EFESC Standards amendend March 1 st 2012
Max. toegestane tijd: 60min
Voorwaarden: geen
ZORG VOOR JE EIGEN VEILIGHEID (PBM) EN DAT VAN ANDEREN OP DE WERKPLEK – Kandidaat draagt juiste PBM, tekent de Risico analyse en toont ID LO-1 kaart: Zaag beveiligde broek 1:1 Zaag beveiligd schoeisel 1:2 Veiligheidshelm 1:3 Oog- en gehoorbescherming 1:4 Handschoenen aangepast aan het werk 1:5 Geen losse, bijkomstige kleding 1:6 Persoonlijke /Bedrijfs EHBO Kit – op werkplek 1:7 Fluitje/GSM/Radio 1:8 LO-2 KETTINGZAAG ONDERHOUD Kandidaat controleert de functionaliteit van veiligheidsvoorzieningen: 2A:1 Kettingrem 2A:2 Anti-vibratie rubbers/veren 2A:3 Veiligheidsketting 2A:4 Gashendelbeveiliging 2A:5 Uitlaat wijst weg van de gebruiker 2A:6 Kettingvanger 2A:7 Veiligheidspictogrammen: Hoofd/oog/oor bescherming 2A:8 Rechterhandbescherming 2A:9 Linkerhandbescherming 2A:10 Beschermhoes 2A:11 Goed gemarkeerde aan/uit knop Kandidaat maakt de gehele ketting scherp: 2B:1 Ketting wordt gecontroleerd op schade en compatibiliteit met zaagblad en tandwielen 2B:2 Beiteltanden worden gescherpt met een vijl van de juiste afmeting en onder de correcte hoeken 2B:3 Gelijke lengte van de beitels 2B:4 Vijlbraam verwijderd 2B:5 Juiste hoogte en vorm van de dieptestellers Kandidaat onderhoudt de geleider: 2C:1 Rechtheid van de geleider wordt gecontroleerd
© EFESC
√
√ √ √ √ √ √
Kritisch
Hoog
Mate van belang Laag
√ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √
Andere
√
Mondeling
De kandidaat moet in staat zijn om het volgende te doen: (Praktische test- AANBEVOLEN GELEIDERLENGTE 30 – 38 CM (12”-15”)
Praktijk
ECS 1: Kettingzaagonderhoud en doorkorttechnieken
Schriftelijk
EUROPESE KETTINGZAAG NORMEN: 2012
Diagnostisch hulpmiddel
√ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √
√ √
√ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √
1 1:1 1:2 1:3 1:4 1:5 1:6 1:7 1:8 2 2A:1 2A:2 2A:3 2A:4 2A:5 2A:6 2A:7 2A:8 2A:9 2A:10 2A:11 2B:1 2B:2 2B:3 2B:4 2B:5 2C:1
EFESC Standards amendend March 1 st 2012 2C:2 2C:3 2C:4 2C:5 2C:6
Controle op beschadigingen/oneffenheden/blauw verkleuring/barsten Bramen worden verwijderd en randen bijgewerkt Groef ( dieptecontrole ) en oliegaatjes worden schoongemaakt Indien nodig wordt het neuswiel gesmeerd Geleider wordt gedraaid om sleet te beperken Kandidaat doet volgende onderhoudstaken: Aandrijftandwiel wordt gecontroleerd 2D:1 Kettingrem wordt schoongemaakt en gecontroleerd 2D:2 Kandidaat monteert ketting, zaagblad en zijplaat op de juiste manier 2D:3 Luchtfilter wordt schoongemaakt en gecontroleerd 2E:1 Verwijdert het vuil rond de luchtfilter 2E:2 Verwijdert en reinigt de luchtfilter terwijl de carburateur inlaat wordt beschermd Bougie controleren: 2F:1 Kleur, vastheid, ‘drop test’, elektrode afstand Starter spoel schoonmaken/controleren en veermechanisme terug op juiste spanning brengen: 2G:11. Verwijderen van de starterkap, schoonmaken luchtwegen, controleren van het starterkoord op sleet 2G:22. Startertouw losmaken en spoel met veermechanisme terug op juiste spanning brengen 2G:33. Controleert de handvatbevestiging voor de veiligheid Kandidaat controleert brandstoffilter: 2H:1 De dop verwijderen, de filter met een haak omhoog halen LO-3 Veiligheidsvoorzieningen controleren (kettingzaag AAN) – Kandidaat controleert kettingzaag op de toestand, scherpte en veiligheid: Koude/warme start methode (grond/”been klem”) 3:1 Veilige startafstand van brandstof (min. 1m. of meer volgens nationale voorschriften) 3:2 Kettingrem testen met draaiende ketting 3:3 Kettingolietoevoer testen (bv. oliespoor op hout of aanwezigheid op kettingschakels) 3:4 Ketting staat stil bij stationair toerental (ketting kruipt niet) 3:5 Aan/uit knop controleren (indien niet stilleggen op choke-stand en machine labelen met ‘niet te gebruiken’ ) 3:6 Kettingspanning na warmdraaien controleren 3:7 Voldoet aan wet- en regelgeving qua natuur & milieu volgens nationale normen – Kandidaat controleert: LO-4 Bescherming van flora & fauna, water en specifieke omstandigheden aangaande vervuiling/schade die gelden voor de locatie 4.1 Inspecteren van het hout en het gebruik van veilige doorkorttechnieken Kandidaat gaat hout doorkorten, niet dikker dan de geleider lang is. Hij LO-5 voldoet hierbij aan de opgegeven maten. Er is sprake van duw en trekhout. Een minimum van 8 zaagsneden plus minimaal 4 x een steektechniek ( startend zowel met trekkende als duwende ketting ( boven- en onderhands )) Controle van de werkplek, het te verzagen rondhout en plaatskeuze van de brandstofopslag 5:1 Veilige houding (in balans) 5:2 Zaagblad uitgelijnd om nauwkeurig te zagen 5:3 Hoofd/hals buiten de lijn van de ketting 5:4
© EFESC
√ √ √ √ √ √ √ √
√
√
√
√ √ √ √ √ √
2D:1 2D:2 2D:3
√ √
2E:1 2E:2
√ √
√
√
√
2F:1
√ √ √
√ √ √
2G:1 2G:2 2G:3
√ √ √ √ √ √ √ √ √ √
√
2H:1 3 3:1 3:2 3:3 3:4 3:5 3:6 3:7 4 4.1
√
√ √ √ √ √ √ √ √
√
2C:2 2C:3 2C:4 2C:5 2C:6
√ √ √ √ √
5 √ √ √ √
5:1 5:2 5:3 5:4
