EXCELLENTIEPLAN GROENHORST 2015-2018
Aangepaste versie excellentieplan Groenhorst oktober 2015 Vastgesteld door het CvB, dd-dd-dddd
1
Inhoudsopgave 1
Stimuleren van excellentie .............................................................................................................. 3 1.1
2
3
4
5
6
Inleiding ................................................................................................................................... 3
Wat zijn excellente leerlingen ......................................................................................................... 4 2.1
Selectiecriteria excellente leerlingen Groenhorst ................................................................... 4
2.2
Toelichting bij de criteria ......................................................................................................... 4
2.3
Toepassing selectiecriteria ...................................................................................................... 5
Honours programma’s.............................................................. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 3.1
Beschrijving huidige situatie .................................................................................................... 6
3.2
Beschrijving doelstellingen ...................................................................................................... 6
3.3
Koploper project Barneveld .................................................................................................... 7
3.4
LONK-project Dronten ............................................................................................................. 8
3.5
Randweg-project Emmeloord ............................................................................................... 10
3.6
Melkveestal Aeres Praktijkcentrum ...................................................................................... 11
3.7
Activiteitenplanning .............................................................................................................. 12
Vakwedstrijden .............................................................................................................................. 13 4.1
Beschrijving huidige situatie .................................................................................................. 13
4.2
Beschrijving doelstellingen .................................................................................................... 14
4.3
Activiteitenplanning .............................................................................................................. 16
Internationalisering ....................................................................................................................... 18 5.1
Uitwerking van internationalisering ...................................................................................... 18
5.2
Belang van internationalisering voor het onderwijs ............................................................. 18
5.3
Beschrijving huidige situatie .................................................................................................. 19
5.4
Beschrijving doelstellingen .................................................................................................... 20
5.5
Uitwerking studiereizen ........................................................................................................ 20
5.5.1
Studiereis Afrika ............................................................................................................ 21
5.5.2
Studiereis VS – paraveterinair ....................................................................................... 22
5.6
Activiteitenplanning .............................................................................................................. 24
5.7
Meester-gezel titel ................................................................................................................ 25
5.7.1
Beschrijving huidige situatie .......................................................................................... 25
5.7.2
Beschrijving doelstellingen ............................................................................................ 25
5.7.3
Activiteitenplanning ...................................................................................................... 26
Bijlage – Totaaloverzicht activiteitenplanning excellentieplan 2015-2020................................... 27
Aangepaste versie excellentieplan Groenhorst oktober 2015 Vastgesteld door het CvB, dd-dd-dddd
2
1 Stimuleren van excellentie 1.1 Inleiding Groenhorst heeft in het meerjarenbeleidsplan 2013-2018 beschreven dat het behalen van excellentie in onderwijs bovenaan staat. Deelnemers kiezen bewust voor de kwaliteit en de expertise van ons onderwijs. De deelnemers worden bediend met kwalitatief hoogwaardig onderwijs in de groene sector. Deelnemers die een mbo opleiding volgen bij Groenhorst hebben een brede basis zodat ze een goede positie kunnen innemen op de steeds veranderende arbeidsmarkt, of doorstromen naar een vervolgopleiding. In hetzelfde plan staat ook beschreven dat we excellentie verwachten van ons personeel. Kwaliteit, betrokkenheid, inzet en ambitie van medewerkers zijn bepalend voor het succes van Groenhorst. Wij waarderen collega’s en deelnemers die hun nek uit durven steken (koplopers) en invloed nemen. Vertaalt naar onze ambitie: Groenhorst is een instelling waar deelnemers zich veilig en uitgedaagd voelen om duurzaam hun talenten te ontplooien, waarbij de ontwikkeling wordt ‘vastgelegd’ in de diploma’s die deelnemers behalen. Zij zijn in staat zelf verantwoordelijkheid te nemen voor hun leerproces. Groenhorst verbindt excellentie voor het mbo aan vakmanschap. De lat ligt hoog voor alle deelnemers, maar we blijven oog houden voor deelnemers die net wat extra kunnen op grond van hun talenten of kwaliteiten. Een actueel voorbeeld hiervan zijn de twee teams van deelnemers van Groenhorst uit de opleidingen bloemsierkunst en groene ruimte (hoveniersopleiding) die in de zomer van 2015 aan de World Skills 2015 van Sao Paolo hebben deelgenomen. Op gebied van internationalisering hebben zowel Groenhorst als de gehele Aeres Groep een lang trackrecord. We bieden alle deelnemers volop kansen en gelegenheid om een internationale ervaring op te doen en stimuleren dit waar mogelijk. Hierbij houden we oog voor deelnemers (en docenten), die net een tandje bij willen zetten en (letterlijk!) net wat verder willen. Een voorbeeld hiervan is het Ethiopia Plus project, waar de Aeres Groep samen met Groenhorst de Orange Carpet Award 20151 won op 12 maart 2015 bij EP-NUFFIC. Internationalisering zorgt niet alleen voor persoonlijke ontwikkeling van deelnemers en docenten, het zorgt voor verrijking van de opleiding door een nieuw perspectief of andere context te bieden op vakmanschap. Samen met de andere onderwijsinstellingen van de Aeres Groep zijn er projecten opgezet buiten Europa. Tot besluit houdt het streven naar excellentie niet op als onze deelnemers de opleidingen verlaten. Deelnemers die tijdens de opleiding hebben laten blijken over talenten of kwaliteiten zullen worden gestimuleerd in het behalen van een meestertitel. Resumerend ziet Groenhorst de volgende speerpunten in het stimuleren van excellentie: -
-
Tijdens de opleiding o Excellentieprogramma’s in het vakgebied (honours programma’s) o Voorbereiding en deelname vakwedstrijden o Internationalisering Na de opleiding o Voorbereiden op meester-gezel titel
Het excellentieplan van Groenhorst is als volgt opgebouwd. Allereerst wordt stil gestaan bij de definitie van excellente leerlingen die Groenhorst hanteert. Hierbij worden de selectiecriteria en de toepassing hiervan toegelicht. In de volgende hoofdstukken worden de speerpunten uitgewerkt naar doelstellingen en acties benoemd voor de komende periode. Bij ieder speerpunt wordt gestart met 1
Een award voor het meest innovatieve internationalisering project, zie https://www.nuffic.nl/onderwijspromotie/orange-carpet-award. Aan het Ethiopia Plus project nemen jaarlijks 23 Groenhorst deelnemers (leerlingen en docenten) aan deel. Aangepaste versie excellentieplan Groenhorst oktober 2015 Vastgesteld door het CvB, dd-dd-dddd
3
een beknopte analyse van de uitgangssituatie. Aan het einde van iedere paragraaf wordt een activiteitenplanning weergegeven, inclusief een weergave van de verwachte investeringen. Bij de uitwerking is de focus gelegd op het schooljaar 2015-2016. De activiteitenplanning inclusief de inzet van de excellentiegelden voor de schooljaren 2016-2017 en verder opgenomen als bijlage 1. Bij de uitvoering van de speerpunten van excellentie wordt aandacht besteed aan kennisdeling en uitwisseling. Bij de totstandkoming van het plan en de eerste inventarisatie van de verschillende onderwerpen, kwam naar boven dat binnen veel teams al de nodige activiteiten uitgevoerd worden op dit vlak. Nieuw is, dat er vanuit de regeling kwaliteitsafspraken expliciet aandacht wordt gevraagd voor de ‘bovenkant’ van de deelnemerpopulatie. Bij alle onderwerpen in het excellentieplan staat daarom kennisdeling genoemd. Juist om inzichtelijk te maken wat het verschil is tussen excellentie en goed onderwijs. Hierbij is het hbo van de Aeres Groep (Vilentum Hogeschool) nauw betrokken.
