MOB-locatie Huis van de watersport op de MOB-locatie (pdf)
Rectificatie beslissing op bezwaar
Rekenkamercommissie Amersfoort Rekenkamercommissie Amersfoort (pdf)
Rectificatie beslissing op bezwaar
Ruim baan voor cultuur Ruim baan voor cultuur (pdf)
Het Plein datum
11 oktober 2005
van
18.00 uur
tot uiterlijk
21.30
Reg.nr
1872127
Indiener voorstel
Amersfoortse Sport Federatie (ASF) (Guus de Jong, bestuurslid ASF)
Titel
Legeskosten gebruiksvergunning voor sport verenigingen
Aanleiding
Doel
NB. Het Plein dient voor informatie-uitwisseling. Er vindt geen besluitvorming plaats.
Reg.nr. 1851305 Format agedering plein
Opmerking [m1]: In te vullen door de griffie
Het Plein datum
1 november 2005
van
tot
Reg.nr
1876234
Indiener voorstel
Huis van de watersport
Titel
Huis van de watersport op de MOB-locatie
Aanleiding
Besluitvorming over vestiging Huis van de watersport op de MOB-locatie.
Doel
Raadsleden bijpraten over de laatste ontwikkelingen en standpunten uitwisselen van argumenten en overwegingen.
NB. Het Plein dient voor informatie-uitwisseling. Er vindt geen besluitvorming plaats.
Reg.nr. 1851305 Format agedering plein
Opmerking [m1]: In te vullen door de griffie
Het Plein datum
1 november 2005
van
18.00 tot uiterlijk
21.30 uur
Reg.nr
1883659
Indiener voorstel
Rekenkamercommissie
Titel
Rekenkamercommissie Amersfoort
Aanleiding
Rapport Wijkontwikkeling. Kennismaking met rekenkamercommissie in het algemeen en gelegenheid tot stellen van vragen over rapport ‘Wijkontwikkeling met beleid’ in het bijzonder.
Doel
NB. Het Plein dient voor informatie-uitwisseling. Er vindt geen besluitvorming plaats.
1897585 v1 - HET PLEIN REKENKAMER 1 NOVEMBER 2005.doc
Opmerking [m1]: In te vullen door de griffie
Het Plein datum
1 november 2005
Indiener voorstel
van
18.00 Tot uiterlijk
21.30 Reg.nr
1885676
Titel
Stichting Kunstkijkroute en stichting Stadsgalerij (Lex van de Haterd) Ruim baan voor cultuur
Aanleiding
Afwijzen subsidie-aanvraag voor de Kunstrijroute en de Stadsgalerij.
Doel
Ervoor zorgen dat er alsnog geld komt voor beide activiteiten.
NB. Het Plein dient voor informatie-uitwisseling. Er vindt geen besluitvorming plaats.
Reg.nr. 1851305 Format agedering plein
Opmerking [m1]: In te vullen door de griffie