EFESC Standards amendend March 1 st 2012 Juist gebruik van de gashendel voor veiligheid en efficiëntie 5:5 Linker duim om de draagbeugel 5:6 Gebruik van steektechniek waar ruimte beperkt is 5:7 Volgorde van de zaagsneden voorkomt het klemmen van de zaag of ongecontroleerde reactie van het hout 5:8 De zaagsneden van druk- en trekzijde komen mooi samen 5:9 5:10 Juist gebruik van de kettingrem bij draaiende motor: steeds opzetten bij verplaatsing of als machine wordt gelost met één hand 5:11 Veilig terugnemen van de zaag uit de zaagsnede 5:12 Ergonomie: rechte rug, gebruik van de benen om de zaag te controleren, buigen van de knieën LO-6 Keuze en gebruik van geschikte hulpmiddelen – Kandidaat demonstreert het gebruik van geschikte hulpmiddelen om hout te verplaatsen: Correcte houding tijdens heffen 6:1 Vermijden van heffen door te schuiven, rollen, hefboom e.d. 6:2 De werkplek wordt veilig en netjes achtergelaten 6:3 Wat de kandidaat moet weten en begrijpen (Theorie test) 1 Demonstreert kennis hoe risico’s te herkennen en passende maatregelen te nemen bij risicoanalyse 2 Demonstreert kennis van noodprocedures en planning 3 Demonstreert kennis waarom PBM nodig zijn en welke PBM vereist zijn Demonstreert kennis van dagelijks en wekelijks onderhoud, afstellingen en controle van de machine volgens de gebruiksaanwijzingen van de 4 fabrikant 4:1 Demonstreert kennis van de informatie die vereist is bij de keuze van een vervangketting voor een opgegeven kettingzaag 4:2 Demonstreert kennis voor de redenen voor kettingonderhoud 4:3 Demonstreert kennis voor de redenen van zaagbladonderhoud 4:4 Demonstreert kennis van het vervangen van kettingtandwielen 4:5 Demonstreert kennis van koppeling onderdelen 4:6 Demonstreert kennis van motor en afdekkappen en controle op schade 4:7 Demonstreert kennis van de toestand van de bougie 4:8 Demonstreert kennis van kettingspanning 4:9 Demonstreert kennis van de luchtfilter en luchttoevoer en kan de redenen voor het reinigen verklaren 4:10 Demonstreert kennis van de toestand van het startertouw en startermechanisme 4:11 Demonstreert kennis van brandstoffilter onderhoud 4:12 Demonstreert kennis over de toestand en controle voor gebruik van de veiligheidsvoorzieningen op de kettingzaag 4:13 Demonstreert kennis van kettingolie-smeringssysteem en functie 4:14 Demonstreert kennis van de symptomen van slechte snijprestaties 5 Demonstreert kennis van het onderhouden van veiligheidsvoorzieningen op kettingzagen en hulpmiddelen 6 Demonstreert kennis van vereiste veiligheidsoverwegingen gedurende het doorkorten van hout 7 Demonstreert kennis over het bereiken van effectief teamwork als er met anderen wordt samengewerkt 8 Demonstreert kennis van het recupereren van een geklemde kettingzaag 9 Demonstreert kennis van de alternatieve methode om steektechnieken uit te voeren en de veiligheidsrichtlijnen hierbij
© EFESC
√
√ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √
√ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √
√ √ √ √ √ √ √ √ √
√ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √
√
5:5 5:6 5:7 5:8 5:9 5:10 5:11 5:12 6 6:1 6:2 6:3
√ √ √ √
√ √ √ √ √ √ √ √
1 2 3 4 4:1 4:2 4:3 4:4 4:5 4:6 4:7 4:8 4:9 4:10 4:11 4:12 4:13 4:14 5 6 7 8 9
© EFESC
√ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √
√ √
√ √ √ √
√ √ √ √ √ √ √ √ √
√ √ √
Kritiek
√ Hoog
√ √
√ √ √ √ √
Laag
van de risico’s van het gebruik van lange zaagbladen bij het verzagen van hout met een kleine diameter van de methoden bij het doorkorten van hout met een korter zaagblad dan de diameter van het hout van de implicaties van de conditie van terrein, grond, seizoen, weer en houtsoorten van de oorzaken van mogelijke vervuiling, milieuschade en hoe deze te voorkomen van de eigen competenties en beperkingen als kettingzaaggebruiker van principes van een veilige houding tijdens het doorkorten van hout kleiner dan de zaagbladlengte van toepassing van ergonomische werkmethodes en de gevolgen bij het manueel hanteren van lasten van het verplaatsen of wegrollen van hout zonder en met mechanische hulpmiddelen betreffende EHBO en kettingzaaggebruik van het herkennen van trek- en drukzijde in het hout van de methoden en veiligheidsrichtlijnen bij het onttakken van bomen met verticale takken, stammen e.d. van de maatregelen om het gevaar van rollende stammen te voorkomen
Andere
kennis kennis kennis kennis kennis kennis kennis kennis kennis kennis kennis kennis
Mondeling
Demonstreert Demonstreert Demonstreert Demonstreert Demonstreert Demonstreert Demonstreert Demonstreert Demonstreert Demonstreert Demonstreert Demonstreert
Praktijk
10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Schriftelijk
EFESC Standards amendend March 1 st 2012 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
EFESC Standards amendend March 1 st 2012
LO-3 3:1 3:2 3:3 3:4 3:5 3:6 3:7 LO-4 4.1 LO-5 5:1 5:2 5:3 5:4
Operationele veiligheidscontrole (kettingzaag AAN) - Kandidaat controleert kettingzaag op algemene conditie/scherpte en veiligheid voor gebruik:
√
√
√
Koude/Warme start methode (op de grond/’geklemd tussen benen’) Starten op veilige afstand van brandstof (min. 1m of meer overeenkomstig de nationale voorschriften) Kettingrem testen bij draaiende ketting Kettingsmering testen (bv. oliespoortest of aanwezigheid van olie op aandrijfschakels) Ketting draait niet mee op stationair toerental (geen kruipende ketting) Aan/Uit schakelaar werkt (zoniet: gebruik choke om machine stil te leggen, en label ‘niet te gebruiken’) Kettingspanning ‘warm’ tweede controle
Voldoen aan wettelijke en plaatselijke milieuvoorschriften in overeenstemming met de nationale normen – kandidaat controleert specificaties: Bescherming van fauna, flora, wildbestand, waterwegen, terreinvoorschriften enz, rekening houden met vervuiling/schade Voorbereiden van de boom voor velling door veilige stamreiniging – Kandidaat verwijdert lage takken rekening houdend met: Correcte ”invals” procedure Positie van de zaag t.o.v. de gebruiker, zaagblad achter de stam of buiten de lijn van hoofd/hals/lichaam Motorblok niet boven schouderhoogte Werktechniek
© EFESC
√ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √
Kritiek
Hoog
Laag
Mate van belang Andere
Mondeling
ECS 2: Basis vellingstechnieken ( stam dunner dan zaagbladlengte ) De kandidaat moet in staat zijn om het volgende te doen: ( Praktische test- aanbevolen zaagbladlengte 30 – 38 CM (12”-15”) & Max. toegestane tijd - 90min ) Voorwaarden: ECC1 LO-1 ZORG VOOR JE EIGEN VEILIGHEID (PBM) EN DIE VAN ANDEREN OP DE WERKPLEK – Kandidaat draagt juiste PBM en tekent de RA en laat ID kaart zien: Zaagbeveiligde broek 1:1 Zaagbeveiligd schoeisel 1:2 Veiligheidshelm 1:3 Oog- en gehoorbescherming 1:4 Handschoenen aangepast aan het werk 1:5 Geen losse, bijkomstige kleding 1:6 Persoonlijke /Bedrijfs EHBO Kit – op werkplek 1:7 Fluitje/GSM/Radio 1:8 LO-2 Werkplanning met inbegrip van noodprocedures – Kandidaat benoemt de mogelijke gevaren op de werkplek en de toestand van de te vellen bomen: 2:1 RISICOANALYSE - terreinverkenning 2:2 TOELICHTING WERKPLANNING 2:3 PLANNING NOODPROCEDURE
Schriftelijk
EUROPESE KETTINGZAAG NORMEN: 2012
Praktijk
Diagnostisch hulpmiddel
√ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √
√ √ √ √ √ √ √ √
√
√
√
√ √ √ √ √
1 1:1 1:2 1:3 1:4 1:5 1:6 1:7 1:8 2 2:1 2:2 2:3 3
√ √ √ √ √ √ √
3:1 3:2 3:3 3:4 3:5 3:6 3:7 4
√ √ √ √ √
4.1 5 5:1 5:2 5:3 5:4
EFESC Standards amendend March 1 st 2012 5:5 LO-6 6A:1 6A:2 6A:3 6B:1 6B:2 6B:3 6B:4 6B:5 6B:6 6B:7 6C:1 6C:2 6C:3 6C:4 6C:5 6C:6 6C:7 6C:8 6C:9 6C:10 6D:1 6D:2 6D:3 6D:4 6D:5 6D:6 6D:7 6D:8 6D:9 LO-7 7A:1
Glad langs de stam onttakken, geen takstompen
Vel minimaal 3 bomen op een veilige & ergonomische manier De kandidaat velt één rechtopstaande, één voor- en één achterover hellende boom:
√
Inspecteer de bomen op tekenen van rotting of aantasting, loshangende takken en beoordeel de gewichtsverdeling of ‘natuurlijke valrichting’ Keuze van velrichting Keuze en voorbereiding van vluchtroute(s) De kandidaat maakt een valkerf om de velrichting te bepalen bij de rechtopstaande en achterover hellende boom op volgende manier: Veilige werkhouding Dak van de valkerf normaal tussen 45-60° Zool van de valkerf zo laag mogelijk tegen de grond Valkerf 20-30% van de stamdiameter tenzij de risicoanalyse het anders aangeeft De zaagsneden van de valkerf komen in één rechte lijn samen De valkerf wijst in de gekozen velrichting Correct gebruik van de kettingrem De kandidaat maakt velsnede(s) zowel op rechtopstaande als achterover hellende boom op volgende manier: Veilige werkhouding Spintsneden op geschikte hoogte en diepte om openscheuren te voorkomen Velsnede niet meer dan 10% van de stamdiameter boven de zool van de valkerf Gepast gebruik van trekkende en duwende ketting Veilig terughalen van de zaag uit het hout Gepast kettingremgebruik Een breuklijst behouden van niet minder dan 10% van de stamdiameter op velhoogte tenzij de risicoanalyse anders bepaalt Werkomgeving controleren op veiligheid vooraleer de velsnede af te werken en verwittigen (roepen, fluitsignaal enz.) Veilig gebruik van hulpmiddelen zoals vereist bij velling (wiggen enz.) De voorbereide vluchtroute wordt gebruikt zodra de boom begint te vallen, zonder de boom uit het oog te verliezen De kandidaat velt een voorwaarts hellende boom op volgende manier: Bepaal de velmethode en veilige werkzones Selecteer en bereid de vluchtroute(s) voor Maak een valkerf van de juiste afmetingen Velsnede gemaakt met een veilige en effectieve veltechniek Een breuklijst en steunband van juiste afmetingen zijn behouden De steunband aan de achterzijde wordt op correcte manier doorgezaagd Indien nodig worden gepaste hulpmiddelen veilig gebruikt om de boom te vellen De voorbereide vluchtroute wordt gebruikt vanaf de boom begint te vallen De omgeving wordt gecontroleerd op veiligheid voor de boom valt & verwittigen (roepen, fluitsignaal enz.)