2 Wat zijn excellente leerlingen 2.1 Selectiecriteria excellente leerlingen Groenhorst Groenhorst wil met de excellentiegelden onderwijsactiviteiten uitvoeren voor toptalenten in de opleidingen. Het gaat dan om activiteiten die voor een selecte groep geprogrammeerd worden, als een verzwaring van hun opleidingsprogramma. Aan de start van het schooljaar 2015-2016 is aan de onderwijsteams gevraagd wat bruikbare criteria zijn voor het discrimineren tussen excellente en ‘reguliere’ leerlingen. De inventarisatie leidt tot de volgende criteria: -
-
-
Functioneren binnen het vakgebied o Cijfer op voor het vakgebied relevante werkprocessen is gemiddeld ≥ 7 o Functioneren in de BPV wordt beoordeeld met gemiddeld ≥ 8 o Beoordeling schoolwedstrijd Skills Heroes met ≥ 450 punten (alleen voor opleidingen waarvoor Skills-vakwedstrijden beschikbaar zijn) Studievoortgang o De voortgang op alle studieonderdelen binnen het prestatiedossier is voldoende o Er is geen achterstand op gebied van examinering (PvB’s, werkprocesexamens) Beheersing Engels (alleen t.b.v. internationalisering) o Engelse taal wordt beheerst op minimaal B2-niveau. Internationale ervaring (alleen t.b.v. internationalisering) o Excellente deelnemer heeft al een buitenlandervaring binnen de EU
2.2 Toelichting bij de criteria Ten aanzien van het functioneren binnen het vakgebied, geldt voor opleidingen waarvoor schoolwedstrijden worden georganiseerd, dat deze wedstrijden een selecterende functie hebben voor excellentie. Groenhorst wil de vakwedstrijden die beschikbaar zijn voor haar opleidingen optimaal benutten. De eis van een minimale score op de schoolwedstrijd geldt als aanvullende eis voor excellentieprogramma’s. Aangezien er niet voor alle opleidingen van Groenhorst vakwedstrijden beschikbaar zijn, geldt deze eis alleen voor de opleidingen op gebied van Bloemsierkunst en Hovenier. Voor het selecteren van excellente leerlingen die een excellentieprogramma willen volgen op gebied van internationalisering heeft Groenhorst twee aanvullende criteria benoemd. Groenhorst stimuleert al haar leerlingen om een buitenlandervaring op te doen, van excellente leerlingen wordt verwacht dat zij net een stapje verder kunnen en durven gaan. In de eerste plaats is een taal-eis opgenomen, te weten beheersing Engelse taal. De taal-eis wordt bij voorkeur aangetoond door het behalen van een Anglica-certificaat door de leerling. Beheersing van de Engelse taal mag voor excellente Aangepaste versie excellentieplan Groenhorst oktober 2015 Vastgesteld door het CvB, dd-dd-dddd
4
leerlingen geen barrière zijn. Op dit moment hebben nog niet alle locaties van Groenhorst ervaring met het begeleiden van leerlingen naar het Anglica-examen. Wel is het streven dat dit met ingang van 2017-2018 is ingebed in het curriculum van alle niveau 4 opleidingen. Aanvullend op de taal-eis, is het hebben van een eerdere buitenlandervaring benoemd als criterium. Groenhorst wil de excellentiegelden ten behoeve van internationalisering zoveel mogelijk inzetten om leerlingen buiten de EU een buitenlandervaring te laten opdoen, het liefst in opkomende economieën. Het helpt dan als leerlingen al eens praktijkervaring hebben opgedaan met andere culturen en gebruiken. Deze twee aanvullende selectiecriteria gelden alleen voor leerlingen die gebruik maken van een excellentieprogramma op gebied van internationalisering. Met bovenstaande criteria beoogt Groenhorst de meest getalenteerde leerlingen te selecteren. Groenhorst heeft op dit moment echter nog geen ervaring met het toepassen van deze criteria. In het schooljaar 2015-2016 worden de criteria voor het eerst toegepast, waardoor nu nog niet met zekerheid is te zeggen of de criteria te veel of juist te weinig discriminerend zijn richting de leerlingen. De selectiecriteria worden in 2016 geëvalueerd en bijgesteld indien noodzakelijk.
2.3 Toepassing selectiecriteria De criteria zijn vastgesteld en gecommuniceerd met de opleidingsteams. Conform de regeling, wordt niet Groenhorstbreed voorgeschreven dat de criteria alleen toegepast kunnen worden op leerlingen van een bepaald niveau of moment in de opleiding (leerjaar). Van de teams wordt wel gevraagd dat zij uiterlijk 1 november 2015 aangeven of ze gebruik willen maken van de excellentiecriteria en zo ja, voor welke opleiding(en) en leerjaar. Tijdens het mbo-directieoverleg van 19 november 2015 – waarin alle directeuren van mbo-locaties van Groenhorst vertegenwoordigd zijn – zal het definitieve overzicht van deelnemende teams en programma’s worden vastgesteld. De criteria zullen voor het eerst toegepast worden in het voorjaar van 2016 (januari – februari). De bedoeling is dat de excellentieprogramma’s worden uitgevoerd in de periode maart – augustus, buiten het reguliere onderwijsprogramma om. In het mbo-directieoverleg van 2 juni 2016 worden de selectiecriteria en de toepassing ervan geëvalueerd. In tabel 1 staan de stappen schematisch weergegeven. Schooljaar 2015-2016 wil Groenhorst nadrukkelijk gebruiken om ervaring op te doen met de selectiecriteria. Voor de daaropvolgende schooljaren zal hetzelfde tijdschema gehanteerd worden, tenzij uit de evaluatie blijkt dat aanpassing gewenst is. Tabel 1: Activiteitenplanning toepassing selectiecriteria excellentie
Nr. 1. 2.
3.
4.
5. 6. 7.
Omschrijving Inventariseren excellentieprogramma’s bij opleidingsteams Communiceren en toelichten selectiecriteria en procedure aan opleidingsteams Opleidingsteams geven aan gebruik te willen maken van excellentiegelden en voor welke opleiding / leerjaren Vaststellen deelnemende teams en excellentieprogramma’s in Mbodirectieoverleg Toepassen selectiecriteria Uitvoeren excellentieprogramma’s Evalueren uitvoering excellentieplan Groenhorst 2016
Wanneer gereed 1 oktober 2015 1 oktober 2015
Verantwoordelijke Stafdienst O&K, opleidingsteams Stafdienst O&K
1 november 2015
Opleidingsteams, locatie MT’s
19 november 2015
Stafdienst O&K, Mbodirectieoverleg Groenhorst Opleidingsteams Opleidingsteams Stafdienst O&K, Mbodirectieoverleg Groenhorst
1 maart 2016 31 augustus 2016 2 juni 2016
Aangepaste versie excellentieplan Groenhorst oktober 2015 Vastgesteld door het CvB, dd-dd-dddd
5
3 Honours programma’s Groenhorst wil het grootste deel van de excellentiegelden inzetten om excellentie te stimuleren bij deelnemers tijdens de opleiding. Uiteraard spelen hierbij internationalisering en de vakwedstrijden een rol. Maar tegelijk wil Groenhorst ook inzetten op het erkennen van programmaonderdelen in het vakrichtingsprogramma, die aanzetten tot excellentie.
3.1 Beschrijving huidige situatie Groenhorst voert diverse programma’s uit op gebied van toonaangevend onderwijs. Bijvoorbeeld de vertaling vanuit de centers of expertise en centra voor innovatief vakmanschap2 naar de mboopleiding op gebied van akkerbouw (pootgoed), melkvee en intensieve (pluim-)veehouderij. Maar ook het begeleiden van deelnemers naar toonaangevende leerbedrijven in binnen en buitenland of het deelnemers laten excelleren op gebied van ondernemendheid. Een beknopte (maar niet volledige) opsomming van programmaonderdelen waarmee we excellentie stimuleren: -
-
-
Examinering en praktijklessen in authentieke beroepssituatie bij alle beroepen. Ter illustratie de Dierenartsenpraktijk van Groenhorst Barneveld. Binnen de school is voor de opleiding paraveterinair assistent een professionele leeromgeving gecreëerd met alle faciliteiten van een dierenkliniek. De omgeving wordt gebruikt voor simulatie, waarin niet alleen naar excellentie op gebied van kennis en vaardigheden maar juist ook op gebied van beroepshouding wordt gestreefd. Inzet van CIV Agri&Food en nauwe samenwerking met hbo’s in primaire opleidingen. Vertaling en valorisatie van nieuwe wetenschappelijke inzichten naar de beroepspraktijk, o.a. via de uitgebreide praktijkfaciliteiten van het Aeres Praktijkcentrum en de samenwerking met topondernemers binnen het AgroFoodCluster. Integratie van wonen, werken en leren binnen de Stichting Warmonderhof, waar Groenhorst Dronten de opleiding voor biologisch-dynamische landbouw uitvoert. Modules op gebied van ondernemendheid via minionderneming of JongOndernemen dagen leerlingen uit om in reële praktijksituatie ondernemend gedrag te vertonen. Alle niveau 4 opleidingen van Groenhorst voeren een minionderneming uit (al dan niet via het programma van Jong Ondernemen).
