Molendijkzaal Ontwerp-bestemmingsplan De Berg 2003, herziening ex art. 30 WRO (2007) + Reactienota Inspraak en Overleg Peiling

OVERZICHT De Raad Aanvang: Tijd

16-10-2007 18:00

Het Plein

18:00 Stand van zaken fusie musea Supermarktontwikkelingen in Amersfoort 2007 - 2016 ’Meer dan de markt aankan’ Situatie rond sluipverkeer Eindweg/Holleweg Hooglanderveen 19:00 Tijd

Raadzaal 1.02

Molendijkzaal 0.01

Vermeerzaal 1.03

19:00 Shortlist opvangvoorzieningen: locaties dak- en thuislozen(voortgezette behandeling) Voorbereiding besluit

Ontwerp-bestemmingsplan ’De Berg 2003, herziening ex art. 30 WRO (2007)’ + Reactienota Inspraak en Overleg Peiling

Verkeersontsluiting Meander Medisch Centrum / Maatweg (voortgezette behandeling) Peiling

20:00

Burgerinitiatief Akropolis-Amersfoort Voorbereiding besluit

JA: Stedelijk Cultureel Jongerencentrum Peiling

20:30 Vragen raadsleden aan college Informatie

Golfactiviteiten Hoogland West Peiling

Samenwerking NV SRO met gemeente Haarlem Peiling

21:00 Vaststellen verslagen en besluitenlijsten Vaststelling 21:15

1

Tijd

Raadzaal 1.02

21:30 Besluiten met debat 1. WMO-overgangscliënten hulp bij het huishouden VVD Amendement: Herindicering Variant 4 Portefeuillehouder : wethouder P. van Daalen Woordvoerder eerste ronde: D. Van Wijngaarden Besluiten zonder debat 2. Voorbereidingsbesluit ex artikel 21 WRO voor Centraal Stadsgebied -Zuid Toelichting : Voor het gebied CSG-Zuid is een nieuw bestemmingsplan in voorbereiding. Daarin wordt o.a. ook de ruimtelijke ontwikkelingsvisie voor Nederberg verwerkt. Om te voorkomen dat zich in het gebied ontwikkelingen voordoen die niet in overeenstemming zijn met het toekomstige beleid wordt voorgesteld een voorbereidingsbesluit te nemen Moties 3. JA en BPA : Werken aan de Spoortunnel Stadsring / Amsterdamseweg 4. CDA : Uitbreiding shortlist opvangvoorzieningen 21:45 Einde

2

De Ronde Datum: Aanvang:

dinsdag 16 oktober 2007 19:00

Shortlist opvangvoorzieningen: locaties dak- en thuislozen(voortgezette behandeling) Voorbereiding besluit Vragen raadsleden aan college Informatie Vaststellen verslagen en besluitenlijsten Vaststelling

Shortlist opvangvoorzieningen: locaties dak- en thuislozen(voortgezette behandeling) Voorbereiding besluit Reg.nr.: 2529351 Van: College van B&W Ambtelijk contact: Verheule (033 469 4485) Portefeuillehouder: Van Daalen Opsteller: Verheule Samenvatting: In oktober 2006 is door de raad de Procedure locatiekeus opvangvoorzieningen dak- en thuislozen vastgesteld. De procedure kenmerkt zich door een open en transparant proces voor het aanwijzen van vier locaties voor opvangvoorzieningen voor dak- en thuislozen. Dit betreft een locatie voor de dagopvang (waarna die aan de Stovestraat sluit), een alcoholopvang, voor een hostel voor harddrugsverslaafden en een locatie voor woonunits voor onaangepaste huurders. De procedure bestaat uit vier stappen. Na het vaststellen van de procedure (stap 1) zijn op 13 maar 2007 door de raad de Toetsingspunten voor het wegen van de locaties vastgesteld (stap 2). Vervolgens is stap 3 ter hand genomen: het zoeken van locaties en het samenstellen van de shortlist. In dit raadsvoorstel ligt een te nemen besluit voor, voor het vaststellen van een shortlist van in totaal 12 locaties. Op 2 oktober 2007 is er de gelegenheid geweest om in te spreken. Op 16 oktober komen de fracties aan bod. Reden van aanbieding: Conform de door de raad vastgestelde Procedure locatiekeus opvangvoorzieningen dak- en thuislozen wordt een shortlist voorgelegd. Van de raad wordt gevraagd: het te nemen besluit over de shortlist voor de zoektocht naar vier locaties voor opvangvoorzieningen voor dak- en thuislozen voor te bereiden. Vervolgtraject: Besluitvorming in de raad Doel activiteit: Voorbereiding besluit Soort activiteit: Raadsvoorstel Soort verslag: Verslag Bijbehorende documenten: /smartsite.shtml?ch=ter&id=179254 : Vier deelnota’s met de totstandkoming van de weging per voorziening : plattegrond Amersfoort met nummers die corresponderen met de longlist : Aparte bundel: ’Factsheet Longlist mogelijke locaties opvangvoor-zieningen daken thuislozen’ Nieuw toegevoegd: /smartsite.shtml?ch=ter&id=180031 reactie op insprekers 2-10-2007 xBundel xBIS: xRaadskast Fractiekamer Historie: Toetsingspunten voor het wegen van de locaties: stukken en verslag 27/2/07 (voorbereiding besluit) + stukken en verslag 13/3/07 (besluit) : Procedure locatiekeus opvangvoor-zieningen dak- en thuislozen: stukken en verslag 5/9/06 en 3/10/06 (voorbereiding besluit) + stukken en verslag 17/10/06 (besluit) : /smartsite.shtml?ch=ter&id=179905

Reg.nr.: 2529351 Van: College van B&W Ambtelijk contact: Verheule (033 469 4485) Portefeuillehouder: Van Daalen Opsteller: Verheule Samenvatting: In oktober 2006 is door de raad de Procedure locatiekeus opvangvoorzieningen dak- en thuislozen vastgesteld. De procedure kenmerkt zich door een open en transparant proces voor het aanwijzen van vier locaties voor opvangvoorzieningen voor dak- en thuislozen. Dit betreft een locatie voor de dagopvang (waarna die aan de Stovestraat sluit), een alcoholopvang, voor een hostel voor harddrugsverslaafden en een locatie voor woonunits voor onaangepaste huurders. De procedure bestaat uit vier stappen. Na het vaststellen van de procedure (stap 1) zijn op 13 maar 2007 door de raad de Toetsingspunten voor het wegen van de locaties vastgesteld (stap 2). Vervolgens is stap 3 ter hand genomen: het zoeken van locaties en het samenstellen van de shortlist. In dit raadsvoorstel ligt een te nemen besluit voor, voor het vaststellen van een shortlist van in totaal 12 locaties. Reden van aanbieding: Conform de door de raad vastgestelde Procedure locatiekeus opvangvoorzieningen dak- en thuislozen wordt een shortlist voorgelegd. Van de raad wordt gevraagd: het te nemen besluit over de shortlist voor de zoektocht naar vier locaties voor opvangvoorzieningen voor dak- en thuislozen voor te bereiden. Vervolgtraject: Besluitvorming in de raad Doel activiteit: Voorbereiding besluit Soort activiteit: Raadsvoorstel Soort verslag: Verslag Bijbehorende documenten: Raadsvoorstel (nr. /smartsite.shtml?id=179255 ncl. bijlagen : 1. Longlist locaties 2. Toetsingspunten 3. Kaart van Amersfoort met zoekgebieden : Vier deelnota’s met de totstandkoming van de weging per voorzienning : - /smartsite.shtml?id=179411 -/smartsite.shtml?id=179412 - /smartsite.shtml?id=179413 - /smartsite.shtml?id=179414 : Aparte plattegrond van Amersfoort met nummers die corresponderen met de longlist : Aparte bundel: ’Factsheet Longlist mogelijke locaties opvangvoor-zieningen dak- en thuislozen’ Historie: Toetsingspunten voor het wegen van de locaties: /smartsite.shtml?id=170678 en /smartsite.shtml?id=170986 27/2/07 (voorbereiding besluit) + /smartsite.shtml?id=171293 en /smartsite.shtml?id=17171113/3/07 (besluit)

: Procedure locatiekeus opvangvoor-zieningen dak- en thuislozen: /smartsite.shtml?id=163878en /smartsite.shtml?id=1642045/9/06 en /smartsite.shtml?id=164831en /smartsite.shtml?id=165174 3/10/06 (voorbereiding besluit) + /smartsite.shtml?id=165323 en /smartsite.shtml?id=16571417/10/06 (besluit) Reg.nr.: 2331431 Van: College van B&W Ambtelijk contact: Verheule (033 469 44 85) Portefeuillehouder: Van Daalen Opsteller: Verheule Samenvatting: Het raadvoorstel Toetsingspunten locatiekeus opvangvoorzieningen heeft ter inzage gelegen van 24 oktober tot en met 6 december 2006. De inspraakreacties zijn verwerkt in deze reactienota. Tevens zijn er wijkgesprekken gevoerd over de Procedure locatiekeus opvangvoorzieningen en over de Toetsingspunten locatiekeus opvangvoorzieningen. We willen het raadvoorstel Toetsingspunten locatiekeus opvangvoorzieningen op de volgende punten wijzigen, en deze vervolgens vaststellen: 1. Wijzigen: De laatste zin van het toetsingspunt 6. Sociale omgeving bij de locatie voor containerwoningen wijzingen in "De locatie ligt bij voorkeur niet in een buurt waar al van een kwetsbare sociale situatie sprake is" 2. Toevoegen bij de toetsingpunten voor elk van de locaties onder 6 Sociale omgeving: "De sociale omgeving wordt bekeken. Dit weegt mee in de beoordeling van de geschiktheid van de locatie." 3. Toevoegen bij de locatie containerwoningen: Toetsingspunt 5. Beheersbaarheid "Aan de beheersbaarheid worden geen specifieke eisen gesteld. Op het terrein wordt gehandhaafd, net als dat in de rest van Amersfoort gedaan wordt" Tot slot constateren we dat door het voeren van dertien wijkgesprekken de motie Optimalisatie participatie voor wat betreft stap 2 van de Procedure locatiekeus opvangvoorzieningen uitgevoerd is. Reden van aanbieding: De raad heeft in oktober besloten het raadsvoorstel Toetsingspunten locatiekeus opvangvoorzieningen ter inzage te leggen. In de reactienota zijn de reacties op de ter inzagelegging verwerkt. Van de raad wordt gevraagd: Een besluit van de raad voor te bereiden Vervolgtraject: Na besluitvorming door de raad over de Toetsingspunten zal door het College van B en W stap 3 van de Procedure Locatiekeus opvangvoorzieningen in gang gezet worden. Doel activiteit: Voorbereiding besluit Soort activiteit: Raadsvoorstel Soort verslag: Besluitenlijst Bijbehorende documenten: Raadsvoorstel (/smartsite.shtml?ch=&id=170679) : Reactienota (/smartsite.shtml?ch=&id=170680) Reg.nr.: 2177813 Van: College van B&W Ambtelijk contact: Verheule

Portefeuillehouder: Van Daalen Opsteller: Verheule Samenvatting: Het College wil een verdergaande scheiding van doelgroepen in de dak- en thuislozenzorg bewerkstelligen door de volgende voorzieningen toe te voegen: - een hostel voor drugsverslaafden - een opvangvoorziening voor alcoholverslaafden - containerwoningen voor zeer onaangepaste huurders - een nieuwe inloop voor dak- en thuislozen waarna de locatie Stovestraat gesloten wordt. De zoektocht naar nieuwe locaties wordt ter hand genomen langs de weg van participerende inspraak. Reden van aanbieding: Dit voorstel is mede een vervolg op twee moties die in de vorige raadsperiode zijn aangenomen, nl de motie opvangvoorzieningen en de motie containerwoningen. Van de raad wordt gevraagd: Besluitvorming gemeenteraad over de locatiekeus en toetsingspunten opvangvoorzieningen voor te bereiden. Vervolgtraject: Besluitvorming in gemeenteraad Zie verder de procedure zoals opgenomen in het raadsvoorstel Doel activiteit: Voorbereiding besluiten Soort activiteit: Raadsvoorstellen Soort verslag: Verslag Bijbehorende documenten: /smartsite.shtml?ch=ter&id=163879 : /smartsite.shtml?ch=ter&id=156590 : /smartsite.shtml?ch=ter&id=109689 : /smartsite.shtml?ch=ter&id=163880 Reg.nr.: 2177813 Van: College van B&W Ambtelijk contact: Verheule (033-4694485) Portefeuillehouder: Van Daalen Opsteller: Verheule Samenvatting: Het College wil een verdergaande scheiding van doelgroepen in de dak- en thuislozenzorg bewerkstelligen door de volgende voorzieningen toe te voegen: - een hostel voor drugsverslaafden - een opvangvoorziening voor alcoholverslaafden - containerwoningen voor zeer onaangepaste huurders - een nieuwe inloop voor dak- en thuislozen waarna de locatie Stovestraat gesloten wordt. De zoektocht naar nieuwe locaties wordt ter hand genomen langs de weg van participerende inspraak. NB: Nieuw toegevoegd: Memo van college waarbij ingegaan wordt op tijdens De Ronde van 5 september gemaakte opmerkingen en gestelde vragen. Reden van aanbieding: Dit voorstel is mede een vervolg op twee moties die in de

vorige raadsperiode zijn aangenomen, nl de motie opvangvoorzieningen en de motie containerwoningen. Van de raad wordt gevraagd: Besluitvorming gemeenteraad over de locatiekeus en toetsingspunten opvangvoorzieningen voor te bereiden. Vervolgtraject: Besluitvorming in gemeenteraad Zie verder de procedure zoals opgenomen in het raadsvoorstel Doel activiteit: Voorbereiding besluiten Soort activiteit: Raadsvoorstellen Soort verslag: Verslag Bijbehorende documenten: /smartsite.shtml?id=164832(reg.nr. 2202538) : /smartsite.shtml?id=164204 : /smartsite.shtml?id=163879+ Bijlage 1 : De opvangvoorzieningen : /smartsite.shtml?id=156590+ bijlage : /smartsite.shtml?id=109689 : /smartsite.shtml?id=163880 Motie opvangvoorzieningen + bijlage (pdf) verslag (pdf) verslag (pdf) verslag (pdf) verslag (pdf) stukken (pdf) stukken (pdf) verslag (pdf) Concept-verslag 2 oktober 2007 (pdf)

Vragen raadsleden aan college Informatie Reg.nr.: 2543691 Van: Presidium Ambtelijk contact: Richard-Pronk (033 469 4379) Portefeuillehouder: Niet van toepassing Opsteller: Richard-Pronk Samenvatting: De fractievoorzitters hebben besloten te experimenteren met de mogelijkheid voor raadsleden om in De Ronde vragen te stellen aan het college, indien daarvoor ruimte in De Ronde aanwezig is. Uitgangspunten · De mogelijkheid is bedoeld voor raadsleden (en derhalve niet voor insprekers) · De mogelijkheid is bedoeld voor korte vragen (en derhalve niet voor discussie, peiling van meningen of interpellatie, waarvoor immers andere mogelijkheden en spelregels bestaan) Reden van aanbieding: — Van de raad wordt gevraagd: — Vervolgtraject: Afhankelijk van het antwoord Doel activiteit: Informatie Soort activiteit: Raad stelt vragen aan college Opmerkingen presidium: Spelregels · Vragen worden uiterlijk maandag, voorafgaand aan de dinsdag van Het Besluit, voor 16.00 uur aangemeld bij de griffie. · De griffie mailt de aanmeldingen eind van de maandagmiddag door aan raad en college. · De voorzitter bepaalt de orde van de vergadering en kan vragen doorverwijzen naar een volgende of andere mogelijkheid. Soort verslag: Besluitenlijst

Vaststellen verslagen en besluitenlijsten Vaststelling Reg.nr.: 2543710 Van: Griffie Ambtelijk contact: Richard (033 469 4239) Portefeuillehouder: – Opsteller: Richard Ingekomen wijzigingen: - Verslag De Ronde 4 september 2007 - Rondetafelgesprek Rekenkamer-onderzoek Woningcorporaties: Pagina 3, de heer Van Oordt (Portaal): Toegevoegd eerste aandachtstreepje : In de vraagstelling staat transparantie en het gebrek daaraan en dat verondersteld dat een of meerdere partijen ontevreden zijn. Pagina 6, de heer Koolstra (Alliantie Eemvallei) Eerste regel bij het aandachtstreepje gewijzigd in: Slechts 20% van de 15.000 ingeschreven woningzoekenden zijn actief zoekend op de markt. - Verslag De Ronde 18 september 2007 - Actualisatie Coffeeshopbeleid: Pagina 2, CU - (Tigelaar) : Tweede aandachtstreepje gewijzigd in : Geef in het vestigingsbeleid aan op welke plekken in de stad het niet wenselijk is dat daar een coffeeshop wordt gevestigd; uitgangspunt bij het verruimen van de criteria voor vestiging dient niet te zijn dat het maximum van negen moet worden gerealiseerd. Derde aandachtstreepje gewijzigd in : Het afstandscriterium dient te worden aangescherpt. Heeft bezwaren tegen het voorstel om het afstandscriterium niet meer te laten gelden voor hogescholen. Vijfde aandachtstreepje gewijzigd in : Is geen voorstander van vestiging van coffeeshops in een prioriteitswijk. Heeft geen bezwaar om het criterium ’maximaal één per wijk’ te laten varen. Samenvatting: Regelmatig wordt er een korte bijeenkomst georganiseerd in De Ronde om de verslagen en besluitenlijsten vast te stellen. Gelieve eventuele opmerkingen van te voren door te geven aan de Griffie (mailto:Griffi[email protected] ) Reden van aanbieding: Conform de wet en de verordening stelt de raad / Ronde de eigen verslagen vast. Van de raad wordt gevraagd: De verslagen en besluitenlijsten van 4 t/m 18 september 2007 vast te stellen. Vervolgtraject: Vastgestelde verslagen worden gepubliceerd op internet ( met uitzondering van verslagen / besluitenlijsten van besloten vergaderingen) Doel activiteit: Vaststelling Soort activiteit: Vaststelling Soort verslag: Besluitenlijst

Bijbehorende documenten: Notulen, verslagen en/of besluiten-lijsten raadsvergaderingen van 4 september t/m 18 september 2007 Griffi[email protected]

go

c M - ,'

W

O O

m ."

a1 9

-7

d

5en

C .+

L

o

-2

i?> c

:=i N

C C

. I

o o

:3

P

o

%

5 M C

. I

.-E 2O

C

g

o"

5O E

m

O O

N .-

a1 s .? d

Cu

s% Q;

E 6

Q;

E 6 o

W O

CI

Qo

O

N

-5 5

5l

o

9

a

-7

9>

d Cu

€7

-5 (d

E E;

U

i

l

i

l

I

I

ii n

Biilaae bii motie Oovanavoorzieninaen

Kaderstellend voorstel inzake zoektocht alternatieve opvangvoonieningen Door de groei van Amersfoort, evenals door veranderingen in onze samenleving is het aantal daken thuislozen in onze stad toegenomen. Hieronder bevindt zich een zeer goot aantal alcohol- en harddrugsverslaafden. Het aantal dakloze harddrugsverslaafden bedraagt ongeveer zestig personen. Door hun optreden beïnvloeden zij de openbare orde op negatieve wijze. Dit geldt vooral voor de binnenstad. Om de leefbaarheid in onze stad te behouden en te verbeteren, zijn maatregelen noodzakelijk. De bemoeienis van het gemeentebestuur met dak- en thuislozen in onze stad is niet alleen het gevolg van de zorg voor de openbare orde, maar hangt ook samen met de zorg voor de volksgezondheid in onze stad. De dak- en thuislozen verslaafden vormen een probleemgroep waarmee de gemeenschap zich, alleen al vanuit het oogpunt van maatschappelijke beschaving, mokt bezighouden. De raad heeft in 2003 besloten dat voor de dakloze harddrugsverslaafden opvang moet worden geregeld, inclusief zorg voor de verslavingsproblemen. Het gemeentebestuur werkt bij het opvangen van dakloze drugsverslaafden samen met de Stichting Maliebaan. De ervaringen die deze organisatie heeft opgedaan in de stad Utrecht bieden zicht op een adequate oplossing van problemen met drugsverslaafden waarmee vooral de binnenstad van Amersfoort heeft te maken, Het college heeft, in overleg met de Stichting Maliebaan, gekozen voor de inrichting van een zorgcentrum aan de Kleine Haag 1-3. De zorg die Stichting Maliebaan biedt, verloopt in grote lijnen langs de volgende weg. In het zorgcentrum vindt de opvang plaats van dakloze harddrugsverslaafden. Door de zorg en het onderdak dat wordt geboden, vindt een stabilisatie plaats in de levenswijze van de verslaafden, een levenswijze die tot nog toe wordt gekenmerkt door stress, gejaagdheid, instabiliteit en onmaatschappelijk optreden. Vervolgens wordt de aandacht gericht op de psychische problemen in Utrecht in samenwerking met de Willem Arntszhoeve. Indien dit traject positief wordt afgesloten, wordt de verslaafde begeleide woonruimte geboden in een hostel. In het meest positieve geval volgt hierop terugkeer naar een normale levenswijze. Deze aanpak heeft in Utrecht succes gescoord. De aanpak houdt in dat naast plaatsen in een zorgcentrum op termijn ook ruimte in een of meer hostels moet worden gecreëerd. Een van de kenmerken van het Utrechtse project is de spreiding van de opvang. Bij de start in Utrechts beschikte de Stichting Maliebaan over meerdere zorglocaties die elk plaats boden aan specifieke groepen van verslaafden, zoals Antilianen, vrouwen, etc. Behalve aan drugsverslaafden, draagt onze stad zorg voor de dagopvang van de overige dak- en thuislozen. Ook zij leveren problemen op ten aanzien van de openbare veiligheid en de volksgezondheid. Voor deze groep is tot nog toe opvang voorzien in de Stovestraat. Deze opvang is een voortdurende zorg voor omwonenden. De veroorzaakte overlast van bezoekers aan de dagopvang Stovestraat overschrijdt regelmatig de grens van hetgeen van bewoners in onze stad kan worden gevergd. Voor de zorg aan de dak- en thuislozen in onze stad, is spreiding en - daarmee samenhangend - de inrichting van meerdere locaties voor opvang noodzakelijk. Het uitgangspunt in dit voorstel is tweeërlei: na jaren van overlast moet een alternatief worden gevonden voor de dagopvang aan de

Stovestraat en: gezien de Utrechtse ervaringen en naast de ervaringen elders in het land, moet opvang van harddrugsverslaafden op meerdere kleinschalige locaties plaatsvinden. Een zoektocht naar meerdere locaties voor opvang is daarom noodzakelijk. Dit voorstel beschrijft de weg daartoe.

Het zoekproces Bij het vinden van nieuwe locaties voor de zorgopvang van harddrugsverslaafden en de dagopvang voor dak- en thuislozen is het streven naar optimale maatschappelijke acceptatie een randvoorwaarde. Dit moet worden bereikt door participerende inspraak op basis van een helder proces. De wetenschap dat vestiging van opvang voor probleemgroepen in onze stad vrijwel altijd discussie oproept, is geen reden om goed overleg met betrokkenen - ook tijdens het zoekproces achterwege te laten. Het zoeken naar alternatieve opvanglocaties moet plaatsvinden op basis van heldere criteria die door de gemeenteraad worden vastgesteld. Inspraak hierover kan plaatsvinden via de gebruikelijke weg binnen het besluitvormingsproces van de raad. Het vaststellen van criteria is een vereiste voordat het zoeken naar locaties van start gaat. De zoektocht moet in twee fasen plaatsvinden. In de eerste fasen wordt een zo groot aantal mogelijke locaties geïnventariseerd. Bij het opstellen van een eerste lijst wordt iedereen in de stad uitgenodigd suggesties aan te dragen. Het resultaat van deze inventarisatie wordt, voorzien van een weging op basis van de vastgestelde criteria, voorgelegd aan de gemeenteraad. De raad stelt hierna een shortlist op van vier tot zes locaties die de meest gunstige score opleveren.

I

,

De tweede fase omvat het onderzoek van de op de shortlist staande locaties. Bij dit onderzoek wordt door middel van participerende inspraak de opvattingen van direct-belanghebbenden geïnventariseerd. Aan de participerende inspraak gaat goede informatie over het doel, te taken en de uitvoering van de opvang vooraf. De resultaten van het nader onderzoek en de resultaten van de participerende inspraak worden aan de raad voorgelegd. Tijdens een of meer hoorzittingen kunnen belanghebbenden hun opvattingen nader toelichten. Hierna neemt de gemeenteraad een definitief besluit over de alternatieve locaties voor zorgopvang en voor dagopvang. Met dit processen worden twee doelen bereikt. Enerzijds vindt een zoektocht plaats op basis van criteria die in een open proces tot stand zijn gekomen. Anderzijds worden door participerende inspraak belanghebbenden maximaal betrokken bij het zoekproces, waarna een heldere afweging van belangen kan plaatsvinden. Uiteraard kan een dergelijke zoektocht er toe leiden dat niet elke betrokkene enthousiast instemt met de uiteindelijke keuze. Echter, er is een proces doorlopen dat transparant is geweest, waarin iedereen tijdig zijn mening kenbaar heeft gemaakt en waarbij de overwegingen die tot de uiteindelijke keuze leiden voor iedereen inzichtelijk zijn. Door deze werkwijze wordt de geloofwaardigheid van het openbare bestuur gewaarborgd en kan begrip ontstaan voor de besluitvorming, ook indien deze leidt tot minder populaire, maar noodzakelijke maatregelen. René van der Borch tot Verwolde Fractie W D

Raphaël Smit Fractie Jouw Amersfoort

h

Notulen raadsvergadering Het Besluit

13 maart 2007 om 21.30 uur (nr. 2364038)

Agenda

13 maart 2007 bladz. Vaststelling agenda

3

Raadsdebatten 3.

2307722

Toetsingspunten locatiekeus opvangvoorzieningen

4

Besluiten 1.

2297749

Wijzigingsvoorstellen Meerjarenontwikkelingsplan GSB III (MOP)

3

2.

2314385

Beslissing op bezwaar verzoek planschadevergoeding inzake Hogeweg 234

4

4.

2341013

Vaststelling bestemmingsplan "De Wieken-Vinkenhoef", herziening Gastransportleiding 2006

8

5.

2335563

Vaststelling Verordening VROM Starterslening Amersfoort 2007

8

6.

2261540

Vaststelling bouwverordening Amersfoort 2007

8

PvdA, GroenLinks, Jouw Amersfoort, SP, BPA en VVD: Motie sluiten van huwelijken door ambtenaren van de burgerlijke stand

8

Benoeming leden voorbereidingscommissie onderzoek Vathorst

10

Moties 7.

Benoemingen 8.

2

NOTULEN VAN DE OPENBARE VERGADERING VAN DE RAAD DER GEMEENTE AMERSFOORT, GEHOUDEN OP DINSDAG 13 MAART 2007 OM 21.30 UUR Vice-voorzitter: mevrouw A. van Vliet-Kuiper Griffier: mevrouw mr. A.M. van Omme Voorts zijn aanwezig: de leden: S. Adli, mevrouw M.C. Barendregt, H. Barske, mevrouw B. Beltman, drs. ing. P. van den Berg, mevrouw H.G. van Berkum-Admiraal, G. Boeve, mevrouw mr. M.P.M. Cooijmans, mevrouw A.W.J. de Crom, D.R. Dekker, S.W. van ’t Erve, A.H. van Garderen, mevrouw drs. M.M. van Hensbergen, E. Hinloopen, mevrouw F.G. Imming, mevrouw S.J. Kennedy-Doornbos, mevrouw S.C. Kesler, F. Killi, C.W. Kraanen, D.C. Kuiper, ir. J.F. van Leersum, R.G.H. van Muilekom, mevrouw A.E.M. Noortman-Nieuwendijk, R.P. Offereins, M. Özcan, mevrouw M.J. Paffen-Zeenni, I. Parmaksiz, H.B.M. van Rooijen, F. Schoenmaker, R. Schulten, G.J.A. Smit, mevrouw G.S.I.A. Tanamal, drs. M. Tigelaar, mr. J.F.H. Voogt, ing. J.J.W. van Wegen, mevrouw mr. A.J. Wiersma en mevrouw drs. D. van Wijngaarden de wethouders: P.J.T. van Daalen, mevrouw G. Eerdmans, J.A. Hekman, A. Kruyt en mevrouw M.M. van ‘t Veld Afwezig zijn: Raadsleden G. van Vliet, mevrouw H.J. van Woudenberg-Tenge en wethouder: R. Luchtenveld De VOORZITTER opent de vergadering. Agenda- Inhoud punt 0. Vaststelling agenda en benoeming leden stembureau

Actie

De VOORZITTER benoemt tot leden van het stembureau aan de heer Van Rooijen, mevrouw Paffen en mevrouw Barendregt. De gemeenteraad besluit, op verzoek van de CDA-fractie, agendapunt 3 als debatpunt te agenderen. Het advies van het presidium om de motie van PvdA, Jouw Amersfoort, GroenLinks en SP, inzake het sluiten van huwelijken door ambtenaren van de burgerlijke stand (M-7.1) voor de vergadering van 27 maart a.s., wordt door een meerderheid van de raad niet overgenomen; zij wil vanavond tot behandeling overgaan. De heer BOEVE (CDA) acht het in het algemeen een goed gebruik om het advies van het presidium te volgen. De VOORZITTER is het hiermee eens, maar gezien de opstelling van de meerderheid van de gemeenteraad stelt zij voor de motie op de agenda op te nemen. Mevrouw WIERSMA (SP) zegt met name de bodes dank voor de medewerking aan de activiteiten in het kader van de Internationale Vrouwendag, in het stadhuis. Rekening houdend met het voorgaande wordt de agenda vastgesteld. 1.

Wijzigingsvoorstellen Meerjarenontwikkelingsplan GSB III (MOP) (2297749) Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming besluit de gemeenteraad over3

eenkomstig het voorstel. 2.

Beslissing op bezwaar verzoek planschadevergoeding inzake Hogeweg 234 (2314385) Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming besluit de gemeenteraad overeenkomstig het voorstel.

3.

Toetsingspunten locatiekeus opvangvoorzieningen (2307722) De heer BOEVE (CDA) brengt het volgende naar voren. De gemeenteraad heeft uitgesproken de in het voorstel genoemde vier opvangvoorzieningen in principe te willen realiseren. Deze voorzieningen maken ook onderdeel uit van het collegeprogramma, waarvan de CDA-fractie zich een groot voorstander heeft betoond. Echter, in oktober 2006, bij de behandeling van de procedure, heeft de CDA-fractie uitvoerig stilgestaan bij aspecten van de procedure die volgens de fractie verbeterd kon en moest worden. De kritiek richtte zich zowel op de inhoud van de concepttoetsingspunten van dat moment, als op het proces zelf. De destijds door de CDA-fractie ingediende moties zijn niet aangenomen. Het college kon daardoor met de procedure doorgaan. Hedenavond kan worden geconstateerd dat de wethouder de toetsingspunten, die vanavond aan de raad ter vaststelling worden voorgelegd, de afgelopen maanden heeft voorgelegd aan de stad. De gemeenteraad heeft bij motie opgeroepen tot optimale participatie in dit proces, waarbij een reële inbreng van de inwoners van Amersfoort gewenst zou zijn. Het doel was om de relatie tussen burger en overheid te versterken; er zou daadwerkelijk een gesprek op gang komen. Het is echter bijna uitgesloten dat op grond van de huidige toetsingspunten locaties worden gevonden die aan alle acht toetsingspunten voldoen. Uit het collegevoorstel blijkt geen systematiek die garandeert dat locaties aan één of meerdere toetsingspunten moeten voldoen. De stad mag er derhalve van uitgaan dat de locaties die worden gezocht aan alle acht toetsingspunten voldoen. Geen enkele locatie in de stad kan aan alle acht toetsingspunten voldoen. Als het gemeentebestuur toch per se de opvangvoorzieningen tot stand wil brengen,in combinatie met een goede discussie met de stad, zal een gesprek aangegaan moeten worden. Voorkomen moet worden dat geen locatie kan worden aangewezen, dan wel dat betrokken inwoners een opvangvoorziening in hun buurt krijgen, zonder dat die aan alle criteria voldoet. Samengevat: als acht van de acht toetsingspunten moeten worden gescoord dan betekent dat waarschijnlijk dat geen enkele locatie in beeld zal komen. De gemeenteraad kan met voorbij gaan aan de toetsingspunten vier opvangvoorzieningen in het leven roepen. De stad zal zich hierop van het bestuur afkeren, omdat niet is voldaan aan de afgesproken toetsingspunten. Daarom stelt de CDA-fractie voor aan de toetsingspunten een beperkte wegingsfactor toe te voegen te weten: "Een locatie is geschikt indien deze aan ten minste zes van de acht toetsingspunten voldoet." Hierdoor ontstaat de mogelijkheid om een goede discussie te voeren. Naar de stad toe is het ook goed, omdat wordt aangegeven dat de opvanglocatie niet aan alle acht punten hoeft te voldoen maar dat het voldoen aan zes van de acht punten voldoende is. Dit laatste is de kern van het amendement van de CDA-fractie. Amendement A-3.1. ingediend door het CDA Toetsingspunten locatiekeus opvangvoorzieningen Indiener overweegt dat: - de gemeenteraad heeft uitgesproken de in het voorstel genoemde vier opvangvoorzieningen in principe te willen realiseren; - de gemeenteraad bij motie heeft opgeroepen tot optimale participatie, waarbij een reële 4

-

inbreng van inwoners van Amersfoort gewenst is; het bijna is uitgesloten dat locaties gevonden worden die aan alle toetsingspunten voldoen; het daarom van belang is om aan de toetsingspunten een wegingsfactor toe te voegen, om daarmee te voorkomen dat of geen locaties aangewezen kunnen worden of betrokken inwoners toch een opvangvoorziening in hun buurt gevestigd krijgen, ondanks dat de locatie niet aan alle criteria voldoet;

en stelt de raad voor om het voorstel aldus gewijzigd vast te stellen: De raad van de gemeente Amersfoort besluit aan het voorstel op pagina 1, onder punt 3 toe te voegen: "Wegingsfactor: Een locatie is geschikt indien deze aan ten minste zes van de acht toetsingscriteria voldoet." De heer VOOGT (VVD) is verrast door het feit dat toch een debat is ingelast, terwijl het eerder om een hamerstuk ging. Namens zijn fractie heeft hij zijn tevredenheid over het voorliggende raadsvoorstel uitgesproken. Het gaat om een ingewikkelde problematiek. Een van de belangrijkste kernpunten is dat opvangcentra niet dicht bij elkaar moeten worden gesitueerd, zoals uit de ervaringen met de opvang aan de Stovestraat en de Kleine Haag is gebleken. Er moeten dus nieuwe oplossingen worden gevonden. Spreker heeft het raadsvoorstel, dat zonder debat zou worden behandeld en nu dus met debat, nog eens bekeken en kwam tot de constatering dat de door hem in De Ronde gemaakte opmerkingen nergens zijn vastgelegd. Dat is zonde van zijn tijd. De VOORZITTER meent dat de opmerkingen in het verslag moeten zijn terug te vinden. De heer VOOGT (VVD) merkt op, dat de raad verantwoordelijk is voor zijn beslissingen. Hij wil nu niet verder ingaan op zijn opmerkingen in De Ronde. Hij maakt melding van een notitie die door zijn partijgenoten in Den Haag is geschreven over de voorliggende problematiek. De VVD-fractie heeft samen met de fractie Jouw Amersfoort in februari 2006 ook een uitgebreide notitie gemaakt, die een aardige lijn aangaf waarin het voorgestane beleid ten aanzien van de verslaafdenopvang wordt verwoord. Er kan op velerlei manieren worden gekeken naar de verslaafdenzorg/opvang. De VVD-fractie kiest in hoofdzaak voor een positieve benadering. De doelgroep moet een zelfredzaam leven worden geboden. De folder die het college van B&W met het oog op de inspraak heeft rondgestuurd heeft bij spreker een gevoelige snaar geraakt. "Den Haag" focust op bestrijding van de overlast, in Amersfoort wordt gestreefd naar zelfredzaamheid, waarbij de overlast niet uit het oog mag worden verloren. Een en ander kan bij de uitwerking van een notitie worden gebruikt. Spreker memoreert in dit kader dat mevrouw Tanamal twee weken geleden, heeft gevraagd of over de ervaringen met de Kleine Haag al eens is gerapporteerd. Deze gegevens kunnen worden gebruikt bij de uitwerking van de notitie. Uit een oogpunt van resocialisatieresultaten en uit financieel oogpunt – er zijn nogal wat kosten met de opvang gemoeid - zou een kwartaalrapportage wenselijk zijn. De heer Voogt kwalificeert de toetsingspunten als aandachtspunten, vanwege het vage karakter, zoals door hem in De Ronde met voorbeelden aangegeven. Spreker vraagt zich af wat de CDA-fractie beoogt met het amendement, waarin staat dat aan zes van de acht criteria moet worden voldaan. Als de criteria aan de basis niet al te sterk zijn, wat behelst dan de opmerking "met zes van de acht scoren?" De heer BOEVE (CDA) zegt te hopen dat de afgevaardigde van de VVD-fractie niet heeft gezegd dat hij de basis van de toetsingspunten slecht vindt. De heer VOOGT (VVD) noemt de toetsingspunten "niet helder." 5

De heer BOEVE (CDA) noemt het jammer dat de VVD-fractie in oktober 2006 geen ander standpunt heeft ingenomen, toen de CDA-fractie bij het college heeft aangedrongen op concretere criteria. In de raad bleek daarvoor toen geen draagvlak te zijn. Desondanks wil de CDA-fractie met de toetsingspunten, zoals die nu zijn geformuleerd, als objectieve criteria omgaan. De stad heeft er recht op. Met de stad moet een gesprek worden aangegaan en dat kan alleen als de stad serieus wordt genomen. Als nu al over vage toetsingspunten wordt gesproken, maakt spreker zich ernstig zorgen over de situatie. De VOORZITTER staat nu geen verdere discussie toe, gezien de ruime mogelijkheden die zijn geboden in oktober en november 2006. De heer VOOGT (VVD) verklaart dat hij en zijn fractie niet later, bij het uitkomen van de resultaten, het verwijt willen krijgen dat er sprake is van een onduidelijke kaderstelling. De heer SMIT (Jouw Amersfoort) wijst erop dat in De Ronde is besloten dat voorliggende zaak een hamerstuk zou worden. De heer Voogt had derhalve toen zijn opmerkingen moeten maken. Spreker memoreert zijn laatste woorden in De Ronde: "Zo snel mogelijk aan de slag." Hij twijfelt niet aan de goede bedoelingen van de CDA-fractie, maar hij heeft weinig begrip voor het amendement, met name om zes toetsingspunten als uitgangspunt te nemen. Het gaat om acht verschillende criteria. Als "sociale omgeving" en "beheersbaarheid" niet kloppen en de rest wel, zou de zaak dus kunnen doorgaan. Spreker vindt dat absurd; het gaat om acht zeer verschillende uitgangspunten, waardoor een limietstelling ondoenlijk is. Het zou alleen kunnen als aan alle voorwaarden een bepaalde zwaarte gegeven zou worden, met daarbij de eis dat aan minstens 80% zou moet worden voldaan. Deze formulering is niet te vinden in het amendement en daarom heeft de fractie Jouw Amersfoort hieraan geen behoefte. Met de CDA-fractie realiseert Jouw Amersfoort zich dat de discussie die in de stad zal worden gevoerd, af en toe heftig zal zijn en dat voor iedereen die hieraan deelneemt zo groot mogelijke rechtszekerheid gegarandeerd zou moeten zijn. Echter, zoals in De Ronde door veel fracties al is gezegd: veel ontwikkelingen, zijn niet te voorzien en het stadsbestuur moet zijn verantwoording nemen, hetgeen vanavond ook aan de orde is. Mevrouw TANAMAL (PvdA) merkt op dat ook de PvdA-fractie voorstander was van meer toetsbare criteria, maar de fractie is reëel genoeg om te beseffen dat niet alles tot in details kan worden geregeld. De fractie is er geen voorstander van de spelregels ineens te veranderen. Zij wil van de wethouder weten of het voorliggende amendement het uitvoeringsproces bevordert; voegt het iets toe? De fractie is van mening dat zaken snel moeten worden aangepakt. Tegelijkertijd heeft de fractie er moeite mee om genoegen te nemen met vijf in plaats van alle acht toetsingspunten. Dat is niet te verkopen aan de bewoners van de stad. Voorkomen moet worden wat er aan de Kleine Haag is gebeurd. Mevrouw BELTMAN (SP) meldt dat de SP-fractie van mening is, dat aan de acht geformuleerde criteria moet worden vastgehouden, omdat de criteria niet zonder meer vergelijkbaar zijn. Spreekster wijst op een rapport naar aanleiding van onderzoek door de Nationale Ombudsman. Het onderzoek geeft antwoord op de vraag hoe de bezwaren/protesten van burgers zoveel mogelijk recht kan worden gedaan. Een van de aanbevelingen is om een voorziening te toetsen aan een Veiligheid Effect Rapportage. Dit zou los van de opgestelde criteria kunnen gebeuren. Wellicht had deze opstelling in een motie verwoord moeten worden, maar mogelijk wil de raad er zo ook kennis van nemen. Mevrouw VAN BERKUM-ADMIRAAL (ChristenUnie) refereert aan de uitspraak van de heer Smit om aan de slag te gaan. De opmerkingen van de heer Voogt onderstrepen 6

de mening van de ChristenUnie: meer opvangvoorzieningen voor drugsverslaafden, terwijl er ook andere groepen zijn die opvang behoeven. Spreekster roept op de discussie aan te gaan, hoe moeilijk die ook zal worden. Niet alle criteria zijn gelijkwaardig, dus het schrappen van enkele toetsingspunten is een hachelijke zaak. Bekend is dat hoe hoger de lat wordt gelegd hoe meer inspanning nodig is om het beoogde doel te bereiken. De uiterste consequentie zou kunnen zijn, dat in Amersfoort geen opvangvoorzieningen kunnen worden gerealiseerd. Dat wil haar fractie niet voor haar rekening nemen. De heer VAN WEGEN (BPA) wijst op de vraag van de PvdA-fractie of het amendement met twee facultatieve criteria, bevorderlijk is voor het proces. De PvdA-fractie zou hierop zelf een antwoord moeten geven. De BPA-fractie acht het amendement niet bevorderlijk voor het proces en ondersteunt het derhalve ook niet. De BPA vraagt zich bovendien af of er wel vier opvangvoorzieningen nodig zijn in Amersfoort, een vraag die als eerste beantwoord zou moeten worden. Mevrouw DE CROM (GroenLinks) verklaart zich namens de fractie GroenLinks tegen het amendement omdat het te strak is geformuleerd. De fractie beschouwt de toetsingscriteria meer als een leidraad voor het inzichtelijk maken van een afweging. De heer VAN DAALEN (wethouder) memoreert dat acht criteria zijn opgesteld, die als afwegingspunten moeten worden beschouwd en niet als keiharde criteria, aan de hand waarvan per locatie alle aspecten die voor de bedoelde voorzieningen van belang zijn, in deze totaalafweging worden betrokken. Op deze wijze kan tot de meest geschikte locatie worden gekomen. In het voorliggende amendement wordt geprobeerd om het proces op dit moment al verder te objectiveren, waarbij criteria kunnen worden afgestreept. Hiervoor lenen de toetsingspunten zich echter niet. Bovendien is de wethouder er geen voorstander van om gaande het proces voor een andere benadering te kiezen. Het rapport van de Nationale Ombudsman, zoals door mevrouw Beltman genoemd, is bij het college bekend en zal in het verdere traject worden opgenomen. De VOORZITTER sluit de beraadslaging en gaat over tot besluitvorming. De heer BOEVE (CDA) handhaaft het amendement, waarbij hij de raad voorhoudt dat het mogelijk is dat de raad het toetsingspunt wat vager beleeft dan het is. De stad zal het echter zien als een keihard toetsingskader. Amendement 3.1 De heer VAN WEGEN (BPA) legt de volgende stemverklaring af. De BPA-fractie vindt alle toetsingspunten dermate belangrijk dat de fractie die wil laten meewegen; de fractie is daarom tegen het amendement. Met de stem van de leden van de CDA-fractie voor en van de overige aanwezige raadsleden tegen wordt het amendement verworpen. Voorstel 2307722 De heer BOEVE (CDA) geeft een stemverklaring. De CDA fractie stemt voor de toetsingspunten omdat de fractie het belangrijk vindt dat de voorzieningen worden gerealiseerd. De toetsingspunten hadden beter gemoeten, maar omwille van de spoedige realisatie stemt de fractie voor het voorstel. De heer VAN WEGEN (BPA) meldt dat de fractie voor het voorstel zal stemmen, maar is er nog steeds niet van overtuigd dat er vier locaties moeten komen. De fractie zal 7

kritisch naar dit aspect blijven kijken. Het voorstel wordt met algemene stemmen aangenomen. 4.

Vaststelling bestemmingsplan "De Wieken-Vinkenhoef", herziening Gastransportleiding 2006 (2341013) Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming besluit de gemeenteraad overeenkomstig het voorstel.

5.

Vaststelling Verordening VROM Starterslening Amersfoort 2007 (2335563) Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming besluit de gemeenteraad overeenkomstig het voorstel.

6.

Vaststelling bouwverordening Amersfoort 2007 (2261540) Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming besluit de gemeenteraad overeenkomstig het voorstel.

7.

Motie sluiten van huwelijken door ambtenaren van de burgerlijke stand De VOORZITTER draagt het voorzitterschap van de vergadering over aan mevrouw Imming. Motie M-7.1 1 ingediend door PvdA, Jouw Amersfoort, GroenLinks, SP, BPA en VVD. inzake het sluiten van huwelijken door ambtenaren van de burgerlijke stand De raad van de gemeente Amersfoort, in vergadering bijeen op 13 maart 2007; overwegende dat: - in het regeerakkoord van het huidige kabinet is vastgelegd dat ambtenaren van de burgerlijke stand op principiële gronden moeten kunnen weigeren huwelijken tussen mensen van gelijk geslacht te sluiten; - in Nederland ervoor gekozen is om het bestaande burgerlijke huwelijk dat voorheen alleen open stond voor personen van verschillend geslacht open te stellen voor personen van gelijk geslacht; - de wet die dat regelt, de Wet openstelling huwelijk van 21 december 2000, is ingegaan op 1 april 2001; - het burgerlijk huwelijk nadien ook is opengesteld voor partners van gelijk geslacht; - de afgelopen drie jaar landelijk jaarlijks rond de 1200 huwelijken zijn gesloten met personen van gelijk geslacht; van mening zijnde dat: - Amersfoortse "trouwambtenaren" alle huwelijken zonder onderscheid behoren te sluiten ongeacht bijvoorbeeld de seksuele geaardheid, geloofsovertuiging of huidskleur en dit niet om principiële redenen mogen weigeren; - het weigeren van een ambtenaar om een huwelijk te sluiten met personen van gelijk geslacht vanwege principiële gronden, een volstrekt verkeerd signaal is naar de maatschappij vanuit het oogpunt van gelijke behandeling, respect en tolerantie; - het een groot goed is dat ook twee personen van gelijk geslacht officieel kunnen trouwen; -

er geen principieel onderscheid is tussen het sluiten van huwelijken tussen personen van gelijk geslacht en personen van verschillend geslacht; 8

spreekt als zijn mening uit dat: - alle Amersfoortse ambtenaren van de burgerlijke stand bereid dienen te zijn alle huwelijken, ook die tussen twee personen van verschillende sekse, te sluiten. verzoekt het college: - deze bereidheid ook expliciet van zowel nieuwe als bestaande ambtenaren van de burgerlijke stand in Amersfoort te verlangen. en gaat over tot de orde van de dag." Mevrouw VAN HENSBERGEN (PvdA) meent dat het nieuwe kabinet toestaat dat ambtenaren zich mogen beroepen op grond van gewetensbezwaren om te weigeren homo’s te trouwen. Gewetensbezwaren wegen kennelijk zwaarder dan gelijke behandeling van Nederlanders of de uitvoering van de wet, waaraan ambtenaren zich zouden moeten houden. Het recht van godsdienstige overtuiging treft hier het recht van gelijke behandeling van burgers. Dit laatste dient te allen tijde te prevaleren, dit vanwege de kwetsbare positie van homoseksuelen in de samenleving. Het is een volstrekt verkeerd signaal naar de samenleving vanuit oogpunt van gelijkwaardigheid, respect en tolerantie als expliciet gesteld wordt dat ambtenaren zich op principiële gronden kunnen beroepen op gewetensbezwaren om huwelijken te sluiten tussen personen van gelijk geslacht. De heer BOEVE (CDA) noemt de voorliggende motie op pragmatische, juridische en morele gronden overbodig. In Nederland is geen enkel huwelijk niet doorgegaan, omdat ambtenaren weigeren het te sluiten. Alle ambtenaren in Amersfoort sluiten ook dergelijke huwelijken. Deze huwelijken zijn ook sinds de invoering van de wet gelijkwaardig aan de huwelijken van heteroseksuelen. Met andere woorden: overbodige moties worden niet in behandeling genomen. Er is ook geen sprake van een veranderde wet, door het nieuwe kabinet. Wet en grondrechten zijn hetzelfde. Dat de PvdA-fractie op plaatselijk niveau schoon schip wenst te maken terwijl op landelijk niveau andere afspraken zijn gemaakt, noemt spreker jammer. Als mevrouw Hensbergen rept van botsende grondrechten dan heeft zij gelijk. De discussie zou overgelaten moeten worden aan de rechter. In Brabant is een ambtenaar naar de rechter gestapt. Uit deze uitspraak zal nieuwe jurisprudentie ontstaan, op grond waarvan deze gemeente het beleid zou kunnen aanpassen. Spreker verwijt mevrouw Hensbergen dat zij grote woorden spreekt als zij zegt dat het weigeren van een ambtenaar om een huwelijk te sluiten tussen personen van gelijk geslacht op principiële gronden een "volstrekt verkeerd signaal is, etc." Spreker meent dat een recht op gelijke behandeling en een hang naar ruimdenkendheid wordt gebruikt om onbegrip voor mensen die op godsdienstige gronden ethische grenzen stellen te maskeren. De centrale vraag die spreker aan alle raadsleden zou willen stellen is: is er nog enige respect voor gewetensbezwaarden die ook in de minderheid zijn? Mag er ook ruimte zijn voor andersdenkenden? Ook de CDAfractie maakt zich in algemene zin zorgen over de algemene positie van homoseksuelen, maar net zo goed maakt zij zorgen over de positie van de gewetensbezwaarde ambtenaren. Van kwalitatieve democratie is pas sprake als de meerderheid wezenlijke rechten van minderheden – in dit geval ambtenaren met ernstige gewetensbezwaren – erkent en respecteert. Met de uitspraak van de rechter inzake een ambtenaar met gewetensbezwaren in aantocht zou het college het huidige beleid waarin geen sprake is van een slechte positie van homoseksuelen moeten continueren. De CDA-fractie zou er grote moeite mee hebben als dat niet zou gebeuren. Zij wacht met spanning de reactie van het college af, mocht de motie onverhoopt worden aangenomen. Mevrouw WIERSMA (SP) handhaaft de motie; door een aparte groep te noemen wordt het verschil gecreëerd. Spreekster verwacht dat het CDA haar ruimdenkendheid zal gebruiken om ruimte voor bepaalde groepen te creëren. In het nieuwe regeerakkoord staat dat homo-emancipatie onderdeel is van het emancipatiebeleid. Discriminatie en geweld worden actief bestreden. 9

De heer TIGELAAR (ChristenUnie) sluit zich aan bij de woorden van de heer Boeve. De laatste jaren speelden de in de motie verwoorde problemen niet in Amersfoort. Ook de ChristenUnie is van mening dat de motie overbodig is. In zijn bijdrage in De Ronde heeft spreker opgemerkt dat het hem verbaast dat in het land allerlei moties zijn ontstaan naar aanleiding van een passage in het nieuwe regeerakkoord die voor het grootste deel hetzelfde was als het regeerakkoord dat vier jaar geleden werd gesloten tussen CDA, VVD en D66. Mevrouw DE CROM (GroenLinks) attendeert erop dat in deze gemeente tot nu toe geen problemen inzake huwelijkssluitingen zijn ontstaan. Zij wijst erop dat in de motie ook rekening wordt gehouden met toekomstige ambtenaren. Mevrouw VAN VLIET-KUIPER (burgemeester) verwijst naar de discussie in De Ronde, eerder deze avond. Zij geeft aan dat zich In Amersfoort geen problemen rond het sluiten van huwelijken hebben voorgedaan. Voor haar persoonlijk is er geen verschil tussen welk huwelijk ook, want er is in de wet sprake van één soort huwelijk: het huwelijk dat wordt gesloten door de ambtenaar van de burgerlijke stand. Soms hebben mensen bezwaren tegen werken in de avond, of op zondag, of zijn er voorkeuren voor het sluiten van bepaalde huwelijken, of voorkeuren om bepaalde huwelijken niet te sluiten. Dergelijke kwesties worden pragmatisch opgelost. Zij verklaart zich bereid om een scherp staatsrechtelijk debat over de kwestie te voeren, maar haar voorstel is om dat pas te doen als de rechter zich uitspreekt over de twee inderdaad gelijkwaardige regels uit de Grondwet te weten art. 1 en art. 6. waarbij het laatste artikel ingezet zou kunnen worden om een bepaalde taak niet te verrichten op grond van gewetensbezwaren. De vraag is echter of dat artikel van toepassing zal zijn op ambtenaren, die de wet behoren uit te voeren. Het college ontraadt de raad om zich uit te spreken over een zaak die geen probleem is waarbij begrip bestaat voor de principiële bezwaren van het CDA en ChristenUnie principiële bezwaren. De VOORZITTER brengt de motie in stemming. Voor de motie stemmen de leden van de fracties van PvdA, VVD, GroenLinks, Jouw Amersfoort, BPA en SP. Tegen de motie stemmen de leden van de fracties van CDA en ChristenUnie. De motie is met 28 voor en 9 stemmen aangenomen. 8.