Onttakken & stammen afkorten op een veilige & ergonomische manier – Veilige werkmethode omvat: Correcte houding en steunen van de zaag op de boom en/of op rechterbeen
© EFESC
√ √ √ √ √
√
√ √ √ √ √ √ √
√ √
√ √ √ √ √ √ √ √ √ √
√
√ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √
√ √ √
√ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √
5:5 6 6A:1 6A:2 6A:3 6B:1 6B:2 6B:3 6B:4 6B:5 6B:6 6B:7 6C:1 6C:2 6C:3 6C:4 6C:5 6C:6 6C:7 6C:8 6C:9 6C:10 6D:1 6D:2 6D:3 6D:4 6D:5 6D:6 6D:7 6D:8 6D:9 7 7A:1
EFESC Standards amendend March 1 st 2012 7A:2 7A:3 7A:4 7A:5 7A:6 7A:7 7A:8 7A:9 7A:10 7A:11 7A:12 7B:1 7B:2 7C:1 7C:2 7C:3 7D:1 7D:2 7D:3 7D:4 7D:5 7D:6 7D:7 7D:8 7D:9 7D:10 7D:11 LO-8 8A:1 8A:2 8A:3
Linker duim rond de draagbeugel Geen handvat lossen als de ketting nog beweegt Kettingrem gebruiken als je over het zaagblad reikt Kettingrem gebruiken bij het verwijderen van obstakels De kandidaat voorkomt: Verplaatsing als de zaag aan dezelfde zijde van de boom is als de kandidaat zelf Te ver met de zaag reiken naar de andere zijde van de boom In de richting van benen of lichaam zagen De neus van het zaagblad gebruiken Te ver met de zaag reiken Stam tussen de benen Op hellend terrein aan de laagste zijde van de stam werken De kandidaat demonstreert: Systematische opeenvolging van zaagsneden en positie van de zaag bij het onttakken aangepast aan het vertakkingspatroon Stam is glad onttakt (geen stompen) De kandidaat verwijdert de boomtop volgens voorschrift: Top loszagen op juiste diameter Top loszagen met een veilige zaagtechniek Top achterlaten volgens voorschrift Doorkorten van de stam volgens opgegeven lengtes. De kandidaat gebruikt: Veilige werkpositie Spanningsverminderende zaagsneden zoals aangewezen Correcte steektechniek Correcte hoek en diepte van de zaagsneden Indien aangewezen, eerste zaagsnede aan drukzijde Correct plaats van laatste (trek) zaagsnede Correct gebruik van de gashendel Nauwkeurige zaagsneden Correct gebruik van de kettingrem Accuraatheid van afmetingen binnen redelijke grenzen Gepaste hulpmiddelen voor het rollen / heffen
VEILIG & ERGONOMISCH NEERHALEN VAN EEN VASTHANGENDE BOOM ZONDER EEN HANDLIER – Veilig werken houdt in: De kandidaat zaagt de breuklijst van de vasthangende boom deels door met de kettingzaag met een: Correcte werkhouding Veilige positie van de veller t.o.v. de boom Veilige zaagtechniek om de breuklijst door te zagen, afhankelijk van de gebruikte ‘neerhaalmethode’ delen van de breuklijst behouden
© EFESC
√ √ √ √
√ √
√ √ √ √ √ √ √
√ √
√ √ √ √ √
√
√ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √
√ √
7A:2 7A:3 7A:4 7A:5
√ √ √
7A:6 7A:7 7A:8 7A:9 7A:10 7A:11 7A:12
√
7B:1 7B:2
√ √
√
√ √
7C:1 7C:2 7C:3
√ √ √ √ √ √ √ √ √ √
7D:1 7D:2 7D:3 7D:4 7D:5 7D:6 7D:7 7D:8 7D:9 7D:10 7D:11 8
√
√
√ √ √
8A:1 8A:2 8A:3
EFESC Standards amendend March 1 st 2012
© EFESC
√ √
√ √ √ √ √ √ √
√ √ √
√ √
√ √
8B:10 8B:11 √ √
√
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11
√ √
12 13
√
14 15
√ √
√ √ √ √ √
√ √ √ √ √ √
√ √
√
√
√
Andere
√ √ Mondeling
√ √
Praktijk
√
Kritiek
√
√ √
8B:1 8B:2 8B:3 8B:4 8B:5 8B:6 8B:7 8B:8 8B:9
√ √ √
Laag
√ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √
8A:4
√
√ √ √ √ √ √ √ √
Schriftelijk
Veilig terughalen van de zaag uit het hout Kandidaat haalt de hangende boom neer met het gebruik van handgereedschappen: 8B:1 Positie en vastmaken handgereedschap op een veilige en effectieve manier 8B:2 Rechte rug 8B:3 Correcte trek/duw techniek 8B:4 Correct vasthouden van het handgereedschap 8B:5 Herpositioneren van het handgereedschap indien nodig 8B:6 Toegepaste methode zonder in de risicozone te komen 8B:7 Loslaten van het handgereedschap als de boom valt 8B:8 De vluchtroute(s) gebruiken zoals voorzien Als de boom niet doorvalt wordt de gehele breuklijst veilig doorgezaagd en wordt de boom op een veilige manier onderuit gewerkt met een correcte 8B:9 heftechniek (met velhevel, stammetje…) 8B:10 Boom in stabiele positie op de grond achtergelaten zoniet; mechanisch neerhalen regelen of werkplek duidelijk afzetten en markeren 8B:11 De werkplek wordt veilig en netjes achtergelaten Wat de kandidaat moet weten en begrijpen (Theorie test) 1 Demonstreert kennis over hoe gevaren te herkennen en passende maatregelen te nemen aangegeven door de risicoanalyse 2 Demonstreert kennis over noodprocedures en hoe deze procedures toe te passen voor de betreffende locatie 3 Demonstreert kennis van elektrische noodplanning en procedures 4 Beschrijving van de mogelijke gevolgen van de toestand van het terrein, seizoen, weersomstandigheden en boomsoorten 5 Demonstreert kennis van de wettelijke eisen voor het vellen van bomen in verschillende omstandigheden 6 Demonstreert kennis van de oorzaken en het voorkomen van mogelijke vervuiling of milieuschade 7 Demonstreert kennis over hoe en waarom doeltreffende communicatie te stimuleren en te onderhouden 8 Demonstreert kennis van de eigen rol in de bedrijfswerkwijze en goede uitvoering volgens de richtlijnen van de sector 9 Demonstreert kennis van het toepassen van een ergonomische werkmethode en mogelijke gevolgen van handmatige lastenverplaatsingen 10 Demonstreert kennis van het verplaatsen of wegrollen van hout met zonder en met mechanische hulpmiddelen 11 Demonstreert kennis van het herkennen van ziekten en rot in bomen en het effect hiervan op de veiligheid Demonstreert kennis van het veilig neerhalen van hangende bomen volgens de richtlijnen van de sector met inbegrip van het opmerken van slechte 12 technieken 13 Demonstreert kennis van het veilig onttakken Demonstreert kennis van het vrijwaren en behouden van de eigen veiligheid en gezondheid van zichzelf en communicatie hierover naar anderen op de 14 werkplek 15 Demonstreert kennis van de gevaren van het gebruik van een duwende ketting