3.2 Beschrijving doelstellingen Groenhorst heeft in de periode april – september 2015 een inventarisatie uitgevoerd om excellente programmaonderdelen in beeld te brengen en verder te ontwikkelen tot volwaardige honours programma’s. Er zijn vier projecten gedefinieerd die passen bij de regeling: -
Koploper project Barneveld LONK-project biologisch-dynamische landbouw Randweg-project gangbare akkerbouw Melkveestal Aeres Praktijkcentrum Dronten
Deze projecten worden in de paragrafen 3.3 tot en met 3.6 beschreven. Uit de inventarisatie bleek dat er meer onderdelen uit opleidingen van Groenhorst als excellentieprogramma kunnen worden uitgewerkt. Zoals bij de toepassing van de excellentiecriteria is beschreven, daagt Groenhorst de opleidingsteams uit om aanvullende excellentieprogramma’s te ontwikkelen voor 2016-2017. 2
Op de site http://www.civ-agri-food.nl/ zijn de verschillende CIV’s en onderliggende meeting points weergegeven. Groenhorst is kartrekker van CIV Akkerbouw, CIV Pluimvee, en participeert in de CIV’s Melkvee en Varkenshouderij. Aangepaste versie excellentieplan Groenhorst oktober 2015 Vastgesteld door het CvB, dd-dd-dddd
6
3.3 Koploper project Barneveld Groenhorst Barneveld stelt hoge eisen aan het vakmanschap dat examenkandidaten bezitten. Het maakt niet uit of het nu gaat om dierverzorgers, paraveterinairen, veehouders, paardenhouders of loonwerkers op uitvoerend of management niveau: in nauwe samenwerking met het bedrijfsleven is een diploma uit Barneveld een garantie voor degelijk vakmanschap. In alle opleidingen op niveau 3 en 4 neemt ondernemendheid een belangrijke plaats in. Ondernemende mensen zijn mensen die graag het initiatief nemen in allerlei situaties, met ideeën komen om zaken te veranderen of problemen op te lossen. Ze vinden het uitdagend om aan iets (nieuws) te beginnen, ze hebben veel ideeën, durven acceptabele risico’s en te nemen en weten van doorzetten. Het meest kenmerkend van ondernemende mensen zijn de verbale activiteiten die men inzet om invloed en status te verkrijgen. Tevens willen ondernemende mensen niet alleen anderen overtuigen van hun visie en plannen, ze zijn ook sociaal georiënteerd en geven de voorkeur aan interpersoonlijke activiteiten, ze zijn extravert. Alle leerlingen op niveau 3 en 4 van Groenhorst Barneveld krijgen modules op gebied van ondernemendheid aangeboden. In de modules wordt van de projectgroepen verwacht dat zij een ondernemersplan op stellen. De plannen worden door een externe beoordelingscommissie beoordeeld. De commissie bestaat uit adviseurs van de Rabobank, de ABN Amro, een accountant, een topondernemer uit de sector en de burgemeester van Barneveld. Wat dit betreft wordt de lat hoog gelegd voor alle leerlingen. Maar ook hier geldt dat er altijd uitschieters zijn naar beneden en naar boven. In het Koplopers-project wordt getracht de 5% ‘uitschieters naar boven’ te bedienen door hen uit te dagen door middel van een excellentieprogramma. Excellente leerlingen worden uitgedaagd om hun reeds aanwezige competenties op het gebied van ondernemendheid en vakmanschap in te zetten, deze competenties in zichzelf te herkennen en verder uit te bouwen. Leerlingen die aan alle criteria voldoen en van wie het project op ondernemendheid door de externe beoordelingscommissie als ‘meest innovatief’ is beoordeeld, kunnen uit een aantal mogelijke excellentieprogramma’s op de locatie Barneveld deelnemen. -
-
-
Leerlingen die dit willen mogen (na screening) een dierenafdeling van de school ‘adopteren’ en deze afdeling (of deel daarvan) beheren, de verzorgers aansturen, een optimalisatieplan hiervoor opstellen en uitvoeren tot een bepaald budget. Eén of 2 docenten coachen op afstand. Leerlingen die dit willen mogen (na screening) toetreden tot de P.R.-club en open dagen, beurzen enz. voorbereiden, gasten ontvangen, rondleiden enz. Eén of 2 docenten coachen op afstand. Leerlingen die dit willen mogen (na screening) met dieren van school meedoen aan de organisatie van landelijke (vee-)keuringsdagen of helpen met ophokken + assisteren van keurmeesters.
Het begeleiden en coachen van de excellente leerlingen is begroot op 80 uur op jaarbasis per leerling. In totaal wordt 480 uur begroot voor het begeleiden van in totaal 6 excellente leerlingen vanuit het Koplopers-project.
Aangepaste versie excellentieplan Groenhorst oktober 2015 Vastgesteld door het CvB, dd-dd-dddd
7
Tabel 2: Samenvatting excellentieprogramma Koplopers-project
Naam excellentieprogramma Betreft de HKS-kwalificaties
Aanvullend selectiecriteria
Inhoud programma
Periode van uitvoering Kosten programma
Koplopers-project Barneveld - Vakbekwaam medewerker dierverzorging (25450) - Dierenartsassistent paraveterinair (25447) - Bedrijfsleider Dierverzorging (25446) - Vakbekwaam medewerker groen en cultuurtechniek (25456) - Opzichter/uitvoerder groene ruimte (25454) - Vakbekwaam medewerker paardensport en –houderij (25470) - Bedrijfsleider paardensport en –houderij (25468) - Instructeur paardensport en –houderij (25469) - Vakbekwaam medewerker veehouderij (25436) - Vakexpert veehouderij (25441) - Beoordeling ‘meest innovatief’ door externe beoordelingscommissie op project ondernemendheid - Leerlingen uit het 2e of 3e leerjaar van een niveau 3 of 4 opleiding op Groenhorst Barneveld - Aansturing dierenafdeling Groenhorst Barneveld - Deelname PR-club Groenhorst Barneveld - Deelname organisatie landelijke keuringsdagen Gedurende het schooljaar 2015-2016 € 33.840 (480 uur begeleiding door schoolcoaches aan excellente leerlingen)
3.4 LONK-project Dronten Jaarlijks krijgen 3 tot 4 excellente leerlingen van de Warmonderhof de mogelijkheid om binnen het project LONK (Leren op de Nageler kavel) een biologische kavel (SKAL) van 18 ha akkerbouwgrond te exploiteren. In het project worden de leerlingen verantwoordelijk voor het gehele bedrijfsproces op de kavel. De leerlingen moeten zelf met externe adviseurs (teeltadvies, financiering, koop en verkoop) een biologisch akkerbouwbedrijf runnen. Ze leggen verantwoording af aan een raad van commissarissen (bestaande uit de directie van het Landbouwbedrijf van Aeres Praktijkcentrum Dronten) die de leerlingen beoordelen op ondernemendheid, vakvaardigheid en vakkennis, maar bovenal op visie op het (kunnen) runnen van een onderneming. De leerlingen worden door een biologisch-dynamische akkerbouwer gecoacht, alsmede door een docent akkerbouw. De leerlingen zijn echter zelf verantwoordelijk voor het gehele proces van inkoop, zaaien, planten, verzorging, oogsten en verkoop, alsof het hun eigen bedrijf is. Leerlingen worden op basis van de Groenhorstbrede selectiecriteria geselecteerd, uit het 2e en 3e leerjaar van de niveau 4 opleiding voor biologisch-dynamische landbouw. Het gaat dan om leerlingen die ambitieus zijn en bereid om vrije tijd te steken in het verwerven van excellent vakmanschap en ondernemendheid, communicatief sterk zijn, willen samen werken en een verzwaard programma volgen. De leerlingen hebben een bovengemiddelde basiskennis, bovengemiddeld inzicht en bovengemiddelde vaardigheid in het telen van gewassen (mechanisatie, management, ervaring), hun BPV-ervaring is sterk, beroepskenniscijfers zijn bovengemiddeld, de voortgang van hun studie in bovengemiddeld hoog. Leerlingen die aan de criteria voldoen worden gevraagd te solliciteren voor
Aangepaste versie excellentieplan Groenhorst oktober 2015 Vastgesteld door het CvB, dd-dd-dddd
8
het project. Tijdens de sollicitatieprocedure wordt gekeken wordt of de leerlingen over de juiste vaardigheden en attitude beschikken voor het leiden van de onderneming. Het excellentieprogramma wordt tijdens het groeiseizoen uitgevoerd en start in de maand mei van 2016. Door op de kavel te werken missen de leerlingen delen van het reguliere onderwijsprogramma. De leerlingen moeten de lessen die ze missen samen verwerken buiten schooluren, zodat de schoolresultaten er niet onder lijden. Daarnaast krijgen ze specifiek les van de coaches in teelt, financiën, etc. Het LONK-project spreekt leerlingen aan omdat het ze uitdaagt om hun vakmanschap en ondernemendheid te verdiepen. Het geeft ze een unieke ervaring die de leerlingen voorbereid op het bestaan als zelfstandig ondernemer. Tegelijk worden de leerlingen geprikkeld om de verbinding met de buitenwereld op te zoeken. Zelfstandigheid, gedrevenheid, omgaan met spanning en onzekerheid, contacten met leveranciers, afspraken maken e.d. maakt dat hun hoofd helemaal in het ondernemen van de onderneming zit. Elk jaar zal er een overdracht plaatsvinden van de ene groep leerlingen naar de nieuwe groep (excellente)leerlingen. Juist in de overdracht zit ook hun toetsing op ondernemerschap en ondernemendheid. Kennen de leerlingen hun bedrijf en kunnen ze de nieuwe groep voldoende voorbereiden om het project te laten starten. De leerlingen moeten voor het project een jaarplan (doelstelling, risicoanalyse, etc.) en een teeltplan opstellen. Ze moeten twee keer per jaar een rapportage uitbrengen over de voortgang en resultaten naar de Raad van commissarissen. De financiële rapportage komt ook in de financiële rapportage van het Aeres landbouwbedrijf als een apart hoofdstuk en wordt daarmee zichtbaar in het jaarverslag 2016 van de Aeres Groep. De (extra) begeleiding van de studenten door de coaches is 160 klokuur op jaarbasis. De kosten van de begeleiding zijn € 11.280,- terwijl het bedrijfsrisico door het leiden van studenten (minder opbrengsten door het leer effect van van-voor-door studenten) al gauw 20 – 40 k is. Tabel 3: Samenvatting excellentieprogramma LONK