Benoeming leden voorbereidingscommissie onderzoek Vathorst

.

De VOORZITTER meldt dat 37 stemmen zijn uitgebracht op: G.J.A. Smit, F. Schoenmaker, mevr. S.C Kesler, A.H. van Garderen, R.G.H. van Muilekom en ir. J.F. van Leersum. Allen zijn hiermee benoemd. De VOORZITTER sluit de vergadering (22.45 uur) Goedgekeurd door de raad der gemeente Amersfoort in de openbare vergadering van 10 april 2007 de griffier,

de voorzitter,

10

Notulen raadsvergadering Het Besluit

17 oktober 2006 om 21.30 uur (nr. 2227269)

17 oktober 2006 Agenda blz. Vaststellen agenda

3

Structuurvisie Park Randenbroek e.o. en herontwikkeling locatie Elisabeth

3 9

Raadsdebatten 1.

2187634

2.

2195360

Rekenkamerrapport handhavingsbeleid brandveiligheid in Amersfoort

3.

2112394

Locatiekeus opvangvoorzieningen: a. procedure b. toetsingspunten

10

2119413 Besluiten 4.

2200018

Zendmachtiging Lokale Omroep

19

5.

2191277

Reactie jaarrekening AVU 2005

19

6.

2197079

Herziening bestemmingsplan Buitengebied (De Velden 1G)

19

7.

2197243

Vaststelling bestemmingsplan Hoogland 2002, herziening ex artikel 30 WRO (2006) 20

8.

2183456

Parkeerverordening 2007 en Verordening parkeerbelastingen 2007

20

9.

2122675

Verordening geldelijke voorzieningen raadsleden, commissieleden en fracties in de gemeente Amersfoort 2006-II

20

Beantwoording brief aan de raad over politieregistratie Stovestraat e.o.

20

10.

2214047

Moties 11. 12. 13.

Motie overgangszone Hooglanderveen, ingediend door GroenLinks, CDA en VVD

20

Motie verbeteren communicatie en participatie voor inwoners van Amersfoort, ingediend door SP en BPA

23

Motie advies zendmachtiging lokale omroep, ingediend door VVD

23

2

NOTULEN VAN DE OPENBARE VERGADERING VAN DE RAAD DER GEMEENTE AMERSFOORT, GEHOUDEN OP DINSDAG 17 OKTOBER 2006 OM 21.30 UUR Vice-voorzitter: mevrouw A. van Vliet-Kuiper Griffier: mevrouw mr. A.M. van Omme Voorts zijn aanwezig: de leden: S. Adli, mevrouw M.C. Barendregt, mevrouw B. Beltman, drs. ing. P. van den Berg, mevrouw H.G. van Berkum-Admiraal, G. Boeve, mevrouw mr. M.P.M. Cooijmans, mevrouw A.W.J. de Crom, D.R. Dekker, S.W. van ’t Erve, A.H. van Garderen, mevrouw drs. M.M. van Hensbergen, E. Hinloopen, mevrouw F.G. Imming, mevrouw S.J. Kennedy-Doornbos, mevrouw S.C. Kesler, F. Killi, C.W. Kraanen, D.C. Kuiper, ir. J.F. van Leersum, R.G.H. van Muilekom (vanaf agendapunt 3), mevrouw A.E.M. Noortman-Nieuwendijk, R.P. Offereins, I. Parmaksiz, M. Özcan, mevrouw M.J. Paffen-Zeenni, H.B.M. van Rooijen, F. Schoenmaker, R. Schulten, G.J.A. Smit, mevrouw G.S.I.A. Tanamal, drs. M. Tigelaar, G. van Vliet, mr. J.F.H. Voogt, ing. J.J.W. van Wegen, mevrouw mr. A.J. Wiersma, mevrouw drs. D. van Wijngaarden en mevrouw H.J. van Woudenberg-Tengen de wethouders: P.J.T. van Daalen, mevrouw G. Eerdmans, J.A. Hekman, A. Kruyt, R. Luchtenveld en mevrouw M.M. van ‘t Veld Afwezig is: Het lid: R.A.D. van der Borch tot Verwolde De VOORZITTER opent de vergadering. De berichten van verhindering worden gemeld. De heer Van der Borch tot Verwolde zal vanwege zijn gezondheid het raadswerk voorlopig neerleggen. De heer VOOGT (VVD) doet een voorstel van orde. Hij verzoekt de raad het onderwerp Lokale Omroep als debatonderwerp aan te merken. De VOORZITTER heeft vanuit De Ronde de terugkoppeling gehad, dat vanavond geen besluit wordt genomen over de zendmachtiging, maar dat de VVD een actuele motie heeft aangekondigd, vreemd aan de orde van de dag. Op 31 oktober a.s. zal het debat over de Lokale Omroep plaatsvinden. De heer VAN WEGEN (BPA) wijst op agendapunt 10. Gelet op diverse nader bekend geworden feiten verzoekt spreker het onderwerp opnieuw in De Ronde te bespreken, zodat briefschrijvers daarbij aanwezig kunnen zijn en tot een goed antwoord kan worden gekomen. De agenda wordt vastgesteld, met toevoeging van de motie van de VVD en het schrappen van agendapunt 4, zendmachtiging, en agendapunt 10, dat in De Ronde aan de orde wordt gesteld. Agenda- Inhoud punt 1. Structuurvisie Park Randenbroek e.o. en herontwikkeling locatie Elisabeth (2187634)

Actie

De heer HEKMAN (wethouder) verwijst naar het door het college gedane voorstel in Raadsinformatiebrief nr. 113: 1. meer tijd nemen voor de invulling van het ziekenhuisterrein. De ambitie van het college is om in overleg met de provincie, gemeente Leusden, waterschap, Utrechts Landschap tot een betere invulling te komen, waarbij sprake is van meer ruimte voor het Beekdal en minder bebouwing. 2. niet overgaan tot inspraak, maar tot een participatietraject, op basis van de structuurvisie. De ontkoppeling is bedoeld om voortgang te kunnen maken. Het is een dossier dat vele jaren aan de orde is. Het is goed op een aantal thema’s in gesprek te gaan, zoals over de loca3

tie Sportfondsenbad. Met omwonenden en andere belanghebbenden zal worden gesproken over de invulling. Ook wordt met de sportverenigingen gesproken over hun ontwikkelingen. De functie voor de villa Randenbroek moet aan de orde komen; er moet helderheid komen over de invulling van het terrein Metgensbleek, evenals het wel of niet komen tot een skeelerbaan. Het college meent dat de structuurvisie voldoende basis is om daarvoor een participatietraject aan te gaan. Van de raad wordt de ruimte daarvoor gevraagd. Na ongeveer driekwart jaar kunnen de twee sporen bij elkaar komen en kan worden nagegaan of één visie aan de raad kan worden gepresenteerd, die vervolgens in de inspraak wordt gebracht. Mevrouw BARENDREGT (Jouw Amersfoort) noemt het lastig, dat het college op een laat moment een gewijzigd besluit voorlegt. Dit maakt het moeilijk om reeds geformuleerde stellingen, opgestelde amendementen, nog te wijzigen. Wat is het voorstel van het college? De toelichting van wethouder Hekman is een aanvulling op het voorgestelde besluit. De fractie van Jouw Amersfoort acht het goed dat in het besluit niet meer wordt gesproken over het ingaan van de inspraak, omdat het voorstel daarvoor niet rijp is. Is het besluit het door de raad gewenste besluit of zijn aanpassingen nodig? Zij geeft de volgende stellingen aan: 1. Met het gewijzigde besluit schiet de raad weinig op. De ruimte in de participatie is te weinig. De fractie acht de structuurvisie Park Randenbroek en de loskoppeling ongewenst. Een redelijk klein gebied wordt 'geknipt' en moet later weer bij elkaar worden gebracht. Dat is geen gewenste ontwikkeling. Zijn de raadsleden het eens met het college? 2. De raadsinformatiebrief geeft aan dat de raad een besluit moet nemen, omdat anders niet met bewoners en belanghebbenden kan worden gesproken. Echter, ook zonder het vaststellen van de structuurvisie kan worden gesproken. De visie van de raad is bekend: een zo groen mogelijke invulling. 3. Door in te stemmen met het voorstel zet de raad zich op een aantal punten buiten spel. Het solitair bekijken van de Elisabethlocatie betekent dat het college nog steeds met een invulling kan komen van ongewenste bebouwing. Jouw Amersfoort wil de ruimtelijke kwaliteit van het totale gebied in ogenschouw nemen. De vraag is daarom of het nu gevraagde besluit de gewenste uitkomst oplevert in uitvoering, eindresultaat en in draagvlak? Jouw Amersfoort is van mening dat dit niet het geval is. Daarom dient de fractie een amendement in. In de raadsinformatiebrief gaat het college iets te kort door de bocht als wordt gesteld dat het college en de ambtelijke werkgroep kennis hebben genomen van het plan voor woningbouw aan de rand van de sportvelden nabij de A28. Wat is ermee gedaan? Het is spreekster bekend dat dit kennisnemen pas twee weken geleden is gebeurd. Dit was niet op het moment van de excursie in het Beekdal. Het college stelt dat woningbouw aan de rand van het plangebied niet bij de landschappelijke en stedenbouwkundige uitgangspunten uit de structuurvisie past. Als de meerderheid van de raad van mening is dat het nog veel minder past in het volume dat past bij de Elisabethlocatie, waarover gaat het dan? Het terrein mag niet zo maar worden weggegeven, maar het terrein moet als totaal worden bekeken. Uiteindelijk moet tot een politiek en maatschappelijk gedragen visie worden gekomen. Amendement, nr. 1.1, ingediend door Jouw Amersfoort Structuurvisie Park Randenbroek e.o. – Elisabethlocatie "De raad van de gemeente Amersfoort, in vergadering bijeen op 17 oktober 2006; constaterende dat: de gemeenteraad vooralsnog als kader voor de uitwerking van de drie ziekenhuislocaties budgettaire neutraliteit heeft vastgelegd; de gemeenteraad streeft naar een zo groen mogelijke invulling van de Elisabethlocatie; 4

-

de gepresenteerde plannen, van ca. driehonderd appartementen, niet op de steun van (de meerderheid van) de gemeenteraad kunnen rekenen en bovendien op maatschappelijke weerstand stuiten; het beekdal een van de prominente dragers is van de Amersfoortse Groen-Blauwe Structuur; de sportverenigingen (voetbal en honkbal) binnen het gebied met minder ruimte toe kunnen, terwijl zij meer sporters en activiteiten kunnen accommoderen, wanneer een aantal velden vervangen worden door kunstgrasvelden; het collegevoorstel om de plannen voor Park Randenbroek, de sportvelden, de vrijkomende locatie van het Sportfondsenbad voor inspraak vrij te geven en daarbij de Elisabethlocatie buiten dit traject te houden; er geen zicht op is dat het college daadwerkelijk met plannen komt met een lagere bouwopgave voor de locatie Elisabeth;

overwegende dat: - er voldoende tijd is om de plan- en besluitvorming zorgvuldig voor te bereiden; - van integrale planvorming voor dit gebied geen sprake meer is als nu de Elisabethlocatie eruit gelaten wordt; - eventuele woningbouw – bijvoorbeeld aan de rand van de sportvelden – ter compensatie van het minder bouwen op de Elisabethlocatie, op deze manier wordt uitgesloten; - de zoektocht naar (aanvullende) subsidiegelden door het college nog niet is afgerond; het besluit als volgt te wijzigen: - onder beslispunt 1 als eerste woord toe te voegen 'niet'; - onder beslispunt 2 de laatste vijf woorden te schrappen; - beslispunt 3 te wijzigen in "met daarbij als basis te nemen de Structuurvisie Park Randenbroek en omgeving d.d. 7 februari 2006, inclusief mogelijke woningbouw aan de zijde van de sportvelden ter compensatie van een deel van de geplande driehonderd appartementen"; - aan beslispunt 4 toe te voegen: voor verdere besluitvorming; dit resulteert in het volgende gewijzigde besluit; te besluiten: niet tot loskoppelen van de besluitvorming en verdere uitwerking van de locatie Elisabeth en de structuurvisie Park Randenbroek en omgeving een participatietraject te starten; met daarbij als basis te nemen de Structuurvisie Park Randenbroek en omgeving d.d. 7 februari 2006, inclusief mogelijke woningbouw aan de zijde van de Sportvelden ter compensatie van een deel van de geplande driehonderd appartementen; de uitkomsten van het participatietraject voor te leggen aan de raad voor verdere besluitvorming." De heer KILLI (PvdA) wijst op affiches van de Stichting Behoud Heiligenbergerbeekdal: waarom mag groen niets kosten? Het levert toch meer op? Groen is inderdaad duurzaam. Het levert veel op, voor nu en in de toekomst. Daarvoor moet een strategie aanwezig zijn om een en ander te waarborgen. Een ander affiche geeft aan: Dank voor het kiezen voor groen in 2006, namens geheel Amersfoort in 2060. Spreker zal het zelf niet meer meemaken, maar mogelijk zijn kinderen wel. Mevrouw Barendregt heeft goede dossierkennis. Van haar kan worden verwacht dat zij met een voorstel komt dat kan worden gesteund dan wel dat zij een voorstel doet: hoe is dat uit te leggen? Het college heeft aangegeven het met de raad eens te zijn dat zo min mogelijk woningbouw in het gebied moet plaatsvinden. Bijna iedereen in deze stad wil geen woningbouw, maar het realiteitsgehalte daarvan is nihil. 5

Er is consistentie in het betoog van mevrouw Barendregt als zij zegt dat het voorstel van het college haar niet aanspreekt. In 2002 was de toenmalige D66-fractie het niet eens om met een visie te komen. De PvdA-fractie is van mening dat wil het college buiten de grenzen van Amersfoort aan middelen komen om het gebied zo groen mogelijk te houden, dan moet de gemeenteraad van Amersfoort een plan vaststellen en het college verzoeken om bij provincie, rijk en Europa naar middelen te zoeken. Daarvoor is een plan noodzakelijk. Binnen dat integrale plan kan de invulling van de locatie Elisabeth worden opgeschoven. Mevrouw BARENDREGT (Jouw Amersfoort) vraagt de heer Killi welk plan hij vanavond vaststelt. De heer KILLI (PvdA) erkent dat het college een stap terug heeft gedaan. De structuurvisie wordt met de participanten besproken. Uiteindelijk moet tot de vaststelling van een plan worden gekomen. Mevrouw BARENDREGT (Jouw Amersfoort) concludeert, dat daarover overeenstemming bestaat. Het gaat om de weg daarheen. Waarom zou nu, als geen plan wordt vastgesteld, wel deze twee locaties, die bij elkaar horen, worden losgekoppeld? In de raadsinformatiebrief geeft het college aan dat de provincie niet eerder dan na de verkiezingen van provinciale staten een besluit zal nemen. Waarom de ontkoppeling? De heer KILLI (PvdA) zegt dat voor het verkrijgen van middelen buiten Amersfoort, om minder te bouwen, een plan aanwezig moet zijn. Er wordt nu geen plan vastgesteld. De heer VAN ’T ERVE (GroenLinks) is blij verrast met het aangepaste raadsvoorstel om een participatietraject te starten. Het besluit heeft echter een inconsistentie. Eerst wordt een participatietraject gegaan, waarbij duidelijk moet worden wat de mening van de belanghebbenden is. Het is goed dat dit gebeurt op basis van de structuurvisie. Vervolgens verwacht de fractie een rapportage aan de raad. De raad moet dan besluiten of een en ander in de inspraak kan worden gebracht. In het eerste punt van het besluit wordt gesteld dat nu al moet worden besloten tot het loskoppelen van de Elisabethlocatie in de besluitvorming. De besluitvorming komt bij punt 4 van het besluit. De fractie stelt voor het eerste punt van het besluit te schrappen. Amendement nr. 1.2, ingediend door GroenLinks Structuurvisie Randenbroek e.o. "De raad van de gemeente Amersfoort, in vergadering bijeen op 17 oktober 2006; besluit: punt 1 van het besluit vervalt." Mevrouw COOIJMANS (VVD) is van mening dat nog te veel onzekerheid aanwezig is over de invulling van het Elisabethterrein, zeker nu de wens aanwezig is om de locatie zo groen mogelijk te houden. Er is sprake van minder dan driehonderd appartementen. Dit gaat voor de fractie te snel. De budgetneutraliteit is voor de fractie essentieel. Zeker omdat van andere financiering nog niet is gebleken. In het collegeprogramma is bovendien vermeld – een element dat de VVD wil benadrukken – dat het college binnen drie maanden na vaststelling van het collegeprogramma zou laten zien welke rol het Elisabethterrein in de totale stedelijke vernieuwingsopgave zou moeten of kunnen innemen. Dat is nog onduidelijk. De Lichtenberg is een gepasseerd station als het gaat om de sociale woningbouw, seniorenwoningen, buiten de bebouwing die nu is voorgesteld. Bij binnenstedelijke vernieuwing moet zicht aanwezig blijven op alle groepen.

6

Het is logisch dat iedereen denkt aan de eigen omgeving, maar benadrukt moet worden dat de raad als volksvertegenwoordiger de brede stad vertegenwoordigt. Het gevaar dreigt dat sociale woningbouw wordt gedwongen naar wijken, die al (te) veel sociale woningbouw hebben. Het streven is diversiteit in wijken, woningen en bevolkingssamenstelling. Het is een opdracht aan het college, waarop de raad moet toezien. De groene ambitie voor het Elisabethterrein in combinatie met de realisering van slechts zestig woningen op het terrein van het Sportfondsenbad zet deze verplichting erg onder druk. Als de structuurvisie op die manier in het participatieproces wordt gebracht, dan worden verwachtingen gewekt die lager gefrustreerd worden. De VVD-fractie kan ermee leven om nu de participatie in te gaan, maar stelt hiervoor wel een aantal randvoorwaarden, dat in de door de VVD in te dienen motie is verwoord. Motie nr. 1.1, ingediend door VVD, PvdA en CDA "De raad van de gemeente Amersfoort, in vergadering bijeen op 17 oktober 2006; van mening zijnde: dat er nog veel onzekerheid is over de herontwikkeling van het Elisabethterrein; dat door het college de wens uitgesproken is om ook deze locatie zo groen mogelijk te houden (driehonderd appartementen en zo mogelijk minder geeft zij aan); - dat daarmee de eis van budgetneutraliteit in het geding komt, omdat van andere financiering nog niet is gebleken; - dat daarnaast de opdracht uit het collegeprogramma, om te laten zien welke plek het Elisabethterrein kan c.q. moet leveren aan de binnenstedelijke vernieuwingsopgave, niet is vervuld; - dat deze raad, na het reeds gepasseerd zijn van de mogelijkheid tot woningbouw voor minder draagkrachtige groepen op de Lichtenberg, de verplichting heeft, bij binnenstedelijke vernieuwing zicht te houden op het bedienen van alle doelgroepen; - dat nu het gevaar dreigt, dat sociale woningbouw wordt gedwongen naar de wijken waar daarvan reeds een overschot bestaat; - dat het realiseren van woning- en bevolkingsdiversiteit in wijken een verplichting is van dit college en dat de raad hierop moet toezien; - dat de groene ambitie voor het Elisabethterrein in combinatie met realisering van slechts zestig woningen op het Sportfondsenbadterrein deze verplichting te zeer onder druk zet; - dat als de Structuurvisie zo in de participatie wordt gebracht, verwachtingen worden gewekt, die later wellicht gefrustreerd worden doordat de groene ambities en een evenwichtige stedenbouwkundige opzet, toch dwingen tot meer woningbouw in (andere) delen van de Structuurvisie; draagt het college op: - vast te houden aan de eis dat de sloop van de huidige ziekenhuislocaties en bouw van het nieuwe ziekenhuis door (her)ontwikkeling van Lichtenberg, Elisabeth en Kop van Schothorst bekostigd kunnen worden, ofwel vast te houden aan de budgetneutraliteit; - te komen met alternatieve voorstellen voor woningbouw op andere delen van dit structuurvisiegebied, zoals op de locatie van het Sportfondsenbad, wanneer wordt vastgehouden aan driehonderd woningen of minder op Elisabethterrein; - daarbij te variëren in de mix van te realiseren woningen naar doelgroepen, variatie in aantallen en variaties in stedenbouwkundige invulling, waarbij breed de mogelijke locaties voor woningbouw worden bekeken, waaronder bijvoorbeeld ook de (randen van de) sportvelden; en gaat over tot de orde van de dag." De heer VAN ’T ERVE (GroenLinks) vraagt of hiermee geen grote wijzigingen worden aangebracht in de structuurvisie. 7

Is het niet veel zuiverder te zeggen: eerst de participatie op basis van het collegevoorstel. Bij de uitkomsten van de participatie kan de raad de door de VVD genoemde overwegingen meenemen. Mevrouw COOIJMANS (VVD) acht het belangrijk dat niet nu voorstellen worden gedaan aan burgers, waarop later wordt teruggekomen. Het is niet nieuw dat de budgetneutraliteit erg belangrijk is. Als niet op korte termijn geld wordt ‘gevonden’ voor de Elisabethlocatie, dan moet iets anders worden gedaan. De VVD-fractie houdt vast aan de loskoppeling, onder de gestelde voorwaarden. De heer VAN WEGEN (BPA) zegt dat groen voor de BPA zeer belangrijk is. De fractie weigert akkoord te gaan met het gewijzigde raadsbesluit. Woningbouw op deze specifieke locatie heeft een stadsbrede c.q. regiobrede functie. Er moet daarom naar externe middelen worden gezocht. De heer KILLI (PvdA) is het ermee eens dat naar externe middelen moet worden gezocht. Daarvoor moet wel een idee aanwezig zijn. De heer VAN WEGEN (BPA) acht het idee duidelijk: de groene long, die tot aan de kern van de binnenstad doorloopt, moet worden gehandhaafd. Mevrouw BARENDREGT (Jouw Amersfoort) vraagt of de VVD aan de loskoppeling verbindt dat op andere locaties compensatie plaatsvindt. De VVD wil alternatieven voor woningbouw wanneer wordt vastgehouden aan driehonderd woningen of meer. Dit betekent: meer woningen is budgettair neutraal. Mevrouw COOIJMANS (VVD) zegt dat de budgettaire neutraliteit nu niet hoeft te worden ingevuld. De kans is aanwezig dat tot meer dan driehonderd woningen moet worden gekomen. De alternatieve woningbouw is essentieel voor de fractie. Het is derhalve niet alleen budgetneutraliteit versus zo groen mogelijk, er zit ook een woningbouwopgave in. De VOORZITTER meldt dat de SGLA het college een gieter heeft aangeboden omdat Amersfoort de groenste stad van Nederland is geworden. Amersfoort hoopt dat ook te blijven. Mevrouw VAN BERKUM-ADMIRAAL (ChristenUnie) acht de redenering van GroenLinks logisch: eerst het participatietraject ingaan en afwachten wat de uitkomst is. Het kan zijn dat dan wordt besloten tot wel of niet een loskoppeling. Zij roept het college op het participatietraject voortvarend op te pakken. De heer SCHOENMAKER (SP) meent dat als het principe van de budgettaire neutraliteit wordt verlaten en geld wordt uitgegeven voor het groen, er geen probleem zal zijn. De fractie is tegen de loskoppeling. Het amendement van GroenLinks is logisch. De fractie heeft er moeite mee om de structuurvisie Park Randenbroek als basis te nemen. Er moet discussie daarover mogelijk zijn. De fractie heeft bezwaar tegen woningbouw op de sportlocaties, die eventueel vrij komen. De fractie zal de motie van Jouw Amersfoort wel steunen, maar heeft moeite met enkele punten daarin. De heer VAN GARDEREN (CDA) heeft problemen met het woord ‘structuur’. De raad stelt de kaders; dat gebeurt in een structuurvisie. Daarmee wordt iets aan de burgers opgelegd. Het gevoel ontstaat dat niets meer mogelijk is. Daarom ondersteunt de CDAfractie de door de VVD ingediende motie en de zorg wordt uitgesproken dat binnenstedelijk een aantal woningen moet worden gerealiseerd. Kan het niet op de ene plek dan moet een en ander op een andere plek in de stad gebeuren.

8

De CDA-fractie heeft steeds gesteld dat op de locatie Sportfondsenbad geen sprake moet zijn van grondgebonden woningen, maar van gestapelde bouw. Dergelijke gestapelde bouw wordt niet uitgesloten. De fractie ervaart de structuurvisie niet als juridisch klemmend. Het is een structuurvisie die aan de burgers wordt voorgelegd. Daarop vindt de participatie plaats. De heer VAN ’T ERVE (GroenLinks) meent dat een eind wordt gekomen met een toezegging van de wethouder: de structuurvisie niet als hard gegeven te hanteren, maar met enige creativiteit daarmee om te gaan. Indien de wethouder die toezegging kan doen, wordt een eind in de goede richting gekomen. De VOORZITTER schorst, op verzoek van wethouder Hekman, de vergadering. Schorsing De VOORZITTER heropent de vergadering. De heer HEKMAN (wethouder) constateert dat de raad naar mogelijkheden wil zoeken om het participatietraject te starten. De groene ambities worden uitgesproken. Het college ziet op zich wel iets in de benadering van GroenLinks, maar stelt voor daarop op een later moment terug te komen, zodat het college met de woordvoerders van de fracties contact kunnen hebben over de amendementen. De participatie moet beginnen met heldere kaders. Het college stelt voor het voorstel nu aan te houden en op een nader moment een voorstel aan de raad voor te leggen. De heer VAN ’T ERVE (GroenLinks) wil het besluit nu wel nemen, met een aanvullend besluit om de concrete vorm van het participatietraject later vast te stellen. Mevrouw COOIJMANS (VVD) zegt dat de VVD-fractie een randvoorwaarde wil stellen aan het participatietraject; dat is punt 3 van de VVD-motie. De motie kan vervallen als aan het raadsvoorstel punt 3 van de motie wordt toegevoegd. De heer VAN GARDEREN (CDA) stemt in met het voorstel van de wethouder om nu geen besluit te nemen. De discussie in De Ronde was nog niet afgerond. De CDA-fractie gaat akkoord met uitstel van de besluitvorming. De heer KILLI (PvdA) stemt in met uitstel, zij het dat dit met slechts enkele weken moet zijn. De inwoners hebben recht op duidelijkheid. De heer VAN WEGEN (BPA) stemt in met het aanhouden van het voorstel. Het amendement van GroenLinks moet daarbij worden betrokken. Mevrouw VAN BERKUM-ADMIRAAL (ChristenUnie) stemt in met het aanhouden van het voorstel, zij het dat niet te lang moet worden gewacht voordat opnieuw over dit onderwerp in de raad kan worden besloten. Het onderwerp wordt van de agenda afgevoerd en komt via De Ronde terug in de raad. 2.

Rekenkamerrapport handhavingsbeleid brandveiligheid in Amersfoort (2195360) De heer VOOGT (VVD) heeft waardering voor het rapport van de Rekenkamercommissie. De brandweer is van mening dat haar beleid effectief is, maar hoort de resultaten van haar inspanningen ook zichtbaar te maken, aldus de Rekenkamercommissie. Er ontbrak volgens de Rekenkamercommissie een en ander: er is geen goed nalevingsniveau bepaald en derhalve kan niet worden geconstateerd of aan het niveau is voldaan. 9

Er is veel samenwerking, maar het ontbreekt aan een centrale sturing van de gemeente. De beleidscyclus is niet rond: beleidsregels moeten worden geëvalueerd, knelpunten moeten worden gesignaleerd en er moet gekomen worden tot nieuwe regels. De tendens is om overtredingen ongedaan te maken. Er is geen overzicht van de sancties. Positieve ontwikkelingen zijn dat er een ICT-project is. Er komt meer zicht op de feitelijke naleving. Er zijn dan bijstellingen in doelstellingen en prioriteiten mogelijk. Frappant is dat wordt gesproken over botsende regels. Daaraan moet, eventueel op landelijk niveau, iets worden gedaan. Veel vergunningen zijn verleend. Het komt nu aan op controle en handhaving. De regionalisering is een positieve ontwikkeling. Stelling 1: Het rapport geeft aan dat er behoefte is aan meer sturing vanuit het gemeentehuis. Volledige regionalisering van de brandweer in de provincie Utrecht maakt aansturing vanuit de diverse gemeentehuizen niet noodzakelijk; zelfs onwenselijk. Stelling 2: Bij het constateren van overtredingen in kwetsbare situaties, bijv. cafés, instellingen, moet direct een straf worden opgelegd. In overleg kan tot een goed resultaat worden gekomen. De VVD-fractie stemt in met de suggesties van de Rekenkamercommissie. Mevrouw WIERSMA (SP) reageert op de stelling 1: De SP heeft in De Ronde aangegeven dat een integrale handhavingsorganisatie bij de brandweer moet liggen. De heer KUIPER (PvdA) zegt op een andere manier te kijken naar integraal handhaven dan de stelling. In plaats van handhaven op regionaal niveau wil de PvdA inzetten op integrale handhaving op lokaal niveau, met een gemeentelijk bureau integrale handhaving. Daar komen de verschillende onderdelen van handhaving samen. Stelling 2: Het direct beboeten van overtredingen is niet direct de insteek van de PvdAfractie. Bij handhaven moet worden uitgegaan van samenwerken en doorbijten als het nodig is. De fractie is blij met de extra inspanningen om registratie en rapportage te verbeteren. In De Ronde heeft de portefeuillehouder aangegeven dat over de afgelopen periode een extra rapportage komt over handhavingszaken. Op basis daarvan wordt inzichtelijk hoe handhaving plaatsvindt. Het bonus-malussysteem waarmee de handhaving gaat werken is een goede zaak. Vergunninghouders kunnen punten verdienen als zij zich goed gedragen. De heer KRAANEN (BPA) zegt dat stelling 1 de fractie een gruwel is, omdat het betekent dat op lokaal niveau geen mogelijkheid aanwezig is om sancties op te leggen. De conclusies en aanbevelingen in het rapport van de Rekenkamercommissie zijn en worden overgenomen door de portefeuillehouder. Dat is voldoende. Mevrouw VAN VLIET (portefeuillehouder) merkt op dat in de goede discussie in De Ronde over het Rekenkamerrapport een aantal toezeggingen is gedaan. Deze toezeggingen zijn herhaald. Over stelling 1 zegt zij dat het niet de kant op moet gaan dat er geen sturing meer is vanuit het gemeentehuis. Van de regionalisering van de politie is geleerd dat wel vanuit het gemeentehuis moet worden geprobeerd zo goed mogelijk sturing te geven aan de activiteiten, gelet op de discussie met het resultaat dat de wijkagent weer volledig in het pakket zit. Dit komt met name door de kritische geluiden vanuit de raad. Zonder hoofdelijke stemming besluit de gemeenteraad overeenkomstig het voorstel. 3.

Locatiekeus opvangvoorzieningen: a. procedure (2112394) b. toetsingspunten (2119413) De heer VAN VLIET (BPA) stelt voorop dat zowel de voorgestelde procedure als de toetsingspunten een goede aanzet zijn. Doel van een en ander is tot een betere keuze te komen. Het is goed dat draagvlak wordt gezocht. 10

Uiteraard kan het niet iedereen naar de zin worden gemaakt. Het feit dat naar locaties wordt gezocht is geen vrijbrief voor daadwerkelijke vestiging. Daarvoor zijn twee zaken nodig: a. een goede financiële onderbouwing b. de daadwerkelijke behoefte. In De Ronde is aan de orde geweest of de Kleine Haag moet worden meegenomen in dit verband. Het gaat om het bestemmen van locaties, waarbij de locatie Stovestraat wordt uitgesloten. De locaties waar nu al activiteiten zijn, moeten worden meegenomen voor dezelfde mate van voorzieningen. Voor de Kleine Haag geldt dat over een halfjaar een evaluatie plaatsvindt. Als deze evaluatie negatief is, zou de locatie echter moeten worden meegenomen in de nu te starten procedure. Derhalve moet de locatie Kleine Haag worden meegenomen in het traject, waaruit kan voortkomen dat dit de enige locatie is, maar het kan ook zijn dat verschuiving van locaties plaatsvindt en de Kleine Haag geschikt is voor hostel of een andere functie. Stelling 1: Besluitvorming is geen voorschot tot daadwerkelijke realisatie wegens gebrek aan financieel inzicht. Stelling 2: Besluitvorming is geen voorschot tot daadwerkelijke realisatie wegens gebrek aan inzicht in de behoefte. Stelling 3: Een alternatief voor de Kleine Haag moet in de participatieronde worden meegenomen. Motie nr. 3a.1, ingediend door Burger Partij Amersfoort Locatiekeus opvangvoorzieningen "De raad van de gemeente Amersfoort, in vergadering bijeen op 17 oktober 2006; overwegende dat: Amersfoort tijdig dient in te spelen op een mogelijke behoefte aan opvangvoorzieningen voor dak- en thuislozen; daartoe thans een proces wordt opgestart voor de mogelijke locatiekeuzen; dit proces terecht uitgaat van een brede participatie bij de direct- of indirectbelanghebbenden; daarmee de gebrekkige participatie rondom de voorziening Kleine Haag in een ander perspectief komt te staan; de overlast rondom de Kleine Haag nog nader in kaart zal worden gebracht en op basis daarvan nadere besluitvorming zou kunnen plaatsvinden over het al of niet handhaven van de voorzieningen op de Kleine Haag; het niet ondenkbaar is dat de taak van de Kleine Haag daarbij nader overwogen zal worden; draagt het college van B&W op om in de studie naar de locatiekeuzen ook extra locaties te voorzien voor de opvang van verslaafden zoals thans in de locatie aan de Kleine Haag gebeurt; en gaat over tot de orde van de dag." Motie nr. 3a.2, ingediend door Burger Partij Amersfoort Locatiekeus Opvangvoorzieningen (behoefte en financiering) "De raad van de gemeente Amersfoort, in vergadering bijeen op 17 oktober 2006; overwegende dat: Amersfoort tijdig dient in te spelen op een mogelijke behoefte aan opvangvoorzieningen voor dak- en thuislozen; daartoe thans een proces wordt opgestart voor de mogelijke locatiekeuzen; er thans onvoldoende inzicht is in zowel de behoefte als de financiering van dergelijke voorzieningen; 11

-

draagt het college van B&W op om bij mogelijke voorstellen aan de raad voor (extra) opvangvoorzieningen zowel de financiering als de daadwerkelijke behoefte eraan nadrukkelijk uit te werken;

en gaat over tot de orde van de dag." De heer BOEVE (CDA) zegt dat de raad staat aan de vooravond van een belangrijk besluit voor de stad, dat niet lichtvaardig mag worden genomen. Ten aanzien van de stellingen geeft hij aan dat de stellingen 1 en 2 worden onderschreven. Ook de CDA-fractie is benieuwd naar het inzicht in de behoeften. Stelling 3 wordt niet onderschreven; een en ander zal de zoektocht extra belasten. Bovendien is het jammer voor de financiële investeringen in het pand Kleine Haag. De CDA dient een aantal moties in. Motie nr. 3a.3, ingediend door CDA, VVD, PvdA en GrL Toevoeging politie en brandweer aan keten van betrokken partners "De raad van de gemeente Amersfoort, in vergadering bijeen op 17 oktober 2006; overwegende dat: de voorgestelde zoektocht naar vier locaties voor opvangvoorzieningen aansluit bij de in het collegeprogramma 2006-2010 uitgesproken voornemens op het terrein van maatschappelijke opvang en de moties 'Opvangvoorzieningen' en 'Containerwoningen'; de zoektocht naar vier locaties voor opvangvoorzieningen een bijzonder ingewikkeld en ingrijpend proces is, waarbij het voor het verkrijgen van draagvlak van groot belang is om de veiligheid en beheersbaarheid van de voorzieningen te benadrukken; draagt het college op: politie en brandweer toe te voegen aan de keten van partners die betrokken is en wordt bij zowel de procedure tot vaststelling van de toetsingspunten, alsmede de procedure tot het aanwijzen van vier locaties voor opvangvoorzieningen; en gaat over tot de orde van de dag." Verschillende keren is aangegeven dat de fractie het belangrijk vindt om de toetsingspunten als totaliteit beter te formuleren, meer specifiek, beter meetbaar, maar vooral ook werkbaar te maken. De raad is tot nu toe geconfronteerd met dezelfde toetsingspunten. Met het aanpassen van de toetsingpunten kunnen discussies, zoals die zich rondom de Kleine Haag hebben voorgedaan, worden voorkomen. De wethouder zal mogelijk stellen dat dit meer tijd zal kosten. Dit kan worden beperkt. De indieners van de motie hechten eraan dat de ombouwing van toetsingspunten zo snel mogelijk geschiedt en dat het geen reden is dit aspect over te nemen. Motie 3b.1, ingediend door CDA Meetbare toetsingspunten "De raad van de gemeente Amersfoort, in vergadering bijeen op 17 oktober 2006; overwegende dat: de motie opvangvoorzieningen van 24 januari 2006 een zoekproces naar locaties via een traject van participerende inspraak vraagt; de raad via participerende inspraak een optimale maatschappelijke acceptatie nastreeft; de keus van de locatie van de opvangvoorzieningen rationeel en via meetbare toetsingpunten moet geschieden;

12

-

de gebruikte woorden “drukke weg”, “directe omgeving”, “enigszins geïsoleerde ligging”, “het is niet wenselijk”, “op enige afstand” en nog meer, voor diverse uitleg vatbaar zijn en de nodige discussies kunnen opleveren tijdens het zoekproces;

draagt het college op: de toetsingpunten meer specifiek en de criteria beter meetbaar en weegbaar te maken zodat in de toekomst de discussies helder gevoerd kunnen worden en de verwachtingen van de Raad en van de bewoners op dezelfde uitgangspunten gebaseerd zijn. En de afstand tot voorzieningen voor kinderen, scholen, gebouwen en woningen erbij te betrekken; en gaat over tot de orde van de dag." De motie opvangvoorzieningen roept op tot optimale participerende inspraak, met één doel: zorgen voor meer draagvlak voor de realisatie van deze voorzieningen. Dit kan door de inspraak die nu in stap 2 wordt genoemd uit te breiden, bijv. door middel van een stadsgesprek over toetsingspunten, waarbij bewoners daadwerkelijke inspraak kunnen hebben en invloed kunnen hebben op het beleid waarop de locaties worden getoetst. Derhalve vooraf participatie aanbieden, evenals de wethouder nu aangeeft in stap 3: brede stadsgesprekken rondom de zoektocht naar geschikte locaties. Het is essentieel. Als dit element wordt overgenomen door het college, zou het daadwerkelijk een bijdrage kunnen leveren aan de acceptatie van dit soort voorzieningen. Het geeft inhoud aan de destijds aangenomen motie. Motie nr. 3a.4, ingediend door CDA, VVD, PvdA en GrL Optimalisatie participatie "De raad van de gemeente Amersfoort, in vergadering bijeen op 17 oktober 2006; overwegende dat: de voorgestelde zoektocht naar vier locaties voor opvangvoorzieningen aansluit bij de in het collegeprogramma 2006-2010 uitgesproken voornemens op het terrein van maatschappelijke opvang en de moties 'Opvangvoorzieningen' en 'Containerwoningen'; de zoektocht naar vier locaties voor opvangvoorzieningen een bijzonder ingewikkeld en ingrijpend proces is; de motie 'Opvangvoorzieningen' oproept tot optimale participerende inspraak; draagt het college op: zorg te dragen dat de optimale participerende inspraak juist wordt gehouden in stap 2 (door middel van een stadsgesprek over toetsingspunten, met als doel de inwoners van de stad ruime mogelijkheden te bieden om zich uit te spreken over de toetsingspunten en de weging daarvan) en in stap 3a (brede stadsbijeenkomsten rondom zoektocht geschikte locaties zorgvoorzieningen); en gaat over tot de orde van de dag." De volgende motie is een logische vervolgstap van eerdere moties die zijn ingediend. Met het voorstel van het college maximaal twaalf locaties aan de stad toe te vertrouwen om daarover een mening te geven is het alsof de spelers van beide partijen van de voetbalwedstrijd na afloop mogen aangeven of de regels bevallen zijn. De scheidsrechter mag dit na afloop ook aangeven, zo niet, dan worden de regels veranderd. Dat is de essentie van het aspect van de brede zoektocht, waarbij twaalf locaties boven de stad zullen hangen. De CDA-fractie is van mening dat het een slecht voorstel is, omdat de stad onnodig lang in onzekerheid verkeert waar een locatie wordt gekozen. Bovendien creëert het een situatie van winnaars en verliezers. De fractie kan zich niet voorstellen dat dit zo elementair is aan het opvolgen van de destijds aangenomen motie, dat deze stap erin hoort. 13

