“Executive functioning” bij kinderen met een ontwikkelings- of gedragsstoornis Sylvie Verté
INLEIDING Reeds geruime tijd worden pogingen ondernomen om te bepalen welke aspecten van diverse ontwikkelingsen gedragsstoornissen primair, dan wel secundair zijn.
In de cognitieve verklaringsmodellen rond autismespectrumstoornissen (ASS) en Attention Deficit Hyperactivity Disorder (ADHD) wordt vaak gesuggereerd dat executief dysfunctioneren een centraal tekort zou zijn (Barkley, 1996; Pennington & Ozonoff, 1996; Russell, 1997). EF-deficieten worden echter ook in diverse andere stoornissen, zoals het syndroom van Gilles de la Tourette (TS), ObsessiefCompulsieve stoornis (OCD), Oppositionele Gedragsstoornis (ODD) en Conduct Disorder (CD), teruggevonden.
Executieve functies (EF)
o Overkoepelende term van een aantal cognitieve functies die vermoedelijk door de frontaalkwab worden gemedieerd (bv. werkgeheugen, cognitieve flexibiliteit, inhibitie, planning en woord-vloeiendheid) o Mentale processen die zelfcontrole mogelijk maken en die nodig zijn om een adequate probleemoplossingsset voor een toekomstig doel vast te houden o Andere benamingen: controlefuncties, besturingsfuncties of uitvoerende, superviserende functies
Het is nog onduidelijk of de verschillende stoornissen van elkaar kunnen worden gedifferentieerd op basis van hun neurocognitief EF-profiel
Suggestie van mogelijke oplossing bij gebruik van informatieverwerkingsbenadering: als we brede domein van EF opdelen in meer unitaire componenten, zou kunnen dat specifieke stoornissen geassocieerd zijn met verschillende profielen van EF-sterkten en EF-tekorten
Mogelijke verklaringen
-
alle groepen vertonen EF-deficieten, maar verschillen in de ernst van het deficiet
-
sommige klinische groepen vertonen EF-deficieten op een verscheidenheid aan neuropsychologische tests, terwijl anderen enkel deficieten vertonen op sommige van de testen (pervasiviteitshypothese)
-
EF-deficieten die in sommige groepen worden teruggevonden, zijn te wijten aan de comorbiditeit met een andere diagnose
METHODE Subjecten
Kinderen tussen zes en twaalf jaar oud (IQ > 80) met: -
ASS
-
ADHD
-
ASS + ADHD
-
ADHD+ ODD
-
TS
-
TS + ASS
-
NC (controlekinderen)
Gematcht op chronologische leeftijd en totaal IQ --> gestandaardiseerde diagnoses en gecontroleerd op comorbiditeit
Selectiecriteria (2 fasen)
- Klinische diagnose door deskundig multidisciplinair team
- Vragenlijsten voor ouders en leerkracht van kind: selectie via stapsgewijze procedure
-
DSM-IV/ICD-10 screener: meet breed spectrum van kinder-psychiatrische stoornissen
-
Vragenlijst voor Gedragsproblemen bij Kinderen (VvGK): bevat DSM-IV symptomen van ADHD, ODD en CD
-
Child Communication Checklist (CCC): meet kwalitatieve aspecten van communicatie
-
Tourette Syndrome Symptom List (TSSL): meet symptomen van Tourette Syndroom
-
Leyton Obsessional Inventory Parent Version, Survey Form (LOI-PV): meet obsessief en compulsief gedrag
- Diagnostisch interview met ouders + verkorte versie van de WISC-R
-
Autisme : Autism Diagnostic Interview – Revised
-
Andere : Diagnostic Interview Schedule for Children – IV
-
WISC-R (Woordenschat, Rekenen, Blokpatronen en Plaatjes Ordenen)
Instrumenten
Batterij van EF-taken, theoretisch en empirisch gerelateerd aan de prefrontaal cortex
-
Circle Drawing task: inhibitie
-
Self-Ordered Pointing task: werkgeheugen
-
Wisconsin Card Sorting test: cognitieve set-shifting, flexibiliteit en werkgeheugen
-
Tower of London: planning
-
Teach Opposite World task: aandachtscontrole/switching en inhibitie van een automatische respons
-
Woordvloeiendheidstest (semantisch en op letter)
-
Change taak : inhibitie en flexibiliteit
-
Controletaken:
- Beery Visual Motorische integratietaak: visuo-motorische vaardigheden -
Benton Visual Retention Test: korte termijngeheugen voor visueel materiaal
-
Corsi Block Tapping Test: visuele geheugenspan
-
SON-R categorisatietaak
-
WISC-R Blokpatronen: spatiële visualisatie en visueel motorische coördinatie
-
WISC-R Woordenschat: semantisch geheugen
Hypothesen
o Inhibitie: TS, ADHD en ADHD/ODD < NC; ASS = NC; ASS/ADHD en ASS/TS?
o Werkgeheugen: ADHD en ADHD/ODD = NC; ASS en TS < NC; ASS < ADHD; ASS/ADHD en ASS/TS?
o Flexibiliteit: ADHD, ADHD/ODD en ASS < NC; ASS < ADHD; TS = NC; ASS/ADHD en ASS/TS?
o Planning: ADHD, ADHD/ODD en ASS < NC; TS = NC; ASS/ADHD en ASS/TS ?
o Fluency Semantisch: ASS < NC; ADHD en ADHD/ODD = NC; TS, ASS/ADHD en ASS/TS?
o Fluency Letter: TS, ADHD en ADHD/ODD < NC; ASS, ASS/ADHD en ASS/TS ?
RESULTATEN Op basis van voorlopige resultaten is het nog niet mogelijk om duidelijke EF-profielen op te stellen
De resultaten voor alle groepen zijn relatief vergelijkbaar
Effect sizes: trends
NC vs ADHD
NC vs HFA
NC vs TS
NC vs
ADHD vs HFA
ADHD/ODD Inhibitie
large
Werkgeheugen SetShifting*
medium
medium
medium
Planning
medium large
large
Fluency
large medium
* op basis van de Te-ach
Inhibitie:
SSRT: ADHD < TS en NC
Flexibiliteit:
WCST en Change-taak geen verschillen Te-ach: ADHD < andere groepen
Planning:
totaaltijd en decisietijd: ASS, TS, ASS/TS > NC; ASS > ADHD ADHD; ASS/ADHD meer fouten dan NC
Werkgeheugen:
ASS < NC en ADHD
Woordvloeiendheid:
ADHD/ODD meer fouten dan NC
Volgend onderzoek
component proces analyses: identificeren van de specifieke onderliggende cognitieve processen die onderliggend zijn aan een bepaald EF-deficiet
ultieme doelstelling:
bekomen van ‘fingerprints’ van de specifieke patronen van een bepaald EF-deficiet dat is geassocieerd met de verschillende stoornissen