Naam excellentieprogramma Betreft de HKS-kwalificaties Aanvullend selectiecriteria Inhoud programma Periode van uitvoering Kosten programma
LONK-project Dronten - Vakexpert biologisch-dynamische landbouw (25439) - Sollicitatieprocedure - Uitvoeren biologisch akkerbouwbedrijf Nageler-kavel Gedurende het groeiseizoen van 2016 (vanaf mei) € 11.280,00 (160 uur begeleiding door externe en interne coaches aan excellente leerlingen)
Aangepaste versie excellentieplan Groenhorst oktober 2015 Vastgesteld door het CvB, dd-dd-dddd
9
3.5 Randweg-project Emmeloord Groenhorst voert in Emmeloord de gangbare (niet-biologische) akkerbouwopleiding uit. Net als bij de biologisch-dynamische opleiding, worden ook in deze opleiding excellente leerlingen uitgedaagd om gedurende hun opleiding een kavel te exploiteren alsof het hun eigen bedrijf is. De kavelgrootte aan de Randweg in Emmeloord is 24 ha. Excellente leerlingen (niveau 3 en 4) worden op dezelfde wijze gevraagd om te solliciteren als bij het LONK-project. De leerlingen worden ondersteund door ondernemers uit de gangbare akkerbouw en periferie (handelshuizen, mechanisatie, etc.). Daarnaast stelt Groenhorst Emmeloord een docent beschikbaar als interne schoolcoach. De excellente leerlingen hebben binnen het Randweg-project dezelfde opdracht als de leerlingen op de Nagelerkavel, namelijk het runnen van een akkerbouwbedrijf tijdens het groeiseizoen. Het project wordt uitgevoerd met leerlingen uit het derde leerjaar van de niveau 4 opleiding akkerbouw van Groenhorst Emmeloord. Het exploiteren van de kavel aan de Randweg gebeurt in plaats van het reguliere lesrooster. Van de leerlingen wordt verwacht dat ze desondanks geen studieachterstand oplopen, waardoor het uitvoeren van het project een aantoonbare verzwaring van hun opleidingsprogramma is. De inzet van de coaches voor 160 uur vraagt een financiële bijdrage van € 11.280. Tabel 4: Samenvatting excellentieprogramma Randweg
Naam excellentieprogramma Betreft de HKS-kwalificaties Aanvullend selectiecriteria Inhoud programma Periode van uitvoering Kosten programma
Randweg-project Emmeloord - Vakbekwaam medewerker teelt (25435) - Vakexpert teelt en groene technologie (25440) - Sollicitatieprocedure - Uitvoeren akkerbouwbedrijf Randweg-kavel Gedurende het groeiseizoen van 2016 (vanaf mei) € 11.280,00 (160 uur begeleiding door externe en interne coaches aan excellente leerlingen)
Aangepaste versie excellentieplan Groenhorst oktober 2015 Vastgesteld door het CvB, dd-dd-dddd
10
3.6 Melkveestal Aeres Praktijkcentrum In navolging van de voorgaande projecten, wil Groenhorst Emmeloord in samenwerking met de Warmonderhof Dronten een excellentieprogramma uitvoeren voor de opleidingen op gebied van melkveehouderij. Excellente leerlingen uit de niveau 3 en 4 opleiding voor melkveehouder (zowel gangbaar uit Emmeloord als biologisch-dynamisch uit Dronten) kunnen solliciteren om de bedrijfsvoering van de melkveestal van het Aeres Praktijkcentrum Dronten voor een periode van 8 weken over te nemen van de bedrijfsleider. In tegenstelling tot de projecten bij akkerbouw, kan dit programma het gehele jaar uitgevoerd worden. Leerlingen worden geselecteerd op basis van de Groenhorstcriteria, met als aanvulling dat leerlingen moeten solliciteren voor het project. Een ploeg van 3 tot 4 excellente leerlingen neemt voor een periode van 8 weken de verantwoordelijkheid van de twee bedrijfsleiders van de melkveestal over. Bij voorkeur wordt gewerkt met een gemengde ploeg leerlingen uit zowel de gangbare als biologisch-dynamische melkveehouderij opleidingen. Op deze manier maken leerlingen op een intensieve manier kennis met beide veehouderij-systemen, wat een directe verbreding van hun vakmanschap teweegbrengt. De bedrijfsleiders begeleiden (coachen) deze leerlingen per projectperiode op afstand, zodat het bedrijf van-voor-door leerlingen is. De leerlingen begeleiden andere mbo- en hbo-studenten die in de stallen stage lopen, maar zijn tegelijkertijd verantwoordelijk voor de bedrijfsvoering van de twee melkstallen (weidestal – biologische bedrijfsvoering en Flevostal: gangbare bedrijfsvoering). Na afloop van de projectperiode zorgen de leerlingen ervoor dat ze hun verantwoordelijkheid kunnen overdragen aan een nieuwe groep excellente leerlingen. Voor de begeleiding en coaching van de leerlingen wordt een budget vrijgemaakt van 160 uur (€ 11.280). De risico’s die deze leerlingen mogen nemen, kan niet tijdens stage en andere BPV worden gedaan. Voor reguliere leerbedrijven is het risico te groot om de onderneming volledig uit handen te geven. Binnen het excellentieprogramma krijgen leerlingen krijgen wel deze kans, wat zorgt voor een verdieping van hun vakmanschap en ondernemendheid. Tabel 5: Samenvatting excellentieprogramma Melkveestal
Naam excellentieprogramma Betreft de HKS-kwalificaties
Aanvullend selectiecriteria Inhoud programma Periode van uitvoering Kosten programma
Randweg-project Emmeloord - Vakbekwaam medewerker veehouderij (25436) - Vakexpert veehouderij (25441) - Vakexpert biologisch-dynamische landbouw (25439) - Sollicitatieprocedure - Uitvoeren melkveestal Aeres Praktijkcentrum Gedurende het schooljaar 2015-2016 voor een periode van 8 weken € 11.280,00 (160 uur begeleiding door interne coaches aan excellente leerlingen)
Aangepaste versie excellentieplan Groenhorst oktober 2015 Vastgesteld door het CvB, dd-dd-dddd
11
3.7
Activiteitenplanning
Tabel 6: Activiteitenplanning honours programma’s Groenhorst 2015-2016
Doelstelling: internationale excellentieprogramma en stimuleren uitgaande mobiliteit Nr. Activiteiten Omschrijving
++
-
Opleidingsteams zijn gevraagd excellente programmaonderdelen te onderscheiden. Uitwerken van goede voorbeelden naar excellentieprogramma’s Opleidingsteams zijn gevraagd naar selectiecriteria Uitwerken selectiecriteria en hun toepassing
Wanneer gereed 01-09-2015
++
01-09-2015
Aansturing dierenafdeling Groenhorst Barneveld Deelname PR-club Groenhorst Barneveld Deelname organisatie landelijke keuringsdagen Uitvoeren biologisch akkerbouwbedrijf Nageler-kavel
+
01-08-2016
€ 33.840 (480 uur)
LONK - Dronten
-
+
01-09-2016
5.
Randweg - Emmeloord
-
Uitvoeren akkerbouwbedrijf Randweg-kavel
+
01-09-2016
6.
Melkveestal Aeres Praktijkcentrum Dronten
-
Uitvoeren melkveestal Aeres Praktijkcentrum
++
01-08-2016
€ 11.280,00 (160 uur) € 11.280,00 (160 uur) € 11.280,00 (160 uur)
1.
Inventarisatie programmaonderdelen excellentie
-
3.
Inventarisatie huidige selectiecriteria voor excellentieonderdelen Koploper project Barneveld
4.
2.
-
Prioriteit
Kosten
Aangepaste versie excellentieplan Groenhorst oktober 2015 Vastgesteld door het CvB, dd-dd-dddd
12
4 Vakwedstrijden Deelname aan vakwedstrijden stimuleert excellentie, door deelnemers en hun docenten te stimuleren om het beste naar boven te halen. De ervaringen van Groenhorst is dat met de vakwedstrijden ‘vreemde ogen’ in de school worden gebracht, zelfs in de opleiding en de klas. Er wordt door zowel deelnemers als docenten een zekere prestatiedruk ervaren, wat de wedstrijden een goede oefening maakt voor het examen (PvB). Ook geeft het integreren van een (school)vakwedstrijd in het curriculum een impuls aan kwaliteitsverbetering van het onderwijs. Ten slotte wordt bij de vakwedstrijden gewerkt met internationale standaarden en opdrachten, zodat het een goed ‘ijkpunt’ vormt voor het functioneren van deelnemers / de opleiding. Deelname aan een vakwedstrijd begint met een schoolwedstrijd. Deelnemers van een leerjaar van een betreffende opleiding nemen deel aan de wedstrijd volgens de criteria van de schoolwedstrijd. De voorbereiding op de schoolwedstrijd en de uitvoering van de wedstrijd worden opgenomen in de leerplannen van de opleiding. De kwalificatierondes, nationale finales en eventueel internationale finales niet. Groenhorst heeft met de andere leden van de Mbo-Raad en in overleg met Mbo in Bedrijf, besloten om deelname aan Skills Nederland, Euro Skills en World Skills breder te trekken. Groenhorst doet, als er een schoolwedstrijd is georganiseerd, vanzelfsprekend mee aan de kwalificatierondes. Vanaf de kwalificatiewedstrijden begint het extra-curriculaire karakter van de vakwedstrijden. Zoals door Skills Nederland is beschreven in de handleiding voor de Skillswedstrijden, is deelname aan deze regionale, landelijke en internationale wedstrijden een aantoonbare verzwaring van het opleidingsprogramma. De wedstrijden vormen zo een selectieinstrument voor excellentie, van breedtesport naar topsport.