Het kan zonder die stap. In het gunstigste geval is dit laatste aspect een wassen neus, maar het zal buurten tegenover elkaar zetten. De CDA-fractie is daar niet voor. Motie 3a.5 maatschappelijk draagvlak, ingediend door CDA Maatschappelijk draagvlak "De raad van de gemeente Amersfoort, in vergadering bijeen op 17 oktober 2006; overwegende dat: de voorgestelde zoektocht naar vier locaties voor opvangvoorzieningen aansluit bij de in het collegeprogramma 2006 – 2010 uitgesproken voornemens op het terrein van maatschappelijke opvang en de moties ‘Opvangvoorzieningen’ en ‘Containerwoningen’; de zoektocht naar vier locaties voor opvangvoorzieningen een bijzonder ingewikkeld en ingrijpend proces is; de motie ‘Opvangvoorzieningen’ oproept tot optimale participerende inspraak; draagt het college op: de stappen 3 c en 4 a niet te houden, omdat het aan (maximaal 12) verschillende buurten voorleggen van mogelijke locaties voor maatschappelijk lastige opvangvoorzieningen níet zal leiden tot maatschappelijk draagvlak, maar juist zal leiden tot allereerst grote opwinding en vervolgens teleurstelling en verharding; en gaat over tot de orde van de dag." Mevrouw BELTMAN (SP) is blij dat wordt gezocht naar locaties voor opvangvoorzieningen. Het is goed dat een voorstel is gedaan om de inspraakprocedure op gang te brengen en de wijze waarop het college voorstelt dit te doen. De SP-fractie steunt de laatste twee moties van het CDA niet. Reden daarvan is dat de moties iets van angst uitstralen. Het heeft te maken met het leggen van de nadruk op het geven van inspraak aan de burgers op het moment dat de toetsingspunten worden vastgesteld. Daarna worden de burgers op een zijspoor gezet. Waarom mogen zij ook niet bij de rest van het traject worden betrokken, met name bij stap 4: het daadwerkelijk kiezen van een locatie. Immers, men moet geloven in de kracht van de eigen argumenten, de criteria en de noodzaak van de locatie. De heer BOEVE (CDA) zegt dat de CDA-fractie gelooft in de kracht van haar argument om de toetsingspunten voor inspraak open te stellen, de stad te vragen om onderbouwing, extra argumenten waarom dit de toetsingspunten moeten zijn en de stad te vragen of men van mening is of dit de toetsingspunten zijn en hoe deze moeten worden gewogen. Pas als men de spelregels mede kan bepalen en optimale inspraak kan hebben in de lijst van mogelijke locaties, pas dan is sprake van reële inspraak. Dit moet niet achteraf worden gevraagd. Mevrouw BELTMAN (SP) wijst erop dat het niet zo is dat achteraf iets wordt gevraagd. Als fase 2 zo belangrijk wordt gevonden, is fase 4 geen probleem om deze samen met de bewoners te doen. De SP-fractie stemt in met het collegevoorstel. Wel heeft zij enkele kanttekeningen daarbij: - Er is sprake van het zich vastpinnen op vier locaties voor vier voorzieningen. De fractie wel de eerste “vier” weglaten, omdat zij voor de opvang voor dakloze alcoholverslaafden de mogelijkheid wil openhouden om te kiezen voor twee kleinere locaties. - De opvang voor de mensen die in de containerwoningen moeten worden geplaatst, omdat ze blijkbaar nergens kunnen wonen of worden opgevangen. De SP-fractie is hiervan vooralsnog niet overtuigd en heeft grote moeite met het aanwijzen van een plek daarvoor. De CDA-fractie heeft een motie ingediend om politie en brandweer toe te voegen. Wat 14

is daarvan de meerwaarde? Het is logisch dat die twee partijen om advies wordt gevraagd. De heer BOEVE (CDA) licht toe dat het jammer zou zijn als pas na het afronden van de zoektocht blijkt dat op grond van beheersbaarheid of brandveiligheid de panden niet geschikt zijn. Mevrouw BELTMAN (SP) geeft aan in te stemmen met de eerste en tweede stelling. Moeite heeft de fractie met stelling 3. Onlangs heeft de fractie het verhaal van de heer en mevrouw De Vries gehoord over hun ervaringen als buur van de Kleine Haag. Zij kunnen niet leven met de situatie daar. Dit kan aanleiding zijn er op in te zetten de voorziening daar te verplaatsen. Spreekster trekt een parallel met de discussie over de stedelijke vernieuwing. De fractie is dikwijls tegen sloop, omdat daarbij de problematiek in een wijk niet wordt opgelost. In dit geval is met het nu kiezen voor een andere locatie de oorzaak van de overlastproblemen niet weggenomen. Daarvoor moet een ander pakket maatregelen worden georganiseerd. De fractie wil daarop inzetten. Mevrouw TANAMAL (PvdA) stemt in met de eerste twee stellingen; zij wijst stelling 3 af. De afspraak is dat een aparte evaluatie voor de Kleine Haag zal plaatsvinden. Vervolgens zal een en ander de zoektocht extra belasten. De evaluatie vindt op korte termijn al plaats. De heer VAN VLIET (BPA) vraagt wat de extra belasting is. Mevrouw TANAMAL (PvdA) is van mening, dat het evaluatietraject Kleine Haag moet plaatsvinden. Alle feiten moeten in de evaluatie worden meegenomen. Op grond daarvan moet een en ander worden meegenomen. Er moet niet nu al naar alternatieve locaties voor de Kleine Haag worden gekeken. De PvdA-fractie is op zich tevreden met het voorstel. Wel heeft de fractie steeds gezegd dat de criteria onvoldoende toetsbaar zijn. De fractie stemt niet in met de laatste motie van de CDA-fractie. Op het moment dat wordt besloten punt 4a te schrappen, onder het motto dat buurten tegen elkaar worden opgezet, worden burgers onderschat. De participerende inspraak is belangrijk. De heer BOEVE (CDA) zegt dat niet aan de orde is dat de burgers worden onderschat. Sterker nog, de CDA-fractie wil hen optimaal betrekken, in een zo vroeg mogelijk stadium. Inspraak moet worden gegeven op een moment dat dit daadwerkelijk zin heeft en niet achteraf. Wanneer de uitsluit uitwijst dat een pand een tien scoort en de andere twee panden een vijf, maar er moeten drie panden worden aangewezen: om welke reden zouden dan toch de drie panden aan de stad worden voorgelegd? Stel dat twee panden een tien scoren, dan komt men er niet uit en dan moet de raad het besluit nemen. De motie van destijds beoogde meer draagvlak. Het is een extra aanvulling door in stap 2 de stad zo veel mogelijk te betrekken bij de toetsingspunten, de criteria en de weegfactoren en daarnaast de stad te betrekken bij de mogelijkheden. De heer VOOGT (VVD) merkt op dat de VVD het eens is met de aanpak. Deze is in lijn met de motie van VVD en Jouw Amersfoort, vorig jaar aangenomen door de raad. In De Ronde is gesproken over registratie van incidenten. De VVD-fractie hecht eraan dat dit in de uitwerking voor de toekomst wordt meegenomen. In de moties wordt gevraagd om aanscherping van termen. Dat is goed, maar een en ander moet niet tot vertraging leiden. Op de stellingen geeft spreker aan: de eerste twee worden ondersteund; de derde stelling niet. De VVD-fractie stemt niet in met de motie van het CDA, waarin wordt gesteld dat het laatste deel van het traject moet worden overgeslagen. Bij een goede voorbereiding moet het lef aanwezig zijn in wijken te zeggen waarom tot de keuze is gekomen. Eerst moeten 15

locaties worden bepaald. De financiële consequenties komen later aan de orde. De twee moties over de Kleine Haag hebben niet de steun van de VVD-fractie. Eerst moeten gegevens aanwezig zijn, vervolgens kan hierover worden gesproken. Mevrouw VAN BERKUM-ADMIRAAL (ChristenUnie) gaat akkoord met het voorgestelde proces. De eerste twee stellingen worden onderschreven; dit geldt niet voor de derde stelling. De fractie wil de evaluatie van de Kleine Haag afwachten en dan besluiten nemen. De eerste motie van de BPA wordt gesteund; dit geldt niet voor de tweede motie van de BPA. De eerste motie van de CDA-fractie lijkt overbodig. Het is de vraag waarom een en ander expliciet moet worden benoemd. De fractie heeft moeite met de motie over de wegingsfactoren. Heeft het CDA zich gerealiseerd dat met alle wegingsfactoren tot de conclusie kan worden gekomen dat in deze stad geen geschikte locatie aanwezig is? Wat wordt dan gedaan, omdat er wel duidelijk behoefte is aan voorzieningen. De derde en vierde motie van het CDA worden niet gesteund. De fractie van de ChristenUnie heeft moeite met de containerwoningen, zoals die worden voorgesteld. Het gaat daarbij om de vraag of daarmee mensen worden afgeschreven. Hoe wordt geïnvesteerd in een bepaalde mate van bemoeizorg? Is het de bedoeling een terugkeer naar de maatschappij te realiseren? Ligt hier een rol voor de geestelijke gezondheidszorg? De fractie bepleit met klem te kijken naar een aparte vrouwenopvang en opvang voor gezinnen. De SP-fractie doet de suggestie te zoeken naar meer locaties. Die suggestie wordt onderschreven. Er moet behoorlijk geïnvesteerd worden in het gezamenlijk met andere zorgaanbieders zoeken naar mogelijkheden. Deze complexe materie vraagt een goede en juiste afstemming en samenwerking. De heer SMIT (Jouw Amersfoort) verwijst naar de toezegging in De Ronde voor onderbouwing van de verschillende locaties. De fractie stelt prijs op gestanddoening van de toezegging. Wel is de fractie van mening dat dit de verdere voortgang niet mag beïnvloeden. De raadsleden hebben de onderbouwing nodig, al is het maar om burgers te kunnen uitleggen waarom de locaties zijn voorgesteld. De stellingen: De fractie van Jouw Amersfoort gaat ervan uit dat hoe de financiële onderbouwing ook is, een en ander moet worden gerealiseerd. Er is gekozen voor een bepaald traject, waarin ook een hostel is opgenomen. Hetzelfde geldt, rekening houdend met de toezegging aan de bewoners van de Stovestraat. Er moeten investeringen worden gedaan. De fractie kan instemmen met de motie, omdat daarin van het college wordt gevraagd de financiering uit te werken. De fractie kan zich uit principiële overwegingen vinden in de derde stelling van de BPA. Daarnaast geldt dat – voordat de zoektocht van start gaat – het nog enige tijd duurt. Een en ander loopt bijna parallel aan de evaluatie Kleine Haag. De moties van het CDA. De motie over de toevoeging van brandweer en politie. De indieners hebben het eigenlijk al gezegd. Het is een overbodige motie. Er moet vanuit worden gegaan dat brandweer en politie in het hele proces meegaan. De fractie heeft geen behoefte aan een overbodige motie. De fractie heeft ook moeite met de motie over meetbare toetsingspunten. Wat in de notitie staat is hier en daar inderdaad vaag, maar door concretisering wordt een zoektocht moeilijk. Als voorbeeld is een drukke weg genoemd. Voor de ene locatie is wellicht een drukke weg nodig, terwijl dit voor de andere locatie niet het geval is omdat aan andere voorwaarden wordt voldaan. De uiteindelijke afweging is een politieke afweging. Enige vaagheid is terecht. De motie over het uitbreiden van de inspraak op de punten 2 en 3a wordt ondersteund. Hoe meer mensen worden betrokken, hoe beter het is. De fractie heeft echter moeite met de vierde motie, gezien ook de achterliggende argumentatie. De CDA-fractie is bang dat er opwinding ontstaat in de stad. Vanaf de eerste stap van de zoektocht zal maatschappelijke opwinding ontstaan. Het is een pijnlijk proces. Het CDA is laf bezig als zij dit uit de weg probeert te gaan. Jouw Amersfoort zal de motie niet steunen. De raadsleden zullen vanaf het begin een zware confrontatie moeten aangaan met mensen die het er niet mee eens zijn. Inzet van de zoektocht is dat deze op een eerlijke, transpa16

rante en open wijze plaatsvindt, zodat ook duidelijk is wat aan de orde is. De heer BOEVE (CDA) acht de opmerkingen van de heer Smit onterecht. Aan het begin moet duidelijkheid worden gecreëerd. De heer SMIT (Jouw Amersfoort) merkt voorts op dat als ten aanzien van stap 2 en 3a meer inspraak kan komen over de toetsingsvoorwaarden, waarom dan een motie kan worden ingediend waarbij van tevoren een en ander in een motie wordt vastgelegd. De twee moties sluiten elkaar uit. Mevrouw DE CROM (GroenLinks) onderschrijft de stellingen 1 en 2; maar stelling 3 niet. De fractie wil de evaluatie van de Kleine Haag afwachten. De fractie heeft drie moties van het CDA mede ondertekend. Dit geldt niet voor motie M3a.5. Het participatieproces moet helemaal worden afgemaakt. De motie van de BPA over de Kleine Haag heeft niet de steun van de fractie. De motie over de financiën wordt wel gesteund. De heer VAN DAALEN (wethouder) geeft aan dat uitgangspunt voor het traject het collegeprogramma is. Daarin wordt gesproken over de vier nieuwe opvanglocaties. De keten van opvangvoorzieningen wordt op deze manier compleet. Er is waardering voor het meedenken over hoe het proces beter kan worden gedaan, ook al zijn de meningen niet eensluidend. De insteek van het college is om met een open en transparant programma te komen tot een goed resultaat. Motie 3.1, BPA; daarin wordt het college opgedragen ook de Kleine Haag bij de zoektocht te betrekken. Het college is daarvan geen voorstander. Het is goed verder te gaan met de locaties, die met elkaar zijn besproken. De evaluatie van de Kleine Haag moet worden afgewacht. Indien nodig, kan daarna een nieuw besluit worden genomen. Motie 3.2, BPA; de opdracht om de raad te betrekken bij de financiering en de daadwerkelijke behoefte nader uit te werken. In het verdere traject wordt in beeld gebracht wat de financiële consequenties zijn. Ook zal worden gemonitord hoe het zit met het aanbod van mensen voor de verschillende voorzieningen. Gaandeweg worden voorstellen aan de raad voorgelegd. Motie 3a.3, CDA; de motie is overbodig. Politie en brandweer zijn onderdeel van het proces. Motie 3a.4, CDA; optimale participerende inspraak in stap 2 en stap 3a. In De Ronde is de suggestie gedaan een stadsgesprek te houden, ook binnen het kader van stap 2, de toetsingspunten. Daarmee wordt een stap verdergegaan dan het collegevoorstel. Er zijn geen onoverkomelijke bezwaren. Motie 3a.5, CDA; de stappen 3c en 4a niet zetten. Het college adviseert dat niet. Het is ook niet de opdracht in de raadsbrede motie. Ook al is het traject niet gemakkelijk, het is geen reden om de laatste stappen niet te zetten. Motie 3b.1, CDA; toetsingspunten. Aan de hand van acht criteria moet een weging plaatsvinden. Het is een totaalafweging. Zoals nu beschreven wordt het mogelijk locaties tegen elkaar af te wegen. Met de motie wordt het tegendeel van het beoogde doel bereikt. Het gevolg kan zijn dat door het afvinken van verschillende criteria de conclusie is dat geen enkele locatie overblijft. De zoektocht is dan mislukt. Bovendien is het vaststellen van afstanden enz. arbitrair. Het zal van de specifieke locatie afhangen in hoeverre een criterium zwaar moet worden gewogen. Tijdens De Ronde is aangegeven dat sprake is van een proces van voortschrijdend inzicht. Het is een illusie te denken dat als nu alles wordt vastgelegd in meetbare eenheden, later discussies worden voorkomen. De problemen zullen eerder groter zijn, omdat moet worden uitgelegd waarom een locatie, die ogenschijnlijk goed lijkt, net niet voldoet. Het meetbaar en smart maken van criteria zal zeker vertraging opleveren. Indien specifieker moet worden aangegeven hoe de criteria moeten worden gelezen, wil spreker het voorstel terugnemen, omdat dan een specifieker omschrijving moet worden gemaakt. Deze moet dan aan de raad worden voorgelegd om een en ander vrij te geven voor inspraak. Hierdoor zal vertraging ontstaan. 17

De VOORZITTER kan zich voorstellen dat de indieners van de motie zich beraden op het punt toetsingscriteria: is dat het wezenlijkste onderdeel van het voorstel over de procedure? De heer BOEVE (CDA) meent dat geen vertraging hoeft te ontstaan. Er moet sprake zijn van een check of meer meetbaar kan worden. De vertraging kan beperkt blijven tot twee weken. Voor eventueel uitstel van de besluitvorming tot dat moment moet spreker overleg hebben met de indieners van de motie. De VOORZITTER schorst de vergadering. Schorsing De VOORZITTER heropent de vergadering. De heer VAN DAALEN (wethouder) merkt op dat per voorziening acht criteria worden genoemd. Uit het proces komt een aantal locaties. Per criterium vindt een score plaats. Het is een totaalweging, waarbij onder andere afstanden een rol spelen. Mevrouw BELTMAN (SP) heeft geen reactie gehad op de opmerking waarom de raad zich vastlegt op het zoeken van vier locaties. Daarmee moet soepel worden omgegaan, het kunnen ook meer of minder locaties zijn. De heer VAN DAALEN (wethouder) geeft aan dat gaande het proces naar bevind van zaken zal worden gehandeld. Als op een gegeven moment blijkt dat het meer voor de hand ligt om bijv. voor de alcoholverslaafden twee kleinere voorzieningen in plaats van één te realiseren, zal dit in overleg met de raad worden gedaan. De VOORZITTER vraagt of de motie inzake het scherper meetbaar maken van de toetsingspunten wordt ingetrokken. De heer BOEVE (CDA) constateert dat de wethouder tegemoetkomt aan de wens van de CDA-fractie. De motie wordt gehandhaafd. Mevrouw TANAMAL (PvdA) voegt hieraan toe dat ten aanzien van de Kleine Haag het verwijt van bewoners was dat de criteria en de toetsing niet helder waren. Nu moeten wel toetsbare criteria worden opgesteld. Het moet mogelijk zijn om gedurende het proces, op basis van weging, tot bijstelling te kunnen komen. De PvdA-fractie gaat akkoord met het voorstel van de wethouder en stemt niet in met de CDA-motie. De heer VOOGT (VVD) sluit zich hierbij aan. Dit geldt ook voor mevrouw DE CROM (GroenLinks). De VOORZITTER gaat over tot het in stemming brengen van de moties. Motie 3a.1, ingediend door BPA, Kleine Haag betrekken bij locaties Voor de motie stemmen de leden van de fractie van BPA en Jouw Amersfoort. Tegen de motie temmen de leden van de fracties van PvdA, VVD, CDA, GroenLinks, SP en ChristenUnie. De motie is met 8 stemmen voor en 30 stemmen tegen verworpen. Motie 3a.2, ingediend door BPA, behoefte en financiering De motie wordt met algemene stemmen aanvaard. Motie 3a.3, ingediend door CDA, toevoegen politie en brandweer 18

De motie wordt ingetrokken. Motie 3a.4, ingediend door CDA, optimaliseren participatie De heer VAN VLIET (BPA) stoort zich aan de gebruikte terminologie: “juist in stap 2 een optimale participatie”. Het hele traject en alle punten moeten een optimale participatie hebben. De fractie is tegen de motie. De heer SMIT (Jouw Amersfoort) kan de argumenten van de BPA begrijpen, maar zal niet tegen de motie stemmen. Mevrouw BELTMAN (SP) sluit zich aan bij de argumenten van de BPA. Voor de motie stemmen de leden van de fracties van PvdA, VVD, CDA, GroenLinks, ChristenUnie en Jouw Amersfoort. Tegen de motie stemmen de leden van de fracties van BPA en SP. De motie is met 30 stemmen voor en 8 stemmen tegen aangenomen. Motie 3a.5, ingediend door CDA, procedure stap 3c en 4a De heer VAN VLIET (BPA) zegt dat kwaliteit van bestuur synoniem is met durven en lef tonen om mensen te laten participeren. De motie bereikt het tegendeel. Voor de motie stemmen de leden van de fractie van het CDA. Tegen de motie stemmen de leden van de fracties van PvdA, VVD, BPA, GroenLinks, SP, ChristenUnie en Jouw Amersfoort. De motie is met 5 stemmen voor en 33 stemmen tegen verworpen. Motie 3b.1, ingediend door CDA, toetsingspunten De heer VOOGT (VVD) en mevrouw DE CROM (GroenLinks) geven aan geen vertraging te willen en daarom tegen de motie te stemmen. Voor de motie stemmen de leden van de fractie van het CDA. Tegen de motie stemmen de leden van de fracties van PvdA, VVD, BPA, GroenLinks, SP, ChristenUnie en Jouw Amersfoort. De motie is met 5 stemmen voor en 33 stemmen tegen verworpen. Voorstel 2187634 De heer BOEVE (CDA) merkt op dat de CDA-fractie voorstander is van de voorzieningen. Proces en procedure zijn belangrijk. Gelet op het niet aannemen van twee moties stemt de fractie tegen het voorstel. Zonder hoofdelijke stemming besluit de gemeenteraad overeenkomstig het voorstel, met dien verstande dat de leden van de fractie van het CDA worden geacht tegen het voorstel te hebben gestemd. 4.

Zendmachtiging Lokale Omroep (2200018) Behandeling van het voorstel vervalt.

5.

Reactie jaarrekening AVU 2005 (2191277) Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming besluit de gemeenteraad overeenkomstig het voorstel.

6.

Herziening bestemmingsplan Buitengebied (De Velden 1G) (2197079) De heer SCHULTEN (BPA) merkt op dat de plankaart een bebouwingspercentage aangeeft van 80 voor onder andere de bestemming bedrijven. Gelet op de vrijstellingsbepaling in de planvoorschriften kan het bebouwingsoppervlak 92% worden. In de discussie 19

bleek de wijzigingsbevoegdheid niet nodig. Daarom dient de BPA een amendement in. Amendement nr. 6.1, ingediend door BPA Herziening bestemmingsplan Buitengebied (De Velden 1G) "De raad van de gemeente Amersfoort, in vergadering bijeen op 17 oktober 2006; gelezen het Raadsvoorstel 2197079 tot vaststelling van het bestemmingsplan 'Vathorst, partiële herziening Velden 1G/Buitengebied, 2006'; gelezen het ontwerp bestemmingsplan 'Vathorst, partiële herziening Velden 1G/Buitengebied, 2006'; overwegende dat: - de in artikel 12, lid 1 onder b opgenomen wijzigingsbevoegdheid waarbij het mogelijk is het bebouwingsvlak tot maximaal 15% te vergroten, te ruime bebouwingsmogelijkheden biedt; besluit: 1. artikel 12 lid 1 sub te schrappen uit de planvoorschriften." Het amendement wordt met algemene stemmen aangenomen. Zonder hoofdelijke stemming besluit de gemeenteraad overeenkomstig het geamendeerde voorstel. 7.

Vaststelling bestemmingsplan Hoogland 2002, herziening ex artikel 30 van WRO (2006) (2197243) Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming besluit de gemeenteraad overeenkomstig het voorstel.

8.

Parkeerverordening 2007 en Verordening parkeerbelastingen 2007 (2183456) Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming besluit de gemeenteraad overeenkomstig het voorstel.

9.

Verordening geldelijke voorzieningen raadsleden, commissieleden en fracties in de gemeente Amersfoort 2006-II (2122675) Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming besluit de gemeenteraad overeenkomstig het voorstel, met dien verstande dat de fracties van de SP en Jouw Amersfoort worden geacht tegen het voorstel te hebben gestemd.

10.

Beantwoording brief aan de raad over politieregistratie Stovestraat e.o. (2214047) Dit onderwerp wordt van de agenda afgevoerd en zal in De Ronde worden behandeld.

11.

Motie overgangszone Hooglanderveen, ingediend door GroenLinks, CDA en VVD Motie nr. 11.1, ingediend door GroenLinks, CDA en VVD Overgangszone Hooglanderveen "De raad van de gemeente Amersfoort, in vergadering bijeen op 17 oktober 2006; is van mening dat: - de gemeenteraad in 1999 uitspraken heeft gedaan over een groene overgangszone 20

-

rondom Hooglanderveen om tegemoet te komen aan hun bezwaren tegen de ontwikkeling van Vathorst; de uitwerkingen van de motie later zijn vastgesteld bij de ontwikkelingsvisie Hooglanderveen (2001) en het bestemmingsplan Hooglanderveen (2005); het uitgangspunt van de motie was: behoud van het dorpse karakter en daarnaast 40 ha groen bestemmen als overgangsgebied tussen het bestaande dorp en de nieuwbouw van Vathorst; behoud van het dorpse karakter grote kansen heeft vanwege de prachtige en uitstekende voorzieningen, die het sociale en culturele leven zullen versterken; deze voorzieningen beslist ook Vathorst ten goede komen. Toch lijkt het erop dat de daarvoor benodigde optimalisering betaald is uit de groene openbare ruimte; er moest meer (dorpse) bebouwing komen om een en ander te bekostigen; houtwallen in de groene zoom die als waardevol want karakteristiek waren bestempeld behouden en duurzaam onderhouden moeten worden; allerlei besluiten de omvang van toegankelijk groen uiteindelijk zullen minimaliseren tot ongeveer 20% van het geplande overgangsgebied; juist bij de kern van het dorp een weinig functionele en spannende smalle groenstrook ontstaat met een brede waterstrook door verschuiving van de loop van de Malewetering; bij de bewoners van Hooglanderveen het wantrouwen naar het OBV is versterkt en de acceptatie afgenomen. Men gelooft de 'hectareboekhouding' niet en ongeveer 8 ha openbaar groen is teleurstellend; bij toekomstige, soortgelijke stedenbouwkundige ontwikkelingen die zich over langere tijd uitstrekken, de betrokkenheid van de raad en daarmee zijn mogelijkheid tot tussentijds bijsturen moet worden verbeterd. Daartoe zal de raad met voorstellen komen;

draagt het college op: - met voorstellen te komen om de beleving van het groen te optimaliseren, die zoveel mogelijk tegemoetkomen aan de wensen van de bewoners, maar niet leiden tot financiële consequenties. Deze voorstellen worden voor het einde van het jaar aan de raad voorgelegd; - bij deze voorstellen in elk geval te betrekken: - sterkere concentratie van openbaar groen bij de 'ziel van het dorp', bijvoorbeeld de voorgestelde loop van de Malewetering verleggen en zo de groenstrook verbreden ten koste van het groen dat verder bij de dorpskern vandaan ligt; - de herstructurering van Sterrenbos en omstreken in samenspraak met de omwonenden; - het openbaar groen in het voetgangersgebied versneld in te richten; de raad krijgt in 2006 een overzicht; - voor de bewoners en de raad op een kaart en een tabel inzichtelijk te maken welke percelen precies vallen onder 'dorpse bebouwing', 'voorzieningen' (uitgesplitst in o.a. voetbalvelden, hockeyvelden, commerciële fitnessvoorziening), 'privé groen' en 'openbaar groen'; en gaat over tot de orde van de dag." Mevrouw KESLER (GroenLinks) licht toe dat de indieners van de motie maximale duidelijkheid willen. Jouw Amersfoort wil een en ander globaler, zodat niet tot overeenstemming kon worden gekomen over één motie. Het is belangrijk dat processen van langlopende dossiers worden verbeterd. Het wijzigen van de Malewetering is vermeld, omdat dit een steun in de rug is voor de onderhandelingen van de Belangenvereniging Hooglanderveen met het OBV. Een kaart moet de hectareboekhouding inzichtelijk maken. Het breed verspreiden van de kaart geeft vertrouwen bij de bewoners. De herstructurering Sterrenbos moet worden vermeld, omdat Jouw Amersfoort de voorstellen van de bewonersgroep als uitgangspunt wil nemen. De indieners van de motie willen ook de belangen van het OBV 21

hierbij betrekken. Er mogen geen financiële consequenties zijn. Motie nr. 11.2, ingediend door Jouw Amersfoort "De raad van de gemeente Amersfoort, in vergadering bijeen op 17 oktober 2006; is van mening dat: bij de presentatie van de plannen voor de Groene Zoom rondom Hooglanderveen de indruk is gewekt dat sprake zou zijn van een toegankelijke groene parkstrook van circa 40 ha rondom het bestaande dorp; uit de Eindrapportage ruimtelijke invulling Groene overgangszone van augustus 2006 blijkt dat binnen de groene overgangszone niet meer dan 8,2 ha als openbaar toegankelijk groen kan worden opgevat en het overige deel van de overgangszone bestaat uit bebouwing, voorzieningen en privaat groen; bij de ontwikkeling regelmatig overleg heeft plaatsgevonden tussen de gemeente, resp. het OBV en de Belangenvereniging Hooglanderveen; anno 2006 blijkt dat het overgrote deel van de bewoners in Hooglanderveen, inclusief hun belangenvereniging, van mening is dat het thans in uitvoering zijnde overgangsgebied niet overeenkomt de eerder gewekte verwachtingen; de ontwikkeling van de zogenaamde groene zoom het vertrouwen onder de bewoners, zowel ten aanzien van het OBV als van de gemeente, heeft doen afnemen; op basis van de in 1999 door de raad aanvaarde motie over de groene zoom kan worden gesteld dat de uiteindelijke uitvoering niet overeenkomt met de opvattingen die binnen de raad leefden; bij toekomstige, soortgelijke stedenbouwkundige ontwikkelingen, die zich over langere tijd uitstrekken, daarom de betrokkenheid van de raad en zijn mogelijkheid tot tussentijds bijsturen moeten worden verbeterd; draagt het college op: in overleg met de bewoners van Hooglanderveen te bezien welke wensen, zoveel als mogelijk binnen de bestaande financiële kaders, nog zijn uit te voeren, waardoor de groenbeleving binnen de als overgangsgebied bedoelde bestemming kan worden verbeterd; bij de herstructurering van het zogenaamde Sterrenbos uit te gaan van de wensen zoals die leven bij de omwonenden; de gemeenteraad voor het einde van 2006 nadere voorstellen te doen, voorzien van adequate informatie over de eventuele financiële en planningstechnische gevolgen hiervan; delen van het overgangsgebied die als toegankelijk groen kunnen worden opgevat, versneld te realiseren; en gaat over tot de orde van de dag." De heer SMIT (Jouw Amersfoort) erkent dat het niet gelukt is tot één motie te komen. Enerzijds wordt gesteld dat er geen extra financiële consequenties mogen zijn, maar de vermelding onder het tweede punt van het dictum van de motie van GroenLinks, CDA en VVD kost veel geld. Bovendien is het dictum te gedetailleerd. Jouw Amersfoort heeft het Sterrenbos toegevoegd. Dit punt is tijdens de fietstocht duidelijk naar voren gekomen. De heer SCHULTEN (BPA) meent dat de moties elkaar niet bijten. Het college heeft toegezegd dat nog met bewoners zal worden gesproken. Het college heeft ook andere toezeggingen gedaan. De BPA mist echter toezeggingen in overleg met bewoners. Daarom wordt de motie van Jouw Amersfoort gesteund. De heer SCHOENMAKER (SP) ziet de moties als mosterd na de maaltijd. De aanpas22

singen van het college zijn minimaal. Spreker wijst op de rol van de gemeente in het OBV. De SP zal binnenkort met een voorstel komen ten aanzien van de PPS-constructie. Mevrouw VAN 'T VELD (wethouder) heeft geprobeerd de diverse door de raad aangedragen punten serieus op te pakken. Ten aanzien van het Sterrenbos is toegezegd dat het OBV een en ander in overleg met de bewoners zal inrichten. De plankaart krijgt aandacht. Er zal worden nagegaan of de inrichting van de groenvoorziening eerder kan gebeuren. Spreekster vraagt of de motie van GroenLinks, CDA en VVD aansluit bij de voorstellen van het college. Mevrouw KESLER (GroenLinks) geeft aan dat het OBV in overleg is met de belangenvereniging. Op 31 oktober a.s. vindt een inloopbijeenkomst plaats. Vooruitlopend op wat van de bewoners is gehoord, roepen de fracties het college op iets te doen ten aanzien van de Malewetering. De heer SMIT (Jouw Amersfoort) vraagt zich af, gelet op de opmerkingen van de wethouders, of het nog nodig is de moties in te dienen. Het is wellicht beter om de inloopbijeenkomst op 31 oktober a.s. af te wachten en daarbij aanwezig te zijn. De heer VAN GARDEREN (CDA) zegt dat de motie niet wordt ingetrokken, omdat het college nog geen toezeggingen heeft gedaan. Mevrouw VAN 'T VELD (wethouder) attendeert erop dat de in De Ronde gedane toezeggingen met het dorp worden besproken. Nieuw punt is het verleggen van de Malewetering. Daarbij spelen technische zaken een rol. Het is altijd de bedoeling geweest om de Malewetering als watergang in te passen. Op dit punt kunnen zich problemen voordoen. De heer SMIT (Jouw Amersfoort) noemt de motie van Jouw Amersfoort duidelijker dan de motie 11.1. Met de motie van Jouw Amersfoort blijft de Malewetering buiten beeld. Motie 11.1, ingediend door GroenLinks, CDA, VVD Voor de motie stemmen de leden van de fracties van PvdA, VVD, CDA, BPA, GroenLinks en ChristenUnie. Tegen de motie stemmen de leden van de fracties van SP en Jouw Amersfoort. De motie is met 32 stemmen voor en 6 stemmen tegen aangenomen. Motie 11.2, ingediend door Jouw Amersfoort Voor de motie stemmen de leden van de fracties van BPA, SP en Jouw Amersfoort. Tegen de motie stemmen de leden van de fracties van PvdA, VVD, CDA, GroenLinks en ChristenUnie. De motie is met 11 stemmen voor en 27 stemmen tegen verworpen. 12.

Motie verbeteren communicatie en participatie voor inwoners van Amersfoort, ingediend door SP en BPA De motie wordt, mede gelet op de tijd, nu niet behandeld.

13.

Motie advies zendmachtiging lokale omroep, ingediend door de VVD De heer VOOGT (VVD) dient de volgende motie in: Motie nr. 13.1, ingediend door VVD Advies zendmachtiging lokale omroep "De raad van de gemeente Amersfoort, in vergadering bijeen op 17 oktober 2006; overwegende dat: de inhoud van het raadsvoorstel doelgericht een voorlopige keuze maakt in de richting 23

-

-

van de Omroep Amersfoort, waarvan de zendmachtiging formeel reeds 7 augustus 2006 is geëindigd; volgens de Mediawet drie eisen bestaan (met name representativiteit), aan de hand waarvan de raad een gemotiveerd advies aan het Commissariaat voor de Media moet uitbrengen; zoals de gegevens nu liggen zowel de Omroep Amersfoort als Eemstad RTV aan die vereisten van representativiteit in vrijwel gelijke mate voldoen; gegevens, als overgelegde bedrijfsplannen en bestaande subsidierelaties in de raadsadvisering geen primaire rol behoren te spelen; overleg van de VVD-fractie met het Commissariaat hedenochtend heeft uitgewezen dat een zendmachtiging voor vijf jaar wordt toegewezen en de Mediawet niet in voorlopige toedeling van een zendmachtiging van een aantal maanden voorziet; het Commissariaat de voorlopige keuze in het raadsvoorstel zou kunnen uitleggen als een keuze voor de Omroep Amersfoort, wat mogelijk leidt tot een zendmachtiging van vijf jaar; een constructie van overdracht van de zendmachtiging van Omroep Amersfoort naar een uit beide gegadigden ontstane rechtsopvolger (wat geen zekerheid is!) illusoir is; uit concurrentieoverwegingen voortkomende gedachten over een mogelijke verdeling van zendmachtiging niet binnen de Mediawet passen, maar bovendien bij het verlenen van de zendmachtiging aan een van beide gegadigden het Commissariaat zich niet inlaat met een praktische inschakeling (bij overeenkomst) van de andere gegadigde; de stand van zaken op dit moment verschillende adviesscenario's mogelijk maakt: van gemotiveerd geen keuze maken tot een gemotiveerde keuze, bij het nader tegen het licht houden en analyse van de beschikbare gegevens, tot een van de gegadigden;

is van oordeel dat: het voorliggende raadsvoorstel en het bijgevoegde ontwerpraadsbesluit op grond van de nadere informatie zo niet intact kunnen blijven; uit een oogpunt van zorgvuldigheid heroverweging en herformulering van het raadsadvies zijn aangewezen; wederom vragen van uitstel, na het eerder al op 15 juni jl. van het Commissariaat verkregen uitstel; niet opportuun is; draagt het college op: via spoedoverleg van de gemeenten Leusden en Amersfoort de beide gegadigden met klem van hun verantwoordelijkheden en de ernst van de ontstane situatie te doordringen; een ultieme poging te doen, misschien wel onder de noemer van een nieuwe rechtspersoon, met beide gegadigden uit de bestaande bestuurlijke impasse en tot een akkoord over het advies tot een zendmachtiging te komen; op basis van het spoedoverleg een nieuw ontwerpadvies uiterlijk 24 oktober a.s. voor te leggen, dat dan tijdig, dat wil zeggen op 31 oktober a.s. (zo nodig met debat) kan worden besproken en vastgesteld; en gaat over tot de orde van de dag." Mevrouw BELTMAN (SP) is tegen de motie. Al twee maanden wordt geprobeerd partijen tot overleg te bewegen. Dat is niet gelukt. Het zal op korte termijn ook niet mogelijk zijn. De heer VAN VLIET (BPA) gelooft nog in wonderen en zal de motie steunen. De heer PARMAKSIZ (PvdA) wil betrokken partijen nog twee weken de tijd geven. Zij moeten zich tot het uiterste inspannen om er iets van te maken. De fractie steunt de motie. 24

Voor de motie stemmen de leden van de fracties van PvdA, VVD, CDA, BPA, GroenLinks, ChristenUnie en Jouw Amersfoort. Tegen de motie stemmen de leden van de fractie van SP. De motie is met 35 stemmen voor en 3 stemmen tegen aangenomen.

De VOORZITTER sluit de vergadering (00.15 uur).

Goedgekeurd door de raad der gemeente Amersfoort in de openbare vergadering van d.d. 28 november 2006, de griffier,

de voorzitter,

25

Besluitenlijst De Ronde datum:

27 februari 2007

vergaderruimte: Molendijkzaal 0.01

Titel Van Doel activiteit Voorstel

Voorzitter Secretaris Notulist Aanwezig Raadsleden/buitengewoonfractieleden

van

20.00 tot

aantal bezoekers:

21.00 uur 20

Reg.nr. 2342620 Toetsingspunten locatiekeus opvangvoorzieningen Soort verslag College van B&W Besluitenlijst Soort activiteit Voorbereiding besluit Raadsvoorstel Voorgesteld wordt het raadvoorstel Toetsingspunten locatiekeus opvangvoorzieningen op de volgende punten te wijzigen, en deze vervolgens vaststellen: 1. Wijzigen: De laatste zin van het toetsingspunt 6. Sociale omgeving bij de locatie voor containerwoningen wijzingen in “De locatie ligt bij voorkeur niet in een buurt waar al van een kwetsbare sociale situatie sprake is” 2. Toevoegen bij de toetsingpunten voor elk van de locaties onder 6 Sociale omgeving: "De sociale omgeving wordt bekeken. Dit weegt mee in de beoordeling van de geschiktheid van de locatie.” 3. Toevoegen bij de locatie containerwoningen: Toetsingspunt 5. Beheersbaarheid “Aan de beheersbaarheid worden geen specifieke eisen gesteld. Op het terrein wordt gehandhaafd, net als dat in de rest van Amersfoort gedaan wordt”

Hinloopen De Korte --

Portefeuillehouder

Beltman (SP), De Crom (GL), Hunink (CU), Paffen-Zeenni (CDA), Smit (JA), Tanamal (PvdA), Van Vliet (BPA), Voogt (VVD)

Portefeuillehouder

Opsteller

Ambtenaren

Van Daalen Verheule Van Daalen Verheule

Inspreker(s) Conclusie voorzitter

Het Raadsvoorstel is voldoende besproken ten behoeve van besluitvorming in Het Besluit van 13 maart. Verschillende fracties geven aan dat de toezegging die wethouder Van ’t Veld heeft gemaakt bij de vestiging van de tijdelijke opvangvoorziening Keerkring, waarbij is gezegd dat de buurt niet belast zou worden met een permanente voorziening, gedaan zijn in het kader van de eerdere opvangvoorziening. De toezegging kent dus een begrenzing in tijd en onderwerp. In antwoord op vragen heeft de wethouder aangegeven dat de wijkgesprekken in totaal door circa 130 mensen zijn bezocht; de intensiteit van de handhaving bij containerwoningen (wijzigingspunt 3) wordt afgestemd op de noodzaak, zoals dat in heel Amersfoort gedaan wordt; de vastgestelde bestemmingsplannen niet leidend zijn maar indien een geschikte locatie wordt gevonden er aanleiding kan zijn om het bestemmingsplan te wijzigen;de toetsingspunten zodanig geformuleerd zijn dat er voor college en raad afwegingsruimte blijft Naar Het Besluit Advies zonder debat

Toezeggingen / Afspraken

met debat, woordvoerder 1e ronde:

Wethouder Van Daalen zegt toe de nuance die door diverse fracties is aangegeven ten aanzien van de toezegging van wethouder Van ’ t Veld inzake de opvanglocaties op de Keerkring mee te zullen nemen in de verdere uitwerking.

Aantekeningen voor verslag

#2342620 v1 - BESLUITENLIJST DR 27-2-2007 - TOETSINGSPUNTEN LOCATIEKEUS OPVANGVOORZIENINGEN

Verslag De Ronde op 3 oktober 2006: Procedure locatiekeus opvangvoorzieningen + Toetsingspunten locatiekeus opvangvoorzieningen (voortgezette behandeling) Voorzitter: Aanwezig:

Parmaksiz Secretaris: De Korte Beltman, Van Berkum-Admiraal, De Crom, Kruisselbrink-Borgonjon, Smit, Tanamal, Van Vliet en Voogt,

Pers: Publiek: 15 Portefeuillehouder: Van Daalen Ambtenaar: Verheule Reg. nr.: 2211636 Tel. nr.: (033) 4694485

Punt

Conceptverslag: MKW secretariaatsservices E-mail: [email protected]

Inhoud

Actie

Procedure locatiekeus opvangvoorzieningen + Toetsingspunten locatiekeus opvangvoorzieningen (voortgezette behandeling) Doel: Voorbereiding besluiten gemeenteraad over voorbereiden locatiekeuze en toetsingspunten opvangvoorbereidingen. Inspreker (mevrouw De Vries): - Woont tegenover de opvangvoorziening aan de Kleine Haag en hoopt dat deze voorziening wordt verplaatst. De opvangvoorziening zet haar gezin onder grote druk door verschillende vormen van overlast (bedreiging, drugshandel, prostitutie). - Adviseert de raadsleden om voortaan geen opvangvoorzieningen te plaatsen in wijken waar gezinnen wonen. - De eerste mogelijkheid waarop de wethouder tijd heeft om met de buurtbewoners te spreken is 7 december 2006. Inspreker (de heer De Vries): - Hoopt dat geleerd wordt van de fouten die zijn gemaakt bij de Kleine Haag. - Deze fout kan worden goedgemaakt door wat aan deze locatie te doen. - De familie voelt zich niet serieus genomen en trekt het niet meer. Zij zal bewoners van buurten waar toekomstige locaties zijn gepland op de nadelige gevolgen wijzen. Portefeuillehouder (Van Daalen): - Heeft vandaag vernomen van de afspraak op 7 december aanstaande en heeft verzocht deze afspraak te vervroegen. VVD (Voogt): - Waar komt de conclusie vandaan dat opvangcentra dichtbij de binnenstad moeten worden geplaatst? In de beantwoording staat dat drukke straten de sociale controle bevorderen. Drukke straten kunnen echter ook de onverschilligheid bevorderen. - Is blij met het feit dat zal worden gezocht naar meerdere locaties. Wil de bewoners eerder betrekken bij het participatieproces. Het liefst al in het eerste stadium. Te denken valt aan leden van wijkbeheerteams.

1

-

Gaat akkoord met het voorstel.

CU (Van Berkum-Admiraal): - Acht het wenselijk dat in Amersfoort ook een opvangvoorziening voor vrouwen komt. Wellicht is het mogelijk om een groter hostel (25 personen) en een kleiner hostel te openen. - Het is te kort door de bocht om een hostel voor vrouwen meteen te koppelen aan straatprostitutie. BPA (Van Vliet): - Deze aanpak is al veel zorgvuldiger is dan die van vorig jaar. Aan de orde is nu het lokaliseren van locaties maar er is nog niets bekend over de financiële kant van de zaak. - Benadrukt dat het akkoord gaan met het vinden van locaties nog niet betekent dat het akkoord gaan met het openen van opvangvoorzieningen. - De cijfers van onder andere de politie rondom overlast lijken steeds niet te kloppen. De BPA wil meer transparantie. - Is van mening dat het bestuur, als het toegeeft fouten te hebben gemaakt in de procedure rondom de Kleine Haag, niet moet schromen om de Kleine Haag ook op het lijstje voor alternatieve locaties te zetten en ook voor deze locatie naar alternatieven te kijken. - In de lijst moet de WMO-AWBZ benadering voor de financiële onderbouwing worden meegenomen. Bij de Kleine Haag ontbreken hierover gegevens. Jouw Amersfoort (Smit): - Onderschrijft de opmerkingen van de BPA inzake de Kleine Haag. - Er moet eerst worden gekeken of er behoefte is aan een aparte opvangvoorziening voor vrouwen. - Vindt de procedure veel beter dan de procedure vorig jaar voor de Kleine Haag. - Is benieuwd naar de informatie die nog zal komen. - Wil zo spoedig mogelijk het communicatieplan zien. - Pleit voor een soepele hantering van de randvoorwaarden zodat deze indien noodzakelijk kunnen worden gewijzigd. - Wil mee met de excursie. - Vraagt om meer informatie voor de raadsleden bijvoorbeeld van de landelijke vereniging voor bewoners die betrokken zijn bij een opvangvoorziening. PvdA (Tanamel): - Is het eens met JA inzake flexibele randvoorwaarden. - De woorden van het echtpaar De Vries laten haar niet onberoerd gelaten. Na een jaar zou er geëvalueerd worden. Is benieuwd naar de echte cijfers. Bij de evaluatie moet men zich kunnen baseren op cijfers die juist zijn. - Vraagt zich af of er drie locaties in de binnenstad te vinden zijn die geschikt zijn als locatie. - Is van mening dat men aan de slag moet maar zorgvuldigheid is van groot belang. GL (De Crom): - Helder rapport. - Gaat graag mee met het werkbezoek. - Een communicatieplan dat ter informatie wordt aangeboden is te mager. Wil ook als raad iets te zeggen hebben over het communicatieplan. - Vraagt wat wordt gedaan met iemand die meerdere verslavingen heeft.

2

Waar kan deze persoon dan terecht? CDA (Kruisselbrink-Borgonjon): - Vindt het een transparant stuk qua procedure. De toetsingspunten in het memo zijn goed beantwoord. - Is niet helemaal gerustgesteld over de toetsingscriteria. Om goed te kunnen vergelijken zijn meetbare gegevens nodig. - Als de meetpunten goed zijn bepaald zou kunnen worden volstaan met een kleiner aantal locaties in het voortraject. Een groter aantal locaties waarover wordt gesproken kan voor onrust zorgen. - Wil mee op werkbezoek. SP (Beltman): - Is blij met de procedure en blij dat er gezocht wordt naar locaties. - Het is een goed idee om burgers te betrekken bij het zoeken naar locaties. - In de lijst waarin wordt aangegeven waar de inspiratie van de gemeente vandaan kwam, ontbreekt de Kleine Haag. Deze ervaring dient ook meegenomen te worden. - Pleit voor een aparte opvangvoorziening voor vrouwen. - Heeft moeite met de omvang van de voorziening voor alcoholverslaafden. Er wordt hier gesproken over 40 bewoners. Waarom wordt dit niet kleinschaliger aangepakt? - Pleit ervoor om het onderwerp containerwoningen apart te behandelen. - Wil mee met een werkbezoek. Venlo of Gouda zou geschikt zijn maar ook graag een voorziening waarmee positieve ervaringen zijn. Portefeuillehouder (Van Daalen): - Is blij met de waardering. - Er is geen wetenschappelijke onderbouwing dat opvangvoorzieningen dichtbij de binnenstad geplaatst moeten worden. De praktijk heeft echter uitgewezen dat deze voorzieningen moeten worden geplaatst dichtbij de locaties waar de doelgroep zich bevindt. Er is echter nog een grijs gebied mogelijk net buiten de binnenstad. - Er is meer sociale controle in drukke straten, maar het is inderdaad zo dat er in erg drukke straten sprake kan zijn van onverschilligheid. Er moet gezocht worden naar een goede middenweg. - Zodra de raad akkoord is gegaan gaat het onderwerp de inspraak in. Het is niet mogelijk om nog eerder de participatie in te gaan. Er wordt een bijeenkomst belegd zodra de toetsingspunten bekend zijn. - Een apart hostel voor vrouwen in Amersfoort is niet haalbaar vanwege de beperkte omvang van de stad. Om financiële middelen vanuit de AWBZ te ontvangen zijn minimaal 25 bewoners nodig. Eventueel kan een splitsing binnen een specifieke locatie worden bekeken. - Zodra meer bekend is zullen ook de financieringsmogelijkheden worden meegenomen. - De Kleine Haag betrekken bij de zoektocht naar nieuwe locaties is niet de insteek. De evaluatie is momenteel in voorbereiding en zal in december a.s. worden uitgevoerd. Op dat moment zal de balans worden opgemaakt. Er is geen reden om nu al te gaan zoeken naar een vijfde locatie alvorens de evaluatie over de Kleine Haag is afgerond en besproken. - Is het eens met de opmerking dat de randvoorwaarden soepel moeten worden gehanteerd. Het is niet de bedoeling om alles dicht te timmeren zodat zaken die men tijdens het proces leert niet kunnen worden aangepast. Teveel dichttimmeren met randvoorwaarden zorgt slechts voor een schijnzekerheid.

3

-

Een excursie wordt voorbereid. Nadere informatie volgt. et communicatieplan wordt tijdig aangeleverd en zal aan de raad worden toegezonden. Bij meervoudige verslaving wordt ervoor gekozen om het traject te volgen van de zwaarste verslaving. Dit kan tijdens het traject wijzigen. Het is nog niet zeker dat 40 alcoholverslaafden in een locatie worden geplaatst. Een splitsing is ook mogelijk.

Samenvatting: Gelet op de belangstelling voor een werkbezoek zal dit bezoek worden georganiseerd. De containerwoningen worden niet uit het traject gehaald en apart behandeld. Er bleek geen bijval voor dit voorstel van de SP. De voorstellen zijn voldoende besproken en de vragen zijn beantwoord. Een grote meerderheid van de fracties staat positief ten aanzien van een werkbezoek in andere steden. De procedure locatiekeuze en het besluit om de toetsingspunten ter inzage te leggen kan worden geagendeerd voor Het Besluit. Aan het presidium wordt voorgelegd dit voor 17 oktober te agenderen aangezien latere besluitvorming consequenties heeft voor de in het raadsvoorstel verwoorde procedure. Woordvoerder eerste ronde is de heer Van Vliet (BPA). Wethouder Van Daalen heeft drie toezeggingen gedaan: - Een werkbezoek naar andere steden wordt door het college voorbereid; - Het communicatieplan wordt aan de raad toegezonden; - De vraag met betrekking tot de kleinschaligheid van de alcoholopvangvoorziening in relatie tot het verwachte aantal personen zal nog worden beantwoord.

Vastgesteld in de vergadering van 28 november 2006. De secretaris,

De voorzitter,

4

Gemeente Amersfoort

RAADSVOORSTEL

Van Aan Portefeuillehouder

: Burgemeester en Wethouders : Gemeenteraad : Wethouder mr P.J.T. van Daalen

Reg.nr. Datum Agendapunt

: 2307722 : 13 februari 2007 : HB-3

TITEL Toetsingspunten locatiekeus opvangvoorzieningen

1. BESLISPUNTEN De toetsingspunten die zullen worden gehanteerd bij het maken van locatiekeuzes voor vier opvangvoorzieningen voor dak- en thuislozen vast te stellen.

2. AANLEIDING De raad heeft de procedure vastgesteld voor het aanwijzen van locaties voor vier opvangvoorzieningen. Onderdeel van deze procedure is dat de raad de toetsingspunten voor de aan te wijzen locaties vaststelt. Dit is stap twee in de procedure. De toetsingspunten hebben ter inzage gelegen van 24 oktober tot en met 6 december.

3. BEOOGD EFFECT Het vooraf vaststellen van toetsingspunten maakt duidelijk welke factoren ten grondslag liggen aan het aanwijzen van locaties van vier opvangvoorzieningen en maakt een inzichtelijke afweging voor de te maken keus mogelijk. Algemeen uitgangspunt Een algemeen uitgangspunt in welk kader de toetsingspunten geplaatst worden, is dat er sprake is van spreiding van voorzieningen. Dat is geen eenduidig uit te leggen uitgangspunt. De schaalgrootte van Amersfoort is relatief gering, met name als we over de binnenstad of het centrumgebied spreken. Toch is dit centrumgebied ook de plaats waar dak- en thuislozen zich begeven en hun ‘leefomgeving’ hebben. Wil je daklozen in voorzieningen krijgen en daarmee de overlast bestrijden dan zullen met name de voorzieningen voor eerste opvang over het algemeen ook in of aan de rand van de binnenstad moeten staan. We zullen hier in de toetsingspunten per voorziening nader op in gaan. Aspecten toetsingspunten De toetsingspunten hebben betrekking op de volgende aspecten: 1. Grootte en bruikbaarheid Bruto vloeroppervlakte en andere fysieke eisen. 2 . Ligging: situering in de stad De voorziening moet liggen waar de doelgroep zicht ophoudt of waar ze naar toe kunnen zonder dat er al te veel overlastgevende klantbewegingen op gang komen. 3. Bereikbaarheid Dit heeft betrekking op de bereikbaarheid van politie en/of hulpdiensten meer dan bij andere voorzieningen. 4. Beschikbaarheid Vragen die hier beantwoord moeten worden zijn: is het gebouw niet bezet of onbezet te krijgen? Welke bestemming heeft het gebouw en is de juiste bestemming te verwerven? Is er planontwikkeling voor de lange termijn? 5. Beheersbaarheid De beheersbaarheid heeft betrekking op de openbare orde en veiligheid. 6. Sociale omgeving 7. Aanwezigheid voorzieningen/ functies die eigen veiligheids- of overlastrisico in zich houden 8. Aanvoer / afvoerwegen bevoorrading. Inlichtingen bij:

P. Verheule, WSO/MO, (033) 469 44 85

Gemeente Amersfoort raadsvoorstel pagina 2

De toetsingspunten voor de locaties voor vier opvangvoorzieningen We komen tot de volgende toetsingspunten voor het zoeken naar vier locaties voor de vier opvangvoorzieningen voor dak- en thuislozen.