Hoog
8A:4
EFESC Standards amendend March 1 st 2012
© EFESC
√
√
√ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √
√
√
√
√ √
Kritiek
Hoog
Laag
√ √ √ √ √ √ √ √ √
Andere
√
Mondeling
Wat de kettingzaaggebruiker moet kunnen: (Praktische Test-Aanbevolen min. zaagbladlengte 38cm & max. toegelaten tijd 2hr30min) Toelatingsvoorwaarde = ECC2 LO-1 Bescherm jezelf (PBM) en anderen rond je op het werk - Kandidaat draagt aangepaste PBM’s, tekent RA & toont ID: Zaag beveiligde broek 1:1 Zaag beveiligd schoeisel 1:2 Veiligheidshelm 1:3 Oog- en gehoorbescherming 1:4 Handschoenen aangepast aan het werk 1:5 Geen losse, bijkomstige kleding 1:6 Persoonlijke /Bedrijfs EHBO Kit – op werkplek 1:7 Fluitje/GSM/Radio 1:8 Werkplanning met inbegrip van noodprocedures - Kandidaat benoemt de mogelijke gevaren op de werkplek en de toestand van de te vellen LO-2 bomen: RISICOANALYSE 2:1 TOELICHTING WERKPLANNING 2:2 PLANNING NOODPROCEDURE 2:3 LO-3 Operationele veiligheidscontrole - Kandidaat controleert kettingzaag op algemene conditie/scherpte en veiligheid voor gebruik: Koude/Warme start methode (op de grond/’geklemd tussen benen’) 3:1 Starten op veilige afstand van brandstof (min. 1m of meer afhankelijk van nationale voorschriften) 3:2 Kettingremtest bij draaiende ketting 3:3 Kettingsmering getest (bv. oliespoortest of aanwezigheid van olie op aandrijfschakels) 3:4 Ketting draait niet op stationair toerental (geen kruipende ketting) 3:5 Aan/Uit schakelaar werkt (zoniet: gebruik choke om machine stil te leggen, en label ‘niet te gebruiken’) 3:6 Kettingspanning ‘warm’ tweede controle 3:7 Voldoen aan wettelijke en plaatselijke milieuvoorschriften in overeenstemming met de nationale normen – Kandidaat controleert LO-4 specificaties: Bescherming van fauna, flora, wildbestand, waterwegen, terreinvoorschriften enz., rekening houden met vervuiling/schade 4.1 LO-5 Voorbereiden van de boom voor velling door veilige stamreiniging– Lage takken verwijderen rekening houdend met: Aangepaste ‘invals’ procedure 5:1
Praktisch
ECS 3: Gevorderde boomvellingstechnieken (Middelgrote & grote bomen)
Mate van belang
Diagnose middel Schriftelijk
EUROPESE KETTINGZAAG NORMEN: 2012
√ √ √ √ √ √ √ √
1 1:1 1:2 1:3 1:4 1:5 1:6 1:7 1:8 2
√ √ √ √ √ √ √ √ √ √
2:1 2:2 2:3 3 3:1 3:2 3:3 3:4 3:5 3:6 3:7 4
√ √
4.1 5 5:1
EFESC Standards amendend March 1 st 2012 5:2 5:3 5:4 5:5 LO-6
√ √ √ √
Positie van de zaag t.o.v. de gebruiker, zaagblad achter de stam of niet in lijn met hoofd/hals/lichaam Motorblok niet boven schouderhoogte Werktechniek Glad langs de stam onttakken, geen takstompen
√ √ √ √
. Vel minimum 2 bomen op een veilige & ergonomische manier (Eén vasthangende boom dient neergehaald) – De kandidaat velt een
rechtopstaande boom en ofwel een voor-, achter- of zijdelings hellende boom gekozen door de beoordelaar (x1 boom > 38cm & x1 boom >56cm op velhoogte). Een handlier kan gebruikt worden om de velling te ondersteunen. 6A:1 Inspecteer de bomen op tekenen van rotting of aantasting, loshangende takken en beoordeel de gewichtsverdeling of ‘natuurlijke valrichting’ 6A:2 Keuze van velrichting 6A:3 Keuze en voorbereiding van vluchtroute(s) De kandidaat maakt een ‘valkerf’ om de valrichting te bepalen rekening houdend met: 6B:1 Veilige houding 6B:2 Het dak van de valkerf normaalgezien tussen 45-60° 6B:3 De zool van de valkerf zo laag als mogelijk tegen de grond 6B:4 Zaagsneden 20-30% in de stam tenzij RA anders voorschrijft 6B:5 De zaagsneden van de valkerf komen precies samen 6B:6 Valkerf perfect haaks op gekozen valrichting 6B:7 Gepast kettingremgebruik 6B:8 Indien gewenst: Hartsteek in het midden van de valkerf op juiste hoogte, breedte en diepte om de kern van de boom weg te nemen De kandidaat maakt de velsnede rekening houdend met: 6C:1 Veilige houding 6C:2 Indien nodig: spintsneden maken of wortelaanzetten wegnemen op juiste diepte-hoogte tegen openscheuren 6C:3 Velsnede op zelfde hoogte of liefst iets boven de zool van de valkerf & indien aangewezen door middel van steektechniek 6C:4 Laatste velsnede aan de trek zijde 6C:5 Veilig wegnemen van de zaag 6C:6 Aangepast kettingremgebruik 6C:7 Een breuklijst behouden van niet minder dan 10% van de stamdiameter op velhoogte tenzij de RA anders bepaald 6C:8 Werkomgeving controleren op veiligheid vooraleer de laatste velsnede te maken en te verwittigen (roepen, fluitsignaal enz.) 6C:9 Veilig en aangepast gebruik van hulpmiddelen om velling te ondersteunen 6C:10 De voorbereide vluchtroute wordt gebruikt zodra de boom begint te vallen, zonder de boom uit het oog te verliezen LO-7
Onttakken en stammen afkorten op een veilige en ergonomische manier (er moeten voor het ontmantelen van de kruin geschikte, grote naald- of loofbomen met voldoende gewicht worden gebruikt) – Veilige werkmethode behelst:
7A:1 7A:2 7A:3 7A:4
Correcte houding en steunen van de zaag op de boom en/of op rechterbeen Linker duim rond de draagbeugel Geen handvat lossen als de ketting nog beweegt Kettingrem gebruiken als je over het zaagblad reikt