4.1 Beschrijving huidige situatie Groenhorst neemt deel aan de twee beroepenwedstrijden die momenteel voor het groene mbo toegankelijk zijn, te weten bloembinder en hovenier. Deelname aan de wedstrijden is niet zonder succes: in 2014 en 2015 won het team van Groenhorst de gouden medaille tuinaanleg. De Nederlandse vakwedstrijd bloembinden is in december 2014 gewonnen door een leerling van Groenhorst. Daarvoor hebben leerlingen van Groenhorst 5 keer de titel beste bloemschikschool van Nederland gewonnen in wedstrijden van Groei & Bloei (vakblad voor bloemschikken). De vakwedstrijden passen bij het profiel van deze opleidingen. Bovendien sluiten de wedstrijdopdrachten goed aan bij het onderwijsprogramma. Groenhorst leverde bovendien de Nederlandse vertegenwoordiging voor de wereldkampioenschappen bloembinder en hovenier. Deelname aan beroepenwedstrijden als onderdeel van de opleiding, past in een lange traditie van de groen en de bloem-opleiding van Groenhorst. Door de beroepenwedstrijden op te nemen in het excellentieplan wordt beoogd de wedstrijden verder te professionaliseren volgens de opzet van Skills Netherlands. Bovendien is de insteek om in vier jaar tijd deelname aan de beroepenwedstrijden te verbreden, zodat beide uitvoeringslocaties van Groenhorst die beide opleidingen uitvoeren, ook de schoolwedstrijden in hun opleidingsprogramma opnemen (Almere en Velp). Groenhorst heeft voorlopig nog geen ambities om zelf nieuwe beroepenwedstrijden te gaan ontwikkelen volgens het Skills-format.
Aangepaste versie excellentieplan Groenhorst oktober 2015 Vastgesteld door het CvB, dd-dd-dddd
13
4.2 Beschrijving doelstellingen Groenhorst ziet de volgende doelstellingen voor de komende jaren ten aanzien van de vakwedstrijden: -
Structurele inbedding vakwedstrijden in opleidingen bloembinden en groene ruimte Professionalisering organisatie en wedstrijdvoorbereiding
Structurele inbedding De afvaardiging van twee teams van Groenhorst naar de World Skills van 2015 brengen de vakwedstrijden in een stroomversnelling binnen de instelling. Met de onderwijsteams van de twee locaties die de opleidingen bloembinden en hovenier aanbieden (Almere en Velp) wordt momenteel gewerkt aan het nieuwe opleidingsplan, op basis van de herziene kwalificatiestructuur. Hierin zal deelname aan de vakwedstrijd, in de vorm van een schoolwedstrijd opgenomen worden. Voor het goed organiseren van de schoolwedstrijden is een Groenhorstbrede projectgroep ingesteld. Voor de organisatie van schoolwedstrijden is een werkbudget van 100 uur beschikbaar. Professionaliseren organisatie en wedstrijdvoorbereiding Groenhorst streeft naar structurele deelname de kwalificatiewedstrijden van Skills Nederland, de voorrondes voor de nationale finale. Met andere woorden, Groenhorst wil, gezien de resultaten uit het verleden, ieder jaar een kandidaat afvaardigen voor de nationale finales van de relevante vakwedstrijden. Om dit te bereiken wordt de organisatie van de vakwedstrijden op de beide locaties steviger neergezet. Voor het schooljaar 2015-2016 is een projectstructuur opgezet conform het advies van Skills Heroes. Voor het professionaliseren van de wedstrijdorganisatie is een budget van 200 uur beschikbaar. Het totale budget voor de Groenhorst Skills projectgroep komt hiermee op 300 uur voor 2015-2016. Voor schooljaar 2016-2017 en verder is voor de projectgroep een budget van 200 uur per schooljaar begroot. Voor de instelling is een Skills-coördinator aangesteld. De Skills-coördinator fungeert als eerste aanspreekpunt voor de locaties en voor Skills Heroes binnen de instelling. De coördinator faciliteert bovendien het locatieoverstijgende afstemmingsoverleg tussen de projectgroepen van beide locaties. De projectgroepen werken met de draaiboeken van Skills aan het voorbereiden van de schoolwedstrijden. Na de schoolwedstrijden volgen (regionale) kwalificatierondes. De schoolwinnaars worden door de vakexpert van de locaties voorbereid op deze wedstrijden in eigen tijd (buiten geprogrammeerde onderwijstijd). Groenhorst wil kandidaten een goede kans meegeven om ver te komen in de kwalificatierondes. De ervaring van deelname aan World Skills ’15 leert dat het loont om de leerlingen wedstrijdtrainingen te laten ondergaan. Indien van toepassing, worden leerlingen van Groenhorst ook begeleid op de landelijke finales en het EU-kampioenschap. De projectgroepen reserveren uren om kandidaten voor te bereiden op deze wedstrijden. De schoolwedstrijden worden door beide projectgroepen geëvalueerd. De uitkomsten van de evaluaties worden in december besproken in het locatieoverstijgende Skills-overleg. De activiteitenplanning voor 2015-2016 dient als rode draad voor de planning van 2016-2017 en verder. Vanaf 2016-2017 neemt de locatie Almere net als de locatie Velp deel aan twee vakwedstrijden deelnemen (Hovenier en Bloemsierkunst).
Aangepaste versie excellentieplan Groenhorst oktober 2015 Vastgesteld door het CvB, dd-dd-dddd
14
In Tabel 7 zijn de kwalificaties weergegeven en de beroepenwedstrijd waaraan deelgenomen zal worden. Ook is het aantal deelnemers opgegeven, die mee zullen gaan doen aan een schoolwedstrijd. Tabel 7: Vakwedstrijden en deelname Groenhorst
HKS-kwalificatie
-
-
Beroepenwedstrij d
Vakexpert bloem, groen en styling (25445) Bedrijfsleider/Ondernemer bloem, groen en styling (25442)
Bloembinden
2014 2015 10
Opzichter/uitvoerder groene ruimte (25454)
Hovenier
10
Aantallen per cohort 2015 2016 2017 2016 2017 2018 10 20 30
2018 2019 40
20
60
40
50
Aangepaste versie excellentieplan Groenhorst oktober 2015 Vastgesteld door het CvB, dd-dd-dddd
15
4.3 Activiteitenplanning Tabel 8: Activiteitenplanning vakwedstrijden 2015-2016
Doelstelling: structurele inbedding vakwedstrijden Nr. Activiteiten Omschrijving 1.
Voorbereidingen World Skills 2015
-
2.
Opzetten projectstructuur Skills
-
3.
Organisatie schoolwedstrijden 2015
4.
Voorbereiding kwalificatierondes Voorbereiden NL finales Voorbereiden EU finales
5. 6. 7.
BAfstemming skills-
coördinatoren 8.
3
Evalueren deelname skills
Training deelnemende teams Inzet begeleidende docenten Materiële kosten deelnemers en docenten
Projectgroep locatie Velp (teamleider, vakexperts uit docententeam) is ingericht volgens aanwijzingen Skills Heroes. - Projectgroep locatie Almere (teamleider, vakexpert uit docententeam) is in oprichting - Schoolwedstrijd Hovenier locatie Velp gepland - Schoolwedstrijd Bloemsierkunst locatie Velp gepland - Schoolwedstrijd Hovenier locatie Almere gepland - Begeleiding van schoolwinnaars beide locatie door vakexpert voor kwalificatierondes. - Indien de afvaardiging van Groenhorst zich kwalificeert, wordt ondersteuning geboden (wedstrijdtraining) aan de betreffende leerling(en) - Afstemmen evaluatie schoolwedstrijden 2015 - Voorbereiding kwalificatierondes en verder - Voorbereiding schoolwedstrijden 2016 Evalueren onderwerpen: - Organisatie schoolwedstrijden algemeen - Wedstrijdopdrachten - Deelnemende leerlingen - Voorbereiding op kwalificatierondes en verder
Kosten3
++
Wanneer gereed 10-08-2015
+
01-09-2015
200 uur (€ 14.100)
++
01-11-2015
100 uur (€ 7.050)
+
01-02-2016
+ ++
01-04-2016 01-06-2016
P.M., uren gereserveerd door projectgroep
+
07-12-2015 07-03-2016 23-05-2016 01-12-2015
Prioriteit
+
€ 8.426,76
Niet in de tabel opgenomen is de bijdrage voor deelname aan Skills Heroes. Voor Groenhorst is de contributie vastgesteld op € 20.705,24.