Hostel voor harddrugsverslaafden 1. Grootte en bruikbaarheid Voor het hostel is een bruto vloeroppervlak van 1.125 m2 nodig. Indien een buitenruimte aanwezig is die gebruikt wordt voor opvang, moet deze afgesloten kunnen worden. Een besloten buitenruimte is een pré. 2. Ligging; situering in de stad Een hostel voor drugsverslaafden moet liggen op loopafstand van de binnenstad ( + 2,5 km max). Een leven op straat/ in de drugsscene blijft in eerste instantie voor cliënten een verleidelijk perspectief. De ligging van het hostel moet er voor zorgen dat aan de ene kant mensen uit de directe drugsscene getrokken worden en aan de andere kant moet het er dicht genoeg bij in de buurt zijn om die stap ook daadwerkelijk te zetten. Mensen kunnen in aanmerking komen voor een verblijf in een hostel als ze een Indicatie Verblijf hebben. Toch betekent dit niet dat cliënten daar ook vanzelfsprekend gebruik van maken. Ze moeten min of meer verleid worden om in een hostel te gaan verblijven met een lange termijn perspectief op een ander leven. Een hostel moet liggen langs een drukke weg met bij voorkeur verschillende functies. Dit zorgt er voor dat bewoners van het hostel relatief snel in de anonimiteit opgaan. Vanuit het hostel komen ze op straat en gaan daar in de verkeersbewegingen op. Ook zorgt het voor een redelijk grote sociale controle. Veel bewegingen op straat op verschillende tijdstippen maakt dat er altijd ogen zijn. Dat verhoogt de veiligheid. 3. Bereikbaarheid Voor de bereikbaarheid van politie en hulpdiensten zijn geen specifieke eisen in vergelijking met andere woonvoorzieningen. 4. Beschikbaarheid De bestemming van de grond moet passen bij de aard van de voorziening of deze moet binnen afzienbare termijn te verwerven zijn. Mocht op de locatie een pand staan, dan moet dit gebouw op redelijke termijn beschikbaar zijn. Planontwikkeling moet dit niet doorkruisen. 5. Beheersbaarheid Een hostel moet in het hostel zelf en in de omgeving van het hostel voldoende beheersbaar zijn vanuit het punt van openbare orde en veiligheid. Dat betekent dat er een risico-inventarisatie gemaakt wordt met daarbij een advies over te nemen maatregelen. 6. Sociale omgeving Ook voor de sociale omgeving geldt dat bij voorkeur verschillende functies aanwezig zijn in de omgeving van het hostel. Dit zorgt voor een gevarieerde sociale context waarin makkelijker wederzijds begrip voor de aanwezigheid van verschillende groepen mensen bestaat dan dat er een eenvormige sociale context is. De sociale omgeving wordt bekeken. Dit weegt mee in de beoordeling van de geschiktheid van de locatie. 7. Aanwezigheid voorzieningen/ functies die eigen veiligheids- of overlastrisico in zich houden Het is niet wenselijk dat een andere voorziening voor verslavingszorg of maatschappelijke opvang in de directe omgeving van de locatie aanwezig zijn. Ook de aanwezigheid van andere voorzieningen met een veiligheids- of overlastrisico zoals een coffeeshop of een straat met kroegen, moet gewogen worden. 8. Aanvoer/ afvoerwegen bevoorrading Voor een hostel zijn geen specifiek eisen voor aan- of afvoerwegen.

Gemeente Amersfoort raadsvoorstel pagina 3

Opvang alcoholverslaafden 1. Grootte Voor een alcoholopvang is een vloeroppervlakte van 250 m2 bruto nodig. Het grootste deel van deze oppervlakte moet zich op de begane grond, in één ruimte bevinden. Om duidelijk overzicht te houden over de cliënten is het wenselijk de opvang in overzichtelijke ruimtes te hebben. De aard van de verslaving zorgt er voor dat ruimte op de begane grond de enig reële optie is. Spreekkamers of kantoorruimtes ten behoeve van het personeel van de voorziening zouden eventueel op een andere verdieping geplaatst kunnen worden. De voorziening heeft bij voorkeur een buitenruimte omdat de cliënten anders bij mooi weer buiten/ op straat hun alcohol gaan drinken. Ze zijn dan niet binnen in de voorziening te houden. In tegenstelling tot harddrugsverslaafden die anonimiteit verkiezen voor gebruik, zitten alcoholisten, net als de meeste mensen, met mooi weer graag hun biertje buiten te drinken. 2. Ligging Een opvang voor alcoholverslaafden kan op enige afstand (+ 1 km max) van de binnenstad liggen. Het moet lopend, ook als men onder invloed is, bereikbaar zijn. Alcoholisten hebben de binnenstad niet direct nodig als markt voor hun verslaving want ze hebben geen dagelijkse behoefte aan harddrugs. Te ver van de binnenstad kan niet. Daar komen verslaafden niet aan. Daarbij gebruiken veel dakloze alcoholisten in Amersfoort af en toe drugs. Daarvoor is dan de binnenstad weer nodig omdat daar de drugsmarkt is. De opvang voor alcoholisten moet op loopafstand (+ 1 km max) van een nachtopvang liggen. En de opvang moet een enigszins geïsoleerde ligging hebben. Kenmerkend voor alcoholisten is dat ze in de loop van de dag vervelend gedrag gaan vertonen. Een vrijstaande voorziening met niet direct omwonenden heeft dan de voorkeur. 3. Bereikbaarheid De opvang moet extra goed bereikbaar zijn voor zowel politie als hulpdiensten. De alcoholopvang is een eerste opvang voor dakloze alcoholisten die nog niet gestabiliseerd zijn. Dat betekent dat de gezondheid van deze mensen absoluut niet optimaal is. Daardoor kan het af en toe nodig zijn hulpdiensten in te roepen. Ook de overlast die alcoholisten veroorzaken moet door de uitvoerder van de opvang in samenwerking met de politie goed bestreden kunnen worden. Bij calamiteiten op dat gebied moet de politie snel kunnen ingrijpen. 4. Beschikbaarheid De bestemming van de grond moet passen bij de aard van de voorziening of deze moet binnen afzienbare termijn te verwerven zijn. Mocht op de locatie een pand staan, dan moet dit gebouw op redelijke termijn beschikbaar zijn. Planontwikkeling moet dit de komende acht jaar niet doorkruisen. 5. Beheersbaarheid Een alcoholopvang moet in de opvang zelf en in de omgeving van de alcoholopvang voldoende beheersbaar zijn vanuit het punt van openbare orde en veiligheid. Dat betekent dat er een risico-inventarisatie gemaakt wordt met daarbij een advies over te nemen maatregelen. 6. Sociale omgeving Ook voor de sociale omgeving geldt dat bij voorkeur verschillende functies aanwezig zijn in de omgeving van de alcoholopvang. Dit zorgt voor een gevarieerde sociale context waarin makkelijker wederzijds begrip voor de aanwezigheid van verschillende groepen mensen bestaat dan dat er een eenvormige sociale context is. De sociale omgeving wordt bekeken. Dit weegt mee in de beoordeling van de geschiktheid van de locatie. 7. Aanwezigheid voorzieningen/ functies die eigen veiligheids- of overlastrisico in zich houden Het is niet wenselijk dat een andere voorziening voor verslavingszorg of maatschappelijke opvang in de directe omgeving van de locatie aanwezig zijn. Ook de aanwezigheid van andere voorzieningen met een veiligheids- of overlastrisico zoals een coffeeshop of een straat met kroegen, moet gewogen worden. 8. Aanvoer/ afvoerwegen bevoorrading Voor een alcoholopvang moeten aan- en afvoerwegen voor het regelmatig afleveren van maaltijden en bevoorrading aanwezig zijn.

Gemeente Amersfoort raadsvoorstel pagina 4

Locatie containerwoningen 1. Grootte Voor het plaatsen van de containerwoningen is een grondoppervlakte van in totaal 1.500 m2 nodig. Het gaat dan om niet bebouwde grond waar semi-permanente woningen inclusief de infrastructuur geplaatst kunnen worden. 2. Ligging De grond moet zijn een open, enigszins afgeschermd apart terrein. Maar het moet niet buiten de bewoonde wereld liggen. De experimenten met vergelijkbare woningen die te geïsoleerd liggen hebben geleerd dat het terrein een soort vrijplaats wordt waar naar verloop van tijd ook de politie de orde niet meer kan handhaven (ze komen het terrein niet meer op). Tevens heeft een te afgelegen terrein een grote aantrekkingkracht op criminelen of voor het uitvoeren van criminele activiteiten. 3. Bereikbaarheid Voor de bereikbaarheid door politie en hulpdiensten zijn geen extra specifieke eisen. 4. Beschikbaarheid De bestemming van de grond moet passen bij de aard van de voorziening of deze moet binnen afzienbare termijn te verwerven zijn. Planontwikkeling moet dit de komende acht jaar niet doorkruisen. 5. Beheersbaarheid Aan de beheersbaarheid worden geen specifieke eisen gesteld. Op het terrein wordt gehandhaafd, net als dat in de rest van Amersfoort gedaan wordt. 6. Sociale omgeving Omdat de locatie een enigszins afgeschermd apart terrein is, worden er geen specifieke eisen aan de directe sociale context gesteld. Het terrein ligt bij voorkeur niet in een buurt waar al van een kwetsbare sociale situatie sprake is. De sociale omgeving wordt bekeken. Dit weegt mee in de beoordeling van de geschiktheid van de locatie. 7. Aanwezigheid voorzieningen/ functies die eigen veiligheids- of overlastrisico in zich houden De aanwezigheid in de buurt van andere voorzieningen met een veiligheids- of overlastrisico zoals een coffeeshop of een straat met kroegen, moet gewogen worden. 8. Aanvoer/ afvoerwegen bevoorrading Voor de containerwoningen zijn geen specifiek eisen voor aan- of afvoerwegen.

Inloop dak- en thuislozen 1. Grootte Voor de dagopvang van dak- en thuislozen is een vloeroppervlakte van 500 m2 bruto nodig. Er moet sprake zijn van een aantal overzichtelijke ruimtes. 2. Ligging De dagopvang voor dak- en thuislozen moet in of aan de rand van de binnenstad liggen. De dagopvang voor dak- en thuislozen moet liggen langs een drukke weg met bij voorkeur verschillende functies. Dit zorgt er voor dat bewoners van de dagopvang relatief snel in de anonimiteit opgaan. Vanuit de dagopvang komen ze op straat en gaan daar in de bewegingen op. Ook zorgt het voor een redelijk grote sociale controle. Veel bewegingen op straat op verschillende tijdstippen maakt dat er altijd ogen zijn. Dat verhoogt de veiligheid. De dagopvang voor dak- en thuislozen moet op loopafstand (+2,5 km max.) van een nachtopvang liggen. 3. Bereikbaarheid De dagopvang moet extra goed bereikbaar zijn voor politie. De overlast die dak- en thuislozen veroorzaken moet door de uitvoerder van de opvang in samenwerking met de politie goed bestreden kunnen worden. Bij calamiteiten op dat gebied moet de politie kunnen ingrijpen.

Gemeente Amersfoort raadsvoorstel pagina 5

4. Beschikbaarheid De bestemming van de grond moet passen bij de aard van de voorziening of deze moet binnen afzienbare termijn te verwerven zijn. Mocht op de locatie een pand staan, dan moet dit gebouw op redelijke termijn beschikbaar zijn. Planontwikkeling moet dit de komende acht jaar niet doorkruisen. 5. Beheersbaarheid De dagopvang voor dak- en thuislozen moet in de opvang zelf en in de omgeving van de dagopvang voldoende beheersbaar zijn vanuit het punt van openbare orde en veiligheid. Dat betekent dat er een risicoinventarisatie gemaakt wordt met daarbij een advies over te nemen maatregelen. 6. Sociale omgeving Ook voor de sociale omgeving geldt dat bij voorkeur verschillende functies aanwezig zijn in de omgeving van de dagopvang. Dit zorgt voor een gevarieerde sociale context waarin makkelijker wederzijds begrip voor de aanwezigheid van verschillende groepen mensen bestaat dan dat er een eenvormige sociale context is. De sociale omgeving wordt bekeken. Dit weegt mee in de beoordeling van de geschiktheid van de locatie. 7. Aanwezigheid voorzieningen/ functies die eigen veiligheids- of overlastrisico in zich houden Het is niet wenselijk dat een andere voorziening voor verslavingszorg of maatschappelijke opvang in de directe omgeving van de locatie aanwezig zijn. Ook de aanwezigheid van andere voorzieningen met een veiligheids- of overlastrisico zoals een coffeeshop, een straat met kroegen, moet gewogen worden. 8. Aanvoer/ afvoerwegen bevoorrading Voor de dagopvang moeten aan- en afvoerwegen voor het regelmatig afleveren van maaltijden en bevoorrading aanwezig zijn.

4. ARGUMENTEN 4.1. Het vaststellen van de toetsingspunten is vastgelegd in de procedure locatieskeus opvangvoorzieningen. De procedure voor het aanwijzen van vier locaties voor vier opvangvoorzieningen bestaat uit vier stappen: 1. Het vaststellen van de procedure; 2. Het vaststellen van de toetsingspunten; 3. De totstandkoming van de shortlist; 4. Het aanwijzen van vier locaties. Met dit voorstel wordt invulling gegeven aan stap 2. 4.2. De toetsingspunten maken de overwegingen voor de locatiekeus inzichtelijk. Het vooraf vaststellen van de toetsingspunten voor de aan te wijzen locaties geeft inzicht in de overwegingen die ten grondslag liggen aan de totstandkoming van de locatiekeus voor de vier voorzieningen. 4.3. Ervaringsgegevens hebben een rol gespeeld bij de totstandkoming van de toetsingspunten per voorziening. Voor het opstellen van de toetsingspunten hebben we ons laten voeden door eerdere opgedane ervaringen. We hebben ons georiënteerd in Delft en in Groningen waar vergelijkbare procedures gevolgd zijn voor het vinden van opvanglocaties voor dak- en thuislozen. We hebben ons ook georiënteerd bij de SEV (Voorheen de Stuurgroep Experimenten Volkshuisvesting) op met name de kennis en ervaring die zij gebundeld hebben op het gebied van (container)woningen voor zeer onaangepaste huurders. De ervaringen daar hebben we verwerkt in de opgestelde toetsingspunten. 4.4. We hebben advies van deskundigen ingewonnen. We hebben overleg gevoerd met zorgaanbieders die vergelijkbare voorzieningen exploiteren in Amersfoort en in Utrecht: Stichting Iks, Centrum Maliebaan, Kwintes RIBW, SWBU en het Leger des Heils. Zij hebben ons geadviseerd over op te stellen toetsingspunten.

Gemeente Amersfoort raadsvoorstel pagina 6

5. KANTTEKENINGEN Geen.

6. FINANCIËN Dit voorstel heeft geen directe financiële consequenties.

7. VERVOLG Na de vaststelling zal het college stap 3 van de procedure locatiekeus opvangvoorzieningen ter hand nemen.

8. BETROKKEN PARTIJEN We hebben intensief overleg gevoerd met bestaande of potentiële aanbieders van opvangvoorzieningen voor dak- en thuislozen. Zonder dat gekozen is welke instelling welke voorziening gaat exploiteren, blijven deze partijen gesprekspartner. De burgers zullen geïnformeerd worden via de huis aan huis bladen over de terinzagelegging.

Burgemeester en wethouders van Amersfoort, de secretaris,

de burgemeester,

Drs. P.J. Buijtels

A. van Vliet-Kuiper

Bijlagen

- raadsbesluit

2307722Gemeente Amersfoort raadsbesluit

pagina 1

RAADSBESLUIT

Reg.nr.2307722

De raad van de gemeente Amersfoort; op basis van het voorstel van burgemeester en wethouders van 13 februari 2007, sector WSO/MO (nr.2307722); b e s l u i t:

de toetsingspunten die zullen worden gehanteerd bij het maken van locatiekeuzes voor vier opvangvoorzieningen voor dak- en thuislozen vast te stelllen.

Vastgesteld in de openbare vergadering van 13 maart 2007. de griffier

de voorzitter

Gemeente Amersfoort

RAADSVOORSTEL

Van Aan Portefeuillehouder

: Burgemeester en Wethouders : Gemeenteraad : Wethouder mr P.J.T. van Daalen

Reg.nr. Datum Agendapunt

: 2119413 : 11 juli 2006 : HB-3b

TITEL Toetsingspunten locatiekeus opvangvoorzieningen (stap 2 procedure locatiekeus opvangvoorzieningen)

1. BESLISPUNTEN De toetsingspunten die zullen worden gehanteerd bij het maken van locatieskeuzes voor vier opvangvoorzieningen voor dak- en thuislozen ter inzage te leggen.

2. AANLEIDING De raad stelt de procedure vast voor het aanwijzen van locaties voor vier opvangvoorzieningen. Onderdeel van deze procedure is dat de raad de toetsingspunten voor de aan te wijzen locaties vaststelt. Dit is stap twee in de procedure.

3. BEOOGD EFFECT Het vooraf vaststellen van toetsingspunten maakt duidelijk welke factoren ten grondslag liggen aan het aanwijzen van locaties van vier opvangvoorzieningen en maakt een inzichtelijke afweging voor de te maken keus mogelijk. Algemeen uitgangspunt Een algemeen uitgangspunt in welk kader de toetsingspunten geplaatst worden, is dat er sprake is van spreiding van voorzieningen. Dat is geen eenduidig uit te leggen uitgangspunt. De schaalgrootte van Amersfoort is relatief gering, met name als we over de binnenstad of het centrumgebied spreken. Toch is dit centrumgebied ook de plaats waar dak- en thuislozen zich begeven en hun ‘leefomgeving’ hebben. Wil je daklozen in voorzieningen krijgen en daarmee de overlast bestrijden dan zullen met name de voorzieningen voor eerste opvang over het algemeen ook in of aan de rand van de binnenstad moeten staan. We zullen hier in de toetsingspunten per voorziening nader op in gaan. Aspecten toetsingspunten De toetsingspunten hebben betrekking op de volgende aspecten: 1. Grootte en bruikbaarheid Bruto vloeroppervlakte en andere fysieke eisen. 2 . Ligging: situering in de stad De voorziening moet liggen waar de doelgroep zicht ophoudt of waar ze naar toe kunnen zonder dat er al te veel overlastgevende klantbewegingen op gang komen. 3. Bereikbaarheid Dit heeft betrekking op de bereikbaarheid van politie en/of hulpdiensten meer dan bij andere voorzieningen. 4. Beschikbaarheid Vragen die hier beantwoord moeten worden zijn: is het gebouw niet bezet of onbezet te krijgen? Welke bestemming heeft het gebouw en is de juiste bestemming te verwerven? Is er planontwikkeling voor de lange termijn? 5. Beheersbaarheid De beheersbaarheid heeft betrekking op de openbare orde en veiligheid. Inlichtingen bij:

P. Verheule, WSO/MO, (033) 469 44 85

Gemeente Amersfoort raadsvoorstel pagina 2

6. Sociale omgeving 7. Aanwezigheid voorzieningen/ functies die eigen veiligheids- of overlastrisico in zich houden 8. Aanvoer/ afvoerwegen bevoorrading.

De toetsingspunten voor de locaties voor vier opvangvoorzieningen We komen tot de volgende toetsingspunten voor het zoeken naar vier locaties voor de vier opvangvoorzieningen voor dak- en thuislozen.

Hostel voor harddrugsverslaafden 1. Grootte en bruikbaarheid Voor het hostel is een bruto vloeroppervlak van 1.125 m2 nodig. Indien een buitenruimte aanwezig is die gebruikt wordt voor opvang, moet deze afgesloten kunnen worden. Een besloten buitenruimte is een pré. 2. Ligging; situering in de stad Een hostel voor drugsverslaafden moet liggen op loopafstand van de binnenstad ( + 2,5 km max). Een leven op straat/ in de drugsscene blijft in eerste instantie voor cliënten een verleidelijk perspectief. De ligging van het hostel moet er voor zorgen dat aan de ene kant mensen uit de directe drugsscene getrokken worden en aan de andere kant moet het er dicht genoeg bij in de buurt zijn om die stap ook daadwerkelijk te zetten. Mensen kunnen in aanmerking komen voor een verblijf in een hostel als ze een Indicatie Verblijf hebben. Toch betekent dit niet dat cliënten daar ook vanzelfsprekend gebruik van maken. Ze moeten min of meer verleid worden om in een hostel te gaan verblijven met een lange termijn perspectief op een ander leven. Een hostel moet liggen langs een drukke weg met bij voorkeur verschillende functies. Dit zorgt er voor dat bewoners van het hostel relatief snel in de anonimiteit opgaan. Vanuit het hostel komen ze op straat en gaan daar in de verkeersbewegingen op. Ook zorgt het voor een redelijk grote sociale controle. Veel bewegingen op straat op verschillende tijdstippen maakt dat er altijd ogen zijn. Dat verhoogt de veiligheid. 3. Bereikbaarheid Voor de bereikbaarheid van politie en hulpdiensten zijn geen specifieke eisen in vergelijking met andere woonvoorzieningen. 4. Beschikbaarheid De bestemming van de grond moet passen bij de aard van de voorziening of deze moet binnen afzienbare termijn te verwerven zijn. Mocht op de locatie een pand staan, dan moet dit gebouw op redelijke termijn beschikbaar zijn. Planontwikkeling moet dit niet doorkruisen. 5. Beheersbaarheid Een hostel moet in het hostel zelf en in de omgeving van het hostel voldoende beheersbaar zijn vanuit het punt van openbare orde en veiligheid. Dat betekent dat er een risico-inventarisatie gemaakt wordt met daarbij een advies over te nemen maatregelen. 6. Sociale omgeving Ook voor de sociale omgeving geldt dat bij voorkeur verschillende functies aanwezig zijn in de omgeving van het hostel. Dit zorgt voor een gevarieerde sociale context waarin makkelijker wederzijds begrip voor de aanwezigheid van verschillende groepen mensen bestaat dan dat er een eenvormige sociale context is. 7. Aanwezigheid voorzieningen/ functies die eigen veiligheids- of overlastrisico in zich houden Het is niet wenselijk dat een andere voorziening voor verslavingszorg of maatschappelijke opvang in de directe omgeving van de locatie aanwezig zijn. Ook de aanwezigheid van andere voorzieningen met een veiligheids- of overlastrisico zoals een coffeeshop of een straat met kroegen, moet gewogen worden. 8. Aanvoer/ afvoerwegen bevoorrading Voor een hostel zijn geen specifiek eisen voor aan- of afvoerwegen.

Gemeente Amersfoort raadsvoorstel pagina 3

Opvang alcoholverslaafden 1. Grootte Voor een alcoholopvang is een vloeroppervlakte van 250 m2 bruto nodig. Het grootste deel van deze oppervlakte moet zich op de begane grond, in één ruimte bevinden. Om duidelijk overzicht te houden over de cliënten is het wenselijk de opvang in overzichtelijke ruimtes te hebben. De aard van de verslaving zorgt er voor dat ruimte op de begane grond de enig reële optie is. Spreekkamers of kantoorruimtes ten behoeve van het personeel van de voorziening zouden eventueel op een andere verdieping geplaatst kunnen worden. De voorziening heeft bij voorkeur een buitenruimte omdat de cliënten anders bij mooi weer buiten/ op straat hun alcohol gaan drinken. Ze zijn dan niet binnen in de voorziening te houden. In tegenstelling tot harddrugsverslaafden die anonimiteit verkiezen voor gebruik, zitten alcoholisten, net als de meeste mensen, met mooi weer graag hun biertje buiten te drinken. 2. Ligging Een opvang voor alcoholverslaafden kan op enige afstand (+ 1 km max) van de binnenstad liggen. Het moet lopend, ook als men onder invloed is, bereikbaar zijn. Alcoholisten hebben de binnenstad niet direct nodig als markt voor hun verslaving want ze hebben geen dagelijkse behoefte aan harddrugs. Te ver van de binnenstad kan niet. Daar komen verslaafden niet aan. Daarbij gebruiken veel dakloze alcoholisten in Amersfoort af en toe drugs. Daarvoor is dan de binnenstad weer nodig omdat daar de drugsmarkt is. De opvang voor alcoholisten moet op loopafstand (+ 1 km max) van een nachtopvang liggen. En de opvang moet een enigszins geïsoleerde ligging hebben. Kenmerkend voor alcoholisten is dat ze in de loop van de dag vervelend gedrag gaan vertonen. Een vrijstaande voorziening met niet direct omwonenden heeft dan de voorkeur. 3. Bereikbaarheid De opvang moet extra goed bereikbaar zijn voor zowel politie als hulpdiensten. De alcoholopvang is een eerste opvang voor dakloze alcoholisten die nog niet gestabiliseerd zijn. Dat betekent dat de gezondheid van deze mensen absoluut niet optimaal is. Daardoor kan het af en toe nodig zijn hulpdiensten in te roepen. Ook de overlast die alcoholisten veroorzaken moet door de uitvoerder van de opvang in samenwerking met de politie goed bestreden kunnen worden. Bij calamiteiten op dat gebied moet de politie snel kunnen ingrijpen. 4. Beschikbaarheid De bestemming van de grond moet passen bij de aard van de voorziening of deze moet binnen afzienbare termijn te verwerven zijn. Mocht op de locatie een pand staan, dan moet dit gebouw op redelijke termijn beschikbaar zijn. Planontwikkeling moet dit de komende acht jaar niet doorkruisen. 5. Beheersbaarheid Een alcoholopvang moet in de opvang zelf en in de omgeving van de alcoholopvang voldoende beheersbaar zijn vanuit het punt van openbare orde en veiligheid. Dat betekent dat er een risico-inventarisatie gemaakt wordt met daarbij een advies over te nemen maatregelen. 6. Sociale omgeving Ook voor de sociale omgeving geldt dat bij voorkeur verschillende functies aanwezig zijn in de omgeving van de alcoholopvang. Dit zorgt voor een gevarieerde sociale context waarin makkelijker wederzijds begrip voor de aanwezigheid van verschillende groepen mensen bestaat dan dat er een eenvormige sociale context is. 7. Aanwezigheid voorzieningen/ functies die eigen veiligheids- of overlastrisico in zich houden Het is niet wenselijk dat een andere voorziening voor verslavingszorg of maatschappelijke opvang in de directe omgeving van de locatie aanwezig zijn. Ook de aanwezigheid van andere voorzieningen met een veiligheids- of overlastrisico zoals een coffeeshop of een straat met kroegen, moet gewogen worden. 8. Aanvoer/ afvoerwegen bevoorrading Voor een alcoholopvang moeten aan- en afvoerwegen voor het regelmatig afleveren van maaltijden en bevoorrading aanwezig zijn.

Gemeente Amersfoort raadsvoorstel pagina 4

Locatie containerwoningen 1. Grootte Voor het plaatsen van de containerwoningen is een grondoppervlakte van in totaal 1.500 m2 nodig. Het gaat dan om niet bebouwde grond waar semi-permanente woningen inclusief de infrastructuur geplaatst kunnen worden. 2. Ligging De grond moet zijn een open, enigszins afgeschermd apart terrein. Maar het moet niet buiten de bewoonde wereld liggen. De experimenten met vergelijkbare woningen die te geïsoleerd liggen hebben geleerd dat het terrein een soort vrijplaats wordt waar naar verloop van tijd ook de politie de orde niet meer kan handhaven (ze komen het terrein niet meer op). Tevens heeft een te afgelegen terrein een grote aantrekkingkracht op criminelen of voor het uitvoeren van criminele activiteiten. 3. Bereikbaarheid Voor de bereikbaarheid door politie en hulpdiensten zijn geen extra specifieke eisen. 4. Beschikbaarheid De bestemming van de grond moet passen bij de aard van de voorziening of deze moet binnen afzienbare termijn te verwerven zijn. Planontwikkeling moet dit de komende acht jaar niet doorkruisen. 6. Sociale omgeving Omdat de locatie een enigszins afgeschermd apart terrein is, worden er geen specifieke eisen aan de directe sociale context gesteld. Het terrein ligt bij voorkeur niet in een wijk waar al van een kwetsbare sociale situatie sprake is. 7. Aanwezigheid voorzieningen/ functies die eigen veiligheids- of overlastrisico in zich houden De aanwezigheid in de buurt van andere voorzieningen met een veiligheids- of overlastrisico zoals een coffeeshop of een straat met kroegen, moet gewogen worden. 8. Aanvoer/ afvoerwegen bevoorrading Voor de containerwoningen zijn geen specifiek eisen voor aan- of afvoerwegen.

Gemeente Amersfoort raadsvoorstel pagina 5

Inloop dak- en thuislozen 1. Grootte Voor de dagopvang van dak- en thuislozen is een vloeroppervlakte van 500 m2 bruto nodig. Er moet sprake zijn van een aantal overzichtelijke ruimtes. 2. Ligging De dagopvang voor dak- en thuislozen moet in of aan de rand van de binnenstad liggen. De dagopvang voor dak- en thuislozen moet liggen langs een drukke weg met bij voorkeur verschillende functies. Dit zorgt er voor dat bewoners van de dagopvang relatief snel in de anonimiteit opgaan. Vanuit de dagopvang komen ze op straat en gaan daar in de bewegingen op. Ook zorgt het voor een redelijk grote sociale controle. Veel bewegingen op straat op verschillende tijdstippen maakt dat er altijd ogen zijn. Dat verhoogt de veiligheid. De dagopvang voor dak- en thuislozen moet op loopafstand (+2,5 km max.) van een nachtopvang liggen. 3. Bereikbaarheid De dagopvang moet extra goed bereikbaar zijn voor politie. De overlast die dak- en thuislozen veroorzaken moet door de uitvoerder van de opvang in samenwerking met de politie goed bestreden kunnen worden. Bij calamiteiten op dat gebied moet de politie kunnen ingrijpen. 4. Beschikbaarheid De bestemming van de grond moet passen bij de aard van de voorziening of deze moet binnen afzienbare termijn te verwerven zijn. Mocht op de locatie een pand staan, dan moet dit gebouw op redelijke termijn beschikbaar zijn. Planontwikkeling moet dit de komende acht jaar niet doorkruisen. 5. Beheersbaarheid De dagopvang voor dak- en thuislozen moet in de opvang zelf en in de omgeving van de dagopvang voldoende beheersbaar zijn vanuit het punt van openbare orde en veiligheid. Dat betekent dat er een risicoinventarisatie gemaakt wordt met daarbij een advies over te nemen maatregelen. 6. Sociale omgeving Ook voor de sociale omgeving geldt dat bij voorkeur verschillende functies aanwezig zijn in de omgeving van de dagopvang. Dit zorgt voor een gevarieerde sociale context waarin makkelijker wederzijds begrip voor de aanwezigheid van verschillende groepen mensen bestaat dan dat er een eenvormige sociale context is. 7. Aanwezigheid voorzieningen/ functies die eigen veiligheids- of overlastrisico in zich houden Het is niet wenselijk dat een andere voorziening voor verslavingszorg of maatschappelijke opvang in de directe omgeving van de locatie aanwezig zijn. Ook de aanwezigheid van andere voorzieningen met een veiligheids- of overlastrisico zoals een coffeeshop, een straat met kroegen, moet gewogen worden. 8. Aanvoer/ afvoerwegen bevoorrading Voor de dagopvang moeten aan- en afvoerwegen voor het regelmatig afleveren van maaltijden en bevoorrading aanwezig zijn.

Gemeente Amersfoort raadsvoorstel pagina 6

4. ARGUMENTEN 4.1. Het vaststellen van de toetsingspunten is vastgelegd in de procedure locatieskeus opvangvoorzieningen. De procedure voor het aanwijzen van vier locaties voor vier opvangvoorzieningen bestaat uit vier stappen: 1. Het vaststellen van de procedure; 2. Het vaststellen van de toetsingspunten; 3. De totstandkoming van de shortlist; 4. Het aanwijzen van vier locaties. Met dit voorstel wordt invulling gegeven aan stap 2. 4.2. De toetsingspunten maken de overwegingen voor de locatiekeus inzichtelijk. Het vooraf vaststellen van de toetsingspunten voor de aan te wijzen locaties geeft inzicht in de overwegingen die ten grondslag liggen aan de totstandkoming van de locatiekeus voor de vier voorzieningen. 4.3. Ervaringsgegevens hebben een rol gespeeld bij de totstandkoming van de toetsingspunten per voorziening. Voor het opstellen van de toetsingspunten hebben we ons laten voeden door eerdere opgedane ervaringen. We hebben ons georiënteerd in Delft en in Groningen waar vergelijkbare procedures gevolgd zijn voor het vinden van opvanglocaties voor dak- en thuislozen. We hebben ons ook georiënteerd bij de SEV (Voorheen de Stuurgroep Experimenten Volkshuisvesting) op met name de kennis en ervaring die zij gebundeld hebben op het gebied van (container)woningen voor zeer onaangepaste huurders. De ervaringen daar hebben we verwerkt in de opgestelde toetsingspunten. 4.4. We hebben advies van deskundigen ingewonnen. We hebben overleg gevoerd met zorgaanbieders die vergelijkbare voorzieningen exploiteren in Amersfoort en in Utrecht: Stichting Iks, Centrum Maliebaan, Kwintes RIBW, SWBU en het Leger des Heils. Zij hebben ons geadviseerd over op te stellen toetsingspunten.

5. KANTTEKENINGEN Geen.

6. FINANCIËN Dit voorstel heeft geen directe financiële consequenties.

7. VERVOLG Na de terinzagelegging zal de raad de toetsingspunten voor de vier locaties vaststellen.

8. BETROKKEN PARTIJEN We hebben intensief overleg gevoerd met bestaande of potentiële aanbieders van opvangvoorzieningen voor dak- en thuislozen. Zonder dat gekozen is welke instelling welke voorziening gaat exploiteren, blijven deze partijen gesprekspartner. De burgers zullen geïnformeerd worden via de huis aan huis bladen over de terinzagelegging.

Burgemeester en wethouders van Amersfoort, de secretaris,

de burgemeester,

Drs. P.J. Buijtels

A. van Vliet-Kuiper

Bijlagen

- raadsbesluit

2119413Gemeente Amersfoort raadsbesluit

pagina 1

RAADSBESLUIT

Reg.nr.2119413

De raad van de gemeente Amersfoort; op basis van het voorstel van burgemeester en wethouders van 11 juli 2006, sector WSO/MO (nr.2119413); b e s l u i t:

de toetsingspunten die zullen worden gehanteerd bij het maken van locatieskeuzes voor vier opvangvoorzieningen voor dak- en thuislozen ter inzage te leggen.

Vastgesteld in de openbare vergadering van 17 oktober 2006. de griffier

de voorzitter

verslag De Ronde op 5 september 2006: Procedure voorzieningen/Toetsingspunten locatiekeus opvangvoorzieningen

locatiekeus

opvang-

Parmaksiz Secretaris: De Korte Beltman, Van Berkum-Admiraal, De Crom, Kruisselbrink-Borgonjen, Pfaffen-Zeenni, Smit, Tanamal, Voogt Pers: Publiek: 26 Conceptverslag: MKW secretariaatsservices Wethouder: Van Daalen Ambtenaar: Verheule Reg. nr.: 2188308 Tel. nr.: (033) 4694379 E-mail: [email protected]

Voorzitter: Aanwezig:

Punt

Inhoud

Actie

1. Procedure locatiekeuze opvangvoorzieningen 2. Toetsingspunten locatiekeuze opvangvoorzieningen Doel: Voorbereiding besluiten. Reden van aanbieding: Dit voorstel is mede een vervolg op twee moties die in de vorige raadsperiode zijn aangenomen, namelijk de motie opvangvoorzieningen en de motie containerwoningen. VVD (Voogt): Veel waardering voor de betreffende stukken. - 1.) Met betrekking tot de vier opvangvoorzieningen: het verbaast de VVD dat de onaangepaste huurders hierbij worden betrokken. Waarom wordt deze groep meegenomen? - De VVD had bij de participatieve inspraak een andere voorstelling. Wat was de taak en de samenstelling van de werkgroep? Naast deskundigen wil zij de betrokkenheid en participatie van burgers zien. - Heeft men informatie ingewonnen bij contactpunt gemeenten (Almere), met betrekking tot verslaafden? - 2.) -VVD heeft destijds spreiding en kleinschaligheid voorgesteld. - Met betrekking tot de toetsingspunten is het mogelijk dat deskundigen en burgers met andere specifieke zaken kunnen komen. - Waar komen getallen vandaan (hectares), in het stuk wordt niet over aantallen verslaafden gesproken. - Geen kamp voor onaangepaste huurders maken. - Waarop is een plek ± 2,5 km van het centrum gebaseerd? “In en rond de binnenstad”, is dit gegeven wetenschappelijk vastgesteld? - “Drukke weg met veel functies geeft sociale controle” staat in tekst. Drukke wegen kunnen ook anonimiteit bewerkstelligen. - Raadsbesluit straks ter inzage, actiever aanpakken → communicatie met burgers. Jouw Amersfoort (Smit): - Er is waardering maar mist in het geheel het onderliggende beleid voor het zoeken naar geschikte locatie. Wat wil men precies met opvang voor daken thuislozen, drugsverslaafden? Welk proces gaat men in? Hierover is in

1

-

de raad gesproken, maar niets is definitief vastgesteld. Daar waar de keuze is gemaakt voor één hostel kan na uitgebreide discussie wel worden besloten voor meer plaatsen. Dit geldt zeker voor de opvang van mensen die niet meer in een normale huisvestingsituatie passen en waarvoor aparte voorzieningen moeten worden gecreëerd. Geeft men geen begeleiding of via maatschappelijk werk proces op gang brengen voor resocialisatie? De overheid heeft hierin een taak. Andere gemeenten hebben al ervaring op dit gebied. Gebruik maken van ervaringen elders. Waarvoor ook wordt gekozen voor opvangcentra, er is altijd maatschappelijke weerstand. Wanneer mensen serieus worden genomen, en transparant en helder met hen wordt gecommuniceerd, zal begrip ontstaan, ook al is men het niet mee eens met de keuze.

CDA (Pfaffen-Zeni): - Blij met transparant en helder stuk met betrekking tot de locatiekeuze voor de opvangvoorziening. - Heeft kritische kanttekeningen bij de resultaten wanneer op de voorgestelde manier de inspraak wordt ingezet. Toetsingspunten liggen straks ter inzage, opmerkingen kunnen worden gemaakt, stuk kan worden aangepast en wordt door de raad vastgesteld. In die zin is het geheel transparant. - Voorziet onrust wanneer meerdere locaties worden besproken als mogelijke opvangvoorziening. Een shortlist zou beperkt kunnen worden tot één of twee locaties. - Fungeren de betrokken partijen straks als klankbord of werkgroep, blijven zij actief participeren? - Pleit voor een begrippenlijst (wat verstaat men onder hostel, opvang voor alcoholverslaafden, inloop en containerwoningen). - Wil meetbaar zien wat de consequenties per opvang betekenen. Over hoeveel personen gaat het? - De toetsingspunten zijn duidelijk genoemd, maar de betreffende punten meetbaar zien om discussie op later tijdstip te voorkomen. - Aandacht vestigen op beschikbaarheid van de locaties (huurovereenkomst, eigendom etc.). - Tegenstrijdigheden: “in directe omgeving” en “geïsoleerde ligging”. Ook deze begrippen meetbaar maken. Daarbij ook benoemen of de opvang bijvoorbeeld wel/niet bij een school, wel/niet bij een winkelcentrum gelegen mag zijn. - Toetsingsprocedure nog niet rijp voor inspraak. PVDA (Tanamal): - Criteria moeten beter toetsbaar zijn. - Is het mogelijk om binnen een relatief kleine straal zo veel locaties te vinden? Waarop is het aantal m² gebaseerd? Hoeveel mensen moeten hiervan gebruik maken? De doelgroep moet groot genoeg zijn om te verspreiden over die drie locaties. Wat is het plan dat hieraan ten grondslag ligt? - Hostel harddrugsverslaafden: belangrijk om bij verschillende functies in de buurt te zijn maar hoe verhoudt zich dit met het feit dat er een plan ligt om de hostels (één kamer) te gebruiken om mensen te laten resocialiseren. Waar is de sociale context nog voor nodig? - Naast vrouwenopvang ook aandacht voor opvang van echtparen. - Waardering voor het stuk, ambitie prachtig maar graag meer inspraak. CU (Van Berkum-Admiraal): - Hoe gedetailleerd wil men de toetsingspunten hebben, moeite met kritiek

2

-

-

-

-

CDA en PvdA. Inspraak: cliënten en belanghebbenden zullen benaderd worden voor het platform, dit is een stap vooruit. Zij zijn degenen waarom het gaat. Dit is conform een van de aanbevelingen. Toetsingspunten: goed voorstel en een goede start m.b.t. de situering in de stad maar wordt de druk op bepaalde wijken net buiten de binnenstad niet te groot? Er dient een goede verdeling plaats te vinden, mogelijk bepaalde voorzieningen verder van de stad plaatsen. Hostel en andere opvangmogelijkheden: bekende informatie; is sprake van dagopvang of nachtopvang? Meer duidelijkheid, in het bijzonder voor alcoholverslaafden. Bij de toetsingscriteria zijn geen kosten vermeld. Dit hangt ook samen met het aantal gebruikers, maar hoe reëel zijn de mogelijkheden? Hostels zijn geen goedkope voorzieningen. Hulpverlening mag wat kosten maar de raad moet zich bewust zijn dat die keuze wordt gemaakt. Containerwoningen: op voorhand niet gelukkig mee. Wat zijn de criteria om deze mensen een containerwoning aan te bieden. Hoeveel tijd mogen zij hiervan gebruik maken? (voorbeeld Kampen) Pleit voor niet geheel vrijblijvende resocialisatie. Traject met jaarlijkse evaluatie. De criteria voor de containerwoningen dienen beter te worden beschreven voordat de CU hiermee akkoord kan gaan. Aparte vrouwenopvang wordt door de cliënt gewenst. Hiermee dient rekening te worden gehouden. Wie maakt uit wie, waar en wanneer van de vier voorzieningen gebruik gaat maken?

GroenLinks (De Crom): - Met name belangrijk voor de procedure dat men laat zien wat men doet, kan zich vinden in stuk zoals het er nu ligt. - Criteria; vermeld staat “in de directe nabijheid kunnen geen andere voorzieningen voor verslavingszorg worden geplaatst”, hoe ver is directe omgeving? - Tegenstrijdigheden; “enigszins geïsoleerde ligging” en “bij voorkeur verschillende functies aanwezig moeten zijn”. Hoe verhoudt zich dit tot elkaar? - Wat doet men met de “multigebruiker”? Deze valt tussen wal en schip. - Containerwoningen: zoek contact met Kampen, die daarmee ervaring heeft. SP (Beltman): - De discussie over de voorzieningen zelf en de betreffende locaties loopt door elkaar. Onduidelijk: welke voorziening voor wie, hoeveel personen, welke kwaliteit? Zodoende weet men wat men moet zoeken en welke toetsingscriteria hierbij horen. - Toetsingscriteria voor vier locaties of voor voorzieningen op die locatie, geeft onduidelijkheid. - Omschrijving van sociale omgeving is vaag. Andere criteria hoeven niet zo gedetailleerd te worden uitgevoerd als het CDA voorstelt. - Containerwoningen: liever apart behandelen, toetsingscriteria zijn anders. I Wethouder Van Daalen: - Geconstateerd kan worden dat aanwezigen niet alle betreffende stukken hebben ontvangen (bijlagen waarin alle voorzieningen zijn beschreven). De betreffende stukken zijn niet in de bundel meegenomen maar staan wel op het infosysteem. - Dank voor de waardering.

3

-

-

-

Containerwoningen: waarom zijn de onaangepaste huurders meegenomen? Er is gewerkt vanuit de motie. In het collegeprogramma worden de vier voorzieningen in een adem genoemd, lastig om voor elk van deze locaties een plek te vinden. Men loopt tegen dezelfde problemen aan. Komend jaar meer duidelijkheid creëren, ook voor de containerwoningen. T.a.v. inspraak, werkgroep: stap drie, allerlei vormen van inspraak. De exacte vorm is nog niet uitgewerkt. Wie betrokken bij opstellen van criteria? Er is gebruik gemaakt van deskundige adviezen, ervaringen andere gemeenten, landelijke rapporten. Wetenschappelijke onderbouwing is niet met zekerheid aan te geven. De criteria, zoals nu beschreven, zijn onderbouwd. Er is ongeveer bekend hoe groot de doelgroep per voorziening is; daarop is het aantal vierkante meters gebaseerd. Per locatie zijn de typische kenmerken afgewogen. Iedere voorziening kent eigen criteria. Vragen van de fracties naar de onderliggende filosofie kunnen schriftelijk worden beantwoord; ontbrekende stukken kunnen worden meegestuurd.

Samenvattend: Gelet op het belang van het onderwerp wordt gekozen voor een vervolgbespreking in de Ronde en niet voor direct een raadsdebat. De wethouder zal voor agendering in de Ronde de vragen schriftelijk beantwoorden.

Vastgesteld in de vergadering van 28 november 2006. De secretaris,

De voorzitter,

4

Verslag De Ronde op 2 oktober 2007: Shortlist opvangvoorzieningen: locaties dak- en thuislozen Imming Voorzitter: Secretaris: De Korte Aanwezig: Beltman, Van Berkum-Admiraal, Boeve, De Crom, Kraanen, Smit, Tanamal, Voogt, Van Wegen, Van Wijngaarden ja Pers: Publiek: 150 Conceptverslag: MKW secretariaatsservices Wethouders: Van Daalen Ambtenaar/Gast: Verheule Reg. nr.: 2547995 Tel. nr.: (033) 4694379 E-mail: [email protected] Punt Inhoud

Actie

Doel: Voorbereiding besluit Gelet op het grote aantal insprekers komen nu de insprekers aan het woord en zal de wethouder een korte reactie geven. In De Ronde van 16 oktober a.s. zullen de fracties aan het woord komen. Van Berkum-Admiraal (CU) spreekt haar teleurstelling uit dat voor dit onderwerp vanavond slechts 1 uur is uitgetrokken. Voorzitter geeft aan dat bezien zal worden welke mogelijkheden er zijn om het besluitvormingsproces zo snel mogelijk te laten plaatsvinden Insprekers Algemeen Bureau Motiva (Slotboom): - Is verbaasd over de vele reacties op de shortlist. Het gaat om mensen die moeten worden geholpen en die een fatsoenlijk onderkomen nodig hebben. - Er is geleerd van het zorgcentrum Kleine Haag; er zijn vanuit de omgeving nauwelijks klachten over overlast. - Amersfoort zal als grotere gemeente altijd te maken hebben met mensen met drugsproblemen e.d. Daaraan moet hulp worden geboden. Dagopvang Coninckstraat 58 Stichting omgeving Armen de Poth (Van Woudenberg): - Bewoners in deze omgeving werden tot voor enkele jaren geleden geconfronteerd met zeer ernstige overlast, o.a. van een coffeeshop. Daardoor werd de ingang van Armen de Poth aan de Coninckstraat afgesloten. Woningen werden inbraakwerend gemaakt. - Het zal toch niet weer gebeuren dat het hofje Armen de Poth weer moet worden afgesloten als in Coninckstraat 58 een dagopvang voor dak- en thuislozen wordt gevestigd. Deze mensen horen niet in een woonwijk te worden opgevangen. Kerkstraat 1

1

Bewoner Kerkstraat (Slijkerman): - Hoe scoren de criteria op Kerkstraat 1? Het uitgangspunt is altijd geweest te streven naar een optimale maatschappelijke acceptatie. Verplaatsen van de opvang van de Stovestraat naar de Kerkstraat is dat niet. Hierdoor ontstaat een cumulatief effect van overlast overdag van dak- en thuislozen, bovenop de overlast van horeca, festivals, ’s avonds, ’s nachts en in het weekeinde. Dat kan de omwonenden niet worden aangedaan. - De grootte: 500 m² is nodig; is daarom aanschaf van een gebouw van 3000 m² (kosten € 20 miljoen) gerechtvaardigd? Wat wordt met de rest van het pand gedaan? Als een deel wordt gebruikt voor dak- en thuislozen is de rest moeilijk aan bedrijven te verhuren. - Ligging: in de door horeca overbelaste binnenstad en de kinderrijke buurt is de locatie niet goed. - Bereikbaarheid: Hulpdiensten kunnen het pand slecht bereiken. - Beheersbaarheid: het pand is volledig ingebouwd, met vele uitgangen en onbeheersbare hoekjes. - Veiligheidsrisico’s. Door de aanwezige horeca en coffeeshops, dealers op de Appelmarkt en achter het ROB zijn grote risico’s aanwezig. - Conclusie: De locatie scoort op alle fronten negatief. De heer Schraffort: - Dagopvang voor dak- en thuislozen betekent overlast en gevaar voor omwonenden, bijv. naalden van drugspuiten op de grond. Grote risico’s. - Dagopvang moet komen in een buurt met maximale maatschappelijke acceptatie. Dat betekent: een locatie waar de burger er zo min mogelijk last van heeft en er zo min mogelijk gevaar is, zoals brandgevaar. - De Kerkstraat is smal. Groot materieel van de brandweer kan er niet komen. - Alternatieven: Hellestraat; het college meldt dat dit een ideale locatie is, maar deze is afgevallen omdat er over vijf jaar nieuwbouw plaatsvindt. Waarom geen nieuwbouw voor opvang dak- en thuislozen? Voormalig kantoor Rabobank Snouckaertlaan, kantoorpanden aan Stadsring, Utrechtseweg, Smallepad. - Het vrijkomen van het ROB-gebouw Kerkstraat is onvoldoende reden om daar de opvang te vestigen. Verzoekt Kerkstraat 1 van de shortlist te schrappen. Mevrouw Van der Werff: - Opvang dak- en thuislozen moet niet plaatsvinden op Kerkstraat 1. - Verwezen wordt naar tijdschrift Herenhuis met prominent artikel over de Muurhuizen. De Muurhuizen is een toeristische trekpleister. Scholen gebruiken deze historische plek voor het leren van de geschiedenis van de stad. De Muurhuizen is ook een toegangsweg tot de stad en worden niet alleen bewoond door ouderen, maar ook door jonge gezinnen. In de omgeving is niet alleen horeca aanwezig, maar ook coffeeshops en dealerpunten. Er is geluidsoverlast. - Bij vestiging aan Kerkstraat zal de overlast toenemen. - De gemeente heeft in 2005 de binnenstad aangewezen als hot spot: een schone en veilige binnenstad. Door het hier wonen, werken, winkelen is de binnenstad een kwetsbaar gebied. De gemeente spant zich in om de veiligheid te verbeteren. Hoe denkt de gemeente om te gaan met deze tegenstellingen? - Het oudste deel van het ROB-gebouw is een rijksmonument; het nieuwe gedeelte staat op de nominatie te worden aangemerkt als jong monument.

