Eten, slapen & zindelijk worden Informatie voor ouders
Informatie over uw lokale CJG:
T E
Hanzeplein 120 Postbus 584 9700 AN Groningen ggd.groningen.nl/cjg (050) 367 49 90
[email protected] GGD.FO.2413 - September 2013
Het Centrum voor Jeugd en Gezin ondersteunt met deskundig advies, tips en begeleiding. Een centraal punt voor al je vragen over opvoeden en opgroeien, dat is handig!
Eten, slapen & zindelijk worden Alle ouders krijgen te maken met de eigen wil van hun kind. Dat hoort bij het opgroeien. Zo leren kinderen om zelfstandig te worden. Maar het is niet altijd gemakkelijk om daarmee om te gaan. Af en toe zou je ze wel achter het behang kunnen plakken, die eigenwijze peuters! Een kind moet leren omgaan met zijn eigen wil. Wat daarbij helpt is om dingen steeds op dezelfde manier te doen en door duidelijke regels te stellen. Bijvoorbeeld bij eten, slapen en zindelijk worden. Bij baby’s kun je daar al mee beginnen. Zo leren kinderen langzamerhand vaste gewoontes aan. Dat geeft hen houvast.
1
Een baby krijgt vertrouwen door vaste gewoontes Eten en slapen bij baby's Iedere baby heeft zijn eigen ritme. Hij bepaalt zelf wanneer hij eet en slaapt, zeker in het begin. Baby’s hebben één belangrijk middel om te laten merken wat ze willen: huilen. In het eerste jaar veranderen de tijden waarop een baby slaapt en eet nog wel eens. Langzamerhand komt daar een vaste regelmaat in. Een baby heeft in het begin moeite om het verschil tussen dag en nacht te herkennen. Een baby vindt het heerlijk om dicht bij je te zijn. Hij houdt erg van lichamelijk contact. Dat heeft hij ook nodig om zich veilig bij je te voelen. Een baby kan vanaf een maand of acht angstig worden als hij zijn vader of moeder uit het oog verliest. Dat is heel normaal. Het is een teken dat een kind zich veilig voelt bij zijn ouders.
Tips Je kunt je baby een handje helpen bij het vinden van een vaste regelmaat van eten en slapen. Dit kan door het voeden, verzorgen en naar bed brengen steeds op dezelfde manier te doen. Bijvoorbeeld: eerst wassen en verschonen, pyjama aan, licht temperen, liedje zingen, even knuffelen, muziekdoosje aan, licht uit; slaap lekker! Je kunt je baby helpen om het ritme van dag en nacht te vinden door: • overdag tijd en aandacht aan hem te besteden (bijvoorbeeld door samen te spelen) en ‘s nachts alles rustig te doen • overdag de slaapkamer niet te donker maken en ‘s nachts niet te licht. Dicht bij elkaar zijn kan op verschillende manieren, bijvoorbeeld door: • je baby met je mee te dragen in een draagzak of draagdoek • samen in bad of onder de douche te gaan • je kind te wiegen, te knuffelen, of stevig vast te houden • liedjes te zingen. Voor de baby is het soms niet makkelijk om ‘s nachts opeens alleen te zijn. Je kunt hem daarbij helpen door: • overdag kiekeboespelletjes met hem te doen (vanaf zes maanden) • als je kind in zijn bed ligt, nog even in de buurt van zijn kamer te blijven rommelen (bijvoorbeeld om de was op te hangen of te strijken).
2
3
Een jonge kleuter heeft houvast aan gewoontes Eten en slapen bij de jonge peuter Bij de jonge peuter vragen spelletjes en ontdekken alle aandacht. Je peuter doet daarmee veel nieuwe indrukken op. Dat is spannend maar ook heel vermoeiend. Het is daarom fijn als de dag volgens een vast patroon verloopt. Dat herkent de peuter. Het geeft hem houvast en een gevoel van veiligheid. Wanneer de peuter elke dag op dezelfde tijd eten krijgt en naar bed wordt gebracht, zijn dat vaste rustpunten in de dag. Een kleine peuter “wil” van alles beleven en uitproberen. Vaak wil hij dingen die niet mogen, bijvoorbeeld knoeien met zijn eten. Zelf kan een peuter nog niet bepalen hoe ver hij kan gaan. Dat moet jij voor hem doen. Je peuter lijkt al heel zelfstandig als je hem zo stoer ziet stappen. Maar hij kan nog heel bang en angstig zijn, vooral wanneer hij alleen in zijn bedje ligt. Hij kan nog niet het verschil zien tussen wat echt is en wat hij zelf verzint of droomt. Zijn dromen of verzinsels kunnen hem daarom erg van streek maken.
Tips Regelmaat Je kunt regelmaat in de dag brengen door: • op vaste tijden te eten en je kind naar bed te brengen • de dagelijkse dingen steeds in dezelfde volgorde te doen • de dagelijkse dingen zoals eten en naar bed gaan op dezelfde manier af te werken (bijvoorbeeld eerst in bad, pyjama aan, tanden poetsen, verhaaltje, een knuffel en dan: slaap lekker!).