Aangepaste versie excellentieplan Groenhorst oktober 2015 Vastgesteld door het CvB, dd-dd-dddd
16
Aangepaste versie excellentieplan Groenhorst oktober 2015 Vastgesteld door het CvB, dd-dd-dddd
17
5 Internationalisering In het strategisch beleidsplan van de Aeres Groep ‘Verbindend perspectief’ staat dat internationalisering een van de grootste uitdagingen is voor de agri- en foodsector. De Aeres Groep wil vooraanstaand opleider zijn voor deze brede sector. Veel bedrijven in deze sector zijn internationaal actief of sterk verweven met het buitenland. Grote bedrijven, maar ook het MKB. Internationalisering is geen luxe, maar noodzaak!
5.1 Uitwerking van internationalisering In het strategisch plan van de Aeres Groep wordt onderscheid gemaakt tussen internationalisering in het onderwijs in Nederland (het opdoen van een internationale ervaring), het opleiden van buitenlandse deelnemers in Nederland en projecten / samenwerking met (onderwijs)organisaties in het buitenland. Al deze facetten van internationalisering komen terug in het onderwijs en het beleid van Groenhorst. De eerste vorm van internationalisering is verreweg de meest bekende: de zogenaamde uitgaande mobiliteit. Bij het beleidsthema BPV van het kwaliteitsplan van Groenhorst is al aangegeven dat internationale BPV een speerpunt is voor alle deelnemers. Het opdoen van een internationale ervaring kent echter ook een aspect dat duidelijk thuis hoort bij excellentie. Met name de buitenlandervaringen in nieuwe wereldmarkten buiten Europa. Juist op deze markten richt het Nederlandse bedrijfsleven zich. De medewerker van de toekomst moet bij voorkeur met die markten in aanraking gekomen zijn. Dit vraagt echter meer van een deelnemer, die buiten de gebaande paden zal moeten treden. In de tweede plaats richt Groenhorst zich op het opleiden van buitenlandse deelnemers in Nederland. Groenhorst is erkend BTEC-opleider en verzorgt onderwijs aan deelnemers uit alle windstreken van de wereld. In deze cursussen draaien docenten mee uit de reguliere mboopleidingen. Bovendien worden de cursussen verzorgd op onderwijslocaties van Groenhorst. Zowel docenten als deelnemers van Groenhorst maken zo kennis met hun vakcollega’s uit het buitenland. Groenhorst participeert, ten slotte, ook in diverse internationale samenwerkingsprojecten. Langlopende multinationale samenwerkingen met opleidingsinstituten, gericht op capaciteitsopbouw in ontwikkelingslanden of joint-classes of samenwerkingsverbanden met opleidingsinstituten van wereldfaam.
5.2 Belang van internationalisering voor het onderwijs Internationalisering levert een grote bijdrage aan de competentieontwikkeling van deelnemers. In de meest basale vorm op gebied van taalvaardigheid en wereldburgerschap. Maar ook op minder zichtbare gebieden, zoals ondernemendheid, nieuwsgierigheid en flexibiliteit. Ontwikkeling op het vakgebied waarvoor opgeleid wordt moet zeker niet worden vergeten. Daarnaast leidt Groenhorst op voor beroepen die sterk georiënteerd zijn op een globaliserende en steeds internationalere sector. Veel bedrijven binnen de agri- en foodsector zijn internationaal actief en zoeken medewerkers met internationale ervaring. Voor docenten is internationalisering een belangrijke professionaliseringsvorm. Uit onderzoek blijkt dat docenten die deelnemen aan internationale activiteiten naast hun vakkennis ook competenties ontwikkelen als inlevingsvermogen, samenwerking, leervermogen en zelfreflectie.
Aangepaste versie excellentieplan Groenhorst oktober 2015 Vastgesteld door het CvB, dd-dd-dddd
18
5.3 Beschrijving huidige situatie Mobiliteit In 2014 gingen 169 mbo-deelnemers van Groenhorst op stage buiten Nederland, maar binnen Europa. Deelnemers weten de weg naar het buitenland steeds beter te vinden, onder andere doordat er meer aandacht is voor buitenlandstages in de opleidingen. Groenhorst heeft hierbij ook aandacht voor deelnemers die net wat verder willen. In het kader van excellentie wil Groenhorst in eerste instantie inzetten op buitenlandervaringen buiten de EU in de vorm van studiereizen. Het is complex om een geldig werkvisum (benodigd voor BPV) te krijgen voor dit soort landen, naast het feit dat door de groeiende vraag een grote behoefte ontstaat voor goede bedrijven. Daarnaast vormt het kostenaspect een barrière voor leerlingen. Groenhorst wil de excellentiegelden inzetten om deelnemers te selecteren en begeleiden naar deze verre stages. BTEC Programma Sinds 2012 beschikt Groenhorst over een accreditatie voor BTEC opleidingen. Het doel van deze accreditatie is internationale deelnemers een degelijke opleiding aan te kunnen bieden. Op het moment geldt dat voor deelnemers uit China, Saoedi-Arabië en Ethiopië. Docenten die lesgeven aan BTEC-opleidingen ondergaan een internationale ervaring, bovendien vraagt het lesgeven aan buitenlandse deelnemers meer (o.a. aan voorbereiding). Ook worden BTEC opleidingen aangeboden in de landen zelf. Een voorbeeld hiervan het BTEC Poultry in Ethiopië waar Groenhorst docenten les geven in samenwerking met de Ethiopische overheid en het Nederlandse bedrijfsleven. Doordat het internationale bedrijfsleven erg geïnteresseerd is in het BTEC-cursusaanbod van Groenhorst, groeien contacten met dit bedrijfsleven. Groenhorst is niet voornemens om excellentiegelden in te zetten voor BTEC-opleidingsprogramma’s aangezien dit commerciële activiteiten betreffen. De BTEC-activiteiten zorgen wel voor een instroom van buitenlandse deelnemers. Bovendien vraagt het uitvoeren van een BTEC-cursus veel van de onderwijsprofessional, die zijn/haar ervaringen mee zal nemen naar de ‘reguliere’ mbo-opleiding. Samenwerkingsprogramma’s Groenhorst is momenteel bezig om structurele afspraken te maken met een aantal internationale partners. Een voorbeeld hiervan is de samenwerking gericht op uitwisselingsprogramma’s voor opleidingen bloemschikken, plantenteelt (akkerbouw), styling en design en groenvoorziening/hovenier naar Noord-Ierland. Daarnaast is in 2008 een Europees netwerk opgebouwd die jaarlijks 50 studenten de kans bied om in een land van keuze 3 weken lang een verdiepingscursus te volgen. Dit netwerk heet In-Pact. Hiervoor heeft Groenhorst in 2013 een award van het Nationaal Agentschap ontvangen. Dit soort trajecten vragen om veel investering in tijd en dagen jonge mensen enorm uit om zich verder te ontwikkelen in bovengenoemde markten. Een ander voorbeeld is de samenwerking met de Aeres Groep en A-TVET Colleges in Ethiopië. Hier worden praktische cursussen en opleidingen op mbo-niveau aangeboden op gebied van akkerbouw, tuinbouw en veehouderij, met name pluimvee. Deelnemers en docenten van de onderwijsinstellingen van de Aeres Groep hebben in het verleden in het Ethiopië-project een internationale ervaring opgedaan die verder gaat dan een ‘gewone’ internationale stage. In 2014 zijn 18 deelnemers en 6 docenten afgereisd naar de Passion AFP Compound in Debre Zeyt, van 1 – 9 mei 2015 zijn 20 deelnemers en 5 docenten afreizen naar Passion AFP en Ziway Alage A-TVET4 College.
4
Agricultural Technical Vocational Education and Training College.