2

-

De gemeente heeft 500 m² nodig; het gebouw is veel groter. Het is beter dit gebouw een functie te geven die recht doet aan de status en het belang van het toekomstige monument. Dagopvang voor dak- en thuislozen is nodig; de problemen in de Stovestraat moeten worden opgelost. Kerkstraat 1 is een slecht plan; er zijn betere alternatieven.

Hostel voor harddrugsverslaafden Grote Koppel 65 Platform Belanghebbenden Eemhaven Amersfoort (Schippers), (Verzijde): - Plaatsing gebouw Juliana/Bernhard op de shortlist is ondoordacht. Immers, de gemeente laat voor tientallen miljoenen de Eemhaven opknappen en inrichten voor nautische toeristen. Tot september 2007 waren hier al zo’n 2.000 schepen. Toeristen leggen aan in de Eemhaven en gaan het centrum in. Een hostel aan de kade zal niet worden gewaardeerd door toeristen en passanten. De schepen (moeilijk af te sluiten) zullen doelwit worden van roof en inbraak. Het gevoel van veiligheid zal verdwijnen. Resultaat: negatieve publiciteit, met als gevolg het wegblijven van deze toeristen. - Veel bewoners Eemhaven zijn ongelukkig met het plan. Zij vrezen overlast in de vorm van vervuiling, onveilig gevoel, kans op criminaliteit. - De groep Schippers vraagt daarom, in het belang van de gemeente Amersfoort, de locatie Grote Koppel 65 van de shortlist te schrappen. Platform Belanghebbenden Eemhaven Amersfoort (Bewoners), (Kok): - Er is hier sprake van een ontwikkelingsgebied met veel interactie, steeds nieuwe groepen mensen. Het is een klein gebied dat grote groepen mensen herbergt. Het is verbazend dat de gemeente geen publiciteit heeft gegeven over hoe een en ander gaat in sociaal opzicht als een gebied van niets tot heel veel verschillende uiteenlopende groepen uitgroeit. Een hostel in dit gebied is onwenselijk. - Drugsverslaafden zullen vanuit het hostel naar en van Eemcentrum en binnenstad gaan. Bankjes, steigers, horecaterrassen zullen deze mensen bevolken. Soms zijn zij vriendelijk en hebben hulp nodig, maar niet op de voorgestelde plek. Zij hebben ook moeilijke momenten en zijn dan gevaarlijk. - Het gebouw is te klein, zeker met een buitenruimte. - 90% van de bewoners van ongeveer 250 appartementen is tegen vestiging. Een grote investeringsmaatschappij heeft aangekondigd verliezen te claimen. Bewoners zijn gaan wonen in een gebied met luxe, mooie appartementen, winkelcentrum, bibliotheek, jachthaven. Een autovrije Koppel is beloofd, maar nog niet waargemaakt. Er is uitzicht op de containers voor de studentenhuisvesting. - Bewoners willen een autovrije, containervrije en drugsvrije Koppel! De heer Neuteboom: - Kan niet meegaan met betoog van de heer Slotboom. - Bewonersgroep Batavia (Grote Koppel) heeft brief van college niet ontvangen. Dit geeft geen vertrouwen in de inspraak en het omgaan met de wijk. - Het stuk lijkt objectief, maar nader beschouwd is sprake van subjectieve begrippen. - Informatie over de aanwezigheid nachtopvang daklozen en voedselbank ontbreekt. - Bij de sociale omgeving is er veel aandacht voor fysieke aspecten en weinig voor het buurtbeleven. Het is een aantrekkelijk, maar kwetsbaar klein

3

-

gebied. In toenemende mate is sprake van hangen, blowen en drinken. Met vestiging van hostel kan cumulatie van problemen ontstaan. Amersfoort wil dit gebied ontwikkelen als “parel van Amersfoort”. Daarom het advies aan de raad: bepaal de ontwikkelingsrichting van het gebied en stel daarop de ontwikkeling af. Dan moet de vraag aan de orde komen of deze locatie op de lijst moet staan.

Hooglandseweg-Zuid 15 Omwonenden Hooglandseweg-Zuid 15 (Zwakenberg): - Spreekt namens 192 gezinnen, verenigd in buurtgroep. - Plaatsing Hooglandseweg-Zuid 15 op shortlist gebeurt op onjuiste en onvolledige gronden. Beschrijvingen op de factsheet zijn niet volledig en correct. - Grootte: de huidige villa en het perceel zijn te klein. - Ligging: een hostel moet, volgens de toetsingspunten, aan een drukke weg liggen. De Hooglandseweg-Zuid is een doodlopende straat. - Het hostel ligt op de rand van de wijk Kruiskamp, een van de 40 probleemwijken die minister Vogelaar wil aanpakken. - Bereikbaarheid: Gesproken wordt over alle vormen van vervoer. Per auto van het politiebureau naar de Hooglandseweg-Zuid is niet goed mogelijk. - Beschikbaarheid: het pand heeft de bestemming woondoeleinden. De parkeerplaats achter het pand wordt erbij betrokken; daarvoor is wijziging van het bestemmingsplan nodig. Er zullen vele planschadeclaims volgen. Bewoners van de Melange is een ‘worst’ voorgehouden met de schijnzekerheid van het bestemmingsplan. - Beheersbaarheid: Het is niet zo dat de omgeving overzichtelijk is. De locatie is onvoldoende beheersbaar. - Sociale omgeving: er zijn drie scholen, meerdere coffeeshops. Met eerdere inspraak is niets gedaan. Er is sprake van schijninspraak als met gegevens niets wordt gedaan. - Overlast: Een en ander is niet volledig aangegeven. De gemeenteraad kan daarom nooit tot een afgeronde conclusie komen. - Verzoekt Hooglandseweg-Zuid 15 van de lijst af te halen. Stichting Chr. Sociaal Maatschappelijk Jongerenweg (Verbree): - De Stichting is eigenaar van pand Hooglandseweg-Zuid 26; doel is alleenstaande jongvolwassenen een christelijk huis te bieden waarin zij zelfstandig kunnen wonen in een rustige leefomgeving. Er wonen ook mensen die af en toe opvang nodig hebben. - Maakt zich zorgen over een hostel tegenover dit pand. - Hooglandseweg-Zuid bestaat sinds 1986 voor een groot deel uit gemeentelijke monumenten. - Voor het realiseren van het hostel moet Hooglandseweg-Zuid 15 worden gesloopt; nieuwbouw zal vijf keer zo groot zijn. Het pand is rond 1885 gebouwd en is gemarkeerd als architectuur historisch van waarde. Het is een onmisbaar pand binnen het ensemble van panden. Het was het woonhuis van de voormalige Amersfoortse architect Herman Kroes (o.a. architect deel Flehite). Met het slopen van de woning verdwijnt de samenhang en het historische karakter Hooglandseweg-Zuid. - De Stichting maakt zich zorgen over de veiligheid van haar bewoners (met name jonge vrouwen). - In de straat wonen kinderen die ook worden geconfronteerd met de harddrugsproblematiek. 4

-

Hogeweg 120 voldoet beter als sociale omgeving; het overlastrisico is daar het kleinst. Bovendien blijft bij een keuze voor Hogeweg 120 het historische karakter van Hooglandseweg-Zuid behouden.

Bewoners Kruiskamp (Robers): - Erkend wordt dat opvang nodig is en de raad een besluit moet nemen. - Bewoners zouden geen probleem hebben met de locatie als duidelijk was dat de locatie beheersbaar zou zijn. Ervaringen in andere steden geven een positieve indruk. Geschikte locatie is daarvoor onontbeerlijk. - Aandacht wordt gevraag voor beleid: - Effectief beleid: kies voor een locatie die effectief is voor de mensen die moeten worden opgevangen. Hooglandseweg-Zuid is dat niet. - Uitvoerbaarheid: de grond- en vloeroppervlakte voldoet niet aan de eisen. - Beheersbaarheid: Twijfels hierover gelet op nabijheid Meridiaantunnel en het verkeer. - Consistentie in beleid: De directie omgeving heeft al de nodige overlast. Het lijkt te veel gevraagd voor dit gebied, naast twee coffeeshops, een 24 uursopvang pal naast de Meridiaantunnel. - Wenst de raad kracht en wijsheid met de beslissing over de locatie. Bewoner Hooglandseweg-Zuid (Gageldonk); - Sluit aan bij opmerkingen van de heer Zwakenberg. - De villa is mede gezichtsbepalend voor de entree naar de binnenstad. Nieuwbouw en drugsopvang is architectonisch gezien een aanfluiting, ook voor de beeldvorming voor passanten op weg naar de binnenstad. Suggestie om de villa her in te richten voor een functie die geen overlast veroorzaakt. - De woonfunctie van de buurt wordt steeds belangrijker, o.a. Schimmelpenninckbuurt; hier wonen steeds meer gezinnen met kinderen. Bij realisering hostel wordt de woonfunctie aangetast. - De Meridiaantunnel is nu al niet veilig; er is overlast van dronken bezoekers aan de binnenstad; er wordt in de directe omgeving gedeald en gebruikt. - De hostelbewoners zullen weinig afstand hebben tot de drugsscene. - Conclusie: het is geen reclame voor de binnenstad, de buurt gaat erop achteruit en de overlast wordt groter. - Er zijn andere alternatieven, o.a. Hogeweg 120. Mevrouw Jager: - Heeft vanuit haar werk veel te maken met dak- en thuislozen, harddrugsverslaafden. Het is haar bekend dat het heel belangrijk is dat het hostel er komt. - Zij weet ook dat verslaafden veel ellende met zich brengen. Het gaat vaak om (keiharde) criminaliteit, niet alleen gerelateerd aan de verslaving van deze mensen, maar vaak ook om zeer ernstige psychiatrische problematiek die sommigen niet alleen onberekenbaar, maar ook bijzonder gevaarlijk maken. - Zij gunt deze mensen een plek, maar niet in een woonbuurt waar (veel) kinderen wonen en op straat spelen. Verslaafde mensen horen niet tussen de kinderen aan de Hooglandseweg. - De gemeente kan en mag deze kinderen niet blootstellen aan risico’s die het huisvesten van verslaafden in een woonbuurt geeft. No way! Zoek iets anders. Bewoner Schimmelpenninckkade (Flikkema): 5

-

-

-

Heeft met grote zorg en verontwaardiging kennisgenomen van het raadsvoorstel van 18 september 2007, waarbij wordt voorgesteld Hooglandseweg-Zuid 15 op te nemen als locatie voor een hostel harddrugsverslaafden. De sociale diversiteit van de omgeving wordt opgevoerd als argument voor “makkelijker wederzijds begrip voor de aanwezigheid van verschillende groepen mensen.” De sociale context van de Hooglandseweg-Zuid is veel gelijkvormiger dan wordt gesuggereerd. Primair gaat het om een woonwijk met veel jonge kinderen. De voorgestelde locatie ligt op het snijpunt van drie scholen. Begrip voor de komst van een hostel is er niet. Een van de criteria voor een hostel is het gelegen zijn aan een drukke weg, zodat de bewoners daarvan snel in de anonimiteit kunnen opgaan. Het lijkt niet waarschijnlijk dat de bewoners van het hostel gebruik zullen maken van het fietspad Meridiaantunnel. Andere fietsers zullen zich nog onveiliger gaan voelen. Aanwezigheid van voorzieningen in de nabijheid Hooglandseweg-Zuid 15 met een eigen veiligheidsrisico is niet beperkt tot één coffeeshop; er zijn diverse coffeeshops. Beide locaties geven overlast (verkeer en geluid). De buurt heeft te maken met hangjongeren, kleine criminaliteit. Niet nog meer drugs in de buurt.

De heer De Wit: - Is bewoner Chirurgijngilde en heeft van de gemeente geen brief gehad over dit onderwerp. De woningen liggen dichtbij het betreffende gebied. - Aanzuigende werking vanuit andere steden zal zeker aan de orde zijn. - Er moet goed worden nagedacht voordat wordt besloten hier een hostel te vestigen, gelet op overlast voor omwonenden. Kinderen St. Jorisschool (Van Es): - De locatie ligt aan een route waar veel kinderen langskomen; o.a. de kinderen van de Jorisschool en de Michaelschool moeten hierlangs naar de gymzaal. - Het hostel zal dealers en anderen aantrekken; risico’s van rondslingerende naalden e.d. die door kinderen op weg naar school worden opgepakt. - Er is al een coffeeshop naast het schoolplein Schimmelpenninckstraat. Een hostel is te veel. Bewonersgroep woongroep Bloemendaalse Buitenpoort (mw. Van Dijk); - De woongroep ondervindt ieder weekend veel overlast van dronken mensen en maakt bezwaar tegen een hostel voor harddrugsverslaafden. De Bloemendaalsestraat is een doorgangsroute voor coffeeshopgangers, die blijven hangen voor een blowtje of dealtje en de rommel bij de bewoners achterlaten. - Het perceel ligt in een doodlopende straat voor auto’s; voetgangers kunnen via de parkeerplaats, door de bosjes naar de Meridiaantunnel de vlucht nemen. - Bewoners hebben veel last van openbare dronkenschap, vernielingen, overlast van muziek in de binnenstad. Hun woongenot gaat er op achteruit. - Het is een kwetsbare buurt. Nog meer overlast is buitenproportioneel. Vandaar het bezwaar tegen de komst van een hostel.

Woning voor zeer onaangepaste huurders

6

Leusderweg 320 Omwonenden Leusderweg/bewonersvereniging Nimmerdor (Toonen): - Gelet op gegevens uit onderzoeken is het niet goed voor te stellen dat deze locatie en Barchman Wuytierslaan 196 worden voorgesteld. Het zijn locaties met potentiële overlast. - Voorkomen moet worden dat een situatie ontstaat, zoals in het verleden bij woonwagenkampen. Deze hebben Nederland veel geld en tijd gekost om een en ander in goede banen te leiden. - Citaat uit Denemarken: “Men kan er lawaai maken, rommel maken, in een bouwval wonen, verwaarlozen. Het betekent wel huisvesting buiten woongebieden.” - Citaat uit Kampen: “Het bij elkaar plaatsen van zware probleemgevallen zal in veel gevallen tot problemen leiden. Veel probleemgevallen dulden elkaar niet. In die zin valt het containerproject nauwelijks te sturen.” “De initiatiefnemers zijn verbaasd over de belangstelling. Zij dien de containers als een eenmalige uitzondering, die door een samenloop van omstandigheden kon ontstaan en buiten het tweekansenbeleid valt.” - Citaat uit Maastricht: “Het eerste experiment is mislukt. Niemand van de hulpverleners durft het terrein op. Het wordt een vrijplaats voor criminaliteit. De containers staan nu naast het pension van het Leger des Heils, onder het wakend oog van de hulpverleningsprofessionals.” - Resocialisatie is het uitgangspunt. Nergens blijkt dat resocialisatie is gelukt. - Gelet op de ervaringen van experimenten met woonunits voor asocialen is de locatie Leusderweg onmogelijk. Bewonersvereniging Nimmerdor/bewonersvereniging Indische Buurt (Broekroelofs): - Vanwege het grote aantal bezwaren, met name op het gebied van sociale veiligheid is deze locatie niet geschikt. - De locatie grenst direct aan het recreatiegebied Nimmerdor, dat zeer intensief wordt gebruikt door recreanten, hondenbezitters, sporters, bewoners, loop- en fietsbrug naar Den Treek. - Het terrein is onoverzichtelijk; sociale controle is onmogelijk. - Het gevaar is aanwezig dat de locatie een vrijplaats wordt, waar niemand durft te komen. Hoe kan de veiligheid worden gegarandeerd van mensen die de hond uitlaten? Wie gaat er ’s ochtend/’s avonds hardlopen in het gebied? - De toegangsweg tot het gebied wordt intensief gebruikt door bewoners, sporters, leerlingen van en naar scholen. Kan worden gegarandeerd dat de weg niet wordt geblokkeerd door intimiderend gedrag? - Op 300 meter van de locatie is de islamitische basisschool Bilal, op minder dan 100 meter is een begeleid wonen pand van het Sinaï Centrum. Tegenover de locatie is een kinderspeelterrein. Hoe wordt gegarandeerd dat het veilig blijft in de wijk? - Naast emotionele schade zal door de plaatsing van de units sprake zijn van waardedaling van de woningen. - Verzoekt vanwege de onveiligheid voor omwonenden en recreanten de locatie Leusderweg 320 te schrappen. De heer De Grijs: - Zit niet in het folderbeleid van de wethouder. Wel krijgt hij folders over de Kersenbaan, maar niet over deze locatie. De wethouder voldoet niet aan de minimale eisen van transparantie van beleid en communicatie. - De toetsingscriteria zijn rekbaar. Een toelichting daarop: 7

-

-

* het gebied is niet effectief af te sluiten. Het leidt tot een onacceptabele onttrekking aan de buurtfunctie. Het gebied maakt deel uit van een levendige woonwijk met veel kinderen, het is een toegangsweg tot de stad, midden in een recreatiegebied dat een grote bijdrage levert aan de kwaliteit van het leefmilieu in het Leusderkwartier. * mensen die extreme overlast geven worden uit hun huis geplaatst. Er worden geen specifieke eisen ten aanzien van beheersbaarheid gesteld. * sociaal kwetsbaar. Er wonen in de wijk veel kinderen. De buurt is in trek bij het criminele gilde; er is sprake van een psychiatrische voorziening. Het is een sociaal kwetsbare buurt.

Barchman Wuytierslaan 196 Belangvereniging Daam Fockemalaan e.o./Belangenvereniging Beroemde Vrouwenbuurt e.o. (Spronk): - Diverse insprekers hebben de afgelopen maanden kenbaar gemaakt dat de woonunits op enige afstand van de bestaande woningen moeten worden gepositioneerd. Daarop wordt nu niet ingegaan, mede gelet op een uitspraak van de wethouder (12 juni jl.): “De locatie moet enigszins buiten de bewoonde wereld liggen.” - In de nota van toetsing wordt ten aanzien van de ligging aangegeven, dat deze enigszins geïsoleerd is, maar toch wel op enige afstand van woningbouw ligt.” “Enigszins” is een rekbaar begrip. - De woning van spreker en andere bewoners ligt pal naast de beoogde locatie. Is dat een “enigszins geïsoleerde ligging”? - De berichtgeving van de gemeente over de shortlist leidt tot verbijstering. Verwezen wordt naar een citaat over de aard van de bewoners: “Er is sprake van extreem overlastgevende huishoudens, die vervuiling tot stand brengen en te luidruchtig zijn voor een gewone buurt. Eén zo’n huishouden drijft omwonenden en hulpverleners tot wanhoop.” De gemeente wil vijf van dergelijke huishoudens op de locatie onderbrengen. Dat kan geen burger worden aangedaan. Daarom een dringend beroep de locatie te schrappen. Belangenvereniging Beroemde Vrouwen Buurt e.o. (mw. Jamin): - Hoe is het mogelijk dat een locatie buiten de bebouwde kom is uitgesloten? Niemand wil een dergelijke locatie in de eigen buurt. De redenering dat het een vrijplaats wordt die niet meer te handhaven is zegt genoeg over de beoogde bewoners en de mogelijkheden van de politie. Als het binnen de bebouwde kom moet: waarom dan niet de Genestetlaan, Groen van Prinstererlaan? - Grondwaarde. Geldt dat niet hier, zoals elders? Is er sprake van een verborgen agenda, in de zin dat de locatie voordelig wordt verkregen, met als tegenprestatie dat de eigenaar (Schipper Bosch) elders een voordelige locatie krijgt? - Hoe verhoudt de locatie zich tot het beschermd stadsgezicht Bergkwartier? - De bewoners kunnen niet aan het zicht worden onttrokken. Er komt veel verkeer langs, gelet ook op aanwezigheid scholen, dierentuin, museum, Kabouterhut. - Er kunnen spanningen ontstaan bij de bushalte, waar veel asielzoekers op de bus wachten. - Een van de uitgangen van de wijk gaat via het terrein Kimmangarage. Via die uitgang gaan veel kinderen naar het verkeerslicht om de Daam Fockemalaan over te steken. Een alternatief is niet veilig. - Conclusie: Deze locatie niet. Belangenvereniging Daam Fockemalaan e.o./Belangenvereniging Beroemde

8

Vrouwenbuurt e.o. (mw. Beckmann): - Het is onvoorstelbaar hoe deze keuze tot stand kon komen. Het gaat om mensen die alleen in staat zijn de buurt te terroriseren, zodat zij daar niet kunnen blijven. Ze zijn niet van plan zich enigszins aan te passen. - Hoe kan dan worden besloten om vijf huishoudens bij elkaar te plaatsen, op een locatie die omringd is door woningen? - In de buurt zijn de afgelopen jaren veel gezinnen met jonge kinderen komen wonen. - De gemeente stelt dat de buurt de sociale context moet zijn en sociale controle moet opbrengen om de mensen in het gareel te houden. Dat is een bijna onmogelijke taak. De woningen liggen verspreid waardoor sociale controle niet mogelijk is. - Veel kinderen moeten langs de locatie naar school, sportclubs. In de nabijheid is een asielzoekerscentrum. Bedreigingen zullen aan de orde zijn. - Verzoek aan de gemeenteraad te heroverwegen of het verstandig is vijf asocontainers bij elkaar te zetten. - Als al tot het plaatsen van containers wordt besloten, dan niet aan de Barchman Wuytierslaan 196. Wethouder Van Daalen: - Waarom deze uitgebreide procedure voor de zoeklocaties? De gemeente Amersfoort heeft in 2004 de nota “Zorg onder dak” vastgesteld: het is goed voor de doelgroepen te werken aan een scheiding, een eigen plek. Dit is onderstreept in het collegeprogramma 2006-2010; ook is een motie door de raad aangenomen. - Doel is de verslaafden perspectief te bieden en overlast op straat terug te dringen. Resocialisatie is belangrijk. Voorbeeld: Kleine Haag; de situatie van een aantal mensen is al zo verbeterd, dat zij in staat zijn begeleid te gaan wonen. - Het gaat om stadgenoten, mensen die niets te verliezen hebben, maar die je iets te verliezen wil geven. - Het college acht het zijn verantwoordelijkheid om te zien naar deze mensen en voor hen een plek te vinden. - Er is een reële kans dat rondom opvangvoorzieningen sprake is van enige overlast. Het is dan aan de gemeente, betrokken organisaties (Leger des Heils, Stichting Iks, Centrum Maliebaan, politie, omwonenden) te zorgen voor een beheersbare situatie. De spreiding over de stad draagt daaraan bij. - Er zijn goede ervaringen. Werd eerst gevreesd voor overlast van de Kleine Haag, in de praktijk gaat het goed. Het doorstromen komt op gang. - Het college heeft begrip voor de zorgen, maar er is ook sprake van een niet altijd juiste beeldvorming. Het is daarom belangrijk om in gesprek te gaan met de mensen in de wijken. Tijdens bijeenkomsten zal worden aangegeven wat kan worden verwacht. Daarmee zal een basis ontstaan om verdere stappen te zetten met het doel mensen een perspectief te bieden. - Na de besluitvorming door de raad zullen gesprekken worden gevoerd met de buurten die het betreft. Op een vraag van PvdA geeft de heer Robers aan: - Er is een doel met het hostel; de keuze voor een locatie moet dat doel ondersteunen. De locatie Hooglandseweg-Zuid zal het doel re-integratie niet voldoende ondersteunen. Enerzijds omdat de omgeving een te grote kloof heeft met de belevingswereld van de harddrugsverslaafden en anderzijds is de omgeving een te beperkt gebied om op terug te vallen.

9

VVD (Voogt): - Verzoekt de wethouder ter voorbereiding op de bespreking van 16 oktober a.s. in te gaan op specifieke kritische punten die door insprekers zijn ingebracht over de locaties. Wethouder Van Daalen: - De wethouder zegt een schriftelijke reactie toe voor 16 oktober. Deze zal in hoofdlijnen ingaan op de kritische punten die door de insprekers zijn ingebracht. BPA (Van Wegen): - Verzoekt het aspect van kinderrijke buurt zwaar te laten wegen. Samenvattend: Insprekers hebben aangegeven wat hun bezwaren zijn tegen voorgestelde locaties voor diverse opvangvoorzieningen. Wethouder Van Daalen heeft toegelicht dat het de verantwoordelijkheid van de gemeente is om opvanglocaties te realiseren, met het doel resocialisatie mogelijk te maken. Raadsleden vragen voor de voortgezette behandeling op 16 oktober a.s. een schriftelijke reactie op de belangrijkste punten van insprekers. Wethouder Van Daalen zegt een reactie toe. Vastgesteld in Het Besluit van 27 november 2007. De griffier,

de voorzitter,

10

Concept-verslag 2 oktober 2007

Het Besluit Datum: Aanvang:

dinsdag 16 oktober 2007 21:30

Besluiten met debat 1.

WMO-overgangscliënten hulp bij het huishouden VVD Amendement: Herindicering Variant 4 Portefeuillehouder : wethouder P. van Daalen Woordvoerder eerste ronde: D. Van Wijngaarden Besluiten zonder debat

2.

Voorbereidingsbesluit ex artikel 21 WRO voor Centraal Stadsgebied -Zuid Toelichting : Voor het gebied CSG-Zuid is een nieuw bestemmingsplan in voorbereiding. Daarin wordt o.a. ook de ruimtelijke ontwikkelingsvisie voor Nederberg verwerkt. Om te voorkomen dat zich in het gebied ontwikkelingen voordoen die niet in overeenstemming zijn met het toekomstige beleid wordt voorgesteld een voorbereidingsbesluit te nemen Moties

3.

JA en BPA : Werken aan de Spoortunnel Stadsring / Amsterdamseweg

4.

CDA : Uitbreiding shortlist opvangvoorzieningen Einde

Concept-verslag 2 oktober 2007

Besluiten met debat

Concept-verslag 2 oktober 2007

1.

WMO-overgangscliënten hulp bij het huishouden VVD Amendement: Herindicering Variant 4 Reg.nr .: 2517641 Amendement: Herindicering Variant 4 (pdf) 2517641 (pdf)

Concept-verslag 2 oktober 2007

Portefeuillehouder : wethouder P. van Daalen Woordvoerder eerste ronde: D. Van Wijngaarden

Concept-verslag 2 oktober 2007

Besluiten zonder debat

Concept-verslag 2 oktober 2007

2.

Voorbereidingsbesluit ex artikel 21 WRO voor Centraal Stadsgebied -Zuid Reg.nr .: 2527261 2527261 (pdf)

Concept-verslag 2 oktober 2007

Toelichting : Voor het gebied CSG-Zuid is een nieuw bestemmingsplan in voorbereiding. Daarin wordt o.a. ook de ruimtelijke ontwikkelingsvisie voor Nederberg verwerkt. Om te voorkomen dat zich in het gebied ontwikkelingen voordoen die niet in overeenstemming zijn met het toekomstige beleid wordt voorgesteld een voorbereidingsbesluit te nemen

Concept-verslag 2 oktober 2007

Moties

Concept-verslag 2 oktober 2007

3.

JA en BPA : Werken aan de Spoortunnel Stadsring / Amsterdamseweg Werken aan de Spoortunnel Stadsring / Amsterdamseweg (pdf)

Concept-verslag 2 oktober 2007

4.

CDA : Uitbreiding shortlist opvangvoorzieningen CDA : Uitbreiding shortlist opvangvoorzieningen (pdf)

Concept-verslag 2 oktober 2007

Einde

Gemeente Amersfoort

RAADSVOORSTEL

Van Aan Portefeuillehouder

: Burgemeester en Wethouders : Gemeenteraad : Wethouder mr P.J.T. van Daalen

Reg.nr. Datum Agendapunt

: 2517641 : 11 september 2007 : HB-1

TITEL Wmo-overgangscliënten hulp bij het huishouden

BESLISPUNTEN De resterende overgangscliënten te herindiceren vóór 1 januari 2009 (variant 3);

AANLEIDING Met ingang van 1 januari jl. is de hulp bij het huishouden overgegaan van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) naar de Wmo. Cliënten die op 31 december 2006 recht hadden op hulp bij het huishouden volgens de AWBZ vallen onder het overgangsrecht. Dit houdt in dat zij gedurende de looptijd van het indicatiebesluit, maar ten hoogste één jaar na de inwerkingtreding van de Wmo hun oude rechten en plichten behouden. Dit overgangsrecht eindigt dus uiterlijk op 31 december 2007. Voor een deel van de overgangscliënten is het overgangsrecht inmiddels al geëindigd, bijvoorbeeld als de looptijd van het indicatiebesluit afloopt in de loop van 2007 of als de cliënt eerder dan 31 december 2007 een aangepaste indicatie nodig heeft. Naar verwachting zijn er in Amersfoort nog ongeveer 2100 overgangscliënten. Omdat wettelijk is bepaald dat het overgangsrecht formeel na 31 december 2007 eindigt, hebben wij een besluit voorbereid over hoe om te gaan met Wmo-cliënten die op dat moment nog overgangscliënt zijn. Onlangs heeft het ministerie bekend gemaakt dat gemeenten er ook voor kunnen kiezen om de lopende AWBZ-indicaties door te laten lopen en alleen een administratieve omzetting te doen. Dit kan voor zolang de gemeente nodig heeft om de herindicaties te laten verrichten, maar ook gedurende de resterende looptijd van de AWBZ-indicatie.

BEOOGD EFFECT Het beoogde effect is duidelijkheid scheppen voor overgangscliënten over het moment en de effectuering van herindicatie.

HULP BIJ HET HUISHOUDEN IN DE WMO Wij hebben het AWBZ-wegingskader (o.a. het Protocol Gebruikelijke Zorg en het Protocol Indicatiestelling Huishoudelijke Verzorging) overgenomen in de Wmo-beleidsregels voor hulp bij het huishouden. De wijze waarop beoordeeld wordt of en hoeveel hulp mensen nodig hebben is dus niet veranderd. Overigens is in de Wmo-verordening en het verstrekkingenboek ook een hardheidsclausule opgenomen die kan worden toegepast als de toepassing van de regels tot onbillijkheden van overwegende aard leidt. Toch blijkt in de praktijk dat voor veel cliënten de categorie hulp bij het huishouden wijzigt na herindicatie. Dit komt omdat wij in tegenstelling tot de praktijk onder de AWBZ, de aanbieders niet meer vrij laten in de keuze van de categorie hulp die zij bieden. In de beschikking staat duidelijk vermeld of ze HH1, HH2 of HH3 moeten gaan leveren. Binnen de AWBZ was dit wel een gangbare praktijk waardoor zorgaanbieders er relatief vaak voor kozen om een zwaardere, doch niet altijd noodzakelijke, categorie zorg in te zetten. Er zijn drie categorieën hulp bij het huishouden: Categorie Omschrijving HH1 Schoonmaakwerkzaamheden HH2 Schoonmaakwerkzaamheden met lichte ondersteuning in het huishouden HH3 Schoonmaakwerkzaamheden met ondersteuning in een ontregelde huishouding Inlichtingen bij:

P.N. Dijkstra - de Jager, WSO/MO, (033) 469 44 86

Gemeente Amersfoort raadsvoorstel pagina 2

Het aantal cliënten dat HH3 ontvangt is zeer gering. Onder de AWBZ bedroeg de verhouding tussen HH1 en HH2 in Amersfoort ongeveer 5:95. In het eerste halfjaar is echter gebleken dat het grootste deel van de aanvragen (nieuwe en herindicaties voor overgangscliënten) leidt tot een indicatie voor HH1. De verwachting is dat de overgangscliënten waarover nu een besluit moet worden genomen vaker een indicatie voor HH2 houden. Dit komt doordat deze groep gemiddeld ouder is en al langer hulp bij het huishouden ontvangt. Om de naadloze overgang die u ons als kader had meegegeven tijdens het overgangsjaar 2007 te borgen, hebben wij besloten (B&W-besluit 2374144) om in 2007 voor alle overgangscliënten die in de loop van dat jaar zijn geherindiceerd de categorie hulp zoals zij die ook vóór 2007 ontvingen te handhaven en de herindicaties pas te effectueren per 1-1-2008. Wanneer herindiceren? Wij zijn wettelijk verplicht om overgangscliënten tijdig van een Wmo-beschikking te voorzien indien continuering van de hulp bij het huishouden noodzakelijk is, maar onlangs heeft het ministerie besloten dat gemeenten wel meer tijd mogen uittrekken voor de herindicaties. De meeste indicaties hebben een looptijd van 5 jaar. De laatste AWBZ-indicatie loopt eind 2011 af. Deze “operatie herindicatie” kan op verschillende tijdstippen plaatsvinden. Grofweg onderscheiden we drie mogelijkheden: Variant 1: zo spoedig mogelijk herindicatie van overgangscliënten Hierbij vindt eind 2007/begin 2008 jaar een herindicatie plaats van alle resterende overgangscliënten. De gegevens worden opgevraagd bij het CIZ (al dan niet voorzien van een Wmo-advies). De aanvraag wordt getoetst aan de Wmo-beleidsregels en er wordt een categorie HH in de beschikking vermeld. In de praktijk zal dit ertoe leiden dat meer overgangscliënten relatief snel HH1 in plaats van HH2 gaan ontvangen. Variant 2: herindicatie op het moment dat de AWBZ-indicatie afloopt Dit scenario neemt de looptijd van de oude AWBZ-indicaties als uitgangspunt. Zo hoeven cliënten die in 2006 een AWBZ-indicatie hebben ontvangen met een looptijd van 5 jaar pas in 2011 een herindicatie aan te vragen. Om de overgang bij keuze voor variant 1 ook voor de uitvoeringsorganisaties en de aanbieders geleidelijker te laten verlopen is ook nog een tussen variant mogelijk: Tussenvariant 3: herindicatie van overgangscliënten vóór 1-1-2009 Een deel van de overgangscliënten wordt geherindiceerd op het moment dat hun AWBZ-indicatie afloopt in 2007 en 2008 en voor de resterende overgangscliënten met een indicatie die geldig is tot na 1-1-2009 wordt het moment van herindicatie vervroegd.

ARGUMENTEN 1. Behoud van oude rechten en gelijke monniken gelijke kappen Voor meer dan de helft van de cliënten betekent variant 1 dat zij in veel gevallen spoedig alleen nog in aanmerking komen voor HH1 (de lichtere vorm van hulp) in plaats van HH2. Juist omdat de overgangscliënten vaak al gedurende langere tijd hulp bij het huishouden ontvangen en gehecht zijn aan hun vertrouwde hulp, vinden mensen veranderingen vaak ingrijpend. Variant 1 is billijk, omdat daardoor geen rechtsongelijkheid ontstaat tussen overgangscliënten en nieuwe cliënten en voor iedereen het Wmobeleid geldt. Variant 2 is op een andere manier billijk omdat dan voor veel overgangscliënten de oude situatie langer voortduurt. Variant 3 is de middenweg waarbij de overgangscliënten geleidelijk overgaan naar het Wmo-regime, maar waarbij de periode dat de ene cliënt nog een AWBZ-besluit heeft en de ander al een Wmo-besluit wordt beperkt tot 1-1-2009. 2. Variant 3 is organisatorisch uitvoerbaar Zowel het Gewest als het CIZ doen een deel van de indicatiestelling voor de hulp bij het huishouden. Het Gewest handelt de eenvoudige aanvragen af en verstuurt alle Wmo-beschikkingen. Het CIZ adviseert bij complexe of meervoudige aanvragen. Beide organisaties schrijven dat de varianten qua herindicatiestelling mogelijk zijn, maar het Gewest stelt daarbij wel een aantal randvoorwaarden die vooral gelden voor variant

Gemeente Amersfoort raadsvoorstel pagina 3

1, bv. personele beschikbaarheid, huisvesting, ICT en beschikbaarheid van noodzakelijke informatie van het CIZ. Dilemma is wel dat naarmate de tijd voortschrijdt, de kans afneemt dat aan de gestelde condities kan worden voldaan. Variant 1 heeft hierdoor een hoger risico in de uitvoering omdat het tijdsintensiever is en er meer werkzaamheden voor CIZ en Gewest aan verbonden zijn. Tevens geeft deze variant een piekbelasting voor het Gewest en het CIZ die zich om de vijf jaar herhaalt. Alle varianten zijn dus in principe uitvoerbaar, tenzij de besluitvorming te lang gaat duren. Dan komt de uitvoering van variant 1 onder druk te staan. Variant 3 is dus de eerste mogelijkheid qua tijdpad waarbij zich geen risico’s in de uitvoering voordoen. 3. Aanbieders hebben voldoende tijd om hun personeelsbestand aan te passen Aan alle drie de gecontracteerde thuiszorgorganisaties hebben wij gevraagd of ze in staat zijn om voldoende HH1 te leveren als wij besluiten om direct over te gaan tot herindicatie van de overgangscliënten. TSN en Vérian hebben op dit moment nog een beperkt marktaandeel en kunnen hun personeelsbestand opbouwen volgens de huidige indicatieverhouding. Het overgrote deel van de overgangscliënten is echter cliënt van Amant (en onderaannemers). Amant heeft schriftelijk bevestigd dat een verhouding HH1:HH2 60:40 wel haalbaar wordt geacht. Dit is ook de verhouding die wij verwachten voor de overgangscliënten. Toch bereiken ons signalen dat ook in de zorgsector duidelijk merkbaar wordt dat de economie weer aantrekt. Alle drie de aanbieders moeten op dit moment de nodige moeite doen om voldoende gekwalificeerd personeel (zowel voor HH1 als HH2) te vinden en te binden. Door te kiezen voor variant 3 hebben de aanbieders voldoende tijd om zich voor te bereiden op de nieuwe situatie. 4. Effecten van de varianten De varianten zijn voor zover mogelijk doorgerekend. Voor de herindicatie van overgangscliënten is uitgegaan van een verhouding HH1 60% en HH2 40%. Naar verwachting wordt voor de 2100 overgangscliënten in 2007 ongeveer 303.000 uur hulp geleverd. De uitgaven die hiermee gemoeid zijn zullen uiteindelijk € 1.334.477,- structureel lager zijn na “operatie herindicatie” onafhankelijk van de keuze voor één van de varianten. Belangrijkste verschil qua financiën tussen de varianten is het tempo waarmee de verhouding tussen HH1 en HH2 wijzigt. Het verschil in kostprijs tussen beide categorieën bedraagt op dit moment 8 euro per uur. Wanneer eerder meer HH1 wordt geïndiceerd nemen de totale kosten voor de hulp bij het huishouden dus sneller af. Bij de keuze voor variant 1 worden de sturctureel lagere uitgaven bereikt in het eerste jaar (2008). Dat betekent dat over de totale overgangsperiode t/m 2011 € 5.337.908 minder wordt uitgegeven. Bij variant 2 worden de structureel lagere uitgaven pas volledig bereikt als de laatste herindicatie afloopt na 2011. De lagere uitgaven bedragen dan € 2.655.245. Dat er toch sprake is van lagere uitgaven hangt samen met het feit dat vanaf 2008 ieder jaar voor een deel van de overgangscliënten de indicatie afloopt. Vanaf dat moment vallen zij dus onder het Wmo-regime. De door ons voorgestelde variant 3 zit hier tussenin. De lagere uitgaven bedragen dan over de totale overgangsperiode € 4.116.327. Ten opzichte van variant 3 bedragen de totale meerkosten van variant 2 € 1.461.082. Variant 1 is juist € 1.221.518 goedkoper dan variant 3. Bij variant 1 bedraagt de piek in de uitvoeringskosten voor herindicatie € 350.000,- in 2007/2008. Bij variant 2 en 3 worden deze kosten meer gespreid over de gehele periode 2007-2011.

KANTTEKENINGEN 1. Er zitten onzekere factoren in het rekenmodel Zowel de kosten van de overgangscliënten als de totale kosten van de hulp bij het huishouden zijn voor een aantal jaar doorgerekend voor zover mogelijk. Er zijn echter wel een aantal onzekere factoren, m.n. het tempo van uitstroom van de overgangscliënten, de inschatting van de verhouding tussen HH1 en HH2, de prijs voor de komende jaren en het aantal uur.

Gemeente Amersfoort raadsvoorstel pagina 4

2. De mogelijkheid om tussentijds bij te sturen is beperkt Een Wmo-beschikking heeft een looptijd van een paar maanden tot maximaal 5 jaar. De meeste indicaties worden voor een langere periode afgegeven. Dit betekent dat het niet mogelijk is om tussentijds beleid te wijzigen voor lopende beschikkingen. Beide kanttekeningen leiden tot financiële risico’s. Deze kanttekeningen gelden overigens niet alleen voor variant 3 maar ook voor beide andere varianten.

FINANCIËN Bij de toepassing van variant 1 zijn de uitgaven vanaf 2008 structureel € 1.334.477 lager. Hetzelfde structurele voordeel wordt bij variant 3 in 2009 en in variant 2 in 2012 bereikt. Wanneer de uitstroom van de overgangscliënten sneller verloopt dan geprognosticeerd vallen de kosten lager uit. Het overgrote deel van het gemeentelijk Wmo-budget (ca. 95%) bestaat uit middelen die vanuit het Rijk over zijn gegaan voor de hulp bij het huishouden. Het rijk heeft deze middelen op macro-niveau ”schoon aan de haak”overgeheveld naar de gemeenten. De gemeente Amersfoort ontvangt echter door de invoering van de objectieve herverdeelmaatstaf WMO met ingang van 2008 minder uit het gemeentefonds. Het totale nadeel dat in 2010 volledig wordt geëffectueerd bedraagt € 1,2 miljoen. Door een suppletie is dit nadeel in 2008 en 2009 minder. Op basis van de realisatiecijfers is een prognose gemaakt van de totale kosten van de WMO tot en met 2010. Na 2008 is de situatie onduidelijk en speelt de invoering van de herverdeelmaatstaf een belangrijke rol. Een onderlinge vergelijking van de totale kosten van de drie varianten ten opzichte van het totale Wmo-budget kunnen we hierdoor voor de jaren 2009,2010 en 2011 nog niet maken. Wij stellen voor om bij de jaarrekening te besluiten de eventueel resterende middelen als gevolg van lagere uitgaven voor hulp bij het huishouden in de Wmo-reserve te storten, zodat deze kunnen worden ingezet t.b.v. de overige beleidsprioriteiten uit het beleidskader Wmo. De kosten voor de hulp bij het huishouden een groot beslag leggen op het totale Wmo-budget. Minder uitgaven voor de hulp bij het huishouden leidt tot meer financiele ruimte voor overige Wmo-gerelateerde onderwerpen.

VERVOLG Hoe eerder er duidelijkheid is hoe beter, dit geldt natuurlijk voor de cliënten, maar ook voor de leveranciers van hulp bij het huishouden, het Gewest en het CIZ. Inmiddels hebben alle overgangscliënten een brief ontvangen waarin toestemming wordt gevraagd voor de gegevensoverdracht van het CIZ naar het Gewest (de uitvoeringsorganisatie Wmo). Onafhankelijk van de keuze voor een variant is dit noodzakelijk om de administratieve last voor cliënten tot een minimum te beperken. De betrokken organisaties zijn op de hoogte gebracht van het besluitvormingstraject. Zodra u uw keuze heeft bepaald kan gelijk gestart worden met de implementatie en de informatieverstrekking richting cliënten.

BETROKKEN PARTIJEN Bij de ”operatie herindicatie” zijn de volgende partijen betrokken: Gewest Eemland (afd. Wmo), CIZ, en de gecontracteerde aanbieders van hulp bij het huishouden in Amersfoort (Amant, Vérian en TSN).

Burgemeester en wethouders van Amersfoort, de loco-secretaris,

de burgemeester,

Drs. D. de Jonge

A. van Vliet-Kuiper

Bijlagen

- ontwerp-raadsbesluit

Gemeente Amersfoort

RAADSBESLUIT

Reg.nr.2517641

De raad van de gemeente Amersfoort; op basis van het voorstel van burgemeester en wethouders van 11 september 2007, sector WSO/MO (nr.2517641); b e s l u i t:

de resterende overgangscliënten te herindiceren vóór 1 januari 2009 (variant 3).

Vastgesteld in de openbare vergadering van 16 oktober 2007 de griffier

de voorzitter

Gemeente Amersfoort

RAADSVOORSTEL

Van Aan Portefeuillehouder

: Burgemeester en Wethouders : Gemeenteraad : Wethouder mr R. Luchtenveld

Reg.nr. Datum Agendapunt

: 2527261 : 25 september 2007 : HB-2

TITEL Voorbereidingsbesluit ex artikel 21 WRO voor Centraal Stadsgebied-Zuid

BESLISPUNTEN Te verklaren dat voor het gebied van het Centraal Stadsgebied-Zuid (verder te noemen CSG-Zuid), zoals aangegeven op bijgaande tekening, een herziening van het bestemmingsplan wordt voorbereid en dat het voorbereidingsbesluit in werking treedt op de dag volgend op die waarop dit besluit is genomen.

AANLEIDING Voor het gebied van CSG-Zuid is een nieuw bestemmingsplan in voorbereiding. Daarin wordt onder andere ook de ruimtelijke ontwikkelingsvisie voor Nederberg verwerkt (deze visie zal binnenkort aan de gemeenteraad ter vaststelling worden voorgelegd). Om te voorkomen dat zich in de periode tot het rechtskracht verkrijgen van een nieuw bestemmingsplan ontwikkelingen in het gebied voordoen die niet in overeenstemming zijn met het toekomstige beleid (en waartegen de gemeente niets kan doen omdat die op grond van de nog geldende oude bestemmingsplannen wel moeten worden toegelaten), is het van belang dat een voorbereidingsbesluit wordt genomen.

BEOOGD EFFECT Het voorbereidingsbesluit brengt een aanhoudingsplicht voor bouwaanvragen met zich mee, die op basis van het geldende planologische regime zouden moeten worden ingewilligd. Die aanhouding duurt voort totdat het voorbereidingsbesluit is vervallen of (indien tijdig een nieuw bestemmingsplan in ontwerp ter visie is gelegd) een nieuw plan in werking is getreden. Met de aanhouding wordt voorkomen, dat de gemeente is gehouden om mee te werken aan initiatieven, die conflicteren met het toekomstige beleid.

ARGUMENTEN Het geldende planologisch-juridische regime voor CSG-Zuid kan een doorkruising van het toekomstige beleid (dat onder andere is beschreven in de ontwikkelingsvisie Nederberg) voor dat gebied betekenen. Met een voorbereidingsbesluit worden de leemtes opgevuld tot het moment waarop het nieuwe bestemmingsplan rechtskracht verkrijgt. Het voorbereidingsbesluit vormt geen belemmering voor gewenste toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen in het gebied.

VERVOLG Het voorbereidingsbesluit heeft een werkingsduur van een jaar. Na het verstrijken van die termijn vervalt de bescherming, tenzij binnen die periode een ontwerp van een nieuw bestemmingsplan ter visie is gelegd. In dat geval wordt de voorbereidingsbescherming door het ontwerp-bestemmingsplan overgenomen. Tegen het nemen van het voorbereidingsbesluit kunnen bezwaren worden ingediend.

Inlichtingen bij:

D. Schalks, SOB/RO, (033) 469 44 06

Gemeente Amersfoort raadsvoorstel pagina 2

BETROKKEN PARTIJEN Belanghebbenden in het plangebied.

Burgemeester en wethouders van Amersfoort, de loco-secretaris,

de burgemeester,

Drs. D. de Jonge

A. van Vliet-Kuiper

Bijlagen

- ontwerp-raadsbesluit - tekeningnr S-19.1.CSG.45

Gemeente Amersfoort raadsvoorstel 2527261 pagina 3

RAADSBESLUIT

Reg.nr.2527261

De raad van de gemeente Amersfoort; op basis van het voorstel van burgemeester en wethouders van 25 september 2007, sector SOB/RO (nr.2527261);

b e s l u i t:

te verklaren dat voor het gebied van het Centraal Stadsgebied-Zuid (verder te noemen CSG-Zuid), zoals aangegeven op bijgaande tekening, een herziening van het bestemmingsplan wordt voorbereid en dat het voorbereidingsbesluit in werking treedt op de dag volgend op die waarop dit besluit is genomen.