© EFESC
5:2 5:3 5:4 5:5 6
√
√ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √
√
√ √ √ √ √
√ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √
6A:1 6A:2 6A:3 6B:1 6B:2 6B:3 6B:4 6B:5 6B:6 6B:7 6B:8 6C:1 6C:2 6C:3 6C:4 6C:5 6C:6 6C:7 6C:8 6C:9 6C:10 7
√ √ √ √
7A:1 7A:2 7A:3 7A:4
EFESC Standards amendend March 1 st 2012 7A:5 7A:6 7A:7 7A:8 7A:9 7A:10 7A:11 7A:12 7B:1 7B:2 7B:3 7B:4 7B:5 7B:6 7B:7 7B:8 7B:9 7B:10 7B:11 7B:12 7C:1 7C:2 7C:3 7D:1 7D:2 7D:3 7D:4 7E:1 7E:2 7E:3 7E:4 7E:5
Kettingrem gebruiken bij het verwijderen van obstakels De kandidaat voorkomt: Verplaatsing als de zaag aan dezelfde zijde van de boom is als de kandidaat zelf Te ver met de zaag reiken naar de andere zijde van de boom In de richting van benen of lichaam zagen De neus van het zaagblad gebruiken Te ver met de zaag reiken Stam tussen de benen Op hellend terrein aan de laagste zijde van de stam werken De bomen zijn onttakt/ontmanteld door middel van een veilige en efficiënte methode: Kleiner takhout verwijderen voor het wegnemen van de hoofdtakken Controleer de spanning in de takken, zeker de steunende Werk enkel vanaf de drukzijde van takken met zware zijdelingse spanning Beoordeel druk- en trekkrachten om aangepaste zaagtechnieken te gebruiken Zware takken geleidelijk inkorten Werk voorzichtig naar de stam toe, rekening houdend met overhangende en opgaande takken op de bovenkant van de stam Werk niet onder overhangende takken Behoud steunende hoofdtakken indien nodig Rol de stam om takken boven schouderhoogte tot een veilige werkhoogte te brengen indien nodig Volgorde van zaagsneden en positie bij het onttakken is aangepast aan de kroonopbouw Werk op hellingen steeds aan de hoogste zijde van de boom Vooraleer losse takken te verwijderen kettingrem opzetten of machine uitschakelen De kandidaat onttopt de boom volgens voorschrift (met aangepaste zaagsneden aan druk/trekzijde): Onttoppen op juiste stamdiameter Verwijder de top met een veilige zaagtechniek Laat de top achter volgens werkbeschrijving Verwijder de overblijvende takken op een veilige en efficiënte manier. Het gebruik van enkel de ‘onderuit veeg’ techniek is niet aanvaardbaar: Draai stam met aangepaste hulpmiddelen/technieken Gebruik de stam als bescherming bij het verwijderen van overblijvende takken Gebruik een veilige en efficiënte techniek bij het verwijderen van overblijvende takken Alle takken glad tegen de stam afgezaagd Afkorten van de stam volgens voorschrift. De kandidaat gebruikt: Veilige werkhouding Spanningsverminderende zaagsneden indien nodig Correcte steektechniek Correcte hoek en diepte van de zaagsneden Eerste zaagsnede aan drukzijde indien nodig
© EFESC
√
√
7A:5
√ √ √ √ √ √ √
√ √ √
7A:6 7A:7 7A:8 7A:9
√ √ √
7A:10 7A:11 7A:12
√ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √
√ √ √ √ √
7B:1 7B:2 7B:3 7B:4 7B:5 7B:6 7B:7 7B:8 7B:9
√ √ √
√ √
√ √ √ √ √ √ √ √ √
√
√ √ √ √ √ √ √
√
7B:10 7B:11 7B:12
7C:1 7C:2 7C:3
√ √ √
7D:1 7D:2 7D:3 7D:4
√ √ √ √ √
7E:1 7E:2 7E:3 7E:4 7E:5
√
EFESC Standards amendend March 1 st 2012 7E:6 7E:7 7E:8 7E:9 7E:10 7E:11 LO-8
Correcte plaats van laatste zaagsnede aan trekzijde Correct gebruik van de gashendel Preciesheid van de zaagsneden Correct gebruik van de kettingrem Preciesheid van stamstuklengten binnen redelijke marge Aangepaste hulpmiddelen bij het rollen/heffen
VEILIG & ERGONOMISCH NEERHALEN VAN EEN VASTHANGENDE BOOM d.m.v. EEN HANDLIER – Veilig werken houdt in:
√
√ √ √ √ √ √ √
8A:1 8A:2 8A:3 8A:4 8A:5
De kandidaat bereidt de werkplek voor om neerhaalprocedure te vergemakkelijken: Beoordeel boompositie en toestand van de breuklijst Verwijder obstakels van de neerhaalroute Beslis de uiteindelijke velrichting Voorzie, indien nodig, aangepaste vluchtroutes Kies en installeer handliermateriaal zoals vereist
√ √ √ √ √
8A:6
Geen onbevoegde personen op minder dan twee boomlengtes of eronder op steile hellingen
√
8B:1 8B:2 8B:3 8B:4 8C:1 8C:2 8C:3 8C:4 8C:5 8C:6 8C:7 8D:1 8D:2 8D:3 8D:4 8D:5 8D:6 8D:7 8D:8
De kandidaat zaagt met de kettingzaag deels de breuklijst van de vasthangende boom door middel van: Correcte werkhouding Veilige positie t.o.v. de boom Positie en hoek van de zaagsneden om het gewenste stuk van de breuklijst door te zagen Veilig terugtrekken van de zaag, 10-20% aan beide zijden van de breuklijst overhouden De kandidaat installeert een handlier rekening houdend met: Indien mogelijk: bijgewerkte stronk Ondersteunende resten van de breuklijst voorzichtig verwijderd Positie van de strop aan de boom Bevestiging van de lierkabel aan de strop Positie en verankering van handlier Communicatie met de lierbediener is in werking (indien voorhanden) Aangepaste PBM’s gebruikt om kabel te hanteren De kandidaat gebruikt veilig de handlier: Positie van de lierbediener Lier wordt gebruikt tot boom valt Herpositioneer strop aan de boom of ankerplaats indien nodig Werk, indien nodig, bv. met snap blocks op steile hellingen of rond obstakels Gebruik van vluchtroute(s) Boom wordt getrokken tot veilige positie op de grond Stroppen verwijderd, gekeurd en opgeborgen Lierkabel correct terug opgewonden
© EFESC
√ √ √ √ √ √ √ √
7E:6 7E:7 7E:8 7E:9 7E:10 7E:11 8
√ √ √
8A:1 8A:2 8A:3 8A:4 8A:5
√
√ √ √
√ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √
√ √ √ √ √
√ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √
8A:6 8B:1 8B:2 8B:3 8B:4 8C:1 8C:2 8C:3 8C:4 8C:5 8C:6 8C:7 8D:1 8D:2 8D:3 8D:4 8D:5 8D:6 8D:7 8D:8