Aangepaste versie excellentieplan Groenhorst oktober 2015 Vastgesteld door het CvB, dd-dd-dddd
19
5.4 Beschrijving doelstellingen Uit het bovenstaande is uiteengezet wat Groenhorst verstaat onder internationalisering als speerpunt in het stimuleren van excellentie. Mede op basis van de feedback van Mbo in Bedrijf is gekozen om de invulling van excellentieprogramma’s op gebied van internationalisering te focussen op buitenlandstages of studiereizen. Het beschikbare bedrag wordt volledig gebruikt om excellente leerlingen een financiële bijdrage te geven in de vorm van een beurs. Met de beurs kunnen leerlingen de reiskosten en/of kosten voor het volgen van excellentieprogramma’s (zoals clincs of masterclasses van internationale experts) betalen. Groenhorst streeft ernaar om vanaf 2017 jaarlijks 20 excellente leerlingen een beurs te geven voor het volgen van een excellentieprogramma in het buitenland. De hoogte van de beurs is afhankelijk van het aantal leerlingen dat in aanmerking komt op basis van de selectiecriteria uit hoofdstuk 2. De aantallen voor 2016 zijn voorzichtig ingeschat, aangezien het een nieuw aanbod betreft. Bovendien wordt verwacht dat de uitvoeringskosten tijdens het eerste jaar van uitvoering hoger liggen dan in de daaropvolgende jaren. In tabel 2 zijn de streefgetallen (doelstellingen) weergegeven, op basis daarvan is het beschikbare bedrag per leerling berekend. Tabel 9: Verdeling budget internationale excellentieprogramma's
Studiereis
Aantal leerlingen
Budget per jaar
2016 2017 2018 2019 2020
15 20 20 20 20
€ 19.775 € 19.775 € 19.775 € 19.775 € 19.775
totaal
95
€ 79.100
Bedrag per deelnemer (indicatie) € 1318,33 € 988,75 € 988,75 € 988,75 € 988,75
5.5 Uitwerking studiereizen Op dit moment zijn twee studiereizen buiten de EU in ontwikkeling die in 2016 uitgevoerd zullen worden. De studiereizen vormen de excellentieprogramma’s onder het speerpunt internationalisering. De reizen worden ontwikkeld door de opleidingsteams. Hierbij worden zij ondersteund door Bureau Buitenland, een onderdeel van de stafdienst van Groenhorst gericht op internationalisering. Bureau Buitenland adviseert de locaties van Groenhorst in het bevorderen van uitgaande en inkomende mobiliteit en begeleidt leerlingen in het aanvragen van een Erasmus+ beurs voor internationale BPV binnen de EU. Opleidingsteams met kansrijke initiatieven voor een internationaal excellentieprogramma kunnen aanspraak maken op een ontwikkelbudget van 50 uur per schooljaar. Voor 2015-2016 zijn op dit moment twee studiereizen in beeld. De bedoeling is dat opleidingsteams daarnaast ook nieuwe excellentieprogramma’s kunnen aandragen. In paragraaf 5.5.1 wordt een uitwerking gegeven van een studiereis voor leerlingen van de agrarische opleidingen, leerlingen van de opleiding toegepaste biologie en de opleiding voor levensmiddelentechnologie, door middel van een studiereis in Afrika. Internationalisering biedt ook kansen om deelnemers kennis te laten maken met voorlopers of topinstituten op mondiaal niveau. In paragraaf 5.5.2 wordt een uitwerking gegeven van een studiereis voor paraveterinairen-in-opleiding naar een toonaangevend instituut. Deze paragrafen geven meer inzage in het wat en waarom van de studiereizen. Hiermee wordt context gegeven aan de activiteitenplanning, in paragraaf 5.6. Deze activiteitenplanning is in detail uitgewerkt voor het schooljaar 2015-2016. Het is de bedoeling dat voor de daaropvolgende schooljaren dezelfde stappen worden doorlopen. Uiteraard wordt de planning aangepast als dat vanuit de evaluatie verstandig blijkt te zijn. Aangepaste versie excellentieplan Groenhorst oktober 2015 Vastgesteld door het CvB, dd-dd-dddd
20
5.5.1 Studiereis Afrika In paragraaf 5.3 is stil gestaan bij het project van de Aeres Groep in Ethiopië. De opgedane ervaring en relaties ter plekke maken het mogelijk om een excellentieprogramma op te zetten in de Afrikaanse context. In samenwerking met onderwijspartners ter plaatse, zoals het Alage A-TVET worden onderzoeksonderwerpen in de studiereis geïnventariseerd. Inmiddels heeft de Aeres Groep ook contacten met Colleges in andere Afrikaanse landen. Excellente leerlingen worden hierbij in staat gesteld om hun vakmanschap en ondernemendheid in de Afrikaanse situatie in de praktijk te brengen. De studiereis wil aanspraak maken op de beurs vanuit het excellentieprogramma, omdat op dit moment nog veel mbo-leerlingen kiezen voor een buitenlandervaring in een Westers land. Groenhorst wil excellente leerlingen uitdagen om, mede via de netwerken van de Afrikaanse partnerscholen, de mogelijkheden van het continent te verkennen. Tijdens de studiereis naar Ethiopië worden de leerlingen uitgedaagd deze praktijkervaringen in te zetten in het Afrikaanse situatie. Het leereffect van het kunnen toepassen en vertalen van vakmanschap naar de context in Afrika, biedt de leerling onmisbare inzichten in ondernemerschap, interculturele competenties maar ook in creativiteit en vindingrijkheid. Juist door de verschillen te ervaren in inzichten in de Ethiopische situatie ten opzichte van de Nederlandse, worden de leerlingen uitgedaagd om verder te kijken dan de inhoud van de ‘reguliere’ beroepsopleiding. Leerlingen worden begeleid door een docent van Groenhorst en een coach van een A-TVET colleges. Vraagstukken zullen worden uitgewerkt zodat ze relevant zijn voor de achtergronden van de betrokken leerlingen, maar met de Afrikaanse onderwijspartners. Met de ervaringen vanuit eerdere reizen, wordt in mei 2016 een eerste studiereis uitgevoerd voor excellente leerlingen uit de niveau 4 opleidingen van Groenhorst. De ervaring leert dat naast het kostenaspect, ook taal een barrière kan vormen voor leerlingen. Daarom is een taaleis opgenomen als een van de selectiecriteria voor deze excellentieprogramma’s. Bovendien worden alleen leerlingen in het voorlaatste jaar van hun niveau 4 opleiding uitgenodigd om deel te nemen, zodat ze voldoende bagage hebben om deel te nemen aan de reis. De studiereis zal tijdens de meivakantie van 2016 worden uitgevoerd, buiten het reguliere lesprogramma om. De studiereis wordt opgezet voor 10 tot 15 leerlingen, die voldoen aan de selectiecriteria uit hoofdstuk 3. Vanuit het excellentiebudget krijgen de leerlingen een beurs van €1300 - €1000, die gebruikt wordt voor de reis en de begeleiding tijdens de reis. De beurs is niet dekkend voor alle kosten, voor o.a. verblijfskosten wordt een bijdrage gevraagd van de leerlingen.
Aangepaste versie excellentieplan Groenhorst oktober 2015 Vastgesteld door het CvB, dd-dd-dddd
21
Tabel 10: Samenvatting Studiereis Afrika
Naam excellentieprogramma Betreft de HKS-kwalificaties
Aanvullend selectiecriteria Inhoud programma Periode van uitvoering Kosten programma
Studiereis Afrika - Vakexpert veehouderij (25441) - Vakexpert biologisch-dynamische landbouw (25439) - Dierenartsassistent paraveterinair (25447) - Bedrijfsleider Dierverzorging (25446) - Vakexpert voeding en kwaliteit (25462) - Vakexpert teelt en groene technologie (25440) - Bedrijfsleider/Ondernemer bloem, groen en styling (25442) - Vakexpert bloem, groen en styling (25445) - Vakexpert agrarisch loonwerk (25437) - Opzichter/uitvoerder groene ruimte (25454) - Milieu-onderzoeker (25459) - Bedrijfsleider paardensport en –houderij (25468) - Taaleis (B2) - Eerdere internationale ervaring Uitvoeren onderzoek in Afrikaanse context in samenwerking met A-TVET Colleges ter plaatse Meivakantie 2016 (2 weken) Beschikbaar bedrag per leerling €1300
5.5.2 Studiereis VS – paraveterinair Groenhorst Barneveld heeft ruim 10 jaar een internationaal georiënteerde paraveterinaire opleiding. De leerlingen van die opleiding zijn verplicht om minimaal één van hun dierenartspraktijkstages in het buitenland te lopen. Het gebeurt regelmatig dat leerlingen kiezen om juist praktijken buiten Europa te benaderen. Deze leerlingen keren regelmatig terug met verbazing omdat hun stage ervaring in Amerika of Canada niet overeen komt met de ervaringen van hun toekomstig beroep in Nederland. De ervaringen die ze in het buitenland opdoen geven ze een brede en verdiepende blik op de invulling van hun beroep. Ondanks het feit dat Nederlandse paraveterinaire leerlingen veel mogen binnen het “Besluit paraveterianair” is het vaak het geval dat praktijken in Nederland de professionele ruimte van de paraveterinaire beperken. Paraveterinaire worden dan ingezet voor balie werkzaamheden, assisteren en schoonmaken in plaats van zelfstandig onderzoek of verzorgingsplannen uit te voeren. Dit kan door gewoonte, angst of onbegrip van voornamelijk de dierenartsen. Helaas leidt dit vaak tot frustraties onder onze leerlingen als ze ontdekken dat er niet volop gebruik gemaakt wordt van hun potentie. De gevolgen hiervan zijn divers – afgestudeerde beginnen niet aan het beroep waarvoor ze opgeleid worden of doen dat wel maar raken snel gefrustreerd. Met name de excellente leerling ervaart dit als niet serieus genomen worden en loopt het gevaar om uit te vallen. Beoogd wordt om deze vicieuze cirkel te doorbreken door leerlingen te laten ervaren hoe het anders kan. Vanuit het netwerk van Groenhorst Barneveld zijn contacten met dierenarts/opleider (Jody Rockett) bij de College of Southern Idaho USA. Dit College staat internationaal als toonaangevend aangeschreven. Dr. Rockett is een veel gevraagde spreker en auteur op het gebied van “veterinary technicians” Zij leidt op volgens het concept van “the thinking nurse”. Het creëren van dierenartsassistentes die ruimte krijgen voor hun eigen ontwikkeling en de ruimte nemen waar het mogelijk is. Om in populaire termen te praten “21st Century skills”.