Vastgesteld in de openbare vergadering van 16 oktober 2007. de griffier

de voorzitter

CDA : Uitbreiding shortlist opvangvoorzieningen

De Ronde Datum: Aanvang:

dinsdag 16 oktober 2007 19:00

Ontwerp-bestemmingsplan ’De Berg 2003, herziening ex art. 30 WRO (2007)’ + Reactienota Inspraak en Overleg Peiling Burgerinitiatief Akropolis-Amersfoort Voorbereiding besluit Golfactiviteiten Hoogland West Peiling

CDA : Uitbreiding shortlist opvangvoorzieningen

Ontwerp-bestemmingsplan ’De Berg 2003, herziening ex art. 30 WRO (2007)’ + Reactienota Inspraak en Overleg Peiling Reg.nr.: 2543578 Van: College van B&W Ambtelijk contact: Ludeking (033 469 4587) Portefeuillehouder: Luchtenveld en Hekman Opsteller: Ludeking Samenvatting: Het voorontwerpbestemmingsplan heeft, samen met het Programma van Eisen (PvE) en Voorlopig Stedenbouwkundig Ontwerp (VOS) voor het Lichtenbergterrein, voor inspraak ter visie gelegen van 5 april t/m 16 mei 2007 en is voor commentaar voorgelegd aan de overleginstanties ex artikel 10 van het Besluit op de ruimtelijke ordening 1985. De ingekomen inspraak- en overlegreacties zijn samengevat en van commentaar voorzien in de reactienota inspraak en overleg (docs.nr. 2431596 v1). Nu is het zaak in te stemmen met het gewijzigde ontwerpbestemmingsplan en dit voor eenieder ter visie te leggen met de mogelijkheid om zienswijzen aan de gemeenteraad kenbaar te maken. Reden van aanbieding: In de vergadering van de Ronde van 13 maart jongstleden, waarin het voorontwerpbestemmingsplan is vrijgegeven voor de inspraak, is de afspraak gemaakt dat het bestemmingsplan terug zou komen in De Ronde nog voordat het naar de PPC zou worden gestuurd. Nu heeft de provincie besloten voorontwerpbestemmingsplannen niet meer van een PPC advies te voorzien. Daarom wordt het ontwerpbestemmingsplan nu ter peiling aangeboden aan De Ronde, voordat het in ontwerp ter visie wordt gelegd. Van de raad wordt gevraagd: Het ontwerpbestemmingsplan "De Berg 2003, herziening ex artikel 30 van de WRO (2007)" te peilen, voordat het in ontwerp ter inzage wordt gelegd. Vervolgtraject: Na akkoord zal het ontwerpbestemmingsplan gedurende 6 weken ter inzage worden gelegd. Eenieder heeft in deze periode de mogelijkheid zijn of haar zienswijze op het ontwerpbestemmingsplan kenbaar te maken aan de gemeenteraad. Binnen vier maanden (volgens art.25 WRO) na afloop van de termijn van tervisielegging beslist de gemeenteraad omtrent de (eventueel gewijzigde) vaststelling van het bestemmingsplan. Het vastgestelde plan wordt vervolgens weer voor zes weken ter inzage gelegd waarbij bedenkingen kunnen worden ingebracht bij Gedeputeerde Staten van Utrecht. Gedeputeerde Staten nemen vervolgens een besluit omtrent de goedkeuring van het bestemmingsplan. Doel activiteit: Peiling Soort activiteit: College peilt raad Soort verslag: Kort verslag Bijbehorende documenten: Peiling (/smartsite.shtml?id=179838) : Reactienota inspraak en overleg (/smartsite.shtml?id=179839)

CDA : Uitbreiding shortlist opvangvoorzieningen

: /smartsite.shtml?id=179867 - Bundel x BIS (pag. 1-18) x Raadskast xFractiekamer

CDA : Uitbreiding shortlist opvangvoorzieningen

Burgerinitiatief Akropolis-Amersfoort Voorbereiding besluit Reg.nr.: 2543335 Van: De heer Kroonder namens Vrienden Akropolis-Amersfoort Ambtelijk contact: Verhoef-Franken (033 469 4354) Portefeuillehouder: Van Daalen / Luchtenveld Opsteller: Verhoef-Franken Samenvatting: Het initiatiefvoorstel is ingediend door de heer Willem Kroonder namens de Vrienden Akropolis-Amersfoort, gedragen door de afdeling Eemland van de Vereniging Humanitas. Akropolis-Amersfoort heeft plannen voor het realiseren van een woonzorgvoorziening voor ouderen. Ze geven aan dat het gaat om een vernieuwende manier van aanbieden van een dergelijke voorziening, gebaseerd op een door Humanitas-Rotterdam ontwikkelde visie. Humanitas Eemland heeft overleg gehad met het college van b en w over de ziekenhuislocatie Lichtenberg en mogelijke andere locaties. Verzoek is het initiatief ook in Amersfoort mogelijk te maken, door het beschikbaar stellen van een passende locatie. Reden van aanbieding: Dit voorstel valt onder het initiatiefrecht voor burgers (Reglement van Orde van de raad 2006, artikel 19). De verordening vraagt van De Ronde om de gemeenteraad te adviseren over het wel of niet plaatsen op de agenda van Het Besluit. De Ronde kan het initiatief ook eerst, vergezeld van haar standpunt, ter kennis van het college brengen. Vervolgtraject: Mogelijk behandeling in Het Besluit Doel activiteit: Voorbereiding besluit Soort activiteit: Burgerinitiatief Opmerkingen presidium: Soort verslag: Besluitenlijst Bijbehorende documenten: Burgerinitiatief (/smartsite.shtml?id=179849)

CDA : Uitbreiding shortlist opvangvoorzieningen

Golfactiviteiten Hoogland West Peiling Reg.nr.: 2545358 Van: College van B&W Ambtelijk contact: Abrahams (033 469 4245) Portefeuillehouder: Luchtenveld Opsteller: Abrahams Samenvatting: In het kader van het ontwerp-bestemmingsplan Birkhoven-­Bokkeduinen 2007 is besloten om de golfdrivingrange te verplaatsen naar een locatie elders en de vrijkomende ruimte op Birkhoven Noord te benutten voor toekomstige uitbreiding van AMHC. Gezien de in het verleden gedane toezeggingen aan de beoogde golfexploitant, de heer Schoenmaker van Golfclub Soestduinen, heeft de gemeente samen met de golfexploitant gezocht naar mogelijke alternatieve locaties binnen Amersfoort waar op korte termijn een de drivingrange met oefenholes kan worden gerealiseerd. De exploitant heeft de gemeente gemeld dat hij de mogelijkheid heeft in Hoogland West gronden te huren waarop hij een 9 holesbaan met drivingrange kan aanleggen. Reden van aanbieding: In het ontwerpbestemmingsplan Buitengebied West is een wijzigingsbevoegd-heid opgenomen voor de aanleg van recreatieve voorzieningen, waaronder mogelijk golf. De peiling is bedoeld om de raad te polsen over het voorgenomen initiatief. Van de raad wordt gevraagd: Zijn mening te geven over het initiatief en de te volgen procedure. Vervolgtraject: Na principe-instemming wordt nader onderzoek gedaan o.a. MER aanmeldingsnotitie op basis waarvan t.z.t. een definitief raadsbesluit kan worden genomen over een golfbaan in Hoogland West. Doel activiteit: Peiling Soort activiteit: College peilt raad Soort verslag: Kort verslag Bijbehorende documenten: Peiling (/smartsite.shtml?ch=ter&id=179846 : /smartsite.shtml?ch=ter&id=179847

CDA : Uitbreiding shortlist opvangvoorzieningen

De Ronde Datum: Aanvang:

dinsdag 16 oktober 2007 19:00

Verkeersontsluiting Meander Medisch Centrum / Maatweg (voortgezette behandeling) Peiling JA: Stedelijk Cultureel Jongerencentrum Peiling Samenwerking NV SRO met gemeente Haarlem Peiling

CDA : Uitbreiding shortlist opvangvoorzieningen

Verkeersontsluiting Meander Medisch Centrum / Maatweg (voortgezette behandeling) Peiling Reg.nr.: 2529270 Van: College van B&W Ambtelijk contact: Weel (033 469 47 03) Portefeuillehouder: Hekman en Luchtenveld Opsteller: Weel Samenvatting: Meander heeft een voorlopig ontwerp (VO) voor de verkeersontsluiting aan de Maatweg gereed. Omdat Witteveen&Bos eerder een second opinion heeft gedaan hebben wij hen opnieuw gevraagd om dit te doen op het uitgewerkte alternatief/VO. Wij zijn van mening dat het VO een goede oplossing is voor de verkeersontsluiting van het ziekenhuis aan de Maatweg. Op 2 oktober 2007 is er de gelegenheid geweest om in te spreken en hebben de fracties aanvullende vragen gesteld. Op 16 oktober geven de fracties hun mening over de oplossing voor de verkeersontsluiting van het ziekenhuis aan de Maatweg. Reden van aanbieding: Op 5 juli jl. bent u middels een raadsinformatiebrief op de hoogte gesteld van het feit dat Meander Medisch Centrum een nieuwe variant onderzoekt voor de verkeersontsluiting van het nieuwe ziekenhuis. Deze variant valt op één punt buiten de eerder vastgestelde kaders. Wij hebben het ziekenhuis de ruimte geboden het alternatief uit te werken en daarvoor contact op te nemen met belanghebbenden. Zij hebben dit op 10 juli jl. in een informatiebijeenkomst gedaan. Wij hebben afgesproken u in september een standpunt van het college over deze uitwerking en een toetsing van Witteveen+Bos aan te bieden. Door de late vakanties in deze regio is dat nu oktober geworden. Van de raad wordt gevraagd: zijn mening te geven over de voorgestelde verkeersontsluiting van Meander Medisch Centrum aan de Maatweg (peiling) Vervolgtraject: De verkeersontsluiting maakt onderdeel uit van het inrichtingsplan ziekenhuis Maatweg. Dit inrichtingsplan maakt weer onderdeel uit van de bouwvergunningsaanvraag fase 1 die op dit moment voorbereid wordt. Vooruitlopend op de vaststelling van het bestemmingsplan Maatweg zullen wij door middel van een artikel 19.2 WRO medewerking verlenen aan de bouwplannen van Meander Medisch Centrum. Naar verwachting wordt de bouwaanvraag eind oktober gedaan, in december zullen wij besluiten over de vrijstelling, waarna dit besluit met bijbehorende stukken voor een ieder 6 weken ter visie ligt. Doel activiteit: Peiling Soort activiteit: College peilt raad Soort verslag: Verslag Bijbehorende documenten: /smartsite.shtml?ch=ter&id=180054 /smartsite.shtml?ch=ter&id=180077 : Tekening bij uitwerking verkeers-ontsluiting Meander, Maatweg

CDA : Uitbreiding shortlist opvangvoorzieningen

Historie: Bespreking in De Ronde van 30/1/07: http://www.amersfoort.nl/smartsite.shtml?ch=ter&id=169527 en http://www.amersfoort.nl/docs/concept%20verslag%20DR%2030-1-2007%20-bestemmingsplan%20en%20verkeersontsluiting%20Maatweg.pdf : /smartsite.shtml?ch=ter&id=177065 : Concept-Verslag 2 oktober (zodra beschikbaar) Reg.nr.: 2308779 Van: College van B&W Ambtelijk contact: Weel (4558) Portefeuillehouder: Luchtenveld en Hekman Opsteller: Weel Samenvatting: Met de vaststelling van het Structuurplan Maatweg en de Studie Ziekenhuislocaties heeft de gemeenteraad het beleidskader voor de ontwikkelingen in het gebied Maatweg vastgesteld. De realisering van het nieuwe ziekenhuis van Meander Medisch Centrum neemt daarbij een belangrijke plaats in. In juni hebben de inspraak en het vooroverleg over het voorontwerp van het bestemmingsplan plaats gevonden. In de Reactienota inspraak en vooroverleg wordt hiervan verslag gedaan. Naar aanleiding van de inspraakreacties is de "Second opinion Maatweg" met betrekking tot de verkeersaspecten uitgevoerd. Deze maakt deel uit van de Notitie Verkeer. Naar aanleiding van enerzijds reacties uit inspraak en vooroverleg en anderzijds ontwik­ke­lingen in het afgelopen half jaar is het bestemmingsplan aangepast. Op enkele onderdelen wordt voorgesteld af te wijken van het eerder vastgestelde Struc­tuur­plan Maatweg. Reden van aanbieding: Cf. de afspraken over de rol van de raad in RO-procedures wordt het voorontwerp bestemmingsplan aan de raad voorgelegd alvorens het wordt verstuurd naar de Provinciale Planologische Commissie (PPC). De Ronde toetst aan de kaders en beoordeelt de verwerking van de inspraak. Van de raad wordt gevraagd: Zijn mening over het "voorontwerp PPC" van het bestemmingsplan te geven Vervolgtraject: Het plan zal voor advies worden voorgelegd aan de PPC. Vervolgens zal het bestemmingsplan in ontwerp ter inzage worden gelegd, waarna de raad het plan dient vast te stellen. Vooruitlopend daarop zal het college door middel van een artikel 19.2 WRO procedure medewerking verlenen aan de bouwplannen van Meander Medisch Centrum. Doel activiteit: Peiling Soort activiteit: College peilt raad Soort verslag: Verslag Bijbehorende documenten: Peiling (/smartsite.shtml?id=169528) : /smartsite.shtml?id=169211 : Bestemmingsplan Maatweg 2007, /smartsite.shtml?id=169166en /smartsite.shtml?id=169167 + /smartsite.shtml?id=169168

CDA : Uitbreiding shortlist opvangvoorzieningen

: /smartsite.shtml?id=169169 : /smartsite.shtml?id=169213 : Brief aan werkgroep (/smartsite.shtml?id=169529) : /smartsite.shtml?id=169170 : /smartsite.shtml?id=169221 : /smartsite.shtml?id=169171 : /smartsite.shtml?id=169172 : /smartsite.shtml?id=169173 Raadsinformatiebrief 2007: 78 (pdf) verslag (pdf) Brochure ’Een nieuw Ziekenhuis voor Amersfoort en omgeving’ (pdf)

CDA : Uitbreiding shortlist opvangvoorzieningen

JA: Stedelijk Cultureel Jongerencentrum Peiling Reg.nr.: 2542984 Van: Raadsfractie Jouw Amersfoort Portefeuillehouder: Van ’t Veld / A. Kruyt Opsteller: Barendregt (JA) Nederkoorn (JA) Samenvatting: Initiatiefvoorstel van de fractie van Jouw Amersfoort om de haalbaarheid van een SCJ in Amersfoort te onderzoeken Reden van aanbieding: Initiatiefvoorstel (recht van initiatief) Van de raad wordt gevraagd: 1. Zich uit te spreken over de wenselijkheid om een Stedelijk Cultureel Jongerencentrum te realiseren in Amersfoort. 2. Het college van B&W te verzoeken een onderzoek uit te voeren waarin de volgende zaken aan de orde komen: - de mogelijke locatie(s) - de eenmalige investeringen die hiermee samenhangen - de exploitatiekosten - beheersvorm en -organisatie Vervolgtraject: Na behandeling in De Ronde en Het Besluit het college te verzoeken het voorstel verder uit te werken en daarover voor de kadernotabehandeling van mei 2008 de uitwerking aan de Raad aan te bieden. Doel activiteit: Voorbereiding besluit Soort activiteit: Initiatiefvoorstel Soort verslag: besluitenlijst Bijbehorende documenten: /smartsite.shtml?ch=&id=179853

CDA : Uitbreiding shortlist opvangvoorzieningen

Samenwerking NV SRO met gemeente Haarlem Peiling Reg.nr.: 2543744 Van: College van B&W Ambtelijk contact: Veldman (033 469 4698) Portefeuillehouder: Hekman Opsteller: Veldman Samenvatting: In januari 2007 heeft ons college een principebesluit genomen tot samenwerking van de NV SRO met de te verzelfstandigen afdeling Sport&Recreatie/Accommodaties van de gemeente Haarlem. De gemeenteraad is hierover geïnformeerd in januari 2007 via een raadsinformatiebrief (nr. 2296793) en in februari 2007 via De Ronde. Sindsdien zijn betrokken partijen bezig met de uitwerking van de samenwerking, opdat deze per 1 januari 2008 zou kunnen ingaan. In juni 2007 is de gemeenteraad via De Ronde geïnformeerd over de voortgang van de besprekingen. Bij de uitwerking en de besprekingen is/wordt rekening gehouden met de door de raadsleden gemaakte opmerkingen tijdens de Rondes. De belangrijkste onderdelen van de samenwerking en de belangrijkste afspraken treft u in de voorliggende peiling aan. Reden van aanbieding: Voordat ons college een defintief besluit neemt over de samenwerking tussen de NV SRO en de gemeente Haarlem krijgt de gemeenteraad de gelegenheid zijn wensen en bedenkingen hierover kenbaar te maken (op grond van artikel 169 lid 4 van de Gemeentewet). Van de raad wordt gevraagd: Wensen en bedenkingen kenbaar te maken over de voorgenomen samenwerking tussen de NV SRO en de gemeente Haarlem en of de eerder door de raad gemaakte opmerkingen over de voorgenomen samenwerking op een herkenbare wijze zijn verwerkt in de peiling. Vervolgtraject: Nadat de raad van Amersfoort zijn wensen en bedenkingen kenbaar heeft gemaakt, neemt het college een definitief besluit. Uiteraard is één en ander ook afhankelijk van het besluitvormingstraject in de gemeente Haarlem. Vervolgens zal de gemeente Amersfoort als aandeelhouder op de algemene vergadering van aandeelhouders van de NV SRO een stem moeten uitbrengen inzake het voorstel tot samenwerking tussen de NV SRO en de gemeente Haarlem. Doel activiteit: Peiling Soort activiteit: College peilt raad Soort verslag: Verslag Bijbehorende documenten: Peiling (nr. /smartsite.shtml?id=179859) : /smartsite.shtml?id=179861; : /smartsite.shtml?id=179862 Historie: http://www.amersfoort.nl/docs/bis/raad/2007/Raadsinformatiebrief%202007%20nr%207%2C%20Samenwerking%20NV%20SRO%20met%20gemeente%20Haarlem.pdf : http://www.amersfoort.nl/docs/2346839%20-%20verslag%20Samenwerking%20SRO%20met%20Haarlem.pdf

CDA : Uitbreiding shortlist opvangvoorzieningen

: http://www.amersfoort.nl/docs/2454740%20-%20Besluitenlijst%20Samenwerking%20SRO%20-%20gem.%20Haarlem.pdf Raadsinformatiebrief 2007 nr. 7 (pdf)

Raadsinformatiebrief nummer 78 Van Aan Portefeuillehouder

: Burgemeester en Wethouders : gemeenteraad : J. Hekman en R. Luchtenveld

Reg.nr. Datum

: 2458998 : 5 juli 2007

Titel Verkeersontsluiting Meander Medisch Centrum

Kennisnemen van Het feit dat Meander medsich Centrum een nieuwe variant onderzoekt voor de verkeersontsluiting van het nieuwe ziekenhuis. Deze variant valt buiten de eerder vastgestelde kaders. Dit zal waarschijnlijk betekenen dat het college na de vakantie deze variant en de second opinion ter peiling aan de raad gaat voorleggen.

Aanleiding In januari 2007 is uw mening gepeild over het voorontwerp-PPC van het bestemmingsplan Maatweg 2007. Een belangrijk bespreekpunt hierbij was de verkeersontsluiting van het ziekenhuis op de Maatweg. U heeft ingestemd met het laten uitwerken van de zogenaamde variant 2 uit de Second Opinion; één hoofdontsluiting op de Maatweg ter hoogte van de hoofdentree van het ziekenhuis en een aparte entree voor ambulances, ter hoogte van het centrum voor Spoedzorg tussen de nieuwe hoofdontsluiting en het kruispunt Hamseweg-Maatweg. Daarbij zal het bevoorradend verkeer over de hoofdentree worden geleid. We hebben met u afgesproken dat als bij de uitwerking van variant 2 blijkt dat dit niet binnen de gestelde randvoorwaarden kan, er een nieuwe situatie ontstaat, waarover wij u informeren. Die situatie doet zich nu voor. Daarbij gaat het niet om een variant waarbij de ontsluiting over de Schans alsnog in discussie komt.

Kernboodschap Meander Medisch Centrum heeft het college geïnformeerd over de uitwerking van variant 2. Daarbij is gebleken dat het toch niet mogelijk is om de verkeersoplossing uit te werken binnen de kaders zoals deze door u gesteld zijn. Meander constateert dat het niet haalbaar is om een oplossing te ontwerpen met een ontsluiting voor alle verkeer ter hoogte van de hoofdentree van het ziekenhuis waarbij zowel een goede verkeersveiligheid als een goede doorstroming van het verkeer is gewaarborgd. Daarbij gaat het vooral om de zorg voor de veiligheid van het langzaam verkeer van en naar het ziekenhuis. Het ziekenhuis acht het onwenselijk vrachtwagens en personenauto's op weg naar de spoedeisende hulp te laten kruisen met voetgangers en fietsers. Het college kan zich vanuit verkeersveiligheid in dat standpunt vinden. Wij hebben daarom het ziekenhuis de ruimte geboden het alternatief uit te werken en daarvoor contact op te nemen met belanghebbenden. Omdat Witteveen&Bos eerder een second opinion heeft gedaan vragen wij hen dit wederom te doen als het nieuwe alternatief is uitgewerkt. Een standpunt van het college over deze uitwerking en een toetsing van Witteveen&Bos kunt u dan in De Ronde in september a.s. ter meningspeiling tegemoet zien.

RIB MAATWEG 5JUL07 DEFINITIEF_v1.DOC#2468923 v1 - RIB MAATWEG: DE LAATSTE CHECK

Consequenties Een voorwaarde van ons college voor medewerking aan een vrijstelling van het bestemmingsplan is een inrichtingsplan dat voorziet in een verkeersontsluiting die aan alle verkeerskundige randvoorwaarden voldoet. Deze voorwaarde geldt onveranderd ook voor het alternatief.

Betrokken partijen Meander Medisch Centrum informeert belanghebbenden op 10 juli a.s. om 19.30 uur over de tussenstand van de uitwerking van de verkeersontsluiting alsmede de ontwerpdilemma's waar zij tegen aan loopt, in een bijeenkomst in de aula van de locatie Elisabeth. Burgemeester en wethouders van Amersfoort,

de secretaris,

de burgemeester,

Drs. P.J. Buijtels

A. van Vliet-Kuiper

RIB MAATWEG 5JUL07 DEFINITIEF_v1.DOC#2468923 v1 - RIB MAATWEG: DE LAATSTE CHECK

CONCEPT verslag De Ronde, 30 januari 2007: Bestemmingsplan en verkeersontsluiting Maatweg Van Berkum-Admiraal Voorzitter: Secretaris: Van de Meerendonk Aanwezig: Cooijmans, De Crom, Dekker, Van Garderen, Hinloopen, Kesler, Killi, Paffen-Zeenni, Schoenmaker, Tigelaar, Van Wegen ja Pers: Publiek: 50 Conceptverslag: MKW secretariaatsservices Wethouders: Hekman, Luchtenveld Ambtenaar/Gast: Van Garderen, Weel, Kleijne (Meander) 2318452 Reg. nr.: Tel. nr.: (033) 4694379 E-mail: [email protected] Punt

Inhoud

Actie

Doel: Van de raad wordt gevraagd zijn mening te geven over het voorontwerp PPC van het bestemmingsplan. Inspreker Trip (namens Meander Medisch Centrum): - Het wordt op prijs gesteld dat de raad en het college intensief meehelpen nadenken over het ziekenhuis. Het ziekenhuis zal daarom een product van samenwerking zijn. - Het ontwerp dient open en transparant te zijn en luidt een nieuw tijdperk in de ziekenhuisopnames is. Het ziekenhuis gaat richting een hotelfunctie: kamers voor een persoon met eigen faciliteiten. - Nagestreefd wordt aan te sluiten bij psychiatrie. - Het hoogteaccent is – naar aanleiding van de inspraak – naar het midden van het gebouw verschoven. - De parkeerfaciliteiten worden ingepast in het landschap. - Rapport van Witteveen + Bos wordt gebruikt bij het maken van het verkeerskundig ontwerp. - Het kost vele miljoenen als Meander tot 2010/2011 op de huidige locatie moet blijven. Meander wenst dit geld liever aan het nieuwe ontwerp te besteden. - Verwacht dat de raad akkoord gaat met het plan waar met veel enthousiasme aan is gewerkt en waarvoor veel draagvlak bestaat. Inspreker Broers (namens Huis van de Watersport): - Het Huis van de Watersport heeft in het nu voorliggende ontwerp een prominente plek toegewezen gekregen. - De gemeente stelt zich actief en constructief op. De argumentatie uit de reactienota wordt door de gemeente serieus genomen. De wind is duidelijk gedraaid en de haven komt in zicht. - Is zich bewust van de noodzaak tot inpassing in de ecologische hoofdstructuur. Hiervoor zijn zwevende elementen in het ontwerp opgenomen. - Hemus zit momenteel pal aan de Eem en dit vormt een obstakel voor locatiegebonden flora en fauna. Om de ecologie een kans te geven is daarom verplaatsing van Hemus naar de nieuwe locatie nodig. - Een nee-tenzij onderzoek wordt nog uitgevoerd en moet leiden tot een ecologische rapportage. Zal dit onderzoek zorgen voor vertraging bij de besluitvorming over het bestemmingsplan?

1

Inspreker Bazelmans (namens omwonenden Maatweg): - Variant 1 heeft vanwege de verkeersoplossing voor het vrachtverkeer (over de Schans) niet de voorkeur. Het college meent dat variant 2 is uit te werken binnen de randvoorwaarden. - Verzoekt tevens tot uitwerking van variant 4. Als variant 2 onuitvoerbaar blijkt, kan derhalve worden teruggevallen op variant 4. Door vroegtijdig te anticiperen op variant 4 wordt voorkomen dat deze variant op een gegeven moment niet meer valt in te passen. - In variant 4 kan de ontsluiting naar het Huis van de Watersport via het noorden langs het ziekenhuis worden ingepast. - Hoe hoger de parkeergelegenheid, hoe meer geluidsoverlast. Daarom is het wenselijk te bouwen met dichte gevels richting Maatweg. - Dieren zullen niet gaan wonen in een omgeving met veel licht en geluid. - Er dreigt een onvoorziene verkeertoename. - Het ziekenhuis moet de komende veertig jaar goed bereikbaar zijn. Inspreekster Norp (namens SGLA): - Heeft eerder gevraagd om het instellen van een verkeerswerkgroep en is blij met de gelegenheid die geboden is. Helaas ligt er nog geen uitgewerkt verkeersontwerp. - Is blij dat een second opinion aangaande het verkeer is opgesteld. - Is minder blij met de uitwerking van variant 2. SGLA geeft de voorkeur aan variant 4. Werk beide varianten toekomstproof uit. Pas dan is een zorgvuldige afweging mogelijk. - Variant 4 zou een entree via de parkeerfaciliteiten aan de noordkant kunnen krijgen. - Leg uitwerking van de varianten en een uiteindelijk verkeersplan voor aan de raad. - Blokkeer een toekomstvaste uitwerking van variant 4 niet. - Het is een terechte keus van de raad de woningen te handhaven. - De inspreker wacht het oordeel van de PPC af en zal dit oordeel verwerken in de volgende zienswijze. Hinloopen (PvdA): - Wil zich beperken tot de ontsluiting van het ziekenhuis vanaf de Maatweg. - Het ziekenhuis wil de bevoorrading via De Schans. Bewoners willen dit liever via de hoofdaansluiting. Bureau Witteveen + Bos heeft geconcludeerd dat geen verschil bestaat tussen ongewenste menging van verschillende typen verkeersgebruikers. Derhalve wil de fractie aan de wensen van de bewoners tegemoet komen. - Variant 2 verdient de voorkeur vanuit ecologische argumenten omdat dan geen extra weg aan de noordkant hoeft te worden aangelegd. - Bureau Witteveen + Bos heeft rijtijdenonderzoek gedaan. De route buitenom duurt niet langer dan de sluiproute. Daarom is er geen verschil tussen de varianten 2 en 4 voor wat betreft de rijtijd. Witteveen + Bos is onduidelijk over de onaantrekkelijkheid van de sluiproute. Kan het college hierover wel duidelijkheid verstrekken? - Variant 2 verdient het om nader te worden uitgewerkt waar het de aansluiting van het ziekenhuis op de Maatweg betreft. - Voordat het ziekenhuis via een artikel 19.2 procedure met bouwen kan beginnen, wil de fractie een uitspraak over de verkeerskundige aansluiting op de Maatweg. Pas als deze aansluiting gerechtvaardigd blijkt, dient een bouwvergunning te worden afgegeven. - Voorkom dat variant 4 op een gegeven moment niet meer in te passen valt.

2

VVD (Cooijmans): - De verkeerskundige audit laat een miniem verschil tussen variant 2 en variant 4 zien. Daarom is verdere uitwerking van variant 4 niet meer nodig. Variant 2 verdient de voorkeur. - Doorstroming op de Maatweg dient daadwerkelijk te worden gewaarborgd. Maak daarvoor een opstelstrook op het ziekenhuisterrein en maak een goede aansluiting op de Bunschoterstraat. VVD (Dekker): - Parkeeroverlast in de omgeving mag niet voorkomen als gevolg van betaald parkeren Hij vraagt om maatregelen in de omgeving om dit te voorkomen. - De parkeergarage onder het gebouw is pas toegankelijk als door toegangspoortjes wordt gereden die slechts 20 seconden open zijn. Is dit wel een veilige oplossing als mensen – zenuwachtig door ziekte – daar rijden, maar ook als er veel mensen rijden en op hetzelfde moment door de poortjes willen? - Waarom moet haltering openbaar vervoer op de Maatweg komen en niet op het ziekenhuisterrein zelf? - Hoe zal het bestemmingsverkeer zich verder ontwikkelen? VVD (Cooijmans): - Benadrukt dat variant 2 de voorkeur verdient. - Wie gaat bouwen in de Kop van Schothorst? Wie zitten er in de klankbordgroep? - Het college gaat in de Kop van Schothorst uit van minimaal budgetneutraal bouwen maar aangezien het gemiddelde inkomen daar lager ligt dan in de rest van Amersfoort, zou er een mix van woningen kunnen worden gebouwd waaraan de gemeente zou kunnen verdienen c.q. waaraan de gemeente niet gaat verliezen. CDA (Paffen-Zeenni): - Wat is de status van de second opinion? Hoe wordt met de aanbevelingen omgegaan? - De knelpunten die in de second opinion worden genoemd dienen als randvoorwaarden te worden meegenomen in de varianten. Wil van het college de absolute toezegging dat de knelpunten kunnen worden opgelost. - Kan nog geen keuze maken tussen variant 2 en 4 vanwege de genoemde vragen over de knelpunten. CDA (Van Garderen): - Is blij dat de Paladijnenweg niet verder wordt doorgetrokken. - Is blij met de evenwichtige verdeling tussen detailhandel en woningbouw aan de Balladelaan. - Revalideren en opvangen moet ergens anders gebeuren dan in het ziekenhuis zelf. Dat zou kunnen in een verzorgingsgebouw. Het bestemmingsplan houdt hiermee rekening en dat is goed. BPA (Van Wegen): - De toegangspoortjes van de parkeergarage moeten veel verder van de weg liggen; daarom moet variant 4 verder worden uitgewerkt. - Pas op het ziekenhuisterrein zelf dienen de verschillende verkeersstromen te worden gesplitst (bevoorrading, bezoekers voor het Huis van de Watersport, en dergelijke). GroenLinks (De Crom):

3

-

Kan meegaan in de keuze voor variant 2 maar wil hiervoor wel de toezegging dat de aanbevelingen van Bureau Witteveen + Bos worden overgenomen.

GroenLinks (Kesler): - In een eerder stadium bestond veel weerstand tegen het ziekenhuis op deze locatie. - Meander heeft een geweldig ontwerp gemaakt waarvoor complimenten. - Wil het horen als de ecologisch verantwoorde inpassing van het Huis van de Watersport niet mogelijk blijkt te zijn. - De Kop van Schothorst is ook een ecologische zone. - Gaat akkoord met het voorliggende bestemmingsplan maar wil op de hoogte worden gehouden over de ontwikkelingen zodat steeds kan worden beoordeeld of de ecologische inpassing nog voldoende is. - Wil details horen over de typen woningbouw (differentiatie). - Er bestaan goedkope innovatieve technieken om onder andere de bomen op de Grebbelinie in de ecologische zone te kunnen inpassen. Jouw Amersfoort (Smit): - Ondanks dat de fractie tegen de locatie voor het ziekenhuis is, heeft de raad in meerderheid voor de locatie gestemd; de fractie legt zich daarbij neer en is tevreden met de verbeteringen in het nu voorliggende ontwerp. - Is het eens met inspreekster Norp dat voorkomen moet worden dat op een gegeven moment inpassing van variant 4 niet meer mogelijk is. - Onderzoek goed de verkeerssituatie voor de Maatweg naar de methode die hiervoor bij het Stationsplein (een simulatie op het Prins Bernhard kazerneterrein) is gebruikt. Wil dan het resultaat zien van de praktijkgerichte simulatie. - Neigt naar een iets grotere voorkeur voor variant 2 boven variant 4. Echter: houdt de mogelijkheid voor variant 4 open. - Is voorstander van goede monitoring van de ontwikkelingen in het ontwerp en met name in de ontwikkelingen van verkeersstromen. Bewoners rondom de Maatweg zitten niet te wachten op sluipverkeer. CU (Tigelaar): - Steunt het college in zijn voorkeur voor variant 2. - Van alle varianten is slechts een voorlopige schets beschikbaar. Er zijn nog behoorlijk wat hindernissen te nemen om van de schetsen ontwerpen te maken. - Hoe verloopt de verdere procedure c.q. welke rol speelt de raad bij de uitwerking van de knelpunten in de diverse varianten? - Wordt een open parkeergarage toegestaan en hoe verhoudt dit zich met regels voor geluidsoverlast? - Welk soort asfalt wordt gebruikt op het ziekenhuisterrein? SP (Schoenmaker): - Is er enig zicht op de uitbreiding van de parkeerfaciliteiten? - Sluit zich aan bij het standpunt van GroenLinks over de inpassing van Het Huis van de Watersport. - Wat is de kadastrale status van het pad langs de Grebbelinie? - Is voorstander van nadere uitwerking van zowel variant 2 als variant 4. - De bereikbaarheid en veiligheid van de ingang van het ziekenhuis moeten goed zijn omdat het gebouw jarenlang mee moet. Wethouder Hekman:

4

-

-

-

Is blij met brede ondersteuning voor de wijze waarop het proces rondom de bouw van het ziekenhuis plaatsvindt. Sluit zich aan bij de algemeen heersende opvatting dat het een schitterend gebouw wordt. Er is een geweldige kwaliteitsambitie. De parkeertoren is vervangen door een andere oplossing. Spreekt dank uit voor de inspanningen die door de verkeerswerkgroep zijn verricht. De planning is drie maanden opgerekt om de raad tegemoet te komen in zijn wens om een second opinion te kunnen inwinnen. Bureau Witteveen + Bos is een gerenommeerd bureau. Het college blijft bij de conclusies van het uitgevoerde onderzoek. Op de verkeerskundige criteria scoort variant 2 beter dan variant 4 en dit maakt dat variant 2 een fractie beter is dan variant 4. Variant 4 stuit op bezwaren vanwege de ecologische (on)mogelijkheden. De provincie zal het plan toetsen op de ecologische inpassing. De provincie staat het Huis van de Watersport op de beoogde plek alleen toe als de ecologische schade die dit met zich brengt, elders in het plangebied wordt gecompenseerd. Vertraging in het proces is niet de belangrijkste factor in het proces: verkeerskundig moeten de plannen kloppen. Op de kop van Schothorst wordt gedacht aan duurdere woningen. Nog niet is bepaald wie de bouwers worden. Er zal een klankbordgroep worden ingesteld rondom te bouwen woningen. Omwonenden en SGLA hebben zich aangemeld.

Wethouder Luchtenveld: - De second opinion heeft geen aanleiding gegeven om af te wijken van het voorlopig collegestandpunt om alle verkeer, minus het ambulanceverkeer, via de hoofdontsluiting te laten lopen. Het bevoorradingsverkeer zal via de hoofdontsluiting gaan plaatsvinden en niet via de Schans. - Alleen het ambulanceverkeer krijgt een eigen afwikkeling. - Knelpunten worden randvoorwaarden bij de uitwerking van variant 2. Hierop zal een zorgvuldige toets worden losgelaten. Het college wil voorkomen dat in de praktijk de knelpunten onvoldoende zijn opgelost. Eventueel wordt Bureau Witteveen + Bos gevraagd of de toets op uitvoerbaarheid van de knelpunten van variant 2 goed is uitgevoerd. Toegezegd wordt dat de resultaten Luchtenveld van de toets te zijner tijd inzichtelijk zijn voor de raad. - Vooralsnog bestaat vertrouwen in het naar behoren kunnen uitwerken van variant 2. Mocht bij uitwerking door het ziekenhuis niet aan de randvoorwaarden uit de second opinion worden voldaan ontstaat een nieuwe situatie. Uitwerking van variant 2 maakt variant 4 als terugvaloptie niet onmogelijk. - Haltering van openbaar vervoer kan het beste langs de Maatweg, dichtbij de hoofdontsluiting. Dit heeft te maken met een te hoge toename van de reistijd voor de overige reizigers uit Amersfoort noord en Bunschoten bij het halteren op het ziekenhuisterrein zelf. Tevens is de loopafstand tussen halte en ingang alleszins acceptabel en binnen de normen. - Over diverse doorstroommaatregelen op de Maatweg en Bunschoterstraat vindt reeds overleg plaats met de provincie. Een maatregel al in uitvoering genomen, nl. vergroting van de capaciteit van de kruising maatweg-ringweg koppel. Ook wordt gekeken naar de onaantrekkelijkheid van sluiproutes. - In de wijk worden maatregelen genomen om te voorkomen dat daar parkeeroverlast wordt ervaren doordat daar gratis kan worden geparkeerd terwijl op het ziekenhuisterrein betaald parkeren aan de orde is. Toegezegd Luchtenveld wordt te zijner tijd met bewoners parkeeroverlastmaatregelen te bespreken.

5

-

Uiteraard moet de parkeergarage adequaat toegankelijk zijn. Toegezegd Luchtenveld wordt dat zeker naar de functionaliteit van de toegangspoortjes wordt gekeken.

Hinloopen (PvdA): - Is niet helemaal blij met de beantwoording inzake de toetsing. - Wil dat pas een bouwvergunning wordt verstrekt als de raad een volledig beeld kan worden geboden wat het ontwerp behelst. - Hoe zit het met de onaantrekkelijkheid van de sluiproute van de Hamseweg als de ontsluiting op de Maatweg wordt gerealiseerd? CDA (Paffen-Zeenni): - Heeft evenmin een helemaal tevreden gevoel over de beantwoording van de vragen door de beide wethouders. - Wat gebeurt er als de gestelde randvoorwaarden niet reëel zijn c.q. als er te weinig ruimte is om maatregelen in te passen? - Hoe worden de randvoorwaarden richting ziekenhuis vastgelegd? Zijn hiervoor juridische middelen? - Kan variant 4 worden uitgewerkt? GroenLinks (Kesler): - Had verwacht dat de wethouder zou ingaan op het nee-tenzij principe, zoals aangekaart door inspreker Broers (namen Huis van de Watersport). Jouw Amersfoort (Smit): - Heeft geen antwoord gekregen op de mogelijkheid een praktische verkeerskundige praktijksimulatie uit te voeren. - Kan de uitvoering van groenvoorzieningen rondom het ziekenhuis in gang worden gezet om de inpassing in het landschap snel te beginnen? Wethouder Hekman: - Toegezegd wordt dat de raad volledig geïnformeerd wordt over de de inrich- Hekman tingsplannen kan inzien. - Toegezegd wordt dat de raad wordt geïnformeerd als variant 2 niet uitvoer- Hekman baar blijkt. - De groeninvulling zal in belangrijke mate volgend zijn aan de bouwactiviteiten. - De raad wordt royaal tijdig geinformeerd over de resultaten van de toets Luchtenveld (voldoet uitwerking variant 2 aan alle randvoorwaarden) en voordat het college een definitief besluit neemt over 19.2-procedure kan de raad een en ander nog agenderen voor De Ronde. Wethouder Luchtenveld: - Toegezegd wordt dat 100% aan de randvoorwaarden moet zijn voldaan. Voldoet een variant niet 100% aan de randvoorwaarden, dan wordt geen artikel 19 procedure gestart. Een toets moet de 100%-norm aantonen. - Er zal dynamisch worden gesimuleerd of de verwerkingscapaciteit voldoende is. - Vanuit ecologisch standpunt is een ontsluiting via de noordkant /westkant onwenselijk. Daarom dient de ontsluiting van Het Huis van de Watersport via de Schans te lopen. - Er kunnen eventueel diverse maatregelen worden genomen om sluipverkeer via de Hamseweg te voorkomen. - Het is niet verstandig om de keuze voor een bepaalde ontsluiting te baseren op de psychologische beleving van een bepaalde route. Verkeerskundig is

6

de doorstroming op de Maatweg van belang, waarop straks een extra verkeerslichteninstallatie aanwezig is. Kleijne (Meander): - Er zullen zo veel deskundige bureaus worden ingeschakeld als nodig zijn om een oordeel te vellen over verkeerskundige oplossingen c.q. haalbaarheid van knelpunten in de diverse varianten. Inspreker Bazelmans (namens omwonenden Maatweg): - De ecologische zone wordt zonder meer doorsneden, ongeacht welke verkeersoplossing wordt gekozen. Inspreekster Norp (namens SGLA): - Heeft de raad nogmaals de mogelijkheid om te reageren voordat de artikel 19 procedure wordt gestart? Wethouder Hekman: - De raad krijgt informatie over de verkeersuitwerking en de toetsing en kan zelf bepalen of bespreking nodig is. Samenvattend: Voorontwerp wordt voor advies naar de Provinciale Planologische Commissie gestuurd.

Vastgesteld in de vergadering van ** februari 2007. De secretaris,

De voorzitter,

7

DEFINITIEF PROGRAMMA VAN EISEN INRICHTINGSPLAN MAATWEG E.O.

17 Maart 2010

#3359690

Definitief programma van eisen inrichtingsplan Maatweg e.o.

1

Inleiding ........................................................................................................................ 3 1.1

Aanleiding ____________________________________________________________ 3

1.2

Opzet programma van eisen ______________________________________________ 3

2

Het plangebied .............................................................................................................. 4

3

Randvoorwaarden en uitgangspunten .......................................................................... 5 3.1

Besluitvorming _________________________________________________________ 5

3.2

Wijzigingen ten opzichte van structuurplan ___________________________________ 5

3.3

Randvoorwaarden en aandachtspunten ______________________________________ 6

3.4

Financiën en risico’s ____________________________________________________ 15

4

Communicatie inrichtingsplan Maatweg ..................................................................... 18

5

Planproces ................................................................................................................... 19

6

5.1

Ontwerp en uitvoering __________________________________________________ 19

5.2

Planning _____________________________________________________________ 20

Bijlagen........................................................................................................................ 21 Bijlage 1: inrichtingsplan Maatweg______________________________________________ 21 Bijlage 2: plangebied met deelgebieden __________________________________________ 22 Bijlage 3: PVE Verkeer ________________________________________________________ 23 Bijlage 4: Grebbelinieprofiel ___________________________________________________ 25 Bijlage 5: werkafspraken Werk aan de Glashut _____________________________________ 26 Bijlage 6 Samenvatting van reacties van de gesprekken met eigenaren en gebruikers 2008 __ 30

2 Definitief programma van eisen inrichtingsplan Maatweg eo

1 Inleiding 1.1 Aanleiding Op 8 maart 2005 heeft de gemeenteraad het Structuurplan Maatweg vastgesteld, waarin naast de ruimtelijke inpassing van het ziekenhuis aan de Maatweg, in grote lijnen de overige ontwikkelingen in het plangebied zijn aangegeven. Het voorontwerp bestemmingsplan is door het college in januari 2007 vastgesteld. De Provinciaal Planologische Commissie heeft in oktober 2007 een verklaring van geen bezwaar afgegeven voor een deel van het bestemmingsplangebied Maatweg (o.a. nieuwbouw ziekenhuis). Voor een deel van het bestemmingsplangebied is door de provincie geen verklaring van geen bezwaar afgegeven. De reden hiervoor is dat de provincie eerst duidelijkheid wil over het inrichtingsplan voor het Maatweggebied.

1.2 Opzet programma van eisen In het structuurplan Maatweg en in het voorontwerp bestemmingsplan staan de kaders genoemd waaraan de inrichting van het gebied moet voldoen. Onderdeel van dit programma van eisen is het inrichtingsplan dat door een landschapsbureau is opgesteld (zie bijlage 1). In dit programma van eisen worden de randvoorwaarden en aandachtspunten aangegeven voor de verdere uitwerking van de onderscheiden deelgebieden van het inrichtingsplan. Na een korte beschrijving van het plangebied in hoofdstuk 2, worden in hoofdstuk 3 de randvoorwaarden en uitgangspunten gegeven per deelgebied. In de daarop volgende hoofdstukken wordt ingegaan op de communicatie en het planproces.

3 Definitief programma van eisen inrichtingsplan Maatweg eo

2 Het plangebied Het plangebied van het inrichtingsplan Maatweg bestaat uit de grenzen van het voorontwerp bestemmingsplan Maatweg, exclusief de Balladelaan. In bijlage 2 wordt inzichtelijk gemaakt wat de plangrens is en welke deelgebieden er zijn. De volgende deel- en subdeelgebieden worden onderscheiden 1. Grebbeliniedijk a. Stuw en omgeving b. Jachthaven De Eemkruisers c. Jachtwerf Elzenaar d. Woonboten e. Huis van de Watersport f. Viaduct Bunschoterstraat g. Gemaal 2. Kop van Schothorst 3. Het werk aan de Glashut, de Schans 4. Het schootsveld 5. Meander Medisch Centrum 6. Weilanden Bunschoterstraat 7. Maatweg Hieronder wordt op een aantal deelgebieden nader ingegaan, omdat er nieuwe ontwikkelingen zijn ten opzichte van het concept programma van eisen van 2008. Ad 1. Grebbeliniedijk Over het (sub)deelgebied woonboten (1d) heeft de gemeenteraad op dinsdag 26 januari 2010 een besluit genomen over de definitieve situering van de ligplaatsen. Het programma van eisen en de verdere uitwerking van dit (sub)deelgebied gaat vooral in op het gebruik van de oever door de woonboten, dit in relatie tot de dijkverbetering en de ecologische verbindingszone. In het inrichtingsplan is de situering van de woonboten opgenomen, zoals is vastgesteld in de raad d.d. 261-2010. De situering van het Huis van de Watersport (subdeelgebied 1e) wijkt af van de situering van het Huis van de Watersport zoals opgenomen in het voorontwerp bestemmingsplan (achter de dijk op het terrein van Meander Medisch Centrum). De in dit programma van eisen aangegeven locatie van het Huis van de Watersport is de situering die vanuit de partners van het Huis van de Watersport het meest wenselijk is. Tussen de gemeente en de provincie heeft op bestuurlijk niveau overleg plaatsgevonden over deze locatie. De Grebbeliniedijk moet namelijk 17 meter verplaatst worden en daarnaast komt het Huis van de Watersport in de ecologische verbindingszone te liggen. De provincie heeft per brief d.d. 1 maart 2010 aangegeven akkoord te zijn met de locatie, onder een aantal condities. Ad 2 Kop van Schothorst Het project Kop van Schothorst is vooralsnog stil gelegd (collegebesluit d.d 23-2-2010.). Ad 4 Het Schootsveld In 2008 heeft de gemeente Amersfoort de resterende grond met bebouwingsmogelijkheiden, welke in particulier eigendom was, aangekocht. Ad 7 Maatweg De raad heeft op 22 september 2009 ingestemd met een verdere uitwerking van de aanvullende maatregelenlijst uit het VERDERpakket. Eén van de maatregelen in dit pakket is het versnellen en verhogen van de betrouwbaarheid van de busverbinding Amersfoort Centrum – Amersfoort Vathorst. Concreet voor de Maatweg betekent dit dat wordt onderzocht of en hoe infrastructuur voor de bus kan worden aangelegd of aangepast om het openbaar vervoer op dit deel van de route betrouwbaarder en sneller te maken. Daarbij wordt gedacht aan een vrije busbaan of busstrook, en aanpassingen van de verkeersregelinstallaties om de vertraging voor de bus te minimaliseren. Ter nuancering van het opsplitsen van het gebied in deelgebieden wordt opgemerkt, dat het inrichtingsplan als algemene doelstelling heeft om meer samenhang te brengen in het hele Maatweggebied. 4 Definitief programma van eisen inrichtingsplan Maatweg eo

3 Randvoorwaarden en uitgangspunten 3.1 Besluitvorming Op 8 maart 2005 heeft de gemeenteraad het Structuurplan Maatweg vastgesteld, waarin naast de ruimtelijke inpassing van het ziekenhuis aan de Maatweg, in grote lijnen de overige ontwikkelingen in het plangebied zijn aangegeven. Het voorontwerp bestemmingsplan is door het college op 16 januari 2007 vastgesteld en in de Ronde ter peiling geweest op 30 januari 2007. De provinciale planologische commissie heeft 31 oktober 2007 de verklaring van geen bezwaar afgegeven voor een deel van het bestemmingsplangebied Maatweg. Inmiddels is de bouwvergunning eerste fase voor het ziekenhuis verleend en is de afgifte van de bouwvergunning tweede fase in een afrondende fase. Voor de aanpassingen aan de Maatweg door de komst van het ziekenhuis zijn al verkeerskundige schetsen gemaakt om een beoordeling te kunnen geven over de verkeersafwikkeling. Overleg heeft hierover plaatsgevonden met een werkgroep verkeer. Op 16 oktober 2007 is de verkeersafwikkeling van Meander medisch centrum aan de orde geweest in de Ronde van de raad. Bij de verdere uitwerking van dit deelgebied dienen de kaders die door de raad zijn aangegeven meegenomen te worden. Op 22 september 2009 heeft de gemeenteraad ingestemd met een verdere uitwerking van de projecten uit de aanvullende maatregelenlijst uit het VERDERpakket en heeft de raad ingestemd met het procesvoorstel om tot nadere besluitvorming van de maatregelen te komen. Een van deze projecten is een snelle, betrouwbare OV verbinding realiseren voor de buslijnen van Amersfoort Centrum naar Amersfoort Vathorst. Concreet gaat het om het asfalteren van de Brabantsestraat, busstroken bij de Maatweg en bij de aanloop naar de kruisingen Maatweg – Ringweg Koppel en Bergpas – A1. Ook worden de verkeerslichten op de genoemde kruisingen aangepakt zodat de bus hier prioriteit krijgt.