4
Op tijd waarschuwen Het is belangrijk om peuters voor te bereiden op wat er gaat gebeuren. Als je hem wilt oppakken om hem naar bed te brengen, zeg dat dan van tevoren. Waarschuw je kind ook tijdig voor het eten. Wanneer hij in zijn spel verdiept is krijgt hij zo de tijd om “om te schakelen”. Consequent zijn Je kunt je kind duidelijk maken waar grenzen liggen. Zeg duidelijk wat je wel en wat je niet wilt. Hou daaraan vast en wijk daar niet van af. • Herhaal regels; kleine peuters kunnen de regels nog niet goed onthouden. • Probeer niet toe te geven; consequent zijn dus! (Als je kind niet wil of niet kan inslapen, haal hem er dan niet uit maar ga naar hem toe en stop hem opnieuw in en zeg dat hij moet gaan slapen). • Geef zelf het goede voorbeeld (dus ook je eigen bord leeg eten als je wilt dat hij het ook doet). Eten en slapen moeten prettig zijn • Probeer te zorgen voor een ontspannen sfeer tijdens het eten. Als je kind het prettig vindt om aan tafel te gaan zal hij ook eerder zijn bord leeg eten. • Als je peuter bang is om naar bed te gaan zorg er dan voor dat zijn slaapkamer een vertrouwde plek is waar hij zich veilig voelt. Stuur hem dus niet voor straf naar bed. • Leer je peuter ook om troost te vinden bij een knuffel. En als hij bang is voor enge beesten jaag die dan samen met hem weg en leidt hem daarna af. • Doe geen wilde spelletjes vlak voor het slapen gaan. Daarmee laadt hij zijn “accu” weer op en krijgt hij weer volop energie. Van slapen komt dan voorlopig niets.
5
Een grote peuter wil inspraak bij gewoonten Eten, slapen en zindelijkheid bij de grote peuter Een grote peuter kan en wil al veel zelf doen. Hij wil zelf kiezen of hij vandaag zijn groene of blauwe trui aandoet. Hij wil zelf uitmaken of hij zijn bord leeg eet of niet en of hij lief zal gaan slapen of niet. Of hij op het potje gaat of op de wc. Of dat hij liever een luier aanhoudt, ook dat wil hij zelf bepalen. Door hem zelf te laten kiezen geef je je peuter het gevoel dat hij erbij hoort. Soms valt er niets te kiezen. Dan moet je hem duidelijk maken wat je wilt. Zo leert hij grenzen kennen. Een grote peuter kan leren wat wel en wat niet mag. Dat lukt niet meteen de eerste keer. Daarom moet je blijven herhalen. Je kunt je peuter nu ook in zijn eigen woorden uitleggen waarom iets wel of niet mag. En... een peuter wil nog wel eens uitproberen tot hoever hij kan gaan. Probeer daarom consequent vast te houden aan de regels. Maar je moet het niet laten uitlopen op een botsing tussen jouw wil en die van je kind. Het gaat er juist om samen met je kind iets te willen.
Vaste gewoonten Wanneer je de dagelijkse dingen, zoals eten en naar de wc gaan, volgens een vast patroon doet, leert het kind vanzelf de regels en gewoonten van het gezin. Hij weet dan waar hij aan toe is. Je kunt dat doen door: • de maaltijd steeds op dezelfde manier te laten verlopen (bijvoorbeeld: eerst samen de tafel dekken, iedereen roepen, beginnen met een wens, gebed of liedje, samen eten, de maaltijd eindigen met een wens, gebed of liedje) • bij het naar de wc gaan hem ook steeds helpen volgens een vaste volgorde van handelingen (bijvoorbeeld: eerst de broek naar beneden, plassen of poepen, met wc-papier de billen vegen, doortrekken, handen wassen en licht uit). Complimentjes geven Laat je peuter weten wanneer je vindt dat hij iets goed doet. Dat helpt hem om zeker van zichzelf te worden. Je kunt je peuter ook belonen door bijvoorbeeld samen een spelletje te doen.
Een grote peuter vindt het zo nu en dan heerlijk om bij je weg te kruipen. Even tot rust komen na alle avonturen. Troost vinden als hij zich bezeerd heeft. Bij je op schoot kruipen als hij bang is. Dat heeft hij nodig om zich veilig te voelen.
Tips Laten kiezen Door je peuter te laten kiezen uit twee mogelijkheden (bijv. “wil je rijst of aardappelen”) geef je hem inspraak. Dat vindt hij fijn. Zo leert hij ook om te kiezen.
6
7
Boeken Er zijn veel boeken over deze onderwerpen. Bijvoorbeeld: • Dorothea Timmers-Huigens. Van nul tot vier. Praktische tips over de opvoeding, Uitgeverij Intro, Nijkerk, 1988. • Ruttien Schregardus. Kinderen met slaapproblemen Een werkboek voor ouders, Uitgeverij Boom, Amsterdam/Meppel, 1990. Het is leuk om samen met je kind te lezen over eten, slapen en zindelijk worden. Hier volgen een paar boeken om voor te lezen: • G. Wolde. Tillie Dwars. Uitgeverij Dupuis, Sittard. • S. Grindley. Ik wil niet. Uitgeverij Ploegsma, Amsterdam. • M. Waddell. Welterusten kleine beer. Uitgeverij Gottmer, Haarlem. • H. Oxenbury. Slaapspelletjes. Uitgeverij Gottmer, Haarlem. • A. Fankel. Op het potje. Uitgeverij Gottmer, Haarlem. • E. Carle. Wat wil je eten? Uitgeverij Gottmer, Haarlem.
In het Groeiboekje en in de Peuterbrief vind je nog meer informatie. Vragen? Neem dan contact op met de GGD-verpleegkundige van het consultatiebureau of van het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG). U kunt ook bellen naar Telefonische Advisering van GGD Groningen/CJG, telefoon: 050 367 49 91 (op werkdagen van 8.00 - 20.00 uur).
8
Eten, slapen & zindelijk worden Informatie voor ouders
Informatie over uw lokale CJG:
T E
Hanzeplein 120 Postbus 584 9700 AN Groningen ggd.groningen.nl/cjg (050) 367 49 90
[email protected] GGD.FO.2413 - September 2013
Het Centrum voor Jeugd en Gezin ondersteunt met deskundig advies, tips en begeleiding. Een centraal punt voor al je vragen over opvoeden en opgroeien, dat is handig!