EFESC Standards amendend March 1 st 2012
© EFESC
√ √ √ √ √ √
√ √ √
8D:9
√ √ √
√ √
√ √
√ √
√ √ √ √
√
√ √ Praktisch
√
√ √ √ √ √ √ √ √ √ Schriftelijk
√ √ √ √ √ √
Kritiek
Hoog
Laag
Andere
√ √ Mondeling
8D:9 Werkplek veilig en netjes verlaten Wat de kettingzaaggebruiker moet weten en begrijpen: (Theorie Test) 1 Demonstreert kennis over het herkennen van gevaar en past de maatregelen van de risicoanalyse toe 2 Demonstreert kennis van noodprocedures en planning aan de hand van de actuele noodplanning op de site 3 Demonstreert kennis van noodprocedures over elektrische noodgevallen 4 Demonstreert kennis over veiligheidsoverwegingen voor de planning van de velling 5 Demonstreert kennis over veiligheidsaspecten bij het vellen van grotere, voorwaarts hangende bomen t.o.v. gekozen velrichting 6 Demonstreert kennis over veiligheidsaspecten bij het vellen van grotere, achterwaarts hangende bomen t.o.v. gekozen velrichting 7 Demonstreert kennis van mogelijke technieken om velrichting en/of houtkwaliteit te verzekeren bij het vellen van grotere bomen Demonstreert kennis van de gevolgen bij het vellen van grotere, voorwaarts hellende bomen t.o.v. gekozen velrichting met foutieve 8 veltechniek Demonstreert kennis van de gevolgen bij het vellen van grotere, achterwaarts hellende bomen t.o.v. gekozen velrichting met foutieve 9 veltechniek 10 Demonstreert kennis over het vellen van aangetaste of dode bomen 11 Demonstreert kennis over het herkennen van veiligheidsaspecten bij het plannen van de onttak procedure 12 Demonstreert kennis over de veiligheidsoverwegingen bij het afkorten 13 Demonstreert kennis over het verwijderen van een geklemde zaag 14 Demonstreert kennis over de vereisten bij gestapeld hout 15 Demonstreert kennis over de veiligheidsoverwegingen bij de keuze van de handlier benodigdheden 16 Demonstreert kennis over de veiligheidsaspecten die de kettingzaaggebruiker moet overwegen bij een handlierondersteuning 17 Demonstreert kennis over krachtvermeerdering bij het gebruik van katrollen en keuze van ankerplaatsen
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17
EFESC Standards amendend March 1 st 2012
© EFESC
√
√
√
√
Kritiek
Hoog
Laag
√ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √
Andere
√
Mondeling
Wat de kettingzaaggebruiker moet kunnen: (Praktische Test-Aanbevolen zaagbladlengte 30-38cm & max. toegelaten tijd 1hr30min) Toelatingsvoorwaarde = ECC3 LO-1 Bescherm jezelf (PBM) en anderen rond je op het werk – Kandidaat draagt aangepaste PBM’s, tekent RA & toont ID: Zaag beveiligde broek 1:1 Zaag beveiligd schoeisel 1:2 Veiligheidshelm 1:3 Oog- en gehoorbescherming 1:4 Handschoenen aangepast aan het werk 1:5 Geen losse, bijkomstige kleding 1:6 Persoonlijke /Bedrijfs EHBO Kit – op werkplek 1:7 Fluitje/GSM/Radio 1:8 LO-2 Werkplanning met inbegrip van noodprocedures – Kandidaat benoemt de mogelijke gevaren op de werkplek en de toestand van de bomen: RISICOANALYSE - terreinverkenning 2:1 TOELICHTING WERKPLANNING – mondeling 2:2 PLANNING NOODPROCEDURE 2:3 LO-3 Operationele veiligheidscontrole - Kandidaat controleert kettingzaag op algemene conditie/scherpte en veiligheid voor gebruik: Koude/Warme start methode (op de grond/’geklemd tussen benen’) 3:1 Starten op veilige afstand van brandstof (min. 1m, niet morsen, overdruk benzinetank weggenomen) 3:2 Kettingremtest bij werkende kettingzaag 3:3 Kettingsmering getest (bv. Oliespoortest of aanwezigheid van olie op aandrijfschakels) 3:4 Ketting draait niet op stationair toerental (geen kruipende ketting) 3:5 Aan/Uit schakelaar werkt (zoniet: gebruik choke om machine stil te leggen, en label ‘niet te gebruiken’) 3:6 Kettingspanning ‘warm’ tweede controle 3:7 LO-4 Voldoen aan wettelijke en plaatselijke milieuvoorschriften in overeenstemming met de nationale normen Bescherming van fauna, flora, wildbestand, waterwegen, terreinvoorschriften enz, rekening houden met vervuiling/schade 4.1 Wortelplaten en stammen kleiner en groter dan zaagbladlengte loszagen met gepaste zaagtechnieken – De kandidaat moet één LO-5 wortelplaat beveiligen (voor- of achterwaarts hellend) met een veilige handlieropstelling De kandidaat demonstreert aangepaste spanningsverminderende en stapsgewijze zaagsneden aan druk- en trekzijde om minimum drie wortelplaten los te zagen van de stam: Controle op mogelijk risico van het wegrollen en kantelen van de wortelplaten of het wegspringen van de stam (ook zijwaarts) 5:1 Bepaal trek en druk in de stam en kies gepaste zaagtechniek 5:2 Zaag de wortelplaat veilig los van de stam (< zaagbladlengte) 5:3
Praktijk
ECS 4: WINDVAL EN BESCHADIGDE BOOM VELTECHNIEKEN
Schriftelijk
EUROPESE KETTINGZAAG NORMEN: 2012
Mate van belang
Diagnose middel
√ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √
√
√ √ √
1 1:1 1:2 1:3 1:4 1:5 1:6 1:7 1:8 2 2:1 2:2 2:3 3 3:1 3:2 3:3 3:4 3:5 3:6 3:7 4 4.1 5
√ √ √
5:1 5:2 5:3
EFESC Standards amendend March 1 st 2012 5:4 5:5 5:6 5:7 5:8 5:9 5:10 5:11 LO-6 6:A1 6:A2 6:A3 6:A4 6:A5 6:A6 6:A7 6:A8 6B:1 6B:2 6B:3 6B:4 6B:5 6B:6 6B:7 6B:8 6C:1 6C:2 6C:3 6C:4 6C:5 6C:6 6C:7 6C:8