3.2 Wijzigingen ten opzichte van structuurplan Fietsoversteek Er komt geen gelijkvloerse fietsoversteek over de Maatweg (ter hoogte van de Oude Hooglandseweg). Vanuit het oogpunt van verkeersveiligheid is het ongewenst een oversteek voor langzaam verkeer aan te leggen tussen twee kruispunten in. Stil asfalt Al vanaf het structuurplan wordt gesproken over het toepassen van geluidsreducerend asfalt (zeer stil asfalt, geluidsarm asfalt) op de Maatweg. Ook in geluidsonderzoeken is hiermee rekening gehouden. Het is echter niet mogelijk om op het volledige wegvak van de Maatweg geluidsreducerend asfalt toe te passen. Dit geldt vooral bij de kruispunten, omdat de werking in korte termijn teniet wordt gedaan door de verkeersbewegingen die daar plaatsvinden. Aangezien ook kort op elkaar een aantal kruispunten ligt, is onderzocht welke vorm van geluidsreducerend asfalt het beste gebruikt kan worden. Het asfalt dat het beste hiervoor geschikt wordt geacht is SMA 0/6. Tractoren Maatweg In het voortraject is ervan uitgegaan dat tractoren in de toekomst op de Maatweg zouden komen te rijden. Dit betekent dat het kruispunt bij de Bunschoterstraat aangepast moet worden. De provincie heeft inmiddels aangegeven niet akkoord te zijn met deze aanpassing van de Bunschoterstraat. Tractoren zullen in de toekomst over de bestaande parallelvoorziening (fietspad of parallelweg) blijven rijden en gebruik blijven maken van de bestaande oversteek van de Bunschoterstraat. 5 Definitief programma van eisen inrichtingsplan Maatweg eo

Ecologische verbindingszone (EVZ) Gelet op de vele bestaande functies aan de dijk en vooral de vele verharde oevers langs de Eem is het niet mogelijk de ecologische verbindingszone langs de Eemzijde te realiseren. Er wordt daarom uitgegaan van het verleggen van de ecologische verbindingszone van de Eem naar de geplande oude Eemloop en De Schans. In verband met het huidige gebruik van het deelgebied de Stuw, kan de ecologische verbinding van en naar het Valleikanaal niet in deelgebied Stuw en omgeving worden gerealiseerd. De ecologische verbinding tussen het Valleikanaal en de Eem zal over de Kop van Schothorst lopen. De verbinding loopt buitenlangs (rode lijn) in verband met de bedachte bebouwing op deze locatie.

3.3 Randvoorwaarden en aandachtspunten Op basis van de kaders zoals aangegeven in het structuurplan Maatweg, het voorontwerp bestemmingsplan en het concept programma van eisen inrichtingsplan Maatweg heeft een landschapsbureau het inrichtingsplan Maatweg gemaakt (bijlage 1). Voor de volgende deelgebieden is naast de overzichtskaart van het inrichtingsplan een afzonderlijke kaart van het deelgebied opgenomen met daarin aangegeven de profielen en de maatregelen: - deelgebied De Stuw - deelgebied jachthaven De Eemkruisers - deelgebied jachtwerf Elzenaar, De Schans - deelgebied Huis van de Watersport/woonboten - deelgebied Weilanden Bunschoterstraat Voorgaande indeling in deelgebieden is niet geheel conform de in hoofdstuk 2 aangegeven indeling in deel- en subdeelgebieden. In deze paragraaf worden eerst de algemene randvoorwaarden aangegeven voor de nadere uitwerking. Vervolgens worden per deelgebied de randvoorwaarden, eisen en aandachtspunten aangegeven voor de verdere uitwerking. Met name de aandachtspunten komen voort uit de toetsresultaten van een eerdere versie van het inrichtingsplan. Het zijn punten die voor dit globale niveau van het inrichtingsplan nog niet aan de orde zijn en pas bij nadere uitwerking aandacht behoeven. Ook wordt per deelgebied ingegaan op de financiën, risico’s, planning en eventuele dilemma’s .

6 Definitief programma van eisen inrichtingsplan Maatweg eo

3.3.1 Algemeen Ecologie In het “Natuurgebiedplan Eemland” wordt aangegeven welke maat de gewenste ecologische inrichting vraagt en welke doelsoorten gewenst zijn. Voor de nadere uitwerking van de deelgebieden zal dit plan meegenomen moeten worden. Op plekken waar dat mogelijk is, kan de oever van De Eem en de Grebbeliniedijk een belangrijke ondersteunende functie vervullen. Ook door het versterken van de laanbeplanting in het gebied kunnen de natuurwaarden voor sommige doelgroepsoorten versterkt worden. Een minimale natuurvriendelijke inrichting van de Eemoever met onder andere oeverrietvegetatie blijft van belang. Hydrologie De uitgangspunten van het waterschap staan weergegeven in de notitie “Normering en uitgangspunten stedelijk gebied”. Daarnaast zijn de volgende uitgangspunten van toepassing: • •

• •

• •

• •

Aansluiting op ingediende profielen. Geen graafwerkzaamheden en beplanting op het dijklichaam; Berging hemelwater door voldoende oppervlaktewater (10% van verhard oppervlak). Ervoor zorgen dat alle neerslagwater bij het oppervlaktewater kan komen, liefst oppervlakkig afstromend via een natuurlijk hoogteverloop; Nieuw opp.waterpeil 0,00 m NAP; Mogelijke peilstijging is 0,40 m (1 maal per 10 jr.) en 1,20 m (1 maal per 100 jr.). Hier moet inrichting, parkeerterrein, maar ook aanleghoogte van gebouw op zijn afgestemd: minimale drempelhoogte van gebouw is +1,20 m NAP, anders loopt de kelder vol; De vloerpeilhoogte is i.v.m. overstroming na dijkdoorbraak +2,65 m NAP; Minimale diepte van de watergang is 1m; Het natte profiel (dus onder water) moet toegankelijk en te onderhouden zijn. Daarbij moet ook gedacht worden aan bevaarbaarheid (min. bodembreedte 2,0 m) of onderhoud vanaf de kant. Als er voor bevaarbaarheid wordt gekozen, moet de brug een doorvaarthoogte van 1,2 m te hebben. Over kwaliteit van afkoppelen (het scheiden van regen en vuilwater): zie website: www.wve.nl/afkoppelen; Aandacht voor het voorkomen van gebruik van uitlogende materialen.

Bij de uitwerking van de plannen zal moeten worden bepaald of de Oude Eemloop een rechtstreekse verbinding met de Eem kan krijgen. In dat geval is een doorsteek van de waterkering nodig. Civiele techniek Het uitgangspunt is het Standaard programma van eisen Openbare ruimte, 2010. Verkeer en parkeren Voor verkeer en parkeren is een uitgebreid programma van eisen (verder pve) opgenomen in bijlage 3. Brandweer Een weg is alleen te gebruiken door de brandweer wanneer die recht doet aan de specifieke afmetingen van brandweervoertuigen. Hieronder de voorwaarden: Totaalgewicht 25 ton Asbelasting 10 ton • Doorgangshoogte 4,2 meter • Rijbaanbreedte 3,5 meter in open terrein • Bochtenstraal binnenbocht 5,5 meter, buitenbocht 10 meter. • Opstelplaats tankautospuit heeft 4 meter wegbreedte nodig. Het is raadzaam bij bouwwerken (gebouw van watersport en woonboten) een opstelplaats te creëren van 4 bij 10m. Doodlopende wegen langer dan 40 meter zijn toegestaan indien er een keerlus aanwezig is. 7 Definitief programma van eisen inrichtingsplan Maatweg eo

Indien auto’s geparkeerd staan langs de weg kan dat belemmerend werken voor brandweervoertuigen. Geadviseerd wordt om een parkeerverbod in te stellen. Primaire bluswatervoorziening (hydranten) maken een snelle brandweerinzet mogelijk. Het water van de Eem kan als bluswatervoorziening dienen, als aan de volgende eis wordt voldaan: • Totale afstand tussen water en opstelplaats is maximaal 8 meter • De verticale afstand tussen het waterniveau en de opstalplaats is maximaal 5 meter.

Beheer De gemeente is verantwoordelijk voor het beheer van de openbare ruimte. In het plangebied is een groot aantal particuliere eigenaren aanwezig. Uitgangspunt is dat voor de terreinen die heringericht worden een beheerplan wordt opgesteld. Dit geldt in ieder geval voor die terreinen die door de Oude Eemloop zijn verbonden: het terrein van Meander Medisch Centrum, de EVZ Coelhorst-Schothorst (nader te bepalen grootte) en de Schans. Een gezamenlijk beheerplan is gewenst. Het heeft de voorkeur het beheer bij één instantie onder te brengen. Voor wat betreft de subdeelgebieden die vallen onder de Grebbeliniedijk zijn afspraken gemaakt in de samenwerkingsovereenkomst over het opstellen van een beheerplan in samenwerking met het waterschap. Het fietspad op de dijk en de ontsluitingsweg tot aan het Huis van de Watersport zullen via een zakelijk recht de verantwoordelijkheid worden van de gemeente. Voor het toekomstige beheer is rekening gehouden met een beheerbudget van 10% van de investeringskosten. Dit bedrag is in mindering gebracht van het totaal beschikbaar budget voor de aanleg van de fietspaden.

3.3.2 Grebbeliniedijk Randvoorwaarden - Voor het inrichtingsplan Maatweg is een eigentijds grebbelinieprofiel ontworpen. In bijlage 4 is schematisch weergegeven hoe dit profiel er uit komt te zien en in hoeverre dit afwijkt van het basisprofiel van het waterschap. In dit profiel wordt boven op de dijk gefietst en kan aan de Eemzijde gewandeld worden. Het fietspad is voor een deel ook bestemd als coachpad. Dit profiel wordt ook buiten het Maatweggebied doorgezet tot aan Krachtwijk. Onderzocht wordt nog op welke manier het fietspad na de Bunschoterstraat verder zal gaan lopen. -Vanuit het oogpunt van verkeersveiligheid en beheer is een minimale wegbreedte aangegeven op de dijk. * Daar waar er sprake is van een ontsluitingsweg is de volgende maatvoering in deze situatie acceptabel: Wegbreedte van 3,5 meter, aan beide zijden van de weg een verharde grasberm van 40 cm en tot slot aan weerszijden een berm van 1.35 m. De totale minimaal gewenste dijkbreedte komt daarbij op 7 meter. * Daar waar sprake is van alleen een fietspad op de dijk is een dijkbreedte van 5,50 meter wenselijk. Daarbij is uitgegaan van een fietspad van 2,5 meter breed met aan weerszijden een berm van 1,50 meter breed. Financiën en planning Het waterschap verbetert de dijk en zal daarbij het hiervoor aangegeven profiel realiseren. De dijkverbetering wordt gefinancierd door het rijk. Voor het realiseren van het grebbelinieprofiel is een provinciale subsidie aan het waterschap gegeven vanuit “Grebbelinie boven water”. Op de dijk wordt een fietspad aangelegd. Dit fietspad wordt bekostigd door de gemeente uit het investeringskrediet “Paden langs de Eem” en een bijdrage van de provincie. Hiertoe is een samenwerkingsovereenkomst opgesteld tussen waterschap, provincie en gemeente. In deze overeenkomst wordt geregeld dat het waterschap naast de dijkverbetering, voor rekening van de gemeente en/of de provincie een aantal extra werkzaamheden uitvoert. Het waterschap maakt op basis van het vastgestelde inrichtingsplan een dijkverbeterplan waarin de extra wensen van gemeente en provincie zijn meegenomen. De uitwerking van de deelgebieden die vallen onder de Grebbeliniedijk wordt gedaan door het waterschap (uitgezonderd het deelgebied De Stuw). 8 Definitief programma van eisen inrichtingsplan Maatweg eo

Momenteel is het waterschap bezig met de milieueffectrapportage. Start uitvoering van de dijkverbetering staat gepland in 2012. Dilemma Op sommige punten is de vanuit verkeer en beheer gewenste dijkbreedte van 7 meter van nature al aanwezig. Op andere plekken, onder andere bij de ontsluitingsweg tussen Eemkruisers en De Schans en het gedeelte van de dijk tussen de jachthaven van Elzenaar en de woonboten, is de dijk veel smaller en zal het waterschap slechts een minimale dijkbreedte (van 4 meter kruinbreedte) realiseren. Indien de gemeente een bredere dijk wenst dan de voor het waterschap benodigde breedte, zal de gemeente deze extra kosten moeten betalen. De kosten van een eventuele dijkverbreding hangen samen met het aangrenzende eigendom. Op dit moment zijn hiervoor geen financiële middelen voorhanden. Het waterschap nog bezig met het ontwerpen van de dijkprofielen en het opstellen en doorrekenen van de varianten. Op basis van deze uitkomsten zal door de gemeente bekeken worden in hoeverre een dijkverbreding nog wenselijk is of dat andere oplossingen mogelijk zijn (bijvoorbeeld eenrichtingsverkeer). Indien hieruit blijkt dat toch een dijkverbreding noodzakelijk is, dan wordt hiervoor budget aangevraagd in het kader van de jaarrekening.

3.3.2.a Stuw en omgeving Randvoorwaarden - De te verleggen gasleiding onder open verharding situeren. Hiervoor een nieuw tracé aangeven. - In het gebied is een rioolwaterpersleiding gelegen, geen nieuwbouw hierop projecteren - Gasleiding mag niet in de toekomstige dijk komen te liggen - Ontwerp botenstalling in nauw overleg tussen kanovereniging en gemeente. Nagaan bij vereniging in hoeverre het mogelijk is om rekening te houden met een mogelijke toekomstige verplaatsing. Ontwerp nieuwbouw scouting in nauw overleg tussen gemeente en scouting. Nagaan bij vereniging in hoeverre het mogelijk is om rekening te houden met een mogelijke toekomstige verplaatsing. - Aangeven terreinbegrenzingen van scouting en kanovereniging in nauw overleg met de gebruikers. - Maatvoering (breedte en diepte) waterpartij afstemmen op activiteiten in gebied. Aandachtspunten voor uitwerking - Aandacht voor de restanten van een gietijzeren kazemat, die mogelijk nog onder het huidige scouting gebouw zitten. Indien het betonblok nog gaaf is, zou deze zichtbaar op de dijk geplaatst kunnen worden. - Aangeven toekomstige peilen in het gebied en de diepte van de watergang. - Aangeven soort beschoeiing. - Aandacht voor markering bij bijzonder Grebbeliniepunt in de aansluiting met overzijde. - Aangeven verlichting bij de speelvelden, waar de hekken komen, hoe de dukdalven geplaatst gaan worden. Risico’s - Mogelijke slibafzetting in de havenmond. In dat geval zal er vaak gebaggerd moeten worden met hoge kosten o.a. voor het afvoeren van vervuild slib. Financiën en planning Voor de voorgestelde maatregelen in dit deelgebied zijn vooralsnog geen financiële middelen voorhanden. De scouting en de kanovereniging die nieuwbouw en verbouw plannen hebben dienen de financiering zelf te regelen. Mogelijk dat nog wel een aanvraag wordt gedaan bij de gemeente in het kader van de 1/3 regeling. In het kader van de grexwet moet met betrekking tot de nieuwbouwmogelijkheden die worden geboden in het bestemmingsplan een anterieure overeenkomst gesloten worden met de partijen die willen nieuwbouwen. Dilemma’s Het inrichtingsplan voor dit deelgebied gaat uit van het verleggen van de dijk richtig Ringweg Koppel. Deze positionering van de dijk is één van de varianten voor het waterschap voor dit deelgebied. In het kader van de milieueffectrapportage worden de varianten voor- en achterlangs afgewogen. Indien

9 Definitief programma van eisen inrichtingsplan Maatweg eo

door het waterschap wordt besloten om de dijk aan de Eemzijde te verbeteren dan zal voor dit deelgebied een ander inrichtingsplan gemaakt moeten worden. Een ander aspect dat speelt is dat het deelgebied ook onderdeel is van één van de scenario’ van de studie naar de Kop van Isselt. De visie voor de Kop van Isselt is een lange termijn visie (15 a 20 jaar). Dit betekent op dit moment dat bij bouwplannen binnen het gebied met de initiatiefnemers wordt overlegd over de mogelijkheid van verplaatsbare gebouwen. 3.3.2.b Jachthaven De Eemkruisers Randvoorwaarden De aansluiting EVZ vanuit de Kop van Schothorst over de bestaande toegang van de Eemkruisers naar De Schans voor zover mogelijk uitwerken als een “natte verbinding” met moeras, poeltjes etc. Aandachtspunten voor uitwerking - Door het (ver)leggen van de bestaande asfaltweg door het waterschap moeten mogelijk ook een aantal leidingen worden verlegd (risico waterschap). - Realiseren afstapplek / uitzichtpunt op het Werk aan de Glashut met een informatiebord en eventueel een bankje - Bij de invalsweg/kruising met de Maatweg een informatiebord een afstapplekje voor wandelaars en fietsers om ze de goede weg naar de Eem te wijzen, zoals een bord van het provinciaal fietsknooppuntenplan. - Bij voorkeur de eventuele duiker vanuit de Kop van Schothorst combineren met de ecopassage. Financiën en planning In het kader van de subsidie “Grebbelinie boven water’ zijn de kosten van het opnieuw inrichten van de voormalige entree van de jachthaven meegenomen. Het waterschap zal de meeste van de bestaande bomen en struiken verwijderen in verband met de dijkverbetering. Daarnaast zullen zij een hekwerk terugplaatsen op de door de gemeente en Eemkruisers gewenste locatie. Onderzocht moet worden of de subsidie ook voldoende is om de inrit van de Eemkruisers te verplaatsen. Hiervoor moeten asfalteerwerkzaamheden plaatsvinden. Om het subsidiegeld in te kunnen zetten zal een nader ontwerp gemaakt moeten worden voor de voormalige entree en de verplaatsing van de inrit van de Eemkruisers. De nadere uitwerking kan pas worden gemaakt zodra helder is welke oplossingen het waterschap kiest voor de dijkverbetering in dit deelgebied. In verband met het wijzigen van de entree zal het huurcontract van de Eemkruisers nog aangepast moeten worden. 3.3.2.c Jachtwerf Elzenaar Randvoorwaarden -Huidige loods en clubhuis van Hemus staan vooralsnog nog ingetekend op het inrichtingsplan. Bij verplaatsing van Huis van de Watersport naar de locatie tet hoogte van het nieuwe ziekenhuisterrein inzetten op een zo groen mogelijke invulling van het terrein en de gebouwen die zij momenteel in gebruik hebben. Gebruik van loods zoveel als mogelijk reguleren in bestemmingsplan. - Getekende afrit naar parkeerplaatsen Elzenaar aanpassen aan geldende normen Financiën en planning Kosten die binnen dit deelgebied gemaakt moeten worden hebben met name betrekking op de dijkverbetering. Daarnaast wordt het fietspad gesitueerd op grond die momenteel nog gehuurd wordt door Elzenaar. Naast het fietspad moet ook de aanleg van de haag en het bijbehorende hekwerk worden gefinancierd uit het totale budget voor het fietspad. Het realiseren van een parkeervoorziening bij de jachthaven Elzenaar zal mogelijk bekostigd worden door het waterschap. Dit omdat de parkerende auto’s mogelijk conflicteren met de dijkverbetering. Nadere uitwerking van dit sub-deelgebied zal plaatsvinden door het waterschap in nauw overleg met de gemeente en Elzenaar. Uit de nadere uitwerking moet helder worden op welke manier het parkeren opgelost wordt. Het bestaande huurcontract tussen gemeente (SRO) en Elzenaar moet aangepast worden vanwege aanpassing begrenzing huurcontract en de onderhoudsverplichting van de haag.

10 Definitief programma van eisen inrichtingsplan Maatweg eo

Daarnaast moeten afspraken met Elzenaar worden gemaakt over de toekomstige invulling van het huidige terrein en de gebouwen die Hemus achterlaat. 3.3.2.d/e Woonboten en Huis van de Watersport Randvoorwaarden - De keermogelijkheid voor vrachtauto’s bij het Huis van de Watersport mag geen gevolgen voor het dijklichaam hebben - Veilige vlonder bij Huis van de Watersport realiseren in verband met scheepvaartbewegingen - Over het water mogen geen gebouwdelen van het Huis van de Watersport uitsteken, dit in verband met de benodigde manoeuvreerruimte van de scheepvaart. - Indien het parkeren voor het Huis van de Watersport plaatsvindt op het ziekenhuisterrein dan moet de voetgangersverbinding vanaf het ziekenhuisterrein richting het Huis van de Watersport de ecologie zo min mogelijk belasten. Aandachtspunten voor uitwerking - Aangeven hellingsbanen en ontsluiting van de woonboten - Detailuitwerking benodigde dijkverplaatsing bij woonboten - Aangeven voldoende parkeerplaatsen bij woonboten - Rekening dient gehouden te worden met de aanleg van riolering en rioolaansluitingen. Alleen drukriolering voor de afvoer en transport van huishoudelijk afvalwater is mogelijk, hemelwater lozen op oppervlaktewater. Het aan te leggen drukriolering aansluiten op het bestaande drukrioleringssysteem in de Schans thv Elzenaar. Wel hydraulisch het systeem berekenen of dit wel kan en/of er aanvullende maatregelen noodzakelijk zijn. - De in het inrichtingsplan getekende bochtstraal is bij de weg van de woonboten, komende vanuit de jachtwerf te krap. De weg dient lokaal te worden verbreed, zodat deze bocht gemaakt kan worden. In nadere uitwerking moet worden bekeken of dit nog daadwerkelijk een probleem is en welke oplossingen mogelijk zijn. Financiën en planning Met betrekking tot de woonschepen is een bedrag gereserveerd voor het bouwen van de nieuwe schuurtjes en de aansluiting op elektriciteit en riolering. De overige kosten, onder andere de aanleg van de autotoerit, zijn voor rekening van het waterschap. De nieuwbouw van het Huis van de Watersport, de daarbij behorende kosten en de financieringsmogelijkheden zijn op 8 december 2009 besproken in de raad. De uitwerking van deze subdeelgebieden (Huis van de Watersport en woonboten) zal voor een groot deel plaatsvinden in het kader van het dijkverbeterplan door het waterschap in nauw overleg met de woonbootbewoners en de gebruikers van het Huis van de Watersport. Daarbij is nog nader overleg noodzakelijk met de provincie (Grebbelinie) over de eventuele verplaatsing van de dijk ter hoogte van de eerste woonboot. Alleen door verplaatsing kan een voldoende diepe tuin worden gerealiseerd. De uitwerking op het toekomstige terrein van Hemus vindt plaats door Hemus zelf in nauw overleg met de gemeente en het waterschap. Met betrekking tot het Huis van de Watersport moet nog wel overeenstemming worden bereikt met het ziekenhuis over de grondverkoop aan het waterschap (vanwege dijkverplaatsing) en de mogelijkheden van dubbelgebruik van de parkeerplaatsen bij het ziekenhuis. De feitelijke bouw van het Huis van de Watersport is pas mogelijk als de dijkverplaatsing en verbetering heeft plaatsgevonden. Volgens de huidige planning zal dit niet eerder zijn dan 2013. 3.3.2.f/g Viaduct Bunschoterstraat en gemaal Aandachtspunten voor uitwerking - Het nieuwe gemaal en de doorgaande watergang kunnen voor veel diersoorten een nieuwe barrière gaan vormen - Ecologische inrichting van de passage onder de Bunschoterstraat. Is vrij krap met wandelpad/ fietspad. Op basis van inmeting afweging nadere uitwerking. - Fietspad in relatie tot aanwezige bunker

11 Definitief programma van eisen inrichtingsplan Maatweg eo

- Vanuit recreatief oogpunt zijn bankjes in de nabijheid van fiets/wandelpad gewenst. Nadere uitwerking in afstemming met Grebbelinie. - Keermogelijkheid bij gemaal. Financiën en planning Naar verwachting is aan het einde van het eerste kwartaal 2010 helderheid over de eventuele verplaatsing van het gemaal en de kosten van deze verplaatsing. Aangezien de ontwikkeling van de Kop van Schothorst is uitgesteld, is geen dekking aanwezig voor een eventuele bijdrage vanuit de gemeente aan de verplaatsing van het gemaal. Verplaatsingkosten zijn dan volledig voor rekening van het waterschap. Als het gemaal niet verplaatst wordt, moeten maatregelen getroffen worden om het waterpeil in het gebied aan te passen. In het inrichtingsplan is rekening gehouden met een waterpeil dat is aangeven door het waterschap en dat rekening hield met de verplaatsing van het gemaal. Kosten van een dergelijke voorziening zijn voor rekening van het waterschap.

3.3.3 Kop van Schothorst Randvoorwaarden -EVZ Valleikanaal-Eem wordt gerealiseerd op de Kop van Schothorst. - Bij de nadere uitwerking moet rekening worden gehouden met de busbanen langs het deelgebied Kop van Schothorst Financiën en planning Budgettair neutrale ontwikkeling. Toekomstige grondverkoop van Kop van Schothorst moet gemaakte en nog te maken planontwikkelingskosten Kop van Schothorst en inrichtingsplan Maatweg dekken. Op de Kop van Schothorst wordt al wel geïnvesteerd in het totstandbrengen van de ecologische verbindingszone. In het kader van de samenwerkingsovereenkomst.EVZ-Valleikanaal tussen het waterschap, provincie, gemeente en Utrechtslandschap is een bedrag voor de Kop van Schothorst gereserveerd van € 220.000.

3.3.4 Het werk aan de Glashut, de Schans In bijlage 5 zijn de met de eigenaar van de Schans overeengekomen maatregelen opgenomen die in dit deelgebied wenselijk zijn. Een uitwerking voor dit deelgebied heeft daarmee al plaatsgevonden. Financiën en planning In het kader van de “Grebbelinie boven water” is subsidie van de provincie verkregen voor het opknappen van het “Werk aan de Glashut”. De eerste fase van de werkzaamheden heeft inmiddels plaatsgevonden. In verband met het vrijvallen van subsidie elders, ontstond er de mogelijkheid om een subsidie te verkrijgen voor het Werk aan de Glashut onder voorwaarde dat de werkzaamheden in 2009 moesten zijn gestart of een verplichting aangegaan moest zijn. Begin 2010 zijn de werkzaamheden uitgevoerd. In de subsidieaanvraag zijn nog meer werkzaamheden opgenomen voor dit deelgebied. Een afweging dient nog gemaakt te worden in het totaal van de subsidie welke maatregelen nog getroffen gaan worden. In elk geval moet nog een overeenkomst worden gemaakt waarin afspraken met de eigenaar worden gemaakt over het toekomstig beheer en de instandhouding van de werkzaamheden.

3.3.5 Het schootsveld Randvoorwaarden -Geluidswerende voorzieningen zijn noodzakelijk om woningbouw mogelijk te maken. -De verkaveling zoals opgenomen in het inrichtingsplan moet nog aangepast worden op eventuele busbanen op de Maatweg. Aandachtspunten voor uitwerking 12 Definitief programma van eisen inrichtingsplan Maatweg eo

-onderzoeken civieltechnische wenselijkheid verplaatsing voetpad naar andere zijde van De Schans - nader onderzoeken mogelijkheden van wegversmalling op het gedeelte van de Schans het dichtst bij het toekomstig ziekenhuis, rekening houdend met aangrenzend gebruik van aanwonenden (erfafscheiding en parkeren) Financiën en planning De Kaveluitgifte langs de Schans kan niet eerder plaatsvinden dan nadat het bestemmingsplan Maatweg onherroepelijk is.

3.3.6. Meander Medisch Centrum (incl. nieuwe ontsluitingsweg) Randvoorwaarden Ziekenhuisterrein -In nauw overleg met de ecoloog van de gemeente moet de ecologische zone op het terrein van Meander worden vormgegeven. - Als overeenstemming wordt bereikt met Meander over het dubbelgebruik van de parkeerplaatsen, moet op het terrein een voetgangersontsluiting van de parkeerplaatsen naar het Huis van de Watersport worden vormgegeven. Deze ontsluiting mag geen verstoring van de ecologische verbindingszone betekenen. Nieuwe ontsluitingsweg tussen De Schans en het ziekenhuisterrein - Er is maar beperkte ruimte aanwezig voor haaksparkeren langs de nieuwe ontsluitingsweg. Met Meander is in het verleden de afspraak gemaakt dat de definitieve situering van het geluidsscherm wordt bepaald aan de hand van benodigde ruimte voor de ontsluitingsweg. -Bij de uitwerking van dit deelgebied moet rekening gehouden worden met de afstand tussen bermsloot en rijweg van de nieuwe ontsluitingsweg. - Indien haaksparkeerplaatsen daadwerkelijk gerealiseerd moeten worden, dan bij de uitwerking aangeven dat de koppen van de tussenbermen (waar de bomen staan) overrijdbaar moeten zijn. -De overgang naar het gebied van Meander is vanuit ecologisch oogpunt een flessenhals. Een brug met ruimte voor doorlopende oevers heeft vanuit ecologisch oogpunt een sterke voorkeur boven (de nu getekende) duiker - Bestaande bomen langs de nieuwe ontsluitingsweg zoveel mogelijk handhaven. Financiën en planning ziekenhuisterrein De aanleg van de ecologische verbindingszone op het ziekenhuisterrein wordt bekostigd door Meander. De eventuele voetgangersverbinding op het terrein van het ziekenhuis is voor rekening van Hemus. De aanleg van de ecologische verbindingszone vindt plaats aansluitend op de nieuwbouw van het ziekenhuis. Nieuwe ontsluitingsweg tussen De Schans en het ziekenhuisterrein Ten behoeve van het Huis van de Watersport en deels ook voor het ziekenhuis zal de nieuwe ontsluitingsweg tussen het Werk aan de Glashut en het ziekenhuisterrein worden aangelegd. Ook zal de ontsluitingsweg op de dijk verder doorgetrokken moeten worden richting Huis van de Watersport om het gebouw te ontsluiten voor bevoorrading en botentrailers. De extra kosten ten behoeve van het Huis van de Watersport zijn geraamd op circa € 300.000. In de raad is op 8-12-2009 besloten deze kosten te dekken uit RSV 2. Indien dubbelgebruik van de parkeerplaatsen op het ziekenhuisterrein niet mogelijk is worden conform het inrichtingsplan parkeerplaatsen haaks op de nieuwe ontsluitingsweg aangelegd. De kosten van deze parkeerplaatsen zijn voor rekening van Hemus. De ontsluitingsweg kan pas verder uitgewerkt worden als duidelijk is of ook het parkeren voor Hemus hier plaats moet vinden. Om de aanleg van deze nieuwe ontsluitingsweg mogelijk te maken is bij de grondoverdracht destijds van Domeinen via de gemeente naar het ziekenhuis een stuk grond uit de verkoop gelaten. Deze verwervingskosten zijn opgenomen in de exploitatie van het inrichtingsplan. De verwervingskosten moeten goed gemaakt worden met de uitgifte van de kavels aan de Schans. 13 Definitief programma van eisen inrichtingsplan Maatweg eo

Mogelijk kan een deel van deze kosten nog terugverdiend worden indien de grond die niet nodig is voor de ontsluitingsweg aan de aangrenzende eigenaren verkocht kan worden.

3.3.7. Weilanden Bunschoterstraat Randvoorwaarden Zie onder ”3.3.1 Algemeen het gedeelte over ecologie”. Financiën en planning De huidige eigenaar van het grootste gedeelte van dit deelgebied wil vooralsnog niet meewerken aan het ecologisch inrichten van zijn terrein. Een eventuele verwerving en inrichtingskosten zouden gefinancierd worden uit de afdracht van € 2 miljoen uit het project Kop van Schothorst en de subsidie Groen Blauwe Structuur. Nu de ontwikkeling van het project Kop van Schothorst voorlopig is uitgesteld, zijn ook geen financiële middelen voorhanden om dit gebied te verwerven en in te richten. Indien op het moment van terinzagelegging van het ontwerp bestemmingsplan nog geen overeenstemming is bereikt met deze eigenaar over de ecologische inrichting, zal dit deelgebied de bestemming agrarisch krijgen met een wijzigingsbevoegdheid naar natuur. Dit mede vanwege de planschaderisico’s. Indien de huidige eigenaar dan op een later moment wel mee wil werken aan de omzetting naar natuur, kan door hem een beroep gedaan worden op rijkssubsidies voor waardevermindering, inrichtingskosten en beheerkosten. Consequenties In dit deelgebied is sprake van 2 ecologische verbindingzones 1. Eem-valleikanaal. Dit is een zogenaamde “natte” ecologische verbindingszone. Omdat de mogelijkheden langs de Eem beperkt zijn, is er in het totale plangebied gekozen voor het realiseren van de oude Eem. Vooral in dit deelgebied is er ruimte en zijn er in potentie mogelijkheden voor een optimale inrichting. Als er geen medewerking komt van de eigenaar van het grootste gedeelte van dit deelgebied dan wordt deze natte verbinding niet optimaal. Voor de specifieke doelsoorten die gebonden zijn aan plas-dras gronden worden dan nog geen voorzieningen geboden in dit gebied. Alleen de oevers van de Eem kunnen heringericht worden. Het deel Oude Eem dat op het terrein van het ziekenhuis wordt gerealiseerd zal daarnaast op een andere manier aansluiting moeten krijgen op de Eem en haar oevers 2. Coelhorst-Schothorst. Tussen Coelhorst en Schothorst loopt een “droge” verbindingszone. In dit deelgebied zou deze verbinding gerealiseerd worden. Onder andere extra bosschages zouden toegevoegd moeten worden. Als de eigenaar niet meewerkt zal ook deze verbindingszone niet optimaal ingericht kunnen worden. Waardevolle onderdelen van deze verbindingzone die wel gerealiseerd kunnen worden zijn: Het terrein op hoek de Maatweg/Bunschosterstraat heeft zich al ontwikkeld tot natuurgebied Bossches aan westzijde van het ziekenhuisterrein Overigens betekent dit niet dat er geen migratie van dieren mogelijk is, er wordt immers niet gebouwd op deze weilanden. Wat ook nog meespeelt is dat compensatienatuur nodig is voor de toenemende recreatieve druk. Deze moet bij voorkeur lokaal worden gerealiseerd om het effect zo goed mogelijk op te vangen. De gronden van dit deelgebied zijn bij uitstek een goede lokatie voor deze compensatie.

Dilemma Het ziekenhuis heeft nog een verplichting om 1,5 hectare bomen te compenseren in verband met de kap van de bomen op het terrein van Meander. Meander heeft te kennen gegeven deze bomen in het Maatweggebied te willen compenseren. Dit zou kunnen op de naastgelegen terreinen en de aanplant van de dubbele bomenrij op de Maatweg. Aangezien tot op heden geen overeenstemming is bereikt met de eigenaar van het grootste gedeelte van de naastgelegen terreinen, komt de bomencompensatie in het Maatweggebied onder druk te staan. 14 Definitief programma van eisen inrichtingsplan Maatweg eo

Een ander gedeelte van dit deelgebied is in eigendom bij een tweede eigenaar. Deze eigenaar heeft de natuur “zijn gang” laten gaan, waardoor er natuur met ecologische waarde is ontstaan. De vraag is op welke manier dit gedeelte meegenomen gaat worden in het bestemmingsplan. Indien de bestemming natuur voor dit gedeelte wordt opgenomen, wijkt dit af van het aangrenzende gedeelte waarvoor wordt voorgesteld om de bestemming agrarisch te handhaven met een wijzigingsbevoegdheid naar natuur. Nader overleg zal plaatsvinden met beide partijen. Op basis van de uitkomsten van dit overleg zal in het bestemmingsplan een keuze worden gemaakt welke bestemming voor deze gronden wordt opgenomen in het bestemmingsplan

3.3.8 Maatweg Financiën en planning De reconstructie van de Maatweg wordt bekostigd door Meander Medisch Centrum voor zover de ingrepen noodzakelijk zijn voor de bereikbaarheid van het ziekenhuis. Overige wensen aan de Maatweg zullen moeten worden bekostigd door de gemeente. Momenteel wordt onderzocht in hoeverre het financieel, ruimtelijk en milieutechnisch mogelijk is om busbanen te realiseren aan beide zijden van de Maatweg met als doel de openbaar vervoer verbinding tussen het centrum en Vathorst te optimaliseren. De aanleg van de busbanen en de eventuele financiële consequenties voor het Maatweggebied van de aanleg van de busbanen wordt gefinancierd in het kader van de Pakketstudie. De kosten voor het Maatweggebied zijn begroot op €4.455.000,- inclusief planontwikkelingskosten en uitvoeringskosten. In september 2009 heeft de raad ingestemd met de verdere uitwerking van de aanvullende maatregelen, inclusief businfra Maatweg. Hierbij heeft de raad bevestigd dat de inspanning zal worden gedaan om een en ander in de begroting te gaan regelen. Naar verwachting is in juni 2010 helderheid over de consequenties van de busbanen en kan het deelgebied verder uitgewerkt worden.

3.4 Financiën en risico’s Bij de bespreking van de deelgebieden is per deelgebied ingegaan op de financiën. In deze paragraaf wordt ingegaan op het totale financiële beeld van het inrichtingsplan Maatweg. Op 28 september 2004 heeft de gemeenteraad besloten om mee te werken aan de realisering van een nieuw ziekenhuis op de locatie Maatweg met daaraan verbonden de aankoop en de ontwikkeling van de huidige ziekenhuislocaties Lichtenberg en Elisabeth. De locaties Kop van Schothorst en Maatweg samen zijn destijds budgettair neutraal ingeschat. Binnen de budgettair neutrale ontwikkeling van de locatie Kop van Schothorst is rekening gehouden met een bijdrage vanuit deze exploitatie van € 2 miljoen aan het Maatweggebied. Indien deze bijdrage niet haalbaar is dan heeft dit gevolgen voor de hoogte van de bijdrage aan het Maatweggebied en de daarmee samenhangende cofinanciering van de provincie in het kader van GroenBlauwe Structuur. De afdracht van €2 miljoen vanuit de Kop van Schothorst was de basis voor het verkrijgen van een provinciale subsidie in het kader van Groen Blauwe Structuur (GBS). In dat kader heeft de provincie toegezegd 30% van de investeringskosten in het Maatweggebied te willen financieren tot een maximum van € 1,7 miljoen, onder voorwaarde dat de investeringen vóór 2013 zijn gedaan. Met het niet doorgaan van de ontwikkeling op de Kop van Schothorst is geen afdracht van €2 miljoen mogelijk aan het Maatweggebied, hierdoor is een belangrijke gemeentelijke basis verdwenen voor de provinciale cofinanciering. De subsidie in het kader van GBS en de € 2 miljoen van de Kop van Schothorst waren met name bedoeld voor de verwerving van particuliere gronden naast het ziekenhuis en het ecologisch inrichten van deze gronden. Vooralsnog wil echter de particuliere eigenaar zijn terrein als agrarisch gebied blijven gebruiken en geen medewerking verlenen aan het omvormen van zijn terrein naar ecologie.

15 Definitief programma van eisen inrichtingsplan Maatweg eo

Dit betekent dat de subsidiegelden in het kader van GBS, inclusief de € 2 miljoen van de Kop van Schothorst, ook niet hier op ingezet hadden kunnen worden. In het Maatweggebied zijn echter nog meer gronden aanwezig waar ecologische doelstellingen op verwezenlijkt moeten worden. In overleg met de provincie wordt bekeken welke andere investeringen in het Maatweggebied eventueel aan te merken zijn als gemeentelijke co-financiering, zodat zoveel mogelijk van de provinciale GBS-gelden in het Maatweggebied ingezet kunnen worden De kans is aanwezig dat de GBS-subsidie van de provincie minder zal zijn dan de toegezegde €1,7 miljoen. De afdracht van € 2 miljoen vanuit het project Kop van Schothorst was samen met de cofinanciering van de provincie bedoeld ter dekking van de totale kosten in het Maatweggebied. Inmiddels is al €293.000 aan planontwikkelingskosten voor het Maatweggebied gemaakt. Deze kosten en de in de toekomst nog te maken planontwikkelingskosten voor het inrichtingsplan Maatweg moeten terugverdiend worden met de toekomstige gronduitgifte van de Kop van Schothorst. Daar waar mogelijk worden gemaakte of nog te realiseren planontwikkelingskosten zoveel mogelijk gedekt door subsidies of bijdragen. Met het belasten van de ontwikkeling op de Kop van Schothorst met de oude planontwikkelingskosten moet ook rekening gehouden worden met rentelasten over deze kosten. Vooralsnog wordt uitgegaan van een uitstel van de Kop van Schothorst voor drie tot vijf jaar. Of er binnen deze termijn ook feitelijk opbrengsten gerealiseerd gaan worden, zodat de planontwikkelingskosten gedekt zijn is nog wel de vraag. Hoe langer het duurt voordat er opbrengsten gerealiseerd worden, hoe hoger de rentelasten zullen zijn. Zodra het ontwerp bestemmingsplan Maatweg wordt vastgesteld zal ook de grondexploitatie ter vaststelling worden aangeboden. Binnen de grondexploitatie Maatweggebied zijn niet de ontwikkeling van het Meander Medisch Centrum en de reconstructie van de Maatweg opgenomen. In onderstaande tabel wordt een doorzicht gegeven van de nog te maken planontwikkelingskosten. Planontwikkelingskosten die in elk geval nog gemaakt gaan worden betreffen de ambtelijke begeleiding en toetsing van het dijkverbeterplan van het waterschap in relatie tot de gewenste aanvullende voorzieningen.

Planontwikkelingskosten (POK) Onderdeel Gerealiseerde POK IP Maatweg

Jaar 2005-2009

Kostendrager

Prognose POK IP Maatweg

2010

Gemeente

2011

Gemeente

2012

Gemeente

2010-2011 2010-2011

Gemeente Gemeente

Prognose POK kavels a/d Schans Prognose POK ontsluiting HvdW

Gemeente

€

Investering Dekking 293.000* Toekomstige ontw. KvS / subsidies € 60.000 Toekomstige ontw. KvS / subsidies € 20.000 Toekomstige ontw. KvS / subsidies € 20.000 Toekomstige ontw. KvS / subsidies € 21.000 Gronduitgifte € 20.000 RSV 2 (onderdeel van de € 300.000) € 434.000

*deze kostenpost wordt nog verhoogd met rentelasten In totaal wordt als taakstelling voor de ontwikkeling op de Kop van Schothorst een bedrag van €393.000 (€ 293.000 + € 60.000 + € 20.000 + € 20.000) meegegeven.

16 Definitief programma van eisen inrichtingsplan Maatweg eo

In onderstaande tabel wordt inzicht gegeven in de verschillende activiteiten uit het inrichtingsplan Maatweg waarvoor dekking aanwezig is Activiteiten Deelgebied 1.

Grebbeliniedijk algemeen

a. b.

Stuw en omgeving Jachthaven de Eemkruisers

c.

Jachtwerf Elzenaar

d.

Woonboten

e.

2.

Huis van de Watersport f. Viaduct Bunschoterstraat g. Gemaal Kop van Schothorst (KvS)

3.

Het werk aan de Glashut

4.

Het Schootsveld

5.

Meander Medisch Centrum

6.

Weilanden Bunschoterstraat

7.

Maatweg

Activiteiten op hoofdlijnen Diijkverbetering Realiseren Grebbelinieprofiel Realisatie fietspad (tot Bunschoterstraat) incl. afkoop beheer en inclusief haag+hekwerk Elzenaar Nader uit te werken Opnieuw inrichten entree

Kostendrager

Dekking

Provincie

Gemeente

'Grebbelinie boven water' 'Paden langs de Eem'

PM Provincie

PM 'Grebbelinie boven water'

Verplaatsen inrit Zie 'algemeen' Realiseren parkeervoorziening Aanleg autotoerit + terreininrichting Realisatie bergingen + aansluiting electra en riolering Nieuwbouw incl. terreininrichting Ecologisch inrichten passage

PM

PM

Verplaatsing Realisatie woningbouw (toekomst) Realisatie ecologische zone Versterken en herstellen Grebbelinie Realisatie nieuwe ontsluitingsweg richting HvdW Historische verwervingslasten Woningbouwontwikkeling kavels a/d Schans Realisatie Ziekenhuis Realisatie ecologische zone Verwerving Ecologisch inrichten Reconstructie t.b.v. MMC Realisatie busbanen (Pakketstudie)

Waterschap Waterschap

Gemeente

Project Woonschepen

HvdW

Eigen middelen HvdW

Gemeente

Gemeente

'Paden langs de Eem' / Waterschap PM Gronduitgifte

Divers Provincie

EVZ-Valleikanaal 'Grebbelinie boven water'

Gemeente

RSV 2

Gemeente

Gronduitgifte

Gemeente

Gronduitgifte

MMC MMC PM PM MMC

Eigen middelen MMC Eigen middelen MMC PM PM Eigen middelen MMC Pakketstudie

PM

Gemeente

17 Definitief programma van eisen inrichtingsplan Maatweg eo

4 Communicatie inrichtingsplan Maatweg Het concept programma van eisen (inclusief het getekend programma van eisen Maatweg e.o.) is op 17 juni 2008 vastgesteld door het college. Op basis van dit besluit hebben gesprekken met eigenaren/gebruikers in het gebied plaatsgevonden. De bedoeling van de gesprekken was ten eerste om de eigenaren en gebruikers van het gebied te informeren over de ideeën van de gemeente over het totale plangebied. Daarna is geïnventariseerd welke specifieke wensen zij hebben over het deelgebied waarvan zij eigenaar en/of gebruiker zijn en of dit verenigbaar te maken is met de ideeën die er zijn vanuit de gemeente. De gesprekken met de eigenaren en gebruikers zijn samen met het waterschap gedaan. Met de meeste eigenaren/gebruikers is meerdere malen overleg gevoerd. Voor een deel hebben de gemaakte opmerkingen geresulteerd in een wijziging van het inrichtingsplan. Voor een ander deel zijn de opmerkingen/ wensen opgenomen in het programma van eisen voor de nadere uitwerking. In de tabel die is opgenomen in bijlage 6 is aangegeven welke opmerkingen zijn gemaakt door eigenaren/gebruikers en wat daar mee is gebeurd. Na vaststelling van het definitief programma van eisen worden de eigenaren/gebruikers geïnformeerd over de besluitvorming en de (planning van de) verdere uitwerking van de deelgebieden. In principe wordt het programma van eisen en het inrichtingsplan niet meer aangeboden aan de raad, aangezien dit een nadere uitwerking is van de door de raad vastgestelde kaders. Daarnaast zal het ontwerp-bestemmingsplan Maatweggebied eind 2010 ter visie worden gelegd. Op dat moment kunnen belanghebbenden en belangstellenden kennis nemen van de plannen en hun zienswijzen desgewenst kenbaar maken.

Professionele partners Provincie Utrecht en Waterschap Vallei & Eem zijn partners in het inrichtingsplan. Zij nemen een bijzondere positie in bij dit proces. Het gebied maakt onderdeel uit van de GroenBlauwe structuur die de gemeente met de provincie Utrecht is gestart. Daarnaast is het onderdeel van de te ontwikkelen EVZ langs de Eem en Coelhorst/Schothorst en maakt het gebied onderdeel uit van de Grebbelinie. De ambities en maatregelen voor het gebied zullen in nauwe samenhang met deze programma’s moeten worden bezien. Inhoudelijk heeft hierover regelmatig op ambtelijk en bestuurlijk niveau afstemming plaatsgevonden. De toekomstige afstemming tussen de partners is geregeld in de samenwerkingsovereenkomst.

18 Definitief programma van eisen inrichtingsplan Maatweg eo

5 Planproces 5.1 Ontwerp en uitvoering Het plangebied is onderverdeeld in een aantal deelgebieden. Zoals hiervoor al is aangegeven is de uitvoering van Het Werk aan de Glashut al gestart. Fase 1 van het werk is inmiddels afgerond. Het eerstvolgende deelgebied dat nader uitgewerkt wordt is de Grebbeliniedijk. Na vaststelling van het inrichtingsplan maakt het waterschap een dijkverbeterplan. Dit is een nadere uitwerking van het deelgebied Grebbeliniedijk. Onder het deelgebied Grebbeliniedijk vallen meerdere subdeelgebieden. Waterschap, provincie en gemeente ondertekenen binnenkort de samenwerkingsovereenkomst, waarin is geregeld dat het waterschap de door de gemeente en provincie gewenste aanvullende voorzieningen zoals een fietspad, grebbelinieprofiel, dijkverplaatsing voor het Huis van de Watersport, ook feitelijk mee gaat nemen in het kader van de dijkverbetering. Voor wat betreft het deelgebied Meander Medisch Centrum vindt de uitwerking plaats in het kader van de nieuwbouw van het ziekenhuis. Een landschapsarchitect heeft het ontwerp gemaakt voor de buitenruimte van het ziekenhuis. Dit ontwerp moet de komende periode nog nader gedetailleerd worden in nauw overleg met de gemeente. Het vervolgproces voor de Pakketstudie houdt in dat nu voor de Maatweg de eventuele planologische procedures, de milieucomponenten, de ruimtelijke inpassing, de verkeerskundige lay out en grondverwerving uitgebreid in beeld worden gebracht. Het ontwerp bestemmingsplan Maatweg e.o. zal naar verwachting eind 2010 ter visie worden gelegd. De tabel in paragraaf 3.4 geeft inzicht in de activiteiten die uitgevoerd zullen en financieel kunnen gaan worden per deelgebied. Voor een aantal deelgebieden is als kostendrager PM aangegeven. Dit betekent dat deze activiteiten voorlopig nog niet uitgevoerd zullen worden en dat ook de uitwerking van deze deelgebieden nog niet opgepakt gaat worden (uitgezonderd jachthaven De Eemkruisers). Dit betreft: 1.Deelgebied De Stuw Uitwerking van dit deelgebied zal vooralsnog niet plaatsvinden aangezien geen financiele middelen voorhanden zijn. Indien eventueel subisides hiervoor beschikbaar komen, dan zal alsdan een afweging worden gemaakt in relatie tot de scenario’s voor de Kop van Isselt. 2.Jachthaven De Eemkruisers Voor het herinrichten van het entreegebied en het verleggen van de inrit is in het kader van de “grebbelinie boven water” subsidie toegekend. Omdat de maatregelen in dit deelgebied met name de ecologie dienen wordt bekeken in hoeverre de GBS-subsidie hiervoor ingezet kan worden. 3.Gemaal De verplaatsing van het gemaal is nog onduidelijk en er zijn vanuit de gemeente geen financiele middelen voor beschikbaar. Indien geen gelden hiervoor beschikbaar (bijvoorbeeld vanuit het waterschap) komen dan wordt het gemaal niet verplaatst. 4.Ecologisch inrichten passage onder Bunschoterstraat. De gewenste en noodzakelijke maatregelen zijn afhankelijk van de oplossing die gekozen wordt in het kader van de dijkverbetering. Daarnaast hangt de ecologische inrichting samen met het vervolg van de recreatieve routes NA de Bunschoterstraat. 5. Woningbouw Kop van Schothorst De woningbouwplannen zijn uitgesteld voor een periode van 3 tot 5 jaar. 6. Weilanden Bunschoterstraat Zolang geen medewerking is verkregen van de eigenaar van dit deelgebied zal dit deelgebied niet nader uitgewerkt worden. Door het voorlopig uitstellen van de Kop van Schothorst zijn ook geen financiële middelen aanwezig om de gronden actief te verwerven.