Aangepaste versie excellentieplan Groenhorst oktober 2015 Vastgesteld door het CvB, dd-dd-dddd
22
Aan excellente leerlingen wordt gevraagd om deel te nemen aan een studiereis naar de VS en maken te kennis met hun Amerikaanse tegenhangers. Excellente leerlingen uit het derde leerjaar van de opleiding voor paraveterinair zullen worden benaderd om deel te nemen. De leerlingen zullen een deel van hun tijd doorbrengen op het college en een deel van hun tijd in dierenartspraktijken. Om het leereffect van de reis te versterken worden de leerlingen gevraagd na afloop hun bevindingen te presenteren in hun klas. De studiereis zal worden uitgevoerd in week 27 en 28 van 2016, de laatste lesweek en de eerste week van de zomervakantie. Vanuit Groenhorst Barneveld zal Sara Albone (mbo-docent van het jaar 2013) begeleidend en organiserend docent participeren. Zij besteedt een deel van de reis aan het uitwisselen van didactische ervaringen met haar Amerikaanse collega’s en met het verzorgen van gastcolleges op het College. Tabel 11: Samenvatting Studiereis VS - Paraveterinair
Naam excellentieprogramma Betreft de HKS-kwalificaties Aanvullend selectiecriteria Inhoud programma Periode van uitvoering Kosten programma
Studiereis VS - Paraveterinair Dierenartsassistent paraveterinair (25447) Taaleis (B2) Eerdere internationale ervaring Stage bij dierenartsenpraktijk VS Gastcolleges bij College of Southern Idaho Zomervakantie 2016 (2 weken) Beschikbaar bedrag per leerling €1300
Aangepaste versie excellentieplan Groenhorst oktober 2015 Vastgesteld door het CvB, dd-dd-dddd
23
5.6 Activiteitenplanning Tabel 12: Activiteitenplanning internationale excellentieprogramma's Groenhorst 2015-2016
Doelstelling: internationale excellentieprogramma en stimuleren uitgaande mobiliteit Nr. Activiteiten Omschrijving 1.
Kosten
Voorlichting studiereizen ‘15/’16 Uitvoeren selectie Voordracht leerlingen en vastleggen deelname Boeken reis en laatste aanpassingen programma
-
Kenbaar maken reizen naar doelgroep
+
31-12-2015
-
+ +
01-03-2016 01-04-2016
+
01-04-2016
6.
Uitvoeren studiereis Afrika
-
++
Uitvoeren studiereis VS – Paravet. Evalueren studiereizen ‘15/’16
-
+
Meivakanti e 2016 Zomervaka ntie 2016 01-09-2016
€ 19.775
7.
Toepassen selectiecriteria conform planning in hoofdstuk 3 Leerlingen die op basis van de criteria in aanmerking komen, worden door opleidingsteams gevraagd om deel te nemen. Vanaf het moment dat deelnemers aan de reis bekend zijn tot het moment dat de reis begint, kunnen laatste aanpassingen gedaan worden. Ondersteuning vanuit Bureau Buitenland is beschikbaar. Uitvoeren onderzoek in Afrikaanse context in samenwerking met A-TVET Colleges ter plaatse Stage bij dierenartsenpraktijk VS Gastcolleges bij College of Southern Idaho Studiereizen (inhoudelijk) Toepassing selectiecriteria voor internationale excellentieprogramma’s Verdeling budget / bruikbaarheid beurs Op basis van evaluatie bijstellen van bestaande studiereizen Nieuwe studiereizen ontwikkelen op basis van input opleidingsteams Per studiereis budget van 50 uur beschikbaar
+
01-09-2016
€ 7.050,00 (100 uur)
3. 4. 5.
8.
9.
Ontwikkelen en bijstelling studiereizen
-
Wanneer gereed 01-11-2015
Verfijnen programma en concretiseren afspraken met internationale partners. Ondersteuning beschikbaar vanuit Bureau Buitenland
2.
Uitwerken studiereizen ‘15/’16
Priorite it ++
-
+_
Aangepaste versie excellentieplan Groenhorst oktober 2015 Vastgesteld door het CvB, dd-dd-dddd
24
5.7 Meester-gezel titel De meester-gezel titel biedt kansen om het vakmanschap van een bepaalde branche of sector meer aanzien te geven. Het feit dat de branche zelf de titel uitdraagt en toekent, maakt dat het een onbetwistbare erkenning is van vakmanschap. Doordat beroepsbeoefenaars elkaar beoordelen wordt bovendien de professionaliteit van de sector versterkt. Groenhorst ziet zich als opleider voor (excellent) vakmanschap en wil graag meewerken in het uitdragen van de meester-gezel titel. Daar waar deelnemers tijdens hun opleiding hebben laten blijken over uitzonderlijke talenten of kwaliteiten te beschikken, kan het behalen van de meester-gezel titel een goede focus zijn voor de loopbaan van de beginnende beroepsbeoefenaar – indien er voor de betreffende beroepsgroep een meestertitel bestaat. Door in de opleiding aandacht te besteden aan het bestaan van de titel en deelnemers voor te bereiden op de weg naar de titel, draagt Groenhorst bij aan het op een hoger plan krijgen van het aanzien voor excellent vakmanschap.
5.7.1 Beschrijving huidige situatie Op dit moment is alleen de meestertitel voor de beroepsgroep groenvoorziener/hovenier in beeld, vanuit de branchevereniging VHG (Vereniging Hoveniers en Groenvoorzieners). Het bestaan van deze titel is nog niet heel bekend, mede doordat het project onder leiding van CINOP met de brancheverenigingen nog maar kort van start is. Binnen de opleiding is nog weinig aandacht voor de meestertitel, deelnemers worden nog niet actief begeleid naar het behalen van een meestertitel. De meesterstitel is nog volop in ontwikkeling door de branche, die hierbij wordt ondersteund door CINOP. Op moment van schrijven van het excellentieplan is nog onduidelijk voor welke andere opleidingen meester-gezel titels beschikbaar zal zijn of mogelijk interessant kan zijn. De opleiding bloembinden kent van oudsher een meesterstitel, maar de branchevereniging VBW is momenteel niet aangehaakt bij de groep die met CINOP werkt aan de meesterstitel vanuit excellentie in het mbo.
5.7.2 Beschrijving doelstellingen Op het moment van schrijven is nog onvoldoende duidelijk welke branches nou precies door CINOP / Mbo in Bedrijf zijn benaderd of geïnteresseerd zijn in de meesterstitel. Groenhorst wil een deel van de excellentiegelden toekennen om de meester-gezeltitel te onderzoeken en verder te ontwikkelen. Groenhorst ziet de volgende doelstellingen ten aanzien van de meester-gezel titel voor zich: -
Verankeren meester-gezel titel in opleiding manager natuur en recreatie Inventariseren met brancheverenigingen en sectororganisaties welke meester-gezel titels interessant kunnen zijn voor andere opleidingen Ontwikkelen onderwijsmodules als voorbereiding op meester-gezel titel
Groenhorst wil de Meester-gezeltitel gaan oppakken vanaf schooljaar 2016-2017. Het huidige schooljaar hebben de opleidingen waarvoor de titel interessant kan zijn aangegeven geen kans te zien om dit speerpunt nu ook op te pakken. De opleidingen voor bloembinden en hovenier geven in 2015-2016 prioriteit aan het professionaliseren van de vakwedstrijden. Vanaf 2016-2017 is het streven dat onderwijsmodules worden ontwikkeld, die excellente leerlingen gaat voorbereiden op het behalen van een meesterstitel. De onderwijsmodules zullen worden ontwikkeld in overleg met de brancheverenigingen, waarbij wordt ingezet op de inzet van topondernemers (meesters). Vanaf schooljaar 2017-2018 is structureel € 5.287,50 beschikbaar voor het uitvoeren van deze modules. In overleg met de brancheverenigingen wordt dit budget aangewend voor inhuur van externe vakexperts (meesters).
Aangepaste versie excellentieplan Groenhorst oktober 2015 Vastgesteld door het CvB, dd-dd-dddd
25
5.7.3 Activiteitenplanning Tabel 13: Activiteiten excellentie-onderdeel meester-gezeltitel
Doelstelling/ resultaat Uitdragen van meestergezel titel
Activiteiten Inventariseren welke sectoren meester-gezel titel voeren en waar dit interessant is Beleggen informatiebijeenkomst voor branches en regionaal bedrijfsleven Ontwikkelen onderwijsmodules gericht op voorbereiding meester-gezel titel
Prioriteit
Periode 2016-2017
Kosten 100 uur (€7.050)
2016-2017
€2.000
2017-2020
€ 5.287,50 (75 uur)
Aangepaste versie excellentieplan Groenhorst oktober 2015 Vastgesteld door het CvB, dd-dd-dddd
26
6 Bijlage – Totaaloverzicht activiteitenplanning excellentieplan 20152020
Aangepaste versie excellentieplan Groenhorst oktober 2015 Vastgesteld door het CvB, dd-dd-dddd
27