Zaag de wortelplaat veilig los van de stam (> zaagbladlengte) Zaag de wortelplaat los zodat een stamstuk van aanvaardbare lengte behouden blijft Laat bomen en wortelplaten in veilige positie achter om navolgend werk mogelijk te maken Behoud een wortelplaat met een handlier d.m.v. veilige ankerpunten en aangepast materiaal Zaag lier- beveiligde wortelplaat veilig los met aangepaste zaagtechnieken (kan zoals in punt 3, 4 of 5 hierboven) Laat bomen en wortelplaten in veilige positie achter Recupereer, reinig en controleer handlier Werkplek veilig en netjes achterlaten Bereid werkplek voor en vel een beschadigde boom – De kandidaat moet minstens ofwel een deels ontwortelde boom of een boom met gebroken top vellen die door de beoordelaar is gekozen Bomen onderzocht op tekenen van aantasting of beschadiging, losse takken en bepaling van het zwaartepunt en keuze van brandstofopslag Verwijder obstakels zoals takken, klimplanten, struiken rond de boom om een betere toegang te verkrijgen Positie van de zaag t.o.v. de gebruiker, zaagblad achter de stam of niet in lijn met hoofd/hals/lichaam Motorblok niet boven schouderhoogte Keuze van velrichting Keuze en voorbereiding van vluchtroute(s) Een actieplan is overeengekomen als er met grotere machines stammen worden afgevoerd Bij het gebruik van een lier: veilige werkafstand aanhouden De kandidaat maakt een ‘valkerf’ om de valrichting te bepalen rekening houdend met: Veilige werkhouding Het dak van de valkerf normaalgezien tussen 45-60° De zool van de valkerf zo laag als mogelijk tegen de grond Zaagsneden 20-30% in de stam tenzij RA anders voorschrijft De zaagsneden van de valkerf komen precies samen Valkerf perfect haaks op gekozen valrichting Gepast kettingremgebruik Indien gewenst: Hartsteek in het midden van de valkerf op juiste hoogte, breedte en diepte om de kern van de boom weg te nemen De kandidaat maakt de velsnede rekening houdend met: Veilige werkhouding Indien nodig: spintsneden maken of wortelaanzetten wegnemen om openscheuren te voorkomen Velsnede op zelfde hoogte of liefst iets boven de zool van de valkerf Indien aangewezen: laatste velsnede aan de trek zijde Veilig wegnemen van de zaag Aangepast kettingremgebruik Een breuklijst behouden van niet minder dan 10% van de stamdiameter op velhoogte tenzij de RA anders bepaald Werkomgeving controleren op veiligheid vooraleer de laatste velsnede te maken & te verwittigen (roepen, fluitsignaal enz.)
© EFESC
√ √ √ √ √ √ √ √ √
√ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √
√ √ √ √ √ √
5:4 5:5 5:6 5:7 5:8 5:9 5:10 5:11
√ √
6 √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √
6:A1 6:A2 6:A3 6:A4 6:A5 6:A6 6:A7 6:A8 6B:1 6B:2 6B:3 6B:4 6B:5 6B:6 6B:7 6B:8 6C:1 6C:2 6C:3 6C:4 6C:5 6C:6 6C:7 6C:8
EFESC Standards amendend March 1 st 2012
© EFESC
√ √
√ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √
√ √ √
√ √ √ √ √ √ √ √ √
√
Praktisch
√ √ √
√ √ √
√ √ √
Kritiek
Hoog
Laag
Andere
√ Mondeling
√ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √ √
Schriftelijk
6C:9 Veilig gebruik van hulpmiddelen zoals vereist bij velling (wiggen enz.) 6C:10 De voorbereide vluchtroute wordt gebruikt vanaf de boom begint te vallen, zonder de boom uit het oog te verliezen Wat de kettingzaaggebruiker moet weten en begrijpen: (Theorie Test) 1 Demonstreert kennis van veiligheidsoverwegingen en wettelijke vereisten bij het werken aan individueel ontwortelde bomen 2 Demonstreert kennis van veiligheid betreffende boven- en ondergrondse leidingen als er wortelplaten worden los gezaagd 3 Beschrijf de kenmerken van druk en trekspanning waarmee rekening dient gehouden als er wortelplaten worden los gezaagd 4 Demonstreert kennis wanneer het aangewezen is om hulpmiddelen te gebruiken bij het loszagen van wortelplaten 5 Demonstreert kennis over wanneer handlieren kunnen gebruikt worden bij het loszagen van wortelplaten 6 Demonstreert kennis over mogelijke extra veiligheidsoverwegingen bij het loszagen van wortelplaten 7 Demonstreert kennis over andere types van ontwortelde of beschadigde bomen welke gespecialiseerde methoden vereisen 8 Demonstreert kennis over keuze en controle van handlier en bijhorende uitrusting op toestand en compatibiliteit 9 Demonstreert kennis van de inspectie van een ontwortelde boom, werkplek, ankerpunt(en) van de lier en verdere installatie 10 Demonstreert kennis over de keuze van een ankerpunt voor de lier en de geschiktheid van hulpmiddelen en lier 11 Demonstreert kennis over het gebruik van de lier op veilige werkafstand en vereiste, bijkomende voorzorgsmaatregelen 12 Demonstreert kennis over alternatieve methodes om wortelplaten te zekeren Demonstreert kennis over het loszagen van meerdere ontwortelde bomen van hun wortelplaten, zowel met een zaagblad groter en kleiner 13 dan de stamdiameter 14 Demonstreert kennis over methodes om om te gaan met bomen met zijdelingse spanning 15 Demonstreert kennis over het vellen van ontwortelde bomen die nog steunen tegen andere bomen 16 Demonstreert kennis over veiligheidsfactoren betreffende het vellen van nog steunende gebroken bomen en loshangende boomstukken 17 Demonstreert kennis over methodes om om te gaan met boomstukken in of op andere kruinen 18 Demonstreert kennis over het loszagen van meerdere windvalstammen op hellingen 18 Demonstreert kennis over het loszagen van meerdere windvalstammen van verschillende soort, gevaarlijk en/of beschadigd hout 19 Demonstreert kennis over de veiligheidspunten bij het plannen van de onttakprocedure 20 Demonstreert kennis over het plannen van het werk als er met machines hout wordt afgevoerd naarmate de windval wordt geruimd
6C:9 6C:10 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 18 19 20