19 Definitief programma van eisen inrichtingsplan Maatweg eo

5.2 Planning Vaststelling Dit programma van eisen, inclusief inrichtingsplan, wordt na vaststelling door het college ook ter vaststelling aangeboden aan het waterschap en provincie. Uiteindelijk moet het programma van eisen vastgesteld worden door de stuurgroep. Dit programma van eisen met inrichtingsplan is vervolgens de basis voor de nadere uitwerking van de deelgebieden.

20 Definitief programma van eisen inrichtingsplan Maatweg eo

6 Bijlagen Bijlage 1: inrichtingsplan Maatweg

21 Definitief programma van eisen inrichtingsplan Maatweg eo

Bijlage 2: plangebied met deelgebieden

22 Definitief programma van eisen inrichtingsplan Maatweg eo

Bijlage 3: PVE Verkeer Verkeer algemeen Alle verkeerskundige ontwerpen moeten zijn gebaseerd op een duurzaam veilige weginrichting conform de aanbevelingen van het CROW. Het volgende is daarbij van belang: a. de Maatweg en de Ringweg-Koppel zijn gebiedsontsluitingswegen binnen de bebouwde kom (50 km/h); b. de overige wegen, zoals De Schans en het Eempad moeten gekwalificeerd worden als een erftoegangsweg binnen de bebouwde kom (30 km/h); c. de recreatieve fietsvoorzieningen kunnen deels gebruik maken van de bestaande infrastructuur van de 30 km/h-wegen. Nieuwe infrastructuur is nodig voor een deel van de fietsvoorziening die parallel aan de Eem loopt over de dijk. Verkeerskundig gezien verdient een verharding in asfalt de voorkeur; d. maatvoering van wegen, parkeerplaatsen en andere verkeersvoorzieningen in principe conform ASVV 2004. Momenteel wordt onderzocht in hoeverre het financieel, ruimtelijk en milieutechnisch mogelijk is om busbanen te realiseren langs de Maatweg tussen de Ringweg-Koppel en de Bunschoterstraat. De busbanen hebben als doel de openbaar vervoerverbinding tussen het centrum en Vathorst te optimaliseren. De aanleg van de busbanen en de eventuele financiële consequenties voor het Maatweggebied van de aanleg van de busbanen wordt gefinancierd in het kader van de Pakketstudie Verkeersvoorzieningen van de hoofdwegenstructuur (50 km/h-wegen) Maatweg De verkeersafwikkeling op de Maatweg met aanpalende kruispunten moet ongestoord kunnen plaatsvinden. Dwarsprofiel Maatweg. Vanwege de vele aansluitingen op de Maatweg is het niet mogelijk om over een grote lengte een continue-dwarsprofiel te realiseren. Er zijn te veel verstoringen vanwege middengeleiders en voorsorteerstroken. Eigenlijk voldoet dit wegvak ook niet aan de omgevingseisen van een weg binnen de bebouwde kom. Gezien het grote aantal aansluitingen die op relatief korte afstand van elkaar liggen, is het wel acceptabel om een maximumsnelheid van 50 km/h in te stellen. Om de weg toch een binnen-de-bebouwde-kom-karakter te geven, is het noodzakelijk de weg op te sluiten met trottoirbanden en de kantmarkering achterwege te laten. In de as van de weg dubbele asmarkering aanbrengen (onderbroken als landbouwverkeer van de weg gebruik maakt en niet-onderbroken zonder landbouwverkeer). Zie dwarsprofiel 1 voor het minimale principedwarsprofiel van de Maatweg met een breedte van 5.90m. Indien de ruimte aanwezig is gaat de verkeerstechnische voorkeur uit naar een profielbreedte van 6.60m. De maat van 6.60 m sluit ook beter aan bij het in de zomer van 2009 gereconstrueerde deel van de Maatweg dat aansluit op de Bunschoterstraat. Kruispunt Maatweg/Bunschoterstraat Bij het kruispunt Maatweg/Bunschoterstraat is de bestaande linksafstrook Bunschoterstraat verlengd tot aan ongeveer de Van Boetzelaerstraat. Voor het verkeer vanaf de Maatweg is een tweede rechtsafstrook naar de Bunschoterstraat beschikbaar. Kruispunt Maatweg/Hamseweg Voor het kruispunt Maatweg/Hamseweg zijn – behoudens enige kleine aanpassingen in het kader van Duurzaam Veilig geen grote aanpassingen nodig, zoals bijvoorbeeld extra voorsorteerstroken. Kruispunt Maatweg/Ringweg-Koppel Voor het kruispunt Maatweg/Ringweg Koppel zijn geen aanpassingen nodig. Kop van Schothorst o Alle wegen die in dit gebied worden gerealiseerd vallen in de categorie erftoegangswegen (30 km/h-wegen). 23 Definitief programma van eisen inrichtingsplan Maatweg eo

o

Het aantal te realiseren parkeerplaatsen bij woningen en andere functies moet voldoen aan de normen uit de nota parkeernormen Amersfoort 2008.

Liniedijk Principedwarsprofiel van de verbindingsweg tussen de Schans en de dijk Deze weg gaat dienst doen als ontsluiting voor het Huis van de Watersport, de woonboten en het jachthaventje. Om parkeren in de berm van de dijk zelf te voorkomen, zijn anti-parkeermaatregelen nodig (paaltjes of iets met de berm, enzovoort). In totaal moeten er naar schatting 48 à 57 pp worden gerealiseerd (40 à 45 voor het Huis van de Watersport (indien het HvdW niet gaat parkeren op het terrein van het ziekenhuis) en 8 à 12 voor de kajuitjachtjes en 6 à 7 voor de woonboten). \ Principedwarsprofiel De Schans Voor de rijweg is een breedte nodig van 4,50 m en voor het voetpad 2,00 meter. De indeling van het dwarsprofiel is flexibel. Principedwarsprofiel van recreatief fietspad Dwarsprofiel 6 is het principe dwarsprofiel van het recreatieve fietspad waarop auto’s niet zijn toegestaan. Voor een recreatief tweerichtingen fietspad bij voorkeur een breedte aanhouden van 3,50 m, eventueel 2,50 m. Parkeren Hemus Het is nog niet duidelijk waar het parkeren voor Hemus gaat plaatsvinden. Dit is afhankelijk de medewerking van Meander medisch centrum − parkeren op het ziekenhuisterrein; − parkeren op de nieuwe verbindingsweg tussen De Schans en de dijk (erftoegangsweg). Op de dijk worden in principe geen parkeerplaatsen aangelegd. Er moeten waarschijnlijk fysieke maatregelen worden getroffen om te voorkomen dat er op de dijk geparkeerd wordt (reden: parkeerders geven er de voorkeur aan om zo dicht mogelijk bij de bestemming te parkeren. Ten behoeve van het laden en lossen en noodhulp is het gewenst bij het Huis van de Watersport een paar (laad- en los) plekken aan te leggen. woonbootbezitters Als parkeernorm voor woonboten de norm voor “Goedkope woningen” uit de “nota parkeernormen Amersfoort 2008” aanhouden, namelijk 1.7 pp/woonboot. Dit parkeren zal deels/voor zover mogelijk op eigen terrein gebeuren van de woonboten. haventje met kajuitjachten In de “nota parkeernormen Amersfoort 2008” zijn geen concrete normen voor dit grondgebruik opgenomen. Een parkeernorm van 0,25 pp/boot is in de meeste gevallen voldoende om aan de parkeervraag te voldoen. Deze parkeerplaatsen moeten ook gesitueerd worden aan de nieuwe verbindingsweg, en niet op de dijk. Ten behoeve van het laden en lossen en noodhulp is het gewenst bij het haventje een paar laad- en losplekken aan te leggen.

24 Definitief programma van eisen inrichtingsplan Maatweg eo

Bijlage 4: Grebbelinieprofiel

25 Definitief programma van eisen inrichtingsplan Maatweg eo

Bijlage 5: werkafspraken Werk aan de Glashut Algemeen In de begroting moet het eindbeeld voor iedere fase en uiteindelijk voor het totaal voor een onderhoudsperiode van 5-10 jaar gegarandeerd worden. Periodiek moet gemaaid worden en de nieuwe opslag verwijderd worden etc. Bij iedere fase is het kader de gezamenlijk overeengekomen maatregelen en het gewenste beeld voor het totaal. 1. Het Voorland tussen rand en weg • Het eindbeeld is een rietland met enkele boomgroepen. Verhouding ca 30% begroeid 70% open. • Aan de zijde van de Eemkruisers zijn de bomengroepen vooral gekoppeld aan de oever (1A). • Richting de weg staan de losse boomgroepen over het gehele terrein (1B). • Het Voorland ter hoogte van de woningen aan de Schans (1C): aan de voorzijde een rietrand (4 m.) welke 1 x in de 2 jaar gemaaid wordt. Aan de achterzijde de Elzen laten groeien in strook (6 m.) aansluitend op kavelgrens. Elzen bijplanten in groepjes, zo ontstaan doorkijkjes. • Aan de zijde van de straat (de Schans) zal slechts een enkele boomgroep gehandhaafd worden, om vanaf hier zoveel mogelijk zicht op het Werk te hebben. • Voorland bij voorkeur natter maken. • Een selectiecriterium voor de te handhaven bomen is o.a. dat de bomen moeten kunnen uitgroeien tot een volwassen boom of boomgroep (niet knotten). Hoofdsoort is els en een enkele berk. • Minimale open ruimtes van ongeveer 30 meter • Zichtlijnen worden vanaf de openbare weg bepaald. O.a. het zicht richting Glashutterkade is van belang. De zichtlijn naar de bunker is ook belangrijk. • De te handhaven boomgroepen zullen later in het terrein bepaald worden. • Ook het “eilandje” ter plaatse van de voormalige instroom bij de jachthaven wordt gehandhaafd. • Om het eilandje meer contrast te geven, de beplanting er omheen weghalen. • De rest van de beplanting/opslag/bomen worden verwijderd en/of afgemaaid. • De te handhaven boomgroepen zullen later in het terrein bepaald worden. • In de begroting moet dit eindbeeld voor een onderhoudsperiode van 5-10 jaar gegarandeerd worden. Periodiek moet gemaaid worden en de nieuwe opslag verwijderd worden. • Mogelijk dat een gedeelte van de werkzaamheden gecombineerd kan worden (of ten laste komt) van de dijkverzwaring (1A). Maar dit gebeurt niet voor 2011. 2. De gracht • De gracht wordt uitgebaggerd tot de oorspronkelijke diepte. • Overwogen wordt de uitkomende bagger over het Terreplein te verspreiden. De verspreiding is afhankelijk van de kwaliteit bagger. Kijken naar verschillende hoogtes van het terreplein, waar geschikt is om te verspreiden. • Bij het uitbaggeren zal tevens op een aantal punten de gracht verbreed worden (2A); dit geldt met name voor het gedeelte ter hoogte van de woningen aan de Schans. Het eilandje ter plaatse van de Glashutterkade blijft behouden (2B). • Tegelijk met het baggeren worden wortelpakketten weggehaald c.q. oevers bijgewerkt. Daarbij wordt de oorspronkelijke contour van de oever aangehouden. 3. De oeverranden • In het eindbeeld zijn de oeverranden vrij van (boom)beplanting. Op een aantal plekken groeien nu (forse, scheefhangende) berken in de oeverrand. Eén groep van vijf berken blijft (voorlopig) gehandhaafd tot ze op een natuurlijke wijze aan hun einde komen. De overige (boom)beplanting in de oeverrand wordt verwijderd. 4. De oeverberm • De oeverberm ligt nu erg hoog boven het water. Overwogen wordt om deze te verlagen. Het mag hier niet te drassig worden, dus verlagen met mate. De definitieve hoogte moet nog

26 Definitief programma van eisen inrichtingsplan Maatweg eo

bepaald worden op basis van de gegevens over de waterfluctuatie. Aanvullend kan de berm opnieuw ingezaaid worden. 5. Buitenzijde talud van de schans • Al het struweel wordt door middel van maaien verwijderd (vooral braam). • Alle bomen (vooral eik) blijven gehandhaafd. • Na het maaien van het struweel wordt als experiment een klein gedeelte van het talud ingezaaid en een klein gedeelte wordt met Hedera (klimop) beplant. • Het (plaatselijk) herprofileren (scherper maken) van de borstwering (talud). 6. Bovenzijde Schans • Vanuit de Grebbelinie en landschappelijk oogpunt is het wenselijk dat de aanwezige dennen verdwijnen. De bovenkant bij voorkeur vanuit cultuurhistorisch oogpunt helemaal kaal. Vanwege de aanwezige reigerkolonie is wens vanuit ecologie: behoud van dennen met nesten, overige dennen mogen weg. Engel geeft aan het niet eens te zijn met het verwijderen van de dennen. 7. Het Terreplein (zuidoost zijde) • Het hele terrein moet opgeruimd worden. De liggende houtblokken mogen ook weg. Vanuit ecologisch oogpunt is het mogelijk wenselijk om een dergelijke stapel nog wel terug te laten komen in het gebied. Overwogen wordt om een aantal “bouwwerken” te verplaatsen en te concentreren op nader te bepalen plekken. • Alle bomen (vooral eik) blijven gehandhaafd. • Aan de zijde van de Eem zullen nieuwe boomgroepen geplant worden. Gedacht wordt aan Eiken en Tamme Kastanjes (7A). Het is vanuit ecologisch oogpunt interessant om deze boomgroepen te voorzien van een onderbeplanting (struiklaag). Het sortiment wordt nog bepaald. Vanuit recreatief oogpunt is het gewenst dat er zicht vanaf de dijk is op het Werk. Transparantie is hierbij belangrijk. Vanuit het oogpunt van de Grebbelinie liever een enkele verspreide boomgroep en liever geen onderbegroeiing. Er moet her en der onderbegroeiing blijven als schuilplaats voor vogels en konijnen. Alleen bij boomgroepen onderbegroeiing laten staan. (open – dicht). Afspraken d.d. 2 november 2009 8. Het damsluisje • Het damsluisje zal weer herkenbaar gemaakt worden. • De doorgang van het sluisje wordt opengemaakt door het weghalen van de stal. • Er zal een nieuwe stal gebouwd worden op een zodanige plek dat deze vanaf de dijk niet te zien is; bijvoorbeeld achter een bomengroep met onderbeplanting. • De aansluiting op de Glashutterkade wordt verbeterd: aan de dijkzijde door het zichtbaar maken en eventueel uitbreiden van de basaltbestrating; aan de andere zijde door het terugbrengen van een gedeelte van het kadeprofiel en het aanbrengen van basaltverharding op de kop. Ter plaatse zit een betonnen balk, daar kun je niet onderdoor. Voorgesteld wordt het damhoofd te versterken en gelijkvloerse doorgang te handhaven. Optie is een coupure te maken. Dit zal worden uitgetekend. • Het profiel van de Glashutterkade zal verder op het terrein niet hersteld worden. • De verdwenen loop van het water door het sluisje zal in het veld zichtbaar gemaakt worden door een geringe verlaging (b.v. 30 cm) in het maaiveld (gras). Hiervoor zullen aan de zuidoost zijde enkele bomen (esdoorns) gekapt worden (8B). • Ook zal het hekwerk hier verdwijnen. Nagedacht wordt nog of het hekwerk op een ander plaats moet terugkomen. Christiaan wil het hekwerk handhaven. Hij wil een fatsoenlijk hekwerk, liefst geen meidoorn. • Bekeken wordt of op de kop van het damsluisje de verdwenen Redoute op één of andere manier weer terug kan komen (8A). Op basis van de nog aan te leveren informatie zal hiervoor een schets worden gemaakt welke ter beoordeling wordt voorgelegd. 9. Het Terreplein (noordwest zijde) en binnenzijde talud • Om het achterliggende talud vanaf de dijk meer zichtbaar te maken zal een groot deel van de bramenbeplanting verwijderd worden en vervangen worden door gras. Ten behoeve van de ecologie worden enkel groepen bramen onder boomgroepen gehandhaafd (9A). Deze boomgroepen staan zo ver mogelijk uit de rand van het talud, zodat het Terreplein weer open 27 Definitief programma van eisen inrichtingsplan Maatweg eo

wordt. Het betreft met name de boomgroepen langs de dijk richting locatie ziekenhuis; de slechte bomen verwijderen. Assortiment bomen afstemmen. • Om een meer natuurlijk beeld te krijgen worden de coniferen verwijderd (9B). 10. De noordwest zijde nabij ziekenhuisterrein • Er is een grote wens om het “eind” van de schans meer zichtbaar te maken door het terugbrengen van een gedeelte van het water. Voorgesteld wordt het water aan de voet van het talud te graven, te beginnen aansluitend op de dijksloot en te beëindigen ter plaatse van de oprit naar het Terreplein. Christiaan voelt hier vooralsnog weinig voor. Hiervoor komt een nieuw voorstel. • De oever aan de buitenzijde kan afgewerkt worden met een rand riet met enkele groepen elzen. Het beeld is daardoor vergelijkbaar met de Schans aan de andere zijde (1). • De hekken en het onderkomen van de beesten zullen verplaatst worden, waardoor het beeld en het zicht op de schans verbeterd wordt. Bekeken wordt of, indien het water uitgebreid wordt, een aantal hekken (waaronder de schuifpoort) kunnen vervallen. 11. Het hekwerk • Het huidige hekwerk bestaat uit een gazenhekwerk met daarboven twee prikkeldraden; totale hoogte ongeveer 1.80 m. De wens is om het zicht op de Schans te verbeteren en de uitstraling van het hek te veranderen. De eigenaar gaat vooralsnog niet akkoord met het vervangen van het hek. Wel kan de beplanting van het hek verwijderd worden en gaat hij (mogelijk) akkoord met het verwijderen van de twee prikkeldraden aan de bovenzijde. • Na de uitvoering van de dijkverhoging zal aan de zuidoost zijde een nieuw hek geplaatst moeten worden door het waterschap. Ook hier bestaat de wens van een laag hek, geen meidoornhaag. • Het trafo gebouw zal aan het zicht onttrokken worden door het aanplanten van elzen aan de buitenzijde van het hekwerk (11A).

28 Definitief programma van eisen inrichtingsplan Maatweg eo

29 Definitief programma van eisen inrichtingsplan Maatweg eo

Bijlage 6 Samenvatting van reacties van de gesprekken met eigenaren en gebruikers 2008 Nr

Deelgebied St. Pieters en Blokland

1

Opmerking van:

Opmerking

Reactie

Stichting Sint Pieters en Bloklands Gasthuis

Zetten grote vraagtekens bij situering van het ziekenhuis in relatie toe ecologische verbindingszone.

Waarvan akte

Zetten grote vraagtekens bij de toegekende ecologische waarden en het realiteitsgehalte Willen graag bouwvolume realiseren op de kavel.

Waarvan akte

2 3

4

5

Aannemingsbedrijf

Zullen het gebied als agrarisch blijven gebruiken en willen niet verkopen tegen de door de gemeente toegekende waarde Door het huidige onderhoud (geen) is er al een bepaalde waarde natuurwaarde ontstaan.

6

Wil graag bouwvolume realiseren op de kavel

7

Geeft aan bij voorkeur ergens bouwvolume te willen realiseren in ruil voor de strook grond aan de Maatweg.

8

Schootsveld Nieuwe ontsluitingsweg

Bewoners De Schans

9

10

11

12

Bestaande bomen langs nieuwe ontsluitingsweg zoveel mogelijk handhaven Niet langs de huidige weg De Schans parkeren

In huidige situatie komen er geen auto’s, alle auto’s die gebruik gaan maken van de nieuwe ontsluitingsweg zijn daarmee een extra belasting voor de aanwonenden Waarom wordt Huis van de Watersport niet op de Isselt gerealiseerd

Nooduitgang van ziekenhuis in verlengde van de Schans

Gemeente geeft aan dat dit niet tot de mogelijkheden behoort. In structuurplan en bestemmingsplan is de lijn van de gemeente reeds vastgelegd. Gemeente geeft aan dit zeer spijtig te vinden

Voor het bereiken van de gewenste natuurwaarde is het van belang dat er gereduceerde maaiactiviteiten plaatsvinden. Voor het uiteindelijke gewenste beeld zal wel enige begroeiing verwijderd moeten worden. Zolang het inrichtingsplan nog niet wordt uitgevoerd wordt voorgesteld om geen verder onderhoud te doen op de kavel. Gemeente geeft aan dat dit niet tot de mogelijkheden behoort. In structuurplan en bestemmingsplan is de lijn van de gemeente reeds vastgelegd Gemeente ziet hiertoe geen mogelijkheden

Dit is ook het streven van de gemeente Is ook niet de bedoeling van de gemeente. In de praktijk (na opening van ziekenhuis) wordt bekeken in hoeverre er sprake is van parkeeroverlast op de Schans. Dan wordt ook beoordeeld welke maatregelen noodzakelijk zijn. Waarvan akte

Er is een uitgebreide studie gedaan naar de mogelijke locaties voor het Huis van de Watersport. De locatie ter hoogte van het ziekenhuisterrein had de sterke voorkeur van de roeivereniging, vanuit sporttechnisch oogpunt. De nooduitgang is conform afspraak niet toegankelijk voor 30

Definitief programma van eisen inrichtingsplan Maatweg eo

13

14

Herprofilering straat De Schans

15 16

17

18

19

20

dient dicht te zijn en niet toegankelijk te zijn voor bezoekers (voet/fiets/auto) ziekenhuis. Is harde randvoorwaarde die ook door de raad is toegezegd. De huidige sloot blijft bestaan en zijn functie behouden (afwatering). Mogelijk zal voor het aanleggen van de weg de sloot deels verlegd moeten worden. De weg komt tussen de sloot en de bomen. Het wortelstelsel van de bestaande bomen moet verder worden onderzocht De straat De Schans mag niet hoger worden. Afwatering is niet goed geregeld. Kruispunt Hamseweg staat ook regelmatig onder water. Daarnaast is het geen fraai beeld als de straat hoger ligt dan de huizen. Voorstel om bij reconstructie van de weg De Schans riool aan te leggen met vrij verval en ter vervanging van huidig druk/persriool. Aanwezigen willen geen drempels in de Schans. Voorstel voetpad aan andere zijde van De Schans (zijde De Schans 19).

De beoogde wegversmalling, op het gedeelte van de Schans het dichtst bij het toekomstige ziekenhuis, niet met stroken groenvoorziening omdat hek bewoners dan midden in de groenstrook komt te staan, de parkeerruimte volledig weg is en het onderhoud niet goed geregeld is. Daarnaast kunnen de grote auto’s de bocht niet maken cq de inrit niet bereiken. Voorstel van bewoners: beoogde effect kan ook worden bereikt met verspringende inspringingen verspreid over de weg. Waar kan visite de auto parkeren, gezien de beoogde breedte van de straat? De bovengenoemde oplossing zou ook hier de oplossing voor kunnen zijn. Je zou dan bv alleen parkeren voor de bewoners kunnen regelen o.i.d. In de stukken staat dat het fietspad over de dijk asfalt gaat worden. Onze voorkeur is een schelpenverharding. Dit weerhoudt auto's toch een beetje, biedt wel de doorgang voor de hulpdiensten in een voorkomend geval en oogt ook nog natuurlijker. Door aanwezigen wordt gevraagd naar andere mogelijkheden dan stil asfalt op de Maatweg.

bezoekers van het ziekenhuis.

In de verdere uitwerking van de ontsluitingsweg zal de gemeente de bomen en het wortelpakket laten inmeten.

Dit deelgebied is nog niet verder uitgewerkt ten opzichte van de in 2008 besproken tekeningen. Bij de verdere uitwerking zal bekeken worden wat civiel-technisch de beste oplossing is.

Drempels zijn niet noodzakelijk op de Schans Indien het voetpad aan de andere zijde wordt gerealiseerd dan zal de as van de weg moeten wijzigen. Bij de nadere uitwerking van dit deelgebied zal onderzocht worden wat civiel-technisch de beste oplossing is. Dit deelgebied is nog niet verder uitgewerkt. Opmerking wordt meegenomen in het vervolg.

Nadere uitwerking. Opmerking wordt als aandachtspunt meegenomen.

In verband met de dijkverbetering moet de verharding op de dijk van een gesloten materiaal zijn. Gekozen is voor een asfaltweg met daarop een strooilaag.

Vanuit beheeroogpunt in relatie met (vermindering) van geluidsreducerende werking is voor de gehele Maatweg gekozen voor SMA/06. Dit asfalt heeft een geluidsreducerende werking (beperkt) ook op lange termijn. 31

Definitief programma van eisen inrichtingsplan Maatweg eo

21

Gevraagd wordt naar combimogelijkheden van geluidsscherm bij kavels De Schans met haag. Wens van aanwezige om de nieuwbouw aan De Schans op dezelfde maaiveldhoogte en gebouwhoogte als de bestaande woningen te realiseren. Planning vrije kavels wordt gevraagd

22

23 24

Tot hoe ver mag geparkeerd worden op de nieuwe ontsluitingsweg.

25

Tractoren passen niet door de oversteek bij de Bunschoterstraat.

Dit is mogelijk. Verkaveling moet nog gemaakt worden. De bestaande woningen zijn wisselend in hoogte. Er zal zeker rekening gehouden worden met de situering van de bestaande bebouwing Pas na vaststelling van bestemmingsplan Maatweg is er een planologische mogelijkheid om hier te bouwen. In inrichtingsplan is nu een voorstel opgenomen voor haaksparkeren langs de ontsluitingsweg. Het aantal benodigde parkeerplaatsen hangt samen met de afspraken die met het ziekenhuis gemaakt kunnen worden over dubbelgebruik. Tractoren zullen in de toekomst over de bestaande parallelvoorziening (fietspad of parallelweg) blijven rijden en gebruik blijven maken van de bestaande oversteek van de Bunschoterstraat.

Woonboten 26

Bewoners woonboten

Aangegeven wordt dat men de locatie van het huis van de watersport zeer merkwaardig vindt.Uitbreiding van het aantal woonboten was niet mogelijk vanwege de EVZ, een huis van de watersport wel.

Het Huis van de Watersport is een verplaatsing binnen de ecologische verbindingszone. Hemus is nu al gesitueerd in het gebied. Er is dus geen sprake van een uitbreiding met een nieuwe functie.

27

Gevraagd wordt wie gebruik gaat maken van de ontsluitingsweg.

De ontsluitingsweg langs het ziekenhuisterrein zal worden gebruikt door alle eigenaren/ gebruikers langs de Eem, vanaf de Eemkruisers tot en met het Huis van de Watersport. De ontsluitingsweg op de dijk langs de woonboten is alleen bedoeld voor bevoorradend verkeer, trailers met boten en invalidebezoekers van het Huis van de Watersport. Voor alle gebruikers langs de dijk wordt gepoogd om de auto’s op eigen terrein te parkeren. Alleen voor het Huis van de Watersport zal elders geparkeerd moeten worden: langs de nieuwe ontsluitingsweg of op het ziekenhuisterrein.

28

Aangegeven wordt dat in de bestaande situatie bij Hemus auto’s de toegang tot Elzenaar en de woonboten blokkeren. Voorgesteld wordt om bv een slagboom te plaatsen aan het einde van de nieuwe ontsluitingsweg zodat het bezoekers-verkeer niet de dijk op kan. Gevraagd wordt naar de diepte van de tuin van de woonboten, daar is onduidelijkheid over.

Bij de uitwerking zullen maatregelen worden bedacht (buiten de ecologische verbindingszone) die oneigenlijk gebruik van de dijk tegengaan.

Vraagtekens worden gezet bij de meerwaarde voor voetgangers om “beneden” te lopen.

Aangegeven is dat dit voetpad onderdeel is van het wensprofiel vanuit cultuurhistorie.

29

30

Aangegeven wordt dat uit mediationtraject is gekomen dat er minimaal een tuin van 7 meter kan komen. Hoe de tuin precies ontsloten gaat worden is nog een ontwerpopgaaf.

32 Definitief programma van eisen inrichtingsplan Maatweg eo

31

Aangegeven wordt dat men het bijzonder vindt gezien de benodigde maten bij het Huis van de Watersport dat er over de woonboten over een paar meter extra tuin moeilijk wordt gedaan.

waarvan akte.

32

Gevraagd wordt naar de mogelijkheden van de ontsluiting van het Huis van de Watersport van de Bunschoterstraatzijde. Gevraagd wordt naar de meerwaarde om op de grebbeliniedijk te kunnen fietsen. Gevraagd wordt wat de woonboot-bewoners mogen in hun tuin.

Dit is onwenselijk vanwege de ecologische verbindingszone en de grebbeliniedijk.

33 34

35

Gevraagd wordt of het adres van de woonboten nog gaat wijzigen als de weg op de dijk een openbare weg gaat worden. Hoe vindt de herschikking logistiek plaats en hoe verhoudt zich dit tot de dijkverbetering.

36

Een dergelijke route langs de Eem wordt naar verwachting zeer gewaardeerd door de fietser ook in relatie tot de nieuwe fietsbrug. Afgesproken is met de bewoners dat er een afzonderlijke bijeenkomst wordt gepland over de (on)mogelijkheden van de tuininrichting op deze locatie. Ten behoeve van deze bijeenkomst worden voorbeelduitwerkingen gemaakt van de tuin. Aangegeven wordt dat dit door de straatnamencie besloten zal gaan worden. Daar zullen in een latere fase afspraken over gemaakt gaan worden samen met het waterschap.

De Schans 37

Fam. E

38

39

40 41 42

Is niet gelukkig met de verbreding van de dijk aan de zijde van de Eemkruisers ivm huidige natuurwaarde (ijsvogels) van dit stuk grond, maar wil constructief meewerken als waarden recht gedaan worden. Niet blij met nieuwe ontsluitingsweg (tussen ziekenhuis en De Schans) en de mogelijkheid van parkeren langs deze ontsluitingsweg

waarvan akte

Geen voorstander van water uit de wijk Schothorst over eigen terrein (ivm waterkwaliteit en afhankelijkheid van waterschap (bv onderhoud)). Is bereid mee te denken om dit water via de sloot parallel aan de dijk te laten lopen. Ook als dit eventueel verbreding van de sloot tot gevolg heeft. Heeft liever niet dat het water vanaf Schothorst eerder zijn terrein op komt dan ter hoogte van de sloot. Wil meewerken aan een ecologische verbinding over het terrein Wil zijn terrein niet openbaar toegankelijk maken. Voor een aantal keer per jaar is dit wel akkoord.

Aangegeven wordt dat de open waterverbinding niet persé via de poeltjes op het terein van de fam. moet, maar dat dit ook prima via de sloot kan. Belangrijker is dat het mogelijk is om de ecologische verbinding over het terrein te kunnen maken

waarvan akte

waarvan akte waarvan akte waarvan akte

33 Definitief programma van eisen inrichtingsplan Maatweg eo

43

Wil in principe meewerken aan gewenste maatregelen (water uitdiepen + oorspronkelijke waterlijn terugbrengen) als een ander het doet en betaalt. Geïnteresseerd in driehoekig grondgebied aan nieuwe ontsluitingsweg.

44

45

Wil hekwerk aan zijde eemkruisers ivm damhertjes.

46

Wil geen zicht op nieuwe ontsluitingsweg (bomen/begroeiing).

47 48

Wil sloten behouden in verband met veiligheid. Wil graag een stookvergunning voor het hele jaar (of bijdrage aan versnipperaar).

49

Wil een hekwerk van 1,5 a 2 meter om het terrein heen (vergelijkbaar met bestaand hekwerk aan de schans (de weg) zijde

Hierover zijn inmiddels afspraken gemaakt. Zie bijlage 4 van pve.

waarvan akte. Over eventuele verkoop van dit stuk grond wordt besloten als voldoende helderheid is over de benodigde ruimte voor de nieuwe ontsluitingsweg. In het kader van beheer worden hierover nadere afspraken gemaakt met de fam. Het is heel goed mogelijk om middels bomen en begroeiing het zicht op de nieuwe ontsluitingsweg vanaf de tuin van de fam.te ontnemen. waarvan akte Een dergelijke stookvergunning is niet mogelijk. Andere afspraken zijn gemaakt met betrekking tot het beheer van zijn terrein. De gemeente wil graag een ander hekwerk dat niet zo hoog is, zodat de zichtbaarheid van het Werk aan de Glashut gewaarborgd blijft.

De Stuw 50

Jachthaven De Stuw

51

Scouting

52

53

54

Er is onvoldoende ruimte tussen loods en water om wandelpad langs de eem te realiseren. Scouting wil nieuw gebouw buiten de invloedszone van de dijk en de hogedruk gasleiding. Overleg heeft al plaatsgevonden met het waterschap over de plek. Bij voorkeur geen wandelpad over de Stuw langs de Eem ivm veiligheid Wil hekwerken handhaven ivm veiligheid

Kanovereniging

55

56

57

Wil behoud van coupure in de dijk ivm doorloop met (soms zware) kano’s Wil geen openbaar pad, vanuit veiligheidsoogpunt, in combinatie met 2 viaducten. Als gemeente dit wil moet zij ook voorzieningen treffen zodat de veiligheid van de verenigingen gegarandeerd kan worden. Terrein wordt nu gebruikt voor spel. Het is een erg schoon terrein. De vraag is hoe schoon dit blijft indien het openbaar is. Is wel bereid om mee te praten over het aanbrengen van een vooroever langs de harde schoeiing. Niet mogelijk om over volledige lengte deze vooroever aan te

Naar aanleiding van deze opmerking is het wandelpad vervallen in het inrichtingsplan. Plan van scouting is ontvangen. Afgesproken is dat zodra meer helderheid is over de situering van de dijk verder gesproken zal gaan worden over het nieuwbouw voorstel. Het inrichtingsplan is aangepast op dit punt. Door de situering van de liniegracht loopt het wandelpad niet meer voor de terreinen van de verenigingen. Bij de scoutingclub bij de Vosheuvel zijn ook geen hekken zijn toegepast. Dit functioneert. Er zal gezocht moeten worden naar een balans tussen de gewenste openbaarheid/ het toezicht en de veiligheid. Inrichtingsplan is aangepast. De opmerking over de coupure speelt alleen nog indien de dijk niet verplaatst gaat worden. Het inrichtingsplan is aangepast op dit punt. Door de situering van de liniegracht loopt het wandelpad niet meer voor de terreinen van de verenigingen. zie hiervoor, terrein wordt niet openbaar

Dit zal meegenomen worden

34 Definitief programma van eisen inrichtingsplan Maatweg eo

58

59 60

61 62

Opmerkingen nav overleg in 2009

Scouting

63 64

Diepgang watergang moet bij ligplaats sloep tenminste 1 meter zijn Door nieuwe plek van clubhuis is scheiding niet meer mogelijk Het troephuis staat niet meer aan de Eem maar aan de straat (meer overlast en minder toezicht op water) De spullen moeten veel verder naar het water gedragen worden. Bezwaar tegen buitendijkse ligging

65 66 67 68 69

brengen. Rekening dient gehouden te worden met de instapvoorziening. Wil huidige botenloods (beperkt) uitbreiden (10% uitbreiding tov bestaande zeecontainers) + toevoegen van deuren. Schutting gaat weg ivm gewenste openheid Wil behoud van speelveld rondom de dukdalven (verplaatsing dukdalven is bespreekbaar) Belangrijkste is dat doeltjes ergens aangehangen kunnen worden. Geen samenwerking met scouting ivm cultuurverschillen Is terrein voor scouting wel voldoende groot voor alle activiteiten Waterpartij lijkt scouting erg smal voor alle activiteiten

Jachthaven De Stuw

70

71

Door de plaatsbepaling van het scoutinggebouw zal ons uitzicht worden beperkt.

Op de tekening kunnen we zien dat het nieuwe speelveld van de scouting wel heel dichtbij onze woning komt en ten koste gaat van veel openbaar groen, waardoor onze privacy in het geding dreigt te komen. Ook onze klanten zouden overlast door spelende kinderen etc.kunnen gaan ondervinden. Op de tekening wordt gesproken over de herinrichting van het gezamenlijke parkeerterrein voor Keistad, Karel Doorman groep en Jachthaven “De Stuw”. Wij wijzen u erop dat dit tot nu toe nooit een gezamenlijk parkeerterrein is geweest. Volgens afspraak worden de auto`s van de leden van Keistad langs de parallelweg geparkeerd en heeft de Karel Doorman groep een eigen parkeerplaats. Op de tekening zien wij dat er parkeervakken gecreëerd

Gewenste uitbreidingen moeten verplaatsbaar zijn.

Waarvan akte Waarvan akte

Waarvan akte Over de terreininrichting is nader overleg noodzakelijk Naar ons idee zijn de aangegeven activiteiten goed mogelijk in de bedachte liniegracht. Waarvan akte In de terreininrichting kan scheiding tussen de groepen worden gemaakt. Zou in situatie tussen vrijwaringzone en gasleiding ook niet meer direct aan water zijn gelegen Zou in situatie tussen vrijwaringzone en gasleiding ook niet meer direct aan water zijn gelegen In het overleg met het waterschap over de dijkverbetering moeten bezwaren van de verenigingen kenbaar worden gemaakt Het scoutinggebouw zal in geval van nieuwbouw altijd meer richting weg komen te liggen. In beperkte mate betekent de nieuwe positionering van het scoutinggebouw een beperking van het uitzicht. De terreingrenzen zijn nog niet aangegeven op de tekening. Dit is een punt van nader overleg. De restruimte is alleen groen aangegeven om zo zichtbaar te maken dat het gebiedje groener kan worden.

Waarvan akte. Tot op heden vindt keren niet georganiseerd plaats. Indien een keerpunt gewenst is lijkt deze het meest logisch ter hoogte van de ingang van de parkeerplaatsen van jachthaven De Stuw.

35 Definitief programma van eisen inrichtingsplan Maatweg eo

zijn langs de parallelweg voor de scouting en Keistad. Onze vraag is nu waar deze auto`s moeten keren om in de juiste rijrichting te komen. Een en ander is voor ons belangrijk omdat de gebouwen van zowel de scouting als Keistad aan derden verhuurd gaan worden. Aansluiting Grebbeliniepad (legenda nr. 23) / Aanpassing botenhelling (legenda nr. 24) Wij vragen ons af wat hiermee wordt bedoeld.

72

73

74

75

In de legenda stond bij 23 Aansluiting Grebbeliniepad. Deze opmerking is nog uit de tijd dat er een trekpontje lag op deze plaats (theoretische historie). Wandelen zou dan verder voorlangs richting Valleikanaal geschieden. Dit is niet meer correct. Dit is aangepast in de tekening. Bij 24 wordt de mogelijkheid aangegeven dat de botenhelling moet worden aangpast. Dit is ter beslissing van jachthaven.

Tijdens het gesprek op 25 mei jl. sprak de landschapsarchitect met ons over de mogelijke uitbreiding van het aantal ligplaatsen met 6 stuks. Op de “praatprent” is sprake van slechts 4 extra ligplaatsen, hetgeen ook nog ten koste gaat van ons terrein (volgens onze berekening een verlies van 9x12 m). Dit nu al beperkte terrein hebben wij nodig om onze werkzaamheden te kunnen verrichten (hellingen van boten). Los hiervan komt ook onze hijskraan en de radius hiervan in de knel. Deze optie is op deze manier dus niet wenselijk. Wij vragen ons af hoe de afsluiting tegen ongewenste bezoekers in het nieuwe plan vorm gaat krijgen en waar deze komt te lopen. Tenslotte willen wij nog opmerken dat het ons opviel dat op de “praatprent” alleen gesproken wordt over “deelgebied scouting en Keistad”, maar dat het ons – na bestudering van de genoemde prent – duidelijk werd dat het ook hoofdzakelijk gaat over de uitbreiding van genoemde verenigingen. Het lijkt er immers op dat wij als oudste bedrijf in dit gebied op alle punten moeten inleveren.

Waarvan akte. Dit is de enige mogelijkheid die door ons wordt gezien om uitbreiding van het aantal ligplaatsen mogelijk te maken.

Zien in dat de dijkverbetering nodig is, vragen aandacht voor goed toegankelijk blijven jachthaven. Willen meewerken aan nieuw hekwerk rondom terrein, eventueel op andere plek, als veiligheid wordt

Waarvan akte

Zal in nader overleg worden uitgewerkt.

In overleg met alle gebruikers hebben wij gepoogd om voor iedereen in het gebied een win-win situatie te creeren. Voor jachthaven De Stuw hebben wij geprobeerd een betere parkeeroplossing te maken middels het inrichtingsplan. Daarnaast hebben wij een voorstel gedaan voor een uitbreiding van het aantal ligplaatsen, aangezien dit wenselijk was voor de jachthaven. Ook is nav de overleggen met de gebruikers in het gebied het alternatief naar voren gekomen om de dijk niet direct langs de eemzijde maar ter hoogte van de Ringweg Koppel te situeren. Dit heeft voor jachthaven De Stuw ook een behoorlijk aantal voordelen.

De Eemkruisers 76

De Eemkruisers

77

Waarvan akte

36 Definitief programma van eisen inrichtingsplan Maatweg eo

gewaarborgd. Absoluut oneens met bruggetje over de opening. Gebied wordt dan toegankelijk voor derden = onveilig. Veiligheid is nu reeds een probleem. Daarnaast komen boten met hoge vaste masten in jachthaven. Geeft randvoorwaarden aan brug. Kan wandelroute niet om terrein Eemkruisers heen ipv de bedachte route voorlangs langs de Eem? Wijzigen entree tbv ontsluiting en ecologie is bespreekbaar. Willen jachthaven uitbreiden met 14 à 15 ligplaatsen. Heeft voorstel ingediend bij de gemeente: willen sloop van dijk die geen functie heeft naast toegang van jachthaven ivm uitbreiding, de beheerbaarheid en de zichtbaarheid van de jachthaven vanaf het water.

78

79 80 81

Bruggetje en trekpontje zijn beiden vervallen. Er komt geen verbinding over het dijkje aan de boteningang van de jachthaven

Is gewijzigd. De wandelroute zal om het terrein heenlopen en niet meer voorlangs. Waarvan akte. Vanuit cultuurhistorisch oogpunt is sloop van dit dijkje onwenselijk. Inmiddels heeft de vereniging besloten de jachthaven niet uit te willen breiden en het dijkje te willen handhaven.

Jachthaven De Eem 82

Jachthaven De Eem

83

84

Zijn tegen fietspad over de dijk in verband met veiligheid van opstallen en jachthaven . Is gezien de lengte van het eigendom onbeheerbaar. Voorstel fietspad op andere plek bv aan de andere kant van de sloot die is gelegen op het terrein De Schans. Sloot is goede afscheiding. Tbv van de jachthaven zijn ongeveer 12 – 20 parkeerplaatsen noodzakelijk. Indien parkeerplaatsen langs nieuwe ontsluitingsweg vanaf de Schans komen is geen onoverkomelijk probleem . Bevoorrading moet via de dijk plaatsvinden.

In een vervolggesprek is gesproken met de fam. over het plaatsen van een haag met hekwerk als afscherming van priveeigendom. Dit voorstel kan hun goedkeuring wegdragen. Zij blijven echter wel tegen een openbaar fietspad over de dijk. Uitgangspunt is fietsen met zicht op de Eem. Vanaf voorgestelde locatie is geen zicht op de Eem. Waarvan akte

37 Definitief programma van eisen inrichtingsplan Maatweg eo

Gemeente Amersfoort

RAADSINFORMATIEBRIEF NUMMER 7 Van Aan Portefeuillehouder

: Burgemeester en Wethouders : gemeenteraad : Wethouder J. Hekman

Reg.nr. Datum

: 2296793 : 9 januari 2007

TITEL Samenwerking NV SRO met gemeente Haarlem

KENNISNEMEN VAN Het principebesluit tot samenwerking van de NV SRO met de te verzelfstandigen afdeling Sport&Recreatie/Accommodaties van de gemeente Haarlem. Bij deze beoogde samenwerking geldt als uitgangspunt dat er een nieuw gemeenschappelijk sportbedrijf wordt opgericht waarin de gemeente Amersfoort en de gemeente Haarlem participeren.

AANLEIDING De gemeente Amersfoort heeft er als aandeelhouder van de NV SRO altijd op aangedrongen dat het de voorkeur heeft dat het bedrijf bij groei door uitbreiding van werkzaamheden bij andere partijen, deze partijen aandelen laat nemen in het bedrijf. Uiteraard moet deze groei wel passen in de strategie van het bedrijf. Deze mogelijkheid doet zich nu voor. De gemeenteraad van Haarlem heeft in december 2006 ingestemd met het principebesluit tot verzelfstandiging van de afdeling Sport&Recreatie/Accommodaties door samenwerking in enigerlei vorm met een bestaand en gezond bedrijf op het gebied van sport en/of recreatie. Eén van de beoogde samenwerkingspartners was de NV SRO. Het college van Haarlem heeft op 9 januari 2007 besloten het principebesluit tot verzelfstandiging uit te werken door samenwerking met de NV SRO.

KERNBOODSCHAP Het principebesluit tot samenwerking van de NV SRO met de te verzelfstandigen afdeling Sport&Recreatie/Accommodaties van de gemeente Haarlem. Bij deze beoogde samenwerking geldt als uitgangspunt dat er een nieuw gemeenschappelijk sportbedrijf wordt opgericht waarin de gemeente Amersfoort en de gemeente Haarlem participeren.

CONSEQUENTIES Door het samengaan van de NV SRO met de te verzelfstandigen afdeling Sport&Recreatie/Accommodaties van de gemeente Haarlem vinden er schaalvoordelen plaats. Ook kan gebruik worden gemaakt van elkaars kennis en expertise. Dit resulteert uiteindelijk in betere producten en diensten. De colleges van de gemeenten Haarlem en Amersfoort hebben een principebesluit genomen om te komen tot samenwerking van de NV SRO met de te verzelfstandigen afdeling Sport&Recreatie/Accommodaties van de gemeente Haarlem. De planning is er opgericht om uiterlijk in april 2007 een go-no-go besluit te nemen. Om te komen tot een dergelijk besluit dienen de komende periode onder andere de volgende uitwerkingen plaats te vinden: • Concept samenwerkingsovereenkomst • Hoofdlijnen bedrijfsplan • Vergelijking arbeidsvoorwaarden De concept samenwerkingsovereenkomst en het bedrijfsplan op hoofdlijnen zullen onder andere duidelijkheid moeten geven over: • De beoogde juridische constructie en de verdeling van zeggenschap

Inlichtingen bij:

R. Veldman, CST/FIN, (033) 469 46 98

Gemeente Amersfoort raadsinformatiebrief 2296793

• • • • •

De inbreng van beide samenwerkingspartners De breedte van het werkpakket van de verzelfstandigde organisatie De visie, missie en stategie van de organisatie De financiën (beschikbare budgetten en financieringsstructuur) De huisvesting van de nieuwe organisatie

Zodra er duidelijkheid is over bovengenoemde punten zal er een voorstel worden voorgelegd aan het college van de gemeente Amersfoort. Alvorens ons college een definitief besluit neemt, wordt de gemeenteraad in de gelegenheid gesteld zijn wensen en bedenkingen kenbaar te maken. Bij deelname in een nieuw op te richten sportbedrijf dient verder de provincie nog goedkeuring te verlenen.

BETROKKEN PARTIJEN De NV SRO, de gemeente Haarlem en de gemeente Amersfoort. Burgemeester en wethouders van Amersfoort, de secretaris,

de burgemeester,

Drs. P.J. Buijtels

A. van Vliet-Kuiper

Bijlagen

- geen

Raadsinformatiebrief 2007 nr. 7

Datum: Aanvang:

dinsdag 16 oktober 2007 18:00

Stand van zaken fusie musea Supermarktontwikkelingen in Amersfoort 2007 - 2016 ’Meer dan de markt aankan’ Situatie rond sluipverkeer Eindweg/Holleweg Hooglanderveen

Raadsinformatiebrief 2007 nr. 7

Stand van zaken fusie musea Amersfoort in C

Raadsinformatiebrief 2007 nr. 7

Supermarktontwikkelingen in Amersfoort 2007 - 2016 ’Meer dan de markt aankan’ Kamer van Koophandel

Raadsinformatiebrief 2007 nr. 7

Situatie rond sluipverkeer Eindweg/Holleweg Hooglanderveen Belangenvereniging en Bewoners Eindweg/Holleweg Hooglanderveen